Bekendmaking van een aanvraag tot goedkeuring van een niet-minimale wijziging van een productdossier overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen 2020/C 186/03
Bekendmaking van een aanvraag tot goedkeuring van een niet-minimale wijziging van een productdossier overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen 2020/C 186/03
5.6.2020 | NL | Publicatieblad van de Europese Unie | C 186/8 |
Bekendmaking van een aanvraag tot goedkeuring van een niet-minimale wijziging van een productdossier overeenkomstig artikel 50, lid 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen
(2020/C 186/03)
Deze bekendmaking verleent het recht om binnen drie maanden na de datum van deze bekendmaking op grond van artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de wijzigingsaanvraag.
AANVRAAG TOT GOEDKEURING VAN EEN NIET-MINIMALE WIJZIGING VAN HET PRODUCTDOSSIER INZAKE BESCHERMDE OORSPRONGSBENAMINGEN/BESCHERMDE GEOGRAFISCHE AANDUIDINGEN
Aanvraag tot goedkeuring van een wijziging overeenkomstig artikel 53, lid 2, eerste alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012
“QUEIJO TERRINCHO”
EU-nr.: PDO-PT-0218-AM01 — 19.9.2016
BOB (X) BGA ( )
1. Aanvragende groepering en rechtmatig belang
Aanvragende groepering
QUEITEQ — Cooperativa dos Produtores de Leite de Ovinos da Terra Quente, C.R.L. (Coöperatie van producenten van schapenmelk in de regio Terra Quente)
Rechtmatig belang
De producentengroepering die bestaat uit de producenten en verwerkers van “Queijo Terrincho”, heeft een rechtmatig belang bij het indienen van deze wijzigingsaanvraag. QUEITEQ — Cooperativa dos Produtores de Leite de Ovinos da Terra Quente, C.R.L. is de producentengroep die verantwoordelijk was voor de oorspronkelijke registratieaanvraag.
Naam van de groepering | QUEITEQ — Cooperativa dos Produtores de Leite de Ovinos da Terra Quente, C.R.L. | ||
Type groepering | Meer dan één persoon | ||
Deelnemers | Producent(en), verwerker(s) | ||
Adres |
| ||
Land | Portugal | ||
Tel. | 00 351 279258090 | ||
E-mail(s) | queitec@sapo.pt |
2. Lidstaat of Derde Land
Portugal
3. Rubriek van het productdossier waarop de wijziging betrekking heeft
☐ Naam van het product
☒ Beschrijving van het product
☒ Geografisch gebied
☐ Bewijs van de oorsprong
☒ Werkwijze voor het verkrijgen van het product
☒ Verband
☒ Etikettering
☒ Overige: toevoeging van een productlogo
4. Aard van de wijziging(en)
☐ | Wijziging van een productdossier van een geregistreerde BOB of BGA die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 niet als minimaal kan worden beschouwd. |
☒ | Wijziging van een productdossier voor een geregistreerde BOB of BGA waarvoor geen enig document (of gelijkwaardig document) is bekendgemaakt, die overeenkomstig artikel 53, lid 2, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1151/2012 niet als minimaal kan worden beschouwd. |
5. Wijziging(en)
Alle wijzigingen betreffen het productdossier, aangezien nooit een enig document is bekendgemaakt.
Beschrijving van het product
Wijziging 1
— | De minimum- en maximumwaarden die in het oorspronkelijke productdossier waren opgegeven voor de diameter (13‐20 cm) en het gewicht (0,8‐1,2 kg) van de kaas, zijn op respectievelijk 12‐20 cm en 0,7‐1,1 kg vastgesteld. |
— | Er is een nieuw kaasformaat (lunchbox of “merendeira”) ingevoerd dat nog niet was vermeld in het oorspronkelijke productdossier, met een diameter tussen 8 en 12 cm, een hoogte tussen 3 en 6 cm en een gewicht tussen 0,35 en 0,55 kg. |
— | De toegestane minimum- en maximumpercentages voor het vetgehalte in de droge stof en het vochtgehalte in de vetvrije droge stof, die in het oorspronkelijke productdossier op respectievelijk 45‐60 % en 55‐65 % waren vastgesteld, zijn als volgt gewijzigd: 25‐50 % vetgehalte in de droge stof en 35‐60 % vochtgehalte van de vetvrije droge stof. |
— | Hoewel dit in het oorspronkelijke productdossier niet was vermeld, is een toegestane minimumtemperatuur gespecificeerd voor de langdurige opslag van “Queijo Terrincho” en “Queijo Terrincho”Velho (rijp), namelijk – 11 °C, wat hoger is dan de temperatuur waarop de kaas bevriest (– 12 °C). Zo worden de typische kenmerken wat betreft aroma, smaak en textuur van de kaasmassa behouden. |
Deze wijzigingen zijn aangebracht naar aanleiding van veranderingen in consumptiegewoonten, namelijk een tendens tot consumptie van kleinere kazen met een lager vetgehalte, betere bewaarkwaliteiten en een langere houdbaarheid, om het aanbod af te stemmen op de huidige vraag naar kleinere porties die klaar zijn voor gebruik in specifieke culinaire toepassingen (in plakken gesneden en voorverpakt). Een andere reden was dat de resultaten van tests die de afgelopen jaren zijn uitgevoerd, wijzen op de noodzaak om de oorspronkelijke waarden (toegestane vocht- en vetgehalte) aan te passen aan de realiteit.
