VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de uitoefening van de bevoegdheid die aan de Commissie is gedelegeerd op grond van Verordening (EU) nr. 995/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 tot vaststelling van de verplichtingen van marktdeelnemers die hout en houtproducten op de markt brengen (de houtverordening van de EU)
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de uitoefening van de bevoegdheid die aan de Commissie is gedelegeerd op grond van Verordening (EU) nr. 995/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 tot vaststelling van de verplichtingen van marktdeelnemers die hout en houtproducten op de markt brengen (de houtverordening van de EU)
EUROPESE COMMISSIE
Brussel, 10.11.2021
COM(2021) 687 final
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
over de uitoefening van de bevoegdheid die aan de Commissie is gedelegeerd op grond van Verordening (EU) nr. 995/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 tot vaststelling van de verplichtingen van marktdeelnemers die hout en houtproducten op de markt brengen (de houtverordening van de EU)
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
over de uitoefening van de bevoegdheid die aan de Commissie is gedelegeerd op grond van Verordening (EU) nr. 995/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 tot vaststelling van de verplichtingen van marktdeelnemers die hout en houtproducten op de markt brengen (de houtverordening van de EU)
1.INLEIDING
Verordening (EU) nr. 995/20101 (“de houtverordening van de EU” of “de verordening”) verbiedt dat illegaal gekapt hout of producten van dergelijk hout op de markt worden gebracht. De houtverordening van de EU maakt deel uit van een ruime reeks maatregelen in het kader van het FLEGT-actieplan2, het uitvoerig antwoord van de EU op het alomtegenwoordig probleem van de illegale houtkap en het verwoestend effect daarvan op de bossen. De verordening draagt ook bij tot de reductie van emissies als gevolg van ontbossing en bosdegradatie, de conserverende rol van bossen, het duurzaam beheer van bossen en grotere koolstofvoorraden in bossen in ontwikkelingslanden.
In de houtverordening van de EU zijn drie verplichtingen vastgesteld:
1.de verordening verbiedt dat illegaal gekapt hout (d.w.z. hout dat is gekapt in strijd met de toepasselijke wetgeving in het land waar het is gekapt) of houtproducten van dergelijk hout op de markt worden gebracht;
2.de verordening verplicht marktdeelnemers die hout en houtproducten voor het eerst op de EU-markt brengen, de nodige zorgvuldigheid te betrachten, wat betekent dat zij aan risicobeheersing moeten doen om ervoor te zorgen dat alleen legaal gekapt hout (hout dat is gekapt overeenkomstig de toepasselijke wetgeving in het land waar het is gekapt) of houtproducten van dergelijk hout op de EU-markt worden gebracht;
3.de verordening verplicht handelaren in hout en houtproducten die al op de EU-markt zijn gebracht, een register van leveranciers en klanten bij te houden (“verplichte traceerbaarheid”).
De houtverordening van de EU heeft betrekking op een breed scala aan houtproducten, die met behulp van de codes van de gecombineerde nomenclatuur van de EU in de bijlage bij de verordening zijn opgenomen. De verordening voorziet ook in “toezichthoudende organisaties”, die door de Commissie moeten worden erkend en marktdeelnemers voorzien van operationele stelsels van zorgvuldigheidseisen en hen helpen aan hun verplichtingen te voldoen.
De houtverordening van de EU is in december 2010 goedgekeurd en op 3 maart 2013 in werking getreden. In deze periode heeft de Commissie twee niet-wetgevingshandelingen vastgesteld. De eerste is Uitvoeringsverordening (EU) nr. 607/20123 van de Commissie van 6 juli 2012 houdende gedetailleerde voorschriften betreffende het stelsel van zorgvuldigheidseisen en de frequentie en de aard van de controles op de toezichthoudende organisaties, die is vastgesteld krachtens artikel 18, lid 2, van de houtverordening van de EU en de artikelen 5 en 7 van Besluit 1999/468/EG tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden. De tweede is Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 363/20124 van de Commissie van 23 februari 2012 inzake de procedures voor de erkenning en de intrekking van de erkenning van de toezichthoudende organisaties als bedoeld in Verordening (EU) nr. 995/2010, die is vastgesteld krachtens artikel 8, lid 7, van de houtverordening van de EU.
2.RECHTSGRONDSLAG
Volgens artikel 6, lid 3, van de houtverordening van de EU mag de Commissie “gedelegeerde handelingen vaststellen met betrekking tot verdere relevante risicobeoordelingscriteria die nodig kunnen zijn ter aanvulling van die als bedoeld” in de houtverordening van de EU. Artikel 8, lid 7, van de houtverordening van de EU voorziet in de mogelijkheid gedelegeerde handelingen vast te stellen in verband met de erkenning en de intrekking van erkenningen van toezichthoudende organisaties, indien de ervaring dit vereist. Krachtens artikel 14 van de houtverordening van de EU “mag de Commissie [...] gedelegeerde handelingen vaststellen tot wijziging en aanvulling van de in de bijlage [bij de houtverordening van de EU] vastgestelde lijst van hout en houtproducten”.
