Home

Verslag van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement - Verslag van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement over de uitvoering van het Forest Focus-programma overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2152/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 17 november 2003 inzake de bewaking van bossen en milieu-interacties in de Gemeenschap (Forest Focus) {SEC(2008)30}

Verslag van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement - Verslag van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement over de uitvoering van het Forest Focus-programma overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2152/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 17 november 2003 inzake de bewaking van bossen en milieu-interacties in de Gemeenschap (Forest Focus) {SEC(2008)30}

[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

Brussel, 22.1.2008

COM(2008) 6 definitief

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT

Verslag van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement over de uitvoering van het Forest Focus-programma overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2152/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 17 november 2003 inzake de bewaking van bossen en milieu-interacties in de Gemeenschap (Forest Focus) {SEC(2008)30}

INLEIDING EN REIKWIJDTE

Dit verslag wordt ingediend om te voldoen aan de rapportage-eisen van artikel 19 van Verordening 2152/2003. Deze verordening heeft een communautair programma ingesteld (hierna "Forest Focus" genoemd) voor een breed opgezette, geharmoniseerde en alomvattende, langdurige bewaking van de conditie van bossen gedurende een periode van 4 jaar, van 1 januari 2003 tot 31 december 2006.

Deze verordening is ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 614/2007 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het financieringsinstrument voor het Milieu (LIFE+). Aangezien LIFE+ voorziet in maatregelen die relevant zijn voor de reikwijdte van Forest Focus, wordt voorgesteld geen voorstellen te doen betreffende de voortzetting van Forest Focus na 2006.

Het verslag is daarom wat reikwijdte betreft beperkt tot de uitvoeringsfase van Forest Focus.

FOREST FOCUS: HET PROGRAMMA EN DE UITVOERING ERVAN

Achtergrond en doelstellingen

Forest Focus bouwde op vroegere wetgeving in verband vooral met de bewaking van de gezondheidstoestand van bossen op grond van het Verdrag betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand van de VN-ECE (CLRTAP), waarbij de Commissie partij is[1]. De relevante communautaire wetgeving, Verordening (EEG) nr. 3528/86 van de Raad van 17 november 1986 betreffende de bescherming van de bossen in de Gemeenschap tegen luchtverontreiniging[2] en Verordening (EEG) nr. 2158/92 van de Raad van 23 juli 1992 betreffende de bescherming van de bossen in de Gemeenschap tegen brand zijn eind 2002 verstreken[3].

Forest Focus richtte zich op de bewaking van atmosferische verontreiniging van bossen, bewaking van bosbranden, hun oorzaken en effecten en preventie van bosbranden. Het programma voorzag ook in de ontwikkeling van nieuwe bewakingsinstrumenten betreffende bodembewaking, koolstofvastlegging, biodiversiteit, klimaatverandering en beschermende functies van bossen alsook in de evaluatie van de efficiëntie van bewakingsactiviteiten. In deze context voeren de lidstaten momenteel studies, experimenten en demonstratieprojecten uit, die in 2008 beëindigd moeten zijn.

Op grond van het programma werden netwerken van duizenden waarnemingspunten en -percelen (percelen van niveau I en niveau II, zie voetnoot 1) in stand gehouden om periodieke inventarissen samen te stellen en de ecosystemen van bossen continu te bewaken.

Werking

De Commissie was verantwoordelijk voor het coördineren, monitoren en ontwikkelen van het programma. Om de doelstellingen van Forest Focus te bereiken, waren de lidstaten verplicht tweejaarlijkse nationale programma's voor 2003/2004 en 2005/2006 (opgesplitst in twee fasen: 2005 en 2006) op te stellen. Deze programma's werden aan de Commissie ter goedkeuring voorgelegd en werden ook onderworpen aan evaluaties vooraf.

