Home

Resolutie over het Witboek van de Commissie over het luchtverkeerbeheer - Openstelling van het Europese luchtruim (COM(96)0057 C4-0191/96)

Resolutie over het Witboek van de Commissie over het luchtverkeerbeheer - Openstelling van het Europese luchtruim (COM(96)0057 C4-0191/96)

Resolutie over het Witboek van de Commissie over het luchtverkeerbeheer - Openstelling van het Europese luchtruim (COM(96)0057 C4-0191/96)

Publicatieblad Nr. C 033 van 03/02/1997 blz. 0124


A4-0381/96

Resolutie over het Witboek van de Commissie over het luchtverkeerbeheer - Openstelling van het Europese luchtruim (COM(96)0057 - C4-0191/96)

Het Europees Parlement,

- gezien het Witboek van de Commissie over het luchtverkeerbeheer - Openstelling van het Europese luchtruim (COM(96)0057 - C4-0191/96),

- gezien het verslag d.d. 31 mei 1996 van de INSTAR-werkgroep van de Europese Burgerluchtvaartconferentie (ECAC - European Civil Aviation Conference),

- naar aanleiding van de op 30 september 1996 gehouden openbare hoorzitting over dit onderwerp (PE 218.713),

- onder verwijzing naar zijn resoluties van 18 september 1992 over de verzadiging en de controle van het luchtverkeer ((() PB C 284 van 2.11.1992, blz. 170.)), van 27 september 1994 over de luchtverkeersleiding (ATC in Europa ((() PB C 305 van 31.10.1994, blz. 24)), van 14 februari 1995 over de mededeling van de Commissie over een betere toekomst voor de burgerluchtvaart in Europa ((() PB C 56 van 6.3.1995, blz. 28.)) en van 16 november 1995 over de mededeling van de Commissie inzake congestie en crisissituaties in het luchtverkeer ((() PB C 323 van 4.12.1995, blz. 92.)),

- gezien de ontwerp-resolutie over de vliegramp in het Caraïbisch gebied, B4-0305/96,

- gezien het verslag van de Commissie vervoer en toerisme en de adviezen van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbescherming en de Commissie externe economische betrekkingen (A4-0381/96),

A. overwegende dat de verlening van doeltreffende luchtvervoersdiensten van essentieel belang is ter ondersteuning van de interne markt in de burgerluchtvaartsector en een noodzaak is ter verbetering van het concurrentievermogen van het Europese bedrijfsleven en van de mobiliteit van personen en goederen,

B. overwegende dat het luchtverkeerbeheer van essentieel belang is voor de ontwikkeling van het Europees luchtvervoer en dat het gebrek aan capaciteit en doeltreffendheid van het huidige ATM-systeem (Air Traffic management) een van de belemmeringen is voor een evenwichtige ontwikkeling van het luchtvervoerssysteem,

C. overwegende dat de huidige versnippering van het Europese ATM-systeem ingrijpende gevolgen heeft voor het gerief van reizigers, de kosten van luchtvaartmaatschappijen en het milieu,

D. overwegende dat het ATM-netwerk als een integrerend deel van het transeuropese vervoersnet moet worden beschouwd overeenkomstig beschikking 1692/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 1996 betreffende de communautaire richtsnoeren voor de ontwikkeling van eentranseuropees vervoersnet ((() PB L 228 van 9.9.1996, blz. 1.)),

E. overwegende dat de activiteiten van de Gemeenschap ter verbetering van het huidige ATM-systeem volledig in overeenstemming zijn met het subsidiariteitsbeginsel en als een integrerend deel van het gemeenschappelijk luchtvervoersbeleid moeten worden gezien,

F. overwegende dat het aantal routes en luchtvaartmaatschappijen voortdurend toeneemt,

G. overwegende dat de komende decennia de vraag naar luchtvervoersdiensten zal blijven groeien en naar verwachting in het jaar 2010 verdubbeld zal zijn,

H. overwegende dat voor de oplossing van de problemen op het gebied van de luchtverkeersleiding (ATC) ook de Europese landen die geen lid van de Unie zijn, hierbij betrokken moeten worden,

1. neemt nota van het Witboek over het luchtverkeerbeheer, waarin uitvoerig wordt ingegaan op de huidige situatie op het gebied van het luchtverkeerbeheer in Europa en waarin gewezen wordt op de tekortkomingen die er op dit gebied bestaan;

2. merkt op dat in het Witboek staat dat de kosten van vertragingen in verband met ATC voor de luchtvaartmaatschappijen zich jaarlijks op ongeveer 2 miljard ecu hebben gestabiliseerd;

3. wijst erop dat de algemene doelstelling van ATM is de reizende burger het beste niveau van dienstverlening te geven tegen de zo laag mogelijke kosten die met het vereiste niveau van de dienst verenigbaar zijn;

