Home

Bekendmaking van een aanvraag tot registratie van een naam overeenkomstig artikel 50, lid 2, punt a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen 2023/C 237/08

Bekendmaking van een aanvraag tot registratie van een naam overeenkomstig artikel 50, lid 2, punt a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen 2023/C 237/08

5.7.2023

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 237/13


Bekendmaking van een aanvraag tot registratie van een naam overeenkomstig artikel 50, lid 2, punt a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

(2023/C 237/08)

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad (1) uiterlijk drie maanden na deze bekendmaking bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag.

ENIG DOCUMENT

“Tome fraîche de l’Aubrac”

EU-nr.: PGI-FR-02839 — 25.4.2022

BOB ( ) BGA (X)

1. Naam/Namen

“Tome fraîche de l’Aubrac”

2. Lidstaat of derde land

Frankrijk

3. Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel

3.1. Productcategorie

Categorie 1.3. - Kaas

3.2. Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is

“Tome fraîche de l’Aubrac” is een geperste, ongekookte, ongezouten en ongerijpte kaas gemaakt van volle, rauwe koemelk (niet-gestandaardiseerd qua eiwitten en vetstoffen). “Tome fraîche de l’Aubrac” verkrijgt de BGA na de rijpingsfase.

“Tome fraîche de l’Aubrac” bevat na volledige droging minimaal 50 gram vet per 100 gram kaas en het drogestofgehalte mag niet lager zijn dan 50 gram per 100 gram kaas.

“Tome fraîche de l’Aubrac” is crèmekleurig tot lichtgeel, met enkele gaatjes. De kaas heeft een textuur die zowel soepel als stevig aanvoelt. De kaas smelt in de mond, piept bij het kauwen en is licht zuur. De aroma’s van “Tome fraîche de l’Aubrac” zijn zowel qua geur als smaak voornamelijk fris melkachtig en boterachtig, met een goede intensiteit. De smaak houdt lang aan in de mond.

Na het opwarmen is “Tome fraîche de l’Aubrac” zeer dradentrekkend, met een elastische textuur en een glad uiterlijk, belangrijke kwaliteiten die hebben bijgedragen aan de reputatie ervan.

3.3. Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong) en grondstoffen (alleen voor verwerkte producten)

Het basisrantsoen van het melkveebeslag bestaat uit voeder dat afkomstig is uit het geografische gebied. De enige toegelaten ruwvoedergewassen zijn samengesteld uit de plaatselijke flora van de natuurlijke of permanente weides en graslanden en uit grassen en voederleguminosen die op tijdelijke velden worden geteeld. Kuilmais, kuilgras, in plastic folie verpakt voeder en elk ander soort kuilvoeder zijn verboden in het basisrantsoen van het melkveebeslag. De melkkoeien grazen minimaal 170 dagen per jaar.

Er mag, gemiddeld genomen over alle lacterende melkkoeien en het hele jaar, per lacterende koe en per dag niet meer dan 6 kg bijvoer worden toegevoegd aan het basisrantsoen.

Het voeder van de dieren mag uitsluitend bestaan uit gewassen, nevenproducten en bijvoer afkomstig van niet-transgene producten.

Het aanvullende voeder voor het melkveebeslag bestaat uitsluitend uit de grondstoffen en de additieven die in de positieve lijst zijn opgenomen.

“Tome fraîche de l’Aubrac” wordt uitsluitend geproduceerd met rauwe, volle koemelk die niet-gestandaardiseerd is qua eiwitten en vetstoffen. Alle fysieke bewerkingen zijn verboden (behalve macrofiltratie).

De melk die voor “Tome fraîche de l’Aubrac” wordt gebruikt, mag alleen afkomstig zijn van melkveebeslagen bestaande uit koeien van de rassen Franse Simmental (rascode 35) en Aubrac (rascode 14) of van melkkoeien die voortkomen uit een kruising van deze twee rassen en een gecertificeerde afstamming hebben. Wat deze laatste betreft, mogen na de eerste generatie alleen melkkoeien die voortkomen uit een kruising met een stier van het ras Aubrac (rascode 14) tot het melkveebeslag worden toegelaten.

3.4. Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden

De melkproductie, de bereiding en de rijping van “Tome fraîche de l’Aubrac” vinden plaats in het geografische gebied.

