Home

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement - SLIM-evaluatie: vereenvoudiging van de regelgeving voor de interne markt

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement - SLIM-evaluatie: vereenvoudiging van de regelgeving voor de interne markt

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement - SLIM-evaluatie: vereenvoudiging van de regelgeving voor de interne markt /* COM/2000/0104 def. */


MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT - SLIM-evaluatie: vereenvoudiging van de regelgeving voor de interne markt

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT - SLIM-evaluatie : vereenvoudiging van de regelgeving voor de interne markt

Inleiding

De interne markt is gebaseerd op regels die tot doel hebben belemmeringen voor de grensoverschrijdende handel uit de weg te ruimen, de concurrentie te vergroten en de consument te laten profiteren van een ruimer aanbod van goederen en diensten en lagere prijzen. Het beginsel van wederzijdse erkenning is hierbij de hoeksteen. Waar nodig zijn geharmoniseerde voorschriften vastgesteld. Aangezien een van de doeleinden van deze voorschriften is om zakelijke transacties in de interne markt te vergemakkelijken, moeten onnodige formaliteiten en buitensporige kosten om hieraan te voldoen, worden vermeden.

De Commissie richt zich sinds enige tijd intensiever op verbetering van de wetgevingskwaliteit en vermindering van onnodige lasten. SLIM [1] neemt hierbij een centrale plaats in naast het Business Test Panel en het actieplan van de Task force voor de verbetering van het ondernemingsklimaat (BEST) [2]. Kleine teams die bestaan uit ambtenaren van de lidstaten en gebruikers van de wetgeving doen concrete voorstellen om de communautaire wetgeving in een bepaalde sector te vereenvoudigen. Sinds 1996 zijn veertien van dergelijke sectoren onderzocht. [3] De tijd is nu gekomen om de sterke en zwakke punten van het SLIM-beleid onder de loep te nemen.

[1] COM(1996) 204 def., "Eenvoudiger regelgeving voor de interne markt: een proefproject (SLIM - Simpler Legislation for the Internal Market)".

[2] COM(1998) 550 def. "Actieplan ter bevordering van het ondernemerschap en het concurrentievermogen".

[3] COM(1996) 559 def., "Verslag van de Commissie over het SLIM-proefproject".

Doel van de evaluatie

Deze evaluatie heeft als algemeen doel om na te gaan hoe doeltreffend SLIM als instrument voor de vereenvoudiging van de wetgeving is en om maatregelen ter verbetering van die doeltreffendheid aan te bevelen. Hierbij komen de volgende belangrijke aspecten aan bod:

- de doelstellingen van SLIM;

- de selectie van wetgeving voor onderzoek in het kader van SLIM;

- de werkwijze en organisatie van de teams;

- de uitvoering van aanbevelingen.

Methoden

Bij de voorbereiding van deze evaluatie heeft de Commissie rekening gehouden met:

- de resultaten van een enquête onder voormalige leden van SLIM-teams in de eerste, tweede en derde fase (zie deel 1 van het werkdocument "Review of SLIM: Background material to the Communication of the Commission" van de diensten van de Commissie - SEC(2000) 336);

- interviews met ambtenaren van de Commissie die bij SLIM betrokken waren of die op het gebied van de regelgevingskwaliteit werkzaam zijn;

- de standpunten van de lidstaten, zoals die kenbaar zijn gemaakt in het Raadgevend Comité voor de interne markt (er werden van zes landen gedetailleerde standpunten ontvangen);

- verslagen en resoluties van het Europees Parlement;

- adviezen van het Economisch en Sociaal Comité.

De doelstellingen van SLIM

Het algemene doel van SLIM is de werking van de interne markt te stroomlijnen door vast te stellen hoe de toepasselijke wetgeving kan worden vereenvoudigd en verbeterd. De nadruk ligt daarbij op bepalingen die resulteren in buitensporige implementatiekosten en administratieve lasten, uiteenlopende interpretaties en toepassingsmaatregelen op nationaal niveau en moeilijkheden bij de toepassing. Hoewel alles in het werk moet worden gesteld om de communautaire wetgeving te vereenvoudigen, mogen de in het kader van SLIM gedane aanbevelingen geen afbreuk doen aan de essentie van het communautaire "acquis" en moet een hoog niveau van veiligheid voor de consument en van bescherming van het milieu worden gewaarborgd.