4. onderstreept dat bij alle noodzakelijke ontwikkelingen op het gebied van het luchtverkeerbeheer een zo hoog mogelijk veiligheidsniveau gehandhaafd moet worden en dat dit veiligheidsniveau zo mogelijk nog moet worden verhoogd;

5. is uiterst bezorgd over de toename van het aantal ongevallen en incidenten in de luchtvaart (vooral de gevallen waarin een ongeluk nog net kon worden voorkomen) in 1996;

6. wijst erop dat het luchtvervoer een internationale, zo niet wereldwijde draagwijdte heeft, hetgeen betekent dat procedures, normen, regelingen en technische middelen een zo uitgebreid mogelijk geografisch gebied moeten dekken;

7. acht het derhalve voor de Europese Unie van vitaal belang te zorgen voor harmonisatie en vaste samenwerkingsregelingen voor het luchtverkeerbeheer met de Midden- en Oosteuropese landen en met de Middellandse-Zeelanden in het kader van het gemeenschappelijke beleid inzake de externe betrekkingen in de burgerluchtvaart, alsmede in het kader van de programma's PHARE, TACIS en MEDA;

8. is van oordeel dat het Europese luchtruim, ongeacht nationale grenzen, één gemeenschappelijk luchtruim moet zijn en als zodanig moet worden beschouwd, en dat de lid-staten hun soevereiniteit op het gebied van de luchtvaart gemeenschappelijk moeten uitoefenen, zulks met het oog op een optimaal gebruik van het luchtruim in het belang van alle gebruikers, op basis van duidelijke beleidscriteria voor de toegang tot dit luchtruim;

9. meent dat de toegang tot het Europese luchtruim niet meer kan worden geregeld door bilaterale overeenkomsten tussen de lid-staten van de Europese Unie en derde landen, maar dat hierover door de Europese Unie namens de Vijftien dient te worden onderhandeld;

10. waardeert de inspanningen van de ECAC en Eurocontrol om tot een doeltreffender beheer van het luchtruim en meer beschikbare capaciteit te komen; is in dit verband van oordeel dat de Europese Unie een hoge kosten veroorzakende overlapping van werkzaamheden en activiteiten moet proberen te vermijden;

11. beseft dat met de bestaande programma's en regelingen deels ertoe wordt bijgedragen de problemen op het gebied van het Europese luchtverkeerbeheer op korte en middellange termijn op te lossen; is er echter van overtuigd dat met één enkel Europees ATM-regelgevingssysteem versnippering zou worden tegengegaan en een consistent en uniform ATM-systeem in heel Europa zal worden gerealiseerd;

12. noemt als hoofddoelstellingen van een gemeenschappelijk Europees regelgevingssysteem:

a) de vaststelling van veiligheidsnormen van hoog niveau,

b) het bieden van toereikende capaciteit voor de te voorziene verkeerstoename,

c) toereikende flexibiliteit om onvoorziene veranderingen die zich op korte termijn in de vraag voordoen, op te vangen,

d) bevordering van vluchten via de meest efficiënte routes door een rationeel gebruik van het luchtruim,

e) bevordering van optimale financiële efficiency door invoering van een systeem voor kostenbeheersing en kwaliteitscontrole, rekening houdende met de verplichtingen in verband met de handhaving van de openbare dienst van de luchtverkeersleiding,

f) gebruikmaking van de meest geavanceerde en beproefde technologie,

g) toepassing van gemeenschappelijke normalisatie- en aanschafregels voor ATM-systemen, faciliteiten en procedures, alsmede toezicht op de naleving ervan,

h) zorgen voor compatibiliteit tussen de verschillende door de luchtverkeersleidingen van de lid-staten gebruikte systemen,

i) bevordering, ter verhoging van de veiligheid, van de harmonisatie van de werkmethoden van de luchtverkeersleiders, met name van de gebruikte terminologieën;

13. stemt in met de opvatting van de Commissie dat er sprake dient te zijn van een scheiding van "regelgevende" en "operationele" functies van het ATM; is niettemin van mening dat de door de Commissie besproken drie opties voor een uniform ATM-systeem beslist niet uitputtend zijn, en verzoekt de Commissie een evaluatie te geven van het momenteel door de ECAC-landen bestudeerde institutionele model om te kunnen bepalen in hoeverre dit model zou kunnen beantwoorden aan de eisen van een hoog veiligheidsniveau, economische efficiency, sociale dialoog en vrij verkeer op de interne markt;

