Home

Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een beschikking van de Raad betreffende het specifiek programma dat door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek door middel van eigen acties moet worden uitgevoerd op grond van het zevende kaderprogramma (2007-2011) van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (COM(2005)0444 - C6-0385/2005 - 2005/0189(CNS))

Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een beschikking van de Raad betreffende het specifiek programma dat door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek door middel van eigen acties moet worden uitgevoerd op grond van het zevende kaderprogramma (2007-2011) van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (COM(2005)0444 - C6-0385/2005 - 2005/0189(CNS))

P6_TA(2006)0523

Specifiek programma dat door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek door middel van eigen acties moet worden uitgevoerd (7e kaderprogramma voor nucleair onderzoek en opleiding, 2007-2011) *

Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een beschikking van de Raad betreffende het specifiek programma dat door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek door middel van eigen acties moet worden uitgevoerd op grond van het zevende kaderprogramma (2007-2011) van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (Euratom) voor onderzoeks- en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (COM(2005)0444 - C6-0385/2005 - 2005/0189(CNS))

(Raadplegingsprocedure)

Het Europees Parlement,

- gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (COM(2005)0444) [1],

- gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en met name artikel 7 van dat Verdrag, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C6-0385/2005),

- gelet op artikel 51 van zijn Reglement,

- gezien het verslag van de Commissie industrie, onderzoek en energie en het advies van de Begrotingscommissie (A6-0357/2006),

1. hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;

2. is van mening dat het in het wetgevingsvoorstel genoemde indicatieve financiële referentiebedrag verenigbaar moet zijn met het plafond van rubriek 1a van het financieel kader 2007-2013 en wijst erop dat het jaarlijks bedrag zal worden vastgesteld in het kader van de jaarlijkse begrotingsprocedure, in overeenstemming met de bepalingen van punt 38 van het Interinstitutioneel Akkoord tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer van 17 mei 2006 [2];

3. verzoekt de Commissie haar voorstel krachtens artikel 119, tweede alinea van het Euratom-Verdrag dienovereenkomstig te wijzigen;

4. verzoekt de Raad, wanneer deze voornemens is af te wijken van de door het Parlement goedgekeurde tekst, het Parlement hiervan op de hoogte te stellen;

5. wenst opnieuw te worden geraadpleegd ingeval de Raad voornemens is ingrijpende wijzigingen aan te brengen in het voorstel van de Commissie;

6. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.

DOOR DE COMMISSIE VOORGESTELDE TEKST | AMENDEMENTEN VAN HET PARLEMENT |

Amendement 1

Overweging 8 bis (nieuw)

| (8 bis) Het GCO neemt deel aan de Europese netwerken voor de veiligheid van kernreactoren die ten doel hebben de nationale veiligheidsnormen zo veel mogelijk te harmoniseren. In verband met dit programma zou het zinvol zijn dat het GCO op grond van zijn expertise zijn deelname hieraan intensiveert om de communautaire veiligheidsnormen voor de planning, de bouw en de exploitatie van reactoren en opwerkingsinstallaties in de Europese Unie vast te kunnen leggen. Op deze wijze zou een bijdrage geleverd worden aan de vaststelling van een codex voor nucleaire veiligheid in de Unie doordat de verschillende nationale normen in het belang van een hoge mate van nucleaire veiligheid in de Unie geharmoniseerd zouden kunnen worden. |

Amendement 2

Overweging 9

(9) De onderzoeksactiviteiten die worden uitgevoerd uit hoofde van dit specifiek programma moeten de fundamentele ethische beginselen respecteren, inclusief die welke zijn neergelegd in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. | (9) De onderzoeksactiviteiten die worden uitgevoerd uit hoofde van dit specifiek programma moeten de fundamentele ethische beginselen respecteren, inclusief die welke zijn neergelegd in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. Bovendien dient de publieke acceptatie van deze activiteiten te worden bevorderd. |

Amendement 3

Overweging 10

(10) Het GCO moet extra middelen blijven genereren via concurrerende activiteiten, onder meer deelname aan de acties onder contract van het kaderprogramma, werk voor derden en in mindere mate de exploitatie van de intellectuele eigendom. | (10) Het GCO moet extra middelen blijven genereren via concurrerende activiteiten, onder meer, naast werk voor derden, deelname aan de acties onder contract van het kaderprogramma, waarbij ernaar gestreefd dient te worden intensief voort te bouwen op de huidige activiteiten, en in mindere mate de exploitatie van de intellectuele eigendom. |

