Home

Advies van het Economisch en Sociaal Comité over het "Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de snelheidsmeter van twee- of driewielige motorvoertuigen en houdende wijziging van Richtlijn 92/61/EEG van de Raad"

Advies van het Economisch en Sociaal Comité over het "Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de snelheidsmeter van twee- of driewielige motorvoertuigen en houdende wijziging van Richtlijn 92/61/EEG van de Raad"

Advies van het Economisch en Sociaal Comité over het "Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de snelheidsmeter van twee- of driewielige motorvoertuigen en houdende wijziging van Richtlijn 92/61/EEG van de Raad"

Publicatieblad Nr. C 040 van 15/02/1999 blz. 0001 - 0002


Advies van het Economisch en Sociaal Comité over het "Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de snelheidsmeter van twee- of driewielige motorvoertuigen en houdende wijziging van Richtlijn 92/61/EEG van de Raad" () (1999/C 40/01)

De Raad heeft op 9 juni 1998 besloten, overeenkomstig de bepalingen van artikel 100 A van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, het Economisch en Sociaal Comité te raadplegen over het voornoemde voorstel.

De Afdeling interne markt, productie en consumentenvraagstukken, die met de voorbereiding van de desbetreffende werkzaamheden was belast, heeft haar advies op 28 oktober 1998 goedgekeurd. Rapporteur was de heer Barros Vale.

Het Economisch en Sociaal Comité heeft tijdens zijn 359e Zitting (vergadering van 2 december 1998) het volgende advies uitgebracht, dat met 73 stemmen vóór en 2 stemmen tegen is goedgekeurd.

1. Algemene opmerkingen

1.1. Overwegende dat het streven naar een grotere verkeersveiligheid ten grondslag ligt aan de verplichting om snelheidsmeters en kilometertellers aan te brengen op twee- of driewielige motorvoertuigen, inclusief bromfietsen met een beperkt vermogen;

1.2. overwegende dat de installatie van een snelheidsmeter op deze voertuigen de bestuurder in staat stelt zich te houden aan de wettelijk vastgestelde maximumsnelheden die in de lid-staten van kracht zijn;

1.3. overwegende dat de installatie van snelheidsmeters op twee- of driewielige voertuigen er alleen toe dient om de bestuurder meteen de nodige informatie te verschaffen, zodat hij zijn rijgedrag aan de verkeersregels kan aanpassen;

1.4. overwegende dat de fabrikant van het betrokken voertuig altijd snelheidsmeters vervaardigt of uitkiest die in het algemeen een iets hogere snelheid dan de werkelijke snelheid aangeven;

1.5. overwegende dat deze afwijking de verkeersveiligheid ten goede komt;

2. Bijzondere opmerkingen

2.1. Snelheidsmeters en kilometertellers zijn een middel om bestuurders informatie te verschaffen en zo tot verantwoordelijk rijgedrag aan te zetten. De installatie van snelheidsmeters en kilometertellers met de vermelding "OR" valt daarmee ook onder de verplichting van de fabrikant om het vermogen en de maximale snelheid van de voertuigen in kwestie naar gelang van het te registreren type te beperken.

2.2. De aanduiding "BR" brengt extra kosten met zich, waarvan vooral kleine fabrikanten van onderdelen voor tweewielige voertuigen de dupe zijn.

2.3. Het Comité stemt in met de verplichting om een snelheidsmeter en kilometerteller aan te brengen op de betrokken voertuigen; het betreft hier namelijk een verbetering van Richtlijn 92/61/EEG, die de fabrikant van de betrokken voertuigen nog de keuze liet om al dan niet dergelijke meters en tellers te installeren.

2.4. Deze typegoedkeuring met de aanduiding BR moet dus verplicht worden gesteld voor nieuwe voertuigen. Aangezien met het ontwerpen en op de markt brengen van dit type voertuigen gewoonlijk ongeveer twee jaar gemoeid is, zou deze verplichting twee jaar na publicatie van de gewijzigde richtlijn mogen gaan gelden. De voertuigen die momenteel geproduceerd worden en waarvan de typegoedkeuring nog niet de nu voorgestelde aanduiding BR voor snelheidsmeters en kilometertellers omvat, dienen met ingang van dat jaar aan dezelfde eis te voldoen.

2.5. De mechanische, elektrische of elektronische apparatuur in verschillende stuurinrichtingen, al dan niet met extra aanwijzingen, zal waarschijnlijk dezelfde zijn in verschillende soorten stuurinrichtingen. Daarom zou de typegoedkeuring betrekking moeten hebben op de snelheidsmeter, en niet op de hele stuurinrichting.

3. Wijzigingsvoorstel

3.1. Alleen lid 4 van artikel 6 van het richtlijnvoorstel moet dus als volgt worden gewijzigd en aangevuld:

"Artikel 6

(...)

4. De lid-staten passen de in lid 1, eerste alinea, bedoelde bepalingen met ingang van 1 juli 2001 toe. Vanaf deze datum mogen snelheidsmeters en kilometertellers echter gedurende twee jaar de vermelding 'OR' of 'BR' dragen."

Brussel, 2 december 1998.

De voorzitter van het Economisch en Sociaal Comité

B. RANGONI MACHIAVELLI

() PB C 212 van 8.7.1998, blz. 7.