Home

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement - De kwaliteit van de dienstverlening op het gebied van het goederenvervoer per spoor

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement - De kwaliteit van de dienstverlening op het gebied van het goederenvervoer per spoor

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement - De kwaliteit van de dienstverlening op het gebied van het goederenvervoer per spoor /* COM/2008/0536 def. */


[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

Brussel, 8.9.2008

COM(2008) 536 definitief

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT

De kwaliteit van de dienstverlening op het gebied van het goederenvervoer per spoor

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT

De kwaliteit van de dienstverlening op het gebied van het goederenvervoer per spoor

1. HET VOORSTEL VOOR EEN VERORDENING VAN DE COMMISSIE UIT 2004

De Commissie heeft in maart 2004 een voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende compensatie bij niet-naleving van contractuele kwaliteitseisen voor diensten op het gebied van goederenvervoer per spoor (COM(2004) 144 definitief van 3.3.2004) vastgesteld. De aanleiding van dit voorstel was de slechte kwaliteit van de dienstverlening door de exploitanten van goederenvervoer per spoor en de noodzaak om dit niveau binnen een redelijke termijn op te krikken zodat het spoor een voldoende groot aandeel in het logistieksysteem van de Unie kan behouden.

De Commissie was van oordeel dat de concurrentie in deze sector zich te traag ontwikkelde om de kwaliteit van het goederenvervoer per spoor voldoende te verbeteren. Zij vond het dan ook nodig maatregelen voor te stellen die de spoorwegexploitanten verplichten compensaties op te nemen in de contracten met hun klanten. Aangezien de sector wordt gekenmerkt door een nog zeer beperkte mate van marktopening en een groot overwicht van traditionele exploitanten, was de Commissie van mening dat dergelijke maatregelen geschikt zijn om de spoorwegexploitanten ertoe aan te zetten hun prestaties te verbeteren.

In haar voorstel voor een verordening heeft de Commissie drie kwaliteitscriteria vastgelegd die door exploitanten van goederenvervoer per spoor moeten worden nageleefd: levering op een afgesproken tijdstip, informatie aan de klanten indien zich problemen voordoen bij de levering en een zekere flexibiliteit bij het uitvoeren van de vervoersopdracht.

Hoewel de wetgever achter de doelstellingen van de Commissie stond, vond hij de ontwerpverordening toch niet passend. Aangezien de problemen waarop de Commissie in haar voorstel heeft gewezen nog steeds aandachtig dienen te worden gevolgd, heeft de Commissie, rekening houdende met het standpunt van de wetgever, zich ertoe verbonden een verslag op te stellen over de vooruitgang die het goederenvervoer per spoor op het vlak van kwaliteit heeft geboekt en is zij nagegaan of het nuttig is in 2008 wetgeving op te stellen op dit gebied.

In deze mededeling wordt de kwaliteit van de dienstverlening op het gebied van goederenvervoer per spoor, de ontwikkeling van deze diensten in de laatste jaren en de doeltreffendheid van de door de sector ten uitvoer gelegde akkoorden en vrijwillige maatregelen onderzocht. Op basis daarvan worden aanbevelingen gedaan voor communautaire maatregelen. Deze mededeling is opgesteld op basis van gegevens die bij een reeks actoren uit de sector zijn verzameld (klanten, exploitanten, infrastructuurbeheerders) en op basis van gegevens die door brancheorganisaties zijn verstrekt.

2. DE HUIDIGE BEHOEFTEN INZAKE DE KWALITEIT VAN HET GOEDERENVERVOER PER SPOOR

In de voorbije jaren is de tendens in de sector van het goederenvervoer per spoor omgekeerd. Sinds 2004 gaan de prestaties van deze vervoerswijze er niet langer op achteruit. In 2006 zijn ze zelfs zodanig verbeterd dat het modale aandeel van het spoor in het goederenvervoer in Europa dat jaar is toegenomen.

