Home

Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van de consumenten met betrekking tot bepaalde aspecten van timeshare, langetermijnvakantieproducten, wederverkoop en ruil {SEC(2007) 743} {SEC(2007) 744}

Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van de consumenten met betrekking tot bepaalde aspecten van timeshare, langetermijnvakantieproducten, wederverkoop en ruil {SEC(2007) 743} {SEC(2007) 744}




[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

Brussel, 7.6.2007

COM(2007) 303 definitief

2007/0113 (COD)

Voorstel voor een

RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende de bescherming van de consumenten met betrekking tot bepaalde aspecten van timeshare, langetermijnvakantieproducten, wederverkoop en ruil

(door de Commissie ingediend) {SEC(2007) 743}{SEC(2007) 744}

TOELICHTING

ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL |

Motivering en doel van het voorstel Het voorstel is het resultaat van een evaluatie van Richtlijn 94/47/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 26 oktober 1994 betreffende de bescherming van de verkrijger voor wat bepaalde aspecten betreft van overeenkomsten inzake de verkrijging van een recht van deeltijds gebruik van onroerende goederen. Sinds de vaststelling van Richtlijn 94/47/EG hebben zich grote veranderingen op de markt voorgedaan, met als belangrijkste het aanbod van nieuwe producten die uit economisch oogpunt in grote lijnen vergelijkbaar zijn met timeshare (in de bovengenoemde richtlijn “deeltijds gebruik” genoemd) en op soortgelijke wijze in de handel worden gebracht, in die zin dat een aanzienlijke vooruitbetaling plaatsvindt, gevolgd door betalingen die verband houden met het latere daadwerkelijke gebruik van vakantieaccommodatie (op zich of in combinatie met reizen). Deze producten vallen buiten het toepassingsgebied van Richtlijn 94/47/EG. Doordat met deze producten de regelgeving wordt ontweken, zijn voor consumenten en legitieme ondernemingen aanzienlijke problemen ontstaan, zoals blijkt uit het aantal klachten die zijn ingediend bij Europese consumentencentra, consumentenorganisaties en andere overheidsinstanties. Uit de gegevens blijkt dat de klachten met betrekking tot timeshare afnemen. Dit is een duidelijke aanwijzing dat veel van de problemen waarmee consumenten vóór de vaststelling van de richtlijn werden geconfronteerd, zijn opgelost. Toch zijn er nog steeds veel klachten van consumenten, en de meeste daarvan hebben betrekking op de nieuwe producten, zoals vakantiekortingclubs, en op wederverkoopovereenkomsten. |

Algemene context Op 13 april 2000 heeft de Raad conclusies over de tenuitvoerlegging van Richtlijn 94/47/EG goedgekeurd. Om de Commissie te helpen bij de indiening van een voorstel tot wijziging van de richtlijn, werden in de conclusies enkele punten genoemd die een nuttige inbreng konden vormen bij de evaluatie van de richtlijn. Het Europees Parlement heeft de Commissie in zijn resolutie van 4 juli 2002 aanbevolen maatregelen te nemen om de problemen van de gebruikers van timeshareproducten op te lossen en deze gebruikers tegelijkertijd het hoogste niveau van bescherming te bieden. In het voorstel is rekening gehouden met de conclusies en de resolutie. De Commissie voorzag in haar mededeling over de “Strategie voor het consumentenbeleid 2002-2006” in de evaluatie van Richtlijn 94/47/EG. Het voorstel is opgenomen in het doorlopende programma van de Commissie voor de modernisering en vereenvoudiging van het acquis communautaire en in het wetgevings- en werkprogramma van de Commissie (COM(2006) 629 definitief), onder referentie 2006/SANCO/038. |

Bestaande bepalingen op het door het voorstel bestreken gebied Richtlijn 94/47/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 26 oktober 1994 betreffende de bescherming van de verkrijger voor wat bepaalde aspecten betreft van overeenkomsten inzake de verkrijging van een recht van deeltijds gebruik van onroerende goederen. Dit voorstel vormt een aanvulling op de bestaande EU-wetgeving, met name de Richtlijn oneerlijke handelspraktijken (2005/29/EG), die op 12 december 2007 van toepassing wordt. Van die richtlijn wordt verwacht dat zij de problemen in verband met agressieve of misleidende handelspraktijken zal verhelpen. Zij voorziet echter niet in een terugtredingsrecht of een verbod van aanbetalingen, twee cruciale elementen van de door Richtlijn 94/47/EG geboden bescherming. Deze contractuele rechten kunnen alleen door uitbreiding van het toepassingsgebied van Richtlijn 94/47/EG aan de consumenten worden verleend. |

Samenhang met andere beleidsgebieden van de EU De Commissie heeft een omvattende evaluatie op stapel gezet van het consumentenacquis, dat bestaat uit acht richtlijnen, waaronder Richtlijn 94/47/EG. Op 8 februari 2007 werd een groenboek aangenomen. In het groenboek worden diverse opties voor de hervorming van het consumentenacquis uiteengezet. Tot die opties behoren een gemengde aanpak op basis van enerzijds een horizontaal instrument, dat de gemeenschappelijke aspecten van het acquis op systematische wijze zou actualiseren (bv. definities), en anderzijds de verticale herziening van enkele sectorspecifieke aspecten van de richtlijnen. Wat timeshare betreft, impliceert deze verticale herziening in hoofdzaak een wijziging van de definities en het toepassingsgebied van Richtlijn 94/47/EG zodat ook nieuwe vakantieproducten daaronder vallen, alsmede de verduidelijking en actualisering van de voorschriften betreffende de inhoud en de taal van de informatie voor de consument en van de overeenkomst. Gezien de urgentie van de problemen voor de consumenten, met name in verband met wederverkoop en de nieuwe producten, is de herziening van Richtlijn 94/47/EG een prioriteit geworden. Om deze herziening gaat het in dit voorstel. |

RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDE PARTIJEN EN EFFECTBEOORDELING |

Raadpleging van belanghebbende partijen |

Wijze van raadpleging, belangrijkste geraadpleegde sectoren en algemeen profiel van de respondenten De belangrijkste belanghebbenden werden geraadpleegd tijdens bijeenkomsten in 2004-2006 en via drie schriftelijke raadplegingen in 2006. In februari 2006 werd een uitgebreide vragenlijst over zowel regelgevingskwesties als met gegevens verband houdende problemen naar de lidstaten en de belanghebbenden gestuurd. De thema’s waarop de raadpleging betrekking had werden ook besproken op de vergadering van de permanente werkgroep van deskundigen van de lidstaten over de evaluatie van het acquis in maart 2006. De Commissie heeft op 1 juni 2006 een raadplegingsdocument op haar website gepubliceerd en belanghebbenden uitgenodigd uiterlijk op 15 augustus 2006 hun bijdrage in te dienen. De Commissie heeft meer dan honderd bijdragen ontvangen van alle relevante betrokkenen, waaronder 14 lidstaten, één EER-EVA-land, belanghebbenden uit het bedrijfsleven en de consumentensector, handhavingsautoriteiten en juristen. De antwoorden zijn beschikbaar op de website http://ec.europa.eu/consumers/cons_int/safe_shop/timeshare/index_en.htm. Op 19 juli 2006 heeft de Commissie een workshop georganiseerd met een brede participatie van belanghebbenden en lidstaten. In juli 2006 werd op de website van SANCO een tweede vragenlijst gepubliceerd waarin werd gevraagd standpunten over de effecten van een eventuele verticale herziening te formuleren en gegevens over de administratieve last te verstrekken. Gedurende de gehele raadpleging werden de minimumnormen van de Commissie voor de raadpleging van belanghebbenden in acht genomen. |

