Amendementen van het Europees Parlement aangenomen op 10 maart 2016 op het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 726/2004 tot vaststelling van communautaire procedures voor het verlenen van vergunningen en het toezicht op geneesmiddelen voor menselijk en diergeneeskundig gebruik en tot oprichting van een Europees Geneesmiddelenbureau (COM(2014)0557 — C8-0142/2014 — 2014/0256(COD))
Amendementen van het Europees Parlement aangenomen op 10 maart 2016 op het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 726/2004 tot vaststelling van communautaire procedures voor het verlenen van vergunningen en het toezicht op geneesmiddelen voor menselijk en diergeneeskundig gebruik en tot oprichting van een Europees Geneesmiddelenbureau (COM(2014)0557 — C8-0142/2014 — 2014/0256(COD))
9.2.2018 | NL | Publicatieblad van de Europese Unie | C 50/280 |
P8_TA(2016)0088
Verlenen van vergunningen en toezicht op geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik ***I
Amendementen van het Europees Parlement aangenomen op 10 maart 2016 op het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 726/2004 tot vaststelling van communautaire procedures voor het verlenen van vergunningen en het toezicht op geneesmiddelen voor menselijk en diergeneeskundig gebruik en tot oprichting van een Europees Geneesmiddelenbureau (COM(2014)0557 — C8-0142/2014 — 2014/0256(COD))(1)
(Gewone wetgevingsprocedure: eerste lezing)
(2018/C 050/27)
Amendement 1
Voorstel voor een verordening
Overweging 1
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement | ||||
|
|
Amendement 2
Voorstel voor een verordening
Overweging 4
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement | ||||
|
|
Amendement 3
Voorstel voor een verordening
Overweging 6
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement | ||||
|
|
Amendement 4
Voorstel voor een verordening
Overweging 6 bis (nieuw)
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement | ||
|
Amendement 5
Voorstel voor een verordening
Overweging 6 ter (nieuw)
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement | ||
|
Amendement 6
Voorstel voor een verordening
Overweging 6 quater (nieuw)
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement | ||
|
Amendement 7
Voorstel voor een verordening
Overweging 6 quinquies (nieuw)
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement | ||
|
Amendement 8
Voorstel voor een verordening
Overweging 6 sexies (nieuw)
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement | ||
|
Amendement 9
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 2 bis (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 1 — alinea 2
Bestaande tekst | Amendement | ||
| |||
Deze verordening doet geen afbreuk aan de bevoegdheden van de autoriteiten van de lidstaten inzake de vaststelling van de prijzen van geneesmiddelen, of de opneming van die geneesmiddelen in het toepassingsgebied van de nationale stelsels van ziektekostenverzekering of van socialezekerheidsregelingen op grond van gezondheids-, economische en sociale voorschriften. De lidstaten beschikken met name over de mogelijkheid om uit de gegevens in de vergunning voor het in de handel brengen de therapeutische indicaties en verpakkingsgrootten te kiezen welke door hun organisaties voor sociale zekerheid zullen worden gedekt. | „Deze verordening doet geen afbreuk aan de bevoegdheden van de autoriteiten van de lidstaten inzake de vaststelling van de prijzen van geneesmiddelen, of de opneming van die geneesmiddelen in het toepassingsgebied van de nationale stelsels van ziektekostenverzekering of van socialezekerheidsregelingen op grond van gezondheids-, economische en sociale voorschriften, op voorwaarde dat de lidstaten terdege rekening houden met de als referentie geldende relatieve evaluatie van geneesmiddelen voor menselijk gebruik als bedoeld in artikel 9, lid 4. De lidstaten beschikken met name over de mogelijkheid om uit de gegevens in de vergunning voor het in de handel brengen de therapeutische indicaties en verpakkingsgrootten te kiezen welke door hun organisaties voor sociale zekerheid zullen worden gedekt.” |
Amendement 10
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 3
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 2 — alinea 1
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement |
