Bijwerking van de lijst van verblijfstitels bedoeld in artikel 2, punt 16, van Verordening (EU) 2016/399 van het Europees Parlement en de Raad betreffende een Uniecode voor de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode)
Bijwerking van de lijst van verblijfstitels bedoeld in artikel 2, punt 16, van Verordening (EU) 2016/399 van het Europees Parlement en de Raad betreffende een Uniecode voor de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode)
13.10.2017 | NL | Publicatieblad van de Europese Unie | C 343/12 |
Bijwerking van de lijst van verblijfstitels bedoeld in artikel 2, punt 16, van Verordening (EU) 2016/399 van het Europees Parlement en de Raad betreffende een Uniecode voor de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode)(1)
(2017/C 343/07)
De publicatie van de lijst van verblijfstitels bedoeld in artikel 2, punt 16, van Verordening (EU) 2016/399 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 betreffende een Uniecode voor de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode)(2) is gebaseerd op de informatie die door de lidstaten aan de Commissie wordt verstrekt overeenkomstig artikel 39 van de Schengengrenscode.
Naast de publicatie in het Publicatieblad wordt de lijst maandelijks bijgewerkt op de website van het directoraat-generaal Binnenlandse Zaken.
REPUBLIEK OOSTENRIJK
Vervanging van de informatie die is gepubliceerd in PB C 94 van 25.3.2017.
LIJST VAN DOOR DE LIDSTATEN AFGEGEVEN VERBLIJFSVERGUNNINGEN
Verblijfstitels als bedoeld in artikel 2, punt 16, onder a), van de Schengengrenscode:
I. Verblijfstitels die overeenkomstig het uniform model van Verordening (EG) nr. 1030/2002 van de Raad zijn afgegeven
— | Verblijfstitel „Niederlassungsnachweis” (bewijs van vestiging) in kaartvorm ID1 overeenkomstig de gemeenschappelijke optredens op grond van Verordening (EG) nr. 1030/2002 van de Raad van 13 juni 2002 betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen (in Oostenrijk afgegeven tussen 1 januari 2003 en 31 december 2005) |
— | Verblijfstitel in de vorm van de zelfklever overeenkomstig de gemeenschappelijke optredens op grond van Verordening (EG) nr. 1030/2002 van de Raad van 13 juni 2002 betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen (in Oostenrijk afgegeven tussen 1 januari 2005 en 31 december 2005) |
— | Verblijfstitels „Niederlassungsbewilligung” (vestigingsvergunning), „Familienangehöriger” (gezinslid), „Daueraufenthalt—EG” (permanent verblijf — EU), „Daueraufenthalt — Familienangehöriger” (permanent verblijf — gezinslid) en „Aufenthaltsbewilligung” (verblijfsvergunning) in kaartvorm ID1 overeenkomstig de gemeenschappelijke optredens op grond van Verordening (EG) nr. 1030/2002 van de Raad van 13 juni 2002 betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen (in Oostenrijk afgegeven sedert 1 januari 2006) Bij de vermelding van de verblijfstitel „Aufenthaltsbewilligung” (verblijfsvergunning) wordt telkens het specifieke doel van het verblijf aangegeven. Een „Aufenthaltsbewilligung” kan voor de volgende doeleinden worden verleend: „Rotationsarbeitskraft” (buitenlandse werknemer met wisselende standplaats), „Betriebsentsandter” (gedetacheerde werknemer), „Selbstständiger” (zelfstandige), „Künstler” (kunstenaar), „Sonderfälle unselbständiger Erwerbstätigkeit” (bijzondere gevallen van arbeid in loondienst), „Schüler” (scholier), „Studierender” (student), „Sozialdienstleistender” (medewerker sociale dienst), „Förscher” (onderzoeker), „Familiengemeinschaft” (gezinshereniging). De verblijfstitel „Niederlassungsbewilligung” (vestigingsvergunning) kan worden verleend zonder nadere bijzonderheden of voor de volgende doeleinden: uitgezonderd beroepsactiviteit en gezinslid. De verblijfstitel „Niederlassungsbewilligung” (vestigingsvergunning) is in Oostenrijk afgegeven tot en met 30 juni 2011 voor de categorieën „Schlüsselkraft” (buitenlandse werknemer met bijzondere kennis of bekwaamheden), „unbeschränkt” (onbeperkt) en „beschränkt” (beperkt). De verblijfstitels „Daueraufenthalt — EG” (permanent verblijf — EU) en „Daueraufenthalt — Familienangehöriger” (permanent verblijf — gezinslid) zijn in Oostenrijk afgegeven tot en met 31 december 2013. De verblijfstitel „Aufenthaltsbewilligung” (verblijfsvergunning) in de zin van § 69a van de vestigings- en verblijfswet (NAG) is in Oostenrijk afgegeven tot en met 31 december 2013. |
