Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 15447/22 INIT; ST 15447/22 ADD 1) van 15 december 2022 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Hongarije
Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 15447/22 INIT; ST 15447/22 ADD 1) van 15 december 2022 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Hongarije
UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD
Brussel, 1.12.2023 |
COM(2023) 748 final/2 |
2023/0431(NLE) |
Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 15447/22 INIT; ST 15447/22 ADD 1) van 15 december 2022 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Hongarije |
{SWD(2023) 384 final} |
2023/0431 (NLE) |
Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 15447/22 INIT; ST 15447/22 ADD 1) van 15 december 2022 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Hongarije |
UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD
tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 15447/22 INIT; ST 15447/22 ADD 1) van 15 december 2022 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Hongarije
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de herstel- en veerkrachtfaciliteit 1 , en met name artikel 20, lid 1,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
Nadat Hongarije op 11 mei 2021 zijn nationale herstel- en veerkrachtplan had ingediend, heeft de Commissie de Raad een voorstel voor een positieve beoordeling voorgelegd. De Raad heeft de positieve beoordeling goedgekeurd door middel van het uitvoeringsbesluit van 15 december 2022 2 .
Overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241 moet de maximale financiële bijdrage voor niet-terugbetaalbare financiële steun van elke lidstaat uiterlijk op 30 juni 2022 worden bijgewerkt aan de hand van de daarin vastgestelde methode. Op 30 juni 2022 heeft de Commissie de bijgewerkte resultaten van die update aan het Europees Parlement en de Raad voorgelegd.
Op 31 augustus 2023 heeft Hongarije bij de Commissie een gewijzigd nationaal herstel- en veerkrachtplan ingediend, met inbegrip van een REPowerEU-hoofdstuk overeenkomstig artikel 21 quater van Verordening (EU) 2021/241.
Het gewijzigde nationaal herstel- en veerkrachtplan omvat ook een met redenen omkleed verzoek aan de Commissie om het uitvoeringsbesluit van de Raad overeenkomstig artikel 21, lid 1, van Verordening (EU) 2021/241 te wijzigen, aangezien het herstel- en veerkrachtplan als gevolg van objectieve omstandigheden gedeeltelijk niet meer haalbaar is. De door Hongarije ingediende wijzigingen van het herstel- en veerkrachtplan hebben betrekking op 19 maatregelen.
Op 14 juli 2023 heeft de Raad in het kader van het Europees Semester aanbevelingen gericht tot Hongarije. In het bijzonder heeft de Raad Hongarije aanbevolen macro-economisch beleid doeltreffend te coördineren, tarief- en renteplafonds uit te faseren, huisvestingssteun specifiek te richten op huishoudens met lage inkomens, het belastingkader te versterken, de toegang tot de arbeidsmarkt voor achtergestelde groepen te verbeteren, de adequaatheid van sociale bijstand te verbeteren, een doeltreffende maatschappelijke dialoog te waarborgen, en het regelgevingskader en de mededinging op het gebied van de dienstverlening te verbeteren. Ook heeft de Raad aanbevolen de algemene afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te verminderen door het gebruik van hernieuwbare energiebronnen te versnellen, subsidies voor fossiele brandstoffen uit te faseren, de balancerings- en prijsstellingsregels van de energiemarkt te hervormen, en de elektriciteitsinfrastructuur te moderniseren. Ook heeft de Raad Hongarije aanbevolen de invoer van fossiele brandstoffen te diversifiëren en de energie-efficiëntie te verbeteren, met name in gebouwen. De Raad heeft aanbevolen het huidige systeem van gereguleerde energieprijzen aan te passen om energiebesparingen aan te moedigen en tegelijkertijd gerichte steun te bieden aan huishoudens met lage inkomens. De aanbevelingen omvatten ook het opvoeren van de beleidsinspanningen die gericht zijn op het aanbieden en verwerven van de vaardigheden die nodig zijn voor de groene transitie.
De indiening van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan volgde op een in overeenstemming met het nationale rechtskader uitgevoerd proces van raadpleging van lokale en regionale autoriteiten, sociale partners, maatschappelijke organisaties, jongerenorganisaties en andere relevante belanghebbenden. De samenvatting van de raadplegingen is samen met het gewijzigde nationale herstel- en veerkrachtplan ingediend. Krachtens artikel 19 van Verordening (EU) 2021/241 heeft de Commissie de relevantie, doeltreffendheid, efficiëntie en samenhang van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan beoordeeld in overeenstemming met de in bijlage V bij die verordening opgenomen beoordelingsrichtsnoeren.
Leningverzoek op basis van artikel 14, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241
Het door Hongarije ingediende gewijzigde herstel- en veerkrachtplan bevat een aanvraag voor steun in de vorm van leningen ter ondersteuning van één aanvullende maatregel. De maatregel zal naar verwachting bijdragen tot het aanpakken van de uitdagingen in verband met de arbeidsmarkt en de herintegratie op de arbeidsmarkt van ouders met kleine kinderen bevorderen.
In het bijzonder heeft Hongarije verzocht om steun in de vorm van leningen om een nieuwe investering onder component 1 uit te voeren. Investering 5 (Creatie van extra nieuwe plaatsen in crèches) onder component 1 (Demografie en openbaar onderwijs) betreft het beter toegankelijk maken van onderwijsdiensten voor jonge kinderen, door de creatie van 519 nieuwe plaatsen in crèches bovenop de in het kader van het herstel- en veerkrachtplan te creëren nieuwe plaatsen in crèches met gebruikmaking van de niet-terugbetaalbare steun. De maatregel zorgt voor een verbetering van het ambitieniveau van investering 4 (Creatie van nieuwe plaatsen in crèches) onder component 1 (Demografie en openbaar onderwijs).
Wijzigingen op basis van artikel 21 van Verordening (EU) 2021/241
De wijzigingen van het herstel- en veerkrachtplan die Hongarije op grond van objectieve omstandigheden heeft ingediend, hebben betrekking op 19 maatregelen.
Hongarije heeft uitgelegd dat twee maatregelen vanwege de hoge inflatie niet langer volledig haalbaar of gedeeltelijk niet meer haalbaar zijn zoals beoogd in het herstel- en veerkrachtplan. Dit betreft respectievelijk mijlpalen 68, 69, 70 en 71 van investering 1 (Bouw van de belangrijkste watervervangingssystemen, ontwikkeling van nieuwe netwerken en systemen) onder component 4 (Waterbeheer) en de verlaging van streefdoelen met volgnummer 119 en 120, evenals einddoel 121 van investering 2 (Steun voor het gebruik van zonnepanelen voor woningen en modernisering van de verwarming) onder component 6 (Energie – groene transitie). Op basis hiervan heeft Hongarije verzocht de investeringsbeschrijving en mijlpalen van investering 1 (Bouw van de belangrijkste watervervangingssystemen, ontwikkeling van nieuwe netwerken en systemen) onder component 4 (Waterbeheer) en het vereiste uitvoeringsniveau van streefdoelen 119, 120 en 121 te verlagen. Het uitvoeringsbesluit van de Raad moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.
Hongarije heeft uitgelegd dat vier maatregelen gedeeltelijk niet meer haalbaar zijn vanwege technische problemen tijdens de uitvoering, die samenhingen met vertragingen en capaciteitstekorten en de toegenomen vraag naar elektrificatie. Dit betreft het uitstel van mijlpalen 80 en 81, de verlaging en aanpassing van streefdoelen 81 en 82, de verlaging van streefdoel 83 en de aanpassing van de maatregelbeschrijving van investering 1 (Capaciteitsopbouw van het voorstadsspoorwegnet) onder component 5 (Duurzaam groen vervoer); het uitstel van mijlpaal 87 en streefdoel 90 van investering 2 (Overschakeling van congestie van het spoorwegnet op de TEN-T-spoorcorridor) onder component 5; het uitstel van mijlpaal 91 in het kader van investering 3 (Ontwikkeling van emissievrij busvervoer) onder component 5; het uitstel van mijlpaal 94 en de verlaging van streefdoel 95 in het kader van investering 4 (Invoering van centraal verkeersbeheer op TEN-T-spoorwegen) onder component 5. Hongarije heeft ook uitgelegd dat één aanvullende maatregel gedeeltelijk niet meer haalbaar is vanwege technische problemen in verband met de technische onhaalbaarheid en vertragingen bij IT-ontwikkelingen. Dit betreft mijlpaal 243 van hervorming 29 (Uitbreiding van het systeem voor automatische administratieve besluitvorming met het oog op meer efficiëntie, transparantie en vermindering van het risico op onregelmatigheden) onder component 9 (Governance en openbaar bestuur). Op basis hiervan heeft Hongarije verzocht de beschrijving van de bovengenoemde maatregelen en de bovengenoemde mijlpalen en streefdoelen te wijzigen. Het uitvoeringsbesluit van de Raad moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.
Hongarije heeft uitgelegd dat één maatregel niet langer volledig haalbaar is vanwege verstoringen in de toeleveringsketen naar aanleiding van de Russische aanvalsoorlog in Oekraïne. Dit betreft de schrapping van mijlpalen 137 en 138 van investering 1 (Versterking van een slimme, innovatieve en duurzame afvalbeheerindustrie en de markt voor secundaire grondstoffen) onder component 7 (Transitie naar een circulaire economie). Op basis hiervan heeft Hongarije verzocht de beschrijving van de bovengenoemde maatregel en van de bovengenoemde mijlpalen te schrappen. Het uitvoeringsbesluit van de Raad moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.
Hongarije heeft uitgelegd dat één maatregel niet langer volledig haalbaar is vanwege de ontoereikende vraag. Dit betreft respectievelijk mijlpalen 122 en 123 en streefdoelen 124 en 125 van investering 3 (Installatie van energieopslagfaciliteiten voor de transmissiesysteembeheerder en distributiesysteembeheerders) onder component 6 (Energie – groene transitie). Op basis hiervan heeft Hongarije verzocht de bovengenoemde investeringsbeschrijving, mijlpalen en streefdoelen te schrappen. Het uitvoeringsbesluit van de Raad moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.
Hongarije heeft uitgelegd dat drie maatregelen zijn gewijzigd om betere alternatieven uit te voeren, om zo de oorspronkelijke ambitie van de maatregel te bereiken. Dit betreft mijlpalen 97 en 98 van hervorming 1 (Invoering van één nationaal tarief-, ticket- en reizigersinformatiesysteem voor bus en trein door de nationale autoriteit voor openbaar vervoer) onder component 5 (Duurzaam groen vervoer), mijlpaal 99 en de beschrijving van hervorming 1 (Omzetting van elektriciteitsregulering) onder component 6 (Energie – groene transitie), alsook mijlpalen 127, 128 en 129 van investering 4 onder component 6. Op basis hiervan heeft Hongarije verzocht de bovengenoemde mijlpalen en streefdoelen te wijzigen. Het uitvoeringsbesluit van de Raad moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.
Voorts heeft Hongarije verzocht om de resterende middelen die zijn vrijgekomen als gevolg van de schrapping van de maatregelen op grond van artikel 21 van Verordening (EU) 2021/241 te gebruiken om de toegenomen kosten van twee maatregelen te compenseren, het ambitieniveau van drie maatregelen te verbeteren en drie nieuwe maatregelen op te nemen. Dit betreft streefdoel 25 van investering 4 (Creatie van nieuwe plaatsen in crèches) onder component 1 (Demografie en openbaar onderwijs); mijlpalen 72, 73 en 74 van investering 2 (Invoering van een monitoringsysteem) onder component 4 (Waterbeheer); streefdoel 95 in het kader van investering 4 (Invoering van centraal verkeersbeheer op TEN-T-spoorwegen) onder component 5 (Duurzaam groen vervoer); nieuwe investering 5 (Ontwikkeling van het tram- en trolleybussysteem van Boedapest) onder component 5; streefdoel 117 van investering 1 (Klassieke en slimme netontwikkeling voor de transmissiesysteembeheerder en distributiesysteembeheerders) onder component 6 (Energie – groene transitie); nieuwe mijlpalen 369 en 370, streefdoel 371 van investering 6 (Investeringen in de energie-efficiëntie van openbare gebouwen) onder component 6; nieuwe investering 2 (Ontwikkeling van een slimme afvalinzamelingsinfrastructuur voor gescheiden inzameling en daarmee samenhangende emissievrije inzamelingsvoertuigen) onder component 7 (Transitie naar een circulaire economie).
Hongarije heeft verzocht om één aanvullende hervorming 2 op te nemen (Bewustmaking) onder component 7 (Transitie naar een circulaire economie). De hervorming omvat de goedkeuring van een nationaal actieplan inzake communicatie en van een communicatiestrategie. Op basis hiervan heeft Hongarije verzocht de bovengenoemde maatregel toe te voegen aan het plan. Het uitvoeringsbesluit van de Raad moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.
De Commissie is van oordeel dat de door Hongarije aangevoerde redenen de actualisering overeenkomstig artikel 21, lid 2, van die verordening rechtvaardigen.
De spreiding van de mijlpalen en streefdoelen in tranches moet worden gewijzigd om rekening te houden met de nieuwe toewijzing, de wijzigingen in het plan en het voorlopige tijdschema dat Hongarije. heeft gepresenteerd.
Correctie van schrijffouten
In de tekst van het uitvoeringsbesluit van de Raad zijn zeven schrijffouten vastgesteld. Het uitvoeringsbesluit van de Raad moet worden gewijzigd om de schrijffouten te corrigeren die niet overeenstemmen met de inhoud van het herstel- en veerkrachtplan dat op 3 november 2022 bij de Commissie is ingediend, zoals overeengekomen tussen de Commissie en Hongarije. Deze schrijffouten hebben betrekking op streefdoel 45 van investering 4 (Infrastructuur voor beroepsonderwijs en -opleiding voor de 21e eeuw) onder component 2 (Hooggekwalificeerde, concurrerende werknemers); streefdoel 60 van investering 3 (Bevordering van werkgelegenheid en ontwikkeling van vaardigheden op basis van specifieke lokale kenmerken) onder component 3 (Inhaalnederzettingen); hervorming 1 (Bewustmaking) onder component 4 (Waterbeheer); streefdoel 146 van investering 1 (Ontwikkeling van de voorwaarden voor gezondheidszorg in de 21e eeuw) onder component 8 (Gezondheid); hervorming 1 (Oprichting van een integriteitsautoriteit ter versterking van de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie, alsmede andere onrechtmatigheden en onregelmatigheden in verband met de uitvoering van steun van de Unie in Hongarije) en hervorming 3 (Invoering van een specifieke procedure voor bijzondere misdrijven in verband met de uitoefening van openbaar gezag of het beheer van openbare eigendommen [“rechterlijke toetsing”]) onder component 9 (Governance en openbaar bestuur), en mijlpalen 231, 232 en 233 van hervorming 26 (Verbetering van de transparantie en de toegang tot overheidsinformatie) onder component 9 (Governance en openbaar bestuur). Deze correcties hebben geen gevolgen voor de uitvoering van de betrokken maatregelen.
Het REPowerEU-hoofdstuk op basis van artikel 21 quater van Verordening 2021/241
Het REPowerEU-hoofdstuk bevat 13 nieuwe hervormingen en 16 nieuwe investeringen. Het REPowerEU-hoofdstuk bevat opgeschaalde maatregelen die van invloed zijn op twee maatregelen onder component 6 (Energie – groene transitie). De opgeschaalde maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk zorgen voor een aanzienlijke verbetering van het ambitieniveau van de maatregelen die al in het herstel- en veerkrachtplan zijn opgenomen.
De energiearmoede wordt aangepakt door een hervorming die gericht is op het tot stand brengen van een gelijk speelveld voor het aanvragen van door de EU-gefinancierde steunregelingen ter verbetering van de energie-efficiëntie in woningen (C10.R12: Ondersteuning van aanvragen door mogelijke begunstigden voor door de EU gefinancierde steunregelingen ter verbetering van de energie-efficiëntie van woningen) en door een investering ter verbetering van de energie-efficiëntie in woningen (C10.I13: Totstandbrenging van een financieel instrument om de energie-efficiëntie van woningen te verbeteren en de energiearmoede aan te pakken).
Het REPowerEU-hoofdstuk bevat hervormingen en investeringen die tot doel hebben energie uit hernieuwbare energiebronnen in het Hongaarse elektriciteitssysteem te integreren en het elektriciteitssysteem te versterken. Dit betreft de opgeschaalde investeringen in de ontwikkeling van het elektriciteitsnet en de verspreiding van slimme meters, die deel uitmaken van een overkoepelende investering in de ontwikkeling van het net (C10.I1: Ontwikkeling en digitalisering van het elektriciteitsnet); en de nieuwe investeringen op het gebied van de digitaliseringsactiviteiten door de systeembeheerders, verbetering van de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen om betere ramingen van de energieproductie mogelijk te maken (C10.I1: Ontwikkeling en digitalisering van het elektriciteitsnet) en digitaliseringsactiviteiten in de energiesector (C10.I5: Digitalisering van energiebedrijven). Hervormingen op dit gebied omvatten maatregelen die tot doel hebben de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van procedures voor aansluiting op het net te verbeteren voor hernieuwbare energiebronnen, in het bijzonder de toezegging om vergunningen voor aansluiting op het net (12 000 MW) te verlenen aan weersafhankelijke hernieuwbare-energiecentrales (C10.R1: Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de procedure voor aansluiting op het net) en ontwikkeling van een gestandaardiseerde aanpak voor aansluitingsaanvragen door distributiesysteembeheerders (C10.R1: Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de procedure voor aansluiting op het net); uitbreiding van het gebruik van slimme meters om de technologie beter te benutten (C10.R3: Aanpassing van de wetgeving inzake slimme meters); totstandbrenging van een omvattend regelgevingskader voor energieopslag (C10.R8: Wettelijke stimulansen voor energieopslag); waarborgen dat transmissie- en distributietarieven niet discriminerend zijn en een weerspiegeling van de kosten vormen (C10.R2: Bepaling van netwerktarieven). Tot de hervormingen behoren ook de herziening van de wetgeving inzake energiegemeenschappen om hun ontwikkeling en deelname aan activiteiten zoals collectieve productie en collectief verbruik te stimuleren (C10.R7: Uitbreiding van energiegemeenschappen); doorvoering van aanpassingen in wetgeving en beleid om de markttoegang en dienstenontwikkeling van aggregators te verbeteren (C10.R4: Versterking van de rol van aggregators); aanpassing van het kader om de markt open te stellen voor nieuwe spelers aan de aanbodzijde op de wettelijke reservemarkt (C10.R6: Vernieuwing van de productstructuur van wettelijke reservemarkten om de markttoetreding voor nieuwe typen flexibiliteit te bevorderen); invoering van dynamische prijsstelling op de detailhandelsmarkt (C10.R5: Breder gebruik van dynamische prijsstelling in overeenkomsten voor de inkoop van elektriciteit).
Het REPowerEU-hoofdstuk bevat diverse maatregelen om het potentieel van hernieuwbare energie in Hongarije te vergroten. Deze betreffen de hervorming in verband met de herziening van het regelgevingskader (C10.R11: Verbetering van het regelgevingskader voor geothermische energie) en twee investeringen om de exploratie en het gebruik van geothermische energie te bevorderen (C10.I11: Bevordering van de exploratie van geothermische energie; C10.I16: Totstandbrenging van een financieel instrument om de exploratie en exploitatie van geothermische energie te bevorderen); aanpassing van het rechtskader om de ontwikkeling van een ecosysteem voor hernieuwbare waterstof aan te moedigen (C10.R9: Totstandbrenging van een rechtskader voor hernieuwbare waterstof en de investering ter ondersteuning van de productie en het gebruik van hernieuwbare waterstof (C10.I6: Investeringen in waterstof); ontwikkeling van een strategie en actieplan om de duurzame productie van biogas en biomethaan te bevorderen (C10.R10: Ontwikkeling van een strategie en actieplan voor biogas en biomethaan).
Nieuwe investeringen dragen ook bij tot de decarbonisatie en hernieuwbare- energieproductie van de Hongaarse economie. Deze betreffen de decarbonisatie van industrie-, wetenschaps-, technologie- en logistieke parken (C10.I2: Vergroening van industrie-, wetenschaps-, technologie- en logistieke parken); ondersteuning van de upstream-markt voor de vervaardiging van producten en levering van diensten die bijdragen aan de groene transitie (C10.I3: Uitbreiding van de productiecapaciteit van de groene economie); en de decarbonisatie van industriële processen (C10.I4: Toepassing van groene technologieën voor de decarbonisatie van de industrie).
Andere nieuwe maatregelen dragen bij tot het verbeteren van de energie-efficiëntie. Deze betreffen steun voor de verbetering van de energie-efficiëntie van openbare gebouwen (C10.I8: Investeringen in de energie-efficiëntie van openbare gebouwen) alsook het ontwikkelen van financiële instrumenten ter ondersteuning van investeringen in energie-efficiëntie door bedrijven (C10.I12: Totstandbrenging van een financieel instrument om de energie-efficiëntie van bedrijven te verbeteren) en verbeteringen van de energie-efficiëntie van woningen (C10.I13: Totstandbrenging van een financieel instrument om de energie-efficiëntie van woningen te verbeteren en de energiearmoede aan te pakken). Dankzij de hervorming op dit gebied komen mogelijke begunstigden in aanmerking voor technische bijstand bij het voorbereiden van aanvragen voor met EU-middelen gefinancierde steunregelingen ter verbetering van de energie-efficiëntie (C10.R12: Ondersteuning van aanvragen van mogelijke begunstigden voor met EU-middelen gefinancierde steunregelingen ter verbetering van de energie-efficiëntie van woningen).
Andere nieuwe investeringen hebben tot doel het vervoer koolstofarm te maken. Deze betreffen de elektrificatie van een spoorwegtraject en de ontwikkeling van de capaciteit van het elektriciteitsnet van de spoorwegen door de bouw of wederopbouw van onderstations (C10.I9: Elektrificatie van spoorwegtrajecten); ontwikkeling van financiële instrumenten om de elektromobiliteitssector te stimuleren door de laadinfrastructuur voor elektrische voertuigen te ontwikkelen (C10.I14: Ontwikkeling van een financieel instrument om de uitrol van laadstations voor elektrische voertuigen te bevorderen); aanmoediging van het gebruik van elektrische voertuigen door burgers en bedrijven via subsidies en de totstandbrenging van een financieel instrument (C10.I10: Het gebruik van elektrische voertuigen met een accu stimuleren); (C10.I15: Totstandbrenging van een financieel instrument om de aanschaf van elektrische voertuigen met een accu door aanbieders van bedrijfswagenparken te ondersteunen); investeringen in waterstofmobiliteit (C10.I6: Investeringen in waterstof). De hervorming met betrekking tot het ecosysteem voor waterstof zal naar verwachting de voorwaarden creëren voor het gebruik van waterstof voor vervoersdoeleinden (C10.R9: Totstandbrenging van een rechtskader voor hernieuwbare waterstof).
Het REPowerEU-hoofdstuk bevat nieuwe maatregelen om groene vaardigheden te ontwikkelen. Deze betreffen de hervorming om te komen tot een nationale strategie inzake voor de groene transitie vereiste vaardigheden en een actieplan voor de uitvoering ervan (C10.R13: Nationale strategie voor de ontwikkeling van groene vaardigheden) evenals de investering om de beroepsbevolking te ondersteunen bij het verwerven van groene vaardigheden (C10.I7: Versterking van de menselijke middelen in de groene economie) en de verbetering van diensten die vereist zijn voor activiteiten die bijdragen aan mitigatie van de klimaatverandering (C10.I3: Uitbreiding van de productiecapaciteit van de groene economie).
De Commissie heeft het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk beoordeeld aan de hand van de criteria van artikel 19, lid 3, van Verordening 2021/241.
Evenwichtige respons die bijdraagt aan de zes pijlers
Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt a), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.1 van bijlage V daarbij vormt het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk in hoge mate (score A) een alomvattende en voldoende evenwichtige respons op de economische en sociale situatie en draagt het zodoende bij aan elk van de zes in artikel 3 van die verordening bedoelde pijlers, daarbij rekening houdend met de specifieke uitdagingen van en de financiële toewijzing aan de betrokken lidstaat.
Ook in het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk wordt ruim aandacht besteed aan de zes pijlers die het toepassingsgebied van de faciliteit vormen: i) groene transitie, ii) digitale transformatie, iii) slimme, duurzame en inclusieve groei, iv) sociale en territoriale cohesie, v) gezondheid en economische, sociale en institutionele veerkracht, en vi) beleid voor de volgende generatie. De hoofddoelstellingen van het plan zijn ongewijzigd en zijn erop gericht het groeipotentieel, het scheppen van banen, en de economische, sociale en institutionele veerkracht van Hongarije te verbeteren, waardoor het land uiteindelijk naar verwachting minder kwetsbaar zal worden voor schokken.
Het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk bevat verdere maatregelen om de pijler van de groene transitie te ondersteunen, met name via het gebruik van hernieuwbare energiebronnen, elektrificatie door de ontwikkeling van energienetten, verbetering van de energie-efficiëntie in zowel openbare gebouwen als woningen, uitbreiding van alternatieve mobiliteit, en de ontwikkeling van groene vaardigheden. Het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan bevat verdere maatregelen om de digitale transitie te ondersteunen, met name de ontwikkeling van digitale vaardigheden, de digitalisering van overheidsdiensten, en de invoering van één nationaal tarief-, ticket- en reizigersinformatiesysteem op basis van digitale technologieën.
Bovendien bevat het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan maatregelen om de sociale en territoriale cohesie te bevorderen, met name via de ontwikkeling van voorstads- en regionale spoorwegnetten teneinde de sociale mobiliteit te vergroten, vooral in regio’s met een ontwikkelingsachterstand, en steun voor energiearme huishoudens. Het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan bevat verdere maatregelen om beleid voor de volgende generatie te bespoedigen en de gelijkheid van mannen en vrouwen te waarborgen, met name via investeringen in bij- en omscholing op het gebied van groene vaardigheden, en de creatie van aanvullende plaatsen in crèches teneinde de toegang van vrouwen tot de arbeidsmarkt te verbeteren en de arbeidskloof te verkleinen.
Aanpakken van alle of een significant deel van de in de landspecifieke aanbevelingen vastgestelde uitdagingen
Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt b), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.2 van bijlage V daarbij zal het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk naar verwachting bijdragen tot een doeltreffende aanpak van alle of een significant deel van de uitdagingen (score A) die zijn vastgesteld in de tot Hongarije gerichte landspecifieke aanbevelingen, met inbegrip van de begrotingsaspecten daarvan en de aanbevelingen overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EU) nr. 1176/2011, of uitdagingen die zijn vastgesteld in andere relevante documenten die de Commissie in het kader van het Europees Semester officieel heeft goedgekeurd.
In het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk wordt met name rekening gehouden met de landspecifieke aanbevelingen die formeel zijn vastgesteld door de Raad voorafgaand aan de beoordeling van het gewijzigde plan door de Commissie. Aangezien de omvang van het plan is toegenomen na een aanvullend verzoek om leningen die niet uitsluitend voor REPowerEU-doelstellingen zal worden gebruikt, zijn alle structurele aanbevelingen voor 2022 en 2023 in aanmerking genomen in de algemene beoordeling. Om steun via leningen wordt vrijwel uitsluitend verzocht voor maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk, en derhalve richt de beoordeling zich op de energiegerelateerde aanbevelingen uit 2023. Het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan voert wijzigingen door in een beperkt aantal investeringen op grond van artikel 21 van Verordening (EU) 2021/241. Deze wijzigingen zijn niet van invloed op het algemene ambitieniveau van het plan als het gaat om het aanpakken van alle of een significant deel van de in de landspecifieke aanbevelingen vastgestelde uitdagingen.
Na de voortgang bij de uitvoering van alle relevante landspecifieke aanbevelingen in het kader van het Europees Semester 2023 te hebben beoordeeld, stelt de Commissie vast dat aanzienlijke vooruitgang is geboekt bij het beschikbaar stellen van liquiditeit aan kleine en middelgrote ondernemingen (landspecifieke aanbeveling 2020 3.1) en het bevorderen van particuliere investeringen (landspecifieke aanbeveling 2020 3.3).
Het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk, omvat uitgebreide hervormingen en investeringen die elkaar versterken en die bijdragen tot een doeltreffende aanpak van alle of een significant deel van de economische en sociale uitdagingen die zijn uiteengezet in de landspecifieke aanbevelingen die de Raad in het kader van het Europees Semester tot Hongarije heeft gericht, met name met betrekking tot de groene en digitale transitie, energie, onderwijs, de arbeidsmarkt, sociaal beleid, gezondheidszorg, het kader voor corruptiebestrijding, de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht, concurrentie bij overheidsopdrachten, de kwaliteit en transparantie van de besluitvorming, belastingheffing en agressieve fiscale planning, en het pensioenstelsel. Door de bovengenoemde uitdagingen aan te pakken, zal het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan naar verwachting ook bijdragen tot het corrigeren van de onevenwichtigheden die Hongarije ervaart, zoals vastgesteld in de aanbevelingen op grond van artikel 6 van Verordening (EU) nr. 1176/2011 in 2023, die met name verband houden met een zeer hoge prijsdruk en behoeften aan externe en overheidsfinanciering.
De wijzigingen in het herstel- en veerkrachtplan van Hongarije laten de uitkomst van de vorige beoordeling onverlet dat het herstel- en veerkrachtplan bijdraagt tot het op doeltreffende wijze aanpakken van alle of een significant deel van de in 2019, 2020 en 2022 tot Hongarije gerichte landspecifieke aanbevelingen. In het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan schrapt of verlaagt Hongarije de ambitie van een beperkt aantal investeringen, maar compenseert deze verlaging door nieuwe investeringen toe te voegen en bestaande investeringen op te schalen. Het ambitieniveau met betrekking tot de aanbeveling inzake water- en afvalbeheer wordt verlaagd. De algemene ambitie van het plan blijft echter gehandhaafd. Met veel van de nieuwe maatregelen worden de landspecifieke en voornamelijk energiegerelateerde aanbevelingen die reeds deels waren uitgewerkt in het bestaande herstel- en veerkrachtplan, verder aangepakt. De nieuwe maatregelen pakken de energiegerelateerde landspecifieke aanbevelingen uit 2023 aan.
Het REPowerEU-hoofdstuk versterkt de ambitie van het plan voor wat de meeste relevante landspecifieke aanbevelingen op het gebied van energie betreft (landspecifieke aanbeveling 2022.6, landspecifieke aanbeveling 2023.4), met name om de algemene afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te verminderen, het gebruik van hernieuwbare energiebronnen te versnellen, de balancering op de energiemarkt te hervormen, de elektriciteitsinfrastructuur te moderniseren, de energie-efficiëntie in gebouwen te verbeteren, het huidige systeem van gereguleerde energieprijzen aan te passen en beleidsinspanningen op te voeren die gericht zijn op het bijbrengen en verwerven van de voor de groene transitie vereiste vaardigheden. Het REPowerEU-hoofdstuk bevat diverse hervormingen bovenop de hervormingen die reeds in het herstel- en veerkrachtplan zijn opgenomen om het gebruik van hernieuwbare energiebronnen verder te versnellen, met name door de vergunningsprocedures te stroomlijnen (landspecifieke aanbeveling 2022 6.2 en landspecifieke aanbeveling 2023 4.2). Deze hervormingen hebben betrekking op de vernieuwing van de productstructuur van wettelijke reservemarkten, wettelijke stimulansen voor energieopslag, totstandbrenging van een rechtskader voor waterstof, harmonisering van de procedure voor aansluiting op het elektriciteitsnet, en verbetering van het regelgevingskader voor geothermische energie. Investeringen in het REPowerEU-hoofdstuk dragen ook bij tot het gebruik van hernieuwbare energiebronnen, zoals de vergroening van industrieparken voor energiedoeleinden, waterstof en de exploratie van geothermische energie.
Het REPowerEU-hoofdstuk bevat daarnaast ook investeringen in de ontwikkeling van het elektriciteitsnet, hetgeen de ambitie van de bestaande maatregel in het herstel- en veerkrachtplan versterkt, en energiedigitalisering om de zekerheid van de elektriciteitsvoorziening te verbeteren. Beide investeringen dragen bij tot een verdere aanpak van de uitdaging in verband met de modernisering van de elektriciteitsinfrastructuur (landspecifieke aanbeveling 2022 6.3 en landspecifieke aanbeveling 2023 4.5). Verscheidene investeringen in dit hoofdstuk verbeteren de energie-efficiëntie van gebouwen (landspecifieke aanbeveling 2022 6.5 en landspecifieke aanbeveling 2023 4.7) en vormen een aanvulling op de maatregelen in de andere componenten van het plan. Deze aanvullende maatregelen omvatten een subsidieprogramma om de energie-efficiëntie van woningen, openbare gebouwen en bedrijfspanden te verbeteren. Het REPowerEU-hoofdstuk bestaat uit investeringen in de elektrificatie van het spoor en subsidies om het gebruik van elektrische voertuigen en laadstations door burgers en bedrijven te stimuleren. Deze investeringen dragen bij tot een verdere aanpak van de uitdaging in verband met de verbetering van de duurzaamheid van het vervoer (landspecifieke aanbeveling 2022 6.6). Het hoofdstuk bevat hervormingen en investeringen in de opleiding, bijscholing en herscholing van de beroepsbevolking om groene vaardigheden te verwerven, die bijdragen tot het aanpakken van de relevante landspecifieke aanbevelingen (landspecifieke aanbeveling 2022 5.3 en landspecifieke aanbeveling 2023 4.9).
Het gewijzigde plan versterkt de ambitie van een reeds bestaande maatregel in het goedgekeurde herstel- en veerkrachtplan betreffende de creatie van nieuwe plaatsen in crèches. Deze maatregel moet bijdragen aan het aanpakken van de landspecifieke aanbeveling over de integratie van de meest kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt (landspecifieke aanbeveling 2019 2.1 en landspecifieke aanbeveling 2022 3.1).
Bijdrage aan het groeipotentieel, het scheppen van banen en de economische, sociale en institutionele veerkracht
Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt c), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.3 van bijlage V daarbij zal het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk naar verwachting een hoge impact (score A) hebben op het versterken van het groeipotentieel, het scheppen van banen en de economische, sociale en institutionele veerkracht van Hongarije, waarmee wordt bijgedragen aan de uitvoering van de Europese pijler van sociale rechten, onder meer door middel van de bevordering van beleid inzake kinderen en jongeren, alsmede op het verzachten van de economische en sociale gevolgen van de COVID-19-crisis, waardoor de economische, sociale en territoriale cohesie en de convergentie binnen de Unie worden bevorderd.
Het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk blijft het herstel van Hongarije ondersteunen en blijft zorgen voor een verbetering van de groeivooruitzichten op lange termijn via een reeks investeringen en hervormingen. De ongewijzigde hoofddoelstellingen van het plan zijn erop gericht het groeipotentieel, het scheppen van banen, en de economische, sociale en institutionele veerkracht van Hongarije te verbeteren, waardoor het land uiteindelijk naar verwachting minder kwetsbaar zal worden voor schokken. De maatregelen in het nieuwe REPowerEU-hoofdstuk zullen naar verwachting de energieonafhankelijkheid en energiezekerheid versterken (bijvoorbeeld de hervorming inzake de uitbreiding van energiegemeenschappen (C10.R7)), decarbonisatie via hervormingen en investeringen in hernieuwbare energiebronnen en elektrificatie (bijvoorbeeld de investeringen in de vergroening van industrie-, wetenschaps-, technologie- en logistieke parken (C10.I2) en de toepassing van groene technologieën voor de decarbonisatie van de industrie (C10.I4)), verbetering van de energie-efficiëntie (bijv. maatregelen voor een middelmatige energie-efficiënte renovatie (C10.I8, C10.I12 en C10.I13), bevordering van koolstofvrije mobiliteit (C10.I9, C10.I10, C10.I14, C10.I15), en de ontwikkeling van voor de groene transitie vereiste vaardigheden (C10.R13, C10.I7).
In het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan zijn verschillende maatregelen gewijzigd, waarbij het ambitieniveau van het oorspronkelijke herstel- en veerkrachtplan op hoofdlijnen is gehandhaafd. Het REPowerEU-hoofdstuk bevat 16 nieuwe investeringen en 13 nieuwe hervormingen. Het gewijzigde plan zal naar verwachting significantere effecten hebben op de economie als gevolg van het omvangrijke nieuwe REPowerEU-hoofdstuk. Het effect op de economische cohesie zal naar verwachting gematigd zijn, terwijl het nieuwe REPowerEU-hoofdstuk de zwakke punten en kwetsbaarheden van de economie op het gebied van energie naar verwachting aanmerkelijk zal verminderen, meer nog dan het oorspronkelijke plan.
Het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk blijft de sociale cohesie en socialebeschermingsstelsels ondersteunen. In component 1 zal de versterkte ambitie van maatregel C1.I4 (Creatie van nieuwe plaatsen in crèches) en de nieuwe maatregel C1.I5 (Creatie van extra nieuwe plaatsen in crèches) aanvullende plaatsen in crèches tot stand brengen, hetgeen de toegang tot de arbeidsmarkt voor vrouwen naar verwachting verder zal verbeteren en de arbeidskloof zal verkleinen.
In het REPowerEU-hoofdstuk biedt maatregel C10.R12 technische bijstand aan mogelijke begunstigden van met EU-middelen gefinancierde steunregelingen ter verbetering van de energie-efficiëntie, met name aan kwetsbare huishoudens en huishoudens die in energiearmoede leven. Een financieel instrument zal tot stand worden gebracht om energie-efficiënte renovaties van woningen te financieren, en ten minste 10 % van de steun zal voorbehouden zijn aan energiearme huishoudens. Het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan bevat tevens een maatregel (C10.I7) om de beroepsbevolking op te leiden en bij te scholen op voor de groene transitie vereiste gebieden, waarbij prioriteit wordt gegeven aan werkloze, inactieve arbeidskrachten en werknemers uit micro- en kleine ondernemingen, zodat gelijke kansen voor iedereen worden gewaarborgd en de sociale cohesie wordt versterkt. Deze maatregel beoogt de ontwikkeling van leerinhoud op het gebied van nieuwe groene vaardigheden voor diverse cursussen, waaronder “microcredentials”, die moeten worden opgenomen in formele geaccrediteerde programma’s voor beroeps- en hoger onderwijs, en draagt daardoor bij tot betere leermogelijkheden en kansen op werk voor kinderen en jongeren.
Geen ernstige afbreuk doen
Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt d), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.4 van bijlage V daarbij zal het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk naar verwachting waarborgen dat geen enkele erin opgenomen maatregel (score A) voor de uitvoering van hervormingen en investeringsprojecten ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852 van het Europees Parlement en de Raad 3 (het beginsel “geen ernstige afbreuk doen”).
Hongarije heeft omvattende zelfbeoordelingen verstrekt voor alle gewijzigde componenten en de investeringen van het REPowerEU-hoofdstuk, waaronder inhoudelijke beoordelingen voor milieudoelstellingen die in gevaar zijn, en de Commissie daarmee gerustgesteld dat alle grote milieuproblemen overeenkomstig de Technische richtsnoeren over de toepassing van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01) worden aangepakt. Voor verschillende maatregelen werden voorzorgshalve voorwaarden ingevoerd om naleving van het “ernstige-afbreukverbodsbeginsel” te waarborgen. Hiermee wordt onder meer gewaarborgd dat activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) tot de beoogde broeikasgasemissies onder de relevante referentiewaarden zullen leiden, en voor zover mogelijk significant daaronder. Voor alle financiële instrumenten en de investering in verband met de productiecapaciteit van de groene economie (C10.I3) werd bovendien een lijst opgesteld die ervoor moet zorgen dat activiteiten en activa die met het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” in strijd zijn niet worden ondersteund. Evenzo werden waar nodig waarborgen ingevoerd dat alleen duurzame biomethaan en hernieuwbare waterstof die voldoen aan RED II worden ondersteund, en werden waarborgen voor geothermische booractiviteiten toegevoegd. De noodzaak van een aanvullende waarborg voor een van de projecten in verband met de elektrificatie van het spoor (C10.I9), met betrekking tot de circulaire economie, werd onderkend en hieraan werd tegemoetgekomen met een waarborg. Op basis hiervan zal het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan er naar verwachting voor zorgen dat geen enkele maatregel ernstige afbreuk doet.
Geen enkele maatregel in het kader van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk valt onder artikel 21 quater, lid 3, punt a), van Verordening (EU) 2021/241.
Bijdrage aan de REPowerEU-doelstellingen
Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt d) bis, van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.12 van bijlage V daarbij zal het REPowerEU-hoofdstuk naar verwachting daadwerkelijk en in hoge mate (score A) bijdragen tot energiezekerheid, de diversificatie van de energievoorziening van de Unie, een toename van het gebruik van hernieuwbare energiebronnen en van de energie-efficiëntie, een vergroting van de opslagcapaciteit voor energie of tot de noodzakelijke vermindering van de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen vóór 2030.
Het REPowerEU-hoofdstuk draagt bij tot het bevorderen van de energie-efficiëntie in gebouwen en kritieke energie-infrastructuur, de uitbreiding van de productie en het gebruik van duurzaam biomethaan en van hernieuwbare of fossielvrije waterstof, en vergroting van het aandeel en versnelling van het gebruik van hernieuwbare energie via de investering ter ondersteuning van het gebruik van opwekkingscapaciteiten voor hernieuwbare energie in industrieparken (C10.I2); de hervorming tet verbetering van het regelgevingskader voor geothermische energie (C10.R11) gekoppeld aan twee investeringen om de exploratie en exploitatie van geothermische energie te ondersteunen (C10.I11 en C10.I16); hervormingen en investeringen om de productie en het gebruik van hernieuwbare waterstof te stimuleren (C10.R9 en C10.I6); de ontwikkeling van een strategie en actieplan voor biogas en biomethaan (C10.R10); de investeringen in de energie-efficiëntie van woningen (C10.I13), bedrijfspanden (C10.I12) en openbare gebouwen (C10.I8); de hervorming voor het bieden van technische bijstand aan mogelijke begunstigden van met EU-middelen gefinancierde steunmaatregelen ter verbetering van de energie-efficiëntie (C10.R12). Maatregelen die bijdragen aan de decarbonisatie van de industrie zijn maatregelen die industrie-, wetenschaps, technologie- en logistieke parken ondersteunen bij hun inspanning om hernieuwbare energiebronnen te gebruiken (C10.I2), energieopslagfaciliteiten te installeren, restwarmte te gebruiken en energie-efficiëntieverbeteringen aan te brengen; de vervaardiging van producten en levering van diensten die verband houden met de groene transitie naar een nettonuleconomie (C10.I3); groene technologieën (C10.I4), overeenkomstig artikel 21 quater, lid 3, punt b), van Verordening (EU) 2021/241.
Het REPowerEU-hoofdstuk draagt ook bij tot het aanpakken van de energiearmoede via een hervorming en een investering ter ondersteuning van de energie-efficiëntieverbeteringen van huishoudens, specifiek gericht op huishoudens met een lager inkomen en energiearme huishoudens (C10.R12 en C10.I13), overeenkomstig artikel 21 quater, lid 3, punt c), van Verordening (EU) 2021/241.
Het REPowerEU-hoofdstuk draagt ook bij tot het creëren van stimulansen om de vraag naar energie te verminderen via de voornoemde energie-efficiëntieverbeteringen (C10.I12, C10.I13, C10.I8.), maatregelen gericht op de decarbonisatie van de industrie (C10.I2, C10.I3), uitbreiding van het gebruik van slimme meters (C10.R3, C10.I1) en digitale monitoringsystemen (C10.I1), het openstellen van de energiemarkt voor spelers aan de aanbodzijde (C10.R6), alsook investeringen in groene technologie (C10.I4), overeenkomstig artikel 21 quater, lid 3, punt d), van Verordening (EU) 2021/241.
Het REPowerEU-hoofdstuk draagt ook bij tot het aanpakken van interne en grensoverschrijdende knelpunten bij de energietransmissie en -distributie, het ondersteunen van de opslag van elektriciteit, het versnellen van de integratie van hernieuwbare energiebronnen, en het ondersteunen van emissievrij vervoer en de infrastructuur daarvoor, met inbegrip van het spoorvervoer, via een breed scala aan hervormingen en investeringen. Deze doelstelling wordt verwezenlijkt door de hervormingen die gericht zijn op het versterken van de rol van energiegemeenschappen (C10.R7) en aggregators (C10.R4), het optimaliseren van wettelijke reservemarkten (C10.R6), het stimuleren van energieopslag (C10.R8), uitbreiding van het aantal consumenten die slimme meters gebruiken (C10.R3) en harmonisering van de wijze waarop de aansluitingsregels worden toegepast door de DSB’s (C10.R1), en de invoering op vrijwillige basis van dynamische prijsstelling in de woonsector (C10.R5). Ook investeringen in slimme meters, ontwikkeling van het elektriciteitsnet, digitalisering, verbetering van het weersvoorspellingssysteem (C10.I1), en energieopslag in industrieparken (C10.I2) zullen de energiesector naar verwachting versterken en de integratie van hernieuwbare energie bevorderen. Emissievrij vervoer en bijbehorende infrastructuur moeten worden ondersteund door middel van investeringen in de elektrificatie van de spoorwegen (C10.I9), bevordering van het gebruik van elektrische voertuigen met een accu en laadstations (C10.I10 en C10.I14), voertuigen op waterstofcellen en tankstations alsook via de hervorming inzake waterstofmobiliteit (C10.I6 en C10.R9), overeenkomstig artikel 21 quater, lid 3, punt e), van Verordening (EU) 2021/241.
Het REPowerEU-hoofdstuk draagt ook bij tot de bovengenoemde doelstellingen met de hervorming die tot doel heeft een nationale strategie en een actieplan inzake groene vaardigheden te ontwikkelen (C10.R13) alsook een investering ter ondersteuning van de huidige en toekomstige beroepsbevolking bij het verwerven van de voor de groene transitie vereiste vaardigheden (C10.I7) door cursussen en daaraan gerelateerde inhoud te ontwikkelen en opleiding te bieden aan 50 000 beroepsbeoefenaren. Ook de digitalisering van de energiesector als een manier om de energietransitie in goede banen te leiden en submaatregelen zoals de verbetering van de accuraatheid van weersvoorspellingen voor het elektriciteitsnet (C10.I1) scheppen randvoorwaarden, overeenkomstig artikel 21 quater, lid 3, punt f), van Verordening (EU) 2021/241.
De maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk zijn daarom in overeenstemming met de inspanningen van Hongarije om de doelstellingen van artikel 21 quater, lid 3, van Verordening (EU) 2021/241 te bereiken. Met name significant zijn de bijdragen tot het aanpakken van interne en grensoverschrijdende knelpunten voor energietransmissie, de bevordering van energie-efficiëntie in gebouwen, de bevordering van het gebruik van duurzaam biomethaan, hernieuwbare waterstof en de productie en het gebruik van andere hernieuwbare energiebronnen, de decarbonisatie van de industrie en emissievrij vervoer.
De maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk zijn ook in overeenstemming met het oorspronkelijke herstel- en veerkrachtplan aangezien REPowerEU- maatregelen voortbouwen op hervormingen en investeringen in het oorspronkelijke herstel- en veerkrachtplan, met name op het gebied van energie-efficiëntie en hernieuwbare energiebronnen, maar ook op het gebied van duurzaam vervoer.
Maatregelen met een grensoverschrijdende of meerlandendimensie of een soortgelijk effect
Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt d) ter, van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.13 van bijlage V daarbij wordt verwacht dat de in het REPowerEU-hoofdstuk opgenomen maatregelen in hoge mate (score A) een grensoverschrijdende of meerlandendimensie of een soortgelijk effect zullen hebben.
Het REPowerEU-hoofdstuk bevat maatregelen om de energie-infrastructuur te ontwikkelen teneinde de verdere uitrol van hernieuwbare energiebronnen te bevorderen; energie-efficiëntiemaatregelen voor huishoudens, bedrijven en de overheidssector, en maatregelen ter bevordering van alternatieve mobiliteit, zowel elektrisch als op waterstof. Dit zal naar verwachting bijdragen tot het verminderen van de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen en het verlagen van de vraag naar energie.
De totale kosten van de maatregelen met een grensoverschrijdende dimensie bedragen 83 % van de geraamde kosten van het REPowerEU-hoofdstuk.
Het hoge aandeel geraamde kosten met een grensoverschrijdende dimensie in combinatie met het feit dat de maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk bijdragen tot zowel het veiligstellen van de energievoorziening als het verminderen van de vraag naar energie en de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen rechtvaardigen de keuze voor score A.
Bijdrage aan de groene transitie, met inbegrip van biodiversiteit
Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt e), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.5 van bijlage V daarbij bevat het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, inclusief het REPowerEU-hoofdstuk, maatregelen die in hoge mate (score A) bijdragen tot de groene transitie, met inbegrip van biodiversiteit, of tot de aanpak van de uitdagingen die daaruit voortvloeien. De maatregelen ter ondersteuning van de klimaatdoelstellingen zijn goed voor 67,1 % van de totale toewijzing voor het herstel- en veerkrachtplan en 91,7 % van de totale geraamde kosten van de maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk, berekend volgens de in bijlage VI bij die verordening beschreven methode. Overeenkomstig artikel 17 van Verordening (EU) 2021/241 is het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, inclusief het REPowerEU-hoofdstuk, consistent met de in het nationaal energie- en klimaatplan 2021-2030 vervatte informatie.
Het gewijzigde plan handhaaft de ambitie van het oorspronkelijke plan met betrekking tot de groene transitie. De schrapping van investeringen “Bouw van de belangrijkste watervervangingssystemen, ontwikkeling van nieuwe netwerken en systemen”, “Versterking van een slimme, innovatieve en duurzame afvalbeheerindustrie en de markt voor secundaire grondstoffen” en “Installatie van energieopslagfaciliteiten voor de transmissiesysteembeheerder en distributiesysteembeheerders” verlaagt de ambitie van Hongarije op de dimensies waterbeheer, secundaire grondstoffen in het kader van de circulaire economie, en energieopslag. Tegelijkertijd worden andere dimensies versterkt, zoals de verbetering van de openbaarvervoerinfrastructuur (investering “Ontwikkeling van het tram- en trolleybussysteem van Boedapest”) en de circulaire economie door het stimuleren van afvalscheiding en afvalinzameling als de eerste stap van de waardeketen “buitendienststelling”, om de negatieve gevolgen voor de biodiversiteit van zwerfafval en het storten van afval te beperken. De maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk bouwen voort op de groene dimensie van het oorspronkelijke plan. Het verwachte effect van het oorspronkelijke plan, met maatregelen inzake de bevordering van het gebruik van hernieuwbare energiesystemen, duurzaam vervoer en energie-efficiëntie in gebouwen, wordt met name versterkt door aanvullende hervormingen en complementaire investeringen.
De maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk vergroten op significante wijze de bijdrage van het plan aan de groene transitie, met inbegrip van biodiversiteit. Steunmaatregelen zullen de uitstoot van broeikasgassen en schadelijke stoffen in de energie-, industrie- en bouwsector naar verwachting verminderen. In de energiesector dragen de ontwikkeling en digitalisering van het elektriciteitsnet, het benutten van productiecapaciteiten voor hernieuwbare energie, waaronder bio- en geothermische energie en duurzame waterstof, evenals hervormingen die knelpunten voor de transitie van de sector wegnemen, zoals dynamische prijsstelling en netwerktarieven, bij tot de verwezenlijking van de klimaatdoelstellingen van de Unie voor 2030 en 2050. In de industriesector wordt de uitfasering van fossiele brandstoffen mogelijk gemaakt door de decarbonisatie van industriële processen, energie-efficiëntiemaatregelen maar ook door de verbetering van randvoorwaarden zoals voor duurzame waterstof en bio-energie. In de vervoerssector wordt de overgang naar een duurzaam vervoerssysteem ondersteund via elektrische spoorweginfrastructuur, elektrische voertuigen met een accu en laadstations, en voertuigen op waterstof en waterstoftankstations. Tot slot zal de energie-efficiënte renovatie van woningen, bedrijfspanden en openbare gebouwen waarschijnlijk zorgen voor een vermindering van het energieverbruik in de bouwsector. De meeste maatregelen zullen naar verwachting zijdelings voordelen met zich meebrengen voor de biodiversiteit dankzij hun verwachte effect op het verlagen van de uitstoot van schadelijke stoffen in de lucht en mitigatie van de klimaatverandering.
De maatregelen inzake duurzame waterstof illustreren dat hervormingen en investeringen die bijdragen aan de groene transitie op hoofdlijnen complementair zijn en hand in hand moeten gaan met belangrijke hervormingen op nationaal niveau in Hongarije, zoals de nationale waterstofstrategie. Andere voorbeelden zijn onder meer de hervorming en investering in verband met de energierenovatie van woningen, de uitrol van hernieuwbare-energiesystemen en hervorming van de regels voor aansluiting op het net, alsook de hervormingen en investeringen in verband met groene vaardigheden; deze drie kwesties zijn tevens speerpunten van het nationaal energie- en klimaatplan.
Bijdrage aan de digitale transitie
Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt f), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.6 van bijlage V daarbij bevat het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan maatregelen die in hoge mate (score A) bijdragen tot de digitale transitie of tot de aanpak van de daaruit voortvloeiende uitdagingen. De maatregelen ter ondersteuning van de doelstellingen inzake digitalisering zijn goed voor 29,1 % van de totale toewijzing van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, berekend volgens de in bijlage VII bij die verordening beschreven methode.
De voorgestelde wijzigingen ten opzichte van het oorspronkelijke plan hebben geen gevolgen voor de ambitie om de digitale transitie vorm te geven, en daarom blijft de uitkomst van de beoordeling onveranderd. Het herziene plan blijft de ontwikkeling van digitale vaardigheden en de digitalisering van de overheid en van de economie ondersteunen, hetgeen een blijvend effect oplevert.
Het REPowerEU-hoofdstuk zal naar verwachting bijdragen aan de digitale transitie en tot het aanpakken van de daaruit voortvloeiende uitdagingen door de digitalisering van systeembeheerders te ondersteunen (C10.I1: Ontwikkeling en digitalisering van het elektriciteitsnet) en de installatie van slimme meters, en daardoor ook bijdragen tot de zekerheid van de energievoorziening en de operationele efficiëntie van het elektriciteitssysteem. Overeenkomstig artikel 21 quater, lid 5, van Verordening (EU) 2021/241 mogen hervormingen en investeringen in het REPowerEU-hoofdstuk niet in aanmerking worden genomen bij de berekening van de totale toewijzing voor het herstel- en veerkrachtplan met het oog op de toepassing van het bij die verordening vastgestelde vereiste van het digitale streefcijfer.
Blijvende effecten
Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt g), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.7 van bijlage V daarbij zal het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan et inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk naar verwachting in hoge mate (score A) een blijvend effect sorteren voor Hongarije.
De hervormingen “Versterking van de rol van aggregators” (C10.R4), “Vernieuwing van de productstructuur van wettelijke reservemarkten om de markttoetreding voor nieuwe typen flexibiliteit te bevorderen” (C10.R6) en “Uitbreiding van energiegemeenschappen” (C10.R7) in het REPowerEU-hoofdstuk zullen naar verwachting een alomvattend regelgevingskader tot stand brengen en waar nodig belemmeringen voor de reservemarkten voor elektriciteit, energiegemeenschappen en aggregators beperken. Andere hervormingen zoals “Aanpassing van de wetgeving inzake slimme meters” (C10.R3) en “Breder gebruik van dynamische prijsstelling in overeenkomsten voor de inkoop van elektriciteit” (C10.R5) effenen de weg voor de verdere elektrificatie van de energiesector.
De investeringen in het REPowerEU-hoofdstuk: “Investeringen in waterstof” (C10.I6) en “Bevordering van de exploratie van geothermische energie” (C10.I11) zijn bedoeld om de uitrol van hernieuwbare energiebronnen te versnellen en de externe energieafhankelijkheid van Hongarije te verminderen, en vergroten daardoor de veerkracht van het land om toekomstige energieschokken op te vangen. “Toepassing van groene technologieën voor de decarbonisatie van de industrie” (C10.I4) en “Uitbreiding van de productiecapaciteit van de groene economie” (C10.I3) dragen bij tot de vergroening van industriële processen en zullen naar verwachting helpen de economische concurrentiekracht van het land in het kader van de groene transitie te behouden.
Monitoring en uitvoering
Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt h), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.8 van bijlage V daarbij werden de in het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk voorgestelde regelingen als passend (score A) beoordeeld om doeltreffende monitoring en uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan te waarborgen, waaronder het geplande tijdschema, de mijlpalen en streefdoelen, en de bijbehorende indicatoren.
Het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan omvat een actualisering van het monitoring- en uitvoeringskader. Het onderstaatssecretariaat dat binnen het ministerie dat verantwoordelijk is voor de uitvoering van de steun van de Unie belast is met de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan (hierna “de nationale autoriteit” genoemd), blijft verantwoordelijk voor de algemene coördinatie van het herstel- en veerkrachtplan en voor het monitoren van de vooruitgang bij het bereiken van de mijlpalen en streefdoelen. Alle uitvoeringstaken worden echter gedelegeerd aan uitvoeringsorganen, een orgaan voor het doorgeven van subsidiegelden en de Hongaarse ontwikkelingsbank met het oog op de nieuwe investeringen die uitgevoerd moeten worden via financiële instrumenten. De aard en de omvang van de voorgestelde wijzigingen in het herstel- en veerkrachtplan hebben geen gevolgen voor de oorspronkelijke beoordeling van de doeltreffende monitoring en uitvoering van het plan. De structuur die belast is met de uitvoering en monitoring van en de verslaglegging over het herstel- en veerkrachtplan is versterkt en de algemene regelingen die Hongarije voorstelt voor de organisatie van de uitvoering van de hervormingen en investeringen blijven geloofwaardig. De mijlpalen en streefdoelen bij de gewijzigde of aanvullende maatregelen, waaronder die in het REPowerEU-hoofdstuk, zijn duidelijk en de voorgestelde indicatoren voor die mijlpalen en streefdoelen zijn relevant, acceptabel en robuust.
Kostenberekening
Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt i), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.9 van bijlage V daarbij is de motivering die in het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, inclusief het REPowerEU-hoofdstuk, verstrekt wordt voor het bedrag van de geraamde totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan in redelijke mate (score B) redelijk en aannemelijk, strookt het met het kostenefficiëntiebeginsel, en staan de kosten in verhouding tot het verwachte nationale economische en sociale effect.
Hongarije heeft voldoende informatie en bewijsstukken verstrekt waaruit blijkt dat de kosten over het algemeen redelijk en aannemelijk zijn. Hongarije heeft afzonderlijke kostenramingen verstrekt voor alle gewijzigde of nieuwe investeringen in het kader van zijn gewijzigde herstel- en veerkrachtplan. De kosten voor de meeste maatregelen zijn geraamd met behulp van een bottom-upbenadering, waarbij de autoriteiten die de investeringsonderdelen en de eenheidskosten ervan presenteren, zich baseren op de marktprijzen of de prijzen van soortgelijke eenheden bij investeringen in het verleden of op indicatieve prijsaanbiedingen van leveranciers. Voor andere maatregelen is een top-downbenadering toegepast waarbij de totale kosten van het project gebaseerd zijn op soortgelijke projecten in het verleden. In sommige gevallen waren er slechts beperkte details beschikbaar over de methodologie en aannames die werden gebruikt om de kostenramingen te maken, en soms waren de details minder duidelijk, waardoor dit beoordelingscriterium geen score A heeft gekregen. De meeste kosten worden gestaafd door passende bewijsstukken en toelichtingen waaruit blijkt dat de kosten die worden gedekt door bestaande of geplande financiering van de Unie, niet in de bedragen zijn meegeteld. Tot slot stroken de geraamde totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan met het kostenefficiëntiebeginsel, en staan ze in verhouding tot het verwachte nationale economische en sociale effect.
Bescherming van de financiële belangen van de Unie
Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt j), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.10 van bijlage V daarbij zijn de in het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan voorgestelde regelingen passend (score A) om corruptie, fraude en belangenconflicten bij het gebruik van de financiële middelen die op grond van deze verordening zijn verstrekt, te voorkomen, op te sporen en te corrigeren, en wordt verwacht dat de regelingen daadwerkelijk dubbele financiering in het kader van de verordening en andere Unieprogramma’s zullen voorkomen. Dit laat de toepassing onverlet van andere instrumenten om de naleving van het Unierecht te bevorderen en te handhaven, onder meer het voorkomen, opsporen en corrigeren van corruptie, fraude en belangenconflicten, en het beschermen van de begroting van de Unie overeenkomstig Verordening (EU, Euratom) 2020/2092 van het Europees Parlement en de Raad 4 .
In de beoordeling van het oorspronkelijke herstel- en veerkrachtplan, overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt j), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.10 van bijlage V daarbij werden de daarin vermelde regelingen als passend (score A) bevonden om corruptie, fraude en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te corrigeren door onder meer 27 mijlpalen met betrekking tot het Hongaarse controlesysteem ter bescherming van de financiële belangen van de Unie vast te stellen als een eerste vereiste voor betaling overeenkomstig artikel 24 van Verordening (EU) 2021/241 5 . Deze eerste vereiste geldt in gelijke mate voor het deel van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan dat betrekking heeft op leningen. Dit vereiste is in overeenstemming met en doet geen afbreuk aan de corrigerende maatregelen die Hongarije heeft voorgesteld in het kader van de procedure van artikel 6 van Verordening (EU, Euratom) 2020/2092 betreffende een algemeen conditionaliteitsregime ter bescherming van de Uniebegroting.
Sinds de oorspronkelijke beoordeling heeft de Commissie toegang gekregen tot informatie over de feitelijke uitvoering van het audit- en controlesysteem van Hongarije. Hiertoe behoren de voorlopige bevindingen van de door de Commissie in Hongarije verrichte audit inzake de bescherming van de financiële belangen van de Unie.
In het licht van deze informatie is de Commissie van mening dat het internecontrolesysteem van het herstel- en veerkrachtplan van Hongarije op hoofdlijnen adequaat is. Mede gezien de 27 mijlpalen met betrekking tot het Hongaarse controlesysteem ter bescherming van de financiële belangen van de Unie, zijn het internecontrolesysteem en de in het herziene herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk voorgestelde regelingen gebaseerd op robuuste processen en structuren, met een duidelijke omschrijving van de rollen en verantwoordelijkheden van de verschillende instanties die betrokken zijn bij de uitvoering, monitoring, controle en audit van het plan, alsook van hun interacties. Dit zorgt voor een heldere scheiding tussen de rollen en verantwoordelijkheden voor controle en audit. Voorgesteld wordt dat de nationale autoriteit verantwoordelijk blijft voor de algemene coördinatie van het herstel- en veerkrachtplan en voor het verrichten van controles op uitvoeringsorganen en het orgaan voor het doorgeven van subsidiegelden. Net als in de oorspronkelijke opzet wordt de nationale autoriteit verantwoordelijk voor het opstellen en indienen bij de Commissie van de betalingsverzoeken en de bijbehorende beheersverklaringen op basis van geverifieerde gegevens van het monitoringsysteem. De verantwoordelijkheid van de nationale autoriteit verandert echter ten aanzien van andere taken. Voor nieuwe investeringen die moeten worden uitgevoerd via financiële instrumenten heeft de autoriteit alle uitvoeringstaken gedelegeerd aan uitvoeringsorganen, organen voor het doorgeven van subsidiegelden alsook aan de Hongaarse ontwikkelingsbank, terwijl de verantwoordelijkheid voor het monitoren van de vooruitgang bij de verwezenlijking van de mijlpalen en streefdoelen en het controleren van eindontvangers wordt overgeheveld naar de uitvoeringsorganen en het orgaan voor het doorgeven van subsidiegelden alsook naar de Hongaarse ontwikkelingsbank. Het mandaat van controleorgaan voor het herstel- en veerkrachtplan wordt toegewezen aan het directoraat-generaal voor de audit van de Europese fondsen (EUTAF), dat over de nodige capaciteit en administratieve ervaring moet beschikken om de betrokken audittaken conform internationaal aanvaarde auditnormen uit te voeren. Het EUTAF wordt tevens verantwoordelijk voor de audit van het orgaan dat de financiële instrumenten uitvoert (de Hongaarse ontwikkelingsbank). Hongarije lheeft uitgelegd dat het een integriteitsautoriteit in het leven heeft geroepen als een onafhankelijk orgaan met bevoegdheden om op te treden telkens als zij van oordeel is dat de bevoegde nationale autoriteiten niet de nodige maatregelen hebben genomen ter voorkoming, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten, corruptie en andere onrechtmatigheden of onregelmatigheden die het goed financieel beheer van de EU-begroting of de bescherming van de financiële belangen van de Unie schaden of ernstig dreigen te schaden. Hongarije heeft daarnaast uitgelegd het directoraat Interne Audit en Integriteit te hebben opgericht dat regelmatige controles verricht in verband met belangenconflicten en gerapporteerde vermoedens van belangenconflicten onderzoekt. Hongarije heeft voorgesteld hetzelfde controlesysteem te gebruiken voor REPowerEU-maatregelen als voor de maatregelen in zijn oorspronkelijke herstel- en veerkrachtplan. In aanvulling op deze algemene bepalingen die ook van toepassing worden op financiële instrumenten, zijn daarnaast specifieke controleregelingen voor financiële instrumenten in kaart gebracht die deel gaan uitmaken van de relevante maatregelen. Het internecontrolesysteem waarborgt dat op grond van artikel 22, lid 2, punt d), i) tot en met iii), van Verordening (EU) 2021/241 vereiste gegevens adequaat zijn en voor monitoringdoeleinden worden opgeslagen in het beoogde gegevensarchief, en ondersteunt daarmee inspanningen om misbruik van door de faciliteit beschikbaar gestelde middelen te voorkomen. Het internecontrolesysteem en andere relevante regelingen in het gewijzigde plan, zoals de verificatiemechanismen, de verzameling en opslag van gegevens, en de verantwoordelijkheid van desbetreffende actoren zijn passend om corruptie, fraude en belangenconflicten bij het gebruik van middelen uit hoofde van Verordening (EU) 2021/241 te voorkomen, op te sporen en te corrigeren en dubbele financiering uit hoofde van andere programma’s van de Unie te vermijden. De Commissie is van mening dat het internecontrolesysteem waarin het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan voorziet op hoofdlijnen adequaat is, mede gezien de 27 mijlpalen met betrekking tot het Hongaarse controlesysteem ter bescherming van de financiële belangen van de Unie die een eerste vereiste vormen voor betaling overeenkomstig artikel 24 van Verordening (EU) 2021/241.
Coherentie van het plan
Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt k), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.11 van bijlage V daarbij bevat het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk in hoge mate (score A) maatregelen voor de uitvoering van hervormingen en publieke investeringsprojecten die coherente acties vormen.
In het gewijzigde plan blijft de coherente structuur van het oorspronkelijke plan gehandhaafd. Het REPowerEU-hoofdstuk bevat synergieën met de bestaande maatregelen inzake klimaatverandering en energie-efficiëntie. De maatregelen in het nieuwe REPowerEU-hoofdstuk zorgen voor een verdere versterking van de ambitie van aan energie-efficiëntie gerelateerde investeringen onder component 6 (Energie – groene transitie) van het oorspronkelijke plan.
Het REPowerEU-hoofdstuk is opgebouwd rondom een consistent pakket van hervormingen en investeringen die elkaar wederzijds versterken. De investering “Totstandbrenging van een financieel instrument om de energie-efficiëntie van woningen te verbeteren en de energiearmoede aan te pakken” (C10.I13) wordt op coherente en daadkrachtige wijze aangevuld door de hervorming “Ondersteuning van aanvragen door mogelijke begunstigden voor door de EU gefinancierde steunregelingen ter verbetering van de energie-efficiëntie in woningen” (C10.R12). Evenzo worden de investeringen “Bevordering van de exploratie van geothermische energie” (C10.I11) en “Investeringen in waterstof” (C10.I6) aangevuld door hervormingen die een wettelijk en beleidskader tot stand brengen dat bevorderlijk is voor de uitvoering van deze investeringen (“Verbetering van het regelgevingskader voor geothermische energie” (C10.R11) en “Totstandbrenging van een rechtskader voor hernieuwbare waterstof” (C10.R9)).
Deze wijzigingen doen geen afbreuk aan de algemene coherentie van het plan en hebben derhalve geen gevolgen voor de eerdere beoordeling van de coherentie van het herstel- en veerkrachtplan.
Eventuele andere beoordelingscriteria
De Commissie is van oordeel dat de door Hongarije voorgestelde wijzigingen geen invloed hebben op de positieve beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan in het uitvoeringsbesluit van de Raad (ST 15447/2022 INIT; ST 15447/2022 ADD1) van 15 december 2022 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Hongarije met betrekking tot de relevantie, doeltreffendheid, efficiëntie en samenhang van het herstel- en veerkrachtplan aan de hand van de beoordelingscriteria van artikel 19, lid 3, punten a), c), g), h), i), j), en k).
Gelijkheid
De Commissie is van mening dat de door Hongarije voorgestelde wijzigingen geen invloed hebben op de positieve beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan zoals uiteengezet in het uitvoeringsbesluit van de Raad (ST 15447/2022 INIT; ST 15447/2022 ADD1) van 15 december 2022.
Raadplegingsproces
Op 28 juli lanceerde de Hongaarse regering de openbare raadpleging over het herziene herstel- en veerkrachtplan en met name over het nieuwe REPowerEU-hoofdstuk, die openstond tot 11 augustus. Op 28 juli publiceerde het ministerie van Energie een nieuwsbulletin over de start van de openbare raadpleging. Via de speciale website maakten14 burgerorganisaties, overheidsinstellingen en bedrijven en de gemeente Boedapest opmerkingen kenbaar. Zes opmerkingen werden door de regering via andere communicatiekanalen ontvangen. Op de website worden de via het speciale digitale kanaal ontvangen opmerkingen openbaar gemaakt, evenals de reactie van de regering, met tekst en uitleg over waarom de diverse opmerkingen al dan niet werden aanvaard. In de meeste opmerkingen werd verzocht om aanvullende investeringen en hervormingen om energiebesparingen te realiseren, uitbreiding van de geplande investeringen alsook het schrappen van investeringen met betrekking tot fossiele brandstoffen. In totaal werden volgens een regeringsverklaring vier opmerkingen meegenomen in het herziene herstel- en veerkrachtplan, zoals het afzien van ontwikkelingen met betrekking tot olie- en aardgaspijpleidingen.
Overeenkomstig met wat het bij hervorming C9.R27 van het goedgekeurde herstel- en veerkrachtplan had toegezegd, koos Hongarije voor een raadplegingssstrategie waarbij belanghebbenden worden geraadpleegd. Daarnaast is het de bedoeling dat belangrijke belanghebbenden nauwer worden betrokken bij raadplegingen in het kader van het beoogde monitoringcomité voor het herstel- en veerkrachtplan. Om te zorgen voor draagvlak bij de desbetreffende actoren is het van cruciaal belang dat alle betrokken lokale autoriteiten en belanghebbenden, waaronder de sociale partners, worden betrokken bij de uitvoering van de investeringen en hervormingen in het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk.
Positieve beoordeling
De Commissie heeft het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk positief beoordeeld en concludeert dat het plan op bevredigende wijze voldoet aan de beoordelingscriteria van Verordening (EU) 2021/241. Nu moeten, overeenkomstig artikel 20, lid 2, van en bijlage V bij die verordening, de hervormingen en investeringsprojecten die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk worden vastgelegd, alsmede de relevante mijlpalen, streefdoelen en indicatoren en het bedrag dat de Unie in de vorm van niet-terugbetaalbare financiële steun en leningen ter beschikking stelt voor de uitvoering van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk.
Financiële bijdrage
De geraamde totale kosten van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan van Hongarije, met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk, bedragen HUF 3 954 135 844 000 hetgeen overeenstemt met 10 429 974 916 EUR op basis van de EUR/HUF-referentiekoers van de ECB in de periode van 1 april 2022 tot en met 30 september 2022 voor het oorspronkelijke plan, en op basis van de gemiddelde EUR/HUF-referentiekoers van de ECB op 31 augustus 2023 voor nieuwe maatregelen in het kader van het herziene herstel- en veerkrachtplan, met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk. In de beschrijvingen van de maatregelen genoemde bedragen in euro en de bijbehorende mijlpalen en streefdoelen zijn berekend met gebruikmaking van dezelfde grondslag, en hiermee moet rekening worden gehouden bij de beoordeling ervan. Aangezien het bedrag van de geraamde totale kosten van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan hoger is dan de geactualiseerde maximale financiële bijdrage die voor Hongarije beschikbaar is, moet de overeenkomstig artikel 11 berekende financiële bijdrage die aan het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk van Hongarije is toegewezen, gelijk zijn aan het totale bedrag van de financiële bijdrage die voor het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk van Hongarije beschikbaar is. Dit bedrag is gelijk aan 5 811 147 717 EUR.
Overeenkomstig artikel 21 bis, lid 5, van Verordening (EU) 2021/241 heeft Hongarije op 31 augustus 2023 een verzoek ingediend tot toewijzing van de in artikel 21 bis, lid 1, van die verordening bedoelde ontvangsten, die over de lidstaten worden verdeeld op basis van de indicatoren die zijn vastgesteld in de methode van bijlage IV bis bij Verordening (EU) 2021/241. De geraamde totale kosten van de in het REPowerEU-hoofdstuk vermelde maatregelen als bedoeld in artikel 21 quater, lid 3, punten b) tot en met f), bedragen 1 749 690 000 000 HUF, hetgeen overeenstemt met 4 602 872 701 EUR op basis van de EUR/HUF-referentiekoers van de ECB op 31 augustus 2023. Aangezien dit bedrag hoger is dan het voor Hongarije beschikbare toewijzingsaandeel, moet de aanvullende niet-terugbetaalbare financiële steun die voor Hongarije beschikbaar is, gelijk zijn aan het toewijzingsaandeel. Dit bedrag is gelijk aan 700 513 718 EUR.
De totale financiële bijdrage die voor Hongarije beschikbaar is, moet 6 511 661 435 EUR bedragen.
Lening
Ter ondersteuning van aanvullende hervormingen en investeringen heeft Hongarije bovendien verzocht om leningen voor een totaal van 3 918 313 481 EUR, met name 3 897 455 211 EUR ter ondersteuning van de hervormingen en investeringen in het REPowerEU-hoofdstuk en 20 858 270 EUR ter ondersteuning van de overige hervormingen en investeringen in het kader van het herstel- en veerkrachtplan. Het bedrag van de geraamde totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan is hoger dan de gecombineerde financiële bijdrage die voor Hongarije beschikbaar is, met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk en de geactualiseerde maximale financiële bijdrage voor niet-terugbetaalbare financiële steun, en de inkomsten uit het emissiehandelssysteem uit hoofde van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad 6 . Het maximale volume van de door Hongarije aangevraagde leningen bedraagt minder dan 6,8 % van zijn bruto nationaal inkomen in 2019 in lopende prijzen.
Voorfinanciering voor REPowerEU
Hongarije heeft verzocht om de volgende financiering voor de uitvoering van zijn REPowerEU-hoofdstuk: 700 513 718 EUR uit de inkomsten uit het emissiehandelssysteem uit hoofde van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad, en 3 897 455 211 EUR in de vorm van een lening.
Voor deze bedragen heeft Hongarije op 3 oktober 2023 krachtens artikel 21 quinquies van Verordening (EU) 2021/241 verzocht om 919 593 786 EUR, ofwel 20 % van de gevraagde financiering, voor te financieren. Afhankelijk van de beschikbare middelen moet die voorfinanciering ter beschikking van Hongarije worden gesteld, onder voorbehoud van de inwerkingtreding van en in overeenstemming met de tussen de Commissie en Hongarije te sluiten overeenkomsten krachtens artikel 23, lid 1, van Verordening (EU) 2021/241 (de “financieringsovereenkomst”) en krachtens artikel 15, lid 2, van die verordening (de “leningsovereenkomst”).
Uitvoeringsbesluit van de Raad ST 15447/2022 ST 2022 INIT; ST 15447/2022 ADD1 van 15 december 2022 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Hongarije moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd. Voor de duidelijkheid moet de bijlage bij dat uitvoeringsbesluit volledig worden vervangen,
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Uitvoeringsbesluit (EU) ST 15447/2022 INIT; ST 15447/2022 ADD1 wordt als volgt gewijzigd:
1) Artikel 1 wordt vervangen door:
“Artikel 1
Goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan
De beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan van Hongarije op grond van de criteria van artikel 19, lid 3, van Verordening (EU) 2021/241 wordt goedgekeurd. De hervormingen en investeringsprojecten in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, de regelingen en het tijdschema voor de monitoring en de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan, met inbegrip van de relevante mijlpalen en streefdoelen alsmede de aanvullende mijlpalen en streefdoelen met betrekking tot de betaling van de lening, de relevante indicatoren voor het bereiken van de beoogde mijlpalen en streefdoelen, en de regelingen voor volledige toegang door de Commissie tot de relevante onderliggende gegevens worden vastgelegd in de bijlage bij dit besluit.”;
2) In artikel 2 worden de leden 1 en 2 vervangen door:
“1. De Unie stelt aan Hongarije een financiële bijdrage ter beschikking in de vorm van niet-terugbetaalbare steun ten bedrage van 6 511 661 435 EUR. 7 Deze bijdrage omvat:
een bedrag van 4 639 429 967 EUR dat ter beschikking wordt gesteld om uiterlijk 31 december 2022 in een juridische verbintenis te worden vastgelegd;
een bedrag van 1 171 717 750 EUR dat ter beschikking wordt gesteld om van 1 januari 2023 tot en met 31 december 2023 in een juridische verbintenis te worden vastgelegd;
een bedrag van 700 513 718 EUR 8 overeenkomstig artikel 21 bis, lid 6, van Verordening (EU) 2021/241, uitsluitend voor de in artikel 21 quater van die verordening bedoelde maatregelen, met uitzondering van de in artikel 21 quater, lid 3, punt a), bedoelde maatregelen.
2. De financiële bijdrage van de Unie wordt door de Commissie aan Hongarije in termijnen beschikbaar gesteld in overeenstemming met de bijlage bij dit besluit.
Een bedrag van 140 102 744 EUR wordt beschikbaar gesteld als voorfinanciering overeenkomstig artikel 21 quinquies van Verordening (EU) 2021/241. Die voorfinanciering kan door de Commissie in maximaal twee tranches worden uitbetaald.
De voorfinanciering en de termijnen mogen door de Commissie worden uitbetaald in een of meerdere tranches. De omvang van de tranches is afhankelijk van de beschikbaarheid van de middelen.”;
3) Het volgende artikel 2 bis wordt ingevoegd:
“Artikel 2 bis
Steun via leningen
De Unie stelt Hongarije een lening van maximaal 3 918 313 481 EUR beschikbaar. -De in lid 1 bedoelde steun via leningen wordt door de Commissie aan Hongarije in termijnen beschikbaar gesteld in overeenstemming met de bijlage bij dit besluit.
Een bedrag van 779 491 042 EUR wordt beschikbaar gesteld als voorfinanciering overeenkomstig artikel 21 quinquies van Verordening (EU) 2021/241. Die voorfinanciering kan door de Commissie in maximaal twee tranches worden uitbetaald.
De voorfinanciering en de termijnen mogen door de Commissie worden uitbetaald in een of meerdere tranches. De omvang van de tranches is afhankelijk van de beschikbaarheid van de middelen.
De in lid 2 bedoelde voorfinanciering wordt vrijgegeven onder voorbehoud van inwerkingtreding en overeenkomstig de leningsovereenkomst. De voorfinanciering wordt vereffend door deze evenredig in mindering te brengen op de betaling van de tranches.
De vrijgave van de tranches in overeenstemming met de financieringsovereenkomst is afhankelijk van de beschikbare middelen en van een besluit van de Commissie overeenkomstig artikel 24 van Verordening (EU) 2021/241 dat Hongarije de aanvullende mijlpalen en streefdoelen die door de lening worden gedekt en die zijn vastgesteld in verband met de uitvoering van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk, op bevredigende wijze heeft verwezenlijkt. Om in aanmerking te komen voor betaling, moet Hongarije de aanvullende mijlpalen en streefdoelen uiterlijk op 31 augustus 2026 halen.”;
4) De bijlage wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij dit besluit.
Artikel 2
Geadresseerde
Dit besluit is gericht tot Hongarije.
Gedaan te Brussel,
BIJLAGE bij het Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 15447/22 INIT; ST 15447/22 ADD 1) van 15 december 2022 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Hongarije
Brussel, 1.12.2023 |
COM(2023) 748 final/2 |
{SWD(2023) 384 final} |
BIJLAGE
DEEL 1: HERVORMINGEN EN INVESTERINGEN IN HET KADER VAN HET HERSTEL- EN VEERKRACHTPLAN
Beschrijving van hervormingen en investeringen
A. COMPONENT 1: DEMOGRAFIE EN OPENBAAR ONDERWIJS
Dit onderdeel van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan pakt uitdagingen aan in verband met de inclusieve toegang tot hoogwaardig schoolonderwijs, de integratie van kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt en bredere demografische ontwikkelingen waarmee de Hongaarse economie, overheidsfinanciën en samenleving worden geconfronteerd.
De belangrijkste doelstellingen van de component zijn:
de toegang tot hoogwaardig schoolonderwijs verbeteren door leerlingen en leerkrachten de nodige apparatuur te bieden om deel te nemen aan modern digitaal onderwijs, en hun digitale vaardigheden te ontwikkelen;
de deelname van kansarme leerlingen en studenten met speciale onderwijsbehoeften aan hoogwaardig regulier onderwijs te vergroten;
het risico op segregatie op scholen te verminderen;
het beroep van leraar aantrekkelijker maken en de vaardigheden van leerkrachten en schoolmanagers versterken;
de toegang tot voor- en vroegschoolse educatie en opvang verbeteren om sociale ongelijkheden te verminderen en de integratie van kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt te vergemakkelijken; en het
de houdbaarheid van de begroting op middellange en lange termijn en de toereikendheid van het pensioenstelsel bevorderen.
De component omvat maatregelen die de beginselen van de Europese pijler van sociale rechten weerspiegelen op het gebied van onderwijs, opleiding en een leven lang leren, gendergelijkheid en kinderopvang en ondersteuning van kinderen. De component ondersteunt ook de digitale transitie door de digitale capaciteiten in het openbaar onderwijs te vergroten en de digitale vaardigheden van leerlingen en leerkrachten te verbeteren. De nadruk op het terugdringen van segregatie op scholen draagt bij tot de sociale cohesie. De component draagt ook bij tot de groene transitie, aangezien bij de geplande infrastructuurontwikkelingen hoge normen op het gebied van energie-efficiëntie moeten worden toegepast.
Het onderdeel is in overeenstemming met de Hongaarse strategie voor openbaar onderwijs voor de periode 2021-2030, het Hongaarse nationale energie- en klimaatplan, de nationale energiestrategie 2030 en de nationale strategie voor schone ontwikkeling.
De component draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen inzake de noodzaak om de integratie van de meest kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt voort te zetten, met name door bijscholing, de onderwijsresultaten te verbeteren en de deelname van kansarme groepen, met name Roma, aan hoogwaardig regulier onderwijs te vergroten (landspecifieke aanbeveling 2 in 2019 en landspecifieke aanbeveling 3 in 2022), het investeringsgerelateerd economisch beleid toe te spitsen op energie- en hulpbronnenefficiëntie (landspecifieke aanbeveling 3 in 2019), de toegang tot essentiële diensten en hoogwaardig onderwijs voor iedereen te waarborgen (landspecifieke aanbeveling 2 in 2020), en de investeringen toe te spitsen op de groene en digitale transitie en digitale infrastructuur voor scholen (landspecifieke aanbeveling 3 in 2019). Het draagt ook bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbeveling om de houdbaarheid van het pensioenstelsel op lange termijn te verbeteren en tegelijkertijd de toereikendheid in stand te houden, met name door inkomensongelijkheden aan te pakken (landspecifieke aanbeveling 1 in 2022).
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).
A.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
C1.R1: Ontwikkeling van concurrerend openbaar onderwijs met behulp van technologievan de 21e eeuw
Het doel van de hervorming is de digitale transformatie van het openbaar onderwijs te ondersteunen door de beschikbaarheid en het gebruik van digitale apparaten en instrumenten door leerkrachten en leerlingen te vergroten en zo de systematische integratie van digitale onderwijs- en leermethoden in het onderwijsproces te vergemakkelijken. De hervorming heeft ook tot doel bij te dragen tot een inclusieve verbetering van de onderwijsresultaten, het terugdringen van voortijdig schoolverlaten en, meer in het algemeen, het waarborgen van de beschikbaarheid van concurrerende arbeidskrachten in de toekomst.
In het kader van deze maatregel worden moderne digitale apparaten ter beschikking gesteld van leerkrachten, leerlingen en scholen. Digitale notebooks (standaard- en 2-in-1-types) worden tijdens de academische jaren 2021/2022, 2022/2023, 2023/2024 en 2024/2025 aangekocht en geleverd aan openbare onderwijsinstellingen, voor gebruik door leerkrachten en voor scholen om hun IT-klaslokalen te ontwikkelen. Tegen het einde van het vierjarige programma moeten in het kader van deze maatregel in totaal ten minste 579 000 digitale notebooks worden aangekocht en geleverd, waarvan ten minste 55 000 ter beschikking van leerkrachten en ten minste 10 000 voor scholen om hun IT-klaslokalen te ontwikkelen. De leerlingen moeten de notebooks kunnen bewaren totdat zij hun schoolonderwijs afronden en ze daarna aan de nieuwe cohorten overhandigen.
Voor de verspreiding van digitale notebooks wordt prioriteit gegeven aan kansarme leerlingen en leerkrachten op scholen met een bovengemiddeld aandeel kansarme leerlingen. Er wordt een strategie voor het testen van de middelen ontwikkeld en gepubliceerd voor de toewijzing van digitale notebooks aan leerlingen. In de strategie wordt onder meer gespecificeerd dat leerlingen met een kansarme achtergrond en zonder digitaal notebook de hoogste prioriteit moeten krijgen om een dergelijk apparaat te ontvangen. Kansarme leerlingen worden gedefinieerd in paragraaf (1) van sectie 67/A van de Wet Kinderbescherming (XXXI/1997).
Bovendien moeten ten minste 3 100 scholen interactieve weergavetools en -apparatuur ter beschikking worden gesteld om de creativiteit en de probleemoplossende capaciteit van leerlingen en hun algoritmische en programmeercompetenties te ontwikkelen, zoals robots, drones en speciale computers. Scholen die actief zijn in achterstandsgebieden en scholen met een groot aandeel leerlingen uit kansarme milieus krijgen voorrang bij de verspreiding van die hulpmiddelen ter ondersteuning van informatie- en communicatietechnologie (ICT). Leerkrachten krijgen een gerichte opleiding over het gebruik van de digitale apparaten en hebben toegang tot een IT-helpdesk.
De uitvoering van de hervorming moet ertoe leiden dat ten minste 45 % van de leerkrachten informatie- en communicatietechnologieën gebruikt in ten minste 40 % van hun klassen (tegenover 33 % van de leerkrachten in 2019).
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.
C1.I1: Verbetering van de toegang tot kwaliteitsonderwijs in lagere middelbare scholen
Het doel van de maatregel is de toegang van leerlingen tot hoogwaardig onderwijs in lagere middelbare scholen te verbeteren en problemen in verband met het tekort aan leerkrachten in kleine nederzettingen aan te pakken.
De maatregel wordt stapsgewijs uitgevoerd. Als eerste stap wordt het schoolnetwerk op nationaal niveau in kaart gebracht met het oog op het identificeren en selecteren van scholen voor de integratie van laagpresterende lagere middelbare klassen in grotere scholen in de naburige nederzettingen. De inventarisatie wordt gebaseerd op bewijsmateriaal en een diagnose van de behoeften en wordt uitgevoerd in overleg met belanghebbenden (met name studenten en hun ouders, leerkrachten, schoolpersoneel, gemeenschappen en lokale overheden). Dit moet ertoe leiden dat ten minste 5-10 door de staat onderhouden lagere middelbare scholen worden geselecteerd om te worden geïntegreerd in grotere gastscholen, als onderdeel van een proeffase. Bij het in kaart brengen van het effect van de integratie van scholen op de samenstelling van de leerlingen, het risico op segregatie, het aantal leerkrachten en personeelsleden, de schoolprestaties, de leerresultaten, het percentage leerlingen met een hoog risico op voortijdig schoolverlaten, de locatie van scholen, schoolprofielen en verwachte toekomstige behoeften met betrekking tot demografische ontwikkelingen. Wat de gastscholen betreft, wordt onder meer rekening gehouden met de fysieke eigenschappen van het gebouw en de infrastructuur ervan. De gastscholen mogen niet fungeren als instapscholen voor de nieuwe leerlingen.
In de tweede stap worden lagere middelbare klassen in ten minste vijf door de staat onderhouden scholen geïntegreerd in grotere gastscholen in naburige nederzettingen, als onderdeel van een proeffase. De geselecteerde gastscholen integreren lagere middelbare klassen van kleine scholen waar kwaliteitsonderwijs niet efficiënt kan worden gewaarborgd. Het aantal leerkrachten en personeelsleden moet in de gastscholen toereikend zijn om de nieuwe leerlingen te huisvesten en de leerkrachten en het personeel krijgen een opleiding in inclusieve pedagogie. De behoeften aan woon-werkverkeer en huisvesting in verband met de maatregel worden op passende wijze aangepakt. Het integratieproces mag niet leiden tot meer segregatie in de gastscholen. De gastscholen mogen niet fungeren als instapscholen voor de nieuwe leerlingen.
In de laatste fase worden de resultaten van de proefreorganisaties en de bijbehorende aanbevelingen en uitvoeringsrichtsnoeren opgenomen in een openbaar verslag. Op basis van het verslag en de kartering worden extra lagere middelbare klassen in ten minste 30 scholen effectief geïntegreerd in grotere gastscholen in naburige nederzettingen.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 september 2025 zijn voltooid.
C1.I2: Ondersteuning van het onderwijs aan studenten met speciale onderwijsbehoeften
Het doel van deze investering is het verbeteren van de kwaliteit van gespecialiseerde diensten die worden verleend aan scholen die leerlingen met speciale onderwijsbehoeften integreren, studenten in langdurige zorg en kinderen die gespecialiseerde pedagogische diensten nodig hebben. De uitvoering van deze investering zal naar verwachting bijdragen tot het verbeteren van de leerresultaten van studenten, het verminderen van het risico op uitval en het ondersteunen van studenten om te gedijen op de arbeidsmarkt.
De investering is gericht op scholen met leerlingen met speciale onderwijsbehoeften, personen in langdurige zorg en kinderen die voor zichzelf of voor hun ondersteunende netwerk gespecialiseerde pedagogische diensten nodig hebben, met inbegrip van ouders, leerkrachten en onderwijzend personeel. Op basis van de individuele ontwikkelingsplannen van de scholen wordt een overzicht van de behoeften aan apparatuur, diensten en leerkrachten speciaal onderwijs opgesteld en gepubliceerd. Op basis van deze inventarisatie voorziet de investering in gespecialiseerde onderwijsdiensten, waaronder vroegtijdige ontwikkelingsondersteuning, diagnostische deskundigencomités, onderwijsadvies en loopbaanbegeleiding, lichamelijke opvoeding, spraaktherapie, geleidende educatie, kleuter- en schoolpsychologie en zorg voor kinderen met speciale behoeften. De steun omvat, naargelang van de situatie van de betrokken scholen, ook: I) verbeterde diensten voor zowel leerkrachten/personeel als leerlingen, met name betere mobiliteitsondersteuning, huur van apparatuur, schoolvervoer, opleiding, kennisdeling en programma’s voor maatschappelijke acceptatie, en ii) aankoop van fysieke en ICT-toegankelijkheidsapparatuur, ontwikkelingsinstrumenten, speciale medische en technische uitrusting, algemene en aangepaste elektrische voertuigen voor de levering van diensten.
In hetkader van deze maatregel moet ten minste 50 % van de instellingen voor speciaal onderwijs (scholen met leerlingen met speciale onderwijsbehoeften, personen in langdurige zorg en kinderen die gespecialiseerde pedagogische diensten nodig hebben) die in het schooljaar 2025/2026 actief zijn, steun hebben ontvangen voor het onderwijs aan leerlingen met speciale onderwijsbehoeften, personen in langdurige zorg en kinderen die gespecialiseerde pedagogische diensten nodig hebben. Als gevolg daarvan zullen ten minste 45 000 leerlingen profiteren van een betere kwaliteit van gespecialiseerde diensten. Bovendien krijgen ten minste 5 000 leerkrachten in het bijzonder onderwijs een specifieke opleiding over competentieontwikkeling en professioneel gebruik van diagnoseprocedures en -instrumenten die nodig zijn om te werken met studenten met speciale onderwijsbehoeften, personen in langdurige zorg en kinderen die gespecialiseerde pedagogische diensten nodig hebben.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 september 2026 zijn voltooid.
C1.R2: Vermindering van het risico van segregatie op scholen
Het doel van de hervorming is de gelijke toegang tot hoogwaardig schoolonderwijs te ondersteunen en segregatie in scholen tegen te gaan.
De maatregel bestaat uit de vaststelling van wetgeving ter vermindering van de overheidssteun voor basisscholen en lagere middelbare scholen (rangen 1 t/m 8) met een laag percentage kansarme leerlingen. Volgens de nieuwe wetgeving wordt de overheidssteun voor basisscholen en lagere middelbare scholen (zowel staatsscholen als niet-overheidsscholen die overheidsfinanciering ontvangen) die in meerschoolse nederzettingen werken, verminderd met 10 % indien het percentage kansarme leerlingen in die scholen meer dan (i) 20 procentpunten aan het begin van de schooljaren 2023/2024 en 2024/2025 bedraagt en (ii) 15 procentpunten aan het begin van het schooljaar 2025/2026 en (ii) procentpunten aan het begin van het schooljaar en de daaropvolgende jaren. De wettelijke bepalingen worden toegepast vanaf het schooljaar 2023/2024 en de verlaging van de staatssteun geldt voor een heel kalenderjaar.
Er wordt een verslag gepubliceerd waaruit blijkt dat de nieuwe wetgeving die voorziet in de vermindering van de overheidssteun voor basisscholen en lagere middelbare scholen met een laag percentage kansarme leerlingen, is toegepast. In het verslag worden de eerste uitvoeringsresultaten in de betrokken scholen tijdens de schooljaren 2023/2024 en 2024/2025 en het begin van het schooljaar 2025/2026 gepresenteerd, alsook het effect op de verdeling van kansarme leerlingen in de nederzettingen waar die scholen gevestigd zijn (met inbegrip van de omliggende nederzettingen). Het verslag kan aanbevelingen bevatten voor het verbeteren van het rechtskader en het vergroten van de doeltreffendheid ervan bij het verminderen van het risico op segregatie in het lager en lager middelbaar onderwijs.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2025 voltooid.
C1.R3: Het beroep van leraar aantrekkelijker maken
Het doel van de hervorming is het beroep van leraar aantrekkelijker te maken en het tekort aan leerkrachten te verminderen en zo bij te dragen tot hoogwaardig schoolonderwijs voor iedereen.
De maatregel bestaat uit de vaststelling van wetgeving volgens welke het gemiddelde loon van leerkrachten in het openbaar onderwijs met een tertiaire graad (met uitzondering van leerkrachten in het beroepsonderwijs) in 2025 geleidelijk ten minste 80 % van het gemiddelde loon van afgestudeerden in het tertiair onderwijs moet bedragen en tot ten minste 31 december 2030 op een niveau van ten minste 80 % van het gemiddelde loon van afgestudeerden in het tertiair onderwijs moet worden gehandhaafd.
De nieuwe wetgeving moet ook bepalingen bevatten op grond waarvan het loon van leerkrachten die werken op scholen met een percentage kansarme leerlingen van ten minste 10 % (en waarin speciale pedagogische methoden voor inclusief onderwijs in hun pedagogische programma’s worden gedefinieerd) of in achterstandswijken, vanaf 1 januari 2023 en ten minste tot en met 31 december 2030 ten minste 12,5 % hoger is dan het loon van andere leerkrachten met dezelfde kwalificatie en ervaring. Bovendien moet de loonstijging in 2025 voor beginleraren 10 procentpunten hoger zijn dan de gemiddelde loonstijging voor alle leerkrachten in het openbaar onderwijs in dat jaar, terwijl hun jaarlijkse loonstijgingen ten minste gelijk moeten zijn aan de gemiddelde jaarlijkse loonstijging voor alle leerkrachten in het openbaar onderwijs tussen 1 januari 2023 en 31 december 2030.
De ontwerpwetgeving waarin bovengenoemde aanpak voor het verhogen van de lonen van leerkrachten wordt vastgelegd, wordt onderworpen aan een zinvolle sociale dialoog met de grootste vakbonden van de leerkrachten.
De financiering voor de uitvoering van de hervorming wordt uitsluitend verstrekt uit de nationale begroting en de EU-fondsen (ESF +). Het plan voor herstel en veerkracht bevat geen kosten in verband met deze maatregel.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.
C1.I3: Opleiding van leerkrachten en verbetering van de managementvaardigheden van de hoofden van instellingen
De doelstelling van de maatregel is tweeledig: vergroting van het aanbod van leerkrachten in vakken waar veel vraag naar is en verbetering van de managementvaardigheden van hoofden en adjunct-hoofden van openbare onderwijsinstellingen.
In het kader van deze maatregel krijgen 5 000 leerkrachten in het lager en hoger secundair onderwijs een opleiding om aanvullende specialisatie en certificaten te verwerven voor het onderwijzen van studierichtingen waar veel vraag naar is (met name natuurkunde, chemie, wiskunde en digitaal onderwijs). De opleidingen worden georganiseerd in de vorm van twee- en vierhalfjaarlijkse hogeronderwijscursussen. Daarnaast krijgen ongeveer 3 000 hoofden en adjunct-hoofden van openbare onderwijsinstellingen een gespecialiseerde opleiding over het beheer van onderwijsinstellingen. Leerkrachten en hun werkgevers sluiten een opleidingscontract.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C1.I4: Oprichting van nieuwe kinderdagverblijven
Het doel van de investering is de beschikbaarheid van voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie te vergroten door nieuwe kinderdagverblijven te creëren. Deze maatregel zal naar verwachting bijdragen tot een hogere arbeidsparticipatie van ouders, met name vrouwen, en aldus bijdragen tot gendergelijkheid en sociale inclusie. De maatregel wordt ondersteund door een recent onderzoek waaruit blijkt dat er behoefte is aan 12 000 crècheplaatsen, naast de bestaande plaatsen en de plaatsen die momenteel in voorbereiding zijn.
In hetkader van deze maatregel worden in heel Hongarije ten minste 3 984 nieuwe crècheplaatsen gecreëerd in volledig nieuwe gebouwen of door uitbreiding van bestaande gebouwen. De investering omvat ook aanvullende uitrusting en infrastructuur, zoals klassikale uitrusting, meubilair, speelterreinen en fietsparkeerplaatsen. Bij de bouw van nieuwe gebouwen is de vraag naar primaire energie ten minste 20 % lager dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen. Als gevolg van de investering moeten ten minste 3 984 kinderen in de nieuwe plaatsen zijn ingeschreven.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.
C1.R4: Verbetering van de houdbaarheid van het pensioenstelsel
Het doel van de hervorming is de budgettaire houdbaarheid van het Hongaarse pensioenstelsel op middellange en lange termijn te bevorderen en bij te dragen tot de verlenging van het beroepsleven, en tegelijkertijd de toereikendheid van de pensioenen die aan gepensioneerden met een lager inkomen worden betaald, te versterken. Voor zover nodig introduceert de hervorming automatische balanceringsmechanismen in het pensioenstelsel en andere parameterwijzigingen.
De hervorming bestaat uit:
De publicatie van een onafhankelijk internationaal deskundigenverslag over beleidsopties om de houdbaarheidsuitdagingen van het Hongaarse pensioenstelsel op lange termijn aan te pakken. Het verslag bevat een diagnose van het pensioenstelsel en de financiële houdbaarheid ervan, en bevat concrete beleidsvoorstellen om de budgettaire houdbaarheid van het pensioenstelsel op middellange en lange termijn te waarborgen door middel van passende maatregelen aan de ontvangstenzijde en automatische balanceringsmechanismen, en door de stijging van de verwachte pensioenuitgaven als percentage van het bbp tegen 2070 ten opzichte van de meest recente prognoses van het vergrijzingsverslag onder controle te houden, met behoud van de toereikendheid, met name door het aanpakken van inkomensongelijkheden.
De voorbereiding door de regering van een beleidsvoorstel tot wijziging van het pensioenstelsel. Als onderdeel van de voorbereiding wordt het beleidsvoorstel geraadpleegd met de sociale en economische partners en andere relevante belanghebbenden, gepresenteerd en besproken in de werkgroep vergrijzing van het Comité voor de economische politiek, en ter openbare raadpleging voorgelegd.
De voorbereiding door de regering van een wetgevingsvoorstel tot wijziging van het pensioenstelsel, vergezeld van een gedetailleerde effectbeoordeling. In de effectbeoordeling wordt aangetoond hoe het wetgevingsvoorstel de budgettaire houdbaarheid van het pensioenstelsel op lange termijn waarborgt door middel van passende maatregelen en mogelijke automatische balanceringsmechanismen, en door de stijging van de verwachte pensioenuitgaven als percentage van het bbp tegen 2070 ten opzichte van de meest recente prognoses van het vergrijzingsverslag onder controle te houden. De effectbeoordeling is gebaseerd op de gemeenschappelijke aannames inzake macro-economische en demografische prognoses van het meest recente vergrijzingsverslag.
De inwerkingtreding van de wetgeving tot wijziging van het pensioenstelsel op basis van het wetgevingsvoorstel van de regering.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 maart 2025 voltooid.