Amendement 4

Overweging 10 bis (nieuw)

| (10 bis) Het GCO dient ervoor te zorgen dat zijn uitmuntende wetenschappelijke niveau gehandhaafd wordt, om zijn taken steeds beter te kunnen vervullen en dient daarom zijn eigenlijke onderzoeksactiviteiten te intensiveren, onverminderd de activiteiten die direct gericht zijn op het voorzien in de behoeften van het gemeenschapsbeleid. |

Amendement 5

Overweging 10 ter (nieuw)

| (10 ter) Het GCO zorgt er in het kader van zijn werkzaamheden voor dat in de wetenschap en het onderzoek in gelijke mate rekening wordt gehouden met de positie en de rol van beide geslachten. Daardoor moet de toepassing van het beginsel van gelijkheid van kansen ongeacht het geslacht worden gegarandeerd. |

Amendement 6

Artikel 3, alinea 1 bis (nieuw)

| De Commissie neemt alle noodzakelijke maatregelen om te verifiëren dat de gefinancierde acties doeltreffend en in overeenstemming met Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 worden uitgevoerd. |

Amendement 7

Artikel 3, alinea 1 ter (nieuw)

| De totale administratieve uitgaven van het specifieke programma, met inbegrip van interne en beheersuitgaven voor het GCO, dienen in verhouding te staan tot de in het betrokken programma vastgelegde acties en zijn afhankelijk van het besluit van de begrotings- en wetgevingsautoriteiten. |

Amendement 8

Artikel 3, alinea 1 quater (nieuw)

| De begrotingskredieten worden gebruikt in overeenstemming met het beginsel van goed financieel beheer, dat wil zeggen volgens de beginselen van spaarzaamheid, doelmatigheid en doeltreffendheid, alsmede het proportionaliteitsbeginsel. |

Amendement 9

Artikel 5 bis (nieuw)

| Artikel 5 bis Wanneer de Commissie voornemens is af te wijken van de uitgavenverdeling zoals vastgelegd in de opmerkingen en de bijlage bij de algemene begroting van de Europese Unie, verstrekt zij de begrotingsautoriteit daarover vooraf informatie. |

Amendement 10

Artikel 7, alinea 1 bis (nieuw)

| De evaluatie omvat een beoordeling van de deugdelijkheid van het financiële beheer en een evaluatie van de doelmatigheid en regelmatigheid van het budgettaire en economische beheer van het specifieke programma. |

Amendement 11

Bijlage, afdeling 2, "Aanpak", alinea 4 bis (nieuw)

| Het GCO zorgt ervoor dat zijn uitmuntende wetenschappelijke niveau wordt gehandhaafd om zijn opdracht steeds beter te vervullen en intensiveert daarom zijn eigenlijke onderzoeksactiviteiten, onverminderd de activiteiten die er direct op gericht zijn te voorzien in de behoeften van het Gemeenschapsbeleid. |

Amendement 12

Bijlage, afdeling 2, "Aanpak", alinea 4 ter (nieuw)

| Daarnaast wordt gestreefd naar verdere ontwikkeling van de samenwerking door netwerkvorming, zodat op Europees en mondiaal niveau een vérstrekkende consensus over een groot aantal kwesties wordt bereikt. Het vermogen van het GCO om aan de internationale top-onderzoeksnetwerken en geïntegreerde projecten deel te nemen, krijgt vanuit dit perspectief een heel bijzondere betekenis. Toepassing van veiligheidsmaatregelen door het Bureau voor de veiligheidscontrole van Euratom (ESO) en de Internationale Organisatie voor Atoomenergie (IAEO) vereist O&O-ondersteuning en directe hulp. Bijzondere aandacht zal worden geschonken aan de samenwerking met toekomstige EU-lidstaten. |

Amendement 13

Bijlage, onderafdeling 3.1.1, "Karakterisering, opslag en opberging van verbruikte splijtstof", alinea -1 (nieuw)

| Omdat het aantal kernreactoren wereldwijd verder stijgt, neemt het belang van de onderwerpen afvalverwijdering en milieueffecten steeds meer toe. Ook de Unie heeft op dit gebied een achterstand en moet snel een duurzaam antwoord vinden op vragen op dit gebied die tot dusver onbeantwoord zijn gebleven. |

Amendement 14

Bijlage, onderafdeling 3.1.7, "Kennisbeheer, opleiding en onderwijs"