De definities van artikel 1 van Richtlijn 2001/83/EG gelden eveneens voor deze verordening. | De definities van artikel 1 van Richtlijn 2001/83/EG en, in voorkomend geval, van artikel 4 van Verordening (EU) nr. …/… van het Europees Parlement en de Raad(1 bis) gelden eveneens voor deze verordening. |
Amendement 11
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 4 — letter a
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 3 — lid 2 — letter b
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement | ||||||||
|
| ||||||||
| |||||||||
| |||||||||
|
|
Amendement 12
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 5 bis (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 6 — leden 4 bis en 4 ter (nieuw)
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement | ||
|
Amendement 13
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 5 ter (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 9 — lid 4 — letter d bis (nieuw)
Bestaande tekst | Amendement | ||||
|
Amendement 14
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 10 bis (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 55 — alinea 2
Bestaande tekst | Amendement | ||
| |||
Het bureau is verantwoordelijk voor de coördinatie van de bestaande wetenschappelijke middelen die door de lidstaten voor de beoordeling van en het toezicht op geneesmiddelen en voor de geneesmiddelenbewaking beschikbaar zijn gesteld. | „Het bureau is verantwoordelijk voor de coördinatie van de wetenschappelijke middelen die door de lidstaten voor de beoordeling van en het toezicht op geneesmiddelen en voor de geneesmiddelenbewaking beschikbaar zijn gesteld, met name voor geneesmiddelen voor menselijk gebruik zoals bepaald in deze verordening, en voor geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik zoals bepaald in Verordening (EU) nr. …/…(*1).” |
Amendement 15
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 10 ter (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 56 — lid 2 — alinea 1
Bestaande tekst | Amendement | ||
| |||
2. Elk van de in lid 1, onder a) tot en met d bis), bedoelde comités kan permanente en tijdelijke werkgroepen oprichten. De in lid 1, onder a) en b), bedoelde comités kunnen in verband met de beoordeling van specifieke geneesmiddelen of behandelingen, wetenschappelijke adviesgroepen oprichten, waaraan zij bepaalde taken kunnen delegeren aangaande de opstelling van de in de artikelen 5 en 30 bedoelde wetenschappelijke adviezen. | „2. Elk van de in lid 1, onder a) tot en met d bis), bedoelde comités kan permanente en tijdelijke werkgroepen oprichten. De in lid 1, onder a) en b), bedoelde comités kunnen in verband met de beoordeling van specifieke geneesmiddelen of behandelingen, wetenschappelijke adviesgroepen oprichten, waaraan zij bepaalde taken kunnen delegeren aangaande de opstelling van de wetenschappelijke adviezen als bedoeld in artikel 5 van deze verordening en in artikel 141, lid 1, van Verordening (EU) nr. …/…(*2).” |
Amendement 16
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 10 quater (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 57 — lid 1 — alinea 1
Bestaande tekst | Amendement | ||
| |||
1. Het bureau verstrekt de lidstaten en de instellingen van de Gemeenschap het best mogelijke wetenschappelijk advies over alle vraagstukken in verband met de beoordeling van de kwaliteit, de veiligheid en de werkzaamheid van geneesmiddelen voor menselijk of diergeneeskundig gebruik, die in overeenstemming met de bepalingen van het Gemeenschapsrecht inzake geneesmiddelen aan dit bureau worden voorgelegd. | „1. Het bureau verstrekt de lidstaten en de instellingen van de Gemeenschap het best mogelijke wetenschappelijk advies over alle vraagstukken in verband met de beoordeling van de kwaliteit, de veiligheid, de werkzaamheid en de relatieve beoordeling van geneesmiddelen voor menselijk of diergeneeskundig gebruik, die in overeenstemming met de bepalingen van het Gemeenschapsrecht inzake geneesmiddelen aan dit bureau worden voorgelegd.” |
Amendement 17
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 10 quinquies (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 57 — lid 1 — alinea 2 — letter t bis (nieuw)
Bestaande tekst | Amendement | ||||
|
Amendement 18
