Home

Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende het standpunt van de Gemeenschap in de Associatieraad inzake de tenuitvoerlegging van artikel 66 van de Euro-mediterrane Interim-associatieovereenkomst voor handel en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) ten behoeve van de Palestijnse Autoriteit van de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook, anderzijds

Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende het standpunt van de Gemeenschap in de Associatieraad inzake de tenuitvoerlegging van artikel 66 van de Euro-mediterrane Interim-associatieovereenkomst voor handel en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) ten behoeve van de Palestijnse Autoriteit van de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook, anderzijds

Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende het standpunt van de Gemeenschap in de Associatieraad inzake de tenuitvoerlegging van artikel 66 van de Euro-mediterrane Interim-associatieovereenkomst voor handel en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) ten behoeve van de Palestijnse Autoriteit van de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook, anderzijds /* COM/2005/0397 def. */


[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

Brussel, 30.8.2005

COM(2005) 397 definitief

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende het standpunt van de Gemeenschap in de Associatieraad inzake de tenuitvoerlegging van artikel 66 van de Euro-mediterrane Interim-associatieovereenkomst voor handel en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) ten behoeve van de Palestijnse Autoriteit van de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook, anderzijds

(door de Commissie ingediend)

TOELICHTING

1. De Interimassociatieovereenkomst is het juridische kader voor de bilaterale betrekkingen tussen de Europese Unie en de Palestijnse Autoriteit.

2. Volgens artikel 66 van de Interimassociatieovereenkomst kunnen de nodige organen worden opgericht voor de tenuitvoerlegging van de overeenkomst. De instellingen voor de uitvoering van de Euro-mediterrane overeenkomsten moeten verder worden ontwikkeld vanwege de toenemende technische complexiteit van de besproken onderwerpen. Zij moeten ook in overeenstemming worden gebracht met die van andere internationale overeenkomsten van de EU. Voorts moeten de voorgestelde subcomités worden opgericht met het oog op de werking van het Europese Nabuurschapsbeleid en van de actieprogramma’s in het kader van dit beleid die talrijke sectoren bestrijken. De bilaterale betrekkingen tussen de EU en de Palestijnse Autoriteit zullen zich in de richting van een algemeen partnerschap ontwikkelen. Dit vereist een coherente aanpak door middel van een voortdurend nauwe coördinatie door de partijen.

3. Er is een institutionele structuur opgezet, bestaande uit een aantal subcomités, voor de tenuitvoerlegging van overeenkomsten met andere Euro-mediterrane partnerlanden, zoals Marokko, Tunesië en Jordanië. Onderhavig voorstel heeft grotendeels dezelfde opzet en structuur.

4. De Palestijnse Autoriteit heeft zich bereid verklaard de samenwerking op de diverse terreinen van de Associatie-overeenkomst te intensiveren.

5. Daarom doet de Europese Commissie de Raad het voorstel drie subcomités op te richten die het Gemengd Comité zullen bijstaan bij de uitvoering van de associatie-overeenkomst en de actieprogramma's in het kader van het Europese Nabuurschapsbeleid. De subcomités zullen zaken van technische aard bespreken die niet volledig kunnen worden behandeld in het kader van het Gemengd Comité.

6. Er worden slechts drie subcomités opgericht, gezien de beperkte bestuurlijke capaciteit van de Palestijnse Autoriteit en het beperkte toepassingsgebied van de Interimovereenkomst.

7. De titels van de voorgestelde drie subcomités zijn: i) politieke dialoog en samenwerking, ii) economische zaken en handel, met inbegrip van douanezaken en netwerken, iii) sociale zaken en milieu.

8. De doelstelling, de door de subcomités te behandelen onderwerpen en de uitvoeringsprocedures zijn opgenomen in de aangehechte reglementen van orde.

