Home

Voorstel voor een besluit van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten van de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen, Inzake de ondertekening en voorlopige toepassing van de Overeenkomst betreffende de totstandbrenging van een Europese gemeenschappelijke luchtvaartruimte tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en Georgië, anderzijds

Voorstel voor een besluit van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten van de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen, Inzake de ondertekening en voorlopige toepassing van de Overeenkomst betreffende de totstandbrenging van een Europese gemeenschappelijke luchtvaartruimte tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en Georgië, anderzijds

[pic] | EUROPESE COMMISSIE |

Brussel, 28.6.2010

COM(2010)338 definitief

2010/0184 (NLE)

Voorstel voor een

besluit van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten van de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen,

Inzake de ondertekening en voorlopige toepassing van de Overeenkomst betreffende de totstandbrenging van een Europese gemeenschappelijke luchtvaartruimte tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en Georgië, anderzijds

TOELICHTING

1. Achtergrond van het voorstel |

Motivering en doel van het voorstel De onderhandelingen over de Overeenkomst betreffende de totstandbrenging van een Europese gemeenschappelijke luchtvaartruimte tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en Georgië, anderzijds hebben plaatsgevonden op basis van een mandaat dat de Raad in juni 2009 heeft verleend. De luchtdiensten tussen de EU en Georgië zijn momenteel geregeld in bilaterale overeenkomsten tussen afzonderlijke lidstaten en Georgië. Als onderdeel van het EU-nabuurschapsbeleid zal dit netwerk van bilaterale onderhandelingen worden vervangen door een gemeenschappelijke luchtvaartruimte tussen de EU en haar buren. Doelstellingen van de overeenkomst: - geleidelijke wederzijdse openstelling van de markten voor wat de toegang tot routes en capaciteit betreft; - non-discriminatie en een gelijk speelveld voor marktdeelnemers, gebaseerd op de beginselen van de EU-verdragen; - de Georgische luchtvaartwetgeving in overeenstemming brengen met de EU-wetgeving voor wat kwesties als veiligheid, beveiliging en luchtverkeersbeheer betreft. De Overeenkomst biedt Georgië de mogelijkheid om toe te treden tot de overkoepelende luchtvaartovereenkomst met Europese landen, de gemeenschappelijke Europese luchtvaartruimte (ECAA), die in 2006 is ondertekend. |

Algemene context Doelstelling van het onderhandelingsmandaat is de totstandbrenging van een gemeenschappelijke luchtvaartruimte (Common Aviation Area, CAA) tussen de EU en Georgië. Daardoor zouden de regels en bepalingen van de gemeenschappelijke markt voor luchtvervoer in de EU grotendeels worden uitgebreid tot Georgië, zodat Europese en Georgische luchtvaartmaatschappijen zonder beperkingen luchtdiensten kunnen verlenen. Op basis van de onderhandelingsrichtsnoeren van het mandaat hebben beide partijen op 5 maart 2010 een ontwerpovereenkomst met Georgië geparafeerd. |

Bestaande bepalingen op het door het voorstel bestreken gebied De bepalingen van de Overeenkomst komen in de plaats van de huidige bilaterale luchtvervoersovereenkomsten tussen lidstaten en Georgië. |

Samenhang met andere beleidsgebieden en doelstellingen van de EU Het sluiten van een Overeenkomst betreffende de totstandbrenging van een Europese gemeenschappelijke luchtvaartruimte tussen de Europese Unie en Georgië is een prioriteit voor de EU en is een belangrijk onderdeel van de ontwikkeling van het Europees nabuurschapsbeleid, zoals vastgesteld in Mededeling COM(2005) 79 van de Commissie "Ontwikkeling van de agenda voor het externe luchtvaartbeleid van de Gemeenschap" en Mededeling COM(2008) 596 "Een gemeenschappelijke luchtvaartruimte met de buurlanden tegen 2010 - Voortgangsverslag". |

