Home

90/672/EGKS: BESLUIT VAN DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN VAN DE LID-STATEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAP VOOR KOLEN EN STAAL, IN HET KADER VAN DE RAAD BIJEEN, VAN 20 DECEMBER 1990 HOUDENDE TOEPASSING VAN ALGEMENE TARIEFPREFERENTIES VOOR 1991 VOOR BEPAALDE IJZER- EN STAALPRODUKTEN VAN OORSPRONG UIT ONTWIKKELINGSLANDEN

90/672/EGKS: BESLUIT VAN DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN VAN DE LID-STATEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAP VOOR KOLEN EN STAAL, IN HET KADER VAN DE RAAD BIJEEN, VAN 20 DECEMBER 1990 HOUDENDE TOEPASSING VAN ALGEMENE TARIEFPREFERENTIES VOOR 1991 VOOR BEPAALDE IJZER- EN STAALPRODUKTEN VAN OORSPRONG UIT ONTWIKKELINGSLANDEN

BESLUIT VAN DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN VAN

DE LID-STATEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAP VOOR KOLEN EN

STAAL, IN HET KADER VAN DE RAAD BIJEEN,

van 20 december 1990

houdende toepassing van algemene tariefpreferenties voor 1991 voor bepaalde ijzer- en staalprodukten van oorsprong uit ontwikkelingslanden

(90/672/EGKS)<(BLK0)LA ORG="CCF"> NL</(BLK0)LA>

DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN VAN DE LID-STATEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAP VOOR KOLEN EN STAAL, IN HET KADER VAN DE RAAD BIJEEN,

In onderlinge overeenstemming met de Commissie,

BESLUITEN:

Artikel 1

1. Met ingang van 1 januari 1991 en tot en met 31 december 1991 worden de douanerechten die van toepassing zijn op de produkten van de bijlagen I en II volledig geschorst in het kader van tariefcontingenten en -plafonds.

Spanje en Portugal passen de invoerrechten toe op de hierboven vermelde produkten, overeenkomstig de artikelen 178 en 365 van de Toetredingsakte van 1985.

2. Voor de in lid 1 bedoelde regeling komen in aanmerking:

- elk van de landen en gebieden vermeld in kolom 4 van bijlage I naast elk van de categorieën produkten die zijn gespecificeerd in de kolommen 2 en 3,

- elk van de overige landen en gebieden welke voorkomen in bijlage III, met uitzondering van Roemenië, voor dezelfde categorieën produkten,

- elk van de landen en gebieden die voorkomen in bijlage III voor de categorieën produkten opgenomen in bijlage II.

De communautaire preferentiële regeling van toepassing op Joegoslavië resulteert uitsluitend uit de bepalingen vervat in het met dit land gesloten akkoord betreffende de EGKS-produkten (1).

3. De preferenties die zijn verleend bij de onderhavige verordening worden geschorst voor de produkten van oorsprong uit de Republiek Korea.

4. De toelating tot de preferentiële regeling die is ingesteld bij dit besluit, is onderworpen aan de naleving van de definitie van de oorsprong der produkten, vastgesteld overeenkomstig de procedure voorzien in artikel 14 van Verordening (EEG) nr. 802/68 (2) en vervat in Verordening (EEG) nr. 693/88 van de Commissie (3).

5. De communautaire tariefcontingenten en -plafonds worden beheerd overeenkomstig de hierna volgende bepalingen.

DEEL I

Bepalingen betreffende het beheer van communautaire tariefcontingenten met betrekking tot de produkten van bijlage I

Artikel 2

Algehele schorsing van douanerechten in het kader van de in artikel 1, lid 1, bedoelde communautaire tariefcontingenten wordt toegekend aan elk van de landen en gebieden vermeld in kolom 4 van bijlage I, voor die produkten welke zijn gespecificeerd in de kolommen 2 en 3 ten aanzien waarvan in kolom 5 de aanduiding van het individuele contingent is vermeld.

Artikel 3

1. De Lid-Staten beheren hun tariefcontingenten volgens hun eigen bepalingen ter zake.

2. De daadwerkelijke uitputtingsgraad van de quota van de Lid-Staten wordt vastgesteld op grond van de hoeveelheden van de betrokken produkten waarvoor bij de douane een aangifte tot het in het vrije verkeer brengen is ingediend, volgens de douanewaarde van genoemde produkten, en die vergezeld gaan van een certificaat van oorsprong conform de in artikel 1, lid 4, bedoelde voorschriften.

Artikel 4

Iedere Lid-Staat stelt de heffing van de ten aanzien van één van de in kolom 4 van bijlage I vermelde landen of gebieden geschorste rechten opnieuw in, zodra hij vaststelt dat de op zijn nationaal contingent in mindering gebrachte hoeveelheden van de betrokken produkten van oorsprong uit dat land of gebied het in kolom 6 van bijlage I vermelde maximum hebben bereikt.

DEEL II

Bepalingen betreffende het beheer van de communautaire tariefplafonds met betrekking tot de produkten van bijlage I en bijlage II

Artikel 5

Onder voorbehoud van de artikelen 6 en 7, wordt de regeling van de preferentiële tariefplafonds toegekend

- in het kader van bijlage I, aan elk van de landen en gebieden die voorkomen in bijlage III, en met uitzondering van Roemenië, andere dan die welke eventueel voorkomen in kolom 4, binnen de grenzen van de naast elk van de categorieën produkten in kolom 7 vastgestelde hoeveelheden,

- in het kader van bijlage II aan alle landen en gebieden die voorkomen in bijlage III, individueel genomen, binnen de grenzen van een communautair plafond gelijk aan 102 % van de hoogste geldige maximumhoeveelheid voor het jaar 1980, in het kader van elk van de in genoemd jaar geopende preferentiële plafonds.

