Home

Aanbeveling van het Europees Parlement aan de Raad van 2 april 2014 over de 69e zitting van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (2014/2017(INI))

Aanbeveling van het Europees Parlement aan de Raad van 2 april 2014 over de 69e zitting van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (2014/2017(INI))

30.11.2017

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 408/46


P7_TA(2014)0259

De 69e zitting van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties

Aanbeveling van het Europees Parlement aan de Raad van 2 april 2014 over de 69e zitting van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (2014/2017(INI))

(2017/C 408/07)

Het Europees Parlement,

gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) en met name de artikelen 21 en 34,

gezien de ontwerpaanbeveling aan de Raad over de 69e zitting van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (AVVN), ingediend door Alexander Graf Lambsdorff namens de ALDE-Fractie (B7–0014/2014),

gezien de 68e zitting van de AVVN,

gezien zijn aanbeveling van 11 juni 2013 aan de Raad over de 68e zitting van de AVVN(1),

gezien de prioriteiten van de EU voor de 68e zitting van de AVVN, door de Raad vastgesteld op 24 juni 2013(2),

gezien de resolutie van de AVVN van 3 mei 2011 over de deelname van de Europese Unie aan de werkzaamheden van de Verenigde Naties(3), en de resolutie van het Europees Parlement van 11 mei 2011 over de EU als wereldspeler: de rol van de EU in multilaterale organisaties(4),

gezien zijn resolutie van 25 november 2010 over het tienjarig bestaan van resolutie 1325 (2000) van de VN-Veiligheidsraad over vrouwen, vrede en veiligheid(5),

gezien zijn resolutie van 7 juli 2011 over het externe beleid van de EU ter bevordering van democratisering(6),

gezien resolutie 2106 van de VN-Veiligheidsraad van 24 juni 2013 over het opvoeren van de inspanningen tegen de straffeloosheid van plegers van seksueel geweld(7), en de eerdere resoluties daarover,

gezien zijn aanbeveling aan de Raad van 18 april 2013 over het VN-beginsel van „verantwoordelijkheid tot bescherming”(8),

gezien zijn resolutie van 8 oktober 2013 over corruptie in de publieke en de private sector: het effect op de mensenrechten in derde landen(9),

gezien zijn resolutie van 7 februari 2013 over de 22e zitting van de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties(10),

gezien artikel 121, lid 3, en artikel 97 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie buitenlandse zaken en het advies van de Commissie ontwikkelingssamenwerking (A7-0250/2014),

A.

overwegende dat het streven naar een daadwerkelijk multilateralisme, met de Verenigde Naties als kernelement, intrinsiek deel uitmaakt van het externe beleid van de EU en berust op de overtuiging dat een doeltreffend multilateraal stelsel noodzakelijk is om gemeenschappelijke doelstellingen te verwezenlijken en de wereldwijde crises, uitdagingen en bedreigingen het hoofd te bieden;

B.

overwegende dat de EU en haar lidstaten samen de grootste financiële contribuant van het VN-stelsel zijn (gewone begroting, VN-fondsen en -programma's, en begroting voor vredeshandhaving);

C.

overwegende dat een solide en stabiel partnerschap tussen de EU en de VN van fundamenteel belang is voor het werk van de VN voor elk van de drie pijlers — vrede en veiligheid, mensenrechten en ontwikkeling — en tevens van essentieel belang is voor de rol van de EU als mondiale speler;

D.

overwegende dat mensenrechten en democratie fundamentele waarden van de EU en beginselen en doelstellingen voor het externe optreden van de EU zijn; overwegende dat de eerbiediging, de bevordering en de vrijwaring van de universaliteit en ondeelbaarheid van de mensenrechten hoekstenen zijn van de Europese eenheid en integriteit;

E.

overwegende dat de huidige emissiebanen volgens het verslag „Turn Down the Heat” van de Wereldbank waarschijnlijk zullen leiden tot een temperatuurstijging van 2 oC binnen twintig tot dertig jaar en van 4 oC tegen 2100; overwegende dat VN-secretaris-generaal Ban Ki-moon de staatshoofden heeft uitgenodigd voor de klimaattop in september 2014 teneinde duidelijke toezeggingen te doen voor verdere actie tegen klimaatverandering;