De ervaringen tijdens de eerste drie fasen van SLIM hebben aangetoond dat het algemene doel van het initiatief doorgaans goed wordt begrepen. Niettemin is het nuttig de doelstellingen van SLIM nogmaals op een rij te zetten en daarbij duidelijk te maken wat vereenvoudiging is en hoe dit begrip door de teams moet worden uitgelegd.

De Commissie zal:

- de algemene doelstellingen van SLIM duidelijk definiëren en deze in een nieuwe reeks richtsnoeren opnemen;

- in het werkdocument dat aan de desbetreffende SLIM-fase ten grondslag ligt, duidelijk vaststellen wat het mandaat van de afzonderlijke teams in die fase is.

De selectie van wetgeving voor vereenvoudiging

Op het ogenblik wordt op basis van voorstellen van de lidstaten, het Europees Parlement, het Economisch en Sociaal Comité, beroeps- en bedrijfsorganisaties en de diensten van de Commissie besloten welke gebieden van de wetgeving door elk team worden onderzocht. Deel 2 van het werkdocument "Review of SLIM: Background material to the Communication of the Commission" bevat een lijst van alle sectoren die voor vereenvoudiging zijn voorgesteld met vermelding van de vervolgens ondernomen actie.

Er zijn geen criteria vastgelegd voor de selectie van wetgevingsgebieden voor onderzoek noch zijn er vaste regels voor het al dan niet opnemen van bepaalde sectoren. De keuze kan op een bepaalde sector vallen omdat de implementatie moeilijk verloopt, omdat de wetsteksten ondubbelzinnig of inconsequent zijn, omdat opeenvolgende wijzigingen de regeling zeer complex maken of, in sommige gevallen, omdat langdurige procedures tot onaanvaardbaar hoge kosten en/of administratieve lasten voor het bedrijfsleven en de met de handhaving belaste autoriteiten leiden. Het risico bestaat dus dat gebieden die zouden moeten worden vereenvoudigd, over het hoofd worden gezien. Ook bestaat het gevaar dat SLIM wordt aangegrepen om de discussie te heropenen over wetgeving die oorspronkelijk tegen de wil van een of meer lidstaten met meerderheid van stemmen door de Raad werd aangenomen.

Ook bij de analyse van de follow-up van de SLIM-verslagen (zie hieronder) komt een aantal punten naar voren die bij de selectie van sectoren in aanmerking moeten worden genomen:

- Er moet rekening worden gehouden met het verband tussen SLIM en eventuele lopende beleidsevaluaties. Zou een korte, gerichte overweging van de mogelijkheden voor vereenvoudiging tot de stroomlijning van toekomstige wetgevingsvoorstellen kunnen bijdragen?

- Als geen voorafgaand beleidsonderzoek heeft plaatsgehad, moet de vraag worden gesteld of hier echt vereenvoudiging aan de orde is of dat de wetgeving in haar geheel onder de loep moet worden genomen?

- Ligt het probleem in de complexiteit van de wetgeving of in een ondoelmatige toepassing en handhaving ervan, die niet noodzakelijkerwijs voortvloeien uit complexiteit?

- Als wetgevingsvoorstellen al bij de Raad en het Europees Parlement liggen, kunnen deze dan tot langdurige vertraging bij de tenuitvoerlegging van eventuele nieuwe aanbevelingen van het SLIM-team met betrekking tot de wetgeving leiden?

Het maakt ook uit hoe oud de wetgeving is die moet worden vereenvoudigd. De door SLIM-teams onderzochte wetgeving is gewoonlijk ten minste vijf jaar oud en vaak is de basiswetgeving al tien of twintig jaar of zelfs langer geleden aangenomen. De Commissie wees een SLIM-onderzoek bij nieuwere wetgeving af. In het kader van SLIM moet alleen wetgeving worden behandeld die al zo lang van kracht is dat de sterke en zwakke punten ervan kunnen worden geïdentificeerd. Een minimum van vijf jaar gerekend vanaf de uiterste datum van omzetting lijkt in dit verband een redelijke tijdsduur die in overeenstemming is met de gangbare praktijk.

Bij het voorstellen van sectoren voor SLIM moet worden aangegeven:

- waarom de sector wordt voorgesteld, met inbegrip van de problemen waaraan aandacht moet worden besteed en de voordelen die van een vereenvoudiging kunnen worden verwacht;

- welke kenmerken van de wetgeving tot buitensporige administratieve lasten/kosten leiden en hoe deze in significante mate kunnen worden beperkt.

