Home

Verslag van de Commissie - Jaarverslag TACIS-programma 1999

Verslag van de Commissie - Jaarverslag TACIS-programma 1999

VERSLAG VAN DE COMMISSIE JAARVERSLAG TACIS-PROGRAMMA 1999

Inleiding

Financieel beheer en stroomlijning van procedures

Armenië

Azerbeidzjan

Wit-Rusland

Georgië

Kazachstan

Kirgizstan

Moldavië

Mongolië

Tadzjikistan

Turkmenistan

Oekraïne

Oezbekistan

Aanvullende Tacis-programma's

Evaluatie

Inleiding

In 1999 heeft het Tacis-programma in belangrijke mate bijgedragen tot het verwezenlijken van de doelstelling om de Nieuwe Onafhankelijke Staten (NOS) [1] te ondersteunen tijdens hun overgang naar een markteconomie en naar democratie.

[1] Armenië, Azerbeidzjan, Wit-Rusland, Georgië, Kazachstan, Kirgizstan, Moldavië, Mongolië, Russische Federatie, Tadzjikistan, Turkmenistan, Oekraïne en Oezbekistan

Met het van kracht worden van steeds meer partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomsten (PSO's) tussen de EU en de afzonderlijke NOS-landen werd Tacis in 1999 nog nauwer in het EU-beleid in deze regio geïntegreerd. Tacis-bijstand wordt verleend op basis van bepaalde gezamenlijke economische en politieke waarden en mechanismen die in de PSO's zijn vastgelegd, met name eerbiediging van democratische principes, van de mensenrechten en van de principes van een markteconomie.

Door een sterkere samenhang tussen beleid en technische bijstand heeft Tacis nog beter kunnen inspelen op de veranderende omstandigheden in de regio. Dat blijkt bijvoorbeeld duidelijk uit de snelle reactie op kritieke gebeurtenissen, zoals de 20 miljoen euro aan Tacis-middelen die werden verlegd om de negatieve gevolgen van de Russische financiële crisis van 1998 in andere NOS-landen op te vangen; uit de nieuwe activiteiten op het gebied van justitie en binnenlandse zaken; en uit de nadruk op regionale samenwerking in de Kaukasus. De nieuwe strategische aanpak heeft Tacis ook zichtbaarder gemaakt voor beleidsmakers, economische belangengroepen en maatschappelijke organisaties in de NOS, waardoor er nieuwe mogelijkheden zijn ontstaan om te zorgen voor lokaal draagvlak voor projecten. De in 1999 geselecteerde projecten hebben ook bijgedragen tot het macro-economische hervormingsproces en het hervormingsbeleid van de NOS in bepaalde sectoren. De EU is blijven benadrukken dat het Tacis-programma alleen dan met succes kan worden uitgevoerd als de regeringen van de NOS de noodzakelijke macro-economische hervormingen doorvoeren.

De Tacis-projecten zijn uitgevoerd door de Gemeenschappelijke dienst voor buitenlandse betrekkingen (SCR) van de Commissie. De SCR beheert nu alle uitvoeringsgebonden aspecten - technische en operationele, financiële en boekhoudkundige, contractuele en juridische - van het hulpbeleid van de EU, en is tevens verantwoordelijk voor audits en evaluaties. De SCR is bezig de administratieve aspecten van de Tacis-bijstand, inclusief aanbestedings- en contractprocedures, en met name het financieel beheer, te stroomlijnen en te rationaliseren.

Ook de samenhang met andere beleidsterreinen van de EU is verstevigd. Door het naderbij komen van het EU-lidmaatschap voor de westelijke buurlanden van de NOS - inclusief onderhandelingen over kwesties als visumplicht of handelsrelaties - kwam de aandacht meer te liggen op de rol van Tacis ten opzichte van deze belangrijke grensregio. De grotere betekenis van het Oostzeegebied in een uitgebreidere EU en de ontwikkeling van het EU-initiatief inzake de noordelijke dimensie bieden extra ruimte voor synergie met Tacis. Het initiatief inzake de noordelijke dimensie, dat zich vooral op de Baltische landen richt, is een hulpmiddel om de afstemming en de invloed van verschillende EU-activiteiten met betrekking tot Rusland en de EU-kandidaatlanden rond de Oostzee te maximaliseren, om de welvaart te verhogen en om in te spelen op de specifieke behoeften van die regio. Meer erkenning van de speciale omstandigheden in het Barentszzeegebied leidt ook tot betere samenwerking tussen Rusland en de EU, met name Scandinavië, waardoor er voor Tacis nog een gebied bijkomt voor samenwerking met behulp van andere, speciaal aangepaste instrumenten. Voor wat betreft het zuiden van het gebied dat onder het Tacis-programma valt, worden samenwerkingsinstrumenten ontwikkeld voor de gebieden rond de Zwarte Zee en de Kaspische Zee, waarbij Tacis de eerste plaats inneemt onder de diverse instrumenten die worden ingezet om de problemen in deze gebieden op te lossen. De afstemming met andere donors - vooral de EU-lidstaten en de internationale financiële instellingen - was goed (met name in het licht van de gemeenschappelijke strategie voor Rusland en Oekraïne) en leverde belangrijke bronnen van informatie en een forum voor het streven naar meer synergie op.

Vooral in de zuidelijke Kaukasus lag de nadruk van de Tacis-activiteiten in 1999 op de brede doelstelling om de regionale samenwerking te bevorderen. Politiek gezien was 1999 een roerig jaar in dat gebied, met de moord op leiders in het Armeense parlement, twijfels over de democratische gang van zaken in sommige landen, en de Russische militaire campagne in de noordelijke Kaukasus op de achtergrond. Tegen dit decor heeft Tacis zich sterk toegespitst op het weer op gang brengen van de communicatie, zowel om het economisch potentieel te helpen verwezenlijken als om meer begrip te kweken tussen de diverse regeringen.

Inhoudelijk is ernaar gestreefd om geen moeite te verspillen door het programma over te veel projecten te spreiden. Om het algemene economische hervormings- en sectorbeleid van de begunstigde autoriteiten te ondersteunen, concentreerde Tacis zich daarom op een aantal thema's die samen met de NOS en de EU-lidstaten als prioriteiten waren aangemerkt. De nadruk is gelegd op de aanpak van de sociale gevolgen van het overgangsproces en op steun voor de hervorming van de zo belangrijke gezondheidssector. Met het oog op het efficiënter functioneren van de markteconomie zijn structurele en institutionele hervormingen gestimuleerd, met name bij overheidsdepartementen en in de financiële sector. Speciale aandacht is uitgegaan naar belastingstelsels, naar het tot stand brengen van rechtssystemen die een veilig klimaat bieden voor lokale en buitenlandse investeringen en concurrerende marktverhoudingen, en naar het wegnemen van de moeilijkheden in verband met een zwakke rechterlijke macht - die willekeur in de hand kunnen werken en een ernstig ontmoedigend effect op investeerders kunnen hebben.

Zowel op nationaal als op transnationaal niveau zijn er milieuprojecten uitgevoerd. Europese deskundigheid op het gebied van milieutechnologie en industriële processen is van belang vanwege de ouderwetse en soms achterhaalde technologie in de industrie in de NOS. Ook het stimuleren van regionale samenwerking is van wezenlijk belang geweest omdat de meeste grote milieuproblemen in deze landen, vooral als het gaat om verontreiniging die via de lucht en het water wordt getransporteerd, een grensoverschrijdend karakter hebben en samenwerking vereisen tussen de betrokken landen. In sommige grensgebieden is de gezondheid van de bevolking achteruitgegaan, met name als gevolg van de slechte drinkwaterkwaliteit en de uitstoot van gevaarlijke stoffen, terwijl er door verouderde en ondoelmatige milieutechnologie in diverse industriële sectoren afvalstoffen zijn ontstaan waarvan de schadelijke effecten zich tot buiten de grensgebieden uitstrekken.

Een ander kernthema was de ontwikkeling van de infrastructuur (vervoer, energie en communicatie), die centraal staat in de moderne kennis- en informatiegebaseerde markteconomie en essentieel is voor de integratie van de betrokken landen in de internationale economie. Er is gestreefd naar ontwikkeling van de particuliere sector om daarmee de economische groei, de werkgelegenheid en het welzijn van de bevolking te vergroten. Ook het menselijk potentieel was een belangrijk werkterrein van Tacis. Juist het onderwijs zal immers ten grondslag liggen aan een blijvende groei en bloei van de economie in de NOS-landen, en zal bijdragen aan de totstandkoming van een democratische samenleving en markteconomie doordat het leidt tot nieuwe attitudes, vormen van gedrag en vaardigheden onder de burgers. Daarnaast is het opzetten van efficiënte en doelgerichte socialezekerheidsstelsels voor kwetsbare groepen in de samenleving, zoals ouderen, een belangrijke uitdaging voor alle landen die zich in de overgangsfase bevinden. Verder is bij alle projecten het werken met en via lokale counterpart-instellingen, -deskundigen en -ondernemingen gestimuleerd om via kennisoverdracht en wederzijdse uitwisselingen te bouwen aan blijvende deskundigheid in de regio.

De evaluatie van en controle op de Tacis-programma's is in 1999 gecontinueerd. In reactie op zowel de prominentere plaats die alle EU-activiteiten in deze periode kregen als op een eerder voornemen om de transparantie van de Tacis-projecten te verbeteren, is er in de loop van het jaar een reeks evaluatiestudies uitgevoerd en gepubliceerd. Zoals te verwachten viel, waren deze niet altijd even lovend, maar ze constateerden allemaal dat Tacis op de goede weg is als het gaat om zelfevaluatie en toetsing van de eigen activiteiten aan strenge criteria. Bovendien leeft bij Tacis, dat immers in een lastige een snel veranderende omgeving opereert, het besef dat het absoluut bereid moet zijn om te luisteren en te leren - niet alleen van de evaluatieverslagen maar van alle partijen die bij het programma zijn betrokken.

1999 was het laatste jaar dat de Tacis-verordening voor 1996-1999 van toepassing was. De nieuwe verordening voor de periode 2000-2006, goedgekeurd op 29 december 1999 na raadpleging van het Europees Parlement, bouwt voort op de ervaringen die zijn opgedaan met Tacis en voorziet in een totale indicatieve subsidie van 3,138 miljard euro voor de komende zeven jaar. Er komt meer ruimte voor investeringsbevorderende activiteiten, die meer regionaal gericht en meer toegespitst zullen zijn. De EU-commissaris voor buitenlandse betrekkingen, Chris Patten, verwelkomde de inwerkingtreding van de nieuwe verordening begin 2000 met de voorspelling dat 'de nieuwe instrumenten ons in staat zullen stellen om een steeds nauwere en constructievere relatie met onze partners en buren in de NOS op te bouwen'.

Financieel beheer en stroomlijning van procedures

Naar aanleiding van de meer algemene maatregelen om te komen tot een beter beheer van de buitenlandse-hulpprogramma's van de EU, en in verband met de specifieke uitdagingen van een programma dat zich over zo'n groot geografisch gebied en zo'n verscheidenheid aan begunstigden uitstrekt, heeft het Tacis-programma een reeks radicale verbeteringen ondergaan op het gebied van toezicht en controle. Hoewel de resultaten in 1999 veel opzichten zijn verbeterd, is nog niet alles voor elkaar. Dit zal echter worden meegenomen bij de hervorming van alle EU-programma's voor buitenlandse bijstand die medio 2000 van start gaat.

Door de hervorming verandert de taakverdeling tussen de diensten van de Commissie die met het beheer van Tacis zijn belast, momenteel het DG Buitenlandse Betrekkingen en de SCR. Enerzijds worden identificatie en implementatie van de projecten samengevoegd, om de tijd die voor de implementatie van goedgekeurde projecten nodig is te bekorten. Anderzijds wordt meerjarenprogrammering van groter belang om te zorgen voor overeenstemming met bredere beleidsvraagstukken, zoals de handelspolitiek, het buitenlands en veiligheidsbeleid en de belangen van de Tacis-partnerlanden. Bovendien wordt het projectbeheer meer en meer overgedragen aan de delegaties van de Commissie, teneinde kwaliteit en reactiesnelheid van het programmabeheer te verhogen.

Door de inspanningen van de Commissie om de procedures te versnellen (waarbij Tacis het beter heeft gedaan dan alle andere EU-programma's voor buitenlandse bijstand), in combinatie met een huishoudelijke oefening om niet-gecontracteerde gedeelten van oude programma's vrij te maken (in totaal 91 miljoen euro in 1999), werd de achterstand in contracteringen teruggebracht tot het laagste niveau sinds de start van Tacis in 1991. Deze achterstand, die de cumulatieve waarde weergeeft van de resterende vastleggingen na aftrek van het bedrag waarvoor wel contracten zijn gesloten (dus vastleggingen die nog beschikbaar zijn voor nieuwe contracten), was in 1999 gedaald tot 455 miljoen euro (na een piekwaarde van 747 miljoen euro in 1996). Dit bedrag komt ongeveer overeen met het Tacis-budget voor één jaar.

>REFERENTIE NAAR EEN GRAFIEK>

Bij het huidige verwerkingstempo duurt het gemiddeld een jaar om een vastlegging om te zetten in een ondertekend contract - dat wil zeggen de start van de projectuitvoering. Kritieke elementen in dit proces zijn vroegtijdige vastleggingen door DG Buitenlandse betrekkingen en een snellere aanbesteding en contractering door de SCR.

Naast het verbeteren van de procedure vooraf is de Commissie er ook in geslaagd de uitbetaling aan de uitvoerders van projecten te versnellen. De betalingen bereikten in 1999 een nieuwe recordhoogte: 513,5 miljoen euro. De snellere uitbetaling was deels het gevolg van een snellere verwerking van facturen: in mei 1999 waren er 71 facturen ter waarde van in totaal 12 miljoen euro reeds meer dan 40 dagen over de vervaldatum heen; in december geen enkele. De interne verwerkingstermijn is teruggebracht tot maximaal 25 dagen.

>REFERENTIE NAAR EEN GRAFIEK>

Het jaar 1999 was ook een keerpunt voor wat betreft de achterstand in de contractuitvoering, dat wil zeggen de openstaande betalingen in het kader van reeds ondertekende contracten. Tussen 1991 en 1998 nam deze achterstand ieder jaar toe, uiteindelijk tot 1,155 miljard euro, wat overeenkomt met de netto vastleggingen voor bijna drie jaar en met contracteringen voor ruim twee jaar. In 1999 daalde de achterstand in de contractuitvoering echter voor het eerst, en wel met 10%, als gevolg van lagere vastleggingen en hogere betalingen.

>REFERENTIE NAAR EEN GRAFIEK>

Hoe Tacis over het geheel genomen in getalsmatig of financieel opzicht presteert, wordt beoordeeld aan de hand van het 'reste à liquider'-concept (RAL-concept), dat de achterstanden in de sluiting en de uitvoering van contracten combineert. Bij berekening van deze cumulatieve waarde blijkt dat deze in 1998 een piekwaarde van 1,679 miljard euro bereikte, maar eind 1999 was teruggebracht tot 1,502 miljard euro, een daling van 11%. De huidige verwachting is dat er nu een periode van betrekkelijke stabiliteit zal aanbreken, waarbij de bedragen voor vastleggingen, contracteringen en betalingen steeds dichter bij elkaar komen te liggen - wat overigens ook mag worden verwacht van een volwassen hulpprogramma waarvan het vastleggingsniveau van jaar tot jaar relatief stabiel blijft.

De resultaten van Tacis in 1999 weerspiegelden de hierboven genoemde cijfers (die in de bijlage gedetailleerd zijn weergegeven): betalingen gingen omhoog, vastleggingen lagen op schema, en aanbestedingen en contracteringen gingen omlaag. De contracteringen bereikten ruim 99% van de vastleggingen, uitgezonderd één late vastlegging (voor het Fonds Inkapseling Tsjernobyl in december). Door personeelstekort moest de verwerking van twaalf projecten, met een totale waarde van 28 miljoen euro, echter worden verschoven van 1999 naar 2000.

De aandacht voor het interne financiële beheer van Tacis ging gelijk op met de aandacht voor de financiële resultaten van projecten. De boeken en de overzichten van uitgaven die uit hoofde van het programma zijn gedaan, worden regelmatig door externe, door de Commissie gecontracteerde accountants gecontroleerd. Naast geregelde follow-ups en zo nodig controles ter plaatse door de Commissie en de Rekenkamer, zijn er onafhankelijke adviseurs aangetrokken om toezicht te houden op de voortgang van het programma en de werkzaamheden van contractanten, en om achteraf uitvoerig te evalueren of de doelstellingen van de programma's en contracten zijn gehaald.

In november 1999 besloot de Commissie om, binnen het geheel aan samenwerkingsprogramma's met derde landen, het sluiten van contracten te vereenvoudigen. Met de goedkeuring van een instructiehandboek voor alle buitenlandse-hulpcontracten werden de meer dan 40 verschillende bestaande aanbestedingsprocedures teruggebracht tot acht vereenvoudigde procedures voor het aanbesteden van diensten, werken en leveringen, die met ingang van 2000 van toepassing zijn op alle door de Gemeenschap gefinancierde contracten in de hele wereld. Het voorzag ook in meer doorzichtigheid, waarbij de verschillende fases van de aanbestedingsprocedures uitgebreider onder de aandacht worden gebracht. Er is een nieuw ontwerphandboek voor buitenlandse-hulpcontracten gepubliceerd en er is een begin gemaakt met het opzetten van één gezamenlijke databank voor alle buitenlandse-hulpprogramma's van de EU.

Binnen de nieuwe organisatorische opzet van Tacis wordt de verantwoordelijkheid gedeeld tussen de geografische operationele eenheden van het betrokken directoraat van DG Buitenlandse betrekkingen (DG RELEX E) en de SCR, waarvan directoraat A zich bezighoudt met de uitvoering van programma's en projecten in Midden- en Oost-Europa, de westelijke Balkanlanden, de Nieuwe Onafhankelijke Staten (voormalige Sovjet-Unie) en Mongolië. Andere directoraten zijn verantwoordelijk voor begrotingsprogrammering, financiële controle en uitvoering, auditing en toezicht, de publicatie, administratie en goedkeuring van aanbestedingen, het sluiten van contracten, en evaluatie.

In 1999 begon de SCR ook te zoeken naar manieren om de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van afzonderlijke projecten te verleggen van Brussel naar Commissiemedewerkers ter plekke, met name bij de vier delegaties in Georgië, Kazachstan, Rusland en Oekraïne. Bij een proefproject inzake de ontwikkeling van de particuliere sector heeft een programmamedewerker van de delegatie in Almaty de verantwoordelijkheid voor de projecten overgenomen. Dit proefproject is sindsdien uitgebreid naar Kiev. Door de projectverantwoordelijkheid dichter bij de projecten zelf te leggen, zal het beheer ervan flexibeler worden. De ervaringen met de proefprojecten zullen als basis dienen voor de overheveling van meer operationele verantwoordelijkheden naar medewerkers ter plaatse. Aangezien de Commissie momenteel echter in de NOS niet over een volledig netwerk van delegaties beschikt, zal de decentralisatie zich bij Tacis niet zo snel kunnen voltrekken als bij andere programma's van de Commissie het geval is geweest.

Armenië

Overeenkomstig de algemene doelstelling om de regionale samenwerking te bevorderen, lag het zwaartepunt van Tacis ten aanzien van Armenië in toenemende mate op verbetering van de communicatieverbindingen, niet alleen als voorwaarde om het economische potentieel van het land ten volle te kunnen verwezenlijken, maar ook om de regeringen in het gebied te stimuleren om - ondanks de conflicten - samen te werken aan projecten die tot wederzijds voordeel strekken. In dit opzicht profiteerde Armenië zowel van acties in het kader van het nationale Tacis-programma als van de interstatelijke programma's, met name Inogate en Traceca. In aanvulling daarop was Tacis gericht op het vergroten van de deskundigheid in het bedrijfsleven, bij de overheid en in de landbouw, en op het ontwikkelen van de burgermaatschappij - allemaal elementen die een rol spelen in de opkomst van een land en een regio waar de bevolking haar slechte herinneringen aan het verleden ondergeschikt moet kunnen maken aan het gevoel dat het zin heeft aan de toekomst te werken.

Enkele bijdragen van Tacis in 1999

De voornaamste projecten die Tacis in 1999 heeft ondersteund, hadden betrekking op een nieuwe benadering om te zorgen voor een meer samenhangend decentraal beleid, zodat de door de centrale regering aanvaarde principes van de markteconomie op lokaal niveau ten uitvoer kunnen worden gebracht. De lagere overheid heeft nog slechts beperkte ervaring met zelfstandig economisch beheer, en disciplines als budgettering, kostenramingen voor investeringen, en prioritering zijn dus nieuw. Het proefproject dat momenteel in de regio Lori loopt, zal daar rechtstreeks effect sorteren en zal een model opleveren dat als voorbeeld kan dienen voor andere regio's en andere landen.

Het programma hielp ook met de uitvoering van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst tussen Armenië en de EU, die in juli 1999 in werking is getreden, en de verplichtingen in verband met het streven naar toetreding tot de WTO. Er wordt een onafhankelijk economisch beleids- en juridisch adviescentrum opgezet, dat advies moet gaan geven over handel en investeringen en later ook over beleidsmatige en juridische kwesties op deze terreinen. Tacis ondersteunde de verschuiving in het Armeense energiebeleid in verband met de beoogde sluiting van de kerncentrale van Medzamor, enerzijds via hulp aan het Overheidscentrum voor Energiebeleid om alternatieve energiebronnen en energiebesparende methoden te vinden, anderzijds via rechtstreekse technische assistentie zoals het leveren van veiligheidskleppen voor Medzamor om de veiligheid van de centrale gedurende de laatste jaren van haar bestaan te verbeteren.

Daarnaast heeft Tacis:

*geholpen de doeltreffendheid en onafhankelijkheid van de rechterlijke macht te vergroten door een juridisch opleidingscentrum op te zetten, waar men een begin heeft gemaakt met het bijscholen van rechters en gerechtsfunctionarissen en met het opstellen en publiceren van commentaren op de Armeense wetgeving.

*geholpen een nummersysteem voor de sociale zekerheid in te voeren om de toegang tot uitkeringen te verbreden en een meer systematische planning mogelijk te maken.

*via ondersteuningscentra de oprichting van nieuwe ondernemingen bevorderd.

*gezorgd voor scholing op het gebied van maatschappelijk werk.

*via het Tempus-programma de samenwerking ten aanzien van de hoger-onderwijshervorming voortgezet.

Tacis in de politieke context

De Samenwerkingsraad EU-Armenië kwam in oktober 1999 in Luxemburg voor het eerst bijeen en sprak het vertrouwen uit dat de uitvoering van de PSO zou zorgen voor samenhang tussen de diverse aspecten van de betrekkingen tussen de EU en Armenië, waaronder bijstand zoals in het kader van Tacis. De raad pleitte er ook voor dat de samenwerking in 1999/2000 zich zou toespitsen op het ondersteunen van pogingen om het conflict rond Nagorno-Karabach op te lossen; het zoeken naar mogelijkheden om de regionale samenwerking in de Kaukasus te stimuleren; het uitvoeren van de PSO in het algemeen en van handels- en investeringsbevorderende maatregelen in het bijzonder; het bevorderen van maatregelen om Armenië in staat te stellen de kerncentrale van Medzamor te sluiten; het versterken van het democratiseringsproces en de eerbiediging van de mensenrechten, alsook van nauwe samenwerking in de strijd tegen de drugshandel.

In het indicatief programma 1996-1999 voor Armenië, dat in juli 1996 werd goedgekeurd, werd prioriteit gegeven aan drie samenwerkingsgebieden:

Ontwikkeling van het menselijk potentieel: De hervorming van het openbaar bestuur vormt een centraal element in het overgangsproces, en de Tacis-projecten op het gebied van openbaar bestuur en werkloosheid richten zich speciaal op de beleidsvorming. De veranderingen betekenen dat ambtenaren nieuwe taken moeten gaan vervullen in een veranderende politieke, sociale, economische en bestuurlijke omgeving, en dus zijn er ook aanpassingen nodig in de functie en financiering van het openbaar bestuur. Tacis heeft bijgedragen aan de oprichting van een school voor openbaar bestuur, die zich heeft ontwikkeld tot een nationaal opleidingsinstituut voor het her- en bijscholen van de huidige ambtenaren en voor het opleiden van een volgende generatie. Er zijn ook projecten uitgevoerd op het gebied van de sociale zekerheid.