2. Raadpleging van belanghebbende partijen en effectbeoordeling |

Raadpleging van belanghebbende partijen |

Wijze van raadpleging, belangrijkste geraadpleegde sectoren en algemeen profiel van de respondenten Tijdens de volledige duur van het onderhandelingsproces heeft de Commissie overleg gepleegd met de betrokkenen, met name in het kader van geregelde samenkomsten van het bijzonder comité en het overlegforum, bestaande uit vertegenwoordigers van luchtvaartmaatschappijen, luchthavens en vakbonden. |

Samenvatting van de reacties en hoe daarmee rekening is gehouden Bij de voorbereiding van het onderhandelingsstandpunt van de Unie is rekening gehouden met alle opmerkingen van de betrokkenen. |

Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid |

Er behoefde geen beroep te worden gedaan op externe deskundigheid. |

Effectbeoordeling De Overeenkomst voorziet in de geleidelijke totstandbrenging van een gemeenschappelijk luchtvaartruimte tussen de EU en Georgië. In een verslag dat consultants in 2008 voor de Commissie hebben voorbereid, wordt geraamd dat een gemeenschappelijke luchtvaartruimte tussen de EU en Georgië 25 000 extra passagiers en tot 17 miljoen euro consumentenvoordelen zou opleveren in het eerste jaar waarin de markt effectief zou worden opengesteld. Dit verslag is ter beschikking gesteld van de lidstaten en belanghebbenden via de CIRCA-gegevensbank. De Overeenkomst voorziet in de oprichting van een Gemengd Comité dat tot taak krijgt zich bezig te houden met de tenuitvoerlegging van de Overeenkomst en de beoordeling van het effect ervan. |

3. Juridische elementen van het voorstel |

Samenvatting van de voorgestelde maatregel De Overeenkomst bestaat uit de hoofdtekst, waarin de drie basisbeginselen zijn uiteengezet, en drie bijlagen: bijlage 1 inzake verkeersrechten, bijlage 2 inzake overgangsbepalingen en bijlage 3 inzake de EU-luchtvaartwetgeving die door Georgië moet worden overgenomen. |

Rechtsgrondslag Artikel 207, lid 5, in samenhang met artikel 218, leden 2, 5 en 7, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie |

Subsidiariteitsbeginsel Het subsidiariteitsbeginsel is van toepassing voor zover het voorstel geen gebieden bestrijkt die onder de exclusieve bevoegdheid van de Unie vallen. |

De doelstellingen van het voorstel kunnen om de volgende redenen niet voldoende door de lidstaten worden verwezenlijkt. |

Door het sluiten van een Overeenkomst betreffende de totstandbrenging van een gemeenschappelijke luchtvaartruimte met Georgië wordt de EU-luchtvaartwetgeving uitgebreid tot Georgië. Georgië zal met name de EU-wetgeving op belangrijke gebieden als veiligheid, beveiliging en luchtverkeersbeheer overnemen. De Overeenkomst vervangt de bestaande regelingen tussen Georgië en individuele lidstaten. De Overeenkomst creëert uniforme voorwaarden voor markttoegang voor alle EU-luchtvaartmaatschappijen tegelijk en voert nieuwe regelingen in voor regelgevende samenwerking tussen de Europese Unie en Georgië op gebieden die van essentieel belang zijn voor een veilige, beveiligde en efficiënte exploitatie van luchtdiensten. Deze regelingen zijn alleen mogelijk op EU-niveau, omdat het hier gaat om een aantal gebieden waarvoor uitsluitend de Unie bevoegd is. |

De doelstellingen van het voorstel kunnen om de volgende reden(en) beter door een optreden van de Unie worden verwezenlijkt. |

De Overeenkomst voorziet in de gelijktijdige uitbreiding van haar bepalingen tot de 27 lidstaten, waarbij dezelfde regels zonder discriminatie van toepassing zijn op en ten goede komen aan alle EU-luchtvaartmaatschappijen, ongeacht hun land van herkomst. De luchtvaartmaatschappijen kunnen dan vrij vluchten uitvoeren vanuit ieder punt in de Europese Unie naar ieder punt in Georgië, hetgeen nu niet het geval is. |