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 10 sexies (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 57 — lid 1 — alinea 2 — letter t ter (nieuw)
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement | ||||
|
Amendement 19
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 11
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 57 — lid 2 — alinea 1
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement |
2. De in lid 1, onder l), bedoelde databank bevat met name de samenvatting van de productkenmerken, de bijsluiter voor de patiënt of de gebruiker en de op het etiket vermelde gegevens. De databank wordt stapsgewijze ontwikkeld en betreft in de eerste plaats de geneesmiddelen waarvoor krachtens deze verordening een vergunning is verleend, alsmede de geneesmiddelen waarvoor krachtens hoofdstuk 4 van titel III van Richtlijn 2001/83/EG een vergunning is verleend. De databank wordt naderhand uitgebreid tot alle geneesmiddelen waarvoor in de Unie een vergunning is verleend. | 2. De in lid 1, onder l), bedoelde databank bevat met name de samenvatting van de productkenmerken, de bijsluiter voor de patiënt of de gebruiker en de op het etiket vermelde gegevens. De databank wordt stapsgewijze ontwikkeld en betreft in de eerste plaats de geneesmiddelen waarvoor krachtens deze verordening een vergunning is verleend, alsmede de geneesmiddelen waarvoor krachtens hoofdstuk 4 van titel III van Richtlijn 2001/83/EG een vergunning is verleend. De databank wordt naderhand uitgebreid tot alle geneesmiddelen voor menselijk gebruik waarvoor in de Unie een vergunning is verleend. |
Amendement 20
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 13
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 61 — lid 1 — alinea 1
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement |
1. Elke lidstaat benoemt na raadpleging van de raad van beheer een lid en een plaatsvervanger van het Comité voor geneesmiddelen voor menselijk gebruik voor een termijn van drie jaar, welke kan worden verlengd. | (Niet van toepassing op de Nederlandse versie) |
Amendement 21
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 13 bis (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 62 — lid 2
Bestaande tekst | Amendement | ||
| |||
2. De lidstaten delen aan het bureau de namen van nationale deskundigen mee die aantoonbaar ervaring op het gebied van de beoordeling van geneesmiddelen voor menselijk gebruik bezitten en, rekening houdend met artikel 63, lid 2, zitting kunnen nemen in de werkgroepen of wetenschappelijke adviesgroepen van een van de in artikel 56, lid 1, genoemde comités, samen met een overzicht van hun bekwaamheden en specialismen. | „2. De lidstaten delen aan het bureau de namen van nationale deskundigen mee die aantoonbaar ervaring op het gebied van de beoordeling van geneesmiddelen bezitten en, rekening houdend met artikel 63, lid 2, zitting kunnen nemen in de werkgroepen of wetenschappelijke adviesgroepen van een van de in artikel 56, lid 1, genoemde comités, samen met een overzicht van hun bekwaamheden en specialismen. | ||
Het bureau houdt een lijst van erkende deskundigen bij. Deze lijst omvat de in de eerste alinea bedoelde deskundigen alsmede andere, rechtstreeks door het bureau aangewezen deskundigen. De lijst wordt bijgewerkt. | Het bureau houdt een lijst van erkende deskundigen bij. Deze lijst omvat de in de eerste alinea bedoelde deskundigen alsmede alle andere, door het bureau of de Commissie aangewezen deskundigen. De lijst wordt bijgewerkt.” |
Amendement 22
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 14
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 62
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement | ||||||||
|
|
Amendement 23
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 14 bis (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 64 — lid 1
Bestaande tekst | Amendement | ||
| |||
