Home

Bekendmaking van een wijzigingsaanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

Bekendmaking van een wijzigingsaanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

3.3.2012

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 64/19


Bekendmaking van een wijzigingsaanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

2012/C 64/15

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad(1) bezwaar aan te tekenen tegen de wijzigingsaanvraag. Bezwaarschriften moeten de Commissie bereiken binnen zes maanden te rekenen vanaf de datum van deze bekendmaking.

WIJZIGINGSAANVRAAG

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

WIJZIGINGSAANVRAAG OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 9

PROVOLONE VALPADANA

EG-nummer: IT-PDO-0217-0021-27.01.2010

BOB ( X ) BGA ( )

1. Rubriek van het productdossier waarop de wijziging betrekking heeft:

Naam van het product

Image

Beschrijving van het product

Image

Geografisch gebied

Bewijs van de oorsprong

Image

Werkwijze voor het verkrijgen van het product

Verband

Image

Etikettering

Image

Nationale eisen

Overige (nader aan te geven)

2. Aard van de wijziging:

Wijziging van het enige document of de samenvatting

Image

Wijziging van het productdossier voor een geregistreerde BOB of BGA waarvoor geen enig document en ook geen samenvatting is bekendgemaakt

Wijziging van het productdossier waarbij geen wijziging van het bekendgemaakte enige document nodig is (artikel 9, lid 3, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

Tijdelijke wijziging van het productdossier als gevolg van een verplichte gezondheids- of fytosanitaire maatregel die is opgelegd door de overheid (artikel 9, lid 4, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

3. Wijziging(en):

Art. 3 van het DMP van 9 april 1993, waarbij de oorsprongsbenaming voor Provolone Valpadana is ingevoerd, vormt samen met de bij de besluiten van de Commissie gevoegde documenten de tekst van het productdossier op basis waarvan de erkenning van de benaming in de Europese Unie is verkregen bij Verordening (EG) nr. 1107/96).

Zoals alle destijds vastgestelde productdossiers is dit productdossier uiterst inconsistent en bleken sommige productiestadia weinig gedetailleerd. De in 1993 toegezonden documenten bevatten dan ook een reeks aanduidingen die betrekking hebben op de diverse punten van art. 4 van Verordening (EEG) nr. 2081/92; er bestond reeds lang behoefte aan een tekst die niet beschrijvend, maar wel duidelijk en nuttig is voor producenten, consumenten en controleorganen.

Een aantal stadia is derhalve nader gespecificeerd en er is voorzien in parameters om cijfergegevens weer te geven. Voorts is er een gedetailleerdere beschrijving van het voeder van de koeien.

Zo is bijvoorbeeld gewezen op de noodzaak om aan te geven dat de melk binnen 60 uur na het melken moet worden opgehaald, en dat de belangrijke rol van autochtone melkzuurbacteriën moet worden verduidelijkt (Provolone Valpadana is één van de weinige kazen met een BOB waarvoor bij de bereiding gebruik wordt gemaakt van wei van de vorige bewerking).

3.1. Beschrijving van het product:

1.

Het minimum- en maximumgewicht zijn vervangen door nader gespecificeerde gewichtsklassen met de corresponderende rijpingsduur. De initiële gewichtsklassen waren moeilijk verenigbaar met de realiteit van de sterk veranderde markt. De schrapping van verwijzingen naar het gewicht heeft bovendien te maken met het feit dat de rijping nauwkeuriger wordt aangegeven en dat een duidelijker onderscheid wordt gemaakt tussen zacht en pikant.

2.

Voorts is bepaald dat de zachte soort, die bestemd is om in porties te worden verdeeld en vervolgens te worden verpakt, zonder korst in de handel mag worden gebracht. Zo kan de kaas onmiddellijk worden gebruikt zonder voorafgaande bewerkingen, en wordt het versnijden en verpakken vergemakkelijkt.

3.

Er is een maximumwaarde voor het watergehalte ingevoerd. De aanduiding van het maximale watergehalte is een belangrijke verplichting voor de producent, omdat de bedrijven hierdoor bepaalde parameters in acht moeten nemen zonder dewelke de kaas zou kunnen worden verward met generieke producten zoals kazen met een geknede wrongel, of zelfs met een scamorza.

4.