— | De „Rot-Weiß-Rot-Karte” (rood-wit-roodkaart), de „Rot-Weiß-Rot-Karte plus” (rood-wit-roodkaart plus) en de „Blaue Karte EU” (blauwe EU-kaart) in kaartvorm ID1 overeenkomstig de gemeenschappelijke optredens op grond van Verordening (EG) nr. 1030/2002 van de Raad van 13 juni 2002 betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen (in Oostenrijk afgegeven sedert 1 juli 2011) |
— | De verblijfstitel „Daueraufenthalt — EG” (Permanent verblijf — EU) overeenkomstig de gemeenschappelijke optredens op grond van Verordening (EG) nr. 1030/2002 van de Raad van 13 juni 2002 betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen (in Oostenrijk afgegeven sedert 1 januari 2014) |
— | De verblijfstitel „Aufenthaltsberechtigung plus” (recht van verblijf plus), in de zin van § 55, lid 1, of § 56, lid 1, van de Asielwet (AsylG), als bekendgemaakt in het Oostenrijks Publicatieblad, deel I, nr. 100/2005, is in overeenstemming met de vroegere bepalingen van § 41a, lid 9, en § 43, lid 3, van de vestigings- en verblijfswet (NAG), als bekendgemaakt in het Oostenrijks Publicatieblad, deel I, nr. 38/2011 (in Oostenrijk afgegeven met ingang van 1 januari 2014) |
— | De verblijfstitel „Aufenthaltsberechtigung” (recht van verblijf), in de zin van § 55, lid 2, of § 56, lid 2, van de asielwet (AsylG), als bekendgemaakt in het Oostenrijks Publicatieblad, deel I, nr. 100/2005, is in overeenstemming met de vroegere „Niederlassungsbewilligung” (vestigingsvergunning), in de zin van § 43, leden 3 en 4, van de vestigings- en verblijfswet (NAG), als bekendgemaakt in het Oostenrijks Publicatieblad, deel I, nr. 38/2011 (in Oostenrijk afgegeven met ingang van 1 januari 2014) |
— | De verblijfstitel „Aufenthaltsberechtigung aus besonderem Schutz” (recht van verblijf op grond van speciale bescherming), in de zin van § 57 van de asielwet (AsylG), als bekendgemaakt in het Oostenrijks Publicatieblad, deel I, nr. 100/2005, is een nadere omzetting in Oostenrijks recht van de bepalingen van Richtlijn 2004/81/EG van de Raad van 29 april 2004 betreffende de verblijfstitel die in ruil voor samenwerking met de bevoegde autoriteiten wordt afgegeven aan onderdanen van derde landen die het slachtoffer zijn van mensenhandel of hulp hebben gekregen bij illegale immigratie. De vroegere bepaling was § 69a, lid 1, van de vestigings- en verblijfswet (NAG), als bekendgemaakt in het Oostenrijks Publicatieblad, deel I, nr. 38/2011 (in Oostenrijk afgegeven sedert 1 januari 2014) |
II. Verblijfstitels die, ingevolge Richtlijn 2004/38/EG, niet overeenkomstig het uniform model hoeven te worden afgegeven
— | De „Aufenthaltskarte für Angehörige eines EWR-Bürgers” (verblijfskaart voor familieleden van een EER-burger), in de zin van Richtlijn 2004/38/EG voor onderdanen van derde landen die familielid van een EER-burger zijn die op grond van het Unierecht een verblijfsrecht heeft, als bewijs van een verblijfsrecht krachtens het recht van de Unie van meer dan drie maanden, stemt niet overeen met het standaardformaat in Verordening (EG) nr. 1030/2002 van de Raad van 13 juni 2002 betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen. |
— | De „Daueraufenthaltskarte” (duurzame verblijfskaart) in de zin van Richtlijn 2004/38/EG voor onderdanen van derde landen die familielid van een EER-burger zijn en het recht op duurzaam verblijf hebben verworven, als bewijs van een duurzaam verblijfsrecht krachtens het recht van de Unie, stemt niet overeen met het standaardformaat in Verordening (EG) nr. 1030/2002 van de Raad van 13 juni 2002 betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen. |
