Home

Mededeling overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EG) nr. 3975/87 van 14 december 1987 betreffende zaak COMP/38.712 — British Midland Ltd/Deutsche Lufthansa AG/Scandinavian Airlines System (Voor de EER relevante tekst)

Mededeling overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EG) nr. 3975/87 van 14 december 1987 betreffende zaak COMP/38.712 — British Midland Ltd/Deutsche Lufthansa AG/Scandinavian Airlines System (Voor de EER relevante tekst)

Mededeling overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EG) nr. 3975/87 van 14 december 1987 betreffende zaak COMP/38.712 — British Midland Ltd/Deutsche Lufthansa AG/Scandinavian Airlines System (Voor de EER relevante tekst)

Publicatieblad Nr. C 083 van 14/03/2001 blz. 0006 - 0010


Mededeling overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EG) nr. 3975/87 van 14 december 1987 betreffende zaak COMP/38.712 - British Midland Ltd/Deutsche Lufthansa AG/Scandinavian Airlines System

(2001/C 83/03)

(Voor de EER relevante tekst)

I. De door British Midland (BD)/Deutsche Lufthansa AG (Lufthansa) en Scandinavian Airlines System (SAS) aangemelde regeling

Op 9 november 1999 hebben British Midland, Lufthansa en SAS een tripartiete Joint Venture-Overeenkomst ("TPJVA") gesloten. Deze overeenkomst werd op 1 maart 2000 bij de Europese Commissie aangemeld overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 3975/87 van de Raad met het oog op een besluit tot toepassing van artikel 81, lid 3, van het EG-Verdrag en artikel 53, lid 3, van de EER-Overeenkomst.

II. Bepalingen van de overeenkomst

In het kader van de TPJVA komen de partijen overeen hun respectieve huidige en toekomstige geregelde luchtdiensten voor het personenvervoer binnen de EER van en naar de luchthaven van Londen Heathrow (en de luchthaven van Londen Stansted voor zover de diensten van Londen Heathrow worden verplaatst als gevolg van de tenuitvoerlegging van de TPJVA) en de luchthaven van Manchester International te coördineren. De diensten die niet van deze luchthavens vertrekken of in deze luchthavens aankomen, vallen buiten het toepassingsgebied van de TPJVA.

De coördinatie tussen de partijen wordt georganiseerd door de tripartiete gemeenschappelijke onderneming (Tripartite Joint Venture - TPJV). De samenwerking tussen de partijen omvat het volgende:

- de totstandbrenging van een gemeenschappelijk net van luchtvaartlijnen: met betrekking tot de diensten die onder het toepassingsgebied van de TPJVA vallen, zullen de partijen gezamenlijk beslissen welke capaciteit op de luchtroutes zal worden gebruikt, en zullen zij voor elk van deze diensten vaststellen welke van de partijen de route zal exploiteren. Elke partij die een bepaalde dienst exploiteert, zal daarvoor dezelfde vluchtcodes gebruiken als één van de twee andere partijen (code-share);

- tariefstructuur: de partijen zullen een tariefstructuur vaststellen voor de diensten die onder het toepassingsgebied van de TPJVA vallen;

- coördinatie van de vluchtschema's: de vluchtschema's zullen op elkaar worden afgestemd om een maximale integratie te bereiken.

Wat de onder het toepassingsgebied van de TPJVA vallende diensten betreft, coördineren de partijen via de TPJV tevens hun inspanningen op het gebied van de verkoop en marketing. Zij doen alle inspanningen die redelijk mogelijk zijn om de normale diensten, producten en voorzieningen aan boord te harmoniseren voor zover dit commercieel en technisch gezien nuttig is, en komen overeen, daar waar dat op commercieel en logistiek vlak redelijk is, de faciliteiten en diensten met elkaar te delen op de luchthavens die in het kader van de TPJVA worden aangedaan. Wat de grondafhandeling betreft, zal elk van de partijen deze dienst op haar "thuis"-luchthaven voor de andere partners verstrekken. Tenslotte is in de TPJVA ook bepaald dat de winsten en verliezen met betrekking tot de diensten die in het kader van de TPJVA worden geëxploiteerd, volgens een vaste formule worden verdeeld.