Dankzij de opheffing van alle markttoegangsbeperkingen tussen de EU en Georgië zullen niet alleen nieuwe spelers op de markt komen en kansen ontstaan om naar onvoldoende bediende luchthavens te vliegen, maar zal ook de consolidatie tussen EU-luchtvaartmaatschappijen worden bevorderd. |

De Overeenkomst garandeert dat alle EU-luchtvaartmaatschappijen toegang krijgen tot commerciële opportuniteiten, zoals de mogelijkheid om vrij prijzen vast te stellen. Een andere doelstelling van het mandaat is een gelijk speelveld te creëren voor alle EU- en Georgische luchtvaartmaatschappijen; hiervoor is intensieve samenwerking op regelgevingsgebied vereist, hetgeen alleen mogelijk is op het niveau van de Unie. |

Het voorstel is derhalve in overeenstemming met het subsidiariteitsbeginsel. |

Evenredigheidsbeginsel Het voorstel is om de volgende reden(en) in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel. |

Er wordt een Gemengd Comité opgericht voor het bespreken van kwesties met betrekking tot de tenuitvoerlegging van de Overeenkomst. Dat comité zal overleg over nieuwe initiatieven of ontwikkelingen op het gebied van wet- en regelgeving bevorderen en mogelijke gebieden voor verdere uitbreiding van de Overeenkomst bekijken. Het Gemengd Comité zal worden samengesteld uit vertegenwoordigers van de Commissie en de lidstaten. |

De lidstaten blijven hun traditionele administratieve taken met betrekking tot internationaal luchtvervoer uitvoeren, maar in het kader van gemeenschappelijke regels die uniform worden toegepast. |

Keuze van instrumenten |

Voorgesteld instrument: internationale overeenkomst |

Andere instrumenten zouden om de volgende reden(en) ongeschikt zijn. Externe luchtvaartbetrekkingen kunnen alleen kracht worden bijgezet door internationale overeenkomsten. |

4. Gevolgen voor de begroting |

Het voorstel heeft geen gevolgen voor de EU-begroting. |

2010/0184 (NLE)

Voorstel voor een

besluit van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten van de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen,

Inzake de ondertekening en voorlopige toepassing van de Overeenkomst betreffende de totstandbrenging van een Europese gemeenschappelijke luchtvaartruimte tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en Georgië, anderzijds

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE EN DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN VAN DE LIDSTATEN IN HET KADER VAN DE RAAD BIJEEN,

Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name op artikel 207, lid 5, in samenhang met artikel 218, leden 2, 5 en 7,

Overwegende hetgeen volgt:

1. De Commissie heeft, overeenkomstig het besluit van de Raad waarbij de Commissie wordt gemachtigd om onderhandelingen te openen, namens de Unie en de lidstaten onderhandeld over een Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke luchtvaartruimte met Georgië (hierna de "Overeenkomst" genoemd).

2. De Overeenkomst is op 5 maart 2010 geparafeerd.

3. Onder voorbehoud van sluiting op een later tijdstip dient de Overeenkomst waarover de Commissie heeft onderhandeld te worden ondertekend en voorlopig te worden toegepast door de Unie en de lidstaten.

4. Er moeten procedures worden vastgesteld om te besluiten hoe de voorlopige toepassing van de Overeenkomst moet worden opgeschort, voor zover van toepassing. Voorts moeten passende procedures worden vastgesteld voor de deelname door de Unie en de lidstaten aan het uit hoofde van artikel 22 van de Overeenkomst opgerichte Gemengd Comité en aan de bij artikel 23 van de Overeenkomst voorziene arbitrageprocedures, alsmede voor de tenuitvoerlegging van sommige bepalingen van de Overeenkomst betreffende beveiliging en veiligheid,

HEBBEN HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1 (Ondertekening)

1. De ondertekening van de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke luchtvaartruimte tussen de Europese Unie en haar lidstaten enerzijds en Georgië anderzijds, (hierna de Overeenkomst genoemd), wordt hierbij goedgekeurd namens de Unie, onder voorbehoud van het besluit van de Raad betreffende de sluiting van de Overeenkomst. De tekst van de Overeenkomst is aan dit besluit gehecht.