De Commissie erkent dat de selectieprocedure moet worden verbeterd. In overeenstemming met haar recht van initiatief zal de Commissie echter verantwoordelijk zijn voor de uiteindelijke selectie. Zij verwelkomt voorstellen op voorwaarde dat duidelijk wordt vermeld waarom de betrokken sectoren worden voorgesteld, welke de belangrijkste problemen zijn en welke voordelen van een vereenvoudiging worden verwacht. De Commissie zal op haar beurt vermelden waarom voorstellen worden afgewezen en met de lidstaten over de selectie van sectoren voor SLIM overleg voeren in een speciale groep van het Raadgevend Comité voor de interne markt. De Commissie zal toekomstige acties ook met het Europees Parlement bespreken en proberen met deze instelling een passende overlegprocedure overeen te komen.

Organisatie van de SLIM-teams

Algemene beginselen van SLIM

Door hun autonome werkwijze kunnen de SLIM-teams zich snel en flexibel van hun taak kwijten. Niettemin bestaat volgens een aantal lidstaten behoefte aan een soort raadgevend comité om de werkzaamheden van de teams te volgen en te begeleiden. Dit comité zou tot taak hebben om:

- te helpen bij de identificatie van sectoren voor SLIM en een forum te verschaffen waarin de doelstellingen van de afzonderlijke teams op het gebied van de vereenvoudiging kunnen worden besproken (zie boven);

- de werkzaamheden van de afzonderlijke teams te coördineren en transparanter te maken;

- de notulen van de vergaderingen van de teams te ontvangen en naar de tussentijdse en voortgangsverslagen van de voorzitters van de teams te luisteren;

- zo nodig voor betere contacten te zorgen tussen de teams en andere parallel verlopende evaluaties.

De Commissie benadrukt de voordelen van de autonome en informele werkwijze van de SLIM-teams, maar zal een subgroep van het Raadgevend Comité voor de interne markt bijeenroepen om over SLIM en daarmee verband houdende vraagstukken inzake de wetgevingskwaliteit overleg te plegen. Dit voorstel inzake de procedure mag niet tot overmatige vertragingen bij de start of afsluiting van SLIM-werkzaamheden leiden.

Werkwijze van de SLIM-teams

De werkzaamheden in het kader van SLIM moeten binnen een strak tijdsschema (zelden meer dan zes maanden) worden uitgevoerd. Hoewel dit relatief weinig tijd geeft voor de behandeling van vaak ingewikkelde vraagstukken, wordt een dergelijk tijdsbestek toch algemeen als realistisch beschouwd. Door sommigen wordt er echter op gewezen dat de vergaderingen elkaar te snel opvolgen om gelegenheid te geven collega's in de nationale diensten en overkoepelende organisaties te raadplegen en dat onvoldoende tijd beschikbaar is voor het opstellen van het eindverslag en de aanbevelingen.

De Commissie zal de teams aanmoedigen om met deze overwegingen rekening te houden.

Representativiteit van de teams

De SLIM-teams zijn samengesteld uit ambtenaren van sommige maar niet alle lidstaten. Bij de uitvoering van aanbevelingen die niet door alle lidstaten werden ontwikkeld en goedgekeurd, doet zich dus de vraag voor op wie deze van toepassing zijn. [4]

[4] De SLIM-teams bestaan doorgaans uit vijf ambtenaren van de lidstaten en vijf vertegenwoordigers van gebruikers en worden door een ambtenaar van de Commissie voorgezeten.

De Commissie wenst de aard van de SLIM-teams niet fundamenteel te veranderen door in elk team vertegenwoordigers uit alle lidstaten op te nemen. Hierdoor zouden deze teams veel groter worden wat ten koste zou gaan van hun flexibele en informele werkwijze. De Commissie stelt voor om de transparantie te vergroten en om voorafgaand aan de formele goedkeuring van de verslagen van de teams meer samen te werken met de desbetreffende sectorcomités en het voorgestelde subcomité van het Raadgevend Comité voor de interne markt, dat aan het begin en einde van elke fase bijeen zal komen. Hierbij mag echter geen afbreuk worden gedaan aan de onafhankelijkheid van de afzonderlijke teams (die onder eigen verantwoordelijkheid hun verslagen voorleggen) noch aan het recht van de Commissie om zelf over haar antwoord te beslissen.