Voor niet onder de TPJVA vallende diensten, zij het binnen of buiten de EER, coördineren de partijen hun activiteiten overeenkomstig afzonderlijke bilaterale alliantieovereenkomsten die op 9 november 1999 werden gesloten tussen BD en SAS, en BD en LH respectievelijk (hierna "bilaterale overeenkomsten" genoemd).

De bilaterale overeenkomsten voorzien in gezamenlijke vluchtcodes, de coördinatie van vluchtschema's en het tot stand brengen van rechtstreekse check-in ("through-check-in")-faciliteiten om de overstap van de passagiers efficiënt en naadloos te laten verlopen. Zij voorzien echter niet in het delen van winsten en verliezen en voorzien slechts in beperkte mate in samenwerking op het gebied van de tariefstructuur, voor zover dit nodig is om de regelingen inzake de gezamenlijke vluchtcodes vlot te doen verlopen.

Alle partijen behouden hun eigen ondernemingsimago. De partijen blijven elk verantwoordelijk voor de eigenlijke werking van de TPJVA-diensten, overeenkomstig hun eigen ondernemingspraktijken. De partijen zijn elk verantwoordelijk voor het behouden van de nodige luchtvaartautorisaties en alle door de relevante autoriteiten vereiste vergunningen, licenties, certificaten en verzekeringspolissen om in staat te zijn de betrokken diensten te exploiteren.

III. Redenen voor vrijstelling

Volgens de partijen bestond er voordat de overeenkomst werd gesloten op geen enkel traject behalve Londen-Frankfurt, overlapping tussen hun luchtdiensten voor het personenvervoer. Op alle andere routes waren de partijen geen werkelijke, noch potentiële concurrenten. De partijen hebben voor het toepassen van artikel 81, lid 3, de volgende argumenten aangevoerd:

1. Verbeteringen bij het verlenen van luchtvaartdiensten en bevordering van de economische vooruitgang

Volgens de partijen leiden de regelingen tot de volgende verbeteringen van de distributie en de technische vooruitgang:

Reorganisatie en uitbreiding van de bestaande netwerken van de partijen

BD is, wegens een aantal redenen, waaronder structurele moeilijkheden op haar belangrijkste luchthaven in het Verenigd Koninkrijk, Londen Heathrow, niet in staat geweest haar netwerk onafhankelijk te ontwikkelen. De overeenkomst stelt de partijen, en in het bijzonder BD, in staat hun diensten uit te breiden en te reorganiseren. Zo zal BD bijvoorbeeld haar diensten kunnen aanbieden tussen Londen en Madrid of Rome. Tevens zullen SAS en LH de mogelijkheid hebben online-diensten te verkopen tussen Londen en een aantal regionale bestemmingen binnen het Verenigd Koninkrijk, alsmede tussen Londen en Dublin. De TPJVA stelt de partijen in staat optimaal gebruik te maken van hun slots en luchthavenfaciliteiten te Heathrow teneinde de momenteel aangeboden diensten te reorganiseren en te starten met diensten op bijkomende routes.

De reorganisatie van de diensten van de partijen te Londen Heathrow in het kader van de TPJVA behelst ook de overheveling van een aantal diensten van Londen Heathrow naar Stansted. De partijen zullen ervoor proberen te zorgen dat de uitbreiding van hun netwerken niet ten nadele van de bestaande diensten die commercieel en operationeel leefbaar zijn, gebeurt. Zij zijn derhalve voornemens bepaalde diensten die thans vanuit Londen Heathrow vertrekken naar, bijvoorbeeld, Duitsland (zoals naar Keulen), over te hevelen naar Londen Stansted.

Dankzij de TPJVA zal de luchthaven van Manchester eveneens belangrijker worden, zodat de partijen hun diensten te Manchester kunnen uitbreiden en verbeteren. Door deze ontwikkelingen zal voor het eerst concurrentie ontstaan op het netwerk van diensten vanuit het Noord-Westen van Engeland.