Deze tendens lijkt echter nog fragiel omdat hij voornamelijk door factoren van buitenaf wordt ondersteund (zoals de stijging van de brandstofprijzen, de congestie van het wegverkeer en ongunstige weersomstandigheden voor de binnenvaart), en niet kan worden toegeschreven aan een gevoelige verbetering van de aantrekkelijkheid van het spoor zelf. Toch dienen zich een aantal kansen aan voor het spoor, zoals de groei van het gecombineerd vervoer en het feit dat goederen over steeds langere afstanden in de Unie worden vervoerd. Om deze kansen te kunnen grijpen, moet het concurrentievermogen van het spoor verbeteren, d.w.z. dat het flexibeler, sneller, betrouwbaarder en/of goedkoper moet worden.

[pic]

Bron: Eurostat

Het begrip kwaliteit kan op twee manieren worden geïnterpreteerd: enerzijds het niveau van de voorgestelde en aangeboden diensten en anderzijds de naleving van de contractuele verbintenissen. In de ontwerpverordening van de Commissie werd aandacht besteed aan beide aspecten van kwaliteit: enerzijds komt de flexibiliteit en de informatie aan de klanten aan bod, en anderzijds de stiptheid van de aangeboden diensten.

Industriële klanten van het goederenvervoer per spoor kunnen echter nog andere verwachtingen hebben: de beschikbaarheid van de diensten, de veiligheid en de beveiliging. Afhankelijk van de aard en het belang van de vervoerde producten kan elk van deze criteria, samen met de stiptheid, informatie en flexibiliteit, min of meer belangrijk zijn voor de klant. De kwaliteit van de dienstverlening moet dus aangepast zijn aan de vervoerde goederen om de huidige en toekomstige klanten van het goederenvervoer per spoor tevreden te stellen. Het is dus moeilijk om deze criteria voor alle klanten naar belangrijkheid te rangschikken.

3. DE VOORUITGANG DIE GEBOEKT IS DOOR HET GOEDERENVERVOER PER SPOOR

a) Kwalitatieve elementen

De openstelling van de binnenlandse en internationale markten voor goederenvervoer per spoor in de Gemeenschap is van relatief recente datum. De markt voor internationale diensten is geleidelijk opengesteld sinds 15 januari 2003, die voor binnenlandse diensten sinds 1 januari 2007. Diverse lidstaten hebben hun markt echter al vele jaren eerder opengesteld.

Deze openstelling van de markten voor concurrentie, zowel in de EU-12 als in de EU-15, is de belangrijkste stimulans voor de traditionele exploitanten van goederenvervoer per spoor om hun activiteiten te herstructureren en hun prestaties te verbeteren. Hoe vroeger de markt van een land is opengesteld, hoe verder de herstructurering van de traditionele spoorwegexploitant meestal is gevorderd.

De markt voor goederenvervoer per spoor valt uiteen in verschillende segmenten, met soms ook verschillende behoeften, zoals de staalindustrie, de auto-industrie, de papierindustrie, de agro-voedingsindustrie, de grondstoffenindustrie en het intermodale vervoer. Diverse spoorwegexploitanten voeren hervormingen door om de behoeften van deze marktsegmenten beter te leren kennen en hun dienstenaanbod beter op deze behoeften af te stemmen (het aanbod van grote exploitanten varieert tegenwoordig van afzonderlijke wagons tot containervervoer en volledige treinen, die op korte of langere termijn kunnen worden gepland).

Ze maken bijvoorbeeld gebruik van nieuwe instrumenten of voorzieningen in de relatie met hun klanten, zoals commerciële teams die zich specifiek richten tot bepaalde marktsegmenten of grote klanten en informaticatoepassingen om de relatie met de klant vlotter en gemakkelijker te laten verlopen. In het algemeen wordt er al verscheidene jaren een constante verbetering van de informatieverstrekking aan de klant en de commerciële ingesteldheid van de exploitanten vastgesteld.

Tegelijk zijn de traditionele spoorwegexploitanten ook begonnen met het herstructureren van hun productie. De vooruitgang op dit gebied verschilt sterk van lidstaat tot lidstaat en hangt in grote mate af van de ontwikkeling van de concurrentie. Concurrentie leidt immers tot een rationalisering van de productie en de kosten van de exploitanten, tot de toepassing van nieuwe methoden en nieuwe productiewijzen, tot de verrijking van het aanbod van de exploitanten en tot het gebruik van nieuwe instrumenten die betere prestaties leveren.

