Bekendmaking van een registratieaanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2081/92 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen
Bekendmaking van een registratieaanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2081/92 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen
14.9.2005 | NL | Publicatieblad van de Europese Unie | C 225/3 |
Bekendmaking van een registratieaanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2081/92 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen
(2005/C 225/03)
Naar aanleiding van deze bekendmaking kan bezwaar worden aangetekend op grond van artikel 7 of artikel 12 quinquies van de genoemde verordening. Elk bezwaar tegen deze registratieaanvraag moet binnen zes maanden na deze bekendmaking worden ingediend via de bevoegde autoriteit van een lidstaat, van een staat die lid van de WTO is, of van een overeenkomstig artikel 12, lid 3, erkend derde land. Geoordeeld wordt dat de hiernavolgende gegevens, met name die in punt 4.6, de registratieaanvraag rechtvaardigen in de zin van Verordening (EEG) nr. 2081/92; zij zijn het motief voor deze bekendmaking.
SAMENVATTING
VERORDENING (EEG) Nr. 2081/92 VAN DE RAAD
„HUILE D'OLIVE DE NÎMES”
EG-nummer: FR/00441/18.11.2004
BOB ( X ) BGA ( )
Deze samenvatting is opgesteld voor informatieve doeleinden. Voor uitvoeriger informatie, met name ten behoeve van de producenten van het product met de betrokken BOB of BGA, dient de volledige versie van het productdossier te worden geraadpleegd hetzij op nationaal niveau, hetzij bij de bevoegde diensten van de Europese Commissie(1).
1. Bevoegde dienst van de lidstaat
Naam: | Institut National des Appellations d'Origine |
Adres: | 138, Champs-Elysées — 75008 Paris — France Sinds 1 januari 2005: 51, rue d'Anjou — 75008 Paris — France |
Tel. | 01 53 89 80 00 |
Fax | 01 42 25 57 97 |
2. Groepering
| Syndicat des Oléiculteurs du Gard et Environs pour la Défense et la Promotion des Appellations d'Origine Contrôlées Huile d'Olive de Nîmes et Olive de Nîmes | ||
| Mas des Abeilles — 30000 Nîmes | ||
Tel. | 04 66 04 50 34 | ||
Fax | 04 66 04 50 31 | ||
| producenten/verwerkers (X), andere ( ) |
3. Productcategorie
Categorie 1.5 — Oliën en vetten
4. Overzicht van het productdossier
(samenvatting van de in artikel 4, lid 2, voorgeschreven gegevens)
4.1 Naam: „Huile d'olive de Nîmes”
4.2 Beschrijving: Door de dominante aanwezigheid van de Picholine-variëteit in de „Huile d'olive de Nîmes” ontstaat een vurige en soms lichtjes bittere smaak. De olie heeft een geur met artisjokken- en loofaroma's. In de mond evolueren de loofaroma's naar aroma's van garrigue en rode vruchten.
De olie heeft een groene kleur, soms met een gele schijn.
4.3 Geografisch gebied: Het productiegebied van de „Huile d'olive de Nîmes” strekt zich uit over 183 gemeenten in het departement Gard en 40 gemeenten in de Hérault. De lijst van alle betrokken gemeenten is opgenomen in het productdossier.
Het geografisch gebied wordt gekenmerkt door heuvels en hellingen, meestal met een hoogte van minder dan 350 m; de bodem bestaat vooral uit molasseformaties uit het tertiair, kalksteen, krijtachtige mergelsteen en alluviale terrassen.
Het gebied heeft een mediterraan klimaat met mistralwinden.
4.4 Bewijs van oorsprong: Enkel olie waarvoor overeenkomstig de wettelijk vastgestelde voorschriften voor de erkenning van producten van de olijventeelt die in aanmerking komen voor een beschermde oorsprongsbenaming, een keurmerk werd verleend door het Institut national des appellation d'origine (Nationaal Instituut tot Bescherming van de Oorsprongsbenamingen — INAO) mag onder de beschermde oorsprongsbenaming „Huile d'olive de Nîmes” in de handel worden gebracht.
Elke handeling met betrekking tot de productie van de grondstof en de bereiding van de olijfolie moet worden uitgevoerd binnen het afgebakende geografische gebied.
Voor de productie van de grondstof geldt de volgende procedure:
identificatie van een perceel door de opstelling van een lijst van percelen die, op basis van criteria met betrekking tot de inplanting van de olijfbomen en de productievoorschriften, geschikt zijn voor de productie van de „Huile d'olive de Nîmes”,
een jaarlijkse oogstaangifte door de producent, waarbij melding wordt gemaakt van het productieareaal, met inachtneming van de vastgestelde maximumopbrengst, de geoogste hoeveelheid olijven en hun bestemming (conserveren, plaats van verwerking).