Ontwikkeling van de particuliere sector: Tacis heeft tegemoet willen komen aan de behoeften van nieuwe, particuliere of geprivatiseerde bedrijven als het gaat om ondernemersvaardigheden, herstructureringsadvies, een stabiel bankwezen, adequaat functionerende kapitaalmarkten en de ontwikkeling van een alomvattend wettelijk en regelgevend kader voor een markteconomie. De ondersteuning van de particuliere sector was gericht op het scheppen van een klimaat waarin het bedrijfsleven kan gedijen. Tot de Tacis-projecten behoorde ook het opzetten van een opleidingscentrum voor accountants, dat langere cursussen moet gaan verzorgen voor pas afgestudeerden en bijscholingscursussen voor mensen uit de praktijk. Tacis had eerder al meegewerkt aan het opzetten van de Coöperatieve Landbouwbank van Armenië, die kredieten verstrekt waarmee boeren zaaigoed of modernere machines kunnen kopen om hun opbrengst te verhogen. Andere Tacis-projecten waren gericht op privatisering, scholing in de banksector, en de oprichting van Armeense instellingen die een bemiddelende rol spelen in de ontwikkeling van de particuliere sector: een dienstencentrum voor het MKB, een adviesorgaan voor geprivatiseerde bedrijven in de herstructureringsfase, en een gemeenschappelijk beleggingsfonds dat een rol moet gaan spelen in de opkomende effectenmarkt.

Steun voor de uitvoering van het overheidsinvesteringsprogramma: Tacis ondersteunt de hervormingen in de energiesector. In Armenië ligt de nadruk van Tacis al sinds 1991 op het te boven komen van de energiecrisis. Eerdere Tacis-projecten hadden betrekking op de ontwikkeling van een strategie voor energiebesparing en de oprichting van een energiecentrum, de herstructurering van de gassector, en het beheer van olie- en gaspijpleidingen. Inmiddels is de energiecrisis voorbij en zijn de hervormingen in volle gang. In verband met de toezegging van Armenië om de kerncentrale van Medzamor voor eind 2004 te sluiten, helpt Tacis bij het vinden van alternatieve energiebronnen en het terugdringen van het energieverbruik.

Actieprogramma

Het meest recente Tacis-actieprogramma voor Armenië (1998-1999) omvatte zes nieuwe projecten, elk ter waarde van ongeveer 1 miljoen euro. Vier van deze projecten betroffen de ontwikkeling van het menselijk potentieel:

*Ambtelijk apparaat: Tacis streeft naar versterking van het openbaar bestuur door te zorgen voor een professionele ambtelijke structuur en organisatie op centraal en regionaal niveau.

*Regionaal bestuur: Lori is gekozen als proefregio om te laten zien hoe het regionaal bestuur het regionale ontwikkelingsbeleid kan coördineren, de lokale democratie kan stimuleren, en de door de centrale overheid gepropageerde principes van de markteconomie kan toepassen.

*Bijscholing van de rechterlijke macht: de nieuwe juridische opleiding zal de deskundigheid van 100 rechters en 200 gerechtsfunctionarissen verbeteren en zal een rol spelen in het opstellen en publiceren van commentaren op de Armeense wetgeving.

*Werkgelegenheidsbeleid: de nationale werkgelegenheidsdienst krijgt hulp om straks beter in staat te zijn een actief werkgelegenheidsbeleid te voeren, de marktvraag te bestuderen en strategieën ten behoeve van de werkgelegenheid en het bedrijfsleven uit te voeren, met inbegrip van de scholing van werklozen.

*In het kader van ontwikkeling van de particuliere sector werd besloten om de bestaande Tacis-activiteiten ter bevordering van het ondernemingsklimaat uit te breiden. Het doel is meer samenhang op alle interventieniveaus, uiteenlopend van beleidsadvies aan de regering, via assistentie bij het opzetten van ondersteunende organisaties voor het bedrijfsleven, tot scholing van lokale adviseurs en rechtstreekse hulp bij de herstructurering van pilot-bedrijven. Op deze manier kan de ervaring met proefherstructureringen naar een politiek niveau worden getild en helpen om regelgevende, wettelijke of fiscale obstakels weg te nemen.

*Een nieuw project in het kader van het overheidsinvesteringsprogramma was gericht op de versterking en het voortbestaan van het Centrum voor Energiebeleid, namelijk via het ontwerpen van een nationaal plan voor energieveiligheid en -diversificatie, het opstellen van een plan voor de ontmanteling van de kerncentrale van Medzamor, het uitvoeren van nieuwe energieprojecten, en het voorbereiden van privatiseringen in de energiesector.

Er werd ook uitgebreid gebruik gemaakt van de programma's voor kleine projecten, inclusief Tempus, alsook van beleids- en juridisch advies en van het statistiekprogramma. Het Bistro-programma was in 1999 voor het eerst beschikbaar in Armenië en werd uitgevoerd door de delegatie van de Europese Commissie in Tbilisi.

Het programma 1998-1999 ontving een subsidie van 10 miljoen euro volgens onderstaande verdeling (in miljoen euro):

Ontwikkeling van het menselijk potentieel

Herstructurering en ontwikkeling van het bedrijfsleven

Energie

Bistro

Programma's voor kleine projecten

Reserve

Totaal // 4,0

2,0

1,0

0,3

2,4

0,3

10,0

Azerbeidzjan

Het Tacis-programma voor Azerbeidzjan is geënt op de specifieke behoeften van het land, op de algemene doelstelling van regionale samenwerking en op bredere EU-doelstellingen. Het potentieel van Azerbeidzjan als olieproducent van betekenis wordt vooral beperkt door de moeilijkheden die het land ondervindt bij de export naar internationale markten. Daarnaast is Azerbeidzjan een belangrijk doorvoerland voor Europese producenten die toegang zoeken tot markten in de Kaukasus en Centraal-Azië, alsook voor Europese importeurs van goederen en grondstoffen, inclusief olie en gas. Daardoor heeft Azerbeidzjan kunnen profiteren van zowel het nationale Tacis-programma als van transnationale Tacis-initiatieven, met name Inogate op energiegebied, Traceca op transportgebied, en het regionale landbouwhervormingsproject.

Enkele bijdragen van Tacis in 1999

Tot de projecten die Tacis in 1999 heeft uitgevoerd, behoorde de voortzetting van de steun aan de particuliere sector via het MKB-ontwikkelingsbureau in Bakoe dat in 1994 met hulp van Tacis is opgezet. De laatste fase van dit project is om het bureau financieel zelfstandig te maken. In plaats van alleen institutionele veranderingen te bevorderen, houdt het bureau zich nu bezig met zaken die rechtstreeks voordeel opleveren voor het MKB, waarbij Tacis meebetaalt aan de dienstverlening om de lasten voor het MKB te verlichten. Het is de bedoeling dat het bureau uiteindelijk zonder Tacis-steun kan functioneren. Het programma heeft ook meegewerkt aan de voorbereidingen voor een opleidingscentrum voor het bankwezen en aan het opstellen van een curriculum voor bankmanagers. Dit centrum is bedoeld als aanvulling op andere hervormingen in de banksector en zal bijdragen tot de totstandkoming van een efficiënte financiële sector in het land.

Daarnaast heeft Tacis:

*speciale hulp verleend voor scholen, wegen en irrigatie door een buitengewone toekenning van macrofinanciële bijstand; deze is onder meer gebruikt voor schoolbenodigdheden en -gebouwen en het herstel van bruggen.

*geholpen een toezichthoudende instantie voor de energie-industrie vorm te geven.

*gezorgd voor voltooiing van de opleiding van 300 accountants en insolventiedeskundigen.

*regionale ondersteuningseenheden voor de landbouw opgezet om voedselproducenten te helpen met de bedrijfsvoering.

*via het Tempus-programma de samenwerking ten aanzien van de hoger-onderwijshervorming voortgezet.

Tacis in de politieke context

De Samenwerkingsraad EU-Azerbeidzjan kwam in oktober 1999 in Luxemburg voor het eerst bijeen en sprak het vertrouwen uit dat de uitvoering van de PSO zou zorgen voor samenhang tussen de diverse aspecten van de betrekkingen tussen de EU en Azerbeidzjan, waaronder bijstand in het kader van Tacis en regionale samenwerking. Daarbij zou het onder meer moeten gaan om: het ondersteunen van pogingen om het conflict rond Nagorno-Karabach op te lossen en het zoeken naar mogelijkheden om de regionale samenwerking in de Kaukasus te stimuleren; het uitvoeren van de PSO in het algemeen en van handels- en investeringsbevorderende maatregelen in het bijzonder; het versterken van het democratiseringsproces en de eerbiediging van de mensenrechten, alsook van nauwe samenwerking in de strijd tegen de drugshandel.

De oprichtingsvergadering van het nieuwe Parlementaire Samenwerkingscomité EU-Azerbeidzjan, op 18 april in Brussel, sprak zich positief uit over 'het veelomvattende economische hervormingsbeleid van de Azerbeidzjaanse regeringen sinds 1991 en de bijstand die de EU met name via het Tacis-programma op dit gebied heeft verleend'.

In het indicatief programma 1996-1999 voor Azerbeidzjan, dat in juli 1996 werd goedgekeurd, werd prioriteit gegeven aan drie samenwerkingsgebieden: infrastructuur, ontwikkeling van de particuliere sector, en ontwikkeling van het menselijk potentieel.

Ontwikkeling van de infrastructuur: Tacis heeft geholpen bij de totstandkoming van een meer gestructureerd kader voor de energiesector, met een beter afgebakende verdeling van taken en bevoegdheden tussen beleidsvormende, regelgevende en uitvoerende functies. Tegelijkertijd heeft Tacis meegewerkt aan de oprichting van een energiebesparingscentrum en een managementtrainingscentrum voor de energiesector, en bijgedragen aan het herstel van de gas- en elektriciteitsinfrastructuur. Ook heeft het de autoriteiten bewust gemaakt van de dringende noodzaak om, met het oog op het aantrekken van internationale investeerders in de elektriciteitsdistributiesector, de elektriciteitsvoorziening en de inning van bijdragen beter te organiseren.

Het vervoer heeft ruime aandacht gekregen van Tacis vanwege de geografische sleutelpositie van Azerbeidzjan op de oost-westroute van Centraal-Azië via de Kaspische Zee naar de Zwarte Zee en Europa. Tacis heeft bijgedragen aan de ontwikkeling van de Kaspische scheepvaartmaatschappij, maritieme scholing voor de havenautoriteit van Bakoe, onderzoek op het gebied van het wegvervoer, hulp voor spoorwegonderhoud en een joint venture voor de Transkaukasische spoorwegen, en een studie naar het herstel van een veerbootterminal in Bakoe. Het ministerie van Telecommunicatie is voorzien van beleidsadvies, een opleidingscentrum, en netwerkplanning en investeringsanalyse op hoog niveau.

Ontwikkeling van de particuliere sector: Tacis steunt een doorlopend hervormingsprogramma dat de voorwaarden moet scheppen voor aanhoudende, duurzame groei op het gebied van privatisering, herstructurering van bedrijven, financiële dienstverlening, de ontwikkeling van het MKB en de landbouw. Er zijn projecten geweest met betrekking tot de scholing van accountants en insolventiedeskundigen, handels- en investeringsgerichte economische en juridische hervormingen, het ontwikkelingsbureau voor het MKB in Bakoe (Kosia), en regionale ondersteuningseenheden voor de landbouw die particuliere agrarische en voedselverwerkende ondernemers bijscholen op het gebied van bedrijfsvoering en kredietaanvragen - gebaseerd op de eerste fase van een groot regionaal landbouwprogramma dat via commerciële banken landbouwkredieten verstrekt aan boeren.

Ontwikkeling van het menselijk potentieel: Tacis heeft het hoger onderwijs ondersteund via de School voor Openbaar Bestuur en de ontwikkeling van MBA-programma's, en heeft bijgedragen aan het versterken van de arbeidsmarkt. Via hulp voor pensioenhervormingen en arbeidsbescherming wordt de steun in deze sector momenteel uitgebreid naar nieuwe gebieden, die daar steeds meer behoefte aan krijgen naarmate de hervormingen voortschrijden en het aantal werknemers in de particuliere sector toeneemt. Verder wordt advies gegeven over de aanpassing van de wetgeving aan internationale normen en over de formulering van een handelsbeleid dat bevorderlijk is voor de integratie van Azerbeidzjan in de wereldeconomie en voor de handelsbetrekkingen met de buurlanden.

De Tacis-bijstand vormt ook een aanvulling op andere EU-activiteiten, inclusief buitengewone financiële bijstand, en de 225 miljoen euro aan hulp die de EU tot dusver alleen al in de vorm van subsidies aan Azerbeidzjan heeft verleend, namelijk voor humanitaire hulp aan de meest noodlijdende delen van de bevolking, voedselhulp, structurele voedselzekerheidshulp om te zorgen dat Azerbeidzjan straks weer in staat is zijn eigen bevolking te voeden, en wederopbouwprojecten in gebieden rond Nagorno-Karabach. In de landbouwsector vormen de door Tacis aangestuurde hervormingen, samen met het voedselzekerheidsprogramma, een essentiële voorwaarde voor het opzetten van regelingen voor landbouwkredieten.

Actieprogramma

Het meest recente Tacis-actieprogramma voor Azerbeidzjan (1998-1999) omvatte de volgende projecten:

*vervolgsteun voor het opzetten van een ministerie van Brandstof en Energie.

*bestrijding van de milieueffecten van de energieproductie, in het bijzonder de sanering van met olie verontreinigd land, waarbij het alleen al op het schiereiland Apsjeron om meer dan 2000 hectare gaat. Het project omvat haalbaarheids- en pilotstudies naar het gebruik van lokale Azerbeidzjaanse technologie, het versterken van de rol van de regelgevende instanties, en het aantrekken van investeringen om de negatieve milieueffecten van de energiesector te beperken.

*steun voor herstructureringsmaatregelen in de energiesector, voortzetting van de hulp aan het ministerie van Brandstof en Energie.

*pilot-hulp aan een lokale fabriek van apparatuur voor de olie-industrie (Azneftekhimmash) om zich te vestigen als leverancier van internationale oliebedrijven.

*hulp aan het ministerie van Brandstof en Energie (Azenerjii) en het gemeentelijke elektriciteitsbedrijf van Bakoe (Bakuelectrostet) voor het organiseren van de elektriciteitsdistributie.

*een haalbaarheidsstudie naar meer veiligheid door het verbeteren en herstellen van beheers- en controlesystemen voor hogedrukgasleidingen rond Bakoe en Sumgait, bij de gasopslagfaciliteiten van Kalmas en Karadagh, en bij de gasverwerkingsinstallaties van Karadagh.

*een studie naar de wederopbouw van de Azerbeidzjaanse spoorwegen.

*steun voor de bestuurlijke reorganisatie van de transportsector, inclusief de vorming van een ministerie van Transport, om iets te doen aan het algemene gebrek aan investeringen en onderhoud sinds het uiteenvallen van de Sovjet-Unie, alsook om mogelijkheden te creëren voor samenwerking tussen overheidsbedrijven en privé-ondernemingen en om te zorgen voor synergie tussen verschillende vormen van vervoer en voor de integratie van Azerbeidzjan in het multimodale vervoersnet in de regio.

*ontwikkeling van de financiële zelfstandigheid van het MKB-ondersteuningsbureau in Bakoe.

*beleidsadvies ten aanzien van het privatiseringsproces, inclusief de regulering van post-privatiseringsactiviteiten van naamloze vennootschappen met het oog op de totstandkoming van een effectenmarkt.

*oprichting van een opleidingscentrum voor het bankwezen en ontwikkeling van een curriculum voor bankmanagers.

*oprichting van een landbouwkredietinstelling die in de toekomst op eigen kracht moet kunnen functioneren.

*ontwikkeling van het pensioenstelsel en verbetering van de arbeidsomstandighedenwetgeving.

*oprichting van een beleids- en juridisch adviescentrum in Azerbeidzjan om de integratie in de internationale handel te bevorderen.

Het programma 1998-1999 ontving een subsidie van 13,2 miljoen euro volgens onderstaande verdeling (in miljoen euro):

Energie

Transport en telecommunicatie

Herstructurering en ontwikkeling van het bedrijfsleven

Voedselproductie, -verwerking en -distributie

Ontwikkeling van het menselijk potentieel

Programma's voor kleine projecten

Reserve

Totaal // 3,6

2,4

3,5

1,0

2,2

2,8

0,5

13,2

Azerbeidzjan heeft in 1999 ook 9,5 miljoen euro aan buitengewone steun gekregen om het hoofd te kunnen bieden aan de moeilijke sociale omstandigheden in het land, met name vanwege het conflict in Nagorno-Karabach.

Wit-Rusland

De betrekkingen met Wit-Rusland blijven gespannen vanwege de bezorgdheid van de EU rond de politieke ontwikkelingen aldaar. De activiteiten van Tacis in Wit-Rusland zijn daarom beperkt tot hetgeen in september 1997 door de EU is besloten, namelijk om alleen technische bijstand te verlenen in de vorm van regionale programma's, programma's die rechtstreeks ten goede komen aan het democratiseringsproces, en humanitaire hulp.

Voor de periode 1996-1999 is geen indicatief programma overeengekomen en er is dus ook geen actieprogramma voor 1999. Daarom werden er in 1999 geen Tacis-projecten aanbesteed. In november 1999 ging de Wit-Russische regering echter akkoord met het op de burgermaatschappij gerichte Tacis-programma voor Wit-Rusland van 1997 ter waarde van 5 miljoen euro, dat in 2000 zal worden uitgevoerd. Dit programma omvat projecten waarbij wordt samengewerkt met Wit-Russische NGO's, media en studenten. Verder werden in 1999 projecten uitgevoerd in het hoger onderwijs die in het kader van het Tempus-programma 1996-1997 waren goedgekeurd.

Overeenkomstig het bovengenoemde besluit uit 1997 heeft Wit-Rusland wel geprofiteerd van een aantal regionale Tacis-programma's, bijvoorbeeld de interstatelijke en grensoverschrijdende samenwerkingsprogramma's, met name voor activiteiten op het gebied van het milieu en de verbetering van grensovergangen, alsook het programma voor nucleaire veiligheid. Daarnaast krijgt Wit-Rusland bijstand uit niet-Tacis-programma's zoals het democratieprogramma en humanitaire hulp via ECHO.

Georgië

Evenals in de Kaukasische buurlanden zijn de Tacis-activiteiten in Georgië gericht op ondersteuning van het algemene EU-beleid om de onafhankelijkheid van dit belangrijke doorvoerland tussen Europa en Centraal-Azië, en zijn voortgang op weg naar een markteconomie en volledige democratie, te versterken. De inwerkingtreding van de PSO in juli 1999 markeerde een positieve stap naar sterkere banden met de EU, maar 1999 liet ook belangrijke ontwikkelingen zien op het gebied van fysieke verbindingen met het westen: er zijn nieuwe veerdiensten over de Zwarte Zee naar Oekraïne tot stand gekomen en er wordt onderzoek gedaan naar andere verbindingen naar Oekraïne en Roemenië, dankzij Traceca. Deze nieuwe vervoersmogelijkheden zijn des te belangrijker omdat de vaste routes door Rusland ten noorden van Georgië momenteel zijn afgesloten vanwege het conflict in dat gebied.

Enkele bijdragen van Tacis in 1999

Tot de Tacis-projecten die in 1999 zijn uitgevoerd, behoorde samenwerking met de regering om de privatisering van de haven van Poti voor te bereiden en om gelijke toegang te garanderen aan alle gebruikers van de haven, die een belangrijke schakel vormt in de Traceca-route. Tacis verzorgde scholing voor rechters in het kader van een ingrijpende hervorming van het gerechtelijk apparaat. Het programma werkte aan het terugdringen van het tekort op de Georgische handelsbalans door bevordering van de export; dit project moet de Georgische exportgemeenschap informatie opleveren over markten, klanten en producten, normen, certificeringen en vervoer.

Daarnaast heeft Tacis:

*de steun aan het CERMA-project voor de herstructurering van middelgrote geprivatiseerde ondernemingen voortgezet.

*ondersteuning verleend voor het project van het Georgisch-Europese economisch beleids- en juridisch adviescentrum met betrekking tot de afstemming van de wetgeving op die van de EU, en voor Georgiës verzoek om toetreding tot de WTO.

*financiering verstrekt voor Georgian Economic Trends, een Tacis-publicatie die door alle donors als voorname bron van onderzoeksgegevens over de Georgische economie wordt erkend.

*in het kader van het Inogate-project ook hulp verleend voor het mobiliseren van investeringen om Georgiës doorvoerpotentieel voor koolwaterstoffen te herstellen, en voor het bevorderen van zijn concurrentiepositie als doorvoerland van olie en gas op de oost-westroute van de regio rond de Kaspische Zee naar die rond de Zwarte Zee.

*via het Tempus-programma de samenwerking ten aanzien van de hoger-onderwijshervorming voortgezet.

Tacis in de politieke context

Na de topontmoeting tussen Armenië, Azerbeidzjan en Georgië in juni 1999 werd de PSO van kracht, die een nieuw, meer samenhangend kader bood voor de veelheid aan EU-steunmaatregelen voor Georgië. De Samenwerkingsraad van de Europese Unie en Georgië kwam in oktober 1999 in Luxemburg voor het eerst bijeen en sprak het vertrouwen uit dat de uitvoering van de PSO zou zorgen voor samenhang tussen de diverse aspecten van de betrekkingen tussen de EU en Georgië, zoals de politieke dialoog over buitenlandse-beleidskwesties van gemeenschappelijk belang, democratie en mensenrechten, samenwerking in de strijd tegen de drugshandel, handelsrelaties en economische samenwerking, bijstand in het kader van Tacis, en regionale samenwerking.

In het indicatief programma 1996-1999 voor Georgië, dat in juli 1996 door de lidstaten werd goedgekeurd, werd prioriteit gegeven aan de ontwikkeling van de infrastructuur, het particulier initiatief en het menselijk potentieel.

Ontwikkeling van de infrastructuur: De Georgische energiesector heeft zwaar te lijden gehad van de ontwrichte economische relaties na de ineenstorting van de Sovjet-Unie en de burgerconflicten die daarop volgden. De sector is nu deels geherstructureerd en aan privatisering wordt gewerkt, maar er is nog steeds dringend behoefte aan scholing van personeel en andere hulp om een institutioneel kader tot stand te brengen. Ondertussen wordt bijstand verleend voor beter boekhoudkundig en financieel beheer in de elektriciteitsopwekkingssector en voor energiebesparingen. Het uiteindelijke doel van Tacis is om de Georgische olie- en gaswinning - zowel onshore als offshore - te stimuleren, en om te zorgen voor meer buitenlandse investeringen in downstream-activiteiten, en Tacis heeft reeds substantiële bijstand verleend aan de Georgische Internationale Oliemaatschappij op het gebied van management, onderhandelingen en de ontwikkeling van diensten in verband met de oliedoorvoer. Georgië heeft ook aanzienlijk geprofiteerd van het transportprogramma Traceca: de binnenlandse vervoersinfrastructuur bevindt zich nog steeds in slechte staat maar er is sprake van privatisering, zodat Tacis streeft naar bevordering van particuliere investeringen in het herstel van de infrastructuur, maar zonder particuliere monopolies te creëren bij toegangen tot de Traceca-route.

Ontwikkeling van het particulier ondernemerschap: De ligging van Georgië, op het ontmoetingspunt van de olierijke opkomende markten van Centraal-Azië en de grote ontwikkelde markten van Europa, Rusland en Turkije, is ideaal voor expansie van de export, met name voor producten van de lichte industrie, de landbouw en de voedselverwerkende industrie. Maar de groei heeft ernstige hinder ondervonden van de slechte respons van geprivatiseerde grote ondernemingen op de hervormingen, zodat de regering de herstructurering van het bedrijfsleven nu als prioriteit voor de volgende fase van de economische hervormingen in Georgië heeft aangemerkt. De banksector beperkt zich nog steeds hoofdzakelijk tot kortlopende activiteiten, en het ontbreken van een financiële infrastructuur en de geringe toegang tot betaalbare kredieten vormen een belemmering voor de ontwikkeling van het bedrijfsleven. Substantiële kredieten en investeringen blijven uit zolang de banken zelf geen doorzichtige boekhoudkundige normen hanteren of deze voorschrijven aan ondernemingen die op zoek zijn naar krediet - een obstakel dat overigens via het Tacis-project inzake internationale boekhoudkundige normen wordt aangepakt. Het landbouwkredietprogramma, onderdeel van het regionale landbouwhervormingsproject, heeft tot op heden in totaal 17 miljoen euro aan leningen aan particuliere boeren en handelaars verstrekt via particuliere commerciële banken.

Ontwikkeling van het menselijk potentieel: Het parlement manifesteert zich in toenemende mate als een partij die actief toezicht houdt op het beleid van de uitvoerende macht en die bereid is een volwaardige rol te spelen in het Georgische systeem van democratische 'checks and balances'. Versterking van de uitvoerende en de wetgevende macht is cruciaal voor de naleving van de internationale verplichtingen die Georgië is aangegaan en voor versteviging van de banden met Europa. Eerdere Tacis-projecten hebben zich geconcentreerd op het bijscholen van parlementsleden en ambtenaren, en meer recentelijk heeft de nadruk gelegen op de rechterlijke macht, aangezien het voor de tenuitvoerlegging van wetten nodig is om een functionerend en onafhankelijk gerechtelijk apparaat te hebben. De belastinginkomsten behoren tot de laagste ter wereld, en het hervormings- en scholingsproject voor de overheid is een van de Tacis-bijdragen aan de totstandkoming van een doeltreffender openbaar bestuur.