Dat de voor het maken van “Tome fraîche de l’Aubrac” bestemde melk in het geografische gebied wordt geproduceerd, is gerechtvaardigd wegens de grote hoeveelheden voedergewassen in dit gebied, die bij het maken van de kaas worden benut. De combinatie van bodem, klimaat en hoogte zorgt ervoor dat de weiden opmerkelijke kwaliteiten hebben, met name een rijke, aromatische en overvloedige flora. Bovendien zorgt de beperking van de toevoeging van bijvoer ervoor dat het grootste deel van de droge stof die de melkkoeien opnemen, afkomstig is uit het afgebakende geografische gebied. Deze elementen dragen bij aan het verband tussen de kenmerken van het product en de geografische omgeving.

3.5. Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz. van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

“Tome fraîche de l’Aubrac” wordt in porties of in gemalen vorm verkocht. De kaas wordt niet alleen in stukken verkocht, maar ook vacuümverpakt, in folie verpakt of verpakt onder gewijzigde atmosfeer. “Tome fraîche de l’Aubrac” in gemalen vorm mag ingevroren in de handel worden gebracht.

3.6. Specifieke voorschriften betreffende de etikettering van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

Naast de verplichte vermeldingen overeenkomstig de regelgeving inzake de etikettering en de presentatie van levensmiddelen staat op het etiket van “Tome fraîche de l’Aubrac”, in hetzelfde gezichtsveld, het volgende:

de geregistreerde naam van de BGA staat vermeld in een lettertype dat minstens even groot is als twee derde van het grootste op het etiket voorkomende lettertype;

de vermelding “ongerijpte kaas” in duidelijk leesbare letters waarvan de grootte minstens gelijk is aan 50 % van die van de geregistreerde naam, in de onmiddellijke nabijheid van de geregistreerde naam;

het BGA-symbool van de Europese Unie.

De vermelding “buron” is onder de volgende voorwaarden toegestaan op het etiket, in reclame, op facturen of handelspapieren: de vermelding “buron” is voorbehouden voor kazen die zijn geproduceerd met melk van een enkele kudde die tijdens de transhumanceperiode (25 mei tot 13 oktober) wordt gemolken en tijdens deze periode graast op weiden die op meer dan 1 000 meter hoogte liggen. Om de term “buron” te mogen gebruiken, moeten de kazen zijn geproduceerd in gebouwen die zijn bestemd voor de kaasmakerij en die zijn gelegen in dit gebied met hooggelegen weiden. Per buron is één melkveebeslag toegestaan. Mobiele of lichte gebouwen zoals houten hutjes zijn niet toegelaten.

4. Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied

Het geografische gebied wordt begrensd door de volgende gemeenten of delen van gemeenten:

Departement Aveyron: Gemeenten Argences en Aubrac, Campouriez, Cantoin, Cassuéjouls, Castelnau-de-Mandailles, Le Cayrol, Condom-d’Aubrac, Coubisou, Curières, Entraygues-sur-Truyère (rechteroever van de Lot en linkeroever van de Truyère op de samenloop van de Lot en de Truyère), Espalion (rechteroever van de Lot), Estaing, Florentin-la-Capelle, Huparlac, Laguiole, Montézic, Montpeyroux, Le Nayrac, Pomayrols, Prades-d’Aubrac, Saint-Amans-des-Cots, Saint-Chély-d’Aubrac, Saint-Côme-d’Olt (rechteroever van de Lot), Saint Geniez d’Olt et d’Aubrac (rechteroever van de Lot), Saint-Laurent-d’Olt (rechteroever van de Lot), Saint-Symphorien-de-Thénières, Sainte-Eulalie-d’Olt (rechteroever van de Lot), Soulages-Bonneval.

Departement Cantal: Gemeenten Anterrieux, Chaudes-Aigues, Deux-Verges, Espinasse, Fridefont, Jabrun, Lieutadès, Maurines, Saint-Martial, Saint-Rémy-de-Chaudes-Aigues, Saint-Urcize, La Trinitat.

Departement Lozère: Gemeenten Banassac-Canilhac (rechteroever van de Lot), Les Bessons, Brion, Le Buisson, Chauchailles, La Fage-Montivernoux, La Fage-Saint-Julien, Fournels, Grandvals, Les Hermaux, Marchastel, Nasbinals, Noalhac, Peyre en Aubrac (enkel voor het grondgebied van de deelgemeenten d’Aumont-Aubrac, La Chaze-de-Peyre, Fau-de-Peyre, Sainte-Colombe-de-Peyre) Prinsuéjols-Malbouzon, Recoules-d’Aubrac, Saint-Chély-d’Apcher, Saint-Germain-du-Teil, Saint-Juéry, Saint-Laurent-de-Muret, Saint-Laurent-de-Veyrès, Saint-Pierre-de-Nogaret, Les Salces, Termes, Trélans.

