Bekendmaking van een aanvraag tot wijziging van een productdossier voor een naam in de wijnsector als bedoeld in artikel 105 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad 2022/C 379/12
Bekendmaking van een aanvraag tot wijziging van een productdossier voor een naam in de wijnsector als bedoeld in artikel 105 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad 2022/C 379/12
3.10.2022 | NL | Publicatieblad van de Europese Unie | C 379/41 |
Bekendmaking van een aanvraag tot wijziging van een productdossier voor een naam in de wijnsector als bedoeld in artikel 105 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad
(2022/C 379/12)
Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 98 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad (1) uiterlijk twee maanden na deze bekendmaking bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag.
AANVRAAG TOT WIJZIGING VAN HET PRODUCTDOSSIER
“Colli Bolognesi Classico Pignoletto”
PDO-IT-A0284-AM02
Datum van aanvraag: 28.8.2014
1. Voorschriften die op de wijziging van toepassing zijn
Artikel 105 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 – Niet-minimale wijziging
2. Beschrijving van en redenen voor de wijziging
2.1. Wijziging van de naam van de BOB “Colli Bolognesi Classico Pignoletto” in “Colli Bolognesi Pignoletto”
De naam van de BOB “Colli Bolognesi Classico Pignoletto” wordt gewijzigd in “Colli Bolognesi Pignoletto”, waarbij het woord “Classico” wordt geschrapt.
De verandering van de naam is een gevolg van twee wijzigingen in het productdossier: ten eerste zijn daarin nieuwe productcategorieën (mousserende wijn en mousserende kwaliteitswijn) opgenomen, waarvoor het gebruik van de traditionele aanduiding “Classico” niet is toegestaan. Ingevolge de specifieke nationale en Europese wetgeving en ingevolge de definitie van die beschermde traditionele aanduiding mag “Classico” alleen worden gebruikt voor andere producten dan mousserende wijnen die in het oudste gebied van oorsprong worden geproduceerd. De tweede reden, die met de eerste verband houdt, is de uitbreiding van het productiegebied, die hieronder zal worden beschreven. Met deze wijziging wordt het oudste gebied van oorsprong waaraan de traditionele aanduiding “Classico” mag worden toegekend, uitgebreid tot andere gebieden met dezelfde bodemgesteldheid en klimatologische en teeltomstandigheden, waarvoor die traditionele aanduiding overeenkomstig de definitie ervan echter niet mag worden gebruikt.
De traditionele aanduiding “Classico” mag uitsluitend worden gebruikt voor de productsoort in de categorie “wijn” die wordt geproduceerd in het oorspronkelijk voor dat doel afgebakende gebied. Daarom moest de benaming worden veranderd door de aanduiding “Classico” te schrappen.
Deze naamswijziging is van toepassing op het gehele productdossier en het gehele enig document in alle gevallen waarin de benaming wordt gebruikt.
2.2. Introductie van nieuwe categorieën wijnbouwproducten
Naast de categorie “wijn” zijn de productcategorieën “parelwijn”, “mousserende wijn” en “mousserende kwaliteitswijn” opgenomen.
De vroegere BOB “Colli Bolognesi Classico Pignoletto”, met de specifieke Italiaanse traditionele aanduiding “Denominazione di Origine Controllata e Garantita” [“gecontroleerde en gegarandeerde oorsprongsbenaming” of DOCG], voorzag alleen in de categorie “wijn”. De druiven van het hoofdras pignoletto worden echter van oudsher in een groter gebied geteeld, zoals blijkt uit de literatuur en de overlappingen van dit productiegebied met dat van andere erkende benamingen. Van oudsher werden van deze druiven ook andere wijnsoorten met de naam “Pignoletto” geproduceerd, en dat is ook tegenwoordig nog het geval. Daarom is voorzien in aanvullende productcategorieën, naast de enige categorie “wijn” die de BOB “Colli Bolognesi Classico Pignoletto” oorspronkelijk kende.
De aanvullende categorieën zijn “parelwijn”, “mousserende wijn” en “mousserende kwaliteitswijn”. Met deze nieuwe categorieën luidt de volledige lijst van wijnsoorten derhalve als volgt: - categorie “wijn”, soort “Superiore”; - categorie “wijn”, soort “Classico Superiore”; - categorie “parelwijn”; - categorie “mousserende wijn”; - categorie “mousserende kwaliteitswijn”. Er zij ook op gewezen dat de productie- en kwaliteitskenmerken van de categorie “wijn”, soort “Superiore” met de vermelding “Classico” in het nieuwe productdossier ongewijzigd blijven ten opzichte van het oude dossier. De geïntroduceerde soorten (de categorieën “parelwijn”, “mousserende wijn” en “mousserende kwaliteitswijn”) worden van oudsher in het afgebakende gebied geproduceerd en zijn vastgesteld dankzij de waardering van producenten en consumenten. Daarnaast is de traditionele aanduiding “Superiore” toegekend aan producten in de categorie “wijn” (Colli Bolognesi Pignoletto en Colli Bolognesi Pignoletto Classico) die, ingevolge de vereisten van de nationale wetgeving voor deze aanduiding, aan bijzonder strenge productievoorwaarden voldoen en derhalve beschikken over hoogwaardige kwaliteitskenmerken.