Samenstelling van de teams

Een aantal lidstaten heeft voorgesteld om de bestaande regels op twee belangrijke punten te wijzigen: de voorzitter (die door de Commissie wordt benoemd) zou niet noodzakelijkerwijs een deskundige op het betrokken gebied hoeven te zijn; belangrijker is dat hij/zij over passende ervaring als leider van een team of project beschikt. Ten tweede zou ervoor moeten worden gezorgd dat deskundigen op het gebied van de regelgevinghervorming aan het team worden toegevoegd. Voormalige leden van de SLIM-teams waren echter in twee nagenoeg gelijke kampen verdeeld over het nut van externe experts (slechts 52% was van mening dat de inschakeling van externe deskundigen de productie van de teams ten goede zou kunnen komen).

De Commissie meent dat in een ideale situatie de voorzitter voldoende kennis van de onderzochte wetgeving combineert met passende ervaring als projectleider. Samen met het Raadgevend Comité voor de interne markt zal de Commissie nagaan of het zin heeft voor elk SLIM-team een lid van het subcomité aan te wijzen als correspondent (en eventueel lid) voor regelgevinghervorming. Dergelijke correspondenten zouden ertoe kunnen bijdragen dat de sectorspecialisten in de SLIM-teams de blik gericht houden op hervorming van de regelgeving. Er zal worden onderzocht of het beschikbaar stellen van door de Commissie gefinancierde onafhankelijke technische ondersteuning haalbaar en wenselijk is.

Transparantie van de werkzaamheden van de SLIM-teams

Vertrouwen in het SLIM-initiatief is alleen mogelijk, als transparantie een basisbeginsel is. De verslagen van vergaderingen en discussiedocumenten van de teams moeten op ruime schaal worden verspreid. Belanghebbenden die niet zijn vertegenwoordigd, zouden alle kans moeten krijgen om de discussies te volgen en hiertoe bij te dragen. Leden van de SLIM-teams waren van mening dat niet voldoende bekendheid aan de werkzaamheden van hun teams wordt gegeven en dat meer inspanningen nodig zijn om de belanghebbenden volledig op de hoogte te houden. Er werd een aantal voorstellen gedaan om de transparantie te verbeteren.

Transparantie is duidelijk van fundamenteel belang voor de werking van SLIM. Er moet volledig en regelmatig verslag worden uitgebracht van de werkzaamheden in het kader van SLIM. Dit kan onder andere worden bereikt door de tijdige bekendmaking van de geïdentificeerde sectoren (o.a. op websites), door gerichte informatie aan degenen die in de sector het meest betroffen zijn en door korte rapporten van de vergaderingen van de SLIM-teams.

Follow-up van de aanbevelingen van de teams

Aan het eind van elke SLIM-activiteit geeft de Commissie in grote lijnen weer hoe zij uitvoering wil geven aan de aanbevelingen die door haar zijn aangenomen. Velen waren van mening dat beter zicht kan worden gehouden op de hierbij gemaakte vorderingen.

De Commissie zal één keer per jaar een werkdocument publiceren dat uitsluitend aandacht besteedt aan de follow-up van de SLIM-verslagen; hierin zal de vooruitgang ten aanzien van wetgevingsvoorstellen worden gevolgd, op eventuele vertragingen worden gewezen en worden aangegeven wanneer de follow-up is afgesloten. Op deze wijze kan duidelijke en gedetailleerde informatie over de follow-up worden verstrekt en kunnen de verslagen over de afzonderlijke SLIM-fasen toch beknopt blijven.

Stand van uitvoering van de aanbevelingen

Het SLIM-initiatief is in essentie vrijblijvend: niet alle lidstaten of diensten van de Commissie nemen aan alle activiteiten deel. Hoewel de aanbevelingen vaak overtuigend en zwaarwegend zijn, leggen zij geen verplichtingen op en moeten zij het opnemen tegen andere beleidsdoeleinden.