1. De directeur wordt op voorstel van de Commissie door de raad van beheer voor vijf jaar benoemd op basis van een lijst van kandidaten die de Commissie opstelt nadat in het Publicatieblad van de Europese Unie en elders een oproep tot het indienen van blijken van belangstelling is bekendgemaakt. Voordat hij wordt benoemd, wordt de door de raad van beheer voorgedragen kandidaat onverwijld verzocht voor het Europees Parlement een verklaring af te leggen en alle vragen van de parlementsleden te beantwoorden. De ambtstermijn kan eenmaal worden verlengd. Op voorstel van de Commissie kan de raad van beheer de directeur van zijn functie ontheffen. | „1. De directeur wordt op voorstel van de Commissie door de raad van beheer voor vijf jaar benoemd op basis van een lijst van kandidaten die de Commissie opstelt nadat in het Publicatieblad van de Europese Unie en elders een oproep tot het indienen van blijken van belangstelling is bekendgemaakt. Voordat hij wordt benoemd, wordt de door de raad van beheer voorgedragen kandidaat onverwijld verzocht voor het Europees Parlement een verklaring af te leggen en alle vragen van de parlementsleden te beantwoorden. De ambtstermijn kan door de raad van beheer, in overleg met de Commissie, eenmaal worden verlengd. Op voorstel van de Commissie kan de raad van beheer de directeur van zijn functie ontheffen.” |
Amendement 24
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 14 ter (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 66 — letters a en j
Bestaande tekst | Amendement | ||||||||
| |||||||||
| |||||||||
|
|
Amendement 25
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 15
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 67 — lid 3 — alinea 1
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement | ||||||||||
|
| ||||||||||
„De ontvangsten van het bureau bestaan uit een bijdrage van de Unie, de vergoedingen die door de ondernemingen worden betaald voor het verkrijgen en handhaven van een vergunning van de Unie voor het in de handel brengen en voor andere diensten die worden verleend door het bureau of door de coördinatiegroep met het oog op de vervulling van de taken van die groep overeenkomstig de artikelen 107 quater, 107 sexies, 107 octies, 107 duodecies en 107 octodecies van Richtlijn 2001/83/EG, en de kosten voor andere diensten die het bureau levert.” | „De ontvangsten van het bureau bestaan uit: | ||||||||||
Het Europees Parlement en de Raad („de begrotingsautoriteit”) bezien de hoogte van de bijdrage van de Unie waarvan sprake onder a), eerste alinea, zo nodig opnieuw op basis van een evaluatie van de behoeften en rekening houdend met de hoogte van de vergoedingen.” |
Amendement 26
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 15 bis (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 67 — lid 3 — alinea 1 bis (nieuw)
Bestaande tekst | Amendement | ||
|
Amendement 27
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 15 ter (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 67 — lid 6 — alinea 1 bis (nieuw)
Bestaande tekst | Amendement | ||
|
Amendement 28
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 15 quater (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 67 — lid 8
Bestaande tekst | Amendement | ||
| |||
8. Op basis van deze raming neemt de Commissie de geraamde bedragen die zij nodig acht met betrekking tot de personeelsformatie en het bedrag van de subsidie ten laste van de algemene begroting op in het voorontwerp van algemene begroting van de Europese Unie dat de Commissie overeenkomstig artikel 272 van het Verdrag voorlegt aan de begrotingsautoriteit. | „8. Op basis van deze raming neemt de Commissie de geraamde bedragen die zij nodig acht voor de personeelsformatie met betrekking tot de uit de begroting van de Unie gefinancierde personeelsleden en het bedrag van de subsidie ten laste van de algemene begroting op in het voorontwerp van algemene begroting van de Europese Unie dat de Commissie overeenkomstig artikel 272 van het Verdrag voorlegt aan de begrotingsautoriteit.” |
Amendement 29
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 15 quinquies (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 67 — lid 9 — alinea 2
Bestaande tekst | Amendement | ||
| |||
De begrotingsautoriteit stelt de personeelsformatie van het bureau vast. | „De begrotingsautoriteit stelt de personeelsformatie van het bureau voor de uit de begroting van de Unie gefinancierde personeelsleden vast.” |
Amendement 30
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 15 sexies (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 68
Bestaande tekst | Amendement | ||
| |||
1. De directeur voert de begroting van het bureau uit. | „1. De directeur voert de begroting van het bureau uit. | ||