Meer concurrentie binnen het netwerk

Volgens de partijen zal door de aangemelde regeling, naast de reorganisatie en uitbreiding van de netwerken van de partijen, de concurrentie binnen het netwerk tussen de allianties op de Europese luchtvaartmarkt toenemen aangezien in het kader ervan:

- LH en SAS zullen kunnen concurreren voor binnenlandse luchtdiensten in het Verenigd Koninkrijk alsook voor luchtdiensten tussen het Verenigd Koninkrijk en Ierland. De aangemelde regeling geeft zowel SAS als LH de mogelijkheid om passagiers op rendabele wijze te vervoeren van gelijk welk punt in het netwerk naar regionale bestemmingen in het Verenigd Koninkrijk;

- de partijen diensten naar belangrijke bestemmingen kunnen beginnen aanbieden daar waar momenteel geen concurrentie tussen de allianties bestaat, zoals Londen-Barcelona en Londen-Madrid; of de bestaande concurrentie tussen de allianties op andere belangrijke trajecten zoals Londen-Rome en Londen-Milaan kan toenemen;

- elk van de partijen, en in het bijzonder SAS en LH, hun diensten kunnen verkopen in derde landen die niet door de andere partijen worden bediend.

Uitwisseling van knowhow en verhoogde efficiëntie

De partijen voeren aan dat de aangemelde regeling zal leiden tot technische vooruitgang. De partijen zijn voornemens knowhow op het gebied van de verkoop en marketing en, op basis van de relevante bepalingen in de bilaterale overeenkomsten, op het gebied van IT (zoals de vaststelling van prijzen, het beheer van de inkomsten en netwerkplansystemen) uit te wisselen.

2. De voordelen van de samenwerkingsovereenkomst zullen ook aan de consument ten goede komen

Volgens de partijen zal de consument veel profijt trekken uit de aangemelde regeling. Door de regeling kunnen de partijen sterker concurreren en nieuwe diensten opstarten op belangrijke trajecten die tot dusver slechts door één alliantie werden geëxploiteerd (bijvoorbeeld Londen-Barcelona of Londen-Madrid). De aangemelde regeling zal eveneens leiden tot een aanzienlijke besparing van kosten en een efficiëntere werking waardoor de partijen in staat zullen zijn concurrerende diensten te blijven aanbieden. Reizigers zullen een ruimere keuze hebben tussen luchtvaartdiensten naar meer bestemmingen tegen zeer concurrerende tarieven. Zij zullen ook profiteren van een betere verbinding tussen de diensten, beter op elkaar aansluitende vluchtschema's en vlot reizen. De bestaande regelingen met betrekking tot de toegang tot de lounge, rechtstreekse check-in, enz. zullen worden verbeterd en uitgebreid met diensten die tot dusver niet onder de bilaterale overeenkomsten tussen de partijen vielen.

3. De samenwerkingsovereenkomsten leggen de partijen geen beperkingen op die voor het bereiken van de doelstellingen niet onmisbaar zijn

De partijen betogen dat de regelingen nodig zijn om de hierboven vermelde voordelen te bereiken. BD beschikt niet over de nodige financiële of operationele bronnen om haar netwerk onafhankelijk verder te ontwikkelen. Een bijkomende handicap is het feit dat zij niet het recht heeft om vanuit Heathrow de winstgevende transatlantische langeafstandsvluchten te exploiteren.

Volgens de partijen zijn de bepalingen van de TPJV noodzakelijk om de partijen in staat te stellen hun netwerken te reorganiseren en slots en luchthavenfaciliteiten optimaal te gebruiken. De gezamenlijke verkoop en marketing van de TPJV-luchtvaartdiensten is noodzakelijk om de samenwerking tussen de partijen in het kader van de TPJVA zo efficiënt mogelijk te laten verlopen.

4. De samenwerkingsovereenkomst geeft de partijen niet de mogelijkheid om de mededinging uit te schakelen voor een wezenlijk deel van een markt

Zoals hierboven werd vermeld, hebben de partijen aangevoerd dat er slechts op één traject een werkelijke overlapping tussen de diensten van de partijen bestaat, namelijk Londen-Frankfurt. Naar eigen zeggen zijn zij op geen enkele van de andere trajecten waarop zij in het kader van de regeling samenwerken, werkelijke of potentiële concurrenten. Op deze trajecten zal de samenwerking geen aanzienlijke marktmacht van de partijen doen ontstaan.