A.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgende Aantal |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal
|
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing
|
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Eenheid |
Basislijn |
Doelstelling |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
1 |
C1.R1 Ontwikkeling van concurrerend openbaar onderwijs met behulp van technologie van de 21e eeuw |
Doel |
Aantal digitale notebooks dat is geleverd voor gebruik door leerling of leerkracht |
Aantal |
0 |
120 000 |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Ten minste 120 000 digitale notebooks (standaard- en 2-in-1-types) moeten worden aangekocht en geleverd in schoolonderwijsinstellingen, voor gebruik door leerlingen in de negende klas (voor leerdoeleinden), voor leerkrachten (voor onderwijsdoeleinden), voor scholen om hun IT-klaslokalen te ontwikkelen en voor het centrum voor schooladministratie (Klebersberg Központ). De notebooks worden geleverd in de loop van het schooljaar 2021/2022. De leerlingen moeten de notebooks kunnen bewaren totdat zij hun schoolonderwijs afronden en ze daarna aan de nieuwe cohorten overhandigen. Het percentage leerlingen dat een persoonlijk ICT-apparaat ontvangt, bedraagt ten minste 90 % onder kansarme leerlingen. Het percentage leerkrachten dat een persoonlijk ICT-apparaat ontvangt, bedraagt ten minste 90 % van de leerkrachten die een aanvraag indienen voor een apparaat op scholen met een bovengemiddeld aandeel kansarme leerlingen en onder leerkrachten die een aanvraag indienen voor een apparaat dat in de drie schooljaren voorafgaand aan het schooljaar 2021/2022 geen persoonlijk ICT-apparaat heeft ontvangen. |
|
2 |
C1.R1 Ontwikkeling van concurrerend openbaar onderwijs met behulp van technologie van de 21e eeuw |
Mijlpaal |
Ontwikkeling van een strategie voor het testen van de middelen voor de toewijzing van digitale notebooks aan leerlingen |
Publicatie van de strategie |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Er wordt een strategie voor het testen van de middelen ontwikkeld en gepubliceerd voor de toewijzing van digitale notebooks aan leerlingen. In de strategie wordt onder meer gespecificeerd dat leerlingen met een kansarme achtergrond en zonder digitaal notebook de hoogste prioriteit hebben om een dergelijk apparaat te ontvangen. |
|||
3 |
C1.R1 Ontwikkeling van concurrerend openbaar onderwijs met behulp van technologie van de 21e eeuw |
Doel |
Percentage leerkrachten dat informatie- en communicatietechnologieën gebruikt in ten minste 40 % van hun lessen |
% |
33 |
35 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Het aandeel leerkrachten in het openbaar onderwijs die in ten minste 40 % van hun klassen informatie- en communicatietechnologieën gebruiken, neemt uiterlijk op 31 december 2023 toe tot ten minste 35 %. De basisgegevens zijn voor 2019 (bron: KIR-STAT). |
|
4 |
C1.R1 Ontwikkeling van concurrerend openbaar onderwijs met behulp van technologie van de 21e eeuw |
Doel |
Aantal instellingen voor schoolonderwijs dat is uitgerust met moderne weergavetools en -instrumenten die de creativiteit en probleemoplossende vaardigheden van leerlingen ontwikkelen |
Aantal |
0 |
3 100 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Ten minste 3 100 schoolonderwijsinstellingen moeten zijn uitgerust met moderne weergavetools (interactief paneel) en apparaten die de creativiteit en probleemoplossende vaardigheden van leerlingen verbeteren, zoals programmeerbare robots, programmeerbare microcircuits en drones. Voorrang moet worden gegeven aan het uitrusten van scholen met een hoog percentage kansarme leerlingen. |
|
5 |
C1.R1 Ontwikkeling van concurrerend openbaar onderwijs met behulp van technologie van de 21e eeuw |
Doel |
Aantal extra digitale notebooks geleverd voor gebruik door leerling of leerkracht |
Aantal |
120 000 |
579 000 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Rekening houdend met de in stap 2 bedoelde strategie voor het testen van de inkomsten, worden aanvullende digitale notebooks (standaard- en 2-in-1-types) aangeschaft en geleverd in openbare onderwijsinstellingen, ten behoeve van leerlingen in de rangen vijf (zes in het schooljaar 2022/2023) en negen, voor het gebruik van leerkrachten en voor de ontwikkeling van hun IT-klaslokalen tijdens de schooljaren 2022/2023, 2023/2024 en 2024/2025 als onderdeel van het vierjarenprogramma. Tegen het einde van het vierjarige programma (schooljaar 2024/2025) moeten in het kader van deze maatregel in totaal ten minste 579 000 digitale notebooks worden aangeschaft en geleverd, waarvan ten minste 55 000 ter beschikking van leerkrachten en ten minste 10 000 voor scholen om hun IT-klaslokalen te ontwikkelen. De leerlingen moeten de notebooks kunnen bewaren totdat zij hun schoolonderwijs afronden en ze daarna aan de nieuwe cohorten overhandigen. |
|
6 |
C1.R1 Ontwikkeling van concurrerend openbaar onderwijs met behulp van technologie van de 21e eeuw |
Doel |
Percentage leerkrachten dat informatie- en communicatietechnologieën gebruikt in ten minste 40 % van hun lessen |
% |
35 |
45 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het aandeel leerkrachten in het openbaar onderwijs die in ten minste 40 % van hun klassen informatie- en communicatietechnologieën gebruiken, neemt uiterlijk op 30 juni 2026 toe tot ten minste 45 %. Er wordt een verslag gepubliceerd waarin het gebruik van digitale oplossingen in scholen door leerkrachten en leerlingen wordt beoordeeld. In het verslag wordt onder meer gebruikgemaakt van gegevens van KIR-STAT over het aandeel leerkrachten in het openbaar onderwijs die in hun klassen informatie- en communicatietechnologieën gebruiken, en de gegevens van de TALIS-enquête van de OESO. |
|
7 |
C1.I1 Verbetering van de toegang tot kwaliteitsonderwijs in lagere middelbare scholen |
Mijlpaal |
Inventarisatie van het schoolnetwerk met het oog op de selectie van scholen voor de integratie van kleine lagere middelbare klassen in grotere scholen in naburige nederzettingen |
Publicatie van de kartering |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Het schoolnetwerk wordt landelijk in kaart gebracht met het oog op het identificeren en selecteren van scholen voor de integratie van kleine lagere middelbare klassen in grotere scholen in de naburige nederzettingen. De inventarisatie wordt gebaseerd op bewijsmateriaal en een diagnose van de behoeften en wordt uitgevoerd in overleg met belanghebbenden (met name studenten en hun ouders, leerkrachten, schoolpersoneel, gemeenschappen en lokale overheden) om ten minste 5-10 door de staat onderhouden lagere middelbare scholen te selecteren die in grotere gastscholen moeten worden geïntegreerd, als onderdeel van een proeffase. Bij het in kaart brengen worden het effect van de integratie van scholen op de samenstelling van de leerlingen, het risico op segregatie, het aantal leerkrachten en personeelsleden, de schoolprestaties, de leerresultaten, het percentage leerlingen met een hoog risico op voortijdig schoolverlaten, de locatie van scholen, schoolprofielen en verwachte toekomstige behoeften met betrekking tot de demografische ontwikkeling beoordeeld. Wat de gastscholen betreft, wordt onder meer rekening gehouden met de fysieke eigenschappen van het gebouw en de infrastructuur ervan. De kartering wordt openbaar gemaakt. |
|||
8 |
C1.I1 Verbetering van de toegang tot kwaliteitsonderwijs in lagere middelbare scholen |
Doel |
Uitvoering van proefprojecten voor institutionele reorganisaties voor de integratie van kleine lagere middelbare klassen in grotere scholen in naburige nederzettingen |
Aantal |
0 |
5 |
KWARTAAL 3 |
2023 |
De lagere middelbare klassen in ten minste 5 door de staat onderhouden scholen worden effectief geïntegreerd in grotere gastscholen in naburige nederzettingen, als onderdeel van een proeffase. De geselecteerde gastschool integreert lagere middelbare klassen van kleine scholen waar kwaliteitsonderwijs niet efficiënt kan worden gewaarborgd. Het aantal leerkrachten en personeelsleden moet in de gastscholen toereikend zijn om de nieuwe leerlingen te huisvesten en de leerkrachten en het personeel krijgen een opleiding in inclusieve pedagogie. De behoeften aan woon-werkverkeer en huisvesting in verband met de maatregel worden op passende wijze aangepakt. Het integratieproces mag niet leiden tot meer segregatie in de gastscholen. De gastscholen mogen niet fungeren als instapscholen voor de nieuwe leerlingen. |
|
9 |
C1.I1 Verbetering van de toegang tot kwaliteitsonderwijs in lagere middelbare scholen |
Doel |
Uitvoering van aanvullende institutionele reorganisaties voor de integratie van kleine lagere middelbare klassen in grotere scholen in naburige nederzettingen |
Aantal |
5 |
35 |
KWARTAAL 3 |
2025 |
De resultaten van de proefreorganisaties en de bijbehorende aanbevelingen en uitvoeringsrichtsnoeren worden opgenomen in een openbaar verslag. Op basis van het verslag en de in stap 7 bedoelde kartering worden extra lagere middelbare klassen in ten minste 30 scholen daadwerkelijk geïntegreerd in grotere gastscholen in naburige nederzettingen. De geselecteerde gastscholen integreren lagere middelbare klassen van kleine scholen waar kwaliteitsonderwijs niet efficiënt kan worden gewaarborgd. Het aantal leerkrachten en personeelsleden moet in de gastscholen toereikend zijn om de nieuwe leerlingen te huisvesten en de leerkrachten en het personeel krijgen een opleiding in inclusieve pedagogie. De behoeften aan woon-werkverkeer en huisvesting in verband met de maatregel worden op passende wijze aangepakt. Het integratieproces mag niet leiden tot meer segregatie in de gastscholen. De gastscholen mogen niet fungeren als instapscholen voor de nieuwe leerlingen. |
|
10 |
C1.I2 Ondersteuning van het onderwijs aan studenten met speciale onderwijsbehoeften |
Mijlpaal |
Inventarisatie van de onderwijsbehoeften van leerlingen met speciale onderwijsbehoeften |
Publicatie van de kartering door het ministerie dat verantwoordelijk is voor openbaar onderwijs |
0 |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Op basis van de individuele ontwikkelingsplannen van de scholen wordt een overzicht van de behoeften aan apparatuur, diensten en leerkrachten speciaal onderwijs opgesteld en gepubliceerd. |
||
11 |
C1.I2 Ondersteuning van het onderwijs aan studenten met speciale onderwijsbehoeften |
Doel |
Percentage instellingen voor speciaal onderwijs dat steun heeft ontvangen voor het onderwijs aan leerlingen met speciale onderwijsbehoeften |
% |
0 |
50 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 50 % van de instellingen voor speciaal onderwijs die in het schooljaar 2025/2026 functioneren, ontvangt steun voor het onderwijs aan leerlingen met speciale onderwijsbehoeften. De ondersteuning wordt verleend aan leerlingen met speciale behoeften of aan hun ondersteunende netwerk, met inbegrip van ouders, leerkrachten en onderwijzend personeel, en omvat, naargelang de situatie, het volgende: I) verbeterde diensten voor zowel leerkrachten/personeel als leerlingen, met name betere mobiliteitsondersteuning, huur van apparatuur, schoolvervoer, opleiding, kennisdeling en programma’s voor maatschappelijke acceptatie, ii) aankoop van fysieke en ICT-toegankelijkheidsapparatuur, ontwikkelingsinstrumenten, speciale medische en technische uitrusting, algemene en aangepaste elektrische voertuigen voor de levering van diensten. |
|
12 |
C1.I2 Ondersteuning van het onderwijs aan leerlingen met speciale onderwijsbehoeften |
Doel |
Aantal leerlingen met speciale onderwijsbehoeften dat gebruik heeft gemaakt van verbeterde diensten |
Aantal |
0 |
45 000 |
KWARTAAL 3 |
2026 |
Ten minste 45 000 leerlingen met speciale onderwijsbehoeften (SEN) profiteren van de verbeterde diensten als bedoeld in doelstelling 11. |
|
13 |
C1.I2 Ondersteuning van het onderwijs aan leerlingen met speciale onderwijsbehoeften |
Doel |
Aantal leerkrachten in het bijzonder onderwijs dat een beroepsopleiding heeft gevolgd |
Aantal |
0 |
5 000 |
KWARTAAL 3 |
2026 |
Ten minste 5 000 leerkrachten in het bijzonder onderwijs krijgen een speciale opleiding (competentie-ontwikkeling, diagnostische procedures en het gebruik van speciale instrumenten) en professionele ontwikkeling, waaronder met name opleiding voor het verwerven van speciale pedagogische vaardigheden ter ondersteuning van SEN-leerlingen. |
|
14 |
C1.R2 Vermindering van het risico van segregatie op scholen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving die voorziet in een vermindering van de overheidssteun voor basisscholen en lagere middelbare scholen met een laag percentage kansarme leerlingen |
Bepalingen in de wetgeving die de inwerkingtreding ervan aangeven |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Inwerkingtreding van wetgeving voor de vermindering van de overheidssteun voor basisscholen en lagere middelbare scholen (rangen 1 t/m 8) met een laag percentage kansarme leerlingen. De wetgeving bevat bepalingen op grond waarvan de overheidssteun voor basisscholen en lagere middelbare scholen (zowel staatsscholen als niet-overheidsscholen die overheidsfinanciering ontvangen) die werkzaam zijn in meerschoolse nederzettingen (d.w.z. nederzettingen met meer dan één school of meer dan één schoolgebouw) met 10 % wordt verminderd indien het percentage kansarme leerlingen in die scholen: meer dan 20 procentpunten lager zijn dan het gemiddelde aandeel in de afwikkeling (op LBE-niveau) waar de school is gevestigd, zoals bepaald aan het begin van de schooljaren 2023/2024 en 2024/2025; meer dan 15 procentpunten lager dan het gemiddelde aandeel in de vestiging (op LBE-niveau) waar de school is gevestigd, zoals bepaald aan het begin van het schooljaar 2025/2026 en van de daaropvolgende schooljaren. De wettelijke bepalingen worden toegepast met ingang van het schooljaar 2023/2024. De toepasselijkheid van de bepalingen op individuele scholen wordt aan het begin van elk schooljaar en uiterlijk op 15 oktober bepaald. De verlaging met 10 % van de staatssteun geldt vanaf 1 januari van dat schooljaar en voor het gehele kalenderjaar. |
|||
15 |
C1.R2 Vermindering van het risico van segregatie op scholen |
Mijlpaal |
Verslag over de toepassing van de nieuwe wetgeving die voorziet in een vermindering van de overheidssteun voor basisscholen en lagere middelbare scholen met een laag percentage kansarme leerlingen |
Publicatie van het verslag door het ministerie van Openbaar Onderwijs |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Er wordt een verslag gepubliceerd waaruit blijkt dat de nieuwe wetgeving die voorziet in de verlaging van de overheidssteun voor basisscholen en lagere middelbare scholen (rangen 1 t/m 8) met een laag percentage kansarme leerlingen, is toegepast. In het verslag worden de eerste uitvoeringsresultaten in de betrokken scholen tijdens de schooljaren 2023/2024 en 2024/2025 en het begin van het schooljaar 2025/2026 gepresenteerd, alsook het effect op de verdeling van kansarme leerlingen in de nederzettingen waar die scholen gevestigd zijn (met inbegrip van de omliggende nederzettingen). Het verslag kan aanbevelingen bevatten voor het verbeteren van het rechtskader en het vergroten van de doeltreffendheid ervan bij het verminderen van het risico op segregatie in het lager en lager middelbaar onderwijs. |
|||
16 |
C1.R3 Verbetering van de aantrekkelijkheid van het beroep van leraar |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving om de lonen van leerkrachten in het openbaar onderwijs te verhogen tot ten minste 80 % van het gemiddelde loon van afgestudeerden in het tertiair onderwijs |
Bepalingen in de wetgeving die de inwerkingtreding ervan aangeven |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Er treedt een wet in werking waarin wordt bepaald dat het gemiddelde loon van leerkrachten in het openbaar onderwijs (alle leerkrachten in het openbaar onderwijs met een tertiaire graad in de zin van de wet op het openbaar onderwijs, met uitzondering van beroepsonderwijs) uiterlijk op 1 januari 2025 ten minste 80 % van het gemiddelde loon van afgestudeerden in het tertiair onderwijs moet bedragen en tot ten minste 31 december 2030 op een niveau van ten minste 80 % van het gemiddelde loon van afgestudeerden in het tertiair onderwijs moet worden gehandhaafd. De wet bevat tevens bepalingen op grond waarvan vanaf 1 januari 2023 en ten minste tot en met 31 december 2030 het loon van leerkrachten in de onderstaande categorieën hoger is met ten minste 12.5 % van het loon van leerkrachten met dezelfde kwalificatie en ervaring die niet tot deze categorieën behoren: leerkrachten die werkzaam zijn in achtergestelde nederzettingen zoals gedefinieerd in Regeringsbesluit 105/2015 betreffende de classificatie van begunstigde lokale overheden en de voorwaarden voor classificatie en Regeringsbesluit 1057/2021. (II. 19.) over het inhaalprogramma; leerkrachten die werken op scholen met een percentage kansarme leerlingen van ten minste 10 % en die speciale pedagogische methoden voor inclusief onderwijs in hun pedagogische programma’s definiëren (bron: KIR). De wet bevat ook bepalingen op grond waarvan de jaarlijkse loonsverhogingen voor beginleraren (gyakornok) vanaf 1 januari 2023 en ten minste tot en met 31 december 2030 ten minste gelijk zijn aan de gemiddelde jaarlijkse loonsverhoging voor alle leerkrachten in het openbaar onderwijs. De jaarlijkse verhogingen zijn met terugwerkende kracht van toepassing vanaf 1 januari van het desbetreffende jaar. Tijdens de voorbereiding wordt het wetsontwerp onderworpen aan een zinvolle sociale dialoog met de grootste vakbonden van de leerkrachten. |
|||
17 |
C1.R3 Verbetering van de aantrekkelijkheid van het beroep van leraar |
Doel |
Gemiddeld loon van leerkrachten in het openbaar onderwijs in 2023 ten opzichte van het gemiddelde loon van afgestudeerden in het tertiair onderwijs |
% |
59 |
64.7 |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Het gemiddelde loon van leerkrachten in het openbaar onderwijs (alle leerkrachten met een tertiaire graad in het openbaar onderwijs zoals gedefinieerd in de wet op het openbaar onderwijs, met uitzondering van beroepsonderwijs) bedraagt ten minste 64.7 % van het gemiddelde loon van afgestudeerden in het tertiair onderwijs, tegenover 59 % in 2022. De verhoging van het gemiddelde salaris van leerkrachten voor het jaar 2023 wordt bepaald op basis van de begrotingsresultaten voor de gemiddelde salarissen van afgestudeerden in het tertiair onderwijs in 2022 (zoals gepubliceerd door het Hongaarse bureau voor de statistiek) en de officiële prognoses van het ministerie van Financiën voor de loongroei in de nationale economie voor het jaar 2023. De daaruit voortvloeiende verhoging van de lonen van leerkrachten is met terugwerkende kracht van toepassing vanaf 1 januari 2023. |
|
18 |
C1.R3 Verbetering van de aantrekkelijkheid van het beroep van leraar |
Doel |
Gemiddeld loon van leerkrachten in het openbaar onderwijs in 2024 ten opzichte van het gemiddelde loon van afgestudeerden in het tertiair onderwijs |
% |
64.7 |
71.8 |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Het gemiddelde loon van leerkrachten in het openbaar onderwijs (alle leerkrachten met een tertiaire graad in het openbaar onderwijs zoals gedefinieerd in de wet op het openbaar onderwijs, met uitzondering van beroepsonderwijs) moet ten minste 71.8 % van het gemiddelde loon van afgestudeerden in het tertiair onderwijs bedragen, vergeleken met ten minste 64,7 % in 2023. De verhoging van het gemiddelde salaris van leerkrachten voor het jaar 2024 wordt bepaald op basis van de begrotingsresultaten voor de gemiddelde salarissen van afgestudeerden in het tertiair onderwijs in 2023 (zoals gepubliceerd door het Hongaarse bureau voor de statistiek) en de officiële prognoses van het ministerie van Financiën voor de loongroei in de nationale economie voor het jaar 2024. De daaruit voortvloeiende verhoging van de lonen van leerkrachten is met terugwerkende kracht van toepassing vanaf 1 januari 2024. |
|
19 |
C1.R3 Verbetering van de aantrekkelijkheid van het beroep van leraar |
Doel |
Gemiddeld loon van leerkrachten in het openbaar onderwijs in 2025 ten opzichte van het gemiddelde loon van afgestudeerden in het tertiair onderwijs |
% |
71.8 |
80 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Het gemiddelde loon van leerkrachten in het openbaar onderwijs (alle leerkrachten met een tertiaire graad in het openbaar onderwijs zoals gedefinieerd in de wet op het openbaar onderwijs, met uitzondering van beroepsonderwijs) moet ten minste 80 % van het gemiddelde loon van afgestudeerden in het tertiair onderwijs bedragen, vergeleken met ten minste 71.8 % in 2024. De verhoging van het gemiddelde salaris van leerkrachten voor het jaar 2025 wordt bepaald op basis van de begrotingsresultaten voor de gemiddelde salarissen van afgestudeerden in het tertiair onderwijs in 2024 (zoals gepubliceerd door het Hongaarse bureau voor de statistiek) en de officiële prognoses van het ministerie van Financiën voor de loongroei in de nationale economie voor het jaar 2025. De daaruit voortvloeiende verhoging van de lonen van leerkrachten is met terugwerkende kracht van toepassing vanaf 1 januari 2025. |
|
20 |
C1.R3 Verbetering van de aantrekkelijkheid van het beroep van leraar |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving tot vaststelling van de loonsverhoging voor beginnende leerkrachten voor het jaar 2025 |
Bepalingen in de wetgeving die de inwerkingtreding ervan aangeven |
KWARTAAL 2 |
2025 |
De wetgeving treedt in werking en bepaalt dat de loonsverhoging voor beginleraren (gyakornok)voor het jaar 2025 10 procentpunten hoger moet zijn dan de gemiddelde loonstijging voor alle leerkrachten in het openbaar onderwijs in 2025. |
|||
21 |
C1.R3 Verbetering van de aantrekkelijkheid van het beroep van leraar |
Mijlpaal |
Toepassing van de loonsverhogingen voor leerkrachten die in achtergestelde nederzettingen werken, leerkrachten die werken op scholen met een percentage kansarme leerlingen van ten minste 10 %, en beginleraren |
Verslag over de toepassing van de loonsverhogingen |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Er wordt een verslag opgesteld waaruit blijkt dat in de periode 2023-2026 de in de mijlpalen 16 en 20 bedoelde loonstijgingen zijn toegepast voor leerkrachten die werkzaam zijn in achtergestelde nederzettingen, leerkrachten die werken op scholen met een percentage kansarme leerlingen van ten minste 10 % en waarin speciale pedagogische methoden voor inclusief onderwijs in hun pedagogische programma’s worden gedefinieerd, en voor beginleraren. |
|||
22 |
C1.I3 Opleiding van leerkrachten en verbetering van de managementvaardigheden van de hoofden van instellingen |
Doel |
Aantal hoofden en adjunct-hoofden van openbare onderwijsinstellingen die hebben deelgenomen aan permanente professionele ontwikkeling |
Aantal |
0 |
3 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 3 000 hoofden en adjunct-hoofden van openbare onderwijsinstellingen nemen deel aan permanente professionele ontwikkeling om hun digitale en managementvaardigheden te verbeteren. |
|
23 |
C1.I3 Opleiding van leerkrachten en verbetering van de managementvaardigheden van de hoofden van instellingen |
Doel |
Aantal leerkrachten van openbare onderwijsinstellingen dat heeft deelgenomen aan permanente professionele ontwikkeling |
Aantal |
0 |
5 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Op basis van het voorafgaande overleg met leerkrachten via de bestaande organisaties voor de coördinatie van het openbaar onderwijs (National Public Education Council, Public Education Strategic Round Table) moeten ten minste 5 000 leerkrachten in het lager en hoger secundair onderwijs deelnemen aan permanente professionele ontwikkeling om extra specialisatie en een aanvullend certificaat te verwerven voor het onderwijzen van studierichtingen waar veel vraag naar is. |
|
24 |
C1.I4 Oprichting van nieuwe plaatsen in de crèche |
Doel |
Aantal kinderen ingeschreven in nieuw gecreëerde crèches |
Aantal |
0 |
500 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Ten minste 500 kinderen worden ingeschreven in nieuwe crècheplaatsen die zijn gecreëerd met steun uit het plan voor herstel en veerkracht. |
|
25 |
C1.I4 Oprichting van nieuwe plaatsen in de crèche |
Doel |
Aantal extra kinderen ingeschreven in nieuw gecreëerde crèches |
Aantal |
500 |
3 984 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 3 984 kinderen worden ingeschreven in nieuwe crècheplaatsen die met steun van het plan voor herstel en veerkracht zijn gecreëerd. In het kader van de maatregel wordt ten minste 70 % van de toegewezen middelen bestemd voor de bouw van nieuwe gebouwen en ten minste 11 % voor de energie-efficiënte renovatie van infrastructuur. In de subsidiabiliteitscriteria wordt gespecificeerd dat de vraag naar primaire energie van nieuwe gebouwen ten minste 20 % lager moet zijn dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen. |
|
26 |
C1.R4 Verbetering van de houdbaarheid van het pensioenstelsel |
Mijlpaal |
Onafhankelijk internationaal deskundigenverslag over beleidsopties om de houdbaarheidsuitdagingen van het Hongaarse pensioenstelsel op lange termijn aan te pakken |
Publicatie van het verslag |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Een onafhankelijk internationaal deskundigenverslag over beleidsopties voor het aanpakken van uitdagingen op het gebied van duurzaamheid op lange termijn wordt opgesteld door een onafhankelijke aanbieder met algemeen erkende deskundigheid (op basis van gemeenschappelijke aannames en prognoses van het meest recente gezamenlijke vergrijzingsverslag van de Europese Commissie en de EPC). Dat verslag: (1) betrekking hebben op de publieke pensioenpijler van het pensioenstelsel, de arbeidsmarkt en, voor zover nodig, het werkgelegenheids- en belastingbeleid dat relevant is voor de verlenging van het beroepsleven. Het heeft betrekking op zowel de nieuwkomers als de bestaande contribuanten; (2) een diagnose te stellen van het pensioenstelsel en de financiële houdbaarheid ervan; (3) concrete beleidsvoorstellen in te dienen (waarbij de nadruk ligt op, maar niet beperkt tot, het verlengen van het beroepsleven, onder meer door de wettelijke pensioenleeftijd te koppelen aan de levensverwachting en door de effectieve pensioenleeftijd te verhogen door middel van stimulansen om een langer beroepsleven aan te moedigen en sancties voor vervroegde uittreding, en door ook inkomensongelijkheid tussen gepensioneerden aan te pakken (rekening houdend met de beste praktijken in de EU-lidstaten); (4) de houdbaarheid van het pensioenstelsel op lange en middellange termijn te waarborgen door middel van passende maatregelen aan de ontvangstenzijde en automatische balanceringsmechanismen, en door de stijging van de verwachte pensioenuitgaven als percentage van het bbp tegen 2070 ten opzichte van de prognoses van het vergrijzingsverslag 2021 onder controle te houden, met behoud van de toereikendheid, met name door het aanpakken van inkomensongelijkheden; (5) een effectbeoordeling (duurzaamheid, ongelijkheid en adequaatheid) van deze beleidsvoorstellen verstrekken. Het verslag wordt openbaar gemaakt. |
|||
27 |
C1.R4 Verbetering van de houdbaarheid van het pensioenstelsel |
Mijlpaal |
Voorbereiding van een beleidsvoorstel tot wijziging van het pensioenstelsel |
Regeringsvoorstel voor hervorming en overleg |
KWARTAAL 2 |
2024 |
De regering stelt op basis van de bevindingen van het in mijlpaal 26 bedoelde verslag
een beleidsvoorstel op waarin de voorgestelde hervormingsopties worden uiteengezet.
Het beleidsvoorstel is:
(2) Overleg met sociale en economische partners en andere relevante belanghebbenden, met inbegrip van, maar niet beperkt tot, de Nationale Economische en Sociale Raad en de Raad van Ouderen; (3) Gepresenteerd en besproken in de werkgroep vergrijzing van het EPC; (4) Ingediend voor openbare raadpleging. |
|||
28 |
C1.R4 Verbetering van de houdbaarheid van het pensioenstelsel |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de wetgeving tot wijziging van het pensioenstelsel |
Bepalingen in de wetgeving die de inwerkingtreding ervan aangeven |
KWARTAAL 1 |
2025 |
De wetgeving tot wijziging van het pensioenstelsel op basis van het wetgevingsvoorstel van de regering treedt in werking. De wetgeving: (a) de houdbaarheid van de begroting op middellange en lange termijn te bevorderen; b) de toereikendheid van de pensioenen die aan gepensioneerden met een lager inkomen worden betaald, te versterken; c) bijdragen tot de verlenging van het beroepsleven; en het (d) voor zover nodig automatische balanceringsmechanismen invoeren in het pensioenstelsel en andere parameterwijzigingen. Het wetgevingsvoorstel van de regering voor een dergelijke handeling houdt rekening met de resultaten van het overleg en gaat vergezeld van een gedetailleerde effectbeoordeling. In de effectbeoordeling wordt aangetoond hoe — op basis van het wetgevingsvoorstel van de regering — de houdbaarheid van het pensioenstelsel op lange termijn wordt gewaarborgd door middel van passende maatregelen en mogelijke automatische balanceringsmechanismen, en door de stijging van de verwachte pensioenuitgaven als percentage van het bbp tegen 2070 ten opzichte van de meest recente prognoses van het vergrijzingsverslag onder controle te houden. De effectbeoordeling is gebaseerd op de gemeenschappelijke aannames inzake macro-economische en demografische prognoses van het meest recente vergrijzingsverslag. |
A.2. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
C1.I5: Oprichting van nieuwe kinderdagverblijven
Het doel van de investering is de beschikbaarheid van diensten voor voor- en vroegschoolse educatie verder te vergroten. Deze maatregel heeft tot doel bij te dragen tot een hogere arbeidsparticipatie van ouders, met name vrouwen, en zo bij te dragen tot gendergelijkheid en sociale inclusie.
In het kader van deze maatregel moeten in heel Hongarije — naast de 3 984 nieuwe crècheplaatsen die in het kader van maatregel C1.I4 worden ondersteund — ten minste 519 nieuwe crècheplaatsen worden gecreëerd in volledig nieuwe gebouwen of door uitbreiding van bestaande gebouwen. De investering omvat ook aanvullende uitrusting en infrastructuur, zoals klassikale uitrusting, meubilair, speelterreinen en fietsparkeerplaatsen. Bij de bouw van nieuwe gebouwen is de vraag naar primaire energie ten minste 20 % lager dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen. Als gevolg van de investering moeten ten minste 519 kinderen in de nieuwe plaatsen zijn ingeschreven.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Eenheid |
Basislijn |
Doelstelling |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
365 |
C1.I5 Oprichting van nieuwe plaatsen in de crèche |
Doel |
Aantal extra kinderen ingeschreven in nieuw gecreëerde crèches |
|
Aantal |
3 984 |
4 503 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Naast de 3 25 ingeschreven kinderen die in doelstelling 519 worden genoemd, moeten ten minste 984 kinderen zijn ingeschreven in nieuwe kinderdagverblijven. Deze nieuwe crecheplaatsen worden gecreëerd met steun uit het herstel- en veerkrachtplan, in heel Hongarije, in volledig nieuwe gebouwen of door uitbreiding van bestaande gebouwen. In het kader van de maatregel wordt ten minste 70 % van de toegewezen middelen bestemd voor de bouw van nieuwe gebouwen en ten minste 11 % voor de energie-efficiënte renovatie van infrastructuur. Bij de bouw van nieuwe gebouwen is de vraag naar primaire energie ten minste 20 % lager dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen. De investering omvat ook aanvullende uitrusting en infrastructuur, zoals klassikale uitrusting, meubilair, speelterreinen en fietsparkeerplaatsen. |
B. COMPONENT 2: HOOGGEKWALIFICEERDE, CONCURRERENDE ARBEIDSKRACHTEN
Dit onderdeel van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan draagt bij tot de modernisering van de stelsels voor beroepsonderwijs en hoger onderwijs. Zij pakt de uitdagingen van de groene en digitale transitie aan door oplossingen voor energie-efficiëntie en digitale apparatuur uit te voeren in gebouwen in instellingen voor hoger en beroepsonderwijs. De component pakt ook uitdagingen aan in verband met de ontwikkeling van vaardigheden en onderzoeks- en innovatieniveaus door onderzoeksprojecten tussen het bedrijfsleven en de academische wereld te stimuleren. De maatregelen in deze component zijn belangrijk voor het herstel van de economie en voor het vergroten van de veerkracht van toekomstige crises.
De centrale doelstelling van deze component is het versterken van de beroepsbevolking en de daarmee samenhangende opleidingsinstellingen in het licht van de huidige en mogelijke nieuwe crises, en het verbeteren van het sociaal-economische klimaat in Hongarije. Daartoe heeft de component tot doel i) een concurrerend hogeronderwijsstelsel tot stand te brengen; II) bijdragen tot een grotere beschikbaarheid van geschoolde arbeidskrachten; en iii) ondersteunen van een ecosysteem voor wetenschap, innovatie en opleiding.
De component ondersteunt de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen inzake de bevordering van investeringen en hervormingen op het gebied van onderzoek en innovatie, en groene en digitale vaardigheden (landspecifieke aanbeveling 5 in 2022); het toespitsen van investeringen op de groene en de digitale transitie en op de digitale infrastructuur van scholen (landspecifieke aanbeveling 2 in 2020); en het toespitsen van investeringsgerelateerd economisch beleid op onderzoek en innovatie (landspecifieke aanbeveling 3 van 2019).
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).
B.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
C2.R1: Modernisering van het hoger onderwijs
Het doel van de hervorming is het hoger onderwijs te moderniseren door meer praktijkgerichte elementen in de opleidingseisen op te nemen. Het is gericht op het opzetten van samenwerking op het gebied van opleiding en infrastructuur met instellingen voor beroepsopleiding en innovatie op bepaalde gebieden, en op het versterken van het stelsel van bijscholing en omscholing in het hoger onderwijs, in overeenstemming met de behoeften van de arbeidsmarkt.
In het kader van de maatregel worden verschillende verordeningen herzien en gewijzigd, onder meer inzake het beheer van intellectuele eigendom en de regels voor de werking van examencentra in de Wet op de beroepsopleiding, over de bepaling van de uitvoering van examentaken door de examencentra, over de bijscholing van leerkrachten en over digitale opleidingen (e-leren, afstandsonderwijs, blended type) opleidingen voor volwassenen en volwasseneneducatie. Bij de modernisering van de studierichtingen en de herziening van de wetgeving wordt rekening gehouden met de behoeften van de arbeidsmarkt met betrekking tot groene en digitale vaardigheden. De hervorming zal resulteren in de modernisering van 15 studiegebieden van het hoger onderwijs, zoals recht en openbaar bestuur, economie, medische en gezondheidswetenschappen, landbouw, kunst en natuurwetenschappen. De hervorming wordt gebaseerd op een verslag waarin wordt aangegeven welke regelgeving voor de studiegebieden van het hoger onderwijs zal worden herzien. Dit verslag wordt gezamenlijk opgesteld door het Hongaarse accreditatiecomité, de Hongaarse rectorenconferentie en de onderwijsautoriteit, waarbij in voorkomend geval de instellingen voor hoger onderwijs worden betrokken. De kenmerken van de gemoderniseerde opleidingsstructuur worden in het kader van de hervorming onder belanghebbenden en doelgroepen verspreid.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2023 voltooid.
C2.I1: Institutionele innovatie en versterkte activiteiten in het hoger onderwijs
Het doel van de investering is de ontwikkeling van inhoud voor afstandsonderwijs, opleidingsbeheersystemen en cursussen voor volwassenen in instellingen voor hoger onderwijs die microcredential certificaten verstrekken. Een microcredential is een bewijs van de leerresultaten die een lerende na een korte leerervaring heeft verworven en die aan transparante normen zijn getoetst. Het bewijs is opgenomen in een gecertificeerd document waarop de naam van de houder, de behaalde leerresultaten, de beoordelingsmethode, de toekennende instantie en, indien van toepassing, het niveau in het kwalificatiekader en de verdiende studiepunten worden vermeld. Microcredentials zijn eigendom van de lerende, kunnen worden gedeeld, zijn overdraagbaar, kunnen worden gecombineerd tot grotere credentials of kwalificaties, en kunnen studiepunten van het Europees systeem voor het overdragen en verzamelen van studiepunten (ECTS) verstrekken. Zij worden ondersteund door kwaliteitsborging volgens overeengekomen normen.
In het kader van deze maatregel worden 19 microcredential cursussen ontwikkeld die in instellingen voor hoger onderwijs worden gebruikt. Bij de nieuw ontwikkelde microcredentials wordt rekening gehouden met de behoeften van de economie. De microcredentials worden ontwikkeld in overeenstemming met de definitie en Europese standaardelementen om een microcredential te beschrijven zoals uiteengezet in de aanbeveling van de Raad van 25 mei 2022 betreffende een Europese aanpak van microcredentials voor een leven lang leren en inzetbaarheid op de arbeidsmarkt. Als gevolg van de investering ontvangt een toenemend aantal studenten/personen microcredential certificaten en neemt zij deel aan programma’s voor de ontwikkeling van digitale vaardigheden van instellingen voor hoger onderwijs. Ten minste 600 personen die betrokken zijn bij opleidingsactiviteiten voor volwassenen in de betrokken instellingen voor hoger onderwijs verwerven microcredentials met ECTS-studiepunten. Daarnaast worden ten minste 1800 digitale leerinhoud ontwikkeld, waaronder lesmateriaal, scripts, podcasts, schermopnames, video’s, quizzen, referentiemateriaal, computerinhoud, webgebaseerde inhoud, digitale spelletjes enz. In het kader van deze maatregel nemen ten minste 34 000 studenten en personeelsleden (met inbegrip van leerkrachten) in de betrokken instellingen voor hoger onderwijs deel aan programma’s voor digitale vaardigheden, competenties en kennisontwikkeling. De opleiding van leerkrachten is met name gericht op vaardigheden voor het gebruik van digitale instrumenten voor het onderwijzen en ontwikkelen van digitale leerinhoud.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C2.I2: Modernisering van de infrastructuur en digitalisering van instellingen voor hoger onderwijs
Het doel van de investering is instellingen voor hoger onderwijs aantrekkelijker te maken en de groene en digitale transitie te ondersteunen door middel van gemoderniseerde infrastructuur, digitalisering en capaciteitsontwikkeling.
De investering bestaat uit:
I) de renovatie van instellingen voor hoger onderwijs op het gebied van energie-efficiëntie, waarbij gemiddeld ten minste 30 % primaire energie wordt bespaard.
de bouw van nieuwe gebouwen voor instellingen voor hoger onderwijs, waar de vraag naar primaire energie ten minste 20 % lager ligt dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen.
de aankoop en installatie van digitale apparatuur in instellingen voor hoger onderwijs, zoals interactieve whiteboards of grote aanraakschermen, laptops, digitale notebooks, pc’s, multimediestudio’s, multimedia en/of interactieve apparaten ter ondersteuning van digitaal onderwijs-, leer-/leermanagementsysteem, ICT-instrumenten die nodig zijn voor de ontwikkeling/gestructureerde verzameling, opslag, classificatie en toegankelijkheid van inhoud, in overeenstemming met de FAIR van de EU (Findable, richtlijn toegankelijk, interoperabel en herbruikbaar), systemen die worden gebruikt voor het uitzenden van onderwijs-, communicatie- en samenwerkingssystemen ter ondersteuning van digitaal onderwijs, multimediaopslagsysteem, onlinecatalogus die de doorzoekbaarheid en toegankelijkheid van digitale inhoud waarborgt, onderwijssoftwarelicenties, een beheersysteem voor opleidingen op afstand in gesloten systemen en licenties voor het bewerken van curricula, systemen voor cloudgebaseerde diensten.
activiteiten op het gebied van capaciteitsontwikkeling, met inbegrip van de organisatie van opleidingen, conferenties en activiteiten voor de ontwikkeling van vaardigheden; het uitrusten van werkplaatsen en laboratoria voor leerdoeleinden; de ontwikkeling van kernvoorzieningen, vaardighedenlaboratoria, taalcursussen en competentietraining op basis van de behoeften van de universiteiten.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C2.I3: Ontwikkeling van digitale leerplannen voor beroepsonderwijs en -opleiding
Het doel van de investering is bij te dragen tot de beschikbaarheid van gekwalificeerde arbeidskrachten door digitaal onderwijs te verstrekken aan alle studenten die beroepsonderwijs en -opleiding volgen.
Als gevolg van de investering worden ten minste 75 digitale leermaterialen ontwikkeld voor beroepsonderwijs en -opleiding met betrekking tot specifieke beroepen en hebben ten minste 13 000 studenten (individuele gebruikers) in beroepsonderwijs en -opleiding of volwassenenonderwijs in relevante beroepen toegang tot dit digitale leermateriaal. Het digitale leermateriaal wordt ontwikkeld in sectoren die niet onder het gezag van het ministerie van Cultuur en Innovatie vallen, overeenkomstig artikel 45, lid 1, van Regeringsdecreet 12/2020. (II. 7.).
De investering wordt uitgevoerd door middel van een oproep tot het indienen van projecten voor de ontwikkeling van digitale curricula, die wordt gepubliceerd door het Nationaal Bureau voor beroepsonderwijs en -opleiding en volwasseneneducatie.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 maart 2026 zijn voltooid.
C2.I4: Infrastructuur voor beroepsonderwijs en -opleiding voor de21e eeuw
Het doel van de investering is energie-efficiëntie te bevorderen, algemene infrastructuurverbeteringen door te voeren en de digitalisering van beroepsopleidingscentra te verbeteren. De verbeterde bouw en digitale infrastructuur van beroepsopleidingen zal ook leiden tot een betere leeromgeving voor leerlingen, die naar verwachting hun onderwijsresultaten ten goede zal komen.
De investering omvat de renovatie op het gebied van energie-efficiëntie en de aankoop van ICT-apparatuur voor ten minste 16 geselecteerde centra voor beroepsonderwijs en -opleiding. Het omvat ook andere verbeteringen van de infrastructuur in deze centra, zoals de uitrusting van werkplaatsen, de renovatie van onderwijsgebieden en de aankoop van leermateriaal, -instrumenten en -meubilair. De selectie van de centra geschiedt op basis van objectieve en transparante criteria, waaronder de vraag op de arbeidsmarkt in de specifieke economische regio, de status van de infrastructuur en de middelen van de centra voor beroepsopleiding, de vraag of de centra in achterstandsgebieden zijn gevestigd, het aandeel kansarme studenten en de banden en samenhang met eerdere programma’s. Het renovatieprogramma voor energie-efficiëntie leidt tot een gemiddelde besparing van ten minste 30 % primaire energie of een vermindering van de directe en indirecte broeikasgasemissies met ten minste 30 %.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 maart 2026 zijn voltooid.
C2.I5: Ontwikkeling van het centraal onderzoekscentrum
Het doel van de investering is de oprichting van een centraal examencentrum in Boedapest om de voorwaarden te scheppen voor hoogwaardige beroepsexamens in bepaalde beroepen waarvoor het netwerk van examencentra geen passende territoriale dekking op regionaal niveau waarborgt.
Deze investering bestaat uit de voltooiing van het centraal onderzoekscentrum, dat examens voor ten minste 30 beroepen en beroepskwalificaties organiseert. De maatregel omvat de renovatie van het gebouw van het Centrum, met inbegrip van de verbetering van de energie-efficiëntie, andere renovaties van gebouwen, en het herontwerpen en uitrusten van de klaslokalen, onderzoekszalen, werkplaatsen en dienstruimten.
De renovatie op het gebied van energie-efficiëntie leidt gemiddeld tot een besparing van ten minste 30 % primaire energie of een vermindering van de broeikasgasemissies met ten minste 30 %. Het examencentrum wordt ontwikkeld als een van de centra voor beroepsonderwijs en -opleiding gescheiden examenplaats.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 maart 2026 zijn voltooid.
C2.I6: Oprichting van nationale laboratoria voor onderzoek en ontwikkeling
Het doel van de investering is de oprichting van aanvullende nationale onderzoeks- en ontwikkelingslaboratoria om het innovatie-ecosysteem in het land te versterken. Deze nationale laboratoria zijn geformaliseerde onderzoeksconsortia, waaronder universiteiten, onderzoeksinstellingen en andere publieke actoren (zoals het nationaal bureau voor de veiligheid van de voedselketen en de Hongaarse meteorologische dienst), die worden opgericht om onderzoek te verrichten en studies op relevante onderzoeksgebieden te publiceren.
De maatregel bestaat uit de oprichting van nationale laboratoria, die onderzoekssubsidies, de aankoop van uitrusting en de ontwikkeling van infrastructuur omvatten. De nationale laboratoria bestrijken relevante onderzoeksgebieden voor de groene/digitale transitie en de sociaal-economische uitdagingen van Hongarije en worden georganiseerd op de thematische gebieden veilige samenleving en milieu; gezondheid; industrie en digitalisering. Deze thematische gebieden omvatten onderwerpen als hernieuwbare energie, datagestuurde gezondheid, farmaceutisch onderzoek en ontwikkeling, waterveiligheid, kunstmatige intelligentie en autonome systemen. De onderzoeksprojecten van de laboratoria en de daarmee verband houdende contracten (met inbegrip van arbeidsovereenkomsten voor onderzoekers en ander betrokken personeel) hebben een vaste looptijd, die niet langer mag duren dan 30 juni 2026.
De maatregel omvat de publicatie van een verslag over de prestaties van deze nationale laboratoria, opgesteld door het nationaal agentschap voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie. Het verslag bevat informatie over i) de activiteiten en resultaten van de laboratoria op het gebied van onderzoek waarin zij actief waren, met inbegrip van de mondiale uitdaging die zij op nationaal niveau hebben aangepakt, ii) de samenstelling van consortia (publieke en private partners), en iii) de wijze waarop deze nationale laboratoria hebben bijgedragen tot de versterking van het Hongaarse innovatie-ecosysteem.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
B.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal
|
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing
|
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Eenheid |
Basislijn |
Doelstelling |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
29 |
C2.R1 Modernisering van opleidingen in het hoger onderwijs |
Doel |
Aantal gemoderniseerde studiegebieden in het hoger onderwijs |
Aantal |
0 |
15 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
De Hongaarse accreditatiecommissie, de Hongaarse rectorenconferentie, de onderwijsautoriteit en de instellingen voor hoger onderwijs moderniseren de 15 studiegebieden van het hoger onderwijs door meer praktijkgerichte elementen in het curriculum op te nemen en de relevante regelgeving te herzien, onder meer inzake het beheer van intellectuele eigendom, en inzake de regels voor de werking van examencentra in de wet op de beroepsopleiding, inzake de bepaling van de uitvoering van examentaken van examencentra, de opleiding van leerkrachten in dienst, digitale opleidingen (e-leren, afstandsonderwijs en blended leren), die betrekking hebben op volwasseneneducatie en volwassenenonderwijs. |
|
30 |
C2.I1 Institutionele innovatie en versterkte activiteiten in het hoger onderwijs |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep voor de selectie van universiteiten die de ontwikkeling van e-curricula uitvoeren |
Publicatie van de oproep van de nationale autoriteit voor het plan voor herstel en veerkracht |
|
|
|
KWARTAAL 2 |
2023 |
Er wordt een oproep gedaan voor de ontwikkeling van een gesloten systeem voor inhoud en beheer van opleidingen op afstand en volwasseneneducatie in het hoger onderwijs (microcredentials die de studiepunten van het Europees systeem voor het overdragen en verzamelen van studiepunten (ECTS) verstrekken). De vereisten in de documentatie van de oproep moeten waarborgen dat Hongaarse instellingen voor hoger onderwijs niet worden gediscrimineerd, onder meer op basis van hun eigendomsstructuur. Bij de lijst van potentiële microcredentials wordt rekening gehouden met de behoeften van de economie. De microcredentials worden ontwikkeld in overeenstemming met de definitie en Europese standaardelementen om een microcredential te beschrijven zoals uiteengezet in de aanbeveling van de Raad van 25 mei 2022 betreffende een Europese aanpak van microcredentials voor een leven lang leren en inzetbaarheid op de arbeidsmarkt. |
31 |
C2.I1 Institutionele innovatie en versterkte activiteiten in het hoger onderwijs |
Doel |
Aantal cursussen met microcredentials met digitale inhoud |
|
Aantal |
0 |
19 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Na de onder stap 30 vermelde oproep wordt door instellingen voor hoger onderwijs digitaal leermateriaal ontwikkeld voor ten minste 19 cursussen met microcredentials met ECTS-studiepunten. De microcredentials worden ontwikkeld in overeenstemming met de definitie en Europese standaardelementen om een microcredential te beschrijven zoals uiteengezet in de aanbeveling van de Raad van 25 mei 2022 betreffende een Europese aanpak van microcredentials voor een leven lang leren en inzetbaarheid op de arbeidsmarkt. |
32 |
C2.I1 Institutionele innovatie en versterkte activiteiten in het hoger onderwijs |
Doel |
Aantal studenten/personen die een certificaat van microcredentials hebben ontvangen in instellingen voor hoger onderwijs |
|
Aantal |
0 |
600 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 600 studenten/personen die betrokken zijn bij opleidingsactiviteiten voor volwassenen in de betrokken instellingen voor hoger onderwijs verwerven microcredentials met ECTS-studiepunten. |
33 |
C2.I1 Institutionele innovatie en versterkte activiteiten in het hoger onderwijs |
Doel |
Aantal ontwikkelde digitale leerinhoud voor hoger onderwijs |
Aantal |
0 |
1 800 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Er wordt ten minste 1 800 digitale leerinhoud voor de betrokken instellingen voor hoger onderwijs ontwikkeld. Digitale leerinhoud omvat lesmateriaal, scripts, podcasts, schermopnames, video’s, quizzen, referentiemateriaal, computerinhoud, webinhoud, digitale spellen enz. |
|
34 |
C2.I1 Institutionele innovatie en versterkte activiteiten in het hoger onderwijs |
Doel |
Aantal studenten en personeel in het hoger onderwijs dat heeft deelgenomen aan programma’s voor de ontwikkeling van digitale vaardigheden |
|
Aantal |
0 |
34 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 34 000 studenten en personeelsleden (met inbegrip van leerkrachten) in de betrokken instellingen voor hoger onderwijs nemen deel aan programma’s voor digitale vaardigheden, competenties en kennisontwikkeling in het kader van deze maatregel. De opleiding van leerkrachten is gericht op vaardigheden voor het gebruik van digitale instrumenten voor het onderwijzen en ontwikkelen van digitale leerinhoud. |
35 |
C2.I2 Modernisering van infrastructuur en digitalisering in instellingen voor hoger onderwijs |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van projecten voor de renovatie van energie-efficiëntie, de bouw van nieuwe gebouwen, nieuwe digitale apparatuur en activiteiten op het gebied van capaciteitsontwikkeling in instellingen voor hoger onderwijs |
Publicatie van de oproep door het ministerie van instellingen voor hoger onderwijs |
KWARTAAL 1 |
2022 |
Er wordt een oproep gedaan tot het indienen van projecten met betrekking tot de renovatie van energie-efficiëntie, de bouw van nieuwe gebouwen, de aankoop en installatie van digitale apparatuur en activiteiten op het gebied van capaciteitsontwikkeling in instellingen voor hoger onderwijs. In de oproep wordt ten minste 2.5 % van de toewijzing voor de maatregel gereserveerd voor de bouw van nieuwe gebouwen, ten minste 22.5 % voor energie-efficiënte renovatie van infrastructuur, ten minste 41.5 % voor nieuwe ICT-apparatuur en de resterende toewijzing voor activiteiten op het gebied van capaciteitsontwikkeling, met inbegrip van: de organisatie van opleidingen, conferenties en activiteiten voor de ontwikkeling van vaardigheden; het uitrusten van werkplaatsen en laboratoria voor leerdoeleinden; de ontwikkeling van kernvoorzieningen, vaardighedenlaboratoria, taalcursussen en competentietraining op basis van de behoeften van de universiteiten. De criteria om in aanmerking te komen voor investeringen in energie-efficiëntie omvatten onder meer de eis dat als gevolg van de renovatie gemiddeld ten minste 30 % primaire energie wordt bespaard op de gerenoveerde infrastructuur. In de subsidiabiliteitscriteria wordt ook gespecificeerd dat de vraag naar primaire energie van elk nieuw gebouw ten minste 20 % lager moet zijn dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen. De vereisten in de documentatie van de oproep moeten waarborgen dat Hongaarse instellingen voor hoger onderwijs niet worden gediscrimineerd, onder meer op basis van hun eigendomsstructuur. Publieke trustfondsen komen niet in aanmerking als ontvangers in het kader van de oproep. De selectie van de projecten wordt gebaseerd op objectieve criteria die in de oproep zijn vastgesteld, waaronder de energie-efficiëntiewinst in verband met investeringskosten, kostenefficiëntie bij de aankoop van digitale apparatuur, het aantal beschikbare computers per leerkracht, het aandeel leerkrachten met een hoge academische graad en het aandeel kansarme studenten aan de universiteiten. |
|||
36 |
C2.I2 Modernisering van infrastructuur en digitalisering in instellingen voor hoger onderwijs |
Doel |
Energie-efficiënte renovatie van de gebouweninfrastructuur en bouw van nieuwe gebouwen in instellingen voor hoger onderwijs |
Vierkante meter |
0 |
25 145 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 25 145 vierkante meter infrastructuur van instellingen voor hoger onderwijs wordt gerenoveerd om een besparing van ten minste 30 % op primaire energie te realiseren of wordt gebouwd als een nieuw gebouw om de vraag naar primaire energie met ten minste 20 % te verlagen dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen. |
|
37 |
C2.I2 Modernisering van infrastructuur en digitalisering in instellingen voor hoger onderwijs |
Doel |
Installatie van digitale apparatuur in gebouwen voor hoger onderwijs |
|
Aantal ICT-apparatuur |
0 |
22 300 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 22 300 ICT-apparatuur moet worden aangekocht en geïnstalleerd in instellingen voor hoger onderwijs. Deze ICT-apparatuur omvat interactieve whiteboards of grote aanraakschermen, computers en laptops, multimediastudies, multimedia en/of interactieve apparaten ter ondersteuning van digitaal onderwijs, leren, leermanagementsystemen, ICT-instrumenten die nodig zijn voor de ontwikkeling/gestructureerde verzameling, opslag, classificatie en toegankelijkheid van inhoud, in overeenstemming met de FAIR-richtlijn (Findable, Accessible, Interoperable, Reusable) van de EU, systemen voor het uitzenden van onderwijs; communicatie- en samenwerkingssystemen ter ondersteuning van digitaal onderwijs, multimediaopslagsysteem, onlinecatalogus die de doorzoekbaarheid en toegankelijkheid van digitale inhoud waarborgt, onderwijssoftwarelicenties, een beheersysteem voor opleidingen in gesloten systemen voor afstandsonderwijs en gerelateerde licenties voor het bewerken van curricula, systemen voor cloudgebaseerde diensten. |
38 |
C2.I2 Modernisering van infrastructuur en digitalisering in instellingen voor hoger onderwijs |
Mijlpaal |
Verslag over activiteiten op het gebied van capaciteitsontwikkeling in instellingen voor hoger onderwijs |
Publicatie van het verslag |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Er wordt een verslag gepubliceerd met de resultaten van de in het kader van deze maatregel uitgevoerde capaciteitsontwikkelingsactiviteiten, met inbegrip van: de organisatie van opleidingen, conferenties en activiteiten voor de ontwikkeling van vaardigheden; het uitrusten van werkplaatsen en laboratoria voor leerdoeleinden; de ontwikkeling van kernvoorzieningen, vaardighedenlaboratoria, taalcursussen en competentietraining op basis van de behoeften van de universiteiten. |
|||
39 |
C2.I3 Ontwikkeling van digitale leerplannen voor beroepsonderwijs en -opleiding |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van projecten voor de ontwikkeling van digitale curricula |
Publicatie van de oproep tot het indienen van projecten door het Nationaal Bureau voor beroepsonderwijs en -opleiding en volwasseneneducatie |
|
|
|
KWARTAAL 2 |
2023 |
Het nationaal bureau voor beroepsonderwijs en -opleiding en volwasseneneducatie publiceert een oproep tot het indienen van projecten voor de ontwikkeling van digitaal leermateriaal. In de oproep wordt vermeld dat het digitale leermateriaal betrekking heeft op sectoren die niet onder het gezag van het ministerie van Cultuur en Innovatie vallen, overeenkomstig artikel 45, lid 1, van Regeringsdecreet 12/2020. (II. 7.). |
40 |
C2.I3 Ontwikkeling van digitale leerplannen voor beroepsonderwijs en -opleiding |
Doel |
Aantal voor beroepsonderwijs en -opleiding ontwikkelde digitale leermaterialen |
Aantal |
0 |
75 |
KWARTAAL 3 |
2025 |
Er worden ten minste 75 digitale leermaterialen ontwikkeld voor beroepsonderwijs en -opleiding met betrekking tot specifieke beroepen, dat klaar is om door studenten te worden gebruikt. |
|
41 |
C2.I3 Ontwikkeling van digitale leerplannen voor beroepsonderwijs en -opleiding |
Doel |
Aantal leerlingen in beroepsonderwijs en -opleiding dat cursussen heeft gevolgd op basis van verbeterd digitaal leermateriaal |
|
Aantal |
0 |
13 000 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Ten minste 13 000 studenten (individuele gebruikers) die beroepsonderwijs en -opleiding volgen of volwassenenonderwijs volgen in beroepen die behoren tot de sectoren waarop het in stap 40 bedoelde digitale leermateriaal betrekking heeft, hebben toegang tot verbeterd digitaal leermateriaal. Het aantal studenten wordt ontleend aan de gegevens die zijn geregistreerd in het registratie- en studiestelsel van centra voor beroepsonderwijs en -opleiding. |
42 |
C2.I4 Infrastructuur voor beroepsonderwijs en -opleiding voor de 21e eeuw |
Mijlpaal |
Selectie van ten minste 16 centra voor beroepsonderwijs en -opleiding om deel te nemen aan een ontwikkelingsprogramma |
Publicatie van het besluit om ten minste 16 centra voor beroepsonderwijs en -opleiding te selecteren op de webpagina van het ministerie dat verantwoordelijk is voor beroepsopleiding |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Op basis van de ontwikkelingsplannen van de verschillende centra worden ten minste 16 bij het ontwikkelingsprogramma betrokken centra geselecteerd. De selectie wordt gebaseerd op objectieve en transparante criteria, met inbegrip van de vraag op de arbeidsmarkt in de specifieke economische regio, de status van de infrastructuur en de middelen van de centra voor beroepsopleiding, de vraag of de centra voor beroepsonderwijs en -opleiding in achterstandsregio’s zijn gevestigd, het aandeel kansarme studenten, banden en samenhang met eerdere programma’s. |
|||
43 |
C2.I4 Infrastructuur voor beroepsonderwijs en -opleiding voor de 21e eeuw |
Doel |
Renovatie van centra voor beroepsonderwijs en -opleiding op het gebied van energie-efficiëntie |
|
Vierkante meter |
0 |
69 175 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 69 175 vierkante meter gebouwen in ten minste 16 centra voor beroepsopleiding worden op het gebied van energie-efficiëntie gerenoveerd en bereiken gemiddeld een vermindering van de directe en indirecte broeikasgasemissies met ten minste 30 % of een besparing op primaire energie van ten minste 30 %. |
44 |
C2.I4 Infrastructuur voor beroepsonderwijs en -opleiding voor de 21e eeuw |
Doel |
Aankoop van ICT-apparatuur voor centra voor beroepsonderwijs en -opleiding |
|
Aantal |
0 |
13 825 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
13 825 ICT-apparatuur moet worden aangekocht en gebruikt in ten minste 16 centra voor beroepsopleiding. Nieuwe ICT-apparatuur omvat digitale notebooks, tablets, leerruimten voor samenwerking en apparatuur voor kennisdeling. |
45 |
C2.I4 Infrastructuur voor beroepsonderwijs en -opleiding voor de 21e eeuw |
Doel |
Aantal centra voor beroepsonderwijs en -opleiding met verbeterde infrastructuur |
|
Aantal |
0 |
16 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 16 centra voor beroepsopleiding ontvangen andere algemene infrastructuurverbeteringen (met inbegrip van de renovatie en uitrusting van werkplaatsen, de renovatie van onderwijsruimten, de aankoop van leermateriaal, gereedschap, meubilair (banken en kasten). |
46 |
C2.I5 Ontwikkeling van het centraal onderzoekscentrum |
Mijlpaal |
Gunning van de overheidsopdracht (en) voor de renovatie en ontwikkeling van het centraal onderzoekscentrum |
Kennisgeving van de gunning van de overheidsopdracht (en) |
|
|
|
KWARTAAL 4 |
2023 |
De procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor de renovatie en ontwikkeling van het centraal onderzoekscentrum worden uitgevoerd en de overheidsopdrachten worden gegund. Het toepassingsgebied van de overeenkomsten omvat de renovatie van het gebouw van het centraal onderzoekscentrum, met inbegrip van het herontwerpen en uitrusten van de klaslokalen, onderzoekszalen en werkplaatsen en de dienstruimten. Ten minste 20 % van de begroting van de maatregel wordt toegewezen aan renovatie op het gebied van energie-efficiëntie, hetgeen resulteert in een besparing van ten minste 30 % op primaire energie of een vermindering van de broeikasgasemissies met ten minste 30 %. |
47 |
C2.I5 Ontwikkeling van het centraal onderzoekscentrum |
Mijlpaal |
Voltooiing van het centraal onderzoekscentrum |
Ingebruikneming van het centraal onderzoekscentrum |
KWARTAAL 1 |
2026 |
De ontwikkeling van het centraal onderzoekscentrum wordt voltooid en het centrum wordt operationeel. Het is het centrale examencentrum dat in Boedapest is gevestigd om de voorwaarden te scheppen voor een beroepsexamen van hoge kwaliteit, dat ten minste 30 beroepen en beroepskwalificaties bestrijkt waarvoor het netwerk van erkende examencentra geen passende territoriale dekking op regionaal niveau waarborgt. |
|||
48 |
C2.I6 Oprichting van nationale laboratoria voor onderzoek en ontwikkeling |
Doel |
Oprichting van aanvullende nationale laboratoria op vijf thematische onderzoeksgebieden |
Aantal |
15 |
29 |
KWARTAAL 2 |
2022 |
14 extra nationale laboratoria worden opgericht in consortia bestaande uit instellingen voor hoger onderwijs, onderzoeksinstellingen, bedrijven en andere publieke actoren (zoals het nationale bureau voor de veiligheid van de voedselketen en de Hongaarse meteorologische dienst). Nationale laboratoria worden georganiseerd rond onderzoeksthema’s op de thematische gebieden veilige samenleving en milieu; gezondheid; industrie en digitalisering. De laboratoria worden opgericht om bij te dragen tot de versterking van het Hongaarse innovatie-ecosysteem. |
|
49 |
C2.I6 Oprichting van nationale laboratoria voor onderzoek en ontwikkeling |
Mijlpaal |
Verslag over de prestaties van de nationale laboratoria |
Publicatie van het verslag door het nationaal agentschap voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het nationaal agentschap voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie stelt een verslag op over de prestaties van de in het kader van deze maatregel opgerichte nationale laboratoria. Het verslag bevat informatie over de activiteiten van de betrokken nationale laboratoria, met inbegrip van ten minste de volgende elementen: i) de activiteiten en resultaten van de laboratoria op het gebied van onderzoek waarin zij actief waren, met inbegrip van de mondiale uitdaging die zij op nationaal niveau hebben aangepakt, ii) de samenstelling van consortia (publieke en private partners), en iii) de wijze waarop deze nationale laboratoria hebben bijgedragen tot de versterking van het Hongaarse innovatie-ecosysteem. In het verslag wordt ook de doeltreffendheid van de nationale laboratoria bij de ondersteuning van onderzoeks- en innovatieactiviteiten in de economie geëvalueerd en worden aanbevelingen gedaan om de onderzoeksondersteuning te verbeteren. |
C. CTEGENSTANDER 3: INHALEN VAN DE NEDERZETTINGEN
Dit onderdeel van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan pakt de sociaal-economische en territoriale uitdagingen aan die door de COVID-19-pandemie zijn verergerd, met name in de armste nederzettingen, en pakt kwesties aan zoals het gebrek aan toegang tot de arbeidsmarkt en openbare diensten, het tekort aan professionals in de eerstelijnszorg en meer in het algemeen armoede.
Het hoofddoel van deze component is het verlenen van basisdiensten aan de inwoners van de 300 meest achtergestelde nederzettingen in Hongarije (zoals gedefinieerd in Regeringsbesluit 1404/2019 (VII.05.) en Regeringsbesluit 1057/2021. (II.19.) door middel van een geïntegreerde sociale beleidsinterventie. Het toepassingsgebied van de maatregelen in dit onderdeel maakt integraal deel uit van het bredere inhaalprogramma. De component draagt bij tot het huisvestingsgedeelte van beginsel 19 van de Europese pijler van sociale rechten en beginsel 20 inzake de toegang tot essentiële diensten.
Daartoe heeft de component tot doel i) sociale woningen te bouwen en te renoveren om de toegang tot passende huisvestingsomstandigheden te verbeteren; sociale zonne-energiecentrales oprichten; de werkgelegenheid en de ontwikkeling van vaardigheden bevorderen op basis van lokale specifieke kenmerken en de versterking van de lokale economische cultuur; en iv) betere leerresultaten te bereiken door middel van gemeenschapsgerichte pedagogie.
De component draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen inzake het verbeteren van de toereikendheid van sociale bijstand en het waarborgen van toegang tot essentiële diensten, hoogwaardig onderwijs en adequate huisvesting voor iedereen (landspecifieke aanbevelingen 2 in 2020 en 3 in 2022), inzake het waarborgen van de integratie van de meest kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt (landspecifieke aanbevelingen 2 in 2019 en 3 in 2022), en inzake het doen van investeringen die gericht zijn op de groene en de digitale transitie (landspecifieke aanbevelingen 3 in 2020 en 6 in 2022).
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).
C.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
C3.R1: Randvoorwaarden scheppen voor doeltreffende geïntegreerde steun aan de meest achtergestelde nederzettingen
Het doel van de maatregel is de doeltreffende en transparante uitvoering te ondersteunen van het „Catching up Settlements” -programma, dat tot doel heeft de meest achtergestelde nederzettingen in Hongarije te ontwikkelen en de belangrijkste sociaal-economische uitdagingen van hun inwoners aan te pakken.
De maatregel bestaat uit twee acties om kadervoorwaarden vast te stellen voor de uitvoering van en het toezicht op het inhaalprogramma. Ten eerste worden de niet-gouvernementele organisaties die de verschillende onderdelen van het programma uitvoeren, geselecteerd volgens een transparante procedure op basis van criteria die verband houden met beroepservaring, -bekwaamheid en -verdienste. Het reglement van orde wordt bekendgemaakt op de speciale website van het programma. Ten tweede wordt een thematisch toezichtcomité voor het programma voor de afwikkeling van de vangsten opgericht om de resultaten te evalueren en aanbevelingen te doen om de doeltreffendheid van het programma verder te vergroten. De evaluatie door het toezichtcomité heeft betrekking op de relevante interventies — uit nationale en EU-financieringsbronnen (met inbegrip van ESF ± en EFRO-elementen) — ter ondersteuning van de doelstellingen van het programma in de 300 meest achtergestelde nederzettingen. Daartoe zijn de bevoegde ministeries en autoriteiten, vertegenwoordigers van gemeenten, maatschappelijke organisaties die zich bezighouden met sociale integratie en integratie van de Roma lid van het toezichtcomité. De maatschappelijke organisaties worden geselecteerd op basis van beroepservaring, capaciteit en verdienste. Het toezichtcomité komt regelmatig bijeen, ten minste elk kwartaal. Haar documenten, met inbegrip van de notulen, worden gepubliceerd op de speciale website van het programma.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 maart 2023 voltooid.
C3.I1: Bouw en renovatie van sociale woningen, verbetering van de huisvestingsomstandigheden
Het doel van de investering is het verbeteren van de levenskwaliteit en de huisvestingsomstandigheden van mensen die wonen in de meest achtergestelde gemeenten die in het kader van het „Catching up Settlements” -programma zijn geselecteerd, en de huisvestingsarmoede te verminderen, in overeenstemming met de Europese pijler van sociale rechten.
De maatregel bestaat uit de aankoop en renovatie van ten minste 1 600 woningen, de bouw van 400 nieuwe woningen en de verhuur ervan als sociale woningen. De bouw van nieuwe huizen vindt binnen een gemeente zo centraal mogelijk plaats om gebruik te maken van vervallen huizen en lege percelen. In geïsoleerde gebieden of buiten het bevolkte gebied van een gemeente mag geen sociale huisvesting worden aangeboden. In een minderheid van de gevallen kunnen nieuwe en gerenoveerde woningen voor sociale doeleinden buiten de betrokken gemeenten worden geplaatst, in niet-gesegregeerde gebieden met een betere toegang tot werkgelegenheid en diensten, maar in die gevallen wordt het bestand van sociale woningen toegewezen aan mensen die in die 300 doelgemeenten wonen, die via een openbare oproep tot het indienen van aanvragen voor huurwoningen kunnen aanvragen en op vrijwillige basis in een woning buiten hun woongebied kunnen verhuizen.
Als onderdeel van de maatregel wordt een interventieplan opgesteld en gepubliceerd. Dit plan bevat richtsnoeren voor de selectie van de te renoveren woningen en de te bouwen nieuwe sociale woningen. In het plan wordt rekening gehouden met de enquêtes die zijn uitgevoerd om de behoeften in kaart te brengen en bij de selectie van projecten worden verdere risico’s van segregatie voorkomen en bestaande risico’s van segregatie bestreden.
De renovatiewerkzaamheden omvatten interventies zoals de renovatie van ten minste één verwarmbare kamer en één badkamer per woning, alsook de voorbereiding van veilige inzamelpunten voor elektriciteit, omheiningen van gebouwen, knaagdierbestrijding en het gebruik van insecticide. Deze narenovaties en nieuwbouwwoningen zijn gedurende ten minste 20 jaar eigendom van de organisaties die het inhaalprogramma uitvoeren en worden beheerd door een bureau voor sociale huisvesting in het kader van een openbaredienstcontract. Het bureau voor sociale huisvesting, dat via een openbare aanbesteding wordt geselecteerd, wijst de huisvesting via een openbare aanbesteding toe aan in aanmerking komende huurders in de vorm van een gehuurd onroerend goed. Nieuwe gebouwen moeten voldoen aan de eisen inzake bijna-energieneutrale gebouwen.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C3.I2: Productie en gebruik van hernieuwbare energie in achtergestelde gemeenten
Het doel van de investering is de bouw van fotovoltaïsche energiecentrales in of in de nabijheid van de meest achtergestelde gemeenten die in het kader van het Catching up Settlements Programme zijn geselecteerd. De productiecapaciteit is gedurende ten minste 20 jaar eigendom van de organisaties die het Catching up Settlements Programme uitvoeren. De netto-inkomsten van de nieuwe energiecentrales worden gebruikt voor de financiering van diverse sociale overdrachten in natura voor huishoudens die in energiearmoede leven, met name gezinnen met kinderen jonger dan drie jaar, zoals ten minste één verwarmde kamer met elektrische verwarming. Families worden geselecteerd via een open selectieprocedure. Als gevolg van deze investering zullen de levensomstandigheden van huishoudens met een laag inkomen naar verwachting verbeteren. Bovendien zal de nieuwe elektrische verwarming de verwarming met fossiele brandstoffen vervangen en zal de maatregel dus naar verwachting ook de luchtkwaliteit in de beoogde nederzettingen verbeteren.
In gevallen waarin de netwerkcapaciteit de investering niet mogelijk maakt binnen het administratieve gebied van de betrokken gemeenten, mogen fotovoltaïsche energiecentrales ook buiten de betrokken gemeenten worden gebouwd indien dit technisch gerechtvaardigd is, op voorwaarde dat de gegenereerde inkomsten worden gebruikt om de verwarming van huishoudens in de betrokken gemeenten te subsidiëren.
De investering resulteert in de installatie van een productiecapaciteit voor hernieuwbare energie van ten minste 25 000 kWp ter ondersteuning van de jaarlijkse elektriciteitsbehoefte van ten minste 5 000 kwetsbare gezinnen.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.
C3.I3: Bevordering van werkgelegenheid en ontwikkeling van vaardigheden op basis van lokale specifieke kenmerken
Het doel van de maatregel is de lokale economische ontwikkeling te bevorderen en lokale economische structuren tot stand te brengen die gericht zijn op de inwoners van de 300 meest achtergestelde gemeenten. Dit moet bijdragen tot het verminderen van de kwetsbaarheid van de arbeidsmarkt van mensen die in deze nederzettingen wonen, het vergroten van hun integratie op de arbeidsmarkt en het verbeteren van de arbeidskansen in de betrokken gemeenten. Voor de maatregel wordt gebruik gemaakt van een breed scala aan instrumenten voor economische ontwikkelingsinterventies op basis van actieplannen en strategieën voor economische ontwikkeling die zijn afgeleid van lokale diagnoses. De start van economische ontwikkelingsmaatregelen bouwt voort op veldwerk en het netwerk van lokale sociale helpers.
Deze investering bestaat uit de deelname van ten minste 10 000 personen aan arbeidsmarktsocialiseringsprogramma’s. Dergelijke programma’s omvatten opleiding, persoonlijk mentorschap, individuele dienstverlening en ten minste zes maanden werkervaring. Meer in het bijzonder ondersteunen deze programma’s de integratie van mensen in de werkende leeftijd die in achtergestelde gemeenten wonen in de open arbeidsmarkt door middel van opleidingsactiviteiten en door hen intensieve en uitgebreide begeleiding te bieden om aan het werk te gaan en te blijven werken. Als gevolg van de maatregel zullen de vaardigheden en inzetbaarheid van de deelnemers aan het programma naar verwachting verbeteren en zo bijdragen tot de werkgelegenheid van kansarme groepen.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C3.I4: Gemeenschapsgerichte pedagogie
Het doel van de maatregel is de leerresultaten en de participatiegraad in het onderwijs in de meest achtergestelde gebieden te verbeteren door leerlingen gerichte ondersteuning te bieden en hun gezinnen bij het schoolleven te betrekken.
Deze maatregel voorziet in inclusieve pedagogische ontwikkelingen in ten minste 100 openbare onderwijsinstellingen in de meest achtergestelde gemeenten die zijn geselecteerd in het kader van het Catching up Settlements Programme. De steun omvat sociale diagnoses voor openbare onderwijsinstellingen, uitgebreide schoolprogramma’s en beurzen voor secundair onderwijs in onderwijstrajecten die leiden tot „matura” (middelbareschooldiploma). De maatregel voorkomt verdere segregatie in het onderwijs en bestrijdt bestaande onderwijssegregatie.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal
|
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing
|
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Eenheid |
Basislijn |
Doelstelling |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
50 |
C3.R1 Het scheppen van randvoorwaarden voor doeltreffende geïntegreerde steun aan de meest achtergestelde nederzettingen |
Mijlpaal |
Transparante selectie van de organisaties die de verschillende elementen van het inhaalafwikkelingsprogramma moeten uitvoeren |
Bekendmaking van het reglement van orde voor de selectie van uitvoerende organisaties |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Het reglement van orde waarborgt een transparante selectie van niet-gouvernementele organisaties en andere organisaties die de verschillende elementen van het inhaalprogramma uitvoeren. Het reglement van orde wordt bekendgemaakt op de speciale website van het inhaalprogramma. De selectie geschiedt op basis van criteria die verband houden met beroepservaring, -bekwaamheid en -verdienste. |
|||
51 |
C3.R1 Het scheppen van randvoorwaarden voor doeltreffende geïntegreerde steun aan de meest achtergestelde nederzettingen |
Mijlpaal |
Oprichting van een toezichtcomité voor de ondersteuning van de meest achtergestelde nederzettingen |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Er wordt een thematisch monitoringcomité opgericht voor het „Catching up Settlements” -programma, met inbegrip van de ESF ± en EFRO-elementen, eventueel samen met andere soortgelijke programma’s voor sociale inclusie. Het comité evalueert de resultaten en doet aanbevelingen om de doeltreffendheid van het programma verder te vergroten. De leden van het toezichtcomité omvatten bevoegde ministeries en autoriteiten, vertegenwoordigers van gemeenten, maatschappelijke organisaties die zich bezighouden met sociale inclusie en integratie van de Roma. De maatschappelijke organisaties worden geselecteerd op basis van beroepservaring, capaciteit en verdienste. Het toezichtcomité komt ten minste eenmaal per kwartaal bijeen. De documenten, met inbegrip van de notulen, worden gepubliceerd op de speciale website van het programma. |
||||
52 |
C3.I1 Bouw en renovatie van sociale woningen, verbetering van de huisvestingsomstandigheden |
Mijlpaal |
Vaststelling van een interventieplan op basis van huisvestingsdiagnoses voor de betrokken nederzettingen |
Bekendmaking van het interventieplan op de speciale website |
|
|
|
KWARTAAL 2 |
2022 |
De hoofdorganisator van het inhaalprogramma stelt een interventieplan vast om de renovatiebehoeften en de nederzettingen waar nieuwe sociale woningen moeten worden gebouwd of aangekocht, vast te stellen. Nieuwe en gerenoveerde woningen voor sociale doeleinden kunnen bij wijze van uitzondering buiten de 300 meest achtergestelde gemeenten worden geplaatst (in niet-gesegregeerde gebieden met betere toegang tot werkgelegenheid en diensten), maar in die gevallen wordt het bestand van sociale woningen toegewezen aan mensen die in die 300 doelgemeenten wonen, die via een openbare oproep tot het indienen van aanvragen voor huurwoningen een aanvraag kunnen indienen en op vrijwillige basis in een woning buiten hun woongebied kunnen verhuizen. In het plan wordt rekening gehouden met de enquêtes die zijn uitgevoerd om de behoeften in kaart te brengen en de selectie van projecten mag geen scheidingsrisico opleveren. Het plan wordt gepubliceerd op de speciale website van het Catching-up Settlements Programme. |
53 |
C3.I1 Bouw en renovatie van sociale woningen, verbetering van de huisvestingsomstandigheden |
Doel |
Renovatie van woningen |
Aantal |
0 |
800 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Aankoop en renovatie van ten minste 800 woningen die volgens het gepubliceerde interventieplan zijn geselecteerd en verhuurd als sociale woningen. Dit omvat interventies zoals de renovatie van ten minste één verwarmbare kamer en één badkamer per woning, alsmede de voorbereiding van veilige inzamelpunten voor elektriciteit, omheiningen van gebouwen, knaagdierbestrijding en insecticide. Deze woningen na renovatie zijn gedurende ten minste 20 jaar eigendom van de organisaties die het inhaalprogramma uitvoeren en worden beheerd door een bureau voor sociale huisvesting in het kader van een openbaredienstcontract. Het bureau voor sociale huisvesting wijst de woningvoorraad via een openbare aanbesteding toe aan in aanmerking komende huurders in de vorm van een gehuurd onroerend goed. |
|
54 |
C3.I1 Bouw en renovatie van sociale woningen, verbetering van de huisvestingsomstandigheden |
Doel |
Renovatie van extra woningen |
Aantal |
800 |
1 600 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Aankoop en renovatie van ten minste 800 extra woningen die volgens het gepubliceerde interventieplan zijn geselecteerd. Dit omvat interventies zoals de renovatie van ten minste één verwarmbare ruimte, één badkamer per woning, de voorbereiding van veilige inzamelpunten voor elektriciteit, omheiningen van gebouwen, knaagdierbestrijding en insecticide. Deze woningen na renovatie worden eigendom van, beheerd en gehuurd aan in aanmerking komende huurders overeenkomstig de specificaties in stap 53. |
|
55 |
C3.I1 Bouw en renovatie van sociale woningen, verbetering van de huisvestingsomstandigheden |
Doel |
Bouw van nieuwe sociale woningen |
Aantal |
0 |
200 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Bouw van ten minste 200 nieuwe sociale woningen op basis van het gepubliceerde interventieplan. Nieuwe gebouwen moeten voldoen aan de eisen inzake bijna-energieneutrale gebouwen. De bouw van nieuwe huizen vindt binnen een gemeente zo centraal mogelijk plaats om gebruik te maken van vervallen huizen en lege percelen. Deze nieuw gebouwde woningen moeten eigendom zijn van, worden beheerd en gehuurd aan in aanmerking komende huurders overeenkomstig de specificaties in stap 53. |
|
56 |
C3.I1 Bouw en renovatie van sociale woningen, verbetering van de huisvestingsomstandigheden |
Doel |
Bouw van aanvullende nieuwe sociale woningen |
Aantal |
200 |
400 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Bouw van ten minste 200 extra nieuwe sociale woningen op basis van het gepubliceerde interventieplan. Nieuwe gebouwen moeten voldoen aan de eisen inzake bijna-energieneutrale gebouwen. De bouw van nieuwe huizen vindt binnen een gemeente zo centraal mogelijk plaats om gebruik te maken van vervallen huizen en lege percelen. Deze nieuw gebouwde woningen moeten eigendom zijn van, worden beheerd en gehuurd aan in aanmerking komende huurders overeenkomstig de specificaties in stap 53. |
|
57 |
C3.I2 Productie en gebruik van hernieuwbare energie in achtergestelde gemeenten |
Doel |
Installatie van productiecapaciteit voor hernieuwbare energie in of ten behoeve van achtergestelde gemeenten |
kWp |
0 |
12 500 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Elektriciteitscentrales voor de productie van hernieuwbare energie worden gebouwd in een van de 300 meest achtergestelde nederzettingen, met een productiecapaciteit van ten minste 12 500 kWp. In gevallen waarin de netwerkcapaciteit het niet mogelijk maakt om te investeren in inhaalplaatsen binnen het administratieve gebied van de betrokken gemeenten, mogen fotovoltaïsche energiecentrales bij wijze van uitzondering buiten de 300 beoogde gemeenten worden gebouwd indien dit technisch gerechtvaardigd is, op voorwaarde dat de gegenereerde inkomsten worden gebruikt om de verwarming van huishoudens in de 300 betrokken gemeenten te subsidiëren. De productiecapaciteit is gedurende ten minste 20 jaar eigendom van de organisaties die het Catching up Settlements Programme uitvoeren. Deze organisaties gebruiken de netto-inkomsten (het verschil tussen de inkomsten uit de verkoop van energie en de uitgaven in verband met de exploitatie van de elektriciteitscentrale) van de elektriciteitsproductie ter ondersteuning van de jaarlijkse elektriciteitsbehoefte voor verwarming van ten minste één verwarmde kamer voor ten minste 2 500 kwetsbare gezinnen met kinderen in de 300 nederzettingen, via een openbare aanbesteding. De eigenaar houdt een afzonderlijke boekhouding bij met het oog op de registratie en rapportage van de inkomsten, uitgaven en herverdeelde financiële steun in verband met de exploitatie van de energiecentrales. |
|
58 |
C3.I2 Productie en gebruik van hernieuwbare energie in achtergestelde gemeenten |
Doel |
Installatie van extra productiecapaciteit voor hernieuwbare energie in of ten behoeve van achtergestelde gemeenten |
kWp |
12 500 |
25 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Aanvullende elektriciteitscentrales voor de productie van hernieuwbare energie worden gebouwd in een van de 300 meest achtergestelde nederzettingen, met een productiecapaciteit van ten minste 12 500 kWp. In gevallen waarin de netwerkcapaciteit het niet mogelijk maakt om te investeren in inhaalplaatsen binnen het administratieve gebied van de betrokken gemeenten, mogen fotovoltaïsche energiecentrales bij wijze van uitzondering buiten de 300 beoogde gemeenten worden gebouwd indien dit technisch gerechtvaardigd is, op voorwaarde dat de gegenereerde inkomsten worden gebruikt om de verwarming van huishoudens in de 300 betrokken gemeenten te subsidiëren. De productiecapaciteit is gedurende ten minste 20 jaar eigendom van de organisaties die het Catching up Settlements Programme uitvoeren. Deze organisaties gebruiken de netto-inkomsten (het verschil tussen de inkomsten uit de verkoop van energie en de uitgaven in verband met de exploitatie van de elektriciteitscentrale) van de elektriciteitsproductie ter ondersteuning van de jaarlijkse elektriciteitsbehoefte voor verwarming van ten minste één verwarmde kamer voor ten minste 2 500 kwetsbare gezinnen met kinderen in de 300 nederzettingen (bovenop de vorige doelstelling), via een openbare aanbesteding. De eigenaar houdt een afzonderlijke boekhouding bij met het oog op de registratie en rapportage van inkomsten, uitgaven en herverdeelde financiële steun in verband met de exploitatie van de energiecentrales. |
|
59 |
C3.I3 Bevordering van werkgelegenheid en ontwikkeling van vaardigheden op basis van lokale specifieke kenmerken |
Doel |
Deelname aan arbeidsmarktsocialiseringsprogramma’s |
Aantal |
0 |
4 000 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Ten minste 4 000 personen uit de beoogde nederzettingen nemen deel aan arbeidsmarktsocialiseringsprogramma’s, die opleiding, persoonlijk mentorschap, individuele dienstverlening en een dienstverband van ten minste zes maanden omvatten. In hetkader van deze investering wordt geen betrekking op openbare werken. |
|
60 |
C3.I3 Bevordering van werkgelegenheid en ontwikkeling van vaardigheden op basis van lokale specifieke kenmerken |
Doel |
Aanvullende deelname aan arbeidsmarktsocialiseringsprogramma’s |
Aantal |
4 000 |
10 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 6 000 extra personen uit de beoogde nederzettingen nemen deel aan werkgelegenheidsprogramma’s, overeenkomstig de specificaties in doelstelling 59. |
|
61 |
C3.I4 Gemeenschapsgerichte pedagogie |
Doel |
Pedagogische ontwikkeling van openbare onderwijs- en beroepsopleidingsinstellingen in de geselecteerde nederzettingen |
Aantal |
0 |
40 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Ten minste 40 openbare onderwijs- en beroepsopleidingsinstellingen in geselecteerde nederzettingen moeten profiteren van inclusieve pedagogische ontwikkeling. De steun omvat sociale diagnoses voor openbare onderwijsinstellingen, uitgebreide schoolprogramma’s, beurzen voor middelbare scholen die leiden tot „matura”, toepassing van gemeenschapsgerichte onderwijsmethoden en loopbaanbegeleiding. |
|
62 |
C3.I4 Gemeenschapsgerichte pedagogie |
Doel |
Pedagogische ontwikkeling van aanvullende openbare onderwijs- en beroepsopleidingsinstellingen in de geselecteerde nederzettingen |
Aantal |
40 |
100 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 60 extra openbare onderwijs- en beroepsopleidingsinstellingen in geselecteerde nederzettingen moeten profiteren van inclusieve pedagogische ontwikkeling. De steun omvat sociale diagnoses voor openbare onderwijsinstellingen, uitgebreide schoolprogramma’s, beurzen voor middelbare scholen die leiden tot „matura”, toepassing van gemeenschapsgerichte onderwijsmethoden en loopbaanbegeleiding. |
D. COMPONENT 4: WATERBEHEER
Dit onderdeel van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan is bedoeld om de uitdagingen aan te pakken waarmee Hongarije wordt geconfronteerd op het gebied van waterbeheer, met name in verband met het risico op droogte. Waterschaarste heeft een negatief effect op de toestand van waterlichamen, ecosystemen en landbouwgronden.
Het doel van deze component is bij te dragen tot de invoering van oplossingen op het gebied van waterbeheer door de instelling van een doeltreffend monitoringsysteem op lokaal en nationaal niveau en door de oprichting van nieuwe gemeenschappen voor duurzaam waterbeheer. Het onderdeel omvat ook maatregelen die gericht zijn op het verbeteren van de zekerheid van de watervoorziening in het Natura 2000-gebied Hanság en op het op gang brengen van reflectie en het uitvoeren van maatregelen om de maatregelen voor aanpassing aan de klimaatverandering op het gebied van waterbeheer te versnellen, met name door de toepassing van op de natuur gebaseerde oplossingen.
De maatregelen van deze component zijn voornamelijk gericht op de bescherming van de grondwatervoorraden en het waarborgen van een ecologisch passende retentie van watervoorraden. De verbetering van het Hongaarse monitoringsysteem voor waterbeheer door het aantal meetstations te verhogen, zal naar verwachting bijdragen tot een beter beheer van wateronttrekking door de bevoegde autoriteiten.
De component draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen om het investeringsgerelateerd economisch beleid te richten op duurzaam waterbeheer (landspecifieke aanbeveling 3 in 2020 en landspecifieke aanbeveling 5 in 2022).
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).
D.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
C4.R1: Voorlichting
Het doel van de hervorming is het uitbreiden van het toepassingsgebied van bestaande landbouwersverenigingen, ook „Irrigatiegemeenschappen” genoemd, tot „gemeenschappen voor duurzaam waterbeheer”, waarbij de nadruk ligt op duurzame praktijken voor waterbeheer en duurzame oplossingen voor aanpassing aan de klimaatverandering. Daartoe worden Wet CXIII/2019 en Regeringsdecreet nr. 302/2020 gewijzigd om het toepassingsgebied van de bestaande landbouwersverenigingen uit te breiden. Er worden nieuwe „gemeenschappen voor duurzaam waterbeheer” opgericht om duurzame oplossingen voor waterbeheer (onder meer waterretentie) en de uitwisseling van beste praktijken te bevorderen. De hervorming start ook informatiecampagnes in de vorm van door het ministerie van Landbouw georganiseerde voorlichtingsbijeenkomsten, zodat pas opgerichte „duurzame waterbeheergemeenschappen” en alle reeds bestaande gemeenschappen zich beter bewust worden van het belang van duurzaam waterbeheer en de kennis verwerven van doeltreffende oplossingen voor de uitvoering ervan.
De hervorming omvat ten minste 50 000 hectare bouwland dat veranderingen ondergaat in waterbesparende landbouwpraktijken. 1
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 maart 2026 voltooid.
C4.I2: Opzetten van een monitoringsysteem 2
Het doel van de investering is bij te dragen tot een duurzaam beheer van de watervoorraden. Kennis van de waterstroom in oppervlaktewaterlopen en andere hydrologische en waterkwaliteitsparameters van de regio is een fundamentele voorwaarde voor een duurzaam beheer van de watervoorraden. Dankzij de investering zullen naar verwachting maatregelen worden genomen op basis van de realtimegegevens van de monitoringsystemen in geval van een kwalitatieve en kwantitatieve verslechtering van de toestand van waterlichamen. Het gebruik van slimme monitoring, IT-instrumenten, de koppeling van datasystemen en de dynamische plannings- en controlefunctie zullen naar verwachting de nodige inputinformatie opleveren die nodig is voor de planning.
De investering bestaat uit de ontwikkeling van een alomvattend monitoringsysteem voor wateronttrekkingen op lokaal en nationaal niveau. Dit monitoringsysteem wordt gebruikt om de onttrekkingen uit zowel grondwater als oppervlaktewater te beoordelen.
Deze investering omvat de bouw van oppervlaktehydrografische stations, de installatie van geavanceerde hydrografische monitoringapparatuur en de verdere ontwikkeling van ondergrondse monitoringsystemen door de bouw van nieuwe bronnen voor de detectie van grondwaterstanden, die zijn gebouwd met een geïntegreerde druksonde voor systemen voor detectie op afstand.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.
C4.I3: Natuurbescherming
De investering wordt uitgevoerd in het gebied Hanság van het watersysteem Rábaköz-Tóköz, om de waterbalans van het Natura 2000-gebied te verbeteren, de ecologische aanvulling ervan veiliger te maken en het oppervlakte- en grondwater beter vast te houden. De investering heeft tot doel de ecologische toestand van beschermde en Natura 2000-habitats in Hanság in het doelgebied van 4 950 ha te beschermen en te verbeteren door de capaciteit voor de opslag van grondwater en oppervlaktewater te verbeteren.
De belangrijkste activiteiten van de investering zijn gericht op de modernisering van het eerder ontwikkelde kanaalsysteem om een evenwichtige watervoorziening te waarborgen. Met het oog op de instandhoudingsdoelstellingen van grondbeheer omvatten de geplande activiteiten de noodzakelijke renovatie van bepaalde delen van de rivierbedding en zuiveringsstroken, de renovatie van structuren voor waterbeheersing en -retentie en de bouw van nieuwe constructies.
De investering draagt bij tot een grotere retentie en een conservatiever beheer van de lokaal beschikbare watervoorraden. Het zal naar verwachting zorgen voor de ecologische omstandigheden die nodig zijn voor de bescherming van wetlands ecosystemen met habitats en soorten van communautair belang.
Het vasthouden van water dat wordt opgevangen door neerslag of stroomopwaarts van natuurlijke waterlopen moet prioriteit krijgen. Het ontwerp van het project omvat substantiële, op de natuur gebaseerde oplossingen voor waterretentie 3 , het herstel van wetlands en veengebieden, met name N02 (herstel en beheer van wetlands) en N13 (herstel van natuurlijke infiltratie ingrondverdeler) 4 . In het algemeen wordt in het ontwerp prioriteit gegeven aan het gebruik van op de natuur gebaseerde oplossingen, op basis van beste praktijken.
Alle projecten die aanzienlijke milieueffecten kunnen hebben, worden onderworpen aan een milieueffectbeoordeling (MEB) overeenkomstig Richtlijn 2011/92/EU en aan relevante beoordelingen in het kader van Richtlijn 2000/60/EG. De vereiste mitigerende maatregelen worden in de projecten geïntegreerd. Van de eisen van deze projecten, zoals hierboven uiteengezet, kan worden afgeweken voor zover dat nodig is om te voldoen aan de vereiste risicobeperkende maatregelen.
Er wordt een klimaatrisicoanalyse uitgevoerd.
De investeringen moeten ook voldoen aan de bepalingen van Richtlijn 2009/147/EG inzake het behoud van de vogelstand (vogelrichtlijn) en Richtlijn 92/43/EEG inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna (Habitatrichtlijn).
Wanneer water wordt onttrokken, wordt door de bevoegde autoriteit een vergunning verleend. Wateronttrekking wordt vermeden wanneer de betrokken waterlichamen zich in een minder dan een goede toestand of een potentieel goede toestand bevinden of naar verwachting zullen bevinden.
Hongarije bereikt uiterlijk op 31 december 2025 een goede ecologische toestand van de door de investering getroffen oppervlakte- en grondwaterlichamen (of, indien de goede toestand is bereikt, niet is verslechterd).
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C4.R2: Versnelde maatregelen voor aanpassing aan de klimaatverandering op het gebied van waterbeheer
Het doel van deze hervorming is verschillende belanghebbenden te betrekken bij de kwestie van duurzaam waterbeheer. Met het oog op aanpassing aan de klimaatverandering moet de hervorming gericht zijn op het bereiken van een nieuwe publieke consensus over landgebruik.
Als eerste stap wordt een taskforce opgericht om de huidige nationale klimaatsituatie te beoordelen, met deelname van internationale deskundigen. Het door de taskforce opgestelde verslag bevat aanbevelingen en wordt ter openbare raadpleging en in internationale fora gepresenteerd. Op basis van die aanbevelingen en uitwisselingen wordt een actieplan opgesteld en uitgevoerd, met inbegrip van eventuele noodzakelijke wetswijzigingen.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2025 voltooid.
D.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Eenheid |
Basislijn |
Doelstelling |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
63 |
C4.R1 Verbetering van het bewustzijn |
Mijlpaal |
Wijziging van Wet CXIII/2019 inzake irrigatiebedrijven en van Regeringsdecreet nr. 302/2020 |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Wet CXIII/2019 en regeringsdecreet nr. 302/2020 worden gewijzigd om het toepassingsgebied van de bestaande verenigingen van landbouwers, „irrigatiegemeenschappen” — „öntözési közösség”, uit te breiden tot „gemeenschappen voor duurzaam waterbeheer”. Hun taken worden uitgebreid tot meer dan irrigatieaangelegenheden en zich richten op duurzame praktijken voor waterbeheer, duurzame oplossingen voor aanpassing aan de klimaatverandering en micro-regionale meting van het wateraanbod en het meten van de vraag. Zij beoordelen ook regelmatig de door de autoriteiten verstrekte informatie over de toestand van waterlichamen en verstrekken regelmatig informatie over wateronttrekking, watervoorziening en watervraag. Het huidige lidmaatschap wordt dienovereenkomstig aangepast. |
|||
64 |
C4.R1 Verbetering van het bewustzijn |
Doel |
Oprichting van gemeenschappen voor duurzaam waterbeheer |
Aantal |
0 |
100 |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Er zullen 100 nieuwe „gemeenschappen voor duurzaam waterbeheer” (zoals gedefinieerd in het nieuwe wetgevingskader) worden opgericht. Bestaande gemeenschappen worden aangepast aan het nieuwe rechtskader. |
|
65 |
C4.R1 Verbetering van het bewustzijn |
Mijlpaal |
Organisatie van informatiesessies |
Geplande informatiesessies zijn voltooid |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het ministerie van Landbouw organiseert informatiesessies voor alle nieuwe duurzame waterbeheergemeenschappen die zijn opgericht overeenkomstig streefdoel 64 en voor alle bestaande gemeenschappen, zoals aangepast aan het rechtskader uit hoofde van streefdoel 64. Deze informatiesessies moeten het bewustzijn vergroten over het belang van duurzame waterbeheerpraktijken, oplossingen voor natuurlijke waterretentie, het gebruik van efficiënte landbouwtechnieken en minder intensieve gewassen. |
|||
66 |
C4.R1 Verbetering van het bewustzijn |
Doel |
Hectaren bouwland dat veranderingen heeft ondergaan in waterbesparende landbouwpraktijken |
|
Aantal hectaren |
0 |
50 000 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
50 000 hectare bouwland op nationaal niveau moet ten minste een van de volgende behandelingen hebben ondergaan: I) maatregelen getroffen om het gehalte aan organische stoffen in de bodem te verhogen; II) overgeschakeld op gewassen die minder water vereisen/meer droogtebestendig zijn; III) bouwland gebruiken voor waterretentie op basis van de natuur; IV) druppelirrigatietechnieken en het gebruik van gerecycleerd water voor irrigatie. Bovendien moet ten minste 75 % van de 000 bovengenoemde 50 hectaren bouwland een van de onder i), ii) en/of iii) bedoelde praktijken hebben ondergaan. |
67 |
C4.I3 — Natuurbescherming |
Mijlpaal |
Het bereiken van een goede ecologische toestand van de door investeringen getroffen oppervlakte- en grondwaterlichamen 3. |
Publicatie van de resultaten op de website van de nationale waterautoriteiten |
|
|
|
KWARTAAL 4 |
2025 |
De monitoring van de waterlichamen waarop investering 3 betrekking heeft, wordt uitgevoerd om ervoor te zorgen dat de oppervlakte- en grondwaterlichamen die door de investering in het kader van het herstel- en veerkrachtplan worden getroffen, zich in een goede ecologische toestand bevinden (of dat, indien de goede toestand is bereikt, deze niet is verslechterd). Een goede ecologische toestand van de betrokken waterlichamen als omschreven in KaderRichtlijn 2000/60/EG inzake water moet worden bereikt. |
72 |
C4.I2 Invoering van een monitoringsysteem |
Mijlpaal |
Alomvattend monitoringsysteem op lokaal niveau |
Voltooiing |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Er is op lokaal niveaueen uitgebreid monitoringsysteem voor grond- en oppervlaktewater (kwantitatieve en kwalitatieve toestand) opgezet, in overeenstemming met de aanbevelingen van de richtsnoeren voor de monitoring van grondwater (richtsnoeren 15, gemeenschappelijke uitvoeringsstrategie, kaderrichtlijn water Richtlijn 2000/60/EG). De toename van het aantal meetstations op afstand heeft betrekking op de regio’s waar de investeringen in het kader van deze component worden uitgevoerd. De gegevens van het monitoringsysteem worden openbaar gemaakt. Gegevens van het lokale monitoringsysteem worden gebruikt om wateronttrekkingen uit zowel grondwater als oppervlaktewater te beoordelen in gebieden die worden getroffen door de in het kader van het plan ondersteunde investeringen. Op basis van realtimegegevens wordt het monitoringsysteem gebruikt als instrument om ervoor te zorgen dat onmiddellijk actie wordt ondernomen in geval van achteruitgang van de waterkwaliteit of -kwantiteit. |
|||
73 |
C4.I2 Invoering van een monitoringsysteem |
Mijlpaal |
Alomvattend monitoringsysteem op nationaal niveau |
Voltooiing |
|
|
|
KWARTAAL 4 |
2025 |
Op nationaal niveau iseen uitgebreid monitoringsysteem voor grond- en oppervlaktewater (kwantitatieve en kwalitatieve toestand) opgezet, in overeenstemming met de aanbevelingen van de richtsnoeren voor de monitoring van grondwater (richtsnoeren 15, gemeenschappelijke uitvoeringsstrategie, kaderrichtlijn water Richtlijn 2000/60/EG). De gegevens van het monitoringsysteem worden openbaar gemaakt. Opbasis van realtimegegevens wordt het monitoringsysteem gebruikt als instrument om ervoor te zorgen dat onmiddellijk actie wordt ondernomen in geval van achteruitgang van de waterkwaliteit of -kwantiteit. |
74 |
C4.I2 Invoering van een monitoringsysteem |
Doel |
Ontwikkeling van een alomvattend monitoringsysteem op nationaal niveau |
Aantal geïnstalleerde apparatuur |
0 |
90 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het project omvat de bouw van ten minste 30 nieuwe oppervlaktehydrografische stations en het boren van meer dan 60 nieuwe putten om het systeem voor ondergrondse monitoring te verbeteren. De door het monitoringsysteem geproduceerde gegevens worden tijdig openbaar gemaakt. |
|
75 |
C4.I3 Natuurbescherming |
Mijlpaal |
Ontwerp van het project „Verbetering van de ecologische watervoorziening in het Natura 2000-gebied Hanság” |
Goedkeuring van het ontwerp |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Goedkeuring van het ontwerp van het project ter verbetering van de watervoorzieningszekerheid in het Natura 2000-gebied Hanság. Het ontwerp van het project omvat substantiële op de natuur gebaseerde oplossingen voor waterretentie, het herstel van wetlands en veengebieden, met name N02 — herstel en beheer van wetlands, en N13 — herstel van natuurlijke infiltratie in grondwater. In het algemeen wordt in het ontwerp prioriteit gegeven aan het gebruik van op de natuur gebaseerde oplossingen, op basis van beste praktijken. Er wordt een beschrijving gegeven van de op de natuur gebaseerde oplossingen die in het project zijn geïntegreerd, alsmede een motivering voor situaties waarin bij het ontwerp van het project geen rekening kon worden gehouden met op de natuur gebaseerde oplossingen. De infiltratie van water uit kanalen via hun banken wordt niet beschouwd als op de natuur gebaseerde oplossingen. Een MEB wordt voltooid overeenkomstig Richtlijn 2011/92/EU en relevante beoordelingen in het kader van Richtlijn 2000/60/EG en Richtlijn 92/43/EEG. Alle maatregelen die in het kader van de MEB en de beoordeling uit hoofde van Richtlijn 2000/60/EG en Richtlijn 92/43/EEG zijn vastgesteld, worden in het project geïntegreerd. Wanneer water wordt onttrokken, wordt een relevante vergunning verleend door de bevoegde autoriteit. Wateronttrekking wordt vermeden wanneer de betrokken waterlichamen zich in een minder dan een goede toestand of een potentieel goede toestand bevinden of naar verwachting zullen bevinden. |
|||
76 |
C4.I3 Natuurbescherming |
Mijlpaal |
Voltooiing van het project „Verbetering van de ecologische watervoorziening in het Natura 2000-gebied Hanság” |
Voltooiingsverslag |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Verslag over de voltooiing van de investering die is ontwikkeld om de zekerheid van de ecologische watervoorziening in het Natura 2000-gebied Hanság te verbeteren. Zij toont aan dat het project is voltooid, in overeenstemming met het ontwerp van de investering. Het verslag bevat een beoordeling van het gebruik van op de natuur gebaseerde oplossingen voor waterretentie, waterrijke gebieden en het herstel van veengebieden. |
|||
77 |
C4.I3 Natuurbescherming |
Doel |
Uitbreiding van de gecombineerde dekking van hectaren groene infrastructuur of beschermde of Natura 2000-gebieden die gericht zijn op het herstel van de natuurlijke hydrologie |
Aantal |
0 |
4 950 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De gecombineerde dekking van groene infrastructuur, beschermde gebieden of Natura 2000-gebieden die gericht zijn op het herstel van de natuurlijke hydrologie, neemt met 4 950 hectare toe. Dit wordt gemeten aan de hand van het aantal hectaren dat wordt hersteld in overeenstemming met de instandhoudingsdoelstellingen en overeenkomstig de bepalingen van Richtlijn 2009/147/EG inzake het behoud van de vogelstand (vogelrichtlijn) en Richtlijn 92/43/EEG inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna (Habitatrichtlijn). Daarnaast verstrekt het Nationaal ParkdirectoraatFerto-Ha nság een beoordelingsverslag over de impact van de investering op het herstel van wetlands en veengebieden met het oog op de instandhoudingsdoelstellingen van het Natura 2000-gebied, met inbegrip van de hydrologie en de verbetering van de toestand van habitats en soorten. |
|
78 |
C4.R2 Versnellen van maatregelen voor aanpassing aan de klimaatverandering op het gebied van waterbeheer |
Mijlpaal |
Verslag van de taskforce voor duurzaam waterbeheer |
Publicatie van het verslag |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Er wordt een taskforce voor duurzaam waterbeheer opgericht, die met name internationale deskundigen omvat die erkend zijn op het gebied van duurzame waterbeheerpraktijken en op de natuur gebaseerde oplossingen. De taskforce publiceert een verslag met aanbevelingen over: grotere paraatheid voor en respons op extreme weersomstandigheden; monitoring van strategieën voor aanpassing aan de klimaatverandering (met inbegrip van het beleidskader en de governancestructuur); verbetering van kennis over aanpassing en milieubewustzijn en verbetering van het gebruik van maatregelen voor aanpassing aan de klimaatverandering, zoals op de natuur gebaseerde oplossingen. |
|||
79 |
C4.R2 Versnellen van maatregelen voor aanpassing aan de klimaatverandering op het gebied van waterbeheer |
Mijlpaal |
Uitvoering van een actieplan dat voortbouwt op de aanbevelingen van de taskforce |
Het actieplan wordt uitgevoerd |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Het verslag van de taskforce wordt ter openbare raadpleging en in internationale fora gepresenteerd. Op basis van die aanbevelingen en uitwisselingen wordt een actieplan opgesteld en gepubliceerd. De uitvoering ervan wordt voltooid, met inbegrip van eventuele noodzakelijke wetswijzigingen. |
E. COMPONENT 5: DUURZAAM GROEN VERVOER
Dit onderdeel van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan is gericht op de noodzaak om de bijdrage van de vervoerssector aan de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen en verontreinigende stoffen te versterken, de modernisering van het vervoersnetwerk en het rollend materieel te versnellen, de aantrekkelijkheid van duurzame vervoerswijzen, met name het openbaar vervoer, te vergroten en de sociale en territoriale cohesie te verbeteren.