Wijziging 2
— | Er wordt voorzien in twee nieuwe, nog niet in het oorspronkelijke productdossier vermelde wijzen van opslag en aanbiedingsvorm voor “Queijo Terrincho”Velho, die gedurende minstens 90 dagen is gerijpt en die ook omhuld in een laagje rodepeperpasta of in stukken gesneden en ingemaakt in olijfolie van eerste persing voor verkoop mag worden aangeboden. |
Het gebruik van deze technieken is gerechtvaardigd omdat ze de bewaarkwaliteiten en de houdbaarheid van de kaas verhogen, aangezien er vraag is naar kazen omhuld in een laagje rodepeperpasta of in stukken gesneden en ingemaakt in olijfolie van eerste persing. Deze technieken werden al gauw geassocieerd met kazen die gedurende langere tijd zijn gerijpt, zoals “Queijo Terrincho”Velho. Voorts zijn deze aanbiedingsvormen, namelijk in een laagje rodepeperpasta omhulde of in stukken gesneden en in olijfolie van eerste persing ingemaakte kazen, lokaal reeds lange tijd in gebruik.
Deze wijzigingen zijn bedoeld om in te spelen op nieuwe marktbehoeften, zonder af te doen aan de inherente kenmerken die het product zijn specifieke karakter geven.
Deze wijzigingen hebben ook betrekking op het deel “Werkwijze voor het verkrijgen van het product”, waarin nu de productievoorwaarden voor “Queijo Terrincho”Velho worden beschreven, en het deel “Etikettering” wat de aanduiding “Queijo Terrincho”Velho betreft.
Geografisch gebied
Wijziging 3
Het geografische gebied is niet gewijzigd.
De oorspronkelijke tekst: “Artikel 1
Het gebied waar “Queijo Terrincho” wordt gemaakt en gerijpt, is beperkt tot de gemeenten Mogadouro, Alfândega da Fé, Moncorvo, Freixo de Espada à Cinta, Mirandela, Vila Flor, Carrazeda de Ansiães en Macedo de Cavaleiros (met uitzondering van de parochies Edroso, Espadanedo, Ferreira, Murçós en Soutelo de Mourisco) in het district Bragança; de parochies Rio Torto, São Pedro de Veiga de Lila, Veiga de Lila, Valpaços, Vales en Possacos in de gemeente Valpaços in het district Vila Real; de gemeente São João da Pesqueira (met uitzondering van de parochies Riodades en Paredes da Beira) in het district Viseu, de gemeente Vila Nova de Foz Côa, de parochies Longroiva, Fonte Longa, Poço do Canto en Meda in de gemeente Meda en de parochies Escalhão, Vilar de Amargo, Algodres en Mata de Lobos in de gemeente Figueira de Castelo Rodrigo in het district Guarda, gelegen in Terra Quente en de vallei van de bovenloop van de Douro.”
wordt vervangen door:
“Het gebied waar het product wordt gemaakt en gerijpt, is beperkt tot de gemeenten Mogadouro, Alfândega da Fé, Torre de Moncorvo, Freixo de Espada à Cinta, Mirandela, Vila Flor, Carrazeda de Ansiães en Macedo de Cavaleiros (met uitzondering van de parochies Edroso, Espadanedo, Ferreira, Murçós en Soutelo de Mourisco), São João da Pesqueira (met uitzondering van de parochies Riodades en Paredes da Beira) en Vila Nova de Foz Côa en de parochies Rio Torto, São Pedro de Veiga de Lila, Veiga de Lila, Valpaços, Vales en Possacos in de gemeente Valpaços, de parochies Longroiva, Fonte Longa, Poço do Canto en Meda in de gemeente Meda en de parochies Escalhão, Vilar de Amargo, Algodres en Mata de Lobos in de gemeente Figueira de Castelo Rodrigo.”.
De verwijzingen naar de districten die deel uitmaken van de subregio’s Terra Quente en de vallei van de bovenloop van de Douro, zijn uit het productdossier geschrapt om de tekst duidelijker te maken, aangezien de administratieve grenzen die in acht moeten worden genomen om te voldoen aan artikel 5, lid 1, onder c), van Verordening (EU) nr. 1151/2012, met de opgesomde gemeenten duidelijk zijn afgebakend.
Werkwijze voor het verkrijgen van het product
Wijziging 4
Er zijn details verstrekt die niet waren vermeld in het oorspronkelijke productdossier en die betrekking hebben op de bewerkingen tijdens de productiefase, namelijk het verwerken van de melk (verwarming en coagulatie), het aftappen van de wei (persing) en het verduurzamen en rijpen (draaien en wassen).
De wijzigingen zijn aangebracht in verband met de noodzaak om details te verstrekken over de bewerkingen tijdens de productiefase, met name bewerkingen die ervoor zorgen dat het verkregen product in overeenstemming is met de productbeschrijving, in het bijzonder wat de stadia van coagulatie en bewerking van de wrongel betreft.
