Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in het Gemengd Comité dat is opgericht bij de Overeenkomst inzake luchtvervoer tussen Canada en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten
Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in het Gemengd Comité dat is opgericht bij de Overeenkomst inzake luchtvervoer tussen Canada en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten
BESLUIT VAN DE RAAD
Brussel, 14.11.2019 |
COM(2019) 587 final |
2019/0260(NLE) |
Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in het Gemengd Comité dat is opgericht bij de Overeenkomst inzake luchtvervoer tussen Canada en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten |
TOELICHTING
Dit voorstel heeft betrekking op het besluit tot vaststelling van het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen in het Gemengd Comité dat is opgericht bij de Overeenkomst inzake luchtvervoer tussen Canada en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten (“de overeenkomst”) 1 .
Deze overeenkomst is een uitgebreide overeenkomst die in de plaats komt van de relevante bepalingen van de bestaande bilaterale overeenkomsten die de lidstaten hebben gesloten met Canada. Alle bestaande beperkingen op de rechten van luchtvaartmaatschappijen uit zowel de Unie als Canada om vluchten uit te voeren tussen punten in de Europese Unie en punten in Canada, worden bij deze overeenkomst opgeheven. De overeenkomst neemt de obstakels weg die luchtvaartmaatschappijen uit de Unie verhinderen om profijt te trekken van het recht op vestiging in de Unie, met inbegrip van het recht op niet-discriminerende markttoegang, voor wat luchtdiensten naar en van Canada betreft.
De overeenkomst is op 16 mei 2019 in werking getreden.
Het Gemengd Comité is opgericht bij artikel 17 van de overeenkomst. De belangrijkste
taken van het Gemengd Comité bestaan in het bevorderen van de samenwerking tussen
de partijen en het behandelen van alle aangelegenheden die verband houden met de werking
of toepassing van deze overeenkomst, met inbegrip van, maar niet beperkt tot: a) het
beoordelen van de marktvoorwaarden voor onder deze overeenkomst vallende luchtdiensten;
b) het uitwisselen van informatie, met inbegrip van adviezen over wijzigingen van
nationale wetgeving en beleidsmaatregelen die van invloed zijn op de overeenkomst;
c) het bestuderen van mogelijke gebieden voor verdere ontwikkeling van de overeenkomst,
met inbegrip van aanbevelingen voor wijzigingen van de overeenkomst; d) het doen van
aanbevelingen voor voorwaarden, procedures en wijzigingen die noodzakelijk zijn voor
nieuwe lidstaten om partij te worden bij deze overeenkomst; en e) overleg plegen
over investeringen, eigendom en controle, en bevestigen wanneer is voldaan aan de
voorwaarden voor de geleidelijke opening van de verkeersrechten als bedoeld in bijlage
2 bij deze overeenkomst.
Het Gemengd Comité bevordert ook samenwerking en uitwisselingen op deskundigenniveau
met betrekking tot nieuwe wet- of regelgevingsinitiatieven.
Het Gemengd Comité stelt besluiten vast wanneer de overeenkomst daarin uitdrukkelijk voorziet; alle besluiten worden bij consensus genomen. Het Gemengd Comité stelt bij besluit zijn reglement van orde vast.
Tijdens zijn eerste vergadering stelt het Gemengd Comité een besluit vast betreffende de vaststelling van zijn reglement van orde (“de beoogde handeling”).
De beoogde handeling is bedoeld om, overeenkomstig artikel 17, lid 8, van de overeenkomst, het reglement van orde dat ten grondslag ligt aan de organisatie van het Gemengd Comité vast te stellen, teneinde de tenuitvoerlegging van de overeenkomst mogelijk te maken.
Het namens de Unie in te nemen standpunt strekt tot goedkeuring van het reglement van orde van het Gemengd Comité Canada-EU. Het standpunt moet worden gebaseerd op het ontwerpbesluit van het Gemengd Comité.
Artikel 218, lid 9, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) voorziet in de vaststelling van besluiten tot bepaling van “de standpunten die namens de Unie worden ingenomen in een krachtens een overeenkomst opgericht lichaam, wanneer dit lichaam handelingen met rechtsgevolgen vaststelt, met uitzondering van handelingen tot aanvulling of wijziging van het institutionele kader van de overeenkomst”.
2019/0260 (NLE) |
Voorstel voor een |
Het begrip “handelingen met rechtsgevolgen” omvat handelingen die rechtsgevolgen hebben uit hoofde van de op het betrokken lichaam toepasselijke volkenrechtelijke bepalingen. Onder dit begrip vallen tevens instrumenten die volkenrechtelijk niet bindend zijn, maar die “beslissende invloed [hebben] op de inhoud van de regelgeving die de wetgever van de Unie vaststelt”.
Het Gemengd Comité is een orgaan dat is opgericht krachtens een overeenkomst, namelijk de Overeenkomst inzake luchtvervoer tussen Canada en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten.
De door het Gemengd Comité vast te stellen handeling is een handeling met rechtsgevolgen, aangezien ze verplichtingen krachtens het internationale recht oplegt aan de partijen.
