Home

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement overeenkomstig artikel 251, lid 2, tweede alinea, van het EG-Verdrag over het gemeenschappelijk standpunt van de Raad met het oog op de aanneming van een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor de toegang tot gastransmissienetten

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement overeenkomstig artikel 251, lid 2, tweede alinea, van het EG-Verdrag over het gemeenschappelijk standpunt van de Raad met het oog op de aanneming van een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor de toegang tot gastransmissienetten

Brussel, 16.11.2004

COM(2004) 760 definitief

2003/0302 (COD)

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 251, lid 2, tweede alinea, van het EG-Verdrag over het

gemeenschappelijk standpunt van de Raad met het oog op de aanneming van een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor de toegang tot gastransmissienetten

2003/0302 (COD)

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENTovereenkomstig artikel 251, lid 2, tweede alinea, van het EG-Verdragover het

gemeenschappelijk standpunt van de Raad met het oog op de aanneming van een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor de toegang tot gastransmissienetten

1- ACHTERGROND

+++++ TABLE +++++

2- DOEL VAN HET VOORSTEL VAN DE COMMISSIE

Dit voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad vormt een aanvulling op Richtlijn 2003/55/EG betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas en houdende intrekking van Richtlijn 98/30/EG. De bedoeling is minimumeisen vast te stellen betreffende de voorwaarden voor de toegang tot gastransmissienetten.

Uit de ervaring die onder meer is opgedaan bij het Europees Regelgevend Forum voor gas in Madrid, is gebleken dat een kwalitatieve opening van de markt even belangrijk is als een kwantitatieve opening. Terwijl Richtlijn 2003/55/EG de markt uiterlijk in juni 2007 volledig zal openen, zorgen de toegangsvoorwaarden tot het net die in de lidstaten voor derden gelden, allesbehalve voor gelijke kansen. Zowel volgens Richtlijn 2003/55/EG als volgens de voorgestelde verordening is de toegang voor derden cruciaal voor de opening van de markt en de invoering van concurrentie. Terwijl in de richtlijn alleen de doelstellingen worden vastgesteld, wordt er met de verordening naar gestreefd dat aan bepaalde minimumeisen met betrekking tot het centrale element van de richtlijn, namelijk de voorwaarden voor de toegang tot het transmissienet, wordt voldaan.

3- OPMERKINGEN BIJ HET GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT

Met uitzondering van de onder 4.4 genoemde kwesties komt het gemeenschappelijk standpunt inhoudelijk volledig overeen met het voorstel van de Commissie. Door een aantal andere door de Raad en het Europees Parlement aangebrachte wijzigingen worden de bepalingen van de verordening verduidelijkt wat de samenhang met Richtlijn 2003/55/EG betreft, of worden ze aangevuld.

De lidstaten hebben niet alleen de noodzaak van de verordening als zodanig erkend, maar ook het feit dat het toepassingsgebied ervan verder gaat dan enkel en alleen grensoverschrijdende kwesties, teneinde een verstoring van de concurrentie en discriminatie te voorkomen.

4- GEDETAILLEERDE OPMERKINGEN VAN DE COMMISSIE

4.1 Amendementen die door de Commissie zijn aanvaard en geheel of gedeeltelijk in het gemeenschappelijk standpunt zijn opgenomen

Amendement 1: Het amendement is aanvaardbaar voor zover het de nadruk legt op de noodzaak de resterende handelsbelemmeringen aan te pakken.

Amendement 3: Het amendement benadrukt de noodzaak van overleg en samenwerking tussen de Commissie en de bedrijfstak, waarmee de Commissie instemt.

Amendement 4: Het aanvaardbare gedeelte van het amendement biedt duidelijkheid.

Amendement 7: De voorgestelde definitie van "netgebruiker" is duidelijker en eenvoudiger zonder de draagwijdte van de door de Commissie voorgestelde definitie te beperken.