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende het standpunt van de Gemeenschap in de Associatieraad inzake de tenuitvoerlegging van artikel 66 van de Euro-mediterrane Interim-associatieovereenkomst voor handel en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) ten behoeve van de Palestijnse Autoriteit van de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook, anderzijds

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name artikel 300, lid 2,

Gezien het voorstel van de Commissie[1],

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De Euro-mediterrane Interimassociatieovereenkomst voor handel en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) ten behoeve van de Palestijnse Autoriteit van de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook, anderzijds, werd op 24 februari 1997 ondertekend en is op 1 juli 1997 in werking getreden.

(2) Volgens artikel 66 van de overeenkomst kunnen comités (hierna “subcomités” genoemd) worden opgericht om het Gemengd Comité bij de uitoefening van zijn taken bij te staan,

BESLUIT:

Enig artikel

Het standpunt van de Gemeenschap in het Gemengd Comité over de tenuitvoerlegging van artikel 66 van de Euro-mediterrane Interimassociatieovereenkomst voor handel en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) ten behoeve van de Palestijnse Autoriteit van de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook, anderzijds, is gebaseerd op het ontwerp-besluit van het Gemengd Comité dat bij dit besluit is gevoegd.

De subcomités worden voorgezeten door een vertegenwoordiger van de Europese Commissie namens de Europese Gemeenschap en haar lidstaten. De lidstaten worden in kennis gesteld van en kunnen deelnemen aan de vergaderingen van bedoelde subcomités.

Een vertegenwoordiger van het voorzitterschap van de Raad brengt het standpunt van de EU naar voren over aangelegenheden die vallen onder de Titels V en VI van het Verdrag betreffende de Europese Unie. De Commissie wordt volledig betrokken bij de voorbereidende werkzaamheden en de vaststelling van de doelstellingen van de vergaderingen van de subcomités.

Gedaan te Brussel,

Voor de Raad

De Voorzitter

Ontwerp

BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ EG-PLO

tot oprichting van subcomités van het Interimassociatiecomité

Het Gemengd Comité van de Interimassociatieovereenkomst tussen de EG en de PLO (ten behoeve van de Palestijnse Autoriteit),

Gelet op de Euro-mediterrane Interimassociatieovereenkomst voor handel en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) ten behoeve van de Palestijnse Autoriteit van de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook, anderzijds,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De betrekkingen van de EU met de landen van het zuidelijke Middellandse-Zeegebied worden steeds complexer als gevolg van de tenuitvoerlegging van de Euro-mediterrane overeenkomsten en de voortzetting van het Euro-mediterrane partnerschap. Voorts is het voor de werking van het Europese Nabuurschapsbeleid en de actieprogramma’s in het kader van dit beleid, die talrijke sectoren bestrijken, noodzakelijk dat de voorgestelde subcomités worden opgericht.

(2) De tenuitvoerlegging van de Interimassociatieovereenkomst EG-PLO is een nieuwe fase ingegaan in het kader van het Europese Nabuurschapsbeleid en de ontwikkelingen in de regio.

(3) Volgens artikel 66 van de overeenkomst kunnen andere comités (hierna “subcomités” genoemd) worden opgericht om het Gemengd Comité bij de uitoefening van zijn taken bij te staan,

BESLUIT:

Enig artikel

Hierbij worden de in bijlage 1 vermelde subcomités van het Gemengd Comité EG-PLO opgericht en de in bijlage 2 vermelde reglementen van orde van deze subcomités vastgesteld.

De subcomités werken onder het gezag van het Gemengd Comité waaraan zij na elke vergadering verslag uitbrengen. De bovengenoemde subcomités zijn niet bevoegd om besluiten te nemen.

Het Gemengd Comité neemt alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de subcomités goed functioneren. Het Gemengd Comité kan besluiten andere subcomités of groepen op te richten of bestaande subcomités of groepen op te heffen.

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt goedgekeurd.