— | Hoewel dit in het oorspronkelijke productdossier niet was vermeld, is nu bepaald dat de melk onmiddellijk na het melken moet worden verwerkt. Als dit niet mogelijk is, is de temperatuur waarbij de melk moet worden bewaard, vastgesteld op niet meer dan 6 °C. |
— | Hoewel in het oorspronkelijke productdossier was bepaald dat de melk moet worden verwarmd tot een vaste temperatuur van 35 °C, is nu een marge opgegeven voor de optimale temperatuur die de melk moet bereiken voordat het stremsel wordt toegevoegd (coagulatietemperatuur: 30‐35 °C), zodat dit proces meer in overeenstemming is met reële omstandigheden. |
Boven op het gebruik van gewichten en handpersen, zoals voorzien in het oorspronkelijke productdossier, is ook het gebruik van pneumatische persen toegestaan, met een perstijd van drie tot vijf uur overeenkomstig de reeds gebruikte methode. Deze wijziging is louter het resultaat van een technologische ontwikkeling die tijdens het productieproces kan worden gebruikt, en is niet van invloed op de uiteindelijke kenmerken van het product.
— | Zoals bepaald in het oorspronkelijke productdossier, vindt het rijpingsproces plaats in installaties voor natuurlijke rijping of in een gecontroleerde omgeving. De marge waarbinnen de metingen van de relatieve vochtigheid tijdens dit proces mogen fluctueren, is vastgesteld op 80‐90 % in plaats van 80‐85 % zoals bepaald in het oorspronkelijke productdossier. |
— | Evenzo zijn, anders dan in het oorspronkelijke productdossier, boven- en ondergrenzen vastgesteld voor de temperatuur (8‐14 °C) en de vochtigheid (75‐85 %) gedurende het rijpingsproces voor “Queijo Terrincho”Velho, om de beschrijving van de productiemethode te vervolledigen. |
Wijziging 5
— | In het oorspronkelijke productdossier was het volgende vermeld: “De beslagen van het ras Churra da Terra Quente, die in het gebied worden gehouden en waarvan de bijzondere kenmerken goed zijn aangepast aan het gebied, vormen de belangrijkste veehouderijactiviteit en worden gevoed op de weiden en uiterwaarden. De weiden bestaan uit hoogland, braakland en een grote niet-bebouwde oppervlakte, waarop de grasbedekking grof en schaars is. Er wordt echter niet voldoende gras geproduceerd en er moet gebruik worden gemaakt van uiterwaarden en secundaire voedergewassen — rogge, gerst, rapen, linzen en bladeren van bomen zoals essen, iepen, eiken, amandel- en olijfbomen en zelfs wijnstokken.” |
Aangezien niet voldoende gras wordt geproduceerd, zoals vermeld in het oorspronkelijke productdossier, is ook voorzien in de mogelijkheid om gebruik te maken van voeder zoals op het bedrijf of door andere schapenhouders geproduceerd stro en hooi, in de herfst/winter ingezaaide voedergewassen (haver, wikke, rogge en gele lupine) en in de lente ingezaaide voedergewassen (maïs en sorghum) uit het afgebakende geografische gebied.
De tekst is vervangen en als volgt geherformuleerd: “Er wordt echter niet voldoende gras geproduceerd en er moet gebruik worden gemaakt van uiterwaarden en secundaire voedergewassen — rogge, gerst, rapen, linzen en bladeren van bomen zoals essen, iepen, eiken, amandel- en olijfbomen en zelfs wijnstokken uit het geografische gebied.”
— | Al het voeder voor de schapen is afkomstig uit het geografische gebied, hoewel is voorzien in de mogelijkheid om in tijden van schaarste gebruik te maken van voeder uit andere gebieden, maar dit mag nooit meer dan 50 % van de droge stof per jaar zijn. Dit voeder is hetzelfde en heeft dezelfde samenstelling als het voeder uit het geografische gebied. |
Wijziging 6
Artikel 4 van de oorspronkelijke versie van het productdossier is geschrapt:
“Artikel 4
Verpakking en conservering
Voor de verpakking van de kaas moet altijd gebruik worden gemaakt van een materiaal dat niet reageert met de inhoud.
De kaas moet altijd worden voorverpakt, en de verpakking moet gebeuren met respect voor goede hygiënische praktijken en onder omstandigheden die de zuiverheid en de kenmerken van de kaas gedurende normale opslag en verkoop behouden.
Dit proces moet worden uitgevoerd door de producent.”.
Deze beschrijvingen zijn vervangen door een opgave van de redenen voor het bestaan van specifieke voorschriften inzake verpakking, met toevoeging van het volgende punt ter rechtvaardiging van de verplichting dat de voorverpakking van het product door de producent moet gebeuren:
“Het in plakken snijden en het verpakken moeten plaatsvinden in het afgebakende geografische gebied, teneinde de integriteit van het product te behouden en de kenmerken te waarborgen die het product zijn specifieke karakter verlenen, dat gemakkelijk kan veranderen door opeenvolgende behandelingen en/of behandelingen in de loop van de tijd.”.
Wijziging 7
— | De volgende tekst, die niet in het oorspronkelijke productdossier was opgenomen, is toegevoegd om de productie van de verschillende vormen van “Queijo Terrincho”Velho toe te lichten: |
““Queijo Terrincho”Velho is een kaas die ten minste gedurende 90 dagen is gerijpt en wordt bereid door de kaas te omhullen met een pasta van rodepeperextract, druivendraf-eau-de-vie of olijfolie van eerste persing. Hij kan ook worden ingemaakt in olijfolie van eerste persing.