Deze wijziging heeft betrekking op het volledige productdossier en op delen van het enig document waarin de nieuwe wijncategorieën worden genoemd en gereguleerd (in het bijzonder de punten 1.3 en 1.4).
2.3. Uitbreiding van de gebruikte combinatie van rassen
Voor de nieuwe wijnsoorten is de combinatie van rassen beschreven, met name voor wat betreft de aanvullende druivenrassen, aangezien het belangrijkste druivenras voor alle productcategorieën de pignoletto is, ook wel grechetto gentile genoemd. Tot deze aanvullende rassen, die bij de productie van de wijnen maximaal 15 % van de gebruikte druiven uitmaken, behoren de andere niet-aromatische witte druivenrassen die geschikt zijn om in de regio Emilia-Romagna te worden verbouwd. De druivenrassen pinot nero en pinot grigio zijn weliswaar anders van kleur maar kunnen ook tot deze 15 % behoren. Deze rassen, die tot witte wijn moeten worden verwerkt, worden vanwege hun specifieke kenmerken bijzonder geschikt geacht voor de productie van parelwijnen en mousserende wijnen.
Deze wijziging betreft artikel 2 van het productdossier en heeft geen veranderingen in het enig document tot gevolg.
2.4. Uitbreiding van het productiegebied
In vergelijking met het vorige productdossier is de uitbreiding van het productiegebied gebaseerd op het feit dat het druivenras pignoletto van oudsher wordt geteeld, tot wijn verwerkt en gebotteld in een groter gebied in naburige delen van de provincies Bologna en Modena met vergelijkbare fysische en klimatologische kenmerken.
Nadat in 2014 vijf gemeenten in het productiegebied van deze BOB (Bazzano, Castello di Serravalle, Crespellano, Monteveglio en Savigno) in de nieuwe gemeente Valsamoggia opgingen, werd daarnaast de beschrijving van het productiegebied en zijn grenzen dienovereenkomstig gewijzigd.
De uitbreiding van het productiegebied is gerechtvaardigd omdat het volledige aangegeven gebied dezelfde bodemgesteldheid en klimatologische omstandigheden heeft die zo gunstig zijn voor de productie van wijnen op basis van het pignolettoras. Met deze wijziging worden dus alle wijnsoorten die op basis van dat druivenras worden gemaakt ondergebracht in één enkel productdossier voor de BOB “Colli Bolognesi Pignoletto”. In het desbetreffende heuvelachtige gebied zijn dit wijnen van de hoogste kwaliteit, die als zodanig de traditionele Italiaanse benaming “Denominazione di Origine Controllata e Garantita” mogen dragen. In dit verband blijft de aanduiding “Classico” slechts voorbehouden aan de categorie “wijn”, voor producten uit het oudste productiegebied, zoals afgebakend door de traditionele Italiaanse aanduiding. Daarnaast is de wijziging bedoeld om mogelijke verwarring bij consumenten en producenten te voorkomen, omdat zij voortaan een wijn met de naam Pignoletto kunnen herkennen als een wijn die is gemaakt van allerlei soorten pignolettodruiven, waardoor het duidelijker wordt dat dit ras op vele manieren wordt gebruikt voor alle traditioneel geproduceerde soorten.
Deze wijziging heeft betrekking op artikel 3 van het productdossier en op de punten 1.6 (afgebakend geografisch gebied) en 1.8 (verband met het geografische gebied) van het enig document.
2.5. Aanpassing van de voorschriften voor wijnbouw
Opgenomen zijn de productievoorschriften voor de nieuw geïntroduceerde wijnsoorten en enkele aanpassingen van de teelttechnieken. In dit verband is uitsluitend het leiden volgens de spaliermethode en in enkel of dubbel cordon toegestaan, terwijl de pergolamethode, of specifieker de “(stralen)kransmethode” of “Bellussi-methode”, is uitgesloten. Om de productievoorschriften voor de nieuw geïntroduceerde wijnsoorten vast te stellen, werden ook de desbetreffende productieparameters (druivenopbrengst per hectare) toegevoegd.
Deze wijziging heeft betrekking op artikel 4 van het productdossier en op punt 1.5.2 van het enig document.
2.6. Bijstelling van de normen voor wijnbereiding
De bepalingen met betrekking tot de bereiding en de verwerking van de diverse categorieën wijnbouwproducten zijn gewijzigd om ze te verduidelijken. Dat geldt ook voor de bijbehorende afwijkingen voor deze activiteiten in de onmiddellijke nabijheid van het productiegebied of in de naburige bestuurlijke eenheden, overeenkomstig de geldende wetgeving van de EU.