De verwerkingsprocedure omvat:
verwerkingsaangifte: de verwerker doet jaarlijks aangifte van de totale hoeveelheid verwerkt product,
het aanvragen van een keurmerk aan de hand waarvan wordt aangegeven waar en hoe de betrokken producten zijn opgeslagen.
De procedure wordt afgerond met een analytisch en organoleptisch onderzoek om na te gaan of aan alle eisen inzake kwaliteit en typische kenmerken van het product is voldaan.
Ten slotte moeten alle erkende olijventelers en verwerkers jaarlijks een voorraadaangifte indienen.
4.5 Werkwijze voor het verkrijgen van het product: De olijven moeten worden geteeld en verwerkt in het in punt 4.3. omschreven productiegebied.
Soorten:
De olijfolie is uitsluitend afkomstig van de volgende variëteiten: Picholine, Négrette en Noirette. Deze drie variëteiten moeten samen minstens 85 % van de bomen in elke boomgaard vertegenwoordigen. In alle boomgaarden samen, moet minstens 70 % van de bomen van de Picholine-variëteit zijn. Tot en met 2015 volstaat evenwel een aandeel van 60 %.
De secundaire variëteiten zijn le Sauzen vert, la Rougette, l'Olivastre, le Broutignan, le Cul blanc, la Verdale de l'Hérault of la Groussaldo, l'Aglandau, l'Amellau, la Pigalle, la Piquette en de andere lokale variëteiten die vóór de vriesperiode van 1956 in het gebied voorkwamen.
In de boomgaard mogen ook bestuivingsvariëteiten voorkomen, mits deze bomen gelijkmatig over de boomgaard zijn verdeeld en hun aantal niet meer dan 5 % bedraagt van het totale aantal bomen in de betrokken boomgaard. Bij de verwerking tot olijfolie mag maximaal 5 % van de gebruikte olijven tot deze variëteiten behoren.
Verzorging van de boomgaard:
Met het oog op het onderhoud moeten tussen de bomen bepaalde gewassen worden geteeld of moet de vrije ruimte met gras worden ingezaaid en jaarlijks worden gemaaid. Elke boom beschikt over een oppervlakte van minimum 24 m2. De afstand tussen de bomen bedraagt minimum 4 m.
De bomen moeten minstens om de twee jaar worden gesnoeid.
Irrigatie is tijdens de groeiperiode toegestaan tot de olijven rijp zijn.
De opbrengst mag niet hoger liggen dan 10 ton per hectare. Bij uitzonderlijke weersomstandigheden kan de maximaal toegestane opbrengst voor een bepaalde oogstcampagne worden verhoogd of verlaagd, maar de opbrengst mag nooit meer dan 12 ton olijven per hectare bedragen.
De olie wordt geperst uit olijven van bomen die ten minste vijf jaar oud zijn.
Oogst:
De datum waarop de olijvenoogst begint, wordt vastgesteld bij departementaal besluit, op voorstel van het INAO.
De olie is afkomstig van olijven die worden geoogst wanneer minstens 25 % van de olijven een gele kleur hebben in plaats van helder groen.
De olijven worden rechtstreeks van de boom geplukt, of worden geoogst door schudden, slaan of blazen, of door middel van een andere oogstmethode waarbij hun gaafheid niet wordt aangetast en waarbij ze worden opgevangen in vangnetten of vergaarmiddelen onder de boom. Er mogen geen producten worden gebruikt om het loslaten van de olijven te bevorderen.
Olijven die van de grond worden opgeraapt moeten gescheiden worden gehouden van de olijven waarvoor aanspraak wordt gemaakt op de oorsprongsbenaming.
De olijven moeten worden opgeslagen en vervoerd in kratten of palletkisten.
Verwerkingsvoorwaarden:
Tussen de oogst en de verwerking mogen de olijven niet langer dan acht dagen worden bewaard.
Olijven van verschillende variëteiten mogen voor het malen worden vermengd, op voorwaarde dat minstens 60 % van de verwerkte olijven van de Picholine-variëteit zijn.
Voor de persing mag alleen gebruik worden gemaakt van mechanische processen waarbij de olijvenpasta tot maximaal 30° Celsius wordt opgewarmd.
De olijven mogen alleen worden gewassen, gedecanteerd, gecentrifugeerd en gefilterd. Behalve water, mogen geen hulpstoffen worden gebruikt voor de oliepersing.
Het moet gaan om olijfolie met een maximumgehalte, uitgedrukt in oliezuur, aan vrije vetzuren van 0,8 g per 100 g.
4.6 Verband: De „Huile d'olive de Nîmes” dankt haar bijzondere kenmerken aan de combinatie van de specifieke natuurlijke omstandigheden, de geschiedenis en de knowhow.
