Home

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

BESLUIT VAN DE RAAD

Brussel, 26.4.2024

COM(2024) 191 final

2024/0102(NLE)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

TOELICHTING

Op basis van de onderhandelingsrichtsnoeren die de Raad in december 2014 had vastgesteld, heeft de Commissie met Andorra en San Marino onderhandeld over een verreikende associatieovereenkomst die voorziet in de deelname van deze landen aan de interne markt van de Europese Unie en in samenwerking buiten het kader van de vier vrijheden. In zijn conclusies van juni 2022 heeft de Raad de Commissie verzocht de onderhandelingen voor eind 2023 af te ronden. Op 7 december 2023 werden de onderhandelingen afgerond en werd op het niveau van de hoofdonderhandelaars overeenstemming bereikt over een associatieovereenkomst. De onderhandelingen werden gevoerd in overleg met de Groep EVA van de Raad. Het Europees Parlement is op de hoogte gebracht van het resultaat van de onderhandelingen.

Bijgaand voorstel vormt het rechtsinstrument voor het verlenen van machtiging tot ondertekening en voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra (hierna “Andorra” genoemd) en de Republiek San Marino (hierna “San Marino” genoemd) (hierna “de overeenkomst” genoemd).

De overeenkomst voorziet in de deelname van respectievelijk Andorra en San Marino aan een homogene uitgebreide interne markt onder gelijke mededingingsvoorwaarden en met inachtneming van dezelfde regels, en het bijbehorende horizontale en flankerende beleid, en vervangt tegelijkertijd de huidige douane-unies tussen de EU en elk van deze landen.

Daarnaast bevat de overeenkomst een kader voor mogelijke samenwerking op beleidsterreinen die buiten de vier vrijheden vallen, zoals onderzoek en ontwikkeling, onderwijs, sociaal beleid, milieu, consumentenbescherming, cultuur en regionale samenwerking.

Om de doeltreffende werking van de interne markt te waarborgen, voorziet de overeenkomst in een dynamische afstemming van de regelgeving. Ook is bepaald dat de Commissie verantwoordelijk is voor de toepassing van de EU-wetgeving inzake staatssteun in Andorra en San Marino. De overeenkomst bevat voorts bepalingen tot instelling van een geschillenbeslechtingsmechanisme met het Hof van Justitie van de Europese Unie als arbiter voor geschillen over de interpretatie en toepassing van de overeenkomst.

Tot slot wordt rekening gehouden met de situatie van Andorra en San Marino als kleine staten, overeenkomstig Verklaring nr. 3 over artikel 8 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) 1 . Dit komt tot uiting in een aantal aanpassingen aan de bepalingen van de rechtshandelingen van de EU die zijn opgenomen in de bijlagen bij de overeenkomst, alsook in verschillende overgangsperioden voor de uitvoering en toepassing van delen van het EU-acquis. Sectorale aanpassingen hebben met name betrekking op het gebied van het vrije verkeer van personen, waarvoor kwantitatieve beperkingen voor bepaalde soorten verblijf zijn vastgesteld, geïnspireerd op die welke met Liechtenstein zijn overeengekomen in de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte 2 . Er is ook voorzien in overgangsperioden op gebieden als telecommunicatie, vervoer en energie. Er zijn ook specifieke aanpassingen opgenomen met betrekking tot het ontbreken van een bepaalde industriële sector, zoals delen van de vervoerssector.

De overeenkomst voorziet ook in een gefaseerde toegang tot de interne markt van de EU voor financiële diensten, waarbij Andorra en San Marino kunnen besluiten geen toegang te zoeken tot de gehele interne markt van de EU voor financiële diensten. Deze mogelijkheid geldt niet langer dan 15 jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst. Gezien de specifieke kenmerken van Andorra en San Marino en de daarmee verband houdende specifieke regels en bepalingen die zijn ingevoerd om een ordelijke en gezonde marktintegratie mogelijk te maken, was het noodzakelijk de markttoegang op het gebied van financiële diensten aan specifieke waarborgen te verbinden, als aanvulling op de bepalingen die de betrekkingen tussen de lidstaten op de interne markt regelen, met name wat betreft de vereisten inzake lokale dienstverlening en de noodbevoegdheden van de Europese toezichthoudende autoriteiten.

De overeenkomst is een belangrijke mijlpaal die rechtstreeks beantwoordt aan, enerzijds, de doelstelling van de EU om bijzondere betrekkingen met de buurlanden te ontwikkelen, zoals uiteengezet in artikel 8 VEU, en, anderzijds, het verklaarde belang van deze twee landen om een hechtere band met de EU op te bouwen.

De belangrijkste belangen van de EU, zoals vermeld in de mededeling van de Commissie van 2012 3 en het verslag van 2013 4 , die in latere conclusies van de Raad en uiteindelijk in de onderhandelingsrichtsnoeren van de Raad tot uiting komen, omvatten de bijdrage die nauwere economische banden kunnen leveren aan meer werkgelegenheid, handel en investeringen in EU-regio’s die aan deze landen grenzen. Gezien de belemmeringen voor de toegang van kleine landen tot de interne markt van de EU en de samenwerking op andere gebieden, zou er een aanzienlijk potentieel zijn om de betrekkingen verder te ontwikkelen, tot wederzijds voordeel, door belemmeringen voor grensoverschrijdende economische activiteiten weg te nemen.

Daarnaast voorziet de overeenkomst in een coherent en efficiënt institutioneel kader voor de betrekkingen, met inbegrip van institutionele bepalingen om de homogeniteit en de goede werking van de interne markt, de ondeelbaarheid van de vier vrijheden en de rechtszekerheid te waarborgen, rekening houdend met de bijzondere situatie van elk van deze landen.

a) De EU en Andorra

De EU en Andorra hebben geleidelijk nauwe banden tot stand gebracht, onder meer na de sluiting van verschillende bilaterale overeenkomsten.

De hieronder vermelde bilaterale overeenkomsten houden op van kracht te zijn en worden vervangen door de overeenkomst. Zij komen te vervallen op de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst.

  • Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Prinsdom Andorra van 28 juni 1990 5 , en

  • Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en het Prinsdom Andorra van 15 november 2004 6 .

De onderstaande bilaterale overeenkomsten blijven van kracht na de inwerkingtreding van de overeenkomst:

  • Monetaire overeenkomst tussen de Europese Unie en het Vorstendom Andorra van 30 juni 2011 7 , en

  • Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en het Vorstendom Andorra waarbij wordt voorzien in maatregelen van gelijke strekking als die welke zijn vervat in Richtlijn 2003/48/EG van de Raad betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling van 15 november 2004 8 .

b) De EU en San Marino

De EU en San Marino hebben geleidelijk nauwe banden tot stand gebracht, onder meer na de sluiting van verschillende bilaterale overeenkomsten.

De hieronder vermelde bilaterale overeenkomst houdt op van kracht te zijn en wordt vervangen door de overeenkomst. Zij komen te vervallen op de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst.

  • Overeenkomst tot instelling van een douane-unie en samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek San Marino van 16 december 1991 9 .

De onderstaande bilaterale overeenkomsten blijven van kracht na de inwerkingtreding van de overeenkomst:

  • Monetaire overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek San Marino van 27 maart 2012 10 , en

  • Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek San Marino waarbij wordt voorzien in maatregelen van gelijke strekking als die welke zijn vervat in Richtlijn 2003/48/EG van de Raad betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling. Memorandum van overeenstemming van 7 december 2004 11 .

   Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie

De overeenkomst is volledig in overeenstemming met het EU-beleid en de Verdragen, met behoud van de integriteit en de autonomie van de rechtsorde van de EU. De overeenkomst verplicht de EU er niet toe haar regels, voorschriften of normen op enig gereglementeerd gebied te wijzigen. Aldus worden de waarden, de doelstellingen en de belangen van de EU bevorderd, en wordt gezorgd voor de samenhang, de doeltreffendheid en de continuïteit van haar beleid en haar optreden.

De hieronder uiteengezette tussentijdse oplossingen zijn tijdens de voorlopige toepassing nodig om de zeer omvangrijke en ophanden zijnde actualisering van het EU-acquis dat is opgenomen in de geassocieerde-staatprotocollen en de bijlagen daarbij, mogelijk te maken, met het oog op een dynamische afstemming tijdens de voorlopige toepassing:

  1. Het is passend de Commissie te machtigen, overeenkomstig artikel 218, lid 7, VWEU, om namens de Unie bepaalde wijzigingen van de overeenkomst goed te keuren die volgens een vereenvoudigde procedure of door een bij de overeenkomst opgericht orgaan moeten worden vastgesteld. Dergelijke wijzigingen hebben betrekking op artikel 108 van de kaderovereenkomst wat betreft wijzigingen van de geassocieerde-staatprotocollen, met uitzondering van de bijlagen. De Commissie dient de Raad vooraf in kennis te stellen van de bovengenoemde voorgestelde wijzigingen. De Raad kan tegen die voorgestelde wijzigingen bezwaar maken door een blokkerende minderheid van de Raad overeenkomstig artikel 16, lid 4, VEU. In dat geval moet de Commissie de voorgestelde wijzigingen namens de Unie verwerpen, onverminderd de mogelijkheid om vervolgens overeenkomstig artikel 218, lid 9, VWEU een voorstel bij de Raad in te dienen.

  2. Het is ook passend de Commissie overeenkomstig artikel 218, lid 7, VWEU te machtigen om namens de Unie haar goedkeuring te hechten aan het standpunt met betrekking tot besluiten van de Gemengde Comités waarbij de in de bijlagen bij de geassocieerde-staatprotocollen opgenomen EU-handelingen eenvoudig worden uitgebreid tot respectievelijk Andorra en San Marino, onder voorbehoud van technische aanpassingen.

Er bestaan robuuste handhavingsmechanismen om de naleving van de verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst te waarborgen. De overeenkomst biedt de partijen ook de mogelijkheid om maatregelen te nemen ter bescherming van hun belangen, zoals compenserende maatregelen voor de onjuiste toepassing van de overeenkomst, vrijwaringsmaatregelen in geval van ernstige economische, maatschappelijke en milieuproblemen van regionale aard die door de toepassing van de overeenkomst worden veroorzaakt, of vrijwaringsmaatregelen in geval van een terroristische aanslag, een natuurramp of een door de mens veroorzaakte ramp die een van de partijen treft. Het is belangrijk dat de EU die maatregelen ten volle snel en doeltreffend kan toepassen. Daartoe moet, totdat een specifiek wetgevingsbesluit tot regeling van de vaststelling van bovengenoemde maatregelen in de EU in werking treedt, elk besluit van de EU om dergelijke maatregelen te nemen, door de Commissie worden genomen overeenkomstig de voorwaarden van de overeenkomstige bepalingen van de overeenkomst.

De overeenkomst bevat de volgende elementen: een kaderovereenkomst; zeven kaderprotocollen; twee geassocieerde-staatprotocollen; en 25 technische bijlagen bij elk geassocieerde-staatprotocol, met alle rechtshandelingen van de EU die binnen het toepassingsgebied van de overeenkomst vallen.

De voornaamste elementen van het voorstel zijn:

a) De kaderovereenkomst

De kaderovereenkomst bevat de essentiële elementen voor de toekomstige associatie tussen de EU en respectievelijk Andorra en San Marino, die de deelname van Andorra en San Marino aan een homogene uitgebreide interne markt onder gelijke mededingingsvoorwaarden en met inachtneming van dezelfde regels garandeert en tegelijkertijd een kader schept voor de ontwikkeling en bevordering van dialoog en samenwerking op andere gebieden van gemeenschappelijk belang. In de kaderovereenkomst is bepaald dat Andorra en San Marino het Unierechtelijke beginsel van non-discriminatie op grond van nationaliteit moeten eerbiedigen.

De kaderovereenkomst biedt ook een coherent, doeltreffend en efficiënt institutioneel kader om de homogeniteit van de interne markt en de rechtszekerheid voor (onder meer) marktdeelnemers en burgers te waarborgen.

De overeenkomst biedt de mogelijkheid dat de EU en een van de geassocieerde staten de overeenkomst reeds toepassen, in afwachting van de afronding van de ratificatieprocedure voor de inwerkingtreding van de overeenkomst tussen de drie overeenkomstsluitende partijen.

b) Zeven kaderprotocollen

De overeenkomst bevat zeven kaderprotocollen ter verduidelijking en nadere invulling van de bepalingen van de kaderovereenkomst.

Van deze kaderprotocollen bevat Kaderprotocol nr. 1 (betreffende horizontale aanpassingen) een aantal algemene regels, onder meer met betrekking tot de werking van specifieke aanpassingen, waaronder overgangsperioden en bepaalde afwijkingen.

Kaderprotocol nr. 3 (betreffende financiële diensten) is opgezet op basis van de volgende elementen:

  • de toegang tot de eengemaakte markt van de EU voor financiële diensten hangt af van een uitgebreide evaluatie van de volledige en doeltreffende uitvoering van het EU-acquis voor de financiële sector en de robuustheid van de regelgevings- en toezichtskaders van de geassocieerde staten;

  • het kaderprotocol voorziet in een gefaseerde aanpak, waarbij de geassocieerde staten kunnen besluiten geen toegang proberen te verkrijgen tot de gehele interne markt van de EU voor financiële diensten. Deze mogelijkheid geldt niet langer dan 15 jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst;

  • markttoegang vereist de goedkeuring door de Commissie van een positieve aanbeveling dat aan alle in het protocol gestelde noodzakelijke voorwaarden is voldaan;

  • indien de regelgevings- of toezichtskaders van een geassocieerde staat tekortkomingen vertonen, heeft de EU de mogelijkheid om de markttoegang op te schorten;

  • lokale aanwezigheid en verlening van diensten in de geassocieerde staten zijn vereist;

  • naleving van het acquis inzake de bestrijding van het witwassen van geld is een voorwaarde om toegang te krijgen tot de EU-markt voor financiële diensten;

  • de Europese toezichthoudende autoriteiten zullen een belangrijke rol spelen in het auditproces, waaraan ook de bevoegde autoriteiten van de EU-lidstaten kunnen deelnemen. Bovendien zullen zij hun gezag ten aanzien van de geassocieerde staten en hun financiële dienstensector kunnen uitoefenen.

De andere kaderprotocollen hebben betrekking op aspecten als: a) de tenuitvoerlegging van mededingingsregels ten aanzien van ondernemingen; b) de organisatie van de samenwerking op het gebied van statistiek; c) de status van het Parlementair Associatiecomité; d) arbitrageprocedures; en e) bestaande overeenkomsten.

c) Twee geassocieerde-staatprotocollen

De geassocieerde-staatprotocollen betreffen aangelegenheden die strikt bilateraal zijn (tussen de EU en een van de geassocieerde staten), zoals bepalingen inzake douanesamenwerking.

d) 25 bijlagen bij elk geassocieerde-staatprotocol

Elk geassocieerde-staatprotocol gaat vergezeld van 25 bijlagen met de rechtshandelingen van de EU die binnen het toepassingsgebied van de overeenkomst vallen. De bijlagen bevatten verscheidene sectorale of specifieke aanpassingen aan de specifieke kenmerken van Andorra en San Marino die voortvloeien uit de specifieke nabijheid van hun buurlanden, hun omvang en hun relatief kleine bevolking. De bijlagen bevatten ook overgangsperioden voor de overname, uitvoering en toepassing van bepaalde EU-rechtshandelingen door de twee landen.

Bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden)

Bijlage VI (Sociale zekerheid)

Bijlage XI (Elektronische communicatie, audiovisuele diensten en informatiemaatschappij)

Bijlage XVI (Aanbestedingen)

Bijlage XXI (Statistiek)

Bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie)

Bijlage VII (Erkenning van beroepskwalificaties)

Bijlage XII (Vrij verkeer van kapitaal)

Bijlage XVII (Intellectuele eigendom)

Bijlage XXII (Vennootschapsrecht)

Bijlage III (Productaansprakelijkheid)

Bijlage VIII (Recht van vestiging)

Bijlage XIII (Vervoer)

Bijlage XVIII (Gezondheid en veiligheid op het werk, arbeidsrecht en gelijke behandeling van mannen en vrouwen)

Bijlage XXIII (Douane)

Bijlage IV (Energie)

Bijlage IX (Financiële diensten)

Bijlage XIV (Mededinging)

Bijlage XIX (Consumentenbescherming)

Bijlage XXIV (Landbouw)

Bijlage V (Vrij verkeer van werknemers)

Bijlage X (Algemene diensten)

Bijlage XV (Staatssteun)

Bijlage XX (Milieu-klimaat)

Bijlage XXV (Handel)

BIJLAGEN:

Bijlage, deel 1: Kaderovereenkomst, kaderprotocollen

Bijlage, deel 2: Andorra-protocol

Bijlage, deel 3: Bijlage I bij het Andorra-protocol

Bijlage, deel 4: Bijlage II bij het Andorra-protocol

Bijlage, deel 5: Bijlagen III, IV, V, VI, VII, VIII, IX en X bij het Andorra-protocol

Bijlage, deel 6: Bijlagen XI, XII, XIII, XIV, XV, XVI, XVII, XVIII en XIX bij het Andorra-protocol

Bijlage, deel 7: Bijlagen XX, XXI, XXII, XXIII, XXIV en XXV bij het Andorra-protocol

2024/0102 (NLE)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

Bijlage, deel 8: San Marino-protocol

Bijlage, deel 9: Bijlage I bij het San Marino-protocol

Bijlage, deel 10: Bijlage II bij het San Marino-protocol

Bijlage, deel 11: Bijlagen III, IV, V, VI, VII, VIII, IX en X bij het San Marino-protocol

Bijlage, deel 12: Bijlagen XI, XII, XIII, XIV, XV, XVI, XVII, XVIII en XIX bij het San Marino-protocol

Bijlage, deel 13: Bijlagen XX, XXI, XXII, XXIII, XXIV en XXV bij het San Marino-protocol

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), en met name artikel 217, in samenhang met artikel 218, lid 5, en artikel 218, lid 8, tweede alinea,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Op 16 december 2014 heeft de Raad de Europese Commissie gemachtigd om namens de Europese Unie ( “de Unie”) te onderhandelen over een associatieovereenkomst met het Vorstendom Andorra (“Andorra”), het Vorstendom Monaco (“Monaco”) en de Republiek San Marino (“San Marino”). De onderhandelingen zijn gevoerd volgens de onderhandelingsrichtsnoeren van de Raad van 16 december 2014.

  2. Op 17 september 2023 kwamen Monaco en de Europese Commissie overeen de onderhandelingen op te schorten nadat beide partijen tot de bevinding waren gekomen dat het onmogelijk was om enerzijds de onderhandelingsrichtsnoeren van de Europese Commissie en anderzijds de door Monaco gestelde grenzen, met name om de leef-, arbeids- en huisvestingsomstandigheden van zijn onderdanen in het land ongewijzigd te houden, met elkaar in overeenstemming te brengen.

  3. Rekening houdend met de nauwe historische, geografische, culturele, politieke en economische banden tussen de Unie, Andorra en San Marino en hun wens om hun betrekkingen te verdiepen, te diversifiëren en te onderhouden door een alomvattend en samenhangend rechtskader tot stand te brengen, zijn op 12 december 2023 de onderhandelingen met Andorra en San Marino afgerond.

  4. De Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Unie en respectievelijk Andorra en San Marino (hierna “de overeenkomst” genoemd), voorziet in de deelname van beide landen aan de interne markt van de Unie en het daarmee verband houdende horizontale en flankerende beleid, en vervangt tegelijkertijd de huidige douane-unies tussen de Unie en elk van deze landen. De overeenkomst bevat ook een kader voor mogelijke samenwerking op beleidsterreinen die buiten de vier vrijheden vallen, zoals onderzoek en ontwikkeling, onderwijs, sociaal beleid, milieu, consumentenbescherming, cultuur en regionale samenwerking.

  5. Om de doeltreffende werking van de interne markt van de Unie te waarborgen, voorziet de overeenkomst in een dynamische afstemming van de regelgeving. De overeenkomst bevat voorts bepalingen tot instelling van een geschillenbeslechtingsmechanisme met het Hof van Justitie van de Europese Unie als arbiter voor geschillen over de interpretatie en toepassing van de overeenkomst.

  1. Er wordt rekening gehouden met de situatie van Andorra en San Marino als kleine staten, overeenkomstig Verklaring nr. 3 over artikel 8 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU). Dit komt tot uiting in een aantal aanpassingen van de bepalingen van rechtshandelingen van de Unie die in de bijlagen bij de overeenkomst zijn opgenomen, alsook in verschillende overgangsperioden voor de uitvoering en toepassing van delen van het acquis van de Unie.

  2. De overeenkomst voorziet in een gefaseerde toegang tot de interne markt van de Unie voor financiële diensten, waarbij Andorra en San Marino kunnen besluiten geen toegang te zoeken tot de gehele interne markt van de EU voor financiële diensten. Deze mogelijkheid geldt niet langer dan 15 jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst.

  3. Gezien de specifieke kenmerken van Andorra en San Marino en de daarmee verband houdende specifieke regels en bepalingen die zijn ingevoerd om een ordelijke en gezonde marktintegratie mogelijk te maken, was het noodzakelijk de markttoegang op het gebied van financiële diensten aan specifieke waarborgen te verbinden, als aanvulling op de bepalingen die de betrekkingen tussen de lidstaten op de interne markt regelen, met name wat betreft de vereisten inzake lokale dienstverlening en de noodbevoegdheden van de Europese toezichthoudende autoriteiten.

  4. De toegang tot de interne markt van de Unie voor financiële diensten moet daarom afhangen van een alomvattende evaluatie van de volledige en effectieve uitvoering van het acquis van de Unie voor de financiële sector en de robuustheid van de regelgevings- en toezichtskaders van Andorra en San Marino, en vereist dat de Europese Commissie een positieve aanbeveling vaststelt omdat aan alle in de overeenkomst gestelde noodzakelijke voorwaarden is voldaan. De beoordeling van de regelgevings- en toezichtskaders van Andorra en San Marino moet gebaseerd zijn op het regelgevingskader van de Unie.

  5. De overeenkomst dient op voorlopige basis te worden toegepast in overeenstemming met artikel 112 ervan, dat voorziet in de voorlopige toepassing van de overeenkomst voorafgaand aan de inwerkingtreding, in afwachting van de voltooiing van de voor de sluiting ervan benodigde procedures.

  6. Het is passend de voorwaarden vast te stellen voor de vertegenwoordiging van de Unie in het Associatiecomité en de Gemengde Comités die bij de overeenkomst worden ingesteld. Overeenkomstig artikel 17, lid 1, VEU dient de Europese Commissie de Unie te vertegenwoordigen en de standpunten van de Unie uit te drukken overeenkomstig de Verdragen.

  7. Overeenkomstig artikel 218, lid 7, VWEU is het ook passend de voorwaarden vast te stellen voor het nemen van besluiten over de standpunten die namens de Unie moeten worden ingenomen in de bij de overeenkomst opgerichte Gemengde Comités, teneinde te waarborgen dat de rechtshandelingen van de Unie op de onder de overeenkomst vallende gebieden zo spoedig mogelijk na de vaststelling ervan en de toezending ervan aan Andorra en San Marino in de overeenkomst worden opgenomen, om ervoor te zorgen dat die rechtshandelingen zoveel mogelijk gelijktijdig worden toegepast in de Unie en respectievelijk Andorra en San Marino.

  8. Het is passend de Europese Commissie overeenkomstig artikel 218, lid 7, VWEU te machtigen om namens de Unie bepaalde wijzigingen van de overeenkomst goed te keuren die overeenkomstig de bepalingen van die overeenkomst volgens een vereenvoudigde procedure of door een bij de overeenkomst opgericht orgaan moeten worden aangenomen. De procedure voor raadpleging van de Raad over dergelijke wijzigingen moet worden vastgesteld.

  9. Om de Unie in staat te stellen snel en doeltreffend op te treden om haar belangen te beschermen overeenkomstig de overeenkomst, en totdat een specifieke wetgevingshandeling tot regeling van de vaststelling van corrigerende maatregelen in het kader van de overeenkomst is vastgesteld en in de Unie in werking treedt, moet de Europese Commissie de bevoegdheid krijgen corrigerende maatregelen te nemen, zoals compenserende maatregelen voor de onjuiste toepassing van de overeenkomst, vrijwaringsmaatregelen in geval van ernstige economische, maatschappelijke en milieuproblemen van regionale aard die worden veroorzaakt door de toepassing van de overeenkomst, of vrijwaringsmaatregelen in geval van een terroristische aanslag of een natuur- of door de mens veroorzaakte ramp die de Unie treft.

  10. De overeenkomst moet namens de Unie worden ondertekend en de aangehechte verklaringen moeten namens de Unie worden goedgekeurd.

  11. De Europese Commissie moet zorgen voor de ondertekening van de overeenkomst, onder voorbehoud van de sluiting ervan,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De ondertekening van de overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Unie en respectievelijk Andorra en San Marino wordt hierbij namens de Unie goedgekeurd, onder voorbehoud van de sluiting van die overeenkomst.

De tekst van de te ondertekenen overeenkomst is aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

  1. De Europese Commissie vertegenwoordigt de Unie in het Associatiecomité, de Gemengde Comités, de Subcomités douanesamenwerking, de Subcomités voedselveiligheid en veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden, de Subcomités financiële diensten, het Subcomité statistiek, alsmede in andere subcomités en werkgroepen die zijn opgericht overeenkomstig artikel 76, lid 8, van de kaderovereenkomst.

  2. Wanneer de Europese Commissie de Unie vertegenwoordigt in bij de overeenkomst opgerichte organen, stelt zij de Raad tijdig in kennis van de besprekingen en het resultaat van de vergaderingen en van de tijdens die vergaderingen vastgestelde handelingen. De Europese Commissie brengt waar passend ook het Europees Parlement op de hoogte.

Artikel 3

  1. Wanneer de Europese Commissie bij de Raad een voorstel indient dat volgens haar binnen een gebied valt dat onder de overeenkomst valt, deelt zij mee dat de toekomstige rechtshandeling na de vaststelling ervan zal worden uitgebreid tot respectievelijk Andorra en San Marino.

  1. De Europese Commissie wordt gemachtigd om namens de Unie in de in artikel 76 van de kaderovereenkomst bedoelde Gemengde Comités een standpunt in te nemen met betrekking tot besluiten waarbij rechtshandelingen van de Unie eenvoudig worden uitgebreid tot respectievelijk Andorra en San Marino, onder voorbehoud van de nodige technische aanpassingen.

  2. Voor andere dan de in lid 2 van dit artikel bedoelde besluiten van de Gemengde Comités worden de namens de Unie in te nemen standpunten vastgesteld volgens de procedure van artikel 218, lid 9, VWEU.

Artikel 4

  1. Onverminderd artikel 3 wordt de Commissie gemachtigd om namens de Unie haar goedkeuring te hechten aan wijzigingen van de geassocieerde-staatprotocollen bij de overeenkomst die door de Gemengde Comités moeten worden aangenomen overeenkomstig artikel 108 van de kaderovereenkomst.

  2. De Commissie legt de in lid 1 genoemde voorgestelde wijzigingen vóór de goedkeuring ervan voor aan de Raad.

De Commissie keurt die voorgestelde wijzigingen namens de Unie goed, tenzij een aantal lidstaten, dat overeenkomstig artikel 16, lid 4, VEU een blokkerende minderheid van de Raad vormt, daartegen binnen een maand nadat de Commissie ze bij de Raad heeft ingediend, bezwaar maakt. Indien een dergelijk bezwaar wordt gemaakt, verwerpt de Commissie de voorgestelde wijzigingen namens de Unie.

Artikel 5

De Europese Commissie zendt de ontwerpbeoordelingscriteria en -methoden die zij uit hoofde van artikel 10 van Kaderprotocol nr. 3 (betreffende financiële diensten) bij de overeenkomst van de Europese toezichthoudende autoriteiten heeft ontvangen, toe en stelt de Raad daarvan in kennis voordat zij worden vastgesteld.

Artikel 6

Alvorens een besluit vast te stellen overeenkomstig artikel 15 van Kaderprotocol nr. 3 (betreffende financiële diensten) stellen de toezichthoudende autoriteiten van de EU de Commissie daarvan in kennis, die de Raad daarvan in kennis stelt.

Artikel 7

Totdat een specifieke wetgevingshandeling tot regeling van de vaststelling van de in de punten a) tot en met c) van dit artikel genoemde maatregelen in de Unie in werking treedt, wordt elk besluit van de Unie om dergelijke maatregelen te nemen, door de Commissie genomen overeenkomstig de voorwaarden in de desbetreffende bepalingen van de overeenkomst:

  1. compenserende maatregelen voor de onjuiste toepassing van de overeenkomst, met het oog op het verhelpen van onevenwichtigheden, overeenkomstig artikel 90 van de kaderovereenkomst;

  2. vrijwaringsmaatregelen in geval van ernstige economische, maatschappelijke en milieuproblemen van regionale aard die door de toepassing van de overeenkomst worden veroorzaakt en waarschijnlijk zullen aanhouden, overeenkomstig artikel 97 van de kaderovereenkomst;

  3. vrijwaringsmaatregelen in geval van een terroristische aanslag, een natuurramp of een door de mens veroorzaakte ramp die de Unie treft, overeenkomstig artikel 98 van de kaderovereenkomst.

Artikel 8

  1. Onder voorbehoud van sluiting op een later tijdstip en in afwachting van haar inwerkingtreding wordt de overeenkomst voorlopig toegepast door de drie overeenkomstsluitende partijen, overeenkomstig artikel 112, lid 2, van de kaderovereenkomst, vanaf de eerste dag na de maand waarin een overeenkomstsluitende partij haar akten van bekrachtiging, sluiting of goedkeuring bij het secretariaat-generaal van de Raad van de EU heeft neergelegd, tenzij een andere overeenkomstsluitende partij meedeelt dat een dergelijke voorlopige toepassing niet mag plaatsvinden.

  2. Indien niet is voldaan aan de voorwaarden voor voorlopige toepassing tussen alle drie overeenkomstsluitende partijen overeenkomstig lid 1 van dit artikel en artikel 112, lid 2, van de kaderovereenkomst, wordt de overeenkomst tussen de Unie en een van de andere overeenkomstsluitende partijen toegepast vanaf de eerste dag van de tweede maand volgende op de maand waarin de EU of die overeenkomstsluitende partij haar akten van bekrachtiging, sluiting of goedkeuring bij het secretariaat-generaal van de Raad van de Unie heeft neergelegd, tenzij een van deze twee overeenkomstsluitende partijen meedeelt dat een dergelijke voorlopige toepassing niet mag plaatsvinden.

Artikel 9

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel,

BIJLAGE bij het Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

Brussel, 26.4.2024

COM(2024) 191 final

PREAMBULE

WIJZEND OP de nauwe historische, geografische, culturele, politieke en economische banden tussen de EU en elke geassocieerde staat, mede in de vorm van bestaande overeenkomsten, alsmede op de specifieke banden van nabijheid tussen elke geassocieerde staat en een of meer EU-lidstaten;


OVERWEGENDE de banden die geleidelijk tot stand zijn gebracht tussen de EU en Andorra, onder andere als gevolg van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Economische Gemeenschap en Andorra van 28 juni 1990 1 , de samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Andorra van 15 november 2004 2 , de monetaire overeenkomst tussen de EU en Andorra van 30 juni 2011 3 en de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Andorra waarbij wordt voorzien in maatregelen van gelijke strekking als die welke zijn vervat in Richtlijn 2003/48/EG van de Raad betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling van 15 november 2004, alsmede het bijbehorende memorandum van overeenstemming van 15 november 2004 4 en het bijbehorende wijzigingsprotocol van 12 februari 2016 5 ;

OVERWEGENDE de banden die geleidelijk tot stand zijn gebracht tussen de EU en San Marino, onder andere als gevolg van de overeenkomst tot instelling van een douane-unie en samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek San Marino van 16 december 1991 6 , de monetaire overeenkomst tussen de EU en San Marino van 27 maart 2012 7 en de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek San Marino waarbij wordt voorzien in maatregelen van gelijke strekking als die welke zijn vervat in Richtlijn 2003/48/EG van de Raad betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling, alsmede het bijbehorende memorandum van overeenstemming van 7 december 2004 8 en het bijbehorende wijzigingsprotocol van 8 december 2015 9 ;


OVERWEGENDE dat de geassocieerde staten al eeuwenlang nauwe banden hebben met hun buurlanden, die nu EU-lidstaten zijn, en dat hun grondgebied wordt omgeven door het grondgebied van de EU;

BESLOTEN een associatie tot stand te brengen om hun betrekkingen te verdiepen, te diversifiëren en in stand te houden op basis van de waarden die de EU en de geassocieerde staten gemeen hebben, namelijk de eerbiediging van de menselijke waardigheid, vrijheid, democratie, gelijkheid, de rechtsstaat en de eerbiediging van de mensenrechten, waaronder de rechten van personen die tot minderheden behoren, die essentiële onderdelen van deze overeenkomst vormen;

VERBINDEN ZICH ERTOE deze gemeenschappelijke waarden te bevorderen in een samenleving die wordt gekenmerkt door pluralisme, non-discriminatie, verdraagzaamheid, rechtvaardigheid, solidariteit en gelijkheid van vrouwen en mannen;

BENADRUKKEND dat de EU bereid is met haar buurlanden bijzondere betrekkingen te ontwikkelen, die gericht zijn op de totstandbrenging van een ruimte van welvaart en goed nabuurschap met wederzijdse rechten en verplichtingen en de mogelijkheid van gemeenschappelijk optreden, en die gekenmerkt worden door nauwe en vreedzame betrekkingen op basis van samenwerking;

ERNAAR STREVEND een alomvattend en samenhangend kader vast te stellen voor de betrekkingen tussen de EU en de geassocieerde staten, rekening houdend met de bijzondere situatie van elk van de geassocieerde staten, zoals uiteengezet in Verklaring nr. 3 over artikel 8 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU);

VASTBESLOTEN de economische integratie en de respectieve deelneming van de geassocieerde staten aan de interne markt van de EU te waarborgen, met inbegrip van met name de vier ondeelbare vrijheden: het vrije verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal op basis van gemeenschappelijke regels en gelijke concurrentievoorwaarden, rekening houdend met de bijzondere situatie van elk van de geassocieerde staten en met behoud van hun onafhankelijkheid en die van hun instellingen;


BESLOTEN via de associatie de economische en zakelijke kansen voor personen en bedrijven in de geassocieerde partijen te verbeteren;

VASTBESLOTEN door de uitvoering van de associatie de homogeniteit van de interne markt, de rechtszekerheid, de uniforme interpretatie en toepassing van deze overeenkomst, en de gelijke behandeling van onder andere marktdeelnemers en burgers binnen de associatie te waarborgen;

ERKENNENDE dat het voor de goede werking van deze overeenkomst en de volledige naleving van het EU-recht noodzakelijk is een passend institutioneel kader in te stellen, waaronder met name een forum voor dialoog tussen de geassocieerde partijen, procedures voor toezicht en geschillenbeslechting, en de exclusieve rechtsmacht van het Hof van Justitie van de Europese Unie, teneinde de uniforme interpretatie en toepassing van deze overeenkomst te garanderen;

ERNAAR STREVEND bij te dragen tot een betere samenwerking tussen de leden van het Europees Parlement en de leden van de parlementen van de geassocieerde staten, alsmede tussen de sociale en economische partners van de EU en die van de geassocieerde staten;

VASTSTELLEND dat de EU en de geassocieerde staten ernaar streven hun associatie te baseren op een hoog niveau van gezondheidszorg, veiligheid en consumentenbescherming;

VASTBESLOTEN de kwaliteit van het milieu te behouden, te beschermen en te verbeteren en te zorgen voor een behoedzaam en rationeel gebruik van natuurlijke hulpbronnen overeenkomstig de beginselen van duurzame ontwikkeling en voorzorgs- en preventieve maatregelen, alsmede het welzijn van mens en dier te bevorderen;


ZICH BEWUST van het belang van duurzame ontwikkeling in haar economische, ecologische en sociale dimensies, en de wens uitend om de verwezenlijking van de Agenda 2030 van de Verenigde Naties en haar doelstellingen voor duurzame ontwikkeling te bevorderen en ertoe bij te dragen;

BEVESTIGEND dat zij het Handvest van de Verenigde Naties, de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, en de doelstellingen en beginselen van de Raad van Europa en de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa ten volle onderschrijven;

VASTSTELLEND dat de oprichting van de associatie de bilaterale betrekkingen tussen de Unie en elk van de geassocieerde staten versterkt, waardoor de geassocieerde partijen worden aangemoedigd hun standpunten over bilaterale, regionale en internationale vraagstukken van gemeenschappelijk belang steeds meer op elkaar af te stemmen;

DIE, na overlegging van hun in goede en behoorlijke vorm bevonden volmachten, als volgt zijn overeengekomen:


DEEL I

DOELSTELLINGEN, WAARDEN EN BEGINSELEN

ARTIKEL 1

Doelstellingen

1.    Bij deze overeenkomst wordt een associatie tot stand gebracht tussen de EU en respectievelijk Andorra en San Marino (hierna “de associatie” genoemd).

2.    Deze associatie heeft ten doel:

a)    te zorgen voor de respectieve deelneming van de geassocieerde staten aan de interne markt, waaronder het vrije verkeer van personen, goederen, diensten en kapitaal, en gelijke concurrentievoorwaarden tussen elk van hen en de EU, overeenkomstig deze overeenkomst, alsmede voor hun deelname aan het daarmee verband houdende horizontale en begeleidende beleid, rekening houdend met de specifieke situatie van elke geassocieerde staat; alsmede

b)    een passend kader tot stand te brengen om de dialoog en de samenwerking tussen de EU en elke geassocieerde staat op andere gebieden van gemeenschappelijk belang te ontwikkelen en te bevorderen.


ARTIKEL 2

Definities

In deze overeenkomst wordt verstaan onder:

a)    “geassocieerde staten”: respectievelijk Andorra en San Marino;

b)    “overeenkomstsluitende partijen”: de EU, Andorra en San Marino;

c)    “geassocieerde partijen”: de EU, enerzijds, en respectievelijk Andorra of San Marino, anderzijds;

d)    “overeenkomst”: de kaderovereenkomst, de kaderprotocollen, de geassocieerde-staatprotocollen en de bijlagen daarbij;

e)    “kaderovereenkomst”: de overeenkomst zonder protocollen en bijlagen;

f)    “geassocieerde-staatprotocollen”: de protocollen van de geassocieerde staten en de respectievelijke bijlagen tot vaststelling van de bijzondere voorwaarden voor het bereiken van de doelstellingen en de elementen die verband houden met de aanneming van het acquis van de interne markt van de EU;

g)    “kaderprotocollen”: protocollen die de drie overeenkomstsluitende partijen gemeen hebben;

h)    “bijlagen bij de geassocieerde-staatprotocollen”: de teksten die de rechtshandelingen van de EU bevatten die binnen het toepassingsgebied van deze overeenkomst vallen, met eventuele aanpassingen;


i)    “Hof van Justitie van de EU” (hierna “HvJ EU” genoemd): het Hof van Justitie en het Gerecht van de EU.

ARTIKEL 3

Waarden

Deze overeenkomst is gebaseerd op de gemeenschappelijke waarden van de EU en de geassocieerde staten: eerbiediging van de menselijke waardigheid, vrijheid, democratie, gelijkheid en de rechtsstaat, en eerbiediging van de mensenrechten, waaronder de rechten van personen die tot minderheden behoren. In een samenleving die wordt gekenmerkt door pluralisme, non-discriminatie, verdraagzaamheid, rechtvaardigheid, solidariteit en gelijkheid van vrouwen en mannen, zijn deze waarden essentiële onderdelen van deze overeenkomst.

ARTIKEL 4

Beginselen

Met het oog op de verwezenlijking van de in artikel 1 van de kaderovereenkomst genoemde doelstellingen treffen de geassocieerde partijen alle algemene of specifieke maatregelen die nodig zijn om de nakoming van de uit deze overeenkomst voortvloeiende verplichtingen te garanderen, met inachtneming van de volgende grondbeginselen:

a)    de goede werking en homogeniteit van de interne markt van de EU op basis van uniforme regels;


b)    rechtszekerheid en gelijke behandeling van marktdeelnemers en personen;

c)    inachtneming van de specifieke situatie van elk van de geassocieerde staten.

ARTIKEL 5

Beginsel van non-discriminatie

Binnen de werkingssfeer van deze overeenkomst en onverminderd de daarin vervatte bijzondere bepalingen is elke discriminatie op grond van nationaliteit verboden.


DEEL II

VRIJ VERKEER VAN GOEDEREN, PERSONEN, DIENSTEN EN KAPITAAL

HOOFDSTUK 1

VRIJ VERKEER VAN GOEDEREN

ARTIKEL 6

Vrij verkeer van goederen

Het vrije verkeer van goederen tussen de geassocieerde partijen wordt overeenkomstig de bepalingen van deze overeenkomst tot stand gebracht.

ARTIKEL 7

Verbod van douanerechten


ARTIKEL 8

Verbod op kwantitatieve beperkingen

ARTIKEL 9

Verbodsbepalingen of beperkingen op invoer, uitvoer of doorvoer

1.    De overeenkomst vormt geen beletsel voor verboden of beperkingen van invoer, uitvoer of doorvoer die gerechtvaardigd zijn uit hoofde van de bescherming van de openbare zedelijkheid, de openbare orde, de openbare veiligheid, de gezondheid en het leven van personen en dieren of het behoud van planten, de bescherming van het nationaal artistiek, historisch of archeologisch bezit, of uit hoofde van de bescherming van de industriële of commerciële eigendom. Dergelijke verboden of beperkingen mogen echter geen middel tot willekeurige discriminatie vormen, noch een verkapte beperking van de handel tussen de geassocieerde partijen.

2.    Maatregelen die de minste invloed hebben op het vrije verkeer van goederen tussen de geassocieerde partijen, verdienen de voorkeur. De duur van dergelijke maatregelen wordt beperkt tot hetgeen strikt noodzakelijk is om de in lid 1 genoemde doelstellingen te bereiken.


ARTIKEL 10

Binnenlandse belasting

Geen van de geassocieerde partijen heft op de producten van de andere geassocieerde partij, direct of indirect, hogere binnenlandse belastingen van welke aard ook dan die, direct of indirect, worden geheven op soortgelijke binnenlandse producten. Evenmin heft een geassocieerde partij binnenlandse belastingen op de producten van de andere geassocieerde partij van een zodanige aard dat daardoor andere producten indirect worden beschermd.

ARTIKEL 11

Toepassing van het gemeenschappelijk douanetarief van de EU

In hun betrekkingen met derde landen passen de geassocieerde staten het gemeenschappelijk douanetarief van de EU toe overeenkomstig de bepalingen van de respectievelijke geassocieerde-staatprotocollen.

ARTIKEL 12

Toepassing van het gemeenschappelijk handelsbeleid van de EU

In hun betrekkingen met derde landen passen de geassocieerde staten het gemeenschappelijk handelsbeleid van de EU toe, met inbegrip van handelsbeschermingsmaatregelen van de EU, zoals uiteengezet in bijlage XXV bij elk geassocieerde-staatprotocol.


ARTIKEL 13

Andere regels

1.    Specifieke bepalingen en regelingen zijn vervat in:

a)    bijlage I bij elk geassocieerde-staatprotocol, wat betreft voedselveiligheid en veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden;

b)    bijlage II bij elk geassocieerde-staatprotocol, wat betreft technische voorschriften, normen, keuring en certificatie;

c)    bijlage III bij elk geassocieerde-staatprotocol, wat betreft productaansprakelijkheid;

d)    bijlage IV bij elk geassocieerde-staatprotocol, wat betreft energie;

e)    bijlage XXIII bij elk geassocieerde-staatprotocol, wat betreft douanewetgeving;

f)    bijlage XXIV bij elk geassocieerde-staatprotocol, wat betreft wetgeving inzake landbouw; alsmede

g)    bijlage XXV bij elk geassocieerde-staatprotocol, wat betreft andere aspecten dan die welke onder artikel 12 van de kaderovereenkomst vallen.

2.    De in lid 1 bedoelde specifieke bepalingen en regelingen zijn van toepassing op alle producten, tenzij anders bepaald.


HOOFDSTUK 2

VRIJ VERKEER VAN PERSONEN, WERKNEMERS EN ZELFSTANDIGEN

ARTIKEL 14

Vrij verkeer van werknemers

1.    Tussen de geassocieerde partijen wordt het vrije verkeer van werknemers gewaarborgd.

2.    Dit houdt de afschaffing in van elke discriminatie op grond van nationaliteit tussen de werknemers van EU-lidstaten en van de betrokken geassocieerde staat, wat betreft werkgelegenheid, beloning en overige arbeidsvoorwaarden.

3.    Het houdt, behoudens de uit hoofde van openbare orde, openbare veiligheid en volksgezondheid gerechtvaardigde beperkingen, het recht in om:

a)    in te gaan op een feitelijk aanbod tot tewerkstelling;

b)    zich te dien einde vrij te verplaatsen binnen het grondgebied van de EU-lidstaten en de betrokken geassocieerde staat;

c)    op het grondgebied van een EU-lidstaat of een betrokken geassocieerde staat te verblijven teneinde daar een beroep uit te oefenen overeenkomstig de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen welke voor de tewerkstelling van nationale werknemers gelden;



d)    op het grondgebied van een EU-lidstaat of de betrokken geassocieerde staat verblijf te houden, na er een betrekking te hebben vervuld.

4.    De bepalingen van dit artikel zijn niet van toepassing op betrekkingen in overheidsdienst.

5.    De geassocieerde-staatprotocollen en met name bijlage V bij elk geassocieerde-staatprotocol bevatten specifieke bepalingen inzake het vrije verkeer van werknemers.

ARTIKEL 15

Sociale zekerheid voor werknemers en zelfstandigen

Met het oog op de totstandkoming van het vrije verkeer van werknemers en zelfstandigen waarborgen de geassocieerde partijen voor werknemers en zelfstandigen en hun rechthebbenden op het gebied van de sociale zekerheid, overeenkomstig bijlage VI bij elk geassocieerde-staatprotocol, met name:

a)    dat, met het oog op het verkrijgen en behouden van het recht op uitkeringen alsmede voor de berekening daarvan, al die tijdvakken worden bijeengeteld welke door de verschillende nationale wetgevingen in aanmerking worden genomen;

b)    dat de uitkeringen aan personen die op het grondgebied van de geassocieerde partijen verblijven, zullen worden betaald.


ARTIKEL 16

Wederzijdse erkenning van diploma’s

Teneinde de toegang tot en de uitoefening van werkzaamheden voor werknemers en zelfstandigen te vergemakkelijken, treffen de geassocieerde partijen overeenkomstig bijlage VII bij elk geassocieerde-staatprotocol de noodzakelijke maatregelen inzake de wederzijdse erkenning van diploma’s en andere titels en de coördinatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de geassocieerde partijen betreffende de toegang tot en de uitoefening van werkzaamheden door werknemers en zelfstandigen.


HOOFDSTUK 3

VRIJHEID VAN VESTIGING

ARTIKEL 17

Vrijheid van vestiging

1.    De vrijheid van vestiging tussen de geassocieerde partijen wordt gewaarborgd overeenkomstig de bepalingen van deze overeenkomst.

2.    Elke beperking van de vrijheid van vestiging van onderdanen van een EU-lidstaat of de betrokken geassocieerde staat op het grondgebied van een andere van deze staten is verboden. Dit geldt eveneens voor de oprichting van agentschappen, filialen of dochterondernemingen door de onderdanen van een EU-lidstaat of de betrokken geassocieerde staat die op het grondgebied van een van deze staten zijn gevestigd.

3.    De vrijheid van vestiging omvat, behoudens de bepalingen van hoofdstuk 5, de toegang tot werkzaamheden anders dan in loondienst en de uitoefening daarvan, alsmede de oprichting en het beheer van ondernemingen, en met name van vennootschappen in de zin van artikel 20, tweede alinea, van de kaderovereenkomst, overeenkomstig de bepalingen welke door de wetgeving van het land van vestiging voor de eigen onderdanen zijn vastgesteld.

4.    De bijlagen VIII tot en met XI en XXII bij elk geassocieerde-staatprotocol, alsmede Kaderprotocol nr. 3, bevatten specifieke bepalingen inzake de vrijheid van vestiging.


ARTIKEL 18

Uitoefening van overheidsgezag

De bepalingen van dit hoofdstuk zijn, wat de betrokken geassocieerde partij betreft, niet van toepassing op de werkzaamheden ter uitoefening van het openbaar gezag in deze geassocieerde partij, zelfs indien deze slechts voor een bepaalde gelegenheid geschieden.

ARTIKEL 19

Speciale regelingen om redenen van openbare orde, openbare veiligheid en volksgezondheid

De bepalingen van dit hoofdstuk en de op grond daarvan genomen maatregelen doen geen afbreuk aan de toepasselijkheid van wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen die voorzien in een bijzondere behandeling voor onderdanen van een betrokken EU-lidstaat of geassocieerde staat uit hoofde van de openbare orde, de openbare veiligheid en de volksgezondheid.

ARTIKEL 20

Toepassingsgebied en definitie van vennootschappen

1.    Vennootschappen die overeenkomstig de wetgeving van een EU-lidstaat of een betrokken geassocieerde staat zijn opgericht en die hun statutaire zetel, hoofdbestuur of hoofdvestiging op het grondgebied van die staat hebben, worden voor de toepassing van dit hoofdstuk gelijkgesteld met natuurlijke personen die onderdaan zijn van een EU-lidstaat of de betrokken geassocieerde staat.


2.    Onder “vennootschappen” worden verstaan maatschappijen naar burgerlijk recht of handelsrecht, de coöperatieve verenigingen of vennootschappen daaronder begrepen, en de overige rechtspersonen naar publiek- of privaatrecht, met uitzondering van vennootschappen welke geen winst beogen.

ARTIKEL 21

Deelneming in het kapitaal van vennootschappen

Een EU-lidstaat of de betrokken geassocieerde staat behandelt onderdanen van de andere staat wat betreft deelneming in het kapitaal van vennootschappen als omschreven in artikel 20, lid 2, van de kaderovereenkomst, op dezelfde wijze als zijn eigen onderdanen, onverminderd de toepassing van de andere bepalingen van deze overeenkomst.

ARTIKEL 22

Wederzijdse erkenning van diploma’s

Artikel 16 van de kaderovereenkomst is van toepassing op de aangelegenheden die onder dit hoofdstuk vallen.

ARTIKEL 23

Specifieke bepalingen


HOOFDSTUK 4

VRIJ VERRICHTEN VAN DIENSTEN

ARTIKEL 24

Vrij verrichten van diensten

1.    Het vrij verrichten van diensten tussen de geassocieerde partijen wordt gewaarborgd in overeenstemming met deze overeenkomst.

2.    Elke beperking op het vrij verrichten van diensten tussen de geassocieerde partijen is verboden ten aanzien van onderdanen van de betrokken geassocieerde staat of van een EU-lidstaat die gevestigd is in een andere staat dan die van de afnemer van de dienst.

3.    Als “diensten” worden beschouwd de dienstverrichtingen welke gewoonlijk tegen vergoeding geschieden, voor zover de bepalingen betreffende het vrije verkeer van goederen, kapitaal en personen op deze dienstverrichtingen niet van toepassing zijn.

4.    Diensten omvatten met name werkzaamheden van:

a)    industriële aard;

b)    commerciële aard;

c)    ambachtslieden;


d)    vrije beroepen.

Onverminderd de bepalingen van hoofdstuk 3 kan degene die de dienst verricht, daartoe zijn werkzaamheden tijdelijk uitoefenen in het land waar de dienst wordt verricht, onder dezelfde voorwaarden als die welke dat land aan zijn eigen onderdanen oplegt.

5.    De bijlagen IX tot en met XI bij elk geassocieerde-staatprotocol en Kaderprotocol nr. 3 bevatten specifieke bepalingen inzake het vrij verrichten van diensten.

ARTIKEL 25

Non-discriminatie

Zolang de beperkingen op het vrij verrichten van diensten tussen de geassocieerde partijen niet zijn opgeheven, passen de partijen deze zonder onderscheid naar nationaliteit of naar verblijfplaats toe op alle personen die diensten verrichten in de zin van artikel 24, lid 2, van de kaderovereenkomst.

ARTIKEL 26

Specifieke bepalingen

1.    Het vrij verrichten van diensten op het gebied van het vervoer wordt geregeld door hoofdstuk 6.

2.    Artikelen 16, 18, 19 en 20 van de kaderovereenkomst zijn van toepassing op het onderwerp dat in dit hoofdstuk is geregeld.


HOOFDSTUK 5

VRIJ VERKEER VAN KAPITAAL

ARTIKEL 27

Kapitaalverkeer

1.    In het kader van de bepalingen van deze overeenkomst zijn beperkingen op het kapitaalverkeer tussen de geassocieerde partijen verboden.

2.    In het kader van de bepalingen van deze overeenkomst zijn beperkingen op betalingen tussen de geassocieerde partijen verboden.

3.    Bijlage XII bij elk geassocieerde-staatprotocol bevat specifieke bepalingen inzake het vrije verkeer van kapitaal en betalingen.

ARTIKEL 28

Maatregelen die verenigbaar zijn met het vrije verkeer van kapitaal

1.    Artikel 27 van de kaderovereenkomst doet geen afbreuk aan het recht van de EU-lidstaten en geassocieerde staten:

a)    de ter zake dienende bepalingen van hun belastingwetgeving toe te passen die onderscheid maken tussen belastingplichtigen die niet in dezelfde situatie verkeren met betrekking tot hun vestigingsplaats of de plaats waar hun kapitaal is belegd;


b)    alle nodige maatregelen te nemen om overtredingen van de nationale wetten en voorschriften tegen te gaan, met name op fiscaal gebied en met betrekking tot het bedrijfseconomisch toezicht op financiële instellingen, of te voorzien in procedures voor de kennisgeving van kapitaalbewegingen ter informatie van de overheid of voor statistische doeleinden, dan wel maatregelen te nemen die op grond van de openbare orde of de openbare veiligheid gerechtvaardigd zijn.

2.    De bepalingen van dit hoofdstuk doen geen afbreuk aan de toepasbaarheid van beperkingen inzake het recht van vestiging welke verenigbaar zijn met deze overeenkomst.

3.    De in de leden 1 en 2 bedoelde maatregelen en procedures mogen geen middel tot willekeurige discriminatie vormen, noch een verkapte beperking van het vrije kapitaalverkeer en betalingsverkeer.

ARTIKEL 29

Beperkingen in geval van betalingsbalansmoeilijkheden

In geval van moeilijkheden of ernstig dreigende moeilijkheden in de betalingsbalans van een EU-lidstaat die niet de euro als munt heeft of van een geassocieerde staat, die voortvloeien hetzij uit het ontbreken van het globaal evenwicht van zijn balans hetzij uit de aard van zijn beschikbare deviezen, en die met name de werking van deze overeenkomst in gevaar kunnen brengen, kan de EU-lidstaat of betrokken geassocieerde staat beschermende maatregelen treffen.


ARTIKEL 30

Vrijwaringsmaatregelen ten aanzien van kapitaalverkeer of betalingen

In uitzonderlijke omstandigheden, ernstige moeilijkheden, of de dreiging daarvan, die de werking van de economische en monetaire unie van de EU belemmeren, kan de EU voor een periode van ten hoogste zes maanden vrijwaringsmaatregelen met betrekking tot het kapitaalverkeer of betalingen vaststellen of handhaven, zolang deze maatregelen strikt noodzakelijk zijn.

ARTIKEL 31

Uitvoering van beschermende maatregelen

De EU enerzijds en elke geassocieerde staat anderzijds maken gebruik van hun interne procedures voor de uitvoering van de bepalingen van artikel 29 van de kaderovereenkomst.

ARTIKEL 32

Rol van het Gemengd Comité bij beschermende maatregelen

1.    Alle maatregelen waarin artikel 29 van de kaderovereenkomst voorziet, worden onmiddellijk ter kennis gebracht van het bij artikel 76 van de kaderovereenkomst ingestelde Gemengd Comité.


2.    Over alle maatregelen waarin artikel 29 van de kaderovereenkomst voorziet, wordt vóór en na de kennisgeving overleg gepleegd en informatie uitgewisseld in het Gemengd Comité.

3.    In de in artikel 29 van de kaderovereenkomst bedoelde gevallen waarin er een plotselinge crisis in de betalingsbalans optreedt en de procedures van lid 2 van dit artikel niet kunnen worden gevolgd, kan de EU-lidstaat of betrokken geassocieerde staat te zijner bescherming de noodzakelijke beschermende maatregelen treffen. Die maatregelen verstoren de werking van de overeenkomst zo weinig mogelijk en reiken niet verder dan strikt noodzakelijk is om de plotseling opgetreden moeilijkheden te verhelpen.

4.    Wanneer er maatregelen overeenkomstig lid 3 van dit artikel worden getroffen, wordt hiervan uiterlijk op de dag van hun inwerkingtreding mededeling gedaan en vinden de uitwisseling van informatie en het overleg bedoeld in lid 2 van dit artikel vervolgens zo spoedig mogelijk plaats.


HOOFDSTUK 6

VERVOER

ARTIKEL 33

Toepassingsgebied van hoofdstuk 6

1.    Deze overeenkomst heeft betrekking op gecombineerd vervoer over de weg, per spoor, over de binnenwateren en over zee, met inbegrip van diensten in verband met deze vervoerswijzen.

2.    De vervoersdoelstellingen van deze overeenkomst worden nagestreefd overeenkomstig de artikelen 34 tot en met 37 van de kaderovereenkomst en de bepalingen van bijlage XIII bij elk geassocieerde-staatprotocol.

ARTIKEL 34

Niet-discriminerende toepassing van binnenlandse regels

De bepalingen van een geassocieerde partij betreffende gecombineerd vervoer per spoor, over de weg, over de binnenwateren en zeevervoer die niet onder bijlage XIII bij elk geassocieerde-staatprotocol vallen, hebben in hun directe of indirecte uitwerking voor vervoersondernemers van de andere geassocieerde partij geen minder gunstige gevolgen dan voor binnenlandse vervoersondernemers van die geassocieerde partij.


ARTIKEL 35

Staatssteun in de vervoerssector

Met deze overeenkomst is verenigbaar steun aan vervoersdiensten die beantwoordt aan de behoeften van de coördinatie van het vervoer of die overeenkomt met de vergoeding van bepaalde met het begrip “openbare dienst” verbonden, verplichte dienstverrichtingen.

ARTIKEL 36

Verbod op discriminerende tarieven of voorwaarden

1.    In het verkeer op het grondgebied van de geassocieerde partijen zijn er geen discriminaties welke daarin bestaan dat een vervoerondernemer voor dezelfde verbindingen verschillende vrachtprijzen en vervoersvoorwaarden voor gelijke goederen toepast naargelang van het land van herkomst of de bestemming van de vervoerde waren.

2.    Het Gemengd Comité onderzoekt op eigen initiatief of op verzoek van een geassocieerde partij alle binnen het toepassingsgebied van dit artikel vallende gevallen van discriminatie en neemt in het kader van zijn eigen interne regels de noodzakelijke beschikkingen.


ARTIKEL 37

Heffingen voor grensoverschrijding

De heffingen of andere rechten welke naast de vervoerprijs door een vervoerondernemer in verband met het overschrijden van de grens in rekening worden gebracht, mogen een redelijk peil niet te boven gaan, gelet op de daadwerkelijke kosten welke door die grensoverschrijding feitelijk zijn veroorzaakt. De geassocieerde partijen streven naar een geleidelijke verlaging van die kosten.


DEEL III

MEDEDINGING EN ANDERE GEMEENSCHAPPELIJKE REGELS

HOOFDSTUK 1

REGELS VOOR ONDERNEMINGEN

ARTIKEL 38

Overeenkomsten, besluiten en onderling afgestemde feitelijke gedragingen

1.    Met de werking van deze overeenkomst zijn niet verenigbaar en daarom verboden: overeenkomsten tussen ondernemingen, alle besluiten van ondernemersverenigingen en alle onderling afgestemde feitelijke gedragingen welke de handel tussen de geassocieerde partijen ongunstig kunnen beïnvloeden en ertoe strekken of ten gevolge hebben dat de mededinging op het grondgebied van de geassocieerde partijen wordt verhinderd, beperkt of vervalst en met name die welke bestaan in:

a)    het rechtstreeks of zijdelings bepalen van de aan- of verkoopprijzen of van andere contractuele voorwaarden;

b)    het beperken of controleren van productie, afzet, technische ontwikkeling of investeringen;

c)    het verdelen van de markten of van de voorzieningsbronnen;



d)    het toepassen ten opzichte van handelspartners van ongelijke voorwaarden bij gelijkwaardige prestaties, hun daarmee nadeel berokkenend bij de mededinging;

e)    het afhankelijk stellen van het sluiten van overeenkomsten van de aanvaarding door de handelspartners van bijkomende prestaties welke naar hun aard of volgens het handelsgebruik geen verband houden met het onderwerp van deze overeenkomsten.

2.    De krachtens dit artikel verboden overeenkomsten of besluiten zijn van rechtswege nietig.

3.    Lid 1 kan echter buiten toepassing worden verklaard in het geval van:

   elke overeenkomst of groep van overeenkomsten tussen ondernemingen;

   voor elk besluit of groep van besluiten van ondernemersverenigingen; of

   voor elke onderling afgestemde feitelijke gedraging of groep van gedragingen;

die bijdragen tot verbetering van de productie of van de verdeling van de producten of tot verbetering van de technische of economische vooruitgang, mits een billijk aandeel in de daaruit voortvloeiende voordelen de gebruikers ten goede komt, en zonder nochtans aan de desbetreffende ondernemingen:

a)    beperkingen op te leggen welke voor het bereiken van deze doelstellingen niet onmisbaar zijn;

b)    de mogelijkheid te geven voor een wezenlijk deel van de desbetreffende producten de mededinging uit te schakelen.


ARTIKEL 39

Misbruik van een machtspositie

Onverenigbaar met de werking van deze overeenkomst en verboden, voor zover de handel tussen de geassocieerde partijen daardoor ongunstig kan worden beïnvloed, is het dat een of meer ondernemingen misbruik maken van een machtspositie op het grondgebied van de geassocieerde partijen of op een wezenlijk deel daarvan.

Dergelijk misbruik kan met name bestaan uit:

a)    het rechtstreeks of zijdelings opleggen van onbillijke aan- of verkoopprijzen of van andere onbillijke contractuele voorwaarden;

b)    het beperken van de productie, de afzet of de technische ontwikkeling ten nadele van de verbruikers;

c)    het toepassen ten opzichte van handelspartners van ongelijke voorwaarden bij gelijkwaardige prestaties, hun daarmee nadeel berokkenend bij de mededinging;

d)    het feit dat het sluiten van overeenkomsten afhankelijk wordt gesteld van het aanvaarden door de handelspartners van bijkomende prestaties, welke naar hun aard of volgens het handelsgebruik geen verband houden met het onderwerp van dergelijke overeenkomsten.


ARTIKEL 40

Bevoegdheid van de Europese Commissie

Wanneer het waarschijnlijk is dat de handel tussen EU-lidstaten ongunstig wordt beïnvloed, is alleen de Europese Commissie bevoegd om de bepalingen van dit hoofdstuk toe te passen.

ARTIKEL 41

Beoordelingscriteria voor verboden praktijken

Elke praktijk die verboden is op grond van de artikelen 38 en 39 van deze kaderovereenkomst, moet worden beoordeeld aan de hand van de criteria die voortvloeien uit de toepassing van de artikelen 101 en 102 van het VWEU en van alle in de EU geldende secundaire wetgeving. Deze bepalingen zijn opgenomen in bijlage XIV bij elk geassocieerde-staatprotocol.

ARTIKEL 42

Openbare bedrijven en ondernemingen met bijzondere of uitsluitende rechten of belast met het beheer van diensten van algemeen economisch belang

1.    De geassocieerde staten zien erop toe dat met betrekking tot openbare bedrijven en ondernemingen waaraan de EU-lidstaten of geassocieerde staten bijzondere of uitsluitende rechten verlenen, geen enkele maatregel wordt vastgesteld of gehandhaafd die in strijd is met de regels van deze overeenkomst, met name die van dit hoofdstuk.


2.    Ondernemingen belast met het beheer van diensten van algemeen economisch belang of die het karakter dragen van een fiscaal monopolie, vallen onder deze overeenkomst, met name onder de mededingingsregels ervan, voor zover de toepassing daarvan de vervulling, in feite of in rechte, van de hun toevertrouwde bijzondere taken niet verhindert. De ontwikkeling van het handelsverkeer mag niet worden beïnvloed in een mate die strijdig is met de belangen van de geassocieerde partijen.

ARTIKEL 43

Productie van en handel in landbouwproducten

Dit hoofdstuk is van toepassing op de productie van en de handel in landbouwproducten binnen de grenzen die zijn vastgelegd in op grond van artikel 42 VWEU vastgestelde handelingen voor de toepassing van de artikelen 101 en 102 van dat Verdrag op de productie van en de handel in landbouwproducten.


HOOFDSTUK 2

STAATSSTEUN

ARTIKEL 44

Algemene beginselen

1.    Behoudens de afwijkingen waarin deze overeenkomst voorziet, zijn steunmaatregelen van de geassocieerde staten of EU-lidstaten of in welke vorm ook met staatsmiddelen bekostigd, die de mededinging door begunstiging van bepaalde ondernemingen of bepaalde producten vervalsen of dreigen te vervalsen, onverenigbaar met de werking van deze overeenkomst voor zover deze steun het handelsverkeer tussen de geassocieerde partijen ongunstig beïnvloedt.

2.    Als verenigbaar met deze overeenkomst worden beschouwd:

a)    steunmaatregelen van sociale aard aan individuele verbruikers op voorwaarde dat deze worden toegepast zonder onderscheid naar de oorsprong van de desbetreffende producten;

b)    steunmaatregelen tot herstel van de schade veroorzaakt door natuurrampen of andere buitengewone gebeurtenissen.

3.    Als verenigbaar met de werking van deze overeenkomst kunnen worden beschouwd:

a)    steunmaatregelen ter bevordering van de economische ontwikkeling van streken waarin de levensstandaard abnormaal laag is of waar een ernstig gebrek aan werkgelegenheid heerst;


b)    steunmaatregelen om de verwezenlijking van een belangrijk project van gemeenschappelijk Europees belang te bevorderen of een ernstige verstoring in de economie van een EU-lidstaat of een geassocieerde staat op te heffen;

c)    steunmaatregelen om de ontwikkeling van bepaalde vormen van economische bedrijvigheid of van bepaalde regionale economieën te vergemakkelijken, mits de voorwaarden waaronder het handelsverkeer tussen de geassocieerde partijen plaatsvindt daardoor niet zodanig worden veranderd dat het belang van deze partijen wordt geschaad;

d)    steunmaatregelen om de cultuur en het behoud van het culturele erfgoed, met inbegrip van het behoud van natuurlijke of culturele waarden, te vergemakkelijken, mits de voorwaarden waaronder het handelsverkeer tussen de geassocieerde partijen plaatsvindt, daardoor niet zodanig worden veranderd dat het belang van deze partijen wordt geschaad.

ARTIKEL 45

Transparantie

De geassocieerde partijen zorgen voor transparantie met betrekking tot staatssteun binnen het toepassingsgebied van deze overeenkomst. Daartoe ziet elke geassocieerde partij erop toe dat de volgende informatie over elke afzonderlijke steunverlening die het in het EU-acquis vastgestelde bedrag overschrijdt, wordt bekendgemaakt:

a)    de volledige tekst van de afzonderlijke steunregelingen of besluiten tot toekenning van steun en de uitvoeringsregels;

b)    de identiteit van de subsidieverlenende autoriteit;

c)    de identiteit van de afzonderlijke begunstigden;


d)    de vorm en het bedrag van de aan iedere begunstigde toegekende steun;

e)    de datum van toekenning, het soort onderneming;

f)    de regio waar de begunstigde is gevestigd; alsmede

g)    de belangrijkste economische sector van de begunstigde.

De Europese Commissie kan de nadere bijzonderheden van deze bekendmakingsverplichtingen specificeren.

ARTIKEL 46

Onderzoek van staatssteun door de Commissie

1.    De Europese Commissie wordt van elk voornemen tot invoering of wijziging van steunmaatregelen door de geassocieerde staten tijdig op de hoogte gebracht om haar opmerkingen te kunnen maken. Indien zij van oordeel is dat een project niet verenigbaar is met de interne markt, leidt zij onverwijld de in lid 3 bedoelde procedure in. De betrokken geassocieerde staat brengt de voorgenomen maatregelen niet tot uitvoering voordat die procedure tot een definitieve beslissing heeft geleid.


2.    De Europese Commissie houdt, in samenwerking met de geassocieerde staten, voortdurend toezicht op alle in die staten bestaande steunregelingen. Zij stelt de dienstige maatregelen voor, welke de geleidelijke ontwikkeling of de werking van de interne markt vereist. Binnen een jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst maken de geassocieerde staten een volledige inventaris op van de steunregelingen die vóór de inwerkingtreding van deze overeenkomst zijn vastgesteld en passen zij deze steunregelingen binnen twee jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst aan aan de criteria van artikel 44 van de kaderovereenkomst.

3.    Indien de Europese Commissie, na de betrokken partijen te hebben aangemaand hun opmerkingen te maken, vaststelt dat een steunmaatregel door een geassocieerde staat of met staatsmiddelen bekostigd niet verenigbaar is met de interne markt of dat van deze steunmaatregel misbruik wordt gemaakt, bepaalt zij dat de geassocieerde staat die steunmaatregel moet opheffen of wijzigen binnen de door haar vast te stellen termijn.

4.    Indien de geassocieerde staat dat besluit niet binnen de gestelde termijn naleeft, kan de Commissie de zaak rechtstreeks verwijzen naar het Hof van Justitie van de EU.

ARTIKEL 47

Interpretatie en toepassing van staatssteunregels

1.    In afwijking van artikel 81 verbinden de geassocieerde partijen zich ertoe de artikelen 44, 45 en 46 van de kaderovereenkomst toe te passen en uit te leggen overeenkomstig de criteria voor de toepassing van de regels van de artikelen 106, 107, 108 en 93 VWEU en alle in de EU geldende secundaire wetgeving.


2.    De in lid 1 bedoelde bepalingen zijn opgenomen in bijlage XV bij elk geassocieerde-staatprotocol.

3.    Onverminderd lid 1 kan het Gemengd Comité besluiten vaststellen tot wijziging van bijlage XV bij elk geassocieerde-staatprotocol.

ARTIKEL 48

Productie van en handel in landbouwproducten

De staatssteunregels zijn niet van toepassing op de productie van en de handel in landbouwproducten die zijn opgenomen in bijlage I bij het VWEU.


HOOFDSTUK 3

ANDERE GEMEENSCHAPPELIJKE REGELS

ARTIKEL 49

Overheidsopdrachten en intellectuele, industriële en commerciële eigendomsrechten

1.    Bijlage XVI bij elk geassocieerde-staatprotocol bevat specifieke bepalingen en regelingen die van toepassing zijn op aanbestedingen. Tenzij anders bepaald, zijn deze bepalingen en regelingen van toepassing op alle in die bijlage vermelde goederen en diensten.

2.    Bijlage XVII bij elk geassocieerde-staatprotocol bevat specifieke bepalingen en regelingen die van toepassing zijn op intellectuele, industriële en commerciële eigendom. Tenzij anders bepaald, zijn deze bepalingen en regelingen van toepassing op alle goederen en diensten.


DEEL IV

HORIZONTALE BEPALINGEN MET BETREKKING TOT DE VIER VRIJHEDEN

HOOFDSTUK 1

SOCIAAL BELEID

ARTIKEL 50

Verbetering van arbeidsomstandigheden

De geassocieerde partijen erkennen de noodzaak om een betere levensstandaard en betere arbeidsvoorwaarden voor de werknemers te bevorderen.

ARTIKEL 51

Gezondheid en veiligheid van werknemers

1.    De geassocieerde partijen beijveren zich om de verbetering van met name het arbeidsmilieu te bevorderen teneinde de gezondheid en de veiligheid van de werknemers te beschermen. Om dat doel te bereiken, worden geleidelijk minimumeisen ingevoerd met inachtneming van de voor de geassocieerde partijen geldende omstandigheden en technische voorschriften. Deze minimumeisen beletten niet dat een geassocieerde partij maatregelen voor een hogere graad van bescherming van de arbeidsvoorwaarden handhaaft en treft welke met deze overeenkomst verenigbaar zijn.


2.    Bijlage XVIII bij elk geassocieerde-staatprotocol bevat de in lid 1 genoemde bepalingen met de minimumeisen.

ARTIKEL 52

Arbeidsrecht

De geassocieerde partijen treffen op het gebied van het arbeidsrecht de maatregelen die noodzakelijk zijn om de goede werking van deze overeenkomst te waarborgen. Deze maatregelen zijn opgenomen in bijlage XVIII bij elk geassocieerde-staatprotocol.

ARTIKEL 53

Gelijke beloning voor mannelijke en vrouwelijke werknemers voor gelijke arbeid

1.    Elke geassocieerde partij verzekert en handhaaft de toepassing van het beginsel van gelijke beloning voor mannelijke en vrouwelijke werknemers voor gelijke arbeid.

Onder beloning in de zin van dit artikel moet worden verstaan het gewone basis- of minimumloon of -salaris en alle overige voordelen in geld of in natura die de werkgever direct of indirect aan de werknemer uit hoofde van zijn dienstbetrekking betaalt.

Gelijke beloning zonder onderscheid te maken op grond van geslacht, houdt in:

a)    dat de beloning voor gelijke arbeid in stukloon wordt vastgesteld op basis van eenzelfde maatstaf;


b)    dat de beloning voor arbeid in tijdloon dezelfde is voor eenzelfde functie.

2.    Bijlage XVIII bij elk geassocieerde-staatprotocol bevat specifieke bepalingen voor de uitvoering van lid 1.

ARTIKEL 54

Gelijke behandeling van mannen en vrouwen

De geassocieerde partijen bevorderen de eerbiediging van het beginsel van gelijke behandeling van mannelijke en vrouwelijke werknemers via de uitvoering van de in bijlage XVIII bij elk geassocieerde-staatprotocol opgenomen bepalingen.

ARTIKEL 55

Sociale dialoog

De geassocieerde partijen beijveren zich de dialoog tussen de sociale partners te bevorderen, ook op Europees niveau.


HOOFDSTUK 2

BESCHERMING VAN DE CONSUMENT

ARTIKEL 56

Bescherming van de consument

Bijlage XIX bij elk geassocieerde-staatprotocol bevat bepalingen inzake de bescherming van de consument.


HOOFDSTUK 3

MILIEU EN KLIMAAT

ARTIKEL 57

Doelstellingen op het gebied van milieu en klimaat

1.    Het optreden van de geassocieerde partijen op het gebied van milieu en klimaat heeft tot doel:

a)    de kwaliteit van het milieu te behouden, te beschermen en te verbeteren;

b)    bij te dragen tot de bescherming van de gezondheid van de mens;

c)    zorg te dragen voor een behoedzaam en rationeel gebruik van natuurlijke hulpbronnen; alsmede

d)    maatregelen tegen klimaatverandering te bevorderen.

2.    Het optreden van de geassocieerde partijen op het gebied van milieu en klimaat berust op de beginselen van preventief handelen, bestrijding van milieuaantastingen bij voorrang aan de bron en het beginsel dat de vervuiler betaalt. De eisen ter zake van milieubescherming en klimaatactie vormen een bestanddeel van de andere takken van beleid van de geassocieerde partijen.


ARTIKEL 58

Beschermende maatregelen

Bijlage XX bij elk geassocieerde-staatprotocol bevat de specifieke bepalingen inzake beschermende maatregelen die overeenkomstig artikel 57 van de kaderovereenkomst van toepassing zijn.

ARTIKEL 59

Strengere nationale maatregelen

De in artikel 58 van de kaderovereenkomst bedoelde beschermende maatregelen beletten niet dat een geassocieerde partij maatregelen voor een verdergaande bescherming handhaaft en treft welke met deze overeenkomst verenigbaar zijn.


HOOFDSTUK 4

STATISTIEKEN

ARTIKEL 60

Samenwerking op het gebied van statistiek

1.    De geassocieerde partijen zorgen voor de productie en verspreiding van samenhangende en vergelijkbare statistische informatie voor het beschrijven en volgen van alle ter zake doende economische, sociale en milieuaspecten van de geassocieerde staten.

2.    Hiertoe ontwikkelen en gebruiken de geassocieerde partijen geharmoniseerde methoden, definities en indelingen alsmede gemeenschappelijke programma’s en procedures; de statistische werkzaamheden worden op de passende administratieve niveaus georganiseerd en de noodzaak van vertrouwelijke behandeling van de statistische informatie wordt naar behoren in acht genomen.

3.    Bijlage XXI bij elk geassocieerde-staatprotocol bevat specifieke bepalingen inzake statistieken.

4.    Kaderprotocol nr. 5 bevat specifieke bepalingen inzake de organisatie van de samenwerking op het gebied van de statistieken.


HOOFDSTUK 5

VENNOOTSCHAPSRECHT

ARTIKEL 61

Vennootschapsrecht

Bijlage XXII bij elk geassocieerde-staatprotocol bevat specifieke bepalingen inzake vennootschapsrecht.


DEEL V

SAMENWERKING

ARTIKEL 62

Samenwerking op het gebied van fraudebestrijding

1.    De geassocieerde partijen verbinden zich ertoe op doeltreffende wijze op te treden tegen fraude, corruptie, smokkel en elke andere onwettige activiteit die de financiële belangen van de EU schaden.

Daartoe werken de bevoegde autoriteiten van de geassocieerde staten enerzijds en de Europese Commissie en het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) anderzijds nauw samen, plegen zij regelmatig overleg en staan zij elkaar binnen hun respectieve mandaten bij. De bevoegde autoriteiten van de geassocieerde staten en OLAF kunnen administratieve regelingen voor hun samenwerking treffen.

Deze regelingen worden getroffen voordat een geassocieerde staat EU-middelen kan ontvangen in verband met zijn deelneming aan door de EU gefinancierde programma’s.

De geassocieerde staten werken samen met de EU op het gebied van fraudebestrijding en verbinden zich ertoe hun beleid en wetgeving geleidelijk in overeenstemming te brengen met de EU-bepalingen ter bestrijding van fraude, zonder dat zij evenwel verplicht zijn deze te harmoniseren. Deze bepalingen staan vermeld in de geassocieerde-staatprotocollen.


2.    De geassocieerde partijen kunnen bewijsmateriaal, analyses of andere soorten informatie, waaronder persoonsgegevens, uitwisselen met het oog op het voorkomen, opsporen, onderzoeken, vervolgen en bestraffen, zowel administratief als strafrechtelijk, van fraude, corruptie, smokkel en alle andere illegale activiteiten die hun respectieve financiële belangen schaden.

De in enigerlei vorm uit hoofde van dit artikel verstrekte of verkregen informatie en bewijsstukken vallen onder het beroepsgeheim en genieten de bescherming die geldt voor vergelijkbare informatie, met inbegrip van persoonsgegevens, krachtens de nationale wetgeving van de geassocieerde partij die deze ontvangt en krachtens de overeenkomstige bepalingen die van toepassing zijn op de instellingen van de EU.

Deze informatie en bewijsstukken mogen met name niet worden meegedeeld aan andere personen dan die in de instellingen van de EU of de autoriteiten van de geassocieerde staten, wier taken hen ertoe verplichten deze te kennen, noch mogen zij worden gebruikt voor andere doeleinden dan die welke onder dit artikel vallen.

3.    OLAF kan controles en inspecties ter plaatse uitvoeren bij marktdeelnemers op het grondgebied van de betrokken geassocieerde staat wanneer die geassocieerde staat EU-middelen ontvangt in het kader van door de EU gefinancierde programma’s, wanneer OLAF door de Europese Commissie is belast met begrotingsuitvoeringstaken in het kader van die programma’s of wanneer frauduleuze activiteiten in de geassocieerde staat afbreuk doen aan EU-douanerechten of andere eigen middelen die in een besluit van het Gemengd Comité zijn vastgesteld. De bevoegde autoriteiten van de betrokken geassocieerde staat staan OLAF in dit verband bij in het kader van de in lid 1 bedoelde nauwe samenwerking.


Binnen de grenzen van zijn bevoegdheden en op basis van een naar behoren gemotiveerd verzoek aan de bevoegde autoriteiten van een geassocieerde staat kan OLAF in andere dan de in het eerste punt van dit lid bedoelde gevallen controles en inspecties ter plaatse bij marktdeelnemers op het grondgebied van die geassocieerde staat uitvoeren, mits de bevoegde autoriteit geen bezwaar maakt tegen dat verzoek.

ARTIKEL 63

Samenwerking op andere gebieden

1.    De geassocieerde partijen erkennen en verbinden zich ertoe de beginselen van goed bestuur op fiscaal gebied toe te passen, waaronder de bestaande internationale normen inzake transparantie en uitwisseling van informatie, billijke belastingheffing en minimumnormen tegen grondslaguitholling en winstverschuiving. De geassocieerde partijen bevorderen goed bestuur op fiscaal gebied, verbeteren de internationale samenwerking inzake belastingen en vergemakkelijken de bescherming van belastinginkomsten.

2.    De geassocieerde partijen verbinden zich ertoe het geassocieerde-staatprotocol binnen vier jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst te wijzigen om daarin bepalingen op te nemen inzake wederzijdse bijstand bij de invordering van alle belastingschulden.


DEEL VI

SAMENWERKING BUITEN HET KADER VAN DE VIER VRIJHEDEN

ARTIKEL 64

Samenwerkingsgebieden

De geassocieerde partijen kunnen hun samenwerking versterken of uitbreiden in het kader van de activiteiten van de EU op het gebied van:

   onderzoek en technologische ontwikkeling;

   informatiediensten;

   milieu;

   klimaatactie;

   onderwijs, opleiding en jeugdzaken;

   sociaal beleid;

   bescherming van de consument;


   kleine en middelgrote ondernemingen;

   toerisme;

   audiovisueel beleid;

   burgerbescherming;

   justitiële samenwerking in burgerlijke zaken;

   cultuur;

   communicatie;

   trans-Europese netwerken;

   regionaal beleid; alsmede

   volksgezondheid;

voor zover deze onderwerpen niet in andere delen van deze overeenkomst worden geregeld.


ARTIKEL 65

Dialoog en overleg

1.    De geassocieerde partijen kunnen alles in het werk stellen, met name via de in deel VII vastgestelde procedures, om hun dialoog te versterken teneinde te bepalen op welke terreinen en voor welke werkzaamheden nauwere samenwerking zou kunnen bijdragen tot de verwezenlijking van hun gemeenschappelijke doelstellingen op de in artikel 64 van de kaderovereenkomst genoemde gebieden.

2.    De geassocieerde partijen kunnen met name informatie uitwisselen en, op verzoek van een van hen, in het Gemengd Comité overleg plegen over plannen of voorstellen voor de totstandbrenging of wijziging van kaderprogramma’s, specifieke programma’s, acties en projecten op de in artikel 64 van de kaderovereenkomst bedoelde gebieden.

3.    Deel VII is van overeenkomstige toepassing op het onderhavige deel wanneer zulks in laatstgenoemd deel of in de geassocieerde-staatprotocollen uitdrukkelijk wordt bepaald.

ARTIKEL 66

Vormen van samenwerking

De in artikel 64 van de kaderovereenkomst bedoelde samenwerking kan een van de volgende vormen aannemen:

a)    deelneming door geassocieerde staten aan EU-kaderprogramma’s, specifieke programma’s, projecten of andere acties;


b)    totstandbrenging van gezamenlijke activiteiten op specifieke terreinen, inclusief overleg over of coördinatie van activiteiten, alsook samenvoeging van bestaande activiteiten en totstandbrenging van gezamenlijke ad-hocactiviteiten;

c)    formele en informele uitwisseling of verstrekking van informatie;

d)    gemeenschappelijke inspanningen om bepaalde activiteiten op het gehele grondgebied van de geassocieerde partijen aan te moedigen;

e)    parallelle wetgeving, in voorkomend geval, met een identieke of gelijksoortige inhoud;

f)    coördinatie van inspanningen en activiteiten, wanneer zulks van wederzijds belang is, via of in het kader van internationale organisaties en van samenwerking met derde landen.

ARTIKEL 67

Deelneming van geassocieerde staten aan EU-programma’s

a)    de geassocieerde staten hebben toegang tot alle of sommige delen van het programma;

b)    in de status van de geassocieerde staten in de comités die de Commissie bijstaan bij het beheer of de ontwikkeling van een EU-activiteit waaraan geassocieerde staten op grond van hun deelneming financieel kunnen bijdragen, komt deze bijdrage ten volle tot uiting;


c)    EU-besluiten die geen verband houden met de algemene begroting van de EU en die al dan niet rechtstreeks betrekking hebben op een kaderprogramma, specifiek programma, project of andere actie waaraan de geassocieerde staten via een in het kader van deze overeenkomst genomen besluit deelnemen, zijn onderworpen aan het bepaalde in artikel 65, lid 3, van de kaderovereenkomst; de voorwaarden voor de voortgezette deelneming aan de bedoelde activiteit kunnen door het Gemengd Comité worden gewijzigd overeenkomstig artikel 72 van de kaderovereenkomst;

d)    op projectniveau hebben instellingen, ondernemingen, organisaties en onderdanen van de geassocieerde staten dezelfde rechten en verplichtingen in het EU-programma of een andere actie als die welke gelden voor de instellingen, ondernemingen, organisaties en onderdanen van de EU-lidstaten waarmee het partnerschap wordt aangegaan; hetzelfde is van overeenkomstige toepassing op deelnemers aan uitwisselingen tussen EU-lidstaten en de geassocieerde staten in het kader van de bedoelde activiteit;

e)    de geassocieerde staten, hun instellingen, ondernemingen, organisaties en onderdanen hebben dezelfde rechten en verplichtingen ten aanzien van de verspreiding, evaluatie en exploitatie van resultaten als die welke gelden voor EU-lidstaten, hun instellingen, ondernemingen, organisaties en onderdanen;

f)    de geassocieerde partijen verbinden zich ertoe om, overeenkomstig hun respectieve voorschriften en regelingen, voor zover nodig het verkeer van deelnemers aan programma’s of andere acties te vergemakkelijken.


ARTIKEL 68

Financiële deelneming van geassocieerde staten

1.    Wanneer de samenwerking in het kader van dit deel een financiële deelneming van een geassocieerde staat omvat, vindt die deelneming in een van de volgende vormen plaats:

ARTIKEL 69

Informatie-uitwisseling tussen overheidsinstanties

Wanneer de samenwerking de vorm van een uitwisseling van informatie tussen overheidsinstanties aanneemt, hebben de geassocieerde staten dezelfde rechten om informatie te ontvangen en verplichtingen om informatie te verstrekken als de EU-lidstaten, op voorwaarde dat wordt voldaan aan de eisen van vertrouwelijkheid die door het Gemengd Comité worden vastgesteld.


ARTIKEL 70

Samenwerking op specifieke gebieden

De samenwerkingsregelingen zijn opgenomen in de geassocieerde-staatprotocollen.

ARTIKEL 71

Bestaande samenwerking

Tenzij anders bepaald in een geassocieerde-staatprotocol, gelden voor de samenwerking die op de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst reeds is aangegaan tussen de geassocieerde partijen op de in artikel 64 van de kaderovereenkomst vermelde gebieden, na die datum de desbetreffende bepalingen van dit deel en dat geassocieerde-staatprotocol.

ARTIKEL 72

Rol van de Gemengde Comités

De Gemengde Comités geven overeenkomstig deel VI alle beschikkingen die nodig zijn voor de uitvoering van de artikelen 64 tot en met 71 van de kaderovereenkomst en de daaruit voortvloeiende afgeleide maatregelen, zoals onder meer het opstellen, aanvullen of wijzigen van de bepalingen van het geassocieerde-staatprotocol die betrekking hebben op de wijze van uitvoering van artikel 68 van de kaderovereenkomst, alsmede het vaststellen van overgangsregelingen die nodig zijn voor de uitvoering van artikel 71 van de kaderovereenkomst.


ARTIKEL 73

Nieuwe samenwerkingsgebieden

De geassocieerde partijen doen het nodige om de samenwerking in het kader van de EU-activiteiten op niet in artikel 64 van de kaderovereenkomst vermelde terreinen te ontwikkelen, te versterken of te verbreden, wanneer een dergelijke samenwerking wordt geacht een bijdrage te kunnen leveren aan de doelstellingen van deze overeenkomst of anderszins van wederzijds belang wordt geacht. Dit kan ertoe leiden dat aan de in artikel 64 van de kaderovereenkomst vermelde terreinen nieuwe terreinen worden toegevoegd.

ARTIKEL 74

Nationale maatregelen

Onverminderd het bepaalde in andere delen van deze overeenkomst beletten de bepalingen van dit deel geassocieerde partijen niet om zelfstandig maatregelen uit te werken, aan te nemen en uit te voeren.


DEEL VII

BEPALINGEN INZAKE DE INSTELLINGEN

HOOFDSTUK 1

DE INSTELLINGEN VAN DE ASSOCIATIE

ARTIKEL 75

Associatiecomité


ARTIKEL 76

Gemengde Comités

ARTIKEL 77

Besluitvorming door Gemengde Comités


ARTIKEL 78

Parlementaire samenwerking


ARTIKEL 79

Samenwerking tussen de economische en sociale partners


HOOFDSTUK 2

RAADPLEGING IN VERBAND MET DE BESLUITVORMINGSPROCEDURE VAN DE EUROPESE UNIE

ARTIKEL 80

Opstellen van een rechtshandeling van de EU


HOOFDSTUK 3

HOMOGENITEIT

ARTIKEL 81

Wijzigingen van de bijlagen

ARTIKEL 82

Grondwettelijke vereisten van de geassocieerde staten

ARTIKEL 83

Automatische procedure

ARTIKEL 84

Vereenvoudigde procedure

ARTIKEL 85

Uniforme uitlegging


HOOFDSTUK 4

DE TOEZICHTPROCEDURE

ARTIKEL 86

Algemeen toezicht


ARTIKEL 87

Toezicht in specifieke sectoren

Samenwerking met de bevoegde autoriteiten van EU-lidstaten en EU-instellingen

Een geassocieerde staat kan een beroep doen op de medewerking van een of meer EU-lidstaten of -instellingen om te voldoen aan zijn verplichtingen in verband met de uitvoering en daadwerkelijke toepassing van deze overeenkomst. In dergelijke gevallen treft de geassocieerde staat regelingen tot vaststelling van de bijzonderheden van die samenwerking en stelt hij de Europese Commissie daarvan in kennis in het desbetreffende Gemengd Comité. Deze regelingen laten de bevoegdheden van de Europese Commissie onverlet.


HOOFDSTUK 5

GESCHILLENBESLECHTING EN RECHTERLIJKE TOETSING

ARTIKEL 89

Exclusiviteitsbeginsel

De geassocieerde partijen onderwerpen geschillen over de uitlegging of toepassing van deze overeenkomst of rechtshandelingen van de EU waarnaar hierin wordt verwezen, uitsluitend aan een geschillenbeslechtingsmethode waarin deze overeenkomst voorziet.

ARTIKEL 90

Beslechting van geschillen tussen geassocieerde partijen

1.    Wanneer zich problemen voordoen, plegen de geassocieerde partijen onderling overleg en trachten zij deze overeenkomst doeltreffend te doen functioneren en eventuele problemen op te lossen door middel van een constructieve dialoog. In geval van een geschil over de interpretatie of toepassing van deze overeenkomst of een rechtshandeling van de EU waarnaar in deze overeenkomst wordt verwezen, kan de EU of de geassocieerde staat de zaak door middel van een schriftelijke kennisgeving voorleggen aan het desbetreffende Gemengd Comité. De EU of de geassocieerde staat die voornemens is de zaak overeenkomstig dit lid voor te leggen aan het Gemengd Comité, stelt de andere partij daarvan vooraf in kennis.


2.    Wanneer de EU of de geassocieerde staat de zaak voorlegt aan het Gemengd Comité, komt het Gemengd Comité zo spoedig mogelijk binnen twee maanden nadat de zaak aan het Gemengd Comité is voorgelegd, bijeen. Alle relevante informatie wordt aan het Gemengd Comité verstrekt om een gedetailleerd onderzoek van de situatie mogelijk te maken. Het Gemengd Comité onderzoekt alle mogelijkheden om een oplossing te vinden die in overeenstemming is met deze overeenkomst en kan alle besluiten nemen die daartoe nuttig kunnen zijn.

3.    Indien het Gemengd Comité er niet in slaagt binnen een termijn van zes maanden vanaf de datum van de eerste bijeenkomst overeenkomstig dit artikel een oplossing te vinden voor het in het eerste lid vermelde probleem, kan elk van de geassocieerde partijen de zaak voorleggen aan het HvJ EU. Voor de uitvoering en toepassing daarvan interpreteert het HvJ EU de bepalingen van artikel 85, leden 1 en 2, van de kaderovereenkomst en de daarin genoemde rechtshandelingen van de EU. Wanneer een geassocieerde partij overweegt een zaak overeenkomstig dit lid te verwijzen naar het HvJ EU, stelt zij de andere geassocieerde partij daarvan onverwijld schriftelijk in kennis en verstrekt zij haar alle relevante informatie.

4.    De geassocieerde staten genieten dezelfde rechten als EU-lidstaten en EU-instellingen en zijn onderworpen aan dezelfde procedures voor het HvJ EU.

5.    De geassocieerde partijen plegen binnen het Gemengd Comité overleg en beslechten hun geschil om ervoor te zorgen dat het arrest van het HvJ EU door de EU of de geassocieerde staat binnen twaalf maanden na de datum van dat arrest wordt uitgevoerd. Daartoe ontvangt het Gemengd Comité alle relevante informatie die nodig is voor een grondig onderzoek van de situatie.

Wanneer overeenkomstig lid 6 of lid 7 compenserende of opschortingsmaatregelen zijn genomen, blijven de rechten van personen uit hoofde van deze overeenkomst op de datum van inwerkingtreding van die maatregelen behouden, evenals de daarmee samenhangende verplichtingen uit hoofde van deze overeenkomst.


ARTIKEL 91

Rechterlijke toetsing

ARTIKEL 92

Beroep wegens nalatigheid

ARTIKEL 93

Beroep in geval van niet-contractuele aansprakelijkheid

In geval van niet-contractuele aansprakelijkheid en overeenkomstig deze overeenkomst kan een geassocieerde staat, alsmede de op zijn grondgebied woonachtige of gevestigde natuurlijke persoon of rechtspersonen, de zaak voorleggen aan het HvJ EU om vergoeding te verkrijgen voor schade die is veroorzaakt door de activiteiten van de instellingen, organen of instanties van de EU of door hun ambtenaren in de uitoefening van hun taken.

ARTIKEL 94

Prejudiciële verwijzing

ARTIKEL 95

Recht dat van toepassing is op procedures voor het HvJ EU

Wanneer krachtens de artikelen 90 tot en met 94 van de kaderovereenkomst bij het HvJ EU beroep wordt ingesteld, is de procedure voor het HvJ EU dezelfde als die waarin het EU-recht voorziet voor soortgelijke vorderingen op grond van het VWEU.

ARTIKEL 96

Arresten van het HvJ EU


HOOFDSTUK 6

VRIJWARINGSMAATREGELEN EN OVERMACHT

ARTIKEL 97

Vrijwaringsmaatregelen

ARTIKEL 98

Overmacht


ARTIKEL 99

Besluiten waarbij geldelijke verplichtingen worden opgelegd


DEEL VIII

ALGEMENE EN SLOTBEPALINGEN

ARTIKEL 100

Uitvoering

De geassocieerde partijen treffen alle algemene of specifieke maatregelen die vereist zijn om aan hun verplichtingen krachtens deze overeenkomst, de respectieve protocollen en de hierin genoemde rechtshandelingen van de EU te voldoen, en onthouden zich van maatregelen die de verwezenlijking van hun doelstellingen in gevaar kunnen brengen.

ARTIKEL 101

Regeling van het eigendomsrecht

Deze overeenkomst laat de regeling van het eigendomsrecht van de geassocieerde partijen onverlet.


ARTIKEL 102

Uitzonderingen op grond van veiligheidsoverwegingen

Geen enkele bepaling in deze overeenkomst belet een geassocieerde partij maatregelen te nemen die:


ARTIKEL 103

Beperkende EU-maatregelen

De geassocieerde staten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de rechten en verplichtingen uit hoofde van deze overeenkomst het omzeilen van beperkende maatregelen van de EU die zijn vastgesteld op grond van artikel 29 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) en artikel 215 VWEU, binnen hun rechtsgebied op geen enkele wijze mogelijk maken of toestaan.

ARTIKEL 104

Territoriaal toepassingsgebied

1.    De kaderovereenkomst en de kaderprotocollen zijn van toepassing op de grondgebieden waarop het VEU en het VWEU van toepassing zijn, onder de in die Verdragen neergelegde voorwaarden, en op de respectieve grondgebieden van Andorra en San Marino.

2.    Elk geassocieerde-staatprotocol is van toepassing op de grondgebieden waarop het VEU en het VWEU van toepassing zijn, onder de in die Verdragen neergelegde voorwaarden, en op het grondgebied van de betrokken geassocieerde staat.


ARTIKEL 105

Toekomstige toetredingen tot de EU

1.    De EU stelt de geassocieerde staten in kennis van elk nieuw verzoek om toetreding van een derde land tot de EU. Het Associatiecomité onderzoekt vóór de datum van een dergelijke toetreding de eventuele gevolgen van de toetreding van een derde land tot de EU voor deze overeenkomst.

2.    Voor zover nodig wijzigen de overeenkomstsluitende partijen deze overeenkomst voordat een overeenkomst inzake de toetreding van een derde land tot de EU in werking treedt, overeenkomstig hun respectieve interne procedures.

3.    Deze overeenkomst is van toepassing met betrekking tot een nieuwe EU-lidstaat vanaf de datum van toetreding van die nieuwe lidstaat tot de EU.

ARTIKEL 106

Wijziging van de kaderovereenkomst

Elke overeenkomstsluitende partij kan bij de andere overeenkomstsluitende partijen voorstellen tot wijziging van deze kaderovereenkomst indienen. Over voorstellen tot wijziging van deze kaderovereenkomst wordt in het Associatiecomité onderhandeld door de overeenkomstsluitende partijen. Wanneer de overeenkomstsluitende partijen overeenstemming bereiken over een herziening van de kaderovereenkomst, wordt deze door de overeenkomstsluitende partijen ondertekend en aangenomen en treedt zij in werking na kennisgeving door alle overeenkomstsluitende partijen van de voltooiing van hun respectieve interne procedures en na nederlegging van de akten van bekrachtiging.


ARTIKEL 107

Wijziging van de kaderprotocollen

Elke overeenkomstsluitende partij kan bij de andere overeenkomstsluitende partijen voorstellen tot wijziging van een kaderprotocol indienen. Over voorstellen tot wijziging van een kaderprotocol wordt in het Associatiecomité onderhandeld door de overeenkomstsluitende partijen. Wanneer de overeenkomstsluitende partijen overeenstemming bereiken over een wijziging van een kaderprotocol, wordt deze door de overeenkomstsluitende partijen ondertekend en aangenomen en treedt zij in werking na kennisgeving door alle overeenkomstsluitende partijen van de voltooiing van hun respectieve interne procedures en na nederlegging van de akten van bekrachtiging.

ARTIKEL 108

Wijziging van de geassocieerde-staatprotocollen

De EU of de betrokken geassocieerde staat kan voorstellen indienen tot wijziging van het desbetreffende geassocieerde-staatprotocol. Over voorstellen tot wijziging van een geassocieerde-staatprotocol wordt in het desbetreffende Gemengd Comité onderhandeld door de geassocieerde partijen. Wanneer de geassocieerde partijen overeenstemming bereiken over de wijziging van hun geassocieerde-staatprotocol, stelt het Gemengd Comité de wijziging vast. Wanneer, overeenkomstig artikel 77, lid 2, in het geassocieerde-staatprotocol is bepaald dat een gehele of gedeeltelijke wijziging daarvan pas in werking kan treden na voltooiing van de eigen interne procedures van de geassocieerde partijen, wordt het besluit van het Gemengd Comité pas van kracht na kennisgeving door alle geassocieerde partijen van de voltooiing van hun respectieve interne procedures.


ARTIKEL 109

Protocollen en bijlagen

De kaderprotocollen, de geassocieerde-staatprotocollen, de bijlagen en de daarin vermelde besluiten, zoals aangepast voor de toepassing van deze overeenkomst, vormen een integrerend bestanddeel van deze overeenkomst en hebben dezelfde rechtskracht.

ARTIKEL 110

Bestaande overeenkomsten

1.    Tenzij anders wordt bepaald in deze overeenkomst, en met name in Kaderprotocol nr. 2 en in de geassocieerde-staatprotocollen, hebben de bepalingen van deze overeenkomst voorrang boven de bepalingen in bestaande bilaterale overeenkomsten die bindend zijn voor de EU enerzijds en een van de geassocieerde staten anderzijds, voor zover deze overeenkomst betrekking heeft op hetzelfde onderwerp.

2.    Tenzij anders is bepaald in deze overeenkomst, wordt wanneer in deze overeenkomst geheel of gedeeltelijk wordt verwezen naar bilaterale overeenkomsten die bindend zijn voor de EU enerzijds en een van de geassocieerde staten anderzijds, daarmee tevens bedoeld de wijzigingen daarvan en de vervolgovereenkomsten die voor beide geassocieerde partijen op of na de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst in werking treden.


ARTIKEL 111

Talen

1.    Deze associatieovereenkomst is opgesteld in één exemplaar, in de Bulgaarse, de Catalaanse, de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Hongaarse, de Ierse, de Italiaanse, de Kroatische, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Nederlandse, de Poolse, de Portugese, de Roemeense, de Sloveense, de Slowaakse, de Spaanse, de Tsjechische en de Zweedse taal, waarbij alle teksten gelijkelijk authentiek zijn.

2.    De teksten van de rechtshandelingen van de EU waarnaar in deze associatieovereenkomst wordt verwezen, zijn gelijkelijk authentiek in de Bulgaarse, de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Hongaarse, de Ierse, de Italiaanse, de Kroatische, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Nederlandse, de Poolse, de Portugese, de Roemeense, de Sloveense, de Slowaakse, de Spaanse, de Tsjechische en de Zweedse taal, zoals zij in het Publicatieblad van de Europese Unie zijn verschenen, en deze handelingen worden met het oog op de authenticatie ervan in het Catalaans gesteld.

ARTIKEL 112

Inwerkingtreding en beëindiging

1.    Deze overeenkomst wordt door de overeenkomstsluitende partijen bekrachtigd, ondertekend en goedgekeurd overeenkomstig hun onderscheiden grondwettelijke of institutionele bepalingen. Deze overeenkomst treedt tussen de drie overeenkomstsluitende partijen in werking op de eerste dag van de tweede maand volgende op de laatste kennisgeving van de nederlegging van de akten van bekrachtiging, sluiting of goedkeuring bij het secretariaat-generaal van de Raad van de EU, dat optreedt als depositaris van deze overeenkomst.


2.    In afwachting van de voltooiing van de in lid 1 bedoelde bekrachtigings-, sluitings- of goedkeuringsprocedures passen de overeenkomstsluitende partijen deze overeenkomst voorlopig toe vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de maand waarin een overeenkomstsluitende partij haar akten van bekrachtiging, sluiting of goedkeuring bij het secretariaat-generaal van de Raad van de EU heeft neergelegd, tenzij een andere overeenkomstsluitende partij kennis geeft dat een dergelijke voorlopige toepassing niet kan plaatsvinden.

3.    Indien niet wordt voldaan aan de in lid 2 vastgestelde voorwaarden voor voorlopige toepassing tussen de drie overeenkomstsluitende partijen, wordt deze overeenkomst tussen de EU en een van de geassocieerde staten toegepast vanaf de eerste dag van de tweede maand die volgt op de maand waarin de EU of die geassocieerde staat de akten van bekrachtiging, sluiting of goedkeuring bij het secretariaat-generaal van de Raad van de EU heeft neergelegd, tenzij een van de partijen kennis geeft dat een dergelijke voorlopige toepassing niet kan plaatsvinden. Voor de duur van de toepassing van deze overeenkomst ingevolge dit lid moeten de verwijzingen naar het “Associatiecomité” in de artikelen 75, 105, 106 en 107 van de kaderovereenkomst worden gelezen als verwijzingen naar het desbetreffende “Gemengd Comité”. Voor dezelfde duur besluit het Gemengd Comité over alle technische aanpassingen van de associatieovereenkomst die nodig zijn om de goede werking ervan te waarborgen.

4.    Elke geassocieerde partij kan deze overeenkomst opzeggen door de andere geassocieerde partij schriftelijk van haar besluit in kennis te stellen. Deze overeenkomst tussen de respectieve geassocieerde partijen vervalt zes maanden na ontvangst van de kennisgeving, met inachtneming van de in lid 5 vermelde voorwaarden.

5.    Deze overeenkomst blijft van toepassing tussen de EU en de overige geassocieerde staat indien de beëindiging van deze overeenkomst door een van de geassocieerde staten geen gevolgen heeft voor alle overeenkomstsluitende partijen.


6.    De rechten en verplichtingen van personen en marktdeelnemers krachtens deze associatieovereenkomst blijven onverlet wanneer deze overeenkomst niet langer van toepassing is. De EU en de betrokken geassocieerde staat/staten beslissen in onderlinge overeenstemming welke maatregelen moeten worden genomen met betrekking tot de rechten in het verwervingsproces. Dit lid laat de specifieke bepalingen van artikel 90 van de kaderovereenkomst onverlet.

7.    Vanaf de datum waarop deze overeenkomst voorlopig wordt toegepast overeenkomstig lid 2, of wordt toegepast tussen de EU en een van de geassocieerde staten overeenkomstig lid 3, verstaan de partijen verwijzingen in deze overeenkomst naar “de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst” of naar “de inwerkingtreding van deze overeenkomst” als verwijzingen naar de datum met ingang waarvan deze overeenkomst voorlopig wordt toegepast overeenkomstig lid 2, of wordt toegepast tussen de Unie en een van de geassocieerde staten overeenkomstig lid 3.

TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekende gevolmachtigden, daartoe naar behoren gemachtigd, deze overeenkomst hebben ondertekend.

Gedaan te … op …

Voor de Europese Unie

Voor het Vorstendom Andorra

Voor de Republiek San Marino

KADERPROTOCOL NR. 1

BETREFFENDE HORIZONTALE AANPASSINGEN

ARTIKEL 1

Toepassing van het EU-acquis en specifieke aanpassingen

De bepalingen van de rechtshandelingen die in de geassocieerde-staatprotocollen worden vermeld, zijn overeenkomstig deze overeenkomst en dit kaderprotocol van toepassing, tenzij in het desbetreffende geassocieerde-staatprotocol anders wordt bepaald. De specifieke aanpassingen die voor rechtshandelingen van de EU noodzakelijk zijn, worden uiteengezet in de bijlage bij een geassocieerde-staatprotocol waarin de desbetreffende rechtshandeling is opgenomen.

ARTIKEL 2

Overwegingen van rechtshandelingen

De overwegingen van de bovenbedoelde rechtshandelingen worden niet aangepast met het oog op deze overeenkomst. Zij zijn van belang voor zover noodzakelijk in verband met de correcte interpretatie en toepassing, binnen het kader van deze overeenkomst, van de bepalingen van die rechtshandelingen.


ARTIKEL 3

Overgangsregelingen

1.    Wanneer in een bijlage bij een geassocieerde-staatprotocol wordt verwezen naar dit artikel met betrekking tot een rechtshandeling van de EU, zijn de leden 2 tot en met 5 van toepassing.

2.    De verplichting voor de betrokken geassocieerde staat om de rechtshandeling van de EU uit te voeren en toe te passen, wordt opgeschort tot het einde van de in de desbetreffende bijlage vermelde periode.

3.    De betrokken geassocieerde staat kan het Gemengd Comité te allen tijde gedurende de in lid 2 bedoelde periode in kennis stellen van zijn voornemen om de rechtshandeling van de EU vóór het einde van die periode uit te voeren. In dat geval vermeldt de geassocieerde staat de datum waarop hij voornemens is die rechtshandeling toe te passen. Het Gemengd Comité neemt een besluit over de wijziging van de desbetreffende bijlage.

4.    De toepassing van een rechtshandeling tussen de EU en de betrokken geassocieerde staat wordt opgeschort tot de vroegste van de volgende data:

a)    de eerste dag na afloop van de in lid 2 bedoelde periode; of

b)    de in lid 3 bedoelde datum.

5.    Tijdens de in lid 2 bedoelde opschorting worden de betrekkingen tussen de EU en de betrokken geassocieerde staat met betrekking tot aangelegenheden die binnen het toepassingsgebied van de rechtshandeling van de EU vallen, beheerst door de specifieke bepalingen van de desbetreffende bijlage.


ARTIKEL 4

Regelingen zonder in de bijlage gespecificeerde termijn

1.    Wanneer in een bijlage bij een geassocieerde-staatprotocol wordt verwezen naar dit artikel met betrekking tot een rechtshandeling van de EU, zijn de leden 2 tot en met 6 van toepassing.

2.    De verplichting voor de betrokken geassocieerde staat om de rechtshandeling van de EU uit te voeren en toe te passen, wordt opgeschort.

3.    De betrokken geassocieerde staat kan het Gemengd Comité te allen tijde in kennis stellen van zijn voornemen om de rechtshandeling van de EU uit te voeren. In dat geval vermeldt de geassocieerde staat de datum waarop hij voornemens is die rechtshandeling toe te passen. Het Gemengd Comité neemt een besluit over de wijziging van de desbetreffende bijlage.

4.    Het Gemengd Comité evalueert de in lid 2 bedoelde opschorting te allen tijde en uiterlijk om de vijf jaar, op basis van de noodzaak om rekening te houden met marktontwikkelingen en alle andere specifieke criteria die in de desbetreffende bijlage kunnen worden vastgesteld. Op basis van die evaluatie kan het Gemengd Comité besluiten de desbetreffende bijlage te wijzigen teneinde een termijn vast te stellen voor de uitvoering en toepassing van de rechtshandeling door de betrokken geassocieerde staat. Dit doet geen afbreuk aan artikel 90 van de kaderovereenkomst, dat van toepassing is indien de integriteit en homogeniteit van de interne markt moet worden hersteld.

5.    De toepassing van een rechtshandeling tussen de EU en de betrokken geassocieerde staat wordt opgeschort tot de datum waarop het in lid 3 bedoelde besluit van het Gemengd Comité in werking treedt of, in voorkomend geval, de datum waarop de in lid 4 bedoelde termijn verstrijkt.


6.    Tijdens de in lid 2 bedoelde opschorting worden de betrekkingen tussen de EU en de betrokken geassocieerde staat met betrekking tot aangelegenheden die binnen het toepassingsgebied van de rechtshandeling van de EU vallen, beheerst door de specifieke bepalingen van de desbetreffende bijlage.

ARTIKEL 5

Bepalingen inzake EU-comités

De procedures, institutionele regelingen en andere bepalingen betreffende EU-comités die zijn opgenomen in de rechtshandelingen waarnaar in de geassocieerde-staatprotocollen wordt verwezen, zijn vastgelegd in artikel 67 en artikel 80, leden 5, 6 en 7, van de kaderovereenkomst en in de geassocieerde-staatprotocollen.

ARTIKEL 6

Bepalingen betreffende het vaststellen van procedures voor de aanpassing of wijziging van rechtshandelingen van de EU

Wanneer een rechtshandeling waarnaar in een geassocieerde-staatprotocol wordt verwezen, voorziet in EU-procedures voor de aanpassing, uitbreiding of wijziging ervan of voor de ontwikkeling van nieuw EU-beleid of nieuwe EU-initiatieven of -besluiten, is de desbetreffende besluitvormingsprocedure van de kaderovereenkomst van toepassing.


ARTIKEL 7

Uitwisseling van informatie en kennisgevingsprocedures

1.    Wanneer een EU-lidstaat informatie aan de Europese Commissie moet verstrekken, verstrekt een geassocieerde staat deze informatie ook aan de Europese Commissie. Hetzelfde geldt wanneer de informatie door de bevoegde autoriteiten moet worden verstrekt.

2.    Wanneer een EU-lidstaat informatie aan een of meer andere EU-lidstaten moet verstrekken, verstrekt hij die informatie ook aan de Europese Commissie. De Europese Commissie verstrekt die informatie aan de geassocieerde staten.

Een geassocieerde staat verstrekt overeenkomstige informatie aan een of meer EU-lidstaten, die deze informatie doorsturen naar de Europese Commissie voor verspreiding naar alle EU-lidstaten. Hetzelfde geldt wanneer de informatie door de bevoegde autoriteiten moet worden verstrekt.

3.    Op terreinen waarop dringend een snelle overdracht van informatie is geboden, zal naar passende sectoriële oplossingen worden gezocht om rechtstreekse informatie-uitwisseling tot stand te brengen.

4.    Tenzij in de associatieovereenkomst anders is bepaald, worden de taken van de Europese Commissie in het kader van verificatie-, informatie-, kennisgevings- of overlegprocedures en soortgelijke aangelegenheden mutatis mutandis ook ten aanzien van de geassocieerde staten vervuld. Dit laat de artikelen 5, 6 en 10 van dit kaderprotocol onverlet.


5.    De Europese Commissie en het overeenkomstige Gemengd Comité wisselen alle informatie met betrekking tot deze zaken uit. Ieder probleem dat zich in dit verband voordoet, kan aan het overeenkomstige Gemengd Comité worden voorgelegd.

ARTIKEL 8

Evaluatie- en rapportageprocedures

Wanneer de Europese Commissie of een andere EU-instelling op grond van een rechtshandeling als bedoeld in een geassocieerde-staatprotocol een verslag, een verklaring of een ander soortgelijk document moet opstellen, stelt zij, tenzij anders overeengekomen, tegelijkertijd een overeenkomstig verslag, een verklaring of een soortgelijk document op met betrekking tot de geassocieerde staten, tenzij in deze overeenkomst anders is bepaald. De Europese Commissie en de geassocieerde staten plegen onderling overleg en wisselen informatie uit bij de voorbereiding van hun respectieve verslagen, waarvan zij afschriften doen toekomen aan het desbetreffende Gemengd Comité.

ARTIKEL 9

Publicatie van informatie

1.    Wanneer een EU-lidstaat overeenkomstig een in een geassocieerde-staatprotocol genoemde rechtshandeling bepaalde informatie over feiten, procedures en dergelijke moet publiceren, publiceren ook de geassocieerde staten de desbetreffende informatie op overeenkomstige wijze.


2.    Wanneer feiten, procedures, rapporten en dergelijke, overeenkomstig een in een geassocieerde-staatprotocol genoemde rechtshandeling, in het Publicatieblad van de Europese Unie moeten worden bekendgemaakt, wordt de corresponderende informatie betreffende de geassocieerde staten daarin eveneens bekendgemaakt.

ARTIKEL 10

Rechten en verplichtingen

De rechten en verplichtingen van de EU-lidstaten of hun overheidslichamen, ondernemingen of onderdanen ten opzichte van elkaar worden geacht voor de geassocieerde partijen te gelden, waaronder, al naar het geval, ook de bevoegde autoriteiten, overheidslichamen, ondernemingen of personen van die partijen worden verstaan.

ARTIKEL 11

Verwijzingen naar grondgebieden

Wanneer de rechtshandelingen van de EU waarnaar in de geassocieerde-staatprotocollen wordt verwezen, verwijzingen bevatten naar het grondgebied van de “Europese Unie”, “gemeenschappelijke markt” of “interne markt”, worden deze verwijzingen voor de toepassing van deze overeenkomst beschouwd als verwijzingen naar het grondgebied van de overeenkomstsluitende partijen als omschreven in artikel 104 van de kaderovereenkomst.


ARTIKEL 12

Verwijzingen naar onderdanen van EU-lidstaten

Wanneer de rechtshandelingen waarnaar in de geassocieerde-staatprotocollen wordt verwezen, verwijzingen naar onderdanen van EU-lidstaten bevatten, worden deze verwijzingen voor de toepassing van deze overeenkomst geacht tevens te verwijzen naar onderdanen van de geassocieerde staten.

ARTIKEL 13

Verwijzing naar talen

Wanneer een rechtshandeling waarnaar in een geassocieerde-staatprotocol wordt verwezen, aan de EU-lidstaten of hun overheidsorganen, ondernemingen of personen rechten verleent of verplichtingen oplegt met betrekking tot het gebruik van een van de officiële talen van de EU, worden de overeenkomstige rechten en verplichtingen met betrekking tot het gebruik van een van de officiële talen van alle overeenkomstsluitende partijen geacht te gelden voor de overeenkomstsluitende partijen, hun bevoegde autoriteiten, overheidsorganen, ondernemingen of personen.


ARTIKEL 14

Inwerkingtreding en uitvoering van rechtshandelingen

De bepalingen betreffende de inwerkingtreding of uitvoering van de in de geassocieerde-staatprotocollen bedoelde rechtshandelingen gelden niet voor de toepassing van deze overeenkomst. De termijnen en data die gelden voor de geassocieerde staten voor de inwerkingtreding en uitvoering van de genoemde rechtshandelingen, vloeien voort uit artikel 112 van de kaderovereenkomst en uit de bepalingen betreffende overgangsregelingen.

ARTIKEL 15

Adressaten van de rechtshandelingen van de EU

De bepalingen die aangeven dat een rechtshandeling van de EU tot de EU-lidstaten is gericht, gelden niet voor de toepassing van deze overeenkomst.

KADERPROTOCOL NR. 2

BETREFFENDE BESTAANDE OVEREENKOMSTEN

Overeenkomstig artikel 110 van de kaderovereenkomst zijn de overeenkomstsluitende partijen overeengekomen dat de volgende bestaande bilaterale overeenkomsten die bindend zijn voor de EU enerzijds en een van de geassocieerde staten anderzijds, na de inwerkingtreding van deze overeenkomst van toepassing blijven:

a)    Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en het Vorstendom Andorra waarbij wordt voorzien in maatregelen van gelijke strekking als die welke zijn vervat in Richtlijn 2003/48/EG van de Raad van 15 november 2004 betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling en de bijbehorende gezamenlijke intentieverklaring 10 , gewijzigd bij het wijzigingsprotocol van 12 februari 2016 11 ;

b)    Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek San Marino waarbij wordt voorzien in maatregelen van gelijke strekking als die welke zijn vervat in Richtlijn 2003/48/EG van de Raad van 7 december 2004 betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling en het bijbehorende memorandum van overeenstemming 12 , gewijzigd bij het wijzigingsprotocol van 8 december 2015 13 ;

c)    Monetaire overeenkomst tussen de Europese Unie en het Vorstendom Andorra van 30 juni 2011 14 ;

d)    Monetaire overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek San Marino van 27 maart 2012 15 .

KADERPROTOCOL NR. 3

BETREFFENDE FINANCIËLE DIENSTEN

PREAMBULE

De EU enerzijds en respectievelijk Andorra en San Marino anderzijds,

Overwegende hetgeen volgt:

1)    Dit kaderprotocol houdt rekening met de specifieke kenmerken van de geassocieerde staten en met de wijze waarop hun markten voor financiële diensten zouden worden geïntegreerd in de interne markt van de EU voor financiële diensten en de bijbehorende toezichtinfrastructuur. In het licht daarvan moeten specifieke regels en bepalingen worden ingevoerd die een soepele marktintegratie mogelijk maken.

2)    De vaststelling van een gefaseerde aanpak voor de uitvoering en toepassing van het EU-acquis is bedoeld om een geassocieerde staat de flexibiliteit te bieden om prioriteit te geven aan specifieke segmenten van het EU-acquis waarvoor hij voornemens is eerst grensoverschrijdende financiële diensten te verlenen. Met een dergelijke aanpak kan de geassocieerde staat het EU-acquis geleidelijk overnemen en gefaseerd toepassen, rekening houdend met zijn specifieke omstandigheden en voorkeuren.


3)    De beoordeling van de toezichtinfrastructuur van de geassocieerde staat, door middel van een beoordeling om toegang te krijgen tot de interne markt van de EU voor financiële diensten, en daaropvolgende regelmatige beoordelingen, dient om de effectiviteit, robuustheid en geschiktheid ervan te evalueren, rekening houdend met de kenmerken van de financiële sector van de geassocieerde staat, zoals de aard, diversiteit, omvang en complexiteit ervan. Een robuust toezichtkader is van cruciaal belang om de integriteit en stabiliteit van de interne markt van de EU te waarborgen, het vertrouwen onder marktdeelnemers te bevorderen en de belangen van consumenten en beleggers te beschermen. De toezichthoudende autoriteiten van de EU is een centrale rol toebedeeld bij het uitvoeren van deze beoordelingen, waarbij, indien nodig, de actieve medewerking en samenwerking van de bevoegde autoriteiten van de EU-lidstaten noodzakelijk is.

4)    Om misbruik van het recht van vestiging te voorkomen, is het noodzakelijk om te eisen dat in de geassocieerde staat gevestigde financiële instellingen ten minste een deel van hun diensten binnen dat rechtsgebied verlenen. De toezichthoudende autoriteiten van de geassocieerde staat zien erop toe dat er geen juridische entiteiten met weinig of geen economische activiteiten in hun rechtsgebied worden opgericht.

ZIJN ALS VOLGT OVEREENGEKOMEN:


DEEL I

ALGEMENE BEPALINGEN

ARTIKEL 1

Doelstellingen

De doelstellingen van dit kaderprotocol zijn:

a)    het waarborgen van de integriteit van de uitgebreide interne markt van de EU, markttransparantie, bescherming van consumenten en beleggers, en het aanpakken van risico’s in verband met consumentenfraude, witwassen van geld en financiële criminaliteit;

b)    het bevorderen van de preventie van potentiële risico’s voor de financiële stabiliteit;

c)    het vaststellen van een kader voor de geleidelijke aanpassing van de regelgeving en de toezichtmaatregelen van de geassocieerde staat aan het volledige EU-acquis op het gebied van financiële diensten;

d)    het vergemakkelijken van de geleidelijke uitbreiding van de interne markt van de EU voor financiële diensten tot de geassocieerde staat;

e)    het bevorderen van samenwerking op het gebied van regelgeving en toezicht op het gebied van financiële diensten tussen de EU en de geassocieerde staat.


ARTIKEL 2

Definities

In dit kaderprotocol wordt verstaan onder:

a)    “financiële diensten”: de diensten waarop de in de bijlagen IX, XII en XXII bij elk geassocieerde-staatprotocol vermelde handelingen van toepassing zijn;

b)    “toezichthoudende autoriteiten van de EU”: de Europese Bankautoriteit, de Europese Autoriteit voor effecten en markten, de Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen en de Autoriteit voor de bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering.

ARTIKEL 3

Voorwaarden voor toegang tot de interne markt van de EU

1.    Een geassocieerde staat krijgt toegang tot de interne markt van de EU voor financiële diensten indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:

a)    de volledige en doeltreffende uitvoering en toepassing van alle bepalingen die van toepassing zijn op het gebied van financiële diensten, zoals uiteengezet in de bijlagen IX, XII en XXII bij het desbetreffende geassocieerde-staatprotocol;

b)    de aanwezigheid en goede werking van toezichtcapaciteit en -regelingen op het gebied van financiële diensten;


c)    de ondertekening van een memorandum van overeenstemming tussen de bevoegde autoriteiten van de geassocieerde staat en de toezichthoudende autoriteiten van de EU inzake samenwerking, informatie-uitwisseling en overleg op het gebied van toezicht.

2.    Om na te gaan of aan de voorwaarden van lid 1, punten a) en b), is voldaan, voert de Europese Commissie een uitgebreide evaluatie uit overeenkomstig de bepalingen van deel II van dit kaderprotocol. Die evaluatie omvat een beoordeling van de financiële sector van de geassocieerde staat, een beoordeling van de implementatie en toepassing van het toepasselijke EU-acquis, en een beoordeling van de toezichtinfrastructuur van de geassocieerde staat.

3.    De in lid 2 bedoelde evaluatie wordt uitgevoerd op verzoek van de geassocieerde staat zodra deze zich ervan heeft vergewist dat is voldaan aan de voorwaarden van lid 1. De geassocieerde staat dient zijn verzoek in via het bij artikel 20 van dit kaderprotocol ingestelde Subcomité financiële diensten.

ARTIKEL 4

Gedeeltelijke toegang tot de interne markt van de EU

1.    Een geassocieerde staat kan besluiten af te zien van toegang tot de gehele interne markt van de EU voor financiële diensten door een of meer van de volgende marktsegmenten tijdelijk uit te sluiten:

a)    bankdiensten;

b)    verzekering en herverzekering;


c)    beheer van activa;

d)    effectenmarkten.

Voor de toepassing van de eerste alinea stelt de geassocieerde staat de Europese Commissie binnen een jaar na de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst in kennis van zijn voornemen en geeft daarbij aan welke segmenten hij tijdelijk wenst uit te sluiten. Na ontvangst van een dergelijke kennisgeving deelt de Europese Commissie de geassocieerde staat binnen twee maanden mee welke EU-bepalingen de geassocieerde staat tijdelijk niet hoeft uit te voeren en toe te passen.

2.    In aansluiting op het in lid 1, tweede alinea, bedoelde antwoord neemt het bij artikel 76 van de kaderovereenkomst ingestelde Gemengd Comité overeenkomstig artikel 81 van de kaderovereenkomst een besluit tot wijziging van bijlage IX bij het desbetreffende geassocieerde-staatprotocol op basis van de lijst die de Europese Commissie aan de geassocieerde staat heeft verstrekt, met het oog op een nadere specificatie van:

a)    de lijst van EU-bepalingen die de geassocieerde staat volledig moet uitvoeren en toepassen;

b)    de lijst van EU-bepalingen waarvoor de verplichting tot volledige uitvoering en toepassing door de geassocieerde staat tijdelijk is opgeschort overeenkomstig lid 1 van dit artikel.

3.    Indien de geassocieerde staat kiest voor de in lid 1 van dit artikel bedoelde afwijking, is artikel 3 van dit kaderprotocol alleen van toepassing op het marktsegment of de marktsegmenten waarvoor de geassocieerde staat markttoegang wenst te verkrijgen, zolang die afwijking van kracht blijft.


4.    Indien de geassocieerde staat in een later stadium toegang wenst te krijgen tot de interne markt van de EU in een of meer van de segmenten waarvoor hij aanvankelijk om een afwijking als bedoeld in lid 1 heeft verzocht, stelt hij de Europese Commissie naar behoren in kennis van zijn voornemen. Het Gemengd Comité wijzigt overeenkomstig artikel 81 van de kaderovereenkomst bijlage IX bij het desbetreffende geassocieerde-staatprotocol, met het oog op de bijwerking van de lijst van toepasselijke bepalingen van het EU-acquis. De geassocieerde staat kan alleen toegang tot deze segmenten krijgen als de bepalingen waarvoor geen afwijking meer geldt, naar behoren zijn uitgevoerd en worden toegepast. De in artikel 3, lid 2, van dit kaderprotocol bedoelde evaluatie wordt uitgevoerd telkens wanneer de geassocieerde staat besluit toegang te zoeken tot een aanvullend marktsegment.

5.    De in lid 1 van dit artikel bedoelde afwijking duurt niet langer dan vijftien jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst. Uiterlijk een jaar vóór het einde van de maximale duur van de afwijking wijzigen de geassocieerde partijen bijlage IX bij het geassocieerde-staatprotocol om ervoor te zorgen dat alle toepasselijke bepalingen van het EU-acquis vóór de datum waarop de afwijking afloopt, door de geassocieerde staat worden uitgevoerd en toegepast. De geassocieerde staat dient zes maanden vóór die vervaldatum alle EU-bepalingen voor de sector financiële diensten geheel, volledig en doeltreffend te hebben uitgevoerd en toegepast. Bij de in artikel 3, lid 2, van dit kaderprotocol bedoelde evaluatie wordt beoordeeld of de geassocieerde staat aan de in dit lid bedoelde verplichting voldoet.


ARTIKEL 5

Actieplan voor de uitvoering en toepassing van het EU-acquis

1.    Voordat de geassocieerde staat toegang krijgt tot de interne markt van de EU voor financiële diensten of tot een of meer van zijn marktsegmenten, stelt hij een actieplan en een tijdschema op om de uitvoering en toepassing van het toepasselijke EU-acquis voor de financiële dienstensector of voor een of meer van zijn marktsegmenten te verwezenlijken.

2.    De geassocieerde staat stelt de Europese Commissie via het Subcomité financiële diensten in kennis van de vaststelling van het actieplan en van alle belangrijke wijzigingen daarvan. De geassocieerde staat kan follow-upverslagen verstrekken die voortvloeien uit het actieplan.

3.    Overeenkomstig artikel 3, lid 3, van dit kaderprotocol maakt de geassocieerde staat op basis van zijn actieplan gebruik van zijn discretionaire bevoegdheid om het passende tijdschema vast te stellen voor het verzoek aan de Europese Commissie om de evaluatie uit te voeren die nodig is om toegang te krijgen tot de interne markt van de EU.

ARTIKEL 6

Inwerkingtreding van markttoegang

1.    Zodra de Europese Commissie een positieve aanbeveling, als bedoeld in artikel 11 van dit kaderprotocol, heeft vastgesteld omdat aan alle noodzakelijke voorwaarden van artikel 3 van dit kaderprotocol is voldaan, en op aanbeveling van het Subcomité financiële diensten, stelt het Gemengd Comité een besluit vast waarbij de toegang tot een of meer segmenten van de interne markt van de EU voor financiële diensten wordt uitgebreid tot de geassocieerde staat.


2.    Het besluit wordt van kracht op de eerste dag van de maand volgende op de datum van vaststelling van het besluit door het Gemengd Comité.

3.    Gedurende de gehele periode waarin de in artikel 4, lid 1, van dit kaderprotocol bedoelde afwijking van kracht is, vangt de toegang van EU-marktdeelnemers tot de financiële markt van de geassocieerde staat aan op de datum waarop het besluit van het Gemengd Comité, waarbij de geassocieerde staat toegang wordt verleend tot een of meer segmenten van de interne markt van de EU voor financiële diensten, in werking treedt. Die markttoegang is beperkt tot het segment of de segmenten waarnaar in dat besluit wordt verwezen.

ARTIKEL 7

Plaatselijke dienstverlening in de geassocieerde staat

1.    De toezichthoudende autoriteiten van de geassocieerde staat zorgen ervoor dat op hun grondgebied gevestigde financiële dienstverleners een aanzienlijk deel van hun activiteiten in hun rechtsgebied uitoefenen en daarbij hun markt bedienen. Zij verbieden de vestiging in hun rechtsgebied van dienstverleners zonder actieve bedrijfsactiviteiten of significante activa.