Ondanks deze vooruitgang hebben de klanten nog steeds sterk uiteenlopende meningen over de kwaliteit van de diensten in de sector van het goederenvervoer per spoor. Deze lijkt nog altijd slechter te zijn dan de kwaliteit van het wegvervoer, met name in de marktsegmenten waar het spoor belangrijke voordelen geniet in vergelijking met het wegvervoer.

b) Aansturen van de kwaliteit en kwaliteitsbepalingen

Wat het aansturen van de kwaliteit betreft, zijn er nog diverse punten die vatbaar zijn voor verbetering. In de eerste plaats heeft de sector zich ertoe verbonden de kwaliteit van het goederenvervoer te verbeteren op basis van het handvest dat in juli 2003 door de UIC[1], de CER[2] en het CIT[3] (zie bijlage I) is ondertekend, op basis van de gezamenlijke verklaring die de UIC/CER enerzijds en FIATA[4]/CLECAT[5] anderzijds in april 2005 hebben afgelegd met betrekking tot de kwaliteit van het conventioneel en gecombineerd internationaal vervoer, of op basis van de in oktober 2006 door UIC/FIATA/CIT opgestelde richtsnoeren inzake de opstelling en de tenuitvoerlegging van akkoorden met betrekking tot de kwaliteit van bepaalde segmenten van het conventioneel internationaal vervoer.

Ten tweede doen veel traditionele exploitanten tegenwoordig aan kwaliteitscertificering van hun prestaties (zie bijlage II), enerzijds om te tonen dat ze hun prestaties willen verbeteren en anderzijds om hun klanten aanvullende garanties te bieden. Het doel van deze initiatieven was niet zozeer om de exploitanten te verplichten kwaliteitsbepalingen in hun contracten op te nemen, maar om hen aan te moedigen op vrijwillige basis inspanningen te leveren, zowel wat het niveau van de dienstverlening als wat de aandacht voor hun klanten betreft.

Sinds vier jaar is het aantal contracten waarin kwaliteitsbepalingen zijn opgenomen aanzienlijk toegenomen, met name in het segment gecombineerd vervoer. De laatste jaren lijkt het aantal contracten dat dergelijke bepalingen bevat echter stabiel te blijven in verhouding tot het totale aantal contracten. De ontwikkeling van de activiteiten en van het marktaandeel van nieuwe marktdeelnemers zou een gunstige invloed hebben op het aantal contracten met kwaliteitsbepalingen omdat dit type exploitanten het snelst bereid is om deze bepalingen in hun contracten op te nemen, eventueel in ruil voor een verhoging van de prijs van de dienstverlening.

Aandeel van contracten met kwaliteitsbepalingen

[pic]Bron: CER

c) Kwantitatieve elementen met betrekking tot de verbetering van de kwaliteit

Het effect van de diverse initiatieven die door de sector zijn genomen (zie punt 3, onder b) is niet altijd duidelijk. Er is, in het beste geval, zeer weinig informatie beschikbaar over de kwaliteit van de dienstverlening in het goederenvervoer en bovendien is deze informatie niet representatief genoeg om de efficiëntie van de vrijwillige initiatieven te kunnen beoordelen.

De meest courante informatie heeft betrekking op de stiptheid van de treinen. Maar ook op dit punt zijn er weinig gegevens beschikbaar en wijzen ze bovendien op uiteenlopende tendensen. Uit de door de UIRR[6] gepubliceerde gegevens (zie bijlage III) blijkt dat de stiptheid van het internationaal gecombineerd vervoer zeer slecht is en de laatste jaren nog verder is achteruitgegaan. Volgens deze gegevens worden de termijnen in minder dan 60% van de gevallen nageleefd (53% in 2006, enkele procentpunten hoger in 2007).

Uit de door de CER gepubliceerde gegevens (zie bijlage IV) blijkt in het algemeen dat de stiptheid van de goederentreinen licht is verbeterd. Volgens de exploitantenvereniging zou de stiptheid van de goederentreinen in Oostenrijk, Denemarken, Finland, Nederland, Zweden en Spanje boven de 90% liggen voor het binnenlands vervoer; in de meeste andere lidstaten is dit minder dan 80%.

