> Mededeling van de Commissie - Structurele indicatoren
> Mededeling van de Commissie - Structurele indicatoren
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE - Structurele indicatoren
SAMENVATTING
Deze mededeling bevat het voorstel van de Commissie voor de lijst van in het voorjaarsverslag 2003 te gebruiken indicatoren. // Deze mededeling bevat het voorstel van de Commissie voor de lijst van indicatoren die hoofdzakelijk moeten dienen als grondslag voor de belangrijkste beleidssignalen van het voorjaarsverslag 2003. De mededeling bevat ook een beschrijving van de voortgang die de diensten van de Commissie het afgelopen jaar hebben gemaakt met de ontwikkeling van nieuwe indicatoren, de verbetering van de kwaliteit van de lijst van structurele indicatoren die verleden jaar werd gebruikt, en de integratie van de kandidaat-lidstaten in het proces van de structurele indicatoren.
De nieuwe lijst vertoont een hoge mate van stabiliteit en biedt ruimte voor enige flexibiliteit. // Dit is het derde jaar waarin de Commissie een aantal structurele indicatoren heeft uitgekozen. De lijst heeft slechts beperkte veranderingen ondergaan, om een hoge graad van stabiliteit te behouden. Dit is belangrijk om de voortgang bij de verwezenlijking van de doelstellingen van jaar tot jaar te beoordelen, en het maakt het mogelijk de betrouwbaarheid en de kwaliteit van de indicatoren voortdurend te verbeteren. Er is echter ook enige flexibiliteit behouden om in de lijst indicatoren op te nemen die nieuwe beleidsprioriteiten weergeven, of betere indicatoren als die beschikbaar zijn gekomen.
De lijst blijft kort, met evenwicht tussen de terreinen. // De lijst van indicatoren is ook kort gehouden en bestaat nog steeds uit 42 indicatoren, evenals de lijst die in het voorjaarsverslag van verleden jaar werd gebruikt. Een kortere lijst richt de aandacht beter op de beleidssignalen die de indicatoren geven. Het evenwicht tussen de terreinen is bewaard met zeven indicatoren voor elk terrein.
De belangrijkste verandering is de integratie van de kandidaat-lidstaten. // Op verzoek van de Europese Raad van Göteborg zullen alle 13 kandidaat-lidstaten dit jaar in de structurele indicatoren worden geïntegreerd, zodat zij in het voorjaarsverslag van de Commissie kunnen worden beoordeeld. In de mededeling wordt uiteengezet in hoeverre de gegevens voor de kandidaat-lidstaten naar verwachting beschikbaar zullen zijn bij de opstelling van het volgende voorjaarsverslag.
Veel vooruitgang is geboekt bij de ontwikkeling en verbetering van indicatoren. // De diensten van de Commissie hebben veel vorderingen gemaakt bij de ontwikkeling van nieuwe indicatoren en de verbetering van de kwaliteit en de presentatie van de bestaande. Er is voortgang gemaakt met de ontwikkeling van indicatoren op verscheidene terreinen: samengestelde indicatoren, potentiële productie, marginaal (en gemiddeld) effectief belastingtarief, kinderopvangvoorzieningen, e-handel, e-bestuur, bedrijfsdemografie, bedrijfsregistratie, financiële integratie, recyclage van bepaalde materialen en gevaarlijke afvalstoffen. Als gevolg van deze werkzaamheden zijn twee nieuwe indicatoren aan de lijst toegevoegd. De diensten van de Commissie zullen volgend jaar verder werken aan de ontwikkeling van indicatoren op allerlei terreinen. Er zijn twee samengestelde indicatoren betreffende de kenniseconomie ontwikkeld, die in desbetreffende discussies en mededelingen zullen worden gebruikt. De Commissie blijft zich bezinnen op het gebruik van samengestelde indicatoren in het kader van de structurele indicatoren.
STRUCTURELE INDICATOREN
I. Achtergrond
1. In de conclusies van de Europese Raad van Lissabon (punt 36) wordt gevraagd om een overeengekomen reeks structurele indicatoren ter ondersteuning van de analyse in het jaarlijkse voorjaarsverslag van de Commissie aan de elk voorjaar te houden Europese Raad. De structurele indicatoren moeten een objectieve evaluatie mogelijk maken van de voortgang op de weg naar de doelstellingen van de Europese Raad van Lissabon, die in Göteborg verder werden uitgebreid en in Stockholm en Barcelona werden verfijnd.
2. In elk van de laatste twee jaren heeft de Commissie een lijst van structurele indicatoren opgesteld en hierover overeenstemming bereikt met de Raad. Deze indicatoren bestrijken zes terreinen: algemene economische achtergrond, werkgelegenheid, innovatie en onderzoek, economische hervorming, sociale cohesie en milieu. In het voorjaarsverslag bleken de indicatoren nuttig te zijn om de gebieden aan te wijzen waar beleidsactie nodig is en om de vorderingen naar de doelstellingen van Lissabon te meten.
3. Deze mededeling bevat de aanbeveling van de Commissie voor de lijst van structurele indicatoren die een belangrijk element van het voorjaarsverslag 2003 zullen vormen. De met de Raad overeengekomen definitieve lijst van structurele indicatoren zal worden vastgesteld op de Europese Raad van Kopenhagen in december 2002.
