Home

Eindverslag van de raadadviseur-auditeur in Zaak Comp/38.284/d2 (Air France/Alitalia) (opgesteld overeenkomstig artikel 15 van Besluit 2001/462/EG, EGKS van de Commissie van 23 mei 2001 betreffende het mandaat van de raadadviseur-auditeur in bepaalde mededingingsprocedures — PB L 162 van 19.6.2001, blz. 21)

Eindverslag van de raadadviseur-auditeur in Zaak Comp/38.284/d2 (Air France/Alitalia) (opgesteld overeenkomstig artikel 15 van Besluit 2001/462/EG, EGKS van de Commissie van 23 mei 2001 betreffende het mandaat van de raadadviseur-auditeur in bepaalde mededingingsprocedures — PB L 162 van 19.6.2001, blz. 21)

9.12.2004

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 305/4


EINDVERSLAG VAN DE RAADADVISEUR-AUDITEUR IN ZAAK COMP/38.284/D2 (AIR FRANCE/ALITALIA)

(opgesteld overeenkomstig artikel 15 van Besluit 2001/462/EG, EGKS van de Commissie van 23 mei 2001 betreffende het mandaat van de raadadviseur-auditeur in bepaalde mededingingsprocedures — PB L 162 van 19.6.2001, blz. 21)

(2004/C 305/04)

De ontwerp-beschikking in bovenvermelde zaak geeft aanleiding tot de volgende opmerkingen.

Op 13 november 2001 hebben Air France en Alitalia diverse overeenkomsten bij de Commissie aangemeld, met het verzoek om een negatieve verklaring op grond van artikel 3, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 3975/87, subsidiair een ontheffing op grond van artikel 5 van diezelfde verordening.

Een samenvatting van de aanvraag is op 8 mei 2002 in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschap bekendgemaakt, met het verzoek aan derden en de lidstaten hun opmerkingen, overeenkomstig artikel 5, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 3975/87, binnen een termijn van dertig dagen aan de Commissie kenbaar te maken.

Op 1 juli 2002 heeft de Commissie de partijen, overeenkomstig artikel 5, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 3975/87, meegedeeld dat er ernstige bezwaren bestonden ten aanzien van de toepasselijkheid van artikel 81, lid 3, van het Verdrag op de aangemelde overeenkomsten.

Na besprekingen met de diensten van de Commissie hebben de partijen toezeggingen gedaan die op 9 december 2003 overeenkomstig artikel 16, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 3975/87 zijn bekendgemaakt, met het verzoek aan alle belanghebbenden hun opmerkingen te maken.

Diverse luchtvaartmaatschappijen en het Office of Fair Trading van het Verenigd Koninkrijk hebben opmerkingen gemaakt bij de voorgestelde corrigerende maatregelen en de partijen hebben ermee ingestemd hun toezeggingen verder te verbeteren. Zodoende konden de door de diensten van de Commissie vastgestelde mededingingsbezwaren worden weggenomen.

Mitsdien concludeer ik dat in deze zaak de rechten van de partijen te worden gehoord zijn gerespecteerd.

Brussel, 18 maart 2004.

Serge DURANDE