Actieprogramma

Het meest recente Tacis-actieprogramma voor Georgië (1998-1999) omvatte de volgende projecten:

*bijstand voor beter boekhoudkundig en financieel beheer van de binnenlandse gasdistributie.

*scholing voor de havenautoriteiten in Poti en Batumi, en het waarborgen van de maritieme veiligheid via een haalbaarheidsstudie naar herstelwerkzaamheden aan de golfbreker in de haven van Poti en via onderzoek en onderwaterinspecties van de havengebieden.

*herstructurering van grote ondernemingen.

*totstandkoming van een solide en efficiënte banksector.

*bevordering van de Georgische export.

*ontwikkeling van een landbouwkredietstelsel.

*bevordering van de groei van de toeristische sector.

*voortzetting van de Tacis-steun voor CERMA, het centrum voor managementondersteuning na privatiseringen.

*steun voor boekhoudkundige hervormingen bij commerciële banken.

*hulp aan landbouworganisaties door verdere ontwikkeling van landbouwkredietprogramma's, voortbouwend op het succes van het landbouwhervormingsprogramma (RARP).

*opleiding van particuliere - met name kleine - toeristische ondernemers.

*een belangrijk project inzake de scholing van rechters.

*hervorming van de douanedienst om de belastinginning te verbeteren, beperking van de mogelijkheden voor illegale activiteiten, en naleving van de handelsverplichtingen in het kader van internationale overeenkomsten zoals de PSO.

*bij het GEPLAC (Georgisch-Europees beleids- en juridisch adviescentrum) zal een bibliotheek worden ingericht en een juridisch tijdschrift over de Georgische en Europese wetgeving worden opgezet. De nadruk zal thans liggen op hulp bij de afstemming op de EU-wetgeving.

*scholing van democratisch gekozen afgevaardigden en lokale overheidsambtenaren ten aanzien van de beginselen van democratisch plaatselijk bestuur en beleid.

*hervorming van het statistische systeem op belangrijke terreinen.

Het programma 1998-1999 ontving een subsidie van 16 miljoen euro volgens onderstaande verdeling (in miljoen euro):

Transport en telecommunicatie

Energie

Ontwikkeling van het menselijk potentieel

Steun voor het bedrijfsleven

Voedselproductie, -verwerking en -distributie

Bistro

Kleinschalige technische bijstand

Programma voor kleine projecten

Reserve

Totaal // 1,0

1,5

4,0

3,5

1,0

0,5

0,2

3,8

0,5

16,0

Kazachstan

Uitgangspunt bij de activiteiten van Tacis is de ondersteuning van het macro-economische en sectorale beleid van de Kazachse autoriteiten geweest, om zodoende te komen tot stabiliteit, een omslag in de daling van de productie, hogere productiviteit, duurzame ontwikkeling op de middellange termijn, en bescherming van kwetsbare sociale groepen. De crisis in Zuidoost-Azië en de Russische financiële crisis van 1998 hebben hun weerslag gehad op de economie van Kazachstan, en met name op de handel, waaruit blijkt hoe kwetsbaar deze is voor externe schokken. Na de devaluatie van de tenge in april 1999 won de export van Kazachstan echter aan concurrentiekracht en is de economie een gestaag herstel gaan vertonen. De regering heeft haar markteconomiegerichte hervormingsbeleid voortgezet.

Enkele bijdragen van Tacis in 1999

Tot de projecten die Tacis in 1999 heeft ondersteund, behoorden onder meer:

*hulp voor de reorganisatie van banken zodat die op hun beurt nieuwe bedrijven kunnen bijstaan.

*training voor africhters van honden, om de douane in staat te stellen tot efficiënter speurwerk.

*steun voor de nationale oliemaatschappij voor het opzetten van een controlesysteem.

*steun voor de aanpak van de milieuproblematiek rond het Aralmeer.

*voortzetting van de samenwerking ten aanzien van de hoger-onderwijshervorming via het Tempus-programma.

Tacis in de politieke context

De Samenwerkingsraad EU-Kazachstan kwam in juli 1999 in Brussel voor het eerst bijeen. Na bespreking van de Tacis-activiteiten werd geconcludeerd dat de samenwerking in 1999/2000 zich met name zou moeten toespitsen op verbetering van het ondernemingsklimaat; versnelling van de onderhandelingen over toetreding tot de WTO; bevordering van de regionale samenwerking in Centraal-Azië, vooral via Traceca en Inogate; het opzetten van een hulpprogramma voor het democratiseringsproces; en nauwe samenwerking in de strijd tegen de drugshandel.

In het indicatief programma 1996-1999 voor Kazachstan, dat in november 1996 door het Tacis-comité werd goedgekeurd, werd prioriteit gegeven aan structurele en institutionele hervormingen, landbouw en agro-industrie, en ontwikkeling van de infrastructuur.

Structurele en institutionele hervormingen: De Tacis-assistentie heeft zich steeds gericht op scholing en onderwijs, waarbij het streven is geweest om onafhankelijke instellingen van hoge kwaliteit te creëren, met name op de vakgebieden bedrijfskunde en economie. De laatste tijd heeft de hulp zich gericht op vaardigheidsontwikkeling onder de ambtenaren die belast zijn met de internationale betrekkingen en het buitenlandse beleid van Kazachstan. Het programma heeft zich ook beziggehouden met het verbeteren van opleidingssystemen binnen het openbaar bestuur. Evenwijdig daaraan ondersteunde Tacis het opzetten van een bureau voor het ambtelijke apparaat, dat verantwoordelijk is voor de hervorming van het openbaar bestuur in het hele land. Via een macro-economisch prognose- en modelleerproject was er ook aandacht voor de economische beleidsvorming.

Landbouw en agro-industrie: De landbouw verkeert in moeilijkheden en de privatisering ervan staat centraal in de herstructureringsplannen van de regering. De landbouw speelt nog altijd een belangrijke rol in Kazachstan: in 1995 vormde deze sector de inkomstenbron voor ruim twee miljoen plattelandshuishoudens en leverde naar schatting 15% van het BBP - hoewel dit percentage in 1986-1990 nog 25% bedroeg. Zolang de daadwerkelijke privatisering van het landgebruik beperkingen ondervindt van economische, sociale en politieke factoren op regionaal niveau, bestaat het risico dat de herstructurering van boerenbedrijven stagneert, tenzij dit proces een nieuwe impuls krijgt van initiatieven op provinciaal (of oblast-) niveau.

Ontwikkeling van de infrastructuur: Kazachstan is rijk aan primaire energiebronnen zoals olie, gas en steenkool. Cruciaal voor de economische ontwikkeling van Kazachstan is een efficiënte exploitatie van deze hulpbronnen, hetzij voor de export (een groot deel ervan zal worden uitgevoerd) hetzij voor de binnenlandse energievoorziening. Een doeltreffend controle- en monitoringsysteem voor de winning en afzet van olie- en gasproducten is onmisbaar om de nationale energievoorraden in het eigen belang van Kazachstan te kunnen aanwenden. Tacis helpt de nationale oliemaatschappij om een dergelijk systeem op te zetten. Op telecommunicatiegebied hebben de nationale autoriteiten te maken met een toenemende vraag naar de toewijzing van radiofrequenties aan exploitanten van cellulaire en satellietcommunicatiesystemen, particuliere netwerken - zeg maar alle diensten waarvoor radiocommunicatie nodig is. Tacis heeft hulp verleend op het gebied van frequentiebeheer en -toezicht, alsook voor de oprichting van een onafhankelijk centrum voor metrologie, certificering en standaardisering.

Actieprogramma

Het meest recente Tacis-actieprogramma voor Kazachstan (1998-1999) omvatte in totaal 10 projecten. Ongeveer 60% van de middelen werd toegekend aan het brede thema 'hervorming en heroriëntatie van structuren en instellingen in de publieke en particuliere sector', met als doel om de totstandkoming van een markteconomie te ondersteunen.

De projecten die onder het thema structurele en institutionele hervorming vallen, zijn bedoeld om de totstandkoming van een markteconomie te ondersteunen en hebben betrekking op zowel de publieke als de particuliere sector:

*Het overheidsprogramma inzake juridische hervormingen, dat gericht is op versterking van het rechtssysteem, namelijk door technisch advies over het wetgevingsproces te geven, de ontwikkeling van het juridisch onderwijs te ondersteunen, de toegang tot juridische informatie te verbeteren en de bewustwording onder de bevolking te bevorderen.

*Hulp voor het Kazachse bedrijfsleven om met internationale normen te werken, ter bevordering van de concurrentie op nationale en internationale markten.

*Scholing van medewerkers van het ministerie van Economische Zaken in het toepassen van macro-economische modelleer- en prognosetechnieken. Voorwaarde voor dit project is dat de kwaliteit en volledigheid van de officiële statistieken wordt verbeterd.

*Bijstand voor de verdere ontwikkeling van het handelsonderwijs aan het Kazachse Instituut voor Bedrijfskundig en Economisch Onderzoek (KIMEP), om te zorgen voor duurzaamheid op institutioneel en academisch niveau.

*Steun voor de ontwikkeling van een milieu- en vervoersbeleid dat tot doel heeft de luchtkwaliteit te verbeteren via terugdringing van de uitstoot van het verkeer. Een proefproject in Almaty zal zich richten op bestrijding van de gezondheidseffecten van de verontreiniging.

*Versterking van het institutioneel vermogen van het ministerie van Staatsinkomsten ten aanzien van de inning en administratie van de belastingen.

In de landbouw en de agro-industrie richt de Tacis-hulp zich primair op kleine particuliere boerenbedrijven door te zorgen voor een doeltreffende afzetinfrastructuur op het platteland. Via het marketingproject voor het platteland worden het ministerie van Landbouw en de oblast-besturen geholpen bij het opzetten van een rurale marktinfrastructuur, waarbij wordt voortgebouwd op eerdere initiatieven ten aanzien van groothandelsmarkten en marktinformatie.

Wat de ontwikkeling van de infrastructuur betreft, ligt het accent op vervoer en olie en gas. Het project op vervoersgebied vormt een aanvulling op het transnationale Traceca-project en heeft betrekking op verbetering van voorschriften en normen en van de administratieve procedures voor andere transportcorridors die aansluiting geven op de Traceca-routes. Het project ten aanzien van de olie- en gassector, die bij de herstructurering in 1997 in handen kwam van KazakhOil, richt zich op verbetering van de toezichthoudende rol van de staat en op de ontwikkeling van kwaliteitscontrole- en veiligheidsprocedures.

Het Bistro-programma, dat wordt uitgevoerd door de delegatie van de Commissie in Almaty, vormt een aanvulling op de reguliere Tacis-activiteiten en biedt toegankelijke, flexibele steun voor allerlei kleinschalige projecten. Geslaagde Bistro-projecten hadden onder meer betrekking op een omscholingsprogramma voor werklozen in Noord-Kazachstan, energiebesparende maatregelen in ziekenhuizen en het opzetten van een Raad voor Buitenlandse Investeringen die moet zorgen voor verbetering van het algemene ondernemingsklimaat.

Het programma 1998-1999 ontving een subsidie van 23,9 miljoen euro volgens onderstaande verdeling (in miljoen euro):

Structurele en institutionele hervormingen

Landbouw en agro-industrie

Ontwikkeling van de infrastructuur

Bistro

Programma's voor kleine projecten

Reserve

Totaal // 9,1

2,0

4,0

0,8

7,3

0,7

23,9

Kirgizstan

Kirgizstan is een agrarisch land dat rijk is aan delfstoffen zoals goud en zeldzame metalen. De exploitatie van deze natuurlijke hulpbronnen wordt echter belemmerd door de slechte staat waarin de industriële infrastructuur en de marktverbindingen verkeren, wat het land overigens niet heeft belet om als een van de eerste NOS-landen toe te treden tot de WTO. De Tacis-steun heeft zich toegespitst op hulp voor de overgang naar een markteconomie, inclusief hulp voor de ontwikkeling van de particuliere agrarische sector. Daarnaast was het programma vooral gericht op de ontwikkeling van vervoersverbindingen en infrastructuur - onder meer via Traceca, dat de Centraal-Aziatische landen helpt om efficiëntere verbindingen met Europa tot stand te brengen - en tot op zekere hoogte op de opbouw van structuren voor meer diversificatie van de economie.

Enkele bijdragen van Tacis in 1999

Tot de projecten die Tacis in 1999 heeft uitgevoerd, behoorde steun voor het ministerie van Transport en Communicatie om de posterijen, de dienst Luchtbeleid en de nationale luchtvaartmaatschappij te ontwikkelen. Het programma hielp met het opzetten van een adviesdienst voor de banksector en verleende, in samenwerking met het opleidingscentrum van de Nationale Bank en het regionale opleidingscentrum voor het bankwezen, praktische adviezen aan afzonderlijke banken en andere financiële instellingen. Tacis verzorgde ook scholing op het gebied van energiebesparing in de productie en de distributie; adviseerde omtrent de aanleg van een nieuwe luchthaven; gaf voorlichting op het gebied van agri-business; en richtte verenigingen van particuliere veehouders op. De samenwerking ten aanzien van de hoger-onderwijshervorming in het kader van het Tempus-programma werd voortgezet.

Voor wat betreft structurele en institutionele hervormingen lag de nadruk op beleidsvorming en op het opzetten van overheidsdiensten en financieringsinstellingen die kunnen bijdragen tot een groeiende productiecapaciteit van ondernemingen op de (middel)lange termijn. Hierbij ging het ook om een betere interactie tussen ministeries enerzijds en buitenlandse donors en andere internationale instanties anderzijds. Bovendien ging Tacis in op een verzoek van de regering om technische bijstand te verlenen aan het landbouwfinancieringsproject van de Wereldbank, dat kredieten beschikbaar stelt aan boeren en samenwerkende boerenbedrijven om op die manier een meer dynamische en winstgevende agrarische sector te creëren. Tacis heeft advies gegeven aan de Kirgizische landbouwkredietcorporatie, onder meer over systemen voor liquiditeitsbeheer, beoordelingen van leningsaanvragen en de identificatie van grote landbouwbedrijven en ondernemingen in de agri-business, en steun aan groepen boeren die op zoek zijn naar gezamenlijke kredieten. Een ander project bouwde voort op eerdere Tacis-activiteiten ten behoeve van winstgevende particuliere bedrijven in de agrarische sector, met het accent op marketing en voedselverwerking en op bevordering van de nationale en internationale handel via contacten en systematische informatie.

Tacis in de politieke context

De Samenwerkingsraad van de Europese Unie en Kirgizstan kwam in juli 1999 in Brussel voor het eerst bijeen en sprak het vertrouwen uit dat de uitvoering van de PSO zou zorgen voor samenhang tussen de diverse aspecten van de betrekkingen tussen de EU en Kirgizstan, waaronder bijstand in het kader van Tacis en regionale samenwerking. De ministers concludeerden dat de samenwerking in 1999/2000 zich met name zou moeten toespitsen op economische kwesties; op de beste manieren om gebruik te maken van Traceca (Transportcorridor Europa-Kaukasus-Centraal-Azië) en Inogate (Interstatelijk programma voor olie- en gastransport naar Europa) om de infrastructurele verbindingen tussen Centraal-Azië en Europa te verbeteren; op Tacis-bijstand om Europese bedrijven bewuster te maken van de mogelijkheden in Kirgizstan; op toezicht op politieke ontwikkelingen die de stabiliteit in Centraal-Azië beïnvloeden; op het volgen van het democratiseringsproces in Centraal-Azië en op nauwe samenwerking in de strijd tegen de drugshandel.

In het indicatief programma 1996-1999 voor Kirgizstan, dat in september 1996 door het Tacis-comité werd goedgekeurd, werd prioriteit gegeven aan structurele en institutionele hervormingen, landbouw en agro-industrie, en ontwikkeling van de infrastructuur.

Structurele en institutionele hervormingen: Het algemene thema voor Tacis is de hervorming en heroriëntatie van structuren en instellingen om te helpen een markteconomie tot stand te brengen. De projecten hebben betrekking op gebieden die cruciaal zijn voor het transformatieproces, zoals sociale hervormingen, steun voor het MKB en ontwikkeling van de handel. Voorwaarde voor het hele hervormingsproces is de opwaardering van het bestuurlijke en administratieve systeem door middel van scholing, herstructurering en beleidsadvies. De PSO schetst het kader voor de handels- en politieke betrekkingen tussen de Europese Unie en Kirgizstan. Hoewel Kirgizstan in 1998 is toegetreden tot de WTO, moet nog een aantal juridische en institutionele problemen worden opgelost om te zorgen dat Kirgizstan zijn WTO- en PSO-verplichtingen kan nakomen en daar ook ten volle van kan profiteren. Kirgizstan is begonnen met het scheppen van een gunstiger ondernemingsklimaat voor buitenlandse investeringen in die zin dat het een geschikt wetgevend kader heeft gecreëerd. In de MKB-sector komen directe buitenlandse investeringen echter slechts langzaam op gang, en ondanks hun hoge technische opleidingsniveau is het vermogen van Kirgizische ondernemers om zichzelf bij potentiële buitenlandse partners te promoten, nog altijd zwak en onderontwikkeld. Het economische overgangsproces heeft radicale maatschappelijke veranderingen met zich meegebracht en heeft een ingrijpend effect gehad op de arbeidsmarkt. De werkloosheid is een van de hoofdoorzaken van het feit dat meer dan de helft van de bevolking van Kirgizstan onder de armoedegrens leeft, en de regering heeft een nationaal opleidingsfonds gevormd om dit probleem aan te pakken.

Landbouw en agro-industrie: De landbouw, de voornaamste economische sector in Kirgizstan, speelt een dominante rol in de werkgelegenheid (49%), is verantwoordelijk voor een belangrijk deel van het BBP (46%) en de deviezeninkomsten (38% van de export), en is tevens cruciaal voor de nationale voedselzekerheid. Na een sterke terugval tussen 1990 en 1995 is er nu sprake van herstel dankzij de plantaardige productie, maar de veeteelt blijft nog steeds achter. Ondanks grootschalige privatiseringen en vooruitgang ten aanzien van deregulering van de prijzen, liberalisering van de handel en landhervormingen, verloopt de overgang naar een efficiënte, particuliere landbouw op basis van marktprincipes nog altijd langzaam. Tacis heeft het overgangsproces ondersteund door hulp te verlenen voor het opstellen van een beleidsplan, en verder door productiemiddelen te verstrekken aan particuliere boeren, de particuliere veehouderij te verbeteren, de agri-business te ontwikkelen en een landbouwkredietinstelling te vormen. Bovendien houdt Tacis zich bezig met de aanpak van een zaaigoedprobleem: veel boeren gebruiken momenteel zaad van slechte kwaliteit, dat niet goed ontkiemt en de verspreiding van ziekten in de hand werkt.

Ontwikkeling van de infrastructuur: De transport- en communicatie-infrastructuur in de Centraal-Aziatische republieken was oorspronkelijk opgezet als onderdeel van het omvangrijke, naar binnen gerichte sovjetsysteem en is dus niet gericht op oost-westverbindingen. Bij voldoende onderhouds- en herstelwerkzaamheden zou de bestaande vervoersinfrastructuur toereikend zijn voor een gematigd herstel van de economische activiteit. Door gebrek aan middelen voor onderhoud vertoont het systeem echter een zodanige achteruitgang dat grootschalige renovatie noodzakelijk is. Het wegtransport is de voornaamste vervoerswijze in dit bergachtige land (meer dan 80% van het totale vrachtvervoer), maar echte concurrentie ontbreekt.

Actieprogramma

Het meest recente Tacis-actieprogramma voor Kirgizstan (1998-1999) omvatte de volgende projecten:

*Hulp bij het nakomen van de internationale verplichtingen in verband met de PSO en de toetreding tot de WTO, via een dialoog met de regering en het Kirgizische parlement om de goedkeuring van wetgeving te vergemakkelijken, en via een Kirgizisch-Europees beleids- en juridisch adviescentrum (KYRPLAC).

*Steun voor de MKB-sector, via een samenwerkingscentrum voor het bedrijfsleven in Bisjkek (met een bijkantoor in Osj) dat moet fungeren als eerste aanspreekpunt voor grensoverschrijdende samenwerking, en technische bijstand voor het Staatsbureau voor Buitenlandse Investeringen.

*Versterking van het opleidingsfonds met behulp van moderne, op het land afgestemde technologieën, en bijscholing van ambtenaren en rechtstreekse scholing van werklozen en achtergestelde groepen.

*Verstrekking van speciaal geselecteerde soorten kwaliteitszaden aan boeren, ondersteuning van de landbouwadviesdiensten, en verbetering van de technische, landbouwkundige en zakelijke kennis van boeren en bedrijfsleiders die bij de productie van zaaigoed zijn betrokken, alsook de uitvoering van een proefproject op het gebied van zaadproductie.

*Een alomvattende haalbaarheidsstudie naar het herstel van de wegen tussen Osj en de steden Erkech Tam en Isfana, aan de hand waarvan de regering met de internationale financiële instellingen over financiering kan onderhandelen. De bouwwerkzaamheden zelf en de lagere transportkosten als gevolg van de verbetering van de wegen zouden een positief effect hebben op de economie van de regio.

Het programma 1998-1999 ontving een subsidie van 12 miljoen euro volgens onderstaande verdeling (in miljoen euro):

Structurele en institutionele hervormingen

Landbouw en agro-industrie

Ontwikkeling van de infrastructuur

Programma's voor kleine projecten

Reserve

Totaal // 5,0

1,5

1,4

3,3

0,7

12,0

Moldavië

Moldavië ligt aan de westrand van het Tacis-gebied en grenst rechtstreeks aan Roemenië, een van de landen waarmee onderhandeld wordt over toetreding tot de Europese Unie. Net als voor de andere NOS in Oost-Europa geldt dat, naarmate deze onderhandelingen sneller vorderen, deze verdergaande toenadering geleidelijk tot uitdrukking zal komen in de betrekkingen tussen de EU en Moldavië. Voor Tacis betekent dit dat het de ontwikkeling van de markteconomie in Moldavië ondersteunt, met name de totstandkoming van nieuwe handelsrelaties. Hiervoor is het noodzakelijk dat Moldavische producenten internationale normen en kwaliteitsprocedures overnemen, willen ze nieuwe markten kunnen veroveren.

Enkele bijdragen van Tacis in 1999

Tot de projecten die Tacis in 1999 heeft uitgevoerd, behoorden onder meer:

*werkervaringsperioden voor Moldavische managers in de EU via het programma voor managerstraining (voorheen het programma Initiatief voor productiviteit).

*hulp voor kleine ondernemingen die zijn opgezet door ex-medewerkers van de defensie-industrie, bij het ontwikkelen van nieuwe activiteiten en het zoeken naar buitenlandse partners.

*vervolgsteun voor regionale informatiecentra voor particuliere boeren die na privatisering direct hun eigen bedrijf leiden.

*assistentie voor de Moldavische regering bij het opstarten van de uitvoering van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst.

*subsidie voor de werkzaamheden van het regionale milieucentrum.

*hulp voor de Moldavische regering bij het uitwerken van het concept van de Moldavische exportpromotieorganisatie, die, indien zij goed wordt bestuurd, een essentieel instrument zal gaan vormen in het handelsbeleid van Moldavië.

*voortzetting van de samenwerking ten aanzien van de hoger-onderwijshervorming via het Tempus-programma

Tacis in de politieke context

De PSO tussen Moldavië en de EU werd op 1 juli 1998 van kracht. De uitvoering van de PSO omvat activiteiten op allerlei uiteenlopende gebieden, en de Samenwerkingsraad ging tijdens zijn eerste bijeenkomst akkoord met een gezamenlijk werkprogramma voor 1998-1999 waarin de prioriteitsgebieden waren vastgelegd.

In het indicatief programma 1996-1999 voor Moldavië, dat in september 1996 door het Tacis-comité werd goedgekeurd, werd prioriteit gegeven aan voedselproductie, -verwerking en -distributie, ontwikkeling van de particuliere sector, en ontwikkeling van het menselijk potentieel.

Voedselproductie, -verwerking en -distributie: Moldavië is nog altijd een overwegend agrarisch land. De betekenis van de landbouw voor de nationale economie is aanzienlijk. De mogelijkheden voor herstel in deze sector zijn zeer groot, de hervorming van de landbouw is in gang gezet, maar de productie blijft teruglopen. Tacis is bijgesprongen om de hervormingen te ondersteunen, zodat de verdere herstructurering van deze steunpilaar van de economie ook de drijvende kracht kan gaan vormen achter meer algemene economische groei. De doelstellingen van het indicatief programma 1996-1999, namelijk betere beleidsvorming op dit terrein en de ontwikkeling van landbouwkredieten, vormden centrale elementen in het actieprogramma voor 1996-1997. De laatste tijd zijn de Tacis-activiteiten toegespitst geweest op het verbeteren van de deskundigheid van boeren op het gebied van de productie, met het accent op plattelandsgemeenschapsontwikkeling, inclusief voorlichting en informatie, en op het bevorderen van de ontwikkeling van kleine particuliere bedrijven in de agri-business.