Elke lidstaat diende een bevoegde autoriteit aan te wijzen voor het beheer van zijn nationaal programma. Aangezien België, Duitsland en Portugal in hun land echter meer dan één bevoegde autoriteit aanwezen, voeren nu in totaal 41 bevoegde autoriteiten het programma uit. Daartoe behoren de bevoegde autoriteiten in de EU 10 (behalve Malta) die in 2004 tot het programma toetraden.

De Commissie heeft beschikkingen[4] aangenomen betreffende de aanwijzing van de nationale agentschappen die uitvoering geven aan het programma, de nationale programma's en hun budget en heeft de deelnemende lidstaten in kennis gesteld van de beschikkingen. Vervolgens sloot de Commissie voor elke nationale programmaperiode overeenkomsten met de nationale bevoegde instanties. Op basis van die beschikkingen heeft de Commissie voor de volledige periode 2003-2006 in totaal 123 overeenkomsten gesloten met de bevoegde instanties.

Het totale budget van Forest Focus gedurende de periode van 4 jaar bedroeg 65 miljoen euro, inclusief 9 miljoen euro voor brandpreventiemaatregelen. De Europese Unie heeft in de kosten van de nationale programma's financieel bijgedragen voor 50% of 75%, afhankelijk van het type activiteit. In bijlage I staan de in het kader van het programma ontwikkelde acties, uitgesplitst per jaar.

De Forest Focus-activiteiten in elk nationaal programma zijn onder te verdelen in (zie afbeeldingen 1 en 2):

- A-activiteiten betreffende projectcoördinatie en -beheer , zoals activiteiten betreffende de coördinatie van het nationale programma;

- B1-activiteiten die worden uitgevoerd op basis van het bewakingsnetwerk van niveau I , zoals installatie en onderhoud van het systematisch rasternetwerk;

- B2-activiteiten ( intensieve bewaking ) die worden uitgevoerd op percelen van niveau II , d.w.z. activiteiten zoals metingen van de conditie van de kronen;

- B3-activiteiten inzake preventie van bosbranden , inclusief het Europees Bosbrandinformatiesysteem. Daartoe behoren activiteiten zoals de aanleg van brandgangen, onderhoud en verdere ontwikkeling van het Europees Bosbrandinformatiesysteem (EFFIS) en bewustmakingcampagnes;

- C-activiteiten: Studies en demonstratieprojecten, zoals studies naar de oorzaken en dynamiek van bosbranden, proefbewakingsfasen (zie ook de lijst van studies in de bijlage).

[pic]

Afbeelding 1: Procentuele budgettoewijzing per activiteitentype (A: projectcoördinatie en -beheer; B1: bewaking van niveau I; B2: intensieve bewaking van niveau II; B3: bosbrandpreventie; C: studies en demonstratieprojecten)

De Commissie (DG Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek) heeft het programma zowel technisch als wetenschappelijk ondersteund. Haar instantie voor wetenschappelijke coördinatie heeft een database opgezet om in de behoeften van het gegevensverzamelingssysteem van het programma te voorzien en heeft het Europees Bosbrandinformatiesysteem (EFFIS) ontwikkeld en verder verbeterd overeenkomstig de door de lidstaten en het Parlement geformuleerde eisen. Het GCO beheert het Europees gegevenscentrum voor de bossen van de Commissie.

Op basis van een subsidieovereenkomst met de Commissie organiseerde ICP-Forests (zie voetnoot 1) de deskundigenpanels, ontwikkelde het geharmoniseerde methoden en normen voor bewaking van de conditie van bossen op niveau I & II, stelde het een gemeenschappelijk bewakingshandboek samen en zette het kwaliteitsborgings/controlesystemen voor veldwaarnemingen en laboratoriumanalyses op. Voor het vervullen van deze taken werd ICP-Forests ondersteund door 6 partners, vooral instituten voor bosonderzoek.