Deze bepalingen werden aangepast om rekening te houden met de toevoeging van nieuwe wijnsoorten aan het productdossier. Meer in het bijzonder mogen “parelwijn”, “mousserende wijn” en “mousserende kwaliteitswijn” niet alleen binnen het gehele afgebakende geografische gebied worden verwerkt, maar ook in de onmiddellijke nabijheid (de gehele gemeente Bologna) en in de naburige bestuurlijke eenheid (de gehele gemeente Castelvetro di Modena).
Deze wijziging heeft betrekking op artikel 5 van het productdossier en op punt 1.9 (Andere essentiële voorwaarden — Afwijking betreffende de productie in het afgebakende geografische gebied) van het enig document.
2.7. Toevoeging van de chemische, fysische en organoleptische kenmerken voor de nieuwe wijnsoorten en veranderingen in de minimale totale zuurgraad voor de soort “Classico”
De chemische, fysische en organoleptische kenmerken van de nieuw in het productdossier opgenomen wijnsoorten zijn beschreven. Daarnaast werd de minimale totale zuurgraad voor de soort “Classico” verlaagd van 4,5 g/l tot 4 g/l.
De chemische en organoleptische kenmerken van de nieuwe soorten die afkomstig zijn van de BOB “Colli Bolognesi” werden uitvoerig beschreven, waarbij zij uit dat productdossier zijn overgenomen en nader zijn uitgewerkt voor wat betreft de waarneembare geuren van bloemen en vruchten. Bovendien werd het nodig geacht om de minimale totale zuurgraad voor de soort “Classico” tot 4 g/l te verlagen vanwege de in het afgelopen decennium vastgestelde klimaatverandering, die heeft geleid tot hoge temperaturen waardoor, zoals bekend, een lagere totale zuurgraad wordt bevorderd. De wijziging is ook ingegeven door de verplichting uit het productdossier om druiven te gebruiken met een minimaal natuurlijk alcoholvolumegehalte van 12 %.
Deze wijziging heeft betrekking op artikel 6 van het productdossier en op punt 1.4 (Beschrijving van de wijn(en)) van het enig document.
2.8. Bijstelling van de voorschriften voor etikettering en presentatie
In het productdossier zijn veranderingen opgenomen met betrekking tot etikettering en presentatie van de nieuw geïntroduceerde productcategorieën (“parelwijn”, “mousserende wijn” en “mousserende kwaliteitswijn”). Daarnaast werd in overeenstemming met de nationale wetgeving voor de desbetreffende categorie “parelwijn” ook de verplichte vermelding op etiketten van de aanduiding “tweede gisting in de fles” in het dossier opgenomen om de consument te informeren over mogelijke troebelheid door residuen van nagisting.
Deze wijziging heeft betrekking op de artikelen 7 en 8 van het productdossier en op punt 1.9 (Nadere voorwaarden — aanvullende etiketteringsbepalingen) van het enig document.
2.9. Bijstelling van het verband met het geografische gebied
De omschrijving van het verband is gewijzigd met een nadere omschrijving van de kenmerken van de omgeving en de menselijke factoren die ten grondslag liggen aan de specifieke kenmerken van de wijnen met betrekking tot de diverse productcategorieën die onder het document vallen. Meer in het bijzonder is de omschrijving van het verband aangepast naar aanleiding van de toevoeging van nieuwe productcategorieën (“parelwijn”, “mousserende wijn” en “mousserende kwaliteitswijn”) en de uitbreiding van het productiegebied. Bovendien werden de specifieke kenmerken van de wijnen nader omschreven, waarbij algemene aanduidingen werden vermeden en voor elke productcategorie de band met het geografische gebied werd omschreven (met inbegrip van natuurlijke en menselijke factoren).
Deze wijziging heeft betrekking op artikel 9 van het productdossier en op punt 1.8 (Verband met het geografische gebied) van het enig document.
2.10. Verpakking in het afgebakende geografische gebied
Vanuit redactioneel oogpunt is het relevante punt 1.9 van het enig document in die zin gewijzigd dat het nu voorziet in de verplichting om de wijn binnen het afgebakende gebied te bottelen. Deze verplichting was al in het vorige productdossier opgenomen maar abusievelijk niet in het enig document verwerkt.
ENIG DOCUMENT
1. Naam van het product
Colli Bolognesi Pignoletto
2. Type geografische aanduiding
BOB – Beschermde oorsprongsbenaming
3. Categorieën wijnbouwproducten
1. | Wijn |
4. | Mousserende wijn |
5. | Mousserende kwaliteitswijn |
8. | Parelwijn |
4. Beschrijving van de wijn(en)
“Colli Bolognesi Pignoletto” Superiore (categorie “wijn”)
Kleur: strogeel van variërende intensiteit, soms met groenachtige of diep strogele accenten;
Geur: fijn, met bloemige toetsen van witte bloemen (lelietje-van-dalen, jasmijn) en fruitige toetsen van rijp geel fruit (peer en appel, soms ook ananas);
Smaak: uiteenlopend van droog tot halfdroog, harmonieus met toetsen van amandel en citrus, soms iets bitter;
Minimaal totaal alcoholvolumegehalte: 11,5 % vol.;
Minimaal suikervrij extract: 15 g/l.