II. Lopende werkzaamheden
4. De werkzaamheden van de diensten van de Commissie met betrekking tot de structurele indicatoren werden sinds de mededeling van verleden jaar op vier belangrijke punten gericht:
(i) verdere verbetering van de kwaliteit van de indicatoren in de voor het voorjaarsverslag 2002 gebruikte lijst;
(ii) integratie van de kandidaat-lidstaten in de structurele indicatoren op verzoek van de Europese Raad van Göteborg;
(iii) uitwerking van precieze definities en gegevens voor de overeengekomen lijst van nog te ontwikkelen indicatoren; en
(iv) evaluatie van de noodzaak de indicatorenlijst te wijzigen, rekening houdend met de reeds gemaakte vorderingen met betrekking tot de nog te ontwikkelen indicatoren en de op recente bijeenkomsten van de Europese Raad aangegeven beleidsprioriteiten.
5. Eurostat heeft met de andere diensten van de Commissie en de bureaus voor de statistiek van de lidstaten samengewerkt om de kwaliteit van de structurele indicatoren te verbeteren. Het afgelopen jaar heeft Eurostat de landendekking, de tijdreeksen en de kwaliteit van de gegevens voor een groot aantal van de bestaande structurele indicatoren verbeterd. Er werd vooral belangrijke voortgang gemaakt met de verstrekking van officiële gegevens voor structurele indicatoren die voorheen op onofficiële bronnen waren gebaseerd. Bovendien is Eurostat blijven werken aan de verbetering van zijn voor het publiek toegankelijke internet site [1], die nu gedetailleerde informatie over de gebruikte methoden en de gegevens voor al de structurele indicatoren bevat. Verbetering van de kwaliteit van de indicatoren leidt tot meer deugdelijke conclusies in het voorjaarsverslag.
[1] www.europa.eu.int/comm/eurostat/structuralindicators
6. Deze mededeling bevat de voornaamste uitkomsten van de werkzaamheden van de Commissie in het afgelopen jaar. In deel III worden de voornaamste principes voor de nieuwe indicatorenlijst uiteengezet. In deel IV wordt de nieuwe lijst van structurele indicatoren voorgesteld en verklaard waarom nieuwe indicatoren aan de lijst van vorig jaar zijn toegevoegd en andere zijn weggelaten. In deel V wordt uiteengezet hoe de kandidaat-lidstaten dit jaar in de structurele indicatoren worden geïntegreerd. In deel VI tenslotte wordt de door de diensten van de Commissie gemaakte voortgang met de ontwikkeling van nieuwe indicatoren sinds verleden jaar beschreven. Nadere bijzonderheden en de nieuwe lijst van nog te ontwikkelen indicatoren zijn te vinden in bijlage 1.
III. Principes voor de nieuwe lijst van indicatoren
7. Dit is het derde jaar waarin de Commissie een reeks structurele indicatoren heeft uitgekozen die hoofdzakelijk moeten dienen als grondslag voor de belangrijkste beleidssignalen in het voorjaarsverslag 2003. Er is een hoge mate van stabiliteit in de lijst om de vorderingen in de tijd te kunnen meten, zoals gevraagd door de Raad. Stabiliteit is ook wenselijk omdat de meeste structurele problemen gewoonlijk vrij lang aanhouden. Bovendien worden aldus de betrouwbaarheid en kwaliteit van de indicatoren voortdurend verbeterd. De indicatoren ieder jaar veranderen zou deze taak voor Eurostat en de bureaus voor de statistiek van de lidstaten veel moeilijker maken.
8. Er is ook een zekere flexibiliteit in de lijst, omdat nieuwe prioriteiten zijn vastgesteld en betere indicatoren ter beschikking gekomen. Dit wordt echter gecompenseerd door de behoefte aan een voldoende mate van stabiliteit om ervoor te zorgen dat in het voorjaarsverslag van elk jaar een consistente en gegronde evaluatie kan worden gemaakt van de vorderingen in de richting van de doelstellingen die in Lissabon en in latere bijeenkomsten van de Europese Raad zijn vastgesteld.
9. De lijst moet kort worden gehouden om duidelijke, eenvoudige en gerichte beleidssignalen te kunnen geven, maar zij moet ook evenwichtig zijn en dus een weerspiegeling van het gelijke belang dat de Europese Raad van Lissabon en die van Göteborg hebben gehecht aan de terreinen (1) werkgelegenheid, (2) innovatie en onderzoek, (3) economische hervorming, (4) sociale cohesie en (5) milieu. Tevens zijn een aantal indicatoren van de algemene economische achtergrond opgenomen ter illustratie van de economische context waarin de structurele hervormingen plaatsvinden. Hiertoe worden in deze mededeling 42 indicatoren vermeld, waarvan er een aantal ongewijzigd zijn gebleven ten opzichte van het voorjaarsverslag 2002. Voor elk terrein zijn er zeven indicatoren, zodat elk beleidsterrein even grondig wordt geanalyseerd.
10. In principe moeten alle nieuwe indicatoren worden gehaald uit de reeks indicatoren die de diensten van de Commissie sinds de mededeling van verleden jaar hebben ontwikkeld, of worden gerechtvaardigd in het licht van een nieuwe belangrijke doelstelling van de Europese Raad. Tevens moeten deze nieuwe indicatoren worden ontleend aan de verschillende processen voor de ontwikkeling van indicatoren en referentiepunten die gaande zijn op sectoraal niveau, waar zij reeds zijn getest. Tussen deze sectorale processen en de overkoepelende structurele indicatoren moet overeenstemming worden nagestreefd.