F.

overwegende dat de EU, als 's werelds belangrijkste donor, zowel de geïntensiveerde inspanningen ondersteunt om de deadline van 2015 inzake de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling te halen, als een gemeenschappelijke benadering voor armoedebestrijding en duurzame ontwikkeling voorstaat;

G.

overwegende dat het prioritaire thema van de 58e vergadering van de Commissie inzake de status van vrouwen zal bestaan uit de uitdagingen en realisaties met betrekking tot de tenuitvoerlegging van de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling voor vrouwen en meisjes;

H.

overwegende dat corruptie in de publieke en private sector zorgt voor ongelijkheden en discriminatie bij de gelijke toegang tot politieke, economische, sociale, culturele en burgerrechten en deze ongelijkheden en discriminatie verergert, en dat reeds is bewezen dat corruptie en mensenrechtenschendingen gepaard gaan met machtsmisbruik, een gebrek aan aflegging van verantwoording en diverse vormen van discriminatie;

I.

overwegende dat de ontwikkeling van het beginsel van de „verantwoordelijkheid tot bescherming” een belangrijke stap is op weg naar het voorkomen van en het anticiperen en reageren op genocide, oorlogsmisdaden, etnische zuiveringen en misdaden tegen de menselijkheid; overwegende dat dit beginsel zo consequent en uniform mogelijk moet worden toegepast;

J.

overwegende dat de ratificatie door de staten van beide Kampala-amendementen en het verlenen van bevoegdheid aan het Internationaal Strafhof voor het misdrijf van agressie er verder aan zullen bijdragen dat een einde wordt gemaakt aan de straffeloosheid van degenen die dit misdrijf hebben begaan;

K.

overwegende dat het in situaties waarin de „verantwoordelijkheid tot bescherming” wordt toegepast, uitermate belangrijk is het onderscheid te handhaven tussen het mandaat van militaire actoren en dat van humanitaire actoren om de perceptie van neutraliteit en onpartijdigheid van alle humanitaire actoren te bewaren en te voorkomen dat de doeltreffende verlening van steun en bijstand in gevaar wordt gebracht;

1.

beveelt de Raad het volgende aan:

Mensenrechten, democratie en de rechtsstaat

(a)

zich actief in te zetten voor de specifieke follow-up en de uitvoering van de verklaring die op 24 september 2012 werd aangenomen tijdens de vergadering op hoog niveau inzake de rechtsstaat op nationaal en internationaal niveau, en na te gaan in hoeverre de rechtsstaat kan worden gekoppeld aan het lopende beraad over de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling voor de periode na 2015;

(b)

de internationale inspanningen op te voeren die erop gericht zijn te bereiken dat alle door VN-verdragen beschermde mensenrechten als universeel, ondeelbaar, van elkaar afhankelijk en met elkaar verbonden worden beschouwd en dat de eerbiediging ervan wordt afgedwongen; de inbedding van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden in alle aspecten van het werk van de VN te bevorderen;

(c)

het proces van de universele periodieke toetsing (Universal Periodic Review, UPR) proberen te versterken door aanbevelingen te integreren in zijn bilaterale en multilaterale dialogen met VN-leden, en met name de mensenrechtendialogen; een klimaat tot stand te brengen waarin ngo's in staat worden gesteld hun bijdrage te leveren aan de verschillende stadia van het UPR-proces;

(d)

de uitgebreide bijdrage van het maatschappelijk middenveld aan de verschillende mensenrechtenmechanismen van de VN, waaronder de verschillende stadia van het UPR-proces, te bevorderen; mogelijke gevallen van tegendruk of zelfs represailles ten aanzien van ngo's en maatschappelijke organisaties scherp in het oog te houden en steun te verlenen voor de capaciteitsopbouw van mensenrechteninstellingen;

(e)

opnieuw zijn volledige steun uit te spreken voor het Internationaal Strafhof en waakzaam te blijven voor pogingen om de legitimiteit, universaliteit en integriteit van het Statuut van Rome te ondermijnen; staten die nog geen partij zijn bij dit systeem op te roepen het Statuut spoedig te ondertekenen en te ratificeren; zich in te zetten voor de ratificatie van de Kampala-amendementen van 2010 met betrekking tot het misdrijf van agressie, mede door alle lidstaten;