De beoogde handeling strekt niet tot aanvulling of wijziging van het institutionele kader van de overeenkomst.
In het licht daarvan is de procedurele rechtsgrondslag voor het voorgestelde besluit artikel 218, lid 9, VWEU.
De materiële rechtsgrondslag voor een overeenkomstig artikel 218, lid 9, VWEU te nemen besluit wordt in de eerste plaats bepaald door de doelstelling en de inhoud van de beoogde handeling ten aanzien waarvan namens de Unie een standpunt wordt ingenomen. Wanneer de beoogde handeling een tweeledige doelstelling heeft of bestaat uit twee componenten, waarvan er een kan worden gezien als hoofddoelstelling of overwegende component, terwijl de andere doelstelling of de andere component slechts ondergeschikt is, moet het overeenkomstig artikel 218, lid 9, VWEU te nemen besluit op één materiële rechtsgrondslag worden gebaseerd, namelijk die welke vereist is gelet op de hoofddoelstelling of de overwegende component.
De hoofddoelstelling en de inhoud van de geplande handeling hebben betrekking op luchtvervoer.
De materiële rechtsgrondslag voor het voorgestelde besluit is derhalve artikel 100, lid 2, VWEU.
De rechtsgrondslag voor het voorgestelde besluit is artikel 100, lid 2, VWEU, in samenhang met artikel 218, lid 9, VWEU.
Aangezien het besluit van het Gemengd Comité het reglement van orde ervan vaststelt, is het passend het besluit na de vaststelling ervan bekend te maken in het Publicatieblad van de Europese Unie.
inzake het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in het Gemengd Comité dat is opgericht bij de Overeenkomst inzake luchtvervoer tussen Canada en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 100, lid 2, in samenhang met artikel 218, lid 9,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
De Overeenkomst inzake luchtvervoer tussen Canada en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten (“de overeenkomst”) is gesloten bij Besluit (EU) 2019/702 2 van de Raad en in werking getreden op 16 mei 2019.
Bij artikel 17 van de overeenkomst wordt een Gemengd Comité opgericht om de goede werking en uitvoering van de overeenkomst te waarborgen.
In artikel 17, lid 8, van de overeenkomst is bepaald dat het Gemengd Comité zijn reglement van orde vaststelt.
Om de doeltreffende uitvoering van de overeenkomst te waarborgen, moet het reglement van orde van het Gemengd Comité worden vastgesteld.
Het standpunt van de Unie in het Gemengd Comité moet derhalve worden gebaseerd op het aangehechte ontwerpbesluit van het Gemengd Comité,
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen in de eerste vergadering van het bij artikel 17 van de Overeenkomst inzake luchtvervoer tussen Canada en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten opgerichte Gemengd Comité, met betrekking tot de vaststelling van het reglement van orde van dat Gemengd Comité, moet worden gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van het Gemengd Comité.
Artikel 2
Dit besluit is gericht tot de Commissie.
Gedaan te Brussel,
BIJLAGE bij het Voorstel voor een besluit van de Raad inzake het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in het Gemengd Comité dat is opgericht bij de Overeenkomst inzake luchtvervoer tussen Canada en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten
Brussel, 14.11.2019 |
COM(2019) 587 final |
BIJLAGE
Ontwerp
Besluit nr. 1/2019 van het Gemengd Comité Canada/EU dat is opgericht bij de Overeenkomst inzake luchtvervoer tussen Canada en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten
van [datum]
tot vaststelling van zijn reglement van orde
HET GEMENGD COMITÉ CANADA-EU
Gezien de Overeenkomst inzake luchtvervoer tussen Canada en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten (“de overeenkomst"), en met name artikel 17,
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Enig artikel
Het reglement van orde van het Gemengd Comité in bijlage bij dit besluit wordt hierbij vastgesteld.
Gedaan te
Voor het Gemengd Comité,
Het hoofd van de delegatie van de Europese Unie
[naam]
Het hoofd van de delegatie van Canada
[naam]
Reglement van orde
HET GEMENGD COMITÉ
Gezien de Overeenkomst inzake luchtvervoer tussen Canada en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, en met name artikel 17,
HEEFT HET VOLGENDE REGLEMENT VAN ORDE VASTGESTELD
Artikel 1
Delegatiehoofden
1. Het Gemengd Comité bestaat uit vertegenwoordigers van de partijen.
2. Het Gemengd Comité wordt gezamenlijk voorgezeten door de delegatiehoofden van de partijen.
Artikel 2
Vergaderingen
1. Het Gemengd Comité vergadert minstens één keer per jaar, waarbij elke partij om beurt als gastheer voor de vergadering optreedt. Bovendien kan elke partij vragen dat een vergadering van het Gemengd Comité wordt bijeengeroepen overeenkomstig artikel 17, lid 3, van de overeenkomst.
2. Het Gemengd Comité kan fysieke bijeenkomsten organiseren of via andere middelen (conference calls of videoconferenties) vergaderen.