In totaal zijn in de eerste drie fasen elf sectoren onderzocht. In zes daarvan heeft de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement voorstellen voor nieuwe wetgeving voorgelegd (Intrastat, erkenning van diploma's, siergewassen, BTW, de gecombineerde nomenclatuur voor de buitenlandse handel en sociale zekerheid). Gemiddeld lag ongeveer elf maanden tussen het SLIM-verslag en deze voorstellen. De Raad en het Europees Parlement hebben echter maar drie van deze voorstellen goedgekeurd, namelijk een van de twee Intrastat-voorstellen, het voorstel over siergewassen en het voorstel over de gecombineerde nomenclatuur, waarmee respectievelijk vierentwintig, zeven en twee maanden gemoeid waren. Wat de gecombineerde nomenclatuur voor de buitenlandse handel betreft, werd ook een gedragscode gepubliceerd om het beheer van de nomenclatuur te vergemakkelijken. In de andere drie sectoren en wat het tweede Intrastat-voorstel betreft, gaat de discussie in de Raad en het Parlement, die gemiddeld al achttien maanden aan de gang is, voort. Daarbij zij echter vermeld dat de Raad in november 1999 overeenstemming bereikte over een gemeenschappelijk standpunt betreffende de SLIM-voorstellen inzake de erkenning van diploma's [5].

[5] In deel 3 van het werkdocument van de diensten van de Commissie "Review of SLIM: Background material to the Communication of the Commission" worden de vorderingen in verband met de SLIM-aanbevelingen uiteengezet.

In de sector voor de bouw bestemde producten (eerste fase) zijn na drie jaar, in de sectoren meststoffen en bankdiensten na twee jaar, en in de sectoren elektromagnetische compatibiliteit en verzekeringen na elf maanden nog geen wetgevingsvoorstellen ingediend. Wat de voor de bouw bestemde producten en bankdiensten betreft, was al door de SLIM-teams zelf aangegeven dat hun aanbevelingen niet onmiddellijk tot een wetgevingsvoorstel zouden leiden. Met betrekking tot de voor de bouw bestemde producten werd een aantal alternatieven aangedragen; de Commissie koos daarbij voor een tweefasenbenadering die actie van niet-wetgevende aard (om de tenuitvoerlegging te verbeteren) combineert met wijziging van de richtlijn als doel op langere termijn. Wat de banksector betreft, was het SLIM-team van mening dat een ingrijpende vereenvoudiging op het ogenblik niet haalbaar is: met een wijziging moet worden gewacht tot de wetgeving is gecodificeerd, waarover al meer dan twee jaar in de Raad en het Europees Parlement wordt gediscussieerd. In 1999 werd een herzien voorstel voorgelegd. Op het ogenblik wordt verder met de lidstaten overlegd over nieuwe wetgeving inzake meststoffen en elektromagnetische compatibiliteit (EMC). Wat de verzekeringen betreft heeft de Commissie zich in eerste instantie beziggehouden met het voorstel tot hervorming van de regeling inzake levensverzekeringen (dat binnenkort zal worden ingediend); vervolgens zal zij zich wijden aan de codificatie van de schadeverzekeringsrichtlijnen.

Uit deze analyse komt naar voren dat bij de selectie van sectoren voor SLIM zou moeten worden bezien of een spoedige follow-up mogelijk is.

De Commissie zal alleen een SLIM-onderzoek voorstellen als vereenvoudiging het ware probleem is en als binnen een redelijk tijdsbestek voorstellen hiertoe kunnen worden voorgelegd (ongeveer zes maanden na verschijnen van het SLIM-verslag). Hierbij kan bepalend zijn of SLIM aansluit op een voorafgaande evaluatie of dat het de eerste stap is die nog verder overleg behoeft. Als de Commissie na voorbereidende werkzaamheden met de lidstaten binnen een redelijke termijn voorstellen voor wetgeving heeft voorgelegd, moeten de Raad en het Europees Parlement er op hun beurt voor zorgen dat deze snel worden aangenomen.

SLIM en vereenvoudiging op nationaal niveau

Voor het bedrijfsleven in de Unie zijn nationale wetten veel belangrijker dan de EU-wetgeving. Een recente studie van het Zweedse verbond van werkgevers kwam tot de conclusie dat minder dan 10% van de Zweedse wetten en regelingen met de EU samenhangen [6]. De vereenvoudiging van de nationale regelgeving staat centraal in het actieplan van BEST.

[6] "How does the EU hinder Swedish deregulation?" van Fredrik Sterzel, Zweedse verbond van werkgevers (SAF), november 1999.