Met rode peper omhulde “Queijo Terrincho”Velho wordt bereid door kaas, die gedurende ten minste 90 dagen is gerijpt, te omhullen met een mengsel van rode peper en druivendraf-eau-de-vie, of een mengsel van rode peper en olijfolie van eerste persing. De rode peper wordt met druivendraf-eau-de-vie of olijfolie van eerste persing gemengd tot een pasta waarmee de kaas wordt omhuld. Het mengsel mag slechts één keer worden aangebracht, zodat het de goede textuur en smaak heeft. Voor 1 kg rode peper wordt ongeveer 250 ml druivendraf-eau-de-vie of 250 ml olijfolie van eerste persing gebruikt.
In het gebied is lange tijd gebruikgemaakt van deze technieken om de bewaarkwaliteiten en de houdbaarheid van de kaas te verhogen.”.
Wijziging 8
Etikettering
Artikel 5 van de oorspronkelijke versie van het productdossier is geschrapt:
“Artikel 5
Etikettering en in de handel brengen
Op de etiketten van de kazen moeten de volgende vermeldingen worden aangebracht:
1. | Verkoopbenaming — “Queijo Terrincho” |
2. | Vetgehalte 45‐60 % |
3. | Nettohoeveelheid (uitgedrukt in g of kg) |
4. | Ten minste houdbaar tot einde [maand en jaar] |
5. | Kaas van zuivere rauwe schapenmelk |
6. | Naam en adres van de fabrikant |
Het etiket moet op een van de zijkanten van de kaas worden aangebracht.
De kaas mag aan de consument worden verkocht in porties, mits die voorverpakt zijn.”.
Bovenstaande algemene verwijzingen die waren opgenomen in artikel 5 van de oorspronkelijke versie van het productdossier zoals oorspronkelijk geregistreerd, zijn geschrapt en vervangen door de verplichting om op het etiket, afhankelijk van het soort product, het productlogo en de woorden “QUEIJO TERRINCHO” — Denominação de Origem Protegida“ [“QUEIJO TERRINCHO” — Beschermde oorsprongsbenaming] of “QUEIJO TERRINCHO” — DOP” [“QUEIJO TERRINCHO” — BOB] of “QUEIJO TERRINCHO”VELHO — Denominação de Origem Protegida“ [“QUEIJO TERRINCHO”VELHO — Beschermde oorsprongsbenaming] of “QUEIJO TERRINCHO”VELHO — DOP” [“QUEIJO TERRINCHO”VELHO — BOB] aan te brengen in overeenstemming met de productbeschrijving.
De wijzigingen zijn aangebracht in verband met de noodzaak om de etiketteringsvoorschriften in overeenstemming te brengen met de productbeschrijving en algemene verwijzingen te schrappen.
Wijziging 9
Artikel 6 van de oorspronkelijke versie van het productdossier is geschrapt:
“Artikel 6
1. | Alleen schapen van het ras Churra da Terra Quente zijn geschikt voor de productie van melk die wordt gebruikt voor de bereiding van “Queijo Terrincho”, wanneer zij worden gehouden in het in artikel 1 van deze voorschriften omschreven productiegebied. |
2. | Alle beslagen moeten als officieel brucellosevrij zijn erkend en ze mogen geen symptomen vertonen van ziekten die via de melk kunnen worden overgedragen. |
3. | De beslagen moeten worden gemonitord zodat eventuele behandelingen die aan de dieren worden toegediend, in overeenstemming zijn met de aanbevolen wachttijden. |
4. | In de melkstallen en tijdens het vervoer van de melk naar de productielocatie moeten de hygiënevoorschriften worden nageleefd. |
5. | De kaasmakerijen moeten voldoen aan de wettelijke technische, functionele, gezondheids- en hygiënevoorschriften. |
6. | In alle inrichtingen waar de kaas wordt gemaakt, moeten registers worden bijgehouden van de ontvangen melk, de productie, de rijping en de afzet.”. |
De in lid 1 vermelde informatie betreffende het schapenras is opgenomen in punt 3.2 van het enig document, waarin het product wordt beschreven, en in het overeenkomstige punt 2 van het productdossier.
De leden 2 tot en met 6 zijn geschrapt omdat ze betrekking hebben op voorschriften die voor deze activiteiten in het algemeen gelden en die reeds zijn vastgelegd in algemene wetgeving.
Wijziging 10
Verwijzingen naar de verplichtingen van producentengroepen en exploitanten, en naar inbreuken en sancties, die in het oorspronkelijke document waren vermeld in de artikelen 7, 8, 9 en 10, zijn ook geschrapt omdat ze geen integrerend deel uitmaken van het productdossier en betrekking hebben op voorschriften die voor de productie van kaas in het algemeen gelden en reeds zijn vastgelegd in algemene wetgeving.
Wijziging 11
Verband
Artikel 1 van de oorspronkelijke versie van het productdossier, met betrekking tot het verband tussen het afgebakende geografische gebied en de kenmerken van het product:
“Artikel 1
Het is een weids gebied dat 400 000 ha beslaat en bestaat uit slenken (Mirandela-Vilariça), diepe erosievalleien (Baixo-Coa, Sabor en de bovenloop van de Douro) en hoogvlakten op 600 tot 800 m. Het terrein geeft het gebied unieke klimatologische omstandigheden die veranderen van subatlantisch-mediterraan tot semiaride mediterraan naarmate men oostwaarts langs de Douro gaat, en hoe dichter men bij de plateaus komt, hoe sterker de continentale invloed.
