Jaarverslag van de Rekenkamer over de uitvoering van de begroting over het begrotingsjaar 2015, vergezeld van de antwoorden van de instellingen
Jaarverslag van de Rekenkamer over de uitvoering van de begroting over het begrotingsjaar 2015, vergezeld van de antwoorden van de instellingen
13.10.2016 | NL | Publicatieblad van de Europese Unie | C 375/1 |
Overeenkomstig de bepalingen van artikel 287, leden 1 en 4, VWEU en de artikelen 148, lid 1, en 162, lid 1, van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 en de artikelen 43, 48 en 60 van Verordening (EG) nr. 215/2008 van de Raad van 18 februari 2008 houdende het Financieel Reglement van toepassing op het 10e Europees Ontwikkelingsfonds, zoals gewijzigd bij Verordening (EU) nr. 567/2014
heeft de Rekenkamer van de Europese Unie op haar vergadering van 14 juli 2016 vastgesteld haar
JAARVERSLAGEN
over het begrotingsjaar 2015.
Deze verslagen, tezamen met de antwoorden van de instellingen op de opmerkingen van de Rekenkamer, zijn aan de kwijtingverlenende autoriteiten en aan de andere instellingen toegezonden.
De leden van de Rekenkamer zijn:
Vítor Manuel da SILVA CALDEIRA (president), Kersti KALJULAID, Karel PINXTEN, Henri GRETHEN, Szabolcs FAZAKAS, Louis GALEA, Ladislav BALKO, Lazaros S. LAZAROU, Hans Gustaf WESSBERG, Pietro RUSSO, Ville ITÄLÄ, Kevin CARDIFF, Baudilio TOMÉ MUGURUZA, Iliana IVANOVA, George PUFAN, Neven MATES, Alex BRENNINKMEIJER, Danièle LAMARQUE, Nikolaos MILIONIS, Phil WYNN OWEN, Klaus-Heiner LEHNE, Oskar HERICS, Bettina JAKOBSEN, Janusz WOJCIECHOWSKI, Samo JEREB, Jan GREGOR, Mihails KOZLOVS, Rimantas ŠADŽIUS.
JAARVERSLAG OVER DE UITVOERING VAN DE BEGROTING
(2016/C 375/01)
INHOUD
Algemene inleiding | 7 |
Hoofdstuk 1 | — Betrouwbaarheidsverklaring en toelichting daarbij | 9 |
Hoofdstuk 2 | — Budgettair en financieel beheer | 49 |
Hoofdstuk 3 | — Resultaten behalen met de EU-begroting | 77 |
Hoofdstuk 4 | — Ontvangsten | 125 |
Hoofdstuk 5 | — „Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid” | 143 |
Hoofdstuk 6 | — „Economische, sociale en territoriale cohesie” | 161 |
Hoofdstuk 7 | — „Natuurlijke hulpbronnen” | 207 |
Hoofdstuk 8 | — „Europa als wereldspeler” en „Veiligheid en burgerschap” | 253 |
Hoofdstuk 9 | — „Administratie” | 275 |
ALGEMENE INLEIDING
0.1. | De Europese Rekenkamer is de instelling die bij het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie(1) is opgericht om de controle van de financiën van de Europese Unie (EU) te verrichten. Als extern controleur van de EU treedt zij op als onafhankelijk hoedster van de financiële belangen van de burgers van de Unie en draagt zij bij tot de verbetering van het financieel beheer van de EU. Meer informatie over ons werk is te vinden in ons jaarlijks activiteitenverslag, onze speciale verslagen over de uitgavenprogramma’s en de ontvangsten van de EU, onze „landscape reviews”, en in onze adviezen over nieuwe of gewijzigde EU-wetgeving en over andere besluiten met gevolgen voor het financieel beheer(2). |
0.2. | Dit is ons 39e jaarverslag over de uitvoering van de EU-begroting; het heeft betrekking op het begrotingsjaar 2015. Een afzonderlijk jaarverslag betreft de Europese Ontwikkelingsfondsen. |
0.3. | De algemene begroting van de EU wordt jaarlijks goedgekeurd door de Raad en het Europees Parlement. Ons jaarverslag vormt samen met onze speciale verslagen de grondslag voor de kwijtingsprocedure, waarbij het Europees Parlement op aanbeveling van de Raad beslist of de Commissie haar verantwoordelijkheid voor de begrotingsuitvoering naar genoegen heeft vervuld. Bij de publicatie sturen wij ons jaarverslag naar de nationale parlementen, het Europees Parlement en de Raad. |
0.4. | De kern van ons jaarverslag vormt de verklaring over de betrouwbaarheid van de geconsolideerde rekeningen van de EU en over de wettigheid en regelmatigheid van de verrichtingen (in het verslag „regelmatigheid van de verrichtingen” genoemd). Wij vullen deze verklaring aan met specifieke beoordelingen voor ieder belangrijk werkterrein van de EU. |
0.5. | De indeling in hoofdstukken van het verslag sluit aan op die van de rubrieken van het meerjarig financieel kader (MFK). Dit kader werd van kracht in 2014 en moet de omvang en verdeling van de EU-uitgaven gedurende de periode tot en met 2020 bepalen. |
0.6. | Er zijn geen afzonderlijke financiële staten voor afzonderlijke rubrieken van het MFK; de conclusies die in specifieke beoordelingen worden gepresenteerd, houden dan ook geen controleoordeel in. Veeleer betreffen ze significante kwesties die specifiek zijn voor iedere MFK-rubriek. |
0.7. | Ons verslag is dit jaar als volgt opgebouwd:
|
0.8. | De antwoorden van de Commissie (of, in voorkomend geval, de antwoorden van andere EU-instellingen en -organen) op onze opmerkingen zijn opgenomen in het verslag. Wij hebben in onze bevindingen en conclusies rekening gehouden met deze antwoorden. Het blijft echter onze verantwoordelijkheid als extern controleur om verslag uit te brengen over onze controlebevindingen, conclusies uit die bevindingen te trekken en aldus een onafhankelijk en onpartijdig oordeel te geven over de betrouwbaarheid van de rekeningen en de regelmatigheid van de verrichtingen. |
HOOFDSTUK 1
Betrouwbaarheidsverklaring en toelichting daarbij
INHOUD
De aan het Europees Parlement en de Raad voorgelegde betrouwbaarheidsverklaring van de Rekenkamer — Verslag van de onafhankelijke accountant | I-XII |
Inleiding | 1.1-1.3 |
De EU-uitgaven vormen een belangrijk instrument ter verwezenlijking van de beleidsdoelstellingen | 1.1-1.3 |
De rekeningen vertoonden geen onjuistheden van materieel belang | 1.4-1.7 |
Essentiële controleaangelegenheden | 1.8-1.18 |
Wij hebben aanvullende informatie opgevraagd bij de Commissie ter onderbouwing van de waardering van financieringsinstrumenten onder gedeeld beheer | 1.9-1.11 |
Wij hebben de boekhoudkundige verwerking van de garantieactiviteiten van het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI) beoordeeld | 1.12-1.16 |
Wij hebben de stijging van de in de rekeningen opgenomen te betalen lasten beoordeeld | 1.17-1.18 |
Regelmatigheid van verrichtingen: Hoewel het door ons geschatte foutenpercentage van materieel belang blijft, was er op enkele gebieden sprake van verbetering | 1.19-1.43 |
Onze controleresultaten voor 2015 tonen in grote lijnen eenzelfde beeld als in de afgelopen jaren | 1.20-1.33 |
De Commissie verhoogde haar schattingen van foutenpercentages aanzienlijk in opeenvolgende documenten … | 1.34-1.36 |
… en de berekening van het corrigerend vermogen blijft een uitdaging voor de Commissie 1 | 1.37-1.41 |
Tijdig uitgevoerde corrigerende maatregelen hebben geleid tot een daling van het door ons geschatte foutenpercentage | 1.42-1.43 |
Wij leggen vermoedelijke gevallen van fraude voor aan OLAF | 1.44 |
Conclusies | 1.45-1.48 |
Controleresultaten | 1.46-1.48 |
Bijlage 1.1 — | Controleaanpak en -methodologie |
Bijlage 1.2 — | De aanpak door de VS en de EU van de toetsing en rapportage van onjuiste en onregelmatige betalingen |
Bijlage 1.3 — | Frequentie van ontdekte fouten in de controlesteekproef voor het jaar 2015 |
DE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VOORGELEGDE BETROUWBAARHEIDSVERKLARING VAN DE REKENKAMER — VERSLAG VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De verantwoordelijkheid van de leiding | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De verantwoordelijkheid van de controleur | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Betrouwbaarheid van de rekeningen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Oordeel over de betrouwbaarheid van de rekeningen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen bij de rekeningen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ontvangsten | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Oordeel over de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende ontvangsten bij de rekeningen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Betalingen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Grondslag voor een afkeurend oordeel over de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende betalingen bij de rekeningen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Afkeurend oordeel over de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende betalingen bij de rekeningen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Overige informatie | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
14 juli 2016 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Vítor Manuel da SILVA CALDEIRA | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
President | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Europese Rekenkamer | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
12, rue Alcide de Gasperi, 1615 Luxemburg, LUXEMBURG | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
INLEIDING | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De EU-uitgaven vormen een belangrijk instrument ter verwezenlijking van de beleidsdoelstellingen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 1.1 —EU-uitgaven 2015 per lidstaat als onderdeel van het bruto nationaal inkomen (bni) en de algemene overheidsuitgaven Bni van de lidstaten: overeengekomen reeks prognoses van traditionele eigen middelen en btw-/bni-grondslagen — 19.5.2016 — Europese Commissie. Lidstaten — algemene overheidsuitgaven — Eurostat — nationale jaarrekeningen. Zie bijlage 1.3 voor toelichting op de gebruikte landencodes.
Bron: Uitgaven van de Europese Unie (door de ERK gecompileerde boekhoudgegevens van de Europese Commissie). | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
DE REKENINGEN VERTOONDEN GEEN ONJUISTHEDEN VAN MATERIEEL BELANG | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ESSENTIËLE CONTROLEAANGELEGENHEDEN | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Wij hebben aanvullende informatie opgevraagd bij de Commissie ter onderbouwing van de waardering van financieringsinstrumenten onder gedeeld beheer | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Wij hebben de boekhoudkundige verwerking van de garantieactiviteiten van het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI) beoordeeld | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Wij hebben de stijging van de in de rekeningen opgenomen te betalen lasten beoordeeld | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
REGELMATIGHEID VAN VERRICHTINGEN: HOEWEL HET DOOR ONS GESCHATTE FOUTENPERCENTAGE VAN MATERIEEL BELANG BLIJFT, WAS ER OP ENKELE GEBIEDEN SPRAKE VAN VERBETERING | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 1.2 —Samenvatting van de controleresultaten over 2015 inzake de regelmatigheid van verrichtingen
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onze controleresultaten voor 2015 tonen in grote lijnen eenzelfde beeld als in de afgelopen jaren | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 1.3 —Het geschatte foutenpercentage (2013-2015) Bron: Europese Rekenkamer (zie figuur 1.2). | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De uitbetaling van kosten houdt verband met hogere foutenpercentages | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| 1.21. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie is van mening dat de impact van de ingewikkelde subsidiabiliteitsregels waarnaar de Rekenkamer verwijst, aanzienlijk wordt verkleind wanneer vereenvoudigde kostenopties worden gebruikt. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 1.4 —Uitsplitsing van het geschatte foutenpercentage per soort Het vergelijkende cijfer 2014 voor „Fouten door Commissie en intermediaire instanties” is het totaal van „administratieve fouten bij natuurlijke hulpbronnen” en „andere soorten fouten”. Bron: Europese Rekenkamer. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 1.5 —Het verband tussen de betalingsgrondslag en het geschatte foutenpercentage in EU-verrichtingen (2014-2015)
Bron: Europese Rekenkamer. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De beheerswijze heeft een beperkte invloed op de foutenpercentages | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 1.6 —Gemiddeld geschat foutenniveau op basis van beheerswijze en betalingsgrondslag (2014-2015) (1)
Bron: Europese Rekenkamer. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Resultaten op verschillende uitgaventerreinen vertonen uiteenlopende foutenpatronen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 1.7 —Bijdrage van verschillende MFK-rubrieken tot het totale geschatte foutenpercentage (2015) Bron: Europese Rekenkamer. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De Commissie verhoogde haar schattingen van foutenpercentages aanzienlijk in opeenvolgende documenten … | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 1.8 —ERK-controleresultaten 2015 vergeleken met de geschatte risicobedragen bij betalingen en de corrigerende capaciteit in het beheer- en prestatieverslag voor de EU-begroting 2015 en de jaarlijkse activiteitenverslagen
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
… en de berekening van het corrigerend vermogen blijft een uitdaging voor de Commissie | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 1.9 —Classificatie en verdeling per uitgaventerrein van in 2015 uitgevoerde corrigerende maatregelen Bron: Europese Rekenkamer, op basis van de FSDA van de geconsolideerde rekeningen van de EU van 2015 en onderliggende gegevens. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tijdig uitgevoerde corrigerende maatregelen hebben geleid tot een daling van het door ons geschatte foutenpercentage | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
WIJ LEGGEN VERMOEDELIJKE GEVALLEN VAN FRAUDE VOOR AAN OLAF | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
CONCLUSIES | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Controleresultaten | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
„Zuinigheid betekent dat de door de instelling voor haar activiteiten ingezette middelen tijdig, in passende hoeveelheid en kwaliteit en tegen de best mogelijke prijs beschikbaar worden gesteld.
Efficiëntie betekent dat de beste verhouding tussen de ingezette middelen en de verkregen resultaten wordt nagestreefd.
Doeltreffendheid betekent dat de gestelde doelen en de beoogde resultaten worden bereikt.”.
a) | de geconsolideerde financiële staten, die de balans (met de activa en passiva aan het eind van het jaar), de staat van de financiële resultaten (met de inkomsten en uitgaven over het jaar), het kasstroomoverzicht (dat toont hoe mutaties in de rekeningen van invloed zijn op geldmiddelen en kasequivalenten) en het mutatieoverzicht van de nettoactiva, alsook de bijbehorende toelichtingen bevatten; |
b) | de samengevoegde verslagen over de uitvoering van de begroting, betreffende de ontvangsten en uitgaven van het jaar, alsook de bijbehorende toelichtingen. |
Bron: Europese Rekenkamer.
BIJLAGE 1.1
CONTROLEAANPAK EN -METHODOLOGIE
1. | Onze controleaanpak wordt beschreven in de Handleiding financiële en nalevingsgerichte controle (FCAM — Financial and Compliance Audit Manual), die beschikbaar is op onze website. We gebruiken een betrouwbaarheidsmodel om onze werkzaamheden te plannen. In onze planning houden wij rekening met het risico dat zich fouten voordoen (inherent risico) en het risico dat fouten niet worden voorkomen, dan wel opgespoord en gecorrigeerd (internebeheersingsrisico). |
DEEL 1 — Controleaanpak en -methodologie voor de betrouwbaarheid van de rekeningen
2. | De geconsolideerde rekeningen bestaan uit:
De geconsolideerde rekeningen dienen een in elk materieel opzicht getrouwe weergave te vormen van:
Onze controle omvat:
|
DEEL 2 — Controleaanpak en -methodologie voor de regelmatigheid van de verrichtingen
3. | De controle van de regelmatigheid van de verrichtingen die aan de rekeningen ten grondslag liggen, omvat de rechtstreekse toetsing van verrichtingen (zie figuur 1.2). Wij stellen vast of deze voldoen aan de relevante regels en rechtsvoorschriften. |
Hoe wij de verrichtingen toetsen
4. | Voor iedere specifieke beoordeling (hoofdstukken 5-9) toetsen wij verrichtingen rechtstreeks op basis van een representatieve steekproef van verrichtingen. Onze toetsing maakt het mogelijk een inschatting te maken van de mate waarin de verrichtingen binnen de betrokken populatie onregelmatig zijn. |
5. | Bij de toetsing van verrichtingen wordt iedere geselecteerde verrichting onderzocht. Wij bepalen of de declaratie of de betaling al dan niet plaatsvond voor doeleinden die krachtens de begroting waren toegestaan en in de relevante wetgeving waren gespecificeerd. Wij onderzoeken de berekening van het bedrag van de declaratie of betaling (voor grotere declaraties een representatieve selectie van de posten waarop de subsidie was gebaseerd). Hierbij volgen wij de verrichting van de begrotingsrekeningen tot op het niveau van de eindbegunstigde (bijv. een landbouwer, een organisator van cursussen, of een projectontwikkelaar op het gebied van ontwikkelingshulp). Wij toetsen de naleving op ieder niveau. De verrichting (op welk niveau dan ook) bevat een fout wanneer:
|
6. | Ten aanzien van de ontvangsten nemen wij bij onze controle van de eigen middelen op basis van de belasting over de toegevoegde waarde en het bruto nationaal inkomen de relevante macro-economische aggregaten als uitgangspunt die de basis vormen voor de berekening daarvan. Wij onderzoeken en ontlenen zekerheid aan de controlesystemen van de Commissie voor de verwerking van deze gegevens, en wel totdat de bijdragen van de lidstaten zijn ontvangen en opgenomen in de geconsolideerde rekeningen. Bij de traditionele eigen middelen onderzoeken wij de rekeningen van de douaneautoriteiten en de stroom van douanerechten totdat de bedragen zijn ontvangen door de Commissie en opgenomen in de rekeningen. |
7. | Ten aanzien van de uitgaven onderzoeken wij betalingen wanneer de uitgaven zijn gedaan, geboekt en goedgekeurd. Dit onderzoek betreft alle categorieën betalingen (inclusief die voor de verwerving van activa). Wij onderzoeken geen voorschotten op het tijdstip van de verrichting. Voorschotbetalingen worden onderzocht indien:
|
8. | Onze controlesteekproef is zo opgezet dat een schatting kan worden gemaakt van het foutenniveau in de gecontroleerde populatie als geheel. Wij onderzoeken grotere declaraties of betalingen door het selecteren van objecten (bijv. facturen voor een project, percelen in de opgave van een landbouwer, zie paragraaf 5) voor de controle van afzonderlijke verrichtingen volgens de methode van „monetary unit sampling” (MUS, selectie op geldwaarde). Wanneer de onderzochte elementen deel uitmaken van een project of een opgave van een landbouwer, geldt het voor deze elementen gemelde foutenpercentage dus niet voor het gecontroleerde project of de opgave door de landbouwer, maar draagt het wel bij tot de algemene evaluatie van de EU-uitgaven. |
9. | Wij onderzoeken niet elk jaar verrichtingen in iedere lidstaat, begunstigde staat en/of regio. De voorbeelden in het jaarverslag dienen ter illustratie en laten zien wat voor soort fouten het meest worden aangetroffen. Het feit dat bepaalde lidstaten, begunstigde staten en/of regio's bij naam worden genoemd, wil niet zeggen dat de gegeven voorbeelden zich niet elders voordoen. De illustratieve voorbeelden in dit verslag bieden geen grondslag voor het trekken van conclusies over de desbetreffende lidstaten, begunstigde staten en/of regio's. |
10. | Onze aanpak is er niet op gericht om gegevens te verzamelen over de foutenfrequentie in de populatie. Cijfers over de frequentie van fouten zeggen dan ook niets over de frequentie van fouten in door de EU gefinancierde verrichtingen of in de afzonderlijke lidstaten. Bij onze steekproefbenadering wordt aan verschillende verrichtingen een verschillend gewicht toegekend. Bij onze steekproefneming wordt de waarde van de desbetreffende uitgaven en de intensiteit van de controlewerkzaamheden in aanmerking genomen. Deze weging wordt verwijderd in een frequentietabel, waarin dus evenveel gewicht wordt toegekend aan plattelandsontwikkeling als aan rechtstreekse steun op het gebied van natuurlijke hulpbronnen, en evenveel aan uitgaven van het Sociaal Fonds als aan regionale en cohesiebetalingen in het hoofdstuk Cohesie. De relatieve foutenfrequentie in steekproeven uit verschillende lidstaten is geen maatstaf voor het relatieve foutenniveau in de verschillende lidstaten. |
Hoe wij de resultaten van de toetsing van verrichtingen evalueren en presenteren
11. | Fouten in verrichtingen hebben verschillende oorzaken. Zij nemen verschillende vormen aan, afhankelijk van de aard van de overtreding en de specifieke regel of contractbepaling die niet werd nageleefd. Fouten kunnen een individuele verrichting in haar geheel of voor een deel beïnvloeden. Fouten die worden opgespoord en gecorrigeerd vóór en onafhankelijk van de door ons verrichte controles worden niet meegenomen in de berekening en de frequentie van fouten. Zij tonen aan dat de controlesystemen doeltreffend hebben gewerkt. Wij merken individuele fouten aan als kwantificeerbaar of niet-kwantificeerbaar. Daarbij houden wij rekening met de mate waarin het mogelijk is te meten welk deel van het gecontroleerde bedrag fouten vertoonde. |
12. | Veel fouten worden gemaakt bij de toepassing van aanbestedingswetgeving. Om de in de EU-wet- en regelgeving vervatte basisbeginselen van concurrentie in acht te nemen, moeten belangrijke procedures worden aangekondigd. Offertes moeten worden beoordeeld volgens gespecificeerde criteria. Contracten mogen niet op kunstmatige wijze worden gesplitst om vooral geen drempelwaarden te overschrijden(1). |
13. | Onze criteria voor de kwantificering van fouten inzake overheidsopdrachten worden beschreven in het document „Niet-naleving van de regels inzake overheidsopdrachten — soorten onregelmatigheden en basis voor kwantificering”(2). |
14. | Onze kwantificering kan afwijken van die welke gehanteerd wordt door de Commissie of de lidstaten wanneer besloten wordt op welke wijze gereageerd zal worden op de onjuiste toepassing van de aanbestedingsregels. |
Geschat foutenniveau
15. | Wij maken een schatting van het foutenniveau aan de hand van het meest waarschijnlijke foutenpercentage (MLE). Wij doen dit voor elke MFK-rubriek en voor de uitgaven uit de EU-begroting als geheel. Alleen gekwantificeerde fouten maken deel uit van de berekening. Het MLE is een statistische schatting van het percentage fouten dat waarschijnlijk in de populatie voorkomt. Voorbeelden van fouten zijn kwantificeerbare inbreuken op toepasselijke rechtsvoorschriften, regels en contract- en subsidievoorwaarden. Wij schatten eveneens de onderste foutengrens (LEL — „lower error limit”) en de bovenste foutengrens (UEL — „upper error limit”) (zie de illustratie hieronder). |
16. | Het percentage van het gearceerde gebied onder de curve geeft aan hoe waarschijnlijk het is dat het foutenniveau in de populatie tussen de LEL en de UEL ligt. |
17. | Wij plannen onze werkzaamheden aan de hand van een materialiteitsdrempel van 2 %. Wij laten ons bij onze beoordeling leiden door het materialiteitsniveau. Ook houden wij bij de vorming van ons oordeel rekening met de aard, het bedrag en de context van de fouten. |
Hoe wij systemen beoordelen en verslag doen van de resultaten
18. | Door de Commissie, door andere EU-instellingen en -organen, door autoriteiten van de lidstaten en door begunstigde landen en/of regio's worden systemen opgezet. Zij gebruiken deze systemen om de risico's voor de begroting te beheren, waarbij het tevens gaat om de regelmatigheid van de verrichtingen. Het onderzoeken van systemen is vooral nuttig voor de vaststelling van aanbevelingen voor verbeteringen. |
19. | Elke MFK-rubriek, waaronder ontvangsten, omvat vele individuele systemen. Ieder jaar selecteren wij een steekproef van systemen. Wij presenteren de resultaten samen met aanbevelingen ter verbetering. |
Hoe wij tot onze oordelen in de betrouwbaarheidsverklaring komen
20. | Al onze werkzaamheden die worden beschreven in de hoofdstukken 4-9 vormen de grondslag voor ons oordeel over de regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen bij de geconsolideerde rekeningen van de Europese Unie. Ons oordeel wordt beschreven in de betrouwbaarheidsverklaring. Om tot ons oordeel te komen, gaan wij na of fouten wijdverbreid zijn. Onze werkzaamheden stellen ons in staat tot een gefundeerd oordeel te komen inzake de vraag of de fouten in de populatie de materialiteitsdrempel al dan niet overschrijden. Onze beste schatting van het foutenpercentage voor het geheel van de uitgaven in 2015 is 3,8 %. Wij hebben meer dan 95 % zekerheid dat het foutenniveau voor de gecontroleerde populatie van materieel belang is. Het bij de verschillende MFK-rubrieken geconstateerde geschatte foutenniveau loopt uiteen, zoals wordt beschreven in de hoofdstukken 5-9. Wij beoordeelden de fouten als wijdverbreid — verspreid over het merendeel van de uitgaventerreinen. |
Vermoeden van fraude
21. | Als wij redenen hebben om te vermoeden dat er frauduleus is gehandeld, melden wij dit bij OLAF, het fraudebestrijdingsbureau van de Unie. OLAF heeft de verantwoordelijkheid om op grond daarvan een onderzoek in te stellen. Wij melden meerdere gevallen per jaar bij OLAF. |
DEEL 3 — Het verband tussen het controleoordeel betreffende de betrouwbaarheid van de rekeningen en dat betreffende de regelmatigheid van de verrichtingen
22. | Wij hebben:
|