Het vetgehalte in de droge stof mag niet minder bedragen dan 44 % en niet meer dan 54 %. Deze precisering was noodzakelijk omdat in het productdossier van 1993 één enkele procentuele waarde voor het vetgehalte in de droge stof was vastgesteld, waarbij geen rekening was gehouden met het effect van een aantal variabelen in het productieproces. Het voorgestelde interval, dat beantwoordt aan de realiteit van de productie van melkproducten, is gebaseerd op technische aspecten zoals de seizoenvariabiliteit van de chemische samenstelling van de melk in termen van vet en eiwitten, alsook de mogelijke variabiliteit van de samenstelling van de kaas tijdens het rijpingsproces.

3.2. Productiegebied:

Er zijn twee gemeenten toegevoegd: Nogaredo en Nomi in de autonome provincie Trento. Deze twee gemeenten hebben altijd al deel uitgemaakt van het productiegebied dat, zoals duidelijk kan worden opgemaakt uit de bij het dossier gevoegde kaarten, uniek blijft. Het feit dat de gemeenten Nogaredo en Nomi door een vergissing ontbreken in het DMP van 21 augustus 1993, zou de continuïteit van het geografisch gebied ten onrechte verbreken en zou niet in overeenstemming zijn met de documenten van 1994, die ten grondslag liggen aan de registratie van de benaming, en evenmin met de besluiten van de Europese Commissie.

Bovendien wordt gemeld dat de in artikel 2 van het DMP van 21 augustus 1993 genoemde gemeenten, die eerst tot de provincie Milaan behoorden, voortaan tot de provincie Lodi behoren, die is ingesteld bij wetsdecreet nr. 251 van 6 maart 1992 ter uitvoering van wet nr. 142 van 8 juni 1990 (art. 63). Het productdossier is bijgevolg aangepast.

3.3. Werkwijze voor het verkrijgen van het product:

Met betrekking tot andere aspecten wordt een aantal preciseringen aangebracht.

1.

Provolone Valpadana wordt verkregen uit rauwe volle koemelk die voor de zachte soort een warmtebehandeling mag ondergaan tot de kaas volledig gepasteuriseerd is; de pikante soort mag een thermisatie ondergaan als warmtebehandeling.

Deze warmtebehandelingen werden reeds toegepast vóór de erkenning van de BOB en komen tegemoet aan de doelstelling om de hygiëne van het product te garanderen, de ziektekiemen te vernietigen, de rijpingsprocessen met de voor het product kenmerkende micro-organismen te beheersen en de kwaliteit van de kaas wat betreft uiterlijke kenmerken, smaak, probiotische en voedingskenmerken, te verbeteren.

De zachte soort mag een warmtebehandeling ondergaan (pasteurisatie: opwarming van de melk tot 72 °C gedurende 15 seconden — fosfataseproef negatief) wanneer een intensieve preventieve microbiologische behandeling van de grondstof vereist is. Het betreft namelijk een kaas met een korte rijpingsperiode. Bij de warmtebehandeling voor de pikante soort (thermisatie, eenvoudige opwarming tot niet meer dan 55 °C gedurende 5/10 seconden — fosfataseproef positief) blijven de organoleptische en kwalitatieve kenmerken van de melk nagenoeg behouden omdat de rijping van de pikante Provolone Valpadana op zich abnormale fermentatie tegengaat en eventuele andere verontreinigende micro-organismen vernietigt.

2.

Het coagulatiestadium wordt nader beschreven. Er zijn twee soorten Provolone Valpadana (zacht en pikant). Voor elk van de soorten is aangegeven welk stremsel wordt gebruikt.

3.

Het stadium waarin de kaas hard wordt, wordt nader beschreven. De onderdompeling in koud of gekoeld water is essentieel om een snellere afkoeling van de kaas te garanderen en ongewenste laattijdige zwelling te voorkomen.

4.

Het stadium van het drogen wordt nader beschreven. Ook het drogen speelt een niet onbelangrijke rol bij het voorkomen van laattijdige zwelling.

5.

De minimale rijpingsduur is gereduceerd omdat uit commerciële overwegingen de voorkeur wordt gegeven aan kleinere kazen die bijgevolg minder lang moeten rijpen. Deze beperking van de minimale rijpingsperiode van 30 tot 10 dagen is aangewezen omdat de organoleptische kenmerken bij kleine kazen (maximaal 6 kg) reeds aanwezig zijn na afloop van de aangegeven periode. Op dat ogenblik is het verschil met generieke producten (kazen met een geknede wrongel) merkbaar en kan op de markt een kaas worden aangeboden die reeds specifieke, unieke parameters bezit.