Amendement 12: Het amendement brengt de tekst in overeenstemming met de desbetreffende bepalingen van Richtlijn 2003/55/EG. Ook wordt er rekening mee gehouden dat er in sommige lidstaten een bepaalde mate van concurrentie tussen pijpleidingen bestaat. Ten slotte wordt door het amendement erkend dat er bij de opstelling van tarieven op moet worden gelet dat hieruit niet alleen investeringen in infrastructuur moeten worden gefinancierd, maar ook investeringen die gericht zijn op een gasstroom die niet gehinderd wordt door eisen ten aanzien van de kwaliteit of de interoperabiliteit.

Amendement 13: Convergentie van de tariefstructuren en de balanceringsmechanismen vergemakkelijken en verbeteren de voorwaarden voor de handel in aardgas.

Amendement 15: Deze kwestie kan aan de marktkrachten worden overgelaten, aangezien het in het belang van de transmissiesysteembeheerder is een zo groot mogelijke capaciteit op de markt te brengen.

Amendement 18: Dit amendement heeft betrekking op een belangrijk aspect, dat tijdens het Madrid-proces werd besproken. Het beschermt transmissiesysteembeheerders tegen risico's die verband houden met een oneconomisch gedrag van netgebruikers of met onbetrouwbare netgebruikers.

Amendementen 19, 26 en 32: Deze amendementen brengen duidelijkheid.

Amendementen 20 en 39: Deze amendementen zijn gebaseerd op de vrijwillige Richtsnoeren voor goede praktijk inzake derdentoegang, waarover in Madrid overeenstemming werd bereikt, en zorgt voor een goed evenwicht tussen de eisen van een concurrerende markt en de continuïteit van de energievoorziening.

Amendement 21: Het is belangrijk vast te stellen binnen welke termijn ongebruikte capaciteit moet worden aangeboden, op voorwaarde dat het aanbod kan worden onderbroken. Netgebruikers kunnen immers niet van deze dienst profiteren als zij onvoldoende tijd hebben om te reageren.

Amendement 23: De publicatie van informatie over tariefderivatie en de hieraan ten gronde liggende methoden, alsmede over de tariefstructuur zorgt voor transparantie en is nodig om concurrentie mogelijk te maken en oneerlijke en ongerechtvaardigde tarieven te vermijden.

Amendement 25, middelste deel: Vaststelling van de relevante punten van een transmissiesysteem waarover na overleg met de netgebruikers informatie moet worden gepubliceerd, garandeert dat deze informatie betrekking heeft op de punten die voor de markt het belangrijkst zijn.

Amendement 28: Dit amendement is in overeenstemming met de tekst van de Madrid-richtsnoeren. Inhoudelijk is het amendement overgenomen, maar de bewoordingen zijn door de Raad gewijzigd met het oog op juridische duidelijkheid en een samenhangende tekst.

Amendement 29: Geharmoniseerde balanceringsstelsels zijn belangrijk om een onbelemmerde gasstroom en de ontwikkeling van spotmarkten mogelijk te maken.

Amendement 34: Dit amendement vormt een nuttige aanvulling en weerspiegelt soortgelijke bepalingen in Verordening (EG) 1228/2003.

Amendement 36: Dit amendement draagt bij tot grotere efficiëntie van het werk van de Commissie en stroomlijnt haar verplichtingen op het gebied van de verslaglegging.

Amendement 38: Wanneer de netgebruikers bij de ontwikkeling van standaardcontracten en netcodes worden betrokken, verhoogt dat de praktische waarde en toepasbaarheid daarvan.

Amendementen 40 en 41: Deze amendementen zijn gebaseerd op de vrijwillige richtsnoeren die in Madrid zijn overeengekomen. Netgebruikers moeten worden ingelicht over de omstandigheden die op de gecontracteerde capaciteit van invloed zijn, zodat ze de nodige maatregelen kunnen treffen om onder de heersende omstandigheden tegemoet te komen aan de behoeften van hun klanten. Met het oog daarop moet de transparantie zo groot mogelijk zijn.