Artikel 6

1. Zodra de individuele plafonds, vastgesteld of berekend aan de hand van artikel 5, ingesteld voor invoer in de Gemeenschap, onder de daarin gestelde voorwaarden, van produkten van oorsprong uit elk van de in artikel 1, lid 2, bedoelde landen en gebieden, op het niveau van de Gemeenschap zijn bereikt, kunnen de Lid-Staten op elk tijdstip, op verzoek van een van deze Staten of van de Commissie en voor de gehele Gemeenschap, de heffing van de rechten die overeenkomen met de invoer van de betrokken produkten van oorsprong uit elk van de genoemde landen en gebieden wederom instellen tot het einde van de in artikel 1, lid 1, bedoelde periode.

2. In het kader van de voorafgaande bepalingen cooerdineert de Commissie de procedures tot wederinstelling van de normale douanerechten, met name door de gemeenschappelijke datum mede te delen voor de gehele Gemeenschap, die rechtstreeks van toepassing is in elke Lid-Staat. Deze mededeling wordt bekendgemaakt in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

3. De leden 1 en 2 zijn niet van toepassing op de in bijlage IV genoemde landen.

Artikel 7

De uitputtingsgraad van de plafonds wordt op het niveau van de Gemeenschap vastgesteld op grond van de invoer die onder de in de leden 1 en 2 van artikel 8 vastgestelde voorwaarden is afgeboekt.

DEEL III

Algemene bepalingen

Artikel 8

1. De daadwerkelijke afboeking op de plafonds en de communautaire maximumbedragen van de invoer der betrokken produkten wordt verricht naargelang voor de betrokken produkten bij de douane een aangifte tot het in het vrije verkeer brengen is ingediend, volgens de douanewaarde ervan, en zij vergezeld zijn van een certificaat van oorsprong, overeenkomstig de in artikel 1, lid 4, bedoelde voorschriften.

2. Een produkt kan slechts op een plafond worden afgeboekt of voor een tariefcontingent in aanmerking komen, indien het in lid 1 bedoelde certificaat van oorsprong vóór de datum van wederinstelling van de heffing van de rechten is overgelegd.

3. Met het oog op de toepassing van dit besluit zijn de bedragen in ecu waarin de preferentiële bedragen zijn uitgedrukt en de omrekeningskoers in nationale valuta, die welke zijn vastgesteld op 1 oktober 1990 en die geldig blijven van 1 januari tot en met 31 december 1991 (1).

4. Elke wijziging in de lijst van gegadigden, met name door toevoeging van nieuwe landen en gebieden, kan een dienovereenkomstige aanpassing van de communautaire tariefcontingenten of -plafonds tot gevolg hebben.

Artikel 9

1. Binnen een termijn van zes weken volgend op het einde van elk trimester, maken de Lid-Staten aan het Bureau voor de Statistiek van de Europese Gemeenschappen hun statistische gegevens over die betrekking hebben op, tijdens het referentietrimester, in het vrije verkeer gebrachte goederen waarop de tariefpreferenties voorzien in onderhavig besluit worden toegepast. Deze gegevens dienen te worden geleverd per codenummer van de gecombineerde nomenclatuur en, eventueel, van de Taric, en details te bevatten inzake land van oorsprong, waarde, hoeveelheden en bijzondere maatstaven, die eventueel zijn vereist volgens de definities van de Verordeningen (EEG) nr. 1736/75 (1) en (EEG) nr. 3367/87 (2).

2. Wat evenwel de produkten van bijlage I betreft die aan een plafond zijn onderworpen, zenden de Lid-Staten de Commissie op haar verzoek uiterlijk op de elfde dag van elke maand een lijst van de tijdens de voorgaande maand verrichte afboekingen toe.

Wanneer het plafond ten belope van 75 % is bereikt, delen de Lid-Staten aan de Commissie op haar verzoek de lijsten van afboekingen mee op basis van perioden van tien dagen, waarbij deze lijsten binnen een termijn van vijf dagen na het einde van elke tiendaagse periode moeten worden toegezonden.

Artikel 10

De Lid-Staten nemen in nauwe samenwerking met de Commissie alle nodige maatregelen om de tenuitvoerlegging van dit besluit te waarborgen.

Artikel 11

De Lid-Staten treffen alle maatregelen die voor de tenuitvoerlegging van dit besluit vereist zijn.

Artikel 12

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1991.

Gedaan te Brussel, 20 december 1990.

De Voorzitter

G. RUFFOLO

BIJLAGE I<(BLK0)LA ORG="CCF">NL</(BLK0)LA>

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

'

BIJLAGE II<(BLK0)LA ORG="CCF">NL</(BLK0)LA>

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

'

BIJLAGE III<(BLK0)LA ORG="CCF">NL</(BLK0)LA>

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

BIJLAGE IV<(BLK0)LA ORG="CCF">NL</(BLK0)LA>

>RUIMTE VOOR DE TABEL>