IV. Voorgestelde verbintenissen

Na de aanmelding, op 1 maart 2000, van de joint venture-overeenkomst, hebben de diensten van de Commissie besprekingen gevoerd met de partijen. Als gevolg daarvan hebben de partijen met het oog op het verkrijgen van een vrijstelling in de zin van artikel 81, lid 3, van het EG-Verdrag op grond van artikel 5, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 3975/87, een aantal verbintenissen voorgesteld om eventuele concurrentieproblemen uit de weg te ruimen, in het bijzonder met betrekking tot het rechtstreeks verkeer ("point-to-point") van business class-passagiers op het traject Londen-Frankfurt.

Deze toezeggingen zijn bindend voor de partijen, hun dochterondernemingen, opvolgers en rechtverkrijgenden en de partijen verbinden zich ertoe ervoor te zorgen dat hun dochterondernemingen, opvolgers en rechtverkrijgenden deze verbintenissen nakomen.

1. Verbintenis betreffende nieuwe gegadigden

Indien een, van de partijen onafhankelijke luchtvaartmaatschappij die momenteel geen luchtvaartdiensten exploiteert tussen Frankfurt en Londen (de "nieuwe gegadigde") binnen zes maanden na de datum waarop de vrijstelling van artikel 81, lid 3, van het EG-Verdrag van kracht is geworden, een nieuwe vervoersdienst wenst op te starten, verbinden de partijen zich ertoe op de luchthaven Frankfurt Main ("FRA") vier slot-paren ter beschikking te stellen voor deze nieuwe dienst (hierna "nieuwe gegadigdenslots" genoemd). Dochterondernemingen, franchisenemers of alliantiepartners van één van de luchtvaartmaatschappijen die thans diensten tussen FRA-Londen exploiteert (hierna "FRA-LON" genoemd), worden niet als een nieuwe gegadigde beschouwd. De verbintenis om slots ter beschikking te stellen van een nieuwe gegadigde is onderworpen aan de algemene voorwaarden die zijn opgenomen in deel 3 van deze verbintenissen.

Onder nieuwe-gegadigdenslots moet worden verstaan de zes slots die BD vóór het sluiten van de joint venture-overeenkomst met LH en SAS gebruikte voor haar dagelijkse diensten tussen de luchthavens van Frankfurt Main en London Heathrow, en die thans worden gebruikt door LH of BD ("BD-slots") alsmede twee bijkomende, door de partijen te kiezen, slots. De partijen verbinden zich ertoe ervoor te zorgen dat de twee bijkomende slots binnen 45 minuten van het door de nieuwe gegadigde gevraagde tijdstip liggen, voor zover de partijen over slots binnen het relevante tijdvak beschikken.

Indien een nieuwe gegadigde niet deelneemt aan een "frequent flyer"-programma, of geen eigen vergelijkbaar programma heeft, verbinden de partijen zich er met betrekking tot de diensten op het traject FRA-LON toe, de nieuwe gegadigde, indien hij daarom verzoekt, te laten deelnemen aan een van hun frequent flyer-programma's of hun gezamenlijk programma indien een dergelijk programma bestaat. Daartoe zal met de nieuwe gegadigde een overeenkomst worden gesloten op redelijke en niet discriminerende voorwaarden, met inbegrip van een compensatie voor eventuele door de partijen gemaakte kosten.

Op verzoek verbinden de partijen er zich eveneens toe een interlining-overeenkomst met de nieuwe gegadigde te sluiten voor diensten op het FRA-LON-traject, voor zover er geen interlining-overeenkomst tussen de nieuwe gegadigde en de partijen bestaat. Een dergelijke nieuwe overeenkomst zal voorzien in interlining volgens de standaarden van de bedrijfstak.

