Voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een communautair initiatief ten behoeve van het evenement "Cultuurstad van Europa"
Voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een communautair initiatief ten behoeve van het evenement "Cultuurstad van Europa"
Voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een communautair initiatief ten behoeve van het evenement "Cultuurstad van Europa" /* COM/97/0549 def. - COD 97/0290 */
Publicatieblad Nr. C 362 van 28/11/1997 blz. 0012
Voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een communautair initiatief ten behoeve van het evenement "Cultuurstad van Europa"
(97/C 362/09) (Voor de EER relevante tekst) COM(97) 549 def. - 97/0290(COD)
(Door de Commissie ingediend op 30 oktober 1997)
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 128,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Gezien het advies van het Comité van de Regio's,
Overeenkomstig de procedure van artikel 189 B van het Verdrag,
Overwegende dat Europa in de loop van zijn geschiedenis en nu nog steeds gekenmerkt wordt door een uiterst rijke en gevarieerde culturele ontwikkeling en dat het verschijnsel "stad" steeds een belangrijke rol heeft gespeeld bij het ontstaan en de verbreiding van de Europese culturen;
Overwegende dat aan de Europese Gemeenschap uit hoofde van het EG-Verdrag (artikel 128) bevoegdheden op cultureel gebied zijn toegekend; dat alle stimuleringsmaatregelen van de Gemeenschap op cultureel gebied derhalve op de nieuwe rechtsgrondslag gebaseerd moeten zijn, overeenkomstig de door het Verdrag aan de Gemeenschap opgelegde doelstellingen en verschafte middelen;
Overwegende dat de Ministers die verantwoordelijk zijn voor culturele aangelegenheden, in het kader van de Raad bijeen, op 13 juni 1985 een resolutie hebben aangenomen betreffende het jaarlijkse evenement "Cultuurstad van Europa" waarbij het vooral de bedoeling was "bepaalde aspecten van de cultuur van de betrokken stad of streek of het betrokken land toegankelijk te maken voor het Europees publiek" en dat de Europese Gemeenschap hiertoe financiële steun verleent;
Overwegende dat het Parlement, tijdens de besprekingen die aan zijn advies van 7 april 1995 betreffende het programma Caleidoscoop (1) voorafgingen, de Commissie heeft gevraagd om, uitgaande van artikel 128 van het EG-Verdrag, een programma voor te leggen voor de organisatie van het evenement "Cultuurstad van Europa" na het jaar 2000;
Overwegende dat een communautair initiatief ten behoeve van het programma "Cultuurstad van Europa" aan duidelijk omlijnde doelstellingen moet beantwoorden en dat daarvoor de middelen moeten worden vrijgemaakt, waarin het Verdrag voorziet volgens de in artikel 128 gestelde voorwaarden;
Overwegende dat het, teneinde de in artikel 128 vastgestelde beginselen in acht te kunnen nemen, dienstig is elk jaar een "Cultuurstad van Europa" aan te wijzen, die aan de hand van een specifiek thema van Europees belang en eventueel in samenwerking met andere Europese steden, een cultureel project moet uitvoeren;
Overwegende dat tegelijkertijd het evenement "Europese cultuurmaand" dient te worden afgeschaft;
Overwegende dat er tot dusver was voorzien in een communautaire bijdrage voor de "Cultuurstad van Europa" en voor de "Europese cultuurmaand" in het kader van het Caleidoscoopprogramma en dat dit programma in 1998 (2) een einde neemt.
Overwegende dat de Raad op 30 juli 1997 het besluit heeft genomen om de Commissie te verzoeken op grond van artikel 152 van het EG-Verdrag een studie te verrichten voorafgaand aan voorstellen voor de opstelling van een enkel, algemeen cultuurprogramma vóór mei 1998, waarin een actie dient te worden opgenomen - ook wat de financiering daarvan betreft - getiteld "Cultuurstad van Europa",
BESLUITEN:
Artikel 1
De Gemeenschap zet een initiatief op, getiteld "Cultuurstad van Europa". Dit initiatief is erop gericht de rijkdom, de verscheidenheid en de gemeenschappelijke kenmerken van de Europese culturen tot hun recht te laten komen, en om ertoe bij te dragen dat de burgers van de Unie elkaar beter leren kennen.
