Home

Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de sluiting van het Protocol tot vaststelling, voor de periode van 3 december 1999 tot en met 2 december 2002, van de visserijrechten en de financiële bijdrage waarin is voorzien in de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Regering van Mauritius inzake de visserij in de wateren van Mauritius

Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de sluiting van het Protocol tot vaststelling, voor de periode van 3 december 1999 tot en met 2 december 2002, van de visserijrechten en de financiële bijdrage waarin is voorzien in de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Regering van Mauritius inzake de visserij in de wateren van Mauritius

Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de sluiting van het Protocol tot vaststelling, voor de periode van 3 december 1999 tot en met 2 december 2002, van de visserijrechten en de financiële bijdrage waarin is voorzien in de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Regering van Mauritius inzake de visserij in de wateren van Mauritius /* COM/2000/0229 def. - CNS 2000/0094 */

Publicatieblad Nr. C 311 E van 31/10/2000 blz. 0160 - 0168


Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende de sluiting van het Protocol tot vaststelling, voor de periode van 3 december 1999 tot en met 2 december 2002, van de visserijrechten en de financiële bijdrage waarin is voorzien in de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Regering van Mauritius inzake de visserij in de wateren van Mauritius

(door de Commissie ingediend)

TOELICHTING

De geldigheidsduur van het aan de Visserijovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Mauritius gehechte protocol is op 30 november 1999 afgelopen. Beide partijen hebben op 3 december 1999 een nieuw protocol geparafeerd betreffende de technische en financiële voorwaarden waaronder vissersvaartuigen van de Gemeenschap in de wateren van Mauritius kunnen vissen in de periode van 3 december 1999 tot en met 2 december 2002.

De Commissie stelt bijgevolg voor dat de Raad de sluiting van het nieuwe protocol bij verordening goedkeurt.

Een voorstel voor een besluit van de Raad inzake de voorlopige toepassing van het nieuwe protocol in afwachting dat het definitief in werking treedt, is het voorwerp van een afzonderlijke procedure.

2000/0094 (CNS)

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende de sluiting van het Protocol tot vaststelling, voor de periode van 3 december 1999 tot en met 2 december 2002, van de visserijrechten en de financiële bijdrage waarin is voorzien in de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Regering van Mauritius inzake de visserij in de wateren van Mauritius

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 37, juncto artikel 300, lid 2, en lid 3, eerste alinea,

Gezien het voorstel van de Commissie [1],

[1] PB C , , blz.

Gezien het advies van het Europees Parlement [2],

[2] PB C , , blz. .

Overwegende hetgeen volgt :

(1) Overeenkomstig de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Regering van Mauritius inzake de visserij in de wateren van Mauritius [3] hebben de partijen onderhandelingen gevoerd over de vaststelling van de wijzigingen of aanvullingen die aan het einde van de geldigheidsduur van het Protocol in de Overeenkomst dienen te worden aangebracht.

[3] PB L 159 van 10.6.89, blz. 2.

(2) Ten vervolge op deze onderhandelingen is op 3 december 1999 een nieuw Protocol geparafeerd tot vaststelling, voor de periode van 3 december 1999 tot en met 2 december 2002, van de visserijrechten en de financiële bijdrage waarin is voorzien in genoemde Overeenkomst.

(3) Het is in het belang van de Gemeenschap dit Protocol goed te keuren.

(4) De verdeling van de visserijrechten over de lidstaten moeten worden vastgesteld uitgaande van de traditionele verdeling van de visserijrechten in het kader van de visserijovereenkomst,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Het Protocol tot vaststelling, voor de periode van 3 december 1999 tot en met 2 december 2002, van de visserijrechten en financiële bijdrage waarin is voorzien in de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Regering van Mauritius inzake de visserij in de wateren van Mauritius, wordt namens de Gemeenschap goedgekeurd.

De tekst van het Protocol is aan deze verordening gehecht.

