Consistent beleid ten aanzien van regimes waartegen de EU restrictieve maatregelen heeft vastgesteld Aanbeveling van het Europees Parlement aan de Raad van 2 februari 2012 betreffende een consistent beleid ten aanzien van autoritaire regimes waartegen de EU restrictieve maatregelen heeft vastgesteld wanneer deze persoonlijke en commerciële belangen in lidstaten van de Unie uitoefenen (2011/2187(INI))
Consistent beleid ten aanzien van regimes waartegen de EU restrictieve maatregelen heeft vastgesteld Aanbeveling van het Europees Parlement aan de Raad van 2 februari 2012 betreffende een consistent beleid ten aanzien van autoritaire regimes waartegen de EU restrictieve maatregelen heeft vastgesteld wanneer deze persoonlijke en commerciële belangen in lidstaten van de Unie uitoefenen (2011/2187(INI))
20.8.2013 | NL | Publicatieblad van de Europese Unie | CE 239/11 |
Donderdag 2 februari 2012
Consistent beleid ten aanzien van regimes waartegen de EU restrictieve maatregelen heeft vastgesteld
P7_TA(2012)0018
Aanbeveling van het Europees Parlement aan de Raad van 2 februari 2012 betreffende een consistent beleid ten aanzien van autoritaire regimes waartegen de EU restrictieve maatregelen heeft vastgesteld wanneer deze persoonlijke en commerciële belangen in lidstaten van de Unie uitoefenen (2011/2187(INI))
2013/C 239 E/02
Het Europees Parlement,
— | gezien de ontwerpaanbeveling aan de Raad, ingediend door Graham Watson namens de ALDE-Fractie, over een consistent beleid ten aanzien van autoritaire regimes waartegen de EU restrictieve maatregelen heeft vastgesteld wanneer deze persoonlijke en commerciële belangen in lidstaten van de Unie uitoefenen (B7-0235/2011), |
— | gezien het Handvest van de VN en in het bijzonder de artikelen 1 en 25 en, in Hoofdstuk VII, de artikelen 39 en 41, |
— | gezien de mensenrechtenverdragen van de Verenigde Naties en de facultatieve protocollen, |
— | gezien het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en de twee facultatieve protocollen, |
— | gezien het Europees Verdrag voor de bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (Europees Mensenrechtenverdrag), |
— | gezien resolutie 1674 van de VN-Veiligheidsraad van 28 april 2006, waarin de conclusies van het slotdocument van de Wereldtop van 2005 met betrekking tot de verantwoordelijkheid om bevolkingen tegen genocide, oorlogsmisdaden, etnische zuivering en misdaden tegen de menselijkheid te beschermen, worden bekrachtigd, |
— | gezien het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, |
— | gezien de Europese veiligheidsstrategie (EVS) getiteld "Een veilig Europa in een betere wereld", door de Europese Raad vastgesteld op 12 december 2003, |
— | gezien de resoluties van de VN-Veiligheidsraad 1267 (1999) over de situatie in Afghanistan en 1371 (2001) over de situatie in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, |
— | gezien artikel 21, lid 2, en de artikelen 22 en 36 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU), |
— | gezien artikel 215 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, |
— | gezien Kaderbesluit 2003/577/JBZ van de Raad van 22 juli 2003 inzake de tenuitvoerlegging in de Europese Unie van beslissingen tot bevriezing van voorwerpen of bewijsstukken(1), |
— | gezien het Raadsdocument "Invoering van een „sanctie-samenstelling”" van de Werkgroep raden buitenlandse betrekkingen (RELEX/Sancties) van 22 januari 2004 (5603/2004), |
— | gezien het Raadsdocument "Fundamentele beginselen voor het gebruik van restrictieve maatregelen (sancties)" van 7 juni 2004 (10198/1/2004), |
— | gezien het arrest van het Europees Hof van Justitie in de zaak Yusuf en Al Barakaat International Foundation versus Raad en Commissie (ECR 11-3533(2005)), |
— | gezien Kaderbesluit 2006/783/JBZ van de Raad van 6 oktober 2006 inzake de toepassing van het beginsel van wederzijdse erkenning op beslissingen tot confiscatie(2), |