11. Nieuwe indicatoren moeten ook voldoen aan de criteria die aangelegd zijn bij de oorspronkelijke keuze van indicatoren. Zij moeten (1) gemakkelijk te lezen en te begrijpen zijn, (2) politiek relevant zijn, (3) met elkaar verenigbaar zijn, (4) tijdig beschikbaar zijn, (5) vergelijkbaar zijn tussen de lidstaten, de kandidaat-lidstaten en zo veel mogelijk ook met andere landen, (6) uit betrouwbare bronnen geselecteerd zijn en (7) geen te grote last meebrengen voor de lidstaten en de respondenten.
12. De belangrijkste wijziging in de structurele indicatoren dit jaar is dat zij ook alle 13 kandidaat-lidstaten zullen bestrijken, zoals gevraagd door de Europese Raad van Göteborg. Aldus zullen de kandidaat-lidstaten stap voor stap bij de strategie van Lissabon kunnen worden betrokken, te beginnen bij het voorjaarsverslag 2003. Eurostat heeft samengewerkt met de bureaus voor de statistiek van die landen om de beschikbaarheid en kwaliteit van de structurele indicatoren voor hen te verbeteren. Nadere bijzonderheden zijn te vinden in deel V.
IV. De nieuwe lijst van indicatoren
13. De nieuwe lijst is opgesteld overeenkomstig de principes die hierboven zijn uiteengezet. In totaal zijn drie indicatoren aan de lijst toegevoegd en drie indicatoren weggelaten uit de 42 indicatoren.
14. De lijst bevat nieuwe indicatoren op terreinen waar voldoende voortgang is gemaakt met de ontwikkeling van de gegevens, zoals de "effectieve gemiddelde uittredingsleeftijd", "bedrijfsregistratie" en "financiële integratie". Nieuwe beleidsprioriteiten worden ook in de lijst weerspiegeld. Zo zijn "uitgaven voor O&O" nu uitgesplitst naar "door het bedrijfsleven gefinancierd O&O" in plaats van naar "O&O-uitgaven in het bedrijfsleven" om de doelstelling van de Europese Raad van Barcelona in aanmerking te nemen. De opname van de "effectieve gemiddelde uittredingsleeftijd" weerspiegelt ook het belang dat door de Europese Raad van Barcelona aan dit vraagstuk werd gehecht. De indicatoren die aan de lijst zijn toegevoegd voldoen aan de kwaliteitscriteria die in deel III zijn beschreven.
15. Omdat nieuwe indicatoren zijn toegevoegd, moesten andere worden geschrapt. Dit wordt een steeds moeilijker proces naarmate meer en betere indicatoren beschikbaar komen. Nieuwe indicatoren werden in de lijst opgenomen wanneer zij politiek relevanter waren in vergelijking met de vorige indicator, wanneer de kwaliteit van de gegevens voor de nieuwe indicatoren beter was en wanneer de vorige indicator tot op zekere hoogte een andere indicator in de lijst overlapte.
16. De uitsplitsing naar geslacht is een algemeen principe van de structurele indicatoren. Dit is dit jaar vaker gebeurd, wanneer gegevens van goede kwaliteit beschikbaar zijn en een uitsplitsing naar geslacht zinvol is. Naar verwachting zullen gegevens naar geslacht voor het voorjaarsverslag 2003 beschikbaar zijn voor "effectieve gemiddelde uittredingsleeftijd", "levenslang leren", "arbeidsongevallen" (ernstige, maar niet fatale ongevallen), "armoederisico", "persistent armoederisico", "spreiding van de regionale participatiegraad", "langdurige werkloosheid", "aantal afgestudeerden op het gebied van wetenschappen en technologie" en "vroegtijdige schoolverlaters".
Algemene economische achtergrond
17. De indicatoren van de algemene economische achtergrond illustreren de omstandigheden waarin de structurele hervormingen plaatsvinden. Er zijn geen wijzigingen aangebracht in de indicatoren op dit terrein. Er is een nieuwe indicator ontwikkeld om de stijgingen van de potentiële productie te meten, hetgeen het uiteindelijke doel van structurele hervormingen is. Besloten is echter de stijging van de potentiële productie dit jaar nog niet in de lijst op te nemen teneinde tijd te geven om problemen in verband met het gebruik van de indicator op te lossen.
Werkgelegenheid
18. De werkgelegenheidsindicatoren hebben betrekking op enkele van de voornaamste doelstellingen van de Europese Raad van Lissabon: uitbreiding van de werkgelegenheid in de Unie, gelijke kansen voor mannen en vrouwen en een "actief werkgelegenheidsbeleid", met de klemtoon op levenslang leren. Opgemerkt zij dat de Europese Raad van Barcelona de doelstellingen van Lissabon betreffende werkgelegenheid en sociale cohesie nader heeft uitgewerkt.
19. Een indicator van de gemiddelde effectieve uittredingsleeftijd werd in de lijst van structurele indicatoren opgenomen om de voortgang te volgen naar het in Barcelona gestelde doel, een geleidelijke verhoging met ongeveer vijf jaar van de effectieve gemiddelde leeftijd waarop de mensen in de Europese Unie stoppen met werken, die tegen 2010 gerealiseerd moet zijn. Deze indicator vervangt de participatiegraad van oudere werknemers, die voortaan een onderdeel van de indicator van de participatiegraad zal vormen.