Samenvatting van de reacties en hoe daarmee rekening is gehouden De raadpleging bevestigde dat de consumenten ernstige problemen ondervinden in verband met langetermijnvakantieproducten en bemiddeling bij wederverkoop, en in mindere mate in verband met timeshare en ruil. De meningen lopen echter uiteen wat betreft de omvang van de problemen en hoe ze moeten worden aangepakt. De meeste lidstaten, consumenten en andere belanghebbenden zijn voorstander van herziening. De georganiseerde Europese timesharesector daarentegen is voor het merendeel tegen herziening van Richtlijn 94/47/EG met het argument dat die richtlijn niet het juiste instrument is om de nieuwe producten te reglementeren, of dat de problemen op te lossen zijn door betere handhaving, zelfregulering en consumentenvoorlichting. De Commissie is van mening dat de raadpleging in het algemeen heeft bevestigd dat de problemen moeten worden aangepakt en dat het wenselijk is het toepassingsgebied van de richtlijn uit te breiden. De meeste belanghebbenden waren voorstander van actualisering van de in het prospectus en de overeenkomst te verstrekken informatie en van de invoering van bepalingen om de aandacht van de consument op het terugtredingsrecht te vestigen. Het voorstel voorziet in dergelijke bepalingen. Artikel 6 van de richtlijn verbiedt voorschotten tijdens de terugtredingstermijn. De lidstaten hebben deze bepaling omgezet, hoewel de gevolgen van inbreuken op de bepaling verschillen van land tot land en sommige lidstaten tot op zekere hoogte aanbetalingen aan derden toelaten. Voorts heeft een uiteenlopende interpretatie van de bepaling in de richtlijn geleid tot verschillen tussen de nationale wetgevingen met betrekking tot de situatie waarin de terugtredingstermijn wordt verlengd. In sommige lidstaten is het verbod alleen van toepassing op de normale terugtredingstermijn. De timesharesector pleit voor opheffing van dit verbod met het argument dat het de bedrijfsactiviteiten belemmert, bekende internationale hotelketens ervan weerhoudt in timeshare te investeren en aanzet tot het creëren en verkopen van producten die buiten het toepassingsgebied van de richtlijn vallen. De timesharesector is van mening dat de consument door de aanbetaling sterker aan de overeenkomst gebonden zou zijn (d.w.z. dat de consument minder geneigd zou zijn om uit de overeenkomst terug te treden). Timesharebedrijven zouden hun zaken beter kunnen organiseren als zich minder consumenten zouden terugtrekken. Tot de door de sector voorgestelde alternatieven voor een verbod behoren derdenregelingen ter bescherming van de gelden van de consumenten, zoals geblokkeerde rekeningen, trusteeregelingen, garanties door derden, kredietbrieven, enz. Andere belanghebbenden voeren aan dat een versoepeling van het verbod van aanbetalingen in de praktijk het terugtredingsrecht zou ondermijnen. Het kan moeilijk blijken het betaalde bedrag terug te krijgen omdat daarvoor een administratieve procedure moet worden doorlopen, omdat de consument niet vertrouwd is met de verschillende door de lidstaten ingestelde derdenregelingen, of gewoon omdat de consument zich bij de ondertekening van de overeenkomst in een onbekende omgeving bevindt. Het is vrijwel onmogelijk om voorschotten terug te krijgen van bedrieglijke handelaren. Diezelfde belanghebbenden hebben bovendien aangevoerd dat het zeer moeilijk zou zijn om ervoor te zorgen dat de derde echt onafhankelijk is van het timesharebedrijf en dat voor derdenregelingen in de gehele EU vergelijkbare maatregelen worden getroffen (sommige lidstaten zouden bv. regelingen kunnen invoeren die betalingen via notarissen mogelijk maken, in andere lidstaten zou het via financiële instellingen kunnen, enz.). De consumentenorganisaties hebben consequent het standpunt verdedigd dat het verbod van aanbetalingen een doeltreffend middel is om de consument in staat te stellen zijn terugtredingsrecht uit te oefenen. Volgens hen zou het met aanbetalingen voor de consument lastiger worden om zich terug te trekken. De consument zou kunnen beslissen zich niet terug te trekken, niet omdat hij volledig achter de transactie staat, maar omdat hij opziet tegen het papierwerk en de procedures die hij moet volgen om zijn geld terug te krijgen. Een verbod op aanbetalingen vormt een duidelijke regel die voor de consumenten gemakkelijk te begrijpen is. Als daarentegen alternatieven zoals aanbetalingen aan derden zouden worden toegelaten, zou het voor de consumenten moeilijk te beoordelen zijn of de derde betrouwbaar is en losstaat van de verkoper. Om die redenen wordt het verbod van alle aanbetalingen gedurende de terugtredingstermijn gehandhaafd. Met de handhaving van het verbod wordt tegemoetgekomen aan de overduidelijke behoefte van de consumenten aan bedenktijd waarin zij overleggen of zij een overeenkomst willen behouden die zij in veruit de meeste gevallen niet van plan waren te sluiten. Gezien de aard van deze producten, die vaak met agressieve verkooptechnieken aan de man worden gebracht, is een aan de context aangepast niveau van consumentenbescherming gerechtvaardigd. Het verbod wordt in het nieuwe voorstel verduidelijkt om ervoor te zorgen dat elke vergoeding aan de handelaar of aan derden verboden is en het verbod niet alleen geldt voor de normale termijn, maar ook wanneer de termijn wordt verlengd omdat in de overeenkomst niet alle vereiste informatie is verstrekt. Belanghebbenden uit de consumentensector waren voorstander van de mogelijkheid om strafrechtelijke sancties in te voeren. De lidstaten en de ondernemingen waren daar in het algemeen tegen met het argument dat het aan de lidstaten moet worden overgelaten om te beslissen over de passende combinatie en aard van de sancties. Het bij Verordening 2006/2004/EG opgerichte samenwerkingsnetwerk voor de handhaving van de wetgeving op het gebied van consumentenbescherming is operationeel sinds 31 december 2006. De Commissie verwacht dat deze verordening de grensoverschrijdende maatregelen tegen inbreuken op de wetgeving inzake consumentenbescherming zal intensiveren. De doeltreffendheid van dit nieuwe instrument moet worden beoordeeld voordat op EU-niveau een bepaling wordt ingevoerd waarbij de lidstaten worden verplicht strafrechtelijke sancties in te stellen. |

Van 1.6.2006 tot 15.8.2006 heeft op internet een openbare raadpleging plaatsgevonden. De Commissie heeft honderd reacties ontvangen. De resultaten zijn beschikbaar op http://ec.europa.eu/consumers/cons_int/safe_shop/timeshare/index_en.htm. |

Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid |

Er behoefde geen beroep te worden gedaan op externe deskundigheid omdat bij de lidstaten, de belanghebbenden en de Europese consumentencentra via vragenlijsten en een openbare raadpleging uitvoerige gegevens zijn ingewonnen. De informatie werd vervolgens geanalyseerd en waar nodig werd aanvullende informatie ingewonnen. |

Effectbeoordeling In de effectbeoordeling worden de resultaten van de raadpleging over specifieke thema’s bekeken in het licht van de drie meest voor de hand liggende beleidsopties. Uit de resultaten van de analyse blijkt dat de status-quo-optie (optie 1) voor de meeste belanghebbenden ongunstige gevolgen zou hebben en dat slechts weinig belanghebbenden profijt zouden trekken van het behoud van Richtlijn 94/47/EG zoals zij nu is. Hetzelfde geldt voor de optie zonder wetgeving (optie 3). De effectanalyse van de optie om Richtlijn 94/47/EG verticaal te herzien (optie 2) daarentegen wijst erop dat deze optie voor de meeste belanghebbenden betere marktresultaten zou opleveren. De grootste voordelen van deze optie zijn dat zij de aan de consumenten van timeshareproducten geboden bescherming uitbreidt tot de consumenten van andere langetermijnvakantieproducten, bemiddeling bij wederverkoop, en ruil; dat gelijkere concurrentievoorwaarden worden gecreëerd voor de ondernemingen; en dat voor juridische duidelijkheid wordt gezorgd door geactualiseerde en flexibele productdefinities en een volledig geharmoniseerde terugtredingstermijn van 14 dagen in de gehele EU. Optie 2 wordt dan ook voorgesteld als de meest geschikte oplossing voor de geconstateerde problemen. |

JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET VOORSTEL |

Samenvatting van de voorgestelde maatregel(en) Het doel van de herziening van de richtlijn is in de eerste plaats de consumenten bescherming te bieden met betrekking tot wederverkoop en de nieuwe producten die op de markt verschenen zijn, zoals vakantiekortingclubs. Het voorstel behelst de vervanging van Richtlijn 94/47/EG door een modern, vereenvoudigd en coherent kader dat timeshare, langetermijnvakantieproducten, alsmede ruil en wederverkoop omvat. |

Rechtsgrondslag Artikel 95 van het Verdrag |

Subsidiariteitsbeginsel Het subsidiariteitsbeginsel is van toepassing voor zover het voorstel niet onder de exclusieve bevoegdheid van de Gemeenschap valt. |

De doelstellingen van het voorstel kunnen om de volgende reden(en) niet voldoende door de lidstaten worden verwezenlijkt. |

