Bekendmaking van een wijzigingsverzoek overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen
Bekendmaking van een wijzigingsverzoek overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen
24.10.2006 | NL | Publicatieblad van de Europese Unie | C 256/2 |
Bekendmaking van een wijzigingsverzoek overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen
(2006/C 256/02)
Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad bezwaar aan te tekenen tegen het wijzigingsverzoek. Bezwaarschriften moeten de Commissie bereiken binnen zes maanden te rekenen vanaf de datum van deze bekendmaking.
VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD
Wijzigingsverzoek als bedoeld in artikel 9 en artikel 17, lid 2
„ESROM”
EG-nummer: DK/PGI/117/0329
BOB ( ) BGA ( X )
Wijziging(en) waarom is verzocht:
Rubriek(en) van het productdossier:
Naam van het product | |
X | Omschrijving |
Geografische zone | |
X | Bewijs van oorsprong |
Wijze waarop het product wordt verkregen | |
X | Verband |
X | Etikettering |
X | Nationale eisen |
Wijziging(en):
Omschrijving
Voorheen werden Esrom 20+ en Esrom 30+ slechts in kleine hoeveelheden geproduceerd, en bijna altijd op bestelling. Aangezien de productie van Esrom met vetgehalte 20+ en 30+ beperkt van omvang was, zijn deze soorten in de oorspronkelijke aanvraag per abuis niet opgenomen. De Europese markt, in dit geval voornamelijk de Deense, Duitse en Oostenrijkse markt, is de laatste jaren aanzienlijk verschoven, met name in de richting van kaas met een lager vetgehalte. Daarom moeten 20+ kaas en 30+ kaas worden opgenomen in het officiële, beschermde assortiment.
Verder bestaat de wens de productie van een iets hogere kaas toe te staan, aangezien een betere kwaliteit wordt bereikt wanneer Esrom met een minimumgewicht van 2kg tot 7cm hoog mag zijn.
Bewijs van oorsprong
Het punt „Bewijs van oorsprong” is aangevuld om te voldoen aan eisen inzake traceerbaarheid.
Verband
De historische achtergrond is verplaatst van het punt „Bewijs van oorsprong” naar het punt „Verband”.
Controlestructuur
Er is informatie betreffende erkenning van het particuliere controleorgaan overeenkomstig de Europese norm EN45011 toegevoegd.
Etikettering
In het punt Etikettering is een fout gecorrigeerd betreffende het gebruik van de Beschermde Geografische Aanduiding (BGA). Ook zijn bepalingen inzake de etikettering van de lichtere soorten kaas toegevoegd.
Nationale eisen
De wijziging van de Nationale eisen heeft uitsluitend te maken met het feit dat de Deense bekendmaking is gewijzigd en heeft betrekking op de verwijzing naar die bekendmaking. De bepalingen betreffende Esrom blijven ongewijzigd.
BIJGEWERKTE SAMENVATTING
VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD
„ESROM”
EG-nummer: DK/PGI/117/0329
BOB ( ) BGA ( X )
Deze samenvatting is uitsluitend ter informatie opgesteld. Belangstellenden wordt verzocht om voor volledige informatie kennis te nemen van de volledige versie van het productdossier, die verkrijgbaar is bij de in punt 1 genoemde nationale autoriteiten of bij de Europese Commissie(1).
1. Bevoegde dienst van de lidstaat:
Naam: | Fødevarestyrelsen | ||
Adres: |
| ||
Tel.: | (45) 33 95 60 00 | ||
Fax: | (45) 33 95 60 01 | ||
E-mail: | fvst@fvst.dk |
2. Groepering:
Naam: | Foreningen af Danske Osteproducenter | ||
Adres: |
| ||
Tel.: | (45) 87 31 20 00 | ||
Fax: | (45) 87 31 20 01 | ||
Samenstelling: | Producenten/verwerkers ( X ) andere ( ) |
3. Productcategorie:
Categorie 1.3. Kaas
4. Overzicht van het productdossier (samenvatting van de in artikel 4, lid 2, voorgeschreven gegevens)
4.1 Naam: „Esrom”
4.2 Beschrijving: Geschepte kaas, halfhard tot hard, gerijpt, vervaardigd van Deense koemelk.
Samenstelling:
Esrom 20+: minimaal vetgehalte op de droge stof van 20 %, minimumgehalte aan droge stof van 47 %.