— | gezien het Raadsdocument "Beste praktijken van de EU inzake een doeltreffend gebruik van restrictieve maatregelen" van 9 juli 2007 (11679/2007), |
— | gezien het Raadsdocument "Uitvoering van Gemeenschappelijk Standpunt 2001/931/GBVB" van 21 juli 2007 (10826/1/2007), |
— | gezien het Raadsdocument "Actualisering van de beste praktijken van de EU voor de doeltreffende implementatie van restrictieve maatregelen" van 24 april 2008 (08666/1/2008), |
— | gezien gemeenschappelijk standpunt 2009/67/GBVB van de Raad van 26 januari 2009 inzake de actualisering van Gemeenschappelijk Standpunt 2001/931/GBVB betreffende de toepassing van specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme en houdende intrekking van gemeenschappelijk standpunt 2008/586/GBVB(3), |
— | gezien het Raadsdocument "Richtsnoeren inzake de implementatie en evaluatie van restrictieve maatregelen (sancties) in het kader van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de EU", in de laatste bijgewerkte versie van 15 december 2009 (17464/2009), |
— | gezien zijn resolutie van 4 september 2008 over de evaluatie van sancties van de EU als deel van optreden en beleid van de EU op het gebied van mensenrechten(4), |
— | gezien Richtlijn 2005/60/EG tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme(5), |
— | gezien de middelen voor buitenlands beleid van de lidstaten, |
— | gezien artikel 121, lid 3, van zijn Reglement, |
— | gezien het verslag van de Commissie buitenlandse zaken (A7-0007/2012), |
Algemene opmerkingen over de houding van de EU ten aanzien van autoritaire leiders
A. | overwegende dat het nieuwe artikel 21, lid 2, van het EU-Verdrag, zoals ingevoerd bij artikel 1, punt 24, van het Verdrag van Lissabon, bepaalt dat het optreden van de Unie in het teken staat van "de democratie, de rechtsstaat, de universaliteit en de ondeelbaarheid van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden, de eerbiediging van de menselijke waardigheid, de beginselen van gelijkheid en solidariteit en de naleving van de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties en het internationaal recht"; |
B. | overwegende dat sancties worden opgelegd met het oog op de verwezenlijking van de doelstellingen van het GBVB als vervat in artikel 21 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, die onder meer bevordering van de internationale vrede en veiligheid, eerbiediging van de mensenrechten, fundamentele vrijheden en de rechtsstaat, en consolidering van de democratie en behoorlijk bestuur omvatten; |
C. | overwegende dat sancties of restrictieve maatregelen in het kader van het GBVB worden beschouwd als geweldloze dwangmaatregelen, bv. wapenembargo's, handelssancties, financiële en economische sancties, het bevriezen van tegoeden, vluchtverboden, toelatingsbeperkingen, diplomatieke sancties, boycots van sportieve en culturele evenementen en de opschorting van samenwerking met een derde land; |
D. | overwegende dat de toepassing van sancties of restrictieve maatregelen alleen doeltreffend is in het kader van een coherente en alomvattende strategie van de Europese Unie en haar lidstaten op het gebied van de mensenrechten; |
E. | overwegende dat er gerichte sancties bestaan in de vorm van persoonlijke sancties of selectieve economische en diplomatieke maatregelen zoals een visumverbod, het bevriezen van tegoeden, een embargo op de uitvoer of invoer van bepaalde goederen, een luchtverbod, investeringsverbod of beperking van officiële contacten; |
F. | overwegende dat restrictieve maatregelen ingevolge onenigheid tussen de lidstaten vaak niet consequent worden toegepast, hetgeen de geloofwaardigheid van de EU ondergraaft en de doeltreffendheid van de maatregelen in het gedrang brengt; |
G. | overwegende dat het sanctiebeleid van de EU vaak inconsequent wordt toegepast en dat derde landen met een vergelijkbare staat van dienst als het gaat om mensenrechten en democratie verschillend worden behandeld, wat aanleiding heeft gegeven tot de kritiek dat er met twee maten wordt gemeten; |