Het doel van deze component is duurzame mobiliteit te bevorderen, het koolstofarm openbaar vervoer te versterken, de negatieve externe effecten van het vervoer (met name congestie, emissies en ongevallen) te verminderen en toegankelijke vervoerswijzen aan te bieden, voornamelijk door de infrastructuur voor openbaar vervoer en voertuigen te versterken. De maatregelen van deze component zullen naar verwachting leiden tot een vermindering van de emissies als gevolg van het vervoer door het gebruik van milieuvriendelijke stedelijke en voorstedelijke vervoerswijzen en meer in het algemeen door het versterken van alternatieven voor individuele auto’s en vrachtvervoer over de weg. Het openbaar vervoer zal naar verwachting aantrekkelijker worden gemaakt, wat ertoe zou leiden dat meer gebruikers overstappen van particuliere auto naar openbaar vervoer. Een robuustere spoorweginfrastructuur zal naar verwachting ook de modal shift van het goederenvervoer vergemakkelijken. Daartoe bestaat deze component uit hervormingen en investeringen ter bevordering van duurzaam vervoer door de modernisering van belangrijke spoorlijnen in de regio Boedapest en in de TEN-T-corridor, de aankoop van emissievrije bussen voor het openbaar vervoer, de modernisering van het beheersysteem voor spoorlijnen en de invoering van een uniform prijs- en informatiesysteem voor het openbaar vervoer.
De component draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen om het investeringsgerelateerd economisch beleid te richten op vervoersinfrastructuur, rekening houdend met regionale verschillen, en om investeringen te richten op de groene transitie, met name duurzaam vervoer (landspecifieke aanbeveling 3 in 2019 en 2020) en op het verminderen van de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen in het vervoer door de inspanningen op het gebied van energie-efficiëntie op te voeren, met name door elektrificatie (landspecifieke aanbeveling 6 in 2022).
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen die in het plan zijn uiteengezet overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).
E.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
C5.I1: Capaciteitsopbouw van voorstedelijk spoorwegnet
Het doel van de investering is de aantrekkelijkheid van het openbaar vervoer per spoor rond en in Boedapest te vergroten door de modernisering van 46 km spoorwegen op de volgende trajecten van drie grote voorstedelijke spoorlijnen (HÉV):
Szentendre — Pomáz — Budakalász — Békásmegyer (H5);
Ráckeve — Tököl — Szigetszentmiklós — Milleniumtelep (H6);
Csepel — Kvassay Bridge (H7).
Het HÉV-systeem is een op zichzelf staand light rail systeem in voorstedelijke/stedelijke omgeving, dat moet worden aangepast om het volledige potentieel ervan te benutten. De investering bestaat uit de modernisering van de spoorlijnen en omvat tevens de modernisering van stopplaatsen en stations langs deze lijnen, de vervanging van het tractiesysteem, de installatie van nieuwe B + R-fietsopslagfaciliteiten en de totstandbrenging van nieuwe intermodale knooppunten.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C5.I2: Overschakeling van congestie op het spoorwegnet op de TEN-T-corridor
Het doel van de investering is het goederenvervoer over lange afstand te kanaliseren naar vervoerswijzen met lage CO2-emissies en het gebruik van goederen- en personenvervoer over lange afstand te verbeteren door knelpunten en capaciteitsbeperkingen in het TEN-T-spoorwegnet weg te nemen.
De investering bestaat uit een aanzienlijke verbetering van twee geëlektrificeerde spoorwegtrajecten:
Het 11 km lange traject van Almásfüzitő-Komárom is een kritisch smalle gedeelte dat momenteel onderhevig is aan constante langzame signalen. De investering moet een hogere snelheid op dit traject mogelijk maken (toegestane snelheid van 160 km/u). Het omvat ook de bouw of verbetering van ontbrekende of verouderde voorzieningen voor personenvervoer, zoals overgangen of voetgangersovergangen. De uitvoering van deze actie wordt uiterlijk op 31 maart 2026 voltooid.
De investering moet de 30,3 km lange spoorweg Békéscsaba — Lőkösháza herstellen om een hogere snelheid op dit traject mogelijk te maken (toegestane snelheid van 160 km/u), met inbegrip van de uitbreiding van de lijn tot twee sporen en een volledige revisie met de ontwikkeling van ETCS L2-treinbesturing en de modernisering van de stations Kétegyháza en Lőkösháza. De uitvoering van deze actie wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.
C5.I3: Ontwikkeling van emissievrij busvervoer
Het doel van de investering is het openbaar vervoer in Hongarije te vernieuwen en koolstofvrij te maken door emissievrije bussen aan te bieden in overeenstemming met de richtlijn schone voertuigen.
De investering bestaat in de vervanging door lokale overheden of exploitanten van openbare diensten van 300 op fossiele brandstoffen gebruikte bussen door nieuwe elektrische bussen en in de bouw van hetzelfde aantal oplaadpunten in het kader van het programma voor groene bussen. De financiële steun wordt verleend in de vorm van een subsidie aan gemeenten of exploitanten van diensten (die in aanmerking komen in alle steden met meer dan 25 000 inwoners) na een oproep tot het indienen van voorstellen. De bussen worden gebruikt voor het verrichten van openbare personenvervoersdiensten in het kader van openbaredienstcontracten. De voertuigveiligheidssystemen van de gekochte bussen moeten voldoen aan de EU-voorschriften.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.
C5.I4: Invoering van centraal verkeersbeheer op TEN-T-spoorwegen
Het doel van de investering is de betrouwbaarheid en de veiligheid van het spoorwegnet te verbeteren door de invoering van een gecentraliseerd beheersysteem, waardoor de efficiëntie en uiteindelijk de aantrekkelijkheid ervan worden verbeterd.
De investering bestaat uit de bouw van een centraal verkeersbeheersysteem (KÖFI) voor 239 km hoofdspoorlijnen voor voorsteden en nationale spoorwegen, met computerondersteuning en realtimetreininformatie. De investering heeft betrekking op spoorlijn 70, een deel van het uitgebreide TEN-T-netwerk, en de spoorlijnen 100a en 80, die deel uitmaken van het TEN-T-kernnetwerk. Zij stelt het controlepersoneel in realtime toezicht op de treinritinformatie ter verbetering van de treinverkeersleiding vanuit één enkel centrum. De investering zal naar verwachting de robuustheid van de betrokken baanvakken vergroten, de verkeersdoorstroming waarborgen, gebruik maken van programmeringsreserves, de doorstromingscapaciteit vergroten en zorgen voor uniforme audiovisuele passagiersinformatie.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C5.I5: Ontwikkeling van het tram- en trolleybussysteem van Boedapest
Het doel van de investering is de vervoersinfrastructuur van Boedapest te verbeteren door de aankoop van nieuwe trams en de renovatie van tram- en trolleybusinfrastructuur. De investering heeft tot doel de reisvoorwaarden te verbeteren, de vervoerscapaciteit te vergroten en de territoriale dekking met het gebruik van nieuwe voertuigen te vergroten.
De investering dient ter ondersteuning van de aankoop van nieuwe, energie-efficiënte voertuigen met geen directe CO2-uitlaatemissies ter vervanging van de oude voertuigen. De investering dient ook ter ondersteuning van de infrastructuur die verband houdt met de tram- en trolleybussystemen door een aantal belangrijke elementen van de vervoersinfrastructuur, zoals haltes, stations, sporen en andere kleinschaligere ontwikkelingen, op te knappen.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C5.R1: Invoering van één nationaal tarief-, ticket- en passagiersinformatiesysteem voor bus en spoor door de nationale autoriteit voor openbaar vervoer
Het doel van deze hervorming is het gebruik van het openbaar vervoer op multimodale wijze te vergemakkelijken door een gemakkelijkere combinatie van spoor- en busvervoersdiensten mogelijk te maken door de invoering van één enkel tarief-, ticket- en passagiersinformatiesysteem door de pas opgerichte nationale autoriteit voor openbaar vervoer op nationaal niveau.
De hervorming bestaat uit de invoering van één nationaal systeem voor tarieven, ticketverkoop en passagiersinformatie voor de verschillende vormen van openbaar vervoer (lokale en interstedelijke bussen en treinen) met digitale middelen. De infrastructuur voor de levering van e-tickets maakt geen deel uit van deze hervorming en wordt niet gefinancierd in het kader van het herstel- en veerkrachtplan.
De hervorming brengt het relevante regelgevingskader tot stand. Er wordt met name een nationale autoriteit voor openbaar vervoer opgericht en in een nieuwe verordening wordt het institutionele kader vastgesteld met betrekking tot de methoden en procedures voor het nieuwe tariefsysteem, de ticketsystemen en de beschikbaarheid van passagiersinformatie.
Bij de hervorming wordt ook de nodige infrastructuur voor kaartverkoop in gebruik genomen, met name automaten voor ticketverkoop, een platform voor realtime-informatie over reizen en tarieven, met inbegrip van trein-, bus- en lokaal vervoer, een Opendataportaal met gegevens over passagiersvervoer en een realtime passagiersinformatiesysteem.
De hervorming moet gebruikers in staat stellen tickets voor het hele land te kopen, dienstregelingsinformatie op te vragen en de huidige verkeerssituatie via één platform te controleren. Het resulterende systeem behandelt alle interbancaire treinbusreizen als één entiteit, verstrekt geaggregeerde informatie en geeft één vervoersbewijs af voor de gehele route. Dienstregeling en realtime-informatie wordt openbaar gemaakt en op trein- en busstations weergegeven.
Het systeem is niet-discriminerend en is gebaseerd op gegevensuitwisselingsformaten die voldoen aan de EU-voorschriften (Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/1926 van de Commissie) en is in overeenstemming met de taken van de nationale autoriteit voor openbaar vervoer op alle niveaus en op alle dienstengebieden van de regionale vervoersondernemingen.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2025 voltooid.
E.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Milestone/ Doel |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren (voor streefdoelen) |
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Eenheid |
Basislijn |
Doelstelling |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
80 |
C5.I1 Capaciteitsopbouw van voorstedelijk spoorwegnet |
Mijlpaal |
Ondertekening van contracten voor werken voor de vernieuwing en verlenging van lijnen H5, H6 en H7 |
Ondertekening van contracten |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Voltooide openbare aanbestedingsprocedure voor de modernisering en uitbreiding van
voorstedelijke spoorlijnen op de volgende voorstedelijke geëlektrificeerde spoorwegtrajecten:
|
|||
81 |
C5.I1 Capaciteitsopbouw van voorstedelijk spoorwegnet |
Mijlpaal |
50 % fysieke paraatheid voor de uitbreiding van het voorstedelijke spoorwegnet |
Verslag ingenieur bevestigd voor 50 % fysieke paraatheid |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Verslag van de onafhankelijke ingenieur waaruit de technische vooruitgang en de voltooiing van de contracten voor de uitvoering van werken blijken voor: aanleg en renovatie van spoorlijnen, stations en haltes. |
|||
82 |
C5.I1 Capaciteitsopbouw van voorstedelijk spoorwegnet |
Doel |
Renovatie van niet-TEN-T-spoorlijnen (H5, H6 en H7) |
|
km |
46 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het aantal km verbeterde spoorlijn op de geplande baanvakken overeenkomstig de technische
specificaties in de aankondiging van een overheidsopdracht.
|
|
83 |
C5.I1 Capaciteitsopbouw van voorstedelijk spoorwegnet |
Doel |
Renovatie van treinstations en haltes |
|
Aantal |
32 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Voltooiing van de modernisering van 22 stops en 10 stations langs de lijnen H5, H6 en H7 door middel van intermodale verbindingen: P + R-parkeerplaats met ten minste 1 000 zitplaatsen. Alle stopplaatsen en stations moeten toegankelijk worden gemaakt voor groepen met specifieke behoeften, met inbegrip van hoge platforms die zorgen voor onbelemmerde voertuigplatformverbindingen. |
|
84 |
C5.I1 Capaciteitsopbouw van voorstedelijk spoorwegnet |
Doel |
Nieuwe huidige transformatoren of volledige modernisering van bestaande transformatoren |
Aantal |
2 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Installatie van nieuwe transformatoren of volledige renovatie en inbedrijfstelling van bestaande transformatoren. |
||
85 |
C5.I1 Capaciteitsopbouw van voorstedelijk spoorwegnet |
Doel |
Nieuwe B + R-fietsopslagfaciliteiten bij haltes van HÉV |
Aantal |
1 500 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Installatie van nieuwe opslagfaciliteiten voor fietsen B + R bij verschillende haltes en stations voor in totaal 1 500 fietsen. |
||
86 |
C5.I1 Capaciteitsopbouw van voorstedelijk spoorwegnet |
Doel |
Nieuwe intermodale bus — HÉV-hubs |
Aantal |
3 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De aanleg van drie intermodale knooppunten langs de gerenoveerde HÉV-lijnen in de agglomeratie Boedapest die rechtstreekse overstappen voor passagiers tussen bussen en treinen mogelijk maken. |
||
87 |
C5.I2 congestieoverstapeling van het spoorwegnet op de TEN-T-corridor |
Mijlpaal |
Ondertekening van een contract voor de renovatie van de spoorlijn (Almásfüzitő-Komárom) |
Ondertekening van het contract voor werken |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Ondertekening van contracten voor werken voor de vernieuwing van de spoorlijn (traject Almásfüzítő-Komárom) na een openbare aanbestedingsprocedure. |
|||
88 |
C5.I2 congestieoverstapeling van het spoorwegnet op de TEN-T-corridor |
Doel |
Indienststelling van de gerenoveerde spoorlijn (Almásfüzitő-Komárom) |
|
km |
11 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
De gerenoveerde spoorlijn moet in bedrijf worden gesteld met een snelheid van 160 km/u
en een asbelasting van 225 kN over het volledige baanvak van 11 km. Het omvat de reconstructie
van hoofdweg nr. 1 op een afzonderlijk niveau, alsmede de modernisering van de bovenleiding
en het energievoorzieningssysteem, waardoor de baanvakbeveiliging met hoge snelheid
wordt uitgerust. Het omvat ook de bouw/verbetering van ontbrekende of verouderde faciliteiten,
met inbegrip van:
• Nieuwe kantelinstallatie • Reconstructie van twee km rijdraad • Vijf nieuwe voetgangersovergangen • Twee opnieuw aan te leggen kruisingen • Aanleg van één overpas voor auto’s, voetgangers en fietsers • Bouw van geluidszonwering. |
|
89 |
C5.I2 congestieoverstapeling van het spoorwegnet op de TEN-T-corridor |
Mijlpaal |
Ondertekening van een contract voor de renovatie van de spoorlijn Békéscsaba-Lőkösháza |
Ondertekening van het contract voor werken |
KWARTAAL 2 |
2021 |
Ondertekening van contracten voor werken voor de vernieuwing van de spoorlijn (Békéscsaba-Lőkösháza) na een openbare aanbestedingsprocedure. |
|||
90 |
C5.I2 congestieoverstapeling van het spoorwegnet op de TEN-T-corridor |
Doel |
Indienststelling van de gerenoveerde spoorlijn (baanvak Békéscsaba-Lőkösháza) |
km |
30,3 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De gerenoveerde spoorlijn Békéscsaba-Lőkösháza moet in gebruik worden genomen, met een snelheid van 160 km/u en een asbelasting van 225 kN. Het omvat de aanleg van een tweede parallel spoor, de ontwikkeling van een ETCS-treinbesturingssysteem van niveau 2 en de modernisering van de stations Kétegyháza en Lőkösháza. |
||
91 |
C5.I3 Ontwikkeling van emissievrij busvervoer |
Mijlpaal |
Ondertekening van subsidieovereenkomsten voor de aankoop van nieuwe elektrische bussen en de installatie van oplaadpunten |
Ondertekening van subsidieovereenkomsten met gemeenten of ondernemingen voor openbaar personenvervoer |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Ondertekening van subsidieovereenkomsten die zijn gesloten met alle geselecteerde eindontvangers (gemeenten en openbaarvervoerbedrijven in alle steden met meer dan 25 000 inwoners komen in aanmerking) als gevolg van een open en transparante oproep tot het indienen van voorstellen en selectieprocedure voor de aankoop van 300 nieuwe bussen met uitsluitend elektrische aandrijving. De selectie van eindontvangers zorgt ervoor dat zoveel mogelijk verouderde voertuigen worden vervangen. |
|||
92 |
C5.I3 Ontwikkeling van emissievrij busvervoer |
Doel |
Ingebruikneming van extra elektrische bussen en bijbehorende oplaadpunten |
|
Aantal |
100 |
KWARTAAL 1 |
2025 |
100 elektrische bussen en hetzelfde aantal in gebruik genomen oplaadpunten ter vervanging van ten minste hetzelfde aantal oude bussen op fossiele brandstoffen. |
|
93 |
C5.I3 Ontwikkeling van emissievrij busvervoer |
Doel |
Ingebruikneming van extra elektrische bussen en bijbehorende oplaadpunten |
|
Aantal |
100 |
300 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
300 elektrische bussen en hetzelfde aantal in gebruik genomen oplaadpunten ter vervanging van ten minste hetzelfde aantal oude bussen op fossiele brandstoffen. |
94 |
C5.I4 Uitvoering van centraal verkeersbeheer op TEN-T-spoorwegen |
Mijlpaal |
Ondertekening van een contract voor de invoering van een centraal verkeersbeheersysteem |
Ondertekening van contracten voor werken |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Ondertekening van een contract voor de bouw van een centraal verkeersleidingssysteem dat actief is op drie hoofdspoorlijnen (70, 100a en 80) na een openbare aanbestedingsprocedure, met inbegrip van de nodige baanvakbeveiligings- en telecommunicatieonderdelen. |
|||
95 |
C5.I4 Uitvoering van centraal verkeersbeheer op TEN-T-spoorwegen |
Doel |
Installatie van het centraal verkeersbeheersysteem op voorstedelijke en andere grote spoorlijnen |
km |
239 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Er wordt een centraal verkeersbeheersysteem opgezet. De investering omvat de uitrol van centraal verkeersbeheer op de twee drukste voorstedelijke spoorlijnen in Boedapest (70 en 100a) en op een hoofdspoorlijn op het platteland (80) over een totale lengte van 239 km. De investering omvat ook de renovatie en vervanging van signaleringsapparatuur, de aanleg/uitbreiding van de bovenleiding, de bouw/uitbreiding van KÖFI-centra op drie locaties, de ontwikkeling van een beveiligingssysteem (bewakingscamera’s, verlichting), de ontwikkeling van een modern passagiersinformatiesysteem en de aanleg van de noodzakelijke telecommunicatienetwerken. |
||
366 |
C5.I5 Ontwikkeling van het tram- en trolleybussysteem van Boedapest |
Mijlpaal |
Ondertekening van een subsidieovereenkomst tussen de regering en de stad Boedapest voor de aankoop van trams, trolleybussen en de bijbehorende infrastructuur |
Ondertekende subsidieovereenkomst |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Tussen de regering en de stad Boedapest wordt een subsidieovereenkomst gesloten voor de aankoop van trams. De subsidieovereenkomst bevat nadere gegevens over alle in het kader van deze investering te leveren prestaties en het tijdschema daarvoor. |
|||
367 |
C5.I5 Ontwikkeling van het tram- en trolleybussysteem van Boedapest |
Doel |
Ingebruikneming van de nieuw aangekochte trams en de bijbehorende infrastructuur |
Aantal |
51 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
51 nieuwe trams voor Boedapest, waarvan 46 korter en 5 langer worden aangekocht en in bedrijf gesteld. Aanvullende investeringen in verband met de aankoop van nieuwe trams worden voltooid: reconstructie van stations, met inbegrip van de laatste stops; de gedeeltelijke renovatie van rijbanen. |
||
368 |
C5.I5 Ontwikkeling van het tram- en trolleybussysteem van Boedapest |
Doel |
Ingebruikneming van een nieuwe energieomzetter voor het trolleybussysteem |
Aantal |
1 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Er moet een nieuwe energieomzetter voor het trolleybussysteem in gebruik worden genomen. De infrastructuurinvesteringen in verband met trolleybus moeten worden voltooid, met inbegrip van bovengrondse draden voor de trolleybussen; draadschakelaars; trolleybus — tramkruisingen. |
||
96 |
C5.R1 Uitvoering van één nationaal tarief-, ticket- en passagiersinformatiesysteem voor bus en trein door de Nationale Autoriteit voor openbaar vervoer |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving tot vaststelling van het institutionele kader, de procedures en de procedures |
Bepaling in de wetgeving die de inwerkingtreding aangeeft |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Inwerkingtreding van de wijziging van de Wet op het personenvervoer tot oprichting van een nationale autoriteit voor openbaar vervoer. Inwerkingtreding van wetgeving en uitvoeringsverordeningen tot vaststelling van het institutionele kader, procedures en processen met betrekking tot het tariefsysteem, procedures voor passagiersinformatie, werkstromen tussen de nationale autoriteit voor openbaar vervoer en exploitanten van openbare diensten, kaders voor openbaredienstcontracten, correspondentie en beheer van noodsituaties. Deze wetgeving is in overeenstemming met de regelgeving inzake passagiersrechten en wordt opgesteld na analyse van de huidige informatieveiligheid en -procedures. |
|||
97 |
C5.R1 Uitvoering van één nationaal tarief-, ticket- en passagiersinformatiesysteem voor bus en trein door de Nationale Autoriteit voor openbaar vervoer |
Mijlpaal |
Infrastructuur voor ticketverkoop en ontwikkeling van een informatieplatform |
Ingebruikneming van een ticketinfrastructuur en beschikbaarheid van het informatieplatform |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Ingebruikneming van een ticketinginfrastructuur en aanverwante diensten voor de infrastructuur van het OpenData BI-systeem. Het platform voor realtime-informatie over reizen en tarieven is beschikbaar op een openbaar platform en via een applicatieprogramma-interface. |
|||
98 |
C5.R1 Uitvoering van één nationaal tarief-, ticket- en passagiersinformatiesysteem voor bus en trein door de Nationale Autoriteit voor openbaar vervoer |
Mijlpaal |
Invoering van een Opendataportaal en van een realtime passagiersinformatiesysteem |
Opendataportaal is beschikbaar voor het publiek en er wordt een realtime passagiersinformatiesysteem uitgerold |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Een Opendataportaal met passagiersvervoersgegevens, met name tijdschema’s, realtime-reisinformatie, tarieven en ticketverkoop, wordt door de nationale openbaarvervoersautoriteit bij registratie openbaar gemaakt. In treinstations, treinhaltes en centrale busstations wordt een realtime passagiersinformatiesysteem, met inbegrip van de bezetting van het voertuig, uitgerold. |
F. COMPONENT 6: Energie — groene transitie
Met dit onderdeel van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan worden verschillende uitdagingen voor de energiesector aangepakt. Het doel van de component is bij te dragen tot de verwezenlijking van de klimaat- en energiedoelstellingen van Hongarije voor 2030, mede gezien de noodzaak om de ambitie van de lidstaten op te voeren in het kader van de EU-brede doelstelling voor 2030 om de broeikasgasemissies met ten minste 55 % te verminderen ten opzichte van het niveau van 1990. De nationale energiestrategie 2030 en het nationale energie- en klimaatplan hebben tot doel de energiesoevereiniteit en energiezekerheid te versterken door de afhankelijkheid van invoer te verminderen, betaalbare energievoorziening voor de bevolking te waarborgen en de energieproductie koolstofvrij te maken, onder meer door het aandeel van energieopwekking op basis van hernieuwbare bronnen te vergroten.
In dit verband is het onderdeel erop gericht extra capaciteit te creëren op basis van hernieuwbare energiebronnen en uiteindelijk de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. De wijzigingen van het rechtskader voorzien in een ondersteunend regelgevingskader om deze doelstelling te verwezenlijken. Met het oog op de veilige en flexibele integratie van de energieproductiecapaciteit uit hernieuwbare energiebronnen in het elektriciteitsnetwerk, ondersteunt de component de investeringen in verband met de netwerkontwikkeling en investeringen in elektriciteitsopslagfaciliteiten. De investering in slimme meters zal naar verwachting bijdragen tot de optimalisering van de vraag naar elektriciteit op lange termijn. De component moet ook leiden tot het creëren van extra productiecapaciteit voor hernieuwbare energie door de installatie van residentiële zonnepanelen te ondersteunen. Om uitdagingen op het gebied van luchtverontreiniging en energie-efficiëntie aan te pakken, verleent zij bovendien ook steun aan huishoudens voor de installatie van elektrische verwarmingssystemen en voor de vervanging van ramen, naast de zonnepaneelsystemen en opslageenheden.
De maatregelen in het kader van deze component zullen naar verwachting bijdragen tot de groene transitie en tot de verwezenlijking van de doelstelling van klimaatneutraliteit tegen 2050.
De ontwikkeling van slimme netwerken op basis van innovatieve technische oplossingen is een belangrijke stap in de richting van digitalisering. De exploitatie van gegevens door middel van digitale oplossingen zorgt voor een betere prognose van het evenwicht tussen vraag en aanbod en voor een betere regulering van de energieproductie.
De component draagt bij tot de strategische autonomie en veiligheid van Hongarije als onderdeel van de Europese doelstellingen. De opschaling van de productiecapaciteit voor hernieuwbare energie zal leiden tot een grotere energiesoevereiniteit door het aandeel van binnenlandse energiebronnen te vergroten. De ontwikkeling van het net draagt ook bij tot de verbetering van de veiligheid van het elektriciteitsnet.
De investeringen zullen naar verwachting ook bijdragen tot het scheppen van banen op lokaal niveau, ook in de kmo-sector.
Decomponent draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen met betrekking tot de noodzaak om de nadruk te leggen op de groene en de digitale transitie, met name schone en efficiënte productie en gebruik van energie (landspecifieke aanbeveling 3 in 2020) en om koolstofarme energie en energie- en hulpbronnenefficiëntie centraal te stellen in het investeringsgericht economisch beleid (landspecifieke aanbeveling 3 in 2019). Het draagt ook bij tot de uitvoering van landspecifieke aanbeveling 6 van 2022 met betrekking tot de noodzaak om de algemene afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te verminderen door de uitrol van hernieuwbare energiebronnen te versnellen, de vergunningsprocedures te stroomlijnen en de elektriciteitsinfrastructuur te moderniseren, en „door de inspanningen op het gebied van energie-efficiëntiemaatregelen op te voeren.
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).
F.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
C6.R1: Omzetting van de elektriciteitsregelgeving
Het doel van de hervorming is het rechtskader van de Hongaarse elektriciteitsmarkt te verbeteren door wet LXXXVI van 2007 inzake elektriciteit te wijzigen en bepaalde daarmee verband houdende regeringsbesluiten te wijzigen, waaronder Regeringsdecreet 273/2007 (X.19), 389/2007 (XII.23) en 299/2017 (X.17).
De huidige hervorming voorziet in de invoering van een gescheiden boekhouding voor de elektriciteit die aan het net wordt geleverd en de elektriciteit die uit het net wordt verbruikt. Hongarije voert dit afzonderlijke boekhoudsysteem in dat van invloed is op alle bestaande prosumenten 10 jaar na de installatie van hun zonnepaneelsystemen.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2023 voltooid.
C6.R2: Bevordering van de ontwikkeling van windenergie op het land
Het doel van de maatregel is de ontwikkeling van extra onshore-windenergieopwekkingscapaciteit in Hongarije mogelijk te maken door de bestaande algemene beperkingen op de installatie van windenergiecentrales op te heffen en „go-to” -gebieden te creëren waar investeringen in windenergie worden aangemoedigd.
De hervorming wijzigt, na openbare raadpleging, het huidige toepasselijke wetgevingskader om onnodige beperkingen op de installatie van windenergiecentrales in het land weg te nemen, met name wat betreft de terugslagafstand voor windturbines (afstand tussen de windenergie-installaties en woon- of andere getroffen gebieden), de hoogte van de windturbines (of de maximale diameter van windmolenbladen) en de stroomcapaciteit van turbines. De beperkingen worden opgeheven of zodanig gedefinieerd dat een doeltreffende installatie van windenergiecentrales mogelijk is en in overeenstemming is met Europese benchmarks en vergelijkbare beste praktijken. De gewijzigde verordeningen kunnen minimumvoorschriften bevatten met betrekking tot de technische veiligheid, de bescherming van de gezondheid van mens en dier en het milieu, en lokale autoriteiten kunnen gerechtvaardigde eisen opleggen. De gewijzigde regelgeving voert geen andere belemmeringen in, zoals beperkingen op basis van grootte, capaciteit of hoogte.
Bij de hervorming worden ook, na openbare raadpleging, „go-to” -gebieden voor windenergiecentrales ingevoerd, in overeenstemming met de aanpak van het voorstel van de Commissie in COM (2022) 222 van 18 mei 2022.
„Go-to” -gebieden: specifieke locaties die bijzonder geschikt zijn voor de installatie van windmolenparken. Deze gebieden worden gedefinieerd aan de hand van objectieve criteria zoals de dichtheid van windenergie of de windsnelheid. De wetgeving tot instelling van deze gebieden voorziet ook in specifieke vereenvoudigde vergunningsprocedures voor de installatie van windmolenparken in dergelijke gebieden, wat leidt tot eenvoudigere procedures en kortere termijnen.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 maart 2023 voltooid.
C6.R3: Verbetering van de vergunningsprocedures voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie
Het doel van de maatregel is de uitrol van projecten op het gebied van hernieuwbare energie te ondersteunen door vergunningsprocedures te vergemakkelijken.
De hervorming voorziet in een geïntegreerde procedure voor de milieubeschermingsvergunning en de bouwvergunning voor zonne- en windenergiecentrales met een ingebouwde capaciteit van meer dan 0,5 MW. Dit zorgt voor een kortere effectieve termijn voor het verlenen van vergunningen. Na 75 dagen leidt het uitblijven van een antwoord van de administratie tot verlening van de vergunning. Bij de hervorming wordt ook één loket opgericht, dat fungeert als enig contactpunt voor investeerders voor de behandeling en afgifte van dergelijke geïntegreerde vergunningen.
De hervorming vereenvoudigt ook de procedures voor de aansluiting op het net voor kleine fotovoltaïsche installaties (minder dan 0,8 kW). Daarvoor is alleen registratie vóór de installatie nodig, zonder dat een vergunningsaanvraag hoeft te worden ingediend. De investeerder is niet verplicht een specifiek contract te ondertekenen met de distributiesysteembeheerder (DSB) voor het gebruik van de kleine PV-installatie, en de registratie vervangt het verbindingscontract voor de kleine PV-installatie. De termijnen voor de aansluiting van de kleine energiecentrale mogen niet langer zijn dan twee maanden, tenzij de reden voor de vertraging buiten de bevoegdheid van de respectieve DSB valt.
Om de uitrol van zonne-energie te bevorderen, wordt de onlangs ingevoerde tijdelijke stopzetting van de mogelijkheid voor nieuw gebouwde PV-systemen voor woningen (tot 50 kVA) om stroom aan het net te leveren, zo spoedig mogelijk en uiterlijk op 31 december 2024 geschrapt. Daartoe evalueert de Hongaarse regelgevende instantie voor energie en openbaar gebruik (MEKH) deze tijdelijke beperking regelmatig, ten minste om de zes maanden, op regionaal niveau, in overleg met de transmissiesysteembeheerder (TSB) en de DSB’s, op basis van technische en objectieve criteria. Zodra uit de evaluatie blijkt dat het net in staat is de geproduceerde elektriciteit te integreren, wordt de beperking opgeheven, zo nodig op regionaal niveau.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 maart 2023 voltooid.
C6.R4: Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de netaansluiting
Het doel van de maatregel is de transparantie en voorspelbaarheid van de procedure voor gecoördineerde netaansluiting voor weerafhankelijke investeringen in hernieuwbare energie te vergroten en uiteindelijk de beschikbaarheid van netaansluitingen te vergroten.
Bij de hervorming wordt de relevante wetgeving inzake netaansluitingsprocedures gewijzigd om te zorgen voor een niet-discriminerende aanpak tussen technologieën voor elektriciteitsopwekking. Aansluitingsverzoeken die de aansluitingslimieten overschrijden, worden altijd aanvaard op voorwaarde dat de investeerders voldoen aan de eisen inzake balanceringscapaciteit en de directe aansluitvergoedingen betalen. In de wetgeving wordt het maximumniveau van balanceringscapaciteit vastgesteld dat kan worden aangevraagd. Dit maximum is objectief gerechtvaardigd en evenredig, bedraagt niet meer dan 30 % en wordt geleidelijk verlaagd.
De hervorming zal ook de transparantie van de procedure voor netaansluiting vergroten door middel van verschillende acties om het bewustzijn te vergroten en geïnformeerde beslissingen van marktdeelnemers te bevorderen. Deze omvatten met name de regelmatige publicatie van aanvaarde en afgewezen verzoeken, van geactualiseerde prognoses voor de netaansluitingscapaciteit en van vereenvoudigde voorbeelden voor verschillende soorten aansluitingen, alsook de organisatie van fora voor het delen van informatie voor marktdeelnemers. Om de doeltreffendheid van de procedure te verbeteren, creëren de TSB en de DSB’s ook de nodige IT-infrastructuur om gegevens van geïnstalleerde slimme meters te kunnen verzamelen en gebruiken.
De hervorming draagt bij tot het vermogen van Hongarije om de capaciteit van de op het net aangesloten zonne- en windenergiecentrales op nationaal niveau aanzienlijk te vergroten. Een overheidsdatabank houdt toezicht op de voortgang in de richting van de overeenkomstige doelstellingen.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.
C6.R5: Aanscherping van de eisen inzake energie-efficiëntie
Het doel van de maatregel is de energie-efficiëntie van gebouwen in Hongarije te verbeteren, wat naar verwachting zal bijdragen tot een lager energieverbruik van gebouwen en dus tot een geringere blootstelling aan Russisch gas.
Bij de hervorming worden minimumnormen voor energie-efficiëntie ingevoerd (vermindering van het energieverbruik met ten minste 30 %) voor steunregelingen voor de renovatie van gebouwen die met EU-middelen worden gefinancierd.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 maart 2023 voltooid.
C6.I1: Klassieke ontwikkeling van slimme netwerken voor transmissie- en distributiesysteembeheerders
Het doel van de investering is de ontwikkeling van het elektriciteitsnet met het oog op de veilige integratie van extra capaciteit die door hernieuwbare energiebronnen moet worden gecreëerd en de flexibiliteit van het systeem te vergroten. In overeenstemming met de Hongaarse energiebeleidsstrategie is Hongarije voornemens het aandeel van hernieuwbare energiebronnen in zijn energiemix te vergroten en zijn huidige binnenlandse capaciteit voor zonne-energiecentrales tegen 2030 te verdrievoudigen. Dit vereist voldoende netwerktoegang en noodzakelijke netcapaciteit. Het transmissie- en distributienetwerk moet worden ontwikkeld om deze uitdagingen het hoofd te kunnen bieden.
De investering moet dus bijdragen tot het wegwerken van een deel van de schaarse netcapaciteit en tot de veilige integratie van extra productie als gevolg van de verhoogde productiecapaciteit voor hernieuwbare energie. De investering omvat met name ontwikkelingselementen, zoals de aanleg en modernisering van netwerken met hoge/middelhoge/lage spanning, nieuwe onderstations, vervangingen en uitbreidingen van onderstations voor transformatoren, bouw en vervanging van bedieningsorganen en ontwikkelingen op het gebied van digitalisering.
De voltooiing van de investering die bestaat uit een grotere integratie van energiecentrales die gebruikmaken van hernieuwbare energiebronnen in het net, moet ervoor zorgen dat uiterlijk op 30 juni 2026 een extra capaciteit van 3 609 MW aan elektriciteitscentrales kan worden geïntegreerd door middel van acties in het kader van deze investering.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C6.I2: Steun voor het gebruik van zonnepanelen voor woningen en de modernisering van verwarming
Het doel van de maatregel is het opschalen van de productiecapaciteit voor hernieuwbare energie in woningen, de verhoging van de energie-efficiëntie die leidt tot een vermindering van de broeikasgasemissies en de vermindering van de luchtverontreiniging als gevolg van verouderde verwarmingsoplossingen (zoals zwevende deeltjes en zwaveldioxide). Deze maatregel komt ten goede aan huishoudens die een hoger dan gemiddeld risico op energiearmoede lopen. Daartoe wordt het inkomensniveau van de ontvanger bepaald aan de hand van een van de volgende twee mogelijkheden: personen met een inkomen onder het nationale gemiddelde loon of huishoudens met een gemiddeld inkomen per hoofd van de bevolking onder het nationale gemiddelde, beide vastgesteld op basis van statistieken van het Hongaarse centraal bureau voor de statistiek.
De maatregel ondersteunt twee soorten activiteiten. Het eerste type activiteit is de installatie van zonnepaneelsystemen op dakconstructies voor eigen verbruik. Het tweede type activiteit bestaat uit de installatie van zonnepanelsystemen op dakconstructies voor eigen verbruik, in combinatie met de vervanging van ramen, de aanleg van opslagcapaciteit (maximaal 14 kWh) en de installatie van elektrische verwarming (warmtepompen, indien nodig vergezeld van elektrische verwarmingspanelen, afhankelijk van de technische omstandigheden van het gebouw dat de steun ontvangt). De maatregel komt ten goede aan 30 974 huishoudens, waarvan ten minste 7 385 huishoudens de investering verrichten die onder het tweede type activiteit valt.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C6.I4: Installatie van netwerkenergieopslagfaciliteiten voor marktdeelnemers 5
Het doel van deze investering is marktdeelnemers die reeds aanwezig zijn of willen toetreden tot de balanceringsmarkt (bv. aankoopgroeperingen, elektriciteitsproducenten en grote industriële verbruikers) toegang te bieden tot technologieën die een vervuilingsvrije flexibiliteitsdienst bieden.
Deze maatregel ondersteunt marktdeelnemers bij de installatie van netwerkenergieopslagfaciliteiten.
De ontvangers worden geselecteerd via een openbare oproep tot het indienen van voorstellen. In het selectieproces worden projectvoorstellen die met verschillende technologieën worden uitgevoerd, gescoord en geselecteerd op basis van een kosten-batenanalyse, zodat een technologieneutraal selectieproces met de nadruk op de totale kosteneffectiviteit wordt gewaarborgd. Van de afnemers wordt verlangd dat zij de uit de gesubsidieerde elektriciteitsopslagfaciliteit afkomstige capaciteit geheel of gedeeltelijk op de balanceringsmarkt brengen.
De totale capaciteit van de elektriciteitsopslag die als onderdeel van de balanceringsmarkt als gevolg van deze investering is geïnstalleerd, bedraagt ten minste 885 MWh.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C6.I5: Verspreiding van slimme meters
Het doel van de maatregel is de aankoop en installatie van slimme meters te ondersteunen.
De toepassing van slimme meters zal naar verwachting een belangrijke rol spelen als end-to-end instrument voor de nauwkeurige bepaling van consumentenprofielen en de optimalisering van de vraag naar elektriciteit, en hun gegevensverzamelings- en communicatiefuncties zullen ook op vele andere toepassingsgebieden worden benut. Slimme meters zijn op afstand bestuurbaar, kunnen in geval van directe meting het nominale vermogen van de meter aan- en uitschakelen, regelbaar zijn en beschikken over een communicatiemodule. De uitrol van slimme meters en de daarop gebaseerde flexibele tarieven zullen naar verwachting de basis vormen voor vraagrespons op de lange termijn, wat naar verwachting zal bijdragen tot het opbouwen van flexibiliteit in het elektriciteitssysteem op de lange termijn.
De nationale wetgeving voorziet in de installatie van slimme meters voor bepaalde soorten consumenten op hun plaats van verbruik. Overeenkomstig Regeringsbesluit 273/2007 (X. 19.) betreffende de tenuitvoerlegging van een aantal bepalingen van Wet LXXXVI van 2007 inzake elektriciteit, moet een slimme meter worden geïnstalleerd voor gebruikers die zijn aangesloten op laagspanning in het geval van een jaarlijks verbruik van 5 000 kWh of meer; in het geval van nieuwe aansluitingen met een opgenomen vermogen van 3 × 32 A doch niet meer dan 3 × 80 A; en voor gebruikers die reeds over een kleine huishoudelijke centrale beschikken of in de toekomst een dergelijk systeem moeten installeren. De investering draagt bij tot de verspreiding van slimme meters.
De ontvangers van de investering zijn de distributiesysteembeheerders, op basis van een oproep tot het indienen van prioritaire projecten. De distributiesysteembeheerders ontvangen de subsidie in verhouding tot het aantal fysieke locaties dat nodig is om slimme meters te installeren in de geografische gebieden waar zij actief zijn.
De maatregel resulteert in een totaal aantal van ten minste 290 680 nieuw geïnstalleerde slimme meters.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C6.I6: Investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen
Deze investering is bedoeld om de energieprestaties van openbare gebouwen te verbeteren.
De investering moet leiden tot een algehele vermindering van het primaire energieverbruik door verbeteringen van de energie-efficiëntie in openbare gebouwen met een totale vloeroppervlakte van 388 000 vierkante meter, met bijzondere aandacht voor de regio Boedapest. Dit wordt bereikt door investeringen in het energiebeheer van gebouwen, bijvoorbeeld door de isolatie van gebouwen te verbeteren, de thermische prestaties van gebouwen te verbeteren, warmteverlies te verminderen,verwarming te moderniseren, digitale energiebeheersystemen in te voeren om de vraag naar energie te verminderen en/of energie-efficiënte aanpassing van bestaande binnenverlichtingssystemen, het gebruik van hernieuwbare energie voor openbare gebouwen en activiteiten ter ondersteuning van de aanpassing van openbare gebouwen aan de klimaatverandering. De steun voor op gas gebaseerde verwarmingssystemen mag niet meer bedragen dan 20 % van de totale middelen voor deze maatregel.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
F.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgende Aantal |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Eenheid |
Basislijn |
Doelstelling |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
99 |
C6.R1 Transformatie van elektriciteitsregulering |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen van Regeringsdecreet 273/2007. (X.19.) |
Inwerkingtredingvan de wetswijziging met inbegrip van brutoverevening |
|
|
|
KWARTAAL 1 |
2023 |
Inwerkingtreding van de wijziging van Regeringsdecreet 273/2007 (X.19) betreffende de regels inzake verplichte brutovereveningsregeling voor prosumenten. Het besluit zorgt ervoor dat prosumenten die financiële overheidssteun ontvangen voor de installatie van hun elektriciteitsopwekkingseenheden, met ingang van 1 januari 2023 de geproduceerde hoeveelheid geproduceerde energie en de verbruikte hoeveelheid energie afzonderlijk in rekening brengen. |
100 |
C6.R2 Aanmoediging van de ontwikkeling van windenergie op het land |
Mijlpaal |
Wijziging van de wetgeving ter bevordering van het gebruik van windenergie |
Inwerkingtreding van de gewijzigde wetgeving |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Inwerkingtreding van de gewijzigde wetgeving tot opheffing van de onnodige beperkingen op de installatie van windmolenparken voor het hele land. De wetgeving moet een doeltreffende installatie van windenergiecentrales mogelijk maken. Met name moeten de regels inzake minimumafstand in de huidige toepasselijke wetgeving aanzienlijk worden verminderd en mag de minimumafstand tussen windenergie-installaties en woon- of andere getroffen gebieden niet hoger zijn dan de Europese benchmarks en vergelijkbare beste praktijken. De maximaal toegestane hoogte van windturbines (of de maximale diameter van windmolenbladen) wordt afgeschaft of verhoogd om in overeenstemming te zijn met Europese benchmarks en vergelijkbare beste praktijken. Er wordt geen maximumcapaciteit per windturbine gehandhaafd of ingevoerd. De nationale wetgeving kan lokale autoriteiten toestaan gerechtvaardigde eisen op te leggen om rekening te houden met andere legitieme belangen, zoals ander landgebruik, natuur- of landschapsbescherming. De wetgeving zorgt er ook voor dat windenergie in de ruimtelijke ordening zonder specifieke beperkingen op dezelfde wijze wordt behandeld als andere hernieuwbare energiebronnen. Vóór de vaststelling van de nieuwe wetgeving vindt een openbare raadpleging en een transparante dialoog met de lokale autoriteiten plaats. |
|||
101 |
C6.R2 Aanmoediging van de ontwikkeling van windenergie op het land |
Mijlpaal |
Totstandbrenging van „go to areas” voor windenergie |
Inwerkingtreding van de relevante wetgeving |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Inwerkingtreding van de verordening tot vaststelling van „ga naar gebieden” voor windenergiecentrales en invoering van specifieke vereenvoudigde vergunningsprocedures voor de installatie van dergelijke energiecentrales in dergelijke gebieden (10 % kortere termijnen voor de procedures voor het verlenen van vergunningen en het bieden van de wettelijke mogelijkheid om de verklaringen van de bevoegde autoriteiten — zoals de grondbeschermingsautoriteit, brandweer — te verkrijgen voordat de vergunningsprocedure wordt gestart). Deze „ga naar gebieden” worden ten minste gedefinieerd als de gebieden in het land waar de energiedichtheid van de wind ten minste 500 W/m² bedraagt op een hoogte van 150 meter, of met gebruikmaking van een vergelijkbare gemiddelde windsnelheid, op voorwaarde dat het resulterende bestreken gebied niet kleiner is. De go-to-zones omvatten in elk geval de gebieden die momenteel voor windturbines worden gebruikt, zodat de vergunningverlening voor repowering wordt vergemakkelijkt. Vóór de vaststelling van de nieuwe wetgeving vindt een openbare raadpleging en een transparante dialoog met de lokale autoriteiten plaats. |
|||
102 |
C6.R3 Verbetering van de vergunningsprocedures voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie |
Mijlpaal |
Geïntegreerde procedure voor het verlenen van vergunningen voor hernieuwbare energiebronnen |
Inwerkingtreding van de gewijzigde wetgeving |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Inwerkingtreding van het wettelijk en administratief kader voor een geïntegreerd beheer van de verlening van de milieubeschermingsvergunning en de bouwvergunning voor weerafhankelijke hernieuwbare-zonne- en windenergiecentrales met een ingebouwde capaciteit van meer dan 0,5 MW. Het wetgevingskader zorgt ook voor een kortere effectieve vergunningstermijn, door te bepalen dat de geïntegreerde vergunning binnen 75 dagen wordt verleend en dat, indien de administratie tijdens die periode geen antwoord heeft ontvangen, de vergunning wordt geacht te zijn verleend. |
|||
103 |
C6.R3 Verbetering van de vergunningsprocedures voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie |
Mijlpaal |
One-stop-shop voor het verlenen van vergunningen voor hernieuwbare energiebronnen |
Ingebruikneming van een éénloketsysteem |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Een éénloketsysteem is operationeel en is begonnen met het aanbieden van diensten aan investeerders die geïnteresseerd zijn in het opzetten van weerafhankelijke hernieuwbare-zonne- en windenergiecentrales. Het éénloketsysteem is een gecentraliseerde entiteit op nationaal niveau die fungeert als centraal contactpunt voor investeerders voor de behandeling en afgifte van vergunningen. |
|||
104 |
C6.R3 Verbetering van de vergunningsprocedures voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie |
Mijlpaal |
Eenvoudige netaansluiting van kleine PV-installaties |
Inwerkingtreding van de gewijzigde wetgeving |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Inwerkingtreding van de gewijzigde wetgeving die een vereenvoudigde procedure mogelijk maakt voor de installatie en ingebruikneming, met inbegrip van aansluiting op het net, van kleine fotovoltaïsche installaties met een maximale ingebouwde capaciteit van 0,8 kW. De vereenvoudigde procedure heeft de vorm van een eenvoudige registratie. In de wetgeving wordt ook bepaald dat de termijn voor de aansluiting van deze kleine elektriciteitscentrales niet langer mag zijn dan twee maanden na het volledige netwerkverzoek. Vertragingen bij het waarborgen van de aansluiting door de respectieve DSB zijn alleen toegestaan in gevallen waarin de vertraging wordt veroorzaakt door factoren die niet onder zijn bevoegdheid vallen. |
|||
105 |
C6.R3 Verbetering van de vergunningsprocedures voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie |
Mijlpaal |
Opheffing van terugleverbeperkingen voor PV-systemen voor huishoudens |
Inwerkingtreding van de gewijzigde wetgeving voor de regelmatige herziening van de beperking |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Inwerkingtreding van de gewijzigde wetgeving op grond waarvan de Hongaarse regelgevende instantie voor energie en openbaar nut (MEKH) verplicht is de onlangs ingevoerde tijdelijke stopzetting van nieuw gebouwde PV-systemen voor woningen (tot 50 kVA) om stroom aan het net te leveren, regelmatig te evalueren. De gewijzigde wetgeving omvat ten minste de volgende elementen: MEKH evalueert ten minste om de zes maanden per regio de toereikendheid van de tijdelijke beperking in de betrokken regio’s; deze evaluatie is gebaseerd op door de DSB’s en de TSB verstrekte technische informatie; er worden technische en objectieve criteria voor de opheffing van de beperking vastgesteld en gepubliceerd; MEKH maakt om de zes maanden zijn met redenen omklede besluit per regio bekend; MEKH brengt de overheid op de hoogte wanneer uit de beoordeling op basis van de hierboven vermelde objectieve criteria blijkt dat het net in staat is door particuliere PV’s opgewekte energie te integreren teneinde deze beperking volledig weg te nemen; de beperking wordt in het betrokken gebied opgeheven zodra aan de bovengenoemde technische en objectieve criteria is voldaan. De tijdelijke stopzetting van nieuw aangelegde PV-systemen voor woningen (tot 50 kVA) om stroom aan het net te leveren, wordt uiterlijk op 31 december 2024 in het hele land opgeheven. |
|||
106 |
C6.R4 Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de netaansluiting |
Mijlpaal |
De voorspelbaarheid van de procedures voor netaansluiting vergroten |
Inwerkingtreding van de gewijzigde wetgeving |
KWARTAAL 4 |
2022 |
De wetgeving wordt gewijzigd in: ervoor zorgen dat op niet-discriminerende wijze dezelfde aansluitregels („procedure voor gecoördineerde netaansluiting”) van toepassing zijn op alle stroomopwekkingstechnologieën; bepalen dat dit proces gebaseerd moet zijn op objectieve technologische parameters en voorafgaand aan de oproepen wordt gepubliceerd; ervoor zorgen dat TSB’s en DSB’s het verzoek om aansluiting van weerafhankelijke hernieuwbare-zonne- en windenergiecentrales alleen op niet-discriminerende wijze en op basis van technische criteria kunnen afwijzen, en alleen als de ingediende capaciteitsbehoeften groter zijn dan de capaciteitslimiet voor aansluiting op hernieuwbare energie, zonne- en windenergie en de aanvrager de voorgestelde technische voorwaarden van de energiecentrale niet wijzigt om de instandhouding van het elektriciteitsevenwicht van het elektriciteitssysteem te waarborgen door reserves als balanceringsdiensten aan te bieden; bepalen dat investeerders voor individuele verzoeken de zekerheid hebben dat hun verzoek wordt ingewilligd op voorwaarde dat zij ermee instemmen een balanceringscapaciteit te leveren zoals gevraagd door de TSB/DSB’s op het relevante tijdstip en de directe aansluitvergoedingen betalen; bepaal het maximumniveau van balanceringscapaciteit dat in dat geval moet worden aangevraagd. Deze maximale balanceringscapaciteit bedraagt niet meer dan 30 % van de vanaf 2022 te installeren HEB-capaciteit. In de wetgeving wordt een procedure vastgesteld aan de hand waarvan de in de wetgeving vastgestelde maximale verplichte balanceringscapaciteitsratio jaarlijks wordt herzien op basis van een analyse van de systeemonbalans en de belangrijkste factoren daarvan, en geleidelijk wordt verlaagd, rekening houdend met de verwachte investeringen in het net en de resultaten van de netaansluitingsprocedures. Het niveau van de balanceringsvereiste is objectief gerechtvaardigd en evenredig. |
|||
107 |
C6.R4 Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de netaansluiting |
Mijlpaal |
Publicatie van informatie over verzoeken om aansluiting op het net en capaciteit |
Inwerkingtreding van de verplichting tot bekendmaking door TSB’s/DSB’s |
KWARTAAL 1 |
2023 |
De wetgeving wordt gewijzigd om ervoor te zorgen dat de TSB’s en DSB’s, alvorens een nieuwe oproep te doen en ten minste om de zes maanden, de geanonimiseerde aansluitingsvereisten van aanvaarde en afgewezen verzoeken met een bijbehorende motivering publiceren, alsook aanvullende informatie verstrekken voor nieuwe aansluitingsverzoeken die mogelijk zijn als gevolg van alle noodzakelijke netwerkinvesteringen, met inbegrip van projecten die worden gefinancierd via het herstel- en veerkrachtplan, en geactualiseerde prognoses voor de netaansluitingscapaciteit in de komende vijf jaar. Daarnaast worden vereenvoudigde voorbeelden voor verschillende soorten aansluitingen gepubliceerd op de internetsite van de Hongaarse TSB (MAVIR). |
|||
108 |
C6.R4 Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de netaansluiting |
Mijlpaal |
Fora voor informatie-uitwisseling |
Oprichting van fora voor het delen van informatie voor marktdeelnemers |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Er worden fora voor informatie-uitwisseling voor marktdeelnemers georganiseerd om het inzicht in de procedure voor netaansluiting te ondersteunen. Vóór eind 2022 wordt een eerste ronde van fora georganiseerd, gevolgd door fora voor informatie-uitwisseling om de zes maanden. Deze fora moeten worden georganiseerd voordat nieuwe oproepen voor netaansluiting worden gepubliceerd. |
|||
109 |
C6.R4 Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de netaansluiting |
Mijlpaal |
Totstandbrenging van de IT-infrastructuur voor het gebruik van gegevens van slimme meters |
Ingebruikneming van relevante databanken en IT-instrumenten |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De TSB en de DSB’s creëren de nodige IT-infrastructuur om gegevens van geïnstalleerde slimme meters te kunnen verzamelen en gebruiken. De gegevens worden gebruikt om de nauwkeurigheid van het netontwikkelingsplan te vergroten en om flexibele aansluitings- en exploitatiemogelijkheden te ontwikkelen. |
|||
110 |
C6.R4 Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de netaansluiting |
Doel |
Vergunning voor aansluiting op het net voor de capaciteit van hernieuwbare-energiecentrales |
Totale toegestane hernieuwbare capaciteit |
MW |
3 500 |
8 000 |
KWARTAAL 3 |
2024 |
De DSB of TSB geeft een vanaf de toekenningsdatum uitvoerbare vergunning voor aansluiting op het net af voor weerafhankelijke hernieuwbare-energiecentrales — zonne- en windenergie — voor een totale capaciteit van ten minste 8 000 MW. Het streefcijfer heeft betrekking op alle categorieën van dergelijke elektriciteitscentrales (kleine en grootschalige centrales), met inbegrip van installaties voor hernieuwbare energie die alleen onder een registratieprocedure vallen en geregistreerd zijn. |
111 |
C6.R4 Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de netaansluiting |
Doel |
Vergunning voor aansluiting op het net voor hernieuwbare-energiecentrales |
Totale toegestane hernieuwbare capaciteit |
MW |
8 000 |
10 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Een vanaf de datum van verlening uitvoerbare vergunning voor aansluiting op het net wordt door DSB of TSB afgegeven voor weerafhankelijke hernieuwbare-energiecentrales — zonne- en windenergie — voor een totale capaciteit van ten minste 10 000 MW. Het streefcijfer heeft betrekking op alle categorieën van dergelijke elektriciteitscentrales (kleine en grootschalige centrales), met inbegrip van installaties voor hernieuwbare energie die alleen onder een registratieprocedure vallen en geregistreerd zijn. |
112 |
C6.R5 Versterking van de eisen inzake energie-efficiëntie |
Mijlpaal |
Aanscherping van de energie-efficiëntie-eisen voor steunregelingen voor de renovatie van gebouwen |
Inwerkingtreding van de wetgeving |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Inwerkingtreding van wetgeving tot vaststelling van minimumnormen voor energie-efficiëntie voor overheidssteunregelingen voor de renovatie van gebouwen die door de EU worden gefinancierd. In de wetgeving wordt ten minste bepaald dat voor regelingen ter ondersteuning van renovatie die (mede) met EU-middelen worden gefinancierd, het energieverbruik in residentiële, bedrijfs- en openbare gebouwen met ten minste 30 % moet worden verminderd. Deze doelstelling wordt weerspiegeld in oproepen tot het indienen van projecten (met uitzondering van reeds lopende programma’s voor gebouwen van lokale overheden). |
|||
113 |
C6.I1 Klassische ontwikkeling van transmissie- en distributiesysteembeheerders voor slimme netwerken |
Mijlpaal |
Ondertekening van subsidieovereenkomsten met iedereen die gemachtigd is voor de uitvoering en ondersteuning van de ontwikkeling van transmissie- en distributienetten |
Ondertekende subsidieovereenkomsten |
|
|
|
KWARTAAL 2 |
2022 |
Sluiting van alle subsidieovereenkomsten over de uitvoerings- en ondersteuningsvoorwaarden van de investering tussen de bij de investering betrokken organisaties (de gemachtigde transmissiesysteembeheerder en distributiesysteembeheerders) en de beheersautoriteit (kabinet van de minister-president). De subsidieovereenkomsten die met de transmissiesysteembeheerder en alle betrokken distributiesysteembeheerders worden gesloten, leiden tot de totstandbrenging van het vermogen om via deze investering een incrementele capaciteit van 2 925 MW aan door hernieuwbare energiebronnen opgewekte elektriciteit in het elektriciteitsnet te integreren. In de subsidieovereenkomst worden de geplande investeringen beschreven, met inbegrip van de ontwikkelingselementen, zoals de aanleg en modernisering van een hoog-/middelhoog/laagspanningsnetwerk; nieuwe onderstations; vervanging en expansie van onderstationtransformatoren; constructies en vervanging van bedieningsorganen; en ontwikkelingen op het gebied van digitalisering. |
114 |
C6.I1 Klassische ontwikkeling van transmissie- en distributiesysteembeheerders voor slimme netwerken |
Doel |
Capaciteitsuitbreiding van energiecentrales die hernieuwbare energiebronnen gebruiken en die in het elektriciteitsnet kunnen worden geïntegreerd als gevolg van het verbeterde net (gecumuleerd, MW) |
|
MW |
0 |
119 |
KWARTAAL 3 |
2023 |
Vergroting van het vermogen van het elektriciteitsnet om extra capaciteit van elektriciteitscentrales te integreren met behulp van hernieuwbare energiebronnen door middel van acties in het kader van deze investering, die een aanvulling vormen op die welke moeten worden gefinancierd met de niet-terugbetaalbare steun in het kader van C10.I1c (subsidies) in deel J.1. en uit de leningen onder C10.I1c (leningen) in deel J.3. De Hongaarse regelgevende autoriteit voor energie en openbare nutsvoorzieningen verifieert dit en verstrekt een valideringsverslag aan de hand van een methode waarin de noodzakelijke maatregelen op het net worden uitgewerkt, gefinancierd in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, teneinde de energie die wordt geproduceerd door aanvullende productiecapaciteit voor hernieuwbare energie te integreren. |
115 |
C6.I1 Klassische ontwikkeling van transmissie- en distributiesysteembeheerders voor slimme netwerken |
Doel |
Capaciteitsuitbreiding van energiecentrales die hernieuwbare energiebronnen gebruiken en die in het elektriciteitsnet kunnen worden geïntegreerd als gevolg van het verbeterde net (gecumuleerd, MW) |
|
MW |
119 |
772 |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Vergroting van het vermogen van het elektriciteitsnet om extra capaciteit van elektriciteitscentrales te integreren met behulp van hernieuwbare energiebronnen door middel van acties in het kader van deze investering, die een aanvulling vormen op die welke moeten worden gefinancierd met de niet-terugbetaalbare steun in het kader van C10.I1c (subsidies) in deel J.1. en uit de leningen onder C10.I1c (leningen) in deel J.3. De Hongaarse regelgevende autoriteit voor energie en openbare nutsvoorzieningen verifieert dit en verstrekt een valideringsverslag aan de hand van een methode waarin de noodzakelijke maatregelen op het net worden uitgewerkt, gefinancierd in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, teneinde de energie die wordt geproduceerd door aanvullende productiecapaciteit voor hernieuwbare energie te integreren. |
116 |
C6.I1 Klassische ontwikkeling van transmissie- en distributiesysteembeheerders voor slimme netwerken |
Doel |
Extra capaciteitstoename van energiecentrales die hernieuwbare energiebronnen gebruiken en die in het elektriciteitsnet kunnen worden geïntegreerd als gevolg van het verbeterde net (gecumuleerd, MW) |
|
MW |
772 |
1749 |
KWARTAAL 3 |
2025 |
Vergroting van het vermogen van het elektriciteitsnet om extra capaciteit van elektriciteitscentrales te integreren met behulp van hernieuwbare energiebronnen door middel van acties in het kader van deze investering, die een aanvulling vormen op die welke moeten worden gefinancierd met de niet-terugbetaalbare steun in het kader van C10.I1c (subsidies) in deel J.1. en uit de leningen onder C10.I1c (leningen) in deel J.3. De Hongaarse regelgevende autoriteit voor energie en openbare nutsvoorzieningen verifieert dit en verstrekt een valideringsverslag aan de hand van een methode waarin de noodzakelijke maatregelen op het net worden uitgewerkt, gefinancierd in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, teneinde de energie die wordt geproduceerd door aanvullende productiecapaciteit voor hernieuwbare energie te integreren. |
117 |
C6.I1 Klassische ontwikkeling van transmissie- en distributiesysteembeheerders voor slimme netwerken |
Doel |
Extra capaciteitstoename van energiecentrales die hernieuwbare energiebronnen gebruiken en die in het elektriciteitsnet kunnen worden geïntegreerd als gevolg van het verbeterde net (gecumuleerd, MW) |
|
MW |
1 749 |
3 609 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Vergroting van het vermogen van het elektriciteitsnet om extra capaciteit van in totaal 3 609 MW te integreren met behulp van hernieuwbare energiebronnen door middel van acties in het kader van deze investering. Dit komt bovenop de maatregelen die worden gefinancierd met de niet-terugbetaalbare steun in het kader van C10.I1c (subsidies) in deel J.1. en uit de leningen in het kader van C10.I1c (leningen) in deel J.3. De Hongaarse regelgevende autoriteit voor energie en openbare nutsvoorzieningen verifieert dit en verstrekt een valideringsverslag aan de hand van een methode waarin de noodzakelijke maatregelen op het net worden uitgewerkt, gefinancierd in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, teneinde de energie die wordt geproduceerd door aanvullende productiecapaciteit voor hernieuwbare energie te integreren. |
118 |
C6.I2 Steun voor het gebruik van zonnepanelen voor woningen en de modernisering van verwarming |
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van voorstellen voor projecten met betrekking tot het gebruik van zonnepanelen voor woningen en de modernisering van verwarming |
Publicatie van de oproep tot het indienen van voorstellen op de officiële website van de regering, met inbegrip van de subsidiabiliteitsvoorwaarden en de reikwijdte van de te ondersteunen activiteiten |
|
|
|
KWARTAAL 3 |
2021 |
Op basis van de oproep tot het indienen van voorstellen kunnen twee soorten activiteiten worden ondersteund: I) alleen de installatie van een zonnepanelsysteem op dakconstructies voor eigen verbruik of ii) naast de installatie van een zonnepanelsysteem op dakconstructies, ook de vervanging van ramen, de installatie van opslagvoorzieningen en een elektrisch verwarmingssysteem. De subsidiabiliteitscriteria omvatten: I) de technische geschiktheid van het gebouw voor de geplande investering (zoals de staat van het dak en het in het gebouw geïnstalleerde elektriciteitsnet) en ii) het inkomensniveau van de ontvanger. Het inkomensniveau van de ontvanger wordt bepaald aan de hand van een van de volgende twee mogelijkheden: personen met een inkomen onder het nationale gemiddelde loon of huishoudens met een gemiddeld inkomen per hoofd van de bevolking onder het nationale gemiddelde, beide vastgesteld op basis van statistieken van het Hongaarse centraal bureau voor de statistiek. |
119 |
C6.I2 Steun voor het gebruik van zonnepanelen voor woningen en de modernisering van verwarming |
Doel |
Aantal huishoudens uitgerust met zonnepanelen of met zonnepanelen, opslageenheden, elektrische verwarmingssystemen en raamvervanging (gecumuleerd, aantal huishoudens) |
|
Aantal |
0 |
12 234 |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Aantal huishoudens met geïnstalleerde zonnepaneelsystemen voor huishoudens of uitgerust met zonnepanelen, elektrische verwarmingssystemen, raamvervanging en opslageenheid als gevolg van de investering. Zonnepaneelsysteem van gemiddeld 4-5 kW, opslageenheid van max. 14 kWh, elektrisch verwarmingssysteem van 5-12 kW, vervanging van ramen op basis van normen overeenkomstig de toepasselijke constructie-eisen. |
120 |
C6.I2 Steun voor het gebruik van zonnepanelen voor woningen en de modernisering van verwarming |
Doel |
Aantal extra huishoudens uitgerust met zonnepanelen of met zonnepanelen, opslageenheden, elektrische verwarmingssystemen en raamvervanging (gecumuleerd, aantal huishoudens) |
|
Aantal |
12 234 |
20 684 |
KWARTAAL 3 |
2025 |
Aantal huishoudens met geïnstalleerde zonnepaneelsystemen voor huishoudens of uitgerust met zonnepanelen, elektrische verwarmingssystemen, raamvervanging en opslageenheid als gevolg van de investering. Zonnepaneelsysteem van gemiddeld 4-5 kW, opslageenheid van max. 14 kWh, elektrisch verwarmingssysteem van 5-12 kW, vervanging van ramen op basis van normen overeenkomstig de toepasselijke constructie-eisen. |
121 |
C6.I2 Steun voor het gebruik van zonnepanelen voor woningen en de modernisering van verwarming |
Doel |
Aantal extra huishoudens uitgerust met zonnepanelen of met zonnepanelen, opslageenheden, elektrische verwarmingssystemen en raamvervanging (gecumuleerd, aantal huishoudens) |
|
Aantal |
20 684 |
30 974 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Aantal huishoudens met geïnstalleerde zonnepaneelsystemen voor huishoudens of uitgerust met zonnepanelen, elektrische verwarmingssystemen, raamvervanging en opslageenheid als gevolg van de investering. Zonnepaneelsysteem van gemiddeld 4-5 kW, opslageenheid van max. 14 kWh, elektrisch verwarmingssysteem van 5-12 kW, vervanging van ramen op basis van normen overeenkomstig de toepasselijke constructie-eisen. Ten minste 7 385 van de 330 huishoudens ontvangen niet alleen de zonnepaneelsystemen, maar naast het zonnepanelsysteem ook elektrische verwarmingssystemen, raamvervangers en opslageenheden. |
126 |
C6.I4 Installatie van netwerkenergieopslagfaciliteiten voor deelnemers aan de energiemarkt |
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van voorstellen voor de uitvoering en ondersteuning van opslagfaciliteiten voor marktdeelnemers
|
Publicatie van de oproep tot het indienen van voorstellen op de officiële website van de regering voor oproepen |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Er wordt een oproep tot het indienen van voorstellen gedaan voor de uitvoering en ondersteuning van opslagfaciliteiten voor marktdeelnemers. In de oproep worden de belangrijkste beginselen beschreven voor de installatie van energieopslagfaciliteiten voor korte termijn door marktdeelnemers, met inbegrip van de technologische neutraliteit ten aanzien van opslaginstallaties, de door de transmissiesysteembeheerder vastgestelde technische eisen voor balancering en de verplichting van de afnemers om de uit de gesubsidieerde elektriciteitsopslaginstallatie voortvloeiende capaciteit geheel of gedeeltelijk op de balanceringsmarkt te brengen. In het selectieproces worden projectvoorstellen die met verschillende technologieën worden uitgevoerd, gescoord en geselecteerd op basis van een kosten-batenanalyse, zodat een technologieneutraal selectieproces met de nadruk op kosteneffectiviteit wordt gewaarborgd. |
|||
127 |
C6.I4 Installatie van netwerkenergieopslagfaciliteiten voor deelnemers aan de energiemarkt |
Mijlpaal |
Sluiting van alle subsidieovereenkomsten betreffende de uitvoerings- en ondersteuningsvoorwaarden van voor marktdeelnemers te installeren opslagfaciliteiten |
Ondertekende subsidieovereenkomsten |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Subsidieovereenkomsten worden ondertekend voor alle projecten die zijn geselecteerd in het kader van de in stap 126 bedoelde oproep. De subsidieovereenkomsten zorgen ervoor dat de ontvangers verplicht zijn de uit de gesubsidieerde elektriciteitsopslagfaciliteit voortvloeiende capaciteit geheel of gedeeltelijk op de balanceringsmarkt in te voeren. |
|||
129 |
C6.I4 Installatie van netwerkenergieopslagfaciliteiten voor deelnemers aan de energiemarkt |
Doel |
Capaciteit van nieuw geïnstalleerde energieopslagfaciliteiten |
— |
MWh |
0 |
885 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Nieuw geïnstalleerde elektriciteitsopslagcapaciteit voor marktdeelnemers met effectieve capaciteit gemeten in MWh. |
130 |
C6.I5 Verspreiding van slimme meters |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van prioritaire projecten voor DSB’s voor de aankoop en installatie van slimme meters |
Publicatie van de oproep tot het indienen van prioritaire projecten op de officiële website van de regering voor oproepen |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Er wordt een oproep tot het indienen van prioritaire projecten gericht tot de distributiesysteembeheerders voor de aankoop en installatie van slimme meters en de uitvoering en ondersteuning daarvan gepubliceerd. In de oproep worden de technische eisen voor de installatie van slimme meters beschreven. De distributiesysteembeheerders ontvangen de subsidie in verhouding tot het aantal fysieke locaties dat nodig is om slimme meters te installeren in de geografische gebieden waar zij actief zijn. |
|||
131 |
C6.I5 Verspreiding van slimme meters |
Mijlpaal |
Sluiting van alle subsidieovereenkomsten voor de aankoop en installatie van slimme meters |
Ondertekende subsidieovereenkomsten |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Subsidieovereenkomsten worden ondertekend voor alle projecten die zijn geselecteerd in het kader van de in stap 130 bedoelde oproep. |
|||
132 |
C6.I5 Verspreiding van slimme meters |
Doel |
Nieuw geïnstalleerde slimme meters |
Aantal slimme meters |
0 |
213 297 |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Nieuwe installatie van eenfasige of driefasenelektriciteitsmeters met directe aansluitings- en communicatie-eenheid, bovenop die welke moeten worden gefinancierd met de niet-terugbetaalbare steun in het kader van C10.I1d (subsidies) in deel J.1. en C10.I1d (leningen) in deel J.3. |
|
133 |
C6.I5 Verspreiding van slimme meters |
Doel |
Extra nieuw geïnstalleerde slimme meters (gecumuleerd) |
Aantal slimme meters |
213 297 |
254 065 |
KWARTAAL 3 |
2025 |
Nieuwe installatie van eenfasige of driefasenelektriciteitsmeters met directe aansluitings- en communicatie-eenheid, bovenop die welke moeten worden gefinancierd met de niet-terugbetaalbare steun in het kader van C10.I1d (subsidies) in deel J.1. en C10.I1d (leningen) in deel J.3. |
|
134 |
C6.I5 Verspreiding van slimme meters |
Doel |
Extra nieuw geïnstalleerde slimme meters (tezamen) |
Aantal slimme meters |
254 065 |
290 680 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Nieuwe installatie van in totaal 290 680 eenfasige of driefasenelektriciteitsmeters met directe aansluitings- en communicatie-eenheid, bovenop die welke worden gefinancierd met de niet-terugbetaalbare steun in het kader van C10.I1d (subsidies) in deel J.1. en C10.I1d (leningen) in deel J.3. |
|
369 |
C6.I6. Investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van voorstellen voor investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
Publicatie van de oproep tot het indienen van voorstellen op de officiële website van de regering voor oproepen |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Op de website van de regering wordt een oproep tot het indienen van voorstellen voor investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen gepubliceerd. Alleen projecten met een vermindering van het primaire energieverbruik per gebouw met ten minste 30 % (ten opzichte van de uitgangssituatie vóór de verbeteringen van de energieprestaties) komen in aanmerking voor de oproep, met bijzondere aandacht voor de regio Boedapest. In de oproep tot het indienen van voorstellen wordt vermeld dat de volgende soorten activiteiten kunnen worden ondersteund, met betrekking tot: Energiebeheer in gebouwen: Verbetering van de isolatie van gebouwen, thermische prestaties van gebouwen en vermindering van het warmteverlies Modernisering van verwarmings-, koelings- en warmwatersystemen voor huishoudelijk gebruik in gebouwen; Invoering van digitale energiebeheersystemen om de vraag naar energie te verminderen; Energie-efficiënte aanpassing van bestaande binnenverlichtingssystemen. Verhoging van het gebruik van hernieuwbare energie; Activiteiten ter ondersteuning van de aanpassing aan de klimaatverandering. De selectiecriteria van de oproep zorgen ervoor dat prioriteit wordt gegeven aan gebouwen met een hoger energiebesparingspotentieel (gebouwen met een jaarlijks primair energieverbruik van 300 kWh/m² of meer) en dat niet meer dan 20 % van de totale enveloppe wordt gebruikt om verwarmingsactiviteiten op basis van gas te ondersteunen. |
|||
370 |
C6.I6. Investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
Mijlpaal |
Sluiting en inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten voor projecten met betrekking tot investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
Ondertekening en inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Ondertekening en inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten die zijn gesloten met alle geselecteerde eindontvangers in het kader van de in de vorige mijlpaal [369] bedoelde oproep tot het indienen van voorstellen. |
|||
371 |
C6.I6. Investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
Doel |
Vloeroppervlakte van openbare gebouwen die hebben geprofiteerd van een verbetering van de energie-efficiëntie |
Vierkante meter |
0 |
388 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 388 000 vierkante meter profiteert van verbeteringen van de energie-efficiëntie. Het primaire energieverbruik van de betrokken openbare gebouwen wordt met 30 % per gebouw verminderd. De beoordeling van de primaire energiebesparingen per gebouw wordt uitgevoerd door geregistreerde, onafhankelijke energie-auditors, deskundigen of geregistreerde aanbieders van energiecertificeringsdiensten. Deze autoriteiten geven een energieprestatiecertificaat af waarin de bereikte energiebesparingen worden beoordeeld. |
G. COMPONENT 7: Transitie naar een circulaire economie
Het doel van dit onderdeel van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan is de transitie naar een circulaire economie te vergemakkelijken en bij te dragen tot de verwezenlijking van de in de EU-wetgeving vastgestelde doelstellingen voor afvalbeheer voor 2025 en 2030. Daartoe moeten de belangrijkste wettelijke en procedurele vereisten worden vastgesteld om de Hongaarse economie voor te bereiden op de overgang naar de circulaire economie, met inbegrip van een goed functionerende afvalbeheersector. Een van de pijlers van dit proces is de vernieuwing van het binnenlandse afvalbeheersysteem. Het percentage circulair materiaalgebruik in Hongarije bedraagt 8,7 %, wat lager is dan het EU-gemiddelde (12,8 %). Het recyclingpercentage (stedelijk afval) — 33 % — ligt aanzienlijk lager dan de doelstelling voor 2025.
De maatregelen in het kader van deze component dragen bij tot de doelstellingen inzake groene transitie en klimaatneutraliteit, alsook tot een meer ontwikkeld afvalbeheersysteem in Hongarije. Zij ondersteunen de uitvoering van investeringen in chemische recycling van kunststofafval dat niet geschikt is voor mechanische recycling. Zij ondersteunen ook duurzame groei door de invoering van innovatieve oplossingen, zoals chemische recycling. De doelstellingen van deze component zijn in overeenstemming met de doelstellingen van het EU-kader voor afvalbeheer.
De component draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen inzake de noodzaak om het investeringsgerelateerd economisch beleid te richten op duurzaam afvalbeheer (landspecifieke aanbeveling 3 van 2019 en 3 in 2020) en om hervormingen en investeringen op het gebied van duurzaam afvalbeheer en de circulariteit van de economie te bevorderen (landspecifieke aanbeveling 5 in 2022), waarin de circulaire economie werd aangemerkt als een gebied dat voor verbetering vatbaar is, met name op het gebied van gemeentelijk afvalbeheer en in het systeem voor afvalinzameling en -verwerking.
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).
G.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
C7.R1: Binnenlandse regulering van de transitie naar een circulaire economie
Het doel van de hervorming is een degelijk strategisch en juridisch kader voor de overgang naar de circulaire economie tot stand te brengen.
Om het strategisch kader voor de investeringen vast te stellen, wordt het nationale afvalbeheerplan voor de periode 2021-2027 vastgesteld, zoals vereist bij Richtlijn 2008/98/EG betreffende afvalstoffen, en wordt de laatste hand gelegd aan de nationale strategie en het nationale actieplan voor de circulaire economie, die zijn afgestemd op de aanbevelingen van de OESO van het lopende project voor het instrument voor technische ondersteuning. Samen vormen deze documenten het kader voor de transitie naar een circulaire economie in Hongarije.
Een ander doel van de hervorming is een gezond juridisch kader te scheppen om de overgang naar de circulaire economie efficiënt te reguleren en gedetailleerde regels vast te stellen voor een nieuw afvalbeheermodel. De wijzigingen in het wetgevingskader dragen bij tot de totstandbrenging van een gunstig klimaat voor afvalbeheer in Hongarije, met name door het wegnemen van belemmeringen in de afvalbeheersector, met inbegrip van die welke verband houden met mededinging, het oprichten van een bevoegde autoriteit voor afvalbeheer, het reguleren van het statiegeldsysteem voor drankflessen en het versterken van de wetgeving inzake uitgebreide producentenverantwoordelijkheid. De wijzigingen omvatten ook een verordening ter vermindering van de milieueffecten van kunststofproducten die verder gaat dan de vereisten van Richtlijn (EU) 2019/904 betreffende kunststoffen voor eenmalig gebruik.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 september 2023 voltooid.
C7.R2: Voorlichting
Het doel van de hervorming is te voorzien in een coherente nationale kadercommunicatiestrategie voor lokale bewustmakingsmaatregelen.
De hervorming bestaat uit de goedkeuring van een nationaal actieplan voor communicatie en een communicatiestrategie. De nationale communicatiestrategie moet een communicatiekader bieden dat een aanvulling vormt op en richtsnoeren biedt voor lokale bewustmakingsmaatregelen om het grote publiek te informeren over de hogere niveaus van afvalhiërarchie (1) preventie, 2) hergebruik, 3) recycling). In de nationale communicatiestrategie wordt ook bijzondere aandacht besteed aan bioafval, thuiscompostering en scheiding van afval.
De hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.
C7.I2: Bouw van slimme infrastructuur voor afvalinzameling voor gescheiden inzameling en bijbehorende emissievrije inzamelingsvoertuigen 6
Het doel van de investering is gemeenten te voorzien van infrastructuur voor de gescheiden inzameling van afval dat in openbare ruimten wordt geproduceerd.
In het kader van de investering krijgen gemeenten ondergrondse afvalcontainers, slimme afvalbakken en emissievrije voertuigen voor de gescheiden inzameling van afval, op basis van hun investeringsbehoeften. De gemeenten krijgen een budget voor bewustmakingsmaatregelen.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
G.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
|
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal
|
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing
|
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Eenheid |
Basislijn |
Doelstelling |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
135 |
C7.R1 Binnenlandse regulering van de transitie naar een circulaire economie |
Mijlpaal |
Goedkeuring van de nationale strategie en het actieplan voor de circulaire economie en het nationale afvalbeheerplan |
Goedkeuring van de nationale strategie en het actieplan voor de circulaire economie en van het nationale afvalbeheerplan 2021-27 |
|
|
|
KWARTAAL 1 |
2023 |
De nationale strategie en het nationale actieplan voor de circulaire economie (gebaseerd op de definitieve aanbevelingen van het door de OESO uitgevoerde project van het instrument voor technische ondersteuning) vormen het kader voor de overgang naar een circulaire economie en dragen bij aan de EU-doelstellingen, met name op het gebied van afvalrecycling. In het nationale afvalbeheerplan worden de maatregelen gepland die nodig zijn om de afvaldoelstellingen als bedoeld in Richtlijn 2008/98/EG betreffende afvalstoffen te halen. De ontwikkeling van een systeem voor gescheiden inzameling en een verhoging van de behandelingspercentages worden weerspiegeld in het nationale afvalbeheersplan, dat het kader regelt om afvalpreventie te bevorderen en de terugkeer naar de bredere economische cyclus te stimuleren, de hoeveelheid gestort afval te verminderen en de vraag naar primaire grondstoffen te verminderen. |
136 |
C7.R1 Binnenlandse regulering van de transitie naar een circulaire economie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de wetgevingshandelingen die nodig zijn om de afvalbeheerspraktijk operationeel te maken |
Bepaling in de wetgevingshandelingen waarin de respectieve inwerkingtreding wordt aangegeven |
KWARTAAL 3 |
2023 |
De wetgeving treedt in werking op: De invoering en nadere regels van de statiegeldregeling voor drankflessen; De oprichting van een afvalbeheerautoriteit om de afvalbeheersector te rationaliseren; Vermindering van de milieueffecten van bepaalde kunststofproducten (regulering van bepaalde kunststofproducten voor eenmalig gebruik); Regels inzake de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid; Wetgeving die bewijs levert van de verwijdering van achtergelaten afval van onroerend goed en van vervoer naar een geschikte plaats voor afvalverwerking. |
|||
372 |
C7.R2: Voorlichting |
Mijlpaal |
Goedkeuring van een actieplan voor de ontwikkeling van een communicatiestrategie |
Goedkeuring van een actieplan voor de ontwikkeling van een communicatiestrategie |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Er wordt een nationaal actieplan voor communicatie vastgesteld, waarin de nodige stappen en een tijdschema worden opgenomen voor de ontwikkeling van een communicatiestrategie ter ondersteuning van de uitvoering van lokale bewustmakingsmaatregelen. De nationale communicatiestrategie voorziet in een communicatiekader ter aanvulling en begeleiding van lokale bewustmakingsmaatregelen om het grote publiek te informeren over de hogere niveaus van afvalhiërarchie (1) preventie, 2) hergebruik, 3) recycling. In de nationale communicatiestrategie wordt ook bijzondere aandacht besteed aan bioafval, thuiscompostering en scheiding van afval. |
|||
373 |
C7.R2: Voorlichting |
Mijlpaal |
De communicatiestrategie wordt goedgekeurd |
De communicatiestrategie wordt goedgekeurd |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De communicatiestrategie wordt vastgesteld in overeenstemming met de vereisten van M372. |
|||
374 |
C7.I2 Bouw van slimme infrastructuur voor afvalinzameling voor gescheiden inzameling en bijbehorende emissievrije inzamelingsvoertuigen |
Mijlpaal |
Publicatie van de oproep tot het indienen van voorstellen op basis van de investeringsbehoeften van de gemeenten |
Publicatie van de oproep tot het indienen van voorstellen op basis van de behoeften van de gemeenten aan investeringen in infrastructuur op de officiële website van de regering voor oproepen |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Er wordt een oproep tot het indienen van voorstellen gepubliceerd voor de toekenning van infrastructuur voor afvalinzameling die openstaat voor alle Hongaarse gemeenten. De voorwaarden voor de oproep: De investeringsbehoeften van gemeenten in de infrastructuur weerspiegelen, vastgesteld op basis van de volgende criteria: — Bestaande infrastructuur en de ouderdom ervan; — de hoeveelheid afval die in openbare ruimten wordt geproduceerd, onder meer bepaald op basis van de bevolking van de gemeenten, de omvang van de door gemeenten beheerde en gereinigde openbare ruimten en de intensiteit van het gebruik van dergelijke openbare ruimten; — de capaciteit van de gemeenten om het extra ingezamelde afval te verwerken. Daartoe zorgt de oproep ervoor dat gemeenten met de grootste investeringsbehoeften hogere scores krijgen in de oproepprocedure; Eisen dat per geselecteerde locatie vier ondergrondse afvalcontainers worden geïnstalleerd, zodat papier, verpakkingen, bioafval en restafval gescheiden kunnen worden ingezameld; Eisen dat de slimme afvalbakken de gescheiden inzameling van bioafval en restafval op de geselecteerde locaties mogelijk maken; Eisen dat de toegewezen inzamelingsvoertuigen voor ondergrondse afvalcontainers en slimme vuilnisbakken emissievrije voertuigen zijn; De gemeenten te verplichten een bewustmakingscampagne op te zetten die i) informatie verstrekt over de nieuwe infrastructuur en het correcte gebruik ervan, en ii) bewustmaking omtrent de hogere niveaus van afvalhiërarchie (1) preventie, 2) hergebruik, 3) recycling). Daartoe wordt een specifiek budget toegekend aan de geselecteerde gemeenten om bovengenoemde bewustmakingsmaatregelen uit te voeren. |
|||
375 |
C7.I2 Bouw van slimme infrastructuur voor afvalinzameling voor gescheiden inzameling en bijbehorende emissievrije inzamelingsvoertuigen |
Mijlpaal |
Publicatie van een communicatiegids |
Publicatie van een communicatiegids |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Publicatie van een communicatiegids om lokale overheden te ondersteunen bij hun eigen communicatieactiviteiten in overeenstemming met de vereisten van de oproep in het kader van M374. |
|||
376 |
C7.I2 Bouw van slimme infrastructuur voor afvalinzameling voor gescheiden inzameling en bijbehorende emissievrije inzamelingsvoertuigen |
Doel |
Installatie en ingebruikneming van slimme vuilnisbakken |
Aantal |
0 |
930 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Er zijn ten minste 930 slimme afvalbakken geïnstalleerd die in gebruik zijn genomen in de geselecteerde gemeenten overeenkomstig de eisen van de oproep tot het indienen van voorstellen in het kader van M374. |
|
377 |
C7.I2 Bouw van slimme infrastructuur voor afvalinzameling voor gescheiden inzameling en bijbehorende emissievrije inzamelingsvoertuigen |
Doel |
Installatie en ingebruikneming van ondergrondse afvalcontainers |
Aantal |
0 |
860 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Er zijn ten minste 860 ondergrondse afvalcontainers geïnstalleerd die in gebruik zijn genomen in de geselecteerde gemeenten overeenkomstig de eisen van de oproep tot het indienen van voorstellen in het kader van M374. |
|
378 |
C7.I2 Bouw van slimme infrastructuur voor afvalinzameling voor gescheiden inzameling en bijbehorende emissievrije inzamelingsvoertuigen |
Doel |
Aankoop en ingebruikneming van emissievrije voertuigen voor nieuwe afvalinzamelingsinfrastructuur |
Aantal |
0 |
111 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
In de geselecteerde gemeenten moeten ten minste 32 emissievrije vrachtwagens voor ondergrondse containers onder T377 en ten minste 79 emissievrije vrachtwagens voor de slimme vuilnisbakken in het kader van T376 zijn aangekocht en operationeel zijn geworden in overeenstemming met de vereisten van de oproep tot het indienen van voorstellen in het kader van M374. |
|
379 |
C7.I2 Bouw van slimme infrastructuur voor afvalinzameling voor gescheiden inzameling en bijbehorende emissievrije inzamelingsvoertuigen |
Taret |
Afvalinzamelingscapaciteit van de geïnstalleerde infrastructuur |
Ton |
0 |
40 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De totale afvalinzamelingscapaciteit van de geïnstalleerde infrastructuur in het kader van de doelstellingen T376 en T377 bedraagt ten minste 40 000 ton per jaar. |
H. COMPONENT 8: GEZONDHEID
Met dit onderdeel van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan worden verschillende uitdagingen aangepakt waarmee het Hongaarse gezondheidsstelsel momenteel wordt geconfronteerd, zoals ongelijke toegang tot diensten en de hoge incidentie van informele (foodbetalingen); een te grote afhankelijkheid van ziekenhuizen bij het verrichten van diensten; een aanzienlijke ziekenhuisschuld in verband met financieringsproblemen; en regionale personeelstekorten binnen het zorgstelsel.
De belangrijkste doelstelling van de component is de ontwikkeling van een modern en efficiënt zorgstelsel dat in staat is de uitdagingen van de eenentwintigste eeuw aan te gaan en voor iedereen toegankelijk is, in overeenstemming met beginsel 16 van de Europese pijler van sociale rechten. Met het oog hierop is de component gericht op i) het uitbannen van foodbetalingen in het gezondheidsstelsel; II) de rol van huisartsen versterken; III) de intramurale zorg te stroomlijnen en de infrastructuur ervan te verbeteren; IV) meer gebruik te maken van informatie- en communicatietechnologieën (ICT) om de kwaliteit en efficiëntie van gezondheidsdiensten te verbeteren; en v) een programma voor gezondheidsbewaking op afstand voor ouderen ontwikkelen.
De component ondersteunt de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen inzake het ondersteunen van preventieve gezondheidsmaatregelen en het versterken van de eerstelijnsgezondheidszorg (landspecifieke aanbevelingen 2 van 2019 en 3 in 2022), inzake het aanpakken van tekorten aan gezondheidswerkers en het waarborgen van een adequaat aanbod van kritieke medische producten en infrastructuur (landspecifieke aanbeveling 1 in 2020), en inzake het waarborgen van toegang tot essentiële diensten voor iedereen (landspecifieke aanbeveling 2 in 2020). Het moet ook bijdragen tot de uitvoering van de Europese pijler van sociale rechten.
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).
H.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
C8.R1: Afschaffing van de foodrentebetalingen in de gezondheidszorg
Doel van de maatregel is een einde te maken aan de praktijk van informele foodbetalingen in de gezondheidszorg en tegelijkertijd betere financiële en arbeidsomstandigheden voor artsen te creëren.
De maatregel bestaat uit de vaststelling van wetgeving voor de invoering van een nieuwe arbeidsovereenkomst voor artsen die erop gericht is de gratificatie uit te bannen en, in samenhang daarmee, de salarissen van artsen en ingezetenen die op grond van de bepalingen van een dergelijke overeenkomst in dienst zijn, te verhogen. Samen met de wettelijke strafbaarstelling van foodbetalingen zal de maatregel naar verwachting dergelijke betalingen in de gezondheidszorg uitbannen. De doeltreffendheid van de maatregel zal naar verwachting worden versterkt door de parallelle loonstijgingen in de gezondheidszorg (die afzonderlijk van het herstel- en veerkrachtplan worden gefinancierd).
Het effect van de maatregel wordt beoordeeld aan de hand van een onafhankelijke studie waarvan de resultaten openbaar worden gemaakt. In de studie wordt ook beoordeeld in hoeverre de hervorming heeft bijgedragen tot het aantrekkelijker maken van het beroep van arts en het behoud van artsen in Hongarije.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2023 voltooid.
C8.I1: Ontwikkeling van de voorwaarden voor gezondheidszorg in de 21e eeuw
Het doel van de maatregel is de versterking van de intramurale zorg en de bijbehorende infrastructuur. De nadruk wordt gelegd op de ontwikkeling van een netwerk van dagchirurgie, ambulante en intramurale zorgaanbieders met nieuwe en gerenoveerde gebouwen en moderne medische hulpmiddelen die de efficiëntie van de gezondheidszorg helpen vergroten, ook met het oog op mogelijke toekomstige gezondheidscrises.
De maatregel bestaat uit vier acties. Ten eerste de inwerkingtreding van wetgeving voor de ontwikkeling van één transparant nieuw nationaal gezondheidsbeheersysteem. Ten tweede, de oprichting van 22 ziekenhuisnetwerken op provinciaal niveau met geïntegreerde patiëntentrajecten, volgens een inventarisatieverslag dat door het ministerie van Binnenlandse Zaken moet worden verstrekt. In de geïntegreerde patiëntentrajecten wordt bepaald welke instelling in het netwerk verantwoordelijk is voor elk type medische interventie binnen elk netwerk van zorginstellingen op provinciaal niveau. Ten derde krijgen ten minste 40 nieuwe of gerenoveerde gebouwen op het gebied van gezondheidsinfrastructuur nieuwe en moderne gezondheidszorgapparatuur, en moeten nieuwe gebouwen ook voldoen aan hoge energie-efficiëntie-eisen. Ten vierde, een toename van het aantal volbloedinzamelingsevenementen op mobiele inzamelingslocaties in kleine nederzettingen.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C8.I2: Ondersteuning van de digitale transformatie van de gezondheid
Het doel van de investering is meer gebruik te maken van informatie- en communicatietechnologieën om de gezondheidssector efficiënter te maken, de toegang tot diensten te vergemakkelijken en de kwaliteit van zorg en diensten te verbeteren.
De maatregel bestaat uit zes acties. Ten eerste worden 65 ziekenhuizen uitgerust met verbeterde IT-beveiligingssystemen. Ten tweede worden nieuwe databanken en ziektenregisters digitaal toegankelijk in de ruimte voor elektronische gezondheidszorg (EESZT). Het EESZT is een bestaand integratieplatform waar alle gezondheidsgegevens van patiënten met de juiste toestemming kunnen worden opgevraagd via lokale ziekenhuizen, huisartsen of apotheken. Ten derde neemt het aandeel van de procedures van de gezondheidsautoriteiten dat elektronisch kan worden ingeleid, toe tot 60 %. Ten vierde moet het aantal interventies op het gebied van telegeneeskunde dat via info-communicatie-instrumenten wordt verstrekt, toenemen. Ten vijfde worden op het EESZT-portaal nieuwe modules gelanceerd ter ondersteuning van aanbodbeheer en gedigitaliseerde zorgprocessen. Ten zesde wordt een nieuwe centrale mobiele applicatie voor gezondheidszorg (myEESZT) ontwikkeld en in gebruik genomen voor huishoudens en professionele gebruikers.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 maart 2026 zijn voltooid.
C8.I3: Programma voor gezondheidsmonitoring op afstand voor ouderen
Het doel van de investering is te voorzien in gezondheidsbewakingsdiensten op afstand voor ouderen ouder dan 65 jaar. De investering zal naar verwachting ook de de-institutionalisering van langdurige zorg verminderen.
De maatregel bestaat uit twee acties. Ten eerste, de ingebruikneming van dispatchingdiensten, die telegeneeskundediensten en noodzorg voor de deelnemers onder ouderen ouder dan 65 jaar organiseren. Het systeem stelt deelnemers in staat hulp te vragen bij de 24-uursdienst met hun eigen persoonlijke noodoproep op GSM-basis. Het personeel van de dispatching beschikt over deskundigheid op het gebied van ambulance- of noodhulpdiensten. Ten tweede moeten ten minste 1 500 000 ouderen ouder dan 65 jaar zijn uitgerust met draagbare sensorische apparaten. Een speciale dienst zorgt voor een 24-uursbewaking van deze ouderen, die in geval van medische nood de dispatchingdienst kunnen bellen.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.
C8.I4: Ontwikkeling van eerstelijnsgezondheidszorg
Doel van de maatregel is de eerstelijnsgezondheidszorg toegankelijk te maken voor zoveel mogelijk burgers, met name door de rol van huisartsen te versterken, de dienstverlening dicht bij huis uit te breiden en de last van gespecialiseerde zorg te verlichten.
De maatregel bestaat uit vier acties. Ten eerste wordt een nieuw rechtskader vastgesteld voor de oprichting en werking van praxisgemeenschappen van huisartsen. Ten tweede wordt het aantal artsen dat deelneemt aan gevestigde en operationele praxisgemeenschappen verhoogd. Ten derde zal het aantal patiënten dat is ingeschreven in het programma voor de beheersing van chronische ziekten, dat zorg verleent aan cliënten bij wie chronische niet-infectieziekten zijn vastgesteld, toenemen. Ten vierde zal het aantal patiënten dat is ingeschreven in preventie- en gezondheidsbevorderende programma’s toenemen.
De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.