Artikel 2
Vanaf het jaar 2002 wordt de "Cultuurstad van Europa" als volgt aangewezen:
- die jaar voor het begin van het evenement leggen de betrokken lidstaten de Europese Commissie een dossier voor, zoals beschreven in artikel 3, met de voordracht van de voor dit evenement in aanmerking komende stad of steden, voor het betrokken jaar;
- de Commissie stelt een jury samen, die aan de hand van de doelstellingen en kenmerken van deze actie advies moet uitbrengen over de voorgedragen steden of projecten. Die jury bestaat uit zeven onafhankelijke, hooggeplaatste personen, waarvan er twee door het Europees Parlement worden aangewezen, twee door de Raad, twee door de Commissie en een door het Comité van de regio's. Deze jury brengt advies uit aan de Commissie;
- op voorstel van de Commissie en na raadpleging van het Europees Parlement wijst de Raad met gekwalificeerde meerderheid van stemmen de "Cultuurstad van Europa" aan voor het betrokken jaar.
Artikel 3
Het voordrachtdossier moet een Europees cultureel project omvatten, dat aan een specifiek thema van Europees belang beantwoordt en hoofdzakelijk berust op culturele samenwerking overeenkomstig de doelstellingen en acties van artikel 128 van het EG-Verdrag. Dit projekt mag samen met andere Europese steden worden uitgevoerd.
In het dossier moet in het bijzonder zijn aangegeven hoe de gegadigde Europese stad - binnen het gekozen thema - voornemens is om:
- culturele stromingen die de Europeanen gemeen hebben en waarvoor deze stad een bron van inspiratie is geweest of waartoe zij een bijdrage van betekenis heeft geleverd, tot hun recht te laten komen;
- culturele evenementen en scheppend werk op cultureel gebied te bevorderen, waarbij de culturele sector uit andere steden van de lidstaten van de Europese Unie zijn betrokken en die tot de totstandkoming van duurzame vormen van culturele samenwerking leiden;
- voor de opvang van de burgers van de Unie te zorgen en de uitstraling van de op te zetten evenementen via de verschillende media en volgens een meertalige aanpak te bevorderen;
- de dialoog tussen de vertegenwoordigers van de culturen in Europa en de andere culturen in de wereld te bevorderen.
Artikel 4
Dit initiatief staat open voor de landen van de Europese Economische Ruimte, de geassocieerde landen in Midden- en Oost-Europa en Cyprus, alsmede voor derde landen in Europa die met de Gemeenschap samenwerkingsovereenkomsten hebben gesloten, welke een culturele clausule behelzen.
Artikel 5
De Commissie is verantwoordelijk voor de tenuitvoerlegging van dit initiatief. Zij stelt elk jaar een verslag op ter evaluatie van de tijdens het voorgaande jaar bereikte resultaten. Dat verslag wordt aan het Parlement, de Raad en het Comité van de Regio's voorgelegd.
Artikel 6
Dit initiatief wordt, tezamen met praktische aanwijzingen betreffende de procedure en de termijnen waarbinnen de aanvragen moeten worden ingediend, bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen, reeks C.
Artikel 7
Dit besluit treedt in werking op . . .
(1) Zie Verslag EP 211.116/def. van de heer Augias van 27. 3. 1995. Gewijzigd voorstel van de Commissie COM(95) 373 def. van 28. 8. 1995. Besluit nr. 719/96/EG van 29. 3. 1996 (11e overweging) tot vaststelling van een programma voor steun aan artistieke en culturele activiteiten met een Europese dimensie (Caleidoscoop).
(2) Zie Besluit nr. 719/96/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 29. 3. 1996 tot vaststelling van het Caleidoscoop-Programma (actie 4).
BIJLAGE
Communautair initiatief "Cultuurstad van Europa"
Voorwaarden voor deelname
Teneinde de cultuur op ruimere schaal te verspreiden, de burgers van de Unie de gelegenheid te geven elkaar beter te leren kennen en samenwerking en uitwisselingen in de Europese culturele sector te bevorderen, is de Gemeenschap voornemens een initiatief "Cultuurstad van Europa", te bevorderen, en wel op de volgende manier:
1. Het initiatief omvat ieder jaar de aanwijzing van een stad als "Cultuurstad van Europa", overeenkomstig de doelstellingen van artikel 1.
