Home

Voorstel voor een besluit van de Raad tot sluiting van de tijdelijke economische partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en Ivoorkust, anderzijds

Voorstel voor een besluit van de Raad tot sluiting van de tijdelijke economische partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en Ivoorkust, anderzijds

Voorstel voor een besluit van de Raad tot sluiting van de tijdelijke economische partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en Ivoorkust, anderzijds /* COM/2008/0439 def. - AVC 2008/0136 */


[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

Brussel, 10.7.2008

COM(2008) 439 definitief

2008/0136 (AVC)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

tot sluiting van de tijdelijke economische partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en Ivoorkust, anderzijds

(door de Commissie ingediend)

TOELICHTING

Bijgaand voorstel is het rechtsinstrument voor de sluiting van een tijdelijke economische partnerschapsovereenkomst (EPO) tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en Ivoorkust, anderzijds: voorstel voor een besluit van de Raad tot sluiting van de tijdelijke EPO.

Zoals in de mededeling aan de Raad en het Europees Parlement van 23 oktober 2007 was aangekondigd, is met Ivoorkust over deze tijdelijke EPO onderhandeld om te voorkomen dat, zolang er nog geen volledige EPO met de gehele West-Afrikaanse regio is[1], het handelsverkeer tussen Ivoorkust en de Europese Gemeenschap zou worden verstoord nadat de handelsbepalingen in bijlage V bij de Overeenkomst van Cotonou en de desbetreffende WTO-ontheffing op 31 december 2007 zijn vervallen. Na de parafering van deze tijdelijke EPO op 7 december 2007 is Ivoorkust toegevoegd aan de lijst van landen waarop de EPO-handelsregeling die bij Verordening (EG) nr. 1528/2007 van de Raad van 20 december 2007 is vastgesteld, van toepassing is. In deze verordening is bepaald dat de EPO-handelsregeling al vóór haar inwerkingtreding voorlopig wordt toegepast. Ook Ghana werd aan deze lijst toegevoegd nadat dit land op 13 december 2007 een tijdelijke EPO parafeerde. Alle andere West-Afrikaanse landen behalve Nigeria en Kaapverdië vallen als minst ontwikkelde landen (MOL's) sinds 1 januari 2008 onder de "alles-behalve-wapens"-regeling (Everything But Arms – EBA-regeling) die voorziet in een rechten- en contingentvrije toegang tot de EG-markt voor alle producten behalve wapens. Kaapverdië heeft vanaf 1 januari 2008 de status van niet-MOL; overeenkomstig Verordening (EG) nr. 980/2005 van de Raad van 27 juni 2005 houdende toepassing van een schema van algemene tariefpreferenties (SAP) blijft voor dit land echter nog drie jaar lang de EBA-regeling gelden. Nigeria, een niet-MOL, werd in de gelegenheid gesteld te onderhandelen over een tijdelijke EPO die overeenkomt met de EPO's met Ivoorkust en Ghana, maar besloot niet op dit aanbod in te gaan. Sinds 1 januari 2008 valt dit land dus onder de normale SAP-regeling.

De onderhandelingen over een volledige EPO met de gehele West-Afrikaanse regio gaan intussen door, op basis van de onderhandelingsrichtsnoeren die de Raad op 12 juni 2002 voor EPO's met ACS-staten heeft vastgesteld.

De tijdelijke EPO bevat bepalingen over het goederenverkeer, douane en handelsbevordering, technische handelsbelemmeringen en sanitaire en fytosanitaire maatregelen. Er zijn ook bepalingen over de ontwikkelingssamenwerking, waarin de prioriteiten voor de uitvoering van de EPO worden uiteengezet. Elk inhoudelijk hoofdstuk van de overeenkomst bevat specifieke samenwerkingsgebieden. Een verklaring over ontwikkelingssamenwerking legt het verband met de EU-strategie Hulp voor handel en herinnert aan het voornemen van de Commissie en de lidstaten om tot een ontwikkelingsfonds voor de regio bij te dragen. De overeenkomst legt eveneens vast dat de onderhandelingen op regionaal niveau over investeringen, diensten en handelsgerelateerde aangelegenheden worden voortgezet en dat de tijdelijke EPO door de volledige regionale EPO wordt vervangen zodra deze is gesloten.