2.    De naleving van de in lid 1 vastgestelde verplichting wordt gemonitord in het kader van de controle op de toezichtinfrastructuur van de geassocieerde staat als bedoeld in artikel 13 van dit kaderprotocol.


DEEL II

EVALUATIE OM TOEGANG TE KRIJGEN TOT DE INTERNE MARKT VAN DE EU

ARTIKEL 8

Toetsing van de financiële sector van de geassocieerde staat

1.    Onder toezicht van de Europese Commissie voeren de desbetreffende toezichthoudende autoriteiten van de EU als volgt een toetsing uit van de financiële sector van de geassocieerde staat:

a)    de geassocieerde staat verstrekt de toezichthoudende autoriteiten van de EU:

i)    een gedetailleerde beschrijving van zijn financiële sector, waaronder een lijst van geautoriseerde of geregistreerde financiële dienstverleners en hun rechtsvorm, de identiteit van hun bestuurders, identiteit en nationaliteit van aandeelhouders, groepsrelaties, economische relevantie (totale bankactiva, activa onder beheer, totale verzekeringspremies);

ii)    alle aanvullende informatie die de toezichthoudende autoriteiten van de EU nodig hebben voor de voltooiing van deze toetsing;

b)    de toezichthoudende autoriteiten van de EU verrichten op basis van hun methodologie en in samenwerking met de desbetreffende bevoegde autoriteiten van de geassocieerde staat toetsingen van de balans en de kwaliteit van de activa voor de bank- en verzekeringssector.


2.    Het bestaan, de structuur en de kwaliteit van depositogarantiestelsels, verzekeringsgarantiestelsels en afwikkelingsregelingen worden beoordeeld door de bij artikel 42 van Verordening (EU) nr. 806/2014 van het Europees Parlement en de Raad 16 opgerichte Gemeenschappelijke Afwikkelingsraad overeenkomstig het desbetreffende EU-recht.

3.    Bij deze toetsing kunnen de toezichthoudende autoriteiten van de EU waar nodig een beroep doen op de bijstand van derden op nationaal of internationaal niveau.

4.    De kosten in verband met de toetsing krachtens dit artikel komen ten laste van de geassocieerde staat.

ARTIKEL 9

Beoordeling van de uitvoering en toepassing van het EU-recht

1.    De EU beoordeelt de volledigheid en conformiteit van de wetgeving en het regelgevingskader van de geassocieerde staat met het desbetreffende EU-acquis. Zij beoordeelt met name de naleving van:

a)    de bepalingen van EU-handelingen die zonder onderscheid van toepassing zijn op de gehele interne markt van de EU voor financiële diensten, met name inzake de bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering; alsmede

b)    de bepalingen van EU-handelingen die van toepassing zijn op het specifieke segment of de specifieke segmenten van de interne markt van de EU voor financiële diensten als bedoeld in artikel 4, lid 1, van dit kaderprotocol.


2.    De conformiteit van de wetgeving en het regelgevingskader van de geassocieerde staat met het toepasselijke EU-acquis kan worden beoordeeld met de bijstand van derden op nationaal of internationaal niveau. De Europese Commissie stelt de taakomschrijving van de nalevingsbeoordeling vast en stelt de geassocieerde staat in kennis van de desbetreffende aanbestedingsprocedure en de resultaten daarvan.

3.    De kosten in verband met de beoordeling uit hoofde van dit artikel komen ten laste van de geassocieerde staat.

ARTIKEL 10

Beoordeling van de toezichtinfrastructuur van de geassocieerde staat

1.    De beoordeling van de toezichtinfrastructuur heeft betrekking op de onafhankelijkheid, robuustheid, doeltreffendheid en efficiëntie van het toezichtkader van de geassocieerde staat. Deze beoordeling heeft ook betrekking op het toezicht op de bestrijding van witwassen in de geassocieerde staat, met inbegrip van het bestaan en de goede werking van een financiële-inlichtingeneenheid.

2.    De beoordeling wordt uitgevoerd door de toezichthoudende autoriteiten van de EU in samenwerking met de desbetreffende bevoegde autoriteiten van de EU-lidstaten. De toezichthoudende autoriteiten van de EU stellen de beoordelingscriteria en -methoden vast en stellen de Europese Commissie en de geassocieerde staat daarvan in kennis.


3.    Voor de uitvoering van de in lid 1 bedoelde beoordeling kunnen de toezichthoudende autoriteiten van de EU in voorkomend geval een beroep doen op de bijstand van derden op nationaal of internationaal niveau.

4.    De kosten in verband met de beoordeling uit hoofde van dit artikel komen ten laste van de geassocieerde staat.

ARTIKEL 11

Resultaat van de evaluatie

1.    Na voltooiing van de in artikel 8 van dit kaderprotocol bedoelde toetsing van de financiële sector van de geassocieerde staat brengen de toezichthoudende autoriteiten van de EU een advies uit aan de Europese Commissie, waarin zij een beoordeling geven van de financiële sector van de geassocieerde staat.

2.    Na voltooiing van de in artikel 10 van dit kaderprotocol bedoelde beoordeling van de toezichtinfrastructuur van de geassocieerde staat brengen de toezichthoudende autoriteiten van de EU advies uit aan de Europese Commissie, waarin zij een beoordeling geven van het toezichtkader van de geassocieerde staat.

3.    Rekening houdend met de in de leden 1 en 2 van dit artikel bedoelde adviezen en met de beoordeling van de uitvoering en toepassing van de EU-wetgeving als bedoeld in artikel 9 van dit kaderprotocol, doet de Europese Commissie een aanbeveling aan het Subcomité financiële diensten.


In deze aanbeveling wordt bepaald of de geassocieerde staat toegang moet worden verleend tot de interne markt van de EU voor financiële diensten of tot een of meer marktsegmenten daarvan, rekening houdend met de volgende overwegingen:

a)    indien de in artikel 8, lid 1, punt b), van dit kaderprotocol bedoelde balansen of onderzoeken naar de kwaliteit van de activa risico’s voor de goede werking van de interne EU-markt aan het licht brengen, wordt geen toegang tot het desbetreffende segment of de desbetreffende segmenten van de interne markt van de EU voor financiële diensten verleend totdat deze risico’s op passende wijze zijn verholpen;

b)    indien de beoordeling van het depositogarantiestelsel, het verzekeringsgarantiestelsel of de afwikkelingsfondsen als bedoeld in artikel 8, lid 2, van dit kaderprotocol negatief is, wordt geen toegang tot het banksegment of tot het verzekerings- en herverzekeringssegment verleend totdat deze tekortkomingen op passende wijze zijn verholpen;

c)    indien de beoordeling van de uitvoering en toepassing van het EU-acquis op een of meer gebieden tekortkomingen aan het licht brengt, wordt geen toegang verleend tot het overeenkomstige segment of de overeenkomstige segmenten van de interne markt van de EU voor financiële diensten, als bedoeld in artikel 4, lid 1, van dit kaderprotocol, totdat deze tekortkomingen op passende wijze zijn verholpen;

d)    indien de beoordeling van de toezichtinfrastructuur van de geassocieerde staat tekortkomingen aan het licht brengt, wordt geen toegang verleend tot het overeenkomstige segment of de overeenkomstige segmenten van de interne markt van de EU voor financiële diensten, als bedoeld in artikel 4, lid 1, van dit kaderprotocol, totdat deze tekortkomingen op passende wijze zijn verholpen.


4.    Indien de in lid 3 bedoelde aanbeveling inzake markttoegang negatief is, deelt de Europese Commissie het Subcomité financiële diensten mee welke richtsnoeren en maatregelen door de geassocieerde staat moeten worden genomen om de geconstateerde tekortkomingen te verhelpen. De geassocieerde staat mag tot een jaar na de uitvaardiging van de richtsnoeren door de Europese Commissie geen nieuw verzoek tot evaluatie indienen om markttoegang te verkrijgen. Na indiening van een nieuw verzoek levert de geassocieerde staat bewijs van zijn naleving van de voorgeschreven richtsnoeren en van de uitvoering van de vereiste acties.


DEEL III

CONTROLE

ARTIKEL 12

Controle op de uitvoering en toepassing van het EU-recht door de geassocieerde staat

1.    Nadat het Gemengd Comité overeenkomstig artikel 6 van dit kaderprotocol de toegang tot de interne markt van de EU voor financiële diensten, of tot een of meer segmenten daarvan, heeft uitgebreid tot de geassocieerde staat, wordt tijdens de volledige duur van de markttoegang door de Europese Commissie geëvalueerd of de wetgeving van de geassocieerde staat nog steeds in overeenstemming is met het toepasselijke EU-acquis. De controle wordt uitgevoerd overeenkomstig artikel 9 van dit kaderprotocol.

2.    De Europese Commissie legt de resultaten van de daaropvolgende controle voor aan het Subcomité financiële diensten, met inbegrip van eventuele aanbevelingen om de tijdens het controleproces vastgestelde problemen aan te pakken. De geassocieerde staat voert de aanbevelingen uit binnen het in de aanbevelingen vermelde tijdsbestek.


3.    Indien bij de controle op de uitvoering en toepassing van het EU-acquis op een of meer gebieden significante tekortkomingen worden geconstateerd, kan de EU de toepassing van dit kaderprotocol ten aanzien van het segment of de segmenten van de financiële diensten in kwestie opschorten. De voorwaarden en de procedure voor de opschorting zijn opgenomen in de artikelen 18 en 19 van dit kaderprotocol.

4.    De kosten in verband met de regelmatige controles op grond van dit artikel komen ten laste van de geassocieerde staat.

ARTIKEL 13

Controle op de toezichtinfrastructuur van de geassocieerde staat

1.    Nadat het Gemengd Comité overeenkomstig artikel 6 van dit kaderprotocol de toegang tot de interne markt van de EU voor financiële diensten, of tot een of meer segmenten daarvan, heeft uitgebreid tot de geassocieerde staat, wordt de toezichtinfrastructuur van de geassocieerde staat beoordeeld overeenkomstig artikel 10 van dit kaderprotocol. Deze beoordeling wordt om de twee jaar georganiseerd, tenzij de Europese Commissie anders bepaalt.

2.    De Europese Commissie legt de resultaten van de beoordelingen voor aan het Subcomité financiële diensten, met inbegrip van eventuele aanbevelingen van de toezichthoudende autoriteiten van de EU om tijdens deze controle aan het licht gekomen kwesties aan te pakken.

3.    De geassocieerde staat voert de in lid 2 bedoelde aanbevelingen uit binnen het in die aanbevelingen vermelde tijdsbestek. De toezichthoudende autoriteiten van de EU controleren of deze aanbevelingen volledig zijn uitgevoerd.


4.    Indien de geassocieerde staat de in de aanbevelingen uit de beoordeling vastgestelde tekortkomingen niet binnen het vastgestelde tijdsbestek verhelpt, kan de EU de toepassing van dit kaderprotocol ten aanzien van het segment of de segmenten van de financiële diensten in kwestie opschorten. De voorwaarden en de procedure voor de opschorting zijn opgenomen in de artikelen 18 en 19 van dit kaderprotocol.

5.    De kosten in verband met de regelmatige controles op grond van dit artikel komen ten laste van de geassocieerde staat.


DEEL IV

SAMENWERKING MET TOEZICHTHOUDENDE AUTORITEITEN VAN DE EU

ARTIKEL 14

Toezichthoudende autoriteiten van de EU — algemene bevoegdheden

1.    De toezichthoudende autoriteiten van de EU beschikken ten aanzien van de financiëledienstensector en de bevoegde autoriteiten van de geassocieerde staat over alle bevoegdheden die hun zijn verleend bij hun oprichtingsverordeningen, de toepasselijke sectorale EU-wetgeving en dit kaderprotocol.

2.    De bevoegdheden van de toezichthoudende autoriteiten van de EU omvatten de bevoegdheid om besluiten te nemen en aanbevelingen te richten tot de aanbieders van financiële diensten of de bevoegde autoriteiten van de geassocieerde staat, voor zover dit nodig is om de goede werking van de interne markt van de EU, de bescherming van consumenten, beleggers en andere desbetreffende belanghebbenden of de vrijwaring van de stabiliteit en integriteit van de interne markt van de EU te waarborgen. Deze bevoegdheden worden uitgeoefend in overleg met de financiële toezichthoudende autoriteiten van de geassocieerde staat.

3.    De geassocieerde staat zorgt ervoor dat de toezichthoudende autoriteiten van de EU hun bevoegdheden binnen zijn rechtsgebied doeltreffend kunnen uitoefenen en draagt dienovereenkomstig bij aan hun begrotingsbehoeften. De bevoegde autoriteiten van de geassocieerde staat werken samen met de toezichthoudende autoriteiten van de EU bij de uitoefening van hun bevoegdheden binnen hun rechtsgebied en nemen alle nodige maatregelen om de doeltreffende en consistente handhaving van alle besluiten en aanbevelingen van de toezichthoudende autoriteiten van de EU te waarborgen.


4.    Op de gebieden waarop de toezichthoudende autoriteiten van de EU rechtstreekse toezichtmandaten of directe interventiebevoegdheden hebben, zijn de door hen genomen besluiten juridisch bindend en rechtstreeks toepasselijk binnen het rechtsgebied van de geassocieerde staat, zonder dat zij hoeven te worden gevalideerd door een bevoegde autoriteit van de geassocieerde staat.

ARTIKEL 15

Toezichthoudende autoriteiten van de EU — noodbevoegdheden

1.    In geval van ongunstige ontwikkelingen in de financiële sector van de geassocieerde staat die gevolgen kunnen hebben voor de stabiliteit of integriteit van de financiële sector van de EU of een van haar lidstaten, of nadelig kunnen zijn voor consumenten, beleggers of andere relevante belanghebbenden in de EU, of indien zich nieuwe risico’s voordoen bij in de geassocieerde staat gevestigde ondernemingen die activiteiten met mogelijke grensoverschrijdende gevolgen uitoefenen, hebben de toezichthoudende autoriteiten van de EU de bevoegdheid om ten aanzien van de in de geassocieerde staat gevestigde financiële dienstverleners de volgende besluiten te nemen:

a)    verbod op de acceptatie van nieuwe zakelijke activiteiten of de onboarding van nieuwe klanten, in geval van gedrags- of prudentiële bezwaren;

b)    verbod op de vrije beschikking over activa;

c)    uitvaardiging van een last onder dwangsom.


2.    De toezichthoudende autoriteiten van de EU nemen een tot de desbetreffende bevoegde autoriteit van de geassocieerde staat gericht besluit tot opschorting van de vergunning die aan een financiële dienstverlener is verleend, in geval van schending van het EU-recht, frauduleuze activiteiten, of in geval van ernstige bezorgdheid over de financiële situatie, het bedrijfsmodel, de naleving van de wetgeving inzake de bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering, de naleving van de betrouwbaarheids- en deskundigheidseisen of het gedrag ten aanzien van cliënten of potentiële cliënten van de financiële dienstverlener.

3.    De in de leden 1 en 2 bedoelde besluiten worden door de toezichthoudende autoriteiten van de EU alleen genomen indien zij hebben vastgesteld dat de toezichthoudende autoriteiten van de geassocieerde staat hun bevoegdheden niet tijdig of doeltreffend hebben uitgeoefend. Deze besluiten zijn juridisch bindend en rechtstreeks toepasselijk binnen het rechtsgebied van de geassocieerde staat.

ARTIKEL 16

Rol van de geassocieerde staat

De bevoegde autoriteiten van de geassocieerde staat hebben, afgezien van stemrecht en beperkt tot besluiten die rechtstreeks betrekking hebben op hun financiële sector of autoriteiten, dezelfde rechten en verplichtingen als de bevoegde autoriteiten van de EU-lidstaten bij de werkzaamheden van de toezichthoudende autoriteiten van de EU en hun raad van toezichthouders.


ARTIKEL 17

Samenwerking op het gebied van de bestrijding van witwassen

De geassocieerde staat zorgt voor volledige samenwerking met de aangewezen autoriteiten van de EU en de lidstaten voor de bestrijding van witwassen en de opvolgende instanties daarvan.


DEEL V

VRIJWARINGSMAATREGELEN VAN DE EU

ARTIKEL 18

Vrijwaringsmaatregelen — beginselen

1.    De EU kan de toepassing van dit kaderprotocol met betrekking tot het desbetreffende segment of de desbetreffende segmenten van financiële diensten tijdelijk opschorten indien:

a)    bij de controle overeenkomstig artikel 12 van dit kaderprotocol significante tekortkomingen bij de uitvoering en toepassing van het EU-acquis zijn vastgesteld;

b)    bij de controle overeenkomstig artikel 13 van dit kaderprotocol significante tekortkomingen in het toezichtkader van de geassocieerde staat aan het licht zijn gekomen;

c)    er sprake is van gebrek aan medewerking van de bevoegde autoriteiten van de geassocieerde staat bij de bestrijding van onregelmatigheden, fraude, misbruik, witwassen en terrorismefinanciering;

d)    het EU-acquis op het gebied van financiële diensten is omzeild of op significante wijze is geschonden.


2.    Een tijdelijke opschorting wordt vastgesteld volgens de voorwaarden en procedure van artikel 19 van dit kaderprotocol.

ARTIKEL 19

Vrijwaringsmaatregelen - procedures

1.    In afwijking van artikel 90 van de kaderovereenkomst stelt de EU, wanneer zij van oordeel is dat zich een of meer van de in artikel 18, lid 1, van dit kaderprotocol genoemde situaties hebben voorgedaan, de geassocieerde staat daarvan in kennis en legt zij de zaak voor aan het Gemengd Comité.

2.    Het Gemengd Comité komt onverwijld bijeen, en in ieder geval niet later dan één maand nadat de zaak aan het comité is voorgelegd. De geassocieerde partijen verstrekken het Gemengd Comité alle nuttige informatie om een grondig onderzoek van de situatie mogelijk te maken. Het Gemengd Comité onderzoekt alle mogelijkheden om in overeenstemming met deze overeenkomst een oplossing te vinden en kan daartoe zo nodig besluiten nemen.

3.    Indien het Gemengd Comité niet binnen drie maanden na de datum van de eerste vergadering als bedoeld in lid 2 een oplossing voor de in artikel 18, lid 1, bedoelde situaties kan vinden, stelt de EU de geassocieerde staat in kennis van haar voorgestelde oplossing voor het geconstateerde probleem.


4.    Indien de geassocieerde staat niet binnen drie maanden voldoet aan de door de EU voorgestelde oplossing, schort de EU de toepassing van dit kaderprotocol ten aanzien van het desbetreffende segment of de desbetreffende segmenten van de financiële diensten op totdat de geassocieerde staat de door de EU vastgestelde tekortkoming heeft verholpen. De geassocieerde partijen voeren regelmatig overleg om een voor alle partijen aanvaardbare oplossing te vinden.

5.    Na de opschorting van de toepassing van dit kaderprotocol kan de geassocieerde staat de kwestie voorleggen aan het HvJ EU. Wanneer de geassocieerde staat voornemens is overeenkomstig dit lid een zaak bij het HvJ EU aanhangig te maken, stelt hij de EU daarvan onmiddellijk schriftelijk in kennis en verstrekt hij alle relevante informatie.


DEEL VI

BEPALINGEN INZAKE DE INSTELLINGEN

ARTIKEL 20

Subcomités financiële diensten

1.    In afwijking van artikel 76, lid 8, eerste zin, van de kaderovereenkomst worden hierbij twee Subcomités financiële diensten ingesteld tussen respectievelijk:

a)    de EU, vertegenwoordigd door de Commissie, en Andorra, vertegenwoordigd door zijn autoriteit die verantwoordelijk is voor het beleid inzake financiële diensten; alsmede

b)    de EU, vertegenwoordigd door de Commissie, en San Marino, vertegenwoordigd door zijn autoriteit die verantwoordelijk is voor het beleid inzake financiële diensten.

2.    De Subcomités financiële diensten vervullen de volgende taken:

a)    toezicht houden op de uitvoering van dit kaderprotocol, zoals toegepast door middel van de geassocieerde-staatprotocollen en de desbetreffende bepalingen in de bijlagen IX, XII en XXII bij die geassocieerde-staatprotocollen;


b)    formuleren van de volgende aanbevelingen aan de Gemengde Comités:

i)    aanbevelingen tot wijziging van bijlage IX bij de geassocieerde-staatprotocollen overeenkomstig artikel 81 van de kaderovereenkomst;

ii)    aanbevelingen tot uitbreiding van de markttoegang tot de interne markt van de EU voor financiële diensten of een of meer van haar marktsegmenten, overeenkomstig artikel 6 van dit kaderprotocol;

iii)    overige aanbevelingen.

c)    in voorkomend geval, formuleren van aanbevelingen aan het Associatiecomité;

d)    vervullen van alle andere taken en verantwoordelijkheden die haar krachtens andere artikelen van dit kaderprotocol zijn toegewezen.


DEEL VII

SLOTBEPALINGEN

ARTIKEL 21

Activiteiten van centrale banken en monetaire autoriteiten

KADERPROTOCOL NR. 4

BETREFFENDE DE MEDEDINGINGSREGELS TEN AANZIEN VAN ONDERNEMINGEN

ARTIKEL 1

Met betrekking tot overeenkomsten, besluiten en onderling afgestemde feitelijke gedragingen die op de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst reeds bestaan en die vallen onder artikel 38, lid 1, van de kaderovereenkomst, is het in dat lid vastgestelde verbod niet van toepassing vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst, indien deze overeenkomsten, besluiten of feitelijke gedragingen binnen twaalf maanden na de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst zodanig worden gewijzigd dat wordt voldaan aan de voorwaarden die zijn opgenomen in de groepsvrijstellingen van bijlage XIV bij het geassocieerde-staatprotocol.

ARTIKEL 2

Met betrekking tot overeenkomsten, besluiten van ondernemersverenigingen en onderling afgestemde feitelijke gedragingen die reeds bestaan op de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst en die vallen onder artikel 38, lid 1, van de kaderovereenkomst, is het in dat lid vastgestelde verbod niet van toepassing vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst, indien deze overeenkomsten, besluiten of feitelijke gedragingen binnen twaalf maanden na de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst zodanig worden gewijzigd dat zij niet langer onder dat verbod vallen.

KADERPROTOCOL NR. 5

BETREFFENDE SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN STATISTIEK

ARTIKEL 1

Onderwerp

1.    Dit kaderprotocol is van toepassing op de samenwerking tussen de geassocieerde partijen op het gebied van statistiek en heeft ten doel te zorgen voor de productie en de verspreiding van samenhangende en vergelijkbare statistische informatie, met behulp waarvan alle aspecten van het voor hun samenwerking relevante economische, sociale en milieubeleid kunnen worden beschreven en gevolgd.

2.    Hiertoe ontwikkelen en gebruiken de geassocieerde partijen geharmoniseerde methoden, definities en classificaties, alsmede gemeenschappelijke programma’s en procedures voor de organisatie van statistische werkzaamheden op passende administratieve niveaus en in overeenstemming met dit kaderprotocol.

3.    De statistieken van de geassocieerde partijen worden op onpartijdige, betrouwbare, objectieve, wetenschappelijk onafhankelijke, kosteneffectieve en vertrouwelijke wijze opgesteld. De productie van statistieken mag geen buitensporige lasten voor de marktdeelnemers met zich meebrengen.


ARTIKEL 2

Subcomités statistiek

1.    In afwijking van artikel 76, lid 8, eerste zin, van de kaderovereenkomst worden hierbij twee Subcomités statistiek ingesteld tussen respectievelijk:

a)    de EU, vertegenwoordigd door de Europese Commissie, en Andorra, vertegenwoordigd door zijn autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor samenwerking op het gebied van statistiek; en

b)    de EU, vertegenwoordigd door de Europese Commissie, en San Marino, vertegenwoordigd door zijn autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor samenwerking op het gebied van statistiek.

Voor de toepassing van dit kaderprotocol wordt elke verwijzing naar een Subcomité statistiek gelezen als verwijzingen naar een van deze Subcomités statistiek.

2.    De Subcomités statistiek zijn verantwoordelijk voor het beheer van dit kaderprotocol en zien toe op de correcte uitvoering ervan. Daartoe doen zij aanbevelingen en nemen zij besluiten in de gevallen waarin dit kaderprotocol voorziet. De Subcomités statistiek nemen besluiten bij consensus.


3.    De Subcomités statistiek en het Comité voor het Europees statistisch systeem (“ESS-comité”), opgericht bij Verordening (EG) nr. 223/2009 van het Europees Parlement en de Raad 17 , organiseren hun werkzaamheden ten behoeve van dit kaderprotocol in gemeenschappelijke vergaderingen.

4.    De Subcomités statistiek komen bijeen wanneer dat nodig is. Elke geassocieerde partij kan verzoeken om een vergadering van het desbetreffende Subcomité statistiek. De Subcomités statistiek kunnen besluiten werkgroepen op te richten die hen kunnen bijstaan bij het uitvoeren van hun taken.

5.    Een geassocieerde partij kan te allen tijde een punt van zorg met betrekking tot dit kaderprotocol aan de orde stellen in het bevoegde Subcomité statistiek.

6.    In elk besluit van een Subcomité statistiek wordt de datum van uitvoering ervan vermeld. Een dergelijk besluit wordt zo nodig ter goedkeuring voorgelegd overeenkomstig het reglement van orde van het Subcomité statistiek en wordt door dat Subcomité statistiek overeenkomstig zijn reglement van orde uitgevoerd.


ARTIKEL 3

Samenwerking op het gebied van de statistiek

1.    Het in artikel 13 van Verordening (EG) nr. 223/2009 bedoelde Europees statistisch programma vormt het kader voor de door elk van de geassocieerde staten uit te voeren statistische acties voor de relevante perioden van elk programma. Alle belangrijke gebieden en statistische thema’s van het Europees statistisch programma worden voor de in dit kaderprotocol uiteengezette samenwerking op het gebied van de statistiek relevant geacht en komen voor volledige deelneming door elke geassocieerde staat in aanmerking.

2.    Elk jaar ontwikkelen de Subcomités statistiek specifieke jaarlijkse statistische programma’s voor de EU en de geassocieerde staten (“EU/Andorra” en “EU/San Marino”) als onderdeel van, en parallel aan, het jaarlijkse werkprogramma dat de Europese Commissie overeenkomstig hoofdstuk III van Verordening (EG) nr. 223/2009 opstelt. Elk van deze jaarlijkse statistisch programma’s wordt goedgekeurd door het desbetreffende Subcomité statistiek. In dat programma wordt met name aangegeven welke maatregelen binnen de desbetreffende thema’s van het programma tijdens de programmaperiode prioriteit hebben voor de statistische samenwerking van de desbetreffende EU-lidstaat en geassocieerde staat.

3.    Statistische gegevens uit de geassocieerde staten worden voor opslag, verwerking en verspreiding aan Eurostat toegezonden. De nationale bureaus voor de statistiek (NSI) van de geassocieerde staten werken in dit verband nauw samen met Eurostat met het oog op een correcte overbrenging van de gegevens uit deze staten en de verspreiding ervan onder de verschillende gebruikersgroepen via de normale verspreidingskanalen als onderdeel van de statistieken van de EU-lidstaat en geassocieerde staat. De statistieken van de geassocieerde staten worden behandeld overeenkomstig Verordening (EG) nr. 223/2009.


4.    Elk Subcomité statistiek onderzoekt de vooruitgang die is geboekt in het kader van relevante statistische acties van de desbetreffende EU-lidstaat en geassocieerde staat. Het gaat met name na of de doelen, prioriteiten en maatregelen die voor de eerste drie jaar waarin dit kaderprotocol wordt toegepast, zijn gepland, ook zijn bereikt. Het beoordeelt ook of de inhoud van bijlage XXI bij het desbetreffende geassocieerde-staatprotocol de relevantie als bedoeld in artikel 1, lid 1, van dit kaderprotocol voldoende weerspiegelt.

ARTIKEL 4

Deelneming

1.    In de geassocieerde staten gevestigde instellingen zijn gerechtigd aan specifieke door Eurostat beheerde EU-programma’s deel te nemen met dezelfde contractuele rechten en verplichtingen als in de EU gevestigde instellingen.

2.    Nationale deskundigen van de geassocieerde staten kunnen bij de Europese Commissie (“Eurostat”) worden gedetacheerd. De kosten in verband met de detachering van deze nationale deskundigen bij de Europese Commissie (“Eurostat”), met inbegrip van salarissen, socialezekerheidskosten, pensioenvoorzieningen en dag- en reisvergoedingen, komen volledig ten laste van de geassocieerde staat die hen detacheert.

3.    In de EU gevestigde instellingen zijn gerechtigd aan specifieke door de NSI van de geassocieerde staten beheerde programma’s deel te nemen met dezelfde contractuele rechten en verplichtingen als in de geassocieerde staten gevestigde instellingen.


ARTIKEL 5

Andere vormen van samenwerking

1.    In onderling overleg kunnen de NSI van elke geassocieerde staat en Eurostat technologie op het gebied van statistiek aan elkaar overdragen.

2.    Onverminderd de specifieke bepalingen en regelingen die zijn vastgesteld in afdeling S van bijlage XI bij elk geassocieerde-staatprotocol, kunnen de geassocieerde partijen alle informatie op het gebied van statistiek uitwisselen.

3.    De NSI van de geassocieerde partijen kunnen ambtenaren uitwisselen. De NSI van de EU-lidstaten kunnen ook ambtenaren uitwisselen met die van de geassocieerde staten. De voorwaarden waaronder deze uitwisselingen plaatsvinden, worden rechtstreeks door de desbetreffende NSI overeengekomen.

ARTIKEL 6

Financiële bepalingen

1.    De geassocieerde staten leveren jaarlijks een financiële bijdrage aan het Europees statistisch programma teneinde alle kosten van hun deelneming te dekken.

2.    De regels voor de financiële bijdrage van de geassocieerde staten zijn vastgelegd in artikel 68 van de kaderovereenkomst.

KADERPROTOCOL NR. 6

BETREFFENDE ARBITRAGEPROCEDURES

HOOFDSTUK 1

VOORAFGAANDE BEPALINGEN

ARTIKEL 1

Toepassingsgebied

Indien een van de geassocieerde partijen een geschil overeenkomstig artikel 90, lid 8, artikel 97, lid 9, of artikel 98, lid 6, van de kaderovereenkomst aan arbitrage voorlegt, is dit kaderprotocol van toepassing.


ARTIKEL 2

Definities

In dit kaderprotocol wordt verstaan onder:

a)    “Klagende partij”: de geassocieerde partij die een geschil aan arbitrage onderwerpt;

b)    “Verwerende partij”: de geassocieerde partij die:

i)    de in artikel 90, lid 7, van de kaderovereenkomst bedoelde compenserende maatregelen heeft genomen;

ii)    vrijwaringsmaatregelen overeenkomstig artikel 97, lid 1, van de kaderovereenkomst heeft vastgesteld;

iii)    spoedeisende vrijwaringsmaatregelen overeenkomstig artikel 97, lid 5, van de kaderovereenkomst heeft vastgesteld;

iv)    evenwichtsherstellende maatregelen overeenkomstig artikel 97, lid 8, van de kaderovereenkomst heeft vastgesteld;

v)    vrijwaringsmaatregelen overeenkomstig artikel 98, lid 1, van de kaderovereenkomst heeft vastgesteld;

of

vi)    evenwichtsherstellende maatregelen overeenkomstig artikel 98, lid 5, van de kaderovereenkomst heeft vastgesteld;


c)    “vertegenwoordiger van een geassocieerde partij”: een ambtenaar van, of een door een geassocieerde partij aangewezen persoon, die die geassocieerde partij vertegenwoordigt ten behoeve van een geschil als bedoeld in artikel 90, lid 8, artikel 97, lid 9, of artikel 98, lid 6, van de kaderovereenkomst;

d)    “adviseur”: een persoon die door een geassocieerde partij is aangewezen om haar in verband met de procedure bij een arbitragepanel te adviseren of bij te staan;

e)    “assistent”: een persoon die in het kader van zijn of haar benoeming onderzoek verricht voor of ondersteuning biedt aan een lid van een arbitragepanel onder leiding en toezicht van dat lid;

f)    “kandidaat”: een persoon wiens naam voorkomt op de in artikel 4, lid 1, van dit kaderprotocol bedoelde lijst en wiens selectie als lid van een arbitragepanel overeenkomstig dat artikel wordt overwogen.

ARTIKEL 3

Griffie en secretariaatsondersteuning

Op schriftelijk verzoek van de geassocieerde partijen of het arbitragepanel treedt het Internationaal Bureau van het Permanente Hof van Arbitrage in Den Haag (“het Permanente Hof van Arbitrage”) op als griffie en verleent het passende secretariaatsondersteuning aan het arbitragepanel.


ARTIKEL 4

Lijst van personen die bereid en in staat zijn om als lid van een arbitragepanel op te treden

1.    Elk Gemengd Comité stelt een lijst op van vijftien personen die bereid en in staat zijn om als lid van een arbitragepanel op te treden. Daartoe benoemt elke geassocieerde partij vijf personen. Ook wijzen de geassocieerde partijen gezamenlijk vijf personen aan die het voorzitterschap van het arbitragepanel kunnen bekleden. De Gemengde Comités zien erop toe dat deze lijsten te allen tijde voldoen aan de in lid 2 bedoelde vereisten.

2.    De overeenkomstig lid 1 opgestelde lijsten omvatten enkel personen die alle waarborgen voor onafhankelijkheid bieden, die de vereiste kwalificaties bezitten om in hun eigen land de hoogste rechterlijke ambten te bekleden, of die bekend staan als kundige rechtsgeleerden, en die beschikken over gespecialiseerde kennis van of ervaring met het EU-recht en het internationaal publiekrecht. Deze lijsten omvatten geen personen die lid, ambtenaar of ander personeelslid zijn van EU-instellingen, van de overheid van een EU-lidstaat of van de overheid van een geassocieerde staat.


HOOFDSTUK 2

KENNISGEVINGEN

ARTIKEL 5

Toezending van kennisgevingen

1.    Het arbitragepanel zendt alle verzoeken, mededelingen, schriftelijke stukken en andere documenten tegelijkertijd aan beide geassocieerde partijen.

2.    Wanneer een geassocieerde partij verzoeken, mededelingen, schriftelijke stukken of andere documenten aan het arbitragepanel doet toekomen, zendt zij tegelijkertijd een afschrift daarvan aan de andere geassocieerde partij.

3.    Wanneer een geassocieerde partij verzoeken, mededelingen, schriftelijke stukken of andere documenten in verband met het geschil aan de andere geassocieerde partij doet toekomen, zendt zij tegelijkertijd een afschrift daarvan aan het arbitragepanel.

4.    Alle kennisgevingen als bedoeld in de leden 1 tot en met 3 worden gedaan via e-mail of, indien van toepassing, met behulp van elk ander communicatiemiddel waarbij de verzending wordt geregistreerd. De kennisgeving wordt geacht te zijn afgeleverd op de datum van verzending, tenzij wordt aangetoond dat dit niet het geval is. Alle kennisgevingen worden gericht aan de Juridische Dienst van de Europese Commissie en aan de missie bij de EU van de betrokken geassocieerde staat.


ARTIKEL 6

Kennisgeving van arbitrage

1.    De arbitrageprocedure wordt geacht een aanvang te nemen op de dag waarop de verwerende partij de kennisgeving van arbitrage ontvangt. De kennisgeving van arbitrage wordt ook toegezonden aan het Permanente Hof van Arbitrage.

2.    De kennisgeving van arbitrage bevat de volgende elementen:

a)    het verzoek om het geschil aan arbitrage te onderwerpen;

b)    de naam en het adres van de geassocieerde partijen;

c)    de naam en het adres van hun vertegenwoordigers en adviseurs;

d)    de rechtsgrondslag van de procedure: Artikel 90, lid 8, artikel 97, lid 9, of artikel 98, lid 6, van de kaderovereenkomst;

e)    de identificatie van een van de volgende maatregelen:

i)    de in artikel 90, lid 7, van de kaderovereenkomst bedoelde compenserende maatregelen;

ii) de in artikel 97, lid 1, van de kaderovereenkomst bedoelde vrijwaringsmaatregelen;


iii)    de in artikel 97, lid 5, van de kaderovereenkomst bedoelde spoedeisende vrijwaringsmaatregelen;

iv)    de in artikel 97, lid 8, van de kaderovereenkomst bedoelde evenwichtsherstellende maatregelen;

v)    de in artikel 98, lid 1, van de kaderovereenkomst bedoelde vrijwaringsmaatregelen;

vi)    de in artikel 98, lid 5, van de kaderovereenkomst bedoelde evenwichtsherstellende maatregelen;

f)    de specificatie van de in het geding zijnde of daarop betrekking hebbende regel;

g)    een korte beschrijving van het geschil;

h)    de benoeming van een lid van het arbitragepanel.

3.    Een geschil over de vraag of de kennisgeving van arbitrage aan de vereisten van dit kaderprotocol voldoet, vormt geen beletsel voor de instelling van het arbitragepanel. Een dergelijk geschil wordt definitief beslecht door het arbitragepanel.


ARTIKEL 7

Antwoord op de kennisgeving van arbitrage

1.    De verwerende partij zendt binnen twintig dagen na ontvangst van de kennisgeving van arbitrage haar antwoord aan de klagende partij en aan het Permanente Hof van Arbitrage, waarin het volgende is opgenomen:

a)    de naam en het adres van de geassocieerde partijen;

b)    de naam en het adres van hun vertegenwoordigers en adviseurs;

c)    een antwoord op de elementen in de kennisgeving van arbitrage als bedoeld in artikel 6, lid 2, punten d) tot en met g), van dit kaderprotocol;

d)    de benoeming van een lid van het arbitragepanel.

2.    Een geschil over het feit dat de verwerende partij niet, niet volledig of niet tijdig op de kennisgeving van arbitrage heeft geantwoord, vormt geen beletsel voor de instelling van het arbitragepanel. Een dergelijk geschil wordt definitief beslecht door het arbitragepanel.


HOOFDSTUK 3

HET ARBITRAGEPANEL

ARTIKEL 8

Instelling van het arbitragepanel

1.    Het panel bestaat uit drie leden.

2.    Het arbitragepanel wordt overeenkomstig de leden 3 en 4 van dit artikel ingesteld binnen dertig dagen na de indiening van een kennisgeving van arbitrage overeenkomstig artikel 6 van dit kaderprotocol.

3.    De geassocieerde partijen wijzen elk één lid van het arbitragepanel aan uit de personen op de overeenkomstig artikel 4, lid 1, van dit kaderprotocol opgestelde lijst. De voorzitter wordt in onderlinge overeenstemming door de leden van het arbitragepanel gekozen uit de lijst van personen die door de geassocieerde partijen gezamenlijk zijn aangewezen om het voorzitterschap te bekleden.

Indien de leden van het arbitragepanel geen overeenstemming kunnen bereiken over de keuze van de voorzitter binnen de in lid 2 van dit artikel vastgestelde termijn, kan elk van de geassocieerde partijen de secretaris-generaal van het Permanente Hof van Arbitrage verzoeken om de voorzitter door loting te kiezen uit de lijst van personen die door de geassocieerde partijen gezamenlijk zijn voorgesteld voor het voorzitterschap.


4.    De secretaris-generaal van het Permanente Hof van Arbitrage maakt de in lid 3, tweede punt, bedoelde keuze binnen vijf dagen na het in lid 3 bedoelde verzoek. Vertegenwoordigers van de geassocieerde partijen zijn gerechtigd bij de verkiezing aanwezig te zijn.

5.    De datum van instelling van het arbitragepanel is de datum waarop de voorzitter is aangewezen en zijn of haar benoeming heeft aanvaard.

6.    Ingeval de in artikel 4, lid 1, van dit kaderprotocol bedoelde lijst niet is opgesteld bij het verstrijken van de in lid 2 van dit artikel vastgestelde termijn, benoemt elke geassocieerde partij binnen vijf dagen een persoon tot lid van het arbitragepanel. Indien personen zijn voorgesteld krachtens artikel 4, lid 1, van dit kaderprotocol, wordt voor de benoemingen uit deze lijst van personen gekozen. Vervolgens wordt de voorzitter aangesteld overeenkomstig de procedure van lid 3 van dit artikel. Ingeval de geassocieerde partijen nog eens vijf dagen later niet ten minste één persoon gezamenlijk hebben voorgesteld voor het voorzitterschap, stelt de secretaris-generaal van het Permanente Hof van Arbitrage binnen vijf dagen, en na overleg met de geassocieerde partijen, een voorzitter voor die voldoet aan de eisen van artikel 4, lid 2, van dit kaderprotocol. Tenzij een van de geassocieerde partijen binnen vijf dagen bezwaar maakt tegen dat voorstel, wordt de door de secretaris-generaal van het Permanente Hof van Arbitrage voorgestelde persoon aangesteld.

7.    Ingeval binnen drie maanden te rekenen vanaf de datum van het verzoek geen arbitragepanel is ingesteld overeenkomstig artikel 6 van dit kaderprotocol, wijst de secretaris-generaal van het Permanente Hof van Arbitrage, binnen vijftien dagen na een verzoek van een van de geassocieerde partijen en na overleg met de geassocieerde partijen, de personen aan die voldoen aan de voorwaarden van artikel 4, lid 2, van dit kaderprotocol, teneinde het arbitragepanel te vormen.


ARTIKEL 9

Onafhankelijkheid en immuniteit van de leden van een arbitragepanel

1.    De leden van een arbitragepanel zijn onafhankelijk, treden op persoonlijke titel op en nemen geen instructies aan van enige organisatie of regering.

2.    De leden van een arbitragepanel genieten vanaf de instelling van het arbitragepanel vrijstelling van rechtsvervolging in de EU en in de geassocieerde staten voor alle handelingen die zij hebben verricht in het kader van de uitoefening van hun functies in het arbitragepanel.

ARTIKEL 10

Wraking van leden van het arbitragepanel

1.    Een geassocieerde partij die voornemens is een lid van het arbitragepanel te wraken, stelt de betrokken partij daarvan in kennis binnen vijftien dagen na de datum waarop de benoeming van dat lid haar ter kennis is gebracht of binnen dertig dagen na de datum waarop zij kennis heeft gekregen van omstandigheden die in strijd zijn met de voorschriften van artikel 9, lid 1, van dit kaderprotocol.

2.    De kennisgeving van wraking wordt toegezonden aan de andere geassocieerde partij, het gewraakte lid van het panel, de andere leden van het arbitragepanel en het Permanente Hof van Arbitrage. Zij vermeldt de redenen voor deze wraking.

3.    Wanneer een lid van het arbitragepanel wordt gewraakt door een geassocieerde partij, kan de andere geassocieerde partij de wraking aanvaarden. Het gewraakte lid van het arbitragepanel kan zich ook terugtrekken. Een dergelijke aanvaarding of intrekking houdt niet in dat de redenen voor de wraking worden erkend.


4.    Indien de andere geassocieerde partij de wraking niet aanvaardt of het gewraakte lid van het arbitragepanel zich niet binnen vijftien dagen na de datum van kennisgeving van de wraking terugtrekt, kan de wrakende partij de secretaris-generaal van het Permanente Hof van Arbitrage verzoeken een beslissing te nemen over de wraking.

5.    Wanneer de secretaris-generaal van het Permanente Hof van Arbitrage een beslissing neemt over een wraking, vermeldt deze zijn redenen, tenzij de geassocieerde partijen overeenkomen dat geen reden wordt vermeld.

ARTIKEL 11

Vervanging van de leden van het arbitragepanel

1.    Indien een lid van het arbitragepanel tijdens de in hoofdstuk 5 van dit kaderprotocol bedoelde arbitrageprocedure moet worden vervangen, wordt een vervanger aangewezen of gekozen overeenkomstig artikel 8, lid 3, van dit kaderprotocol. Deze bepaling is ook van toepassing wanneer een geassocieerde partij geen gebruik heeft gemaakt van het recht om het te vervangen lid van het arbitragepanel te benoemen of aan de benoeming deel te nemen.

2.    Wanneer een lid van het arbitragepanel wordt vervangen, wordt de procedure hervat in het stadium waarin het vervangen lid van het arbitragepanel zijn taken heeft beëindigd, tenzij het arbitragepanel anders beslist.


ARTIKEL 12

Werkwijze van het arbitragepanel

1.    De voorzitter van het arbitragepanel zit alle vergaderingen van dat panel voor. Het arbitragepanel kan aan de voorzitter de bevoegdheid tot het nemen van administratieve en procedurele besluiten delegeren.

2.    Tenzij anders bepaald in dit kaderprotocol kan het arbitragepanel bij zijn procedures en beraadslagingen elk communicatiemiddel gebruiken.

3.    Alleen leden van het arbitragepanel mogen deelnemen aan de beraadslagingen van het arbitragepanel. Het arbitragepanel kan echter wel toestaan dat assistenten de beraadslagingen bijwonen.

4.    Het opstellen van een besluit blijft de exclusieve verantwoordelijkheid van de leden van het arbitragepanel, die niet mag worden gedelegeerd aan andere personen.

5.    Indien een procedurekwestie rijst die niet in dit kaderprotocol is geregeld, kan het arbitragepanel na overleg met de geassocieerde partijen een besluit nemen over de te volgen procedure, op voorwaarde dat dit verenigbaar is met dit kaderprotocol.

6.    Indien het arbitragepanel van oordeel is dat er behoefte is aan een wijziging van een van de termijnen voor de in dit kaderprotocol bedoelde procedures of aan een andere procedurele of administratieve aanpassing, stelt het de geassocieerde partijen, na overleg, schriftelijk in kennis van de redenen voor de wijziging of aanpassing met opgave van de vereiste termijn of aanpassing.


HOOFDSTUK 4

BEREKENING VAN TERMIJNEN

ARTIKEL 13

Berekening van termijnen

1.    De in dit kaderprotocol vastgestelde termijnen gaan in op de dag volgende op die waarop een kennisgeving is ontvangen. Indien de laatste dag van een termijn valt in een weekend of op een officiële feestdag voor de Europese Commissie of voor de betrokken geassocieerde staat, loopt de termijn af op de eerstvolgende werkdag. Officiële feestdagen die binnen de gestelde termijn vallen, worden meegeteld.

2.    Indien de laatste dag waarop een document kan worden ingediend, valt in een weekend of op een officiële feestdag voor de Europese Commissie of voor de betrokken geassocieerde staat, mag dat document worden ingediend op de eerstvolgende werkdag van de Europese Commissie of van de betrokken geassocieerde staat.


HOOFDSTUK 5

ARBITRAGEPROCEDURE

ARTIKEL 14

Algemene bepalingen

Het arbitragepanel ziet erop toe dat de partijen gelijk worden behandeld en dat elke geassocieerde partij in elk passend stadium van de procedure voldoende in de gelegenheid wordt gesteld haar zaak uiteen te zetten. Het panel voert zijn procedure zodanig uit dat onnodige vertragingen en kosten worden voorkomen en dat het geschil tussen de geassocieerde partijen wordt beslecht.

ARTIKEL 15

Plaats van arbitrage

De plaats van arbitrage is Den Haag. In uitzonderlijke omstandigheden kan het arbitragepanel op elke andere plaats bijeenkomen die het passend acht.


ARTIKEL 16

Talen

1.    De talen van de procedures voor het arbitragepanel zijn Frans en Engels.

2.    Het arbitragepanel kan gelasten dat alle bij de conclusie van eis of de conclusie van antwoord gevoegde documenten en alle aanvullende documenten die tijdens de procedure in hun oorspronkelijke taal worden overgelegd, vergezeld gaan van een vertaling in een van de proceduretalen.

3.    Elke geassocieerde partij draagt haar eigen kosten van de vertaling van de documenten die zij bij het arbitragepanel heeft ingediend en die niet oorspronkelijk in het Engels of het Frans zijn opgesteld, evenals eventuele kosten in verband met het tolken van haar vertegenwoordigers of adviseurs tijdens de hoorzitting.

ARTIKEL 17

Conclusie van eis

1.    De klagende partij zendt haar conclusie van eis schriftelijk toe aan de verwerende partij, het Permanente Hof van Arbitrage en elk lid van het arbitragepanel binnen de termijn die het arbitragepanel daartoe overeenkomstig artikel 20 van dit kaderprotocol heeft vastgesteld. De klagende partij kan ervoor kiezen haar in artikel 6 van dit kaderprotocol bedoelde kennisgeving van arbitrage als haar conclusie van eis te beschouwen, mits deze voldoet aan alle in de leden 2 en 3 van dit artikel vermelde vereisten.


2.    De conclusie van eis bevat de volgende elementen:

a)    de naam en het adres van de geassocieerde partijen;

b)    de naam en het adres van hun vertegenwoordigers en adviseurs;

c)    de rechtsgrondslag van de procedure: Artikel 90, lid 8, artikel 97, lid 9, of artikel 98, lid 6, van de kaderovereenkomst;

en de identificatie van een van de volgende maatregelen:

i)    de in artikel 90, lid 7, van de kaderovereenkomst bedoelde compenserende maatregelen;

ii)    de in artikel 97, lid 1, van de kaderovereenkomst bedoelde vrijwaringsmaatregel;

iii)    de in artikel 97, lid 5, van de kaderovereenkomst bedoelde spoedeisende vrijwaringsmaatregelen;

iv)    de in artikel 97, lid 8, van de kaderovereenkomst bedoelde evenwichtsherstellende maatregelen;

v)    de in artikel 98, lid 1, van de kaderovereenkomst bedoelde vrijwaringsmaatregelen;

vi)    de in artikel 98, lid 5, van de kaderovereenkomst bedoelde evenwichtsherstellende maatregelen;

d)    een uiteenzetting van de tot staving van de vordering aangevoerde feiten;


e)    een overzicht van het geschil; en

f)    de aangevoerde rechtsgronden of argumenten.

3.    De conclusie van eis moet, waar mogelijk, vergezeld gaan van alle door de klagende partij aangevoerde stukken en bewijzen of verwijzen naar die documenten en bewijzen.

ARTIKEL 18

Conclusie van antwoord

1.    De verwerende partij zendt haar conclusie van antwoord schriftelijk toe aan de klagende partij, het Permanente Hof van Arbitrage en elk lid van het arbitragepanel binnen de termijn die het arbitragepanel daartoe overeenkomstig artikel 20 van dit kaderprotocol heeft vastgesteld. De verwerende partij kan ervoor kiezen haar in artikel 7 van dit kaderprotocol bedoelde kennisgeving van arbitrage als haar conclusie van antwoord te beschouwen, mits deze voldoet aan de in lid 2 van dit artikel vermelde vereisten.

2.    In de conclusie van antwoord wordt geantwoord op de elementen die overeenkomstig artikel 17, lid 2, punten c) tot en met f), van dit kaderprotocol in de conclusie van eis zijn vermeld. De conclusie van antwoord moet, waar mogelijk, vergezeld gaan van alle door de verwerende partij aangevoerde stukken en bewijzen of verwijzen naar die documenten en bewijzen.


ARTIKEL 19

Andere schriftelijke opmerkingen

Het arbitragepanel kan een besluit nemen over de schriftelijke stukken die de partijen naast de conclusie van eis en de conclusie van antwoord aan het panel moeten of kunnen voorleggen. Overeenkomstig artikel 20 van dit kaderprotocol stelt het arbitragepanel de termijn vast voor de toezending van die schriftelijke stukken.

ARTIKEL 20

Termijnen

De door het arbitragepanel vastgestelde termijnen voor de toezending van de conclusie van eis, de conclusie van antwoord en eventuele andere schriftelijke stukken mogen niet meer dan negentig dagen bedragen. Het arbitragepanel kan deze termijnen echter verlengen wanneer het een dergelijke verlenging gerechtvaardigd acht.

ARTIKEL 21

Voorlopige maatregelen

Het arbitragepanel neemt geen voorlopige maatregelen of kent geen voorlopige maatregelen toe.


ARTIKEL 22

Bewijsmateriaal

1.    Elke geassocieerde partij verstrekt bewijs van de feiten waarop zij haar vordering respectievelijk verweer baseert.

2.    Op elk moment tijdens de procedure kan het arbitragepanel de geassocieerde partijen verzoeken binnen een voorgeschreven termijn aanvullend bewijsmateriaal te verstrekken.

3.    Het arbitragepanel stelt de toelaatbaarheid, relevantie en kracht van het overgelegde bewijsmateriaal vast.

ARTIKEL 23

Hoorzittingen

1.    Op basis van het overeenkomstig artikel 28, lid 1, van dit kaderprotocol vastgestelde indicatieve tijdschema en na overleg met de geassocieerde partijen en de andere leden van het arbitragepanel stelt de voorzitter de geassocieerde partijen in kennis van de datum, het tijdstip en de plaats van de hoorzitting. Tenzij de hoorzitting achter gesloten deuren plaatsvindt, wordt die informatie openbaar gemaakt.

2.    Het arbitragepanel kan, met instemming van de geassocieerde partijen, besluiten geen hoorzitting te houden.


3.    Tenzij de geassocieerde partijen anders overeenkomen, wordt de hoorzitting gehouden in de gebouwen van het Permanente Hof van Arbitrage in Den Haag, overeenkomstig artikel 15 van dit kaderprotocol.

4.    Het arbitragepanel kan aanvullende hoorzittingen organiseren indien de partijen zulks overeenkomen.

5.    Alle leden van het arbitragepanel zijn gedurende de gehele hoorzitting aanwezig.

6.    Tenzij de partijen anders overeenkomen, kunnen de volgende personen een hoorzitting bijwonen, ongeacht of de hoorzitting voor het publiek toegankelijk is:

a)    vertegenwoordigers van de geassocieerde partijen;

b)    adviseurs;

c)    assistenten;

d)    tolken, vertalers en notulisten van het arbitragepanel; alsmede

e)    door het arbitragepanel aangewezen deskundigen.

7.    Uiterlijk vijf dagen voor de datum van een hoorzitting doet elke geassocieerde partij het arbitragepanel en de andere geassocieerde partij een lijst toekomen met de namen van de personen die namens die geassocieerde partij op de hoorzitting pleidooien of uiteenzettingen zullen houden en de namen van andere vertegenwoordigers en adviseurs van die geassocieerde partij die de hoorzitting zullen bijwonen.


8.    De hoorzitting verloopt in de volgende volgorde, waarbij ervoor wordt gezorgd dat de klagende partij en de verwerende partij evenveel tijd krijgen voor hun pleidooi en repliek:

a)    pleidooi;

i)    pleidooi van de klagende partij;

ii)    pleidooi van de verwerende partij;

b)    repliek;

i)    repliek van de klagende partij;

ii)    dupliek van de verwerende partij.

9.    Het arbitragepanel kan op elk ogenblik van de hoorzitting vragen aan een van beide partijen stellen.

10.    Het arbitragepanel ziet erop toe dat van de hoorzitting een proces-verbaal wordt opgemaakt, dat zo spoedig mogelijk na de hoorzitting aan de partijen wordt verstrekt. De geassocieerde partijen kunnen binnen tien dagen na de datum van de hoorzitting opmerkingen maken over het proces-verbaal. Het arbitragepanel kan deze opmerkingen in overweging nemen.

11.    Elke geassocieerde partij kan binnen tien dagen na de datum van de hoorzitting aanvullende schriftelijke opmerkingen indienen bij het arbitragepanel over iedere aangelegenheid die tijdens de hoorzitting aan de orde is gekomen.


ARTIKEL 24

Standaard

1.    Indien de klagende partij haar conclusie van eis niet binnen de door het arbitragepanel overeenkomstig artikel 20 van dit kaderprotocol vastgestelde termijn heeft ingediend en er geen legitiem beletsel is, gelast het arbitragepanel de beëindiging van de arbitrageprocedure, tenzij er punten zijn waarover een uitspraak moet worden gedaan of die het panel passend acht.

2.    Indien de verwerende partij haar antwoord op de kennisgeving van arbitrage of haar conclusie van antwoord niet binnen de door het arbitragepanel in overeenstemming met artikel 20 van dit kaderprotocol vastgestelde termijn heeft ingediend, en er geen legitiem beletsel is, gelast het arbitragepanel de voortzetting van de procedure, zonder dat dit betekent dat het arbitragepanel een dergelijke niet-indiening kan beschouwen als een aanvaarding door de verwerende partij van de beweringen van de klagende partij.

Dit lid is ook van toepassing wanneer de klagende partij heeft nagelaten haar dupliek op een tegenvordering in te dienen.

3.    Indien een van de geassocieerde partijen, die krachtens dit kaderprotocol naar behoren in kennis is gesteld, niet op een hoorzitting verschijnt zonder een legitiem beletsel voor een dergelijk verzuim aan te voeren, kan het arbitragepanel overgaan tot arbitrage.

4.    Indien een van de geassocieerde partijen, die naar behoren is verzocht aanvullend bewijsmateriaal te verstrekken, dit niet binnen de gestelde termijn doet en zonder zich te beroepen op een legitiem beletsel, beslist het arbitragepanel op basis van het hem voorgelegde bewijsmateriaal.


ARTIKEL 25

Vertrouwelijkheid

1.    Alle informatie die door een geassocieerde partij als vertrouwelijk is aangemerkt en door die geassocieerde partij aan het arbitragepanel is verstrekt, wordt vertrouwelijk behandeld door de andere geassocieerde partij en door het arbitragepanel.

Wanneer een geassocieerde partij bij het arbitragepanel een schriftelijk stuk indient dat vertrouwelijke informatie bevat, verstrekt zij binnen vijftien dagen ook een stuk zonder die vertrouwelijke informatie dat openbaar wordt gemaakt.

2.    Niets in dit kaderprotocol belet een geassocieerde partij haar eigen schriftelijke stukken, antwoorden op vragen van het arbitragepanel of het proces-verbaal van het pleidooi openbaar te maken, op voorwaarde dat zij, bij verwijzing naar door de andere geassocieerde partij verstrekte informatie, geen informatie openbaar maakt die door de andere geassocieerde partij als vertrouwelijk is aangemerkt.

3.    Een hoorzitting voor het arbitragepanel is voor het publiek toegankelijk, behalve wanneer de stukken en pleidooien van een geassocieerde partij vertrouwelijke informatie bevatten of indien de geassocieerde partijen anderszins overeenkomen dat de hoorzitting niet voor het publiek toegankelijk is. In dat geval respecteren de geassocieerde partijen de vertrouwelijkheid van de hoorzitting.


ARTIKEL 26

Eenzijdige contacten

1.    De leden van het arbitragepanel onthouden zich gedurende de arbitrageprocedure van bijeenkomsten of andere mondelinge of schriftelijke communicatie met een geassocieerde partij in afwezigheid van de andere geassocieerde partij.

ARTIKEL 27

Beëindiging van de procedure

Wanneer de geassocieerde partijen redelijkerwijs in de gelegenheid zijn gesteld hun pleidooi te houden, kan het arbitragepanel de procedure afsluiten.


HOOFDSTUK 6

TIJDSCHEMA VAN DE PROCEDURE VOOR HET ARBITRAGEPANEL

ARTIKEL 28

Tijdschema van de procedure voor het arbitragepanel

1.    Het arbitragepanel stelt, na overleg met de geassocieerde partijen, binnen tien dagen na zijn instelling een indicatief tijdschema van de procedure op. Hij kan te allen tijde, na overleg met de geassocieerde partijen, de termijnen waarin dit kaderprotocol voorziet of die de geassocieerde partijen zijn overeengekomen, verlengen of verkorten.

2.    Het arbitragepanel maakt zijn uitspraak binnen twaalf maanden na de datum van instelling van het arbitragepanel bekend aan de geassocieerde partijen en aan het Gemengd Comité. Wanneer het arbitragepanel van oordeel is dat het deze termijn niet in acht kan nemen, stelt zijn voorzitter de geassocieerde partijen daarvan schriftelijk in kennis, met vermelding van de redenen voor de vertraging en de datum waarop het panel voornemens is zijn werkzaamheden af te ronden.

3.    Binnen tien dagen na de instelling van het arbitragepanel kan een van de geassocieerde partijen een met redenen omkleed verzoek indienen om de zaak als dringend te behandelen. In dat geval doet het arbitragepanel binnen vijftien dagen na de ontvangst van een dergelijk verzoek uitspraak over de spoedeisendheid van de zaak. Indien het arbitragepanel besluit dat de zaak spoedeisend is, stelt het alles in het werk om de geassocieerde partijen binnen zes maanden na zijn instelling in kennis te stellen van zijn uitspraak ten gronde.


HOOFDSTUK 7

DE ARBITRALE UITSPRAAK

ARTIKEL 29

Uitspraken van het arbitragepanel

1.    Het arbitragepanel stelt alles in het werk om bij consensus uitspraken te doen. Wanneer het evenwel niet mogelijk is om bij consensus tot een arbitrale uitspraak te komen, wordt bij meerderheid van stemmen beslist.

2.    In geen geval worden afwijkende meningen van leden van het arbitragepanel gepubliceerd.

3.    Arbitrale uitspraken zijn bindend voor de geassocieerde partijen. De uitspraak vermeldt de vastgestelde feiten, de toepasselijkheid van de relevante bepalingen van dit akkoord en de motivering van alle bevindingen en conclusies.

ARTIKEL 30

Vorm en gevolgen van de arbitrale uitspraak

1.    Het arbitragepanel kan afzonderlijke arbitrale uitspraken doen over verschillende kwesties en op verschillende tijdstippen.


2.    Alle arbitrale uitspraken worden schriftelijk en met redenen omkleed.

3.    Alle arbitrale uitspraken zijn definitief en bindend voor de geassocieerde partijen.

4.    De arbitrale uitspraak wordt ondertekend door de leden van het arbitragepanel, met vermelding van de datum waarop de uitspraak is gedaan en de plaats van arbitrage. Een afschrift van de door de leden van het arbitragepanel ondertekende arbitrale uitspraak wordt door het Permanente Hof van Arbitrage aan de geassocieerde partijen toegezonden.

5.    De geassocieerde partijen publiceren arbitrale uitspraken in hun geheel, met inachtneming van de bescherming van vertrouwelijke informatie als bedoeld in artikel 25 van dit kaderprotocol.

6.    De geassocieerde partijen voeren de arbitrale uitspraken onverwijld uit.

ARTIKEL 31

Onderling overeengekomen oplossing of andere redenen om de procedure te beëindigen

1.    De geassocieerde partijen kunnen te allen tijde tot een onderling overeengekomen oplossing van hun geschil komen. In dat geval stellen de geassocieerde partijen het arbitragepanel gezamenlijk in kennis van een dergelijke oplossing. Indien de oplossing door een van de geassocieerde partijen moet worden goedgekeurd, wordt in de kennisgeving naar deze eis verwezen en wordt de arbitrageprocedure opgeschort in afwachting van die procedure. Indien een dergelijke goedkeuring niet vereist is, of nadat is kennisgegeven van de afronding van die interne procedures, wordt de arbitrageprocedure beëindigd.


2.    Indien, voordat de uitspraak wordt gedaan, voortzetting van de arbitrageprocedure onmogelijk wordt of om een andere, niet in lid 1 genoemde reden overbodig wordt, stelt het arbitragepanel de geassocieerde partijen in kennis van zijn voornemen om een bevel tot beëindiging van de procedure uit te vaardigen. Het arbitragepanel is gemachtigd om een dergelijk bevel uit te vaardigen, tenzij er onopgeloste kwesties zijn waarover eventueel uitspraak moet worden gedaan en wanneer het arbitragepanel dit passend acht.

3.    Het arbitragepanel doet het door de leden van het arbitragepanel ondertekende besluit tot beëindiging van de arbitrageprocedure of de onderling overeengekomen schikking aan de partijen toekomen. Artikel 30, leden 2 tot en met 6, van dit kaderprotocol is van toepassing op onderling overeengekomen schikkingen.

ARTIKEL 32

Correctie van een arbitrale uitspraak

1.    Binnen dertig dagen na ontvangst van de uitspraak kan elke geassocieerde partij, met kennisgeving aan de andere geassocieerde partij en het Permanente Hof van Arbitrage, het arbitragepanel verzoeken in de uitspraak fouten in de berekening, materiële of typografische fouten, of soortgelijke fouten of weglatingen te corrigeren. Indien het arbitragepanel een dergelijk verzoek gegrond acht, maakt het een dergelijke correctie binnen 45 dagen na ontvangst van dat verzoek. Een dergelijk verzoek heeft geen opschortende werking.

2.    Het arbitragepanel kan op eigen initiatief binnen dertig dagen na de kennisgeving van zijn uitspraak correcties aanbrengen.

3.    De correcties worden overeenkomstig dit artikel schriftelijk aangebracht en maken integrerend deel uit van de arbitrale uitspraak. Artikel 30, leden 2 tot en met 6, van dit kaderprotocol is van toepassing op dergelijke correcties.


HOOFDSTUK 8

FINANCIËLE ASPECTEN

ARTIKEL 33

Te betalen bezoldiging en onkostenvergoeding voor de leden van een arbitragepanel en hun assistenten

De partijen bereiken binnen zeven dagen na de instelling van het arbitragepanel, via welk communicatiemiddel dan ook, overeenstemming over:

a)    de aan de leden van het arbitragepanel te betalen bezoldiging en onkostenvergoeding, die redelijk moeten zijn en in overeenstemming met de normen van de in het kader van de Wereldhandelsorganisatie ingestelde panels;

b)    de aan assistenten te betalen bezoldiging, waarbij voor elk lid van het arbitragepanel het totale bedrag van de aan assistenten te betalen bezoldiging redelijk is en in geen geval meer bedraagt dan een derde van de bezoldiging van dat lid.

ARTIKEL 34

Kosten

1.    Elke geassocieerde partij draagt haar eigen kosten en de helft van de kosten van het arbitragepanel.


2.    Het arbitragepanel stelt zijn kosten vast in zijn uitspraak ten gronde. Deze kosten dekken uitsluitend:

a)    honoraria van de leden van het arbitragepanel, afzonderlijk vermeld voor elk lid en vastgesteld door het panel zelf overeenkomstig artikel 34, punt a), van dit kaderprotocol;

b)    reis- en andere onkosten van de leden van het arbitragepanel;

c)    de honoraria en onkosten van het Permanente Hof van Arbitrage.

3.    De in lid 2 bedoelde onkosten moeten redelijk zijn gezien de waarde van het geschil, de complexiteit van het geschil, de tijd die de leden van het arbitragepanel en de door het arbitragepanel aangewezen deskundigen eraan hebben besteed, en alle andere relevante omstandigheden van de specifieke zaak.

ARTIKEL 35

Consignatie

1.    Aan het begin van de arbitrageprocedure kan het Permanente Hof van Arbitrage de partijen verzoeken een voorschot in consignatie te geven dat gelijk is aan een raming van het totale bedrag van de in artikel 35, lid 2, van dit kaderprotocol bedoelde onkosten.

2.    In de loop van de arbitrageprocedure kan het Permanente Hof van Arbitrage de partijen verzoeken aanvullende bedragen in consignatie te geven.


3.    Alle overeenkomstig dit artikel door de partijen in consignatie gegeven bedragen worden overgemaakt aan het Permanente Hof van Arbitrage, dat deze aanwendt ter dekking van de daadwerkelijk gemaakte kosten, waaronder met name de honoraria van de leden van het arbitragepanel en van het Permanente Hof van Arbitrage.



Aanhangsel

GEDRAGSCODE VOOR LEDEN VAN ARBITRAGEPANELS

ARTIKEL 1

Verantwoordelijkheden in het kader van de procedure

1.    Met het oog op het behoud van de integriteit en onpartijdigheid van de arbitrageprocedure moet elke kandidaat om lid te worden van een arbitragepanel:

a)    laakbaar gedrag en de schijn van laakbaar gedrag vermijden;

b)    onafhankelijk en onpartijdig zijn;

c)    directe en indirecte belangenconflicten vermijden; alsmede

d)    bij zijn of haar gedrag de hoogste normen in acht nemen, zodat de integriteit en onpartijdigheid van de geschillenbeslechtingsprocedure is gegarandeerd.

2.    Voormalige kandidaten of leden van een arbitragepanel houden zich aan de verplichtingen bedoeld in de artikelen 5 en 6 van dit aanhangsel.


ARTIKEL 2

Openbaarmakingsplicht van de leden van het arbitragepanel

1.    Alvorens hun selectie als lid van het arbitragepanel te bevestigen, stellen de kandidaten de geassocieerde partijen schriftelijk in kennis van alle belangen, relaties of aangelegenheden waarvan zij weten dat deze van invloed kunnen zijn op hun onafhankelijkheid of onpartijdigheid, of waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen dat zij in de procedures voor het arbitragepanel de schijn van laakbaar gedrag of partijdigheid zouden kunnen wekken.

2.    Kandidaten en leden van een arbitragepanel richten mededelingen betreffende feitelijke of mogelijke schendingen van deze gedragscode uitsluitend tot het Gemengd Comité, ter overweging door de geassocieerde partijen.

3.    De leden van een arbitragepanel maken in elke fase van de procedure voor het arbitragepanel belangen, relaties of aangelegenheden van de aard bedoeld in lid 1 waarvan zij kennis hebben of krijgen, aan de partijen bekend.

ARTIKEL 3

Due diligence van leden van een arbitragepanel

1.    Na hun aanwijzing vervullen de leden van een arbitragepanel gedurende de gehele procedure voor het arbitragepanel hun taken nauwgezet, snel en op billijke wijze.


2.    In het bijzonder geldt voor leden van een arbitragepanel het volgende:

a)    zij onderzoeken uitsluitend de kwesties die via de procedure voor het arbitragepanel aan de orde zijn gesteld en noodzakelijk zijn om tot een uitspraak te komen, en zij delegeren deze taak niet aan een andere persoon;

b)    zij nemen alle passende maatregelen om ervoor te zorgen dat hun assistenten op de hoogte zijn van en voldoen aan de artikelen 1, 2 en 6 van dit aanhangsel.

ARTIKEL 4

Onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de leden van een arbitragepanel

De leden van een arbitragepanel:

a)    zijn onafhankelijk en onpartijdig, vermijden de schijn van laakbaar gedrag of partijdigheid en laten zich niet leiden door eigenbelang, druk van buitenaf, politieke overwegingen, publieke protesten, trouw aan de Unie of de geassocieerde staten, of vrees voor kritiek;

b)    gaan direct noch indirect verplichtingen aan en aanvaarden geen voordelen die op welke wijze dan ook de goede uitoefening van hun taken zou verstoren of lijken te verstoren;

c)     gebruiken hun positie als lid van een arbitragepanel niet om persoonlijke of particuliere belangen te dienen en onthouden zich van handelingen die de indruk kunnen wekken dat anderen in een bijzondere positie verkeren waardoor zij invloed op hen kunnen uitoefenen;


d)    laten financiële, zakelijke, professionele, familiale of sociale relaties of verantwoordelijkheden geen invloed hebben op hun gedrag of oordeel;

e)    gaan geen relaties aan en verwerven geen financiële belangen die hun onpartijdigheid in het gedrang kunnen brengen of wanneer redelijkerwijs kan worden aangenomen dat daardoor de schijn van laakbaar gedrag of partijdigheid wordt gewekt;

f)    bespreken geen enkel aspect van het voorwerp of het verloop van de procedures voor het arbitragepanel met een van de partijen of beide in afwezigheid van de andere leden van het arbitragepanel.

ARTIKEL 5

Verplichtingen van voormalige leden van een arbitragepanel

Alle voormalige leden van een arbitragepanel onthouden zich van handelingen die de schijn kunnen wekken dat zij bij de uitoefening van hun taken niet onpartijdig waren of dat zij voordeel hebben ontleend aan een besluit of uitspraak van het arbitragepanel.


ARTIKEL 6

Vertrouwelijkheid

1.    De leden of voormalige leden van een arbitragepanel onthouden zich te allen tijde van:

a)    het openbaar maken of gebruiken van niet-openbare informatie over een procedure voor het arbitragepanel of die tijdens een dergelijke procedure is verkregen, behalve voor de doeleinden van die procedure; en, in elk geval, het openbaar maken of gebruiken van dergelijke informatie om persoonlijk voordeel of voordeel voor anderen te behalen of om de belangen van anderen te schaden;

b)    het openbaar maken van informatie over de beraadslagingen van het arbitragepanel of over het standpunt van een lid van het arbitragepanel.

2.    Leden van een arbitragepanel mogen uitspraken van het arbitragepanel of delen daarvan niet openbaar maken vóór de bekendmaking ervan in overeenstemming met dit kaderprotocol.

KADERPROTOCOL NR. 7

BETREFFENDE DE STATUTEN VAN HET PARLEMENTAIR ASSOCIATIECOMITÉ

ARTIKEL 1

Het bij artikel 78 van de kaderovereenkomst ingestelde Parlementair Associatiecomité wordt opgericht en functioneert overeenkomstig het bepaalde in deze overeenkomst en deze statuten.

ARTIKEL 2

Het Parlementair Associatiecomité bestaat uit twaalf leden. Het Europees Parlement benoemt vier leden en de parlementen van de geassocieerde staten benoemen elk vier leden.

ARTIKEL 3

Het Parlementair Associatiecomité kiest uit zijn leden zijn eigen voorzitter en vicevoorzitter. Het voorzitterschap van het comité wordt beurtelings voor een periode van een jaar waargenomen door een door het Europees Parlement en door een parlement van een geassocieerde staat benoemd lid.


ARTIKEL 4

Het Parlementair Associatiecomité houdt ten minste eenmaal per jaar een algemene vergadering, beurtelings in de EU en in een geassocieerde staat. Het comité besluit op elke zitting waar de volgende algemene zitting zal worden gehouden. Buitengewone zittingen kunnen worden gehouden wanneer het Parlementair Associatiecomité daartoe besluit overeenkomstig het reglement van orde dat is aangenomen in overeenstemming met artikel 5 van dit kaderprotocol.

ARTIKEL 5

Het Parlementair Associatiecomité stelt zijn reglement van orde vast met een twee derde meerderheid van zijn leden.

ARTIKEL 6

De kosten verbonden aan de deelneming van een lid aan het Parlementair Associatiecomité komen ten laste van het parlement dat dit lid heeft benoemd.

BIJLAGE bij het Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

Brussel, 26.4.2024

COM(2024) 191 final

ANDORRA-PROTOCOL

DEEL I

ALGEMENE BEPALINGEN

HOOFDSTUK 1

SAMENWERKING TUSSEN DE EU EN ANDORRA

ARTIKEL 1

Vervanging en opvolging van de samenwerkingsovereenkomst van 15 november 2004

Deze overeenkomst dient ter vervanging en opvolging van de samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en het Prinsdom Andorra die op 15 november 2004 in Brussel is ondertekend 1 .


DEEL II

VRIJ VERKEER VAN GOEDEREN

HOOFDSTUK 1

ALGEMENE BEPALINGEN

ARTIKEL 3

Beginselen

Het vrije verkeer van goederen tussen de EU en Andorra is enerzijds gebaseerd op een douane-unie en anderzijds op de uitvoering en toepassing door Andorra van het EU-acquis op het gebied van het vrije verkeer van goederen.

ARTIKEL 4

Douane-unie tussen de EU en Andorra

Bij deze overeenkomst wordt een douane-unie tussen de EU en Andorra tot stand gebracht, ter vervanging en opvolging van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Vorstendom Andorra, die op 28 juni 1990 in Luxemburg is ondertekend 2 .

ARTIKEL 6

Maatregelen ter uitvoering van het gemeenschappelijk handelsbeleid

voor zover deze verplichtingen betrekking hebben op de handel in goederen tussen de EU en derde landen.

ARTIKEL 7

Subcomité douanesamenwerking


HOOFDSTUK 2

SPECIFIEKE BEPALINGEN

ARTIKEL 8

Preferentiële overeenkomsten waarover de EU heeft onderhandeld

De EU stelt in het kader van haar handelsbesprekingen met derde landen alles in het werk om de preferentiële regelingen die op goederen van toepassing zijn, uit te breiden tot producten van oorsprong uit Andorra.

ARTIKEL 9

Overeenkomsten inzake wederzijdse erkenning waarover de EU heeft onderhandeld

De EU stelt in haar onderhandelingen over overeenkomsten inzake wederzijdse erkenning met derde landen alles in het werk om deze uit te breiden met het oog op de conformiteitsbeoordeling en markering van producten tot Andorra.


ARTIKEL 10

Geleidelijke integratie van tabaksproducten in de douane-unie

vanaf de dertigste verjaardag en elk daaropvolgend jaar zijn deze rechten gelijk aan 0 %.


ARTIKEL 11

Controlemechanisme tijdens de overgangsperiode

a)    de situatie van de overheidsfinanciën, met inbegrip van het aandeel van de belastinginkomsten uit tabak;

b)    de diversificatie van de economie van Andorra, met inbegrip van met name de landbouwsector;

c)    de productie, invoer, afzet en uitvoer van ruwe tabak en tabaksproducten;

d)    de maatregelen die Andorra heeft genomen ter voorkoming en bestrijding van fraude en smokkel (wetgeving, uitvoering en bestuurlijke, gerechtelijke en materiële capaciteit).

a)    wijzigingen in de omvang van de staatsinkomsten;


b)    geïnde douanerechten en directe en indirecte belastingen;

c)    de verandering in het gewicht van de inkomsten uit tabaksbelasting in de overheidsfinanciën;

d)    veranderingen in het relatieve gewicht van de opbrengst van de tabaksoogst ten opzichte van de totale opbrengsten van landbouwbedrijven;

e)    de ontwikkeling van investeringen (Andorra en buitenlandse);

f)    ontwikkelingen in de werkgelegenheidssituatie in Andorra;

g)    de ontwikkeling van de toestroom van toeristen;

h)    mutaties in de maandelijkse gegevens over ruwe tabak en tabaksproducten, namelijk de hoeveelheden:

i)    geproduceerd en vervaardigd in Andorra;

ii)    ingevoerd uit de EU en derde landen;

iii)    op de markt gebracht in Andorra; en

iv)    uitgevoerd naar de EU en derde landen.

Bovendien wordt rekening gehouden met de veranderingen in die gegevens ten opzichte van het voorgaande jaar en met het gemiddelde van de voorgaande vijf jaar;


i)    veranderingen in de verkoopprijs (gewogen gemiddelde prijs op basis van gegevens over de afgezette hoeveelheden; minimumprijs en maximumprijs) van tabaksproducten in Andorra, alsmede de samenstelling van die prijs (belastingen en andere elementen);

j)    concrete gegevens over de doeltreffendheid van maatregelen ter voorkoming en bestrijding van fraude en smokkel, namelijk:

i)    ontwikkelingen op het gebied van wetgeving en justitie;

ii)    de wijziging van het aantal personeelsleden dat is toegewezen aan de bestrijding van fraude en smokkel;

iii)    de ontwikkeling van de uitrusting die nodig is voor de bestrijding van fraude en smokkel;

iv)    samenwerking met buurlanden;

v)    het aantal onderscheppingen en de waarde ervan.

4.    Om de vijf jaar, of op verzoek van Andorra of de EU, wordt een follow-upvergadering gehouden tijdens welke de EU en Andorra op de hoogte worden gebracht van de ontwikkelingen in de indicatoren die het effect van de geleidelijke overgang naar het vrije verkeer van tabaksproducten op Andorra meten.

5.    Het Gemengd Comité kan besluiten de in de leden 2 en 3 bedoelde elementen en indicatoren aan te passen.

6.    In geval van bevredigende ontwikkelingen in de diversificatie van de economie van Andorra, met name de tabakssector, kan het Gemengd Comité besluiten de indiening van de in de leden 1 tot en met 3 bedoelde gegevens en verslagen op te schorten.


ARTIKEL 12

Vrijwaringsmaatregelen voor tabak

1.    In geval van ernstige economische, fiscale, sociale of met het milieu verband houdende moeilijkheden als gevolg van de geleidelijke afschaffing van de tarieven die van toepassing is op hoofdstuk 24 van het in artikel 10 van dit protocol bedoelde geharmoniseerd systeem, kan Andorra unilateraal vrijwaringsmaatregelen treffen om dat tarief aan te passen, overeenkomstig de voorwaarden en procedures van dit artikel.

2.    De EU kan unilateraal passende vrijwaringsmaatregelen nemen, onder de voorwaarden van en overeenkomstig dit artikel, wanneer zij van mening is dat zich ongunstige ontwikkelingen hebben voorgedaan op het gebied van de preventie en bestrijding van fraude en smokkel in Andorra; of een negatieve toename van de productie, invoer, afzet of uitvoer van ruwe tabak en tabaksproducten; of een toename van de prijsverschillen voor tabaksproducten (met inbegrip van belastingen) tussen Andorra en de EU-lidstaten, met name ten opzichte van de aangrenzende lidstaat met de laagste prijs.

3.    De in de leden 1 en 2 bedoelde vrijwaringsmaatregelen worden in draagwijdte en duur beperkt tot wat strikt noodzakelijk is om de situatie te verhelpen.

4.    Wanneer Andorra of de EU voornemens is vrijwaringsmaatregelen te nemen overeenkomstig lid 1 respectievelijk lid 2, stelt Andorra of de EU de andere geassocieerde partij daarvan onverwijld in kennis, waarbij alle relevante informatie wordt verstrekt.

5.    Artikel 97, leden 4 tot en met 9, van de kaderovereenkomst is van toepassing.


ARTIKEL 13

Regels van oorsprong voor tabak tijdens de overgangsperiode

1.    Tijdens de in artikel 10 van dit protocol vastgestelde overgangsperiode en bij invoer in de EU zijn de onder hoofdstuk 24 van de nomenclatuur van het geharmoniseerde systeem vallende producten van oorsprong uit Andorra vrijgesteld van invoerrechten.

2.    De regels van oorsprong en de methoden van administratieve samenwerking die van toepassing zijn op de in lid 1 bedoelde producten, zijn vastgesteld in aanhangsel 1 van dit protocol.


HOOFDSTUK 3

VERGOEDINGEN VOOR REIZIGERS

ARTIKEL 14

Algemene bepalingen

1.    De EU en Andorra verlenen, op basis van drempelbedragen of kwantitatieve beperkingen, vrijstelling van invoerrechten, van btw of van algemene indirecte belastingen, en van accijnzen voor goederen die worden ingevoerd in de persoonlijke bagage van reizigers komende van de andere geassocieerde partij, mits de invoer van niet-commerciële aard is.

2.    Voor de toepassing van lid 1 wordt de invoer geacht van niet-commerciële aard te zijn indien zij:

a)    een incidenteel karakter dragen;

b)    uitsluitend betrekking hebben op goederen die bestemd zijn voor persoonlijk gebruik van de reizigers dan wel voor gebruik door hun gezinsleden of bestemd om ten geschenke te worden aangeboden.

3.    De aard en hoeveelheid van deze goederen mogen niet zodanig zijn dat er aanwijzingen zijn dat zij ingevoerd worden om commerciële redenen.


ARTIKEL 15

Drempelbedragen en kwantitatieve beperkingen

1.    De in artikel 14 van dit protocol bedoelde vrijstelling is dezelfde als die welke in de EU van toepassing is op derde landen 7 .

2.    In afwijking van lid 1 en mits de goederen worden verworven onder de algemene voorwaarden voor belastingheffing op de binnenlandse markt van een van de geassocieerde partijen, zijn de in de leden 3 en 5 vastgestelde drempelbedragen en kwantitatieve beperkingen van toepassing.

3.    Voor goederen waarvoor een drempelbedrag geldt, wordt de totale waarde van de vrijstelling vastgesteld op driemaal de waarde van de vrijstelling die door de EU wordt toegepast ten aanzien van derde landen. Dit lid is niet van toepassing op reizigers jonger dan 15 jaar.

4.    Voor de toepassing van drempelbedragen mag de waarde van een afzonderlijk goed niet worden gesplitst.

5.    Voor goederen waarvoor een kwantitatieve beperking geldt, worden de vrijstellingen vastgesteld op:

a)    Tabaksproducten:

   300 sigaretten; of

   150 cigarillo’s; of


   75 sigaren; of

   400 gram rooktabak.

De aangegeven hoeveelheden vertegenwoordigen elk 100 % van de totale vrijstellingen voor tabaksproducten.

Cigarillo’s zijn sigaren die per stuk niet meer dan 3 gram wegen.

Voor iedere reiziger mag de vrijstelling worden toegepast voor alle combinaties van tabaksproducten, mits de som van de van de afzonderlijke vrijstellingen gebruikte percentages niet meer dan 100 % bedraagt.

b)    Alcohol en alcoholhoudende dranken, wijnen en bieren:

   in totaal 1,5 liter alcohol en alcoholhoudende dranken met een alcoholgehalte van meer dan 22 % vol. of niet-gedenatureerde ethylalcohol van 80 % vol. en hoger;

of

   in totaal 3 liter alcohol en alcoholhoudende dranken met een alcoholgehalte van maximaal 22 % vol.

en

   5 liter niet-mousserende wijn en in totaal 20 liter bier.


De aangegeven hoeveelheden vertegenwoordigen elk 100 % van de totale vrijstellingen voor alcohol en alcoholhoudende dranken.

Voor iedere reiziger mag de vrijstelling worden toegepast voor alle combinaties van de in punt b) bedoelde soorten alcohol en alcoholhoudende dranken, mits de som van de van de afzonderlijke vrijstellingen gebruikte percentages niet meer dan 100 % bedraagt.

6.    Lid 5 is niet van toepassing op reizigers jonger dan 17 jaar.


HOOFDSTUK 4

DOUANEVEILIGHEIDSMAATREGELEN

ARTIKEL 16

Definitie

Onder “douaneveiligheidsmaatregelen” wordt verstaan de bepalingen die betrekking hebben op de aangifte van goederen voordat deze het douanegebied binnenkomen of verlaten, op de geautoriseerde marktdeelnemers alsook op de douaneveiligheidscontroles en het veiligheidsrisicobeheer, en die krachtens de toepasselijke douanewetgeving in de EU gelden.

ARTIKEL 17

Algemene beginselen inzake douaneveiligheidsmaatregelen

1.    De EU en Andorra verbinden zich ertoe met betrekking tot het vervoer van goederen naar en vanuit derde landen de in artikel 15 van dit protocol omschreven douaneveiligheidsmaatregelen toe te passen en zodoende aan hun buitengrenzen een gelijkwaardig veiligheidsniveau te garanderen.

2.    De EU en Andorra zien af van de toepassing van de in artikel 16 van dit protocol bedoelde douaneveiligheidsmaatregelen tijdens het vervoer van goederen tussen hun douanegebieden.


ARTIKEL 18

Overeenkomsten met derde landen

1.    De EU en Andorra plegen onderling overleg alvorens zij met een derde land een overeenkomst op het gebied van douaneveiligheidsmaatregelen sluiten, teneinde ervoor te zorgen dat de beoogde overeenkomst in overeenstemming is met dit hoofdstuk, met name indien zij bepalingen bevat waarbij van de in dit hoofdstuk omschreven douaneveiligheidsmaatregelen wordt afgeweken.

2.    De EU en Andorra spreken af dat door een van hen met een derde land gesloten overeenkomsten op een gebied waarop douaneveiligheidsmaatregelen van toepassing zijn, geen verplichtingen scheppen voor de andere geassocieerde partij, tenzij het Gemengd Comité anders besluit.

ARTIKEL 19

Plaats van indiening van een summiere aangifte bij binnenkomst en een aangifte vóór vertrek van de goederen

1.    De summiere aangifte bij binnenkomst wordt ingediend bij de bevoegde instantie van de geassocieerde partij in het douanegebied waarvan de goederen vanuit een derde land worden binnengebracht. Die instantie voert de risicoanalyse uit op basis van de in die aangifte vermelde gegevens, alsmede de douanecontroles die vanuit veiligheidsoogpunt noodzakelijk worden geacht, óók indien de goederen voor de andere geassocieerde partij zijn bestemd.


2.    De aangifte vóór vertrek van de goederen wordt ingediend bij de bevoegde instantie van de geassocieerde partij in het douanegebied waarvan de formaliteiten ten uitvoer dan wel, bij ontstentenis daarvan, bij vertrek naar een derde land worden vervuld. De bevoegde instantie voert de risicoanalyse uit op basis van de in die aangifte vermelde gegevens en de douanecontroles die vanuit veiligheidsoogpunt noodzakelijk worden geacht.

3.    Wanneer voor een derde land bestemde goederen het douanegebied van de ene geassocieerde partijen verlaten via het douanegebied van de andere geassocieerde partij, wordt de aangifte vóór vertrek van de goederen uitsluitend ingediend bij de bevoegde instantie van laatstgenoemde partij.

ARTIKEL 20

Douaneveiligheidscontroles en veiligheidsrisicobeheer

1.    De EU en Andorra werken samen om:

a)    gegevens uit te wisselen die het mogelijk maken om hun risicoanalyse en de doeltreffendheid van hun douaneveiligheidscontroles te verbeteren en te versterken;

b)    binnen een passende termijn een gemeenschappelijk kader voor risicobeheer, gemeenschappelijke risicocriteria en gemeenschappelijke prioritaire gebieden voor controles vast te stellen en een elektronisch systeem op te zetten ter implementatie van dit gemeenschappelijke risicobeheer.

2.    Het Gemengd Comité stelt alle besluiten vast die nodig zijn voor de toepassing van lid 1.


ARTIKEL 21

Controle op de uitvoering van de douaneveiligheidsmaatregelen

1.    Het Gemengd Comité stelt besluiten vast waarin wordt bepaald op welke wijze de EU en Andorra op de uitvoering van dit hoofdstuk moeten toezien en de naleving van de douaneveiligheidsmaatregelen moeten controleren.

Dit toezicht kan met name plaatsvinden via:

a)    een periodieke beoordeling van de uitvoering van dit hoofdstuk;

b)    een herziening om de wijze van toepassing van dit hoofdstuk te verbeteren of om deze te wijzigen zodat beter wordt tegemoetgekomen aan de doelstellingen;

c)    de organisatie van themavergaderingen van deskundigen van de EU en Andorra en audits van de administratieve procedures, ook door middel van bezoeken ter plaatse.

2.    Het Gemengd Comité ziet erop toe dat de ter uitvoering van lid 1 genomen maatregelen de rechten van de betrokken marktdeelnemers eerbiedigen.


ARTIKEL 22

Uitwisseling van informatie over geautoriseerde marktdeelnemers

De Europese Commissie en de bevoegde autoriteiten van Andorra wisselen periodiek de volgende gegevens uit over de door hen op veiligheidsgebied geautoriseerde marktdeelnemers:

a)    het identificatienummer van de marktdeelnemer (Trader Identification Number — TIN) in een formaat dat in overeenstemming is met de wetgeving inzake de registratie en identificatie van marktdeelnemers (Economic Operator Registration and Identification — EORI) 8 ;

b)    de naam en het adres van de geautoriseerde marktdeelnemer;

c)    het nummer van het autorisatiebewijs waarmee de status van geautoriseerde marktdeelnemer wordt toegekend;

d)    de huidige status (van kracht, opgeschort, ingetrokken);

e)    de perioden gedurende welke zijn status is gewijzigd;

f)    de datum van ingang van de autorisatie;

g)    de autoriteit die de autorisatie heeft afgegeven.


ARTIKEL 23

Bescherming van het beroepsgeheim en van persoonsgegevens

1.    De informatie die uit hoofde van dit hoofdstuk door de EU en Andorra wordt uitgewisseld, geniet de bescherming van het beroepsgeheim en de bescherming van persoonsgegevens als omschreven in de wetgeving van de ontvangende geassocieerde partij.

2.    Informatie mag niet worden overgedragen aan andere personen dan de bevoegde instanties van de betrokken geassocieerde partij, noch door die instanties worden gebruikt voor andere doeleinden dan die waarin deze overeenkomst voorziet.

1.    De EU of Andorra kan, na overleg in het Gemengd Comité, passende evenwichtsherstellende maatregelen nemen, met inbegrip van de opschorting van de toepassing van douaneveiligheidsmaatregelen, wanneer de EU of Andorra van oordeel is dat de andere geassocieerde partij niet aan de desbetreffende voorwaarden voldoet.

2.    Wanneer vertraging de doeltreffendheid van de douaneveiligheidsmaatregelen in gevaar kan brengen, kunnen zonder voorafgaand overleg voorlopige conservatoire maatregelen worden genomen, mits onmiddellijk na de vaststelling van die maatregelen overleg plaatsvindt in het Gemengd Comité.



3.    Wanneer Andorra overeenkomstig dit hoofdstuk niet langer zorgt voor de uitvoering van het toepasselijke acquis inzake douaneveiligheidsmaatregelen, kan de EU de toepassing van de douaneveiligheidsmaatregelen opschorten, tenzij het Gemengd Comité, na te hebben onderzocht hoe het acquis kan worden gehandhaafd, anders beslist.

4.    Evenwichtsherstellende maatregelen moeten evenredig zijn, en hun reikwijdte en duur moeten worden beperkt tot wat nodig is om de situatie aan te pakken. Een geassocieerde partij kan het Gemengd Comité verzoeken overleg te plegen over de evenredigheid van die maatregelen.

1.    Elke EU-lidstaat en Andorra verlenen elkaar wederzijdse bijstand voor de invordering van schuldvorderingen die voortvloeien uit in- en uitvoerrechten.

2.    Deze bijstand heeft betrekking op:



3.    Wederzijdse bijstand voor invordering wordt verleend overeenkomstig de hoofdstukken I tot en met V van Richtlijn 2010/24/EU 9 van de Raad en de hoofdstukken I tot en met IV van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1189/2011 10 van de Commissie, behalve wat betreft de volgende regels:



4.    Bij het indienen van een verzoek om informatie gebruiken de EU-lidstaten en Andorra een formulier dat is opgesteld volgens het model dat wordt gebruikt voor verzoeken tussen EU-lidstaten, tenzij de verzoekende autoriteit en de aangezochte autoriteit anders overeenkomen.

Bij het indienen van een verzoek tot notificatie gebruiken de EU-lidstaten en Andorra een formulier dat is opgesteld volgens het model dat wordt gebruikt voor verzoeken tussen EU-lidstaten.

Bij het indienen van een verzoek tot invordering of een verzoek om conservatoire maatregelen gebruiken de EU-lidstaten en Andorra een formulier dat is opgesteld volgens het model dat wordt gebruikt voor verzoeken tussen EU-lidstaten.

Het standaardformulier bij het verzoek tot notificatie en het formulier voor de uniforme titel voor de vaststelling van handhavingsmaatregelen in de aangezochte staat worden opgesteld op basis van de modellen die worden gebruikt voor verzoeken tussen EU-lidstaten.

De structuur en de lay-out van de in dit lid bedoelde formulieren kunnen worden aangepast in het licht van de bepalingen van dit protocol en van de eisen en mogelijkheden van het elektronische communicatiesysteem, mits de daarin vervatte gegevens en informatie niet wezenlijk worden gewijzigd. Velden in de formulieren die tijdens de communicatie over het verzoek en de uitvoering ervan blanco worden gelaten, mogen worden weggelaten.

1.    De EU verleent de nodige technische bijstand en training om de aansluiting van Andorra op de elektronische systemen van de EU die nodig zijn voor de goede werking van de douane-unie, te vergemakkelijken, binnen de grenzen en volgens de regelingen die bij besluit van het Gemengd Comité worden vastgesteld, rekening houdend met de daarvoor beschikbare financiële middelen. De aansluitingskosten komen ten laste van Andorra.

2.    Het in lid 1 bedoelde besluit van het Gemengd Comité bevat ook een tijdschema voor de geleidelijke aansluiting van Andorra op de elektronische systemen van de EU, rekening houdend met de daadwerkelijke behoeften van de buitenlandse handel in Andorra en van de EU, alsook alternatieve oplossingen voor gevallen waarin de aansluitingskosten niet in verhouding zouden staan tot het verwachte nut.


HOOFDSTUK 6

VOORSCHRIFTEN INZAKE DIERGEZONDHEID, VOEDSELVEILIGHEID EN PLANTGEZONDHEID

ARTIKEL 27

Subcomité voedselveiligheid en veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden

1.    In afwijking van artikel 76, lid 8, eerste zin, van de kaderovereenkomst wordt hierbij een Subcomité voedselveiligheid en veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden opgericht. De methoden, samenstelling en werking van dit subcomité worden door het Gemengd Comité vastgesteld in zijn reglement van orde.

2.    Het subcomité evalueert regelmatig, of op verzoek van de EU of Andorra, de ontwikkeling van de wetgeving inzake voedselveiligheid en veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden en stelt vast welke rechtshandelingen in Andorra moeten worden toegepast.

3.    Indien nodig doet het subcomité aanbevelingen aan het Gemengd Comité met het oog op de actualisering van bijlage I bij het geassocieerde-staatprotocol overeenkomstig artikel 81 van de kaderovereenkomst.


ARTIKEL 28

Controles van uit derde landen ingevoerde en voor Andorra bestemde producten

De controles van uit derde landen ingevoerde producten die bestemd zijn voor Andorra, worden aan grenscontroleposten uitgevoerd door de bevoegde autoriteiten van EU-lidstaten in naam en voor rekening van de autoriteiten van Andorra.

ARTIKEL 29

Toegang tot profylactische of therapeutische behandelingen in geval van gezondheidscrises

1.    De EU en Andorra werken nauw samen in geval van ernstige gezondheidscrises op het gebied van diergezondheid, plantgezondheid en voedselveiligheid.

2.    In geval van ernstige gezondheidscrises als gevolg van uitbraken van dierziekten die als zeer epizoötisch kunnen worden beschouwd, stellen de EU en Andorra elkaar daarvan onmiddellijk in kennis en coördineren zij, voor zover mogelijk, hun optreden, met name wanneer zij overwegen vaccinatiemaatregelen of -plannen in te voeren.


ARTIKEL 30

Controles

Andorra is onderworpen aan dezelfde regelingen voor audits door de deskundigen van de EU als die welke voor de EU-lidstaten zijn vastgesteld.

ARTIKEL 31

Deelneming aan rapportagesystemen

1.    Andorra neemt deel aan het geautomatiseerde informatiemanagementsysteem voor officiële controles (Imsoc) of een ander systeem dat dit systeem in de toekomst zou kunnen vervangen.

2.    De technische en operationele regelingen voor de deelneming van Andorra aan dat systeem worden vastgesteld door het Gemengd Comité, op voorstel van het desbetreffende subcomité.

VRIJ VERKEER VAN PERSONEN, DIENSTEN EN KAPITAAL

HOOFDSTUK 1

VRIJ VERKEER VAN PERSONEN, WERKNEMERS EN ZELFSTANDIGEN

ARTIKEL 32

Overgangsperioden voor het vrije verkeer van personen

1.    Andorra enerzijds en de EU-lidstaten anderzijds mogen ten aanzien van onderdanen van EU-lidstaten en de onderdanen van Andorra hun nationale bepalingen op grond waarvan een voorafgaande inreis-, verblijfs- en werkvergunning vereist is, tot 1 januari 2027 handhaven.

Andorra mag tot en met 1 januari 2027 kwantitatieve beperkingen voor onderdanen van EU-lidstaten handhaven voor nieuwe ingezetenen en werknemers.

2.    Andorra mag tot en met 1 januari 2027 nationale bepalingen handhaven ter beperking van de beroepsmobiliteit en de toegang tot beroepen voor alle categorieën werknemers.


ARTIKEL 33

Maatregelen tijdens de overgangsperioden

1.    Behalve de in de artikel 32 genoemde beperkingen mag Andorra vanaf de datum van ondertekening van deze overeenkomst geen nieuwe restrictieve maatregelen ten aanzien van de inreis, de tewerkstelling en het verblijf van werknemers en zelfstandigen invoeren.

2.    Andorra neemt alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat onderdanen van EU-lidstaten gedurende de overgangsperiode op het grondgebied van Andorra met dezelfde voorrang als de onderdanen van Andorra in aanmerking kunnen komen voor de vervulling van bestaande vacatures.

ARTIKEL 34

Toepassing van bestaande bilaterale regelingen tijdens de overgangsperiode

Gedurende de overgangsperioden blijven bestaande bilaterale overeenkomsten van toepassing, tenzij uit deze overeenkomst bepalingen voortvloeien die voor de burgers van EU-lidstaten gunstiger zijn.


HOOFDSTUK 2

VERVOER

ARTIKEL 35

Cabotage van goederenvervoer over de weg

1.    Deze overeenkomst geldt, wat betreft cabotagerechten, onverminderd de volgende bilaterale overeenkomsten:

a)    Acuerdo entre el Reino de España y el Principado de Andorra sobre transporte internacional por carretera, ondertekend in Ordino op 8 januari 2015;

b)    Accord entre le Gouvernement de la République française et le Gouvernement de la Principauté d’Andorre concernant les transports routiers internationaux de marchandises, ondertekend in Andorra la Vella op 12 december 2000;

c)    Acordo entre o Principado de Andorra e a República Portuguesa relativo a Transportes Internacionais Rodoviários de Passageiros e de Mercadorias, ondertekend in Andorra la Vella op 15 november 2000; en

d)    Accordo fra il Governo della Repubblica italiana e il Governo del Principato di Andorra, concernente la regolamentazione del trasporto internazionale di viaggiatori e di merci su strada, ondertekend in Brussel op 19 mei 2015.

Dergelijke cabotagerechten kunnen worden geactualiseerd.


2.    Deze overeenkomst vervangt de in lid 1 bedoelde bilaterale overeenkomsten wat betreft alle andere aangelegenheden dan cabotagerechten die door die bilaterale overeenkomsten worden geregeld.

3.    Behoudens het bepaalde in lid 1 mag Andorra met EU-lidstaten geen nieuwe overeenkomsten inzake wegvervoer sluiten die betrekking hebben op aangelegenheden die binnen het toepassingsgebied van deze overeenkomst vallen.


DEEL IV

HORIZONTALE BEPALINGEN MET BETREKKING TOT DE VIER VRIJHEDEN

HOOFDSTUK I

VENNOOTSCHAPSRECHT

ARTIKEL 36

Koppeling van registers

1.    De centrale, handels- en vennootschapsregisters van Andorra worden gekoppeld aan het systeem van gekoppelde registers overeenkomstig artikel 22 van Richtlijn (EU) 2017/1132 van het Europees Parlement en de Raad 11 .

2.    Andorra neemt de nodige maatregelen om de interoperabiliteit van zijn registers met het systeem van gekoppelde registers via het platform overeenkomstig artikel 22, lid 3, van Richtlijn (EU) 2017/1132 te waarborgen en zorgt ervoor dat zijn vennootschappen een unieke identificatiecode (EUID) krijgen waardoor zij eenduidig in verschillende registers kunnen worden geïdentificeerd via dat systeem van gekoppelde registers.

3.    Andorra draagt de kosten voor het aanpassen van zijn registers, alsook de kosten voor het onderhoud en de werking ervan overeenkomstig artikel 25, lid 6, van Richtlijn (EU) 2017/1132.


Aanhangsel 1

REGELS VAN OORSPRONG

DEEL I

ALGEMENE BEPALINGEN

ARTIKEL 1

Definities

In dit aanhangsel wordt verstaan onder:

a)    “geassocieerde partij”: Andorra of de EU;

b)    “hoofdstukken”, “posten” en “onderverdelingen”: de hoofdstukken, posten en onderverdelingen (vier- of zescijfercodes) van de nomenclatuur die het geharmoniseerde systeem inzake de omschrijving en codering van goederen (“het geharmoniseerde systeem”) vormt, met de wijzigingen ingevolge de aanbeveling van de Internationale Douaneraad van 26 juni 2004;

c)    “ingedeeld”: de indeling van een goed onder een bepaalde post of onderverdeling van het geharmoniseerde systeem;


d)    “zending”: producten die

i)    gelijktijdig van een exporteur naar een geadresseerde worden gezonden; of

ii)    vergezeld gaan van een enkel vervoersdocument vanaf de verzending bij de exporteur tot de aankomst bij de geadresseerde of, in afwezigheid van een dergelijk document, van een enkele factuur;

e)    “douaneautoriteiten van de EU”: de douaneautoriteiten van elke EU-lidstaat;

f)    “douanewaarde”: de waarde zoals bepaald volgens de overeenkomst inzake de toepassing van artikel VII van de Algemene Overeenkomst betreffende tarieven en handel 1994 (WTO-overeenkomst inzake douanewaarde);

g)    “prijs af fabriek”: de prijs die voor het product af fabriek is betaald aan de fabrikant in de geassocieerde partij in wiens bedrijf de laatste be- of verwerking is verricht, voor zover in die prijs de waarde is begrepen van alle gebruikte materialen en alle andere aan de vervaardiging verbonden kosten, verminderd met alle binnenlandse belastingen die worden of kunnen worden terugbetaald wanneer het verkregen product wordt uitgevoerd; wanneer de laatste be- of verwerking aan een fabrikant is uitbesteed, verwijst de term “fabrikant” naar het bedrijf dat de be- of verwerking heeft uitbesteed; wanneer de betaalde prijs niet alle kosten dekt die verbonden zijn aan de vervaardiging van het product in de geassocieerde partij, is de prijs af fabriek de som van al die kosten, verminderd met alle binnenlandse belastingen die worden of kunnen worden terugbetaald wanneer het verkregen product wordt uitgevoerd;

h)    “onderling vervangbaar materiaal” of “onderling vervangbaar product”: materiaal of product van hetzelfde soort en dezelfde handelskwaliteit, met dezelfde technische en fysieke kenmerken en waartussen geen onderscheid mogelijk is;


i)    “goederen”: zowel materialen als producten;

j)    “vervaardiging”: elk soort be- of verwerking, met inbegrip van assemblage;

k)    “materiaal”: alle ingrediënten, grondstoffen, componenten, delen enz. die bij de vervaardiging van het product worden gebruikt;

l)    “maximuminhoud van niet van oorsprong zijnde materialen”: de maximale hoeveelheid niet van oorsprong zijnde materialen die is toegestaan om een vervaardiging te beschouwen als een toereikende be- of verwerking om de oorsprong te verlenen. Deze hoeveelheid kan worden uitgedrukt in procenten van de prijs af fabriek van het product of in procenten van het nettogewicht van deze gebruikte materialen van een bepaalde groep hoofdstukken, een hoofdstuk, post of onderverdeling;

m)    “product”: het product dat wordt vervaardigd, zelfs indien dit bestemd is om later bij de vervaardiging van een ander product te worden gebruikt;

n)    “gebied”: het grondgebied, de binnenwateren en de territoriale zee van een geassocieerde partij;

o)    “toegevoegde waarde”: de prijs af fabriek van het product verminderd met de douanewaarde van alle gebruikte materialen van oorsprong uit de andere geassocieerde partij waarmee cumulatie van toepassing is of, indien de douanewaarde niet bekend is of niet kan worden vastgesteld, de eerste controleerbare prijs die voor de materialen in de geassocieerde partij van uitvoer is betaald;

p)    “waarde van de materialen”: de douanewaarde ten tijde van de invoer van de gebruikte materialen die niet van oorsprong zijn, of, indien deze niet bekend is of niet kan worden vastgesteld, de eerste controleerbare prijs die voor de materialen in de geassocieerde partij van uitvoer is betaald. Wanneer de waarde van de gebruikte materialen van oorsprong moet worden vastgesteld, is dit punt van overeenkomstige toepassing.


DEEL II

DEFINITIE VAN HET BEGRIP “PRODUCTEN VAN OORSPRONG”

ARTIKEL 2

Algemene eisen

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de volgende producten beschouwd van oorsprong te zijn uit een geassocieerde partij wanneer zij naar een andere geassocieerde partij worden uitgevoerd:

a)    geheel en al verkregen in een geassocieerde partij in de zin van artikel 3 van dit aanhangsel;

b)    in een geassocieerde partij verkregen producten, waarin materialen zijn verwerkt die daar niet geheel en al zijn verkregen, mits deze materialen in die geassocieerde partij een toereikende be- of verwerking hebben ondergaan in de zin van artikel 4 van dit aanhangsel.

ARTIKEL 3

Geheel en al verkregen producten

1.    De volgende producten worden bij uitvoer naar de andere geassocieerde partij beschouwd geheel en al verkregen te zijn in een geassocieerde partij:

a)    uit de zeebodem of de ondergrond ervan gewonnen minerale producten en mineraal water;


b)    aldaar gekweekte of geoogste producten van het plantenrijk, met inbegrip van waterplanten;

c)    aldaar geboren en opgefokte levende dieren;

d)    producten afkomstig van aldaar opgefokte levende dieren;

e)    producten afkomstig van aldaar geboren en opgefokte geslachte dieren;

f)    producten van de aldaar bedreven jacht of visserij;

g)    producten van de aquacultuur, wanneer de vis, schaaldieren, weekdieren en andere ongewervelde waterdieren aldaar zijn geboren of uit eieren, larven, jonge vis of visbroed zijn gekweekt;

h)    producten van de zeevisserij en andere buiten een territoriale zee door haar schepen uit de zee gewonnen producten;

i)    uitsluitend uit de in punt h) bedoelde producten aan boord van haar fabrieksschepen vervaardigde producten;

j)    aldaar verzamelde gebruikte artikelen die slechts voor de terugwinning van grondstoffen kunnen dienen;

k)    afval en schroot afkomstig van aldaar verrichte fabrieksbewerkingen;

l)    producten gewonnen uit de buiten haar territoriale zee gelegen zeebodem of de ondergrond ervan, mits de partij exclusieve rechten heeft op de exploitatie van deze zeebodem of de ondergrond ervan;

m)    goederen die aldaar uitsluitend uit de in punten a) tot en met l) bedoelde producten zijn vervaardigd.


2.    De termen “haar schepen” en “haar fabrieksschepen” in lid 1, punt h) respectievelijk i), zijn slechts van toepassing op schepen en fabrieksschepen die aan elk van de volgende vereisten voldoen:

a)    zij zijn geregistreerd in de partij van uitvoer of de geassocieerde partij van invoer;

b)    zij voeren de vlag van de geassocieerde partij van uitvoer of de geassocieerde partij van invoer;

c)    zij voldoen aan een van de volgende voorwaarden:

i)    zij behoren voor ten minste 50 % toe aan onderdanen van de geassocieerde partij van uitvoer of de geassocieerde partij van invoer; of

ii)    zij behoren toe aan vennootschappen die:

   hun hoofdkantoor en hun belangrijkste economische activiteiten in de partij van uitvoer of de geassocieerde partij van invoer hebben, en

   voor ten minste 50 % toebehoren aan de geassocieerde partij van uitvoer of de geassocieerde partij van invoer of aan openbare lichamen of onderdanen van deze geassocieerde partijen.

3.    Wanneer de geassocieerde partij van uitvoer of de geassocieerde partij van invoer de Europese Unie is, wordt voor de toepassing van lid 2 een EU-lidstaat verstaan.


ARTIKEL 4

Toereikende be- of verwerking

1.    Onverminderd lid 3 van dit artikel en artikel 6 van dit aanhangsel worden producten die niet geheel en al zijn verkregen in een geassocieerde partij, geacht een toereikende be- of verwerking te hebben ondergaan wanneer voor de desbetreffende goederen aan de in bijlage II genoemde voorwaarden is voldaan.

2.    Indien een product dat overeenkomstig lid 1 de oorsprong van een geassocieerde partij heeft verkregen, als materiaal wordt gebruikt bij de vervaardiging van een ander product, wordt geen rekening gehouden met de niet van oorsprong zijnde materialen die bij de vervaardiging ervan kunnen zijn gebruikt.

3.    Voor elk product wordt bepaald of aan de eisen van lid 1 is voldaan.

Wanneer de relevante regel evenwel gebaseerd is op een maximuminhoud van niet van oorsprong zijnde materialen, kunnen de douaneautoriteiten van de geassocieerde partijen exporteurs toestemming verlenen om overeenkomstig lid 4 een gemiddelde te berekenen van de prijs af fabriek van het product en de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen om rekening te houden met schommelingen in kosten en wisselkoersen.

4.    Indien het in lid 3, tweede alinea, bedoelde geval van toepassing is, worden een gemiddelde prijs van het product af fabriek en een gemiddelde waarde van de gebruikte niet van oorsprong zijnde materialen berekend respectievelijk op basis van de som van de prijzen af fabriek van de gehele verkoop van hetzelfde product in het voorgaande boekjaar en de som van de waarde van alle niet van oorsprong zijnde materialen die zijn gebruikt bij de vervaardiging van hetzelfde product in het voorgaande boekjaar, zoals gedefinieerd in de geassocieerde partij van uitvoer, of, wanneer cijfers voor een geheel boekjaar ontbreken, een kortere periode die echter niet minder dan drie maanden kan zijn.


5.    Exporteurs die gekozen hebben voor een berekening op basis van gemiddelden, moeten deze methode consistent toepassen in het jaar volgende op het referentieboekjaar dan wel, indien van toepassing, in het jaar volgende op de kortere periode die als referentieperiode is gebruikt. Zij mogen ophouden deze methode toe te passen wanneer zij vaststellen dat in een bepaald boekjaar, of in een bepaalde kortere representatieve periode van niet minder dan drie maanden, de schommelingen in de kosten of wisselkoersen die de toepassing van die methode rechtvaardigden, hebben opgehouden.

6.    De in lid 4 bedoelde gemiddelden worden gebruikt als respectievelijk de prijs af fabriek en de waarde van niet van oorsprong zijnde materialen om vast te stellen of voldaan is aan de voorwaarde van de maximuminhoud van niet van oorsprong zijnde materialen.

ARTIKEL 5

Tolerantieregel

1.    In afwijking van artikel 4 van dit aanhangsel en behoudens de leden 2 en 3 van dit artikel mogen niet van oorsprong zijnde materialen die volgens de in de lijst in bijlage II opgenomen voorwaarden bij de vervaardiging van een bepaald product niet mogen worden gebruikt, toch worden gebruikt, mits het totale nettogewicht of de totale waarde niet hoger is dan:

a)    15 % van het nettogewicht van het product voor producten die onder de hoofdstukken 2 en 4 tot en met 24 vallen, met uitzondering van verwerkte visserijproducten van hoofdstuk 16;

b)    15 % van de prijs af fabriek van het product voor andere dan onder punt a) vallende producten.

Dit lid is niet van toepassing op producten die onder de hoofdstukken 50 tot en met 63 van het geharmoniseerde systeem vallen, waarvoor de afwijkingen gelden die in de aantekeningen 6 en 7 van bijlage I vermeld zijn.


2.    Op grond van lid 1 van dit artikel mogen de percentages voor de maximuminhoud van niet van oorsprong zijnde materialen, als vastgesteld in de regels in bijlage II, niet worden overschreden.

3.    De leden 1 en 2 van dit artikel zijn niet van toepassing op producten die geheel en al zijn verkregen in een geassocieerde partij in de zin van artikel 3 van dit aanhangsel. Onverminderd artikel 6 en artikel 9, lid 1, van dit aanhangsel is de in die bepalingen vastgestelde afwijking toch van toepassing op producten waarvoor de regel in bijlage II vereist dat de bij de vervaardiging van het product gebruikte materialen geheel en al zijn verkregen.

ARTIKEL 6

Ontoereikende be- of verwerking

1.    Onverminderd lid 2 van dit artikel worden de volgende be- of verwerkingen geacht ontoereikend te zijn om de oorsprong te verlenen, ongeacht of aan de voorwaarden van artikel 4 van dit aanhangsel is voldaan:

a)    behandelingen om de producten tijdens vervoer en opslag in goede staat te bewaren;

b)    splitsen en samenvoegen van colli;

c)    wassen, schoonmaken; stofvrij maken, verwijderen van roest, olie, verf of dergelijke;

d)    strijken of persen van textiel;

e)    eenvoudig schilderen en polijsten;


f)    ontvliezen of doppen en geheel of gedeeltelijk vermalen van rijst; polijsten en glanzen van granen en rijst;

g)    kleuren of aromatiseren van suiker of vormen van suikerklonten; geheel of gedeeltelijk vermalen van kristalsuiker;

h)    pellen, ontpitten of schillen van vruchten, noten en groenten;

i)    aanscherpen, eenvoudig vermalen of eenvoudig versnijden;

j)    zeven, sorteren, classificeren, assorteren; (daaronder begrepen het samenstellen van stellen of assortimenten van artikelen);

k)    het eenvoudig plaatsen in flessen, blikken, flacons, zakken, kratten of dozen, het bevestigen op kaarten of platen en alle andere eenvoudige handelingen in verband met de verpakkingen;

l)    aanbrengen of opdrukken van merken, etiketten, beeldmerken of andere soortgelijke onderscheidingstekens op de producten zelf of op de verpakking;

m)    het eenvoudig mengen van producten, ook van verschillende soorten;

n)    mengen van suiker met enige stof;

o)    het eenvoudig toevoegen van water of verdunnen, drogen of denatureren van producten;

p)    het eenvoudig samenvoegen van delen van artikelen tot een volledig artikel en het uit elkaar nemen van producten in onderdelen;


q)    slachten van dieren;

r)    twee of meer van de in punten a) tot en met q) genoemde handelingen tezamen.

2.    Om te bepalen of de be- of verwerkingen die een bepaald product heeft ondergaan, ontoereikend zijn in de zin van lid 1, worden alle be- of verwerkingen die dit product in de geassocieerde partij van uitvoer heeft ondergaan, samen in aanmerking genomen.

ARTIKEL 7

Bilaterale cumulatie van de oorsprong

1.    Onverminderd artikel 2 van dit aanhangsel worden producten geacht van oorsprong te zijn uit de geassocieerde partij van uitvoer wanneer zij naar de andere geassocieerde partij worden uitgevoerd, indien zij daar zijn verkregen door be- of verwerking van materialen van oorsprong uit de andere geassocieerde partij, mits de be- of verwerking in de geassocieerde partij van uitvoer ingrijpender is dan de in artikel 6 van dit aanhangsel genoemde be- of verwerkingen. Deze materialen hoeven geen toereikende be- of verwerking te hebben ondergaan.

2.    Onverminderd artikel 2 van dit aanhangsel worden in een geassocieerde partij verrichte be- of verwerkingen geacht te zijn verricht in de geassocieerde partij van uitvoer wanneer de verkregen producten later in deze geassocieerde partij van uitvoer worden be- of verwerkt.


ARTIKEL 8

In aanmerking te nemen eenheid

1.    De determinerende eenheid voor de toepassing van dit aanhangsel is het product dat bij de bepaling van de indeling volgens de nomenclatuur van het geharmoniseerde systeem als de basiseenheid wordt beschouwd. Hieruit volgt dat:

a)    wanneer een product, bestaande uit een groep of verzameling van artikelen, onder één enkele post van het geharmoniseerde systeem wordt ingedeeld, het geheel de in aanmerking te nemen eenheid vormt;

b)    wanneer een zending uit een aantal identieke producten bestaat die onder dezelfde post van het geharmoniseerde systeem worden ingedeeld, bij de toepassing van deze regels rekening moet worden gehouden met elk afzonderlijk artikel.

2.    Wanneer volgens de algemene regel 5 van het geharmoniseerde systeem de verpakking voor de indeling van het daarin verpakte product meetelt, moet de verpakking voor de vaststelling van de oorsprong worden beschouwd één geheel met het product te vormen.

3.    Toebehoren, reserveonderdelen en gereedschappen die samen met materieel, machines, apparaten of voertuigen worden verzonden en deel uitmaken van de normale uitrusting daarvan en in de prijs af fabriek zijn begrepen, worden geacht één geheel te vormen met het materieel respectievelijk de machines, apparaten of voertuigen in kwestie.


ARTIKEL 9

Stellen en assortimenten

Stellen of assortimenten in de zin van algemene regel 3 voor de interpretatie van het geharmoniseerde systeem worden als van oorsprong beschouwd indien alle samenstellende delen van oorsprong zijn. Een stel of assortiment bestaande uit producten van oorsprong en producten die niet van oorsprong zijn, wordt toch als van oorsprong beschouwd indien de waarde van de producten die niet van oorsprong zijn, niet hoger is dan 15 % van de prijs af fabriek van het stel of assortiment.

ARTIKEL 10

Neutrale elementen

Om te bepalen of een product een product van oorsprong is, hoeft niet te worden nagegaan wat de oorsprong is van bij de vervaardiging van dat product gebruikte:

a)    energie en brandstof;

b)    fabrieksuitrusting;

c)    machines en werktuigen;

d)    goederen die in de uiteindelijke samenstelling van het product niet voorkomen en waarvan het ook niet de bedoeling is dat zij daarin voorkomen.


ARTIKEL 11

Gescheiden boekhouding

1.    Indien zowel van oorsprong als niet van oorsprong zijnde onderling vervangbare materialen worden gebruikt bij de be- of verwerking van een product, mogen marktdeelnemers deze materialen beheren met behulp van een gescheiden boekhouding zonder dat zij apart moeten worden opgeslagen.

2.    Marktdeelnemers mogen zowel van oorsprong als niet van oorsprong zijnde onderling vervangbare producten van post 1701 beheren met behulp van een gescheiden boekhouding zonder dat de producten apart moeten worden opgeslagen.

3.    De geassocieerde partijen mogen eisen dat voor de toepassing van een gescheiden boekhouding vooraf een vergunning moet worden aangevraagd bij de douaneautoriteiten. De douaneautoriteiten mogen het verlenen van de vergunning afhankelijk stellen van alle door hen passend geachte voorwaarden en houden toezicht op het gebruik van de vergunning. De douaneautoriteiten kunnen de vergunning te allen tijde intrekken wanneer de begunstigde er op enigerlei wijze oneigenlijk gebruik van maakt of niet aan een van de andere in dit aanhangsel vastgestelde voorwaarden voldoet.

Door middel van een gescheiden boekhouding moet worden gegarandeerd dat er te allen tijde niet meer producten als “van oorsprong uit de partij van uitvoer” kunnen worden beschouwd dan het geval zou zijn geweest bij een methode van fysieke scheiding van de voorraden.


De methode van de gescheiden boekhouding wordt toegepast en de toepassing van die methode wordt geregistreerd overeenkomstig de algemeen aanvaarde boekhoudkundige beginselen die in de geassocieerde partij van uitvoer van toepassing zijn.

4.    De begunstigde van de in de leden 1 en 2 bedoelde methode stelt bewijzen van oorsprong op of vraagt om de afgifte ervan voor de hoeveelheid producten die als van oorsprong uit de geassocieerde partij van uitvoer kunnen worden beschouwd. De begunstigde geeft op verzoek van de douaneautoriteiten een verklaring af over de wijze waarop de hoeveelheden zijn beheerd.


DEEL III

TERRITORIALE VOORWAARDEN

ARTIKEL 12

Territorialiteitsbeginsel

1.    Aan de in deel II beschreven voorwaarden moet ononderbroken zijn voldaan in een betrokken geassocieerde partij.

2    Indien producten van oorsprong uit een geassocieerde partij naar een derde land zijn uitgevoerd en vervolgens terugkeren, worden zij als niet van oorsprong beschouwd tenzij ten genoegen van de douaneautoriteiten kan worden aangetoond dat:

a)    de teruggekeerde producten dezelfde zijn als die welke waren uitgevoerd; en

b)    de goederen tijdens de periode dat deze waren uitgevoerd, geen andere be- of verwerkingen hebben ondergaan dan die welke noodzakelijk waren om deze in goede staat te bewaren.

3.    Het verkrijgen van de oorsprong overeenkomstig de voorwaarden van deel II wordt niet beïnvloed door buiten de geassocieerde partij van uitvoer verrichte be- of verwerkingen van uit die geassocieerde partij uitgevoerde en vervolgens wederingevoerde materialen, mits:

a)    die materialen geheel en al in de geassocieerde partij van uitvoer zijn verkregen dan wel, voorafgaand aan de uitvoer, be- of verwerkingen hebben ondergaan die meer inhouden dan de in artikel 6 van dit aanhangsel beschreven handelingen; en


b)    ten genoegen van de douaneautoriteiten kan worden aangetoond dat:

i)    de wederingevoerde producten het resultaat zijn van de be- of verwerking van de uitgevoerde materialen; en

ii)    de totale, door de toepassing van dit artikel buiten de geassocieerde partij van uitvoer verkregen toegevoegde waarde niet meer dan 10 % bedraagt van de prijs af fabriek van het als product van oorsprong aangemerkte eindproduct.

4.    Voor de toepassing van lid 3 van dit artikel zijn de voorwaarden in deel II voor het verkrijgen van de oorsprong niet van toepassing op buiten de geassocieerde partij van uitvoer verrichte be- of verwerkingen. Wanneer evenwel in de lijst in bijlage II een regel is opgenomen met een maximumwaarde voor alle gebruikte niet van oorsprong zijnde materialen om de oorsprong van het eindproduct te bepalen, mag de totale waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen die in het grondgebied van de geassocieerde partij van uitvoer zijn verwerkt, samen met de totale, door de toepassing van dit artikel buiten deze geassocieerde partij verkregen toegevoegde waarde, het vermelde percentage niet overschrijden.

5.    Voor de toepassing van de leden 3 en 4 wordt onder “totale toegevoegde waarde” verstaan alle buiten de geassocieerde partij van uitvoer gemaakte kosten, met inbegrip van de waarde van de aldaar toegevoegde materialen.

6.    De leden 3 en 4 van dit artikel zijn niet van toepassing op producten die niet aan de in bijlage II genoemde voorwaarden voldoen of die slechts door toepassing van de algemene tolerantieregel van artikel 5 van dit aanhangsel als in toereikende mate be- of verwerkt kunnen worden aangemerkt.

7.    Alle buiten de geassocieerde partij van uitvoer verrichte be- of verwerkingen die onder dit artikel vallen, vinden plaats in het kader van de regeling passieve veredeling of een soortgelijke regeling.


ARTIKEL 13

Niet-wijziging

1.    De bij deze overeenkomst vastgestelde preferentiële behandeling is uitsluitend van toepassing op producten die aan de eisen van dit aanhangsel voldoen en die ten invoer worden aangegeven in een geassocieerde partij, mits die producten dezelfde zijn als die welke uit de partij van uitvoer worden uitgevoerd. Zij mogen op geen enkele wijze gewijzigd zijn en ook geen andere be- of verwerkingen hebben ondergaan dan die welke noodzakelijk zijn om deze in goede staat te bewaren, of dan de toevoeging of het aanbrengen van merken, etiketten, verzegelingen of documentatie ter naleving van specifieke binnenlandse vereisten van de geassocieerde partij van invoer, welke behandelingen zijn verricht onder douanetoezicht in het derde land of de derde landen van doorvoer of splitsing, voordat zij tot verbruik worden aangegeven.

2.    Producten of zendingen mogen worden opgeslagen, op voorwaarde dat zij onder toezicht blijven van de douaneautoriteiten in het derde land of de derde landen van doorvoer.

3.    Onverminderd deel IV van dit aanhangsel mogen zendingen worden gesplitst, mits zij in het derde land of de derde landen van splitsing onder toezicht blijven van de douaneautoriteiten.

4.    In geval van twijfel kan de geassocieerde partij van invoer de importeur of diens vertegenwoordiger steeds vragen de nodige documenten voor te leggen waaruit blijkt dat aan de bepalingen van dit artikel is voldaan, welk bewijs op enigerlei wijze kan worden geleverd en met name door:

a)    vervoersovereenkomsten zoals cognossementen;


b)    feitelijk of concreet bewijsmateriaal zoals merktekens of nummers van colli;

c)    een certificaat waarin wordt bevestigd dat de goederen geen behandeling hebben ondergaan, afgegeven door de douaneautoriteiten van het derde land of de derde landen van doorvoer of splitsing, of andere stukken waaruit blijkt dat de goederen onder douanetoezicht zijn gebleven in het derde land of de derde landen voor doorvoer of splitsing; of

d)    ander bewijsmateriaal betreffende de goederen zelf.

ARTIKEL 14

Tentoonstellingen

1.    Op producten van oorsprong die zijn verzonden naar een tentoonstelling in een ander land dan dat waarmee cumulatie van toepassing is overeenkomstig artikel 7 van dit aanhangsel, en die na de tentoonstelling zijn verkocht voor invoer in een geassocieerde partij, is bij invoer deze overeenkomst van toepassing mits ten genoegen van de douaneautoriteiten wordt aangetoond dat:

a)    een exporteur de producten vanuit een geassocieerde partij naar het land van de tentoonstelling heeft verzonden en deze daar heeft tentoongesteld;

b)    de exporteur de producten heeft verkocht of op andere wijze heeft afgestaan aan een persoon in een andere geassocieerde partij;

c)    de producten tijdens of onmiddellijk na de tentoonstelling in dezelfde staat als waarin zij naar de tentoonstelling zijn gegaan, zijn verzonden; en


d)    de producten vanaf het moment dat zij naar de tentoonstelling werden verzonden, niet voor andere doeleinden zijn gebruikt dan om op die tentoonstelling te worden vertoond.

2.    Een bewijs van oorsprong wordt afgegeven of opgesteld overeenkomstig deel V en op de normale wijze bij de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van invoer ingediend. Op dit bewijs worden de naam en het adres van de tentoonstelling vermeld. Zo nodig kunnen aanvullende bewijsstukken worden gevraagd betreffende de aard en de omstandigheden waaronder zij zijn tentoongesteld.

3.    Lid 1 is van toepassing op alle tentoonstellingen, beurzen of soortgelijke openbare evenementen met een commercieel, industrieel, agrarisch of ambachtelijk karakter die niet voor particuliere doeleinden in winkels of bedrijfsruimten met het oog op de verkoop van buitenlandse producten worden gehouden, en gedurende welke de producten onder douanetoezicht zijn gebleven.


DEEL IV

BEWIJS VAN OORSPRONG

ARTIKEL 15

Algemene eisen

1.    Producten van oorsprong uit een geassocieerde partij die in de andere geassocieerde partij worden ingevoerd, vallen onder deze overeenkomst op overlegging van een van de volgende bewijzen van oorsprong:

a)    een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1, waarvan een model in bijlage IV bij dit aanhangsel is opgenomen;

b)    in de in artikel 16, lid 1, van dit aanhangsel bedoelde gevallen, een verklaring van de exporteur op een factuur, pakbon of ander handelsdocument waarin de desbetreffende producten voldoende nauwkeurig zijn omschreven om deze te kunnen identificeren (hierna “oorsprongsverklaring” genoemd); de tekst van de oorsprongsverklaring is opgenomen in bijlage III bij dit aanhangsel.

2.    Niettegenstaande lid 1 van dit artikel vallen producten van oorsprong in de zin van dit aanhangsel in de in artikel 25 van dit aanhangsel bedoelde gevallen onder de bepalingen van deze overeenkomst zonder dat een van de in lid 1 van dit artikel bedoelde bewijzen van oorsprong hoeft te worden overgelegd.


3.    Onverminderd lid 1 kunnen de geassocieerde partijen overeenkomen dat voor de onderlinge preferentiële handel de in lid 1 genoemde bewijzen van oorsprong worden vervangen door attesten van oorsprong die zijn opgesteld door in een elektronische databank geregistreerde exporteurs overeenkomstig de wetgeving van de geassocieerde partijen.

