Home

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden /* COM/2012/0285 final - 2012/0149 (NLE) */


TOELICHTING

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Omwille van de nodige rechtszekerheid en homogeniteit van de interne markt moet het Gemengd Comité van de EER alle belangrijke EU-wetgeving zo spoedig mogelijk na de vaststelling ervan in de EER-Overeenkomst opnemen en het voor de EER-EVA-staten mogelijk maken aan voor de EER relevante EU-acties of ‑programma's deel te nemen.

2. RESULTATEN VAN DE RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDE PARTIJEN EN EFFECTBEOORDELINGEN

Het ontwerpbesluit van het Gemengd Comité van de EER in de bijlage bij het voorstel voor een besluit van de Raad betreft een wijziging van Protocol 31 bij de EER-Overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden, zodat de EER-EVA-staten kunnen blijven deelnemen aan uit de algemene begroting van de Unie gefinancierde EU-acties met betrekking tot de tenuitvoerlegging, de werking en de ontwikkeling van de interne markt.

3. JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET VOORSTEL

Overeenkomstig artikel 1, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2894/94 van de Raad houdende bepaalde wijzen van toepassing van de EER-Overeenkomst stelt de Raad met betrekking tot dit soort besluiten op voorstel van de Commissie het standpunt van de Unie vast.

De Commissie dient het ontwerpbesluit van het Gemengd Comité van de EER bij de Raad in met het oog op vaststelling van het standpunt van de Unie. De Commissie hoopt dit standpunt zo spoedig mogelijk in het Gemengd Comité van de EER te kunnen uiteenzetten.

2012/0149 (NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 114, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien Verordening (EG) nr. 2894/94 van de Raad van 28 november 1994 houdende bepaalde wijzen van toepassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte[1], en met name artikel 1, lid 3,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte[2] (hierna "de EER-overeenkomst" genoemd) is op 1 januari 1994 in werking getreden.

(2) Volgens artikel 98 van de Overeenkomst kan het Gemengd Comité van de EER besluiten de bepalingen van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst te wijzigen.

(3) Protocol 31 bij de EER-overeenkomst bevat bepalingen en regelingen betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden.

(4) Het is wenselijk om de samenwerking tussen de overeenkomstsluitende partijen bij uit de algemene begroting van de Europese Unie gefinancierde acties van de Europese Unie met betrekking tot de tenuitvoerlegging, de werking en de ontwikkeling van de interne markt voort te zetten.

(5) Protocol 31 bij de EER-overeenkomst dient daarom te worden gewijzigd, teneinde voortzetting van de samenwerking na 31 december 2011 mogelijk te maken.

(4) Het standpunt van de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER moet dan ook worden gebaseerd op het in de bijlage opgenomen ontwerpbesluit,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het door de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt met betrekking tot de voorgestelde wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst is gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van dat Comité.

Kleine wijzigingen van het ontwerpbesluit kunnen worden goedgekeurd door de vertegenwoordigers van de Unie het Gemengd Comité van de EER zonder nader besluit van de Commissie.

Artikel 2

Na vaststelling wordt het besluit van het Gemengd Comité van de EER bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel,

Voor de Raad

De voorzitter

BIJLAGE

Ontwerp

BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER Nr.

van

tot wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, gewijzigd bij het Protocol tot aanpassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, hierna “de Overeenkomst” genoemd, en met name de artikelen 86 en 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Protocol 31 bij de Overeenkomst werd gewijzigd bij Besluit nr. …/... van het Gemengd Comité van de EER van …[3].

(2) Het is wenselijk om de samenwerking tussen de overeenkomstsluitende partijen bij uit de algemene begroting van de Unie gefinancierde acties van de Unie met betrekking tot de tenuitvoerlegging, de werking en de ontwikkeling van de interne markt voort te zetten.

(3) Protocol 31 bij de Overeenkomst moet dan ook worden gewijzigd, teneinde voortzetting van de samenwerking na 31 december 2011 mogelijk te maken,

BESLUIT:

Artikel 1

Artikel 7 van Protocol 31 bij de Overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1. In lid 6 worden de woorden “jaren 2004, 2005, 2006, 2007, 2008, 2009, 2010 en 2011” vervangen door de woorden “jaren 2004, 2005, 2006, 2007, 2008, 2009, 2010, 2011 en 2012”.

2. In lid 7 worden de woorden „jaren 2006, 2007, 2008, 2009, 2010 en 2011” vervangen door de woorden „jaren 2006, 2007, 2008, 2009, 2010, 2011 en 2012”.

3. In lid 8 worden de woorden “jaren 2008, 2009, 2010 en 2011” vervangen door de woorden “jaren 2008, 2009, 2010, 2011 en 2012”.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag volgende op die van de laatste kennisgeving aan het Gemengd Comité van de EER zoals bedoeld in artikel 103, lid 1, van de Overeenkomst*.

Het is van toepassing vanaf 1 januari 2012.

Artikel 3

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, op … .

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter De secretarissen van het Gemengd Comité van de EER

[1] PB L 305 van 30.11.1994, blz. 6.

[2] PB L 1 van 3.1.1994, blz. 3.

[3] PB L …

* [Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.] [Grondwettelijke vereisten aangegeven.]