Het is een gebied waar de klimatologische en topografische omstandigheden hebben geleid tot een grote verscheidenheid aan gewassen. Het wordt gekenmerkt door wijngaarden en olijfgaarden, steeds groter wordende olijventeeltgebieden, gebieden met een mix van olijf- en amandelbomen, een van regenval afhankelijke graanteelt (braakland en granen) en diverse gewassen, hetzij in gebieden waar geen water voor irrigatie is, hetzij in de meest vruchtbare valleien (Mirandela en Vale da Vilariça). Landbouwers richten zich echter het meest op de olijventeelt en de wijnbouw vanwege het economische belang van deze teelten.
De beslagen van het ras Churra da Terra Quente, die in het gebied worden gehouden en waarvan de bijzondere kenmerken goed zijn aangepast aan het gebied, vormen dan weer de belangrijkste veehouderijactiviteit en worden gevoed op de weiden en uiterwaarden. De weiden bestaan uit hoogland, braakland en een grote niet-bebouwde oppervlakte, waarop de grasbedekking grof en schaars is.
“Er wordt echter niet voldoende gras geproduceerd en er moet gebruik worden gemaakt van uiterwaarden en secundaire voedergewassen — rogge, gerst, rapen, linzen en bladeren van bomen zoals essen, iepen, eiken, amandel- en olijfbomen en zelfs wijnstokken uit het geografische gebied.” Daar hebben de schapen hun blijvend grasland. Bijna het hele jaar door brengen de schapen de nacht door op omheinde weiden of in schapenstallen op de landbouwgrond.
Het is deze mix van hoogland, droge hoogvlakten en heldere hemels, met zijn specifieke milieuomstandigheden, die samen met de traditionele houderijmethoden bijdraagt aan de specifieke kenmerken van de melk die wordt geproduceerd door de schapen van het ras Churra da Terra Quente (Terrincha).
Wanneer deze melk wordt verwerkt met vaardigheden en deskundigheid van plaatselijke producenten, die hun knowhow hebben doorgegeven van generatie op generatie, wordt een kaas met een ongeëvenaarde specificiteit verkregen.”
wordt vervangen door:
“De kwaliteit van “Queijo Terrincho” is uitsluitend toe te schrijven aan de natuurlijke en menselijke factoren die verband houden met het afgebakende geografische gebied.
Er zijn meldingen die de verspreiding van de productie van schapenkaas in verband brengen met middeleeuwse christelijke kloosters in deze regio en elders. Het beste bewijs voor de oorsprong van deze kaas is wellicht het feit dat, in de regio Terra Quente Transmontana, het gebied waarvan het schapenras Churra da Terra Quente afkomstig is, namelijk de Vilariçavallei, en meer bepaald Quinta da Terrincha, het ras zijn alternatieve naam heeft gegeven (“Terrincha”) en ook zijn naam aan de kaas heeft gegeven (“Terrincho”). Hieruit blijkt dat er, in dit deelgebied, een convergentie is van natuurlijke en menselijke factoren die het hele productiegebied kenmerken.
De Terra Quente Transmontana en de vallei van de bovenloop van de Douro, de gebieden waarin het afgebakende geografische gebied is gelegen, waren aanvankelijk het woongebied van het uiterst sterke en goed aangepaste schapenras Badana. Uit dit ras kwam aan het eind van de 19e eeuw het ras Churra da Terra Quente voort door kruising met rammen van het ras Mondegueiro. Vanaf het midden van de 20e eeuw kwam het volledig tot ontwikkeling. Het ras is dan ook sterk, goed aangepast aan het gebied en vrij vruchtbaar (het brengt vaak tweelingen ter wereld). Het produceert niet zo heel veel vlees, maar aangezien het in de eerste plaats een melkproducerend ras is, is het nauw verbonden met de kaasmakerij in het gebied.
Het gebied heeft heuvelachtige hoogvlakten, met een aantal steile hellingen, en zure, niet zeer vruchtbare gronden, met een aantal stukken goede landbouwgrond. De regenval, die geconcentreerd is in de wintermaanden, wordt ten volle benut in de lange, droge zomer. Dit alles betekent dat de beschikbaarheid van voedselbronnen niet constant is: de lente is een tijd van overvloed en de zomer een tijd van schaarste.
Deze omstandigheden hebben een sterke invloed op de verspreiding van de gewassen in het gebied, waarbij de voorkeur uitgaat naar traditionele, extensieve productiesystemen, en waardoor de schapen van het ras Churra da Terra Quente zo worden gekweekt dat ze melk produceren met zodanige kenmerken dat, wanneer de verwerking plaatsvindt door lokale producenten die gebruikmaken van hun traditionele vaardigheden en knowhow, een zeer specifieke kaas wordt verkregen die de tijd heeft doorstaan.
De milde geur en smaak, die sterker en intenser worden naarmate “Queijo Terrincho” rijpt, vloeien dus voort uit de kenmerken van de gebruikte zuivere rauwe melk en houden nauw verband met het schapenras en met de vegetatie die typisch is voor het hoogland en de uiterwaarden, en een essentieel onderdeel vormt van het voeder van de schapen die in het afgebakende geografische gebied worden gekweekt.
De dichte en uniforme textuur, de kleur en de smeuïge kaasmassa zijn het resultaat van een ambachtelijk productieproces dat steunt op de knowhow van de plaatselijke bevolking, met name wat betreft de manier om de wrongel te bewerken, namelijk op zodanige wijze dat de wei wordt afgetapt en een compacte massa wordt verkregen.