23. | Wij verrichten onze werkzaamheden en geven onze controleoordelen af overeenkomstig de internationale controlestandaarden en de regels inzake beroepsethiek van IFAC en de internationale standaarden van hoge controle-instanties van INTOSAI. Deze standaarden bepalen ook dat ingeval controleurs controleoordelen afgeven betreffende de betrouwbaarheid van de rekeningen en betreffende de regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen bij die rekeningen, een aangepast oordeel over de regelmatigheid van de verrichtingen op zichzelf niet leidt tot een aangepast oordeel over de betrouwbaarheid van de rekeningen. In de financiële staten, waarover wij een oordeel afgeven, wordt erkend dat er sprake is van een materieel vraagstuk in verband met inbreuken op de regels inzake uitgaven die ten laste van de EU-begroting worden gebracht. Wij hebben dan ook besloten dat het bestaan van een materieel foutenpercentage dat van invloed is op de regelmatigheid, op zichzelf genomen geen reden is om ons afzonderlijke oordeel over de betrouwbaarheid van de rekeningen te wijzigen. |
BIJLAGE 1.2
DE AANPAK DOOR DE VS EN DE EU VAN DE TOETSING EN RAPPORTAGE VAN ONJUISTE EN ONREGELMATIGE BETALINGEN
1. | Krachtens een wet van het Amerikaanse Congres zijn alle overheidsinstanties verplicht hun eigen betalingen voldoende te toetsen om een statistisch verantwoorde schatting te berekenen van het jaarlijkse bedrag van onjuiste betalingen in programma’s waarbij een risicoanalyse uitwijst dat dergelijke betalingen waarschijnlijk meer dan 1,5 % van het totale betaalde bedrag uitmaken(1). Agentschappen moeten het resultaat publiceren als geëxtrapoleerd totaal en als percentage van de gedane betalingen. De controleurs van overheidsinstanties(2) zijn verplicht erover te rapporteren of de wijze waarop deze cijfers tot stand komen en worden gepubliceerd in overeenstemming is met het desbetreffende besluit van het Congres(3). |
2. | In de VS (zoals in de EU het geval is voor onregelmatige betalingen) hangt de definitie van „onjuist” af van het statuut in het kader waarvan de betaling is gedaan. De algemene definitie van onjuiste betalingen die in het Amerikaanse systeem wordt gehanteerd(4) lijkt op die van onregelmatige betalingen, zoals besproken in hoofdstuk 1 van dit jaarverslag. In de onderstaande tabel zijn de overeenkomsten en verschillen weergegeven tussen de wijze waarop de VS en de EU de toetsing en rapportage van uitgaven aanpakken. |
3. | Het Amerikaanse totaal van onjuiste betalingen omvat allerlei soorten publieke uitgaven, van maatschappelijk welzijn tot defensie. De uitgavengebieden die de EU-begroting domineren (landbouw, infrastructuur) maken een betrekkelijk klein gedeelte van de Amerikaanse federale begroting uit. Sommige duidelijke verschillen in foutenpatronen worden zichtbaar na een uitsplitsing van de soorten fouten. Inbreuken op bijkomende voorwaarden (zoals juiste aanbesteding en kwesties in verband met staatssteun die voortvloeien uit de EU-beleidsprioriteit van de totstandbrenging van een interne markt) hebben een grotere impact op ons geschatte foutenpercentage dan op het Amerikaanse totaal van onjuiste betalingen. Ontoereikende betalingen vormen een aanzienlijke component van het Amerikaanse totaal, maar niet van dat van ons. Documentatiefouten hebben ook een grotere impact op de Amerikaanse cijfers dan op ons geschatte foutenpercentage. |
4. | Bij de voorbereiding van schattingen van onjuiste betalingen mogen Amerikaanse agentschappen niet afgaan op zelfrapportages door de ontvangers van door agentschappen gedane betalingen als enige bron voor schattingen van onjuiste betalingen(5), noch het totaalbedrag van de onjuiste betalingen verrekenen door de impact van de terugvorderingsmaatregelen te berekenen. Zoals beschreven in paragrafen 1.42 en 1.43, verlagen de vóór onze controle getroffen corrigerende maatregelen ons geschatte foutenpercentage. |
5. | De desbetreffende agentschappen maken aanzienlijke middelen vrij voor onderzoek van geselecteerde betalingen. Zo worden voor de Amerikaanse Social Security Administration bijna zesduizend betalingen per jaar onderzocht om het percentage onjuiste betalingen te berekenen en worden bijna negentig manjaren besteed aan die taak. De autoriteiten waarmee we die kwestie bespraken, waren van oordeel dat de desbetreffende agentschappen dankzij deze activiteit kwalitatief hoogwaardige informatie verkrijgen over patronen van onjuiste betalingen en vaak in staat zijn passende maatregelen op te zetten en uit te voeren om het risico op fouten aan te pakken. |
6. | Voor 2015 gerapporteerde onjuiste betalingen bedroegen 136,7 miljard dollar (123,2 miljard euro)(6), ofwel 4,4 % van de uitgaven van de federale regering(7). Er zijn veel verschillen in de aard van de bestreken uitgaven en in specifieke definities van fouten. Het belangrijkste verschil is dat de Amerikaanse organen die middelen beheren, verplicht zijn hun eigen statistisch verantwoorde schatting van het foutenpercentage te maken. |
Verschillen en overeenkomsten tussen het VS-model en het ERK-model bij de raming van het foutenniveau in begrotingsuitgaven
Amerikaanse federale regering | ERK | ||
Verantwoordelijkheid voor het berekenen van het geschatte foutenniveau | Beheerders van middelen moeten de statistische schatting van het foutenniveau verstrekken | ||
Externe controleurs berekenen de statistische schatting van het foutenniveau | |||
Reikwijdte | Alle betalingen uit de begroting kunnen in de steekproef worden opgenomen | ||
Alleen van uitgaven in het kader van programma’s die door beheerders van middelen als risicovol worden beschouwd, wordt een steekproef genomen | |||
Belangrijkste fouten | Onjuiste bedragen betaald aan in aanmerking komende begunstigden | ||
Betalingen gedaan aan niet in aanmerking komende begunstigden | |||
Betalingen gedaan voor niet in aanmerking komende goederen of diensten | |||
Betalingen voor niet ontvangen goederen of diensten | |||
Dubbele betalingen | |||
Betalingen waarvoor onvoldoende of geen documentatie werd gevonden | |||
Grondslag voor foutenberekening | Toetsing van een steekproef van verrichtingen geselecteerd aan de hand van statistische methoden | ||
Corrigerende maatregelen achteraf (uitgevoerd door beheerders van middelen) kunnen het geschatte foutenpercentage verminderen | |||
Presentatie van het geschatte foutenpercentage | Geëxtrapoleerde fouten uitgedrukt in geld | ||
Geëxtrapoleerde fouten uitgedrukt als percentage | |||
Resultaten | Gemiddeld percentage 2012-2015 | 4,1 % | 4,3 % |
Percentage voor 2015 | 4,4 % | 3,8 % |
BIJLAGE 1.3
FREQUENTIE VAN ONTDEKTE FOUTEN IN CONTROLESTEEKPROEF VOOR HET JAAR 2015
Lidstaat (gedeeld beheer) | MFK-rubriek 1b — Cohesie | MFK-rubriek 2 — Natuurlijke hulpbronnen | Gedeeld beheer MFK-rubrieken 1b Cohesie en 2 Natuurlijke hulpbronnen (totaal) | ||||||||||||||||||||||||||
Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO), Cohesiefonds (CF) en het Europees Sociaal Fonds (ESF) | Marktondersteuning en rechtstreekse steun | Plattelandsontwikkeling, milieu, klimaatactie en visserij | |||||||||||||||||||||||||||
Aantal verrichtingen | Aantal verrichtingen met fouten | Aantal verrichtingen met: | Aantal verrichtingen | Aantal verrichtingen met fouten | Aantal verrichtingen met: | Aantal verrichtingen | Aantal verrichtingen met fouten | Aantal verrichtingen met: | Aantal verrichtingen | Aantal verrichtingen met fouten | Aantal verrichtingen met: | ||||||||||||||||||
Uitsluitend andere nalevingskwesties/niet-kwantificeerbare fouten | Kwantificeerbare fouten | < 20 % | 20 %-80 % | 80 %-100 % | Uitsluitend andere nalevingskwesties/niet-kwantificeerbare fouten | Kwantificeerbare fouten | < 20 % | 20 %-80 % | 80 %-100 % | Uitsluitend andere nalevingskwesties/niet-kwantificeerbare fouten | Kwantificeerbare fouten | < 20 % | 20 %-80 % | 80 %-100 % | Uitsluitend andere nalevingskwesties/niet-kwantificeerbare fouten | Kwantificeerbare fouten | < 20 % | 20 %-80 % | 80 %-100 % | ||||||||||
BE | België | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 5 | 2 | 0 | 2 | 1 | 1 | 0 | 5 | 2 | 0 | 2 | 1 | 1 | 0 |
BG | Bulgarije | 9 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4 | 2 | 0 | 2 | 2 | 0 | 0 | 5 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 18 | 2 | 0 | 2 | 2 | 0 | 0 |
CZ | Tsjechische Republiek | 28 | 6 | 2 | 4 | 2 | 0 | 2 | 4 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 5 | 4 | 0 | 4 | 4 | 0 | 0 | 37 | 10 | 2 | 8 | 6 | 0 | 2 |
DK | Denemarken | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 8 | 5 | 0 | 5 | 5 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 8 | 5 | 0 | 5 | 5 | 0 | 0 |
DE | Duitsland | 16 | 6 | 3 | 3 | 2 | 1 | 0 | 24 | 5 | 2 | 3 | 3 | 0 | 0 | 14 | 3 | 0 | 3 | 2 | 1 | 0 | 54 | 14 | 5 | 9 | 7 | 2 | 0 |
IE | Ierland | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 8 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 8 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
EL | Griekenland | 17 | 2 | 2 | 0 | 0 | 0 | 0 | 8 | 1 | 0 | 1 | 1 | 0 | 0 | 5 | 2 | 0 | 2 | 1 | 0 | 1 | 30 | 5 | 2 | 3 | 2 | 0 | 1 |
ES | Spanje | 17 | 7 | 5 | 2 | 0 | 2 | 0 | 20 | 5 | 0 | 5 | 4 | 0 | 1 | 21 | 8 | 3 | 5 | 3 | 2 | 0 | 58 | 20 | 8 | 12 | 7 | 4 | 1 |
FR | Frankrijk | 8 | 3 | 0 | 3 | 2 | 0 | 1 | 32 | 10 | 1 | 9 | 7 | 2 | 0 | 14 | 11 | 8 | 3 | 2 | 1 | 0 | 54 | 24 | 9 | 15 | 11 | 3 | 1 |
IT | Italië | 25 | 9 | 5 | 4 | 1 | 2 | 1 | 20 | 8 | 1 | 7 | 5 | 2 | 0 | 22 | 13 | 7 | 6 | 4 | 1 | 1 | 67 | 30 | 13 | 17 | 10 | 5 | 2 |
CY | Cyprus | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4 | 3 | 0 | 3 | 3 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4 | 3 | 0 | 3 | 3 | 0 | 0 |
LV | Letland | 4 | 1 | 0 | 1 | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4 | 1 | 0 | 1 | 1 | 0 | 0 |
LT | Litouwen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 5 | 3 | 3 | 0 | 0 | 0 | 0 | 5 | 3 | 3 | 0 | 0 | 0 | 0 |
HU | Hongarije | 17 | 6 | 2 | 4 | 1 | 3 | 0 | 8 | 3 | 0 | 3 | 3 | 0 | 0 | 5 | 1 | 0 | 1 | 1 | 0 | 0 | 30 | 10 | 2 | 8 | 5 | 3 | 0 |
NL | Nederland | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
AT | Oostenrijk | 8 | 2 | 1 | 1 | 0 | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 10 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 18 | 2 | 1 | 1 | 0 | 1 | 0 |
PL | Polen | 41 | 16 | 11 | 5 | 1 | 2 | 2 | 8 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 22 | 4 | 3 | 1 | 1 | 0 | 0 | 71 | 20 | 14 | 6 | 2 | 2 | 2 |
PT | Portugal | 12 | 5 | 5 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 8 | 2 | 2 | 0 | 0 | 0 | 0 | 20 | 7 | 7 | 0 | 0 | 0 | 0 |
RO | Roemenië | 4 | 2 | 0 | 2 | 1 | 1 | 0 | 8 | 2 | 1 | 1 | 1 | 0 | 0 | 11 | 3 | 0 | 3 | 0 | 2 | 1 | 23 | 7 | 1 | 6 | 2 | 3 | 1 |
SI | Slovenië | 8 | 1 | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 12 | 1 | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 |
SK | Slowaakse Republiek | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 5 | 1 | 0 | 1 | 0 | 0 | 1 | 5 | 1 | 0 | 1 | 0 | 0 | 1 |
SF | Finland | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4 | 1 | 0 | 1 | 1 | 0 | 0 | 5 | 4 | 0 | 4 | 4 | 0 | 0 | 9 | 5 | 0 | 5 | 5 | 0 | 0 |
SE | Zweden | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4 | 2 | 0 | 2 | 2 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4 | 2 | 0 | 2 | 2 | 0 | 0 |
UK | Verenigd Koninkrijk | 9 | 6 | 2 | 4 | 3 | 1 | 0 | 8 | 5 | 0 | 5 | 5 | 0 | 0 | 10 | 6 | 3 | 3 | 3 | 0 | 0 | 27 | 17 | 5 | 12 | 11 | 1 | 0 |
Totaal | 223 | 72 | 39 | 33 | 14 | 13 | 6 | 180 | 52 | 5 | 47 | 42 | 4 | 1 | 172 | 67 | 29 | 38 | 26 | 8 | 4 | 575 | 191 | 73 | 118 | 82 | 25 | 11 | |
Wij houden rekening met corrigerende maatregelen en de impact daarvan op de afzonderlijke bevindingen die zijn opgenomen in de tabel (zie ook de paragrafen 1.42 en 1.43). Wij onderzoeken niet elk jaar verrichtingen in iedere lidstaat, begunstigde staat en/of regio. Voor 2015 onderzochten we geen verrichtingen in Luxemburg, Malta, Kroatië en Estland. Onze aanpak is er niet op gericht om gegevens te verzamelen over de foutenfrequentie in de populatie. Cijfers over de frequentie van fouten zeggen dan ook niets over de frequentie van fouten in door de EU gefinancierde verrichtingen of in de afzonderlijke lidstaten. De relatieve foutenfrequentie in steekproeven uit verschillende lidstaten is geen maatstaf voor het relatieve foutenniveau in de verschillende lidstaten. |
Directoraat-generaal van de Europese Commissie (DG), overige instellingen en organen (alle beheertypen) | Totaalaantal onderzochte verrichtingen | Aantal verrichtingen met één of meerdere fouten | Aantal verrichtingen met: | |||||
Uitsluitend andere nalevingskwesties en niet-kwantificeerbare fouten | Kwantificeerbare fouten | Kwantificeerbare fouten < 20 % | Kwantificeerbare fouten 20 %-80 % | Kwantificeerbare fouten 80 %-100 % | ||||
Europese Commissie: | ||||||||
AGRI | DG Landbouw en Plattelandsontwikkeling | 344 | 116 | 31 | 85 | 68 | 12 | 5 |
DEVCO | DG Internationale Samenwerking en Ontwikkeling | 49 | 14 | 5 | 9 | 7 | 2 | 0 |
HOME | DG Migratie en Binnenlandse Zaken | 8 | 4 | 2 | 2 | 2 | 0 | 0 |
JUST | DG Justitie en Consumentenzaken | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
SANTE | DG Gezondheid en Voedselveiligheid | 2 | 1 | 0 | 1 | 0 | 1 | 0 |
ERCEA | Uitvoerend Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur | 7 | 5 | 1 | 4 | 3 | 0 | 1 |
EMPL | DG Werkgelegenheid, Sociale zaken en Inclusie | 82 | 30 | 16 | 14 | 8 | 5 | 1 |
JRC | Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek | 3 | 2 | 2 | 0 | 0 | 0 | 0 |
NEAR | DG Nabuurschapsbeleid en Uitbreidingsonderhandelingen | 46 | 13 | 2 | 11 | 8 | 3 | 0 |
PMO | Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten | 71 | 7 | 3 | 4 | 1 | 1 | 2 |
REGIO | DG Regionaal Beleid en Stadsontwikkeling | 150 | 43 | 23 | 20 | 7 | 8 | 5 |
ESTAT | Eurostat | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
CONNECT | DG Communicatienetwerken, Inhoud en Technologie | 20 | 9 | 2 | 7 | 4 | 2 | 1 |
MOVE | DG Mobiliteit en Vervoer | 7 | 1 | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 |
RTD | DG Onderzoek en Innovatie | 55 | 35 | 15 | 20 | 14 | 5 | 1 |
ENER | DG Energie | 11 | 7 | 5 | 2 | 2 | 0 | 0 |
GROW | DG Interne Markt, Industrie, Ondernemerschap en Midden- en Kleinbedrijf | 7 | 1 | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 |
EAC | DG Onderwijs en Cultuur | 32 | 13 | 7 | 6 | 5 | 1 | 0 |
ECFIN | DG Economische en Financiële Zaken | 2 | 1 | 0 | 1 | 1 | 0 | 0 |
TAXUD | DG Belastingen en Douane-unie | 1 | 1 | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 |
COMM | DG Communicatie | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
FISMA | DG Financiële Stabiliteit, Financiële Diensten en Kapitaalmarktenunie | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
ENV | DG Milieu | 7 | 2 | 0 | 2 | 2 | 0 | 0 |
MARE | DG Maritieme Zaken en Visserij | 12 | 3 | 3 | 0 | 0 | 0 | 0 |
ECHO | DG Humanitaire hulp en Civiele Bescherming (ECHO) | 36 | 7 | 1 | 6 | 6 | 0 | 0 |
OP | Publicatiebureau | 1 | 1 | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 |
DIGIT | DG Informatica | 3 | 1 | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 |
HR | DG Personele Middelen en Veiligheid | 5 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
OIB | Bureau voor infrastructuur en logistiek in Brussel | 6 | 1 | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 |
OIL | Bureau voor infrastructuur en logistiek in Luxemburg | 2 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
SJ | Juridische Dienst | 1 | 1 | 0 | 1 | 1 | 0 | 0 |
SCIC | DG Tolken | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Subtotaal Europese Commissie | 975 | 319 | 124 | 195 | 139 | 40 | 16 | |
Overige instellingen en organen | ||||||||
Europees Parlement | 25 | 2 | 1 | 1 | 1 | 0 | 0 | |
Europese Dienst voor extern optreden | 25 | 9 | 7 | 2 | 2 | 0 | 0 | |
Raad van de Europese Unie | 9 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Hof van Justitie van de Europese Unie | 6 | 1 | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Europese Rekenkamer | 3 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Overige organen | 6 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Subtotaal overige instellingen en organen | 74 | 12 | 9 | 3 | 3 | 0 | 0 | |
Totaal | 1 049 | 331 | 133 | 198 | 142 | 40 | 16 |
HOOFDSTUK 2
Budgettair en financieel beheer
INHOUD
Inleiding | 2.1-2.4 |
Opmerkingen | 2.5-2.38 |
De niet-afgewikkelde vastleggingen stegen en de toekomstige betalingsverplichtingen bleven toenemen | 2.5-2.10 |
De oorspronkelijke begroting voor betalingen voor 2015 was hoger dan in voorgaande jaren … | 2.11 |
… en betalingen voor bestemmingsontvangsten en overgedragen kredieten betekenen dat de saldobetalingen hoger waren dan het MFK-plafond | 2.12-2.13 |
Het bedrag aan kostendeclaraties voor cohesie daalde | 2.14-2.15 |
De periode tussen de aanvankelijke vastlegging en de aanvaarding van uitgaven is nog steeds lang | 2.16-2.18 |
Aanzienlijke achterstanden in het gebruik van de Europese structuur- en investeringsfondsen (ESI-fondsen) | 2.19-2.21 |
Financieringsinstrumenten maken een steeds groter deel van de begroting uit … | 2.22-2.26 |
… evenals van de balans … | 2.27-2.30 |
… en de niet-bestede bedragen in financieringsinstrumenten onder gedeeld beheer blijven relatief hoog | 2.31 |
De eerste verrichtingen werden geboekt voor het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI) … | 2.32-2.37 |
… terwijl de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) met vertraging van start ging | 2.38 |
Conclusies en aanbevelingen | 2.39-2.47 |
De conclusies voor 2015 | 2.39-2.46 |
Aanbevelingen | 2.47 |
INLEIDING | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
OPMERKINGEN | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De niet-afgewikkelde vastleggingen stegen en de toekomstige betalingsverplichtingen bleven toenemen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De Commissie heeft in 2015 meer vastleggingen gedaan dan in enig voorgaand jaar | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 2.1 — Vastleggingen Begrotingsvastleggingen zijn vereist voor allerlei contracten, besluiten of overeenkomsten die tussen de EU en particulieren, bedrijven, organisaties, instellingen, agentschappen of overheden worden gesloten. Voorbeelden hiervan zijn:
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 2.2 — Ontwikkeling van gecumuleerde niet-afgewikkelde vastleggingen (miljard euro) Bron: Geconsolideerde jaarrekening van de Europese Unie — Begrotingsjaren 2007-2015. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De oorspronkelijke begroting voor betalingen voor 2015 was hoger dan in voorgaande jaren … | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
… en betalingen voor bestemmingsontvangsten en overgedragen kredieten betekenen dat de saldobetalingen hoger waren dan het MFK-plafond | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 2.3 — Definitieve betalingen in vergelijking met het MFK-maximum (miljard euro) Bron: Geconsolideerde jaarrekening van de Europese Unie — Begrotingsjaren 2009-2015 en MFK-verordeningen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 2.4 — Betalingskredieten en betalingen verricht in 2015 (miljard euro) Bron: Geconsolideerde jaarrekening van de Europese Unie — Begrotingsjaar 2015 „Samengevoegde verslagen over de uitvoering van de begroting en toelichtingen daarbij”, tabellen 5.1 en 5.3. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het bedrag aan kostendeclaraties voor cohesie daalde | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De periode tussen de aanvankelijke vastlegging en de aanvaarding van uitgaven is nog steeds lang | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 2.5 — Verdeling van de niet-afgewikkelde begrotingsvastleggingen en voorfinancieringen van de Commissie
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Aanzienlijke achterstanden in het gebruik van de Europese structuur- en investeringsfondsen (ESI-fondsen) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 2.6 — Absorptie in % en totalen voor de ESI-fondsen in het MFK 2007-2013 per 31 december 2015
Bron: Berekening van de Europese Rekenkamer op basis van de boekhoudgegevens van de Commissie. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 2.7 — Ongebruikte vastleggingen van de ESI-fondsen op 31 december 2015, uitgedrukt als percentage van de overheidsuitgaven Bron: Europese Rekenkamer, op basis van door de Commissie verstrekte gegevens. Eurostat-gegevens over overheidsuitgaven voor 2015, april 2016. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 2.8 — ESI-fondsen 2007-2013 — Ongebruikte vastleggingen en voorfinanciering per eind 2015 (miljoen euro) Bron: Europese Rekenkamer, op basis van door de Commissie verstrekte gegevens. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Financieringsinstrumenten maken een steeds groter deel van de begroting uit … | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Financieringsinstrumenten onder indirect beheer | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 2.9 — Totale activa ad 6,5 miljard euro (1) per 31 december 2015 in financieringsinstrumenten onder indirect beheer per soort instrument
Bron: Geconsolideerde jaarrekening van de Europese Unie — Begrotingsjaar 2015 (onderdeel van de FSDA betreffende financieringsinstrumenten) en compilatie van gegevens uit rapportagepakketten inzake de financieringsinstrumenten 2015. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 2.10 —Financieringsinstrumenten onder indirect beheer binnen het MFK 2014-2020
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
… evenals van de balans … | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 2.11 —Totale activa van financieringsinstrumenten onder indirect beheer per soort activa (miljard euro) Bron: Geconsolideerde jaarrekening van de Europese Unie — Begrotingsjaren 2014 en 2015. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 2.12 —Geldmiddelen en kasequivalenten die tot de financieringsinstrumenten behoren(1)
Bron: Compilatie van gegevens uit rapportagepakketten inzake de financieringsinstrumenten 2015. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
… en de niet-bestede bedragen in financieringsinstrumenten onder gedeeld beheer blijven relatief hoog | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De eerste verrichtingen werden geboekt voor het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI) … | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
… terwijl de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) met vertraging van start ging | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De conclusies voor 2015 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Aanbevelingen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. Alle maatregelen die de Commissie ten aanzien van de lidstaten neemt, zoals inspanningen om de niet-afgewikkelde vastleggingen af te bouwen en op grotere schaal gebruik te maken van nettocorrecties op het gebied van cohesie, moeten uiteraard in overeenstemming met de regelgeving zijn. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. De raming voor de periode na 2020 zal in 2017 worden bekendgemaakt (als bepaald in punt 9 van het Interinstitutioneel Akkoord betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer) en zal integraal deel uitmaken van de voorstellen van de Commissie voor het MFK na 2020 (in te dienen vóór 1 januari 2018 als bepaald in artikel 25 van de MFK-verordening). Bovendien zal de Commissie in het kader van de tussentijdse herziening van het MFK een tussentijdse betalingsprognose bekendmaken, waarin de houdbaarheid van de huidige betalingsmaxima tot het einde van het huidige MFK wordt beoordeeld. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling binnen het kader van het MFK en de relevante wetgeving. De Commissie heeft reeds een taskforce inzake betere tenuitvoerlegging opgericht om de tenuitvoerlegging van de ESI-fondsen in bepaalde lidstaten te verbeteren en tegelijkertijd de volledige inachtneming van de wettigheid en regelmatigheid van de uitgaven te waarborgen (zie het antwoord van de Commissie op opmerkingen 2.19 en 2.20). De Commissie wil ervoor zorgen dat de werkzaamheden van de taskforce maximaal worden benut en zal de nadruk leggen op een proactieve en doelgerichte benadering van de lidstaten om de uitvoering van de financiering in het kader van het cohesiebeleid in 2014-2020 te ondersteunen. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. Voor de financieringsinstrumenten onder indirect beheer heeft de Commissie in november 2015 samen met het EIF een procedure gefinaliseerd voor de teruggave en vrijmaking van EU-middelen, waaronder de overdracht van GIF-inkomsten en terugbetalingen aan H2020 en Cosme, en deze wordt momenteel ten uitvoer gelegd. Deze procedure zal vergezeld gaan van controlebezoeken aan het EIF. Wat de financieringsinstrumenten onder gedeeld beheer betreft, zullen ongebruikte middelen bij afsluiting in mindering wordt gebracht overeenkomstig de wettelijke bepalingen voor programma’s onder gedeeld beheer. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling ten dele. In de tussentijdse evaluatie van de CEF zal worden geëvalueerd in welke mate het CEF-schuldinstrument coherent is met andere EU-initiatieven, zoals het EFSI. Er is een addendum op de CEF-beoordeling vooraf in voorbereiding om rekening te houden met i) de meest recente analyse van de mogelijkheid om in de CEF-sectoren een CEF-eigenvermogensinstrument te lanceren, en ii) de marktontwikkelingen na de lancering van het EFSI. Dit addendum moet worden gezien als een aanvulling op de vorige beoordeling vooraf en niet als een herziening. Aan de additionaliteit van de CEF-financieringsinstrumenten voor het EFSI ligt het principe ten grondslag dat CEF-financiering gericht is op innovatieve, demonstratie- en proefprojecten die kunnen worden gefinancierd volgens de desbetreffende voorschriften in de CEF-sectoren, terwijl de EFSI-steun een groter toepassingsgebied en bredere subsidiabiliteitscriteria heeft. |
Bron: SWD(2015) 206 final, Delegatieovereenkomsten en ABAC-workflow.