6.

Voorts is voorzien in de mogelijkheid van behandelingen in de loop van het rijpingsproces om de vorming van schimmels en mijten op het oppervlak van de Provolone Valpadana tegen te gaan. Hierbij worden materialen met schimmelwerende stoffen of plastic of paraffine rond de kaas aangebracht. Hoewel deze materialen het product volledig bedekken, laten zij de kaas toch zweten, zonder dat dit van invloed is op de natuurlijke rijpingsprocessen.

3.4. Etikettering:

1.

Het gedeelte waarin wordt verwezen naar de benaming en de aanbiedingsvorm van het product bij het in de handel brengen, wordt gedetailleerd. Deze wijziging was noodzakelijk om de consument duidelijker en nauwkeuriger te kunnen informeren.

ENIG DOCUMENT

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

PROVOLONE VALPADANA

EG-nummer: IT-PDO-0217-0021-27.01.2010

BGA ( ) BOB ( X )

1. Naam:

„Provolone Valpadana”

2. Lidstaat of derde land:

Italië

3. Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel:

3.1. Productcategorie:

Categorie 1.3.

Kaas

3.2. Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is:

„Halfharde kaas met een geknede wrongel, bereid uit rauwe volle koemelk die in het oorsprongsgebied binnen 60 uur wordt opgehaald, met een natuurlijk zuurgehalte door gisting, die de volgende warmtebehandelingen mag ondergaan:

voor de zachte soort: volledige pasteurisatie;

voor de pikante soort: thermisatie”.

De rijpingsperiode kan variëren:

tot 6 kg: rijpingsduur van ten minste 10 (tien) dagen;

meer dan 6 kg: rijpingsduur van ten minste 30 (dertig) dagen;

meer dan 15 kg (uitsluitend voor de pikante soort): rijpingsduur van ten minste 90 (negentig) dagen;

meer dan 30 kg, met het merkteken P.V.S., voor de pikante soort: rijpingsduur van meer dan 8 maanden.

De kaas mag worden gerookt.

Het gewicht varieert naar gelang van de vorm.

De kaas kan verschillende vormen hebben: de vorm van een worst, een meloen, een kegel of een peer met een bolvormig hoofd („fiaschetta”); de buitenzijde kan lichte inkepingen vertonen op de plaatsen waar het verstevigende touw is aangebracht.

De korst is glad, dun, lichtgeel tot goudkleurig en soms geelbruin. Voorts mag bij de zachte soort, die bestemd is om in porties te worden verdeeld, de korst ontbreken.

De kaasmassa is doorgaans compact en mag gaatjes vertonen; de soort met een korte rijpingsperiode mag kleine scheurtjes vertonen; bij de soort met een lange rijpingsperiode is dit meer uitgesproken; de kaasmassa is doorgaans strogeel van kleur.

Provolone Valpadana met een rijpingsduur tot drie maanden heeft een delicate smaak, die pikanter wordt naarmate de rijpingsduur toeneemt of wanneer gebruik is gemaakt van stremsel van geitenlammeren of lammeren, apart of samen.

Het maximale watergehalte mag niet meer bedragen dan:

46 % voor alle zachte soorten en voor de pikante soort tot 6 kg;

43 % voor pikante soorten van meer dan 6 kg.

Het vetgehalte in de droge stof mag niet minder bedragen dan 44 % en niet meer dan 54 %.

3.3. Grondstoffen (alleen voor verwerkte producten):

Melk, stremsel, zout

3.4. Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong):

Het basisvoer van de melkkoeien, dat bestaat uit verse of gedroogde voedergewassen, diervoeder en krachtvoer, moet voor ten minste 50 % afkomstig zijn uit het oorsprongsgebied en is bestemd voor lacterende koeien, droogstaande koeien en koekalveren van meer dan zeven maanden oud. Minstens 75 % van de droge stof van de voedergewassen van het dagelijkse rantsoen moet afkomstig zijn van voedergewassen die geproduceerd zijn in het productiegebied. Toegestane voedergewassen zijn: verse voedergewassen van blijvend of tijdelijk grasland, voederplanten, hooi van op het veld gedroogde voederplanten, stro van granen, kuilvoer, fijngesneden voedergewassen, hooi uit silo's. Toegestane diervoeders zijn: graangewassen en afgeleide producten daarvan, zoals maïskoeken, oliehoudende zaden en afgeleide producten daarvan, wortel- en knolgewassen, droog voeder, afgeleide producten van de suikerindustrie waaronder melasse en/of afgeleide producten, uitsluitend als technische hulpstoffen en smaakversterkers voor maximaal 2,5 % van de droge stof van het dagelijkse rantsoen. Toegestaan zijn ook: zaden van peulvruchten en gedroogd johannesbroodschroot en daarvan afgeleide producten, vetten, wettelijk toegestane minerale zouten en additieven zoals vitaminen, spoorelementen, aminozuren, wettelijk toegestane aromatische stoffen en antioxidanten (alleen natuurlijke of natuuridentieke). In voormengsels mag ook inactief biergist worden gebruikt.