Artikel 2

De in het Protocol vastgestelde visserijrechten worden als volgt over de lidstaten verdeeld:

- Vaartuigen voor de zegenvisserij op tonijn: Frankrijk 20, Spanje 20, Italië 2, Verenigd Koninkrijk 1;

- Vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug: Spanje 19, Frankrijk 13, Portugal 8;

- Vaartuigen die vissen met lijnen: Frankrijk 25 brt/maand gemiddeld op jaarbasis.

Indien met de door deze lidstaten ingediende vergunningaanvragen niet alle in het Protocol vastgestelde visserijrechten worden benut, kan de Commissie vergunningaanvragen van andere lidstaten in aanmerking nemen.

Artikel 3

De Voorzitter van de Raad is gemachtigd de personen aan te wijzen die bevoegd zijn om het protocol te ondertekenen teneinde daardoor de Gemeenschap te binden [4].

[4] De datum van inwerkingtreding van het Protocol zal door het Secretariaat-generaal van de Raad worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Artikel 4

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, op

Voor de Raad

De Voorzitter

PROTOCOL TOT VASTSTELLING, VOOR DE PERIODE VAN 3 DECEMBER 1999 TOT EN MET 2 DECEMBER 2002, VAN DE VISSERIJRECHTEN EN DE FINANCIËLE BIJDRAGE WAARIN IS VOORZIEN IN DE OVEREENKOMST TUSSEN DE EUROPESE GEMEENSCHAP EN DE REGERING VAN MAURITIUS INZAKE DE VISSERIJ IN DE WATEREN VAN MAURITIUS

Artikel 1

Op grond van artikel 2 van de Overeenkomst worden voor een periode van drie jaar, ingaande op 3 december 1999, de volgende visserijrechten toegekend:

- vaartuigen voor de zegenvisserij op tonijn: vergunningen voor 43 vaartuigen;

- vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug: vergunningen voor 40 vaartuigen;

-vaartuigen die vissen met lijnen: vergunningen voor 25 brt/maand gemiddeld op jaarbasis.

Artikel 2

1. De in artikel 6 van de Overeenkomst bedoelde financiële vergoeding wordt voor bovengenoemde periode vastgesteld op 206 250 euro per jaar.

2. Deze vergoeding heeft betrekking op een hoeveelheid van 5500 ton in de wateren van Mauritius te vangen vis per jaar. Als vaartuigen van de Gemeenschap in de wateren van Mauritius een grotere hoeveelheid vis vangen, wordt bovengenoemde vergoeding verhoogd met 50 euro per ton extra.

3. De besteding van deze vergoeding valt uitsluitend onder de bevoegdheid van Mauritius.

4. De financiële vergoeding wordt overgemaakt op een rekening die, op naam van de Schatkist, is geopend bij een door Mauritius aangewezen financiële instelling

Artikel 3

De Gemeenschap zal bovendien tijdens de periode waarvoor het protocol geldt, voor een bedrag van 618 750 euro, verdeeld zoals hierna aangegeven, bijdragen in de financiering van de volgende acties:

(1) wetenschappelijke en technische programma's ter verbetering van de kennis en het beheer van de visserij en de natuurlijke hulpbronnen in de visserijzone van Mauritius, en voor de totstandbrenging van een adequaat toezicht- en controlesysteem, met inbegrip van een elektronisch managementinformatiesysteem voor de visserij dat op het satellietvolgsysteem (VMS) is gebaseerd: 543 750 euro.

(2) studiebeurzen en praktijkopleidingen met betrekking tot de verschillende wetenschappelijke, technische en economische aspecten van de visserij: 75 000 euro. Van dit bedrag mag, op verzoek van de voor visserij bevoegde autoriteiten van Mauritius, 25 000 euro worden gebruikt ter dekking van de kosten voor het bijwonen van internationale bijeenkomsten over de visserij.

(3) Het voor visserij bevoegde ministerie van Mauritius doet de aldaar gevestigde Delegatie van de Europese Commissie jaarlijks, binnen drie maanden na de datum waarop het protocol verjaart, een verslag toekomen over de uitvoering van deze acties en de bereikte resultaten. De Europese Commissie behoudt zich het recht voor de voor visserij bevoegde autoriteiten om alle aanvullende inlichtingen omtrent de resultaten te verzoeken en de betrokken betalingen in het licht van de effectieve uitvoering van de acties te herzien.