H. | overwegende dat nationale grenzen door de vooruitgang in de informatietechnologie steeds minder betekenis hebben, en dat het in deze geglobaliseerde wereld dan ook veel moeilijker is om een land of de elite van een land te isoleren; |
I. | overwegende dat de meeste landen waaraan sancties worden opgelegd ook de landen zijn die het meest geïsoleerd zijn van de internationale gemeenschap en waar de maatschappij het meeste baat zou hebben bij intensievere internationale contacten met het oog op verandering; overwegende dat restrictieve maatregelen en met name maatregelen tegen specifieke individuen echter in bepaalde gevallen een ontradend en psychologisch effect kunnen hebben; |
J. | overwegende dat besluiten over EU-sancties pas mogen worden genomen na een zorgvuldige evaluatie van de meest doeltreffende manier om democratische veranderingen in het betrokken land te bewerkstelligen; overwegende dat elk besluit vergezeld moet gaan van een overeenkomstige motivering; |
K. | overwegende dat de Europese Unie voor veel autoritaire leiders en met hen geassocieerde personen aantrekkelijk is voor investeringen, eigendom, bankdiensten en medische verzorging, en als regio waar het hun vrij staat te reizen en hun vaak op twijfelachtige wijze vergaarde fortuin te spenderen; |
L. | overwegende dat de mogelijkheid voor autoritaire leiders om hun macht om te zetten in persoonlijke rijkdom, vaak ook door ontvreemding van of persoonlijke controle over staatseigendommen, een stimulans en een middel is om zich de macht toe te eigenen of aan de macht te blijven; overwegende dat verdere studies nodig zijn om te voorkomen dat buitenlandse steun voor ontwikkeling of andere doeleinden dient tot verrijking van autoritaire leiders en hun naaste getrouwen; |
M. | overwegende dat het zonder gezamenlijke actie moeilijk is juiste informatie te verkrijgen over de tegoeden die autoritaire leiders in de EU bezitten, maar dat de EU zich hiervoor moet blijven inspannen; |
N. | overwegende dat sancties effect zullen hebben wanneer leiders persoonlijk pressie ondervinden door een beperking van hun mogelijkheden om toegang te krijgen tot hun financiële tegoeden of deze te verplaatsen of te investeren, een beperking van hun reisvrijheid of een beperking van hun toegang tot bepaalde goederen en diensten of diplomatieke representatie; |
O. | overwegende dat gezien het grote aantal internationale en regionale actoren een permanente dialoog en formele zowel als informele mechanismen voor overleg tussen deze actoren noodzakelijk zijn; |
P. | overwegende dat het voor een doeltreffend beleid ten aanzien van autoritaire regimes van essentieel belang is om diplomatieke dwangmaatregelen, met inbegrip van restrictieve maatregelen, te combineren met duidelijke communicatie en een geweldloze, constructieve aanpak, en in de instrumenten van het buitenlands beleid van de EU en de lidstaten een kritische en progressieve dialoog te verkiezen boven isolement; |
Q. | overwegende dat de herzieningsprocedure waarbij sancties ingevolge de veranderde houding van betrokken leiders kunnen worden uitgebreid, verlicht of opgeheven, van cruciaal belang is om de doeltreffendheid van restrictieve maatregelen te verzekeren en derhalve een nauwgezette en strategische aanpak vereist; |
R. | overwegende dat alle restrictieve maatregelen in overeenstemming moeten zijn met de mensenrechten, het internationale humanitaire recht, een eerlijke rechtsbedeling, het beginsel van proportionaliteit en het recht op adequate rechtsbescherming, en in geen geval ten koste mogen gaan van de meest kwetsbare bevolkingsgroepen van het land waaraan deze maatregelen worden opgelegd; |
1. | beveelt de Raad het volgende aan: Duidelijker definities
Een doeltreffend sanctiebeleid
Een coherent beleid binnen de EU-grenzen
Een bredere internationale aanpak
* * * |
2. | verzoekt zijn Voorzitter deze aanbeveling te doen toekomen aan de Raad en - ter informatie - aan de Commissie, alsmede aan de EDEO. |