3.5. Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden:

Alle onderdelen van het productieproces moeten in het afgebakende geografische gebied plaatsvinden.

3.6. Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz:

3.7. Specifieke voorschriften betreffende de etikettering:

Alle hele kazen moeten het logo van de beschermde oorsprongsbenaming Provolone Valpadana dragen, dat moet op een geschikte ondergrond worden aangebracht (metaal, plastic).

Het merkteken moet worden aangebracht wanneer de kazen in de rijpingsruimten worden opgeslagen.

Alvorens als hele kaas in de handel te worden gebracht, kan Provolone Valpadana worden gepersonaliseerd met papierstrookjes, etiketten, zakjes of gelijkwaardig materiaal. In al deze gevallen moeten het logo en de volledige vermelding van de beschermde oorsprongsbenaming „Provolone Valpadana” worden aangebracht op minstens een zesde van de door het handelsmerk ingenomen ruimte, behalve voor de kazen tot 6 kg.

Wanneer op de kazen met inkt een stempel is gezet, moet binnen de bovengenoemde grenzen de benaming „Provolone Valpadana” worden aangegeven. In dat geval is het logo van het product niet verplicht.

Voor de pikante soort kunnen producenten van Provolone Valpadana na de achtste rijpingsmaand verzoeken het brandmerk „P.V.S.” aan te brengen (Provolone Valpadano Stagionato — gerijpte Provolone Valpadano). Hiertoe moet de kaas een technische controle door specialisten ondergaan, op uitdrukkelijk verzoek en op kosten van de producent. De selectieproef heeft betrekking op het uitzicht van de kaas (hij mag geen barsten vertonen en moet homogeen klinken bij de kloptest), de structuur van de kaasmassa (met scheurtjes, zonder gaten en niet elastisch), de kleur (wit tot strogeel), de smaak (licht pikant en niet gezouten) en het aroma (intens in combinatie met de geur).

Het logo met de benaming moet worden aangebracht op voor de eindgebruiker bestemde verpakkingen en moet ten minste 10 % van de beschikbare ruimte innemen. De benaming Provolone Valpadana moet met dezelfde lettertekens worden aangegeven. De aanduiding „Denominazione d’Origine Protetta” kan worden vervangen door het EU-logo.

Een monochroom logo is ook toegestaan.

4. Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied:

Het hele grondgebied van de provincies Cremona, Brescia, Verona, Vicenza, Rovigo, Padova en Piacenza en een aantal aangrenzende gemeenten van de provincies Bergamo, Mantova en Lodi en van de autonome provincie Trento vormen één enkel geografisch gebied.

5. Verband met het geografische gebied:

5.1. Specificiteit van het geografische gebied:

Het geografische productiegebied omvat een deel van de Povlakte en wordt gekenmerkt door een omvangrijke productie van voedergewassen, grote beschikbare hoeveelheden melk en weersomstandigheden die bijzonder geschikt zijn voor de voeding en het houden van melkkoeien. Deze milieufactoren hebben in het productiegebied de voorwaarden voor de productie van Provolone Valpadana gecreëerd.

Provolone Valpadana is een kaas met een geknede wrongel en hoewel deze kaassoort haar oorsprong vindt in Zuid-Italië, heeft zij zich ook ontwikkeld in Noord-Italië dankzij de know-how van de kaasmakerijen in de Povlakte, die over de nodige technische kennis en grondstoffen beschikken. Van bijzonder belang bij de productie van Provolone Valpadana zijn het gebruik van natuurlijke wei die afkomstig is van de resterende wei van de vorige bewerking, de knowhow van de kaasmakerijen in het gebied om de verschillende stremsels (van lammeren, geitenlammeren en kalf) deskundig te gebruiken, en de behendigheid en expertise in de stadia van het kneden en het bewerken van de kaasmassa.