Het rijpingsproces vindt plaats in installaties voor natuurlijke rijping in een gecontroleerde omgeving, onder de volgende omstandigheden.
Rijping | “Queijo Terrincho” | “Queijo Terrincho”Velho |
Temperatuur (°C) | 5-12 | 8-14 |
Vochtigheid (%) | 80-90 | 75-85 |
Minimumperiode (aantal dagen) | 30 | 90 |
Het handhaven van deze voorwaarden en het in acht nemen van de nodige zorgvuldigheid tijdens dit proces — met name bij het wassen van de kaas, met een frequentie die afhangt van het uitzicht van de korst, die altijd zacht en schoon moet zijn — steunen op plaatselijke knowhow en zijn bepalende factoren die ervoor zorgen dat de verkregen kaas een kaasmassa met de gewenste textuur, kleur en uiterlijke kenmerken heeft.
De plaatselijke knowhow komt ook duidelijk tot uiting bij het gebruik van de traditionele conserveringstechnieken voor kazen die gedurende langere tijd zijn gerijpt, die ervoor zorgen dat het product langer kan worden bewaard zonder dat de onderscheidende kenmerken veranderen. Dit is het geval voor de praktijk waarbij de korst wordt omhuld met een pasta van rode peper — een halfvast mengsel van rode peper en druivendraf-eau-de-vie of rode peper en olijfolie van eerste persing die lokaal wordt geproduceerd in traditionele toestellen of in olijfoliefabrieken — en voor de conservering van de kaas door deze in te maken in olijfolie van eerste persing nadat de korst is verwijderd en de kaas in stukken is gesneden.
Wat het verband tussen menselijke factoren en het product betreft, wordt “Queijo Terrincho” als een traditioneel product voor de regio Trás-os-Montes beschouwd en zijn de productiemethode en de conserveringstechnieken, die nog steeds in gebruik zijn, overgeleverd van de ene generatie op de andere.”.
Artikel 1 van het oorspronkelijke productdossier is geherformuleerd om een nauwkeuriger beschrijving te geven van de natuurlijke factoren, met name de bodem- en klimaatomstandigheden, de menselijke factoren en de plaatselijke knowhow, die de kenmerken vormen van het geografische gebied waaraan het product zijn specificiteit ontleent. Er wordt uitgelegd hoe de kenmerken van het geografische gebied van invloed zijn op de vastgestelde specifieke kenmerken van het product, waarbij wordt vermeld dat de kwaliteit van “Queijo Terrincho” uitsluitend is toe te schrijven aan natuurlijke en menselijke factoren die verband houden met het afgebakende geografische gebied.
De tekst is geherformuleerd om te voldoen aan de bepalingen voor de opstelling van het enig document overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen, met name wat punt 5 betreft (Verband met het geografische gebied), aangezien het van essentieel belang is dat het enig document een grondige en coherente uitleg bevat over hoe het causale verband tot stand komt, wat niet het geval was in de oorspronkelijke tekst.
Overige
Het gebruik van het productlogo is verplicht gesteld.
ENIG DOCUMENT
“QUEIJO TERRINCHO”
EU-nr.: PDO-PT-0218-AM01 — 19.9.2016
BGA ( ) BOB (X)
1. Naam/namen
“Queijo Terrincho”
2. Lidstaat of derde land
Portugal
3. Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel
3.1. Productcategorie
Categorie 1.3 — Kaas
3.2. Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is
Met “Queijo Terrincho” wordt de gerijpte kaas aangeduid die wordt geproduceerd door het langzaam aftappen van wrongels die worden verkregen door stremming van zuivere rauwe schapenmelk van ooien van het ras Churra da Terra Quente met stremsel van dierlijke oorsprong. “Queijo Terrincho” heeft een minimale rijpingsperiode van 30 dagen. Als de kaas gedurende ten minste 90 dagen is gerijpt, valt de oorsprongsbenaming “Queijo Terrincho” onder de categorie Velho (oud).
De belangrijkste kenmerken worden hieronder opgesomd.
Kenmerken van “Queijo Terrincho” en “Queijo Terrincho”Velho
Kaas | “Queijo Terrincho” | “Queijo Terrincho”Velho |
Vorm | Korte, regelmatige cilinder (schijf), ietwat concaaf in het midden, zonder duidelijke rand | Korte, regelmatige cilinder (schijf), ietwat convex in het midden, met ongelijke rand |
Hoogte | 3,0-6,0 cm | 2,0-6,0 cm |
Gewicht | 0,7-1,1 kg | 0,5-1,0 kg |
Diameter | 12-20 cm | 10,0-18,0 cm |
Gewicht (lunchboxformaat) | 0,35-0,55 kg | 0,25-0,45 kg |
Diameter (lunchboxformaat) | 8,0-12,0 cm | 5,0-10,0 cm |
Korst | Soepel, gaaf, goed gevormd, zacht, homogeen lichtstrogeel | Hard, gaaf, goed gevormd, rood, soms met weefselstructuur |
Kaasmassa | ||
Textuur | Dicht en homogeen en licht boterachtig, verliest soms vorm bij het snijden (halfzacht) | Dicht en homogeen, goed gevormd en niet boterachtig, blijft in vorm bij het snijden (hard) |
Uitzicht | Licht romig, met enkele gaten | Niet zeer romig, met enkele gaten |
Kleur | Uniform wit | Geelachtig |
Geur en smaak | Intense geur, mild en zuiver, niet erg scherp | Sterk, met een evenwichtige mix van verschillende geuren |
Vet (in de droge stof) % | 25-50 | 35-60 |
Vochtgehalte (in de vetvrije droge stof) % | 35-60 | 20-55 |
“Queijo Terrincho” en “Queijo Terrincho”Velho worden in de handel gebracht als hele kazen, in plakken gesneden of in voorverpakte porties.