4.2 Amendementen die door de Commissie zijn aanvaard, maar niet in het gemeenschappelijk standpunt zijn opgenomen

Geen

4.3 Amendementen die niet door de Commissie zijn aanvaard en niet in het gemeenschappelijk standpunt zijn opgenomen

Amendementen 1 en 4: Voorzover deze amendementen een mogelijke beperking van het toepassingsgebied van de verordening tot grensoverschrijdend verkeer impliceren, zijn zij onaanvaardbaar voor de Commissie. Iedere beperking van het toepassingsgebied van de verordening tot de grensoverschrijdende handel maakt het onmogelijk de onderliggende doelstellingen van de verordening te realiseren. Wanneer het toepassingsgebied van de verordening tot de grensoverschrijdende handel wordt beperkt, kan niet worden gezorgd voor de noodzakelijke gelijke omstandigheden wat de toegangsvoorwaarden betreft, met name wanneer lidstaten meer dan een transmissiesysteembeheerder hebben. De onderwerpen die in de verordening worden aangesneden, zijn voor het gehele gasnet relevant en hebben niet alleen betrekking op interconnecties. Beperking van het toepassingsgebied van de richtlijn tot de grensoverschrijdende handel zou de voorgestelde verordening dan ook vrijwel nutteloos maken.

Amendementen 2, 5 en 6, eerste deel: Deze amendementen geven de onjuiste indruk dat alleen de grensoverschrijdende handel tot een intensivering van de concurrentie in de gehele EU zou leiden, terwijl dit wordt bereikt door een groter aantal marktdeelnemers dat in staat is de gehele EU gas te leveren (d.w.z. binnen lidstaten en naar andere lidstaten). (Zie ook het commentaar op de amendementen 1 en 4.)

Amendement 6, tweede deel: Dit amendement beperkt het toepassingsgebied van de verordening tot transmissiesysteembeheerders als gedefinieerd in Richtlijn 2003/55/EG. Dit leidt er waarschijnlijk toe dat regionale transmissiesystemen worden uitgesloten, zodat er, wat de toegangsvoorwaarden voor transmissienetten betreft, geen gelijke omstandigheden ontstaan.

Amendement 8: Dit amendement maakt geen duidelijk onderscheid tussen de primaire en de secundaire markt, hoewel dit een van de grondslagen van de verordening is. Dit zou aanleiding kunnen geven tot misverstanden met betrekking tot artikel 8 "Handel in capaciteitsrechten", waar het gaat om de secundaire markt.

Amendementen 9 en 10: Omdat de in deze amendementen gedefinieerde termen niet in de tekst voorkomen, is er ook geen definitie nodig.

Amendement 11: 'Relevante punten' moet in de richtsnoeren, in een bijlage bij de verordening, worden gedefinieerd, zodat deze definitie soepel en snel aan de marktontwikkelingen kan worden aangepast. De opslagfaciliteiten zijn met opzet buiten de werkingssfeer van de verordening gehouden omdat zij wegens hun specifieke kenmerken en de eisen die hierdoor aan de regelgeving worden gesteld, een eigen aanpak verdienen.

Amendement 14: Door zijn algemene bewoordingen is het in de praktijk moeilijk, zo niet onmogelijk dit amendement toe te passen.

Amendement 16: De onderwerpen die in dit amendement aan de orde komen, vallen buiten het toepassingsgebied van de verordening.

Amendement 17: Met dit amendement wordt beoogd houders van capaciteitsrechten te verplichten ongebruikte capaciteit op de secundaire markt aan te bieden. Hoewel de Commissie zich kan vinden in de doelstellingen en intenties van het amendement, denkt zij dat voor bestaande contracten economische stimulansen het best werken. Voor nieuwe contracten wordt deze materie geregeld in artikel 5, lid 2.