(4) Alle genoemde bedragen wordt overgemaakt op een rekening die, op naam van de Schatkist, is geopend bij een door Mauritius aangewezen financiële instelling.

Artikel 4

Indien de Gemeenschap de in de artikelen 2 en 3 genoemde bedragen niet betaalt, kan de overeenkomst worden geschorst.

Artikel 5

De bijlage bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Regering van Mauritius inzake de visserij in de wateren van Mauritius wordt hierbij ingetrokken en vervangen door de bijlage bij dit Protocol.

Artikel 6

Dit Protocol, met inbegrip van de bijlage, treedt in werking op de datum van de ondertekening.

Het is van toepassing met ingang van 3 december 1999.

BIJLAGE

VOORWAARDEN VOOR DE UITOEFENING VAN DE VISSERIJ IN DE WATEREN VAN DE MAURITIUS DOOR VAARTUIGEN VAN DE GEMEENSCHAP

1. FORMALITEITEN VOOR DE AANVRAAG EN DE AFGIFTE VAN VERGUNNINGEN

De vergunningen tot uitoefening van de visserij in de wateren van Mauritius door vaartuigen van de Gemeenschap worden volgens onderstaande regels aangevraagd en afgegeven:

a) De Commissie van de Europese Gemeenschappen dient via haar vertegenwoordiger op Mauritius ten minste 20 dagen vóór het begin van de aangevraagde geldigheidsduur bij de autoriteiten van Mauritius een door de reder opgestelde aanvraag in voor elk vaartuig waarmee hij op grond van deze overeenkomst wil gaan vissen. De aanvragen worden ingediend op daartoe door Mauritius verstrekte formulieren, waarvan een model als aanhangsel 1 hierbij is gevoegd.

b) Elke vergunning wordt aan de reder verleend voor één bepaald vaartuig. Op verzoek van de Commissie van de Europese Gemeenschappen kan, en in geval van overmacht moet, de vergunning voor dat vaartuig worden vervangen door een vergunning voor een ander vaartuig van de Gemeenschap.

c) De vergunningen worden door de autoriteiten van Mauritius afgegeven aan de vertegenwoordiger van de Commissie van de Europese Gemeenschappen op Mauritius.

d) De vergunning moet steeds aan boord zijn. Na ontvangst van de kennisgeving van de betaling van het voorschot dat door de Commissie van de Europese Gemeenschappen aan de autoriteiten van Mauritius wordt toegezonden, wordt het vaartuig evenwel op een lijst geplaatst die aan de visserijcontrole-instanties van Mauritius wordt meegedeeld. In afwachting van de officiële vergunning kan per fax een kopie daarvan worden toegezonden die dan aan boord moet blijven, aangezien het vaartuig op grond daarvan wordt gemachtigd de visserij uit te oefenen totdat het originele document aankomt.

e) De autoriteiten van Mauritius delen vóór de inwerkingtreding van de overeenkomst mede welke regeling voor de betaling van de visrechten geldt, en met name welke bankrekening en munteenheid in dit verband dienen te worden gebruikt.

2. GELDIGHEIDSTERMIJN VAN DE VERGUNNINGEN EN WIJZE VAN BETALING

1) Betaling van voorschotten

De geldigheidsduur van de vergunningen bedraagt één jaar voor vaartuigen voor de zegenvisserij op tonijn en voor vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug. Verlenging is mogelijk.

De visrechten worden vastgesteld op 25 euro per ton in de wateren van Mauritius gevangen vis.

Voor vaartuigen voor de zegenvisserij op tonijn worden de vergunningen afgegeven nadat een jaarlijks bedrag van 1750 euro per vaartuig als voorschot is betaald; dit bedrag komt overeen met de jaarlijkse visrechten voor 70 ton in de wateren van Mauritius gevangen tonijn.