5.2. Specificiteit van het product:

Na een rijpingsduur van drie maanden wordt Provolone Valpadana gekenmerkt door een delicate, fijne smaak, die meer uitgesproken tot pikant wordt naarmate de rijpingsduur toeneemt en naargelang van het gebruikte stremsel. Provolone Valpadana kan de vorm hebben van een worst, een meloen, een kegel of een peer, en kan tot meer dan 30 kg wegen. De kaasmassa is compact, maar niet droog, waardoor zij zich onderscheidt van die van kazen met een geknede wrongel uit Zuid-Italië, die door hun kleine afmetingen slechts kunnen rijpen en pikant kunnen worden door te drogen en zo raspkaas te worden.

5.3. Causaal verband tussen het geografische gebied en de kwaliteit of de kenmerken van het product (voor een BOB) dan wel van een bepaalde hoedanigheid, de faam of een ander kenmerk van het product (voor een BGA):

Provolone Valpadana wordt in het afgebakende geografische gebied reeds geproduceerd sinds de tweede helft van de 19e eeuw, en hoewel deze kaassoort met een geknede wrongel van oorsprong is uit het zuiden, heeft zij zich in de 20e eeuw ontwikkeld als een Noord-Italiaans product, zoals blijkt uit werken van Besana (1916) en Fascetti (1923).

De verspreiding van de productie van Provolone Valpadana werd in de hand gewerkt door de technische vaardigheden van de kaasmakerijen in de Povlakte, die destijds tot ontwikkeling kwamen dankzij de kenmerken van het geografische gebied, die bijzonder geschikt waren voor de melkveehouderij, en dankzij de grote voor verwerking beschikbare hoeveelheden melk. Kenmerkend voor de productiemethode van Provolone Valpadana is het gebruik van de wei van de vorige bewerking als natuurlijke wei voor de volgende bewerking. Dit proces wordt slechts weinig toegepast in de kaasproductie en is dus kenmerkend voor het gebied en voor de productiemethode van Provolone Valpadana. De verfijning van de productietechnieken heeft gevolgen gehad voor een aantal handelskenmerken zoals de variëteit aan vormen en afmetingen van Provolone Valpadana, zonder evenwel de fundamentele kenmerken te veranderen. Deze verschillende vormen en afmetingen zijn te danken aan de vaardigheden van de kaasmakers in het geografische gebied, die de kaasmassa zo kneedbaar maken dat verschillende vormen en (zelfs aanzienlijke) afmetingen mogelijk zijn. Deze handelskenmerken houden verband met het geografische productiegebied omdat het in dit gebied is dat zij zich hebben ontwikkeld en zijn overgedragen. Het naast elkaar bestaan van twee verschillende soorten (zacht en pikant) is te danken aan het feit dat verschillende stremsels worden gebruikt, waardoor Provolone Valpadana ondanks gelijksoortige verwerkingsprocessen zowel de typische delicate als een pikante smaak kan hebben, met respectievelijk formaten met een laag gewicht en een kortere rijping, en formaten met een aanzienlijk gewicht en een langere rijping, en met een compacte kaasmassa die nooit zo droog is dat de kaas moet worden geraspt zoals bij de typische kazen met een geknede wrongel uit het zuiden wel het geval is.

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier:

(Artikel 5, lid 7, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

De bevoegde instantie heeft de in artikel 5, lid 5, van Verordening (EG) nr. 510/2006 bedoelde nationale bezwaarprocedure met de bekendmaking van het voorstel tot wijziging van de beschermde oorsprongsbenaming „Provolone Valpadana” in het staatsblad van de Italiaanse Republiek (Gazzetta Ufficiale della Repubblica Italiana) nr. 291 van 15 december 2009.

De geconsolideerde tekst van het productdossier kan worden geraadpleegd via de volgende link:

http://www.politicheagricole.it/flex/cm/pages/ServeBLOB.php/L/IT/IDPagina/3335

of

rechtstreeks via de hompage van het ministerie van Landbouw-, levensmiddelen- en bosbouwbeleid (http://www.politicheagricole.it); klikken op „Qualità e sicurezza” (bovenaan rechts op het scherm) en vervolgens op „Disciplinari di Produzione all’esame dell’UE”.