H.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgende Aantal |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal
|
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Eenheid |
Basislijn |
Doelstelling |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
139 |
C8.R1 Uitroeiing van foodrentebetalingen in de gezondheidszorg |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de Wet op de relatie gezondheidszorgdiensten |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding ervan |
|
|
|
KWARTAAL 4 |
2020 |
De Wet op de relatie Gezondheidszorg treedt in werking. De wet bevat de arbeidsovereenkomst van zorgaanbieders in staatsbezit, de afschaffing en strafbaarstelling van gratificaties en het salaris van artsen in het kader van de nieuwe arbeidsovereenkomst. De wet zal de arbeidsverhoudingen bij zorgaanbieders in staatsbezit veranderen, de salarissen van artsen verhogen en beloningen in de gezondheidszorg afschaffen. De bij wet vastgestelde wijziging van de arbeidsovereenkomst, de afschaffing en strafbaarstelling van foodbetalingen en de salarisverhoging moeten — als onderdeel van een coherente hervorming — gericht zijn op het verbeteren van de financiële en arbeidsomstandigheden van artsen en het ondersteunen van het behoud van het personeel. |
140 |
C8.R1 Uitroeiing van foodrentebetalingen in de gezondheidszorg |
Mijlpaal |
Publicatie van een onafhankelijke studie met gegevens over het effect van de doorgevoerde hervormingen in de gezondheidszorg op de praktijk van de betaling van gratificaties |
Publicatie van een onafhankelijke studie op de website van het ministerie van Binnenlandse Zaken |
KWARTAAL 4 |
2023 |
In een studie van onafhankelijke deskundigen, op basis van objectieve gegevens zoals officiële statistieken en enquêtes, wordt vastgesteld of de doorgevoerde hervormingen erin zijn geslaagd de praktijk van de betaling van gratificaties uit te bannen, en wordt de doeltreffendheid beoordeeld van wettelijke bepalingen die de betaling van fooien strafbaar stellen. Ook wordt beoordeeld in hoeverre de hervorming heeft bijgedragen tot het aantrekkelijker maken van het beroep van arts en het behoud van artsen in Hongarije. De studie kan aanbevelingen bevatten voor verdere maatregelen om het effect van de hervormingen te versterken. |
|||
141 |
C8.I1 Ontwikkeling van de voorwaarden voor gezondheidszorg in de 21e eeuw |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het regeringsbesluit betreffende de taken van de Nationale Directie Ziekenhuizen |
Bepaling in het regeringsbesluit tot vaststelling van de inwerkingtreding ervan |
KWARTAAL 1 |
2021 |
In het regeringsbesluit betreffende de taken van de Nationale Directie Ziekenhuizen wordt de basis gelegd voor de ontwikkeling van één transparant nieuw nationaal zorgstelsel. |
|||
142 |
C8.I1 Ontwikkeling van de voorwaarden voor gezondheidszorg in de 21e eeuw |
Mijlpaal |
Voltooiing van het in kaart brengen van het systeem van provinciale ziekenhuizen met geïntegreerde patiëntentrajecten |
Publicatie van het inventarisatierapport in het Publicatieblad |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Het ministerie van Binnenlandse Zaken inventariseert de rol van de verschillende instellingen in de geïntegreerde patiëntentrajecten op provinciaal niveau, op basis van de beschikbare capaciteiten en demografische trends. Het gepubliceerde inventarisatierapport bevat het tijdschema voor het opzetten van ziekenhuisnetwerken op provinciaal niveau met geïntegreerde patiëntentrajecten. |
|||
143 |
C8.I1 Ontwikkeling van de voorwaarden voor gezondheidszorg in de 21e eeuw |
Doel |
Aantal ziekenhuisnetwerken op provinciaal niveau met geïntegreerde patiëntentrajecten |
|
Aantal |
0 |
22 |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Het ministerieel besluit tot vaststelling van het aantal netwerken van ziekenhuizen op provinciaal niveau met geïntegreerde patiëntentrajecten wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad. Er worden ziekenhuisnetwerken op provinciaal niveau met geïntegreerde patiëntentrajecten opgezet die het gehele grondgebied van Hongarije bestrijken. In de geïntegreerde patiëntentrajecten wordt bepaald welke instelling in het netwerk verantwoordelijk is voor elk type medische interventie binnen elk netwerk van zorginstellingen op provinciaal niveau. |
144 |
C8.I1 Ontwikkeling van de voorwaarden voor gezondheidszorg in de 21e eeuw |
Doel |
Aantal evenementen voor het inzamelen van volbloed op mobiele inzamelingslocaties in kleine woongebieden |
Aantal |
0 |
480 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Organisatie van vrijwillige bloeddonaties in mobiele donatie-eenheden in nederzettingen met minder dan 3 inwoners. |
|
145 |
C8.I1 Ontwikkeling van de voorwaarden voor gezondheidszorg in de 21e eeuw |
Doel |
Ingebruikneming van nieuwe of gemoderniseerde gebouwen op het gebied van gezondheidszorg die zijn uitgerust met nieuwe en moderne apparatuur voor gezondheidszorg |
|
Aantal |
0 |
40 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Er worden ten minste 40 gebouwen voor gezondheidsinfrastructuur gebouwd of gerenoveerd. De gebouwde of gerenoveerde gebouwen worden in bedrijf gesteld na de aankoop en installatie van moderne medische apparatuur. Deze uitrusting kan transportmiddelen omvatten die in ziekenhuizen worden gebruikt, geprefabriceerde modulaire chirurgische ruimten en chirurgisch gereedschap, handinstrumenten, kinderverzorgingsinstrumenten, diagnose-instrumenten, endoscopie en laparoscopie, pathologische en laboratoriuminstrumenten, revalidatie-instrumenten, instrumenten voor de opslag van medische beelden en hulpmiddelen voor transmissiesystemen, in totaal 140 000 stuks. Deze uitrusting wordt geïnstalleerd en in gebruik genomen in of — naargelang van de situatie — in verband met de in het kader van deze investering gebouwde of gerenoveerde gebouwen voor gezondheidsinfrastructuur. |
146 |
C8.I1 Ontwikkeling van de voorwaarden voor gezondheidszorg in de 21e eeuw |
Doel |
Vloeroppervlakte van gebouwen met gezondheidsinfrastructuur die hebben geprofiteerd van een verbetering van de energie-efficiëntie |
Vierkante meter |
0 |
139 701 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 139 701 vierkante meter vloeroppervlakte van de in doelstelling 145 bedoelde nieuwe of gemoderniseerde gebouwen voor gezondheidsinfrastructuur profiteren van een verbetering van de efficiëntie. De primaire energievraag van nieuwe gebouwen is ten minste 20 % lager dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen. |
|
147 |
C8.I2 Ondersteuning van de digitale transformatie van de gezondheid |
Doel |
Aantal ziekenhuizen met een verbeterd IT-beveiligingssysteem |
|
Aantal |
0 |
65 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Ten minste 65 ziekenhuizen profiteren van upgrades van hun IT-beveiligingssystemen. Om als instelling met een verbeterd IT-beveiligingssysteem te kunnen worden beschouwd, moeten de volgende elementen operationeel zijn in het ziekenhuis: vastgestelde IT-beveiligingsgovernance; een centraal systeem voor identiteitsbeheer; gebruik van de Office Gateway (Hivatali Kapu); het bestaan van hardware- en software-inventarissen; een gegevensback-upsysteem; een kenniscentrum voor IT-beveiliging. Het bestaan van deze elementen wordt gecertificeerd door middel van een externe audit door IT-beveiligingsdeskundigen. |
148 |
C8.I2 Ondersteuning van de digitale transformatie van de gezondheid |
Doel |
Aantal nieuwe databanken en ziektenregisters dat digitaal beschikbaar is |
|
Aantal |
0 |
17 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Ten minste 17 nieuwe databanken moeten toegankelijk worden gemaakt in de Elektronikus Egészségügyi Szolgáltatási Tér — EESZT). De nieuwe databanken kunnen geauthenticeerd of openbaar zijn, of medische registers met betrekking tot verschillende medische specialismen. |
149 |
C8.I2 Ondersteuning van de digitale transformatie van de gezondheid |
Doel |
Toename van het aantal soorten procedures van gezondheidsautoriteiten dat elektronisch kan worden ingeleid |
|
% (percentage) |
5 |
60 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het percentage procedures van de gezondheidsautoriteiten dat digitaal kan worden ingeleid, neemt toe tot ten minste 60 % tegen 31 december 2025, vergeleken met 5 % in februari 2020. Dergelijke procedures kunnen officiële kennisgevingen, vergunningsprocedures en gegevensverzamelingen zijn. Procedures die momenteel gedeeltelijk elektronisch zijn en volledig elektronisch worden: — Kennisgeving van activiteiten waarbij gevaarlijke stoffen of verbindingen betrokken zijn (met inbegrip van kennisgeving van wijzigingen); — Kennisgeving van gevaarlijke stoffen die uitsluitend voor industriële doeleinden worden gebruikt; — Kennisgeving van biociden; — Kennisgeving van activiteiten ter bestrijding van plaagorganismen voor de volksgezondheid; — Kennisgeving van fumigatieactiviteiten door exploitanten van plaagbestrijding; — Kennisgeving van de bestrijding van muggen en knaagdieren door exploitanten van plaagbestrijding; en het — Toelating van biociden krachtens de overgangsmaatregelen van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt aanbieden en het gebruik van biociden. |
150 |
C8.I2 Ondersteuning van de digitale transformatie van de gezondheid |
Doel |
Aantal telegeneeskundediensten dat in één jaar via digitale instrumenten wordt verleend |
|
Aantal |
0 |
690 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het aantal telegeneeskundeinterventies dat jaarlijks aan patiënten wordt verstrekt, neemt toe tot ten minste 690 000 in 2025. Dergelijke interventies omvatten diensten die worden verleend via telecommunicatieapparatuur zonder persoonlijke interactie tussen arts en patiënt, zoals teleconsultatie en diagnostiek. Het aantal dergelijke interventies wordt door het National Healthcare Service Centre, de instelling die de centrale telegeneeskundediensten beheert, geregistreerd als feitelijke zorgdiensten. |
151 |
C8.I2 Ondersteuning van de digitale transformatie van de gezondheid |
Mijlpaal |
Nieuwe EESZT-modules gelanceerd ter ondersteuning van aanbodbeheer en gedigitaliseerde zorgprocessen |
Ingebruikneming van de nieuwe modules |
KWARTAAL 4 |
2025 |
De volgende EESZT-modules worden ontwikkeld en gelanceerd: centraal patiëntenregister; centraal behandelingenregister, reisplanning van patiënten en publicatie van middelen; centrale databank voor patiëntendocumentatie; systeem voor het bestellen van laboratoria. De modules zijn operationeel en ter beschikking van de gebruikers gesteld. |
|||
152 |
C8.I2 Ondersteuning van de digitale transformatie van de gezondheid |
Mijlpaal |
Lancering van een centrale mobiele applicatie voor gezondheidszorg (myEESZT) |
KWARTAAL 2 |
2024 |
De mobiele applicatie en het webkader van myEESZT en de bijbehorende persoonlijke en professionele e-gezondheidsfuncties worden ontwikkeld en in gebruik genomen voor huishoudens en professionele gebruikers. De geplande functionaliteiten van de aanvraag omvatten ten minste een gezondheidsagenda, educatieve inhoud en het online boeken van afspraken voor medische bezoeken en behandelingen. |
||||
153 |
C8.I2 Ondersteuning van de digitale transformatie van de gezondheid |
Doel |
Aantal unieke gebruikers van de centrale mobiele applicatie voor gezondheidszorg |
|
Aantal |
0 |
100 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het aantal unieke gebruikers van de centrale mobiele applicatie voor gezondheidszorg (myEESZT) bedraagt op 31 december 2025 ten minste 100 000. |
154 |
C8.I3 Programma voor monitoring van de gezondheid op afstand voor ouderen |
Mijlpaal |
Start van de dispatchingdienst voor het programma voor gezondheidsmonitoring op afstand voor ouderen |
Ingebruikneming van de dispatchingdienst |
KWARTAAL 3 |
2022 |
De dispatchingdienst voor het programma wordt in gebruik genomen. De locatie van de dispatchingdienst wordt aangewezen en de nodige infrastructuur en het gespecialiseerde personeel worden opgezet en operationeel. De dispatchingcentrale ontvangt de inkomende noodoproepen van de gebruikers van de dienst (ouderen ouder dan 65 jaar); het heeft toegang tot de familieleden, de huisarts van de patiënt, de gezondheids- en sociale dienstverleners van de patiënt. Het personeel van de dispatchingdienst communiceert met de patiënten en roept in noodgevallen familieleden of zorgaanbieders op. Het personeel beschikt over deskundigheid op het gebied van ambulance- of noodhulpdiensten. Het IT-systeem van de dispatchingdienst begeleidt de patiënt en het personeel door middel van een ondervragingsprotocol om een hoogwaardige dienstverlening te waarborgen. |
|||
155 |
C8.I3 Programma voor monitoring van de gezondheid op afstand voor ouderen |
Doel |
Aantal deelnemers aan het programma voor gezondheidsmonitoring op afstand voor ouderen |
|
Aantal |
0 |
1 500 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 1 500 000 deelnemers (ouderen ouder dan 65 jaar) aan het programma moeten zijn uitgerust met draagbare sensorische apparaten. De dienst zorgt voor een 24-uursbewaking van deze ouderen, zodat zij in geval van medische nood een dispatchingcentrum kunnen bellen. Familieleden en familieleden kunnen ook in noodgevallen in kennis worden gesteld. |
156 |
C8.I4 Ontwikkeling van de eerstelijnsgezondheidszorg |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van regeringsbesluit betreffende de gemeenten Praxis |
Bepaling in het regeringsbesluit tot vaststelling van de inwerkingtreding ervan |
KWARTAAL 1 |
2021 |
Het regeringsbesluit betreffende de gemeenten van Praxis creëert het rechtskader voor de oprichting en werking van praxisgemeenschappen, met inbegrip van hun mogelijke vorm, de juridische procedure voor hun oprichting, hun extra professionele taken en de afbakening van de basisactiviteiten van GP. |
|||
157 |
C8.I4 Ontwikkeling van de eerstelijnsgezondheidszorg |
Doel |
Aantal artsen dat deelneemt aan pas opgerichte en operationele GP-gemeenschappen |
|
Aantal |
515 |
4 000 |
KWARTAAL 3 |
2025 |
Ten minste 4 000 huisartsen hebben een samenwerkingsovereenkomst ondertekend om een praktijkgemeenschap tot stand te brengen, tegenover 515 in maart 2021. |
158 |
C8.I4 Ontwikkeling van de eerstelijnsgezondheidszorg |
Doel |
Aantal patiënten dat is ingeschreven in het programma voor de beheersing van chronische ziekten |
|
Aantal |
0 |
43 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 43 000 patiënten worden ingeschreven in het programma voor de beheersing van chronische ziekten, dat verwijst naar het complexe proces van doeltreffende, tijdige en toegankelijke zorg voor cliënten bij wie chronische niet-overdraagbare ziekten zijn vastgesteld. De chronische ziekten die onder het programma vallen, omvatten hypertensie en andere hart- en vaatziekten, diabetes type II en chronische obstructieve longziekte (COPD). |
159 |
C8.I4 Ontwikkeling van de eerstelijnsgezondheidszorg |
Doel |
Aantal patiënten dat is ingeschreven in preventie- en gezondheidsbevorderingsprogramma’s |
|
Aantal |
0 |
30 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 30 000 patiënten worden ingeschreven in preventie- en gezondheidsbevorderingsprogramma’s. Deze worden gedefinieerd als programma’s die gericht zijn op het voorkomen van chronische niet-overdraagbare ziekten en het ondersteunen van veranderingen in levensstijl door middel van activiteiten zoals: programma’s ter bevordering van een gezond voedingspatroon; programma’s ter bevordering van regelmatige fysieke oefeningen; programma’s ter ondersteuning van de verandering van levensstijl; programma’s ter bevordering van de gezondheid op het werk; programma’s ter bevordering van de gezondheid op school; programma’s voor het behoud en de ontwikkeling van de geestelijke gezondheid; programma’s tegen overmatig alcoholgebruik; programma’s ter ondersteuning van het stoppen met roken; en programma’s ter voorkoming van het gebruik van illegale stoffen. |
I. COMPONENT 9: GOVERNANCE EN OPENBAAR BESTUUR
Hongarije heeft reeds lang een aantal horizontale uitdagingen in verband met de robuustheid en werking van de overheidsinstellingen in het algemeen, die ook gevolgen hebben voor de economische en sociale processen in het land. Specifieke kwesties in dit verband hebben betrekking op het kader voor corruptiebestrijding, mededinging bij overheidsopdrachten, onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en de voorspelbaarheid, kwaliteit en transparantie van de besluitvorming. Hongarije scoort laag in corruptieperceptie-indicatoren en het concurrentieniveau bij overheidsopdrachten is matig. De verantwoordingsplicht voor besluiten om onderzoeken af te sluiten blijft een punt van zorg, aangezien er geen doeltreffende rechtsmiddelen zijn tegen beslissingen van het openbaar ministerie om vermeende criminele activiteiten niet te vervolgen. Terugkerende uitdagingen bij de toepassing van de regels inzake transparantie en toegang tot openbare informatie verzwakken ook het corruptiebestrijdingskader verder. Wat de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht betreft, hebben de in het verslag over de rechtsstaat 2022 beschreven punten van zorg met name betrekking op de uitdagingen waarmee de onafhankelijke Nationale Raad voor Justitie wordt geconfronteerd bij het tegenwicht van de bevoegdheden van de voorzitter van het Nationaal Bureau voor Justitie, de regels voor de verkiezing van de voorzitter van het Hooggerechtshof, de mogelijkheid van discretionaire beslissingen met betrekking tot benoemingen en bevorderingen van rechters, de toewijzing van zaken en bonussen aan rechters en leidinggevenden van rechtbanken, alsook de mogelijkheid voor overheidsinstanties om definitieve rechterlijke beslissingen bij het Grondwettelijk Hof aan te vechten. De kwaliteit, voorspelbaarheid en transparantie van de besluitvorming en het ontbreken van doeltreffende raadpleging van de sociale partners en belanghebbenden in de besluitvormingsprocessen vormen terugkerende uitdagingen. De complexiteit van het belastingstelsel en de risico’s van agressieve fiscale planning zijn ook aangemerkt als problemen die moeten worden aangepakt; en ook de houdbaarheid van de overheidsfinanciën moet worden verbeterd.
Dit onderdeel van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan is bedoeld om deze uitdagingen aan te pakken. Het omvat maatregelen die naar verwachting zullen bijdragen tot de versterking van het kader voor corruptiebestrijding, onder meer door de oprichting van een integriteitsautoriteit en een taskforce voor corruptiebestrijding, de ontwikkeling van alomvattende anticorruptiestrategieën en de versterking van de capaciteiten van de Hongaarse controle-instanties, met name met betrekking tot uitgaven uit de EU-begroting. Het omvat ook maatregelen ter versterking van de vervolgingsinspanningen. Er zijn ook maatregelen opgenomen om de concurrentie op het gebied van overheidsopdrachten te vergroten en de transparantie van en het publieke toezicht op overheidsopdrachten te waarborgen.
De maatregelen in het onderdeel zijn ook gericht op de reeds lang bestaande kwesties in verband met de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht, het verhogen van het niveau van rechterlijke bescherming en het verbeteren van het investeringsklimaat in Hongarije, door de waarborgen van onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de rechtbanken te versterken, met name door de Nationale Raad voor Justitie sterkere bevoegdheden in te stellen om een tegenwicht te bieden aan de bevoegdheden van de voorzitter van het Nationaal Bureau voor Justitie, door de rechterlijke onafhankelijkheid van het hooggerechtshof te versterken, belemmeringen voor prejudiciële verwijzingen naar het Hof van Justitie van de Europese Unie weg te nemen en de mogelijkheid voor overheidsinstanties om definitieve rechterlijke beslissingen bij het grondwettelijk hof aan te vechten, uit de weg te ruimen.
De maatregelen in deze component zullen naar verwachting ook de kwaliteit en transparantie van de besluitvorming verbeteren, onder meer door een meer systematische betrokkenheid van de sociale partners en belanghebbenden, de toegang tot openbare informatie vergemakkelijken en zorgen voor doeltreffend toezicht op de wijze waarop stichtingen voor het beheer van activa van openbaar belang gebruikmaken van EU-steun. De component bevat ook maatregelen om het risico van agressieve fiscale planning aan te pakken en het belastingstelsel te vereenvoudigen. Tot slot omvat de component maatregelen die erop gericht zijn de kwaliteit en de houdbaarheid van de overheidsfinanciën te verbeteren.
In verschillende gevallen draagt deze component ook bij aan de digitale transitie van overheidsinstellingen door de digitalisering van overheidsdiensten en -diensten te ondersteunen.
De component draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen inzake de noodzaak om „het kader voor corruptiebestrijding te versterken, onder meer door de inspanningen van het openbaar ministerie en de toegang tot openbare informatie te verbeteren” (landspecifieke aanbeveling 4 van 2019, landspecifieke aanbeveling 4 van 2022), „Verbetering van de concurrentie bij overheidsopdrachten” (landspecifieke aanbeveling 4 van 2020, landspecifieke aanbeveling 4 van 2022), „Versterking van de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht” (landspecifieke aanbeveling 4 van 2019, landspecifieke aanbeveling 4 van 2022), „de kwaliteit en transparantie van het besluitvormingsproces verbeteren door middel van een doeltreffende sociale dialoog, samenwerking met andere belanghebbenden en regelmatige effectbeoordelingen” (landspecifieke aanbeveling 4 van 2019, landspecifieke aanbeveling 4 van 2022), „doorgaan met de vereenvoudiging van het belastingstelsel” (landspecifieke aanbeveling 4 van 2019, landspecifieke aanbeveling 4 van 2022), „Het belastingstelsel versterken tegen het risico van agressieve fiscale planning” (landspecifieke aanbeveling 4 van 2019, landspecifieke aanbeveling 5 van 2020) en „zorgen voor prudente begrotingssituaties op middellange termijn” (landspecifieke aanbeveling 1 van 2022).
Een aantal van deze maatregelen is door Hongarije voorgesteld en met de Europese Commissie besproken in het kader van de procedure in het kader van de conditionaliteitsverordening 7 . De inhoud van de desbetreffende mijlpalen en streefdoelen is afgestemd op de in dat verband aangegane verbintenissen en sommige van deze mijlpalen worden uitgevoerd vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van de faciliteit voor herstel en veerkracht.
Overeenkomstig artikel 20, lid 5, onder e), van Verordening (EU) 2021/241 is, om te voldoen aan artikel 22 van die verordening, de uitvoering van de mijlpalen in deze component die verband houden met het Hongaarse controlesysteem ter bescherming van de financiële belangen van de Unie, een voorwaarde voor elke betaling in het kader van artikel 24 8 van de RRF-verordening.
Overeenkomstig artikel 24, lid 3, van Verordening (EU) 2021/241 wordt elke hervorming door Hongarije uitgevoerd zonder dat dit resultaat wordt afgezwakt en de onderstaande elementen negatief worden beïnvloed.
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).
I.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
C9.R1: Oprichting van een integriteitsautoriteit ter versterking van de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie en andere onrechtmatigheden en onregelmatigheden in verband met de uitvoering van EU-steun in Hongarije
Het doel van deze hervorming is het versterken van de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie, alsook van andere onrechtmatigheden en onregelmatigheden in verband met de uitvoering van EU-steun in Hongarije, met bijzondere aandacht voor overheidsopdrachten, door de oprichting van een integriteitsautoriteit.
De integriteitsautoriteit heeft tot taak op te treden in alle gevallen waarin de bevoegde nationale autoriteiten naar haar mening niet het nodige hebben gedaan om fraude, belangenconflicten, corruptie en andere onrechtmatigheden of onregelmatigheden die het goed financieel beheer van de Uniebegroting of de bescherming van de financiële belangen van de Unie hebben aangetast of dreigen aan te tasten, te voorkomen, op te sporen en te corrigeren.
De integriteitsautoriteit wordt opgericht en begint met haar werkzaamheden vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht.
Er wordt gewaarborgd dat de integriteitsautoriteit volledig onafhankelijk is, met inbegrip van het feit dat de integriteitsautoriteit en haar personeel geen instructies van andere personen of instellingen aanvaarden of vragen. Voor de selectie van personeel, beheer en begroting gelden sterke garanties.
De integriteitsautoriteit heeft onder meer de bevoegdheid om aanbestedende diensten op te dragen een aanbestedingsprocedure op te schorten (voor maximaal twee maanden); administratieve onderzoeksinstanties te verzoeken namens haar onderzoeken uit te voeren; het aanbevelen van de uitsluiting van specifieke marktdeelnemers van financiering door de Unie voor een bepaalde periode; de relevante nationale autoriteiten of organen opdracht te geven hun toezicht- of controletaken uit te voeren, met name wat betreft procedures voor het verifiëren van verklaringen inzake belangenconflicten en vermoedens in verband met het beheer van middelen van de Unie; de aanbestedende diensten aanbevelen gebruik te maken van een specifieke aanbestedingsprocedure; procedures in te leiden voor de bevoegde nationale autoriteiten of instanties om vermoedelijke onrechtmatigheden of onregelmatigheden vast te stellen; vanaf 31 maart 2023, de exclusieve bevoegdheid om vermogensverklaringen te verifiëren van hooggeplaatste politieke leiders die geen mandaat als lid van de Nationale Vergadering hebben (premier, ministers, politieke directeuren, staatssecretarissen), de bevoegdheid om openbaar beschikbare vermogensverklaringen van alle ambtenaren met een hoog risico, met inbegrip van de president, parlementsleden, hoofden van centrale uitvoerende autoriteiten, andere politieke ambtenaren, kabinetsmedewerkers van politieke ambtenaren, regionale gouverneurs, burgemeesters van grote steden, rechters, aanklagers, leden van de bestuursorganen voor justitie en vervolging, onderzoekers op het gebied van corruptiebestrijding en hogere leidinggevenden van staatsbedrijven, en voor niet-openbare vermogensverklaringen ten minste de bevoegdheid om de bevoegde organen te verzoeken de verificatie van die verklaringen uit te voeren en het resultaat van die verificatie te verkrijgen; op eigen initiatief, klacht en verdenking procedures voor de verificatie van vermogensaangiften in te leiden en rechtstreekse en onbeperkte toegang te hebben tot de relevante databanken en registers die zij nodig acht om de waarheidsgetrouwheid van de informatie in de vermogensverklaringen te verifiëren; verzoeken om rechterlijke toetsing van alle besluiten van autoriteiten met betrekking tot procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten die steun van de Unie vergen en vatbaar zijn voor rechterlijke toetsing; en om het stilzitten van een betrokken autoriteit voor de rechter aan te vechten. De integriteitsautoriteit heeft ondubbelzinnige en onbeperkte bevoegdheden om haar bevoegdheden te blijven uitoefenen, zelfs in gevallen waarin de betrokken projecten of procedures die oorspronkelijk voor steun van de Unie waren gepland, later uit de steun van de Unie zijn teruggetrokken.
De integriteitsautoriteit heeft toegang tot alle informatie, databanken en registers die nodig zijn voor de uitvoering van haar taken in verband met overheidsopdrachten, gevallen van vermoedelijke corruptie, met inbegrip van de verificatie van vermogensverklaringen, fraude en belangenconflicten met steun van de Unie. Er wordt voor gezorgd dat de autoriteiten die betrokken zijn bij een informatieverzoek of instructie van de integriteitsautoriteit binnen een redelijke termijn handelen.
De integriteitsautoriteit voert binnen vier maanden na haar oprichting een integriteitsrisicobeoordeling uit om de stand van zaken met betrekking tot de integriteitssituatie van het Hongaarse systeem voor overheidsopdrachten te beoordelen, integriteitsrisico’s, systeemrisico’s voor de integriteit en de beschikbare instrumenten om deze aan te pakken.
De integriteitsautoriteit stelt haar eerste jaarlijkse integriteitsverslag voor het jaar 2022 op tegen het eerste kwartaal van 2 2023 en vervolgens elk jaar tegen het tweede kwartaal van 2. De verslagen worden openbaar gemaakt. De regering onderzoekt elk verslag van de integriteitsautoriteit en licht binnen drie maanden na de publicatie schriftelijk toe hoe zij voornemens is elk van de bevindingen in die verslagen aan te pakken.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 4 2023 voltooid.
C9.R2: Oprichting van een taskforce voor corruptiebestrijding om toezicht te houden op en de maatregelen te evalueren die in Hongarije zijn genomen om corruptie te voorkomen, op te sporen, te vervolgen en te bestraffen
Het doel van deze hervorming is de oprichting van een taskforce voor corruptiebestrijding om toezicht te houden op en een evaluatie te maken van de maatregelen die in Hongarije zijn genomen om corruptie te voorkomen, op te sporen, te vervolgen en te bestraffen.
De taskforce voor corruptiebestrijding onderzoekt de bestaande anticorruptiemaatregelen en werkt voorstellen uit ter verbetering van de opsporing, het onderzoek, de vervolging en de bestraffing van corrupte praktijken en andere praktijken zoals nepotisme, favoritisme of „draaideurconstructies” tussen de publieke en de particuliere sector. Zij doet met name voorstellen voor maatregelen ter verbetering van de preventie en opsporing van corruptie en ter verbetering van de informatiestroom tussen de administratieve en controlerende autoriteiten van de staat en de met strafrechtelijke onderzoeken belaste autoriteiten.
Ten minste de helft van de leden van de taskforce voor corruptiebestrijding zijn onafhankelijke niet-gouvernementele organisaties die actief zijn op het gebied van corruptiebestrijding en beschikken over aantoonbare deskundigheid en voldoende lange controleerbare activiteiten, geselecteerd op basis van een open, transparante en niet-discriminerende selectieprocedure en objectieve criteria met betrekking tot de deskundigheid en verdienste van de kandidaten.
De voorzitter van de integriteitsautoriteit, zoals opgericht in het kader van hervorming C9.R1, treedt op als voorzitter van de taskforce voor corruptiebestrijding, maar de twee entiteiten werken afzonderlijk en onafhankelijk van elkaar.
De taskforce voor corruptiebestrijding komt ten minste tweemaal per jaar bijeen en neemt haar besluiten bij gewone meerderheid van de uitgebrachte stemmen. De notulen van zijn vergaderingen worden openbaar gemaakt op de website van de taskforce voor corruptiebestrijding, samen met schriftelijke bijdragen en opmerkingen van de leden vóór of na de vergaderingen waarvan is verzocht om als bijlage bij de notulen van de vergadering te worden gevoegd. De taskforce voor corruptiebestrijding stelt op voorstel van zijn voorzitter tijdens haar eerste vergadering zijn eigen reglement van orde vast.
De taskforce voor corruptiebestrijding publiceert uiterlijk in het eerste kwartaal van 2022 haar eerste verslag voor het jaar 1 2023 en elk jaar daarna uiterlijk in het vierde kwartaal van 1. Niet-gouvernementele leden van de taskforce voor corruptiebestrijding hebben de mogelijkheid schaduwverslagen uit te brengen waarin hun standpunten worden uiteengezet. Deze verslagen worden samen met het verslag van de taskforce voor corruptiebestrijding ook openbaar gemaakt.
De regering onderzoekt de verslagen van de taskforce voor corruptiebestrijding binnen twee maanden na de uitvaardiging ervan en deelt haar opmerkingen — met inbegrip van een gedetailleerde motivering met betrekking tot elk voorstel van de taskforce voor corruptiebestrijding die zij niet ten uitvoer heeft gelegd — mee aan de taskforce voor corruptiebestrijding.
De taskforce voor corruptiebestrijding houdt haar eerste vergadering vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 2 2023 voltooid.
C9.R3: Invoering van een specifieke procedure voor bijzondere misdrijven in verband met de uitoefening van openbaar gezag of het beheer van openbare eigendommen („rechterlijke toetsing”)
Om de vervolgingsinspanningen te verbeteren en ervoor te zorgen dat vastberaden actie wordt ondernomen om corruptie en soortgelijke strafbare feiten te vervolgen, wordt bij deze hervorming een specifieke procedure vastgesteld die een doeltreffende rechterlijke toetsing waarborgt van beslissingen van onderzoeksautoriteiten of het openbaar ministerie om een aangifte van een misdrijf af te wijzen of een procedure te beëindigen. De procedure kan door eenieder in gang worden gezet, natuurlijke personen en rechtspersonen hebben de mogelijkheid om een verzoek tot herziening van dergelijke besluiten in te dienen en om een herhaalde herziening te verzoeken om voortzetting van het onderzoek of de procedure in kwestie. De integriteitsautoriteit (zie hervorming C9.R1) heeft ook de mogelijkheid om een herzieningsverzoek en een herhaalde herzieningsmotie in te dienen. Na een herhaalde herziening kunnen natuurlijke en rechtspersonen een verzoek tot vervolging indienen, mits er redelijke gronden zijn om de zaak voor te leggen. De persoon die een herhaalde aanvraag tot herziening indient, treedt op als openbaar aanklager. In dergelijke gevallen wordt geen voorafgaand onderzoek van de grond voor het verzoek tot vervolging door de geadieerde rechter overwogen. De procedure is van toepassing met ingang van 1 januari 2023, ook voor niet verjaarde strafbare feiten die vóór die datum zijn gepleegd.
De uitvoering van de hervorming wordt voltooid vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht. Uiterlijk in het tweede kwartaal van 4 2023 wordt een alomvattende evaluatie van de hervorming uitgevoerd.
C9.R4: Aanscherping van de regels met betrekking tot vermogensaangiften
Het doel van deze hervorming is het kader voor corruptiebestrijding te versterken door strengere regels in te voeren met betrekking tot vermogensaangiften, door het persoonlijke en materiële toepassingsgebied ervan uit te breiden, ervoor te zorgen dat dergelijke verklaringen frequent openbaar worden gemaakt en door de transparantie ervan te waarborgen door ze openbaar te maken en door doeltreffende sancties in te voeren voor inbreuken op de desbetreffende regels en verplichtingen.
De hervorming bestaat uit gerelateerde wetswijzigingen die in werking treden en van toepassing worden vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht. Zij zorgen er met name voor dat personen met een hogere politieke functie en hun familieleden die in hetzelfde huishouden wonen, alsook leden van de Nationale Vergadering en hun familieleden die in hetzelfde huishouden wonen, uiterlijk op 31 januari 2023 voor het eerst vermogensaangiften indienen in het kader van de nieuwe regels voor vermogensverklaringen met betrekking tot de staat op 31 december 2022, en zijn verplicht hun vermogen aan te geven (met name hun inkomsten, onroerende goederen, andere waardevolle eigendommen, spaartegoeden in bankdeposito’s en contanten, activa in aandelen, effecten en private-equityfondsen, levensverzekeringspolissen, trusts en uiteindelijk begunstigden van ondernemingen).
Daarnaast wordt tegen het vierde kwartaal van 1 2023 een nieuw systeem opgezet waarbij vermogensverklaringen elektronisch worden ingediend en vermogensverklaringen van personen met hoge politieke functies kosteloos toegankelijk zijn voor het publiek.
Ten slotte wordt een doeltreffende, evenredige en voldoende afschrikkende sanctieregeling ingevoerd (met inbegrip van zowel strafrechtelijke als administratieve sancties) met betrekking tot ernstige schendingen in verband met de verplichtingen van personen die onderworpen zijn aan de regels inzake vermogensaangiften, en wordt deze vanaf het eerste kwartaal van 3 2023 toegepast.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 3 2023 voltooid.
C9.R5: Zorgen voor transparantie bij het gebruik van overheidsmiddelen door stichtingen voor het beheer van activa van openbaar belang
Het doel van deze hervorming is te zorgen voor een doeltreffend toezicht op de wijze waarop stichtingen voor het beheer van activa van openbaar belang gebruikmaken van de steun van de Unie.
Ter verduidelijking van de toepasselijke wettelijke bepalingen met betrekking tot de toegang tot openbare informatie, regels inzake overheidsopdrachten en taken en verantwoordelijkheden van stichtingen voor het beheer van activa van openbaar belang wanneer zij in enige hoedanigheid betrokken zijn bij de uitvoering van steun van de Unie, treden specifieke wetswijzigingen in werking om:
stichtingen voor het beheer van activa van openbaar belang die activiteiten van algemeen belang verrichten, en de rechtspersonen die door hen zijn opgericht of in stand worden gehouden, uitdrukkelijk aanwijzen als „aanbestedende diensten” in het kader van de regels inzake overheidsopdrachten;
ervoor zorgen dat stichtingen voor het beheer van activa van algemeen belang die activiteiten van algemeen belang verrichten, en rechtspersonen die door hen zijn opgericht of in stand worden gehouden, alsook hun personeel, die in welke hoedanigheid dan ook betrokken zijn bij de uitvoering van de steun van de Unie, onderworpen zijn aan dezelfde vereisten als die welke van toepassing zijn op overheidsinstanties wat betreft de toegang tot openbare informatie en audits en controles;
en ervoor zorgen dat de regels inzake belangenconflicten volledig worden toegepast voor alle personen die functies bekleden of in dienst zijn van stichtingen voor het beheer van activa van algemeen belang die activiteiten van algemeen belang verrichten, en de rechtspersonen die door hen zijn opgericht of in stand worden gehouden.
De hervorming wordt uitgevoerd vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht.
C9.R6: Vergroting van de transparantie van de overheidsuitgaven
Het doel van deze hervorming is de transparantie van de overheidsuitgaven te vergroten door belemmeringen voor de toegang tot openbare informatie weg te nemen, door alle overheidsinstanties te verplichten een breed scala aan vooraf bepaalde informatie over het gebruik van overheidsmiddelen proactief openbaar te maken in een centraal register dat toegankelijk is voor het publiek.
De verplichting voor alle overheidsinstanties om dergelijke gegevens in het centrale register bekend te maken en de reikwijdte van de informatie die proactief openbaar moet worden gemaakt, worden gespecificeerd in een wetgevingshandeling die in werking treedt vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht. In de wetgevingshandeling worden ook duidelijke procedures en regels vastgesteld voor de bekendmaking van dergelijke gegevens, met inbegrip van de termijn voor en de vorm van bekendmaking.
De gegevens betreffende het bewijs van de prestaties en de facturen blijven beschikbaar op verzoek om toegang tot documenten. Het centrale register bevat unieke identificatiecodes van opdrachten in het elektronisch systeem voor overheidsopdrachten (EPS). Er wordt ook informatie beschikbaar gesteld waaruit blijkt of de publieke middelen (geheel of gedeeltelijk) steun van de Unie omvatten boven de nationale drempel voor overheidsopdrachten. Voor aanbestedingsprocedures die na 31 maart 2023 van start gaan, wordt deze informatie ook opgenomen voor procedures waarbij steun van de Unie wordt verleend die de nationale drempels voor overheidsopdrachten niet overschrijdt. Gegevensreeksen die in het centrale register worden gepubliceerd, zijn in een open, interoperabel en machineleesbaar formaat, waardoor bulksgewijze downloads en gegevens kunnen worden gesorteerd, doorzocht, geëxtraheerd, vergeleken en hergebruikt. Toegang tot de gegevens wordt kosteloos en zonder registratie verleend.
Overheidsinstanties zijn verplicht de gegevens in het centrale register ten minste om de twee maanden bij te werken. De regering ziet toe op de naleving en handhaving van de verplichtingen die voortvloeien uit bovengenoemde wetgevingshandeling ten aanzien van overheidsinstanties en zorgt ervoor dat overheidsinstanties voldoen aan hun verplichting om alle relevante gegevens volledig en tijdig te uploaden.
Het centrale register is volledig operationeel en de volledige reeks gegevens wordt tegen het eerste kwartaal van 1 2023 geüpload.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 1 2023 voltooid.
C9.R7: Ontwikkeling en uitvoering van een nationale corruptiebestrijdingsstrategie en -actieplan
Het doel van de hervorming is het kader voor corruptiebestrijding te versterken door te zorgen voor de uitvoering van de huidige nationale strategie en het huidige nationale actieplan voor corruptiebestrijding en door een nieuwe nationale strategie en een nieuw nationaal actieplan voor corruptiebestrijding te ontwikkelen, gericht op het verbeteren van de mechanismen om doeltreffend te zorgen voor de preventie, opsporing en correctie van fraude en corruptie (ook in het systeem voor overheidsopdrachten) en ter versterking van het systeem voor de aanpak van de risico’s van belangenconflicten.
De nieuwe nationale strategie en het nieuwe nationale actieplan voor corruptiebestrijding worden opgesteld met de effectieve betrokkenheid van de taskforce voor corruptiebestrijding (zie hervorming C9.R2) op basis van beleidsadvies van de OESO, na uitgebreid overleg met nationale en internationale belanghebbenden, waaronder de Commissie en de Greco, en in dialoog met belanghebbenden waarin hun aanbevelingen zijn verwerkt. Zij besteedt bijzondere aandacht aan de versterking van het institutionele en normatieve kader voor de bestrijding van corruptie op hoog niveau door de transparantie van de werkzaamheden van overheidsinstanties te vergroten (ook op hoog politiek niveau). Voortbouwend op en in samenhang met de in hervorming C9.R20 genoemde fraude- en corruptiebestrijdingsstrategie (die naar verwachting beperkt zal blijven tot steun van de Unie), zorgen de nationale corruptiebestrijdingsstrategie en het nationale actieplan voor een coherente uitvoering van fraude- en anticorruptiemaatregelen voor zowel de nationale als de financiële steun van de Unie.
Het actieplan omvat specifieke acties om de bestrijding van corruptie te versterken; versterking van de administratieve controle met betrekking tot vermogensaangiften; efficiënte interne mechanismen te ontwikkelen om integriteitskwesties bij de overheid te bevorderen en onder de aandacht te brengen; de toepassing van de code inzake beroepsethiek door het Hongaarse staatskorps en de praktijken van lokale overheden te evalueren om beste praktijken met betrekking tot contacten met lobbyisten en het voorkomen van belangenconflicten in kaart te brengen en te bevorderen; en een gedragscode voor personen met een hoogste uitvoerende functie (zoals gedefinieerd door de Greco) vast te stellen, openbaar te maken en toe te passen, met inbegrip van contacten met lobbyisten, beperkingen na uitdiensttreding, het dienstverband van familieleden en de bevordering van werk.
De nationale strategie en het nationale actieplan voor corruptiebestrijding (voor de periode van 1 juli 2023 tot en met 31 december 2025) worden vastgesteld en de uitvoering van het actieplan begint tegen het eerste kwartaal van 2 2023. De nationale strategie en het nationale actieplan voor corruptiebestrijding worden regelmatig geëvalueerd, rekening houdend met de inhoud van de verslagen van en de werkzaamheden van de taskforce voor corruptiebestrijding (zie hervorming C9.R2) en de integriteitsautoriteit (zie hervorming C9.R1).
De regering keurt tegen het vierde kwartaal van 1 2026 een verslag goed waarin de uitvoering van de nieuwe nationale corruptiebestrijdingsstrategie en de acties in het kader van het actieplan worden beoordeeld, en maakt dit verslag openbaar.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 1 2026 voltooid.
C9.R8: Modernisering van de samenwerkingssystemen van het Openbaar Ministerie om corruptiepraktijken aan te pakken
Het doel van deze hervorming is de efficiëntie van het openbaar bestuur te vergroten en aldus bij te dragen tot de versterking van het kader voor corruptiebestrijding door de invoering van:
tegen het vierde kwartaal van 2 2024 een nieuw IT-systeem voor de behandeling van gevoelige documenten, waarmee het administratieve werk en de uitwisseling van informatie van ten minste zeven bij vervolgingsonderzoeken betrokken organisatorische eenheden worden ondersteund en vergemakkelijkt; en het
tegen het vierde kwartaal van 4 2025 een nieuw IT-systeem voor het beheer van onderzoeksdossiers, waarmee het onderzoekswerk van zeven organisatorische eenheden die betrokken zijn bij vervolgingsonderzoeken, wordt ondersteund en vergemakkelijkt.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 4 2025 voltooid.
C9.R9: Bewustmaking met het oog op het uitbannen van foodbetalingen in de gezondheidszorg
Het doel van deze hervorming is de burgers bewuster te maken van de criminalisering van foodbetalingen in de gezondheidszorg — onder meer via gedrukt, tv- en online campagnemateriaal en informatieverspreiding — en zo bij te dragen tot de uitroeiing ervan.
Deze maatregel vormt een aanvulling op de wetswijzigingen om loofuitkeringen in de gezondheidszorg strafbaar te stellen, en op de wetgeving om een nieuwe arbeidsovereenkomst voor artsen in te voeren die bedoeld is om de foodbetalingen uit te bannen en, in verband hiermee, de salarissen van artsen en ingezetenen die op grond van de bepalingen van een dergelijk contract werkzaam zijn, te verhogen.
De maatregel bestaat uit de uitvoering van een uitgebreide voorlichtings- en bewustmakingscampagne om ten minste vijf miljoen burgers te bereiken. In het vierde kwartaal van 3 2023 zal een tussentijdse beoordeling worden gepubliceerd van de eerste resultaten van de campagne, waarbij het aantal bereikte burgers, de verandering in de perceptie van de burgers over de aanvaardbaarheid van foodbetalingen in de gezondheidszorg ten opzichte van de situatie vóór de start van de bewustmakingscampagne, de getrokken lessen worden vastgesteld en aanbevelingen voor de rest van de campagne worden opgesteld.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 4 2024 voltooid.
C9.R10: Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder
Het doel van de hervorming is de concurrentie bij overheidsopdrachten te verbeteren en de transparantie, doeltreffendheid en robuustheid van de desbetreffende processen te vergroten door het aandeel uit middelen van de Unie of de nationale begroting gefinancierde aanbestedingsprocedures met één bieder te verminderen.
Deze hervorming omvat een uitgebreide reeks maatregelen om de concurrentie bij overheidsopdrachten te vergroten.
Het aandeel aanbestedingsprocedures voor overheidsopdrachten — zowel boven als onder de drempels voor overheidsopdrachten van de EU — met één bieder wordt verlaagd en vervolgens gehandhaafd tot onder de 15 % (i) voor overheidsopdrachten die geheel of gedeeltelijk met steun van de Unie worden gefinancierd; en ii) voor overheidsopdrachten die uit nationale middelen worden gefinancierd, overeenkomstig het tijdschema in de onderstaande streefcijfers. De berekening van het aandeel van één bod wordt uitgevoerd overeenkomstig de methodologie van het scorebord van de eengemaakte markt. In definitieve auditverslagen met controleverklaringen zonder beperking van het EUTAF wordt ook bevestigd dat het aandeel van de afzonderlijke offertes lager is dan de overeenkomstige doelstellingen.
Er wordt een monitoring- en rapportage-instrument („rapportage-instrument met één bieder”) opgezet en in gebruik genomen voordat het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht wordt ingediend, zodat de vooruitgang bij de verwezenlijking van de doelstellingen in verband met deze maatregel kan worden gemonitord en gerapporteerd. De overeenstemming van dat instrument met de methodologie van het scorebord van de eengemaakte markt, de juistheid en volledigheid van de gegevens in het instrument, ook voor het niveau van de uitgangswaarden, wordt bevestigd door een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van het EUTAF. Tegen het eerste kwartaal van 4 2022 bevat het instrument ook gegevens over geografische aanduidingen. Het eerste schriftelijke verslag op basis van informatie uit het rapportage-instrument met één bieder, met inbegrip van absolute cijfers en aandelen, geografische aanduidingen en de identificatie van diensten en producten, wordt opgesteld door het ministerie dat verantwoordelijk is voor overheidsopdrachten en wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 1 2023 en vervolgens jaarlijks openbaar gemaakt op de EPS-website.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 1 2023 voltooid.
C9.R11: Ontwikkeling van het elektronische systeem voor overheidsopdrachten (EPS) om de transparantie te vergroten
Het doel van deze hervorming is de transparantie van overheidsopdrachten te vergroten en onafhankelijk toezicht op en onafhankelijke analyse van de mededinging bij overheidsopdrachten te vergemakkelijken door alle aanbestedingsgegevens in bulkdownloads en machineleesbaar formaat openbaar te maken via de ontwikkeling van het elektronisch systeem voor overheidsopdrachten (EPS).
De EPS wordt verbeterd vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht, zodat alle aankondigingen van gegunde overheidsopdrachten regelmatig kunnen worden bijgewerkt in een gestructureerde vorm, die het mogelijk maakt alle gegevens met betrekking tot aankondigingen van gegunde opdrachten te doorzoeken, in bulk uit te voeren en machinaal te verwerken. In deze databank moeten alle marktdeelnemers, met inbegrip van individuele leden van een consortium, identificeerbaar zijn aan de hand van een unieke identificatiecode. De regelmatig bijgewerkte databank is voor iedereen toegankelijk en downloadbaar vanaf de EPS-homepage zonder registratie.
Vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht wordt ook informatie over onderaannemers in gestructureerde vorm beschikbaar gesteld in de EPS. Uiterlijk in het eerste kwartaal van 1 2023 bevat de databank ook alle aankondigingen van gegunde opdrachten vanaf 1 januari 2014, met alle nodige informatie, ook over onderaannemers.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 1 2023 voltooid.
C9.R12: Kader voor prestatiemeting bij overheidsopdrachten
Het doel van deze hervorming is een alomvattend kader voor prestatiemeting op te zetten om de efficiëntie en kosteneffectiviteit van overheidsopdrachten in Hongarije voortdurend te monitoren en te beoordelen.
Het kader voor prestatiemeting wordt ontwikkeld met de volledige en effectieve betrokkenheid van onafhankelijke niet-gouvernementele organisaties die actief zijn op het gebied van overheidsopdrachten en deskundigen op het gebied van overheidsopdrachten. De onafhankelijke niet-gouvernementele organisaties worden geselecteerd door middel van een open, transparante en niet-discriminerende selectieprocedure op basis van objectieve criteria in verband met deskundigheid en verdienste.
Het kader voor prestatiemeting treedt in werking vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht. Het maakt met name een jaarlijkse analyse mogelijk van het niveau van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten waarvoor geen succes is geboekt en de redenen daarvoor; het aandeel contracten dat tijdens de uitvoering van het contract volledig wordt opgezegd; het aandeel vertragingen bij de voltooiing van het contract; het aandeel van kostenoverschrijdingen (met inbegrip van hun aandeel en volume); het aandeel van gegunde overheidsopdrachten waarbij uitdrukkelijk rekening wordt gehouden met de volledige levenscyclus of levenscycluskosten; het aandeel van de succesvolle deelname van micro- en kleine ondernemingen aan overheidsopdrachten; de waarde en het aandeel van aanbestedingsprocedures met één inschrijver die afzonderlijk en/of uit steun van de Unie worden gefinancierd.
De analyse op basis van het bovenstaande wordt uitgevoerd met de volledige en daadwerkelijke betrokkenheid van geselecteerde onafhankelijke niet-gouvernementele organisaties en onafhankelijke deskundigen op het gebied van overheidsopdrachten, en de resultaten ervan worden uiterlijk in het eerste kwartaal van 1 2023 voor het eerst voor het jaar 2022 en elk daaropvolgend jaar openbaar gemaakt.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 1 2023 voltooid.
C9.R13: Actieplan voor meer concurrentie bij overheidsopdrachten
Het doel van deze hervorming is de concurrentie op het gebied van overheidsopdrachten te vergroten door de goedkeuring en uitvoering van een alomvattend actieplan.
De acties in het actieplan worden gebaseerd op een beoordeling van goede praktijken om de mededinging op het gebied van overheidsopdrachten te bevorderen; de eerste resultaten van het kader voor prestatiemeting (zie hervorming C9.R12) en de daarop gebaseerde voorstellen om de concurrentie bij overheidsopdrachten te bevorderen; beschikbare bevindingen, besluiten en aanbevelingen van de integriteitsautoriteit (zie hervorming C9.R1) die relevant zijn voor de mededinging bij overheidsopdrachten.
Het actieplan bevat specifieke en meetbare doelstellingen die elk jaar moeten worden bereikt; maatregelen vast te stellen die relevant zijn voor de verwezenlijking van de daarmee verband houdende doelstellingen; precieze termijnen vast te stellen voor de uitvoering van de maatregelen en relevante indicatoren voor elke maatregel vast te stellen om de voortgang van de uitvoering ervan te monitoren; vermeld de relevante autoriteit of instelling die verantwoordelijk is voor de uitvoering van elke maatregel; een monitoringmechanisme in te stellen om de vooruitgang in de richting van de verwezenlijking van de doelstellingen van het actieplan te beoordelen; een specifieke bepaling op te nemen om het actieplan jaarlijks te evalueren en zo nodig te herzien; en ervoor zorgen dat een jaarlijkse stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van de acties in het actieplan of de herzieningen ervan onverwijld openbaar wordt gemaakt.
Het actieplan wordt uiterlijk in het eerste kwartaal van 1 2023 aangenomen. Na de eerste jaarlijkse evaluatie stelt de regering tegen het vierde kwartaal van 1 2024 het herziene actieplan vast en maakt het openbaar, met inbegrip van een stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van elk van de daarin opgenomen maatregelen.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 1 2024 voltooid.
C9.R14: Opleidingsregeling en steunregeling voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken
Het doel van deze hervorming is de deelname van micro-, kleine en middelgrote ondernemingen (met bijzondere aandacht voor micro- en kleine ondernemingen) aan aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken.
Daartoe ontwikkelt en implementeert Hongarije een opleidingsprogramma dat gratis de belangrijkste theoretische en praktische informatie verstrekt aan micro-, kleine en middelgrote ondernemingen over de wijze waarop zij met succes aan openbare aanbestedingsprocedures kunnen deelnemen. De opleiding is gebaseerd op nieuw ontwikkelde opleidingen en e-learningmateriaal. Nieuw ontwikkeld opleidingsmateriaal heeft ten minste betrekking op aanbestedingsprocedures en de voorbereidingsfase daarvan, het doeltreffende gebruik van rechtsmiddelen en de specifieke kenmerken van de uitvoering van een overheidsopdracht. De evaluatie van de doeltreffendheid van de opleidingen wordt gewaarborgd. Opleidingen worden aangeboden aan ten minste 1 000 micro-, kleine en middelgrote ondernemingen tegen het vierde kwartaal van 1 2024 en aan ten minste 2 200 micro-, kleine en middelgrote ondernemingen tegen het vierde kwartaal van 2 2026. Tegen het eerste kwartaal van 2 2026 wordt een evaluatieverslag over de doeltreffendheid en efficiëntie van de opleidingsmaatregel openbaar gemaakt.
Hongarije stelt tegen het vierde kwartaal van 1 2023 ook een steunregeling in die voorziet in een forfaitaire vergoeding, op basis van objectieve, niet-discriminerende en transparante selectiecriteria, die tegen het vierde kwartaal van 1 800 rechtstreeks aan ten minste 2 2026 micro-, kleine en middelgrote ondernemingen (met bijzondere aandacht voor micro- en kleine ondernemingen) moet worden betaald voor hun kosten in verband met hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures. Tegen het vierde kwartaal van 3 2024 wordt een tussentijdse evaluatie van de steunregeling uitgevoerd en tegen het tweede kwartaal van 2 2026 wordt een eindevaluatie van de steunregeling uitgevoerd, waarbij de toegevoegde waarde en de doeltreffendheid van het programma worden beoordeeld.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 2 2026 voltooid.
C9.R15: Versterking van de rol en de bevoegdheden van de Nationale Raad voor Justitie om een tegenwicht te bieden aan de bevoegdheden van de voorzitter van het Nationaal Bureau voor Justitie
Het doel van de hervorming is de nationale raad voor de rechtspraak meer bevoegdheden te geven, zodat deze zijn constitutionele rol bij het toezicht op het centrale bestuur van de rechtbanken daadwerkelijk kan uitoefenen, met behoud van de onafhankelijkheid van de raad op basis van de verkiezing van zijn leden door rechters. De hervorming resulteert in een versterking van de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van rechtbanken en rechters die bij wet zijn ingesteld overeenkomstig artikel 19 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) en het relevante EU-acquis.
De hervorming voorziet in sterkere bevoegdheden voor de NJC en omvat wetswijzigingen om ervoor te zorgen dat de NJC een gemotiveerd bindend advies uitbrengt over een aantal aangelegenheden met betrekking tot zowel individuele besluiten als verordeningen.
De hervorming zorgt er ook voor dat de NJC over voldoende middelen beschikt, met inbegrip van personeel en kantoren, om haar taken doeltreffend uit te voeren.
Alvorens de ontwerpwetten in te dienen die nodig zijn voor de uitvoering van deze hervorming, wordt een raadpleging van belanghebbenden georganiseerd, waarbij ten minste de Nationale Raad van Justitie, justitiële verenigingen, de Hongaarse orde van advocaten, maatschappelijke organisaties, de Kúria, het Nationaal Bureau voor Justitie, het Grondwettelijk Hof en de procureur-generaal binnen ten minste 15 dagen opmerkingen kunnen maken.
De uitvoering van de hervorming wordt voltooid tegen het vierde kwartaal van 1 2023 en vóór het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht.
C9.R16: Versterking van de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht van het Hooggerechtshof (Kúria)
Het doel van de hervorming is de rechterlijke onafhankelijkheid van het Hooggerechtshof (Kúria) te versterken. De hervorming resulteert in een versterking van de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van rechtbanken en rechters die bij wet zijn ingesteld overeenkomstig artikel 19 VEU en het relevante EU-acquis.
De hervorming bestaat uit een wijziging van de regels voor de verkiezing van de voorzitter van de Kúria; de regels inzake de regeling voor de toewijzing van zaken van de Kúria; en de regels inzake de werking van de Kúria om i) sterkere bevoegdheden vast te stellen voor de raad van justitie van de Kúria en de betrokken afdelingen van rechters („kollégium”), ii) de mogelijkheid voor leden van het Grondwettelijk Hof om rechter te worden en vervolgens in de Kúria te worden benoemd zonder de normale sollicitatieprocedure te volgen, en iii) ervoor te zorgen dat de NJC een gemotiveerd bindend advies uitbrengt over de geschiktheid van kandidaten voor de functies van voorzitter en vicevoorzitter van de Kúria; de geschiktheidscriteria, waaronder onafhankelijkheid, onpartijdigheid, eerlijkheid en integriteit, worden bij wet vastgesteld. De kandidaten die door de NJC ongeschikt worden bevonden, hebben toegang tot een versnelde rechterlijke toetsing bij de bevoegde rechter.
De hervorming zorgt er ook voor dat de versterkte bevoegdheden van de NJC waarnaar in hervorming C9.R15 wordt verwezen, ook gelden ten aanzien van de voorzitter van de Kúria wanneer hij optreedt als tot aanstelling bevoegd gezag (in overeenstemming met Wet CLXII van 2011).
Alvorens de ontwerpwijzigingen in te dienen die nodig zijn voor de uitvoering van deze hervorming, wordt een raadpleging van belanghebbenden georganiseerd, waarbij ten minste de Nationale Raad van Justitie, justitiële verenigingen, de Hongaarse orde van advocaten, maatschappelijke organisaties, de Kúria, het Grondwettelijk Hof en de procureur-generaal binnen ten minste 15 dagen opmerkingen kunnen maken.
De uitvoering van de hervorming wordt voltooid tegen het vierde kwartaal van 1 2023 en vóór het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht.
C9.R17: Wegnemen van belemmeringen voor prejudiciële verwijzingen naar het Hof van Justitie van de Europese Unie
Het doel van de hervorming is het wegnemen van belemmeringen voor rechtbanken om onafhankelijk zaken voor te leggen aan het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ-EU), en aldus de naleving van de jurisprudentie van het HvJ-EU te waarborgen. De hervorming resulteert in een versterking van de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van rechtbanken en rechters die bij wet zijn ingesteld overeenkomstig artikel 19 VEU en het relevante EU-acquis.
De hervorming bestaat uit een wijziging van de artikelen 666 en volgende van het wetboek van strafvordering om de Kúria de mogelijkheid te ontnemen om de rechtmatigheid te toetsen van de beslissing van een rechter om een prejudiciële vraag te stellen aan het HvJ-EU, en artikel 490 van het wetboek van strafvordering inzake de schorsing van de procedure om elke belemmering voor een rechterlijke instantie om een prejudiciële vraag te stellen overeenkomstig artikel 267 VWEU weg te nemen.
Alvorens de ontwerpwetten in te dienen die nodig zijn voor de uitvoering van deze hervorming, wordt een raadpleging van belanghebbenden georganiseerd, waarbij ten minste de Nationale Raad van Justitie, justitiële verenigingen, de Hongaarse orde van advocaten, maatschappelijke organisaties, de Kúria, het Grondwettelijk Hof en de procureur-generaal binnen ten minste 15 dagen opmerkingen kunnen maken.
De uitvoering van de hervorming wordt voltooid tegen het vierde kwartaal van 1 2023 en vóór het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht.
C9.R18: Hervorming van de toetsing van definitieve uitspraken door het Grondwettelijk Hof
De hervorming bestaat in het schrappen van de in 2019 ingevoerde mogelijkheid voor overheidsinstanties om definitieve rechterlijke beslissingen van het Grondwettelijk Hof aan te vechten door artikel 27 van Wet CLI van 2011 te wijzigen. De hervorming resulteert in een versterking van de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van rechtbanken en rechters die bij wet zijn ingesteld overeenkomstig artikel 19 VEU en het relevante EU-acquis.
Alvorens de ontwerpwetten in te dienen die nodig zijn voor de uitvoering van deze hervorming, wordt een raadpleging van belanghebbenden georganiseerd, waarbij ten minste de Nationale Raad van Justitie, justitiële verenigingen, de Hongaarse orde van advocaten, maatschappelijke organisaties, de Kúria, het Grondwettelijk Hof en de procureur-generaal binnen ten minste 15 dagen opmerkingen kunnen maken.
De uitvoering van de hervorming wordt voltooid tegen het vierde kwartaal van 1 2023 en vóór het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht.
C9.R19: Aangescherpte wettelijke bepalingen inzake uitvoering, monitoring, audit en controle om een deugdelijk gebruik van de steun van de Unie te waarborgen
Het doel van de hervorming is te zorgen voor een doeltreffende uitvoering, monitoring, controle en audit van de steun van de Unie en de bescherming van de financiële belangen van de Unie.
Daartoe treden vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het herstel- en veerkrachtplan wettelijke bepalingen in werking waarin de taken en verantwoordelijkheden worden vastgesteld van de instanties die betrokken zijn bij de uitvoering, monitoring, controle en audit van de steun van de Unie in Hongarije, om te zorgen voor:
dat risicobeheer, preventie, opsporing en correctie van fraude, corruptie, belangenconflicten en dubbele financiering worden versterkt;
dat er doeltreffende regels, procedures en controlemechanismen worden ingevoerd met betrekking tot verklaringen inzake belangenconflicten; en het
dat personeelsleden in gevoelige functies regelmatig rouleren en dat hun doeltreffend toezicht wordt gewaarborgd.
Specifiek met betrekking tot het plan voor herstel en veerkracht stellen de bovengenoemde wettelijke bepalingen ook het wettelijke mandaat vast door de gedetailleerde taken en verantwoordelijkheden vast te stellen van de instanties die betrokken zijn bij de uitvoering, audit en controle van de uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht, regels voor de verzameling en betrouwbaarheid van gegevens in verband met het toezicht op de verwezenlijking van mijlpalen en streefdoelen in het plan, procedures voor de opstelling en betrouwbaarheid van de beheersverklaringen, auditsamenvattingen en betalingsverzoeken, alsook procedures om te waarborgen dat alle gegevens worden verzameld overeenkomstig artikel 22 van de RRF-verordening.
Als aanvulling op de bovengenoemde wettelijke regelingen stelt Hongarije vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek alomvattende richtsnoeren op om ervoor te zorgen dat belangenconflicten doeltreffend worden voorkomen, opgespoord en gecorrigeerd, en begint deze toe te passen. De richtsnoeren bevatten een gedetailleerde beschrijving van de daarmee verband houdende taken en verplichtingen voor elk van de instanties die betrokken zijn bij de uitvoering, het beheer en de controle van de steun van de Unie, met het oog op de doeltreffende preventie, opsporing, controle en correctie van belangenconflicten.
De uitvoering van de hervorming wordt voltooid vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht.
C9.R20: Een doeltreffende fraude- en corruptiebestrijdingsstrategie voor de uitvoering, audit en controle van de steun van de Unie
Het doel van de hervorming is te zorgen voor een doeltreffende preventie, opsporing en correctie van fraude en corruptie in verband met steun van de Unie in Hongarije door een alomvattende anticorruptie- en fraudebestrijdingsstrategie op te zetten en uit te voeren.
De strategie voor fraudebestrijding en corruptiebestrijding wordt aangevuld met een actieplan met duidelijke en alomvattende acties die beantwoorden aan de doelstellingen van de strategie. Voor elk van de acties worden duidelijke uitvoeringstermijnen, verantwoordelijke instanties en specifieke indicatoren voor het meten van de vooruitgang vastgesteld.
De strategie en het actieplan worden vastgesteld vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht.
C9.R21: Volledig en doeltreffend gebruik van het Arachne-systeem voor alle steun van de Unie
Het doel van de hervorming is te zorgen voor de doeltreffende preventie, opsporing en correctie van fraude, corruptie, belangenconflicten, dubbele financiering en andere onregelmatigheden in verband met steun van de Unie in Hongarije door volledig en doeltreffend gebruik te maken van het Arachne-instrument voor datamining en risicoscores van de Commissie.
Daartoe keurt de regering procedures goed en begint zij deze toe te passen om ervoor te zorgen dat de relevante nationale autoriteiten om de twee maanden alle relevante gegevens in het Arachne-systeem uploaden en dat zij zorgen voor een regelmatige en doeltreffende follow-up van de door het Arachne-systeem gegenereerde risicoscores. In een definitief auditverslag van het EUTAF met een goedkeurend auditoordeel wordt de geschiktheid van de procedures en regelingen en de volledigheid van de geüploade gegevens bevestigd.
De hervorming wordt uitgevoerd vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht.
C9.R22: Oprichting van een directoraat Interne Audit en Integriteit ter versterking van de controle op belangenconflicten bij de uitvoering van steun van de Unie
Het doel van de hervorming is te zorgen voor een doeltreffende preventie, opsporing en correctie van belangenconflicten bij de uitvoering van steun van de Unie, door de oprichting van een directoraat Interne Audit en Integriteit (DIAI) binnen het ministerie dat verantwoordelijk is voor de uitvoering van de steun van de Unie in Hongarije.
Het DIAI voert een regelmatige en doeltreffende controle uit op verklaringen inzake belangenconflicten en onderzoekt gemelde vermoedens van belangenconflicten. Op verzoek verleent het DIAI onverwijld volledige toegang tot alle verklaringen inzake belangenconflicten en tot al zijn dossiers aan de integriteitsautoriteit (zoals opgericht in het kader van hervorming C9.R1). De wet tot oprichting van het DIAI waarborgt zijn volledige onafhankelijkheid en de passende bevoegdheden om op te treden ten aanzien van nationale autoriteiten of organen die betrokken zijn bij de uitvoering van de steun van de Unie in Hongarije. Het DIAI stelt een jaarverslag op over zijn werkzaamheden en dient dit in bij de integriteitsautoriteit.
De hervorming wordt uitgevoerd vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht.
C9.R23: Zorgen voor de capaciteit van het EUTAF om zijn taken doeltreffend uit te voeren
Het doel van deze hervorming is te zorgen voor een doeltreffende preventie, opsporing en correctie van fraude en corruptie bij de uitvoering van de steun van de Unie, door ervoor te zorgen dat de auditautoriteit (EUTAF) over de nodige financiële en personele middelen beschikt om haar onafhankelijkheid te waarborgen en haar in staat te stellen haar taken doeltreffend en tijdig uit te voeren.
De hervorming zorgt ervoor dat de jaarlijkse begroting van het EUTAF wordt vastgesteld op basis van een eerste voorstel van het EUTAF en alleen wordt gewijzigd indien dit publiekelijk gerechtvaardigd is, en niet op een wijze die afbreuk doet aan het vermogen van het EUTAF om zijn taken doeltreffend en tijdig uit te voeren; dat de bezoldiging van het personeel van het EUTAF is vastgesteld op 70 % van die welke van toepassing is op het personeel van de nationale rekenkamer; dat het hoofd van het EUTAF dezelfde prerogatieven heeft om te beslissen over de basisbeginselen van salaris, voordelen en arbeidsvoorwaarden als die waarover de voorzitter van de nationale rekenkamer beschikt, en dat regelingen die afwijken van die welke van toepassing zijn op de nationale rekenkamer alleen mogelijk zijn op schriftelijk en naar behoren gemotiveerd voorstel van het hoofd van het EUTAF; en dat de functionele en professionele onafhankelijkheid van het EUTAF wordt gehandhaafd en dat het personeel van het EUTAF geen instructies met betrekking tot zijn auditwerkzaamheden vraagt of aanvaardt.
De hervorming wordt uitgevoerd vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht.
C9.R24: Versterking van de samenwerking met OLAF om fraude in verband met de uitvoering van EU-steun beter op te sporen
Het doel van de hervorming is de regelingen voor de opsporing van fraude met betrekking tot het gebruik van Uniefinanciering te versterken en de samenwerking met OLAF te versterken.
Daartoe treedt wetgeving in werking om een bevoegde nationale autoriteit aan te wijzen om OLAF bij te staan bij zijn controles ter plaatse in Hongarije, en om de mogelijkheid in te voeren om financiële sancties op te leggen aan marktdeelnemers die niet met OLAF samenwerken tijdens zijn controles en verificaties ter plaatse.
De wetgeving treedt in werking vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht.
C9.R25: Doeltreffende uitvoering, controle en audit van het plan voor herstel en veerkracht en de bescherming van de financiële belangen van de Unie
Het doel van deze hervorming is te zorgen voor een doeltreffende uitvoering, controle en audit van het plan voor herstel en veerkracht en de bescherming van de financiële belangen van de Unie, door een adequaat systeem op te zetten voor de registratie en opslag van gegevens bij de uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht, en door ervoor te zorgen dat het EUTAF beschikt over een doeltreffende auditstrategie voor de controle van de uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht.
Met dat doel:
een opslagsysteem voor de registratie en opslag van alle relevante gegevens met betrekking tot de uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht — het bereiken van mijlpalen en streefdoelen, gegevens over eindontvangers, contractanten, subcontractanten en uiteindelijk begunstigden — is volledig operationeel en operationeel. In een definitief auditverslag van het EUTAF, met een goedkeurend auditoordeel, worden de functionaliteiten van het gegevensopslagsysteem bevestigd en bevestigd dat het systeem volledig functioneel en operationeel is;
om de betrouwbaarheid en de zekerheid van haar auditsamenvattingen te waarborgen, stelt de auditautoriteit van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan (EUTAF) een auditstrategie vast die waarborgt dat de uitvoering van het Hongaarse plan voor herstel en veerkracht doeltreffend wordt gecontroleerd, overeenkomstig internationaal aanvaarde auditnormen.
De hervorming wordt uitgevoerd voordat het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht bij de Commissie wordt ingediend.
C9.R26: Verbetering van de transparantie en de toegang tot openbare informatie
Het doel van de hervorming is de transparantie te vergroten en de toegang tot openbare informatie te verbeteren.
Een eerste submaatregel vergemakkelijkt de toegang tot openbare informatie door ervoor te zorgen dat openbare gegevens in beginsel kosteloos worden verstrekt. In uitzonderlijke gevallen waarin vergoedingen kunnen worden aangerekend voor toegang tot openbare informatie, zijn deze vergoedingen redelijk en voldoende laag en omvatten zij geen bijbehorende arbeidskosten. Daartoe treden wetswijzigingen in werking en beginnen deze toe te passen om i) de mogelijkheid voor de houder van openbare informatie om arbeidskosten in rekening te brengen voor het voldoen aan een verzoek om toegang tot openbare informatie te schrappen; II) een algemeen plafond van 190 000 HUF invoeren voor vergoedingen die aan een gegevensaanvrager kunnen worden aangerekend voor het voldoen aan zijn verzoek om toegang tot openbare informatie; III) de in rekening gebrachte vergoedingen mogen niet hoger zijn dan de werkelijk door de datahouders gemaakte kosten en mogen uitsluitend betrekking hebben op de kosten voor het kopiëren en verstrekken van informatie door de houder van openbare informatie en alleen indien deze kosten meer dan 10 000 HUF bedragen. Alvorens bovengenoemde wijzigingen in te dienen, houdt de regering rekening met de voorstellen van de nationale autoriteit voor gegevensbescherming en vrijheid van informatie (NAIH) met betrekking tot de eenheidskosten betreffende de kosten voor het kopiëren en leveren van gegevens, alsmede met de berekeningsmethode voor vergoedingen die in rekening kunnen worden gebracht voor verzoeken om toegang tot informatie. De regering zorgt er tevens voor dat alle informatie die beschikbaar wordt gesteld naar aanleiding van een verzoek om toegang tot informatie gelijktijdig beschikbaar wordt gesteld in het centrale register als bedoeld in hervorming C9.R6.
Een tweede submaatregel zorgt ervoor dat de NAIH regelmatig nagaat of overheidsinstanties de regels inzake toegang tot openbare informatie naleven. De NAIH voert ten minste tweemaal per jaar uitgebreide en gedetailleerde controles uit bij alle overheidsinstanties om na te gaan of zij voldoen aan hun respectieve vereisten inzake transparantie van openbare gegevens en het verlenen van toegang tot gegevens van algemeen belang. De bevindingen van deze controles worden uiteengezet in een voor het publiek toegankelijk uitvoerig verslag waarin de tekortkomingen per betrokken overheidsinstantie worden vermeld (ten minste het aantal ontvangen verzoeken om toegang tot openbare gegevens, het aantal klachten in verband met het delen van openbare gegevens, het aantal uitgevoerde verzoeken en het aantal dagen dat nodig was om aan deze tekortkomingen te voldoen), de wijze waarop deze tekortkomingen moeten worden verholpen en opgevolgd, alsmede aanbevelingen over hoe de toegang tot openbare gegevens kan worden verbeterd. Het eerste verslag wordt uiterlijk in het eerste kwartaal van 4 2022 gepubliceerd, gevolgd door daaropvolgende verslagen om de helft van het jaar tot en met het tweede kwartaal van 2 2026.
Ten slotte moet een derde submaatregel de toegang tot openbare informatie vergemakkelijken en de duur van gerechtelijke procedures beperken door een uitzonderlijke procedure in te voeren voor rechtszaken in verband met de toegang tot openbare informatie. Daartoe worden in een wetgevingshandeling waarin die uitzonderlijke procedure is vastgelegd, dezelfde procedurele stappen en termijnen vastgesteld als in het geval van rectificatie in de pers, zoals bepaald in Wet CXXX van 2016 betreffende civiele procedures, met als enige uitzondering dat de termijn voor de dagvaarding in artikel 497 (1) van wet CXXX van 2016 ten minste drie werkdagen bedraagt.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 4 2022 voltooid.
C9.R27: Verbetering van de kwaliteit van het wetgevingsproces en effectieve betrokkenheid van belanghebbenden en sociale partners bij de besluitvorming
Deze hervorming heeft tot doel de kwaliteit en voorspelbaarheid van het wetgevingsproces te verbeteren door ervoor te zorgen dat systematisch effectbeoordelingen worden gebruikt en dat sociale partners, belanghebbenden en niet-gouvernementele deskundigen daadwerkelijk bij het wetgevingsproces worden betrokken. Het heeft ook tot doel een kader tot stand te brengen voor de systematische en doeltreffende raadpleging van de sociale partners en belanghebbenden die relevant zijn voor de uitvoering van de maatregelen van het herstel- en veerkrachtplan, teneinde bij te dragen tot het verbeteren van de kwaliteit van de wetgeving, het verminderen van het risico op beleidsfouten en het versterken van het toezicht op de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan als geheel.
Met dat doel:
Wetswijzigingen treden in werking waarbij met name een verplichte raadplegingstermijn van acht dagen wordt ingevoerd voor alle wetgevingshandelingen die door de regering worden aangenomen of ter goedkeuring worden voorgelegd; een minimumtermijn van vijf dagen in te voeren waarbinnen de regering de tijdens de raadpleging ontvangen input in overweging kan nemen alvorens haar voorstel voor een wetgevingshandeling af te ronden; de verplichting in te voeren dat het Controlebureau van de overheid (KEHI) jaarlijks nagaat of de regering en ministeries voldoen aan de verplichtingen van Wet CXXXI van 2010 inzake sociale participatie in het wetgevingsproces (met inbegrip van de vraag of uitzonderingen naar behoren zijn gemotiveerd); en de verplichting voor het controlebureau van de overheid in te voeren om een boete op te leggen aan het ministerie dat verantwoordelijk is voor de voorbereiding van de wetgevingshandeling in geval van niet-naleving van de bepalingen van Wet CXXXI van 2010 inzake sociale participatie in het wetgevingsproces.
Om ervoor te zorgen dat bovengenoemde verplichtingen in de praktijk daadwerkelijk worden nageleefd en de reikwijdte van de uitzonderingen op de toepassing van deze regels te beperken, wordt ervoor gezorgd dat elk kalenderjaar ten minste 90 % van alle regeringsdecreten, ministeriële besluiten van de regering en alle door de regering bij het parlement ingediende wetsvoorstellen openbaar worden gemaakt, en dat alle samenvattende effectbeoordelingen die moeten worden gepubliceerd, openbaar worden gemaakt. Een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van het EUTAF bevestigt elk van de jaarlijkse doelstellingen.
Met het oog op een systematischere en effectievere betrokkenheid van de sociale partners en belanghebbenden en deskundigen bij het wetgevingsproces, alsook voor de voorbereiding van effectbeoordelingen voor wijzigingen van door de leden en comités van de Nationale Vergadering voorgestelde wetsvoorstellen, wordt in het bureau van de Nationale Vergadering extra administratieve capaciteit ingesteld. De leden of comités van de Nationale Vergadering hebben de mogelijkheid zich tot het bureau van de Nationale Vergadering te wenden om doeltreffende effectbeoordelingen op te stellen en doeltreffende raadplegingen van belanghebbenden te houden over de door hen voorgestelde wetsvoorstellen of wijzigingen van wetsvoorstellen die zij voornemens zijn ter overweging in te dienen. Om de kwaliteit van de door het bureau van de Nationale Vergadering uit te voeren effectbeoordelingen te vergemakkelijken, wordt ervoor gezorgd dat het Hongaarse bureau voor de statistiek systematisch gegevens verstrekt met het oog op dergelijke effectbeoordelingen.
Om de voorbereiding van regelgevingseffectbeoordelingen te vergemakkelijken en de verschillende soorten effecten van wetgeving adequaat te beoordelen, stelt de regering een nieuwe methode vast voor de systematische effectbeoordeling van alle wetgevingsvoorstellen en begint zij deze toe te passen. De nieuwe methode wordt opgesteld met de effectieve betrokkenheid van internationale organisaties met algemeen erkende deskundigheid op het gebied van regelgevingseffectbeoordelingen (zoals de OESO), sociale partners en niet-gouvernementele belanghebbenden, waarbij terdege rekening wordt gehouden met de beste praktijken van andere lidstaten en internationale instellingen. De nieuwe methode wordt vanaf het eerste kwartaal van 4 2023 systematisch toegepast om effectbeoordelingen van alle wetgevingsvoorstellen uit te voeren.
Om de doeltreffende en volledige betrokkenheid van de sociale partners en belanghebbenden bij de uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht te waarborgen, wordt in een wetgevingshandeling een duidelijke verplichting vastgesteld om de relevante sociale partners en belanghebbenden te raadplegen tijdens de uitvoering van het plan; een bindende strategie vaststellen waarin de taken en verantwoordelijkheden worden omschreven met betrekking tot de wijze waarop de belangrijkste belanghebbenden worden betrokken bij de uitvoering van de maatregelen in het kader van het plan; en een toezichtcomité oprichten dat tot taak heeft voortdurend toezicht te houden op de doeltreffende uitvoering van het plan, bestaande uit belanghebbenden en sociale partners die relevant zijn voor de uitvoering van de onderdelen van het plan, waarbij ten minste 50 % van de leden van het toezichtcomité maatschappelijke organisaties vertegenwoordigt die onafhankelijk zijn van de regering en overheidsinstanties. De leden van het toezichtcomité die het maatschappelijk middenveld vertegenwoordigen, worden geselecteerd via een open, transparante en niet-discriminerende selectieprocedure op basis van objectieve criteria in verband met deskundigheid en verdienste.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 4 2023 voltooid.
C9.R28: Ondersteuning van het op gegevens gebaseerde besluitvormings- en wetgevingsproces om de efficiëntie en transparantie te vergroten en het risico op onregelmatigheden te verminderen
Het doel van deze hervorming is de zichtbaarheid en uitleg van de gevolgen van wetgeving voor het publiek op een transparante en objectieve manier te verbeteren.
Daartoe worden een gegevensplatform en een gegevensmodelleringsinstrument opgezet om de koppeling van databanken te waarborgen — met volledige inachtneming van de regels inzake gegevensbescherming — en de capaciteit voor gegevensmodellering op basis van deze gegevens te ontwikkelen. Daarnaast voltooien ten minste 200 personen van het personeel van vakministeries, overheidsinstellingen en vertegenwoordigers van de sociale partners die betrokken zijn bij voorbereidende werkzaamheden op het gebied van strategische planning en wetgeving een opleidingscursus over instrumenten en praktijken voor gegevensvisualisatie.
Het gegevensplatform en het gegevensmodelleringsinstrument worden uiterlijk in het eerste kwartaal van 2 2024 opgezet, terwijl de opleiding uiterlijk in het eerste kwartaal van 1 2025 moet plaatsvinden.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 1 2025 voltooid.
C9.R29: Uitbreiding van het systeem voor automatische administratieve besluitvorming met het oog op meer efficiëntie, transparantie en vermindering van het risico op onregelmatigheden
Het doel van de hervorming is het systeem voor automatische administratieve besluitvorming uit te breiden, teneinde de efficiëntie en transparantie ervan te vergroten en het risico op onregelmatigheden zoals corruptie, fouten en inconsistenties in de besluitvorming te verminderen.
Daartoe worden tegen het eerste kwartaal van 2 2025 drie soorten nieuwe zaken — voertuigadministratie, vervoer en parkeerprestaties voor personen met beperkte mobiliteit en verificatie van het bewijs dat zij in aanmerking komen voor uitkeringen en rechten van de staat — met volledig operationele functies ingevoerd in het systeem voor automatische administratieve besluitvorming, zodat deze volledig geautomatiseerd kunnen worden verwerkt.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 2 2025 voltooid.
C9.R30: Versterking van het nationale beheersysteem voor IT-apparatuur om de efficiëntie van overheidsdiensten te vergroten
Het doel van de hervorming is het nationale systeem voor het beheer van IT-apparatuur te versterken om de efficiëntie van overheidsdiensten te vergroten.
Daartoe wordt een centraal systeem voor IT-apparatuurbeheer en softwarelicenties opgezet. Dit systeem voorziet in een uitgebreid register en levenscyclusmonitoring van IT-apparatuur en een flexibele en klantvriendelijke centrale dienst voor de levering, modernisering, reparatie, verandering, sloop, installatie en aanverwante diensten voor IT-apparatuur voor ten minste 3 000 overheidsinstanties op het gebied van gezondheidszorg, openbaar onderwijs en sociale zorg, tegen het vierde kwartaal van 4 2025.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk in het vierde kwartaal van 4 2025 voltooid.
C9.R31: Invoering van minimale inhoudelijke vereisten voor de vennootschapsbelasting
Het doel van deze hervorming is ervoor te zorgen dat ondernemingen niet uitsluitend voor fiscale planningsdoeleinden en zonder enige reële economische activiteit in Hongarije gevestigd te zijn. De hervorming draagt bij tot de bestrijding van het gebruik van brievenbusmaatschappijen en brievenbusmaatschappijen en draagt bij tot meer werkgelegenheid en hogere overheidsinkomsten.
De hervorming bestaat uit de inwerkingtreding van nieuwe wetgeving tot vaststelling van minimale inhoudelijke vereisten voor de vennootschapsbelasting en de fiscale gevolgen indien niet aan de vereisten wordt voldaan. De wetgeving is gebaseerd op de aanbevelingen van een onafhankelijke internationale evaluatie door deskundigen.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2023 voltooid.
C9.R32: Aanscherping van de regelgeving inzake verrekenprijzen
Het doel van deze hervorming is belastingontduiking aan te pakken en de internationale transparantie van het Hongaarse belastingstelsel te verbeteren door de verplichtingen inzake de rapportage van gegevens over transacties met verbonden partijen voor verrekenprijsdoeleinden te versterken.
De hervorming bestaat uit de inwerkingtreding van nieuwe wetgeving met gedetailleerde vereisten voor een nieuwe rapportage van verrekenprijsgegevens. Het toepassingsgebied van de wettelijke bepalingen omvat transacties tussen verbonden ondernemingen voor een bedrag van ten minste 100 miljoen HUF. Dit zal naar verwachting de risicoanalyse van de belastingdienst verbeteren en deze in staat stellen gerichtere controles uit te voeren en zich te concentreren op potentiële belastingontduikers.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2023 voltooid.
C9.R33: Uitbreiding van het toepassingsgebied van de regels inzake niet-aftrekbaarheid voor uitgaande betalingen
Het doel van deze hervorming is het risico van dubbele niet-heffing van uitgaande betalingen van Hongarije naar rechtsgebieden met een nul- of lage belasting aan te pakken, waardoor de mogelijkheden voor agressieve fiscale planning worden beperkt.
De hervorming breidt het toepassingsgebied van de regels inzake niet-aftrekbaarheid voor Hongaarse vennootschapsbelastingdoeleinden uit. Wetswijzigingen die ten minste de volgende elementen bestrijken, treden in werking:
alle transacties van uitgaande royalty- en rentebetalingen aan jurisdicties die i) zijn opgenomen in de EU-lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden of ii) die worden beschouwd als rechtsgebieden met nul- of laagbelastingen, vallen onder de verruimde regels inzake niet-aftrekbaarheid;
er worden criteria vastgesteld voor de toepassing van een fiscaal gevolg, rekening houdend met de zakelijke redenen die aan de transactie ten grondslag liggen en de fiscale behandeling van de transactie; en het
er wordt een fiscaal gevolg vastgesteld om het risico van agressieve fiscale planning te beperken.
Er wordt ook een onafhankelijke evaluatie uitgevoerd van de regels met betrekking tot agressieve fiscale planning, waarbij het Hongaarse belastingkader holistisch wordt beoordeeld. Op basis hiervan worden verdere wetswijzigingen vastgesteld om de maatregelen ter bestrijding van agressieve fiscale planning doeltreffender te maken en in werking te treden.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.
C9.R34: Digitale transformatie van procedures voor naleving van de belastingwetgeving
Het doel van deze hervorming is de procedures voor de naleving van de belastingwetgeving te stroomlijnen en de nalevingskosten te verminderen door nieuwe, gebruiksvriendelijke digitale diensten voor belastingplichtigen en financiële intermediairs te creëren.
De hervorming bestaat uit de totstandbrenging van de volgende digitale diensten:
„ePayroll” (platform voor het verstrekken van gegevens over de werkgelegenheid). Dit platform stelt werkgevers in staat de rapportage van werkgelegenheidsgegevens aan de administratie te stroomlijnen;
„eReceipt”. Deze dienst vervangt geleidelijk het huidige systeem van online kasregisters door de oprichting van een volledig platformonafhankelijke dienst voor het innen van ontvangstbewijzen;
„eVAT”. Dit omvat de oprichting van een onlineplatform voor het verstrekken van vooraf ingevulde btw-aangiften.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.
C9.R35: Vereenvoudiging van het belastingstelsel door vermindering van het aantal belastingen
Het doel van deze hervorming is het belastingstelsel te vereenvoudigen door het aantal belastingen te verminderen en de personenbelasting te consolideren.
De hervorming omvat de volgende acties:
de tijdelijke belastingmaatregelen die in het kader van de COVID-19-pandemie en de energiecrisis zijn ingevoerd, worden geleidelijk afgeschaft, in overeenstemming met de verbodsdatum die in de rechtsgrondslag ervan is vastgesteld;
het aantal belastingen in Hongarije wordt met 10 % verlaagd ten opzichte van het aantal dat op 1 januari 2023 van kracht was, op basis van de aanbevelingen van een speciale werkgroep die door de autoriteiten is opgericht;
de personenbelasting wordt vereenvoudigd en geconsolideerd om inefficiënte belastinguitgaven uit te bannen, belastingregels voor belastingplichtigen te vergemakkelijken en verstorende of ongerechtvaardigde prikkels te verminderen.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2024 voltooid.
C9.R36: Hervorming van de belasting op pijpleidingen van openbaar nut
Het doel van deze hervorming is het belastingstelsel te vereenvoudigen en tegelijkertijd een belastingklimaat te bevorderen dat investeringen in grote nutsinfrastructuurprojecten stimuleert.
Bij de hervorming wordt wet CLXVIII van 2012 betreffende de belasting op pijpleidingen van nutsvoorzieningen ingetrokken of gewijzigd om een belastingregel in te voeren op grond waarvan de eigenaren van nutsbedrijven de op hun lijnen verschuldigde gespecificeerde belasting kunnen kwijten of crediteren voor het bedrag dat zij investeren in het onderhoud of de modernisering van die lijnen. De regering beslist tussen de twee opties.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2024 voltooid.
C9.R37: Mainstreaming van het gebruik van communicatiecampagnes en gedragsinzichten door de belastingdienst
Het doel van deze hervorming is vrijwillige naleving van de belastingwetgeving te bevorderen en de interactie tussen belastingplichtigen en de belastingdienst te verbeteren door middel van gerichtere en gepersonaliseerde communicatiestrategieën en het gebruik van gedragsinzichten.
De hervorming omvat de volgende acties:
Er worden stapsgewijze richtsnoeren gepubliceerd op de digitale platforms van de nationale belastingdienst (NTCA) om belastingplichtigen bij te staan en te informeren over specifieke onderwerpen die verband houden met hun belastingrechten en -verplichtingen;
de NTCA stelt een verslag op over de wijze waarop gedragsinzichten de doeltreffendheid van de belastingdienst kunnen verbeteren. Op basis hiervan worden ten minste drie nieuwe BI-proefprojecten uitgevoerd in samenwerking tussen de NTCA en het ministerie van Financiën;
de verschillende IT-platforms van de NTCA worden geconsolideerd in één enkel kanaal, gecentraliseerd platform en ten minste drie nieuwe functionaliteiten worden operationeel en beschikbaar voor gebruikers op het platform.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 september 2025 voltooid.
C9R38: Verbetering van de efficiëntie van de overheidsuitgaven door uitgaventoetsingen uit te voeren
Doel van deze hervorming is de doelmatigheid van de overheidsuitgaven te evalueren en te verbeteren, teneinde de houdbaarheid van de overheidsfinanciën en de overheidsschuld op middellange termijn te verbeteren en de economische groei te versterken.
De hervorming voorziet in een regelmatige evaluatie van de uitgaven op geselecteerde prioritaire gebieden van overheidsuitgaven vanaf 2023, op basis van een werkplan voor de middellange termijn. In 2023 en 2024 worden vier uitgaventoetsingen uitgevoerd die in totaal ten minste 20 % van de overheidsuitgaven bestrijken.
De regering publiceert in respectievelijk 2024 en 2025 twee specifieke verslagen om de concrete resultaten van de evaluaties te presenteren in termen van potentiële besparingen en efficiëntiewinsten, zoals met name tot uiting komt in de begrotingsplanning (d.w.z. in de jaarlijkse begrotingen en de begrotingsplannen voor de middellange termijn). Een afsluitend verslag bevat algemeen bewijsmateriaal over de resultaten van de uitgaventoetsingen.
De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2025 voltooid.
