Home

Advies van het Adviescomité inzake concentraties uitgebracht op de 131e bijeenkomst van 22 april 2005 betreffende een ontwerp-beschikking in Zaak nr. COMP/M.3178 — Bertelsmann/Springer/JV

Advies van het Adviescomité inzake concentraties uitgebracht op de 131e bijeenkomst van 22 april 2005 betreffende een ontwerp-beschikking in Zaak nr. COMP/M.3178 — Bertelsmann/Springer/JV

2.3.2006

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 52/2


Advies van het Adviescomité inzake concentraties uitgebracht op de 131e bijeenkomst van 22 april 2005 betreffende een ontwerp-beschikking in Zaak nr. COMP/M.3178 — Bertelsmann/Springer/JV

(2006/C 52/02)

1.

Het Adviescomité is het eens met de Commissie dat de aangemelde operatie een concentratie vormt in de zin van Verordening (EG) nr. 139/2004 („de concentratieverordening”) en een communautaire dimensie heeft zoals in deze verordening wordt omschreven.

2.

Het Adviescomité is het eens met de Commissie dat met het oog op de afbakening van de productmarkt het rotatiedrukken van omvangrijke opdrachten verschillend is van heatsetrotatie-offsetdrukken. Een minderheid onthoudt zich.

3.

Het Adviescomité is het eens met de Commissie dat er een relevante productmarkt is voor het rotatiedrukken van tijdschriften. Een minderheid onthoudt zich.

4.

Het Adviescomité is het eens met de Commissie dat kan worden opengelaten of het rotatiedrukken van catalogi en reclame als één productmarkt moet worden beschouwd.

5.

Het Adviescomité is het eens met de Commissie dat de relevante geografische markt voor het rotatiedrukken van tijdschriften tot Duitsland is beperkt.

6.

Het Adviescomité is het eens met de Commissie dat de relevante geografische markt voor het rotatiedrukken van catalogi als volgt kan worden afgebakend: Duitsland en de buurlanden (Frankrijk, België, Nederland, Luxemburg, Zwitserland, Oostenrijk, Tsjechische Republiek, Polen en Denemarken) plus Italië en Slowakije.

7.

Het Adviescomité is het eens met de Commissie dat de relevante geografische markt voor het rotatiedrukken van reclame als volgt kan worden afgebakend: Duitsland en de buurlanden (Frankrijk, België, Nederland, Luxemburg, Zwitserland, Oostenrijk, Tsjechische Republiek, Polen en Denemarken) plus Italië en Slowakije.

8.

Het Adviescomité is het eens met de Commissie dat de voorgenomen concentratie de daadwerkelijke mededinging op de gemeenschappelijke markt of op een wezenlijk deel daarvan niet op significante wijze zal belemmeren, met name door een machtspositie in het leven te roepen of te versterken:

a)

op de markt voor het rotatiedrukken van tijdschriften in Duitsland;

b)

op de markt voor het rotatiedrukken van catalogi in Duitsland en de buurlanden (Frankrijk, België, Nederland, Luxemburg, Zwitserland, Oostenrijk, Tsjechische Republiek, Polen en Denemarken) plus Italië en Slowakije;

c)

op de markt voor het rotatiedrukken van reclame in Duitsland en de buurlanden (Frankrijk, België, Nederland, Luxemburg, Zwitserland, Oostenrijk, Tsjechische Republiek, Polen en Denemarken) plus Italië en Slowakije.

Een minderheid van de lidstaten is het oneens met punt 8a).

9.

Het Adviescomité is het eens met de Commissie dat de voorgenomen concentratie de daadwerkelijke mededinging op de gemeenschappelijke markt of op een wezenlijk deel daarvan niet op significante wijze zal belemmeren, met name door een machtspositie in het leven te roepen of te versterken:

a)

op een andere relevante geografische markt voor het rotatiedrukken van tijdschriften;

b)

op een andere relevante geografische markt voor het rotatiedrukken van catalogi;

c)

op een andere relevante geografische markt voor het rotatiedrukken van reclame.

10.

Het Adviescomité is het eens met de Commissie dat de voorgenomen concentratie niet tot doel of gevolg heeft het concurrentiegedrag van Bertelsmann en Springer op de markten voor het uitgeven van tijdschriften te coördineren en bijgevolg de concurrentie niet belemmert in de zin van artikel 2, lid 4, van de concentratieverordening en artikel 81 van het Verdrag.

11.

Het Adviescomité is het eens met de Commissie dat de voorgenomen concentratie de daadwerkelijke mededinging op de gemeenschappelijke markt of op een wezenlijk deel daarvan niet op significante wijze zal belemmeren, met name door een machtspositie in het leven te roepen of te versterken, in de zin van artikel 2, lid 2, van de concentratieverordening en dat de voorgenomen concentratie derhalve verenigbaar met de gemeenschappelijke markt en de werking van EER-Overeenkomst moet worden verklaard.

12.

Het Adviescomité verzoekt de Commissie alle andere punten die tijdens het overleg zijn besproken, in aanmerking te nemen.