Home

Resolutie van het Europees Parlement van 14 november 2017 over het voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (aanvraag van Italië — EGF/2017/004 IT/Almaviva) (COM(2017)0496 — C8-0322/2017 — 2017/2200(BUD))

Resolutie van het Europees Parlement van 14 november 2017 over het voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (aanvraag van Italië — EGF/2017/004 IT/Almaviva) (COM(2017)0496 — C8-0322/2017 — 2017/2200(BUD))

4.10.2018

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 356/139


P8_TA(2017)0422

Beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering: aanvraag EGF/2017/004 IT/Almaviva

Resolutie van het Europees Parlement van 14 november 2017 over het voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (aanvraag van Italië — EGF/2017/004 IT/Almaviva) (COM(2017)0496 — C8-0322/2017 — 2017/2200(BUD))

(2018/C 356/20)

Het Europees Parlement,

gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2017)0496 final — C8-0322/2017),

gezien Verordening (EU) nr. 1309/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 betreffende het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (2014-2020) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1927/2006 (1) (EFG-verordening),

gezien Verordening (EU, Euratom) nr. 1311/2013 van de Raad van 2 december 2013 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020 (2), en met name artikel 12,

gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 2 december 2013 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer (3) (IIA van 2 december 2013), en met name punt 13,

gezien de trialoogprocedure als bedoeld in punt 13 van het IIA van 2 december 2013,

gezien de brief van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken,

gezien de brief van de Commissie regionale ontwikkeling,

gezien het verslag van de Begrotingscommissie (A8-0346/2017),

A.

overwegende dat de Unie wetgevings- en begrotingsinstrumenten in het leven heeft geroepen om extra steun te verlenen aan werknemers die de gevolgen van grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen of de wereldwijde financiële en economische crisis ondervinden, en hen te helpen om op de arbeidsmarkt terug te keren;

B.

overwegende dat financiële steun van de Unie aan ontslagen werknemers flexibel moet zijn en zo snel en efficiënt mogelijk ter beschikking moet worden gesteld;

C.

overwegende dat Italië aanvraag EGF/2017/004 IT/Almaviva heeft ingediend voor een financiële bijdrage uit het EFG in het kader van de criteria voor steunverlening van artikel 4, lid 1, onder a), van de EFG-verordening, naar aanleiding van 1 646 ontslagen bij Almaviva Contact S.p.A., actief in de economische sector die is ingedeeld in NACE Rev. 2-afdeling 82 (Administratieve en ondersteunende activiteiten ten behoeve van kantoren en overige zakelijke activiteiten) in de regio van NUTS-niveau 2 Lazio in Italië (ITI4); overwegende dat naar verwachting 1 610 ontslagen werknemers aan de maatregelen zullen deelnemen;

1.

is het met de Commissie eens dat is voldaan aan de voorwaarden die zijn vastgelegd in artikel 4, lid 1, onder a), van de EFG-verordening en dat Italië recht heeft op een financiële bijdrage uit hoofde van die verordening ter hoogte van 3 347 370 EUR, wat neerkomt op 60 % van de totale kosten van 5 578 950 EUR;

2.

wijst erop dat de Italiaanse autoriteiten op 9 mei 2017 een aanvraag hebben ingediend en dat na ontvangst van aanvullende gegevens van Italië de beoordeling door de Commissie op 26 september 2017 is afgerond en het Parlement hiervan diezelfde dag nog in kennis is gesteld;

3.

brengt in herinnering dat de economische crisis aanzienlijke druk heeft uitgeoefend op de prijs van marketingdiensten en van bijstand voor kopers van goederen en diensten, wat heeft geleid tot een daling van de omzet en de winstgevendheid van dienstverleners; constateert dat aangezien in de callcentersector loonkosten verreweg het grootste deel van de productiekosten vormen, bedrijven op deze ongunstige omstandigheden hebben gereageerd door hun activiteiten te verplaatsen, door de loonkosten aan te passen of door te sluiten; betreurt dat tussen 2009 en het eerste kwartaal van 2014 een derde van alle Italiaanse ondernemingen in de sector de activiteiten heeft gestaakt;

4.

onderkent dat de huidige ontslagen rechtstreeks verband houden met een daling van de inkomsten met 45 % in de vestiging van Almaviva in Rome tussen 2011 en 2016; betreurt dat het niet mogelijk was om een overeenkomst met de verenigde vakbondsvertegenwoordiging (RSU) te bereiken over een plan om de loonkosten in Almaviva-Rome af te stemmen op de andere Italiaanse vestigingen van Almaviva, wat in feite zou neerkomen op loonsvermindering, en dat dit heeft geleid tot de sluiting van de vestiging in Rome;

5.

merkt op dat werknemers in de callcentersector beter moeten worden beschermd, wat met name inhoudt dat de overbrenging van personeel van een vestiging naar een andere, een specifieke strategie die wordt ingezet om massaontslagen af te dwingen, vermeden moet worden;

6.

wijst erop dat de regionale en lokale economie slechts langzaam haar vitaliteit herwint na de grote problemen ten gevolge van de economische en financiële crisis en dat de massaontslagen dit herstel dreigen stop te zetten of te onderbreken; benadrukt het cruciale belang van actieve arbeidsmarktmaatregelen, zoals die welke door het EFG worden medegefinancierd, om dit te vermijden;