2. Verbintenis betreffende de traditionele exploitanten op het traject FRA-LON en het terug opnemen van de slots in de pool op FRA

Indien een nieuwe gegadigde om enkele, maar niet alle van de vier paren nieuwegegadigdenslots verzoekt, verbinden de partijen zich ertoe de overblijvende FRA-slots beschikbaar te stellen voor alle luchtvaartmaatschappijen die momenteel diensten op FRA-LON exploiteren ("traditionele exploitanten op FRA-LON" of "traditionele exploitant(en)") om "bijkomende frequenties" te creëren op het traject FRA-LON, op voorwaarde dat daartoe binnen twaalf maanden na de datum waarop de vrijstelling van artikel 81, lid 3, van kracht is geworden, bij de partijen een verzoek is ingediend. De verbintenis om overeenkomstig deze bepaling slots ter beschikking te stellen van de traditionele exploitanten is onderworpen aan de algemene voorwaarden die in deel 3 van deze verbintenissen zijn uiteengezet.

Indien geen van de nieuwe gegadigden de partijen om slots verzoekt voor een nieuwe dienst op FRA-LON, verbinden de partijen zich ertoe drie paren FRA-slots beschikbaar te stellen voor de traditionele exploitanten op FRA-LON om "bijkomende frequenties" te creëren, indien daartoe bij de partijen een verzoek werd ingediend binnen twaalf maanden na de datum waarop de vrijstelling van artikel 81, lid 3, van het EG-Verdrag in werking is getreden. De verbintenis om overeenkomstig deze bepalingen slots ter beschikking te stellen van traditionele exploitanten is onderworpen aan de algemene voorwaarden die in deel 3 van deze verbintenissen zijn uiteengezet.

Onder het begrip "bijkomende frequenties" moet worden verstaan dat de slots slechts ter beschikking worden gesteld van de traditionele exploitanten voor zover deze één of meer vluchten toevoegen aan het aantal vluchten dat wordt uitgevoerd op het tijdstip waarop de mededeling overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EEG) nr. 3975/87 in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen wordt bekendgemaakt. Indien een traditionele exploitant op een bepaald moment een van de vluchten op FRA-LON die hij onderhoudt op het tijdstip van bekendmaking van de mededeling overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EEG) nr. 3975/87 afschaft, en indien deze dienst niet binnen twee maanden na de afschaffing van de dienst door de traditionele exploitant wordt voortgezet door een dochteronderneming van de traditionele exploitant, is de traditionele exploitant verplicht de slots die hij overeenkomstig deze verbintenissen van de partijen heeft verkregen, terug te geven. De partijen stellen de vrijgegeven slots vervolgens ter beschikking van andere traditionele exploitanten of nieuwe gegadigden voor een bijkomende periode van twaalf maanden vanaf de datum waarop de slots aan de partijen werden teruggegeven, en dit onder dezelfde voorwaarden als die welke geldden voor de oorspronkelijk overgedragen slots. Indien geen enkele andere traditionele exploitant of nieuwe gegadigde binnen de periode van twaalf maanden verzoekt om het gebruik van de vrijgegeven slots, verbinden de partijen zich ertoe de vrijgegeven slots aan het eind van het lopende IATA-seizoen terug in de FRA-slot-pool te brengen.

De partijen verbinden zich ertoe dat de krachtens deze bepalingen aan de traditionele exploitanten ter beschikking gestelde slots binnen een tijdvak van 45 minuten zullen liggen van het door de traditionele exploitant gevraagde tijdstip, voor zover de partijen over slots binnen het relevante tijdvak beschikken.

De oorspronkelijke verplichting om slots ter beschikking te stellen van andere luchtvaartmaatschappijen voor vluchten op FRA-LON vervalt twaalf maanden na de datum waarop de vrijstelling van artikel 81, lid 3, van het EG-Verdrag in werking is getreden. Indien geen nieuwe gegadigden de partijen verzoeken om slots en de traditionele exploitanten niet alle van deze zes tot hunner beschikking staande slots aanvragen, verbindt British Midland zich ertoe aan het eind van het lopende IATA-seizoen de overblijvende "BD-slots" terug in de FRA-slotpool te brengen. De eventuele terug in de FRA-slot-pool gebrachte slots worden door de slot-coördinator toegewezen overeenkomstig de procedure die is uiteengezet in Verordening (EEG) nr. 95/93 of enige andere verordening ter vervanging of ter wijziging ervan.