Amendement 22: Dit amendement zou tot allerlei eigen interpretaties van 'aanhoudende en significante contractuele congestie' leiden. Bovendien zou het de desbetreffende bepalingen van de tekst van de Commissie verzwakken. Weliswaar moeten bestaande contracten, om juridische redenen, anders worden behandeld, maar het is van essentieel belang dat in nieuwe contracten rekening wordt gehouden met het feit dat het vasthouden van capaciteit op een concurrerende markt onaanvaardbaar is en dat er 'use-it-or-lose-it'-principes moeten worden toegepast.

Amendement 24: Dit amendement voegt niets nieuws toe. De definitie van 'relevante punten' is opgenomen in artikel 6, lid 3, en in de bijlage.

Amendement 25, eerste en laatste deel: Met het oog op de duidelijkheid moeten de punten waarover informatie moet worden gepubliceerd, allemaal in artikel 6, lid 3, worden opgenomen. Wegens het grote aantal exitpunten in sommige transmissiesystemen is het van belang ten minste een percentage voor de capaciteit van exitpunten aan te geven, dat moet worden gepubliceerd. Aan deze eis wordt voldaan in de bijlage.

Amendement 27: Gezien de grote verschillen tussen de Europese transmissiesystemen lijkt het amendement prematuur. De omvang van het systeem, de beschikbaarheid van opslagfaciliteiten en andere middelen die de transmissiesysteembeheerder ten dienste staan om flexibel te reageren, kunnen bepalend zijn voor zijn mogelijkheden op het vlak van balanceringsdiensten. Bovendien is de verwijzing naar marktgerichte balanceringssystemen te vaag, omdat er op de EU-gasmarkt verschillende marktgerichte systemen bestaan.

Amendement 30: Van dit amendement kunnen verkeerde signalen uitgaan en het zou de te nemen maatregelen kunnen beperken tot raadplegingen. Ook wordt de betrokkenheid van de regelgevende instanties teniet gedaan, hoewel deze noodzakelijk wordt geacht om niet-discriminerende en transparante contracten procedures te waarborgen.

Amendement 31: Aanvaarding van dit amendement zou in de weg staan aan goed overleg met het bedrijfsleven, terwijl de Commissie dit van het grootste belang acht.

Amendement 35: Hoewel de Commissie herhaaldelijk blijk heeft gegeven van haar voornemen nauw overleg te plegen met het bedrijfsleven en de eindafnemers, is het institutioneel gezien niet juist een in het kader van de comitologieprocedure opgericht comité te verplichten tot welk overleg dan ook.

Amendement 37: Sommige lidstaten mogen nog steeds afwijken van Richtlijn 98/30/EG. Om een consistente toepassing van het Gemeenschapsrecht, en met name van de artikelen 22, 27 en 28 van Richtlijn 2003/55/EG en de bepalingen van de onderhavige verordening, te waarborgen zijn afwijkingen van en uitzonderingen op de toepassing van de verordening onontbeerlijk. De verordening vormt immers een aanvulling op enkele bepalingen van de richtlijn waarvan deze lidstaten mogen afwijken.

Amendement 42: Om technische redenen die verband houden met de drukcondities in het net, die op vrij korte termijn aangepast kunnen worden, moeten gepubliceerde capaciteiten vaak nog eens bevestigd worden voordat er een contract over wordt afgesloten. Dit geldt met name voor kortetermijndiensten en diensten die zeer snel beschikbaar zijn.

4.4. Amendementen die niet door de Commissie zijn aanvaard, maar toch in het gemeenschappelijk standpunt zijn opgenomen

Amendement 33: De Commissie acht het zinvol te wijzen op het recht van Europese burgers en bedrijven om bij het Hof van Justitie beroep in te stellen indien daartoe aanleiding bestaat. Bij de aanpassing van artikel 11 aan de eisen van de voorgestelde verordening heeft de Raad de leden 2, 3, 4 en 5 van dat artikel evenwel volledig geschrapt, maar amendement 33 van het Parlement erin opgenomen. De Commissie aanvaardt deze aanpak van de Raad, omdat de bepalingen van de verordening hierdoor worden gestroomlijnd.