(f)

actief campagne te voeren voor de bekrachtiging van het VN-Verdrag tegen corruptie en het VN-Verdrag tegen grensoverschrijdende georganiseerde misdaad door alle VN-leden; zich meer in te spannen om de onderhandelingen over een alomvattend verdrag over internationaal terrorisme af te ronden; steun te verlenen aan de aanwijzing van een speciale VN-rapporteur voor financiële criminaliteit, corruptie en mensenrechten;

(g)

de leden van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties op te roepen om van volledige transparantie van bedrijfsrapportage en de bestrijding van corruptie, witwassen van geld, belastingparadijzen en schadelijke belastingstructuren een doorslaggevende prioriteit te maken in de agenda's van internationale financiële en ontwikkelingsinstellingen;

(h)

te benadrukken dat vorderingen op het gebied van ontwikkeling niet duurzaam zullen zijn zonder goed beheer, verantwoording verschuldigde democratische instellingen en een rechtsstaat; ervoor te zorgen dat een duidelijk streven naar een democratisch bestuur in het nieuwe kader tot uiting komt;

(i)

de voorkoming van wreedheden en andere ernstige schendingen te bevorderen door de UNHRC om te vormen tot een mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing en preventie in plaats van een zuiver reactief orgaan om verdere escalatie van mensenrechtenschendingen te voorkomen;

(j)

themaspecifieke initiatieven te ontplooien om de aansprakelijkheid voor mensenrechtenschendingen te bevorderen en actie te ondernemen op belangrijke zorgpunten in verband met de mensenrechten, onder meer met het oog op de afschaffing van de doodstraf en de bescherming van kwetsbare bevolkingsgroepen zoals kinderen, vrouwen, lesbiennes, homo's, biseksuelen, transgenders en interseksuelen (LGBTI) en inheemse volkeren;

(k)

de systematische schendingen van de mensenrechten in de Islamitische Republiek Iran te veroordelen;

Foltering

(l)

opnieuw te wijzen op het belang van de strijd tegen foltering en andere vormen van mishandeling en op de prioriteit die de EU verleent aan deze kwestie, in het bijzonder met betrekking tot kinderen; het mandaat van de speciale rapporteur met drie jaar te verlengen en te zorgen voor een doeltreffende follow-up van eerdere resoluties over foltering; blijk te geven van gezamenlijke inzet voor de bestrijding van foltering en de ondersteuning van slachtoffers, met name door te blijven c.q. te gaan bijdragen aan het vrijwillig VN-fonds voor de slachtoffers van foltering en het speciale fonds dat krachtens het facultatieve protocol bij het Verdrag tegen foltering is ingesteld;

Doodstraf

(m)

te blijven strijden tegen het gebruik van de doodstraf en zijn krachtige steun uit te spreken voor het moratorium, als een stap in de richting van afschaffing; zich te blijven inspannen voor wereldwijde afschaffing; landen waar de doodstraf nog steeds wordt toegepast dringend op te roepen om duidelijke en correcte cijfers over het aantal veroordelingen en terechtstellingen te publiceren;

LGBTI-rechten

(n)

uiting te geven aan zijn bezorgdheid over de recente toename van discriminerende wetten en praktijken en gewelddaden tegen personen op grond van hun seksuele geaardheid en genderidentiteit; aan te sporen tot nauwlettend toezicht op de situatie in Nigeria en Uganda, waar nieuwe wetten een ernstige bedreiging vormen voor de vrijheid van seksuele minderheden; nogmaals zijn steun uit te spreken voor de aanhoudende werkzaamheden van de hoge commissaris voor de mensenrechten ter bestrijding van deze discriminerende wetten en praktijken, en voor de meer algemene werkzaamheden van de VN op dit vlak; te pleiten voor actieve deelname aan de strijd tegen pogingen om deze rechten te ondermijnen;