4.    Voor de toepassing van lid 1 kunnen de geassocieerde partijen overeenkomen een systeem op te zetten waarmee de in lid 1 bedoelde bewijzen van oorsprong elektronisch kunnen worden afgegeven of ingediend.

ARTIKEL 16

Voorwaarden voor het opstellen van een oorsprongsverklaring

1.    Een oorsprongsverklaring als bedoeld in artikel 15, lid 1, punt b), van dit aanhangsel mag worden opgesteld:

a)    door een toegelaten exporteur in de zin van artikel 17 van dit aanhangsel; of

b)    door andere exporteurs, voor zendingen bestaande uit een of meer colli met producten van oorsprong waarvan de totale waarde niet meer dan 6 000 EUR bedraagt.

2.    Een oorsprongsverklaring mag worden opgesteld indien de producten als van oorsprong uit een geassocieerde partij kunnen worden beschouwd en aan de andere voorwaarden van dit aanhangsel voldoen.


3.    De exporteur die een oorsprongsverklaring opstelt, moet op verzoek van de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van uitvoer steeds de nodige documenten kunnen overleggen waaruit de oorsprong van de desbetreffende producten blijkt en waaruit blijkt dat aan de andere eisen van dit aanhangsel is voldaan.

4.    Een oorsprongsverklaring, waarvan de tekst in bijlage III bij dit aanhangsel is opgenomen, wordt door de exporteur op de factuur, de pakbon of een ander handelsdocument getypt, gestempeld of gedrukt in een van de in die bijlage opgenomen talenversies, overeenkomstig de bepalingen van het nationale recht van de geassocieerde partij van uitvoer. Indien de oorsprongsverklaring met de hand wordt geschreven, moet dit met inkt en in blokletters gebeuren.

5.    Oorsprongsverklaringen worden door de exporteur eigenhandig ondertekend. Een toegelaten exporteur in de zin van artikel 17 van dit aanhangsel behoeft deze verklaringen echter niet te ondertekenen, mits de exporteur de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van uitvoer een schriftelijke verklaring doet toekomen waarin hij de volledige verantwoordelijkheid op zich neemt voor alle oorsprongsverklaringen waaruit zijn identiteit blijkt alsof hij deze eigenhandig had ondertekend.

6.    Een oorsprongsverklaring kan door de exporteur worden opgesteld bij of na de uitvoer van de producten waarop zij betrekking heeft (de “oorsprongsverklaring achteraf”), mits deze binnen twee jaar na de invoer van de producten waarop zij betrekking heeft, in de geassocieerde partij van invoer wordt aangeboden.

Wanneer een zending overeenkomstig artikel 13, lid 3, van dit aanhangsel wordt gesplitst en op voorwaarde dat dezelfde termijn van twee jaar wordt nagekomen, wordt de oorsprongsverklaring achteraf opgesteld door de toegelaten exporteur van de geassocieerde partij van uitvoer van de producten.


ARTIKEL 17

Toegelaten exporteur

1.    De douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van uitvoer mogen, met inachtneming van de nationale voorschriften, een in die geassocieerde partij gevestigde exporteur (“de toegelaten exporteur”) vergunning verlenen om oorsprongsverklaringen op te stellen, ongeacht de waarde van de desbetreffende producten.

2.    Een exporteur die een dergelijke vergunning aanvraagt, moet ten genoegen van de douaneautoriteiten alle nodige garanties bieden met betrekking tot de controle van de oorsprong van de producten en de naleving van de andere voorwaarden van dit aanhangsel.

3.    De douaneautoriteiten kennen de toegelaten exporteur een nummer van de douanevergunning toe dat op de oorsprongsverklaring moet worden vermeld.

4.    De douaneautoriteiten zien toe op het juiste gebruik van de vergunning. De douaneautoriteiten kunnen de vergunning intrekken indien de toegelaten exporteur er oneigenlijk gebruik van maakt en trekken deze in wanneer de toegelaten exporteur niet langer de in lid 2 bedoelde garanties biedt.

ARTIKEL 18

Procedure voor de afgifte van een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1

1.    Een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 wordt door de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van uitvoer afgegeven op schriftelijke aanvraag van de exporteur of, onder diens verantwoordelijkheid, van zijn daartoe gemachtigde vertegenwoordiger.


2.    Te dien einde vult de exporteur of zijn daartoe gemachtigde vertegenwoordiger zowel het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 als het aanvraagformulier in, dat in bijlage IV bij dit aanhangsel is opgenomen. De formulieren worden ingevuld in een van de talen waarin deze overeenkomst is opgesteld, overeenkomstig de bepalingen van het nationale recht van de geassocieerde partij van uitvoer. Indien de formulieren met de hand worden ingevuld, moet dit met inkt en in blokletters gebeuren. De producten worden omschreven in het daartoe bestemde vak zonder dat regels worden opengelaten. Indien dit vak niet volledig wordt ingevuld, wordt onder de laatste regel een horizontale lijn getrokken en wordt het niet-ingevulde gedeelte doorgekruist.

3.    De exporteur die om de afgifte van een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 verzoekt, dient steeds in staat te zijn op verzoek van de douane van de geassocieerde partij van uitvoer waar het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 is afgegeven, de nodige documenten over te leggen waaruit de oorsprong van de betrokken producten blijkt en waaruit ook blijkt dat aan de andere eisen van dit aanhangsel is voldaan.

4.    Een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 wordt afgegeven door de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van uitvoer indien de desbetreffende producten beschouwd kunnen worden als producten van oorsprong en aan de andere eisen van dit aanhangsel voldoen.

5.    De met de afgifte van certificaten inzake goederenverkeer EUR.1 belaste douaneautoriteiten nemen alle nodige maatregelen om de oorsprong van de producten te controleren en om na te gaan of aan alle andere eisen van dit aanhangsel is voldaan. Met het oog hierop hebben zij het recht alle bewijsstukken op te vragen, de administratie van de exporteur in te zien en elke andere controle te verrichten die zij nodig achten. Zij zien er ook op toe dat de in lid 2 van dit artikel bedoelde formulieren naar behoren zijn ingevuld. In het bijzonder gaan zij na of de voor de omschrijving van de goederen bestemde ruimte op zodanige wijze is ingevuld dat frauduleuze toevoegingen onmogelijk zijn.


6.    De datum van afgifte van het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 wordt vermeld in vak 11 van het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1.

7.    Een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 wordt door de douaneautoriteiten afgegeven en ter beschikking van de exporteur gesteld zodra de uitvoer van de goederen heeft plaatsgevonden of het gewaarborgd is dat dat zal gebeuren.

ARTIKEL 19

Afgifte achteraf van het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1

1.    Niettegenstaande artikel 18, lid 7, van dit aanhangsel kan een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 worden afgegeven na de uitvoer van de producten waarop het betrekking heeft, indien:

a)    dit door een vergissing, onopzettelijk verzuim of bijzondere omstandigheden niet bij de uitvoer is afgegeven;

b)    ten genoegen van de douaneautoriteiten wordt aangetoond dat een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 wel was afgegeven, maar dat dit bij de invoer om technische redenen niet is aanvaard;

c)    de eindbestemming van de desbetreffende producten niet bekend was op het tijdstip van uitvoer en pas werd bepaald tijdens het vervoer of de opslag en na een mogelijke splitsing van een zending, overeenkomstig artikel 13, lid 3, van dit aanhangsel.

2.    Voor de toepassing van lid 1 van dit artikel vermeldt de exporteur in zijn aanvraag de plaats en de datum van uitvoer van de producten waarop het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 betrekking heeft, alsmede de redenen voor zijn aanvraag.


3.    De douaneautoriteiten kunnen tot twee jaar na de datum van uitvoer tot afgifte achteraf van een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 overgaan, maar pas nadat zij hebben vastgesteld dat de gegevens in de aanvraag van de exporteur overeenstemmen met die in het desbetreffende dossier.

4.    Op achteraf afgegeven certificaten inzake goederenverkeer EUR.1 wordt de volgende Engelse zin aangebracht: “ISSUED RETROSPECTIVELY”.

5.    De in lid 4 bedoelde aantekening wordt aangebracht in vak 7 van het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1.

ARTIKEL 20

Afgifte van een duplicaat van een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1

1.    In geval van diefstal, verlies of vernietiging van een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 kan de exporteur de douaneautoriteiten die dit certificaat hebben afgegeven, verzoeken een duplicaat op te maken aan de hand van de uitvoerdocumenten die in hun bezit zijn.

2.    Op het overeenkomstig lid 1 van dit artikel afgegeven duplicaat wordt de volgende vermelding in het Engels aangebracht: “DUPLICATE”.

3.    De in lid 2 bedoelde aantekening wordt aangebracht in vak 7 van het duplicaat van het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1.

4.    Het duplicaat draagt dezelfde datum van afgifte als het oorspronkelijke certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 en is vanaf die datum geldig.


ARTIKEL 21

Geldigheid van het bewijs van oorsprong

1.    Een bewijs van oorsprong is tien maanden geldig vanaf de datum van afgifte of opstelling in de geassocieerde partij van uitvoer en wordt binnen deze periode voorgelegd aan de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van invoer.

2.    Bewijzen van oorsprong die na afloop van de in lid 1 genoemde geldigheidsduur aan de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van invoer worden voorgelegd, kunnen met het oog op de toepassing van de tariefpreferenties worden aanvaard wanneer de verlate indiening het gevolg is van buitengewone omstandigheden.

3.    In andere gevallen van verlate indiening kunnen de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van invoer de bewijzen van oorsprong aanvaarden wanneer de producten vóór afloop van voornoemde termijn bij hen zijn aangebracht.

ARTIKEL 22

Vrije zones

1.    De geassocieerde partijen nemen alle nodige maatregelen om te voorkomen dat producten die onder geleide van een bewijs van oorsprong worden verhandeld en die tijdens het vervoer in een op hun grondgebied gelegen vrije zone verblijven, door andere goederen worden vervangen of andere behandelingen ondergaan dan die welke gebruikelijk zijn om deze in goede staat te bewaren.


2.    Wanneer, in afwijking van lid 1, producten van oorsprong uit een geassocieerde partij onder dekking van een bewijs van oorsprong in een vrije zone worden ingevoerd en daar een be- of verwerking ondergaan, mag een nieuw bewijs van oorsprong worden afgegeven of opgesteld, mits deze be- of verwerking in overeenstemming is met dit aanhangsel.

ARTIKEL 23

Vereisten bij invoer

Bewijzen van oorsprong worden bij de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van invoer ingediend overeenkomstig de aldaar geldende procedures.

ARTIKEL 24

Invoer in deelzendingen

Wanneer, op verzoek van de importeur en op de door de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van invoer vastgestelde voorwaarden, gedemonteerde of niet-gemonteerde producten in de zin van algemene regel 2, punt a), voor de interpretatie van het geharmoniseerde systeem, vallende onder de afdelingen XVI en XVII of de posten 7308 en 9406, in deelzendingen worden ingevoerd, wordt één enkel bewijs van oorsprong bij de douaneautoriteiten ingediend bij de invoer van de eerste deelzending.


ARTIKEL 25

Vrijstelling van het bewijs van oorsprong

1.    Producten die in kleine colli door particulieren aan particulieren worden verzonden of die deel uitmaken van de persoonlijke bagage van reizigers, worden als producten van oorsprong toegelaten zonder dat een bewijs van oorsprong behoeft te worden overgelegd, mits deze producten niet als handelsgoederen worden ingevoerd en bij hun aangifte verklaard is dat zij aan de voorwaarden van dit aanhangsel voldoen en er over de juistheid van deze verklaring geen twijfel bestaat.

2.    Onder invoer waaraan elk handelskarakter ontbreekt, wordt verstaan:

a)    incidentele invoer;

b)    invoer die uitsluitend bestaat uit producten voor het persoonlijk gebruik van de ontvangers, de reizigers of de leden van hun gezin;

c)    invoer die bestaat uit producten waarvoor uit de aard en de hoeveelheid blijkt dat deze geen commerciële doeleinden dienen.

3.    De totale waarde van die producten mag niet meer bedragen dan 500 EUR voor kleine zendingen of 1 200 EUR voor producten die deel uitmaken van de persoonlijke bagage van reizigers.


ARTIKEL 26

Verschillen en vormfouten

1.    Geringe verschillen tussen de gegevens op het bewijs van oorsprong en die op de documenten die voor het vervullen van de invoerformaliteiten bij het douanekantoor worden ingediend, maken het bewijs van oorsprong niet automatisch ongeldig indien wordt vastgesteld dat dit document overeenstemt met de producten waarvoor het is overgelegd.

2.    Kennelijke vormfouten, zoals typefouten op een bewijs van oorsprong, leiden er niet toe dat de documenten als bedoeld in lid 1 worden geweigerd indien deze fouten niet van dien aard zijn dat zij twijfel doen rijzen over de juistheid van de gegevens in die documenten.

ARTIKEL 27

Leveranciersverklaring

1.    Wanneer in een geassocieerde partij een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 wordt afgegeven of een oorsprongsverklaring wordt opgesteld voor producten van oorsprong bij de vervaardiging waarvan overeenkomstig artikel 7 van dit aanhangsel goederen uit de andere partij zijn gebruikt die daar een be- of verwerking hebben ondergaan zonder de preferentiële oorsprong te hebben verkregen, wordt rekening gehouden met de leveranciersverklaring die voor deze goederen overeenkomstig dit artikel is afgegeven.


2.    De in lid 1 bedoelde leveranciersverklaring dient als bewijs van de be- of verwerking die de desbetreffende goederen in een geassocieerde partij hebben ondergaan, bij de beoordeling of de producten bij de vervaardiging waarvan deze goederen zijn gebruikt, als producten van oorsprong uit de geassocieerde partij van uitvoer kunnen worden beschouwd en aan de andere eisen van dit aanhangsel voldoen.

3.    Behalve in de in lid 4 bedoelde gevallen stelt de leverancier voor iedere zending goederen een afzonderlijke leveranciersverklaring op in de in bijlage VI vervatte vorm op een blad papier dat aan de factuur, de pakbon of een ander handelsdocument wordt gehecht waarin de betrokken goederen voldoende nauwkeurig zijn omschreven om ze te kunnen identificeren.

4.    Wanneer een leverancier een bepaalde afnemer regelmatig goederen toezendt waarvan de be- of verwerking in een geassocieerde partij naar verwachting gedurende een periode constant zal blijven, mag hij één enkele leveranciersverklaring opstellen (hierna de “langlopende leveranciersverklaring”, elders ook “leveranciersverklaring voor herhaald gebruik”) ter dekking van opeenvolgende zendingen van deze goederen.

Een langlopende leveranciersverklaring kan maximaal twee jaar geldig zijn vanaf de datum van opstelling. De douaneautoriteiten van de geassocieerde partij waar de verklaring wordt opgesteld, stellen de voorwaarden vast waaronder verklaringen met een langere geldigheidsduur mogen worden opgesteld.

De langlopende leveranciersverklaring wordt door de leverancier opgesteld in de in bijlage VII vervatte vorm en bevat een voldoende nauwkeurige omschrijving van de desbetreffende goederen om deze te kunnen identificeren. De leverancier doet de betrokken afnemer die verklaring toekomen voordat de afnemer de eerste partij goederen waarop zij betrekking heeft, wordt verzonden of tegelijk met deze eerste zending. Indien de langlopende leveranciersverklaring niet langer van toepassing is op de geleverde goederen, stelt de leverancier de afnemer hiervan onmiddellijk in kennis.


5.    De in de leden 3 en 4 bedoelde leveranciersverklaringen worden getypt of gedrukt in een van de talen van deze overeenkomst, overeenkomstig het recht van de geassocieerde partij waar de verklaring wordt opgesteld, en worden door de leverancier eigenhandig ondertekend. De verklaring mag ook met de hand worden geschreven; in dat geval moet dit met inkt en in blokletters gebeuren.

6.    De leverancier die een verklaring opstelt, moet op verzoek van de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij waar de verklaring is opgesteld, steeds de nodige documenten kunnen voorleggen waaruit blijkt dat de gegevens in zijn verklaring juist zijn.

ARTIKEL 28

Bedragen in euro

1.    Voor de toepassing van artikel 16, lid 1, punt b), en artikel 25, lid 3, van dit aanhangsel wordt, in gevallen waarin de producten gefactureerd zijn in een andere valuta dan de euro, de tegenwaarde van de in euro uitgedrukte bedragen in de nationale valuta van de EU-lidstaten die de euro niet hebben aangenomen, jaarlijks door elke betrokken EU-lidstaat vastgesteld.

2.    Artikel 16, lid 1, punt b), of artikel 25, lid 3, van dit aanhangsel is van toepassing op zendingen op basis van de valuta waarin de factuur is opgesteld, overeenkomstig het bedrag dat door de betrokken EU-lidstaat is vastgesteld.

3.    De in een nationale valuta te gebruiken bedragen zijn de tegenwaarde in die valuta van de in euro uitgedrukte bedragen op de eerste werkdag van oktober. De tegenwaarde wordt de Europese Commissie uiterlijk 15 oktober meegedeeld en is van toepassing vanaf 1 januari van het daaropvolgende jaar. De Europese Commissie stelt de betrokken landen in kennis van de desbetreffende bedragen.


4.    De betrokken EU-lidstaat mag het bedrag dat het resultaat is van de omrekening van een in euro uitgedrukt bedrag in zijn nationale valuta, naar boven of naar beneden afronden. Het afgeronde bedrag wijkt niet meer dan 5 % af van het bedrag dat het resultaat is van de omrekening. Een EU-lidstaat mag de tegenwaarde in zijn nationale valuta van een in euro uitgedrukt bedrag ongewijzigd handhaven indien bij de omrekening van dat bedrag, ten tijde van de in lid 3 bedoelde jaarlijkse aanpassing, vóór afronding, een stijging van minder dan 15 % van de tegenwaarde in nationale valuta wordt verkregen. De tegenwaarde in nationale valuta mag ongewijzigd blijven indien de omrekening tot een daling van de tegenwaarde leidt.

5.    Op verzoek van een geassocieerde partij worden de bedragen in euro door het Gemengd Comité herzien. Bij die herziening onderzoekt het Gemengd Comité of het wenselijk is de effecten van de desbetreffende limieten in reële termen te handhaven. Het kan te dien einde besluiten de bedragen in euro te wijzigen.


DEEL V

SAMENWERKINGSBEGINSELEN EN BEWIJSSTUKKEN

ARTIKEL 29

Bewijsstukken, bewaring van het bewijs van oorsprong en andere stukken

1.    Een exporteur die een oorsprongsverklaring heeft opgesteld of een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 heeft aangevraagd, bewaart gedurende een periode van ten minste drie jaar na de datum van afgifte of opstelling van de oorsprongsverklaring een papieren of elektronische versie van dat bewijs van oorsprong, alsmede alle stukken waaruit blijkt dat de producten van oorsprong zijn.

2.    De leverancier die een leveranciersverklaring opstelt, bewaart een kopie van deze verklaring en van alle facturen, pakbonnen of andere handelsdocumenten waaraan zijn verklaring werd gehecht, alsmede de in artikel 27, lid 6, van dit aanhangsel bedoelde documenten, gedurende ten minste drie jaar.

De leverancier die een langlopende leveranciersverklaring opstelt, bewaart een kopie van de verklaring en van alle facturen, pakbonnen of andere handelsdocumenten betreffende de goederen waarop zijn aan de betrokken afnemer gezonden verklaring betrekking heeft, alsmede de in artikel 27, lid 6, van dit aanhangsel bedoelde documenten gedurende ten minste drie jaar na de datum waarop de geldigheidsduur van de langlopende leveranciersverklaring verstrijkt.


3.    Voor de toepassing van lid 1 vallen onder stukken waaruit blijkt dat de producten van oorsprong zijn onder meer:

a)    een rechtstreeks bewijs, bijvoorbeeld aan de hand van de boekhouding of de interne administratie van de exporteur of leverancier, van de door hem verrichte be- of verwerkingen om het product te verkrijgen;

b)    in de desbetreffende geassocieerde partij in overeenstemming met de nationale wetgeving afgegeven of opgestelde stukken die de oorsprong van de gebruikte materialen staven;

c)    in de desbetreffende geassocieerde partij in overeenstemming met de nationale wetgeving afgegeven of opgestelde stukken die de be- of verwerking van materialen in die geassocieerde partij staven;

d)    in de geassocieerde partijen in overeenstemming met dit aanhangsel afgegeven of opgestelde oorsprongsverklaringen of certificaten inzake goederenverkeer EUR.1 die de oorsprong van de gebruikte materialen staven;

e)    passende bewijsstukken betreffende be- of verwerking buiten de geassocieerde partijen overeenkomstig de artikelen 12 en 13 van dit aanhangsel waaruit blijkt dat aan de voorwaarden van die artikelen is voldaan.

4.    De douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van uitvoer die een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 afgeven, bewaren het in artikel 18, lid 2, van dit aanhangsel bedoelde aanvraagformulier gedurende ten minste drie jaar.

5.    De douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van invoer bewaren de oorsprongsverklaringen en de certificaten inzake goederenverkeer EUR.1 die bij hen werden ingediend, gedurende ten minste drie jaar.


6.    Een leveranciersverklaring ten bewijze van de be- of verwerking van gebruikte materialen in een geassocieerde partij, opgesteld in die geassocieerde partij, wordt behandeld als een in artikel 16, lid 3, artikel 18, lid 4, en artikel 27, lid 6, van dit aanhangsel bedoeld document dat moet staven dat producten die door een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 of een oorsprongsverklaring zijn gedekt, als producten van oorsprong uit die geassocieerde partij kunnen worden beschouwd en aan de andere eisen van dit aanhangsel voldoen.

ARTIKEL 30

Geschillenbeslechting

Onverminderd artikel 90 van de kaderovereenkomst worden geschillen in verband met de in de artikelen 32 en 33 bedoelde controleprocedures, of in verband met de interpretatie van dit aanhangsel, die niet kunnen worden geregeld tussen de douaneautoriteiten die de controle hebben aangevraagd en de douaneautoriteiten die de controle moeten uitvoeren, voorgelegd aan het Gemengd Comité. Geschillen tussen een importeur en de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van invoer worden beslecht overeenkomstig de wetgeving van die geassocieerde partij.


DEEL VI

ADMINISTRATIEVE SAMENWERKING

ARTIKEL 31

Kennisgeving en samenwerking

1.    De douaneautoriteiten van de geassocieerde partijen verstrekken elkaar specimens van de afdrukken van de stempels die in hun douanekantoren worden gebruikt bij de afgifte van certificaten inzake goederenverkeer EUR.1, voorbeelden van de aan toegelaten exporteurs toegekende vergunningsnummers en de adressen van de douaneautoriteiten die belast zijn met de controle van deze certificaten en oorsprongsverklaringen.

2.    Ten behoeve van de correcte toepassing van dit aanhangsel verlenen de douaneautoriteiten van de geassocieerde partijen elkaar bijstand bij de controle op de echtheid van de certificaten inzake goederenverkeer EUR.1, de oorsprongsverklaringen en de leveranciersverklaringen, en de juistheid van de daarin vermelde gegevens.

ARTIKEL 32

Controle van de bewijzen van oorsprong

1.    Bewijzen van oorsprong worden achteraf steekproefsgewijs gecontroleerd en wanneer de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van invoer gegronde redenen hebben om te twijfelen aan de echtheid van deze documenten, de oorsprong van de desbetreffende producten of de inachtneming van andere eisen van dit aanhangsel.


2.    Wanneer zij een verzoek om controle achteraf indienen, zenden de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van invoer het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1, de factuur, indien die is voorgelegd, de oorsprongsverklaring of een kopie van deze documenten terug aan de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van uitvoer, indien van toepassing onder vermelding van de redenen van het verzoek om controle. Zij verstrekken bij dit verzoek alle documenten en gegevens die het vermoeden hebben doen rijzen dat de gegevens in het bewijs van oorsprong onjuist zijn.

3.    De controle wordt verricht door de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van uitvoer. Met het oog hierop zijn zij gerechtigd bewijsstukken op te vragen, de administratie van de exporteur in te zien en alle andere controles te verrichten die zij dienstig achten.

4.    Indien de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij van invoer besluiten de preferentiële behandeling in afwachting van de resultaten van de controle niet toe te kennen, bieden zij de importeur aan de producten vrij te geven onder voorbehoud van de noodzakelijk geachte conservatoire maatregelen.

5.    De resultaten van de controle worden zo spoedig mogelijk medegedeeld aan de douaneautoriteiten die de controle hebben aangevraagd. Hierbij moet duidelijk worden aangegeven of de documenten echt zijn, en of de desbetreffende producten kunnen worden beschouwd als producten van oorsprong uit een van de geassocieerde partijen en aan de andere voorwaarden van dit aanhangsel voldoen.

6.    Wanneer bij gegronde twijfel binnen tien maanden na het verzoek om controle geen antwoord is ontvangen of het antwoord niet voldoende gegevens bevat om de echtheid van het desbetreffende document of de daadwerkelijke oorsprong van de producten vast te stellen, kennen de verzoekende douaneautoriteiten de preferentiële behandeling niet toe, behalve in uitzonderlijke omstandigheden.


ARTIKEL 33

Controle van de leveranciersverklaring

1.    Leveranciersverklaringen of langlopende leveranciersverklaringen kunnen achteraf steekproefsgewijs worden gecontroleerd of ook wanneer de douaneautoriteiten van een geassocieerde partij waar die verklaringen in aanmerking zijn genomen bij de afgifte van een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 of de opstelling van een oorsprongsverklaring, gegronde redenen hebben om te twijfelen aan de echtheid van het document of de juistheid van de daarin vermelde gegevens.

2.    Voor de toepassing van lid 1 zenden de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij de leveranciersverklaring of de langlopende leveranciersverklaring en de facturen, pakbonnen of andere handelsdocumenten betreffende de goederen waarop deze verklaring betrekking heeft, terug aan de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij waar de verklaring werd opgesteld, onder vermelding van de materiële of formele redenen van het verzoek om controle.

Zij verstrekken bij het verzoek om controle achteraf alle verkregen documenten en gegevens die het vermoeden doen rijzen dat de gegevens in de leveranciersverklaring of de langlopende leveranciersverklaring onjuist zijn.

3.    De controle wordt verricht door de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij waar de leveranciersverklaring of de langlopende leveranciersverklaring werd opgesteld. Daartoe hebben zij het recht alle bewijsstukken op te vragen, de administratie van de leverancier in te zien en elke andere controle te verrichten die zij nodig achten.


4.    De resultaten van de controle worden zo spoedig mogelijk medegedeeld aan de douaneautoriteiten die de controle hebben aangevraagd. Hierbij moet duidelijk worden aangegeven of de gegevens in de leveranciersverklaring of de langlopende leveranciersverklaring juist zijn, en de resultaten moeten hen in staat stellen te bepalen of en in hoeverre deze verklaring in aanmerking kon worden genomen bij de afgifte van een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 of de opstelling van een oorsprongsverklaring.

ARTIKEL 34

Sancties

Elke geassocieerde partij voorziet in het opleggen van straf-, civiel- of bestuursrechtelijke sancties voor schendingen van haar nationale wetgeving met betrekking tot dit aanhangsel.


DEEL VII

TOEPASSING VAN HET AANHANGSEL

ARTIKEL 35

Republiek San Marino

Onverminderd artikel 2 van dit aanhangsel wordt een product van oorsprong uit de Republiek San Marino als gevolg van de douane-unie tussen de EU en de Republiek San Marino geacht van oorsprong te zijn uit de EU.

ARTIKEL 36

Ceuta en Melilla

1.    Met het oog op de toepassing van dit aanhangsel heeft de term “EU” geen betrekking op Ceuta en Melilla.

2.    Producten van oorsprong uit Andorra die in Ceuta of Melilla worden ingevoerd, vallen in elk opzicht onder dezelfde douaneregeling als de regeling die op grond van Protocol nr. 2 bij de Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden voor het Koninkrijk Spanje en de Republiek Portugal en de aanpassing van de Verdragen van toepassing is op producten van oorsprong uit het douanegebied van de EU 12 . Andorra past op onder deze overeenkomst vallende producten van oorsprong uit Ceuta en Melilla dezelfde douaneregeling toe als op producten van oorsprong uit de EU die uit de EU worden ingevoerd.


3.    Voor de toepassing van lid 2 van dit artikel is dit aanhangsel van overeenkomstige toepassing op de producten van oorsprong uit Ceuta en Melilla, met inachtneming van de bijzondere voorwaarden van bijlage V.

________________

BIJLAGE I

INLEIDENDE AANTEKENINGEN BIJ DE LIJST IN BIJLAGE II

Aantekening 1 — Algemene inleiding

In deze lijst zijn de voorwaarden omschreven waarop producten als voldoende be- of verwerkt worden beschouwd in de zin van artikel 4 van deel II van dit aanhangsel. Er zijn vier verschillende soorten regels, die afhankelijk zijn van het product:

a)    door be- of verwerking, waarbij een bepaalde inhoud van niet van oorsprong zijnde materialen niet mag worden overschreden;

b)    door be- of verwerking, waardoor een product ontstaat dat onder een andere post (viercijfercode) of onderverdeling (zescijfercode) van het geharmoniseerde systeem valt dan de post (viercijfercode) of onderverdeling (zescijfercode) van de gebruikte materialen;

c)    een specifieke be- of verwerking;

d)    een be- of verwerking van geheel en al verkregen materialen.


Aantekening 2 — Structuur van de lijst

2.1.    In de eerste twee kolommen van de lijst is het verkregen product omschreven. In kolom 1 is het nummer van de post of het hoofdstuk volgens het geharmoniseerd systeem vermeld en kolom 2 bevat de omschrijving van de goederen die volgens dat systeem onder die post of dat hoofdstuk vallen. Voor iedere post of ieder hoofdstuk in de kolommen 1 en 2 wordt in kolom 3 een regel gegeven. Een nummer in kolom 1 voorafgegaan door “ex” betekent dat de regels in kolom 3 alleen gelden voor het gedeelte van de post dat in kolom 2 is omschreven.

2.2.    Wanneer in kolom 1 verscheidene postnummers zijn gegroepeerd of wanneer een hoofdstuknummer is vermeld en de omschrijving van de producten in kolom 2 derhalve in algemene bewoordingen is gesteld, dan zijn de regels daarnaast in kolom 3 van toepassing op alle producten die volgens het geharmoniseerde systeem onder de posten van het hoofdstuk of onder elk van de in kolom 1 gegroepeerde posten zijn ingedeeld.

2.3.    Wanneer in de lijst verschillende regels worden gegeven voor verschillende producten die onder dezelfde post vallen, wordt na elk streepje dat deel van de post omschreven waarop de daarnaast in kolom 3 vermelde voorwaarde van toepassing is.

2.4.    Wanneer in kolom 3 twee regels worden gegeven, gescheiden door het woord “of”, kan de exporteur kiezen welke regel hij toepast.


Aantekening 3 — Voorbeelden van toepassing van de regels

3.1.    Op producten die de oorsprong hebben verkregen en die bij de vervaardiging van andere producten worden gebruikt, is artikel 4 van deel II van dit aanhangsel van toepassing ongeacht het feit of de oorsprong verkregen werd in de fabriek waar deze producten worden gebruikt of in een andere fabriek in een geassocieerde partij.

3.2.    Overeenkomstig artikel 6 van deel II van dit aanhangsel houdt de be- of verwerking meer in dan de behandelingen die in dat artikel zijn genoemd. Indien dit niet het geval is, komen de goederen niet in aanmerking voor het voordeel van het preferentiële tarief, zelfs indien aan de voorwaarden in onderstaande lijst is voldaan.

Onverminderd artikel 6 van deel II van dit aanhangsel geven de regels in de lijst de minimale be- of verwerking aan die vereist is; meer be- of verwerking verleent eveneens de oorsprong; omgekeerd kan minder be- of verwerking geen oorsprong verlenen.

Mag volgens een regel een niet van oorsprong zijnd materiaal in een bepaald productiestadium worden gebruikt, dan mag hetzelfde materiaal ook in een vroeger productiestadium worden gebruikt. Hetzelfde materiaal mag evenwel niet worden gebruikt in een later productiestadium.

Mag een niet van oorsprong zijnd materiaal in een bepaald productiestadium niet worden gebruikt, dan mag dat materiaal in een vroeger productiestadium, maar niet in een later productiestadium worden gebruikt.


3.3.    Onverminderd aantekening 3.2 geldt dat, wanneer in een regel de uitdrukking “vervaardiging uit materialen van een willekeurige post” wordt gebruikt, materialen van alle posten (zelfs die welke onder dezelfde omschrijving en dezelfde post vallen als het product) mogen worden gebruikt, onder voorbehoud echter van de specifieke beperkingen die die regel kan bevatten.

Wanneer echter de uitdrukking “vervaardiging uit materialen van om het even welke post, met inbegrip van andere materialen van post …” of “vervaardiging uit materialen van om het even welke post, met inbegrip van andere materialen van dezelfde post als het product” wordt gebezigd, mogen materialen van alle posten worden gebruikt, met uitzondering van die welke onder dezelfde omschrijving in kolom 2 vallen als het product.

3.4.    Wanneer volgens een regel in de lijst een product van meer dan een materiaal mag worden vervaardigd, betekent dit dat een of meer van deze materialen mogen worden gebruikt. Het is niet noodzakelijk dat zij alle worden gebruikt.

3.5.    Wanneer volgens een regel in de lijst een product van een bepaald materiaal moet worden vervaardigd, betekent dit niet dat geen andere materialen mogen worden gebruikt die vanwege hun aard hieraan niet kunnen voldoen.

3.6.    Indien in een regel in de lijst twee percentages worden gegeven als maximumwaarde van niet-oorsprongsmaterialen die kunnen worden gebruikt, dan mogen die percentages niet bij elkaar worden opgeteld. De maximumwaarde van alle gebruikte materialen die niet van oorsprong zijn, mag het hoogste van de opgegeven percentages dus nooit overschrijden. De afzonderlijke percentages mogen met betrekking tot bepaalde materialen niet worden overschreden.


Aantekening 4 — Algemene bepalingen betreffende bepaalde landbouwproducten

4.1    Landbouwproducten die zijn ingedeeld onder post 2401 die zijn gekweekt of geoogst op het grondgebied van een geassocieerde partij, worden behandeld als van oorsprong uit dat land, zelfs indien zij zijn gekweekt uit ingevoerde zaden, bollen, wortels, stekken, enten, scheuten, knoppen of andere levende delen van planten.

________________

BIJLAGE II

LIJST VAN OORSPRONGVERLENENDE BE- OF VERWERKINGEN VAN NIET-OORSPRONGSMATERIALEN

Post

Omschrijving van het product

Be- of verwerkingen waardoor niet-oorsprongsmaterialen de oorsprong verkrijgen

1)

2)

3)

ex hoofdstuk 24

Tabak en tot verbruik bereide tabakssurrogaten; met uitzondering van:

Vervaardiging uit materialen van om het even welke post, waarbij het gewicht van de materialen van post 2401 niet hoger is dan 30 % van het totale gewicht van de gebruikte materialen van hoofdstuk 24

2401

Ruwe en niet tot verbruik bereide tabak; afvallen van tabak

Vervaardiging waarbij alle materialen van post 2401 geheel en al zijn verkregen

2402

Sigaren, cigarillo’s en sigaretten, van tabak of van tabakssurrogaten

Vervaardiging uit materialen van om het even welke post, met uitzondering van materialen van dezelfde post als het product en van rooktabak van onderverdeling 2403 19, waarbij ten minste 10 gewichtspercenten van alle gebruikte materialen van post 2401 geheel en al verkregen zijn

ex 2404

Producten bestemd voor inademing via zogenaamde “heated delivery” (verhitting) of met andere middelen, zonder verbranding

Vervaardiging uit materialen van om het even welke post, met uitzondering van materialen van dezelfde post als het product, van post 2403, waarbij ten minste 10 gewichtspercenten van alle gebruikte materialen van post 2401 geheel en al verkregen zijn

________________

BIJLAGE III

TEKST VAN DE OORSPRONGSVERKLARING

Bij het opmaken van de oorsprongsverklaring, waarvan de tekst hieronder is weergegeven, moet met de voetnoten rekening worden gehouden. De voetnoten hoeven echter niet te worden overgenomen.

Bulgaarse versie

Износителят на продуктите, обхванати от този документ (митническо разрешение № …(1)) декларира, че освен където ясно е отбелязано друго, тези продукти са с … преференциален произход(2).

Spaanse versie

El exportador de los productos incluidos en el presente documento (autorización aduanera no …(1)) declara que, salvo indicación en sentido contrario, estos productos gozan de un origen preferencial …(2).

Tsjechische versie

Vývozce výrobků uvedených v tomto dokumentu (číslo povolení …(1)) prohlašuje, že kromě zřetelně označených mají tyto výrobky preferenční původ v …(2).



Deense versie

Eksportøren af varer, der er omfattet af nærværende dokument, (toldmyndighedernes tilladelse nr. … (1)), erklærer, at varerne, medmindre andet tydeligt er angivet, har præferenceoprindelse i …(2).

Duitse versie

Der Ausführer (Bewilligungs-Nr. …(1)) der Waren, auf die sich dieses Handelspapier bezieht, erklärt, dass diese Waren, soweit nicht anders angegeben, präferenzbegünstigte …(2) Ursprungswaren sind.

Estse versie

Käesoleva dokumendiga hõlmatud toodete eksportija (tolli luba nr …(1)) deklareerib, et need tooted on …(2) sooduspäritoluga, välja arvatud juhul, kui on selgelt näidatud teisiti.

Griekse versie

Ο εξαγωγέας των προϊόντων που καλύπτονται από το παρόν έγγραφο (άδεια τελωνείου υπ'αριθ. …(1)) δηλώνει ότι, εκτός εάν δηλώνεται σαφώς άλλως, τα προϊόντα αυτά είναι προτιμησιακής καταγωγής …(2).



Engelse versie

The exporter of the products covered by this document (customs authorisation No …(1)) declares that, except where otherwise clearly indicated, these products are of …(2) preferential origin.

Franse versie

L'exportateur des produits couverts par le présent document (autorisation douanière no …(1)) déclare que, sauf indication claire du contraire, ces produits ont l'origine préférentielle …(2).

Kroatische versie

Izvoznik proizvoda obuhvaćenih ovom ispravom (carinsko ovlaštenje br. …(1)) izjavljuje da su, osim ako je drukčije izričito navedeno, ovi proizvodi …(2) preferencijalnog podrijetla.

Italiaanse versie

L’esportatore delle merci contemplate nel presente documento (autorizzazione doganale n. …(1)) dichiara che, salvo indicazione contraria, le merci sono di origine preferenziale …(2).

Letse versie

To produktu eksportētājs, kuri ietverti šajā dokumentā (muitas atļauja Nr. …(1)), deklarē, ka, izņemot tur, kur ir citādi skaidri noteikts, šiem produktiem ir preferenciāla izcelsme …(2).


Litouwse versie

Šiame dokumente išvardytų produktų eksportuotojas (muitinės liudijimo Nr. …(1)) deklaruoja, kad, jeigu kitaip nenurodyta, tai yra …(2) preferencinės kilmės produktai.

Hongaarse versie

A jelen okmányban szereplő áruk exportőre (vámfelhatalmazási szám: …(1)) kijelentem, hogy eltérő egyértelmű jelzés hiányában az áruk preferenciális …(2) származásúak.

Maltese versie

L-esportatur tal-prodotti koperti b'dan id-dokument (awtorizzazzjoni tad-dwana Nru …(1)) jiddikjara li, ħlief fejn indikat b'mod ċar li mhux hekk, dawn il-prodotti huma ta' oriġini preferenzjali …(2).

Nederlandse versie

De exporteur van de goederen waarop dit document van toepassing is (douanevergunning nr. …(1)), verklaart dat, behoudens uitdrukkelijke andersluidende vermelding, deze goederen van preferentiële … oorsprong zijn(2).

Poolse versie

Eksporter produktów objętych tym dokumentem (upoważnienie władz celnych nr …(1)) deklaruje, że z wyjątkiem gdzie jest to wyraźnie określone, produkty te mają …(2) preferencyjne pochodzenie.


Portugese versie

O, exportador dos produtos cobertos pelo presente documento (autorização aduaneira n.o …(1)), declara que, salvo expressamente indicado expressa em contrário, estes produtos são de origem preferencial …(2).

Roemeense versie

Exportatorul produselor ce fac obiectul acestui document (autorizația vamală nr. …(1)) declară că, exceptând cazul în care în mod expres este indicat altfel, aceste produse sunt de origine preferențială …(2).

Sloveense versie

Izvoznik blaga, zajetega s tem dokumentom (pooblastilo carinskih organov št. …(1)) izjavlja, da, razen če ni drugače jasno navedeno, ima to blago preferencialno …(2) poreklo.

Slowaakse versie

Vývozca výrobkov uvedených v tomto dokumente (číslo povolenia …(1)) vyhlasuje, že okrem zreteľne označených, majú tieto výrobky preferenčný pôvod v …(2).

Finse versie

Tässä asiakirjassa mainittujen tuotteiden viejä (tullin lupa N:o …(1)) ilmoittaa, että nämä tuotteet ovat, ellei toisin ole selvästi merkitty, etuuskohteluun oikeutettuja … alkuperätuotteita(2).



Zweedse versie

Exportören av de varor som omfattas av detta dokument (tullmyndighetens tillstånd nr …(1)) försäkrar att dessa varor, om inte annat tydligt markerats, har förmånsberättigande … ursprung(2).

Catalaanse versie

L'exportador dels productes determinats en el present document (Autorització duanera no…(1)) declara que, llevat que s'indiqui el contrari, aquests productes tenen l'origen preferencial …(2).

...........................................................................................................................................................(3)

(Plaats en datum)

...........................................................................................................................................................(4)

(handtekening van de exporteur en diens naam in blokletters)

_________________

1)    Indien de oorsprongsverklaring door een toegelaten exporteur wordt opgesteld, moet het nummer van de vergunning van die exporteur hier worden ingevuld. Indien de oorsprongsverklaring niet door een toegelaten exporteur wordt opgesteld, worden de woorden tussen haakjes weggelaten of wordt niets ingevuld.

2)    Aanduiding van de oorsprong van de producten. Indien de oorsprongsverklaring geheel of gedeeltelijk betrekking heeft op producten van oorsprong uit Ceuta en Melilla, moet de exporteur dit door middel van het lettersymbool "CM" duidelijk aangeven op het document waarop de verklaring wordt opgesteld.

3)    Deze vermeldingen kunnen achterwege blijven indien de gegevens op het document zelf zijn aangegeven.

4)    Indien de exporteur niet hoeft te ondertekenen, hoeft ook diens naam niet te worden vermeld.

________________

BIJLAGE IV

MODELLEN VAN HET CERTIFICAAT INZAKE GOEDERENVERKEER EUR.1 EN DE AANVRAAG VOOR EEN CERTIFICAAT INZAKE GOEDERENVERKEER EUR.1

AANWIJZINGEN VOOR HET DRUKKEN

1.    De afmetingen van het formulier zijn 210 x 297 mm; waarbij in de lengte een afwijking van 5 mm minder of 8 mm meer is toegestaan. Het te gebruiken papier is wit, zo gelijmd dat het goed beschrijfbaar is en houtvrij, met een gewicht van ten minste 25 g/m2. Het is voorzien van een groene geguillocheerde onderdruk die vervalsingen met behulp van mechanische of chemische middelen zichtbaar maakt.

2.    De bevoegde autoriteiten van de geassocieerde partijen kunnen zich het recht voorbehouden de formulieren zelf te drukken of te laten drukken door daartoe gemachtigde drukkerijen. In het laatste geval moet op elk formulier van deze machtiging melding worden gemaakt. Elk formulier wordt voorzien van de naam en het adres van de drukker of van een merkteken aan de hand waarvan deze geïdentificeerd kan worden. Om de formulieren van elkaar te onderscheiden, wordt elk exemplaar van een al dan niet gedrukt volgnummer voorzien.


CERTIFICAAT INZAKE GOEDERENVERKEER

1.    Exporteur (naam, volledig adres, land)

EUR.1    Nr. A    000.000

Raadpleeg de aantekeningen op de keerzijde alvorens het formulier in te vullen.

2.    Certificaat gebruikt in het preferentiële handelsverkeer tussen

.......................................................................................

3.    Geadresseerde (naam, volledig adres, land) (facultatief)

en

.......................................................................................

(Vermeld de betrokken landen, groepen van landen of gebieden)

4.    Land, groep van landen of gebied waaruit de producten geacht worden van oorsprong te zijn

5.    Land, groep van landen of gebied van bestemming

6.    Gegevens in verband met het vervoer (facultatief)

7.    Opmerkingen

8.    Artikelnummer; merken en nummers; aantal en soort van de colli1); omschrijving van de goederen

9.    Brutomassa (kg) of andere maatstaf (l, m3 enz.)

10.    Facturen (facultatief)

11.    VISUM VAN DE DOUANE

Verklaring juist bevonden

Uitvoerdocument2)

Formulier .................................. Nr. ….……...

van ……………………………………….

Douanekantoor .................................……

Land of gebied van afgifte .......................    Stempel

...................................................................

...................................................................

Plaats en datum …………….......................

...................................................................

……...........................................................

(Handtekening)

12.    VERKLARING VAN DE EXPORTEUR

Ondergetekende verklaart dat de hierboven omschreven goederen aan de voor het verkrijgen van dit certificaat gestelde voorwaarden voldoen.

Plaats en datum ………………........................

..........................................................................

(Handtekening)

1)    Vermeld voor onverpakte goederen het aantal artikelen of “gestort”.

2)    Slechts in te vullen indien de nationale bepalingen van het land of gebied van uitvoer dit vereisen.

13.    VERZOEK OM CONTROLE, te zenden aan

14.    UITSLAG VAN DE CONTROLE

Uit het ingestelde onderzoek is gebleken dat dit certificaat1)

door het daarin vermelde douanekantoor is afgegeven en dat de daarin voorkomende gegevens juist zijn.

niet voldoet aan de voorwaarden inzake echtheid en juistheid (zie bijgaande opmerkingen).

Er wordt verzocht de echtheid en de juistheid van dit certificaat te controleren.

...............................................…………….............................

(Plaats en datum)

   Stempel

.....................................................……………………………

(Handtekening)

 

.........................................………………………………..

(Plaats en datum)

   Stempel

.....................................................…………………………

(Handtekening)

________________

1)    Het toepasselijke vak aankruisen.


AANVRAAG VOOR EEN CERTIFICAAT INZAKE GOEDERENVERKEER

1.    Exporteur (naam, volledig adres, land)

EUR.1    Nr. A    000.000

Raadpleeg de aantekeningen op de keerzijde alvorens het formulier in te vullen.

2.    Aanvraag tot afgifte van een certificaat gebruikt in het preferentiële handelsverkeer tussen

   .......................................................................................

3.    Geadresseerde (naam, volledig adres, land) (facultatief)

en

   .......................................................................................

(vermeld de betrokken landen, groepen van landen of gebieden)

4.    Land, groep van landen of gebied waaruit de producten geacht worden van oorsprong te zijn

5.    Land, groep van landen of gebied van bestemming

6.    Gegevens in verband met het vervoer (facultatief)

7.    Opmerkingen

8.    Artikelnummer; merken en nummers; Aantal en soort van de colli1), omschrijving van de goederen

9.    Brutomassa (kg) of andere maatstaf (l, m3 enz.)

10.    Facturen 
(Facultatief)

1)    Vermeld voor onverpakte goederen het aantal artikelen of “gestort”.


VERKLARING VAN DE EXPORTEUR

Ondergetekende, exporteur van de op de voorzijde omschreven goederen,

VERKLAART dat deze goederen voldoen aan de voorwaarden voor de afgifte van het hierbij gevoegde certificaat;

GEEFT de onderstaande toelichting inzake de omstandigheden waardoor deze goederen aan deze voorwaarden voldoen:

   

   

   

   

LEGT de volgende bewijsstukken over1):

   

   

   

   

VERBINDT ZICH ERTOE om op verzoek van de bevoegde autoriteiten alle verdere bewijsstukken voor te leggen die zij voor de afgifte van het bijgaande certificaat verlangen, en toe te staan dat deze autoriteiten in voorkomend geval zijn boekhouding aan een onderzoek onderwerpen en de omstandigheden nagaan waaronder de vervaardiging van bovengenoemde goederen heeft plaatsgevonden;


VERZOEKT voor die goederen om afgifte van het bijgaande certificaat.

…………….    

(Plaats en datum)

   

(Handtekening)

_________________

1)    Bijvoorbeeld: invoerdocumenten, certificaten inzake goederenverkeer, facturen, verklaringen van de fabrikant enz., ter zake van de be- of verwerkte producten of de in ongewijzigde staat wederuitgevoerde goederen.

BIJLAGE V

BIJZONDERE VOORWAARDEN VOOR PRODUCTEN UIT CEUTA EN MELILLA

Enig Artikel

1.    Mits zij voldoen aan de niet-wijzigingsregel van artikel 13 van dit aanhangsel, worden beschouwd als:

1)    producten van oorsprong uit Ceuta en Melilla:

a)    geheel en al in Ceuta en Melilla verkregen producten;

b)    in Ceuta en Melilla verkregen producten bij de vervaardiging waarvan andere dan geheel en al in Ceuta en Melilla verkregen producten zijn gebruikt, op voorwaarde dat:

i)    deze producten een be- of verwerking hebben ondergaan die toereikend is in de zin van artikel 4 van dit aanhangsel; of

ii)    deze producten van oorsprong zijn uit Andorra of uit de EU, mits zij een be- of verwerking hebben ondergaan die meer inhoudt dan de in artikel 6 van dit aanhangsel genoemde behandelingen;


2)    producten van oorsprong uit Andorra:

a)    geheel en al in Andorra verkregen producten;

b)    in Andorra verkregen producten bij de vervaardiging waarvan andere dan geheel en al in Andorra verkregen producten zijn gebruikt, op voorwaarde dat:

i)    die producten een be- of verwerking hebben ondergaan die toereikend is in de zin van artikel 4 van dit aanhangsel; of

ii)    deze producten van oorsprong zijn uit Ceuta en Melilla of de Europese Unie, en zij een be- of verwerking hebben ondergaan die meer inhoudt dan de in artikel 6 van dit aanhangsel genoemde behandelingen.

2.    Ceuta en Melilla worden als één grondgebied beschouwd.

3.    De exporteur of zijn gemachtigde vertegenwoordiger vermeldt in vak 2 van het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 of op de oorsprongsverklaring de naam van de geassocieerde partij van uitvoer en “Ceuta en Melilla”. Voor producten van oorsprong uit Ceuta en Melilla wordt de oorsprong ook vermeld in vak 4 van het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 of op de oorsprongsverklaring.

4.    De Spaanse douaneautoriteiten zijn belast met de toepassing van dit aanhangsel in Ceuta en Melilla.

________________

BIJLAGE VI

LEVERANCIERSVERKLARING

Bij het opstellen van de leveranciersverklaring, waarvan de tekst hieronder is weergegeven, dient rekening te worden gehouden met de voetnoten. De voetnoten hoeven echter niet te worden overgenomen.

LEVERANCIERSVERKLARING

voor goederen die in een geassocieerde partij een be- of verwerking hebben ondergaan zonder de preferentiële oorsprong te hebben verkregen

Ondergetekende, leverancier van de op het bijgevoegde document vermelde goederen, verklaart het volgende:

1.    de volgende materialen die niet van oorsprong zijn uit [naam van de desbetreffende geassocieerde partij(en)], zijn bij de vervaardiging van deze goederen in [naam van de geassocieerde partij(en)] gebruikt:

Omschrijving van de geleverde goederen1)

Omschrijving van de gebruikte niet-oorsprongsmaterialen

Tariefpost waaronder de gebruikte niet-oorsprongsmaterialen zijn ingedeeld(2)

Waarde van de gebruikte niet-oorsprongsmaterialen(2)(3)

Totale waarde


2.    alle andere materialen die bij de vervaardiging van die goederen in [naam van de desbetreffende geassocieerde partij(en)] zijn gebruikt, zijn van oorsprong uit [naam van de desbetreffende geassocieerde partij(en)];

3.    de volgende goederen hebben buiten [naam van de desbetreffende geassocieerde partij(en)] een be- of verwerking ondergaan overeenkomstig artikel 12 van dit aanhangsel, waardoor in totaal de volgende waarde werd toegevoegd:

Omschrijving van de geleverde goederen

Totale toegevoegde waarde die is verkregen buiten [naam van de desbetreffende geassocieerde partij(en)]4)

(Plaats en datum)

(Adres en handtekening van de leverancier;
gevolgd door de naam van de ondertekenaar in duidelijk leesbare letters)

________________

1)    Indien de factuur, pakbon of een ander handelsdocument waaraan de verklaring is gehecht, op verschillende soorten goederen betrekking heeft of op goederen waarin niet in dezelfde mate niet-oorsprongsmaterialen zijn verwerkt, moet de leverancier dit duidelijk aangeven.

2)    Slechts invullen indien nodig.

3)    Onder “waarde van de materialen” wordt verstaan de douanewaarde ten tijde van de invoer van de gebruikte materialen die niet van oorsprong zijn, of, indien deze niet bekend is en niet kan worden vastgesteld, de eerste controleerbare prijs die voor de materialen in [naam van de desbetreffende partij(en)] is betaald.

De precieze waarde van elk gebruikt materiaal dat niet van oorsprong is, moet worden opgegeven per eenheid van de in de eerste kolom vermelde goederen.

4)    Onder “totale toegevoegde waarde” wordt verstaan alle kosten die buiten [naam van de desbetreffende geassocieerde partij(en)] zijn gemaakt, met inbegrip van de waarde van alle materialen die daar zijn toegevoegd. De precieze totale toegevoegde waarde die buiten [naam van de desbetreffende geassocieerde partij(en)] is verkregen, moet worden opgegeven per eenheid van de in de eerste kolom vermelde goederen.

________________

BIJLAGE VII

LANGLOPENDE LEVERANCIERSVERKLARING

Bij het opstellen van de langlopende leveranciersverklaring, waarvan de tekst hieronder volgt, dient rekening te worden gehouden met de voetnoten. De voetnoten hoeven echter niet te worden overgenomen.

LANGLOPENDE LEVERANCIERSVERKLARING

voor goederen die in een geassocieerde partij een be- of verwerking hebben ondergaan zonder de preferentiële oorsprong te hebben verkregen

Ondergetekende, leverancier van de goederen waarop dit document betrekking heeft en die regelmatig geleverd worden aan1) ……………., verklaart het volgende:

1.    de volgende materialen die niet van oorsprong zijn uit [naam van de desbetreffende geassocieerde partij(en)], zijn bij de vervaardiging van deze goederen in [naam van de desbetreffende partij(en)] gebruikt:

Omschrijving van de geleverde goederen2)

Omschrijving van de gebruikte niet-oorsprongsmaterialen

Tariefpost waaronder de gebruikte niet-oorsprongsmaterialen zijn ingedeeld(3)

Waarde van de gebruikte niet-oorsprongsmaterialen(3)(4)

Totale waarde


2.    alle andere materialen die bij de vervaardiging van die goederen in [naam van de desbetreffende geassocieerde partij(en)] zijn gebruikt, zijn van oorsprong uit [naam van de desbetreffende geassocieerde partij(en)];

3.    de volgende goederen hebben buiten [naam van de desbetreffende geassocieerde partij(en)] een be- of verwerking ondergaan overeenkomstig artikel 12 van dit aanhangsel, waardoor in totaal de volgende waarde werd toegevoegd:

Omschrijving van de geleverde goederen

Totale toegevoegde waarde die is verkregen buiten [naam van de desbetreffende geassocieerde partij(en)]5)

Deze verklaring is geldig voor alle toekomstige zendingen van die goederen die worden verzonden van……………………………………………

naar………………………………………………6)

Ik verbind mij ertoe, zodra deze verklaring niet meer geldig is, ……………………………..1) hiervan onmiddellijk in kennis te stellen.

(Plaats en datum)

(Adres en handtekening van de leverancier; gevolgd door de naam van de ondertekenaar in duidelijk leesbare letters)


________________

1)    Naam en adres van de afnemer.

2)    Indien de factuur, pakbon of een ander handelsdocument waaraan de verklaring is gehecht, op verschillende soorten goederen betrekking heeft of op goederen waarin niet in dezelfde mate niet-oorsprongsmaterialen zijn verwerkt, moet de leverancier dit duidelijk aangeven.

3)    Slechts invullen indien nodig.

4)    Onder “waarde van de materialen” wordt verstaan de douanewaarde ten tijde van de invoer van de gebruikte materialen die niet van oorsprong zijn, of, indien deze niet bekend is en niet kan worden vastgesteld, de eerste controleerbare prijs die voor de materialen in [naam van de desbetreffende partij(en)] is betaald.

De precieze waarde van elk gebruikt materiaal dat niet van oorsprong is, moet worden opgegeven per eenheid van de in de eerste kolom vermelde goederen.

5)    Onder “totale toegevoegde waarde” wordt verstaan alle kosten die buiten [naam van de desbetreffende geassocieerde partij] zijn gemaakt, met inbegrip van de waarde van alle materialen die daar zijn toegevoegd. De precieze totale toegevoegde waarde die buiten [naam van de desbetreffende geassocieerde partij] is verkregen, moet worden opgegeven per eenheid van de in de eerste kolom vermelde goederen.

6)    Data vermelden. Een langlopende leveranciersverklaring is normalerwijze niet langer dan 24 maanden geldig, afhankelijk van de voorwaarden die zijn gesteld door de douaneautoriteiten van de geassocieerde partij waar de langlopende leveranciersverklaring is opgesteld.

________________

Aanhangsel 2

WEDERZIJDSE BIJSTAND TUSSEN ADMINISTRATIEVE AUTORITEITEN IN DOUANEZAKEN

ARTIKEL 1

Definities

In dit aanhangsel wordt verstaan onder:

a)    “douanewetgeving”: de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen die op het grondgebied van een geassocieerde partij van toepassing zijn op de invoer, de uitvoer en de doorvoer van goederen en de plaatsing daarvan onder andere douaneregelingen of procedures, met inbegrip van verbods-, beperkings- en controlemaatregelen;

b)    “verzoekende autoriteit”: een bevoegde administratieve autoriteit die daartoe door een geassocieerde partij is aangewezen en die op grond van dit aanhangsel om bijstand verzoekt;

c)    “aangezochte autoriteit”: een bevoegde administratieve autoriteit die daartoe door een geassocieerde partij is aangewezen en die een verzoek om bijstand uit hoofde van dit aanhangsel ontvangt;

d)    “informatie”: alle gegevens, documenten, afbeeldingen, verslagen, mededelingen of gewaarmerkte kopieën, in ongeacht welk formaat, ook in elektronisch formaat, al dan niet verwerkt of geanalyseerd;


e)    “persoon”: natuurlijke persoon of rechtspersoon;

f)    “persoonsgegevens”: alle informatie over een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon;

g)    “met de douanewetgeving strijdige handeling”: elke overtreding of poging tot overtreding van de douanewetgeving.

ARTIKEL 2

Toepassingsgebied

1.    De geassocieerde partijen verlenen elkaar bijstand, binnen de grenzen van hun bevoegdheid, op de wijze en onder de voorwaarden die in dit aanhangsel zijn vastgesteld, met het oog op de correcte toepassing van de douanewetgeving, in het bijzonder met het oog op het voorkomen, opsporen en bestrijden van met deze wetgeving strijdige handelingen.

2.    De bijstand in douanezaken waarin dit aanhangsel voorziet, geldt voor elke administratieve autoriteit van een van de geassocieerde partijen die bevoegd is voor de toepassing van dit aanhangsel. Deze bijstand laat de bepalingen inzake wederzijdse bijstand in strafzaken onverlet en geldt niet voor informatie die is verkregen krachtens bevoegdheden die op verzoek van een rechterlijke instantie worden uitgeoefend, tenzij deze ermee instemt dat die informatie wordt meegedeeld.

3.    Bijstand bij de invordering van rechten, belastingen of boeten valt niet onder dit aanhangsel.


ARTIKEL 3

Bijstand op verzoek

1.    Op aanvraag van een verzoekende autoriteit verstrekt de aangezochte autoriteit eerstgenoemde alle ter zake dienende informatie die deze nodig heeft om erop toe te zien dat de douanewetgeving correct wordt toegepast, met inbegrip van informatie betreffende voorgenomen of vastgestelde handelingen die met deze wetgeving in strijd zijn of kunnen zijn.

2.    Op aanvraag van een verzoekende autoriteit deelt de aangezochte autoriteit de eerstgenoemde autoriteit mee of:

a)    goederen die uit het grondgebied van een van de geassocieerde partijen zijn uitgevoerd, op regelmatige wijze in het grondgebied van de andere geassocieerde partij zijn ingevoerd, in voorkomend geval onder vermelding van de douaneregeling waaronder de goederen zijn geplaatst;

b)    goederen die in het grondgebied van een van de geassocieerde partijen zijn ingevoerd, op regelmatige wijze uit het grondgebied van de andere geassocieerde partij zijn uitgevoerd, in voorkomend geval onder vermelding van de douaneregeling waaronder de goederen zijn geplaatst.

3.    Op aanvraag van een verzoekende autoriteit neemt de aangezochte autoriteit, overeenkomstig haar wet- en regelgeving, de nodige maatregelen met het oog op bijzonder toezicht op:

a)    natuurlijke personen of rechtspersonen ten aanzien van wie een gegrond vermoeden bestaat dat zij handelingen verrichten of hebben verricht die met de douanewetgeving in strijd zijn;


b)    goederen die op zodanige wijze worden of zouden kunnen worden vervoerd dat redelijkerwijze kan worden vermoed dat zij bestemd zijn om in strijd met de douanewetgeving te worden gebruikt;

c)    plaatsen waar goederen op zodanige wijze zijn of kunnen worden opgeslagen dat redelijkerwijze kan worden vermoed dat zij bedoeld zijn om te worden gebruikt bij handelingen die in strijd zijn met de douanewetgeving;

d)    vervoermiddelen die op zodanige wijze worden of zouden kunnen worden gebruikt dat redelijkerwijze kan worden vermoed dat zij bestemd zijn om in strijd met de douanewetgeving te worden gebruikt.

ARTIKEL 4

Bijstand op eigen initiatief

De geassocieerde partijen verlenen elkaar, in overeenstemming met hun respectievelijke wet- en regelgeving, op eigen initiatief bijstand indien zij dit noodzakelijk achten voor de correcte toepassing van de douanewetgeving, door het verstrekken van informatie die zij hebben verkregen over voltooide, geplande of lopende activiteiten die met de douanewetgeving strijdige handelingen vormen of lijken te vormen en die voor de andere geassocieerde partij van belang kunnen zijn. De informatie heeft met name betrekking op:

a)    personen, goederen en vervoermiddelen; alsmede

b)    nieuwe middelen of methoden die bij met de douanewetgeving strijdige handelingen worden gebruikt.


ARTIKEL 5

Vorm en inhoud van verzoeken om bijstand

1.    Verzoeken in het kader van dit aanhangsel worden schriftelijk, in gedrukte of elektronische vorm, gedaan. Zij gaan vergezeld van de documenten die voor de behandeling van het verzoek noodzakelijk zijn. In spoedeisende gevallen kan de aangezochte autoriteit ook mondelinge verzoeken aanvaarden, mits zij door een verzoekende autoriteit onmiddellijk schriftelijk worden bevestigd.

2.    Verzoeken op grond van lid 1 bevatten de volgende gegevens:

a)    de identiteit van de verzoekende autoriteit en van de verzoekende ambtenaar;

b)    de gevraagde informatie en/of het soort bijstand;

c)    het voorwerp en de reden van het verzoek;

d)    de toepasselijke wet- en regelgeving en andere juridische elementen;

e)    zo nauwkeurig en volledig mogelijke informatie over de natuurlijke personen op wie of rechtspersonen waarop het onderzoek betrekking heeft;

f)    een overzicht van de relevante feiten en van het onderzoek dat reeds is uitgevoerd; alsmede

g)    aanvullende beschikbare gegevens op basis waarvan de aangezochte autoriteit kan reageren op het verzoek.


3.    Verzoeken worden ingediend in een officiële taal van de aangezochte autoriteit of in een door die autoriteit aanvaarde taal. In het Engels ingediende verzoeken worden altijd aanvaard. Deze eis is niet van toepassing op documenten die overeenkomstig lid 1 bij het verzoek zijn gevoegd.

4.    Indien een verzoek niet aan de in de leden 1 tot en met 3 vermelde vormvereisten voldoet, kan de aangezochte autoriteit om correctie of aanvulling verzoeken; in de tussentijd kunnen conservatoire maatregelen worden gelast.

ARTIKEL 6

Uitvoering van verzoeken

1.    Om aan een verzoek om bijstand te voldoen, gaat de aangezochte autoriteit, binnen de perken van haar bevoegdheden en met de middelen waarover zij beschikt, te werk alsof zij voor eigen rekening of in opdracht van een andere autoriteit van dezelfde geassocieerde partij handelt, door reeds beschikbare informatie te verstrekken en het nodige onderzoek te verrichten of te doen verrichten. Deze bepaling is tevens van toepassing op instanties aan welke de aangezochte autoriteit het verzoek doorzendt, indien deze autoriteit niet zelfstandig kan handelen.

2.    Verzoeken om bijstand worden behandeld overeenkomstig de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de aangezochte geassocieerde partij.


ARTIKEL 7

Vorm waarin de informatie moet worden verstrekt

1.    De aangezochte autoriteit deelt de uitslag van het ingestelde onderzoek aan de verzoekende autoriteit schriftelijk mede en voegt daarbij de relevante documenten, gewaarmerkte kopieën of andere stukken. Deze informatie mag in elektronisch formaat worden verstrekt.

2.    Originele documenten worden uitsluitend op verzoek van de verzoekende autoriteit overeenkomstig de wettelijke voorschriften van elke geassocieerde partij toegezonden indien gewaarmerkte afschriften ontoereikend zijn. De verzoekende autoriteit stuurt die originele documenten zo spoedig mogelijk terug.

3.    Onverminderd lid 2 verstrekt de aangezochte autoriteit de verzoekende autoriteit de gegevens betreffende de echtheid van de documenten die door op haar grondgebied gevestigde officiële instanties zijn afgegeven of gecertificeerd ter staving van een goederenaangifte.

ARTIKEL 8

Aanwezigheid van ambtenaren van een geassocieerde partij op het grondgebied van de andere geassocieerde partij

1.    Daartoe gemachtigde ambtenaren van een geassocieerde partij kunnen, met instemming van de andere geassocieerde partij en op de door deze gestelde voorwaarden, aanwezig zijn in de kantoren van de aangezochte autoriteit of van een andere betrokken instantie als bedoeld in artikel 6, lid 1, om informatie te verzamelen over handelingen die met de douanewetgeving in strijd zijn of kunnen zijn, en die de verzoekende autoriteit voor de toepassing van dit aanhangsel nodig heeft.


2.    Daartoe gemachtigde ambtenaren van een geassocieerde partij kunnen, met instemming van de andere geassocieerde partij en op de door deze gestelde voorwaarden, deelnemen aan onderzoek dat op het grondgebied van laatstgenoemde wordt verricht.

3.    De aanwezigheid van ambtenaren van een geassocieerde partij op het grondgebied van de andere geassocieerde partij heeft slechts een adviserende functie, en te dien einde:

a)    moeten zij te allen tijde hun officiële hoedanigheid kunnen aantonen;

b)    dragen zij geen uniform, noch wapens; en

c)    genieten zij dezelfde bescherming als ambtenaren van de andere geassocieerde partij, overeenkomstig de op haar grondgebied geldende wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen.

ARTIKEL 9

Verstrekking en kennisgeving

1.    Op aanvraag van de verzoekende autoriteit neemt de aangezochte autoriteit, overeenkomstig haar wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen, alle maatregelen die nodig zijn voor de verstrekking van documenten of de kennisgeving van besluiten van de verzoekende autoriteit in verband met de toepassing van dit aanhangsel aan adressaten die op het grondgebied van de aangezochte autoriteit verblijven of gevestigd zijn.

2.    Verzoeken om verstrekking van documenten of kennisgeving van besluiten worden schriftelijk tot de aangezochte autoriteit gericht in een officiële taal van die autoriteit of in een door die autoriteit aanvaarde taal.


ARTIKEL 10

Automatische en voorafgaande uitwisseling van informatie

1.    De geassocieerde partijen kunnen in onderlinge overeenstemming overeenkomstig artikel 15 van dit aanhangsel:

a)    automatisch onder dit aanhangsel vallende informatie uitwisselen;

b)    specifieke informatie uitwisselen voordat zendingen op het grondgebied van de andere geassocieerde partij aankomen.

2.    De geassocieerde partijen stellen regelingen vast over het soort informatie dat zij wensen uit te wisselen, alsmede over de vorm en de frequentie van de overdracht van die informatie, met het oog op de uitvoering van de in lid 1 bedoelde uitwisselingen.

ARTIKEL 11

Gevallen waarin geen bijstand behoeft te worden verleend

1.    Bijstand kan worden geweigerd of van bepaalde voorwaarden of eisen afhankelijk worden gesteld wanneer een geassocieerde partij van oordeel is dat bijstand op grond van dit aanhangsel:

a)    de soevereiniteit van Andorra of van de EU-lidstaat die op grond van dit aanhangsel om bijstand is verzocht, zou kunnen aantasten;


b)    de openbare orde, de openbare veiligheid of andere wezenlijke belangen in gevaar zou kunnen brengen, in het bijzonder in de in artikel 12, lid 5, van dit aanhangsel bedoelde gevallen; of

c)    tot schending van een industrieel geheim, een handelsgeheim of een beroepsgeheim leidt.

2.    De aangezochte autoriteit kan de bijstand uitstellen indien die bijstand lopende onderzoeken, vervolgingen of procedures zou kunnen verstoren. In dat geval pleegt de aangezochte autoriteit overleg met de verzoekende autoriteit om na te gaan of de bijstand kan worden verleend op door de aangezochte autoriteit te stellen voorwaarden.

3.    Wanneer de verzoekende autoriteit om een vorm van bijstand verzoekt die zij desgevraagd zelf niet zou kunnen verlenen, vermeldt zij dat in haar verzoek. De aangezochte autoriteit is dan vrij te bepalen hoe zij op een dergelijk verzoek reageert.

4.    In de in de leden 1 en 2 bedoelde gevallen deelt de aangezochte autoriteit haar besluit en de motivering daarvan onverwijld mee aan de verzoekende autoriteit.

ARTIKEL 12

Uitwisseling van informatie en vertrouwelijkheid

1.    De op grond van dit aanhangsel verkregen informatie wordt uitsluitend voor de toepassing van dit aanhangsel gebruikt.


2.    Het gebruik van uit hoofde van dit aanhangsel verkregen informatie in gerechtelijke of bestuursrechtelijke procedures betreffende met de douanewetgeving strijdige handelingen wordt beschouwd als gebruik overeenkomstig de doelen van dit aanhangsel. De geassocieerde partijen kunnen derhalve bij de bewijsvoering, in verslagen en getuigenissen en bij procedures die bij rechtbanken aanhangig worden gemaakt, gebruikmaken van informatie die op grond van dit protocol is verkregen en documenten waarin op grond van dit aanhangsel inzage is gegeven. De aangezochte autoriteit die de informatie heeft verstrekt of die inzage heeft gegeven in de documenten, kan als voorwaarde stellen om van dergelijk gebruik in kennis te worden gesteld.

3.    Indien een geassocieerde partij dergelijke informatie voor andere doeleinden wenst te gebruiken, vraagt zij de autoriteit die die informatie heeft verstrekt, vooraf om schriftelijke toestemming. Dergelijke informatie mag uitsluitend met inachtneming van de door deze autoriteit vastgestelde voorwaarden worden gebruikt.

4.    Alle informatie, ongeacht de vorm ervan, die op grond van dit aanhangsel wordt verstrekt, is vertrouwelijk of is alleen bestemd voor beperkte verspreiding, overeenkomstig de toepasselijke wet- en regelgeving van elk van de geassocieerde partijen. Die informatie valt onder de geheimhoudingsplicht en geniet de bescherming waarin voor soortgelijke informatie wordt voorzien uit hoofde van de desbetreffende wet- en regelgeving van de ontvangende geassocieerde partij. De geassocieerde partijen informeren elkaar over hun daartoe toepasselijke wet- en regelgeving.

5.    Persoonsgegevens mogen alleen worden doorgegeven in overeenstemming met de gegevensbeschermingsregels van de geassocieerde partij die de gegevens verstrekt. Een geassocieerde partij stelt de andere geassocieerde partijen in kennis van de toepasselijke regels voor gegevensbescherming en stelt, indien nodig, alles in het werk om overeenstemming te bereiken over aanvullende bescherming.


ARTIKEL 13

Deskundigen en getuigen

De aangezochte autoriteit kan een ambtenaar machtigen om, binnen de grenzen van de hem verleende machtiging, als deskundige of getuige te verschijnen in gerechtelijke of bestuursrechtelijke procedures betreffende onder dit aanhangsel vallende aangelegenheden en daarbij de voor de procedure noodzakelijke voorwerpen, documenten of vertrouwelijke of gewaarmerkte afschriften over te leggen. In de convocatie moet uitdrukkelijk worden vermeld voor welke rechterlijke of bestuurlijke instantie de ambtenaar moet verschijnen en over welke aangelegenheid en in welke functie of hoedanigheid de ambtenaar zal worden ondervraagd.

ARTIKEL 14

Kosten van de bijstand

1.    Met inachtneming van de leden 2 en 3 zien de geassocieerde partijen af van wederzijdse vorderingen voor de vergoeding van kosten voor de toepassing van dit aanhangsel.

2.    De kosten en de vergoedingen die worden betaald aan deskundigen, getuigen, tolken en vertalers, met uitzondering van ambtenaren, komen in voorkomend geval ten laste van de verzoekende geassocieerde partij.

3.    Indien de uitvoering van het verzoek buitengewone uitgaven met zich meebrengt, stellen de geassocieerde partijen de voorwaarden vast waaronder het verzoek moet worden uitgevoerd, alsmede de wijze waarop deze kosten moeten worden gedragen.


ARTIKEL 15

Uitvoering

1.    Met de uitvoering van dit aanhangsel zijn enerzijds de aangewezen douaneautoriteiten van Andorra en anderzijds de bevoegde diensten van de Europese Commissie en, in voorkomend geval, de douaneautoriteiten van de EU-lidstaten belast. Zij stellen alle voor de toepassing van dit aanhangsel noodzakelijke praktische maatregelen en regelingen vast, rekening houdend met de wederzijdse toepasselijke wet- en regelgeving, met name op het gebied van de gegevensbescherming.

2.    De geassocieerde partijen stellen elkaar in kennis van en plegen overleg over de gedetailleerde uitvoeringsmaatregelen die elke geassocieerde partij overeenkomstig dit aanhangsel vaststelt, met name met betrekking tot de als bevoegd voor het verzenden en ontvangen van de in dit aanhangsel bedoelde mededelingen aangewezen diensten en ambtenaren.

3.    In de EU laat dit aanhangsel de overdracht van op grond van dit aanhangsel verkregen informatie tussen de bevoegde diensten van de Europese Commissie en de douaneautoriteiten van de EU-lidstaten onverlet.


ARTIKEL 16

Overige overeenkomsten

Dit aanhangsel heeft voorrang boven de bepalingen van overeenkomsten inzake wederzijdse administratieve bijstand in douanezaken die tussen afzonderlijke EU-lidstaten en Andorra zijn of kunnen worden gesloten, voor zover die overeenkomsten onverenigbaar zijn met dit aanhangsel.

ARTIKEL 17

Raadpleging

Ten aanzien van de interpretatie en uitvoering van dit aanhangsel plegen de geassocieerde partijen onderling overleg teneinde een oplossing te vinden in het kader van het bij artikel 7 van het Andorra-protocol ingestelde Subcomité douanesamenwerking.



Aanhangsel 3

LIJST BEDOELD IN ARTIKEL 80, LID 7, VAN DE KADEROVEREENKOMST

1.    Administratieve Commissie voor de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (Verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad) 13

2.    Comité van Europese auditorstoezichthouders (Verordening (EU) nr. 537/2014 van het Europees Parlement en de Raad) 14

3.    Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (Verordening (EU) 2018/1971 van het Europees Parlement en de Raad) 15

4.    De groep coördinatoren voor de erkenning van beroepskwalificaties (Besluit 2007/172/EG van de Commissie) 16



Aanhangsel 4

EU-BEPALINGEN TER BESTRIJDING VAN FRAUDE ALS BEDOELD IN ARTIKEL 62, LID 1, VAN DE KADEROVEREENKOMST

1.    Richtlijn (EU) 2017/1371 van het Europees Parlement en de Raad 17

a)    Artikel 3 — Fraude waardoor de financiële belangen van de Unie worden geschaad

b)    Artikel 4 — Andere strafbare feiten waardoor de financiële belangen van de Unie worden geschaad

c)    Artikel 5 — Uitlokking, medeplichtigheid en poging

d)    Artikel 6 — Aansprakelijkheid van rechtspersonen

e)    Artikel 7 — Sancties met betrekking tot natuurlijke personen

f)    Artikel 9 — Sancties met betrekking tot rechtspersonen

g)    Artikel 12 — Verjaringstermijnen voor strafbare feiten waardoor de financiële belangen van de Unie worden geschaad


2.    Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 van het Europees Parlement en de Raad 18

a)    Artikel 7, lid 3, punt a) — toegang tot bankrekeninginformatie.

________________

BIJLAGE bij het Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

Brussel, 26.4.2024

COM(2024) 191 final

BIJLAGE I – ANDORRA-PROTOCOL

VOEDSELVEILIGHEID – VETERINAIR – FYTOSANITAIR BELEID

Lijst bedoeld in artikel 13 van de kaderovereenkomst

INHOUDSOPGAVE

DEEL I – ALGEMEEN

1    Levensmiddelenwetgeving    4

2    Officiële controles    14

3    Comités    33

4    Europese Autoriteit voor voedselveiligheid    35

5    Toetredingsakten    37

DEEL II – VETERINAIR

1    Controlesysteem in de interne markt    40

2    Controlesysteem voor invoer    64

3    Identificatie en registratie van dieren en registratie van hun verplaatsingen    83

4    Bestrijdingsmaatregelen voor dierziekten    87

5    Handel in levende dieren, sperma, eicellen en embryo’s binnen de Unie    113

6    Niet-commercieel verkeer van gezelschapsdieren    133

7    Verbod op stoffen en controle op residuen    135

8    Invoervoorschriften voor levende dieren en dierlijke producten    137

9    Internationale overeenkomsten van de Unie    272


10    Dierenwelzijn    337

11    Zoötechniek    342

DEEL III – HET IN DE HANDEL BRENGEN VAN LEVENSMIDDELEN, DIERVOEDERS EN DIERLIJKE BIJPRODUCTEN

1    Hygiënevoorschriften    346

2    Specifieke voorschriften voor dierlijke producten    351

3    Controlevoorschriften    361

4    Specifieke controlevoorschriften voor dierlijke producten    370

5    Voorschriften voor dierlijke bijproducten    385

6    Financiering van controles    389

7    Specifieke voorschriften voor diervoederhygiëne    390

DEEL IV – VOEDSELVEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN

1    Etikettering en presentatie van levensmiddelen alsmede de daarvoor gemaakte reclame, met inbegrip van voedings- en gezondheidsclaims en voedingswaarde-etikettering    391

2    Toegestane additieven en zuiverheidseisen    408

3    Voedingsenzymen    424

4    Extractiemiddelen    425

5    Aroma's    426

6    Voedselcontactmateriaal    432

7    Voedingssupplementen    437

8    Voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen    441

9    Diepgevroren levensmiddelen    443

10    Contaminanten    445

11    Nieuwe voedingsmiddelen    453

12    Ioniserende straling    504

13    Mineraalwater    506

14    Internationale overeenkomsten van de Unie    507


DEEL V – SPECIFIEKE VOORSCHRIFTEN VOOR DIERVOEDERS

1    Het in de handel brengen en het gebruik van diervoeders    539

2    Toevoegingsmiddelen in diervoeding    542

3    Ongewenste stoffen    626

4    Gemedicineerde diervoeders    630

5    Internationale overeenkomsten van de Unie    631

DEEL VI – FYTOSANITAIR

1    Gezondheid van planten – schadelijke organismen    654

2    Gezondheid van planten – gewasbeschermingsmiddelen    688

3    Kwaliteit van zaden en teeltmateriaal    882

4    Kwekersrechten    932

5    Internationale overeenkomsten van de Unie    936

DEEL VII – GENETISCH GEMODIFICEERDE ORGANISMEN

1    Introductie in het milieu    979

2    Genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders    987

INLEIDING

Wanneer de in deze bijlage genoemde rechtshandelingen begrippen bevatten of betrekking hebben op procedures die specifiek zijn voor de rechtsorde van de EU, zoals:

   overwegingen;

   de adressaten van de rechtshandelingen van de EU;

   verwijzingen naar gebieden of talen van de EU;


   verwijzingen naar rechten en verplichtingen van EU-lidstaten, hun overheidsorganen, ondernemingen of personen in relatie tot elkaar; en

   verwijzingen naar informatie- en kennisgevingsprocedures;

is Kaderprotocol nr. 1 betreffende horizontale aanpassingen van toepassing, tenzij in deze bijlage anders is bepaald.

BEDOELDE HANDELINGEN

DEEL I

ALGEMEEN

HOOFDSTUK 1

LEVENSMIDDELENWETGEVING

1.    32002 R 0178: Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden (PB L 31 van 01.02.2002, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32003 R 1642: Verordening (EG) nr. 1642/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 juli 2003 (PB L 245 van 29.09.2003, blz. 4),


   32006 R 0575: Verordening (EG) nr. 575/2006 van de Commissie van 7 april 2006 (PB L 100 van 8.4.2006, blz. 3),

   32008 R 0202: Verordening (EG) nr. 202/2008 van de Commissie van 4 maart 2008 (PB L 60 van 5.3.2008, blz. 17),

   32009 R 0596: Verordening (EG) nr. 596/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 (PB L 188 van 18.7.2009, blz. 14),

   32014 R 0652: Verordening (EG) nr. 652/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 (PB L 189 van 27.6.2014, blz. 1),

   32017 R 0228: Verordening (EU) 2017/228 van de Commissie van 9 februari 2017 (PB L 35 van 10.2.2017, blz. 10),

   32019 R 1381: Verordening (EU) 2019/1381 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 231 van 6.9.2019, blz. 1).

  1. Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van de verordening met de volgende aanpassingen gelezen:

  2. De verordening en de op grond daarvan vastgestelde handelingen zijn van toepassing op Andorra.

  3. Andorra neemt deel aan de wetenschappelijke werkzaamheden van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid, hierna “de Autoriteit” genoemd.

  1. Andorra wordt uitgenodigd waarnemers te zenden naar de bijeenkomsten van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, dat is belast met aangelegenheden die vallen binnen de besluiten waarnaar in de overeenkomst wordt verwezen. De vertegenwoordigers van Andorra nemen volledig deel aan alle werkzaamheden van het Comité, maar hebben geen stemrecht.

  2. De tekst van artikel 12 wordt vervangen door:

  3. “De wetgeving van Andorra inzake de productie, invoer en afzet van levensmiddelen en diervoeders moet overeenstemmen met de relevante voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, met daaronder doeltreffende maatregelen om ervoor te zorgen dat producten die in een EU-lidstaat uit het verkeer worden genomen, niet via Andorra naar een derde land kunnen worden uitgevoerd of wederuitgevoerd.”.

  4. Andorra ontvangt de in de artikel 32, lid 2, artikel 33, leden 4 en 6, en artikel 34, lid 4, bedoelde inlichtingen.

  5. De term “lidstaat/lidstaten” in artikel 28 van de verordening omvat, naast de betekenis die er in de verordening aan wordt gegeven, ook Andorra.

  6. Artikel 29 is van toepassing, maar wordt als volgt aangepast:

    1. Andorra kan de Autoriteit verzoeken over aangelegenheden die tot haar opdracht behoren, wetenschappelijk advies uit te brengen. Een dergelijk verzoek wordt in de eerste plaats gericht tot de Commissie, die, wanneer zij van oordeel is dat het verzoek van algemeen belang is, het aan de Autoriteit doorstuurt om het gevraagde advies in te winnen.

  7. Artikel 31 is van toepassing, maar wordt als volgt aangepast:

    1. Andorra kan de Autoriteit verzoeken wetenschappelijke en technische bijstand te verlenen als omschreven in artikel 31, met betrekking tot aangelegenheden die krachtens de overeenkomst onder zijn bevoegdheid vallen. Een dergelijk verzoek wordt in de eerste plaats gericht tot de Commissie, die, wanneer zij van oordeel is dat het verzoek van algemeen belang is, het aan de Autoriteit doorstuurt om het gevraagde advies in te winnen.

  8. In artikel 48 wordt het volgende toegevoegd:

  1. “In afwijking van artikel 12, lid 2, punt a), van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen, kunnen onderdanen van Andorra die over hun volledige burgerrechten beschikken, op basis van een contract door de directeur van het Agentschap in dienst worden genomen.”.

  1. De artikelen 53 en 54 zijn van toepassing, maar worden als volgt aangepast:

      1. Voor levensmiddelen of diervoeders van oorsprong uit de Gemeenschap of Andorra is het volgende van toepassing:

        1. Indien een overeenkomstsluitende partij voornemens is noodmaatregelen te nemen tegen de andere overeenkomstsluitende partij, stelt zij de andere partij daarvan onverwijld in kennis.

        2. Zonder afbreuk te doen aan de mogelijkheid de maatregelen terstond te doen ingaan, vindt er tussen de Europese Commissie en Andorra op verzoek van een van hen zo spoedig mogelijk overleg plaats om een passende oplossing te vinden.

        3. Wanneer geen overeenstemming wordt bereikt, kan elke partij de zaak voorleggen aan het Gemengd Comité. Wordt in dit comité geen overeenstemming bereikt, dan kan een overeenkomstsluitende partij passende maatregelen treffen. Deze maatregelen worden beperkt tot hetgeen voor het oplossen van de situatie strikt noodzakelijk is. Voorrang wordt gegeven aan maatregelen die de werking van de overeenkomst zo weinig mogelijk verstoren.

        4. Indien de Europese Commissie voor een deel van het grondgebied van de Unie een besluit inzake noodmaatregelen wil nemen, stelt zij Andorra daarvan onverwijld in kennis.

        5. Indien de Commissie voor een deel van het grondgebied van de Unie een besluit inzake noodmaatregelen neemt, stelt Andorra, na overleg en na onderzoek van de situatie, overeenkomstige maatregelen vast, tenzij uit de specifieke situatie blijkt dat dergelijke maatregelen niet gerechtvaardigd zijn. In dat geval stelt het de Commissie daarvan onmiddellijk in kennis.

        6. Er wordt zo spoedig mogelijk overlegd om een passende oplossing te vinden. Wanneer geen overeenstemming wordt bereikt, is de vierde alinea van lid a) van toepassing.

      2. Voor levensmiddelen en diervoeders uit een derde land is het volgende van toepassing:

  1. Andorra gaat gelijktijdig met de EU-lidstaten over tot noodmaatregelen die overeenkomen met de maatregelen die deze laatste ten aanzien van invoer uit derde landen hebben getroffen.

  2. Indien zich problemen voordoen in verband met de toepassing van een handeling van de Unie, brengt Andorra de zaak onmiddellijk ter kennis van het Gemengd Comité.

  3. De toepassing van het in dit lid bepaalde doet geen afbreuk aan de mogelijkheid van Andorra om, in afwachting van de vaststelling van de in punt a) bedoelde besluiten, unilateraal beschermende maatregelen te nemen.

  4. Het Gemengd Comité kan nota nemen van de besluiten van de Unie.

  1. Artikel 60 wordt als volgt gewijzigd:

    1. Aan lid 1 wordt het volgende toegevoegd:

    2. “Indien Andorra van mening is dat een door een EU-lidstaat genomen maatregel hetzij onverenigbaar is met deze verordening, hetzij van invloed kan zijn op de werking van de overeenkomst, legt het de zaak voor aan het Gemengd Comité. Dit geschiedt evenzo indien een EU-lidstaat van mening is dat een maatregel van Andorra hetzij onverenigbaar is met deze verordening, hetzij van invloed kan zijn op de werking van de overeenkomst.”;


2.    In de eerste en de laatste zin van lid 2 wordt “de twee betrokken lidstaten” vervangen door “Andorra en de betrokken EU-lidstaat” en wordt “de Commissie” vervangen door “het Gemengd Comité”. In de tweede zin wordt “kan de Commissie” vervangen door “kan het Gemengd Comité op verzoek van een van de overeenkomstsluitende partijen”.

  1. Andorra draagt financieel bij aan de begroting van de Autoriteit overeenkomstig artikel 68 van de kaderovereenkomst en het Andorra-protocol.

  2. Andorra kent de Autoriteit gelijkwaardige voorrechten en immuniteiten toe als zijn vervat in het Protocol betreffende voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen.

2.    32003 R 1304: Verordening (EG) nr. 1304/2003 van de Commissie van 11 juli 2003 inzake de door de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid gevolgde procedure bij haar voorgelegde verzoeken om wetenschappelijk advies (PB L 185 van 24.7.2003, blz. 6), gerectificeerd bij PB L 186 van 25.07.2003, blz. 46.

3.    32004 R 2230: Verordening (EG) nr. 2230/2004 van de Commissie van 23 december 2004 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad voor wat betreft het netwerk van organisaties die werkzaam zijn op de gebieden die behoren tot de opdracht van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (PB L 379 van 24.12.2004, blz. 64).

4.    32011 R 0016: Verordening (EU) nr. 16/2011 van de Commissie van 10 januari 2011 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor het systeem voor snelle waarschuwingen over levensmiddelen en diervoeders (PB L 6 van 11.1.2011, blz. 7).


5.    32019 D 0300: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/300 van de Commissie van 19 februari 2019 tot vaststelling van een algemeen plan voor crisismanagement op het gebied van de veiligheid van levensmiddelen en diervoeders (PB L 50 van 21.2.2019, blz. 55).

6.    32009 D 0726: Beschikking 2009/726/EG van de Commissie van 24 september 2009 betreffende door Frankrijk genomen tijdelijke beschermende maatregelen met betrekking tot het binnenbrengen op zijn grondgebied van melk en melkproducten, afkomstig van een bedrijf waar een geval van klassieke scrapie is bevestigd (PB L 258 van 1.10.2009, blz. 27).

7.    32010 D 0381: Besluit 2010/381/EU van de Commissie van 8 juli 2010 betreffende noodmaatregelen van toepassing op uit India ingevoerde zendingen aquacultuurproducten voor menselijke consumptie (PB L 174 van 9.7.2010, blz. 51), zoals gewijzigd bij:

   32012 D 0690: Uitvoeringsbesluit 2012/690/EU van de Commissie van 6 november 2012 (PB L 308 van 8.11.2012, blz. 21),

   32016 D 1774: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1774 van de Commissie van 4 oktober 2016 (PB L 271 van 6.10.2016, blz. 7).

8.    32011 D 0884: Uitvoeringsbesluit 2011/884/EU van de Commissie van 22 december 2011 inzake noodmaatregelen met betrekking tot niet-toegelaten genetisch gemodificeerde rijst in rijstproducten van oorsprong uit China en tot intrekking van Beschikking 2008/289/EG (PB L 343 van 23.12.2011, blz. 140), zoals gewijzigd bij:

   32013 D 0287: Uitvoeringsbesluit van de Commissie van 13 juni 2013 (PB L 162 van 14.6.2013, blz. 10).


9.    32013 R 0208: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 208/2013 van de Commissie van 11 maart 2013 betreffende de traceerbaarheidsvoorschriften voor kiemgroenten en voor de productie van kiemgroenten bestemde zaden (PB L 68 van 12.3.2013, blz. 16).

10.    32013 H 0165: Aanbeveling 2013/165/EU van de Commissie van 27 maart 2013 betreffende de aanwezigheid van T-2- en HT-2-toxine in granen en graanproducten (PB L 91 van 3.4.2013, blz. 12).

11.    32014 R 0853: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 853/2014 van de Commissie van 5 augustus 2014 tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1151/2009 tot vaststelling van bijzondere eisen voor de invoer van zonnebloemolie van oorsprong of verzonden uit Oekraïne (PB L 233 van 6.8.2014, blz. 25).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.

12.    32019 R 1793: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1793 van de Commissie van 22 oktober 2019 betreffende de tijdelijke verhoging van de officiële controles en noodmaatregelen met betrekking tot de binnenkomst in de Unie van bepaalde goederen uit bepaalde derde landen tot uitvoering van de Verordeningen (EU) 2017/625 en (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 669/2009, (EU) nr. 884/2014, (EU) 2015/175, (EU) 2017/186 en (EU) 2018/1660 van de Commissie (PB L 277 van 29.10.2019, blz. 89), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 1540: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1540 van de Commissie van 22 oktober 2020 (PB L 353 van 23.10.2020, blz. 4),

   32021 R 0608: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/608 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 119),


   32021 R 1900: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1900 van de Commissie van 27 oktober 2021 (PB L 387 van 3.11.2021, blz. 78),

   32021 R 2246: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2246 van de Commissie van 15 december 2021 (PB L 453 van 17.12.2021, blz. 5),

   32022 R 0913: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/913 van de Commissie van 30 mei 2022 (PB L 158 van 13.6.2022, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 188 van 15.7.2022, blz. 152,

   32022 R 2389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2389 van de Commissie van 7 december 2022 tot vaststelling van regels voor de eenvormige toepassing van de frequentie van de overeenstemmingscontroles en de materiële controles van zendingen planten, plantaardige producten en andere materialen die de Unie binnenkomen (PB L 316 van 8.12.2022, blz. 42).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.

13.    32020 R 1158: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1158 van de Commissie van 5 augustus 2020 betreffende de voorwaarden voor de invoer van levensmiddelen en diervoeders van oorsprong uit derde landen ingevolge het ongeluk in de kerncentrale van Tsjernobyl (PB L 257 van 6.8.2020, blz. 1).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.

14.    32021 R 1533: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1533 van de Commissie van 17 september 2021 tot vaststelling van bijzondere voorwaarden voor de invoer van levensmiddelen en diervoeders van oorsprong uit of verzonden vanuit Japan in verband met het ongeval in de kerncentrale van Fukushima en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) 2016/6 (PB L 330 van 20.9.2021, blz. 72).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.


HOOFDSTUK 2

OFFICIËLE CONTROLES

1.    32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005, (EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU) 2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen (EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG, 2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen 89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 137 van 24.5.2017, blz. 40, zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0478: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/478 van de Commissie van 14 januari 2019 (PB L 82 van 25.3.2019, blz. 4),

   32019 R 0627: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/627 van de Commissie van 10 oktober 2019 (PB L 131 van 17.5.2019, blz. 51), gerectificeerd bij PB L 325 van 16.12.2019, blz. 183,

   32021 R 1756: Verordening (EU) 2021/1756 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 357 van 8.10.2021, blz. 27).


Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing op artikel 22 en de overeenkomstige bepalingen betreffende de gezondheid van planten van deze verordening. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is een periode van twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

2.    32018 R 0631: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/631 van de Commissie van 7 februari 2018 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad door de instelling van referentielaboratoria van de Europese Unie voor plaagorganismen bij planten (PB L 105 van 25.4.2018, blz. 1).

3.    32019 R 0723: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/723 van de Commissie van 2 mei 2019 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft het standaardformulier dat in de door de lidstaten ingediende jaarverslagen moet worden gebruikt (PB L 124 van 13.5.2019, blz. 1).

4.    32019 R 0624: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/624 van de Commissie van 8 februari 2019 betreffende specifieke voorschriften voor de uitvoering van officiële controles van de productie van vlees en voor de productie- en de heruitzettingsgebieden van levende tweekleppige weekdieren overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 131 van 17.5.2019, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1422: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1422 van de Commissie van 26 april 2021 (PB L 307 van 1.9.2021, blz. 1),


   32022 R 2258: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/2258 van de Commissie van 9 september 2022 (PB L 299 van 18.11.2022, blz. 5).

5.    32019 R 0625: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/625 van de Commissie van 4 maart 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft voorwaarden voor de binnenkomst in de Unie van zendingen van voedselproducerende dieren en bepaalde voor menselijke consumptie bestemde goederen (PB L 131 van 17.5.2019, blz. 18), gerectificeerd bij PB L 176 van 5.6.2020, blz. 15, zoals gewijzigd bij:

   32020 R 2209: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2209 van de Commissie van 22 december 2020 (PB L 438 van 28.12.2020, blz. 24),

   32021 R 0573: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/573 van de Commissie van 1 februari 2021 (PB L 120 van 8.4.2021, blz. 6),

   32022 R 0887: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/887 van de Commissie van 28 maart 2022 (PB L 154 van 7.6.2022, blz. 23).

6.    32019 R 0627: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/627 van de Commissie van 15 maart 2019 tot vaststelling van eenvormige praktische regelingen voor de uitvoering van officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2074/2005 van de Commissie wat officiële controles betreft (PB L 131 van 17.5.2019, blz. 51), gerectificeerd bij PB L 325 van 16.12.2019, blz. 183, zoals gewijzigd bij:

   32020 R 2108: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2108 van de Commissie van 16 december 2020 (PB L 427 van 17.12.2020, blz. 1),


   32021 R 1709: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1709 van de Commissie van 23 september 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 84),

   32022 R 2503: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2503 van de Commissie van 19 december 2022 (PB L 325 van 20.12.2022, blz. 58).

7.    32019 R 0723: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/723 van de Commissie van 2 mei 2019 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft het standaardformulier dat in de door de lidstaten ingediende jaarverslagen moet worden gebruikt (PB L 124 van 13.5.2019, blz. 1).

8.    32019 R 1012: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1012 van de Commissie van 12 maart 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad door af te wijken van de voorschriften inzake de aanwijzing van controlepunten en de minimumvoorschriften voor grenscontroleposten (PB L 165 van 21.6.2019, blz. 4).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.

9.    32019 R 1013: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1013 van de Commissie van 16 april 2019 betreffende de voorafgaande kennisgeving van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen die de Unie binnenkomen (PB L 165 van 21.6.2019, blz. 8).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.


10.    32019 R 1014: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1014 van de Commissie van 12 juni 2019 tot vaststelling van nadere regels betreffende minimumvoorschriften voor grenscontroleposten, met inbegrip van inspectiecentra, en voor de vorm, de categorieën en afkortingen voor het opstellen van lijsten van grenscontroleposten en controlepunten (PB L 165 van 21.6.2019, blz. 10).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.

11.    32019 R 1081: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1081 van de Commissie van 8 maart 2019 tot vaststelling van voorschriften inzake specifieke opleidingsvereisten voor personeel voor het verrichten van bepaalde materiële controles aan grenscontroleposten (PB L 171 van 26.6.2019, blz. 1).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.

12.    32019 R 1602: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1602 van de Commissie van 23 april 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het gemeenschappelijk gezondheidsdocument van binnenkomst dat zendingen van dieren en goederen tot hun bestemming vergezelt (PB L 250 van 30.9.2019, blz. 6).

13.    32019 R 1666: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1666 van de Commissie van 24 juni 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de voorwaarden voor de monitoring van het vervoer en de aankomst van zendingen van bepaalde goederen van de grenscontrolepost van aankomst tot de vestiging op de plaats van bestemming in de Unie (PB L 255 van 4.10.2019, blz. 1).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.


14.    32019 R 1715: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1715 van de Commissie van 30 september 2019 tot vaststelling van regels inzake de werking van het informatiemanagementsysteem voor officiële controles en de systeemcomponenten ervan (PB L 261 van 14.10.2019, blz. 37), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0547: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/547 van de Commissie van 29 maart 2021 (PB L 109 van 30.3.2021, blz. 60).

15.    32019 R 1793: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1793 van de Commissie van 22 oktober 2019 betreffende de tijdelijke verhoging van de officiële controles en noodmaatregelen met betrekking tot de binnenkomst in de Unie van bepaalde goederen uit bepaalde derde landen tot uitvoering van de Verordeningen (EU) 2017/625 en (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 669/2009, (EU) nr. 884/2014, (EU) 2015/175, (EU) 2017/186 en (EU) 2018/1660 van de Commissie (PB L 277 van 29.10.2019, blz. 89), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 0625: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/625 van de Commissie van 6 mei 2020 (PB L 144 van 7.5.2020, blz. 13),

   32021 R 0608: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/608 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 119),

   32021 R 1900: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1900 van de Commissie van 27 oktober 2021 (PB L 387 van 3.11.2021, blz. 78),

   32021 R 2246: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2246 van de Commissie van 15 december 2021 (PB L 453 van 17.12.2021, blz. 5),


   32022 R 0913: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/913 van de Commissie van 30 mei 2022 , gerectificeerd bij PB L 188 van 15.7.2022, blz. 152.

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.

16.    32019 R 1873: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1873 van de Commissie van 7 november 2019 betreffende de procedures voor een gecoördineerde uitvoering, door de bevoegde autoriteiten, van verscherpte officiële controles aan grenscontroleposten van producten van dierlijke oorsprong, levende producten, dierlijke bijproducten en samengestelde producten (PB L 289 van 8.11.2019, blz. 50).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.

17.    32019 R 2074: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2074 van de Commissie van 23 september 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft voorschriften voor specifieke officiële controles op zendingen van bepaalde dieren en goederen die afkomstig zijn van en, nadat een derde land de binnenkomst ervan heeft geweigerd, terugkeren naar de Unie (PB L 316 van 6.12.2019, blz. 6).

18.    32019 R 2090: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2090 van de Commissie van 19 juni 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot gevallen van vermoedelijke of vastgestelde niet-naleving van de Unieregels die van toepassing zijn op het gebruik van in diergeneesmiddelen of als toevoegingsmiddel voor diervoeding toegelaten stoffen of residuen ervan of van de Unieregels die van toepassing zijn op het gebruik van verboden of niet-toegelaten farmacologisch werkzame stoffen of residuen ervan (PB L 317 van 9.12.2019, blz. 28).


19.    32019 R 2122: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2122 van de Commissie van 10 oktober 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft bepaalde categorieën dieren en goederen die van officiële controles aan grenscontroleposten zijn vrijgesteld, en specifieke controles van de persoonlijke bagage van passagiers en van kleine zendingen goederen die aan natuurlijke personen worden gezonden en niet bestemd zijn om in de handel te worden gebracht en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 142/2011 van de Commissie (PB L 321 van 12.12.2019, blz. 45), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 2089: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/2089 van de Commissie van 21 september 2021 (PB L 427 van 30.11.2021, blz. 149),

   32022 R 0887: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/887 van de Commissie van 28 maart 2022 (PB L 154 van 7.6.2022, blz. 23).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.

20.    32019 R 2123: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2123 van de Commissie van 10 oktober 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de regels voor de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder op controlepunten overeenstemmingscontroles en materiële controles op bepaalde goederen kunnen worden uitgevoerd, en voor de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder documentencontroles op afstand van de grenscontroleposten kunnen worden uitgevoerd (PB L 321 van 12.12.2019, blz. 64).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.


21.    32019 R 2124: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2124 van de Commissie van 10 oktober 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft voorschriften voor officiële controles van zendingen van dieren en goederen bij doorvoer, overlading en verder vervoer door de Unie, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 798/2008, (EG) nr. 1251/2008, (EG) nr. 119/2009, (EU) nr. 206/2010, (EU) nr. 605/2010, (EU) nr. 142/2011 en (EU) nr. 28/2012 van de Commissie, Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759 van de Commissie, en Beschikking 2007/777/EG van de Commissie (PB L 321 van 12.12.2019, blz. 73), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 2190: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/2190 van de Commissie van 29 oktober 2020 (PB L 434 van 23.12.2020, blz. 3).

22.    32019 R 2125: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2125 van de Commissie van 10 oktober 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor de uitvoering van specifieke officiële controles van houten verpakkingsmateriaal, de kennisgeving van bepaalde zendingen en de te nemen maatregelen in geval van niet-naleving (PB L 321 van 12.12.2019, blz. 99).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing op deze verordening. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is een periode van twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.


23.    32019 R 2126: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2126 van de Commissie van 10 oktober 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor specifieke officiële controles van bepaalde categorieën dieren en goederen, maatregelen die na de uitvoering van die controles moeten worden genomen, en bepaalde categorieën dieren en goederen die vrijgesteld zijn van officiële controles aan grenscontroleposten (PB L 321 van 12.12.2019, blz. 104).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.

24.    32019 R 2127: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2127 van de Commissie van 10 oktober 2019 tot wijziging van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de datum van toepassing van sommige bepalingen van de Richtlijnen 91/496/EEG, 97/78/EG en 2000/29/EG van de Raad (PB L 321 van 12.12.2019, blz. 111).

25.    32019 R 2128: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2128 van de Commissie van 12 november 2019 tot vaststelling van het model van officieel certificaat en van de regels voor de afgifte van officiële certificaten voor goederen die worden geleverd aan vaartuigen die de Unie verlaten en bestemd zijn voor bevoorrading van een schip of voor consumptie door de bemanning en passagiers, of aan een militaire basis van de NAVO of de Verenigde Staten van Amerika (PB L 321 van 12.12.2019, blz. 114).


26.    32019 R 2129: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2129 van de Commissie van 25 november 2019 tot vaststelling van regels voor de eenvormige toepassing van de frequentie van de overeenstemmingscontroles en de materiële controles van bepaalde zendingen dieren en goederen die de Unie binnenkomen (PB L 321 van 12.12.2019, blz. 122), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 2141: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2141 van de Commissie van 3 december 2021 (PB L 433 van 6.12.2021, blz. 5).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.

27.    32019 R 2130: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2130 van de Commissie van 25 november 2019 tot vaststelling van gedetailleerde regels voor de werkzaamheden die moeten worden uitgevoerd tijdens en na documentencontroles, overeenstemmingscontroles en materiële controles van dieren en goederen die onderworpen zijn aan officiële controles aan grenscontroleposten (PB L 321 van 12.12.2019, blz. 128).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.

28.    32020 R 1158: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1158 van de Commissie van 5 augustus 2020 betreffende de voorwaarden voor de invoer van levensmiddelen en diervoeders van oorsprong uit derde landen ingevolge het ongeluk in de kerncentrale van Tsjernobyl (PB L 257 van 6.8.2020, blz. 1).

29.    32020 D 1550: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1550 van de Commissie van 23 oktober 2020 tot vaststelling van het meerjarig controleprogramma voor de periode 2021-2025 dat door deskundigen van de Commissie in de lidstaten moet worden uitgevoerd om de toepassing van de agro-voedselketenwetgeving van de Unie te verifiëren (PB L 354 van 26.10.2020, blz. 9).


30.    32020 R 1641: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1641 van de Commissie van 5 november 2020 betreffende de invoer van voor menselijke consumptie bestemde levende, gekoelde, ingevroren of verwerkte tweekleppige weekdieren, stekelhuidigen, manteldieren en mariene buikpotigen uit de Verenigde Staten van Amerika (PB L 370 van 6.11.2020, blz. 4), zoals gewijzigd bij:

   32022 R 0158: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/158 van de Commissie van 4 februari 2022 (PB L 26 van 7.2.2022, blz. 1).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.

31.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),


   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),

   32022 R 0036: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/36 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 36),

   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).

32.    32021 R 0403: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/403 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen tussen lidstaten van zendingen van bepaalde categorieën landdieren en levende producten daarvan, en officiële certificering van dergelijke certificaten, en tot intrekking van Besluit 2010/470/EU (PB L 113 van 31.3.2021, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),


   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32022 R 0037: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/37 van de Commissie van 12 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 92),

   32022 R 0055: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/55 van de Commissie van 9 november 2021 (PB L 10 van 17.1.2022, blz. 4),

   32022 R 0250: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/250 van de Commissie van 21 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 19).

33.    32021 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/405 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen of regio’s daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 118), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 8, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0606: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/606 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 65),

   32021 R 1327: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1327 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 28),

   32022 R 0034: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/34 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 1),


   32022 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/363 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 40),

   32022 R 1389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1389 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 210 van 11.8.2022, blz. 1),

   32022 R 2293: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2293 van de Commissie van 18 november 2022 (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 31).

34.    32021 R 0630: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/630 van de Commissie van 16 februari 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft bepaalde categorieën van goederen die zijn vrijgesteld van officiële controles aan grenscontroleposten en tot wijziging van Beschikking 2007/275/EG van de Commissie (PB L 132 van 19.4.2021, blz. 17), zoals gewijzigd bij:

   32022 R 0887: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/887 van de Commissie van 28 maart 2022 (PB L 154 van 7.6.2022, blz. 23).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.


35.    32021 R 0632: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/632 van de Commissie van 13 april 2021 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de lijsten van aan officiële controles aan grenscontroleposten onderworpen dieren, producten van dierlijke oorsprong, levende producten, dierlijke bijproducten en afgeleide producten, samengestelde producten en hooi en stro, en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2007 van de Commissie en Beschikking 2007/275/EG van de Commissie (PB L 132 van 19.4.2021, blz. 24), zoals gewijzigd bij:

   32022 R 1322: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1322 van de Commissie van 25 juli 2022 (PB L 200 van 29.7.2022, blz. 25).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.

36.    32021 R 1353: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1353 van de Commissie van 17 mei 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder de bevoegde autoriteiten officiële laboratoria mogen aanwijzen die niet met betrekking tot alle door hen toegepaste methoden voor officiële controles of andere officiële activiteiten aan de voorwaarden van die verordening voldoen (PB L 291 van 13.8.2021, blz. 20).

37.    32021 R 1355: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1355 van de Commissie van 12 augustus 2021 betreffende door de lidstaten vast te stellen meerjarige nationale controleprogramma’s voor bestrijdingsmiddelenresiduen (PB L 291 van 13.8.2021, blz. 120).


Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing op deze verordening. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is een periode van twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

38.    32021 R 1533: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1533 van de Commissie van 17 september 2021 tot vaststelling van bijzondere voorwaarden voor de invoer van levensmiddelen en diervoeders van oorsprong uit of verzonden vanuit Japan in verband met het ongeval in de kerncentrale van Fukushima en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) 2016/6 (PB L 330 van 20.9.2021, blz. 72).

39.    32022 R 0931: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/931 van de Commissie van 23 maart 2022 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor de uitvoering van officiële controles in verband met verontreinigingen in levensmiddelen (PB L 162 van 17.6.2022, blz. 7).

40.    32022 R 0932: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/932 van de Commissie van 9 juni 2022 betreffende eenvormige praktische regelingen voor de uitvoering van officiële controles wat verontreinigingen in levensmiddelen betreft, specifieke aanvullende inhoud van meerjarige nationale controleplannen en specifieke aanvullende regelingen voor de opstelling daarvan (PB L 162 van 17.6.2022, blz. 13).

41.    32022 D 0575: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/575 van de Commissie van 6 april 2022 betreffende noodmaatregelen om het binnenbrengen in de Unie van mond-en-klauwzeer via zendingen hooi en stro uit derde landen of gebieden te voorkomen en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2208 (PB L 109 van 8.4.2022, blz. 69).


42.    32022 R 0671: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/671 van de Commissie van 4 februari 2022 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft specifieke regels inzake door de bevoegde autoriteiten verrichte officiële controles van dieren, producten van dierlijke oorsprong en levende producten, door de bevoegde autoriteit te ondernemen follow-upacties in geval van niet-naleving van de identificatie- en registratieregels voor runderen, schapen en geiten of van niet-naleving tijdens de doorvoer door de Unie van bepaalde runderen, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 494/98 van de Commissie (PB L 122 van 25.4.2022, blz. 17).

43.    32022 R 1428: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1428 van de Commissie van 24 augustus 2022 tot vaststelling van bemonsterings- en analysemethoden voor de controle op perfluoralkylstoffen in bepaalde levensmiddelen (PB L 221 van 26.8.2022, blz. 66).

44.    32022 R 1644: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/1644 van de Commissie van 7 juli 2022 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad met specifieke voorschriften voor de uitvoering van officiële controles op het gebruik van farmacologisch werkzame stoffen die als diergeneesmiddel of als toevoegingsmiddel voor diervoeding zijn toegelaten en van verboden of niet-toegelaten farmacologisch werkzame stoffen en residuen daarvan (PB L 248 van 26.9.2022, blz. 3).

45.    32022 R 1646: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1646 van de Commissie van 23 september 2022 betreffende eenvormige praktische regelingen voor de uitvoering van officiële controles met betrekking tot het gebruik van farmacologisch werkzame stoffen die als diergeneesmiddel of als toevoegingsmiddel voor diervoeding zijn toegelaten en van verboden of niet-toegelaten farmacologisch werkzame stoffen en residuen daarvan, betreffende de specifieke inhoud van meerjarige nationale controleplannen en specifieke regelingen voor de opstelling daarvan (PB L 248 van 26.9.2022, blz. 32).


46.    32022 R 2292: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/2292 van de Commissie van 6 september 2022 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft voorwaarden voor de binnenkomst in de Unie van zendingen van voedselproducerende dieren en bepaalde voor menselijke consumptie bestemde goederen (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 316 van 8.12.2022, blz. 100.

47.    32023 R 0174: Uitvoeringsverordening (EU) 2023/174 van de Commissie van 26 januari 2023 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1793 betreffende de tijdelijke verhoging van de officiële controles en noodmaatregelen met betrekking tot de binnenkomst in de Unie van bepaalde goederen uit bepaalde derde landen tot uitvoering van de Verordeningen (EU) 2017/625 en (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 25 van 27.1.2023, blz. 36).

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.


HOOFDSTUK 3

COMITÉS

1.    32002 R 0178: Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene    beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden – Artikelen 58, 59 en 62 (PB L 31 van 1.2.2002, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32003 R 1642: Verordening (EG) nr. 1642/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 juli 2003 (PB L 245 van 29.09.2003, blz. 4),

   32006 R 0575: Verordening (EG) nr. 575/2006 van de Commissie van 7 april 2006 (PB L 100 van 8.4.2006, blz. 3),

   32008 R 0202: Verordening (EG) nr. 202/2008 van de Commissie van 4 maart 2008 (PB L 60 van 5.3.2008, blz. 17),

   32009 R 0596: Verordening (EG) nr. 596/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 (PB L 188 van 18.7.2009, blz. 14),

   32014 R 0652: Verordening (EG) nr. 652/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 (PB L 189 van 27.6.2014, blz. 1),

   32017 R 0228: Verordening (EU) 2017/228 van de Commissie van 9 februari 2017 (PB L 35 van 10.2.2017, blz. 10),


   32019 R 1381: Verordening (EU) 2019/1381 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 231 van 6.9.2019, blz. 1).

2.    31977 D 0505: Besluit 77/505/EEG van de Raad van 25 juli 1977 tot instelling van een Permanent Zoötechnisch Comité (PB L 206 van 12.8.1977, blz. 11).


HOOFDSTUK 4

Europese Autoriteit voor voedselveiligheid

1.    32003 R 1304: Verordening (EG) nr. 1304/2003 van de Commissie van 11 juli 2003 inzake de door de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid gevolgde procedure bij haar voorgelegde verzoeken om wetenschappelijk advies (PB L 185 van 24.7.2003, blz. 6).

2.    32004 D 0478: Besluit 2004/478/EG van de Commissie van 29 april 2004 betreffende de goedkeuring van een algemeen plan voor crisismanagement op het gebied van levensmiddelen en diervoeders (PB L 160, 30.4.2004, blz. 98).

3.    32006 R 0575: Verordening (EG) nr. 575/2006 van de Commissie van 7 april 2006 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het aantal en de namen van de permanente wetenschappelijke panels van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (PB L 100 van 8.4.2006, blz. 3).

4.    32006 D 0478: Besluit 2006/478/EG van de Raad van 19 juni 2006 tot benoeming van de helft van de leden van de raad van bestuur van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (PB L 189 van 12.7.2006, blz. 7).

5.    32008 D 0486: Besluit 2008/486/EG van de Raad van 23 juni 2008 tot benoeming van de helft van de leden van de raad van bestuur van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (PB L 165 van 26.6.2008, blz. 8).

6.    32019 D 0300: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/300 van de Commissie van 19 februari 2019 tot vaststelling van een algemeen plan voor crisismanagement op het gebied van de veiligheid van levensmiddelen en diervoeders (PB L 50 van 21.2.2019, blz. 55).


Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van dit besluit met de volgende aanpassing gelezen:

Wanneer de Commissie constateert dat er sprake is van een situatie als bedoeld in artikel 56, lid 1, van Verordening (EG) nr. 178/2002 waarbij Andorra rechtstreeks betrokken is, en zij overeenkomstig artikel 56, lid 2, van Verordening (EG) nr. 178/2002 een crisiseenheid opricht, kan zij de door Andorra aangewezen crisiscoördinator(en) verzoeken aan de werkzaamheden van de crisiseenheid deel te nemen.


HOOFDSTUK 5

TOETREDINGSAKTEN

AFDELING A

TOETREDINGSAKTE VAN 2003

1.    12003T: Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden voor de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek en de aanpassing van de Verdragen waarop de Europese Unie is gegrond met inbegrip van Protocol nr. 10 over Cyprus (PB L 236 van 23.9.2003, blz. 33).

2.    32004 R 0866: Verordening (EG) nr. 866/2004 van de Commissie van 29 april 2004 inzake een regeling op grond van artikel 2 van Protocol nr. 10 van de Toetredingsakte (PB L 161 van 30.4.2004, blz. 128), gerectificeerd bij PB L 206 van 9.6.2004, blz. 51, zoals gewijzigd bij:

   32005 R 0293: Verordening (EG) nr. 293/2005 van de Raad van 17 februari 2005 (PB L 50 van 23.2.2005, blz. 1),

   32005 R 0601: Verordening (EG) nr. 601/2005 van de Commissie van 18 april 2005 (PB L 99 van 19.4.2005, blz. 10),

   32005 R 1283: Verordening (EG) nr. 1283/2005 van de Commissie van 3 augustus 2005 (PB L 203 van 4.8.2005, blz. 8),


   32013 R 0685: Verordening (EU) nr. 685/2013 van de Raad van 15 juli 2013 (PB L 196 van 19.7.2013, blz. 1).

3.    32004 R 1480: Verordening (EG) nr. 1480/2004 van de Commissie van 10 augustus 2004 tot vaststelling van specifieke regels met betrekking tot goederen die van oorsprong zijn uit gebieden waarover de regering van de Republiek Cyprus niet feitelijk het gezag uitoefent en die worden binnengebracht in gebieden waarover de regering wel feitelijk het gezag uitoefent (PB L 272 van 20.8.2004, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32011 R 0531: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 531/2011 van de Commissie van 31 mei 2011 (PB L 146 van 1.6.2011, blz. 4),

   32022 R 1166: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1166 van de Commissie van 6 juli 2022 (PB L 181 van 7.7.2022, blz. 11).

4.    32004 D 0604: Beschikking 2004/604/EG van de Commissie van 7 juli 2004 tot machtiging van de Turks-Cypriotische kamer van koophandel overeenkomstig artikel 4, lid 5, van Verordening (EG) nr. 866/2004 van de Raad (PB L 272 van 20.8.2004, blz. 12).

5.    32007 D 0330: Beschikking 2007/330/EG van de Commissie van 4 mei 2007 tot opheffing van het verbod op het verkeer van bepaalde dierlijke producten op het eiland Cyprus krachtens Verordening (EG) nr. 866/2004 van de Raad en tot vaststelling van de voorwaarden voor het verkeer van die producten (PB L 123 van 12.5.2007, blz. 30), zoals gewijzigd bij:

   32021 D 0586: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/586 van de Commissie van 12 april 2021 (PB L 126 van 13.4.2021, blz. 1).


AFDELING B

TOETREDINGSAKTE VAN 2005

6.    12005SA: Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden voor de Republiek Bulgarije en Roemenië en de aanpassing van de Verdragen waarop de Europese Unie is gegrond (PB L 157 van 21.6.2005, blz. 217).

AFDELING C

TOETREDINGSAKTE VAN 2012

7.    12012J: Akte betreffende de voorwaarden voor de toetreding van de Republiek Kroatië en de aanpassing van het Verdrag betreffende de Europese Unie, het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (PB L 112 van 24.4.2012, blz. 21).


DEEL II

VETERINAIR

Andorra past alle verplichtingen toe die voortvloeien uit door de EU gesloten internationale overeenkomsten, voor zover die verplichtingen betrekking hebben op veterinaire voorschriften die nodig zijn voor de goede werking van deze overeenkomst.

HOOFDSTUK 1

Controlesysteem in de interne markt

1.    32016 R 0429: Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 betreffende overdraagbare dierziekten en tot wijziging en intrekking van bepaalde handelingen op het gebied van diergezondheid (“diergezondheidswetgeving”) (PB L 84 van 31.3.2016, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 57 van 3.3.2017, blz. 65, PB L 137 van 24.5.2017, blz. 40 en PB L 48 van 11.2.2021, blz. 3, zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1),

   32018 R 1629: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/1629 van de Commissie van 25 juli 2018 (PB L 272 van 31.10.2018, blz. 11).


AFDELING A

Levende dieren, sperma, eicellen en embryo’s

2.    31993 D 0444: Beschikking 93/444/EEG van de Commissie van 2 juli 1993 houdende toepassingsbepalingen inzake het intracommunautaire handelsverkeer van bepaalde levende dieren    en producten bestemd voor uitvoer naar derde landen (PB L 208 van 19.8.1993, blz. 34).

3.    31994 D 0338: Beschikking 94/338/EG van de Commissie van 25 mei 1994 tot vaststelling van toepassingsbepalingen voor Richtlijn 90/425/EEG van de Raad met betrekking tot de monsterneming voor veterinaire controles op de plaats van bestemming (PB L 151 VAN 17.6.1994, blz. 36).

4.    31994 D 0339: Beschikking 94/339/EG van de Commissie van 25 mei 1994 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van artikel 9, lid 1, van Richtlijn 90/425/EEG van de Raad inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en producten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (PB L 151 van 17.6.1994, blz. 38).

5.    32015 D 0315: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/315 van de Commissie van 25 februari 2015 tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen in verband met hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5N8 in Duitsland (PB L 56 van 27.2.2015, blz. 68).

6.    32015 D 0522: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/522 van de Commissie van 25 maart 2015 tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen in verband met hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5N8 in Hongarije (PB L 82 van 27.3.2015, blz. 111).


7.    32018 R 1882: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1882 van de Commissie van 3 december 2018 betreffende de toepassing, op de categorieën in de lijst opgenomen ziekten, van bepaalde regels voor de preventie en bestrijding van ziekten en tot vaststelling van een lijst van soorten en groepen soorten die een aanzienlijk risico vormen in verband met de verspreiding van die ziekten (PB L 308 van 4.12.2018, blz. 21), zoals gewijzigd bij:

   32022 R 0925: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/925 van de Commissie van 14 juni 2022 (PB L 160 van 15.6.2022, blz. 30).

8.    32019 R 2035: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2035 van de Commissie van 28 juni 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor inrichtingen waar landdieren worden gehouden en broederijen, alsmede voor de traceerbaarheid van bepaalde gehouden landdieren en broedeieren (PB L 314 van 5.12.2019, blz. 115), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 1625: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1625 van de Commissie van 25 augustus 2020 (PB L 366 van 4.11.2020, blz. 1).

9.    32020 D 0368: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/368 van de Commissie van 3 maart 2020 tot goedkeuring van het programma voor de uitroeiing van Afrikaanse varkenspest bij wilde varkens in bepaalde gebieden van Slowakije (PB L 67 van 5.3.2020, blz. 137).


10.    32020 R 0688: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/688 van de Commissie van 17 december 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de diergezondheidsvoorschriften voor verplaatsingen binnen de Unie van landdieren en broedeieren (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 140), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1706: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1706 van de Commissie van 14 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 56),

   32023 R 0118: Gedelegeerde Verordening (EU) 2023/118 van de Commissie van 23 september 2022 (PB L 16 van 18.1.2023, blz. 1).

11.    32020 R 0689: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/689 van de Commissie van 17 december 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor bewaking, uitroeiingsprogramma’s en de ziektevrije status voor bepaalde in de lijst opgenomen ziekten en nieuwe ziekten (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 211), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0881: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/881 van de Commissie van 23 maart 2021 (PB L 194 van 2.6.2021, blz. 10).

12.    32020 R 0990: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/990 van de Commissie van 28 april 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de diergezondheids- en certificeringsvoorschriften voor verplaatsingen binnen de Unie van waterdieren en producten van dierlijke oorsprong van waterdieren (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 42).


13.    32020 R 0999: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/999 van de Commissie van 9 juli 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de erkenning van inrichtingen voor levende producten en de traceerbaarheid van levende producten van runderen, varkens, schapen, geiten en paardachtigen (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 99).

14.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),


   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),

   32022 R 0036: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/36 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 36),

   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).

15.    32021 R 0520: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/520 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de traceerbaarheid van bepaalde gehouden landdieren (PB L 104 van 25.3.2021, blz. 39), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1064: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1064 van de Commissie van 28 juni 2021 (PB L 229 van 29.6.2021, blz. 8).

16.    32021 D 0641: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/641 van de Commissie van 16 april 2021 betreffende bepaalde noodmaatregelen in verband met uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza in bepaalde lidstaten (PB L 134 van 20.4.2021, blz. 166), zoals gewijzigd bij:

   32021 D 0688: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/688 van de Commissie van 23 april 2021 (PB L 143 van 27.4.2021, blz. 44),


   32021 D 0766: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/766 van de Commissie van 7 mei 2021 (PB L 165I van 11.5.2021, blz. 1),

   32021 D 0846: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/846 van de Commissie van 25 mei 2021 (PB L 187 van 27.5.2021, blz. 2),

   32021 D 0906: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/906 van de Commissie van 3 juni 2021 (PB L 199I van 7.6.2021, blz. 1),

   32021 D 0989: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/989 van de Commissie van 17 juni 2021 (PB L 218 van 18.6.2021, blz. 41),

   32021 D 1084: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1084 van de Commissie van 30 juni 2021 (PB L 235 van 2.7.2021, blz. 14),

   32021 D 1146: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1146 van de Commissie van 12 juli 2021 (PB L 247I van 13.7.2021, blz. 1),

   32021 D 1186: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1186 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 257 van 19.7.2021, blz. 5),

   32021 D 1307: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1307 van de Commissie van 6 augustus 2021 (PB L 285 van 9.8.2021, blz. 1),

   32021 D 1395: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1395 van de Commissie van 20 augustus 2021 (PB L 300 van 24.8.2021, blz. 70),


   32021 D 1454: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1454 van de Commissie van 6 september 2021 (PB L 316 van 7.9.2021, blz. 1),

   32021 D 1485: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1485 van de Commissie van 15 september 2021 (PB L 328 van 16.9.2021, blz. 4),

   32021 D 1766: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1766 van de Commissie van 7 oktober 2021 (PB L 358 van 8.10.2021, blz. 1),

   32021 D 1872: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1872 van de Commissie van 25 oktober 2021 (PB L 379 van 26.10.2021, blz. 53),

   32021 D 1908: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1908 van de Commissie van 3 november 2021 (PB L 390 van 4.11.2021, blz. 39),

   32021 D 1982: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1982 van de Commissie van 12 november 2021 (PB L 403 van 15.11.2021, blz. 1),

   32021 D 2100: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/2100 van de Commissie van 29 november 2021 (PB L 428 van 30.11.2021, blz. 3),

   32021 D 2186: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/2186 van de Commissie van 9 december 2021 (PB L 444 van 10.12.2021, blz. 110),

   32021 D 2310: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/2310 van de Commissie van 21 december 2021 (PB L 461I van 27.12.2021, blz. 1),


   32022 D 0053: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/53 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 9 van 14.1.2022, blz. 44),

   32022 D 0106: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/106 van de Commissie van 21 januari 2022 (PB L 18 van 27.1.2022, blz. 11),

   32022 D 0145: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/145 van de Commissie van 31 januari 2022 (PB L 24 van 3.2.2022, blz. 6),

   32022 D 0198: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/198 van de Commissie van 9 februari 2022 (PB L 31 van 14.2.2022, blz. 56),

   32022 D 0257: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/257 van de Commissie van 21 februari 2022 (PB L 42 van 23.2.2022, blz. 9),

   32022 D 0349: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/349 van de Commissie van 28 februari 2022 (PB L 64 van 2.3.2022, blz. 60),

   32022 D 0417: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/417 van de Commissie van 8 maart 2022 (PB L 85 van 14.3.2022, blz. 42),

   32022 D 0522: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/522 van de Commissie van 29 maart 2022 (PB L 104 van 1.4.2022, blz. 74),

   32022 D 0623: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/623 van de Commissie van 11 april 2022 (PB L 115 van 13.4.2022, blz. 90),


   32022 D 0690: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/690 van de Commissie van 26 april 2022 (PB L 128 van 2.5.2022, blz. 3),

   32022 D 0745: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/745 van de Commissie van 11 mei 2022 (PB L 137 van 16.5.2022, blz. 84),

   32022 D 0817: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/817 van de Commissie van 20 mei 2022 (PB L 146 van 25.5.2022, blz. 13),

   32022 D 0898: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/898 van de Commissie van 3 juni 2022 (PB L 156 van 9.6.2022, blz. 3),

   32022 D 0963: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/963 van de Commissie van 17 juni 2022 (PB L 165 van 21.6.2022, blz. 47),

   32022 D 1021: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1021 van de Commissie van 27 juni 2022 (PB L 170 van 28.6.2022, blz. 85),

   32022 D 1200: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1200 van de Commissie van 11 juli 2022 (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 138),

   32022 D 1320: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1320 van de Commissie van 26 juli 2022 (PB L 199 van 28.7.2022, blz. 12),

   32022 D 1351: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1351 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 203 van 3.8.2022, blz. 3),


   32022 D 1402: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1402 van de Commissie van 12 augustus 2022 (PB L 213 van 16.8.2022, blz. 65),

   32022 D 1433: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1433 van de Commissie van 26 augustus 2022 (PB L 223 van 29.8.2022, blz. 1),

   32022 D 1483: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1483 van de Commissie van 6 september 2022 (PB L 233 van 8.9.2022, blz. 52),

   32022 D 1627: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1627 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 244 van 21.9.2022, blz. 19),

   32022 D 1853: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1853 van de Commissie van 30 september 2022 (PB L 257 van 5.10.2022, blz. 13),

   32022 D 1996: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1996 van de Commissie van 14 oktober 2022 (PB L 273 van 21.10.2022, blz. 24),

   32022 D 2098: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/2098 van de Commissie van 25 oktober 2022 (PB L 281 van 31.10.2022, blz. 73),

   32022 D 2176: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/2176 van de Commissie van 31 oktober 2022 (PB L 286 van 8.11.2022, blz. 9),

   32022 D 2322: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/2322 van de Commissie van 21 november 2022 (PB L 307 van 28.11.2022, blz. 164),


   32023 D 0009: Uitvoeringsbesluit (EU) 2023/9 van de Commissie van 20 december 2022 (PB L 2 van 4.1.2023, blz. 34),

   32023D0125: Uitvoeringsbesluit (EU) 2023/125 van de Commissie van 10 januari 2023 (PB L 16 van 18.1.2023, blz. 42).