Innovatie en onderzoek
20. De indicatoren van innovatie en onderzoek meten de nadruk van Lissabon op de overgang naar een kenniseconomie door een beter beleid op het gebied van O&O, onderwijs en de informatiemaatschappij. Er worden geen wijzigingen van de indicatoren op dit terrein voorgesteld. De indicator uitgaven voor O&O zal nu echter worden gesplitst naar financieringsbron in plaats van naar sector die het O&O uitvoert. Dit weerspiegelt de doelstelling van Barcelona om de totale O&O-uitgaven in de Unie te verhogen teneinde tegen 2010 in de buurt van 3% van het BBP te komen, en om de efficiëntie van O&O te vergroten. Tweederde van deze investering zou van de particuliere sector moeten komen. De op dit terrein ontwikkelde samengestelde indicatoren zullen in de eerste fase worden gebruikt in de sectorale beleidsprocessen.
Economische hervorming
21. De indicatoren van economische hervorming sluiten aan bij de nadruk die de Europese Raad van Lissabon heeft gelegd op de hervorming van de product- en de kapitaalmarkten. Zij hebben betrekking op marktintegratie, liberalisatie van de netwerkindustrieën en mogelijke verstoringen in de werking van de productmarkten als gevolg van overheidsinterventie.
22. De indicator convergentie van de rentetarieven is in de lijst van structurele indicatoren opgenomen ter vervanging van kapitaalverschaffing door de beurzen. Met behulp van de nieuwe indicator kan de voortgang van de integratie van de financiële markten beter worden gemeten. In vergelijking met op de effectenmarkten aangetrokken kapitaal heeft convergentie van de rentetarieven een minder beperkt bereik, aangezien deze indicator verscheidene financiële markten dekt en niet wordt verstoord door privatiseringsprogramma's of conjuncturele schommelingen op de effectenmarkten. Bovendien zijn de gegevens al na korte tijd beschikbaar en is de convergentie van de rentetarieven een gevestigde en gemakkelijk te interpreteren indicator.
23. Een indicator van de bedrijfsregistratie werd aan de lijst van structurele indicatoren toegevoegd naar aanleiding van het verzoek van de Europese Raad van Lissabon om te volgen hoeveel tijd en kosten gemoeid zijn met de oprichting van een bedrijf. Het totale aantal vereiste procedures voor de registratie van een nieuwe onderneming en de voor het doorlopen van dit proces vereiste gemiddelde periode zijn goede indicatoren van de voortgang op het gebied van economische hervorming. Deze indicator vervangt de indicator bedrijfsinvesteringen, die een minder nauwkeurige maatstaf van de voortgang van de economische hervorming is.
Sociale cohesie
24. De indicatoren van sociale cohesie meten de graad en persistentie van het armoederisico en de inkomensspreiding, en het daarmee verbonden risico van sociale uitsluiting, overeenkomstig de hoge prioriteit die de Europese Raad van Lissabon aan sociale cohesie heeft gehecht. De open methode van coördinatie op het gebied van de sociale insluiting werd goedgekeurd op de Europese Raad van Laken. Zeven van de tien in Laken overeengekomen primaire indicatoren voor dit proces zijn in de lijst opgenomen. Andere, zoals "levensverwachting" bij de geboorte worden in de sectorale processen gebruikt.
25. Op het gebied van sociale cohesie zijn een aantal wijzigingen aangebracht in de definities van ongelijkheid van inkomensverdeling, armoederisico, persistent armoederisico, en deel van de bevolking dat in werkloze gezinnen leeft. De definitie van regionale cohesie is veranderd van de variatie in regionale werkloosheid in de variatie in regionale participatiegraad en de naam is veranderd in spreiding van de regionale participatiegraad.
Milieu
26. De milieu-indicatoren weerspiegelen de door de Europese Raad van Göteborg gewenste integratie van de vraagstukken op het gebied van duurzame ontwikkeling in het proces van Lissabon. De indicatoren bestrijken de vier in Göteborg aangewezen hoofdterreinen: klimaatverandering, duurzaam vervoer, bedreigingen voor de volksgezondheid en beheer van natuurlijke hulpbronnen.
27. Er worden dit jaar geen wijzigingen in de milieu-indicatoren voorgesteld. De indicator uitstoot van broeikasgassen is echter gewijzigd door de bij het Kyoto-protocol en de EU-lastenverdelingsovereenkomst vastgestelde beleidsdoelstellingen erin op te nemen. Wegens deze doelstellingen moeten sommige lidstaten hun uitstoot verminderen, terwijl andere hun uitstoot mogen verhogen in vergelijking met de niveaus van 1990. Het vergelijken van het verschil tussen de huidige uitstoot en de individuele streefwaarden voor elke lidstaat is een doeltreffende manier om de effecten van beleidsmaatregelen op het gebied van klimaatverandering te beoordelen.
V. Het betrekken van de kandidaat-lidstaten bij de structurele indicatoren
28. Zoals gevraagd door de Europese Raad van Göteborg, zullen de 13 kandidaat-lidstaten (Bulgarije, Cyprus, Tsjechië, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Roemenië, Slovenië, Slowakije en Turkije) met ingang van dit jaar stap voor stap bij het proces van de structurele indicatoren worden betrokken. De voorkeur zal uitgaan naar een brede landendekking van een subgroep van de structurele indicatoren waardoor een adequate vergelijking met en tussen de kandidaat-lidstaten mogelijk zal worden. Bij voorstellen voor nieuwe structurele indicatoren moet erop worden gelet dat er ook voor de kandidaat-lidstaten gegevens beschikbaar moeten zijn.