Voor de nieuwe generaties nucleaire wetenschappers en ingenieurs is het belangrijk de kennis van kernonderzoek die is verzameld door de experimenten, resultaten, interpretaties en ervaring uit het verleden te consolideren en uit te breiden. Dit geldt met name voor gebieden waar gedurende drie decennia ervaring is opgedaan met de analyse van de prestaties en de veiligheid van reactoren, in het bijzonder door middel van complexe analyse-instrumenten zoals modellen en computercodes. Het GCO zal bijdragen aan het ter beschikking stellen, ordenen en documenteren van deze kennis en aan het ondersteunen van de activiteiten in het hoger onderwijs in Europa. Bovendien zal het GCO bijdragen aan betere communicatie over kernenergie, met name in verband met de acceptatie door het grote publiek, en meer in het algemeen aan de ontwikkeling van strategieën voor algemeen energiebewustzijn. | Voor de nieuwe generaties nucleaire wetenschappers en ingenieurs is het belangrijk de kennis van kernonderzoek die is verzameld door de experimenten, resultaten, interpretaties en ervaring uit het verleden te consolideren en uit te breiden. Dit geldt met name voor gebieden waar gedurende drie decennia ervaring is opgedaan met de analyse van de prestaties en de veiligheid van reactoren, in het bijzonder door middel van complexe analyse-instrumenten zoals modellen en computercodes. Gezien het dreigende verlies van kennis en het uitblijven van een nieuwe generatie kerntechnologen zou het GCO als Europees centrum voor informatieverspreiding, alsmede voor opleiding en onderwijs kunnen fungeren. Het GCO zal een programma om kennis te behouden ten uitvoer leggen dat ervoor zorgt dat deze kennis ter beschikking gesteld, geordend en gedocumenteerd wordt; verder zal het GCO een programma implementeren ter bevordering van meer wetenschappers en ingenieurs, dat moet vaststellen hoe meer jongeren warm te maken voor onderzoek in kernenergie en hoe hen daarvoor te vormen; het ondersteunt ook de activiteiten in het hoger onderwijs in Europa. Bovendien zal het GCO bijdragen aan betere communicatie over kernenergie, met name in verband met de acceptatie door het grote publiek, en meer in het algemeen aan de ontwikkeling van strategieën voor algemeen energiebewustzijn. |

Amendement 15

Bijlage, onderafdeling 3.2.3, "Veiligheid van geavanceerde systemen voor de productie van kernenergie", alinea 2

Het is van essentieel belang dat ook het GCO, zowel rechtstreeks als door het coördineren van de Europese bijdragen, deelneemt aan deze internationale initiatieven waarbij de belangrijkste onderzoeksorganisaties betrokken zijn. Het gaat hierbij hoofdzakelijk om de veiligheid en veiligheidscontrole van innovatieve splijtstofcycli, in het bijzonder de karakterisering, het testen en de analyse van nieuwe splijtstoffen. Er zal aandacht worden besteed aan veiligheids- en kwaliteitsdoelstellingen, veiligheidsvereisten en geavanceerde evaluatiemethoden voor reactoren. Deze informatie zal systematisch worden verspreid onder belangstellende autoriteiten in de lidstaten en de diensten van de Commissie, met name door regelmatige coördinatievergaderingen. | Het is van essentieel belang dat ook het GCO, zowel rechtstreeks als door het coördineren van de Europese bijdragen, deelneemt aan deze internationale initiatieven waarbij de belangrijkste onderzoeksorganisaties betrokken zijn. Hier zal het GCO in de toekomst een doorslaggevende rol spelen bij de coördinatie en de integratie van de Europese bijdragen. Het gaat hierbij hoofdzakelijk om de veiligheid en veiligheidscontrole van innovatieve splijtstofcycli, in het bijzonder de karakterisering, het testen en de analyse van nieuwe splijtstoffen. Er zal aandacht worden besteed aan veiligheids- en kwaliteitsdoelstellingen, veiligheidsvereisten en geavanceerde evaluatiemethoden voor reactoren. Deze informatie zal systematisch worden verspreid onder belangstellende autoriteiten in de lidstaten en de diensten van de Commissie, met name door regelmatige coördinatievergaderingen. |

Amendement 16

Bijlage, onderafdeling 3.3.1, "Nucleaire veiligheidscontrole", alinea 1 bis (nieuw)

| Met betrekking tot de proliferatie van kernwapens of ten minste de pogingen van sommige staten in deze richting is de internationale context recentelijk helaas gewijzigd. De dimensie van de non-proliferatie heeft naast andere veiligheidsvraagstukken weer aan belang gewonnen. Tegen deze achtergrond is het voor de burgers van de Europese Unie onontbeerlijk dat de nodige capaciteiten op dit gebied in het GCO op peil worden gehouden. |

[1] Nog niet in het PB gepubliceerd.

[2] PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1.

--------------------------------------------------