Gedaan te

Voor het Gemengd Comité

BIJLAGE 1

INTERIMASSOCIATIEOVEREENKOMST EG-PLO

SUBCOMITÉS TOEGEVOEGD AAN HET GEMENGD COMITÉ

(1) Politieke dialoog en samenwerking

(2) Economische zaken en handel, waaronder douanezaken en netwerken

(3) Sociale zaken en milieu

BIJLAGE II

Reglement van orde

EG/PLO subcomité nr. 1

Politieke dialoog en samenwerking

1. Samenstelling en voorzitterschap

Het subcomité bestaat uit vertegenwoordigers van de Europese Gemeenschap en haar lidstaten en van de Palestijnse Autoriteit; het wordt beurtelings voorgezeten door de partijen.

2. Functie

Het subcomité staat onder het gezag van het Gemengd Comité, waaraan het na elke vergadering verslag uitbrengt. Het subcomité is niet bevoegd om besluiten te nemen. Het kan wel voorstellen aan het Gemengd Comité doen.

3. Onderwerp

Het subcomité bespreekt de tenuitvoerlegging van de Interimassociatieovereenkomst en van het daarmee verwante actieprogramma in het kader van het Europese Nabuurschapsbeleid op onderstaande gebieden. Het beoordeelt de vooruitgang die is gemaakt bij het realiseren van de doelstellingen en bij het nemen van de maatregelen waarover in het kader van het actieprogramma overeenstemming is bereikt. Zo nodig wordt de samenwerking op het gebied van openbaar bestuur besproken. Het subcomité onderzoekt alle problemen die zich op onderstaande gebieden kunnen voordoen en stelt eventueel maatregelen voor.

- Politieke dialoog en hervorming

politieke dialoog en samenwerking, ook over kwesties die verband houden het buitenlandse beleid en het veiligheidsbeleid;

samenwerking bij de bestrijding van het terrorisme en de illegale wapenhandel en op het gebied van de non-proliferatie van massavernietigingswapen

- Democratie en de rechtsstaat – de opbouw van instellingen van een onafhankelijke, democratische en levensvatbare Palestijnse staat

het vestigen van een onafhankelijke, onpartijdige en volledig functionerende rechterlijke macht die aan internationale normen voldoet en de versterking van de machtenscheiding;

het organiseren van transparante algemene en plaatselijke verkiezingen volgens internationale normen;

bespoediging van constitutionele en wetgevende hervormingen;

transparantie en de bestrijding van corruptie, hervorming van het openbaar bestuur en van het ambtenarenapparaat.

- Mensenrechten en fundamentele vrijheden

wettelijke garanties voor de vrijheid van meningsuiting, van pers, vergadering en vereniging in overeenstemming met internationale normen;

inachtneming van de mensenrechten en de voornaamste burgerlijke vrijheden in overeenstemming met de internationale rechtsbeginselen en bevordering van een cultuur van geweldloosheid, verdraagzaamheid en wederzijds begrip.

Deze lijst is niet limitatief; het Gemengd Comité kan andere thema’s toevoegen.

Het subcomité kan in een vergadering kwesties betreffende één of meer van de bovenstaande gebieden behandelen.

4. Secretariaat

Een vertegenwoordiger van de Europese Commissie en een vertegenwoordiger van de Palestijnse Autoriteit treden gezamenlijk op als permanente secretarissen van het subcomité.

Alle mededelingen betreffende het subcomité worden aan de secretarissen van het subcomité gezonden.

5. Vergaderingen

Het subcomité komt bijeen wanneer de omstandigheden zulks vereisen. Er kan een vergadering worden belegd op het verzoek van de voorzitter van een van de partijen, dat via diens secretaris aan de andere partij wordt doorgegeven. Na ontvangst van het verzoek antwoordt de secretaris van de andere partij binnen 15 werkdagen.

In bijzonder spoedeisende gevallen kunnen de subcomités met goedkeuring van beide partijen op kortere termijn bijeengeroepen worden. Alle verzoeken om een vergadering te houden moeten schriftelijk worden gedaan.

Elke vergadering van het subcomité wordt gehouden op een door beide partijen overeengekomen tijd en plaats.

De vergaderingen worden met instemming van de voorzitter door de bevoegde secretaris bijeengeroepen. Vóór elke vergadering wordt de voorzitter in kennis gesteld van de voorgenomen samenstelling van de delegatie van elke partij.