I.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgende Aantal |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
||||
Eenheid |
Basislijn |
Doelstelling |
Kwartaal |
Jaar |
|||||||
160 |
C9.R1 Opstelling van een integriteitsautoriteit ter versterking van de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie en andere onrechtmatigheden en onregelmatigheden in verband met de uitvoering van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Oprichting van een integriteitsautoriteit |
Begin van de werkzaamheden van de integriteitsautoriteit |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Het opzetten en operationeel maken, vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, van een integriteitsautoriteit ter versterking van de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie, alsook andere onrechtmatigheden en onregelmatigheden in verband met de uitvoering van Uniesteun in Hongarije. Er wordt gewaarborgd dat de integriteitsautoriteit volledig onafhankelijk is. De Autoriteit treedt op in alle gevallen waarin de bevoegde autoriteiten naar haar mening niet het nodige hebben gedaan om fraude, belangenconflicten, corruptie en andere onrechtmatigheden of onregelmatigheden die het goed financieel beheer van de begroting van de Europese Unie of de bescherming van de financiële belangen van de Europese Unie of de bescherming van de financiële belangen van de Europese Unie kunnen aantasten, te voorkomen, op te sporen en te corrigeren. De integriteitsautoriteit is een werkelijk onafhankelijke instelling. De integriteitsautoriteit en haar personeel vragen noch aanvaarden instructies van andere personen of instellingen. De integriteitsautoriteit krijgt een jaarlijkse begroting die in verhouding staat tot haar taken en verantwoordelijkheden en is verantwoordelijk voor het beheer van haar eigen begroting zonder inmenging van buitenaf (als afzonderlijk hoofdstuk in de staatsbegroting). De begrotingstoewijzing die voor de integriteitsautoriteit beschikbaar is, wordt tijdens het begrotingsjaar niet verminderd zonder toestemming van de integriteitsautoriteit. De werkzaamheden van de integriteitsautoriteit worden georganiseerd en beheerd door een raad van bestuur bestaande uit een voorzitter en twee vicevoorzitters. De drie leden van de raad van bestuur worden door de president van Hongarije benoemd op voordracht van de voorzitter van de nationale rekenkamer voor een termijn van zes jaar die niet kan worden verlengd, zonder dat medeondertekening door een lid van de regering vereist is op grond van hun professionele kwaliteiten, kwalificaties, uitgebreide en onbetwiste ervaring en reputatie (ook internationaal) op het gebied van juridische en financiële aangelegenheden op het gebied van overheidsopdrachten en corruptiebestrijding, alsook op grond van hun bewezen bekwaamheid op die gebieden. De leden van de raad van bestuur worden geselecteerd na een openbare oproep tot het indienen van blijken van belangstelling op basis van het bindende advies over het voldoen aan de toelatingsvoorwaarden van de kandidaten door een daartoe opgerichte toelatingscommissie. Het toelatingscomité wordt bijeengeroepen door de directeur-generaal van het EUTAF na een openbare oproep tot het indienen van blijken van belangstelling. Het bestaat uit drie onafhankelijke personen met een achtergrond van erkende internationale instellingen, die over voldoende lange, verifieerbare en relevante ervaring op het gebied van overheidsopdrachten en/of corruptiebestrijding beschikken. De leden van de toelatingscommissie beschikken in de afgelopen vijf jaar niet over: bekleedde een gekozen politieke functie of een politieke functie in de regering, in dienst was van een politieke partij of politieke stichting, of voor dergelijke entiteiten vrijwillig of bezoldigde activiteiten uitoefende. De regels inzake belangenconflicten overeenkomstig de beginselen van artikel 61 van Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 zijn gedurende vijf jaar na het uitbrengen van het bindende advies van toepassing op de leden van het selectiecomité. De leden van het Toelatingscomité publiceren hun belangen- en vermogensverklaring en verklaren dat zij geen belangenconflicten hebben voordat zij met hun werkzaamheden in de toelatingscommissie beginnen. De leden van de raad van bestuur mogen in de afgelopen vijf jaar niet beschikken over: bekleedde een gekozen politieke functie of een politieke functie in de regering, in dienst was van een politieke partij of politieke stichting, of voor dergelijke entiteiten vrijwillig of bezoldigde activiteiten uitoefende. Bovendien oefenen de leden van de raad van bestuur tijdens hun mandaat geen bezoldigde activiteiten uit voor de integriteitsautoriteit (met uitzondering van academische activiteiten en daarmee verband houdende publicaties), mogen zij geen zeggenschapsbelang hebben in een bedrijfsorganisatie en mogen zij geen lid zijn van een politieke partij of politieke stichting. Een lid van de raad van bestuur wordt alleen ontslagen in geval van een belangenconflict na zijn benoeming of indien tegen hen een definitieve strafrechtelijke uitspraak wordt gedaan voor kwesties die verband houden met de werkzaamheden van de integriteitsautoriteit of die de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van het betrokken lid aantasten. De voorzitter van de integriteitsautoriteit treedt ook op als ambtshalve lid van de Raad voor overheidsopdrachten en als voorzitter van de taskforce corruptiebestrijding (mijlpaal 166). De voorzitter van de integriteitsautoriteit oefent de rechten van de werkgever uit over het personeel van de autoriteit, die ten minste 50 vte’s omvat. Het personeel wordt door de raad geselecteerd op basis van professionele verdienste. De integriteitsautoriteit krijgt uitgebreide bevoegdheden, waaronder: I) de bevoegdheid om aanbestedende diensten op te dragen een aanbestedingsprocedure op te schorten (voor maximaal twee maanden); II) de bevoegdheid om administratieve onderzoeksinstanties te verzoeken namens haar onderzoeken uit te voeren; III) de bevoegdheid om specifieke marktdeelnemers voor een bepaalde periode uit te sluiten van financiering door de Unie; IV) de bevoegdheid om relevante nationale autoriteiten of organen op te dragen hun toezicht- of controletaken uit te voeren, met name wat betreft procedures voor het verifiëren van verklaringen inzake belangenconflicten en vermoedens in verband met het beheer van middelen van de Unie; (V) het recht om toegang te vragen tot alle relevante dossiers, met inbegrip van lopende of toekomstige aanbestedingsprocedures; VI) de bevoegdheid om aanbestedende diensten aan te bevelen gebruik te maken van een specifieke procedure voor een specifieke aanbesteding of in een categorie aanbestedingsprocedures; VII) het recht om bij de bevoegde nationale autoriteiten of instanties procedures in te leiden om vermoedelijke onrechtmatigheden of onregelmatigheden vast te stellen; VIII) de exclusieve bevoegdheid om vermogensverklaringen te verifiëren van personen die onder artikel 183 van Wet CXXV van 2018 vallen (met inbegrip van de premier, ministers, staatssecretarissen, politiek directeur van de premier), de bevoegdheid om overheidsvermogensverklaringen van alle ambtenaren met een hoog risico rechtstreeks te verifiëren (met inbegrip van de voorzitter, parlementsleden, hoofden van centrale uitvoerende autoriteiten, andere politieke ambtenaren, kabinetsmedewerkers van politieke ambtenaren, regionale gouverneurs, burgemeesters van grote steden, rechters, aanklagers, leden van de bestuursorganen voor justitie en vervolging, onderzoekers op het gebied van corruptiebestrijding en hogere leidinggevenden van staatsbedrijven); en voor niet-openbare vermogensverklaringen van ambtenaren met een hoog risico ten minste de bevoegdheid om de bevoegde instanties te verzoeken de verificatie van die verklaringen uit te voeren en het resultaat van die verificatie te verkrijgen, met ingang van 31 maart 2023; IX) het recht op toegang tot alle relevante databanken en registers met het oog op de verificatie van vermogensverklaringen overeenkomstig de voorschriften inzake gegevensbescherming en privacy; (X) het recht om procedures voor de verificatie van vermogensaangiften in te leiden op eigen initiatief, klacht en verdenking; XI) het recht om te verzoeken om rechterlijke toetsing van alle besluiten van autoriteiten met betrekking tot procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten die steun van de Unie vereisen en vatbaar zijn voor rechterlijke toetsing; XII) het recht om de procedure van het Arbitragecomité voor overheidsopdrachten in te leiden; XIII) het recht om het stilzitten van een betrokken autoriteit voor de rechter aan te vechten overeenkomstig de artikelen 15 (2) en 25 van Wet CL van 2016 houdende het algemeen bestuurswetboek. Er wordt gewaarborgd dat de integriteitsautoriteit toegang heeft tot alle informatie, databanken en registers die nodig zijn voor de uitvoering van haar taken in verband met overheidsopdrachten, gevallen van vermoedelijke corruptie, met inbegrip van de verificatie van vermogensverklaringen, fraude en belangenconflicten waarbij op enigerlei wijze steun van de Unie wordt verleend. De wettelijke bepalingen zorgen ervoor dat de autoriteiten die betrokken zijn bij een informatieverzoek of instructie van de integriteitsautoriteit binnen een redelijke termijn van ten hoogste 60 kalenderdagen handelen. De integriteitsautoriteit handelt op eigen initiatief op basis van beschikbare informatie of op basis van klachten of meldingen die zij ontvangt. De integriteitsautoriteit zet een interface voor klokkenluiders op waar anonieme en vertrouwelijke communicatie kan plaatsvinden. De integriteitsautoriteit zorgt voor het opzetten, bijwerken en beheren van een register van ondernemers die betrokken zijn bij een definitieve rechterlijke beslissing of een definitief administratief besluit tot uitsluiting van die ondernemers van procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten. De integriteitsautoriteit is verplicht vermoedelijke gevallen van fraude, corruptie, belangenconflicten of andere onregelmatigheden en onrechtmatigheden te melden aan de relevante nationale autoriteiten en, in voorkomend geval, aan OLAF. De integriteitsautoriteit heeft ondubbelzinnige en onbeperkte bevoegdheden om haar bevoegdheden te blijven uitoefenen, zelfs in gevallen waarin de betrokken projecten of procedures die oorspronkelijk voor steun van de Unie waren gepland, later uit de steun van de Unie zijn teruggetrokken. |
||||
161 |
C9.R1 Opstelling van een integriteitsautoriteit ter versterking van de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie en andere onrechtmatigheden en onregelmatigheden in verband met de uitvoering van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Verslag over de oefening integriteitsrisicobeoordeling |
Publicatie van het verslag |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Een uitgebreid verslag over de door de integriteitsautoriteit uitgevoerde integriteitsrisicobeoordeling wordt openbaar gemaakt. Deze exercitie omvat een evaluatie van de stand van zaken met betrekking tot de integriteit van het systeem voor overheidsopdrachten in Hongarije, door integriteitsrisico’s en systemische integriteitsproblemen in kaart te brengen die moeten worden aangepakt, de instrumenten die beschikbaar zijn om die risico’s en problemen aan te pakken, de lacunes in het aanpakken van die risico’s en problemen en mogelijke oplossingen voor te stellen. De exercitie wordt uitgevoerd in nauwe samenwerking met relevante en goed geïnformeerde internationale organen (bv. de OESO, de Wereldbank) en is gebaseerd op de indicatoren van de „vierde pijler van de methode voor de beoordeling van aanbestedingssystemen (MAPS), verantwoordingsplicht, integriteit en transparantie van het systeem voor overheidsopdrachten”. Bij de oefening wordt ook rekening gehouden met de bijdragen van nationale of internationale maatschappelijke organisaties die toezicht houden op de toestand van de integriteit in Hongarije. |
||||
162 |
C9.R1 Opstelling van een integriteitsautoriteit ter versterking van de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie en andere onrechtmatigheden en onregelmatigheden in verband met de uitvoering van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Begin van de toepassing van de bevoegdheden inzake de verificatie van vermogensverklaringen door de integriteitsautoriteit |
Begin van de toepassing van de bevoegdheden voor de verificatie van vermogensverklaringen door de integriteitsautoriteit |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Begin van de toepassing van de bepalingen waarbij de exclusieve wettelijke verantwoordelijkheid en bevoegdheid voor het verifiëren van vermogensaangiften van personen die onder artikel 183 van Wet CXXV van 2018 vallen, worden overgedragen aan de integriteitsautoriteit, waarbij ervoor wordt gezorgd dat de integriteitsautoriteit de bevoegdheid heeft om de publieke vermogensverklaringen van alle ambtenaren met een hoog risico rechtstreeks te verifiëren, voor niet-openbare vermogensverklaringen van ambtenaren met een hoog risico ten minste de bevoegdheid om de bevoegde instanties te verzoeken de verificatie van die verklaringen uit te voeren en het resultaat van die verificatie te verkrijgen, en rechtstreeks en onbeperkt toegang heeft tot de relevante databanken en registers die zij noodzakelijk acht om de juistheid van de informatie in de vermogensverklaringen te verifiëren, met ingang van 31 maart 2023. Ambtenaren met een hoog risico zijn onder meer de president, parlementsleden, regeringsleden, hoofden van centrale uitvoerende autoriteiten, andere politieke functionarissen, kabinetsmedewerkers van politieke ambtenaren, regionale gouverneurs, burgemeesters van grote steden, rechters, openbare aanklagers, leden van de bestuursorganen voor justitie en vervolging, onderzoekers op het gebied van corruptiebestrijding en hogere leidinggevenden van staatsbedrijven. Dit omvat de verificatie van vermogensaangiften, ongeacht of deze al dan niet eerder zijn geverifieerd. Voor personen die vallen onder artikel 183 van Wet CXXV van 2018, die ook het volgende omvat: I) dat een dergelijke verificatieprocedure door de integriteitsautoriteit kan worden ingeleid door de integriteitsautoriteit op eigen initiatief, op verdenking of na een klacht van eenieder die een formele claim indient die wijst op een vermeend onjuist item in een vermogensverklaring; II) de integriteitsautoriteit de mogelijkheid heeft de persoon wiens vermogensaangifte door de integriteitsautoriteit wordt geverifieerd, op te dragen ondersteunende gegevens en documenten met betrekking tot de inhoud van haar vermogensaangifte over te leggen; III) dat de integriteitsautoriteit de mogelijkheid heeft om gegevens op te vragen en te ontvangen uit alle relevante databanken en registers, met inbegrip van, maar niet beperkt tot, het ondernemingsregister, de nationale belasting- en douanedienst, het eigendomsregister en het voertuigregister, om de inhoud van een vermogensaangifte te verifiëren; IV) dat de integriteitsautoriteit een persoon waarvan de inhoud van de vermogensaangifte volgens de integriteitsautoriteit onjuist is, kan opdragen haar vermogensaangifte binnen 10 dagen te corrigeren; (V) dat het niet handelen op instructie van de integriteitsautoriteit door de persoon wiens vermogensverklaring volgens de integriteitsautoriteit onjuist is of door een persoon die willens en wetens onjuiste gegevens in haar vermogensverklaring heeft verstrekt, leidt tot een automatisch ontslag uit zijn of haar dienstverband. |
||||
163 |
C9.R1 Opstelling van een integriteitsautoriteit ter versterking van de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie en andere onrechtmatigheden en onregelmatigheden in verband met de uitvoering van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Het jaarlijkse integriteitsverslag voor het jaar 2022 wordt openbaar gemaakt. |
Publicatie van het eerste jaarlijkse integriteitsverslag voor het jaar 2022 |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Het eerste jaarlijkse integriteitsverslag van de integriteitsautoriteit wordt openbaar gemaakt en bestrijkt het kalenderjaar 2022. Het verslag moet ten minste het volgende bevatten: I) een volledige en alomvattende analyse van de concentratie van de markt voor overheidsopdrachten (zoals aangegeven door het aantal en de waarde van de door de ondernemers geselecteerde inschrijvingen); II) een analyse van de verschillen tussen geraamde en definitieve prijzen in aanbestedingsprocedures; III) een beoordeling van de toepasselijke regels inzake overheidsopdrachten, knelpunten bij de uitvoering ervan en de daarmee verband houdende administratieve praktijken; IV) de vaststelling van risico-indicatoren; (V) een beoordeling van het gebruik van raamovereenkomsten (met inbegrip van de distributie van aan ondernemers gegunde opdrachten en overeenkomsten met ondernemers en de verdeling van specifieke opdrachten die worden gegund in het kader van raamovereenkomsten tussen ondernemers); VI) een beoordeling van de vraag of en in welke mate het bestaande controlesysteem in staat is risico’s van corruptie, fraude en belangenconflicten te identificeren en doeltreffend te voorkomen, op te sporen en te corrigeren; VII) activiteiten in verband met de verificatie van vermogensaangiften; VIII) aanbevelingen ter verbetering van de systemen en praktijken in verband met de punten i) tot en met vii). Het eerste jaarverslag bevat ook: I) een beoordeling of relevante regelingen en praktijken in verband met belangenconflicten in Hongarije in overeenstemming zijn met de mededeling van de Commissie betreffende richtsnoeren voor het vermijden van en omgaan met belangenconflicten krachtens het Financieel Reglement (2021/C 121/01) en — indien relevant — een identificatie van de verbeteringen die nodig zijn om de consistentie te waarborgen; II) specifieke indicatoren voor de risico’s van fraude, corruptie en belangenconflicten. Er worden passende procedures ingevoerd om ervoor te zorgen dat de jaarverslagen voor de volgende jaren worden opgesteld en openbaar worden gemaakt. |
||||
164 |
C9.R1 Opstelling van een integriteitsautoriteit ter versterking van de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie en andere onrechtmatigheden en onregelmatigheden in verband met de uitvoering van steun van de Unie |
Mijlpaal |
De regering onderzoekt het eerste jaarlijkse integriteitsverslag van de integriteitsautoriteit en verstrekt haar antwoorden schriftelijk. |
Publicatie van het antwoord van de regering op het eerste jaarlijkse integriteitsverslag en een gedetailleerde toelichting over de wijze waarop zij van plan is elk van de bevindingen daarin aan te pakken |
KWARTAAL 3 |
2023 |
De regering onderzoekt het eerste jaarlijkse integriteitsverslag en verstrekt haar schriftelijke beoordeling, met inbegrip van een gedetailleerde toelichting over de wijze waarop zij van plan is elk van de bevindingen, met inbegrip van aanbevelingen, daarin aan te pakken. Er moeten passende procedures zijn om ervoor te zorgen dat de jaarverslagen voor de volgende jaren worden onderzocht en dat de opmerkingen van de regering openbaar worden gemaakt in overeenstemming met het bovenstaande. De mijlpaal wordt geacht te zijn bereikt wanneer de regering haar beoordeling schriftelijk openbaar maakt en er passende procedures zijn ingevoerd om dezelfde procedure te waarborgen voor alle daaropvolgende jaarlijkse integriteitsverslagen. |
||||
165 |
C9.R1 Opstelling van een integriteitsautoriteit ter versterking van de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie en andere onrechtmatigheden en onregelmatigheden in verband met de uitvoering van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Evaluatie van het systeem voor vermogensverklaringen door de integriteitsautoriteit |
Publicatie van een verslag over de resultaten van de evaluatie door de integriteitsautoriteit van het systeem voor vermogensaangiften |
KWARTAAL 4 |
2023 |
De integriteitsautoriteit voert een uitgebreide evaluatie uit van het regelgevingskader en de werking van het Hongaarse systeem van vermogensverklaringen, met inbegrip van het toepassingsgebied en de verificatieprocessen, en maakt haar bevindingen openbaar in een verslag. |
||||
166 |
C9.R2 Opstelling van een taskforce voor corruptiebestrijding om toezicht te houden op en te evalueren welke maatregelen in Hongarije zijn genomen om corruptie te voorkomen, op te sporen, te vervolgen en te bestraffen |
Mijlpaal |
Oprichting van een taskforce voor corruptiebestrijding |
De taskforce voor corruptiebestrijding wordt opgericht en houdt haar eerste vergadering. |
|
|
|
KWARTAAL 4 |
2022 |
Vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht wordt een taskforce corruptiebestrijding opgericht, die haar eerste vergadering houdt. De taskforce corruptiebestrijding heeft de volgende taken: a) de bestaande anticorruptiemaatregelen te onderzoeken en voorstellen uit te werken ter verbetering van de opsporing, het onderzoek, de vervolging en de bestraffing van corrupte praktijken en andere praktijken zoals nepotisme, favoritisme of „draaideurconstructies” tussen de publieke en de particuliere sector; b) voorstellen in te dienen voor maatregelen om i) de preventie en opsporing van corruptie te verbeteren (met inbegrip van het doeltreffend gebruik van alle beschikbare instrumenten voor corruptiepreventie en -opsporing), ii) de informatiestroom tussen de administratieve en controlerende autoriteiten van de staat en de met strafrechtelijke onderzoeken belaste autoriteiten te verbeteren; c) beoordelen hoe aan haar eerdere voorstellen gevolg is gegeven en uitgevoerd; d) een jaarverslag op te stellen en dit uiterlijk op 15 maart van elk jaar aan de regering toe te zenden. Dat verslag bevat i) een analyse van de risico’s en trends op het gebied van corruptie en corrupte praktijken, ii) voorstellen voor doeltreffende tegenmaatregelen en beste praktijken voor de preventie, opsporing en bestraffing van corruptierisico’s en corruptietypes, een beoordeling van de daadwerkelijke uitvoering daarvan, iii) een beoordeling van de follow-up en uitvoering van haar eerdere voorstellen in relevante wetgevings- en niet-wetgevingsinitiatieven en overheidsprogramma’s. De toepasselijke regels zorgen ervoor dat de regering het verslag van de taskforce voor corruptiebestrijding en de daarin opgenomen voorstellen binnen twee maanden bespreekt en dat zij, indien zij niet besluit een voorstel van de taskforce voor corruptiebestrijding uit te voeren, de voorzitter van de taskforce corruptiebestrijding een gedetailleerde motivering van haar besluit verstrekt. Relevante niet-gouvernementele actoren die actief zijn op het gebied van corruptiebestrijding worden betrokken bij de activiteiten van de taskforce voor corruptiebestrijding en hun volledige, gestructureerde en effectieve deelname wordt gewaarborgd. Er wordt voor gezorgd dat deze leden aantoonbaar onafhankelijk zijn van de regering, overheidsinstanties, politieke partijen en zakelijke belangen, aantoonbare deskundigheid hebben en over voldoende lange controleerbare beroepsactiviteiten beschikken op een of meer van de volgende gebieden: corruptiebestrijding, transparantie, toegang tot openbare informatie, bescherming van de mensenrechten, openbare aanbestedingsprocedures, rechtshandhaving met betrekking tot deze onderwerpen. Niet-gouvernementele leden van de taskforce corruptiebestrijding worden geselecteerd op basis van een openbare oproep tot kandidaatstelling door de raad van bestuur van de integriteitsautoriteit en na het bindende advies over de geschiktheid van de kandidaten door het in stap 160 bedoelde selectiecomité. Die selectie geschiedt op basis van een open, transparante en niet-discriminerende selectieprocedure en objectieve criteria die verband houden met de deskundigheid en verdienste van de kandidaten. Er wordt voor gezorgd dat het aantal niet-gouvernementele leden 50 % van de leden van de taskforce voor corruptiebestrijding bedraagt (exclusief de voorzitter), of, indien dit niet kan worden gewaarborgd, dat het percentage van de stemmen van niet-gouvernementele leden wordt aangepast om 50 % van het totale aantal stemmen te bereiken (met uitzondering van de voorzitter). De voorzitter van de integriteitsautoriteit (vermeld in stap 160) treedt op als voorzitter van de taskforce corruptiebestrijding. Tegelijkertijd mogen de leden van de taskforce zich niet bemoeien met de werkzaamheden van de integriteitsautoriteit en hebben zij geen toegang tot haar werkzaamheden. Overheidsinstanties zorgen ervoor dat zij in de taskforce corruptiebestrijding worden vertegenwoordigd door voldoende bekwame personen op hoog niveau. De taskforce komt ten minste tweemaal per jaar bijeen en neemt besluiten bij gewone meerderheid van de uitgebrachte stemmen. De notulen van zijn vergaderingen worden openbaar gemaakt op de website van de taskforce corruptiebestrijding, samen met schriftelijke bijdragen en opmerkingen van zijn leden vóór of na de vergaderingen waarvan is verzocht om als bijlage bij de notulen van de vergadering te worden gevoegd. De taskforce voor corruptiebestrijding stelt op voorstel van zijn voorzitter tijdens zijn eerste vergadering zijn eigen reglement van orde vast. In het kader van de werkzaamheden van deze taskforce voor corruptiebestrijding wordt onder corruptie verstaan in de zin van artikel 4, lid 2, van Richtlijn (EU) 2017/1371, de strafbare feiten bedoeld in hoofdstuk III van het Verdrag van de Verenigde Naties tegen corruptie, de strafbare feiten vermeld in hoofdstuk XXVII van Wet C van 2012 tot vaststelling van het wetboek van strafrecht, alsmede andere praktijken zoals nepotisme, cronyisme of draaideurconstructies tussen de publieke en de particuliere sector. De taskforce voor corruptiebestrijding houdt ook rekening met situaties van belangenconflicten zoals gedefinieerd in artikel 61, onder a), van Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 en artikel 24 van Richtlijn 2014/24/EU, zoals aangevuld door de richtsnoeren van de Commissie betreffende het vermijden van en omgaan met belangenconflicten uit hoofde van het Financieel Reglement (C/2021/2119), en door relevante nationale bepalingen. De mijlpaal wordt bereikt wanneer de taskforce corruptiebestrijding overeenkomstig bovenstaande vereisten is opgericht, zijn eerste vergadering houdt en de notulen van die vergadering worden gepubliceerd op de website van de taskforce voor corruptiebestrijding. |
|
167 |
C9.R2 Opstelling van een taskforce voor corruptiebestrijding om toezicht te houden op en te evalueren welke maatregelen in Hongarije zijn genomen om corruptie te voorkomen, op te sporen, te vervolgen en te bestraffen |
Mijlpaal |
De jaarlijkse analyse van de taskforce corruptiebestrijding voor het jaar 2022 is openbaar. |
Publicatie van het eerste jaarverslag van de taskforce corruptiebestrijding voor het jaar 2022 |
KWARTAAL 1 |
2023 |
De taskforce voor corruptiebestrijding treedt op als gespecificeerd in stap 166 en stelt zijn eerste jaarverslag vast en maakt dit openbaar, samen met het schaduwverslag van niet-gouvernementele actoren die lid zijn van de taskforce voor corruptiebestrijding, indien een dergelijk verslag wordt opgesteld, dat betrekking heeft op het kalenderjaar 2022. Dat verslag bevat ook de opmerkingen en aanbevelingen van de taskforce voor corruptiebestrijding over het ontwerp van nationale corruptiebestrijdingsstrategie en -actieplan (mijlpaal 178). Er worden passende procedures ingevoerd om ervoor te zorgen dat de jaarverslagen voor de volgende jaren worden opgesteld en openbaar worden gemaakt. |
||||
168 |
C9.R2 Opstelling van een taskforce voor corruptiebestrijding om toezicht te houden op en te evalueren welke maatregelen in Hongarije zijn genomen om corruptie te voorkomen, op te sporen, te vervolgen en te bestraffen |
Mijlpaal |
De regering onderzoekt het eerste verslag van de taskforce |
Publicatie van het antwoord van de regering op het eerste verslag van de taskforce |
|
|
KWARTAAL 2 |
2023 |
De regering onderzoekt en bespreekt het eerste verslag van de taskforce voor corruptiebestrijding en deelt haar opmerkingen — met inbegrip van een gedetailleerde motivering met betrekking tot elk voorstel van de taskforce voor corruptiebestrijding die zij niet ten uitvoer heeft gelegd — mee aan de taskforce voor corruptiebestrijding. De mijlpaal wordt bereikt zodra de lijst van maatregelen die de regering op basis van de voorstellen van de taskforce corruptiebestrijding heeft genomen en moet nemen (met een indicatie van het geplande tijdschema voor nog niet genomen maatregelen) en de gedetailleerde redenen van de regering voor elk van de voorstellen van de taskforce die zij niet heeft uitgevoerd, openbaar worden gemaakt op zowel het overheidsportaal als de website van de integriteitsautoriteit. Er moeten passende procedures zijn om ervoor te zorgen dat de jaarverslagen voor de volgende jaren worden onderzocht en dat de opmerkingen van de regering openbaar worden gemaakt in overeenstemming met het bovenstaande. |
||
169 |
C9.R3 Invoering van een specifieke procedure in geval van bijzondere misdrijven in verband met de uitoefening van openbaar gezag of het beheer van openbare eigendommen („rechterlijke toetsing”) |
Mijlpaal |
Invoering van een specifieke procedure voor bijzondere misdrijven bij de uitoefening van openbaar gezag of het beheer van staatseigendom |
Bepaling in de wijziging van Wet XC van 2017 betreffende het wetboek van strafvordering waarin de inwerkingtreding en de aanvang van de toepassing worden vermeld |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht treedt een wijziging van Wet XC van 2017 betreffende het wetboek van strafvordering in werking, die met ingang van 1 januari 2023 van toepassing is, ook voor (niet verjaarde) strafbare feiten die vóór die datum zijn gepleegd, na een voorafgaande toetsing door het grondwettelijk hof, die: — een procedure vast te stellen voor corruptie en corruptiepraktijken zoals gedefinieerd in artikel 4, lid 2, van Richtlijn (EU) 2017/1371 en in hoofdstuk III van het Verdrag van de Verenigde Naties tegen corruptie (d.w.z. alle gevallen van omkoping waarbij overheidsfunctionarissen betrokken zijn en andere gevallen van omkoping, met uitzondering van kleine misdrijven, ambtsmisbruik met uitzondering van kleine misdrijven, verzwarende gevallen van begrotingsfraude, niet-naleving van de toezichts- of controleverplichting in verband met begrotingsfraude, overeenkomsten die de mededinging beperken in het kader van een openbare aanbestedingsprocedure en concessieprocedure, ernstigere misdrijven tegen eigendom — mits het strafbare feit is gepleegd met betrekking tot nationale vermogensbestanddelen of vermogensbestanddelen die worden beheerd door een stichting voor het beheer van activa van openbaar belang die publieke taken verrichten of dergelijke activa vergoeden). Het is beschikbaar voor deelname aan een criminele organisatie en voor het witwassen van geld indien het wordt gepleegd in verband met bovengenoemde strafbare feiten); — rechterlijke toetsing instellen van de beslissing van het openbaar ministerie of de onderzoeksautoriteit om een aangifte van een misdrijf af te wijzen of de strafprocedure te beëindigen door de onderzoeksrechter van de centrale districtsrechtbank van Buda, die bevoegd is om de inleiding of voortzetting van de strafprocedure te gelasten. Uiteindelijk na het verzoek tot herziening, indien de beslissing om een aangifte van een misdrijf af te wijzen of de strafprocedure te beëindigen door de onderzoeksrechter nietig is verklaard, wordt in geval van herhaalde beëindiging van de procedure voorzien in de mogelijkheid om een tenlastelegging in te dienen bij de rechtbank. Het verzoek tot herziening heeft schorsende werking ten aanzien van dwangmaatregelen die betrekking hebben op het vermogen. Na een herhaalde herziening stelt de onderzoeksrechter vast of er een persoon is die redelijkerwijs kan worden verdacht van het plegen van een strafbaar feit. In dat geval geeft de procedure het recht om een tenlastelegging in te dienen bij het bevoegde gerecht, dat over de grond van de zaak beslist nadat hij het bewijs heeft gehoord. In gevallen waarin een verzoek tot vervolging kan worden ingediend, wordt een voorafgaand onderzoek van de grond voor het verzoek tot vervolging door de rechtbank niet overwogen. De procedure kan door iedereen in gang worden gezet; natuurlijke personen en rechtspersonen kunnen in het kader van deze procedure moties indienen, met uitzondering van overheidsinstanties, maar de integriteitsautoriteit (zie mijlpaal 160) heeft het recht om een herzieningsverzoek en een herhaalde herzieningsmotie in te dienen. De benadeelde partij en de partij die een misdrijf heeft gemeld, hebben een bevoorrechte procedurele positie, waarbij andere partijen de mogelijkheid hebben om de procedure in te leiden, na de bekendmaking van de gepseudonimiseerde beslissing om het onderzoek niet in te leiden of te beëindigen, indien de benadeelde partij of de partij die een strafbaar feit meldt dit niet heeft gedaan. Vertegenwoordiging in rechte is verplicht voor alle partijen. De wettelijke vertegenwoordiger communiceert langs elektronische weg en de handtekening van de partij is niet vereist voor handelingen in het kader van de procedure. De partij die een verzoek tot vervolging indient, is niet verplicht persoonlijk voor de rechter te verschijnen. De procureur-generaal heeft niet de mogelijkheid om bij de Kúria een buitengewoon rechtsmiddel in te stellen op grond van de rechtmatigheid van rechterlijke beslissingen die in het kader van de nieuwe procedure zijn gegeven. Het bestaan van een vóór 1 januari 2023 genomen beslissing tot afwijzing van een aangifte van een misdrijf of een beslissing tot beëindiging van de procedure (die betrekking heeft op strafbare feiten die niet zijn verjaard door de verjaring) doet niet af aan de verplichting van de onderzoeksautoriteit of het openbaar ministerie om een nieuwe beslissing over de aangifte van het misdrijf te nemen overeenkomstig artikel 379 van het wetboek van strafvordering, die in het kader van de nieuwe procedure kan worden herzien. Alle rechtbanken in Hongarije die civiele, bestuursrechtelijke en strafrechtelijke zaken behandelen, met inbegrip van zaken die relevant zijn voor de bescherming van de financiële belangen van de Unie, voldoen aan de vereisten van onafhankelijkheid en onpartijdigheid en die bij wet zijn ingesteld overeenkomstig artikel 19, lid 1, van het Verdrag betreffende de Europese Unie en het desbetreffende EU-acquis. Bovendien treden uiterlijk op 31 december 2022 a) de uitvoeringsbepalingen die nodig zijn voor de toepassing van de wijziging in werking, en b) de centrale districtsrechtbank van Buda extra posten toegewezen voor ten minste twee rechters en twee referendarissen. |
||||
170 |
C9.R3 Invoering van een specifieke procedure in geval van bijzondere misdrijven in verband met de uitoefening van openbaar gezag of het beheer van openbare eigendommen („rechterlijke toetsing”) |
Mijlpaal |
Herziening van de specifieke procedure in het geval van bijzondere misdrijven in verband met de uitoefening van openbaar gezag of het beheer van openbare eigendommen |
De regering keurt haar verslag goed over de evaluatie van de werking van de bijzondere procedure |
KWARTAAL 4 |
2023 |
De regering voert een uitgebreide evaluatie uit van de werking van de in mijlpaal 169 beschreven specifieke procedure en presenteert haar bevindingen in een verslag, met inbegrip van een beoordeling en specifieke statistische gegevens over zaken en evaluaties die zijn uitgevoerd in vergelijking met andere onderzochte zaken op hoog niveau waarin geen herziening heeft plaatsgevonden. In de evaluatie wordt ook uitdrukkelijk vermeld of wetswijzigingen van de procedure noodzakelijk worden geacht en wordt het beoogde tijdschema daarvoor aangegeven. |
||||
171 |
C9.R4 Versterking van de regels met betrekking tot vermogensaangiften |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen waarbij het persoonlijke en materiële toepassingsgebied van vermogensverklaringen wordt uitgebreid, waarbij wordt gezorgd voor frequente openbaarmaking |
Bepaling in de wetswijzigingen met betrekking tot de inwerkingtreding en het begin van de toepassing ervan |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Voordat het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht wordt ingediend, treden wetswijzigingen in werking en worden deze toegepast om ervoor te zorgen dat i) personen die zijn belast met hoge politieke functies uit hoofde van de artikelen 183 en 184 van Wet CXXV van 2018 inzake overheidsadministratie en hun familieleden die samen met de betrokken personen in hetzelfde huishouden wonen, alsook leden van de Nationale Vergadering en hun familieleden die in hetzelfde huishouden wonen als de betrokken leden, uiterlijk op 31 januari 2023 voor het eerst vermogensaangiften indienen op grond van de nieuwe regels voor vermogensverklaringen met betrekking tot de staat op 31 december 2022; II) alle personen die onder de personele werkingssfeer van punt i) vallen, zijn verplicht opgave te doen van: inkomsten, onroerend goed, andere waardevolle eigendommen (zoals voertuigen, vaartuigen, waardevolle antiquiteiten, kunstwerken enz.), spaartegoeden in bankdeposito’s en contanten, activa in aandelen, effecten en private-equityfondsen, levensverzekeringspolissen, trusts en uiteindelijke begunstigden van ondernemingen; III) deze vermogensaangiften worden ingediend bij de indiensttreding, vervolgens jaarlijks en op het moment dat de betrokken taken worden beëindigd. |
||||
172 |
C9.R4 Versterking van de regels met betrekking tot vermogensaangiften |
Mijlpaal |
Opzetten van een nieuw systeem voor de elektronische indiening van vermogensaangiften in digitaal formaat en van een openbare databank voor vermogensaangiften |
Volledige functionaliteit, ingebruikneming en volledige reikwijdte van vermogensaangiften die beschikbaar worden gesteld in een nieuw elektronisch systeem voor vermogensaangiften |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Een nieuw systeem is volledig functioneel en operationeel, waarbij vermogensaangiften elektronisch in digitaal formaat worden ingediend. De regering zet tevens kosteloos en zonder registratie een doorzoekbare databank op van vermogensverklaringen die zijn ingediend door personen die hoge politieke functies bekleden op grond van de artikelen 183 en 184 van Wet CXXV van 2018 inzake overheidsbestuur en leden van de Nationale Vergadering, en stelt deze ter beschikking van het publiek. |
||||
173 |
C9.R4 Versterking van de regels met betrekking tot vermogensaangiften |
Mijlpaal |
Invoering van doeltreffende administratieve en strafrechtelijke sancties in verband met ernstige schendingen van de aangifteverplichtingen voor vermogensbestanddelen |
Begin van de toepassing van de nieuwe sanctieregeling voor ernstige schendingen van verplichtingen inzake vermogensverklaringen |
KWARTAAL 3 |
2023 |
De specifieke actie in de nationale strategie voor corruptiebestrijding en het actieplan (mijlpaal 178) inzake de invoering van een doeltreffende, evenredige en voldoende afschrikkende sanctieregeling (met inbegrip van zowel strafrechtelijke als administratieve sancties) met betrekking tot ernstige schendingen in verband met de verplichtingen van personen die onderworpen zijn aan de regels inzake vermogensverklaringen, wordt voltooid en de desbetreffende sanctieregeling wordt toegepast. |
||||
174 |
C9.R5 Waarborging van de transparantie van het gebruik van overheidsmiddelen door stichtingen voor het beheer van activa van openbaar belang |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een handeling die doeltreffend toezicht waarborgt op de wijze waarop stichtingen voor het beheer van activa van openbaar belang die activiteiten van algemeen belang verrichten en rechtspersonen die door hen zijn opgericht of in stand worden gehouden, gebruikmaken van steun van de Unie |
Bepaling in de wetgevingshandeling die de inwerkingtreding aangeeft |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht treden specifieke wetswijzigingen in werking die: I) stichtingen voor het beheer van activa van openbaar belang die activiteiten van algemeen belang verrichten en de rechtspersonen die door hen zijn opgericht of onderhouden uitdrukkelijk aanwijzen als aanbestedende diensten in de zin van artikel 5 van Wet CXLIII van 2005 inzake overheidsopdrachten; II) waarborgen dat stichtingen voor het beheer van activa van openbaar belang die activiteiten van algemeen belang verrichten en rechtspersonen die door hen zijn opgericht of in stand worden gehouden, alsook hun personeel, met inbegrip van de voorzitters en leden van hun raden van bestuur en hun raden van toezicht, die in welke hoedanigheid dan ook betrokken zijn bij de uitvoering van de steun van de Unie (hetzij als eindontvangers, begunstigden of intermediairs), onderworpen zijn aan dezelfde vereisten als die welke in de Hongaarse wetgeving inzake toegang tot openbare informatie en audits en controles — met inbegrip van de regels inzake belangenconflicten — van toepassing zijn op overheidsinstanties en de juridische entiteiten die door hen worden beheerd in verband met hun betrokkenheid bij steun van de Unie; en iii) ervoor te zorgen dat de regels die van toepassing zijn op alle personen die functies bekleden of in dienst zijn van stichtingen voor het beheer van activa van algemeen belang die activiteiten van algemeen belang verrichten en de rechtspersonen die door hen zijn opgericht of in stand worden gehouden, volledig in overeenstemming zijn met de bepalingen van artikel 61 van Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 en de instructies en praktijken die zijn uiteengezet in de mededeling van de Commissie betreffende richtsnoeren voor het vermijden van en omgaan met belangenconflicten krachtens het Financieel Reglement (2021/C 121/01), ongeacht hun andere activiteiten en functies, ook in de Hongaarse regering. |
||||
175 |
C9.R6 Verbetering van de transparantie van de overheidsuitgaven |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wetgevingshandeling die zorgt voor meer transparantie van de overheidsuitgaven |
Inwerkingtreding van een wetgevingshandeling die zorgt voor meer transparantie van de overheidsuitgaven |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Inwerkingtreding vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het herstel- en veerkrachtplan van een wetgevingshandeling waarin alle overheidsinstanties worden verplicht om proactief een vooraf bepaalde reeks informatie over het gebruik van overheidsmiddelen te publiceren in een centraal register. De informatie wordt beschikbaar gesteld in een centraal register, dat ook informatie over onderaannemers verstrekt, in overeenstemming met de relevante methodologie die in het kader van mijlpaal 197 wordt verstrekt. Het centrale register bevat unieke identificatiecodes van opdrachten in het elektronisch systeem voor overheidsopdrachten (EPS) (mijlpaal 197) om gegevensaanvragers in staat te stellen gerelateerde informatie over aanbestedingsprocedures in de EPS te vinden. In de wetgevingshandeling worden ook duidelijke procedures en regels vastgesteld voor de bekendmaking van dergelijke gegevens, met inbegrip van de termijn voor en de vorm van bekendmaking. De te uploaden gegevensreeksen zijn relevant, correct en gedefinieerd op basis van de beginselen van transparantie en evenredigheid, en in overeenstemming met het toepasselijke Unierecht. De minimumreeks gegevens die in het centrale register moet worden geüpload, omvat: I) alle gegevens waarvoor publicatie reeds verplicht is met het oog op transparantie, met inbegrip van de gegevens die zijn gepubliceerd in het transparantieregister inzake staatssteun; II) de vorm van overheidsuitgaven, met inbegrip van de rechtsgrondslag; III) de volledige officiële naam van de ontvanger (voor een rechtspersoon) of de voor- en achternaam van de ontvanger (voor natuurlijke personen); IV) de waarde van de overheidsuitgaven; V) of de ontvanger een natuurlijke persoon of een rechtspersoon is; VI) een uniek identificatienummer voor rechtspersonen (btw-identificatienummer of fiscaal identificatienummer, indien beschikbaar, of een ander uniek identificatienummer dat op nationaal niveau is vastgesteld); VII) contractgegevens met betrekking tot de besteding van overheidsmiddelen, met inbegrip van de aard en het doel ervan (soort contract dat wordt gebruikt, soort aanbestedingsprocedure, waarde van het contract, datum van ondertekening, duur van het contract, te bereiken doelstelling, in het kader van het contract te leveren prestatie); VIII) aanbestedingsstukken met betrekking tot de besteding van overheidsmiddelen, met inbegrip van de aard en het doel ervan (geraamde waarde, soort aanbestedingsprocedure, datum van inschrijving, aantal ingediende offertes, naam van de inschrijvers); IX) de naam van de dienstverleners, met inbegrip van de naam van onderaannemers, leveranciers en capaciteitsaanbieders, in een vrijetekstformaat voor historische gegevens en in een machinaal verwerkbaar formaat voor toekomstige overheidsopdrachten; X) het beoogde aandeel onderaannemers, indien beschikbaar, zowel voor eerdere als toekomstige overheidsopdrachten; XI) de verantwoordelijke overheidsinstantie; (XII) de datum waarop de middelen zijn uitbetaald. In de wetgevingshandeling wordt vermeld dat, naast het bovenstaande, in het centrale register ook informatie beschikbaar wordt gesteld waaruit blijkt of de overheidsmiddelen (geheel of gedeeltelijk) steun van de Unie omvatten boven de nationale drempel voor overheidsopdrachten. In de wetgevingshandeling wordt ook bepaald dat voor aanbestedingsprocedures die na 31 maart 2023 van start gaan, deze informatie ook in het register wordt opgenomen voor procedures waarbij steun van de Unie wordt verleend die de nationale drempels voor overheidsopdrachten niet overschrijden. De wetgevingshandeling zorgt ervoor dat gegevensreeksen die in het centrale register worden gepubliceerd, worden gepubliceerd in een open, interoperabel en machineleesbaar formaat, waardoor bulksgewijze downloads en gegevens kunnen worden gesorteerd, doorzocht, geëxtraheerd, vergeleken en hergebruikt. Tevens wordt vermeld dat toegang tot de gegevens kosteloos en zonder dat registratie nodig is. De wetgevingshandeling bevat een verplichting voor overheidsinstanties om de gegevens in het centrale register ten minste om de twee maanden bij te werken (met uitzondering van gegevens die rechtstreeks beschikbaar zijn in de EPS, die worden bijgewerkt volgens de frequentie die van toepassing is op de databank van aankondigingen van gegunde EPS-opdrachten). Informatie over het bewijs van prestaties en facturen blijft beschikbaar op verzoek om toegang tot openbare informatie. Het wetgevingskader zorgt ervoor dat de regering toezicht houdt op de naleving en de naleving van de verplichtingen uit hoofde van bovengenoemde wetgevingshandeling en waarborgt dat overheidsinstanties voldoen aan hun verplichting om alle relevante gegevens volledig en tijdig in het register te uploaden. |
||||
176 |
C9.R6 Verbetering van de transparantie van de overheidsuitgaven |
Mijlpaal |
Het centrale register dat in het kader van de corrigerende maatregelen in het kader van de conditionaliteitsprocedure is opgezet, is volledig operationeel en alle vereiste informatie is daarin beschikbaar. |
De betrokken overheidsinstanties hebben alle vereiste gegevens in het centrale register geüpload en het centrale register is toegankelijk voor het publiek |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Het centrale register, met de in stap 175 beschreven kenmerken, is volledig operationeel en de volledige reeks informatie in het kader van stap 175 wordt geüpload (met inbegrip van informatie waaruit blijkt of de overheidsmiddelen (geheel of gedeeltelijk) steun van de Unie omvatten voor aanbestedingen onder of boven de nationale drempels voor overheidsopdrachten) en er wordt gewaarborgd dat het register verder wordt geüpload. Om aan dit vereiste te voldoen, worden de relevante overheidsinstanties in kennis gesteld van de ontwikkeling van de voor de gegevensverstrekking vereiste applicatie en het toepasselijke model voor gegevensverstrekking, krijgen de betrokken overheidsinstanties informatie over de openbaar te maken data. De eerste verstrekking van gegevens vindt continu plaats vanaf de ingebruikneming van de aanvraag. De mijlpaal wordt geacht te zijn bereikt wanneer de overheidsinstanties alle relevante gegevens die in stap 175 zijn verstrekt, volledig in het centrale register hebben geüpload en het centrale register toegankelijk is voor het publiek met alle in stap 175 beschreven functies. |
||||
177 |
C9.R7 Ontwikkeling en uitvoering van een nationale strategie en actieplan voor corruptiebestrijding |
Mijlpaal |
Versterking van het corruptiebestrijdingskader in Hongarije door uitvoering van concrete acties in het kader van de nationale strategie voor corruptiebestrijding en een bijbehorend actieplan voor de periode 2020-2022 |
Uitvoering van specifieke acties in het kader van de nationale corruptiebestrijdingsstrategie en het bijbehorende actieplan voor 2020-2022 door de regering |
KWARTAAL 1 |
2023 |
De regering voert de acties nrs. 1, 2, 6, 3, 4a, 6b, 7a, 7b, 10, 16, 12, 13, 14, 15, 17 en 18 die voortvloeien uit Regeringsbesluit 1328/2020 (VI. 19.). |
||||
178 |
C9.R7 Ontwikkeling en uitvoering van een nationale strategie en actieplan voor corruptiebestrijding |
Mijlpaal |
Versterking van het corruptiebestrijdingskader in Hongarije door de invoering van een nieuwe nationale corruptiebestrijdingsstrategie en een bijbehorend actieplan |
Goedkeuring en aanvang van de uitvoering van de nieuwe nationale strategie voor corruptiebestrijding en het bijbehorende actieplan door de regering |
KWARTAAL 2 |
2023 |
De regering stelt een nieuwe nationale strategie voor corruptiebestrijding en een bijbehorend actieplan vast, met acties die in de periode van 1 juli 2023 tot en met 31 december 2025 zullen worden uitgevoerd en die worden opgesteld in overleg met de relevante belanghebbenden. De strategie en het actieplan worden opgesteld in samenwerking met de overeenkomstig mijlpaal 166 opgerichte taskforce voor corruptiebestrijding, op basis van beleidsadvies van de OESO, na uitgebreid overleg met nationale en internationale belanghebbenden, waaronder de Commissie en Greco, en in dialoog met belanghebbenden over de opname van hun aanbevelingen. De nationale strategie voor corruptiebestrijding bouwt voort op en is consistent met de strategie in het kader van mijlpaal 220. De belangrijkste prioriteit is het doeltreffend verbeteren van de mechanismen voor het voorkomen, opsporen en corrigeren van fraude en corruptie (ook in het systeem voor overheidsopdrachten) en het versterken van het systeem voor de aanpak van de risico’s van belangenconflicten. Zij besteedt bijzondere aandacht aan de versterking van het institutionele en normatieve kader voor de bestrijding van corruptie op hoog niveau door de transparantie van de werkzaamheden van overheidsinstanties te vergroten (ook op hoog politiek niveau). Zij zorgt voor een coherente uitvoering van fraude- en anticorruptiemaatregelen voor zowel de nationale als de financiële steun van de Unie. Het actieplan omvat ten minste de volgende specifieke acties: I) versterking van de bestrijding van corruptie; II) versterking van de administratieve controleprocedures die losstaan van onderzoeken door rechtshandhavingsinstanties (met inbegrip van de verificatie-, controle- en sanctiemechanismen) met betrekking tot vermogensaangiften; het ontwikkelen van efficiënte interne mechanismen om integriteitskwesties bij de overheid te bevorderen en onder de aandacht te brengen (onder meer door algemene opleiding voor alle personeelsleden en vertrouwelijke advisering voor hoger leidinggevend en politiek niveau; IV) het evalueren van de toepassing van de Code of Professional Ethics door het Hongaarse staatskorps en van de praktijken van lokale overheden om beste praktijken met betrekking tot contacten met lobbyisten en het voorkomen van belangenconflicten in kaart te brengen en te bevorderen; (V) het vaststellen, openbaar maken en beginnen met de toepassing van een gedragscode voor personen met topfuncties (zoals gedefinieerd door de Greco), met duidelijke richtsnoeren inzake integriteitskwesties (onder meer met betrekking tot a) contact met lobbyisten, b) beperkingen na uitdiensttreding [met betrekking tot de praktijk van „draaideurconstructies” tussen functies in de publieke en de particuliere sector] en c) het dienstverband van familieleden en de bevordering van werkgelegenheid [nepotisme]); VI) met een onmiddellijke termijn voor de uitvoering van eventuele resterende maatregelen die voortvloeien uit Regeringsbesluit 1328/2020 (VI. 19.) niet uiterlijk op 30 juni 2023 uitgevoerd. Punt ii) omvat specifieke maatregelen voor de invoering van een doeltreffende, evenredige en voldoende afschrikkende sanctieregeling (met inbegrip van zowel strafrechtelijke als administratieve sancties) met betrekking tot ernstige schendingen in verband met de verplichtingen van personen die onderworpen zijn aan de regels inzake vermogensverklaringen. De mijlpaal wordt geacht te zijn bereikt zodra de regering de strategie en het actieplan vaststelt en openbaar maakt na bestudering van de aanbevelingen van de taskforce voor corruptiebestrijding inzake corruptiepreventie (mijlpaal 166) op basis van een ontwerp dat haar vooraf ter beschikking is gesteld. |
||||
179 |
C9.R7 Ontwikkeling en uitvoering van een nationale strategie en actieplan voor corruptiebestrijding |
Mijlpaal |
Versterking van het kader voor corruptiebestrijding in Hongarije door de effectieve uitvoering van de acties van de nieuwe nationale strategie voor corruptiebestrijding en het bijbehorende actieplan te beoordelen |
Goedkeuring en publicatie van een verslag over de uitvoering van de acties in het actieplan |
KWARTAAL 1 |
2026 |
De regering keurt een verslag goed waarin de uitvoering van de nieuwe nationale strategie voor corruptiebestrijding en de in het kader van het actieplan geplande maatregelen worden beoordeeld, en maakt dit verslag openbaar. |
||||
180 |
C9.R8 Verbetering van de samenwerkingssystemen van het Openbaar Ministerie om corruptiepraktijken aan te pakken. |
Mijlpaal |
Opzetten van een nieuw IT-systeem voor de behandeling van gevoelige documenten van het openbaar ministerie |
Het nieuwe IT-systeem voor de behandeling van gevoelige documenten, in overeenstemming met de beschrijvingen van het systeem, is volledig functioneel en operationeel en het Openbaar Ministerie is begonnen met het gebruik ervan. |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Op basis van een gedetailleerde beschrijving van het systeem wordt een nieuw IT-systeem opgezet voor de behandeling van gevoelige documenten die het administratieve werk en de informatie-uitwisseling ondersteunen en vergemakkelijken van ten minste zeven organisatorische eenheden die betrokken zijn bij vervolgingsonderzoeken. De mijlpaal wordt geacht te zijn bereikt zodra het IT-systeem, na de noodzakelijke proefrun van het IT-systeem en de opleiding voor het nodige personeel, volledig functioneel en operationeel is en geactiveerd (d.w.z. de zeven organisatorische eenheden die betrokken zijn bij vervolgingsonderzoeken zijn begonnen met het gebruik ervan). |
||||
181 |
C9.R8 Verbetering van de samenwerkingssystemen van het Openbaar Ministerie om corruptiepraktijken aan te pakken. |
Mijlpaal |
Opzetten van een nieuw IT-systeem voor de behandeling van dossiers van het openbaar ministerie |
Het nieuwe IT-systeem voor de behandeling van onderzoeksdossiers is, in overeenstemming met de beschrijvingen van het systeem, volledig functioneel en operationeel en het Openbaar Ministerie is begonnen met het gebruik ervan. |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Op basis van een gedetailleerde beschrijving van het systeem wordt een nieuw IT-systeem opgezet voor de behandeling van onderzoeksdossiers ter ondersteuning en facilitering van de administratieve werkzaamheden en informatie-uitwisseling van ten minste zeven organisatorische eenheden die betrokken zijn bij vervolgingsonderzoeken. De mijlpaal wordt geacht te zijn bereikt zodra het IT-systeem, na de noodzakelijke proefrun van het IT-systeem en de opleiding voor het nodige personeel, volledig functioneel en operationeel is en geactiveerd (d.w.z. de zeven organisatorische eenheden die betrokken zijn bij vervolgingsonderzoeken zijn begonnen met het gebruik ervan). |
||||
182 |
C9.R9 Verbetering van het bewustzijn met het oog op de afschaffing van foodrentebetalingen in de gezondheidszorg |
Mijlpaal |
Start van een bewustmakingscampagne over de aanvaardbaarheid van foodbetalingen in de gezondheidszorg |
Het contract met de contractant die de voorlichtingscampagne uitvoert, wordt ondertekend en de campagne is gestart |
|
|
|
KWARTAAL 4 |
2022 |
Er wordt een gedetailleerd campagneprogramma opgesteld om ervoor te zorgen dat de bewustmakingscampagne over de aanvaardbaarheid van foodbetalingen in de gezondheidszorg doeltreffend is en de meerderheid van de burgers bereikt. Het gedetailleerde campagneprogramma wordt goedgekeurd en het contract voor de uitvoering van dat campagneprogramma met de uitvoerende contractant wordt ondertekend door de nationale beschermingsdienst. De nationale beschermingsdienst kondigt officieel de start van de bewustmakingscampagne aan. |
|
183 |
C9.R9 Verbetering van het bewustzijn met het oog op de afschaffing van foodrentebetalingen in de gezondheidszorg |
Mijlpaal |
Tussentijdse beoordeling van de eerste resultaten van de bewustmakingscampagne over de aanvaardbaarheid van foodbetalingen in de gezondheidszorg |
Afronding van een tussentijdse beoordeling van de eerste resultaten van de bewustmakingscampagne |
KWARTAAL 3 |
2023 |
Opstelling en goedkeuring van een tussentijds evaluatieverslag over de eerste resultaten van de bewustmakingscampagne, waarin de geleerde lessen, het aantal bereikte burgers, de verandering in de perceptie van de burgers ten aanzien van de aanvaardbaarheid van foodbetalingen in de gezondheidszorg ten opzichte van de situatie vóór de start van de bewustmakingscampagne in kaart worden gebracht. |
||||
184 |
C9.R9 Verbetering van het bewustzijn met het oog op de afschaffing van foodrentebetalingen in de gezondheidszorg |
Doel |
Aantal burgers bereikt door de voltooide bewustmakingscampagne |
|
Aantal |
0 |
5 000 000 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Het streefdoel wordt geacht te zijn bereikt wanneer het eindverslag van de campagne door de nationale beschermingsdienst wordt aanvaard en de belangrijkste resultaten ervan openbaar worden gemaakt, met inbegrip van het aantal burgers dat door de campagne is bereikt (ten minste 5 000 000), zoals gevalideerd door een onafhankelijke enquête en uiteengezet in het aanvaarde campagneverslag, waarin ook de gebruikte campagne-instrumenten, de bereikte doelgroepen en een analyse van de gedragsverandering onder de burgers als gevolg van de bewustmakingscampagne over de uitroeiing van omkoping op gezondheidsgebied worden beschreven. |
|
185 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder voor aanbestedingen die met steun van de Unie worden gefinancierd, bedraagt niet meer dan 15 %. |
% |
16 |
15 |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Het aandeel openbare aanbestedingsprocedures — die betrekking hebben op aanbestedingsprocedures met een geraamde waarde boven en onder de drempels voor overheidsopdrachten van de EU — die tussen 1 januari 2022 en ten minste 31 december 2022 met één inschrijving zijn afgesloten, voor aanbestedingen die ten minste gedeeltelijk met steun van de Unie worden gefinancierd, bedraagt minder dan 15 %, gemeten volgens de methode van het scorebord van de eengemaakte markt. In een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van EUTAF wordt bevestigd dat het aandeel van één bod — berekend volgens de hierboven beschreven methode — minder dan 15 % bedraagt. |
||
186 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel aanbestedingsprocedures met één inschrijving voor uit nationale middelen gefinancierde aanbestedingen mag niet meer bedragen dan 32 %. |
% |
36 |
32 |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Het aandeel openbare aanbestedingsprocedures — die betrekking hebben op aanbestedingsprocedures met een geraamde waarde boven en onder de drempels voor overheidsopdrachten van de EU — die tussen 1 januari 2022 en ten minste 31 december 2022 zijn afgesloten met één enkele inschrijving voor aanbestedingen die uitsluitend uit nationale middelen worden gefinancierd, bedraagt minder dan 32 %, gemeten volgens de methode van het scorebord van de eengemaakte markt. In een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van EUTAF wordt bevestigd dat het aandeel van één bod — berekend volgens de hierboven beschreven methode — minder dan 32 % bedraagt. |
||
187 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder voor aanbestedingen die met steun van de Unie worden gefinancierd, bedraagt niet meer dan 15 %. |
|
% |
15 |
15 |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Het aandeel openbare aanbestedingsprocedures — die betrekking hebben op aanbestedingsprocedures met een geraamde waarde boven en onder de drempels voor overheidsopdrachten van de EU — die tussen 1 januari 2023 en 31 december 2023 zijn afgesloten met één inschrijving voor aanbestedingen en die ten minste gedeeltelijk met steun van de Unie worden gefinancierd, bedraagt minder dan 15 %, gemeten volgens de methode van het scorebord van de eengemaakte markt. In een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van EUTAF wordt bevestigd dat het aandeel van één bod — berekend volgens de hierboven beschreven methode — minder dan 15 % bedraagt. |
|
188 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel aanbestedingsprocedures met één inschrijving voor uit nationale middelen gefinancierde aanbestedingen mag niet meer bedragen dan 24 %. |
|
% |
32 |
24 |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Het aandeel openbare aanbestedingsprocedures — die betrekking hebben op aanbestedingsprocedures met een geraamde waarde boven en onder de drempels voor overheidsopdrachten van de EU — die tussen 1 januari 2023 en 31 december 2023 zijn afgesloten met één enkele inschrijving voor aanbestedingen die uitsluitend uit nationale middelen worden gefinancierd, bedraagt minder dan 24 %, gemeten volgens de methode van het scorebord van de eengemaakte markt. In een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van EUTAF wordt bevestigd dat het aandeel van één bod — berekend volgens de hierboven beschreven methode — minder dan 24 % bedraagt. |
|
189 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder voor aanbestedingen die met steun van de Unie worden gefinancierd, bedraagt niet meer dan 15 %. |
|
% |
15 |
15 |
KWARTAAL 1 |
2025 |
Het aandeel openbare aanbestedingsprocedures — die betrekking hebben op aanbestedingsprocedures met een geraamde waarde boven en onder de drempels voor overheidsopdrachten van de EU — die tussen 1 januari 2024 en 31 december 2024 zijn afgesloten met één inschrijving voor aanbestedingen die ten minste gedeeltelijk met steun van de Unie worden gefinancierd, bedraagt minder dan 15 %, gemeten volgens de methode van het scorebord van de eengemaakte markt. In een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van EUTAF wordt bevestigd dat het aandeel van één bod — berekend volgens de hierboven beschreven methode — minder dan 15 % bedraagt. |
|
190 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel aanbestedingsprocedures met één inschrijving voor uit nationale middelen gefinancierde aanbestedingen mag niet meer bedragen dan 15 %. |
|
% |
24 |
15 |
KWARTAAL 1 |
2025 |
Het aandeel aanbestedingsprocedures voor overheidsopdrachten — die zowel boven als onder de drempels voor overheidsopdrachten van de EU vallen — die tussen 1 januari 2024 en 31 december 2024 zijn afgesloten met één inschrijving voor aanbestedingen die uitsluitend uit nationale middelen worden gefinancierd, bedraagt minder dan 15 %, gemeten volgens de methode van het scorebord van de eengemaakte markt. In een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van EUTAF wordt bevestigd dat het aandeel van één bod — berekend volgens de hierboven beschreven methode — minder dan 15 % bedraagt. |
|
191 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder voor aanbestedingen die met steun van de Unie worden gefinancierd, bedraagt niet meer dan 15 %. |
% |
15 |
15 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Het aandeel openbare aanbestedingsprocedures — die betrekking hebben op aanbestedingsprocedures met een geraamde waarde boven en onder de drempels voor overheidsopdrachten van de EU — die tussen 1 januari 2025 en 31 december 2025 zijn afgesloten met één inschrijving voor aanbestedingen die ten minste gedeeltelijk met steun van de Unie worden gefinancierd, bedraagt minder dan 15 %, gemeten volgens de methode van het scorebord van de eengemaakte markt. In een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van EUTAF wordt bevestigd dat het aandeel van één bod — berekend volgens de hierboven beschreven methode — minder dan 15 % bedraagt. |
||
192 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel aanbestedingsprocedures met één inschrijving voor uit nationale middelen gefinancierde aanbestedingen mag niet meer bedragen dan 15 %. |
|
% |
15 |
15 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Het aandeel openbare aanbestedingsprocedures — die betrekking hebben op aanbestedingsprocedures met een geraamde waarde boven en onder de drempels voor overheidsopdrachten van de EU — die tussen 1 januari 2025 en 31 december 2025 zijn afgesloten met één enkele inschrijving voor aanbestedingen die uitsluitend uit nationale middelen worden gefinancierd, bedraagt minder dan 15 %, gemeten volgens de methode van het scorebord van de eengemaakte markt. In een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van EUTAF wordt bevestigd dat het aandeel van één bod — berekend volgens de hierboven beschreven methode — minder dan 15 % bedraagt. |
|
193 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder voor aanbestedingen die met steun van de Unie worden gefinancierd, bedraagt niet meer dan 15 %. |
% |
15 |
15 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het aandeel openbare aanbestedingsprocedures — die betrekking hebben op aanbestedingsprocedures met een geraamde waarde boven en onder de drempels voor overheidsopdrachten van de EU — die tussen 1 januari 2026 en 31 maart 2026 zijn afgesloten met één inschrijving voor aanbestedingen die ten minste gedeeltelijk met steun van de Unie worden gefinancierd, bedraagt minder dan 15 %, gemeten volgens de methode van het scorebord van de eengemaakte markt. In een goedkeurend auditverslag van EUTAF wordt bevestigd dat het aandeel van de afzonderlijke biedingen — berekend volgens de bovenstaande methode — minder dan 15 % bedraagt. |
||
194 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel aanbestedingsprocedures met één inschrijving voor uit nationale middelen gefinancierde aanbestedingen mag niet meer bedragen dan 15 %. |
|
% |
15 |
15 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het aandeel openbare aanbestedingsprocedures — die betrekking hebben op aanbestedingsprocedures met een geraamde waarde boven en onder de drempels voor overheidsopdrachten van de EU — die tussen 1 januari 2026 en 31 maart 2026 zijn afgesloten met één enkele inschrijving voor aanbestedingen die uitsluitend uit nationale middelen worden gefinancierd, bedraagt minder dan 15 %, gemeten volgens de methode van het scorebord van de eengemaakte markt. In een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van EUTAF wordt bevestigd dat het aandeel van één bod — berekend volgens de hierboven beschreven methode — minder dan 15 % bedraagt. |
|
195 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Mijlpaal |
Opzetten van een monitoring- en rapportage-instrument („rapportage-instrument met één bieder”) voor het monitoren en rapporteren van overheidsopdrachten die zijn afgesloten met één offerte die met steun van de Unie of uit nationale middelen wordt gefinancierd, overeenkomstig de methodologie van het scorebord van de eengemaakte markt |
Het monitoring- en rapportage-instrument is volledig functioneel en operationeel en de functionaliteiten ervan worden gecontroleerd overeenkomstig de methodologie van het scorebord van de eengemaakte markt. |
KWARTAAL 3 |
2022 |
Vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het herstel- en veerkrachtplan ontwikkelt het ministerie dat verantwoordelijk is voor het systeem voor overheidsopdrachten een nieuw monitoring- en rapportage-instrument („rapportage-instrument met één bieder”) voor het afzonderlijk meten van het aandeel aanbestedingsprocedures die zijn afgesloten met één inschrijving — met een geraamde waarde boven en onder de drempels voor overheidsopdrachten van de EU — die worden gefinancierd met steun van de Unie of met nationale middelen, of beide, in overeenstemming met de methodologie van het scorebord van de eengemaakte markt. De mijlpaal wordt geacht te zijn bereikt wanneer in een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van de auditautoriteit (EUTAF) wordt bevestigd dat het monitoring- en rapportage-instrument volledig functioneel en operationeel is, dat de functies ervan in overeenstemming zijn met de methodologie van het scorebord van de eengemaakte markt en dat de gegevens (met uitzondering van geografische aanduidingen) in het systeem dat voor monitoring en rapportage wordt gebruikt, nauwkeurig en volledig zijn, ook voor referentiewaarden. |
||||
196 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Mijlpaal |
Eerste verslag op basis van het „rapportage-instrument met één bieder” wordt beschikbaar gesteld. |
Het eerste verslag op basis van informatie uit het gemeenschappelijke rapportage-instrument wordt openbaar gemaakt. |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Het eerste schriftelijke verslag op basis van informatie van het ene verslagleggingsinstrument (opgezet en geëxploiteerd overeenkomstig mijlpaal 195), met inbegrip van absolute cijfers en aandelen, geografische aanduidingen en de identificatie van diensten en producten, wordt opgesteld door het ministerie dat verantwoordelijk is voor overheidsopdrachten en wordt openbaar gemaakt op de EPS-website. In het verslag wordt ook bevestigd dat het enige rapportage-instrument is bijgewerkt om er ook gegevens over geografische aanduidingen in op te nemen en dat deze functionaliteiten volledig functioneel en operationeel zijn en beschikbaar zijn voor het publiek. Er worden passende procedures ingevoerd om ervoor te zorgen dat jaarverslagen voor de daaropvolgende jaren op basis van informatie uit het ene verslagleggingsinstrument worden opgesteld en openbaar worden gemaakt. |
||||
197 |
C9.R11 Ontwikkeling van het elektronische systeem voor overheidsopdrachten (EPS) om de transparantie te vergroten |
Mijlpaal |
De EPS-functies die de gestructureerde zoekopdracht en de massale uitvoer van gegevens van aankondigingen van gegunde opdrachten mogelijk maken, zijn beschikbaar voor het publiek |
De EPS die met de nieuwe functies is geüpgraded, is volledig operationeel en toegankelijk voor het publiek. |
|
KWARTAAL 3 |
2022 |
Vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het herstel- en veerkrachtplan worden de functies van het elektronisch systeem voor overheidsopdrachten (EPS) voor gestructureerde, machineleesbare zoekopdrachten (ook door Booleaanse zoekoperatoren) en bulkexport van alle gegevens van aankondigingen van gegunde opdrachten met bedrijfsidentificatienummers (met inbegrip van de namen van elk individueel lid van een consortium en — in een vrijetekstformaat — ook de namen van onderaannemers) volledig functioneel en operationeel gemaakt. Deze zoek- en exportfuncties van de EPS maken het mogelijk gegevens te verzamelen, te filteren en te vergelijken tussen aankondigingen van gegunde opdrachten en met betrekking tot verschillende onderwerpen van overheidsopdrachten, met inbegrip van informatie uit verschillende soorten aankondigingen van gegunde opdrachten. Er wordt een regelmatig bijgewerkte (ten minste driemaandelijkse) databank opgezet en gepubliceerd in de EPS, die informatie bevat over alle aankondigingen van gegunde overheidsopdrachten in gestructureerde vorm, die geschikt is om machinaal te worden verwerkt. Alle marktdeelnemers in de databank, met inbegrip van leden van consortia, moeten identificeerbaar zijn aan de hand van een unieke identificatiecode (fiscaal nummer). De databank wordt ter beschikking gesteld van het publiek. De gepubliceerde databank is voor iedereen toegankelijk en downloadbaar vanaf de EPS-homepage, zonder registratie en kosteloos. De mijlpaal wordt geacht te zijn bereikt wanneer na een proefrun de nieuwe functies worden geactiveerd en de gegevens beschikbaar en toegankelijk zijn voor het publiek via de nieuwe functies op de EPS-homepage. |
|||
198 |
C9.R11 Ontwikkeling van het elektronische systeem voor overheidsopdrachten (EPS) om de transparantie te vergroten |
Mijlpaal |
De EPS-functies waarmee alle gegevens over onderaannemers gestructureerd kunnen worden doorzocht en in grote hoeveelheden worden geëxporteerd, is beschikbaar voor het publiek |
De verbeterde EPS met de nieuwe functionaliteit waarmee alle informatie over onderaannemers in grote hoeveelheden kan worden geëxporteerd, is volledig operationeel en toegankelijk voor het publiek. |
|
KWARTAAL 4 |
2022 |
De functies van de EPS die het mogelijk maken alle informatie over onderaannemers in grote hoeveelheden uit te voeren en te zoeken, zijn volledig operationeel en operationeel vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het herstel- en veerkrachtplan. De mijlpaal wordt bereikt zodra, na een proefrun, de nieuwe functie is geactiveerd en de gegevens beschikbaar en toegankelijk zijn voor het publiek via de nieuwe functies op de EPS-homepage. |
|||
199 |
C9.R11 Ontwikkeling van het elektronische systeem voor overheidsopdrachten (EPS) om de transparantie te vergroten |
Mijlpaal |
De EPS-functies waarmee de gegevens van aankondigingen van gegunde opdrachten vanaf 1 januari 2014 gestructureerd kunnen worden doorzocht en massaal kunnen worden geëxporteerd, zijn toegankelijk voor het publiek. |
Alle gegevens in verband met aankondigingen van gegunde opdrachten vanaf 1 januari 2014 worden beschikbaar gesteld voor zoekopdrachten en bulkexport in het EPS-systeem. |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Alle in stap 197 bedoelde gegevens met betrekking tot aankondigingen van gegunde opdrachten met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2014 worden in de EPS beschikbaar gesteld voor bevraging en bulkuitvoer, en toegankelijk gemaakt voor het publiek, in overeenstemming met de in de mijlpalen 197 en 198 vastgestelde criteria. De mijlpaal wordt geacht te zijn bereikt wanneer de desbetreffende gegevens beschikbaar en toegankelijk zijn voor het publiek op de EPS-homepage. |
||||
200 |
C9.R12 Kader voor prestatiemeting voor overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Opzetten van een kader voor prestatiemeting bij overheidsopdrachten |
Goedkeuring van een regeringsbesluit betreffende het opzetten van een kader voor prestatiemeting ter beoordeling van de efficiëntie en kosteneffectiviteit van overheidsopdrachten en de redenen voor de beperkte concurrentie in de sectoren die het zwaarst worden getroffen door lage concurrentie |
KWARTAAL 3 |
2022 |
Vaststelling van een regeringsbesluit vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht, waarbij een kader voor prestatiemeting wordt opgezet om de efficiëntie en kosteneffectiviteit van overheidsopdrachten te beoordelen, met effectieve betrokkenheid van onafhankelijke niet-gouvernementele organisaties en onafhankelijke deskundigen op het gebied van overheidsopdrachten. In het besluit worden ten minste i) de selectiecriteria voor de betrokkenheid van onafhankelijke niet-gouvernementele organisaties vastgesteld, die dezelfde zijn als die welke in het kader van mijlpaal 201 zijn vastgesteld; II) de selectiecriteria voor onafhankelijke deskundigen op het gebied van overheidsopdrachten; III) de respectieve taken en rollen van de geselecteerde niet-gouvernementele organisaties en van de onafhankelijke deskundigen op het gebied van overheidsopdrachten; IV) een verbintenis voor de jaarlijkse publicatie van de resultaten van het kader voor prestatiemeting; V) minimumeisen met betrekking tot de inhoud van het kader voor prestatiemeting. |
||||
201 |
C9.R12 Kader voor prestatiemeting voor overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een kader voor prestatiemeting van overheidsopdrachten |
Inwerkingtreding van een kader voor prestatiemeting ter beoordeling van de efficiëntie en kosteneffectiviteit van overheidsopdrachten en van de redenen voor de beperkte concurrentie in de sectoren die het zwaarst worden getroffen door een lage mate van concurrentie |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Inwerkingtreding vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, van een kader voor prestatiemeting dat wordt ontwikkeld met het doel regelmatig te worden gebruikt, in samenwerking met onafhankelijke niet-gouvernementele organisaties en onafhankelijke deskundigen op het gebied van overheidsopdrachten om de efficiëntie en kosteneffectiviteit van overheidsopdrachten en de mogelijke redenen voor en effecten van aanbestedingsprocedures die tot één inschrijving leiden, te beoordelen. Het kader voor prestatiemeting moet met name een jaarlijkse analyse mogelijk maken van i) het niveau van mislukte aanbestedingsprocedures en de redenen daarvoor, ii) het aandeel (gemeten aan de hand van zowel het aantal als de waarde) van de contracten die tijdens de uitvoering van de opdracht volledig worden opgezegd, iii) het aandeel van vertragingen bij de voltooiing van de opdracht, iv) het aandeel van kostenoverschrijdingen (met inbegrip van hun aandeel en volume), v) het aandeel van gegunde overheidsopdrachten waarin uitdrukkelijk rekening wordt gehouden met de volledige levenscyclus of levenscycluskosten, vi) het aandeel van succesvolle deelname van micro- en kleine ondernemingen aan overheidsopdrachten, per sector (op basis van CPV-afdelingen en -groepen); vii) de waarde van procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten met één inschrijver die afzonderlijk en/of uit steun van de Unie worden gefinancierd, en hoe die waarde zich verhoudt tot de totale waarde van de aanbestedingsprocedures die afzonderlijk en/of beide worden gefinancierd uit nationale middelen en steun van de Unie. De analyse wordt uitgevoerd door de verantwoordelijke afdeling van het ministerie dat verantwoordelijk is voor overheidsopdrachten, met volledige en daadwerkelijke betrokkenheid van geselecteerde onafhankelijke niet-gouvernementele organisaties en onafhankelijke deskundigen op het gebied van overheidsopdrachten. Het resultaat van die analyse wordt jaarlijks uiterlijk op 28 februari openbaar gemaakt op de website van het elektronische systeem voor overheidsopdrachten (EPS). Voor de analyse van deze en andere aangelegenheden die van belang zijn voor de markt voor overheidsopdrachten, zoals het soort aanbestedingsprocedure dat wordt gebruikt, omvat het kader voor prestatiemeting de definitie van relevante indicatoren en, voor zover relevant, steunt het op de gegevens die beschikbaar zijn in het rapportage-instrument met één inschrijving (mijlpaal 195) en wordt specifiek de betrokken diensten en producten, de betrokken sectoren en aanbestedende diensten geanalyseerd. De selectie van onafhankelijke niet-gouvernementele organisaties geschiedt op basis van een open, transparante en niet-discriminerende selectieprocedure op basis van objectieve criteria in verband met deskundigheid en verdienste. De selectiecriteria hebben betrekking op bewezen deskundigheid, professionele reputatie en voldoende lange controleerbare activiteiten op het gebied van overheidsopdrachten, alsmede onafhankelijkheid van de invloed van politieke partijen. De mijlpaal wordt geacht te zijn bereikt wanneer de gedetailleerde documentatie van het kader voor prestatiemeting en het jaarlijkse gebruik ervan — in overeenstemming met de bovenstaande beschrijving — door de regering is aanvaard, het desbetreffende overheidsbesluit in werking is getreden en het kader voor prestatiemeting is ontwikkeld in samenwerking met de geselecteerde onafhankelijke niet-gouvernementele organisaties en onafhankelijke deskundigen op het gebied van overheidsopdrachten, en volledig operationeel is. |
||||
202 |
C9.R12 Kader voor prestatiemeting voor overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Eerste jaarlijkse analyse in het kader van prestatiemeting bij overheidsopdrachten |
Publicatie van de eerste jaarlijkse analyse ter beoordeling van de efficiëntie en kosteneffectiviteit van overheidsopdrachten en de redenen voor de beperkte concurrentie in de sectoren die het zwaarst worden getroffen door de lage concurrentieniveaus voor het jaar 2022 |
KWARTAAL 1 |
2023 |
De verantwoordelijke afdeling van het ministerie dat verantwoordelijk is voor overheidsopdrachten voert de eerste jaarlijkse analyse uit overeenkomstig mijlpaal 201 voor het jaar 2022, met de effectieve en volledige betrokkenheid van geselecteerde onafhankelijke niet-gouvernementele organisaties en onafhankelijke deskundigen op het gebied van overheidsopdrachten, en de resultaten van die beoordeling worden openbaar gemaakt op de website van het elektronische systeem voor overheidsopdrachten (EPS). Er worden passende procedures ingevoerd om ervoor te zorgen dat de jaarlijkse analyses voor de volgende jaren worden opgesteld en openbaar worden gemaakt. |
||||
203 |
C9.R13 Actieplan ter verhoging van de concurrentie bij overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Goedkeuring van een actieplan om de concurrentie bij overheidsopdrachten te vergroten |
Publicatie van het door de regering goedgekeurde actieplan |
KWARTAAL 1 |
2023 |
De regering stelt een alomvattend actieplan vast en maakt dit openbaar om het concurrentieniveau bij overheidsopdrachten te verbeteren. De acties in het actieplan zijn gebaseerd op: (I) een beoordeling van goede praktijken ter bevordering van de mededinging op het gebied van overheidsopdrachten (rekening houdend met alle informatie die voortvloeit uit relevante corrigerende maatregelen uit hoofde van Verordening (EU, Euratom) 2020/2092 en de handhaving van Regeringsdecreet 63/2022 (II). 28.)); II) de eerste resultaten van het kader voor prestatiemeting (mijlpaal 201) en op basis daarvan opgestelde voorstellen om de mededinging bij overheidsopdrachten te bevorderen; en iii) de beschikbare bevindingen, besluiten en aanbevelingen van de „verslagen over de integriteit van overheidsopdrachten” van de integriteitsautoriteit (mijlpaal 161) die relevant zijn voor mededinging op het gebied van overheidsopdrachten. Acties op basis van punt iii) moeten de integriteitscontroles bij overheidsopdrachten bevorderen en doeltreffend maken. Het actieplan moet: I) specifieke en meetbare doelstellingen vast te stellen die elk jaar moeten worden bereikt; II) maatregelen vast te stellen die relevant zijn voor de verwezenlijking van de daarmee verband houdende doelstellingen; vaststelling van precieze termijnen voor de uitvoering van de maatregelen en toewijzing van relevante indicatoren voor elke maatregel om de voortgang van de uitvoering ervan te monitoren; IV) de relevante autoriteit of instelling aanwijzen die verantwoordelijk is voor de uitvoering van elke maatregel; (V) een monitoringmechanisme in te stellen om de vooruitgang bij de verwezenlijking van de doelstellingen van het actieplan te beoordelen; VI) een specifieke bepaling op te nemen om het actieplan jaarlijks te evalueren en zo nodig te herzien; VII) ervoor zorgen dat een jaarlijkse stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van de acties in het actieplan of de herzieningen ervan onverwijld openbaar wordt gemaakt. De inhoud van de acties kan leiden tot een wijziging van het rechtskader en tot wijzigingen in de praktijken op het gebied van overheidsopdrachten, zoals de toegepaste standaardvoorwaarden of contractbepalingen. |
||||
204 |
C9.R13 Actieplan ter verhoging van de concurrentie bij overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Herziening van het actieplan om de concurrentie bij overheidsopdrachten te vergroten na de eerste jaarlijkse evaluatie ervan |
Eerste jaarlijkse herziening van het actieplan wordt goedgekeurd en openbaar gemaakt |
KWARTAAL 1 |
2024 |
De regering keurt het herziene actieplan goed en maakt dit openbaar na de eerste jaarlijkse evaluatie, de resultaten van de evaluatie en een document waarin de stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van elk van de maatregelen in het actieplan wordt uiteengezet. In het herziene actieplan wordt duidelijk en gedetailleerd aangegeven welke maatregelen moeten worden genomen (en door welke autoriteit) om de niet-uitgevoerde acties uit te voeren en wordt rekening gehouden met de bevindingen, besluiten en aanbevelingen van de integriteitsautoriteit (indien relevant om de concurrentie bij overheidsopdrachten te vergroten). |
||||
205 |
C9.R14 Opleidingsprogramma en steunregeling voor aanbestedingen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Mijlpaal |
Opzetten van een opleidingsprogramma om de deelname van micro-, kleine en middelgrote ondernemingen aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Start van de regeling |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Opzetten van een opleidingsprogramma met de capaciteit om gratis opleidingen aan te bieden aan ten minste 2 200 micro-, kleine en middelgrote ondernemingen (met bijzondere aandacht voor micro- en kleine ondernemingen) op basis van nieuw ontwikkelde opleidingen en e-learningmateriaal. De ontwikkeling van het opleidingsprogramma wordt gecoördineerd door het ministerie dat verantwoordelijk is voor overheidsopdrachten. De opleidingen bieden de belangrijkste theoretische en praktische informatie over hoe micro-, kleine en middelgrote ondernemingen zich met succes kunnen voorbereiden op en kunnen deelnemen aan openbare aanbestedingsprocedures. Het opleidingsmateriaal omvat met name het doeltreffende gebruik van rechtsmiddelen en de specifieke kenmerken die zich bij de uitvoering van een overheidsopdracht voordoen. Er moet voor worden gezorgd dat het aantal deelnemers aan opleidingen van één enkele onderneming wordt beperkt. Er wordt een onlineregistratiemechanisme opgezet voor de opleidingssessies en voor toegang tot e-learningcursussen. Er wordt voor gezorgd dat de deelname wordt gemonitord met behulp van inloggegevens van het onlinesysteem en testvragen die tijdens de sessies moeten worden beantwoord. Het ministerie dat verantwoordelijk is voor overheidsopdrachten zorgt er ook voor dat geïnteresseerde micro-, kleine en middelgrote ondernemingen zich ook voor e-mailberichten over komende opleidingssessies kunnen registreren met details over de inhoud van de cursus en het registratieproces. Er moet voor worden gezorgd dat i) de deelname van micro-, kleine en middelgrote ondernemingen voortdurend wordt gemonitord, ii) een databank van deelnemers wordt bijgehouden, iii) er een follow-upmechanisme wordt opgezet dat alle deelnemers in staat stelt feedback te geven over de efficiëntie en het nut van de opleidingen en het opleidingsmateriaal. |
||||
206 |
C9.R14 Opleidingsprogramma en steunregeling voor aanbestedingen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Doel |
Aantal micro-, kleine en middelgrote ondernemingen dat een opleiding op het gebied van openbare aanbestedingen heeft gevolgd |
Aantal |
0 |
1 000 |
KWARTAAL 1 |
2024 |
De doelstelling wordt geacht te zijn bereikt wanneer vertegenwoordigers van ten minste 1 000 micro-, kleine en middelgrote ondernemingen ten minste één van de opleidingen of e-learningcursussen met succes hebben voltooid, zoals geverifieerd door de opleidings- of e-learninglogbestanden in het kader van de opleidingsregeling overeenkomstig de vereisten van stap 205. |
||
207 |
C9.R14 Opleidingsprogramma en steunregeling voor aanbestedingen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Doel |
Cumulatief aantal micro-, kleine en middelgrote ondernemingen dat een opleiding op
het gebied van overheidsopdrachten heeft gevolgd
|
Aantal |
1 000 |
2 200 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De doelstelling wordt geacht te zijn bereikt wanneer vertegenwoordigers van ten minste 1 200 extra micro-, kleine en middelgrote ondernemingen (d.w.z. in totaal 2 200 micro-, kleine en middelgrote ondernemingen) ten minste één van de opleidingen of e-learningcursussen met succes hebben voltooid, zoals geverifieerd door de opleidings- of e-learninglogboeken in het kader van de opleidingsregeling overeenkomstig de vereisten van stap 205. |
||
208 |
C9.R14 Opleidingsprogramma en steunregeling voor aanbestedingen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Mijlpaal |
Evaluatie van de opleidingsregeling om de deelname van micro-, kleine en middelgrote ondernemingen aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Het eindevaluatieverslag wordt openbaar gemaakt. |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Er wordt een eindevaluatieverslag openbaar gemaakt waarin de doeltreffendheid en doelmatigheid van de opleidingsmaatregel worden geëvalueerd, met name door i) de resultaten van de opleidingsregeling te beoordelen, ii) de geleerde lessen en de wijze waarop toekomstige opleidingsprogramma’s kunnen worden verbeterd, en iii) de langetermijneffecten van de regeling op de deelname van met name micro- en kleine ondernemingen aan openbare aanbestedingsprocedures te evalueren. Bij de evaluatie wordt ook rekening gehouden met de feedback van de deelnemers aan de opleidingen die via het follow-upmechanisme zijn verzameld. |
||||
209 |
C9.R14 Opleidingsprogramma en steunregeling voor aanbestedingen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Mijlpaal |
Opzetten van een steunregeling ter compensatie van de kosten in verband met deelname aan overheidsopdrachten voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen |
Start van de regeling |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Er wordt een steunregeling ingevoerd die voorziet in een forfaitaire vergoeding — op basis van objectieve, niet-discriminerende en transparante selectiecriteria — die rechtstreeks aan micro-, kleine en middelgrote ondernemingen (met bijzondere aandacht voor micro- en kleine ondernemingen) moet worden betaald voor hun kosten in verband met hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures om hun deelname aan overheidsopdrachten te vergemakkelijken en hun toetredingsdrempels te verminderen. De financiële steun in het kader van de steunregeling dekt met name de kosten voor het inschakelen van een geaccrediteerde consultant op het gebied van overheidsopdrachten, maar dekt niet alle kosten van deelname aan een openbare aanbestedingsprocedure die door de betrokken onderneming worden gedragen. Alleen micro-, kleine en middelgrote ondernemingen komen in aanmerking voor de steun die i) een geldige inschrijving hebben ingediend in een openbare aanbestedingsprocedure (d.w.z. inschrijvers die een volledig aanbestedingsdossier voor een aanbestedingsprocedure hebben ingediend dat voldoet aan zowel de uitsluitings- als de selectiecriteria) en ii) die in de twaalf maanden voorafgaand aan de indiening van de inschrijving in de openbare aanbestedingsprocedure niet aan een andere aanbestedingsprocedure hebben deelgenomen. Het aantal steunaanvragen van een individuele onderneming wordt beperkt. |
||||
210 |
C9.R14 Opleidingsprogramma en steunregeling voor aanbestedingen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Mijlpaal |
Uitvoering van een tussentijdse evaluatie van de toegevoegde waarde en doeltreffendheid van de steunregeling |
Het definitieve evaluatieverslag voor de tussentijdse evaluatie wordt openbaar gemaakt. |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Een tussentijds evaluatieverslag over de toegevoegde waarde en de doeltreffendheid van de steunregeling wordt openbaar gemaakt. De evaluatie is met name gebaseerd op: I) belangstelling voor de financiële steun (deelname aan het programma), ii) het winningspercentage van micro-, kleine en middelgrote ondernemingen die aan het programma hebben deelgenomen aan openbare aanbestedingsprocedures en iii) feedback van micro-, kleine en middelgrote ondernemingen die steun hebben ontvangen. Bij de evaluatie wordt ook geanalyseerd in welke sectoren de deelnemende ondernemingen actief zijn en of deze overeenkomen met de sectoren waar de deelname van micro-, kleine en middelgrote ondernemingen over het algemeen laag is. In de tussentijdse evaluatie wordt geanalyseerd of ondernemingen in andere sectoren specifiek gericht zijn op specifieke communicatieactiviteiten om het programma onder de aandacht te brengen en of de uitvoering van het programma moet worden gewijzigd in het licht van de resultaten van de analyse. |
||||
211 |
C9.R14 Opleidingsprogramma en steunregeling voor aanbestedingen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Doel |
Aantal micro-, kleine en middelgrote ondernemingen dat forfaitaire steun heeft ontvangen voor compensatie van de kosten van overheidsopdrachten |
|
Aantal |
0 |
1 800 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De doelstelling wordt bereikt wanneer ten minste 1 800 ondernemingen die als inschrijvers deelnemen aan openbare aanbestedingen, een vergoeding hebben ontvangen voor hun kosten in het kader van de steunregeling overeenkomstig de vereisten van stap 209, zoals aangetoond door de officiële betalingen en boekhoudkundige bescheiden van de autoriteit die de steunregeling beheert. |
|
212 |
C9.R14 Opleidingsprogramma en steunregeling voor aanbestedingen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Mijlpaal |
Voltooiing van de eindevaluatie van de toegevoegde waarde en doeltreffendheid van de steunregeling |
Het eindevaluatieverslag wordt openbaar gemaakt. |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Een eindevaluatieverslag over de toegevoegde waarde en de doeltreffendheid van de steunregeling wordt openbaar gemaakt. De evaluatie is met name gebaseerd op i) belangstelling voor de financiële steun (deelname aan het programma), ii) het winningspercentage van micro-, kleine en middelgrote ondernemingen die hebben deelgenomen aan de steunregeling voor openbare aanbestedingen, en iii) feedback van micro-, kleine en middelgrote ondernemingen die steun hebben ontvangen. Bij de evaluatie wordt ook geanalyseerd in welke sectoren de deelnemende ondernemingen actief zijn en of deze overeenkomen met de sectoren waar de deelname van micro-, kleine en middelgrote ondernemingen over het algemeen laag is. |
||||
213 |
C9.R15 Versterking van de rol en de bevoegdheden van de Nationale Raad voor Justitie om een tegenwicht te bieden aan de bevoegdheden van de voorzitter van het Nationaal Bureau voor Justitie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen om de rol van de Nationale Raad voor Justitie te versterken zonder afbreuk te doen aan zijn onafhankelijkheid |
Bepaling in de wetswijzigingen waarin de inwerkingtreding ervan wordt aangegeven |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Voordat het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht wordt ingediend, treden wetswijzigingen in werking en worden zij toegepast om ervoor te zorgen dat de rol en de bevoegdheden van de Nationale Raad voor Justitie (NJC) worden versterkt om de bevoegdheden van de voorzitter van het Nationaal Bureau voor Justitie doeltreffend te compenseren. De wetswijzigingen: versterking van de bevoegdheden van de NJC, zodat zij haar constitutionele rol bij het toezicht op het centrale bestuur van de rechtbanken daadwerkelijk kan uitoefenen, met behoud van de onafhankelijkheid van de raad op basis van de verkiezing van zijn leden door rechters. Met betrekking tot individuele besluiten zorgen de wetswijzigingen ervoor dat de NJC een gemotiveerd bindend advies uitbrengt over de volgende aangelegenheden: de nietigverklaring, door de voorzitter van de Nationale Raad van Justitie, van procedures voor de benoeming van uitvoerende rechterlijke en rechterlijke functies wanneer er ten minste één in aanmerking komende kandidaat is die door de rechters van de betrokken rechterlijke instantie is ondersteund; de overplaatsing van rechters, met inbegrip van detacheringen, naar een andere rechtbank door de president van de nationale rechterlijke instantie als bedoeld in de artikelen 27, 27/A, 31 en 32 van Wet CLXII van 2011, met uitzondering van detacheringen naar de NGK; de afzetting, door de voorzitter van het nationaal bureau, van rechters zonder hun toestemming uit de pool van rechters die kennis nemen van bijzondere zaken, met inbegrip van bestuurszaken; de geschiktheid van kandidaten voor de functie van voorzitter en vicevoorzitter van het nationaal bureau, die kunnen worden voorgedragen door respectievelijk de president van de Republiek of de president van het nationaal bureau; de geschiktheidscriteria, waaronder onafhankelijkheid, onpartijdigheid, eerlijkheid en integriteit, worden bij wet vastgesteld. De wetswijzigingen zorgen ervoor dat de kandidaten die door de NJC ongeschikt worden bevonden, toegang hebben tot een versnelde rechterlijke toetsing bij de bevoegde rechter. Wat verordeningen betreft, zorgen de wetswijzigingen ervoor dat de NJC een gemotiveerd bindend advies uitbrengt over de volgende aangelegenheden: het puntensysteem voor de beoordeling van sollicitaties voor rechterlijke ambten binnen het wetgevingskader; de gedetailleerde voorwaarden voor de toekenning van bonussen en andere voordelen aan rechters en gerechtshoven; de regels betreffende het opleidingsstelsel voor rechters; het gegevensblad en de methoden voor de beoordeling van de werklast van rechters, alsmede de vaststelling van de „nationale werklast voor contentieuze en niet-contentieuze procedures, uitgesplitst naar gerechtelijk niveau en soort zaken”; het aantal rechtsprekende posten in elke rechtbank binnen het in de jaarlijkse begroting vastgestelde kader, met inbegrip van de Kúria, en hun diensten; het recht van de NJC vast te stellen op toegang tot alle documenten, informatie en gegevens (met inbegrip van persoonsgegevens) met betrekking tot het bestuur van de rechtbanken. Daarnaast wordt in de wetswijzigingen bepaald dat de NJC de structuur van het tweejaarlijkse verslag van de voorzitter van het NJO vaststelt; de NJC rechtsbevoegdheid en autonomie verlenen bij de uitbetaling van haar begroting en ervoor zorgen dat de NJC over voldoende middelen beschikt, waaronder personeel en kantoren, om haar taken op doeltreffende wijze uit te voeren. In de wetswijzigingen wordt ook bepaald dat, om hun taken in de NJC uit te voeren, de rechters-leden het recht hebben om van hun rechtsprekende taken te worden ontheven voor zover voorzitters van de regionale rechtbank (törvényszék) van hun rechtsprekende taak zijn ontheven. In de wetswijzigingen wordt bepaald dat rechters-leden van de NJC niet kunnen worden herkozen, behalve voor de volgende ambtstermijn, dat rechters-leden van de NJC uit hun midden de voorzitter van de NJC kiezen, en dat voorzitters en vicevoorzitters van rechtbanken als leden van de NJC niet deelnemen aan de beraadslaging en stemming over aangelegenheden die verband houden met hun administratieve activiteiten; de NJC het recht te geven zich tot de bevoegde rechtbank en het Grondwettelijk Hof te wenden om zijn prerogatieven te verdedigen en zijn rechten te doen gelden; een verplichting in te voeren om de NJC te raadplegen over wetgevingsvoorstellen die van invloed zijn op het rechtsstelsel en het recht om de regering voor te stellen nieuwe wetgeving over dezelfde aangelegenheden te initiëren; in de wet niet-discretionaire regels vast te stellen voor de aanwijzing van rechtbankvoorzitters ad interim door middel van een vooraf vastgestelde volgorde van standpunten binnen een rechtbank, en wel als volgt: I) bij afwezigheid van een voorzitter van de rechtbank worden de bevoegdheden van de voorzitter uitgeoefend door de vicevoorzitter; II) bij afwezigheid van een vicevoorzitter worden de bevoegdheden van de president uitgeoefend door het hoofd van een afdeling van rechters met de langste ambtstermijn als rechter; III) bij afwezigheid van een afdelingshoofd worden de bevoegdheden van de voorzitter uitgeoefend door de voorzittende rechter met de langste ambtstermijn als rechter; verbieden dat rechters, na hun detachering, door de voorzitter van de NGK worden herplaatst in een hogere rechterlijke instantie dan het gerecht waar zij vóór hun detachering uitspraak hebben gedaan. |
||||
214 |
C9.R16 Versterking van de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht van het Hooggerechtshof (Kúria) |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wijzigingen ter versterking van de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht van het Hooggerechtshof |
Goedgekeurde en effectieve wijzigingen van de regels voor de verkiezing van de voorzitter van de Kúria, de regeling voor de toewijzing van zaken en de werking van de Kúria |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht: wetswijzigingen treden in werking en worden toegepast, waarbij de regels voor de verkiezing van de voorzitter van de Kúria worden gewijzigd om ervoor te zorgen dat: I) de kandidaten beschikken over ten minste vijf jaar ervaring als rechter; II) de voorzitter van de Kúria kan niet worden herkozen; III) de NJC geeft een gemotiveerd bindend advies over de geschiktheid van de kandidaten voor de functie van voorzitter van de Kúria, dat door de president van de Republiek kan worden voorgesteld. De geschiktheidscriteria, waaronder onafhankelijkheid, onpartijdigheid, eerlijkheid en integriteit, worden bij wet vastgesteld. De wetswijzigingen zorgen ervoor dat de kandidaten die door de NJC ongeschikt worden bevonden, toegang hebben tot een versnelde rechterlijke toetsing bij de bevoegde rechter; wetswijzigingen en andere wijzigingen van de regels inzake de regeling voor de toewijzing van zaken van de Kúria treden in werking en worden toegepast, waardoor wordt gewaarborgd dat: I) elektronisch ingediende zaken krijgen een zaaknummer zonder menselijke tussenkomst; II) zaken worden toegewezen aan kamers op basis van vooraf vastgestelde, objectieve criteria; III) de rechtsprekende formatie is samengesteld volgens een vooraf vastgesteld algoritme; IV) de partijen in de procedure op basis van het dossier kunnen nagaan of de regels inzake de toewijzing van zaken naar behoren zijn toegepast; V) de raad voor de rechtspraak van de Kúria en de betrokken afdelingen van rechters (hierna: „kollégium”) een bindend advies uitbrengen over de regeling voor de toewijzing van zaken; wetswijzigingen treden in werking en worden toegepast, waarbij de regels inzake de werking van de Kúria worden gewijzigd door: versterking van de bevoegdheden van de raad van justitie van de Kúria en de betrokken afdelingen van rechters („kollégium”), met name door ervoor te zorgen dat zij een bindend advies uitbrengen over kandidaten voor de post van voorzitters en vicevoorzitters van de afdelingen van rechters, voorzittende rechters en de secretaris-generaal van de Kúria; detacheringen bij de Kúria; het schrappen van de mogelijkheid voor leden van het Grondwettelijk Hof om rechters te worden en vervolgens in de Kúria te worden benoemd zonder de normale aanvraagprocedure te volgen; ervoor zorgen dat de NJC een gemotiveerd bindend advies uitbrengt over de geschiktheid van kandidaten voor de functie van vicevoorzitter van de Kúria, dat door de voorzitter van de Kúria kan worden voorgesteld. De geschiktheidscriteria, waaronder onafhankelijkheid, onpartijdigheid, eerlijkheid en integriteit, worden bij wet vastgesteld. De wetswijzigingen zorgen ervoor dat kandidaten die door de NJC ongeschikt worden bevonden, toegang hebben tot een versnelde rechterlijke toetsing bij de bevoegde rechter. ervoor zorgen dat de versterkte bevoegdheden van de NJC waarnaar in mijlpaal 213 wordt verwezen, ook gelden ten aanzien van de voorzitter van de Kúria wanneer hij optreedt als tot aanstelling bevoegd gezag (in overeenstemming met Wet CLXII van 2011). |
||||
215 |
C9.R17 Het wegnemen van belemmeringen voor prejudiciële verwijzingen naar het Hof van Justitie van de Europese Unie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen om belemmeringen voor prejudiciële verwijzingen naar het Hof van Justitie van de Europese Unie weg te nemen |
Bepaling in de wetswijzigingen waarin de inwerkingtreding ervan wordt aangegeven |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Voordat het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht wordt ingediend, treden wetswijzigingen in werking en worden zij toegepast om ervoor te zorgen dat: I) De artikelen 666 en volgende van het wetboek van strafvordering worden gewijzigd om de Kúria de mogelijkheid te ontnemen om de rechtmatigheid te toetsen van de beslissing van een rechter om zich tot het Hof van Justitie van de Europese Unie te wenden, en ii) artikel 490 van het wetboek van strafvordering inzake de schorsing van de procedure wordt gewijzigd om elke belemmering voor een rechterlijke instantie om overeenkomstig artikel 267 VWEU een prejudiciële verwijzing in te dienen, weg te nemen. |
||||
216 |
C9.R18 Hervorming betreffende de herziening van definitieve uitspraken door het Grondwettelijk Hof |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen om overheidsinstanties de mogelijkheid te ontnemen om definitieve beslissingen aan te vechten bij het Grondwettelijk Hof |
Bepaling in de wetswijzigingen waarin de inwerkingtreding ervan wordt aangegeven |
|
|
|
KWARTAAL 1 |
2023 |
Voordat het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht wordt ingediend, treden wetswijzigingen in werking en worden zij toegepast om ervoor te zorgen dat de in 2019 door wijziging van artikel 27 van Wet CLI van 2011 ingevoerde mogelijkheid voor overheidsinstanties om definitieve rechterlijke beslissingen van het Grondwettelijk Hof aan te vechten, wordt opgeheven. |
|
217 |
C9.R19 aangescherpte wettelijke bepalingen tot vaststelling van uitvoerings-, toezichts-, audit- en controleregelingen om een deugdelijk gebruik van de steun van de Unie te waarborgen |
Mijlpaal |
Wettelijk mandaat voor de uitvoering, audit en controle van het herstel- en veerkrachtplan |
Inwerkingtreding van het regeringsbesluit betreffende de rollen en verantwoordelijkheden van de instanties die betrokken zijn bij de uitvoering, audit en controle van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan |
KWARTAAL 3 |
2022 |
Inwerkingtreding van het regeringsbesluit tot vaststelling van het wettelijke mandaat voor de instanties die betrokken zijn bij de uitvoering, audit en controle van de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan in Hongarije vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het herstel- en veerkrachtplan. In het besluit worden ten minste de taken en verantwoordelijkheden van die instanties vastgesteld die moeten zorgen voor a) de verzameling en betrouwbaarheid van gegevens in verband met en het toezicht op de verwezenlijking van mijlpalen en streefdoelen; b) dat er gedetailleerde procedures voorhanden zijn voor het opstellen en betrouwbaar maken van beheersverklaringen, auditsamenvattingen en betalingsverzoeken; (c) de nodige procedures voor het verzamelen en opslaan van gegevens over eindontvangers, contractanten, subcontractanten en uiteindelijk begunstigden overeenkomstig artikel 22 van Verordening (EU) 2021/241 tot instelling van de herstel- en veerkrachtfaciliteit; d) dat de regels inzake belangenconflicten van toepassing zijn op alle personeelsleden die betrokken zijn bij de uitvoering, met inbegrip van voorbereidende handelingen, controle (met inbegrip van interne en externe beoordelaars in openbare aanbestedingsprocedures) en audit van het plan voor herstel en veerkracht, en op alle eindontvangers, aanbestedende diensten, contractanten, subcontractanten en adviesbureaus die betrokken zijn bij de voorbereiding en uitvoering van projecten; e) de regels inzake belangenconflicten hebben uitdrukkelijk betrekking op situaties waarin sprake is van familie- of vriendschap, politieke of nationale affiniteiten, economische belangen of andere directe of indirecte persoonlijke belangen die als een belangenconflict kunnen worden beschouwd overeenkomstig artikel 61 van Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 en de desbetreffende mededeling van de Commissie („Richtsnoeren voor het vermijden van en omgaan met belangenconflicten in het kader van het Financieel Reglement” [C 121/01]); f) dat alle onder d) bedoelde personen verplicht zijn per geval een verklaring af te geven dat zij geen belangenconflict hebben indien zij betrokken zijn bij de besluitvorming over individuele projecten (met name besluiten over subsidiabiliteit, risicobeoordeling, selectie van projecten, tussentijdse en definitieve controleprocedures, beheer van onregelmatigheden en auditgerelateerde besluiten), die gedurende ten minste 5 jaar worden opgeslagen; g) dat de waarheidsgetrouwheid van verklaringen inzake belangenconflicten regelmatig en doeltreffend wordt gecontroleerd en dat de resultaten van die controles gedurende ten minste vijf jaar worden bewaard; h) dat er regelmatig en doeltreffend toezicht wordt gehouden op personeel in gevoelige functies (zoals het omgaan met het beheer van onregelmatigheden, controles en risicobeoordeling) en dat de regelmatige roulatie van het personeel in die functies wordt gewaarborgd op basis van een methode die uiterlijk op 31 maart 2023 wordt toegepast; I) dat inschrijvers niet mogen deelnemen aan inschrijvingen in openbare aanbestedingsprocedures indien een voor hen relevant belangenconflict in die specifieke inschrijving is vastgesteld. |
||||
218 |
C9.R19 aangescherpte wettelijke bepalingen tot vaststelling van uitvoerings-, toezichts-, audit- en controleregelingen om een deugdelijk gebruik van de steun van de Unie te waarborgen |
Mijlpaal |
Wijziging van de wettelijke bepalingen betreffende de uitvoering, monitoring, controle en audit van de Europese structuur- en investeringsfondsen en de fondsen in het kader van Verordening (EU) 2021/1060 in Hongarije |
Bepaling in de regeringsbesluiten inzake de uitvoering, monitoring, controle en audit van de Europese structuur- en investeringsfondsen en de fondsen in het kader van Verordening (EU) 2021/1060 in Hongarije, met vermelding van de inwerkingtreding |
KWARTAAL 3 |
2022 |
Inwerkingtreding van de wijziging van de regeringsbesluiten tot regeling van de uitvoering, monitoring, controle en audit van de Europese structuur- en investeringsfondsen uit hoofde van Verordening (EU) nr. 1303/2013 en de fondsen uit hoofde van Verordening (EU) 2021/1060 in Hongarije vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het herstel- en veerkrachtplan. De wijzigingen waarborgen ten minste het volgende: a) invoering van regels en procedures die het voorkomen, opsporen en corrigeren van belangenconflicten efficiënter maken; b) dat de regels inzake belangenconflicten van toepassing zijn op al het personeel dat betrokken is bij de uitvoering, met inbegrip van voorbereidende handelingen, controle (met inbegrip van interne en externe beoordelaars in openbare aanbestedingsprocedures) en audit van de bovengenoemde middelen, en op alle begunstigden en eindontvangers, aanbestedende diensten, contractanten, subcontractanten en consultancybedrijven die betrokken zijn bij de voorbereiding en uitvoering van projecten; c) de regels inzake belangenconflicten hebben uitdrukkelijk betrekking op situaties waarin sprake is van familie- of vriendschap, politieke of nationale affiniteiten, economische belangen of andere directe of indirecte persoonlijke belangen die als een belangenconflict kunnen worden beschouwd overeenkomstig artikel 61 van Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 en de desbetreffende mededeling van de Commissie („Richtsnoeren voor het vermijden van en omgaan met belangenconflicten in het kader van het Financieel Reglement” [C 121/01]); d) dat alle onder b) bedoelde personen verplicht zijn per geval een verklaring af te geven dat zij geen belangenconflict hebben indien zij betrokken zijn bij de besluitvorming over individuele projecten (met name besluiten over subsidiabiliteit, risicobeoordeling, selectie van projecten, tussentijdse en definitieve controleprocedures, beheer van onregelmatigheden en auditgerelateerde besluiten), die gedurende ten minste vijf jaar worden bewaard; e) dat de waarheidsgetrouwheid van verklaringen inzake belangenconflicten regelmatig en doeltreffend wordt gecontroleerd en dat de resultaten van die controles gedurende ten minste vijf jaar worden bewaard; f) dat er regelmatig en doeltreffend toezicht wordt gehouden op personeel in gevoelige functies (zoals het omgaan met het beheer van onregelmatigheden, controles en risicobeoordeling) en dat de regelmatige roulatie van het personeel in die functies wordt gewaarborgd op basis van een methode die uiterlijk op 31 maart 2023 wordt toegepast; g) dat inschrijvers niet mogen deelnemen aan inschrijvingen in openbare aanbestedingsprocedures indien een belangenconflict is vastgesteld dat voor hen relevant is in die specifieke inschrijving. |