17.    32021 R 2037: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2037 van de Commissie van 22 november 2021 betreffende uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat vrijstellingen van de verplichtingen inzake de registratie van aquacultuurinrichtingen en de documentatie van exploitanten betreft (PB L 416 van 23.11.2021, blz. 80).

18.    32022 R 1345: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1345 van de Commissie van 1 augustus 2022 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de registratie en erkenning van inrichtingen waar landdieren worden gehouden en waar levende producten worden gewonnen, geproduceerd, behandeld of opgeslagen (PB L 202 van 2.8.2022, blz. 27).

19.    32022 D 2333: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/2333 van de Commissie van 23 november 2022 tot vaststelling van bepaalde noodmaatregelen in verband met schapen- en geitenpokken in Spanje en tot intrekking van Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1913 (PB L 308 van 29.11.2022, blz. 22).


AFDELING B

Dierlijke producten

20.    32013 D 0443: Uitvoeringsbesluit 2013/443/EU van de Commissie 27 augustus 2013 tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen in verband met hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H7N7 in Italië, inclusief de instelling van verdere beperkingsgebieden, en tot intrekking van Uitvoeringsbesluit 2013/439/EU (PB L 230 van 29.8.2013, blz. 20), zoals gewijzigd bij:

   32013 D 0453: Uitvoeringsbesluit 2013/453/EU van de Commissie van 11 september 2013 (PB L 244 van 13.9.2013, blz. 34).

21.    32015 D 0315: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/315 van de Commissie van 25 februari 2015 tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen in verband met hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5N8 in Duitsland (PB L 56 van 27.2.2015, blz. 68).

22.    32019 R 0627: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/627 van de Commissie van 15 maart 2019 tot vaststelling van eenvormige praktische regelingen voor de uitvoering van officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2074/2005 van de Commissie wat officiële controles betreft (PB L 131 van 17.5.2019, blz. 51), gerectificeerd bij PB L 325 van 16.12.2019, blz. 183, zoals gewijzigd bij:

   32020 R 2108: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2108 van de Commissie van 16 december 2020 (PB L 427 van 17.12.2020, blz. 1),


   32021 R 1709: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1709 van de Commissie van 23 september 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 84),

   32022 R 2503: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2503 van de Commissie van 19 december 2022 (PB L 325 van 20.12.2022, blz. 58).

23.    32020 R 0990: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/990 van de Commissie van 28 april 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de diergezondheids- en certificeringsvoorschriften voor verplaatsingen binnen de Unie van waterdieren en producten van dierlijke oorsprong van waterdieren (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 42).

24.    32020 R 2154: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/2154 van de Commissie van 14 oktober 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de diergezondheids-, certificerings- en kennisgevingsvoorschriften voor verplaatsingen binnen de Unie van van landdieren afkomstige producten van dierlijke oorsprong (PB L 431 van 21.12.2020, blz. 5).


25.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),

   32022 R 0036: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/36 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 36),


   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75),

   32022 D 1189: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1189 van de Commissie van 8 juli 2022 tot vaststelling van bepaalde noodmaatregelen in verband met Afrikaanse varkenspest in Duitsland (PB L 184 van 11.7.2022, blz. 66).

AFDELING C

Certificering

26.    32020 R 0990: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/990 van de Commissie van 28 april 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de diergezondheids- en certificeringsvoorschriften voor verplaatsingen binnen de Unie van waterdieren en producten van dierlijke oorsprong van waterdieren (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 42).

AFDELING D

FINANCIERING VAN CONTROLES

Zie deel III, hoofdstuk 6.


AFDELING E

Vrijwaringsmaatregelen

27.    32001 D 0304: Beschikking 2001/304/EG van de Commissie van 11 april 2001 inzake het merken en het gebruik van bepaalde dierlijke producten in verband met Beschikking 2001/172/EG tot vaststelling van beschermende maatregelen in verband met mond- en klauwzeer in het Verenigd Koninkrijk (PB L 104 van 13.4.2001, blz. 6) zoals gewijzigd bij:

   32002 L 0049: Besluit 2002/49/EG van de Commissie van 23 januari 2002 (PB L 189 van 18.7.2002, blz. 12).

28.    32002 D 0153: Beschikking 2002/153/EG van de Commissie van 20 februari 2002 houdende vaststelling van beschermende maatregelen in verband met mond- en klauwzeer in het Verenigd Koninkrijk, houdende intrekking van Beschikking 2001/740/EG en houdende achtste wijziging van Beschikking 2001/327/EG (PB L 50 van 21.2.2002, blz. 98).

29.    32007 D 0314: Beschikking 2007/314/EG van de Commissie van 30 april 2007 betreffende door Slovenië genomen maatregelen naar aanleiding van uitbraken van klassieke varkenspest in Kroatië (PB L 118 van 8.5.2007, blz. 19).

30.    32006 D 0605: Beschikking 2006/605/EG van de Commissie van 6 september 2006 tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen voor het intracommunautaire handelsverkeer in pluimvee dat bestemd is om in het wild te worden uitgezet (PB L 246 van 8.9.2006, blz. 12).


31.    32023 D 0110: Uitvoeringsbesluit (EU) 2023/110 van de Commissie van 12 januari 2023 tot vaststelling van noodmaatregelen met betrekking tot bevestigde gevallen van infestatie met de kleine kastkever (Aethina tumida) in Italië en Frankrijk en tot intrekking van Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/597 (PB L 13 van 16.1.2023, blz. 5).

32.    32021 R 0605: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/605 van de Commissie van 7 april 2021 tot vaststelling van bijzondere maatregelen ter bestrijding van Afrikaanse varkenspest (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0623: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/623 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 137),

   32021 R 0687: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/687 van de Commissie van 26 april 2021 (PB L 143 van 27.4.2021, blz. 11),

   32021 R 0811: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/811 van de Commissie van 20 mei 2021 (PB L 180 van 21.5.2021, blz. 114),

   32021 R 0902: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/902 van de Commissie van 3 juni 2021 (PB L 197 van 4.6.2021, blz. 76),

   32021 R 0952: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/952 van de Commissie van 11 juni 2021 (PB L 209 van 14.6.2021, blz. 95),

   32021 R 0994: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/994 van de Commissie van 18 juni 2021 (PB L 219 van 21.6.2021, blz. 1),


   32021 R 1090: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1090 van de Commissie van 2 juli 2021 (PB L 236 van 5.7.2021, blz. 10),

   32021 R 1141: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1141 van de Commissie van 12 juli 2021 (PB L 247 van 13.7.2021, blz. 55),

   32021 R 1205: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1205 van de Commissie van 20 juli 2021 (PB L 261 van 22.7.2021, blz. 8),

   32021 R 1268: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1268 van de Commissie van 29 juli 2021 (PB L 277 van 2.8.2021, blz. 99),

   32021 R 1371: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1371 van de Commissie van 16 augustus 2021 (PB L 294 van 17.8.2021, blz. 14),

   32021 R 1453: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1453 van de Commissie van 3 september 2021 (PB L 313 van 6.9.2021, blz. 35),

   32021 R 1714: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1714 van de Commissie van 24 september 2021 (PB L 342 van 27.9.2021, blz. 5),

   32021 R 1794: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1794 van de Commissie van 8 oktober 2021 (PB L 361 van 12.10.2021, blz. 4),

   32021 R 1850: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1850 van de Commissie van 21 oktober 2021 (PB L 374 van 22.10.2021, blz. 12),


   32021 R 1907: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1907 van de Commissie van 3 november 2021 (PB L 390 van 4.11.2021, blz. 1),

   32021 R 2024: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2024 van de Commissie van 18 november 2021 (PB L 411 van 19.11.2021, blz. 3),

   32021 R 2110: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2110 van de Commissie van 30 november 2021 (PB L 429 van 1.12.2021, blz. 108),

   32021 R 2249: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2249 van de Commissie van 16 december 2021 (PB L 453 van 17.12.2021, blz. 48),

   32021 R 2308: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2308 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 461 van 27.12.2021, blz. 40),

   32022 R 0065: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/65 van de Commissie van 17 januari 2022 (PB L 11 van 18.1.2022, blz. 13),

   32022 R 0097: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/97 van de Commissie van 25 januari 2022 (PB L 17 van 26.1.2022, blz. 3),

   32022 R 0136: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/136 van de Commissie van 31 januari 2022 (PB L 22 van 1.2.2022, blz. 5),

   32022 R 0205: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/205 van de Commissie van 14 februari 2022 (PB L 34 van 16.2.2022, blz. 6),


   32022 R 0587: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/587 van de Commissie van 8 april 2022 (PB L 112 van 11.4.2022, blz. 11),

   32022 R 0705: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/705 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 64),

   32022 R 0743: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/743 van de Commissie van 13 mei 2022 (PB L 137 van 16.5.2022, blz. 45),

   32022 R 0852: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/852 van de Commissie van 20 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 23),

   32022 R 0889: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/889 van de Commissie van 3 juni 2022 (PB L 154 van 7.6.2022, blz. 37),

   32022 R 0917: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/917 van de Commissie van 13 juni 2022 (PB L 159 van 14.6.2022, blz. 3),

   32022 R 0946: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/946 van de Commissie van 17 juni 2022 (PB L 164 van 20.6.2022, blz. 23),

   32022 R 1196: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1196 van de Commissie van 11 juli 2022 (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 77),

   32022 R 1234: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1234 van de Commissie van 18 juli 2022 (PB L 190 van 19.7.2022, blz. 79),


   32022 R 1325: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1325 van de Commissie van 28 juli 2022 (PB L 200 van 29.7.2022, blz. 109),

   32022 R 1366: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1366 van de Commissie van 4 augustus 2022 (PB L 205 van 5.8.2022, blz. 234),

   32022 R 1413: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1413 van de Commissie van 19 augustus 2022 (PB L 217 van 22.8.2022, blz. 6),

   32022 R 1460: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1460 van de Commissie van 2 september 2022 (PB L 229 van 5.9.2022, blz. 27),

   32022 R 1617: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1617 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 47),

   32022 R 1841: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1841 van de Commissie van 30 september 2022 (PB L 254 van 3.10.2022, blz. 3),

   32022 R 1911: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1911 van de Commissie van 6 oktober 2022 (PB L 261 van 7.10.2022, blz. 6),

   32022 R 2067: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2067 van de Commissie van 25 oktober 2022 (PB L 277 van 27.10.2022, blz. 106),

   32022 R 2204: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2204 van de Commissie van 11 november 2022 (PB L 293 van 14.11.2022, blz. 5),


   32022 R 2348: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2348 van de Commissie van 1 december 2022 (PB L 311 van 2.12.2022, blz. 97),

   32022 R 2437: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2437 van de Commissie van 9 december 2022 (PB L 319 van 13.12.2022, blz. 16),

   32022 R 2486: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2486 van de Commissie van 16 december 2022 (PB L 323 van 19.12.2022, blz. 33).

33.    32022 D 1189: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1189 van de Commissie van 8 juli 2022 tot vaststelling van bepaalde noodmaatregelen in verband met Afrikaanse varkenspest in Duitsland (PB L 184 van 11.7.2022, blz. 66).

34.    32022 D 1639: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1639 van de Commissie van 21 september 2022 tot vaststelling van bepaalde tijdelijke noodmaatregelen in verband met schapen-en-geitenpokken in Spanje (PB L 247 van 23.9.2022, blz. 69).


AFDELING F

Melding en rapportage van in de lijst opgenomen ziekten

35.    32020 R 2002: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2002 van de Commissie van 7 december 2020 tot vaststelling van de regels voor de toepassing van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de melding en de rapportage in de Unie van in de lijst opgenomen ziekten, de modellen en procedures voor de indiening en rapportage van bewakingsprogramma’s en uitroeiingsprogramma’s van de Unie en voor aanvragen voor erkenning van de ziektevrije status, en het geautomatiseerd informatiesysteem (PB L 412 van 8.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32022 R 1183: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1183 van de Commissie van 8 juli 2022 (PB L 184 van 11.7.2022, blz. 6).


HOOFDSTUK 2

Controlesysteem voor invoer

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.

AFDELING A

Levende dieren

1.    32020 R 0692: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/692 van de Commissie van 30 januari 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor de binnenkomst in de Unie en het na binnenkomst verplaatsen van en werken met zendingen van bepaalde dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 379), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1703: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1703 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 29),

   32021 R 1705: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1705 van de Commissie van 14 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 40),

   32022 R 0054: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/54 van de Commissie van 21 oktober 2021 (PB L 10 van 17.1.2022, blz. 1).


2.    32021 R 0404: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/404 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen en gebieden of zones daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 1, gerectificeerd bij PB L 207 van 9.8.2022, blz. 115 en PB L 72 van 7.3.2022, blz. 9, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0634: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/634 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 132 van 19.4.2021, blz. 108),

   32021 R 1178: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1178 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 63),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1692: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1692 van de Commissie van 21 september 2021 (PB L 334 van 22.9.2021, blz. 9),

   32021 R 1727: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1727 van de Commissie van 29 september 2021 (PB L 345 van 30.9.2021, blz. 1),

   32021 R 1937: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1937 van de Commissie van 9 november 2021 (PB L 396 van 10.11.2021, blz. 36),


   32021 R 1977: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1977 van de Commissie van 12 november 2021 (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 60),

   32021 R 2031: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2031 van de Commissie van 19 november 2021 (PB L 415 van 22.11.2021, blz. 20),

   32021 R 2107: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2107 van de Commissie van 26 november 2021 (PB L 429 van 1.12.2021, blz. 92),

   32021 R 2143: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2143 van de Commissie van 3 december 2021 (PB L 433 van 6.12.2021, blz. 11),

   32021 R 2172: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2172 van de Commissie van 8 december 2021 (PB L 440 van 9.12.2021, blz. 1),

   32021 R 2240: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2240 van de Commissie van 15 december 2021 (PB L 450 van 16.12.2021, blz. 137),

   32021 R 2291: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2291 van de Commissie van 21 december 2021 (PB L 458 van 22.12.2021, blz. 494),

   32022 R 0035: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/35 van de Commissie van 6 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 14),

   32022 R 0038: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/38 van de Commissie van 12 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 126),


   32022 R 0080: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/80 van de Commissie van 19 januari 2022 (PB L 13 van 20.1.2022, blz. 37),

   32022 R 0104: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/104 van de Commissie van 26 januari 2022 (PB L 18 van 27.1.2022, blz. 4),

   32022 R 0194: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/194 van de Commissie van 10 februari 2022 (PB L 31 van 14.2.2022, blz. 21),

   32022 R 0215: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/215 van de Commissie van 17 februari 2022 (PB L 37 van 18.2.2022, blz. 28),

   32022 R 0249: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/249 van de Commissie van 18 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 16),

   32022 R 0250: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/250 van de Commissie van 21 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 19),

   32022 R 0305: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/305 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 46 van 25.2.2022, blz. 84),

   32022 R 0364: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/364 van de Commissie van 3 maart 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 45),

   32022 R 0416: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/416 van de Commissie van 11 maart 2022 (PB L 85 van 14.3.2022, blz. 28),


   32022 R 0424: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/424 van de Commissie van 14 maart 2022 (PB L 87 van 15.3.2022, blz. 14),

   32022 R 0528: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/528 van de Commissie van 1 april 2022 (PB L 105 van 4.4.2022, blz. 14),

   32022 R 0588: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/588 van de Commissie van 8 april 2022 (PB L 112 van 11.4.2022, blz. 48),

   32022 R 0649: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/649 van de Commissie van 20 april 2022 (PB L 119 van 21.4.2022, blz. 5),

   32022 R 0678: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/678 van de Commissie van 26 april 2022 (PB L 124 van 27.4.2022, blz. 1),

   32022 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/704 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 10),

   32022 R 0742: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/742 van de Commissie van 13 mei 2022 (PB L 137 van 16.5.2022, blz. 25),

   32022 R 0792: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/792 van de Commissie van 19 mei 2022 (PB L 141 van 20.5.2022, blz. 18),

   32022 R 0845: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/845 van de Commissie van 30 mei 2022 (PB L 148 van 31.5.2022, blz. 26),


   32022 R 0914: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/914 van de Commissie van 10 juni 2022 (PB L 158 van 13.6.2022, blz. 27),

   32022 R 0928: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/928 van de Commissie van 15 juni 2022 (PB L 161 van 16.6.2022, blz. 67),

   32022 R 0976: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/976 van de Commissie van 22 juni 2022 (PB L 167 van 24.6.2022, blz. 38),

   32022 R 1040: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1040 van de Commissie van 29 juni 2022 (PB L 173 van 30.6.2022, blz. 61),

   32022 R 1197: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1197 van de Commissie van 11 juli 2022 (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 117),

   32022 R 1306: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1306 van de Commissie van 25 juli 2022 (PB L 197 van 26.7.2022, blz. 102),

   32022 R 1385: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1385 van de Commissie van 8 augustus 2022 (PB L 207 van 9.8.2022, blz. 115),

   32022 R 1429: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1429 van de Commissie van 25 augustus 2022 (PB L 221 van 26.8.2022, blz. 74),

   32022 R 1454: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1454 van de Commissie van 1 september 2022 (PB L 228 van 2.9.2022, blz. 33),


   32022 R 1618: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1618 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 90),

   32022 R 1619: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1619 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 141),

   32022 R 1676: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1676 van de Commissie van 29 september 2022 (PB L 252 van 30.9.2022, blz. 17),

   32022 R 2061: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2061 van de Commissie van 24 oktober 2022 (PB L 276 van 26.10.2022, blz. 69),

   32022 R 2183: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2183 van de Commissie van 8 november 2022 (PB L 288 van 9.11.2022, blz. 21),

   32022 R 2316: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2316 van de Commissie van 25 november 2022 (PB L 307 van 28.11.2022, blz. 57),

   32022 R 2329: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2329 van de Commissie van 28 november 2022 (PB L 308 van 29.11.2022, blz. 5),

   32022 R 2361: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2361 van de Commissie van 1 december 2022 (PB L 312 van 5.12.2022, blz. 5),

   32022 R 2487: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2487 van de Commissie van 16 december 2022 (PB L 323 van 19.12.2022, blz. 75).


AFDELING B

Dierlijke producten

3.    32005 D 0092: Beschikking 2005/92/EG van de Commissie van 2 februari 2005 inzake de veterinairrechtelijke voorschriften, de certificering en overgangsbepalingen met betrekking tot het binnenbrengen van en de opslagperiode voor zendingen van bepaalde producten van dierlijke oorsprong in vrije zones, vrije entrepots en inrichtingen van handelaren die leveren aan grensoverschrijdende zeevervoermiddelen in de Gemeenschap (PB L 31 van 4.2.2005, blz. 62), zoals gewijzigd bij:

   32005 D 0755: Besluit 2005/755/EG van de Commissie van 25 oktober 2005 (PB L 284 van 27.10.2005, blz. 8).

4.    32005 D 0093: Beschikking 2005/93/EG van de Commissie van 2 februari 2005 tot vaststelling van overgangsbepalingen met betrekking tot het binnenbrengen van en de opslagperiode voor zendingen van bepaalde producten van dierlijke oorsprong in douane-entrepots in de Gemeenschap (PB L 31 van 4.2.2005, blz. 64), zoals gewijzigd bij:

   32005 D 0755: Besluit 2005/755/EG van de Commissie van 25 oktober 2005 (PB L 284 van 27.10.2005, blz. 8).

5.    32019 R 1871: Verordening (EU) 2019/1871 van de Commissie van 7 november 2019 betreffende actiedrempels voor niet-toegelaten farmacologisch werkzame stoffen in levensmiddelen van dierlijke oorsprong en tot intrekking van Beschikking 2005/34/EG (PB L 289 van 8.11.2019, blz. 41).


6.    32020 R 0692: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/692 van de Commissie van 30 januari 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor de binnenkomst in de Unie en het na binnenkomst verplaatsen van en werken met zendingen van bepaalde dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 379), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1703: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1703 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 29),

   32021 R 1705: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1705 van de Commissie van 14 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 40),

   32022 R 0054: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/54 van de Commissie van 21 oktober 2021 (PB L 10 van 17.1.2022, blz. 1).

7.    32021 R 0404: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/404 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen en gebieden of zones daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 9, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0634: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/634 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 132 van 19.4.2021, blz. 108),

   32021 R 1178: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1178 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 63),


   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1692: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1692 van de Commissie van 21 september 2021 (PB L 334 van 22.9.2021, blz. 9),

   32021 R 1727: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1727 van de Commissie van 29 september 2021 (PB L 345 van 30.9.2021, blz. 1),

   32021 R 1937: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1937 van de Commissie van 9 november 2021 (PB L 396 van 10.11.2021, blz. 36),

   32021 R 1977: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1977 van de Commissie van 12 november 2021 (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 60),

   32021 R 2031: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2031 van de Commissie van 19 november 2021 (PB L 415 van 22.11.2021, blz. 20),

   32021 R 2107: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2107 van de Commissie van 26 november 2021 (PB L 429 van 1.12.2021, blz. 92),

   32021 R 2143: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2143 van de Commissie van 3 december 2021 (PB L 433 van 6.12.2021, blz. 11),


   32021 R 2172: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2172 van de Commissie van 8 december 2021 (PB L 440 van 9.12.2021, blz. 1),

   32021 R 2240: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2240 van de Commissie van 15 december 2021 (PB L 450 van 16.12.2021, blz. 137),

   32021 R 2291: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2291 van de Commissie van 21 december 2021 (PB L 458 van 22.12.2021, blz. 494),

   32022 R 0035: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/35 van de Commissie van 6 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 14),

   32022 R 0038: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/38 van de Commissie van 12 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 126),

   32022 R 0080: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/80 van de Commissie van 19 januari 2022 (PB L 13 van 20.1.2022, blz. 37),

   32022 R 0104: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/104 van de Commissie van 26 januari 2022 (PB L 18 van 27.1.2022, blz. 4),

   32022 R 0194: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/194 van de Commissie van 10 februari 2022 (PB L 31 van 14.2.2022, blz. 21),

   32022 R 0215: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/215 van de Commissie van 17 februari 2022 (PB L 37 van 18.2.2022, blz. 28),


   32022 R 0249: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/249 van de Commissie van 18 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 16),

   32022 R 0250: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/250 van de Commissie van 21 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 19),

   32022 R 0305: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/305 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 46 van 25.2.2022, blz. 84),

   32022 R 0364: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/364 van de Commissie van 3 maart 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 45),

   32022 R 0416: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/416 van de Commissie van 11 maart 2022 (PB L 85 van 14.3.2022, blz. 28),

   32022 R 0424: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/424 van de Commissie van 14 maart 2022 (PB L 87 van 15.3.2022, blz. 14),

   32022 R 0528: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/528 van de Commissie van 1 april 2022 (PB L 105 van 4.4.2022, blz. 14),

   32022 R 0588: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/588 van de Commissie van 8 april 2022 (PB L 112 van 11.4.2022, blz. 48),

   32022 R 0649: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/649 van de Commissie van 20 april 2022 (PB L 119 van 21.4.2022, blz. 5),


   32022 R 0678: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/678 van de Commissie van 26 april 2022 (PB L 124 van 27.4.2022, blz. 1),

   32022 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/704 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 10),

   32022 R 0742: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/742 van de Commissie van 13 mei 2022 (PB L 137 van 16.5.2022, blz. 25),

   32022 R 0792: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/792 van de Commissie van 19 mei 2022 (PB L 141 van 20.5.2022, blz. 18),

   32022 R 0845: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/845 van de Commissie van 30 mei 2022 (PB L 148 van 31.5.2022, blz. 26),

   32022 R 0914: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/914 van de Commissie van 10 juni 2022 (PB L 158 van 13.6.2022, blz. 27),

   32022 R 0928: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/928 van de Commissie van 15 juni 2022 (PB L 161 van 16.6.2022, blz. 67),

   32022 R 0976: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/976 van de Commissie van 22 juni 2022 (PB L 167 van 24.6.2022, blz. 38),

   32022 R 1040: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1040 van de Commissie van 29 juni 2022 (PB L 173 van 30.6.2022, blz. 61),


   32022 R 1197: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1197 van de Commissie van 11 juli 2022 (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 117),

   32022 R 1306: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1306 van de Commissie van 25 juli 2022 (PB L 197 van 26.7.2022, blz. 102),

   32022 R 1385: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1385 van de Commissie van 8 augustus 2022 (PB L 207 van 9.8.2022, blz. 115),

   32022 R 1429: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1429 van de Commissie van 25 augustus 2022 (PB L 221 van 26.8.2022, blz. 74),

   32022 R 1454: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1454 van de Commissie van 1 september 2022 (PB L 228 van 2.9.2022, blz. 33),

   32022 R 1618: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1618 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 90),

   32022 R 1619: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1619 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 141),

   32022 R 1676: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1676 van de Commissie van 29 september 2022 (PB L 252 van 30.9.2022, blz. 17),

   32022 R 2061: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2061 van de Commissie van 24 oktober 2022 (PB L 276 van 26.10.2022, blz. 69),


   32022 R 2183: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2183 van de Commissie van 8 november 2022 (PB L 288 van 9.11.2022, blz. 21),

   32022 R 2316: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2316 van de Commissie van 25 november 2022 (PB L 307 van 28.11.2022, blz. 57),

   32022 R 2329: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2329 van de Commissie van 28 november 2022 (PB L 308 van 29.11.2022, blz. 5),

   32022 R 2361: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2361 van de Commissie van 1 december 2022 (PB L 312 van 5.12.2022, blz. 5),

   32022 R 2487: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2487 van de Commissie van 16 december 2022 (PB L 323 van 19.12.2022, blz. 75).

8.    31992 D 0563: Beschikking 92/563/EEG van de Commissie van 19 november 1992 betreffende de in het kader van het Shift-project geplande database met gegevens over de communautaire voorwaarden voor de invoer (PB L 361 van 10.12.1992, blz. 45).

9.    31997 D 0394: Beschikking 97/394/EG van de Commissie van 6 juni 1997 houdende vaststelling van de in de databases betreffende in de Gemeenschap ingevoerde dieren en producten op te nemen minimumgegevens (PB L 164 van 21.6.1997, blz. 42).


AFDELING C

Vrijwaringsmaatregelen

10.    32002 D 0251: Beschikking 2002/251/EG van de Commissie van 27 maart 2002 betreffende beschermende maatregelen ten aanzien van bepaalde uit Myanmar ingevoerde en voor menselijke consumptie bestemde visserij- en aquacultuurproducten (PB L 84 van 28.3.2002, blz. 77), zoals gewijzigd bij:

   32003 D 0895: Besluit 2003/895/EG van de Commissie van 19 december 2003 (PB L 333 van 20.12.2003, blz. 92).

11.    32002 D 0805: Beschikking 2002/805/EG van de Commissie van 15 oktober 2002 betreffende beschermende maatregelen ten aanzien van bepaalde uit Oekraïne ingevoerde producten van dierlijke oorsprong bestemd voor diervoeding (PB L 278 van 16.10.2002, blz. 24).

12.    32002 D 0994: Beschikking 2002/994/EG van de Commissie van 20 december 2002 betreffende beschermende maatregelen ten aanzien van uit China ingevoerde producten van dierlijke oorsprong (PB L 348 van 21.12.2002, blz. 154), zoals gewijzigd bij:

   32004 D 0621: Besluit 2004/621/EG van de Commissie van 26 augustus 2004 (PB L 279 van 28.8.2004, blz. 44),

   32005 D 0573: Besluit 2005/573/EG van de Commissie van 22 juli 2005 (PB L 193 van 23.7.2005, blz. 41),


   32008 D 0463: Besluit 2008/463/EG van de Commissie van 17 juni 2008 (PB L 160 van 19.6.2008, blz. 34),

   32008 D 0639: Besluit 2008/639/EG van de Commissie van 30 juli 2008 (PB L 207 van 5.8.2008, blz. 30),

   32009 D 0799: Besluit 2009/799/EG van de Commissie van 29 oktober 2009 (PB L 285 van 31.10.2009, blz. 42),

   32012 D 0482: Uitvoeringsbesluit 2012/482/EU van de Commissie van 20 augustus 2012 (PB L 226 van 22.8.2012, blz. 5),

   32015 D 1068: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1068 van de Commissie van 1 juli 2015 (PB L 174 van 3.7.2015, blz. 30).

13.    32003 D 0459: Beschikking 2003/459/EG van de Commissie van 20 juni 2003 tot vaststelling van beschermende maatregelen in verband met het virus van monkeypox (PB L 154 van 21.6.2003, blz. 112).

14.    32004 D 0225: Beschikking 2004/225/EG van de Commissie van 2 maart 2004 tot vaststelling van beschermende maatregelen ten aanzien van bepaalde levende dieren en dierlijke producten van oorsprong of van herkomst uit Albanië (PB L 68 van 6.3.2004, blz. 34).

15.    32006 D 0027: Beschikking 2006/27/EG van de Commissie van 16 januari 2006 betreffende speciale voorwaarden voor vlees en vleesproducten van paardachtigen die uit Mexico worden ingevoerd en voor menselijke consumptie bestemd zijn (PB L 19 van 24.1.2006, blz. 30).


16.    32006 D 0146: Beschikking 2006/146/EG van de Commissie van 21 februari 2006 betreffende beschermende maatregelen ten aanzien van bepaalde vliegende honden, honden en katten uit Maleisië (schiereiland) en Australië (PB L 55 van 25.2.2006, blz. 44).

17.    32007 D 0642: Beschikking 2007/642/EC van de Commissie van 4 oktober 2007 betreffende noodmaatregelen van toepassing op uit Albanië ingevoerde visserijproducten bestemd voor menselijke consumptie (PB L 260, 5.10.2007, blz. 21).

18.    32008 D 0161: Beschikking 2008/161/EG van de Commissie van 22 februari 2008 tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen in verband met hoogpathogene aviaire influenza in Israël en tot afwijking van Beschikking 2006/696/EG (PB L 52 van 27.2.2008, blz. 21).

19.    32008 R 1252: Verordening (EG) nr. 1252/2008 van de Commissie van 12 december 2008 houdende afwijkingen van Verordening (EG) nr. 1251/2008 en tot opschorting van de invoer in de Gemeenschap uit Maleisië van zendingen van bepaalde aquacultuurdieren (PB L 337 van 16.12.2008, blz. 76).

AFDELING D

Financiering van controles

Zie deel III, hoofdstuk 6.


AFDELING E

Diversen

20.    31978 D 0685: Beschikking 78/685/EEG van de Commissie van 26 juli 1978 tot vaststelling van een lijst van epizoötische ziekten overeenkomstig Richtlijn 72/462/EEG (PB L 227 van 18.8.1978, blz. 32).

21.    31986 D 0474: Beschikking 86/474/EEG van de Commissie van 11 september 1986 betreffende de uitvoering van de controles ter plaatse in het kader van de regeling voor de invoer van runderen en varkens en van vers vlees uit derde landen (PB L 279 van 30.9.1986, blz. 55).


HOOFDSTUK 3

Identificatie en registratie van dieren  
en registratie van hun verplaatsingen

AFDELING A

Runderen

1.    32000 R 1760: Verordening (EG) nr. 1760/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juli 2000 tot vaststelling van een identificatie- en registratieregeling    voor runderen en inzake de etikettering van rundvlees en rundvleesproducten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 820/97 van de Raad (PB L 204 van 11.8.2000, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   12003T: Toetredingsakte van 2003 (PB L 236 van 23.9.2003, blz. 432),

   32013 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2013 van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 1),

   32014 R 0653: Verordening (EU) nr. 653/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 (PB L 189 van 27.6.2014, blz. 33), gerectificeerd bij PB L 313 van 6.9.2021, blz. 9,

   32016 R 0429: Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 (PB L 84 van 31.3.2016, blz. 1).


2.    32022 R 0160: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/160 van de Commissie van 4 februari 2022 tot vaststelling van eenvormige minimumfrequenties van bepaalde officiële controles ter verifiëring van de naleving van diergezondheidsvoorschriften van de Unie overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 1082/2003 en (EG) nr. 1505/2006 (PB L 26 van 7.2.2022, blz. 11).

3.    31999 D 0317: Beschikking 99/317/EG van de Commissie van 28 april 1999 houdende erkenning dat de Finse databank voor runderen volledig operationeel is (PB L 122 van 12.5.1999, blz. 40).

4.    31999 D 0375: Beschikking 1999/375/EG van de Commissie van 19 mei 1999 houdende erkenning dat de Luxemburgse databank voor runderen volledig operationeel is (PB L 144 van 9.6.1999, blz. 34).

5.    31999 D 0376: Beschikking 1999/376/EG van de Commissie van 19 mei 1999 houdende erkenning dat de Deense databank voor runderen volledig operationeel is (PB L 144 van 9.6.1999, blz. 35).

6.    31999 D 0377: Beschikking 1999/377/EG van de Commissie van 19 mei 1999 houdende erkenning dat de Belgische databank voor runderen volledig operationeel is (PB L 144 van 9.6.1999, blz. 36).

7.    31999 D 0546: Beschikking 1999/546/EG van de Commissie van 13 juli 1999 houdende erkenning dat het Nederlandse gegevensbestand voor runderen volledig operationeel is (PB L 209 van 7.8.1999, blz. 32).

8.    31999 D 0571: Beschikking 1999/571/EG van de Commissie van 28 juli 1999 houdende erkenning dat het Oostenrijkse gegevensbestand voor runderen volledig operationeel is (PB L 217 van 17.8.1999, blz. 62).


9.    31999 D 0693: Beschikking 1999/693/EG van de Commissie van 5 oktober 1999 houdende erkenning dat het Zweedse gegevensbestand voor runderen volledig operationeel is (PB L 273 van 23.10.1999, blz. 14).

10.    31999 D 0696: Beschikking 1999/696/EG van de Commissie van 11 oktober 1999 houdende erkenning dat het gegevensbestand van Noord-Ierland voor runderen volledig operationeel is (PB L 275 van 26.10.1999, blz. 32).

11.    32001 D 0399: Beschikking 2001/399/EG van de Commissie van 7 mei 2001 houdende erkenning dat het gegevensbestand van Frankrijk voor runderen volledig operationeel is (PB L 140 van 24.5.2001, blz. 69).

12.    32002 D 0067: Beschikking 2002/67/EG van de Commissie van 28 januari 2002 houdende erkenning dat het Duitse gegevensbestand voor runderen volledig operationeel is (PB L 26 van 30.1.2002, blz. 17).

13.    32004 D 0588: Beschikking 2004/588/EG van de Commissie van 3 juni 2004 houdende erkenning dat het Maltese gegevensbestand    volledig operationeel is (PB L 257 van 4.8.2004, blz. 8).

14.    32004 D 0590: Beschikking 2004/590/EG van de Commissie van 4 juni 2004 houdende erkenning dat het Cypriotische gegevensbestand    volledig operationeel is (PB L 260 van 6.8.2004, blz. 9).

15.    32006 D 0132: Beschikking 2006/132/EG van de Commissie van 13 februari 2006 houdende erkenning dat het Italiaanse gegevensbestand voor runderen volledig operationeel is (PB L 52 van 23.2.2006, blz. 33).

16.    32010 D 0692: Beschikking 2010/692/EG van de Commissie van 15 november 2010 houdende erkenning dat het Letse gegevensbestand voor runderen volledig operationeel is (PB L 299 van 17.11.2010, blz. 45).


17.    32011 D 0685: Uitvoeringsbesluit 2011/685/EU van de Commissie van 13 oktober 2011 houdende erkenning dat het Litouwse gegevensbestand voor runderen volledig operationeel is (PB L 269 van 14.10.2011, blz. 36).

AFDELING B

Schapen en geiten

18.    32022 R 0160: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/160 van de Commissie van 4 februari 2022 tot vaststelling van eenvormige minimumfrequenties van bepaalde officiële controles ter verifiëring van de naleving van diergezondheidsvoorschriften van de Unie overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 1082/2003 en (EG) nr. 1505/2006 (PB L 26 van 7.2.2022, blz. 11).

19.    32005 D 0597: Beschikking 2005/597/EG van de Commissie van 2 augustus 2005 tot erkenning van de identificatie- en registratieregeling voor schapen in de Republiek Ierland overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder d), van Verordening (EG) nr. 21/2004 van de Raad (PB L 204 van 5.8.2005, blz. 21).

AFDELING C

Paardachtigen

20.    32015 R 0262: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/262 van de Commissie van 17 februari 2015 tot vaststelling van voorschriften overeenkomstig de Richtlijnen 90/427/EEG en 2009/156/EG van de Raad met betrekking tot de methoden voor de identificatie van paardachtigen (verordening paardenpaspoort) (PB L 59 van 3.3.2015, blz. 1).


HOOFDSTUK 4

Bestrijdingsmaatregelen voor dierziekten

1.    32022 R 0139: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/139 van de Commissie van 16 november 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het beheer, de opslag en de vervanging van voorraden van de antigeen-, vaccin- en diagnosereagensbanken van de Unie en de voorschriften op het gebied van biobeveiliging, bioveiligheid en biologische inperking voor de werking van die banken (PB L 23 van 2.2.2022, blz. 1).

AFDELING A

Mond-en-klauwzeer

2.    32021 R 2156: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/2156 van de Commissie van 17 september 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad door de oprichting van het referentielaboratorium van de Europese Unie voor riftdalkoorts (PB L 436 van 7.12.2021, blz. 26).


AFDELING B

Klassieke varkenspest.

3.    32021 R 0934: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/934 van de Commissie van 9 juni 2021 tot vaststelling van bijzondere maatregelen ter bestrijding van klassieke varkenspest (PB L 204 van 10.6.2021, blz. 18), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 2158: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2158 van de Commissie van 6 december 2021 (PB L 436 van 7.12.2021, blz. 35).

AFDELING C

AFRIKAANSE PAARDENPEST

AFDELING D

AVIAIRE INFLUENZA


AFDELING E

Ziekten bij vis en weekdieren

4.    32021 D 0260: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/260 van de Commissie van 11 februari 2021 tot goedkeuring van nationale maatregelen ter beperking van het effect van bepaalde ziekten bij waterdieren overeenkomstig artikel 226, lid 3, van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van Besluit 2010/221/EU van de Commissie (PB L 59 van 19.2.2021, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32022 D 0181: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/181 van de Commissie van 9 februari 2022 (PB L 29 van 10.2.2022, blz. 40),

   32022 D 1188: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1188 van de Commissie van 8 juli 2022 (PB L 184 van 11.7.2022, blz. 59).

AFDELING F

Overdraagbare spongiforme encefalopathieën (Transmissible Spongiform Encephalopathies)

5.    32001 R 0999: Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2001 houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën (PB L 147 van 31.5.2001, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32001 R 1248: Verordening (EG) nr. 1248/2001 van de Commissie van 22 juni 2001 (PB L 173 van 27.6.2001, blz. 12),


   32001 R 1326: Verordening (EG) nr. 1326/2001 van de Commissie van 29 juni 2001 (PB L 177 van 30.6.2001, blz. 60),

   32002 R 0270: Verordening (EG) nr. 270/2002 van de Commissie van 14 februari 2002 (PB L 45 van 15.2.2002, blz. 4),

   32002 R 1494: Verordening (EG) nr. 1494/2002 van de Commissie van 21 augustus 2002 (PB L 225 van 22.8.2002, blz. 3),

   12003T: Toetredingsakte van 2003 (PB L 236 van 23.9.2003, blz. 434),

   32003 R 0260: Verordening (EG) nr. 260/2003 van de Commissie van 12 februari 2003 (PB L 37 van 13.2.2003, blz. 7),

   32003 R 1053: Verordening (EG) nr. 1053/2003 van de Commissie van 19 juni 2003 (PB L 152 van 20.6.2003, blz. 8),

   32003 R 1128: Verordening (EG) nr. 1128/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 16 juni 2003 (PB L 160 van 28.6.2003, blz. 1),

   32003 R 1139: Verordening (EG) nr. 1139/2003 van de Commissie van 27 juni 2003 (PB L 160 van 28.6.2003, blz. 22),

   32003 R 1234: Verordening (EG) nr. 1234/2003 van de Commissie van 10 juli 2003 (PB L 173 van 11.7.2003, blz. 6),


   32003 R 1809: Verordening (EG) nr. 1809/2003 van de Commissie van 15 oktober 2003 (PB L 265 van 16.10.2003, blz. 10),

   32003 R 1915: Verordening (EG) nr. 1915/2003 van de Commissie van 30 oktober 2003 (PB L 283 van 31.10.2003, blz. 29),

   32003 R 2245: Verordening (EG) nr. 2245/2003 van de Commissie van 19 december 2003 (PB L 333 van 20.12.2003, blz. 28),

   32004 R 0876: Verordening (EG) nr. 876/2004 van de Commissie van 29 april 2004 (PB L 162 van 30.4.2004, blz. 52),

   32004 R 1471: Verordening (EG) nr. 1471/2004 van de Commissie van 18 augustus 2004 (PB L 271 van 19.8.2004, blz. 24),

   32004 R 1492: Verordening (EG) nr. 1492/2004 van de Commissie van 23 augustus 2004 (PB L 274 van 24.8.2004, blz. 3),

   32004 R 1993: Verordening (EG) nr. 1993/2004 van de Commissie van 19 november 2004 (PB L 344 van 20.11.2004, blz. 12),

   32005 R 0036: Verordening (EG) nr. 36/2005 van de Commissie van 12 januari 2005 (PB L 10 van 13.1.2005, blz. 9),

   32005 R 0214: Verordening (EG) nr. 214/2005 van de Commissie van 9 februari 2005 (PB L 37 van 10.2.2005, blz. 9),


   32005 R 0260: Verordening (EG) nr. 260/2005 van de Commissie van 16 februari 2005 (PB L 46 van 17.2.2005, blz. 31),

   32005 R 0932: Verordening (EG) nr. 932/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2005 (PB L 163 van 23.6.2005, blz. 1),

   32005 R 1292: Verordening (EG) nr. 1292/2005 van de Commissie van 5 augustus 2005 (PB L 205 van 6.8.2005, blz. 3),

   32005 R 1974: Verordening (EG) nr. 1974/2005 van de Commissie van 2 december 2005 (PB L 317 van 3.12.2005, blz. 4),

   32006 R 0253: Verordening (EG) nr. 253/2006 van de Commissie van 14 februari 2006 (PB L 44 van 15.2.2006, blz. 9),

   32006 R 0339: Verordening (EG) nr. 339/2006 van de Commissie van 24 februari 2006 (PB L 55 van 25.2.2006, blz. 5),

   32006 R 0657: Verordening (EG) nr. 657/2006 van de Commissie van 10 april 2006 (PB L 116 van 29.4.2006, blz. 9),

   32006 R 0688: Verordening (EG) nr. 688/2006 van de Commissie van 4 mei 2006 (PB L 120 van 5.5.2006, blz. 10),

   32006 R 1041: Verordening (EG) nr. 1041/2006 van de Commissie van 7 juli 2006 (PB L 187 van 8.7.2006, blz. 10),


   32006 R 1923: Verordening (EG) nr. 1923/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 (PB L 404 van 30.12.2006, blz. 1),

   32007 R 0722: Verordening (EG) nr. 722/2007 van de Commissie van 25 juni 2007 (PB L 164 van 26.6.2007, blz. 7),

   32007 R 0727: Verordening (EG) nr. 727/2007 van de Commissie van 26 juni 2007 (PB L 165 van 27.6.2007, blz. 8),

   32007 R 1275: Verordening (EG) nr. 1275/2007 van de Commissie van 29 oktober 2007 (PB L 284 van 30.10.2007, blz. 8),

   32007 R 1428: Verordening (EG) nr. 1428/2007 van de Commissie van 4 december 2007 (PB L 317 van 5.12.2007, blz. 61),

   32008 R 0021: Verordening (EG) nr. 21/2008 van de Commissie van 11 januari 2008 (PB L 9 van 12.1.2008, blz. 3),

   32008 R 0315: Verordening (EG) nr. 315/2008 van de Commissie van 4 april 2008 (PB L 94 van 5.4.2008, blz. 3),

   32008 R 0357: Verordening (EG) nr. 357/2008 van de Commissie van 22 april 2008 (PB L 111 van 23.4.2008, blz. 3),

   32008 R 0553: Verordening (EG) nr. 553/2008 van de Commissie van 17 juni 2008 (PB L 158 van 18.6.2008, blz. 5), gerectificeerd bij PB L 161 van 20.6.2008, blz. 49,


   32008 R 0571: Verordening (EG) nr. 571/2008 van de Commissie van 19 juni 2008 (PB L 161 van 20.6.2008, blz. 4),

   32008 R 0746: Verordening (EG) nr. 746/2008 van de Commissie van 17 juni 2008 (PB L 202 van 31.7.2008, blz. 11),

   32008 R 0956: Verordening (EG) nr. 956/2008 van de Commissie van 29 september 2008 (PB L 260 van 30.9.2008, blz. 8),

   32009 R 0103: Verordening (EG) nr. 103/2009 van de Commissie van 3 februari 2009 (PB L 34 van 4.2.2009, blz. 11),

   32009 R 0162: Verordening (EG) nr. 162/2009 van de Commissie van 26 februari 2009 (PB L 55 van 27.2.2009, blz. 11),

   32009 R 0163: Verordening (EG) nr. 163/2009 van de Commissie van 26 februari 2009 (PB L 55 van 27.2.2009, blz. 17),

   32009 R 0220: Verordening (EG) nr. 220/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 155),

   32010 R 0956: Verordening (EU) nr. 956/2010 van de Commissie van 22 oktober 2010 (PB L 279 van 23.10.2010, blz. 10),

   32011 R 0189: Verordening (EU) nr. 189/2011 van de Commissie van 25 februari 2011 (PB L 53 van 26.2.2011, blz. 56),


   32012 R 1064: Verordening (EU) nr. 1064/2012 van de Commissie van 13 november 2012 (PB L 314 van 14.11.2012, blz. 13),

   32013 R 0056: Verordening (EU) nr. 56/2013 van de Commissie van 16 januari 2013 (PB L 21 van 24.1.2013, blz. 3),

   32013 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2013 van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 1),

   32013 R 0630: Verordening (EU) nr. 630/2013 van de Commissie van 28 juni 2013 (PB L 179 van 29.6.2013, blz. 60),

   32014 R 1148: Verordening (EU) nr. 1148/2014 van de Commissie van 28 oktober 2014 (PB L 308 van 29.10.2014, blz. 66),

   32015 R 0728: Verordening (EU) 2015/728 van de Commissie van 6 mei 2015 (PB L 116 van 7.5.2015, blz. 1),

   32015 R 1162: Verordening (EU) 2015/1162 van de Commissie van 15 juli 2015 (PB L 188 van 16.7.2015, blz. 3),

   32016 R 0027: Verordening (EU) 2016/27 van de Commissie van 13 januari 2016 (PB L 9 van 14.1.2016, blz. 4),

   32016 R 1396: Verordening (EU) 2016/1396 van de Commissie van 18 augustus 2016 (PB L 225 van 19.8.2016, blz. 76),


   32017 R 0110: Verordening (EU) 2017/110 van de Commissie van 23 januari 2017 (PB L 18 van 24.1.2017, blz. 42),

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1),

   32017 R 0736: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/736 van de Commissie van 26 april 2017 (PB L 110 van 27.4.2017, blz. 2),

   32017 R 0893: Verordening (EU) 2017/893 van de Commissie van 24 mei 2017 (PB L 138 van 25.5.2017, blz. 92),

   32017 R 0894: Verordening (EU) 2017/894 van de Commissie van 24 mei 2017 (PB L 138 van 25.5.2017, blz. 117),

   32017 R 1972: Verordening (EU) 2017/1972 van de Commissie van 30 oktober 2017 (PB L 281 van 31.10.2017, blz. 14),

   32018 R 0221: Verordening (EU) 2018/221 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 43 van 16.2.2018, blz. 6),

   32018 R 0969: Verordening (EU) 2018/969 van de Commissie van 9 juli 2018 (PB L 174 van 10.7.2018, blz. 12),

   32019 R 0319: Verordening (EU) 2019/319 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 61 van 28.2.2019, blz. 1),


   32019 R 1091: Verordening (EU) 2019/1091 van de Commissie van 26 juni 2019 (PB L 173 van 27.6.2019, blz. 42),

   32020 R 0772: Verordening (EU) 2020/772 van de Commissie van 11 juni 2020 (PB L 184 van 12.6.2020, blz. 43),

   32020 R 1593: Verordening (EU) 2020/1593 van de Commissie van 29 oktober 2020 (PB L 360 van 30.10.2020, blz. 13),

   32021 R 1176: Verordening (EU) 2021/1176 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 56),

   32021 R 1372: Verordening (EU) 2021/1372 van de Commissie van 17 augustus 2021 (PB L 295 van 18.8.2021, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 398 van 11.11.2021, blz. 51,

   32022 R 0175: Verordening (EU) 2022/175 van de Commissie van 9 februari 2022 (PB L 29 van 10.2.2022, blz. 1),

   32022 R 2246: Verordening (EU) 2022/2246 van de Commissie van 15 november 2022 (PB L 295 van 16.11.2022, blz. 1).

6.    32007 D 0411: Beschikking 2007/411/EG van de Commissie van 14 juni 2007 tot vaststelling van een verbod op het in de handel brengen, voor welke toepassingen ook, van producten van runderen die vóór 1 augustus 1996 in het Verenigd Koninkrijk zijn geboren of gehouden en tot vrijstelling van dergelijke dieren van bepaalde bestrijdings- en uitroeiingsmaatregelen als vastgesteld in Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Beschikking 2005/598/EG (PB L 155 van 15.6.2007, blz. 74).


7.    32007 D 0453: Beschikking 2007/453/EG van de Commissie van 29 juni 2007 tot vaststelling van de BSE-status van lidstaten, derde landen of gebieden daarvan naar gelang van hun BSE-risico (PB L 172 van 30.6.2007, blz. 84), zoals gewijzigd bij:

   32008 D 0829: Besluit 2008/829/EG van de Commissie van 30 oktober 2008 (PB L 294 van 1.11.2008, blz. 14),

   32009 D 0830: Besluit 2009/830/EG van de Commissie van 11 november 2009 (PB L 295 van 12.11.2009, blz. 11),

   32010 D 0749: Besluit 2010/749/EU van de Commissie van 2 december 2010 (PB L 318 van 4.12.2010, blz. 47),

   32012 D 0111: Uitvoeringsbesluit 2012/111/EU van de Commissie van 10 februari 2012 (PB L 50 van 23.2.2012, blz. 49),

   32012 D 0489: Uitvoeringsbesluit 2012/489/EU van de Commissie van 24 augustus 2012 (PB L 231 van 28.8.2012, blz. 13),

   32013 D 0429: Uitvoeringsbesluit 2013/429/EU van de Commissie van 9 augustus 2013 (PB L 217 van 13.8.2013, blz. 37),

   32014 D 0732: Uitvoeringsbesluit 2014/732/EU van de Commissie van 20 oktober 2014 (PB L 302 van 22.10.2014, blz. 58),

   32015 D 1356: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1356 van de Commissie van 4 augustus 2015 (PB L 209 van 6.8.2015, blz. 5),


   32016 D 0600: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/600 van de Commissie van 15 april 2016 (PB L 103 van 19.4.2016, blz. 41),

   32016 D 0701: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/701 van de Commissie van 4 mei 2016 (PB L 121 van 11.5.2016, blz. 22),

   32016 D 1100: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1100 van de Commissie van 5 juli 2016 (PB L 182 van 7.7.2016, blz. 47),

   32017 D 1396: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1396 van de Commissie van 26 juli 2017 (PB L 197 van 28.7.2017, blz. 9),

   32019 D 0599: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/599 van de Commissie van 11 april 2019 (PB L 103 van 12.4.2019, blz. 31),

   32019 D 1773: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1773 van de Commissie van 23 oktober 2019 (PB L 270 van 24.10.2019, blz. 116),

   32020 D 0919: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/919 van de Commissie van 30 juni 2020 (PB L 209 van 2.7.2020, blz. 19),

   32020 D 2212: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/2212 van de Commissie van 22 december 2020 (PB L 438 van 28.12.2020, blz. 44),

   32021 D 1321: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1321 van de Commissie van 6 augustus 2021 (PB L 286 van 10.8.2021, blz. 17),


   32022 D 1377: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1377 van de Commissie van 4 augustus 2022 (PB L 206 van 8.8.2022, blz. 51).

8.    32007 D 0667: Beschikking 2007/667/EG van de Commissie van 15 oktober 2007 houdende toestemming tot het gebruik, in Duitsland, van risicorunderen tot het eind van hun productieve leven na officiële bevestiging van de aanwezigheid van BSE (PB L 271 van 16.10.2007, blz. 16).

9.    32009 D 0719: Beschikking 2009/719/EG van de Commissie van 28 september 2009 tot machtiging van bepaalde lidstaten om hun jaarlijkse programma voor toezicht op BSE te herzien (PB L 256 van 29.9.2009, blz. 35), zoals gewijzigd bij:

   32010 D 0066: Besluit 2010/66/EU van de Commissie van 5 februari 2010 (PB L 35 van 6.2.2010, blz. 21),

   32011 D 0358: Uitvoeringsbesluit 2011/358/EU van de Commissie van 17 juni 2011 (PB L 161 van 21.6.2011, blz. 29),

   32013 D 0076: Uitvoeringsbesluit 2013/76/EU van de Commissie van 4 februari 2013 (PB L 35 van 6.2.2013, blz. 6),

   32016 D 0851: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/851 van de Commissie van 26 mei 2016 (PB L 141 van 28.5.2016, blz. 131).

10.    32013 D 0137: Beschikking 2013/137/EG van de Commissie van 15 maart 2013 houdende toestemming tot het gebruik, in Spanje, van risicorunderen tot het eind van hun productieve leven na officiële bevestiging van de aanwezigheid van BSE (PB L 75 van 19.3.2013, blz. 37).


11.    32013 R 0631: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 631/2013 van de Commissie van 28 juni 2013 tot intrekking van Verordening (EG) nr. 546/2006 en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 233/2012 (PB L 179 van 29.6.2013, blz. 84).

Afdeling G

Zoönosen

12.    32003 R 2160: Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 17 november 2003 inzake de bestrijding van salmonella en andere specifieke door voedsel overgedragen zoönoseverwekkers (PB L 325 van 12.12.2003, blz. 1), gewijzigd bij:

   32007 R 1237: Verordening (EG) nr. 1237/2007 van de Commissie van 23 oktober 2007 (PB L 280 van 24.10.2007, blz. 5),

   32009 R 0213: Verordening (EG) nr. 213/2009 van de Commissie van 18 maart 2009 (PB L 73 van 19.3.2009, blz. 5),

   32009 R 0596: Verordening (EG) nr. 596/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 (PB L 188 van 18.7.2009, blz. 14),

   32011 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 (PB L 138 van 26.5.2011, blz. 45), gerectificeerd bij PB L 68 van 13.3.2015, blz. 90,

   32009 R 0213: Verordening (EU) nr. 1086/2011 van de Commissie van 27 oktober 2011 (PB L 73 van 19.3.2009, blz. 5),


   32013 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2013 van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 1),

   32016 R 0429: Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 (PB L 84 van 31.3.2016, blz. 1).

13.    32003 L 0099: Richtlijn 2003/99/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 november 2003 inzake de bewaking van zoönoses en zoönoseverwekkers en houdende wijziging van Beschikking 90/424/EEG van de Raad en intrekking van Richtlijn 92/117/EEG van de Raad (PB L 325 van 12.12.2003, blz. 31), zoals gewijzigd bij:

   32006 L 0104: Richtlijn 2006/104/EG van de Raad van 20 november 2006 (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 352),

   32009 R 0219: Verordening (EG) nr. 219/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 109),

   32013 L 0020: Richtlijn 2013/20/EU van de Raad van 13 mei 2013.

14.    32004 D 0564: Beschikking 2004/564/EG van de Commissie van 20 juli 2004 inzake communautaire referentielaboratoria voor de epidemiologie van zoönosen en voor salmonella en inzake nationale referentielaboratoria voor salmonella (PB L 251 van 27.7.2004, blz. 14).

15.    32006 R 1177: Verordening (EG) nr. 1177/2006 van de Commissie van 1 augustus 2006 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft eisen voor het gebruik van specifieke bestrijdingsmethoden in het kader van de nationale programma’s voor de bestrijding van salmonella (PB L 212 van 2.8.2006, blz. 3).


16.    32006 D 0759: Beschikking 2006/759/EG van de Commissie van 8 november 2006 tot goedkeuring van bepaalde nationale programma’s voor de bestrijding van salmonella in vermeerderingskoppels van Gallus gallus (PB L 311 van 10.11.2006, blz. 46).

17.    32007 D 0843: Beschikking 2007/843/EG van de Commissie van 11 december 2007 tot goedkeuring van programma’s ter bestrijding van salmonella bij vermeerderingskoppels van Gallus gallus in bepaalde derde landen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Beschikking 2006/696/EG wat betreft bepaalde volksgezondheidsvoorschriften bij de invoer van pluimvee en broedeieren (PB L 332 van 18.12.2007, blz. 81), zoals gewijzigd bij:

   32011 D 0238: Besluit 2011/238/EU van de Commissie van 13 april 2011 (PB L 100 van 14.4.2011, blz. 73).

18.    32007 D 0848: Beschikking 2007/848/EG van de Commissie van 11 december 2007 tot goedkeuring van bepaalde nationale programma’s voor de bestrijding van salmonella bij koppels legkippen van Gallus gallus (PB L 333 van 19.12.2007, blz. 83).

19.    32007 D 0849: Beschikking 2007/849/EG van de Commissie van 12 december 2007 tot goedkeuring van wijzigingen in het door Finland ingediende nationale programma voor de bestrijding van salmonella in vermeerderingskoppels van Gallus gallus (PB L 333 van 19.12.2007, blz. 85).

20.    32007 D 0873: Beschikking 2007/873/EG van de Commissie van 18 december 2007 tot goedkeuring van het door Bulgarije ingediende nationale programma voor de bestrijding van salmonella in vermeerderingskoppels van Gallus gallus (PB L 344 van 28.12.2007, blz. 45).


21.    32007 D 0874: Beschikking 2007/874/EG van de Commissie van 18 december 2007 tot goedkeuring van het door Roemenië ingediende nationale programma voor de bestrijding van salmonella in vermeerderingskoppels van Gallus gallus (PB L 344 van 28.12.2007, blz. 46).

22.    32008 D 0055: Beschikking 2008/55/EG van de Commissie van 20 december 2007 betreffende een financiële bijdrage van de Gemeenschap voor een in de lidstaten uit te voeren onderzoek naar de prevalentie van Salmonella spp. en meticillineresistente Staphylococcus aureus in beslagen van fokvarkens (PB L 14 van 17.1.2008, blz. 10).

23.    32008 D 0815: Beschikking 2008/815/EG van de Commissie van 20 oktober 2008 tot goedkeuring van bepaalde nationale programma’s voor de bestrijding van salmonella bij koppels slachtkuikens van Gallus gallus (PB L 283 van 28.10.2008, blz. 43).

24.    32008 R 1291: Verordening (EG) nr. 1291/2008 van de Commissie van 18 december 2008 betreffende de goedkeuring van salmonellabestrijdingsprogramma’s in bepaalde derde landen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad en de opneming van bewakingsprogramma’s voor aviaire influenza in bepaalde derde landen in de desbetreffende lijst en tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 798/2008 (PB L 340 van 19.12.2008, blz. 22), zoals gewijzigd bij:

   32011 R 0364: Verordening (EU) nr. 364/2011 van de Commissie van 13 april 2011 (PB L 100 van 14.4.2011, blz. 30),

   32013 R 0519: Verordening (EU) nr. 519/2013 van de Commissie van 21 februari 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 74).

25.    32009 D 0771: Beschikking 2009/771/EG van de Commissie van 20 oktober 2009 tot goedkeuring van bepaalde nationale programma’s voor de bestrijding van salmonella bij kalkoenen (PB L 275 van 21.10.2009, blz. 28).


26.    32010 R 0200: Verordening (EU) nr. 200/2010 van de Commissie van 10 maart 2010 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft een doelstelling van de Unie voor het verminderen van de prevalentie van serotypen Salmonella bij volwassen vermeerderingskoppels van Gallus gallus (PB L 61 van 11.3.2010, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32011 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 (PB L 138 van 26.5.2011, blz. 45), gerectificeerd bij PB L 68 van 13.3.2015, blz. 90,

   32019 R 0268: Verordening (EU) 2019/268 van de Commissie van 15 februari 2019 (PB L 46 van 18.2.2019, blz. 11).

27.    32010 R 0254: Verordening (EU) nr. 254/2010 van de Commissie van 10 maart 2010 tot goedkeuring van een programma ter bestrijding van salmonella bij pluimvee in bepaalde derde landen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 798/2008 wat betreft de status van bepaalde derde landen inzake salmonellabestrijding (PB L 80 van 26.3.2010, blz. 1).

28.    32011 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft een doelstelling van de Unie voor het verminderen van de prevalentie van bepaalde serotypes van salmonella bij legkippen van Gallus gallus en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2160/2003 en Verordening (EU) nr. 200/2010 van de Commissie (PB L 138 van 26.5.2011, blz. 45), gerectificeerd bij PB L 68 van 13.3.2015, blz. 90, zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0268: Verordening (EU) 2019/268 van de Commissie van 15 februari 2019 (PB L 46 van 18.2.2019, blz. 11).


29.    32012 R 0200: Verordening (EU) nr. 200/2012 van de Commissie van 8 maart 2012 tot vaststelling van een doelstelling van de Unie voor het terugdringen van Salmonella Enteritidis en Salmonella Typhimurium bij koppels slachtkuikens, als vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 71 van 9.3.2012, blz. 31), gerectificeerd bij PB L 68 van 13.3.2015, blz. 90, zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0268: Verordening (EU) 2019/268 van de Commissie van 15 februari 2019 (PB L 46 van 18.2.2019, blz. 11).

30.    32012 R 1190: Verordening (EU) nr. 1190/2012 van de Commissie van 12 december 2012 tot vaststelling van een doelstelling van de Unie voor het terugdringen van Salmonella Enteritidis en Salmonella Typhimurium bij koppels kalkoenen, als vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 340 van 13.12.2012, blz. 29), gerectificeerd bij PB L 68 van 13.3.2015, blz. 91, zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0268: Verordening (EU) 2019/268 van de Commissie van 15 februari 2019 (PB L 46 van 18.2.2019, blz. 11).

31.    32013 D 0403: Uitvoeringsbesluit 2013/403/EU van de Commissie van 25 juli 2013 tot goedkeuring van bepaalde gewijzigde programma's voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van dierziekten en zoönosen voor het jaar 2013 en tot wijziging van Uitvoeringsbesluit 2012/761/EU wat betreft de financiële bijdrage van de Unie voor bepaalde programma's die bij dat besluit zijn goedgekeurd (PB L 202 van 27.7.2013, blz. 30).


32.    32013 D 0766: Uitvoeringsbesluit 2013/766/EU van de Commissie van 13 december 2013 tot goedkeuring van bepaalde gewijzigde programma’s voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van dierziekten en zoönosen voor het jaar 2013, tot wijziging van Beschikking 2008/897/EG tot goedkeuring van de door de lidstaten voor 2009 en volgende jaren ingediende jaarlijkse en meerjarenprogramma’s en tot wijziging van Uitvoeringsbesluit 2012/761/EU wat betreft de financiële bijdrage van de Unie voor bepaalde programma’s die bij dat besluit zijn goedgekeurd (PB L 338 van 17.12.2013, blz. 109).

33.    32016 R 0015: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/15 van de Commissie van 7 januari 2016 tot goedkeuring van het programma van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië voor de bestrijding van salmonella bij legkippen en tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 798/2008 wat betreft de vermelding voor de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië op de lijst van derde landen waaruit consumptie-eieren in de Unie mogen worden binnengebracht (PB L 5 van 8.1.2016, blz. 1).

34.    32017 D 0302: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/302 van de Commissie van 15 februari 2017 tot vaststelling van de BBT-conclusies (beste beschikbare technieken) op grond van Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad, voor de productie van pulp, papier en karton (PB L 43 van 21.2.2017, blz. 231), gerectificeerd bij PB L 105 van 21.4.2017, blz. 21.

35.    32020 D 1729: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1729 van de Commissie van 17 november 2020 betreffende de monitoring en rapportage van antimicrobiële resistentie bij zoönotische en commensale bacteriën en tot intrekking van Uitvoeringsbesluit 2013/652/EU (PB L 387 van 19.11.2020, blz. 8).


AFDELING H

ANDERE ZIEKTEN

36.    31998 D 0502: Beschikking 98/502/EG van de Commissie van 27 juli 1998 inzake het gebruik van een slachthuis door Italië overeenkomstig punt 7 van bijlage II bij Richtlijn 92/119/EEG van de Raad (PB L 225 van 12.8.1998, blz. 33).

37.    32007 D 0488: Beschikking 2007/488/EG van de Commissie van 11 juli 2007 tot verlening van ontheffingen aan Italië overeenkomstig Richtlijn 92/119/EEG van de Raad voor het vervoer van slachtvarkens over openbare of particuliere wegen naar een slachthuis in beschermingsgebieden in Cremona (PB L 182 van 12.7.2007, blz. 34).

38.    32008 R 0180: Verordening (EG) nr. 180/2008 van de Commissie van 28 februari 2008 betreffende het communautaire referentielaboratorium voor andere paardenziekten dan paardenpest en tot wijziging van bijlage VII bij Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 56 van 29.2.2008, blz. 4), zoals gewijzigd bij:

   32011 R 0208: Verordening (EU) nr. 208/2011 van de Commissie van 2 maart 2011 (PB L 58 van 3.3.2011, blz. 29),

   32011 R 0880: Verordening (EU) nr. 880/2011 van de Commissie van 2 september 2011 (PB L 228 van 3.9.2011, blz. 8),

   32013 R 0072: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 72/2013 van de Commissie van 25 januari 2013 (PB L 26 van 26.1.2013, blz. 9),


   32017 R 0793: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/793 van de Commissie van 10 mei 2017 (PB L 120 van 11.5.2017, blz. 5).

39.    32022 R 2304: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2304 van de Commissie van 24 november 2022 tot aanwijzing van het referentielaboratorium van de Europese Unie voor riftdalkoorts (PB L 305 van 25.11.2022, blz. 51).

AFDELING I

Melding van ziekten

40.    32005 D 0176: Beschikking 2005/176/EG van de Commissie van 1 maart 2005 tot vaststelling van het formaat en de codes voor de melding van dierziekten krachtens Richtlijn 82/894/EEG van de Raad (PB L 59 van 5.3.2005, blz. 40), zoals gewijzigd bij:

   32006 D 0924: Besluit 2006/924/EG van de Commissie van 13 december 2006 (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 48),

   32008 D 0755: Besluit 2008/755/EG van de Commissie van 24 september 2008 (PB L 258 van 26.9.2008, blz. 72),

   32009 D 0847: Besluit 2009/847/EG van de Commissie van 20 november 2009 (PB L 307 van 21.11.2009, blz. 7),

   32010 D 0160: Besluit 2010/160/EU van de Commissie van 17 maart 2010 (PB L 68 van 18.3.2010, blz. 21).


SECTIE J

Lijst van ziekten

41.    32020 R 0687: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/687 van de Commissie van 17 december 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat regels voor de preventie en bestrijding van bepaalde in de lijst opgenomen ziekten betreft (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 64), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1140: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1140 van de Commissie van 5 mei 2021 (PB L 247 van 13.7.2021, blz. 50).

42.    32020 R 0689: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/689 van de Commissie van 17 december 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor bewaking, uitroeiingsprogramma’s en de ziektevrije status voor bepaalde in de lijst opgenomen ziekten en nieuwe ziekten (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 211), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0881: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/881 van de Commissie van 23 maart 2021 (PB L 194 van 2.6.2021, blz. 10).

43.    32020 R 0690: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/690 van de Commissie van 17 december 2019 tot vaststelling van voorschriften voor de toepassing van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de in de lijst opgenomen ziekten waarvoor bewakingsprogramma’s van de Unie gelden, het geografische toepassingsgebied van dergelijke programma’s en de in de lijst opgenomen ziekten waarvoor de ziektevrije status van compartimenten kan worden vastgesteld (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 341).


44.    32021 R 0620: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/620 van de Commissie van 15 april 2021 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de goedkeuring van de ziektevrije en non-vaccinatiestatus van bepaalde lidstaten of zones of compartimenten daarvan ten aanzien van bepaalde in de lijst opgenomen ziekten en de goedkeuring van uitroeiingsprogramma’s voor die in de lijst opgenomen ziekten (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 78), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1008: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1008 van de Commissie van 21 juni 2021 (PB L 222 van 22.6.2021, blz. 12),

   32021 R 1911: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1911 van de Commissie van 27 oktober 2021 (PB L 389 van 4.11.2021, blz. 2),

   32022 R 0214: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/214 van de Commissie van 17 februari 2022 (PB L 37 van 18.2.2022, blz. 16),

   32022 R 1218: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1218 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 65).


AFDELING K

DIVERSEN

45.    32007 D 0142: Besluit 2007/142/EG van de Commissie van 28 februari 2007 tot oprichting van een communautair veterinair noodteam dat de Commissie moet bijstaan bij hulp aan lidstaten en derde landen op het gebied van veterinaire vraagstukken in verband met bepaalde dierziekten (PB L 62 van 1.3.2007, blz. 27).


HOOFDSTUK 5

Handel in levende dieren, sperma, eicellen  
en embryo’s in de Unie

AFDELING A

RUNDEREN EN VARKENS

1.    32003 D 0886: Beschikking 2003/886/EG van de Commissie van 10 december 2003 tot vaststelling van criteria voor de overeenkomstig Richtlijn 64/432/EEG van de Raad te verstrekken informatie (PB L 332 van 19.12.2003, blz. 53).

2.    32004 D 0315: Beschikking 2004/315/EG van de Commissie van 26 maart 2004 houdende erkenning van het in lidstaten of gebieden van lidstaten ingevoerde systeem van netwerken van toezicht voor rundveebedrijven overeenkomstig Richtlijn 64/432/EEG (PB L 100 van 6.4.2004, blz. 43).

3.    32018 D 0718: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/718 van de Commissie van 14 mei 2018 betreffende de schorsing van de erkenning van Malta als officieel tuberculosevrij ten aanzien van de rundveebeslagen en tot wijziging van bijlage I bij Beschikking 2003/467/EG (PB L 120 van 16.5.2018, blz. 12).


4.    32019 R 2035: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2035 van de Commissie van 28 juni 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor inrichtingen waar landdieren worden gehouden en broederijen, alsmede voor de traceerbaarheid van bepaalde gehouden landdieren en broedeieren (PB L 314 van 5.12.2019, blz. 115), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 1625: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1625 van de Commissie van 25 augustus 2020 (PB L 366 van 4.11.2020, blz. 1).

AFDELING B

PLUIMVEE EN BROEDEIEREN

5.    31992 D 0339: Beschikking 92/339/EEG van de Commissie van 2 juni 1992 tot vaststelling van de status van Ierland ten aanzien van Newcastle disease (pseudo-vogelpest) (PB L 188 van 8.7.1992, blz. 33).

6.    31992 D 0381: Beschikking 92/381/EEG van de Commissie van 3 juli 1992 tot vaststelling van de status van een gebied binnen het Verenigd Koninkrijk ten aanzien van Newcastle disease (pseudo-vogelpest) (PB L 198 van 17.7.1992, blz. 56).

7.    31993 D 0152: Beschikking 93/152/EEG van de Commissie van 8 februari 1993 houdende vaststelling van de eisen waaraan in het kader van de programma’s inzake routinevaccinatie tegen Newcastle disease te gebruiken vaccins moeten voldoen (PB L 59 van 12.3.1993, blz. 35), zoals gewijzigd bij:

   32010 D 0633: Besluit 2010/633/EU van de Commissie van 22 oktober 2010 (PB L 279 van 23.10.2010, blz. 33).


8.    31994 D 0327: Beschikking 94/327/EG van de Commissie van 19 mei 1994 tot vaststelling van de criteria voor het jaarlijkse onderzoek van fokpluimvee op Newcastle disease, krachtens artikel 12, lid 2, van Richtlijn 90/539/EEG van de Raad (PB L 146 van 11.6.1994, blz. 17).

9.    31997 D 0262: Beschikking 97/262/EG van de Commissie van 4 april 1997 houdende schorsing van de status van Ierland ten aanzien van Newcastle disease (pseudo-vogelpest) (PB L 104 van 22.4.1997, blz. 33).

10.    31997 D 0263: Beschikking 97/263/EG van de Commissie van 4 april 1997 tot vaststelling van de status van een gebied binnen het Verenigd Koninkrijk ten aanzien van Newcastle disease (pseudo-vogelpest) (PB L 104 van 22.4.1997, blz. 34).

11.    32003 D 0644: Beschikking 2003/644/EG van de Commissie van 8 september 2003 tot vaststelling van aanvullende garanties ten aanzien van Salmonellae voor de verzending naar Finland en Zweden van vermeerderingspluimvee en van voor vermeerderings- of voor gebruikskoppels bestemde eendagskuikens (PB L 228 van 12.9.2003, blz. 29).

12.    32004 D 0235: Beschikking 2004/235/EG van de Commissie van 1 maart 2004 tot vaststelling van aanvullende garanties ten aanzien van Salmonellae voor de verzending naar Finland en Zweden van legkippen (PB L 72 van 11.3.2004, blz. 86).

13.    32007 D 0017: Beschikking 2007/17/EG van de Commissie van 22 december 2006 tot goedkeuring van plannen voor de erkenning van inrichtingen voor het intracommunautaire handelsverkeer in pluimvee en broedeieren overeenkomstig Richtlijn 90/539/EEG van de Raad (PB L 7 van 12.1.2007, blz. 33).

14.    32013 D 0346: Uitvoeringsbesluit 2013/346/EU van de Commissie van 28 juni 2013 tot goedkeuring van het door Kroatië voorgelegde plan voor de erkenning van de inrichtingen voor het handelsverkeer in de Unie in pluimvee en broedeieren overeenkomstig Richtlijn 2009/158/EG van de Raad (PB L 183 van 2.7.2013, blz. 12).


15.    32017 D 0811: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/811 van de Commissie van 10 mei 2017 tot goedkeuring van het door België ingediende gewijzigde plan voor de erkenning van inrichtingen voor het handelsverkeer in de Unie in pluimvee en broedeieren overeenkomstig Richtlijn 2009/158/EG van de Raad (PB L 121 van 12.5.2017, blz. 47).

16.    32019 R 2035: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2035 van de Commissie van 28 juni 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor inrichtingen waar landdieren worden gehouden en broederijen, alsmede voor de traceerbaarheid van bepaalde gehouden landdieren en broedeieren (PB L 314 van 5.12.2019, blz. 115), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 2168: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/2168 van de Commissie van 21 september 2021 (PB L 438 van 8.12.2021, blz. 38).

17.    32020 R 0688: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/688 van de Commissie van 17 december 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de diergezondheidsvoorschriften voor verplaatsingen binnen de Unie van landdieren en broedeieren (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 140), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1706: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1706 van de Commissie van 14 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 56).


AFDELING C

AQUACULTUURDIEREN

18.    32003 D 0634: Beschikking 2003/634/EG van de Commissie van 28 augustus 2003 houdende goedkeuring van programma's ter verkrijging van de status van erkend gebied of erkend bedrijf in een niet-erkend gebied ten aanzien van virale hemorragische septikemie (VHS) en infectieuze hematopoëtische necrose (IHN) bij vis (PB L 220, 03.09.2003, blz. 8), zoals gewijzigd bij:

   32003 D 0904: Besluit 2003/904/EG van de Commissie van 15 december 2003 (PB L 340 van 24.12.2003, blz. 69),

   32004 D 0328: Besluit 2004/328/EG van de Commissie van 5 april 2004 (PB L 104 van 8.4.2004, blz. 129),

   32005 D 0067: Besluit 2005/67/EG van de Commissie van 28 januari 2005 (PB L 27 van 29.1.2005, blz. 55),

   32005 D 0414: Besluit 2005/414/EG van de Commissie van 30 mei 2005 (PB L 141 van 4.6.2005, blz. 29),

   32005 D 0770: Besluit 2005/770/EG van de Commissie van 3 november 2005 (PB L 291 van 5.11.2005, blz. 33),

   32006 D 0685: Besluit 2006/685/EG van de Commissie van 6 oktober 2006 (PB L 282 van 13.10.2006, blz. 44),


   32007 D 0570: Besluit 2007/570/EG van de Commissie van 20 augustus 2007 (PB L 217 van 22.8.2007, blz. 36).

19.    32008 R 0737: Verordening (EG) nr. 737/2008 van de Commissie van 28 juli 2008 tot aanwijzing van de communautaire referentielaboratoria voor ziekten bij schaaldieren, rabiës en rundertuberculose, tot vaststelling van aanvullende verantwoordelijkheden en taken van de communautaire referentielaboratoria voor rabiës en rundertuberculose en tot wijziging van bijlage VII bij Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 201 van 30.7.2008, blz. 29), zoals gewijzigd bij:

   32011 R 0208: Verordening (EU) nr. 208/2011 van de Commissie van 2 maart 2011 (PB L 58 van 3.3.2011, blz. 29),

   32011 R 0880: Verordening (EU) nr. 880/2011 van de Commissie van 2 september 2011 (PB L 228 van 3.9.2011, blz. 8),

   32013 R 0072: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 72/2013 van de Commissie van 25 januari 2013 (PB L 26 van 26.1.2013, blz. 9),

   32013 R 0415: Verordening (EU) nr. 415/2013 van de Commissie van 6 mei 2013 (PB L 125 van 7.5.2013, blz. 7).

20.    32020 R 0689: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/689 van de Commissie van 17 december 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor bewaking, uitroeiingsprogramma’s en de ziektevrije status voor bepaalde in de lijst opgenomen ziekten en nieuwe ziekten (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 211), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0881: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/881 van de Commissie van 23 maart 2021 (PB L 194 van 2.6.2021, blz. 10).


21.    32020 R 0691: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/691 van de Commissie van 30 januari 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor aquacultuurinrichtingen en vervoerders van waterdieren (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 345).

22.    32020 R 2236: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2236 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van regels voor de toepassing van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van waterdieren en bepaalde producten van dierlijke oorsprong van waterdieren, officiële certificering van dergelijke certificaten, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1251/2008 (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 410), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1).


23.    32021 D 0260: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/260 van de Commissie van 11 februari 2021 tot goedkeuring van nationale maatregelen ter beperking van het effect van bepaalde ziekten bij waterdieren overeenkomstig artikel 226, lid 3, van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van Besluit 2010/221/EU van de Commissie (PB L 59 van 19.2.2021, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32022 D 0181: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/181 van de Commissie van 9 februari 2022 (PB L 29 van 10.2.2022, blz. 40),

   32022 D 1188: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1188 van de Commissie van 8 juli 2022 (PB L 184 van 11.7.2022, blz. 59).

AFDELING D

EMBRYO’S VAN RUNDEREN

24.    32020 R 0686: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/686 van de Commissie van 17 december 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de erkenning van inrichtingen voor levende producten en de traceerbaarheids- en diergezondheidsvoorschriften voor verplaatsingen binnen de Unie van levende producten van bepaalde gehouden landdieren (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0880: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/880 van de Commissie van 5 maart 2021 (PB L 194 van 2.6.2021, blz. 1).


AFDELING E

SPERMA VAN RUNDEREN

25.    32020 R 0686: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/686 van de Commissie van 17 december 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de erkenning van inrichtingen voor levende producten en de traceerbaarheids- en diergezondheidsvoorschriften voor verplaatsingen binnen de Unie van levende producten van bepaalde gehouden landdieren (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0880: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/880 van de Commissie van 5 maart 2021 (PB L 194 van 2.6.2021, blz. 1).

AFDELING F

SPERMA VAN VARKENS

26.    32020 R 0686: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/686 van de Commissie van 17 december 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de erkenning van inrichtingen voor levende producten en de traceerbaarheids- en diergezondheidsvoorschriften voor verplaatsingen binnen de Unie van levende producten van bepaalde gehouden landdieren (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0880: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/880 van de Commissie van 5 maart 2021 (PB L 194 van 2.6.2021, blz. 1).


AFDELING G

ANDERE DIEREN, SPERMA, EICELLEN EN EMBRYO’S

27.    32005 R 1739: Verordening (EG) nr. 1739/2005 van de Commissie van 21 oktober 2005 tot vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften voor het vervoer van circusdieren tussen de lidstaten (PB L 279 van 22.10.2005, blz. 47).

28.    32010 D 0436: Besluit 2010/436/EU van de Commissie van 9 augustus 2010 ter uitvoering van Beschikking 2000/258/EG van de Raad wat betreft proficiency tests voor het behoud van de vergunningen die aan laboratoria zijn verleend voor de uitvoering van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins te controleren (PB L 209 van 10.8.2010, blz. 19).

29.    32010 D 0591: Besluit 2010/591/EU van de Commissie van 1 oktober 2010 tot erkenning van een laboratorium in Rusland voor het uitvoeren van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins te controleren (PB L 260 van 2.10.2010, blz. 21).

30.    32011 D 0091: Besluit 2011/91/EU van de Commissie van 10 februari 2011 tot erkenning van een laboratorium in de Republiek Korea voor het uitvoeren van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiesvaccins te controleren (PB L 37 van 11.2.2011, blz. 18).

31.    32011 D 0396: Uitvoeringsbesluit 2011/396/EU van de Commissie van 4 juli 2011 tot erkenning van een laboratorium in Japan voor het uitvoeren van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins te controleren (PB L 176 van 5.7.2011, blz. 51).


32.    32012 D 0304: Uitvoeringsbesluit 2012/304/EU van de Commissie van 11 juni 2012 tot erkenning van laboratoria in Kroatië en Mexico voor het uitvoeren van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins te controleren (PB L 152 van 13.6.2012, blz. 50).

33.    32012 D 0752: Uitvoeringsbesluit 2012/752/EU van de Commissie van 4 december 2012 tot verlening van een vergunning aan een laboratorium in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië voor de uitvoering van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins te controleren (PB L 334 van 6.12.2012, blz. 47).

34.    32013 D 0224: Uitvoeringsbesluit 2013/224/EU van de Commissie van 17 mei 2013 tot erkenning van een laboratorium in Kroatië voor het uitvoeren van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins te controleren (PB L 135 van 22.5.2013, blz. 21).

35.    32013 D 0261: Uitvoeringsbesluit 2013/261/EU van de Commissie van 3 juni 2013 tot erkenning van een laboratorium in Oekraïne voor het uitvoeren van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins te controleren (PB L 152 van 5.6.2013, blz. 50).

36.    32013 D 0709: Uitvoeringsbesluit 2013/709/EU van de Commissie van 2 december 2013 tot erkenning van een laboratorium in de Verenigde Staten van Amerika voor het uitvoeren van serologische tests om de effectiviteit van antirabiësvaccins te controleren (PB L 323 van 4.12.2013, blz. 34).

37.    32014 D 0514: Uitvoeringsbesluit 2014/514/EU van de Commissie van 31 juli 2014 tot erkenning van laboratoria in de Republiek Korea voor het uitvoeren van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiesvaccins te controleren (PB L 231 van 2.8.2014, blz. 11).

38.    32015 D 0130: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/130 van de Commissie van 26 januari 2015 tot erkenning van een laboratorium in China voor het uitvoeren van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins te controleren (PB L 21 van 28.1.2015, blz. 20).


39.    32016 D 0423: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/423 van de Commissie van 18 maart 2016 tot erkenning van bepaalde laboratoria in Egypte, de Verenigde Arabische Emiraten en de Verenigde Staten van Amerika voor het uitvoeren van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins bij honden, katten en fretten te controleren (PB L 75 van 22.3.2016, blz. 70).

40.    32017 D 0009: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/9 van de Commissie van 4 januari 2017 tot erkenning van bepaalde laboratoria in Marokko en Taiwan voor het uitvoeren van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins bij honden, katten en fretten te controleren (PB L 3 van 6.1.2017, blz. 32).

41.    32017 D 0223: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/223 van de Commissie van 7 februari 2017 tot erkenning van een laboratorium in Brazilië voor het uitvoeren van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins bij honden, katten en fretten te controleren (PB L 34 van 9.2.2017, blz. 34).

42.    32018 D 0193: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/193 van de Commissie van 7 februari 2018 tot erkenning van laboratoria in Brazilië en de Russische Federatie voor het uitvoeren van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins bij honden, katten en fretten te controleren (PB L 36 van 9.2.2018, blz. 18).

43.    32019 D 1664: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1664 van de Commissie van 30 september 2019 tot erkenning van een laboratorium in Oekraïne voor het uitvoeren van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins bij honden, katten en fretten te controleren (PB L 252 van 2.10.2019, blz. 38).


44.    32020 D 0528: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/528 van de Commissie van 14 april 2020 tot erkenning van laboratoria in Brazilië, China, Thailand, de Verenigde Staten van Amerika en Zuid-Korea voor het uitvoeren van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins bij honden, katten en fretten te controleren (PB L 118 van 16.4.2020, blz. 26).

45.    32020 R 0686: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/686 van de Commissie van 17 december 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de erkenning van inrichtingen voor levende producten en de traceerbaarheids- en diergezondheidsvoorschriften voor verplaatsingen binnen de Unie van levende producten van bepaalde gehouden landdieren (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0880: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/880 van de Commissie van 5 maart 2021 (PB L 194 van 2.6.2021, blz. 1).

46.    32021 D 0545: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/545 van de Commissie van 26 maart 2021 tot erkenning van laboratoria in Brazilië, Cambodja, China, Mexico, Zuid-Afrika, Tunesië, Oekraïne en het Verenigd Koninkrijk voor het uitvoeren van serologische tests om de doelmatigheid van antirabiësvaccins bij honden, katten en fretten te controleren (PB L 110 van 30.3.2021, blz. 34).


47.    32021 R 0403: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/403 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen tussen lidstaten van zendingen van bepaalde categorieën landdieren en levende producten daarvan, en officiële certificering van dergelijke certificaten, en tot intrekking van Besluit 2010/470/EU (PB L 113 van 31.3.2021, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32022 R 0037: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/37 van de Commissie van 12 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 92),

   32022 R 0055: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/55 van de Commissie van 9 november 2021 (PB L 10 van 17.1.2022, blz. 4),

   32022 R 0250: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/250 van de Commissie van 21 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 19).


48.    32021 R 0404: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/404 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen en gebieden of zones daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 9, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0634: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/634 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 132 van 19.4.2021, blz. 108),

   32021 R 1178: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1178 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 63),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1692: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1692 van de Commissie van 21 september 2021 (PB L 334 van 22.9.2021, blz. 9),

   32021 R 1727: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1727 van de Commissie van 29 september 2021 (PB L 345 van 30.9.2021, blz. 1),


   32021 R 1937: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1937 van de Commissie van 9 november 2021 (PB L 396 van 10.11.2021, blz. 36),

   32021 R 1977: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1977 van de Commissie van 12 november 2021 (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 60),

   32021 R 2031: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2031 van de Commissie van 19 november 2021 (PB L 415 van 22.11.2021, blz. 20),

   32021 R 2107: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2107 van de Commissie van 26 november 2021 (PB L 429 van 1.12.2021, blz. 92),

   32021 R 2143: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2143 van de Commissie van 3 december 2021 (PB L 433 van 6.12.2021, blz. 11),

   32021 R 2172: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2172 van de Commissie van 8 december 2021 (PB L 440 van 9.12.2021, blz. 1),

   32021 R 2240: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2240 van de Commissie van 15 december 2021 (PB L 450 van 16.12.2021, blz. 137),

   32021 R 2291: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2291 van de Commissie van 21 december 2021 (PB L 458 van 22.12.2021, blz. 494),

   32022 R 0035: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/35 van de Commissie van 6 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 14),


   32022 R 0038: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/38 van de Commissie van 12 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 126),

   32022 R 0080: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/80 van de Commissie van 19 januari 2022 (PB L 13 van 20.1.2022, blz. 37),

   32022 R 0104: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/104 van de Commissie van 26 januari 2022 (PB L 18 van 27.1.2022, blz. 4),

   32022 R 0194: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/194 van de Commissie van 10 februari 2022 (PB L 31 van 14.2.2022, blz. 21),

   32022 R 0215: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/215 van de Commissie van 17 februari 2022 (PB L 37 van 18.2.2022, blz. 28),

   32022 R 0249: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/249 van de Commissie van 18 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 16),

   32022 R 0250: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/250 van de Commissie van 21 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 19),

   32022 R 0305: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/305 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 46 van 25.2.2022, blz. 84),

   32022 R 0364: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/364 van de Commissie van 3 maart 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 45),


   32022 R 0416: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/416 van de Commissie van 11 maart 2022 (PB L 85 van 14.3.2022, blz. 28),

   32022 R 0424: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/424 van de Commissie van 14 maart 2022 (PB L 87 van 15.3.2022, blz. 14),

   32022 R 0528: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/528 van de Commissie van 1 april 2022 (PB L 105 van 4.4.2022, blz. 14),

   32022 R 0588: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/588 van de Commissie van 8 april 2022 (PB L 112 van 11.4.2022, blz. 48),

   32022 R 0649: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/649 van de Commissie van 20 april 2022 (PB L 119 van 21.4.2022, blz. 5),

   32022 R 0678: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/678 van de Commissie van 26 april 2022 (PB L 124 van 27.4.2022, blz. 1),

   32022 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/704 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 10),

   32022 R 0742: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/742 van de Commissie van 13 mei 2022 (PB L 137 van 16.5.2022, blz. 25),

   32022 R 0792: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/792 van de Commissie van 19 mei 2022 (PB L 141 van 20.5.2022, blz. 18),


   32022 R 0845: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/845 van de Commissie van 30 mei 2022 (PB L 148 van 31.5.2022, blz. 26),

   32022 R 0914: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/914 van de Commissie van 10 juni 2022 (PB L 158 van 13.6.2022, blz. 27),

   32022 R 0928: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/928 van de Commissie van 15 juni 2022 (PB L 161 van 16.6.2022, blz. 67),

   32022 R 0976: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/976 van de Commissie van 22 juni 2022 (PB L 167 van 24.6.2022, blz. 38),

   32022 R 1040: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1040 van de Commissie van 29 juni 2022 (PB L 173 van 30.6.2022, blz. 61),

   32022 R 1197: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1197 van de Commissie van 11 juli 2022 (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 117),

   32022 R 1306: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1306 van de Commissie van 25 juli 2022 (PB L 197 van 26.7.2022, blz. 102),

   32022 R 1385: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1385 van de Commissie van 8 augustus 2022 (PB L 207 van 9.8.2022, blz. 115),

   32022 R 1429: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1429 van de Commissie van 25 augustus 2022 (PB L 221 van 26.8.2022, blz. 74),

   32022 R 1454: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1454 van de Commissie van 1 september 2022 (PB L 228 van 2.9.2022, blz. 33),


   32022 R 1618: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1618 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 90),

   32022 R 1619: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1619 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 141),

   32022 R 1676: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1676 van de Commissie van 29 september 2022 (PB L 252 van 30.9.2022, blz. 17),

   32022 R 2061: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2061 van de Commissie van 24 oktober 2022 (PB L 276 van 26.10.2022, blz. 69),

   32022 R 2183: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2183 van de Commissie van 8 november 2022 (PB L 288 van 9.11.2022, blz. 21),

   32022 R 2316: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2316 van de Commissie van 25 november 2022 (PB L 307 van 28.11.2022, blz. 57),

   32022 R 2329: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2329 van de Commissie van 28 november 2022 (PB L 308 van 29.11.2022, blz. 5),

   32022 R 2361: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2361 van de Commissie van 1 december 2022 (PB L 312 van 5.12.2022, blz. 5),

   32022 R 2487: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2487 van de Commissie van 16 december 2022 (PB L 323 van 19.12.2022, blz. 75).


HOOFDSTUK 6

Niet-commercieel verkeer van gezelschapsdieren

1.    32013 R 0576: Verordening (EU) nr. 576/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juni 2013 betreffende het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 998/2003 (PB L 178 van 28.6.2013, blz. 1).

2.    32013 R 0577: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 577/2013 van de Commissie van 28 juni 2013 inzake de modelidentificatiedocumenten voor het niet-commerciële verkeer van honden, katten en fretten, de vaststelling van de lijsten van derde landen en gebieden en de voorschriften betreffende de vorm, de opmaak en de taal van de verklaringen ten bewijze van de naleving van bepaalde voorwaarden die zijn vastgelegd in Verordening (EU) nr. 576/2013 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 178 van 28.6.2013, blz. 109), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1219/2014 van de Commissie van 13 november 2014 (PB L 329 van 14.11.2014, blz. 23),

   32016 R 0561: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/561 van de Commissie van 11 april 2016 (PB L 96 van 12.4.2016, blz. 26), gerectificeerd bij PB L 215 van 10.8.2016, blz. 37,

   32019 R 1293: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1293 van de Commissie van 29 juli 2019 (PB L 204 van 2.8.2019, blz. 3),

   32020 R 2016: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2016 van de Commissie van 9 december 2020 (PB L 415 van 10.12.2020, blz. 39).


3.    32018 R 0772: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/772 van de Commissie van 21 november 2017 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 576/2013 van het Europees Parlement en de Raad inzake preventieve gezondheidsmaatregelen voor de bestrijding van infecties met Echinococcus multilocularis bij honden en tot intrekking van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1152/2011 (PB L 130 van 28.5.2018, blz. 1).

4.    32018 R 0878: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/878 van de Commissie van 18 juni 2018 tot vaststelling van een lijst van lidstaten of delen van het grondgebied van lidstaten die voldoen aan de voorschriften voor indeling overeenkomstig artikel 2, leden 2 en 3, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/772 betreffende de toepassing van preventieve gezondheidsmaatregelen voor de bestrijding van infecties met Echinococcus multilocularis bij honden (PB L 155 van 19.6.2018, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 2017: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2017 van de Commissie van 9 december 2020 (PB L 415 van 10.12.2020, blz. 43).

5.    32021 R 1933: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1933 van de Commissie van 14 juli 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 576/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft voorschriften voor het niet-commerciële verkeer van gezelschapsvogels naar een lidstaat vanuit een gebied of derde land (PB L 396 van 10.11.2021, blz. 4).

6.    32021 R 1938: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1938 van de Commissie van 9 november 2021 tot vaststelling van het model-identificatiedocument voor het niet-commerciële verkeer van gezelschapsvogels naar een lidstaat vanuit een gebied of derde land en tot intrekking van Beschikking 2007/25/EG (PB L 396 van 10.11.2021, blz. 47).


HOOFDSTUK 7

Verbod op stoffen en controle op residuen

AFDELING A

VERBOD OP STOFFEN

1.    31996 L 0022: Richtlijn 96/22/EG van de Raad van 29 april 1996 betreffende het verbod op het gebruik, in de veehouderij, van bepaalde stoffen    met hormonale werking en van bepaalde stoffen met thyreostatische werking, alsmede van ß-agonisten, en tot intrekking van de Richtlijnen 81/602/EEG, 88/146/EEG en 88/299/EEG (PB L 125 van 23.5.1996, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32003 L 0074: Richtlijn 2003/74/EC van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 (PB L 262 van 14.10.2003, blz. 17),

   32008 L 0097: Richtlijn 2008/97/EC van het Europees Parlement en de Raad van 19 november 2008 (PB L 318 van 28.11.2008, blz. 9).

2.    31999 D 0879: Beschikking 1999/879/EG van de Raad van 17 december 1999 betreffende het op de markt brengen en het toedienen van boviene somatotropine (BST) en tot intrekking van Beschikking 90/218/EEG (PB L 331 van 23.12.1999, blz. 71).


AFDELING B

CONTROLES OP RESIDUEN

3.    32021 R 0808: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/808 van de Commissie van 22 maart 2021 betreffende de prestaties van analysemethoden voor residuen van farmacologisch werkzame stoffen die bij voedselproducerende dieren worden gebruikt, betreffende de interpretatie van de resultaten en betreffende de toe te passen methoden voor bemonstering, en tot intrekking van de Beschikkingen 2002/657/EG en 98/179/EG (PB L 180 van 21.5.2021, blz. 84).


HOOFDSTUK 8

Invoervoorschriften voor levende dieren en dierlijke producten*

Zie artikel 28 van het Andorra-protocol.

*    Onverminderd de bijzondere bepalingen van internationale overeenkomsten (zie hoofdstuk 9)

AFDELING A

LEVENDE DIEREN, SPERMA, EICELLEN EN EMBRYO’S

ONDERAFDELING 1

RUNDEREN, VARKENS EN SCHAPEN

1.    32001 R 0999: Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2001 houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën (PB L 147 van 31.5.2001, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32001 R 1248: Verordening (EG) nr. 1248/2001 van de Commissie van 22 juni 2001 (PB L 173 van 27.6.2001, blz. 12),

   32001 R 1326: Verordening (EG) nr. 1326/2001 van de Commissie van 29 juni 2001 (PB L 177 van 30.6.2001, blz. 60),


   32002 R 0270: Verordening (EG) nr. 270/2002 van de Commissie van 14 februari 2002 (PB L 45 van 15.2.2002, blz. 4),

   32002 R 1494: Verordening (EG) nr. 1494/2002 van de Commissie van 21 augustus 2002 (PB L 225 van 22.8.2002, blz. 3),

   12003T: Toetredingsakte van 2003 (PB L 236 van 23.9.2003, blz. 434),

   32003 R 0260: Verordening (EG) nr. 260/2003 van de Commissie van 12 februari 2003 (PB L 37 van 13.2.2003, blz. 7),

   32003 R 1053: Verordening (EG) nr. 1053/2003 van de Commissie van 19 juni 2003 (PB L 152 van 20.6.2003, blz. 8),

   32003 R 1128: Verordening (EG) nr. 1128/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 16 juni 2003 (PB L 160 van 28.6.2003, blz. 1),

   32003 R 1139: Verordening (EG) nr. 1139/2003 van de Commissie van 27 juni 2003 (PB L 160 van 28.6.2003, blz. 22),

   32003 R 1234: Verordening (EG) nr. 1234/2003 van de Commissie van 10 juli 2003 (PB L 173 van 11.7.2003, blz. 6),

   32003 R 1809: Verordening (EG) nr. 1809/2003 van de Commissie van 15 oktober 2003 (PB L 265 van 16.10.2003, blz. 10),


   32003 R 1915: Verordening (EG) nr. 1915/2003 van de Commissie van 30 oktober 2003 (PB L 283 van 31.10.2003, blz. 29),

   32003 R 2245: Verordening (EG) nr. 2245/2003 van de Commissie van 19 december 2003 (PB L 333 van 20.12.2003, blz. 28),

   32004 R 0876: Verordening (EG) nr. 876/2004 van de Commissie van 29 april 2004 (PB L 162 van 30.4.2004, blz. 52),

   32004 R 1471: Verordening (EG) nr. 1471/2004 van de Commissie van 18 augustus 2004 (PB L 271 van 19.8.2004, blz. 24),

   32004 R 1492: Verordening (EG) nr. 1492/2004 van de Commissie van 23 augustus 2004 (PB L 274 van 24.8.2004, blz. 3),

   32004 R 1993: Verordening (EG) nr. 1993/2004 van de Commissie van 19 november 2004 (PB L 344 van 20.11.2004, blz. 12),

   32005 R 0036: Verordening (EG) nr. 36/2005 van de Commissie van 12 januari 2005 (PB L 10 van 13.1.2005, blz. 9),

   32005 R 0214: Verordening (EG) nr. 214/2005 van de Commissie van 9 februari 2005 (PB L 37 van 10.2.2005, blz. 9),

   32005 R 0260: Verordening (EG) nr. 260/2005 van de Commissie van 16 februari 2005 (PB L 46 van 17.2.2005, blz. 31),


   32005 R 0932: Verordening (EG) nr. 932/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2005 (PB L 163 van 23.6.2005, blz. 1),

   32005 R 1292: Verordening (EG) nr. 1292/2005 van de Commissie van 5 augustus 2005 (PB L 205 van 6.8.2005, blz. 3),

   32005 R 1974: Verordening (EG) nr. 1974/2005 van de Commissie van 2 december 2005 (PB L 317 van 3.12.2005, blz. 4),

   32006 R 0253: Verordening (EG) nr. 253/2006 van de Commissie van 14 februari 2006 (PB L 44 van 15.2.2006, blz. 9),

   32006 R 0339: Verordening (EG) nr. 339/2006 van de Commissie van 24 februari 2006 (PB L 55 van 25.2.2006, blz. 5),

   32006 R 0657: Verordening (EG) nr. 657/2006 van de Commissie van 10 april 2006 (PB L 116 van 29.4.2006, blz. 9),

   32006 R 0688: Verordening (EG) nr. 688/2006 van de Commissie van 4 mei 2006 (PB L 120 van 5.5.2006, blz. 10),

   32006 R 1041: Verordening (EG) nr. 1041/2006 van de Commissie van 7 juli 2006 (PB L 187 van 8.7.2006, blz. 10),

   32006 R 1923: Verordening (EG) nr. 1923/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 (PB L 404 van 30.12.2006, blz. 1),


   32007 R 0722: Verordening (EG) nr. 722/2007 van de Commissie van 25 juni 2007 (PB L 164 van 26.6.2007, blz. 7),

   32007 R 0727: Verordening (EG) nr. 727/2007 van de Commissie van 26 juni 2007 (PB L 165 van 27.6.2007, blz. 8),

   32007 R 1275: Verordening (EG) nr. 1275/2007 van de Commissie van 29 oktober 2007 (PB L 284 van 30.10.2007, blz. 8),

   32007 R 1428: Verordening (EG) nr. 1428/2007 van de Commissie van 4 december 2007 (PB L 317 van 5.12.2007, blz. 61),

   32008 R 0021: Verordening (EG) nr. 21/2008 van de Commissie van 11 januari 2008 (PB L 9 van 12.1.2008, blz. 3),

   32008 R 0315: Verordening (EG) nr. 315/2008 van de Commissie van 4 april 2008 (PB L 94 van 5.4.2008, blz. 3),

   32008 R 0357: Verordening (EG) nr. 357/2008 van de Commissie van 22 april 2008 (PB L 111 van 23.4.2008, blz. 3),

   32008 R 0553: Verordening (EG) nr. 553/2008 van de Commissie van 17 juni 2008 (PB L 158 van 18.6.2008, blz. 5), gerectificeerd bij PB L 161 van 20.6.2008, blz. 49,

   32008 R 0571: Verordening (EG) nr. 571/2008 van de Commissie van 19 juni 2008 (PB L 161 van 20.6.2008, blz. 4),


   32008 R 0746: Verordening (EG) nr. 746/2008 van de Commissie van 17 juni 2008 (PB L 202 van 31.7.2008, blz. 11),

   32008 R 0956: Verordening (EG) nr. 956/2008 van de Commissie van 29 september 2008 (PB L 260 van 30.9.2008, blz. 8),

   32009 R 0103: Verordening (EG) nr. 103/2009 van de Commissie van 3 februari 2009 (PB L 34 van 4.2.2009, blz. 11),

   32009 R 0162: Verordening (EG) nr. 162/2009 van de Commissie van 26 februari 2009 (PB L 55 van 27.2.2009, blz. 11),

   32009 R 0163: Verordening (EG) nr. 163/2009 van de Commissie van 26 februari 2009 (PB L 55 van 27.2.2009, blz. 17),

   32009 R 0220: Verordening (EG) nr. 220/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 155),

   32011 R 0189: Verordening (EU) nr. 189/2011 van de Commissie van 25 februari 2011 (PB L 53 van 26.2.2011, blz. 56),

   32012 R 1064: Verordening (EU) nr. 1064/2012 van de Commissie van 13 november 2012 (PB L 314 van 14.11.2012, blz. 13),

   32013 R 0056: Verordening (EU) nr. 56/2013 van de Commissie van 16 januari 2013 (PB L 21 van 24.1.2013, blz. 3),


   32013 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2013 van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 1),

   32013 R 0630: Verordening (EU) nr. 630/2013 van de Commissie van 28 juni 2013 (PB L 179 van 29.6.2013, blz. 60),

   32014 R 1148: Verordening (EU) nr. 1148/2014 van de Commissie van 28 oktober 2014 (PB L 308 van 29.10.2014, blz. 66),

   32015 R 0728: Verordening (EU) 2015/728 van de Commissie van 6 mei 2015 (PB L 116 van 7.5.2015, blz. 1),

   32015 R 1162: Verordening (EU) 2015/1162 van de Commissie van 15 juli 2015 (PB L 188 van 16.7.2015, blz. 3),

   32016 R 0027: Verordening (EU) 2016/27 van de Commissie van 13 januari 2016 (PB L 9 van 14.1.2016, blz. 4),

   32016 R 1396: Verordening (EU) 2016/1396 van de Commissie van 18 augustus 2016 (PB L 225 van 19.8.2016, blz. 76),

   32017 R 0110: Verordening (EU) 2017/110 van de Commissie van 23 januari 2017 (PB L 18 van 24.1.2017, blz. 42),

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1),


   32017 R 0736: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/736 van de Commissie van 26 april 2017 (PB L 110 van 27.4.2017, blz. 2),

   32017 R 0893: Verordening (EU) 2017/893 van de Commissie van 24 mei 2017 (PB L 138 van 25.5.2017, blz. 92),

   32017 R 0894: Verordening (EU) 2017/894 van de Commissie van 24 mei 2017 (PB L 138 van 25.5.2017, blz. 117),

   32017 R 1972: Verordening (EU) 2017/1972 van de Commissie van 30 oktober 2017 (PB L 281 van 31.10.2017, blz. 14),

   32018 R 0221: Verordening (EU) 2018/221 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 43 van 16.2.2018, blz. 6),

   32018 R 0969: Verordening (EU) 2018/969 van de Commissie van 9 juli 2018 (PB L 174 van 10.7.2018, blz. 12),

   32019 R 0319: Verordening (EU) 2019/319 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 61 van 28.2.2019, blz. 1),

   32019 R 1091: Verordening (EU) 2019/1091 van de Commissie van 26 juni 2019 (PB L 173 van 27.6.2019, blz. 42),

   32020 R 0772: Verordening (EU) 2020/772 van de Commissie van 11 juni 2020 (PB L 184 van 12.6.2020, blz. 43),


   32020 R 1593: Verordening (EU) 2020/1593 van de Commissie van 29 oktober 2020 (PB L 360 van 30.10.2020, blz. 13),

   32021 R 1176: Verordening (EU) 2021/1176 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 56),

   32021 R 1372: Verordening (EU) 2021/1372 van de Commissie van 17 augustus 2021 (PB L 295 van 18.8.2021, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 389 van 11.11.2021, blz. 51,

   32022 R 0175: Verordening (EU) 2022/175 van de Commissie van 9 februari 2022 (PB L 29 van 10.2.2022, blz. 1),

   32022 R 2246: Verordening (EU) 2022/2246 van de Commissie van 15 november 2022 (PB L 295 van 16.11.2022, blz. 1).


2.    32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005, (EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU) 2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen (EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG, 2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen 89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 137 van 24.5.2017, blz. 40, zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0478: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/478 van de Commissie van 14 januari 2019 (PB L 82 van 25.3.2019, blz. 4).

3.    32022 R 2292: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/2292 van de Commissie van 6 september 2022 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft voorwaarden voor de binnenkomst in de Unie van zendingen van voedselproducerende dieren en bepaalde voor menselijke consumptie bestemde goederen (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 316 van 8.12.2022, blz. 100.


4.    32020 R 0692: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/692 van de Commissie van 30 januari 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor de binnenkomst in de Unie en het na binnenkomst verplaatsen van en werken met zendingen van bepaalde dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 379), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1703: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1703 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 29),

   32021 R 1705: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1705 van de Commissie van 14 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 40),

   32022 R 0054: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/54 van de Commissie van 21 oktober 2021 (PB L 10 van 17.1.2022, blz. 1).

5.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),


   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),

   32022 R 0036: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/36 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 36),

   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).


6.    32021 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/405 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen of regio’s daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 118), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 8, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0606: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/606 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 65),

   32021 R 1327: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1327 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 28),

   32022 R 0034: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/34 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 1),

   32022 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/363 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 40),

   32022 R 1389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1389 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 210 van 11.8.2022, blz. 1),

   32022 R 2293: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2293 van de Commissie van 18 november 2022 (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 31).


7.    32007 D 0453: Beschikking 2007/453/EG van de Commissie van 29 juni 2007 tot vaststelling van de BSE-status van lidstaten, derde landen of gebieden daarvan naar gelang van hun BSE-risico (PB L 172 van 30.6.2007, blz. 84), zoals gewijzigd bij:

   32008 D 0829: Besluit 2008/829/EG van de Commissie van 30 oktober 2008 (PB L 294 van 1.11.2008, blz. 14),

   32009 D 0830: Besluit 2009/830/EG van de Commissie van 11 november 2009 (PB L 295 van 12.11.2009, blz. 11),

   32012 D 0111: Uitvoeringsbesluit 2012/111/EU van de Commissie van 10 februari 2012 (PB L 50 van 23.2.2012, blz. 49),

   32012 D 0489: Uitvoeringsbesluit 2012/489/EU van de Commissie van 24 augustus 2012 (PB L 231 van 28.8.2012, blz. 13),

   32013 D 0429: Uitvoeringsbesluit 2013/429/EU van de Commissie van 9 augustus 2013 (PB L 217 van 13.8.2013, blz. 37),

   32014 D 0732: Uitvoeringsbesluit 2014/732/EU van de Commissie (PB L 302 van 22.10.2014, blz. 58),

   32015 D 1356: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1356 van de Commissie van 4 augustus 2015 (PB L 209 van 6.8.2015, blz. 5),

   32016 D 0600: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/600 van de Commissie van 15 april 2016 (PB L 103 van 19.4.2016, blz. 41),


   32016 D 0701: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/701 van de Commissie van 4 mei 2016 (PB L 121 van 11.5.2016, blz. 22),

   32016 D 1100: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1100 van de Commissie van 5 juli 2016 (PB L 182 van 7.7.2016, blz. 47),

   32017 D 1396: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1396 van de Commissie van 26 juli 2017 (PB L 197 van 28.7.2017, blz. 9),

   32019 D 0599: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/599 van de Commissie van 11 april 2019 (PB L 103 van 12.4.2019, blz. 31),

   32019 D 1773: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1773 van de Commissie van 23 oktober 2019 (PB L 270 van 24.10.2019, blz. 116),

   32020 D 2212: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/2212 van de Commissie van 22 december 2020 (PB L 438 van 28.12.2020, blz. 44),

   32021 D 1321: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1321 van de Commissie van 6 augustus 2021 (PB L 286 van 10.8.2021, blz. 17),

   32022 D 1377: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1377 van de Commissie van 4 augustus 2022 (PB L 206 van 8.8.2022, blz. 51).


ONDERAFDELING 2

Paardachtigen

8.    32021 R 0404: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/404 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen en gebieden of zones daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 9, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0634: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/634 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 132 van 19.4.2021, blz. 108),

   32021 R 1178: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1178 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 63),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1692: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1692 van de Commissie van 21 september 2021 (PB L 334 van 22.9.2021, blz. 9),

   32021 R 1727: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1727 van de Commissie van 29 september 2021 (PB L 345 van 30.9.2021, blz. 1),


   32021 R 1937: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1937 van de Commissie van 9 november 2021 (PB L 396 van 10.11.2021, blz. 36),

   32021 R 1977: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1977 van de Commissie van 12 november 2021 (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 60),

   32021 R 2031: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2031 van de Commissie van 19 november 2021 (PB L 415 van 22.11.2021, blz. 20),

   32021 R 2107: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2107 van de Commissie van 26 november 2021 (PB L 429 van 1.12.2021, blz. 92),

   32021 R 2143: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2143 van de Commissie van 3 december 2021 (PB L 433 van 6.12.2021, blz. 11),

   32021 R 2172: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2172 van de Commissie van 8 december 2021 (PB L 440 van 9.12.2021, blz. 1),

   32021 R 2240: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2240 van de Commissie van 15 december 2021 (PB L 450 van 16.12.2021, blz. 137),

   32021 R 2291: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2291 van de Commissie van 21 december 2021 (PB L 458 van 22.12.2021, blz. 494),

   32022 R 0035: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/35 van de Commissie van 6 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 14),


   32022 R 0038: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/38 van de Commissie van 12 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 126),

   32022 R 0080: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/80 van de Commissie van 19 januari 2022 (PB L 13 van 20.1.2022, blz. 37),

   32022 R 0104: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/104 van de Commissie van 26 januari 2022 (PB L 18 van 27.1.2022, blz. 4),

   32022 R 0194: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/194 van de Commissie van 10 februari 2022 (PB L 31 van 14.2.2022, blz. 21),

   32022 R 0215: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/215 van de Commissie van 17 februari 2022 (PB L 37 van 18.2.2022, blz. 28),

   32022 R 0249: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/249 van de Commissie van 18 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 16),

   32022 R 0250: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/250 van de Commissie van 21 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 19),

   32022 R 0305: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/305 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 46 van 25.2.2022, blz. 84),

   32022 R 0364: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/364 van de Commissie van 3 maart 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 45),


   32022 R 0416: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/416 van de Commissie van 11 maart 2022 (PB L 85 van 14.3.2022, blz. 28),

   32022 R 0424: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/424 van de Commissie van 14 maart 2022 (PB L 87 van 15.3.2022, blz. 14),

   32022 R 0528: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/528 van de Commissie van 1 april 2022 (PB L 105 van 4.4.2022, blz. 14),

   32022 R 0588: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/588 van de Commissie van 8 april 2022 (PB L 112 van 11.4.2022, blz. 48),

   32022 R 0649: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/649 van de Commissie van 20 april 2022 (PB L 119 van 21.4.2022, blz. 5),

   32022 R 0678: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/678 van de Commissie van 26 april 2022 (PB L 124 van 27.4.2022, blz. 1),

   32022 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/704 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 10),

   32022 R 0742: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/742 van de Commissie van 13 mei 2022 (PB L 137 van 16.5.2022, blz. 25),

   32022 R 0792: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/792 van de Commissie van 19 mei 2022 (PB L 141 van 20.5.2022, blz. 18),


   32022 R 0845: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/845 van de Commissie van 30 mei 2022 (PB L 148 van 31.5.2022, blz. 26),

   32022 R 0914: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/914 van de Commissie van 10 juni 2022 (PB L 158 van 13.6.2022, blz. 27),

   32022 R 0928: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/928 van de Commissie van 15 juni 2022 (PB L 161 van 16.6.2022, blz. 67),

   32022 R 0976: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/976 van de Commissie van 22 juni 2022 (PB L 167 van 24.6.2022, blz. 38),

   32022 R 1040: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1040 van de Commissie van 29 juni 2022 (PB L 173 van 30.6.2022, blz. 61),

   32022 R 1197: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1197 van de Commissie van 11 juli 2022 (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 117),

   32022 R 1306: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1306 van de Commissie van 25 juli 2022 (PB L 197 van 26.7.2022, blz. 102),

   32022 R 1429: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1429 van de Commissie van 25 augustus 2022 (PB L 221 van 26.8.2022, blz. 74),

   32022 R 1385: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1385 van de Commissie van 8 augustus 2022 (PB L 207 van 9.8.2022, blz. 115),


   32022 R 1454: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1454 van de Commissie van 1 september 2022 (PB L 228 van 2.9.2022, blz. 33),

   32022 R 1618: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1618 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 90),

   32022 R 1619: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1619 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 141),

   32022 R 1676: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1676 van de Commissie van 29 september 2022 (PB L 252 van 30.9.2022, blz. 17),

   32022 R 2061: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2061 van de Commissie van 24 oktober 2022 (PB L 276 van 26.10.2022, blz. 69),

   32022 R 2183: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2183 van de Commissie van 8 november 2022 (PB L 288 van 9.11.2022, blz. 21),

   32022 R 2316: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2316 van de Commissie van 25 november 2022 (PB L 307 van 28.11.2022, blz. 57),

   32022 R 2329: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2329 van de Commissie van 28 november 2022 (PB L 308 van 29.11.2022, blz. 5),

   32022 R 2361: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2361 van de Commissie van 1 december 2022 (PB L 312 van 5.12.2022, blz. 5),


   32022 R 2487: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2487 van de Commissie van 16 december 2022 (PB L 323 van 19.12.2022, blz. 75).

9.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),


   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).

10.    32021 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/405 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen of regio’s daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 118), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 8,

   32021 R 0606: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/606 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 65),

   32021 R 1327: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1327 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 28),

   32022 R 0034: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/34 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 1),

   32022 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/363 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 40),

   32022 R 1389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1389 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 210 van 11.8.2022, blz. 1),


   32022 R 2293: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2293 van de Commissie van 18 november 2022 (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 31).

ONDERAFDELING 3

Pluimvee, broedeieren, eendagskuikens 
en van specifieke pathogeenvrije eieren

11.    32003 R 2160: Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 17 november 2003 inzake de bestrijding van salmonella en andere specifieke door voedsel overgedragen zoönoseverwekkers (PB L 325 van 12.12.2003, blz. 1), gewijzigd bij:

   32007 R 1237: Verordening (EG) nr. 1237/2007 van de Commissie van 23 oktober 2007 (PB L 280 van 24.10.2007, blz. 5),

   32009 R 0213: Verordening (EG) nr. 213/2009 van de Commissie van 18 maart 2009 (PB L 73 van 19.3.2009, blz. 5),

   32011 R 1086: Verordening (EU) nr. 1086/2011 van de Commissie van 27 oktober 2011 (PB L 281 van 28.10.2011, blz. 7),

   32013 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2013 van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 1),


   32016 R 0429: Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 (PB L 84 van 31.3.2016, blz. 1).

12.    32020 R 0692: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/692 van de Commissie van 30 januari 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor de binnenkomst in de Unie en het na binnenkomst verplaatsen van en werken met zendingen van bepaalde dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 379), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1703: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1703 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 29),

   32021 R 1705: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1705 van de Commissie van 14 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 40),

   32022 R 0054: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/54 van de Commissie van 21 oktober 2021 (PB L 10 van 17.1.2022, blz. 1).


13.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),

   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),


   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).

14.    32021 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/405 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen of regio’s daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 118), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 8, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0606: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/606 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 65),

   32021 R 1327: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1327 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 28),

   32022 R 0034: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/34 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 1),

   32022 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/363 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 40),

   32022 R 1389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1389 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 210 van 11.8.2022, blz. 1),

   32022 R 2293: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2293 van de Commissie van 18 november 2022 (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 31).


15.    32007 D 0843: Beschikking 2007/843/EG van de Commissie van 11 december 2007 tot goedkeuring van programma’s ter bestrijding van salmonella bij vermeerderingskoppels van Gallus gallus in bepaalde derde landen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Beschikking 2006/696/EG wat betreft bepaalde volksgezondheidsvoorschriften bij de invoer van pluimvee en broedeieren (PB L 332 van 18.12.2007, blz. 81), zoals gewijzigd bij:

   32011 D 0238: Besluit 2011/238/EU van de Commissie van 13 april 2011 (PB L 100 van 14.4.2011, blz. 73).

ONDERAFDELING 4

Aquacultuurdieren – vis

16.    32020 R 2236: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2236 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van regels voor de toepassing van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van waterdieren en bepaalde producten van dierlijke oorsprong van waterdieren, officiële certificering van dergelijke certificaten, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1251/2008 (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 410), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),


   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1).

17.    32021 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/405 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen of regio’s daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 118), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 8, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0606: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/606 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 65),

   32021 R 1327: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1327 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 28),

   32022 R 0034: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/34 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 1),

   32022 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/363 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 40),


   32022 R 1389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1389 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 210 van 11.8.2022, blz. 1),

   32022 R 2293: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2293 van de Commissie van 18 november 2022 (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 31).

ONDERAFDELING 5

Embryo’s van runderen

18.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),


   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),

   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).

19.    32021 R 0404: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/404 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen en gebieden of zones daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 9, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0634: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/634 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 132 van 19.4.2021, blz. 108),

   32021 R 1178: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1178 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 63),


   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1692: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1692 van de Commissie van 21 september 2021 (PB L 334 van 22.9.2021, blz. 9),

   32021 R 1727: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1727 van de Commissie van 29 september 2021 (PB L 345 van 30.9.2021, blz. 1),

   32021 R 1937: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1937 van de Commissie van 9 november 2021 (PB L 396 van 10.11.2021, blz. 36),

   32021 R 1977: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1977 van de Commissie van 12 november 2021 (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 60),

   32021 R 2031: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2031 van de Commissie van 19 november 2021 (PB L 415 van 22.11.2021, blz. 20),

   32021 R 2107: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2107 van de Commissie van 26 november 2021 (PB L 429 van 1.12.2021, blz. 92),

   32021 R 2143: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2143 van de Commissie van 3 december 2021 (PB L 433 van 6.12.2021, blz. 11),


   32021 R 2172: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2172 van de Commissie van 8 december 2021 (PB L 440 van 9.12.2021, blz. 1),

   32021 R 2240: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2240 van de Commissie van 15 december 2021 (PB L 450 van 16.12.2021, blz. 137),

   32021 R 2291: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2291 van de Commissie van 21 december 2021 (PB L 458 van 22.12.2021, blz. 494),

   32022 R 0035: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/35 van de Commissie van 6 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 14),

   32022 R 0038: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/38 van de Commissie van 12 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 126),

   32022 R 0080: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/80 van de Commissie van 19 januari 2022 (PB L 13 van 20.1.2022, blz. 37),

   32022 R 0104: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/104 van de Commissie van 26 januari 2022 (PB L 18 van 27.1.2022, blz. 4),

   32022 R 0194: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/194 van de Commissie van 10 februari 2022 (PB L 31 van 14.2.2022, blz. 21),

   32022 R 0215: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/215 van de Commissie van 17 februari 2022 (PB L 37 van 18.2.2022, blz. 28),


   32022 R 0249: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/249 van de Commissie van 18 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 16),

   32022 R 0250: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/250 van de Commissie van 21 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 19),

   32022 R 0305: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/305 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 46 van 25.2.2022, blz. 84),

   32022 R 0364: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/364 van de Commissie van 3 maart 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 45),

   32022 R 0416: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/416 van de Commissie van 11 maart 2022 (PB L 85 van 14.3.2022, blz. 28),

   32022 R 0424: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/424 van de Commissie van 14 maart 2022 (PB L 87 van 15.3.2022, blz. 14),

   32022 R 0528: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/528 van de Commissie van 1 april 2022 (PB L 105 van 4.4.2022, blz. 14),

   32022 R 0588: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/588 van de Commissie van 8 april 2022 (PB L 112 van 11.4.2022, blz. 48),

   32022 R 0649: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/649 van de Commissie van 20 april 2022 (PB L 119 van 21.4.2022, blz. 5),


   32022 R 0678: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/678 van de Commissie van 26 april 2022 (PB L 124 van 27.4.2022, blz. 1),

   32022 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/704 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 10),

   32022 R 0742: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/742 van de Commissie van 13 mei 2022 (PB L 137 van 16.5.2022, blz. 25),

   32022 R 0792: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/792 van de Commissie van 19 mei 2022 (PB L 141 van 20.5.2022, blz. 18),

   32022 R 0845: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/845 van de Commissie van 30 mei 2022 (PB L 148 van 31.5.2022, blz. 26),

   32022 R 0914: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/914 van de Commissie van 10 juni 2022 (PB L 158 van 13.6.2022, blz. 27),

   32022 R 0928: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/928 van de Commissie van 15 juni 2022 (PB L 161 van 16.6.2022, blz. 67),

   32022 R 0976: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/976 van de Commissie van 22 juni 2022 (PB L 167 van 24.6.2022, blz. 38),

   32022 R 1040: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1040 van de Commissie van 29 juni 2022 (PB L 173 van 30.6.2022, blz. 61),


   32022 R 1197: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1197 van de Commissie van 11 juli 2022 (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 117),

   32022 R 1306: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1306 van de Commissie van 25 juli 2022 (PB L 197 van 26.7.2022, blz. 102),

   32022 R 1385: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1385 van de Commissie van 8 augustus 2022 (PB L 207 van 9.8.2022, blz. 115),

   32022 R 1429: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1429 van de Commissie van 25 augustus 2022 (PB L 221 van 26.8.2022, blz. 74),

   32022 R 1454: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1454 van de Commissie van 1 september 2022 (PB L 228 van 2.9.2022, blz. 33),

   32022 R 1618: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1618 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 90),

   32022 R 1619: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1619 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 141),

   32022 R 1676: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1676 van de Commissie van 29 september 2022 (PB L 252 van 30.9.2022, blz. 17),

   32022 R 2061: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2061 van de Commissie van 24 oktober 2022 (PB L 276 van 26.10.2022, blz. 69),


   32022 R 2183: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2183 van de Commissie van 8 november 2022 (PB L 288 van 9.11.2022, blz. 21),

   32022 R 2316: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2316 van de Commissie van 25 november 2022 (PB L 307 van 28.11.2022, blz. 57),

   32022 R 2329: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2329 van de Commissie van 28 november 2022 (PB L 308 van 29.11.2022, blz. 5),

   32022 R 2361: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2361 van de Commissie van 1 december 2022 (PB L 312 van 5.12.2022, blz. 5),

   32022 R 2487: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2487 van de Commissie van 16 december 2022 (PB L 323 van 19.12.2022, blz. 75).


ONDERAFDELING 6

Sperma van runderen

20.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),


   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),

   32022 R 0036: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/36 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 36),

   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).

21.    32021 R 0404: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/404 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen en gebieden of zones daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 9, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0634: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/634 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 132 van 19.4.2021, blz. 108),

   32021 R 1178: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1178 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 63),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),


   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1692: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1692 van de Commissie van 21 september 2021 (PB L 334 van 22.9.2021, blz. 9),

   32021 R 1727: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1727 van de Commissie van 29 september 2021 (PB L 345 van 30.9.2021, blz. 1),

   32021 R 1937: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1937 van de Commissie van 9 november 2021 (PB L 396 van 10.11.2021, blz. 36),

   32021 R 1977: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1977 van de Commissie van 12 november 2021 (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 60),

   32021 R 2031: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2031 van de Commissie van 19 november 2021 (PB L 415 van 22.11.2021, blz. 20),

   32021 R 2107: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2107 van de Commissie van 26 november 2021 (PB L 429 van 1.12.2021, blz. 92),

   32021 R 2143: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2143 van de Commissie van 3 december 2021 (PB L 433 van 6.12.2021, blz. 11),

   32021 R 2172: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2172 van de Commissie van 8 december 2021 (PB L 440 van 9.12.2021, blz. 1),


   32021 R 2240: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2240 van de Commissie van 15 december 2021 (PB L 450 van 16.12.2021, blz. 137),

   32021 R 2291: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2291 van de Commissie van 21 december 2021 (PB L 458 van 22.12.2021, blz. 494),

   32022 R 0035: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/35 van de Commissie van 6 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 14),

   32022 R 0038: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/38 van de Commissie van 12 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 126),

   32022 D 1980: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/80 van de Commissie van 19 januari 2022 (PB L 272 van 20.10.2022, blz. 21),

   32022 R 0104: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/104 van de Commissie van 26 januari 2022 (PB L 18 van 27.1.2022, blz. 4),

   32022 R 0194: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/194 van de Commissie van 10 februari 2022 (PB L 31 van 14.2.2022, blz. 21),

   32022 R 0215: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/215 van de Commissie van 17 februari 2022 (PB L 37 van 18.2.2022, blz. 28),

   32022 R 0249: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/249 van de Commissie van 18 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 16),


   32022 R 0250: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/250 van de Commissie van 21 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 19),

   32022 R 0305: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/305 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 46 van 25.2.2022, blz. 84),

   32022 R 0364: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/364 van de Commissie van 3 maart 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 45),

   32022 R 0416: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/416 van de Commissie van 11 maart 2022 (PB L 85 van 14.3.2022, blz. 28),

   32022 R 0424: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/424 van de Commissie van 14 maart 2022 (PB L 87 van 15.3.2022, blz. 14),

   32022 R 0528: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/528 van de Commissie van 1 april 2022 (PB L 105 van 4.4.2022, blz. 14),

   32022 R 0588: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/588 van de Commissie van 8 april 2022 (PB L 112 van 11.4.2022, blz. 48),

   32022 R 0649: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/649 van de Commissie van 20 april 2022 (PB L 119 van 21.4.2022, blz. 5),

   32022 R 0678: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/678 van de Commissie van 26 april 2022 (PB L 124 van 27.4.2022, blz. 1),


   32022 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/704 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 10),

   32022 R 0742: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/742 van de Commissie van 13 mei 2022 (PB L 137 van 16.5.2022, blz. 25),

   32022 R 0792: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/792 van de Commissie van 19 mei 2022 (PB L 141 van 20.5.2022, blz. 18),

   32022 R 0914: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/914 van de Commissie van 10 juni 2022 (PB L 158 van 13.6.2022, blz. 27),

   32022 R 0845: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/845 van de Commissie van 30 mei 2022 (PB L 148 van 31.5.2022, blz. 26),

   32022 R 0914: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/914 van de Commissie van 10 juni 2022 (PB L 158 van 13.6.2022, blz. 27),

   32022 R 0928: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/928 van de Commissie van 15 juni 2022 (PB L 161 van 16.6.2022, blz. 67),

   32022 R 0976: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/976 van de Commissie van 22 juni 2022 (PB L 167 van 24.6.2022, blz. 38),

   32022 R 1040: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1040 van de Commissie van 29 juni 2022 (PB L 173 van 30.6.2022, blz. 61),


   32022 R 1197: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1197 van de Commissie van 11 juli 2022 (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 117),

   32022 R 1306: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1306 van de Commissie van 25 juli 2022 (PB L 197 van 26.7.2022, blz. 102),

   32022 R 1385: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1385 van de Commissie van 8 augustus 2022 (PB L 207 van 9.8.2022, blz. 115),

   32022 R 1429: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1429 van de Commissie van 25 augustus 2022 (PB L 221 van 26.8.2022, blz. 74),

   32022 R 1454: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1454 van de Commissie van 1 september 2022 (PB L 228 van 2.9.2022, blz. 33),

   32022 R 1618: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1618 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 90),

   32022 R 1619: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1619 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 141),

   32022 R 1676: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1676 van de Commissie van 29 september 2022 (PB L 252 van 30.9.2022, blz. 17),

   32022 R 2061: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2061 van de Commissie van 24 oktober 2022 (PB L 276 van 26.10.2022, blz. 69),


   32022 R 2183: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2183 van de Commissie van 8 november 2022 (PB L 288 van 9.11.2022, blz. 21),

   32022 R 2316: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2316 van de Commissie van 25 november 2022 (PB L 307 van 28.11.2022, blz. 57),

   32022 R 2329: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2329 van de Commissie van 28 november 2022 (PB L 308 van 29.11.2022, blz. 5),

   32022 R 2361: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2361 van de Commissie van 1 december 2022 (PB L 312 van 5.12.2022, blz. 5),

   32022 R 2487: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2487 van de Commissie van 16 december 2022 (PB L 323 van 19.12.2022, blz. 75).


