Home

Resolutie over de gevangenhouding van de heer Harry Wu

Resolutie over de gevangenhouding van de heer Harry Wu

Resolutie over de gevangenhouding van de heer Harry Wu

Publicatieblad Nr. C 249 van 25/09/1995 blz. 0158


B4-1013 en 1026/95

Resolutie over de gevangenhouding van de heer Harry Wu

Het Europees Parlement,

A. overwegende dat de heer Harry Hongda Wu, die lange tijd politiek gevangene was in China en nu Amerikaans staatsburger is, getuigenis heeft afgelegd voor de Subcommissie rechten van de mens van het Europees Parlement in het kader van het verslag dat aan de basis ligt van zijn resolutie van 9 februari 1994 over de eerbiediging van de rechten van de mens en de economische uitbuiting van gevangenen en kinderen in de wereld ((PB C 61 van 28.2.1994, blz. 106.)),

B. overwegende dat de heer Wu naar China is gereisd met een geldig VS-paspoort en een geldig Chinees visum, en dat hij door de Chinese autoriteiten gevangen genomen is toen hij het land binnenkwam vanuit Kazachstan, zoals door de Amerikaanse ambassade in Peking op 23 juni 1995 werd meegedeeld,

C. overwegende dat de heer Wu door dezelfde Chinese autoriteiten op zaterdag 8 juli 1995 officieel is beschuldigd van spionage, aankoop van geheime informatie en ontvreemding van geheime documenten, en een levenslange gevangenisstraf riskeert,

D. overwegende dat de heer Harry Wu een erkend mensenrechtenmilitant is die scherpe kritiek heeft geuit op het Chinese gevangeniswezen, beter bekend onder de naam laogaï, en dat hij op 17 maart 1995 is uitgeroepen tot ereburger van de stad Bègles (Frankrijk),

E. overwegende dat de Europese Unie in haar betrekkingen met derde landen bijzonder veel belang hecht aan de eerbiediging van de mensenrechten,

Het Europees Parlement,

1. veroordeelt de gevangenneming van de heer Wu en eist zijn onmiddellijke en onvoorwaardelijke vrijlating;

2. verzoekt de Commissie en de Raad hun invloed aan te wenden om de veiligheid en het welzijn van de heer Wu te waarborgen en zijn vrijlating te bewerkstelligen;

3. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad en de Commissie, alsmede aan de regeringen van de Verenigde Staten en van de Volksrepubliek China.