Andere documenten die de houder recht geven op verblijf in of terugkeer naar Oostenrijk (in de zin van artikel 2, punt 16, onder b), van de Schengengrenscode:
— | Identiteitsbewijs in kaartvorm, voorzien van een foto, voor personen die privileges en immuniteiten genieten, in een lichtgrijze kleur met een opschrift voor de categorieën ROT (rood), ORANGE (oranje), GELB (geel), GRÜN (groen), BLAU (blauw), BRAUN (bruin) en GRAU (grijs), afgegeven door het Ministerie voor Europa, Integratie en Buitenlandse Zaken |
— | „Status des Asylberechtigten” (status van asielgerechtigde) overeenkomstig § 7 van de asielwet (AsylG) 1997, als bekendgemaakt in het Oostenrijks Publicatieblad, deel I, nr. 105/2003 (toegekend tot en met 31 december 2005 — in de regel gedocumenteerd door middel van een verdragsreisdocument in boekvorm in het formaat ID3 (in Oostenrijk afgegeven van 1 januari 1996 tot en met 27 augustus 2006) |
— | „Status des Asylberechtigten” (status van asielgerechtigde) overeenkomstig § 3 van de asielwet (AsylG) 2005 (toegekend sedert 1 januari 2006) — in de regel gedocumenteerd door middel van een verdragsreisdocument in boekvorm in het formaat ID3 (in Oostenrijk afgegeven sedert 28 augustus 2006) of een kaart voor asielgerechtigden overeenkomstig § 51a van de asielwet (AsylG) 2005 |
— | „Status des subsidiär Schutzberechtigten” (status van subsidiair beschermde) overeenkomstig § 8 van de asielwet (AsylG) 1997, als bekendgemaakt in het Oostenrijks Publicatieblad, deel I, nr. 105/2003 (toegekend tot en met 31 december 2005) — in de regel gedocumenteerd door middel van een vreemdelingenpaspoort in boekvorm in het formaat ID3 met geïntegreerde elektronische microchip (in Oostenrijk afgegeven van 1 januari 1996 tot en met 27 augustus 2006) |
— | „Status des subsidiär Schutzberechtigten” (status van subsidiair beschermde) overeenkomstig § 8 van de asielwet (AsylG) 2005 (toegekend sedert 1 januari 2006) — in de regel gedocumenteerd door middel van een vreemdelingenpaspoort in boekvorm in het formaat ID3 met geïntegreerde elektronische microchip (in Oostenrijk afgegeven sedert 28 augustus 2006) of door kaarten voor personen met de status van subsidiair beschermde overeenkomstig § 52 van de asielwet (AsylG) 2005 |
— | Reizigerslijst voor schoolreizen binnen de Europese Unie in de zin van het besluit van de Raad van 30 november 1994 betreffende een gemeenschappelijk optreden ter vereenvoudiging van het reizen voor scholieren uit derde landen die in een lidstaat verblijven |
— | „Beschäftigungsbewilligung” (arbeidsvergunning) overeenkomstig de wet arbeid vreemdelingen met een geldigheidsduur van maximaal zes maanden, die vóór 1 oktober 2017 werd toegekend, in combinatie met een geldig reisdocument |
— | „Bestätigung über den rechtmäßigen Aufenthalt” (bevestiging van rechtmatig verblijf) overeenkomstig § 31, lid 1, punt 5, FPG/„Verlängerungsantrag (aanvraag tot verlenging) § 2, lid 4, punt 17a, FPG” in combinatie met een geldig reisdocument |
— | Permanente verblijfsvergunning — afgegeven in de vorm van een gewoon visum op grond van § 6, lid 1, punt 1, van de vreemdelingenwet 1992 (FrG) (tot 31 december 1992 afgegeven door de Oostenrijkse binnenlandse diensten en de buitenlandse vertegenwoordigingen in de vorm van een stempel) |
— | Verblijfstitel in de vorm van een groene zelfklever tot nr. 790 000 |
— | Verblijfstitel in de vorm van een groen/witte zelfklever vanaf nr. 790 001 |
— | Verblijfstitel in de vorm van de zelfklever overeenkomstig Gemeenschappelijk Optreden 97/11/JBZ van de Raad van 16 december 1996 inzake een uniform model voor verblijfstitels (PB L 7 van 10.1.1997) (in Oostenrijk afgegeven tussen 1 januari 1998 en 31 december 2004) |
Lijst van eerdere publicaties