Het doel van het voorstel is de bescherming van de consumenten te verbeteren en de consumenten en de handelaren te helpen zoveel mogelijk profijt te trekken van de interne markt in een sector waar overeenkomsten vaak een grensoverschrijdend karakter hebben. Dit doel kan niet in voldoende mate door de lidstaten worden verwezenlijkt; de ongelijkheden tussen de nationale wetgevingen veroorzaken belemmeringen voor de goede werking van de interne markt, concurrentieverstoringen en rechtsonzekerheid. |

De doelstellingen van het voorstel kunnen om de volgende reden(en) beter door een optreden van de Gemeenschap worden verwezenlijkt. |

Een communautair besluit geldt in alle lidstaten, omvat aspecten die niet door de nationale wetgeving worden bestreken en biedt een hoog niveau van consumentenbescherming voor grensoverschrijdende overeenkomsten. |

De overgrote meerderheid van de consumentenklachten zijn van grensoverschrijdende aard. |

Het voorstel regelt een kwestie die reeds op communautair niveau is geregeld. Het zal Richtlijn 94/47/EG vervangen. Daar de transacties heel vaak een grensoverschrijdend karakter hebben, zijn grensoverschrijdende voorschriften nodig, d.w.z. dat het besluit voor de gehele Gemeenschap moet gelden. De nationale wetgeving moet worden gebruikt om de interne aspecten te regelen waarvoor reeds wetgeving en tradities bestaan die diep in de lidstaten verankerd zijn. Het voorstel stelt bijvoorbeeld geen gemeenschappelijke juridische aard van de timesharerechten vast; integendeel, de standpunten van de lidstaten over wat de juridische aard moet zijn, worden volledig gerespecteerd, zoals overigens ook het geval is voor het beheer en het onderhoud van de eigendommen. Het voorstel blijft beperkt tot de aspecten die op communautair niveau moeten worden geregeld. |

Het voorstel is derhalve in overeenstemming met het subsidiariteitsbeginsel. |

Evenredigheidsbeginsel Het voorstel is om de volgende reden(en) in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel. |

Evenmin als Richtlijn 94/47/EG omvat het voorstel alle aspecten van timeshare, maar alleen de aspecten die als het meest problematisch zijn aangemerkt en bijgevolg een optreden van de Gemeenschap vereisen. De overige aspecten worden door nationale wetgeving geregeld. Zo zijn bijvoorbeeld de nationale bepalingen van algemeen verbintenissenrecht en de nationale bepalingen betreffende erkenningsregelingen en het verlenen van vergunningen van toepassing. Een richtlijn is bijgevolg het geschikte instrument, zodat het voorstel in overeenstemming is met het evenredigheidsbeginsel. |

Keuze van instrumenten |

Voorgesteld(e) instrument(en): richtlijn. |

Andere instrumenten zouden om de volgende reden(en) ongeschikt zijn. De problemen die het voorstel beoogt te verhelpen, kunnen alleen op communautair niveau worden opgelost. Bovendien is de Commissie van oordeel dat de nationale wetgeving die interne aspecten moet behandelen waarvoor wetgeving en tradities bestaan die diep in de lidstaten verankerd zijn. Bijgevolg is een richtlijn het geschikte instrument. Een verordening zou te rigide zijn en de lidstaten niet de nodige vrijheid laten om de zaak adequaat te regelen en de juridische aard te bepalen van de rechten die het voorwerp uitmaken van de in deze richtlijn bedoelde overeenkomsten. Een besluit/beschikking zou niet alle lidstaten omvatten en een aanbeveling heeft niet het bindende karakter dat vereist is om deze materie afdoende te regelen. |

GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING |

Het voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting van de Gemeenschap. |

AANVULLENDE INFORMATIE |

Vereenvoudiging |

Het voorstel voorziet in vereenvoudiging van wetgeving. |

Het draagt bij aan vereenvoudiging doordat het duidelijkere en transparantere wetgevingstaal gebruikt; doordat het definities en het toepassingsgebied van de richtlijn verduidelijkt, waardoor de belanghebbenden rechtszekerheid wordt geboden; doordat het informatievoorschriften actualiseert en vereenvoudigt zodat de doeltreffendheid wordt vergroot en de administratieve kosten tot een minimum worden beperkt; en doordat het een evaluatieclausule bevat, zodat de richtlijn niet verouderd zal raken en aan toekomstige omstandigheden aangepast zal blijven. Het voorstel is opgenomen in het doorlopende programma van de Commissie voor de modernisering en vereenvoudiging van het acquis communautaire en in het wetgevings- en werkprogramma van de Commissie, onder referentie 2006/SANCO/038. |

Intrekking van bestaande wetgeving De vaststelling van het voorstel heeft de intrekking van bestaande wetgeving tot gevolg. |

Evaluatie-/herzienings-/vervalbepaling |

Het voorstel bevat een evaluatiebepaling. |

Transponeringstabel De lidstaten delen de Commissie de tekst van de nationale bepalingen tot omzetting van de richtlijn mee, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn. |

Europese Economische Ruimte De voorgestelde maatregel betreft een onderwerp dat onder de EER-overeenkomst valt en moet daarom worden uitgebreid tot de Europese Economische Ruimte. |