ONDERAFDELING 7

EICELLEN EN EMBRYO’S VAN VARKENS

22.    32021 R 0404: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/404 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen en gebieden of zones daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 9, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0634: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/634 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 132 van 19.4.2021, blz. 108),

   32021 R 1178: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1178 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 63),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1692: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1692 van de Commissie van 21 september 2021 (PB L 334 van 22.9.2021, blz. 9),

   32021 R 1727: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1727 van de Commissie van 29 september 2021 (PB L 345 van 30.9.2021, blz. 1),


   32021 R 1937: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1937 van de Commissie van 9 november 2021 (PB L 396 van 10.11.2021, blz. 36),

   32021 R 1977: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1977 van de Commissie van 12 november 2021 (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 60),

   32021 R 2031: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2031 van de Commissie van 19 november 2021 (PB L 415 van 22.11.2021, blz. 20),

   32021 R 2107: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2107 van de Commissie van 26 november 2021 (PB L 429 van 1.12.2021, blz. 92),

   32021 R 2143: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2143 van de Commissie van 3 december 2021 (PB L 433 van 6.12.2021, blz. 11),

   32021 R 2172: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2172 van de Commissie van 8 december 2021 (PB L 440 van 9.12.2021, blz. 1),

   32021 R 2240: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2240 van de Commissie van 15 december 2021 (PB L 450 van 16.12.2021, blz. 137),

   32021 R 2291: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2291 van de Commissie van 21 december 2021 (PB L 458 van 22.12.2021, blz. 494),

   32022 R 0035: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/35 van de Commissie van 6 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 14),


   32022 R 0038: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/38 van de Commissie van 12 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 126),

   32022 R 0080: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/80 van de Commissie van 19 januari 2022 (PB L 13 van 20.1.2022, blz. 37),

   32022 R 0104: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/104 van de Commissie van 26 januari 2022 (PB L 18 van 27.1.2022, blz. 4),

   32022 R 0194: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/194 van de Commissie van 10 februari 2022 (PB L 31 van 14.2.2022, blz. 21),

   32022 R 0215: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/215 van de Commissie van 17 februari 2022 (PB L 37 van 18.2.2022, blz. 28),

   32022 R 0249: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/249 van de Commissie van 18 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 16),

   32022 R 0250: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/250 van de Commissie van 21 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 19),

   32022 R 0305: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/305 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 46 van 25.2.2022, blz. 84),

   32022 R 0364: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/364 van de Commissie van 3 maart 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 45),


   32022 R 0416: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/416 van de Commissie van 11 maart 2022 (PB L 85 van 14.3.2022, blz. 28),

   32022 R 0424: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/424 van de Commissie van 14 maart 2022 (PB L 87 van 15.3.2022, blz. 14),

   32022 R 0528: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/528 van de Commissie van 1 april 2022 (PB L 105 van 4.4.2022, blz. 14),

   32022 R 0588: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/588 van de Commissie van 8 april 2022 (PB L 112 van 11.4.2022, blz. 48),

   32022 R 0649: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/649 van de Commissie van 20 april 2022 (PB L 119 van 21.4.2022, blz. 5),

   32022 R 0678: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/678 van de Commissie van 26 april 2022 (PB L 124 van 27.4.2022, blz. 1),

   32022 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/704 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 10),

   32022 R 0742: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/742 van de Commissie van 13 mei 2022 (PB L 137 van 16.5.2022, blz. 25),

   32022 R 0792: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/792 van de Commissie van 19 mei 2022 (PB L 141 van 20.5.2022, blz. 18),


   32022 R 0845: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/845 van de Commissie van 30 mei 2022 (PB L 148 van 31.5.2022, blz. 26),

   32022 R 0914: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/914 van de Commissie van 10 juni 2022 (PB L 158 van 13.6.2022, blz. 27),

   32022 R 0928: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/928 van de Commissie van 15 juni 2022 (PB L 161 van 16.6.2022, blz. 67),

   32022 R 0976: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/976 van de Commissie van 22 juni 2022 (PB L 167 van 24.6.2022, blz. 38),

   32022 R 1040: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1040 van de Commissie van 29 juni 2022 (PB L 173 van 30.6.2022, blz. 61),

   32022 R 1197: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1197 van de Commissie van 11 juli 2022 (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 117),

   32022 R 1306: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1306 van de Commissie van 25 juli 2022 (PB L 197 van 26.7.2022, blz. 102),

   32022 R 1385: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1385 van de Commissie van 8 augustus 2022 (PB L 207 van 9.8.2022, blz. 115),

   32022 R 1429: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1429 van de Commissie van 25 augustus 2022 (PB L 221 van 26.8.2022, blz. 74),


   32022 R 1454: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1454 van de Commissie van 1 september 2022 (PB L 228 van 2.9.2022, blz. 33),

   32022 R 1619: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1619 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 141),

   32022 R 1618: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1618 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 90),

   32022 R 1676: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1676 van de Commissie van 29 september 2022 (PB L 252 van 30.9.2022, blz. 17),

   32022 R 2061: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2061 van de Commissie van 24 oktober 2022 (PB L 276 van 26.10.2022, blz. 69),

   32022 R 2183: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2183 van de Commissie van 8 november 2022 (PB L 288 van 9.11.2022, blz. 21),

   32022 R 2316: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2316 van de Commissie van 25 november 2022 (PB L 307 van 28.11.2022, blz. 57),

   32022 R 2329: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2329 van de Commissie van 28 november 2022 (PB L 308 van 29.11.2022, blz. 5),

   32022 R 2487: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2487 van de Commissie van 16 december 2022 (PB L 323 van 19.12.2022, blz. 75),


   32022 R 2361: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2361 van de Commissie van 1 december 2022 (PB L 312 van 5.12.2022, blz. 5).

ONDERAFDELING 8

Sperma van varkens

23.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),


   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),

   32022 R 0036: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/36 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 36),

   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).

24.    32021 R 0404: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/404 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen en gebieden of zones daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 9, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0634: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/634 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 132 van 19.4.2021, blz. 108),

   32021 R 1178: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1178 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 63),


   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1692: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1692 van de Commissie van 21 september 2021 (PB L 334 van 22.9.2021, blz. 9),

   32021 R 1727: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1727 van de Commissie van 29 september 2021 (PB L 345 van 30.9.2021, blz. 1),

   32021 R 1937: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1937 van de Commissie van 9 november 2021 (PB L 396 van 10.11.2021, blz. 36),

   32021 R 1977: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1977 van de Commissie van 12 november 2021 (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 60),

   32021 R 2031: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2031 van de Commissie van 19 november 2021 (PB L 415 van 22.11.2021, blz. 20),

   32021 R 2107: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2107 van de Commissie van 26 november 2021 (PB L 429 van 1.12.2021, blz. 92),

   32021 R 2143: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2143 van de Commissie van 3 december 2021 (PB L 433 van 6.12.2021, blz. 11),


   32021 R 2172: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2172 van de Commissie van 8 december 2021 (PB L 440 van 9.12.2021, blz. 1),

   32021 R 2240: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2240 van de Commissie van 15 december 2021 (PB L 450 van 16.12.2021, blz. 137),

   32021 R 2291: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2291 van de Commissie van 21 december 2021 (PB L 458 van 22.12.2021, blz. 494),

   32022 R 0035: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/35 van de Commissie van 6 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 14),

   32022 R 0038: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/38 van de Commissie van 12 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 126),

   32022 R 0080: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/80 van de Commissie van 19 januari 2022 (PB L 13 van 20.1.2022, blz. 37),

   32022 R 0104: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/104 van de Commissie van 26 januari 2022 (PB L 18 van 27.1.2022, blz. 4),

   32022 R 0194: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/194 van de Commissie van 10 februari 2022 (PB L 31 van 14.2.2022, blz. 21),

   32022 R 0215: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/215 van de Commissie van 17 februari 2022 (PB L 37 van 18.2.2022, blz. 28),


   32022 R 0249: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/249 van de Commissie van 18 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 16),

   32022 R 0250: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/250 van de Commissie van 21 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 19),

   32022 R 0305: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/305 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 46 van 25.2.2022, blz. 84),

   32022 R 0364: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/364 van de Commissie van 3 maart 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 45),

   32022 R 0416: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/416 van de Commissie van 11 maart 2022 (PB L 85 van 14.3.2022, blz. 28),

   32022 R 0424: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/424 van de Commissie van 14 maart 2022 (PB L 87 van 15.3.2022, blz. 14),

   32022 R 0528: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/528 van de Commissie van 1 april 2022 (PB L 105 van 4.4.2022, blz. 14),

   32022 R 0588: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/588 van de Commissie van 8 april 2022 (PB L 112 van 11.4.2022, blz. 48),

   32022 R 0649: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/649 van de Commissie van 20 april 2022 (PB L 119 van 21.4.2022, blz. 5),


   32022 R 0678: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/678 van de Commissie van 26 april 2022 (PB L 124 van 27.4.2022, blz. 1),

   32022 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/704 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 10),

   32022 R 0742: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/742 van de Commissie van 13 mei 2022 (PB L 137 van 16.5.2022, blz. 25),

   32022 R 0792: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/792 van de Commissie van 19 mei 2022 (PB L 141 van 20.5.2022, blz. 18),

   32022 R 0845: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/845 van de Commissie van 30 mei 2022 (PB L 148 van 31.5.2022, blz. 26),

   32022 R 0914: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/914 van de Commissie van 10 juni 2022 (PB L 158 van 13.6.2022, blz. 27),

   32022 R 0928: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/928 van de Commissie van 15 juni 2022 (PB L 161 van 16.6.2022, blz. 67),

   32022 R 0976: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/976 van de Commissie van 22 juni 2022 (PB L 167 van 24.6.2022, blz. 38),

   32022 R 1040: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1040 van de Commissie van 29 juni 2022 (PB L 173 van 30.6.2022, blz. 61),


   32022 R 1197: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1197 van de Commissie van 11 juli 2022 (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 117),

   32022 R 1306: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1306 van de Commissie van 25 juli 2022 (PB L 197 van 26.7.2022, blz. 102),

   32022 R 1385: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1385 van de Commissie van 8 augustus 2022 (PB L 207 van 9.8.2022, blz. 115),

   32022 R 1429: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1429 van de Commissie van 25 augustus 2022 (PB L 221 van 26.8.2022, blz. 74),

   32022 R 1454: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1454 van de Commissie van 1 september 2022 (PB L 228 van 2.9.2022, blz. 33),

   32022 R 1618: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1618 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 90),

   32022 R 1619: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1619 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 141),

   32022 R 1676: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1676 van de Commissie van 29 september 2022 (PB L 252 van 30.9.2022, blz. 17),

   32022 R 2061: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2061 van de Commissie van 24 oktober 2022 (PB L 276 van 26.10.2022, blz. 69),


   32022 R 2183: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2183 van de Commissie van 8 november 2022 (PB L 288 van 9.11.2022, blz. 21),

   32022 R 2316: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2316 van de Commissie van 25 november 2022 (PB L 307 van 28.11.2022, blz. 57),

   32022 R 2329: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2329 van de Commissie van 28 november 2022 (PB L 308 van 29.11.2022, blz. 5),

   32022 R 2361: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2361 van de Commissie van 1 december 2022 (PB L 312 van 5.12.2022, blz. 5),

   32022 R 2487: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2487 van de Commissie van 16 december 2022 (PB L 323 van 19.12.2022, blz. 75).


ONDERAFDELING 9

SPERMA, EICELLEN EN EMBRYO’S VAN PAARDEN

25.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),


   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),

   32022 R 0036: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/36 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 36),

   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).

26.    32021 R 0404: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/404 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen en gebieden of zones daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 9, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0634: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/634 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 132 van 19.4.2021, blz. 108),

   32021 R 1178: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1178 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 63),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),


   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1692: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1692 van de Commissie van 21 september 2021 (PB L 334 van 22.9.2021, blz. 9),

   32021 R 1727: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1727 van de Commissie van 29 september 2021 (PB L 345 van 30.9.2021, blz. 1),

   32021 R 1937: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1937 van de Commissie van 9 november 2021 (PB L 396 van 10.11.2021, blz. 36),

   32021 R 1977: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1977 van de Commissie van 12 november 2021 (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 60),

   32021 R 2031: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2031 van de Commissie van 19 november 2021 (PB L 415 van 22.11.2021, blz. 20),

   32021 R 2107: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2107 van de Commissie van 26 november 2021 (PB L 429 van 1.12.2021, blz. 92),

   32021 R 2143: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2143 van de Commissie van 3 december 2021 (PB L 433 van 6.12.2021, blz. 11),

   32021 R 2172: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2172 van de Commissie van 8 december 2021 (PB L 440 van 9.12.2021, blz. 1),


   32021 R 2240: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2240 van de Commissie van 15 december 2021 (PB L 450 van 16.12.2021, blz. 137),

   32021 R 2291: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2291 van de Commissie van 21 december 2021 (PB L 458 van 22.12.2021, blz. 494),

   32022 R 0035: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/35 van de Commissie van 6 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 14),

   32022 R 0038: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/38 van de Commissie van 12 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 126),

   32022 R 0080: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/80 van de Commissie van 19 januari 2022 (PB L 13 van 20.1.2022, blz. 37),

   32022 R 0104: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/104 van de Commissie van 26 januari 2022 (PB L 18 van 27.1.2022, blz. 4),

   32022 R 0194: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/194 van de Commissie van 10 februari 2022 (PB L 31 van 14.2.2022, blz. 21),

   32022 R 0215: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/215 van de Commissie van 17 februari 2022 (PB L 37 van 18.2.2022, blz. 28),

   32022 R 0249: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/249 van de Commissie van 18 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 16),


   32022 R 0250: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/250 van de Commissie van 21 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 19),

   32022 R 0305: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/305 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 46 van 25.2.2022, blz. 84),

   32022 R 0364: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/364 van de Commissie van 3 maart 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 45),

   32022 R 0416: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/416 van de Commissie van 11 maart 2022 (PB L 85 van 14.3.2022, blz. 28),

   32022 R 0424: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/424 van de Commissie van 14 maart 2022 (PB L 87 van 15.3.2022, blz. 14),

   32022 R 0528: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/528 van de Commissie van 1 april 2022 (PB L 105 van 4.4.2022, blz. 14),

   32022 R 0588: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/588 van de Commissie van 8 april 2022 (PB L 112 van 11.4.2022, blz. 48),

   32022 R 0649: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/649 van de Commissie van 20 april 2022 (PB L 119 van 21.4.2022, blz. 5),

   32022 R 0678: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/678 van de Commissie van 26 april 2022 (PB L 124 van 27.4.2022, blz. 1),


   32022 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/704 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 10),

   32022 R 0742: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/742 van de Commissie van 13 mei 2022 (PB L 137 van 16.5.2022, blz. 25),

   32022 R 0792: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/792 van de Commissie van 19 mei 2022 (PB L 141 van 20.5.2022, blz. 18),

   32022 R 0845: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/845 van de Commissie van 30 mei 2022 (PB L 148 van 31.5.2022, blz. 26),

   32022 R 0914: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/914 van de Commissie van 10 juni 2022 (PB L 158 van 13.6.2022, blz. 27),

   32022 R 0928: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/928 van de Commissie van 15 juni 2022 (PB L 161 van 16.6.2022, blz. 67),

   32022 R 0976: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/976 van de Commissie van 22 juni 2022 (PB L 167 van 24.6.2022, blz. 38),

   32022 R 1040: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1040 van de Commissie van 29 juni 2022 (PB L 173 van 30.6.2022, blz. 61),

   32022 R 1197: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1197 van de Commissie van 11 juli 2022 (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 117),


   32022 R 1306: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1306 van de Commissie van 25 juli 2022 (PB L 197 van 26.7.2022, blz. 102),

   32022 R 1385: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1385 van de Commissie van 8 augustus 2022 (PB L 207 van 9.8.2022, blz. 115),

   32022 R 1429: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1429 van de Commissie van 25 augustus 2022 (PB L 221 van 26.8.2022, blz. 74),

   32022 R 1454: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1454 van de Commissie van 1 september 2022 (PB L 228 van 2.9.2022, blz. 33),

   32022 R 1618: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1618 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 90),

   32022R1619: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1619 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 141),

   32022 R 1676: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1676 van de Commissie van 29 september 2022 (PB L 252 van 30.9.2022, blz. 17),

   32022 R 2061: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2061 van de Commissie van 24 oktober 2022 (PB L 276 van 26.10.2022, blz. 69),

   32022 R 2183: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2183 van de Commissie van 8 november 2022 (PB L 288 van 9.11.2022, blz. 21),


   32022 R 2316: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2316 van de Commissie van 25 november 2022 (PB L 307 van 28.11.2022, blz. 57),

   32022 R 2329: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2329 van de Commissie van 28 november 2022 (PB L 308 van 29.11.2022, blz. 5),

   32022 R 2361: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2361 van de Commissie van 1 december 2022 (PB L 312 van 5.12.2022, blz. 5),

   32022 R 2487: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2487 van de Commissie van 16 december 2022 (PB L 323 van 19.12.2022, blz. 75).

ONDERAFDELING 10

Sperma, eicellen en embryo’s van schapen en geiten

27.    32001 R 0999: Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2001 houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën (PB L 147 van 31.5.2001, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32001 R 1248: Verordening (EG) nr. 1248/2001 van de Commissie van 22 juni 2001 (PB L 173 van 27.6.2001, blz. 12),

   32001 R 1326: Verordening (EG) nr. 1326/2001 van de Commissie van 29 juni 2001 (PB L 177 van 30.6.2001, blz. 60),


   32002 R 0270: Verordening (EG) nr. 270/2002 van de Commissie van 14 februari 2002 (PB L 45 van 15.2.2002, blz. 4),

   32002 R 1494: Verordening (EG) nr. 1494/2002 van de Commissie van 21 augustus 2002 (PB L 225 van 22.8.2002, blz. 3),

   12003T: Toetredingsakte van 2003 (PB L 236 van 23.9.2003, blz. 432),

   32003 R 0260: Verordening (EG) nr. 260/2003 van de Commissie van 12 februari 2003 (PB L 37 van 13.2.2003, blz. 7),

   32003 R 1053: Verordening (EG) nr. 1053/2003 van de Commissie van 19 juni 2003 (PB L 152 van 20.6.2003, blz. 8),

   32003 R 1128: Verordening (EG) nr. 1128/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 16 juni 2003 (PB L 160 van 28.6.2003, blz. 1),

   32003 R 1139: Verordening (EG) nr. 1139/2003 van de Commissie van 27 juni 2003 (PB L 160 van 28.6.2003, blz. 22),

   32003 R 1234: Verordening (EG) nr. 1234/2003 van de Commissie van 10 juli 2003 (PB L 173 van 11.7.2003, blz. 6),

   32003 R 1809: Verordening (EG) nr. 1809/2003 van de Commissie van 15 oktober 2003 (PB L 265 van 16.10.2003, blz. 10),


   32003 R 1915: Verordening (EG) nr. 1915/2003 van de Commissie van 30 oktober 2003 (PB L 283 van 31.10.2003, blz. 29),

   32003 R 2245: Verordening (EG) nr. 2245/2003 van de Commissie van 19 december 2003 (PB L 333 van 20.12.2003, blz. 28),

   32004 R 0876: Verordening (EG) nr. 876/2004 van de Commissie van 29 april 2004 (PB L 162 van 30.4.2004, blz. 52),

   32004 R 1471: Verordening (EG) nr. 1471/2004 van de Commissie van 18 augustus 2004 (PB L 271 van 19.8.2004, blz. 24),

   32004 R 1492: Verordening (EG) nr. 1492/2004 van de Commissie van 23 augustus 2004 (PB L 274 van 24.8.2004, blz. 3),

   32004 R 1993: Verordening (EG) nr. 1993/2004 van de Commissie van 19 november 2004 (PB L 344 van 20.11.2004, blz. 12),

   32005 R 0036: Verordening (EG) nr. 36/2005 van de Commissie van 12 januari 2005 (PB L 10 van 13.1.2005, blz. 9),

   32005 R 0214: Verordening (EG) nr. 214/2005 van de Commissie van 9 februari 2005 (PB L 37 van 10.2.2005, blz. 9),

   32005 R 0260: Verordening (EG) nr. 260/2005 van de Commissie van 16 februari 2005 (PB L 46 van 17.2.2005, blz. 31),


   32005 R 0932: Verordening (EG) nr. 932/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2005 (PB L 163 van 23.6.2005, blz. 1),

   32005 R 1292: Verordening (EG) nr. 1292/2005 van de Commissie van 5 augustus 2005 (PB L 205 van 6.8.2005, blz. 3),

   32005 R 1974: Verordening (EG) nr. 1974/2005 van de Commissie van 2 december 2005 (PB L 317 van 3.12.2005, blz. 4),

   32006 R 0253: Verordening (EG) nr. 253/2006 van de Commissie van 14 februari 2006 (PB L 44 van 15.2.2006, blz. 9),

   32006 R 0339: Verordening (EG) nr. 339/2006 van de Commissie van 24 februari 2006 (PB L 55 van 25.2.2006, blz. 5),

   32006 R 0657: Verordening (EG) nr. 657/2006 van de Commissie van 10 april 2006 (PB L 116 van 29.4.2006, blz. 9),

   32006 R 0688: Verordening (EG) nr. 688/2006 van de Commissie van 4 mei 2006 (PB L 120 van 5.5.2006, blz. 10),

   32006 R 1041: Verordening (EG) nr. 1041/2006 van de Commissie van 7 juli 2006 (PB L 187 van 8.7.2006, blz. 10),

   32006 R 1923: Verordening (EG) nr. 1923/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 (PB L 404 van 30.12.2006, blz. 1),


   32007 R 0722: Verordening (EG) nr. 722/2007 van de Commissie van 25 juni 2007 (PB L 164 van 26.6.2007, blz. 7),

   32007 R 0727: Verordening (EG) nr. 727/2007 van de Commissie van 26 juni 2007 (PB L 165 van 27.6.2007, blz. 8),

   32007 R 1275: Verordening (EG) nr. 1275/2007 van de Commissie van 29 oktober 2007 (PB L 284 van 30.10.2007, blz. 8),

   32007 R 1428: Verordening (EG) nr. 1428/2007 van de Commissie van 4 december 2007 (PB L 317 van 5.12.2007, blz. 61),

   32008 R 0021: Verordening (EG) nr. 21/2008 van de Commissie van 11 januari 2008 (PB L 9 van 12.1.2008, blz. 3),

   32008 R 0315: Verordening (EG) nr. 315/2008 van de Commissie van 4 april 2008 (PB L 94 van 5.4.2008, blz. 3),

   32008 R 0357: Verordening (EG) nr. 357/2008 van de Commissie van 22 april 2008 (PB L 111 van 23.4.2008, blz. 3),

   32008 R 0553: Verordening (EG) nr. 553/2008 van 17 juni 2008 (PB L 158 van 18.6.2008, blz. 5), gerectificeerd bij: PB L 161 van 20.6.2008, blz. 49,

   32008 R 0571: Verordening (EG) nr. 571/2008 van de Commissie van 19 juni 2008 (PB L 161 van 20.6.2008, blz. 4),


   32008 R 0746: Verordening (EG) nr. 746/2008 van de Commissie van 17 juni 2008 (PB L 202 van 31.7.2008, blz. 11),

   32008 R 0956: Verordening (EG) nr. 956/2008 van de Commissie van 29 september 2008 (PB L 260 van 30.9.2008, blz. 8),

   32009 R 0103: Verordening (EG) nr. 103/2009 van de Commissie van 3 februari 2009 (PB L 34 van 4.2.2009, blz. 11),

   32009 R 0162: Verordening (EG) nr. 162/2009 van de Commissie van 26 februari 2009 (PB L 55 van 27.2.2009, blz. 11),

   32009 R 0163: Verordening (EG) nr. 163/2009 van de Commissie van 26 februari 2009 (PB L 55 van 27.2.2009, blz. 17),

   32009 R 0220: Verordening (EG) nr. 220/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 155),

   32011 R 0189: Verordening (EU) nr. 189/2011 van de Commissie van 25 februari 2011 (PB L 53 van 26.2.2011, blz. 56),

   32012 R 1064: Verordening (EU) nr. 1064/2012 van de Commissie van 13 november 2012 (PB L 314 van 14.11.2012, blz. 13),

   32013 R 0056: Verordening (EU) nr. 56/2013 van de Commissie van 16 januari 2013 (PB L 21 van 24.1.2013, blz. 3),


   32013 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2013 van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 1),

   32013 R 0630: Verordening (EU) nr. 630/2013 van de Commissie van 28 juni 2013 (PB L 179 van 29.6.2013, blz. 60),

   32014 R 1148: Verordening (EU) nr. 1148/2014 van de Commissie van 28 oktober 2014 (PB L 308 van 29.10.2014, blz. 66),

   32015 R 0728: Verordening (EU) 2015/728 van de Commissie van 6 mei 2015 (PB L 116 van 7.5.2015, blz. 1),

   32015 R 1162: Verordening (EU) 2015/1162 van de Commissie van 15 juli 2015 (PB L 188 van 16.7.2015, blz. 3),

   32016 R 0027: Verordening (EU) 2016/27 van de Commissie van 13 januari 2016 (PB L 9 van 14.1.2016, blz. 4),

   32016 R 1396: Verordening (EU) 2016/1396 van de Commissie van 18 augustus 2016 (PB L 225 van 19.8.2016, blz. 76),

   32017 R 0110: Verordening (EU) 2017/110 van de Commissie van 23 januari 2017 (PB L 18 van 24.1.2017, blz. 42),

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1),


   32017 R 0736: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/736 van de Commissie van 26 april 2017 (PB L 110 van 27.4.2017, blz. 2),

   32017 R 0893: Verordening (EU) 2017/893 van de Commissie van 24 mei 2017 (PB L 138 van 25.5.2017, blz. 92),

   32017 R 0894: Verordening (EU) 2017/894 van de Commissie van 24 mei 2017 (PB L 138 van 25.5.2017, blz. 117),

   32017 R 1972: Verordening (EU) 2017/1972 van de Commissie van 30 oktober 2017 (PB L 281 van 31.10.2017, blz. 14),

   32018 R 0221: Verordening (EU) 2018/221 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 43 van 16.2.2018, blz. 6),

   32018 R 0969: Verordening (EU) 2018/969 van de Commissie van 9 juli 2018 (PB L 174 van 10.7.2018, blz. 12),

   32019 R 0319: Verordening (EU) 2019/319 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 61 van 28.2.2019, blz. 1),

   32019 R 1091: Verordening (EU) 2019/1091 van de Commissie van 26 juni 2019 (PB L 173 van 27.6.2019, blz. 42),

   32020 R 0772: Verordening (EU) 2020/772 van de Commissie van 11 juni 2020 (PB L 184 van 12.6.2020, blz. 43),


   32020 R 1593: Verordening (EU) 2020/1593 van de Commissie van 29 oktober 2020 (PB L 360 van 30.10.2020, blz. 13),

   32021 R 1176: Verordening (EU) 2021/1176 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 56),

   32021 R 1372: Verordening (EU) 2021/1372 van de Commissie van 17 augustus 2021 (PB L 295 van 18.8.2021, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 398 van 11.11.2021, blz. 51,

   32022 R 0175: Verordening (EU) 2022/175 van de Commissie van 9 februari 2022 (PB L 29 van 10.2.2022, blz. 1),

   32022 R 2246: Verordening (EU) 2022/2246 van de Commissie van 15 november 2022 (PB L 295 van 16.11.2022, blz. 1).

28.    32021 R 0404: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/404 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen en gebieden of zones daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 9, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0634: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/634 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 132 van 19.4.2021, blz. 108),

   32021 R 1178: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1178 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 63),


   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1692: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1692 van de Commissie van 21 september 2021 (PB L 334 van 22.9.2021, blz. 9),

   32021 R 1727: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1727 van de Commissie van 29 september 2021 (PB L 345 van 30.9.2021, blz. 1),

   32021 R 1937: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1937 van de Commissie van 9 november 2021 (PB L 396 van 10.11.2021, blz. 36),

   32021 R 1977: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1977 van de Commissie van 12 november 2021 (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 60),

   32021 R 2031: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2031 van de Commissie van 19 november 2021 (PB L 415 van 22.11.2021, blz. 20),

   32021 R 2107: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2107 van de Commissie van 26 november 2021 (PB L 429 van 1.12.2021, blz. 92),

   32021 R 2143: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2143 van de Commissie van 3 december 2021 (PB L 433 van 6.12.2021, blz. 11),


   32021 R 2172: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2172 van de Commissie van 8 december 2021 (PB L 440 van 9.12.2021, blz. 1),

   32021 R 2240: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2240 van de Commissie van 15 december 2021 (PB L 450 van 16.12.2021, blz. 137),

   32021 R 2291: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2291 van de Commissie van 21 december 2021 (PB L 458 van 22.12.2021, blz. 494),

   32022 R 0035: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/35 van de Commissie van 6 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 14),

   32022 R 0038: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/38 van de Commissie van 12 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 126),

   32022 R 0080: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/80 van de Commissie van 19 januari 2022 (PB L 13 van 20.1.2022, blz. 37),

   32022 R 0104: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/104 van de Commissie van 26 januari 2022 (PB L 18 van 27.1.2022, blz. 4),

   32022 R 0194: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/194 van de Commissie van 10 februari 2022 (PB L 31 van 14.2.2022, blz. 21),

   32022 R 0215: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/215 van de Commissie van 17 februari 2022 (PB L 37 van 18.2.2022, blz. 28),


   32022 R 0249: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/249 van de Commissie van 18 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 16),

   32022 R 0250: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/250 van de Commissie van 21 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 19),

   32022 R 0305: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/305 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 46 van 25.2.2022, blz. 84),

   32022 R 0364: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/364 van de Commissie van 3 maart 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 45),

   32022 R 0416: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/416 van de Commissie van 11 maart 2022 (PB L 85 van 14.3.2022, blz. 28),

   32022 R 0424: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/424 van de Commissie van 14 maart 2022 (PB L 87 van 15.3.2022, blz. 14),

   32022 R 0528: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/528 van de Commissie van 1 april 2022 (PB L 105 van 4.4.2022, blz. 14),

   32022 R 0588: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/588 van de Commissie van 8 april 2022 (PB L 112 van 11.4.2022, blz. 48),

   32022 R 0649: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/649 van de Commissie van 20 april 2022 (PB L 119 van 21.4.2022, blz. 5),


   32022 R 0678: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/678 van de Commissie van 26 april 2022 (PB L 124 van 27.4.2022, blz. 1),

   32022 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/704 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 10),

   32022 R 0742: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/742 van de Commissie van 13 mei 2022 (PB L 137 van 16.5.2022, blz. 25),

   32022 R 0792: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/792 van de Commissie van 19 mei 2022 (PB L 141 van 20.5.2022, blz. 18),

   32022 R 0845: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/845 van de Commissie van 30 mei 2022 (PB L 148 van 31.5.2022, blz. 26),

   32022 R 0914: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/914 van de Commissie van 10 juni 2022 (PB L 158 van 13.6.2022, blz. 27),

   32022 R 0928: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/928 van de Commissie van 15 juni 2022 (PB L 161 van 16.6.2022, blz. 67),

   32022 R 0976: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/976 van de Commissie van 22 juni 2022 (PB L 167 van 24.6.2022, blz. 38),

   32022 R 1040: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1040 van de Commissie van 29 juni 2022 (PB L 173 van 30.6.2022, blz. 61),


   32022 R 1197: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1197 van de Commissie van 11 juli 2022 (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 117),

   32022 R 1306: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1306 van de Commissie van 25 juli 2022 (PB L 197 van 26.7.2022, blz. 102),

   32022 R 1385: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1385 van de Commissie van 8 augustus 2022 (PB L 207 van 9.8.2022, blz. 115),

   32022 R 1429: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1429 van de Commissie van 25 augustus 2022 (PB L 221 van 26.8.2022, blz. 74),

   32022 R 1454: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1454 van de Commissie van 1 september 2022 (PB L 228 van 2.9.2022, blz. 33),

   32022 R 1618: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1618 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 90),

   32022 R 1619: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1619 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 141),

   32022 R 1676: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1676 van de Commissie van 29 september 2022 (PB L 252 van 30.9.2022, blz. 17),

   32022 R 2061: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2061 van de Commissie van 24 oktober 2022 (PB L 276 van 26.10.2022, blz. 69),


   32022 R 2183: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2183 van de Commissie van 8 november 2022 (PB L 288 van 9.11.2022, blz. 21),

   32022 R 2316: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2316 van de Commissie van 25 november 2022 (PB L 307 van 28.11.2022, blz. 57),

   32022 R 2329: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2329 van de Commissie van 28 november 2022 (PB L 308 van 29.11.2022, blz. 5),

   32022 R 2361: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2361 van de Commissie van 1 december 2022 (PB L 312 van 5.12.2022, blz. 5),

   32022 R 2487: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2487 van de Commissie van 16 december 2022 (PB L 323 van 19.12.2022, blz. 75).

29.    32007 D 0453: Beschikking 2007/453/EG van de Commissie van 29 juni 2007 tot vaststelling van de BSE-status van lidstaten, derde landen of gebieden daarvan naar gelang van hun BSE-risico (PB L 172 van 30.6.2007, blz. 84), zoals gewijzigd bij:

   32008 D 0829: Besluit 2008/829/EG van de Commissie van 30 oktober 2008 (PB L 294 van 1.11.2008, blz. 14),

   32009 D 0830: Besluit 2009/830/EG van de Commissie van 11 november 2009 (PB L 295 van 12.11.2009, blz. 11),

   32012 D 0111: Uitvoeringsbesluit 2012/111/EU van de Commissie van 10 februari 2012 (PB L 50 van 23.2.2012, blz. 49),


   32012 D 0489: Uitvoeringsbesluit 2012/489/EU van de Commissie van 24 augustus 2012 (PB L 231 van 28.8.2012, blz. 13),

   32013 D 0429: Uitvoeringsbesluit 2013/429/EU van de Commissie van 9 augustus 2013 (PB L 217 van 13.8.2013, blz. 37),

   32014 D 0732: Uitvoeringsbesluit 2014/732/EU van de Commissie van 20 oktober 2014 (PB L 302 van 22.10.2014, blz. 58),

   32015 D 1356: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1356 van de Commissie van 4 augustus 2015 (PB L 209 van 6.8.2015, blz. 5),

   32016 D 0600: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/600 van de Commissie van 15 april 2016 (PB L 103 van 19.4.2016, blz. 41),

   32016 D 0701: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/701 van de Commissie van 4 mei 2016 (PB L 121 van 11.5.2016, blz. 22),

   32016 D 1100: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1100 van de Commissie van 5 juli 2016 (PB L 182 van 7.7.2016, blz. 47),

   32017 D 1396: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1396 van de Commissie van 26 juli 2017 (PB L 197 van 28.7.2017, blz. 9),

   32019 D 0599: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/599 van de Commissie van 11 april 2019 (PB L 103 van 12.4.2019, blz. 31),


   32019 D 1773: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1773 van de Commissie van 23 oktober 2019 (PB L 270 van 24.10.2019, blz. 116),

   32020 D 2212: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/2212 van de Commissie van 22 december 2020 (PB L 438 van 28.12.2020, blz. 44),

   32021 D 1321: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1321 van de Commissie van 6 augustus 2021 (PB L 286 van 10.8.2021, blz. 17),

   32022 D 1377: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1377 van de Commissie van 4 augustus 2022 (PB L 206 van 8.8.2022, blz. 51).


ONDERAFDELING 11

ANDERE DIEREN, SPERMA, EICELLEN EN EMBRYO’S

30.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),


   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),

   32022 R 0036: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/36 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 36),

   32022 R 0854:    Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).

31.    32020 R 0692: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/692 van de Commissie van 30 januari 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor de binnenkomst in de Unie en het na binnenkomst verplaatsen van en werken met zendingen van bepaalde dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 379), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1703: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1703 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 29),

   32021 R 1705: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1705 van de Commissie van 14 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 40),

   32022 R 0054: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/54 van de Commissie van 21 oktober 2021 (PB L 10 van 17.1.2022, blz. 1).


32.    32020 R 0692: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/692 van de Commissie van 30 januari 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor de binnenkomst in de Unie en het na binnenkomst verplaatsen van en werken met zendingen van bepaalde dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 379), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1703: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1703 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 29),

   32021 R 1705: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1705 van de Commissie van 14 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 40),

   32022 R 0054: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/54 van de Commissie van 21 oktober 2021 (PB L 10 van 17.1.2022, blz. 1).

33.    32021 R 0404: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/404 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen en gebieden of zones daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 9, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0634: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/634 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 132 van 19.4.2021, blz. 108),

   32021 R 1178: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1178 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 63),


   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1692: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1692 van de Commissie van 21 september 2021 (PB L 334 van 22.9.2021, blz. 9),

   32021 R 1727: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1727 van de Commissie van 29 september 2021 (PB L 345 van 30.9.2021, blz. 1),

   32021 R 1937: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1937 van de Commissie van 9 november 2021 (PB L 396 van 10.11.2021, blz. 36),

   32021 R 1977: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1977 van de Commissie van 12 november 2021 (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 60),

   32021 R 2031: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2031 van de Commissie van 19 november 2021 (PB L 415 van 22.11.2021, blz. 20),

   32021 R 2107: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2107 van de Commissie van 26 november 2021 (PB L 429 van 1.12.2021, blz. 92),

   32021 R 2143: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2143 van de Commissie van 3 december 2021 (PB L 433 van 6.12.2021, blz. 11),


   32021 R 2172: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2172 van de Commissie van 8 december 2021 (PB L 440 van 9.12.2021, blz. 1),

   32021 R 2240: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2240 van de Commissie van 15 december 2021 (PB L 450 van 16.12.2021, blz. 137),

   32021 R 2291: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2291 van de Commissie van 21 december 2021 (PB L 458 van 22.12.2021, blz. 494),

   32022 R 0035: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/35 van de Commissie van 6 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 14),

   32022 R 0038: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/38 van de Commissie van 12 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 126),

   32022 R 0080: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/80 van de Commissie van 19 januari 2022 (PB L 13 van 20.1.2022, blz. 37),

   32022 R 0104: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/104 van de Commissie van 26 januari 2022 (PB L 18 van 27.1.2022, blz. 4),

   32022 R 0194: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/194 van de Commissie van 10 februari 2022 (PB L 31 van 14.2.2022, blz. 21),

   32022 R 0215: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/215 van de Commissie van 17 februari 2022 (PB L 37 van 18.2.2022, blz. 28),


   32022 R 0249: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/249 van de Commissie van 18 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 16),

   32022 R 0250: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/250 van de Commissie van 21 februari 2022 (PB L 41 van 22.2.2022, blz. 19),

   32022 R 0305: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/305 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 46 van 25.2.2022, blz. 84),

   32022 R 0364: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/364 van de Commissie van 3 maart 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 45),

   32022 R 0416: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/416 van de Commissie van 11 maart 2022 (PB L 85 van 14.3.2022, blz. 28),

   32022 R 0424: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/424 van de Commissie van 14 maart 2022 (PB L 87 van 15.3.2022, blz. 14),

   32022 R 0528: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/528 van de Commissie van 1 april 2022 (PB L 105 van 4.4.2022, blz. 14),

   32022 R 0588: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/588 van de Commissie van 8 april 2022 (PB L 112 van 11.4.2022, blz. 48),

   32022 R 0649: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/649 van de Commissie van 20 april 2022 (PB L 119 van 21.4.2022, blz. 5),


   32022 R 0678: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/678 van de Commissie van 26 april 2022 (PB L 124 van 27.4.2022, blz. 1),

   32022 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/704 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 10),

   32022 R 0742: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/742 van de Commissie van 13 mei 2022 (PB L 137 van 16.5.2022, blz. 25),

   32022 R 0792: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/792 van de Commissie van 19 mei 2022 (PB L 141 van 20.5.2022, blz. 18),

   32022 R 0845: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/845 van de Commissie van 30 mei 2022 (PB L 148 van 31.5.2022, blz. 26),

   32022 R 0914: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/914 van de Commissie van 10 juni 2022 (PB L 158 van 13.6.2022, blz. 27),

   32022 R 0928: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/928 van de Commissie van 15 juni 2022 (PB L 161 van 16.6.2022, blz. 67),

   32022 R 0976: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/976 van de Commissie van 22 juni 2022 (PB L 167 van 24.6.2022, blz. 38),

   32022 R 1040: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1040 van de Commissie van 29 juni 2022 (PB L 173 van 30.6.2022, blz. 61),


   32022 R 1197: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1197 van de Commissie van 11 juli 2022 (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 117),

   32022 R 1306: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1306 van de Commissie van 25 juli 2022 (PB L 197 van 26.7.2022, blz. 102),

   32022 R 1385: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1385 van de Commissie van 8 augustus 2022 (PB L 207 van 9.8.2022, blz. 115),

   32022 R 1429: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1429 van de Commissie van 25 augustus 2022 (PB L 221 van 26.8.2022, blz. 74),

   32022 R 1454: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1454 van de Commissie van 1 september 2022 (PB L 228 van 2.9.2022, blz. 33),

   32022 R 1618: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1618 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 90),

   32022 R 1619: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1619 van de Commissie van 19 september 2022 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 141),

   32022 R 1676: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1676 van de Commissie van 29 september 2022 (PB L 252 van 30.9.2022, blz. 17),

   32022 R 2061: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2061 van de Commissie van 24 oktober 2022 (PB L 276 van 26.10.2022, blz. 69),


   32022 R 2183: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2183 van de Commissie van 8 november 2022 (PB L 288 van 9.11.2022, blz. 21),

   32022 R 2316: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2316 van de Commissie van 25 november 2022 (PB L 307 van 28.11.2022, blz. 57),

   32022 R 2329: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2329 van de Commissie van 28 november 2022 (PB L 308 van 29.11.2022, blz. 5),

   32022 R 2487: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2487 van de Commissie van 16 december 2022 (PB L 323 van 19.12.2022, blz. 75),

   32022 R 2361: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2361 van de Commissie van 1 december 2022 (PB L 312 van 5.12.2022, blz. 5).

34.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),


   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),

   32022 R 0036: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/36 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 36),

   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).


AFDELING B

DIERLIJKE PRODUCTEN VOOR MENSELIJKE CONSUMPTIE

35.    32004 L 0041: Richtlijn 2004/41/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 houdende intrekking van bepaalde richtlijnen inzake levensmiddelenhygiëne en tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften voor de productie en het in de handel brengen van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong, en tot wijziging van de Richtlijnen 89/662/EEG en 92/118/EEG van de Raad en van Beschikking 95/408/EG van de Raad (PB L 157 van 30.4.2004, blz. 33), gerectificeerd bij PB L 195 van 2.6.2004, blz. 12.


ONDERAFDELING 1

VLEES VAN HOEFDIEREN
(ALS HUISDIER GEHOUDEN RUNDEREN, VARKENS, SCHAPEN EN GEITEN,
PAARDACHTIGEN, GEKWEEKTE NON-DOMESTIC SUIDAE,
WILDE NIET-GEDOMESTICEERDE SUIDAE, WILDE NIET-GEDOMESTICEERDE EENHOEVIGEN,
GEKWEEKTE NIET-GEDOMESTICEERDE DIEREN MET UITZONDERING VAN SUIDAE EN EENHOEVIGEN),
WILDE NIET-GEDOMESTICEERDE DIEREN MET UITZONDERING VAN SUIDAE EN EENHOEVIGEN)

36.    32020 R 0692: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/692 van de Commissie van 30 januari 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor de binnenkomst in de Unie en het na binnenkomst verplaatsen van en werken met zendingen van bepaalde dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 379), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1703: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1703 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 29),

   32021 R 1705: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1705 van de Commissie van 14 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 40),

   32022 R 0054: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/54 van de Commissie van 21 oktober 2021 (PB L 10 van 17.1.2022, blz. 1).


37.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),

   32022 R 0036: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/36 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 36),


   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).

38.    32021 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/405 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen of regio’s daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 118), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 8, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0606: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/606 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 65),

   32021 R 1327: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1327 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 28),

   32022 R 0034: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/34 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 1),

   32022 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/363 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 40),

   32022 R 1389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1389 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 210 van 11.8.2022, blz. 1),


   32022 R 2293: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2293 van de Commissie van 18 november 2022 (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 31).

39.    32001 R 0999: Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2001 houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën (PB L 147 van 31.5.2001, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32001 R 1248: Verordening (EG) nr. 1248/2001 van de Commissie van 22 juni 2001 (PB L 173 van 27.6.2001, blz. 12),

   32001 R 1326: Verordening (EG) nr. 1326/2001 van de Commissie van 29 juni 2001 (PB L 177 van 30.6.2001, blz. 60),

   32002 R 0270: Verordening (EG) nr. 270/2002 van de Commissie van 14 februari 2002 (PB L 45 van 15.2.2002, blz. 4),

   32002 R 1494: Verordening (EG) nr. 1494/2002 van de Commissie van 21 augustus 2002 (PB L 225 van 22.8.2002, blz. 3),

   12003T: Toetredingsakte van 2003 (PB L 236 van 23.9.2003, blz. 432),

   32003 R 0260: Verordening (EG) nr. 260/2003 van de Commissie van 12 februari 2003 (PB L 37 van 13.2.2003, blz. 7),

   32003 R 1053: Verordening (EG) nr. 1053/2003 van de Commissie van 19 juni 2003 (PB L 152 van 20.6.2003, blz. 8),


   32003 R 1128: Verordening (EG) nr. 1128/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 16 juni 2003 (PB L 160 van 28.6.2003, blz. 1),

   32003 R 1139: Verordening (EG) nr. 1139/2003 van de Commissie van 27 juni 2003 (PB L 160 van 28.6.2003, blz. 22),

   32003 R 1234: Verordening (EG) nr. 1234/2003 van de Commissie van 10 juli 2003 (PB L 173 van 11.7.2003, blz. 6),

   32003 R 1809: Verordening (EG) nr. 1809/2003 van de Commissie van 15 oktober 2003 (PB L 265 van 16.10.2003, blz. 10),

   32003 R 1915: Verordening (EG) nr. 1915/2003 van de Commissie van 30 oktober 2003 (PB L 283 van 31.10.2003, blz. 29),

   32003 R 2245: Verordening (EG) nr. 2245/2003 van de Commissie van 19 december 2003 (PB L 333 van 20.12.2003, blz. 28),

   32004 R 0876: Verordening (EG) nr. 876/2004 van de Commissie van 29 april 2004 (PB L 162 van 30.4.2004, blz. 52),

   32004 R 1471: Verordening (EG) nr. 1471/2004 van de Commissie van 18 augustus 2004 (PB L 271 van 19.8.2004, blz. 24),

   32004 R 1492: Verordening (EG) nr. 1492/2004 van de Commissie van 23 augustus 2004 (PB L 274 van 24.8.2004, blz. 3),


   32004 R 1993: Verordening (EG) nr. 1993/2004 van de Commissie van 19 november 2004 (PB L 344 van 20.11.2004, blz. 12),

   32005 R 0036: Verordening (EG) nr. 36/2005 van de Commissie van 12 januari 2005 (PB L 10 van 13.1.2005, blz. 9),

   32005 R 0214: Verordening (EG) nr. 214/2005 van de Commissie van 9 februari 2005 (PB L 37 van 10.2.2005, blz. 9),

   32005 R 0260: Verordening (EG) nr. 260/2005 van de Commissie van 16 februari 2005 (PB L 46 van 17.2.2005, blz. 31),

   32005 R 0932: Verordening (EG) nr. 932/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2005 (PB L 163 van 23.6.2005, blz. 1),

   32005 R 1292: Verordening (EG) nr. 1292/2005 van de Commissie van 5 augustus 2005 (PB L 205 van 6.8.2005, blz. 3),

   32005 R 1974: Verordening (EG) nr. 1974/2005 van de Commissie van 2 december 2005 (PB L 317 van 3.12.2005, blz. 4),

   32006 R 0253: Verordening (EG) nr. 253/2006 van de Commissie van 14 februari 2006 (PB L 44 van 15.2.2006, blz. 9),

   32006 R 0339: Verordening (EG) nr. 339/2006 van de Commissie van 24 februari 2006 (PB L 55 van 25.2.2006, blz. 5),


   32006 R 0657: Verordening (EG) nr. 657/2006 van de Commissie van 10 april 2006 (PB L 116 van 29.4.2006, blz. 9),

   32006 R 0688: Verordening (EG) nr. 688/2006 van de Commissie van 4 mei 2006 (PB L 120 van 5.5.2006, blz. 10),

   32006 R 1041: Verordening (EG) nr. 1041/2006 van de Commissie van 7 juli 2006 (PB L 187 van 8.7.2006, blz. 10),

   32006 R 1923: Verordening (EG) nr. 1923/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 (PB L 404 van 30.12.2006, blz. 1),

   32007 R 0722: Verordening (EG) nr. 722/2007 van de Commissie van 25 juni 2007 (PB L 164 van 26.6.2007, blz. 7),

   32007 R 0727: Verordening (EG) nr. 727/2007 van de Commissie van 26 juni 2007 (PB L 165 van 27.6.2007, blz. 8),

   32007 R 1275: Verordening (EG) nr. 1275/2007 van de Commissie van 29 oktober 2007 (PB L 284 van 30.10.2007, blz. 8),

   32007 R 1428: Verordening (EG) nr. 1428/2007 van de Commissie van 4 december 2007 (PB L 317 van 5.12.2007, blz. 61),

   32008 R 0021: Verordening (EG) nr. 21/2008 van de Commissie van 11 januari 2008 (PB L 9 van 12.1.2008, blz. 3),


   32008 R 0315:    Verordening (EG) nr. 315/2008 van de Commissie van 4 april 2008 (PB L 94 van 5.4.2008, blz. 3),

   32008 R 0357: Verordening (EG) nr. 357/2008 van de Commissie van 22 april 2008 (PB L 111 van 23.4.2008, blz. 3),

   32008 R 0553: Verordening (EG) nr. 553/2008 van de Commissie van 17 juni 2008, gerectificeerd bij PB L 161 van 20.6.2008, blz. 49,

   32008 R 0571: Verordening (EG) nr. 571/2008 van de Commissie van 19 juni 2008 (PB L 161 van 20.6.2008, blz. 4),

   32008 R 0746: Verordening (EG) nr. 746/2008 van de Commissie van 17 juni 2008 (PB L 202 van 31.7.2008, blz. 11),

   32008 R 0956: Verordening (EG) nr. 956/2008 van de Commissie van 29 september 2008 (PB L 260 van 30.9.2008, blz. 8),

   32009 R 0103: Verordening (EG) nr. 103/2009 van de Commissie van 3 februari 2009 (PB L 34 van 4.2.2009, blz. 11),

   32009 R 0162: Verordening (EG) nr. 162/2009 van de Commissie van 26 februari 2009 (PB L 55 van 27.2.2009, blz. 11),

   32009 R 0163: Verordening (EG) nr. 163/2009 van de Commissie van 26 februari 2009 (PB L 55 van 27.2.2009, blz. 17),


   32009 R 0220: Verordening (EG) nr. 220/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 155),

   32011 R 0189: Verordening (EU) nr. 189/2011 van de Commissie van 25 februari 2011 (PB L 53 van 26.2.2011, blz. 56),

   32012 R 1064: Verordening (EU) nr. 1064/2012 van de Commissie van 13 november 2012 (PB L 314 van 14.11.2012, blz. 13),

   32013 R 0056: Verordening (EU) nr. 56/2013 van de Commissie van 16 januari 2013 (PB L 21 van 24.1.2013, blz. 3),

   32013 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2013 van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 1),

   32013 R 0630: Verordening (EU) nr. 630/2013 van de Commissie van 28 juni 2013 (PB L 179 van 29.6.2013, blz. 60),

   32014 R 1148: Verordening (EU) nr. 1148/2014 van de Commissie van 28 oktober 2014 (PB L 308 van 29.10.2014, blz. 66),

   32015 R 0728: Verordening (EU) 2015/728 van de Commissie van 6 mei 2015 (PB L 116 van 7.5.2015, blz. 1),

   32015 R 1162: Verordening (EU) 2015/1162 van de Commissie van 15 juli 2015 (PB L 188 van 16.7.2015, blz. 3),


   32016 R 0027: Verordening (EU) 2016/27 van de Commissie van 13 januari 2016 (PB L 9 van 14.1.2016, blz. 4),

   32016 R 1396: Verordening (EU) 2016/1396 van de Commissie van 18 augustus 2016 (PB L 225 van 19.8.2016, blz. 76),

   32017 R 0110: Verordening (EU) 2017/110 van de Commissie van 23 januari 2017 (PB L 18 van 24.1.2017, blz. 42),

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1),

   32017 R 0736: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/736 van de Commissie van 26 april 2017 (PB L 110 van 27.4.2017, blz. 2),

   32017 R 0893: Verordening (EU) 2017/893 van de Commissie van 24 mei 2017 (PB L 138 van 25.5.2017, blz. 92),

   32017 R 0894: Verordening (EU) 2017/894 van de Commissie van 24 mei 2017 (PB L 138 van 25.5.2017, blz. 117),

   32017 R 1972: Verordening (EU) 2017/1972 van de Commissie van 30 oktober 2017 (PB L 281 van 31.10.2017, blz. 14),

   32018 R 0221: Verordening (EU) 2018/221 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 43 van 16.2.2018, blz. 6),


   32018 R 0969: Verordening (EU) 2018/969 van de Commissie van 9 juli 2018 (PB L 174 van 10.7.2018, blz. 12),

   32019 R 0319: Verordening (EU) 2019/319 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 61 van 28.2.2019, blz. 1),

   32019 R 1091: Verordening (EU) 2019/1091 van de Commissie van 26 juni 2019 (PB L 173 van 27.6.2019, blz. 42),

   32020 R 1593: Verordening (EU) 2020/1593 van de Commissie van 29 oktober 2020 (PB L 360 van 30.10.2020, blz. 13),

   32021 R 1176: Verordening (EU) 2021/1176 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 56),

   32021 R 1372: Verordening (EU) 2021/1372 van de Commissie van 17 augustus 2021 (PB L 295 van 18.8.2021, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 398 van 11.11.2021, blz. 51,

   32022 R 0175: Verordening (EU) 2022/175 van de Commissie van 9 februari 2022 (PB L 29 van 10.2.2022, blz. 1),

   32022 R 2246: Verordening (EU) 2022/2246 van de Commissie van 15 november 2022 (PB L 295 van 16.11.2022, blz. 1).


ONDERAFDELING 2

VLEES VAN PLUIMVEE, GEHAKT VLEES EN SEPARATORVLEES VAN PLUIMVEE, MET INBEGRIP VAN LOOPVOGELS EN VRIJ VEDERWILD

40.    32020 R 0692: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/692 van de Commissie van 30 januari 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor de binnenkomst in de Unie en het na binnenkomst verplaatsen van en werken met zendingen van bepaalde dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 379), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1703: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1703 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 29),

   32021 R 1705: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1705 van de Commissie van 14 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 40),

   32022 R 0054: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/54 van de Commissie van 21 oktober 2021 (PB L 10 van 17.1.2022, blz. 1).


41.    32021 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/405 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen of regio’s daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 118), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 8, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0606: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/606 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 65),

   32021 R 1327: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1327 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 28),

   32022 R 0034: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/34 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 1),

   32022 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/363 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 40),

   32022 R 1389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1389 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 210 van 11.8.2022, blz. 1),

   32022 R 2293: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2293 van de Commissie van 18 november 2022 (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 31).


ONDERAFDELING 3

KONIJNENVLEES EN ANDER VLEES VAN VRIJ WILD EN ANDER VLEES VAN GEKWEEKT WILD DAN HIERBOVEN VERMELD

42.    32020 R 0692: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/692 van de Commissie van 30 januari 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor de binnenkomst in de Unie en het na binnenkomst verplaatsen van en werken met zendingen van bepaalde dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 379), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1703: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1703 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 29),

   32021 R 1705: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1705 van de Commissie van 14 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 40),

   32022 R 0054: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/54 van de Commissie van 21 oktober 2021 (PB L 10 van 17.1.2022, blz. 1).


43.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),

   32022 R 0036: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/36 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 36),


   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).

44.    32021 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/405 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen of regio’s daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 118), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 8, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0606: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/606 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 65),

   32021 R 1327: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1327 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 28),

   32022 R 0034: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/34 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 1),

   32022 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/363 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 40),

   32022 R 1389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1389 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 210 van 11.8.2022, blz. 1),


   32022 R 2293: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2293 van de Commissie van 18 november 2022 (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 31).

ONDERAFDELING 4

VLEESPRODUCTEN (MET INBEGRIP VAN BEHANDELDE MAGEN, BLAZEN EN DARMEN)

45.    32020 R 0692: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/692 van de Commissie van 30 januari 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor de binnenkomst in de Unie en het na binnenkomst verplaatsen van en werken met zendingen van bepaalde dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 379), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1703: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1703 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 29),

   32021 R 1705:    Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1705 van de Commissie van 14 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 40),

   32022 R 0054: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/54 van de Commissie van 21 oktober 2021 (PB L 10 van 17.1.2022, blz. 1).


46.    32021 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/405 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen of regio’s daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 118), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 8, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0606: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/606 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 65),

   32021 R 1327: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1327 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 28),

   32022 R 0034: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/34 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 1),

   32022 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/363 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 40),

   32022 R 1389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1389 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 210 van 11.8.2022, blz. 1),

   32022 R 2293: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2293 van de Commissie van 18 november 2022 (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 31).


ONDERAFDELING 5

GEHAKT VLEES (MET UITZONDERING VAN GEHAKT VLEES VAN PLUIMVEE) EN VLEESBEREIDING

47.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),


   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),

   32022 R 0036: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/36 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 36),

   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).

48.    32021 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/405 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen of regio’s daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 118), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 8, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0606: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/606 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 65),

   32021 R 1327: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1327 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 28),

   32022 R 0034: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/34 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 1),


   32022 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/363 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 40),

   32022 R 1389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1389 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 210 van 11.8.2022, blz. 1),

   32022 R 2293: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2293 van de Commissie van 18 november 2022 (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 31).

ONDERAFDELING 6

MELK EN ZUIVELPRODUCTEN

49.    32020 R 0692: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/692 van de Commissie van 30 januari 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor de binnenkomst in de Unie en het na binnenkomst verplaatsen van en werken met zendingen van bepaalde dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 379), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1703: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1703 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 29),

   32021 R 1705: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1705 van de Commissie van 14 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 40),

   32022 R 0054: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/54 van de Commissie van 21 oktober 2021 (PB L 10 van 17.1.2022, blz. 1).


50.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),


   32022 R 0036: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/36 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 36),

   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).

51.    32021 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/405 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen of regio’s daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 118), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 8, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0606: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/606 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 65),

   32021 R 1327: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1327 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 28),

   32022 R 0034: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/34 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 1),

   32022 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/363 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 40),


   32022 R 1389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1389 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 210 van 11.8.2022, blz. 1),

   32022 R 2293: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2293 van de Commissie van 18 november 2022 (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 31).

ONDERAFDELING 7

VISSERIJPRODUCTEN EN AQUACULTUURPRODUCTEN (VOOR MENSELIJKE CONSUMPTIE)

52.    32021 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/405 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen of regio’s daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 118), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 8, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0606: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/606 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 65),

   32021 R 1327: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1327 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 28),

   32022 R 0034: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/34 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 1),


   32022 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/363 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 40),

   32022 R 1389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1389 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 210 van 11.8.2022, blz. 1),

   32022 R 2293: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2293 van de Commissie van 18 november 2022 (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 31).

53.    32005 R 2074: Verordening (EG) nr. 2074/2005 van de Commissie van 5 december 2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten    die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 vallen en voor de organisatie van officiële controles overeenkomstig de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004, tot afwijking van Verordening (EG) nr. 852/2004 en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 (PB L 338 van 22.12.2005, blz. 27), zoals gewijzigd bij:

   32006 R 1664: Verordening (EG) nr. 1664/2006 van de Commissie van 6 november 2006 (PB L 320 van 18.11.2006, blz. 13),

   32007 R 1244: Verordening (EG) nr. 1244/2007 van de Commissie van 24 oktober 2007 (PB L 281 van 25.10.2007, blz. 12),

   32008 R 1022: Verordening (EG) nr. 1022/2008 van de Commissie van 17 oktober 2008 (PB L 277 van 18.10.2008, blz. 18),


   32008 R 1250: Verordening (EG) nr. 1250/2008 van de Commissie van 12 december 2008 (PB L 337 van 16.12.2008, blz. 31),

   32011 R 0015: Verordening (EU) nr. 15/2011 van de Commissie van 10 januari 2011 (PB L 6 van 11.1.2011, blz. 3),

   32011 R 0809: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2011 van de Commissie van 11 augustus 2011 (PB L 207 van 12.8.2011, blz. 1),

   32012 R 1012: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1012/2012 van 5 november 2012 (PB L 306 van 6.11.2012, blz. 1), gerectificeerd bij: PB L 214 van 9.8.2013, blz. 11,

   32014 R 0218: Verordening (EU) nr. 218/2014 van de Commissie van 7 maart 2014 (PB L 69 van 8.3.2014, blz. 95),

   32015 R 2285: Verordening (EU) 2015/2285 van de Commissie van 8 december 2015 (PB L 323 van 9.12.2015, blz. 2),

   32017 R 1973: Verordening (EU) 2017/1973 van de Commissie van 30 oktober 2017 (PB L 281 van 31.10.2017, blz. 21),

   32017 R 1980: Verordening (EU) 2017/1980 van de Commissie van 31 oktober 2017 (PB L 285 van 1.11.2017, blz. 8),


   32019 R 0627: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 2019/627 van 15 maart 2019 (PB L 131 van 17.5.2019, blz. 51), gerectificeerd bij: PB L 325 van 16.12.2019, blz. 183,

   32019 R 1139: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1139 van de Commissie van 3 juli 2019 (PB L 180 van 4.7.2019, blz. 12).

54.    32021 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/405 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen of regio’s daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 118), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 8, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0606: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/606 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 65),

   32021 R 1327: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1327 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 28),

   32022 R 0034: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/34 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 1),

   32022 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/363 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 40),

   32022 R 1389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1389 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 210 van 11.8.2022, blz. 1),


   32022 R 2293: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2293 van de Commissie van 18 november 2022 (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 31).

55.    32005 R 2074: Verordening (EG) nr. 2074/2005 van de Commissie van 5 december 2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten    die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 vallen en voor de organisatie van officiële controles overeenkomstig de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004, tot afwijking van Verordening (EG) nr. 852/2004 en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 (PB L 338 van 22.12.2005, blz. 27), zoals gewijzigd bij:

   32006 R 1664: Verordening (EG) nr. 1664/2006 van de Commissie van 6 november 2006 (PB L 320 van 18.11.2006, blz. 13),

   32007 R 1244: Verordening (EG) nr. 1244/2007 van de Commissie van 24 oktober 2007 (PB L 281 van 25.10.2007, blz. 12),

   32008 R 1022: Verordening (EG) nr. 1022/2008 van de Commissie van 17 oktober 2008 (PB L 277 van 18.10.2008, blz. 18),

   32008 R 1250: Verordening (EG) nr. 1250/2008 van de Commissie van 12 december 2008 (PB L 337 van 16.12.2008, blz. 31),

   32011 R 0015: Verordening (EU) nr. 15/2011 van de Commissie van 10 januari 2011 (PB L 6 van 11.1.2011, blz. 3),


   32011 R 0809: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2011 van de Commissie van 11 augustus 2011 (PB L 207 van 12.8.2011, blz. 1),

   32012 R 1012: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1012/2012 van de Commissie van 5 november 2012 (PB L 306 van 6.11.2012, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 214 van 9.8.2013, blz. 11,

   32014 R 0218: Verordening (EU) nr. 218/2014 van de Commissie van 7 maart 2014 (PB L 69 van 8.3.2014, blz. 95),

   32015 R 2285: Verordening (EU) 2015/2285 van de Commissie van 8 december 2015 (PB L 323 van 9.12.2015, blz. 2),

   32017 R 1973: Verordening (EU) 2017/1973 van de Commissie van 30 oktober 2017 (PB L 281 van 31.10.2017, blz. 21),

   32017 R 1980: Verordening (EU) 2017/1980 van de Commissie van 31 oktober 2017 (PB L 285 van 1.11.2017, blz. 8),

   32019 R 0627: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/627 van de Commissie van 15 maart 2019 (PB L 131 van 17.5.2019, blz. 51), gerectificeerd bij PB L 325 van 16.12.2019, blz. 183,

   32019 R 1139: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1139 van de Commissie van 3 juli 2019 (PB L 180 van 4.7.2019, blz. 12).


56.    32021 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/405 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen of regio’s daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 118), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 8, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0606: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/606 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 65),

   32021 R 1327: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1327 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 28),

   32022 R 0034: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/34 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 1),

   32022 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/363 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 40),

   32022 R 1389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1389 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 210 van 11.8.2022, blz. 1),

   32022 R 2293: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2293 van de Commissie van 18 november 2022 (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 31).


57.    32021 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/405 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen of regio’s daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 114 van 31.3.2021, blz. 118), gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 8, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0606: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/606 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 65),

   32021 R 1327: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1327 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 28),

   32022 R 0034: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/34 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 1),

   32022 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/363 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 40),

   32022 R 1389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1389 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 210 van 11.8.2022, blz. 1),

   32022 R 2293: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2293 van de Commissie van 18 november 2022 (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 31).


ONDERAFDELING 8

EIEREN EN EIPRODUCTEN

58.    32020 R 0692: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/692 van de Commissie van 30 januari 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor de binnenkomst in de Unie en het na binnenkomst verplaatsen van en werken met zendingen van bepaalde dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 379), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1703: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1703 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 29),

   32021 R 1705: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1705 van de Commissie van 14 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 40),

   32022 R 0054: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/54 van de Commissie van 21 oktober 2021 (PB L 10 van 17.1.2022, blz. 1).

59.    32021 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/405 van de Commissie van 24 maart 2021 tot vaststelling van de lijsten van derde landen of regio’s daarvan waaruit de binnenkomst in de Unie van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen is toegestaan overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad, gerectificeerd bij PB L 72 van 7.3.2022, blz. 8, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0606: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/606 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 129 van 15.4.2021, blz. 65),


   32021 R 1327: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1327 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 28),

   32022 R 0034: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/34 van de Commissie van 22 december 2021 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 1),

   32022 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/363 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 69 van 4.3.2022, blz. 40),

   32022 R 1389: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1389 van de Commissie van 2 augustus 2022 (PB L 210 van 11.8.2022, blz. 1),

   32022 R 2293: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2293 van de Commissie van 18 november 2022 (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 31).


ONDERAFDELING 9

Andere producten voor menselijke consumptie

60.    32020 R 0692: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/692 van de Commissie van 30 januari 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor de binnenkomst in de Unie en het na binnenkomst verplaatsen van en werken met zendingen van bepaalde dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong (PB L 174 van 3.6.2020, blz. 379), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1703: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1703 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 29),

   32021 R 1705: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1705 van de Commissie van 14 juli 2021 (PB L 339 van 24.9.2021, blz. 40),

   32022 R 0054: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/54 van de Commissie van 21 oktober 2021 (PB L 10 van 17.1.2022, blz. 1).


61.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),

   32022 R 0036: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/36 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 36),


   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).

AFDELING C

Niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten

62.    32009 R 1069: Verordening (EG) nr. 1069/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1774/2002 (verordening dierlijke bijproducten) (PB L 300 van 14.11.2009, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1).


63.    32011 R 0142: Verordening (EU) nr. 142/2011 van de Commissie van 25 februari 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1069/2009 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten en tot uitvoering van Richtlijn 97/78/EG van de Raad wat betreft bepaalde monsters en producten die vrijgesteld zijn van veterinaire controles aan de grens krachtens die richtlijn (PB L 54 van 26.2.2011, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32011 R 0749: Verordening (EU) nr. 749/2011 van de Commissie van 29 juli 2011 (PB L 198 van 30.7.2011, blz. 3),

   32012 R 1063: Verordening (EU) nr. 1063/2012 van de Commissie van 13 november 2012 (PB L 314 van 14.11.2012, blz. 5),

   32012 R 1097: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1097/2012 van de Commissie van 23 november 2012 (PB L 326 van 24.11.2012, blz. 3),

   32013 R 0294: Verordening (EU) nr. 294/2013 van de Commissie van 14 maart 2013 (PB L 98 van 6.4.2013, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 226 van 24.8.2013, blz. 44,

   32013 R 0555: Verordening (EU) nr. 555/2013 van de Commissie van 14 juni 2013 (PB L 164 van 18.6.2013, blz. 11),

   32013 R 0717: Verordening (EU) nr. 717/2013 van de Commissie van 25 juli 2013 (PB L 201 van 26.7.2013, blz. 31),

   32014 R 0592: Verordening (EU) nr. 592/2014 van de Commissie van 3 juni 2014 (PB L 165 van 4.6.2014, blz. 33),


   32015 R 0009: Verordening (EU) 2015/9 van de Commissie van 6 januari 2015 (PB L 3 van 7.1.2015, blz. 10),

   32017 R 0172: Verordening (EU) 2017/172 van de Commissie van 1 februari 2017 (PB L 28 van 2.2.2017, blz. 1),

   32017 R 0786: Verordening (EU) 2017/786 van de Commissie van 8 mei 2017 (PB L 119 van 9.5.2017, blz. 1),

   32017 R 0893: Verordening (EU) 2017/893 van de Commissie van 24 mei 2017 (PB L 138 van 25.5.2017, blz. 92),

   32017 R 1261: Verordening (EU) 2017/1261 van de Commissie van 12 juli 2017 (PB L 182 van 13.7.2017, blz. 31),

   32017 R 1262: Verordening (EU) 2017/1262 van de Commissie van 12 juli 2017 (PB L 182 van 13.7.2017, blz. 34),

   32019 R 1084: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1084 van de Commissie van 25 juni 2019 (PB L 171 van 26.6.2019, blz. 100),

   32019 R 1177: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1177 van de Commissie van 10 juli 2019 (PB L 185 van 11.7.2019, blz. 26),

   32019 R 2122: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2122 van de Commissie van 10 oktober 2019 (PB L 321 van 12.12.2019, blz. 45),


   32019 R 2124: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2124 van de Commissie van 10 oktober 2019 (PB L 321 van 12.12.2019, blz. 73),

   32020 R 0207: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/207 van de Commissie van 14 februari 2020 (PB L 43 van 17.2.2020, blz. 69),

   32020 R 0735: Verordening (EU) 2020/735 van de Commissie van 2 juni 2020 (PB L 172 van 3.6.2020, blz. 3),

   32020 R 0757: Verordening (EU) 2020/757 van de Commissie van 8 juni 2020 (PB L 179 van 9.6.2020, blz. 5),

   32020 R 0762: Verordening (EU) 2020/762 van de Commissie van 9 juni 2020 (PB L 182 van 10.6.2020, blz. 3),

   32020 R 0797: Verordening (EU) 2020/797 van de Commissie van 17 juni 2020 (PB L 194 van 18.6.2020, blz. 1),

   32020 R 1720: Verordening (EU) 2020/1720 van de Commissie van 17 november 2020 (PB L 386 van 18.11.2020, blz. 6),

   32021 R 0899: Verordening (EU) 2021/899 van de Commissie van 3 juni 2021 (PB L 197 van 4.6.2021, blz. 68),

   32021 R 1699: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1699 van de Commissie van 22 september 2021 (PB L 336 van 23.9.2021, blz. 42),


   32021 R 1891: Verordening (EU) 2021/1891 van de Commissie van 26 oktober 2021 (PB L 384 van 29.10.2021, blz. 84),

   32021 R 2089: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/2089 van de Commissie van 21 september 2021 (PB L 427 van 30.11.2021, blz. 149).

64.    32022 R 2292: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/2292 van de Commissie van 6 september 2022 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft voorwaarden voor de binnenkomst in de Unie van zendingen van voedselproducerende dieren en bepaalde voor menselijke consumptie bestemde goederen (PB L 304 van 24.11.2022, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 316 van 8.12.2022, blz. 100.

AFDELING D

LIJST VAN INRICHTINGEN DIE PRODUCTEN VAN DIERLIJKE OORSPRONG PRODUCERENVOOR MENSELIJKE CONSUMPTIE

65.    Lijsten van voedselproducerende inrichtingen voor derde landen worden voorgesteld door erkende (in de lijst opgenomen) derde landen en bijgehouden door de Commissie overeenkomstig de vereisten van artikel 127 van Verordening (EU) 2017/625, als aangevuld bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/2292 van de Commissie.


AFDELING E

LIJST VAN INRICHTINGEN VOOR DIERLIJKE BIJPRODUCTEN
NIET BESTEMD VOOR MENSELIJKE CONSUMPTIE

Lijsten van inrichtingen voor dierlijke bijproducten worden bijgehouden overeenkomstig artikel 30 van Verordening (EU) nr. 142/2011.

AFDELING F

LIJST VAN INRICHTINGEN VOOR LEVENDE PRODUCTEN

Inrichtingen voor levende producten (sperma, oöcyten en embryo’s) zijn vastgesteld overeenkomstig Verordening (EU) 2016/429 en Verordening (EU) 2020/686.


HOOFDSTUK 9

INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN VAN DE UNIE

AFDELING A

EER-OVEREENKOMST

1.    31994 D 0001: Besluit van de Raad en de Commissie van 13 december 1993 betreffende de sluiting van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte tussen de Europese Gemeenschappen, hun lidstaten en de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland, de Republiek IJsland, het Vorstendom Liechtenstein, het Koninkrijk Noorwegen, het Koninkrijk Zweden en de Zwitserse Bondsstaat (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 1).

2.    21994 A 0103(74): Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte – Slotakte – Gemeenschappelijke verklaringen – Verklaringen van de lidstaten en de EVA-landen – Regelingen – Proces-verbaal van overeenstemming – Verklaringen van één of meerdere contracterende partijen betreffende de Europese Economische Ruimte (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 3).

3.    21994 A 0103(74): Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte – Bijlage I – Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden – Lijst bedoeld in artikel 17 (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 220), zoals gewijzigd bij (na de vaststelling van een gecodificeerde versie):

   21999 D 0624(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 69/98 van 17 juli 1998 (PB L 158 van 24.6.1999, blz. 1),


   22000 D 1123(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 76/1999 van 25 juni 1999 (PB L 296 van 23.11.2000, blz. 1),

   22001 D 0118(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 126/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 1),

   22001 D 0118(02): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 127/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 3),

   22001 D 0118(03): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 128/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 6),

   22001 D 0118(04): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 129/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 8),

   22001 D 0118(05): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 130/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 10),

   22001 D 0118(06): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 131/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 12),

   22001 D 0118(07): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 132/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 14),

   22001 D 0118(08): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 133/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 16),


   22001 D 0118(09): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 134/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 1),

   22001 D 0118(10): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 135/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 20),

   22001 D 0118(11): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 136/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 22),

   22001 D 0118(12): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 137/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 24),

   22001 D 0118(13): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 138/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 26),

   22001 D 0118(14): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 139/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 28),

   22001 D 0118(15): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 140/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 30),

   22001 D 0118(16): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 141/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 32),

   22001 D 0118(17): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 142/1999 van 5 november 1999 (PB L 15 van 18.1.2001, blz. 34),


   21999 D 0154: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 154/1999 van 26 november 1999 (PB L 61 van 1.3.2001, blz. 1),

   21999 D 0155: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 155/1999 van 26 november 1999 (PB L 61 van 1.3.2001, blz. 3),

   21999 D 0189: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 189/1999 van 18 december 1999 (PB L 74 van 15.3.2001, blz. 24),

   22001 D 0025: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 25/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 1),

   22001 D 0026: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 26/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 4),

   22001 D 0027: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 27/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 6),

   22001 D 0028: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 28/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 8),

   22001 D 0029: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 29/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 10),

   22001 D 0030: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 30/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 13),


   22001 D 0031: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 31/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 15),

   22001 D 0032: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 32/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 17),

   22001 D 0033: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 33/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 19),

   22001 D 0034: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 34/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 22),

   22001 D 0035: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 35/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 26),

   22001 D 0036: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 36/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 28),

   22001 D 0037: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 37/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 30),

   22001 D 0038: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 38/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 35),

   22001 D 0039: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 39/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 40),


   22001 D 0040: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 40/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 43),

   22001 D 0041: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 41/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 47),

   22001 D 0042: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 42/2001 van 30 maart 2001 (PB L 158 van 14.6.2001, blz. 51),

   22001 D 0054: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 54/2001 van 18 mei 2001 (PB L 165 van 21.6.2001, blz. 58),

   22001 D 0089: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 89/2001 van 13 juli 2001 (PB L 251 van 20.9.2001, blz. 13),

   22001 D 0101: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 101/2001 van 28 september 2001 (PB L 322 van 6.12.2001, blz. 1),

   22001 D 0102: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 102/2001 van 26 oktober 2001 (PB L 322 van 6.12.2001, blz. 6),

   22001 D 0124: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 124/2001 van 23 november 2001 (PB L 22 van 24.1.2002, blz. 1),

   22001 D 0125: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 125/2001 van 23 november 2001 (PB L 22 van 24.1.2002, blz. 3),


   22001 D 0126: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 126/2001 van 23 november 2001 (PB L 22 van 24.1.2002, blz. 5),

   22001 D 0127: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 127/2001 van 23 november 2001 (PB L 22 van 24.1.2002, blz. 7),

   22001 D 0128: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 128/2001 van 23 november 2001 (PB L 22 van 24.1.2002, blz. 9),

   22001 D 0129: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 129/2001 van 23 november 2001 (PB L 22 van 24.1.2002, blz. 11),

   22001 D 0130: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 130/2001 van 23 november 2001 (PB L 22 van 24.1.2002, blz. 13),

   22001 D 0131: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 131/2001 van 23 november 2001 (PB L 22 van 24.1.2002, blz. 15),

   22001 D 0141: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 141/2001 van 11 december 2001 (PB L 65 van 7.3.2002, blz. 1),

   22001 D 0142: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 142/2001 van 11 december 2001 (PB L 65 van 7.3.2002, blz. 3),

   22001 D 0143: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 143/2001 van 11 december 2001 (PB L 65 van 7.3.2002, blz. 6),


   22001 D 0144: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 144/2001 van 11 december 2001 (PB L 65 van 7.3.2002, blz. 8),

   22001 D 0145: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 145/2001 van 11 december 2001 (PB L 65 van 7.3.2002, blz. 10),

   22001 D 0146: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 146/2001 van 11 december 2001 (PB L 65 van 7.3.2002, blz. 12),

   22001 D 0147: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 147/2001 van 11 december 2001 (PB L 65 van 7.3.2002, blz. 14),

   22001 D 0148: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 148/2001 van 11 december 2001 (PB L 65 van 7.3.2002, blz. 17),

   22001 D 0149: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 149/2001 van 11 december 2001 (PB L 65 van 7.3.2002, blz. 20),

   22002 D 0069: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 69/2002 van 25 juni 2002 (PB L 266 van 3.10.2002, blz. 1),

   22002 D 0070: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 70/2002 van 25 juni 2002 (PB L 266 van 3.10.2002, blz. 3),

   22002 D 0266: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 71/2002 van 25 juni 2002 (PB L 266 van 3.10.2002, blz. 5),


   22002 D 0072: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 72/2002 van 25 juni 2002 (PB L 266 van 3.10.2002, blz. 7),

   22002 D 0073: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 73/2002 van 25 juni 2002 (PB L 266 van 3.10.2002, blz. 9),

   22002 D 0074: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 74/2002 van 25 juni 2002 (PB L 266 van 3.10.2002, blz. 12),

   22002 D 0075: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 75/2002 van 25 juni 2002 (PB L 266 van 3.10.2002, blz. 14),

   22002 D 0076: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 76/2002 van 25 juni 2002 (PB L 266 van 3.10.2002, blz. 17),

   22002 D 0077: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 77/2002 van 25 juni 2002 (PB L 266 van 3.10.2002, blz. 20),

   22002 D 0078: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 78/2002 van 25 juni 2002 (PB L 266 van 3.10.2002, blz. 22),

   22002 D 0096: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 96/2002 van 12 juli 2002 (PB L 298 van 31.10.2002, blz. 1),

   22002 D 0112: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 112/2002 van 27 september 2002 (PB L 336 van 12.12.2002, blz. 1),


   22002 D 0113: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 113/2002 van 27 september 2002 (PB L 336 van 12.12.2002, blz. 3),

   22002 D 0114: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 114/2002 van 27 september 2002 (PB L 336 van 12.12.2002, blz. 5),

   22002 D 0115: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 115/2002 van 27 september 2002 (PB L 336 van 12.12.2002, blz. 6),

   22002 D 0116: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 116/2002 van 27 september 2002 (PB L 336 van 12.12.2002, blz. 8),

   22002 D 0117: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 117/2002 van 27 september 2002 (PB L 336 van 12.12.2002, blz. 9),

   22002 D 0118: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 118/2002 van 27 september 2002 (PB L 336 van 12.12.2002, blz. 11),

   22002 D 0119: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 119/2002 van 27 september 2002 (PB L 336 van 12.12.2002, blz. 13),

   22002 D 0120: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 120/2002 van 27 september 2002 (PB L 336 van 12.12.2002, blz. 15),

   22002 D 0156: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 156/2002 van 6 december 2002 (PB L 38 van 13.2.2003, blz. 1),


   22002 D 0157: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 157/2002 van 6 december 2002 (PB L 38 van 13.2.2003, blz. 3),

   22003 D 0001: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 1/2003 van 31 januari 2003 (PB L 94 van 10.4.2003, blz. 43),

   22003 D 0021: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 21/2003 van 14 maart 2003 (PB L 137 van 5.6.2003, blz. 1),

   22003 D 0022: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 22/2003 van 14 maart 2003 (PB L 137 van 5.6.2003, blz. 3),

   22003 D 0023: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 23/2003 van 14 maart 2003 (PB L 137 van 5.6.2003, blz. 5),

   22003 D 024: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 24/2003 van 14 maart 2003 (PB L 137 van 5.6.2003, blz. 9),

   22003 D 0025: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 25/2003 van 14 maart 2003 (PB L 137 van 5.6.2003, blz. 11),

   22003 D 0026: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 26/2003 van 14 maart 2003 (PB L 137 van 5.6.2003, blz. 14),

   22003 D 0027: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 27/2003 van 14 maart 2003 (PB L 137 van 5.6.2003, blz. 17),


   22003 D 0028: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 28/2003 van 14 maart 2003 (PB L 137 van 5.6.2003, blz. 19),

   22003 D 0029: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 29/2003 van 14 maart 2003 (PB L 137 van 5.6.2003, blz. 21),

   22003 D 0030: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 30/2003 van 14 maart 2003 (PB L 137 van 5.6.2003, blz. 25),

   22003 D 0031: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 31/2003 van 14 maart 2003 (PB L 137 van 5.6.2003, blz. 30),

   22003 D 0065: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 65/2003 van 20 juni 2003 (PB L 257 van 9.10.2003, blz. 1),

   22003 D 0066: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 66/2003 van 20 juni 2003 (PB L 257 van 9.10.2003, blz. 4),

   22003 D 0067: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 67/2003 van 20 juni 2003 (PB L 257 van 9.10.2003, blz. 8),

   22003 D 0100: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 100/2003 van 26 september 2003 (PB L 331 van 18.12.2003, blz. 3),

   22003 D 0101: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 101/2003 van 26 september 2003 (PB L 331 van 18.12.2003, blz. 6),


   22003 D 0102: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 102/2003 van 26 september 2003 (PB L 331 van 18.12.2003, blz. 8),

   22003 D 0099: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 99/2003 van 26 september 2003 (PB L 331 van 18.12.2003, blz. 1),

   22003 D 0137: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 137/2003 van 7 november 2003 (PB L 41 van 12.2.2004, blz. 1),

   22003 D 0138: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 138/2003 van 7 november 2003 (PB L 41 van 12.2.2004, blz. 4),

   22003 D 0139: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 139/2003 van 7 november 2003 (PB L 41 van 12.2.2004, blz. 7),

   22003 D 0140: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 140/2003 van 7 november 2003 (PB L 41 van 12.2.2004, blz. 9),

   22003 D 0166: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 166/2003 van 5 december 2003 (PB L 88 van 25.3.2004, blz. 32),

   22004 D 0277: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 68/2004 van 4 mei 2004 (PB L 277 van 26.8.2004, blz. 187),

   22004 D 0069: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 69/2004 van 8 juni 2004 (PB L 349 van 25.11.2004, blz. 23),


   22004 D 0091: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 91/2004 van 9 juli 2004 (PB L 376 van 23.12.2004, blz. 1),

   22004 D 0092: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 92/2004 van 9 juli 2004 (PB L 376 van 23.12.2004, blz. 3),

   22004 D 0093: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 93/2004 van 9 juli 2004 (PB L 376 van 23.12.2004, blz. 6),

   22004 D 0094: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 94/2004 van 9 juli 2004 (PB L 376 van 23.12.2004, blz. 10),

   22004 D 0095: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 95/2004 van 9 juli 2004 (PB L 376 van 23.12.2004, blz. 14),

   22004 D 0118: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 118/2004 van 24 september 2004 (PB L 64 van 10.3.2005, blz. 7),

   22004 D 0119: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 119/2004 van 24 september 2004 (PB L 64 van 10.3.2005, blz. 9),

   22004 D 0120: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 120/2004 van 24 september 2004 (PB L 64 van 10.3.2005, blz. 12),

   22005 D 0001: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 1/2005 van 8 februari 2005 (PB L 161 van 23.6.2005, blz. 1),


   22005 D 0025: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 25/2005 van 11 maart 2005 (PB L 198 van 28.7.2005, blz. 1),

   22005 D 0026: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 26/2005 van 11 maart 2005 (PB L 198 van 28.7.2005, blz. 4),

   22005 D 0027: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 27/2005 van 11 maart 2005 (PB L 198 van 28.7.2005, blz. 9),

   22005 D 0044: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 44/2005 van 29 april 2005 (PB L 239 van 15.9.2005, blz. 1),

   22005 D 0045: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 45/2005 van 29 april 2005 (PB L 239 van 15.9.2005, blz. 6),

   22005 D 0046: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 46/2005 van 29 april 2005 (PB L 239 van 15.9.2005, blz. 8),

   22005 D 0047: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 47/2005 van 29 april 2005 (PB L 239 van 15.9.2005, blz. 12),

   22005 D 0048: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 48/2005 van 29 april 2005 (PB L 239 van 15.9.2005, blz. 15),

   22005 D 0049: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 49/2005 van 29 april 2005 (PB L 239 van 15.9.2005, blz. 18),


   22005 D 0050: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 50/2005 van 29 april 2005 (PB L 239 van 15.9.2005, blz. 20),

   22005 D 0051: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 51/2005 van 29 april 2005 (PB L 239 van 15.9.2005, blz. 22),

   22005 D 0090: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 90/2005 van 8 juli 2005 (PB L 306 van 24.11.2005, blz. 1),

   22005 D 0306: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 91/2005 van 8 juli 2005 (PB L 306 van 24.11.2005, blz. 3), gerectificeerd bij PB L 53 van 23.2.2006, blz. 65,

   22005 D 0092: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 92/2005 van 8 juli 2005 (PB L 306 van 24.11.2005, blz. 8), gerectificeerd bij PB L 53 van 23.2.2006, blz. 65,

   22005 D 0093: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 93/2005 van 8 juli 2005 (PB L 306 van 24.11.2005, blz. 14),

   22005 D 0137: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 137/2005 van 2 december 2005 (PB L 53 van 23.2.2006, blz. 25),

   22005 D 0138: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 138/2005 van 2 december 2005 (PB L 53 van 23.2.2006, blz. 28),

   22005 D 0139: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 139/2005 van 2 december 2005 (PB L 53 van 23.2.2006, blz. 31),


   22005 D 0140: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 140/2005 van 2 december 2005 (PB L 53 van 23.2.2006, blz. 34),

   22006 D 0001: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 1/2006 van 27 januari 2006 (PB L 92 van 30.3.2006, blz. 17),

   22006 D 0042: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 42/2006 van 28 april 2006 (PB L 175 van 29.6.2006, blz. 86),

   22006 D 0076: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 76/2006 van 7 juli 2006 (PB L 289 van 19.10.2006, blz. 1),

   22006 D 0099: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 99/2006 van 22 september 2006 (PB L 333 van 30.11.2006, blz. 1),

   22006 D 0100: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 100/2006 van 22 september 2006 (PB L 333 van 30.11.2006, blz. 3),

   22006 D 0101: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 101/2006 van 22 september 2006 (PB L 333 van 30.11.2006, blz. 6),

   22006 D 0102: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 102/2006 van 22 september 2006 (PB L 333 van 30.11.2006, blz. 10),

   22006 D 0103: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 103/2006 van 22 september 2006 (PB L 333 van 30.11.2006, blz. 13),


   22006 D 0104: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 104/2006 van 22 september 2006 (PB L 333 van 30.11.2006, blz. 15),

   22006 D 0105: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 105/2006 van 22 september 2006 (PB L 333 van 30.11.2006, blz. 17),

   22006 D 0140: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 140/2006 van 8 december 2006 (PB L 89 van 29.3.2007, blz. 1),

   22006 D 0141: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 141/2006 van 8 december 2006 (PB L 89 van 29.3.2007, blz. 6),

   22006 D 0142: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 142/2006 van 8 december 2006 (PB L 89 van 29.3.2007, blz. 8),

   22006 D 0143: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 143/2006 van 8 december 2006 (PB L 89 van 29.3.2007, blz. 9),

   22007 D 0001: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 1/2007 van 27 april 2007 (PB L 209 van 9.8.2007, blz. 1),

   22007 D 0002: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 2/2007 van 27 april 2007 (PB L 209 van 9.8.2007, blz. 3),

   22007 D 0046: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 46/2007 van 8 juni 2007 (PB L 266 van 11.10.2007, blz. 1),


   22007 D 0072: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 72/2007 van 6 juli 2007 (PB L 328 van 13.12.2007, blz. 1),

   22007 D 0073: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 73/2007 van 6 juli 2007 (PB L 328 van 13.12.2007, blz. 6),

   22007 D 0097: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 97/2007 van 28 september 2007 (PB L 47 van 21.2.2008, blz. 3),

   22007 D 0098: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 98/2007 van 28 september 2007 (PB L 47 van 21.2.2008, blz. 6),

   22007 D 0099: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 99/2007 van 28 september 2007 (PB L 47 van 21.2.2008, blz. 10),

   22007 D 0100: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 100/2007 van 28 september 2007 (PB L 47 van 21.2.2008, blz. 12),

   22007 D 0132: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 132/2007 van 26 oktober 2007 (PB L 100 van 10.4.2008, blz. 1),

   22007 D 0133: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 133/2007 van 26 oktober 2007 (PB L 100 van 10.4.2008, blz. 27), gerectificeerd bij PB L 89 van 5.4.2018, blz. 19,

   22007 D 0100: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 134/2007 van 26 oktober 2007 (PB L 100 van 10.4.2008, blz. 33),


   22007 D 0135: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 135/2007 van 26 oktober 2007 (PB L 100 van 10.4.2008, blz. 44),

   22007 D 0136: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 136/2007 van 26 oktober 2007 (PB L 100 van 10.4.2008, blz. 49),

   22007 D 0137: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 137/2007 van 26 oktober 2007 (PB L 100 van 10.4.2008, blz. 53),

   22007 D 0148: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 148/2007 van 7 december 2007 (PB L 124 van 8.5.2008, blz. 1),

   22007 D 0149: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 149/2007 van 7 december 2007 (PB L 124 van 8.5.2008, blz. 3),

   22007 D 0150: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 150/2007 van 7 december 2007 (PB L 124 van 8.5.2008, blz. 6),

   22008 D 0040: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 40/2008 van 25 april 2008 (PB L 223 van 21.8.2008, blz. 28),

   22008 D 0041: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 41/2008 van 25 april 2008 (PB L 223 van 21.8.2008, blz. 31),

   22008 D 0042: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 42/2008 van 25 april 2008 (PB L 223 van 21.8.2008, blz. 33),


   22008 D 0095: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 95/2008 van 26 september 2008 (PB L 309 van 20.11.2008, blz. 12),

   22008 D 0111: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 111/2008 van 7 november 2008 (PB L 339 van 18.12.2008, blz. 98),

   22009 D 0021: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 21/2009 van 17 maart 2009 (PB L 130 van 28.5.2009, blz. 1),

   22009 D 0041: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 41/2009 van 24 april 2009 (PB L 162 van 25.6.2009, blz. 16),

   22009 D 0055: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 55/2009 van 29 mei 2009 (PB L 232 van 3.9.2009, blz. 1),

   22009 D 0056: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 56/2009 van 29 mei 2009 (PB L 232 van 3.9.2009, blz. 4),

   22010 D 0001: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 1/2010 van 29 januari 2010 (PB L 101 van 22.4.2010, blz. 1),

   22010 D 0017: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 17/2010 van 1 maart 2010 (PB L 143 van 10.6.2010, blz. 1),

   22010 D 0018: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 18/2010 van 1 maart 2010 (PB L 143 van 10.6.2010, blz. 4),


   22010 D 0019: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 19/2010 van 12 maart 2010 (PB L 143 van 10.6.2010, blz. 8),

   22010 D 0038: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 38/2010 van 30 april 2010 (PB L 181 van 15.7.2010, blz. 1),

   22010 D 0114: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 114/2010 van 10 november 2010 (PB L 58 van 3.3.2011, blz. 63),

   22010 D 0115: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 115/2010 van 10 november 2010 (PB L 58 van 3.3.2011, blz. 69),

   22011 D 0059: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 59/2011 van 1 juli 2011 (PB L 262 van 6.10.2011, blz. 1),

   22011 D 0060: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 60/2011 van 1 juli 2011 (PB L 262 van 6.10.2011, blz. 7),

   22011 D 0262: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 61/2011 van 1 juli 2011 (PB L 262 van 6.10.2011, blz. 11),

   22011 D 0062: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 62/2011 van 1 juli 2011 (PB L 262 van 6.10.2011, blz. 15),

   22011 D 0063: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 63/2011 van 1 juli 2011 (PB L 262 van 6.10.2011, blz. 16),


   22011 D 0094: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 94/2011 van 30 september 2011 (PB L 318 van 1.12.2011, blz. 31),

   22011 D 0095: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 95/2011 van 30 september 2011 (PB L 318 van 1.12.2011, blz. 32),

   22011 D 0112: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 112/2011 van 21 oktober 2011 (PB L 341 van 22.12.2011, blz. 72),

   22011 D 0123: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 123/2011 van 2 december 2011 (PB L 76 van 15.3.2012, blz. 1),

   22012 D 0001: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 1/2012 van 10 februari 2012 (PB L 161 van 21.6.2012, blz. 1),

   22012 D 0002: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 2/2012 van 10 februari 2012 (PB L 161 van 21.6.2012, blz. 3),

   22012 D 0034: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 34/2012 van 30 maart 2012 (PB L 207 van 2.8.2012, blz. 1),

   22012 D 0035: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 35/2012 van 30 maart 2012 (PB L 207 van 2.8.2012, blz. 2),

   22012 D 0036: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 36/2012 van 30 maart 2012 (PB L 207 van 2.8.2012, blz. 3),


   22012 D 0074: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 74/2012 van 30 april 2012 (PB L 248 van 13.9.2012, blz. 1),

   22012 D 0075: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 75/2012 van 30 april 2012 (PB L 248 van 13.9.2012, blz. 4),

   22012 D 0076: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 76/2012 van 30 april 2012 (PB L 248 van 13.9.2012, blz. 6),

   22012 D 0077: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 77/2012 van 30 april 2012 (PB L 248 van 13.9.2012, blz. 7),

   22012 D 0079: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 79/2012 van 30 april 2012 (PB L 248 van 13.9.2012, blz. 11),

   22012 D 0103: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 103/2012 van 15 juni 2012 (PB L 270 van 4.10.2012, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 340 van 13.12.2012, blz. 40,

   22012 D 0104: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 104/2012 van 15 juni 2012 (PB L 270 van 4.10.2012, blz. 3),

   22012 D 0123: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 123/2012 van 13 juli 2012 (PB L 309 van 8.11.2012, blz. 1),

   22012 D 0124: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 124/2012 van 13 juli 2012 (PB L 309 van 8.11.2012, blz. 2),


   22012 D 0153: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 153/2012 van 28 september 2012 (PB L 341 van 13.12.2012, blz. 1),

   22012 D 0154: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 154/2012 van 28 september 2012 (PB L 341 van 13.12.2012, blz. 3),

   22012 D 0191: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 191/2012 van 26 oktober 2012 (PB L 21 van 24.1.2012, blz. 37),

   22012 D 0205: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 205/2012 van 7 december 2012 (PB L 81 van 21.3.2013, blz. 1),

   22013 D 0051: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 51/2013 van 3 mei 2013 (PB L 291 van 31.10.2013, blz. 1),

   22013 D 0052: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 52/2013 van 3 mei 2013 (PB L 291 van 31.10.2013, blz. 2),

   22013 D 0055: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 55/2013 van 3 mei 2013 (PB L 291 van 31.10.2013, blz. 6),

   22013 D 0102: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 102/2013 van 14 juni 2013 (PB L 318 van 28.11.2013, blz. 1),

   22013 D 0103: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 103/2013 van 14 juni 2013 (PB L 318 van 28.11.2013, blz. 3),


   22013 D 0104: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 104/2013 van 14 juni 2013 (PB L 318 van 28.11.2013, blz. 5),

   22013 D 0105: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 105/2013 van 14 juni 2013 (PB L 318 van 28.11.2013, blz. 6),

   22013 D 0135: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 135/2013 van 15 juli 2013 (PB L 318 van 28.11.2013, blz. 1),

   22013 D 0136: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 136/2013 van 15 juli 2013 (PB L 345 van 19.12.2013, blz. 4),

   22013 D 0137: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 137/2013 van 15 juli 2013 (PB L 345 van 19.12.2013, blz. 5),

   22013 D 0154: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 154/2013 van 8 oktober 2013 (PB L 58 van 27.2.2014, blz. 5),

   22013 D 0179: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 179/2013 van 8 november 2013 (PB L 92 van 27.3.2014, blz. 1),

   22013 D 0180: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 180/2013 van 8 november 2013 (PB L 92 van 27.3.2014, blz. 3),

   22013 D 0181: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 181/2013 van 8 november 2013 (PB L 92 van 27.3.2014, blz. 5),


   22013 D 0182: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 182/2013 van 8 november 2013 (PB L 92 van 27.3.2014, blz. 6),

   22013 D 0213: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 213/2013 van 13 december 2013 (PB L 154 van 22.5.2014, blz. 1),

   22013 D 0214: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 214/2013 van 13 december 2013 (PB L 154 van 22.5.2014, blz. 3),

   22013 D 0215: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 215/2013 van 13 december 2013 (PB L 154 van 22.5.2014, blz. 5),

   22014 D 0063: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 63/2014 van 16 mei 2014 (PB L 310 van 30.10.2014, blz. 1),

   22014 D 0064: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 64/2014 van 16 mei 2014 (PB L 310 van 30.10.2014, blz. 3),

   22014 D 0065: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 65/2014 van 16 mei 2014 (PB L 310 van 30.10.2014, blz. 5),

   22014 D 0066: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 66/2014 van 16 mei 2014 (PB L 310 van 30.10.2014, blz. 7),

   22014 D 0067: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 67/2014 van 16 mei 2014 (PB L 310 van 30.10.2014, blz. 9),


   22014 D 0068: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 68/2014 van 16 mei 2014 (PB L 310 van 30.10.2014, blz. 10),

   22014 D 0069: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 69/2014 van 16 mei 2014 (PB L 310 van 30.10.2014, blz. 11),

   22014 D 0070: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 70/2014 van 16 mei 2014 (PB L 310 van 30.10.2014, blz. 13),

   22014 D 0160: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 160/2014 van 25 september 2014 (PB L 202 van 30.7.2015, blz. 1),

   22014 D 0161: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 161/2014 van 25 september 2014 (PB L 202 van 30.7.2015, blz. 3),

   22014 D 0162: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 162/2014 van 25 september 2014 (PB L 202 van 30.7.2015, blz. 5),

   22014 D 0163: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 163/2014 van 25 september 2014 (PB L 202 van 30.7.2015, blz. 7),

   22014 D 0164: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 164/2014 van 25 september 2014 (PB L 202 van 30.7.2015, blz. 8),

   22014 D 0165: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 165/2014 van 25 september 2014 (PB L 202 van 30.7.2015, blz. 9),


   22014 D 0166: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 166/2014 van 25 september 2014 (PB L 202 van 30.7.2015, blz. 10),

   22014 D 0167: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 167/2014 van 25 september 2014 (PB L 202 van 30.7.2015, blz. 12),

   22014 D 0210: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 210/2014 van 24 oktober 2014 (PB L 230 van 3.9.2015, blz. 3),

   22014 D 0211: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 211/2014 van 24 oktober 2014 (PB L 230 van 3.9.2015, blz. 5),

   22016 D 0489: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 1/2015 van 25 februari 2015 (PB L 93 van 7.4.2016, blz. 1),

   22016 D 0490: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 2/2015 van 25 februari 2015 (PB L 93 van 7.4.2016, blz. 3),

   22016 D 0491: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 3/2015 van 25 februari 2015 (PB L 93 van 7.4.2016, blz. 5),

   22016 D 0717: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 34/2015 van 20 maart 2015 (PB L 129 van 19.5.2016, blz. 1),

   22016 D 0718: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 35/2015 van 20 maart 2015 (PB L 129 van 19.5.2016, blz. 3),


   22016 D 0719: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 36/2015 van 20 maart 2015 (PB L 129 van 19.5.2016, blz. 5),

   22016 D 0720: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 37/2015 van 20 maart 2015 (PB L 129 van 19.5.2016, blz. 7),

   22016 D 1257: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 74/2015 van 30 april 2015 (PB L 211 van 4.8.2016, blz. 1),

   22016 D 1258: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 75/2015 van 30 april 2015 (PB L 211 van 4.8.2016, blz. 3),

   22016 D 1259: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 76/2015 van 30 april 2015 (PB L 211 van 4.8.2016, blz. 5),

   22016 D 1260: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 77/2015 van 30 april 2015 (PB L 211 van 4.8.2016, blz. 6),

   22016 D 1261: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 78/2015 van 30 april 2015 (PB L 211 van 4.8.2016, blz. 8),

   22016 D 1262: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 79/2015 van 30 april 2015 (PB L 211 van 4.8.2016, blz. 10),

   22016 D 1263: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 80/2015 van 30 april 2015 (PB L 211 van 4.8.2016, blz. 11),


   22017 D 0015: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 175/2015 van 10 juli 2015 (PB L 8 van 12.1.2017, blz. 1),

   22017 D 0504: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 197/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 1),

   22017 D 0505: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 198/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 5),

   22017 D 0506: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 199/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 7),

   22017 D 0507: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 200/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 8),

   22017 D 0508: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 201/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 9),

   22017 D 1022: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 233/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 1),

   22017 D 1023: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 234/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 3),

   22017 D 1024: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 235/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 4),


   22017 D 1025: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 236/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 5),

   22017 D 1026: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 237/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 6),

   22017 D 1284: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 1/2016 van 5 februari 2016 (PB L 189 van 20.7.2017, blz. 1),

   22017 D 1285: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 2/2016 van 5 februari 2016 (PB L 189 van 20.7.2017, blz. 3),

   22017 D 1286: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 3/2016 van 5 februari 2016 (PB L 189 van 20.7.2017, blz. 5),

   22017 D 1287: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 4/2016 van 5 februari 2016 (PB L 189 van 20.7.2017, blz. 7),

   22017 D 1806: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 295/2015 van 11 december 2015 (PB L 263 van 12.10.2017, blz. 1),

   22017 D 1807: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 296/2015 van 11 december 2015 (PB L 263 van 12.10.2017, blz. 3),

   22017 D 1871: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 41/2016 van 18 maart 2016 (PB L 270 van 19.10.2017, blz. 1),


   22017 D 1874: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 44/2016 van 18 maart 2016 (PB L 270 van 19.10.2017, blz. 7),

   22017 D 1875: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 45/2016 van 18 maart 2016 (PB L 270 van 19.10.2017, blz. 9),

   22017 D 2017: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 66/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 1),

   22017 D 2018: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 68/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 4),

   22017 D 2019: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 69/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 6),

   22017 D 2023: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 73/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 12),

   22017 D 2122: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 104/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 1),

   22017 D 2123: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 105/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 3),

   22017 D 2124: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 106/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 4),


   22018 D 0422: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 164/2016 van 23 september 2016 (PB L 80 van 22.3.2018, blz. 1),

   22018 D 0423: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 165/2016 van 23 september 2016 (PB L 80 van 22.3.2018, blz. 3),

   22018 D 0424: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 166/2016 van 23 september 2016 (PB L 80 van 22.3.2018, blz. 4),

   22018 D 0425: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 167/2016 van 23 september 2016 (PB L 80 van 22.3.2018, blz. 6),

   22018 D 0426: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 168/2016 van 23 september 2016 (PB L 80 van 22.3.2018, blz. 8),

   22018 D 0427: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 169/2016 van 23 september 2016 (PB L 80 van 22.3.2018, blz. 9),

   22018 D 1154: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 216/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 1),

   22018 D 1155: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 217/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 3),

   22018 D 1156: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 218/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 4),


   22018 D 1157: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 219/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 5),

   22018 D 1735: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 1/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 1),

   22018 D 1736: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 2/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 3),

   22018 D 1737: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 3/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 4),

   22018 D 1738: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 4/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 5),

   22018 D 1739: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 5/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 6),

   22018 D 1810: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 46/2017 van 17 maart 2017 (PB L 305 van 29.11.2018, blz. 1),

   22018 D 1811: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 47/2017 van 17 maart 2017 (PB L 305 van 29.11.2018, blz. 1),

   22019 D 0180: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 68/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 1),


   22019 D 0181: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 69/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 3),

   22019 D 0182: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 70/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 5),

   22019 D 0183: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 71/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 7),

   22019 D 0184: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 72/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 8),

   22019 D 0185: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 73/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 9),

   22019 D 0725: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 118/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 1),

   22019 D 0726: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 119/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 3),

   22019 D 0726: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 139/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 35),

   22019 D 0747: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 140/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 37),


   22019 D 1039: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 151/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 3),

   22019 D 1040: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 152/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 4),

   22019 D 1041: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 153/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 6),

   22019 D 1042: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 154/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 7),

   22019 D 1043: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 155/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 9),

   22019 D 1229: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 99/2019 van 11 april 2019 (PB L 192 van 18.7.2019, blz. 53),

   22019 D 1356: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 193/2017 van 27 oktober 2017 (PB L 219 van 22.8.2019, blz. 1),

   22019 D 1618: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 209/2017 van 15 december 2017 (PB L 254 van 3.10.2019, blz. 1),

   22019 D 1619: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 210/2017 van 15 december 2017 (PB L 254 van 3.10.2019, blz. 5),


  • 22019 D 1620: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 211/2017 van 15 december 2017 (PB L 254 van 3.10.2019, blz. 7),

  • 22019 D 2039: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 3/2018 van 9 februari 2018 (PB L 323 van 12.12.2019, blz. 5),

  • 22019 D 2040: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 4/2018 van 9 februari 2018 (PB L 323 van 12.12.2019, blz. 7),

  • 22019 D 2041: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 5/2018 van 9 februari 2018 (PB L 323 van 12.12.2019, blz. 9),

  • 22020 D 0052: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 35/2018 van 23 maart 2018 (PB L 26 van 30.1.2020, blz. 1),

  • 22020 D 0053: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 36/2018 van 23 maart 2018 (PB L 26 van 30.1.2020, blz. 3),

  • 22020 D 0054: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 37/2018 van 23 maart 2018 (PB L 26 van 30.1.2020, blz. 5),

  • 22020 D 0292: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 273/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 1),

   22020 D 0293: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 274/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 3),


  • 22020 D 0294: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 275/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 4),

  • 22020 D 0298: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 279/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 8),

  • 22020 D 0299: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 280/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 10),

  • 22020 D 0300: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 281/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 12),

  • 22020 D 0301: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 282/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 14),

  • 22020 D 0302: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 284/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 17),

  • 22020 D 0800: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 46/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 1),

  • 22020 D 0920: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 1/2019 van 8 februari 2019 (PB L 228 van 16.7.2020, blz. 1),

  • 22020 D 0923: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 4/2019 van 8 februari 2019 (PB L 228 van 16.7.2020, blz. 7),


  •    22020 D 1437: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 77/2018 van 27 april 2018 (PB L 340 van 15.10.2020, blz. 1),

  • 22020 D 1438: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 78/2018 van 27 april 2018 (PB L 340 van 15.10.2020, blz. 3),

  • 22020 D 1607: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 103/2018 van 31 mei 2018 (PB L 368 van 5.11.2020, blz. 1),

  • 22020 D 1608: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 104/2018 van 31 mei 2018 (PB L 368 van 5.11.2020, blz. 3),

  • 22020 D 1609: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 105/2018 van 31 mei 2018 (PB L 368 van 5.11.2020, blz. 4),

  • 22021 D 0185: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 123/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 1),

  • 22021 D 0186: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 124/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 3),

  • 22021 D 0187: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 125/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 5),

  • 22021 D 0188: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 126/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 7),


  • 22021 D 0193: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 131/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 16),

  • 22021 D 0287: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 173/2018 van 21 september 2018 (PB L 75 van 4.3.2021, blz. 1),

  • 22021 D 0491: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 208/2018 van 26 oktober 2018 (PB L 105 van 25.3.2021, blz. 1),

  • 22021 D 1489: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 222/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 1),

  • 22021 D 1490: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 223/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 3),

  • 22021 D 1491: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 224/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 5),

  • 22021 D 1492: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 225/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 7),

  • 22021 D 1493: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 226/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 10),

  • 22021 D 1496: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 229/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 15),


  • 22021 D 1497: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 230/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 17),

  • 22022 D 1049: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 1/2022 van 4 februari 2022 (PB L 175 van 30.6.2022, blz. 1),

  • 22022 D 1050: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 2/2022 van 4 februari 2022 (PB L 175 van 30.6.2022, blz. 3),

  • 22022 D 1051: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 3/2022 van 4 februari 2022 (PB L 175 van 30.6.2022, blz. 5),

  • 22022 D 1052: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 4/2022 van 4 februari 2022 (PB L 175 van 30.6.2022, blz. 7),

  • 22022 D 1053: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 5/2022 van 4 februari 2022 (PB L 175 van 30.6.2022, blz. 9),

  • 22022 D 1088: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 40/2022 van 4 februari 2022 (PB L 175 van 30.6.2022, blz. 67),

  • 22022 D 1114: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 46/2022 van 18 maart 2022 (PB L 182 van 7.7.2022, blz. 12),

  • 22022 D 1115: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 47/2022 van 18 maart (PB L 182 van 7.7.2022, blz. 14),


  • 22022 D 1533: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 89/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 1),

  • 22022 D 1534: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 90/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 3),

  • 22022 D 1535: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 91/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 5),

  • 22022 D 1537: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 93/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 9),

  • 22022 D 1538: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 94/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 11),

  • 22022 D 1539: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 95/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 13),

  • 22022 D 1540: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 96/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 15),

  • 22022 D 1548: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 104/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 31),

  • 22022 D 1549: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 105/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 33),


  • 22022 D 1550: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 106/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 35),

  • 22022 D 1865: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 165/2022 van 10 juni 2022 (PB L 267 van 13.10.2022, blz. 1),

  • 22022 D 1866: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 166/2022 van 10 juni 2022 (PB L 267 van 13.10.2022, blz. 3),

  • 22022 D 2006: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 107/2019 van 8 mei 2019 (PB L 279 van 27.10.2022, blz. 1),

  • 22022 D 2007: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 108/2019 van 8 mei 2019 (PB L 279 van 27.10.2022, blz. 3),

  • 22022 D 2129: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 137/2019 van 14 juni 2019 (PB L 291 van 10.11.2022, blz. 1),

  • 22022 D 2130: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 138/2019 van 14 juni 2019 (PB L 291 van 10.11.2022, blz. 3),

  • 22022 D 2131: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 139/2019 van 14 juni 2019 (PB L 291 van 10.11.2022, blz. 5),

  • 22022 D 2132: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 140/2019 van 14 juni 2019 (PB L 291 van 10.11.2022, blz. 7),


   22022 D 2207: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 183/2019 van 10 juli 2019 (PB L 298 van 17.11.2022, blz. 1).

Een geconsolideerde versie van bijlage I bij de EER-overeenkomst is beschikbaar op de website van de

Europese Vrijhandelsassociatie (“EVA”): https://www.efta.int/.

4.    31994 D 0001: Besluit van de Raad en de Commissie van 13 december 1993 betreffende de sluiting van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte tussen de Europese Gemeenschappen, hun lidstaten en de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland, de Republiek IJsland, het Vorstendom Liechtenstein, het Koninkrijk Noorwegen en het Koninkrijk Zweden (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 571).

5.    21994 A 0103(73): Protocol tot aanpassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte – Slotakte – Gemeenschappelijke verklaring – Proces-verbaal van overeenstemming – Verklaring van de regering van de Franse Republiek (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 572).

6.    32004 D 0368: Besluit van de Raad van 30 maart 2004 betreffende de voorlopige toepassing van de overeenkomst inzake deelname van de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Hongarije, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek aan de Europese Economische Ruimte, en vier daarmee verband houdende overeenkomsten (PB L 130 van 29.4.2004, blz. 1).


7.    22004 A 0429(02): Overeenkomsten in de vorm van een briefwisseling betreffende de voorlopige toepassing van de overeenkomst inzake deelname van de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Hongarije, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek aan de Europese Economische Ruimte, en vier daarmee verband houdende overeenkomsten (PB L 130 van 29.4.2004, blz. 3).

8.    E2003 C 0017: Beschikking van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 17/03/COL van 5 februari 2003 houdende erkenning dat het Noorse gegevensbestand voor runderen volledig operationeel is (PB L 120 van 15.5.2003, blz. 62).

9.    E2003 C 0155: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 155/03/COL van 18 juli 2003 houdende goedkeuring van het door IJsland ingediende programma ter verkrijging van de status van erkend gebied ten aanzien van de visziekten virale hemorragische septikemie (VHS) en infectieuze hematopoïetische necrose (IHN) (PB L 265 van 16.10.2003, blz. 38).

10.    E2006 C 0394: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 394/06/COL van 13 december 2006 tot goedkeuring van de door Noorwegen ingediende bijgewerkte regeling voor de verwijdering van alle vis in met infectieuze zalmanemie besmette Noorse bedrijven (PB L 132 van 24.5.2007, blz. 36).

11.    E2007 C 0028: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 28/07/COL van 19 februari 2007 waarbij de rundveebeslagen van Noorwegen officieel vrij van tuberculose, brucellose en enzoötische boviene leukose worden verklaard (PB L 132 van 24.5.2007, blz. 38).


12.    E2007 C 0029: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 29/07/COL van 19 februari 2007 tot goedkeuring van het door Noorwegen ingediende programma voor de preventieve vaccinatie van vogels in dierentuinen tegen hoogpathogene aviaire influenza (PB L 132 van 24.5.2007, blz. 40).

13.    E2007 C 0030: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 30/07/COL van 19 februari 2007 betreffende het nationaal scrapiebestrijdingsprogramma van Noorwegen en aanvullende garanties inzake intracommunautaire handel en invoer in Noorwegen (PB L 132 van 24.5.2007, blz. 42).

14.    E2006 C 0246: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 246/06/COL van 6 september 2006 tot wijziging van de lijst van punt 39 van deel 1.2 van hoofdstuk I van bijlage I bij de EER-Overeenkomst waarin een lijst is vastgesteld van grensinspectieposten in IJsland en Noorwegen die zijn erkend voor de veterinaire controles van dieren en dierlijke producten uit derde landen en tot intrekking van Besluit 86/02/COL van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA van 24 mei 2002 (PB L 208 van 9.8.2007, blz. 12).

15.    E2006 C 0320: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 320/06/COL van 31 oktober 2006 tot wijziging van de lijst van punt 39 van deel 1.2 van hoofdstuk I van bijlage I bij de EER-Overeenkomst waarin een lijst is vastgesteld van grensinspectieposten in IJsland en Noorwegen die zijn erkend voor de veterinaire controles van dieren en dierlijke producten uit derde landen en tot intrekking van Besluit 246/06/COL van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA van 6 september 2006 (PB L 62 van 6.3.2008, blz. 44).

16.    E2008 C 0299: Beschikking van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 299/08/COL van 21 mei 2008 houdende goedkeuring van het door Noorwegen voorgelegde bestrijdings- en uitroeiingsprogramma voor Bacterial Kidney Disease (PB L 257 van 25.9.2008, blz. 16).


17.    E2008 C 0300: Beschikking van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 300/08/COL van 21 mei 2008 houdende goedkeuring van het door Noorwegen voorgelegde rampenplan bij aviaire influenza (PB L 257 van 25.9.2008, blz. 18).

18.    E2008 C 0298: Beschikking van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 298/08/COL van 21 mei 2008 inzake ziektevrije gebieden en aanvullende garanties ten aanzien van Gyrodactylus salaris voor Noorwegen (PB L 268 van 9.10.2008, blz. 37).

19.    E2010 C 0002: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 02/10/COL van 5 januari 2010 betreffende de status van Noorwegen met betrekking tot infectieuze hematopoïetische necrose en virale hemorragische septikemie en tot intrekking van Besluit nr. 302/08/COL van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA van 21 mei 2008 (PB L 157 van 24.6.2010, blz. 16).

20.    E2010 C 0043: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 43/10/COL van 10 februari 2010 tot wijziging van de lijst van punt 39 van deel 1.2 van hoofdstuk I van bijlage I bij de EER-Overeenkomst waarin een lijst is vastgesteld van grensinspectieposten in IJsland en Noorwegen die zijn erkend voor de veterinaire controles van dieren en dierlijke producten uit derde landen en tot intrekking van Besluit 301/08/COL van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA van 21 mei 2008 (PB L 256 van 30.9.2010, blz. 30).

21.    E2010 C 0159: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 159/10/COL van 21 april 2010 betreffende aanvullende garanties voor Noorwegen ten aanzien van infectieuze boviene rhinotracheïtis (PB L 332 van 16.12.2010, blz. 43).

22.    E2010 C 0160: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 160/10/COL van 21 april 2010 betreffende aanvullende garanties voor Noorwegen ten aanzien van de ziekte van Aujeszky (PB L 332 van 16.12.2010, blz. 45).


23.    E2011 C 0111: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 111/11/COL van 11 april 2011 tot wijziging van de lijst van punt 39 van deel 1.2 van hoofdstuk I van bijlage I bij de EER-overeenkomst waarin een lijst is vastgesteld van grensinspectieposten in IJsland en Noorwegen die zijn erkend voor de veterinaire controles van dieren en dierlijke producten uit derde landen en tot intrekking van Beschikking nr. 8/11/COL van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA (PB L 170 van 30.6.2011, blz. 39).

24.    E2012 C 0264: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 264/12/COL van 5 juli 2012 betreffende de status van Noorwegen met betrekking tot infectieuze hematopoïetische necrose en virale hemorragische septikemie en tot intrekking van Besluit nr. 302/08/COL van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA (PB C 340 van 8.11.2012, blz. 2).

25.    E2012 C 0265: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 265/12/COL van 5 juli 2012 tot goedkeuring van het door Noorwegen ingediende noodplan voor exotische ziekten bij waterdieren (PB C 340 van 8.11.2012, blz. 4).

26.    E2013 C 0131: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 131/13/COL van 18 maart 2013 tot wijziging van de lijst van punt 39 van deel 1.2 van hoofdstuk I van bijlage I bij de EER-overeenkomst waarin een lijst is vastgesteld van grensinspectieposten in IJsland en Noorwegen die zijn erkend voor de veterinaire controles van dieren en dierlijke producten uit derde landen en tot intrekking van Beschikking nr. 339/12/COL van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA (PB L 175 van 27.6.2013, blz. 76).

27.    E2015 C 0293: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 293/15/COL van 14 juli 2015 houdende goedkeuring van het door IJsland opgestelde nationale programma voor de bestrijding van salmonella bij pluimvee en pluimveeproducten (PB L 230 van 25.8.2016, blz. 58).


28.    E2018 C 0018: Gedelegeerd Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 18/18/COL van 9 februari 2018 betreffende de ziektevrije status van Noorwegen ten aanzien van Marteilia refringens en Bonamia ostreae (PB L 214 van 23.8.2018, blz. 5).

29.    E2019 C 0001: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 1/19/COL van 16 januari 2019 tot uitbreiding van de bijzondere waarborgen met betrekking tot Salmonella spp., als vastgesteld in Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad, tot voor IJsland bestemd vlees en bestemde eieren van huishoenders (Gallus gallus) en tot voor IJsland bestemd vlees van kalkoenen (PB L 95 van 4.4.2019, blz. 13).

30.    E2019 C 0008: Toezichthoudende Autoriteit van de EVA Delegatiebesluit nr. 8/19/COL van 6 februari 2019 tot wijziging van de lijst van punt 39 van deel 1.2 van hoofdstuk I van bijlage I bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte waarin een lijst is vastgesteld van de grensinspectieposten in IJsland en Noorwegen die zijn erkend voor de veterinaire controles van levende dieren en dierlijke producten uit derde landen (“de lijst van grensinspectieposten in IJsland en Noorwegen”) en tot intrekking van Besluit nr. 90/18/COL van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA (PB L 148 van 6.6.2019, blz. 30).

31.    E2021 C 0029: Gedelegeerd Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 29/21/COL van 13 april 2021 houdende erkenning van de ziektevrije status van Noorwegen ten aanzien van Brucella melitensis bij kleine herkauwers (PB L 290 van 12.8.2021, blz. 3), gerectificeerd bij PB L 318 van 9.9.2021, blz. 2.

32.    E2021 C 0032: Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 32/21/COL van 21 april 2021 betreffende de goedkeuring van ziektevrije en non-vaccinatiestatussen en uitroeiingsprogramma’s van Noorwegen en IJsland of bepaalde zones of compartimenten daarvan ten aanzien van bepaalde in de lijst opgenomen ziekten overeenkomstig Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad en Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/689 van de Commissie (PB L 290 van 12.8.2021, blz. 5), gecorrigeerd bij PB L 318 van 9.9.2021, blz. 3.


33.    E2021 C 0033: Gedelegeerd Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 33/21/COL van 22 april 2021 tot goedkeuring van de ziektevrije status ten aanzien van het rabiësvirus (RABV) van Noorwegen en tot wijziging van Besluit nr. 032/21/COL (PB L 290 van 12.8.2021, blz. 11), gerectificeerd bij PB L 318 van 9.9.2021, blz. 4.

34.    E2021 C 0203: Gedelegeerd besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 203/21/COL van 16 juli 2021 met betrekking tot de goedkeuring van nationale maatregelen van Noorwegen en IJsland ter beperking van het effect van bepaalde ziekten bij waterdieren overeenkomstig artikel 226, lid 3, van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Besluit nr. 58/16/COL-D (PB L 399 van 11.11.2021, blz. 8),

35.    E2007 C 0119: Aanbeveling van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 119/07/COL van 16 april 2007 inzake de monitoring van achtergrondconcentraties van dioxinen, dioxineachtige pcb’s en niet-dioxineachtige pcb’s in levensmiddelen (PB L 275 van 16.10.2008, blz. 65).

AFDELING B

REPUBLIEK SAN MARINO

36.    22002 A 0328(01): Overeenkomst tot instelling van een douane-unie en samenwerking tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek San Marino (PB L 84 van 28.3.2002, blz. 43).

37.    21994 D 0913(01): Besluit 1/94 van het Samenwerkingscomité EG-San Marino van 28 juni 1994 inzake de communautaire regeling op veterinair gebied die door de Republiek San Marino moet worden overgenomen (PB L 238 van 13.9.1994, blz. 25).


AFDELING C

FAERÖER

38.    21994 D 0913(01): Aanvullend protocol 1999/1130/EG inzake veterinaire vraagstukken bij de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap enerzijds en de regering van Denemarken en de landsregering van de Faeröer anderzijds (PB L 305 van 30.11.1999, blz. 26).

39.    31999 D 0778: Besluit 1999/778/EG van de Raad van 15 november 1999 betreffende de sluiting van een protocol inzake veterinaire vraagstukken, als aanvulling op de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap enerzijds en de regering van Denemarken en de landsregering van de Faeröer anderzijds (PB L 305 van 30.11.1999, blz. 25).

40.    22001 D 0216(01): Besluit nr. 1/2001 (2001/127/EG) van het Gemengd Comité EG-Faeröer van 31 januari 2001 tot vaststelling van de bepalingen ter uitvoering van het Aanvullend Protocol inzake veterinaire vraagstukken bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap enerzijds en de regering van Denemarken en de landsregering van de Faeröer anderzijds (PB L 46 van 16.2.2001, blz. 24), zoals gewijzigd bij:

   22006 D 0013: Besluit nr. 2/2005 (2006/13/EG) van het Gemengd Comité EG-Faeröer van 8 december 2005 (PB L 8 van 13.1.2006, blz. 46),

   22009 D 0074: Besluit nr. 1/2008 (2009/74/EG) van het Gemengd Comité EG-Faeröer van 17 juni 2008 (PB L 24 van 28.1.2009, blz. 30).


AFDELING D

ZWITSERLAND

41.    31990 D 0216: Besluit van de Raad van 23 april 1990 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de vereenvoudiging van de controles en formaliteiten bij het goederenvervoer (PB L 116 van 8.5.1990, blz. 18).

42.    21990 A 0508(01): Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de vereenvoudiging van de controles en formaliteiten bij het goederenvervoer (PB L 116 van 8.5.1990, blz. 19).

43.    22001 D 0221(04): Aanbeveling nr. 1/2000 (2001/125/EG) van de Gemengde Commissie EG-Zwitserland van 20 december 2000 tot vereenvoudiging van bepaalde veterinaire controles van uit derde landen afkomstige producten van dierlijke oorsprong die via de Europese Gemeenschap naar Zwitserland worden vervoerd (PB L 51 van 21.2.2001, blz. 44).

44.    32002 D 0309: Besluit 2002/309/EG, Euratom van de Raad en, wat betreft de overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking, van de Commissie van 4 april 2002 betreffende de sluiting van zeven overeenkomsten met de Zwitserse Bondsstaat (PB L 114 van 30.4.2002, blz. 1).


45.    22002 A 0430(04): Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten (PB L 114 van 30.4.2002, blz. 132), gerectificeerd bij PB L 212 van 12.6.2004, blz. 72, zoals gewijzigd bij:

  • 22004 D 0078: Besluit nr. 2/2003 (2004/78/EG) van het Gemengd Veterinair Comité (PB L 23 van 28.1.2004, blz. 27),

  • 22004 D 0480: Besluit nr. 1/2004 (2004/480/EG) van het Gemengd Veterinair Comité (PB L 160 van 30.4.2004, blz. 116),

  • 22005 D 0022: Besluit nr. 2/2004 (2005/22/EG) van het Gemengd Veterinair Comité (PB L 17 van 20.1.2005, blz. 1),

  • 22005 D 0962: Besluit nr. 1/2005 (2005/962/EG) van het Gemengd Veterinair Comité (PB L 347 van 30.12.2005, blz. 93),

  • 22007 D 0061: Besluit nr. 1/2006 van het Gemengd Veterinair Comité (PB L 32 van 6.2.2007, blz. 91),

  • 32008 D 0979: Beschikking 2008/979/EG van de Raad van 18 december 2008 (PB L 352 van 31.12.2008, blz. 23),

  • 32008 D 0979: Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat (PB L 352 van 31.12.2008, blz. 24).

  • 22009 D 0013: Besluit nr. 1/2008 van het Gemengd Veterinair Comité (PB L 6 van 10.1.2009, blz. 89),

  • 32009 D 0805: Beschikking 2009/805/EG van de Raad van 19 oktober 2009 (PB L 288 van 4.11.2009, blz. 22),


  • 32010 D 0797: Besluit nr. 1/2010 (2010/797/EU) van het Gemengd Veterinair Comité (PB L 338 van 22.12.2010, blz. 50),

  • 22013 D 0479: Besluit nr. 1/2013 van het Gemengd Veterinair Comité (PB L 264 van 5.10.2013, blz. 1),

  • 22020 D 0498: Besluit nr. 1/2015 van het Gemengd Veterinair Comité (PB L 112 van 8.4.2020, blz. 1),

  • 22020 D 0554: Besluit nr. 1/2018 van het Gemengd Veterinair Comité (PB L 127 van 22.4.2020, blz. 26).

46.    22002 A 0430(04): Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten - Slotakte (PB L 114 van 30.4.2002, blz. 350).

47.    22003 D 0703: Besluit nr. 1/2003 (2003/703/EG) van het Gemengd Veterinair Comité dat is opgericht bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten van 29 juli 2003 houdende goedkeuring van zijn reglement van orde (PB L 254 van 8.10.2003, blz. 35).

48.    32015 D 2367: Besluit (EU) 2015/2367 van de Raad van 30 november 2015 betreffende het namens de Europese Unie in het bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten opgerichte Gemengd Veterinair Comité in te nemen standpunt over Besluit nr. 1/2015 met betrekking tot de wijziging van de aanhangsels 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 10 en 11 van bijlage 11 bij de overeenkomst (PB L 337 van 23.12.2015, blz. 128).


AFDELING E

NIEUW-ZEELAND

49.    21997 A 0226(01): Overeenkomst (1997/131/EG) in de vorm van een briefwisseling betreffende de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Nieuw-Zeeland inzake sanitaire maatregelen voor de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 57 van 26.2.1997, blz. 2).

50.    21997 A 0226(02): Overeenkomst (1997/132/EG) tussen de Europese Gemeenschap en Nieuw-Zeeland inzake sanitaire maatregelen voor de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 57 van 26.2.1997, blz. 5), zoals gewijzigd bij:

   31999 D 0837: Besluit 1999/837/EC van de Raad van 15 november 1999 (PB L 332 van 23.12.1999, blz. 1).

51.    21999 A 1223(01): Briefwisseling betreffende de wijziging van de bijlagen bij de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Nieuw-Zeeland inzake sanitaire maatregelen voor de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 332 van 23.12.1999, blz. 3).