Ontwikkeling van de particuliere sector: De doelstellingen van Tacis op dit terrein zijn het herstructureren van grotere ondernemingen, het bevorderen van de groei van het MKB en het stimuleren van export en investeringen. Dat is met name van belang omdat de economische crisis in Rusland - Moldaviës voornaamste handelspartner - een ernstige weerslag heeft op de economie. De particuliere sector is van doorslaggevende betekenis om te komen tot economische groei, integratie van Moldavië in de wereldeconomie en verhoging van de levensstandaard. De projecten hebben tot doel om zowel de desbetreffende eenheden binnen de overheid als privé-ondernemingen te helpen het hoofd te bieden aan de economische problemen.

Ontwikkeling van het menselijk potentieel: hervorming van het socialezekerheidsstelsel, steun voor de ontwikkeling van het openbaar bestuur. De ontwikkeling van het menselijk potentieel zal een belangrijk aandachtsgebied blijven bij Moldaviës overgang naar een moderne markteconomie, en door de moeilijke economische situatie zullen het openbaar bestuur en de sociale sector alleen nog maar meer onder druk komen te staan.

De uitvoering van de PSO zal voor de regering een extra belasting vormen. Op veel van de terreinen voor samenwerking die in de PSO zijn opgenomen, heeft de Moldavische regering advies nodig. Hoewel sommige misschien al voor een deel door Tacis-projecten (bijv. onderwijs, douane, milieu, grensoverschrijdende activiteiten) of door andere programma's (bijv. wetenschap) worden gedekt, zijn de behoeften op sommige terreinen zo groot dat een speciaal PSO-uitvoeringsproject noodzakelijk was om specifiek advies en gerichte scholing te kunnen geven. Tacis ondersteunt het openbaar bestuur door scholing en advies te verstrekken aan de wetgevende instanties over zaken die verband houden met de uitvoering van de PSO.

Actieprogramma

Het meest recente Tacis-actieprogramma voor Moldavië (1998-1999) omvatte de volgende nieuwe projecten:

Op het gebied van voedselproductie, -verwerking en -distributie:

*Het grootste project was bedoeld om een klasse van deskundige, goed opgeleide particuliere boeren te creëren. Via de hervorming, herstructurering en rationalisering van het agrarisch onderwijs en onderzoek zou het project mogelijkheden bieden voor een efficiënter gebruik van middelen, de invoering van moderne technieken en lesprogramma's en betere samenwerking tussen onderwijsinstellingen.

*Een ander projectvoorstel betrof een door het ministerie van Landbouw op te zetten netwerk van landbouwadviescentra voor doorlopend technisch advies aan boeren. Deze voorlichtingscentra zullen bijdragen tot productieverhoging en efficiëntieverbetering op landbouwbedrijven - en daarmee tot de versterking van privébedrijven en plattelandsgemeenschappen.

*Er is een voorstel gedaan voor een kleinschaliger project om de levering van landbouwmachines te vergemakkelijken. Daartoe worden de weinige bestaande ondernemingen geholpen om hun dienstverlening aan boeren te verbeteren en worden nieuwe actoren op de markt gestimuleerd.

Terwijl de eerste twee projecten vervolgens tot één project zijn gecombineerd, is over het derde project nog geen besluit genomen.

De projecten ten aanzien van de ontwikkeling van de particuliere sector zijn gericht op het aanpakken van de gevolgen van de Russische crisis, met name via exportbevordering in de agrarische, industriële en dienstverlenende sector en via betere transportverbindingen.

*Het grootste project betreft de oprichting van de Moldavische exportpromotieorganisatie, een niet-overheidsorganisatie zonder winstoogmerk, waarin de overheid en de particuliere sector nauw samenwerken.

*Een ander project ondersteunt het onafhankelijke Centrum voor Concurrentievermogen en Productiviteit. Voortbouwend op eerdere bedrijfsherstructureringsprojecten wordt hulp verleend aan geprivatiseerde of geherstructureerde bedrijven maar ook aan startende ondernemingen. Het centrum wordt van het nodige voorzien om specifieke expertise te kunnen bieden aan ondernemingen, bijvoorbeeld op het gebied van kwaliteitssystemen, kwaliteitscontrole en managementtechnieken, zodat die hun internationale concurrentiepositie kunnen verbeteren.

*Steun voor de herstructurering van het uitgebreide maar onderbenutte Moldavische spoorwegennet. Het project helpt het ministerie van Transport om de toekomstige rol van het openbare of particuliere spoorwegvervoer binnen het totale Moldavische vervoerssysteem te analyseren en om een herstructurerings- en/of privatiseringsplan op te stellen.

*Op verzoek van het ministerie van Transport wordt grote prioriteit gehecht aan een speciaal project voor het herstel van de brug over de Dnjestr nabij Gura Bicului, die door oorlogsschade onbruikbaar was geworden. Sinds de gevechten tussen Moldavië en Transdnjestrië in 1992 heeft het gebrek aan oeververbindingen een belemmering gevormd voor economische ontwikkeling en verbetering van de levensomstandigheden. De heropening van bruggen heeft ook een duidelijke politieke betekenis.

Wat de ontwikkeling van het menselijk potentieel betreft, gaat het om het regionaal bestuur en de hervorming van de gezondheidszorg, en daarnaast om hulp bij de uitvoering van de PSO.

*Een van de projecten richt zich specifiek op de versterking van het regionale openbaar bestuur, in samenwerking met het ministerie van Algemene Zaken. Tegelijkertijd is de Moldavische regering een hervorming aan het doorvoeren waarbij het aantal regio's sterk zal worden gereduceerd en hun functie geconsolideerd. Dit biedt Tacis de gelegenheid om te helpen bij het afbakenen van de taken van de regionale overheden en bij het aantrekken van goed opgeleide, efficiënte medewerkers.

*Tacis biedt assistentie bij de uitvoering van de PSO, met name in de vorm van advies en scholing van medewerkers.

*Het Moldavische ministerie van Gezondheid ontvangt hulp om het gezondheidsbeleid te herdefiniëren, waarbij het onder meer gaat om managementtraining en capaciteitsopbouw op regionaal niveau en een studie naar de haalbaarheid van een verplichte ziektekostenverzekering.

Het programma 1998-1999 ontving een subsidie van 19,5 miljoen euro volgens onderstaande verdeling (in miljoen euro):

Voedselproductie, -verwerking en -distributie

Herstructurering en ontwikkeling van het bedrijfsleven

Ontwikkeling van het menselijk potentieel

Transport

Programma's voor kleine projecten

Reserve

Totaal // 4,1

3,6

4,5

2,0

4,8

0,5

19,5

Mongolië

Ingeklemd tussen zijn twee enorme buurlanden Rusland en China is Mongolië misschien wel het meest geïsoleerde NOS-land. Het moet tal van problemen overwinnen om zich een plaats te verwerven in de wereldeconomie - hoewel het al enkele jaren lid is van de WTO, wat van zijn beide grote buren nog niet gezegd kan worden. De Tacis-activiteiten in Mongolië zijn gericht geweest op structurele hervormingen, enerzijds om de ontwikkeling van de markteconomie te ondersteunen, anderzijds om de infrastructuur die nodig is voor een adequate energievoorziening aan bedrijven en burgers te moderniseren. Omdat de vervoersverbindingen naar en vanuit Mongolië speciale moeilijkheden opleveren, heeft Tacis Mongolië ook geholpen bij het zoeken naar manieren om zijn verbindingen met externe markten te ontwikkelen.

Enkele bijdragen van Tacis in 1999

Tot de vele projecten die Tacis in 1999 heeft uitgevoerd, behoorden:

*advies inzake de ontwikkeling van het toerisme;

*steun voor de oprichting van kleine en middelgrote bedrijven;

*hulp bij de reclassering van ex-gevangenen en verbetering van de situatie van straatkinderen via het programma LIEN (Link tussen Europese niet-gouvernementele organisaties);

*bevordering van de kwaliteit van de plantaardige productie;

*verbetering van het geschiedenis- en geneeskundeonderwijs en de opleiding van docenten, via Tempus;

*stimulering van de jongere generatie om democratische procedures in te voeren en te ontwikkelen, via het democratieprogramma.

In het indicatief programma 1996-1999 voor Mongolië, dat in september 1996 door het Tacis-comité werd goedgekeurd, werd prioriteit gegeven aan structurele en institutionele hervormingen, het bedrijfsleven en financiële ontwikkeling, en de ontwikkeling van de infrastructuur.

Structurele en institutionele hervormingen: Tacis steunt het hervormingsprogramma van de regering, dat is gericht op inkrimping van het overheidsapparaat, op beter bestuur, en op bevordering van de groei van de particuliere sector. De hervorming van het openbaar bestuur is in volle gang en er wordt gewerkt aan capaciteitsopbouw. Ook de onderwijssector in Mongolië is in beweging. Deze is indertijd ontwikkeld in de context van een centrale planeconomie en op basis van volledige begrotingssteun. In een situatie van beperkte begrotingsruimte is dit model echter onhoudbaar gebleken, en ongeschikt voor een marktgericht economisch systeem. De huidige onderwijsbegroting is ontoereikend om een onderwijssysteem in stand te houden zoals dat vóór de transitie bestond. De regering is nu bezig met de uitvoering van een programma om de onderwijssector te rationaliseren, het aantal medewerkers te verminderen en de studieprogramma's te herzien op basis van internationaal aanvaardbare normen en concepten. Ook de gezondheidszorg komt vrijwel volledig voor rekening van de overheid en kampt met financiële krapte. Ziekenhuizen en klinieken hebben te weinig geld om hun apparatuur te onderhouden en om de juiste voorzieningen en geneesmiddelen in te kopen. Hierdoor zijn sommige gezondheidsindicatoren in Mongolië de afgelopen vier jaar gedaald. Om deze ontwikkeling te keren, probeert de regering om haar middelen vooral in de eerstelijnsgezondheidszorg in te zetten en om de werking van het gezondheidszorgsysteem te herzien.

Bedrijfsleven en financiële ontwikkeling: De wet- en regelgeving levert nog altijd obstakels op voor de ontwikkeling van bedrijven, terwijl de toegang tot kredieten - en investeringen - zeer problematisch blijft, met name in de provincie. Positief is dat de Mongolische regering zich blijft inspannen voor het hervormingsproces, waardoor de resterende hindernissen versneld weggewerkt kunnen worden. Uit hoofde van eerdere begrotingen is Tacis gericht geweest op beleidsadvies ter bevordering van bedrijfsleven en ondernemerschap, op de oprichting van een Mongolisch bedrijfsontwikkelingsbureau (inclusief een adviescentrum voor de voedselverwerkende industrie), en op versterking van de toegang van het MKB tot buitenlandse investeringen en marktinformatie.

Ontwikkeling van de infrastructuur: De verschuiving naar een markteconomie in Mongolië vereist verbetering van de infrastructuur, regelingen voor multimodaal vervoer, grensposten en een adequaat binnenlands en internationaal netwerk. De regering kent grote prioriteit toe aan het vervoer van aardolieproducten om te kunnen zorgen voor een meer efficiënte, kosteneffectieve en betrouwbare energievoorziening. Tot nu toe was het gros van de olie-importen afkomstig van Russische raffinaderijen. Vroeger verliepen die hoofdzakelijk via ruilhandelsovereenkomsten (met name in ruil voor koper en molybdeenconcentraten) in het kader van vijfjarenplannen, maar steeds vaker moet er met harde valuta worden betaald. Sinds 1992 is het ruilhandelsysteem niet meer van toepassing. Zowel om strategische redenen als met het oog op concurrentie in de onderhandelingen over contracten probeert Mongolië nu zijn toevoerbronnen te diversifiëren via China.

Actieprogramma

Het meest recente Tacis-actieprogramma voor Mongolië (1998-1999) omvatte de volgende nieuwe projecten:

*Bevordering van de herstructurering van de overheidssector. Tacis zal zich bezighouden met versterking van het Instituut voor Bestuurskunde en Managementontwikkeling - het enige opleidingsinstituut op het gebied van bestuurskunde. Aangezien de regering meer dan 2600 werknemers wil (bij)scholen, Tacis helpt de capaciteit van deze instelling te verbeteren.

*Hulp voor de Nationale Universiteit van Mongolië om zich aan te passen aan de krappere budgetten en de strengere discipline van een markteconomie: omdat de universiteit de helft van haar vaste financiële overheidssteun zal kwijtraken, moeten er dringend en snel veranderingen komen in het bestuurlijke systeem en de administratieve structuren. Daarnaast is een hervorming van het economieonderwijs noodzakelijk om toekomstige generaties studenten te scholen in markteconomische beleidsvoering.

*Verbetering van het financieel beheer van de gezondheidssector, enerzijds door de deskundigheid van provinciale medewerkers te versterken zodat decentralisatie daadwerkelijk kan functioneren, anderzijds door de beperkte middelen zo efficiënt mogelijk te gebruiken.

*Uitbreiding van de voorzieningen voor het MKB in Mongolië: extra steun voor instellingen die opleidings- en adviesdiensten voor het MKB bieden, de ontwikkeling van een afstandsonderwijsprogramma voor de afgelegen regio's van Mongolië, en hulp voor de vorming van een investerings- en kredietfonds voor kleine en micro-ondernemingen. Speciale aandacht wordt besteed aan activiteiten waar vrouwen en jonge ondernemers bij zijn betrokken.

*Verbetering van de plantaardige productie: dit project voorziet zowel in beleidsadvies aan de overheid als in scholing en managementondersteuning voor agrarische ondernemingen. Stafmedewerkers van het ministerie van Landbouw en Industrie en lokale functionarissen zullen advies krijgen over de productie van gewassen, voedselzekerheid en voedselvoorziening, terwijl de programma's ten aanzien van landhervormingen, ruimtelijke ordening en de ontwikkeling van een grondmarkt zullen worden herzien. Verder zal de technische, landbouwkundige en bedrijfskundige kennis van boeren en managers van agrarische dienstverleningsbedrijven worden verbeterd, onder meer door demonstratieprojecten op te zetten op het gebied van bedrijfsvoering, productie en verkoop van landbouwproducten, en door handelaars te stimuleren en te scholen op het gebied van bedrijfsontwikkeling en modern commercieel bankieren.

*Verkenning van nieuwe transportverbindingen met China: Tacis zal een haalbaarheidsstudie uitvoeren en onderzoek doen naar de investeringsvooruitzichten voor nieuwe voorzieningen (onder meer voor de overslag van olie) op het spoorwegstation van Zamyn Uud aan de zuidoostgrens - het belangrijkste station voor alle handel met China via het spoor. Tacis is ook bezig om pas ontdekte Mongolische olievelden en hun exportpotentieel te verwerken in een geactualiseerde versie van een Wereldbankstudie uit 1993.

*Kleinere projecten in het kader van de programma's voor kleine projecten hadden betrekking op het opzetten van een kliniek ter preventie en behandeling van oogziekten; hulp bij cursusontwikkeling op het gebied van toegepaste economie, recht, toegepaste wetenschap en technologie, en de opleiding van docenten; bescherming van vrouwen en kinderen, politieke bewustwording, professionalisering in de journalistiek, en rechtshulp voor consumenten; verbetering van de kwaliteit en verspreiding van statistische gegevens en de vergelijkbaarheid met internationale normen; en betere grenscontroles en informatieverstrekking over importen, exporten, handelsbewegingen en handel in verboden stoffen.

Het programma 1998-1999 ontving een subsidie van 11 miljoen euro volgens onderstaande verdeling (in miljoen euro):

Structurele en institutionele hervormingen

Bedrijfsleven en financiële ontwikkeling

Ontwikkeling van de infrastructuur

Programma's voor kleine projecten

Reserve

Totaal // 2,8

3,1

1,6

3,0

0,5

11,0

Russische Federatie

Tacis is het grootste programma voor technische bijstand in Rusland, waarvan de totale cumulatieve vastleggingen sinds 1991 inmiddels zijn opgelopen tot bijna 2 miljard euro. De activiteiten van Tacis in Rusland, verreweg het grootste NOS-land, strekken zich uit over tal van sectoren, maar altijd met het achterliggende doel om de ontwikkeling van een markteconomie en een stabiele democratie in Rusland te bevorderen en te ondersteunen. Vanwege de financiële crisis van 1998 heeft Tacis in 1999 flink moeten ingrijpen en hebben het bankwezen en de financiële sector bijzondere Tacis-bijstand ontvangen. Momenteel is Rusland het enige Tacis-land dat direct aan de EU grenst, en in 1999 heeft Tacis in het kader van het grensoverschrijdende programma het herstel van twee grensovergangen aan de Russisch-Finse grens ondersteund. Als deze in 2000 opengaan, betekent dat niet alleen een efficiëntieverbetering voor het verkeer in die regio, maar ook een opening naar nauwere betrekkingen tussen de EU en Rusland.

Enkele bijdragen van Tacis in 1999

In 1999 heeft Tacis in Rusland een breed scala aan projecten uitgevoerd. Op het gebied van bedrijfsherstructurering en ontwikkeling van de particuliere sector was het programma betrokken bij het opstellen van ondernemingsplannen, haalbaarheidsstudies en marktstudies voor Russische ondernemingen. Tacis heeft Russische zakenlieden bijgeschoold in het toepassen van marktregulerende technieken en het organiseren van uitwisselingen met bedrijven in de Europese Unie. Het heeft geholpen bij het opzetten van bedrijfsinformatiecentra voor kleine en middelgrote ondernemingen en heeft contacten gestimuleerd tussen MKB-bedrijven in Rusland en de Europese Unie. Tacis heeft ook knowhow geleverd aan de chemische industrie om over te kunnen schakelen op de ontwikkeling en productie van nieuwe, niet-militaire producten, en heeft steun verleend voor het opzetten of herstructureren van commerciële en gespecialiseerde banken.

Op het gebied van de hervorming van het openbaar bestuur, sociale voorzieningen en onderwijs heeft Tacis de voornaamste verantwoordelijke ministeries steun verleend voor het opzetten van een beter systeem van sociale bescherming en gezondheidszorg, en bijscholing verzorgd voor ambtenaren en lokale overheidsmedewerkers. Het heeft regionale programma's ontwikkeld voor de omscholing van werklozen en heeft via het Tempus-programma de samenwerking tussen universiteiten in Rusland en andere landen gestimuleerd. Een langer lopend Tacis-project houdt zich bezig met het omscholen van ontslagen legerofficieren om ze voor te bereiden op burgerlijke beroepen.

In de landbouwsector heeft Tacis zich geconcentreerd op de herstructurering van landbouwbedrijven - en met name op de totstandkoming van een passend kader daarvoor - door het verstrekken van beleidsmatig en juridisch advies op gebieden als grondmarkten, landbouwonderwijs en -scholing, en controle op de voedselkwaliteit. Daarnaast heeft het programma, door middel van pilot-kredietprojecten in bepaalde regio's en gericht beleidsadvies, gezorgd voor betere toegang tot financiering. Om boeren te helpen hun economische overlevingskansen veilig te stellen, heeft Tacis netwerken van (groot)handelaars gevormd om een goede beschikbaarheid van agrarische grondstoffen en producten te garanderen, en tevens agrarische advies- en voorlichtingsdiensten voor particuliere boeren gestimuleerd.

In de energiesector waren de werkzaamheden gericht op voorlichting over methoden voor energiebesparing en op steun voor proefprojecten die deze in praktijk brengen. Tacis heeft samen met stedelijke overheden de stadsverwarmingssector geëvalueerd, en heeft geholpen een modern geautomatiseerd afrekeningssysteem voor het stroomverbruik in te voeren.

Tacis heeft ook de bestuurlijke reorganisatie van de energiesector op nationaal niveau ondersteund, met inbegrip van het opstellen van de noodzakelijke wet- en regelgeving om meer buitenlandse investeringen in deze bedrijfstak aan te trekken. Het heeft geholpen bij de modernisering van verwarmingseenheden in olieraffinaderijen en heeft knowhow verschaft over prospectie en productie in de gassector. Verder hebben Tacis-projecten gezorgd voor kennis en scholing op het gebied van de modernisering van energieproductiefaciliteiten, en voor meer efficiëntie in de elektriciteitsvoorziening door het invoeren van geautomatiseerde controle op de opwekking, overdracht en distributie van elektriciteit. Tot slot heeft Tacis gewerkt aan de overdracht van technologie om bestaande en nieuw ontworpen elektriciteitscentrales te moderniseren.

Op het terrein van nucleaire veiligheid en milieu houdt Tacis zich bezig met het opbouwen van sterke en onafhankelijke instanties die de nucleaire industrie onder controle kunnen houden; met het analyseren van bepaalde reactortypen op eventuele zwakheden en het in kaart brengen van korte- of middellangetermijnoplossingen voor de betrokken reactoren; en met het opzetten van een waarschuwingssysteem, het maken van veiligheidsanalyses en het beoordelen van de bestandheid tegen aardbevingen. Daarnaast zorgt het voor de levering van essentiële veiligheidsapparatuur en voor de evaluatie van operationele procedures, bestuurlijke organisatie en kwaliteitszorg, en werkt het samen met de ontwerpbureaus om potentiële zwakheden in het ontwerp van de installatie aan het licht te brengen en oplossingen te vinden voor de korte en middellange termijn. Tacis ontwikkelt ook nationale milieuprogramma's en regionale samenwerkingsplannen op milieugebied (Zwarte Zee, enz.).

Op telecommunicatiegebied heeft Tacis experts geleverd aan het ministerie van Communicatie om samen de marktbehoeften te onderzoeken, het telefoonnetwerk te herzien en normen op te stellen; het verschaft knowhow voor de modernisering van kabel- en satellietcommunicatieverbindingen; biedt managementondersteuning aan exploitanten van telefoonnetwerken; en geeft advies over het opzetten van economische tarief- en controlesystemen.

Op vervoersgebied heeft Tacis zich geconcentreerd op het ontwikkelen van betere transportverbindingen met de EU, met het oog op bevordering van de handel. Een van de projecten, waarbij de Wolga weer bevaarbaar is gemaakt, heeft ervoor gezorgd dat Ruslands industriële hart nu zowel vanaf de Zwarte Zee als vanaf de Oostzee per zee-/binnenvaartschip bereikbaar is. Een ander handelsgebonden project was gericht op het gebruik van de Transsiberische spoorweg voor containervervoer van het Verre Oosten naar de EU, waardoor de vervoerstijd vergeleken met de traditionele zeeroutes met de helft kan worden bekort. Via een programma om de beheersing van het Engels (de gangbare taal in het luchtvervoer) van zo'n 400 luchtverkeersleiders te verbeteren, maakt Tacis de luchtroutes via Rusland veiliger voor luchtvaartmaatschappijen die tussen de EU en Japan vliegen (aangezien de meest directe route naar het Verre Oosten over Siberië loopt).

Een belangrijk bezwaar is het gebrek aan capaciteit in de expeditiebranche: terwijl het langeafstandsvervoer per spoor of over het water redelijk efficiënt is, schiet de capaciteit voor lokaal goederenvervoer tekort. Er zijn twee kleine Tacis-projecten die zich daarmee bezighouden, waarvan het ene is gericht op scholing voor expeditiebedrijven, die nog altijd erg klein zijn en zich nog geen vaste positie hebben verworven, en het andere op de ontwikkeling van particuliere vrachtwagenbedrijven. Tot slot heeft Tacis in 1999 een plan afgerond voor het vervoerssysteem in Noordwest-Rusland, een gebied ter grootte van de EU, dat loopt van St. Petersburg tot aan het schiereiland Komi. Hierdoor zal deze regio - met slechts 20 miljoen inwoners - nieuwe economische kansen krijgen, met name voor wat betreft de handel met de Scandinavische buurlanden.

Via de programma's voor kleine projecten, inclusief het beleidsadviesprogramma, biedt Tacis:

*beleidsadvies aan de regering, het parlement en andere beleidsvormende instanties.

*steun voor democratische initiatieven (persvrijheid, goed minderhedenbeleid, bescherming van de mensenrechten en electorale vrijheden).

*steun voor NGO's, lokale en regionale overheden met betrekking tot kleinschalige initiatieven.

*steun voor het bedrijfsleven via het programma Initiatief voor productiviteit en het programma voor managerstraining, het Europees Servicenetwerk voor hoger kader (ESSN), en samenwerking tussen Kamers van Koophandel.

*steun voor het MKB in de zin van voorbereidingen en beperkte investeringsfinanciering voor het opzetten van joint ventures.

*hulp ten behoeve van harmonisatie op het gebied van douane; statistieken; normen, certificering en metrologie; en bescherming van intellectuele en industriële eigendom.

*steun voor kleinschalige technische-bijstandsactiviteiten via het Bistro-programma.

Tacis in de context van politieke contacten

In februari werd tijdens de EU-Russische top in Moskou overeengekomen 'dat inspanningen ter bevordering van de samenwerking in het kader van de PSO en via het Tacis-programma voor technische samenwerking in de nabije toekomst met name gericht moesten zijn op het stabiliseren van de economische situatie in Rusland en het aantrekken van investeringen in de Russische productiesector door middel van herstructurering van bedrijven, versterking van het commerciële bankwezen en ondersteuning van het fiscale, controletechnische en boekhoudkundige kader'. Met betrekking tot het probleem van verbruikte kernbrandstof en kernafval in Noordwest-Rusland werd afgesproken 'om de inspanningen ten aanzien van de aanpak van dit belangrijke milieuprobleem op te voeren en de bestaande technische samenwerking te stimuleren door middel van een gezamenlijke internationale inspanning op dit terrein, met inbegrip van het Tacis-programma voor nucleaire veiligheid'.