29 Eurostat heeft met de bureaus voor de statistiek van de kandidaat-lidstaten samengewerkt om de beschikbaarheid en kwaliteit van de structurele indicatoren voor deze landen te verbeteren. Hierbij werd grote vooruitgang geboekt. Eurostat heeft ernaar gestreefd tegen het voorjaarsverslag gereed te zijn en momenteel worden de meeste gegevens voor de structurele indicatoren voor de kandidaat-lidstaten nog verzameld en op kwaliteit beoordeeld. De gegevens voor de kandidaat-lidstaten zijn derhalve niet opgenomen in de aan deze mededeling gehechte statistische bijlage met grafieken.
30. In tabel 1 kan men zien welke gegevens voor de kandidaat-lidstaten naar verwachting beschikbaar zullen zijn. In dit stadium kan moeilijk nauwkeurig worden aangegeven voor welke landen en welke jaren de gegevens beschikbaar zullen zijn voor het voorjaarsverslag 2003, omdat Eurostat en de bureaus voor de statistiek van de kandidaat-lidstaten alles in het werk stellen om voor een zo breed mogelijke dekking te zorgen, waarbij voor ogen wordt gehouden dat de gegevens van goede kwaliteit moeten zijn en tevens de plannen voor de ontwikkeling van het statistisch stelsel van het land in kwestie in aanmerking worden genomen. De deelname aan het proces van de structurele indicatoren mag voor de kandidaat-lidstaten geen zware belasting vormen.
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
31. Uit de tabel blijkt dat naar verwachting in het algemeen enige informatie over de meeste van de indicatoren tijdig beschikbaar zal zijn voor het voorjaarsverslag 2003 voor toch een meerderheid van de kandidaat-lidstaten, hoewel de gegevensdekking het laagst is voor het terrein economische hervorming. In sommige gevallen zijn wel gegevens beschikbaar, maar moeten zij voorzichtig worden geïnterpreteerd omdat zij pas sinds kort worden verzameld en gezien de specifieke kenmerken van de kandidaat-lidstaten. Het zal waarschijnlijk nog lang duren voordat sommige van de structurele indicatoren de kandidaat-lidstaten vollediger dekken, maar aan dit proces dient een hoge prioriteit te worden toegekend.
32. Opgemerkt zij tevens dat de EER / EVA-landen (IJsland, Liechtenstein en Noorwegen) in de statistische bijlage van het voorjaarsverslag 2003 zullen worden opgenomen voor zover de gegevens beschikbaar zijn.
VI. Indicatoren in ontwikkeling
33. In de mededeling van de Commissie van vorig jaar betreffende de structurele indicatoren was sprake van 21 nieuw te ontwikkelen indicatoren. Sinds de bekendmaking van de vorige mededeling in oktober 2001 hebben de diensten van de Commissie veel voortgang gemaakt met de ontwikkeling van indicatoren. Er werd vooral veel vooruitgang geboekt met betrekking tot de volgende indicatoren: potentiële productie, marginaal (en gemiddeld) effectief belastingtarief, kinderopvangvoorzieningen, e-handel, e-bestuur, bedrijfsdemografie, bedrijfsregistratie, financiële integratie, verbruik van giftige chemische producten, grondstofproductiviteit, recyclage van bepaalde materialen en gevaarlijke afvalstoffen. Een samenvatting van de vorderingen op elk van deze terreinen wordt gegeven in bijlage 1.
34. De diensten van de Commissie hebben belangrijke voortgang gemaakt met de ontwikkeling van samengestelde indicatoren, vooral op terreinen zoals de kenniseconomie, ondernemerschap en de interne markt. Samengestelde indicatoren worden berekend door weging van een reeks goed gekozen onderindicatoren, om een samenvatting van de vorderingen van elke lidstaat op een bepaald beleidsterrein te geven. Dergelijke indicatoren hebben het voordeel dat zij een ruimere gamma van informatie bevatten dan in de huidige lijst van structurele indicatoren kan worden opgenomen en dat zij dus een vermindering van het aantal indicatoren mogelijk maken. Omdat samengestelde indicatoren krachtige beleidssignalen geven, moeten zij echter robuust zijn en op een deugdelijke methode berusten.
35. De Commissie is er derhalve van uitgegaan dat samengestelde indicatoren van geval tot geval moeten worden beoordeeld en aan de volgende kwaliteitscriteria moeten voldoen. Zij moeten waarde toevoegen in vergelijking met het gebruik van eenvoudiger indicatoren; zij moeten slechts onderindicatoren bevatten die van belang zijn voor het te meten verschijnsel; zij moeten gebaseerd zijn op gegevens van hoge kwaliteit voor alle onderindicatoren; de intercorrelatie tussen de onderindicatoren moet worden onderzocht; de methode voor de weging van de onderindicatoren moet transparant, eenvoudig en statistisch deugdelijk zijn; de samengestelde indicatoren moeten worden getest op robuustheid en gevoeligheid.
36. Het afgelopen jaar zijn twee samengestelde indicatoren ontwikkeld, namelijk "investeringen in de kenniseconomie" en "vorderingen bij de overgang naar de kenniseconomie". Deze samengestelde indicatoren zijn beoordeeld door externe deskundigen en hebben een gedetailleerde doorlichting en gevoeligheidsanalyse ondergaan [2]. De Commissie stelt nu voor deze samengestelde indicatoren te gebruiken in de desbetreffende beleidsdiscussies en mededelingen. Dit zal ook het geval zijn voor andere samengestelde indicatoren die door de diensten van de Commissie worden ontwikkeld. Zo wordt er gewerkt aan de ontwikkeling van een indicator om te meten in hoeverre de Europese ondernemingen klaar zijn voor e-business, terwijl er reeds samengestelde indicatoren worden gebruikt om de voortgang op het gebied van de interne markt en innovatie te meten. Om de kwaliteit van de synthese te verbeteren, zou de Commissie kunnen overwegen samengestelde indicatoren in het kader van de structurele indicatoren op te nemen op basis van de evaluatie van het gebruik ervan in de sectorale processen.