Bewapende drones

(o)

de internationale inspanningen te ondersteunen ter bevordering van grotere transparantie en verantwoordingsplicht bij het gebruik van bewapende drones in overeenstemming met het vastgestelde internationale rechtskader, en het onderzoek naar doelgericht doden te blijven ondersteunen; bijstand te blijven verlenen aan het onderzoek naar doelgericht doden en gevolg te geven aan de aanbevelingen van de speciale rapporteurs van de VN voor buitengerechtelijke, standrechtelijke of willekeurige executies en terrorismebestrijding;

Vrede en veiligheid

(p)

vredesafdwingende en vredeshandhavingsmissies te ondersteunen door zo nodig meer EU-steun (technische en financiële steun, uitrusting of EU-troepen) te verlenen, teneinde de VN te voorzien van doeltreffender de-escalatie-instrumenten;

(q)

ervoor te zorgen dat vredeshandhavingsmandaten in overeenstemming zijn met de langetermijnbehoeften wat betreft institutionele opbouw en ondersteuning van de democratie, en daarbij te kiezen voor een alomvattende benadering om de oorzaken van conflicten en fragiliteit aan te pakken;

(r)

samen te werken om de rol en het vermogen van regionale organisaties bij vredeshandhaving, conflictpreventie, civiel en militair crisisbeheer en conflictoplossing te versterken;

(s)

van alle partijen bij een gewapend conflict te verlangen dat zijn hun verplichtingen op grond van het internationaal recht nakomen, met inbegrip van onbelemmerde toegang voor humanitaire hulp;

(t)

te verzekeren dat het ontwikkelingskader voor na 2015 bijdraagt tot duurzame vrede door de belangrijkste oorzaken van conflicten aan te pakken, om een gunstig klimaat te scheppen voor ontwikkeling en eerbiediging van de rechten;

(u)

zich te concentreren op de strijd tegen het terrorisme, ongeacht of het gaat om staatsterrorisme of andere vormen van terrorisme;

(v)

ervoor te zorgen dat de VN-Conferentie over de totstandbrenging van een massavernietigingswapenvrije zone in het Midden-Oosten, die ondanks het besluit van de toetsingsconferentie van het non-proliferatieverdrag in 2010 niet zoals gepland in 2012 werd gehouden, in 2014 alsnog doorgaat;

(w)

de resoluties van de AVVN over wapens met verarmd uranium te ondersteunen en een gemeenschappelijk standpunt van de EU vast te stellen dat beter beantwoordt aan de herhaalde oproep van het Parlement voor een preventief wereldwijd moratorium en het bereiken van een mondiale consensus over de mogelijke gezondheidsriciso's voor de burgers, het complexe post-conflictbeheer en de financiële lasten ingevolge het gebruik ervan;

(x)

ervoor te zorgen dat bij de herziening van de VN-structuur voor vredesopbouw in 2015 een klemtoon komt te liggen op het beginsel van de verantwoordelijkheid tot bescherming en de rol van vrouwen bij vredesopbouw;

Verantwoordelijkheid tot bescherming

(y)

ernaar te streven om van de verantwoordelijkheid tot bescherming een internationale norm te maken en tegelijk het delicate evenwicht tussen de rol van de betrokken staten en de internationale gemeenschap te bewaren, en daarbij het beginsel van conflictpreventie voor ogen te houden en ervan uit te gaan dat slechts in laatste instantie gebruik mag worden gemaakt van wapengeweld;

(z)

in dit verband ervoor te zorgen dat de verantwoordelijkheid om genocide en massale wreedheden te voorkomen of tegen te houden in de eerste plaats bij de betrokken staat berust, maar dat ook de internationale gemeenschap een rol te spelen heeft die het beroep op soevereiniteit te boven gaat;

(aa)

het sleutelbegrip uit te dragen dat preventie staat of valt met het toekennen van verantwoordelijkheid aan en het bevorderen van samenwerking tussen de betrokken staten en de internationale gemeenschap;

(ab)

er in samenwerking met alle internationale partners voor te zorgen dat de eventuele verdere ontwikkeling van de verantwoordelijkheid tot bescherming volledig voldoet aan en strookt met het internationale humanitaire recht;

(ac)

ernaar te streven dat de bescherming van burgers wordt opgenomen in het mandaat van de onder auspiciën van de VN uitgevoerde vredeshandhavingsmissies;