De stiptheid van een trein is natuurlijk maar één aspect van de kwaliteit die de klanten verwachten; voorts dient ook te worden vastgesteld dat:

- de toegang tot informatie en de betrouwbaarheid van die informatie beperkt blijven;

- de stiptheid van het binnenlands verkeer goed is. Die van het internationaal verkeer, dat 50% van het goederenverkeer per spoor in de Unie vertegenwoordigt en dat ook het grootste groeipotentieel heeft in de komende jaren (met name dankzij de verhoging van het volume van de te vervoeren containers), is daarentegen slecht tot zeer slecht;

- in het algemeen vooruitgang is geboekt, zij het nog steeds onvoldoende.

4. UITDAGINGEN MET BETREKKING TOT DE INFRASTRUCTUUR EN DE BIJBEHORENDE DIENSTEN

Tot hiertoe is deze analyse beperkt gebleven tot de activiteiten van de exploitanten, de vooruitgang die zij hebben geboekt op het vlak van de herstructurering van hun activiteiten, het aansturen van de kwaliteit en de relaties met hun klanten. De oorzaken van vertragingen of, in het algemeen, van de niet-naleving van contractuele verbintenissen zijn niet altijd gemakkelijk vast te stellen. Volgens de ERFA[7] is de slechte kwaliteit van de dienstverlening in minstens 60% van de gevallen niet aan de exploitant te wijten. Vaak ligt de oorzaak bij de infrastructuurbeheerders en/of de bijbehorende diensten (terminals en rangeerstations), en soms ook bij de klant zelf.

De voorwaarden voor toegang tot de infrastructuur en de bijbehorende diensten en de kwaliteit van de diensten die door de infrastructuurbeheerders worden geleverd, zijn niet vergelijkbaar in de hele Unie. Er zijn zeer grote verschillen tussen de lidstaten wat betreft het beleid met betrekking tot het beheer van de spoorweginfrastructuur en de investeringen in deze infrastructuur. In het algemeen kan echter met zekerheid worden gesteld dat de infrastructuurbeheerders meer vooruitgang moeten boeken op dit gebied. Vooral het beheer van het spoorwegverkeer moet worden verbeterd om het effect van onvoorziene gebeurtenissen op de prestaties van het treinverkeer tot een minimum te beperken. Daartoe moet intensiever gebruik worden gemaakt van nieuwe, innoverende technologieën en moet de infrastructuur beter worden onderhouden. Dit betekent dat, vooral voor de internationale diensten, de samenwerking tussen nationale infrastructuurbeheerders moet worden verbeterd en de technische en administratieve interoperabiliteit veel sneller moet worden ontwikkeld. Soms kunnen de prestaties van de infrastructuur alleen worden verbeterd door te investeren in nieuwe infrastructuur.

Ten slotte zij erop gewezen dat deze analyse zowel betrekking heeft op de spoorweginfrastructuur in strikte zin als op de terminals en andere bijbehorende diensten, die een zeer belangrijk onderdeel zijn van de productieketen van het goederenvervoer per spoor en waarvan de kwaliteit van de dienstverlening soms niet voldoet aan de verwachtingen van de spoorwegexploitanten.

5. RICHTSNOEREN EN VOORSTELLEN VAN DE COMMISSIE

Uit het voorgaande blijkt dat de sector, en in de eerste plaats de exploitanten – zowel de nieuwe als de gevestigde – vooruitgang hebben geboekt en belangrijke inspanningen hebben geleverd om de kwaliteit van hun diensten te verbeteren. Deze kwaliteit blijft echter nog steeds onder het door de klanten gewenste niveau. Blijkbaar zijn de initiatieven van de sector dus onvoldoende. De prestaties van de exploitanten is echter niet de enige variabele die het kwaliteitsniveau van het goederenvervoer per spoor beïnvloedt; ook de capaciteit van de infrastructuur en de bijbehorende diensten speelt een belangrijke rol in het productieproces van het spoorwegvervoer.