Esrom 30+: minimaal vetgehalte op de droge stof van 30 %, minimumgehalte aan droge stof van 48 %.
Esrom 45+: minimaal vetgehalte op de droge stof van 45 %, minimumgehalte aan droge stof van 50 %.
Esrom 60+: minimaal vetgehalte op de droge stof van 60 %, minimumgehalte aan droge stof van 57 %.
Vorm en gewicht (hele kaas):
Buitenkant: Dunne, zachte, gelige tot oranjegele eetbare korst met een schone, bijna droge, dunne en uniforme geelbruine tot roodbruine vettige laag. Oudere kaas heeft een licht vettige oppervlakte als gevolg van het aan de oppervlakte tredende vet.
Kleur: Uniforme gelige tot witte kleur.
Vorm: Gelijk verdeelde onregelmatige gaatjes, ongeveer ter grootte van rijstkorrels.
Consistentie: Dezelfde in de hele kaas. Zacht maar snijdbaar.
Geur en smaak: Zacht, zurig, aromatisch met een lichte smaak van rijping aan de oppervlakte. Hoe ouder de kaas, hoe meer de smaak van rijping aan de oppervlakte domineert.
Rijpingstijd: minimaal 2 weken.
4.3 Geografisch gebied: Denemarken
4.4 Bewijs van oorsprong: Esrom wordt uitsluitend geproduceerd met melk uit het betrokken geografische gebied, en de betrokken documentatie wordt door de controle-instantie gecontroleerd. Deze instantie moet vervolgens het bewijs dat deze controles hebben plaatsgevonden, aan de erkenningsinstantie overleggen. Van alle leveranciers worden nauwgezette dossiers bijgehouden, aangezien de melk op basis daarvan wordt betaald. Voordat de kaas de zuivelfabriek verlaat, vindt de etikettering ervan overeenkomstig de geldende wetgeving plaats, zodat de zuivelfabriek traceerbaar is. De etikettering wordt door de autoriteiten gecontroleerd.
4.5 Werkwijze voor het verkrijgen van het product: Rauwe Deense koemelk wordt qua vetgehalte gestandaardiseerd en „laaggepasteuriseerd”. Er worden melkfermenten en stremsels toegevoegd. De wrongel wordt met messen gesneden zodra de gewenste vastheid is bereikt. Daarna wordt de wrongel geroerd en, nadat de wei is afgetapt, verwarmd. De kaaskorrels worden in vormen gegoten en lichtjes aangedrukt. Men laat de kaas afkoelen, waarna zout wordt toegevoegd en de oppervlakte met een korstvormende cultuur wordt behandeld. De kaas wordt op een plaats met een hoge luchtvochtigheid opgeslagen. Na de rijping wordt de kaas gewassen, gedroogd en verpakt.
4.6 Verband: In het klooster van Esrom is de gelijknamige kaas in de 11e en de 12e eeuw door monniken ontwikkeld. De kaas is rond 1935 verder ontwikkeld door de Nationale experimentele zuivelfabriek (Statens Forsøgsmejeri). De productie is begonnen in de Midtsjællands Herregårdsmejeri en later voortgezet in andere zuivelfabrieken.
Zowel binnen als buiten de Gemeenschap heeft Esrom een reputatie als een specialiteit van Deense oorsprong. Die reputatie heeft het gekregen door wetgevingsinitiatieven en door de kwaliteit van het werk van de producentenorganisatie in de afgelopen 40 jaar, waardoor de traditionele en specifieke kenmerken goed bewaard zijn gebleven.
4.7 Controlestructuur:
Naam: | Steins Laboratorium A/S, Mejeridivisionen | ||
Adres: |
| ||
Tel.: | (45) 76 60 40 00 | ||
Fax: | (45) 76 60 40 66 | ||
E-mail: | info@steins.dk |
4.8 Etikettering: Esrom 20+, Esrom 30+, Esrom 45+ of Esrom 60+, al naar gelang van het vetgehalte, aangevuld met de vermelding „beskyttet geografisk betegnelse” of „BGB” (beschermde geografische aanduiding — BGA).
4.9 Nationale eisen: De standaard voor Esrom is opgenomen in Fødevarestyrelsens bekendtgørelse nr. 335 af 10. maj 2004 om mælkeprodukter m.v. (Bekendmaking nr. 335 van het directoraat levensmiddelen van 10 mei 2004 t.a.v. zuivelproducten).