[pic]

Afbeelding 2: Budgettoewijzing per type activiteit van 2003 tot 2006. (A: projectcoördinatie en -beheer; B1: bewaking van niveau I; B2: intensieve bewaking van niveau II; B3: bosbrandpreventie; C: studies en demonstratieprojecten)

RAPPORTERING

De lidstaten hebben hun jaarlijkse rapportageverplichtingen vervuld door aan de Commissie jaarlijkse in het kader van Forest Focus verzamelde gegevens te zenden (en deze ook publiek beschikbaar te maken[5]) vergezeld van een jaarlijks verslag. Er zijn nu aan de Commissie middenverslagen over de eerste periode van het programma (2003-2004) verstrekt. De eindverslagen komen er wanneer elk van de nationale programma's voltooid is, naar verwachting maximaal drie jaar na de programmaperiode in kwestie. Deze vertraging is vooral toe te schrijven aan de noodzaak om studies te voltooien. Bovendien moeten de bevoegde instanties die het programma uitvoeren de Commissie regelmatig op de hoogte houden van de vooruitgang die zij maken bij de uitvoering van het programma.

In het algemeen gebeurt de rapportage in het kader van Forest Focus door middel van door de Europese Commissie en ICP-Forests gepubliceerde jaarlijkse verslagen alsook door middel van een serie wetenschappelijke publicaties (zie http://www.icp-forests.org/Reports.htm) met informatie over het nationale bos- en milieubeleid. De opstelling en publicatie van de verslagen van ICP-Forests worden door de Commissie medegefinancierd op basis van een subsidieovereenkomst.

DETAILASPECTEN VAN DE UITVOERING

Bosbranden.

In 1998 werd door de Commissie en de lidstaten als platform voor de uitwisseling van informatie een permanente maar informele deskundigengroep betreffende bosbranden opgericht met als doel geavanceerde methoden voor de evaluatie van bosbrandrisico's en kartering van verbrande gebieden op Europese schaal te ontwikkelen. In de volgende jaren leidden deze activiteiten tot de ontwikkeling door het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek van het Europees Bosbrandinformatiesysteem (EFFIS)[6]. EFFIS werd verder ondersteund in het kader van het Forest Focus-programma, en de voortzetting ervan werd gewaarborgd door een administratieve afspraak tussen DG Milieu en DG Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek. De opslag en analyses van de door de lidstaten verzamelde gegevens en de coördinatie van brandgerelateerde activiteiten op Europees niveau gebeuren in de context van EFFIS, dat dagelijks brandrisicovoorspellingen uitbrengt, de jaarlijkse brandrisico-ontwikkeling analyseert, het meest recente brandseizoen evalueert en zo eventuele zwakke punten aanwijst in het beheer en de bestrijding van branden binnen en buiten het EU-grondgebied. De activiteiten van EFFIS worden door de Commissie gecoördineerd om aan de eindgebruikers, vooral de diensten voor civiele bescherming en bosbeheer in de lidstaten, informatie te verstrekken. EFFIS wordt ook gebruikt voor de beoordeling van schadeclaims in verband met bossen in het kader van aanvragen voor financiële bijstand van het Europees Solidariteitsfonds[7]. De deskundigengroep bosbranden bestaat uit deskundigen van de nationale overheden, inclusief de civiele bescherming. De groep is het enige gemeenschappelijke netwerk van branddeskundingen op EU-niveau en omvat vertegenwoordigers van alle lidstaten en sommige mediterrane derde landen die geconfronteerd worden met belangrijke brandrisico's. Deze samenwerking met naburige derde landen is van aanzienlijke waarde aangezien het opzetten van grensoverschrijdende preventiemaatregelen en wederzijdse bijstand bij brandbestrijdingsactiviteiten steunt op gemeenschappelijke Europese brandrisicokartering.

In het kader van Forest Focus was financiering mogelijk voor structurele brandpreventiemaatregelen, zoals de bouw van boswegen, bluswatervoorzieningen of branddetectiestations, mits deze geen steun ontvingen in het kader van Verordening (EG) nr. 1257/1999[8] inzake plattelandsontwikkeling en niet in de nationale of regionale programma's voor plattelandsontwikkeling waren opgenomen.