In mei verheugde de Samenwerkingsraad EU-Rusland in Brussel zich erover dat er, met name de laatste zes maanden, vaart was gekomen in het aangaan van nieuwe betrekkingen door het intensieve werk van de toppen, het Samenwerkingscomité en zijn negen subcomités, en door het onophoudelijke dagelijkse werk aan beide kanten. Bij de herziening van het gezamenlijke PSO-werkprogramma werden vier nieuwe aandachtspunten toegevoegd, op het gebied van de landbouw, de oprichting van bedrijven, de financiële dienstverlening en studentenuitwisselingen

In juni nam de Europese Raad van Keulen een gemeenschappelijke strategie ten aanzien van Rusland aan - de eerste in haar soort uit hoofde van het Verdrag van Amsterdam - om de coördinatie, samenhang en complementariteit van alle aspecten van het beleid van de EU en de lidstaten ten opzichte van Rusland verder te ontwikkelen.

In het indicatief programma 1996-1999 voor Rusland, dat in augustus 1996 werd ondertekend, werd prioriteit gegeven aan ontwikkeling van het menselijk potentieel; sociale bescherming; ondersteuning van het bedrijfsleven; transport en telecommunicatie; energie; milieu; voedsel en landbouw.

Ontwikkeling van het menselijk potentieel: Tacis zorgt voor de ontwikkeling van management- en beroepsvaardigheden onder belangrijke economische actoren, versterkt het vermogen van regionale en lokale overheden om te functioneren in een klimaat van diepe sociaal-economische crisis, en voorziet beleidsmakers van economisch advies. Vanwege de crisis spelen onderwijs en opleiding een cruciale rol doordat de beroepsbevolking moet worden afgestemd op de veranderende vraag op de markt, die momenteel wordt gekenmerkt door toenemende werkloosheid en sociale druk. Het Tempus-programma ondersteunt de hervormingen in het hoger onderwijs door middel van leerplanontwikkeling, verbetering van het universitair bestuur, uitwisselingen en regionale samenwerking. Deze sector draagt ook bij tot de hervorming van het openbaar bestuur en de totstandkoming van een rechtsstaat. Het openbaar bestuur begeeft zich langzaam in de richting van onafhankelijkheid en efficiëntie, en er moet met name op regionaal niveau nog veel gebeuren om de taken van het ambtelijke apparaat te herdefiniëren en een actief personeelsbeleid te voeren. Daarom is voortzetting van de Tacis-steun van wezenlijk belang, zowel voor onderwijs en scholing als voor het openbaar bestuur.

Sociale bescherming: Vanwege de toegenomen werkloosheid en de bezuinigingen op diensten die vroeger door de staat werden geleverd, heeft het socialezekerheidsstelsel sinds het begin van de hervormingen te maken gehad met een groeiende vraag naar sociale bijstand. Deze situatie, die toch al moeilijk was vanwege teruglopende middelen op federaal, regionaal en gemeentelijk niveau, is nog verder verslechterd door de financieel-economische crisis van 1998, die verreikende gevolgen heeft gehad voor de sociale omstandigheden en het reële inkomensniveau en vooral voelbaar is geweest voor de meest kwetsbare groepen (werklozen, ouderen, gehandicapten). Er is een poging gedaan om de basis te leggen voor een nieuw institutioneel en wetgevend kader voor een samenhangend en doeltreffend sectorbeleid, gepaard met decentralisatie van de sociale dienstverlening naar regionaal en gemeentelijk niveau en een sterkere betrokkenheid van niet-gouvernementele (vrijwilligers- of particuliere) organisaties. Tot dusver heeft Tacis geholpen om nieuwe uitkeringsstructuren te creëren en bijgedragen tot strategische beleidsontwikkeling en wetgeving ten aanzien van zaken als sociale huisvesting, sociale zekerheid voor kwetsbare groepen, veiligheid op het werk, pensioenen en consumentenbescherming. In bepaalde regio's heeft het zich beziggehouden met sociale hervormingen, het beheer van sociale middelen en scholing van werklozen. Verder heeft het meegewerkt aan de ontwikkeling van NGO's in de sociale sfeer, gezorgd voor verbetering van arbeidsomstandigheden en sociaal partnerschap, en zich gericht op versterking of bijscholing van gemeentebesturen in een beperkt aantal steden die door één bedrijf worden gedomineerd.

Recente projecten legden de nadruk op een preventief gezondheidszorgbeleid, het beheer van verzekeringsstelsels en een beter functionerende gezondheidszorg. Met het wegvallen van gezondheidsdiensten, vooral als gevolg van de ondergang van staatsbedrijven, komt de gezondheidszorg in Rusland steeds meer onder druk te staan. Omdat deze nog altijd grotendeels berust op het doorverwijzen van patiënten naar specialisten in het ziekenhuis, bestaat het risico dat het systeem verstopt raakt. Om de druk op de gezondheidszorg enigszins weg te nemen, is er allereerst behoefte aan gezondheidsvoorlichting, zodat mensen het verband gaan leggen tussen hun gezondheid en hun dagelijkse levensstijl. Tegelijkertijd dient het bestuurlijke systeem achter de gezondheidszorg te worden verbeterd en hervormd, zodat de sector straks wel is afgestemd op de veranderende behoeften en omstandigheden in het land.

Ondersteuning van het bedrijfsleven: Steun voor bedrijven vormt een prioritair onderdeel van het hervormingsproces en de transformatie naar een markteconomie. Duurzame economische groei en sociale stabiliteit vereisen drastische verbeteringen in het ondernemingsklimaat en de regelgeving, de modernisering van bedrijven, en nieuwe investeringen. Met name het belastingstelsel en de financiële controle dienen te worden verbeterd. Vroegtijdige privatiseringen moeten nog worden gevolgd door herstructurering om investeringen aan te trekken voor modernisering. De behoefte aan maatwerkadvies voor ondernemingen is des te groter sinds de financiële crisis. De instorting van het bankwezen en de kapitaalmarkten heeft laten zien hoe kwetsbaar en weinig overtuigend deze nog zijn, en heeft de aandacht gevestigd op de behoefte aan efficiënt regelgevend beleid en toezicht, en aan nieuwe managementmethoden om de risico's van financiële transacties te kunnen beoordelen. De Tacis-steun aan het MKB is essentieel om de economie weer op gang te helpen. Het door Tacis gefinancierde netwerk van bedrijfsadviescentra voorziet in belangrijke mate in de behoefte aan scholing en advies voor geprivatiseerde bedrijven in de voornaamste economische gebieden in Rusland. Thans legt Tacis de nadruk op de herstructurering en ontwikkeling van (middel)grote ondernemingen door middel van rechtstreeks advies, de verbetering van het institutionele en regelgevende klimaat, en verdere steun voor het MKB.

Transport: De modernisering van vervoersnetwerken is gunstig voor de economische ontwikkeling en voor de concurrentiepositie van Russische producten in binnen- en buitenland, omdat de transportkosten in dit uitgestrekte land dan omlaaggaan. Met het oog op de ontwikkeling van de handel heeft ook de EU, als Ruslands voornaamste handelspartner en naaste buur, rechtstreeks belang bij een efficiënt Russisch vervoerssysteem. Hoewel de veelheid aan overheidsinstanties de invoering van een uniform vervoersbeleid tot nu toe lastig maakt, is de privatisering zo goed als voltooid (met uitzondering van de spoorwegen) en heeft de concurrentie geleid tot lagere tarieven en betere dienstverlening. Door het ontbreken van een regulerend kader blijven investeringen en moderniseringen echter beperkt, waardoor infrastructuren en vloten snel verouderen. Andere problemen hangen samen met de achterblijvende reorganisatie van de spoorwegsector, overcapaciteit in de binnenvaart en gebrekkige inpassing daarvan in een multimodaal systeem, en lage dienstverlenings- en kwaliteitsniveaus in het wegvervoer. Een regelgevend kader ter bevordering van de handel tussen de EU en Rusland staat hoog op de prioriteitenlijst van Tacis en wordt nagestreefd door middel van beleidsadvies en de invoering van geharmoniseerde normen. Tacis ondersteunt ook het Russische wegvervoer en de hervorming van de spoorwegen. Recente projecten waren verder onder meer gericht op de uitbreiding van corridor 2 van het trans-Europese netwerk door het gebied rond Nizjni Novgorod, de ontwikkeling van het juridische kader voor het vervoer over land, de veiligheid van het scheepvaartverkeer in zeehavens, en scholing op het gebied van intermodaal vervoer.

Telecommunicatie: De toegang tot netwerken en het niveau van de telecommunicatiediensten zijn nog onder de maat, met name buiten de steden. Wet- en regelgeving, normen en standaarden moeten nog worden afgestemd op die van de Europese Unie. Omdat modernisering en kwaliteitsverbetering enorme investeringen zullen vereisen, heeft Tacis heeft zich toegespitst op de invoering van internationaal gestandaardiseerde systemen, verdere liberalisering van de sector en de ontwikkeling van efficiënte informatievoorzieningen.

Energie: Doordat de olie- en gasexport nog altijd verreweg de grootste bron van harde valuta vormt en tevens de voornaamste bijdrage levert aan het overschot op de handelsbalans en de belastinginkomsten, blijft de energiesector de spil van de Russische economie vormen. De sector is ook een belangrijke werkgever, zodat de herstructurering ervan grote sociale gevolgen heeft. In het gasmonopolie is nog weinig verandering gekomen, maar in de oliesector beginnen de privatisering en herstructurering op gang te komen, ook al zijn er nog steeds bepaalde protectionistische maatregelen van kracht. De sector heeft echter beperkte mogelijkheden om in modernisering te investeren. Door middel van prijsverstoring, wanbetaling en subsidieverlening blijft het federale en regionale elektriciteitsbeleid de bevolking afdekken tegen de gevolgen van structurele aanpassingen, waardoor de elektriciteitsbedrijven niet goed kunnen presteren. De prioriteiten van Tacis omvatten concurrentiebevordering in de elektriciteitssector en kostenverlaging voor de eindgebruikers van warmte en stroom, ontwikkeling van het wet- en regelgevend kader, bevordering van energiebesparingen, en versterking van de managementcapaciteit en financiële stabiliteit van bedrijven in de energiesector.

Milieu: De milieuverontreiniging is nog steeds zeer groot, de vervuiling uit het verleden wordt niet aangepakt, onderhoud en modernisering in de industrie blijven achter door gebrek aan investeringen, en de bestrijding van de verontreiniging laat te wensen over vanwege een tekort aan middelen. Lucht- en waterverontreiniging hebben een schadelijke invloed op de gezondheid en de levensverwachting van de bevolking en vereisen doeltreffende controle. Het afvalstoffenbeheer blijft gebrekkig in de zin van zwakke wetgeving, weinig milieubewustzijn, beperkte recycling en weinig veilige verwijderingsvoorzieningen. Strijdige belangen en overlappende verantwoordelijkheden staan controle door de overheid nog altijd in de weg, uitvoeringsstructuren blijven tekortschieten, en doeltreffende sanering wordt grotendeels onmogelijk gemaakt door financiële krapte. In het indicatief programma 1996-1999 is het milieu voor het eerst als afzonderlijk terrein voor samenwerking opgenomen, wat mogelijkheden biedt voor op zichzelf staande acties en voor de integratie van het milieu op andere beleidsterreinen. Daarom heeft Tacis geholpen met beleidsadvies ten aanzien van duurzame ontwikkeling, cursussen milieuzorg, veiligheidsnormen, preventie en aanpak van bedrijfsongevallen, bestrijding van verontreiniging (voornamelijk in de oliesector), beheer van gevaarlijke afvalstoffen, waterbeheer in het Wolgabekken en beheersing van bosbranden, en toezicht op de omschakeling van fabrieken van chemische wapens.

Voedsel en landbouw: Met de herstructurering in deze sector is weinig vooruitgang geboekt. Inefficiënte grootschalige landbouwbedrijven blijven overheersen. In combinatie met de nog altijd ontoereikende distributiekanalen is het land hierdoor kwetsbaarder voor de slechte oogsten van de laatste jaren en blijven aanzienlijke voedselimporten noodzakelijk. Het tempo van de hervormingen en van de invoering van nieuwe wetgeving (met name inzake grondbezit of insolventie van boerenbedrijven) moet sterk worden opgevoerd, en middelgrote boeren en familiebedrijven moeten gemakkelijker toegang krijgen tot financiering. Tacis streeft ernaar het hervormingsproces in de meest vooruitstrevende regio's te ondersteunen en de resultaten in andere gebieden te verspreiden. Tacis verstrekte beleidsgericht en juridisch advies op het gebied van bedrijfsherstructurering, hulp aan landbouwbedrijven op het gebied van graanproductie en veehouderij, en steun voor de vorming van netwerken van (groot)handelaars.

Actieprogramma

Het meest recente Tacis-actieprogramma voor Rusland (1999) neemt de financiële crisis van augustus 1998 en de sociaal-economische gevolgen daarvan als uitgangspunt. Het geeft voorrang aan de ondersteuningsmaatregelen van de regering om de huidige crisis te boven te komen en om de gevolgen ervan voor de economie en voor de bevolking te beperken. Het algemene doel van het programma is dus om, tegen de achtergrond van de financiële en economische crisis, het sociaal-economische en democratische hervormingsproces in Rusland te ondersteunen en te verdiepen.

Het concentreert zich op de ontwikkeling van het menselijk potentieel, sociale bescherming en de ondersteuning van het bedrijfsleven. Andere prioriteiten in dit actieprogramma zijn transport en telecommunicatie, energie, milieu, en voedselproductie, -verwerking en -distributie. In alle projecten is er speciale aandacht voor de naleving van de wet, waar toekomstige Tacis-programma's zich overigens specifieker op zullen richten.

Het actieprogramma omvatte de volgende projecten:

*Het programma voor managerstraining II naar aanleiding van het initiatief van oud-president Jeltsin om op grote schaal de managementcapaciteit in Rusland te verbeteren. Het programma, een vervolg op het eerste project in het kader van het actieprogramma 1998, biedt training aan zo'n 400 jonge Russische managers. Na een cursus over de EU en de Europese economie brengen de deelnemende managers een stageperiode van één tot drie maanden door bij gastbedrijven in de EU.

*Het Russisch-Europese centrum voor economisch beleid (RECEP), dat opnieuw Tacis-steun kreeg, waarbij de nadruk lag op economisch kortetermijnadvies voor beleidsmakers. Het project bevordert de lokale deskundigheid op het gebied van economische en sociale beleidsanalyse, zorgt dat het RECEP een duurzaam karakter krijgt en geeft het een grotere rol in de uitvoering van de PSO.

*Samenwerking ten aanzien van gezondheidszorg en sociale bijstand, toegespitst op de ontwikkeling van mechanismen voor medische en sociale dienstverlening aan hulpbehoevende gezinnen via een samenwerkingsverband van de publieke, private en vrijwilligerssector.

*Een sociaal project uit hoofde van de speciale Baltische begrotingslijn voor 1999, om de resultaten van eerdere Tacis-projecten in de sociale sector en de gezondheidssector te verspreiden in Noordwest-Rusland.

*Advies aan het ministerie van Belastingen om een inkomstensysteem op te zetten voor het pas opgerichte ministerie van Belastingheffing en -Inning en de regionale departementen daarvan, in de zin van gericht beleidsmatig en technisch advies over de regelgeving inzake belastingen en belastingadministratie door EU-specialisten van Europese belastingdiensten, inclusief de bijbehorende scholing.

*Harmonisatie van wegenbouwkundige normen tussen Rusland en de EU voor wat betreft ontwerp, aanleg, onderhoud en materialen, om de handel te stimuleren door ontwikkeling van de vervoersbranche en de pan-Europese corridors.

*Steun voor de oprichting van een federale groothandelsmarkt voor elektriciteit en energie (FOREM) ter bevordering van de concurrentie.

*Milieucontrole, om het bestaande overheidssysteem te versterken, de verzameling, verwerking en verspreiding van relevante gegevens te verbeteren en Rusland te helpen zijn internationale verplichtingen na te komen.

*Agrarische bedrijfsvoering in de zuidelijke Oeral op het gebied van vlees, melk en plantaardige producten, inclusief toegang tot niet-bancaire financiering en kwaliteitsgebonden prijsstelling, voortbouwend op een project in Tsjeljabinsk.

*Adviesdiensten voor particuliere boeren in Zuidwest-Rusland en langs de benedenloop van de Wolga, voortbouwend op een Tacis-project in de oblast Rostov.

Het programma voor 1999 ontving een subsidie van 92,5 miljoen euro volgens onderstaande verdeling (in miljoen euro):

Ontwikkeling van het menselijk potentieel en sociale bescherming

Ondersteuning van het bedrijfsleven

Transport en telecommunicatie

Energie

Milieu

Voedselproductie, -verwerking en -distributie

Bistro

Technische diensten

Programma's voor kleine projecten

Reserve

Totaal // 20,0

17,5

6,5

4,0

8,0

6,5

5,0

1,5

22,5

1,0

92,5

Daarnaast is uit hoofde van de Bangkok-faciliteit 3,5 miljoen euro specifiek toegewezen aan gezamenlijke EU-EBWO-activiteiten in Rusland voor crisisbestrijdingsprojecten in de financiële sector.

Op initiatief van het Europees Parlement is er een speciale actie ten behoeve van het Oostzeegebied opgezet, die is gericht op meer samenwerking op regionaal, lokaal en NGO-niveau in die regio. In 1999 zijn in Noordwest-Rusland voor een bedrag van in totaal ongeveer 5 miljoen euro drie projecten ondersteund, namelijk met betrekking tot havenontwikkeling in Kaliningrad, beheersing van het wegvervoer in Archangelsk, en volksgezondheidsproblemen in Noordwest-Rusland. Deze speciale actie komt ook ten goede aan de overige Baltische staten die niet tot de EU behoren (Polen, Letland, Litouwen en Estland), moet in goede samenwerking verlopen met andere EU-programma's die in deze regio actief zijn, en sluit aan bij de prioriteiten van het initiatief inzake de noordelijke dimensie.

In 1999 kwam de EU met een substantieel voedselprogramma voor Rusland (Verordening (EG) nr. 2802/98 van de Raad) ter waarde van naar schatting 470 miljoen euro. Dit kwam overeen met 1,85 miljoen ton landbouwproducten, waarvan 41% uit granen bestond. Het voedsel was bedoeld voor de meest behoeftige regio's; een deel van de voedingsmiddelen werd gratis uitgereikt aan kwetsbare bevolkingsgroepen, maar het merendeel werd verkocht tegen de heersende marktprijzen in de begunstigde gebieden. De opbrengsten van deze verkopen werden, via een speciale bankrekening, bestemd voor pensioenbetalingen en bepaalde sociale doelen. Eind 1999 was 97% van de landbouwproducten beschikbaar gesteld en 88% op de eindbestemming afgeleverd. De uitvoering van dit voedselprogramma is door de Commissie zorgvuldig gecontroleerd en geëvalueerd.

Tadzjikistan

Als gevolg van de burgeroorlog in het land en het gebrek aan veiligheid zijn in Tadzjikistan zowel het Tacis-programma als andere niet-humanitaire activiteiten (voedselzekerheid en buitengewone financiële bijstand) sinds december 1997 opgeschort. Benadrukt dient te worden dat deze maatregel om veiligheidsredenen werd genomen, en niet als politieke sanctie.

Eind 1998 feliciteerde de EU Tadzjikistan met wat een doorbraak in het vredesproces leek te zijn. Tadzjikistan werd aangewezen voor buitengewone hulp in het kader van het EU-hulppakket van begin 1999 voor de overige NOS die door de Russische financiële crisis van 1998 waren getroffen, in de vorm van herstelprogramma's voor het land en extra humanitaire hulp. In de eerste helft van 1999 bleef de veiligheidssituatie verbetering vertonen. Daarom stelde de Europese Commissie in juli buitengewone financiële bijstand voor 'om de krachtige aanpassings- en hervormingsprogramma's die Tadzjikistan uitvoert te ondersteunen, de wijdverspreide armoede aan te pakken en het huidige vredesproces in het land te versterken'. Op grond van dit voorstel zou het kredietplafond met 75 miljoen euro worden verhoogd en het subsidieplafond met 35 miljoen euro.

In november kwam de EU echter met een verklaring waarin bezorgdheid werd geuit omtrent 'de ondemocratische gebeurtenissen en procedures in verband met de presidentsverkiezingen in Tadzjikistan', en waarin werd gesteld dat ze 'geen vooruitgang zag in de democratische ontwikkeling van Tadzjikistan, indien de basisregels van de burgermaatschappij niet worden gerespecteerd maar zelfs worden geschonden'. De EU verbindt eventuele toekomstige contractuele betrekkingen met Tadzjikistan expliciet aan vooruitgang in het vredesproces: 'Alleen bij normalisering van de samenleving zal Tadzjikistan aan internationale verplichtingen kunnen voldoen', aldus de verklaring.

Vanwege de aanhoudende instabiliteit in het land werd het Tacis-programma niet geïmplementeerd. Begin 2000 ging de Raad in principe akkoord met de buitengewone financiële bijstand, zij het op strenge voorwaarden ten aanzien van vooruitgang in het vredesproces en het politieke systeem.

De EU-activiteiten in Tadzjikistan in 1999 vonden voornamelijk plaats in de vorm van humanitaire hulp via ECHO (ongeveer 16 miljoen euro) en wederopbouwprojecten (ongeveer 7 miljoen euro uit hoofde van de budgetten voor 1998 en 1999) via UNOPS en de Aga Khan Foundation. Tadzjikistan ontving 2,83 miljoen euro aan buitengewone bijstand in verband met de Russische financiële crisis.

Turkmenistan

De energievoorraden van Turkmenistan bieden ruime mogelijkheden voor verdere spectaculaire ontwikkelingen. In de EU is echter toenemende bezorgdheid ontstaan over het democratiseringsproces en de eerbiediging van de mensenrechten in het land, als gevolg waarvan de Europese instellingen hun samenwerkingsplannen hebben bijgesteld. Turkmenistan loopt achter bij de meeste andere NOS-landen voor wat betreft de ratificatie van zijn partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst met de EU, en toen dit jaar in Brussel de interim-overeenkomst bij de PSO werd ondertekend, greep de EU die gelegenheid aan om haar bezorgdheid rond de politieke koers van het land te uiten.

Enkele bijdragen van Tacis in 1999

Tot de projecten die Tacis in 1999 heeft uitgevoerd, behoorden:

*ontwikkeling van de verkoop van vlees en melk aan de verwerkende industrie, door boeren voorlichting te geven over kwaliteitseisen.

*steun voor scholing in de banksector.

*hulp voor de voorbereiding van een belastinghervorming.

*voortzetting van de samenwerking ten aanzien van de hoger-onderwijshervorming via het Tempus-programma.

Tacis in de politieke context

In november ondertekenden de EU en Turkmenistan in Brussel de interim-overeenkomst betreffende de handel en aanverwante zaken. Deze is een vervolg op de in mei 1998 gesloten partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst en zal het mogelijk maken om de handels- en aanverwante bepalingen van de PSO sneller uit te voeren, in afwachting van de afronding van de ratificatieprocedures. De interim-overeenkomst omvat de algemene uitgangspunten, lopende betalingen, concurrentie, bescherming van intellectuele, industriële en commerciële eigendom, en het Protocol betreffende wederzijdse bijstand tussen administratieve autoriteiten in douanezaken. De Turkmeense vice-premier benadrukte dat de betrekkingen met de EU prioriteit hadden voor zijn land en vestigde de aandacht op het potentieel voor verdere ontwikkeling van de bilaterale samenwerking - onder meer via Tacis.

In het indicatief programma 1996-1999 voor Turkmenistan, dat in november 1996 door het Tacis-comité werd goedgekeurd, werd prioriteit gegeven aan structurele en institutionele hervormingen, landbouw en agro-industrie, en ontwikkeling van de infrastructuur.

Structurele en institutionele hervormingen: Het algemene thema voor Tacis is de hervorming en heroriëntatie van structuren en instellingen om deze geschikt te maken voor een markteconomie. Het privatiseringsproces in Turkmenistan verloopt langzaam, voor een deel om niet dezelfde fouten te maken als andere voormalige sovjetrepublieken. Desondanks is er aanzienlijke vooruitgang geboekt. Het departement van Staatseigendom en Privatisering, onderdeel van het ministerie van Economie en Financiën en verantwoordelijk voor de privatisering, beschikt echter over te weinig personeel, expertise en middelen voor massaprivatiseringen en voor de privatisering van de grotere staatsondernemingen. Als gevolg van het privatiseringsproces verliest de regering haar greep op het productieproces en de toegevoegde waarde, waardoor zij minder financiële armslag krijgt om haar overige verplichtingen na te komen. Dit maakt de overheidsinstellingen terughoudend om haast te maken met het privatiseringsproces. Verder moet eerst het bankwezen worden geherstructureerd en het bankpersoneel worden bijgeschoold voordat kredietinstellingen kunnen fungeren als kanaal voor buitenlandse investeringen - en uiteindelijk ook binnenlandse besparingen - naar het bedrijfsleven.