5. Verband met het geografische gebied

Het verband tussen “Tome fraîche de l’Aubrac” en het geografisch gebied is gebaseerd op de specifieke kwaliteit ervan.

Het geografische gebied van de BGA “Tome fraîche de l’Aubrac” is beperkt tot Aubrac, een uitgestrekt gebied van heuvels en plateaus in de departementen Aveyron, Cantal en Lozère. Dit gebied heeft specifieke eigenschappen die verband houden met de bodem, het klimaat, de hoogte en de natuurlijke afbakening door het reliëf. Het gebied heeft basalt- en granietbodems. Het contrastrijke, ruwe klimaat is het gevolg van de botsing tussen de continentale en de door de bergen bepaalde invloed van de Auvergne (in de vorm van lange, koude (gemiddelde jaartemperatuur van 8° C in Laguiole) winters met veel wind en frequente sneeuwval) en de invloed van het zuiden (in de vorm van warmte en overvloedige regenval (meer dan 1 000 mm per jaar)). Centraal in het gebied liggen de bergen van Aubrac, een plateau met een hoogte van gemiddeld 1 000 m. In het westen en het zuiden wordt het geografische gebied natuurlijk afgebakend door de rivieren Truyère en Lot.

De combinatie van bodem, klimaat en hoogte zorgt ervoor dat de weiden opmerkelijke kwaliteiten hebben, met name een rijke, aromatische en overvloedige flora. Veel meer dan op andere plaatsen groeien er planten die rijk zijn aan aromatische moleculen (terpenen), zoals schermbloemigen, bijvoorbeeld de sister (Meum athaamanticum), samengesteldbloemigen (Achillea Centaurea) en lipbloemigen (Prunella grandiflora, Thymus).

De uitvinding van “Tome fraîche de l’Aubrac” wordt toegeschreven aan de monniken die zich in de twaalfde eeuw in Aubrac vestigden. “Tome fraîche de l’Aubrac” diende destijds als voedsel voor de pelgrims die op weg waren naar Santiago de Compostela. De “buronniers”, de kaasmakers die tijdens de transhumanceperiode op de bergweiden van Aubrac werkten, hebben de productie van de kaas in stand gehouden. Historisch en etymologisch onderzoek bevestigt dat met “Tome fraîche de l’Aubrac” gespeld met één “m”, een “onafgemaakte”, dat wil zeggen ongezouten, niet in een vorm gegoten en ongerijpte kaas werd aangeduid. Aan het einde van de jaren 1950 hadden de leegloop van het platteland en de verandering in de landbouwmethoden een grote invloed op de productie van de buron. De productie van “Tome fraîche de l’Aubrac” werd vanaf 1960 nieuw leven ingeblazen dankzij een groep jonge boeren die een coöperatieve kaasmakerij oprichtten.

“Tome fraîche de l’Aubrac” wordt gemaakt van volle, rauwe melk van koeien van twee landrassen uit het middengebergte, de Franse Simmental en de Aubrac. De beperking op de jaarlijkse melkproductie per koe en genetische selectie hebben het mogelijk gemaakt om het eiwitgehalte van de melk in verhouding tot het vetgehalte te verhogen, waardoor de melk zeer geschikt is om er kaas van te maken. Voeder op basis van weidegras en hooi, dat geproduceerd is in het geografische gebied, zonder gefermenteerd voer, draagt hier ook aan bij, net als het beperken van het gebruik van supplementen. Tijdens het productieproces wordt een tome-pers gebruikt voor het uitlekken. Deze stap wordt gevolgd door een rijping om verzuring van de tome met behulp van fermentatie mogelijk te maken, wat nodig is voor de ontwikkeling van de uiteindelijke kenmerken.

“Tome fraîche de l’Aubrac” wordt uitsluitend geproduceerd van rauwe volle koemelk. De kaas is ongezouten en ongerijpt. “Tome fraîche de l’Aubrac” is zowel qua geur als smaak fris melkachtig en boterachtig. “Tome fraîche de l’Aubrac” heeft een textuur die zowel soepel als stevig aanvoelt, met enkele gaatjes. Na het opwarmen is “Tome fraîche de l’Aubrac” zeer dradentrekkend, met een elastische textuur en een glad uiterlijk.