Analytische parameters die niet in onderstaande tabel zijn opgenomen, voldoen aan de grenswaarden die zijn vastgesteld in nationale en EU-wetgeving.
Algemene analytische kenmerken | |
Maximaal totaal alcoholgehalte (in volumeprocent) | |
Minimaal effectief alcoholgehalte (in volumeprocent) | |
Minimale totale zuurgraad | 4 gram per liter, uitgedrukt in wijnsteenzuur |
Maximumgehalte aan vluchtige zuren (in milli-equivalent per liter) | |
Maximaal totaalgehalte aan zwaveldioxide (in milligram per liter) |
“Colli Bolognesi Pignoletto” Classico Superiore (categorie “wijn”)
Kleur: strogeel van variërende intensiteit, ook diep strogeel, soms met groenachtige accenten;
Geur: intens, fijn, bloemige toetsen van witte bloemen (lelietje-van-dalen, jasmijn) en fruitige toetsen van rijp geel fruit (peer en appel, soms ook ananas);
Smaak: droog, warm, harmonieus met nuances van amandel en citrus, soms vanille;
Minimaal totaal alcoholvolumegehalte: 12 % vol.;
Minimaal suikervrij extract: 16 g/l.
Analytische parameters die niet in onderstaande tabel zijn opgenomen, voldoen aan de grenswaarden die zijn vastgesteld in nationale en EU-wetgeving.
Algemene analytische kenmerken | |
Maximaal totaal alcoholgehalte (in volumeprocent) | |
Minimaal effectief alcoholgehalte (in volumeprocent) | |
Minimale totale zuurgraad | 4 gram per liter, uitgedrukt in wijnsteenzuur |
Maximumgehalte aan vluchtige zuren (in milli-equivalent per liter) | |
Maximaal totaalgehalte aan zwaveldioxide (in milligram per liter) |
“Colli Bolognesi Pignoletto”, categorie “parelwijn”
Schuim: fijn en vluchtig;
Kleur: strogeel;
Geur: licht aromatisch, nuances van witte bloemen (meidoorn) en lichtrijp geel fruit (peer en appel);
Smaak: droog, harmonieus, fris, zuur met een nasmaak van citrus, soms iets bitter;
Minimaal totaal alcoholvolumegehalte: 11 % vol.;
Minimaal suikervrij extract: 15 g/l.
Analytische parameters die niet in onderstaande tabel zijn opgenomen, voldoen aan de grenswaarden die zijn vastgesteld in nationale en EU-wetgeving.
Algemene analytische kenmerken | |
Maximaal totaal alcoholgehalte (in volumeprocent) | |
Minimaal effectief alcoholgehalte (in volumeprocent) | |
Minimale totale zuurgraad | 4 gram per liter, uitgedrukt in wijnsteenzuur |
Maximumgehalte aan vluchtige zuren (in milli-equivalent per liter) | |
Maximaal totaalgehalte aan zwaveldioxide (in milligram per liter) |
“Colli Bolognesi Pignoletto”, categorie “mousserende wijn” en “mousserende kwaliteitswijn”
Schuim: fijn, persistent;
Kleur: strogeel van variërende intensiteit, ook diep strogeel;
Geur: licht aromatisch, fijn, bloemig van witte bloemen (meidoorn, lelietje-van-dalen, jasmijn) en nuances van lichtrijp geel fruit (peer en appel), intenser voor de categorie “mousserende kwaliteitswijn”;
Smaak: vol, harmonieus, fris, zuur met een nasmaak van citrus, van brut nature tot extra droog;
Minimaal totaal alcoholvolumegehalte: 11 % vol.;
Minimaal suikervrij extract: 13 g/l.
Analytische parameters die niet in onderstaande tabel zijn opgenomen, voldoen aan de grenswaarden die zijn vastgesteld in nationale en EU-wetgeving.
Algemene analytische kenmerken | |
Maximaal totaal alcoholgehalte (in volumeprocent) | |
Minimaal effectief alcoholgehalte (in volumeprocent) | |
Minimale totale zuurgraad | 5 gram per liter, uitgedrukt in wijnsteenzuur |
Maximumgehalte aan vluchtige zuren (in milli-equivalent per liter) | |
Maximaal totaalgehalte aan zwaveldioxide (in milligram per liter) |
5. Wijnbereidingsprocedés
a. Essentiële oenologische procedés
Productie van parelwijn – tweede gisting
Specifiek oenologisch procedé
Bij de productie van parelwijnen vindt een tweede alcoholische gisting plaats, hoofdzakelijk door toepassing van de tankmethode (Charmat-/Martinotti-methode). De tweede alcoholische gisting vindt echter ook in de fles plaats. In dat geval kan de wijn troebel zijn door gistingsresiduen.