||||
219 |
C9.R19 aangescherpte wettelijke bepalingen tot vaststelling van uitvoerings-, toezichts-, audit- en controleregelingen om een deugdelijk gebruik van de steun van de Unie te waarborgen |
Mijlpaal |
Vaststelling en begin van de toepassing van richtsnoeren om te zorgen voor een doeltreffende preventie, opsporing en correctie van belangenconflicten voor het personeel van alle instanties die betrokken zijn bij de uitvoering, controle en audit van de steun van de Unie in Hongarije |
Begin van de toepassing van gedetailleerde richtsnoeren inzake belangenconflicten |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht worden uitgebreide richtsnoeren vastgesteld die de doeltreffende preventie, opsporing en correctie van belangenconflicten waarborgen overeenkomstig artikel 61 van Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 en de bijbehorende mededeling van de Commissie („Richtsnoeren voor het vermijden van en omgaan met belangenconflicten in het kader van het Financieel Reglement” [C 121/01]) en worden deze toegepast. De richtsnoeren bevatten gedetailleerde taken en verplichtingen voor elk van de instanties die betrokken zijn bij de uitvoering, het beheer en de controle van de steun van de Unie, met het oog op de doeltreffende preventie, opsporing, controle en correctie van belangenconflicten. |
||||
220 |
C9.R20 Een doeltreffende fraude- en corruptiebestrijdingsstrategie voor de uitvoering, audit en controle van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Zorgen voor doeltreffende preventie, opsporing en correctie van fraude en corruptie bij de uitvoering van de steun van de Unie door het opstellen en uitvoeren van een doeltreffende fraude- en corruptiebestrijdingsstrategie voor steun van de Unie |
Inwerkingtreding van een fraudebestrijdings- en corruptiebestrijdingsstrategie voor steun van de Unie |
KWARTAAL 3 |
2022 |
De regering stelt vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht een fraude- en corruptiebestrijdingsstrategie vast voor alle steun van de Unie, waarin i) de gedetailleerde rollen en verantwoordelijkheden worden uiteengezet van de verschillende entiteiten die betrokken zijn bij de uitvoering van financiële steun van de Unie in Hongarije met betrekking tot de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie; II) de beoordeling van de belangrijkste risico’s, factoren en praktijken van fraude, belangenconflicten en corruptie; en ervoor zorgen dat fraude en corruptie doeltreffend worden voorkomen, opgespoord en gecorrigeerd. |
||||
221 |
C9.R20 Een doeltreffende fraude- en corruptiebestrijdingsstrategie voor de uitvoering, audit en controle van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Zorgen voor doeltreffende preventie, opsporing en correctie van fraude en corruptie bij de uitvoering van de steun van de Unie door het opstellen en uitvoeren van een doeltreffend actieplan met betrekking tot de fraude- en corruptiebestrijdingsstrategie voor steun van de Unie |
Inwerkingtreding van een actieplan in verband met de fraude- en corruptiebestrijdingsstrategie voor steun van de Unie |
KWARTAAL 4 |
2022 |
De regering stelt vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht een actieplan vast met betrekking tot de fraude- en corruptiebestrijdingsstrategie voor alle steun van de Unie, waarin de taken en verantwoordelijkheden worden uiteengezet van de verschillende entiteiten die betrokken zijn bij de uitvoering van financiële steun van de Unie in Hongarije met betrekking tot de preventie, opsporing en correctie van fraude of corruptie. Het actieplan moet: I) duidelijke en alomvattende acties vast te stellen die zijn toegewezen aan elk van de doelstellingen van de fraudebestrijdings- en corruptiebestrijdingsstrategie; de vaststelling van duidelijke termijnen voor de uitvoering van elk van de acties; III) elk van de acties toewijzen aan een instantie die verantwoordelijk is voor de doeltreffende uitvoering ervan; IV) specifieke, meetbare en gerelateerde indicatoren vast te stellen om de vooruitgang bij de uitvoering van elk van de acties te meten; (V) passende regelingen vast te stellen voor de regelmatige evaluatie van de acties in het licht van bewijsmateriaal. |
||||
222 |
C9.R21 Volledig en doeltreffend gebruik van het Arachne-systeem voor alle steun van de Unie |
Mijlpaal |
Zorgen voor doeltreffende preventie, opsporing en correctie van fraude en corruptie bij de uitvoering van de steun van de Unie door middel van passende regelingen die een doeltreffend gebruik van het risicoscore-instrument Arachne waarborgen |
Beginnen met de toepassing van procedures die ervoor zorgen dat het risicoscore-instrument Arachne systematisch wordt gebruikt om fraude, corruptie, belangenconflicten en andere onregelmatigheden doeltreffend te voorkomen en op te sporen |
KWARTAAL 3 |
2022 |
Vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het herstel- en veerkrachtplan keurt de regering procedures goed en begint zij deze toe te passen met de voorwaarden voor het systematische en uitgebreide gebruik van alle functies van het risicoscore-instrument Arachne bij de uitvoering van het Hongaarse plan voor herstel en veerkracht en alle andere steun uit de Uniebegroting (met inbegrip van steun van de Unie uit de begrotingsperiode 2014-2020) om belangenconflicten, fraude, corruptie, dubbele financiering en andere onregelmatigheden doeltreffend te voorkomen en op te sporen. De procedures waarborgen dat: I) de betrokken nationale autoriteiten uploaden om de twee maanden alle gegevens voor de gegevensvelden die zijn vastgesteld in de toepasselijke EU-verordeningen met betrekking tot de uitvoering van steun van de Unie in het kader van om het even welke begrotingsperiode in het Arachne-systeem. Wat de Europese structuur- en investeringsfondsen van de begrotingsperiode 2014-2020 betreft, worden alle gegevensreeksen (met inbegrip van contractgegevens over eindontvangers, gedetailleerde contractanten/subcontractanten en uitgaven) die in de desbetreffende periode zijn verzameld, in het Arachne-systeem geüpload (met dien verstande dat het uploaden van gegevens over contractwijzigingen en aanvullingen, informatie over deskundigen die betrokken zijn bij de uitvoering van contracten en informatie over consortiumpartners vanaf 31 januari 2023 van start gaat); II) de relevante nationale autoriteiten zorgen voor een systematische, regelmatige en doeltreffende follow-up van de door het Arachne-systeem gegenereerde risicoscores — onder meer voor de verificatie vooraf van aanvragers — om belangenconflicten, fraude, corruptie, dubbele financiering en andere onregelmatigheden doeltreffend te voorkomen en op te sporen, en die instanties zijn verplicht rekening te houden met die resultaten van risicoscores en ervoor te zorgen dat dit is vastgelegd in de toepasselijke nationale wetgevingshandelingen en tot uiting komt in de toepasselijke werkstromen, richtsnoeren (die uiterlijk op 30 november 2022 moeten worden gepubliceerd en ingevoerd) en het besluitvormingsproces van die organen; en het III) de respectieve auditinstanties in Hongarije en in de betrokken diensten van de Commissie en controleorganen hebben volledige toegang tot de functies van het Arachne-systeem met het oog op hun risicobeoordeling en tot de gegevensreeksen in het systeem. De mijlpaal wordt geacht te zijn bereikt zodra de procedures — in overeenstemming met de bovenstaande vereisten — van kracht zijn, die bindend zijn voor alle hierboven genoemde autoriteiten en afhankelijk zijn van de toepassing ervan in de praktijk door die autoriteiten. |
||||
223 |
C9.R21 Volledig en doeltreffend gebruik van het Arachne-systeem voor alle steun van de Unie |
Mijlpaal |
Zorgen voor doeltreffende preventie, opsporing en correctie van fraude en corruptie bij de uitvoering van de steun van de Unie door te bevestigen dat de procedures voor het systematisch en doeltreffend gebruik van het risicoscore-instrument Arachne adequaat zijn |
Goedkeurend definitief auditverslag van EUTAF waarin wordt bevestigd dat de procedures voor het systematisch en doeltreffend gebruik van het risicoscore-instrument Arachne en de volledigheid van de naar Arachne geüploade gegevens toereikend zijn |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht: gedetailleerde en bindende procedurele richtsnoeren worden ontwikkeld en worden toegepast door alle instanties die zijn vermeld in stap 222, waarin wordt uiteengezet welke stappen moeten worden ondernomen indien het Arachne-systeem een risico aangeeft; b) een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van de auditautoriteit (EUTAF) bevestigt de geschiktheid van de in stap 222 beschreven procedures door na te gaan of i) de procedures ervoor zorgen dat elke twee maanden een volledige reeks informatie wordt geüpload; II) de in het toepasselijke Unierecht vastgestelde gegevens zijn daadwerkelijk volledig geüpload in Arachne, en iii) de nationale autoriteit, uitvoeringsorganen/beheersautoriteiten en intermediaire instanties hebben passende regelingen getroffen om te zorgen voor een systematische, regelmatige en doeltreffende follow-up van risicoscores die door het Arachne-systeem worden gegenereerd (op basis van gedetailleerde procedurele richtsnoeren waarover zij beschikken). |
||||
224 |
C9.R22 Oprichting van een directoraat Interne Audit en Integriteit ter versterking van de controle op belangenconflicten bij de uitvoering van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Zorgen voor doeltreffende preventie, opsporing en correctie van fraude en corruptie bij de uitvoering van de steun van de Unie door de oprichting en volledige werking van een nieuw directoraat Interne Audit en Integriteit (DIAI) |
Een nieuw directoraat Interne Audit en Integriteit (DIAI), dat is opgericht binnen het ministerie dat verantwoordelijk is voor de uitvoering van de steun van de Unie, is volledig bemand, het reglement van orde en interne processen is operationeel en is volledig operationeel. |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Om de doeltreffendheid van de audit- en controleregelingen in verband met de steun van de Unie en de doeltreffende uitvoering van de fraude- en anticorruptiestrategie van stap 220 te versterken, wordt bij wet die in werking treedt een nieuw directoraat Interne Audit en Integriteit (DIAI) opgericht, dat volledig over personeel beschikt en volledig functioneel is in het ministerie dat verantwoordelijk is voor de uitvoering van de steun van de Unie vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht. De wet waarborgt: I) de volledige onafhankelijkheid van het DIAI door middel van passende garanties (onder meer met betrekking tot de benoeming van hooggeplaatste personeelsleden, de duur van hun mandaat zonder de mogelijkheid om hen te ontslaan enz.); II) dat de selectie van personeel van het DIAI wordt gebaseerd op objectieve criteria die in samenwerking met de integriteitsautoriteit zijn ontwikkeld (mijlpaal 160) en dat de integriteitsautoriteit toezicht houdt op het aanwervingsproces; III) dat het DIAI over passende bevoegdheden beschikt om op te treden ten aanzien van nationale autoriteiten of organen die op enigerlei wijze betrokken zijn bij de uitvoering van de steun van de Unie in Hongarije; IV) dat het DIAI op verzoek onverwijld volledige toegang verleent tot alle verklaringen inzake belangenconflicten en tot al zijn dossiers aan de integriteitsautoriteit; V) dat uiterlijk op 30 november 2022 passende procedureregels en richtsnoeren (onder meer voor de toewijzing en volgorde van zaken in het DIAI) worden ingevoerd, waarin de institutionele opzet, werkmethoden en procedures van het DIAI worden geregeld en de integriteitsautoriteit voldoende garanties wordt geboden dat zij toezicht kan houden op de naleving van die procedureregels en richtsnoeren; VI) dat er voldoende middelen worden toegewezen voor de taken die door het DIAI moeten worden uitgevoerd; VII) het DIAI regelmatig controleert (op basis van steekproeven en verslagen van vermoedens) de geldigheid van verklaringen inzake belangenconflicten van alle relevante personeelsleden die betrokken zijn bij de uitvoering, met inbegrip van voorbereidende handelingen, de controle (onder meer aan interne en externe beoordelaars in openbare aanbestedingsprocedures) van alle steun van de Unie in Hongarije, alsook die van alle eindontvangers, begunstigden, ontvangers, aanbestedende diensten, contractanten, subcontractanten en consultancybedrijven die betrokken zijn bij de voorbereiding en uitvoering van projecten (op basis van tweejaarlijkse controleplannen), en dat informatie over die controles gedurende ten minste vijf jaar wordt opgeslagen; VIII) een pagina op de hoofdpagina van het palyazat.gov.hu portaal wordt gecreëerd om anonieme meldingen mogelijk te maken van vermoedens van belangenconflicten met betrekking tot personen die betrokken zijn bij de uitvoering en controle van de steun van de Unie in Hongarije; IX) dat het DIAI de gemelde vermoedens tijdig onderzoekt; (X) dat het DIAI jaarlijks een gedetailleerd verslag van zijn werkzaamheden aan de integriteitsautoriteit opstelt. Aan de mijlpaal wordt geacht te zijn voldaan wanneer de wet tot oprichting van het DIAI met ten minste de bovengenoemde vereisten in werking is getreden, alle functies van het DIAI zijn ingevuld en de integriteitsautoriteit geen bezwaren heeft geuit met betrekking tot het aanwervingsproces, de noodzakelijke procedureregels van het DIAI en de richtsnoeren voor haar werkzaamheden in werking zijn getreden en het DIAI volledig operationeel is en met zijn werkzaamheden is begonnen. |
||||
225 |
C9.R23 Zorgen voor de capaciteit van het EUTAF om zijn taken doeltreffend uit te voeren |
Mijlpaal |
Zorgen voor doeltreffende preventie, opsporing en correctie van fraude en corruptie bij de uitvoering van de steun van de Unie door middel van passende capaciteit voor EUTAF |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen om het EUTAF de nodige financiële en personele middelen ter beschikking te stellen |
|
|
|
KWARTAAL 4 |
2022 |
Vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht treden wetswijzigingen in werking om ervoor te zorgen dat het EUTAF over de nodige financiële en personele middelen beschikt om zijn onafhankelijkheid te waarborgen en het in staat te stellen zijn taken doeltreffend en tijdig uit te voeren. De wetswijzigingen zorgen ervoor dat: — De jaarlijkse begroting van het EUTAF wordt vastgesteld op basis van een oorspronkelijk voorstel van het EUTAF en wordt alleen gewijzigd indien dit openbaar wordt gemotiveerd en mag het vermogen van het EUTAF om zijn taken doeltreffend en tijdig uit te voeren, niet ondermijnen. — De bezoldiging van het hoofd en het personeel van het EUTAF wordt vastgesteld op 70 % van de bezoldiging van respectievelijk de voorzitter en het personeel van de nationale rekenkamer. — Het hoofd van het EUTAF heeft dezelfde of soortgelijke bevoegdheden om over de basisbeginselen van salarisbeleid en -uitkeringen en arbeidsvoorwaarden te beslissen als die welke van toepassing zijn op de voorzitter van de nationale rekenkamer. Regelingen die afwijken van die welke op de nationale rekenkamer van toepassing zijn, zijn alleen mogelijk op schriftelijk en naar behoren gemotiveerd voorstel van het hoofd van de EUTAF. — De functionele en professionele onafhankelijkheid van het EUTAF wordt gehandhaafd en het personeel van het EUTAF blijft geen instructies vragen of aanvaarden met betrekking tot zijn auditwerkzaamheden. |
|
226 |
C9.R24 Versterking van de samenwerking met OLAF ter versterking van de opsporing van fraude in verband met de uitvoering van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Aanwijzing van een nationale autoriteit die OLAF bijstaat bij zijn controles ter plaatse in Hongarije en invoering van de mogelijkheid om financiële sancties op te leggen aan niet-meewerkende economische actoren |
Inwerkingtreding van een wetswijziging waarbij de bevoegde autoriteit wordt aangewezen en van een wetswijziging waarbij de mogelijkheid wordt ingevoerd om afschrikkende financiële sancties op te leggen aan niet-meewerkende economische actoren |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Inwerkingtreding vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het herstel- en veerkrachtplan: I) van een wijziging van Wet CXXII van 2010 inzake Nemzeti Adó- és Vámhivatal, waarbij de nationale belasting- en douanedienst (Nemzeti Adó- és Vámhivatal, NAV) wordt aangewezen als de bevoegde nationale autoriteit om OLAF bij te staan bij het uitvoeren van controles ter plaatse in Hongarije en wanneer een marktdeelnemer die aan die controles onderworpen is, weigert mee te werken. De wijziging omvat een beschrijving van de te volgen procedure. Zij voorziet ook in de mogelijkheid om op verzoek van OLAF een financieel bewaker aan te stellen. De financiële bewaker stelt OLAF in staat zijn controles en verificaties ter plaatse uit te voeren, met name door te zorgen voor handhaving om bewijsmateriaal veilig te stellen, zoals bedoeld in Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 en Verordening (Euratom, EG) nr. 2185/96. Dit omvat de volgende interventietypes: a) het ter plaatse weghalen van dingen [artikel 36/L van wet CXXII van 2010 inzake Nemzeti Adó- és Vámhivatal (hierna: NAVtv.)], b) verzoeken om informatie [artikel 36 van NAVtv.], c) identiteitscontrole [sectie 36/A NAVtv.], d) binnenkomst van een plaats die niet als privéwoning kan worden aangemerkt [artikel 36/G van de NAVtv.], e) bescherming van de plaats ter plaatse [artikel 36/I (1) NAVtv.]. In de wijziging wordt bepaald dat indien voor deze bijstand toestemming van een rechterlijke instantie vereist is, deze toestemming ten minste 72 uur van tevoren door de nationale Afcos (nationale coördinatiedienst fraudebestrijding) wordt aangevraagd. Op basis van een dergelijke toestemming kan OLAF vooraf om de aanwezigheid van de financiële bewaker verzoeken, indien er een risico bestaat op weerstand tegen een geplande controle en inspectie ter plaatse. II) van een wijziging van Wet XXIX van 2004 om een afschrikkende financiële sanctie in te voeren die moet worden opgelegd wanneer een marktdeelnemer weigert met OLAF samen te werken met het oog op de controles en verificaties ter plaatse. |
||||
227 |
C9.R25 Effectieve uitvoering, controle en audit van het herstel- en veerkrachtplan en de bescherming van de financiële belangen van de Unie |
Mijlpaal |
Monitoringsysteem voor de uitvoering van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan |
Auditverslag ter bevestiging van de functionaliteiten en de werking van het systeem van gegevensbanken voor het herstel- en veerkrachtplan |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht wordt een registratiesysteem opgezet voor het toezicht op de uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht. Het systeem omvat ten minste de volgende functies: (a) het verzamelen van gegevens en het monitoren van de verwezenlijking van mijlpalen en streefdoelen; (b) de krachtens artikel 22, lid 2, onder d), i) tot en met iii), van de RRF-verordening vereiste gegevens te verzamelen, op te slaan en de toegang daartoe te waarborgen. Toegang tot deze gegevens wordt verleend aan alle relevante nationale en Europese instanties voor audit- en controledoeleinden. De in het gegevensopslagsysteem beschikbare gegevens worden om de twee maanden beschikbaar gesteld in het Arachne-systeem om toegang te krijgen tot de volledige lijst van de risico-indicatoren van de herstel- en veerkrachtfaciliteit. In een definitief auditverslag van de auditautoriteit (EUTAF) met een goedkeurend auditoordeel worden de functionaliteiten van het gegevensopslagsysteem bevestigd en bevestigd dat het systeem volledig functioneel en operationeel is. |
||||
228 |
C9.R25 Effectieve uitvoering, controle en audit van het herstel- en veerkrachtplan en de bescherming van de financiële belangen van de Unie |
Mijlpaal |
Zorgen voor een doeltreffende controle van de uitvoering van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan |
Inwerkingtreding van een auditstrategie van EUTAF voor het herstel- en veerkrachtplan |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Vaststelling en inwerkingtreding van een auditstrategie voor de auditautoriteit (EUTAF), om ervoor te zorgen dat de uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht doeltreffend wordt gecontroleerd overeenkomstig internationaal aanvaarde auditnormen vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht. De strategie bevat ten minste de methodologie en aanpak voor risicobeoordeling, de frequentie en het soort audits (zoals systeem- en projectaudits, administratieve controles en controles ter plaatse) die moeten worden uitgevoerd in de verschillende uitvoeringsfasen van de hervormingen en investeringen die in het kader van het plan voor herstel en veerkracht worden uitgevoerd, alsook de betrouwbaarheid van de gegevens ter ondersteuning van de verwezenlijking van mijlpalen en streefdoelen. |
||||
229 |
C9.R26 Verbetering van de transparantie en toegang tot openbare informatie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wetgevingshandeling die zorgt voor juridische voorspelbaarheid bij de toegang tot openbare informatie in rechtszaken |
Bepaling in de wetgevingshandeling die de inwerkingtreding aangeeft |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Inwerkingtreding van een wet die voorziet in een uitzonderlijke procedure voor verzoeken om toegang tot openbare informatie. In die uitzonderlijke procedure worden dezelfde procedurele stappen en termijnen vastgesteld als in het geval van rectificatie in de pers, zoals bepaald in Wet CXXX van 2016 betreffende civiele procedures (artikelen 495-501), met als enige uitzondering dat de termijn voor de dagvaarding in artikel 497 (1) van wet CXXX van 2016 ten minste drie werkdagen bedraagt. |
||||
230 |
C9.R26 Verbetering van de transparantie en toegang tot openbare informatie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen ter verbetering van de transparantie van openbare informatie |
Bepalingen in de wetswijzigingen die de inwerkingtreding ervan aangeven |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Inwerkingtreding van wijzigingen van Wet CXII van 2011 inzake de vrijheid van informatie en regeringsbesluit nr. 301/2016 (IX. 30.) met het oog op de vaststelling van de hoofdregel dat openbare informatie kosteloos wordt verstrekt en dat vergoedingen voor toegang tot dergelijke openbare informatie alleen in uitzonderlijke en duidelijk omschreven omstandigheden mogen worden toegepast. In dit verband moeten de wijzigingen: I) Afschaffing van de mogelijkheid om arbeidskosten in rekening te brengen die verband houden met het voldoen aan verzoeken om toegang tot openbare informatie; II) De voor het publiek beschikbare eenheidskosten in verband met de kopieerkosten en de levering van de gevraagde informatie vast te stellen; III) Stelt de regel vast dat de aangerekende vergoedingen niet hoger mogen zijn dan de werkelijke kosten die de houder van de gevraagde openbare informatie maakt bij het voldoen aan dat informatieverzoek met betrekking tot de kostencategorieën van punt ii), en alleen als die kosten meer dan 10 000 HUF bedragen; IV) Een redelijk laag algemeen plafond van maximaal 190 000 HUF in te voeren voor de bijbehorende kosten waarmee een overheidsinstantie rekening kan houden bij het voldoen aan een individueel verzoek om toegang tot openbare informatie; en het V) Zorgt ervoor dat alle informatie die beschikbaar wordt gesteld naar aanleiding van een verzoek om toegang tot informatie gelijktijdig beschikbaar wordt gesteld in het in stap 175 vermelde centrale register. (Indien mogelijk wordt dit uitgevoerd in het formaat dat van toepassing is op het in stap 175 bedoelde centrale register. In gevallen waarin de informatie niet in dat formaat kan worden gestructureerd, wordt zij openbaar gemaakt op de website van het centraal register in een doorzoekbaar formaat dat het downloaden, extraheren en hergebruiken van de gegevens mogelijk maakt.) De wijzigingen betreffende de in punt ii) bedoelde eenheidskosten en de berekeningsmethode voor de vergoedingen die in rekening kunnen worden gebracht voor verzoeken om toegang tot informatie, worden gebaseerd op een voorstel van de nationale autoriteit voor gegevensbescherming en vrijheid van informatie (NAIH). Inwerkingtreding van een wetswijziging waarbij de toepassing van de bepalingen van Regeringsdecreet 521/2020 wordt ingetrokken (IX. 25.) over het afwijken van bepaalde regels inzake toegang tot informatie tijdens de gevaarlijke toestand en ervoor te zorgen dat er geen verdere wettelijke beperkingen voor de toegang tot openbare informatie worden ingevoerd. |
||||
231 |
C9.R26 Verbetering van de transparantie en toegang tot openbare informatie |
Mijlpaal |
Verslag van de nationale autoriteit voor gegevensbescherming en vrijheid van informatie over de toegang tot openbare informatie (1) |
Publicatie van het verslag van de nationale autoriteit voor gegevensbescherming en vrijheid van informatie over de naleving door overheidsinstanties van hun respectieve verplichtingen inzake toegang tot openbare informatie |
KWARTAAL 4 |
2022 |
De NAIH voert ten minste tweemaal per jaar en na een klacht uitgebreide en gedetailleerde controles uit bij alle overheidsinstanties om na te gaan of zij voldoen aan hun respectieve vereisten inzake transparantie van openbare gegevens en het verlenen van toegang tot gegevens van algemeen belang. De bevindingen van de controles worden uiteengezet in een uitgebreid verslag waarin de tekortkomingen per betrokken overheidsinstantie worden vastgesteld (ten minste het aantal verzoeken om toegang tot overheidsgegevens dat is ontvangen, het aantal klachten in verband met het delen van openbare gegevens, het aantal uitgevoerde verzoeken en het aantal dagen dat nodig was om daaraan te voldoen), de wijze waarop tekortkomingen moeten worden verholpen en opgevolgd, en aanbevelingen over de wijze waarop de toegang tot openbare gegevens kan worden verbeterd. De mijlpaal wordt geacht te zijn bereikt wanneer het halfjaarlijkse verslag over de tweede helft van 2022 volledig openbaar wordt gemaakt. |
||||
232 |
C9.R26 Verbetering van de transparantie en toegang tot openbare informatie |
Mijlpaal |
Verslag van de nationale autoriteit voor gegevensbescherming en vrijheid van informatie over de toegang tot openbare informatie (2) |
Publicatie van het verslag van de nationale autoriteit voor gegevensbescherming en vrijheid van informatie over de naleving door overheidsinstanties van hun respectieve verplichtingen inzake toegang tot openbare informatie |
KWARTAAL 2 |
2024 |
De NAIH voert ten minste tweemaal per jaar en na een klacht uitgebreide en gedetailleerde controles uit bij alle overheidsinstanties om na te gaan of zij voldoen aan hun respectieve vereisten inzake transparantie van openbare gegevens en het verlenen van toegang tot gegevens van algemeen belang. De bevindingen van de controles worden uiteengezet in een uitgebreid verslag waarin de tekortkomingen per betrokken overheidsinstantie worden vastgesteld (ten minste het aantal verzoeken om toegang tot overheidsgegevens dat is ontvangen, het aantal klachten in verband met het delen van openbare gegevens, het aantal uitgevoerde verzoeken en het aantal dagen dat nodig was om daaraan te voldoen), de wijze waarop tekortkomingen moeten worden verholpen en opgevolgd, en aanbevelingen over de wijze waarop de toegang tot openbare gegevens kan worden verbeterd. De mijlpaal wordt geacht te zijn bereikt wanneer het halfjaarlijkse verslag over de eerste helft van 2024 in zijn geheel openbaar wordt gemaakt en in totaal vier verslagen openbaar zijn. |
||||
233 |
C9.R26 Verbetering van de transparantie en toegang tot openbare informatie |
Mijlpaal |
Verslag van de nationale autoriteit voor gegevensbescherming en vrijheid van informatie over de toegang tot openbare informatie (3) |
Publicatie van de verslagen van de nationale autoriteit voor gegevensbescherming en vrijheid van informatie over de naleving door overheidsinstanties van hun respectieve verplichtingen inzake toegang tot openbare informatie |
|
|
|
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het NAIHO voert ten minste tweemaal per jaar en na een klacht uitgebreide en gedetailleerde controles uit bij alle overheidsinstanties om na te gaan of zij voldoen aan hun respectieve vereisten inzake transparantie van openbare gegevens en het verlenen van toegang tot gegevens van algemeen belang. De bevindingen van de controles worden uiteengezet in een uitgebreid verslag waarin de tekortkomingen per betrokken overheidsinstantie worden vastgesteld (ten minste het aantal verzoeken om toegang tot overheidsgegevens dat is ontvangen, het aantal klachten in verband met het delen van openbare gegevens, het aantal uitgevoerde verzoeken en het aantal dagen dat nodig was om daaraan te voldoen), de wijze waarop tekortkomingen moeten worden verholpen en opgevolgd, en aanbevelingen over de wijze waarop de toegang tot openbare gegevens kan worden verbeterd. De mijlpaal wordt geacht te zijn bereikt wanneer het halfjaarlijkse verslag over de eerste helft van 2026 in zijn geheel openbaar wordt gemaakt en in totaal acht verslagen openbaar zijn. |
|
234 |
C9.R27 Verbetering van de kwaliteit van het wetgevingsproces en effectieve betrokkenheid van belanghebbenden en sociale partners bij de besluitvorming |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wetgevingshandeling tot vaststelling van het kader om alle relevante belanghebbenden daadwerkelijk te betrekken bij de uitvoering van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan |
Bepaling in de wetgevingshandeling die de inwerkingtreding aangeeft |
KWARTAAL 3 |
2022 |
Inwerkingtreding van een wetgevingshandeling tot vaststelling van het kader voor raadpleging van de relevante belanghebbenden tijdens de uitvoering van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan. Die wetgevingshandeling: (1) Een bindende strategie vaststellen waarin de taken en verantwoordelijkheden worden omschreven met betrekking tot de wijze waarop de belangrijkste belanghebbenden worden betrokken bij de uitvoering van de maatregelen van het plan voor herstel en veerkracht; (2) Een monitoringcomité oprichten, bestaande uit de belanghebbenden en sociale partners die relevant zijn voor de uitvoering van de onderdelen van het herstel- en veerkrachtplan. Het monitoringcomité krijgt de opdracht voortdurend toezicht te houden op de doeltreffende uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht. Alle leden van het toezichtcomité hebben dezelfde rechten en plichten. Ten minste 50 % van de leden van het toezichtcomité vertegenwoordigt maatschappelijke organisaties die onafhankelijk zijn van de regering en overheidsinstanties die actief zijn op het gebied van een of meer van de volgende gebieden: sociale politiek; onderwijs; arbeidsmarkt; gezondheidszorg; milieu, bestrijding van klimaatverandering; energie; duurzame ontwikkeling; duurzaam vervoer, bevordering van de grondrechten, gelijke behandeling en non-discriminatie; corruptiebestrijding; en transparantie. De leden van het toezichtcomité die het maatschappelijk middenveld vertegenwoordigen, worden geselecteerd via een open, transparante en niet-discriminerende selectieprocedure op basis van objectieve criteria in verband met deskundigheid en verdienste. Elk van deze leden beschikt over aantoonbare deskundigheid op een of meer van de bovengenoemde gebieden, hetgeen blijkt uit een voldoende lange controleerbare en relevante activiteit op die gebieden. Het toezichtcomité komt ten minste tweemaal per jaar bijeen en ontvangt alle relevante informatie over de uitvoering van de maatregelen in het plan voor herstel en veerkracht. Het toezichtcomité kan aanbevelingen doen aan de nationale autoriteit voor het plan voor herstel en veerkracht, die met een gewone meerderheid van zijn leden moeten worden goedgekeurd. De nationale autoriteit geeft gevolg aan deze aanbevelingen en brengt aan het toezichtcomité verslag uit over de voortgang van deze follow-up; (3) Een verplichting vaststellen om de sociale partners en belanghebbenden regelmatig en doeltreffend te raadplegen tijdens de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan. |
||||
235 |
C9.R27 Verbetering van de kwaliteit van het wetgevingsproces en effectieve betrokkenheid van belanghebbenden en sociale partners bij de besluitvorming |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wijzigingen van de desbetreffende wetgevingshandelingen om het gebruik van openbare raadplegingen en effectbeoordelingen in het wetgevingsproces te bevorderen |
Bepalingen in de wetswijzigingen die de inwerkingtreding ervan aangeven |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Inwerkingtreding van wijzigingen van wet CXXXI van 2010 die ervoor zorgen dat voor alle wetgevingsbesluiten die door de regering worden aangenomen (d.w.z. regeringsdecreten en ministeriële besluiten) of die door de regering ter goedkeuring aan het parlement worden voorgelegd (d.w.z. wetsvoorstellen), een doeltreffende openbare raadpleging wordt gehouden en een effectbeoordeling wordt opgesteld en samenvattingen daarvan systematisch openbaar worden gemaakt door: I) de vaststelling van een minimale raadplegingsperiode van acht dagen (wat betekent dat het ontwerp van wetgevingshandeling op hetzelfde tijdstip als voor raadpleging binnen de overheid beschikbaar wordt gesteld voor openbare raadpleging); II) de vaststelling van een minimumtermijn van vijf dagen na het verstrijken van de periode van openbare raadpleging om rekening te houden met de tijdens de openbare raadpleging ontvangen input, gedurende welke de wetgevingshandeling van de regering niet door de regering wordt aangenomen, of het wetsontwerp niet aan het parlement wordt voorgelegd; III) dat het aandeel wetgevingshandelingen dat onder de uitzonderingen van artikel 5 van Wet CXXXI van 2010 kan vallen, maximaal 10 % bedraagt en dat ervoor wordt gezorgd dat het gebruik van deze uitzonderingen naar behoren wordt gemotiveerd; IV) dat in alle gevallen samen met het ontwerp van wetgevingshandeling een samenvatting van de voorlopige effectbeoordeling openbaar wordt gemaakt; V) het toepassingsgebied van de uitzonderingen moet worden beperkt door Section 5 (5) van Wet CXXXI van 2010 af te schaffen. De desbetreffende procedureregels moeten er ook voor zorgen dat de reikwijdte en de inhoud van de effectbeoordelingen in overeenstemming zijn met de methodologie die is opgesteld in het kader van het door de Europese Unie medegefinancierde project „ÁROP-1.1.10 — A jogszabály előkészítési folyamat racionalizálása”; De inwerkingtreding van wijzigingen van het reglement van orde van de regering of andere relevante wetgeving zorgt ervoor dat: VI) het Controlebureau van de overheid (KEHI) controleert jaarlijks de naleving van de voorschriften inzake openbare raadpleging van Wet CXXXI van 2010, met inbegrip van de uitvoering van de punten i) tot en met v). De bevindingen van bovengenoemde controles worden jaarlijks uiterlijk op 31 januari bekendgemaakt in een verslag op de website van het Bureau. VII) het Controlebureau van de regering legt consequent een voldoende hoge boete op aan het ministerie onder leiding van de minister die verantwoordelijk is voor de voorbereiding van de betrokken wetgeving in geval van niet-naleving van een van de bepalingen van CXXXI van 2010. De redenen voor het opleggen van de boete worden openbaar gemaakt. De inwerkingtreding van wijzigingen van de desbetreffende wetgevingshandelingen zorgt ervoor dat: (I) er worden extra middelen uitgetrokken voor het Bureau van de Nationale Vergadering om de capaciteit van het Bureau te ontwikkelen om leden en comités van de Nationale Vergadering te helpen doeltreffende effectbeoordelingen voor te bereiden en belanghebbenden doeltreffend te raadplegen over de door hen voorgestelde wetsvoorstellen. De leden en comités van de Nationale Vergadering hebben de mogelijkheid om het Bureau te verzoeken effectbeoordelingen op te stellen en doeltreffende raadplegingen van belanghebbenden over door hen geïnitieerde wetsvoorstellen of wijzigingen uit te voeren. II) het Hongaarse Centraal Bureau voor de Statistiek verstrekt het bureau van de Nationale Vergadering de gegevens die nodig zijn om de effectbeoordelingen uit te voeren. |
||||
236 |
C9.R27 Verbetering van de kwaliteit van het wetgevingsproces en effectieve betrokkenheid van belanghebbenden en sociale partners bij de besluitvorming |
Mijlpaal |
Begin van de toepassing van een nieuwe methode voor de voorbereiding van effectbeoordelingen van wetgevingsvoorstellen |
Vaststelling en aanvang van de toepassing van een nieuwe methodologie |
KWARTAAL 4 |
2023 |
De regering stelt een nieuwe methode vast voor de systematische effectbeoordeling van alle wetgevingsvoorstellen, die gebaseerd is op i) een uitgebreide beoordeling van de ervaring met de methodologie die is opgesteld in het kader van het door de Europese Unie medegefinancierde project „ÁROP-1.1.10 — A jogszabály előkészítési folyamat racionalizálása”, waarbij de sterke en zwakke punten van die methodologie in kaart worden gebracht; II) een inventarisatie van de beste praktijken van internationale instellingen en lidstaten op het gebied van regelgevingseffectbeoordelingen; III) een overzicht van een herziene effectbeoordelingsmethode, die wordt opgesteld in samenwerking met internationale organisaties met algemeen erkende deskundigheid op het gebied van regelgevingseffectbeoordelingen. Alle bovengenoemde documenten worden openbaar gemaakt en worden doeltreffend geraadpleegd met de sociale partners en niet-gouvernementele belanghebbenden. |
||||
237 |
C9.R27 Verbetering van de kwaliteit van het wetgevingsproces en effectieve betrokkenheid van belanghebbenden en sociale partners bij de besluitvorming |
Doel |
Versterking van de doeltreffende toepassing van de regels inzake verplichte openbare raadpleging van wetgevingshandelingen en de systematische publicatie van voorlopige samenvattingen van effectbeoordelingen (1) |
% |
0 |
90 |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Ten minste 90 % van alle regeringsdecreten, ministeriële decreten die door de regering zijn aangenomen en alle wetsvoorstellen die de regering tussen 1 november 2022 en 31 december 2022 bij het parlement heeft ingediend, is onderworpen aan een openbare raadpleging en alle samenvattende effectbeoordelingen die moesten worden gepubliceerd overeenkomstig de bepalingen van Wet CXXXI van 2010 — zoals gewijzigd overeenkomstig mijlpaal 235 — zijn gepubliceerd. Dit alles wordt bevestigd door een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van het EUTAF. |
||
238 |
C9.R27 Verbetering van de kwaliteit van het wetgevingsproces en effectieve betrokkenheid van belanghebbenden en sociale partners bij de besluitvorming |
Doel |
Versterking van de doeltreffende toepassing van de regels inzake verplichte openbare raadpleging van wetgevingshandelingen en de systematische publicatie van voorlopige samenvattingen van effectbeoordelingen (2) |
% |
0 |
90 |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Ten minste 90 % van alle regeringsdecreten, ministeriële decreten die door de regering zijn aangenomen en alle wetsvoorstellen die de regering van 1 januari 2023 tot en met 31 december 2023 bij het parlement heeft ingediend, is onderworpen aan een openbare raadpleging en alle samenvattende effectbeoordelingen die moesten worden gepubliceerd overeenkomstig de bepalingen van Wet CXXXI van 2010 — zoals gewijzigd overeenkomstig mijlpaal 235 — zijn gepubliceerd. Dit alles wordt bevestigd door een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van het EUTAF. |
||
239 |
C9.R25 Verbetering van de kwaliteit van het wetgevingsproces en effectieve betrokkenheid van belanghebbenden en sociale partners bij de besluitvorming |
Doel |
Versterking van de doeltreffende toepassing van de regels inzake verplichte openbare raadpleging van wetgevingshandelingen en de systematische publicatie van voorlopige samenvattingen van effectbeoordelingen (3) |
% |
0 |
90 |
KWARTAAL 1 |
2025 |
Ten minste 90 % van alle regeringsdecreten, ministeriële decreten die door de regering zijn aangenomen en alle wetsvoorstellen die de regering van 1 januari 2024 tot en met 31 december 2024 bij het parlement heeft ingediend, is onderworpen aan een openbare raadpleging en alle samenvattende effectbeoordelingen die moesten worden gepubliceerd overeenkomstig de bepalingen van Wet CXXXI van 2010 — zoals gewijzigd overeenkomstig mijlpaal 235 — zijn opgesteld overeenkomstig de methode die is ontwikkeld in overeenstemming met mijlpaal 236 en zijn gepubliceerd. Dit alles wordt bevestigd door een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van het EUTAF. |
||
240 |
C9.R27 Verbetering van de kwaliteit van het wetgevingsproces en effectieve betrokkenheid van belanghebbenden en sociale partners bij de besluitvorming |
Doel |
Versterking van de doeltreffende toepassing van de regels inzake verplichte openbare raadpleging van wetgevingshandelingen en de systematische publicatie van voorlopige samenvattingen van effectbeoordelingen (4) |
% |
0 |
90 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Ten minste 90 % van alle regeringsdecreten, ministeriële decreten die door de regering zijn aangenomen en alle wetsvoorstellen die de regering van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025 bij het parlement heeft ingediend, is onderworpen aan een openbare raadpleging en alle samenvattende effectbeoordelingen die moesten worden gepubliceerd overeenkomstig de bepalingen van Wet CXXXI van 2010 — zoals gewijzigd overeenkomstig mijlpaal 235 — zijn opgesteld overeenkomstig de methode die is ontwikkeld in overeenstemming met mijlpaal 236 en zijn gepubliceerd. Dit alles wordt bevestigd door een definitief auditverslag met een goedkeurend auditoordeel van het EUTAF. |
||
241 |
C9.R28 Ondersteuning van de besluitvorming en het wetgevingsproces op basis van gegevens om de efficiëntie en transparantie te vergroten en het risico op onregelmatigheden te verminderen |
Mijlpaal |
Opzetten van een gegevensplatform en gegevensmodelleringssysteem |
In overeenstemming met de beschrijving van het systeem en het gegevensplatform wordt een gegevensplatform opgezet dat databanken verbindt, en een dataplatform, het systeem en het gegevensplatform zijn volledig functioneel en operationeel en de overheid is begonnen met het gebruik ervan. |
|
|
|
KWARTAAL 2 |
2024 |
Op basis van een gedetailleerde systeembeschrijving die onder coördinatie van het ministerie van Justitie is opgesteld, worden een gegevensplatform en een gegevensmodelleringsinstrument opgezet om de koppeling van databanken te waarborgen en de capaciteit voor gegevensmodellering op basis van deze gegevens te ontwikkelen met het oog op een betere visualisering en uitleg van de effecten van regelgeving aan het publiek. De mijlpaal wordt geacht te zijn bereikt zodra, na een proefrun, het gegevensplatform en het gegevensmodelleringsinstrument volledig functioneel en operationeel zijn en geactiveerd zijn (d.w.z. de overheid is begonnen met het gebruik ervan). |
|
242 |
C9.R28 Ondersteuning van de besluitvorming en het wetgevingsproces op basis van gegevens om de efficiëntie en transparantie te vergroten en het risico op onregelmatigheden te verminderen |
Doel |
Aantal personen dat opleidingen over datavisualisatie heeft voltooid |
Aantal |
0 |
200 |
KWARTAAL 1 |
2025 |
Er hebben opleidingscursussen plaatsgevonden voor het personeel van vakministeries, overheidsinstellingen en vertegenwoordigers van de sociale partners die betrokken zijn bij strategische planning en voorbereidende wetgevingswerkzaamheden inzake instrumenten en praktijken voor gegevensvisualisatie (met betrekking tot mijlpaal 241) en ten minste 200 deelnemers hebben de opleiding voltooid door hun certificaat volledig te hebben ontvangen. |
||
243 |
C9.R29 Uitbreiding van het systeem voor automatische administratieve besluitvorming met het oog op meer efficiëntie en transparantie en ter beperking van het risico op onregelmatigheden |
Doel |
Aanvullende geautomatiseerde soorten zaken die zijn ingevoerd in het systeem voor automatische administratieve besluitvorming (AKD) |
|
Aantal |
0 |
3 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
In het systeem voor automatische administratieve besluitvorming (AKD) worden drie soorten nieuwe zaken met volledig operationele functies ingevoerd, zodat zij volledig geautomatiseerd (zonder menselijke interactie) kunnen worden verwerkt om het risico op corruptie te verminderen. Deze soorten gevallen hebben betrekking op de volgende gebieden: — voertuigadministratie; — vervoers- en parkeervoordelen voor personen met beperkte mobiliteit; en het — verificatie van het bewijs van het recht op overheidsuitkeringen en -rechten]. De mijlpaal wordt geacht te zijn bereikt zodra, na een proefrun, de modules voor de drie soorten zaken in het AKD volledig functioneel en operationeel zijn en geactiveerd zijn (d.w.z. het publiek is begonnen met het gebruik ervan). |
|
244 |
C9.R30 Versterking van het nationale beheersysteem voor IT-apparatuur om de efficiëntie van overheidsdiensten te vergroten |
Mijlpaal |
Opzetten van een centraal systeem voor IT-apparatuurbeheer en softwarelicenties |
Het IT-apparatuurbeheer en het licentiesysteem voor software zijn volledig operationeel en operationeel |
|
KWARTAAL 4 |
2025 |
Er wordt een centraal systeem voor IT-apparatuurbeheer en softwarelicenties opgezet om te voorzien in een uitgebreid register en levenscyclusmonitoring van IT-apparatuur en een flexibele en klantvriendelijke centrale dienst voor de levering, modernisering, reparatie, verandering, sloop, installatie en aanverwante diensten voor IT-apparatuur voor ten minste 3 000 overheidsinstanties op het gebied van gezondheidszorg, openbaar onderwijs en sociale zorg (zoals kleuterscholen, basisscholen, middelbare scholen, sociale woningen en kinderopvangfaciliteiten). De mijlpaal wordt geacht te zijn bereikt wanneer na een proefrun (met betrokkenheid van eindgebruikers en zakelijke besluitvormers) het nieuwe systeem volledig functioneert en operationeel is in overeenstemming met het vastgestelde systeemontwerp en de functies ervan zijn geactiveerd (d.w.z. de eindgebruikers zijn begonnen met het gebruik ervan). |
|||
245 |
C9.R31 Invoering van minimale inhoudelijke vereisten voor de vennootschapsbelasting |
Mijlpaal |
Onafhankelijke internationale deskundige evaluatie van de nationale regels ter bestrijding van belastingontwijking |
Publicatie van de evaluatie |
KWARTAAL 3 |
2023 |
Een onafhankelijke internationale deskundige evaluatie van de binnenlandse regels ter bestrijding van belastingontwijking wordt uitgevoerd door een onafhankelijke aanbieder van algemeen erkende deskundigheid op het gebied van agressieve fiscale planning. In de studie wordt de stand van zaken met betrekking tot de nationale regels ter bestrijding van belastingontwijking geanalyseerd en worden concrete voorstellen en aanbevelingen gedaan om de doeltreffendheid van de belastingregels met betrekking tot lege entiteiten te verbeteren, met bijzondere aandacht voor minimale inhoudelijke vereisten voor vennootschapsbelastingdoeleinden en de fiscale gevolgen in geval van niet-naleving van de minimale inhoudelijke vereisten. De evaluatie, met inbegrip van de aanbevelingen, wordt gepubliceerd op de website van het ministerie van Financiën. |
||||
246 |
C9.R31 Invoering van minimale inhoudelijke vereisten voor de vennootschapsbelasting |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving tot vaststelling van minimale inhoudelijke vereisten voor de vennootschapsbelasting |
Bepaling in de wet die de inwerkingtreding ervan aangeeft |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Wetgeving tot vaststelling van minimale inhoudelijke vereisten voor de vennootschapsbelasting treedt in werking. De wetgeving wordt opgesteld op basis van de bevindingen en aanbevelingen van de in stap 245 bedoelde beoordeling door onafhankelijke deskundigen en beperkt de in die evaluatie vastgestelde risico’s. Voordat de wetgeving door de regering wordt aangenomen, wordt het concept van minimale inhoudelijke vereisten gepubliceerd op de website van het ministerie van Financiën en organiseert het ministerie van Financiën openbare raadplegingen (onder meer met belanghebbenden zoals belastingprofessionals en bedrijfskamers) over de invoering van nieuwe minimale inhoudelijke vereisten. De aangenomen wetgeving omvat ten minste de volgende elementen: het vaststellen van het toepassingsgebied van ondernemingen met een grote blootstelling aan grensoverschrijdende passieve inkomsten (toegangscriteria); het vaststellen van minimale inhoudelijke vereisten (met inbegrip van — maar niet beperkt tot — bankrekening en locatie); en het het vaststellen van fiscale gevolgen in geval van niet-naleving van de minimale materiële vereisten. |
||||
247 |
C9.R32 Versterking van de regelgeving inzake verrekenprijzen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen ter versterking van de verrekenprijsregels |
Bepalingen in de wetswijzigingen die de inwerkingtreding ervan aangeven |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Wetswijzigingen waarbij nieuwe rapportageverplichtingen inzake verrekenprijzen worden ingevoerd, treden in werking. Bij de wetswijzigingen wordt rekening gehouden met de resultaten van de door het ministerie van Financiën georganiseerde openbare raadplegingen. De vastgestelde wetgeving bevat gedetailleerde vereisten voor de nieuwe rapportage van verrekenprijsgegevens (zoals toepassingsgebied, te rapporteren gegevens, methode). Het toepassingsgebied van de wettelijke bepalingen omvat transacties tussen verbonden ondernemingen voor een bedrag van ten minste 100 miljoen HUF. |
||||
248 |
C9.R33 Uitbreiding van het toepassingsgebied van de regels inzake niet-aftrekbaarheid voor uitgaande betalingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen om de niet-aftrekbaarheidsregels voor uitgaande betalingen uit te breiden |
Bepalingen in de wetswijzigingen die de inwerkingtreding ervan aangeven |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Wetswijzigingen ter verruiming van de regels inzake niet-aftrekbaarheid voor uitgaande betalingen treden in werking. De vastgestelde wetgeving breidt het toepassingsgebied van de regels inzake niet-aftrekbaarheid uit tot alle transacties van uitgaande royalty- en rentebetalingen in rechtsgebieden die ofwel op de EU-lijst van niet-coöperatieve jurisdicties staan, ofwel worden beschouwd als rechtsgebieden met nulbelasting of laagbelastende jurisdicties (waaronder alle rechtsgebieden met een wettelijk vennootschapsbelastingtarief dat lager is dan het Hongaarse wettelijke vennootschapsbelastingtarief). In de wetgeving worden criteria vastgesteld voor de toepassing van een fiscaal gevolg, rekening houdend met de zakelijke redenen die aan de transactie ten grondslag liggen en de fiscale behandeling van de transactie, teneinde gevallen van dubbele niet-heffing te dekken. Zij stelt ook vast welke fiscale gevolgen passend zijn om het beoogde risico te beperken. Voorafgaand aan de goedkeuring van de wetgeving door de regering organiseert het ministerie van Financiën openbare raadplegingen (onder meer met belanghebbenden zoals belastingprofessionals en kamers van koophandel). |
||||
249 |
C9.R33 Uitbreiding van het toepassingsgebied van de regels inzake niet-aftrekbaarheid voor uitgaande betalingen |
Mijlpaal |
Onafhankelijke evaluatie van de doeltreffendheid van de algemene reeks binnenlandse regels met betrekking tot agressieve fiscale planning |
Publicatie van de evaluatie |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Er wordt een onafhankelijke evaluatie uitgevoerd van de doeltreffendheid van de algemene reeks binnenlandse regels voor brievenbusmaatschappijen en uitgaande rente- en royaltybetalingen tussen in Hongarije gevestigde ondernemingen en ondernemingen die zijn gevestigd in jurisdicties die ofwel deel uitmaken van de EU-lijst van niet-coöperatieve jurisdicties, ofwel als rechtsgebieden met nulbelasting of laagbelastende jurisdicties worden beschouwd. De evaluatie wordt uitgevoerd door een onafhankelijke aanbieder van algemeen erkende deskundigheid op het gebied van agressieve fiscale planning. Bij de evaluatie wordt het Hongaarse belastingkader holistisch beoordeeld, met inbegrip van alle maatregelen die tegen die tijd zijn genomen. In de evaluatie worden aanbevelingen gedaan voor beleidsmaatregelen die Hongarije moet nemen, onder meer in de vorm van wetswijzigingen om de vastgestelde tekortkomingen aan te pakken, met name op het gebied van uitgaande betalingen van royalty’s, rente en dividenden. De evaluatie, met inbegrip van de aanbevelingen, wordt gepubliceerd op de website van het ministerie van Financiën. |
||||
250 |
C9.R33 Uitbreiding van het toepassingsgebied van de regels inzake niet-aftrekbaarheid voor uitgaande betalingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen om de doeltreffendheid te verbeteren van maatregelen in verband met agressieve fiscale planning |
Bepalingen in de wetswijzigingen die de inwerkingtreding ervan aangeven |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Wetswijzigingen om de maatregelen ter bestrijding van agressieve fiscale planning doeltreffender te maken, treden in werking. De wetgeving wordt ingevoerd om gevolg te geven aan de bevindingen en aanbevelingen van de onafhankelijke evaluatie als bedoeld in stap 249. |
||||
251 |
C9.R34 Digitale transformatie van belastingnalevingsprocedures |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving voor de invoering van de ePayrol-oplossing |
Bepaling in de wetgeving die de inwerkingtreding aangeeft |
KWARTAAL 2 |
2025 |
De nieuwe oplossing voor ePayroll (Employment Data Provision Platform) wordt ontwikkeld en de voor de uitrol ervan noodzakelijke wetswijzigingen treden in werking. De wetgeving wijzigt de procedures voor het verstrekken van arbeidsgegevens om het gebruik van de nieuwe diensten door belastingplichtigen (werkgevers) mogelijk te maken. Voordat de wetgeving wordt vastgesteld, moeten de autoriteiten: 1) het oorspronkelijke ontwikkelingsvoorstel inzake ePayroll goed te keuren door middel van een regeringsbesluit; 2) een interministeriële consortiumbeheersstructuur op te zetten en een speciale regeringscommissaris aan te wijzen die verantwoordelijk is voor de succesvolle uitvoering van de hervorming; en het 3) een openbare raadpleging houden over de voorgestelde versie van de oplossing voordat de IT-ontwikkelingsfase begint. |
||||
252 |
C9.R34 Digitale transformatie van belastingnalevingsprocedures |
Mijlpaal |
Meerfasenuitrol van het ePayrol-systeem |
Voltooiing van de proeffase van het nieuwe systeem |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De proeffase van de uitvoering van de ePayrol-oplossing, met de vrijwillige betrokkenheid van ten minste 50 bedrijven (met inbegrip van werkgevers van alle grootteklassen), moet worden voltooid. De kernfuncties van het nieuwe systeem worden getest, waarbij eventuele tekortkomingen tijdig op kostenefficiënte wijze worden vastgesteld. |
||||
253 |
C9.R34 Digitale transformatie van belastingnalevingsprocedures |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving voor de invoering van het eReceipt-systeem |
Bepaling in de wetgeving die de inwerkingtreding aangeeft |
KWARTAAL 4 |
2024 |
De nieuwe eReceipt-oplossing wordt ontwikkeld en de voor de uitrol ervan noodzakelijke wetswijzigingen treden in werking. De wetgeving wijzigt de documentatieprocedures voor b2c-transacties om het gebruik van de nieuwe diensten door belastingplichtigen mogelijk te maken. Voordat de wetgeving wordt vastgesteld, moeten de autoriteiten: 1) het oorspronkelijke ontwikkelingsvoorstel voor eReceipt goedkeuren door middel van een regeringsbesluit; en het 2) een openbare raadpleging over de voorgestelde oplossing houden. |
||||
254 |
C9.R34 Digitale transformatie van belastingnalevingsprocedures |
Mijlpaal |
Meerfasenuitrol van het eReceipt-systeem |
Lancering van het nieuwe eReceipt-systeem |
KWARTAAL 1 |
2026 |
De eReceipt-oplossing wordt ten uitvoer gelegd en wordt als dienst aangeboden aan geïnteresseerde cliënten. De reeds functionerende onlinekasregisters mogen parallel werken tot het verstrijken van een vervalbepaling. De eReceipt-oplossing moet uiterlijk op 31 maart 2026 een penetratie bereiken die gelijk is aan 40 % van de totale B2C-transactiewaarde. |
||||
255 |
C9.R34 Digitale transformatie van belastingnalevingsprocedures |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving ter vereenvoudiging van de btw-nalevingsprocedures door de invoering van het e-btw-stelsel |
Bepaling in de wetgeving die de inwerkingtreding aangeeft |
KWARTAAL 4 |
2024 |
De nieuwe e-btw-oplossing wordt ontwikkeld en de voor de uitrol ervan noodzakelijke wetswijzigingen treden in werking. De wetgeving vereenvoudigt de btw-nalevingsprocedures door de procedures voor btw-aangiften te wijzigen om het gebruik van de nieuwe diensten door belastingplichtigen mogelijk te maken. Voordat de wetgeving wordt vastgesteld, moeten de autoriteiten: 1) het oorspronkelijke ontwikkelingsvoorstel voor e-btw goed te keuren door middel van een regeringsbesluit; en het 2) een openbare raadpleging over de voorgestelde oplossing houden. |
||||
256 |
C9.R34 Digitale transformatie van belastingnalevingsprocedures |
Mijlpaal |
Meerfasige uitrol van het e-btw-stelsel |
Lancering van het nieuwe e-btw-stelsel |
KWARTAAL 1 |
2026 |
De nieuwe e-btw-oplossing wordt ten uitvoer gelegd en wordt als dienst aangeboden aan geïnteresseerde klanten. Het nieuwe e-btw-stelsel moet uiterlijk op 31 maart 2026 een penetratie bereiken van ten minste 40 % van alle btw-belastingplichtigen die gebruik maken van ten minste één dienst die door het systeem wordt aangeboden. |
||||
257 |
C9.R35 Vereenvoudiging van het belastingstelsel door vermindering van het aantal belastingen |
Mijlpaal |
Geleidelijke afschaffing van tijdelijke belastingmaatregelen |
Bepalingen in de wetgeving die het verstrijken van tijdelijke belastingmaatregelen aangeven |
KWARTAAL 4 |
2023 |
De tijdelijke belastingmaatregelen die in het kader van de economische ontwrichting als gevolg van COVID-19 en de energiecrisis worden ingevoerd, worden geleidelijk afgeschaft, in overeenstemming met de bestaande vervalclausules. Deze tijdelijke belastingmaatregelen omvatten: (1) de extra belasting op de banksector (artikel 1 van regeringsbesluit 197/2022) (2) de bijzondere belasting op de verzekeringssector (artikel 16 van regeringsbesluit 197/2022) (3) de bijzondere belastingen op de energiesector (§ § 2, 3 en 8 van regeringsdecreet 197/2022) (4) de heffing op de detailhandel (§ § 20-21 van regeringsbesluit 197/2022) (5) de heffing op de telecommunicatiesector (artikel 14 van regeringsbesluit 197/2022) (6) de heffing op de farmaceutische sector (artikel 7 van regeringsbesluit 197/2022). |
||||
258 |
C9.R35 Vereenvoudiging van het belastingstelsel door vermindering van het aantal belastingen |
Mijlpaal |
Verslag van de werkgroep over de vermindering van het aantal belastingen |
Publicatie van het verslag |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Er wordt een werkgroep opgericht om na te gaan of het aantal belastingen kan worden verlaagd. De werkgroep bestaat uit vertegenwoordigers van het ministerie van Financiën, de belastingdienst, handelskamers (Hongaarse kamer van koophandel en industrie, Duits-Hongaarse kamer van koophandel, Amerikaanse kamer van koophandel in Hongarije), vertegenwoordigers van de belastingadviseurs en academische deskundigen. De werkgroep stelt een verslag op met aanbevelingen voor opties voor een vermindering van het aantal belastingen. De werkgroep evalueert ten minste de volgende onderwerpen: consolidatie van de lokale onroerendgoedbelasting (onroerendgoedbelasting, gemeentebelasting); consolidatie van de belasting op voertuigen (motorrijtuigenbelasting, belasting op bedrijfswagens, registratierechten, rechten op de overdracht van goederen); integratie van de revalidatiebijdrage (vast bedrag) in de werkgeversbelasting; het samenvoegen van de belasting op schenkingen/erfenissen in de personenbelasting; afschaffing van kleine belastingen met een minimale capaciteit voor het genereren van inkomsten (behalve die welke vereist zijn op grond van het EU-recht en belastingen die gericht zijn op milieudoelstellingen); en het afschaffing/consolidatie van ziekengeld. In het verslag van de werkgroep wordt aanbevolen het aantal belastingen met 10 % te verminderen ten opzichte van het aantal dat op 1 januari 2023 van kracht was. De verlaging wordt bereikt door de afschaffing van bestaande belastingen of de consolidatie van twee of meer daarvan in één enkele belasting. De tijdelijke belastingmaatregelen die uiterlijk op 31 december 2023 aflopen en waarnaar in stap 257 wordt verwezen, en de belasting op pijpleidingen voor nutsvoorzieningen als bedoeld in mijlpaal 262, worden niet meegeteld als onderdeel van de belastingen die van kracht zijn op 1 januari 2023, noch bijdragen tot de voorgestelde vermindering van het aantal belastingen. Het verslag van de werkgroep wordt openbaar gemaakt. |
||||
259 |
C9.R35 Vereenvoudiging van het belastingstelsel door vermindering van het aantal belastingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen ter vermindering van het aantal belastingen |
Bepalingen in de wetswijzigingen die de inwerkingtreding ervan aangeven |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen ter vermindering van het aantal belastingen, op basis van het verslag van de speciale werkgroep waarnaar wordt verwezen in stap 258. De aangenomen wetgeving moet leiden tot een vermindering van het aantal belastingen met 10 % ten opzichte van het aantal dat op 1 januari 2023 van kracht was. De verlaging wordt bereikt door de afschaffing van bestaande belastingen of de consolidatie van twee of meer daarvan in één enkele belasting. De tijdelijke belastingmaatregelen die uiterlijk op 31 december 2023 aflopen en waarnaar in stap 257 wordt verwezen, en de belasting op pijpleidingen voor nutsvoorzieningen als bedoeld in mijlpaal 262, worden niet meegeteld als onderdeel van de belastingen die van kracht zijn op 1 januari 2023 en dragen evenmin bij tot de vermindering van het aantal belastingen. |
||||
260 |
C9.R35 Vereenvoudiging van het belastingstelsel door vermindering van het aantal belastingen |
Mijlpaal |
Verslag van de werkgroep voor vereenvoudiging en consolidatie van alternatieve regels inzake inkomstenbelasting |
Publicatie van het verslag |
KWARTAAL 3 |
2023 |
Een werkgroep wordt belast met de opstelling van een verslag over de wijze waarop de regels inzake de inkomstenbelasting van natuurlijke personen kunnen worden vereenvoudigd en geconsolideerd, teneinde inefficiënte belastinguitgaven uit te bannen, belastingregels gemakkelijker te maken voor belastingplichtigen en verstoorde of ongerechtvaardigde prikkels te verminderen, waardoor het belastingstelsel eerlijker wordt. De werkgroep bestaat uit vertegenwoordigers van het ministerie van Financiën, de belastingdienst, handelskamers (Hongaarse kamer van koophandel en industrie, Duits-Hongaarse kamer van koophandel, Amerikaanse kamer van koophandel in Hongarije), vertegenwoordigers van de belastingadviseurs en academische deskundigen. De werkgroep legt haar verslag over hervormingsvoorstellen voor aan de regering. Het verslag wordt openbaar gemaakt. |
||||
261 |
C9.R35 Vereenvoudiging van het belastingstelsel door vermindering van het aantal belastingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen ter vereenvoudiging en consolidatie van de inkomstenbelasting |
Bepalingen in de wetswijzigingen die de inwerkingtreding ervan aangeven |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen ter vereenvoudiging en consolidatie van de personenbelasting, op basis van het verslag van de specifieke werkgroep waarnaar in stap 260 wordt verwezen. |
||||
262 |
C9.R36 Hervorming van de belasting op pijpleidingen van openbaar nut |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de wet tot intrekking of wijziging van wet nr. CLXVIII van 2012 betreffende de belasting op nutsvoorzieningen |
Bepalingen in de wetswijzigingen die de inwerkingtreding ervan aangeven |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Een wet inzake de vereenvoudiging van de belasting op nutsvoorzieningen treedt in werking om i) wet CLXVIII van 2012 inzake de belasting op nutsvoorzieningen in te trekken, of ii) wijziging van wet nr. CLXVIII van 2012 inzake de belasting op pijpleidingen van nutsvoorzieningen om een belastingregel in te voeren op grond waarvan eigenaren van nutsbedrijven de gespecificeerde belasting die verschuldigd is op hun in openbare ruimten gelegen lijnen (water en riolering, elektriciteitsleidingen, aardgasleidingen en telecommunicatiekabels) kunnen lozen of crediteren voor het bedrag dat zij investeren in het onderhoud of de modernisering van die lijnen. |
||||
263 |
C9.R37 Mainstreaming van het gebruik van communicatiecampagnes en gedragsinzichten door de belastingdienst |
Mijlpaal |
Verbetering van de communicatiepraktijken van overheidsinstanties met hun cliënten |
Verslag wordt ingediend bij de regering en er worden nieuwe „stapsgewijze” richtsnoeren gelanceerd. |
KWARTAAL 3 |
2024 |
De nationale autoriteit voor belastinginning (NTCA) stelt een verslag op over de onderdelen en de resultaten van haar „gewone communicatieprogramma”. Het verslag bevordert de integratie van klantgerichte en gemakkelijk te begrijpen communicatiebenaderingen in andere klantgerichte organisaties van het openbaar bestuur door middel van door de NTCA opgedane ervaringen en methoden. Het verslag wordt voorgelegd aan de regering en openbaar gemaakt. Op basis van het verslag worden op de digitale platforms van de NTCA nieuwe „stapsgewijze” richtsnoeren over specifieke onderwerpen gepubliceerd, waaronder het helpen van particuliere ondernemers bij hun keuze uit facultatieve belastingregelingen, verzoeken om vrijstelling van betaling, belasting en zegelrechten op onroerendgoedtransacties. |
||||
264 |
C9.R37 Mainstreaming van het gebruik van communicatiecampagnes en gedragsinzichten door de belastingdienst |
Mijlpaal |
Toepassing van gedragsinzichten in NTCA-procedures |
Verslag over toepassingen van gedragsinzichten in NTCA-procedures en publicatie van de resultaten van BI-proefprojecten |
KWARTAAL 4 |
2024 |
De NTCA stelt een verslag op en legt dit aan de regering voor over de wijze waarop gedragsinzichten de uitvoering van overheidsfuncties kunnen verbeteren, op basis van de gegevens die zijn verzameld in de BI-piloten van de NTCA en de ervaring die is opgedaan met de integratie ervan in de reguliere procedures. Ten minste drie nieuwe, op RCT-gebaseerde BI-proefprojecten worden uitgevoerd in samenwerking tussen de NTCA en het ministerie van Financiën. Tot de onderwerpen behoren ten minste het verfijnen van berichten, het aanbieden van instrumenten voor vrijwillige naleving, het verbeteren van mentoringdiensten, het vinden van het juiste evenwicht tussen gedragsinterventies en handhaving bij de bestrijding van belastingontduiking. De resultaten van deze projecten worden geëvalueerd en gepubliceerd. |
||||
265 |
C9.R37 Mainstreaming van het gebruik van communicatiecampagnes en gedragsinzichten door de belastingdienst |
Mijlpaal |
Conceptnota over de algemene revisie van NTCA-IT-platforms en de integratie daarvan in een dienst met één kanaal |
Publicatie van het conceptdocument |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Een door de NTCA opgesteld conceptdocument bevat een gedetailleerd plan van de wijze waarop de verschillende IT-platforms van de belastingdienst moeten worden samengevoegd tot een platform met één kanaal. De consolidatie stelt belastingplichtigen een volledig digitaal kanaal ter beschikking voor gebruik in hun contacten met de belastingdienst. Het conceptdocument bevat een voorgesteld tijdschema voor de noodzakelijke ontwikkelingsprojecten, met inbegrip van een raming van de omvang en de temporele verdeling van de benodigde middelen. Het bevat ook een plan voor de integratie van alle lopende of geplande IT-ontwikkelingen van de NTCA op het platform, waarbij wordt voortgebouwd op de communicatie-innovaties en de BI-benaderingen bij het ontwerpen van diensten en het ontwerp van gebruikersinterface/gebruikerservaring (UI/UX). Dit conceptdocument dient als basis voor IT-ontwikkelingsplanning voor de NTCA. Het conceptdocument wordt gepubliceerd op de NTCA-website. |
||||
266 |
C9.R37 Mainstreaming van het gebruik van communicatiecampagnes en gedragsinzichten door de belastingdienst |
Mijlpaal |
Beschikbaarheid van nieuwe functies op de geïntegreerde NTCA-platforms |
Nieuwe functies zijn operationeel en beschikbaar op de geïntegreerde platforms en de mobiele applicatie |
KWARTAAL 3 |
2025 |
Na de consolidatie van afzonderlijke platforms (zoals ePIT, website voor onlineformulieren) en de verlening van diensten die nog niet via digitale kanalen beschikbaar zijn (zoals ePayrol-verbinding, zegelrechten, voertuigbelastingen), worden ten minste drie nieuwe functionaliteiten (die niet vóór 30 september 2022 werden aangeboden) operationeel en beschikbaar voor de gebruikers op het geïntegreerde platform en de mobiele applicatie. |
||||
267 |
C9.R38 Verbetering van de efficiëntie van de overheidsuitgaven door uitgaventoetsingen uit te voeren |
Mijlpaal |
Vaststelling van het wettelijke en institutionele kader voor de uitvoering van jaarlijkse uitgaventoetsingen |
Inwerkingtreding van een wijziging van de organisatorische en operationele regels van het ministerie van Financiën en inwerkingtreding van kracht van een regeringsbesluit over de methodologie en het werkplan voor de middellange termijn voor uitgaventoetsingen |
KWARTAAL 2 |
2023 |
De autoriteiten wijzen het ministerie van Financiën aan als de instelling die verantwoordelijk is voor de coördinatie en uitvoering van uitgaventoetsingen. Het ministerie van Financiën richt een eenheid op die belast is met de coördinatie van uitgaventoetsingen („coördinatie-eenheid”). De coördinatie-eenheid wordt bij haar werkzaamheden ondersteund door een taskforce die bestaat uit externe deskundigen (zoals gerenommeerde specialisten op de te beoordelen gebieden, academici, denktankers) en vertegenwoordigers van relevante vakministeries. De coördinatie-eenheid pleegt regelmatig overleg en werkt nauw samen met de leden van de taskforce bij het opstellen van de wettelijke en institutionele regels voor het uitvoeren van uitgaventoetsingen en vervolgens bij het ontwerpen, uitvoeren en opvolgen van de uitgaventoetsingen. De regering neemt een besluit over de start van een regelmatige uitgaventoetsing, die in het Hongaarse staatsblad wordt bekendgemaakt. In het besluit (en/of de begeleidende documenten) wordt met name het volgende vermeld: de gedetailleerde doelstellingen en streefcijfers; methodologie voor de evaluatie; een werkplan voor de middellange termijn, met inbegrip van de uitgaventerreinen die aan evaluaties moeten worden onderworpen en de termijnen voor de uitvoering van de evaluaties; de betrokken overheidsinstanties (indien deze entiteiten deel uitmaken van de centrale overheid); en het de perioden waarop de analyse betrekking moet hebben. In het besluit worden ook de rollen en verantwoordelijkheden van de betrokken actoren gespecificeerd, met inbegrip van ten minste de volgende elementen: De vakministeries verlenen de coördinatie-eenheid van het ministerie van Financiën volledige toegang tot gegevens en informatie. Het ministerie van Financiën coördineert en voert de uitgaventoetsingen uit en formuleert, na raadpleging van de taskforce, aanbevelingen voor mogelijke follow-upmaatregelen. Het ministerie van Financiën dient regelmatig (driemaandelijks) verslag uit aan de regering over de voortgang van de uitgaventoetsingen. Overeenkomstig het beginsel „pas toe of leg uit” legt de regering alle bevindingen van de herzieningen voor aan het parlement en, indien zij geen gevolg wenst te geven aan een aantal van de desbetreffende aanbevelingen, waarom. De resultaten van de uitgaventoetsingen zijn binnen de vooraf vastgestelde termijnen klaar om te worden meegenomen in de voorbereiding van de jaarlijkse begrotingen en de begrotingsplanning op middellange termijn. Met het oog op een doeltreffende follow-up krijgen het ministerie van Financiën, de vakministeries en andere overheidsinstellingen waaraan aanbevelingen zijn gedaan, een termijn om op deze aanbevelingen te reageren overeenkomstig het „pas toe of leg uit” -beginsel. De coördinatie-eenheid van het ministerie van Financiën wordt belast met het toezicht op de follow-up en het opstellen van een jaarverslag over de reactie op de aanbevelingen. Bij de evaluatie wordt rekening gehouden met de aanbevelingen van de OESO en soortgelijke praktijken in de EU-lidstaten. Het doel van de uitgaventoetsingen is in detail na te gaan of de overheidsuitgaven op de onderzochte gebieden toereikend zijn, met name wat betreft het positieve sociale effect ervan, de bijdrage ervan aan de economische groei en het effect ervan op het begrotingssaldo en de houdbaarheid van de overheidsuitgaven op middellange termijn. In de methode worden concrete besparings- en efficiëntiestreefcijfers vastgesteld voor specifieke uitgavengebieden met een passend ambitieniveau. De gebieden voor de evaluatie worden geselecteerd op basis van criteria zoals uitgaven met een lage prioriteit en efficiëntie. Bij de selectie van de te evalueren gebieden wordt prioriteit gegeven aan grote en snel stijgende uitgavenposten. De evaluaties van 2023 en 2024 hebben betrekking op ten minste 10 % van de overheidsuitgaven per jaar. De uitgaventerreinen voor de evaluatie omvatten, maar zijn niet beperkt tot: Gezondheidszorg; Onderwijs; Overheidsinvesteringen; en het Gezins- en huisvestingsgerelateerde steun (met inbegrip van daarmee verband houdende belastingvoordelen). |
||||
268 |
C9.R38 Verbetering van de efficiëntie van de overheidsuitgaven door uitgaventoetsingen uit te voeren |
Mijlpaal |
Verslagen over de resultaten van de eerste en tweede uitgaventoetsingen |
Publicatie van twee verslagen over de resultaten van de eerste twee uitgaventoetsingen op de website van de regering |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Het ministerie van Financiën coördineert en voert uitgaventoetsingen uit van de uitgaven voor ten minste twee in het werkplan voor de middellange termijn aangewezen gebieden, waarvan ten minste twee gebieden van de in stap 267 gespecificeerde lijst, in overleg met relevante, van de regering onafhankelijke beroepsorganisaties. De coördinatie-eenheid werkt nauw samen met de leden van de in mijlpaal 267 bedoelde taskforce bij het ontwerp, de uitvoering en de follow-up van uitgaventoetsingen. Bij de uitgaventoetsingen worden maatregelen en beleidsopties vastgesteld voor het realiseren van potentiële besparingen (uitgedrukt in procenten van het toepassingsgebied van de beoordeelde uitgaven) en efficiëntiewinsten op de betrokken uitgaventerreinen. De voorgestelde maatregelen en opties moeten uiterlijk in het eerste kwartaal van 4 2023 beschikbaar zijn. In twee specifieke verslagen worden de concrete resultaten van de evaluaties gepresenteerd in termen van potentiële besparingen (uitgedrukt in% van de omvang van de beoordeelde uitgaven) en efficiëntiewinsten, zoals met name tot uiting komt in de begrotingsplanning (d.w.z. in jaarlijkse begrotingen en begrotingsplannen voor de middellange termijn). De verslagen worden besproken door de regering en gepubliceerd op de website van de regering. |
||||
269 |
C9.R38 Verbetering van de efficiëntie van de overheidsuitgaven door uitgaventoetsingen uit te voeren |
Mijlpaal |
Verslagen over de resultaten van de derde en vierde uitgaventoetsing |
Publicatie van twee verslagen over de resultaten van de twee aanvullende uitgaventoetsingen op de website van de regering |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Het ministerie van Financiën coördineert en voert uitgaventoetsingen uit van de uitgaven voor ten minste twee in het werkplan voor de middellange termijn aangewezen gebieden, waarvan ten minste twee gebieden van de in stap 267 gespecificeerde lijst, in overleg met relevante, van de regering onafhankelijke beroepsorganisaties. De coördinatie-eenheid werkt nauw samen met de leden van de in mijlpaal 267 bedoelde taskforce bij het ontwerp, de uitvoering en de follow-up van uitgaventoetsingen. Bij de uitgaventoetsingen worden maatregelen en beleidsopties vastgesteld voor het realiseren van potentiële besparingen (uitgedrukt in% van de omvang van de beoordeelde uitgaven) en efficiëntiewinsten op de betrokken uitgaventerreinen. De voorgestelde maatregelen en opties moeten uiterlijk in het eerste kwartaal van 4 2024 beschikbaar zijn. In twee specifieke verslagen worden de concrete resultaten van de evaluaties gepresenteerd in termen van potentiële besparingen (uitgedrukt in% van de omvang van de beoordeelde uitgaven) en efficiëntiewinsten, zoals met name tot uiting komt in de begrotingsplanning (d.w.z. in jaarlijkse begrotingen en begrotingsplannen voor de middellange termijn). De verslagen worden besproken door de regering en gepubliceerd op de website van de regering. |
||||
270 |
C9.R38 Verbetering van de efficiëntie van de overheidsuitgaven door uitgaventoetsingen uit te voeren |
Mijlpaal |
Afsluitende verslag over de resultaten van de uitgaventoetsing |
Publicatie van het slotverslag op de website van de regering |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Uit het slotverslag blijkt dat ten minste 20 % van de overheidsuitgaven met succes is gedekt door de vier uitgaventoetsingen die in de periode 2023-2025 zijn uitgevoerd. |
J. COMPONENT 10: REPowerEU
De REPowerEU-component van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan heeft tot doel de energiezekerheid te vergroten en de energietransitie te ondersteunen door de uitrol van hernieuwbare energie en de levering van schone energie te versnellen, vergunningsprocedures te stroomlijnen en geothermisch onderzoek en duurzame productie van waterstof te ondersteunen. De component is het verminderen van het verbruik van fossiele brandstoffen door het bevorderen van duurzaam vervoer, het verbeteren van de energie-efficiëntie en het terugdringen van energiearmoede door het verbeteren van de energie-efficiëntie van gebouwen. De component moet ook de efficiëntie en flexibiliteit van de elektriciteitsmarkt verbeteren door de verbetering en digitalisering van het elektriciteitsnetwerk te ondersteunen en door de oprichting en aansluiting van energiegemeenschappen en de aansluiting van aankoopgroeperingen en energieopslagfaciliteiten op het netwerk te bevorderen.
De REPowerEU-component draagt bij tot de uitvoering van landspecifieke aanbevelingen, met name LSA 2022 5, LSA 2022 6 en LSA 2023 4.
Verschillende maatregelen moeten een grensoverschrijdend effect hebben, waaronder investeringen in de ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken, vergroening van industrie-, wetenschaps-, technologie- en logistieke parken voor energiedoeleinden, het opbouwen van productiecapaciteit voor de groene economie, de toepassing van groene technologieën voor het koolstofvrij maken van de industrie, investeringen in waterstof, het ondersteunen van de exploratie en exploitatie van geothermische energie, het financieringsinstrument om de energie-efficiëntie van bedrijven te verbeteren, investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen, het financieringsinstrument om de energie-efficiëntie van woongebouwen te verbeteren en energiearmoede en elektrificatie van spoorwegtrajecten aan te pakken.
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
J.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
C10.R1: Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de procedure voor netaansluiting
Het doel van deze maatregel is de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de netaansluitingsprocedure te verbeteren. Het bestaat uit twee submaatregelen, waarvan de ene gericht is op het verlenen van toestemming voor aansluiting op het net voor weerafhankelijke hernieuwbare-energiecentrales en de andere op de harmonisatie van de procedure voor de aansluiting op het elektriciteitsnet door distributiesysteembeheerders.
Het doel van de eerste submaatregel is het opschalen van C6.R4 (Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de netaansluiting — vergunning voor netwerkaansluiting voor hernieuwbare-energiecentrales; stap 111) en de beschikbaarheid van netaansluitingen voor hernieuwbare energiebronnen vergroten. De transmissiesysteembeheerder of de distributiesysteembeheerders geven vergunningen voor netaansluiting af die uitvoerbaar zijn vanaf de datum van verlening voor weerafhankelijke installaties voor hernieuwbare energie — zonne- en windenergie — voor een totale capaciteit van ten minste 12 000 MW. Het toepassingsgebied omvat alle categorieën van dergelijke elektriciteitscentrales (klein en groot), met inbegrip van installaties voor hernieuwbare energie die alleen aan een registratieprocedure zijn onderworpen en geregistreerd zijn.
Deze doelstelling van de tweede submaatregel is een gestandaardiseerde aanpak vast te stellen die door alle distributiesysteembeheerders moet worden toegepast bij de behandeling van de aanvragen voor de procedure voor de aansluiting op het elektriciteitsnet. De administratieve netaansluitingsprocedures worden herzien en er wordt gezorgd voor een consistente interpretatie van de desbetreffende algemene regels en geharmoniseerde procedures door de verschillende distributiesysteembeheerders. De distributiesysteembeheerders moeten om de zes maanden informatie verstrekken over de beschikbaarheid van netwerkaansluitpunten voor hernieuwbare-energiecentrales in hun exploitatiegebied. De uitvoering van deze submaatregel moet uiterlijk op 31 december 2024 zijn voltooid.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C10.R2: Vaststelling van nettarieven
Het doel van de maatregel is de vaststelling en inwerkingtreding van een nieuwe methode voor de berekening van nettarieven. In de nieuwe methode is de regelgever als enige verantwoordelijk voor het bepalen van de kosten en inkomsten die in de methodologie in aanmerking worden genomen. De methodologie waarborgt dat de transmissie- en distributietarieven niet-discriminerend zijn en de kosten weerspiegelen.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 31 december 2024 zijn voltooid.
C10.R3: Aanpassing van de wetgeving inzake slimme meters
Deze maatregel heeft tot doel het gebruik van slimme meters te verbeteren om de technologie beter te benutten en aldus zowel de netwerkexploitatie als de gebruikers ten goede te komen.
De hervorming wordt verwezenlijkt door wijziging van de relevante wetgeving inzake elektriciteit, die:
de fundamentele functionele eisen voor slimme meters vast te stellen om de interoperabiliteit ervan te waarborgen, met inbegrip van de eisen dat zij input leveren voor energiebeheersystemen.
eisen vaststellen ter verbetering van de transparantie en de toegang tot gegevens die afkomstig zijn van het gebruik van slimme meters.
vergroten van de reikwijdte van de gebruikers die verplicht zijn slimme meters te installeren.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 31 december 2024 zijn voltooid.
C10.R4: Versterking van de rol van aankoopgroeperingen
De maatregel heeft tot doel wetswijzigingen in te voeren voor aankoopgroeperingen en netcodes en contractmodellen te ontwikkelen om marktbelemmeringen weg te nemen en de markttoegang en de ontwikkeling van diensten van nieuwe vraagresponsactoren (onafhankelijke aankoopgroeperingen) die in Hongarije actief zijn op het gebied van vraagzijdebeheer en -aggregatie, te verbeteren.
De wijzigingen zijn gebaseerd op internationale beste praktijken, voornamelijk regionale beste praktijken, en verbeteren de markttoegang en de ontwikkeling van diensten van nieuwe vraagresponsactoren (onafhankelijke aankoopgroeperingen) die in Hongarije actief zijn op het gebied van vraagzijdebeheer en -aggregatie. De wijzigingen worden ingevoerd binnen het kader waarin de bestaande Hongaarse wetgeving voorziet, door middel van een ondersteunend juridisch en beleidsklimaat en contractmodellen, in overeenstemming met de elektriciteitsVerordening (EU) 2019/943 en de elektriciteitsRichtlijn (EU) 2019/944.
In het kader van de wijzigingen worden in de maatregel instrumenten ontwikkeld die begunstigden van de universele dienst in staat stellen contracten te sluiten met een of meer communautaire aanbieders, met inbegrip van de juridische mogelijkheid om een universeledienstcontract om te zetten in een gedeeltelijk of gepland leveringscontract. De ingevoerde wijzigingen hebben betrekking op de definitie van clearingregels tussen aankoopgroeperingen en handelaren, de financiële verantwoordelijkheid voor mismatches en de aansprakelijkheid voor eventuele onevenwichtigheden.
In het kader van de hervorming wordt een contractmodel voor onafhankelijke aankoopgroeperingen ontwikkeld, met een tijdschema voor de invoering ervan.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 31 maart 2024 zijn voltooid.
C10.R5: Ruimer gebruik van dynamische prijsstelling in stroomafnameovereenkomsten
De hervorming heeft tot doel het regelgevingskader te wijzigen om de toepassing van dynamische prijsstelling te bevorderen en biedt het gebruik ervan ook aan residentiële consumenten en micro-ondernemingen die onder de universele dienst vallen. De gewijzigde wetgeving biedt residentiële verbruikers en micro-ondernemingen de mogelijkheid om een vrijwillig stroomafnamecontract met dynamische prijsstelling te sluiten. De hervorming stelt gebruikers in staat hun verbruik aan te passen aan prijssignalen die de vraag- en aanbodomstandigheden op de elektriciteitsmarkt weerspiegelen.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.
C10.R6: Vernieuwing van de productstructuur van markten voor regelgevingsreserves om de markttoegang voor nieuwe soorten flexibiliteit te vergemakkelijken
Deze maatregel heeft tot doel een alomvattend regelgevingskader tot stand te brengen, de regels te wijzigen en modelcontracten op het vereiste regelgevingsniveau te ontwikkelen om de markt open te stellen voor nieuwe spelers aan de aanbodzijde, rekening houdend met eventuele beperkingen die uit de structuur van de wholesalemarkt kunnen voortvloeien.
Voorts heeft de hervorming tot doel de belemmeringen weg te nemen en de markttoegang voor traditionele, niet-traditionele en hernieuwbare energieproducenten te vergemakkelijken, waardoor de efficiëntie van de balanceringsmarkt wordt vergroot.
De hervorming maakt het mogelijk weerafhankelijke producenten op te nemen in de balanceringscapaciteitsmarkt en introduceert een speciaal flexibiliteitsproduct voor consumenten met een lagere accreditatiecapaciteit. Er wordt een regelgevingspakket ingevoerd dat de producenten belet nieuwkomers op basis van hun prijzen te beletten de markt te betreden.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 31 maart 2024 zijn voltooid.
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering (subsidies)
Het doel van deze investering is het gebruik van hernieuwbare energie te ondersteunen door het vermogen van het elektriciteitsnetwerk om verdere hernieuwbare energie te integreren te vergroten, de elektriciteitsverbindingen tussen consumenten en producenten te verbeteren en de kwaliteit van de door de systeembeheerders aangeboden dienstverlening te verbeteren.
De investering ondersteunt vier interventietypes, die gedeeltelijk worden gefinancierd met niet-terugbetaalbare financiële steun en deels met leningen zoals hieronder beschreven in deel J.3. in het kader van investeringsmaatregel C10.I1 (leningen). De onderstaande beschrijving heeft betrekking op de delen van de investeringen die met niet-terugbetaalbare financiële steun worden gefinancierd. De doelstellingen die moeten worden gehaald in het kader van de investeringen die met niet-terugbetaalbare financiële steun worden gefinancierd, komen bovenop die welke in het kader van de leningen worden gefinancierd:
Digitale ontwikkelingen op het niveau van de systeembeheerder;
Verbetering van de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen;
De ontwikkeling van klassieke en slimme netwerken voor transmissiesysteembeheerders en distributiesysteembeheerders;
Verspreiding van slimme meters.
De oproep tot het indienen van voorstellen, de oproepen tot het indienen van prioritaire projecten en de subsidieovereenkomsten met betrekking tot de submaatregelen in het kader van deze investering kunnen afzonderlijk of geaggregeerd worden voor de delen die worden gefinancierd uit niet-terugvorderbare financiële steun en uit de leningen.
C10.I1a: Digitale ontwikkelingen op het niveau van de systeembeheerder (subsidies)
De submaatregel „digitale ontwikkelingen bij de systeembeheerder” heeft tot doel het gebruik van digitale technologieën in de netwerkinfrastructuur en het beheer van het elektriciteitsnet te ondersteunen om efficiënt te kunnen reageren op de uitdagingen die voortvloeien uit de afhankelijkheid van verschillende energiebronnen, met inbegrip van de grootschalige integratie van hernieuwbare energiebronnen in het net. De submaatregel heeft ook tot doel de stabiliteit van het net te ondersteunen en het gegevensbeheer en de cyberbeveiliging te verbeteren. De submaatregel die in het kader van zowel de leningen als de niet-terugvorderbare steun wordt gefinancierd, moet tot deze doelstellingen bijdragen.
Als onderdeel van de submaatregel omvat de financiering die via een oproep tot het indienen van voorstellen wordt verstrekt, de ontwikkeling en de ingebruikneming van de ontwikkeling van digitale infrastructuur, zoals: klantenservicesystemen, fundamentele IT-infrastructuur voor energie, IT-systemen ter ondersteuning van energiediensten en/of systemen voor beheer aan de verbruiker. In totaal worden 17 digitale ontwikkelingen in verband met netwerkinfrastructuur en/of de exploitatie van het elektriciteitsnet bij de netbeheerder gefinancierd uit de niet-terugbetaalbare financiële steun, die een aanvulling vormt op de steun die in het kader van de lening wordt gefinancierd.
De uitvoering van deze submaatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C10.I1b: Verbetering van de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen (subsidies)
De submaatregel „verbetering van de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen” heeft tot doel de nauwkeurigheid van de raming van de energieproductie van weerafhankelijke hernieuwbare-energiecentrales te verbeteren door 37 meteorologische stations te installeren naast die welke in het kader van het leninggedeelte worden gefinancierd. De gegevens en prognoses die als gevolg van de investering worden gegenereerd, worden openbaar gemaakt voor zowel de spelers op de energiemarkt als het grote publiek.
De uitvoering van deze submaatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C10.I1c: Opgeschaalde maatregel: Klassieke ontwikkeling van slimme netwerken voor transmissiesysteembeheerders en distributiesysteembeheerders (subsidies)
Het doel van deze maatregel is opschaling van investering C6.I1 „Ontwikkeling van klassieke en slimme netwerken voor transmissiesysteembeheerders en distributiesysteembeheerders”. Het opgeschaalde deel van de maatregel moet ertoe leiden dat uiterlijk op 30 juni 2026 een extra capaciteit van een energiecentrale met behulp van hernieuwbare energiebronnen van 1 197 MW in het net kan worden geïntegreerd, bovenop de capaciteit die met de leningen wordt gefinancierd en als onderdeel van investering C6.I1.
De uitvoering van deze submaatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C10.I1d: Opgeschaalde maatregel: Verspreiding van slimme meters (subsidies)
Het doel van deze maatregel is het opschalen van investering C6.I5 „Verspreiding van slimme metersystemen”. Het opgeschaalde deel van de maatregel ondersteunt de aankoop en installatie van 387 791 slimme meters tegen 30 juni 2026, naast de meters die worden gefinancierd uit de leningen en als onderdeel van investering C6.I5.
De uitvoering van deze submaatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
J.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgende Aantal |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Eenheid |
Basislijn |
Doelstelling |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
271 |
C10.R1: Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de procedure voor netaansluiting Opgeschaalde maatregel: Vergunning voor aansluiting op het net voor weerafhankelijke hernieuwbare-energiecentrales |
Doel |
Vergunning voor aansluiting op het net voor weerafhankelijke hernieuwbare-energiecentrales |
MW |
10 000 |
12 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Vergunningen voor netaansluiting die vanaf de datum van verlening kunnen worden uitgevoerd, worden door DSB of TSB afgegeven aan weerafhankelijke hernieuwbare-energiecentrales — zonne- en windenergie — voor een totale capaciteit van ten minste 12 MW. Het streefcijfer heeft betrekking op alle categorieën van dergelijke elektriciteitscentrales (kleine en grootschalige centrales), met inbegrip van installaties voor hernieuwbare energie die alleen onder een registratieprocedure vallen en geregistreerd zijn. |
|
272 |
C10.R1: Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de netaansluitingsprocedure Harmonisatie van de procedure voor aansluiting op het elektriciteitsnet door distributiesysteembeheerders |
Mijlpaal |
Harmonisatie van de procedure voor aansluiting op het elektriciteitsnet door distributiesysteembeheerders |
Bepaling in de regels voor de inwerkingtreding van de minimumeisen voor de geharmoniseerde procedure voor de aansluiting op het elektriciteitsnet |
KWARTAAL 4 |
2024 |
De Hongaarse regelgevende autoriteit voor energie en nutsbedrijven (MEKH) stelt de verschillen vast en stelt de minimumeisen vast voor de harmonisatie van de procedures voor de aansluiting op het elektriciteitsnet die door alle DSB’s worden toegepast, bijvoorbeeld met betrekking tot de algemene termijnen en in te dienen documenten. De DSB’s moeten om de zes maanden informatie verstrekken over de beschikbaarheid van netwerkaansluitpunten voor hernieuwbare-energiecentrales in hun exploitatiegebied. |
|||
273 |
C10.R2: Vaststelling van nettarieven |
Mijlpaal |
Nieuwe methode voor de berekening van nettarieven |
Bepaling in de uitvoeringshandeling waarin de inwerkingtreding van de methodologie wordt aangegeven |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Inwerkingtreding van een door de onafhankelijke regelgevende instantie vastgestelde nieuwe methode voor de berekening van nettarieven. Zij zorgt ervoor dat de transmissie- en distributietarieven kostengetrouw en niet-discriminerend zijn overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EU) 2019/943. De regelgevende instantie is als enige verantwoordelijk voor het bepalen van de kosten en inkomsten die in de methodologie in aanmerking worden genomen. |
|||
274 |
C10.R3: Aanpassing van de wetgeving inzake slimme meters |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van gewijzigde wetgeving inzake slimme meters |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wetgeving |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Inwerkingtreding van gewijzigde wetgeving ter bevordering van het gebruik van slimme meters. De wetswijzigingen omvatten: fundamentele functionele eisen voor slimme meters om de interoperabiliteit ervan te waarborgen, met inbegrip van de eisen dat zij input leveren voor energiebeheersystemen; eisen ter verbetering van de transparantie en de toegang tot gegevens die afkomstig zijn van het gebruik van slimme meters voor gebruikers en marktdeelnemers; bepalingen ter vergroting van het toepassingsgebied van gebruikers die op grond van de nationale wetgeving verplicht zijn slimme meters te installeren. |
|||
275 |
C10.R4: Versterking van de rol van aankoopgroeperingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de uitvoeringshandeling inzake aankoopgroeperingen en netcodes, met inbegrip van modelcontracten |
Bepaling in de uitvoeringshandeling betreffende de inwerkingtreding van de wetgeving inzake aankoopgroeperingen en netcodes, met inbegrip van de gewijzigde modelcontracten |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Inwerkingtreding van de uitvoeringshandeling inzake aankoopgroeperingen en netcodes ter verbetering van de markttoegang en de ontwikkeling van diensten van nieuwe vraagresponsactoren (onafhankelijke aankoopgroeperingen) die in Hongarije actief zijn op het gebied van vraagzijdebeheer en -aggregatie. De wijzigingen ontwikkelen instrumenten die begunstigden van de universele dienst ertoe aanzetten contracten te sluiten met een of meer aanbieders uit de gemeenschap, met inbegrip van de juridische mogelijkheid om een universeledienstcontract om te zetten in een gedeeltelijk of gepland leveringscontract. De wijzigingen hebben betrekking op de vaststelling van clearingregels tussen aankoopgroeperingen en handelaren, de financiële verantwoordelijkheid voor mismatches en de aansprakelijkheid voor eventuele onevenwichtigheden. In het kader van de maatregel wordt ook de ontwikkeling van contractmodellen opgenomen. |
|||
276 |
C10.R5: Ruimer gebruik van dynamische prijsstelling in stroomafnameovereenkomsten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de gewijzigde wetgeving om de toepassing van dynamische prijsstelling in het segment van residentiële consumenten en micro-ondernemingen te vergemakkelijken |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wetswijzigingen |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Inwerkingtreding van de wetswijzigingen om de toepassing van dynamische prijsstelling in het segment huishoudens en micro-ondernemingen te vergemakkelijken. De gewijzigde wetgeving (en) biedt residentiële verbruikers en micro-ondernemingen de mogelijkheid om een vrijwillig stroomafnamecontract met dynamische prijsstelling te sluiten, ook in aanvulling op een universeledienstcontract. De gewijzigde wetgeving (en) moet (en) ervoor zorgen dat consumenten door middel van dynamische prijsstellingsovereenkomsten kunnen profiteren van de functies van slimme meters en aggregatie, en hen in staat stellen als prosumenten op te treden. |
|||
277 |
C10.R6: Vernieuwing van de productstructuur van markten voor regelgevingsreserves om de markttoegang voor nieuwe soorten flexibiliteit te vergemakkelijken |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een alomvattend regelgevingskader en wijzigingen van de regels en modelcontracten op de vereiste regelgevingsniveaus |
Publicatie van modelcontracten en het regelgevingskader op de websites van de betrokken autoriteiten |
KWARTAAL 2 |
2024 |
De inwerkingtreding van het nieuwe regelgevingskader stelt de markt open voor nieuwe spelers aan de aanbodzijde, neemt de belemmeringen weg en vergemakkelijkt de markttoegang voor traditionele, niet-traditionele en hernieuwbare energieproducenten. Binnen het regelgevingskader wordt een pakket ingevoerd dat de producenten belet de markt te betreden. Het regelgevingskader omvat het gebruik van weerafhankelijke producenten op de balanceringscapaciteitsmarkt en ontwikkelt een speciaal flexibiliteitsproduct voor consumenten met een lagere accreditatiecapaciteit. |
|||
278 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C.10.I1a: Digitale ontwikkelingen op het niveau van de systeembeheerder (subsidies) |
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van voorstellen met betrekking tot digitale ontwikkelingen in verband met de netwerkinfrastructuur en de exploitatie van het elektriciteitsnet op het niveau van de netbeheerder |
Publicatie van de oproep tot het indienen van voorstellen op de officiële website van de regering voor oproepen |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Er wordt een oproep tot het indienen van voorstellen gedaan voor digitale ontwikkelingen voor het opzetten en beheren van het elektriciteitsnet op het niveau van de netbeheerder. In de oproep worden de belangrijkste ontwikkelingselementen en -activiteiten beschreven die steun kunnen ontvangen om digitale infrastructuur te ontwikkelen, zoals: het digitale klantenservicesysteem, fundamentele IT-infrastructuur voor energie, IT-systemen ter ondersteuning van energiediensten en systemen voor consumentenbeheer. |
|||
279 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C.10.I1a: Digitale ontwikkelingen op het niveau van de systeembeheerder (subsidies) |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de subsidieovereenkomsten voor digitale ontwikkelingen in verband met netwerkinfrastructuur en beheer van het elektriciteitsnet op het niveau van de netbeheerder |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Subsidieovereenkomsten worden ondertekend met systeembeheerders, met inbegrip van hun IT-bedrijven, die van kracht worden voor alle projecten die zijn geselecteerd in het kader van de in stap 278 bedoelde oproep. |
|||
280 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C.10.I1a: Digitale ontwikkelingen op het niveau van de systeembeheerder (subsidies) |
Doel |
Digitale ontwikkelingen in verband met de netwerkinfrastructuur en het beheer van het elektriciteitsnet op het niveau van de systeembeheerder |
Aantal |
0 |
2 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Aantal digitale ontwikkelingen bij de systeembeheerders en/of hun IT-bedrijven. Een digitale ontwikkeling omvat de ontwikkeling en installatie van een digitale infrastructuur zoals: digitaal klantenservicesysteem, fundamentele IT-infrastructuur voor energie, IT-systemen ter ondersteuning van energiediensten en systemen voor consumentenbeheer. |
|
281 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C.10.I1a: Digitale ontwikkelingen op het niveau van de systeembeheerder (subsidies) |
Doel |
Digitale ontwikkelingen in verband met de netwerkinfrastructuur en het beheer van het elektriciteitsnet op het niveau van de systeembeheerder |
Aantal |
2 |
17 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Aantal digitale ontwikkelingen bij de systeembeheerders en/of hun IT-bedrijven. Een digitale ontwikkeling omvat de ontwikkeling en installatie van een digitale infrastructuur, zoals: digitaal klantenservicesysteem, fundamentele IT-infrastructuur voor energie, IT-systemen ter ondersteuning van energiediensten en systemen voor consumentenbeheer. |
|
282 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1b: Verbetering van de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen (subsidies) |
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van prioritaire projecten voor de installatie van meteorologische stations om de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen te verbeteren |
Publicatie van de oproep tot het indienen van prioritaire projecten op de officiële website van de regering voor oproepen |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Er wordt een oproep gedaan tot het indienen van prioritaire projecten voor het ontwerp, de aankoop en de installatie van een verbeterd instrument voor weersvoorspellingen. In de oproep wordt vereist dat het instrument voor weersvoorspellingen wordt gebruikt om de nauwkeurigheid van de ramingen van de productie van weerafhankelijke hernieuwbare energie (zoals zonne- en windenergie) te verbeteren. In de oproep worden de belangrijkste eisen beschreven waaraan de te installeren meteorologische stations moeten voldoen. Zij schrijft ook voor dat de door de meteorologische stations gegenereerde gegevens en voorspellingen openbaar worden gemaakt. |
|||
283 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1b: Verbetering van de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen (subsidies) |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de subsidieovereenkomst (en) inzake steun voor de installatie van meteorologische stations om de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen te verbeteren |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomst (en) |
KWARTAAL 3 |
2024 |
De subsidieovereenkomst (en) wordt (worden) ondertekend en in werking getreden voor het (de) project (en) dat (die) is (worden) geselecteerd in het kader van de in stap 282 bedoelde oproep. |
|||
284 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1b: Verbetering van de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen (subsidies) |
Doel |
Meteorologische stations in bedrijf |
Aantal |
0 |
7 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Meteorologische stations worden in gebruik genomen om de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen te verbeteren. De door de meteorologische stations gegenereerde gegevens en voorspellingen worden gebruikt voor de ramingen van de productie van weerafhankelijke hernieuwbare energie (zonne- en windenergie). |
|
285 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1b: Verbetering van de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen |
Doel |
Meteorologische stations in bedrijf |
Aantal |
7 |
37 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Meteorologische stations worden in gebruik genomen om de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen te verbeteren. De door de meteorologische stations gegenereerde gegevens en voorspellingen worden gebruikt voor de ramingen van de productie van weerafhankelijke hernieuwbare energie (zonne- en windenergie). |
|
286 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
C10.I1c: Opgeschaalde maatregel:
|
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten die de uitvoeringsvoorwaarden en steun voor de ontwikkeling van transmissie- en distributienetten bevatten |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten over de uitvoerings- en ondersteuningsvoorwaarden van de investering tussen de bij de investering betrokken organisaties (de gemachtigde transmissiesysteembeheerder en distributiesysteembeheerders) en de beheersautoriteit. Deze subsidieovereenkomsten moeten leiden tot het creëren van het vermogen om een incrementele capaciteit van 1 197 MW aan door hernieuwbare energiebronnen opgewekte elektriciteit in het elektriciteitsnet te integreren via deze investering, die een aanvulling vormt op de investeringen die met de leningen worden gefinancierd en als onderdeel van de investering C6.I1. In de subsidieovereenkomsten worden de geplande investeringen beschreven, met inbegrip van de ontwikkelingselementen, zoals de aanleg en modernisering van een hoog-/middelhoog/laagspanningsnetwerk; nieuwe onderstations; vervanging en expansie van onderstationtransformatoren; constructies en vervanging van bedieningsorganen; en ontwikkelingen op het gebied van digitalisering. |
|||
287 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
C10.I1c:
|
Doel |
Capaciteitsuitbreiding van energiecentrales die hernieuwbare energiebronnen gebruiken en die in het elektriciteitsnet kunnen worden geïntegreerd als gevolg van het verbeterde net (gecumuleerd, MW) |
MW |
0 |
295 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Vergroting van het vermogen van het elektriciteitsnet om een extra capaciteit van 295 MW aan elektriciteitscentrales met behulp van hernieuwbare energiebronnen te integreren door middel van acties in het kader van deze investering, die een aanvulling vormt op die welke met de leningen worden gefinancierd en als onderdeel van de investering C6.I1. De Hongaarse regelgevende autoriteit voor energie en openbare nutsvoorzieningen verifieert dit en verstrekt een valideringsverslag aan de hand van een methode waarin de noodzakelijke maatregelen op het net worden uitgewerkt, gefinancierd in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, teneinde de energie die wordt geproduceerd door aanvullende productiecapaciteit voor hernieuwbare energie te integreren. |
|
288 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
C10.I1c:
|
Doel |
Capaciteitsuitbreiding van energiecentrales die hernieuwbare energiebronnen gebruiken en die in het elektriciteitsnet kunnen worden geïntegreerd als gevolg van het verbeterde net (gecumuleerd, MW) |
MW |
295 |
1197 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Vergroting van het vermogen van het elektriciteitsnet om extra capaciteit van in totaal 1 197 MW te integreren met behulp van hernieuwbare energiebronnen door middel van acties in het kader van deze investering, die een aanvulling vormt op de maatregelen die worden gefinancierd uit de leningen en als onderdeel van investering C6.I1. De Hongaarse regelgevende autoriteit voor energie en openbare nutsvoorzieningen verifieert dit en verstrekt een valideringsverslag aan de hand van een methode waarin de noodzakelijke maatregelen op het net worden uitgewerkt, gefinancierd in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, teneinde de energie die wordt geproduceerd door aanvullende productiecapaciteit voor hernieuwbare energie te integreren. |
|
289 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1d opgeschaalde maatregel: Verspreiding van slimme meters (subsidies) |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van prioritaire projecten voor DSB’s voor de aankoop en installatie van slimme meters |
Publicatie van de oproep tot het indienen van prioritaire projecten op de officiële website van de regering voor oproepen |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Er wordt een oproep (naast de C6.I5-investering) gedaan voor prioritaire projecten die gericht zijn op de distributiesysteembeheerders voor de aankoop en installatie van de implementatie en ondersteuning van slimme meters. In de oproep worden de technische eisen voor de installatie van slimme meters beschreven. De distributiesysteembeheerders ontvangen de subsidie in verhouding tot het aantal fysieke locaties dat nodig is om slimme meters te installeren in de geografische gebieden waar zij actief zijn. |
|||
290 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1d opgeschaalde maatregel: Verspreiding van slimme meters (subsidies) |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten voor de aankoop en installatie van slimme meters |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Subsidieovereenkomsten worden ondertekend en in werking getreden voor alle projecten die zijn geselecteerd in het kader van de in stap 289 bedoelde oproep. |
|||
291 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1d opgeschaalde maatregel: Verspreiding van slimme meters (subsidies) |
Doel |
Nieuw geïnstalleerde slimme meters |
Aantal |
0 |
147 480 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Nieuwe installatie van eenfasige of driefasige elektriciteitsmeters met directe aansluiting en communicatie-eenheid, naast de uit de leningen gefinancierde elektriciteitsmeters en als onderdeel van de investering C6.I5. |
|
292 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1d. Opgeschaalde maatregel: Verspreiding van slimme meters (subsidies) |
Doel |
Nieuw geïnstalleerde slimme meters |
Aantal |
147 480 |
387 791 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Nieuwe installatie van in totaal 387 791 eenfasige of driefasenelektriciteitsmeters met directe aansluitings- en communicatie-eenheid, bovenop de uit de leningen gefinancierde elektriciteitsmeters en als onderdeel van de investering C6.I5. |
J.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
C10.R7: Uitbreiding van energiegemeenschappen
Deze maatregel heeft tot doel de toepassing van „energiegemeenschappen” uit te breiden door de residentiële sector en de ondernemingssector actief te betrekken bij het gebruik van hernieuwbare energie, en op bewustmaking en opleiding gericht op de ontwikkeling van gemeenschapsgebaseerde energie. De hervorming heeft betrekking op zowel burgerenergiegemeenschappen (gedefinieerd in de richtlijn betreffende de elektriciteitsmarkt) als hernieuwbare-energiegemeenschappen (gedefinieerd in de richtlijn hernieuwbare energie).
De hervorming bestaat uit de herziening van het huidige wetgevingskader, dat voorziet in meer gedetailleerde en flexibele regels, waarbij stimulansen worden ingevoerd voor de ontwikkeling van energiegemeenschappen en hun betrokkenheid bij activiteiten zoals collectieve productie en collectief verbruik binnen het kader van de energiegemeenschap wordt aangemoedigd. De hervorming gaat verder dan de omzetting van het EU-acquis. De hervorming moet worden verwezenlijkt door middel van de volgende maatregelen:
Goedkeuring van het wetgevingskader:
ter vereenvoudiging van het registratieproces en de werking van energiegemeenschappen als rechtspersonen
betreffende het delen van energie, transmissie, toegang tot consumentengegevens, elektriciteit, meting en boekhouding in het openbare net
voor de deelname van energiegemeenschappen aan de sector verwarming en koeling.