Vrouwen en kinderen

(ad)

nogmaals te kennen te geven hoe gehecht hij is aan de uitvoering van de resoluties van de VN-Veiligheidsraad over vrouwen, vrede en veiligheid(11), waarin wordt erkend dat oorlog onevenredig grote gevolgen voor vrouwen heeft, maar ook dat zij een sleutelrol spelen bij conflictbeheersing, conflictoplossing en duurzame vrede;

(ae)

de volledige tenuitvoerlegging van VN-resolutie 2106 over de bestrijding van straffeloosheid bij conflictgerelateerd seksueel geweld krachtig te steunen en te bevorderen, en te zorgen voor de consolidatie van verdere verantwoording, maatregelen ter voorkoming van seksuele misdrijven en seksueel misbruik, en steun voor slachtoffers ervan;

(af)

zo spoedig mogelijk een einde te maken aan kinderhuwelijken;

(ag)

ervoor te zorgen dat vrouwen vertegenwoordigd zijn in alle fases van het vredesproces en betrokken worden bij preventieve diplomatie, vroegtijdige waarschuwing en veiligheidsbewaking, en onderzoekscommissies na afloop van conflicten;

(ah)

ervoor te zorgen dat voldoende aandacht uitgaat naar onderwijs voor meisjes;

(ai)

actief deel te nemen aan de 58ste vergadering van de Commissie voor de status van de vrouw, teneinde geen afbreuk te doen aan het acquis van het Beijing-actieplatform van de VN, zoals de toegang tot onderwijs en gezondheidszorg als een fundamenteel mensenrecht; het gebruik van seksueel geweld tegen vrouwen als oorlogstactiek, waaronder misdrijven als massale verkrachting, seksuele slavernij, gedwongen prostitutie, genderspecifieke misdrijven zoals genitale verminking, mensenhandel, vroegtijdige en gedwongen huwelijken, eremoord en alle andere vormen van seksueel geweld van vergelijkbare ernst ten stelligste te veroordelen; het Verdrag van de Raad van Europa inzake het voorkomen en bestrijden van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld te ondertekenen en te ratificeren;

(aj)

de lidstaten op te roepen het derde Facultatieve Protocol bij het VN-Verdrag inzake de rechten van het kind te bekrachtigen, zodat kinderen hun klachten kunnen indienen bij de commissie;

Ontwikkelingsagenda voor de periode na 2015

(ak)

te erkennen dat aanzienlijke en wezenlijke vooruitgang is geboekt in de richting van de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling; optimaal gebruik te maken van de fase ter voorbereiding van de in september 2015 geplande top over de agenda voor de periode na 2015, en te zorgen voor samenhang en coördinatie tussen de EU-lidstaten inzake de aandachtsgebieden en doelstellingen die de EU wenst te bevorderen, teneinde onverenigbaarheid of onleesbaarheid vanwege een te ruime lijst doelstellingen te voorkomen; te benadrukken dat er speciale aandacht moet uitgaan naar de behoeften van de minst ontwikkelde landen en landen die zich in een conflict- of postconflictsituatie bevinden; ervoor te zorgen dat de ontwikkelingslanden zich deze doelstellingen eigen maken;

(al)

te benadrukken dat de wereldwijde inspanningen om de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling te bereiken moeten worden versterkt tijdens de resterende tijd voor de deadline van 2015 en dat moet worden gefocust op gebieden waar het proces het meest achterop ligt;

(am)

ervoor te zorgen dat de uitroeiing van armoede een prioriteit blijft in het nieuwe geïntegreerde kader, naast de bestrijding van ongelijkheid en de bevordering van duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid en gendergelijkheid;

(an)

werk te maken van de vaststelling van één alomvattend, geïntegreerd kader voor de millenniumontwikkelingsdoelstellingen na 2015, met duidelijke ijkpunten voor de belangrijkste ontwikkelings- en duurzaamheidskwesties; ervoor te zorgen dat dit kader universeel en mondiaal van aard is, en de mensenrechten en welvaart en welzijn voor iedereen bevordert;

(ao)

een op mensenrechten gebaseerde aanpak na te streven en ervoor te zorgen dat mensenrechten in hun universaliteit de kern zullen vormen van het kader voor de periode na 2015;