Voor vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug worden de vergunningen afgegeven na betaling aan Mauritius, als voorschot, van een jaarlijks bedrag van 1375 euro voor elk vaartuig van meer dan 150 brt en van 1000 euro voor elk vaartuig van 150 brt of minder. Deze bedragen komen overeen met de jaarlijkse visrechten voor respectievelijk 55 en 40 ton in de wateren van Mauritius te vangen vis.

Vergunningen voor vaartuigen die met lijnen vissen hebben een geldigheidsduur van een jaar, zes maanden of drie maanden. Het visrecht wordt pro rata temporis bepaald op basis van een recht van 80 euro per brt en per jaar.

2) Definitieve afrekening

Voor vaartuigen voor de zegenvisserij op tonijn en vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug worden de voor een bepaald vangstjaar definitief verschuldigde visrechten door de Commissie van de Europese Gemeenschappen op het einde van elk kalenderjaar vastgesteld op basis van de vangstaangiften die door de reders zijn gedaan en die zijn bevestigd door de wetenschappelijke organisaties die bevoegd zijn om de vangstgegevens te verifiëren, zoals ORSTOM (Office de la recherche scientifique et technique outre-mer), IEO (Spaans Instituut voor oceanografie), IPIMAR (Instituto Nacional das Pescas e do Mar) of een andere door de autoriteiten van Mauritius aangewezen internationale visserijorganisatie in de Indische Oceaan. Deze afrekening wordt gelijk aan de autoriteiten van Mauritius en aan de reders toegezonden. De reders komen hun financiële verplichtingen binnen 30 dagen na ontvangst van de afrekening na. Wanneer het totaal van de voor de werkelijke visserijactiviteiten verschuldigde bedragen kleiner is dan het betaald voorschot, kan het verschil niet door de reder worden teruggevorderd.

3. VANGSTAANGIFTEN

De vaartuigen waaraan vergunning is verleend om op grond van de Overeenkomst in de wateren van Mauritius te vissen, moeten hun vangstgegevens mededelen aan de autoriteiten van Mauritius en een afschrift ervan doen toekomen aan de delegatie van de Europese Commissie op Mauritius. Zij gaan hierbij als volgt te werk.

De vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen vullen een vangstaangifte volgens het model van aanhangsel 2 in. De vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug vullen een vangstaangifte volgens het model van aanhangsel 3 in. De vaartuigen die vissen met lijnen vullen een vangstaangifte volgens het model van aanhangsel 4 in.

De formulieren moeten goed leesbaar worden ingevuld en door de kapitein van het vaartuig worden ondertekend. Bovendien moeten zij worden ingevuld voor alle vaartuigen waarvoor een vergunning is afgegeven, ook als zij niet hebben gevist.

Deze aangiften moeten uiterlijk 45 dagen na elke visserijcampagne aan de autoriteiten van Mauritius worden toegezonden.

4. WAARNEMERS

Op verzoek van de autoriteiten van Mauritius wordt op alle vissersvaarstuigen van meer dan 50 brt een door deze autoriteiten aangewezen waarnemer aan boord genomen om de in de wateren van Mauritius gedane vangsten te controleren. Aan de waarnemers dient alle medewerking te worden verleend die nodig is voor de uitvoering van deze taak, en moet met name toegang worden verleend tot plaatsen en documenten. Een waarnemer mag niet langer aan boord blijven dan nodig is voor de uitvoering van zijn taak. Zolang de waarnemer aan boord is, worden hem passend logies en passende maaltijden verstrekt. Als een vissersvaartuig dat een waarnemer van Mauritius aan boord heeft, de wateren van Mauritius verlaat, wordt alles in het werk gesteld om ervoor te zorgen dat de waarnemer zo spoedig mogelijk naar Mauritius kan terugkeren; de hiermee gemoeide kosten zijn voor rekening van de reder.

5. RADIOBERICHTEN

Vissersvaartuigen van meer dan 50 brt delen bij het binnenvaren en het verlaten van de wateren van Mauritius, en tijdens het vissen in de wateren van Mauritius om de drie dagen, aan een radiostation (waarvan de naam, de roepnaam en de frequentie zullen worden vermeld in de vergunning), per fax (nr. 230-208-1929) of via e-mail (fish@intnet.mu) hun positie en de hoeveelheden van de vangsten aan boord mede.