Indien beide partijen zulks overeenkomen kan het subcomité deskundigen uitnodigen om aan zijn vergaderingen deel te nemen om bijzondere inlichtingen te verstrekken.

6. Agenda

Alle verzoeken om punten op de agenda van het subcomité te plaatsen worden aan de secretarissen van het subcomité toegezonden.

Voor elke vergadering wordt een voorlopige agenda opgesteld door de voorzitter. Deze wordt uiterlijk 10 dagen voor het begin van de vergadering door de secretaris aan de secretaris van de andere partij gezonden.

De voorlopige agenda omvat de punten waarvoor de secretarissen uiterlijk 15 dagen voor het begin van de vergadering een verzoek tot opname op de agenda hebben ontvangen. De desbetreffende documentatie moet uiterlijk zeven dagen voor de vergadering door de beide partijen zijn ontvangen. In spoedeisende gevallen kunnen deze termijnen met instemming van beide partijen worden verkort.

De agenda wordt aan het begin van iedere vergadering door het subcomité vastgesteld.

7. Notulen

Er worden notulen opgesteld van elke vergadering, in overleg tussen de twee secretarissen. Een exemplaar van de notulen, met inbegrip van de voorstellen van het subcomité, wordt door de secretarissen van het subcomité aan de secretarissen en aan de voorzitter van het Gemengd Comité gezonden.

8. Openbaarheid

De vergaderingen van het subcomité zijn niet openbaar, tenzij anders wordt besloten.

Reglement van orde

EG/PLO subcomité nr. 2

Economische zaken en handel, waaronder douanezaken en netwerken

1. Samenstelling en voorzitterschap

Het subcomité bestaat uit vertegenwoordigers van de Europese Gemeenschap en haar lidstaten en van de Palestijnse Autoriteit; het wordt beurtelings voorgezeten door de partijen.

2. Functie

Het subcomité staat onder het gezag van het Gemengd Comité, waaraan het na elke vergadering verslag uitbrengt. Het subcomité is niet bevoegd om besluiten te nemen. Het kan wel voorstellen aan het Gemengd Comité doen.

3. Onderwerp

Het subcomité bespreekt de tenuitvoerlegging van de Interimassociatieovereenkomst en van het daarmee verwante actieprogramma in het kader van het Europese Nabuurschapsbeleid op onderstaande gebieden. Het beoordeelt de vooruitgang die is gemaakt bij het realiseren van de doelstellingen en bij het nemen van de maatregelen waarover in het kader van het actieprogramma overeenstemming is bereikt. Zo nodig wordt de samenwerking op het gebied van openbaar bestuur besproken. Het subcomité onderzoekt alle problemen die zich op onderstaande gebieden kunnen voordoen en stelt eventueel maatregelen voor.

- Financiële verantwoording en goed beheer van de overheidsfinanciën, waaronder audits

het opzetten van een modern en goed functionerend systeem van financiële controle in overeenstemming met internationale beste praktijken;

transparantie van de financiën van de Palestijnse Autoriteit, fraudebestrijding;

transparantie bij openbare aankopen;

het opzetten van een modern en financieel duurzaam pensioenstelsel.

- Economische hervorming en ontwikkeling

voorwaarden voor het opzetten en de werking van een markteconomie, waaronder het regelgevend kader en bestuurlijke capaciteit.

- Met de handel verband houdende kwesties, markt en hervorming van de regelgeving

ontwikkeling en vereenvoudiging van de handelsbetrekkingen tussen de Europese Gemeenschap en de Palestijnse Autoriteit, tenuitvoerlegging van de handelsbepalingen van het actieprogramma in het kader van het Europese Nabuurschapbeleid en van de Interimassociatieovereenkomst, toezicht op bilaterale handelskwesties;

versterking van de regionale samenwerking met buurlanden;

ontwikkeling van het regelgevend kader voor een modern belastingstelsel en op beste praktijken gebaseerde instellingen;

ontwikkeling van een gezonde particuliere sector;

ontwikkeling van statistieken op basis van beste internationale praktijken.