HOOFDSTUK 3
Resultaten behalen met de EU-begroting
INHOUD
Inleiding | 3.1-3.5 |
Deel 1 — Horizon 2020 (2014-2020) | 3.6-3.59 |
Afdeling 1 — Met de koppelingen tussen Europa 2020, de nieuwe prioriteiten van de Commissie en Horizon 2020 wordt prestatiegerichtheid niet altijd vergemakkelijkt en deze moeten worden verduidelijkt. | 3.7-3.21 |
Afdeling 2 — Synergieën en complementariteit tussen de ESI-fondsen en nationale programma's | 3.22-3.23 |
Afdeling 3 — Prestatiegerichtheid wordt niet op consistente wijze aangejaagd door de mechanismen van Horizon 2020 | 3.24-3.59 |
Deel 2 — Planning en rapportage van prestaties op het niveau van de directoraten-generaal: de groep „Natuurlijke hulpbronnen” | 3.60-3.65 |
Deel 3 — Resultaten van de door de Rekenkamer uitgevoerde doelmatigheidscontrole | 3.66-3.85 |
Speciale verslagen uit 2015 en andere output met betrekking tot prestaties | 3.66-3.77 |
De follow-up van aanbevelingen in speciale verslagen | 3.78-3.85 |
Conclusies en aanbevelingen | 3.86-3.95 |
Conclusies | 3.86-3.93 |
Aanbevelingen | 3.94-3.95 |
Bijlage 3.1 — | Door de Europese Rekenkamer in 2015 vastgestelde speciale verslagen |
Bijlage 3.2 — | Follow-up van eerdere aanbevelingen voor prestatie-aspecten |
INLEIDING | |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
Figuur 3.1 —Prestaties in de EU De prestaties in de EU worden beoordeeld aan de hand van de beginselen van goed financieel beheer (zuinigheid, doelmatigheid en doeltreffendheid)(2), en omvatten:
| |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
DEEL 1 — HORIZON 2020 (2014-2020) | |||||||||||
| |||||||||||
Afdeling 1 — Met de koppelingen tussen Europa 2020, de nieuwe prioriteiten van de Commissie en Horizon 2020 wordt prestatiegerichtheid niet altijd vergemakkelijkt en deze moeten worden verduidelijkt. | |||||||||||
Europa 2020 en Horizon 2020 | |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
Figuur 3.2 —De structuur van Horizon 2020 Bron: Europese Rekenkamer. | |||||||||||
Er bestaan verbanden op hoog niveau tussen Horizon 2020 en de Europa 2020-strategie, maar deze moeten worden versterkt om ervoor te zorgen dat zij een grotere prestatiegerichtheid vergemakkelijken | |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
| |||||||||||
| 3.15. | ||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
| |||||||||||
|
| ||||||||||
De koppelingen tussen de tien politieke prioriteiten van de Commissie en van Europa 2020/Horizon 2020 behoeven verdere verduidelijking | |||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
Afdeling 2 — Synergieën en complementariteit tussen de ESI-fondsen en nationale programma's | |||||||||||
Beperkte informatie over synergieën met de ESI-fondsen | |||||||||||
|
| ||||||||||
Voorbeelden van complementariteit tussen nationale en Europese onderzoeksprogramma’s | |||||||||||
| |||||||||||
Figuur 3.3 —Voorbeelden van complementariteit met de nationale programma’s, met inbegrip van een aantal geconstateerde tekortkomingen op nationaal niveau | Figuur 3.3 —Voorbeelden van complementariteit met de nationale programma’s, met inbegrip van een aantal geconstateerde tekortkomingen op nationaal niveau | ||||||||||
Bulgarije (op basis van een controle door de Bulgaarse nationale rekenkamer (BNAO), gepubliceerd in juli 2016 | Bulgarije (op basis van een controle door de Bulgaarse nationale rekenkamer (BNAO), gepubliceerd in juli 2016) | ||||||||||
Het verband tussen de prioriteiten van de EU in de context van de Europa 2020-strategie voor slimme, duurzame en inclusieve groei, waaronder Horizon 2020 en de nationale prioriteiten van Bulgarije, komt tot uitdrukking door middel van acht prioriteiten die zijn vastgesteld in het Bulgaarse nationale ontwikkelingsprogramma voor 2020 (NOP). Drie van deze prioriteiten houden verband met wetenschap en innovatie: | |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
Naast het NOP, dat een geïntegreerd document is voor de sociaaleconomische ontwikkeling van Bulgarije voor de periode tot 2020, worden ook de doelstellingen van Horizon 2020 gesynchroniseerd en uitgewerkt tot operationele doelstellingen en plannen in: | |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
In de nationale strategieën is een nationale doelstelling geformuleerd om het aandeel van de uitgaven voor onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten in 2020 te verhogen tot 1,5 % van het bbp. Om deze nationale doelstelling te bereiken, zijn in de actieplannen maatregelen en activiteiten gepland ter uitvoering van de nationale strategische documenten. De BNAO heeft echter vastgesteld dat er in de actieplannen voor het NOP geen kwantitatieve indicatoren voor resultaten per jaar en ook geen streefwaarden per jaar voor activiteiten in het kader van Horizon 2020 zijn opgenomen. Evenmin waren er kwantitatieve indicatoren per activiteit opgenomen in het actieplan voor de NSSR. De BNAO heeft ook geconstateerd dat er enkele kwesties bestaan met betrekking tot coördinatie en interactie tussen alle deelnemers aan Horizon 2020 op nationaal niveau, en dat een verbetering van de interactie tussen alle deelnemers de deelname van Bulgarije aan het programma zou stimuleren. | De Commissie verleent actieve steun aan Bulgarije, zowel via het proefproject „Trap naar topkwaliteit” (zie boven) als via het nieuwe initiatief ten behoeve van achterstandsgebieden(1), om het land te helpen zijn innoverend ecosysteem en zijn deelname aan Horizon 2020 te verbeteren door middel van de tenuitvoerlegging en verdere uitbouw van de Bulgaarse strategie voor slimme specialisatie. In oktober 2015 heeft de Europese Commissie een aantal essentiële beleidsaanbevelingen gepresenteerd om de onderzoeks- en innovatiesectoren in Bulgarije te helpen moderniseren. Het was de eerste keer dat een EU-lidstaat op vrijwillige basis gebruikmaakte van de Horizon 2020-beleidsondersteuningsfaciliteit, een nieuw instrument dat overheden praktische ondersteuning biedt bij het vaststellen, doorvoeren en evalueren van de benodigde hervormingen om de kwaliteit van hun openbare onderzoeks- en innovatiestructuren te verbeteren. | ||||||||||
Portugal (blijkens specifieke controlewerkzaamheden die gedurende het eerste kwartaal van 2016 zijn verricht door het Portugese Tribunal de Contas) | |||||||||||
Het belangrijkste nationale strategische document op het gebied van onderzoek en innovatie is de onderzoeks- en innovatiestrategie voor slimme specialisatie (RISSS) voor het tijdsbestek van 2014-2020, dat overeenkomt met de looptijd van Horizon 2020 en de einddatum van de Europa 2020-strategie. Een van de hoofdstukken daarvan bevat koppelingen tussen de Europa 2020-strategie en de Portugal 2020-partnerschapsovereenkomst tussen Portugal en de Commissie op het gebied van O&O en innovatie, in het kader waarvan middelen worden gemobiliseerd vanuit het cohesiebeleid en Horizon 2020. | |||||||||||
De Portugese rekenkamer, Tribunal de Contas, heeft opgemerkt dat de RISSS twee scenario’s omvatte voor de ontwikkeling van de indicator voor het aandeel van het bbp dat wordt geïnvesteerd in onderzoek en ontwikkeling: een „conservatief” scenario van 2 %, en een „gewijzigd” scenario van 2,7 %, in beide gevallen te bereiken tegen 2020. Zij constateerde voorts dat, rekening houdend met Europa 2020, de innovatie-unie-indicatoren en de Horizon 2020-indicatoren, sommige problemen niet worden aangepakt door de nationale strategie-indicatoren, zoals het geslacht van de onderzoekers, de bijdrage die verband houdt met duurzame ontwikkeling en klimaatverandering, en de deelname van het mkb. | |||||||||||
Het Tribunal de Contas heeft tevens opgemerkt dat er op nationaal en Europees niveau eveneens dergelijke indicatoren bestaan, zoals die betreffende wetenschappelijke publicaties of innovatieve producten of processen, die niet met elkaar kunnen worden vergeleken, bijvoorbeeld omdat verschillende noemers worden gebruikt. | |||||||||||
Afdeling 3 — Prestatiegerichtheid wordt niet op consistente wijze aangejaagd door de mechanismen van Horizon 2020 | |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
De processen van het subsidiebeheer zijn nog niet volledig ontworpen om prestatiegericht te zijn | |||||||||||
| |||||||||||
Het rechtskader van Horizon 2020 bevat verscheidene belangrijke elementen voor prestatiebeheer, maar er zijn een aantal zwakke punten in het ontwerp, met name wat betreft het gebruik van prestatie-indicatoren | |||||||||||
|
| ||||||||||
| |||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
Er is sprake van te weinig prestatiegerichtheid op het niveau van werkprogramma’s en uitnodigingen tot het indienen van voorstellen | |||||||||||
| |||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
De voorstellen, evaluaties en subsidieovereenkomsten zijn prestatiegericht, maar er zijn tekortkomingen die kunnen leiden tot problemen bij het beoordelen van de prestaties | |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
|
| ||||||||||
Door de opzet van het systeem voor monitoring en rapportage van Horizon 2020 wordt het vermogen van de Commissie beperkt om prestaties naar behoren te monitoren en te rapporteren | |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
De uitgaven voor onderzoek worden niet afzonderlijk van die voor innovatie gemonitord | |||||||||||
| |||||||||||
|
| ||||||||||
| |||||||||||
De bijdrage van Horizon 2020 tot de Europa 2020-strategie is weliswaar vastgelegd in de begroting, maar wordt ten minste tot 2018 niet op een betekenisvolle manier gerapporteerd | |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
|
| ||||||||||
Sommige inherente moeilijkheden bij de evaluatie achteraf van KP7 blijven mogelijk ook bestaan voor Horizon 2020 | |||||||||||
|
| ||||||||||
| |||||||||||
|
| ||||||||||
De Commissie maakt niet altijd consequent gebruik van de belangrijkste prestatiebegrippen, met het risico dat het prestatiebeheersysteem wordt ondermijnd | |||||||||||
| |||||||||||
|
| ||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
Figuur 3.4 —Inconsistent gebruik van indicatoren Zoals is opgemerkt in paragraaf 3.28, kent Horizon 2020 23 essentiële prestatie-indicatoren waarmee de resultaten en de impact van de specifieke doelstellingen van Horizon 2020 kunnen worden gemeten. Zeven van deze indicatoren zijn gekoppeld aan publicaties, zoals „Leadership in enabling and industrial technologies (LEIT) — Number of joint public-private publications”. Het bereiken van dergelijke resultaten is weliswaar een geldige doelstelling van het programma, maar zulke indicatoren voor publicaties meten geen resultaten of impact. Afgezien daarvan zijn er nog vier andere indicatoren die zijn verbonden aan input, in plaats van aan resultaten of impact. Voorbeelden hiervan zijn „toegang tot risicofinanciering — totaal aan investeringen via financiering met vreemd vermogen en durfkapitaalinvesteringen” en „Het percentage van het totaal aan middelen voor de energieproblematiek dat is toegewezen aan de volgende onderzoeksactiviteiten: hernieuwbare energie, energie-efficiëntie bij het eindgebruik, intelligente netwerken en energieopslag”. In hoofdstuk 3 van het jaarverslag van vorig jaar hebben wij ook verslag uitgebracht over deze kwestie, namelijk in de context van de ESI-fondsen(45). | Figuur 3.4 —Inconsequent gebruik van indicatoren In de door de Commissie uitgevaardigde richtsnoeren voor betere regelgeving is voor elk van deze begrippen een standaarddefintie vastgesteld en deze definities zullen voortaan consequent worden toegepast. Hoewel publicaties op zich outputs zijn, meent de Commissie dat deze in sommige gevallen resultaatindicatoren kunnen zijn (bijvoorbeeld publicaties in tijdschriften met collegiale toetsing). Volgens de Commissie wordt in haar prestatiekader, en met name in de voor Horizon 2020 gehanteerde indicatoren, gestreefd naar een juist evenwicht tussen de verschillende soorten indicatoren. Binnen dit evenwicht is een bepaald aantal inputindicatoren aanvaardbaar om ervoor te zorgen dat uiteenlopende prioriteiten op adequate wijze worden beoordeeld. | ||||||||||
DEEL 2 — PLANNING EN RAPPORTAGE VAN PRESTATIES OP HET NIVEAU VAN DE DIRECTORATEN-GENERAAL: DE GROEP „NATUURLIJKE HULPBRONNEN” | |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
|
| ||||||||||
Figuur 3.5 —Voorbeelden van doelstellingen die ongeschikt zijn voor beheersdoeleinden DG CLIMA: De doelstelling „het waarborgen van investeringen ten behoeve van klimaatgerelateerde kwesties” is niet specifiek, omdat er niet wordt gespecificeerd welk volume aan investeringen moet worden gewaarborgd, en deze daarnaast niet tijdsgebonden is, aangezien er geen termijn is vastgesteld voor de verwezenlijking van deze doelstelling. DG ENV: „Het omvormen van de EU tot een hulpbronnenefficiënte, groene en concurrerende economie” is als specifieke doelstelling vastgesteld. Zij geeft geen precieze definitie van de gebruikte termen en evenmin wordt gepreciseerd hoe de doelstelling moet worden verwezenlijkt. | Figuur 3.5 —Voorbeelden van doelstellingen die ongeschikt zijn voor beheersdoeleinden DG CLIMA — Het bedrag en de termijn zijn impliciet vastgesteld aangezien de doelstelling en de indicatoren duidelijk verband houden met (het subprogramma klimaatactie van) het LIFE-programma 2014-2020. DG ENV — De Commissie merkt op dat de wijze waarop deze doelstelling zal worden verwezenlijkt, op de bladzijden 9 en 10 van het strategisch plan voor 2016-2020 van het directoraat-generaal Milieu wordt gepreciseerd en dat de indicatoren voor het meten van de gemaakte vorderingen, op de bladzijden 19, 20 en 21 van hetzelfde document worden beschreven. | ||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
Figuur 3.6 —Voorbeeld van problemen met indicatoren Indicatoren werden gepresenteerd als resultaatindicatoren, maar waren daarentegen gericht op input, bijvoorbeeld in DG AGRI: „Totale investering in productie van hernieuwbare energie” — deze indicator meet de rechtstreeks met de steunverlening gerealiseerde activiteit, in plaats van te zijn gericht op de dankzij de investering gerealiseerde toename van hernieuwbare energie. | Figuur 3.6 —Voorbeeld van problemen met indicatoren In deze indicator wordt niet alleen rekening gehouden met de input van het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (ELFPO), maar ook met de nationale en particuliere bijdragen aan de activiteiten. Hij geeft bijgevolg een indicatie van de aansporingseffecten van de nationale en EU-bijdragen op particuliere bijdragen aan activiteiten die rechtstreeks met de doelstelling inzake hernieuwbare energie verband houden. De gekwantificeerde doelstelling voor 2023 is van tevoren vastgesteld door de lidstaten op basis van een analyse van de binnen het programmeringsgebied geconstateerde behoeften en het is de bedoeling dat die met behulp van een consistente strategie wordt gerealiseerd. Daarnaast en bovenal wordt deze indicator aangevuld met de resultaatindicator „hernieuwbare energie uit ondersteunde projecten”, die in 2017 en 2019 door beoordelaars en in 2024 in het kader van de evaluatie achteraf zal worden gemeten. Beide indicatoren samen zullen een volledig beeld van de behaalde resultaten opleveren. | ||||||||||
DEEL 3 — RESULTATEN VAN DE DOOR DE REKENKAMER UITGEVOERDE DOELMATIGHEIDSCONTROLE | |||||||||||
Speciale verslagen uit 2015 en andere output met betrekking tot prestaties | |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
De reactie van de EU op de financiële crisis | |||||||||||
| |||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
| |||||||||||
Jeugdwerkloosheid | |||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
Het milieu, energie en klimaatverandering | |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
De follow-up van aanbevelingen in speciale verslagen | |||||||||||
| |||||||||||
|
| ||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
Aanbevelingen worden medegedeeld aan de lidstaten, hoewel formele follow-up is vermengd | |||||||||||
| |||||||||||
Figuur 3.7 —Mededeling van bevindingen aan de lidstaten Bron: Europese Rekenkamer. | |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
Figuur 3.8 —Voorbeelden van bewustzijn en communicatie op het niveau van de lidstaat | |||||||||||
In ons verslag over „De kosteneffectiviteit van EU-steun inzake plattelandsontwikkeling voor niet-productieve investeringen in de landbouw”(71) wordt aanbevolen dat de lidstaten procedures instellen om ervoor te zorgen dat de kosten van de ondersteunde niet-productieve investeringen niet hoger zijn dan de kosten van soortgelijke goederen, diensten of werken die door de markt worden aangeboden. Dit houdt concreet in dat lidstaten in het kader van hun administratieve controles passende benchmarks en/of referentiekosten moeten vastleggen aan de hand waarvan de kosten van niet-productieve investeringen systematisch worden geverifieerd. In reactie op deze aanbeveling heeft één lidstaat standaardprijzen ingevoerd voor het beheer van de aanplant van hagen. | |||||||||||
Voor de verspreiding van onze aanbevelingen maakt een beheersautoriteit in één lidstaat de bevindingen van de Rekenkamer beschikbaar op haar intranetpagina voor het uitvoerende comité van het plattelandsontwikkelingsprogramma, waarop alle uitvoerende instanties en het betaalorgaan zijn vertegenwoordigd. | |||||||||||
In één lidstaat verwittigt het ministerie van Landbouw het betaalorgaan en, zo nodig, andere belanghebbenden door middel van een samenvattend verslag met onze belangrijkste bevindingen en aanbevelingen, met het volledige verslag in een bijlage. | |||||||||||
Bron: Een selectie uit de reacties op onze enquête onder HCI’s en betaalorganen. | |||||||||||
| |||||||||||
CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN | |||||||||||
Conclusies | |||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
| |||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
|
Zij vindt dat zij de nodige maatregelen heeft genomen om de door het KP7-evaluatiesysteem gesignaleerde moeilijkheden te verhelpen. | ||||||||||
|
| ||||||||||
|
| ||||||||||
Aanbevelingen | |||||||||||
| |||||||||||
| |||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. Hoewel het algemene prestatiekader is vastgelegd en duidelijk is, neemt de Commissie nota van de door de Rekenkamer aan de orde gestelde punten, waarmee ten volle rekening zal worden gehouden in het kader van de aan de gang zijnde werkzaamheden ter verbetering van de werkprogramma's, zoals onder meer haar rol bij prestatiegebaseerde rapportage. | ||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. De politieke prioriteiten van de Commissie zijn duidelijk omschreven in de politieke beleidslijnen van Commissievoorzitter Juncker. Zij zorgen voor een routekaart voor het optreden van de Commissie die volledig consistent en verenigbaar is met Europa 2020 als Europese groeistrategie op lange termijn. De verschillen in reikwijdte tussen de prioriteiten en Europa 2020 weerspiegelen de plicht van de Commissie om te reageren op de uitdagingen die sinds de ontwikkeling van de Europa 2020-strategie de kop hebben opgestoken of aan belang hebben gewonnen, zoals migratie. Vanaf 2016 zal op basis van de door elke Commissiedienst uitgewerkte strategische plannen zowel in de jaarlijkse activiteitenverslagen van elke Commissiedienst als in het jaarlijks beheer- en prestatieverslag van de Commissie worden toegelicht hoe specifieke doelstellingen tot de verwezenlijking van de politieke prioriteiten bijdragen, en tevens verder worden verduidelijkt welke de verbanden met Europa 2020 zijn. | ||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. De vaststelling van de verschillende verordeningen voor de periode voor het MFK 2014-2020 heeft plaatsgevonden vóór de uitvaardiging van de richtsnoeren voor betere regelgeving (mei 2015). Bovendien is de inhoud van deze verordeningen het resultaat van een politieke onderhandeling tussen de medewetgevers. Dit heeft tot een aantal inconsistenties geleid, zoals de Rekenkamer heeft opgemerkt. Sinds de vaststelling van de richtsnoeren voor betere regelgeving dient bij de monitoring en evaluatie van alle programma's consequent de in de richtsnoeren vastgelegde terminologie te worden gebruikt. Op korte termijn kan een consistent terminologiegebruik in de gehele wetgeving echter onmogelijk worden gegarandeerd. Wat het interne prestatiekader van de Commissie betreft, heeft de Commissie via de aan alle diensten verstrekte vaste instructies in consistente definities en methoden voorzien. Deze definities zijn van gelijke strekking als die welke in de richtsnoeren voor betere regelgeving zijn vervat. |
BIJLAGE 3.1
DOOR DE EUROPESE REKENKAMER IN 2015 VASTGESTELDE SPECIALE VERSLAGEN
|
BIJLAGE 3.2
FOLLOW-UP VAN EERDERE AANBEVELINGEN VOOR PRESTATIE-ASPECTEN
Jaar | Aanbeveling van de Rekenkamer | Door de Rekenkamer verrichte analyse van de geboekte vooruitgang | Antwoord van de Commissie | |||||
Volledig uitgevoerd | In uitvoering | Niet uitgevoerd | Niet van toepassing | Ontoereikend bewijs | ||||
In de meeste opzichten | In enkele opzichten | |||||||
2013 | Aanbeveling 1: Op basis van dit onderzoek en van de bevindingen en conclusies over 2013 beveelt de Rekenkamer aan dat de Commissie haar rapportagekader inzake prestaties bij een volgende herziening van het Financieel Reglement rationaliseert. | X | De Commissie onderstreept dat de evaluatie nog steeds aan de gang is. | |||||
Aanbeveling 2: Op basis van dit onderzoek en van de bevindingen en conclusies over 2013 beveelt de Rekenkamer aan dat de Commissie ervoor zorgt dat het evaluatieverslag een recapitulatie bevat waarin alle beschikbare informatie over de vooruitgang ten aanzien van de Europa 2020-doelstellingen wordt samengebracht, zodat de lezer een duidelijk overzicht krijgt van de bereikte resultaten. | X | De Commissie streeft er voortdurend naar om haar rapportage in het jaarlijks beheer- en prestatieverslag en in het kader van het Europees semester over de in de richting van de Europa 2020-doelstellingen gemaakte vorderingen te verbeteren. | ||||||
Aanbeveling 3: Op basis van dit onderzoek en van de bevindingen en conclusies over 2013 beveelt de Rekenkamer aan dat de Commissie haar systeem voor het beheer van en de rapportage over prestaties verder ontwikkelt, zodat zij daarmee in de jaarlijkse betrouwbaarheidsverklaringen van de directeuren-generaal de verantwoordelijkheid kan nemen voor een goed financieel beheer alsook voor de bijdrage van de EU-begroting aan de beleidsresultaten. | X | De Commissie heeft deze aanbeveling niet aanvaard. | ||||||
2012 | Aanbeveling 1: De Commissie en de wetgever moeten verzekeren dat de nadruk in de komende programmeringsperiode (2014-2020) op de prestaties ligt. Dit vereist dat een beperkt aantal voldoende specifieke doelstellingen met relevante indicatoren, verwachte resultaten en impact wordt vastgelegd in de sectorale verordeningen of op een andere bindende wijze. | X | De Commissie meent dat in het wetgevingskader 2014-2020 een veel grotere nadruk op prestaties wordt gelegd. | |||||
Aanbeveling 2: De Commissie moet erover waken dat er een duidelijk verband bestaat tussen de activiteiten van de DG’s en de gestelde doelen. Bij de bepaling van die doelen dient elk DG rekening te houden met de relevante beheerswijze en, indien toepasselijk, met zijn rol en verantwoordelijkheden. | X | De Commissie heeft deze aanbeveling niet aanvaard. |