3. Algemene voorwaarden betreffende slots

De partijen stellen de slots slechts op de hierboven uiteengezette voorwaarden ter beschikking wanneer de luchtvaartmaatschappij die slots aanvraagt, kan aantonen dat alle redelijke inspanningen hebben gefaald om in Frankfurt slots voor het traject FRA-LON te verkrijgen via de normale procedure voor het toewijzen van slots. Verzoeken moeten schriftelijk worden ingediend. Om bij het beschikbaar stellen van slots concurrentieproblemen in verband met het rechtstreeks verkeer van "tijdgevoelige" passagiers uit de weg te ruimen, wordt voorrang gegeven aan ondernemingen die diensten onderhouden tussen FRA en de luchthaven London Heathrow/Gatwick/en London City.

Alle door de partijen in het kader van deze verbintenissen ter beschikking gestelde slots worden zonder enige compensatie aangeboden. De door een nieuwe gegadigde of traditionele exploitant verworven slots worden uitsluitend gebruikt om bijkomende vluchten op FRA-LON te exploiteren. De nieuwe gegadigde moet binnen drie maanden een duidelijke aanvraag voor de benodigde slots doen en binnen zes maanden nadat de vrijstelling van artikel 81, lid 3, van het EG-Verdrag van kracht werd, starten met de dienst. De traditionele exploitant dient de aanvraag in te dienen binnen twaalf maanden nadat de vrijstelling van artikel 81, lid 3, van het EG-Verdrag van kracht werd, en deze dienst ten laatste 18 maanden na de inwerkingtreding van de vrijstelling van artikel 81, lid 3, aan te vangen. Indien een van de nieuwe gegadigden of traditionele exploitanten die overeenkomstig deze verbintenissen slots heeft verworven, de exploitatie van de nieuwe of bijkomende vlucht op FRA-LON stopzet, dient hij de verkregen slots onmiddellijk aan de partijen terug te geven. In dat geval stellen de partijen de vrijgekomen slots beschikbaar voor andere nieuwe gegadigden of andere traditionele exploitanten, voor een bijkomende periode van twaalf maanden vanaf de datum waarop de slots aan de partijen werden teruggeven, en dit onder dezelfde voorwaarden als die welke geldden voor de oorspronkelijk overgedragen slots. Indien geen andere nieuwe gegadigde of traditionele exploitant binnen de periode van twaalf maanden de vrijgekomen slots aanvraagt, verbinden de partijen zich ertoe de vrijgekomen slots aan het eind van het lopend IATA-seizoen terug op te nemen in de FRA-slot-pool. Voor de doeleinden van deze alinea worden een luchtvaartmaatschappij en haar dochterondernemingen geacht de bijkomende vluchten op FRA-LON niet meer te exploiteren wanneer zij, al naargelang het geval, de betrokken slots niet voor tenminste 80 % heeft/hebben gebruikt voor een dienst op het traject FRA-LON, tenzij dit gerechtvaardigd is wegens een van de redenen die zijn vermeld in artikel 10, lid 5, van Verordening (EEG) nr. 95/93 of enige andere verordening ter wijziging of vervanging daarvan.

Indien een nieuwe gegadigde of traditionele exploitant de op grond van deze verbintenissen gesloten overeenkomst voor het ter beschikking stellen van slots verbreekt, worden alle onder de overeenkomst vallende slots onverwijld aan de partijen teruggegeven. In dat geval stellen de partijen de vrijgekomen slots beschikbaar voor andere nieuwe gegadigden of andere traditionele exploitanten, voor een bijkomende periode van twaalf maanden vanaf de datum waarop de slots aan de partijen werden teruggeven, en dit onder dezelfde voorwaarden als die welke geldden voor de oorspronkelijk overgedragen slots. Indien geen andere nieuwe gegadigde of traditionele exploitant binnen de periode van twaalf maanden de vrijgekomen slots aanvraagt, verbinden de partijen zich ertoe de vrijgekomen slots aan het eind van het lopend IATA-seizoen terug op te nemen in de FRA-slot-pool. Dochterondernemingen of franchisenemers van de nieuwe gegadigde of traditionele exploitant die de door de partijen vrijgegeven slots oorspronkelijk hadden verworven, komen niet in aanmerking om de krachtens deze alinea vrijgegeven slots te ontvangen.