Artikel 3
Delegaties
1. De delegatiehoofden stellen elkaar vóór de vergadering in kennis van de voorgenomen samenstelling van hun delegaties.
2. Vertegenwoordigers van belanghebbenden uit de luchtvervoerssector kunnen worden uitgenodigd om als waarnemer de vergaderingen bij te wonen, als het Gemengd Comité hierover overeenstemming bereikt.
3. Het Gemengd Comité kan andere belanghebbende partijen of deskundigen uitnodigen om vergaderingen bij te wonen teneinde informatie over specifieke thema’s te verstrekken.
Artikel 4
Secretariaat
Een ambtenaar van de Europese Commissie en een ambtenaar van de regering van Canada treden gezamenlijk op als secretarissen van het Gemengd Comité.
Artikel 5
Agenda van de vergaderingen
1. De delegatiehoofden stellen in onderling overleg de voorlopige agenda van elke vergadering op. Om de verspreiding onder, en de raadpleging van, de leden van elke delegatie te vergemakkelijken, wordt deze voorlopige agenda, in de mate van het mogelijke, uiterlijk vijftien dagen vóór de datum van de vergadering opgesteld.
2. Elke vergadering van het Gemengd Comité begint met de goedkeuring van de agenda. Punten die niet op de voorlopige agenda voorkomen, kunnen aan de agenda worden toegevoegd indien het Gemengd Comité dit beslist.
3. De delegatiehoofden kunnen de in lid 1 bedoelde termijn inkorten om rekening te houden met de urgentie van een bepaalde kwestie.
Artikel 6
Notulen van de vergaderingen
1. Aan het einde van elke vergadering van het Gemengd Comité worden ontwerpnotulen van de vergadering opgesteld. Hierin worden de besproken punten en alle bereikte gezamenlijke conclusies vermeld, met inbegrip van de aangenomen aanbevelingen en besluiten.
2. De notulen van de vergadering worden schriftelijk door de delegatiehoofden goedgekeurd binnen 30 dagen na de datum van de vergadering, of tegen een andere datum door de partijen bij de overeenkomst bepaalde datum.
3. Als de notulen worden goedgekeurd, worden ze ondertekend door de delegatiehoofden en wordt één origineel bijgehouden door elk van de partijen. De partijen kunnen besluiten dat de ondertekening en uitwisseling van elektronische kopieën volstaan om aan deze vereiste te voldoen.
4. Behoudens andersluidend besluit zijn de vergaderingen van het Gemengd Comité niet openbaar. De notulen van de vergaderingen en de uitwisselingen van correspondentie, in voorkomend geval, zijn openbaar tenzij een van de partijen anderszins verzoekt. Indien nodig kan het Gemengd Comité de opstelling van een gezamenlijke persmededeling aanbevelen.
Artikel 7
Schriftelijke procedure
Indien nodig en naar behoren gemotiveerd, kunnen besluiten en aanbevelingen van het Gemengd Comité via een schriftelijke procedure worden goedgekeurd. Daartoe wisselen de delegatiehoofden de ontwerpmaatregelen uit waarover het advies van het Gemengd Comité wordt gevraagd; deze kunnen vervolgens worden bevestigd via briefwisseling.
Artikel 8
Beraadslagingen
1. Het Gemengd Comité neemt zijn besluiten en doet aanbevelingen op basis van consensus.
2. Besluiten of aanbevelingen van het Gemengd Comité dragen het opschrift "Besluit" of "Aanbeveling", gevolgd door een volgnummer, de datum van vaststelling en een beschrijving van het onderwerp.
3. De besluiten en aanbevelingen van het Gemengd Comité worden ondertekend door de delegatiehoofden en als aanhangsel bij de notulen van de vergadering gevoegd.
4. Elk besluit van het Gemengd Comité wordt door de partijen uitgevoerd overeenkomstig hun eigen interne procedures.
Artikel 9
Werkgroepen
1. Het Gemengd Comité kan overeenkomen werkgroepen op te richten om specifieke, voor de overeenkomst relevante kwesties te bestuderen. De taakomschrijving van een werkgroep wordt door het Gemengd Comité worden goedgekeurd en in de desbetreffende notulen opgenomen.
2. Het lidmaatschap van de werkgroepen wordt bepaald door het Gemengd Comité.
3. De werkgroepen brengen verslag uit aan het Gemengd Comité. Zij nemen geen besluiten, maar kunnen aanbevelingen doen aan het Gemengd Comité.
4. Het Gemengd Comité kan te allen tijde overeenkomen bestaande werkgroepen op te heffen, hun taakomschrijving te wijzigen of nieuwe werkgroepen op te richten die het comité bijstaan in zijn taken.
Artikel 10
Uitgaven
1. De leden van elke delegatie betalen zelf hun uitgaven voor deelname aan een vergadering of een werkgroep.
2. Andere uitgaven in verband met de organisatie van vergaderingen komen ten laste van de partij die als gastheer voor de vergadering optreedt.
Artikel 11
Wijzigingen van het reglement van orde
Het Gemengd Comité kan dit reglement van orde te allen tijde wijzigen door middel van een besluit dat is genomen overeenkomstig artikel 8.