In 2004 werd een ad-hocwerkgroep van bosbrandpreventiedeskundigen bestaande uit vertegenwoordigers van belangstellende lidstaten en de belangrijkste niet-gouvernementele organisaties in de bosbeheersector opgericht om aan de Commissie voorstellen te doen over hoe het verder moest met het bosbrandpreventiebeleid na 2006.

Tot de aanbevelingen[9] van deze werkgroep behoorde het voorstel dat de verordeningen inzake LIFE+ en plattelandsontwikkeling beide specifieke bepalingen voor de bescherming van het milieu tegen branden moesten instellen. Voor de periode 2007-2013 doen beide dit. De LIFE+-Verordening bevat bepalingen inzake informatie- en bewustmakingscampagnes in verband met bosbranden alsook de opleiding van brandpreventiefunctionarissen. De Plattelandsontwikkelingsverordening voorziet in brandpreventie- en herstelmaatregelen. Bovendien ondersteunde de werkgroep EFFIS als een strategisch planningsinstrument en als een kernelement van bosbrandbewaking. De werkzaamheden van EFFIS die door Forest Focus werden ondersteund, worden tot eind 2010 gewaarborgd door middel van een subsidie van het Europees Parlement voor bosbescherming en -behoud.

Sinds 2000 geeft de Commissie in nauwe samenwerking met de deskundigengroep een jaarlijks verslag betreffende bosbranden uit[10] dat betrekking heeft op brandstatistieken van de meest getroffen lidstaten (zie tabellen "aantal branden" en "verbrande gebieden" in de bijlage).

De conditie van bossen en andere milieubewaking - het evaluatieverslag

Hoewel verschillende studies in het kader van Forest Focus pas in 2008 voltooid zullen zijn, heeft de Commissie een externe evaluatie ondernomen met betrekking tot met name het beheer van het progamma en de bewaking van de conditie van bossen in 2005. De evaluatie werd uitgevoerd door de onderzoeksinstituten "Forest Research" (UK) en "Finnish Forest Research Institute" (FI) (zie: http://ec.europa.eu/environment/forests/pdf/final_report.pdf ).

De uitkomsten van de evaluatie waren als volgt:

De programma's werden kosteneffectief beheerd, maar in lidstaten met meer dan één bevoegde autoriteit gingen de administratieve kosten naar omhoog.

De bewakingsactiviteiten (percelen van niveau I+II) moeten breder gericht zijn dan enkel op de gezondheidstoestand van bossen in verband met luchtverontreiniging. Zij moeten parameters omvatten in verband met klimaatverandering, biodiversiteit en de beschermende functies van bossen.

Bij bosbewaking moet rekening worden gehouden met gegevens van nationale bosinventarissen.

De voortzetting van het bewakingsplan moet worden verzekerd.

In het verslag wordt er ook op gewezen dat met de afloop van de Forest Focus-Verordening de lidstaten van de verplichting zijn ontslagen gecoördineerde bosbewaking op EU-niveau te verrichten en dat, om in de toekomst ongecoördineerde activiteiten te vermijden, het nodig zou zijn een EU-breed kader te ontwikkelen dat efficiënt beheer, gegevensregistratie, analyse, kwaliteitscontrole en rapportage mogelijk maakt.

De Commissie wijst erop dat terwijl deze evaluatie in een vroeg uitvoeringsstadium werd uitgevoerd, haar belangrijkste aanbeveling betreffende de uitbreiding van de bewakingsactiviteiten nu binnen het werkterrein van LIFE+ is opgenomen.

De Commissie herinnert eraan dat de voortzetting van de bosbewakingsactiviteiten ook verankerd is in het EU-actieplan voor de bossen[11] 2007-2011. In kernactie 8 van het Actieplan wordt voorgesteld om te werken aan de totstandbrenging van een Europees Bosbewakingssysteem. In de conclusies van de Raad[12] betreffende het EU-actieplan voor de bossen wordt eveneens duidelijk aangegeven dat de lidstaten er zich toe verbinden een Europees bosbewakingssysteem verder te ontwikkelen.