(ap)

aan te dringen op een samenhangende en alomvattende internationale aanpak voor financiering na 2015, waarin alle dimensies van duurzame ontwikkeling op voorspelbare wijze aan bod komen, en, overeenkomstig de conclusies van de Raad van december 2013, in het kader van de VN het beraad over alternatieve financieringsbronnen en andere middelen voor bijstandsverlening, met name particuliere investeringen en niet-financiële middelen, voort te bevorderen;

(aq)

ervoor te zorgen dat nieuwe ambitieuze doelstellingen worden ondersteund door een even ambitieuze en innovatieve ontwikkelingsfinanciering;

(ar)

aangezien milieu- en ontwikkelingsvraagstukken op mondiaal niveau doorgaans afzonderlijk worden behandeld, nieuwe manieren te zoeken om de kloof tussen deze nauw met elkaar verbonden onderwerpen, ook op institutioneel vlak, te overbruggen;

(as)

te herinneren aan de door de ontwikkelde landen op de COP-16 in Cancún (2010) gedane belofte om jaarlijks tegen 2020 100 miljard USD aan „nieuwe en bijkomende” financiering te verstrekken teneinde de behoeften op het vlak van klimaatverandering in ontwikkelingslanden aan te pakken; erop te wijzen dat deze fondsen bedoeld zijn om te zorgen voor een evenwichtige verdeling tussen aanpassing en matiging;

Overige

Privacy in het digitale tijdperk

(at)

alle nodige wettelijke en bestuursrechtelijke maatregelen te treffen om de aanbevelingen in de resolutie van de AVVN(12) onverkort uit te voeren, met name wat betreft de herziening van procedures, werkwijzen en wetgeving, en de instelling van onafhankelijke en doeltreffende toezichtmechanismen, en daarbij te wijzen op het belang van gegevensbescherming, teneinde te waarborgen dat burgers zowel offline als online dezelfde rechten genieten;

(au)

een specifieke follow-up van de resolutie door alle VN-leden actief te bevorderen, teneinde nogmaals op mondiaal niveau te tonen hoe zeer de EU hieraan gehecht is;

Wapenhandelsverdrag

(av)

actief te bevorderen dat alle VN-leden, inclusief alle EU-lidstaten, het Wapenhandelsverdrag snel ondertekenen en bekrachtigen zodat de internationale gemeenschap de negatieve gevolgen van het gebrek aan transparantie en van de slecht gereguleerde handel in conventionele wapens en munitie en gevaarlijke technologieën, waardoor wereldwijd gewapende conflicten in de hand worden gewerkt en die voor mensenrechtenschendingen worden gebruikt, doeltreffend kan aanpakken; andere relevante staten, regionale en internationale organisaties en het maatschappelijk middenveld te betrekken teneinde in dit verband ervoor te ijveren dat het toepassingsgebied van het Wapenhandelsverdrag verder wordt uitgebreid;

De EU bij de VN

(aw)

een grondige hervorming van het VN-stelsel, en met name de VN-Veiligheidsraad, actief te ondersteunen om de legitimiteit, regionale vertegenwoordiging, verantwoordingsplicht en effectiviteit ervan te versterken; werk te maken van de langetermijndoelstelling dat de EU een zetel zou hebben in een uitgebreide VN-Veiligheidsraad;

(ax)

de samenhang en doeltreffendheid van de EU als wereldspeler te garanderen teneinde snel en grondig te handelen en met één stem te spreken, door de standpunten van de lidstaten beter te coördineren en de samenwerking tussen de EDEO en de lidstaten te verbeteren; in dit verband de EDEO aan te sporen om, met name via de EU-delegaties in New York en Genève, te werken aan een grotere coherentie van het EU-optreden;

(ay)

de rol van de parlementen en regionale vergaderingen in het VN-bestel en het parlementaire stelsel wereldwijd te ondersteunen;

(az)

de productieve samenwerking ter ondersteuning van multilateralisme en mondiaal bestuur voort te zetten en het belang van het strategisch partnerschap tussen de EU en het UNDP te benadrukken, dat in februari 2014 zijn tienjarig bestaan vierde;

