Home

Uitvoeringsverordening (EU) 2025/103 van de Commissie van 22 januari 2025 tot goedkeuring van de werkzame stof Betabaculovirus phoperculellae als een werkzame stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie

Uitvoeringsverordening (EU) 2025/103 van de Commissie van 22 januari 2025 tot goedkeuring van de werkzame stof Betabaculovirus phoperculellae als een werkzame stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad(1), en met name artikel 13, lid 2, in samenhang met artikel 22, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Op 30 november 2018 heeft Nederland overeenkomstig artikel 7, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van Andermatt Biocontrol Suisse AG een aanvraag ontvangen voor de goedkeuring van de werkzame stof Phthorimaea operculella granulovirus.

  2. In 2023 heeft het Internationaal Comité voor de taxonomie van virussen de naam Phthorimaea operculella granulovirus gewijzigd in Betabaculovirus phoperculellae. De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft de wetenschappelijke juistheid van deze taxonomische herindeling bevestigd.

  3. Overeenkomstig artikel 9, lid 3, van die verordening heeft Nederland, als lidstaat-rapporteur, de aanvrager, de andere lidstaten, de Commissie en de EFSA op 7 juni 2019 in kennis gesteld van de ontvankelijkheid van de aanvraag.

  4. Op 25 maart 2022 heeft de lidstaat-rapporteur een ontwerp-beoordelingsverslag ingediend bij de Commissie, met kopie aan de EFSA, waarin wordt beoordeeld of de werkzame stof naar verwachting aan de in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 vermelde goedkeuringscriteria zal voldoen.

  5. De EFSA heeft het van de lidstaat-rapporteur ontvangen ontwerp-beoordelingsverslag doorgestuurd naar de aanvrager en de andere lidstaten. Overeenkomstig artikel 12, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 heeft de EFSA de aanvrager verzocht de lidstaten, de Commissie en de EFSA aanvullende informatie te verstrekken. De beoordeling van de aanvullende informatie door de lidstaat-rapporteur werd op 10 november 2023 bij de EFSA ingediend in de vorm van een bijgewerkt ontwerp-beoordelingsverslag.

  6. Op 22 juli 2024 heeft de EFSA aan de aanvrager, de lidstaten en de Commissie haar conclusie(2) meegedeeld met betrekking tot de vraag of de werkzame stof in kwestie naar verwachting zal voldoen aan de goedkeuringscriteria zoals vermeld in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1107/2009. In de conclusie werd nog steeds verwezen naar de naam Phthorimaea operculella granulovirus. De EFSA heeft haar conclusie toegankelijk gemaakt voor het publiek.

  7. De Commissie heeft op respectievelijk 2 oktober 2024 en 4 december 2024 een evaluatieverslag en een ontwerpverordening met betrekking tot Betabaculovirus phoperculellae voorgelegd aan het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders.

  8. De Commissie heeft de aanvrager verzocht zijn opmerkingen in te dienen over de conclusie van de EFSA en, overeenkomstig artikel 13, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1107/2009, over het evaluatieverslag. De aanvrager heeft zijn opmerkingen ingediend en deze zijn zorgvuldig onderzocht.

  9. Voor een of meer representatieve gebruiksdoeleinden van minstens één gewasbeschermingsmiddel dat de werkzame stof bevat, en met name voor de gebruiksdoeleinden die zijn onderzocht en zijn opgenomen in het evaluatieverslag, is vastgesteld dat aan de goedkeuringscriteria van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 is voldaan.

  10. De Commissie is voorts van oordeel dat Betabaculovirus phoperculellae een werkzame stof met een laag risico is in de zin van artikel 22 van Verordening (EG) nr. 1107/2009. Betabaculovirus phoperculellae is geen tot bezorgdheid aanleiding gevende stof en het voldoet aan de voorwaarden van punt 5.2.2 van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1107/2009, in de versie daarvan die van toepassing is op de procedure voor de goedkeuring van die werkzame stof, aangezien het behoort tot de familie van de Baculoviridae en er niet is aangetoond dat het schadelijke effecten heeft op niet tot de doelsoorten behorende insecten.

  11. Daarom moet Betabaculovirus phoperculellae worden goedgekeurd als werkzame stof met een laag risico.

  12. Overeenkomstig artikel 13, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1107/2009, in samenhang met artikel 6 van die verordening, en in het licht van de huidige wetenschappelijke en technische kennis is het noodzakelijk bepaalde voorwaarden op te nemen om ervoor te zorgen dat aan de grenswaarden inzake relevante microbiologische besmetting wordt voldaan en dat toedieners en werknemers worden beschermd, rekening houdend met het feit dat alle micro-organismen als potentieel sensibiliserende stoffen worden beschouwd.

  13. Overeenkomstig artikel 13, lid 4, in samenhang met artikel 22, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1107/2009, moet Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie(3) dienovereenkomstig worden gewijzigd.

  14. De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1 Goedkeuring van de werkzame stof

De in bijlage I gespecificeerde werkzame stof Betabaculovirus phoperculellae wordt goedgekeurd onder de in die bijlage I vastgestelde voorwaarden.

Artikel 2 Wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011

De bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze verordening.

Artikel 3 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 22 januari 2025.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula von der Leyen

BIJLAGE I

BIJLAGE II