52.    32002 D 0957: Besluit 2002/957/EG van de Raad van 28 november 2002 betreffende de sluiting van een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tot wijziging van de bijlagen bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Nieuw-Zeeland inzake sanitaire maatregelen voor de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 333 van 10.12.2002, blz. 13).


53.    22002 A 1210(01): Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tot wijziging van de bijlagen bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Nieuw-Zeeland inzake sanitaire maatregelen voor de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 333 van 10.12.2002, blz. 15).

54.    22003 X 0125(01): Informatie over de inwerkingtreding van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Nieuw-Zeeland inzake sanitaire maatregelen voor de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 22 van 25.1.2003, blz. 36).

55.    32003 D 0616: Besluit 2003/616/EG van de Commissie van 11 augustus 2003 houdende goedkeuring namens de Europese Gemeenschap van wijzigingen in de bijlage bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Nieuw-Zeeland inzake sanitaire maatregelen voor de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 214 van 26.8.2003, blz. 36).

56.    22003 A 0826(01): Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tot wijziging van de bijlagen bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Nieuw-Zeeland inzake sanitaire maatregelen voor de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 214 van 26.8.2003, blz. 38), gerectificeerd bij PB L 313 van 28.11.2003, blz. 82.

57.    Besluit 2004/751/EG van de Commissie van 22 oktober 2004 tot goedkeuring namens de Europese Gemeenschap van wijzigingen in bijlage V bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Nieuw-Zeeland inzake sanitaire maatregelen voor de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 332 van 6.11.2004, blz. 16).


58.    Regeling met Nieuw-Zeeland in de vorm van een briefwisseling betreffende de wijzigingen in bijlage V bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Nieuw-Zeeland inzake sanitaire maatregelen voor de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 332 van 6.11.2004, blz. 17).

59.    Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tot vaststelling van een regeling met Nieuw-Zeeland betreffende de wijzigingen in bijlage V en bijlage VIII bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Nieuw-Zeeland inzake sanitaire maatregelen voor de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 338 van 5.12.2006, blz. 3).

60.    Besluit 2006/854/EG van de Commissie van 26 juli 2006 tot goedkeuring namens de Europese Gemeenschap van wijzigingen in de bijlagen V en VIII bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Nieuw-Zeeland inzake sanitaire maatregelen voor de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 338 van 5.12.2006, blz. 1).

61.    32015 D 1084: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1084 van de Commissie van 18 februari 2015 tot goedkeuring namens de Europese Unie van bepaalde wijzigingen in de bijlagen II, V, VII en VIII bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Nieuw-Zeeland inzake sanitaire maatregelen voor de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 175 van 4.7.2015, blz. 44).

62.    32015 D 1901: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1901 van de Commissie van 20 oktober 2015 tot vaststelling van certificeringsvoorschriften en een model van het gezondheidscertificaat voor de invoer in de Unie van zendingen levende dieren en dierlijke producten uit Nieuw-Zeeland en tot intrekking van Beschikking 2003/56/EG (PB L 277 van 22.10.2015, blz. 32).


AFDELING F

CANADA

63.    31999 D 0201: Besluit 1999/201/EG van de Raad van 14 december 1998 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Canada inzake sanitaire maatregelen ter bescherming van de volksgezondheid en de diergezondheid bij de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 71 van 18.3.1999, blz. 1).

64.    21999 A 0318(01): Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Canada inzake sanitaire maatregelen ter bescherming van de volksgezondheid en de diergezondheid bij de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 71 van 18.3.1999, blz. 3).

65.    Beschikking 2005/306/EG van de Commissie van 16 februari 2005 tot goedkeuring namens de Europese Gemeenschap van wijzigingen in de bijlagen bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Canada inzake sanitaire maatregelen voor de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 98 van 16.4.2005, blz. 32).

66.    Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling met de regering van Canada over de wijzigingen in de bijlagen V en VIII bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Canada inzake sanitaire maatregelen ter bescherming van de volksgezondheid en de diergezondheid bij de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 98 van 16.4.2005, blz. 34).

67.    32013 D 0397: Besluit 2013/397/EG van de Commissie van 26 mei 2009 tot goedkeuring namens de Europese Gemeenschap van bepaalde wijzigingen in bijlage V bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Canada inzake sanitaire maatregelen ter bescherming van de volksgezondheid en de diergezondheid bij de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 201 van 26.7.2013, blz. 66).


AFDELING G

VERENIGDE STATEN VAN AMERIKA

68.    31998 D 0258: Besluit 98/258/EG van de Raad van 16 maart 1998 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika inzake sanitaire maatregelen ter bescherming van de volksgezondheid en de diergezondheid bij de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 118 van 21.4.1998, blz. 1).

69.    21998 A 0421(01): Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika inzake sanitaire maatregelen ter bescherming van de volksgezondheid en de diergezondheid bij de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 118 van 21.4.1998, blz. 3).

70.    32003 D 0833: Besluit 2003/833/EG van de Commissie van 28 november 2003 houdende goedkeuring namens de Europese Gemeenschap van wijzigingen in de bijlagen bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika inzake sanitaire maatregelen ter bescherming van de volksgezondheid en de diergezondheid bij de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 316 van 29.11.2003, blz. 20).

71.    32003 D 0863: Beschikking 2003/863/EG van de Commissie van 2 december 2003 inzake gezondheidscertificaten voor de invoer van dierlijke producten uit de Verenigde Staten (OJ L 325 van 12.12.2003, blz. 46).

72.    Besluit 2005/405/EG van de Commissie van 4 mei 2005 houdende goedkeuring namens de Europese Gemeenschap van wijzigingen in de bijlagen bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika inzake sanitaire maatregelen ter bescherming van de volksgezondheid en de diergezondheid bij de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 137 van 31.5.2005, blz. 31).


73.    Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling betreffende wijzigingen in de bijlagen bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika inzake sanitaire maatregelen ter bescherming van de volksgezondheid en de diergezondheid bij de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 137 van 31.5.2005, blz. 33).

74.    Besluit 2006/198/EG van de Commissie van 2 februari 2006 houdende goedkeuring namens de Europese Gemeenschap van wijzigingen in de bijlagen bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika inzake sanitaire maatregelen ter bescherming van de volksgezondheid en de diergezondheid bij de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 71 van 10.3.2006, blz. 11).

75.    Overeenkomst 2006/198/EG in de vorm van een briefwisseling betreffende wijzigingen in de bijlagen bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika inzake sanitaire maatregelen ter bescherming van de volksgezondheid en de diergezondheid bij de handel in levende dieren en dierlijke producten (PB L 71 van 10.3.2006, blz. 12).

76.    32006 D 0333: Besluit 2006/333/EG van de Raad van 20 maart 2006 betreffende de sluiting van een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten van Amerika uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de GATT 1994, betreffende de wijziging van de concessies die vervat zijn in de lijsten van verbintenissen van de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek, in verband met hun toetreding tot de Europese Unie (PB L 124 van 11.5.2006, blz. 13).


77.    22013 A 0313: Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en de Verenigde Staten uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de GATT 1994 betreffende de wijziging van de concessies die vervat zijn in de lijsten van verbintenissen van de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek, in verband met hun toetreding tot de Europese Unie (PB L 124 van 11.5.2006, blz. 15).

AFDELING H

CHILI

78.    22002 A 1230(01): Besluit 2002/979/EG van de Raad van 18 november 2002 betreffende de ondertekening en de voorlopige toepassing van enkele bepalingen van de Overeenkomst tot oprichting van een associatie tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds,    en de Republiek Chili, anderzijds (PB L 352 van 30.12.2002, blz. 1).

79.    22002 A 1230(01): Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Chili, anderzijds (PB L 352 van 30.12.2002, blz. 3), gerectificeerd bij PB L 333 van 19.12.2003, blz. 64.

81.    22002 A 1230(01): Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Chili, anderzijds – Slotakte (PB L 352 van 30.12.2002, blz. 1440).


82.    31992 D 0583: Besluit 92/583/EEG van de Raad van 14 december 1992 betreffende de sluiting van het Europese Verdrag inzake de bescherming van landbouwhuisdieren (PB L 395 van 31.12.1992, blz. 21).

83.    22003 X 0131(01): Informatie over de toepassing van bepaalde artikelen van de overeenkomst tot oprichting van een associatie tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Chili, anderzijds (PB L 26 van 31.1.2003, blz. 52).

84.    32004 D 0907: Besluit 2004/907/EG van de Commissie van 27 december 2004 betreffende de financiële bijdrage van de Gemeenschap voor de organisatie van een internationaal seminar over dierenwelzijn in de context van de Overeenkomst EG-Chili inzake sanitaire en fytosanitaire maatregelen van toepassing op de handel in dieren en dierlijke producten, planten, plantaardige producten en andere goederen alsmede dierenwelzijn (PB L 381 van 28.12.2004, blz. 80).

85.    22005 D 0168: Besluit nr. 1/2003 van het Associatiecomité van de SPS-overeenkomst EU-Chili, genoemd Gemengd Comité van beheer, van 24 oktober 2003 betreffende het reglement van orde van het Associatiecomité van de SPS-overeenkomst EU-Chili, genoemd Gemengd Comité van beheer (hierna "GCB" genoemd) (PB L 55 van 1.3.2005, blz. 93).

86.    22007 D 0177: Besluit nr. 1/2006 van het Gemengd Comité van Beheer dat is ingesteld bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Chili inzake sanitaire en fytosanitaire maatregelen van toepassing op de handel in dieren en dierlijke producten, planten, plantaardige producten en andere goederen, alsmede dierenwelzijn van 9 november 2006 tot wijziging van de aanhangsels I.C, III.A, III.B en XI van bijlage IV bij de overeenkomst (PB L 86 van 27.3.2007, blz. 20).


AFDELING I

INTERNATIONALE ORGANISATIES

87.    32003 D 0822: Besluit 2003/822/EG van de Raad van 17 november 2003 inzake de toetreding van de Europese Gemeenschap tot de Commissie van de Codex alimentarius (PB L 309 van 26.11.2003, blz. 14).

SECTIE J

EUROPEES VERDRAG

88.    31978 D 0923: Besluit 78/923/EEG van de Raad van 19 juni 1978 betreffende de sluiting van het Europese Verdrag inzake de bescherming van landbouwhuisdieren (PB L 323 van 17.11.1978, blz. 12).

89.    31992 D 0583: Besluit 92/583/EEG van de Raad van 14 december 1992 betreffende de sluiting van het Europese Verdrag inzake de bescherming van landbouwhuisdieren (PB L 395 van 31.12.1992, blz. 21).

90.    21992 A 1231(01): 92/1231/EEG Protocol tot wijziging van het Europese Verdrag inzake de bescherming van landbouwhuisdieren (PB L 395 van 31.12.1992, blz. 22).

91.    32004 D 0544: Besluit 2004/544/EG van de Raad van 21 juni 2004 betreffende de ondertekening van de Europese Overeenkomst inzake de bescherming van dieren tijdens internationaal vervoer (PB L 241 van 13.7.2004, blz. 21).


92.    32004 D 0544: Europese Overeenkomst inzake de bescherming van dieren tijdens internationaal vervoer (herzien) (PB L 241 van 13.7.2004, blz. 22).

93.    31998 D 0306: Besluit 88/306/EEG van de Raad van 16 mei 1988 betreffende de sluiting van het Europese Verdrag inzake de bescherming van slachtdieren (PB L 137 van 2.6.1988, blz. 25).


HOOFDSTUK 10

DIERENWELZIJN

AFDELING A

LANDBOUWHUISDIEREN

1.    31998 L 0058: Richtlijn 98/58/EG van de Raad van 20 juli 1998 inzake de bescherming van voor landbouwdoeleinden gehouden dieren (PB L 221 van 8.8.1998, blz. 23), zoals gewijzigd bij:

   32003 R 0806: Verordening (EU) nr. 806/2003 van de Raad van 14 april 2003 (PB L 122 van 16.5.2003, blz. 1),

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1).

2.    32018 R 0329: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/329 van de Commissie van 5 maart 2018 tot aanwijzing van een referentiecentrum van de Europese Unie voor dierenwelzijn (PB L 63 van 6.3.2018, blz. 13).

3.    32019 R 0723: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/723 van de Commissie van 2 mei 2019 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft het standaardformulier dat in de door de lidstaten ingediende jaarverslagen moet worden gebruikt (PB L 124 van 13.5.2020, blz. 1).


4.    32019 R 1685: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1685 van de Commissie van 4 oktober 2019 tot aanwijzing van een referentiecentrum van de Europese Unie voor dierenwelzijn voor pluimvee en andere kleine landbouwhuisdieren (PB L 258 van 9.10.2019, blz. 11), gerectificeerd bij PB L 79 van 16.3.2020, blz. 12.

5.    32021 D 0755: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/755 van de Commissie van 6 mei 2021 tot aanwijzing van een referentiecentrum van de Europese Unie voor dierenwelzijn voor herkauwers en paardachtigen overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 163 van 10.5.2021, blz. 5).

6.    32022 D 0712: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/712 van de Commissie van 27 april 2022 inzake het verzoek tot registratie van het Europees burgerinitiatief “End The Slaughter Age” op grond van Verordening (EU) 2019/788 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 133 van 10.5.2022, blz. 15).

7.    31999L0074: Richtlijn 1999/74/EG van de Raad van 19 juli 1999 tot vaststelling van minimumnormen voor de bescherming van legkippen (PB L 203 van 3.8.1999, blz. 53), zoals gewijzigd bij:

   32003 R 0806: Verordening (EU) nr. 806/2003 van de Raad van 14 april 2003 (PB L 122 van 16.5.2003, blz. 1),

   32013 L 0064: Richtlijn 2013/64/EU van de Raad van 17 december 2013 (PB L 353 van 28.12.2013, blz. 8),

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1).


8.    32002 L 0004: Richtlijn 2002/4/EG van de Commissie van 30 januari 2002 met betrekking tot de registratie van onder Richtlijn 1999/74/EG van de Raad vallende inrichtingen waar legkippen worden gehouden (PB L 30 van 31.1.2002, blz. 44), zoals gewijzigd bij:

   12003T/TXT: Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden voor de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek en de aanpassing van de Verdragen waarop de Europese Unie is gegrond (PB L 236 van 23.9.2003, blz. 33),

   32006 L 0083: Richtlijn 2006/83/EG van de Commissie van 23 oktober 2006 (PB L 362 van 20.12.2006, blz. 97).

9.    32007 L 0043: Richtlijn 2007/43/EG van de Raad van 28 juni 2007 tot vaststelling van minimumvoorschriften voor de bescherming van vleeskuikens (PB L 182 van 12.7.2007, blz. 19), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1).

10.    32008 L 0119: Richtlijn 2008/119/EG van de Raad van 18 december 2008 tot vaststelling van minimumnormen voor de bescherming van kalveren (PB L 10 van 15.1.2009, blz. 7), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1).


11.    32008 L 0120: Richtlijn 2008/120/EG van de Raad van 18 december 2008 tot vaststelling van minimumnormen voor de bescherming van varkens (PB L 47 van 18.2.2009, blz. 5), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1).

12.    32016 H 0336: Aanbeveling (EU) 2016/336 van de Commissie van 8 maart 2016 betreffende de toepassing van Richtlijn 2008/120/EG van de Raad tot vaststelling van minimumnormen ter bescherming van varkens wat maatregelen betreft om het couperen van staarten minder noodzakelijk te maken (PB L 62 van 9.3.2016, blz. 20).

AFDELING B

DIEREN TIJDENS HET VERVOER

13.    32005 R 0001: Verordening (EG) nr. 1/2005 van de Raad van 22 december 2004 inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende    samenhangende activiteiten en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG en 93/119/EG en van Verordening (EG) nr. 1255/97 (PB L 3 van 5.1.2005, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 226 van 1.9.2017, blz. 31, zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1).


14.    32021 D 1032: Besluit (EU) 2021/1032 van het Europees Parlement van 27 april 2021 tot verlenging, met een aanvullende periode, van de duur van het mandaat van de enquêtecommissie die onderzoek moet doen naar vermeende inbreuken op of gevallen van wanbeheer bij de toepassing van het Unierecht in verband met de bescherming van dieren tijdens het vervoer binnen en buiten de Unie (PB L 226 van 25.6.2021, blz. 1).

AFDELING C

DIEREN BIJ HET SLACHTEN OF DODEN

15.    32009R1099: Verordening (EG) nr. 1099/2009 van de Raad van 24 september 2009 inzake de bescherming van dieren bij het doden (PB L 303 van 18.11.2009, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1),

   32018 R 0723: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/723 van de Commissie van 16 mei 2018 (PB L 122 van 17.5.2018, blz. 11).


HOOFDSTUK 11

ZOÖTECHNIEK

AFDELING A

ALGEMEEN

1.    32016 R 1012: Verordening (EU) 2016/1012 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende de zoötechnische en genealogische voorwaarden voor het fokken van, de handel in en de binnenkomst in de Unie van raszuivere fokdieren, hybride fokvarkens en levende producten daarvan en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 652/2014, de Richtlijnen 89/608/EEG en 90/425/EEG van de Raad en tot intrekking van bepaalde handelingen op het gebied van dierfokkerij (“Fokkerijverordening”) (PB L 171 van 29.6.2016, blz. 66).

2.    32017 R 0716: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/716 van de Commissie van 10 april 2017 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2016/1012 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de modelformulieren voor de verstrekking van de informatie die in de lijsten van erkende stamboekverenigingen en fokkerijgroeperingen moet worden opgenomen (PB L 109 van 26.4.2017, blz. 1).


3.    32017 R 0717: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/717 van de Commissie van 10 april 2017 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2016/1012 van het Europees Parlement en de Raad wat de modelformulieren voor zoötechnische certificaten voor fokdieren en levende producten daarvan betreft (PB L 109 van 26.4.2017, blz. 9), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 0602: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/602 van de Commissie van 15 april 2020 (PB L 139 van 4.5.2020, blz. 1),

   32021 R 0761: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/761 van de Commissie van 7 mei 2021 (PB L 162 van 10.5.2021, blz. 46).

4.    32017 R 1940: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/1940 van de Commissie van 13 juli 2017 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1012 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de inhoud en vorm van zoötechnische certificaten die worden afgegeven voor raszuivere fokpaarden en -ezels, vervat in een uniek, levenslang geldig identificatiedocument voor paardachtigen (PB L 275 van 25.10.2017, blz. 1).

5.    32020 R 0602: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/602 van de Commissie van 15 april 2020 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/717 wat de modelformulieren voor zoötechnische certificaten voor fokdieren en levende producten daarvan betreft (PB L 139 van 4.5.2020, blz. 1).

6.    32022 R 2077: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2077 van de Commissie van 27 oktober 2022 tot aanwijzing van het referentiecentrum van de Europese Unie dat verantwoordelijk is voor de wetenschappelijke en technische bijdragen aan de vaststelling en harmonisatie van de methoden voor het behoud van met uitsterven bedreigde rassen en het behoud van de genetische diversiteit binnen die rassen (PB L 280 van 28.10.2022, blz. 10).


7.    32017 R 1422: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1422 van de Commissie van 4 augustus 2017 tot aanwijzing van het referentiecentrum van de Europese Unie dat verantwoordelijk is voor de wetenschappelijke en technische bijdragen aan de harmonisatie en verbetering van de methoden voor het prestatieonderzoek en de genetische evaluatie van raszuivere fokrunderen (PB L 204 van 5.8.2017, blz. 78).

Overeenkomstig artikel 3, lid 1, van Richtlijn 94/28/EG van de Raad delen derde landen de Commissie de lijst mee van erkende instanties die door de bevoegde autoriteit van het derde land zijn erkend als zijnde in overeenstemming met artikel 3, lid 2, van die richtlijn. Om deze informatie beschikbaar te stellen voor de lidstaten en het publiek, heeft de Europese Commissie de volgende website opgezet:

https://food.ec.europa.eu/animals/zootechnics/non-eu-countries-information_en

AFDELING B

BIJZONDERE CRITERIA

8.    32015 R 0262: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/262 van de Commissie van 17 februari 2015 tot vaststelling van voorschriften overeenkomstig de Richtlijnen 90/427/EEG en 2009/156/EG van de Raad met betrekking tot de methoden voor de identificatie van paardachtigen (verordening paardenpaspoort) (PB L 59 van 3.3.2015, blz. 1).


9.    31990 L 0428: Richtlijn 90/428/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake het handelsverkeer in voor wedstrijden bestemde paardachtigen en houdende vaststelling van de voorwaarden voor deelneming aan deze wedstrijden (PB L 224 van 18.8.1990, blz. 60), zoals gewijzigd bij:

   32008 L 0073: Richtlijn 2008/73/EG van de Raad van 15 juli 2008 (PB L 219 van 14.8.2008, blz. 40), gerectificeerd bij PB L 145 van 10.6.2009, blz. 43.

10.    31992 D 0216: Beschikking 92/216/EEG van de Commissie van 26 maart 1992 met betrekking tot het verzamelen van de gegevens over wedstrijden voor paardachtigen als bedoeld in artikel 4, lid 2, van Richtlijn 90/428/EEG van de Raad (PB L 104 van 22.4.1992, blz. 77), zoals gewijzigd bij:

   32004 D 0158: Besluit 2004/158/EG van de Commissie van 16 februari 2004 (PB L 50 van 20.2.2004, blz. 62),

   32010 D 0256: Besluit 2010/256/EU van de Commissie van 30 april 2010 (PB L 112 van 5.5.2010, blz. 8).


DEEL III

HET IN DE HANDEL BRENGEN VAN LEVENSMIDDELEN, DIERVOEDERS EN DIERLIJKE BIJPRODUCTEN

HOOFDSTUK 1

HYGIËNEVOORSCHRIFTEN

1.    32004 R 0852: Verordening (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake levensmiddelenhygiëne (PB L 139 van 30.4.2004, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 226 van 25.6.2004, blz. 3 en PB L 204 van 4.8.2007, blz. 26, zoals gewijzigd bij:

   32008 R 1019: Verordening (EU) nr. 1019/2008 van de Commissie van 17 oktober 2008 (PB L 277 van 18.10.2008, blz. 7),

   32009 R 0219: Verordening (EG) nr. 219/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 109),

   32021 R 0382: Verordening (EU) 2021/382 van de Commissie van 3 maart 2021 (PB L 74 van 4.3.2021, blz. 3).


2.    32005 R 2073: Verordening (EG) nr. 2073/2005 van de Commissie van 15 november 2005 inzake microbiologische criteria voor levensmiddelen (PB L 338 van 22.12.2005, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 283 van 14.10.2006, blz. 62, zoals gewijzigd bij:

   32007 R 1441: Verordening (EU) nr. 1441/2007 van de Commissie van 5 december 2007 (PB L 322 van 7.12.2007, blz. 12), gerectificeerd bij PB L 195 van 20.7.2016, blz. 82,

   32010 R 0365: Verordening (EU) nr. 365/2010 van de Commissie van 28 april 2010 (PB L 107 van 29.4.2010, blz. 9),

   32013 R 0209: Verordening (EU) nr. 209/2013 van de Commissie van 11 maart 2013 (PB L 68 van 12.3.2013, blz. 19),

   32013 R 1019: Verordening (EU) nr. 1019/2013 van de Commissie van 23 oktober 2013 (PB L 282 van 24.10.2013, blz. 46), gerectificeerd bij PB L 195 van 20.7.2016, blz. 83,

   32014 R 0217: Verordening (EU) nr. 217/2014 van de Commissie van 7 maart 2014 (PB L 69 van 8.3.2014, blz. 93),

   32015 R 2285: Verordening (EU) 2015/2285 van de Commissie van 8 december 2015 (PB L 323 van 9.12.2015, blz. 2),

   32017 R 1495: Verordening (EU) 2017/1495 van de Commissie van 23 augustus 2017 (PB L 218 van 24.8.2017, blz. 1),

   32019 R 0229: Verordening (EU) 2019/229 van de Commissie van 7 februari 2019 (PB L 37 van 8.2.2019, blz. 106),


   32020 R 0205: Verordening (EU) 2020/205 van de Commissie van 14 februari 2020 (PB L 43 van 17.2.2020, blz. 63).

3.    32005 R 2074: Verordening (EG) nr. 2074/2005 van de Commissie van 5 december 2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad vallen en voor de organisatie van officiële controles overeenkomstig de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad, tot afwijking van Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 (PB L 338 van 22.12.2005, blz. 27), zoals gewijzigd bij:

   32006 R 1664: Verordening (EG) nr. 1664/2006 van de Commissie van 6 november 2006 (PB L 320 van 18.11.2006, blz. 13),

   32007 R 1244: Verordening (EU) nr. 1244/2007 van de Commissie van 24 oktober 2007 (PB L 281 van 25.10.2007, blz. 12),

   32008 R 1022: Verordening (EU) nr. 1022/2008 van de Commissie van 17 oktober 2008 (PB L 277 van 18.10.2008, blz. 18),

   32011 R 0015: Verordening (EU) nr. 15/2011 van de Commissie van 10 januari 2011 (PB L 6 van 11.1.2011, blz. 3),

   32011 R 0809: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2011 van de Commissie van 11 augustus 2011 (PB L 207 van 12.8.2011, blz. 1),


   32012 R 1012: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1012/2012 van de Commissie van 5 november 2012 (PB L 306 van 6.11.2012, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 214 van 9.8.2013, blz. 1,

   32014 R 0218: Verordening (EU) nr. 218/2014 van de Commissie van 7 maart 2014 (PB L 69 van 8.3.2014, blz. 95),

   32015 R 2295: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2295 van de Commissie van 9 december 2015 (PB L 324 van 10.12.2015, blz. 5),

   32016 R 0759: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759 van de Commissie van 28 april 2016 (PB L 126 van 14.5.2016, blz. 13),

   32017 R 1973: Verordening (EU) 2017/1973 van de Commissie van 30 oktober 2017 (PB L 281 van 31.10.2017, blz. 21),

   32017 R 1980: Verordening (EU) 2017/1980 van de Commissie van 31 oktober 2017 (PB L 285 van 1.11.2017, blz. 8),

   32019 R 0627: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/627 van de Commissie van 15 maart 2019 (PB L 131 van 17.5.2019, blz. 51), gerectificeerd bij PB L 325 van 16.12.2019, blz. 183,

   32019 R 0628: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/628 van de Commissie van 8 april 2019 (PB L 131 van 17.5.2019, blz. 101),

   32019 R 1139: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1139 van de Commissie van 3 juli 2019 (PB L 180 van 4.7.2019, blz. 12).


4.    32013 R 0210: Verordening (EU) nr. 210/2013 van de Commissie van 11 maart 2013 betreffende de erkenning van inrichtingen die kiemgroenten produceren overeenkomstig Verordening (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 68 van 12.3.2013, blz. 24).

5.    32014 R 0579: Verordening (EU) nr. 579/2014 van de Commissie van 28 mei 2014 inzake een afwijking van enkele bepalingen van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het vervoer van vloeibare oliën en vetten over zee (PB L 160 van 29.5.2014, blz. 14), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 0238: Verordening (EU) 2016/238 van de Commissie van 19 februari 2016 (PB L 45 van 20.2.2016, blz. 1),

   32019 R 0978: Verordening (EU) 2019/978 van de Commissie van 14 juni 2019 (PB L 159 van 17.6.2019, blz. 26).

6.    32017 R 2158: Verordening (EU) 2017/2158 van de Commissie van 20 november 2017 tot vaststelling van risicobeperkende maatregelen en referentieniveaus voor de reductie van de acrylamidegehalten in levensmiddelen (PB L 304 van 21.11.2017, blz. 24).


HOOFDSTUK 2

SPECIFIEKE VOORSCHRIFTEN VOOR DIERLIJKE PRODUCTEN

1.    32016 R 0429: Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 betreffende overdraagbare dierziekten en tot wijziging en intrekking van bepaalde handelingen op het gebied van diergezondheid (“diergezondheidswetgeving”) (PB L 84 van 31.3.2016, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 57 van 3.3.2017, blz. 3 en PB L 48 van 11.2.2021, blz. 3, zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1),

   32018 R 1629: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/1629 van de Commissie van 25 juli 2018 (PB L 272 van 31.10.2018, blz. 11).

2.    32004 R 0853: Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (PB L 139 van 30.4.2004, blz. 55), gerectificeerd bij PB L 226 van 25.6.2004, blz. 22 en PB L 204 van 4.8.2007, blz. 26, zoals gewijzigd bij:

   32005 R 2074: Verordening (EU) nr. 2074/2005 van 5 december 2005 (PB L 338 van 22.12.2005, blz. 27), gewijzigd bij:

   32019 R 1139: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1139 van de Commissie van 3 juli 2019 (PB L 180 van 4.7.2019, blz. 12),


   32005 R 2076: Verordening (EU) nr. 2076/2005 van de Commissie van 5 december 2005 (PB L 338 van 22.12.2005, blz. 83),

   32006 R 1662: Verordening (EU) nr. 1662/2006 van de Commissie van 6 november 2006 (PB L 320 van 18.11.2006, blz. 1),

   32006 R 1791: Verordening (EU) nr. 1791/2006 van de Raad van 20 november 2006 (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 1),

   32007 R 1243: Verordening (EU) nr. 1243/2007 van de Commissie van 24 oktober 2007 (PB L 281 van 25.10.2007, blz. 8),

   32008 R 1020: Verordening (EU) nr. 1020/2008 van de Commissie van 17 oktober 2008 (PB L 277 van 18.10.2008, blz. 8),

   32009 R 0219: Verordening (EU) nr. 219/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 109),

   32009 R 1161: Verordening (EU) nr. 1161/2009 van de Commissie van 30 november 2009 (PB L 314 van 1.12.2009, blz. 8),

   32010 R 0558: Verordening (EU) nr. 558/2010 van de Commissie van 24 juni 2010 (PB L 159 van 25.6.2010, blz. 18),

   32011 R 0150: Verordening (EU) nr. 150/2011 van de Commissie van 18 februari 2011 (PB L 46 van 19.2.2011, blz. 14),


   32011 R 1276: Verordening (EU) nr. 1276/2011 van de Commissie van 8 december 2011 (PB L 327 van 9.12.2011, blz. 39),

   32012 R 0016: Verordening (EU) nr. 16/2012 van de Commissie van 11 januari 2012 (PB L 8 van 12.1.2012, blz. 29),

   32013 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2013 van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 1),

   32013 R 0786: Verordening (EU) nr. 786/2013 van de Commissie van 16 augustus 2013 (PB L 220 van 17.8.2013, blz. 14),

   32014 R 0218: Verordening (EU) nr. 218/2014 van de Commissie van 7 maart 2014 (PB L 69 van 8.3.2014, blz. 95),

   32014 R 0633: Verordening (EU) nr. 633/2014 van de Commissie van 13 juni 2014 (PB L 175 van 14.6.2014, blz. 6),

   32014 R 1137: Verordening (EU) nr. 1137/2014 van de Commissie van 27 oktober 2014 (PB L 307 van 28.10.2014, blz. 28),

   32016 R 0355: Verordening (EU) 2016/355 van de Commissie van 11 maart 2016 (PB L 67 van 12.13.2016, blz. 22),

   32017 R 1978: Verordening (EU) 2017/1978 van de Commissie van 31 oktober 2017 (PB L 285 van 1.11.2017, blz. 3),


   32017 R 1981: Verordening (EU) 2017/1981 van de Commissie van 31 oktober 2017 (PB L 285 van 1.11.2017, blz. 10),

   32020 R 2192: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/2192 van de Commissie van 7 december 2020 (PB L 434 van 23.12.2020, blz. 10),

   32021 R 1374: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1374 van de Commissie van 12 april 2021 (PB L 297 van 20.8.2021, blz. 1),

   32022 R 2258: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/2258 van de Commissie van 9 september 2022 (PB L 299 van 18.11.2022, blz. 5).

3.    32004 L 0041: Richtlijn 2004/41/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 houdende intrekking van bepaalde richtlijnen inzake levensmiddelenhygiëne en tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften voor de productie en het in de handel brengen van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong, en tot wijziging van de Richtlijnen 89/662/EEG en 92/118/EEG van de Raad en van Beschikking 95/408/EG van de Raad (PB L 157 van 30.4.2004, blz. 33), gerectificeerd bij PB L 195 van 2.6.2004, blz. 12.

4.    32005 R 1688: Verordening (EG) nr. 1688/2005 van de Commissie van 14 oktober 2005 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft bijzondere garanties ten aanzien van salmonella voor de verzending naar Finland en Zweden van bepaalde soorten vlees en eieren (PB L 271 van 15.10.2005, blz. 17), zoals gewijzigd bij:

   32011 R 1223: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1223/2011 van de Commissie van 28 november 2011 (PB L 314 van 29.11.2011, blz. 12).


5.    32005 R 2074: Verordening (EG) nr. 2074/2005 van de Commissie van 5 december 2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad vallen en voor de organisatie van officiële controles overeenkomstig de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad, tot afwijking van Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 (PB L 338 van 22.12.2005, blz. 27), zoals gewijzigd bij:

   32006 R 1664: Verordening (EU) nr. 1664/2006 van de Commissie van 6 november 2006 (PB L 320 van 18.11.2006, blz. 13),

   32007 R 1244: Verordening (EU) nr. 1244/2007 van de Commissie van 24 oktober 2007 (PB L 281 van 25.10.2007, blz. 12),

   32008 R 1022: Verordening (EU) nr. 1022/2008 van de Commissie van 17 oktober 2008 (PB L 277 van 18.10.2008, blz. 18),

   32011 R 0015: Verordening (EU) nr. 15/2011 van de Commissie van 10 januari 2011 (PB L 6 van 11.1.2011, blz. 3),

   32011 R 0809: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2011 van de Commissie van 11 augustus 2011 (PB L 207 van 12.8.2011, blz. 1),


   32012 R 1012: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1012/2012 van de Commissie van 5 november 2012 (PB L 306 van 6.11.2012, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 214 van 9.8.2013, blz. 11,

   32013 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2013 van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 1),

   32014 R 0218: Verordening (EU) nr. 218/2014 van de Commissie van 7 maart 2014 (PB L 69 van 8.3.2014, blz. 95),

   32015 R 2285: Verordening (EU) 2015/2285 van de Commissie van 8 december 2015 (PB L 323 van 9.12.2015, blz. 2),

   32016 R 0759: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759 van de Commissie van 28 april 2016 (PB L 126 van 14.5.2016, blz. 13),

   32017 R 1973: Verordening (EU) 2017/1973 van de Commissie van 30 oktober 2017 (PB L 281 van 31.10.2017, blz. 21),

   32017 R 1980: Verordening (EU) 2017/1980 van de Commissie van 31 oktober 2017 (PB L 285 van 1.11.2017, blz. 8),

   32019 R 0627: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/627 van de Commissie van 15 maart 2019 (PB L 131 van 17.5.2019, blz. 51), gerectificeerd bij PB L 325 van 16.12.2019, blz. 183,


   32019 R 0628: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/628 van de Commissie van 8 april 2019 (PB L 131 van 17.5.2019, blz. 101),

   32019 R 1139: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1139 van de Commissie van 3 juli 2019 (PB L 180 van 4.7.2019, blz. 12).

Overeenkomstig Richtlijn 2004/41/EG blijven bepaalde toepassingsbesluiten op basis van ingetrokken rechtsgrondslagen van toepassing:

6.    31996 D 0077: Beschikking 96/77/EG van de Commissie van 18 januari 1996 tot vaststelling van de voorschriften voor het verzamelen en het verwerken van bepaalde tweekleppige weekdieren uit gebieden waar het gehalte aan PSP (“Paralytic Shellfish Poison”) het bij Richtlijn 91/492/EEG van de Raad vastgestelde maximum overschrijdt (PB L 15 van 20.1.1996, blz. 46).

7.    32007 D 0118: Beschikking 2007/118/EG van de Commissie van 16 februari 2007 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen in verband met een alternatief identificatiemerk overeenkomstig Richtlijn 2002/99/EG van de Raad (PB L 51 van 20.2.2007, blz. 19).

8.    32009 D 0121: Besluit 2009/121/EG van de Raad van 18 december 2008 tot verwerping van het voorstel van de Commissie voor een verordening van de Raad betreffende de uitvoering van Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad voor wat betreft het gebruik van antimicrobiële stoffen om de buitenkant van pluimveekarkassen te reinigen (PB L 41 van 13.2.2009, blz. 13).


9.    32011 R 0931: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 931/2011 van de Commissie van 19 september 2011 inzake de traceerbaarheidsvoorschriften die bij Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong zijn vastgesteld (PB L 242 van 20.9.2011, blz. 2).

10.    32012 R 0427: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 427/2012 van de Commissie van 22 mei 2012 tot uitbreiding van de bijzondere waarborgen betreffende salmonella, als vastgesteld in Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad, tot voor Denemarken bestemde eieren (PB L 132 van 23.5.2012, blz. 8).

11.    32013 R 0101: Verordening (EU) nr. 101/2013 van de Commissie van 4 februari 2013 betreffende het gebruik van melkzuur voor de terugdringing van microbiologische oppervlaktecontaminatie van runderkarkassen (PB L 34 van 5.2.2013, blz. 1).

12.    32015 R 1474: Verordening (EU) 2015/1474 van de Commissie van 27 augustus 2015 betreffende het gebruik van gerecycleerd warm water voor het verwijderen van microbiologische oppervlaktecontaminatie van karkassen (PB L 225 van 28.8.2015, blz. 7).

13.    32018 R 0307: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/307 van de Commissie van 28 februari 2018 tot uitbreiding van de bijzondere waarborgen met betrekking tot Salmonella spp., als vastgesteld in Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad, tot voor Denemarken bestemd vlees van vleeskuikens (Gallus gallus) (PB L 60 van 2.3.2018, blz. 5).


14.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),

   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),


   32022 R 0036: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/36 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 36),

   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).

15.    32021 D 0477: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/477 van de Commissie van 18 maart 2021 tot goedkeuring van wijzigingen in de door Finland en Zweden ingediende nationale programma’s voor de bestrijding van salmonella bij bepaalde levende dieren en producten van dierlijke oorsprong (PB L 99 van 22.3.2021, blz. 75).


HOOFDSTUK 3

CONTROLEVOORSCHRIFTEN

1.    32005 R 2074: Verordening (EG) nr. 2074/2005 van de Commissie van 5 december 2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad vallen en voor de organisatie van officiële controles overeenkomstig de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad, tot afwijking van Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 (PB L 338 van 22.12.2005, blz. 27), zoals gewijzigd bij:

   32006 R 1664: Verordening (EU) nr. 1664/2006 van de Commissie van 6 november 2006 (PB L 320 van 18.11.2006, blz. 13),

   32007 R 1244: Verordening (EU) nr. 1244/2007 van de Commissie van 24 oktober 2007 (PB L 281 van 25.10.2007, blz. 12),

   32008 R 1022: Verordening (EU) nr. 1022/2008 van de Commissie van 17 oktober 2008 (PB L 277 van 18.10.2008, blz. 18),

   32011 R 0015: Verordening (EU) nr. 15/2011 van de Commissie van 10 januari 2011 (PB L 6 van 11.1.2011, blz. 3),

   32011 R 0809: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2011 van de Commissie van 11 augustus 2011 (PB L 207 van 12.8.2011, blz. 1),


   32012 R 1012: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1012/2012 van de Commissie van 5 november 2012 (PB L 306 van 6.11.2012, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 214 van 9.8.2013, blz. 1,

   32013 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2013 van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 1),

   32014 R 0218: Verordening (EU) nr. 218/2014 van de Commissie van 7 maart 2014 (PB L 69 van 8.3.2014, blz. 95),

   32015 R 2285: Verordening (EU) 2015/2285 van de Commissie van 8 december 2015 (PB L 323 van 9.12.2015, blz. 2),

   32016 R 0759: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759 van de Commissie van 28 april 2016 (PB L 126 van 14.5.2016, blz. 13),

   32017 R 1973: Verordening (EU) 2017/1973 van de Commissie van 30 oktober 2017 (PB L 281 van 31.10.2017, blz. 21),

   32017 R 1980: Verordening (EU) 2017/1980 van de Commissie van 31 oktober 2017 (PB L 285 van 1.11.2017, blz. 8),

   32019 R 0627: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/627 van de Commissie van 15 maart 2019 (PB L 131 van 17.5.2019, blz. 51), gerectificeerd bij PB L 325 van 16.12.2019, blz. 183,

   32019 R 0628: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/628 van de Commissie van 8 april 2019 (PB L 131 van 17.5.2019, blz. 101),


   32019 R 1139: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1139 van de Commissie van 3 juli 2019 (PB L 180 van 4.7.2019, blz. 12).

2.    32009 R 0152: Verordening (EG) nr. 152/2009 van de Commissie van 27 januari 2009 tot vaststelling van de bemonsterings- en analysemethoden voor de officiële controle van diervoeders (PB L 54 van 26.2.2009, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 0278: Verordening (EU) nr. 278/2012 van de Commissie van 28 maart 2012 (PB L 91 van 29.3.2012, blz. 8),

   32013 R 0051: Verordening (EU) nr. 51/2013 van de Commissie van 16 januari 2013 (PB L 20 van 23.1.2013, blz. 33), gerectificeerd bij PB L 62 van 6.3.2013, blz. 36,

   32013 R 0691: Verordening (EU) nr. 691/2013 van de Commissie van 19 juli 2013 (PB L 197 van 20.4.2013, blz. 1),

   32014 R 0709: Verordening (EU) nr. 709/2014 van de Commissie van 20 juni 2014 (PB L 188 van 27.6.2014, blz. 1),

   32017 R 0771: Verordening (EU) 2017/771 van de Commissie van 3 mei 2017 (PB L 115 van 4.5.2017, blz. 22),

   32020 R 1560: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1560 van de Commissie van 26 oktober 2020 (PB L 357 van 27.10.2020, blz. 17),

   32022 R 0893: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/893 van de Commissie van 7 juni 2022 (PB L 152 van 8.6.2022, blz. 24).


3.    32019 R 1715: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1715 van de Commissie van 30 september 2019 tot vaststelling van regels inzake de werking van het informatiemanagementsysteem voor officiële controles en de systeemcomponenten ervan (“de Imsoc-verordening”) (PB L 261 van 14.10.2019, blz. 37).

4.    32006 R 0401: Verordening (EG) nr. 401/2006 van de Commissie van 23 februari 2006 tot vaststelling van bemonsteringswijzen en analysemethoden voor de officiële controle op het mycotoxinegehalte in levensmiddelen (PB L 70 van 9.3.2006, blz. 12), zoals gewijzigd bij:

   32010 R 0178: Verordening (EU) nr. 178/2010 van de Commissie van 2 maart 2010 (PB L 52 van 3.3.2010, blz. 32),

   32014 R 0519: Verordening (EU) nr. 519/2014 van de Commissie van 16 mei 2014 (PB L 147 van 17.5.2014, blz. 29), gerectificeerd bij PB L 337 van 13.12.2016, blz. 24 en PB L 337 van 13.12.2016, blz. 24.

5.    32008 D 0287: Besluit 2008/287/EG van de Commissie van 3 april 2008 betreffende de financiering van het werkprogramma inzake scholingsinstrumenten op het gebied van voedselveiligheid, diergezondheid, dierenwelzijn en plantengezondheid voor 2008 (PB L 93 van 4.4.2008, blz. 25).

6.    32008 R 0737: Verordening (EG) nr. 737/2008 van de Commissie van 28 juli 2008 tot aanwijzing van de communautaire referentielaboratoria voor ziekten bij schaaldieren, rabiës en rundertuberculose, tot vaststelling van aanvullende verantwoordelijkheden en taken van de communautaire referentielaboratoria voor rabiës en rundertuberculose en tot wijziging van bijlage VII bij Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 201 van 30.7.2008, blz. 29), zoals gewijzigd bij:

   32011 R 0208: Verordening (EU) nr. 208/2011 van de Commissie van 2 maart 2011 (PB L 58 van 3.3.2011, blz. 29),


   32011 R 0880: Verordening (EU) nr. 880/2011 van de Commissie van 2 september 2011 (PB L 228 van 3.9.2011, blz. 8),

   32013 R 0072: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 72/2013 van de Commissie van 25 januari 2013 (PB L 26 van 26.1.2013, blz. 9),

   32013 R 0415: Verordening (EU) nr. 415/2013 van de Commissie van 6 mei 2013 (PB L 125 van 7.5.2013, blz. 7).

7.    32008 D 0654: Beschikking van de Commissie 2008/654/EG van 24 juli 2008 betreffende richtsnoeren om de lidstaten te helpen bij het opstellen van het jaarverslag over het geïntegreerde meerjarige nationale controleplan als bedoeld in Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 214 van 9.8.2008, blz. 56).

8.    32009 D 0863: Beschikking 2009/863/EG van de Commissie van 30 november 2009 betreffende een financiële bijdrage van de Gemeenschap voor het jaar 2010 aan bepaalde communautaire referentielaboratoria op het gebied van voeder- en levensmiddelencontroles (PB L 314 van 1.12.2009, blz. 91).

9.    32011 R 0619: Verordening (EU) nr. 619/2011 van de Commissie van 24 juni 2011 tot vaststelling van bemonsterings- en analysemethoden voor de officiële controle van diervoeders wat betreft de aanwezigheid van genetisch gemodificeerd materiaal waarvoor de vergunningsprocedure hangende is of waarvan de vergunning is verstreken (PB L 166 van 25.6.2011, blz. 9).

10.    32010 D 0736: Beschikking 2010/736/EU van de Commissie van 1 december 2010 betreffende een financiële bijdrage van de Unie voor het jaar 2011 aan bepaalde communautaire referentielaboratoria van de Europese Unie op het gebied van voeder- en levensmiddelencontroles (PB L 316 van 2.12.2010, blz. 22).


11.    32010 D 0764: Besluit 2010/764/EU van de Commissie van 8 december 2010 tot goedkeuring van een financieringsbesluit voor 2010 in het kader van de voedselveiligheid (PB L 324 van 9.12.2010, blz. 49).

12.    32011 R 0284: Verordening (EU) nr. 284/2011 van de Commissie van 22 maart 2011 tot vaststelling van specifieke voorwaarden en gedetailleerde procedures voor de invoer van keukengerei van polyamide- of melaminekunststof van oorsprong of verzonden uit de Volksrepubliek China en de Speciale Administratieve Regio Hongkong van de Volksrepubliek China (PB L 77 van 23.3.2011, blz. 25).

13.    32013 D 0098: Uitvoeringsbesluit 2013/98/EU van de Commissie van 19 februari 2013 betreffende financiële steun van de Unie voor een gecoördineerd controleplan ter opsporing van frauduleuze praktijken bij de handel in bepaalde levensmiddelen (PB L 48 van 21.2.2013, blz. 23).

14.    32013 H 0099: Aanbeveling 2013/99/EU van de Commissie van 19 februari 2013 betreffende een gecoördineerd controleplan ter opsporing van frauduleuze praktijken bij de handel in bepaalde levensmiddelen (PB L 48 van 21.2.2013, blz. 28).

15.    32013 R 0415: Verordening (EU) nr. 415/2013 van de Commissie van 6 mei 2013 tot vaststelling van aanvullende verantwoordelijkheden en taken voor de EU-referentielaboratoria voor rabiës, rundertuberculose en bijengezondheid, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 737/2008 en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 87/2011 (PB L 125 van 7.5.2013, blz. 7).

16.    32014 D 0176: Uitvoeringsbesluit 2014/176/EU van de Commissie van 27 maart 2014 betreffende financiële steun van de Unie voor een gecoördineerd controleplan ter opsporing van frauduleuze praktijken bij de handel in bepaalde levensmiddelen (PB L 95 van 29.3.2014, blz. 39).


17.    32015 R 0705: Verordening (EU) 2015/705 van de Commissie van 30 april 2015 tot vaststelling van bemonsteringswijzen en prestatiecriteria voor de analysemethoden voor de officiële controle op het gehalte aan erucazuur in levensmiddelen en tot intrekking van Richtlijn 80/891/EEG van de Commissie (PB L 113 van 1.5.2015, blz. 29).

18.    32015 R 0949: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/949 van de Commissie van 19 juni 2015 tot goedkeuring van de door bepaalde derde landen verrichte, aan de uitvoer voorafgaande controles op bepaalde levensmiddelen wat de aanwezigheid van bepaalde mycotoxinen betreft (PB L 156 van 20.6.2015, blz. 2), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 1269: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1269 van de Commissie van 13 juli 2017 (PB L 183 van 14.7.2017, blz. 9).

19.    32016 R 0024: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/24 van de Commissie van 8 januari 2016 tot vaststelling van bijzondere voorwaarden voor de invoer van grondnoten uit Brazilië, Capsicum annuum en nootmuskaat uit India, en nootmuskaat uit Indonesië en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 669/2009 en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 884/2014 (PB L 8 van 13.1.2016, blz. 1).

20.    32016 R 1843: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1843 van de Commissie van 18 oktober 2016 houdende overgangsmaatregelen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de accreditatie van officiële laboratoria die officiële Trichinella-tests uitvoeren (PB L 282 van 19.10.2016, blz. 38).

21.    32017 R 0140: Verordening (EU) 2017/140 van de Commissie van 26 januari 2017 tot aanwijzing van het EU-referentielaboratorium voor door geitenpokkenvirussen veroorzaakte ziekten (nodulaire dermatose en schapen- en geitenpokken), tot vaststelling van aanvullende verantwoordelijkheden en taken voor dit laboratorium en tot wijziging van bijlage VII bij Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 22 van 27.1.2017, blz. 10).


22.    32017 R 0212: Verordening (EU) 2017/212 van de Commissie van 7 februari 2017 tot aanwijzing van het EU-referentielaboratorium voor pest bij kleine herkauwers, tot vaststelling van aanvullende verantwoordelijkheden en taken van dat laboratorium en tot wijziging van bijlage VII bij Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 33 van 8.2.2017, blz. 27).

23.    32020 R 2235: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2235 van de Commissie van 16 december 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de Verordeningen (EU) 2016/429 en (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft modellen van diergezondheidscertificaten, modellen van officiële certificaten en modellen van diergezondheids-/officiële certificaten, voor de binnenkomst in de Unie en verplaatsingen binnen de Unie van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen, en officiële certificering met betrekking tot dergelijke certificaten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 599/2004, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 636/2014 en (EU) 2019/628, Richtlijn 98/68/EG en de Beschikkingen 2000/572/EG, 2003/779/EG en 2007/240/EG (PB L 442 van 30.12.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/617 van de Commissie van 14 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 41),

   32021 R 0619: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/619 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 72),

   32021 R 1329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1329 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 48),

   32021 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1469 van de Commissie van 10 september 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 21),


   32021 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1471 van de Commissie van 18 augustus 2021 (PB L 326 van 15.9.2021, blz. 1),

   32022 R 0036: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/36 van de Commissie van 11 januari 2022 (PB L 8 van 13.1.2022, blz. 36),

   32022 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/854 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 69),

   32022 R 1219: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1219 van de Commissie van 14 juli 2022 (PB L 188 van 15.7.2022, blz. 75).


HOOFDSTUK 4

SPECIFIEKE CONTROLEVOORSCHRIFTEN VOOR DIERLIJKE PRODUCTEN

1.    32004 L 0041: Richtlijn 2004/41/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 houdende intrekking van bepaalde richtlijnen inzake levensmiddelenhygiëne en tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften voor de productie en het in de handel brengen van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong, en tot wijziging van de Richtlijnen 89/662/EEG en 92/118/EEG van de Raad en van Beschikking 95/408/EG van de Raad (PB L 157 van 30.4.2004, blz. 33), gerectificeerd bij PB L 195 van 2.6.2004, blz. 12.

2.    32009 R 0470: Verordening (EG) nr. 470/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 tot vaststelling van communautaire procedures voor het vaststellen van grenswaarden voor residuen van farmacologisch werkzame stoffen in levensmiddelen van dierlijke oorsprong, tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2377/90 van de Raad en tot wijziging van Richtlijn 2001/82/EG van het Europees Parlement en de Raad en van Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 152 van 16.6.2009, blz. 11).


3.    32005 R 2074: Verordening (EG) nr. 2074/2005 van de Commissie van 5 december 2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad vallen en voor de organisatie van officiële controles overeenkomstig de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad, tot afwijking van Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 (PB L 338 van 22.12.2005, blz. 27), zoals gewijzigd bij:

   32006 R 1664: Verordening (EU) nr. 1664/2006 van de Commissie van 6 november 2006 (PB L 320 van 18.11.2006, blz. 13),

   32007 R 1244: Verordening (EU) nr. 1244/2007 van de Commissie van 24 oktober 2007 (PB L 281 van 25.10.2007, blz. 12),

   32008 R 1022: Verordening (EU) nr. 1022/2008 van de Commissie van 17 oktober 2008 (PB L 277 van 18.10.2008, blz. 12),

   32011 R 0015: Verordening (EU) nr. 15/2011 van de Commissie van 10 januari 2011 (PB L 6 van 11.1.2011, blz. 3),

   32011 R 0809: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2011 van de Commissie van 11 augustus 2011 (PB L 207 van 12.8.2011, blz. 1),

   32012 R 1012: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1012/2012 van de Commissie van 5 november 2012 (PB L 306 van 6.11.2012, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 214 van 9.8.2013, blz. 1,


   32013 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2013 van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 1),

   32015 R 2285: Verordening (EU) 2015/2285 van de Commissie van 8 december 2015 (PB L 323 van 9.12.2015, blz. 2),

   32016 R 0759: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759 van de Commissie van 28 april 2016 (PB L 126 van 14.5.2016, blz. 13),

   32017 R 1973: Verordening (EU) 2017/1973 van de Commissie van 30 oktober 2017 (PB L 281 van 31.10.2017, blz. 21),

   32017 R 1980: Verordening (EU) 2017/1980 van de Commissie van 31 oktober 2017 (PB L 285 van 1.11.2017, blz. 8),

   32019 R 0628: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/627 van de Commissie van 15 maart 2019 (PB L 131 van 17.5.2019, blz. 51), gerectificeerd bij PB L 325 van 16.12.2019, blz. 183,

   32019 R 0628: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/628 van de Commissie van 8 april 2019 (PB L 131 van 17.5.2019, blz. 101),

   32019 R 1139: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1139 van de Commissie van 3 juli 2019 (PB L 180 van 4.7.2019, blz. 12).

Overeenkomstig Richtlijn 2004/41/EG blijven bepaalde toepassingsbesluiten op basis van ingetrokken rechtsgrondslagen van toepassing:


4.    31992 D 0608: Beschikking 92/608/EEG van de Raad van 14 november 1992 tot vaststelling van bepaalde analyse- en testmethoden voor warmtebehandelde melk voor rechtstreekse menselijke consumptie (PB L 407 van 31.12.1992, blz. 29).

5.    31998 D 0139: Beschikking 98/139/EG van de Commissie van 4 februari 1998 houdende enige bepalingen inzake de door deskundigen van de Commissie in de lidstaten op veterinair gebied verrichte controles ter plaatse (PB L 38 van 12.2.1998, blz. 10).

6.    32002 D 0226: Beschikking 2002/226/EG van de Commissie van 15 maart 2002 tot instelling van speciale gezondheidscontroles voor het verzamelen en verwerken van bepaalde tweekleppige weekdieren waarvan het gehalte aan “amnesic shellfish poison” (ASP) de bij Richtlijn 91/492/EEG van de Raad vastgestelde grenswaarde overschrijdt (PB L 75 van 16.3.2002, blz. 65).

7.    32010 R 0037: Verordening (EU) nr. 37/2010 van de Commissie van 22 december 2009 betreffende farmacologisch werkzame stoffen en de indeling daarvan op basis van maximumwaarden voor residuen in levensmiddelen van dierlijke oorsprong (PB L 15 van 20.1.2010, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 293 van 11.11.2010, blz. 72, zoals gewijzigd bij:

   32010 R 0758: Verordening (EU) nr. 758/2010 van de Commissie van 24 augustus 2010 (PB L 223 van 25.8.2010, blz. 37),

   32010 R 0759: Verordening (EU) nr. 759/2010 van de Commissie van 24 augustus 2010 (PB L 223 van 25.8.2010, blz. 39),

   32010 R 0761: Verordening (EU) nr. 761/2010 van de Commissie van 25 augustus 2010 (PB L 224 van 26.8.2010, blz. 1),


   32010 R 0890: Verordening (EU) nr. 890/2010 van de Commissie van 8 oktober 2010 (PB L 266 van 9.10.2010, blz. 1),

   32010 R 0914: Verordening (EU) nr. 914/2010 van de Commissie van 12 oktober 2010 (PB L 269 van 13.10.2010, blz. 5),

   32011 R 0362: Verordening (EU) nr. 362/2011 van de Commissie van 13 april 2011 (PB L 100 van 14.4.2011, blz. 26),

   32011 R 0363: Verordening (EU) nr. 363/2011 van de Commissie van 13 april 2011 (PB L 100 van 14.4.2011, blz. 28),

   32012 R 0084: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 84/2012 van de Commissie van 1 februari 2012 (PB L 30 van 2.2.2012, blz. 1),

   32012 R 0085: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 85/2012 van de Commissie van 1 februari 2012 (PB L 30 van 2.2.2012, blz. 4),

   32012 R 0086: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 86/2012 van de Commissie van 1 februari 2012 (PB L 30 van 2.2.2012, blz. 6),

   32012 R 0107: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 107/2012 van de Commissie van 8 februari 2012 (PB L 36 van 9.2.2012, blz. 25),

   32012 R 0122: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 122/2012 van de Commissie van 13 februari 2012 (PB L 40 van 14.2.2012, blz. 2),


   32012 R 0123: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 123/2012 van de Commissie van 13 februari 2012 (PB L 40 van 14.2.2012, blz. 4),

   32012 R 0201: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 201/2012 van de Commissie van 8 maart 2012 (PB L 71 van 9.3.2012, blz. 37),

   32012 R 0202: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 202/2012 van de Commissie van 8 maart 2012 (PB L 71 van 9.3.2012, blz. 40),

   32012 R 0221: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 221/2012 van de Commissie van 14 maart 2012 (PB L 75 van 15.3.2012, blz. 7),

   32012 R 0222: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 222/2012 van de Commissie van 14 maart 2012 (PB L 75 van 15.3.2012, blz. 10),

   32012 R 0436: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 436/2012 van de Commissie van 23 mei 2012 (PB L 134 van 24.5.2012, blz. 10),

   32012 R 0466: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 466/2012 van de Commissie van 1 juni 2012 (PB L 143 van 2.6.2012, blz. 2),

   32012 R 1161: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1161/2012 van de Commissie van 7 december 2012 (PB L 336 van 8.12.2012, blz. 14),

   32012 R 1186: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1186/2012 van de Commissie van 11 december 2012 (PB L 338 van 12.12.2012, blz. 20),


   32012 R 1191: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1191/2012 van de Commissie van 12 december 2012 (PB L 340 van 13.12.2012, blz. 35),

   32013 R 0059: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 59/2013 van de Commissie van 23 januari 2013 (PB L 21 van 24.1.2013, blz. 21),

   32013 R 0115: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 115/2013 van de Commissie van 8 februari 2013 (PB L 38 van 9.2.2013, blz. 11),

   32013 R 0116: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 116/2013 van de Commissie van 8 februari 2013 (PB L 38 van 9.2.2013, blz. 14),

   32013 R 0394: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 394/2013 van de Commissie van 29 april 2013 (PB L 118 van 30.4.2013, blz. 17),

   32013 R 0406: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 406/2013 van de Commissie van 2 mei 2013 (PB L 121 van 3.5.2013, blz. 42),

   32013 R 0489: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 489/2013 van de Commissie van 27 mei 2013 (PB L 141 van 28.5.2013, blz. 4),

   32013 R 1056: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1056/2013 van de Commissie van 29 oktober 2013 (PB L 288 van 30.10.2013, blz. 60),

   32013 R 1057: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1057/2013 van de Commissie van 29 oktober 2013 (PB L 288 van 30.10.2013, blz. 63),


   32013 R 1235: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1235/2013 van de Commissie van 2 december 2013 (PB L 322 van 3.12.2013, blz. 21),

   32014 R 0019: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 19/2014 van de Commissie van 10 januari 2014 (PB L 8 van 11.1.2014, blz. 18),

   32014 R 0020: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 20/2014 van de Commissie van 10 januari 2014 (PB L 8 van 11.1.2014, blz. 20),

   32014 R 0200: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 200/2014 van de Commissie van 3 maart 2014 (PB L 62 van 4.3.2014, blz. 8),

   32014 R 0201: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 201/2014 van de Commissie van 3 maart 2014 (PB L 62 van 4.3.2014, blz. 10),

   32014 R 0676: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 676/2014 van de Commissie van 19 juni 2014 (PB L 180 van 21.6.2014, blz. 5),

   32014 R 0677: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 677/2014 van de Commissie van 19 juni 2014 (PB L 180 van 20.6.2014, blz. 8),

   32014 R 0681: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 681/2014 van de Commissie van 20 juni 2014 (PB L 182 van 21.6.2014, blz. 11),

   32014 R 0682: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 682/2014 van de Commissie van 20 juni 2014 (PB L 182 van 21.6.2014, blz. 14),


   32014 R 0683: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 683/2014 van de Commissie van 20 juni 2014 (PB L 182 van 21.6.2014, blz. 17),

   32014 R 0967: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 967/2014 van de Commissie van 12 september 2014 (PB L 272 van 13.9.2014, blz. 3),

   32014 R 1277: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1277/2014 van de Commissie van 1 december 2014 (PB L 346 van 2.12.2014, blz. 23),

   32014 R 1359: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1359/2014 van de Commissie van 18 december 2014 (PB L 364 van 19.12.2014, blz. 103),

   32014 R 1390: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1390/2014 van de Commissie van 19 december 2014 (PB L 369 van 24.12.2014, blz. 65),

   32015 R 0149: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/149 van de Commissie van 30 januari 2015 (PB L 26 van 31.1.2015, blz. 7),

   32015 R 0150: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/150 van de Commissie van 30 januari 2015 (PB L 26 van 31.1.2015, blz. 10),

   32015 R 0151: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/151 van de Commissie van 30 januari 2015 (PB L 26 van 31.1.2015, blz. 13),

   32015 R 0152: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/152 van de Commissie van 30 januari 2015 (PB L 26 van 31.1.2015, blz. 16),


   32015 R 0149: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/149 van de Commissie van 30 januari 2015 (PB L 26 van 31.1.2015, blz. 7),

   32015 R 0150: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/150 van de Commissie van 30 januari 2015 (PB L 26 van 31.1.2015, blz. 10),

   32015 R 0151: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/151 van de Commissie van 30 januari 2015 (PB L 26 van 31.1.2015, blz. 13),

   32015 R 0152: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/152 van de Commissie van 30 januari 2015 (PB L 26 van 31.1.2015, blz. 16),

   32015 R 0394: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/394 van de Commissie van 10 maart 2015 (PB L 66 van 11.3.2015, blz. 1),

   32015 R 0446: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/446 van de Commissie van 17 maart 2015 (PB L 74 van 18.3.2015, blz. 18),

   32015 R 1078: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1078 van de Commissie van 3 juli 2015 (PB L 175 van 4.7.2015, blz. 5),

   32015 R 1079: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1079 van de Commissie van 3 juli 2015 (PB L 175 van 4.7.2015, blz. 8),

   32015 R 1080: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1080 van de Commissie van 3 juli 2015 (PB L 175 van 4.7.2015, blz. 11),


   32015 R 1308: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1308 van de Commissie van 29 juli 2015 (PB L 200 van 30.7.2015, blz. 11),

   32015 R 1491: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1491 van de Commissie van 3 september 2015 (PB L 231 van 4.9.2015, blz. 7),

   32015 R 1492: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1492 van de Commissie van 3 september 2015 (PB L 231 van 4.9.2015, blz. 10).

   32015 R 1492: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1820 van de Commissie van 9 oktober 2015 (PB L 265 van 10.10.2015, blz. 1),

   32015 R 2062: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2062 van de Commissie van 17 november 2015 (PB L 301 van 18.11.2015, blz. 7),

   32016 R 2062: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/129 van de Commissie van 1 februari 2016 (PB L 25 van 2.2.2016, blz. 44),

   32016 R 0305: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/305 van de Commissie van 3 maart 2016 (PB L 58 van 4.3.2019, blz. 35), gerectificeerd bij PB L 60 van 5.3.2016, blz. 3,

   32016 R 0582: Verordening (EU) 2016/582 van de Commissie van 15 april 2016 (PB L 99 van 15.4.2016, blz. 1),

   32016 R 0710: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/710 van de Commissie van 12 mei 2016 (PB L 125 van 13.5.2016, blz. 6),


   32016 R 1444: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1444 van de Commissie van 31 augustus 2016 (PB L 235 van 1.9.2016, blz. 8),

   32016 R 1834: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1834 van de Commissie van 17 oktober 2016 (PB L 280 van 18.10.2016, blz. 22),

   32016 R 2045: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2045 van de Commissie van 23 november 2016 (PB L 318 van 24.11.2016, blz. 3),

   32016 R 2074: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2074 van de Commissie van 25 november 2016 (PB L 320 van 26.11.2016, blz. 29),

   32017 R 0201: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/201 van de Commissie van 6 februari 2017 (PB L 32 van 7.2.2017, blz. 17),

   32017 R 1558: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1558 van de Commissie van 14 september 2017 (PB L 237 van 15.9.2017, blz. 67),

   32017 R 1559: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1559 van de Commissie van 14 september 2017 (PB L 237 van 15.9.2017, blz. 69),

   32018 R 0520: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/520 van de Commissie van 28 maart 2018 (PB L 87 van 3.4.2018, blz. 9),

   32018 R 0523: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/523 van de Commissie van 28 maart 2018 (PB L 88 van 4.4.2018, blz. 1),


   32018 R 0721: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/721 van de Commissie van 16 mei 2018 (PB L 122 van 17.5.2018, blz. 5),

   32018 R 0722: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/722 van de Commissie van 16 mei 2018 (PB L 122 van 17.5.2018, blz. 8),

   32018 R 1076: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1076 van de Commissie van 30 juli 2018 (PB L 194 van 31.7.2018, blz. 41),

   22018 R 1967: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1967 van de Commissie van 12 december 2018 (PB L 316 van 13.12.2008, blz. 6),

   32019 R 0238: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/238 van de Commissie van 8 februari 2019 (PB L 39 van 11.2.2019, blz. 4), gerectificeerd bij PB L 186 van 27.5.2021, blz. 32,

   32019 R 1881: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1881 van de Commissie van 8 november 2019 (PB L 290 van 11.11.2019, blz. 8),

   32019 R 1901: Verordening (EU) 2019/1901 van de Commissie van 7 november 2019 (PB L 293 van 14.11.2019, blz. 2),

   32020 R 0042: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/42 van de Commissie van 17 januari 2020 (PB L 15 van 20.1.2020, blz. 2),

   32020 R 0043: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/43 van de Commissie van 17 januari 2020 (PB L 15 van 20.1.2020, blz. 5),


   32020 R 1685: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1685 van de Commissie van 12 november 2020 (PB L 379 van 13.11.2020, blz. 44),

   32020 R 1712: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1712 van de Commissie van 16 november 2020 (PB L 384 van 17.11.2020, blz. 3),

   32021 R 0621: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/621 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 120),

   32022 R 0634: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/634 van de Commissie van 13 april 2022 (PB L 117 van 19.4.2022, blz. 25).

8.    32015 R 1375: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1375 van de Commissie van 10 augustus 2015 tot vaststelling van specifieke voorschriften voor de officiële controles op Trichinella in vlees (PB L 212 van 11.8.2015, blz. 7), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 1478: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1478 van de Commissie van 14 oktober 2020 (PB L 338 van 15.10.2020, blz. 7),

   32021 R 0519: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/519 van de Commissie van 24 maart 2021 (PB L 104 van 25.3.2021, blz. 36),

   32022 R 1418: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1418 van de Commissie van 22 augustus 2022 (PB L 218 van 23.8.2022, blz. 7).


9.    32017 R 0012: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/12 van de Commissie van 6 januari 2017 betreffende de vorm en de inhoud van aanvragen en verzoeken voor het vaststellen van maximumwaarden voor residuen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 470/2009 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 4 van 7.1.2017, blz. 1).

10.    32017 R 0880: Verordening (EU) 2017/880 van de Commissie van 23 mei 2017 tot vaststelling van voorschriften voor het toepassen van maximumwaarden voor residuen vastgesteld voor een farmacologisch werkzame stof in een bepaald levensmiddel op een ander levensmiddel dat afkomstig is van dezelfde diersoort, en het toepassen van maximumwaarden voor residuen, vastgesteld voor een farmacologisch werkzame stof in een of meer diersoorten op andere diersoorten, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 470/2009 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 135 van 24.5.2017, blz. 1).

11.    32018 R 0470: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/470 van de Commissie van 21 maart 2018 betreffende nadere regels voor de maximumwaarde voor residuen die in aanmerking moet worden genomen bij de controle van levensmiddelen die afkomstig zijn van overeenkomstig artikel 11 van Richtlijn 2001/82/EG in de Unie behandelde dieren (PB L 79 van 22.3.2018, blz. 16).

12.    32018 R 0700: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/700 van de Commissie van 8 mei 2018 tot wijziging van de lijsten van inrichtingen in derde landen waaruit de invoer van specifieke producten van dierlijke oorsprong is toegestaan, met betrekking tot bepaalde inrichtingen in Brazilië (PB L 118 van 14.5.2018, blz. 1).

13.    32018 R 0782: Verordening (EU) 2018/782 van de Commissie van 29 mei 2018 tot vaststelling van de methodologische beginselen voor de risicobeoordeling en aanbevelingen inzake risicomanagement als bedoeld in Verordening (EG) nr. 470/2009 (PB L 132 van 30.5.2018, blz. 5).


HOOFDSTUK 5

VOORSCHRIFTEN VOOR DIERLIJKE BIJPRODUCTEN

1.    32009 R 1069: Verordening (EG) nr. 1069/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1774/2002 (verordening dierlijke bijproducten) (PB L 300 van 14.11.2009, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1).

2.    32011 R 0142: Verordening (EU) nr. 142/2011 van de Commissie van 25 februari 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1069/2009 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten en tot uitvoering van Richtlijn 97/78/EG van de Raad wat betreft bepaalde monsters en producten die vrijgesteld zijn van veterinaire controles aan de grens krachtens die richtlijn (PB L 54 van 26.2.2011, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32011 R 0749: Verordening (EU) nr. 749/2011 van de Commissie van 29 juli 2011 (PB L 198 van 30.7.2011, blz. 3),

   32012 R 1063: Verordening (EU) nr. 1063/2012 van de Commissie van 13 november 2012 (PB L 314 van 14.11.2012, blz. 5),

   32012 R 1097: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1097/2012 van de Commissie van 23 november 2012 (PB L 326 van 24.11.2012, blz. 3),


   32013 R 0294: Verordening (EU) nr. 294/2013 van de Commissie van 14 maart 2013 (PB L 98 van 6.4.2013, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 226 van 24.8.2013, blz. 44,

   32013 R 0555: Verordening (EU) nr. 555/2013 van de Commissie van 14 juni 2013 (PB L 164 van 18.6.2013, blz. 11),

   32013 R 0717: Verordening (EU) nr. 717/2013 van de Commissie van 25 juli 2013 (PB L 201 van 26.7.2013, blz. 31),

   32014 R 0483: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 483/2014 van de Commissie van 8 mei 2014 (PB L 138 van 13.5.2014, blz. 52),

   32014 R 0592: Verordening (EU) nr. 592/2014 van de Commissie van 3 juni 2014 (PB L 165 van 4.6.2014, blz. 33),

   32015 R 0009: Verordening (EU) 2015/9 van de Commissie van 6 januari 2015 (PB L 3 van 7.1.2015, blz. 10),

   32017 R 0172: Verordening (EU) 2017/172 van de Commissie van 1 februari 2017 (PB L 28 van 2.2.2017, blz. 1),

   32017 R 0786: Verordening (EU) 2017/786 van de Commissie van 8 mei 2017 (PB L 119 van 9.5.2017, blz. 1),

   32017 R 0893: Verordening (EU) 2017/893 van de Commissie van 24 mei 2017 (PB L 138 van 25.5.2017, blz. 92),


   32017 R 1261: Verordening (EU) 2017/1261 van de Commissie van 12 juli 2017 (PB L 182 van 13.7.2017, blz. 31),

   32017 R 1262: Verordening (EU) 2017/1262 van de Commissie van 12 juli 2017 (PB L 182 van 13.7.2017, blz. 34),

   32019 R 1084: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1084 van de Commissie van 25 juni 2019 (PB L 171 van 26.6.2019, blz. 100),

   32019 R 1177: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1177 van de Commissie van 10 juli 2019 (PB L 185 van 11.7.2019, blz. 26),

   32019 R 2122: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2122 van de Commissie van 10 oktober 2019 (PB L 321 van 12.12.2019, blz. 45),

   32019 R 2124: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2124 van de Commissie van 10 oktober 2019 (PB L 321 van 12.12.2019, blz. 73),

   32020 R 0207: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/207 van de Commissie van 14 februari 2020 (PB L 43 van 17.2.2020, blz. 69),

   32020 R 0735: Verordening (EU) 2020/735 van de Commissie van 2 juni 2020 (PB L 172 van 3.6.2020, blz. 3),

   32020 R 0757: Verordening (EU) 2020/757 van de Commissie van 8 juni 2020 (PB L 179 van 9.6.2020, blz. 5),


   32020 R 0762: Verordening (EU) 2020/762 van de Commissie van 9 juni 2020 (PB L 182 van 10.6.2020, blz. 3),

   32020 R 0797: Verordening (EU) 2020/797 van de Commissie van 17 juni 2020 (PB L 194 van 18.6.2020, blz. 1),

   32020 R 1720: Verordening (EU) 2020/1720 van de Commissie van 17 november 2020 (PB L 386 van 18.11.2020, blz. 6),

   32021 R 0899: Verordening (EU) 2021/899 van de Commissie van 3 juni 2021 (PB L 197 van 4.6.2021, blz. 68),

   32021 R 1699: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1699 van de Commissie van 22 september 2021 (PB L 336 van 23.9.2021, blz. 43),

   32021 R 1891: Verordening (EU) 2021/1891 van de Commissie van 26 oktober 2021 (PB L 384 van 20.10.2021, blz. 84),

   32021 R 1925: Verordening (EU) 2021/1925 van de Commissie van 5 november 2021 (PB L 393 van 8.11.2021, blz. 4),

   32022 R 0384: Verordening (EU) 2022/384 van de Commissie van 4 maart 2022 (PB L 78 van 8.3.2022, blz. 1).

3.    32021 R 1929: Verordening (EU) 2021/1929 van de Commissie van 8 november 2021 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 142/2011 wat betreft de voorwaarden voor de uitvoer van bepaalde organische meststoffen en bodemverbeteraars die categorie 2-materiaal bevatten (PB L 394 van 9.11.2021, blz. 4).


HOOFDSTUK 6

FINANCIERING VAN CONTROLES

1.    32013 D 0653: Uitvoeringsbesluit 2013/653/EU van de Commissie van 12 november 2013 betreffende financiële steun van de Unie voor een gecoördineerd controleplan voor de monitoring van antimicrobiële resistentie bij zoönoseverwekkers in 2014 (PB L 303 van 14.11.2013, blz. 40).


HOOFDSTUK 7

SPECIFIEKE VOORSCHRIFTEN VOOR DIERVOEDERHYGIËNE

1.    32005 R 0183: Verordening (EG) nr. 183/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 12 januari 2005 tot vaststelling van voorschriften voor diervoederhygiëne (PB L 35 van 8.2.2005, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32009 R 0219: Verordening (EG) nr. 219/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 109),

   32012 R 0225: Verordening (EU) nr. 225/2012 van de Commissie van 15 maart 2012 (PB L 77 van 16.3.2012, blz. 1),

   32015 R 1905: Verordening (EU) 2015/1905 van de Commissie van 22 oktober 2015 (PB L 278 van 23.10.2015, blz. 5),

   32019 R 0004: Verordening (EU) 2019/4 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 (PB L 4 van 7.1.2019, blz. 1).

2.    32007 R 0141: Verordening (EG) nr. 141/2007 van de Commissie van 14 februari 2007 betreffende een verplichting tot erkenning overeenkomstig Verordening (EG) nr. 183/2005 van het Europees Parlement en de Raad voor inrichtingen van diervoederbedrijven die toevoegingsmiddelen van de categorie coccidiostatica en histomonostatica vervaardigen en/of in de handel brengen (PB L 53 van 15.2.2007, blz. 9).


DEEL IV

VOEDSELVEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN

Andorra past alle verplichtingen toe die voortvloeien uit door de EU gesloten internationale overeenkomsten, voor zover die verplichtingen betrekking hebben op voedselveiligheidsvoorschriften die nodig zijn voor de goede werking van deze overeenkomst.

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing op de in deel IV van deze bijlage opgenomen besluiten. Wanneer de in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde kennisgevingen niet worden verlengd, vervallen zij een jaar na de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

HOOFDSTUK 1

ETIKETTERING EN PRESENTATIE VAN LEVENSMIDDELEN ALSMEDE DE DAARVOOR GEMAAKTE RECLAME, MET INBEGRIP VAN VOEDINGS- EN GEZONDHEIDSCLAIMS EN VOEDINGSWAARDE-ETIKETTERING

1.    32006 R 1924: Verordening (EG) nr. 1924/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen (PB L 404 van 30.12.2006, blz. 9), gerectificeerd bij PB L 12 van 18.1.2007, blz. 3, zoals gewijzigd bij:

   32008 R 0107: Verordening (EG) nr. 107/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2008 (PB L 39 van 13.2.2008, blz. 8),

   32008 R 0109: Verordening (EG) nr. 109/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2008 (PB L 39 van 13.2.2008, blz. 14),


   32010 R 0116: Verordening (EU) nr. 116/2010 van de Commissie van 9 februari 2010 (PB L 37 van 10.2.2010, blz. 16),

   32011 R 1169: Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 (PB L 304 van 22.11.2011, blz. 18).

2.    32011 R 1169: Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de verstrekking van voedselinformatie aan consumenten, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1924/2006 en (EG) nr. 1925/2006 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 87/250/EEG van de Commissie, Richtlijn 90/496/EEG van de Raad, Richtlijn 1999/10/EG van de Commissie, Richtlijn 2000/13/EG van het Europees Parlement en de Raad, Richtlijnen 2002/67/EG en 2008/5/EG van de Commissie en Verordening (EG) nr. 608/2004 van de Commissie (PB L 304 van 21.11.2011, blz. 18), gerectificeerd bij PB L 266 van 30.9.2016, blz. 7, zoals gewijzigd bij:

   32013 R 1155: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1155/2013 van de Commissie van 21 augustus 2013 (PB L 306 van 16.11.2013, blz. 7),

   32013 R 1363: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1363/2013 van de Commissie van 12 december 2013 (PB L 343 van 19.12.2013, blz. 26),

   32014 R 0078: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 78/2014 van de Commissie van 22 november 2013 (PB L 27 van 30.1.2014, blz. 7),

   32015 R 2283: Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 (PB L 327 van 11.12.2015, blz. 1),


3.    32011 L 0091: Richtlijn 2011/91/EU van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 2011 betreffende de vermeldingen of merktekens die het mogelijk maken de partij waartoe een levensmiddel behoort te identificeren (PB L 334 van 16.12.2011, blz. 1).

4.    32008 R 0353: Verordening (EG) nr. 353/2008 van de Commissie van 18 april 2008 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften voor aanvragen van een vergunning voor gezondheidsclaims als bedoeld in artikel 15 van Verordening (EG) nr. 1924/2006 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 109 van 19.8.2008, blz. 11), zoals gewijzigd bij:

   32009 R 1169: Verordening (EU) nr. 1169/2009 van de Commissie van 30 november 2009 (PB L 314 van 1.12.2009, blz. 34).

5.    32009 R 0983: Verordening (EU) nr. 983/2009 van de Commissie van 21 oktober 2009 betreffende de verlening en weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen (PB L 277 van 22.10.2009, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32010 R 0376: Verordening (EU) nr. 376/2010 van de Commissie van 3 mei 2010 (PB L 111 van 4.5.2010, blz. 3),

   32014 R 0686: Verordening (EU) nr. 686/2014 van de Commissie van 20 juni 2014 (PB L 182 van 21.6.2014, blz. 27).

6.    32009 R 0984: Verordening (EU) nr. 984/2009 van de Commissie van 21 oktober 2009 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 277 van 22.10.2009, blz. 13).


7.    32009 R 1024: Verordening (EG) nr. 1024/2009 van de Commissie van 29 oktober 2009 inzake de verlening en weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen (PB L 283 van 30.10.2009, blz. 22).

8.    32009 R 1025: Verordening (EU) nr. 1025/2009 van de Commissie van 29 oktober 2009 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 283 van 30.10.2009, blz. 30).

9.    32009 R 1167: Verordening (EU) nr. 1167/2009 van de Commissie van 30 november 2009 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen (PB L 314 van 1.12.2009, blz. 29).

10.    32009 R 1168: Verordening (EU) nr. 1168/2009 van de Commissie van 30 november 2009 tot weigering van een vergunning een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaat (PB L 314 van 1.12.2009, blz. 32).

11.    32009 D 0980: Besluit 2009/980/EU van de Commissie van 17 december 2009 tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim inzake het effect van in water oplosbaar tomatenconcentraat op de aggregatie van bloedplaatjes en tot toekenning van de bescherming van door eigendomsrechten beschermde gegevens krachtens Verordening (EG) nr. 1924/2006 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 336 van 18.12.2009, blz. 55), zoals gewijzigd bij:

   32010 D 0770: Besluit 2010/770/EU van de Commissie van 13 december 2010 (PB L 328 van 14.12.2010, blz. 18).


12.    32010 R 0375: Verordening (EU) nr. 375/2010 van de Commissie van 3 mei 2010 tot weigering van een vergunning een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaat (PB L 111 van 4.5.2010, blz. 1).

13.    32010 R 0382: Verordening (EU) nr. 382/2010 van de Commissie van 5 mei 2010 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 113 van 6.5.2010, blz. 1).

14.    32010 R 0383: Verordening (EU) nr. 383/2010 van de Commissie van 5 mei 2010 tot weigering van een vergunning een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaat (PB L 113 van 6.5.2010, blz. 4).

15.    32010 R 0384: Verordening (EU) nr. 384/2010 van de Commissie van 5 mei 2010 betreffende de verlening en weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen (PB L 113 van 6.5.2010, blz. 6).

16.    32010 R 0957: Verordening (EU) nr. 957/2010 van de Commissie van 22 oktober 2010 betreffende de verlening en weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen (PB L 279 van 23.10.2010, blz. 13).

17.    32010 R 0958: Verordening (EU) nr. 958/2010 van de Commissie van 22 oktober 2010 tot weigering van een vergunning een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaat (PB L 279 van 23.10.2010, blz. 18).


18.    32010 R 1161: Verordening (EU) nr. 1161/2010 van de Commissie van 9 december 2010 tot weigering van een vergunning een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaat (PB L 326 van 10.12.2010, blz. 59).

19.    32010 R 1162: Verordening (EU) nr. 1162/2010 van de Commissie van 9 december 2010 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen (PB L 326 van 10.12.2010, blz. 61).

20.    32011 R 0432: Verordening (EU) nr. 432/2011 van de Commissie van 4 mei 2011 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 115 van 5.5.2011, blz. 1).

21.    32011 R 0440: Verordening (EU) nr. 440/2011 van de Commissie van 6 mei 2011 betreffende de verlening en weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen over de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen (PB L 119 van 7.5.2011, blz. 4).

22.    32011 R 0665: Verordening (EU) nr. 665/2011 van de Commissie van 11 juli 2011 betreffende de verlening en weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen over ziekterisicobeperking (PB L 182 van 12.7.2011, blz. 5).

23.    32011 R 0666: Verordening (EU) nr. 666/2011 van de Commissie van 11 juli 2011 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 182 van 12.7.2011, blz. 8).

24.    32011 R 1160: Verordening (EU) nr. 1160/2011 van de Commissie van 14 november 2011 betreffende de verlening en weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen over ziekterisicobeperking (PB L 296 van 15.11.2011, blz. 26).


25.    32011 R 1170: Verordening (EU) nr. 1170/2011 van de Commissie van 16 november 2011 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die over de ziekterisicobeperking gaan (PB L 299 van 17.11.2011, blz. 1).

26.    32011 R 1171: Verordening (EU) nr. 1171/2011 van de Commissie van 16 november 2011 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 299 van 17.11.2011, blz. 4).

27.    32012 R 0379: Verordening (EU) nr. 379/2012 van de Commissie van 3 mei 2012 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 119 van 4.5.2012, blz. 12).

28.    32012 R 0432: Verordening (EU) nr. 432/2012 van de Commissie van 16 mei 2012 tot vaststelling van een lijst van toegestane gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaan (PB L 136 van 25.5.2012, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0536: Verordening (EU) nr. 536/2013 van de Commissie van 11 juni 2013 (PB L 160 van 12.6.2013, blz. 4),

   32013 R 0851: Verordening (EU) nr. 851/2013 van de Commissie van 3 september 2013 (PB L 253 van 4.9.2013, blz. 3),

   32013 R 1018: Verordening (EU) nr. 1018/2013 van de Commissie van 23 oktober 2013 (PB L 282 van 24.10.2013, blz. 43),


   32014 R 0040: Verordening (EU) nr. 40/2014 van de Commissie van 17 januari 2014 (PB L 14 van 18.1.2014, blz. 8),

   32015 R 0539: Verordening (EU) 2015/539 van de Commissie van 31 maart 2015 (PB L 88 van 1.4.2015, blz. 7),

   32021 R 0686: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/686 van de Commissie (PB L 143 van 27.4.2021, blz. 8).

29.    32012 R 1047: Verordening (EU) nr. 1047/2012 van de Commissie van 8 november 2012 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1924/2006 wat betreft de lijst van voedingsclaims (PB L 310 van 9.11.2012, blz. 36).

30.    32012 R 1048: Verordening (EU) nr. 1048/2012 van de Commissie van 8 november 2012 tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die over ziekterisicobeperking gaat (PB L 310 van 9.11.2012, blz. 38).

31.    32013 D 0063: Uitvoeringsbesluit 2013/63/EU van de Commissie van 24 januari 2013 tot vaststelling van richtsnoeren voor de uitvoering van de specifieke voorwaarden voor gezondheidsclaims van artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1924/2006 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 22 van 25.1.2013, blz. 25).

32.    32013 R 0851: Verordening (EU) nr. 851/2013 van de Commissie van 3 september 2013 tot verlening van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaan en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 432/2012 (PB L 235 van 4.9.2013, blz. 3).


33.    32013 R 1017: Verordening (EU) nr. 1017/2013 van de Commissie van 23 oktober 2013 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 282 van 24.10.2013, blz. 39).

34.    32013 R 1066: Verordening (EU) nr. 1066/2013 van de Commissie van 30 oktober 2013 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 289 van 31.10.2013, blz. 49).

35.    32014 R 0040: Verordening (EU) nr. 40/2014 van de Commissie van 17 januari 2014 tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaat en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 432/2012 (PB L 14 van 18.1.2014, blz. 8).

36.    32014 R 0155: Verordening (EU) nr. 155/2014 van de Commissie van 19 februari 2014 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 50 van 20.2.2014, blz. 11).

37.    32014 R 0175: Verordening (EU) nr. 175/2014 van de Commissie van 25 februari 2014 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 56 van 26.2.2014, blz. 7).

38.    32014 R 0828: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 828/2014 van de Commissie van 30 juli 2014 betreffende de voorschriften voor de voorlichting van de consument over de afwezigheid of de verminderde aanwezigheid van gluten in levensmiddelen (PB L 228 van 31.7.2014, blz. 5).


39.    32014 R 1135: Verordening (EU) nr. 1135/2014 van de Commissie van 24 oktober 2014 tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die over ziekterisicobeperking gaat (PB L 307 van 28.10.2014, blz. 23).

40.    32014 R 1154: Verordening (EU) nr. 1154/2014 van de Commissie van 29 oktober 2014 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 309 van 30.10.2014, blz. 23).

41.    32014 R 1226: Verordening (EU) nr. 1226/2014 van de Commissie van 17 november 2014 tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die over ziekterisicobeperking gaat (PB L 331 van 18.11.2014, blz. 3).

42.    32014 R 1228: Verordening (EU) nr. 1228/2014 van de Commissie van 17 november 2014 tot goedkeuring of weigering van bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die over de ziekterisicobeperking gaan (PB L 331 van 18.11.2014, blz. 8).

43.    32014 R 1229: Verordening (EU) nr. 1229/2014 van de Commissie van 17 november 2014 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 331 van 18.11.2014, blz. 14).

44.    32015 R 0007: Verordening (EU) 2015/7 van de Commissie van 6 januari 2015 tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaat, en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 432/2012 (PB L 3 van 7.1.2015, blz. 3).


45.    32015 R 0008: Verordening (EU) 2015/8 van de Commissie van 6 januari 2015 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 3 van 7.1.2015, blz. 6).

46.    32015 R 0391: Verordening (EU) 2015/391 van de Commissie van 9 maart 2015 tot weigering van een toelating voor bepaalde gezondheidsclaims voor voedingsmiddelen die over de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 65 van 10.3.2015, blz. 15).

47.    32015 R 0402: Verordening (EU) 2015/402 van de Commissie van 11 maart 2015 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 67 van 12.3.2015, blz. 1).

48.    32015 R 0539: Verordening (EU) 2015/539 van de Commissie van 31 maart 2015 tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaat, en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 432/2012 (PB L 88 van 1.4.2015, blz. 7).

49.    32015 R 1041: Verordening (EU) 2015/1041 van de Commissie van 30 juni 2015 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 167 van 1.7.2015, blz. 57).

50.    32015 R 1052: Verordening (EU) 2015/1052 van de Commissie van 1 juli 2015 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die over de ziekterisicobeperking gaan (PB L 171 van 2.7.2015, blz. 5).


51.    32015 R 1886: Verordening (EU) 2015/1886 van de Commissie van 20 oktober 2015 tot weigering van een toelating voor bepaalde gezondheidsclaims voor voedingsmiddelen die over de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 276 van 21.10.2015, blz. 52).

52.    32015 R 1898: Verordening (EU) 2015/1898 van de Commissie van 21 oktober 2015 tot weigering van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaat (PB L 277 van 22.10.2015, blz. 13).

53.    32015 R 2314: Verordening (EU) 2015/2314 van de Commissie van 7 december 2015 tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaat, en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 432/2012 (PB L 328 van 12.12.2015, blz. 46).

54.    32016 R 0371: Verordening (EU) 2016/371 van de Commissie van 15 maart 2016 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 70 van 16.3.2016, blz. 12).

55.    32016 R 0372: Verordening (EU) 2016/372 van de Commissie van 15 maart 2016 tot weigering van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die over ziekterisicobeperking gaat (PB L 70 van 16.3.2016, blz. 16).

56.    32016 R 0854: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/854 van de Commissie van 30 mei 2016 tot verlening van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaan en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 432/2012 (PB L 142 van 31.5.2016, blz. 5).


57.    32016 R 0862: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/862 van de Commissie van 31 mei 2016 tot weigering van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaat (PB L 144 van 1.6.2016, blz. 24).

58.    32016 R 1379: Verordening (EU) 2016/1379 van de Commissie van 16 augustus 2016 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 222 van 17.8.2016, blz. 1).

59.    32016 R 1381: Verordening (EU) 2016/1381 van de Commissie van 16 augustus 2016 tot weigering van een toelating voor een gezondheidsclaim voor voedingsmiddelen die over de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaat (PB L 222 van 17.8.2016, blz. 8).

60.    32016 R 1389: Verordening (EU) 2016/1389 van de Commissie van 17 augustus 2016 tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor voedingsmiddelen die over de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaat (PB L 223 van 18.8.2016, blz. 55).

61.    32016 R 1390: Verordening (EU) 2016/1390 van de Commissie van 17 augustus 2016 tot weigering van een toelating voor een gezondheidsclaim voor voedingsmiddelen die over de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaat (PB L 223 van 18.8.2016, blz. 58).

62.    32016 R 1411: Verordening (EU) 2016/1411 van de Commissie van 24 augustus 2016 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 230 van 25.8.2016, blz. 1).

63.    32016 R 1412: Verordening (EU) 2016/1412 van de Commissie van 24 augustus 2016 tot weigering van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die over ziekterisicobeperking gaat (PB L 230 van 25.8.2016, blz. 6).


64.    32016 R 1413: Verordening (EU) 2016/1413 van de Commissie van 24 augustus 2016 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 432/2012 tot vaststelling van een lijst van toegestane gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaan (PB L 230 van 25.8.2016, blz. 8).

65.    32017 R 0236: Verordening (EU) 2017/236 van de Commissie van 10 februari 2017 tot weigering van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die over ziekterisicobeperking gaat (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 9).

66.    32017 R 0672: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/672 van de Commissie van 7 april 2017 tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaat, en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 432/2012 (PB L 97 van 8.4.2017, blz. 24).

67.    32017 R 0676: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/676 van de Commissie van 10 april 2017 tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaat, en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 432/2012 (PB L 98 van 11.4.2017, blz. 1).

68.    32017 R 1200: Verordening (EU) 2017/1200 van de Commissie van 5 juli 2017 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 173 van 6.7.2017, blz. 1).

69.    32017 R 1201: Verordening (EU) 2017/1201 van de Commissie van 5 juli 2017 tot weigering van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaat (PB L 173 van 6.7.2017, blz. 4).


70.    32017 R 1202: Verordening (EU) 2017/1202 van de Commissie van 5 juli 2017 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 173 van 6.7.2017, blz. 6).

71.    32018 R 0199: Verordening (EU) 2018/199 van de Commissie van 9 februari 2018 tot weigering van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaat (PB L 38 van 10.2.2018, blz. 9).

72.    32018 R 0775: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/775 van de Commissie van 28 mei 2018 tot vaststelling van voorschriften voor de toepassing van artikel 26, lid 3, van Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de verstrekking van voedselinformatie aan consumenten, wat betreft de voorschriften voor de vermelding van het land van oorsprong of de plaats van herkomst van het primaire ingrediënt van een levensmiddel (PB L 131 van 29.5.2018, blz. 8).

73.    32018 R 1555: Verordening (EU) 2018/1555 van de Commissie van 17 oktober 2018 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die over de ziekterisicobeperking gaan (PB L 261 van 18.10.2018, blz. 3).

74.    32018 R 1556: Verordening (EU) 2018/1556 van de Commissie van 17 oktober 2018 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaan (PB L 261 van 18.10.2018, blz. 6).

75.    32019 R 0343: Verordening (EU) 2019/343 van de Commissie van 28 februari 2019 tot vaststelling van afwijkingen van artikel 1, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1924/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen voor het gebruik van bepaalde generieke omschrijvingen (PB L 62 van 1.3.2019, blz. 1).


76.    32019 R 0651: Verordening (EU) 2019/651 van de Commissie van 24 april 2019 tot weigering van een toelating voor een gezondheidsclaim voor voedingsmiddelen die over de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaat (PB L 110 van 25.4.2019, blz. 23).

77.    32021 R 0077: Verordening (EU) 2021/77 van de Commissie van 27 januari 2021 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaan (PB L 29 van 28.1.2021, blz. 1).

78.    32021 R 0686: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/686 van de Commissie van 23 april 2021 tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaat, en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 432/2012 (PB L 143 van 27.4.2021, blz. 8).

79.    32022 R 0709: Verordening (EU) 2022/709 van de Commissie van 6 mei 2022 tot weigering van een toelating voor een gezondheidsclaim voor voedingsmiddelen die over de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaat (PB L 133 van 10.5.2022, blz. 6).

80.    32022 R 0710: Verordening (EU) 2022/710 van de Commissie van 6 mei 2022 tot weigering van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die over ziekterisicobeperking gaat (PB L 133 van 10.5.2022, blz. 9).

81.    32022 R 0711: Verordening (EU) 2022/711 van de Commissie van 6 mei 2022 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaan (PB L 133 van 10.5.2022, blz. 12).


82.    32022 R 0719: Verordening (EU) 2022/719 van de Commissie van 10 mei 2022 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaan (PB L 134 van 11.5.2022, blz. 1).

83.    32022 R 0727: Verordening (EU) 2022/727 van de Commissie van 11 mei 2022 tot weigering van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die over ziekterisicobeperking gaat (PB L 135 van 12.5.2022, blz. 1).

84.    32023 R 0648: Verordening (EU) 2023/648 van de Commissie van 20 maart 2023 tot verlening van een vergunning voor een gezondheidsclaim voor levensmiddelen die over ziekterisicobeperking gaat (PB L 81 van 21.3.2023, blz. 8).

85.    32023 R 1141: Verordening (EU) 2023/1141 van de Commissie van 1 juni 2023 tot weigering van een vergunning voor bepaalde gezondheidsclaims voor levensmiddelen die niet over ziekterisicobeperking en de ontwikkeling en gezondheid van kinderen gaan (PB L 151 van 12.6.2023, blz. 1).

86.    32023 R 1101: Verordening (EU) 2023/1101 van de Commissie van 6 juni 2023 tot weigering van een toelating voor een gezondheidsclaim voor voedingsmiddelen die over de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen gaat (PB L 147 van 7.6.2023, blz. 2).

87.    32013 R 1337: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1337/2013 van de Commissie van 13 december 2013 tot vaststelling van de regels voor de toepassing van Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft het vermelden van het land van oorsprong of de plaats van herkomst voor vers, gekoeld of bevroren vlees van varkens, schapen, geiten en pluimvee (PB L 335 van 14.12.2013, blz. 19).


HOOFDSTUK 2

TOEGESTANE ADDITIEVEN EN ZUIVERHEIDSEISEN

1.    32008 R 1331: Verordening (EG) nr. 1331/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 tot vaststelling van een uniforme goedkeuringsprocedure voor levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma’s (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 1381: Verordening (EU) 2019/1381 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 231 van 6.9.2019, blz. 1).

2.    32008 R 1333: Verordening (EU) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 16), gerectificeerd bij PB L 104 van 24.4.2018, blz. 57, zoals gewijzigd bij:

   32010 R 0238: Verordening (EU) nr. 238/2010 van de Commissie van 22 maart 2010 (PB L 75 van 23.3.2010, blz. 17),

   32011 R 1129: Verordening (EU) nr. 1129/2011 van de Commissie van 11 november 2011 (PB L 295 van 12.11.2011, blz. 1),

   32011 R 1130: Verordening (EU) nr. 1130/2011 van de Commissie van 11 november 2011 (PB L 295 van 12.11.2011, blz. 178),

   32011 R 1131: Verordening (EU) nr. 1131/2011 van de Commissie van 11 november 2011 (PB L 295 van 12.11.2011, blz. 205),


   32012 R 0232: Verordening (EU) nr. 232/2012 van de Commissie van 16 maart 2012 (PB L 78 van 17.3.2012, blz. 1),

   32012 R 0380: Verordening (EU) nr. 380/2012 van de Commissie van 3 mei 2012 (PB L 119 van 4.5.2012, blz. 14),

   32012 R 0470: Verordening (EU) nr. 470/2012 van de Commissie van 4 juni 2012 (PB L 144 van 5.6.2012, blz. 16),

   32012 R 0471: Verordening (EU) nr. 471/2012 van de Commissie van 4 juni 2012 (PB L 144 van 5.6.2012, blz. 19),

   32012 R 0472: Verordening (EU) nr. 472/2012 van de Commissie van 4 juni 2012 (PB L 144 van 5.6.2012, blz. 22),

   32012 R 0570: Verordening (EU) nr. 570/2012 van de Commissie van 28 juni 2012 (PB L 169 van 29.6.2012, blz. 43),

   32012 R 0583: Verordening (EU) nr. 583/2012 van de Commissie van 2 juli 2012 (PB L 173 van 3.7.2012, blz. 8),

   32012 R 0675: Verordening (EU) nr. 675/2012 van de Commissie van 23 juli 2012 (PB L 196 van 24.7.2012, blz. 52),

   32012 R 1049: Verordening (EU) nr. 1049/2012 van de Commissie van 8 november 2012 (PB L 310 van 9.11.2012, blz. 41),


   32012 R 1057: Verordening (EU) nr. 1057/2012 van de Commissie van 12 november 2012 (PB L 313 van 13.11.2012, blz. 11),

   32012 R 1147: Verordening (EU) nr. 1147/2012 van de Commissie van 4 december 2012 (PB L 333 van 5.12.2012, blz. 34),

   32012 R 1148: Verordening (EU) nr. 1148/2012 van de Commissie van 4 december 2012 (PB L 333 van 5.12.2012, blz. 37),

   32012 R 1149: Verordening (EU) nr. 1149/2012 van de Commissie van 4 december 2012 (PB L 333 van 5.12.2012, blz. 40),

   32012 R 1166: Verordening (EU) nr. 1166/2012 van de Commissie van 7 december 2012 (PB L 336 van 8.12.2012, blz. 75),

   32013 R 0025: Verordening (EU) nr. 25/2013 van de Commissie van 16 januari 2013 (PB L 13 van 17.1.2013, blz. 1),

   32013 R 0244: Verordening (EU) nr. 244/2013 van de Commissie van 19 maart 2013 (PB L 77 van 20.3.2013, blz. 3),

   32013 R 0256: Verordening (EU) nr. 256/2013 van de Commissie van 20 maart 2013 (PB L 79 van 21.3.2013, blz. 24),

   32013 R 0438: Verordening (EU) nr. 438/2013 van de Commissie van 13 mei 2013 (PB L 129 van 14.5.2013, blz. 28),


   32013 R 0509: Verordening (EU) nr. 509/2013 van de Commissie van 3 juni 2013 (PB L 150 van 4.6.2013, blz. 13),

   32013 R 0510: Verordening (EU) nr. 510/2013 van de Commissie van 3 juni 2013 (PB L 150 van 4.6.2013, blz. 17),

   32013 R 0723: Verordening (EU) nr. 723/2013 van de Commissie van 26 juli 2013 (PB L 202 van 27.7.2013, blz. 8),

   32013 R 0738: Verordening (EU) nr. 738/2013 van de Commissie van 30 juli 2013 (PB L 204 van 31.7.2013, blz. 32),

   32013 R 0738: Verordening (EU) nr. 738/2013 van de Commissie van 30 juli 2013 (PB L 204 van 31.7.2013, blz. 35),

   32013 R 0816: Verordening (EU) nr. 816/2013 van de Commissie van 28 augustus 2013 (PB L 230 van 29.8.2013, blz. 1),

   32013 R 0817: Verordening (EU) nr. 817/2013 van de Commissie van 28 augustus 2013 (PB L 230 van 29.8.2013, blz. 7),

   32013 R 0818: Verordening (EU) nr. 818/2013 van de Commissie van 28 augustus 2013 (PB L 230 van 29.8.2013, blz. 12),

   32013 R 0913: Verordening (EU) nr. 913/2013 van de Commissie van 23 september 2013 (PB L 252 van 24.9.2013, blz. 11),


   32013 R 1068: Verordening (EU) nr. 1068/2013 van de Commissie van 30 oktober 2013 (PB L 289 van 31.10.2013, blz. 58),

   32013 R 1069: Verordening (EU) nr. 1069/2013 van de Commissie van 30 oktober 2013 (PB L 289 van 31.10.2013, blz. 61),

   32013 R 1274: Verordening (EU) nr. 1274/2013 van de Commissie van 6 december 2013 (PB L 328 van 7.12.2013, blz. 79),

   32014 R 0059: Verordening (EU) nr. 59/2014 van de Commissie van 23 januari 2014 (PB L 21 van 24.1.2014, blz. 9),

   32014 R 0264: Verordening (EU) nr. 264/2014 van de Commissie van 14 maart 2014 (PB L 76 van 15.3.2014, blz. 22),

   32014 R 0298: Verordening (EU) nr. 298/2014 van de Commissie van 21 maart 2014 (PB L 89 van 25.3.2014, blz. 36),

   32014 R 0497: Verordening (EU) nr. 497/2014 van de Commissie van 14 mei 2014 (PB L 143 van 15.2.2014, blz. 6),

   32014 R 0497: Verordening (EU) nr. 497/2014 van de Commissie van 14 mei 2014 (PB L 145 van 16.5.2014, blz. 32),

   32014 R 0505: Verordening (EU) nr. 505/2014 van de Commissie van 15 mei 2014 (PB L 145 van 16.5.2014, blz. 35),


   32014 R 0601: Verordening (EU) nr. 601/2014 van de Commissie van 4 juni 2014 (PB L 166 van 5.6.2014, blz. 11),

   32014 R 0685: Verordening (EU) nr. 685/2014 van de Commissie van 20 juni 2014 (PB L 182 van 21.6.2014, blz. 23),

   32014 R 0923: Verordening (EU) nr. 923/2014 van de Commissie van 25 augustus 2014 (PB L 252 van 26.8.2014, blz. 11),

   32014 R 0957: Verordening (EU) nr. 957/2014 van de Commissie van 10 september 2014 (PB L 270 van 11.9.2014, blz. 1),

   32014 R 0969: Verordening (EU) nr. 969/2014 van de Commissie van 12 september 2014 (PB L 272 van 13.9.2014, blz. 8),

   32014 R 1084: Verordening (EU) nr. 1084/2014 van de Commissie van 15 oktober 2014 (PB L 298 van 16.10.2014, blz. 8),

   32015 R 0537: Verordening (EU) 2015/537 van de Commissie van 31 maart 2015 (PB L 88 van 1.4.2015, blz. 1),

   32015 R 0538: Verordening (EU) 2015/538 van de Commissie van 31 maart 2015 (PB L 88 van 1.4.2015, blz. 4),

   32015 R 0639: Verordening (EU) 2015/639 van de Commissie van 23 april 2015 (PB L 106 van 24.4.2015, blz. 16),


   32015 R 0647: Verordening (EU) 2015/647 van de Commissie van 24 april 2015 (PB L 107 van 25.4.2015, blz. 1),

   32015 R 0649: Verordening (EU) 2015/649 van de Commissie van 24 april 2015 (PB L 107 van 25.4.2015, blz. 17),

   32015 R 1362: Verordening (EU) 2015/1362 van de Commissie van 6 augustus 2015 (PB L 210 van 7.8.2015, blz. 22),

   32015 R 1378: Verordening (EU) 2015/1378 van de Commissie van 11 augustus 2015 (PB L 213 van 12.8.2015, blz. 1),

   32015 R 1739: Verordening (EU) 2015/1739 van de Commissie van 28 september 2015 (PB L 253 van 30.9.2015, blz. 3),

   32015 R 1832: Verordening (EU) 2015/1832 van de Commissie van 12 oktober 2015 (PB L 266 van 13.10.2015, blz. 27),

   32016 R 0056: Verordening (EU) 2016/56 van de Commissie van 19 januari 2016 (PB L 13 van 20.1.2016, blz. 46),

   32016 R 0263: Verordening (EU) 2016/263 van de Commissie van 25 februari 2016 (PB L 50 van 26.2.2016, blz. 25),

   32016 R 0324: Verordening (EU) 2016/324 van de Commissie van 7 maart 2016 (PB L 16 van 8.3.2016, blz. 1),


   32016 R 0441: Verordening (EU) 2016/441 van de Commissie van 23 maart 2016 (PB L 78 van 24.3.2016, blz. 47),

   32016 R 0479: Verordening (EU) 2016/479 van de Commissie van 1 april 2016 (PB L 87 van 2.4.2016, blz. 1),

   32016 R 0683: Verordening (EU) 2016/683 van de Commissie van 2 mei 2016 (PB L 117 van 3.5.2016, blz. 28),

   32016 R 0691: Verordening (EU) 2016/691 van de Commissie van 4 mei 2016 (PB L 120 van 5.5.2016, blz. 4),

   32016 R 1776: Verordening (EU) 2016/1776 van de Commissie van 6 oktober 2016 (PB L 272 van 7.10.2016, blz. 2),

   32017 R 0335: Verordening (EU) 2017/335 van de Commissie van 27 februari 2017 (PB L 50 van 28.2.2017, blz. 15),

   32017 R 0839: Verordening (EU) 2017/839 van de Commissie van 17 mei 2017 (PB L 125 van 18.5.2017, blz. 7),

   32017 R 0871: Verordening (EU) 2017/871 van de Commissie van 22 mei 2017 (PB L 134 van 23.5.2017, blz. 3),

   32017 R 0874: Verordening (EU) 2017/874 van de Commissie van 22 mei 2017 (PB L 134 van 23.5.2017, blz. 18),


   32017 R 1270: Verordening (EU) 2017/1270 van de Commissie van 14 juli 2017 (PB L 184 van 15.7.2017, blz. 1),

   32017 R 1271: Verordening (EU) 2017/1271 van de Commissie van 14 juli 2017 (PB L 184 van 15.7.2017, blz. 3),

   32017 R 1399: Verordening (EU) 2017/1399 van de Commissie van 28 juli 2017 (PB L 199 van 29.7.2017, blz. 8),

   32018 R 0074: Verordening (EU) 2018/74 van de Commissie van 17 januari 2018 (PB L 13 van 18.1.2018, blz. 21),

   32018 R 0097: Verordening (EU) 2018/97 van de Commissie van 22 januari 2018 (PB L 17 van 23.1.2018, blz. 11),

   32018 R 0098: Verordening (EU) 2018/98 van de Commissie van 22 januari 2018 (PB L 17 van 23.1.2018, blz. 14),

   32018 R 0682: Verordening (EU) 2018/682 van de Commissie van 4 mei 2018 (PB L 116 van 7.5.2018, blz. 5),

   32018 R 1461: Verordening (EU) 2018/1461 van de Commissie van 28 september 2018 (PB L 245 van 1.10.2018, blz. 1),

   32018 R 1472: Verordening (EU) 2018/1472 van de Commissie van 28 september 2018 (PB L 247 van 3.10.2018, blz. 1),


   32018 R 1481: Verordening (EU) 2018/1481 van de Commissie van 4 oktober 2018 (PB L 251 van 5.10.2018, blz. 13),

   32018 R 1497: Verordening (EU) 2018/1497 van de Commissie van 8 oktober 2018 (PB L 253 van 9.10.2018, blz. 36), gerectificeerd bij PB L 60 van 28.2.2019, blz. 35,

   32019 R 0800: Verordening (EU) 2019/800 van de Commissie van 17 mei 2019 (PB L 132 van 20.5.2019, blz. 15),

   32019 R 0801: Verordening (EU) 2019/801 van de Commissie van 17 mei 2019 (PB L 32 van 20.5.2019, blz. 18),

   32019 R 0891: Verordening (EU) 2019/891 van de Commissie van 28 mei 2019 (PB L 142 van 29.5.2019, blz. 54),

   32020 R 0268: Verordening (EU) 2020/268 van de Commissie van 26 februari 2020 (PB L 56 van 27.2.2020, blz. 4),

   32020 R 0279: Verordening (EU) 2020/279 van de Commissie van 27 februari 2020 (PB L 59 van 28.2.2020, blz. 6),

   32020 R 0351: Verordening (EU) 2020/351 van de Commissie van 28 februari 2020 (PB L 65 van 4.3.2020, blz. 1),

   32020 R 0355: Verordening (EU) 2020/355 van de Commissie van 26 februari 2020 (PB L 67 van 5.3.2020, blz. 28),


   32020 R 0356: Verordening (EU) 2020/356 van de Commissie van 4 maart 2020 (PB L 67 van 5.3.2020, blz. 31),

   32020 R 0771: Verordening (EU) 2020/771 van de Commissie van 11 juni 2020 (PB L 184 van 12.6.2020, blz. 25),

   32020 R 1419: Verordening (EU) 2020/1419 van de Commissie van 7 oktober 2020 (PB L 326 van 8.10.2020, blz. 11),

   32020 R 1819: Verordening (EU) 2020/1819 van de Commissie van 2 december 2020 (PB L 406 van 3.12.2020, blz. 26),

   32021 R 1156: Verordening (EU) 2021/1156 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 249 van 14.7.2020, blz. 87),

   32021 R 1175: Verordening (EU) 2021/1175 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 53),

   32022 R 0063: Verordening (EU) 2022/63 van de Commissie van 14 januari 2022 (PB L 11 van 18.1.2022, blz. 1),

   32022 R 0141: Verordening (EU) 2022/141 van de Commissie van 21 januari 2022 (PB L 23 van 2.2.2022, blz. 22),

   32022 R 0966: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/966 van de Commissie van 21 juni 2022 (PB L 166 van 22.6.2022, blz. 125),


   32022 R 1037: Verordening (EU) 2022/1037 van de Commissie van 29 juni 2022 (PB L 173 van 30.6.2022, blz. 52),

   32022 R 1038: Verordening (EU) 2022/1038 van de Commissie van 29 juni 2022 (PB L 173 van 30.6.2022, blz. 56),

   32022 R 1923: Verordening (EU) 2022/1923 van de Commissie van 10 oktober 2022 (PB L 264 van 11.10.2022, blz. 8).

3.    32010 0257: Verordening (EU) nr. 257/2010 van de Commissie van 25 maart 2010 tot vaststelling van een programma voor de herbeoordeling van goedgekeurde levensmiddelenadditieven overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad inzake levensmiddelenadditieven (PB L 80 van 26.3.2010, blz. 19), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0148: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/148 van de Commissie van 8 februari 2021 (PB L 44 van 9.2.2021, blz. 3).

4.    32011 R 0234: Verordening (EU) nr. 234/2011 van de Commissie van 10 maart 2011 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1331/2008 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een uniforme goedkeuringsprocedure voor levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma’s (PB L 64 van 11.3.2011, blz. 15), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 0562: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 562/2012 van de Commissie van 27 juni 2012 (PB L 168 van 28.6.2012, blz. 21),

   32020 R 1823: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1823 van de Commissie van 2 december 2020 (PB L 406 van 3.12.2020, blz. 43).


5.    32012 R 0231: Verordening (EU) nr. 231/2012 van de Commissie van 9 maart 2012 tot vaststelling van de specificaties van de in de bijlagen II en III bij Verordening (EG) nr. 1333/2008 van het Europees Parlement en de Raad opgenomen levensmiddelenadditieven (PB L 83 van 22.3.2012, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 1050: Verordening (EU) nr. 1050/2012 van de Commissie van 8 november 2012 (PB L 310 van 9.11.2012, blz. 45),

   32013 R 0497: Verordening (EU) nr. 497/2013 van de Commissie van 29 mei 2013 (PB L 143 van 30.5.2013, blz. 20),

   32013 R 0724: Verordening (EU) nr. 724/2013 van de Commissie van 26 juli 2013 (PB L 202 van 27.7.2013, blz. 11),

   32013 R 0738: Verordening (EU) nr. 738/2013 van de Commissie van 30 juli 2013 (PB L 204 van 31.7.2013, blz. 35),

   32013 R 0816: Verordening (EU) nr. 816/2013 van de Commissie van 28 augustus 2013 (PB L 230 van 29.8.2013, blz. 1),

   32013 R 0817: Verordening (EU) nr. 817/2013 van de Commissie van 28 augustus 2013 (PB L 230 van 29.8.2013, blz. 7),

   32014 R 0298: Verordening (EU) nr. 298/2014 van de Commissie van 21 maart 2014 (PB L 89 van 25.3.2014, blz. 36),


   32014 R 0497: Verordening (EU) nr. 497/2014 van de Commissie van 14 mei 2014 (PB L 143 van 15.2.2014, blz. 6),

   32014 R 0506: Verordening (EU) nr. 506/2014 van de Commissie van 15 mei 2014 (PB L 145 van 16.5.2014, blz. 35),

   32014 R 0685: Verordening (EU) nr. 685/2014 van de Commissie van 20 juni 2014 (PB L 182 van 21.6.2014, blz. 23),

   32014 R 0923: Verordening (EU) nr. 923/2014 van de Commissie van 25 augustus 2014 (PB L 252 van 26.8.2014, blz. 11).

   32014 R 0957: Verordening (EU) nr. 957/2014 van de Commissie van 10 september 2014 (PB L 270 van 11.9.2014, blz. 1),

   32014 R 0966: Verordening (EU) nr. 966/2014 van de Commissie van 12 september 2014 (PB L 272 van 13.9.2014, blz. 1),

   32015 R 0463: Verordening (EU) 2015/463 van de Commissie van 19 maart 2015 (PB L 76 van 20.3.2015, blz. 42),

   32015 R 0649: Verordening (EU) 2015/649 van de Commissie van 24 april 2015 (PB L 107 van 25.4.2015, blz. 17),

   32015 R 1725: Verordening (EU) 2015/1725 van de Commissie van 28 september 2015 (PB L 252 van 29.9.2015, blz. 12),


   32016 R 1814: Verordening (EU) 2016/1814 van de Commissie van 13 oktober 2016 (PB L 278 van 14.10.2016, blz. 37),

   32017 R 0324: Verordening (EU) 2017/324 van de Commissie van 24 februari 2017 (PB L 49 van 25.2.2017, blz. 4),

   32018 R 0075: Verordening (EU) 2018/75 van de Commissie van 17 januari 2018 (PB L 13 van 18.1.2018, blz. 24),

   32018 R 0681: Verordening (EU) 2018/681 van de Commissie van 4 mei 2018 (PB L 116 van 7.5.2018, blz. 1),

   32018 R 1461: Verordening (EU) 2018/1461 van de Commissie van 28 september 2018 (PB L 245 van 1.10.2018, blz. 1),

   32018 R 1462: Verordening (EU) 2018/1462 van de Commissie van 28 september 2018 (PB L 245 van 1.10.2018, blz. 6),

   32018 R 1472: Verordening (EU) 2018/1472 van de Commissie van 28 september 2018 (PB L 247 van 3.10.2018, blz. 1),

   32018 R 1481: Verordening (EU) 2018/1481 van de Commissie van 4 oktober 2018 (PB L 251 van 5.10.2018, blz. 13),

   32020 R 0763: Verordening (EU) 2020/763 van de Commissie van 9 juni 2020 (PB L 182 van 10.6.2020, blz. 8),


   32020 R 0771: Verordening (EU) 2020/771 van de Commissie van 11 juni 2020 (PB L 184 van 12.6.2020, blz. 25),

   32021 R 1156: Verordening (EU) 2021/1156 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 249 van 14.7.2021, blz. 87),

   32022 R 0650: Verordening (EU) 2022/650 van de Commissie van 20 april 2022 (PB L 119 van 21.4.2022, blz. 65),

   32022 R 0966: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/966 van de Commissie van 21 juni 2022 (PB L 166 van 22.6.2022, blz. 125),

   32022 R 1396: Verordening (EU) 2022/1396 van de Commissie van 11 augustus 2022 (PB L 211 van 12.8.2022, blz. 182).

   32022 R 1922: Verordening (EU) 2022/1922 van de Commissie van 10 oktober 2022 (PB L 264 van 11.10.2022, blz. 1).

6.    32021 D 0741: Besluit (EU) 2021/741 van de Commissie van 5 mei 2021 betreffende door Denemarken aangemelde nationale bepalingen inzake de toevoeging van nitriet aan bepaalde vleesproducten (PB L 159 van 6.5.2021, blz. 13).


HOOFDSTUK 3

VOEDINGSENZYMEN

1.    32008 R 1331: Verordening (EG) nr. 1331/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 tot vaststelling van een uniforme goedkeuringsprocedure voor levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma’s (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 1381: Verordening (EU) 2019/1381 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 231 van 6.9.2019, blz. 1).

2.    32008 R 1332: Verordening (EG) nr. 1332/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake voedingsenzymen en tot wijziging van Richtlijn 83/417/EEG van de Raad, Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad, Richtlijn 2000/13/EG, Richtlijn 2001/112/EG van de Raad en Verordening (EG) nr. 258/97 (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 7), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 1056: Verordening (EU) nr. 1056/2012 van de Commissie van 12 november 2012 (PB L 313 van 13.11.2012, blz. 9).

3.    32015 L 2203: Richtlijn (EU) 2015/2203 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten met betrekking tot voor menselijke voeding bestemde caseïne en caseïnaten en tot intrekking van Richtlijn 83/417/EEG van de Raad (PB L 314, 1.12.2015, blz. 1).


HOOFDSTUK 4

EXTRACTIEVLOEISTOFFEN

1.    32009 L 0032: Richtlijn 2009/32/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake het gebruik van extractiemiddelen bij de productie van levensmiddelen en bestanddelen daarvan (PB L 141 van 6.6.2009, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32010 L 0059: Richtlijn 2010/59/EU van de Commissie van 26 augustus 2010 (PB L 225 van 27.8.2010, blz. 10),

   32016 L 1855: Verordening (EU) 2016/1855 van de Commissie van 19 oktober 2016 (PB L 284 van 20.10.2016, blz. 19).


HOOFDSTUK 5

AROMA’S

1.    32003 R 2065: Verordening (EG) nr. 2065/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 10 november 2003 inzake in of op levensmiddelen gebruikte of te gebruiken rookaroma’s (PB L 309 van 26.11.2003, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32009 R 0596: Verordening (EG) nr. 596/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 (PB L 188 van 18.7.2009, blz. 14),

   32019 R 1381: Verordening (EU) 2019/1381 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 231 van 6.9.2019, blz. 1).

2.    32008 R 1331: Verordening (EG) nr. 1331/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 tot vaststelling van een uniforme goedkeuringsprocedure voor levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma’s (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 1381: Verordening (EU) 2019/1381 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 231 van 6.9.2019, blz. 1).


3.    32008 R 1334: Verordening (EG) nr. 1334/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake aroma's en bepaalde voedselingrediënten met aromatiserende eigenschappen voor gebruik in levensmiddelen en tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1601/91 van de Raad, Verordening (EG) nr. 2232/96, Verordening (EG) nr. 110/2008 en Richtlijn 2000/13/EG (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 34), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0545: Verordening (EU) nr. 545/2013 van de Commissie van 14 juni 2013 (PB L 163 van 15.6.2013, blz. 15),

   32013 R 0985: Verordening (EU) nr. 985/2013 van de Commissie van 14 oktober 2013 (PB L 273 van 15.10.2013, blz. 18),

   32014 R 0246: Verordening (EU) nr. 246/2014 van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 74 van 14.3.2014, blz. 58),

   32014 R 1098: Verordening (EU) nr. 1098/2014 van de Commissie van 17 oktober 2014 (PB L 300 van 18.10.2014, blz. 41),

   32015 R 0648: Verordening (EU) 2015/648 van de Commissie van 24 april 2015 (PB L 107 van 25.4.2015, blz. 15),

   32015 R 1102: Verordening (EU) 2015/1102 van de Commissie van 8 juli 2015 (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 54),

   32015 R 1760: Verordening (EU) 2015/1760 van de Commissie van 1 oktober 2015 (PB L 257 van 2.10.2015, blz. 27),


   32016 R 0054: Verordening (EU) 2016/54 van de Commissie van 19 januari 2016 (PB L 13 van 20.1.2016, blz. 40),

   32016 R 0055: Verordening (EU) 2016/55 van de Commissie van 19 januari 2016 (PB L 13 van 20.1.2016, blz. 43),

   32016 R 0178: Verordening (EU) 2016/178 van de Commissie van 10 februari 2016 (PB L 35 van 11.2.2016, blz. 6),

   32016 R 0637: Verordening (EU) 2016/637 van de Commissie van 22 april 2016 (PB L 108 van 23.4.2016, blz. 24),

   32016 R 0692: Verordening (EU) 2016/692 van de Commissie van 4 mei 2016 (PB L 120 van 5.5.2016, blz. 7),

   32016 R 1244: Verordening (EU) 2016/1244 van de Commissie van 28 juli 2016 (PB L 204 van 29.7.2016, blz. 7),

   32017 R 0378: Verordening (EU) 2017/378 van de Commissie van 3 maart 2017 (PB L 58 van 4.3.2017, blz. 14),

   32017 R 1250: Verordening (EU) 2017/1250 van de Commissie van 11 juli 2017 (PB L 179 van 12.7.2017, blz. 3),

   32018 R 1246: Verordening (EU) 2018/1246 van de Commissie van 18 september 2018 (PB L 235 van 19.8.2018, blz. 3),


   32018 R 1482: Verordening (EU) 2018/1482 van de Commissie van 4 oktober 2018 (PB L 251 van 5.10.2018, blz. 19),

   32018 R 1649: Verordening (EU) 2018/1649 van de Commissie van 5 november 2018 (PB L 275 van 6.11.2018, blz. 7),

   32019 R 0036: Verordening (EU) 2019/36 van de Commissie van 10 januari 2019 (PB L 9 van 11.1.2019, blz. 85),

   32019 R 0799: Verordening (EU) 2019/799 van de Commissie van 17 mei 2019 (PB L 132 van 20.5.2019, blz. 12),

   32020 R 1681: Verordening (EU) 2020/1681 van de Commissie van 12 november 2020 (PB L 379 van 13.11.2020, blz. 27),

   32021 R 1532: Verordening (EU) 2021/1532 van de Commissie van 17 september 2021 (PB L 330 van 20.9.2021, blz. 69),

   32022 R 1431: Aanbeveling (EU) 2022/1431 van de Commissie van 24 augustus 2022 (PB L 221 van 26.8.2022, blz. 105);

   32022 R 1466: Verordening (EU) 2022/1466 van de Commissie van 5 september 2022 (PB L 231 van 6.9.2022, blz. 32).

4.    32006 R 0627: Verordening (EG) nr. 627/2006 van de Commissie van 21 april 2006 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 2065/2003 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft kwaliteitscriteria voor gevalideerde analysemethoden voor de bemonstering, identificatie en karakterisering van primaire rookproducten (PB L 109 van 22.4.2006, blz. 3).


5.    32012 R 0872: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 872/2012 van de Commissie van 1 oktober 2012 tot vaststelling van de lijst van aromastoffen als bedoeld in Verordening (EG) nr. 2232/96 van het Europees Parlement en de Raad, tot opname van die lijst in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1334/2008 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1565/2000 van de Commissie en Beschikking 1999/217/EG van de Commissie (PB L 267 van 2.10.2012, blz. 1).

6.    32012 R 0873: Verordening (EU) nr. 873/2012 van de Commissie van 1 oktober 2012 betreffende overgangsmaatregelen inzake de EU-lijst van aroma's en uitgangsmaterialen in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1334/2008 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 267 van 2.10.2012, blz. 162), zoals gewijzigd bij:

   32018 R 1259: Verordening (EU) 2018/1259 van de Commissie van 20 september 2018 (PB L 238 van 21.9.2018, blz. 28).

7.    32013 R 0907: Verordening (EU) nr. 907/2013 van de Commissie van 20 september 2013 tot vaststelling van de regels inzake aanvragen voor het gebruik van generieke omschrijvingen (benamingen) (PB L 251 van 21.9.2013, blz. 7).

8.    32013 R 1321: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1321/2013 van de Commissie van 10 december 2013 tot vaststelling van de EU-lijst van toegelaten primaire rookaromaproducten voor gebruik als zodanig in of op levensmiddelen en/of voor de bereiding van afgeleide rookaroma’s (PB L 333 van 12.12.2013, blz. 54).


9.    32021 R 1916: Verordening (EU) 2021/1916 van de Commissie van 3 november 2021 tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1334/2008 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de opname van 4-amino-5-(3-(isopropylamino)-2,2-dimethyl-3-oxopropoxy)-2-methylchinoline-3-carboxylzuur in de EU-lijst van aromastoffen (PB L 389 van 4.11.2021, blz. 11).

10.    32021 R 1917: Verordening (EU) 2021/1917 van de Commissie van 3 november 2021 tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1334/2008 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de opname van 2-(4-methylfenoxy)-N-(1H-pyrazol-3-yl)-N-(thiofeen-2-ylmethyl)aceetamide in de EU-lijst van aromastoffen (PB L 389 van 4.11.2021, blz. 15).


HOOFDSTUK 6

VOEDSELCONTACTMATERIAAL

1.    32004 R 1935: Verordening (EG) nr. 1935/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 27 oktober 2004 inzake materialen en voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen en houdende intrekking van de Richtlijnen 80/590/EEG en 89/109/EEG (PB L 338 van 13.11.2004, blz. 4), zoals gewijzigd bij:

   32009 R 0596: Verordening (EG) nr. 596/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 (PB L 188 van 31.3.2009, blz. 14),

   32019 R 1381: Verordening (EU) 2019/1381 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 231 van 6.9.2019, blz. 1).

2.    32006 R 2023: Verordening (EG) nr. 2023/2006 van de Commissie van 22 december 2006 betreffende goede fabricagemethoden voor materialen en voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen (PB L 384 van 29.12.2006, blz. 75).

3.    31982 L 0711: Richtlijn 82/711/EEG van de Raad van 18 oktober 1982 betreffende de basisregels voor de controle op migratie van bestanddelen van materialen en voorwerpen van kunststof bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen (PB L 297 van 23.10.1982, blz. 26), gerectificeerd bij PB L 332 van 27.11.1982, blz. 32), zoals gewijzigd bij:

   31993 L 0008: Richtlijn 93/8/EEG van de Commissie op 15 maart 1993 (PB L 90 van 14.4.1993, blz. 22),


   31997 L 0048: Richtlijn 97/48/EG van de Commissie van 29 juli 1997 (PB L 7 van 12.8.1997, blz. 45).

4.    31985 L 0572: Richtlijn 85/572/EEG van de Raad van 19 december 1985 tot vaststelling van de lijst van de simulatiestoffen waarvan gebruik moet worden gemaakt voor de controle op migratie van bestanddelen van materialen en voorwerpen van kunststof bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen (PB L 372 van 31.12.1985, blz. 14), zoals gewijzigd bij:

   32007 L 0019: Richtlijn 2007/19/EG van de Commissie van 30 maart 2007 (PB L 91 van 31.3.2007, blz. 17),

   32011 R 0010: Verordening (EU) nr. 10/2011 van 14 januari 2011 (PB L 12 van 15.1.2011, blz. 1), gewijzigd bij:

   32011 R 1282: Verordening (EU) nr. 1282/2011 van de Commissie (PB L 328 van 10.12.2011, blz. 22).

5.    32011 R 0010: Verordening (EU) nr. 10/2011 van de Commissie van 14 januari 2011 betreffende materialen en voorwerpen van kunststof, bestemd om met levensmiddelen in contact te komen (PB L 12 van 15.1.2011, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32011 R 0321: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 321/2011 van de Commissie van 1 april 2011 (PB L 87 van 2.4.2011, blz. 1),

   32011 R 1282: Verordening (EU) nr. 1282/2011 van de Commissie van 28 november 2011 (PB L 328 van 10.12.2011, blz. 22),


   32012 R 1183: Verordening (EU) nr. 1183/2012 van de Commissie van 30 november 2012 (PB L 338 van 12.12.2012, blz. 11),

   32014 R 0202: Verordening (EU) nr. 202/2014 van de Commissie van 3 maart 2014 (PB L 62 van 4.3.2014, blz. 13),

   32015 R 0174: Verordening (EU) 2015/174 van de Commissie van 5 februari 2015 (PB L 30 van 6.2.2015, blz. 2),

   32016 R 1416: Verordening (EU) 2016/1416 van de Commissie van 24 augustus 2016 (PB L 230 van 25.8.2016, blz. 22),

   32017 R 0752: Verordening (EU) 2017/752 van de Commissie van 28 april 2017 (PB L 113 van 29.4.2017, blz. 18),

   32018 R 0079: Verordening (EU) 2018/79 van de Commissie van 18 januari 2018 (PB L 14 van 19.1.2018, blz. 31),

   32018 R 0213: Verordening (EU) 2018/213 van de Commissie van 12 februari 2018 (PB L 41 van 14.2.2018, blz. 6),

   32018 R 0831: Verordening (EU) 2018/831 van de Commissie van 5 juni 2018 (PB L 140 van 14.2.2018, blz. 35),

   32019 R 0037: Verordening (EU) 2019/37 van de Commissie van 10 januari 2019 (PB L 9 van 11.1.2019, blz. 88),


   32019 R 1338: Verordening (EU) 2019/1338 van de Commissie van 8 augustus 2019 (PB L 209 van 9.8.2019, blz. 5),

   32020 R 1245: Verordening (EU) 2020/1245 van de Commissie van 2 september 2020 (PB L 288 van 3.9.2020, blz. 1).

6.    32018 R 0213: Verordening (EU) 2018/213 van de Commissie van 12 februari 2018 betreffende het gebruik van bisfenol A in vernissen en coatings bestemd om met levensmiddelen in contact te komen, en houdende wijziging van Verordening (EU) nr. 10/2011 wat betreft het gebruik van die stof in materialen van kunststof die met levensmiddelen in contact komen (PB L 41 van 14.2.2018, blz. 6).