Natuurlijke omstandigheden:
Het geografisch gebied bestaat voornamelijk uit heuvels en hellingen, meestal beneden de 350 meter. Het gebied bestaat vooral uit molasseformaties uit het tertiair, kalksteen en krijtachtige mergelsteen en alluviale terrassen. Het klimaat is mediterraan met een uitgesproken droogte in de zomer en overvloedige regenval in de herfst. Voorts zijn er de mistralwinden en kan de winter in deze streek streng zijn.
Geschiedenis:
De aanwezigheid van olijfbomen in de Oudheid duidt op de nauwe band tussen de regio rond Nîmes en de olijventeelt.
De productie van olijfolie in deze streek heeft een lange traditie omdat de arme bodem door de olijfbomen optimaal wordt benut en het de enige manier is om hier een vetrijk product te produceren. De olijventeelt werd reeds geïntroduceerd door de Grieken, maar werd intensiever door de vestiging van Romeinse kolonies. De olijventeelt bereikte zijn hoogtepunt in de 16e eeuw.
In 1789 werd de in de streek van Aramon geproduceerde olie als een van de beste beschouwd en was Nîmes een belangrijk handelscentrum voor olijfolie.
De oppervlakte olijfgaarden nam evenwel af ten voordele van de wijngaarden en de invoer van olie.
In de 19e eeuw werd de olijventeelt meer en meer vervangen door wijngaarden en ingevoerde vetstoffen. De neergang ging verder tot de tweede wereldoorlog. Het tekort aan ingevoerde oliën en vetstoffen zorgde tijdens het vijf jaar durende conflict echter voor een hernieuwde belangstelling voor de productie van olijfolie.
De vriesperiode van 1956 betekende het einde van de olijventeelt in de regio Nîmes.
Sinds de jaren 1990 is er een heropleving en neemt de productie van de „Huile d'olive de Nîmes” weer toe.
Knowhow:
De „Huile d'olive de Nîmes” wordt voornamelijk geproduceerd op basis van de Picholine-variëteit, die zich door haar hardheid perfect heeft aangepast aan de bodem- en klimaatgesteldheid. Deze variëteit is vrij goed bestand tegen de winterse koude en haar vruchten weerstaan goed aan de sterke herfstwinden.
Terwijl de Picholine-variëteit overheerst in de omgeving van Nîmes, de wieg van deze soort, treft men op de Cevennenvlakte andere lokale variëteiten aan.
Om beter te weerstaan aan de wind en om tafelolijven makkelijker groen te kunnen oogsten, worden de olijfbomen relatief laag gesnoeid. De oogst gebeurt vooral manueel, enerzijds omdat de Picholine-variëteit, die het meest voorkomt, op twee manieren wordt gebruikt (productie van olijfolie en als tafelolijf) en te veel weerstand biedt tegen trillingen en anderzijds wegens de aard van de traditionele olijfgaarden (kleine oppervlakten, muurtjes, moeilijk toegankelijke percelen).
Door de goede afstemming tussen de bodem en met name de Picholine-variëteit ontstaat een olie van goede kwaliteit, die ervoor gezorgd heeft dat de olijfolieproductie zich heeft uitgebreid tot buiten de historische kern van Nîmes-Sommières.
4.7 Controlestructuur:
Naam: | INAO |
Adres: | 138, Champs-Elysées — 75008 Paris — France Sinds 1 januari 2005: 51, rue d'Anjou — 75008 Paris — France |
Naam: | DGCCRF |
Adres: | 59, Bd V. Auriol — 75703 Paris Cedex 13 |
4.8 Etikettering: De etiketten op de verpakking van olijfolie met beschermde oorsprongsbenaming „Huile d'olive de Nîmes” moeten, naast de voor voedingsmiddelen voorgeschreven vermeldingen, het volgende vermelden:
de beschermde oorsprongsbenaming: „Huile d'olive de Nîmes”,
de vermelding „appellation d'origine contrôlée” of „AOC”. Mocht er op het etiket, afgezien van het adres, een andere firmanaam of merknaam voorkomen, dan moet die naam worden herhaald tussen de woorden „appellation” en „contrôlée”.
De bovenstaande vermeldingen moeten duidelijk bij elkaar op hetzelfde etiket worden geplaatst.
Daarbij moeten de letters opvallend, leesbaar, onuitwisbaar en groot genoeg zijn, zodat ze goed op het etiket naar voren komen, en duidelijk verschillen van de overige vermeldingen en afbeeldingen.
4.9 Nationale eisen: Décret relatif à l'appellation d'origine contrôlée „Huile d'olive de Nîmes” (decreet betreffende de gecontroleerde oorsprongsbenaming „Huile d'Olive de Nîmes”).