[2] State-of-the-art Report on Current Methodologies and Practices for Composite Indicator Development, Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek - Applied Statistics Group, Ispra, juni 2002 (www.jrc.cec.eu.int/uasa/prj-comp-ind.asp).
Tabel 2: De 42 structurele indicatoren die voor het voorjaarsverslag 2003 worden voorgesteld
Algemene economische achtergrond
a. BBP per hoofd (in KKS) en reële groei van het BBP
b. Arbeidsproductiviteit
c. Toename van de werkgelegenheid*
d. Inflatie
e. Stijging van de loonkosten per eenheid product
f. Begrotingssaldo
g. Schuld van de totale overheid
I. Werkgelegenheid
1. Participatiegraad*
2. Effectieve gemiddelde uittredingsleeftijd*
3. Loonverschil tussen mannen en vrouwen
4. Belastingen op lage lonen
5. Levenslang leren
6. Arbeidsongevallen*
7. Werkloosheid*
II. Innovatie en onderzoek
1. Uitgaven voor menselijk kapitaal (overheidsuitgaven voor onderwijs)
2. Uitgaven voor O&O (naar financieringsbron)
3. Toegang tot internet
4. Aantal afgestudeerden op het gebied van wetenschappen en technologie*
5. Octrooien
6. Durfkapitaal
7. Uitgaven voor ICT
III. Economische hervorming
1. Relatief prijspeil en prijsconvergentie
2. Prijzen in de netwerkindustrieën
3. Marktstructuur in de netwerkindustrieën
4. Overheidsopdrachten
5. Sectorale en ad hoc staatssteun
6. Convergentie van de rentetarieven
7. Bedrijfsregistratie
IV. Sociale cohesie
1. Ongelijkheid van de inkomensverdeling
2. Armoederisico*
3. Persistent armoederisico*
4. Spreiding van de regionale participatiegraad*
5. Vroegtijdige schoolverlaters die geen verder onderwijs of opleiding volgen*
6. Langdurige werkloosheid*
7. Deel van de bevolking dat in werkloze gezinnen leeft
V. Milieu
1. Uitstoot van broeikasgassen (inclusief doelstellingen)
2. Energie-intensiteit van de economie
3. Volume van vervoer (ton- en passagier/km) in verhouding tot het BBP
4. Modale verdeling van het vervoer
5. Kwaliteit van de lucht in de steden
6. Stedelijk afval
7. Aandeel van hernieuwbare energiebronnen
Wijzigingen zijn vet gedrukt. * Staat bij indicatoren die zijn gesplitst naar geslacht.
Tabel 3: Veranderingen in de lijst van structurele indicatoren*
Algemene economische achtergrond
Ongewijzigd.
I. Werkgelegenheid
"Effectieve gemiddelde uittredingsleeftijd" is in de plaats gekomen van "participatiegraad van oudere werknemers". Laatstgenoemde vormt nu een onderdeel van de participatiegraadindicator.
II. Innovatie en onderzoek
"Uitgaven voor O&O" zijn thans gesplitst naar financieringsbron in plaats van naar de sector die het O&O uitvoert.
III. Economische hervorming
"Convergentie van de rentetarieven" is in de plaats gekomen van "Kapitaalverschaffing door de beurzen".
"Bedrijfsregistratie" is in de plaats gekomen van "Bedrijfsinvesteringen".
IV. Sociale cohesie
"Regionale cohesie" wordt thans gedefinieerd als de variatie in de regionale participatiegraad, in plaats van in de werkloosheid, en is omgedoopt tot "Spreiding van de regionale participatiegraad".
Er zijn wijzigingen aangebracht in de definities van "ongelijkheid van de inkomensverdeling" en "deel van de bevolking dat in werkloze gezinnen leeft"
V. Milieu
"Uitstoot van broeikasgassen" omvat thans de overeengekomen beleidsdoelstellingen.
* In vergelijking met de door de Europese Raad van Laken goedgekeurde lijst.
BIJLAGE 1 - NOG TE ONTWIKKELEN INDICATOREN
1. Sedert de publicatie van de mededeling over de structurele indicatoren in oktober 2001 hebben de diensten van de Commissie belangrijke vorderingen gemaakt bij de ontwikkeling van indicatoren. In deze bijlage worden deze vorderingen beschreven. Zij bevat ook de nieuwe lijst van de te ontwikkelen indicatoren.
Samengestelde indicatoren
2. De diensten van de Commissie hebben aanzienlijke vorderingen gemaakt bij de ontwikkeling van nieuwe samengestelde indicatoren, zoals boven reeds werd opgemerkt [3]. Met name twee samengestelde indicatoren "investeringen in de kenniseconomie" en "resultaten van de overgang naar de kenniseconomie" zijn ontwikkeld. De Commissie stelt thans voor deze samengestelde indicatoren te gebruiken in de desbetreffende beleidsdiscussies en mededelingen. Daardoor zal meer inzicht worden verkregen in de verschillende dimensies van de kenniseconomie.
[3] Deze samengestelde indicatoren zullen worden beoordeeld aan de hand van hun gebruik in de sectorale processen.