Gezien deze vaststelling en het hardnekkige verzet van de sector en de wetgever tegen elke wetgevende verplichting met betrekking tot de contractuele relaties tussen exploitanten, infrastructuurbeheerders en klanten, acht de Commissie het opportuun haar voorstel met betrekking tot compensaties in geval van niet-naleving van de contractuele kwaliteitseisen voor de dienstverlening in de sector van het goederenvervoer per spoor, in te trekken. Om een antwoord te vinden op de in haar voorstel aangehaalde problemen waarvoor de sector zelf geen oplossing heeft gevonden, zal zij eventueel haar acties met het oog op de ontwikkeling van de concurrentie en haar initiatieven om infrastructuur en bijbehorende diensten van goede kwaliteit uit te bouwen, voortzetten. Zij houdt echter de mogelijkheid open om een nieuw voorstel in te dienen indien dit noodzakelijk is in het licht van de ontwikkeling van het goederenvervoer per spoor.

a) De concurrentiebevorderende acties voortzetten en versterken

De ontwikkeling van de concurrentie is van primordiaal belang voor het verbeteren van de kwaliteit van de dienstverlening. Uit de ontwerpverordening van de Commissie bleek dat de concurrentie zich te traag ontwikkelde. Om de doelmatige tenuitvoerlegging van de communautaire richtsnoeren ter bevordering van de concurrentie in de spoorwegsector te versnellen, zal de Commissie zich op korte termijn toespitsen op de volgende acties:

- de doelmatige tenuitvoerlegging van de in het eerste en tweede spoorwegpakket[8] vastgestelde regels met betrekking tot concurrentie;

- de herschikking van het eerste spoorwegpakket.

De follow-up van de tenuitvoerlegging van de richtsnoeren inzake staatssteun aan spoorwegondernemingen[9] is ook een belangrijk element met het oog op de verbetering van de werking van de markt voor spoorvervoer.

b) De acties voor de verbetering van de infrastructuur en de ontwikkeling van de interoperabiliteit voortzetten en versterken

Opdat de exploitanten van goederenvervoer per spoor in de toekomst zouden kunnen beschikken over voldoende infrastructuur en bijbehorende diensten van goede kwaliteit, zal de Commissie haar maatregelen om het optimale gebruik van de infrastructuur, de samenwerking tussen infrastructuurbeheerders en investeringen in spoorweginfrastructuur aan te moedigen, verder uitdiepen. Zij blijft er echter op toezien dat de mix van passagiers- en goederentreinen evenwichtig en efficiënt wordt beheerd. Deze richtsnoeren passen in het kader van de volgende initiatieven:

- een Europees spoorwegnet met voorrang voor goederenverkeer verwezenlijken[10];

- de toepassing van ERTMS[11] en van de technische specificaties voor interoperabiliteit "Telematicatoepassingen voor goederenvervoer" (STI TAF)[12] stimuleren en begeleiden;

- beste praktijken met betrekking tot infrastructuurbeheer aanmoedigen via een ruimere verspreiding en tenuitvoerlegging van de beginselen van de mededeling over beheersovereenkomsten[13];

- het TEN-V-programma[14], en met name de werkzaamheden van de Europese coördinatoren, uitvoeren;

- het Marco Polo-programma, dat met name gericht is op de integratie van de logistiekketen, voortzetten.

c) De acties voor een grotere transparantie van de informatie en het prestatiebeheer van het spoorwegsysteem voortzetten en versterken

Om de informatie over de kwaliteit van de dienstverlening van het goederenvervoer per spoor transparanter te maken en om de sector in zijn geheel (met name de infrastructuurbeheerders en exploitanten) aan te sporen om nog betere diensten te leveren, zal de Commissie

- het opzetten van prestatieverbeterende systemen[15],

- de ontwikkeling van instrumenten voor het meten van de prestaties van het goederenvervoer per spoor[16], en

- de publicatie van kwaliteitsindicatoren

blijven aanmoedigen en controleren.