Deze aanwijzing geschiedt naar aanleiding van een dossier waarbij een cultureel project wordt voorgedragen rond een specifiek thema van Europees belang, dat in samenwerking met andere steden mag worden uitgevoerd en hoofdzakelijk gebaseerd is op culturele samenwerking, overeenkomstig de doelstellingen en maatregelen zoals aangegeven in artikel 128 van het EG-Verdrag.
Dit Europees cultureel samenwerkingsproject dient specifieke acties te omvatten welke gericht zijn op:
- de valorisering van gemeenschappelijke culturele stromingen bij de totstandkoming waarvan de betrokken stad een bijzondere rol heeft gespeeld;
- de organisatie van artistieke evenementen en creaties (muziek, dans, theater, beeldende kunsten, film, enz. . . .) waar bij de cultuur van de betrokken stad tot zijn recht komt en culturele instanties uit andere steden van de lidstaten van de Europese Unie worden betrokken om tot duurzame samenwerking te komen;
- het geven van inzicht aan de burgers van de Unie in de rol die bepaalde historische figuren of gebeurtenissen in de geschiedenis en de cultuur van de betrokken stad hebben gespeeld;
- de tenuitvoerlegging van initiatieven die de toegang tot en het inzicht in het roerend en onroerend erfgoed en het cultureel scheppend werk dat eigen is aan de betrokken stad, bevorderen;
- het in het licht stellen van een vaak minder bekend cultureel erfgoed, dat echter door zijn kwaliteit een grotere uitstraling zou moeten krijgen bij de Europese burgers;
- de uitvoering van specifiek culturele projecten die de toegang van jongeren tot de cultuur in de hand werken;
- de uitvoering van specifiek culturele projecten om de sociale samenhang te versterken;
- de vergroting van de uitstraling van de geplande acties, met name door audiovisuele en multimedia instrumenten en door een meertalige aanpak;
- de tenuitvoerlegging van initiatieven op het gebied van cultuurbevordering en cultuurbeheer;
- het bijdragen tot de ontwikkeling van de economische bedrijvigheid, met name op het gebied van werkgelegenheid en toerisme;
- de ontwikkeling van een innoverend cultureel toerisme van hoog gehalte (alternatieve vormen van toerisme, originele methoden voor het beheer van de toeristenstroom, nieuwe regelingen voor partnerschappen tussen de betrokken culturele werkers), waarbij de nodige aandacht wordt besteed aan een duurzaam beheer van het cultureel erfgoed en aan de verenigbaarheid van de belangen van de bezoekers (onthaal, infrastructuur, informatie, logies) met die van de plaatselijke bevolking (respect voor het leefklimaat, het milieu, enz. . . .);
- de tenuitvoerlegging van initiatieven ter bevordering van de dialoog tussen de culturen in Europa en andere culturen in de wereld.
2. Het voordrachtdossier moet door de lidstaten aan de Europese Commissie worden toegezonden aan de hand van een in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen gepubliceerd formulier.
Dit dossier moet het volgende omvatten: een beschrijving in grote lijnen van het specifieke thema van Europees belang waarop het cultureel project van de betrokken stad berust. Een gedetailleerde beschrijving van de specifieke, te voeren acties (zie punt 1), die aan de criteria van artikel 3 moeten voldoen; een raming van de kosten en inkomsten; de financiële bijdrage van de betrokken lidstaten en de van het project verwachte resultaten.
3. De voordrachten worden door de betrokken lidstaten ingediend drie jaar vóór de geplande aanvang van het jaarlijkse evenement.
De besluiten met betrekking tot de aanwijzing van de "Cultuurstad van Europa" worden genomen in het jaar waarin de voordrachten worden ingediend.
4. Het voordrachtdossier van de steden moet vergezeld gaan van een goed uitgebalanceerd financieringsplan, waarin de middelen zijn aangegeven die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van het project.