Voorstel voor een Besluit van de Raad betreffende Communautaire Steun voor Acties ten behoeve van Ouderen
Voorstel voor een Besluit van de Raad betreffende Communautaire Steun voor Acties ten behoeve van Ouderen
Voorstel voor een Besluit van de Raad betreffende Communautaire Steun voor Acties ten behoeve van Ouderen /* COM/95/53DEF - CNS 95/0062 */
Publicatieblad Nr. C 115 van 09/05/1995 blz. 0014
Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende communautaire steun voor acties ten behoeve van ouderen
(95/C 115/06)
COM(95) 53 def. - 95/0062(CNS)
(Door de Commissie ingediend op 3 maart 1995)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 235,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Gezien het advies van het Europees Parlement,
Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité,
Overwegende dat de voortdurende verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden en een evenwichtige economische ontwikkeling doelstellingen van de Europese Gemeenschap zijn;
Overwegende dat het Economisch en Sociaal Comité op 25 november 1993 zijn advies over de ouderen in de samenleving heeft goedgekeurd (1);
Overwegende dat de Raad zijn beginselverklaring van 6 december 1993 naar aanleiding van de afsluiting van het Europees Jaar van de ouderen en de solidariteit tussen de generaties, waarin nota wordt genomen van het voornemen van de Commissie om een voorstel op dit terrein in te dienen, heeft goedgekeurd (2);
Overwegende dat het Europees Parlement zijn resolutie van 24 februari 1994 betreffende de situatie van de ouderen in de Europese Gemeenschap heeft goedgekeurd (3);
Overwegende dat de verklaring betreffende de samenwerking met solidariteitsverenigingen, die aan de Slotakte van het Verdrag betreffende de Europese Unie is gehecht, benadrukt dat de samenwerking met solidariteitsverenigingen en -stichtingen, als lichamen die zich bezighouden met welzijnswerk, van groot belang is;
Overwegende dat de huidige demografische ontwikkeling tot een belangrijke toename van het aandeel van de ouderen in de bevolkingsopbouw zal leiden en dat deze trend aanzienlijke economische en sociale gevolgen zal hebben, met name voor de arbeidsmarkt, de sociale zekerheid en de uitgaven voor sociale doeleinden;
Overwegende dat samenwerking en overleg tussen de Commissie, de Lid-Staten en de vertegenwoordigers van de ouderen over maatregelen die de ouderen betreffen, van belang zijn voor de ontwikkeling van de solidariteit binnen de Europese Unie;
Overwegende dat de op Europees niveau te nemen maatregelen bedoeld zijn om meer bekendheid te geven aan de verschillende typen maatregelen die op verschillende niveaus in de Lid-Staten worden genomen en deze aan te vullen;
Overwegende dat het Europees Jaar van de Ouderen en de Solidariteit tussen de Generaties (1993) de praktische waarde heeft aangetoond van de uitwisseling van informatie en ervaringen met betrekking tot de vergrijzing in Europa;
Overwegende dat de door het Europees Jaar van de Ouderen en de Solidariteit tussen de Generaties gecreëerde voorwaarden een bijzonder en eenmalig vervolginitiatief op Europees niveau rechtvaardigen, om voort te bouwen op de resultaten van het Jaar;
Overwegende dat het Verdrag voor de betreffende maatregelen niet in andere bevoegdheden voorziet dan die van artikel 235,
BESLUIT:
Artikel 1
Een kader voor communautaire steun voor acties in de Lid-Staten die bedoeld zijn om het hoofd te bieden aan de uitdagingen van een vergrijzende bevolking van de Europese Unie wordt hierbij vastgesteld voor de periode van 1 september 1995 tot en met 31 december 1999.
Artikel 2
De acties zullen gericht zijn op de volgende doelstellingen:
1. het ontwikkelen van de rol en het potentieel van de actieve gepensioneerden;
2. het stimuleren van de verspreiding van succesvolle methoden in verband met:
a) het verbeteren van de situatie van oudere vrouwen;
b) het management van een vergrijzend arbeidspotentieel;
c) de overgang van werk naar pensionering;
d) de zorg voor afhankelijke ouderen en de toegankelijkheid van de zorg;
3. het bevorderen van de solidariteit tussen de generaties en van de integratie van ouderen die dreigen te vereenzamen.
Artikel 3
Om de in artikel 2 genoemde doelstellingen te verwezenlijken zullen de volgende maatregelen worden genomen:
a) specifieke projecten die aan de in de bijlage bij dit besluit genoemde criteria voldoen;
b) vergelijkende studies en transnationale initiatieven betreffende de uitwisseling van informatie en ervaringen en het bevorderen van succesvolle methoden in verband met de prioritaire thema's van de actie, uit te voeren door partnerschappen waarbij de publieke en/of de particuliere sector, beroeps- en/of vrijwilligersorganisaties betrokken zijn;
c) het regelmatig opstellen van vergelijkende rapporten over de sociaal-economische situatie van ouderen in de gehele Europese Unie door een team van onafhankelijke wetenschappelijke deskundigen (de "Europese waarnemingspost voor vergrijzing en ouderen").
Artikel 4
1. De Commissie is verantwoordelijk voor de tenuitvoerlegging van dit besluit.
2. De Commissie zal de beslissingen betreffende de financiering van specifieke acties nemen na raadpleging van het in artikel 6 bedoelde Comité.
3. De Commissie kan het in artikel 6 bedoelde Comité eveneens raadplegen over andere praktische aspecten van de tenuitvoerlegging van dit besluit.
Artikel 5
1. Organisaties of individuele personen kunnen aanvragen voor de financiering van acties indienen. Deze aanvragen dienen aan de Commissie gericht te zijn.
2. De financiële bijdrage van de Gemeenschap aan acties waarvoor ondersteuning in het kader van dit besluit is goedgekeurd, zal niet meer dan 75 % van de totale kosten bedragen, behalve in het geval van onderzoeken waartoe de Commissie speciaal opdracht heeft gegeven en die verband houden met de verwezenlijking van de doelstellingen van dit besluit.
Artikel 6
De Commissie wordt bijgestaan door een comité van raadgevende aard, hierna te noemen "het Comité", bestaande uit twee regeringsvertegenwoordigers van elke Lid-Staat en voorgezeten door de vertegenwoordiger van de Commissie.
De vertegenwoordiger van de Commissie legt het Comité een ontwerp voor van de te nemen maatregelen. Het Comité brengt binnen een termijn die de voorzitter kan vaststellen naar gelang van de urgentie van de materie advies uit over dit ontwerp, zo nodig door middel van een stemming.
Het advies wordt in de notulen opgenomen; voorts heeft iedere Lid-Staat het recht te verzoeken dat zijn standpunt in de notulen wordt opgenomen.
De Commissie houdt zoveel mogelijk rekening met het door het Comité uitgebrachte advies. Zij brengt het Comité op de hoogte van de wijze waarop zij met zijn advies rekening heeft gehouden.
Het Comité stelt zelf zijn reglement van orde vast.
Artikel 7
De verspreiding en uitwisseling van informatie en kennis betreffende het programma wordt onder verantwoordelijkheid van de Commissie georganiseerd.
Artikel 8
De Commissie legt de Raad en het Europees Parlement voor 31 december 2000 een verslag voor over de tenuitvoerlegging en de resultaten van de acties.
Artikel 9
Dit besluit wordt gepubliceerd in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.
(1) PB nr. C 34 van 2. 2. 1994, blz. 61.
(2) PB nr. C 343 van 21. 12. 1993, blz. 1.
(3) PB nr. C 77 van 14. 3. 1994, blz. 24.