6. VISSERIJZONES

Vaartuigen voor de zegenvisserij op tonijn en vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug mogen in de wateren van Mauritius vissen, behalve in het gebied binnen 12 zeemijl vanaf de basislijn.

Vaartuigen die met lijnen vissen, mogen alleen vissen op hun traditionele visgronden, namelijk Soudan Bank en East Soudan Bank.

7. LEVERING AAN DE TONIJNCONSERVENINDUSTRIE

Tonijnvissers uit de Gemeenschap moeten ernaar streven een gedeelte van hun vangst aan de tonijnconservenindustrie op Mauritius te verkopen tegen een prijs die in overleg tussen de reders uit de Gemeenschap en de eigenaren van de tonijnconservenindustrie op Mauritius wordt vastgesteld.

8. PROCEDURE IN GEVAL VAN AANHOUDING

1) Kennisgeving

De voor de visserij bevoegde autoriteiten van Mauritius stellen de Delegatie van de Europese Commissie en de vlaggentaat binnen ten hoogste 48 uur ervan in kennis wanneer een vaartuig uit de Gemeenschap dat in het kader van de visserijovereenkomst opereert, in de visserijzone van Mauritius is aangehouden, en verstrekt een beknopt verslag over de omstandigheden van en de redenen voor de aanhouding. De Delegatie en de vlaggenstaat worden tevens op de hoogte gehouden van het verloop van de ingeleide procedures en van de getroffen sancties.

2) Afwikkeling van de aanhouding

Overeenkomstig de geldende visserijwetgeving en de in het kader daarvan genomen besluiten, kan de overtreding worden geregeld:

a) ofwel via een schikking; het bedrag van de toegepaste geldboete wordt in dat geval bepaald met inachtneming van de in de wetgeving van Mauritius vastgestelde minimum- en maximumwaarden;

b) ofwel langs gerechtelijke weg, indien de zaak niet via een schikking kan worden geregeld, overeenkomstig de wetgeving van Mauritius.

3) Het vaartuig wordt vrijgegeven en de bemanning gemachtigd om de haven te verlaten zodra:

a) bij een schikking, aan de verplichtingen in het kader ervan is voldaan en een bewijs van betaling is overgelegd; ofwel

b) bij een gerechtelijke procedure, in afwachting van de voltooiing ervan een bankwaarborg is verstrekt en een bewijs daarvan is overgelegd.

Aanhangsel 1

AANVRAAG VOOR EEN VERGUNNING VOOR EEN BUITENLANDS VISSERSVAARTUIG

Naam van de aanvrager:... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ............. ...... ...... ...... ...... .......

Adres van de aanvrager:... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ..............

...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ..........

Naam en adres van de bevrachter van het vaartuig indien deze niet de aanvrager is:... ...... ...... ...... ...... ...... ...

...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ..........

Naam en adres van een eventuele vertegenwoordiger op Mauritius:... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ..........

...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ..........

Naam van het vaartuig :... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ............. ...... ...... ...... ...... .......

Vaartuigtype:... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... .......

Land van registratie:... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ............

Registratiehaven en -nummer:... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... .......... ...... ...... ...... ...... ........

Op het vaartuig aangebrachte identificatietekens:... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... .......

Roepletters en frequentie van de radio...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ..........

Faxnummer van het vaartuig:... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ......

Lengte van het vaartuig:... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ......

Breedte van het vaartuig:... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...........

Motortype en -vermogen:... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ..........

Brutoregistertonnage:... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ........

Nettoregistertonnage:... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ........

Minimumaantal bemanningsleden voor volledige bemanning:... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... .........

Meestal uitgeoefend type van visserij......................................................................................................................

Soorten waarop zal worden gevist:... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ............

...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... .............. ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... .......

Gewenste geldigheidsduur:... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...... ...

Ondergetekende verklaart dat bovenstaande gegevens juist zijn.

Datum: ...... ...... ...... ...... ...... Handtekening: ...... ...... ...... ...... ...... ...... .......

