Home

Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1227/2011 en (EU) 2019/942 ter verbetering van de bescherming van de Unie tegen marktmanipulatie op de groothandelsmarkt voor energie (COM(2023) 147 final)

Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1227/2011 en (EU) 2019/942 ter verbetering van de bescherming van de Unie tegen marktmanipulatie op de groothandelsmarkt voor energie (COM(2023) 147 final)

18.8.2023

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 293/138


Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1227/2011 en (EU) 2019/942 ter verbetering van de bescherming van de Unie tegen marktmanipulatie op de groothandelsmarkt voor energie

(COM(2023) 147 final)

(2023/C 293/20)

Rapporteur:

Alena MASTANTUONO

Corapporteur:

Lutz RIBBE

Raadpleging

Raad van de Europese Unie, 31.3.2023

Europees Parlement: 29.3.2023

Rechtsgrond

Artikel 194, lid 2, en artikel 304 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

Bevoegde afdeling

Afdeling Vervoer, Energie, Infrastructuur en Informatiemaatschappij

Goedkeuring door de afdeling

16.5.2023

Goedkeuring door de voltallige vergadering

14.6.2023

Zitting nr.

579

Stemuitslag

(voor/tegen/onthoudingen)

217/5/5

1. Conclusies en aanbevelingen

1.1.

Zoals het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) in tal van eerdere adviezen kenbaar heeft gemaakt, is het van cruciaal belang om de voorwaarden voor de werking van de energiemarkten te verbeteren en tegelijkertijd marktmanipulatie en andere verschijnselen aan te pakken die de markten verstoren en negatieve gevolgen hebben voor bedrijven, huishoudens en de samenleving als geheel.

1.2.

Tegen deze achtergrond is het EESC ingenomen met de kerndoelstelling van de voorgestelde verordening, te weten versterking van het toezicht op en de transparantie van de groothandelsmarkten voor energie. Het EESC heeft echter ook onderstreept dat aan eventuele initiatieven een grondige discussie en een effectbeoordeling vooraf moeten gaan.

1.3.

Het EESC betreurt dan ook dat voor de voorstellen inzake de opzet van de elektriciteitsmarkt een volledige raadpleging en effectbeoordeling achterwege zijn gelaten. Volgens het EESC mag er geen sprake zijn van overhaaste hervormingen en zijn openbare raadplegingen en effectbeoordelingen waardevolle instrumenten in het wetgevingsproces.

1.4.

In de beschrijving van de beleidscontext van de voorgestelde verordening benadrukt de Commissie de zorgen van consumenten, bedrijven en investeerders over de blootstelling aan volatiele kortetermijnprijzen als gevolg van de hoge gasprijzen. Er ontbreekt echter een deugdelijke analyse van misbruik van marktmacht en marktmanipulatie. In de toekomst zijn voortdurende monitoring en analyse geboden, zodat op goede gronden tijdig passende (regelgevende) maatregelen kunnen worden genomen.

1.5.

Het EESC wijst op het belang van samenwerking tussen autoriteiten bij het opsporen en aanpakken van marktmanipulatie en pleit voor meer samenwerking en informatie-uitwisseling tussen instanties die bevoegd zijn op het gebied van energie, mededinging en financiële regelgeving. Evenzo is het EESC ingenomen met de afstemming van de definities van voorwetenschap en marktmanipulatie op de regels van de financiële markten.

1.6.

Het EESC wijst voorts op het belang van samenwerking tussen nationale en EU-autoriteiten. Er moet worden gezorgd voor een passende en efficiënte taakverdeling tussen de nationale regelgevende instanties en het Agentschap van de Europese Unie voor de samenwerking tussen energieregulators (ACER). De uitbreiding van de bevoegdheden van het ACER moet een afspiegeling zijn van zijn capaciteiten en de voorwaarden waarbinnen het opereert, en tegelijkertijd van zijn grenzen met betrekking tot nationale bevoegdheden, zoals strafrechtelijke aansprakelijkheid. Genoemde uitbreiding mag niet in de plaats komen van duidelijkere en meer geharmoniseerde regels voor het markttoezicht door nationale autoriteiten.