Er werden nog geen voorstellen in het kader van LIFE+ ontvangen, maar deze kunnen ook de deelname van nationale voor inventarissen verantwoordelijke bosbeheerautoriteiten omvatten. Aangezien LIFE+ projectgebonden is en deelname vrijwillig is, moet de bewaking in de toekomst meer betrekking hebben op specifieke beleidskwesties zoals klimaatverandering, biodiversiteit en de beschermende functies van bossen veeleer dan een serie waarnemingen voort te zetten op basis van traditionele parameters in verband met luchtverontreiniging zoals het geval was onder Forest Focus.

Met betrekking tot het beheer van het programma geeft de Commissie aan dat de gemiddelde financiële verplichting per programma laag is. Voor 2003-2004 bedroeg deze ongeveer 0,5 miljoen euro per contractpartij binnen een band van 20 000 euro tot 2,7 miljoen euro. Voor 2005 bedroeg deze 0,4 miljoen euro binnen een band van 20 000 euro tot 2,1 miljoen euro, en voor 2006 0,4 miljoen euro binnen een band van 28 000 euro tot 2,1 miljoen euro. Hiervan besteedden de verschillende bevoegde overheden ongeveer 7% aan coördinatie en beheer van de nationale programma's.

[1] ICP Forests (het internationale samenwerkingsprogramma over beoordeling en bewaking van effecten van luchtverontreiniging op bossen) is in 1985 opgestart op grond van het Verdrag betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties (VN-ECE) wegens de groeiende publieke bekendheid van mogelijke negatieve effecten van luchtverontreiniging op bossen. ICP Forests bewaakt in samenwerking met de Europese Commissie de toestand van bossen in Europa door middel van twee verschillende niveaus van bewakingsintensiteit. Het eerste raster (niveau I geheten) is gebaseerd op ongeveer 6 000 waarnemingspercelen binnen een systematisch transnationaal netwerk van 16 x 16 km in heel Europa. Het bewakingsniveau intensief omvat ongeveer 800 waarnemingspercelen van niveau II binnen geselecteerde ecosystemen in Europa. Deze waarnemingspercelen van niveau I en II heeft ICP Forests gemeenschappelijk met Forest Focus. Momenteel nemen 40 landen deel aan ICP Forests. Zie ook: http://www.icp-forests.org/Political.htm

[2] PB L 326 van 21.11.1985, blz. 2.

[3] PB L 217 van 31.07.1992, blz. 3-7.

[4] Beschikking 2003-2004: Beschikking C(2004) 4901definitief van de Commissie.Beschikking 2005: Beschikking C(2006) 874 definitief van de Commissie.Beschikking 2006: Beschikking C(2006) 2466 definitief van de Commissie.

[5] Hoewel de publicatie en verspreiding van de gegevens meermaals met de bevoegde instanties is besproken, kon daarover niet tot een overeenkomst worden gekomen. Voor het grote publiek zijn dan ook geen gegevens beschikbaar, tenzij de bezitters van de gegevens worden geraadpleegd.

[6] EFFIS is opgezet om relevante informatie te verstrekken voor de bescherming van bossen tegen brand in Europa waarbij zowel omstandigheden voor als na een brand worden behandeld http://effis.jrc.it/wmi/viewer.html

[7] Verordening (EG) nr. 2012/2002 van de Raad van 11 november 2002 (PB L 311 van 14.11.1002, blz. 3).

[8] PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80.

[9] http://ec.europa.eu/environment/forests/wgffp.htm

[10] http://forest.jrc.it/documents/2006/ForestFiresInEurope2005.pdf

[11] COM(2006) 302 definitief van 15.6.2006.

[12] Conclusies van de Raad betreffende het EU-actieplan voor de bossen 2007-2011, 2758e vergadering van de Landbouw- en visserijraad, 24-25 oktober 2006.