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

AANHANGSEL 3: VANGSTAANGIFTE VOOR VAARTUIGEN DIE VISSEN MET DE DRIJVENDE BEUG

Naam van het vaartuig: Naam van de kapitein: ___________________

Datum van uitzetten: ____/____/____ Begin visreis: _____/_____/_____/ om: _____

Visreis nr. : ________ Uitzetting nr.: _____________

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

* VDK

** met kop, ontdaan van de kieuwen

Vermeld het in aanmerking genomen gewicht (VAT, VDK, IN GEHELE STAAT) als uw ramingen gelden voor een ander type gewicht dan gevraagd.

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Aanhangsel 4

Visserij met lijnen

Maand //

Jaar //

Naam van het vaartuig :... ...... ...... ...... ...Motorvermogen:... ...... ...... ...Vismethode:... ...... ...... ...... ...... ...

Vlaggenstaat:... ...... ...... ...... ................. Brutotonnage (GT): Aanvoerhaven:....................................

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

FINANCIEEL MEMORANDUM

1. Titel maatregel: nieuw protocol tot vaststelling van de visserijrechten en de financiële bijdrage waarin is voorzien in de visserijovereenkomst eg/mauritius

2. Begrotingsplaats: B7-8000

3. Rechtsgrondslag: artikel 37 van het Verdrag, juncto art. 300, lid 2, en lid 3, eerste alinea

Overeenkomst EG/Mauritius (PB L 159 van 10.6.1989).

4. Omschrijving van de maatregel

4.1 Algemeen doel: vaststelling protocol en bijlage voor een periode van 3 jaar

4.2 Periode waarvoor de maatregel geldt en wijze van verlenging :

Periode: 3 december 1999 tot en met 2 december 2002 Verlenging door onderhandelingen voordat het Protocol afloopt

5. Indeling van de uitgaven/ontvangsten

5.1 VU

5.2 GK

5.3 Aard van de ontvangsten

6. Aard van de uitgaven/ontvangsten

-Overige: financiële tegenprestatie toegekend aan een derde land in ruil voor door dat land toegekende en in het protocol vastgelegde vangstmogelijkheden.

7. FINANCIËLE CONSEQUENTIES

7.1 Wijze van berekening van de totale kostprijs van de maatregel (verhouding tussen de kostprijs per eenheid en de totale kosten)

Zie bijlage bij het protocol

7.2 Uitsplitsing per onderdeel

lopende euro

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

7.3 Tijdschema vastleggings- en betalingskredieten

mln euro

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

8. Maatregelen Om Fraude Tegen Te Gaan

De directe financiële vergoedingen die de Gemeenschap betaalt voor de haar verleende vangstmogelijkheden, mogen door het derde land geheel autonoom worden besteed.

Dit laatste geldt niet voor de bijdragen aan (o.a. wetenschappelijke) programma's, over de uitvoering en de resultaten waarvan overeenkomstig het Protocol jaarlijks een verslag aan de Gemeenschap dient te worden verstrekt door Mauritius. Bovendien behoudt de Commissie zich het recht voor aanvullende inlichtingen over de bereikte resultaten te vragen en de betalingen voor acties achteraf te herzien in het licht van de manier waarop zij zijn uitgevoerd.

Voorts moeten de lidstaten waarvan vaartuigen in het kader van deze overeenkomst vissen, de juistheid van de in de meetbrieven van vaartuigen opgenomen gegevens aan de Commissie bevestigen, zodat zij de berekening van de verschuldigde visrechten op een deugdelijke grondslag kan verrichten. Bovendien bepaalt de overeenkomst dat de communautaire vaartuigen vangstaangiften moeten doen.

9. Gegevens Inzake Kosten-Batenanalyse

De kostprijs bedraagt per gevangen ton tonijn 75 euro voor de Gemeenschap en 25 euro voor de reders (onder het vorige protocol was dat respectievelijk 80 en 20 euro). De gemiddelde marktwaarde van tonijn bedraagt ruim 1000 euro per ton.

Omdat tonijn over grote afstanden trekt, kunnen de vangsten in een bepaald gebied van het ene seizoen tot het andere zeer grote schommelingen vertonen.