4.5. Door de Raad aangebrachte wijzigingen

De definitie van "nieuwkomers" en "kleine spelers" in artikel 2, leden 23 en 24, van het oorspronkelijke voorstel van de Commissie is geschrapt. De Commissie gaat daarmee akkoord omdat deze begrippen duidelijk genoeg zijn. De bepalingen over nieuwkomers in de tekst van de verordening zijn evenwel gehandhaafd.

In artikel 9, leden 1 en 2, heeft de Raad het door de Commissie voorgestelde toepassingsgebied van de comitologieprocedure verkleind en alle onderwerpen die nog niet in de richtsnoeren in de bijlage bij de verordening worden geregeld, geschrapt. Alleen onderwerpen die al in de richtsnoeren zijn opgenomen, zijn gehandhaafd. De door de Raad verwijderde onderwerpen kunnen in een latere fase aan bod komen, bijvoorbeeld wanneer het verslag overeenkomstig artikel 30 van Richtlijn 2003/55/EG (tweede interne-gasmarktrichtlijn) wordt ingediend.

Om de indruk te vermijden dat voor een van de richtsnoeren in de bijlage bij de verordening op EU-niveau standaardisatie of harmonisatie nodig zou zijn, heeft de Raad ter verduidelijking een nieuw lid (artikel 9, lid 3) ingevoegd. De Commissie was nooit van plan te bepalen dat de voorwaarden voor de toegang tot het netwerk op EU-niveau zouden moeten worden gestandaardiseerd, maar zij wilde dat er minimumnormen voor de nettoegang worden vastgesteld. Daarom is de tekst van artikel 9, lid 3, aanvaardbaar voor de Commissie.

Met het oog op de samenhang met Richtlijn 2003/55/EG heeft de Raad artikel 16 over "afwijkingen en uitzonderingen" ingevoegd. Dit artikel moet zorgen voor een coherente toepassing van het Gemeenschapsrecht. Het gaat niet verder dan de omvang van de afwijkingen die al in Richtlijn 2003/55/EG zijn neergelegd, maar verleent de lidstaten waarvoor in het kader van artikel 28 van Richtlijn 2003/55/EG al een afwijking gold, het recht een tijdelijke afwijking van de toepassing van deze verordening aan te vragen. De Commissie dient hiervoor toestemming te verlenen.

Ten slotte gaat de Commissie ermee akkoord dat de verordening een jaar later in werking treedt dan zij in het oorspronkelijke voorstel had gepland en stemt zij ermee in dat de richtsnoeren in de bijlage bij de verordening niet voor 1 januari 2007 mogen worden gewijzigd. Omdat de Commissie van oordeel is dat deze richtsnoeren volledig, uitgebreid en uitgewerkt genoeg zijn om op de markteisen te kunnen reageren, kan zij ook met dit voorstel instemmen.

5- CONCLUSIE

De Commissie had liever gezien dat de verordening in 2005 in werking was getreden, maar is van mening dat het op 10 juni (met een gekwalificeerde meerderheid) bereikte politieke akkoord en het op 12 november 2004 goedgekeurde gemeenschappelijke standpunt volledig aan de doelstellingen van de verordening beantwoorden. Daarom steunt de Commissie dit gemeenschappelijk standpunt.

Bijlage

Voorstel voor een verordening betreffende de voorwaarden voor de toegang tot de gastransmissienetten

Verklaring van de Commissie

Deze verordening strekt zich niet uit tot de opslag van gas en de toegang tot de opslagfaciliteiten.

De opslag en de toegang tot de opslagfaciliteiten komen daarom niet aan de orde in de richtsnoeren die zijn neergelegd in artikel 9, lid 1, van de verordening of worden gewijzigd overeenkomstig artikel 9, lid 2, van deze verordening.