“Queijo Terrincho”Velho mag ook omhuld met een laagje rodepeperpasta of in stukken gesneden en ingemaakt in olijfolievaten voor verkoop worden aangeboden.
3.3. Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong) en grondstoffen (alleen voor verwerkte producten)
De schapen voeden zich op weiden die zijn gelegen op hoogland, braakland en een grote niet-bebouwde oppervlakte, waarop de grasbedekking grof en schaars is, en op uiterwaarden of natuurlijke weiden binnen het afgebakende geografische gebied.
Aangezien er niet voldoende gras is, moet gebruik worden gemaakt van uiterwaarden en secundaire voedergewassen zoals rogge, gerst, rapen, linzen en bladeren van bomen zoals essen, iepen, eiken, amandel- en olijfbomen en zelfs wijnstokken uit het geografische gebied.
Er wordt ook gebruikgemaakt van ander voeder, zoals op het bedrijf of door andere schapenhouders geproduceerd stro en hooi, in de herfst/winter ingezaaide voedergewassen (haver, wikke, rogge en gele lupine) en in de lente ingezaaide voedergewassen (maïs en sorghum) uit het afgebakende geografische gebied.
Al het voeder voor de schapen is afkomstig uit het geografische gebied. Alleen in tijden van schaarste kan gebruik worden gemaakt van voeder uit andere gebieden, maar dit mag nooit meer dan 50 % van de droge stof per jaar zijn. Dit voeder is hetzelfde en heeft dezelfde samenstelling als het voeder van het afgebakende geografische gebied, dus de kenmerken van het product blijven ongewijzigd.
Er wordt keuken- en tafelzout gebruikt, in een verhouding tussen 15 % en 20 % van het gewicht van de kaas, evenals dierlijk stremsel.
De zuivere rauwe melk, die wordt verkregen van ooien van het ras Churra da Terra Quente, moet de volgende fysisch-chemische kenmerken hebben:
Zuurgraad (ml Na OH N\1) | 25-30 |
pH | 6,5-6,6 |
Dichtheid (bij 20 °C) | 1036-1038 |
Vetgehalte (g/100 g) | 8,5 |
Eiwitgehalte (g/100 g) | 6,4-6,6 |
Totaal stikstof (%) | 1,0-1,1 |
Niet-caseïne stikstof (%) | 0,2-0,3 |
De rode peper, de olijfolie en de druivendraf-eau-de-vie die worden gebruikt om de rodepeperpasta te bereiden, komen uit het afgebakende geografische gebied.
3.4. Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden
De productie van de melk en van de kaas, inclusief de rijping, moeten plaatsvinden in het afgebakende geografische gebied.
3.5. Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz. van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst
Langdurige opslag van het product is toegestaan bij een temperatuur van niet minder dan – 11 °C.
Het in plakken snijden en het verpakken moeten plaatsvinden in het afgebakende geografische gebied, teneinde de integriteit van het product te behouden en de kenmerken te waarborgen die het product zijn specifieke karakter verlenen, dat gemakkelijk kan veranderen door opeenvolgende behandelingen en/of behandelingen in de loop van de tijd.
3.6. Specifieke voorschriften betreffende de etikettering van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst
Naast het hieronder afgebeelde productlogo moeten op het productetiket de volgende woorden worden aangebracht: “QUEIJO TERRINCHO” — Denominação de Origem Protegida“ [“QUEIJO TERRINCHO” — Beschermde oorsprongsbenaming] of “QUEIJO TERRINCHO” — DOP” [“QUEIJO TERRINCHO” — BOB] of “QUEIJO TERRINCHO” — Denominação de Origem Protegida VELHO“ [“QUEIJO TERRINCHO” — Beschermde oorsprongsbenaming VELHO] of “QUEIJO TERRINCHO” — DOP VELHO” [“QUEIJO TERRINCHO” — BOB VELHO].
4. Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied
Het gebied waar het product wordt gemaakt en gerijpt, beperkt zich tot de gemeenten Mogadouro, Alfândega da Fé, Torre de Moncorvo, Freixo de Espada à Cinta, Mirandela, Vila Flor, Carrazeda de Ansiães en Macedo de Cavaleiros (met uitzondering van de parochies Edroso, Espadanedo, Ferreira, Murçós en Soutelo de Mourisco), São João da Pesqueira (met uitzondering van de parochies Riodades en Paredes da Beira) en Vila Nova de Foz Côa en de parochies Rio Torto, São Pedro de Veiga de Lila, Veiga de Lila, Valpaços, Vales en Possacos in de gemeente Valpaços, de parochies Longroiva, Fonte Longa, Poço do Canto en Meda in de gemeente Meda en de parochies Escalhão, Vilar de Amargo, Algodres en Mata de Lobos in de gemeente Figueira de Castelo Rodrigo.
