De toetreding van Niue tot de tussentijdse partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de staten in de Stille Oceaan, anderzijds (“de tussentijdse partnerschapsovereenkomst”), wordt namens de Unie goedgekeurd, onder voorbehoud van de neerlegging door Niue van de akte van toetreding op grond van artikel 80, lid 2, van de tussentijdse partnerschapsovereenkomst.
Besluit (EU) 2025/537 van de Raad van 27 januari 2025 betreffende de toetreding van Niue tot de tussentijdse partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de staten in de Stille Oceaan, anderzijds
Besluit (EU) 2025/537 van de Raad van 27 januari 2025 betreffende de toetreding van Niue tot de tussentijdse partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de staten in de Stille Oceaan, anderzijds
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, eerste alinea, in samenhang met artikel 218, lid 6, tweede alinea, punt a), v),
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Gezien de goedkeuring van het Europees Parlement(1),
Overwegende hetgeen volgt:
Op 12 juni 2002 heeft de Raad de Commissie gemachtigd onderhandelingen te openen over economische partnerschapsovereenkomsten met de groep van staten in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan.
De tussentijdse partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de staten in de Stille Oceaan, anderzijds(2) (“de tussentijdse partnerschapsovereenkomst”), waarin het kader voor een economische partnerschapsovereenkomst wordt vastgelegd, is ondertekend te Londen op 30 juli 2009. De tussentijdse partnerschapsovereenkomst wordt door de Onafhankelijke staat Papoea-Nieuw-Guinea en de Republiek Fiji sinds respectievelijk 20 december 2009 en 28 juli 2014 voorlopig toegepast.
Als gevolg van de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon op 1 december 2009 heeft de Europese Unie de Europese Gemeenschap vervangen en opgevolgd en oefent zij vanaf die datum alle rechten van de Europese Gemeenschap uit en neemt zij alle verplichtingen van de Europese Gemeenschap op zich.
Artikel 80 van de tussentijdse partnerschapsovereenkomst regelt de toetreding van andere eilandstaten in de Stille Oceaan. De Onafhankelijke Staat Samoa en de Salomonseilanden zijn dienovereenkomstig tot de tussentijdse partnerschapsovereenkomst toegetreden en passen deze sinds respectievelijk 31 december 2018 en 17 mei 2020 voorlopig toe.
Op 26 mei 2023 heeft Niue bij de Unie een verzoek om toetreding ingediend, vergezeld van een markttoegangsaanbod.
De Commissie heeft het aanbod van Niue beoordeeld en acht het aanvaardbaar. Bijgevolg heeft de Commissie de onderhandelingen met Niue op 12 juni 2023 afgesloten.
Overeenkomstig artikel 76, lid 3, van de tussentijdse partnerschapsovereenkomst passen de Unie en Niue de tussentijdse partnerschapsovereenkomst voorlopig toe vanaf tien dagen nadat zij elkaar schriftelijk in kennis hebben gesteld van de voltooiing van de daarvoor noodzakelijke procedures.
De toetreding van Niue tot de tussentijdse partnerschapsovereenkomst moet namens de Unie worden goedgekeurd, onder voorbehoud van de neerlegging door Niue van de akte van toetreding op grond van artikel 80, lid 2, van de tussentijdse partnerschapsovereenkomst,
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
1.
2.
De Commissie stelt de andere partijen bij de tussentijdse partnerschapsovereenkomst en Niue namens de Unie in kennis van de goedkeuring door de Unie van de toetreding van Niue tot de tussentijdse partnerschapsovereenkomst.
3.
De tekst met het markttoegangsaanbod van Niue is aan dit besluit gehecht.
Artikel 2
1.
Met het oog op de voorlopige toepassing van de tussentijdse partnerschapsovereenkomst tussen de Unie en Niue verricht de Commissie namens de Unie de in artikel 76, lid 3, van de tussentijdse partnerschapsovereenkomst bedoelde kennisgeving.
2.
De Unie en Niue passen de tussentijdse partnerschapsovereenkomst voorlopig toe vanaf tien dagen nadat zij elkaar schriftelijk in kennis hebben gesteld van de voltooiing van de daarvoor noodzakelijke procedures, overeenkomstig lid 1.
Artikel 3
De goedkeuring van de toetreding van Niue tot de tussentijdse partnerschapsovereenkomst wordt niet aldus uitgelegd dat daaraan rechten kunnen worden ontleend of dat daarbij verplichtingen worden opgelegd waarop voor de rechterlijke instanties van de Unie of van de lidstaten rechtstreeks beroep kan worden gedaan.
Artikel 4
Dit besluit treedt in werking op de datum van de vaststelling ervan.