Nadere uitleg van het voorstel, per hoofdstuk of per artikel Artikel 1 “Toepassingsgebied” Het voorstel behelst de vervanging van Richtlijn 94/47/EG door een modern, vereenvoudigd en coherent kader dat timeshare, langetermijnvakantieproducten, alsmede ruil en bemiddeling bij wederverkoop omvat. De bepalingen van de richtlijn zullen gelden voor al deze producten, zoals gedefinieerd in artikel 2, tenzij anders gespecificeerd. Met name de lijst van gegevens die in het prospectus en de overeenkomst moeten worden opgenomen, is precies afgestemd op de verschillende producten. Horizontale kwesties zullen bij de algemene evaluatie van het acquis aan de orde komen. Daarom bevat artikel 1, lid 2, een afwijking van de op volledige harmonisatie gerichte aanpak voor deze kwesties. Bovendien verduidelijkt deze bepaling dat de richtlijn geen afbreuk doet aan nationale wetgeving die voorziet in het recht om de overeenkomst te beëindigen. Dit betekent dat bijvoorbeeld nationale bepalingen betreffende de vroegtijdige beëindiging van een overeenkomst of het recht om een overeenkomst te beëindigen als de consument werd misleid, kunnen worden gehandhaafd. Artikel 2 “Definities” Artikel 2, lid 1, onder a), definieert het begrip “timeshare”. Behalve de onder Richtlijn 94/47/EG vallende producten omvat het voorstel ook producten die gelijkwaardig zijn aan timeshare, maar waarvoor aan één of meer van de criteria in de huidige definitie (overeenkomst van meer dan drie jaar, betrekking hebben op “onroerend goed”) niet wordt voldaan. Daar de definitie niet meer uitsluitend betrekking heeft op onroerend goed, zullen overeenkomsten voor accommodatie op kanaalboten, in caravans of op cruiseschepen ook onder de richtlijn vallen. Andere overeenkomsten die niet voorzien in accommodatie, bv. voor de huur van caravanstandplaatsen, ligplaatsen voor pleziervaartuigen enz., zullen niet onder de richtlijn vallen. Arrangementen zoals zitplaatsen in lounges voor sportevenementen zullen evenmin onder de richtlijn vallen, aangezien de term “accommodatie” overnachtingen impliceert. De definitie omvat overeenkomsten voor een periode van meer dan een jaar, waaronder “proefpakketten” voor accommodatie voor een periode van 35 maanden begrepen zijn. Vooruitbetaalde accommodatie in een hotel voor twee verblijfperioden binnen een jaar zal daarentegen niet onder de richtlijn vallen omdat de duur van de overeenkomst minder dan een jaar bedraagt. Dit geldt ook voor meerjarenreserveringen van een hotelkamer, mits het niet gaat om “overeenkomsten”, maar om reserveringen die niet bindend zijn voor de consument. Aangezien het moet gaan om accommodatie voor “meer dan één periode”, zullen gewone leaseovereenkomsten niet onder de richtlijn vallen, ook niet als de duur ervan meer dan een jaar bedraagt. De definitie vereist dat het recht tegen “vergoeding” wordt verkregen, waaronder bv. kan worden verstaan contante betaling, betaling per creditcard of het inruilen van een timeshare. Er wordt niet bepaald dat de gehele vergoeding in de eerste fase van de overeenkomst moet worden verstrekt om een overeenkomst onder de definitie te laten vallen. De definitie omvat ook overeenkomsten waarbij de consument een eerste bedrag betaalt om het recht te verkrijgen en daarna aanvullende betalingen doet telkens als hij de accommodatie gebruikt. De definitie van “langetermijnvakantieproduct” in artikel 2, lid 1, onder b), omvat producten zoals vakantiekortingclubs. Essentieel aan dit product is dat de consument “het recht op kortingen of andere voordelen op accommodatie, afzonderlijk of samen met reizen of andere diensten” verkrijgt. Alleen overeenkomsten waarbij het recht tegen vergoeding wordt verkregen, zullen onder de richtlijn vallen. Gewone loyaliteitsprogramma’s waarbij kortingen op toekomstige verblijven in de hotels van een hotelketen worden verleend, vallen er dus niet onder. Over een kortere periode verleende kortingen of eenmalige kortingen vallen er evenmin onder. Dit komt bijvoorbeeld voor als een hotelketen een “zomerkortingspas” verkoopt waarbij de consument honderd euro betaalt voor een kaart die hem recht geeft op 10% korting op verblijven in de hotels van de keten tijdens het zomerseizoen. Overeenkomsten die niet in de eerste plaats tot doel hebben kortingen of prijsreducties aan te bieden, vallen niet onder de richtlijn. Dit betekent dat bijvoorbeeld een creditcard geen “langetermijnvakantieproduct” zal zijn, ook al heeft de creditcardmaatschappij aanbiedingen voor kortingen in hotels en moet de consument naast jaarlijkse vergoedingen ook een vergoeding betalen om de kaart te laten aanmaken, aangezien het verlenen van kortingen niet het hoofddoel van de overeenkomst is. “Wederverkoop” wordt in artikel 2, lid 1, onder c), gedefinieerd en omvat bemiddelingsovereenkomsten die worden gesloten tussen de consument die een timeshare/langetermijnvakantieproduct wil verkopen of kopen en een wederverkoopagent. De verkoopovereenkomst tussen twee consumenten valt buiten het toepassingsgebied, daar het voorstel alleen praktijken van ondernemingen jegens consumenten regelt. Wanneer echter een handelaar niet als bemiddelaar optreedt, maar een timeshare koopt en vervolgens aan een consument wederverkoopt, zal de overeenkomst een overeenkomst voor de verkoop van timeshare als bedoeld onder a) zijn en onder de richtlijn vallen, daar het toepassingsgebied niet beperkt is tot verkoop uit de eerste hand. “Ruil” omvat volgens de definitie in artikel 2, lid 1, onder d), overeenkomsten voor lidmaatschap van een ruilsysteem. Dit heeft geen betrekking op individuele ruil tijdens de looptijd van een overeenkomst. Een overeenkomst moet worden geacht onder de definitie te vallen zelfs als een kosteloze aanloopperiode wordt toegekend of de vergoeding voor de eerste periode wordt betaald door een derde, bijvoorbeeld de handelaar die de timeshare verkoopt waarmee de ruil verbonden is. De definities van “handelaar” en “consument” in artikel 2, lid 1, onder e) en f), vervangen de definities van “vervreemder” en “verkrijger” in de bestaande richtlijn. De term “verkrijger” is niet geschikt voor een consument die zijn timeshare verkoopt (bij wederverkoop). De nieuwe definities komen overeen met die in de Richtlijn oneerlijke handelspraktijken. In artikel 2, lid 1, onder g), wordt “aanvullende overeenkomst” gedefinieerd als een overeenkomst die ondergeschikt is aan een andere overeenkomst, zoals bijvoorbeeld ruil ten opzichte van timeshare. In artikel 3 “Precontractuele informatie en reclame” en artikel 4 “De overeenkomst” worden in grote lijnen de overeenkomstige artikelen van Richtlijn 94/47/EG overgenomen. Artikel 3 zorgt ervoor dat de consument de nodige informatie ontvangt om met kennis van zaken een beslissing te nemen. Net als in de huidige richtlijn is de handelaar verplicht de informatie te verstrekken op verzoek van de consument die belangstelling voor het product toont en daarover vragen stelt. Bovendien is in artikel 4 een bepaling opgenomen om ervoor te zorgen dat de aandacht van de consument wordt gevestigd op het terugtredingsrecht, terwijl de voorschriften betreffende het taalgebruik zijn vereenvoudigd. De mogelijkheid voor de lidstaten om nog andere talen te vereisen, zoals bepaald in Richtlijn 94/47/EG, is niet gehandhaafd. Artikel 5 “Terugtredingsrecht” komt in grote lijnen overeen met de bepaling van Richtlijn 94/47/EG, maar de terugtredingstermijn is tot 14 dagen verlengd en voor de gehele EU geharmoniseerd. Voorts is de bepaling in artikel 5, lid 2, betreffende de verlenging van de terugtredingstermijn indien niet aan de voorschriften van artikel 4 wordt voldaan, verduidelijkt; de terugtredingstermijn gaat in zodra de aanvullende informatie schriftelijk is verstrekt. Artikel 6 “Voorschotten” Het voorstel neemt in artikel 6, lid 1, in grote lijnen het verbod van aanbetalingen tijdens de terugtredingstermijn over uit het overeenkomstige artikel van Richtlijn 94/47/EG. Bovendien is het de bedoeling het verbod te verduidelijken. Het verbod geldt niet alleen voor betalingen, maar voor alle soorten door de consument betaalde vergoedingen, niet alleen aan de handelaar, maar ook aan elke andere ontvanger. Het verbod geldt zolang de terugtredingstermijn niet is verstreken; als de terugtredingstermijn wordt verlengd als gevolg van niet-naleving van de informatievoorschriften, wordt de looptijd van het verbod ook verlengd. In het voorstel wordt ook dat verduidelijkt. Artikel 6, lid 2, voorziet in een verbod van voorschotten voor wederverkoop. Dit verbod blijft geldig na het verstrijken van de terugtredingstermijn, totdat de eigenlijke verkoop heeft plaatsgevonden of de wederverkoopovereenkomst op andere wijze wordt beëindigd. Artikel 7 “Beëindiging van aanvullende overeenkomsten” Artikel 7, lid 1, bepaalt dat elke aanvullende overeenkomst vervalt als de consument uit de hoofdovereenkomst terugtreedt. Zoals eerder al uitgelegd, is een aanvullende overeenkomst een overeenkomst die ondergeschikt is aan een andere overeenkomst, zoals bijvoorbeeld ruil ten opzichte van timeshare. Artikel 7, lid 2, is van toepassing op bepaalde gelieerde kredietovereenkomsten. Het uit artikel 5 voortvloeiende terugtredingsrecht voor ruilovereenkomsten geldt ook als het terugtredingsrecht voor de hoofdovereenkomst is vervallen. Artikel 7, lid 2, voorziet in de beëindiging van bepaalde gelieerde kredietovereenkomsten als de consument gebruikmaakt van zijn terugtredingsrecht voor de hoofdovereenkomst, en neemt daarmee het desbetreffende voorschrift van Richtlijn 94/47/EG over. Artikel 7, lid 3, verplicht de lidstaten voorschriften voor de beëindiging van kredietovereenkomsten vast te stellen en neemt daarmee de overeenkomstige bepaling van Richtlijn 94/47/EG over, met dien verstande dat de verplichting ook geldt voor aanvullende overeenkomsten. Artikel 8 neemt in grote lijnen de overeenkomstige bepaling van Richtlijn 94/47/EG over. De artikelen 9 tot en met 11 bevatten bepalingen inzake sancties, handhaving, consumentenvoorlichting en beroep naar analogie met de bepalingen in recente richtlijnen inzake consumentenbescherming. De Europese consumentencentra helpen bij het doorsturen van grensoverschrijdende klachten naar de bevoegde instanties voor alternatieve geschillenbeslechting, indien deze bestaan. Een van de doelstellingen van de bepaling in artikel 10 is de oprichting van dergelijke instanties aan te moedigen. De artikelen 12 tot en met 16 voorzien in technische aanpassingen of bevatten standaardbepalingen en –formules en vereisen geen bijzondere toelichting. |

1. 2007/0113 (COD)

Voorstel voor een

RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende de bescherming van de consumenten met betrekking tot bepaalde aspecten van timeshare, langetermijnvakantieproducten, wederverkoop en ruil (Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 95,

Gezien het voorstel van de Commissie[1],

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité[2],

Handelend volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag[3],

Overwegende hetgeen volgt:

2. Sinds de vaststelling van Richtlijn 94/47/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 26 oktober 1994 betreffende de bescherming van de verkrijger voor wat bepaalde aspecten betreft van overeenkomsten inzake de verkrijging van een recht van deeltijds gebruik van onroerende goederen[4], is timeshare verder geëvolueerd en zijn nieuwe soortgelijke vakantieproducten op de markt verschenen. Deze nieuwe vakantieproducten en bepaalde aan timeshare gerelateerde transacties, zoals wederverkoop en ruil, vallen niet onder Richtlijn 94/47/EG. Bovendien is uit ervaring met de toepassing van Richtlijn 94/47/EG gebleken dat sommige punten die er wel al onder vallen, moeten worden geactualiseerd of verduidelijkt.