2. Uiterlijk op 1 maart van het jaar dat volgt op het afgesloten begrotingsjaar dient de rekenplichtige van het bureau de voorlopige jaarrekening met het verslag over het budgettair en financieel beheer van het begrotingsjaar in bij de rekenplichtige van de Commissie. De rekenplichtige van de Commissie consolideert de voorlopige rekeningen van de instellingen en de gedecentraliseerde organen overeenkomstig artikel 128 van het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen(19), hierna „Algemeen Financieel Reglement” te noemen. | 2. Uiterlijk op 1 maart van het volgende begrotingsjaar zendt de rekenplichtige van het bureau de voorlopige rekeningen toe aan de rekenplichtige van de Commissie en de Rekenkamer. | ||
3. Uiterlijk op 31 maart van het jaar dat volgt op het afgesloten begrotingsjaar dient de rekenplichtige van de Commissie de voorlopige rekeningen van het Bureau met het verslag over het budgettair en financieel beheer van het begrotingsjaar in bij de Rekenkamer. Het verslag over het budgettair en financieel beheer van het begrotingsjaar wordt ook toegezonden aan het Europees Parlement en de Raad. | 3. Uiterlijk op 31 maart van het volgende begrotingsjaar zendt de directeur het verslag over het budgettair en financieel beheer toe aan het Europees Parlement, de Commissie, de Raad en de Rekenkamer. | ||
4.Na ontvangst van de opmerkingen van de Rekenkamer over de voorlopige rekeningen van het bureau overeenkomstig artikel 129 van het algemeen Financieel Reglement maakt de directeur onder zijn eigen verantwoordelijkheid de definitieve rekeningen van het Bureau op en legt deze voor advies voor aan de raad van beheer. | 4. Uiterlijk op 31 maart van het volgende begrotingsjaar zendt de rekenplichtige van de Commissie de voorlopige rekeningen van het bureau die met de voorlopige rekeningen van de Commissie zijn geconsolideerd, toe aan de Rekenkamer. | ||
Na ontvangst van de opmerkingen van de Rekenkamer over de voorlopige rekeningen van het bureau overeenkomstig artikel 148 van het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Unie, maakt de rekenplichtige de definitieve rekeningen van het bureau op en legt de directeur deze voor advies voor aan de raad van beheer. | |||
5. De raad van beheer van het bureau brengt advies uit over de definitieve rekeningen van het bureau. | 5. De raad van beheer brengt advies uit over de definitieve rekeningen van het bureau. | ||
6. Uiterlijk op 1 juli van het jaar dat volgt op het afgesloten begrotingsjaar dient de directeur de definitieve rekeningen met het advies van de raad van beheer in bij het Europees Parlement, de Raad, de Commissie en de Rekenkamer. | 6. Uiterlijk op 1 juli van het volgende begrotingsjaar zendt de rekenplichtige de definitieve rekeningen met het advies van de raad van beheer toe aan het Europees Parlement, de Raad, de rekenplichtige van de Commissie en de Rekenkamer. | ||
7. De definitieve rekeningen worden gepubliceerd. | 7. De definitieve rekeningen worden uiterlijk op 15 november van het volgende jaar bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie. | ||
8. De directeur van het bureau dient uiterlijk op 30 september een antwoord op de opmerkingen van de Rekenkamer in bij deze instelling. Hij dient dit antwoord ook in bij de raad van beheer. | 8. De directeur dient uiterlijk op 30 september een antwoord op de opmerkingen van de Rekenkamer in bij deze instelling. | ||
9. De directeur verstrekt het Europees Parlement op verzoek, overeenkomstig het bepaalde in artikel 146, lid 3, van het algemeen Financieel Reglement, alle inlichtingen die nodig zijn voor het goede verloop van de kwijtingsprocedure voor het betrokken begrotingsjaar. | 9. De directeur verstrekt het Europees Parlement op verzoek, overeenkomstig artikel 165, lid 3, van het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Unie, alle inlichtingen die nodig zijn voor het goede verloop van de kwijtingsprocedure voor het betrokken begrotingsjaar. | ||
10. Vóór 30 april van het jaar n + 2 verleent het Europees Parlement op aanbeveling van de Raad, die met gekwalificeerde meerderheid van stemmen besluit, de directeur kwijting voor de uitvoering van de begroting van het begrotingsjaar n. | 10. Vóór 15 mei van het jaar n + 2 verleent het Europees Parlement op aanbeveling van de Raad de directeur kwijting voor de uitvoering van de begroting van het begrotingsjaar n. | ||