Landbouw en agro-industrie: De landbouwsector in Turkmenistan biedt werk aan ongeveer 40% van de beroepsbevolking maar levert slechts 19% van het BBP (in 1991 nog 40%). De sector blijft echter van cruciale betekenis voor de regering, niet alleen vanwege het aantal werknemers, maar ook vanwege de wens van de regering om te zorgen voor een bepaald minimum aan binnenlandse voedselzekerheid. Turkmenistan is een belangrijke katoenproducent en, hoewel de graanproductie onlangs is uitgebreid, nog steeds een grote importeur van voedingsmiddelen. In 1995 werden bij presidentieel decreet alle staats- en collectieve boerderijen omgevormd tot boerenorganisaties, maar deze werken nog op dezelfde manier als voorheen en leidinggevenden worden nog altijd door de overheid aangesteld. In 1995 waren er 3200 zelfstandige boerderijen van gemiddeld 25 hectare gevestigd op onontgonnen gronden en waren er aanvragen ingediend voor nog eens 5000. De productiviteit in de veehouderij is laag, hoofdzakelijk als gevolg van slecht veevoer. Voedselverwerkende bedrijven werken gemiddeld op minder dan 50% van hun capaciteit doordat grondstoffenleveranciers niet ingaan op de geboden prijzen.

Ontwikkeling van de infrastructuur: Turkmenistan is ruim bedeeld met olie- en gasvoorraden, maar steunt voor de exploitatie ervan sterk op buitenlandse investeringen. Er zijn tal van contracten gesloten met internationale investeerders. Hier zal de hele economie van Turkmenistan in hoge mate van profiteren omdat de resultaten verdere economische ontwikkeling mogelijk zullen maken. Turkmenistan moet echter ook in staat zijn om zijn eigen belangen veilig te stellen ten opzichte van buitenlandse investeerders. De Turkmeense overheid moet leren om de olie- en gasstromen beter te controleren en te beheersen en om vanuit een positie van volledige informatie en alle noodzakelijke knowhow met buitenlandse partners te onderhandelen.

Actieprogramma

Het meest recente Tacis-actieprogramma voor Turkmenistan (1998-1999) omvatte de volgende projecten:

*Steun voor de ontwikkeling van kleine en middelgrote bedrijven. Hierbij wordt voortgebouwd op een eerder Tacis-project voor de oprichting van een MKB-ontwikkelingsbureau (SMEDA) in Asjchabad, dat nu een erkend expertisecentrum is in Turkmenistan. Het nieuwe project zal zich met name richten op het bereiken van het MKB en van afzonderlijke ondernemers in de regio.

*Verbetering van de productie van vee en veevoer, door middel van hulp aan de nieuwe landbouworganisatie, steun voor het vormen van producentencoöperaties, voor landbouwkredietinstellingen en voor het leggen van contacten tussen producenten, verwerkende industrie en groothandel.

*Steun voor de regeringsplannen om de katoensector te ontwikkelen, door alle aspecten van het productiesysteem te analyseren en te evalueren en door de regering te adviseren over het uitwerken van een strategie voor de sector.

*Advies en expertise met betrekking tot het aantrekken van buitenlandse investeringen en het beschermen van de olie- en gasindustrie. Dit project vormt een voortzetting van werkzaamheden waarmee in het kader van het actieprogramma voor 1996-1997 is begonnen, en zal steun verlenen aan de omvorming van Turkmentneft en Turkmengas tot een nationale olie- en gasmaatschappij.

*Optimalisering van het elektriciteitsgebruik ten behoeve van de Turkmeense minerale industrie, inclusief beoordeling van de mogelijkheden van elektriciteit met betrekking tot aluminium, andere delfstoffen en met name voor de delfstoffenwinning in de regio Kara-Bogaz-Gol.

Het programma 1998-1999 ontving een subsidie van 8,5 miljoen euro volgens onderstaande verdeling (in miljoen euro):

Structurele en institutionele hervormingen

Landbouw en agro-industrie

Ontwikkeling van de infrastructuur

Programma's voor kleine projecten

Reserve

Totaal // 1,0

3,0

2,5

1,8

0,2

8,5

Oekraïne

Oekraïne wint voor de EU steeds meer aan betekenis, enerzijds omdat het land door de naderende uitbreiding in de toekomst aan vier EU-lidstaten zal grenzen, anderzijds vanwege zijn ligging ten opzichte van de EU en zo veel andere NOS. Voortbouwend op de PSO tussen de EU en Oekraïne, die in maart 1998 in werking trad, nam de EU in december 1999 tijdens de Europese Raad van Helsinki de gemeenschappelijke strategie voor Oekraïne aan (pas het tweede van deze nieuw in te voeren EU-instrumenten). De EU is de grootste donor in Oekraïne, en het Tacis-programma is het voornaamste medium voor de EU om Oekraïne te helpen het hoofd te bieden aan de vele uitdagingen van een moeizaam overgangsproces.

Enkele bijdragen van Tacis in 1999

Tacis heeft in 1999 een breed scala aan projecten uitgevoerd in Oekraïne, zoals: verdere advisering van de regering door het Oekraïens-Europees beleids- en juridisch adviescentrum, onder meer over de uitvoering van de PSO; assistentie bij de bestuurlijke reorganisatie van belangrijke ministeries om meer samenhang te brengen in de beleidsvorming; en hulp bij het verbeteren van het gezondheids- en veiligheidsniveau op het werk. Daarnaast hield Tacis zich bezig met het opzetten van een modern beheerssysteem voor het onderhoud van hoofdwegen en bruggen, ondersteuning van individuele privatiseringsprojecten, advies over de herstructurering van de farmaceutische industrie, en steun voor de ontwikkeling van faillissementsprocedures.

Andere Tacis-projecten in Oekraïne waren gericht op het bevorderen van de lokale ontwikkeling en het toerisme in de Karpaten en de Krim; het geven van financieel advies over privatisering in de energiesector en het opstellen van onderhoudsvoorschriften voor energie-installaties; en het ontwerpen van een energiebesparingssysteem. Verder verleende Tacis steun op onder meer de volgende gebieden:

*advisering van voormalige staatsondernemingen via de post-privatiseringscentra die met hulp van Tacis zijn opgezet.

*scholing van medewerkers van handelsbanken op boekhoudkundig gebied en van journalisten op het gebied van financiële berichtgeving.

*hervorming van uitkeringsmechanismen.

*de ontwikkeling van landbouwcoöperaties.

Tacis in de politieke context

De Samenwerkingsraad van de Europese Unie en Oekraïne kwam in april 1999 voor de tweede maal bijeen in Brussel, en merkte op dat de PSO 'een solide basis bood voor de ontwikkeling van een sterk politiek en economisch partnerschap tussen de EU en Oekraïne'. De raad noemde ook de 'substantiële technische bijstand' van de EU, met name voor de hervorming van de energiesector in Oekraïne.

De EU-Oekraïense top in Kiev in juli merkte op hoe het strategisch partnerschap tussen de Europese Unie en Oekraïne 'het streven van de EU en Oekraïne naar nauwere banden op het gebied van handel, investeringen, politieke dialoog, en technische en andere samenwerking weerspiegelt'. De top erkende ook dat 'door middel van macro-financiële hulp, zowel van het Tacis-programma als via bilaterale programma's, waardevolle steun wordt verleend om Oekraïne bij te staan in zijn overgangs- en hervormingsproces', en verklaarde dat 'de EU, als voornaamste partner van Oekraïne op het gebied van technische samenwerking, aanzienlijke bijstand zal blijven verlenen in het kader van het Tacis-programma. Doordat de EU haar bijstand voor het financiële systeem van Oekraïne heeft opgevoerd, kan de Nationale Bank van Oekraïne haar toezicht verstevigen en worden de Oekraïense handelsbanken aangezet tot goede handelspraktijken. Dit najaar zal een nieuwe fase van het door Tacis gefinancierde gezamenlijke Europees-Oekraïense beleids- en juridisch adviescentrum (UEPLAC) van start gaan. Het UEPLAC speelt een voorname rol ten aanzien van de uitvoering van de PSO, inclusief de aanpassing van de Oekraïense wetgeving aan de EU-normen. De betrokkenheid van de particuliere sector is cruciaal voor het welslagen van het overgangsproces in Oekraïne.' Verder omarmde de top het overkoepelende Inogate-akkoord dat juist de dag tevoren was ondertekend.

In het indicatief programma 1996-1999 voor Oekraïne, dat in september 1996 werd ondertekend, werd prioriteit gegeven aan institutionele hervormingen en sociale ontwikkeling, economische hervormingen en ontwikkeling van de particuliere sector, en energie en milieu.

Institutionele hervormingen en sociale ontwikkeling: Het zal voor Oekraïne nog een hele opgave worden om de wetgeving aan te passen aan de eisen van een democratische en marktgerichte economie, waardoor een voortdurende inzet van specialistische vaardigheden op alle gebieden, van publiekrecht tot macro-economie, noodzakelijk is. De opzet van het openbaar bestuur vraagt eveneens om dringende hervormingen, zodat er meer ruimte komt voor de uitvoering van het beleid om het land welvarender te maken. Ook is er nog altijd vooruitgang nodig op het gebied van onderwijshervorming. Het Tempus-programma heeft consequent meegewerkt aan de hervorming van het hoger-onderwijssysteem door middel van leerplanontwikkeling, verbetering van het universitair bestuur, uitwisselingen en regionale samenwerking. In eerdere actieprogramma's heeft Tacis omvangrijke steun verleend voor de totstandkoming van realistische wet- en regelgeving op essentiële beleidsterreinen.

Economische hervormingen en ontwikkeling van de particuliere sector: De kernthema's zijn: overheveling van economische activiteit van de publieke naar de particuliere sector; verdergaande herstructurering en ontwikkeling van privé-ondernemingen, met name in kernsectoren van de economie; de bank- en financiële sector die nog in een rudimentair stadium verkeert en voor de meeste bedrijven grotendeels ontoegankelijk is; en opwaardering van de boekhoudkundige en financiële controle- en beheerssystemen naar een internationaal aanvaardbaar niveau. Dit laatste is van belang om het risico te beperken dat Oekraïne met dezelfde problemen te kampen krijgt die Zuidoost-Azië en Rusland hebben ondervonden doordat banken onverantwoorde leningen verstrekten. Daarnaast is dit essentieel om in de toekomst wezenlijke internationale investeringen te kunnen aantrekken. De privatisering van landbouwbedrijven in Oekraïne is - voorzichtig uitgedrukt - ongelijk verlopen, en er bestaat een reële behoefte aan advies en steun voor boerderijen die nu in particuliere handen zijn. Tacis heeft reeds ervaringen bijeengebracht in ondersteuningscentra voor particuliere boerenbedrijven in het gebied rond Lvov. Het meeste financiële bedrijfsadvies is tot nu toe gericht geweest op kleinere en middelgrote bedrijven. Grote ondernemingen hebben echter nog altijd het grootste aandeel in de economie, met name de exportmarkt.

Energie en milieu: Bij iedere bespreking van de toekomst van Oekraïne staat energie onvermijdelijk hoog op de agenda, aangezien energie-importen verreweg de belangrijkste factor vormen in het tekort op de handelsbalans. Daarnaast is het energiegebruik slechts half zo efficiënt als in de EU. Er zijn omvangrijke investeringen nodig om de binnenlandse olie- en steenkoolsector te moderniseren, maar daarvoor dient deze sector eerst te worden geherstructureerd. Uit een recent energiebesparingsproject is naar voren gekomen dat kleinschalige warmtekrachtinstallaties mogelijkheden bieden voor aanzienlijke energiebesparingen, met name (maar uiteraard niet uitsluitend) in de voedingsindustrie.

Een belangrijk punt is de toestand en het onderhoud van het pijpleidingennet, zowel in Oekraïne zelf als op meer regionale schaal. Verder is er sinds de onafhankelijkheid geen behoorlijke technische audit gemaakt van de toestand van het pijpleidingennet. In de kolensector tracht Tacis ervoor te zorgen dat de herstructurering meer inhoudt dan een oefening in het sluiten van steenkolenmijnen en het omscholen van overtollige mijnwerkers. Het doel van de Tacis-projecten is juist om praktisch zakelijk en technisch advies te verstrekken aan levensvatbare mijnen in het gebied, zodat die hun productiviteit, veiligheid en winstmarge kunnen verbeteren en in een veranderende wereld het hoofd boven water kunnen houden.

Wat het milieu betreft is er in Oekraïne nog altijd sprake van sterke verontreiniging, waarbij de luchtvervuiling in de steden een van de ernstigste problemen is. De wettelijke basis voor milieubescherming en de handhaving blijven echter zwak.

Actieprogramma

Het meest recente Tacis-actieprogramma voor Oekraïne (1999) omvatte 15 projecten, waaronder:

Institutionele hervormingen en sociale ontwikkeling:

*uitvoering van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst.

*een tweede fase van het omscholingsproject voor militairen, meer specifiek toegespitst op het opzetten van succesvolle centra.

*integratie van vroeger gedeporteerde bevolkingsgroepen op de Krim, waarbij de mensen via ontwikkeling van het MKB en scholing de kans krijgen hun economische vooruitzichten te verbeteren, in samenwerking met de ministerraad van de Autonome Republiek van de Krim.

*steun voor de oprichting van een juridisch opleidingscentrum om de kwaliteit en consistentie van de rechterlijke besluitvorming te verbeteren. De begunstigde is het hooggerechtshof.

*een tweede fase van het Oekraïens-Europees beleids- en juridisch adviescentrum (UEPLAC-project), met een bredere doelstelling, waardoor het centrum beleids- en juridisch advies zal kunnen gaan verstrekken over een bredere reeks onderwerpen, en met name gericht op de PSO. Naast de permanente adviesfunctie in Kiev zal het centrum ook over substantiële middelen beschikken om op kortere termijn beleids- en juridisch advies uit te brengen over allerlei PSO-gebonden onderwerpen.

*een bewustwordings- en opleidingsproject in verband met de PSO, vooral bedoeld voor het middenkader op terreinen die rechtstreeks door de PSO worden beïnvloed, met modules voor vijf of zes beroepsgroepen, ontleend aan de leidraad bij de PSO maar gericht op de invloed die de PSO in de praktijk zal hebben op hun werk.

Economische hervormingen en ontwikkeling van de particuliere sector:

*versterking van het externe toezichthoudend vermogen van de NBU (de centrale bank van Oekraïne) -een belangrijk element in het proces waarbij de centrale bank in staat wordt gesteld om de activiteiten van de voornaamste commerciële banken te controleren.

*hulp bij de herstructurering van grote commerciële banken, als onderdeel van een breder IMF-initiatief op dit cruciale terrein. De begunstigden zijn de NBU en de banksector.

*een tweede fase van steun voor het post-privatiseringscentrum in Odessa.

*uitbreiding van het netwerk van Centra voor Nieuwe Ondernemingen, die een belangrijke rol vervullen door starters in het MKB te voorzien van advies en contacten. De begunstigden zijn de centra en de gebruikers ervan. Het project zal de geografische reikwijdte van de centra vergroten en het onderlinge contact tussen hen verbeteren.

*hulp voor landbouwbedrijven buiten de overheidssector door de oprichting van drie privatiseringscentra in regio's die zich bereid hebben getoond hieraan mee te werken.

*financieel advies aan acht grote ondernemingen, waarbij ze worden voorzien van moderne zakelijke boekhoud-, marketing- en managementtechnieken om hun concurrentiepositie te verstevigen.

Energie en milieu:

*demonstratie van de voordelen van kosteneffectieve, kleinschalige warmtekrachtinstallaties in de voedingsindustrie en aanverwante bedrijfstakken, niet alleen ten behoeve van het Staatscomité voor de voedingsindustrie, maar ook om de energiebesparingen te laten zien aan potentiële investeerders in alle branches.

*een technische audit van het oliepijpleidingennet ten behoeve van het Staatscomité en de Staatsholdings voor olie en gas, eerst voor de noordelijke route van Mozyr naar de Slowaakse grens en daarna voor de zuidelijke route van de Russische grens naar Odessa.

*aanpak van de gezondheidsbedreigende verontreiniging in de zwaar geïndustrialiseerde regio rond Donetsk, met steun voor het herstel van waterleiding- en afvalwatersystemen. Tacis verzorgt de milieucomponent van het project, inclusief monitoring, scholing, planning en bewustmaking.

*een tweede fase van het EU-Oekraïense samenwerkingscentrum voor herstructurering van de kolenindustrie in de Donbass-regio, waar een reële behoefte bestaat aan technisch en zakelijk-financieel advies.

Het actieprogramma voor 1999 omvat een aantal projecten waarbij sprake is van nauwe operationele banden met andere donors, zoals de bankprojecten - de herstructurering van grote banken en de versterking van het toezicht van de NBU - die allebei voortvloeien uit IMF-initiatieven. Het Tacis-milieuproject in Donetsk zal zorgen voor de milieu-input in een belangrijk project van de Wereldbank.

De Bistro-faciliteit, bedoeld voor kleinschalige activiteiten tot 100.000 euro, wordt uitgevoerd door de delegatie van de Europese Commissie in Kiev en vormt een aanvulling op Tacis doordat Bistro snel en flexibel kan reageren op lokale informatie over veelbelovende kleinschalige projecten.

Het programma voor 1999 ontving een subsidie van 46 miljoen euro volgens onderstaande verdeling (in miljoen euro):

Ontwikkeling van het menselijk potentieel

Herstructurering en ontwikkeling van het bedrijfsleven

Energie en milieu

Bistro

Programma's voor kleine projecten

Reserve

Totaal // 12,0

15,5

8,2

1,8

7,4

1,1

46,0

Oezbekistan

Dankzij zijn rijkdom aan natuurlijke hulpbronnen, waaronder goud en andere metalen, heeft Oezbekistan de laatste jaren minder last gehad van een dalende industriële productie dan de andere NOS, hoewel de regering haar beleid heeft gericht op verhoging van de productie van eindproducten in plaats van de export van grondstoffen. Het land beschikt ook over voldoende energiebronnen (fossiele brandstoffen) om volledig zelfvoorzienend te zijn. Daardoor is het voor Oezbekistan eenvoudiger geweest om zich een plaats op de wereldmarkt te verwerven dan voor andere NOS-landen. De algemene doelstellingen van Tacis zijn geweest om de transformatie naar een markteconomie te ondersteunen en daarmee de levensstandaard en de levenskwaliteit te verbeteren. Deze ondersteuning is bedoeld als aanvulling op het hervormingsprogramma van de regering, dat gericht is op het stabiliseren van de economie en het in stand houden van stabiele ontwikkeling op de middellange termijn, en op het beschermen van kwetsbare sociale groepen.

Enkele bijdragen van Tacis in 1999

Tot de projecten die Tacis in 1999 in Oezbekistan heeft uitgevoerd, behoorden hulp voor de hervorming van de onderwijsministeries; beheer van het Oezbeekse post-privatiseringsfonds; ondersteuning van de Academie voor Staatsinrichting en Sociale Opbouw, voor de (bij)scholing van ambtenaren; steun voor het Centrum voor Buitenlandse Investeringen; screening van ondernemingen om te zien of ze in aanmerking kwamen voor post-privatiseringssteun; en hulp voor de Vereniging van Banken bij de ontwikkeling van haar politieke rol.

In de agrarische sector maakte Tacis een begin met de registratie van particuliere landbouwgrond, verzorgde scholing en onderwijs voor landbouwpersoneel, hielp de irrigatie te verbeteren en de druk op het Aralmeer te verminderen, en ondersteunde de herstructurering van land en boerderijen in de Syrdarja-regio. Andere Tacis-projecten omvatten:

*steun voor het Centrum voor de Ontwikkeling van Marktvaardigheden.

*steun voor verbeteringen in de telecommunicatiesector.

*versterking van het Staatscomité voor natuurbescherming, en bevordering van milieuvriendelijke agrarische productietechnieken.

*oprichting van een eenheid Inlichtingen en Expertise bij Uzbekneftegas, om het bedrijf te helpen met evaluaties van projecten.

*voortzetting van de samenwerking ten aanzien van de hoger-onderwijshervorming via het Tempus-programma.

Tacis in de politieke context

De Samenwerkingraad van de Europese Unie en Oezbekistan kwam in september in Brussel voor het eerst bijeen en sprak het vertrouwen uit dat de uitvoering van de PSO zou zorgen voor samenhang tussen de diverse aspecten van de betrekkingen tussen de EU en Oezbekistan, waaronder de politieke dialoog over buitenlandse-beleidskwesties van gemeenschappelijk belang, democratie en mensenrechten, samenwerking in de strijd tegen de drugshandel, handelsrelaties en economische samenwerking, bijstand zoals in het kader van Tacis, en regionale samenwerking. In 1999/2000 zou de samenwerking zich moeten toespitsen op handels- en investeringsbevorderende maatregelen; het zoeken naar mogelijkheden om de regionale samenwerking in Centraal-Azië te stimuleren, vooral via Traceca (Transportcorridor Europa-Kaukasus-Azië) en Inogate (Interstatelijk programma voor olie- en gastransport naar Europa); de uitwerking van een samenwerkingsprogramma voor verdere ondersteuning van het democratiseringsproces; en nauwe samenwerking in de strijd tegen de drugshandel.

In het indicatief programma 1996-1999 voor Oezbekistan, dat in september 1996 door de lidstaten werd goedgekeurd, werd prioriteit gegeven aan structurele en institutionele hervormingen, landbouw en agro-industrie, en ontwikkeling van de infrastructuur.

Structurele en institutionele hervormingen: Tot nu toe heeft het privatiseringsproces in Oezbekistan zich geconcentreerd op het midden- en kleinbedrijf, hetzij via de overdracht van aandelen aan vooraf vastgestelde partijen zoals werknemerscollectieven en brancheverenigingen, hetzij via het privatiserings-investeringsfonds - dat de belangrijkste pijler onder het privatiseringsprogramma in Oezbekistan vormt. De aldus gevormde bedrijven zijn vaak slecht toegerust om in de overgangseconomie van Oezbekistan te opereren, laat staan in een open markteconomie. Door het verbreken van de banden met de staat hebben ze niet langer toegang tot gecentraliseerde marketing- en financieringsdiensten, terwijl er belangrijke beperkingen blijven gelden ten aanzien van de toegang tot kredieten en buitenlandse valuta. In sommige sectoren is er nog steeds aanzienlijke controle op de prijzen van inputs of outputs, wat ook gevolgen heeft voor de mate waarin producenten zich kunnen aanpassen aan de eisen van de markt. In veel gevallen is er sinds de privatisering niet veel veranderd in de bestuurlijke praktijk.

De Oezbeekse regering heeft vastgesteld dat er behoefte was aan een goed functionerend systeem voor faillissementen en bedrijfsliquidaties. Eind 1996 stelde zij het Comité voor economische insolventie (CEI) in, dat brede verantwoordelijkheden kreeg op terreinen die te maken hebben met de uitvoering van de Faillissementswet van 1994. Een van de eerste taken van het CEI was de herziening van de wet- en regelgeving, maar de technisch beschikbare procedures zijn nauwelijks uitgetest.

Landbouw en agro-industrie: De landbouw biedt werk aan meer dan 40% van de arbeidskrachten, en 61% van de bevolking woont op het platteland. Er is behoefte aan landhervorming, werkgelegenheid, een hogere levensstandaard, en technische steun voor de boeren. Versnipperde marktinformatie leidt ertoe dat er kansen verloren gaan voor winstverbetering in de landbouw en voor de export. Ook is er slechts beperkte aandacht geweest voor de milieueffecten van de landbouw en aanverwante bedrijfstakken.

Ontwikkeling van de infrastructuur: Ondanks de energievoorraden is de petrochemische infrastructuur in Oezbekistan onderontwikkeld, waardoor het land energie moet importeren en niet voldoende exportopbrengsten kan genereren. Oezbekistan moet zelfvoorzienend worden en zorgen voor diversificatie naar nieuwe exportmarkten. Tacis stimuleert de Oezbeekse technologie, in overeenstemming met internationale normen en op basis van milieuoverwegingen.

Actieprogramma

Het meest recente Tacis-actieprogramma voor Oezbekistan (1998-1999) omvatte de volgende nieuwe projecten en uitbreidingen van bestaande projecten:

*Versterking van het bestuurlijke en ambtelijke apparaat, onder meer door middel van een hervormingsstrategie en de formulering van doelstellingen. Het project is gericht op scholing en omscholing en op het opzetten van een managementcentrum voor het openbaar bestuur, gelieerd aan de Academie voor Staatsinrichting en Sociale Opbouw.

*Een project in de gezondheidssector, toegespitst op preventieve gezondheidszorgmaatregelen en -programma's, waaronder een langlopend actieprogramma op basis van nieuwe methoden en uitgangspunten voor financiering en beleid in de gezondheidszorg, zoals vergoedingen voor geleverde diensten, marktgerichtheid en particuliere concurrentie.