14. is van mening dat een ATM-autoriteit verantwoordelijk moet zijn voor de grote beleidslijnen en regelgevende/wettelijke aspecten ter verwezenlijking van de belangrijkste doelstellingen van het uniforme ATM-systeem, waaronder valt

a) vaststelling van gemeenschappelijke ATM-veiligheidsvoorschriften,

b) vaststelling van ATM-beleidsmaatregelen, -procedures en -normen, met inbegrip van luchtruimindeling en routetoewijzing, alsmede van prestatie- en produktiviteitsnormen waaraan de dienstverleners moeten voldoen,

c) vaststelling van beleidslijnen op het gebied van onderzoek, ontwikkeling, tests en evaluatie, met inbegrip van de invoering van nieuwe technologie, met name in de vorm van satellieten en digitale datanetwerken met uniforme Europese specificaties,

d) vaststelling van beleidslijnen ter financiering van het ATM en van gemeenschappelijke regels voor een transparante toerekening van kosten en lasten aan de gebruikers,

e) vaststelling van gemeenschappelijke normen voor de opleiding van luchtverkeersleiders;

15. wijst erop dat een dergelijke autoriteit democratisch rekenschap en verantwoording moet afleggen op communautair niveau en over mechanismen moet beschikken om zowel intern als extern een transparante besluitvorming en financiering te waarborgen, met inbegrip van overleg met de gebruikers van het luchtruim en alle betrokken partijen, zoals ATM-personeel- vertegenwoordigers, teneinde aan hun behoeften te kunnen beantwoorden;

16. wijst erop dat op satellieten gebaseerde technologieën en digitale datanetwerken enorme mogelijkheden bieden ter realisering van grotere efficiency op ATM-gebied en van het "open luchtruim"-concept; legt er de nadruk op dat dit een industriebeleid van de Europese Unie impliceert waarmee een doeltreffende technologiekeuze wordt bereikt en dat een en ander moet leiden tot de vaststelling van gemeenschappelijke normalisatie- en aanschafregels die het Europese bedrijfsleven in staat stellen zijn concurrentievermogen te versterken om aan de vraag te voldoen en schaalvoordelen te bereiken op grond van een hoog veiligheidsniveau;

17. is van oordeel dat van de herziening van het internationale Eurocontrol- Verdrag op het punt van de samenwerking inzake de veiligheid van de luchtverkeersnavigatie gebruik moet worden gemaakt om een nieuwe Europese centrale regelgevingsorganisatie op te zetten die de Europese Unie in staat zou stellen haar beleidsdoelstellingen te bereiken en verzoekt alle lid-staten ervoor te zorgen dat deze herziening de democratische besluitvormingsprocedure en doeltreffendheid van de toekomstige centrale ATM-organisatie zal verbeteren;

18. verwijst naar zijn vroegere resoluties, waarin wordt opgemerkt dat alle lid-staten van de Europese Unie bij Eurocontrol aangesloten dienen te zijn, zonder enigerlei discriminatie en op dezelfde voorwaarden die in het algemeen de opeenvolgende toetredingen hebben gekenmerkt;

19. meent dat het Eurocontrol-Verdrag over de samenwerking van de veiligheid van de luchtverkeersnavigatie moet worden herzien, opdat een nieuwe cooerdinerende organisatie kan worden opgezet die Eurocontrol vervangt;

20. is van oordeel dat meer investeringen dringend nodig zijn ter verbetering van het luchtruim en de luchthaveninfrastructuur-voorzieningen, met name met het oog op de te verwachten groei in de vraag naar luchtverkeer en de toeneming van de interne en externe economische en handelsbetrekkingen van de EU;

21. juicht het recente initiatief van de Beneluxlanden en Duitsland toe om een "geïntegreerd ATC - centrumconcept" op te zetten, dat een vrije luchtcorridor mogelijk maakt in het bovenste luchtruim (boven de 30.000 voet) van deze landen, waardoor hun capaciteit en doeltreffendheid van de luchtvaartverbindingen voor de gebruikers wordt verbeterd, en spreekt de hoop uit dat andere lid-staten dit initiatief zullen volgen;

22. is van oordeel dat passagiers het recht hebben feitelijke informatie te krijgen over de duur en de oorzaken van vertragingen en verzoekt derhalve de lid-staten te zorgen voor regelmatige publikatie van statistieken van luchtvaartvertragingen;

23. wijst op de noodzaak van een centrale regeling van het Europese luchtruim ten behoeve van alle gebruikers ervan, hetzij burgerlijke of militaire, ongeacht de grenzen, verzoekt derhalve de nieuwe centrale ATM-autoriteit te machtigen het routenetwerk en de luchtruimstructuur op te zetten, steunt een zo groot mogelijke integratie van militaire luchtverkeersdiensten in het uniforme systeem;

24. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de regeringen van de lid-staten, de Europese Burgerluchtvaartconferentie en Eurocontrol.