3. De bestaande leemten in de regelgeving zorgen voor aanzienlijke concurrentieverstoringen en veroorzaken ernstige problemen voor de consumenten, waardoor de vlotte werking van de interne markt wordt belemmerd. Richtlijn 94/47/EG moet dan ook worden vervangen door een nieuwe actuele richtlijn.

4. Om de rechtszekerheid te vergroten en de consumenten en de ondernemingen ten volle te laten profiteren van de voordelen van de interne markt, moeten de desbetreffende wetten van de lidstaten verder worden geharmoniseerd. Voor bepaalde aspecten moeten de lidstaten echter strengere voorschriften kunnen blijven toepassen.

5. Deze richtlijn mag geen afbreuk doen aan nationale voorschriften betreffende de registratie van onroerende of roerende goederen, de vestigingsvoorwaarden, erkenningsregelingen of vereisten voor het verlenen van vergunningen, en de bepaling van de juridische aard van de rechten die het voorwerp uitmaken van de in deze richtlijn bedoelde overeenkomsten.

6. De verschillende onder deze richtlijn vallende producten moeten duidelijk worden gedefinieerd en de bepalingen betreffende de precontractuele informatie en de overeenkomst moeten worden verduidelijkt en geactualiseerd.

7. De consument moet het recht hebben om de taal te kiezen die voor de precontractuele informatie en de overeenkomst moet worden gebruikt.

8. Om de consument in staat te stellen volledig te begrijpen wat zijn verplichtingen en rechten op grond van de overeenkomst zijn, moet een termijn worden vastgesteld waarbinnen hij uit de overeenkomst kan terugtreden zonder dat hij dit hoeft te rechtvaardigen. Momenteel verschilt de duur van deze termijn van lidstaat tot lidstaat en uit ervaring blijkt dat de bij Richtlijn 94/47/EG bepaalde duur niet lang genoeg is. Daarom moet de termijn worden verlengd en geharmoniseerd.

9. Het verbod op de betaling van voorschotten aan de handelaar of aan een derde voordat de terugtredingstermijn is verstreken, moet worden verduidelijkt om de bescherming van de consument te verbeteren. Voor wederverkoop moet het verbod van voorschotten gelden totdat de eigenlijke verkoop heeft plaatsgevonden of de wederverkoopovereenkomst is beëindigd.

10. Bij terugtreding uit een overeenkomst waarbij de prijs volledig of gedeeltelijk is gedekt door een krediet dat door de handelaar of door een derde op grond van een overeenkomst tussen die derde en de handelaar aan de consument is verleend, moet de kredietovereenkomst zonder sanctie worden beëindigd. Hetzelfde moet gelden voor aanvullende overeenkomsten, zoals overeenkomsten voor lidmaatschap van ruilsystemen.

11. De consument mag de door deze richtlijn geboden bescherming niet worden onthouden. Dit mag evenmin het geval zijn wanneer het op de overeenkomst toepasselijke recht het recht van een derde land is.

12. Het is nodig dat de lidstaten doeltreffende, evenredige en afschrikkende sancties voor inbreuken op deze richtlijn vaststellen.

13. Het is nodig ervoor te zorgen dat personen of organisaties die krachtens nationale wetgeving een rechtmatig belang bij de zaak hebben, beschikken over rechtsmiddelen om procedures tegen inbreuken op deze richtlijn in te stellen.

14. Het is nodig in de lidstaten geschikte en doeltreffende beroepsprocedures te ontwikkelen voor de beslechting van geschillen tussen consumenten en handelaren. Daartoe moeten de lidstaten de oprichting van openbare of particuliere instanties voor buitengerechtelijke geschillenbeslechting aanmoedigen.

15. De lidstaten moeten ervoor zorgen dat de consumenten efficiënt worden geïnformeerd over de nationale bepalingen tot omzetting van deze richtlijn, en zij moeten de handelaren ertoe aanmoedigen informatie te verstrekken over hun gedragscodes op dit gebied.

16. Daar de doelstellingen van deze richtlijn niet voldoende door de lidstaten kunnen worden verwezenlijkt en derhalve beter op communautair niveau kunnen worden verwezenlijkt, kan de Gemeenschap overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag neergelegde subsidiariteitsbeginsel maatregelen nemen. Overeenkomstig het evenredigheidsbeginsel, zoals vermeld in bovengenoemd artikel, gaat deze richtlijn niet verder dan wat nodig is om de belemmeringen voor de interne markt weg te werken en een hoog niveau van consumentenbescherming tot stand te brengen.

17. Deze richtlijn eerbiedigt de grondrechten en strookt met de beginselen die met name in het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden en het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie zijn neergelegd,

HEBBEN DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1 Toepassingsgebied

1. Deze richtlijn is van toepassing op de bescherming van de consumenten ten aanzien van bepaalde aspecten van de marketing en verkoop van timeshare en langetermijnvakantieproducten. Zij is ook van toepassing op de wederverkoop van timeshare en langetermijnvakantieproducten en op de ruil van timeshare.

Deze richtlijn is van toepassing op transacties van handelaren jegens consumenten.

Deze richtlijn doet geen afbreuk aan nationale wetgeving die voorziet in rechtsmiddelen uit het algemeen verbintenissenrecht die de consument in staat stellen de overeenkomst te beëindigen.

2. De lidstaten kunnen nationale bepalingen op het bij deze richtlijn geharmoniseerde gebied blijven toepassen indien deze met het oog op een hoger niveau van consumentenbescherming strenger zijn en betrekking hebben op:

a) het tijdstip waarop de termijn voor de uitoefening van het terugtredingsrecht ingaat;

b) de wijze waarop het terugtredingsrecht kan worden uitgeoefend;

c) de gevolgen van de uitoefening van het terugtredingsrecht.

Artikel 2 Definities

1. Voor de toepassing van deze richtlijn wordt verstaan onder:

a) ‘timeshare’: een overeenkomst met een looptijd van meer dan een jaar waarbij een consument tegen vergoeding het recht verkrijgt om één of meer accommodaties voor meer dan één verblijfsperiode te gebruiken;

b) ‘langetermijnvakantieproduct’: een overeenkomst met een looptijd van meer dan een jaar waarbij een consument tegen vergoeding hoofdzakelijk het recht verkrijgt op kortingen op of andere voordelen bij accommodatie, afzonderlijk of samen met reizen of andere diensten;

c) ‘wederverkoop’: een overeenkomst waarbij een handelaar een consument tegen vergoeding helpt om een timeshare of langetermijnvakantieproduct te verkopen of te kopen;

d) ‘ruil’: een overeenkomst waarbij een consument tegen vergoeding toetreedt tot een regeling die hem in staat stelt plaats en/of tijd van zijn timeshare door ruil te wijzigen;

e) ‘handelaar’: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die handelt voor doeleinden die betrekking hebben op zijn bedrijfs- of beroepsactiviteit, alsook degene die in naam van of ten behoeve van een handelaar optreedt;

f) ‘consument’: een natuurlijke persoon die handelt voor doeleinden die buiten zijn bedrijfs- of beroepsactiviteit vallen;

g) ‘aanvullende overeenkomst’: een overeenkomst die ondergeschikt is aan een andere overeenkomst.

2. Voor de berekening van de looptijd van de overeenkomst als bedoeld in lid 1, onder a) en b), wordt bij al dan niet stilzwijgende verlenging elke extra periode meegerekend.

Artikel 3 Precontractuele informatie en reclame

1. De lidstaten zorgen ervoor dat in iedere reclame wordt vermeld dat de in lid 2 bedoelde schriftelijke informatie kan worden verkregen en waar deze kan worden verkregen.