*Bijstand voor de hervorming van het beroepsonderwijs: ter ondersteuning van de invoering van de nieuwe Onderwijswet van 1997 stelt het programma voor om bijstand te verlenen voor de ontwikkeling van een goed functionerend beroepsonderwijssysteem dat is gebaseerd op de behoeften van de nationale, regionale en lokale arbeidsmarkt. Het project zal worden uitgevoerd in nauwe samenwerking met het lopende Tacis-steunproject voor de hervorming van de onderwijsministeries in Oezbekistan.

*Hulp voor de ontwikkeling van het MKB, met name door het ondersteunen van de Kamer van Goederenproducenten en Ondernemers en door het leveren van een beleidsadviseur voor de parlementaire commissie die verantwoordelijk is voor economische hervorming en ondernemerschap.

*Ondersteuning van de privatisering door middel van privatiserings-investeringsfondsen: voortbouwend op werkzaamheden uit het actieprogramma 1995 zal advies worden verstrekt aangaande maatregelen om de doorverkoop van PIF-aandelen toe te staan, om het toezicht op en de verslaglegging door de fondsen te verbeteren, en om hen meer mogelijkheden te bieden om invloed uit te oefenen op het management van de ondernemingen die ze in hun portefeuille hebben.

*Post-privatiseringsbijstand voor ondernemingen, door middel van westerse expertise voor bepaalde geprivatiseerde ondernemingen en door het opzetten van een aantal instellingen die na beëindiging van de Tacis-financiering op commerciële basis kunnen blijven voortbestaan.

*Bijstand voor de herstructurering en liquidatie van insolvente ondernemingen, gericht op wetswijzigingen, de ontwikkeling van de faillissements- en liquidatiepraktijk en vergroting van het inzicht daarin. Deze wordt geboden in de vorm van beroepsgerichte bijscholing voor rechters en curators, en in de vorm van Tacis-hulp voor proefherstructureringen buiten de formele faillissementsprocedures om, met het doel om waarde te onttrekken aan schuldplichtige ondernemingen en tegelijkertijd die activiteiten te redden die behouden kunnen blijven.

*Ondersteuning van de toetreding tot de Wereldhandelsorganisatie en de uitvoering van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst: de Tacis-hulp zal zich toespitsen op de onderhandelingen over de toetreding tot de WTO, de ontwikkeling van een algemeen handelsbeleid volgens de WTO-afspraken, en de omzetting in binnenlandse wetgeving van de internationale verplichtingen die voortvloeien uit het WTO-lidmaatschap en uit de PSO.

*Ondersteuning van de democratie, door verbetering van het toezicht op en de handhaving van de grondwettelijke rechten, en door versterking van de rol van het parlement bij het ontwerpen en goedkeuren van wetten, zodat de pluralistische democratie in Oezbekistan verder kan worden uitgebouwd.

*Landregistratie in Oezbekistan: naarmate meer particuliere boeren landrechten verwerven is het noodzakelijk om het bestaande, succesvolle Tacis-proefproject uit te breiden naar andere delen van het land.

*Scholing en onderwijs voor boeren en agrarische arbeidskrachten (TEFAP): dit vormt een vervolg op een eerder project aan de Nationale Landbouwuniversiteit van Tasjkent, en is gericht op de productie van lesmateriaal, leerplannen voor het landbouwonderwijs, en scholing als zodanig.

*Irrigatie en bedrijfsvoering in de landbouw, gericht op efficiënter watergebruik, terugdringing van bodem- en waterverontreiniging door de landbouw en de agro-industrie, en verbetering van de agrarische bedrijfsvoering; het vormt een vervolg op een eerder Tacis-project, dat samenhing met het katoenverbeteringsproject van de Wereldbank en met het Aralmeer-programma.

*Agrarisch marktinformatiesysteem en beleid: een nieuw project om te helpen een systeem en een nationale en regionale strategie op te zetten, en een experimentele groothandelsmarkt in Tasjkent, om de particuliere detailhandel in landbouwproducten te ontwikkelen.

*Bijstand voor de energiesector, met speciale aandacht voor het opstellen van een nationaal energieprogramma, gebaseerd op toekomstige economische ontwikkelingen en zuinige, milieuvriendelijke technologieën. Het project is bedoeld als opstapje naar een bredere toepassing van efficiënte, goedkope en milieuvriendelijke oplossingen voor de afvalwaterzuiveringsproblematiek van veel steden in Oezbekistan.

*Verbetering van de energiezuinigheid in de petrochemische industrie, door te helpen een strategie te ontwikkelen en particuliere en publieke financiering aan te trekken om de gekozen oplossingen in te voeren.

*Energiebesparing door middel van een proefproject ten aanzien van warmtemeetsystemen in verwarmings- en warmwaterinstallaties; dit project vormt het logische vervolg op een eerder energiebesparingsproject in de woningsector en is gericht op bevordering van de mogelijkheden om de betrokken installaties in de toekomst op lokaal niveau te vervaardigen.

*Uitbreiding van de steun aan de telecommunicatiesector, als vervolg op een project dat in het kader van het actieprogramma voor 1996 is uitgevoerd. Het project zal rechtstreeks steun verlenen aan het ministerie van Communicatie en tevens bijstand verlenen via het Centraal-Aziatische telecommunicatieopleidingscentrum, dat mede met steun van Tacis is opgericht.

Het programma 1998-1999 ontving een subsidie van 29 miljoen euro volgens onderstaande verdeling (in miljoen euro):

Ontwikkeling van het menselijk potentieel

Ondersteuning van het bedrijfsleven

Voedselproductie, -verwerking en -distributie

Energie

Transport & telecommunicatie

Programma's voor kleine projecten

Reserve

Totaal // 5,5

6,8

4,5

5,0

1,0

5,2

1,0

29,0

Aanvullende Tacis-programma's

Niet alle problemen die Tacis probeert aan te pakken, kunnen op nationaal niveau worden opgelost. Daarom kent Tacis een aantal aanvullende onderdelen, zoals transnationale programma's waar meerdere landen bij zijn betrokken, en een reeks vaak gedecentraliseerde faciliteiten om kleinschalige projecten te ondersteunen.

Enkele bijdragen van Tacis in 1999

Tot de vele projecten van dit type die Tacis in 1999 heeft ondersteund, behoorden onder meer:

*de ontwikkeling van transportvoorzieningen over de Kaspische Zee naar Centraal-Azië, via het Traceca-programma;

*de verbetering van de energietransportinfrastructuur en het beheer daarvan, via het Inogate-programma;

*een studie op het gebied van de telecommunicatie-infrastructuur;

*de bevordering van gezamenlijk activiteiten ter bestrijding van de verontreiniging in en langs de rivieren de Prut en de Bug in Oekraïne, Wit-Rusland en Moldavië;

*managementondersteuning voor de nieuwe regionale milieucentra in Rusland, Georgië, Oekraïne en Moldavië;

*de ontwikkeling van milieucontrole in de landbouw;

*verbeteringen in het veiligheidsbeheer van nucleaire installaties;

*hulp bij het opheffen van handelsbelemmeringen in de landbouwsector;

*de financiering van studies op grond waarvan de EBWO omvangrijke investeringen kan doen.

Transnationale programma's

Het interstatelijk programma

Het interstatelijk programma stimuleert activiteiten op het gebied van energie, transport en milieu. Tussen 1992 en 1998 heeft Tacis in het kader van het interstatelijk programma ongeveer 340 miljoen euro toegekend, voornamelijk voor transport-, energie- en telecomnetwerken, het milieu, de ontwikkeling van het bedrijfsleven, financiële dienstverlening en de landbouw. In het interstatelijk actieprogramma voor 1999 werd prioriteit toegekend aan drie gebieden: netwerken (energie, transport en telecommunicatie), milieu, en justitie en binnenlandse zaken.

Netwerken: Er is behoefte aan modernisering en herstructurering van de infrastructurele netwerken, zodat nieuwe handelsmogelijkheden kunnen worden uitgebuit en het vervoer van grondstoffen zowel binnen als vanuit de NOS eenvoudiger wordt. De ontwikkeling van de handel blijft voor alle staten een topprioriteit. Voor de meeste NOS geldt dat de handel met de EU nog bescheiden is. Grondstoffen vormen het leeuwendeel van hun exporten naar derde landen, zelfs in het geval van de meer geïndustrialiseerde landen. De overcentralisering van de vervoers- en energienetwerken in het sovjettijdperk vormt nu een beperking voor deze landen om onder concurrerende en open voorwaarden toegang te krijgen tot andere markten. De opwaardering van de infrastructuur moet vergezeld gaan van meer convergentie van de regelgeving op basis van internationale normen. De nadruk op netwerken heeft tot doel om:

*de transport-, energie- en telecommunicatieverbindingen tussen de NOS te versterken;

*de energie-, transport- en telecommunicatienetwerken van de NOS en de EU op elkaar aan te sluiten;

*de handel tussen de NOS-landen onderling nieuw leven in te blazen en verdere diversificatie van de handel langs nieuwe routes mogelijk te maken.

Voor een blijvende verbetering van de netwerkinfrastructuur en de bescherming van het milieu zijn aanzienlijke kapitaalinvesteringen nodig. Het doel van de Tacis-projecten op dit terrein is om daarvoor de technische, institutionele en organisatorische voorwaarden te scheppen. Dit vereist een hoge mate van samenwerking met belangrijke internationale financiële instellingen.

De voornaamste Tacis-projecten met betrekking tot netwerken zijn Inogate (herstel, modernisering en rationalisering van interstatelijke olie- en gaspijpleidingen in de NOS) en Traceca (Transportcorridor Europa-Kaukasus-Azië).

Inogate

Het Inogate-programma biedt de deelnemende landen technische bijstand en scholing, met als doel om de stelsels van olie- en gaspijpleidingen in de regio beter op elkaar af te stemmen en om het transport van olie en gas zowel binnen de regio als naar de Europese exportmarkten te vergemakkelijken. Inogate ondersteunt het streven naar herstel, rationalisering en modernisering van regionale gastransportsystemen en aanvoersystemen voor olie en geraffineerde olieproducten, en werkt mee aan de beoordeling van eventuele alternatieven voor het transport van koolwaterstoffen van het Kaspische-Zeegebied en Centraal-Azië naar de Europese en westerse markten.

Inogate verleent technische bijstand op vier hoofdgebieden: marktgebonden studies, hulpbronnenevaluatiestudies, projecthaalbaarheidsstudies en institutionele studies. Het hoofddoel van deze activiteiten is om een aantal grootschalige, financieel aanvaardbare projectvoorstellen te ontwikkelen, als basis voor investeringen in herstel- en andere projecten die door internationale financiële instellingen en/of particuliere investeerders gefinancierd zouden kunnen worden.

In het werk van Inogate staan twee taken centraal: het brengen van olie en gas van het Kaspische-Zeebekken naar klanten in Europa en rond de Zwarte Zee, en het aantrekken van internationale investeringen voor de modernisering, reparatie en uitbreiding van olie- en gasnetwerken.

Twee Inogate-activiteiten markeerden in 1999 een belangrijke stap vooruit in dit opzicht. De ene was de ondertekening van een overkoepelend akkoord in februari in Brussel. Dit creëerde één gemeenschappelijk juridisch en administratief kader voor samenwerking tussen alle NOS en andere Europese landen die betrokken zijn bij de doorvoer van energie. Het bood ook een kader voor de modernisering en uitbreiding van pijpleidingennetten, en zou dus voor alle landen in de regio economische voordelen moeten opleveren.

De tweede belangrijke gebeurtenis was de Inogate-top in Kiev in juli, die werd bijgewoond door zo'n 50 delegaties uit afzonderlijke landen en van financieringsinstellingen en andere internationale organisaties. Zelfs Roemenië en Bulgarije behoorden tot de deelnemers.

Inogate verrichtte ook haalbaarheidsstudies naar het herstel van de regionale gas- en olie-infrastructuur en naar de aanleg van olie- en gaspijpleidingen door de Kaspische Zee, met als doel om:

*verdere achteruitgang van cruciale olie- en gasvoorzieningen te voorkomen en de operationele capaciteit ervan te herstellen, namelijk door de installatie van cruciale overslag- en meetstations op belangrijke grenslocaties en door speciale aandacht voor opslagvoorzieningen met een regionale functie;

*het koolwaterstoffenpotentieel van de deelnemende landen te helpen evalueren, en systemen voor hulpbronnenbeheer op te zetten volgens internationale normen van de olie- en gasindustrie;

*alternatieve olie- en gasexportroutes naar de markten van West-, Midden- en Oost-Europa te beoordelen.

Het winnen van olie en gas onder de Kaspische Zee of in de woestijngebieden ten oosten daarvan, en vervolgens het ontwikkelen van routes naar de internationale markten, is een van de grootste uitdagingen voor Europa aan het begin van de 21e eeuw, omdat Europa - de toekomstige uitgebreide EU met haar buurlanden op de Balkan - de voornaamste afnemer van deze nieuwe energiebronnen zal zijn. Leveringszekerheid en energiediversificatie vormen belangrijke elementen van het energiebeleid van de EU. Het doel daarvan is echter niet alleen om olie en gas naar de EU te krijgen, maar ook om er daarbij voor te zorgen dat de energiesector geen potentiële bron van conflicten blijft. Het zou juist de middelen moeten bieden om barrières te slechten, grenzen te openen en welvaart te brengen in een gebied dat veel heeft geleden, maar dat enorme kansen heeft als het zijn mogelijkheden goed benut.

Doel van Inogate bekrachtigd

In de gezamenlijke verklaring van de Europese Unie en Armenië, Azerbeidzjan en Georgië van juni 1999 stond: 'Wij zijn van oordeel dat veilige exportroutes voor olie en gas uit het Kaspische-Zeegebied essentieel zijn voor de toekomstige welvaart van de regio, voor de buitenlandse ondernemingen die in de exploitatie van die reserves investeren, en voor de internationale markten. Het is dan ook logisch en wenselijk dat er meerdere pijpleidingen worden aangelegd, waarbij beslissingen over de specifieke gekozen routes, en het tijdstip waarop die genomen worden, voor de betrokken bedrijven hoofdzakelijk op commerciële gronden dienen te berusten. Wij achten het ook van belang dat de bestaande pijpleidingennetten een nieuwe impuls krijgen.'

Inogate brengt internationale samenwerking tot stand doordat deskundigen samen rond de tafel moeten gaan zitten om de details uit te werken van de renovatie van transportvoorzieningen, de financiering van pijpleidingen of de vorming van instellingen voor het beheer daarvan. Juist door experts van verschillende nationaliteiten bijeen te brengen om samen activiteiten te ontwikkelen, overstijgen initiatieven zoals Inogate, en het zusterprogramma Traceca, hun puur technische functies. Het worden fora waar ideeën kunnen worden uitgewisseld en waar nieuwe concepten kunnen worden geïntroduceerd. De menselijke contacten die door deze programma's ontstaan, zijn zeker zo belangrijk als het technische advies dat ze opleveren.

Traceca

Traceca richt zich op de totstandkoming van een transport/handelscorridor van oost naar west: van Centraal-Azië via de Kaspische Zee, door de Kaukasus en over de Zwarte Zee naar Europa. Het programma wordt momenteel uitgebreid naar Mongolië, Oekraïne en Moldavië. Het sluit aan bij het algemene EU-beleid ten opzichte van deze landen, en heeft tot doel om hun politieke en economische onafhankelijkheid te ondersteunen door hen betere toegang te geven tot de Europese en internationale markten via alternatieve transportroutes, en om verdere regionale samenwerking tussen de partnerstaten te stimuleren. Tot nu toe heeft Traceca 25 technische-bijstandsprojecten (ter waarde van 35 miljoen euro) en 11 investeringsprojecten voor herstel van de infrastructuur (47 miljoen euro) gefinancierd. Het Traceca-programma heeft geresulteerd in meer samenwerking en overleg tussen de overheden, wat weer heeft geleid tot afspraken om de doorvoerrechten op een concurrerend niveau te houden en tot pogingen om de grensformaliteiten te vereenvoudigen. Ook zijn er afspraken gemaakt om grote hoeveelheden vracht via de Traceca-corridor te vervoeren, omdat wordt ingezien dat dit de kortste en potentieel de snelste en goedkoopste route is van Centraal-Azië naar diepwaterhavens die toegang geven tot de wereldmarkten. De technische bijstand die via Traceca is verleend, heeft geholpen om omvangrijke investeringen aan te trekken van de internationale financiële instellingen, waaronder de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (met vastleggingen voor kapitaalprojecten ter waarde van meer dan 250 miljoen US-dollar) en de Wereldbank (40 miljoen US-dollar). Enkele successen van Traceca in 1999:

*In juni werd de autoveerdienst Bakoe-Aktau weer in gebruik genomen. Spoedeisende vrachten uit Bakoe voor de Kazachse olievelden, en andere vrachtgoederen, kunnen nu snel de havens passeren en met een minimum aan oponthoud naar hun eindbestemming worden gebracht. Er zijn vergevorderde plannen om de havenfaciliteiten in Aktau op te knappen zodat de veerdienst ook geschikt wordt voor treinvervoer, waarmee mogelijk in 2000 een begin wordt gemaakt. De heropening van deze veerdienst is het resultaat van een bijeenkomst van de transportministers van Georgië, Azerbeidzjan en Kazachstan en vertegenwoordigers van Traceca, begin juni in Aktau, waar de voorwaarden voor de exploitatie van deze veerdienst overeen werden gekomen.

*In april waren de presidenten van Azerbeidzjan, Georgië en Oekraïne aanwezig bij de officiële opening van de olieterminal van Supsa en de treinveerterminal in Poti, Georgië. Dit markeerde de voltooiing van het Traceca-project om rail-ferryvoorzieningen te ontwerpen en aan te leggen in de haven van Poti.

Transport en telecommunicatie: Los van Traceca heeft Tacis ook nog andere vervoersprojecten ondersteund:

*De 'Southern Ring Air Routes', ter bevordering van veilig en efficiënt vliegverkeer langs de zuidelijke luchtcorridor: dit is de tweede fase van een project waarbij cursussen worden gegeven aan geselecteerde luchtverkeersleiders uit de regio en expertise wordt geleverd op het gebied van de binnenlandse luchtvaart.

*Trans-Europese netwerken (TEN's): steun voor de westelijke NOS die zijn betrokken bij TEN-corridors II en IX en de pan-Europese vervoersruimte (PETrA) in het Zwarte-Zeegebied, om deel te nemen aan de TEN-structuren, met name aan het secretariaat van TINA (behoefteninventarisatie op het gebied van de vervoersinfrastructuur); het project omvat ook scholing op het gebied van het transport van gevaarlijke goederen.

*Standaardisering en certificering in de telecomsector: uitbreiding van een eerder interstatelijk project waarbij testcentra werden opgezet om te kunnen voldoen aan de Europese normen voor de keuring en certificering van telecommunicatie-eindapparatuur in Rusland en Oekraïne.

Milieu: Met steun van het programma zijn de NOS nu een begin aan het maken met de aanpak van milieuvraagstukken op interstatelijk niveau. De meeste grote milieuproblemen waar ze mee kampen, vooral als het gaat om verontreiniging die via de lucht en het water wordt getransporteerd, hebben een grensoverschrijdend karakter en vereisen samenwerking tussen de betrokken landen. Verbetering van de milieunormen is niet alleen om sociale en gezondheidsredenen van belang, maar de toepassing van internationale milieunormen is ook nodig met het oog op de internationale handel. Daarnaast geldt dat de internationale financiële instellingen vaak eisen dat internationale milieunormen worden nageleefd voordat ze bereid zijn projecten te financieren. De verbetering van energienetwerken omvat ook onderzoek naar energiebesparingsstrategieën - hetgeen met name van belang is in de NOS waar verouderde technologie en werkwijzen, en een verkeerd tariefbeleid, belangrijke oorzaken zijn van energieverspilling.

De milieuproblemen zijn geïdentificeerd in de nationale milieuactieprogramma's, die met steun van Tacis zijn opgesteld. Door deze programma's te implementeren, met behulp van lokale en internationale investeringsbijdragen, moet het accent nu meer komen te liggen op het zoeken naar oplossingen.

Het project met betrekking tot de regionale milieucentra vloeit voort uit internationale afspraken (met name de verklaring van de milieuministers van 1995 van Sofia) en wordt afgestemd met evenwijdig lopende acties van andere donors, waaronder de VS. In 1999 ging het initiatief zijn derde fase in, waarin de centra onafhankelijke non-profit-organisaties moeten worden die het publiek toegang geven tot milieu-informatie en advies verstrekken aan centrale en lokale overheden. Tacis ondersteunt zowel de exploitatiekosten van de centra als de projectactiviteiten. Momenteel wordt gewerkt aan een nieuw centrum voor heel Centraal-Azië.

Evenals op infrastructureel gebied gaat het op milieugebied veelal om gigantische projecten, waarvoor budgetten nodig zijn die de financiële ruimte van Tacis ver te boven gaan. Bij een groot deel van de Tacis-financiering voor milieuverbeteringsactiviteiten is het daarom de bedoeling om aan te haken bij investeringsprojecten van andere donors of internationale financiële instellingen. Op die manier kan Tacis, door haalbaarheidsstudies en proefprojecten uit te voeren, de weg vrijmaken voor investeringen en fungeren als voorbode van grotere, uit andere bronnen gefinancierde projecten.

Tacis heeft een voedselkeuringsproject uitgevoerd naar aanleiding van de bezorgdheid om het milieu, de volksgezondheid en de veiligheid in Oekraïne, Wit-Rusland en Rusland vanwege industriële verontreiniging als gevolg van het ongeval in Tsjernobyl. Dit project is gericht op het opstellen van nationale plannen om gebruik te maken van risicoanalyses en kritische controlepunten (HACCP), en op een proefproject in drie voedselverwerkende fabrieken die vervolgens door een EU-erkende instantie zullen worden gecertificeerd.

Justitie en binnenlandse zaken: Met doelgerichte technische bijstand en andere maatregelen wil Tacis de NOS in staat stellen om problemen op het gebied van justitie en binnenlandse zaken doeltreffender aan te pakken. Dit zal de samenwerking tussen de NOS onderling en tussen de NOS en de EU doen toenemen en vormt een noodzakelijke tegenhanger voor handelsbevorderende maatregelen. Tot nu toe heeft de nadruk hoofdzakelijk gelegen op de strijd tegen de drugsproductie en drugshandel in de Kaukasus en Centraal-Azië.

Het interstatelijk programma omvatte ook acties ten behoeve van het bedrijfsleven. Zo heeft het EU-bureau voor scholing- en herstructureringsadvies voor het bankwezen (EBTRA II) in 1999 scholing en advies geleverd aan de banksector door middel van seminars, workshops en congressen. Het houdt zich ook bezig met het actualiseren en verspreiden van cursusmateriaal dat tijdens een eerder EBTRA-project is samengesteld, en met het versterken van het netwerk van financiële instellingen die met steun van Tacis tot stand zijn gekomen. Verder helpt het bankorganisaties om zich te ontwikkelen tot werkelijk onafhankelijke, democratische en representatieve instellingen en om betere professionele relaties tot stand te brengen tussen de bankorganisaties in de Europese Unie en die in de NOS. EBTRA II komt ten goede aan financiële opleidingen en bankorganisaties die reeds bij Tacis zijn betrokken.

Actieprogramma

Het meest recente interstatelijke actieprogramma zet de voornaamste koers van Inogate en Traceca voort door te werken aan vervoers- en energietransportverbindingen binnen de NOS en tussen de NOS en de EU. Een ander netwerkproject is bedoeld om het radionavigatiesysteem op de Zwarte Zee te verbeteren. Op milieugebied omvat het drie projecten: een gezamenlijk rivierbeheerproject om de verontreiniging van de rivieren de Seversky Donets (Rusland/Oekraïne), de Tobol (Rusland/Kazachstan), de Kura (Georgië/Azerbeidzjan) en de Pripjat (Wit-Rusland/Oekraïne) tegen te gaan; steun voor fase II van het nationale milieuactieprogramma van de afzonderlijke NOS, dat wil zeggen de implementatiefase van de milieuprogramma's; en ten slotte een biodiversiteitsproject in de westelijke Tiensjan-regio, dat de deskundigheid van Kirgizstan, Kazachstan en Oezbekistan omtrent het beheer van natuurlijke hulpbronnen zal vergroten. Op het gebied van justitie en binnenlandse zaken zal Tacis zich richten op het tegengaan van de productie van en handel in drugs. Daarnaast zal er ook aandacht zijn voor steun aan projecten op het gebied van migratie en het witwassen van geld.