Goedkeuring van een financieringsregeling naar aanleiding van de herziening van het wetgevingskader;
Bewustmaking en voorlichting gericht op de ontwikkeling van energiegemeenschappen;
Oprichting van éénloketsystemen om de toegang tot financiering en informatie te vergemakkelijken, met inbegrip van richtsnoeren en voorlopige documenten voor de legale oprichting van energiegemeenschappen.
De gewijzigde regels passen het beginsel van open participatie toe, beperken de collectieve consumptie en productie van zelfgeproduceerde energie niet onnodig en voeren geen beperkingen in op basis van de omvang of de geografische ligging.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 30 juni 2024 zijn voltooid.
C10.R8: Wettelijke stimulansen voor het gebruik van energieopslag
Deze maatregel heeft tot doel een alomvattend regelgevingskader voor energieopslag tot stand te brengen na de publicatie van een analyse van bestaande regelgevingsbelemmeringen voor de uitrol van oplossingen voor energieopslag. De maatregel vereenvoudigt het proces en de vereisten voor netaansluiting en -exploitatie van energieopslagvoorzieningen. Bij de hervorming wordt een lijst vastgesteld van marktdiensten en van de voorwaarden daarvoor die door energieopslagbeheerders kunnen worden verleend, en wordt een nationaal plan inzake energieopslag en niet-fossiele flexibiliteit vastgesteld.
Het vastgestelde regelgevingskader omvat ten minste:
de toegang tot het net voor opslagfaciliteiten, met inbegrip van vergunnings- en planningsprocedures;
methodologie en voorwaarden voor toegang tot en aansluiting op de transmissie- en distributienetten van elektriciteitsopwekkingsinstallaties;
de deelname van energieopslagfaciliteiten aan de verlening van ondersteunende diensten;
De rechten en verplichtingen van beheerders van energieopslagactiva, met inbegrip van actieve consumenten, en de uitsluiting van dubbele heffingen;
De verstrekking van contracten voor de exploitatie van activa voor energieopslag.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 31 december 2024 zijn voltooid.
C10.R9: Zorgen voor een rechtskader voor hernieuwbare waterstof
Het doel van deze hervorming is de aanpassing van het nationale rechtskader om de ontwikkeling van een hernieuwbare-waterstofecosysteem in Hongarije aan te moedigen in overeenstemming met de waterstofstrategie van de EU, met bijzondere aandacht voor de binnenlandse productie van hernieuwbare waterstof, waarbij de industrie en de sectoren zwaar vervoer de belangrijkste resultaten zijn.
De hervorming heeft tot doel het gebruik van hernieuwbare waterstof in de industriële sector te stimuleren en wordt afgestemd op de streefcijfers voor hernieuwbare waterstof in de industrie van de wet hernieuwbare energie. De maatregelen creëren faciliterende voorwaarden voor het gebruik van waterstof in de vervoerssector, met name om de uitrol van waterstoftankstations en het gebruik van hernieuwbare waterstof te vergroten. De voorwaarden voor de productie van hernieuwbare waterstof worden afgestemd op Gedelegeerde Verordening (EU) 2023/1184 betreffende een methodologie voor hernieuwbare brandstoffen van niet-biologische oorsprong en Gedelegeerde Verordening (EU) 2023/1185 inzake een minimumdrempel voor broeikasgasemissiereducties door brandstoffen op basis van hergebruikte koolstof.
In het kader van de hervorming worden samen met de belanghebbenden grote lacunes in de wetgeving en administratieve belemmeringen voor een hernieuwbare-waterstofecosysteem vastgesteld en aangepakt door de goedkeuring van een wetgevingspakket inzake hernieuwbare waterstof en een begeleidend niet-wetgevingspakket.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 30 september 2024 zijn voltooid.
C10.R10: Ontwikkeling van een strategie en een actieplan voor biogas en biomethaan
De hervorming is gericht op de ontwikkeling van een strategie en een actieplan om het gebruik van duurzame biogas- en biomethaanproductie te bevorderen. De strategie is in overeenstemming met het REPowerEU-actieplan voor biomethaan en met de richtlijn hernieuwbare energie II (RED II). Het heeft betrekking op de volgende elementen:
het potentieel voor duurzame grondstoffen voor anaerobe vergisting en vergassing voor de productie van biogas en biomethaan, met inbegrip van de aanpassing van bestaande biogaswarmtekrachtkoppelingsinstallaties met biomethaan moderniseringseenheden (levering) met potentieel gebruik;
het beoordelen van mogelijke hoeveelheden en toepassingen van digestaat en biogeen CO2 uit het potentieel van duurzaam biogas en biomethaan;
identificatie en verwijdering van de belemmeringen die momenteel de injectie van duurzaam biomethaan in het gasnet belemmeren, digestaat als lokale bron van nutriënten en biogeen CO2;
het bedrijfsmodel voor de duurzame productie van biomethaan verbeteren door digestaat en biogeen CO2 te valoriseren met als doel biomethaan te produceren tegen de meest concurrerende kosten en te profiteren van broeikasgasemissies in de niet-ETS-sector (landbouw);
de vaststelling van de wetgevende en financiële (ondersteunende) maatregelen (bv. vergunningverlening) die nodig zijn om het gebruik van duurzame biogas- en biomethaanproductie, samen met digestaat en biogeen CO2, te bevorderen;
vaststelling van een actieplan voor de vereiste wetgevende en niet-wetgevende maatregelen.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 31 maart 2024 zijn voltooid.
C10.R11: Verbetering van het regelgevingskader voor geothermische energie
Het doel van deze hervorming is het regelgevingskader voor de exploratie en het gebruik van geothermische energie te verbeteren en de exploratie en exploitatie van geothermische energie in Hongarije te optimaliseren. De hervorming heeft tot doel geothermische exploratie in de gebieden industriële, stedelijke en stadsverwarming aan te moedigen, gezien het lagere geologische risico dat daarmee gepaard gaat.
De hervorming bestaat uit twee fasen. In het kader van fase 1 publiceert Hongarije een alomvattend strategiedocument met de voorgenomen beleidsstappen ter verbetering van het regelgevingskader voor de exploratie en het gebruik van geothermische energie. Dit document is gebaseerd op een evaluatie van de vergunningsregeling voor geothermische exploratie die in 2023 is ingevoerd. In het kader van fase 2 houdt Hongarije toezicht op de uitvoering van de beleidsstappen die zijn beschreven in het strategiedocument dat in fase 1 is gepubliceerd. Dit omvat, maar is niet beperkt tot, het aannemen van wetgeving om de exploratie en exploitatie van geothermische energie te optimaliseren.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 31 december 2024 zijn voltooid.
C10.R12: Ondersteuning van aanvragen van potentiële begunstigden voor door de EU gefinancierde steunregelingen voor energie-efficiëntie in woningen
Het doel van deze hervorming is ervoor te zorgen dat potentiële begunstigden van steunregelingen voor energie-efficiëntie die uit alle EU-fondsen worden gefinancierd, en met name kwetsbare huishoudens en huishoudens die in energiearmoede leven, gebruik kunnen maken van technische bijstand voor de voorbereiding van hun aanvragen. Het heeft als zodanig tot doel een gelijk speelveld tot stand te brengen voor alle huishoudens die een aanvraag voor dergelijke regelingen willen indienen.
Als gevolg van deze hervorming hebben huishoudens die financiële steun willen aanvragen in het kader van door de EU gefinancierde steunregelingen voor energie-efficiëntie voor woningen, toegang tot bijstand van een van de volgende actoren:
een organisatie in het kader van de verplichtingsregeling voor energie-efficiëntie (EEOS) of een ESCO-onderneming;
een éénloketsysteem dat is opgericht door een niet-gouvernementele organisatie of een andere entiteit die voorbereidende diensten verleent voor de installatie van systemen voor grondige renovatie en/of hernieuwbare verwarming. Dergelijke organisaties beschikken over relevante beroepservaring op het gebied van energie-efficiëntierenovaties en/of energiearmoede;
energiedeskundigen ingeschreven bij de Hongaarse orde van ingenieurs of de Hongaarse orde van architecten die bevoegd zijn om energieprestatiecertificaten (EPC’s) voor gebouwen af te geven.
De voorbereiding van de aanvragen van huishoudens heeft betrekking op zowel de financiële als de technische aspecten. Het omvat, maar is niet beperkt tot, de volgende elementen:
te certificeren dat de potentiële begunstigden in aanmerking komen voor steun;
het ondersteunen van potentiële begunstigden bij het leveren van bewijs van naleving van de relevante bepalingen van de nationale en EU-wetgeving;
monitoring van de succesvolle uitvoering van het investeringsproject via EPC’s.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 30 juni 2024 zijn voltooid.
C10.R13: Nationale strategie voor de ontwikkeling van groene vaardigheden
De hervorming heeft tot doel een strategie en concrete maatregelen voor de ontwikkeling van groene vaardigheden voor de huidige en toekomstige beroepsbevolking voor te bereiden en het publiek bewuster te maken van de groene transitie.
Als onderdeel van de hervorming treden een regeringsbesluit over de nationale strategie inzake vaardigheden voor de groene transitie als onderdeel van het nationale energie- en klimaatplan van Hongarije en een actieplan voor 2025-2027 voor de uitvoering van de strategie in werking. De strategie biedt een strategisch kader voor het beleid inzake de ontwikkeling van groene vaardigheden en stelt doelstellingen, maatregelen en indicatoren vast om de voortgang bij de uitvoering van de strategie te monitoren.
Over het ontwerp van de nationale strategie en het actieplan wordt een openbare raadpleging gehouden waarbij alle belangrijke belanghebbenden en sociale partners worden betrokken. Er wordt ook een voortgangsverslag gepubliceerd over de uitvoering van de nationale strategie en het bijbehorende actieplan. In het verslag wordt de vooruitgang bij de verwezenlijking van de in de strategie vastgestelde beleidsdoelstellingen en indicatoren beoordeeld.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering (leningen)
Het doel van de investering is het gebruik van hernieuwbare energie te ondersteunen door het vermogen van het elektriciteitsnetwerk om verdere hernieuwbare energie te integreren te vergroten, de elektriciteitsverbindingen tussen consumenten en producenten en de kwaliteit van de door de systeembeheerders aangeboden dienstverlening te verbeteren.
De investering ondersteunt vier interventietypes die gedeeltelijk worden gefinancierd met niet-terugbetaalbare financiële steun zoals hierboven beschreven in het kader van investeringsmaatregel C10.I1 (subsidies) in afdeling J.1. en deels met leningen. De onderstaande beschrijving heeft betrekking op de delen van de investeringen die met leningen worden gefinancierd:
Digitale ontwikkelingen op het niveau van de systeembeheerder;
Verbetering van de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen;
De ontwikkeling van klassieke en slimme netwerken voor transmissiesysteembeheerders en distributiesysteembeheerders;
Verspreiding van slimme meters.
De oproep tot het indienen van voorstellen, de oproepen tot het indienen van prioritaire projecten en de subsidieovereenkomsten met betrekking tot de submaatregelen in het kader van deze investering kunnen afzonderlijk of geaggregeerd worden voor de delen die worden gefinancierd uit niet-terugvorderbare financiële steun en uit de leningen.
C10.I1a. Digitale ontwikkelingen op het niveau van de systeembeheerder (leningen)
De submaatregel „digitale ontwikkelingen bij de systeembeheerder” heeft tot doel het gebruik van digitale technologieën in de netwerkinfrastructuur en het beheer van het elektriciteitsnetwerk te ondersteunen om efficiënt te kunnen reageren op de uitdagingen die voortvloeien uit de afhankelijkheid van verschillende energiebronnen, met inbegrip van de grootschalige integratie van hernieuwbare energiebronnen in het net. De submaatregel heeft ook tot doel de stabiliteit van het net te ondersteunen en het gegevensbeheer en de cyberbeveiliging te verbeteren. De submaatregel die in het kader van zowel de leningen als de niet-terugvorderbare steun wordt gefinancierd, moet tot deze doelstellingen bijdragen.
Als onderdeel van de submaatregel omvat de financiering die via een oproep tot het indienen van voorstellen wordt verstrekt, de ontwikkeling en de ingebruikneming van infrastructuur, zoals digitale klantenservicesystemen, fundamentele IT-energie-infrastructuur, IT-systemen ter ondersteuning van energiediensten en/of systemen voor beheer aan de verbruiker. In totaal worden zes digitale ontwikkelingen in verband met de netwerkinfrastructuur en/of de exploitatie van het elektriciteitsnet bij de netbeheerder gefinancierd uit de leningen, die een aanvulling vormen op die welke worden gefinancierd in het kader van het deel van de niet-terugvorderbare financiële steun.
De uitvoering van de submaatregel wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.
C10.I1b. Verbetering van de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen (leningen)
De submaatregel „verbetering van de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen” heeft tot doel de nauwkeurigheid van de raming van de energieproductie van weerafhankelijke hernieuwbare-energiecentrales te verbeteren door 13 meteorologische stations te installeren naast die welke in het kader van het leninggedeelte worden gefinancierd. De gegevens en prognoses die als gevolg van de investering worden gegenereerd, worden openbaar gemaakt voor zowel de spelers op de energiemarkt als het grote publiek.
De uitvoering van de submaatregel wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.
C10.I1c. Opgeschaalde maatregel: Ontwikkeling van klassieke en slimme netwerken voor transmissiesysteembeheerders en distributiesysteembeheerders (leningen)
Het doel van deze maatregel is het opschalen van investeringen C6.I1 „Ontwikkeling van klassieke en slimme netwerken voor transmissiesysteembeheerders en distributiesysteembeheerders”. Het opgeschaalde deel van de maatregel moet ertoe leiden dat uiterlijk op 30 juni 2026 een extra capaciteit voor elektriciteitscentrales met hernieuwbare energiebronnen van 426 MW in het net kan worden geïntegreerd, bovenop de capaciteit die wordt gefinancierd met de niet-terugbetaalbare steun in het kader van C10.I1c (subsidies) in deel J.1. en als onderdeel van investering C6.I1.
De uitvoering van de submaatregel wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.
C10.I1d. Opgeschaalde maatregel: Verspreiding van slimme metersystemen (leningen)
Het doel van deze maatregel is het opschalen van investering C6.I5 „Verspreiding van slimme metersystemen”. Het opgeschaalde deel van de maatregel ondersteunt de aankoop en installatie van 138 098 slimme meters tegen 30 juni 2026, bovenop de meters die worden gefinancierd met de niet-terugbetaalbare steun in het kader van C10.I1d (subsidies) in deel J.1. en als onderdeel van de investering C6.I5.
De uitvoering van de submaatregel wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.
C10.I2: Vergroening van industrie-, wetenschaps- en technologie- en logistieke parken voor energiedoeleinden
Het doel van deze maatregel is de activiteiten van industrie-, wetenschaps-, technologie- en logistieke parken koolstofvrij te maken. Vergroening wordt bereikt door de uitrol van hernieuwbare-energiesystemen, het creëren van opslagcapaciteit voor hernieuwbare energie en energiebeheersystemen, de ontwikkeling van micronetwerken, het verbeteren van de energie-efficiëntie van gebouwen en het koolstofvrij maken van industriële processen. Begeleidende maatregelen voor aanpassing aan de klimaatverandering van gebouwen en locaties, zoals het gebruik van regenwater en grijs water, komen in het kader van deze maatregel in aanmerking.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan het beginsel „geen ernstige afbreuk doen” in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01), sluiten de subsidiabiliteitscriteria in komende oproepen activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) uit die de verwachte broeikasgasemissies bereiken die niet lager zijn dan de relevante benchmarks. Wanneer de activiteit voorspelde broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn, maar nog steeds lager zijn dan de relevante benchmarks, moet een toelichting worden gegeven van de redenen waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks die zijn vastgesteld voor de kosteloze toewijzing voor activiteiten, vallen binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem, zoals vastgesteld in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
Geothermische activiteiten omvatten niet de exploratie of winning van olie of gas. Er mag geen uitrusting voor dergelijke doeleinden worden aangekocht of gebruikt. Er moet voor worden gezorgd dat de uitstoot van methaan tot een minimum wordt beperkt en ruim onder de drempel van 20 000 ton CO2eq/jaar blijft. Bio-energieactiviteiten worden uitsluitend gebaseerd op duurzaam biomethaan en derivaten in overeenstemming met RED II.
In het kader van de maatregel wordt geen steun verleend voor de volgende activiteiten: uitrol van hybride en gaswarmtepompen, gasketels.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C10.I3: Opbouw van productiecapaciteit voor een groene economie
Het doel van deze maatregel is de upstreamproductie van goederen en de verbetering van diensten die bijdragen tot de transitie naar een nettonuleconomie te ondersteunen. De maatregel verhoogt en initieert de productie van goederen door ondernemingen en de verlening van diensten die rechtstreeks verband houden met de energietransitie naar een nettonuleconomie. Deze interventies worden uitgevoerd door de ontwikkeling van nieuwe zeer efficiënte en koolstofvrije of koolstofarme productiefaciliteiten, O & O & I, om- en bijscholingsactiviteiten en/of de uitbreiding, conversie en modernisering van bestaande faciliteiten.
De activiteiten die in het kader van deze maatregel voor steun in aanmerking komen, omvatten activiteiten die de productie van goederen en de levering van diensten voor de energietransitie vergroten of initiëren, zoals hernieuwbare energiesystemen, verwarmingsoplossingen, koolstofafvang en -opslag, elektrische transmissie en distributie, groene mobiliteit, de productie en het gebruik van hernieuwbare waterstof, energie-efficiëntiemaatregelen, maatregelen aan de vraagzijde, alsook vaardigheden en IT-toepassingen. De gekozen concrete interventies zijn voornamelijk bruikbaar voor downstreamactiviteiten die een aanzienlijke bijdrage leveren aan de mitigatie van klimaatverandering overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EU) 2020/852.
De oproep tot het indienen van voorstellen voor de opbouw van productiecapaciteit voor een groene economie bevat selectiecriteria om ervoor te zorgen dat de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) worden nageleefd. Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), zijn de volgende activiteiten uitgesloten van de subsidiabiliteitscriteria in de taakomschrijving voor komende oproepen: I) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarmee de verwachte broeikasgasemissies niet lager zijn dan de relevante benchmarks 9 ; II) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik, buiten het emissiehandelssysteem (ETS) 10 . De selectiecriteria vereisen bovendien dat alleen activiteiten worden geselecteerd die voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C10.I4: Toepassing van groene technologieën voor het koolstofvrij maken van de industrie
Het doel van deze maatregel is steun te verlenen voor het koolstofvrij maken van koolstofintensieve industrieën. Door middel van een oproep tot het indienen van voorstellen ondersteunt de investering projecten die bijdragen tot het koolstofvrij maken van industriële processen, met facultatieve steun ook voor infrastructuur die gekoppeld is aan ondersteunde faciliteiten (met name digitale ondersteuningssystemen en productielijnen voor hernieuwbare waterstof). De in aanmerking komende activiteiten in het kader van deze maatregel omvatten koolstofafvang en -opslag, de productie en het gebruik van hernieuwbare waterstof voor het koolstofvrij maken van de industrie, het gebruik van restwarmte, maatregelen voor duurzame bio-energie, elektrificatie, vervanging om de energie-efficiëntie van installaties te verhogen en de bijbehorende uitrol van IT-toepassingen.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan het beginsel „geen ernstige afbreuk doen” in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01), sluiten de subsidiabiliteitscriteria in komende oproepen activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) uit die de verwachte broeikasgasemissies bereiken die niet lager zijn dan de relevante benchmarks. Wanneer de activiteit voorspelde broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn, maar nog steeds lager zijn dan de relevante benchmarks, moet een toelichting worden gegeven van de redenen waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks die zijn vastgesteld voor de kosteloze toewijzing voor activiteiten, vallen binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem, zoals vastgesteld in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
Bio-energieactiviteiten worden uitsluitend gebaseerd op duurzaam biomethaan en derivaten in overeenstemming met RED II. Diepe geothermische activiteiten worden in het kader van deze maatregel niet ondersteund.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C10.I5: Digitalisering van energiebedrijven
De investering heeft tot doel bij te dragen tot een hogere operationele efficiëntie van het elektriciteitssysteem en de zekerheid van de elektriciteitsvoorziening te verbeteren door digitale oplossingen in te voeren bij energiebedrijven. In het kader van deze maatregel komen in aanmerking komende activiteiten onder meer digitale verbeteringen ter ondersteuning van de veiligheid van energiediensten, IT-activa, verbeteringen op het gebied van cyberbeveiliging, operationele, beheers- en bedrijfsprocessen, met inbegrip van verbeteringen van de beheer- en controletechnologie van elektriciteitsproducenten en digitalisering van klantenservice.
Er moet een plan in de vorm van een diagram en/of een tekstuele beschrijving worden opgesteld om uiteen te zetten hoe de digitaliseringsinvesteringen op het gebied van energie die in het kader van deze maatregel en in het kader van het cohesiebeleid worden gefinancierd, op elkaar voortbouwen. Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan het beginsel „geen ernstige afbreuk doen” in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01), sluiten de subsidiabiliteitscriteria in komende oproepen activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) uit die de verwachte broeikasgasemissies bereiken die niet lager zijn dan de relevante benchmarks. Wanneer de activiteit voorspelde broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn, maar nog steeds lager zijn dan de relevante benchmarks, moet een toelichting worden gegeven van de redenen waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks die zijn vastgesteld voor de kosteloze toewijzing voor activiteiten, vallen binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem, zoals vastgesteld in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C10.I6: Investeringen in waterstof
Het doel van deze maatregel is steun te verlenen aan projecten in de waardeketen voor hernieuwbare waterstof in twee delen: de productie van hernieuwbare waterstof en het gebruik van waterstof voor mobiliteit.
Het eerste subdeel van de investering ondersteunt de productie van elektrolyse-capaciteit via een oproep. De overeenkomstige productie van extra hernieuwbare energie uit wind- en/of zonne-energie is ook subsidiabel in het kader van deze maatregel. Exploitanten verstrekken een motivering waaruit blijkt dat de elektriciteit die voor de waterstofproductie wordt verbruikt, wordt opgewekt uit fossielvrije energiebronnen.
Het tweede subdeel van de investering ondersteunt de aankoop van op waterstof gestookte bussen (categorie M3) en zware bedrijfsvoertuigen op waterstof (categorie N2/N3) en lichte voertuigen op waterstof (categorie N1), alsook de uitrol van waterstoftankstations door middel van een oproep tot het indienen van voorstellen. De waterstoftankstations bevinden zich op plaatsen met een aantoonbare, toereikende voorziening van hernieuwbare en fossielvrije waterstof.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan het beginsel „geen ernstige afbreuk doen” in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01), sluiten de subsidiabiliteitscriteria in komende oproepen activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) uit die de verwachte broeikasgasemissies bereiken die niet lager zijn dan de relevante benchmarks. Wanneer de activiteit voorspelde broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn, maar nog steeds lager zijn dan de relevante benchmarks, moet een toelichting worden gegeven van de redenen waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks die zijn vastgesteld voor de kosteloze toewijzing voor activiteiten, vallen binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem, zoals vastgesteld in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C10.I7: Versterking van het menselijk potentieel in de groene economie
Het doel van de investering is het ondersteunen van opleiding, bij- en omscholing van de beroepsbevolking met het oog op het verwerven van groene vaardigheden, alsook het vergroten van het bewustzijn van het publiek over energie, klimaatmitigatie en -adaptatie en milieukwesties.
Als onderdeel van de investering wordt nieuwe leerinhoud over groene vaardigheden ontwikkeld, met inbegrip van inhoud die moet worden gebruikt voor de praktische opleiding van studenten, voor ten minste 40 verschillende cursussen die moeten worden geïntegreerd in formele (geaccrediteerde) programma’s voor beroepsonderwijs en -opleiding en hoger onderwijs.
Er wordt een analyse van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt uitgevoerd om prioriteit te geven aan gebieden voor groene vaardigheden waarvoor nieuwe cursussen en leermaterialen en opleidingsprogramma’s voor microcredentials moeten worden ontwikkeld. De analyse wordt uitgevoerd en gepubliceerd voordat nieuwe cursussen en leermateriaal en opleidingsprogramma’s voor microcredentials worden ontwikkeld.
Bovendien moeten in het kader van deze investering ten minste 50 000 professionals die ten hoogste hoger secundair onderwijs hebben voltooid en die hebben deelgenomen aan cursussen voor volwassenen voor groene vaardigheden, certificaten van microcredentials verwerven op gebieden met groene vaardigheden. Werklozen, inactieve arbeidskrachten en werknemers van micro- en kleine ondernemingen krijgen prioriteit als deelnemers aan opleidingen.
De toegekende microcredentials moeten volledig in overeenstemming zijn met de aanbeveling van de Raad betreffende een Europese aanpak van microcredentials voor een leven lang leren en inzetbaarheid op de arbeidsmarkt (2022/C 243/02). De ontwikkeling van microcredentials bouwt voort op het project van het instrument voor technische ondersteuning dat gericht is op de totstandbrenging van één systeem van microcredential in Hongarije en op een analyse van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C10.I8: Investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen
Deze investering is gericht op het verbeteren van de energieprestaties van openbare gebouwen door de modernisering van het bestaande gebouwenbestand. Alleen projecten die het primaire energieverbruik per gebouw met ten minste 30 % verminderen ten opzichte van de uitgangssituatie vóór de verbeteringen van de energieprestaties, komen in aanmerking voor deze investering.
De investering moet leiden tot een algehele vermindering van het primaire energieverbruik door verbeteringen van de energie-efficiëntie in openbare gebouwen met een totale vloeroppervlakte van 1 442 000 vierkante meter, met bijzondere aandacht voor de regio Boedapest. Dit wordt bereikt door investeringen in het energiebeheer van gebouwen, bijvoorbeeld door de isolatie van gebouwen te verbeteren, de thermische prestaties van gebouwen te verbeteren, warmteverlies te verminderen, verwarming te moderniseren, digitale energiebeheersystemen in te voeren om de vraag naar energie te verminderen en/of energie-efficiënte aanpassing van bestaande binnenverlichtingssystemen; door de toename van het gebruik van hernieuwbare energie voor openbare gebouwen en activiteiten ter ondersteuning van de aanpassing van openbare gebouwen aan de klimaatverandering. De steun voor op gas gebaseerde verwarmingssystemen bedraagt maximaal 20 % van de totale middelen voor deze maatregel.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C10.I9: Elektrificatie van spoorwegtrajecten
Het doel van de investering is de elektrificatie van een spoorwegtraject te voltooien en zo de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen in het lokale vervoerssysteem te verminderen. De investering moet met name leiden tot de voltooiing van de elektrificatie van het spoorwegtraject tussen Szeged en de Hongaarse grens met Servië in de richting van Röszke en tot de aanleg van een nieuw geëlektrificeerd deltaspoor tussen de spoorlijnen 136 en 140. De investering dient tevens ter verbetering van de capaciteit van het elektriciteitsnet van spoorwegen door de bouw of wederopbouw van zeven onderstations (Tatabánya, Kimle, Szabadegyháza, Füzesabony, Nyékládháza, alsmede de volledige modernisering van transformatoren en schakelaars).
Aangezien voor het project Szeged-Rendező — Röszke — grens van de landensectie de naleving van het beginsel „geen ernstige afbreuk doen” in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) voor de doelstelling van de circulaire economie, niet ex ante kon worden vastgesteld, moet Hongarije bij de voltooiing van dit project aantonen dat de exploitanten die de bouw uitvoeren ervoor hebben gezorgd dat ten minste 70 % (in gewicht) van het niet-gevaarlijke bouw- en sloopafval van de bouw (met uitzondering van natuurlijk voorkomend materiaal zoals gedefinieerd in categorie 17 05 04 van de Europese afvalstoffenlijst zoals vastgesteld bij Beschikking 2000/532/EG van de Commissie) dat op de bouwplaats is geproduceerd, wordt voorbereid voor hergebruik, recycling en andere materiaalterugwinning, met inbegrip van terugvulactiviteiten waarbij afval wordt gebruikt om andere materialen te vervangen, in overeenstemming met het protocol. Voor dit specifieke project moet ook worden aangetoond dat de exploitanten tijdens de bouw de afvalproductie hebben beperkt, overeenkomstig het EU-protocol voor het beheer van bouw- en sloopafval en rekening houdend met de beste beschikbare technieken en het vergemakkelijken van hergebruik en hoogwaardige recycling door selectieve verwijdering van materialen, met gebruikmaking van beschikbare sorteersystemen voor bouwafval.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C10.I10: Het gebruik van elektrische voertuigen op batterijen (BEV’s) door bedrijven stimuleren
Deze maatregel heeft tot doel het gebruik van elektrische voertuigen op batterijen door bedrijven te stimuleren door financiële steun te verlenen in de vorm van subsidies. Dit resulteert in ten minste 12 500 nieuwe elektrische voertuigen op batterijen die worden gekocht en in gebruik genomen door de ondernemingen die steun hebben ontvangen.
De investering is gericht op andere ondernemingen dan vlootaanbieders. De beoogde bedrijven zijn met name autodeelbedrijven en ondernemingen voor personenvervoer. In aanmerking komende voertuigen die door ontvangers worden aangekocht, zijn elektrische auto’s op batterijen, lichte bedrijfsvoertuigen en minibussen.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C10.I11: Ondersteuning van de exploratie van geothermische energie
Deze investering is bedoeld om financiële steun te verlenen aan ondernemingen die actief zijn op het gebied van geothermische exploratie om hen te helpen dergelijke activiteiten te voltooien. De maatregel bestaat uit een oproep tot het indienen van aanvragen voor entiteiten met een vergunning voor geothermische exploratie die in 2024 met exploratieactiviteiten zullen beginnen. Zij moet leiden tot de toekenning van ten minste 20 subsidies en de voltooiing van ten minste 13 exploratieactiviteiten.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan het beginsel „geen ernstige afbreuk doen” in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01), sluiten de subsidiabiliteitscriteria in komende oproepen activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) uit die de verwachte broeikasgasemissies bereiken die niet lager zijn dan de relevante benchmarks. Wanneer de activiteit voorspelde broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn, maar nog steeds lager zijn dan de relevante benchmarks, moet een toelichting worden gegeven van de redenen waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks die zijn vastgesteld voor de kosteloze toewijzing voor activiteiten, vallen binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem, zoals vastgesteld in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
Geothermische activiteiten omvatten niet de exploratie of winning van olie of gas, noch de apparatuur die voor dergelijke doeleinden wordt gebruikt. Er moet voor worden gezorgd dat de uitstoot van methaan tot een minimum wordt beperkt en ruim onder de drempel van 20 000 ton CO2eq/jaar blijft.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.
C10.I12: Een financieel instrument opzetten om de energie-efficiëntie van bedrijven te verbeteren
Deze maatregel bestaat uit een overheidsinvesteringen in een faciliteit om particuliere investeringen te stimuleren en de toegang tot financiering in de Hongaarse energie-efficiëntiesector voor bedrijven te verbeteren. De faciliteit functioneert door via intermediairs leningen te verstrekken aan de particuliere sector en aan entiteiten uit de publieke sector die soortgelijke activiteiten ontplooien. Op basis van de investeringen in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit beoogt de faciliteit in eerste instantie ten minste 405 703 312 EUR aan financiering te verstrekken.
De faciliteit wordt beheerd door de Hongaarse Ontwikkelingsbank (Magyar Fejlesztési Bank Zrt. — MFB) als uitvoerende partner. De faciliteit omvat de volgende productlijn:
Steun via leningen om de energieprestaties van het bedrijfsleven te verbeteren. Ten minste 60 % van de steun wordt gereserveerd voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen. Indien er onvoldoende vraag is van micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om het streefcijfer van 60 % tegen 30 september 2025 te halen, wordt het resterende deel van de middelen opnieuw toegewezen aan grote ondernemingen. Eindbegunstigden die in het kader van deze maatregel steun ontvangen, moeten ten minste 30 % besparing op primaire energie realiseren, zoals gecertificeerd door energie-audits. Alleen activiteiten die rechtstreeks verband houden met de energie-efficiënte renovatie van gebouwen en de decarbonisatie en verbetering van de energie-efficiëntie van industriële processen komen in aanmerking voor steun in het kader van deze maatregel. De installatie en aansluiting van productiecapaciteit voor hernieuwbare energie wordt beschouwd als een activiteit met een dergelijk rechtstreeks verband indien deze wordt gebruikt voor een energiebesparingsactiviteit.
Met het oog op de uitvoering van de investering in de faciliteit ondertekenen Hongarije en het MFB een uitvoeringsovereenkomst die de volgende inhoud bevat:
Beschrijving van het besluitvormingsproces van de faciliteit: Het initiële investeringsbesluit van de faciliteit wordt genomen door een investeringscomité of een ander relevant gelijkwaardig bestuursorgaan en goedgekeurd met een meerderheid van stemmen van leden die onafhankelijk zijn van de Hongaarse regering. Het definitieve investeringsbesluit van de faciliteit is beperkt tot de goedkeuring (zonder wijzigingen) of de uitoefening van een vetorecht ten aanzien van een investeringsbesluit dat is voorgesteld door het investeringscomité of het relevante gelijkwaardige bestuursorgaan. Het MFB en de financiële intermediairs die worden geselecteerd om te helpen bij de uitvoering van deze maatregel, nemen beleggingsbeslissingen op transparante, onafhankelijke en marktconforme wijze.
De belangrijkste vereisten van het bijbehorende beleggingsbeleid, waaronder:
De beschrijving van het financiële product en de in aanmerking komende eindbegunstigden.
De eis dat alle gesteunde investeringen economisch levensvatbaar moeten zijn.
Het vereiste om te voldoen aan het beginsel „geen ernstige afbreuk doen”, zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01). Het beleggingsbeleid sluit met name de volgende lijst van activiteiten en activa uit van het in aanmerking komen: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 11 , ii) activiteiten en activa in het kader van de EU-regeling voor de handel in emissierechten (ETS) die leiden tot verwachte broeikasgasemissies die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 12 , iii) activiteiten en activa in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties 13 en installaties voor mechanische biologische behandeling 14 .
Bovendien mag de steun voor op gas gebaseerde verwarmingssystemen niet meer bedragen dan 20 % van de totale enveloppe voor deze maatregel.
Bio-energieactiviteiten worden uitsluitend gebaseerd op duurzaam biomethaan en derivaten in overeenstemming met RED II.
Voor industriële sectoren die stoom- en lagetemperatuurwarmte tot 400 °C gebruiken, wordt voorrang gegeven aan elektrificatie van industriële processen boven het gebruik van koolstofarme gassen. Investeringen in het afvangen van niet-fossiele koolstof (bio-CCS) komen alleen in aanmerking als zij voldoen aan de relevante DNSH-criteria, met name voor bio-energieactiviteiten. De afvang van fossiele koolstof komt alleen in aanmerking als de CO2 het gevolg is van onvermijdelijke emissies. Projecten die de gehele CCS-waardeketen (afvang, vervoer en ondergrondse permanente geologische opslag) omvatten en projecten ter voltooiing van bestaande waardeketens (bv. nieuwe opslag die duidelijk gekoppeld is aan bestaande afvanginstallaties) krijgen voorrang boven andere voorstellen voor CCS-projecten.
Voor het gebruik van waterstof in de industrie moet, indien koolstofarme waterstof wordt gebruikt, met de bijbehorende certificaten een drempel van 73,4 % voor broeikasgasemissiereductie worden bereikt. Alleen hernieuwbare waterstof en koolstofarme waterstof komen in aanmerking voor steun. Daarnaast moet het proces 100 % compatibel zijn met waterstof en moet het gebruik van waterstof in de nabije toekomst tot 100 % worden verhoogd.
Geothermische activiteiten omvatten niet de exploratie of winning van olie of gas. Er mag geen uitrusting voor dergelijke doeleinden worden aangekocht of gebruikt. Er moet voor worden gezorgd dat de uitstoot van methaan tot een minimum wordt beperkt en ruim onder de drempel van 20 000 ton CO2eq/jaar blijft.
De eis dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie ontvangen om dezelfde kosten te dekken.
Het bedrag dat onder de uitvoeringsovereenkomst valt, de vergoedingsstructuur voor de uitvoerende partner en financiële intermediairs, en de verplichting om eventuele terugvloeiende middelen te herinvesteren overeenkomstig het investeringsbeleid van de faciliteit, tenzij deze worden gebruikt voor de aflossing van leningen in het kader van de faciliteit voor herstel en veerkracht.
Monitoring-, audit- en controlevereisten, met inbegrip van:
De beschrijving van het monitoringsysteem van de uitvoerende partner om verslag uit te brengen over de gemobiliseerde investeringen.
De beschrijving van de procedures van de uitvoerende partner om fraude, corruptie en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te corrigeren.
De verplichting om na te gaan of elke concrete actie voor financiering in aanmerking komt overeenkomstig de vereisten van de uitvoeringsovereenkomst, alvorens zich ertoe te verbinden een concrete actie te financieren.
De verplichting om risicogebaseerde controles achteraf uit te voeren in overeenstemming met een auditplan van het MFB. Bij deze audits wordt nagegaan i) of de controlesystemen doeltreffend zijn, met inbegrip van de opsporing van fraude, corruptie en belangenconflicten; naleving van het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan”, de staatssteunregels en de vereisten inzake klimaatstreefcijfers; en iii) dat wordt voldaan aan het vereiste dat de eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie hebben ontvangen om dezelfde kosten te dekken. Bij de audits wordt ook de wettigheid van de transacties gecontroleerd en wordt nagegaan of de voorwaarden van de toepasselijke uitvoeringsovereenkomst en financieringsovereenkomsten worden nageleefd.
Vereisten voor klimaatinvesteringen uitgevoerd door de uitvoerende partner: Ten minste 461 026 491 EUR van de RRF-investering in de faciliteit draagt bij aan de doelstellingen inzake klimaatverandering overeenkomstig bijlage VI bij de RRF-verordening. 15
Vereisten voor de selectie van financiële intermediairs: Het MFB selecteert financiële intermediairs op een open, transparante en niet-discriminerende wijze. Controles op de afwezigheid van belangenconflicten bij financiële intermediairs vinden vooraf voor alle betrokken financiële actoren plaats.
Verplichting om financieringsovereenkomsten te ondertekenen: Het MFB ondertekent financieringsovereenkomsten met de financiële intermediairs in overeenstemming met de belangrijkste vereisten die als bijlage bij de uitvoeringsovereenkomst moeten worden verstrekt. De belangrijkste vereisten van de financieringsovereenkomst omvatten alle vereisten in het kader waarvan de faciliteit functioneert, waaronder:
De verplichting van de financiële intermediair om zijn besluiten mutatis mutandis te nemen in overeenstemming met de hierboven gespecificeerde vereisten inzake besluitvorming en beleggingsbeleid, met inbegrip van de naleving van het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan”.
De beschrijving van het monitoring-, audit- en controlekader dat de financiële intermediair moet invoeren, dat mutatis mutandis onderworpen is aan alle hierboven vermelde monitoring-, audit- en controlevereisten.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 31 augustus 2026 zijn voltooid.
C10.I13: Een financieel instrument opzetten om de energie-efficiëntie van residentiële gebouwen te verbeteren en energiearmoede aan te pakken
De maatregel bestaat uit een overheidsinvesteringen in een faciliteit om particuliere investeringen te stimuleren en de toegang tot financiering in de Hongaarse energie-efficiëntiesector voor residentiële gebouwen te verbeteren. De faciliteit functioneert door via intermediairs gecombineerde steun voor leningen en subsidies te verstrekken aan de particuliere sector, met name aan huishoudens. Op basis van de investeringen in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit beoogt de faciliteit in eerste instantie ten minste 518 559 440 EUR aan financiering te verstrekken.
De faciliteit wordt beheerd door de Hongaarse Ontwikkelingsbank (Magyar Fejlesztési Bank Zrt. — MFB) als uitvoerende partner. De faciliteit omvat de volgende productlijnen:
Gecombineerde steun voor leningen en subsidies om de energie-efficiëntie van woongebouwen te verbeteren. Deze investering is ook bedoeld om energiearmoede aan te pakken en ten minste 10 % van de steun wordt gereserveerd voor energiearme huishoudens. Indien er onvoldoende vraag is van energiearme huishoudens om uiterlijk op 30 september 2025 het streefcijfer van 10 % te halen, wordt het resterende deel van de middelen opnieuw toegewezen aan andere huishoudens. Het aandeel subsidies en leningen voor elke eindbegunstigde wordt vastgesteld aan de hand van twee criteria: I) het inkomensniveau van de eindbegunstigden en ii) de potentiële besparingen op primaire energie die door de eindbegunstigde moeten worden gerealiseerd. Hoe lager het inkomensniveau van de eindbegunstigde is en hoe hoger de potentiële energiebesparingen zijn, hoe hoger het aandeel van de steun in de vorm van subsidies in de totale steun per eindbegunstigde. In het geval van huishoudens die in energiearmoede leven, bedraagt het aandeel van de steun via leningen in de totale steun per eindbegunstigde niet meer dan 10 %. Huishoudens die in het kader van deze maatregel steun ontvangen, moeten ten minste 30 % besparing op primaire energie realiseren, zoals gecertificeerd met energieprestatiecertificaten (EPC’s).
Met het oog op de uitvoering van de investering in de faciliteit ondertekenen Hongarije en het MFB een uitvoeringsovereenkomst die de volgende inhoud bevat:
Beschrijving van het besluitvormingsproces van de faciliteit: Het initiële investeringsbesluit van de faciliteit wordt genomen door een investeringscomité of een ander relevant gelijkwaardig bestuursorgaan en goedgekeurd met een meerderheid van stemmen van leden die onafhankelijk zijn van de Hongaarse regering. Het definitieve investeringsbesluit van de faciliteit is beperkt tot de goedkeuring (zonder wijzigingen) of de uitoefening van een vetorecht ten aanzien van een investeringsbesluit dat is voorgesteld door het investeringscomité of het relevante gelijkwaardige bestuursorgaan. Het MFB en de financiële intermediairs die worden geselecteerd om te helpen bij de uitvoering van deze maatregel, nemen beleggingsbeslissingen op transparante, onafhankelijke en marktconforme wijze.
De belangrijkste vereisten van het bijbehorende beleggingsbeleid, waaronder:
De beschrijving van het financiële product en de in aanmerking komende eindbegunstigden.
De eis dat alle gesteunde investeringen economisch levensvatbaar moeten zijn.
Het vereiste om te voldoen aan het beginsel „geen ernstige afbreuk doen”, zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01). Het beleggingsbeleid sluit met name de volgende lijst van activiteiten en activa uit van het in aanmerking komen: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 16 , ii) activiteiten en activa in het kader van de EU-regeling voor de handel in emissierechten (ETS) die leiden tot verwachte broeikasgasemissies die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 17 , iii) activiteiten en activa in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties 18 en installaties voor mechanische biologische behandeling 19 . Bovendien mag de steun voor op gas gebaseerde verwarmingssystemen niet meer bedragen dan het maximum van 20 % van de totale enveloppe voor deze maatregel.
De eis dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie ontvangen om dezelfde kosten te dekken.
Het bedrag dat onder de uitvoeringsovereenkomst valt, de vergoedingsstructuur voor de uitvoerende partner en financiële intermediairs, en de verplichting om eventuele terugvloeiende middelen te herinvesteren overeenkomstig het investeringsbeleid van de faciliteit, tenzij deze worden gebruikt voor de aflossing van leningen in het kader van de faciliteit voor herstel en veerkracht.
Monitoring-, audit- en controlevereisten, met inbegrip van:
De beschrijving van het monitoringsysteem van de uitvoerende partner om verslag uit te brengen over de gemobiliseerde investeringen.
De beschrijving van de procedures van de uitvoerende partner om fraude, corruptie en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te corrigeren.
De verplichting om na te gaan of elke concrete actie voor financiering in aanmerking komt overeenkomstig de vereisten van de uitvoeringsovereenkomst, alvorens zich ertoe te verbinden een concrete actie te financieren.
De verplichting om risicogebaseerde controles achteraf uit te voeren in overeenstemming met een auditplan van het MFB. Bij deze audits wordt nagegaan i) of de controlesystemen doeltreffend zijn, met inbegrip van de opsporing van fraude, corruptie en belangenconflicten; naleving van het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan”, de staatssteunregels en de vereisten inzake klimaatstreefcijfers; en iii) dat wordt voldaan aan het vereiste dat de eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie hebben ontvangen om dezelfde kosten te dekken. Bij de audits wordt ook de wettigheid van de transacties gecontroleerd en wordt nagegaan of de voorwaarden van de toepasselijke uitvoeringsovereenkomst en financieringsovereenkomsten worden nageleefd.
Vereisten voor klimaatinvesteringen uitgevoerd door de uitvoerende partner: Ten minste 589 272 091 EUR van de RRF-investering in de faciliteit draagt bij aan de doelstellingen inzake klimaatverandering overeenkomstig bijlage VI bij de RRF-verordening. 20
Vereisten voor de selectie van financiële intermediairs: Het MFB selecteert financiële intermediairs op een open, transparante en niet-discriminerende wijze. Controles op de afwezigheid van belangenconflicten bij financiële intermediairs vinden vooraf voor alle betrokken financiële actoren plaats.
Verplichting om financieringsovereenkomsten te ondertekenen: Het MFB ondertekent financieringsovereenkomsten met de financiële intermediairs in overeenstemming met de belangrijkste vereisten die als bijlage bij de uitvoeringsovereenkomst moeten worden verstrekt. De belangrijkste vereisten van de financieringsovereenkomst omvatten alle vereisten in het kader waarvan de faciliteit functioneert, waaronder:
De verplichting van de financiële intermediair om zijn besluiten mutatis mutandis te nemen in overeenstemming met de hierboven gespecificeerde vereisten inzake besluitvorming en beleggingsbeleid, met inbegrip van de naleving van het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan”.
De beschrijving van het monitoring-, audit- en controlekader dat de financiële intermediair moet invoeren, dat mutatis mutandis onderworpen is aan alle hierboven vermelde monitoring-, audit- en controlevereisten.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 31 augustus 2026 zijn voltooid.
C10.I14: Opzetten van een financieel instrument om de uitrol van laadstations voor elektrische voertuigen (EV’s) te vergroten
De maatregel bestaat uit een overheidsinvesteringen in een faciliteit om particuliere investeringen te stimuleren en de toegang tot financiering in de Hongaarse elektromobiliteitssector te verbeteren door de oplaadinfrastructuur voor elektrische voertuigen te ontwikkelen. De faciliteit functioneert door gecombineerde steun voor leningen en subsidies rechtstreeks te verstrekken aan de particuliere sector en aan entiteiten uit de publieke sector die soortgelijke activiteiten ontplooien. Op basis van de investeringen in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit beoogt de faciliteit in eerste instantie ten minste 73 640 597 EUR aan financiering te verstrekken.
De faciliteit wordt beheerd door de Hongaarse Ontwikkelingsbank (Magyar Fejlesztési Bank Zrt. — MFB) als uitvoerende partner. De faciliteit omvat de volgende productlijn:
Gecombineerde steun voor leningen en subsidies voor de installatie van laadstations. Het aandeel van subsidies en leningen wordt vastgesteld op basis van de volgende criteria:
de regionale-steunkaart, zoals opgenomen in artikel 36 bis van de algemene groepsvrijstellingsverordening (AGVV);
de omvang van de onderneming die een aanvraag voor de faciliteit indient. Dat wil zeggen, hoe kleiner de onderneming is, hoe hoger het aandeel van de steun in de vorm van subsidies is;
de verhouding tussen de laadpunten voor zware bedrijfsvoertuigen per station die door de eindbegunstigden moeten worden geïnstalleerd. Hoe hoger de HDV-ratio is, hoe hoger het aandeel van de steun in de vorm van subsidies.
Met het oog op de uitvoering van de investering in de faciliteit ondertekenen Hongarije en het MFB een uitvoeringsovereenkomst die de volgende inhoud bevat:
Beschrijving van het besluitvormingsproces van de faciliteit: Het initiële investeringsbesluit van de faciliteit wordt genomen door een investeringscomité of een ander relevant gelijkwaardig bestuursorgaan en goedgekeurd met een meerderheid van stemmen van leden die onafhankelijk zijn van de Hongaarse regering. Het definitieve investeringsbesluit van de faciliteit is beperkt tot de goedkeuring (zonder wijzigingen) of de uitoefening van een vetorecht ten aanzien van een investeringsbesluit dat is voorgesteld door het investeringscomité of het relevante gelijkwaardige bestuursorgaan. Het MFB neemt beleggingsbeslissingen op transparante, onafhankelijke en marktconforme wijze.
De belangrijkste vereisten van het bijbehorende beleggingsbeleid, waaronder:
De beschrijving van het financiële product en de in aanmerking komende eindbegunstigden.
De eis dat alle gesteunde investeringen economisch levensvatbaar moeten zijn.
Het vereiste om te voldoen aan het beginsel „geen ernstige afbreuk doen”, zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01). Het beleggingsbeleid sluit met name de volgende lijst van activiteiten en activa uit van het in aanmerking komen: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 21 , ii) activiteiten en activa in het kader van de EU-regeling voor de handel in emissierechten (ETS) die leiden tot verwachte broeikasgasemissies die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 22 , iii) activiteiten en activa in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties 23 en installaties voor mechanische biologische behandeling 24 .
De eis dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie ontvangen om dezelfde kosten te dekken.
Het bedrag dat onder de uitvoeringsovereenkomst valt, de vergoedingsstructuur voor de uitvoerende partner en de vereiste om eventuele terugvloeiende middelen te herinvesteren overeenkomstig het investeringsbeleid van de faciliteit, tenzij deze worden gebruikt voor de aflossing van leningen in het kader van de faciliteit voor herstel en veerkracht.
Monitoring-, audit- en controlevereisten, met inbegrip van:
De beschrijving van het monitoringsysteem van de uitvoerende partner om verslag uit te brengen over de gemobiliseerde investeringen.
De beschrijving van de procedures van de uitvoerende partner om fraude, corruptie en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te corrigeren.
De verplichting om na te gaan of elke concrete actie voor financiering in aanmerking komt overeenkomstig de vereisten van de uitvoeringsovereenkomst, alvorens zich ertoe te verbinden een concrete actie te financieren.
De verplichting om risicogebaseerde controles achteraf uit te voeren in overeenstemming met een auditplan van het MFB. Bij deze audits wordt nagegaan i) of de controlesystemen doeltreffend zijn, met inbegrip van de opsporing van fraude, corruptie en belangenconflicten; naleving van het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan”, de staatssteunregels en de vereisten inzake klimaatstreefcijfers; en iii) dat wordt voldaan aan het vereiste dat de eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie hebben ontvangen om dezelfde kosten te dekken. Bij de audits wordt ook nagegaan of de transacties wettig zijn en of de voorwaarden van de toepasselijke uitvoeringsovereenkomst worden nageleefd.
Vereisten voor klimaatinvesteringen uitgevoerd door de uitvoerende partner: Ten minste 79 183 437 EUR van de RRF-investering in de faciliteit draagt bij aan de doelstellingen inzake klimaatverandering overeenkomstig bijlage VI bij de RRF-verordening. 25
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 31 augustus 2026 zijn voltooid.
C10.I15: Opzetten van een financieel instrument ter ondersteuning van de aankoop van elektrische voertuigen op batterijen (BEV’s) door aanbieders van wagenparken
De maatregel bestaat uit een overheidsinvesteringen in een faciliteit om particuliere investeringen te stimuleren en de toegang tot financiering in de Hongaarse elektromobiliteitssector te verbeteren door het gebruik van elektrische voertuigen op batterijen in de particuliere sector te stimuleren. De faciliteit functioneert door rechtstreeks leningen te verstrekken aan de particuliere sector en aan entiteiten uit de publieke sector die soortgelijke activiteiten ontplooien. Op basis van de investeringen in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit beoogt de faciliteit in eerste instantie ten minste 48 930 629 EUR aan financiering te verstrekken.
De faciliteit wordt beheerd door de Hongaarse Ontwikkelingsbank (Magyar Fejlesztési Bank Zrt. — MFB) als uitvoerende partner. De faciliteit omvat de volgende productlijn:
Steun via leningen aan aanbieders van wagenparken voor de aankoop van elektrische voertuigen op batterijen.
Met het oog op de uitvoering van de investering in de faciliteit ondertekenen Hongarije en het MFB een uitvoeringsovereenkomst die de volgende inhoud bevat:
Beschrijving van het besluitvormingsproces van de faciliteit: Het initiële investeringsbesluit van de faciliteit wordt genomen door een investeringscomité of een ander relevant gelijkwaardig bestuursorgaan en goedgekeurd met een meerderheid van stemmen van leden die onafhankelijk zijn van de Hongaarse regering. Het definitieve investeringsbesluit van de faciliteit is beperkt tot de goedkeuring (zonder wijzigingen) of de uitoefening van een vetorecht ten aanzien van een investeringsbesluit dat is voorgesteld door het investeringscomité of het relevante gelijkwaardige bestuursorgaan. Het MFB neemt beleggingsbeslissingen op transparante, onafhankelijke en marktconforme wijze.
De belangrijkste vereisten van het bijbehorende beleggingsbeleid, waaronder:
De beschrijving van het financiële product en de in aanmerking komende eindbegunstigden.
De eis dat alle gesteunde investeringen economisch levensvatbaar moeten zijn.
Het vereiste om te voldoen aan het beginsel „geen ernstige afbreuk doen”, zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01). Het beleggingsbeleid sluit met name de volgende lijst van activiteiten en activa uit van het in aanmerking komen: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 26 , ii) activiteiten en activa in het kader van de EU-regeling voor de handel in emissierechten (ETS) die leiden tot verwachte broeikasgasemissies die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 27 , iii) activiteiten en activa in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties 28 en installaties voor mechanische biologische behandeling 29 .
De eis dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie ontvangen om dezelfde kosten te dekken.
Het bedrag dat onder de uitvoeringsovereenkomst valt, de vergoedingsstructuur voor de uitvoerende partner en de vereiste om eventuele terugvloeiende middelen te herinvesteren overeenkomstig het investeringsbeleid van de faciliteit, tenzij deze worden gebruikt voor de aflossing van leningen in het kader van de faciliteit voor herstel en veerkracht.
Monitoring-, audit- en controlevereisten, met inbegrip van:
De beschrijving van het monitoringsysteem van de uitvoerende partner om verslag uit te brengen over de gemobiliseerde investeringen.
De beschrijving van de procedures van de uitvoerende partner om fraude, corruptie en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te corrigeren.
De verplichting om na te gaan of elke concrete actie voor financiering in aanmerking komt overeenkomstig de vereisten van de uitvoeringsovereenkomst, alvorens zich ertoe te verbinden een concrete actie te financieren.
De verplichting om risicogebaseerde controles achteraf uit te voeren in overeenstemming met een auditplan van het MFB. Bij deze audits wordt nagegaan i) of de controlesystemen doeltreffend zijn, met inbegrip van de opsporing van fraude, corruptie en belangenconflicten; naleving van het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan”, de staatssteunregels en de vereisten inzake klimaatstreefcijfers; en iii) dat wordt voldaan aan het vereiste dat de eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie hebben ontvangen om dezelfde kosten te dekken. Bij de audits wordt ook nagegaan of de transacties wettig zijn en of de voorwaarden van de toepasselijke uitvoeringsovereenkomst worden nageleefd.
Vereisten voor klimaatinvesteringen uitgevoerd door de uitvoerende partner: Ten minste 52 613 580 EUR van de RRF-investering in de faciliteit draagt bij aan de doelstellingen inzake klimaatverandering overeenkomstig bijlage VI bij de RRF-verordening. 30
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 31 augustus 2026 zijn voltooid.
C10.I16: Opzetten van een financieel instrument ter ondersteuning van de exploratie en exploitatie van geothermische energie
De maatregel bestaat uit een overheidsinvesteringen in een faciliteit om particuliere investeringen te stimuleren en de toegang tot financiering in de Hongaarse geothermische energiesector te verbeteren. De faciliteit functioneert door rechtstreeks leningen te verstrekken aan de particuliere sector en aan entiteiten uit de publieke sector die soortgelijke activiteiten ontplooien. Op basis van de investeringen in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit beoogt de faciliteit in eerste instantie ten minste 326 709 810 EUR aan financiering te verstrekken.
De faciliteit wordt beheerd door de Hongaarse Ontwikkelingsbank (Magyar Fejlesztési Bank Zrt. — MFB) als uitvoerende partner. De faciliteit omvat de volgende productlijn:
Steun via leningen om de exploitatie van geothermische energie te verbeteren. De eindbegunstigden van de faciliteit bestaan uit entiteiten met een geldige geothermische winningsvergunning. Eindbegunstigden die geen subsidiesteun in het kader van investering C10.I11 hebben ontvangen, nemen minder dan 20 % van de steun via leningen in het kader van deze investering voor hun rekening.
Met het oog op de uitvoering van de investering in de faciliteit ondertekenen Hongarije en het MFB een uitvoeringsovereenkomst die de volgende inhoud bevat:
Beschrijving van het besluitvormingsproces van de faciliteit: Het initiële investeringsbesluit van de faciliteit wordt genomen door een investeringscomité of een ander relevant gelijkwaardig bestuursorgaan en goedgekeurd met een meerderheid van stemmen van leden die onafhankelijk zijn van de Hongaarse regering. Het definitieve investeringsbesluit van de faciliteit is beperkt tot de goedkeuring (zonder wijzigingen) of de uitoefening van een vetorecht ten aanzien van een investeringsbesluit dat is voorgesteld door het investeringscomité of het relevante gelijkwaardige bestuursorgaan. Het MFB neemt beleggingsbeslissingen op transparante, onafhankelijke en marktconforme wijze.
De belangrijkste vereisten van het bijbehorende beleggingsbeleid, waaronder:
De beschrijving van het financiële product en de in aanmerking komende eindbegunstigden.
De eis dat alle gesteunde investeringen economisch levensvatbaar moeten zijn.
Het vereiste om te voldoen aan het beginsel „geen ernstige afbreuk doen”, zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01). Het beleggingsbeleid sluit met name de volgende lijst van activiteiten en activa uit van het in aanmerking komen: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 31 , ii) activiteiten en activa in het kader van de EU-regeling voor de handel in emissierechten (ETS) die leiden tot verwachte broeikasgasemissies die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 32 , iii) activiteiten en activa in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties 33 en installaties voor mechanische biologische behandeling 34 . Geothermische activiteiten omvatten niet de exploratie of winning van olie of gas, noch de apparatuur die voor dergelijke doeleinden wordt gebruikt. Er moet voor worden gezorgd dat de uitstoot van methaan tot een minimum wordt beperkt en ruim onder de drempel van 20 000 ton CO2eq/jaar blijft.
De eis dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie ontvangen om dezelfde kosten te dekken.
Het bedrag dat onder de uitvoeringsovereenkomst valt, de vergoedingsstructuur voor de uitvoerende partner en de vereiste om eventuele terugvloeiende middelen te herinvesteren overeenkomstig het investeringsbeleid van de faciliteit, tenzij deze worden gebruikt voor de aflossing van leningen in het kader van de faciliteit voor herstel en veerkracht.
Monitoring-, audit- en controlevereisten, met inbegrip van:
De beschrijving van het monitoringsysteem van de uitvoerende partner om verslag uit te brengen over de gemobiliseerde investeringen.
De beschrijving van de procedures van de uitvoerende partner om fraude, corruptie en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te corrigeren.
De verplichting om na te gaan of elke concrete actie voor financiering in aanmerking komt overeenkomstig de vereisten van de uitvoeringsovereenkomst, alvorens zich ertoe te verbinden een concrete actie te financieren.
De verplichting om risicogebaseerde controles achteraf uit te voeren in overeenstemming met een auditplan van het MFB. Bij deze audits wordt nagegaan i) of de controlesystemen doeltreffend zijn, met inbegrip van de opsporing van fraude, corruptie en belangenconflicten; naleving van het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan”, de staatssteunregels en de vereisten inzake klimaatstreefcijfers; en iii) dat wordt voldaan aan het vereiste dat de eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie hebben ontvangen om dezelfde kosten te dekken. Bij de audits wordt ook nagegaan of de transacties wettig zijn en of de voorwaarden van de toepasselijke uitvoeringsovereenkomst worden nageleefd.
Vereisten voor klimaatinvesteringen uitgevoerd door de uitvoerende partner: Ten minste 351 300 871 EUR van de RRF-investering in de faciliteit draagt bij aan de doelstellingen inzake klimaatverandering overeenkomstig bijlage VI bij de RRF-verordening. 35
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk op 31 augustus 2026 zijn voltooid.
J.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgende Aantal |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Eenheid |
Basislijn |
Doelstelling |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
293 |
C10.R7: Uitbreiding van energiegemeenschappen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de gewijzigde wetgeving inzake energiegemeenschappen |
Wetsbepaling met vermelding van de inwerkingtreding van de nieuwe wettelijke regeling |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Een herziene wetgeving tot vaststelling van een gedetailleerd en flexibel regelgevingskader voor burgers en hernieuwbare-energiegemeenschappen treedt in werking op basis van de ervaring met eerdere proefprojecten die uit ETS-bronnen zijn gefinancierd. Er worden wettelijke bepalingen vastgesteld inzake energiedeling, -transmissie, toegang tot consumentengegevens, meting en boekhouding in het openbare net voor energiegemeenschappen. De hervorming introduceert stimulansen voor de ontwikkeling van energiegemeenschappen, stimuleert collectieve productie en collectief verbruik binnen het kader van de energiegemeenschap en vereenvoudigt de registratie en exploitatie van energiegemeenschappen. Bij de hervorming wordt het beginsel van open participatie ten uitvoer gelegd, wordt het collectieve verbruik en de collectieve productie van zelfgeproduceerde energie niet onnodig beperkt en worden geen ongerechtvaardigde beperkingen ingevoerd op basis van de omvang of de geografische ligging. De energiegemeenschappen mogen ook actief zijn in de verwarmings- en koelingssector. De energiegemeenschappen hebben het recht meetgegevens te ontvangen over de elektriciteitsvoorziening, meetgegevens waarbij rekening wordt gehouden met de binnen de energiegemeenschap gedeelde elektriciteit en geëvalueerde gegevens. Na de herziening van het wetgevingskader worden specifieke financieringsregelingen gecreëerd om de oprichting van de energiegemeenschappen verder te stimuleren. |
|||
294 |
C10.R7: Uitbreiding van energiegemeenschappen |
Mijlpaal |
Eén loket en richtsnoeren voor energiegemeenschappen |
Oprichting van een éénloketsysteem en publicatie van de databank met modellen voor juridische documenten voor de oprichting van energiegemeenschappen |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Er wordt een éénloketsysteem voor energiegemeenschappen opgericht, dat informatie bevat over financiering en richtsnoeren en voorlopige documenten voor de wettelijke oprichting van energiegemeenschappen (met inbegrip van technische en economische haalbaarheidsstudies, contracten en juridische documenten met betrekking tot de oprichting van de energiegemeenschappen, de contractuele betrekkingen van de energiegemeenschappen en haar leden), wordt gepubliceerd om het publiek te begeleiden en de oprichting van energiegemeenschappen te vergemakkelijken. Bewustmakings- en voorlichtingsmateriaal over energiegemeenschappen ondersteunt de verspreiding van informatie over energiegemeenschappen. |
|||
295 |
C10.R8: Wettelijke stimulansen voor het gebruik van energieopslag |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving tot vaststelling van een regelgevingskader voor energieopslag |
Wetsbepaling met vermelding van de inwerkingtreding van de nieuwe wettelijke regeling |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Inwerkingtreding van wetgeving tot vaststelling van een regelgevingskader voor energieopslag voor actieve afnemers en voor deelnemers aan industriële vraagrespons op de energiemarkt. De gewijzigde wetgeving omvat: Vereenvoudigde vergunningen voor de exploitatie van energieopslag; Definitie van de rechten en plichten van de beheerder van de energieopslagactiva met betrekking tot andere marktdeelnemers (recht om de energieopslag op het net aan te sluiten, het recht om aan het net te verkopen en elektriciteit van het net te kopen, het recht om balanceringsdiensten te verlenen); methodologie en voorwaarden voor toegang tot en aansluiting op de transmissie- en distributienetten van elektriciteitsopwekkingsinstallaties; Het recht en de regels voor een actieve consument om een opslagactief te exploiteren Bepalingen van contracten voor de exploitatie van de activa voor energieopslag; Uitsluiting van dubbele heffing (met betrekking tot de elektriciteit van het net, vervolgens teruggeleverd aan het net en verbruikt door de eindafnemer); De verplichting voor DSB’s om in hun netontwikkelingsplannen informatie op te nemen over flexibiliteitsdiensten, potentiële vraagrespons, energie-efficiëntie en energieopslagfaciliteiten die de DSB voornemens is te gebruiken of daarin te investeren als alternatief voor de uitbreiding van het systeem. |
|||
296 |
C10.R8: Wettelijke stimulansen voor het gebruik van energieopslag |
Mijlpaal |
Goedkeuring van het nationaal plan voor energieopslag en flexibiliteit op het gebied van niet-fossiele brandstoffen |
Goedkeuring van de strategie door de regering |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Het nationaal plan voor energieopslag en niet-fossiele flexibiliteit wordt vastgesteld door het ministerie. Zij stelt prioriteiten voor de ontwikkeling van niet-fossiele flexibiliteit vast en stelt een streefcijfer voor niet-fossiele flexibiliteit vast, met inbegrip van energieopslag tot 2035. De nationale strategie voorziet in een investeringstraject om het vastgestelde potentieel te bereiken en stelt passende publieke en private financieringsbronnen vast ter ondersteuning van technologieën voor flexibiliteit en opslag, met inbegrip van tijdschema’s voor de ontwikkeling en ondersteuning ervan. |
|||
297 |
C10.R9: Zorgen voor een rechtskader voor hernieuwbare waterstof |
Mijlpaal |
Voltooiing van een herziening van het rechtskader inzake hernieuwbare waterstof |
Publicatie van de beoordeling van de regelgeving, met inbegrip van een lijst van wetgevingsmaatregelen, technische normen en methoden op de officiële website van het ministerie van Energie |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Het ministerie van Energie stelt een beoordeling op van lacunes in de regelgeving en inconsistenties binnen het wet- en regelgevingskader voor de productie en het gebruik van waterstof in de industrie en het zware vervoer. Op basis van deze beoordeling legt het ministerie een lijst van maatregelen voor, die op de officiële website wordt gepubliceerd. De lijst bevat primaire wetgeving, secundaire wetgeving, technische normen en methoden waarvan de vaststelling of wijziging noodzakelijk is om te zorgen voor afstemming op het EU-rechtskader inzake hernieuwbare waterstof, met name de richtlijn hernieuwbare energie (2018/2001/EU), en om de randvoorwaarden te scheppen voor de ontwikkeling van het Hongaarse ecosysteem voor hernieuwbare waterstof. De maatregelen creëren ook faciliterende voorwaarden voor het gebruik van hernieuwbare waterstof in zowel de industriële als de zware vervoerssector. De maatregelen op de lijst worden samen met de belanghebbenden vastgesteld. Relevante belanghebbenden, zoals vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en niet-gouvernementele organisaties, worden vóór de bekendmaking ervan geraadpleegd over de ontwerplijst van maatregelen. |
|||
298 |
C10.R9: Zorgen voor een rechtskader voor hernieuwbare waterstof |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het wetgevingspakket hernieuwbare waterstof en publicatie van een begeleidend niet-wetgevingspakket |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wetgeving en de publicatie van het niet-wetgevingspakket |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Inwerkingtreding van een wetgevingspakket inzake hernieuwbare waterstof en publicatie van een begeleidend niet-wetgevingspakket. De twee colli bevatten ten minste de volgende gegevens: de voorwaarden en veiligheids- en kwaliteitseisen voor het gebruik van elektriciteit die met hernieuwbare waterstof is geproduceerd, zijn verduidelijkt; het concept van waterstoftankstations is verankerd in de wet; er zijn veiligheidsvoorschriften voor de installatie van drukapparatuur vastgesteld; de regels voor de toelating van waterstoftankstations zijn verduidelijkt en vereenvoudigd; garanties van oorsprong voor hernieuwbare energiebronnen door middel van een nationale certificeringsregeling; de plannen voor de uitrol van infrastructuur voor alternatieve brandstoffen zijn bijgewerkt in overeenstemming met Verordening (EU) 2023/1804. Voor de lijst van maatregelen als bedoeld in de vorige mijlpaal nr. 298 publiceert Hongarije voor elk van de maatregelen een verslag over de voortgang van de uitvoering. |
|||
299 |
C10.R10: Ontwikkeling van een strategie en een actieplan voor biogas en biomethaan |
Mijlpaal |
Ontwikkeling van een strategie en een actieplan voor biogas en biomethaan |
Goedkeuring door de regering van een strategie en een actieplan voor biogas en biomethaan |
KWARTAAL 1 |
2024 |
De regering stelt een strategie voor biogas en biomethaan en een actieplan vast die voorzien in een strategisch kader voor het beleid inzake biomethaan en biogas, waarin doelstellingen en maatregelen worden vastgesteld om deze te verwezenlijken, en waarin alle elementen van de beschrijving van de hervorming aan bod komen. |
|||
300 |
C10.R11: Verbetering van het regelgevingskader voor geothermische energie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving ter verbetering van het regelgevingskader voor de exploratie en het gebruik van geothermische energie |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wetgeving |
|
|
|
KWARTAAL 4 |
2024 |
Inwerkingtreding van wetgeving ter verbetering van de regelgevingsprocedures voor de exploratie en exploitatie van geothermische energie. Vóór de inwerkingtreding van de wetgeving beschikt het ministerie van Energie over: I) een strategiedocument gepubliceerd waarin de geplande beleidsstappen worden uiteengezet om het regelgevingskader voor de exploratie en het gebruik van geothermische energie te verbeteren. Dit document is gebaseerd op een evaluatie van de vergunningsregeling voor geothermische exploratie die in 2023 is ingevoerd; een monitoringdocument gepubliceerd over de verwezenlijking van de in het bovengenoemde strategiedocument geschetste beleidsstappen. De te verwezenlijken beleidsstappen omvatten, maar zijn niet beperkt tot, de wetgeving ter verbetering van het regelgevingskader voor de exploratie en het gebruik van geothermische energie. |
301 |
C10.R12: Ondersteuning van aanvragen van potentiële begunstigden voor door de EU gefinancierde steunregelingen voor energie-efficiëntie in woningen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving tot vaststelling van een kader voor de ondersteuning van steunaanvragen van potentiële begunstigden in het kader van door de EU gefinancierde steunregelingen voor energie-efficiëntie in woningen |
Bepalingen in de wet die de inwerkingtreding van de wetgeving aangeven |
|
|
|
KWARTAAL 2 |
2024 |
Inwerkingtreding van wetgeving tot vaststelling van een kader voor de ondersteuning van aanvragen van potentiële begunstigden in het kader van door de EU gefinancierde steunregelingen voor energie-efficiëntie. In de wetgeving worden de volgende elementen vermeld: welke organisaties of entiteiten in aanmerking komen voor het verlenen van bijstand aan potentiële begunstigden van door de EU gefinancierde steunregelingen voor energie-efficiëntie, in overeenstemming met de beschrijving van de maatregel; de concrete stappen die de organisaties of entiteiten moeten nemen bij de voorbereiding van de aanvragen van de potentiële begunstigden, in overeenstemming met de beschrijving van de maatregel. Huishoudens die financiële steun willen aanvragen in het kader van door de EU gefinancierde steunregelingen voor energie-efficiëntie voor woningen, hebben vanaf 1 januari 2025 toegang tot bijstand van een van de actoren als bedoeld in de beschrijving van de maatregel. In de wetgeving wordt gespecificeerd dat energieprestatiecertificaten (EPC’s) worden afgegeven nadat de begunstigden van door de EU gefinancierde steunregelingen voor energie-efficiëntie hun investering hebben voltooid, om de behaalde hoeveelheid energiebesparingen te certificeren. Vóór de inwerkingtreding van de wetgeving wordt de definitie van energiearmoede gepubliceerd op de website van het ministerie van Energie. Hongarije gebruikt die definitie bij de vaststelling van de strategie om zich te richten op energiearme huishoudens in het kader van de relevante energie-investeringen, met inbegrip van investering C10.I13. |
302 |
C10.R13: Nationale strategie voor de ontwikkeling van groene vaardigheden |
Mijlpaal |
Regeringsbesluit over de nationale strategie inzake vaardigheden voor de groene transitie en het bijbehorende actieplan voor de uitvoering ervan |
Inwerkingtreding van het regeringsbesluit over de nationale strategie inzake vaardigheden voor de groene transitie |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Inwerkingtreding van het regeringsbesluit over de nationale strategie inzake vaardigheden voor de groene transitie als onderdeel van het nationale energie- en klimaatplan van Hongarije en een actieplan voor 2025-2027 voor de uitvoering van de strategie. De strategie biedt een strategisch kader voor het beleid inzake de ontwikkeling van groene vaardigheden en stelt doelstellingen, maatregelen en indicatoren vast om de voortgang bij de uitvoering van de strategie te monitoren. Over het ontwerp van de nationale strategie en het actieplan wordt een openbare raadpleging gehouden waarbij alle belangrijke belanghebbenden en sociale partners worden betrokken. Het regeringsbesluit wordt bekendgemaakt in het Publikatieblad. |
|||
303 |
C10.R13: Nationale strategie voor de ontwikkeling van groene vaardigheden |
Mijlpaal |
Voortgangsverslag over de uitvoering van de nationale strategie inzake vaardigheden voor de groene transitie en het bijbehorende actieplan |
Publicatie van het verslag op de website van het ministerie dat verantwoordelijk is voor groene vaardigheden |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Er wordt een voortgangsverslag gepubliceerd over de uitvoering van de nationale strategie inzake vaardigheden voor de groene transitie en het bijbehorende actieplan. In het verslag wordt de vooruitgang bij de verwezenlijking van de in de strategie vastgestelde beleidsdoelstellingen en indicatoren beoordeeld. |
|||
304 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C.10.I1a: Digitale ontwikkelingen op het niveau van de systeembeheerders (leningen) |
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van voorstellen met betrekking tot digitale ontwikkelingen in verband met de netwerkinfrastructuur en de exploitatie van het elektriciteitsnet op het niveau van de netbeheerder |
Publicatie van de oproep tot het indienen van voorstellen op de officiële website van de regering voor oproepen |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Er wordt een oproep tot het indienen van voorstellen gedaan voor digitale ontwikkelingen voor het opzetten en beheren van het elektriciteitsnet op het niveau van de netbeheerder. In de oproep worden de belangrijkste ontwikkelingselementen en -activiteiten beschreven die steun kunnen ontvangen voor de ontwikkeling van digitale infrastructuur, zoals het digitale klantenservicesysteem, fundamentele IT-infrastructuur voor energie, IT-systemen ter ondersteuning van energiediensten en systemen voor gebruikersbeheer. |
|||
305 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C.10.I1a: Digitale ontwikkelingen op het niveau van de systeembeheerder (leningen) |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten voor digitale ontwikkelingen in verband met netwerkinfrastructuur en beheer van het elektriciteitsnet op het niveau van de netbeheerder |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Subsidieovereenkomsten worden ondertekend met systeembeheerders, met inbegrip van hun IT-bedrijven, en treden in werking voor alle projecten die zijn geselecteerd in het kader van de in stap 304 bedoelde oproep. |
|||
306 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C.10.I1a: Digitale ontwikkelingen op het niveau van de systeembeheerder (leningen) |
Doel |
Digitale ontwikkelingen in verband met de netwerkinfrastructuur en het beheer van het elektriciteitsnet op het niveau van de systeembeheerder |
Aantal |
0 |
1 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Aantal digitale ontwikkelingen bij de systeembeheerders en/of hun IT-bedrijven. Een digitale ontwikkeling omvat de ontwikkeling en installatie van een digitale infrastructuur zoals: digitaal klantenservicesysteem, fundamentele IT-infrastructuur voor energie, IT-systemen ter ondersteuning van energiediensten en systemen voor consumentenbeheer. |
|
307 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C.10.I1a: Digitale ontwikkelingen op het niveau van de systeembeheerder (leningen) |
Doel |
Digitale ontwikkelingen in verband met de netwerkinfrastructuur en het beheer van het elektriciteitsnet op het niveau van de systeembeheerder |
Aantal |
1 |
6 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Aantal digitale ontwikkelingen bij de systeembeheerders en/of hun IT-bedrijven. Een digitale ontwikkeling omvat de ontwikkeling en installatie van een digitale infrastructuur zoals: digitaal klantenservicesysteem, fundamentele IT-infrastructuur voor energie, IT-systemen ter ondersteuning van energiediensten en systemen voor consumentenbeheer. |
|
308 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1b: Verbetering van de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen (leningen) |
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van prioritaire projecten voor de installatie van meteorologische stations om de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen te verbeteren |
Publicatie van de oproep tot het indienen van prioritaire projecten op de officiële website van de regering voor oproepen |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Er wordt een oproep gedaan tot het indienen van prioritaire projecten voor het ontwerp, de aankoop en de installatie van een verbeterd instrument voor weersvoorspellingen. In de oproep wordt vereist dat het instrument voor weersvoorspellingen wordt gebruikt om de nauwkeurigheid van de ramingen van de productie van weerafhankelijke hernieuwbare energie (zoals zonne- en windenergie) te verbeteren. In de oproep worden de belangrijkste eisen beschreven waaraan de te installeren meteorologische stations moeten voldoen. Zij schrijft ook voor dat de door de meteorologische stations gegenereerde gegevens en voorspellingen openbaar worden gemaakt. |
|||
309 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1b: Verbetering van de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen (leningen) |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten inzake steun voor de installatie van meteorologische stations om de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen te verbeteren |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Subsidieovereenkomsten worden ondertekend en in werking getreden voor alle projecten die zijn geselecteerd in het kader van de in stap 308 bedoelde oproep. |
|||
310 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1b: Verbetering van de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen (leningen) |
Doel |
Meteorologische stations in bedrijf |
Aantal |
0 |
2 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Meteorologische stations worden in gebruik genomen om de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen te verbeteren. De door de meteorologische stations gegenereerde gegevens en voorspellingen worden gebruikt voor de ramingen van de productie van weerafhankelijke hernieuwbare energie (zonne- en windenergie). |
|
311 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1b: Verbetering van de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen (leningen) |
Doel |
Meteorologische stations in bedrijf |
Aantal |
2 |
13 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Meteorologische stations worden in gebruik genomen om de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen te verbeteren. De door de meteorologische stations gegenereerde gegevens en voorspellingen worden gebruikt voor de ramingen van de productie van weerafhankelijke hernieuwbare energie (zonne- en windenergie). |
|
312 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
C10.I1c:
|
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten betreffende de uitvoerings- en ondersteuningsvoorwaarden voor de ontwikkeling van transmissie- en distributienetten |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten over de uitvoerings- en ondersteuningsvoorwaarden van de investering tussen de bij de investering betrokken organisaties (de gemachtigde transmissiesysteembeheerder en distributiesysteembeheerders) en de beheersautoriteit. Deze subsidieovereenkomsten leiden tot het creëren van het vermogen om via deze investering een incrementele capaciteit van 426 MW aan door hernieuwbare energiebronnen opgewekte elektriciteit in het elektriciteitsnet te integreren, bovenop de investeringen die worden gefinancierd met de niet-terugbetaalbare steun in het kader van C10.I1c (subsidies) in afdeling J.1. en als onderdeel van investering C6.I1. In de subsidieovereenkomsten worden de geplande investeringen beschreven, met inbegrip van de ontwikkelingselementen, zoals de aanleg en modernisering van een hoog-/middelhoog/laagspanningsnetwerk; nieuwe onderstations; vervanging en expansie van onderstationtransformatoren; constructies en vervanging van bedieningsorganen; en ontwikkelingen op het gebied van digitalisering. |
|||
313 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1c: Opgeschaalde maatregel: Ontwikkeling van klassieke en slimme netwerken voor transmissiesysteembeheerders en distributiesysteembeheerders (leningen) |
Doel |
Capaciteitsuitbreiding van energiecentrales die hernieuwbare energiebronnen gebruiken en die in het elektriciteitsnet kunnen worden geïntegreerd als gevolg van het verbeterde net (gecumuleerd, MW) |
MW |
0 |
105 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Vergroting van het vermogen van het elektriciteitsnet om een extra capaciteit van 105 MW aan elektriciteitscentrales met behulp van hernieuwbare energiebronnen te integreren door middel van acties in het kader van deze investering, bovenop de maatregelen die worden gefinancierd met de niet-terugbetaalbare steun in het kader van C10.I1c (subsidies) in deel J.1. en als onderdeel van investering C6.I1. De Hongaarse regelgevende autoriteit voor energie en openbare nutsvoorzieningen verifieert dit en verstrekt een valideringsverslag aan de hand van een methode waarin de noodzakelijke maatregelen op het net worden uitgewerkt, gefinancierd in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, teneinde de energie die wordt geproduceerd door aanvullende productiecapaciteit voor hernieuwbare energie te integreren. |
|
314 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1c: Opgeschaalde maatregel: Ontwikkeling van klassieke en slimme netwerken voor transmissiesysteembeheerders en distributiesysteembeheerders (leningen) |
Doel |
Capaciteitsuitbreiding van energiecentrales die hernieuwbare energiebronnen gebruiken en die in het elektriciteitsnet kunnen worden geïntegreerd als gevolg van het verbeterde net (gecumuleerd, MW) |
MW |
105 |
426 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Vergroting van het vermogen van het elektriciteitsnet om extra capaciteit van in totaal 426 MW te integreren met behulp van hernieuwbare energiebronnen door middel van acties in het kader van deze investering, bovenop de maatregelen die worden gefinancierd met de niet-terugbetaalbare steun in het kader van C10.I1c (subsidies) in deel J.1. en als onderdeel van investering C6.I1. De Hongaarse regelgevende autoriteit voor energie en openbare nutsvoorzieningen verifieert dit en verstrekt een valideringsverslag aan de hand van een methode waarin de noodzakelijke maatregelen op het net worden uitgewerkt, gefinancierd in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, teneinde de energie die wordt geproduceerd door aanvullende productiecapaciteit voor hernieuwbare energie te integreren. |
|
315 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1d opgeschaalde maatregel: Verspreiding van slimme metersystemen (leningen) |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van prioritaire projecten voor DSB’s voor de aankoop en installatie van slimme meters |
Publicatie van de oproep tot het indienen van prioritaire projecten op de officiële website van de regering voor oproepen |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Er wordt een oproep (naast de C6.I5-investering) gedaan voor prioritaire projecten die gericht zijn op de distributiesysteembeheerders voor de aankoop en installatie van de implementatie en ondersteuning van slimme meters. In de oproep worden de technische eisen voor de installatie van slimme meters beschreven. De distributiesysteembeheerders ontvangen de subsidie in verhouding tot het aantal fysieke locaties dat nodig is om slimme meters te installeren in de geografische gebieden waar zij actief zijn. |
|||
316 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1d opgeschaalde maatregel: Verspreiding van slimme metersystemen (leningen) |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten voor de aankoop en installatie van slimme meters |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Subsidieovereenkomsten worden ondertekend en in werking getreden voor alle projecten die zijn geselecteerd in het kader van de in stap 315 bedoelde oproep. |
|||
317 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1d opgeschaalde maatregel: Verspreiding van slimme metersystemen (leningen) |
Doel |
Nieuw geïnstalleerde slimme meters |
Aantal |
0 |
52 520 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Nieuwe installatie van eenfasige of driefasenelektriciteitsmeters met directe aansluitings- en communicatie-eenheid, naast die welke worden gefinancierd met de niet-terugbetaalbare steun in het kader van C10.I1d (subsidies) in deel J.1 en als onderdeel van investering C6.I5. |
|
318 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering C10.I1d opgeschaalde maatregel: Verspreiding van slimme meters |
Doel |
Nieuw geïnstalleerde slimme meters |
Aantal |
52 520 |
138 098 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Nieuwe installatie van in totaal 138 098 eenfasige of driefasenelektriciteitsmeters met directe aansluitings- en communicatie-eenheid, bovenop die welke worden gefinancierd met de niet-terugbetaalbare steun in het kader van C10.I1d (subsidies) in deel J.1 en als onderdeel van investering C6.I5. |
|
319 |
C10.I2: Vergroening van industrie-, wetenschaps- en technologie- en logistieke parken voor energiedoeleinden |
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van voorstellen voor de vergroening van industrie-, wetenschaps-, technologie- en logistieke parken |
Publicatie van de oproep tot het indienen van voorstellen op de officiële website voor EU-fondsen van de overheid |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Het ministerie van Regionale Ontwikkeling publiceert op de officiële website voor EU-fondsen een oproep tot het indienen van voorstellen voor de vergroening van industrieparken, wetenschaps-, technologie- en logistieke parken. Het mandaat van de oproep stelt ondernemingen, gemeenten, bedrijfsverenigingen en/of een consortium van deze entiteiten die eigenaar zijn van of actief zijn in industrieparken, wetenschaps- en technologie- en logistieke parken in staat aanvragen in te dienen bij een of meer van de volgende ondersteunde activiteiten: Ontwikkeling van micronetwerken die alle elektriciteitsopwekkings-, opslag- en gebruikerseenheden van een bepaalde locatie met elkaar verbinden, hetzij in samenhang met de uitrol van faciliteiten voor de productie van hernieuwbare energie (ook ondersteund), hetzij om reeds bestaande faciliteiten voor de productie van hernieuwbare energie te verbinden met gebruikers; De uitrol van faciliteiten voor de productie van hernieuwbare energie waar reeds micronetwerken bestaan; Ontwikkeling van verwarmingsnetwerken gericht op warmtepompen, op basis van hernieuwbare energie, met inbegrip van het gebruik van restwarmte; Ontwikkeling van elektriciteits- en warmteopslag uitsluitend voor de opslag van hernieuwbare energie; Activiteiten om de energie-efficiëntie van gebouwen te verhogen en industriële processen koolstofvrij te maken in samenhang met de bovengenoemde activiteiten; Installatie van een energiebeheersysteem, omvormers en/of controlecentra in samenhang met bovengenoemde activiteiten. De subsidiabiliteitscriteria in de oproep vereisen dat projecten de verwachte broeikasgasemissies bereiken en bepaalde activiteiten uitsluiten in overeenstemming met de voorwaarden in de beschrijving van de maatregel. In de oproep wordt aangegeven dat slechts maximaal 10 % van de totale enveloppe voor de maatregel wordt gebruikt voor energie-efficiëntie van gebouwen en het koolstofvrij maken van industriële activiteiten samen. |
|||
320 |
C10.I2: Vergroening van industrie-, wetenschaps- en technologie- en logistieke parken voor energiedoeleinden |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
|
KWARTAAL 4 |
2024 |
Subsidieovereenkomsten worden gesloten en in werking treden op basis van technische evaluaties van de Park-raad voor wetenschap en innovatie, technologie, industrie en logistiek, waarbij ten minste 95 % van het totale budget voor deze maatregel (502 670 000 EUR) wordt vastgelegd. |
||
321 |
C10.I2: Vergroening van industrie-, wetenschaps- en technologie- en logistieke parken voor energiedoeleinden |
Doel |
Geïnstalleerde capaciteit van hernieuwbare-energiesystemen |
MW |
0 |
197 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Als onderdeel van de projecten waarvoor subsidieovereenkomsten zijn gesloten in het kader van mijlpaal 320 hierboven, wordt 197 MW aan capaciteit van het systeem voor hernieuwbare energie geïnstalleerd. De ontwikkeling van elektriciteits- en warmteopslag voor de opslag van hernieuwbare energie voor een totaal van 100 MW moet worden voltooid en op de micronetwerken worden aangesloten. |
|
322 |
C10.I2: Vergroening van industrie-, wetenschaps- en technologie- en logistieke parken voor energiedoeleinden |
Doel |
Aantal operationeel aangesloten micronetwerknetwerken |
Aantal |
0 |
50 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Als onderdeel van de projecten waarvoor subsidieovereenkomsten zijn gesloten in het kader van mijlpaal 320 hierboven, worden 50 micronetnetwerken geïnstalleerd, waarbij alle faciliteiten voor elektriciteitsopwekking (met inbegrip van ten minste 80 % van de geïnstalleerde capaciteit voor hernieuwbare energie), opslag en gebruikerseenheden van een bepaald park operationeel met gebruikers worden verbonden. |
|
323 |
C10.I2: Vergroening van industrie-, wetenschaps- en technologie- en logistieke parken voor energiedoeleinden |
Doel |
Capaciteit geïnstalleerde warmtepompen |
MW |
0 |
10 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Als onderdeel van de projecten waarvoor subsidieovereenkomsten zijn gesloten in het kader van mijlpaal 320 hierboven, wordt 10 MW elektrische/geothermische warmtepompen geïnstalleerd. |
|
324 |
C10.I3: Opbouw van productiecapaciteit voor een groene economie |
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van voorstellen voor productiecapaciteit voor een groene economie |
Publicatie van de oproep tot het indienen van voorstellen op de officiële website van de regering voor oproepen |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Op de website van de regering wordt een oproep tot het indienen van voorstellen voor de opbouw van productiecapaciteit voor een groene economie gepubliceerd. De taakomschrijving van de oproep stelt ondernemingen in staat aanvragen in te dienen voor een of meer van de volgende ondersteunde activiteiten: apparatuur voor de productie en het gebruik van hernieuwbare energie bij de productie van elektriciteit en warmte; apparatuur en producten om de energie-efficiëntie te verhogen; technologieën en apparatuur voor de ontwikkeling van het elektriciteitsnetwerk en de vermindering van broeikasgasemissies; activiteiten in verband met de productie van omvormers; toepassingen voor beheer aan de vraagzijde (bv. slimme meters); oplossingen voor terugwinning van restwarmte; met betrekking tot warmtepompen; CCUS-technologieën (met inbegrip van de middelen om de nodige infrastructuur aan te leggen); apparatuur voor de productie en het gebruik van biomethaan, en biogas, indien gericht op de opwaardering tot biomethaan; apparatuur voor de productie en het gebruik van hernieuwbare waterstof en derivaten daarvan; en het apparatuur en uitrusting in verband met groene mobiliteit (productie van elektrische voertuigen op batterijen, productie van zware bedrijfsvoertuigen op waterstof, productie van elektrische laad- en waterstoftankapparatuur). De om- en bijscholing voor de verlening van diensten en IT-toepassingen in verband met de bovengenoemde ondersteunde activiteiten kan ook in het kader van de maatregel worden ondersteund. De subsidiabiliteitscriteria in de oproep vereisen dat projecten de verwachte broeikasgasemissies bereiken en bepaalde activiteiten uitsluiten in overeenstemming met de voorwaarden in de beschrijving van de maatregel. |
|||
325 |
C10.I3: Opbouw van productiecapaciteit voor een groene economie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Subsidieovereenkomsten voor ten minste 35 projecten worden gesloten en in werking getreden, waarbij ten minste 95 % van het totale budget voor deze maatregel (499 833 000 EUR) wordt vastgelegd. |
|||
326 |
C10.I3: Opbouw van productiecapaciteit voor een groene economie |
Mijlpaal |
Ingebruikneming van alle projecten |
Ingebruikneming van de projecten |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Alle projecten in het kader van de regeling worden voltooid en in gebruik genomen. |
|||
327 |
C10.I4: Toepassing van groene technologieën voor het koolstofvrij maken van de industrie |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van voorstellen voor het koolstofvrij maken van industriële projecten |
Publicatie van de oproep tot het indienen van voorstellen op de officiële website van de regering voor oproepen |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Op de website van de regering wordt een oproep tot het indienen van voorstellen voor het koolstofvrij maken van industriële projecten gepubliceerd. De taakomschrijving van de oproep stelt ondernemingen in staat aanvragen in te dienen voor een of meer van de volgende ondersteunde activiteiten: afvang en opslag van fossiele koolstof uit onvermijdelijke procesemissies; niet-fossiele koolstofafvang en -opslag (bio-CCS) in overeenstemming met de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (d.w.z. bio-energie); industriële decarbonisatieprojecten waarbij hernieuwbare waterstof en derivaten worden gebruikt voor activiteiten die 100 % compatibel zijn met waterstof, eventueel met inbegrip van steun voor de productie van hernieuwbare waterstof; maatregelen voor „duurzame” bio-energie (waarbij duurzaam biomethaan wordt gebruikt in overeenstemming met RED II); gebruik van restwarmte; elektrificatie ter vervanging van fossieleenergieprocessen; vervanging van onderdelen door energie-efficiëntere onderdelen; IT-toepassingen ter ondersteuning van bovengenoemde activiteiten, zoals apparatuur voor emissiemonitoring. De subsidiabiliteitscriteria in de oproep vereisen dat projecten de verwachte broeikasgasemissies bereiken in overeenstemming met de voorwaarden in de beschrijving van de maatregel. |
|||
328 |
C10.I4: Toepassing van groene technologieën voor het koolstofvrij maken van de industrie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Er zijn subsidieovereenkomsten gesloten en in werking getreden, waarbij ten minste 95 % van het totale budget voor deze maatregel (105 963 000 EUR) wordt vastgelegd. |
|||
329 |
C10.I4: Toepassing van groene technologieën voor het koolstofvrij maken van de industrie |
Mijlpaal |
Ingebruikneming van alle decarbonisatieprojecten |
Ingebruikneming van projecten |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Alle projecten in het kader van de investering moeten zijn voltooid en in gebruik zijn genomen. Elk van de projecten moet een gecertificeerde verwachte broeikasgasemissiereductie van ten minste 30 % bereiken op het niveau van de installatie. |
|||
330 |
C10.I5: Digitalisering van energiebedrijven |
Mijlpaal |
Goedkeuring van een alomvattend plan voor digitalisering op energiegebied |
Goedkeuring van een alomvattend plan voor digitalisering op energiegebied |
KWARTAAL 1 |
2024 |
In een plan — in de vorm van een diagram en/of een tekstuele beschrijving — wordt uiteengezet hoe de investering in het kader van deze maatregel en in het kader van DROP Plus 2.1.1-2.3.1 op elkaar zal voortbouwen. Dit omvat de volgende informatie op geaggregeerd niveau voor de uit deze twee bronnen te financieren systemen: in te zetten systemen, het soort verzamelde en/of beheerde gegevens (indien relevant), de methode voor gegevensverzameling (indien relevant), de gegevensstroom tussen de in te zetten systemen en het hergebruik van gegevens (indien relevant), bestaande systemen die moeten worden vervangen of gebruikt in combinatie met de nieuw ingevoerde systemen. |
|||
331 |
C10.I5: Digitalisering van energiebedrijven |
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van voorstellen voor digitale ontwikkelingen bij energiebedrijven |
Publicatie van de oproep tot het indienen van voorstellen op de officiële website van de regering voor oproepen |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Er wordt een oproep tot het indienen van voorstellen voor digitale ontwikkelingen bij energiebedrijven gepubliceerd. In de oproep worden de belangrijkste elementen van digitale ontwikkeling beschreven die kunnen worden ondersteund, zoals digitale verbeteringen ter ondersteuning van de veiligheid van energiediensten, IT-activa, verbeteringen op het gebied van cyberbeveiliging, operationele, beheers- en bedrijfsprocessen, met inbegrip van verbeteringen op het gebied van beheer en controle van elektriciteitsproducenten en digitalisering van klantenservice. De subsidiabiliteitscriteria in de oproep vereisen dat projecten de verwachte broeikasgasemissies bereiken in overeenstemming met de voorwaarden in de beschrijving van de maatregel. |
|||
332 |
C10.I5: Digitalisering van energiebedrijven |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten voor de ondersteuning van de digitale ontwikkeling bij energiebedrijven |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Subsidieovereenkomsten treden in werking voor alle projecten die zijn geselecteerd in het kader van de in stap 331 bedoelde oproep. |
|||
333 |
C10.I5: Digitalisering van energiebedrijven |
Mijlpaal |
Digitale oplossingen ter ondersteuning van de werking van in gebruik genomen energiesystemen en -diensten |
Inwerkingtreding van alle projecten |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Alle projecten in het kader van de investering, die bestaan uit ten minste 35 digitale oplossingen ter ondersteuning van de werking van energiesystemen en -diensten als onderdeel van de projecten die zijn geselecteerd in het kader van de in stap 331 bedoelde oproep, worden in bedrijf gesteld bij energiebedrijven. |
|||
334 |
C10.I6: Investeringen in waterstof |
Doel |
Distributie aan eindontvangers van voertuigen op waterstof |
Aantal |
0 |
10 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 10 bussen met waterstof (categorie M3) moeten worden aangekocht en verdeeld onder de via een oproep geselecteerde eindontvangers. |
|
335 |
C10.I6: Investeringen in waterstof |
Doel |
Distributie aan eindontvangers van voertuigen op waterstof |
Aantal |
10 |
47 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 7 zware en lichte voertuigen op waterstof (categorie N1/N2/N3) en 30 extra bussen op waterstof (categorie M3) worden aangekocht en verdeeld onder de via een oproep geselecteerde eindontvangers. |
|
336 |
C10.I6: Investeringen in waterstof |
Doel |
Ingebruikneming van nieuwe waterstoftankstations |
Aantal |
0 |
5 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste vijf waterstoftankstations voor emissievrije wegvoertuigen worden geïnstalleerd en in gebruik genomen. De uitgerolde infrastructuur omvat: op het TEN-T-kernnetwerk worden ten minste twee waterstoftankstations geïnstalleerd, elk met tankpunten van ten minste 700 bar, en in totaal ten minste 2 ton per dag, of met bewezen commerciële verbintenissen om de respectieve dagelijkse capaciteit op te schalen om uiterlijk in 2030 te voldoen aan de eisen van de verordening betreffende infrastructuur voor alternatieve brandstoffen; op stedelijke knooppunten worden ten minste twee waterstoftankstations geïnstalleerd, die elk ten minste 700 bar tankpunten bieden; in heel Hongarije wordt in totaal infrastructuur uitgerold die een totale dagelijkse waterstoftankcapaciteit van ten minste 1.5 ton waarborgt. |
|
337 |
C10.I6: Investeringen in waterstof |
Doel |
Inbedrijfstelling van elektrolyse-capaciteit |
MW |
0 |
30 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 30 MW elektrolyse-capaciteit voor de productie van hernieuwbare waterstof moet in bedrijf zijn genomen. Er wordt een waterstofopslagtank in gebruik genomen die rechtstreeks verband houdt met de productie van hernieuwbare waterstof. |
|
338 |
C10.I7: Versterking van het menselijk potentieel in de groene economie |
Mijlpaal |
Analyse van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt voor groene vaardigheden |
Publicatie van de analyse van vraag en aanbod |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Publicatie van een analyse van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt die wordt uitgevoerd om prioriteit te geven aan gebieden voor groene vaardigheden waarvoor nieuwe cursussen en leermateriaal moeten worden ontwikkeld, zoals aangegeven in doelstelling 339, en er worden opleidingsprogramma’s voor microcredentials ontwikkeld, zoals aangegeven in doelstelling 340. |
|||
339 |
C10.I7: Versterking van het menselijk potentieel in de groene economie |
Doel |
Aantal cursussen waarvoor nieuwe leerinhoud voor groene vaardigheden wordt ontwikkeld |
Aantal |
0 |
40 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Nieuwe leerinhoud op het gebied van groene vaardigheden, met inbegrip van inhoud die moet worden gebruikt voor de praktische opleiding van studenten, wordt ontwikkeld voor ten minste 40 verschillende cursussen die moeten worden geïntegreerd in formele (geaccrediteerde) programma’s voor beroepsonderwijs en -opleiding en hoger onderwijs. De cursussen en de bijbehorende leerinhoud worden ontwikkeld op basis van de analyse van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt, zoals aangegeven in stap 338. |
|
340 |
C10.I7: Versterking van het menselijk potentieel in de groene economie |
Doel |
Aantal professionals dat een certificaat van microcredentials voor groene vaardigheden heeft ontvangen |
Aantal |
0 |
50 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 50 000 professionals die ten hoogste hoger secundair onderwijs hebben voltooid en die hebben deelgenomen aan opleidingen voor volwassenen voor groene vaardigheden, verwerven microcredentials op het gebied van groene vaardigheden. Werklozen, inactieve arbeidskrachten en werknemers van micro- en kleine ondernemingen krijgen prioriteit als deelnemers aan opleidingen. De toegekende microcredentials moeten volledig in overeenstemming zijn met de aanbeveling van de Raad betreffende een Europese aanpak van microcredentials voor een leven lang leren en inzetbaarheid op de arbeidsmarkt (2022/C 243/02). De ontwikkeling van microcredentials bouwt ook voort op de resultaten van het instrument voor technische bijstand op het gebied van microcredentials en de analyse van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt, zoals aangegeven in stap 338. |
|
341 |
C10.I8: Investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van voorstellen voor projecten met betrekking tot investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
Publicatie van de oproep tot het indienen van voorstellen op de officiële website van de regering voor oproepen |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Op de website van de regering wordt een oproep tot het indienen van voorstellen voor projecten met betrekking tot investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen gepubliceerd. Alleen projecten met een vermindering van het primaire energieverbruik per gebouw met ten minste 30 % (ten opzichte van de uitgangssituatie vóór de verbeteringen van de energieprestaties) komen in aanmerking voor de oproep, met bijzondere aandacht voor de regio Boedapest. In de oproep tot het indienen van voorstellen wordt vermeld dat de volgende soorten activiteiten kunnen worden ondersteund, met betrekking tot: het energiebeheer in gebouwen: Verbetering van de isolatie van gebouwen, de thermische prestaties van gebouwen en de vermindering van warmteverlies Modernisering van verwarmings-, koelings- en warmwatersystemen voor huishoudelijk gebruik in gebouwen; Invoering van digitale energiebeheersystemen om de vraag naar energie te verminderen; Energie-efficiënte aanpassing van bestaande binnenverlichtingssystemen. Meer gebruik van hernieuwbare energie Activiteiten ter ondersteuning van de aanpassing aan de klimaatverandering. De selectiecriteria van de oproep zorgen ervoor dat prioriteit wordt gegeven aan gebouwen met een hoger energiebesparingspotentieel (gebouwen met een jaarlijks primair energieverbruik van 300 kWh/m2 of meer) en dat niet meer dan 20 % van de totale enveloppe wordt gebruikt om verwarmingsactiviteiten op basis van gas te ondersteunen. |
|||
342 |
C10.I8: Investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten voor projecten met betrekking tot investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten die zijn gesloten met alle geselecteerde eindontvangers in het kader van de in stap 341 bedoelde oproep tot het indienen van voorstellen. |
|||
343 |
C10.I8: Investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
Doel |
Vloeroppervlakte van openbare gebouwen die hebben geprofiteerd van een verbetering van de energie-efficiëntie |
Vierkante meter |
1 442 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 1 442 000 vierkante meter vloeroppervlakte van openbare gebouwen moet hebben geprofiteerd van verbeteringen van de energie-efficiëntie. Het primaire energieverbruik van de betrokken openbare gebouwen is per gebouw met 30 % verminderd. De beoordeling van de primaire energiebesparingen per gebouw wordt uitgevoerd door geregistreerde, onafhankelijke energie-auditors, deskundigen of geregistreerde aanbieders van energiecertificeringsdiensten. Deze autoriteiten geven een energieprestatiecertificaat af waarin de bereikte energiebesparingen worden beoordeeld. |
||
344 |
C10.I9: Elektrificatie van spoorwegtrajecten |
Doel |
Voltooiing van de elektrificatie van de spoorweg voor het traject „Szeged-Rendező — Röszke — grens van het land” en aansluiting van de spoorlijnen 136 en 140 |
km |
0 |
14.5 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het spoorwegtraject „Szeged-Rendező — Röszke — grens van het land” wordt geëlektrificeerd en de spoorlijnen 136 en 140 worden aangesloten op nieuwe geëlektrificeerde deltabanen. De naleving van de doelstellingen van de circulaire economie voor dit deel, zoals aangegeven in de beschrijving van de maatregel, moet worden aangetoond. |
|
345 |
C10.I9: Elektrificatie van spoorwegtrajecten |
Doel |
Bouw of verbouwing van elektriciteitsonderstations voor het spoorwegnet |
Aantal onderstations |
0 |
7 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Er moeten zeven onderstations voor elektriciteit worden gebouwd of gereconstrueerd, met inbegrip van de volledige actualisering van transformatoren en schakelaars. Het gaat hier om onderstations Tatabánya, Kimle, Szabadegyháza, Füzesabony, Nyékládháza, Кrmező, Kisvárda |
|
346 |
C10.I10: Het gebruik van elektrische voertuigen op batterijen door de particuliere sector stimuleren |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van voorstellen voor projecten voor de aankoop van elektrische voertuigen op batterijen |
Publicatie van de oproep tot het indienen van voorstellen op de officiële website van de regering |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Op de website van de regering wordt een oproep tot het indienen van voorstellen voor projecten betreffende de aankoop en ingebruikneming van elektrische voertuigen op batterijen gepubliceerd. Autodeelmaatschappijen en ondernemingen voor personenvervoer komen in aanmerking om een aanvraag in te dienen. In aanmerking komende voertuigen die door eindontvangers worden aangekocht, zijn elektrische auto’s op batterijen, lichte bedrijfsvoertuigen en minibussen. In de oproep wordt vermeld dat alleen elektrische voertuigen op batterijen door eindontvangers mogen worden gekocht. |
|||
347 |
C10.I10: Het gebruik van elektrische voertuigen op batterijen door de particuliere sector stimuleren |
Doel |
Gekochte en in gebruik genomen elektrische voertuigen op batterijen |
Aantal |
0 |
12 500 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 12 500 nieuwe elektrische voertuigen op batterijen (auto’s, lichte bedrijfsvoertuigen en minibussen) moeten worden aangekocht en in gebruik genomen door eindontvangers die in het kader van deze maatregel subsidie hebben ontvangen. |
|
348 |
C10.I11: Ondersteuning van de exploratie van geothermische energie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten voor steun voor geothermische exploratieactiviteiten |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Na de lancering van een oproep tot het indienen van aanvragen om steun te ontvangen voor activiteiten op het gebied van geothermische exploratie in het kader van deze maatregel, worden ten minste 20 subsidieovereenkomsten ondertekend met succesvolle aanvragers. In de oproep tot het indienen van aanvragen wordt vereist dat projecten de verwachte broeikasgasemissies bereiken in overeenstemming met de voorwaarden in de beschrijving van de maatregel. De selectie van geselecteerde aanvragers geschiedt op basis van een open, transparante en niet-discriminerende procedure. Een organisatie die onafhankelijk is van de overheid en beschikt over algemeen erkende deskundigheid in de geothermische sector, certificeert dat de selectie voldoet aan bovengenoemde criteria en dat de aanvragen zijn beoordeeld op basis van de in de oproep vastgestelde subsidiabiliteits- en selectiecriteria. |
|||
349 |
C10.I11: Ondersteuning van de exploratie van geothermische energie |
Doel |
Aantal afgeronde geothermische exploratieactiviteiten |
Aantal |
0 |
13 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Er moeten ten minste 13 geothermische exploratieactiviteiten worden voltooid. De resultaten en details van de voltooide activiteiten worden gepubliceerd op de website van het ministerie van Energie. |
|
350 |
C10.I12: Een financieel instrument opzetten om de energie-efficiëntie van bedrijven te verbeteren |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst |
|
|
|
KWARTAAL 1 |
2024 |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst tussen Hongarije en de Hongaarse Ontwikkelingsbank (Magyar Fejlesztési Bank Zrt. — MFB). |
351 |
C10.I12: Een financieel instrument opzetten om de energie-efficiëntie van bedrijven te verbeteren |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
% |
0 |
100 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het MFB heeft juridische financieringsovereenkomsten met eindbegunstigden gesloten voor een bedrag dat nodig is om 100 % van de RRF-investering in de faciliteit te gebruiken (rekening houdend met beheerskosten). 100 % van deze financiering draagt bij aan klimaatdoelstellingen aan de hand van de methode in bijlage VI bij de RRF-verordening. |
|
352 |
C10.I12: Een financieel instrument opzetten om de energie-efficiëntie van bedrijven te verbeteren |
Mijlpaal |
Het MFB heeft de investering voltooid |
Overdrachtscertificaat |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het MFB draagt ten minste 405 703 312 EUR over aan financiële intermediairs voor de faciliteit. Daarnaast wordt 55 323 179 EUR overgedragen aan het MFB als maximumplafond voor de betaling van beheersvergoedingen aan de uitvoerende partner en financiële intermediairs. |
|||
353 |
C10.I13: Een financieel instrument opzetten om de energie-efficiëntie van residentiële gebouwen te verbeteren en energiearmoede aan te pakken |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst |
|
|
|
KWARTAAL 1 |
2024 |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst tussen Hongarije en de Hongaarse Ontwikkelingsbank (Magyar Fejlesztési Bank Zrt. — MFB). |
354 |
C10.I13: Een financieel instrument opzetten om de energie-efficiëntie van residentiële gebouwen te verbeteren en energiearmoede aan te pakken |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
% |
0 |
100 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het MFB heeft juridische financieringsovereenkomsten met eindbegunstigden gesloten voor een bedrag dat nodig is om 100 % van de RRF-investering in de faciliteit te gebruiken (rekening houdend met beheerskosten). 100 % van deze financiering draagt bij aan klimaatdoelstellingen aan de hand van de methode in bijlage VI bij de RRF-verordening. |
|
355 |
C10.I13: Een financieel instrument opzetten om de energie-efficiëntie van residentiële gebouwen te verbeteren en energiearmoede aan te pakken |
Mijlpaal |
Het MFB heeft de investering voltooid |
Overdrachtscertificaat |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het MFB draagt ten minste 518 559 440 EUR over aan financiële intermediairs voor de faciliteit. Daarnaast wordt 70 712 651 EUR overgedragen aan het MFB als maximumplafond voor de betaling van beheersvergoedingen aan de uitvoerende partner en financiële intermediairs. |
|||
356 |
C10.I14: Opzetten van een financieel instrument om de uitrol van laadstations voor elektrische voertuigen (EV’s) te vergroten |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst |
|
|
|
KWARTAAL 1 |
2024 |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst tussen Hongarije en de Hongaarse Ontwikkelingsbank (Magyar Fejlesztési Bank Zrt. — MFB). |
357 |
C10.I14: Opzetten van een financieel instrument om de uitrol van laadstations voor elektrische voertuigen (EV’s) te vergroten |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
% |
0 |
100 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het MFB heeft juridische financieringsovereenkomsten met eindbegunstigden gesloten voor een bedrag dat nodig is om 100 % van de RRF-investering in de faciliteit te gebruiken (rekening houdend met beheerskosten). 100 % van deze financiering draagt bij aan klimaatdoelstellingen aan de hand van de methode in bijlage VI bij de RRF-verordening. |
|
358 |
C10.I14: Opzetten van een financieel instrument om de uitrol van laadstations voor elektrische voertuigen (EV’s) te vergroten |
Mijlpaal |
Het MFB heeft de investering voltooid |
Overdrachtscertificaat |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het MFB draagt ten minste 73 596 EUR 640 over aan de eindbegunstigden van de faciliteit. Daarnaast wordt 5 542 841 EUR overgedragen aan het MFB als maximumplafond voor de betaling van beheersvergoedingen aan de uitvoerende partner. |
|||
359 |
C10.I15: Opzetten van een financieel instrument ter ondersteuning van de aankoop van elektrische voertuigen op batterijen (BEV’s) door aanbieders van wagenparken |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst |
|
|
|
KWARTAAL 1 |
2024 |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst tussen Hongarije en de Hongaarse Ontwikkelingsbank (Magyar Fejlesztési Bank Zrt. — MFB). |
360 |
C10.I15: Opzetten van een financieel instrument ter ondersteuning van de aankoop van elektrische voertuigen op batterijen (BEV’s) door aanbieders van wagenparken |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
% |
0 |
100 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het MFB heeft juridische financieringsovereenkomsten met eindbegunstigden gesloten voor een bedrag dat nodig is om 100 % van de RRF-investering in de faciliteit te gebruiken (rekening houdend met beheerskosten). 100 % van deze financiering draagt bij aan klimaatdoelstellingen aan de hand van de methode in bijlage VI bij de RRF-verordening. |
|
361 |
C10.I15: Opzetten van een financieel instrument ter ondersteuning van de aankoop van elektrische voertuigen op batterijen (BEV’s) door aanbieders van wagenparken |
Mijlpaal |
Het MFB heeft de investering voltooid |
Overdrachtscertificaat |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het MFB draagt ten minste 48 629 EUR 930 over aan de eindbegunstigden van de faciliteit. Daarnaast wordt 3 EUR 682 950 overgedragen aan het MFB als maximumplafond voor de betaling van beheersvergoedingen aan de uitvoerende partner. |
|||
362 |
C10.I16: Opzetten van een financieel instrument ter ondersteuning van de exploratie en exploitatie van geothermische energie |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst |
|
|
|
KWARTAAL 1 |
2024 |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst tussen Hongarije en de Hongaarse Ontwikkelingsbank (Magyar Fejlesztési Bank Zrt. — MFB). |
363 |
C10.I16: Opzetten van een financieel instrument ter ondersteuning van de exploratie en exploitatie van geothermische energie |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
% |
0 |
100 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het MFB heeft juridische financieringsovereenkomsten met eindbegunstigden gesloten voor een bedrag dat nodig is om 100 % van de RRF-investering in de faciliteit te gebruiken (rekening houdend met beheerskosten). 100 % van deze financiering draagt bij aan klimaatdoelstellingen aan de hand van de methode in bijlage VI bij de RRF-verordening. |
|
364 |
C10.I16: Opzetten van een financieel instrument ter ondersteuning van de exploratie en exploitatie van geothermische energie |
Mijlpaal |
Het MFB heeft de investering voltooid |
Overdrachtscertificaat |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het MFB draagt ten minste 326 715 730 EUR over aan de eindbegunstigden van de faciliteit. Daarnaast wordt 24 EUR 591 061 overgedragen aan het MFB als maximumplafond voor de betaling van beheersvergoedingen aan de uitvoerende partner. |
2. Geraamde totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan
De geraamde totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan van Hongarije bedragen 3 954 135 844 000 HUF, wat overeenkomt met 10 429 974 916 EUR (waarvan 5 435 014 235 EUR op basis van de gemiddelde ECB-referentievoet van HUF in de periode van 1 april 2022 tot en met 30 september 2022 en 4 994 960 681 EUR op basis van de gemiddelde ECB-referentievoet van 31 augustus 2023).