3. De samengestelde indicator "investeringen in de kenniseconomie" geeft inzicht in de twee voornaamste aspecten van deze investeringen: schepping en verspreiding. Hij is samengesteld uit subindicatoren over de uitgaven voor O&O, het aantal afgestudeerden in wetenschappen en technologie, het aantal onderzoekers, de bruto-investeringen in vaste activa, e-bestuur, de uitgaven voor onderwijs en levenslang leren.
4. De samengestelde indicator "resultaten van de overgang naar de kenniseconomie" omvat vier belangrijke elementen: arbeidsproductiviteit, wetenschappelijke en technologische resultaten, gebruik van de informatie-infrastructuur en doeltreffendheid van het onderwijssysteem. De samengestelde indicator is afgeleid uit de subindicatoren voor arbeidsproductiviteit, octrooien, publicaties, e-handel en slaagpercentage op school.
Algemene economische achtergrond
5. De diensten van de Commissie hebben in samenwerking met de Raad een indicator van de potentiële productie opgesteld aan de hand van een productiefunctie. Zoals reeds werd opgemerkt, werd besloten deze indicator dit jaar niet in de lijst op te nemen, teneinde over tijd te beschikken om problemen in verband met het gebruik van de indicator op te lossen.
Werkgelegenheid
6. De diensten van de Commissie analyseren momenteel de voornaamste factoren die bijdragen tot de loonverschillen tussen mannen en vrouwen, teneinde nadere informatie te verkrijgen voor de analyse van deze verschillen. Een beleidsdocument van de Commissie is in voorbereiding.
7. In samenwerking met de OESO is verder gewerkt aan de ontwikkeling van indicatoren van het marginale effectieve belastingtarief en het gemiddelde effectieve belastingtarief. Deze indicatoren zijn een maatstaf van de armoede- en werkloosheidsvallen. De gegevens zullen echter waarschijnlijk niet op tijd beschikbaar zijn voor het voorjaarsverslag 2003.
8. De Europese Raad van Barcelona heeft streefcijfers vastgesteld voor de kinderopvang. Sommige gegevens kunnen worden afgeleid uit de nationale actieplannen voor de werkgelegenheid. Momenteel zijn gegevens beschikbaar van elf lidstaten, maar zij voldoen niet geheel aan de overeengekomen definitie. De diensten van de Commissie werken met Eurostat en de lidstaten samen om het bereik van de gegevens te verbeteren. Gezien het politieke belang dat aan deze indicator wordt gehecht, dienen de lidstaten hun inspanningen op te voeren om gegevens te verstrekken over de kinderopvang.
Innovatie en onderzoek
9. Eurostat heeft in 2001 en 2002 een proefenquête uitgevoerd over e-handel. Zij heeft echter niet betrekking op alle 15 lidstaten. Inmiddels hebben de diensten van de Commissie via een Eurobarometerenquête gegevens verzameld over het percentage bedrijven dat on-line verkoopt of aankoopt. De gegevens van de enquête van 2001 zijn reeds beschikbaar en die van de enquête van 2002 worden verwacht voor november 2002. Vanaf 2003 zullen de gegevens over de e-handel worden geleverd door de Eurostatenquête. Omdat de gegevens van Eurostat nog niet op alle lidstaten betrekking hebben, blijft dit een te ontwikkelen indicator.
10. De indicator van het e-bestuur wordt gedefinieerd als het gemiddeld procentueel gebruik van 20 basisdiensten van de overheid die on-line beschikbaar zijn. De eerste resultaten voor deze indicator zijn in 2001 beschikbaar gekomen en met succes gebruikt in het benchmarkingproces e-Europe. Toch heeft de Commissie besloten e-bestuur niet bij de structurele indicatoren op te nemen, omdat de lijst kort moet worden gehouden. E-bestuur blijft dus in de lijst van te ontwikkelen indicatoren en zal wellicht worden opgenomen in de toekomstige lijst van structurele indicatoren.
Economische hervorming
11. Er zijn vorderingen gemaakt bij het verzamelen van gegevens over de bedrijfsdemografie. Geharmoniseerde gegevens over "nieuwe bedrijven", "overlevingspercentage van nieuwe bedrijven" en "gestrande bedrijven" zullen eind 2002 beschikbaar zijn voor de meeste lidstaten en in 2003 voor alle lidstaten.
12. Indicatoren over bedrijfsregistratie zijn gepubliceerd als onderdeel van de Best-procedure in het kader van het meerjarenprogramma voor ondernemingen en ondernemerschap. Daarom zijn bij de structurele indicatoren gegevens over "tijd nodig voor de registratie van een naamloze vennootschap" en "kosten van registratie van een naamloze vennootschap" opgenomen.
13. De diensten van de Commissie hebben drie indicatoren van de financiële integratie ontwikkeld op verzoek van de Raad Ecofin van juli 2000. Een van deze indicatoren, de convergentie van de rentetarieven, is opgenomen in de lijst van structurele indicatoren. Thans wordt verder gewerkt aan andere indicatoren van financiële integratie, zoals de voorkeur voor binnenlandse activa in de portefeuille van banken en pensioenfondsen.