5. Verband met het geografische gebied
De kwaliteit van “Queijo Terrincho” is uitsluitend toe te schrijven aan de natuurlijke en menselijke factoren die verband houden met het afgebakende geografische gebied.
Er zijn meldingen die de verspreiding van de productie van schapenkaas in verband brengen met middeleeuwse christelijke kloosters in deze regio en elders. Het beste bewijs voor de oorsprong van deze kaas is wellicht het feit dat in de regio Terra Quente Transmontana het gebied waarvan het schapenras Churra da Terra Quente afkomstig is, namelijk de Vilariçavallei, en meer bepaald Quinta da Terrincha, het ras zijn alternatieve naam heeft gegeven (“Terrincha”) en ook zijn naam aan de kaas heeft gegeven (“Terrincho”). Hieruit blijkt dat er, in dit deelgebied, een convergentie is van natuurlijke en menselijke factoren die het hele productiegebied kenmerken.
De Terra Quente Transmontana en de vallei van de bovenloop van de Douro, de gebieden waarin het afgebakende geografische gebied is gelegen, waren aanvankelijk het woongebied van het uiterst sterke en goed aangepaste schapenras Badana. Uit dit ras kwam aan het eind van de 19e eeuw het ras Churra da Terra Quente voort door kruising met rammen van het ras Mondegueiro. Vanaf het midden van de 20e eeuw kwam het volledig tot ontwikkeling. Het ras is dan ook sterk, goed aangepast aan het gebied en vrij vruchtbaar (het brengt vaak tweelingen ter wereld). Het produceert niet zo heel veel vlees, maar aangezien het in de eerste plaats een melkproducerend ras is, is het nauw verbonden met de kaasmakerij in het gebied.
Het gebied heeft heuvelachtige hoogvlakten, met een aantal steile hellingen, en zure, niet zeer vruchtbare gronden, met een aantal stukken goede landbouwgrond. De regenval, die geconcentreerd is in de wintermaanden, wordt ten volle benut in de lange, droge zomer. Dit alles betekent dat de beschikbaarheid van voedselbronnen niet constant is: de lente is een tijd van overvloed en de zomer een tijd van schaarste.
Deze omstandigheden hebben een sterke invloed op de verspreiding van de gewassen in het gebied, waarbij de voorkeur uitgaat naar traditionele, extensieve productiesystemen, en waardoor de schapen van het ras Churra da Terra Quente zo worden gekweekt dat ze melk produceren met zodanige kenmerken dat, wanneer de verwerking plaatsvindt door lokale producenten die gebruikmaken van hun traditionele vaardigheden en knowhow, een zeer specifieke kaas wordt verkregen die de tijd heeft doorstaan.
De milde geur en smaak, die sterker en intenser worden naarmate “Queijo Terrincho” rijpt, vloeien dus voort uit de kenmerken van de gebruikte zuivere rauwe melk en houden nauw verband met het schapenras en met de vegetatie die typisch is voor het hoogland en de uiterwaarden, en een essentieel onderdeel vormt van het voeder van de schapen die in het afgebakende geografische gebied worden gekweekt.
De dichte en uniforme textuur, de kleur en de smeuïge kaasmassa zijn het resultaat van een ambachtelijk productieproces dat steunt op de knowhow van de plaatselijke bevolking, met name wat betreft de manier om de wrongel te bewerken, namelijk op zodanige wijze dat de wei wordt afgetapt en een compacte massa wordt verkregen.
Het rijpingsproces vindt plaats in installaties voor natuurlijke rijping in een gecontroleerde omgeving, onder de volgende omstandigheden.
Rijping | “Queijo Terrincho” | “Queijo Terrincho”Velho |
Temperatuur (°C) | 5-12 | 8-14 |
Vochtigheid (%) | 80-90 | 75-85 |
Minimumperiode (aantal dagen) | 30 | 90 |
Het handhaven van deze voorwaarden en het in acht nemen van de nodige zorgvuldigheid tijdens dit proces — met name bij het wassen van de kaas, met een frequentie die afhangt van het uitzicht van de korst, die altijd zacht en schoon moet zijn — steunen op plaatselijke knowhow en zijn bepalende factoren die ervoor zorgen dat de verkregen kaas een kaasmassa met de gewenste textuur, kleur en uiterlijke kenmerken heeft.
De plaatselijke knowhow komt ook duidelijk tot uiting bij het gebruik van de traditionele conserveringstechnieken voor kazen die gedurende langere tijd zijn gerijpt, die ervoor zorgen dat het product langer kan worden bewaard zonder dat de onderscheidende kenmerken veranderen. Dit is het geval voor de praktijk waarbij de kost wordt omhuld met rodepeperpasta — een halfvast mengsel van rode peper en druivendraf-eau-de-vie of rode peper en olijfolie van eerste persing die lokaal wordt geproduceerd in traditionele toestellen of in olijfoliefabrieken — en voor de conservering van de kaas in olijfolie van eerste persing.
Wat het verband tussen menselijke factoren en het product betreft, wordt “Queijo Terrincho” als een traditioneel product voor de regio Trás-os-Montes beschouwd en zijn de productiemethode en de conserveringstechnieken, die nog steeds in gebruik zijn, overgeleverd van de ene generatie op de andere.
Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier
(artikel 6, lid 1, tweede alinea, van deze verordening)
https://tradicional.dgadr.gov.pt/images/prod_imagens/queijos/docs/CE_Qj_Terrincho.pdf