Productie van mousserende wijn/mousserende kwaliteitswijn – tweede gisting
Specifiek oenologisch procedé
Deze wijnen worden door middel van een tweede alcoholische gisting tot mousserende wijnen verwerkt, hoofdzakelijk door toepassing van de tankmethode (Charmat-methode). De tweede gisting vindt echter ook in de fles plaats (traditionele methode) overeenkomstig de wetgeving van de EU.
b. Maximumopbrengsten
“Colli Bolognesi Pignoletto” Classico Superiore (categorie “wijn”)
58,5 hectoliter per hectare
“Colli Bolognesi Pignoletto” Superiore (categorie “wijn”)
77 hectoliter per hectare
“Colli Bolognesi Pignoletto”, categorie “parelwijn”, “mousserende wijn” en “mousserende kwaliteitswijn”
84 hectoliter per hectare
6. Afgebakend geografisch gebied
Het productiegebied van de BOB “Colli Bolognesi Pignoletto” bestaat uit:
de gemeenten Marzabotto, Monte San Pietro, Pianoro, Sasso Marconi, Bologna, Casalecchio di Reno, Monterenzio, San Lazzaro di Savena, Valsamoggia en Zola Predosa in de provincie Bologna;
de gemeente Savignano sul Panaro in de provincie Modena.
Het productiegebied van de BOB “Colli Bolognesi Pignoletto” Superiore met de traditionele aanduiding “Classico” bestaat uit:
de gemeenten Monte San Pietro, Casalecchio di Reno, Sasso Marconi, Valsamoggia en Zola Predosa in de provincie Bologna;
de gemeente Savignano sul Panaro in de provincie Modena.
7. Voornaamste wijndruivenras(sen)
Pignoletto B. – Grechetto gentile
8. Beschrijving van het (de) verband(en)
8.1. “Colli Bolognesi Pignoletto”, categorie “wijn”, “parelwijn”, “mousserende wijn” en “mousserende kwaliteitswijn”
Natuurlijke factoren die van belang zijn voor het verband
Het heuvelachtige terrein van het productiegebied omvat de uitlopers en de middelhoge heuvels tussen de Val Samoggia in het westen, het grote dal van de rivier de Reno en de kleinere dalen van de Samoggia en de Lavino, tot aan de rivier de Idice in het oosten. De noord-zuidligging van de dalen bevordert de windstroming en zorgt ervoor dat de meeste wijngaarden op het oosten/zuidoosten zijn gelegen. Ze liggen dus in een winderige en heldere omgeving, die bijzonder geschikt is voor de groei van de wijnstokken.
Het gebied maakt deel uit van de volgende belangrijkste geologische velden:
Contrafforti e Rupi [uitlopers en rotsblokken]: een bijzonder uitgestrekt veld, met daarin de dalen van de Lavino en de Reno, gekenmerkt door reliëf, met tafelrotsen of rotsblokken van gelaagde lagen met mergel en conglomeraat. |
I Colli con Frane e Calanchi [heuvels met afschuivingen en ravijnen]: links van de Lavino, gekenmerkt door sterke contrasten tussen zachte in cultuur gebrachte hellingen en geulvormige insnijdingen met wijdverspreide afschuivingen. De ondergrond bestaat hoofdzakelijk uit keileem, een grondsoort met een massa van kalk, zandsteen, mergel of gelaagde rotsen. |
I Primi Colli [uitlopers]: een veld links van de Reno, tussen de heuvels en de vlakte. Het heeft een mild profiel met lange hangende terrassen die naar het dal toe aflopen. De dalen zijn ondiep met “geel zand” in de ruggen. |
Piana dei Fiumi Appenninici [vlakte van de Apennijnenrivieren]: een veld met dalbodems en stroom- en riviermondingen. De bodems zijn veelal slecht ontwikkeld en bestaan vaak uit grof materiaal. |
In het afgebakende geografische gebied komt op grote schaal wijnbouw voor, gemiddeld op een hoogte van 50 tot 400 meter boven zeeniveau, op fijne bodems met een uiteenlopend kalksteengehalte die zowel worden aangetroffen op de doorgaans ruige hellingen op keileem en in de uitlopers, als op de matig fijne bodems met een hoog slib- en kalksteengehalte die worden aangetroffen in de velden “Colli con Frane e Calanchi” en “Primi Colli”. Het klimaat in het gebied wordt gekenmerkt door een gemiddelde jaarlijkse neerslag van 800 mm op de vlakte tot 1 200 mm in de hoge heuvels, en door gemiddelde temperaturen van 14 °C tot 12 °C. In de lage heuvels is sprake van een matig watertekort (tot 350 mm per jaar), dat als een positieve factor voor de kwaliteit van de wijnproductie kan worden beschouwd omdat een bepaalde hoeveelheid waterstress in de zomer de suikerconcentratie en de aanmaak van aromaten in de rijpende druiven bevordert. In de delen die hoger dan 400 meter boven zeeniveau zijn gelegen, vertoont de waterbalans echter een groot overschot. |
De temperatuurprofielen lopen uiteen van 4 500 tot 4 900 graaddagen in de lage heuvels en komen boven de 400 meter uit op minder dan 4 500. De Winkler-index in het gebied heeft een maximum van circa 2 100 in de lager gelegen gebieden. |