7.    32022 R 1616: Verordening (EU) 2022/1616 van de Commissie van 15 september 2022 betreffende materialen en voorwerpen van gerecycleerde kunststof bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 282/2008 (PB L 243 van 20.9.2022, blz. 3), gerectificeerd bij PB L 244 van 21.09.2012, blz. 70.

8.    31984 L 0500: Richtlijn 84/500/EEG van de Raad van 15 oktober 1984 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake keramische voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen (PB L 277 van 20.10.1984, blz. 12), zoals gewijzigd bij:

   32005 L 0031: Richtlijn 2005/31/EG van de Commissie van 29 april 2005 (PB L 110 van 30.4.2005, blz. 36).

9.    32007 L 0042: Richtlijn 2007/42/EG van de Commissie van 29 juni 2007 inzake materialen en voorwerpen van folie van geregenereerde cellulose, bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen (PB L 172 van 30.6.2007, blz. 71).


10.    31978 L 0142: Richtlijn 78/142/EEG van de Raad van 30 januari 1978 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake materialen en voorwerpen die vinylchloride-monomeer bevatten en bestemd zijn om met levensmiddelen in aanraking te komen (PB L 44 van 15.2.1978, blz. 15), gerectificeerd bij PB L 163 van 20.06.1978, blz. 24.

11.    31993 L 0011: Richtlijn 93/11/EEG van de Commissie van 15 maart 1993 betreffende de afgifte van N-nitrosamines en N-nitroseerbare stoffen door elastomeer- of rubberspenen en -fopspenen (PB L 93 van 17.4.1993, blz. 37), gerectificeerd bij PB L 164 van 7.7.1993, blz. 12.

12.    32005 R 1895: Verordening (EG) nr. 1895/2005 van de Commissie van 18 november 2005 inzake de beperking van het gebruik van bepaalde epoxyderivaten in materialen en voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen (PB L 302 van 19.11.2005, blz. 28).

13.    32009 R 0450: Verordening (EG) nr. 450/2009 van de Commissie van 29 mei 2009 betreffende actieve en intelligente materialen en voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen (PB L 135 van 30.5.2009, blz. 3).

14.    32011 R 0284: Verordening (EU) nr. 284/2011 van de Commissie van 22 maart 2011 tot vaststelling van specifieke voorwaarden en gedetailleerde procedures voor de invoer van keukengerei van polyamide- of melaminekunststof van oorsprong of verzonden uit de Volksrepubliek China en de Speciale Administratieve Regio Hongkong van de Volksrepubliek China (PB L 77 van 23.3.2011, blz. 25).


HOOFDSTUK 7

VOEDINGSSUPPLEMENTEN

1.    32002 L 0046: Richtlijn 2002/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 10 juni 2002 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake voedingssupplementen (PB L 183 van 12.7.2002, blz. 51), zoals gewijzigd bij:

   32006 L 0037: Richtlijn 2006/37/EG van de Commissie van 30 maart 2006 (PB L 94 van 1.4.2006, blz. 32),

   32008 R 1137: Verordening (EG) nr. 1137/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2008 (PB L 311 van 21.11.2008, blz. 1),

   32009 R 1170: Verordening (EU) nr. 1170/2009 van de Commissie (PB L 314 van 1.12.2009, blz. 36),

   32011 R 1161: Verordening (EU) nr. 1161/2011 van de Commissie van 14 november 2011 (PB L 296 van 15.11.2011, blz. 29),

   32014 R 0119: Verordening (EU) nr. 119/2014 van de Commissie van 7 februari 2014 (PB L 39 van 8.2.2014, blz. 44),

   32015 R 0414: Verordening (EU) 2015/414 van de Commissie van 12 maart 2015 (PB L 68 van 13.3.2015, blz. 26),


   32017 R 1203: Verordening (EU) 2017/1203 van de Commissie van 5 juli 2017 (PB L 173 van 6.7.2017, blz. 9).

2.    32006 R 1925: Verordening (EG) nr. 1925/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 betreffende de toevoeging van vitaminen en mineralen en bepaalde andere stoffen aan levensmiddelen (PB L 404, 20.12.2006, blz. 26), zoals gewijzigd bij:

   32008 R 0108: Verordening (EG) nr. 108/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2008 (PB L 39 van 13.2.2008, blz. 11),

   32009 R 1170: Verordening (EU) nr. 1170/2009 van de Commissie van 30 november 2009 (PB L 314 van 1.12.2009, blz. 36),

   32011 R 1161: Verordening (EU) nr. 1161/2011 van de Commissie van 14 november 2011 (PB L 296 van 15.11.2011, blz. 29),

   32011 R 1169: Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 (PB L 304 van 22.11.2011, blz. 18), gerectificeerd bij PB L 266 van 30.9.2016, blz. 7,

   32014 R 0119: Verordening (EU) nr. 119/2014 van de Commissie van 7 februari 2014 (PB L 39 van 8.2.2014, blz. 44),

   32015 R 0403: Verordening (EU) 2015/403 van de Commissie van 11 maart 2015 (PB L 67 van 12.3.2015, blz. 4),


   32017 R 1203: Verordening (EU) 2017/1203 van de Commissie van 5 juli 2017 (PB L 173 van 6.7.2017, blz. 9),

   32019 R 0649: Verordening (EU) 2019/649 van de Commissie van 24 april 2019 (PB L 110 van 25.4.2019, blz. 17),

   32019 R 0650: Verordening (EU) 2019/650 van de Commissie van 24 april 2019 (PB L 110 van 25.4.2019, blz. 21),

   32021 R 0468: Verordening (EU) 2021/468 van de Commissie van 18 maart 2021 (PB L 96 van 19.3.2021, blz. 6),

   32022 R 2340: Verordening (EU) 2022/2340 van de Commissie van 30 november 2022 (PB L 310 van 1.12.2022, blz. 7).

3.    32008 D 0864: Beschikking 2008/864/EG van de Commissie van 30 juli 2008 betreffende een ontwerpdecreet van de Tsjechische Republiek tot vaststelling van voorschriften voor voedingssupplementen en de verrijking van levensmiddelen (PB L 307 van 18.11.2008, blz. 4).

4.    32012 R 0307: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 307/2012 van de Commissie van 11 april 2012 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften voor de toepassing van artikel 8 van Verordening (EG) nr. 1925/2006 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de toevoeging van vitaminen en mineralen en bepaalde andere stoffen aan levensmiddelen (PB L 102 van 12.4.2012, blz. 2), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0842: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/842 van de Commissie van 26 mei 2021 (PB L 186 van 27.5.2021, blz. 16).


5.    32012 R 0489: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 489/2012 van de Commissie van 8 juni 2012 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften voor de toepassing van artikel 16 van Verordening (EG) nr. 1925/2006 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de toevoeging van vitaminen en mineralen en bepaalde andere stoffen aan levensmiddelen (PB L 150 van 9.6.2012, blz. 71).

6.    32022 D 0101: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/101 van de Commissie van 24 januari 2022 betreffende een ontwerpbesluit van het Koninkrijk der Nederlanden over peuterdrank en peutermelk dat overeenkomstig artikel 12 van Verordening (EG) nr. 1925/2006 van het Europees Parlement en de Raad is aangemeld (PB L 17 van 26.1.2022, blz. 56).


HOOFDSTUK 8

VOOR BIJZONDERE VOEDING BESTEMDE LEVENSMIDDELEN

1.    32013 R 0609: Verordening (EU) nr. 609/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juni 2013 inzake voor zuigelingen en peuters bedoelde levensmiddelen, voeding voor medisch gebruik en de dagelijkse voeding volledig vervangende producten voor gewichtsbeheersing, en tot intrekking van Richtlijn 92/52/EEG van de Raad, Richtlijnen 96/8/EG, 1999/21/EG, 2006/125/EG en 2006/141/EG van de Commissie, Richtlijn 2009/39/EG van het Europees Parlement en de Raad en de Verordeningen (EG) nr. 41/2009 en (EG) nr. 953/2009 van de Commissie (PB L 181 van 29.6.2013, blz. 35), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 1091: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/1091 van de Commissie van 10 april 2017 (PB L 158 van 21.6.2017, blz. 5),

   32021 R 0571: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/571 van de Commissie van 20 januari 2021 (PB L 120 van 8.4.2021, blz. 1).

2.    32016 R 0127: Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/127 van de Commissie van 25 september 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 609/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de bijzondere samenstellings- en informatievoorschriften betreffende volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding en wat betreft informatievoorschriften betreffende de voeding van zuigelingen en peuters (PB L 25 van 2.2.2016, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32018 R 0561: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/561 van de Commissie van 29 januari 2018 (PB L 94 van 12.4.2018, blz. 1),


   32019 R 0828: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/828 van de Commissie van 14 maart 2019 (PB L 137 van 23.5.2019, blz. 12),

   32021 R 0572: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/572 van de Commissie van 20 januari 2021 (PB L 120 van 8.4.2021, blz. 4),

   32021 R 1041: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1041 van de Commissie van 16 april 2021 (PB L 225 van 25.5.2021, blz. 4),

   32022 R 0519: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/519 van de Commissie van 14 januari 2022 (PB L 104 van 1.4.2022, blz. 58).

3.    32016 R 0128: Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/128 van de Commissie van 25 september 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 609/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de bijzondere samenstellings- en informatievoorschriften betreffende voeding voor medisch gebruik (PB L 25 van 2.2.2016, blz. 30), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1040: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1040 van de Commissie van 16 april 2021 (PB L 225 van 25.5.2021, blz. 1).

4.    32017 R 1798: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/1798 van de Commissie van 2 juni 2017 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 609/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de bijzondere samenstellings- en informatievoorschriften voor de dagelijkse voeding volledig vervangende producten voor gewichtsbeheersing (PB L 259 van 7.10.2017, blz. 2).


HOOFDSTUK 9

DIEPGEVROREN LEVENSMIDDELEN

1.    31989 L 0108: Richtlijn 89/108/EEG van de Raad van 21 december 1988 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake voor menselijke voeding bestemde diepvriesproducten (PB L 40 van 11.2.1989, blz. 34), zoals gewijzigd bij:

   12003T/TXT: Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden voor de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek en de aanpassing van de Verdragen waarop de Europese Unie is gegrond (PB L 236 van 23.9.2003, blz. 33),

   32003 R 1882: Verordening (EG) nr. 1882/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 29 september 2003 (PB L 284 van 31.10.2003, blz. 1),

   32006 L 0107: Richtlijn 2006/107/EG van de Raad van 20 november 2006 (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 411),

   32008 R 1137: Verordening (EG) nr. 1137/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2008 (PB L 311 van 21.11.2008, blz. 1),

   32013 L 0020: Richtlijn 2013/20/EU van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 234).


2.    31992 L 0002: Richtlijn 92/2/EEG van de Commissie van 13 januari 1992 tot vaststelling van de monsternemingsprocedure en de communautaire analysemethode voor de officiële controle van de temperatuur van diepvriesproducten die voor de menselijke voeding zijn bestemd (PB L 34 van 11.2.1992, blz. 32).

3.    32005 R 0037: Verordening (EG) nr. 37/2005 van de Commissie van 12 januari 2005 betreffende de temperatuurcontrole in vervoermiddelen en in opslagruimten van voor menselijke voeding bestemde diepvriesproducten (PB L 10 van 13.1.2005, blz. 18).


HOOFDSTUK 10

CONTAMINANTEN

1.    31993 R 0315: Verordening (EEG) nr. 315/93 van de Raad van 8 februari 1993 tot vaststelling van communautaire procedures inzake verontreinigingen in levensmiddelen (PB L 37 van 13.2.1993, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32003 R 1882: Verordening (EG) nr. 1882/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 29 september 2003 (PB L 284 van 31.10.2003, blz. 1),

   32009 R 0596: Verordening (EU) nr. 596/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 (PB L 188 van 18.7.2009, blz. 14).

2.    32003 R 0598: Aanbeveling 2003/598/EG van de Commissie van 11 augustus 2003 betreffende de preventie en vermindering van patulineverontreiniging in appelsap en appelsapingrediënten in andere dranken (PB L 203 van 12.8.2003, blz. 54).

3.    32006 R 0401: Verordening (EG) nr. 401/2006 van de Commissie van 23 februari 2006 tot vaststelling van bemonsteringswijzen en analysemethoden voor de officiële controle op het mycotoxinegehalte in levensmiddelen (PB L 70 van 9.3.2006, blz. 12), zoals gewijzigd bij:

   32010 R 0178: Verordening (EU) nr. 178/2010 van de Commissie van 2 maart 2010 (PB L 52 van 3.3.2010, blz. 32),

   32014 R 0519: Verordening (EU) nr. 519/2014 van de Commissie van 16 mei 2014 (PB L 147 van 17.5.2014, blz. 29).


4.    32006 H 0794: Aanbeveling 2006/794/EG van de Commissie van 16 november 2006 inzake de monitoring van achtergrondconcentraties van dioxinen, dioxineachtige PCB’s en niet-dioxineachtige PCB’s in levensmiddelen (PB L 322 van 22.11.2006, blz. 24).

5.    32006 R 1881: Verordening (EG) nr. 1881/2006 van de Commissie van 19 december 2006 tot vaststelling van maximumgehalten aan bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen (PB L 364 van 20.12.2006, blz. 5), zoals gewijzigd bij:

   32007 R 1126: Verordening (EU) nr. 1126/2007 van de Commissie van 28 september 2007 (PB L 255 van 29.9.2007, blz. 14),

   32008 R 0565: Verordening (EU) nr. 565/2008 van de Commissie van 18 juni 2008 (PB L 160 van 19.6.2008, blz. 20),

   32008 R 0629: Verordening (EU) nr. 629/2008 van de Commissie van 2 juli 2008 (PB L 173 van 3.7.2008, blz. 6),

   32010 R 0105: Verordening (EU) nr. 105/2010 van de Commissie van 5 februari 2010 (PB L 35 van 6.2.2010, blz. 7),

   32010 R 0165: Verordening (EU) nr. 165/2010 van de Commissie van 26 februari 2010 (PB L 50 van 27.2.2010, blz. 8),

   32011 R 0420: Verordening (EU) nr. 420/2011 van de Commissie van 29 april 2011 (PB L 111 van 30.4.2011, blz. 3), gerectificeerd bij PB L 168 van 28.6.2001, blz. 20,

   32011 R 0835: Verordening (EU) nr. 835/2011 van de Commissie van 19 augustus 2011 (PB L 215 van 20.8.2011, blz. 4),


   32011 R 1258: Verordening (EU) nr. 1258/2011 van de Commissie van 2 december 2011 (PB L 320 van 3.12.2011, blz. 15),

   32011 R 1259: Verordening (EU) nr. 1259/2011 van de Commissie van 2 december 2011 (PB L 320 van 3.12.2011, blz. 18),

   32012 R 0219: Verordening (EU) nr. 219/2012 van de Commissie van 14 maart 2012 (PB L 75 van 15.3.2012, blz. 5),

   32012 R 0594: Verordening (EU) nr. 594/2012 van de Commissie van 5 juli 2012 (PB L 176 van 6.7.2012, blz. 43),

   32012 R 1058: Verordening (EU) nr. 1058/2012 van de Commissie van 12 november 2012 (PB L 313 van 13.11.2012, blz. 14),

   32013 R 1067: Verordening (EU) nr. 1067/2013 van de Commissie van 30 oktober 2013 (PB L 289 van 31.10.2013, blz. 56),

   32014 R 0212: Verordening (EU) nr. 212/2014 van de Commissie van 6 maart 2014 (PB L 67 van 7.3.2014, blz. 3),

   32014 R 0488: Verordening (EU) nr. 488/2014 van de Commissie van 12 mei 2014 (PB L 138 van 13.5.2014, blz. 75),

   32014 R 0696: Verordening (EU) nr. 696/2014 van de Commissie van 24 juni 2014 (PB L 184 van 25.6.2014, blz. 1),


   32014 R 1327: Verordening (EU) nr. 1327/2014 van de Commissie van 12 december 2014 (PB L 358 van 13.12.2014, blz. 13),

   32015 R 0704: Verordening (EU) 2015/704 van de Commissie van 30 april 2015 (PB L 113 van 1.5.2015, blz. 27),

   32015 R 1005: Verordening (EU) 2015/1005 van de Commissie van 25 juni 2015 (PB L 161 van 26.6.2015, blz. 9),

   32015 R 1006: Verordening (EU) 2015/1006 van de Commissie van 25 juni 2015 (PB L 161 van 26.6.2015, blz. 14),

   32015 R 1125: Verordening (EU) 2015/1125 van de Commissie van 10 juli 2015 (PB L 184 van 11.7.2015, blz. 7),

   32015 R 1137: Verordening (EU) 2015/1137 van de Commissie van 13 juli 2015 (PB L 185 van 14.7.2015, blz. 11),

   32015 R 1933: Verordening (EU) 2015/1933 van de Commissie van 27 oktober 2015 (PB L 282 van 28.10.2015, blz. 11),

   32016 R 0239: Verordening (EU) 2016/239 van de Commissie van 19 februari 2016 (PB L 45 van 20.2.2016, blz. 3),

   32017 R 1237: Verordening (EU) 2017/1237 van de Commissie van 7 juli 2017 (PB L 177 van 8.7.2017, blz. 36),


   32018 R 0290: Verordening (EU) 2018/290 van de Commissie van 26 februari 2018 (PB L 55 van 27.2.2018, blz. 27),

   32019 R 1870: Verordening (EU) 2019/1870 van de Commissie van 7 november 2019 (PB L 289 van 8.11.2019, blz. 37),

   32020 R 0685: Verordening (EU) 2020/685 van de Commissie van 20 mei 2020 (PB L 160 van 25.5.2020, blz. 3),

   32020 R 1255: Verordening (EU) 2020/1255 van de Commissie van 7 september 2020 (PB L 293 van 8.9.2020, blz. 1),

   32020 R 1322: Verordening (EU) 2020/1322 van de Commissie van 23 september 2020 (PB L 310 van 24.9.2020, blz. 2),

   32020 R 2040: Verordening (EU) 2020/2040 van de Commissie van 11 december 2020 (PB L 420 van 14.12.2020, blz. 1),

   32021 R 1317: Verordening (EU) 2021/1317 van de Commissie van 9 augustus 2021 (PB L 286 van 10.8.2021, blz. 1),

   32021 R 1323: Verordening (EU) 2021/1323 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 13),

   32021 R 1399: Verordening (EU) 2021/1399 van de Commissie van 24 augustus 2021 (PB L 301 van 25.8.2021, blz. 1),


   32021 R 1408: Verordening (EU) 2021/1408 van de Commissie van 27 augustus 2021 (PB L 304 van 30.8.2021, blz. 1),

   32022 R 0617: Verordening (EU) 2022/617 van de Commissie van 12 april 2022 (PB L 115 van 13.4.2022, blz. 60),

   32022 R 1364: Verordening (EU) 2022/1364 van de Commissie van 4 augustus 2022 (PB L 205 van 5.8.2022, blz. 227),

   32022 R 1370: Verordening (EU) 2022/1370 van de Commissie van 5 augustus 2022 (PB L 206 van 8.8.2022, blz. 11),

   32022 R 1393: Verordening (EU) 2022/1393 van de Commissie van 11 augustus 2022 (PB L 211 van 12.8.2022, blz. 83),

   32021 R 2142: Verordening (EU) 2021/2142 van de Commissie van 3 december 2021 (PB L 433 van 6.12.2021, blz. 8),

   32022 R 2002: Verordening (EU) 2022/2002 van de Commissie van 21 oktober 2022 (PB L 274 van 24.10.2022, blz. 64),

   32022 R 2388: Verordening (EU) 2022/2388 van de Commissie van 7 december 2022 (PB L 316 van 8.12.2022, blz. 38).

6.    32006 R 1882: Verordening (EG) nr. 1882/2006 van de Commissie van 19 december 2006 tot vaststelling van bemonsterings- en analysemethoden voor de officiële controle op het nitraatgehalte in bepaalde levensmiddelen (PB L 364 van 20.12.2006, blz. 25).


7.    32007 R 0333: Verordening (EG) nr. 333/2007 van de Commissie van 28 maart 2007 tot vaststelling van bemonsteringswijzen en analysemethoden voor de officiële controle op de gehalten aan lood, cadmium, kwik, anorganisch tin, 3-MCPD en benzo(a)pyreen in levensmiddelen (PB L 88 van 29.3.2007, blz. 29), zoals gewijzigd bij:

   32011 R 836: Verordening (EU) nr. 836/2011 van de Commissie van 19 augustus 2011 (PB L 215 van 20.8.2011, blz. 9),

   32016 R 0582: Verordening (EU) 2016/582 van de Commissie van 15 april 2016 (PB L 101 van 16.4.2016, blz. 3),

   32019 R 2093: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2093 van de Commissie van 29 november 2019 (PB L 317 van 9.12.2019, blz. 96),

   32022 R 0685: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/685 van de Commissie van 28 april 2022 (PB L 126 van 29.4.2022, blz. 14),

   32022 R 2418: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2418 van de Commissie van 9 december 2022 (PB L 318 van 11.2.2009, blz. 4).

8.    32009 R 0124: Verordening (EG) nr. 124/2009 van de Commissie van 10 februari 2009 tot vaststelling van maximumgehalten voor coccidiostatica en histomonostatica in levensmiddelen als gevolg van niet te voorkomen versleping van die stoffen naar niet-doeldiervoeders (PB L 40 van 11.2.2009, blz. 7), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 0610: Verordening (EU) nr. 610/2012 van de Commissie van 9 juli 2012 (PB L 178 van 10.7.2012, blz. 1).


9.    32011 H 0516: Aanbeveling 2011/516/EG van de Commissie van 23 augustus 2011 inzake de reductie van de aanwezigheid van dioxinen, furanen en pcb’s in diervoeders en levensmiddelen (PB L 218 van 24.8.2011, blz. 23).

10.    32016 H 0688: Aanbeveling (EU) 2016/688 van de Commissie van 2 mei 2016 betreffende de controle op en het beheer van de aanwezigheid van dioxinen en pcb’s in vis en visserijproducten uit het Oostzeegebied (PB L 118 van 4.5.2016, blz. 16).

11.    32016 H 1111: Aanbeveling (EU) 2016/1111 van de Commissie van 6 juli 2016 betreffende de monitoring van nikkel in levensmiddelen (PB L 183 van 8.7.2016, blz. 70).

12.    32016 H 2115: Aanbeveling (EU) 2016/2115 van de Commissie van 1 december 2016 betreffende de monitoring van de aanwezigheid van Δ9-tetrahydrocannabinol, de precursoren ervan en andere cannabinoïden in levensmiddelen (PB L 327 van 2.12.2016, blz. 103).

13.    32017 R 0644: Verordening (EU) 2017/644 van de Commissie van 5 april 2017 tot vaststelling van bemonsterings- en analysemethoden voor de controle op het gehalte aan dioxinen en dioxineachtige en niet-dioxineachtige pcb’s in bepaalde levensmiddelen en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 589/2014 (PB L 92 van 6.4.2017, blz. 9).


HOOFDSTUK 11

NIEUWE VOEDINGSMIDDELEN

1.    32015 R 2283: Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 betreffende nieuwe voedingsmiddelen, tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EG) nr. 1852/2001 van de Commissie (PB L 327 van 11.12.2015, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 1381: Verordening (EU) 2019/1381 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 231 van 6.9.2019, blz. 1).

2.    31997 H 0618: Aanbeveling 97/618/EG van de Commissie van 29 juli 1997 betreffende de wetenschappelijke aspecten en de presentatie van de informatie die nodig is om aanvragen voor het in de handel brengen van nieuwe voedingsmiddelen en nieuwe voedselingrediënten te ondersteunen alsmede het opstellen van de verslagen van de eerste beoordeling uit hoofde van Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 253 van 16.9.1997, blz. 1).

3.    32000 D 0195: Beschikking 2000/195/EG van de Commissie van 22 februari 2000 houdende verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van “fosfolipiden uit eidooier” als nieuw voedingsmiddel of nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 61 van 8.3.2000, blz. 12).


4.    32000 D 0196: Beschikking 2000/196/EG van de Commissie van 22 februari 2000 houdende weigering van een vergunning voor het in de handel brengen van “Stevia rebaudiana Bertoni: planten en gedroogde bladeren” als nieuw voedingsmiddel of nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 61 van 8.3.2000, blz. 14).

5.    32000 D 0500: Beschikking 2000/500/EG van de Commissie van 24 juli 2000 houdende verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van “smeersels op basis van gele vetten met toegevoegde fytosterol-esters” als nieuw voedingsmiddel of nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 200 van 8.8.2000, blz. 59).

6.    32001 D 0017: Beschikking 2001/17/EG van de Commissie van 19 december 2000 houdende weigering van een vergunning voor het in de handel brengen van “Nangainoten (Canarium indicum L.)” als nieuw voedingsmiddel of nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 4 van 9.1.2001, blz. 35).

7.    32001 D 0122: Beschikking 2001/122/EG van de Commissie van 30 januari 2001 houdende verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van een dextraanbereiding geproduceerd door Leuconostoc mesenteroides als nieuw voedselingrediënt in bakkerijproducten krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 44 van 15.2.2001, blz. 46).


8.    32001 D 0424: Beschikking 2001/424/EG van de Commissie van 23 mei 2001 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van onder hoge druk gepasteuriseerde vruchtenbereidingen krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 151 van 7.6.2001, blz. 42).

9.    32001 D 0721: Uitvoeringsbesluit 2001/721/EC van de Commissie van 25 september 2001 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van citicoline als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 269 van 10.10.2001, blz. 17).

10.    32002 D 0150: Beschikking 2002/150/EG van de Commissie van 15 februari 2002 houdende verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van gecoaguleerd aardappeleiwit en hydrolysaten daarvan als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 50 van 21.2.2002, blz. 92).

11.    32003 D 0426: Beschikking 2003/426/EG van de Commissie van 5 juni 2003 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van “nonisap” (sap van de vrucht van Morinda citrifolia L.) als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 144 van 12.6.2003, blz. 12).

12.    32003 D 0867: Uitvoeringsbesluit 2003/867/EC van de Commissie van 1 december 2003 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van citicoline als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 326 van 13.12.2003, blz. 32).


13.    32004 D 0333: Beschikking 2004/333/EG van de Commissie van 31 maart 2004 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van gele vetsmeersels, slasauzen, producten op basis van melk, producten op basis van gefermenteerde melk, sojadranken en kaasachtige producten met toegevoegde fytosterolen/fytostanolen als nieuwe voedingsmiddelen of nieuwe voedselingrediënten krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 105 van 14.4.2004, blz. 40).

14.    32004 D 0334: Beschikking 2004/334/EG van de Commissie van 31 maart 2004 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van gele vetsmeersels, melkachtige producten, yoghurtachtige producten en kruidensauzen met toegevoegde fytosterolen/fytostanolen als nieuwe voedingsmiddelen of nieuwe voedselingrediënten krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 105 van 14.4.2004, blz. 43).

15.    32004 D 0335: Beschikking 2004/335/EG van de Commissie van 31 maart 2004 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van melk- en yoghurtachtige producten met toegevoegde fytosterolesters als nieuwe voedselingrediënten krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 105 van 14.4.2004, blz. 46).

16.    32004 D 0336: Beschikking 2004/336/EG van de Commissie van 31 maart 2004 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van gele vetsmeersels, vruchtendranken op basis van melk, yoghurtachtige producten en kaasachtige producten met toegevoegde fytosterolen/fytostanolen als nieuwe voedingsmiddelen of nieuwe voedselingrediënten krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 105 van 14.4.2004, blz. 49).


17.    32004 D 0845: Beschikking 2004/845/EG van de Commissie van 12 november 2004 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van dranken op basis van melk met toegevoegde fytosterolen/fytostanolen als nieuwe voedingsmiddelen of nieuwe voedselingrediënten krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 366 van 11.12.2004, blz. 14).

18.    32005 D 0448: Beschikking 2005/448/EG van de Commissie van 3 maart 2005 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van voedingsmiddelen en voedselingrediënten afkomstig van de genetisch gemodificeerde maislijn NK 603 als nieuwe voedingsmiddelen of nieuwe voedselingrediënten krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 158 van 21.6.2005, blz. 20).

19.    32005 D 0457: Uitvoeringsbesluit 2005/457/EC van de Commissie van 4 april 2005 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van isomaltulose als nieuw voedingsmiddel of nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 160 van 23.6.2005, blz. 28).

20.    32005 D 0581: Uitvoeringsbesluit 2005/581/EC van de Commissie van 25 juli 2005 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van isomaltulose als nieuw voedingsmiddel of nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 199 van 29.7.2005, blz. 90).

21.    32006 D 0058: Beschikking 2006/58/EG van de Commissie van 24 januari 2006 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van roggebrood met toegevoegde fytosterolen/fytostanolen als nieuw voedingsmiddel of nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 31 van 3.2.2006, blz. 18).


22.    32006 D 0059: Beschikking 2006/59/EG van de Commissie van 24 januari 2006 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van roggebrood met toegevoegde fytosterolen/fytostanolen als nieuw voedingsmiddel of nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 31 van 3.2.2006, blz. 21).

23.    32006 D 0068: Beschikking 2006/68/EG van de Commissie van 13 januari 2006 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van voedingsmiddelen en voedselingrediënten afkomstig van de genetisch gemodificeerde maïslijn MON 863 als nieuwe voedingsmiddelen of nieuwe voedselingrediënten krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 34 van 7.2.2006, blz. 26).

24.    32006 D 0720: Beschikking 2006/720/EG van de Commissie van 23 oktober 2006 houdende verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van diacylglycerololie van plantaardige oorsprong als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 296 van 26.10.2006, blz. 10).

25.    32006 D 0722: Beschikking 2006/722/EG van de Commissie van 24 oktober 2006 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van raapzaadolie met een hoog gehalte aan onverzeepbare bestanddelen als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 296 van 26.10.2006, blz. 17).

26.    32006 D 0723: Beschikking 2006/723/EG van de Commissie van 24 oktober 2006 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van maiskiemolie met een hoog gehalte aan onverzeepbare bestanddelen als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 296 van 26.10.2006, blz. 20).


27.    32007 D 0343: Beschikking 2007/343/EG van de Commissie van 15 mei 2007 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van met fytosterolen/fytostanolen verrijkte olie als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 129 van 17.5.2007, blz. 63).

28.    32008 D 0036: Beschikking 2008/36/EG van de Commissie van 10 januari 2008 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van rijstdranken met toegevoegde fytosterolen/fytostanolen als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 8 van 11.1.2008, blz. 15).

29.    32008 D 0413: Uitvoeringsbesluit 2008/413/EC van de Commissie van 26 mei 2008 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van alfa-cyclodextrine als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 146 van 5.6.2008, blz. 12).

30.    32008 D 0575: Uitvoeringsbesluit 2008/575/EC van de Commissie van 27 juni 2008 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van baobabvruchtenpulp als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 183 van 11.7.2008, blz. 38).

31.    32008 D 0968: Beschikking 2008/968/EG van de Commissie van 12 december 2008 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van arachidonzuurrijke olie van Mortierella alpina als een nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 344 van 20.12.2008, blz. 123), gerectificeerd bij PB L 286 van 10.8.2021, blz. 5.


32.    32008 D 0985: Uitvoeringsbesluit 2008/985/EC van de Commissie van 15 december 2008 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van bladeren van Morinda citrifolia als een nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 352 van 31.12.2008, blz. 46).

33.    32009 D 0344: Beschikking 2009/344/EG van de Commissie van 22 april 2009 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van Ice Structuring Protein type III HPLC 12 als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 105 van 25.4.2009, blz. 9).

34.    32009 D 0345: Beschikking 2009/345/EG van de Commissie van 22 april 2009 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van vitamine K2 (menachinon) uit Bacillus subtilis natto als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 105 van 25.4.2009, blz. 14).

35.    32009 D 0348: Uitvoeringsbesluit 2009/348/EC van de Commissie van 23 april 2009 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van lycopeen als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 106 van 28.4.2009, blz. 55).

36.    32009 D 0355: Uitvoeringsbesluit 2009/355/EC van de Commissie van 28 april 2009 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van lycopeenoleohars uit tomaten als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 109 van 30.4.2009, blz. 47).


37.    32009 D 0362: Uitvoeringsbesluit 2009/362/EC van de Commissie van 30 april 2009 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van lycopeen als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 110 van 1.5.2009, blz. 54).

38.    32009 D 0365: Uitvoeringsbesluit 2009/365/EC van de Commissie van 28 april 2009 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van lycopeen uit Blakeslea trispora als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 111 van 5.5.2009, blz. 31).

39.    32009 D 0752: Beschikking 2009/752/EG van de Commissie van 12 oktober 2009 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van een vetextract uit Antarctisch krill Euphausia superba als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 268 van 13.10.2009, blz. 33).

40.    32009 D 0777: Beschikking 2009/777/EG van de Commissie van 21 oktober 2009 betreffende de uitbreiding van het gebruik van algenolie van de microalg Ulkenia sp. als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 278 van 23.10.2009, blz. 54).

41.    32009 D 0826: Beschikking 2009/826/EG van de Commissie van 13 oktober 2009 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van een bladextract van luzerne (Medicago sativa) als nieuw voedingsmiddel of nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 294 van 11.11.2009, blz. 12).


42.    32009 D 0827: Beschikking 2009/827/EG van de Commissie van 13 oktober 2009 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van chiazaad (Salvia hispanica) als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 294 van 11.11.2009, blz. 14).

43.    32010 D 0228: Besluit 2010/228/EU van de Commissie van 21 april 2010 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van puree en concentraat van de vruchten van Morinda citrifolia als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 102 van 23.4.2010, blz. 49).

44.    32010 D 0715: Uitvoeringsbesluit 2010/715/EU van de Commissie van 25 november 2010 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van ammoniumijzer(II)fosfaat als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 310 van 26.11.2010, blz. 16).

45.    32011 D 0073: Besluit 2011/73/EU van de Commissie van 2 februari 2011 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van een myceliumextract van Lentinula edodes (shiitake-paddenstoel) als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 29 van 3.2.2011, blz. 30).

46.    32011 D 0076: Uitvoeringsbesluit 2011/76/EC van de Commissie van 2 februari 2011 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van een chitine-glucaan van Aspergillus niger als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 29 van 3.2.2011, blz. 34).


47.    32011 D 0320: Uitvoeringsbesluit 2011/320/EU van de Commissie van 27 mei 2011 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van chroompicolinaat als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 143 van 31.5.2011, blz. 36).

48.    32011 D 0494: Uitvoeringsbesluit 2011/494/EU van de Commissie van 5 augustus 2011 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van gefosfateerd maiszetmeel als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 204 van 9.8.2011, blz. 23).

49.    32011 D 0497: Uitvoeringsbesluit 2011/497/EU van de Commissie van 9 augustus 2011 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van gefermenteerde zwarte bonen als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 33).

50.    32011 D 0513: Uitvoeringsbesluit 2011/513/EU van de Commissie van 19 augustus 2011 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van fosfatidylserine uit sojafosfolipiden als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 215 van 20.8.2011, blz. 20).

51.    32011 D 0761: Uitvoeringsbesluit 2011/761/EU van de Commissie van 24 november 2011 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van flavonoïden uit Glycyrrhiza glabra L. als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 313 van 26.11.2011, blz. 37).


52.    32011 D 0762: Uitvoeringsbesluit 2011/762/EU van de Commissie van 24 november 2011 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van bèta-glucanen uit gist als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 313 van 26.11.2011, blz. 41).

53.    32011 D 0882: Uitvoeringsbesluit 2011/882/EU van de Commissie van 21 december 2011 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van een nieuwe kauwgombasis als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 343 van 23.12.2011, blz. 121).

54.    32012 D 0288: Uitvoeringsbesluit 2012/288/EU van de Commissie van 1 juni 2012 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van gamma-cyclodextrine als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 144 van 5.6.2012, blz. 41).

55.    32012 D 0461: Uitvoeringsbesluit 2012/461/EU van de Commissie van 3 augustus 2012 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van een nieuwe kauwgombasis als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Uitvoeringsbesluit 2011/882/EU (PB L 210 van 7.8.2012, blz. 14).

56.    32012 D 0725: Uitvoeringsbesluit 2012/725/EU van de Commissie van 22 november 2012 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van runderlactoferrine als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (Morinaga) (PB L 327 van 27.11.2012, blz. 46), zoals gewijzigd bij:

   32015 D 0568: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/568 van de Commissie van 7 april 2015 (PB L 93 van 9.4.2015, blz. 71).


57.    32012 D 0726: Uitvoeringsbesluit 2012/726/EU van de Commissie van 22 november 2012 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van dihydrocapsiaat als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 237 van 27.11.2012, blz. 49).

58.    32012 D 0727: Uitvoeringsbesluit 2012/727/EU van de Commissie van 22 november 2012 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van runderlactoferrine als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (FrieslandCampina) (PB L 327 van 27.11.2012, blz. 52).

59.    32013 D 0049: Uitvoeringsbesluit 2013/49/EU van de Commissie van 22 januari 2013 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van synthetisch zeaxanthine als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 21 van 24.1.2013, blz. 32).

60.    32013 D 0050: Uitvoeringsbesluit 2013/50/EU van de Commissie van 22 januari 2013 tot verlening van een vergunning voor uitbreiding van het gebruik van chiazaad (Salvia hispanica) als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 21 van 24.1.2013, blz. 34).

61.    32013 D 0705: Uitvoeringsbesluit 2013/705/EU van de Commissie van 29 november 2013 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van hanenkamextract als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 322 van 3.12.2013, blz. 39).


62.    32014 D 0154: Uitvoeringsbesluit 2014/154/EU van de Commissie van 19 maart 2014 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van (6S)-5-methyltetrahydrofoliumzuur, glucosaminezout als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 85 van 21.3.2014, blz. 10).

63.    32014 D 0155: Uitvoeringsbesluit 2014/155/EU van de Commissie van 19 maart 2014 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van korianderzaadolie als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 85 van 21.3.2014, blz. 13).

64.    32014 D 0396: Uitvoeringsbesluit 2014/396/EU van de Commissie van 24 juni 2014 tot toelating van het in de handel brengen van uv-behandelde bakkersgist (Saccharomyces cerevisiae) als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 186 van 26.6.2014, blz. 108).

65.    32014 D 0423: Uitvoeringsbesluit 2014/423/EU van de Commissie van 1 juli 2014 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van citicoline als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 196 van 3.7.2014, blz. 24).

66.    32014 D 0424: Uitvoeringsbesluit 2014/424/EU van de Commissie van 1 juli 2014 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van raapzaadeiwit als een nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 196 van 3.7.2014, blz. 27).


67.    32014 D 0463: Uitvoeringsbesluit 2014/463/EU van de Commissie van 14 juli 2014 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van olie van de microalg Schizochytrium sp. als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van de Beschikkingen 2003/427/EG en 2009/778/EG (PB L 209 van 16.7.2014, blz. 55).

68.    32014 D 0890: Uitvoeringsbesluit 2014/890/EG van de Commissie van 8 december 2014 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van chia-olie (Salvia hispanica) als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 353 van 10.12.2014, blz. 15).

69.    32014 D 0905: Uitvoeringsbesluit 2014/905/EU van de Commissie van 11 december 2014 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van methylvinylether-maleïnezuuranhydridecopolymeer als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 358 van 13.12.2014, blz. 47).

70.    32014 D 0916: Uitvoeringsbesluit 2014/916/EU van de Commissie van 15 december 2014 tot rectificatie van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2014/154/EU tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van (6S)-5-methyltetrahydrofoliumzuur, glucosaminezout als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 360 van 17.12.2014, blz. 58).


71.    32015 D 0545: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/545 van de Commissie van 31 maart 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van olie van de microalg Schizochytrium sp. (ATCC PTA-9695) als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 90 van 2.4.2015, blz. 7).

72.    32015 D 0546: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/546 van de Commissie van 31 maart 2015 tot verlening van een vergunning voor een uitbreiding van het gebruik van DHA- en EPA-rijke olie van de microalg Schizochytrium sp. als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 90 van 2.4.2015, blz. 11).

73.    32015 D 1213: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1213 van de Commissie van 22 juli 2015 tot verlening van een vergunning voor uitbreiding van het gebruik van flavonoïden uit Glycyrrhiza glabra L. als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 196 van 24.7.2015, blz. 19).

74.    32015 D 1290: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1290 van de Commissie van 23 juli 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van geraffineerde olie van de zaden van Buglossoides arvensis als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 198 van 28.7.2015, blz. 22).


75.    32015 D 1291: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1291 van de Commissie van 23 juli 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van met Bacteroides xylanisolvens (DSM 23964) gefermenteerde warmtebehandelde melkproducten als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 198 van 28.2.2013, blz. 26).

76.    32016 D 0375: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/375 van de Commissie van 11 maart 2016 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van lacto-N-neotetraose als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 70 van 16.3.2016, blz. 22).

77.    32016 D 0376: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/376 van de Commissie van 11 maart 2016 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van 2′-O-fucosyllactose als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 70 van 16.3.2016, blz. 27).

78.    32016 D 0398: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/398 van de Commissie van 16 maart 2016 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van uv-behandeld brood als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 73 van 18.3.2016, blz. 107).

79.    32016 D 0598: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/598 van de Commissie van 14 april 2016 tot verlening van een vergunning voor een uitbreiding van het gebruik van vetextract uit Antarctisch krill (Euphausia superba) als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 103 van 19.4.2016, blz. 34).


80.    32016 D 1189: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1189 van de Commissie van 19 juli 2016 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van uv-behandelde melk als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 196 van 21.7.2016, blz. 50).

81.    32016 D 1190: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1190 van de Commissie van 19 juli 2016 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van trans-resveratrol als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 196 van 21.7.2016, blz. 53).

82.    32017 D 0115: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/115 van de Commissie van 20 januari 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van extract van gefermenteerde sojabonen als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 18 van 24.1.2017, blz. 50).

83.    32017 D 0450: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/450 van de Commissie van 13 maart 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van lactitol als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 69 van 15.3.2017, blz. 31).

84.    32017 D 1281: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1281 van de Commissie van 13 juli 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van L-ergothioneïne als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 184 van 15.7.2017, blz. 65).


85.    32017 D 1387: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1387 van de Commissie van 24 juli 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van een enzympreparaat van prolyl-oligopeptidase dat is geproduceerd met behulp van een genetisch gemodificeerde stam van Aspergillus niger, als nieuw voedselingrediënt op grond van Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 194 van 26.7.2017, blz. 65).

86.    32017 D 2078: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2078 van de Commissie van 10 november 2017 tot verlening van een vergunning voor een uitbreiding van het gebruik van β-glucanen uit gist als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 295 van 14.11.2017, blz. 77), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 1272: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1272 van de Commissie van 29 juli 2019 (PB L 201 van 30.7.2019, blz. 3).

87.    32017 D 2079: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2079 van de Commissie van 10 november 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van taxifolinerijk extract als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 295 van 14.11.2017, blz. 81).

88.    32017 D 2201: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2201 van de Commissie van 27 november 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van 2′-fucosyllactose dat is geproduceerd met behulp van Escherichia coli stam BL21, als nieuw voedselingrediënt op grond van Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 313 van 29.11.2017, blz. 5).


89.    32017 D 2353: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2353 van de Commissie van 14 december 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van olie uit Calanus finmarchicus als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 336 van 16.12.2017, blz. 45).

90.    32017 D 2354: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2354 van de Commissie van 14 december 2017 tot verlening van een vergunning voor uitbreiding van het gebruik van chiazaad (Salvia hispanica) als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 336 van 16.12.2017, blz. 49).

91.    32017 D 2355: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2355 van de Commissie van 14 december 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van uv-behandelde champignons als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 336 van 16.12.2017, blz. 52).

92.    32017 D 2373: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2373 van de Commissie van 14 december 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van hydroxytyrosol als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 337 van 19.12.2017, blz. 56).

93.    32017 D 2375: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2375 van de Commissie van 15 december 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van N-acetyl-D-neuraminezuur als nieuw voedselingrediënt krachtens Verordening (EG) nr. 258/97 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 337 van 19.12.2017, blz. 63).


94.    32017 R 2468: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2468 van de Commissie van 20 december 2017 tot vaststelling van administratieve en wetenschappelijke voorschriften voor traditionele levensmiddelen uit derde landen overeenkomstig Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad betreffende nieuwe voedingsmiddelen (PB L 351 van 30.12.2017, blz. 55), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 1824: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1824 van 2 december 2020 (PB L 406 van 3.13.2020, blz. 51).

95.    32017 R 2469: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2469 van de Commissie van 20 december 2017 tot vaststelling van administratieve en wetenschappelijke voorschriften voor aanvragen bedoeld in artikel 10 van Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad betreffende nieuwe voedingsmiddelen (PB L 351 van 30.12.2017, blz. 64), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 1772: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1772 van de Commissie van 26 november 2020 (PB L 398 van 27.11.2020, blz. 13).


96.    32017 R 2470: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie van 20 december 2017 tot vaststelling van de Unielijst van nieuwe voedingsmiddelen overeenkomstig Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad betreffende nieuwe voedingsmiddelen (PB L 351 van 31.12.2017, blz. 72), gerectificeerd bij PB L 187 van 24.7.2018, blz. 1, PB L 201 van 30.7.2019, blz. 3, PB L 286 van 10.8.2021, blz. 5 en PB L 33 van 15.2.2022, blz. 41, zoals gewijzigd bij:

   32018 R 0460: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/460 van de Commissie van 20 maart 2018 (PB L 78 van 21.3.2018, blz. 2),

   32018 R 0461: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/461 van de Commissie van 20 maart 2018 (PB L 78 van 21.3.2018, blz. 7),

   32018 R 0462: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/462 van de Commissie van 20 maart 2018 (PB L 78 van 21.3.2018, blz. 11),

   32018 R 0469: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/469 van de Commissie van 21 maart 2018 (PB L 79 van 22.3.2018, blz. 11),

   32018 R 0991: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/991 van de Commissie van 12 juli 2018 (PB L 177 van 13.7.2018, blz. 9),

   32018 R 1011: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1011 van de Commissie van 17 juli 2018 (PB L 181 van 18.7.2018, blz. 4),


   32018 R 1018: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1018 van de Commissie van 18 juli 2018 (PB L 183 van 19.7.2018, blz. 4),

   32018 R 1032: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1032 van de Commissie van 20 juli 2018 (PB L 185 van 23.7.2018, blz. 9),

   32018 R 1122: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1122 van de Commissie van 10 augustus 2018 (PB L 204 van 13.8.2018, blz. 36),

   32018 R 1123: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1123 van de Commissie van 10 augustus 2018 (PB L 204 van 13.8.2018, blz. 41),

   32018 R 1132: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1132 van de Commissie van 13 augustus 2018 (PB L 205 van 14.8.2018, blz. 15),

   32018 R 1133: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1133 van de Commissie van 13 augustus 2018 (PB L 205 van 14.8.2018, blz. 18),

   32018 R 1293: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1293 van de Commissie van 26 september 2018 (PB L 243 van 27.9.2018, blz. 2),

   32018 R 1631: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1631 van de Commissie van 30 oktober 2018 (PB L 272 van 31.10.2018, blz. 17),


   32018 R 1632: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1632 van de Commissie van 30 oktober 2018 (PB L 272 van 31.10.2018, blz. 23),

   32018 R 1133: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1133 van de Commissie van 13 augustus 2018 (PB L 272 van 31.10.2018, blz. 29),

   32018 R 1647: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1647 van de Commissie van 31 oktober 2018 (PB L 274 van 5.11.2018, blz. 51),

   32018 R 1648: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1648 van de Commissie van 29 oktober 2018 (PB L 275 van 6.11.2018, blz. 1),

   32018 R 1991: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1991 van de Commissie van 13 december 2018 (PB L 320 van 17.12.2018, blz. 22),

   32018 R 2016: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2016 van de Commissie van 18 december 2018 (PB L 323 van 19.12.2018, blz. 1),

   32018 R 2017: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2017 van de Commissie van 18 december 2018 (PB L 323 van 19.12.2018, blz. 4),

   32019 R 0108: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/108 van de Commissie van 24 januari 2019 (PB L 23 van 25.1.2019, blz. 4),


   32019 R 0109: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/109 van de Commissie van 24 januari 2019 (PB L 23 van 25.1.2019, blz. 7),

   32019 R 0110: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/110 van de Commissie van 24 januari 2019 (PB L 23 van 25.1.2019, blz. 11),

   32019 R 0387: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/387 van de Commissie van 11 maart 2019 (PB L 70 van 12.3.2019, blz. 17),

   32019 R 0388: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/388 van de Commissie van 11 maart 2019 (PB L 70 van 12.3.2019, blz. 21),

   32019 R 0456: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/456 van de Commissie van 20 maart 2019 (PB L 79 van 21.3.2019, blz. 13),

   32019 R 0506: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/506 van de Commissie van 26 maart 2019 (PB L 85 van 27.3.2019, blz. 11),

   32019 R 1294: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1294 van de Commissie van 1 augustus 2019 (PB L 204 van 2.8.2019, blz. 16),

   32019 R 1314: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1314 van de Commissie van 2 augustus 2019 (PB L 205 van 5.8.2019, blz. 4),


   32019 R 1686: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1686 van de Commissie van 8 oktober 2019 (PB L 258 van 9.10.2019, blz. 13),

   32019 R 1976: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1976 van de Commissie van 25 november 2019 (PB L 308 van 29.11.2019, blz. 40),

   32019 R 1979: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1979 van de Commissie van 26 november 2019 (PB L 308 van 29.11.2019, blz. 62),

   32019 R 2165: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2165 van de Commissie van 17 december 2019 (PB L 328 van 18.12.2019, blz. 81),

   32020 R 0016: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/16 van de Commissie van 10 januari 2020 (PB L 7 van 14.1.2020, blz. 6),

   32020 R 0024: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/24 van de Commissie van 13 januari 2020 (PB L 8 van 14.1.2020, blz. 12),

   32020 R 0206: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/206 van de Commissie van 14 februari 2020 (PB L 43 van 17.2.2020, blz. 66),

   32020 R 0443: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/443 van de Commissie van 25 maart 2020 (PB L 92 van 26.3.2020, blz. 7),


   32020 R 0478: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/478 van de Commissie van 1 april 2020 (PB L 102 van 2.4.2020, blz. 1),

   32020 R 0916: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/916 van de Commissie van 1 juli 2020 (PB L 209 van 2.7.2020, blz. 6),

   32020 R 0917: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/917 van de Commissie van 1 juli 2020 (PB L 209 van 2.7.2020, blz. 10),

   32020 R 0973: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/973 van de Commissie van 6 juli 2020 (PB L 215 van 7.7.2020, blz. 7),

   32020 R 1163: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1163 van de Commissie van 6 augustus 2020 (PB L 258 van 7.8.2020, blz. 1),

   32020 R 1559: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1559 van de Commissie van 26 oktober 2020 (PB L 357 van 27.10.2020, blz. 7),

   32020 R 1634: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1634 van de Commissie van 4 november 2020 (PB L 367 van 5.11.2020, blz. 39),

   32020 R 1820: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1820 van de Commissie van 2 december 2020 (PB L 406 van 3.12.2020, blz. 29),


   32020 R 1821: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1821 van de Commissie van 2 december 2020 (PB L 406 van 3.12.2020, blz. 34),

   32020 R 1822: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1822 van de Commissie van 2 december 2020 (PB L 406 van 3.12.2020, blz. 39),

   32020 R 1993: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1993 van de Commissie van 4 december 2020 (PB L 410 van 7.12.2020, blz. 62),

   32021 R 0050: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/50 van de Commissie van 22 januari 2021 (PB L 23 van 25.1.2021, blz. 7),

   32021 R 0051: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/51 van de Commissie van 22 januari 2021 (PB L 23 van 25.1.2021, blz. 10),

   32021 R 0082: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/82 van de Commissie van 27 januari 2021 (PB L 29 van 28.1.2021, blz. 16),

   32021 R 0096: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/96 van de Commissie van 28 januari 2021 (PB L 31 van 29.1.2021, blz. 201),

   32021 R 0120: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/120 van de Commissie van 2 februari 2021 (PB L 37 van 3.2.2021, blz. 1),


   32021 R 0668: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/668 van de Commissie van 23 april 2021 (PB L 141 van 26.4.2021, blz. 3),

   32021 R 0670: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/670 van de Commissie van 23 april 2021 (PB L 141 van 26.4.2021, blz. 14),

   32021 R 0882: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/882 van de Commissie van 1 juni 2021 (PB L 194 van 2.6.2021, blz. 16),

   32021 R 0900: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/900 van de Commissie van 3 juni 2021 (PB L 197 van 4.6.2021, blz. 71),

   32021 R 0912: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/912 van de Commissie van 4 juni 2021 (PB L 199 van 7.6.2021, blz. 10),

   32021 R 1319: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1319 van de Commissie van 9 augustus 2021 (PB L 286 van 10.8.2021, blz. 12),

   32021 R 1326: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1326 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 24),

   32021 R 1377: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1377 van de Commissie van 19 augustus 2021 (PB L 297 van 20.8.2021, blz. 20),


   32021 R 1974: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1974 van de Commissie van 12 november 2021 (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 5),

   32021 R 1975: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1975 van de Commissie van 12 november 2021 (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 10),

   32021 R 2029: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2029 van de Commissie van 19 november 2021 (PB L 415 van 22.11.2021, blz. 9),

   32021 R 2079: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2079 van de Commissie van 26 november 2021 (PB L 426 van 29.11.2021, blz. 16),

   32021 R 2129: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2129 van de Commissie van 2 december 2021 (PB L 432 van 3.12.2021, blz. 13),

   32021 R 2191: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2191 van de Commissie van 10 december 2021 (PB L 445 van 13.12.2021, blz. 1),

   32022 R 0047: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/47 van de Commissie van 13 januari 2022 (PB L 9 van 14.1.2022, blz. 29),

   32022 R 0168: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/168 van de Commissie van 8 februari 2022 (PB L 28 van 9.2.2022, blz. 5),


   32022 R 0169: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/169 van de Commissie van 8 februari 2022 (PB L 28 van 9.2.2022, blz. 10),

   32022 R 0187: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/187 van de Commissie van 10 februari 2022 (PB L 30 van 11.2.2022, blz. 102),

   32022 R 0188: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/188 van de Commissie van 10 februari 2022 (PB L 30 van 11.2.2022, blz. 108),

   32022 R 0196: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/196 van de Commissie van 11 februari 2022 (PB L 31 van 14.2.2022, blz. 46),

   32022 R 0672: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/672 van de Commissie van 22 april 2022 (PB L 122 van 25.4.2022, blz. 24),

   32022 R 0673: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/673 van de Commissie van 22 april 2022 (PB L 122 van 25.4.2022, blz. 27),

   32022 R 0684: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/684 van de Commissie van 28 april 2022 (PB L 126 van 29.4.2022, blz. 10),

   32022 R 0961: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/961 van de Commissie van 20 juni 2022 (PB L 165 van 21.6.2022, blz. 41),

   32022 R 0965: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/965 van de Commissie van 21 juni 2022 (PB L 166 van 22.6.2022, blz. 118),


   32022 R 0966: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/966 van de Commissie van 21 juni 2022 (PB L 166 van 22.6.2022, blz. 125),

   32022 R 1160: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1160 van de Commissie van 5 juli 2022 (PB L 179 van 6.7.2022, blz. 25),

   32022 R 1365: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1365 van de Commissie van 4 augustus 2022 (PB L 205 van 5.8.2022, blz. 230),

   32022 R 1373: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1373 van de Commissie van 8 augustus 2022 (PB L 206 van 8.8.2022, blz. 28),

   32022 R 1381: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1381 van de Commissie van 8 augustus 2022 (PB L 207 van 9.8.2022, blz. 12),

   32022 R 2534: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2534 van de Commissie van 21 december 2022 (PB L 328 van 22.12.2022, blz. 85),

   32022 R 2535: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2535 van de Commissie van 21 december 2022 (PB L 328 van 22.12.2022, blz. 91).

97.    32018 R 0456: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/456 van de Commissie van 19 maart 2018 betreffende de procedurele stappen van de raadplegingsprocedure om vast te stellen of een voedingsmiddel een nieuw voedingsmiddel is in de zin van Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad betreffende nieuwe voedingsmiddelen (PB L 77 van 20.3.2018, blz. 6).


98.    32018 R 0460: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/460 van de Commissie van 20 maart 2018 tot toelating van het in de handel brengen van Ecklonia cava florotanninen als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 78 van 21.3.2018, blz. 2).

99.    32018 R 0461: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/461 van de Commissie van 20 maart 2018 tot verlening van een vergunning voor een uitbreiding van het gebruik van taxifolinerijk extract als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 78 van 21.3.2018, blz. 7).

100.    32018 R 0462: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/462 van de Commissie van 20 maart 2018 tot verlening van een vergunning voor een uitbreiding van het gebruik van L-ergothioneïne als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 78 van 21.3.2018, blz. 11).

101.    32018 R 0469: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/469 van de Commissie van 21 maart 2018 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van een extract van de wortels van drie kruiden (Cynanchum wilfordii Hemsley, Phlomis umbrosa Turcz. en Angelica gigas Nakai) als een nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 79 van 22.3.2018, blz. 11).

102.    32018 R 0991: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/991 van de Commissie van 12 juli 2018 tot toelating van het in de handel brengen van het kippeneiwit lysozymhydrolysaat als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 177 van 13.7.2018, blz. 9).


103.    32018 R 1011: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1011 van de Commissie van 17 juli 2018 tot toelating van een uitbreiding van de gebruiksniveaus van uv-behandelde champignons als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 181 van 18.7.2018, blz. 4).

104.    32018 R 1018: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1018 van de Commissie van 18 juli 2018 tot toelating van een uitbreiding van het gebruik van uv-behandelde bakkersgist (Saccharomyces cerevisiae) als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 183 van 19.7.2018, blz. 9).

105.    32018 R 1032: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1032 van de Commissie van 20 juli 2018 tot verlening van een vergunning voor een uitbreiding van het gebruik van olie van de microalg Schizochytrium sp. als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 185 van 23.7.2018, blz. 9).

106.    32018 R 1122: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1122 van de Commissie van 10 augustus 2018 tot toelating van het in de handel brengen van pyrrolochinolinechinondinatriumzout als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 204 van 13.8.2018, blz. 36).

107.    32018 R 1123: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1123 van de Commissie van 10 augustus 2018 tot toelating van het in de handel brengen van 1-methylnicotinamidechloride als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 204 van 13.8.2018, blz. 41).


108.    32018 R 1132: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1132 van de Commissie van 13 augustus 2018 tot goedkeuring van de wijziging van de aanduiding van en de specifieke etiketteringsvoorschriften voor het nieuwe voedingsmiddel synthetisch zeaxanthine krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 205 van 14.8.2018, blz. 15).

109.    32018 R 1133: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1133 van de Commissie van 13 augustus 2018 tot toelating van het in de handel brengen van gedroogde bovengrondse delen van Hoodia parviflora als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 205 van 14.8.2018, blz. 18).

110.    32018 R 1631: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1631 van de Commissie van 30 oktober 2018 tot toelating van het in de handel brengen van cranberryextract in poedervorm als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 272 van 31.10.2018, blz. 17).

111.    32018 R 1632: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1632 van de Commissie van 30 oktober 2018 tot toelating van het in de handel brengen van basisch weiproteïne-isolaat uit rundermelk als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 272 van 31.10.2018, blz. 23).

112.    32018 R 1633: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1633 van de Commissie van 30 oktober 2018 tot toelating van het in de handel brengen van geraffineerd garnaalpeptideconcentraat als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 272 van 31.10.2018, blz. 29).


113.    32018 R 1647: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1647 van de Commissie van 31 oktober 2018 tot toelating van het in de handel brengen van eimembraanhydrolysaat als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 274 van 5.11.2018, blz. 51).

114.    32018 R 1648: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1648 van de Commissie van 29 oktober 2018 tot toelating van het in de handel brengen van xylo-oligosachariden als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 275 van 6.11.2018, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 6 van 9.1.2023, blz. 1.

115.    32018 R 1991: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1991 van de Commissie van 13 december 2018 tot toelating van het in de handel brengen van bessen van Lonicera caerulea L. als traditioneel levensmiddel uit een derde land krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 320 van 17.12.2018, blz. 22).

116.    32018 R 2016: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2016 van de Commissie van 18 december 2018 tot toelating van het in de handel brengen van gepelde granen van Digitaria exilis als traditioneel levensmiddel uit een derde land krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 323 van 19.12.2018, blz. 1).


117.    32018 R 2017: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2017 van de Commissie van 18 december 2018 tot toelating van het in de handel brengen van siroop van Sorghum bicolor (L.) Moench als traditioneel levensmiddel uit een derde land krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 323 van 19.12.2018, blz. 4).

118.    32019 R 0108: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/108 van de Commissie van 24 januari 2019 tot toelating van een wijziging van de specificaties van het nieuwe voedselingrediënt vetextract uit Antarctisch krill (Euphausia superba) krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 23 van 25.1.2019, blz. 4).

119.    32019 R 0109: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/109 van de Commissie van 24 januari 2019 tot verlening van een vergunning voor een uitbreiding van het gebruik van olie van Schizochytrium sp. als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 23 van 25.1.2019, blz. 7).

120.    32019 R 0110: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/110 van de Commissie van 24 januari 2019 tot verlening van een vergunning voor een uitbreiding van het gebruik van Allanblackiazaadolie als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 23 van 25.1.2019, blz. 11).


121.    32019 R 0387: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/387 van de Commissie van 11 maart 2019 tot verlening van een vergunning voor een uitbreiding van het gebruik van olie van Schizochytrium sp. (ATCC PTA-9695) als nieuw voedingsmiddel en voor de wijziging van de aanduiding van en de specifieke etiketteringsvoorschriften voor olie van Schizochytrium sp. (ATCC PTA-9695) krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 70 van 12.3.2019, blz. 17).

122.    32019 R 0388: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/388 van de Commissie van 11 maart 2019 tot goedkeuring van de wijziging van de specificaties van het nieuwe voedingsmiddel 2′-fucosyllactose dat is geproduceerd met behulp van Escherichia coli stam K-12 krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 70 van 12.3.2019, blz. 21).

123.    32019 R 0456: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/456 van de Commissie van 20 maart 2019 tot goedkeuring van de wijziging van de specificaties van het nieuwe voedingsmiddel korianderzaadolie van Coriandrum sativum krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 79 van 21.3.2019, blz. 13).

124.    32019 R 0506: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/506 van de Commissie van 26 maart 2019 tot toelating van het in de handel brengen van D-ribose als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 85 van 27.3.2019, blz. 11).


125.    32019 R 0760: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/760 van de Commissie van 13 mei 2019 tot toelating van het in de handel brengen van biomassa van de gist Yarrowia lipolytica als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 125 van 14.5.2019, blz. 13).

126.    32019 R 1294: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1294 van de Commissie van 1 augustus 2019 tot toelating van het in de handel brengen van betaïne als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 204 van 2.8.2019, blz. 16).

127.    32019 R 1314: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1314 van de Commissie van 2 augustus 2019 tot goedkeuring van de wijziging van de specificaties van het nieuwe voedingsmiddel lacto-N-neotetraose dat is geproduceerd met behulp van Escherichia coli K-12 krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 205 van 5.8.2019, blz. 4).

128.    32019 R 1686: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1686 van de Commissie van 8 oktober 2019 tot verlening van een vergunning voor een uitbreiding van het gebruik van basisch weiproteïne-isolaat uit rundermelk als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 258 van 9.10.2019, blz. 13), gerectificeerd bij PB L 6 van 9.1.2023, blz. 1.

129.    32019 R 1976: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1976 van de Commissie van 25 november 2019 tot toelating van het in de handel brengen van fenylcapsaïcine als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 308 van 29.11.2019, blz. 40).


130.    32019 R 1979: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1979 van de Commissie van 26 november 2019 tot toelating van het in de handel brengen van een mengsel van 2′-fucosyllactose en difucosyllactose als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 308 van 29.11.2019, blz. 62).

131.    32019 R 2165: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2165 van de Commissie van 17 december 2019 tot goedkeuring van de wijziging van de specificaties van het nieuwe voedingsmiddel korianderzaadolie van Coriandrum sativum krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 328 van 18.12.2019, blz. 81).

132.    32020 R 0016: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/16 van de Commissie van 10 januari 2020 tot toelating van het in de handel brengen van nicotinamideribosidechloride als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 7 van 13.1.2020, blz. 6).

133.    32020 R 0024: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/24 van de Commissie van 13 januari 2020 tot verlening van een vergunning voor uitbreiding van het gebruik van chiazaden (Salvia hispanica) als nieuw voedingsmiddel en de wijziging van de gebruiksvoorwaarden en de specifieke etiketteringsvoorschriften voor chiazaden (Salvia hispanica) krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 8 van 14.1.2020, blz. 12).


134.    32020 R 0206: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/206 van de Commissie van 14 februari 2020 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van vruchtenpulp, pulpsap en geconcentreerd pulpsap van Theobroma cacao L. als traditioneel levensmiddel uit een derde land krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 43 van 17.2.2020, blz. 66).

135.    32020 R 0443: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/443 van de Commissie van 25 maart 2020 tot goedkeuring van de wijziging van de specificaties van het nieuwe voedingsmiddel spermidinerijk tarwekiemextract (Triticum aestivum) krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 92 van 26.3.2020, blz. 7).

136.    32020 R 0484: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/484 van de Commissie van 2 april 2020 tot toelating van het in de handel brengen van lacto-N-tetraose als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 103 van 3.4.2020, blz. 3), gerectificeerd bij PB L 286 van 10.8.2021, blz. 5.

137.    32020 R 0500: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/500 van de Commissie van 6 april 2020 tot toelating van het in de handel brengen van poeders van gedeeltelijk ontvet chiazaad (Salvia hispanica) als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 109 van 7.4.2020, blz. 2).


138.    32020 R 0916: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/916 van de Commissie van 1 juli 2020 tot verlening van een vergunning voor een uitbreiding van het gebruik van xylo-oligosachariden als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 209 van 2.7.2020, blz. 6).

139.    32020 R 0917: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/917 van de Commissie van 1 juli 2020 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van infusie van de koffiebladeren van Coffea arabica L. en/of Coffea canephora Pierre ex A. Froehner als traditioneel levensmiddel uit een derde land krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 209 van 2.7.2020, blz. 10).

140.    32020 R 0973: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/973 van de Commissie van 6 juli 2020 tot goedkeuring van een wijziging van de gebruiksvoorwaarden voor het nieuwe voedingsmiddel “eiwitextract uit varkensnieren” en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 215 van 7.7.2020, blz. 7).

141.    32020 R 1163: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1163 van de Commissie van 6 augustus 2020 tot toelating van het in de handel brengen van vitamine D2 bevattend champignonpoeder als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 258 van 7.8.2020, blz. 1).

142.    32020 R 1634: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1634 van de Commissie van 4 november 2020 tot toelating van het in de handel brengen van suikers verkregen uit cacaopulp (Theobroma cacao L.) als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 367 van 5.11.2020, blz. 39).


143.    32020 R 1820: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1820 van de Commissie van 2 december 2020 tot toelating van het in de handel brengen van gedroogde Euglena gracilis als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 406 van 3.12.2020, blz. 29).

144.    32020 R 1821: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1821 van de Commissie van 2 december 2020 tot toelating van het in de handel brengen van een extract van Panax notoginseng en Astragalus membranaceus als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 406 van 3.12.2020, blz. 34).

145.    32020 R 1822: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1822 van de Commissie van 2 december 2020 tot toelating van het in de handel brengen van biomassa van chroomhoudende gist (Yarrowia lipolytica) als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 406 van 3.12.2020, blz. 39).

146.    32020 R 1993: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1993 van de Commissie van 4 december 2020 tot toelating van het in de handel brengen van biomassa van seleenhoudende gist (Yarrowia lipolytica) als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 410 van 7.12.2020, blz. 62).

147.    32021 R 0050: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/50 van de Commissie van 22 januari 2021 tot verlening van toestemming voor uitbreiding van het gebruik en wijziging van de specificaties van het nieuwe voedingsmiddel “mengsel van 2′-fucosyllactose en difucosyllactose”, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 23 van 25.1.2021, blz. 7).


148.    32021 R 0051: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/51 van de Commissie van 22 januari 2021 tot goedkeuring van een wijziging van de gebruiksvoorwaarden voor het nieuwe voedingsmiddel “trans-resveratrol” krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 23 van 25.1.2021, blz. 10).

149.    32021 R 0082: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/82 van de Commissie van 27 januari 2021 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van 6′-sialyllactosenatriumzout als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 29 van 28.1.2021, blz. 16).

150.    32021 R 0096: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/96 van de Commissie van 28 januari 2021 tot toelating van het in de handel brengen van 3′-sialyllactosenatriumzout als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 31 van 29.1.2021, blz. 201), gerectificeerd bij PB L 6 van 9.1.2023, blz. 1.

151.    32021 R 0120: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/120 van de Commissie van 2 februari 2021 tot toelating van het in de handel brengen van poeder van gedeeltelijk ontvet raapzaad en koolzaad van respectievelijk Brassica rapa L. en Brassica napus L. als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 37 van 3.2.2021, blz. 1).

152.    32021 R 0668: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/668 van de Commissie van 23 april 2021 tot goedkeuring van een wijziging van de gebruiksvoorwaarden voor chiazaden (Salvia hispanica) als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 141 van 26.4.2021, blz. 3).


153.    32021 R 0670: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/670 van de Commissie van 23 april 2021 tot toelating van het in de handel brengen van olie van Schizochytrium sp. (WZU477) als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 141 van 26.4.2021, blz. 14).

154.    32021 R 0882: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/882 van de Commissie van 1 juni 2021 tot toelating van het in de handel brengen van gedroogde larve van Tenebrio molitor als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 194 van 2.6.2021, blz. 16).

155.    32021 R 0900: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/900 van de Commissie van 3 juni 2021 tot goedkeuring van een wijziging van de gebruiksvoorwaarden voor het nieuwe voedingsmiddel “galacto-oligosacharide” krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 197 van 4.6.2021, blz. 71).

156.    32021 R 0912: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/912 van de Commissie van 4 juni 2021 tot goedkeuring van de wijziging van de specificaties van het nieuwe voedingsmiddel lacto-N-neotetraose (microbiële bron) en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 199 van 7.6.2021, blz. 10).

157.    32021 R 1319: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1319 van de Commissie van 9 augustus 2021 tot goedkeuring van de wijziging van de specificaties van het nieuwe voedingsmiddel korianderzaadolie van Coriandrum sativum en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 286 van 10.8.2021, blz. 12).


158.    32021 R 1326: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1326 van de Commissie van 10 augustus 2021 tot toelating van het in de handel brengen van olie van Schizochytrium sp. (FCC-3204) als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 24).

159.    32021 R 1377: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1377 van de Commissie van 19 augustus 2021 tot goedkeuring van een wijziging van de gebruiksvoorwaarden voor het nieuwe voedingsmiddel “astaxanthine-rijke oleohars uit de alg Haematococcus pluvialis” krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 297 van 20.8.2021, blz. 20).

160.    32021 R 1974: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1974 van de Commissie van 12 november 2021 tot toelating van het in de handel brengen van gedroogde vruchten van Synsepalum dulcificum als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 5).

161.    32021 R 1975: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1975 van de Commissie van 12 november 2021 tot toelating van het in de handel brengen van ingevroren, gedroogde en poedervormen van Locusta migratoria als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 10).


162.    32021 R 2029: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2029 van de Commissie van 19 november 2021 tot toelating van het in de handel brengen van 3-fucosyllactose (3-FL) als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 415 van 22.11.2021, blz. 9).

163.    32021 R 2079: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2079 van de Commissie van 26 november 2021 tot toelating van het in de handel brengen van vitamine D2-bevattend champignonpoeder als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 426 van 29.11.2021, blz. 16).

164.    32021 R 2129: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2129 van de Commissie van 2 december 2021 tot toelating van het in de handel brengen van calciumfructoboraat als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 432 van 3.12.2021, blz. 13).

165.    32021 R 2191: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2191 van de Commissie van 10 december 2021 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van verse planten van Wolffia arrhiza en/of Wolffia globosa als traditioneel levensmiddel uit een derde land krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 445 van 13.12.2021, blz. 1).

166.    32022 R 0047: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/47 van de Commissie van 13 januari 2022 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van gedroogde bessenpulp van Coffea arabica L. en/of Coffea canephora Pierre ex A.Froehner en de infusie daarvan als traditioneel levensmiddel uit een derde land krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 9 van 14.1.2022, blz. 29).


167.    32022 R 0168: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/168 van de Commissie van 8 februari 2022 tot toelating van het in de handel brengen van gepasteuriseerde Akkermansia muciniphilia als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 28 van 9.2.2022, blz. 5).

168.    32022 R 0169: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/169 van de Commissie van 8 februari 2022 tot toelating van het in de handel brengen van ingevroren, gedroogde en poedervormen van de meelworm (larve van Tenebrio molitor) als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 28 van 9.2.2022, blz. 10).

169.    32022 R 0187: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/187 van de Commissie van 10 februari 2022 tot toelating van het in de handel brengen van gecetyleerde vetzuren als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 30 van 11.2.2022, blz. 102).

170.    32022 R 0188: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/188 van de Commissie van 10 februari 2022 tot toelating van het in de handel brengen van ingevroren, gedroogde en poedervormen van Acheta domesticus als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 30 van 11.2.2022, blz. 108).

171.    32022 R 0196: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/196 van de Commissie van 11 februari 2022 tot toelating van een uitbreiding van het gebruik en tot wijziging van de specificaties van uv-behandelde bakkersgist (Saccharomyces cerevisiae) als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 31 van 14.2.2022, blz. 46).


172.    32022 R 0673: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/673 van de Commissie van 22 april 2022 tot toelating van het in de handel brengen van eiwit van mungbonen (Vigna radiata) als nieuw voedingsmiddel krachtens Verordening (EU) 2015/2283 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 van de Commissie (PB L 122 van 25.4.2022, blz. 27).

173.    32022 R 0961: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/961 van de Commissie van 20 juni 2022 tot toelating van het in de handel brengen van tetrahydrocurcuminoïden als nieuw voedingsmiddel en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 165 van 21.6.2022, blz. 41).

174.    32022 R 0965: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/965 van de Commissie van 21 juni 2022 tot toelating van het in de handel brengen van de pitten van het eetbare ras van Jatropha curcas L. als nieuw voedingsmiddel en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 166 van 22.6.2022, blz. 118).

175.    32022 R 1373: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1373 van de Commissie van 5 augustus 2022 tot toelating van het in de handel brengen van ijzerhydroxideadipaattartraat als nieuw voedingsmiddel en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 206 van 8.8.2022, blz. 28).

176.    32022 R 2534: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2534 van de Commissie van 21 december 2022 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van bèta-lactoglobuline (β-lactoglobuline) uit rundermelk als nieuw voedingsmiddel en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 328 van 22.12.2022, blz. 85).

177.    32022 R 2535: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2535 van de Commissie van 21 december 2022 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van gevriesdroogd mycelium van Antrodia camphorata in poedervorm als nieuw voedingsmiddel en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 328 van 22.12.2022, blz. 91).


178.    32023 R 0004: Uitvoeringsverordening (EU) 2023/4 van de Commissie van 3 januari 2023 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van vitamine D2-bevattend champignonpoeder als nieuw voedingsmiddel en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 2 van 4.1.2023, blz. 3).

179.    32023 R 0005:    Uitvoeringsverordening (EU) 2023/5 van de Commissie van 3 januari 2023 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van gedeeltelijk ontvet poeder verkregen uit Acheta domesticus (huiskrekel) als nieuw voedingsmiddel en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 2 van 4.1.2023, blz. 9).

180.    32023 R 0006: Uitvoeringsverordening (EU) 2023/6 van de Commissie van 3 januari 2023 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van met het mycelium van Lentinula edodes (shiitake-paddenstoel) gefermenteerd erwten- en rijsteiwit als nieuw voedingsmiddel en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 2 van 4.1.2023, blz. 16).

181.    32023 R 0007: Uitvoeringsverordening (EU) 2023/7 van de Commissie van 3 januari 2023 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van lacto-N-tetraose geproduceerd door afgeleide stammen van Escherichia coli BL21(DE3) als nieuw voedingsmiddel en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 2 van 4.1.2023, blz. 21).

182.    32023 R 0052: Uitvoeringsverordening (EU) 2023/52 van de Commissie van 4 januari 2023 tot toelating van het in de handel brengen van 3-fucosyllactose geproduceerd door een afgeleide stam van Escherichia coli BL21(DE3) als nieuw voedingsmiddel en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 3 van 5.1.2023, blz. 1).

183.    32023 R 0058: Uitvoeringsverordening (EU) 2023/58 van de Commissie van 5 januari 2023 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van ingevroren, pasta-, gedroogde en poedervormen van de larven van Alphitobius diaperinus (kleine meelworm) als nieuw voedingsmiddel en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 5 van 6.1.2023, blz. 10).


184.    32023 R 0065: Uitvoeringsverordening (EU) 2023/65 van de Commissie van 6 januari 2023 tot rectificatie van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 tot vaststelling van de Unielijst van nieuwe voedingsmiddelen, Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1648 tot toelating van het in de handel brengen van xylo-oligosachariden als nieuw voedingsmiddel, Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1686 tot verlening van een vergunning voor een uitbreiding van het gebruik van basisch weiproteïne-isolaat uit rundermelk als nieuw voedingsmiddel, en Uitvoeringsverordening (EU) 2021/96 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van 3’-sialyllactosenatriumzout als nieuw voedingsmiddel (PB L 6 van 9.1.2023, blz. 1).

185.    32023 R 0113: Uitvoeringsverordening (EU) 2023/113 van de Commissie van 16 januari 2023 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van 3’-sialyllactosenatriumzout geproduceerd door afgeleide stammen van Escherichia coli BL21(DE3) als nieuw voedingsmiddel en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2470 (PB L 15 van 17.1.2023, blz. 1).


HOOFDSTUK 12

IONISERENDE STRALING

1.    31999 L 0002: Richtlijn 1999/2/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 februari 1999 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake de behandeling van voedsel en voedselingrediënten met ioniserende straling (PB L 66 van 13.3.1999, blz. 16), zoals gewijzigd bij:

   32008 R 1137: Verordening (EG) nr. 1137/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2008 (PB L 311 van 21.11.2008, blz. 1),

   32003 R 1882: Verordening (EU) nr. 1882/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 29 september 2003 (PB L 284 van 31.10.2003, blz. 1).

2.    31999 L 0003: Richtlijn 1999/3/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 februari 1999 inzake de vaststelling van een communautaire lijst van voedsel en voedselingrediënten die mogen worden behandeld met ioniserende straling (PB L 66 van 13.3.1999, blz. 24).

3.    32002 D 0840: Beschikking 2002/840/EG van de Commissie van 23 oktober 2002 tot goedkeuring van de lijst van erkende installaties in derde landen voor de doorstraling van levensmiddelen (PB L 287 van 25.10.2002, blz. 40), zoals gewijzigd bij:

   32004 D 0691: Besluit 2004/691/EG van de Commissie van 7 oktober 2004 (PB L 314 van 13.10.2004, blz. 14),


   32007 D 0802: Besluit 2007/802/EG van de Commissie van 4 december 2007 (PB L 323 van 8.12.2007, blz. 40),

   32010 D 0172: Besluit 2010/172/EU van de Commissie van 22 maart 2010 (PB L 75 van 23.3.2010, blz. 33),

   32022 D 0120: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/120 van de Commissie van 26 januari 2022 (PB L 19 van 27.1.2022, blz. 72).


HOOFDSTUK 13

MINERAALWATER

1.    32009 L 0054: Richtlijn 2009/54/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 betreffende de exploitatie en het in de handel brengen van natuurlijk mineraalwater (PB L 64 van 26.6.2009, blz. 45).

2.    32003 L 0040: Richtlijn 2003/40/EG van de Commissie van 16 mei 2003 tot vaststelling van de lijst, de grenswaarden voor de concentratie en de vermelding op het etiket van bestanddelen van natuurlijk mineraalwater en van de voorwaarden voor het gebruik van met ozon verrijkte lucht bij de behandeling van natuurlijk mineraalwater en bronwater (PB L 126 van 22.5.2003, blz. 34).

3.    32010 R 0115: Verordening (EU) nr. 115/2010 van de Commissie van 9 februari 2010 tot vaststelling van de voorwaarden voor het gebruik van geactiveerd aluminiumoxide om fluoride uit natuurlijk mineraalwater en bronwater te verwijderen (PB L 37 van 10.2.2010, blz. 13).


HOOFDSTUK 14

INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN VAN DE UNIE

AFDELING A

EER-OVEREENKOMST

1.    21994 A 0103(74): Besluit van de Raad en de Commissie van 13 december 1993 betreffende de sluiting van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte tussen de Europese Gemeenschappen, hun lidstaten en de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland, de Republiek IJsland, het Vorstendom Liechtenstein, het Koninkrijk Noorwegen, het Koninkrijk Zweden en de Zwitserse Bondsstaat (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 1).

2.    21994 A 0103(74): Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte – Slotakte – Gemeenschappelijke verklaringen – Verklaringen van de lidstaten en de EVA-landen – Regelingen – Proces-verbaal van overeenstemming – Verklaringen van één of meerdere contracterende partijen betreffende de Europese Economische Ruimte (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 3).

3.    21994 A 0103(74): Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte – Bijlage II – Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie – Lijst bedoeld in artikel 23 (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 263), zoals gewijzigd bij:

   21994 D 1231: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 35/94 van 15 december 1994 (PB L 372 van 31.12.1994, blz. 8),


  • 21995 D 0302: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 6/95 van 27 januari 1995 (PB L 47 van 2.3.1995, blz. 26),

  • 21999 D 0708: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 71/98 van 31 juli 1998 (PB L 172 van 8.7.1999, blz. 50),

  • 21999 D 1028: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 106/98 van 27 november 1998 (PB L 277 van 28.10.1999, blz. 37),

  • 22000 D 1221: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 103/1999 van 24 september 1999 (PB L 325 van 21.12.2000, blz. 7),

  • 22001 D 0012: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 12/2001 van 23 februari 2001 (PB L 117 van 26.4.2001, blz. 7),

  • 22001 D 0105: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 105/2001 van 26 oktober 2001 (PB L 322 van 6.12.2001, blz. 11),

  • 22001 D 0106: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 106/2001 van 28 september 2001 (PB L 322 van 6.12.2001, blz. 13),

  • 22001 D 0109: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 109/2001 van 28 september 2001 (PB L 322 van 6.12.2001, blz. 18),

  • 22001 D 0136: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 136/2001 van 9 november 2001 (PB L 22 van 24.1.2002, blz. 26),


  • 22002 D 0029: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 29/2002 van 19 april 2002 (PB L 154 van 13.6.2002, blz. 8),

  • 22003 D 0073: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 73/2003 van 20 juni 2003 (PB L 257 van 9.10.2003, blz. 20),

  • 22004 D 0020: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 20/2004 van 19 maart 2004 (PB L 127 van 29.4.2004, blz. 124),

  • 22004 D 0021: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 21/2004 van 19 maart 2004 (PB L 127 van 29.4.2004, blz. 126),

  • 22005 D 0124: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 124/2004 van 24 september 2004 (PB L 64 van 10.3.2005, blz. 41),

  • 22005 D 0143: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 143/2004 van 29 oktober 2004 (PB L 102 van 21.4.2005, blz. 10),

  • 22005 D 0097: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 97/2005 van 8 juli 2005 (PB L 306 van 24.11.2005, blz. 24),

  • 22006 D 0022: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 22/2006 van 10 maart 2006 (PB L 147 van 1.6.2006, blz. 34),

  • 22006 D 0045: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 45/2006 van 28 april 2006 (PB L 175 van 29.6.2006, blz. 92),


  • 22006 D 0046: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 46/2006 van 28 april 2006 (PB L 175 van 29.6.2006, blz. 94),

  • 22007 D 0047: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 47/2007 van 8 juni 2007 (PB L 266 van 11.10.2007, blz. 4),

  • 22007 D 0103: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 103/2007 van 28 september 2007 (PB L 47 van 21.2.2008, blz. 18),

  • 22007 D 0134: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 134/2007 van 26 oktober 2007 (PB L 100 van 10.4.2008, blz. 33),

  • 22008 D 0001: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 1/2008 van 1 februari 2008 (PB L 154 van 12.6.2008, blz. 1),

  • 22008 D 0005: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 5/2008 van 1 februari 2008 (PB L 154 van 12.6.2008, blz. 9),

  • 22008 D 0006: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 6/2008 van 1 februari 2008 (PB L 154 van 12.6.2008, blz. 11),

  • 22009 D 0004: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 4/2009 van 5 februari 2009 (PB L 73 van 19.3.2009, blz. 36),

  • 22009 D 0005: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 5/2009 van 5 februari 2009 (PB L 73 van 19.3.2009, blz. 38),


  • 22009 D 0027: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 27/2009 van 17 maart 2009 (PB L 130 van 28.5.2009, blz. 19),

  • 22009 D 0060: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 60/2009 van 29 mei 2009 (PB L 232 van 3.9.2009, blz. 11),

  • 22009 D 0078: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 78/2009 van 3 juli 2009 (PB L 277 van 22.10.2009, blz. 27),

  • 22009 D 0126: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 126/2009 van 4 december 2009 (PB L 62 van 11.3.2010, blz. 13),

  • 22010 D 0018: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 18/2010 van 1 maart 2010 (PB L 143 van 10.6.2010, blz. 4),

  • 22010 D 0023: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 23/2010 van 12 maart 2010 (PB L 143 van 10.6.2010, blz. 16),

  • 22010 D 0024: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 24/2010 van 12 maart 2010 (PB L 143 van 10.6.2010, blz. 17),

  • 22010 D 0040: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 40/2010 van 30 april 2010 (PB L 181 van 15.7.2010, blz. 6),

  • 22010 D 0041: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 41/2010 van 30 april 2010 (PB L 181 van 15.7.2010, blz. 7),


  • 22010 D 0042: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 42/2010 van 30 april 2010 (PB L 181 van 15.7.2010, blz. 9),

  • 22010 D 0083: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 83/2010 van 2 juli 2010 (PB L 277 van 21.10.2010, blz. 37),

  • 22010 D 0100: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 100/2010 van 1 oktober 2010 (PB L 332 van 16.12.2010, blz. 50),

  • 22011 D 0013: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 13/2011 van 1 april 2011 (PB L 171 van 30.6.2011, blz. 10),

  • 22011 D 0029: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 29/2011 van 1 april 2011 (PB L 171 van 30.6.2011, blz. 28),

  • 22011 D 0050: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 50/2011 van 20 mei 2011 (PB L 196 van 28.7.2011, blz. 29),

  • 22011 D 0059: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 59/2011 van 1 juli 2011 (PB L 262 van 6.10.2011, blz. 1),

  • 22011 D 0068: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 68/2011 van 1 juli 2011 (PB L 262 van 6.10.2011, blz. 23),

  • 22011 D 0069: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 69/2011 van 1 juli 2011 (PB L 262 van 6.10.2011, blz. 24).


  • 22011 D 0070: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 70/2011 van 1 juli 2011 (PB L 262 van 6.10.2011, blz. 26),

  • 22011 D 0112: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 112/2011 van 21 oktober 2011 (PB L 341 van 22.12.2011, blz. 72),

  • 22011 D 0114: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 114/2011 van 21 oktober 2011 (PB L 341 van 22.12.2011, blz. 76),

  • 22011 D 0115: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 115/2011 van 21 oktober 2011 (PB L 341 van 22.12.2011, blz. 78),

  • 22011 D 0124: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 124/2011 van 2 december 2011 (PB L 76 van 15.3.2012, blz. 3),

  • 22011 D 0128: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 128/2011 van 2 december 2011 (PB L 76 van 15.3.2012, blz. 11),

  • 22011 D 0129: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 129/2011 van 2 december 2011 (PB L 76 van 15.3.2012, blz. 12),

  • 22012 D 0003: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 3/2012 van 10 februari 2012 (PB L 161 van 21.6.2012, blz. 5),

  • 22012 D 0009: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 9/2012 van 10 februari 2012 (PB L 161 van 21.6.2012, blz. 15),


  • 22012 D 0045: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 45/2012 van 30 maart 2012 (PB L 207 van 2.8.2012, blz. 24),

  • 22012 D 0076: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 76/2012 van 30 april 2012 (PB L 248 van 13.9.2012, blz. 6),

  • 22012 D 0079: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 79/2012 van 30 april 2012 (PB L 248 van 13.9.2012, blz. 11),

  • 22012 D 0080: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 80/2012 van 30 april 2012 (PB L 248 van 13.9.2012, blz. 13),

  • 22012 D 0082: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 82/2012 van 30 april 2012 (PB L 248 van 13.9.2012, blz. 18),

  • 22012 D 0083: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 83/2012 van 30 april 2012 (PB L 248 van 13.9.2012, blz. 19),

  • 22012 D 0084: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 84/2012 van 30 april 2012 (PB L 248 van 13.9.2012, blz. 21),

  • 22012 D 0085: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 85/2012 van 30 april 2012 (PB L 248 van 13.9.2012, blz. 22),

  • 22012 D 0086: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 86/2012 van 30 april 2012 (PB L 248 van 13.9.2012, blz. 23),


  • 22012 D 0105: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 105/2012 van 15 juni 2012 (PB L 270 van 4.10.2013, blz. 4),

  • 22012 D 0159: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 159/2012 van 28 september 2012 (PB L 341 van 13.12.2012, blz. 9),

  • 22012 D 0192: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 192/2012 van 26 oktober 2012 (PB L 21 van 24.1.2013, blz. 38),

  • 22012 D 0193: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 193/2012 van 26 oktober 2012 (PB L 21 van 24.1.2013, blz. 41),

  • 22012 D 0206: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 206/2012 van 7 december 2012 (PB L 81 van 21.3.2013, blz. 3),

  • 22012 D 0207: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 207/2012 van 7 december 2012 (PB L 81 van 21.3.2013, blz. 6),

  • 22013 D 0034: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 34/2013 van 15 maart 2013 (PB L 231 van 29.8.2013, blz. 8),

  • 22013 D 0035: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 35/2013 van 15 maart 2013 (PB L 231 van 29.8.2013, blz. 10),

  • 22013 D 0055: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 55/2013 van 3 mei 2013 (PB L 291 van 31.10.2013, blz. 6),


  • 22013 D 0056: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 56/2013 van 3 mei 2013 (PB L 291 van 31.10.2013, blz. 8),

  • 22013 D 0063: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 63/2013 van 3 mei 2013 (PB L 291 van 31.10.2013, blz. 16),

  • 22013 D 0064: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 64/2013 van 3 mei 2013 (PB L 291 van 31.10.2013, blz. 19),

  • 22013 D 0109: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 109/2013 van 14 juni 2013 (PB L 318 van 28.11.2013, blz. 10),

  • 22013 D 0110: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 110/2013 van 14 juni 2013 (PB L 318 van 28.11.2013, blz. 11),

  • 22013 D 0137: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 137/2013 van 15 juli 2013 (PB L 345 van 19.12.2013, blz. 5),

  • 22013 D 0154: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 154/2013 van 8 oktober 2013 (PB L 58 van 27.2.2014, blz. 5),

  • 22013 D 0157: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 157/2013 van 8 oktober 2013 (PB L 58 van 27.2.2014, blz. 9),

  • 22013 D 0186: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 186/2013 van 8 november 2013 (PB L 92 van 27.3.2014, blz. 12),


  • 22013 D 0187: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 187/2013 van 8 november 2013 (PB L 92 van 27.3.2014, blz. 13),

  • 22013 D 0188: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 188/2013 van 8 november 2013 (PB L 92 van 27.3.2014, blz. 14),

  • 22013 D 0189: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 189/2013 van 8 november 2013 (PB L 92 van 27.3.2014, blz. 15),

  • 22013 D 0190: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 190/2013 van 8 november 2013 (PB L 92 van 27.3.2014, blz. 16),

  • 22013 D 0220: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 220/2013 van 13 december 2013 (PB L 154 van 22.5.2014, blz. 13),

  • 22013 D 0222: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 222/2013 van 13 december 2013 (PB L 154 van 22.5.2014, blz. 17),

  • 22014 D 0116: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 116/2014 van 27 juni 2014 (PB L 342 van 27.11.2014, blz. 6),

  • 22014 D 0117: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 117/2014 van 27 juni 2014 (PB L 342 van 27.11.2014, blz. 8),

  • 22014 D 0175: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 175/2014 van 25 september 2014 (PB L 200 van 30.7.2015, blz. 23),


  • 22014 D 0176: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 176/2014 van 25 september 2014 (PB L 200 van 30.7.2015, blz. 25),

  • 22014 D 0177: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 177/2014 van 25 september 2014 (PB L 200 van 30.7.2015, blz. 27),

  • 22014 D 0214: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 214/2014 van 24 oktober 2014 (PB L 230 van 3.9.2015, blz. 10),

  • 22014 D 0215: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 215/2014 van 24 oktober 2014 (PB L 230 van 3.9.2015, blz. 12),

  • 22014 D 0216: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 216/2014 van 24 oktober 2014 (PB L 230 van 3.9.2015, blz. 14),

  • 22014 D 0217: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 217/2014 van 24 oktober 2014 (PB L 230 van 3.9.2015, blz. 15),

  • 22015 D 2126: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 259/2014 van 12 december 2014 (PB L 311 van 26.11.2015, blz. 8),

  • 22015 D 2127: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 260/2014 van 12 december 2014 (PB L 311 van 26.11.2015, blz. 9),

  • 22015 D 2128: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 261/2014 van 12 december 2014 (PB L 311 van 26.11.2015, blz. 11),


  • 22015 D 2129: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 262/2014 van 12 december 2014 (PB L 311 van 26.11.2015, blz. 12),

  • 22016 D 0499: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 11/2015 van 25 februari (PB L 93 van 7.4.2016, blz. 18),

  • 22016 D 0501: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 13/2015 van 25 februari 2015 (PB L 93 van 7.4.2016, blz. 22),

  • 22016 D 0502: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 14/2015 van 25 februari 2015 (PB L 93 van 7.4.2016, blz. 24),

  • 22016 D 0727: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 44/2015 van 20 maart 2015 (PB L 129 van 19.5.2016, blz. 20),

  • 22016 D 0728: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 45/2015 van 20 maart 2015 (PB L 129 van 19.5.2016, blz. 22),

  • 22016 D 0729: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 46/2015 van 20 maart 2015 (PB L 129 van 19.5.2016, blz. 24),

  • 22016 D 0730: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 47/2015 van 20 maart 2015 (PB L 129 van 19.5.2016, blz. 26),

  • 22016 D 0731: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 48/2015 van 20 maart 2015 (PB L 129 van 19.5.2016, blz. 28),


  • 22016 D 0732: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 49/2015 van 20 maart 2015 (PB L 129 van 19.5.2016, blz. 29),

  • 22016 D 0733: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 50/2015 van 20 maart 2015 (PB L 129 van 19.5.2016, blz. 31),

  • 22016 D 1270: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 87/2015 van 30 april 2015 (PB L 211 van 4.8.2016, blz. 24),

  • 22017 D 0017: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 177/2015 van 10 juli 2015 (PB L 8 van 12.1.2017, blz. 5),

  • 22017 D 0516: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 209/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 24),

  • 22017 D 0517: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 210/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 26),

  • 22017 D 0518: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 211/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 28),

  • 22017 D 1035: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 246/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 22),

  • 22017 D 1036: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 247/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 23),


  • 22017 D 1037: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 248/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 25),

  • 22017 D 1038: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 249/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 26),

  • 22017 D 1040: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 251/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 30),

  • 22017 D 1041: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 252/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 32),

  • 22017 D 1042: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 253/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 33),

  • 22017 D 1043: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 254/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 35),

  • 22017 D 1044: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 255/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 37),

  • 22017 D 1287: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 4/2016 van 5 februari 2016 (PB L 189 van 20.7.2017, blz. 7),

  • 22017 D 1295: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 12/2016 van 5 februari 2016 (PB L 189 van 20.7.2017, blz. 17),


  • 22017 D 1296: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 13/2016 van 5 februari 2016 (PB L 189 van 20.7.2017, blz. 18),

  • 22017 D 1297: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 14/2016 van 5 februari 2016 (PB L 189 van 20.7.2017, blz. 19),

  • 22017 D 1298: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 15/2016 van 5 februari 2016 (PB L 189 van 20.7.2017, blz. 20),

  • 22017 D 1299: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 16/2016 van 5 februari 2016 (PB L 189 van 20.7.2017, blz. 22),

  • 22017 D 1874: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 44/2016 van 18 maart 2016 (PB L 270 van 19.10.2017, blz. 7),

  • 22017 D 1875: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 45/2016 van 18 maart 2016 (PB L 270 van 19.10.2017, blz. 9),

  • 22017 D 1877: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 47/2016 van 18 maart 2016 (PB L 270 van 19.10.2017, blz. 13),

  • 22017 D 1878: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 48/2016 van 18 maart 2016 (PB L 270 van 19.10.2017, blz. 15),

  • 22017 D 2029: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 79/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 22),


  • 22017 D 2030: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 80/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 24),

  • 22017 D 2031: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 81/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 25),

  • 22017 D 2125: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 107/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 5),

  • 22017 D 2129: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 111/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 12),

  • 22017 D 2130: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 112/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 14),

  • 22017 D 2131: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 113/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 16),

  • 22017 D 2132: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 114/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 17),

  • 22017 D 2133: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 115/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 18),

  • 22017 D 2134: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 116/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 19),


  • 22017 D 2135: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 117/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 20),

  • 22018 D 0358: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 136/2016 van 8 juli 2016 (PB L 73 van 15.3.2018, blz. 4),

  • 22018 D 0361: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 139/2016 van 8 juli 2016 (PB L 73 van 15.3.2018, blz. 9),

  • 22018 D 0362: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 140/2016 van 8 juli 2016 (PB L 73 van 15.3.2018, blz. 11),

  • 22018 D 0363: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 141/2016 van 8 juli 2016 (PB L 73 van 15.3.2018, blz. 12),

  • 22018 D 0364: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 142/2016 van 8 juli 2016 (PB L 73 van 15.3.2018, blz. 13),

  • 22018 D 0365: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 143/2016 van 8 juli 2016 (PB L 73 van 15.3.2018, blz. 14),

  • 22018 D 0366: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 144/2016 van 8 juli 2016 (PB L 73 van 15.3.2018, blz. 16),

  • 22018 D 0367: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 145/2016 van 8 juli 2016 (PB L 73 van 15.3.2018, blz. 18),


  • 22018 D 0428: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 170/2016 van 23 september 2016 (PB L 80 van 22.3.2018, blz. 10),

  • 22018 D 0429: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 171/2016 van 23 september 2016 (PB L 80 van 22.3.2018, blz. 11),

  • 22018 D 0430: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 172/2016 van 23 september 2016 (PB L 80 van 22.3.2018, blz. 13),

  • 22018 D 0529: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 208/2016 van 28 oktober 2016 (PB L 89 van 5.4.2018, blz. 10),

  • 22018 D 1157: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 219/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 5),

  • 22018 D 1166: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 228/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 19),

  • 22018 D 1167: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 229/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 21),

  • 22018 D 1168: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 230/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 22),

  • 22018 D 1169: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 231/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 24),


  • 22018 D 1170: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 232/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 26),

  • 22018 D 1171: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 233/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 28),

  • 22018 D 1746: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 12/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 15),

  • 22018 D 1747: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 13/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 16),

  • 22018 D 1754: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 20/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 25),

  • 22018 D 1755: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 21/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 26),

  • 22018 D 1756: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 22/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 28),

  • 22018 D 1757: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 23/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 29),

  • 22018 D 1758: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 24/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 30),


  • 22018 D 1816: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 52/2017 van 17 maart 2017 (PB L 305 van 29.11.2018, blz. 17),

  • 22019 D 0194: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 82/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 26),

  • 22019 D 0197: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 85/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 31),

  • 22019 D 0198: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 86/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 33),

  • 22019 D 0199: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 87/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 34),

  • 22019 D 0730: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 123/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 12),

  • 22019 D 0731: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 124/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 14),

  • 22019 D 0732: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 125/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 16),

  • 22019 D 0733: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 126/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 17),


  • 22019 D 0734: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 127/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 19),

  • 22019 D 0735: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 128/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 20),

  • 22019 D 1047: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 159/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 15),

  • 22019 D 1048: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 160/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 17),

  • 22019 D 1049: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 161/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 18),

  • 22019 D 1050: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 162/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 19),

  • 22019 D 1051: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 163/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 21),

  • 22019 D 1052: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 164/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 23),

  • 22019 D 1053: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 165/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 25),


  • 22019 D 1054: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 166/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 26),

  • 22019 D 1055: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 167/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 28),

  • 22019 D 1629: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 221/2017 van 15 december 2017 (PB L 254 van 3.10.2019, blz. 26),

  • 22019 D 2042: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 6/2018 van 9 februari 2018 (PB L 323 van 12.12.2019, blz. 11),

  • 22019 D 2043: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 7/2018 van 9 februari 2018 (PB L 323 van 12.12.2019, blz. 14),

  • 22019 D 2047: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 11/2018 van 9 februari 2018 (PB L 323 van 12.12.2019, blz. 22),

  • 22019 D 2048: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 12/2018 van 9 februari 2018 (PB L 323 van 12.12.2019, blz. 24),

  • 22019 D 2049: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 13/2018 van 9 februari 2018 (PB L 323 van 12.12.2019, blz. 26),

  • 22020 D 0056: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 39/2018 van 23 maart 2018 (PB L 26 van 30.1.2020, blz. 9),


  • 22020 D 0063: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 46/2018 van 23 maart 2018 (PB L 26 van 30.1.2020, blz. 22),

  • 22020 D 0064: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 47/2018 van 23 maart 2018 (PB L 26 van 30.1.2020, blz. 24),

  • 22020 D 0298: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 279/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 8),

  • 22020 D 0299: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 280/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 10),

  • 22020 D 0300: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 281/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 12),

  • 22020 D 0301: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 282/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 14),

  • 22020 D 0303: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 284/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 17),

  • 22020 D 0307: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 288/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 24),

  • 22020 D 0309: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 291/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 28),


  • 22020 D 0310: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 292/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 29),

  • 22020 D 0311: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 293/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 30),

  • 22020 D 0312: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 294/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 8),

  • 22020 D 0801: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 47/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 3),

  • 22020 D 0810: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 56/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 20),

  • 22020 D 0812: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 58/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 23),

  • 22020 D 0813: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 59/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 25),

  • 22020 D 0814: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 60/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 26),

  • 22020 D 0815: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 61/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 28),


  • 22020 D 0816: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 62/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 29),

  • 22020 D 0817: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 63/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 30),

  • 22020 D 0923: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 4/2019 van 8 februari 2019 (PB L 228 van 16.7.2020, blz. 7),

  • 22020 D 0926: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 7/2019 van 8 februari 2019 (PB L 228 van 16.7.2020, blz. 13),

  • 22020 D 0927: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 8/2019 van 8 februari 2019 (PB L 228 van 16.7.2020, blz. 14),

  • 22020 D 0928: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 9/2019 van 8 februari 2019 (PB L 228 van 16.7.2020, blz. 16),

  • 22020 D 1445: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 85/2018 van 27 april 2018 (PB L 340 van 15.10.2020, blz. 15),

  • 22020 D 1446: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 86/2018 van 27 april 2018 (PB L 340 van 15.10.2020, blz. 17),

  • 22021 D 0197: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 135/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 23),


  • 22021 D 0198: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 136/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 24),

  • 22021 D 0199: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 137/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 26),

  • 22021 D 0200: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 138/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 27),

  • 22021 D 0201: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 139/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 29),

  • 22021 D 0202: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 140/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 30),

  • 22021 D 1495: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 228/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 13),

  • 22021 D 1496: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 229/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 15),

  • 22021 D 1497: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 230/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 17),

  • 22021 D 1499: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 232/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 20),


  • 22021 D 1500: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 233/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 22),

  • 22021 D 1501: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 234/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 24),

  • 22021 D 1502: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 235/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 26),

  • 22021 D 1504: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 237/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 29),

  • 22022 D 1116: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 48/2022 van 18 maart 2022 (PB L 182 van 7.7.2022, blz. 16),

  • 22022 D 1128: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 60/2022 van 18 maart 2022 (PB L 182 van 7.7.2022, blz. 36),

  • 22022 D 1129: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 61/2022 van 18 maart 2022 (PB L 182 van 7.7.2022, blz. 38),

  • 22022 D 1130: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 62/2022 van 18 maart 2022 (PB L 182 van 7.7.2022, blz. 39),

  • 22022 D 1550: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 106/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 35),


  • 22022 D 1551: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 107/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 37),

  • 22022 D 1557: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 113/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 49),

  • 22022 D 1558: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 114/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 51),

  • 22022 D 1559: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 115/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 52),

  • 22022 D 1560: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 116/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 54),

  • 22022 D 1561: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 117/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 56),

  • 22022 D 1562: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 118/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 58),

  • 22022 D 2010: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 112/2019 van 8 mei 2019 (PB L 279 van 27.10.2022, blz. 8),

  • 22022 D 2011: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 113/2019 van 8 mei 2019 (PB L 279 van 27.10.2022, blz. 10),


  • 22022 D 2012: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 114/2019 van 8 mei 2019 (PB L 279 van 27.10.2022, blz. 11),

  • 22022 D 2013: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 115/2019 van 8 mei 2019 (PB L 279 van 27.10.2022, blz. 13),

  • 22022 D 2139: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 147/2019 van 14 juni 2019 (PB L 291 van 10.11.2022, blz. 20),

  • 22022 D 2141: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 149/2019 van 14 juni 2019 (PB L 291 van 10.11.2022, blz. 24),

  • 22022 D 2142: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 150/2019 van 14 juni 2019 (PB L 291 van 10.11.2022, blz. 26),

  • 22022 D 2208: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 184/2019 van 10 juli 2019 (PB L 298 van 17.11.2022, blz. 3),

  • 22022 D 2209: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 185/2019 van 10 juli 2019 (PB L 298 van 17.11.2022, blz. 5).


Een geconsolideerde versie van bijlage II (in twee delen) is beschikbaar op de volgende adressen:

Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie – deel I:

http://secretariat.efta.int/legal-texts/eea/~/media/Documents/legal-texts/eea/the-eea-agreement/Annexes%20to%20the%20Agreement/annex2a.pdf

Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie – deel II:

http://secretariat.efta.int/legal-texts/eea/~/media/Documents/legal-texts/eea/the-eea-agreement/Annexes%20to%20the%20Agreement/annex2b.pdf

AFDELING B

AANBEVELING VAN DE TOEZICHTHOUDENDE AUTORITEIT VAN DE EVA

4.    E2013 C 0093: Aanbeveling nr. 93/13/COL van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA van 21 februari 2013 betreffende een gecoördineerd controleplan ter opsporing van frauduleuze praktijken bij de handel in bepaalde levensmiddelen (PB L 118 van 30.4.2013, blz. 44).


AFDELING C

BESLUIT VAN DE TOEZICHTHOUDENDE AUTORITEIT VAN DE EVA

5.    E2020 C 0151: Gedelegeerd Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nr. 151/20/COL van 11 december 2020 tot vaststelling van een in de EER-EVA-staten uit te voeren controleprogramma voor het jaar 2021 om toe te zien op de toepassing van de EER-wetgeving op het gebied van levensmiddelen en veterinaire aangelegenheden (PB L 66 van 25.2.2021, blz. 66).


DEEL V

SPECIFIEKE VOORSCHRIFTEN VOOR DIERVOEDERS

Andorra past alle verplichtingen toe die voortvloeien uit de door de EU gesloten internationale overeenkomsten, voor zover die verplichtingen betrekking hebben op specifieke voorschriften voor diervoeders die nodig zijn voor de goede werking van deze overeenkomst.

HOOFDSTUK 1

HET IN DE HANDEL BRENGEN EN HET GEBRUIK VAN DIERVOEDERS

1.    32009 R 0767: Verordening (EG) nr. 767/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende het in de handel brengen en het gebruik van diervoeders, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 79/373/EEG van de Raad, Richtlijn 80/511/EEG van de Commissie, Richtlijnen 82/471/EEG, 83/228/EEG, 93/74/EEG, 93/113/EG en 96/25/EG van de Raad en Beschikking 2004/217/EG van de Commissie (PB L 229 van 1.9.2009, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 310 van 6.12.2018, blz. 22, zoals gewijzigd bij:

   32010 R 0568: Verordening (EU) nr. 568/2010 van de Commissie van 29 juni 2010 (PB L 163 van 30.6.2010, blz. 30),

   32010 R 0939: Verordening (EU) nr. 939/2010 van de Commissie van 20 oktober 2010 (PB L 277 van 21.10.2010, blz. 4),


   32017 R 2279: Verordening (EU) 2017/2279 van de Commissie van 11 december 2017 (PB L 328 van 12.12.2017, blz. 3).

2.    31982 L 0475: Richtlijn 82/475/EEG van de Commissie van 23 juni 1982 tot vaststelling van de categorieën van ingrediënten die mogen worden gebruikt voor het etiketteren van mengvoeders voor huisdieren, zoals gewijzigd bij:

   31991 L 0334: Richtlijn 91/334/EEG van de Commissie op 6 juni 1991 (PB L 184 van 10.7.1991, blz. 27),

   31998 L 0067: Richtlijn 98/67/EG van de Commissie van 7 september 1998 (PB L 261 van 24.9.1998, blz. 10).

3.    32011 H 0025: Aanbeveling 2011/25/EU van de Commissie van 14 januari 2011 tot vaststelling van richtsnoeren voor het onderscheid tussen voedermiddelen, toevoegingsmiddelen, biociden en geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik (PB L 11 van 15.1.2011, blz. 75).

4.    32013 R 0068: Verordening (EU) nr. 68/2013 van de Commissie van 16 januari 2013 betreffende de catalogus van voedermiddelen (PB L 29 van 30.1.2013, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 101: Verordening (EU) 2017/1017 van de Commissie van 15 juni 2017 (PB L 159 van 21.6.2017, blz. 48),

   32022 R 1104: Verordening (EU) 2022/1104 van de Commissie van 1 juli 2022 (PB L 177 van 4.7.2022, blz. 4).


5.    32020 R 0354: Verordening (EU) 2020/354 van de Commissie van 4 maart 2020 tot vaststelling van een lijst van bestemmingen voor diervoeders met bijzonder voedingsdoel en tot intrekking van Richtlijn 2008/38/EG (PB L 67 van 5.3.2020, blz. 1).


HOOFDSTUK 2

TOEVOEGINGSMIDDELEN IN DIERVOEDING

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de in dit hoofdstuk opgenomen rechtshandelingen met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing op de in dit hoofdstuk opgenomen rechtshandelingen. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting zorgt Andorra ervoor dat de bepalingen inzake markttoezicht en corrigerende maatregelen worden toegepast.

1.    32003 R 1831: Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding (PB L 268 van 18.10.2003, blz. 29), zoals gewijzigd bij:

   32005 R 0378: Verordening (EG) nr. 378/2005 van de Commissie van 4 maart 2005 (PB L 59 van 5.3.2005, blz. 8),

   32009 R 0386: Verordening (EG) nr. 386/2009 van de Commissie van 12 mei 2009 (PB L 118 van 13.5.2009, blz. 66),

   32009 R 0596: Verordening (EG) nr. 596/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 (PB L 188 van 18.7.2009, blz. 14),


   32009 R 0767: Verordening (EG) nr. 767/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 (PB L 229 van 1.9.2009, blz. 1),

   32015 R 0327: Verordening (EU) 2015/327 van de Commissie van 2 maart 2015 (PB L 58 van 3.3.2015, blz. 46),

   32015 R 2294: Verordening (EU) 2015/2294 van de Commissie van 9 december 2015 (PB L 324 van 10.12.2015, blz. 3),

   32019 R 0962: Verordening (EU) 2019/962 van de Commissie van 12 juni 2019 (PB L 156 van 13.6.2019, blz. 1),

   32019 R 1381: Verordening (EU) 2019/1381 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 231 van 6.9.2019, blz. 1).