7.

merkt op dat 79 % van de beoogde begunstigden vrouw is en dat de grote meerderheid van hen tussen de 30 en 55 jaar oud is; betreurt dat het niet mogelijk was tot een werkbare oplossing te komen om hun ontslag te vermijden, in het bijzonder omdat vrouwen in deze leeftijdscategorie al minder vaak op de arbeidsmarkt blijven en hogerop komen, doordat het vanwege hun verantwoordelijkheden als mantelzorgers moeilijk is om een evenwicht tussen werk en privéleven te vinden, en door het gebrek aan gelijke kansen op de werkplek;

8.

benadrukt dat bij de opleiding en andere individuele dienstverlening ten volle rekening moet worden gehouden met de kenmerken van deze groep werknemers, met name het hoge aandeel vrouwen; is ingenomen met de opname van naar schatting 680 000 EUR voor de vergoeding van kosten van verzorgers van afhankelijke personen;

9.

stelt op prijs dat de Italiaanse autoriteiten op 6 april 2017 zijn begonnen met het verlenen van de individuele diensten aan de beoogde begunstigden — vóór de aanvraag voor de toekenning van EFG-steun voor het voorgestelde gecoördineerde pakket;

10.

wijst erop dat Italië acht soorten maatregelen plant voor de ontslagen werknemers voor wie in deze aanvraag steun wordt aangevraagd: i) individuele oriëntatie, ii) hulp bij het zoeken naar werk, iii) opleiding, omscholing en beroepsopleiding, iv) weer-aan-het-werk-cheques, v) ondersteuning van ondernemerschap, vi) bijdrage aan het opstarten van een bedrijf, vii) terugbetaling van kosten voor verzorgers van afhankelijke personen, en viii) terugbetaling van mobiliteitskosten; wijst erop dat de maatregelen betreffende inkomenssteun 17,4 % van het totale pakket van individuele maatregelen zullen uitmaken, ruim onder het maximum van 35 % zoals vastgelegd in de EFG-verordening, en dat deze maatregelen afhankelijk zijn gesteld van de actieve deelname van de beoogde begunstigden aan activiteiten voor het vinden van werk of opleiding;

11.

is ingenomen met de oprichting van een comité dat bestaat uit vertegenwoordigers van het Ministerie van Economische Ontwikkeling (MiSE (4)), ANPAL (5), de regio Lazio en de vakbonden, om de strategie en tussenkomsten voor steunverlening aan voormalige werknemers van Almaviva te bepalen en het gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening op te stellen;

12.

begrijpt dat het gebruik van weer-aan-het-werk-cheques nieuw is en slechts in één eerder dossier is toegepast; benadrukt dat het belangrijk is de doeltreffendheid van dergelijke maatregelen grondig te evalueren zodra voldoende tijd is verstreken en er gegevens ter zake beschikbaar zijn;

13.

benadrukt dat de Italiaanse autoriteiten hebben bevestigd dat voor de subsidiabele maatregelen geen steun uit andere financieringsinstrumenten van de Unie wordt ontvangen, maar dat de maatregelen een aanvulling zullen vormen op acties die met middelen uit het ESF worden gefinancierd of die enkel nationale financiering ontvangen;

14.

herinnert eraan dat bij het samenstellen van het door het EFG gesteunde gecoördineerde pakket van individuele dienstverlening rekening moet worden gehouden met de toekomstperspectieven op de arbeidsmarkt en de vereiste vaardigheden, en dat het gecoördineerde pakket gericht moet zijn op de overgang naar een grondstoffenefficiënte en duurzame economie;

15.

prijst de inzet van de Italiaanse regering om een nieuw rechtskader voor werknemers in de telecommunicatie vast te stellen om gevallen zoals dat waarop aanvraag EGF/2017/004 IT/Almaviva betrekking heeft in de toekomst te vermijden;

16.

herhaalt dat uit het EFG afkomstige steun niet in de plaats mag komen van maatregelen waartoe ondernemingen verplicht zijn krachtens de nationale wetgeving of collectieve overeenkomsten, noch van maatregelen voor de herstructurering van ondernemingen of sectoren;

17.

verzoekt de Commissie er bij de nationale autoriteiten op aan te dringen om in toekomstige voorstellen meer details te geven over de sectoren met groeipotentieel, waarin dus waarschijnlijk mensen in dienst kunnen worden genomen, alsook onderbouwde gegevens over de impact van de EFG-financiering te verzamelen, onder meer over de kwaliteit van de banen en het herintredingspercentage dat dankzij het EFG bereikt is;

18.

herhaalt zijn oproep aan de Commissie ervoor te zorgen dat alle documenten in verband met EFG-zaken openbaar toegankelijk zijn;

19.

hecht zijn goedkeuring aan het bij deze resolutie gevoegde besluit;

20.

verzoekt zijn Voorzitter dit besluit samen met de voorzitter van de Raad te ondertekenen en zorg te dragen voor publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie;

21.

verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie, met inbegrip van de bijlage, te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.


BIJLAGE

BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (aanvraag van Italië — EGF/2017/004 IT/Almaviva)

(De tekst van de bijlage wordt hier niet weergegeven, aangezien deze overeenkomt met de definitieve handeling: Besluit (EU) 2017/2192.)