Gezien het bovenstaande houden de kenmerken van de wijnen nauw verband met de omgeving, die zich kenmerkt door kalk- en kleibodems, sterke schommelingen in dag- en nachttemperaturen en lichtsterkte en een afwisseling van perioden met voldoende regen en perioden met waterstress. Deze omstandigheden bevorderen de ontwikkeling van de wijnstokken en de rijping van de druiven, en zorgen voor een goede zuurgraad en een goed suikergehalte. Samen met de andere kwalitatieve en organoleptische kenmerken van het pignolettoras is dit vervolgens weer van invloed op de wijnen zelf. |
De combinatie van de wijnstokrassen in de wijngaarden bestaat met name uit het hoofdras, pignoletto, dat al van oudsher in het afgebakende gebied wordt geteeld. Andere gevestigde secundaire druivenrassen in het gebied worden ook voor de productie gebruikt, waaronder pinot bianco, chardonnay, sauvignon, riesling italico en pinot grigio en pinot nero, die door middel van gisting zonder de schil tot witte wijn worden verwerkt. |
8.2. “Colli Bolognesi Pignoletto”, categorie “wijn”, “parelwijn”, “mousserende wijn” en “mousserende kwaliteitswijn”
Historische en menselijke factoren die van belang zijn voor het verband
Ten tijde van het Romeinse rijk werden in het productiegebied van de “Colli Bolognesi Pignoletto”-wijnen de rijen druivenstokken aan levende bomen bevestigd, volgens de gewoonte die door de Etrusken was ingevoerd en vervolgens door de Galliërs verder was ontwikkeld. Er is hard bewijs dat het heuvelachtige land ten zuiden van Bononia (het huidige Bologna) in eigendom was gegeven aan, en werd bewerkt door veteranen van de veldtochten naar alle delen van de bewoonde wereld, zoals blijkt uit oude wijnkruiken die zijn gevonden in de huidige gemeente Valsamoggia.
In een document uit 973 na Christus, waarin de bisschop van Bologna, Alberto, de bisschop van Parma samen met de abdij circa dertig wijngaarden schonk, wordt gesproken over wijnstokken die op de heuvels van Monteveglio werden verbouwd. Bovendien wordt in een aantal biografieën uit de vroege middeleeuwen gesproken over de inspanningen en de inzet van plattelandsmonniken voor de ontwikkeling van de wijnbouw.
In de veertiende eeuw beschreef Pier de’ Crescenzi in het belangrijkste landbouwhandboek uit de middeleeuwen, het “Liber Ruralium commodorum – Boek XII”, de organoleptische kwaliteiten van de witte wijn die in die tijd werd gedronken en bekendstond om zijn aangename karakter en zijn levendige en goudkleurige schuim, waaruit blijkt dat in het verleden parelwijn al een bekende en veel voorkomende wijn was. In de zestiende eeuw vinden we diverse verwijzingen naar de “uve pignole” [pignolettodruiven], die om hun intrinsieke kwaliteiten bekendstonden, en naar de bloeiende handel. Een andere bevestiging van het historische karakter van deze wijn is te vinden in het “Bullettino Ampelografico” uit 1881, waarin staat dat de druiven waarvan Pignolettowijn wordt geproduceerd, in de heuvels ten zuiden van Bologna worden verbouwd. Hun gelijkenis met het huidige pignolettoras is opmerkelijk.
In de loop der jaren droeg de vooruitgang op wetenschappelijk en technologisch gebied bij aan versterking en verbetering van de traditionele technieken voor het maken van “Colli Bolognesi Pignoletto”-wijnen. De ervaring van de mensen die deze heuvels eeuwenlang hadden bebouwd werd gecombineerd met belangrijke ontwikkelingen op het gebied van wijnbouw en landbouwkunde. Zo kozen wijnbouwers voor de spalier-, dubbele cordon- en Guyot-snoeiwijzen, die het meest geschikt bleken om kwaliteitsproducten te leveren. Tot op de dag van vandaag zijn de teeltwijzen, plantafstanden en snoeisystemen traditioneel en gericht op een optimaal en zo rationeel mogelijk gebruik van de wijngaarden, niet alleen om de teelt te vergemakkelijken maar ook om een rationeel loofbeheer te waarborgen. Ook worden de wijnen bereid volgens de procedés die van oudsher in het gebied worden toegepast voor de productie van stille wijnen, parelwijnen of mousserende witte wijnen van de soorten die in het productdossier worden omschreven. Vanuit oenologisch oogpunt heeft het gebied zich altijd gekenmerkt door een grote productie van witte wijnen, die als “parelwijn” in de loop der decennia steeds gangbaarder zijn geworden en van nature goed passen bij een rijke en enigszins vette lokale keuken. In de loop der tijd hebben de technieken zich echter ontwikkeld, wat betekende dat naast de aloude praktijk van een tweede gisting in de fles het gebruik van een moderne tankgisting volgens de Martinotti- of Charmatmethode opkwam. Mede hierdoor zijn de processen voor gistselectie en klaring in de afgelopen decennia doelmatiger geworden, waardoor hun geur is verbeterd en het eindproduct aangenamer is geworden.