- Douanezaken

algemene douaneregelingen, douanenomenclatuur, douanewaarde;

regels van oorsprong;

tariefregelingen;

douanesamenwerking.

- Energie, vervoer, wetenschap en techniek

samenwerking op het gebied van energie en vervoer;

samenwerking op het gebied van wetenschap en techniek, onderzoek en ontwikkeling.

Deze lijst is niet limitatief; het Gemengd Comité kan andere thema’s toevoegen.

Het subcomité kan in een vergadering kwesties betreffende één of meer van de bovenstaande gebieden behandelen.

4. Secretariaat

Een vertegenwoordiger van de Europese Commissie en een vertegenwoordiger van de Palestijnse Autoriteit treden gezamenlijk op als permanente secretarissen van het subcomité.

Alle mededelingen betreffende het subcomité worden aan de secretarissen van het subcomité gezonden.

5. Vergaderingen

Het subcomité komt bijeen wanneer de omstandigheden zulks vereisen. Er kan een vergadering worden belegd op het verzoek van de voorzitter van een van de partijen, dat via diens secretaris aan de andere partij wordt doorgegeven. Na ontvangst van het verzoek antwoordt de secretaris van de andere partij binnen 15 werkdagen.

In bijzonder spoedeisende gevallen kunnen de subcomités met goedkeuring van beide partijen op kortere termijn bijeengeroepen worden. Alle verzoeken om vergaderingen te houden moeten schriftelijk worden gedaan.

Elke vergadering van het subcomité wordt gehouden op een door beide partijen overeengekomen tijd en plaats.

De vergaderingen worden met instemming van de voorzitter door de bevoegde secretaris bijeengeroepen. Vóór elke vergadering wordt de voorzitter in kennis gesteld van de voorgenomen samenstelling van de delegatie van elke partij.

Indien beide partijen zulks overeenkomen kan het subcomité deskundigen uitnodigen om aan zijn vergaderingen deel te nemen om bijzondere inlichtingen te verstrekken.

6. Agenda

Alle verzoeken om punten op de agenda van het subcomité te plaatsen worden aan de secretarissen van het subcomité toegezonden.

Voor elke vergadering wordt een voorlopige agenda opgesteld door de voorzitter. Deze wordt uiterlijk 10 dagen voor het begin van de vergadering door de secretaris van het subcomité aan de andere partij gezonden.

De voorlopige agenda omvat de punten waarvoor de secretarissen uiterlijk 15 dagen voor het begin van de vergadering een verzoek tot opname op de agenda hebben ontvangen. De desbetreffende documentatie moet uiterlijk zeven dagen voor de vergadering door de beide partijen zijn ontvangen. In spoedeisende gevallen kunnen deze termijnen met instemming van beide partijen worden verkort.

De agenda wordt aan het begin van iedere vergadering door het subcomité vastgesteld.

7. Notulen

Er worden notulen opgesteld van elke vergadering, in overleg tussen de twee secretarissen. Een exemplaar van de notulen, met inbegrip van de voorstellen van het subcomité, wordt door de secretarissen van het subcomité aan de secretarissen en aan de voorzitter van het Gemengd Comité gezonden.

8. Openbaarheid

De vergaderingen van het subcomité zijn niet openbaar, tenzij anders wordt besloten.

Reglement van orde

EG/PLO subcomité nr. 3

Sociale zaken en milieu

1. Samenstelling en voorzitterschap

Het subcomité bestaat uit vertegenwoordigers van de Europese Gemeenschap en haar lidstaten en van de Palestijnse Autoriteit; het wordt beurtelings voorgezeten door de partijen.

2. Functie

Het subcomité staat onder het gezag van het Gemengd Comité, waaraan het na elke vergadering verslag uitbrengt. Het subcomité is niet bevoegd om besluiten te nemen. Het kan wel voorstellen aan het Gemengd Comité doen.