Dit brengt mee dat van tevoren niet precies is te zeggen hoeveel de communautaire vloot in de wateren van het betreffende derde land zal vangen. Daarom betaalt de Gemeenschap, zoals in het kader van alle andere tonijnovereenkomsten met derde landen, een forfait dat overeenkomt met de verwachte vangsten in ton (de "referentiehoeveelheid"). Deze hoeveelheid is gebaseerd op het gemiddelde van de in de voorgaande jaren geregistreerde vangsten, eventueel gecorrigeerd voor het aantal vergunde vaartuigen. Bij overschrijding van het verwachte niveau wordt een toeslag betaald, in het andere geval behoudt het derde land het forfait.

Voorts is het zo dat in de door de Raad vastgestelde onderhandelingsrichtsnoeren voor visserijovereenkomsten met ACS-landen wordt gewezen op het belang dat de Gemeenschap erbij heeft om visserijbetrekkingen met de betrokken landen te blijven onderhouden of aan te knopen.

Wat Mauritius betreft, hebben reders van de EG gedurende de looptijd van het protocol 1996-99 van de vergunningsmogelijkheden voor de tonijnvisserij gebruikgemaakt zoals in de onderstaande tabel is aangegeven. De in de periode opgetekende gemiddelde jaarlijkse vangsten zijn voorts aanzienlijk onder de referentiehoeveelheid van 7500 ton gebleven, hetgeen de verlaging van die hoeveelheid tot 5500 ton per jaar rechtvaardigt.

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

(*) brt: brutoregisterton

De Gemeenschap heeft aan de vernieuwing van het protocol de voorwaarde gekoppeld dat Mauritius een wezenlijk deel van de financiële bijdrage besteedt aan doelgerichte acties om de lokale visserijsector te ontwikkelen. Zoals kan worden geconstateerd, is van de totale financiële tegenprestatie van 1,237,500 EUR 50% uitdrukkelijk bestemd voor gerichte visserijontwikkelingsacties (wetenschappelijk onderzoek, toezicht op zee, opleiding enz.); onder het vorige protocol was dat 30%.

De door de reders vooruit te betalen vergunningsrechten zijn voor alle categorieën vaartuigen verhoogd: voor de tonijnvisserij met de zegen van EUR 1000 tot EUR 1750 per vaartuig; voor de visserij met de drijvende beug van EUR 500 tot EUR 1000 voor vaartuigen van minder dan 150 brutoregisterton (brt) en tot EUR 1375 voor vaartuigen van meer dan 150 brt; voor de visserij met lijnen, van EUR 60 per grt tot EUR 80 per grt en per jaar, pro rata temporis. Deze verhoging van de redersbijdrage in de totale kosten van de overeenkomst heeft tot doel de reders tot het nemen van meer eigen verantwoordelijkheid aan te sporen.

De jaarlijkse kosten van de overeenkomst voor de EG-begroting verminderen met 29% ten opzichte van het vorige protocol, terwijl de redersbijdragen gemiddeld met bijna 100% stijgen.

Wat de baten van deze overeenkomst betreft, hoeft het geen betoog dat de waarde van de vangsten de kostprijs van het protocol ver overtreft.

Afgezien van de directe marktwaarde van de vangsten die de vaartuigen doen, biedt de overeenkomst de volgende evidente voordelen:

- werkzekerheid voor de bemanningen van de vissersvaartuigen,

- multiplier-effect in de betrokken regio's wat de werkgelegenheid in havens, visafslagen, visverwerkende fabrieken, scheepswerven, dienstensector enz. betreft,

- schepping van werkgelegenheid in regio's waar er geen alternatief is voor de visserij,

- bijdrage aan de voorziening van de communautaire markt met visserijproducten.

Vanzelfsprekend moet, behalve met deze voordelen, ook met het belang van onze betrekkingen met Mauritius, zowel in de visserijsector als op politiek gebied, rekening worden gehouden.

10. Huishoudelijke Uitgaven (Deel A Van De Begroting)

De maatregel heeft geen gevolgen voor de huishoudelijke uitgaven.