11. De financiële regeling die van toepassing is op het bureau wordt vastgesteld door de raad van bestuur, na raadpleging van de Commissie. Deze financiële regeling mag slechts van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 houdende de financiële kaderregeling van de organen, bedoeld in artikel 185 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen(20) afwijken indien de specifieke vereisten van de taakverrichting van het bureau dit noodzakelijk maken, en met voorafgaande instemming van de Commissie. | 11. De financiële regeling die van toepassing is op het bureau wordt vastgesteld door de raad van beheer, na raadpleging van de Commissie. Deze regeling mag slechts afwijken van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1271/2013 indien dit voor de werking van het bureau specifiek vereist is en indien de Commissie hiermee voorafgaandelijk heeft ingestemd.” |
Amendement 31
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 16
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 70
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement | ||
| Schrappen | ||
„Artikel 70 | |||
1.De Commissie stelt op basis van de in lid 2 genoemde beginselen uitvoeringshandelingen vast in overeenstemming met de procedure van artikel 87, lid 2, met vermelding van: | |||
| |||
| |||
| |||
| |||
| |||
De hoogte van de vergoedingen wordt op een zodanig niveau vastgesteld dat een tekort of een aanzienlijk overschot in de begroting van het bureau wordt vermeden, en wordt herzien wanneer dat niet het geval is. | |||
2.Bij de vaststelling van de in lid 1 bedoelde uitvoeringshandelingen houdt de Commissie rekening met het volgende: | |||
| |||
| |||
| |||
| |||
| |||
| |||
| |||
|
Amendement 32
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 16 bis (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 70 bis (nieuw)
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement | ||
|
Amendement 33
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 16 ter (nieuw)
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 82 — lid 3
Bestaande tekst | Amendement | ||
| |||
3. Onverminderd het enkelvoudige en uniale karakter van de inhoud van de in artikel 9, lid 4, onder a) tot en met d), en artikel 34, lid 4, onder a) tot en met e), bedoelde documenten vormt deze verordening geen beletsel voor het gebruik van twee of meer commerciële modellen voor een geneesmiddel voor menselijk gebruik waarvoor één vergunning is verleend. |
|
Amendement 34
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 18
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 86
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement |
De Commissie publiceert ten minste om de tien jaar een algemeen verslag over de ervaring die is opgedaan met de toepassing van de procedures die zijn vastgesteld bij deze verordening en bij hoofdstuk 4 van titel III van Richtlijn 2001/83/EG. | De Commissie publiceert ten minste om de vijf jaar een algemeen verslag over de ervaring die is opgedaan met de toepassing van de procedures die zijn vastgesteld bij deze verordening, bij hoofdstuk 4 van titel III van Richtlijn 2001/83/EG en bij Verordening (EU) nr. …/2015(*6). |
Amendement 35
Voorstel voor een verordening
Artikel 1 — punt 20
Verordening (EG) nr. 726/2004
Artikel 87 ter — lid 2
Door de Commissie voorgestelde tekst | Amendement |
2. De in artikel 3, lid 4, artikel 10 ter, lid 1, artikel 14, lid 7, artikel 16, lid 4, en artikel 84, lid 3, bedoelde bevoegdheidsdelegatie aan de Commissie wordt aan de Commissie verleend voor een onbepaalde periode die ingaat op de datum van inwerkingtreding van deze verordening. | 2. De in artikel 3, lid 4, artikel 10 ter, lid 1, artikel 14, lid 7, artikel 16, lid 4, en artikel 84, lid 3, bedoelde bevoegdheidsdelegatie aan de Commissie wordt aan de Commissie verleend voor een periode van vijf jaar die ingaat op de datum van inwerkingtreding van deze verordening. De Commissie stelt uiterlijk negen maanden voor het einde van de termijn van vijf jaar een verslag op over de bevoegdheidsdelegatie. De bevoegdheidsdelegatie wordt stilzwijgend met termijnen van dezelfde duur verlengd, tenzij het Europees Parlement of de Raad zich uiterlijk drie maanden voor het einde van elke termijn tegen deze verlenging verzet. |