8.3. “Colli Bolognesi Pignoletto”, categorie “wijn”
Informatie over de kwaliteit/de kenmerken van het product die rechtstreeks kunnen worden toegewezen aan de geografische oorsprong en het oorzakelijke verband met het geografische gebied.
De chemische en organoleptische kenmerken van de “Colli Bolognesi Pignoletto”, categorie “wijn” houden nauw verband met de omgeving die zich kenmerkt door kleibodems en sterk kalkhoudende bodems, waaraan het product een waarneembare mineraliteit te danken heeft. De niet-mousserende versie wordt hoofdzakelijk verkregen uit wijnen die ten minste 15 jaar oud zijn, met geconcentreerdere druiven en lagere opbrengsten per hectare. De voor deze dalen kenmerkende temperatuurschommelingen resulteren in geprononceerdere geuren, terwijl de verschillen tussen de dag- en nachttemperaturen in de rijpingsperiode en de optimale ligging van wijngaarden de aromatische eigenschappen van de druiven versterken en die druiven bijzonder geschikt maken voor de vorming van de suikers die van invloed zijn op de kenmerken van de wijn. Om de specifieke organoleptische kenmerken van de pignolettodruiven te behouden, worden zowel het persproces als de temperatuur en de duur van de gisting slim beheerst, zodat wijnen kunnen worden geproduceerd die de beschreven kenmerken hebben, en dit in aanvulling op het resultaat van de wisselwerking tussen bovengenoemde omgevingsfactoren en de verschillende menselijke factoren, die worden gevormd door de in de loop der jaren steeds verder ontwikkelde ervaring en kennis van wijnbouwers.
8.4. “Colli Bolognesi Pignoletto”, categorie “parelwijn”, “mousserende wijn” en “mousserende kwaliteitswijn”
Informatie over de kwaliteit/de kenmerken van het product die rechtstreeks kunnen worden toegewezen aan de geografische oorsprong en het oorzakelijke verband met het geografische gebied.
De geografische omgeving en de menselijke factoren die van oudsher van invloed zijn op de intrinsieke oenologische eigenschappen van de druiven en de verwerkingstechnologieën zijn bepalend voor de chemische, fysische en organoleptische kenmerken van de parelwijnen, de mousserende wijnen en de mousserende kwaliteitswijnen.
Dankzij een landklimaat, grind- en leemrijke bodems, goede drainage, met voldoende beschikbaarheid van water en goede verschillen tussen dag- en nachttemperaturen, vooral tijdens de zomer, rijpen de trossen en behouden de druiven hun geur en zuurgraad waaraan de wijnen hun kenmerkende frisheid te danken hebben. Door de kenmerken van zijn bodem en klimaat is dit gebied geschikt voor de productie van druiven met een matig suikergehalte en een aantrekkelijke zuurgraad. Deze wijnen zijn met name afkomstig van jongere en daarom krachtiger wijnstokken op rijke bodems, die vaak minder op het zuiden gericht zijn, en daarom minder gunstig zijn voor volledige rijping van de druiven; dit zorgt voor een hogere zuurgraad, wat ideaal is voor parelwijnen, mousserende wijnen en mousserende kwaliteitswijnen.
Door technologische innovatie heeft de aloude methode van een tweede gisting in de fles, die tot in de vorige eeuw werd toegepast, plaatsgemaakt voor productie in tanks (volgens de Charmat-methode), waarbij wijnen worden bereid met de overdruk die ontstaat door het kooldioxide van de natuurlijke gisting. Bij een tweede gisting kan de parelwijn door gistingsresiduen troebel worden. Recentelijk zagen we een opleving van de tweede gisting, die vaak wordt verkocht als een nieuwe methode, die geavanceerde technologie combineert met de oude tradities van het gebied. Dit bevestigt dat de unieke kenmerken van de wijnen het resultaat zijn van de synergie tussen de specifieke eigenschappen van het druivenras en de menselijke inspanningen en de ervaringen uit het productiegebied, met complexe en aangename wijnen als resultaat.