Sociale cohesie
14. De Raad Werkgelegenheid en sociale zaken heeft op 3 december 2001 het verslag van het Comité Sociale bescherming over de indicatoren op het gebied van armoede en sociale uitsluiting aangenomen. In het verlengde hiervan worden indicatoren ontwikkeld van, bijvoorbeeld, gezondheid en sociaal-economische status, huisvesting en levensomstandigheden. Voor het voorjaarsverslag 2003 worden gegevens voor de meeste indicatoren van sociale cohesie verwacht van het European Community Household Panel. In de toekomst zullen dergelijke indicatoren gebaseerd zijn op de nieuwe "statistieken van inkomen en levensomstandigheden" (EU-SILC), die naar verwachting gegevens zullen opleveren met een korter (twee jaar) tijdsverschil. Bovendien zal Eurostat verder werken aan de ontwikkeling van gegevens van het regionale BBP per hoofd van de bevolking op basis van gegevens over het regionale prijspeil.
Milieu
15. In de mededeling van vorig jaar waren zes te ontwikkelen milieu-indicatoren opgenomen. Nadere gegevens over deze indicatoren en andere nog te ontwikkelen indicatoren zullen worden verstrekt in het komende verslag van Eurostat aan de Raad Milieu.
16. Wat het verbruik van giftige chemische producten betreft is nog aanzienlijk methodologisch en ontwikkelingswerk nodig. Eurostat heeft een project opgezet om een reeks indicatoren te ontwikkelen over de meest voorkomende toxicologische gevolgen voor de mens en het ecosysteem.
17 Gegevens over de grondstofproductiviteit bij stroomopwekking zijn reeds beschikbaar, maar de gegevens over het gebruik van ertsen moeten nog worden verbeterd, omdat er hiaten zijn en de kwaliteit en tijdige beschikbaarheid van de gegevens moeten worden verbeterd.
18. Wat de recyclage van bepaalde materialen en de productie van gevaarlijke afvalstoffen betreft wordt verwacht dat de komende Europese verordening inzake afvalstatistieken geharmoniseerde statistieken zal opleveren met een beter landenbereik, tijdigheid en kwaliteit.
Nieuwe lijst van nog te ontwikkelen indicatoren
19. De nieuwe lijst van nog te ontwikkelen indicatoren bevat indicatoren uit de lijst van vorig jaar die nog niet volledig ontwikkeld zijn of die nog nuttig zouden kunnen worden gebruikt in de sectorale beleidsprocessen. Dit is het geval voor de samengestelde indicatoren, de potentiële productie, het marginale (en gemiddelde) effectieve belastingtarief, de kinderopvangvoorzieningen, de e-handel, het e-bestuur, de bedrijfsdemografie, het recyclagepercentage van bepaalde materialen en de productie van gevaarlijke afvalstoffen. Sommige indicatoren zijn overgenomen omdat weinig vooruitgang is gemaakt doordat de diensten van de Commissie hun aandacht moesten beperken tot een hanteerbaar aantal indicatoren. In hetzelfde verband moet verder worden nagedacht over het verband tussen de te ontwikkelen indicatoren "gezonde levensjaren" en "levensverwachting bij de geboorte".
20. Het regionale BBP per hoofd van de bevolking is toegevoegd aan de lijst van de te ontwikkelen indicatoren. Deze indicator, die een belangrijke rol speelt bij de bepaling van het economisch en sociale cohesiebeleid, is de afgelopen jaren door de Commissie voorgesteld, maar niet door de Raad aangehouden. Daarom zullen de diensten van de Commissie verder werken aan de ontwikkeling van deze indicator, met name op basis van de regionale koopkrachtpariteiten.
21. Dit jaar zijn geen andere indicatoren toegevoegd aan de lijst van nog te ontwikkelen indicatoren. De ontwikkeling van indicatoren is een langdurig proces, en daarom heeft de Commissie besloten haar aandacht vooral te richten op de indicatoren die al zijn uitgekozen voor verdere ontwikkeling. De enige andere verandering ten opzichte van vorig jaar is dat "bedrijfsregistratie" uit de lijst is verwijderd en opgenomen bij de structurele indicatoren.
Tabel 4: Lijst van nog te ontwikkelen indicatoren
Samengestelde indicatoren
Algemene economische achtergrond
1. Potentiële productie
2. Totale factorproductiviteit
I. Werkgelegenheid
3. Vacatures
4. Kwaliteit van het werk
5. Marginaal (en gemiddeld) effectief belastingtarief
6. Kinderopvangvoorzieningen
II. Innovatie en onderzoek
7. Samengestelde indicatoren van de kenniseconomie
8. Openbare en particuliere uitgaven voor menselijk kapitaal
9. E-handel
10. E-bestuur
11. ICT-investeringen
III. Economische hervorming
12. Bedrijfsdemografie
13. Kapitaalkosten
14. Financiële integratie
IV. Sociale cohesie
15. Regionaal BBP per capita in KKS
Het comité sociale bescherming en de diensten van de Commissie zullen verder werken aan de ontwikkeling van indicatoren.
Milieu
16. Verbruik van giftige chemische producten
17. Gezonde levensjaren
18. Biodiversiteit
19. Grondstofproductiviteit
20. Recyclage van bepaalde materialen
21. Productie van gevaarlijke afvalstoffen
Vooruitgang is geboekt met de cursief gedrukte indicatoren.
BIJLAGE 2 - Definitie, bron, beschikbaarheid en beleidsdoelstelling van de geselecteerde indicatoren
Indicatoren van de algemene economische achtergrond
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
* "Tijdreeks": jaren waarover in de meeste lidstaten gegevens beschikbaar zijn.
(I) Werkgelegenheid
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
(II) Innovatie en onderzoek
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
(III) Economische hervorming
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
(IV) Sociale cohesie
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
(V) Milieu
>RUIMTE VOOR DE TABEL>