Home

Uitvoeringsverordening (EU) 2024/1323 van de Commissie van 16 mei 2024 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2023/2820 tot toekenning van financiële noodhulp voor de door natuurrampen getroffen landbouwsectoren in Griekenland en Slovenië wat betreft de subsidiabiliteit van betalingen

Uitvoeringsverordening (EU) 2024/1323 van de Commissie van 16 mei 2024 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2023/2820 tot toekenning van financiële noodhulp voor de door natuurrampen getroffen landbouwsectoren in Griekenland en Slovenië wat betreft de subsidiabiliteit van betalingen

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad(1), en met name artikel 221, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Uitvoeringsverordening (EU) 2023/2820 van de Commissie(2) voorziet in de toekenning van financiële noodhulp voor de door natuurrampen getroffen landbouwsectoren in Griekenland en Slovenië.

  2. Om ervoor te zorgen dat de begunstigden snel van de financiële noodhulp kunnen profiteren, is in artikel 1, lid 5, van Uitvoeringsverordening (EU) 2023/2820 een uiterste datum voor de betalingen voor de maatregelen in het kader van die uitvoeringsverordening vastgelegd, namelijk 31 mei 2024.

  3. Aangezien na 31 mei 2024 geen betalingen mogen worden verricht, moet artikel 38, lid 1, van Verordening (EU) 2021/2116 van het Europees Parlement en de Raad(3) van toepassing zijn, zodat betalingen die na deze uiterste datum voor betalingen worden verricht, moeten worden geacht niet in aanmerking te komen voor Uniefinanciering. Bijgevolg mag artikel 5, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/127 van de Commissie(4), dat voorziet in een evenredige verlaging van de na de uiterste datum verrichte maandelijkse betalingen, niet van toepassing zijn.

  4. Om duidelijkheid te verschaffen over de subsidiabiliteit van betalingen moet daarom artikel 1, lid 5, van Uitvoeringsverordening (EU) 2023/2820 dienovereenkomstig worden gewijzigd.

  5. Aangezien onmiddellijk actie moet worden ondernomen en ruim vóór de uiterste datum van 31 mei 2024 duidelijkheid moet worden verschaft over de subsidiabiliteit van betalingen, moet deze verordening in werking treden op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

  6. De in deze verordening vervatte maatregel is in overeenstemming met het advies van het Comité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

In artikel 1 van Uitvoeringsverordening (EU) 2023/2820 wordt lid 5 vervangen door:

“5.

De in lid 1 vermelde uitgaven van Griekenland en Slovenië in verband met de betalingen voor de in lid 2 bedoelde maatregelen komen slechts voor steun van de Unie in aanmerking indien de betrokken betalingen uiterlijk op 31 mei 2024 zijn verricht.

Artikel 38, lid 1, van Verordening (EU) 2021/2116 van het Europees Parlement en de Raad(****) is van toepassing op deze betalingen.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 16 mei 2024.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula von der Leyen