1.7.

Het is belangrijk dat de kwaliteit van de gegevens en de transparantie van de handel wordt verbeterd, maar ook dat de gegevens- en informatieprocessen en -vereisten worden gestroomlijnd om de administratieve lasten tot een minimum te beperken. Terwijl de markt zich ontwikkelt, mogen nieuwe regels geen ontmoedigend effect hebben op nieuwkomers. Wat de nieuwe vereisten inzake algoritmische handel betreft, kan het voorstel een ongelijk speelveld tussen marktdeelnemers in de hele EU in de hand werken, aangezien de periodiciteit van de informatieverplichtingen louter op nationaal niveau moet worden vastgesteld. Het Comité dringt aan op evenredigheid bij de rapportage van gegevens en op de toepassing van het eenmaligheidsbeginsel. De herziening moet leiden tot een transparant en niet-discriminerend systeem, waarbij misbruik van de verzamelde gegevens moet worden voorkomen.

2. Achtergrond en samenvatting

2.1.

De voorgestelde verordening (hierna “het voorstel”) beoogt de EU beter te beschermen tegen marktmanipulatie op de groothandelsmarkt voor energie. Daartoe stelt zij wijzigingen voor van Verordening (EU) nr. 1227/2011 van het Europees Parlement en de Raad (1) (Remit-verordening) en Verordening (EU) 2019/942 van het Europees Parlement en de Raad (2) (ACER-verordening).

2.2.

Het voorstel maakt deel uit van een breder pakket maatregelen dat de Commissie heeft voorgesteld om de opzet van de elektriciteitsmarkt te hervormen, en dat tot doel heeft de groei van hernieuwbare energie te versnellen, consumenten te beschermen tegen prijspieken en manipulatie, en bij te dragen tot het concurrentievermogen van de industrie. Verder is het voorstel via financiële instrumenten gerelateerd aan de wetgeving inzake financiële markten (met name met de verordening marktmisbruik), zoals energiederivaten.

2.3.

Het voorstel legt verplichtingen vast voor zowel marktdeelnemers als autoriteiten. De nadruk ligt op procedures zoals gegevensverzameling en -beheer, rapportage, uitwisseling en openbaarmaking van informatie, alsmede op onderzoeken en sancties. Het stelt ook wijzigingen in de definities voor. Hieronder volgen de belangrijkste suggesties:

de definities van marktmanipulatie en voorwetenschap moeten worden verduidelijkt en aangepast aan de verordening marktmisbruik. De definitie van een groothandelsmarktproduct moet worden uitgebreid tot het plaatsen van handelsorders in derde landen die deelnemen aan de eenvormige day-ahead- en intradaykoppeling van de Unie die tot levering in de Unie kan leiden;

de gegevensverzameling moet worden uitgebreid tot nieuwe balanceringsmarkten en algoritmehandel. De nationale regelgevende instantie moet de bevoegdheid krijgen om van de marktdeelnemer te verlangen dat hij een beschrijving geeft van aspecten zoals zijn strategieën voor algoritmische handel en maatregelen voor naleving en risicobeheersing;

er worden specifieke regels voorgesteld voor het verstrekken van gegevens door LNG-marktdeelnemers aan het ACER, en de verplichtingen van het ACER om dagelijks een lng-prijsraming en een lng-benchmark op te stellen en te publiceren;

voorwetenschap moet via platforms voor voorwetenschap (Inside Information Platforms — IIP’s) aan het ACER worden bekendgemaakt, terwijl de informatie over transacties moet worden verstrekt via geregistreerde rapportagemechanismen (RRM’s). Zowel IIP’s als RRM’s moeten door het ACER worden goedgekeurd;