2. De handelaar verstrekt de consument die om informatie verzoekt schriftelijke informatie die naast een algemene beschrijving van het product naar gelang van het geval ten minste beknopte en nauwkeurige gegevens over de volgende punten bevat:

a) in het geval van timeshare de in bijlage I vermelde informatie en, als de overeenkomst betrekking heeft op accommodatie in aanbouw, de in bijlage II vermelde informatie;

b) in het geval van een langetermijnvakantieproduct de in bijlage III vermelde informatie;

c) in het geval van wederverkoop de in bijlage IV vermelde informatie;

d) in het geval van ruil de in bijlage V vermelde informatie.

3. In het geval van wederverkoop geldt de verplichting van de handelaar om de in lid 2 bedoelde informatie te verstrekken, jegens de consument die partij bij de wederverkoopovereenkomst kan worden.

4. De in lid 2 bedoelde informatie wordt opgesteld in één van de officiële talen van de Gemeenschap, naar keuze van de consument.

Artikel 4 De overeenkomst

1. De lidstaten zien erop toe dat de overeenkomst schriftelijk wordt opgesteld in één van de officiële talen van de Gemeenschap, naar keuze van de consument.

2. De in artikel 3, lid 2, bedoelde schriftelijke informatie vormt een integrerend deel van de overeenkomst en wordt niet gewijzigd tenzij de partijen uitdrukkelijk anders overeenkomen of de wijzigingen het gevolg zijn van omstandigheden waarop de handelaar geen invloed heeft.

Wijzigingen die het gevolg zijn van omstandigheden waarop de handelaar geen invloed heeft, worden aan de consument meegedeeld voordat de overeenkomst wordt gesloten.

Deze wijzigingen worden uitdrukkelijk in de overeenkomst vermeld.

3. Voordat de overeenkomst wordt ondertekend, vestigt de handelaar uitdrukkelijk de aandacht van de consument op het bestaan van het terugtredingsrecht en de duur van de terugtredingstermijn als bedoeld in artikel 5 en het verbod van voorschotten tijdens de terugtredingstermijn als bedoeld in artikel 6.

De desbetreffende bepalingen van de overeenkomst worden door de consument afzonderlijk ondertekend.

Artikel 5 Terugtredingsrecht

1. De lidstaten zorgen ervoor dat de consument na het sluiten van een overeenkomst het recht heeft om zonder opgave van redenen uit de overeenkomst terug te treden binnen veertien dagen nadat beide partijen de overeenkomst hebben ondertekend of beide partijen een bindende voorlopige overeenkomst hebben ondertekend. Als de veertiende dag een algemeen erkende feestdag is, wordt de termijn verlengd tot de eerstvolgende werkdag.

2. Indien de overeenkomst niet alle in bijlage I, punten a) tot en met p), en bijlage II, punten a) en b), vermelde informatie bevat, maar de informatie schriftelijk wordt verstrekt binnen drie maanden na ondertekening van de overeenkomst, gaat de terugtredingstermijn in op de dag waarop de consument die informatie ontvangt.

3. Indien de in bijlage I, punten a) tot en met p), en bijlage II, punten a) en b), vermelde informatie niet schriftelijk is verstrekt binnen drie maanden na ondertekening van de overeenkomst, vervalt het terugtredingsrecht drie maanden en veertien dagen na ondertekening van de overeenkomst.

4. Indien de consument voornemens is het terugtredingsrecht uit te oefenen, doet hij daarvan vóór het verstrijken van de termijn kennisgeving aan de persoon van wie naam en adres krachtens bijlage I, punt p), daartoe in de overeenkomst zijn vermeld. De termijn wordt geacht te zijn nageleefd als de kennisgeving, in schriftelijke vorm, vóór het verstrijken van de termijn is verzonden.

5. Indien de consument het terugtredingsrecht uitoefent, dient hij slechts de kosten te vergoeden die, overeenkomstig de nationale wetgeving, in verband met het sluiten van en het terugtreden uit de overeenkomst worden gemaakt voor juridische formaliteiten die vóór het verstrijken van de in lid 1 bedoelde termijn moeten worden vervuld. Deze kosten worden uitdrukkelijk in de overeenkomst vermeld.

6. Indien de consument het in lid 3 bedoelde terugtredingsrecht uitoefent, is hij niet gehouden tot vergoeding van kosten.

Artikel 6 Voorschotten

1. De lidstaten zorgen ervoor dat de betaling van voorschotten, de verstrekking van garanties, de reservering van geld op een creditcard, de uitdrukkelijke erkenning van schuld of elke andere vergoeding aan de handelaar of aan derden door een consument vóór het eind van de termijn binnen welke deze krachtens artikel 5, leden 1 tot en met 3, het terugtredingsrecht kan uitoefenen, verboden zijn.

2. Elke betaling, verstrekking van garanties, reservering van geld op creditcards, erkenning van schuld of elke andere vergoeding aan de handelaar of aan derden door de consument voor wederverkoop voordat de eigenlijke verkoop heeft plaatsgevonden of de wederverkoopovereenkomst op andere wijze wordt beëindigd, is verboden.

Artikel 7 Beëindiging van aanvullende overeenkomsten

1. De lidstaten zorgen ervoor dat, als de consument zijn recht uitoefent om uit de overeenkomst voor timeshare of voor een langetermijnvakantieproduct terug te treden, alle aanvullende overeenkomsten, met inbegrip van ruil, automatisch en zonder sanctie worden beëindigd.

2. Als de prijs volledig of gedeeltelijk is gedekt door een krediet dat door de handelaar of door een derde op grond van een overeenkomst tussen die derde en de handelaar aan de consument is verleend, wordt de kredietovereenkomst zonder sanctie beëindigd indien de consument zijn in artikel 5 bedoelde recht om uit de hoofdovereenkomst terug te treden, uitoefent.

3. De lidstaten stellen gedetailleerde voorschriften voor de beëindiging van dergelijke overeenkomsten vast.

Artikel 8 Dwingend karakter van de richtlijn

1. De lidstaten zorgen ervoor dat, als het op de overeenkomst toepasselijke recht het recht van een lidstaat is, bepalingen van de overeenkomst waarbij de consument afstand doet van zijn rechten als bedoeld in deze richtlijn, niet bindend zijn.

2. Ongeacht het toepasselijke recht mag de consument de door deze richtlijn geboden bescherming niet worden onthouden als het onroerend goed in kwestie zich op het grondgebied van een lidstaat bevindt of de overeenkomst in een lidstaat gesloten is.

Artikel 9 Rechterlijk en administratief beroep

1. De lidstaten zorgen ervoor dat er passende en doeltreffende middelen zijn om deze richtlijn in het belang van de consument te doen naleven.

2. De in lid 1 bedoelde middelen omvatten bepalingen volgens welke een of meer van onderstaande instanties waarin het nationale recht voorziet, zich overeenkomstig het nationale recht tot de bevoegde rechterlijke of administratieve instanties kunnen wenden om de nationale bepalingen ter uitvoering van deze richtlijn te doen naleven:

a) overheidsinstanties of de vertegenwoordigers ervan;

b) consumentenorganisaties die een rechtmatig belang hebben bij de bescherming van de consument;

c) beroepsorganisaties die een rechtmatig belang hebben bij een optreden in rechte.

Artikel 10 Consumentenvoorlichting en buitengerechtelijk beroep

1. De lidstaten nemen passende maatregelen om de consumenten in te lichten over het nationale recht tot omzetting van deze richtlijn en moedigen handelaren waar nodig aan de consumenten in te lichten over hun gedragscodes.

2. De lidstaten moedigen de opstelling of ontwikkeling aan van passende en doeltreffende buitengerechtelijke klachten- en beroepsprocedures voor de beslechting van consumentengeschillen naar aanleiding van deze richtlijn.

Artikel 11 Sancties

1. De lidstaten voorzien in passende sancties voor het geval dat de handelaar de krachtens deze richtlijn vastgestelde nationale bepalingen niet naleeft.

2. Deze sancties dienen doeltreffend, evenredig en afschrikkend te zijn.

Artikel 12 Omzetting

1. De lidstaten dienen uiterlijk op […] de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn.

Zij passen die bepalingen toe vanaf […].

Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

2. De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mede die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

Artikel 13 Evaluatie

De Commissie evalueert deze richtlijn en brengt bij het Europees Parlement en de Raad verslag uit uiterlijk vijf jaar na de datum van toepassing van de nationale bepalingen tot omzetting van deze richtlijn.

Zo nodig doet zij nieuwe voorstellen om de richtlijn aan de ontwikkelingen aan te passen.

