Home

Mededeling van de Commissie aan het Europese Parlement overeenkomstig artikel 251, lid 2, tweede alinea, van het EG-Verdrag over het gemeenschappelijk standpunt van de Raad met het oog op de aanneming van een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad houdende wijziging van Richtlijn 92/23/EEG van de Raad betreffende banden voor motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan alsmede de montage ervan

Mededeling van de Commissie aan het Europese Parlement overeenkomstig artikel 251, lid 2, tweede alinea, van het EG-Verdrag over het gemeenschappelijk standpunt van de Raad met het oog op de aanneming van een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad houdende wijziging van Richtlijn 92/23/EEG van de Raad betreffende banden voor motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan alsmede de montage ervan

Mededeling van de Commissie aan het Europese Parlement overeenkomstig artikel 251, lid 2, tweede alinea, van het EG-Verdrag over het gemeenschappelijk standpunt van de Raad met het oog op de aanneming van een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad houdende wijziging van Richtlijn 92/23/EEG van de Raad betreffende banden voor motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan alsmede de montage ervan /* SEC/2000/0807 def. - COD 97/0348 */


MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 251, lid 2, tweede alinea, van het EG-Verdrag over het gemeenschappelijk standpunt van de Raad met het oog op de aanneming van een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad houdende wijziging van Richtlijn 92/23/EEG van de Raad betreffende banden voor motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan alsmede de montage ervan

1997/0348 (COD)

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 251, lid 2, tweede alinea, van het EG-Verdrag over het gemeenschappelijk standpunt van de Raad met het oog op de aanneming van een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad houdende wijziging van Richtlijn 92/23/EEG van de Raad betreffende banden voor motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan alsmede de montage ervan

1. Overzicht van het dossier

- Datum van indiening van het voorstel: 10.12.1997 (document COM(1997) 680 def. - 1997/348 COD van 10.12.1997);

- Datum van het advies van het Europees Parlement in eerste lezing: 18.2.1998;

- Datum van het advies van het Economisch en Sociaal Comité: 27.5.1998;

- Datum van vaststelling van het gemeenschappelijk standpunt: 13.4.2000.

2. Doel van het voorstel van de Commissie

Dit voorstel heeft tot doel het door het contact van de banden met het wegdek veroorzaakte geluid (rolgeluid) te beperken. In combinatie met reeds genomen maatregelen ter beperking van de geluidsemissies van de mechanische delen van het voertuig, moeten de nieuwe maatregelen mede leiden tot vermindering van het door het wegverkeer voortgebrachte lawaai, zonder de verkeersveiligheid te verminderen en de bandenmarkt teveel te verstoren. Het voorstel vloeit voort uit de bepalingen van artikel 4, lid 2, van Richtlijn 92/97/EEG tot wijziging van Richtlijn 70/157/EEG betreffende het toegestane geluidsniveau en de uitlaatinrichting van motorvoertuigen.

3. Commentaar op het gemeenschappelijk standpunt

3.1. Algemene opmerkingen bij het gemeenschappelijk standpunt

In het oorspronkelijke voorstel van de Commissie heeft de Raad, met uitzondering van artikel 3, met zijn gemeenschappelijk standpunt geen fundamentele wijzigingen aangebracht.

Met het gemeenschappelijk standpunt zijn wel de volgende wijzigingen aangebracht:

- In artikel 1 is de definitie van "band" zodanig gewijzigd dat de richtlijn niet geldt voor winterbanden met spijkers. Ook het toepassingsgebied is nader omschreven, teneinde het te beperken tot banden die bestemd zijn voor montage op motorvoertuigen die op of na 1 oktober 1980 in het verkeer zijn gebracht, en teneinde zeer grote banden vrij te stellen van de voorschriften inzake geluidsemissie.

- In artikel 1, lid 6, en artikel 2 zijn de data voor omzetting en verplichte toepassing van de voorschriften enigszins gewijzigd, teneinde in voldoende tijd te voorzien voor het vlotte verloop van de administratieve en technische procedures.

- In artikel 3 voert de Raad de bepalingen in dat de Commissie, binnen een termijn van uiterlijk 24 maanden na de bekendmaking van Richtlijn 92/23/EEG, deze richtlijn dient te wijzigen door het opnemen van griptests voor banden (lid 1) en binnen een termijn van uiterlijk 48 maanden de veiligheids-, milieu- en energiebesparingsaspecten ervan dient te verbeteren (lid 2). De Commissie is van oordeel dat lid 1 in deze richtlijn niet op zijn plaats is. Wat lid 2 betreft, meent de Commissie dat hiermee haar exclusieve recht inzake het voorstellen van wetgeving in het gedrang komt.

- In bijlage I zijn de technische specificaties voor de proeven nader omschreven, teneinde betrouwbaardere resultaten te verkrijgen, en is een nieuw aanhangsel toegevoegd met vermelding van de gegevens die het keuringsrapport moet bevatten (aanhangsel 2). Bovendien heeft de Raad de mogelijkheid ingevoerd dat de laboratoria van de autofabrikanten tot 31 december 2005 kunnen fungeren als erkende beproevings laboratoria in de zin van artikel 14, lid 1, onder i), van Richtlijn 70/156/EEG.

- Een nieuwe bijlage VI is toegevoegd met een beschrijving van de technische kenmerken en de configuratie van de proefbaan op basis van de ISO-normen.

3.2. Behandeling van de amendementen van het EP in eerste lezing

Het Europees Parlement heeft in zijn advies het voorstel zonder amendementen goedgekeurd.

4. Conclusie

Aangezien de Raad het gemeenschappelijk standpunt met eenparigheid van stemmen heeft vastgesteld, kan de Commissie in dit stadium alleen maar akte nemen van het gemeenschappelijk standpunt.