de nationale autoriteiten en het ACER moeten verplicht zijn regelmatig informatie uit te wisselen over vermoedelijke inbreuken op groothandelsproducten. Er is ook behoefte aan samenwerking tussen verschillende nationale autoriteiten: energieregulators, autoriteiten voor de financiële markten, mededingings- en belastingautoriteiten. Hetzelfde geldt voor het ACER en de Europese Autoriteit voor effecten en markten (ESMA) op EU-niveau. De nationale regelgevende instanties moeten bevoegd zijn om alle groothandelsproducten op hun markten te onderzoeken, ongeacht waar de marktdeelnemer woonachtig of gevestigd is;

voorgesteld wordt de rol van het ACER te versterken voor at betreft het toezicht op en de handhaving van activiteiten die onder de Remit-verordening vallen. Het is de bedoeling dat naar behoren onderzoek wordt gedaan naar vermoedelijke inbreuken door marktdeelnemers die buiten de EU zijn gevestigd, en onderzoeken te coördineren, met name in grensoverschrijdende zaken. Het ACER zou ook de bevoegdheid krijgen om inspecties ter plaatse uit te voeren, bijgestaan door de nationale regelgevende instanties;

verder wordt voorgesteld de op nationaal niveau in te voeren sancties te harmoniseren, met inbegrip van geharmoniseerde boeten voor inbreuken op de Remit-verordening.

3. Algemene opmerkingen

3.1.

Het stemt het EESC tevreden dat zijn oproep tot herziening van Remit door de Europese Commissie is gehoord. De herziening moet leiden tot een kader dat de risico’s van marktmisbruik beperkt door middel van een grotere markttransparantie en een betere kwaliteit van de marktgegevens. Het algemene doel moet zijn: de verstorende effecten op de prijsstelling van mogelijk marktmisbruik en -speculatie te beperken. Tegelijkertijd mogen de mogelijke gevolgen van de marktliquiditeit en de belemmeringen voor de toegang tot de markt voor nieuwe marktdeelnemers niet over het hoofd worden gezien. Duidelijke marktregels zijn noodzakelijk, maar zij moeten de concurrentie versterken en deze niet in weg staan. Energie is geen doorsnee handelswaar, maar vormt een cruciale bouwsteen van ons economisch en sociaal systeem en vertoont zo de kenmerken van een publiek goed. Daarom moet energie voor iedereen toegankelijk zijn.

3.2.

Verscheidene lidstaten hebben markttransparantieplatforms ingevoerd en het Europees netwerk van transmissiesysteembeheerders (ENTSB) beheert een Europees platform. Een systematische analyse en bewustmaking van het publiek van de gegevens die op deze platforms beschikbaar zijn, zouden consumenten en kleinere marktdeelnemers echter in staat stellen onregelmatigheden beter te begrijpen en erop te reageren.

3.3.

Het EESC is ingenomen met de kerndoelstelling van het voorstel om de manipulatie van energiemarkten aan te pakken en hiertegen bescherming te bieden. Daarom acht het EESC het belangrijk om de activiteiten op de markt op transparante wijze efficiënt te monitoren. Het is positief dat de herziening van Remit een aanvulling vormt op de reeks EU-maatregelen tegen verschillende vormen van speculatie op de EU-markt, zoals de maatregelen ter voorkoming van manipulatie waarbij gasopslagfaciliteiten niet worden gevuld. Het EESC steunt het voorstel om de definitie van voor de groothandel bestemde energieproducten uit te breiden tot het plaatsen van handelsorders in derde landen die eventueel aan de EU leveren.

3.4.

Benadrukt zij dat werk en waakzaamheid op nationaal niveau moeten plaatsvinden; de nationale autoriteiten moeten zo veel mogelijk samenwerken met hun tegenhangers in de lidstaten en met Europese regulatoren. Alleen dan kan het werk efficiënt zijn.

3.5.