De Commissie kan de lidstaten en de nationale regelgevingsinstanties om informatie verzoeken.

Artikel 14 Intrekking

Richtlijn 94/47/EG wordt ingetrokken.

Verwijzingen naar de ingetrokken richtlijn gelden als verwijzingen naar deze richtlijn en worden gelezen volgens de in bijlage VI opgenomen transponeringstabel.

Artikel 15 Inwerkingtreding

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 16 Adressaten

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, op […]

Voor het Europees Parlement Voor de Raad

De Voorzitter De Voorzitter

BIJLAGE I (timeshare) In artikel 3, lid 2, bedoelde informatie

a) De identiteit en het adres van de partijen, met inbegrip van specifieke informatie over de rechtspositie van de handelaar op het moment dat de overeenkomst wordt gesloten, de handtekeningen van de partijen, alsmede datum en plaats waarop de overeenkomst wordt gesloten.

b) De precieze aard van het in de overeenkomst bedoelde recht en een bepaling waarin de voorwaarden worden aangegeven voor de uitoefening van dat recht op het grondgebied van de lidstaat (lidstaten) waar het onroerend goed zich bevindt of de onroerende goederen zich bevinden, en of aan die voorwaarden is voldaan dan wel, indien dit niet het geval is, aan welke voorwaarden nog moet worden voldaan.

c) Indien de overeenkomst betrekking heeft op een specifiek onroerend goed, een nauwkeurige beschrijving van het onroerend goed en de ligging ervan; indien de overeenkomst betrekking heeft op een aantal onroerende goederen (multiresorts), een passende beschrijving van de onroerende goederen en de ligging ervan; indien de overeenkomst betrekking heeft op andere accommodatie dan een onroerend goed, een passende beschrijving van de accommodatie en de voorzieningen.

d) De diensten (bv. elektriciteit, water, onderhoud, huisvuilafvoer) die de consument ter beschikking staan of zullen staan en onder welke voorwaarden.

e) De gemeenschappelijke voorzieningen, zoals een zwembad, sauna enz., die de consument ter beschikking staan of kunnen staan en, in voorkomend geval, onder welke voorwaarden.

f) De wijze waarop onderhoud en herstellingen aan de accommodatie alsmede de administratie en het beheer geregeld zijn, inclusief of en hoe de consument invloed kan uitoefenen op en kan deelnemen aan beslissingen over deze kwesties.

g) Een nauwkeurige beschrijving van de wijze waarop alle kosten over de consumenten zullen worden omgeslagen en hoe en wanneer deze kosten kunnen worden verhoogd; in voorkomend geval, informatie over de vraag of er lasten, hypotheken, bezwaringen of andere retentierechten ten aanzien van het eigendomsrecht op de accommodatie zijn geregistreerd.

h) De precieze duur van de periode gedurende welke het in de overeenkomst bedoelde recht kan worden uitgeoefend en, indien nodig, de duur van de vastgestelde regeling; de datum vanaf welke de consument het in de overeenkomst bedoelde recht kan uitoefenen.

i) De door de consument te betalen prijs en een raming van het bedrag dat de consument moet betalen voor het gebruik van gemeenschappelijke voorzieningen en diensten; de grondslag voor de berekening van het bedrag van de kosten die verbonden zijn aan het gebruik van het onroerend goed, de wettelijk verplichte heffingen (bv. belastingen en rechten) en de algemene administratieve kosten (bv. beheer, onderhoud en herstellingen).

j) Een bepaling dat de consument geen andere kosten hoeft te dragen of verplichtingen hoeft na te komen dan die welke in de overeenkomst worden vermeld.

k) Of het mogelijk is toe te treden tot een regeling voor de ruil of wederverkoop van de in de overeenkomst bedoelde rechten, informatie over de desbetreffende regelingen en een indicatie van de kosten die verbonden zijn aan wederverkoop en ruil via deze regelingen.

l) Opgave van de taal of talen die kunnen worden gebruikt voor communicatie met betrekking tot de overeenkomst nadat de koop heeft plaatsgevonden, bv. in verband met beheersbeslissingen, verhoging van kosten en de behandeling van vragen en klachten.

m) Informatie over het recht om uit de overeenkomst terug te treden en de gevolgen van terugtreding, met inbegrip van een precieze opgave van de aard en het bedrag van de kosten die de consument krachtens artikel 5, lid 5, zal moeten vergoeden indien hij zijn terugtredingsrecht uitoefent; in voorkomend geval, informatie over de regelingen voor de beëindiging van de met de overeenkomst verbonden kredietovereenkomst en aanvullende overeenkomst bij terugtreding uit de overeenkomst; informatie over de gevolgen van deze terugtreding.

n) Informatie over het verbod van voorschotten gedurende de termijn waarbinnen de consument krachtens artikel 5, leden 1 tot en met 3, het recht heeft om uit de overeenkomst terug te treden.

o) Opgave van de persoon aan wie de kennisgeving van terugtreding moet worden toegezonden en hoe dit moet geschieden.

p) Het bestaan, de inhoud, de controle en de handhaving van gedragscodes.

q) De mogelijkheid tot buitengerechtelijke geschillenbeslechting.

BIJLAGE II (timeshare) Aanvullende voorschriften voor accommodatie in aanbouw, als bedoeld in artikel 3

a) De staat van afwerking van de accommodatie en de diensten die de accommodatie volledig gebruiksklaar maken (aansluitingen voor gas, elektriciteit, water en telefoon).

b) Een redelijke raming van de benodigde termijn voor de afwerking van de accommodatie en de diensten die de accommodatie volledig gebruiksklaar maken (aansluitingen voor gas, elektriciteit, water en telefoon).

c) Indien het gaat om een specifiek onroerend goed, het nummer van de bouwvergunning en naam en volledig adres van de bevoegde instantie of instanties.

d) Een garantie betreffende de afwerking van de accommodatie of een garantie betreffende de terugbetaling van reeds gedane betalingen indien de accommodatie niet wordt afgewerkt en, in voorkomend geval, de voorwaarden voor de toepassing van deze garanties.

BIJLAGE III (langetermijnvakantieproducten) In artikel 3, lid 2, bedoelde informatie

a) De identiteit en het adres van de partijen, met inbegrip van specifieke informatie over de rechtspositie van de handelaar op het moment dat de overeenkomst wordt gesloten, de handtekeningen van de partijen, alsmede datum en plaats waarop de overeenkomst wordt gesloten.

b) De precieze aard van het in de overeenkomst bedoelde recht.

c) De precieze periode gedurende welke het in de overeenkomst bedoelde recht kan worden uitgeoefend en, indien nodig, de duur ervan; de datum vanaf welke de consument het in de overeenkomst bedoelde recht kan uitoefenen.

d) De door de consument te betalen prijs.

e) Een bepaling dat de consument geen andere kosten hoeft te dragen of verplichtingen hoeft na te komen dan die welke in de overeenkomst worden vermeld.

f) Opgave van de taal of talen die kunnen worden gebruikt voor communicatie met betrekking tot de overeenkomst nadat de koop heeft plaatsgevonden, bv. in verband met de behandeling van vragen en klachten.

g) Informatie over het recht om uit de overeenkomst terug te treden en de gevolgen van terugtreding, met inbegrip van een precieze opgave van de aard en het bedrag van de kosten die de consument krachtens artikel 5, lid 5, zal moeten vergoeden indien hij zijn terugtredingsrecht uitoefent; in voorkomend geval, informatie over de regelingen voor de beëindiging van de met de overeenkomst verbonden kredietovereenkomst en aanvullende overeenkomst bij terugtreding uit de overeenkomst; informatie over de gevolgen van deze terugtreding.

h) Informatie over het verbod van voorschotten gedurende de termijn waarbinnen de consument krachtens artikel 5, leden 1 tot en met 3, het recht heeft om uit de overeenkomst terug te treden.

i) Opgave van de persoon aan wie de kennisgeving van terugtreding moet worden toegezonden en hoe dit moet geschieden.

j) Het bestaan, de inhoud, de controle en de handhaving van gedragscodes.

k) De mogelijkheid tot buitengerechtelijke geschillenbeslechting.