“Tome fraîche de l’Aubrac” is het resultaat van de knowhow die afkomstig is van de buronniers uit Aubrac. In de loop der jaren is deze kaas de basis geworden voor culinaire specialiteiten die kenmerkend zijn voor de regio Aubrac, zoals de aligot. Vandaag de dag worden de traditionele ambachtelijke landbouwactiviteiten in stand gehouden door de producenten van “Tome fraîche de l’Aubrac”, die hiermee bijdragen aan een evenwichtige lokale economie.

De productieomstandigheden van “Tome fraîche de l’Aubrac” zijn rechtstreeks van invloed op de uiteindelijke kwaliteit ervan. Vooral de combinatie van de keuze van de rassen, het voeder voor de melkkoeien en het achterwege laten van hitte- of fysieke behandelingen (productie met rauwe, volle melk) zorgt ervoor dat “Tome fraîche de l’Aubrac” na opwarming dradentrekkend is. Om de kenmerken van “Tome fraîche de l’Aubrac” te waarborgen is het dus van essentieel belang dat de melkproductie plaatsvindt in het geografische gebied.

De melkkoeien van de rassen Franse Simmental en Aubrac hebben zich bijzonder goed aangepast aan de omgeving in het geografische gebied. Dankzij hun gehardheid kunnen de koeien het voederpotentieel van het gebied optimaal benutten en zijn ze bestand tegen lange, strenge winters. Het gras en het gedroogde voeder waarmee ze zich voeden zijn gevarieerd en rijk aan aromatische planten, die de melk smaak geven.

De keuze voor de rassen Franse Simmental en Aubrac maakt het ook mogelijk om melk te produceren met een evenwichtig eiwit- en vetgehalte, een essentieel criterium voor de productie met volle melk. Naast het feit dat het verband tussen het product en het geografische gebied wordt versterkt door de instandhouding van daar gangbare landbouwmethoden, is de melk beter geschikt voor het maken van kaas, dankzij de beperkte jaarlijkse productie per melkkoe en het verbod op gefermenteerd voer in het voeder. Wat de verwerking betreft, zorgt het beperkte vetgehalte van de melk “vanaf de uier van de koe” voor controle over de uitlekfase, wat belangrijk is voor de productie van “Tome fraîche de l’Aubrac”, die immers plaatsvindt zonder zouten en rijpen.

Door het niet toepassen van een hittebehandeling van de melk voor de productie van “Tome fraîche de l’Aubrac” blijven de mineraalbalans en de stevigheid van de eiwitstructuur van de melk behouden, wat bijdraagt aan de fysieke structuur van “Tome fraîche de l’Aubrac” na het opwarmen (zeer dradentrekkend, elastisch, met een glad uiterlijk). Bovendien vereist het maken van kaas van rauwe melk, in overeenstemming met de werkwijzen die vanouds worden toegepast, een speciale aanpak van de kaasmaker, die zijn knowhow moet afstemmen op de grondstof.

De tome wordt gemaakt van melk die bijzonder rijk is aan eiwitten. Tijdens het rijpingsproces zorgt de verzuring van de tome met behulp van fermentatie voor de draderige textuur van “Tome fraîche de l’Aubrac”, die ontstaat na het opwarmen van de kaas. De fase van rijping die door de kaasmaker wordt toegepast, is ook verantwoordelijk voor de zachte, stevige textuur en het uiterlijk van “Tome fraîche de l’Aubrac” en voor de frisse, boterachtige melkaroma’s.

“Tome fraîche de l’Aubrac” wordt voornamelijk gebruikt als ingrediënt, met name in de typische culinaire specialiteiten uit de Aubrac. De tome komt ook prominent voor in verschillende recepten op websites en in kookblogs. De kaas heeft zijn reputatie met name te danken aan de dradentrekkende structuur na het opwarmen. De tome wordt alom gewaardeerd door de gebruikers, of het nu consumenten, distributeurs, restauranthouders of kaasfabrikanten en -handelaren zijn. Daarnaast wordt de kaas in de literatuur en in de pers onder de aandacht gebracht (Inventaire du patrimoine culinaire de la France - Région Midi-Pyrénées, 1996; Ouest France, 1990; Terroirs de France nr. 4, 2014).

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier

https://info.agriculture.gouv.fr/gedei/site/bo-agri/document_administratif-d5aa5390-66d3-4539-8727-0fb5d16e421b


(1)PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.