9. Andere essentiële voorwaarden
Afwijking betreffende de vinificatie en de verwerking in het afgebakende geografische gebied
Rechtskader:
EU-wetgeving
Soort aanvullende voorwaarde:
Afwijking betreffende de productie in het afgebakende geografische gebied
Beschrijving van de voorwaarde:
Overeenkomstig artikel 6, lid 4, punt a) en b), van Verordening (EG) nr. 607/2009 mag de verwerking van “parelwijn”, “mousserende wijn” en “mousserende kwaliteitswijn” in het kader van het wijnbereidingsproces ook buiten het afgebakende productiegebied plaatsvinden in de onmiddellijke nabijheid (de gehele gemeente Bologna) en in de naburige bestuurlijke eenheid (de gehele gemeente Castelvetro di Modena).
Zo wordt rekening gehouden met de traditionele en gevestigde productie door ondernemingen in die gebieden.
Botteling in het afgebakende gebied
Rechtskader:
EU-wetgeving
Soort aanvullende voorwaarde:
Botteling in het afgebakende geografische gebied
Beschrijving van de voorwaarde:
Botteling is tot het afgebakende gebied beperkt om de kwaliteit van wijnen met de BOB “Colli Bolognesi Pignoletto” te beschermen, hun oorsprong te garanderen en de verrichting van tijdige, doelmatige en kostenefficiënte controles te waarborgen.
Gebleken is dat het vervoer en het bottelen buiten het productiegebied de kwaliteit van de “Colli Bolognesi Pignoletto”-wijnen kunnen aantasten omdat zij daarbij blootgesteld kunnen worden aan redoxreacties, plotselinge temperatuurveranderingen en microbiologische besmetting, wat negatieve gevolgen kan hebben voor de fysisch-chemische (minimale totale zuurgraad, minimale suikervrije extract enz.) en organoleptische (kleur, aroma en smaak) kenmerken.
Deze risico’s worden groter naarmate de afgelegde afstand toeneemt.
Wanneer botteling echter binnen het gebied van oorsprong plaatsvindt, en partijen wijn slechts over korte afstanden worden vervoerd of zelfs in het geheel niet worden vervoerd, blijven mede daardoor de kenmerken en de kwaliteit van het product onaangetast.
Deze aspecten, samen met de ervaring en de uitgebreide technische en wetenschappelijke kennis van de bijzondere kwaliteiten van de wijnen die de producenten van de BOB “Colli Bolognesi Pignoletto” in de loop der jaren hebben verworven, maken het mogelijk de wijnen in het gebied van oorsprong te bottelen met de beste technologische voorzorgen, zodat alle fysische, chemische en organoleptische kenmerken van de in het productdossier omschreven wijnen bewaard blijven.
Het bottelen vindt ook in het productiegebied plaats om te zorgen dat het bevoegde orgaan zijn controlerende taken op een zo doeltreffend, doelmatig en kosteneffectief mogelijke manier kan uitvoeren. Deze vereisten kunnen buiten het productiegebied niet in dezelfde mate worden gewaarborgd.
Binnen het productiegebied kan het controlerende orgaan zijn inspecties zodanig plannen dat het op basis van het toepasselijke controleplan op het juiste moment inspectiebezoeken aan alle betrokken ondernemingen brengt wanneer de BOB-wijn “Colli Bolognesi Pignoletto” wordt gebotteld.
Het doel is om stelselmatig te waarborgen dat alleen zendingen van de BOB-wijn “Colli Bolognesi Pignoletto” kunnen worden gebotteld. Zo kunnen controles doeltreffender plaatsvinden, met beperkte kosten voor de producenten, en kunnen de consument maximale garanties worden geboden ten aanzien van de echtheid van de wijn.
Bovendien kunnen bottelaars, op grond van de huidige nationale wetgeving en om reeds bestaande rechten te eerbiedigen, een ontheffing aanvragen die hen toestaat te blijven bottelen in hun gebouwen die buiten het afgebakende gebied zijn gelegen. Daartoe dienen zij de desbetreffende aanvraag in bij het ministerie voor Landbouw, voedsel- en bosbouwbeleid en verstrekken zij de documenten waaruit blijkt dat zij de wijnen hebben gebotteld in ten minste twee van de vijf jaar – niet noodzakelijkerwijs opeenvolgend – die onmiddellijk voorafgingen aan de erkenning van “Colli Bolognesi Pignoletto” als BOB.
Verplichting om de aanduiding “tweede gisting” op te nemen voor “Colli Bolognesi Pignoletto”-parelwijn
Rechtskader:
Nationale wetgeving
Soort aanvullende voorwaarde:
Aanvullende bepalingen betreffende etikettering
Beschrijving van de voorwaarde:
De aanduiding “rifermentazione in bottiglia” [tweede gisting in de fles] is verplicht op het etiket van “Colli Bolognesi Pignoletto” Frizzante [parelwijn] wanneer deze in de fles een tweede gisting ondergaat.
Deze bepaling is in overeenstemming met het nationale recht (artikel 19, lid 1, punt f), van Wet nr. 238 van 12 december 2016), en dient met name om de consument te informeren over de mogelijke troebelheid van de wijn door residuen van gisting in de fles.
Link naar het productdossier
https://www.politicheagricole.it/flex/cm/pages/ServeBLOB.php/L/IT/IDPagina/14865