De geraamde totale kosten van het REPowerEU-hoofdstuk bedragen 1 749 690 000 000 HUF, wat overeenkomt met 4 602 872 701 EUR op basis van de gemiddelde ECB-referentierentevoet van EUR HUF van 31 augustus 2023.
DEEL 2: FINANCIËLE ONDERSTEUNING
Financiële bijdrage
De in artikel 2, lid 2, bedoelde tranches worden als volgt georganiseerd:
Eerste tranche (niet-terugvorderbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
1 |
C1.R1 Ontwikkeling van concurrerend openbaar onderwijs met behulp van technologie van de 21e eeuw |
Doel |
Aantal digitale notebooks dat is geleverd voor gebruik door leerling of leerkracht |
|
2 |
C1.R1 Ontwikkeling van concurrerend openbaar onderwijs met behulp van technologie van de 21e eeuw |
Mijlpaal |
Ontwikkeling van een strategie voor het testen van de middelen voor de toewijzing van digitale notebooks aan leerlingen |
|
35 |
C2.I2 Modernisering van infrastructuur en digitalisering in instellingen voor hoger onderwijs |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van projecten voor de renovatie van energie-efficiëntie, de bouw van nieuwe gebouwen, nieuwe digitale apparatuur en activiteiten op het gebied van capaciteitsontwikkeling in instellingen voor hoger onderwijs |
|
42 |
C2.I4 Infrastructuur voor beroepsonderwijs en -opleiding voor de 21e eeuw |
Mijlpaal |
Selectie van ten minste 16 centra voor beroepsonderwijs en -opleiding om deel te nemen aan een ontwikkelingsprogramma |
|
48 |
C2.I6 Oprichting van nationale laboratoria voor onderzoek en ontwikkeling |
Doel |
Oprichting van aanvullende nationale laboratoria op vijf thematische onderzoeksgebieden |
|
50 |
C3.R1 Het scheppen van randvoorwaarden voor doeltreffende geïntegreerde steun aan de meest achtergestelde nederzettingen |
Mijlpaal |
Transparante selectie van de organisaties die de verschillende elementen van het inhaalafwikkelingsprogramma moeten uitvoeren |
|
52 |
C3.I1 Bouw en renovatie van sociale woningen, verbetering van de huisvestingsomstandigheden |
Mijlpaal |
Vaststelling van een interventieplan op basis van huisvestingsdiagnoses voor de betrokken nederzettingen |
|
89 |
C5.I2 congestieoverstapeling van het spoorwegnet op de TEN-T-corridor |
Mijlpaal |
Ondertekening van een contract voor de renovatie van de spoorlijn Békéscsaba-Lőkösháza |
|
105 |
C6.R3 Verbetering van de vergunningsprocedures voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie |
Mijlpaal |
Opheffing van terugleverbeperkingen voor PV-systemen voor huishoudens |
|
106 |
C6.R4 Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de netaansluiting |
Mijlpaal |
De voorspelbaarheid van de procedures voor netaansluiting vergroten |
|
108 |
C6.R4 Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de netaansluiting |
Mijlpaal |
Fora voor informatie-uitwisseling |
|
113 |
C6.I1 Klassische ontwikkeling van transmissie- en distributiesysteembeheerders voor slimme netwerken |
Mijlpaal |
Ondertekening van subsidieovereenkomsten met iedereen die gemachtigd is voor de uitvoering en ondersteuning van de ontwikkeling van transmissie- en distributienetten |
|
118 |
C6.I2 Steun voor het gebruik van zonnepanelen voor woningen en de modernisering van verwarming |
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van voorstellen voor projecten met betrekking tot het gebruik van zonnepanelen voor woningen en de modernisering van verwarming |
|
130 |
C6.I5 Verspreiding van slimme meters |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van prioritaire projecten voor DSB’s voor de aankoop en installatie van slimme meters |
|
139 |
C8.R1 Uitroeiing van foodrentebetalingen in de gezondheidszorg |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de Wet op de relatie gezondheidszorgdiensten |
|
141 |
C8.I1 Ontwikkeling van de voorwaarden voor gezondheidszorg in de 21e eeuw |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het regeringsbesluit betreffende de taken van de Nationale Directie Ziekenhuizen |
|
154 |
C8.I3 Programma voor monitoring van de gezondheid op afstand voor ouderen |
Mijlpaal |
Start van de dispatchingdienst voor het programma voor gezondheidsmonitoring op afstand voor ouderen |
|
156 |
C8.I4 Ontwikkeling van de eerstelijnsgezondheidszorg |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het regeringsbesluit inzake de gemeenten van Praxis |
|
160 |
C9.R1 Opstelling van een integriteitsautoriteit ter versterking van de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie en andere onrechtmatigheden en onregelmatigheden in verband met de uitvoering van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Oprichting van een integriteitsautoriteit |
|
166 |
C9.R2 Opstelling van een taskforce voor corruptiebestrijding om toezicht te houden op en te evalueren welke maatregelen in Hongarije zijn genomen om corruptie te voorkomen, op te sporen, te vervolgen en te bestraffen |
Mijlpaal |
Oprichting van een taskforce voor corruptiebestrijding |
|
169 |
C9.R3 Invoering van een specifieke procedure in geval van bijzondere misdrijven in verband met de uitoefening van openbaar gezag of het beheer van openbare eigendommen („rechterlijke toetsing”) |
Mijlpaal |
Invoering van een specifieke procedure voor bijzondere misdrijven bij de uitoefening van openbaar gezag of het beheer van staatseigendom |
|
171 |
C9.R4 Versterking van de regels met betrekking tot vermogensaangiften |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen waarbij het persoonlijke en materiële toepassingsgebied van vermogensverklaringen wordt uitgebreid, waarbij wordt gezorgd voor frequente openbaarmaking |
|
174 |
C9.R5 Waarborging van de transparantie van het gebruik van overheidsmiddelen door stichtingen voor het beheer van activa van openbaar belang |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een handeling die doeltreffend toezicht waarborgt op de wijze waarop stichtingen voor het beheer van activa van openbaar belang die activiteiten van algemeen belang verrichten en rechtspersonen die door hen zijn opgericht of in stand worden gehouden, gebruikmaken van steun van de Unie |
|
175 |
C9.R6 Verbetering van de transparantie van de overheidsuitgaven |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wetgevingshandeling die zorgt voor meer transparantie van de overheidsuitgaven |
|
182 |
C9.R9 Verbetering van het bewustzijn met het oog op de afschaffing van foodrentebetalingen in de gezondheidszorg |
Mijlpaal |
Start van een bewustmakingscampagne over de aanvaardbaarheid van foodbetalingen in de gezondheidszorg |
|
195 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Mijlpaal |
Opzetten van een monitoring- en rapportage-instrument („rapportage-instrument met één bieder”) voor het monitoren en rapporteren van overheidsopdrachten die zijn afgesloten met één offerte die met steun van de Unie of uit nationale middelen wordt gefinancierd, overeenkomstig de methodologie van het scorebord van de eengemaakte markt |
|
197 |
C9.R11 Ontwikkeling van het elektronische systeem voor overheidsopdrachten (EPS) om de transparantie te vergroten |
Mijlpaal |
De EPS-functies die de gestructureerde zoekopdracht en de massale uitvoer van gegevens van aankondigingen van gegunde opdrachten mogelijk maken, zijn beschikbaar voor het publiek |
|
198 |
C9.R11 Ontwikkeling van het elektronische systeem voor overheidsopdrachten (EPS) om de transparantie te vergroten |
Mijlpaal |
De EPS-functies waarmee alle gegevens over onderaannemers gestructureerd kunnen worden doorzocht en in grote hoeveelheden worden geëxporteerd, is beschikbaar voor het publiek |
|
200 |
C9.R12 Kader voor prestatiemeting voor overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Opzetten van een kader voor prestatiemeting bij overheidsopdrachten |
|
201 |
C9.R12 Kader voor prestatiemeting voor overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een kader voor prestatiemeting van overheidsopdrachten |
|
213 |
C9.R15 Versterking van de rol en de bevoegdheden van de Nationale Raad voor Justitie om een tegenwicht te bieden aan de bevoegdheden van de voorzitter van het Nationaal Bureau voor Justitie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen om de rol van de Nationale Raad voor Justitie te versterken zonder afbreuk te doen aan zijn onafhankelijkheid |
|
214 |
C9.R16 Versterking van de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht van het Hooggerechtshof (Kúria) |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wijzigingen ter versterking van de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht van het Hooggerechtshof |
|
215 |
C9.R17 Het wegnemen van belemmeringen voor prejudiciële verwijzingen naar het Hof van Justitie van de Europese Unie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen om belemmeringen voor prejudiciële verwijzingen naar het Hof van Justitie van de Europese Unie weg te nemen |
|
216 |
C9.R18 Hervorming betreffende de herziening van definitieve uitspraken door het Grondwettelijk Hof |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen om overheidsinstanties de mogelijkheid te ontnemen om definitieve beslissingen aan te vechten bij het Grondwettelijk Hof |
|
217 |
C9.R19 aangescherpte wettelijke bepalingen tot vaststelling van uitvoerings-, toezichts-, audit- en controleregelingen om een deugdelijk gebruik van de steun van de Unie te waarborgen |
Mijlpaal |
Wettelijk mandaat voor de uitvoering, audit en controle van het herstel- en veerkrachtplan |
|
218 |
C9.R19 aangescherpte wettelijke bepalingen tot vaststelling van uitvoerings-, toezichts-, audit- en controleregelingen om een deugdelijk gebruik van de steun van de Unie te waarborgen |
Mijlpaal |
Wijziging van de wettelijke bepalingen betreffende de uitvoering, monitoring, controle en audit van de Europese structuur- en investeringsfondsen en de fondsen in het kader van Verordening (EU) 2021/1060 in Hongarije |
|
219 |
C9.R19 aangescherpte wettelijke bepalingen tot vaststelling van uitvoerings-, toezichts-, audit- en controleregelingen om een deugdelijk gebruik van de steun van de Unie te waarborgen |
Mijlpaal |
Vaststelling en begin van de toepassing van richtsnoeren om te zorgen voor een doeltreffende preventie, opsporing en correctie van belangenconflicten voor het personeel van alle instanties die betrokken zijn bij de uitvoering, controle en audit van de steun van de Unie in Hongarije |
|
220 |
C9.R20 Een doeltreffende fraude- en corruptiebestrijdingsstrategie voor de uitvoering, audit en controle van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Zorgen voor doeltreffende preventie, opsporing en correctie van fraude en corruptie bij de uitvoering van de steun van de Unie door het opstellen en uitvoeren van een doeltreffende fraude- en corruptiebestrijdingsstrategie voor steun van de Unie |
|
221 |
C9.R20 Een doeltreffende fraude- en corruptiebestrijdingsstrategie voor de uitvoering, audit en controle van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Zorgen voor doeltreffende preventie, opsporing en correctie van fraude en corruptie bij de uitvoering van de steun van de Unie door het opstellen en uitvoeren van een doeltreffend actieplan met betrekking tot de fraude- en corruptiebestrijdingsstrategie voor steun van de Unie |
|
222 |
C9.R21 Volledig en doeltreffend gebruik van het Arachne-systeem voor alle steun van de Unie |
Mijlpaal |
Zorgen voor doeltreffende preventie, opsporing en correctie van fraude en corruptie bij de uitvoering van de steun van de Unie door middel van passende regelingen die een doeltreffend gebruik van het risicoscore-instrument Arachne waarborgen |
|
223 |
C9.R21 Volledig en doeltreffend gebruik van het Arachne-systeem voor alle steun van de Unie |
Mijlpaal |
Zorgen voor doeltreffende preventie, opsporing en correctie van fraude en corruptie bij de uitvoering van de steun van de Unie door te bevestigen dat de procedures voor het systematisch en doeltreffend gebruik van het risicoscore-instrument Arachne adequaat zijn |
|
224 |
C9.R22 Oprichting van een directoraat Interne Audit en Integriteit ter versterking van de controle op belangenconflicten bij de uitvoering van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Zorgen voor doeltreffende preventie, opsporing en correctie van fraude en corruptie bij de uitvoering van de steun van de Unie door de oprichting en volledige werking van een nieuw directoraat Interne Audit en Integriteit (DIAI) |
|
225 |
C9.R23 Zorgen voor de capaciteit van het EUTAF om zijn taken doeltreffend uit te voeren |
Mijlpaal |
Zorgen voor doeltreffende preventie, opsporing en correctie van fraude en corruptie bij de uitvoering van de steun van de Unie door middel van passende capaciteit voor EUTAF |
|
226 |
C9.R24 Versterking van de samenwerking met OLAF ter versterking van de opsporing van fraude in verband met de uitvoering van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Aanwijzing van een nationale autoriteit die OLAF bijstaat bij zijn controles ter plaatse in Hongarije en invoering van de mogelijkheid om financiële sancties op te leggen aan niet-meewerkende economische actoren |
|
227 |
C9.R25 Effectieve uitvoering, controle en audit van het herstel- en veerkrachtplan en de bescherming van de financiële belangen van de Unie |
Mijlpaal |
Monitoringsysteem voor de uitvoering van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan |
|
228 |
C9.R25 Effectieve uitvoering, controle en audit van het herstel- en veerkrachtplan en de bescherming van de financiële belangen van de Unie |
Mijlpaal |
Zorgen voor een doeltreffende controle van de uitvoering van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan |
|
229 |
C9.R26 Verbetering van de transparantie en toegang tot openbare informatie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wetgevingshandeling die zorgt voor juridische voorspelbaarheid bij de toegang tot openbare informatie in rechtszaken |
|
230 |
C9.R26 Verbetering van de transparantie en toegang tot openbare informatie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen ter verbetering van de transparantie van openbare informatie |
|
231 |
C9.R26 Verbetering van de transparantie en toegang tot openbare informatie |
Mijlpaal |
Verslag van de nationale autoriteit voor gegevensbescherming en vrijheid van informatie over de toegang tot openbare informatie (1) |
|
234 |
C9.R27 Verbetering van de kwaliteit van het wetgevingsproces en effectieve betrokkenheid van belanghebbenden en sociale partners bij de besluitvorming |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wetgevingshandeling tot vaststelling van het kader om alle relevante belanghebbenden daadwerkelijk te betrekken bij de uitvoering van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan |
|
235 |
C9.R27 Verbetering van de kwaliteit van het wetgevingsproces en effectieve betrokkenheid van belanghebbenden en sociale partners bij de besluitvorming |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wijzigingen van de desbetreffende wetgevingshandelingen om het gebruik van openbare raadplegingen en effectbeoordelingen in het wetgevingsproces te bevorderen |
|
Termijnbedrag |
EUR 813 560 000 |
Tweede tranche (niet-terugbetaalbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
7 |
C1.I1 Verbetering van de toegang tot kwaliteitsonderwijs in lagere middelbare scholen |
Mijlpaal |
Inventarisatie van het schoolnetwerk met het oog op de selectie van scholen voor de integratie van kleine lagere middelbare klassen in grotere scholen in naburige nederzettingen |
10 |
C1.I2 Ondersteuning van het onderwijs aan studenten met speciale onderwijsbehoeften |
Mijlpaal |
Inventarisatie van de onderwijsbehoeften van leerlingen met speciale onderwijsbehoeften |
14 |
C1.R2 Vermindering van het risico van segregatie op scholen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving die voorziet in een vermindering van de overheidssteun voor basisscholen en lagere middelbare scholen met een laag percentage kansarme leerlingen |
16 |
C1.R3 Verbetering van de aantrekkelijkheid van het beroep van leraar |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving om de lonen van leerkrachten in het openbaar onderwijs te verhogen tot ten minste 80 % van het gemiddelde loon van afgestudeerden in het tertiair onderwijs |
17 |
C1.R3 Verbetering van de aantrekkelijkheid van het beroep van leraar |
Doel |
Gemiddeld loon van leerkrachten in het openbaar onderwijs in 2023 ten opzichte van het gemiddelde loon van afgestudeerden in het tertiair onderwijs |
30 |
C2.I1 Institutionele innovatie en versterkte activiteiten in het hoger onderwijs |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep voor de selectie van universiteiten die de ontwikkeling van e-curricula uitvoeren |
39 |
C2.I3 Ontwikkeling van digitale leerplannen voor beroepsonderwijs en -opleiding |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van projecten voor de ontwikkeling van digitale curricula |
51 |
C3.R1 Het scheppen van randvoorwaarden voor doeltreffende geïntegreerde steun aan de meest achtergestelde nederzettingen |
Mijlpaal |
Oprichting van een toezichtcomité voor de ondersteuning van de meest achtergestelde nederzettingen |
63 |
C4.R1 Verbetering van het bewustzijn |
Mijlpaal |
Wijziging van Wet CXIII/2019 inzake irrigatiebedrijven en van Regeringsdecreet nr. 302/2020 |
75 |
C4.I3 Natuurbescherming |
Mijlpaal |
Ontwerp van het project „Verbetering van de ecologische watervoorziening in het Natura 2000-gebied Hanság” |
96 |
C5.R1 Uitvoering van één nationaal tarief-, ticket- en passagiersinformatiesysteem voor bus en trein door de Nationale Autoriteit voor openbaar vervoer |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving tot vaststelling van het institutionele kader, de procedures en de procedures |
99 |
C6.R1 Transformatie van elektriciteitsregulering |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen van Regeringsdecreet 273/2007. (X.19.) |
100 |
C6.R2 Aanmoediging van de ontwikkeling van windenergie op het land |
Mijlpaal |
Wijziging van de wetgeving ter bevordering van het gebruik van windenergie |
101 |
C6.R2 Aanmoediging van de ontwikkeling van windenergie op het land |
Mijlpaal |
Totstandbrenging van „go to areas” voor windenergie |
102 |
C6.R3 Verbetering van de vergunningsprocedures voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie |
Mijlpaal |
Geïntegreerde procedure voor het verlenen van vergunningen voor hernieuwbare energiebronnen |
103 |
C6.R3 Verbetering van de vergunningsprocedures voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie |
Mijlpaal |
One-stop-shop voor het verlenen van vergunningen voor hernieuwbare energiebronnen |
104 |
C6.R3 Verbetering van de vergunningsprocedures voor projecten op het gebied van hernieuwbare energie |
Mijlpaal |
Eenvoudige netaansluiting van kleine PV-installaties |
107 |
C6.R4 Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de netaansluiting |
Mijlpaal |
Publicatie van informatie over verzoeken om aansluiting op het net en capaciteit |
112 |
C6.R5 Versterking van de eisen inzake energie-efficiëntie |
Mijlpaal |
Aanscherping van de energie-efficiëntie-eisen voor steunregelingen voor de renovatie van gebouwen |
131 |
C6.I5 Verspreiding van slimme meters |
Mijlpaal |
Sluiting van alle subsidieovereenkomsten voor de aankoop en installatie van slimme meters |
135 |
C7.R1 Binnenlandse regulering van de transitie naar een circulaire economie |
Mijlpaal |
Goedkeuring van de nationale strategie en het actieplan voor de circulaire economie en het nationale afvalbeheerplan |
142 |
C8.I1 Ontwikkeling van de voorwaarden voor gezondheidszorg in de 21e eeuw |
Mijlpaal |
Voltooiing van het in kaart brengen van het systeem van provinciale ziekenhuizen met geïntegreerde patiëntentrajecten |
161 |
C9.R1 Opstelling van een integriteitsautoriteit ter versterking van de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie en andere onrechtmatigheden en onregelmatigheden in verband met de uitvoering van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Verslag over de oefening integriteitsrisicobeoordeling |
162 |
C9.R1 Opstelling van een integriteitsautoriteit ter versterking van de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie en andere onrechtmatigheden en onregelmatigheden in verband met de uitvoering van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Begin van de toepassing van de bevoegdheden inzake de verificatie van vermogensverklaringen door de integriteitsautoriteit |
163 |
C9.R1 Opstelling van een integriteitsautoriteit ter versterking van de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie en andere onrechtmatigheden en onregelmatigheden in verband met de uitvoering van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Het jaarlijkse integriteitsverslag voor het jaar 2022 wordt openbaar gemaakt. |
167 |
C9.R2 Opstelling van een taskforce voor corruptiebestrijding om toezicht te houden op en te evalueren welke maatregelen in Hongarije zijn genomen om corruptie te voorkomen, op te sporen, te vervolgen en te bestraffen |
Mijlpaal |
De jaarlijkse analyse van de taskforce corruptiebestrijding voor het jaar 2022 is openbaar. |
168 |
C9.R2 Opstelling van een taskforce voor corruptiebestrijding om toezicht te houden op en te evalueren welke maatregelen in Hongarije zijn genomen om corruptie te voorkomen, op te sporen, te vervolgen en te bestraffen |
Mijlpaal |
De regering onderzoekt het eerste verslag van de taskforce |
172 |
C9.R4 Versterking van de regels met betrekking tot vermogensaangiften |
Mijlpaal |
Opzetten van een nieuw systeem voor de elektronische indiening van vermogensaangiften in digitaal formaat en van een openbare databank voor vermogensaangiften |
176 |
C9.R6 Verbetering van de transparantie van de overheidsuitgaven |
Mijlpaal |
Het centrale register dat in het kader van de corrigerende maatregelen in het kader van de conditionaliteitsprocedure is opgezet, is volledig operationeel en alle vereiste informatie is daarin beschikbaar. |
177 |
C9.R7 Ontwikkeling en uitvoering van een nationale strategie en actieplan voor corruptiebestrijding |
Mijlpaal |
Versterking van het corruptiebestrijdingskader in Hongarije door uitvoering van concrete acties in het kader van de nationale strategie voor corruptiebestrijding en een bijbehorend actieplan voor de periode 2020-2022 |
178 |
C9.R7 Ontwikkeling en uitvoering van een nationale strategie en actieplan voor corruptiebestrijding |
Mijlpaal |
Versterking van het corruptiebestrijdingskader in Hongarije door de invoering van een nieuwe nationale corruptiebestrijdingsstrategie en een bijbehorend actieplan |
185 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder voor aanbestedingen die met steun van de Unie worden gefinancierd, bedraagt niet meer dan 15 %. |
186 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel aanbestedingsprocedures met één inschrijving voor uit nationale middelen gefinancierde aanbestedingen mag niet meer bedragen dan 32 %. |
196 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Mijlpaal |
Eerste verslag op basis van het „rapportage-instrument met één bieder” wordt beschikbaar gesteld. |
199 |
C9.R11 Ontwikkeling van het elektronische systeem voor overheidsopdrachten (EPS) om de transparantie te vergroten |
Mijlpaal |
De EPS-functies waarmee de gegevens van aankondigingen van gegunde opdrachten vanaf 1 januari 2014 gestructureerd kunnen worden doorzocht en massaal kunnen worden geëxporteerd, zijn toegankelijk voor het publiek. |
202 |
C9.R12 Kader voor prestatiemeting voor overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Eerste jaarlijkse analyse in het kader van prestatiemeting bij overheidsopdrachten |
203 |
C9.R13 Actieplan ter verhoging van de concurrentie bij overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Goedkeuring van een actieplan om de concurrentie bij overheidsopdrachten te vergroten |
205 |
C9.R14 Opleidingsprogramma en steunregeling voor aanbestedingen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Mijlpaal |
Opzetten van een opleidingsprogramma om de deelname van micro-, kleine en middelgrote ondernemingen aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
209 |
C9.R14 Opleidingsprogramma en steunregeling voor aanbestedingen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Mijlpaal |
Opzetten van een steunregeling ter compensatie van de kosten in verband met deelname aan overheidsopdrachten voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen |
237 |
C9.R27 Verbetering van de kwaliteit van het wetgevingsproces en effectieve betrokkenheid van belanghebbenden en sociale partners bij de besluitvorming |
Doel |
Versterking van de doeltreffende toepassing van de regels inzake verplichte openbare raadpleging van wetgevingshandelingen en de systematische publicatie van voorlopige samenvattingen van effectbeoordelingen (1) |
267 |
C9.R38 Verbetering van de efficiëntie van de overheidsuitgaven door uitgaventoetsingen uit te voeren |
Mijlpaal |
Vaststelling van het wettelijke en institutionele kader voor de uitvoering van jaarlijkse uitgaventoetsingen |
Termijnbedrag |
EUR 771 780 000 |
Derde tranche (niet-terugvorderbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
3 |
C1.R1 Ontwikkeling van concurrerend openbaar onderwijs met behulp van technologie van de 21e eeuw |
Doel |
Percentage leerkrachten dat informatie- en communicatietechnologieën gebruikt in ten minste 40 % van hun lessen |
8 |
C1.I1 Verbetering van de toegang tot kwaliteitsonderwijs in lagere middelbare scholen |
Doel |
Uitvoering van proefprojecten voor institutionele reorganisaties voor de integratie van kleine lagere middelbare klassen in grotere scholen in naburige nederzettingen |
26 |
C1.R4 Verbetering van de houdbaarheid van het pensioenstelsel |
Mijlpaal |
Onafhankelijk internationaal deskundigenverslag over beleidsopties om de houdbaarheidsuitdagingen van het Hongaarse pensioenstelsel op lange termijn aan te pakken |
29 |
C2.R1 Modernisering van opleidingen in het hoger onderwijs |
Doel |
Aantal gemoderniseerde studiegebieden in het hoger onderwijs |
46 |
C2.I5 Ontwikkeling van het centraal onderzoekscentrum |
Mijlpaal |
Gunning van de overheidsopdracht (en) voor de renovatie en ontwikkeling van het centraal onderzoekscentrum |
57 |
C3.I2 Productie en gebruik van hernieuwbare energie in achtergestelde gemeenten |
Doel |
Installatie van productiecapaciteit voor hernieuwbare energie in of ten behoeve van achtergestelde gemeenten |
59 |
C3.I3 Bevordering van werkgelegenheid en ontwikkeling van vaardigheden op basis van lokale specifieke kenmerken |
Doel |
Deelname aan arbeidsmarktsocialiseringsprogramma’s |
61 |
C3.I4 Gemeenschapsgerichte pedagogie |
Doel |
Pedagogische ontwikkeling van openbare onderwijs- en beroepsopleidingsinstellingen in de geselecteerde nederzettingen |
78 |
C4.R2 Versnellen van maatregelen voor aanpassing aan de klimaatverandering op het gebied van waterbeheer |
Mijlpaal |
Verslag van de taskforce voor duurzaam waterbeheer |
94 |
C5.I4 Uitvoering van centraal verkeersbeheer op TEN-T-spoorwegen |
Mijlpaal |
Ondertekening van een contract voor de invoering van een centraal verkeersbeheersysteem |
366 |
C5.I5 Ontwikkeling van het tram- en trolleybussysteem van Boedapest |
Mijlpaal |
Ondertekening van een subsidieovereenkomst tussen de regering en de stad Boedapest voor de aankoop van trams, trolleybussen en de bijbehorende infrastructuur |
114 |
C6.I1 Klassische ontwikkeling van transmissie- en distributiesysteembeheerders voor slimme netwerken |
Doel |
Capaciteitsuitbreiding van energiecentrales die hernieuwbare energiebronnen gebruiken en die in het elektriciteitsnet kunnen worden geïntegreerd als gevolg van het verbeterde net (gecumuleerd, MW) |
369 |
C6.I6. Investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van voorstellen voor investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
126 |
C6.I4 Installatie van netwerkenergieopslagfaciliteiten voor deelnemers aan de energiemarkt |
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van voorstellen voor de uitvoering en ondersteuning van opslagfaciliteiten voor marktdeelnemers |
136 |
C7.R1 Binnenlandse regulering van de transitie naar een circulaire economie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de wetgevingshandelingen die nodig zijn om de afvalbeheerspraktijk operationeel te maken |
140 |
C8.R1 Uitroeiing van foodrentebetalingen in de gezondheidszorg |
Mijlpaal |
Publicatie van een onafhankelijke studie met gegevens over het effect van de doorgevoerde hervormingen in de gezondheidszorg op de praktijk van de betaling van gratificaties |
164 |
C9.R1 Opstelling van een integriteitsautoriteit ter versterking van de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie en andere onrechtmatigheden en onregelmatigheden in verband met de uitvoering van steun van de Unie |
Mijlpaal |
De regering onderzoekt het eerste jaarlijkse integriteitsverslag van de integriteitsautoriteit en verstrekt haar antwoorden schriftelijk. |
165 |
C9.R1 Opstelling van een integriteitsautoriteit ter versterking van de preventie, opsporing en correctie van fraude, belangenconflicten en corruptie en andere onrechtmatigheden en onregelmatigheden in verband met de uitvoering van steun van de Unie |
Mijlpaal |
Evaluatie van het systeem voor vermogensverklaringen door de integriteitsautoriteit |
170 |
C9.R3 Invoering van een specifieke procedure in geval van bijzondere misdrijven in verband met de uitoefening van openbaar gezag of het beheer van openbare eigendommen („rechterlijke toetsing”) |
Mijlpaal |
Herziening van de specifieke procedure in het geval van bijzondere misdrijven in verband met de uitoefening van openbaar gezag of het beheer van openbare eigendommen |
173 |
C9.R4 Versterking van de regels met betrekking tot vermogensaangiften |
Mijlpaal |
Invoering van doeltreffende administratieve en strafrechtelijke sancties in verband met ernstige schendingen van de aangifteverplichtingen voor vermogensbestanddelen |
183 |
C9.R9 Verbetering van het bewustzijn met het oog op de afschaffing van foodrentebetalingen in de gezondheidszorg |
Mijlpaal |
Tussentijdse beoordeling van de eerste resultaten van de bewustmakingscampagne over de aanvaardbaarheid van foodbetalingen in de gezondheidszorg |
236 |
C9.R27 Verbetering van de kwaliteit van het wetgevingsproces en effectieve betrokkenheid van belanghebbenden en sociale partners bij de besluitvorming |
Mijlpaal |
Begin van de toepassing van een nieuwe methode voor de voorbereiding van effectbeoordelingen van wetgevingsvoorstellen |
245 |
C9.R31 Invoering van minimale inhoudelijke vereisten voor de vennootschapsbelasting |
Mijlpaal |
Onafhankelijke internationale deskundige evaluatie van de nationale regels ter bestrijding van belastingontwijking |
246 |
C9.R31 Invoering van minimale inhoudelijke vereisten voor de vennootschapsbelasting |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving tot vaststelling van minimale inhoudelijke vereisten voor de vennootschapsbelasting |
247 |
C9.R32 Versterking van de regelgeving inzake verrekenprijzen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen ter versterking van de verrekenprijsregels |
248 |
C9.R33 Uitbreiding van het toepassingsgebied van de regels inzake niet-aftrekbaarheid voor uitgaande betalingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen om de niet-aftrekbaarheidsregels voor uitgaande betalingen uit te breiden |
257 |
C9.R35 Vereenvoudiging van het belastingstelsel door vermindering van het aantal belastingen |
Mijlpaal |
Geleidelijke afschaffing van tijdelijke belastingmaatregelen |
258 |
C9.R35 Vereenvoudiging van het belastingstelsel door vermindering van het aantal belastingen |
Mijlpaal |
Verslag van de werkgroep over de vermindering van het aantal belastingen |
260 |
C9.R35 Vereenvoudiging van het belastingstelsel door vermindering van het aantal belastingen |
Mijlpaal |
Verslag van de werkgroep voor vereenvoudiging en consolidatie van alternatieve regels inzake inkomstenbelasting |
261 |
C9.R35 Vereenvoudiging van het belastingstelsel door vermindering van het aantal belastingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen ter vereenvoudiging en consolidatie van de inkomstenbelasting |
Termijnbedrag |
EUR 657 810 000 |
Vierde tranche (niet-terugvorderbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
18 |
C1.R3 Verbetering van de aantrekkelijkheid van het beroep van leraar |
Doel |
Gemiddeld loon van leerkrachten in het openbaar onderwijs in 2024 ten opzichte van het gemiddelde loon van afgestudeerden in het tertiair onderwijs |
27 |
C1.R4 Verbetering van de houdbaarheid van het pensioenstelsel |
Mijlpaal |
Voorbereiding van een beleidsvoorstel tot wijziging van het pensioenstelsel |
87 |
C5.I2 congestieoverstapeling van het spoorwegnet op de TEN-T-corridor |
Mijlpaal |
Ondertekening van een contract voor de renovatie van de spoorlijn (Almásfüzitő-Komárom) |
91 |
C5.I3 Ontwikkeling van emissievrij busvervoer |
Mijlpaal |
Ondertekening van subsidieovereenkomsten voor de aankoop van nieuwe elektrische bussen en de installatie van oplaadpunten |
370 |
C6.I6. Investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
Mijlpaal |
Sluiting en inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten voor projecten met betrekking tot investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
127 |
C6.I4 Installatie van netwerkenergieopslagfaciliteiten voor deelnemers aan de energiemarkt |
Mijlpaal |
Sluiting van alle subsidieovereenkomsten betreffende de uitvoerings- en ondersteuningsvoorwaarden van voor marktdeelnemers te installeren opslagfaciliteiten |
374 |
C7.I2 Bouw van slimme infrastructuur voor afvalinzameling voor gescheiden inzameling en bijbehorende emissievrije inzamelingsvoertuigen |
Mijlpaal |
Publicatie van de oproep tot het indienen van voorstellen op basis van de investeringsbehoeften van de gemeenten |
143 |
C8.I1 Ontwikkeling van de voorwaarden voor gezondheidszorg in de 21e eeuw |
Doel |
Aantal ziekenhuisnetwerken op provinciaal niveau met geïntegreerde patiëntentrajecten |
152 |
C8.I2 Ondersteuning van de digitale transformatie van de gezondheid |
Mijlpaal |
Lancering van een centrale mobiele applicatie voor gezondheidszorg (myEESZT) |
180 |
C9.R8 Verbetering van de samenwerkingssystemen van het Openbaar Ministerie om corruptiepraktijken aan te pakken. |
Mijlpaal |
Opzetten van een nieuw IT-systeem voor de behandeling van gevoelige documenten van het openbaar ministerie |
187 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder voor aanbestedingen die met steun van de Unie worden gefinancierd, bedraagt niet meer dan 15 %. |
188 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel aanbestedingsprocedures met één inschrijving voor uit nationale middelen gefinancierde aanbestedingen mag niet meer bedragen dan 24 %. |
204 |
C9.R13 Actieplan ter verhoging van de concurrentie bij overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Herziening van het actieplan om de concurrentie bij overheidsopdrachten te vergroten na de eerste jaarlijkse evaluatie ervan |
206 |
C9.R14 Opleidingsprogramma en steunregeling voor aanbestedingen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Doel |
Aantal micro-, kleine en middelgrote ondernemingen dat een opleiding op het gebied van openbare aanbestedingen heeft gevolgd |
232 |
C9.R26 Verbetering van de transparantie en toegang tot openbare informatie |
Mijlpaal |
Verslag van de nationale autoriteit voor gegevensbescherming en vrijheid van informatie over de toegang tot openbare informatie (2) |
238 |
C9.R27 Verbetering van de kwaliteit van het wetgevingsproces en effectieve betrokkenheid van belanghebbenden en sociale partners bij de besluitvorming |
Doel |
Versterking van de doeltreffende toepassing van de regels inzake verplichte openbare raadpleging van wetgevingshandelingen en de systematische publicatie van voorlopige samenvattingen van effectbeoordelingen (2) |
241 |
C9.R28 Ondersteuning van de besluitvorming en het wetgevingsproces op basis van gegevens om de efficiëntie en transparantie te vergroten en het risico op onregelmatigheden te verminderen |
Mijlpaal |
Opzetten van een gegevensplatform en gegevensmodelleringssysteem |
259 |
C9.R35 Vereenvoudiging van het belastingstelsel door vermindering van het aantal belastingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen ter vermindering van het aantal belastingen |
265 |
C9.R37 Mainstreaming van het gebruik van communicatiecampagnes en gedragsinzichten door de belastingdienst |
Mijlpaal |
Conceptnota over de algemene revisie van NTCA-IT-platforms en de integratie daarvan in een dienst met één kanaal |
268 |
C9.R38 Verbetering van de efficiëntie van de overheidsuitgaven door uitgaventoetsingen uit te voeren |
Mijlpaal |
Verslagen over de resultaten van de eerste en tweede uitgaventoetsingen |
275 |
C10.R4: Versterking van de rol van aankoopgroeperingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de uitvoeringshandeling inzake aankoopgroeperingen en netcodes, met inbegrip van modelcontracten |
277 |
C10.R6: Vernieuwing van de productstructuur van markten voor regelgevingsreserves om de markttoegang voor nieuwe soorten flexibiliteit te vergemakkelijken |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een alomvattend regelgevingskader en wijzigingen van de regels en modelcontracten op de vereiste regelgevingsniveaus |
278 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van voorstellen met betrekking tot digitale ontwikkelingen in verband met de netwerkinfrastructuur en de exploitatie van het elektriciteitsnet op het niveau van de netbeheerder |
282 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van prioritaire projecten voor de installatie van meteorologische stations om de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen te verbeteren |
289 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van prioritaire projecten voor DSB’s voor de aankoop en installatie van slimme meters |
Termijnbedrag |
EUR 667 020 000 |
Vijfde tranche (niet-terugvorderbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
4 |
C1.R1 Ontwikkeling van concurrerend openbaar onderwijs met behulp van technologie van de 21e eeuw |
Doel |
Aantal instellingen voor schoolonderwijs dat is uitgerust met moderne weergavetools en -instrumenten die de creativiteit en probleemoplossende vaardigheden van leerlingen ontwikkelen |
24 |
C1.I4 Oprichting van nieuwe plaatsen in de crèche |
Doel |
Aantal kinderen ingeschreven in nieuw gecreëerde crèches |
31 |
C2.I1 Institutionele innovatie en versterkte activiteiten in het hoger onderwijs |
Doel |
Aantal cursussen met microcredentials met digitale inhoud |
53 |
C3.I1 Bouw en renovatie van sociale woningen, verbetering van de huisvestingsomstandigheden |
Doel |
Renovatie van woningen |
55 |
C3.I1 Bouw en renovatie van sociale woningen, verbetering van de huisvestingsomstandigheden |
Doel |
Bouw van nieuwe sociale woningen |
64 |
C4.R1 Verbetering van het bewustzijn |
Doel |
Oprichting van gemeenschappen voor duurzaam waterbeheer |
72 |
C4.I2 Invoering van een monitoringsysteem |
Mijlpaal |
Alomvattend monitoringsysteem op lokaal niveau |
80 |
C5.I1 Capaciteitsopbouw van voorstedelijk spoorwegnet |
Mijlpaal |
Ondertekening van contracten voor werken voor de vernieuwing en verlenging van lijnen H5, H6 en H7 |
97 |
C5.R1 Uitvoering van één nationaal tarief-, ticket- en passagiersinformatiesysteem voor bus en trein door de Nationale Autoriteit voor openbaar vervoer |
Mijlpaal |
Infrastructuur voor ticketverkoop en ontwikkeling van een informatieplatform |
110 |
C6.R4 Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de netaansluiting |
Doel |
Vergunning voor aansluiting op het net voor de capaciteit van hernieuwbare-energiecentrales |
115 |
C6.I1 Klassische ontwikkeling van transmissie- en distributiesysteembeheerders voor slimme netwerken |
Doel |
Capaciteitsuitbreiding van energiecentrales die hernieuwbare energiebronnen gebruiken en die in het elektriciteitsnet kunnen worden geïntegreerd als gevolg van het verbeterde net (gecumuleerd, MW) |
119 |
C6.I2 Steun voor het gebruik van zonnepanelen voor woningen en de modernisering van verwarming |
Doel |
Aantal huishoudens uitgerust met zonnepanelen of met zonnepanelen, opslageenheden, elektrische verwarmingssystemen en raamvervanging (gecumuleerd, aantal huishoudens) |
132 |
C6.I5 Verspreiding van slimme meters |
Doel |
Nieuw geïnstalleerde slimme meters |
372 |
C7.R2: Voorlichting |
Mijlpaal |
Goedkeuring van een actieplan voor de ontwikkeling van een communicatiestrategie |
147 |
C8.I2 Ondersteuning van de digitale transformatie van de gezondheid |
Doel |
Aantal ziekenhuizen met een verbeterd IT-beveiligingssysteem |
184 |
C9.R9 Verbetering van het bewustzijn met het oog op de afschaffing van foodrentebetalingen in de gezondheidszorg |
Doel |
Aantal burgers bereikt door de voltooide bewustmakingscampagne |
210 |
C9.R14 Opleidingsprogramma en steunregeling voor aanbestedingen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Mijlpaal |
Uitvoering van een tussentijdse evaluatie van de toegevoegde waarde en doeltreffendheid van de steunregeling |
253 |
C9.R34 Digitale transformatie van belastingnalevingsprocedures |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving voor de invoering van het eReceipt-systeem |
255 |
C9.R34 Digitale transformatie van belastingnalevingsprocedures |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving ter vereenvoudiging van de btw-nalevingsprocedures door de invoering van het e-btw-stelsel |
262 |
C9.R36 Hervorming van de belasting op pijpleidingen van openbaar nut |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de wet tot intrekking of wijziging van wet nr. CLXVIII van 2012 betreffende de belasting op nutsvoorzieningen |
263 |
C9.R37 Mainstreaming van het gebruik van communicatiecampagnes en gedragsinzichten door de belastingdienst |
Mijlpaal |
Verbetering van de communicatiepraktijken van overheidsinstanties met hun cliënten |
264 |
C9.R37 Mainstreaming van het gebruik van communicatiecampagnes en gedragsinzichten door de belastingdienst |
Mijlpaal |
Toepassing van gedragsinzichten in NTCA-procedures |
272 |
C10.R1: Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van
de netaansluitingsprocedure
|
Mijlpaal |
Harmonisatie van de procedure voor aansluiting op het elektriciteitsnet door distributiesysteembeheerders |
273 |
C10.R2: Vaststelling van nettarieven |
Mijlpaal |
Nieuwe methode voor de berekening van nettarieven |
274 |
C10.R3: Aanpassing van de wetgeving inzake slimme meters |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van gewijzigde wetgeving inzake slimme meters |
279 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de subsidieovereenkomsten voor digitale ontwikkelingen in verband met netwerkinfrastructuur en beheer van het elektriciteitsnet op het niveau van de netbeheerder |
283 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de subsidieovereenkomst (en) inzake steun voor de installatie van meteorologische stations om de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen te verbeteren |
286 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten die de uitvoeringsvoorwaarden en steun voor de ontwikkeling van transmissie- en distributienetten bevatten |
290 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten voor de aankoop en installatie van slimme meters |
Termijnbedrag |
EUR 775 140 000 |
Zesde Instalment (niet-terugvorderbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
5 |
C1.R1 Ontwikkeling van concurrerend openbaar onderwijs met behulp van technologie van de 21e eeuw |
Doel |
Aantal extra digitale notebooks geleverd voor gebruik door leerling of leerkracht |
19 |
C1.R3 Verbetering van de aantrekkelijkheid van het beroep van leraar |
Doel |
Gemiddeld loon van leerkrachten in het openbaar onderwijs in 2025 ten opzichte van het gemiddelde loon van afgestudeerden in het tertiair onderwijs |
20 |
C1.R3 Verbetering van de aantrekkelijkheid van het beroep van leraar |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving tot vaststelling van de loonsverhoging voor beginnende leerkrachten voor het jaar 2025 |
28 |
C1.R4 Verbetering van de houdbaarheid van het pensioenstelsel |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de wetgeving tot wijziging van het pensioenstelsel |
79 |
C4.R2 Versnellen van maatregelen voor aanpassing aan de klimaatverandering op het gebied van waterbeheer |
Mijlpaal |
Uitvoering van een actieplan dat voortbouwt op de aanbevelingen van de taskforce |
92 |
C5.I3 Ontwikkeling van emissievrij busvervoer |
Doel |
Ingebruikneming van extra elektrische bussen en bijbehorende oplaadpunten |
189 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder voor aanbestedingen die met steun van de Unie worden gefinancierd, bedraagt niet meer dan 15 %. |
190 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel aanbestedingsprocedures met één inschrijving voor uit nationale middelen gefinancierde aanbestedingen mag niet meer bedragen dan 15 %. |
239 |
C9.R25 Verbetering van de kwaliteit van het wetgevingsproces en effectieve betrokkenheid van belanghebbenden en sociale partners bij de besluitvorming |
Doel |
Versterking van de doeltreffende toepassing van de regels inzake verplichte openbare raadpleging van wetgevingshandelingen en de systematische publicatie van voorlopige samenvattingen van effectbeoordelingen (3) |
242 |
C9.R28 Ondersteuning van de besluitvorming en het wetgevingsproces op basis van gegevens om de efficiëntie en transparantie te vergroten en het risico op onregelmatigheden te verminderen |
Doel |
Aantal personen dat opleidingen over datavisualisatie heeft voltooid |
243 |
C9.R29 Uitbreiding van het systeem voor automatische administratieve besluitvorming met het oog op meer efficiëntie en transparantie en ter beperking van het risico op onregelmatigheden |
Doel |
Aanvullende geautomatiseerde soorten zaken die zijn ingevoerd in het systeem voor automatische administratieve besluitvorming (AKD) |
251 |
C9.R34 Digitale transformatie van belastingnalevingsprocedures |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving voor de invoering van de ePayrol-oplossing |
269 |
C9.R38 Verbetering van de efficiëntie van de overheidsuitgaven door uitgaventoetsingen uit te voeren |
Mijlpaal |
Verslagen over de resultaten van de derde en vierde uitgaventoetsing |
Termijnbedrag |
EUR 424 220 000 |
Zevende tranche (niet-terugvorderbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
9 |
C1.I1 Verbetering van de toegang tot kwaliteitsonderwijs in lagere middelbare scholen |
Doel |
Uitvoering van aanvullende institutionele reorganisaties voor de integratie van kleine lagere middelbare klassen in grotere scholen in naburige nederzettingen |
15 |
C1.R2 Vermindering van het risico van segregatie op scholen |
Mijlpaal |
Verslag over de toepassing van de nieuwe wetgeving die voorziet in een vermindering van de overheidssteun voor basisscholen en lagere middelbare scholen met een laag percentage kansarme leerlingen |
25 |
C1.I4 Oprichting van nieuwe plaatsen in de crèche |
Doel |
Aantal extra kinderen ingeschreven in nieuw gecreëerde crèches |
40 |
C2.I3 Ontwikkeling van digitale leerplannen voor beroepsonderwijs en -opleiding |
Doel |
Aantal voor beroepsonderwijs en -opleiding ontwikkelde digitale leermaterialen |
58 |
C3.I2 Productie en gebruik van hernieuwbare energie in achtergestelde gemeenten |
Doel |
Installatie van extra productiecapaciteit voor hernieuwbare energie in of ten behoeve van achtergestelde gemeenten |
65 |
C4.R1 Verbetering van het bewustzijn |
Mijlpaal |
Organisatie van informatiesessies |
67 |
C4.I3 — Natuurbescherming |
Mijlpaal |
Het bereiken van een goede ecologische toestand van de door investeringen getroffen oppervlakte- en grondwaterlichamen 3. |
73 |
C4.I2 Invoering van een monitoringsysteem |
Mijlpaal |
Alomvattend monitoringsysteem op nationaal niveau |
74 |
C4.I2 Invoering van een monitoringsysteem |
Doel |
Ontwikkeling van een alomvattend monitoringsysteem op nationaal niveau |
81 |
C5.I1 Capaciteitsopbouw van voorstedelijk spoorwegnet |
Mijlpaal |
50 % fysieke paraatheid voor de uitbreiding van het voorstedelijke spoorwegnet |
93 |
C5.I3 Ontwikkeling van emissievrij busvervoer |
Doel |
Ingebruikneming van extra elektrische bussen en bijbehorende oplaadpunten |
98 |
C5.R1 Uitvoering van één nationaal tarief-, ticket- en passagiersinformatiesysteem voor bus en trein door de Nationale Autoriteit voor openbaar vervoer |
Mijlpaal |
Invoering van een Opendataportaal en van een realtime passagiersinformatiesysteem |
116 |
C6.I1 Klassische ontwikkeling van transmissie- en distributiesysteembeheerders voor slimme netwerken |
Doel |
Extra capaciteitstoename van energiecentrales die hernieuwbare energiebronnen gebruiken en die in het elektriciteitsnet kunnen worden geïntegreerd als gevolg van het verbeterde net (gecumuleerd, MW) |
120 |
C6.I2 Steun voor het gebruik van zonnepanelen voor woningen en de modernisering van verwarming |
Doel |
Aantal extra huishoudens uitgerust met zonnepanelen of met zonnepanelen, opslageenheden, elektrische verwarmingssystemen en raamvervanging (gecumuleerd, aantal huishoudens) |
133 |
C6.I5 Verspreiding van slimme meters |
Doel |
Extra nieuw geïnstalleerde slimme meters (gecumuleerd) |
375 |
C7.I2 Bouw van slimme infrastructuur voor afvalinzameling voor gescheiden inzameling en bijbehorende emissievrije inzamelingsvoertuigen |
Mijlpaal |
Publicatie van een communicatiegids |
149 |
C8.I2 Ondersteuning van de digitale transformatie van de gezondheid |
Doel |
Toename van het aantal soorten procedures van gezondheidsautoriteiten dat elektronisch kan worden ingeleid |
150 |
C8.I2 Ondersteuning van de digitale transformatie van de gezondheid |
Doel |
Aantal telegeneeskundediensten dat in één jaar via digitale instrumenten wordt verleend |
151 |
C8.I2 Ondersteuning van de digitale transformatie van de gezondheid |
Mijlpaal |
Nieuwe EESZT-modules gelanceerd ter ondersteuning van aanbodbeheer en gedigitaliseerde zorgprocessen |
153 |
C8.I2 Ondersteuning van de digitale transformatie van de gezondheid |
Doel |
Aantal unieke gebruikers van de centrale mobiele applicatie voor gezondheidszorg |
155 |
C8.I3 Programma voor monitoring van de gezondheid op afstand voor ouderen |
Doel |
Aantal deelnemers aan het programma voor gezondheidsmonitoring op afstand voor ouderen |
157 |
C8.I4 Ontwikkeling van de eerstelijnsgezondheidszorg |
Doel |
Aantal artsen dat deelneemt aan pas opgerichte en operationele GP-gemeenschappen |
158 |
C8.I4 Ontwikkeling van de eerstelijnsgezondheidszorg |
Doel |
Aantal patiënten dat is ingeschreven in het programma voor de beheersing van chronische ziekten |
159 |
C8.I4 Ontwikkeling van de eerstelijnsgezondheidszorg |
Doel |
Aantal patiënten dat is ingeschreven in preventie- en gezondheidsbevorderingsprogramma’s |
181 |
C9.R8 Verbetering van de samenwerkingssystemen van het Openbaar Ministerie om corruptiepraktijken aan te pakken. |
Mijlpaal |
Opzetten van een nieuw IT-systeem voor de behandeling van dossiers van het openbaar ministerie |
244 |
C9.R30 Versterking van het nationale beheersysteem voor IT-apparatuur om de efficiëntie van overheidsdiensten te vergroten |
Mijlpaal |
Opzetten van een centraal systeem voor IT-apparatuurbeheer en softwarelicenties |
249 |
C9.R33 Uitbreiding van het toepassingsgebied van de regels inzake niet-aftrekbaarheid voor uitgaande betalingen |
Mijlpaal |
Onafhankelijke evaluatie van de doeltreffendheid van de algemene reeks binnenlandse regels met betrekking tot agressieve fiscale planning |
266 |
C9.R37 Mainstreaming van het gebruik van communicatiecampagnes en gedragsinzichten door de belastingdienst |
Mijlpaal |
Beschikbaarheid van nieuwe functies op de geïntegreerde NTCA-platforms |
270 |
C9.R38 Verbetering van de efficiëntie van de overheidsuitgaven door uitgaventoetsingen uit te voeren |
Mijlpaal |
Afsluitende verslag over de resultaten van de uitgaventoetsing |
276 |
C10.R5: Ruimer gebruik van dynamische prijsstelling in stroomafnameovereenkomsten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de gewijzigde wetgeving om de toepassing van dynamische prijsstelling in het segment van residentiële consumenten en micro-ondernemingen te vergemakkelijken |
280 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Doel |
Digitale ontwikkelingen in verband met de netwerkinfrastructuur en het beheer van het elektriciteitsnet op het niveau van de systeembeheerder |
284 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Doel |
Meteorologische stations in bedrijf |
287 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Doel |
Capaciteitsuitbreiding van energiecentrales die hernieuwbare energiebronnen gebruiken en die in het elektriciteitsnet kunnen worden geïntegreerd als gevolg van het verbeterde net (gecumuleerd, MW) |
291 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Doel |
Nieuw geïnstalleerde slimme meters |
Termijnbedrag |
EUR 797 220 000 |
Achtste tranche (niet-terugvorderbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
6 |
C1.R1 Ontwikkeling van concurrerend openbaar onderwijs met behulp van technologie van de 21e eeuw |
Doel |
Percentage leerkrachten dat informatie- en communicatietechnologieën gebruikt in ten minste 40 % van hun lessen |
11 |
C1.I2 Ondersteuning van het onderwijs aan studenten met speciale onderwijsbehoeften |
Doel |
Percentage instellingen voor speciaal onderwijs dat steun heeft ontvangen voor het onderwijs aan leerlingen met speciale onderwijsbehoeften |
12 |
C1.I2 Ondersteuning van het onderwijs aan leerlingen met speciale onderwijsbehoeften |
Doel |
Aantal leerlingen met speciale onderwijsbehoeften dat gebruik heeft gemaakt van verbeterde diensten |
13 |
C1.I2 Ondersteuning van het onderwijs aan leerlingen met speciale onderwijsbehoeften |
Doel |
Aantal leerkrachten in het bijzonder onderwijs dat een beroepsopleiding heeft gevolgd |
21 |
C1.R3 Verbetering van de aantrekkelijkheid van het beroep van leraar |
Mijlpaal |
Toepassing van de loonsverhogingen voor leerkrachten die in achtergestelde nederzettingen werken, leerkrachten die werken op scholen met een percentage kansarme leerlingen van ten minste 10 %, en beginleraren |
22 |
C1.I3 Opleiding van leerkrachten en verbetering van de managementvaardigheden van de hoofden van instellingen |
Doel |
Aantal hoofden en adjunct-hoofden van openbare onderwijsinstellingen die hebben deelgenomen aan permanente professionele ontwikkeling |
23 |
C1.I3 Opleiding van leerkrachten en verbetering van de managementvaardigheden van de hoofden van instellingen |
Doel |
Aantal leerkrachten van openbare onderwijsinstellingen dat heeft deelgenomen aan permanente professionele ontwikkeling |
32 |
C2.I1 Institutionele innovatie en versterkte activiteiten in het hoger onderwijs |
Doel |
Aantal studenten/personen die een certificaat van microcredentials hebben ontvangen in instellingen voor hoger onderwijs |
33 |
C2.I1 Institutionele innovatie en versterkte activiteiten in het hoger onderwijs |
Doel |
Aantal ontwikkelde digitale leerinhoud voor hoger onderwijs |
34 |
C2.I1 Institutionele innovatie en versterkte activiteiten in het hoger onderwijs |
Doel |
Aantal studenten en personeel in het hoger onderwijs dat heeft deelgenomen aan programma’s voor de ontwikkeling van digitale vaardigheden |
36 |
C2.I2 Modernisering van infrastructuur en digitalisering in instellingen voor hoger onderwijs |
Doel |
Energie-efficiënte renovatie van de gebouweninfrastructuur en bouw van nieuwe gebouwen in instellingen voor hoger onderwijs |
37 |
C2.I2 Modernisering van infrastructuur en digitalisering in instellingen voor hoger onderwijs |
Doel |
Installatie van digitale apparatuur in gebouwen voor hoger onderwijs |
38 |
C2.I2 Modernisering van infrastructuur en digitalisering in instellingen voor hoger onderwijs |
Mijlpaal |
Verslag over activiteiten op het gebied van capaciteitsontwikkeling in instellingen voor hoger onderwijs |
41 |
C2.I3 Ontwikkeling van digitale leerplannen voor beroepsonderwijs en -opleiding |
Doel |
Aantal leerlingen in beroepsonderwijs en -opleiding dat cursussen heeft gevolgd op basis van verbeterd digitaal leermateriaal |
43 |
C2.I4 Infrastructuur voor beroepsonderwijs en -opleiding voor de 21e eeuw |
Doel |
Renovatie van centra voor beroepsonderwijs en -opleiding op het gebied van energie-efficiëntie |
44 |
C2.I4 Infrastructuur voor beroepsonderwijs en -opleiding voor de 21e eeuw |
Doel |
Aankoop van ICT-apparatuur voor centra voor beroepsonderwijs en -opleiding |
45 |
C2.I4 Infrastructuur voor beroepsonderwijs en -opleiding voor de 21e eeuw |
Doel |
Aantal centra voor beroepsonderwijs en -opleiding met verbeterde infrastructuur |
47 |
C2.I5 Ontwikkeling van het centraal onderzoekscentrum |
Mijlpaal |
Voltooiing van het centraal onderzoekscentrum |
49 |
C2.I6 Oprichting van nationale laboratoria voor onderzoek en ontwikkeling |
Mijlpaal |
Verslag over de prestaties van de nationale laboratoria |
54 |
C3.I1 Bouw en renovatie van sociale woningen, verbetering van de huisvestingsomstandigheden |
Doel |
Renovatie van extra woningen |
56 |
C3.I1 Bouw en renovatie van sociale woningen, verbetering van de huisvestingsomstandigheden |
Doel |
Bouw van aanvullende nieuwe sociale woningen |
60 |
C3.I3 Bevordering van werkgelegenheid en ontwikkeling van vaardigheden op basis van lokale specifieke kenmerken |
Doel |
Aanvullende deelname aan arbeidsmarktsocialiseringsprogramma’s |
62 |
C3.I4 Gemeenschapsgerichte pedagogie |
Doel |
Pedagogische ontwikkeling van aanvullende openbare onderwijs- en beroepsopleidingsinstellingen in de geselecteerde nederzettingen |
66 |
C4.R1 Verbetering van het bewustzijn |
Doel |
Hectaren bouwland dat veranderingen heeft ondergaan in waterbesparende landbouwpraktijken |
76 |
C4.I3 Natuurbescherming |
Mijlpaal |
Voltooiing van het project „Verbetering van de ecologische watervoorziening in het Natura 2000-gebied Hanság” |
77 |
C4.I3 Natuurbescherming |
Doel |
Uitbreiding van de gecombineerde dekking van hectaren groene infrastructuur of beschermde of Natura 2000-gebieden die gericht zijn op het herstel van de natuurlijke hydrologie |
82 |
C5.I1 Capaciteitsopbouw van voorstedelijk spoorwegnet |
Doel |
Renovatie van niet-TEN-T-spoorlijnen (H5, H6 en H7) |
83 |
C5.I1 Capaciteitsopbouw van voorstedelijk spoorwegnet |
Doel |
Renovatie van treinstations en haltes |
84 |
C5.I1 Capaciteitsopbouw van voorstedelijk spoorwegnet |
Doel |
Nieuwe huidige transformatoren of volledige modernisering van bestaande transformatoren |
85 |
C5.I1 Capaciteitsopbouw van voorstedelijk spoorwegnet |
Doel |
Nieuwe B + R-fietsopslagfaciliteiten bij haltes van HÉV |
86 |
C5.I1 Capaciteitsopbouw van voorstedelijk spoorwegnet |
Doel |
Nieuwe intermodale bus — HÉV-hubs |
88 |
C5.I2 congestieoverstapeling van het spoorwegnet op de TEN-T-corridor |
Doel |
Indienststelling van de gerenoveerde spoorlijn (Almásfüzitő-Komárom) |
90 |
C5.I2 congestieoverstapeling van het spoorwegnet op de TEN-T-corridor |
Doel |
Indienststelling van de gerenoveerde spoorlijn (baanvak Békéscsaba-Lőkösháza) |
95 |
C5.I4 Uitvoering van centraal verkeersbeheer op TEN-T-spoorwegen |
Doel |
Installatie van het centraal verkeersbeheersysteem op voorstedelijke en andere grote spoorlijnen |
367 |
C5.I5 Ontwikkeling van het tram- en trolleybussysteem van Boedapest |
Doel |
Ingebruikneming van de nieuw aangekochte trams en de bijbehorende infrastructuur |
368 |
C5.I5 Ontwikkeling van het tram- en trolleybussysteem van Boedapest |
Doel |
Ingebruikneming van een nieuwe energieomzetter voor het trolleybussysteem |
109 |
C6.R4 Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de netaansluiting |
Mijlpaal |
Totstandbrenging van de IT-infrastructuur voor het gebruik van gegevens van slimme meters |
111 |
C6.R4 Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van de netaansluiting |
Doel |
Vergunning voor aansluiting op het net voor hernieuwbare-energiecentrales |
117 |
C6.I1 Klassische ontwikkeling van transmissie- en distributiesysteembeheerders voor slimme netwerken |
Doel |
Extra capaciteitstoename van energiecentrales die hernieuwbare energiebronnen gebruiken en die in het elektriciteitsnet kunnen worden geïntegreerd als gevolg van het verbeterde net (gecumuleerd, MW) |
121 |
C6.I2 Steun voor het gebruik van zonnepanelen voor woningen en de modernisering van verwarming |
Doel |
Aantal extra huishoudens uitgerust met zonnepanelen of met zonnepanelen, opslageenheden, elektrische verwarmingssystemen en raamvervanging (gecumuleerd, aantal huishoudens) |
371 |
C6.I6. Investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
Doel |
Vloeroppervlakte van openbare gebouwen die hebben geprofiteerd van een verbetering van de energie-efficiëntie |
129 |
C6.I4 Installatie van netwerkenergieopslagfaciliteiten voor deelnemers aan de energiemarkt |
Doel |
Capaciteit van nieuw geïnstalleerde energieopslagfaciliteiten |
134 |
C6.I5 Verspreiding van slimme meters |
Doel |
Extra nieuw geïnstalleerde slimme meters (gecumuleerd) |
373 |
C7.R2: Voorlichting |
Mijlpaal |
De communicatiestrategie wordt goedgekeurd |
376 |
C7.I2 Bouw van slimme infrastructuur voor afvalinzameling voor gescheiden inzameling en bijbehorende emissievrije inzamelingsvoertuigen |
Doel |
Installatie en ingebruikneming van slimme vuilnisbakken |
377 |
C7.I2 Bouw van slimme infrastructuur voor afvalinzameling voor gescheiden inzameling en bijbehorende emissievrije inzamelingsvoertuigen |
Doel |
Installatie en ingebruikneming van ondergrondse afvalcontainers |
378 |
C7.I2 Bouw van slimme infrastructuur voor afvalinzameling voor gescheiden inzameling en bijbehorende emissievrije inzamelingsvoertuigen |
Doel |
Aankoop en ingebruikneming van emissievrije voertuigen voor nieuwe afvalinzamelingsinfrastructuur |
379 |
C7.I2 Bouw van slimme infrastructuur voor afvalinzameling voor gescheiden inzameling en bijbehorende emissievrije inzamelingsvoertuigen |
Doel |
Afvalinzamelingscapaciteit van de geïnstalleerde infrastructuur |
144 |
C8.I1 Ontwikkeling van de voorwaarden voor gezondheidszorg in de 21e eeuw |
Doel |
Aantal evenementen voor het inzamelen van volbloed op mobiele inzamelingslocaties in kleine woongebieden |
145 |
C8.I1 Ontwikkeling van de voorwaarden voor gezondheidszorg in de 21e eeuw |
Doel |
Ingebruikneming van nieuwe of gemoderniseerde gebouwen op het gebied van gezondheidszorg die zijn uitgerust met nieuwe en moderne apparatuur voor gezondheidszorg |
146 |
C8.I1 Ontwikkeling van de voorwaarden voor gezondheidszorg in de 21e eeuw |
Doel |
Vloeroppervlakte van gebouwen met gezondheidsinfrastructuur die hebben geprofiteerd van een verbetering van de energie-efficiëntie |
148 |
C8.I2 Ondersteuning van de digitale transformatie van de gezondheid |
Doel |
Aantal nieuwe databanken en ziektenregisters dat digitaal beschikbaar is |
179 |
C9.R7 Ontwikkeling en uitvoering van een nationale strategie en actieplan voor corruptiebestrijding |
Mijlpaal |
Versterking van het kader voor corruptiebestrijding in Hongarije door de effectieve uitvoering van de acties van de nieuwe nationale strategie voor corruptiebestrijding en het bijbehorende actieplan te beoordelen |
191 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder voor aanbestedingen die met steun van de Unie worden gefinancierd, bedraagt niet meer dan 15 %. |
192 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel aanbestedingsprocedures met één inschrijving voor uit nationale middelen gefinancierde aanbestedingen mag niet meer bedragen dan 15 %. |
193 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder voor aanbestedingen die met steun van de Unie worden gefinancierd, bedraagt niet meer dan 15 %. |
194 |
C9.R10 Vermindering van het aandeel van aanbestedingsprocedures met één bieder |
Doel |
Het aandeel aanbestedingsprocedures met één inschrijving voor uit nationale middelen gefinancierde aanbestedingen mag niet meer bedragen dan 15 %. |
207 |
C9.R14 Opleidingsprogramma en steunregeling voor aanbestedingen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Doel |
Cumulatief aantal micro-, kleine en middelgrote ondernemingen dat een opleiding op het gebied van openbare aanbestedingen heeft gevolgd |
208 |
C9.R14 Opleidingsprogramma en steunregeling voor aanbestedingen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Mijlpaal |
Evaluatie van de opleidingsregeling om de deelname van micro-, kleine en middelgrote ondernemingen aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
211 |
C9.R14 Opleidingsprogramma en steunregeling voor aanbestedingen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Doel |
Aantal micro-, kleine en middelgrote ondernemingen dat forfaitaire steun heeft ontvangen voor compensatie van de kosten van overheidsopdrachten |
212 |
C9.R14 Opleidingsprogramma en steunregeling voor aanbestedingen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen om hun deelname aan openbare aanbestedingsprocedures te vergemakkelijken |
Mijlpaal |
Voltooiing van de eindevaluatie van de toegevoegde waarde en doeltreffendheid van de steunregeling |
233 |
C9.R26 Verbetering van de transparantie en toegang tot openbare informatie |
Mijlpaal |
Verslag van de nationale autoriteit voor gegevensbescherming en vrijheid van informatie over de toegang tot openbare informatie (3) |
240 |
C9.R27 Verbetering van de kwaliteit van het wetgevingsproces en effectieve betrokkenheid van belanghebbenden en sociale partners bij de besluitvorming |
Doel |
Versterking van de doeltreffende toepassing van de regels inzake verplichte openbare raadpleging van wetgevingshandelingen en de systematische publicatie van voorlopige samenvattingen van effectbeoordelingen (4) |
250 |
C9.R33 Uitbreiding van het toepassingsgebied van de regels inzake niet-aftrekbaarheid voor uitgaande betalingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen om de doeltreffendheid van maatregelen in verband met agressieve fiscale planning te verbeteren |
252 |
C9.R34 Digitale transformatie van belastingnalevingsprocedures |
Mijlpaal |
Meerfasenuitrol van het ePayrol-systeem |
254 |
C9.R34 Digitale transformatie van belastingnalevingsprocedures |
Mijlpaal |
Meerfasenuitrol van het eReceipt-systeem |
256 |
C9.R34 Digitale transformatie van belastingnalevingsprocedures |
Mijlpaal |
Meerfasige uitrol van het e-btw-stelsel |
271 |
C10.R1: Verbetering van de transparantie, voorspelbaarheid en beschikbaarheid van
de procedure voor netaansluiting
|
Doel |
Vergunning voor aansluiting op het net voor weerafhankelijke hernieuwbare-energiecentrales |
281 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Doel |
Digitale ontwikkelingen in verband met de netwerkinfrastructuur en het beheer van het elektriciteitsnet op het niveau van de systeembeheerder |
285 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Doel |
Meteorologische stations in bedrijf |
288 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Doel |
Capaciteitsuitbreiding van energiecentrales die hernieuwbare energiebronnen gebruiken en die in het elektriciteitsnet kunnen worden geïntegreerd als gevolg van het verbeterde net (gecumuleerd, MW) |
292 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Doel |
Nieuw geïnstalleerde slimme meters |
Termijnbedrag |
EUR 1 604 911 435 |
Lening
De in artikel 3, lid 2, bedoelde tranches worden als volgt georganiseerd:
Eerste tranche (steun via leningen):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
293 |
C10.R7: Uitbreiding van energiegemeenschappen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de gewijzigde wetgeving inzake energiegemeenschappen |
294 |
C10.R7: Uitbreiding van energiegemeenschappen |
Mijlpaal |
Eén loket en richtsnoeren voor energiegemeenschappen |
297 |
C10.R9: Zorgen voor een rechtskader voor hernieuwbare waterstof |
Mijlpaal |
Voltooiing van een herziening van het rechtskader inzake hernieuwbare waterstof |
299 |
C10.R10: Ontwikkeling van een strategie en een actieplan voor biogas en biomethaan |
Mijlpaal |
Ontwikkeling van een strategie en een actieplan voor biogas en biomethaan |
301 |
C10.R12: Ondersteuning van aanvragen van potentiële begunstigden voor door de EU gefinancierde steunregelingen voor energie-efficiëntie in woningen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving tot vaststelling van een kader voor de ondersteuning van steunaanvragen van potentiële begunstigden in het kader van door de EU gefinancierde steunregelingen voor energie-efficiëntie in woningen |
304 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van voorstellen met betrekking tot digitale ontwikkelingen in verband met de netwerkinfrastructuur en de exploitatie van het elektriciteitsnet op het niveau van de netbeheerder |
308 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van prioritaire projecten voor de installatie van meteorologische stations om de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen te verbeteren |
315 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van prioritaire projecten voor DSB’s voor de aankoop en installatie van slimme meters |
319 |
C10.I2: Vergroening van industrie-, wetenschaps- en technologie- en logistieke parken voor energiedoeleinden |
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van voorstellen voor de vergroening van industrie-, wetenschaps-, technologie- en logistieke parken |
324 |
C10.I3: Opbouw van productiecapaciteit voor een groene economie |
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van voorstellen voor productiecapaciteit voor een groene economie |
327 |
C10.I4: Toepassing van groene technologieën voor het koolstofvrij maken van de industrie |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van voorstellen voor het koolstofvrij maken van industriële projecten |
328 |
C10.I4: Toepassing van groene technologieën voor het koolstofvrij maken van de industrie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
330 |
C10.I5: Digitalisering van energiebedrijven |
Mijlpaal |
Goedkeuring van een alomvattend plan voor digitalisering op energiegebied |
331 |
C10.I5: Digitalisering van energiebedrijven |
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van voorstellen voor digitale ontwikkelingen bij energiebedrijven |
332 |
C10.I5: Digitalisering van energiebedrijven |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten voor de ondersteuning van de digitale ontwikkeling bij energiebedrijven |
338 |
C10.I7: Versterking van het menselijk potentieel in de groene economie |
Mijlpaal |
Analyse van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt voor groene vaardigheden |
341 |
C10.I8: Investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van voorstellen voor projecten met betrekking tot investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
342 |
C10.I8: Investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten voor projecten met betrekking tot investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
350 |
C10.I12: Een financieel instrument opzetten om de energie-efficiëntie van bedrijven te verbeteren |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
353 |
C10.I13: Een financieel instrument opzetten om de energie-efficiëntie van residentiële gebouwen te verbeteren en energiearmoede aan te pakken |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
356 |
C10.I14: Opzetten van een financieel instrument om de uitrol van laadstations voor elektrische voertuigen (EV’s) te vergroten |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
359 |
C10.I15: Opzetten van een financieel instrument ter ondersteuning van de aankoop van elektrische voertuigen op batterijen (BEV’s) door aanbieders van wagenparken |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
362 |
C10.I16: Opzetten van een financieel instrument ter ondersteuning van de exploratie en exploitatie van geothermische energie |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
Termijnbedrag |
EUR 1 097 130 000 |
Tweede tranche (steun via leningen)
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
295 |
C10.R8: Wettelijke stimulansen voor het gebruik van energieopslag |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving tot vaststelling van een regelgevingskader voor energieopslag |
296 |
C10.R8: Wettelijke stimulansen voor het gebruik van energieopslag |
Mijlpaal |
Goedkeuring van het nationaal plan voor energieopslag en flexibiliteit op het gebied van niet-fossiele brandstoffen |
298 |
C10.R9: Zorgen voor een rechtskader voor hernieuwbare waterstof |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het wetgevingspakket hernieuwbare waterstof en publicatie van een begeleidend niet-wetgevingspakket |
300 |
C10.R11: Verbetering van het regelgevingskader voor geothermische energie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving ter verbetering van het regelgevingskader voor de exploratie en het gebruik van geothermische energie |
302 |
C10.R13: Nationale strategie voor de ontwikkeling van groene vaardigheden |
Mijlpaal |
Regeringsbesluit over de nationale strategie inzake vaardigheden voor de groene transitie en het bijbehorende actieplan voor de uitvoering ervan |
305 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten voor digitale ontwikkelingen in verband met netwerkinfrastructuur en beheer van het elektriciteitsnet op het niveau van de netbeheerder |
309 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten inzake steun voor de installatie van meteorologische stations om de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen te verbeteren |
312 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten betreffende de uitvoerings- en ondersteuningsvoorwaarden voor de ontwikkeling van transmissie- en distributienetten |
316 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle subsidieovereenkomsten voor de aankoop en installatie van slimme meters |
320 |
C10.I2: Vergroening van industrie-, wetenschaps- en technologie- en logistieke parken voor energiedoeleinden |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
325 |
C10.I3: Opbouw van productiecapaciteit voor een groene economie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten |
346 |
C10.I10: Het gebruik van elektrische voertuigen op batterijen door de particuliere sector stimuleren |
Mijlpaal |
Lancering van een oproep tot het indienen van voorstellen voor projecten voor de aankoop van elektrische voertuigen op batterijen |
348 |
C10.I11: Ondersteuning van de exploratie van geothermische energie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van subsidieovereenkomsten voor steun voor geothermische exploratieactiviteiten |
Termijnbedrag |
EUR 783 660 000 |
Derde tranche (steun via leningen):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
306 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Doel |
Digitale ontwikkelingen in verband met de netwerkinfrastructuur en het beheer van het elektriciteitsnet op het niveau van de systeembeheerder |
310 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Doel |
Meteorologische stations in bedrijf |
313 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Doel |
Capaciteitsuitbreiding van energiecentrales die hernieuwbare energiebronnen gebruiken en die in het elektriciteitsnet kunnen worden geïntegreerd als gevolg van het verbeterde net (gecumuleerd, MW) |
317 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Doel |
Nieuw geïnstalleerde slimme meters |
334 |
C10.I6: Investeringen in waterstof |
Doel |
Distributie aan eindontvangers van voertuigen op waterstof |
339 |
C10.I7: Versterking van het menselijk potentieel in de groene economie |
Doel |
Aantal cursussen waarvoor nieuwe leerinhoud voor groene vaardigheden wordt ontwikkeld |
365 |
C1.I5 Oprichting van nieuwe plaatsen in de crèche |
Doel |
Aantal extra kinderen ingeschreven in nieuw gecreëerde crèches |
Termijnbedrag |
EUR 666 110 000 |
Vierde tranche (steun via leningen):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
303 |
C10.R13: Nationale strategie voor de ontwikkeling van groene vaardigheden |
Mijlpaal |
Voortgangsverslag over de uitvoering van de nationale strategie inzake vaardigheden voor de groene transitie en het bijbehorende actieplan |
307 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Doel |
Digitale ontwikkelingen in verband met de netwerkinfrastructuur en het beheer van het elektriciteitsnet op het niveau van de systeembeheerder |
311 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Doel |
Meteorologische stations in bedrijf |
314 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Doel |
Capaciteitsuitbreiding van energiecentrales die hernieuwbare energiebronnen gebruiken en die in het elektriciteitsnet kunnen worden geïntegreerd als gevolg van het verbeterde net (gecumuleerd, MW) |
318 |
C10.I1: Ontwikkeling van elektriciteitsnetwerken en digitalisering
|
Doel |
Nieuw geïnstalleerde slimme meters |
321 |
C10.I2: Vergroening van industrie-, wetenschaps- en technologie- en logistieke parken voor energiedoeleinden |
Doel |
Geïnstalleerde capaciteit van hernieuwbare-energiesystemen |
322 |
C10.I2: Vergroening van industrie-, wetenschaps- en technologie- en logistieke parken voor energiedoeleinden |
Doel |
Aantal operationeel aangesloten micronetwerknetwerken |
323 |
C10.I2: Vergroening van industrie-, wetenschaps- en technologie- en logistieke parken voor energiedoeleinden |
Doel |
Capaciteit geïnstalleerde warmtepompen |
326 |
C10.I3: Opbouw van productiecapaciteit voor een groene economie |
Mijlpaal |
Ingebruikneming van alle projecten |
329 |
C10.I4: Toepassing van groene technologieën voor het koolstofvrij maken van de industrie |
Mijlpaal |
Ingebruikneming van alle decarbonisatieprojecten |
333 |
C10.I5: Digitalisering van energiebedrijven |
Mijlpaal |
Digitale oplossingen ter ondersteuning van de werking van in gebruik genomen energiesystemen en -diensten |
335 |
C10.I6: Investeringen in waterstof |
Doel |
Distributie aan eindontvangers van voertuigen op waterstof |
336 |
C10.I6: Investeringen in waterstof |
Doel |
Ingebruikneming van nieuwe waterstoftankstations |
337 |
C10.I6: Investeringen in waterstof |
Doel |
Inbedrijfstelling van elektrolyse-capaciteit |
340 |
C10.I7: Versterking van het menselijk potentieel in de groene economie |
Doel |
Aantal professionals dat een certificaat van microcredentials voor groene vaardigheden heeft ontvangen |
343 |
C10.I8: Investeringen in energie-efficiëntie in openbare gebouwen |
Doel |
Vloeroppervlakte van openbare gebouwen die hebben geprofiteerd van een verbetering van de energie-efficiëntie |
344 |
C10.I9: Elektrificatie van spoorwegtrajecten |
Doel |
Voltooiing van de elektrificatie van de spoorweg voor het traject „Szeged-Rendező — Röszke — grens van het land” en aansluiting van de spoorlijnen 136 en 140 |
345 |
C10.I9: Elektrificatie van spoorwegtrajecten |
Doel |
Bouw of verbouwing van elektriciteitsonderstations voor het spoorwegnet |
347 |
C10.I10: Het gebruik van elektrische voertuigen op batterijen door de particuliere sector stimuleren |
Doel |
Gekochte en in gebruik genomen elektrische voertuigen op batterijen |
349 |
C10.I11: Ondersteuning van de exploratie van geothermische energie |
Doel |
Aantal afgeronde geothermische exploratieactiviteiten |
351 |
C10.I12: Een financieel instrument opzetten om de energie-efficiëntie van bedrijven te verbeteren |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
352 |
C10.I12: Een financieel instrument opzetten om de energie-efficiëntie van bedrijven te verbeteren |
Mijlpaal |
Het MFB heeft de investering voltooid |
354 |
C10.I13: Een financieel instrument opzetten om de energie-efficiëntie van residentiële gebouwen te verbeteren en energiearmoede aan te pakken |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
355 |
C10.I13: Een financieel instrument opzetten om de energie-efficiëntie van residentiële gebouwen te verbeteren en energiearmoede aan te pakken |
Mijlpaal |
Het MFB heeft de investering voltooid |
357 |
C10.I14: Opzetten van een financieel instrument om de uitrol van laadstations voor elektrische voertuigen (EV’s) te vergroten |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
358 |
C10.I14: Opzetten van een financieel instrument om de uitrol van laadstations voor elektrische voertuigen (EV’s) te vergroten |
Mijlpaal |
Het MFB heeft de investering voltooid |
360 |
C10.I15: Opzetten van een financieel instrument ter ondersteuning van de aankoop van elektrische voertuigen op batterijen (BEV’s) door aanbieders van wagenparken |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
361 |
C10.I15: Opzetten van een financieel instrument ter ondersteuning van de aankoop van elektrische voertuigen op batterijen (BEV’s) door aanbieders van wagenparken |
Mijlpaal |
Het MFB heeft de investering voltooid |
363 |
C10.I16: Opzetten van een financieel instrument ter ondersteuning van de exploratie en exploitatie van geothermische energie |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
364 |
C10.I16: Opzetten van een financieel instrument ter ondersteuning van de exploratie en exploitatie van geothermische energie |
Mijlpaal |
Het MFB heeft de investering voltooid |
Termijnbedrag |
EUR 1 371 413 481 |
DEEL 3: AANVULLENDE REGELINGEN
Regelingen voor monitoring en uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan
De hieronder omschreven regelingen 36 vormen samen met de relevante maatregelen van afdeling 9 (Bestuur en openbaar bestuur) het Hongaarse controle- en auditsysteem in het kader van het herstel- en veerkrachtplan. Elk van deze elementen maakt integraal deel uit van het Hongaarse controle- en auditsysteem, waarvan de uitvoering en voortdurende naleving noodzakelijk zijn om de naleving van artikel 22 van Verordening (EU) 2021/241 te waarborgen. Samen zorgen de uitvoering en voortdurende eerbiediging van deze elementen ervoor dat de regelingen voor het toezicht op en de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan de maatregelen omvatten die nodig zijn om de bescherming van de financiële belangen van de Unie te waarborgen.
Het toezicht op en de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan van Hongarije vinden plaats overeenkomstig de volgende regelingen:
Regeringsbesluit 373/2022 (IX. 30.) stelt de taken en verantwoordelijkheden vast van de instanties die betrokken zijn bij de uitvoering, audit en controle van het Hongaarse herstel- en veerkrachtplan. De inwerkingtreding van dit regeringsbesluit, zoals beschreven in hervorming C9.R19, komt tot uiting in een specifieke mijlpaal, waaraan moet worden voldaan voordat het eerste betalingsverzoek in het kader van het herstel- en veerkrachtplan wordt ingediend.
De uitvoering, monitoring en rapportage van het Hongaarse plan voor herstel en veerkracht worden verzorgd door de nationale autoriteit (plaatsvervangend staatssecretariaat van de minister die verantwoordelijk is voor de uitvoering van de steun van de Unie). Dit omvat de werking van het monitoringsysteem (onder meer met behulp van een IT-monitoringsysteem), het monitoren van de voortgang van de uitvoering van de verschillende maatregelen en het waarborgen van de betrouwbaarheid en waarheidsgetrouwheid van de gegevens in het IT-monitoringsysteem. De nationale autoriteit is ook het verantwoordelijke orgaan om na te gaan of de mijlpalen en streefdoelen van het plan voor herstel en veerkracht zijn verwezenlijkt. De nationale autoriteit is verantwoordelijk voor het opstellen en indienen van de betalingsverzoeken in het kader van het plan voor herstel en veerkracht, alsook voor de waarheidsgetrouwheid ervan en de ondertekening van de beheersverklaring. Het treedt ook op als enig verbindingsorgaan tussen de Hongaarse autoriteiten en de Commissie. De nationale autoriteit is verantwoordelijk voor het opzetten en beheren van een intern beheers- en controlesysteem om onregelmatigheden doeltreffend te voorkomen en op te sporen en passende corrigerende maatregelen te nemen, met inachtneming van de beginselen van goed financieel beheer en bescherming van de financiële belangen van de Unie, doeltreffende fraude- en anticorruptiemaatregelen in te voeren, rekening houdend met de vastgestelde risico’s, en controles op het eerste niveau van de uitvoering (op basis van stukken en ter plaatse) uit te voeren.
De sectorale uitvoering van de specifieke maatregelen 37 van het plan wordt gecontroleerd door de verantwoordelijke vakministeries, waarvan de diensten het toezicht op de voortgang van de maatregelen ondersteunen en nauw samenwerken met de nationale autoriteit.
De nationale autoriteit wordt bij de uitvoering van en het toezicht op het plan ondersteund door uitvoeringsorganen, die werken door middel van schriftelijke contracten onder toezicht en verantwoordelijkheid van de nationale autoriteit. Wanneer uitvoeringstaken van de nationale autoriteit aan uitvoerende instanties worden gedelegeerd, wordt de werkzaamheden van de uitvoeringsorganen nauwlettend gecontroleerd door de nationale autoriteit, die methodologische ondersteuning en begeleiding biedt aan uitvoeringsorganen. Er moet met name voor worden gezorgd dat de uitvoeringsorganen over voldoende middelen en voldoende beroepservaring beschikken om de hun toegewezen taken doeltreffend uit te voeren. De uitvoeringsorganen beschikken over doeltreffende regelingen voor interne controle. De uitvoerende instanties vervullen de controletaken van de nationale autoriteit voor de onderdelen en maatregelen die zij uitvoeren.
Om te zorgen voor de doeltreffende preventie en opsporing van ernstige onregelmatigheden, zoals fraude, corruptie, belangenconflicten en dubbele financiering, maken de nationale autoriteit en de uitvoerende instanties systematisch gebruik van alle functies van het risicoscore-instrument Arachne bij de uitvoering van en het toezicht op de uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht.
Vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht wordt een nieuw directoraat Interne Audit en Integriteit (DIAI) opgericht binnen het ministerie dat verantwoordelijk is voor de uitvoering van de steun van de Unie, om belangenconflicten doeltreffender te voorkomen en op te sporen. Het DIAI is verantwoordelijk voor het regelmatig controleren van de waarheidsgetrouwheid van verklaringen inzake belangenconflicten door personeelsleden op alle niveaus die betrokken zijn bij de uitvoering en controle van het plan.
Het directoraat-generaal Audit van de Europese Fondsen (EUTAF) voert in zijn hoedanigheid van auditautoriteit de audittaken uit die verband houden met de uitvoering van het plan. Hongarije stelt het EUTAF de nodige financiële en personele middelen ter beschikking om zijn onafhankelijkheid te waarborgen en het in staat te stellen zijn taken uit te voeren.
Het EUTAF stelt een auditstrategie op die in overeenstemming is met internationaal aanvaarde auditnormen. In deze strategie worden de methode en de frequentie van de audits vastgesteld. Het moet voldoende vroeg genoeg zijn om de audits uit te voeren die worden opgenomen in de samenvatting van de audit die samen met het eerste betalingsverzoek wordt ingediend. In de auditstrategie wordt prioriteit gegeven aan auditwerkzaamheden, te beginnen met een audit van de opzet van de systemen, waarbij de nadruk ligt op de toereikendheid van (juridische en institutionele) processen, de opzet en werking van IT-systemen en de beschikbaarheid en kwaliteit van de menselijke capaciteiten. Deze audit wordt uitgevoerd vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek. Verdere systeemaudits die aan het begin van de uitvoering moeten worden uitgevoerd, hebben betrekking op de toepassing van Arachne voor controles door de nationale autoriteit en uitvoeringsorganen, alsook op een systeemaudit van het DIAI.
Het EUTAF voert systeemaudits en gegevensgerichte controles uit. Systeemaudits worden uitgevoerd op basis van een risicobeoordeling, met een passende frequentie, en onderzoeken de werking van het systeem dat is opgezet voor de uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht. De gegevensgerichte toetsing is gericht op de vooruitgang bij het bereiken van mijlpalen en streefdoelen en omvat de toetsing van de naleving van de voorwaarden voor goed financieel beheer. Het EUTAF verstrekt voor elk betalingsverzoek dat bij de Commissie wordt ingediend, een auditoordeel op basis van de resultaten van zijn controlewerkzaamheden, zowel van zijn systeemaudits als van gegevensgerichte controles.
Daarnaast wordt bij wetgevingshandeling een monitoringcomité opgericht, bestaande uit relevante belanghebbenden en sociale partners die betrokken zijn bij de uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht. Het monitoringcomité houdt toezicht op de doeltreffende uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht. In de wetgevingshandeling wordt bepaald dat het bij wet verplicht is het monitoringcomité te raadplegen tijdens de uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht.
Regelingen voor volledige toegang door de Commissie tot de onderliggende gegevens
Om de Commissie volledige toegang te verlenen tot de relevante onderliggende gegevens, beschikt Hongarije over de volgende regelingen:
Alle informatie met betrekking tot de uitvoering en monitoring van het plan wordt opgeslagen in een IT-monitoringsysteem dat wordt ontwikkeld voor de uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht.
De nationale autoriteit is verantwoordelijk voor het toezicht op en de beoordeling van de uitvoering van het plan en de verwezenlijking van mijlpalen en streefdoelen, en voor het verstrekken van de op verzoek verzamelde gegevens aan de Commissie. Zij coördineert de verslaglegging over mijlpalen en streefdoelen, relevante indicatoren, maar ook kwalitatieve financiële informatie en andere gegevens, zoals over eindontvangers. Het is ook verantwoordelijk voor het beheer van het IT-monitoringsysteem, het monitoren van de voortgang bij de uitvoering van de verschillende maatregelen en het waarborgen van de betrouwbaarheid en waarheidsgetrouwheid van de gegevens in het monitoringsysteem. De gegevenscodering wordt uitgevoerd met behulp van een IT-systeem, FAIR-EUPR genaamd, 38 waarmee alle instellingen die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van hervormingen en investeringen verplicht zijn verslag uit te brengen aan de nationale autoriteit.
De auditautoriteit (EUTAF) bevestigt in een auditverslag met een auditoordeel zonder beperking, vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek, dat de functies van het IT-monitoringsysteem beschikbaar zijn om te voldoen aan de vereisten inzake gegevensverzameling, -opslag en -verstrekking in verband met de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan, en dat het systeem volledig functioneel en operationeel is.
Overeenkomstig artikel 24, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241 dient Hongarije, na voltooiing van de desbetreffende overeengekomen mijlpalen en streefdoelen in afdeling 2.1 van deze bijlage, bij de Commissie een naar behoren gemotiveerd verzoek tot betaling van de financiële bijdrage in. Hongarije zorgt ervoor dat de Commissie op verzoek volledige toegang heeft tot de relevante onderliggende gegevens ter onderbouwing van de betalingsverzoeken, zowel voor de beoordeling van het betalingsverzoek overeenkomstig artikel 24, lid 3, van Verordening (EU) 2021/241 als voor audit- en controledoeleinden.
Wanneer de mijlpalen of streefdoelen betrekking hebben op de opstelling van verslagen, zijn de onderliggende gegevens, met inbegrip van alle gegevens die worden gebruikt om verklaringen in dergelijke verslagen te onderbouwen, op verzoek ter beschikking van de Commissie, met name tijdens de beoordeling van die mijlpalen of streefdoelen.