HOOFDSTUK 4
Ontvangsten
INHOUD
Inleiding | 4.1-4.5 |
Korte beschrijving van de ontvangsten | 4.2-4.4 |
Reikwijdte en aanpak van de controle | 4.5 |
Regelmatigheid van de verrichtingen | 4.6 |
Onderzoek van de jaarlijkse activiteitenverslagen en andere elementen van internebeheersingssystemen | 4.7-4.21 |
De bni- en btw-saldi en -aanpassingen zijn in overeenstemming met de bijgewerkte bni- en btw-cijfers van de lidstaten en de werkzaamheden met betrekking tot punten van voorbehoud | 4.8 |
De Commissie heeft een groot aantal punten van voorbehoud met betrekking tot het bni opgeheven | 4.9-4.12 |
Het aantal punten van voorbehoud met betrekking tot eigen middelen btw is gedaald | 4.13 |
Het beheer van de traditionele eigen middelen door de lidstaten kan nog steeds worden verbeterd | 4.14-4.19 |
De berekeningen van de EER-/EVA-bijdragen en van de correctiemechanismen bevatten kleine fouten | 4.20 |
De jaarlijkse activiteitenverslagen geven een getrouwe beoordeling | 4.21 |
Conclusie en aanbevelingen | 4.22-4.24 |
De conclusie voor 2015 | 4.22 |
Aanbevelingen | 4.23-4.24 |
Bijlage 4.1 — | Resultaten van de toetsing van verrichtingen voor ontvangsten |
Bijlage 4.2 — | Follow-up van eerdere aanbevelingen voor ontvangsten |
Bijlage 4.3 — | Aantal hangende punten van voorbehoud met betrekking tot bni en btw, en aantal openstaande punten inzake TEM per lidstaat op 31.12.2015 |
INLEIDING | |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
Figuur 4.1 —Ontvangsten — Essentiële informatie 2015 (miljard euro) Bron: Geconsolideerde jaarrekening 2015 van de Europese Unie. | |||||||||||||||||||||||
Korte beschrijving van de ontvangsten | |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
Reikwijdte en aanpak van de controle | |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
REGELMATIGHEID VAN DE VERRICHTINGEN | |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
ONDERZOEK VAN DE JAARLIJKSE ACTIVITEITENVERSLAGEN EN ANDERE ELEMENTEN VAN INTERNEBEHEERSINGSSYSTEMEN | |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
De bni- en btw-saldi en -aanpassingen zijn in overeenstemming met de bijgewerkte bni- en btw-cijfers van de lidstaten en de werkzaamheden met betrekking tot punten van voorbehoud | |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
De Commissie heeft een groot aantal punten van voorbehoud met betrekking tot het bni opgeheven | |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
Figuur 4.2 —Evolutie van het aantal punten van voorbehoud met betrekking tot bni en btw en het aantal openstaande punten inzake TEM aan het einde van het jaar De bni-processpecifieke (zie paragraaf 4.11) en algemene punten van voorbehoud (zie paragraaf 4.12) worden niet meegerekend in het bni-totaal. Bron: Europese Rekenkamer. | |||||||||||||||||||||||
Het aantal verrichtingspecifieke en horizontaal-specifieke punten van voorbehoud nam aanzienlijk af | |||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||
De processpecifieke punten van voorbehoud werden uitgebreid | |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
Er gelden nog steeds algemene punten van voorbehoud inzake de Griekse bni-gegevens met betrekking tot 2008 en 2009 | |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
Het aantal punten van voorbehoud met betrekking tot eigen middelen btw is gedaald | |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
Het beheer van de traditionele eigen middelen door de lidstaten kan nog steeds worden verbeterd | |||||||||||||||||||||||
Controles na douaneafhandeling zijn een belangrijk instrument ter waarborging van de financiële belangen van de EU, … | |||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||
… maar er blijft een gebrek aan harmonisatie, wat van invloed is op de resultaten | |||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||
Het beheer van de A- en B-boekhoudingen moet in sommige lidstaten nog steeds worden verbeterd | |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||
Figuur 4.3 — Er is geen doeltreffend instrument voor het invorderen van schulden van ondernemingen die geregistreerd zijn buiten de EU of van burgers van landen buiten de EU Er is geen doeltreffend instrument voor de invordering van schulden van buiten de EU geregistreerde schuldplichtige ondernemingen of burgers van derde landen. In 6 van de 24 gevallen in de steekproef in Litouwen kwamen de debiteuren uit derde landen: inwoners van Rusland, Belarus of Oekraïne en in Turkije en de Britse Maagdeneilanden geregistreerde ondernemingen. Hoewel de Litouwse douaneautoriteiten alle mogelijke invorderingsprocedures binnen de grenzen van de EU hadden verricht, lukte het in de onderzochte gevallen niet om de schuld te innen. Daarnaast waren de autoriteiten in 4 van de 15 gevallen van afschrijving(29) die we voor onderzoek hadden geselecteerd uit alle lidstaten, niet in staat de inning van de schuld af te dwingen doordat de debiteuren in Zwitserland, Oekraïne of Rusland waren gevestigd. | Figuur 4.3 — Er is geen doeltreffend instrument voor het invorderen van schulden van ondernemingen die geregistreerd zijn buiten de EU of van burgers van landen buiten de EU De Commissie is van mening dat dankzij de inwerkingtreding van het DWU op 1 mei 2016 extra instrumenten voorhanden zijn om de invordering van schulden in de door de Rekenkamer onderzochte situaties te waarborgen. Met name wordt het gebruik van verplichte zekerheden uitgebreid, kunnen facultatieve zekerheden worden gesteld en kunnen in de EU gevestigde, hoofdelijk aansprakelijke douane-expediteurs worden aangesteld. | ||||||||||||||||||||||
Het aantal openstaande punten blijft significant | |||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||
De berekeningen van de EER-/EVA-bijdragen en van de correctiemechanismen bevatten kleine fouten | |||||||||||||||||||||||
| 4.20. | ||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||
De fouten waren het gevolg van onjuiste berekeningsformules en input uit verouderde databanken. Deze fouten zijn niet materieel(31), maar zij geven aan dat de bestaande systemen voor het uitvoeren en nakijken van deze berekeningen moeten worden verbeterd. | |||||||||||||||||||||||
De jaarlijkse activiteitenverslagen geven een getrouwe beoordeling | |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN | |||||||||||||||||||||||
De conclusie voor 2015 | |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
Aanbevelingen | |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling ten dele. De Commissie is van mening dat met haar voorstel voor een Richtlijn betreffende het rechtskader van de Unie inzake douaneovertredingen en -sancties (COM(2013) 884 final) tegemoet wordt gekomen aan de opmerkingen van de Rekenkamer en dat de situatie naar verwachting zal verbeteren zodra het voorstel is goedgekeurd en toegepast. Het uiteindelijke resultaat hangt echter af van het besluit van de wetgevende autoriteit. | ||||||||||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. Tijdens hun inspecties verstrekken de diensten van de Commissie de nationale autoriteiten regelmatig advies betreffende het beheer van de B-boekhouding en bevorderen zij het gebruik van beste praktijken. | ||||||||||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. De Commissie blijft erop toezien dat de lidstaten de geïnde bedragen van de B-boekhouding juist opgeven en ter beschikking stellen. | ||||||||||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. De Commissie zal te zijner tijd onderzoeken en beoordelen of het nieuwe douanewetboek van de Unie de door de Rekenkamer vastgestelde problemen doeltreffend verhelpt. Zie ook het antwoord van de Commissie op figuur 4.3. | ||||||||||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. Om de controles te verbeteren, heeft zij de procedures en checklists reeds verbeterd en versterkt. |
— | voor drie lidstaten geldt een verlaagd btw-afroepingspercentage van 0,15 %; |
— | een forfaitaire vermindering van de betalingen van bni-middelen voor vier lidstaten; |
— | het inhoudingspercentage voor de geïnde TEM zal worden verlaagd tot 20 % (ten opzichte van de huidige 25 %); |
— | in het kader van het gebruik ervan voor de eigen middelen zal het bni worden berekend op basis van ESR 2010 (momenteel is ESR 95 van toepassing). |
BIJLAGE 4.1
RESULTATEN VAN DE TOETSING VAN VERRICHTINGEN VOOR ONTVANGSTEN
2015 | 2014 | ||
OMVANG EN STRUCTUUR VAN DE STEEKPROEF | |||
Totaal verrichtingen | 55 | 55 | |
GESCHATTE IMPACT VAN KWANTIFICEERBARE FOUTEN | |||
Geschat foutenpercentage | 0,0 % | 0,0 % | |
Bovenste foutengrens (UEL) | 0,0 % | ||
Onderste foutengrens (LEL) | 0,0 % |
BIJLAGE 4.2
FOLLOW-UP VAN EERDERE AANBEVELINGEN VOOR ONTVANGSTEN
Jaar | Aanbeveling van de Rekenkamer | Door de Rekenkamer verrichte analyse van de geboekte vooruitgang | Antwoord van de Commissie | |||||
Volledig uitgevoerd | In uitvoering | Niet uitgevoerd | Niet van toepassing | Ontoereikend bewijs | ||||
In de meeste opzichten | In enkele opzichten | |||||||
2013 | De Commissie moet de lidstaten aanmoedigen om meer verduidelijking te geven over de methodologieën die zij hebben gehanteerd voor het compileren van de gegevens op het gebied van de verborgen economie, en harmonisering tussen de lidstaten op dit gebied bevorderen. | X | ||||||
De Commissie moet een gedetailleerd actieplan invoeren en nauwlettend volgen dat duidelijke mijlpalen bevat voor het aanpakken van de problemen met de compilatie van de nationale rekeningen van Griekenland. | X | Het bestaande statistisch actieplan voor Griekenland, JOSGAP, zal in 2016 worden aangevuld met een specifiek plan voor nationale rekeningen. | ||||||
De Commissie moet minimumnormen vaststellen inzake de risicoanalyse voor douanecontroles na de in- en uitklaring, en daarbij voortbouwen op de informatie in de bestaande databank van importen om de lidstaten in staat te stellen zich beter te richten op importeurs met een hoog risico. | X | De Commissie heeft deze aanbeveling aanvaard. De nieuwe versie van de gids voor douanebedrijfscontroles (2014) bevat risico-indicatoren voor de controle na in- of uitklaring. Er zijn plannen om de bestaande databank van importen te wijzigen, maar een gewijzigde databank zal niet volledig operationeel zijn vóór 2018. De upgrade van het bestaande Surveillance 2-systeem naar het Surveillance 3-systeem hangt af van de tenuitvoerlegging van het DWU (gedelegeerde handeling en uitvoeringshandeling van het DWU) en wordt uitgevoerd met inachtneming van het werkprogramma voor het DWU (Uitvoeringsbesluit 2014/255/EU van de Commissie). | ||||||
De Commissie moet de lidstaten aanmoedigen om de bestaande richtsnoeren te gebruiken en toezicht houden op de uitvoering van controles na douaneafhandeling door de lidstaten. | X | De Commissie heeft deze aanbeveling aanvaard. In het huidige rechtskader behoort het uitvoeren van controles tot de bevoegdheid van de lidstaten. Ter aanvulling hierop zal de Commissie er tijdens haar inspecties van de douanecontroles bij de lidstaten op aandringen de bestaande richtsnoeren te gebruiken en de lidstaten verzoeken corrigerende maatregelen te nemen indien tekortkomingen zijn geconstateerd in de controles na douaneafhandeling. De Commissie brengt in herinnering dat de herziene gids voor douanebedrijfscontroles in maart 2014 is goedgekeurd. De Commissie is van mening dat zij deze aanbeveling volledig ten uitvoer heeft gelegd. In de aanbeveling is echter ook sprake van een continu proces, dat de Commissie blijft nastreven. Zij zal de lidstaten blijven aansporen om de bestaande richtsnoeren te gebruiken. | ||||||
2013 en 2012 | De Commissie moet de lidstaten aanmoedigen om de A- en B-boekhoudingen correct te gebruiken en ervoor te zorgen dat deze aantoonbaar volledig en correct zijn(*). | X | De Commissie heeft dit gedaan en zal dit ook blijven doen. Zij blijft tijdens haar inspecties het gebruik van de A- en B-boekhoudingen onderzoeken en zal de lidstaten verzoeken toe te zien op de volledigheid en de juistheid ervan. | |||||
2012 | De Commissie moet haar controlekader voor de verificatie van bni-gegevens herzien en daarbij een gestructureerde en geformaliseerde kosten-batenanalyse verrichten, een grondige verificatie van materiële en risicovolle bni-bestanddelen uitvoeren, de gebruikmaking van algemene punten van voorbehoud beperken en materialiteitscriteria bepalen voor het maken van punten van voorbehoud. | X | In april 2016 heeft de Commissie haar plannen voor de volgende verificatiecyclus bekendgemaakt. Deze bevat onder meer een gedetailleerde risicobeoordeling, een kosten-batenanalyse en tal van andere in de afgelopen jaren door de Rekenkamer aangekaarte kwesties. Er zijn reeds verbeteringen aangebracht met betrekking tot het beheer van punten van voorbehoud en tot de materialiteit. | |||||
De Commissie moet de lidstaten aanmoedigen om het douanetoezicht te versterken teneinde het bedrag aan geïnde TEM te maximaliseren. | X | De Commissie heeft dit gedaan en zal dit ook blijven doen. Zij blijft tijdens haar gebruikelijke TEM-inspecties verifiëren of de lidstaten over passende controlekaders beschikken om de financiële belangen van de EU inzake de traditionele eigen middelen te beschermen. |
BIJLAGE 4.3
AANTAL HANGENDE PUNTEN VAN VOORBEHOUD MET BETREKKING TOT BNI EN BTW, EN AANTAL OPENSTAANDE PUNTEN INZAKE TEM PER LIDSTAAT OP 31.12.2015
Lidstaat | Punten van voorbehoud met betrekking tot bni (situatie op 31.12.2015) | Punten van voorbehoud met betrekking tot btw (situatie op 31.12.2015) | Openstaande punten TEM (situatie op 31.12.2015) |
België | 1 | 4 | 22 |
Bulgarije | 1 | 2 | 4 |
Tsjechische Republiek | 0 | 0 | 3 |
Denemarken | 0 | 3 | 16 |
Duitsland | 1 | 4 | 8 |
Estland | 0 | 1 | 3 |
Ierland | 1 | 6 | 8 |
Griekenland | 12 | 7 | 28 |
Spanje | 0 | 2 | 18 |
Frankrijk | 1 | 3 | 38 |
Kroatië | 0 | 0 | 3 |
Italië | 0 | 4 | 12 |
Cyprus | 0 | 0 | 6 |
Letland | 12 | 1 | 2 |
Litouwen | 0 | 0 | 3 |
Luxemburg | 0 | 3 | 1 |
Hongarije | 1 | 1 | 9 |
Malta | 1 | 0 | 4 |
Nederland | 0 | 11 | 48 |
Oostenrijk | 0 | 4 | 5 |
Polen | 11 | 4 | 7 |
Portugal | 0 | 2 | 13 |
Roemenië | 12 | 3 | 16 |
Slovenië | 0 | 0 | 4 |
Slowakije | 0 | 0 | 3 |
Finland | 0 | 7 | 10 |
Zweden | 0 | 3 | 8 |
Verenigd Koninkrijk | 1 | 10 | 23 |
TOTAAL 31.12.2015 | 55 | 85 | 325 |
TOTAAL 31.12.2014 | 239 | 101 | 348 |
De bni-processpecifieke en algemene punten van voorbehoud zijn niet opgenomen in de tabel. Bron: Europese Rekenkamer. |
HOOFDSTUK 5
„Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid”
INHOUD
Inleiding | 5.1-5.5 |
Korte beschrijving van „Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid” | 5.2-5.4 |
Reikwijdte en aanpak van de controle | 5.5 |
Regelmatigheid van de verrichtingen | 5.6-5.16 |
De meeste fouten hebben betrekking op te hoog opgegeven personeels- en indirecte kosten | 5.11-5.15 |
Inbreuken op aanbestedingsregels | 5.16 |
Onderzoek van de jaarlijkse activiteitenverslagen | 5.17-5.20 |
De jaarlijkse activiteitenverslagen van de Commissie bevestigen onze bevindingen en conclusies | 5.17-5.20 |
Onderzoek van de geselecteerde beheers- en controlesystemen | 5.21-5.34 |
Gemeenschappelijk ondersteuningscentrum voor uitgaven voor onderzoek en innovatie | 5.21-5.34 |
Gemeenschappelijke auditdienst | 5.24-5.26 |
Tenuitvoerlegging van de resultaten van de controles achteraf voor het zevende kaderprogramma voor onderzoek | 5.27-5.31 |
Strategie voor controle achteraf voor Horizon 2020 | 5.32-5.34 |
Conclusie en aanbevelingen | 5.35-5.38 |
De conclusie voor 2015 | 5.35-5.36 |
Aanbevelingen | 5.37-5.38 |
Bijlage 5.1 — | Resultaten van de toetsing van verrichtingen voor „Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid” |
Bijlage 5.2 — | Follow-up van eerdere aanbevelingen voor „Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid” |
INLEIDING | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
Korte beschrijving van „Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid” | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
Figuur 5.1 — MFK-subrubriek 1a — „Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid” — Essentiële informatie 2015 (miljard euro) | |||||||||||||||
Reikwijdte en aanpak van de controle | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
REGELMATIGHEID VAN DE VERRICHTINGEN | |||||||||||||||
|
| ||||||||||||||
|
| ||||||||||||||
Figuur 5.2 — „Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid” — Uitsplitsing van het geschatte foutenpercentage Bron: Europese Rekenkamer. | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
|
| ||||||||||||||
De meeste fouten hebben betrekking op te hoog opgegeven personeels- en indirecte kosten | |||||||||||||||
|
| ||||||||||||||
Figuur 5.3 —Voorbeeld van de vergoeding van niet-subsidiabele personeelskosten Wij onderzochten een kostenstaat van 250 000 euro van een begunstigde die met acht partners samenwerkte aan een project voor de ontwikkeling van cloud computing-diensten in het kader van het programma voor de ondersteuning van het beleid op het gebied van informatie- en communicatietechnologie, dat onderdeel uitmaakt van het kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie 2007-2013. Wij hebben vastgesteld dat er te veel personeelskosten waren gedeclareerd, doordat deze waren berekend met behulp van een standaard aantal arbeidsuren dat hoger was dan het daadwerkelijke aantal uren. De salariskosten omvatten ook niet-subsidiabele betalingen van bonussen. | Figuur 5.3 —Voorbeeld van de vergoeding van niet-subsidiabele personeelskosten De Commissie zal de onterecht betaalde bedragen terugvorderen. De te hoge opgave van de uurtarieven is veroorzaakt door fouten in de berekening van de productieve uren. Om dergelijke fouten te vermijden, zijn de regels voor deze berekening in het kader van Horizon 2020 vereenvoudigd. | ||||||||||||||
|
| ||||||||||||||
|
| ||||||||||||||
Figuur 5.4 —Voorbeeld van de vergoeding van niet-subsidiabele personeelskosten Wij onderzochten een kostenstaat van 85 000 euro van een begunstigde die samenwerkte met elf partners in een project voor de ontwikkeling van monitoringssystemen voor het milieu in het kader van het zevende kaderprogramma voor onderzoek. De begunstigde huurde adviseurs in om het project uit te voeren. Wij hebben vastgesteld dat de adviseurs niet voldeden aan de criteria om als interne adviseurs te worden beschouwd, met name omdat de kosten van de tewerkstelling van de adviseurs aanzienlijk hoger waren dan de personeelskosten van werknemers van de begunstigde uit dezelfde categorie. Daarnaast werden de voor één personeelslid gedeclareerde personeelskosten niet gestaafd door enig bewijsmateriaal. | Figuur 5.4 —Voorbeeld van de vergoeding van niet-subsidiabele personeelskosten Om dergelijke fouten te vermijden of in aantal te verminderen, zijn de regels voor adviseurs in het kader van Horizon 2020 vereenvoudigd. | ||||||||||||||
|
| ||||||||||||||
Figuur 5.5 —Voorbeeld van de vergoeding van niet-subsidiabele indirecte kosten Wij onderzochten een kostenstaat ten bedrage van 146 000 euro van een begunstigde die samenwerkte met 11 partners in een project voor de ontwikkeling van verbeterde geografische beheerinformatiesystemen in het kader van het zevende kaderprogramma voor onderzoek. Wij hebben vastgesteld dat de begunstigde een deel van de gedeclareerde personeelskosten in werkelijkheid had ingezet voor een ander project. De begunstigde nam niet-subsidiabele posten op in zijn berekening van de indirecte kosten (personeelskosten die geen verband houden met administratieve ondersteuning, marketingkosten, en administratieve en reiskosten die geen verband hielden met de onderzoeksactiviteiten). | Figuur 5.5 —Voorbeeld van de vergoeding van niet-subsidiabele indirecte kosten Dit voorbeeld toont de complexiteit van de berekening van de indirecte kosten aan. Daarom wordt in alle projecten van Horizon 2020 gebruikgemaakt van een forfaitair tarief voor de algemene kosten. | ||||||||||||||
|
| ||||||||||||||
Inbreuken op regels inzake overheidsopdrachten | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
ONDERZOEK VAN DE JAARLIJKSE ACTIVITEITENVERSLAGEN | |||||||||||||||
De jaarlijkse activiteitenverslagen van de Commissie bevestigen onze bevindingen en conclusies | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
|
| ||||||||||||||
ONDERZOEK VAN DE GESELECTEERDE BEHEERS- EN CONTROLESYSTEMEN | |||||||||||||||
Gemeenschappelijk ondersteuningscentrum voor uitgaven voor onderzoek en innovatie | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
Gemeenschappelijke auditdienst | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
|
| ||||||||||||||
Tenuitvoerlegging van de resultaten van de controles achteraf voor het zevende kaderprogramma voor onderzoek | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
|
| ||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
Strategie voor controle achteraf voor Horizon 2020 | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN | |||||||||||||||
De conclusie voor 2015 | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
|
| ||||||||||||||
Aanbevelingen | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. Zij beschikt over een degelijk systeem van controles vooraf, bestaande uit uitvoerige geautomatiseerde checklists, schriftelijke richtsnoeren en permanente opleiding. Dit systeem verbeteren zonder extra administratieve lasten aan de begunstigden op te leggen en tegelijkertijd waarborgen dat de onderzoekers onverwijld worden betaald, is een constante uitdaging. De bevindingen van de Rekenkamer zijn en zullen worden gebruikt om de controles vooraf verder te verbeteren. | ||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. Zij verstrekt al op een aantal manieren richtsnoeren over dit vraagstuk. Er wordt in de geannoteerde modelsubsidieovereenkomst extra aandacht besteed aan de verschillen tussen de regels van KP7 en Horizon 2020. In 2015 werd een uitgebreide communicatiecampagne over de juridische en financiële regels van Horizon 2020 gelanceerd, met 16 evenementen in de lidstaten. Deze evenementen werden bijgewoond door 2 046 vertegenwoordigers van begunstigden en certificerende controleurs van Horizon 2020. Er zijn in 2016 nog 14 andere evenementen gepland. Het gemeenschappelijk ondersteuningscentrum verstrekt richtsnoeren voor juridische en financiële aspecten, waarbij vaak op de verschillen tussen de KP7- en Horizon 2020-regels wordt gewezen. | ||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. De verschillende diensten hebben overeenstemming bereikt over een extrapolatieproces om de harmonisatie binnen het zevende kaderprogramma te verbeteren. Voor Horizon 2020 lopen momenteel besprekingen om een proces vast te stellen ter waarborging van de consistentie bij de toepassing van controleaanbevelingen, waarbij de verplichtingen van de ordonnateur worden gerespecteerd. | ||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. Zij ziet nauwlettend toe op de tenuitvoerlegging van de gevallen van extrapolatie en is tevreden met de vooruitgang in deze fase van het zevende kaderprogramma. Het uitvoeringspercentage daalde eind 2015, toen veel controles werden afgesloten, maar de extrapolaties zullen in 2016 plaatsvinden. |
Bron: Geconsolideerde jaarrekening 2015 van de Europese Unie.