Artikel 15, lid 1, van de houtverordening van de EU bepaalt dat “de bevoegdheid tot vaststelling van de gedelegeerde handelingen bedoeld in artikel 6, lid 3, artikel 8, lid 7, en artikel 14 aan de Commissie wordt verleend voor een periode van zeven jaar met ingang van 2 december 2010”. Hetzelfde artikel bepaalt ook dat de delegatie van bevoegdheden automatisch met dezelfde periode (d.w.z. zeven jaar) wordt verlengd “tenzij het Europees Parlement of de Raad die bevoegdheid intrekt overeenkomstig artikel 16” van de houtverordening van de EU. De delegatie van bevoegdheden is bijgevolg voor het laatst automatisch verlengd van 2 december 2017 tot 1 december 2024.
Artikel 15, lid 1, van de houtverordening van de EU bepaalt voorts dat de Commissie “uiterlijk drie maanden voor het verstrijken van een periode van drie jaar na de datum van toepassing” van de verordening (3 maart 2013) een verslag over de gedelegeerde bevoegdheden moet opstellen. De Commissie heeft dit op 18februari 2016 gedaan5.
In artikel 15, lid 1, is alleen sprake van een eerste indieningstermijn van drie maanden voor het verstrijken van een periode van drie jaar na de datum van toepassing (d.w.z. december 2015), en een driejaarlijks rapportageritme sluit niet aan bij het ritme van de verlengingen (om de zeven jaar). Desalniettemin kan uit de rapportagepraktijk inzake gedelegeerde bevoegdheden6 en uit het gebruik van het onbepaald lidwoord “een” in verband met de periode van drie jaar, de verwachting worden afgeleid dat de Commissie elke drie jaar verslag uitbrengt over het gebruik van de gedelegeerde bevoegdheden.
Daarom heeft de Commissie op 18februari 2019 een tweede verslag over de delegatie van bevoegdheden ingediend7 en dient zij nu ook dit derde verslag in.
3.UITOEFENING VAN DE DELEGATIE VAN BEVOEGDHEDEN
De Commissie heeft tijdens de derde periode na de datum van toepassing van de houtverordening van de EU tot de datum van goedkeuring van dit verslag geen gebruik gemaakt van haar gedelegeerde bevoegdheden.
De Commissie heeft een geschiktheidscontrole uitgevoerd om de doeltreffendheid, de efficiëntie, de relevantie, de samenhang en EU-meerwaarde van de houtverordening van de EU en de FLEGT-verordening te beoordelen. De resultaten van de geschiktheidscontrole zijn meegenomen in een parallelle effectbeoordeling ter ondersteuning van de identificatie en de analyse van opties voor aanvullende regelgevende en niet-regelgevende EU-maatregelen aan de vraagzijde om de transparantie van de toeleveringsketen te vergroten en het met in de EU op de markt gebrachte producten en grondstoffen geassocieerde risico op ontbossing en bosdegradatie tot een minimum te beperken.
Als onderdeel van de raadplegingsactiviteiten in het kader van de geschiktheidscontrole is een openbare raadpleging georganiseerd van 3 september 2020 tot en met 26 november 2020. De belangrijkste doelstellingen van de raadpleging waren i) het bereik van de geschiktheidscontrole te bevestigen, ii) gegevens over de uitvoering van de houtverordening van de EU en de FLEGT-verordening bij de belanghebbenden in te zamelen ter aanvulling van het deskresearch in het kader van de ondersteunende studie, en iii) de belanghebbenden naar hun mening te vragen over de doeltreffendheid, de efficiëntie, de samenhang, de relevantie en de EU-meerwaarde van de houtverordening van de EU en de FLEGT-verordening.
De resultaten van de geschiktheidscontrole zullen fungeren als een van de twee bijlagen bij een voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende bepaalde met ontbossing en bosdegradatie geassocieerde grondstoffen en producten, dat naar verwachting in het vierde kwartaal van 2021 zal worden aangenomen.
- (1)
Verordening (EU) nr. 995/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 tot vaststelling van de verplichtingen van marktdeelnemers die hout en houtproducten op de markt brengen (PB L 295 van 12.11.2010, blz. 23).
- (2)
Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement — Wetshandhaving, governance en handel in de bosbouw (FLEGT) — Voorstel voor een EU-actieplan (COM(2003) 251 definitief).
- (3)
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 607/2012 van de Commissie (PB L 177 van 7.7.2012, blz. 16).
- (4)
Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 363/2012 van de Commissie (PB L 115 van 27.4.2012, blz. 12).
- (5)
https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/?uri=CELEX:52016DC0060
- (6)
De bepalingen volgen de overeengekomen standaardbepalingen van punt 17 van het Interinstitutioneel Akkoord tussen het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie van 13 april 2016 over beter wetgeven (PB L 123 van 12.5.2016, blz. 1), waarin staat dat de Commissie uiterlijk negen maanden vóór het einde van “elke” termijn een verslag over de gedelegeerde bevoegdheid moet opstellen.
- (7)
https://eur-lex.europa.eu/legal-content/EN/TXT/?uri=CELEX%3A52019DC0086&qid=1627399826193