BIJLAGE IV (wederverkoop) In artikel 3, lid 2, bedoelde informatie

a) De identiteit en het adres van de partijen, met inbegrip van specifieke informatie over de rechtspositie van de handelaar op het moment dat de overeenkomst wordt gesloten, de handtekeningen van de partijen, alsmede datum en plaats waarop de overeenkomst wordt gesloten.

b) De door de consument te betalen prijs voor de wederverkoopdiensten.

c) Een bepaling dat de consument geen andere kosten hoeft te dragen of verplichtingen hoeft na te komen dan die welke in de overeenkomst worden vermeld.

d) Opgave van de taal of talen die kunnen worden gebruikt voor communicatie met de handelaar, bv. in verband met de behandeling van vragen en klachten.

e) Informatie over het recht om uit de overeenkomst terug te treden en de gevolgen van terugtreding, met inbegrip van een precieze opgave van de aard en het bedrag van de kosten die de consument krachtens artikel 5, lid 5, zal moeten vergoeden indien hij zijn terugtredingsrecht uitoefent.

f) Informatie over het verbod van voorschotten totdat de eigenlijke verkoop heeft plaatsgevonden of de wederverkoopovereenkomst op andere wijze wordt beëindigd.

g) Opgave van de persoon aan wie de kennisgeving van terugtreding moet worden toegezonden en hoe dit moet geschieden.

h) Het bestaan, de inhoud, de controle en de handhaving van gedragscodes.

i) De mogelijkheid tot buitengerechtelijke geschillenbeslechting.

BIJLAGE V (ruil) In artikel 3, lid 2, bedoelde informatie

a) De identiteit en het adres van de partijen, met inbegrip van specifieke informatie over de rechtspositie van de handelaar op het moment dat de overeenkomst wordt gesloten, de handtekeningen van de partijen, alsmede datum en plaats waarop de overeenkomst wordt gesloten.

b) De precieze aard van het in de overeenkomst bedoelde recht.

c) Een passende beschrijving van de onroerende goederen en de ligging ervan; indien de overeenkomst betrekking heeft op andere accommodatie dan een onroerend goed, een passende beschrijving van de accommodatie en de voorzieningen.

d) De precieze periode gedurende welke het in de overeenkomst bedoelde recht kan worden uitgeoefend en, indien nodig, de duur ervan; de datum vanaf welke de consument het in de overeenkomst bedoelde recht kan uitoefenen.

e) De door de consument te betalen prijs en een raming van het bedrag dat de consument moet betalen voor het gebruik van gemeenschappelijke voorzieningen en diensten; de grondslag voor de berekening van het bedrag van de kosten die verbonden zijn aan het gebruik van het onroerend goed, de wettelijk verplichte heffingen (bv. belastingen en rechten) en de algemene administratieve kosten (bv. beheer, onderhoud en herstellingen).

f) Een bepaling dat de consument geen andere kosten hoeft te dragen of verplichtingen hoeft na te komen dan die welke in de overeenkomst worden vermeld.

g) Opgave van de taal of talen die kunnen worden gebruikt voor communicatie met de handelaar, bv. in verband met de behandeling van vragen en klachten.

h) Uitleg over de werkwijze van het ruilsysteem; de mogelijkheden en voorwaarden voor ruil, alsmede een indicatie van het aantal beschikbare resorts, het aantal leden van het ruilsysteem en een aantal voorbeelden van concrete ruilmogelijkheden.

i) Informatie over het recht om uit de overeenkomst terug te treden en de gevolgen van terugtreding, met inbegrip van een precieze opgave van de aard en het bedrag van de kosten die de consument krachtens artikel 5, lid 5, zal moeten vergoeden indien hij zijn terugtredingsrecht uitoefent; in voorkomend geval, informatie over de regelingen voor de beëindiging van de met de overeenkomst verbonden kredietovereenkomst en aanvullende overeenkomst bij terugtreding uit de overeenkomst; informatie over de gevolgen van deze terugtreding.

j) Informatie over het verbod van voorschotten gedurende de termijn waarbinnen de consument krachtens artikel 5, leden 1 tot en met 3, het recht heeft om uit de overeenkomst terug te treden.

k) Opgave van de persoon aan wie de kennisgeving van terugtreding moet worden toegezonden en hoe dit moet geschieden.

l) Het bestaan, de inhoud, de controle en de handhaving van gedragscodes.

m) De mogelijkheid tot buitengerechtelijke geschillenbeslechting.

BIJLAGE VI

TRANSPONERINGSTABEL

Richtlijn 94/47/EG | Deze richtlijn |

Artikel 1, eerste alinea | Artikel 1, lid 1, eerste en tweede alinea |

Artikel 1, tweede alinea |

Artikel 1, derde alinea | Artikel 1, lid 1, derde alinea Artikel 1, lid 2 |

Artikel 2, eerste streepje | Artikel 2, lid 1, onder a) |

- | Artikel 2, lid 1, onder b) (nieuw) |

- | Artikel 2, lid 1, onder c) (nieuw) |

- | Artikel 2, lid 1, onder d) (nieuw) |

Artikel 2, tweede streepje |

Artikel 2, derde streepje | Artikel 2, lid 1, onder e) |

Artikel 2, vierde streepje | Artikel 2, lid 1, onder f) |

- | Artikel 2, lid 1, onder g) (nieuw) |

- | Artikel 2, lid 2 |

Artikel 3, lid 1 | Artikel 3, lid 2 |

Artikel 3, lid 2 | Artikel 4, lid 2 |

Artikel 3, lid 3 | Artikel 3, lid 1 |

Artikel 4, eerste streepje | Artikel 4, lid 1, artikel 4, lid 2 |

Artikel 4, tweede streepje | Artikel 4, lid 1 |

- | Artikel 4, lid 3 (nieuw) |

Artikel 5, lid 1, inleidende zin | Artikel 1, lid 1, derde alinea |

Artikel 5, lid 1, eerste streepje | Artikel 5, lid 1 |

Artikel 5, lid 1, tweede streepje | Artikel 5, lid 2 |

Artikel 5, lid 1, derde streepje | Artikel 5, lid 3 |

Artikel 5, lid 2 | Artikel 5, lid 4 |

Artikel 5, lid 3 | Artikel 5, lid 5 |

Artikel 5, lid 4 | Artikel 5, lid 6 |

Artikel 6 | Artikel 6, lid 1 |

- | Artikel 6, lid 2 (nieuw) |

- | Artikel 7, lid 1 (nieuw) |

Artikel 7, eerste alinea | Artikel 7, lid 2 |

Artikel 7, tweede alinea | Artikel 7, lid 3 |

Artikel 8 | Artikel 8, lid 1 |

Artikel 9 | Artikel 8, lid 2 |

Artikel 10 | Artikelen 9 en 11 |

Artikel 11 | Artikel 1, lid 2 |

- | Artikel 10, lid 1 (nieuw) |

- | Artikel 10, lid 2 (nieuw) |

Artikel 12 | Artikel 12 |

- | Artikel 13 (nieuw) |

- | Artikel 14 (nieuw) |

- | Artikel 15 (nieuw) |

Artikel 13 | Artikel 16 |

Bijlage | Bijlagen I en II |

Bijlage, punt a) | Bijlage I, punt a) |

Bijlage, punt b) | Bijlage I, punt b) |

Bijlage, punt c) | Bijlage I, punt c) |

Bijlage, punt d), onder 1 | Bijlage II, punt a) |

Bijlage, punt d), onder 2 | Bijlage II, punt b) |

Bijlage, punt d), onder 3 | Bijlage II, punt c) |

Bijlage, punt d), onder 4 | Bijlage II, punt a) |

Bijlage, punt d), onder 5 | Bijlage II, punt d) |

Bijlage, punt e) | Bijlage I, punt d) |

Bijlage, punt f) | Bijlage I, punt e) |

Bijlage, punt g) | Bijlage I, punt f) |

Bijlage, punt h) | Bijlage I, punt h) |

- | Bijlage I, punt g) (nieuw) |

Bijlage, punt i) | Bijlage I, punt i) |

Bijlage, punt j) | Bijlage I, punt j) |

Bijlage, punt k) | Bijlage I, punt k) |

- | Bijlage I, punt l) (nieuw) |

- |

Bijlage, punt l) | Bijlage I, punten m) en o) |

Bijlage, punt m) | Bijlage I, punt a) |

- | Bijlage I, punt o) (nieuw) |

- | Bijlage I, punt p) (nieuw) |

- | Bijlage I, punt q) (nieuw) |

- | Bijlagen III tot en met V (nieuw) |

[1] PB C […] van […], blz. […].

[2] PB C […] van […], blz. […].

[3] PB C […] van […], blz. […].

[4] PB L 280 van 29.10.1994, blz. 83.