Het EESC heeft ook onderstreept dat aan eventuele initiatieven een grondige discussie en een effectbeoordeling vooraf moeten gaan (3). Hoewel het EESC beseft dat een dergelijk verzoek de duur van de procedure zou hebben verlengd, onderstreept het de noodzaak van beter wetgeven. Het EESC betreurt dan ook dat voor de voorstellen inzake de opzet van de elektriciteitsmarkt een volledige raadpleging en effectbeoordeling achterwege zijn gelaten. Het neemt nota van het werkdocument van de diensten van de Commissie, maar wijst erop dat dit soort documenten niet dezelfde procedure doorloopt als effectbeoordelingen. In dit verband wordt benadrukt dat nieuwe maatregelen moeten stroken met het evenredigheidsbeginsel en dat de marktdeelnemers niet mogen worden overbelast met de verslaglegging.

4. Specifieke opmerkingen

4.1.

Het EESC is ingenomen met de ontwikkeling van het systeem voor de productie en publicatie van lng-prijsramingen en benchmarks.

4.2.

Het is belangrijk de kwaliteit van de gegevens en de transparantie van de handel te verbeteren, maar ook dat de gegevens- en informatieprocessen en -vereisten worden gestroomlijnd om de administratieve lasten tot een minimum te beperken. Wat de nieuwe vereisten inzake algoritmische handel betreft, kan het voorstel een ongelijk speelveld tussen marktdeelnemers in de hele EU in de hand werken, aangezien de periodiciteit van de informatieverplichtingen een louter nationale aangelegenheid blijft.

4.3.

Het EESC staat achter ruimere samenwerking en informatie-uitwisseling tussen autoriteiten die actief zijn op het gebied van energie, mededinging en financiële regelgeving. Evenzo is het EESC ingenomen met de afstemming van de definities van voorwetenschap en marktmanipulatie op de regels van de financiële markten.

4.4.

Het EESC wijst voorts op het belang van samenwerking tussen nationale en EU-autoriteiten. Tegelijkertijd is het echter van belang te zorgen voor een passende en efficiënte taakverdeling tussen de nationale regelgevende instanties en het ACER. De uitbreiding van de controlebevoegdheden van het ACER geeft aanleiding tot bezorgdheid over zijn vermogen om alle taken uit te voeren, gezien de opgaven waarmee het wordt geconfronteerd om de huidige brede agenda te beheren. De nationale autoriteiten moeten worden versterkt en toegerust met duidelijkere regels. Het ACER moet zich concentreren op zijn rol als coördinator.

4.5.

De bevoegdheid om inspecties ter plaatse uit te voeren en besluiten te nemen over Remit-inbreuken moet op nationaal niveau blijven, aangezien de vaststelling van de voorwaarden voor strafrechtelijke aansprakelijkheid uiteindelijk de exclusieve bevoegdheid van de lidstaten is.

4.6.

Het EESC is het ermee eens dat sancties doeltreffend, afschrikkend en evenredig moeten zijn. In dit verband merkt het Comité op dat de voorgestelde boeten voor rechtspersonen en natuurlijke personen zeer hoog zijn.

Brussel, 14 juni 2023.

De voorzitter van het Europees Economisch en Sociaal Comité

Oliver RÖPKE


(1) Verordening (EU) nr. 1227/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de integriteit en transparantie van de groothandelsmarkt voor energie (PB L 326 van 8.12.2011, blz. 1).

(2) Verordening (EU) 2019/942 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juni 2019 tot oprichting van een Agentschap van de Europese Unie voor de samenwerking tussen energieregulators (PB L 158 van 14.6.2019, blz. 22).

(3) Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over de mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s — Kortetermijnmaatregelen op de energiemarkt en verbeteringen op lange termijn in de opzet van de elektriciteitsmarkt — een gedragslijn (COM(2022) 236 final) (PB C 75 van 28.2.2023, blz. 185).