BIJLAGE 5.1
RESULTATEN VAN DE TOETSING VAN VERRICHTINGEN VOOR „CONCURRENTIEVERMOGEN VOOR GROEI EN WERKGELEGENHEID”
2015 | 2014 | ||
OMVANG EN STRUCTUUR VAN DE STEEKPROEF | |||
Totaal verrichtingen: | 150 | 166 | |
GESCHATTE IMPACT VAN KWANTIFICEERBARE FOUTEN | |||
Geschat foutenpercentage | 4,4 % | 5,6 % | |
Bovenste foutengrens (UEL) | 6,7 % | ||
Onderste foutengrens (LEL) | 2,0 % |
BIJLAGE 5.2
FOLLOW-UP VAN EERDERE AANBEVELINGEN VOOR „CONCURRENTIEVERMOGEN VOOR GROEI EN WERKGELEGENHEID”
Jaar | Aanbeveling van de Rekenkamer | Door de Rekenkamer verrichte analyse van de geboekte vooruitgang | Antwoord van de Commissie | ||||||||||
Volledig uitgevoerd | In uitvoering | Niet uitgevoerd | Niet van toepassing | Ontoereikend bewijs | |||||||||
In de meeste opzichten | In enkele opzichten | ||||||||||||
2013 | De Commissie moet: | ||||||||||||
Aanbeveling 1: haar communicatiecampagne uitbreiden en intensiveren om de begunstigden en onafhankelijke controleurs beter bekend te maken met de subsidiabiliteitsregels voor onderzoeksuitgaven in het kader van KP7; | X | De communicatiecampagne heeft tot nu toe 4 500 mensen bereikt. De Commissie zal zich blijven inzetten om richtsnoeren te verstrekken voor Horizon 2020 (zie aanbeveling 3). Op het gebied van onderzoek worden de personeelsleden van de Commissie via voorlichtingsactiviteiten gewaarschuwd voor de specifieke risico’s van verschillende types begunstigden. Deze risico's hebben zowel betrekking op de betalingsfase (KP7) als op de fase van contractsluiting (Horizon 2020). Voor Horizon 2020 zal dit type informatie systematischer worden ingevoegd in het door de Commissie gebruikte informatiesysteem. De verwachting is dat 83 % van de audits achteraf voor de periode 2012-2016 zal worden geselecteerd op basis van verschillende risicofactoren. De strategie voor fraudebestrijding op het gebied van onderzoek is een ander belangrijk onderdeel van onze risicogerichte en op risicoanalyse gebaseerde controles. | |||||||||||
Aanbeveling 2: in de hele beleidsgroep haar controleactiviteiten meer op de risico's oriënteren door de controles te richten op zeer risicovolle begunstigden (bijvoorbeeld entiteiten met minder ervaring inzake Europese financiering) en door de controlelast bij begunstigden met minder risico te verminderen; | X | Zie boven (antwoord op aanbeveling 1). Op het beleidsterrein onderwijs en cultuur werkt de Commissie op de volgende gebieden met risicogebaseerde activiteiten:
| |||||||||||
2013 | Aanbeveling 3: voor de nieuwe programma's voor onderzoek en ander intern beleid van 2014-2020 de begunstigden en beheersinstanties tijdig consistente en duidelijke richtsnoeren bieden wat betreft de herziene subsidiabiliteits- en controlevoorschriften; | X | |||||||||||
2012 | Aanbeveling 1: zich nog meer inspannen om de in de tussentijdse en saldobetalingen en in de afwikkelingen aangetroffen fouten te verhelpen, met name door de begunstigden en de onafhankelijke accountants te herinneren aan de subsidiabiliteitsregels en aan de verplichting van begunstigden, alle gedeclareerde kosten te onderbouwen; | X | Zie ook het antwoord van de Commissie op aanbeveling 1 van 2013. | ||||||||||
Aanbeveling 2: de coördinatoren van KP-onderzoeksprojecten herinneren aan hun verantwoordelijkheid om de ontvangen middelen zonder onnodige vertraging te verdelen onder de andere projectpartners; | X | ||||||||||||
Aanbeveling 3: de door de Rekenkamer vastgestelde tekortkomingen in de controles vooraf onderzoeken om te beoordelen of deze controles dienen te worden gewijzigd; | X | De Commissie pakt tekortkomingen die bij de controles vooraf door verschillende bronnen (waaronder de Rekenkamer) worden vastgesteld, op permanente basis aan. Dit proces is nu geïntegreerd in de bedrijfsprocessen van Horizon 2020. | |||||||||||
Aanbeveling 4: de vertragingen bij de uitvoering van controles achteraf verminderen en de uitvoeringsgraad voor gevallen van extrapolatie verbeteren; | X | De Commissie houdt permanent toezicht op de follow-up van de Commissieverslagen over controles achteraf. Informatie over de vooruitgang m.b.t. deze aspecten is te vinden in de jaarlijkse activiteitenverslagen van de DG’s van de Commissie. | |||||||||||
2012 | Aanbeveling 5: de toezicht- en controlesystemen voor CIP ICT-PSP versterken. | X | De Commissie (DG CNECT) heeft een controlestrategie aangenomen voor het niet-onderzoeksgebonden onderdeel van de uitgaven van het DG, die de directeur-generaal van het DG zekerheid moet geven over het beheer van de niet-onderzoeksgebonden middelen. In 2015 zijn 92 nieuwe CIP ICT PSP-controles gelanceerd. In totaal zijn 52 niet-onderzoekscontroles afgerond die betrekking hadden op een bedrag van 23,7 miljoen euro. De voortgang bij de uitvoering van deze strategie wordt maandelijks gemonitord in de ABC-vergadering (Audit, Budget and Control), voorgezeten door de directeur-generaal en bijgewoond door vertegenwoordigers van alle directoraten. In 2012 werden vereenvoudigingsmaatregelen aangenomen voor eigenaren van kleine en middelgrote ondernemingen. Bovendien is de CIP-modelovereenkomst na de inwerkingtreding van de nieuwe Financiële Regels in 2013 herzien om rekening te houden met extrapolatie en derde partijen. |
HOOFDSTUK 6
„Economische, sociale en territoriale cohesie”
INHOUD
Inleiding | 6.1-6.10 |
Korte beschrijving van „Economische, sociale en territoriale cohesie” | 6.3-6.8 |
Reikwijdte en aanpak van de controle | 6.9-6.10 |
Regelmatigheid van de verrichtingen | 6.11-6.36 |
Onderzoek van de financieringsinstrumenten onder gedeeld beheer | 6.37-6.46 |
Onderzoek van elementen van internebeheersingssystemen, waaronder jaarlijkse activiteitenverslagen | 6.47-6.71 |
Beoordeling van het toezicht door de Commissie op de auditautoriteiten | 6.47-6.64 |
Onderzoek van de jaarlijkse activiteitenverslagen van de Commissie | 6.65-6.71 |
Conclusie en aanbevelingen | 6.72-6.76 |
De conclusie voor 2015 | 6.72-6.74 |
Aanbevelingen | 6.75-6.76 |
Beoordeling van de prestaties van projecten | 6.77-6.89 |
Bijlage 6.1 — | Resultaten van de toetsing van verrichtingen voor „Economische, sociale en territoriale cohesie” |
Bijlage 6.2 — | Follow-up van eerdere aanbevelingen voor „Economische, sociale en territoriale cohesie” |
INLEIDING | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 6.1 —MFK-rubriek 1.b — Essentiële informatie 2015 (miljard euro)
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Korte beschrijving van „Economische, sociale en territoriale cohesie” | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Beleidsdoelstellingen, instrumenten en beheer van de uitgaven | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Risico's voor de regelmatigheid | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De Commissie heeft in 2015 het initiatief genomen tot verdere vereenvoudigingsmaatregelen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Reikwijdte en aanpak van de controle | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
REGELMATIGHEID VAN DE VERRICHTINGEN | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 6.2 —„Economische, sociale en territoriale cohesie” — Uitsplitsing van het geschatte foutenpercentage Bron: Europese Rekenkamer. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Niet-subsidiabele uitgaven | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 6.3 —Voorbeeld van gedeclareerde niet-subsidiabele kosten Gedeclareerde niet-subsidiabele kosten: een EFRO-project in het Verenigd Koninkrijk biedt financiële steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor adviesdiensten om hun producten of diensten te promoten en te verbeteren. Slechts een deel van de toegekende financiering werd echter als subsidies gegeven aan kleine en middelgrote ondernemingen en de begunstigde behield ongeveer 13 %. De bedragen die de begunstigde hield, voldoen niet aan de subsidiabiliteitsvoorwaarden voor cofinanciering, aangezien deze uitgaven niet werden gedaan, niet werden betaald en niet als kosten in de rekeningen van de begunstigde werden opgenomen. Bijgevolg komt een deel van de subsidie niet in aanmerking voor cofinanciering. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Niet-subsidiabele projecten | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 6.4 —Voorbeeld van een niet-subsidiabel project Niet-subsidiabele begunstigde: bij een EFRO-project in de Tsjechische Republiek stond in de oproep tot het indienen van voorstellen dat alleen kleine en middelgrote ondernemingen voor subsidie in aanmerking kwamen. De beheersautoriteit verstrekte op deze grond financiering aan een begunstigde, hoewel die toen het project werd geselecteerd niet bevestigd was. Andere niet-subsidiabele projecten werden ook aangetroffen in de Tsjechische Republiek, Italië en Polen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Inbreuken op regels inzake overheidsopdrachten | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 6.5 —Voorbeeld van een ernstige inbreuk op de regels inzake overheidsopdrachten Gunning van bijkomende werken zonder behoorlijke openbare aanbesteding: bij een EFRO-wegenbouwproject in Duitsland werden bijkomende werken met een waarde van meer dan 50 % van de oorspronkelijke contractwaarde onderhands gegund aan dezelfde contractant. Dit vormt een inbreuk op artikel 31 van de Aanbestedingsrichtlijn 2004/18/EG. Bijgevolg komen deze kosten niet in aanmerking voor EU-cofinanciering. Vergelijkbare gevallen werden aangetroffen bij andere EFRO-projecten in Italië en het Verenigd Koninkrijk. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Inbreuken op de staatssteunregels | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 6.6 —Voorbeeld van een project dat niet voldoet aan de staatssteunregels De maximale steunintensiteit werd overschreden: bij een EFRO-project in Polen in verband met de aanleg van haveninfrastructuur overschreed de financiering het krachtens de staatssteunregels voor dit soort projecten toegestane maximum. Andere gevallen werden aangetroffen bij andere EFRO-projecten in Letland en het Verenigd Koninkrijk. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door overheidsorganen gedeclareerde belasting over de toegevoegde waarde | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 6.7 —Voorbeeld van niet-subsidiabele btw Terugvorderbare btw komt niet in aanmerking voor EU-cofinanciering: in het kader van een EFRO-project in Hongarije voor de herinrichting van een ongebruikte mijn met het oog op de bouw van een nieuw openluchtevenementencentrum declareerde de begunstigde, een gemeente, btw als subsidiabele uitgaven. De exploitant van het centrum zal de eindgebruikers van de infrastructuur echter prijzen inclusief btw aanrekenen. Bijgevolg komen de btw-uitgaven niet in aanmerking voor EU-cofinanciering. Soortgelijke gevallen werden vastgesteld bij twee EFRO-projecten in Duitsland. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onvoldoende betrouwbare controles op het niveau van de lidstaten | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ONDERZOEK VAN DE FINANCIERINGSINSTRUMENTEN ONDER GEDEELD BEHEER | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Trage uitvoering van financieringsinstrumenten | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 6.8 —Uitbetalingspercentages voor financieringsinstrumenten die worden gefinancierd in het kader van „Economische, sociale en territoriale cohesie”, stand per 31 december 2014 Bron: Europese Rekenkamer, op basis van EGESIF_15-0027-00 van 23 september 2015. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Niet-subsidiabele eindbegunstigden | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 6.9 —Voorbeeld van een niet-subsidiabele lening (niet-subsidiabele ontvanger) Niet-subsidiabele eindbegunstigden: in het geval van een van de EFRO-financieringsinstrumenten in Hongarije verstrekte de financieel intermediair een lening aan een onderneming die tot zijn eigen groep behoorde. In de verordening en de toepasselijke richtsnoeren van de Commissie wordt echter expliciet verboden om een onderneming die tot dezelfde groep behoort, aan te merken als een subsidiabele eindontvanger. Bijgevolg komt de lening niet in aanmerking voor cofinanciering. Andere vergelijkbare gevallen van niet-subsidiabele ontvangers werden aangetroffen in Italië. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Verlenging van de subsidiabiliteitsperiode 2007-2013, enkel bij besluit van de Commissie | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ONDERZOEK VAN ELEMENTEN VAN INTERNEBEHEERSINGSSYSTEMEN, WAARONDER JAARLIJKSE ACTIVITEITENVERSLAGEN | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Beoordeling van het toezicht door de Commissie op de auditautoriteiten | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De Commissie maakt gebruik van het werk van de auditautoriteiten in de lidstaten om het foutenpercentage te schatten | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De beoordeling door de Commissie van jaarlijkse controleverslagen kan het risico dat de nationale autoriteiten onbetrouwbare informatie presenteren slechts ten dele ondervangen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De Commissie meent dat de gedeclareerde uitgaven van 58 % van alle OP's geen materieel foutenniveau vertonen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De validering (of herberekening) van de foutenpercentages door de Commissie strookt met het door de auditautoriteiten geleverde bewijs | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Verbeteringen in de controles van auditautoriteiten inzake staatssteun en openbare aanbesteding | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De richtsnoeren van de Commissie schrijven voor dat auditautoriteiten bijdragen aan financieringsinstrumenten in de gecontroleerde populatie moeten opnemen in plaats van de werkelijke uitbetalingen aan eindbegunstigden te controleren | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zeer lage foutenpercentages gemeld door de auditautoriteiten voor OP's waarvoor wij fouten hebben vastgesteld | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onderzoek van de jaarlijkse activiteitenverslagen van de Commissie | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De berekening van de risicobedragen voor EFRO-/CF- en ESF-OP's door de Commissie | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Directoraat-generaal Regionaal Beleid en Stadsontwikkeling deed in 2015 63 % van de betalingen aan programma's die volgens het DG aan het eind van het jaar materiële foutenniveaus van meer dan 2 % vertoonden, maar voor de overgrote meerderheid van die programma's zijn voldoende correcties aangebracht om het cumulatieve restrisico onder het materialiteitsniveau te brengen. Zie ook het antwoord van de Commissie op paragraaf 6.67. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Directoraat-generaal Werkgelegenheid, Sociale Zaken en Inclusie deed in 2015 56 % van de betalingen aan programma's die volgens het directoraat-generaal aan het eind van het jaar materiële foutenniveaus vertoonden van meer dan 2 %, maar voor de overgrote meerderheid van die programma's zijn voldoende correcties aangebracht om het cumulatieve restrisico onder het materialiteitsniveau te brengen. Zie ook het antwoord van de Commissie op paragraaf 6.67. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De punten van voorbehoud van de Commissie voor EFRO-/CF- en ESF-OP's | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Vooruitkijken: de programmeringsperiode 2014-2020 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De conclusie voor 2015 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Aanbevelingen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling ten dele. De Commissie kan in dit stadium geen specifieke toezeggingen doen met betrekking tot wetgevingsvoorstellen voor de periode na 2020, maar zal wel alle haalbare opties overwegen en hierbij rekening houden met de suggesties van de Groep op hoog niveau en met de resultaten van onderzoeken en de tijdens de uitvoering van het programma voor 2014-2020 opgedane ervaring en andere relevante informatie. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. Zij zal bij het toezicht op en de inspectie van nationale beheers- en controlesystemen speciale aandacht besteden aan nationale regels inzake subsidiabiliteit, met name in lidstaten met aanhoudend hoge foutenpercentages. Op basis hiervan zal de Commissie de lidstaten in kwestie helpen onnodig complexe en omslachtige regels te vereenvoudigen en te voorkomen, de uitwisseling van goede werkwijzen te faciliteren en verslag uit te brengen over de ervaring die zijn opgedaan in 2018. De Commissie blijft tijdens de programmeringsperiode 2014-2020 sterk investeren in het gebruik van vereenvoudigde kostenopties. De Commissie herinnert eraan dat het, onder gedeeld beheer, primair de verantwoordelijkheid van de lidstaten is om hun nationale regels inzake subsidiabiliteit te herzien en te vereenvoudigen. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie verwerpt deze aanbeveling. Zoals de Commissie heeft aangegeven in haar antwoord op dezelfde aanbeveling in het jaarverslag van de Rekenkamer van 2014, is zij van mening dat de wijzigingen die in de afsluitingsrichtsnoeren worden gepresenteerd, binnen het mandaat dat de Europese Raad in december 2014 heeft verstrekt, onder het toepassingsgebied van artikel 78, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1083/2006, zoals gewijzigd, vallen en dat er daarom geen wijziging van de wetgevingshandeling voor nodig was (zie ook het gezamenlijk antwoord van de Commissie op paragraaf 6.59 tot 6.62 hierboven en op aanbeveling 5 van het jaarverslag van de Rekenkamer van 2014). De Commissie merkt op dat de Raad en het Europees Parlement kennis hebben genomen van de aanbeveling van de Rekenkamer in de context van de kwijting van 2014, maar zich hier niet achter hebben geschaard. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. Zij zal de lidstaten richtsnoeren verstrekken om het begrip terugvorderbare btw te verduidelijken in de context van de programmeringsperiode 2014-2020, in de context van de beleidskeuze van de medewetgevers voor subsidiabiliteit van belasting op de toegevoegde waarde (btw), overeenkomstig artikel 69, lid 3, onder c), VGB. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie aanvaardt deze aanbeveling. De Commissie heeft in haar afsluitingsrichtsnoeren voor 2007-2013 reeds verduidelijkt dat de aanvraag voor uitbetaling van de eindbalans en de definitieve uitgavenstaat ruim van tevoren moeten worden ingediend bij de auditautoriteiten, op een datum die voor elk programma door de partijen moet worden overeengekomen, zodat de auditautoriteiten voldoende tijd hebben om hun werkzaamheden voor de verklaring van afsluiting uit te voeren. Met het oog op de verklaring van afsluiting, heeft de Commissie auditautoriteiten reeds aangemoedigd garanties te krijgen en verstrekken inzake de wettigheid en regelmaat van zowel de programmabijdrage die is betaald aan financiële instrumenten als de toepassing van deze bijdrage door middel van de onderliggende transacties die worden uitgevoerd door de eindontvangers. Op basis van de afsluitingspakketten die op 31 maart 2017 zijn ingediend, zal de Commissie beoordelen of er voldoende auditwerkzaamheden zijn uitgevoerd op de financiële instrumenten, aangezien de subsidiabiliteit van de onderliggende uitgaven voor dergelijke instrumenten bij afsluiting wordt bepaald. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
BEOORDELING VAN DE PRESTATIES VAN PROJECTEN | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 6.10 —De resultaten van de beoordeling van de prestaties van de afgeronde projecten
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bij alle door ons onderzochte projecten op twee na bestond er een prestatiemetingssysteem waarbij het project werd gekoppeld aan de OP-doelstellingen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bijna alle 90 projecten met vastgestelde output- en resultaatsdoelstellingen hadden deze volledig of gedeeltelijk bereikt | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 6.11 —Voorbeeld van een project waarvan de doelstellingen volledig werden verwezenlijkt Met het project werden de output- en resultaatdoelstellingen verwezenlijkt: een ESF-project in Roemenië betrof het organiseren en geven van cursussen op het gebied van de bouw om de deelnemers nieuwe vaardigheden te leren die hun kansen op de arbeidsmarkt zouden verbeteren. In de subsidieovereenkomst van het project waren vijf output- en acht resultaatindicatoren vastgesteld die in overeenstemming waren met de OP-indicatoren op het niveau van de prioritaire as. Met het project werden alle indicatoren binnen de in de subsidieovereenkomst bepaalde termijn bereikt. Het project overtrof zelfs de streefdoelen wat betreft de deelname van langdurig werkloze vrouwen en jongeren. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 6.12 —Voorbeeld van een project waarvan de doelstellingen niet werden verwezenlijkt Bij een EFRO-project in Polen dat de ontwikkeling van een nieuwe methode voor de verbranding van bruinkool betrof, berustte de technische capaciteit van de begunstigde om het project te kunnen uitvoeren op de betrokkenheid van externe contractanten. Een aantal van deze contractanten nam uiteindelijk niet aan het project deel. Dit droeg ertoe bij dat de beoogde doelstellingen van het project niet werden bereikt. Na onze controle besloot de bemiddelende instantie het project te annuleren. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Voor 38 % van de projecten werden er geen resultaatindicatoren bepaald | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
Bron: Geconsolideerde jaarrekening 2015 van de Europese Unie.