2. De voorzitter van de Raad wordt hierbij gemachtigd de persoon (personen) aan te wijzen die bevoegd is (zijn) om namens de Unie de Overeenkomst te ondertekenen, onder voorbehoud van sluiting.

Artikel 2 (Voorlopige toepassing)

In afwachting van de inwerkingtreding van de Overeenkomst wordt ze, overeenkomstig de toepassing van de nationale wetgeving, voorlopig toegepast door de Unie en de lidstaten vanaf de eerste dag van de maand volgende op de datum van de laatste mededeling waarbij de partijen elkaar in kennis hebben gesteld van de voltooiing van de procedures die nodig zijn om de Overeenkomst voorlopig toe te passen.

Artikel 3 (Gemengd Comité)

1. De Europese Unie en de lidstaten worden in het bij artikel 22 van de Overeenkomst opgerichte Gemengd Comité vertegenwoordigd door vertegenwoordigers van de Europese Commissie en de lidstaten.

2. Het door de Europese Unie en haar lidstaten in het Gemengd Comité in te nemen standpunt inzake onder de exclusieve bevoegdheid van de EU vallende zaken die geen besluit met juridische gevolgen vereisen, wordt vastgesteld door de Europese Commissie en vooraf aan de Raad en de lidstaten meegedeeld.

3. Voor beslissingen van het Gemengd Comité die onder de bevoegdheid van de EU vallen, wordt het door de Europese Unie en haar lidstaten in te nemen standpunt vastgesteld door de Raad die, op voorstel van de Commissie, met gekwalificeerde meerderheid van stemmen besluit, tenzij de in de EU-Verdragen opgenomen stemprocedures anders bepalen.

4. Voor beslissingen van het Gemengd Comité die onder de bevoegdheid van de lidstaten vallen, wordt het door de Europese Unie en haar lidstaten in te nemen standpunt vastgesteld door de Raad die, op voorstel van de Europese Commissie, met eenparigheid van stemmen besluit, tenzij een lidstaat het secretariaat-generaal van de Raad binnen één maand na de vaststelling van dat standpunt heeft meegedeeld dat hij alleen met de door het Gemengd Comité te nemen beslissing kan instemmen als zijn wetgevende instanties daarmee akkoord gaan.

Artikel 4 (Arbitrage)

1. De Commissie vertegenwoordigt de Unie en de lidstaten in arbitrageprocedures overeenkomstig artikel 23 van de Overeenkomst.

2. Het besluit om de toepassing van voordelen overeenkomstig artikel 23 op te schorten, wordt genomen door de Raad op basis van een voorstel van de Commissie. De Raad besluit met gekwalificeerde meerderheid van stemmen.

3. Iedere andere krachtens artikel 23 van de Overeenkomst te nemen maatregel inzake aangelegenheden die onder de bevoegdheid van de EU vallen, wordt genomen door de Commissie, bijgestaan door een bijzonder comité van door de Raad benoemde vertegenwoordigers van de lidstaten.

Artikel 5 (Kennisgeving aan de Commissie)

1. De lidstaten stellen de Commissie van tevoren in kennis van het voornemen om de vergunning van een Georgische luchtvaartmaatschappij overeenkomstig artikel 5 van de Overeenkomst te weigeren, in te trekken, op te schorten of te beperken.

2. De lidstaten stellen de Commissie onmiddellijk in kennis van verzoeken of aanmeldingen die zij uit hoofde van artikel 14 (Veiligheid van de luchtvaart) van de Overeenkomst hebben gedaan of ontvangen.

3. De lidstaten stellen de Commissie onmiddellijk in kennis van verzoeken of aanmeldingen die zij uit hoofde van artikel 15 (Beveiliging van de luchtvaart) van de Overeenkomst hebben gedaan of ontvangen.

Gedaan te Brussel, op [.]

Voor de Raad

De Voorzitter [.]