BIJLAGEN

Bijlage I : Kwaliteitscharter UIC, CER en CIT

Bijlage II : Kwaliteitscertificering van de belangrijkste spoorwegexploitanten (Bron: CER)

Bijlage III : Stiptheid van treinen voor gecombineerd internationaal vervoer (Bron: UIRR)

Bijlage IV : Stiptheid van goederentreinen (Bron: CER)

BIJLAGE I : KWALITEITSCHARTER UIC, CER EN CIT

[pic]

[pic]

[pic]

BIJLAGE II : KWALITEITSCERTIFICERING VAN DE BELANGRIJKSTE SPOORWEGEXPLOITANTEN

(BRON: CER)

ISO 9001 | SQAS[17] | ISO 14001[18] | OHSAS 18001[19] | VDA 6.2[20] |

BDZ | (X)[21] |

BLS Cargo | X |

CFL Cargo | (X) |

CFR Marfa | X | (X) |

Green cargo | X | X | (X) |

GYSEV | X |

MAV Cargo | X | X |

PKP Cargo | X | X | (X) |

RCA | X | (X) | (X) | X | X |

Railion Deutschland | X | X | X |

Railion Nederland | X | X |

RENFE | X | X |

SBB Cargo | X | X | (X) | (X) |

SZ | X | X |

SNCB | X | X | X |

SNCF Fret | X | X |

Trenitalia Logistica | X | X | X |

VR | X | X |

ZSSK Cargo | X | (X) | (X) |

BIJLAGE III : STIPTHEID VAN TREINEN VOOR GECOMBINEERD INTERNATIONAAL VERVOER – 2006

( BRON: UIRR)

[pic]

BIJLAGE IV : STIPTHEID VAN GOEDERENTREINEN

(BRON: CER)

Oostenrijk

Stiptheid van Rail Cargo Austria in 2006

[pic]

België

Stiptheid van B-Cargo in 2005-2007 [pic]

Denemarken

Stiptheid van Railion Denmark in 2006

[pic]

Finland

Stiptheid van VR in 2003-2007

[pic] Nederland

Stiptheid in Nederland in 2004-2005

[pic]

Zweden

Stiptheid van GreenCargo in 2001-2007

[pic] Spanje

[pic]

[1] Internationale Spoorwegunie.

[2] Gemeenschap van Europese spoorwegen.

[3] Internationaal Comité van het Vervoer per Spoor.

[4] Internationale Bond van Expediteurs.

[5] Europees Verbindingscomité van expediteurs en bemiddelaars bij het vervoer in de Gemeenschappelijke Markt.

[6] Internationale Unie van Maatschappijen voor Gecombineerd Rail-Wegvervoer.

[7] Europese vereniging van goederenvervoer per spoor.

[8] Verslag van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s over de tenuitvoerlegging van het eerste spoorwegpakket (COM(2006) 189 definitief van 3.5.2006).

[9] Communautaire richtsnoeren inzake staatssteun aan spoorwegondernemingen (SEC(2008) 512 van 30.4.2008).

[10] Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement "Naar een spoorwegnet met voorrang voor goederenverkeer" (COM(2007) 608 definitief van 18.10.2007).

[11] European Rail Traffic Management System.

[12] Verordening (EG) nr. 62/2006 van de Commissie van 23 december 2005 betreffende de technische specificaties voor interoperabiliteit inzake het subsysteem Telematicatoepassingen voor goederenvervoer van het conventionele trans-Europese spoorwegsysteem.

[13] Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement - Beheersovereenkomsten betreffende de kwaliteit van de spoorweginfrastructuur (COM(2008) 54 definitief van 6.2.2008).

[14] Trans-Europees vervoersnetwerk.

[15] Artikel 11 ("Prestatieregeling") van Richtlijn 2001/14/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2001 inzake de toewijzing van spoorweginfrastructuurcapaciteit en de heffing van rechten voor het gebruik van spoorweginfrastructuur alsmede inzake veiligheidscertificering.

[16] Zie punt 2.3 van de Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement "Naar een spoorwegnet met voorrang voor goederenverkeer " (COM(2007) 608 definitief van 18.10.2007).

[17] Systeem voor de certificering van de kwaliteit en de beveiliging.

[18] Procedure voor de certificering van de milieukwaliteit.

[19] Certificering van de procedures met betrekking tot de gezondheid en beveiliging van het personeel.

[20] Specifieke certificering voor de automobielsector.

[21] In voorbereiding.