BIJLAGE 6.1
RESULTATEN VAN DE TOETSING VAN VERRICHTINGEN VOOR „ECONOMISCHE, SOCIALE EN TERRITORIALE COHESIE”
2015 | 2014 | ||
OMVANG EN STRUCTUUR VAN DE STEEKPROEF | |||
Totaalaantal verrichtingen | 223 | 331 | |
GESCHATTE IMPACT VAN KWANTIFICEERBARE FOUTEN | |||
Geschat foutenpercentage | 5,2 % | 5,7 % | |
Bovenste foutengrens (UEL) | 7,6 % | ||
Onderste foutengrens (LEL) | 2,8 % |
BIJLAGE 6.2
FOLLOW-UP VAN EERDERE AANBEVELINGEN VOOR „ECONOMISCHE, SOCIALE EN TERRITORIALE COHESIE”
E = DG Werkgelegenheid, Sociale Zaken en Inclusie; R = DG Regionaal Beleid en Stadsontwikkeling; X = Gemeenschappelijk oordeel voor beide DG's
Jaar | Aanbeveling van de Rekenkamer | Door de Rekenkamer verrichte analyse van de geboekte vooruitgang | Antwoord van de Commissie | |||||
Volledig uitgevoerd | In uitvoering | Niet uitgevoerd | N.v.t. in het huidige kader | Ontoereikend bewijs | ||||
In de meeste opzichten | In enkele opzichten | |||||||
2013 | Hoofdstuk 5, aanbeveling 1: eisen dat de lidstaten in hun beheersverklaringen (overeenkomstig artikel 59, lid 5, onder a), van het Financieel Reglement) een uitdrukkelijke bevestiging opnemen van de doeltreffendheid van de door de beheersautoriteiten en de certificerende instanties verrichte eerstelijnscontroles. | R | ||||||
Hoofdstuk 5, aanbeveling 2: een beoordeling uitvoeren van de tijdens de programmeringsperiode 2007-2013 verrichte „eerstelijnscontroles” in overeenstemming met artikel 32, lid 5, van het Financieel Reglement. Rekening houdend met de aan het licht gebrachte gebreken dient de Commissie de kosten en baten van eventuele corrigerende maatregelen te onderzoeken en passende maatregelen te nemen (of voor te stellen) (bijvoorbeeld vereenvoudiging van de toepasselijke bepalingen, verbeteringen van de controlesystemen en het opnieuw ontwerpen van het programma of het uitvoeringssysteem). | R(1) | De Commissie is van mening dat haar toezicht op eerstelijnscontroles door middel van gerichte audits van meer risicovolle gebieden waar zwaktes werden geïdentificeerd, heeft bijgedragen aan de verbeteringen voor de periode 2007-2013 en dat de belangrijkste elementen van de hervormde periode 2014-2020 zouden moeten leiden tot een minder foutgevoelige omgeving. | ||||||
Hoofdstuk 5: aanbeveling 3: de onderliggende redenen analyseren voor het grote aantal gevallen van niet-naleving van de Europese regels inzake staatssteun. | R | |||||||
Hoofdstuk 5, aanbeveling 4: de oorzaken analyseren van de aanhoudende vertragingen bij de uitbetaling van EU-middelen via financieringsinstrumenten en corrigerende maatregelen nemen. | R(2) | |||||||
Hoofdstuk 5, aanbeveling 5: in het jaarlijkse activiteitenverslag (JAV) van directoraat-generaal Regionaal Beleid en Stadsontwikkeling bevestigen dat de berekening door de Commissie van het „restfoutenpercentage” is gebaseerd op accurate, volledige en betrouwbare informatie over financiële correcties. Daartoe moet de Commissie de auditautoriteiten, telkens wanneer zij dat nodig acht, verzoeken de juistheid te certificeren van de door de certificerende instanties voor ieder OP gerapporteerde gegevens inzake de financiële correcties. | R(2) | |||||||
2013 | Aanbeveling 6 (aanbeveling 6 van hoofdstuk 5 en aanbeveling 6 van hoofdstuk 6): in haar jaarlijkse activiteitenverslag (JAV) consequent de redenen bekendmaken voor het niet maken van punten van voorbehoud (of het maken van punten van voorbehoud met een geringere financiële impact) in die gevallen waarbij de redenen uitzonderingen op de geldende richtsnoeren van de Commissie of de goedgekeurde controlestrategieën vormen. | X(2) | ||||||
Aanbeveling 7 (aanbeveling 1 van hoofdstuk 6): met de lidstaten follow-up geven aan de tekortkomingen die zijn geconstateerd bij de op risico gebaseerde thematische controle van beheersverificaties door DG EMPL. Hiertoe moeten de controles worden versterkt met betrekking tot de naleving van de regels inzake overheidsopdrachten en andere relevante bronnen van fouten (kosten die geen verband houden met het project of zonder meerwaarde). | E | |||||||
Aanbeveling 8 (aanbeveling 2 van hoofdstuk 6): in haar JAV's bevestigen dat zij passende controles heeft uitgevoerd om te zorgen dat het „restfoutenpercentage” is gebaseerd op juiste, volledige en betrouwbare informatie over financiële correcties. Daartoe moet de Commissie de auditautoriteiten, telkens wanneer zij dat nodig acht, verzoeken de juistheid te certificeren van de door de certificerende instanties voor ieder OP gerapporteerde gegevens inzake financiële correcties. | E(2) | |||||||
Aanbeveling 9 (aanbeveling 3 van hoofdstuk 6): ervoor zorgen dat de artikelen 78 en 130 van de verordening houdende gemeenschappelijke bepalingen voor de programmeringsperiode 2014-2020 zo worden toegepast dat cumulatie van voorfinanciering met de eerste betaling van voorfinanciering wordt voorkomen (zie het voorbeeld in tekstvak 6.4). | E(3) | |||||||
Aanbeveling 10 (aanbeveling 4 van hoofdstuk 6): ervoor zorgen dat de autoriteiten van de lidstaten die de structuurfondsen beheren, de kwestie aanpakken dat er hogere personeelskosten worden aangerekend voor EU-projecten dan voor projecten die worden gefinancierd met nationale middelen. | E(4) | |||||||
Aanbeveling 11 (aanbeveling 5 van hoofdstuk 6): ervoor zorgen dat de lidstaten bij de goedkeuring van OP's voor de nieuwe programmeringsperiode alle mogelijke vereenvoudigingen die toegestaan zijn op grond van de verordeningen inzake de Europese structuur- en investeringsfondsen van 2014-2020, hebben overwogen. | E(5) | |||||||
2012 | De aanbevelingen die in het kader van het Jaarverslag 2012 zijn gedaan, zijn geanalyseerd in samenhang met de in 2013 gedane aanbevelingen wanneer ze in wezen overeenkomen. | |||||||
Aanbeveling 1: aanpakken van de tekortkomingen in de door de beheersinstanties en bemiddelende instanties voor het EFRO en het CF verrichte „eerstelijnscontroles” door middel van specifieke richtsnoeren en in voorkomend geval door middel van opleidingsmaatregelen. | X | |||||||
Aanbeveling 2: op basis van haar tijdens de programmeringsperiode 2007-2013 opgedane ervaring beoordelen van de toepassing van nationale subsidiabiliteitsregels teneinde na te gaan op welke terreinen verdere vereenvoudiging en wegnemen van onnodig complexe regels (overregulering) mogelijk zijn. | E(6) | R(7) | ||||||
Hoofdstuk 5, aanbeveling 3: duidelijke regels vaststellen en degelijke richtsnoeren bieden inzake de wijze van beoordeling van de subsidiabiliteit van projecten en van berekening van de cofinanciering voor inkomstengenererende EFRO- en CF-projecten in de programmeringsperiode 2014-2020. | R | |||||||
Aanbeveling 4 (aanbeveling 3 van hoofdstuk 6): uitvoerig gebruik van vereenvoudigde kostenopties bevorderen teneinde het risico op fouten in kostendeclaraties alsmede de administratieve last voor begunstigden te beperken. De forfaitaire percentages voor vereenvoudigde kostenopties dienen systematisch vooraf door de Commissie te worden goedgekeurd/gevalideerd om te garanderen dat zij aan de vereisten uit de regelgeving voldoen (faire, billijke en verifieerbare berekening). | E(8) | |||||||
2012 | Aanbeveling 5: streven naar verbetering in het door auditautoriteiten verrichte werk en de kwaliteit en betrouwbaarheid van de in jaarlijkse controleverslagen en auditadviezen verstrekte informatie. | X(9) | De Commissie merkt op dat de algemene verbetering in de controles die zijn uitgevoerd door de auditautoriteiten, door de Rekenkamer is opgemerkt, met name wat betreft de regels op het gebied van overheidsopdrachten en staatssteun (zie paragraaf 6.59). De Commissie verwijst tevens naar haar antwoorden op de punten 6.45 en 6.52. |
HOOFDSTUK 7
„Natuurlijke hulpbronnen”
INHOUD
Inleiding | 7.1-7.9 |
Korte beschrijving van „Natuurlijke hulpbronnen” | 7.3-7.7 |
Reikwijdte en aanpak van de controle | 7.8-7.9 |
Deel 1 — Onze beoordeling van de regelmatigheid | 7.10-7.67 |
Regelmatigheid van de verrichtingen | 7.10-7.30 |
Onderzoek van de jaarlijkse activiteitenverslagen en andere elementen van de internebeheersingssystemen | 7.31-7.63 |
Systemen van DG AGRI met betrekking tot de regelmatigheid van verrichtingen voor landbouw | 7.31-7.36 |
Systemen van de lidstaten met betrekking tot de regelmatigheid van verrichtingen voor landbouw | 7.37-7.47 |
Systemen van DG MARE en de lidstaten met betrekking tot de regelmatigheid van verrichtingen op het gebied van visserij | 7.48-7.52 |
Jaarlijks activiteitenverslag van DG AGRI | 7.53-7.61 |
Jaarlijks activiteitenverslag van DG MARE | 7.62-7.63 |
Conclusies en aanbevelingen | 7.64-7.67 |
De conclusie voor 2015 | 7.64-7.65 |
Aanbevelingen | 7.66-7.67 |
Deel 2 — Prestatiegerelateerde kwesties op het gebied van plattelandsontwikkeling | 7.68-7.76 |
Beoordeling van de prestaties van projecten | 7.68-7.75 |
Conclusie | 7.76 |
Bijlage 7.1 — | Resultaten van de toetsing van verrichtingen voor „Natuurlijke hulpbronnen” |
Bijlage 7.2 — | Follow-up van eerdere aanbevelingen voor „Natuurlijke hulpbronnen” |
INLEIDING | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 7.1 —MFK-rubriek 2 „Natuurlijke hulpbronnen” — Essentiële informatie 2015 (miljard euro) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Korte beschrijving van „Natuurlijke hulpbronnen” | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Reikwijdte en aanpak van de controle | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
DEEL 1 — ONZE BEOORDELING VAN DE REGELMATIGHEID | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Regelmatigheid van de verrichtingen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 7.2 —Uitsplitsing van het geschatte foutenpercentage — „Natuurlijke hulpbronnen” Bron: Europese Rekenkamer. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 7.3 —Uitsplitsing van het geschatte foutenpercentage — ELGF Bron: Europese Rekenkamer. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Wanneer een nationale definitie van blijvend grasland niet aan de EU-definitie voldoet, wordt gerichte corrigerende actie ondernomen en wordt zo nodig een actieplan opgesteld om daar iets aan te doen. Om de EU-begroting te beschermen, worden betalingen ook verlaagd en opgeschort door de Commissie en legt zij in het kader van conformiteitsgoedkeuringsprocedures financiële nettocorrecties op wanneer dat nodig is. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 7.4 —Voorbeeld van onregelmatige betalingen als gevolg van onjuiste gegevens in het LPIS Blijvend grasland wordt gedefinieerd als grond met een vegetatie van grassen of andere kruidachtige voedergewassen. In ons Jaarverslag 2014 hebben wij gerapporteerd dat het LPIS in Spanje, ondanks aanzienlijke corrigerende maatregelen, nog steeds belangrijke tekortkomingen kent met betrekking tot de subsidiabiliteit van blijvend grasland en dat verdere corrigerende maatregelen zijn genomen in 2014 en 2015(21). Wij hebben in Spanje (Madrid) een perceel van 48 hectare gecontroleerd dat op het ogenblik dat de landbouwer de aanvraag indiende, in het LPIS was geregistreerd als volledig subsidiabel blijvend grasland. Op de orthofotografische afbeeldingen waren evenwel dichte struiken en bomen te zien. In zijn steunaanvraag voor 2014 heeft de landbouwer het perceel opgegeven op basis van de in het LPIS geregistreerde subsidiabele oppervlakte en hij ontving voor het gehele perceel BTR-steun. Wij hebben geconstateerd dat het perceel niet in aanmerking kwam voor BTR-steun. In 2015 hebben de Spaanse autoriteiten hun LPIS geëvalueerd op basis van nieuwe orthofotografische afbeeldingen en met gebruikmaking van nieuwe technologieën, waarbij zij het betrokken perceel hebben aangemerkt als niet-subsidiabel. Ook hebben wij geconstateerd dat er in Griekenland, Spanje (Aragon, Castilië la Mancha, Castilië y León, Extremadura), Italië (Calabrië) en het Verenigd Koninkrijk (Engeland) oppervlaktesteun werd aangevraagd en betaald op basis van onjuiste subsidiabiliteitsgegevens in het LPIS, hetgeen uit de orthofotografische afbeeldingen kon worden opgemaakt. | Figuur 7.4 —Voorbeeld van onregelmatige betalingen als gevolg van onjuiste gegevens in het LPIS De Commissie heeft vóór 2014 al bepaalde problemen rond blijvend grasland gesignaleerd. In de betrokken lidstaten zijn actieplannen ten uitvoer gelegd. In Spanje hebben de nationale autoriteiten alle percelen die door de begunstigden zijn aangegeven en door de Rekenkamer zijn geauditeerd, opnieuw gemeten en is een terugvorderingsprocedure gestart waar dat nodig was. Voorts blijkt uit het feit dat het onderzochte perceel in 2015 als niet-subsidiabel is geregistreerd, dat de actualiseringsprocedure voor het LPIS in Spanje werkt. Bij audits van de diensten van de Commissie in voorgaande jaren waren tekortkomingen aan het licht gekomen die betrekking hadden op de subsidiabiliteit van blijvend grasland in Griekenland en Spanje. Deze zijn aangepakt met gerichte actieplannen die tot verbeteringen hebben geleid (zie het jaarverslag van de Rekenkamer van 2014, tekstvak 7.8). In zowel Griekenland als Spanje is het in het LPIS als subsidiabel geregistreerde areaal blijvend grasland duidelijk teruggelopen: in Griekenland van 3,6 miljoen hectare in 2012 naar 1,5 miljoen hectare in aanvraagjaar 2014 en in Spanje van 18,5 miljoen hectare in 2013 naar 6,4 miljoen hectare in 2016. In het VK (Engeland) loopt op dit moment een corrigerend actieplan dat nauwlettend wordt gemonitord door de Commissie. Voorts zorgen conformiteitsgoedkeuringsprocedures ervoor dat het risico voor de EU-begroting adequaat wordt afgedekt met financiële nettocorrecties. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 7.5 —Voorbeeld van nationale subsidiabiliteitscriteria die niet voldoen aan EU-wetgeving In ons Jaarverslag 2013(22) hebben wij gerapporteerd dat de Franse autoriteiten steun verlenen voor begraasbare heide, hoewel deze gebieden zowel subsidiabele grasachtige vegetatie als niet-subsidiabele struiken, dichte bossen enz. omvatten. In 2015 hebben wij zes van dit soort percelen aangetroffen die volledig of ten dele niet-subsidiabel waren, omdat zij dichte bossen en struiken bevatten, die door de Franse autoriteiten als volledig subsidiabel waren aangemerkt. | Figuur 7.5 —Voorbeeld van nationale subsidiabiliteitscriteria die niet voldoen aan EU-wetgeving Bij audits van de Commissie van vóór 2013 waren in Frankrijk al soortgelijke tekortkomingen aan het licht gekomen. De lidstaat heeft daarop gereageerd met een gericht actieplan, waarvan de uitvoering nauwlettend wordt gevolgd door de Commissie. Dergelijke gebreken worden verder behandeld in het kader van conformiteitsgoedkeuringsprocedures die ervoor zorgen dat het risico voor de EU-begroting adequaat wordt afgedekt met financiële nettocorrecties. Tegelijk blijft de Commissie erop letten dat het actieplan in acht wordt genomen en tot verbetering leidt. Omdat vertragingen waren ontstaan, zijn verdere maatregelen op basis van artikel 41, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1306/2013 getroffen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 7.6 —Uitsplitsing van het geschatte foutenpercentage — Plattelandsontwikkeling, milieu, klimaatactie en visserij Bron: Europese Rekenkamer. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 7.7 —Voorbeeld van niet-subsidiabele uitgaven of activiteiten Door middel van de plattelandsontwikkelingsmaatregel „dierenwelzijnsbetalingen” wordt steun verleend aan landbouwers die vrijwillig verbintenissen op het gebied van dierenwelzijn aangaan. De betalingen worden jaarlijks verricht en dekken de extra kosten en de gederfde inkomsten die voortvloeien uit de aangegane verbintenissen, zoals meer ruimte voor dieren. Dit is een voorbeeld van het gebruik van vereenvoudigde kostenopties, die de administratieve lasten voor de lidstaten en de begunstigden kunnen verminderen. Dergelijke opties moeten worden gebaseerd op een deugdelijke methodologie, met name een nauwkeurige berekening van de vereenvoudigde kosten. In Roemenië hebben wij uitgaven aangetroffen die niet subsidiabel waren omdat de nationale autoriteiten bij de berekening van de vereenvoudigde kosten niet naar behoren rekening hadden gehouden met het aantal productiecycli. Als gevolg daarvan werden de betalingen aan alle begunstigden systematisch te hoog opgegeven. Wij hebben alle soorten verbintenissen gecontroleerd voor de betalingen voor dierenwelzijn in Roemenië, met inbegrip van die welke niet in de steekproef zijn opgenomen, teneinde vast te stellen in welke mate de verkeerde berekeningen de totale uitgaven voor dierenwelzijn in Roemenië hebben beïnvloed. Wij hebben vastgesteld dat de totale niet-subsidiabele uitgaven vanaf het moment waarop de maatregel inging (2012) tot en met oktober 2015 152 miljoen euro zouden kunnen bedragen (op een totaal van 450 miljoen euro). Wij hebben ook fouten inzake de subsidiabiliteit aangetroffen in België (Wallonië), Duitsland (Rijnland-Palts), Spanje (Andalusië, Galicië, Castilië-La Mancha), Griekenland, Italië (het nationale plattelandsnetwerk, Sicilië en Campanië), en Polen. | Figuur 7.7 —Voorbeeld van niet-subsidiabele uitgaven of activiteiten De Commissie steunt de lidstaten volledig in hun streven om waar mogelijk gebruik te maken van vereenvoudigde kostenopties als middel om fouten te voorkomen, zoals de Rekenkamer heeft erkend in haar Speciaal verslag nr. 23/2014 (zie paragraaf 86). Wat de Roemeense gevallen betreft, is het Commissie het ermee eens dat de voor de betalingen gehanteerde vereenvoudigde kosten foutief zijn berekend. Naar aanleiding van de bevindingen van de Rekenkamer is de Commissie in 2016 een conformiteitsgoedkeuringsprocedure gestart om het risicobedrag nauwkeurig te berekenen. Dit kan resulteren in een financiële correctie. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 7.8 —Voorbeeld van niet-naleving van de regels inzake overheidsopdrachten Een gemeente in Italië (Campanië) ontving steun voor de bouw van een monorail: infrastructuur die landbouwers moest helpen hun olijven over de heuvels te vervoeren. De opdracht werd door middel van een openbare aanbestedingsprocedure aan een particuliere onderneming gegund. Om de verschillende offertes te beoordelen, stelde de gemeente een reeks criteria op met verschillende wegingsfactoren (uitgedrukt in punten). De aankondiging van de opdracht verplichtte de inschrijvers ertoe om in hun offertes aanbiedingen op te nemen voor aanvullende werken voor nieuwe wegen, riolering en een aquaduct. Deze bijkomende werkzaamheden waren goed voor 75 % van het totale aantal punten waarop de gemeente haar gunningsbesluit baseerde. Ter vergelijking was de prijs slechts goed voor 10 % van het totale aantal punten. Aangezien de EU-steun werd toegekend voor de bouw van de monorail, schond de begunstigde de Italiaanse wetgeving inzake openbare aanbesteding door criteria vast te stellen (de aanleg van wegen, riolering en een aquaduct) die geen verband hielden met het voorwerp, de aard en de kenmerken van de aankondiging van de opdracht. Volgens de Italiaanse regelgeving inzake overheidsopdrachten waren dergelijke criteria dus onregelmatig. We hebben ook gevallen van niet-naleving van de regels inzake overheidsopdrachten aangetroffen in Duitsland (Rijnland-Palts), Griekenland en Roemenië. | Figuur 7.8 —Voorbeeld van niet-naleving van de openbare aanbestedingsregels Naar de Commissie begrijpt, hadden de gunningscriteria van de aanbesteding niet volledig betrekking op de aard van de werken. Wel wijst de Commissie erop dat de investering volgens plan is uitgevoerd. De Italiaanse autoriteiten hebben het dossier aan een evaluatie onderworpen en zijn een terugvorderingsprocedure gestart vanwege overtreding van de regels voor openbare aanbestedingen. De Italiaanse autoriteiten hebben een financiële correctie van 10 % toegepast. De Commissie ziet dit als een nuttige corrigerende actie om de EU-begroting te beschermen. In het jaarlijks activiteitenverslag 2015 zijn punten van voorbehoud gemaakt voor plaatsingen van overheidsopdrachten, waaronder openbare aanbestedingen, zoals de Rekenkamer erkent in paragraaf 7.60. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onderzoek van de jaarlijkse activiteitenverslagen en andere elementen van internebeheersingssystemen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Systemen van DG AGRI met betrekking tot de regelmatigheid van verrichtingen voor landbouw | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Systemen van de lidstaten met betrekking tot de regelmatigheid van verrichtingen voor landbouw | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Systemen van de lidstaten met betrekking tot de regelmatigheid van ELGF-verrichtingen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 7.9 —Voorbeeld van de in het LPIS aangetroffen tekortkomingen Uit de jaarlijkse kwaliteitsbeoordeling van het LPIS in het Verenigd Koninkrijk (Noord-Ierland) bleek gedurende zes opeenvolgende jaren (2010-2015) dat het niet aan verschillende door de EU-wetgeving voorgeschreven kwaliteitseisen voldeed. Ondanks de wettelijke verplichting om in dergelijke situaties corrigerende maatregelen te nemen, bleek uit de kwaliteitsbeoordeling voor 2015 dat er geen sprake was van een consistente verbetering: in totaal was de oppervlakte van de in het Noord-Ierse LPIS geregistreerde subsidiabele gebieden ruim 2 % te hoog opgegeven, waardoor een risico op onregelmatige betalingen ontstaat. De tekortkomingen in het Noord-Ierse LPIS hebben wij reeds gerapporteerd in ons Jaarverslag 2012 (bijlage 3.2). | Figuur 7.9 —Voorbeeld van de in het LPIS aangetroffen tekortkomingen Vanaf 2013 hebben de Noord-Ierse autoriteiten naar aanleiding van audits van de Commissie corrigerende actie ondernomen. De raming van het subsidiabele areaal in de kwaliteitsbeoordeling (KB) van het LPIS was „niet-conform” voor 2010, 2011, 2012 en 2015. De Noord-Ierse autoriteiten hebben in de desbetreffende KB-jaarverslagen uitgelegd wat de redenen daarvoor waren. In de jaren waarin is begonnen met de driejaarlijkse LPIS-verversing (2013, 2014), is het aantal niet-conforme percelen teruggelopen. In 2015 constateerden de Noord-Ierse autoriteiten echter een stijging van het aantal niet-subsidiabele percelen dat niet via het verversingsprogramma was ontdekt. De Commissie blijft de situatie nauwlettend volgen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Systemen van de lidstaten met betrekking tot de regelmatigheid van verrichtingen op het gebied van plattelandsontwikkeling | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Systemen van de lidstaten met betrekking tot de randvoorwaarden | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 7.10 —Voorbeeld van ontoereikende controles van de randvoorwaarden In Litouwen hebben wij geconstateerd dat de nationale autoriteiten de vereisten met betrekking tot de randvoorwaarden voor de bescherming van water tegen nitraten, die van toepassing zijn op alle landbouwers, onvoldoende hebben gecontroleerd. De lidstaat gebruikte meerdere drempels waaronder de landbouwers niet werden onderworpen aan controles inzake de randvoorwaarden met betrekking tot uit de nitratenrichtlijn voortvloeiende vereisten. Zo zijn landbouwers met cultuurgrond met een oppervlakte van 10 hectare of minder niet verplicht om aan te geven hoeveel meststoffen zij gebruiken. Dergelijke landbouwers vertegenwoordigen meer dan 70 % van alle landbouwers en hebben 14 % van het landbouwareaal in gebruik. Een ander voorbeeld is dat veehouders die minder dan tien grootvee-eenheden op één plaats houden niet verplicht zijn om een opslagtank voor dierlijke mest van daarmee overeenkomende grootte te hebben. Dergelijke landbouwers vertegenwoordigen 87 % van alle veehouders en houden 28 % van de grootvee-eenheden in Litouwen. De nitratenrichtlijn is gericht op de bescherming van het milieu en de gezondheid van de burgers. Hoewel het gebruik van drempelwaarden de administratieve last voor kleinere landbouwers kan verminderen, is het uitsluiten van landbouwers van de controles inzake de randvoorwaarden onregelmatig, en kan dit bovendien een negatieve invloed hebben op de verwezenlijking van de doelstellingen van de nitratenrichtlijn. | Figuur 7.10 —Voorbeeld van ontoereikende controles van de randvoorwaarden De Commissie neemt kennis van de bevinding van de Rekenkamer. Hoewel de audit van de Commissie van 2014 in Litouwen alleen betrekking had op diergerelateerde RBE's, zijn soortgelijke tekortkomingen gevonden in de steekproeftrekking. Deze tekortkomingen worden verder behandeld in een conformiteitsgoedkeuringsprocedure. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Systemen van DG MARE en de lidstaten met betrekking tot de regelmatigheid van verrichtingen op het gebied van visserij | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 7.11 —Tekortkomingen op het gebied van aanbesteding in Roemenië Wij onderzochten een steekproef van zeven aanbestedingsprocedures, waarvan er vijf (twee openbare en drie particuliere) fouten vertoonden. De drie particuliere gevallen waren niet ontdekt door de Commissie. Ook hebben wij in twee van de zes onderzochte gevallen tekortkomingen geconstateerd met betrekking tot de selectieprocedure. | Figuur 7.11 —Tekortkomingen op het gebied van aanbesteding in Roemenië De standaardchecklists van de Commissie zijn gericht op de naleving van de regelgeving voor de plaatsing van opdrachten door de overheid, en dus ook openbare aanbestedingen, en niet zozeer op de plaatsing van opdrachten door particulieren. De zeven procedures hadden betrekking op de plaatsing van opdrachten door particulieren op basis van instructies van de Roemeense autoriteiten (vijf zaken) én op de plaatsing van opdrachten door de overheid (twee zaken die verband hielden met technische bijstand) waarbij de Commissie al op de hoogte was van de zwakke punten. Voorts had de Commissie eerder al zwakke punten in de projectselectie geconstateerd. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jaarlijks activiteitenverslag van DG AGRI | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jaarlijks activiteitenverslag van DG MARE | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Conclusie en aanbevelingen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De conclusie voor 2015 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Aanbevelingen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie stemt in met deze aanbeveling. De Commissie is van mening dat een en ander al concreet gestalte krijgt met haar lopende auditwerkzaamheden en met de verstrekking van de nodige richtsnoeren. Ook zet zij in het kader van het gedeeld beheer de nodige stappen om de auditinstanties van de lidstaten bij te staan in een doeltreffende kwijting van hun taken. Bovendien worden tekortkomingen in de beheers- en controlesystemen van de lidstaten zo nodig aangepakt middels gerichte en omvattende actieplannen. Wanneer de Commissie zulke problemen bij haar monitoring of audits constateert, verzoekt zij de lidstaat corrigerende maatregelen te nemen. Is het probleem acuut, dan moet de lidstaat een corrigerend actieplan ten uitvoer leggen, hetgeen nauwlettend door de diensten wordt gevolgd. Tot dusver zijn dergelijke plannen zeer doeltreffend gebleken. Wanneer de uitvoering van het actieplan niet effectief wordt geacht, kunnen de betalingen worden verlaagd of opgeschort om de EU-begroting te beschermen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie stemt in met deze aanbeveling. De resultaten van de LPIS-kwaliteitsbeoordeling worden op jaarbasis gemonitord. Bij deze jaarlijkse exercitie gaat het om een kwaliteitscontroleproces dat uiteindelijk tot doel heeft de kwaliteit en betrouwbaarheid van het LPIS te verbeteren door de opgespoorde technische zwakke punten te analyseren en corrigerende actie te ondernemen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
: | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie stemt in met deze aanbeveling. De Commissie houdt zich al volop bezig met de verstrekking van gerichte en doeltreffende richtsnoeren waarin wordt aangegeven hoe onregelmatigheden in procedures voor de plaatsing van overheidsopdrachten kunnen worden voorkomen. In dit verband wordt gewezen op de dit jaar uitgebrachte studie over de bestuurlijke capaciteit in de EU op het gebied van de plaatsing van overheidsopdrachten („Public Procurement — a study on administrative capacity of the EU”), waarin landspecifieke aanbevelingen zijn opgenomen, en op een leidraad uit 2015 voor professionals ter vermijding van veelvoorkomende fouten bij projecten die door Europese structuur- en investeringsfondsen worden gefinancierd („Guidance for practitioners on the avoidance of the most common errors in public procurement of projects funded by the European Structural and Investment Funds”). In december 2015 heeft de Commissie erop gewezen dat alle lidstaten speciaal moeten letten op de regelgeving voor de plaatsing van overheidsopdrachten en zo nodig corrigerende actie moeten ondernemen. De Commissie werkt intensief met de lidstaten samen om de oorzaken van fouten bij de tenuitvoerlegging van het beleid te achterhalen en weg te nemen. Er zal worden voortgewerkt aan een verdere aanpak van gesignaleerde tekortkomingen, waarbij ook om een actieplan kan worden gevraagd. De Commissie neemt geen genoegen met onvolledige of tekortschietende actieplannen. De lidstaten wordt verzocht corrigerende actie te ondernemen wanneer bij conformiteitsaudits, de audit van de Rekenkamer of in de bevindingen van de certificerende instantie of het betaalorgaan zwakke punten worden geconstateerd. Tot slot worden zo nodig financiële nettocorrecties toegepast. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie stemt in met deze aanbeveling. De Commissie blijft de lidstaten ondersteuning bieden bij de verbetering en consolidatie van het werk van de certificerende instantie zodat de komende jaren een grotere zekerheid kan worden verkregen op basis van hun werk. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie stemt in met deze aanbeveling. De Commissie zal bij het bijwerken van haar audithandboek aandacht besteden aan deze kwestie en daarbij voortbouwen op de opgedane ervaring. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| De Commissie stemt in met deze aanbeveling. Opgemerkt zij dat bij de procedurele verbeteringen die hebben plaatsgevonden na de periode waarop de audit van de Rekenkamer betrekking heeft, al tal van problemen zijn aangepakt die hier onder de aandacht worden gebracht (met name wat betreft het auditbewijs en het auditspoor). Voorts wordt thans gewerkt aan de invoering van een kwaliteitscontroleprocedure. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
DEEL 2 — PRESTATIEGERELATEERDE KWESTIES OP HET GEBIED VAN PLATTELANDSONTWIKKELING | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Beoordeling van de prestaties van projecten | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onvoldoende bewijs waaruit blijkt dat de kosten redelijk zijn | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 7.13 —Voorbeelden van de controle van de redelijkheid van de kosten voor de modernisering van landbouwbedrijven Een begunstigde in Griekenland kocht een tractor die gedeeltelijk was gefinancierd uit middelen voor plattelandsontwikkeling. De begunstigde diende een van tevoren bepaalde formule toe te passen voor de berekening van het gepaste vermogen van de tractor, rekening houdend met de oppervlakte cultuurgrond van het terrein. De begunstigde verstrekte een offerte die door het betaalorgaan werd getoetst aan een referentieprijs die was overgenomen uit een gespecialiseerd tijdschrift over landbouwmachines. Het betaalorgaan concludeerde dat de prijs voor het specifieke model 10 % lager zou moeten zijn dan de voorgestelde prijs. Dit heeft ertoe geleid dat de begunstigde een goedkopere tractor kocht. In Slowakije hebben wij een project gecontroleerd voor de bouw van een opslagfaciliteit Het betaalorgaan heeft niet gecontroleerd of de kosten redelijk waren. Wij hebben echter afdoende bewijs verkregen dat de prijs van een van de belangrijkste bouwmaterialen (beton) zes keer hoger was dan de normale marktprijs. De totale kosten van het project hadden meer dan 50 % lager moeten zijn. | Figuur 7.13 —Voorbeelden van de controle van de redelijkheid van de kosten voor de modernisering van landbouwbedrijven Over het Slowaakse geval merkt de Commissie op dat het project is uitgevoerd. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 7.14 —Voorbeeld van een project dat niet-essentiële onderdelen omvatte In Italië (Campanië) vernieuwde een gemeente een wandelweg met een lengte van één kilometer in een bergstreek, voor een bedrag van 441 000 euro. Tijdens de aanbestedingsprocedure verzocht de gemeente geïnteresseerde ondernemingen voorstellen te doen om de investering functioneler en milieuvriendelijker te maken. Het voorstel van het geselecteerde bedrijf omvatte extra elementen voor een bedrag van 80 000 euro, bovenop de kosten van de werkzaamheden aan de wandelweg. Deze extra elementen omvatten een mountainbike ter waarde van 4 000 euro, een panoramakijker ter waarde van 3 500 euro en een gift van 10 000 euro aan een plaatselijke kerk. In plaats van de opdracht te beperken tot de benodigdheden voor de renovatie van de wandelweg, werden aanvullende elementen toegevoegd, wat tot hogere kosten heeft geleid. | Figuur 7.14 —Voorbeeld van een project dat niet-essentiële onderdelen omvatte Het project in kwestie, dat steun heeft ontvangen in het kader van bosbouwmaatregel 227 „niet-productieve investeringen”, wordt momenteel onderzocht door de regio. De regionale beheersautoriteit heeft het slotsaldo van het project nog niet betaald en wil naar aanleiding van de verrichte controle een verlaging toepassen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tekortkomingen ten aanzien van de doelgerichtheid van maatregelen en de selectie van projecten | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 7.15 —Voorbeelden van doelgerichtheid en selectie In Italië (Campanië) deed het betaalorgaan een oproep tot het indienen van voorstellen met een budget van 25 miljoen euro in het kader van de maatregel „modernisering van landbouwbedrijven”. Het betaalorgaan paste verschillende selectiecriteria toe met betrekking tot de begunstigde (bijv. criteria inzake jonge landbouwers en genderevenwicht), het bedrijf (bijv. bedrijven gevestigd in probleemgebieden of bedrijven die kwaliteitsproducten produceren), en het project (bijv. criteria inzake synergieën met andere maatregelen, innovatie enz.). De Italiaanse autoriteiten bepaalden vooraf ook een minimumdrempel waaraan een project moest voldoen om te worden geselecteerd. In dit geval hebben de Italiaanse autoriteiten het uitgeven ondergeschikt gemaakt aan de beginselen van goed financieel beheer. In Hongarije omvatten de doelstellingen van de maatregel „modernisering van landbouwbedrijven” drie brede thema’s (modernisering, diversificatie en naleving van normen). De gecontroleerde submaatregel was gericht op veehouderijen met een bepaalde minimumomvang. Er was geen sprake van andere prioritering of geografische concentratie van de steun. In het programma voor plattelandsontwikkeling werd het beschikbare budget verdeeld in bedragen die op gezette tijden beschikbaar worden gesteld aan de aanvragers. Hoewel de Hongaarse autoriteiten selectiecriteria hadden vastgesteld, hebben zij deze niet toegepast. De oproep tot het indienen van voorstellen voor het gecontroleerde project werd gedaan op 16 december 2013, met een begroting van 10 miljoen euro. De Hongaarse autoriteiten financierden projecten volgens het beginsel „wie het eerst komt, het eerst maalt”. Het laatste goedgekeurde project werd ingediend op 19 december 2013, slechts drie dagen na de publicatie van de oproep. In dit geval werd in de selectieprocedure geen rekening gehouden met de potentiële impact van de projecten. Volgens de benadering die in Hongarije werd waargenomen, mag het betaalorgaan projecten met minder toegevoegde waarde financieren om de eenvoudige reden dat zij eerder werden ingediend dan andere projecten met een hogere toegevoegde waarde. | Figuur 7.15 —Voorbeelden van doelgerichtheid en selectie Met de toegevoegde waarde van projecten wordt rekening gehouden bij de subsidiabiliteitscontroles. Helemaal aan het eind van de programmeringsperiode 2007-2013, in december 2013, hebben de Hongaarse autoriteiten niet hetzelfde selectiesysteem toegepast als in de voorgaande jaren. Het doel was om investeringen te ondersteunen die nog vóór eind 2015 konden worden afgerond. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuur 7.16 —Voorbeelden van koppelingen met EU-prioriteiten In Italië (Campanië) controleerden wij een project in het kader van de maatregel „niet-productieve investeringen” ter waarde van bijna 100 000 euro. Het project bestond uit de wederopbouw van stapelmuren met behulp van stenen die afkomstig waren van een vroegere muur met een soortgelijke omvang, en het was gericht op de wederopbouw van elementen van het rurale landschap. In dit geval hebben wij geen verband met een van de doelstellingen van de EU 2020-strategie kunnen vaststellen. In deze regio hebben wij ook een project gecontroleerd dat was geselecteerd op basis van de in figuur 7.15 beschreven procedure. Het project omvatte investeringen in een nieuw irrigatiesysteem, in een gebied voor de opvang van regenwater, en in fotovoltaïsche panelen. Het project draagt bij tot een van de vijf kerndoelen van de EU 2020-strategie: de aanpassing aan klimaatverandering en energie-efficiëntie. | Figuur 7.16 —Voorbeelden van koppelingen met EU-prioriteiten De wederopbouw van stapelmuren is een actie die valt onder maatregel 216 van de programmeringsperiode 2007-2013 voor plattelandsontwikkeling. De doelstellingen ervan waren grondbescherming en instandhouding van de biodiversiteit. De investering is relevant voor deze doelstellingen en sluit aan bij de EU-biodiversiteitsstrategie tot 2020 (COM/2011/244 final). Biodiversiteit, hernieuwbare energie en waterbeheer zijn nauw met elkaar verbonden en kunnen een nuttige rol spelen in de aanpak van klimaatverandering. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Conclusie | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
Bron: Geconsolideerde jaarrekening 2015 van de Europese Unie.
BIJLAGE 7.1
RESULTATEN VAN DE TOETSING VAN VERRICHTINGEN VOOR „NATUURLIJKE HULPBRONNEN”
2015(1) | 2014(2) | 2014 zonder de randvoorwaarden | ||
OMVANG EN STRUCTUUR VAN DE STEEKPROEF | ||||
Landbouw: marktondersteuning en rechtstreekse steun | 180 | 183 | ||
Plattelandsontwikkeling, milieu, klimaatactie en visserij | 179 | 176 | ||
Totaal aan verrichtingen voor „Natuurlijke hulpbronnen” | 359 | 359 | ||
GESCHATTE IMPACT VAN KWANTIFICEERBARE FOUTEN | ||||
Geschat foutenpercentage: Marktondersteuning en rechtstreekse steun | 2,2 % | 2,9 % | 2,2 % | |
Geschat foutenpercentage: Plattelandsontwikkeling, milieu, klimaatactie en visserij | 5,3 % | 6,2 % | 6,0 % | |
Geschat foutenpercentage: „Natuurlijke hulpbronnen” | 2,9 % | 3,6 % | 3,0 % | |
Bovenste foutengrens (UEL) | 4,5 % | |||
Onderste foutengrens (LEL) | 1,3 % |
De onderste en bovenste foutengrens voor Plattelandsontwikkeling, milieu, klimaatactie en visserij zijn respectievelijk 2,7 en 7,9 %.
BIJLAGE 7.2
FOLLOW-UP VAN EERDERE AANBEVELINGEN VOOR „NATUURLIJKE HULPBRONNEN”
Jaar | Aanbeveling van de Rekenkamer | Door de Rekenkamer verrichte analyse van de geboekte vooruitgang | Antwoord van de Commissie | ||||||||||
Volledig uitgevoerd | In uitvoering | Niet uitgevoerd | Niet langer van toepassing | Ontoereikend bewijs | |||||||||
In de meeste opzichten | In enkele opzichten | ||||||||||||
2013 |
| ||||||||||||
Aanbeveling 1: de Commissie en de lidstaten treffen de noodzakelijke maatregelen om ervoor te zorgen dat het GBCS ten volle wordt benut. Dit omvat bijzondere inspanningen om ervoor te zorgen dat:
| X | De Commissie houdt de situatie in het oog: wanneer zwakke punten van hardnekkige aard zijn, worden actieplannen ten uitvoer gelegd. Ook lopen er conformiteitsgoedkeuringsprocedures. In haar jaarverslag van 2014 heeft de Rekenkamer geen GBCS-aanbeveling tot de Commissie gericht en hetzelfde geldt voor het jaarverslag van 2015. | |||||||||||
2013 | Aanbeveling 2: de Commissie zorgt ervoor dat de procedure voor versterkte zekerheid op doeltreffende wijze wordt toegepast om de kwaliteit en vergelijkbaarheid van de door de controleorganen verrichte werkzaamheden te verbeteren en dat corrigerende maatregelen worden getroffen wat betreft de ongerechtvaardigde verlaging door de Italiaanse autoriteiten van het percentage inspecties ter plaatse (zie de paragrafen 3.30-3.35). | X | De Commissie vindt dat de aanbeveling op de meeste punten is opgevolgd. De procedure van versterkte zekerheid bestaat niet meer als zodanig. De Commissie heeft richtsnoeren uitgevaardigd voor de certificerende instanties. Deze moeten een betrouwbare basis bieden voor de beoordeling van de wettigheid en regelmatigheid van de uitgaven. De certificerende instanties hebben in 2015 voor het eerst een oordeel moeten geven over de wettigheid en regelmatigheid van de transacties. De Commissie zal voortbouwen op de ervaringen van dit eerste jaar. Wat de in Italië gesignaleerde tekortkomingen betreft, loopt er inmiddels een conformiteitsprocedure die in een correctie zal resulteren mochten de financiële belangen van de EU zijn geschaad. | ||||||||||
Aanbeveling 3: de Commissie houdt actief toezicht op de toepassing van corrigerende maatregelen met betrekking tot de gebreken in het controlesysteem voor EU-steun voor producentengroeperingen in Polen (zie de paragrafen 3.36-3.38). | X | De Commissie is van mening dat deze aanbeveling geheel is opgevolgd. Op dit moment loopt er een corrigerend actieplan dat nauwlettend wordt gemonitord door de Commissie. Vertragingen in de uitvoering ervan hebben geleid tot een opschorting van de betalingen. Er loopt een conformiteitsprocedure die ervoor zal zorgen dat de financiële belangen van de EU worden beschermd. | |||||||||||
2013 |
| ||||||||||||
Aanbeveling 1: de lidstaten voeren de bestaande administratieve controles beter uit door alle relevante en voor de betaalorganen beschikbare informatie te gebruiken, aangezien hierdoor mogelijk het grootste deel van de fouten kan worden opgespoord en gecorrigeerd (zie de paragrafen 4.8 en 4.20). Met name voor investeringsmaatregelen moet bij administratieve controles alle beschikbare informatie worden benut om de subsidiabiliteit van de uitgaven, het project en de begunstigde (inclusief alle uiteindelijke aandeelhouders) te bevestigen en om te verzekeren dat bij de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten de toepasselijke EU- en/of nationale regels zijn nageleefd. | X | De Commissie bespreekt met de lidstaten maatregelen om de kwaliteit van de beheers- en controlesystemen te verbeteren. Dat doet zij in bijeenkomsten met het leernetwerk, in de werkgroepen van DG AGRI die zich met de vereenvoudiging van systemen bezighouden, in het bedrijfsadviseringssysteem, bij de jaarlijkse doorlichtingen van de LPIS-kwaliteit en ook in de conferenties met de directeuren van de verschillende betaalorganen. Het nieuwe rechtskader voor het GLB 2014-2020 bevat voorschriften die het foutenrisico moeten beperken. Bij plattelandsontwikkeling zijn diverse maatregelen samengevoegd en gestroomlijnd om het totale aantal maatregelen terug te dringen. In dit verband zijn voorschriften verduidelijkt, zijn subsidiabiliteitsregels vereenvoudigd zodat ze gemakkelijker zijn uit te voeren, en zijn contractvoorwaarden geflexibiliseerd. Er kunnen vereenvoudigde kostenopties, zoals standaardschalen van eenheidskosten, vaste bedragen en forfaitaire financiering, worden toegepast om de aanvraag, het beheer en de auditering van vergoedingen voor betalingen te vergemakkelijken. De plaatsing van overheidsopdrachten is een van de centrale elementen in de actieplannen voor plattelandsontwikkeling. Niet-naleving van de regels op dit gebied hoeft echter niet per definitie te betekenen dat álle betrokken uitgaven niet subsidiabel zijn. Het is mogelijk dat het project op zich zijn doel wel degelijk bereikt en een echte toegevoegde waarde biedt. Voorts zijn in het recente verleden nieuwe richtsnoeren vastgesteld voor de bepaling van te verrichten financiële correcties voor uitgaven die in gedeeld beheer door de Unie zijn gefinancierd, voor de gevallen waarin de regels inzake overheidsopdrachten niet zijn nageleefd (Besluit C(2013) 9527 van de Commissie). | |||||||||||
2013 | Aanbeveling 2: de Commissie zorgt ervoor dat een passende follow-up wordt gegeven aan alle gevallen waarin de Rekenkamer fouten heeft opgespoord (zoals uiteengezet in de paragrafen 4.14, 4.20 en 4.21, alsook in paragraaf 4.16 wat betreft het milieu). | X(1) | De Commissie neemt nota van de continue analyse die de Rekenkamer verricht. Naar aanleiding van de opmerkingen van de Rekenkamer wordt in de recentste actualiseringen van actieplannen een systematischere follow-up gegeven aan de auditbevindingen van de Commissie en de Rekenkamer. Ook moet worden opgemerkt dat alle materiële DAS-gevallen die door de Rekenkamer zijn gerapporteerd, door de Commissie worden opgevolgd, onder meer, indien van toepassing, via de conformiteitsprocedure. Ook is het aantal door de Commissie verrichte audits van de Elfpo-uitgaven substantieel gestegen. De lidstaten is gevraagd om een nationaal actieplan, waarvan de uitvoering nauwlettend wordt gevolgd door de diensten van DG AGRI. De Commissie heeft ervoor gezorgd dat in de actualiseringen van de actieplannen systematischer rekening is gehouden met de auditbevindingen van haarzelf en van de Rekenkamer. De actieplannen worden aan een tijdspad gekoppeld en gemonitord met indicatoren. Geografische desks zorgen voor een follow-up van de oorzaken van fouten en de mitigerende maatregelen in monitoringcomités, jaarlijkse evaluatiebijeenkomsten met de beheersautoriteiten, bilaterale bijeenkomsten en door middel van programmawijzigingen in relevante gevallen. De auditbevindingen worden regelmatig aan de geografische desks meegedeeld, die deze met de lidstaten bespreken om tot een betere uitvoering van de programma's te komen. De Commissie organiseert via het Europees netwerk voor plattelandsontwikkeling speciale workshops die bedoeld zijn om het foutenpercentage terug te dringen en de uitvoering van het beleid te verbeteren. | ||||||||||
2013 | Aanbeveling 3: de lidstaten zorgen ervoor dat de actieplannen om het hoge foutenpercentage bij plattelandsontwikkeling aan te pakken volledig zijn door alle regio's erbij te betrekken en alle maatregelen te dekken, vooral de investeringsmaatregelen, en dat erin rekening wordt gehouden met de controlebevindingen van de Commissie en de Rekenkamer (zie paragraaf 4.30). | X | De Commissie heeft al concrete maatregelen getroffen naar aanleiding van het hoge foutenpercentage. De Commissie beveelt, als onderdeel van de goedkeuringsprocedure, de lidstaten systematisch aan om de controlesystemen te verbeteren en voor een krachtdadiger toepassing ervan te zorgen. Voorts heeft de Commissie de betrokken betaalorganen ten aanzien waarvan punten van voorbehoud zijn gemaakt, stelselmatig verzocht om een actieplan om de gebreken te verhelpen die ten grondslag liggen aan de punten van voorbehoud. Wanneer gebreken in het beheers- en controlesysteem van een lidstaat worden geconstateerd, wordt op twee niveaus actie ondernomen: ten eerste wordt een conformiteitsgoedkeuringsprocedure opgestart om het financiële risico voor de EU-begroting af te dekken, en ten tweede wordt de betrokken lidstaat in de gevallen waarin dat noodzakelijk en passend is, gevraagd om een actieplan om de tekortkomingen te verhelpen. In januari 2013 is alle lidstaten gevraagd om een nationaal actieplan, waarvan de uitvoering nauwlettend wordt gevolgd door de diensten van DG AGRI (zie in dit verband het werkdocument van de diensten van de Commissie over de beoordeling van de oorzaken van fouten bij de uitvoering van plattelandsontwikkelingsbeleid en corrigerende actie (SWD(2013)244)). De Rekenkamer acht deze maatregelen nuttig en een stap in de goede richting bij de aanpak van de oorzaken van fouten (zie Speciaal verslag nr. 23/2014 over de fouten in de uitgaven voor plattelandsontwikkeling). De Commissie heeft ervoor gezorgd dat in de actualiseringen van de actieplannen systematischer rekening is gehouden met de auditbevindingen van haarzelf en van de Rekenkamer. In de aanbevelingen van Speciaal verslag nr. 23/2014 heeft de Rekenkamer aangegeven dat de lidstaten, waar relevant, preventieve en corrigerende maatregelen dienen te nemen. De Commissie gaat er om die reden van uit dat het niet nodig is om voor alle regio's en alle maatregelen actieplannen op te stellen, maar alleen voor de gevallen waarin tekortkomingen zijn geconstateerd. | ||||||||||