(ba)

ruchtbaarheid te geven aan het feit dat 2015 tot Europees Jaar voor ontwikkeling zal worden uitgeroepen, wat een ongekende dynamiek teweeg zal brengen om het grote publiek in Europa meer bewust te maken van de wereldwijde uitdagingen en het belang van de gezamenlijk overeen te komen nieuwe ontwikkelingsdoelstellingen;

Klimaatverandering

(bb)

erop te wijzen dat wereldwijde uitdagingen blijven bestaan en naar verwachting zullen toenemen en dat klimaatverandering en de aantasting van het milieu de geboekte vooruitgang met betrekking tot de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling ongedaan dreigen te maken; daarom op de VN-klimaattop 2014 de strijd tegen klimaatverandering op te voeren, teneinde een stevige basis te creëren voor succesvolle onderhandelingen en duurzame vooruitgang wat betreft emissiebeperking en versterking van de aanpassingsstrategieën tijdens de Conferentie van de partijen bij het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering in 2015; een voorbeeld te stellen en tijdig voor de top een ambitieus, bindend klimaatbeleidskader met concrete doelstellingen uit te werken, om een positieve invloed uit te oefenen op de onderhandelingen;

(bc)

actief deel te nemen aan het debat over de term „klimaatvluchteling”, inclusief een mogelijke juridische definitie ervan in het internationaal recht of in een wettelijk bindende internationale overeenkomst;

(bd)

de steun van de EU voor kleine insulaire ontwikkelingsstaten te herhalen ter gelegenheid van de derde internationale conferentie in september 2014;

Syrië

(be)

te streven naar een duurzame politieke oplossing voor Syrië, die een einde maakt aan het geweld en bijdraagt tot een democratisch overgangsproces dat beantwoordt aan de legitieme wensen van het Syrische volk; de integrale uitvoering van de conclusies van de Genève I-conferentie te ondersteunen en, gezien het belang van de Genève II-conferentie als een uniek forum voor rechtstreekse onderhandelingen over vrede en overgang naar democratie tussen partijen in het conflict, ervoor te zorgen dat het Genève II-proces wordt voortgezet;

(bf)

zich in te zetten om alle relevante mondiale en regionale spelers bij de Genève II-conferentie te betrekken en te erkennen dat veel verschillende partijen een doorslaggevende rol spelen in de Syrische crisis;

(bg)

een internationale conferentie over de Syrische vluchtelingencrisis te beleggen, waarbij de aandacht uitgaat naar humanitaire inspanningen en in de eerste plaats steun wordt verleend aan de gastlanden in de regio en de EU meer wordt betrokken bij de diplomatieke pogingen om het conflict te beëindigen;

(bh)

dringend werk te maken van de spoedige tenuitvoerlegging van resolutie 2139 van de VN-Veiligheidsraad over de humanitaire situatie in Syrië, zodat veilige, onbelemmerde en onmiddellijke toegang tot de noodlijdende bevolkingsgroepen wordt gefaciliteerd, ook over de conflictlinies en over de grenzen heen; ervoor te zorgen dat de verwijdering, overbrenging en vernietiging van de in Syrië gevonden chemische wapens op volledig transparante wijze gebeurt;

(bi)

internationale samenwerking met betrekking tot de vernietiging van de chemische wapens van Syrië te bevorderen en aan te dringen op de volledige tenuitvoerlegging van het besluit van de Uitvoerende Raad van de Organisatie voor het verbod van chemische wapens van 27 september 2013;

(bj)

alle inspanningen te ondersteunen om aansprakelijkheid voor schendingen van de mensenrechten en de naleving van het internationale humanitaire recht in Syrië te verzekeren en zich er actief voor in te zetten dat de Veiligheidsraad de situatie in Syrië verwijst naar het Internationaal Strafhof;

Zuid-Sudan

(bk)

alle partijen aan te sporen de op 23 januari 2014 ondertekende overeenkomst tot stopzetting van de vijandelijkheden (staakt-het-vuren) te eerbiedigen, met inbegrip van de bepalingen die de partijen bij het conflict ertoe verplichten zich van aanvallen tegen burgers te onthouden en te garanderen dat humanitaire hulpverleners veilig toegang krijgen tot de getroffen gebieden in Zuid-Sudan; te beklemtonen dat deze overeenkomst slechts een eerste stap is op de weg naar vrede en verzoening, rekening houdend met de situatie in Zuid-Sudan, inclusief de politieke strijd om het leiderschap van het land, die heeft geleid tot een toename van de etnische conflicten en de ontheemding van meer dan 650 000 mensen;