Sommige SLIM-teams hebben geprobeerd om hun onderzoek van de communautaire wetgeving uit te breiden tot de uitvoering ervan op nationaal niveau. Deze pogingen zijn steeds mislukt. De kleine SLIM-teams zijn niet voor deze taak toegerust. Dit probleem kan worden opgelost als de lidstaten toezeggen verslag uit te brengen over de mogelijkheden om op nationaal niveau vereenvoudigingen aan te brengen in de wetgeving betreffende de sectoren die in het kader van SLIM worden onderzocht.

Er wordt voorgesteld dat de vijf lidstaten die ambtenaren voor een SLIM-team aangaande een bepaalde sector leveren, een verslag voorleggen over de mogelijkheden voor vereenvoudiging van hun nationale wetgeving in deze sector. Dit verslag zou kunnen worden voorgelegd door de vertegenwoordiger van de lidstaat in de voorgestelde speciale groep van het Raadgevend Comité voor de interne markt. Idealiter zou per sector ten minste één nationaal verslag moeten worden opgesteld door middel van een parallelle op SLIM geënte evaluatie op nationaal niveau. Bovendien zouden de lidstaten regelmatig in het Raadgevend Comité voor de interne markt en van tijd tot tijd ook op het niveau van de Raad verslag moeten uitbrengen over hun onafhankelijke programma's voor vereenvoudiging van de regelgeving.

Voornaamste acties die uit de evaluatie naar voren komen

- In het kader van het Raadgevend Comité voor de interne markt moet een speciale groep worden opgericht bestaande uit deskundigen op het gebied van regelgevinghervorming (bv. de leiders van de coördinatiecentra); deze groep moet helpen de koers van SLIM te bepalen en een forum zijn voor discussies over de in aanmerking komende sectoren.

- Een aantal van deze deskundigen moet worden aangewezen als "correspondent" voor wetgevingskwaliteit voor een specifiek SLIM-team.

- De Commissie moet onderzoeken of het haalbaar/wenselijk is om onafhankelijke experts aan te wijzen om de teams bij te staan.

- De lidstaten en het Europees Parlement moeten over de selectie van sectoren worden geraadpleegd (eerstgenoemde via de nieuwe groep van het Raadgevend Comité voor de interne markt).

- Ieder die een sector voor SLIM voorstelt moet duidelijk vermelden welke gebieden vereenvoudiging behoeven en wat de verwachte voordelen hiervan zijn; de Commissie verklaart zich akkoord om haar besluiten tot afwijzing te motiveren.

- Aan het begin en eind van elke fase moet het Raadgevend Comité voor de interne markt worden geraadpleegd.

- Er moet een handleiding voor voorzitters en leden van de SLIM-teams worden opgesteld, waarin onder meer duidelijk is uiteengezet wat de algemene doelstellingen zijn.

- De doelstellingen van de afzonderlijke teams moeten duidelijk worden vastgelegd in het werkdocument dat de basis voor elke fase vormt (en dat door de nieuwe groep van het Raadgevend Comité voor de interne markt zal worden besproken).

- De transparantie moet worden vergroot door binnen twee of drie dagen na vergaderingen op relevante websites informatie te verstrekken over de werkzaamheden van de teams, onder meer door middel van korte berichten.

- Vertegenwoordigers van de lidstaten in het Raadgevend Comité voor de interne markt die gespecialiseerd zijn in verbetering van de regelgeving, moeten samen met de ambtenaren van het SLIM-team verslag uitbrengen over de nationale wetgeving in de betrokken sector; ten minste één nationaal verslag per sector moet zijn gebaseerd op een parallelle SLIM-evaluatie op nationaal niveau.

- De Commissie moet zich ten doel stellen om binnen zes maanden na het verschijnen van een SLIM-verslag met voorstellen te komen.

- De Raad en het Parlement wordt verzocht mechanismen te ontwikkelen die een snelle goedkeuring van voorstellen ter vereenvoudiging van de wetgeving garanderen.

- De Commissie moet voor de nodige administratieve ondersteuning zorgen.

- De lidstaten moeten regelmatig verslag uitbrengen aan het Raadgevend Comité voor de interne markt en aan de Raad Interne Markt over onafhankelijke nationale vereenvoudigingsprogramma's.

- De Commissie moet zorgen voor meer coherentie en synergie tussen haar verschillende initiatieven voor verbetering van de regelgeving teneinde een doeltreffend lopend programma voor de vereenvoudiging van de wetgeving te ontwikkelen.