2013 | Voor het GLB als geheel geldt het volgende: | ||||||||||||
Aanbeveling 4: de Commissie documenteert hoe zij de onder haar conformiteitscontrole vallende uitgaven berekent (zie paragraaf 4.24). | X | De Commissie zal in haar jaarlijks activiteitenverslag blijven rapporteren over de auditreikwijdte. | |||||||||||
Aanbeveling 5: de Commissie neemt maatregelen om het aantal openstaande controledossiers verder te verlagen, zodat alle vóór 2012 verrichte controles eind 2015 zijn afgesloten (zie paragraaf 4.27). | X | Eind juni 2016 zijn er nog slechts twintig dossiers met een achterstand. | |||||||||||
Aanbeveling 6: de Commissie ontwikkelt haar aanpak van de berekening van het RFP verder door ervoor te zorgen dat daarbij rekening wordt gehouden met alle uitgaven en betaalorganen(zie paragraaf 4.29). | X | De Commissie is van mening dat deze aanbeveling volledig is opgevolgd. De methodiek voor de raming van het aangepaste foutenpercentage is beschreven in bijlage 4 bij het jaarlijks activiteitenverslag van DG AGRI. Voorts zijn op aanbeveling van de dienst Interne Audit nadere procedures voor de raming van het resterende risicobedrag uitgewerkt (zie Ares(2014) 2509210 van 29.7.2014). Deze procedurele stappen zijn in 2015 bijgewerkt en uitgebreid met aanvullende documentatie over het conceptuele model dat aan de raming van DG AGRI van het foutenpercentage op het niveau van elk betaalorgaan ten grondslag ligt. | |||||||||||
| |||||||||||||
Aanbeveling 7: de financiële correcties opgelegd aan lidstaten in verband met het Europees Visserijfonds worden onderbouwd met documenten inzake de validering ervan (zie paragraaf 4.34). | X | ||||||||||||
2012 |
| ||||||||||||
Aanbeveling 1: de subsidiabiliteit van grond, en met name van blijvend grasland, naar behoren wordt geregistreerd in het LPIS, vooral in gevallen waarin terreinen geheel of gedeeltelijk zijn bedekt met stenen, onkruid, dichte bossen of struiken of al enkele jaren verlaten zijn. | X | De Commissie houdt de situatie in het oog: wanneer zwakke punten van hardnekkige aard zijn, worden actieplannen ten uitvoer gelegd. Ook lopen er conformiteitsgoedkeuringsprocedures. In haar jaarverslag van 2014 heeft de Rekenkamer geen GBCS-aanbeveling tot de Commissie gericht en hetzelfde geldt voor het jaarverslag van 2015. | |||||||||||
Aanbeveling 2: er onmiddellijk corrigerende maatregelen worden getroffen wanneer beheers- en controlesystemen en/of GBCS-databanken gebrekkig of verouderd blijken. | X | Wanneer de diensten van de Commissie zulke problemen tijdens hun audits constateren, vragen zij de lidstaten om de nodige corrigerende actie te ondernemen. Is het probleem acuut, dan moet de lidstaat een corrigerend actieplan ten uitvoer leggen, hetgeen nauwlettend door de diensten wordt gevolgd. Tot dusver zijn dergelijke plannen zeer doeltreffend gebleken. De Commissie zorgt er ook voor dat het uit dergelijke tekortkomingen voortvloeiende financiële risico voor de EU-begroting wordt gedekt middels financiële correcties die in het kader van de conformiteitsgoedkeuringsprocedure worden opgelegd. | |||||||||||
Aanbeveling 3: betalingen berusten op inspectieresultaten en dat inspecties ter plaatse van voldoende kwaliteit zijn om op betrouwbare wijze de subsidiabele oppervlakte te kunnen bepalen. | X | De Commissie vindt dat de aanbeveling op de meeste punten is opgevolgd. De Commissie deelt op dit punt de mening van de Rekenkamer; haar audits zullen gericht blijven op het gevaar dat niet-subsidiabele grond niet wordt ontdekt in de fase die voorafgaat aan de betalingen. Zo nodig worden financiële correcties toegepast om de financiële belangen van de EU te beschermen. | |||||||||||
2012 | Aanbeveling 4: de werkzaamheden van de directeuren van betaalorganen en die van de certificerende instanties ter onderbouwing van hun respectieve verklaringen door hun ontwerp en kwaliteit een betrouwbare basis bieden om de wettigheid en regelmatigheid van onderliggende verrichtingen te beoordelen. | X | De Commissie zal de werkzaamheden van de certificerende instanties onder de loep blijven nemen door de documenten betreffende de financiële goedkeuring van de rekeningen te analyseren en auditbezoeken aan de certificerende instanties af te leggen. Daarnaast is in 2014 de laatste hand gelegd aan de nodige richtsnoeren voor de afrondende werkzaamheden van de certificerende instanties op het gebied van de certificering van de rekeningen voor begrotingsjaar 2015, waarvan voor het eerst ook een oordeel over de wettigheid en regelmatigheid van de achterliggende transacties deel zal uitmaken. De eindversie van die richtsnoeren is in januari 2015 officieel gepresenteerd aan de lidstaten. Het bijgewerkte richtsnoer voor de herziene beheersverklaring is daarin opgenomen. Vanaf 2012 hebben vier bijeenkomsten van de deskundigengroep plaatsgevonden waar deze richtsnoeren zijn gepresenteerd en besproken. Om nog meer zekerheid over de kwaliteit van het werk van de certificerende instanties te verkrijgen, zijn in 2015 vijftien bezoeken afgelegd om het werk van de certificerende instanties op het gebied van de wettigheid en regelmatigheid, en met name de kwaliteit van hun controles ter plaatse, te beoordelen. In 2015 en 2016 hebben extra bijeenkomsten van de deskundigengroep plaatsgevonden waar ervaringen met het werk op het gebied van de wettigheid en regelmatigheid van transacties zijn uitgewisseld. | ||||||||||
| |||||||||||||
Aanbeveling 1: de lidstaten voeren de bestaande administratieve controles beter uit door alle relevante en voor de betaalorganen beschikbare informatie te gebruiken, aangezien hierdoor mogelijk het grootste deel van de fouten kan worden opgespoord en gecorrigeerd. | X | Zie het antwoord van de Commissie op aanbeveling 1 voor plattelandsontwikkeling uit 2013. | |||||||||||
Aanbeveling 2: de Commissie geeft een passende follow-up aan alle gevallen waarin de Rekenkamer fouten heeft opgespoord. | X | ||||||||||||
2012 | Aanbeveling 3: de Commissie volgt in het jaarlijks activiteitenverslag van DG AGRI een soortgelijke benadering voor het Elfpo als voor ontkoppelde oppervlaktesteun, waar de Commissie rekening houdt met de resultaten van haar eigen conformiteitscontroles met betrekking tot de beoordeling van het foutenpercentage voor ieder betaalorgaan. | X | |||||||||||
Voor het GLB als geheel geldt het volgende: | |||||||||||||
Aanbeveling 4: de Commissie zorgt voor passende dekking van haar conformiteitscontroles. | X | De Commissie streeft, binnen de grenzen van de beschikbare middelen, naar een vergroting van de auditreikwijdte. In het kader van haar meerjarenstrategie volgt DG AGRI vanaf juli 2014 een auditprogramma van telkens drie achtereenvolgende jaren. Dit programma berust op een centrale risicoanalyse en is zo opgezet dat de audit een zo groot mogelijke reikwijdte heeft. | |||||||||||
Aanbeveling 5: de Commissie pakt de naar aanleiding van haar conformiteitscontroles geconstateerde gebreken aan alsook het hardnekkige probleem van lange vertragingen in de conformiteitsprocedure als geheel. | X | De Commissie zal haar auditmethode en -procedures blijven verbeteren. Bovendien zal zij zich, met name met het oog op de tenuitvoerlegging van de GLB-hervorming, blijven inspannen om het proces te verbeteren en te versnellen, waarbij zij zowel de noodzaak de kwaliteitsnormen te handhaven als het recht van antwoord van de lidstaat in acht zal nemen. Bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 908/2014 van de Commissie, die vanaf januari 2015 van toepassing is, zijn verplichte termijnen ingevoerd voor de verschillende stappen in de auditprocedure. Ook zijn instrumenten ingevoerd om de monitoring aan te scherpen. Eind juni 2016 zijn bijna alle dossierachterstanden weggewerkt. | |||||||||||
Aanbeveling 6: de Commissie verbetert de methode waarmee zij financiële correcties vaststelt verder, om beter rekening te houden met de aard en de ernst van de vastgestelde overtredingen. | X |
HOOFDSTUK 8
„Europa als wereldspeler” en „Veiligheid en burgerschap”
INHOUD
Inleiding | 8.1 |
Deel 1: „Europa als wereldspeler” | 8.2-8.38 |
Korte beschrijving van „Europa als wereldspeler” | 8.3-8.9 |
Minder foutgevoelige uitgaventerreinen | 8.6-8.9 |
Reikwijdte en aanpak van de controle | 8.10 |
Regelmatigheid van de verrichtingen | 8.11-8.21 |
Onderzoek van de jaarlijkse activiteitenverslagen en andere elementen van de interne beheersing | 8.22-8.32 |
Onderzoek van de jaarlijkse activiteitenverslagen | 8.22-8.28 |
Uit de toetsing van verrichtingen gebleken systeemgebreken | 8.29-8.31 |
Beoordeling van de systemen van DG DEVCO | 8.32 |
Conclusie en aanbevelingen | 8.33-8.38 |
De conclusie voor 2015 | 8.33-8.34 |
Aanbevelingen | 8.35-8.38 |
Deel 2: „Veiligheid en burgerschap” | 8.39-8.46 |
Korte beschrijving van „Veiligheid en burgerschap” | 8.40-8.41 |
Reikwijdte en aanpak van de controle | 8.42 |
Samenvatting van de opmerkingen over de systemen van DG HOME | 8.43-8.46 |
Bijlage 8.1 — | Resultaten van de toetsing van verrichtingen voor „Europa als wereldspeler” |
Bijlage 8.2 — | Follow-up van eerdere aanbevelingen voor „Europa als wereldspeler” |
INLEIDING | |||||
| |||||
DEEL 1: „EUROPA ALS WERELDSPELER” | |||||
| |||||
Figuur 8.1 —MFK-rubriek 4 — „Europa als wereldspeler” — Essentiële informatie 2015 (miljard euro) | |||||
Korte beschrijving van „Europa als wereldspeler” | |||||
| |||||
| |||||
| |||||
| |||||
| |||||
| |||||
| |||||
| |||||
| |||||
Minder foutgevoelige uitgaventerreinen | |||||
| |||||
Begrotingssteun | |||||
| |||||
| |||||
Hypothetische aanpak | |||||
| |||||
Reikwijdte en aanpak van de controle | |||||
| |||||
| |||||
| |||||
| |||||
Regelmatigheid van de verrichtingen | |||||
| |||||
| |||||
| |||||
Figuur 8.2 —„Europa als wereldspeler” — Uitsplitsing van het geschatte foutenpercentage Bron: Europese Rekenkamer. | |||||
| |||||
Figuur 8.3 —Niet-subsidiabele uitgaven: activiteiten die niet onder de overeenkomst vielen We onderzochten uitgaven die waren gedeclareerd bij en aanvaard door de Commissie voor een bijdrage aan een internationale organisatie met het oog op het terugdringen van intraveneus drugsgebruik en de schadelijke gevolgen daarvan. De bijdrage van de EU bedroeg 800 000 euro. De internationale organisatie die de actie uitvoerde, had 16 000 euro gedeclareerd als kosten in verband met de opleiding van personeel. Aangezien de opleiding niet onder de bijdrageovereenkomst viel, zijn de kosten niet-subsidiabel. | Figuur 8.3 —Niet-subsidiabele uitgaven: activiteiten die niet onder de overeenkomst vielen Een vooraankondigingsbrief met het oog op terugvordering is reeds naar de organisatie verstuurd. Wat de andere kosten betreft, zal de delegatie er bij de uitvoerende partners en de projectbeheerders blijven op hameren dat de voorgelegde financiële verslagen moeten voldoen aan alle voorwaarden die in de desbetreffende overeenkomst zijn vastgesteld. Inzake de spreiding van de kosten over de projectperiode zullen gevallen waarin front-/endloading wordt aangetroffen met bijzondere aandacht worden bejegend. | ||||
| |||||
Figuur 8.4 —Kosten die niet daadwerkelijk ten behoeve van de actie waren gemaakt | Figuur 8.4 —Kosten die niet daadwerkelijk ten behoeve van de actie waren gemaakt | ||||
We onderzochten uitgaven die waren gedeclareerd bij en aanvaard door de Commissie voor een subsidie aan een humanitaire organisatie die optrad in het kader van de crisis in Syrië. De subsidie van de EU bedroeg 5 800 000 euro. Een deel van de kosten van de actie hield verband met voedseltransport. De humanitaire organisatie bracht ten onrechte 8 500 euro aan kosten voor voedseltransport in rekening bij de EU voor een actie die door een andere donor werd gefinancierd. | |||||
We onderzochten uitgaven die waren gedeclareerd bij en aanvaard door de Commissie voor een subsidie ter ondersteuning van de non-proliferatie van ballistische raketten. De actie met een begroting van 930 000 euro werd volledig gefinancierd door de FPI. De begunstigde, een in Europa gevestigde onderzoeksstichting, bracht geraamde personeelskosten in rekening die hoger waren dan daadwerkelijke kosten. | FPI baseert zich op uitgavenverificatieverslagen alvorens een eindbetaling voor subsidies wordt gedaan. Hoewel deze fout in het verslag voor dit contract niet was vastgesteld, had de Commissie reeds eerder de fout van de begunstigde ontdekt via haar eigen systeem van controles achteraf. FPI zal ook maatregelen te nemen ter verbetering van het huidige systeem van uitgavenverificatieverslagen, naar het voorbeeld van DG DEVCO. De Commissie is bezig met de terugvordering van de niet-subsidiabele sommen om de financiële belangen van de EU effectief te beschermen. | ||||
| |||||
| |||||
Figuur 8.5 —Niet in aanmerking komende begunstigden We onderzochten uitgaven die werden gedeclareerd bij en aanvaard door het Uitvoerend Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur (EACEA) ter bevordering van Europese samenwerking op het gebied van jeugdzaken ten bedrage van 16 500 euro. De subsidie werd betaald aan een jeugdvereniging die we niet konden vinden en waar de bewijsstukken zouden worden onderzocht. | Figuur 8.5 —Niet in aanmerking komende begunstigden Naar aanleiding van deze constatering, die onregelmatigheid/fraude doet vermoeden, heeft de Commissie actie ondernomen, de toepasselijke regels en procedures gevolgd en de bevoegde instantie (OLAF) op de hoogte gebracht. De Commissie heeft ook de nodige maatregelen genomen om de betaalde sommen terug te vorderen. | ||||
| |||||
| |||||
| |||||
Onderzoek van de jaarlijkse activiteitenverslagen en andere elementen van de interne beheersing | |||||
Onderzoek van de jaarlijkse activiteitenverslagen | |||||
| |||||
| |||||
| |||||
| |||||
| |||||
| |||||
| |||||
|
| ||||
|
| ||||
| |||||
Uit de toetsing van verrichtingen gebleken systeemgebreken | |||||
|
| ||||
| |||||
|
| ||||
Beoordeling van de systemen van DG DEVCO | |||||
| |||||
Conclusie en aanbevelingen | |||||
De conclusie voor 2015 | |||||
| |||||
| |||||
Aanbevelingen | |||||
| |||||
| |||||
| |||||
| |||||
| De Commissie aanvaardt aanbeveling 1. Zij werkt reeds aan een aanpassing van het kwaliteitsraster dat wordt gehanteerd voor controles en verificaties die de Commissie zelf uitvoert, aan de specifieke kenmerken, behoeften en uitvoeringsmodaliteiten van de uitgavenverificaties die door de begunstigden worden verricht. | ||||
| De Commissie aanvaardt aanbeveling 2. | ||||
| De Commissie aanvaardt aanbeveling 3. | ||||
DEEL 2: „VEILIGHEID EN BURGERSCHAP” | |||||
| |||||
Figuur 8.6 —MFK-rubriek 3 — „Veiligheid en burgerschap” — Essentiële informatie 2015 (miljard euro) | |||||
Korte beschrijving van „Veiligheid en burgerschap” | |||||
| |||||
| |||||
Reikwijdte en aanpak van de controle | |||||
| |||||
Samenvatting van de opmerkingen over de systemen van DG HOME | |||||
| |||||
| |||||
|
| ||||
|
Bron: Geconsolideerde jaarrekening 2015 van de Europese Unie.
Bron: Geconsolideerde jaarrekening 2015 van de Europese Unie.
BIJLAGE 8.1
RESULTATEN VAN DE TOETSING VAN VERRICHTINGEN VOOR „EUROPA ALS WERELDSPELER”
2015 | 2014 | ||
OMVANG EN STRUCTUUR VAN DE STEEKPROEF | |||
Totaal verrichtingen | 156 | 172 | |
GESCHATTE IMPACT VAN KWANTIFICEERBARE FOUTEN | |||
Geschat foutenpercentage | 2,8 % | 2,7 % | |
Bovenste foutengrens (UEL) | 4,6 % | ||
Onderste foutengrens (LEL) | 1,0 % |
BIJLAGE 8.2
FOLLOW-UP VAN EERDERE AANBEVELINGEN VOOR „EUROPA ALS WERELDSPELER”
Jaar | Aanbeveling van de Rekenkamer | Door de Rekenkamer verrichte analyse van de geboekte vooruitgang | Antwoord van de Commissie | |||||
Volledig uitgevoerd | In uitvoering | Niet uitgevoerd | Niet van toepassing | Ontoereikend bewijs | ||||
In de meeste opzichten | In enkele opzichten | |||||||
2013 | De Rekenkamer doet de volgende aanbevelingen: | |||||||
Aanbeveling 1: De Commissie, en met name DG ELARG, moet ervoor zorgen dat in de instructies voor het personeel wordt aangegeven dat verrekeningen alleen mogen worden gebaseerd op gedane uitgaven en niet op eigen ramingen. | X | |||||||
Aanbeveling 2: De dienst FPI moet alle GBVB-missies accrediteren overeenkomstig de beoordelingen van de „zes pijlers”. | X | Op het tijdstip van publicatie van dit rapport zijn er tien GVDB-missies aan de gang. Vier missies voldoen momenteel aan artikel 60 FR: EULEX Kosovo, EUPOL Afghanistan, EUMM Georgië en EUPOL COPPS. Deze missies maken een wezenlijk deel van het GBVB-budget uit. Werkzaamheden om de overige missies in overeenstemming te brengen met artikel 60 zijn in uitvoering, te beginnen met EUCAP Sahel Niger en EUCAP Nestor. Ook zal de Commissie dit jaar de pijlerbeoordeling inleiden van nog eens drie missies ((EUBAM Rafah, EUAM Oekraïne en EUCAP Mali). Wat de nog niet beoordeelde missie betreft (EUBAM Libië): dit is momenteel onmogelijk in verband met de veiligheidssituatie. | ||||||
2012 | De Rekenkamer beveelt de Commissie het volgende aan: | |||||||
Aanbeveling 1: Zorg voor de tijdige regularisatie van uitgaven. | X | |||||||
Aanbeveling 2: Stimuleer een beter documentenbeheer door de uitvoerende partners en begunstigden; | X | |||||||
Aanbeveling 3: Verbeter het beheer van de procedures voor het plaatsen van opdrachten door heldere selectiecriteria te formuleren en door de evaluatieprocessen beter te documenteren. | X | |||||||
Aanbeveling 4: Neem doeltreffende maatregelen om de kwaliteit te verbeteren van door externe controleurs uitgevoerde controles van uitgaven. | X | |||||||
Aanbeveling 5 Stel een coherente en degelijke methodologie vast ten behoeve van directoraat-generaal Externe Betrekkingen voor de berekening van de restfoutenpercentages. | X |
HOOFDSTUK 9
„Administratie”
INHOUD
Inleiding | 9.1-9.6 |
Korte beschrijving van de MFK-rubriek | 9.3-9.4 |
Reikwijdte en aanpak van de controle | 9.5-9.6 |
Regelmatigheid van de verrichtingen | 9.7-9.8 |
Onderzoek van de jaarlijkse activiteitenverslagen en andere elementen van internebeheersingssystemen | 9.9-9.15 |
Opmerkingen over specifieke instellingen en organen | 9.10-9.15 |
Europees Parlement | 9.11 |
Europese Commissie | 9.12 |
Europese Dienst voor extern optreden | 9.13-9.14 |
Europese Rekenkamer | 9.15 |
Conclusie en aanbevelingen | 9.16-9.18 |
De conclusie voor 2015 | 9.16 |
Aanbevelingen | 9.17-9.18 |
Bijlage 9.1 — | Resultaten van de toetsing van verrichtingen voor „Administratie” |
Bijlage 9.2 — | Follow-up van eerdere aanbevelingen voor „Administratie” |
INLEIDING | |||||
| |||||
Figuur 9.1 —MFK-rubriek 5 — „Administratie”(15)— Belangrijkste informatie 2015 | |||||
| |||||
Korte beschrijving van de MFK-rubriek | |||||
| |||||
| |||||
Reikwijdte en aanpak van de controle | |||||
| |||||
| |||||
| |||||
| |||||
REGELMATIGHEID VAN DE VERRICHTINGEN | |||||
| |||||
| |||||
Figuur 9.2 —„Administratie” — Uitsplitsing van het geschatte foutenpercentage Bron: Europese Rekenkamer. | |||||
ONDERZOEK VAN DE JAARLIJKSE ACTIVITEITENVERSLAGEN EN ANDERE ELEMENTEN VAN INTERNEBEHEERSINGSSYSTEMEN | |||||
| |||||
Opmerkingen over specifieke instellingen en organen | |||||
| |||||
Europees Parlement | |||||
|
| ||||
Europese Commissie | |||||
|
| ||||
Europese Dienst voor extern optreden | |||||
|
| ||||
|
| ||||
Europese Rekenkamer | |||||
| |||||
CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN | |||||
De conclusie voor 2015 | |||||
| |||||
Aanbevelingen | |||||
| |||||
| |||||
| Het Parlement is van oordeel dat het vooral de verantwoordelijkheid van de betrokken fractie is de nodige maatregelen te treffen om aan de tekortkomingen een einde te maken. In dit verband heeft de betrokken fractie een werkgroep ingesteld om mogelijke verbeteringen aan te brengen in het financieel beheer en het interne rechtskader inzake de financiën van de fractie. Het Secretariaat van het Parlement zal tevens zijn communicatie met betrekking tot de bestaande begeleiding uitbreiden tot de fracties middels opleidingen, met inbegrip van op maat gesneden opleidingen en een toelichting over aanbestedingen met een overzicht van de voornaamste elementen die moeten worden nageleefd. Rekening houdend met de aan de externe controleurs toebedeelde algemene taak inzake het controleren van de rekeningen van de fracties, zal de fracties worden verzocht de nodige initiatieven te nemen om, bijgestaan door hun externe controleurs, efficiënte interne controlesystemen toe te passen. | ||||
| De Commissie aanvaardt de aanbeveling en heeft reeds maatregelen genomen om haar bestaande monitoringsystemen te verbeteren, in de zin van paragraaf 9.12 hierboven. | ||||
| De EDEO kan zich vinden in deze aanbeveling. De gids voor delegaties is gewijzigd en bevat nu meer gedetailleerde instructies over aanwervingsprocedures, onder andere de verplichting om de shortlistfase op passende wijze te documenteren. | ||||
| Met ingang van 2016 worden maatregelen uitgevoerd om de kwaliteit van de procedures voor contracten onder 60 000 euro bij de delegaties te verbeteren. In dit verband wijzen wij met name op het proefproject in het kader van de hervorming van de administratieve ondersteuning van de delegaties en de inspanningen om delegaties meer training en ad-hoc-ondersteuning te bieden op dit belangrijke terrein. |
Bron: Geconsolideerde jaarrekening 2015 van de Europese Unie.
BIJLAGE 9.1
RESULTATEN VAN DE TOETSING VAN VERRICHTINGEN VOOR „ADMINISTRATIE”
2015 | 2014 | ||
OMVANG EN STRUCTUUR VAN DE STEEKPROEF | |||
Totaal verrichtingen: | 151 | 129 | |
GESCHATTE IMPACT VAN KWANTIFICEERBARE FOUTEN | |||
Geschat foutenpercentage | 0,6 % | 0,5 % | |
Bovenste foutengrens (UEL) | 1,2 % | ||
Onderste foutengrens (LEL) | 0,0 % |
BIJLAGE 9.2
FOLLOW-UP VAN EERDERE AANBEVELINGEN VOOR „ADMINISTRATIE”
Jaar | Aanbeveling van de Rekenkamer | Door de Rekenkamer verrichte analyse van de geboekte vooruitgang | Antwoord van de instelling | |||||
Volledig uitgevoerd | In uitvoering | Niet uitgevoerd | Niet van toepassing(*) | Ontoereikend bewijs | ||||
In de meeste opzichten | In enkele opzichten | |||||||
2013 | Aanbeveling 1 (Commissie): Actualiseren van de persoonlijke situatie en het beheer van gezinstoelagen De Commissie dient nadere maatregelen te treffen om ervoor te zorgen dat de personeelsleden regelmatig documenten verstrekken die hun persoonlijke situatie bevestigen, alsook om de systemen te verbeteren voor een tijdige verwerking van die documenten die gevolgen hebben voor de berekening van gezinstoelagen (zie de paragrafen 9.11 en 9.20 van het Jaarverslag 2013). | X | De Commissie heeft maatregelen genomen ter verbetering van het bestaande monitoringsysteem. Daarnaast wordt vanaf 2016 een systematische follow-up van de gezinssituatie van personeelsleden ingefaseerd. Zie het antwoord op paragraaf 9.12. | |||||
Aanbeveling 2 (EDEO): Actualiseren van de persoonlijke situatie en het beheer van gezinstoelagen De EDEO dient nadere maatregelen te treffen om ervoor te zorgen dat de personeelsleden regelmatig documenten verstrekken die hun persoonlijke situatie bevestigen, alsook om de systemen te verbeteren voor een tijdige verwerking van die documenten die gevolgen hebben voor de berekening van gezinstoelagen (zie de paragrafen 9.13 en 9.20 van het Jaarverslag 2013). | X | |||||||
Aanbeveling 3 (EDEO): Aanbesteding De EDEO dient de opzet, de coördinatie en de uitvoering van de aanbestedingsprocedures te verbeteren door zijn hoofdkantoor meer steun en begeleiding te laten bieden aan de delegaties (zie de paragrafen 9.14, 9.15 en 9.20 van het Jaarverslag 2013). | X | |||||||
2012 | Aanbeveling 1 (Europees Parlement): Aanbesteding Het Europees Parlement dient ervoor te zorgen dat de ordonnateurs de opzet, de coördinatie en de uitvoering van de aanbestedingsprocedures verbeteren door middel van passende verificaties en betere begeleiding (zie de paragrafen 9.12 en 9.19 van het Jaarverslag van 2012). | X | ||||||
Aanbeveling 2 (Europese Raad en Raad): Aanbesteding De Raad dient ervoor te zorgen dat de ordonnateurs de opzet, de coördinatie en de uitvoering van de aanbestedingsprocedures verbeteren door middel van passende verificaties en betere begeleiding (zie de paragrafen 9.14 en 9.19 van het Jaarverslag 2012). | X |