In het geval dat de Commissie de vrijstelling van artikel 81, lid 3, van het EG-Verdrag voor de joint venture-overeenkomst intrekt op grond van artikel 6 van Verordening nr. 3975/87 of een soortgelijke bepaling in gelijk welke verordening ter vervanging daarvan, of indien de vrijstelling van artikel 81, lid 3, van het EG-Verdrag nietig wordt verklaard, of de partijen de aangemelde joint venture-overeenkomst beëindigen, worden de slots die krachtens deze verbintenissen ter beschikking werden gesteld van de luchtvaartmaatschappij die diensten op FRA-LON onderhoudt, aan de partijen teruggeven indien deze daarom verzoeken.

Om ervoor te zorgen dat de door de partijen ter beschikking gestelde slots conform deze verbintenissen worden gebruikt, komen de partijen en de luchtvaartmaatschappij die slots ontvangt, overeen dat een mechanisme wordt ingesteld om de partijen in staat te stellen toezicht uit te oefenen op het gebruik van de slots.

4. Duur van de vrijstelling en verbintenissen

Deze verbintenissen worden aangeboden op voorwaarde dat de overeenkomstig artikel 5, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 3975/87 verleende vrijstelling geldt voor een periode van zes jaar vanaf de datum waarop de mededeling betreffende de joint venture-overeenkomst in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen wordt bekendgemaakt. Deze verbintenissen worden van kracht vanaf de datum waarop de vrijstelling van artikel 81, lid 3, van het EG-Verdrag overeenkomstig artikel 5, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 3975/87 in werking treedt. De verplichtingen die overeenkomstig deze verbintenissen op de partijen rusten, houden op te bestaan op de datum waarop de vrijstelling van artikel 81, lid 3, afloopt.

In het geval dat de Commissie de vrijstelling van artikel 81, lid 3, van het EG-Verdrag voor de joint venture-overeenkomst intrekt op grond van artikel 6 van Verordening (EEG) nr. 3975/87 of een soortgelijke bepaling in gelijk welke verordening ter vervanging daarvan, of indien de vrijstelling van artikel 81, lid 3, van het EG-Verdrag nietig wordt verklaard, of de partijen de aangemelde joint venture-overeenkomst beëindigen, zijn deze verbintenissen nietig vanaf de datum van intrekking, de datum van nietigverklaring, of de datum van beëindiging, al naargelang het geval. Zoals is bepaald in deel 3, hebben de partijen eveneens het recht te verzoeken om teruggave van slots die in het kader van deze verbintenissen ter beschikking werden gesteld van een luchtvaartmaatschappij die op het tijdstip van de intrekking, nietigverklaring of beëindiging, diensten exploiteert op FRA-LON en deze slots gebruikt.

V. Conclusie

De Commissie heeft vastgesteld dat de betrokken overeenkomst op het eerste gezicht voldoet aan artikel 81, lid 1, van het EG-Verdrag, maar zij heeft zich nog geen oordeel gevormd over de toepasselijkheid van artikel 81, lid 3. Overeenkomstig artikel 5, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 3975/87 worden de hierboven beschreven regelingen, indien de Commissie de partijen niet binnen negentig dagen vanaf de dag van de bekendmaking van deze mededeling mededeelt dat er ernstige twijfel bestaat, geacht voor ten hoogste zes jaar van het verbod van artikel 81, lid 1, vrijgesteld te zijn.

Overeenkomstig artikel 5 van dezelfde verordening verzoekt de Commissie belanghebbende partijen hun opmerkingen over de samenwerkingsovereenkomst tussen British Midland, Lufthansa en SAS, en de voorgestelde verbintenissen binnen dertig dagen na de publicatie van deze mededeling toe te zenden aan: Europese Commissie Directoraat-generaal Concurrentie Ter attentie van Oliver Stehmann Eenheid COMP/D2

Kantoor J-70 2/82

Wetstraat 200 B - 1049 Brussel Fax (32-2) 296 29 11 e-mail: Oliver.Stehmann@cec.eu.int