3. Onderwerp

Het subcomité bespreekt de tenuitvoerlegging van de Interimassociatieovereenkomst en van het daarmee verwante actieprogramma in het kader van het Europese Nabuurschapsbeleid op onderstaande gebieden. Het beoordeelt de vooruitgang die is gemaakt bij het realiseren van de doelstellingen en bij het nemen van de maatregelen waarover in het kader van het actieprogramma overeenstemming is bereikt. Zo nodig wordt de samenwerking op het gebied van openbaar bestuur besproken. Het subcomité onderzoekt alle problemen die zich op onderstaande gebieden kunnen voordoen en stelt eventueel maatregelen voor.

- Sociale zaken, menselijke contacten, onderwijs en volksgezondheid

bevordering van de rechten van de vrouw en gelijke behandeling van en kansen voor vrouwen;

onderwijs, opleiding en jongeren – ontwikkeling van modern onderwijs gebaseerd op vrede, verdraagzaamheid en wederzijds begrip;

Ontwikkeling van een moderne gezondheidszorg.

- Milieu

Maatregelen ter bevordering van een goed milieubeleid, het voorkomen van milieubederf en verbetering van de samenwerking op milieugebied.

Deze lijst is niet limitatief; het Gemengd Comité kan andere thema’s toevoegen.

Het subcomité kan in een vergadering kwesties betreffende één of meer van de bovenstaande gebieden behandelen.

4. Secretariaat

Een vertegenwoordiger van de Europese Commissie en een vertegenwoordiger van de Palestijnse Autoriteit treden gezamenlijk op als permanente secretarissen van het subcomité.

Alle mededelingen betreffende het subcomité worden aan de secretarissen van het subcomité gezonden.

5. Vergaderingen

Het subcomité komt bijeen wanneer de omstandigheden zulks vereisen. Er kan een vergadering worden belegd op het verzoek van de voorzitter van een van de partijen, dat via diens secretaris aan de andere partij wordt doorgegeven. Na ontvangst van het verzoek antwoordt de secretaris van de andere partij binnen 15 werkdagen.

In bijzonder spoedeisende gevallen kunnen de subcomités met goedkeuring van beide partijen op kortere termijn bijeengeroepen worden. Alle verzoeken om vergaderingen te houden moeten schriftelijk worden gedaan.

Elke vergadering van het subcomité wordt gehouden op een door beide partijen overeengekomen tijd en plaats.

De vergaderingen worden met instemming van de voorzitter door de bevoegde secretaris bijeengeroepen. Vóór elke vergadering wordt de voorzitter in kennis gesteld van de voorgenomen samenstelling van de delegatie van elke partij.

Indien beide partijen zulks overeenkomen kan het subcomité deskundigen uitnodigen om aan zijn vergaderingen deel te nemen om specifieke inlichtingen te verstrekken.

6. Agenda

Alle verzoeken om punten op de agenda van het subcomité te plaatsen worden aan de secretarissen van het subcomité toegezonden.

Voor elke vergadering wordt een voorlopige agenda opgesteld door de voorzitter. Deze wordt uiterlijk 10 dagen voor het begin van de vergadering door de secretaris van het subcomité aan de andere partij gezonden.

De voorlopige agenda omvat de punten waarvoor de secretarissen uiterlijk 15 dagen voor het begin van de vergadering een verzoek tot opname op de agenda hebben ontvangen. De desbetreffende documentatie moet uiterlijk zeven dagen voor de vergadering door de beide partijen zijn ontvangen. In spoedeisende gevallen kunnen deze termijnen met instemming van beide partijen worden verkort.

De agenda wordt aan het begin van iedere vergadering door het subcomité vastgesteld.

7. Notulen

Er worden notulen opgesteld van elke vergadering, in overleg tussen de twee secretarissen. Een exemplaar van de notulen, met inbegrip van de voorstellen van het subcomité, wordt door de secretarissen van het subcomité aan de secretarissen en aan de voorzitter van het Gemengd Comité gezonden.

8. Openbaarheid

De vergaderingen van het subcomité zijn niet openbaar, tenzij anders wordt besloten.

[1] PB C [...] van [...], blz. [...].