Het interstatelijke actieprogramma voor 1999 werd gefinancierd uit hoofde van een EU-subsidie van 31 miljoen euro, volgens onderstaande verdeling over de diverse sectoren (in miljoen euro):

Netwerken:

Energie - Inogate

Transport en telecommunicatie - Traceca

Milieu

Justitie en binnenlandse zaken

Totaal //

10,0

9,0

8,5

3,5

31,0

Nucleaire veiligheid

Naar aanleiding van de ramp in Tsjernobyl is er in de EU veel aandacht uitgegaan naar de nucleaire veiligheid in Midden-Europa en in de NOS. Veel van de daar gebruikte reactoren zijn verouderd, terwijl de veiligheidscultuur en de regelgeving in deze landen niet bijzonder hoog staan aangeschreven. Sinds de start van de Tacis-programmering zijn er dan ook aanzienlijke bedragen - tot nu toe bijna 700 miljoen euro - besteed aan programma's voor nucleaire veiligheid in de vier landen die momenteel met kerncentrales werken (Rusland, Oekraïne, Armenië en Kazachstan). De Tacis-activiteiten hebben zich toegespitst op twee verschillende situaties: bij nieuwere centrales waar het veiligheidsniveau kan worden opgetrokken tot de internationale normen, heeft Tacis dit proces ondersteund; bij oudere centrales die ontmanteld moeten worden, heeft Tacis geholpen de ontmanteling voor te bereiden, en gezorgd dat een voldoende mate van veiligheid gewaarborgd blijft totdat de ontmanteling is voltooid.

Uiteraard zijn er enorme kosten gemoeid met dergelijke operaties en met het vinden van alternatieve energiebronnen voor de landen die van kerncentrales afhankelijk zijn. De via Tacis beschikbare financiering vormt slechts een fractie van wat er in totaal nodig is. Maar omdat het programma de informatie-uitwisseling in Midden-Europa en de NOS bevordert (in samenhang met het Phare-programma voor nucleaire veiligheid), kunnen alle landen met reactoren van sovjetmakelij toch van de door Tacis gefinancierde activiteiten profiteren. Daarnaast levert Tacis een aanzienlijke financiële bijdrage aan de inspanningen van de internationale gemeenschap voor de ontmanteling van Tsjernobyl, waarbij overigens niet alleen Europese landen zijn betrokken. In 1999 ging het hierbij om een bijdrage van 40 miljoen euro aan het door de EBWO beheerde Fonds Inkapseling Tsjernobyl, en om aanvullende financiering voor de Tacis-projecten die betrekking hebben op de fase voorafgaand aan de ontmanteling.

Het Tacis-programma voor nucleaire veiligheid concentreerde zich in 1999 op een beperkt aantal grootschalige acties, hoofdzakelijk voortzetting van de hulp op locatie, constructieveiligheid, steun voor de regelgevende instanties, het omgaan met gebruikte brandstof en radioactief afval, en steun voor de uitvoering van het Memorandum van Overeenstemming over de sluiting van Tsjernobyl:

*Verdere steun voor de ontmanteling van de reactoren 1, 2 en 3 van de kerncentrale van Tsjernobyl. Op de Tacis-begrotingen voor 1995 en 1996 was 38,5 miljoen euro gereserveerd voor de vereiste terugwinnings-, verwerkings- en verwijderingsvoorzieningen voor vaste afvalstoffen voorafgaand aan de ontmanteling. In 1999 was het geld bestemd voor de 'definitieve verwijderingsfaciliteit voor radioactief afval' en voor de verlenging van het contract van het EU-Oekraïense Tsjernobyl-bijstandsteam op locatie (OSAT), dat toezicht houdt op de door de EU gefinancierde projecten en zorgt voor afstemming met ontmantelingsprojecten van andere donors.

*Projecten ter bestrijding van de problemen in het noordwesten van Rusland, waar verbruikte kernbrandstof van onderzeeërs en ijsbrekers, en radioactief afval, een groot risico vormen voor de bevolking en het milieu in het Arctische gebied. Het project voorziet Rusland van technische bijstand om zijn beleid bij te stellen en de uitvoering ervan te herzien, en voert haalbaarheidsstudies uit naar de sanering van de locaties bij Gremikha en Andreeva Bay.

*Voortzetting van de bijstand op locatie in Rusland en Oekraïne om de voltooiing van alle activiteiten in het kader van eerdere programma's te waarborgen, met name een adequate follow-up van projecten waarbij apparatuur is geleverd.

Vergeleken met voorgaande jaren was het programma van gereduceerde omvang, vanwege de EU-vastleggingen voor het Fonds Inkapseling Tsjernobyl en de wens om geen nieuwe projecten toe te voegen waar nog een achterstand van vorige programma's bestond. Het bedrag van 23 miljoen euro voor het Tacis-programma voor nucleaire veiligheid voor 1999 werd pas in december 1999 goedgekeurd.

Grensoverschrijdende samenwerking

Het Tacis-programma voor grensoverschrijdende samenwerking financiert projecten met een grensoverschrijdend karakter tussen de NOS en de EU, en tussen de NOS en de Midden-Europese landen. Het houdt zich specifiek bezig met activiteiten die aan beide kanten van een grens iets opleveren en die worden ondersteund door lokale of regionale partners in de EU of de Midden-Europese landen. Het vormt een aanvulling op andere EU-programma's op hetzelfde terrein, zoals Phare en Interreg. Versterkte grensoverschrijdende samenwerking helpt de stabiliteit te garanderen, met name daar waar het verschil in levensstandaard aan weerszijden van de grens extreem groot is. Ook is de ontwikkeling van doeltreffende grenscontroles van belang, en daarnaast bieden grensoverschrijdende contacten ruimte om grootschalige en ernstige milieuproblemen in grensgebieden aan te pakken. Het programma concentreert zich daarom op steun voor grensovergangen, milieuprojecten, economische projecten en kleine lokale projecten. De steun in het kader van het programma voor grensoverschrijdende samenwerking kan de vorm hebben van advies, scholing, studiereizen, infrastructuur en apparatuur. Waar mogelijk gebeurt de identificatie en voorbereiding van de activiteiten op regionaal en lokaal niveau. De nationale overheid blijft een rol spelen ten aanzien van projecten van nationale betekenis, zoals grensovergangen.

Grensovergangen: Om een einde te maken aan buitensporig lange wachttijden is een aanpak nodig die de verwerking van het verkeersaanbod combineert met de in- en uitklaring van goederen en de afhandeling van reizigers - inclusief immigratieprocedures, veterinaire en fytosanitaire diensten, preventieve maatregelen en contacten tussen betrokkenen aan weerszijden van de grens. Er zijn openbare inschrijvingen gehouden voor werkzaamheden, toezicht en opdrachten volgens nieuwe procedures die veel meer verantwoordelijkheid leggen bij de NOS. Er wordt gewerkt aan haalbaarheidsstudies gericht op een gedetailleerde voorbereiding van nieuwe grensposten, zoals bij de overbelaste grensovergang Brest-Terespol tussen Polen en Wit-Rusland.

Milieu: Behalve dat grensoverschrijdende samenwerking zonder meer noodzakelijk is om de milieuverontreiniging tegen te gaan en de milieubescherming te verbeteren, hebben het Europees Parlement, de lidstaten van de EU en ook de regeringen van de NOS zelf politieke belangstelling getoond voor het milieu, en allemaal benadrukken zij dat het milieu een kernthema moet vormen binnen het Tacis-programma voor grensoverschrijdende samenwerking.

Economie: Er bestaan vaak enorme verschillen in levensstandaard aan weerskanten van een grens. Een van de prioriteiten van het Tacis-programma voor grensoverschrijdende samenwerking is dan ook om de samenwerking tussen gemeenschappen/zakenpartners aan weerszijden van de grens te versterken om daarmee de basis te leggen voor duurzame economische en sociale ontwikkeling. Om dat te bereiken moet er worden gewerkt aan samenwerking en zakelijke ontwikkeling tussen de gemeenschappen/zakenpartners; indien gecombineerd met nieuwe banden tussen grensnetwerken en verbetering van het ecologisch milieu, zal dit gunstig zijn voor de handel en de economie in de betrokken gebieden.

Kleine projecten: Het Tacis-programma voor grensoverschrijdende samenwerking ondersteunt ook grensoverschrijdende samenwerking op lokaal en regionaal bestuurlijk niveau tussen gemeenschappen langs de westgrenzen van de NOS - een belangrijk instrument om de grensoverschrijdende betrekkingen aan de basis te verbeteren.

Actieprogramma

Het meest recente Tacis-programma voor grensoverschrijdende samenwerking (1999) omvatte de volgende nieuwe projecten:

*Grensovergangen:

*Rusland: van Kaliningrad naar Litouwen en Polen, en tussen Ivangorod en Narva in Estland. Deze grensovergangen zijn alle drie bedoeld om Kaliningrad beter bereikbaar te maken in verband met de vermoedelijke EU-toetreding van zijn buurlanden in de loop van de komende jaren, en maken deel uit van de 'Via Baltica', een van de routes van de trans-Europese netwerken.

*Oekraïne: voltooiing van de grensovergang bij Jagodin.

*Moldavië: voltooiing van de investeringen in de grensovergang bij Leushen, en aanvang van de werkzaamheden bij de grensovergang Giurgiulesti op de grens tussen Moldavië, Roemenië en Oekraïne.

*Milieu:

*Terugdringing van de waterverontreiniging in het stroomgebied van de rivier de Nemunas tussen Wit-Rusland en Litouwen om te zorgen voor veilig drinkwater.

*Verbetering van het grensoverschrijdende natuurbeschermingssysteem in Verkhovyna langs de Oekraïense westgrens, om de bijzondere biologische en landschappelijke diversiteit van het gebied in stand te houden.

*Menselijk potentieel:

*Ontwikkeling van het grensoverschrijdend toerisme in het Russische Barentszzeegebied ter bevordering van duurzame economische en sociale ontwikkeling in die regio.

Het programma voor 1999 ontving een subsidie van 20 miljoen euro volgens onderstaande verdeling (in miljoen euro):

Grensovergangen

Milieu

Menselijk potentieel

Programma's voor kleine projecten

Totaal // 12,0

3,4

1,1

3,5

20,0

Programma's voor kleine projecten

Tacis heeft ook uitvoering gegeven aan de programma's voor kleine projecten, waarbij kleinere projecten van eenzelfde type binnen één overkoepelend kader worden gegroepeerd door middel van intermediaire uitvoeringsmechanismen. Via deze programma's kan Tacis met de uiterste nauwkeurigheid hulp op maat verlenen naar aanleiding van specifieke verzoeken op lokaal niveau, in aanvulling op de 'top-down'-gerichte bijstand die via overheden en overheidsinstellingen wordt verleend. De begunstigden zijn vaak niet-gouvernementele organisaties, lokale overheden, zelfhulporganisaties of stichtingen. De steun kan betrekking hebben op allerlei onderwerpen en manieren van aanpak, uiteenlopend van politiek advies op topniveau tot uitwisselingen van docenten, van ondersteuning van kwetsbare groepen tot kennisoverdracht over de behandeling van stedelijk afval, en van ontwikkeling van de particuliere sector tot samenwerking op wetenschappelijk gebied. Sommige projecten worden uitgevoerd door de delegaties van de Europese Commissie in de NOS, andere door de Commissie in Brussel. Ze hebben echter met elkaar gemeen dat dit Tacis-mechanisme de flexibiliteit biedt om vraaggestuurde projecten uit te voeren met een snelheid en een precisie die weinig internationale hulpprogramma's zouden kunnen evenaren. Van de toewijzingen uit hoofde van de nationale programma's ontvingen de programma's voor kleine projecten in 1998-1999 samen een bedrag van in totaal 104,95 miljoen euro.

Twee soorten bijstand:

Het programma voor beleidsadvies en het ESSN-programma zijn voorbeelden van programma's voor kleine projecten waarbij Tacis-gelden worden bestemd voor een algemeen thema of onderdeel, en waarbij organisaties in de begunstigde landen voorstellen voor kleinschalige initiatieven of algemene verzoeken om bijstand ten behoeve van dat thema indienen.

Daarentegen zijn instanties zoals de Tacis-bedrijfscommunicatiecentra of het Internationaal Centrum voor Wetenschap en Technologie volledig of gedeeltelijk met financiering en expertise van Tacis opgezet als concrete eenheden in de begunstigde landen, waar lokale organisaties kunnen aankloppen voor steun. Na de start kan de financiering eventueel worden stopgezet, maar de betrokken eenheden blijven in stand om een lokale klantenkring te bedienen.

Tot de activiteiten in het kader van de programma's voor kleine projecten behoorden:

* het programma voor beleidsadvies - dat ondersteuning biedt aan de hoogste beleidsvormende organen, vaak op korte termijn, op gebieden zoals het voldoen aan de toetredingseisen voor de WTO, wetgeving op het gebied van financiële dienstverlening, of het ontwikkelen van onafhankelijke gegevens zoals de reeks Economic Trends-publicaties in Armenië en Wit-Rusland.

* programma's voor de burgermaatschappij - bijvoorbeeld het programma voor stedenjumelage, dat lokale en regionale overheden helpt om hun administratieve en technische diensten en werkwijzen te verbeteren via samenwerkingsverbanden met overheden in de EU-lidstaten. Functionarissen uit de begunstigde landen brengen een periode door bij een bepaalde 'gejumeleerde' overheidsdienst in een EU-lidstaat, en keren vervolgens, vergezeld door een ambtenaar of deskundige uit de EU, terug naar huis om daar een gezamenlijk opgesteld hervormings- of herstructureringsproject uit te voeren.

LIEN (Link tussen Europese NGO's) is een ander voorbeeld van een programma voor de burgermaatschappij, dat samen met Phare wordt uitgevoerd en dat zich richt op het stimuleren van burgerinitiatieven en het versterken van de NGO-structuur in de sociale sector in de NOS.

* onderwijs- en scholingsprogramma's - waaronder Tempus, dat universiteiten in de NOS helpt om contacten te leggen met Europese universiteiten met het oog op de herstructurering en ontwikkeling van het hoger onderwijs in de begunstigde landen. Projectvoorstellen worden ingediend door universiteiten in de NOS in samenwerking met partneruniversiteiten in de EU, en zijn hoofdzakelijk gericht op economie, recht, internationale betrekkingen, sociale wetenschappen en universitair management. Het Joint Vienna Institute biedt cursussen aan op het gebied van economisch en financieel management en administratie en wordt door Tacis ondersteund.

* programma's ten behoeve van het bedrijfsleven - waaronder het programma Initiatief voor productiviteit (sinds kort omgevormd tot het programma voor managerstraining), dat zich richt op de reorganisatie van bestuurlijke systemen en processen in bedrijven en op de algemene verschuiving naar een markteconomie. Het biedt managers de gelegenheid om tien weken lang praktische ervaring op te doen bij bedrijven in de EU en om, nadat ze de kans hebben gehad om thuis hun nieuw verworven vaardigheden toe te passen, in Brussel follow-up-seminars bij te wonen. Een soortgelijk mechanisme voor kleinere bedrijven, met stages van drie weken, is het Work Attachment-programma.

Het Europees Servicenetwerk voor hoger kader (ESSN) voorziet bedrijven in de begunstigde landen eveneens van knowhow, maar dan door middel van adviesverlening gedurende een maand of langer door gepensioneerde managers uit de EU die op locatie bij een bedrijf specifieke opdrachten uitvoeren, waarbij het er hoofdzakelijk om gaat de privatisering en herstructurering in goede banen te leiden.

Het joint venture programma promoot productieve investeringen in de begunstigde landen door het opzetten van joint ventures, en stimuleert de ontwikkeling van een concurrerende particuliere sector. Het verleent hulp bij voorbereidend onderzoek en initiële contacten, haalbaarheidsstudies, scholing en technologieoverdracht, en zelfs rechtstreekse financiering en ondersteuning.

* programma's ten behoeve van de overheid, die momenteel worden samengevoegd tot het programma voor beleidsadvies, onder meer op het gebied van:

-douane, waarbij het doel is de nationale inkomstengrondslag te verbeteren en illegale activiteiten zoals fraude en de handel in drugs of nucleair materiaal te helpen bestrijden;

-statistiek, aangezien alle landen van de voormalige Sovjet-Unie onvoldoende deskundigheid hebben om de statistische gegevens te produceren die in een functionerende markteconomie nodig zijn voor nauwkeurige economische en sociale analyse;

-bescherming van intellectuele eigendom - een sleutelfactor als het gaat om het aantrekken van buitenlandse investeringen en het bevorderen van technologieoverdracht; de activiteiten hebben betrekking op de herziening van de bestaande wetgevings- en handhavingsstructuren, het functioneren van nieuwe systemen, bewustmaking van de voordelen van intellectuele eigendomsrechten, en ondersteuning van de ontwikkeling van geschikte databanken;

-bescherming van industriële eigendom, eveneens toegespitst op wetgeving en handhaving.

Overige Tacis-programma's

Tot de overige Tacis-initatieven die formeel geen programma's voor kleine projecten zijn, maar daar vaak wel bij worden ondergebracht, behoort de Bistro-faciliteit, die bedragen tot 100.000 euro beschikbaar stelt voor kleinschalige projecten, uiteenlopend van seminars tot deskundigenrapporten en proefprojecten. Bistro wordt lokaal uitgevoerd door de delegaties van de Europese Commissie en is tot nu toe operationeel in Rusland, Oekraïne, Georgië, Kazachstan en Armenië. De projecten in het kader van Bistro, dat per deelnemend land een afzonderlijk budget krijgt toegekend, richten zich op de algemene doelstellingen van het Tacis-programma in dat land.

Bij de Bangkok-faciliteit worden Tacis-middelen door de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBWO) gebruikt om investeringen te helpen voorbereiden en uitvoeren. In veel NOS-landen ontbreken de benodigde structuren om investeringen van buitenaf aan te trekken, dus het geld waar de EBWO deze landen van voorziet, zou anders misschien niet beschikbaar komen. De Bangkok-faciliteit zorgt voor de toewijzing van Tacis-financiering, die vervolgens door de EBWO wordt beheerd, voor onder meer investeringsanalyse en de 'due diligence'-activiteiten - op technisch, economisch, financieel en milieugebied - die nodig zijn voordat de EBWO in een project kan investeren. Ter illustratie: iedere euro aan Tacis-financiering uit hoofde van de Bangkok-faciliteit levert een EBWO-investering op van ongeveer 50 euro. In 1999 is er 23 miljoen euro aan Tacis-financiering verstrekt voor de Bangkok-faciliteit.

Tacis ondersteunt ook de vorming van een aantal netwerken in de NOS die op termijn zelfstandig moeten kunnen functioneren. Daarbij gaat het onder meer om bedrijfsadviescentra in Rusland, bedrijfscommunicatiecentra in de meeste landen in de regio, en ontwikkelingsbureaus voor het midden- en kleinbedrijf (SMEDA's). Naarmate deze netwerken vastere vorm krijgen, wordt de Tacis-financiering geleidelijk afgebouwd.

Op wetenschappelijk gebied ondersteunt Tacis het Internationaal Centrum voor Wetenschap en Technologie in Rusland (ISTC) en het Centrum voor Wetenschap en Technologie in Oekraïne (STCU). Deze beide centra verschaffen hooggeschoold werk aan wetenschappers uit de NOS om te voorkomen dat hun kennis en ervaring verloren gaan doordat ze uit de regio wegtrekken. Het doel is met name dat onderzoekers die voorheen aan sovjetwapenprogramma's werkten, worden gestimuleerd om hun deskundigheid voor vreedzame doeleinden in te zetten. In 1999 stelde Tacis ongeveer 17 miljoen euro beschikbaar aan het ISTC en circa 3 miljoen euro aan het STCU.

Evaluatie

In 1997, met het verschijnen van een tussentijds evaluatierapport over Tacis, is een begin gemaakt met een systematische aanpak van de evaluatie van Tacis. Sindsdien is er opdracht gegeven voor meer gedetailleerde evaluatiestudies naar bepaalde sectoren, landen of instrumenten die onder Tacis vallen. In 1999 werd er gewerkt aan evaluaties van het speciale gezamenlijke programma van de Commissie en de Raad van Europa in Rusland en Oekraïne, het LIEN-programma, het interstatelijk milieuprogramma, het douaneprogramma, het Inogate-programma, de particuliere sector in Kazachstan, de inventarisatie op het gebied van nucleaire veiligheid, de voedselhulp aan Rusland, en de landenprogramma's voor Rusland, Moldavië en Azerbeidzjan. Na afronding worden de evaluatierapporten gepubliceerd op de SCR-website op de Europa-server (http://europa.eu.int/comm/scr/index_en.htm).

Deze doorlopende evaluatie van de verschillende onderdelen van het Tacis-programma is bedoeld om vast te stellen welke successen Tacis heeft geboekt, maar ook welke activiteiten niet zo succesvol zijn geweest, zodat de opgedane ervaringen (zowel goede als slechte) in toekomstige activiteiten kunnen worden meegenomen. Maar zoals bij ieder programma met de omvang en doelstellingen van Tacis speelt het evaluatieproces ook een centrale rol in de informatieverstrekking aan besluitvormers omtrent de veranderende behoeften in de praktijk. Sommige succesvolle activiteiten zullen niet hoeven te worden herhaald omdat hun doel is bereikt, terwijl andere misschien geschikt zijn om ook elders te worden uitgevoerd. Tacis heeft betrekking op 13 verschillende landen, die weliswaar globaal een vergelijkbaar ontwikkelingsproces doormaken, maar in hun eigen tempo en op hun eigen manier. Een doeltreffend evaluatieproces kan ervoor zorgen dat problemen met de opzet en uitvoering van programma's die zich in het ene land voordoen, niet in andere worden herhaald.

Twee van de meest recente evaluaties - van twee zeer verschillende Tacis-programma's - laten zien welk soort conclusies er getrokken kan worden en wat een evaluatie kan betekenen voor de programmering en uitvoering van projecten in de toekomst:

Evaluatie van Tacis in Rusland

De evaluatie van Tacis in de Russische Federatie over de jaren 1991-1999, die begin 2000 werd gepubliceerd, concludeert dat Tacis uitermate relevant is geweest in de eerste fases van het overgangsproces, toen er behoefte was aan inzicht in elementaire westerse managementconcepten en -technieken, en er belangrijke structurele processen - zoals privatisering - op gang kwamen. Vanaf 1994 werd het overgangsproces veel complexer, ontstonden er problemen en nam de weerstand toe. Kennis van westerse methoden en procedures werd minder belangrijk dan de noodzaak om de specifieke Russische beperkingen te begrijpen en aan te pakken. Het rapport doet de aanbeveling om nieuwe benaderingen te gaan hanteren, onder meer het versterken van de rol van Tacis in het partnerschap tussen de EU en Rusland, en het invoeren van nieuwe instrumenten zoals jumelages en netwerken. De voornaamste bevindingen zijn dat het meeste geld is toegewezen aan de privatisering en herstructurering van bedrijven, en aan scholing en onderwijs, maar in mindere mate aan versterking van het regelgevend kader en de democratie. De meeste programma's waren gebaseerd op de overdracht van kennis door Europese adviseurs aan Russische begunstigden. Partnerschappen daarentegen bleven beperkt tot specifieke projecten, en slechts incidenteel zijn processen aangepakt. De invloed die het programma heeft gehad op de beleidsdialoog met de regering was met name groot ten aanzien van onderwijs en scholing, middelmatig op bestuurlijk gebied, en gering voor wat betreft de herstructurering van bedrijven en de opbouw van het institutionele en wettelijke kader voor een markteconomie. Deze conclusies zijn bij het opstellen van de nieuwe Tacis-verordening in aanmerking genomen.

Evaluatie van het ESSN

In de evaluatie van het Europees Servicenetwerk voor hoger kader (ESSN), dat gepensioneerde managers uit de EU voor kortlopende projecten uitzendt naar bedrijven in de NOS, wordt geconcludeerd dat er waardevolle, directe steun is verleend aan het MKB en dat het budget zou moeten worden verhoogd. Er wordt aangedrongen op speciale aandacht voor de kwaliteit van de aanvragen en van de deskundigen, en voor een goede aansluiting tussen de geboden en de gevraagde deskundigheid. Volgens het rapport is het ESSN-programma 'een uiterst relevant medium om goedkope, flexibele, rechtstreekse hulp te verlenen aan kleine en middelgrote bedrijven in de NOS. Deze expertise levert een zeer nuttige bijdrage aan de ontwikkeling van de particuliere sector op microniveau. Ook zijn er via de ESSN-bezoeken belangrijke netwerken tot stand gekomen.' De horizontale aanpak is doeltreffend gebleken, aangezien hiermee rechtstreeks aan de basis kan worden ingespeeld op de behoeften die er onder de begunstigden leven.

Bijlage - Toewijzing Tacis-middelen 1991-1999

*Fig. 1: Vastgelegde Tacis-middelen per land, 1991-1999 (in miljoen euro)

*Fig. 2: Toegewezen Tacis-middelen per sector, 1991-1999 (in miljoen euro)

*Fig. 3: Cumulatieve vastgelegde, gecontracteerde en betaalde middelen, 1991-1999 (in miljoen euro)

*Fig. 4: Betalingen per begrotingsjaar, 1991-1999 (in miljoen euro)

*Fig. 5: Cumulatieve contracten en betalingen, 1991-1999 (%)

Fig. 1: Vastgelegde Tacis-middelen per land, 1991-1999 (in miljoen euro)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Fig. 2: Toegewezen Tacis-middelen per sector, 1991-1999 (in miljoen euro)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Fig. 3: Cumulatieve vastgelegde, gecontracteerde en betaalde middelen, 1991-1999 (in miljoen euro)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Fig. 4: Betalingen per begrotingsjaar, 1991-1999 (in miljoen euro)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Fig. 5: Cumulatieve contracten en betalingen, 1991-1999 (%)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>