(bl)

ondersteuning te bieden voor de staatsopbouw in Zuid-Sudan en voor een echt verzoenings- en inclusief vredesproces teneinde duurzame stabiliteit te garanderen; steun te verlenen in de strijd tegen de corruptie, die de kansen op een vrije en rechtvaardige democratie, stabiliteit, duurzame ontwikkeling en economische groei ondermijnt;

(bm)

de wijdverbreide schendingen van de mensenrechten en misbruiken te veroordelen; zijn waardering en steun uit te spreken voor de inspanningen van de speciale vertegenwoordiger van de EU voor de Hoorn van Afrika, Alexander Rondos, de speciale vertegenwoordiger van de VN, Hilde Johnson, en de Afrikaanse Unie, alsook voor de versterking van de capaciteit voor onderzoek op het gebied van de mensenrechten van de VN-missie in de Republiek Zuid-Sudan;

(bn)

zijn veroordeling uit te spreken over de aanvallen op hulpverleners en hulpgoederen, de inmenging in hulpactiviteiten en de grootschalige plunderingen van voorraden, die in Zuid-Sudan hebben plaatsgevonden en de inspanningen om de burgerbevolking in nood te bereiken ernstig hinderen;

(bo)

aan te dringen op een onafhankelijke internationale onderzoekscommissie die een onderzoek moet instellen naar alle vermeende schendingen van de mensenrechten en het internationale humanitaire recht sinds het uitbreken van het conflict; erop aan te dringen dat de daders van deze schendingen ter verantwoording worden geroepen;

Centraal-Afrikaanse Republiek

(bp)

te zorgen voor goede samenwerking en complementariteit van de internationale inspanningen die nodig zijn om de Centraal-Afrikaanse Republiek te stabiliseren, en te werken aan de vaststelling van een alomvattende aanpak van deze complexe crisis; het politieke overgangsproces te ondersteunen en bij te dragen tot het opzetten van goed functionerende democratische instellingen die in staat zijn schendingen van de mensenrechten te bestrijden, de burgers te beschermen, het geweld een halt toe te roepen en de sektarische spanningen in het land te verminderen; de nodige financiële steun te blijven verlenen om duurzame economische ontwikkeling mogelijk te maken; het voortouw te nemen bij de inspanningen om het hoofd te bieden aan de ongekende humanitaire crisis door passende financiële bijstand te verlenen;

(bq)

zijn steun te geven aan de inspanningen van de internationale gemeenschap, met name de Afrikaanse Unie, de VN en Frankrijk, en van de Centraal-Afrikaanse autoriteiten om het land te stabiliseren; met spoed uitvoering te geven aan het besluit van de EU van 20 januari 2014 tot oprichting van EUFOR CAR en de procedures voor de inzet van deze troepen ter plaatse te versnellen;

Israëlisch-Palestijns conflict

(br)

zijn steun te verlenen aan de lopende onderhandelingen en de huidige pogingen om een oplossing voor het conflict te vinden, en daarbij het Palestijnse verzoeningsproces te bevorderen, met het oog op hereniging van de Palestijnen die in de Gazastrook, op de Westelijke Jordaanoever en in Oost-Jeruzalem leven;

(bs)

ervoor te zorgen dat de AVVN, in samenwerking met de EU en de VS, alle instrumenten verschaft om te garanderen dat een tweestatenoplossing, op grond van de grenzen van 1967 met Jeruzalem als hoofdstad van beide staten, waar de staat Israël met veilige en erkende grenzen en een onafhankelijke, democratische, aaneengesloten en leefbare Palestijnse staat in vrede en veiligheid naast elkaar leven, duurzaam en doeltreffend is;

2.

verzoekt zijn Voorzitter deze aanbeveling te doen toekomen aan de hoge vertegenwoordiger/vicevoorzitter, de speciale vertegenwoordiger van de EU voor de mensenrechten, de Raad en — ter informatie — aan de Commissie.