In de tijdelijke EPO is opgenomen dat zij in afwachting van haar inwerkingtreding voorlopig zal worden toegepast.

- De Commissie verzoekt de Raad

- namens de Gemeenschap over te gaan tot sluiting van de tijdelijke EPO.

Het Europees Parlement zal worden verzocht met de sluiting van de tijdelijke EPO in te stemmen.

De lidstaten zijn eveneens partij bij de overeenkomst, die zij derhalve volgens hun interne procedures moeten ratificeren.

2008/0136 (AVC)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

tot sluiting van de tijdelijke economische partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en Ivoorkust, anderzijds

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op de artikelen 133 en 181 juncto artikel 300, lid 3, tweede alinea,

Gezien het voorstel van de Commissie[2],

Gezien de instemming van het Europees Parlement[3],

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Op 12 juni 2002 heeft de Raad de Commissie gemachtigd onderhandelingen over economische partnerschapsovereenkomsten met de ACS-landen te openen.

(2) De onderhandelingen met Ivoorkust over een tijdelijke economische partnerschapsovereenkomst, hierna de "tijdelijke EPO" genoemd, zijn afgesloten en de overeenkomst is op 9 december 2007 geparafeerd.

(3) De tijdelijke EPO wordt sinds [..] voorlopig toegepast in afwachting van haar inwerkingtreding.

(4) Namens de Gemeenschap moet worden overgegaan tot sluiting van de tijdelijke EPO,

BESLUIT:

Artikel 1

De tijdelijke economische partnerschapsovereenkomst tussen Ivoorkust en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten wordt hierbij namens de Gemeenschap gesloten.

De tekst van de overeenkomst is aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

De voorzitter van de Raad verricht namens de Europese Gemeenschap de in artikel 75 van de overeenkomst bedoelde kennisgeving.

Gedaan te Brussel, […].

Voor de Raad

De voorzitter

[…]

FINANCIEEL MEMORANDUM VOOR VOORSTELLEN DIE UITSLUITEND GEVOLGEN HEBBEN VOOR DE ONTVANGSTENZIJDE VAN DE BEGROTING

1. BENAMING VAN HET VOORSTEL:

BESLUIT VAN DE RAAD tot sluiting van een tijdelijke economische partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en Ivoorkust, anderzijds.

2. BEGROTINGSONDERDELEN:

Hoofdstuk en artikel: 12/120

Begroot bedrag voor het betrokken jaar: 16 431 900 000 (begroting 2008)

3. FINANCIËLE GEVOLGEN

( Het voorstel heeft geen financiële gevolgen

( Het voorstel heeft geen financiële gevolgen voor de uitgaven maar wel voor de ontvangsten, namelijk:

4. FRAUDEBESTRIJDINGSMAATREGELEN

Ter bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen tegen fraude en andere onregelmatigheden kan de Commissie overeenkomstig artikel 21 van de tijdelijke economische partnerschapsovereenkomst ter plaatse controles en inspecties uitvoeren. Zo nodig verricht het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) onderzoek op grond van Verordening (EG) nr. 1073/1999 van het Europees Parlement en de Raad. De Commissie zal regelmatig controles op basis van documenten en inspecties ter plaatse uitvoeren.

5. ANDERE OPMERKINGEN

Alle resterende douanerechten op producten van oorsprong uit de ACS-regio's en -staten die onderhandelingen hebben afgesloten over een economische partnerschapsovereenkomst of over een overeenkomst die met de WTO compatibele handelsregelingen bevat, zijn al door de vaststelling van Verordening (EG) nr. 1528/2007 van de Raad afgeschaft. Derhalve zijn er geen bijkomende financiële gevolgen in verband met dit voorstel.

[1] Tot deze regio behoren de volgende landen: Benin, Burkina Faso, Ivoorkust, Guinee-Bissau, Mali, Niger, Senegal, Togo, Kaapverdië, Gambia, Ghana, Guinee, Liberia, Nigeria, Sierra Leone en Mauritanië.

[2] PB C […] van […], blz. […].

[3] PB C […] van […], blz. […].