2.    52004 XC 0225(03): Lijst van toegestane toevoegingsmiddelen in diervoeders bekendgemaakt krachtens artikel 9.T, punt b), van Richtlijn 70/524/EEG van de Raad betreffende toevoegingsmiddelen in de diervoeding (situatie per 15 juli 2003) (PB C 50 van 25.2.2004, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32003 R 1334: Verordening (EG) nr. 1334/2003 van 25 juli 2003 (PB L 187 van 26.7.2003, blz. 11), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 0107: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 107/2014 van de Commissie van 5 februari 2014 (PB L 36 van 6.2.2014, blz. 7),

   32016 R 1095: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1095 van de Commissie van 6 juli 2016 (PB L 182 van 7.7.2016, blz. 7),


   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1),

   32017 R 2330: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2330 van de Commissie van 14 december 2017 (PB L 333 van 15.12.2017, blz. 41),

   32003 R 1801: Verordening (EG) nr. 1801/2003 van de Commissie van 14 oktober 2003 (PB L 264 van 15.10.2003, blz. 16),

   32003 R 1847: Verordening (EG) nr. 1847/2003 van 20 oktober 2003 (PB L 269 van 21.10.2003, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 1018: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1018/2012 van de Commissie van 5 november 2012 (PB L 307 van 7.11.2012, blz. 56),

   32003 R 2112: Verordening (EG) nr. 2112/2003 van de Commissie van 1 december 2003 (PB L 317 van 2.12.2003, blz. 22),

   32003 R 2154: Verordening (EG) nr. 2154/2003 van de Commissie van 10 december 2003 (PB L 324 van 11.12.2003, blz. 11),

   32004 R 0490: Verordening (EG) nr. 490/2004 van de Commissie van 16 maart 2004 (PB L 79 van 17.3.2004, blz. 23),

   32004 R 0879: Verordening (EG) nr. 879/2004 van de Commissie van 29 april 2004 (PB L 162 van 30.4.2004, blz. 65),


   32004 R 1288: Verordening (EG) nr. 1288/2004 van 14 juli 2004 (PB L 243 van 15.7.2004, blz. 10), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 1018: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1018/2012 van de Commissie van 5 november 2012 (PB L 307 van 7.11.2012, blz. 56),

   32013 R 1061: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1061/2013 van de Commissie van 29 oktober 2013 (PB L 289 van 31.10.2013, blz. 38),

   32013 R 1101: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1101/2013 van de Commissie van 6 november 2013 (PB L 296 van 7.11.2013, blz. 1),

   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1),

   32020 R 0147: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/147 van de Commissie van 3 februari 2020 (PB L 31 van 4.2.2020, blz. 7),

   32004 R 1356: Verordening (EG) nr. 1356/2004 van 26 juli 2004 (PB L 251 van 27.7.2004, blz. 6), zoals gewijzigd bij:

   32007 R 0108: Verordening (EG) nr. 108/2007 van de Commissie van 5 februari 2007 (PB L 31 van 6.2.2007, blz. 4),

   32008R1096: Verordening (EG) nr. 1096/2008 van de Commissie van 6 november 2008 (PB L 298 van 7.11.2008, blz. 5),


   32019 R 0138: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/138 van de Commissie van 29 januari 2019 (PB L 26 van 30.1.2019, blz. 1),

   32004 R 1464: Verordening (EG) nr. 1464/2004 van 17 augustus 2004 (PB L 270 van 18.8.2004, blz. 8), zoals gewijzigd bij:

   32006 R 0545: Verordening (EG) nr. 545/2006 van de Commissie van 31 maart 2006 (PB L 94 van 1.4.2006, blz. 26),

   32010 R 0884: Verordening (EU) nr. 884/2010 van de Commissie van 7 oktober 2010 (PB L 265 van 8.10.2010, blz. 4),

   32019 R 0138: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/138 van de Commissie van 29 januari 2019 (PB L 26 van 30.1.2019, blz. 1),

   32004 R 1800: Verordening (EG) nr. 1800/2004 van 15 oktober 2004 (PB L 317 van 16.10.2004, blz. 37), zoals gewijzigd bij:

   32009 R 0101: Verordening (EG) nr. 101/2009 van de Commissie van 3 februari 2009 (PB L 34 van 4.2.2009, blz. 5),

   32009 R 0214: Verordening (EG) nr. 214/2009 van de Commissie van 18 maart 2009 (PB L 73 van 19.3.2009, blz. 12),

   32012 R 0118: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 118/2012 van de Commissie van 10 februari 2012 (PB L 38 van 11.2.2012, blz. 36),


   32013 R 1014: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1014/2013 van de Commissie van 22 oktober 2013 (PB L 281 van 23.10.2013, blz. 1),

   32020 R 0148: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/148 van de Commissie van 3 februari 2020 (PB L 33 van 5.2.2020, blz. 1),

   32005 R 0255: Verordening (EG) nr. 255/2005 van 15 februari 2005 (PB L 45 van 16.2.2005, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32011 R 0171: Verordening (EU) nr. 171/2011 van de Commissie van 23 februari 2011 (PB L 49 van 24.2.2011, blz. 11),

   32015 R 1053: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1053 van de Commissie van 1 juli 2015 (PB L 171 van 2.7.2015, blz. 8),

   32015 R 1399: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1399 van de Commissie van 17 augustus 2015 (PB L 217 van 18.8.2015, blz. 1),

   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1),

   32005 R 0358: Verordening (EG) nr. 358/2005 van 2 maart 2005 (PB L 57 van 3.3.2005, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0643: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 643/2013 van de Commissie van 4 juli 2013 (PB L 186 van 5.7.2013, blz. 7),


   32017 R 0429: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/429 van de Commissie van 10 maart 2017 (PB L 66 van 11.3.2017, blz. 4),

   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1),

   32005 R 0521: Verordening (EC) nr. 521/2005 van 1 april 2005 (PB L 84 van 2.4.2005, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1),

   32005 R 0600: Verordening (EG) nr. 600/2005 van 18 april 2005 (PB L 99 van 19.4.2005, blz. 5), zoals gewijzigd bij:

   32007 R 0496: Verordening (EG) nr. 496/2007 van de Commissie van 4 mei 2007 (PB L 117 van 5.5.2007, blz. 9),

   32009 R 0202: Verordening (EG) nr. 202/2009 van de Commissie van 16 maart 2009 (PB L 71 van 17.3.2009, blz. 8),

   32011 R 0516: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 516/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 (PB L 138 van 26.5.2011, blz. 43),

   32012 R 0118: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 118/2012 van de Commissie van 10 februari 2012 (PB L 38 van 11.2.2012, blz. 36),


   32012 R 0334: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 334/2012 van de Commissie van 19 april 2012 (PB L 108 van 20.4.2012, blz. 6),

   32013 R 1014: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1014/2013 van de Commissie van 22 oktober 2013 (PB L 281 van 23.10.2013, blz. 1),

   32017 R 0447: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/447 van de Commissie van 14 maart 2017 (PB L 69 van 15.3.2017, blz. 18),

   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1),

   32005 R 0943: Verordening (EG) nr. 943/2005 van 21 juni 2005 (PB L 159 van 22.6.2005, blz. 6), zoals gewijzigd bij:

   32011 R 0361: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 361/2011 van de Commissie van 13 april 2011 (PB L 100 van 14.4.2011, blz. 22),

   32014 R 0290: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 290/2014 van de Commissie van 21 maart 2014 (PB L 87 van 22.3.2014, blz. 84),

   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1),


   32005 R 1200: Verordening (EG) nr. 1200/2005 van 26 juli 2005 (PB L 195 van 27.7.2005, blz. 6), zoals gewijzigd bij:

   32006 R 1445: Verordening (EG) nr. 1445/2006 van de Commissie van 29 september 2006 (PB L 271 van 30.9.2006, blz. 22),

   32008 R 0516: Verordening (EG) nr. 516/2008 van de Commissie van 10 juni 2008 (PB L 151 van 11.6.2008, blz. 3),

   32012 R 1018: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1018/2012 van de Commissie van 5 november 2012 (PB L 307 van 7.11.2012, blz. 56),

   32015 R 1053: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1053 van de Commissie van 1 juli 2015 (PB L 171 van 2.7.2015, blz. 8),

   32015 R 1399: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1399 van de Commissie van 17 augustus 2015 (PB L 217 van 18.8.2015, blz. 1),

   32005 R 1206: Verordening (EG) nr. 1206/2005 van 27 juli 2005 (PB L 197 van 28.7.2005, blz. 12), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0403: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 403/2013 van de Commissie van 2 mei 2013 (PB L 121 van 3.5.2013, blz. 26),

   32014 R 0290: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 290/2014 van de Commissie van 21 maart 2014 (PB L 87 van 22.3.2014, blz. 84),


   32017 R 0211: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/211 van de Commissie van 7 februari 2017 (PB L 33 van 8.2.2017, blz. 23),

   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1),

   32005 R 1458: Verordening (EG) nr. 1458/2005 van 8 september 2005 (PB L 233 van 9.9.2005, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1),

   32005 R 1810: Verordening (EG) nr. 1810/2005 van 4 november 2005 (PB L 291 van 5.11.2005, blz. 5), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0651: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 651/2013 van de Commissie van 9 juli 2013 (PB L 189 van 10.7.2013, blz. 1),

   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1),

   32005 R 1811: Verordening (EG) nr. 1811/2005 van 4 november 2005 (PB L 291 van 5.11.2005, blz. 12), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 1018: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1018/2012 van de Commissie van 5 november 2012 (PB L 307 van 7.11.2012, blz. 56),


   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1),

   32020 R 0147: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/147 van de Commissie van 3 februari 2020 (PB L 31 van 4.2.2020, blz. 7),

   32005 R 1812: Verordening (EG) nr. 1812/2005 van de Commissie van 4 november 2005 (PB L 291 van 5.11.2005, blz. 18),

   32005 R 1980: Verordening (EG) nr. 1980/2005 van de Commissie van 5 december 2005 (PB L 318 van 6.12.2005, blz. 3),

   32005 R 2036: Verordening (EG) nr. 2036/2005 van 14 december 2005 (PB L 328 van 15.12.2005, blz. 13), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 1018: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1018/2012 van de Commissie van 5 november 2012 (PB L 307 van 7.11.2012, blz. 56),

   32012 R 1206: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1206/2012 van de Commissie van 14 december 2012 (PB L 347 van 15.12.2012, blz. 12),

   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1),

   32005 R 2037: Verordening (EG) nr. 2037/2005 van de Commissie van 14 december 2005 (PB L 328 van 15.12.2005, blz. 21),


   32006 R 0252: Verordening (EG) nr. 252/2006 van 14 februari 2006 (PB L 44 van 15.2.2006, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1),

   32006 R 0479: Verordening (EG) nr. 479/2006 van 23 maart 2006 (PB L 86 van 24.3.2006, blz. 4), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 1095: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1095 van de Commissie van 6 juli 2016 (PB L 182 van 7.7.2016, blz. 7),

   32017 R 2330: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2330 van de Commissie van 14 december 2017 (PB L 333 van 15.12.2017, blz. 41),

   32006 R 0773: Verordening (EG) nr. 773/2006 van 22 mei 2006 (PB L 135 van 23.5.2006, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1),

   32006 R 1284: Verordening (EG) nr. 1284/2006 van 29 augustus 2006 (PB L 235 van 30.8.2006, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0429: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/429 van de Commissie van 10 maart 2017 (PB L 66 van 11.3.2017, blz. 4),


   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1),

   32006 R 1443: Verordening (EG) nr. 1443/2006 van de Commissie van 29 september 2006 (PB L 271 van 30.9.2006, blz. 12),

   32006 R 1446: Verordening (EG) nr. 1446/2006 van de Commissie van 29 september 2006 (PB L 271 van 30.9.2006, blz. 25),

   32007 R 0109: Verordening (EG) nr. 109/2007 van 5 februari 2007 (PB L 31 van 6.2.2007, blz. 6), zoals gewijzigd bij:

   32008 R 0156: Verordening (EG) nr. 156/2008 van de Commissie van 21 februari 2008 (PB L 48 van 22.2.2008, blz. 14),

   32008 R 1095: Verordening (EG) nr. 1095/2008 van de Commissie van 6 november 2008 (PB L 298 van 7.11.2008, blz. 3),

   32011 R 0495: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 495/2011 van de Commissie van 20 mei 2011 (PB L 134 van 21.5.2011, blz. 6),

   32007 R 0184: Verordening (EG) nr. 184/2007 van 20 februari 2007 (PB L 63 van 1.3.2007, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32008 R 0516: Verordening (EG) nr. 516/2008 van de Commissie van 10 juni 2008 (PB L 151 van 11.6.2008, blz. 3),


   32017 R 0410: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/410 van de Commissie van 8 maart 2017 (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 98),

   32007 R 0242: Verordening (EG) nr. 242/2007 van de Commissie van 6 maart 2007 (PB L 73 van 13.3.2007, blz. 1),

   32007 R 0497: Verordening (EG) nr. 497/2007 van de Commissie van 4 mei 2007 (PB L 117 van 5.5.2007, blz. 11),

   32007 R 1140: Verordening (EG) nr. 1140/2007 van de Commissie van 1 oktober 2007 (PB L 256 van 2.10.2007, blz. 14),

   32007 R 1141: Verordening (EG) nr. 1141/2007 van de Commissie van 1 oktober 2007 (PB L 256 van 2.10.2007, blz. 17),

   32007 R 1143: Verordening (EG) nr. 1143/2007 van de Commissie van 1 oktober 2007 (PB L 256 van 2.10.2007, blz. 23),

   32007 R 1501: Verordening (EG) nr. 1501/2007 van de Commissie van 18 december 2007 (PB L 333 van 19.12.2007, blz. 57),

   32007 R 1519: Verordening (EG) nr. 1519/2007 van de Commissie van 19 december 2007 (PB L 335 van 20.12.2007, blz. 15),


   32007 R 1520: Verordening (EG) nr. 1520/2007 van 19 december 2007 (PB L 335 van 20.12.2007, blz. 17), zoals gewijzigd bij:

   32015 R 1053: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1053 van de Commissie van 1 juli 2015 (PB L 171 van 2.7.2015, blz. 8),

   32015 R 2305: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2305 van de Commissie van 10 december 2015 (PB L 326 van 11.12.2015, blz. 43),

   32008 R 0167: Verordening (EG) nr. 167/2008 van 22 februari 2008 (PB L 50 van 23.2.2008, blz. 14), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 0842: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/842 van de Commissie van 27 mei 2016 (PB L 141 van 28.5.2016, blz. 47),

   32008 R 0554: Verordening (EG) nr. 554/2008 van de Commissie van 17 juni 2008 (PB L 158 van 18.6.2008, blz. 14), gerectificeerd bij PB L 173 van 3.7.2008, blz. 31, zoals gewijzigd bij:

   32010 R 0879: Verordening (EU) nr. 879/2010 van de Commissie van 6 oktober 2010 (PB L 264 van 7.10.2010, blz. 7),

   32012 R 0414: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 414/2012 van de Commissie van 15 mei 2012 (PB L 128 van 16.5.2012, blz. 5),


   32008 R 0721: Verordening (EG) nr. 721/2008 van 25 juli 2008 (PB L 198 van 26.7.2008, blz. 23), zoals gewijzigd bij:

   32010 R 0334: Verordening (EU) nr. 334/2010 van de Commissie van 22 april 2010 (PB L 102 van 23.4.2010, blz. 21),

   32008 R 0971: Verordening (EG) nr. 971/2008 van 3 oktober 2008 (PB L 265 van 4.10.2008, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0160: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 160/2013 van de Commissie van 21 februari 2013 (PB L 49 van 22.2.2013, blz. 50),

   32019 R 0138: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/138 van de Commissie van 29 januari 2019 (PB L 26 van 30.1.2019, blz. 1),

   32008 R 0976: Verordening (EG) nr. 976/2008 van de Commissie van 6 oktober 2008 (PB L 266 van 7.10.2008, blz. 3),

   32008 R 1290: Verordening (EG) nr. 1290/2008 van 18 december 2008 (PB L 340 van 19.12.2008, blz. 20), zoals gewijzigd bij:

   32009 R 0899: Verordening (EG) nr. 899/2009 van de Commissie van 25 september 2009 (PB L 256 van 29.9.2009, blz. 11),


   32013 R 1334: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1334/2013 van de Commissie van 13 december 2013 (PB L 335 van 14.12.2013, blz. 12),

   32016 R 0895: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/895 van de Commissie van 8 juni 2016 (PB L 152 van 9.6.2016, blz. 1),

   32009 R 0270: Verordening (EG) nr. 270/2009 van de Commissie van 2 april 2009 (PB L 91 van 3.4.2009, blz. 3),

   32009 R 0322: Verordening (EG) nr. 322/2009 van 20 april 2009 (PB L 101 van 21.4.2009, blz. 9), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 0290: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 290/2014 van de Commissie van 21 maart 2014 (PB L 87 van 22.3.2014, blz. 84),

   32015 R 1043: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1043 van de Commissie van 30 juni 2015 (PB L 167 van 1.7.2015, blz. 63),

   32017 R 0211: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/211 van de Commissie van 7 februari 2017 (PB L 33 van 8.2.2017, blz. 23),

   32009 R 0403: Verordening (EG) nr. 403/2009 van 14 mei 2009 (PB L 120 van 15.5.2009, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 0848: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 848/2014 van de Commissie van 4 augustus 2014 (PB L 232 van 5.8.2014, blz. 13),


   32015 R 1114: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1114 van de Commissie van 9 juli 2015 (PB L 182 van 10.7.2015, blz. 18),

   32009 R 0887: Verordening (EG) nr. 887/2009 van de Commissie van 25 september 2009 (PB L 254 van 26.9.2009, blz. 68),

   32009 R 0903: Verordening (EG) nr. 903/2009 van 28 september 2009 (PB L 256 van 29.9.2009, blz. 26), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0357: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 357/2013 van de Commissie van 18 april 2013 (PB L 109 van 19.4.2013, blz. 22),

   32017 R 1126: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1126 van de Commissie van 23 juni 2017 (PB L 163 van 24.6.2017, blz. 13),

   32009 R 1087: Verordening (EG) nr. 1087/2009 van 12 november 2009 (PB L 297 van 13.11.2009, blz. 4), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0221: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/221 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 35 van 7.2.2019, blz. 28),

   32009 R 1088: Verordening (EG) nr. 1088/2009 van de Commissie van 12 november 2009 (PB L 297 van 13.11.2009, blz. 6),

   32010 R 0008: Verordening (EU) nr. 8/2010 van de Commissie van 23 december 2009 (PB L 3 van 7.1.2010, blz. 7),


   32010 R 0009: Verordening (EU) nr. 9/2010 van 23 december 2009 (PB L 3 van 7.1.2010, blz. 10), gewijzigd bij:

   32012 R 1196: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1196/2012 van de Commissie van 13 december 2012 (PB L 342 van 14.12.2012, blz. 25),

   32019 R 0221: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/221 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 35 van 7.2.2019, blz. 28),

   32010 R 0107: Verordening (EU) nr. 107/2010 van de Commissie van 8 februari 2010 (PB L 36 van 9.2.2010, blz. 1),

   32010 R 0874: Verordening (EG) nr. 874/2010 van de Commissie van 5 oktober 2010 (PB L 263 van 6.10.2010, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 264 van 7.10.2010, blz. 19, zoals gewijzigd bij:

   32012 R 0118: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 118/2012 van de Commissie van 10 februari 2012 (PB L 38 van 11.2.2012, blz. 36),

   32013 R 1014: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1014/2013 van de Commissie van 22 oktober 2013 (PB L 281 van 23.10.2013, blz. 1),

   32010 R 0875: Verordening (EU) nr. 875/2010 van de Commissie van 5 oktober 2010 (PB L 263 van 6.10.2010, blz. 4),


   32010 R 0885: Verordening (EU) nr. 885/2010 van 7 oktober 2010 (PB L 265 van 8.10.2010, blz. 5), gewijzigd bij:

   32018 R 1957: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1957 van de Commissie van 11 december 2018 (PB L 315 van 12.12.2018, blz. 23),

   32010 R 0999: Verordening (EU) nr. 999/2010 van de Commissie van 5 november 2010 (PB L 290 van 6.11.2010, blz. 24),

   32010 R 1118: Verordening (EU) nr. 1118/2010 van 2 december 2010 (PB L 317 van 3.12.2010, blz. 5), gewijzigd bij:

   32013 R 0160: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 160/2013 van de Commissie van 21 februari 2013 (PB L 49 van 22.2.2013, blz. 50),

   32019 R 0138: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/138 van de Commissie van 29 januari 2019 (PB L 26 van 30.1.2019, blz. 1),

   32020 R 0852: Verordening (EU) nr. 26/2011 van de Commissie van 14 januari 2011 (PB L 198 van 22.6.2020, blz. 13),

   32011 R 0169: Verordening (EU) nr. 169/2011 van 23 februari 2011 (PB L 49 van 24.2.2011, blz. 6), gewijzigd bij:

   32019 R 0138: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/138 van de Commissie van 29 januari 2019 (PB L 26 van 30.1.2019, blz. 1),


   32011 R 0171: Verordening (EU) nr. 171/2011 van de Commissie van 23 februari 2011 (PB L 49 van 24.2.2011, blz. 11),

   32011 R 0221: Verordening (EU) nr. 221/2011 van de Commissie van 4 maart 2011 (PB L 60 van 5.3.2011, blz. 3),

   32011 R 0361: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 361/2011 van 13 april 2011 (PB L 100 van 14.4.2011, blz. 22), zoals gewijzigd bij:

   32015 R 0518: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/518 van de Commissie van 26 maart 2015 (PB L 82 van 27.3.2015, blz. 75),

   32011 R 0388: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 388/2011 van 19 april 2011 (PB L 104 van 20.4.2011, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 0118: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 118/2012 van de Commissie van 10 februari 2012 (PB L 38 van 11.2.2012, blz. 36),

   32013 R 1014: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1014/2013 van de Commissie van 22 oktober 2013 (PB L 281 van 23.10.2013, blz. 1),

   32011 R 0389: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 389/2011 van 19 april 2011 (PB L 104 van 20.4.2011, blz. 7), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0221: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/221 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 35 van 7.2.2019, blz. 28),


   32011 R 0516: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 516/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 (PB L 138 van 26.5.2011, blz. 43),

   32011 R 0527: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 527/2011 van de Commissie van 30 mei 2011 (PB L 143 van 31.5.2011, blz. 6),

   32011 R 0528: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 528/2011 van 30 mei 2011 (PB L 143 van 31.5.2011, blz. 10), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0221: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/221 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 35 van 7.2.2019, blz. 28),

   32011 R 0532: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 532/2011 van 31 mei 2011 (PB L 146 van 1.6.2011, blz. 7), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 0118: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 118/2012 van de Commissie van 10 februari 2012 (PB L 38 van 11.2.2012, blz. 36),

   32013 R 1014: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1014/2013 van de Commissie van 22 oktober 2013 (PB L 281 van 23.10.2013, blz. 1),

   32011 R 0887: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 887/2011 van 5 september 2011 (PB L 229 van 6.9.2011, blz. 7), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0173: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/173 van de Commissie van 1 februari 2017 (PB L 28 van 2.2.2017, blz. 5),


   32021 R 0733: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/733 van de Commissie van 5 mei 2021 (PB L 158 van 6.5.2021, blz. 11),

   32011 R 0888: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 888/2011 van 5 september 2011 (PB L 229 van 6.9.2011, blz. 9), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0160: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 160/2013 van de Commissie van 21 februari 2013 (PB L 49 van 22.2.2013, blz. 50),

   32019 R 0138: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/138 van de Commissie van 29 januari 2019 (PB L 26 van 30.1.2019, blz. 1),

   32011 R 0900: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 900/2011 van 7 september 2011 (PB L 231 van 8.9.2011, blz. 15), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 0118: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 118/2012 van de Commissie van 10 februari 2012 (PB L 38 van 11.2.2012, blz. 36),

   32013 R 1014: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1014/2013 van de Commissie van 22 oktober 2013 (PB L 281 van 23.10.2013, blz. 1),

   32011 R 1074: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1074/2011 van de Commissie van 24 oktober 2011 (PB L 278 van 25.10.2011, blz. 5),

   32011 R 1088: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1088/2011 van de Commissie van 27 oktober 2011 (PB L 281 van 28.10.2011, blz. 14),


   32011 R 1110: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1110/2011 van 3 november 2011 (PB L 287 van 4.11.2011, blz. 27), zoals gewijzigd bij:

   32018 R 1569: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1569 van de Commissie van 18 oktober 2018 (PB L 262 van 19.10.2018, blz. 37),

   32011 R 1111: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1111/2011 van de Commissie van 3 november 2011 (PB L 287 van 4.11.2011, blz. 30),

   32012 R 0091: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 91/2012 van de Commissie van 2 februari 2012 (PB L 31 van 3.2.2012, blz. 3),

   32012 R 0131: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 131/2012 van de Commissie van 15 februari 2012 (PB L 43 van 16.2.2012, blz. 15),

   32012 R 0136: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 136/2012 van de Commissie van 16 februari 2012 (PB L 46 van 17.2.2012, blz. 33),

   32012 R 0140: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 140/2012 van de Commissie van 17 februari 2012 (PB L 47 van 18.2.2012, blz. 18),

   32012 R 0237: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 237/2012 van 19 maart 2012 (PB L 80 van 20.3.2012, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32015 R 1104: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1104 van de Commissie van 8 juli 2015 (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 61),


   32012 R 0269: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 269/2012 van de Commissie van 26 maart 2012 (PB L 89 van 27.3.2012, blz. 3),

   32012 R 0334: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 334/2012 van de Commissie van 19 april 2012 (PB L 108 van 20.4.2012, blz. 6),

   32012 R 0838: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 838/2012 van de Commissie van 18 september 2012 (PB L 252 van 19.9.2012, blz. 9),

   32012 R 0839: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 839/2012 van de Commissie van 18 september 2012 (PB L 252 van 19.9.2012, blz. 11), gerectificeerd bij PB L 11 van 16.1.2014, blz. 11,

   32012 R 0840: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 840/2012 van 18 september 2012 (PB L 252 van 19.9.2012, blz. 14), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0221: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/221 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 35 van 7.2.2019, blz. 28),

   32012 R 0841: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 841/2012 van de Commissie van 18 september 2012 (PB L 252 van 19.9.2012, blz. 17),

   32012 R 0842: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 842/2012 van de Commissie van 18 september 2012 (PB L 252 van 19.9.2012, blz. 21),

   32012 R 0868: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 868/2012 van de Commissie van 24 september 2012 (PB L 257 van 25.9.2012, blz. 3),


   32012 R 0869: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 869/2012 van de Commissie van 24 september 2012 (PB L 257 van 25.9.2012, blz. 7),

   32012 R 0989: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 989/2012 van de Commissie van 25 oktober 2012 (PB L 297 van 26.10.2012, blz. 11),

   32012 R 0991: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 991/2012 van 25 oktober 2012 (PB L 297 van 26.10.2012, blz. 18), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 1095: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1095 van de Commissie van 6 juli 2016 (PB L 182 van 7.7.2016, blz. 7),

   32012 R 1021: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1021/2012 van 6 november 2012 (PB L 307 van 7.11.2012, blz. 68), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0221: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/221 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 35 van 7.2.2019, blz. 28),

   32012 R 1065: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1065/2012 van de Commissie van 13 november 2012 (PB L 314 van 14.11.2012, blz. 15),

   32012 R 1119: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1119/2012 van de Commissie van 29 november 2012 (PB L 330 van 30.11.2012, blz. 14),

   32012 R 1195: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1195/2012 van de Commissie van 13 december 2012 (PB L 342 van 14.12.2012, blz. 23),


   32012 R 1206: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1206/2012 van 14 december 2012 (PB L 347 van 15.12.2012, blz. 12), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 1006: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1006 van de Commissie van 15 juni 2017 (PB L 153 van 16.6.2017, blz. 9),

   32013 R 0096: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 96/2013 van de Commissie van 1 februari 2013 (PB L 33 van 2.2.2013, blz. 21),

   32013 R 0159: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 159/2013 van de Commissie van 21 februari 2013 (PB L 49 van 22.2.2013, blz. 47),

   32013 R 0161: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 161/2013 van de Commissie van 21 februari 2013 (PB L 49 van 22.2.2013, blz. 52),

   32013 R 0306: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 306/2013 van de Commissie van 2 april 2013 (PB L 91 van 3.4.2013, blz. 5),

   32013 R 0308: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 308/2013 van de Commissie van 3 april 2013 (PB L 94 van 4.4.2013, blz. 1),

   32013 R 0403: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 403/2013 van de Commissie van 2 mei 2013 (PB L 121 van 3.5.2013, blz. 26),

   32013 R 0427: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 427/2013 van de Commissie van 8 mei 2013 (PB L 127 van 9.5.2013, blz. 20),


   32013 R 0445: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 445/2013 van de Commissie van 14 mei 2013 (PB L 130 van 15.5.2013, blz. 21),

   32013 R 0469: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 469/2013 van de Commissie van 22 mei 2013 (PB L 136 van 23.5.2013, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 145 van 31.5.2013, blz. 37,

   32013 R 0544: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 544/2013 van 14 juni 2013 (PB L 163 van 15.6.2013, blz. 13), gewijzigd bij:

   32015 R 1105: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1105 van de Commissie van 8 juli 2015 (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 65),

   32013 R 0601: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 601/2013 van 24 juni 2013 (PB L 172 van 25.6.2013, blz. 14), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 0131: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 131/2014 van de Commissie van 11 februari 2014 (PB L 41 van 12.2.2014, blz. 3),

   32013 R 0636: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 636/2013 van 1 juli 2013 (PB L 183 van 2.7.2013, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 1095: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1095 van de Commissie van 6 juli 2016 (PB L 182 van 7.7.2016, blz. 7),

   32013 R 0642: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 642/2013 van de Commissie van 4 juli 2013 (PB L 186 van 5.7.2013, blz. 4),


   32013 R 0643: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 643/2013 van de Commissie van 4 juli 2013 (PB L 186 van 5.7.2013, blz. 7),

   32013 R 0651: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 651/2013 van de Commissie van 9 juli 2013 (PB L 189 van 10.7.2013, blz. 1),

   32013 R 0667: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 667/2013 van 12 juli 2013 (PB L 192 van 13.7.2013, blz. 35), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0138: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/138 van de Commissie van 29 januari 2019 (PB L 26 van 30.1.2019, blz. 1),

   32013 R 0725: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 725/2013 van de Commissie van 26 juli 2013 (PB L 202 van 27.7.2013, blz. 17),

   32013 R 0774: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 774/2013 van de Commissie van 12 augustus 2013 (PB L 217 van 13.8.2013, blz. 30),

   32013 R 0775: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 775/2013 van de Commissie van 12 augustus 2013 (PB L 217 van 13.8.2013, blz. 32),

   32013 R 0787: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 787/2013 van de Commissie van 16 augustus 2013 (PB L 220 van 17.8.2013, blz. 15),

   32013 R 0795: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 795/2013 van de Commissie van 21 augustus 2013 (PB L 224 van 22.8.2013, blz. 1),


   32013 R 0797: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 797/2013 van de Commissie van 21 augustus 2013 (PB L 224 van 22.8.2013, blz. 6),

   32013 R 0803: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 803/2013 van de Commissie van 22 augustus 2013 (PB L 225 van 23.8.2013, blz. 17),

   32013 R 1006: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1006/2013 van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 279 van 19.10.2013, blz. 59),

   32013 R 1016: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1016/2013 van de Commissie van 23 oktober 2013 (PB L 282 van 24.10.2013, blz. 36),

   32013 R 1040: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1040/2013 van de Commissie van 24 oktober 2013 (PB L 283 van 25.10.2013, blz. 46),

   32013 R 1055: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1055/2013 van de Commissie van 25 oktober 2013 (PB L 288 van 30.10.2013, blz. 57),

   32013 R 1059: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1059/2013 van de Commissie van 29 oktober 2013 (PB L 289 van 31.10.2013, blz. 30),

   32013 R 1060: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1060/2013 van de Commissie van 29 oktober 2013 (PB L 289 van 31.10.2013, blz. 33),

   32013 R 1061: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1061/2013 van de Commissie van 29 oktober 2013 (PB L 289 van 31.10.2013, blz. 38),


   32013 R 1077: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1077/2013 van de Commissie van 31 oktober 2013 (PB L 292 van 1.11.2013, blz. 3),

   32013 R 1078: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1078/2013 van de Commissie van 31 oktober 2013 (PB L 292 van 1.11.2013, blz. 7),

   32013 R 1113: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1113/2013 van de Commissie van 7 november 2013 (PB L 298 van 8.11.2013, blz. 29),

   32013 R 1222: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1222/2013 van de Commissie van 29 november 2013 (PB L 320 van 30.11.2013, blz. 16),

   32013 R 1365: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1365/2013 van de Commissie van 18 december 2013 (PB L 343 van 19.12.2013, blz. 31),

   32013 R 1404: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1404/2013 van de Commissie van 20 december 2013 (PB L 349 van 21.12.2013, blz. 88),

   32014 R 0084: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 84/2014 van de Commissie van 30 januari 2014 (PB L 28 van 31.1.2014, blz. 30),

   32014 R 0101: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 101/2014 van de Commissie van 4 februari 2014 (PB L 34 van 5.2.2014, blz. 1),

   32014 R 0121: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 121/2014 van de Commissie van 7 februari 2014 (PB L 39 van 8.2.2014, blz. 53),


   32014 R 0290: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 290/2014 van de Commissie van 21 maart 2014 (PB L 87 van 22.3.2014, blz. 84),

   32014R0292: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 292/2014 van de Commissie van 21 maart 2014 (PB L 87 van 22.3.2014, blz. 90),

   32014 R 0302: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 302/2014 van de Commissie van 25 maart 2014 (PB L 90 van 26.3.2014, blz. 4),

   32014 R 0304: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 304/2014 van de Commissie van 25 maart 2014 (PB L 90 van 26.3.2014, blz. 8),

   32014 R 0305: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 305/2014 van de Commissie van 25 maart 2014 (PB L 90 van 26.3.2014, blz. 12),

   32014 R 0399: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 399/2014 van de Commissie van 22 april 2014 (PB L 119 van 23.4.2014, blz. 40), gerectificeerd bij PB L 196 van 3.7.2014, blz. 44,

   32014 R 0669: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 669/2014 van de Commissie van 18 juni 2014 (PB L 179 van 19.6.2014, blz. 62), gerectificeerd bij PB L 281 van 25.9.2014, blz. 9,

   32014 R 0684: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 684/2014 van de Commissie van 20 juni 2014 (PB L 182 van 21.6.2014, blz. 20),

   32014 R 0847: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 847/2014 van de Commissie van 4 augustus 2014 (PB L 232 van 5.8.2014, blz. 10),


   32014 R 0848: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 848/2014 van 4 augustus 2014 (PB L 232 van 5.8.2014, blz. 13), zoals gewijzigd bij:

   32015 R 1114: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1114 van de Commissie van 9 juli 2015 (PB L 182 van 10.7.2015, blz. 18),

   32014 R 0849: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 849/2014 van de Commissie van 4 augustus 2014 (PB L 232 van 5.8.2014, blz. 16),

   32014 R 0852: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 852/2014 van de Commissie van 5 augustus 2014 (PB L 233 van 6.8.2014, blz. 22),

   32014 R 1076: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1076/2014 van de Commissie van 13 oktober 2014 (PB L 296 van 14.10.2014, blz. 19),

   32014 R 1083: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1083/2014 van de Commissie van 15 oktober 2014 (PB L 298 van 16.10.2014, blz. 5),

   32014 R 1109: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1109/2014 van de Commissie van 20 oktober 2014 (PB L 301 van 21.10.2014, blz. 19),

   32014 R 1115: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1115/2014 van de Commissie van 21 oktober 2014 (PB L 302 van 22.10.2014, blz. 51),

   32014 R 1138: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1138/2014 van de Commissie van 27 oktober 2014 (PB L 307 van 28.10.2014, blz. 30),


   2014 R 1230: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1230/2014 van de Commissie van 17 november 2014 (PB L 331 van 18.11.2014, blz. 18), gerectificeerd bij PB L 134 van 30.5.2015, blz. 32,

   32014 R 1236: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1236/2014 van 18 november 2014 (PB L 332 van 19.11.2014, blz. 26), zoals gewijzigd bij:

   32015 R 1114: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1114 van de Commissie van 9 juli 2015 (PB L 182 van 10.7.2015, blz. 18),

   32014 R 1249: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1249/2014 van de Commissie van 21 november 2014 (PB L 335 van 22.11.2014, blz. 7),

   32015 R 0038: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/38 van de Commissie van 13 januari 2015 (PB L 8 van 14.1.2015, blz. 4),

   32013 D 1386: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/46 van de Commissie van 14 januari 2015 (PB L 354 van 28.12.2013, blz. 171),

   32015 R 0047: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/47 van de Commissie van 14 januari 2015 (PB L 9 van 15.1.2015, blz. 8),

   32015 R 0244: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/244 van de Commissie van 16 februari 2015 (PB L 41 van 17.2.2015, blz. 8),

   32015 R 0264: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/264 van de Commissie van 18 februari 2015 (PB L 45 van 19.2.2015, blz. 10),


   32015 R 0489: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/489 van de Commissie van 23 maart 2015 (PB L 78 van 24.3.2015, blz. 5),

   32015 R 0502: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/502 van de Commissie van 24 maart 2015 (PB L 79 van 25.3.2015, blz. 57), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0146: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/146 van de Commissie van 30 januari 2019 (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 12),

   32020 R 1095: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1095 van de Commissie van 24 juli 2020 (PB L 241 van 27.7.2020, blz. 18),

   32015 R 0518: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/518 van de Commissie van 26 maart 2015 (PB L 82 van 27.3.2015, blz. 75),

   32015 R 0661: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/661 van de Commissie van 28 april 2015 (PB L 110 van 29.4.2015, blz. 1),

   32015 R 0662: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/662 van de Commissie van 28 april 2015 (PB L 110 van 29.4.2015, blz. 5),

   32015 R 0722: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/722 van de Commissie van 5 mei 2015 (PB L 115 van 6.5.2015, blz. 18),

   32015 R 0723: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/723 van de Commissie van 5 mei 2015 (PB L 115 van 6.5.2015, blz. 22),


   32015 R 0724: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/724 van de Commissie van 5 mei 2015 (PB L 115 van 6.5.2015, blz. 25), gerectificeerd bij PB L 130 van 28.5.2015, blz. 19,

   32015 R 0861: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/861 van de Commissie van 3 juni 2015 (PB L 137 van 4.6.2015, blz. 1),

   32015 R 0897: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/897 van de Commissie van 11 juni 2015 (PB L 147 van 12.6.2015, blz. 8),

   32015 R 1020: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1020 van de Commissie van 29 juni 2015 (PB L 163 van 30.6.2015, blz. 22),

   32015 R 1043: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1043 van de Commissie van 30 juni 2015 (PB L 167 van 1.7.2015, blz. 63),

   32015 R 1053: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1053 van de Commissie van 1 juli 2015 (PB L 171 van 2.7.2015, blz. 8),

   32015 R 1060: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1060 van de Commissie van 2 juli 2015 (PB L 174 van 3.7.2015, blz. 3),

   32015 R 1060: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1060 van de Commissie van 2 juli 2015 (PB L 174 van 3.7.2015, blz. 3),

   32015 R 1103: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1103 van de Commissie van 8 juli 2015 (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 57),


   32015 R 1104: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1104 van de Commissie van 8 juli 2015 (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 61),

   32015 R 1105: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1105 van de Commissie van 8 juli 2015 (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 65),

   32015 R 1114: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1114 van de Commissie van 9 juli 2015 (PB L 182 van 10.7.2015, blz. 18),

   32015 R 1152: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1152 van de Commissie van 14 juli 2015 (PB L 187 van 15.7.2015, blz. 5),

   32015 R 1408: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1408 van de Commissie van 19 augustus 2015 (PB L 219 van 20.8.2015, blz. 3),

   32015 R 1414: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1414 van de Commissie van 20 augustus 2015 (PB L 220 van 21.8.2015, blz. 3),

   32015 R 1415: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1415 van de Commissie van 20 augustus 2015 (PB L 220 van 21.8.2015, blz. 7),

   32015 R 1416: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1416 van de Commissie van 20 augustus 2015 (PB L 220 van 21.8.2015, blz. 11),

   32015 R 1417: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1417 van de Commissie van 20 augustus 2015 (PB L 220 van 21.8.2015, blz. 15),


   32015 R 1426: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1426 van de Commissie van 25 augustus 2015 (PB L 223 van 26.8.2015, blz. 6),

   32015 R 1486: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1486 van de Commissie van 2 september 2015 (PB L 229 van 3.9.2015, blz. 5),

   32015 R 1489: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1489 van de Commissie van 3 september 2015 (PB L 231 van 4.9.2015, blz. 1),

   32015 R 1490: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1490 van de Commissie van 3 september 2015 (PB L 231 van 4.9.2015, blz. 4),

   32015 R 1747: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1747 van de Commissie van 30 september 2015 (PB L 256 van 1.10.2015, blz. 7),

   32015 R 2304: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2304 van de Commissie van 10 december 2015 (PB L 326 van 11.12.2015, blz. 39),

   32015 R 2305: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2305 van de Commissie van 10 december 2015 (PB L 326 van 11.12.2015, blz. 43),

   32015 R 2306: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2306 van de Commissie van 10 december 2015 (PB L 326 van 11.12.2015, blz. 46),

   32015 R 2307: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2307 van de Commissie van 10 december 2015 (PB L 326 van 11.12.2015, blz. 49),


   32015 R 2382: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2382 van de Commissie van 17 december 2015 (PB L 332 van 18.12.2015, blz. 54),

   32016 R 0104: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/104 van de Commissie van 27 januari 2016 (PB L 21 van 28.1.2016, blz. 71),

   32016 R 0329: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/329 van de Commissie van 8 maart 2016 (PB L 62 van 9.3.2016, blz. 5), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 2231: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2231 van de Commissie van 4 december 2017 (PB L 319 van 5.12.2017, blz. 28),

   32016 R 0896: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/896 van de Commissie van 8 juni 2016 (PB L 152 van 9.6.2016, blz. 3), gerectificeerd bij PB L 137 van 22.4.2021, blz. 20,

   32016 R 0897: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/897 van de Commissie van 8 juni 2016 (PB L 152 van 9.6.2016, blz. 7), zoals gewijzigd bij:

   32022 R 0703: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/703 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 5),

   32016 R 0898: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/898 van de Commissie van 8 juni 2016 (PB L 152 van 9.6.2016, blz. 11), zoals gewijzigd bij:

   32022 R 0268: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/268 van de Commissie van 23 februari 2022 (PB L 43 van 24.2.2022, blz. 1),


   32016 R 0899: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/899 van de Commissie van 8 juni 2016 (PB L 152 van 9.6.2016, blz. 15), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0221: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/221 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 35 van 7.2.2019, blz. 28),

   32016 R 0900: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/900 van de Commissie van 8 juni 2016 (PB L 152 van 9.6.2016, blz. 18), gerectificeerd bij PB L 303 van 10.11.2016, blz. 26,

   32016 R 0972: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/972 van de Commissie van 17 juni 2016 (PB L 161 van 18.6.2016, blz. 18),

   32016 R 0973: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/973 van de Commissie van 17 juni 2016 (PB L 161 van 18.6.2016, blz. 21),

   32016 R 1095: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1095 van de Commissie van 6 juli 2016 (PB L 182 van 7.7.2016, blz. 7), zoals gewijzigd bij:

   32022 R 1458: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1458 van de Commissie van 2 september 2022 (PB L 229 van 5.9.2022, blz. 16),

   32016 R 1220: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1220 van de Commissie van 26 juli 2016 (PB L 201 van 27.7.2016, blz. 11),

   32016 R 1768: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1768 van de Commissie van 4 oktober 2016 (PB L 270 van 5.10.2016, blz. 4),


   32016 R 1833: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1833 van de Commissie van 17 oktober 2016 (PB L 280 van 18.10.2016, blz. 19),

   32016 R 1964: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1964 van de Commissie van 9 november 2016 (PB L 303 van 10.11.2016, blz. 7),

   32016 R 2023: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2023 van de Commissie van 18 november 2016 (PB L 313 van 19.11.2016, blz. 14),

   32016 R 2150: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2150 van de Commissie van 7 december 2016 (PB L 333 van 8.12.2016, blz. 44),

   32016 R 2261: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2261 van de Commissie van 15 december 2016 (PB L 342 van 16.12.2016, blz. 18),

   32017 R 0053: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/53 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 13 van 17.1.2017, blz. 1),

   32017 R 0054: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/54 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 13 van 17.1.2017, blz. 80),

   32017 R 0055: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/55 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 13 van 17.1.2017, blz. 112),

   32017 R 0056: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/56 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 13 van 17.1.2017, blz. 129),


   32017 R 0057: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/57 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 13 van 17.1.2017, blz. 153),

   32017 R 0058: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/58 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 13 van 17.1.2017, blz. 159),

   32017 R 0059: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/59 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 13 van 17.1.2017, blz. 167),

   32013 R 1307: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/60 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 608),

   32017 R 0061: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/61 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 13 van 17.1.2017, blz. 181),

   32017 R 0062: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/62 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 13 van 17.1.2017, blz. 186),

   32017 R 0063: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/63 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 13 van 17.1.2017, blz. 214),

   32017 R 0064: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/64 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 13 van 17.1.2017, blz. 242),

   32017R0065: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/65 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 13 van 17.1.2017, blz. 246),


   32017R0066: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/66 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 13 van 17.1.2017, blz. 259),

   32017 R 0187: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/187 van de Commissie van 2 februari 2017 (PB L 29 van 3.2.2017, blz. 35),

   32017R0194: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/194 van de Commissie van 3 februari 2017 (PB L 31 van 4.2.2017, blz. 18),

   32017R0210: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/210 van de Commissie van 7 februari 2017 (PB L 33 van 8.2.2017, blz. 19),

   32017 R 0211: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/211 van de Commissie van 7 februari 2017 (PB L 33 van 8.2.2017, blz. 23),

   32017 R 0219: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/219 van de Commissie van 8 februari 2017 (PB L 34 van 9.2.2017, blz. 18),

   32017R0307: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/307 van de Commissie van 21 februari 2017 (PB L 44 van 22.2.2017, blz. 1),

   32017 R 0420: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/429 van de Commissie van 10 maart 2017 (PB L 64 van 10.3.2017, blz. 7),

   32017 R 0439: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/439 van de Commissie van 13 maart 2017 (PB L 67 van 14.3.2017, blz. 70),



   32017 R 0440: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/440 van de Commissie van 13 maart 2017 (PB L 67 van 14.3.2017, blz. 74), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0221: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/221 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 35 van 7.2.2019, blz. 28),

   32017 R 0447: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/447 van de Commissie van 14 maart 2017 (PB L 69 van 15.3.2017, blz. 18),

   32017 R 0455: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/455 van de Commissie van 15 maart 2017 (PB L 71 van 16.3.2017, blz. 15),

   32017 R 0873: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/873 van de Commissie van 22 mei 2017 (PB L 134 van 23.5.2017, blz. 14),

   32017R0895: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/895 van de Commissie van 24 mei 2017 (PB L 138 van 25.5.2017, blz. 120),

   32017 R 0896: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/896 van de Commissie van 24 mei 2017 (PB L 138 van 25.5.2017, blz. 123), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0221: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/221 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 35 van 7.2.2019, blz. 28),

   32017 R 0912: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/912 van de Commissie van 29 mei 2017 (PB L 139 van 30.5.2017, blz. 30),


   32017 R 0913: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/913 van de Commissie van 29 mei 2017 (PB L 139 van 30.5.2017, blz. 33),

   32017 R 0930: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/930 van de Commissie van 31 mei 2017 (PB L 141 van 1.6.2017, blz. 6),

   32017 R 0961: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/961 van de Commissie van 7 juni 2017 (PB L 145 van 8.6.2017, blz. 7), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0733: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/733 van de Commissie van 5 mei 2021 (PB L 158 van 6.5.2021, blz. 11),

   32017 R 0963: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/963 van de Commissie van 7 juni 2017 (PB L 145 van 8.6.2017, blz. 18),

   32017 R 1007: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1007 van de Commissie van 15 juni 2017 (PB L 153 van 16.6.2017, blz. 13), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 2325: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2325 van de Commissie van 14 december 2017 (PB L 333 van 15.12.2017, blz. 17),

   32017 R 1008: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1008 van de Commissie van 15 juni 2017 (PB L 153 van 16.6.2017, blz. 16),

   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 68 van 12.3.2018, blz. 3,


   32017 R 1490: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1490 van de Commissie van 21 augustus 2017 (PB L 217 van 22.8.2017, blz. 1),

   32017 R 1492: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1492 van de Commissie van 21 augustus 2017 (PB L 216 van 22.8.2017, blz. 19), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0849: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/849 van de Commissie van 24 mei 2019 (PB L 139 van 27.5.2019, blz. 4),

   32017 R 1896: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1896 van de Commissie van 17 oktober 2017 (PB L 267 van 18.10.2017, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32022 R 1442: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1442 van de Commissie van 31 augustus 2022 (PB L 227 van 1.9.2022, blz. 117),

   32017 R 1903: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1903 van de Commissie van 18 oktober 2017 (PB L 269 van 19.10.2017, blz. 22),

   32017 R 1904: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1904 van de Commissie van 18 oktober 2017 (PB L 269 van 19.10.2017, blz. 27),

   32017 R 1905: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1905 van de Commissie van 18 oktober 2017 (PB L 269 van 19.10.2017, blz. 30),

   32017 R 1906: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1906 van de Commissie van 18 oktober 2017 (PB L 269 van 19.10.2017, blz. 33),


   32017 R 1907: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1907 van de Commissie van 18 oktober 2017 (PB L 269 van 19.10.2017, blz. 36),

   32017 R 1914: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1914 van de Commissie van 19 oktober 2017 (PB L 271 van 20.10.2017, blz. 20),

   32017 R 2274: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2274 van de Commissie van 8 december 2017 (PB L 326 van 9.12.2017, blz. 44),

   32017 R 2275: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2275 van de Commissie van 8 december 2017 (PB L 326 van 9.12.2017, blz. 47), zoals gewijzigd bij:

   32022 R 1417: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1417 van de Commissie van 22 augustus 2022 (PB L 218 van 23.8.2022, blz. 3),

   32017 R 2276: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2276 van de Commissie van 8 december 2017 (PB L 326 van 9.12.2017, blz. 50),

   32017 R 2308: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2308 van de Commissie van 13 december 2017 (PB L 331 van 14.12.2017, blz. 19),

   32017 R 2312: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2312 van de Commissie van 13 december 2017 (PB L 331 van 14.12.2017, blz. 41), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 0146: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/146 van de Commissie van 3 februari 2020 (PB L 31 van 4.2.2020, blz. 3),


   32022 R 0703: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/703 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 5),

   32017 R 2325: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2325 van de Commissie van 14 december 2017 (PB L 333 van 15.12.2017, blz. 17), zoals gewijzigd bij:

   32018 R 1980: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1980 van de Commissie van 13 december 2018 (PB L 317 van 14.12.2018, blz. 12),

   32017 R 2330: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2330 van de Commissie van 14 december 2017 (PB L 333 van 15.12.2017, blz. 41), gerectificeerd bij PB L 351 van 30.12.2017, blz. 202, zoals gewijzigd bij:

   32022 R 1457: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1457 van de Commissie van 2 september 2022 (PB L 229 van 5.9.2022, blz. 10),

   32018 R 0129: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/129 van de Commissie van 25 januari 2018 (PB L 22 van 26.1.2018, blz. 21),

   32018 R 0130: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/130 van de Commissie van 25 januari 2018 (PB L 22 van 26.1.2018, blz. 25),

   32018 R 0238: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/238 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 53 van 23.2.2018, blz. 1),

   32018 R 0239: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/239 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 53 van 23.2.2018, blz. 9),


   32018 R 0240: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/240 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 53 van 23.2.2018, blz. 14),

   32018 R 0241: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/241 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 53 van 23.2.2018, blz. 27),

   32018 R 0242: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/242 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 53 van 23.2.2018, blz. 36),

   32018 R 0243: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/243 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 53 van 23.2.2018, blz. 69),

   32018 R 0244: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/244 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 53 van 23.2.2018, blz. 81),

   32018 R 0245: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/245 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 53 van 23.2.2018, blz. 87),

   32018 R 0246: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/246 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 53 van 23.2.2018, blz. 105),

   32018 R 0247: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/247 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 53 van 23.2.2018, blz. 109),

   32018 R 0248: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/248 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 53 van 23.2.2018, blz. 120),


   32018 R 0249: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/249 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 53 van 23.2.2018, blz. 134), gerectificeerd bij PB L 262 van 18.10.2018, blz. 31,

   32018 R 0250: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/250 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 53 van 23.2.2018, blz. 166),

   32018 R 0327: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/327 van de Commissie van 5 maart 2018 (PB L 63 van 6.3.2018, blz. 7),

   32018 R 0328: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/328 van de Commissie van 5 maart 2018 (PB L 63 van 6.3.2018, blz. 10),

   32018 R 0338: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/338 van de Commissie van 7 maart 2018 (PB L 65 van 8.3.2018, blz. 17), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 1290: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1290 van de Commissie van 31 juli 2019 (PB L 203 van 1.8.2019, blz. 6),

   32018 R 0346: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/346 van de Commissie van 5 maart 2018 (PB L 67 van 9.3.2018, blz. 18),

   32018 R 0347: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/347 van de Commissie van 5 maart 2018 (PB L 67 van 9.3.2018, blz. 21),


   32018 R 0982: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/982 van de Commissie van 11 juli 2018 (PB L 176 van 12.7.2018, blz. 13), zoals gewijzigd bij:

   32022 R 0268: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/268 van de Commissie van 23 februari 2022 (PB L 43 van 24.2.2022, blz. 1),

   32018 R 0983: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/983 van de Commissie van 11 juli 2018 (PB L 176 van 12.7.2018, blz. 17),

   32018 R 1039: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1039 van de Commissie van 23 juli 2018 (PB L 186 van 24.7.2018, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32022 R 1445: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1445 van de Commissie van 31 augustus 2022 (PB L 227 van 1.9.2022, blz. 127),

   32018 R 1079: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1079 van de Commissie van 30 juli 2018 (PB L 194 van 31.7.2018, blz. 131),

   32018 R 1080: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1080 van de Commissie van 30 juli 2018 (PB L 194 van 31.7.2018, blz. 134),

   32018 R 1081: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1081 van de Commissie van 30 juli 2018 (PB L 194 van 31.7.2018, blz. 137), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 0146: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/146 van de Commissie van 3 februari 2020 (PB L 31 van 4.2.2020, blz. 3),


   32022 R 0703: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/703 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 5),

   32018 R 1090: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1090 van de Commissie van 31 juli 2018 (PB L 195 van 1.8.2018, blz. 23),

   32018 R 1533: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1533 van de Commissie van 12 oktober 2018 (PB L 257 van 15.10.2018, blz. 13),

   32018 R 1543: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1543 van de Commissie van 15 oktober 2018 (PB L 259 van 16.10.2018, blz. 22),

   32018 R 1550: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1550 van de Commissie van 16 oktober 2018 (PB L 560 van 17.10.2018, blz. 3),

   32018 R 1558: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1558 van de Commissie van 17 oktober 2018 (PB L 261 van 18.10.2018, blz. 13),

   32018 R 1559: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1559 van de Commissie van 17 oktober 2018 (PB L 261 van 18.10.2018, blz. 16),

   32018 R 1564: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1564 van de Commissie van 17 oktober 2018 (PB L 262 van 19.10.2018, blz. 20),


   32018 R 1565: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1565 van de Commissie van 17 oktober 2018 (PB L 262 van 19.10.2018, blz. 24), gerectificeerd bij PB L 71 van 13.3.2019, blz. 30,

   32018 R 1566: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1566 van de Commissie van 18 oktober 2018 (PB L 262 van 19.10.2018, blz. 27), gerectificeerd bij PB L 258 van 7.8.2020, blz. 51,

   32018 R 1568: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1568 van de Commissie van 18 oktober 2018 (PB L 262 van 19.10.2018, blz. 34),

   32019 R 0008: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/8 van de Commissie van 3 januari 2019 (PB L 2 van 4.1.2019, blz. 6),

   32019 R 0009: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/9 van de Commissie van 3 januari 2019 (PB L 2 van 4.1.2019, blz. 10),

   32019 R 0010: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/10 van de Commissie van 3 januari 2019 (PB L 2 van 4.1.2019, blz. 13),

   32019 R 0011: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/11 van de Commissie van 3 januari 2019 (PB L 2 van 4.1.2019, blz. 17),

   32019 R 0012: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/12 van de Commissie van 3 januari 2019 (PB L 2 van 4.1.2019, blz. 21),


   32019 R 0049: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/49 van de Commissie van 4 januari 2019 (PB L 10 van 14.1.2019, blz. 2),

   32019 R 0111: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/111 van de Commissie van 24 januari 2019 (PB L 23 van 25.1.2019, blz. 14),

   32019 R 0144: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/144 van de Commissie van 28 januari 2019 (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 8),

   32019 R 0454: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/454 van de Commissie van 20 maart 2019 (PB L 79 van 21.3.2019, blz. 4),

   32019 R 0764: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/764 van de Commissie van 14 mei 2019 (PB L 126 van 15.5.2019, blz. 1),

   32019 R 0781: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/781 van de Commissie van 15 mei 2019 (PB L 127 van 16.5.2019, blz. 1),

   32019 R 0805: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/805 van de Commissie van 17 mei 2019 (PB L 132 van 20.5.2019, blz. 33),

   32019 R 0892: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/892 van de Commissie van 28 mei 2019 (PB L 142 van 29.5.2019, blz. 57),

   32019 R 0894: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/894 van de Commissie van 28 mei 2019 (PB L 142 van 29.5.2019, blz. 63),


   32019 R 0898: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/898 van de Commissie van 29 mei 2019 (PB L 144 van 3.6.2019, blz. 29),

   32019 R 0900: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/900 van de Commissie van 29 mei 2019 (PB L 144 van 3.6.2019, blz. 36),

   32019 R 0901: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/901 van de Commissie van 29 mei 2019 (PB L 144 van 3.6.2019, blz. 41),

   32019 R 0914: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/914 van de Commissie van 29 mei 2019 (PB L 146 van 5.6.2019, blz. 60),

   32019 R 0929: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/929 van de Commissie van 5 juni 2019 (PB L 148 van 6.6.2019, blz. 25),

   32019 R 1125: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1125 van de Commissie van 5 juni 2019 (PB L 177 van 2.7.2019, blz. 77),

   32019 R 1289: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1289 van de Commissie van 31 juli 2019 (PB L 203 van 1.8.2019, blz. 2),

   32019 R 1313: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1313 van de Commissie van 2 augustus 2019 (PB L 205 van 5.8.2019, blz. 1),

   32019 R 1315: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1315 van de Commissie van 2 augustus 2019 (PB L 205 van 5.8.2019, blz. 7),


   32019 R 1324: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1324 van de Commissie van 5 augustus 2019 (PB L 206 van 6.8.2019, blz. 18),

   32019 R 1947: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1947 van de Commissie van 22 november 2019 (PB L 304 van 26.11.2019, blz. 7),

   32019 R 1964: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1964 van de Commissie van 26 november 2019 (PB L 307 van 28.11.2019, blz. 3),

   32019 R 1965: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1965 van de Commissie van 26 november 2019 (PB L 307 van 28.11.2019, blz. 12),

   32019 R 1977: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1977 van de Commissie van 26 november 2019 (PB L 308 van 29.11.2019, blz. 45),

   32020 R 0106: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/106 van de Commissie van 23 januari 2020 (PB L 19 van 24.1.2020, blz. 15),

   32020 R 0107: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/107 van de Commissie van 23 januari 2020 (PB L 19 van 24.1.2020, blz. 18),

   32020 R 0147: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/147 van de Commissie van 3 februari 2020 (PB L 31 van 4.2.2020, blz. 7),

   32020 R 0148: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/148 van de Commissie van 3 februari 2020 (PB L 33 van 5.2.2020, blz. 1),


   32020 R 0149: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/149 van de Commissie van 4 februari 2020 (PB L 33 van 5.2.2020, blz. 5),

   32020 R 0150: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/150 van de Commissie van 4 februari 2020 (PB L 33 van 5.2.2020, blz. 9),

   32020 R 0151: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/151 van de Commissie van 4 februari 2020 (PB L 33 van 5.2.2020, blz. 12),

   32020 R 0157: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/157 van de Commissie van 5 februari 2020 (PB L 34 van 6.2.2020, blz. 15),

   32020 R 0159: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/159 van de Commissie van 5 februari 2020 (PB L 34 van 6.2.2020, blz. 22),

   32020 R 0160: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/160 van de Commissie van 5 februari 2020 (PB L 34 van 6.2.2020, blz. 25),

   32020 R 0161: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/161 van de Commissie van 5 februari 2020 (PB L 34 van 6.2.2020, blz. 28),

   32020 R 0162: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/162 van de Commissie van 5 februari 2020 (PB L 34 van 6.2.2020, blz. 31),

   32020 R 0163: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/163 van de Commissie van 5 februari 2020 (PB L 34 van 6.2.2020, blz. 34),


   32020 R 0164: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/164 van de Commissie van 5 februari 2020 (PB L 34 van 6.2.2020, blz. 37),

   32020 R 0165: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/165 van de Commissie van 5 februari 2020 (PB L 34 van 6.2.2020, blz. 40),

   32020 R 0166: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/166 van de Commissie van 5 februari 2020 (PB L 34 van 6.2.2020, blz. 43),

   32020 R 0172: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/172 van de Commissie van 6 februari 2020 (PB L 35 van 7.2.2020, blz. 6),

   32020 R 0173: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/173 van de Commissie van 6 februari 2020 (PB L 35 van 7.2.2020, blz. 9),

   32020 R 0180: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/180 van de Commissie van 7 februari 2020 (PB L 37 van 10.2.2020, blz. 5),

   32020 R 0196: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/196 van de Commissie van 13 februari 2020 (PB L 42 van 14.2.2020, blz. 1),

   32020 R 0197: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/197 van de Commissie van 13 februari 2020 (PB L 42 van 14.2.2020, blz. 4),

   32020 R 0228: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/228 van de Commissie van 19 februari 2020 (PB L 47 van 20.2.2020, blz. 1),


   32020 R 0229: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/229 van de Commissie van 19 februari 2020 (PB L 47 van 20.2.2020, blz. 5),

   32020 R 0238: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/238 van de Commissie van 20 februari 2020 (PB L 48 van 21.2.2020, blz. 3),

   32020 R 0376: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/376 van de Commissie van 5 maart 2020 (PB L 69 van 6.3.2020, blz. 3),

   32020 R 0377: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/377 van de Commissie van 5 maart 2020 (PB L 69 van 6.3.2020, blz. 6),

   32020 R 0378: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/378 van de Commissie van 5 maart 2020 (PB L 69 van 6.3.2020, blz. 9),

   32020 R 0992: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/992 van de Commissie van 9 juli 2020 (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 73),

   32020 R 0993: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/993 van de Commissie van 9 juli 2020 (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 76),

   32020 R 0994: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/994 van de Commissie van 9 juli 2020 (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 79),

   32020 R 0995: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/995 van de Commissie van 9 juli 2020 (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 84), gerectificeerd bij PB L 225 van 14.7.2020, blz. 355,


   32020 R 0996: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/996 van de Commissie van 9 juli 2020 (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 87),

   32020 R 0997: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/997 van de Commissie van 9 juli 2020 (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 90),

   32020 R 0998: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/998 van de Commissie van 9 juli 2020 (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 96),

   32020 R 1031: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1031 van de Commissie van 15 juli 2020 (PB L 227 van 16.7.2020, blz. 21),

   32020 R 1032: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1032 van de Commissie van 15 juli 2020 (PB L 227 van 16.7.2020, blz. 24),

   32020 R 1033: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1033 van de Commissie van 15 juli 2020 (PB L 227 van 16.7.2020, blz. 27),

   32020 R 1034: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1034 van de Commissie van 15 juli 2020 (PB L 227 van 16.7.2020, blz. 34),

   32020 R 1090: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1090 van de Commissie (PB L 241 van 27.7.2020, blz. 1),

   32020 R 1091: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1091 van de Commissie van 24 juli 2020 (PB L 241 van 27.7.2020, blz. 6),


   32020 R 1094: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1094 van de Commissie van 24 juli 2020 (PB L 241 van 27.7.2020, blz. 15),

   32020 R 1096: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1096 van de Commissie van 24 juli 2020 (PB L 241 van 27.7.2020, blz. 20),

   32020 R 1097: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1097 van de Commissie van 24 juli 2020 (PB L 241 van 27.7.2020, blz. 23), gerectificeerd bij PB L 83 van 17.8.2020, blz. 16,

   32020 R 1098: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1098 van de Commissie van 24 juli 2020 (PB L 241 van 27.7.2020, blz. 28),

   32020 R 1175: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1175 van de Commissie van 7 augustus 2020 (PB L 259 van 10.8.2020, blz. 6), gerectificeerd bij PB L 269 van 10.3.2021, blz. 42,

   32020 R 1363: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1363 van de Commissie van 30 september 2020 (PB L 317 van 1.10.2020, blz. 10),

   32020 R 1370: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1370 van de Commissie van 1 oktober 2020 (PB L 319 van 2.10.2020, blz. 5),

   32020 R 1371: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1371 van de Commissie van 1 oktober 2020 (PB L 319 van 2.10.2020, blz. 8),

   32020 R 1372: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1372 van de Commissie van 1 oktober 2020 (PB L 319 van 2.10.2020, blz. 11),


   32020 R 1373: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1373 van de Commissie van 1 oktober 2020 (PB L 319 van 2.10.2020, blz. 15),

   32020 R 1374: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1374 van de Commissie van 1 oktober 2020 (PB L 319 van 2.10.2020, blz. 19),

   32020 R 1375: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1375 van de Commissie van 1 oktober 2020 (PB L 319 van 2.10.2020, blz. 22),

   32020 R 1376: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1376 van de Commissie van 1 oktober 2020 (PB L 319 van 2.10.2020, blz. 26),

   32020 R 1377: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1377 van de Commissie van 1 oktober 2020 (PB L 319 van 2.10.2020, blz. 29),

   32020 R 1378: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1378 van de Commissie van 1 oktober 2020 (PB L 319 van 2.10.2020, blz. 32),

   32020 R 1379: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1379 van de Commissie van 1 oktober 2020 (PB L 319 van 2.10.2020, blz. 36),

   32020 R 1395: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1395 van de Commissie van 5 oktober 2020 (PB L 324 van 6.10.2020, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0733: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/733 van de Commissie van 5 mei 2021 (PB L 158 van 6.5.2021, blz. 11),


   32020 R 1396: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1396 van de Commissie van 5 oktober 2020 (PB L 324 van 6.10.2020, blz. 6),

   32020 R 1397: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1397 van de Commissie van 5 oktober 2020 (PB L 324 van 6.10.2020, blz. 19),

   32020 R 1398: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1398 van de Commissie van 5 oktober 2020 (PB L 324 van 6.10.2020, blz. 26),

   32020 R 1399: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1399 van de Commissie van 5 oktober 2020 (PB L 324 van 6.10.2020, blz. 29),

   32020 R 1400: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1400 van de Commissie van 5 oktober 2020 (PB L 324 van 6.10.2020, blz. 32),

   32020 R 1418: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1418 van de Commissie van 6 oktober 2020 (PB L 326 van 8.10.2020, blz. 7),

   32020 R 1497: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1497 van de Commissie van 15 oktober 2020 (PB L 342 van 16.10.2020, blz. 1),

   32020 R 1510: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1510 van de Commissie van 16 oktober 2020 (PB L 344 van 19.10.2020, blz. 2),

   32020 R 1755: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1755 van de Commissie van 24 november 2020 (PB L 395 van 25.11.2020, blz. 5),


   32020 R 1760: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1760 van de Commissie van 25 november 2020 (PB L 397 van 26.11.2020, blz. 6), gerectificeerd bij PB L 43 van 24.2.2022, blz. 10,

   32020 R 1761: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1761 van de Commissie van 25 november 2020 (PB L 397 van 26.11.2020, blz. 10),

   32020 R 1762: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1762 van de Commissie van 25 november 2020 (PB L 397 van 26.11.2020, blz. 14),

   32020 R 1764: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1764 van de Commissie van 25 november 2020 (PB L 397 van 26.11.2020, blz. 21),

   32020 R 1773: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1773 van de Commissie van 26 november 2020 (PB L 398 van 27.11.2020, blz. 19),

   32020 R 1795: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1795 van de Commissie van 30 november 2020 (PB L 402 van 1.12.2020, blz. 27),

   32020 R 1796: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1796 van de Commissie van 30 november 2020 (PB L 402 van 1.12.2020, blz. 31),

   32020 R 1797: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1797 van de Commissie van 30 november 2020 (PB L 402 van 1.12.2020, blz. 36),

   32020 R 1798: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1798 van de Commissie van 30 november 2020 (PB L 402 van 1.12.2020, blz. 39),


   32020 R 1799: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1799 van de Commissie van 30 november 2020 (PB L 402 van 1.12.2020, blz. 43),

   32020 R 1800: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1800 van de Commissie van 30 november 2020 (PB L 402 van 1.12.2020, blz. 46),

   32020 R 2116: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2116 van de Commissie van 16 december 2020 (PB L 426 van 17.12.2020, blz. 7),

   32020 R 2117: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2117 van de Commissie van 16 december 2020 (PB L 426 van 17.12.2020, blz. 11),

   32020 R 2118: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2118 van de Commissie van 16 december 2020 (PB L 426 van 17.12.2020, blz. 15),

   32020 R 2119: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2119 van de Commissie van 16 december 2020 (PB L 426 van 17.12.2020, blz. 18),

   32020 R 2120: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2120 van de Commissie van 16 december 2020 (PB L 426 van 17.12.2020, blz. 22),

   32020 R 2121: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2121 van de Commissie van 16 december 2020 (PB L 426 van 17.12.2020, blz. 28),

   32021 R 0329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/329 van de Commissie van 24 februari 2021 (PB L 65 van 25.2.2021, blz. 38),


   32021 R 0330: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/330 van de Commissie van 24 februari 2021 (PB L 65 van 25.2.2021, blz. 43),

   32021 R 0343: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/343 van de Commissie van 25 februari 2021 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 157),

   32021 R 0344: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/344 van de Commissie van 25 februari 2021 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 160),

   32021 R 0346: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/346 van de Commissie van 25 februari 2021 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 167),

   32021 R 0363: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/363 van de Commissie van 26 februari 2021 (PB L 70 van 1.3.2021, blz. 3),

   32021 R 0367: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/367 van de Commissie van 1 maart 2021 (PB L 71 van 2.3.2021, blz. 1),

   32021 R 0421: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/421 van de Commissie van 9 maart 2021 (PB L 83 van 10.3.2021, blz. 21), gerectificeerd bij PB L 78 van 8.3.2022, blz. 21,

   32021 R 0422: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/422 van de Commissie van 9 maart 2021 (PB L 83 van 10.3.2021, blz. 25), zoals gewijzigd bij PB L 304 van 30.8.2021, blz. 21,

   32021 R 0426: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/426 van de Commissie van 10 maart 2021 (PB L 84 van 11.3.2021, blz. 18),


   32021 R 0485: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/485 van de Commissie van 22 maart 2021 (PB L 100 van 23.3.2021, blz. 3),

   32021 R 0506: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/506 van de Commissie van 23 maart 2021 (PB L 102 van 24.3.2021, blz. 4),

   32021 R 0551: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/551 van de Commissie van 30 maart 2021 (PB L 111 van 31.3.2021, blz. 3), gerectificeerd bij PB L 78 van 8.3.2022, blz. 21,

   32021 R 0658: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/658 van de Commissie van 21 april 2021 (PB L 137 van 22.4.2021, blz. 16),

   32021 R 0669: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/669 van de Commissie van 23 april 2021 (PB L 141 van 26.4.2021, blz. 7),

   32021 R 0709: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/709 van de Commissie van 29 april 2021 (PB L 147 van 30.4.2021, blz. 8),

   32021 R 0719: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/719 van de Commissie van 30 april 2021 (PB L 151 van 3.5.2021, blz. 12),

   32021 R 0932: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/932 van de Commissie van 9 juni 2021 (PB L 204 van 10.6.2021, blz. 13),

   32021 R 0967: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/967 van de Commissie van 16 juni 2021 (PB L 214 van 17.6.2021, blz. 41),


   32021 R 0968: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/968 van de Commissie van 16 juni 2021 (PB L 214 van 17.6.2021, blz. 45),

   32021 R 0969: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/969 van de Commissie van 16 juni 2021 (PB L 214 van 17.6.2021, blz. 49),

   32021 R 0981: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/981 van de Commissie van 17 juni 2021 (PB L 216 van 18.6.2021, blz. 135),

   32021 R 0982: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/982 van de Commissie van 17 juni 2021 (PB L 216 van 18.6.2021, blz. 139),

   32021 R 1409: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1409 van de Commissie van 27 augustus 2021 (PB L 304 van 30.8.2021, blz. 5),

   32021 R 1410: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1410 van de Commissie van 27 augustus 2021 (PB L 304 van 30.8.2021, blz. 8), gerectificeerd bij PB L 43 van 24.2.2022, blz. 7,

   32021 R 1411: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1411 van de Commissie van 27 augustus 2021 (PB L 304 van 30.8.2021, blz. 11),

   32011 R 1412: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1412 van de Commissie van 27 augustus 2021 (PB L 304 van 30.8.2021, blz. 13),

   32011 R 1413: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1413 van de Commissie van 27 augustus 2021 (PB L 304 van 30.8.2021, blz. 18),


   32021 R 1424: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1424 van de Commissie van 31 augustus 2021 (PB L 307 van 1.9.2021, blz. 9),

   32021 R 1425: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1425 van de Commissie van 31 augustus 2021 (PB L 307 van 1.9.2021, blz. 12),

   32021 R 1426: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1426 van de Commissie van 31 augustus 2021 (PB L 307 van 1.9.2021, blz. 17),

   32021 R 1431: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1431 van de Commissie van 1 september 2021 (PB L 309 van 2.9.2021, blz. 5),

   32021 R 2047: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2047 van de Commissie van 23 november 2021 (PB L 418 van 24.11.2021, blz. 13),

   32021 R 2050: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2050 van de Commissie van 24 november 2021 (PB L 420 van 25.11.2021, blz. 16), gerectificeerd bij PB L 450 van 16.12.2021, blz. 156,

   32021 R 2051: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2051 van de Commissie van 24 november 2021 (PB L 420 van 25.11.2021, blz. 19),

   32021 R 2076: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2076 van de Commissie van 26 november 2021 (PB L 426 van 29.11.2021, blz. 1),

   32021 R 2077: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2077 van de Commissie van 26 november 2021 (PB L 426 van 29.11.2021, blz. 5), gerectificeerd bij PB L 78 van 8.3.2022, blz. 21,


   32021 R 2080: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2080 van de Commissie van 26 november 2021 (PB L 426 van 29.11.2021, blz. 23),

   32021 R 2090: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2090 van de Commissie van 25 november 2021 (PB L 427 van 30.11.2021, blz. 160),

   32021 R 2092: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2092 van de Commissie van 29 november 2021 (PB L 427 van 30.11.2021, blz. 166),

   32021 R 2093: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2093 van de Commissie van 29 november 2021 (PB L 427 van 30.11.2021, blz. 169),

   32021 R 2094: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2094 van de Commissie van 29 november 2021 (PB L 427 van 30.11.2021, blz. 173),

   32021 R 2095: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2095 van de Commissie van 29 november 2021 (PB L 427 van 30.11.2021, blz. 179),

   32021 R 2096: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2096 van de Commissie van 29 november 2021 (PB L 427 van 30.11.2021, blz. 187),

   32021 R 2097: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2097 van de Commissie van 29 november 2021 (PB L 427 van 30.11.2021, blz. 190),

   32022 R 0272: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/272 van de Commissie van 23 februari 2022 (PB L 42 van 24.2.2022, blz. 14),


   32022 R 0273: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/273 van de Commissie van 23 februari 2022 (PB L 42 van 24.2.2022, blz. 17),

   32022 R 0320: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/320 van de Commissie van 25 februari 2022 (PB L 55 van 28.2.2022, blz. 41),

   32022 R 0347: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/347 van de Commissie van 1 maart 2022 (PB L 65 van 2.3.2022, blz. 1),

   32022 R 0537: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/537 van de Commissie van 4 april 2022 (PB L 106 van 5.4.2022, blz. 4),

   32022 R 0538: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/538 van de Commissie van 4 april 2022 (PB L 106 van 5.4.2022, blz. 9),

   32022 R 0565: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/565 van de Commissie van 7 april 2022 (PB L 109 van 8.4.2022, blz. 32),

   32022 R 0593: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/593 van de Commissie van 1 maart 2022 (PB L 114 van 12.4.2022, blz. 44),

   32022 R 0633: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/633 van de Commissie van 13 april 2022 (PB L 117 van 19.4.2022, blz. 26),

   32022 R 0652: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/652 van de Commissie van 20 april 2022 (PB L 119 van 21.4.2022, blz. 74),


   32022 R 0653: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/653 van de Commissie van 20 april 2022 (PB L 119 van 21.4.2022, blz. 79),

   32022 R 0654: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/654 van de Commissie van 20 april 2022 (PB L 119 van 21.4.2022, blz. 84),

   32022 R 0702: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/702 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 1),

   32022 R 0703: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/703 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 5),

   32022 R 1247: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1247 van de Commissie van 19 juli 2022 (PB L 191 van 20.7.2022, blz. 3),

   32022 R 1248: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1248 van de Commissie van 19 juli 2022 (PB L 191 van 20.7.2022, blz. 7),

   32022 R 1249: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1249 van de Commissie van 19 juli 2022 (PB L 191 van 20.7.2022, blz. 10),

   32022 R 1250: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1250 van de Commissie van 19 juli 2022 (PB L 191 van 20.7.2022, blz. 13),

   32022 R 1266: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1266 van de Commissie van 20 juli 2022 (PB L 192 van 21.7.2022, blz. 17),


   32022 R 1374: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1374 van de Commissie van 5 augustus 2022 (PB L 206 van 8.8.2022, blz. 35),

   32022 R 1382: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1382 van de Commissie van 8 augustus 2022 (PB L 207 van 9.8.2022, blz. 16),

   32022 R 1383: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1383 van de Commissie van 8 augustus 2022 (PB L 207 van 9.8.2022, blz. 19),

   32022 R 1412: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1412 van de Commissie van 19 augustus 2022 (PB L 217 van 22.8.2022, blz. 1),

   32022 R 1417: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1417 van de Commissie van 22 augustus 2022 (PB L 218 van 23.8.2022, blz. 3),

   32022 R 1419: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1419 van de Commissie van 22 augustus 2022 (PB L 218 van 23.8.2022, blz. 12),

   32022 R 1420: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1420 van de Commissie van 22 augustus 2022 (PB L 218 van 23.8.2022, blz. 17),

   32022 R 1421: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1421 van de Commissie van 22 augustus 2022 (PB L 218 van 23.8.2022, blz. 27),

   32022 R 1451: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1451 van de Commissie van 1 september 2022 (PB L 228 van 2.9.2022, blz. 10),


   32022 R 1452: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1452 van de Commissie van 1 september 2022 (PB L 228 van 2.9.2022, blz. 17),

   32022 R 1453: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1453 van de Commissie van 1 september 2022 (PB L 228 van 2.9.2022, blz. 30),

   32022 R 1469: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1469 van de Commissie van 5 september 2022 (PB L 231 van 6.9.2022, blz. 105),

   32022 R 1470: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1470 van de Commissie van 5 september 2022 (PB L 231 van 6.9.2022, blz. 109),

   32022 R 1471: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1471 van de Commissie van 5 september 2022 (PB L 231 van 6.9.2022, blz. 113),

   32022 R 1472: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1472 van de Commissie van 5 september 2022 (PB L 231 van 6.9.2022, blz. 116),

   32022 R 1490: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1490 van de Commissie van 1 maart 2022 (PB L 234 van 9.9.2022, blz. 1),

   32022 R 1492: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1492 van de Commissie van 8 september 2022 (PB L 234 van 9.9.2022, blz. 14),

   32022 R 1493: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1493 van de Commissie van 8 september 2022 (PB L 234 van 9.9.2022, blz. 18),


   32022 R 1525: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1525 van de Commissie van 13 september 2022 (PB L 237 van 14.9.2022, blz. 12).

3.    32005 R 0378: Verordening (EG) nr. 378/2005 van de Commissie van 4 maart 2005 tot vaststelling van gedetailleerde voorschriften voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft de verplichtingen en taken van het communautaire referentielaboratorium betreffende vergunningsaanvragen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding (PB L 59 van 5.3.2005, blz. 8), zoals gewijzigd bij:

   32007 R 0850: Verordening (EG) nr. 850/2007 van de Commissie van 19 juli 2007 (PB L 188 van 20.7.2007, blz. 3),

   32009 R 0885: Verordening (EG) nr. 885/2009 van de Commissie van 25 september 2009 (PB L 254 van 26.9.2009, blz. 58),

   32015 R 1761: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1761 van de Commissie van 1 oktober 2015 (PB L 257 van 2.10.2015, blz. 30).

4.    32006 R 1876: Verordening (EG) nr. 1876/2006 van de Commissie van 18 december 2006 tot verlening van voorlopige en permanente vergunningen voor bepaalde toevoegingsmiddelen in diervoeding (PB L 360 van 19.12.2006, blz. 126), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 1018: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1018/2012 van de Commissie van 5 november 2012 (PB L 307 van 7.11.2012, blz. 56),

   32013 R 0159: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 159/2013 van de Commissie van 21 februari 2013 (PB L 49 van 22.2.2013, blz. 47),


   32013 R 0403: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 403/2013 van de Commissie van 2 mei 2013 (PB L 121 van 3.5.2013, blz. 26).

5.    32008 R 0429: Verordening (EG) nr. 429/2008 van de Commissie van 25 april 2008 tot vaststelling van voorschriften ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de opstelling en indiening van aanvragen en de beoordeling van en de verlening van vergunningen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding (PB L 133 van 22.5.2008, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 1773: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1773 van de Commissie van 26 november 2020 (PB L 398 van 27.11.2020, blz. 19).

6.    32009 R 1270: Verordening (EU) nr. 1270/2009 van de Commissie van 21 december 2009 tot verlening van permanente vergunningen voor bepaalde toevoegingsmiddelen in diervoeding (PB L 339 van 22.12.2009, blz. 28), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1).

7.    32010 R 0892: Verordening (EU) nr. 892/2010 van de Commissie van 8 oktober 2010 betreffende de status van bepaalde producten met betrekking tot onder Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad vallende toevoegingsmiddelen voor diervoeding (PB L 266 van 9.10.2010, blz. 6).


8.    32012 R 0081: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 81/2012 van de Commissie van 31 januari 2012 tot weigering van een vergunning voor Lactobacillus pentosus (DSM 14025) als toevoegingsmiddel voor diervoeding (PB L 29 van 1.2.2012, blz. 36).

9.    32012 R 0451: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 451/2012 van de Commissie van 29 mei 2012 tot het uit de handel nemen van bepaalde toevoegingsmiddelen voor diervoeding, behorend tot de functionele groep van toevoegingsmiddelen voor kuilvoer (PB L 140 van 30.5.2012, blz. 55).

10.    32013 R 0230: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 230/2013 van de Commissie van 14 maart 2013 tot het uit de handel nemen van bepaalde toevoegingsmiddelen voor diervoeding, behorend tot de groep aromatische en eetlustopwekkende stoffen (PB L 80 van 21.3.2013, blz. 1).

11.    32013 R 0796: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 796/2013 van de Commissie van 21 augustus 2013 tot weigering van een vergunning voor de stof 3-acetyl-2,5-dimethylthiofeen als toevoegingsmiddel voor diervoeding (PB L 224 van 22.8.2013, blz. 4).

12.    32014 R 0107: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 107/2014 van de Commissie van 5 februari 2014 tot het uit de handel nemen van de toevoegingsmiddelen voor diervoeding kobalt(II)chloride-hexahydraat, kobalt(II)nitraat-hexahydraat en kobalt(II)sulfaat-monohydraat en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1334/2003 (PB L 36 van 6.2.2014, blz. 7).

13.    32014 R 0754: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 754/2014 van de Commissie van 11 juli 2014 betreffende de weigering van de toelating van Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30068) en Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30044) als toevoegingsmiddelen voor diervoeding (PB L 205 van 12.7.2014, blz. 10).


14.    32015 R 1399: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1399 van de Commissie van 17 augustus 2015 tot weigering van een vergunning voor het preparaat van Bacillus toyonensis (NCIMB 14858T) (voorheen Bacillus cereus var. toyoi NCIMB 40112/CNCM I-1012) als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor mestrunderen, mestkonijnen, mestkippen, biggen (gespeend), mestvarkens, fokzeugen en opfokkalveren, tot intrekking van de vergunningen voor het preparaat van Bacillus cereus var. toyoi (NCIMB 40112/CNCM I-1012) als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor mestkalkoenen en fokkonijnen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 256/2002, (EG) nr. 1453/2004, (EG) nr. 255/2005 en (EG) nr. 1200/2005 en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 166/2008, (EG) nr. 378/2009 en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 288/2013 (PB L 217 van 18.8.2015, blz. 1).

15.    32017 R 1145: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 van de Commissie van 8 juni 2017 betreffende het uit de handel nemen van bepaalde toevoegingsmiddelen voor diervoeding waarvoor overeenkomstig Richtlijnen 70/524/EEG en 82/471/EEG van de Raad een vergunning is verleend en tot intrekking van de verouderde bepalingen waarbij voor die toevoegingsmiddelen een vergunning is verleend (PB L 166 van 29.6.2017, blz. 1).

16.    32018 R 0183: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/183 van de Commissie van 7 februari 2018 tot weigering van een vergunning voor formaldehyde als toevoegingsmiddel voor diervoeding, behorende tot de functionele groepen “conserveermiddelen” en “hygiënebevorderingsmiddelen” (PB L 34 van 8.2.2018, blz. 6).

17.    32018 R 0244: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/244 van de Commissie van 15 februari 2018 tot verlening van een vergunning voor vanillylaceton en 4-(4-methoxyfenyl)butaan-2-on als toevoegingsmiddelen voor diervoeding voor alle diersoorten en de weigering van een vergunning voor 1-fenylethaan-1-ol (PB L 53 van 23.2.2018, blz. 81).


18.    32018 R 0353: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/353 van de Commissie van 9 maart 2018 tot rectificatie van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1145 betreffende het uit de handel nemen van bepaalde toevoegingsmiddelen voor diervoeding waarvoor overeenkomstig Richtlijnen 70/524/EEG en 82/471/EEG van de Raad een vergunning is verleend en tot intrekking van de verouderde bepalingen waarbij voor die toevoegingsmiddelen een vergunning is verleend (PB L 68 van 12.3.2018, blz. 3).

19.    32018 R 1254: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1254 van de Commissie van 19 september 2018 betreffende de weigering van een vergunning voor door Bacillus subtilis KCCM-10445 geproduceerd riboflavine (80 %) als toevoegingsmiddel voor diervoeding, behorende tot de functionele groep “vitaminen, provitaminen en chemisch duidelijk omschreven stoffen met een soortgelijke werking” (PB L 237 van 20.9.2018, blz. 5).

20.    32018 R 1550: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1550 van de Commissie van 16 oktober 2018 betreffende de verlenging van de vergunning voor benzoëzuur als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor gespeende biggen en mestvarkens en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 1730/2006 en (EG) nr. 1138/2007 (vergunninghouder DSM Nutritional Products Ltd (PB L 260 van 17.10.2018, blz. 3).

21.    32019 R 0804: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/804 van de Commissie van 17 mei 2019 betreffende de verlenging van de vergunning voor de organische vorm van seleen, geproduceerd door Saccharomyces cerevisiae CNCM I-3060, en van selenomethionine, geproduceerd door Saccharomyces cerevisiae NCYC R397, als toevoegingsmiddelen voor diervoeding voor alle diersoorten en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 1750/2006 en (EG) nr. 634/2007 (PB L 132 van 20.5.2019, blz. 28), zoals gewijzigd bij:

   32022 R 1459: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1459 van de Commissie van 2 september 2022 (PB L 229 van 5.9.2022, blz. 22).


22.    32019 R 0857: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/857 van de Commissie van 27 mei 2019 betreffende de verlenging van de vergunning voor Saccharomyces cerevisiae CNCM I-1077 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor melkschapen en melkgeiten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 226/2007 (vergunninghouder Danstar Ferment AG, vertegenwoordigd door Lallemand SAS) (PB L 140 van 28.5.2019, blz. 18).

23.    32019 R 0899: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/899 van de Commissie van 29 mei 2019 betreffende de verlenging van de vergunning voor Saccharomyces cerevisiae CNCM I-4407 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor mestlammeren, melkgeiten, melkschapen, melkbuffels, paarden en mestvarkens en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 1447/2006, (EG) nr. 188/2007, (EG) nr. 232/2009, (EG) nr. 186/2007 en (EG) nr. 209/2008 (vergunninghouder S.I. Lesaffre) (PB L 144 van 3.6.2019, blz. 32).

24.    32019 R 0913: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/913 van de Commissie van 29 mei 2019 tot verlenging van de vergunning voor lanthaancarbonaat-octahydraat als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor katten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 163/2008 (vergunninghouder Bayer Healthcare AG) (PB L 146 van 5.6.2019, blz. 57).

25.    32021 R 0329: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/329 van de Commissie van 24 februari 2021 betreffende de verlenging van de vergunning voor een preparaat van endo-1,4-bèta-xylanase en endo-1,3(4)-bèta-glucanase voor mestkippen (vergunninghouder: Aveve, NV), en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1091/2009 (PB L 65 van 25.2.2021, blz. 38).

26.    32021 R 0367: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/367 van de Commissie van 1 maart 2021 tot verlenging van de vergunning voor een preparaat van Saccharomyces cerevisiae CNCM I-4407 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor opfokkalveren, en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 883/2010 (vergunninghouder S.I. Lesaffre) (PB L 71 van 2.3.2021, blz. 1).


27.    32021 R 0505: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/505 van de Commissie van 23 maart 2021 tot weigering van een vergunning voor fosforzuur 60 % op een drager van siliciumdioxide als toevoegingsmiddel voor diervoeding behorende tot de functionele groep conserveermiddelen (PB L 102 van 24.3.2021, blz. 1).

28.    32021 R 0507: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/507 van de Commissie van 23 maart 2021 tot verlenging van de vergunning voor pyridoxinehydrochloride (vitamine B6) als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 515/2011 (PB L 102 van 24.3.2021, blz. 8).

29.    32021 R 0508: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/508 van de Commissie van 23 maart 2021 tot verlenging van de vergunning voor een preparaat van Saccharomyces cerevisiae MUCL 39885 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor gespeende biggen, en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 170/2011 (vergunninghouder: Prosol S.p.A.) (PB L 102 van 24.3.2021, blz. 11).

30.    32021 R 0758: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/758 van de Commissie van 7 mei 2021 betreffende de status van bepaalde producten als onder Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad vallende toevoegingsmiddelen voor diervoeding en betreffende het uit de handel nemen van bepaalde toevoegingsmiddelen voor diervoeding (PB L 162 van 10.5.2021, blz. 5).

31.    32021 R 0932: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/932 van de Commissie van 9 juni 2021 tot schorsing van de vergunning voor lasalocide-A-natrium (Avatec 15 % cc) en lasalocide-A-natrium (Avatec 150 G) als toevoegingsmiddelen voor diervoeding voor mestkippen en opfokleghennen (vergunninghouder Zoetis Belgium SA) (PB L 204 van 10.6.2021, blz. 13).

32.    32021 R 0967: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/967 van de Commissie van 16 juni 2021 tot verlenging van een vergunning voor mangaanchelaat van het hydroxy-analoog van methionine als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 350/2010 (PB L 214 van 17.6.2021, blz. 41).


33.    32021 R 0968: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/968 van de Commissie van 16 juni 2021 tot verlenging van de vergunning voor zinkchelaat van het hydroxy-analoog van methionine als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 335/2010 (PB L 214 van 17.6.2021, blz. 45).

34.    32021 R 0981: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/981 van de Commissie van 17 juni 2021 tot verlenging van de vergunning voor een preparaat van endo–1,4-bèta-xylanase geproduceerd door Aspergillus niger CBS 109.713, en endo–1,4-bèta-glucanase geproduceerd door Aspergillus niger DSM 18404, als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor pluimveesoorten, siervogels en gespeende biggen (vergunninghouder: BASF SE), en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 271/2009 en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1068/2011 (PB L 216 van 18.6.2021, blz. 135).

35.    32021 R 0982: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/982 van de Commissie van 17 juni 2021 tot verlenging van de vergunning voor een preparaat van 6-fytase geproduceerd door Trichoderma reesei CBS 122001 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor varkens en pluimvee (vergunninghouder: Roal Oy), en tot intrekking van Verordeningen (EU) nr. 277/2010, (EU) nr. 891/2010 en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 886/2011 (PB L 216 van 18.6.2021, blz. 139).

36.    32021 R 1411: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1411 van de Commissie van 27 augustus 2021 tot verlenging van de vergunning voor Clostridium butyricum FERM BP-2789 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor opfokleghennen, mestkalkoenen, opfokkalkoenen, minder gangbare vogelsoorten (met uitzondering van legvogels), gespeende biggen en gespeende biggen van minder gangbare varkenssoorten, tot verlening van een vergunning voor dat toevoegingsmiddel voor mestkippen, speenvarkens en speenvarkens van minder gangbare varkenssoorten, en tot intrekking van de Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 373/2011, (EU) nr. 374/2013 en (EU) nr. 1108/2014 (vergunninghouder Miyarisan Pharmaceutical Co. Ltd vertegenwoordigd door Huvepharma NV Belgium) (PB L 304 van 30.8.2021, blz. 11).


37.    32021 R 1424: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1424 van de Commissie van 31 augustus 2021 tot verlenging van de vergunning voor een preparaat van Enterococcus faecium DSM 7134 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor mestkippen, en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 998/2010 (vergunninghouder Lactosan GmbH & Co KG) (PB L 307 van 1.9.2021, blz. 9).

38.    32022 R 0538: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/538 van de Commissie van 4 april 2022 tot verlenging van de vergunning voor natriumbenzoaat als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor gespeende biggen, tot verlening van de nieuwe vergunning voor gespeende biggen van andere Suidae en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 496/2011 (vergunninghouder Taminco Finland Oy) (PB L 106 van 5.4.2022, blz. 9).

39.    32022 R 0703: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/703 van de Commissie van 5 mei 2022 tot verlenging van de vergunning voor een preparaat van Bacillus velezensis DSM 15544 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor gespeende biggen, de vergunning voor alle vogelsoorten en -categorieën, tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2016/897, Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2312 en Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1081, en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 333/2010, Verordening (EU) nr. 184/2011 en Uitvoeringsverordening (EU) 2019/893 (vergunninghouder Asahi Biocycle Co. Ltd, in de Unie vertegenwoordigd door Pen & Tec Consulting S.L.U.) (PB L 132 van 6.5.2022, blz. 5).

40.    32022 R 1375: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1375 van de Commissie van 5 augustus 2022 tot weigering van een vergunning voor ethoxyquine als toevoegingsmiddel voor diervoeding, behorende tot de functionele groep “antioxidanten”, en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/962 (PB L 206 van 8.8.2022, blz. 39).


41.    32023 R 0053: Uitvoeringsverordening (EU) 2023/53 van de Commissie van 4 januari 2023 tot verlening van een vergunning voor een preparaat van Pediococcus acidilactici CNCM I-4622 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten (PB L 3 van 5.1.2023, blz. 8).

42.    32023 R 0059: Uitvoeringsverordening (EU) 2023/59 van de Commissie van 5 januari 2023 tot verlening van een vergunning voor een preparaat van Pediococcus pentosaceus DSM 32292 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten (PB L 6 van 6.1.2023, blz. 16).

43.    32023 R 0060: Uitvoeringsverordening (EU) 2023/60 van de Commissie van 5 januari 2023 tot verlening van een vergunning voor geconjugeerd linolzuur(t10,c12)-methylester als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor mestvarkens en melkkoeien (vergunninghouder: BASF SE) (PB L 6 van 6.1.2023, blz. 19).

44.    32023 R 0061: Uitvoeringsverordening (EU) 2023/61 van de Commissie van 5 januari 2023 tot verlening van een vergunning voor een preparaat van endo-1,4-bèta-glucanase uit Aspergillus niger (CBS 120604), een preparaat van endo-1,3(4)-bèta-glucanase uit Aspergillus neoniger (MUCL 39199), een preparaat van endo-1,4-bèta-xylanase uit Trichoderma citrinoviride (MUCL 39203) en een preparaat van endo-1,4-bèta-xylanase uit Trichoderma citrinoviride (CBS 614.94) als toevoegingsmiddelen voor diervoeding voor alle diersoorten (PB L 6 van 6.1.2023, blz. 24).


HOOFDSTUK 3

ONGEWENSTE STOFFEN

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de in dit hoofdstuk opgenomen rechtshandelingen met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing op de in dit hoofdstuk opgenomen rechtshandelingen. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting zorgt Andorra ervoor dat de bepalingen inzake markttoezicht en corrigerende maatregelen worden toegepast.

1.    32002 L 0032: Richtlijn 2002/32/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 mei 2002 inzake ongewenste stoffen in diervoeding (PB L 140 van 30.5.2002, blz. 10), zoals gewijzigd bij:

   32003 L 0057: Richtlijn 2003/57/EG van de Commissie van 17 juni 2003 (PB L 151 van 19.6.2003, blz. 38),

   32003 L 0100: Richtlijn 2003/100/EG van de Commissie van 31 oktober 2003 (PB L 285 van 1.11.2003, blz. 33),

   32005 L 0008: Richtlijn 2005/8/EG van de Commissie van 27 januari 2005 (PB L 27 van 29.1.2005, blz. 44),

   32005 L 0086: Richtlijn 2005/86/EG van de Commissie van 5 december 2005 (PB L 318 van 6.12.2005, blz. 16),


   32005 L 0087: Richtlijn 2005/87/EG van de Commissie van 5 december 2005 (PB L 318 van 6.12.2005, blz. 19),

   32006 L 0013: Richtlijn 2006/13/EG van de Commissie van 3 februari 2006 (PB L 32 van 4.2.2006, blz. 44),

   32006 L 0077: Richtlijn 2006/77/EG van de Commissie van 29 september 2006 (PB L 271 van 30.9.2006, blz. 53),

   32008 L 0076: Richtlijn 2008/76/EG van de Commissie van 25 juli 2008 (PB L 198 van 26.8.2008, blz. 37),

   32009 L 0008: Richtlijn 2009/8/EG van de Commissie van 10 februari 2009 (PB L 40 van 11.2.2009, blz. 19),

   32009 R 0219: Verordening (EG) nr. 219/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 109),

   32009 L 0141: Richtlijn 2009/141/EG van de Commissie van 23 november 2009 (PB L 308 van 24.11.2009, blz. 20),

   32010 L 0006: Richtlijn 2010/6/EU van de Commissie van 9 februari 2010 (PB L 37 van 10.2.2010, blz. 29),

   32011 R 0574: Verordening (EU) nr. 574/2011 van de Commissie van 16 juni 2011 (PB L 159 van 17.6.2011, blz. 7),


   32012 R 0277: Verordening (EU) nr. 277/2012 van de Commissie van 28 maart 2012 (PB L 91 van 29.3.2012, blz. 1),

   32012 R 0744: Verordening (EU) nr. 744/2012 van de Commissie van 16 augustus 2012 (PB L 219 van 17.8.2012, blz. 5),

   32013 R 0107: Verordening (EU) nr. 107/2013 van de Commissie van 5 februari 2013 (PB L 35 van 6.2.2013, blz. 1),

   32013 R 1275: Verordening (EU) nr. 1275/2013 van de Commissie van 6 december 2013 (PB L 328 van 7.12.2013, blz. 86),

   32015 R 0186: Verordening (EU) 2015/186 van de Commissie van 6 februari 2015 (PB L 31 van 7.2.2015, blz. 11),

   32017 R 2229: Verordening (EU) 2017/2229 van de Commissie van 4 december 2017 (PB L 319 van 5.12.2017, blz. 6),

   32019 R 1869: Verordening (EU) 2019/1869 van de Commissie van 7 november 2019 (PB L 289 van 8.11.2019, blz. 32).

2.    32004 H 0704: Aanbeveling 2004/704/EG van de Commissie van 11 oktober 2004 inzake de monitoring van achtergrondconcentraties van dioxinen, dioxineachtige PCB’s in diervoeders (PB L 321 van 22.10.2004, blz. 38).


3.    32005 L 0006: Richtlijn 2005/6/EG van de Commissie van 26 januari 2005 tot wijziging van Richtlijn 71/250/EEG, wat betreft de weergave en interpretatie van de krachtens Richtlijn 2002/32/EG vereiste analyseresultaten (PB L 24 van 27.1.2005, blz. 33).

4.    32006 H 0088: Aanbeveling 2006/88/EG van de Commissie van 6 februari 2006 inzake de reductie van de aanwezigheid van dioxinen, furanen en PCB's in diervoeders en levensmiddelen (PB L 42 van 14.2.2006, blz. 26), gerectificeerd bij PB L 208 van 2.8.2016, blz. 58.

5.    32006 H 0756: Aanbeveling 2006/576/EG van de Commissie van 17 augustus 2006 betreffende de aanwezigheid van deoxynivalenol, zearalenon, ochratoxine A, T-2- en HT-2-toxine en fumonisinen in producten die bedoeld zijn voor het voederen van dieren (PB L 229 van 23.8.2006, blz. 7), gerectificeerd bij PB L 140 van 1.6.2007, blz. 59.

6.    32015 R 0786: Verordening (EU) 2015/786 van de Commissie van 19 mei 2015 tot vaststelling van criteria voor de aanvaardbaarheid van zuiveringsprocedés die worden toegepast op producten die bedoeld zijn voor het voederen van dieren, als bedoeld in Richtlijn 2002/32/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 125 van 21.5.2015, blz. 10).

7.    32016 R 1110: Aanbeveling (EU) 2016/1110 van de Commissie van 28 juni 2016 betreffende de monitoring van de aanwezigheid van nikkel in diervoeders (PB L 183 van 8.7.2016, blz. 68).


HOOFDSTUK 4

GEMEDICINEERDE DIERVOEDERS

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de in dit hoofdstuk opgenomen rechtshandelingen met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing op de in dit hoofdstuk opgenomen rechtshandelingen. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting zorgt Andorra ervoor dat de bepalingen inzake markttoezicht en corrigerende maatregelen worden toegepast.

1.    32019 R 0004: Verordening (EU) 2019/4 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 betreffende de vervaardiging, het in de handel brengen en het gebruik van gemedicineerde diervoeders, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 183/2005 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 90/167/EEG van de Raad (PB L 4 van 7.1.2019, blz. 1).


HOOFDSTUK 5

INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN VAN DE UNIE

AFDELING A

EER-OVEREENKOMST

1.    31994 D 0001: Besluit van de Raad en de Commissie van 13 december 1993 betreffende de sluiting van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte tussen de Europese Gemeenschappen, hun lidstaten en de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland, de Republiek IJsland, het Vorstendom Liechtenstein, het Koninkrijk Noorwegen, het Koninkrijk Zweden en de Zwitserse Bondsstaat (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 1).

2.    21994 A 0103(74): Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte – Slotakte – Gemeenschappelijke verklaringen – Verklaringen van de lidstaten en de EVA-landen – Regelingen – Proces-verbaal van overeenstemming – Verklaringen van één of meerdere contracterende partijen betreffende de Europese Economische Ruimte (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 1).

3.    21994 A 0103(74): Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte – Bijlage I – Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden – Lijst bedoeld in artikel 17 (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 220), zoals gewijzigd bij:

   21994 D 1112: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 12/94 van 28 september 1994 (PB L 292 van 12.11.1994, blz. 39),


21995 D 0302(02): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 2/95 van 27 januari 1995 (PB L 47 van 2.3.1995, blz. 22),

21995 D 0303(03): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 3/95 van 27 januari 1995 (PB L 47 van 2.3.1995, blz. 23),

21995 D 0304(04): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 4/95 van 27 januari 1995 (PB L 47 van 2.3.1995, blz. 24),

21996 D 0613(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 37/95 van 22 juni 1995 (PB L 140 van 13.6.1996, blz. 32),

21996 D 0613(02): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 38/95 van 22 juni 1995 (PB L 140 van 13.6.1996, blz. 34),

21996 D 0613(03): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 39/95 van 22 juni 1995 (PB L 140 van 13.6.1996, blz. 35),

21996 D 0725(04): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 25/96 van 26 april 1996 (PB L 186 van 25.7.1996, blz. 77),

21996 D 1114(05): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 38/96 van 5 juli 1996 (PB L 291 van 14.11.1996, blz. 35),

21996 D 1114(06): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 39/96 van 5 juli 1996 (PB L 291 van 14.11.1996, blz. 36),

21996 D 1114(07): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 40/96 van 5 juli 1996 (PB L 291 van 14.11.1996, blz. 37),


22000 D 1214(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 71/2000 van 2 oktober 2000 (PB L 315 van 14.12.2000, blz. 1),

22001 D 0060: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 60/2001 van 19 juni 2001 (PB L 238 van 6.9.2001, blz. 1),

22001 D 0061: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 61/2001 van 19 juni 2001 (PB L 238 van 6.9.2001, blz. 3),

22001 D 0103: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 103/2001 van 28 september 2001 (PB L 322 van 6.12.2001, blz. 8),

22001 D 0132: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 132/2001 van 9 november 2001 (PB L 22 van 24.1.2002, blz. 18),

22001 D 0150: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 150/2001 van 11 december 2001 (PB L 65 van 7.3.2002, blz. 22),

22001 D 0151: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 151/2001 van 11 december 2001 (PB L 65 van 7.3.2002, blz. 24),

22002 D 0071: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 71/2002 van 25 juni 2002 (PB L 266 van 3.10.2002, blz. 5),

22002 D 0079: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 79/2002 van 25 juni 2002 (PB L 266 van 3.10.2002, blz. 24),


22002 D 0096(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 96/2002 van 12 juli 2002 (PB L 298 van 31.10.2002, blz. 1),

22002 D 0121(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 121/2002 van 27 september 2002 (PB L 336 van 12.12.2002, blz. 17),

22002 D 0122(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 122/2002 van 27 september 2002 (PB L 336 van 12.12.2002, blz. 18),

22003 D 0002: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 2/2003 van 31 januari 2003 (PB L 94 van 10.4.2003, blz. 45),

22003 D 0039: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 39/2003 van 16 mei 2003 (PB L 193 van 31.7.2003, blz. 1),

22003 D 0068: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 68/2003 van 20 juni 2003 (PB L 257 van 9.10.2003, blz. 10),

22003 D 0069: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 69/2003 van 20 juni 2003 (PB L 257 van 9.10.2003, blz. 12),

22003 D 0103: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 103/2003 van 26 september 2003 (PB L 331 van 18.12.2003, blz. 10).

22003 D 0167: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 167/2003 van 5 december 2003 (PB L 88 van 25.3.2004, blz. 35),


22003 D 0168: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 168/2003 van 5 december 2003 (PB L 88 van 25.3.2004, blz. 37),

22004 D 0096: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 96/2004 van 9 juli 2004 (PB L 376 van 23.12.2004, blz. 17),

22004 D 0139: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 139/2004 van 29 oktober 2004 (PB L 102 van 21.4.2005, blz. 1),

22004 D 0140: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 140/2004 van 29 oktober 2004 (PB L 102 van 21.4.2005, blz. 4),

22005 D 0002: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 2/2005 van 8 februari 2005 (PB L 161 van 23.6.2005, blz. 3),

22005 D 0028: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 28/2005 van 11 maart 2005 (PB L 198 van 28.7.2005, blz. 12),

22005 D 0029: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 29/2005 van 11 maart 2005 (PB L 198 van 28.7.2005, blz. 15),

22005 D 0052: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 52/2005 van 29 april 2005 (PB L 239 van 15.9.2005, blz. 24),

22005 D 0094: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 94/2005 van 8 juli 2005 (PB L 306 van 24.11.2005, blz. 16),


22005 D 0108: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 108/2005 van 30 september 2005 (PB L 339 van 22.12.2005, blz. 1),

22005 D 0109: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 109/2005 van 30 september 2005 (PB L 339 van 22.12.2005, blz. 4),

22005 D 0130: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 130/2005 van 21 oktober 2005 (PB L 14 van 19.1.2006, blz. 16),

22006 D 0018: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 18/2006 van 10 maart 2006 (PB L 147 van 1.6.2006, blz. 26),

22006 D 0019: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 19/2006 van 10 maart 2006 (PB L 147 van 1.6.2006, blz. 28),

22006 D 0043: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 43/2006 van 28 april 2006 (PB L 175 van 29.6.2006, blz. 89),

22006 D 0076: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 76/2006 van 7 juli 2006 (PB L 289 van 19.10.2006, blz. 1),

22006 D 0106: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 106/2006 van 22 september 2006 (PB L 333 van 30.11.2006, blz. 19),

22006 D 0107: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 107/2006 van 22 september 2006 (PB L 333 van 30.11.2006, blz. 21),


22006 D 0142: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 142/2006 van 8 december 2006 (PB L 89 van 29.3.2007, blz. 8),

22007 D 0003: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 3/2007 van 27 april 2007 (PB L 209 van 9.8.2007, blz. 5),

22007 D 0039: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 39/2007 van 27 april 2007 (PB L 209 van 9.8.2007, blz. 70),

22007 D 0074: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 74/2007 van 6 juli 2007 (PB L 328 van 13.12.2007, blz. 8),

22007 D 0100: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 100/2007 van 28 september 2007 (PB L 47 van 21.2.2008, blz. 12),

22007 D 0138: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 138/2007 van 26 oktober 2007 (PB L 100 van 10.4.2008, blz. 62),

22007 D 0151: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 151/2007 van 7 december 2007 (PB L 124 van 8.5.2008, blz. 9),

22007 D 0152: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 152/2007 van 7 december 2007 (PB L 124 van 8.5.2008, blz. 11),

22008 D 0021: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 21/2008 van 14 maart 2008 (PB L 182 van 10.7.2008, blz. 1),


22008 D 0043: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 43/2008 van 25 april 2008 (PB L 223 van 21.8.2008, blz. 36),

22009 D 0001: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 1/2009 van 5 februari 2009 (PB L 73 van 19.3.2009, blz. 30),

22009 D 0002: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 2/2009 van 5 februari 2009 (PB L 73 van 19.3.2009, blz. 32),

22009 D 0023: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 23/2009 van 17 maart 2009 (PB L 130 van 28.5.2009, blz. 11),

22009 D 0024: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 24/2009 van 17 maart 2009 (PB L 130 van 28.5.2009, blz. 12),

22009 D 0042: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 42/2009 van 24 april 2009 (PB L 162 van 25.6.2009, blz. 19),

22009 D 0057: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 57/2009 van 29 mei 2009 (PB L 232 van 3.9.2009, blz. 6),

22009 D 0105: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 105/2009 van 22 oktober 2009 (PB L 334 van 17.12.2009, blz. 1),

22009 D 0121: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 121/2009 van 4 december 2009 (PB L 62 van 11.3.2010, blz. 1),


22010 D 0002: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 2/2010 van 29 januari 2010 (PB L 101 van 22.4.2010, blz. 7),

22010 D 0020: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 20/2010 van 12 maart 2010 (PB L 143 van 10.6.2010, blz. 10),

22010 D 0021: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 21/2010 van 12 maart 2010 (PB L 143 van 10.6.2010, blz. 11),

22010 D 0022: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 22/2010 van 12 maart 2010 (PB L 143 van 10.6.2010, blz. 13),

22010 D 0039: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 39/2010 van 30 april 2010 (PB L 181 van 15.7.2010, blz. 4),

22010 D 0081: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 81/2010 van 2 juli 2010 (PB L 227 van 21.10.2010, blz. 34),

22010 D 0116: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 116/2010 van 10 november 2010 (PB L 58 van 3.3.2011, blz. 73),

22011 D 0008: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 8/2011 van 1 april 2011 (PB L 171 van 30.6.2011, blz. 3),

22011 D 0009: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 9/2011 van 1 april 2011 (PB L 171 van 30.6.2011, blz. 3),


22011 D 0111: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 111/2011 van 21 oktober 2011 (PB L 341 van 22.12.2011, blz. 69),

22011 D 0125: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 125/2011 van 2 december 2011 (PB L 76 van 15.3.2012, blz. 5),

22012 D 0037: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 37/2012 van 30 maart 2012 (PB L 207 van 2.8.2012, blz. 4),

22012 D 0038: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 38/2012 van 30 maart 2012 (PB L 207 van 2.8.2012, blz. 10),

22012 D 0078: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 78/2012 van 30 april 2012 (PB L 248 van 13.9.2012, blz. 9),

22012 D 0155: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 155/2012 van 28 september 2012 (PB L 341 van 13.12.2012, blz. 5),

22012 D 0193: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 193/2012 van 26 oktober 2012 (PB L 21 van 24.1.2013, blz. 41),

22013 D 0030: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 30/2013 van 15 maart 2013 (PB L 231 van 29.8.2013, blz. 1),

22013 D 0031: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 31/2013 van 15 maart 2013 (PB L 231 van 29.8.2013, blz. 4),


22013 D 0032: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 32/2013 van 15 maart 2013 (PB L 231 van 29.8.2013, blz. 5),

22013 D 0033: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 33/2013 van 15 maart 2013 (PB L 231 van 29.8.2013, blz. 7),

22013 D 0053: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 53/2013 van 3 mei 2013 (PB L 291 van 31.10.2013, blz. 3),

22013 D 0106: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 106/2013 van 14 juni 2013 (PB L 318 van 28.11.2013, blz. 7),

22013 D 0153: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 153/2013 van 8 oktober 2013 (PB L 58 van 27.2.2014, blz. 1),

22013 D 0183: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 183/2013 van 8 november 2013 (PB L 92 van 27.3.2014, blz. 7),

22013 D 0216: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 216/2013 van 13 december 2013 (PB L 154 van 22.5.2014, blz. 6),

22013 D 0217: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 217/2013 van 13 december 2013 (PB L 154 van 22.5.2014, blz. 8),

22013 D 0218: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 218/2013 van 13 december 2013 (PB L 154 van 22.5.2014, blz. 11),


22014 D 0113: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 113/2014 van 27 juni 2014 (PB L 342 van 27.11.2014, blz. 1),

22014 D 0114: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 114/2014 van 27 juni 2014 (PB L 342 van 27.11.2014, blz. 3),

22014 D 0115: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 115/2014 van 27 juni 2014 (PB L 342 van 27.11.2014, blz. 5),

22014 D 0168: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 168/2014 van 25 september 2014 (PB L 202 van 30.7.2015, blz. 13),

22014 D 0209: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 209/2014 van 24 oktober 2014 (PB L 230 van 3.9.2015, blz. 1),

22015 D 2121: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 254/2014 van 12 december 2014 (PB L 311 van 26.11.2015, blz. 1),

22016 D 0492: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 4/2015 van 25 februari 2015 (PB L 93 van 7.4.2016, blz. 7),

22016 D 0493: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 5/2015 van 25 februari 2015 (PB L 93 van 7.4.2016, blz. 9),

22016 D 0494: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 6/2015 van 25 februari 2015 (PB L 93 van 7.4.2016, blz. 10),


22016 D 0721: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 38/2015 van 20 maart 2015 (PB L 129 van 19.5.2016, blz. 8),

22016 D 0722: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 39/2015 van 20 maart 2015 (PB L 129 van 19.5.2016, blz. 11),

22016 D 0723: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 40/2015 van 20 maart 2015 (PB L 129 van 19.5.2016, blz. 13),

22016 D 1264: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 81/2015 van 30 april 2015 (PB L 211 van 4.8.2016, blz. 13),

22016 D 1265: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 82/2015 van 30 april 2015 (PB L 211 van 4.8.2016, blz. 15),

22017 D 0016: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 176/2015 van 10 juli 2015 (PB L 8 van 12.1.2017, blz. 3),

22017 D 0509: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 202/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 11),

22017 D 0510: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 203/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 12),

22017 D 1027: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 238/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 8),


22017 D 1028: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 239/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 12),

22017 D 1029: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 240/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 13),

22017 D 1030: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 241/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 14),

22017 D 1031: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 242/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 15),

22017 D 1032: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 243/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 17),

22017 D 1288: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 5/2016 van 5 februari 2016 (PB L 189 van 20.7.2017, blz. 9),

22017 D 1289: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 6/2016 van 5 februari 2016 (PB L 189 van 20.7.2017, blz. 10),

22017 D 1290: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 7/2016 van 5 februari 2016 (PB L 189 van 20.7.2017, blz. 11),

22017 D 1291: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 8/2016 van 5 februari 2016 (PB L 189 van 20.7.2017, blz. 12),


22017 D 1872: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 42/2016 van 18 maart 2016 (PB L 270 van 19.10.2017, blz. 3),

22017 D 1873: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 43/2016 van 18 maart 2016 (PB L 270 van 19.10.2017, blz. 5),

22017 D 2020: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 70/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 8),

22017 D 2021: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 71/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 10),

22018 D 0356: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 134/2016 van 8 juli 2016 (PB L 73 van 15.3.2018, blz. 1),

22018 D 0357: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 135/2016 van 8 juli 2016 (PB L 73 van 15.3.2018, blz. 3),

22018 D 1157: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 219/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 5),

22018 D 1158: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 220/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 7),

22018 D 1159: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 221/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 8),


22018 D 1160: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 222/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 10),

22018 D 1161: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 223/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 12),

22018 D 1162: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 224/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 14),

22018 D 1740: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 6/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 7),

22018 D 1812: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 48/2017 van 17 maart 2017 (PB L 305 van 29.11.2018, blz. 4),

22019 D 0186: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 74/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 11),

22019 D 0187: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 75/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 12),

22019 D 0188: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 76/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 14),

22019 D 0189: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 77/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 17),


22019 D 0727: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 120/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 5),

22019 D 0728: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 121/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 8),

22019 D 1044: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 156/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 10),

22019 D 1219: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 31/2019 van 29 maart 2019 (PB L 192 van 18.7.2019, blz. 40),

22019 D 1357: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 194/2017 van 27 oktober 2017 (PB L 219 van 22.8.2019, blz. 3),

22019 D 1621: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 212/2017 van 15 december 2017 (PB L 254 van 3.10.2019, blz. 8),

22019 D 1622: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 213/2017 van 15 december 2017 (PB L 254 van 3.10.2019, blz. 13),

22019 D 1623: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 214/2017 van 15 december 2017 (PB L 254 van 3.10.2019, blz. 15),

22019 D 1624: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 215/2017 van 15 december 2017 (PB L 254 van 3.10.2019, blz. 17),


22020 D 0055: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 38/2018 van 23 maart 2018 (PB L 26 van 30.1.2020, blz. 7),

22020 D 0056: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 39/2018 van 23 maart 2018 (PB L 26 van 30.1.2020, blz. 9),

22020 D 0296: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 277/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 6),

22020 D 0297: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 278/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 7),

22020 D 0298: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 279/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 8),

22020 D 0299: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 280/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 10),

22020 D 0300: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 281/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 12),

22020 D 0301: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 282/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 14),

22020 D 0302: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 284/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 17),


22020 D 0306: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 288/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 24),

22020 D 0802: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 48/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 5),

22020 D 0803: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 49/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 7),

22020 D 0804: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 50/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 9),

22020 D 0805: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 51/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 10),

22020 D 0806: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 52/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 12),

22020 D 0807: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 53/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 14),

22020 D 0810: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 56/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 20),

22020 D 0921: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 2/2019 van 8 februari 2019 (PB L 228 van 16.7.2020, blz. 3),


22020 D 0923: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 4/2019 van 8 februari 2019 (PB L 228 van 16.7.2020, blz. 7),

22020 D 1439: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 79/2018 van 27 april 2018 (PB L 340 van 15.10.2020, blz. 4),

22020 D 1440: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 80/2018 van 27 april 2018 (PB L 340 van 15.10.2020, blz. 7),

22021 D 0189: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 127/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 8),

22021 D 0190: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 128/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 10),

22021 D 0191: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 129/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 12),

22021 D 0192: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 130/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 14),

22021 D 1494: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 227/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 11),

22021 D 1495: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 228/2018 van 5 december 2018 (PB L 337 van 23.9.2021, blz. 13),


22022 D 1116: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 48/2022 van 18 maart 2022 (PB L 182 van 7.7.2022, blz. 16),

22022 D 1536: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 92/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 7),

22022 D 1541: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 97/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 16),

22022 D 1542: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 98/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 19),

22022 D 1543: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 99/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 21),

22022 D 1544: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 100/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 24),

22022 D 1550: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 106/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 35),

22022 D 1551: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 107/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 37),

22022 D 1557: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 113/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 49),


22022 D 1866: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 166/2022 van 10 juni 2022 (PB L 267 van 13.10.2022, blz. 3),

22022 D 1867: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 167/2022 van 10 juni 2022 (PB L 276 van 13.10.2022, blz. 5),

22022 D 2008: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 109/2019 van 8 mei 2019 (PB L 279 van 27.10.2022, blz. 5),

22022 D 2133: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 141/2019 van 14 juni 2019 (PB L 291 van 10.11.2022, blz. 9),

22022 D 2134: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 142/2019 van 14 juni 2019 (PB L 291 van 10.11.2022, blz. 10),

22022 D 2135: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 143/2019 van 14 juni 2019 (PB L 291 van 10.11.2022, blz. 12).

Een geconsolideerde versie van bijlage I bij de EER-overeenkomst is beschikbaar op de website van de

Europese Vrijhandelsassociatie (“EVA”): https://www.efta.int/.


AFDELING B

OVEREENKOMST MET ZWITSERLAND

4.    32002 D 0309: Besluit 2002/309/EG, Euratom van de Raad en, wat betreft de overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking, van de Commissie van 4 april 2002 betreffende de sluiting van zeven overeenkomsten met de Zwitserse Bondsstaat (PB L 114 van 30.4.2002, blz. 1).

5.    22022 A 0430(04): Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten (PB L 114 van 30.4.2002, blz. 132), gerectificeerd bij PB L 142 van 31.5.2002, blz. 92, zoals gewijzigd bij:

   22007 D 0458: Besluit nr. 1/2007 van het Gemengd Landbouwcomité (PB L 173 van 1.7.2007, blz. 31).

6.    22022 A 0430(04): Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten - Slotakte (PB L 114 van 30.4.2002, blz. 350).

7.    22003 D 0808: Besluit nr. 1/2003 (2003/808/EG) van het bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten opgerichte Gemengd Landbouwcomité van 21 oktober 2003 tot vaststelling van zijn reglement van orde (PB L 303 van 21.11.2003, blz. 24).

8.    22003 D 0809: Besluit nr. 2/2003 (2003/809/EG) van het bij de overeenkomst tussen de Europese gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten opgerichte Gemengd Landbouwcomité van 21 oktober 2003 tot oprichting van de werkgroepen en tot vaststelling van de mandaten van deze groepen (PB L 303 van 21 november 2003, blz. 27).


DEEL VI

FYTOSANITAIR

Andorra past alle verplichtingen toe die voortvloeien uit de door de EU gesloten internationale overeenkomsten, voor zover die verplichtingen betrekking hebben op fytosanitaire voorschriften die nodig zijn voor de goede werking van deze overeenkomst.

HOOFDSTUK 1

GEZONDHEID VAN PLANTEN — SCHADELIJKE ORGANISMEN

AFDELING A

ALGEMENE BESTRIJDINGSMAATREGELEN

1.    32016 R 2031: Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 228/2013, (EU) nr. 652/2014 en (EU) nr. 1143/2014 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van de Richtlijnen 69/464/EEG, 74/647/EEG, 93/85/EEG, 98/57/EG, 2000/29/EG, 2006/91/EG en 2007/33/EG van de Raad (PB L 317 van 23.11.2016, blz. 4), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0625:    Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1).


Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

2.    32018 R 2018: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2018 van de Commissie van 18 december 2018 tot vaststelling van specifieke regels voor de te volgen procedure bij de uitvoering van de risicobeoordeling van planten, plantaardige producten of andere materialen met een hoog risico in de zin van artikel 42, lid 1, van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 323 van 18.12.2018, blz. 7).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.


3.    32018 R 2019: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 van de Commissie van 18 december 2018 tot vaststelling van een voorlopige lijst van planten, plantaardige producten of andere materialen met een hoog risico in de zin van artikel 42 van Verordening (EU) 2016/2031 en een lijst van planten waarvoor geen fytosanitair certificaat is vereist voor het binnenbrengen in de Unie in de zin van artikel 73 van die verordening (PB L 323 van 18.12.2018, blz. 10), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 2072: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 van de Commissie van 28 november 2019 (PB L 319 van 10.12.2019, blz. 1),

   32020 R 1214: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1214 van de Commissie van 21 augustus 2020 (PB L 275 van 24.8.2020, blz. 12),

   32020 R 1361: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1361 van de Commissie van 30 september 2020 (PB L 317 van 1.10.2020, blz. 1),

   32021 R 0419: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/419 van de Commissie van 9 maart 2021 (PB L 83 van 10.3.2021, blz. 6),

   32021 R 1936: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1936 van de Commissie van 9 november 2021 (PB L 396 van 10.11.2021, blz. 27),

   32022 R 0230: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/230 van de Commissie van 18 februari 2022 (PB L 39 van 21.2.2022, blz. 11),

   32022 R 0853: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/853 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 62),


   32022 R 1309: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1309 van de Commissie van 26 juli 2022 (PB L 198 van 27.7.2022, blz. 4),

   32022 R 1404: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1404 van de Commissie van 16 augustus 2022 (PB L 214 van 17.8.2022, blz. 3).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

4.    32019 R 0066: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/66 van de Commissie van 16 januari 2019 tot vaststelling van voorschriften inzake eenvormige praktische regelingen voor de uitvoering van officiële controles van planten, plantaardige producten en ander materiaal om de naleving te verifiëren van de voorschriften van de Unie betreffende beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten die op die goederen van toepassing zijn (PB L 15 van 17.1.2019, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 0887: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/887 van de Commissie van 26 juni 2020 (PB L 205 van 29.6.2020, blz. 16).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.


5.    32019 R 0530: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/530 van de Commissie van 27 maart 2019 betreffende de aanwijzing van referentielaboratoria van de Europese Unie voor plaagorganismen bij planten, en met name voor insecten en mijten, nematoden, bacteriën, schimmels en oömyceten, virussen, viroïden en fytoplasma’s (PB L 88 van 29.3.2019, blz. 19).

6.    32019 R 0829: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/829 van de Commissie van 14 maart 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad betreffende beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, waarbij de lidstaten toestemming wordt verleend om in tijdelijke afwijkingen te voorzien ten behoeve van officiële tests, wetenschappelijke of onderwijskundige doeleinden, proefnemingen, selectiewerkzaamheden of veredeling (PB L 137 van 23.5.2019, blz. 15).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

7.    32019 R 1702: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1702 van de Commissie van 1 augustus 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad door de vaststelling van de lijst van prioritaire plaagorganismen (PB L 260 van 11.10.2019, blz. 8).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.


8.    32019 R 1715: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1715 van de Commissie van 30 september 2019 tot vaststelling van regels inzake de werking van het informatiemanagementsysteem voor officiële controles en de systeemcomponenten ervan (PB L 261 van 14.10.2019, blz. 37), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0547:    Uitvoeringsverordening (EU) 2021/547 van de Commissie van 29 maart 2021 (PB L 109 van 30.3.2021, blz. 60).

9.    32019 R 2148: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2148 van de Commissie van 13 december 2019 betreffende specifieke regels voor de vrijgave van planten, plantaardige producten en andere materialen uit quarantainestations en gesloten faciliteiten overeenkomstig Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 325 van 16.12.2019, blz. 156).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.


10.    32022 R 1456: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/1456 van de Commissie van 10 juni 2022 tot vaststelling van een afwijking van artikel 43, lid 1, van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de invoervoorwaarden voor het binnenbrengen in de Unie van houten verpakkingsmateriaal in de vorm van munitiekisten van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika, onder toezicht van het Amerikaanse Ministerie van Defensie, die vóór 1 september 2007 zijn vervaardigd (PB L 229 van 5.9.2022, blz. 5).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

11.    32022 R 1916: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1916 van de Commissie van 7 oktober 2022 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 wat betreft bepaalde uit Moldavië afkomstige voor opplant bestemde planten van de soort Juglans regia L. (PB L 263 van 10.10.2022, blz. 3).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:


Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

12.    32022 R 1941: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1941 van de Commissie van 13 oktober 2022 betreffende het verbod op het binnenbrengen, verkeer, houden, vermeerderen of vrijlaten van bepaalde plaagorganismen overeenkomstig artikel 30, lid 1, van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 268 van 14.10.2022, blz. 13).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

13.    32022 R 1941: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1941 van de Commissie van 13 oktober 2022 betreffende het verbod op het binnenbrengen, verkeer, houden, vermeerderen of vrijlaten van bepaalde plaagorganismen overeenkomstig artikel 30, lid 1, van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 268 van 14.10.2022, blz. 13).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:


Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

AFDELING B

SPECIFIEKE BESTRIJDINGSMAATREGELEN

14.    31986 D 0250: Beschikking 86/250/EEG van de Commissie van 5 mei 1986 tot vaststelling van de wijzigingen die ten aanzien van consumptie-aardappelen moeten worden aangebracht in de maatregelen die door Denemarken zijn genomen om zich te beschermen tegen besmetting met Corynebacterium sepedonicum (PB L 165 van 21.6.1986, blz. 36).

15.    32012 D 0270: Uitvoeringsbesluit 2012/270/EU van de Commissie van 16 mei 2012 betreffende noodmaatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Unie van Epitrix cucumeris (Harris), Epitrix similaris (Gentner), Epitrix subcrinita (Lec.) en Epitrix tuberis (Gentner) te voorkomen (PB L 132 van 23.5.2012, blz. 18), zoals gewijzigd bij:

   32016 D 1359: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1359 van de Commissie van 8 augustus 2016 (PB L 215 van 10.8.2016, blz. 29),

   32018 D 0005: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/5 van de Commissie van 3 januari 2018 (PB L 2 van 5.1.2018, blz. 11).


16.    32012 D 0535: Uitvoeringsbesluit 2012/535/EU van de Commissie van 26 september 2012 betreffende noodmaatregelen ter preventie van de verspreiding in de Unie van Bursaphelenchus xylophilus (Steiner et Buhrer) Nickle et al. (het dennenaaltje) (PB L 266 van 2.10.2012, blz. 42), zoals gewijzigd bij:

   32015 D 0226: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/226 van de Commissie van 11 februari 2015 (PB L 37 van 13.2.2015, blz. 21),

   32017 D 0427: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/427 van de Commissie van 8 maart 2017 (PB L 64 van 10.3.2017, blz. 109),

   32018 D 0618: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/618 van de Commissie van 19 april 2018 (PB L 102 van 23.4.2018, blz. 17).

17.    32012 D 0697: Uitvoeringsbesluit 2012/697/EU van de Commissie van 8 november 2012 wat betreft maatregelen het binnenbrengen en de verspreiding in de Unie van het geslacht Pomacea (Perry) te voorkomen (PB L 311 van 10.11.2012, blz. 14).

18.    32014 R 0063: Aanbeveling 2014/63/EU van de Commissie van 6 februari 2014 betreffende bestrijdingsmaatregelen tegen Diabrotica virgifera virgifera LeConte in gebieden in de Unie waar de aanwezigheid van dat organisme is bevestigd (PB L 38 van 7.2.2014, blz. 46).


19.    32015 D 0893: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/893 van de Commissie van 9 juni 2015 betreffende maatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Unie van Anoplophora glabripennis (Motschulsky) te voorkomen (PB L 146 van 11.6.2015, blz. 16).

20.    32018 D 0638: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/638 van de Commissie van 23 april 2018 tot vaststelling van noodmaatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Unie van het schadelijke organisme Spodoptera frugiperda (Smith) te voorkomen (PB L 105 van 25.4.2018, blz. 31), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1598: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1598 van de Commissie van 26 september 2019 (PB L 248 van 27.9.2019, blz. 86),

   32021 D 0869: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/869 van de Commissie van 27 mei 2021 (PB L 191 van 31.5.2021, blz. 4).

21.    32019 D 2032: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/2032 van de Commissie van 26 november 2019 tot vaststelling van maatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Unie van Fusarium circinatum Nirenberg & O’Donnell (voorheen Gibberella circinata) te voorkomen en tot intrekking van Beschikking 2007/433/EG (PB L 313 van 4.12.2019, blz. 94).

22.    32020 D 0758: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/758 van de Commissie van 4 juni 2020 betreffende door het Verenigd Koninkrijk te nemen maatregelen met betrekking tot Xylella fastidiosa en Ceratocystis platani (PB L 179 van 9.6.2020, blz. 8).


23.    32020 R 1191: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1191 van de Commissie van 11 augustus 2020 tot vaststelling van maatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Unie van het tomato brown rugose fruit virus (ToBRFV) te voorkomen, en tot intrekking van Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1615 (PB L 262 van 12.8.2020, blz. 6), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0074:    Uitvoeringsverordening (EU) 2021/74 van de Commissie van 26 januari 2021 (PB L 27 van 27.1.2021, blz. 15).

24.    32020 R 1201: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1201 van de Commissie van 14 augustus 2020 betreffende maatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Unie van Xylella fastidiosa (Wells et al.) te voorkomen (PB L 269 van 17.8.2020, blz. 2), gerectificeerd bij PB L 326 van 8.10.2020, blz. 14, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1688: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1688 van de Commissie van 20 september 2021 (PB L 332 van 21.9.2021, blz. 6),

   32021 R 2130: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2130 van de Commissie van 2 december 2021 (PB L 432 van 6.12.2021, blz. 19).

25.    32021 R 1809: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1809 van de Commissie van 13 oktober 2021 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1191 betreffende maatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Unie van het tomato brown rugose fruit virus (ToBRFV) te voorkomen (PB L 365 van 14.10.2021, blz. 41).


26.    32022 R 1192: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1192 van de Commissie van 11 juli 2022 tot vaststelling van maatregelen om Globodera pallida (Stone) Behrens en Globodera rostochiensis (Wollenweber) Behrens uit te roeien en de verspreiding ervan te voorkomen (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 12).

27.    32022 R 1193: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1193 van de Commissie van 11 juli 2022 tot vaststelling van maatregelen om Ralstonia solanacearum (Smith 1896) Yabuuchi et al. 1996 emend. Safni et al. 2014 (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 27).

28.    32022 R 1194: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1194 van de Commissie van 11 juli 2022 tot vaststelling van maatregelen om Clavibacter sepedonicus (Spieckermann & Kotthoff 1914) Nouioui et al. 2018 uit te roeien en de verspreiding ervan te voorkomen (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 47).

29.    32022 R 1195: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1195 van de Commissie van 11 juli 2022 tot vaststelling van maatregelen om Synchytrium endobioticum (Schilbersky) Percival uit te roeien en de verspreiding ervan te voorkomen (PB L 185 van 12.7.2022, blz. 65).

30.    32022 R 1265: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1265 van de Commissie van 20 juli 2022 tot vaststelling van maatregelen om het binnenbrengen op en de verspreiding binnen het grondgebied van de Unie van het Rose Rosettevirus te voorkomen (PB L 192 van 21.7.2022, blz. 14).

31.    32022 R 1372: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1372 van de Commissie van 5 augustus 2022 wat betreft tijdelijke maatregelen om de binnenkomst, de verplaatsing en verspreiding, de vermeerdering en het vrijkomen in de Unie van Meloidogyne graminicola (Golden & Birchfield) te voorkomen (PB L 206 van 8.8.2022, blz. 16).


32.    32022 R 1629: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1629 van de Commissie van 21 september 2022 tot vaststelling van maatregelen voor de inperking van Ceratocystis platani (J.M. Walter) Engelbr. & T.C. Harr. binnen bepaalde afgebakende gebieden (PB L 245 van 22.9.2020, blz. 14).

33.    32022 R 1630: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1630 van de Commissie van 21 september 2022 tot vaststelling van maatregelen voor de inperking van Grapevine flavescence dorée phytoplasma binnen bepaalde afgebakende gebieden (PB L 245 van 22.9.2022, blz. 27).

34.    32022 R 1659: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1659 van de Commissie van 27 september 2022 betreffende gelijkwaardige voorschriften voor het binnenbrengen in de Unie van vruchten van Citrus sinensis Pers. van oorsprong uit Israël met het oog op de risico’s van Thaumatotibia leucotreta (PB L 250 van 28.9.2022, blz. 1).

35.    32022 R 2095: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2095 van de Commissie van 28 oktober 2022 tot vaststelling van maatregelen om het binnenbrengen, de vestiging en de verspreiding op het grondgebied van de Unie van Anoplophora chinensis (Forster) te voorkomen en tot intrekking van Besluit 2012/138/EU (PB L 281 van 31.10.2022, blz. 53).


AFDELING C

BESCHERMDE GEBIEDEN

36.    31992 L 0070: Richtlijn 92/70/EEG van de Commissie van 30 juli 1992 tot vaststelling van nadere bepalingen inzake de in het kader van de erkenning van beschermde gebieden in de Gemeenschap te verrichten onderzoeken (PB L 250 van 29.8.1992, blz. 37).

37.    31993 L 0051: Richtlijn 93/51/EEG van de Commissie van 24 juni 1993 tot vaststelling van voorschriften voor het verkeer van bepaalde planten, plantaardige producten of andere materialen via een beschermd gebied en voor het verkeer, binnen een beschermd gebied, van dergelijke planten, plantaardige producten of andere materialen van oorsprong uit dat gebied (PB L 205 van 17.8.1993, blz. 24).

38.    32017 R 2313: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2313 van de Commissie van 13 december 2017 tot vaststelling van de vormvoorschriften voor het plantenpaspoort voor het verkeer binnen het grondgebied van de Unie en het plantenpaspoort voor het binnenbrengen in en het verkeer binnen een beschermd gebied (PB L 331 van 31.12.2017, blz. 44).


39.    32019 R 2072: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 van de Commissie van 28 november 2019 tot vaststelling van eenvormige voorwaarden voor de uitvoering van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 690/2008 van de Commissie en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 van de Commissie (PB L 319 van 10.12.2019, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 197 van 4.6.2020, blz. 65, zoals gewijzigd bij:

   32020 D 1598:    Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1598 van de Commissie van 13 augustus 2020 (PB L 267 van 14.8.2020, blz. 3),

   32020 R 1292: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1292 van de Commissie van 15 september 2020 (PB L 302 van 16.9.2020, blz. 20),

   32020 R 1825: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1825 van de Commissie van 2 december 2020 (PB L 406 van 3.12.2020, blz. 58),

   32020 R 2210: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2210 van de Commissie van 22 december 2020 (PB L 438 van 28.12.2020, blz. 28),

   32020 R 2211: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2211 van de Commissie van 22 december 2020 (PB L 438 van 28.12.2020, blz. 41),

   32021 R 0759: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/759 van de Commissie van 7 mei 2021 (PB L 162 van 10.5.2021, blz. 18),


   32021 R 2069: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2069 van de Commissie van 25 november 2021 (PB L 421 van 26.11.2021, blz. 28),

   32021 R 2285: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2285 van de Commissie van 14 december 2021 (PB L 458 van 22.12.2021, blz. 173),

   32022 R 0230: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/230 van de Commissie van 18 februari 2022 (PB L 39 van 21.2.2022, blz. 11),

   32022 R 0853: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/853 van de Commissie van 31 mei 2022 (PB L 150 van 1.6.2022, blz. 62),

   32022 R 0959: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/959 van de Commissie van 16 juni 2022 (PB L 165 van 21.6.2022, blz. 30).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.


40.    32022 R 2404: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/2404 van de Commissie van 14 september 2022 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad door vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor onderzoeken op ZP-quarantaineorganismen en tot intrekking van Richtlijn 92/70/EEG van de Commissie (PB L 317 van 9.12.2022, blz. 42).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

AFDELING D

REGISTRATIE VAN MARKTDEELNEMERS — PLANTENPASPOORTEN

41.    31992 L 0090: Richtlijn 92/90/EEG van de Commissie van 3 november 1992 tot vaststelling van de verplichtingen van producenten en importeurs van planten, plantaardige producten en andere materialen, en van nadere bepalingen inzake registratie (PB L 344 van 26.11.1992, blz. 38).

42.    31993 L 0050: Richtlijn 93/50/EEG van de Commissie van 24 juni 1993 tot nadere omschrijving van bepaalde niet in bijlage V, deel A, bij Richtlijn 77/93/EEG van de Raad vermelde planten waarvan de producenten, of de in het productiegebied van die planten gelegen opslagplaatsen of verzendingscentra, in een officieel register moeten worden opgenomen (PB L 205 van 17.8.1993, blz. 22).


43.    32017 R 2313: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2313 van de Commissie van 13 december 2017 tot vaststelling van de vormvoorschriften voor het plantenpaspoort voor het verkeer binnen het grondgebied van de Unie en het plantenpaspoort voor het binnenbrengen in en het verkeer binnen een beschermd gebied (PB L 331 van 31.12.2017, blz. 44).

44.    32020 R 1770: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1770 van de Commissie van 26 november 2020 betreffende types en soorten van voor opplant bestemde planten die niet zijn vrijgesteld van de vereiste van een traceerbaarheidscode voor plantenpaspoorten krachtens Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van Richtlijn 92/105/EEG van de Commissie (PB L 398 van 27.11.2020, blz. 6).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

45.    32022 R 1927: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1927 van de Commissie van 11 oktober 2022 tot vaststelling van maatregelen voor de inperking van Aleurocanthus spiniferus (Quaintance) binnen bepaalde afgebakende gebieden (PB L 265 van 12.10.2022, blz. 72).


AFDELING E

INVOER UIT DERDE LANDEN

46.    31991 D 0261: Beschikking 91/261/EEG van de Commissie van 2 mei 1991 waarbij Australië vrij van Erwinia amylovora (Burr.) Winsl. et al. wordt verklaard (PB L 126 van 22.5.1991, blz. 22).

47.    32002 D 0360: Beschikking 2002/360/EG van de Commissie van 13 mei 2002 tot vaststelling van de wijzigingen die moeten worden aangebracht in de maatregelen die Oostenrijk heeft vastgesteld om zichzelf te beschermen tegen het binnenbrengen van Anoplophora glabripennis (Motschulsky) (PB L 127 van 14.5.2002, blz. 19).

48.    32004 L 0105: Richtlijn 2004/105/EG van de Commissie van 15 oktober 2004 tot vaststelling van de modellen van officiële fytosanitaire certificaten of fytosanitaire certificaten voor wederuitvoer waarvan in Richtlijn 2000/29/EG van de Raad vermelde planten, plantaardige producten of andere materialen uit derde landen vergezeld moeten gaan (PB L 319 van 20.10.2004, blz. 9).

49.    32004 D 0200: Beschikking 2004/200/EG van de Commissie van 27 februari 2004 betreffende maatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van het pepinomozaïekvirus te voorkomen (PB L 644 van 2.3.2004, blz. 3).

50.    32011 D 0787: Uitvoeringsbesluit 2011/787/EU van de Commissie van 29 november 2011 tot machtiging van de lidstaten om tijdelijk noodmaatregelen te nemen tegen de verspreiding van Ralstonia solanacearum (Smith) Yabuuchi et al., wat Egypte betreft (PB L 319 van 2.12.2011, blz. 112).


51.    32012 D 0219: Uitvoeringsbesluit 2012/219/EU van de Commissie van 24 april 2012 waarbij Servië vrij van Clavibacter michiganensis ssp. sepedonicus (Spieckerman en Kotthoff) Davis et al. wordt verklaard (PB L 114 van 26.4.2012, blz. 28).

52.    32015 D 1199: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1199 van de Commissie van 17 juli 2015 waarbij Bosnië en Herzegovina wordt erkend als zijnde vrij van Clavibacter michiganensis ssp. sepedonicus (Spieckerman en Kotthoff) Davis et al (PB L 194 van 22.7.2015, blz. 42).

53.    32017 D 2374: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2374 van de Commissie van 15 december 2017 tot vaststelling van de omstandigheden voor het verkeer, de opslag en de verwerking van bepaalde vruchten en de hybriden daarvan, van oorsprong uit derde landen, om het binnenbrengen in de Unie van bepaalde schadelijke organismen te voorkomen (PB L 337 van 19.12.2017, blz. 60).

54.    32018 D 1503: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1503 van de Commissie van 8 oktober 2018 tot vaststelling van maatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Unie van Aromia bungii (Faldermann) te voorkomen (PB L 254 van 10.10.2108, blz. 9).

55.    32019 R 1013: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1013 van de Commissie van 16 april 2019 betreffende de voorafgaande kennisgeving van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen die de Unie binnenkomen (PB L 165 van 21.6.2019, blz. 8).


56.    32020 R 0178: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/178 van de Commissie van 31 januari 2020 betreffende de verstrekking van informatie aan reizigers die uit derde landen komen en aan klanten van postdiensten en van bepaalde professionele marktdeelnemers over het verbod op het binnenbrengen van planten, plantaardige producten en andere materialen op het grondgebied van de Unie overeenkomstig Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 37 van 10.2.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32022 R 0680: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/680 van de Commissie van 27 april 2022 (PB L 128 van 28.4.2022, blz. 1).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.


57.    32020 R 1213: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 van de Commissie van 21 augustus 2020 betreffende de fytosanitaire maatregelen voor het binnenbrengen in de Unie van bepaalde planten, plantaardige producten en andere materialen die uit de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 zijn geschrapt (PB L 275 van 24.8.2020, blz. 5), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 1362: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1362 van de Commissie van 30 september 2020 (PB L 317 van 1.10.2020, blz. 5),

   32021 R 0419: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/419 van de Commissie van 9 maart 2021 (PB L 83 van 10.3.2021, blz. 6).

58.    32021 R 0127: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/127 van de Commissie van 3 februari 2021 tot vaststelling van vereisten voor het in de Unie binnenbrengen van houten verpakkingsmateriaal voor het vervoer van bepaalde goederen van oorsprong uit bepaalde derde landen en voor de fytosanitaire controle van dergelijk materiaal, en tot intrekking van Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1137 (PB L 40 van 4.2.2021, blz. 3).

59.    32022 R 0632: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/632 van de Commissie van 13 april 2022 inzake tijdelijke maatregelen met betrekking tot bepaalde vruchten van oorsprong uit Argentinië, Brazilië, Zuid-Afrika, Uruguay en Zimbabwe om het binnenbrengen in en de verspreiding binnen het grondgebied van de Unie van het plaagorganisme Phyllosticta citricarpa (McAlpine) Van der Aa te voorkomen (PB L 117 van 19.4.2022, blz. 11).


60.    32023 R 0158: Uitvoeringsverordening (EU) 2023/158 van de Commissie van 23 januari 2023 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 wat betreft bepaalde voor opplant bestemde planten van Prunus domestica en Prunus cerasifera van oorsprong uit Oekraïne (PB L 22 van 24.1.2023, blz. 15).

AFDELING F

INSPECTIES EN KENNISGEVING VAN ONDERSCHEPPING

61.    32008 L 0061: Richtlijn 2008/61/EG van de Commissie van 17 juni 2008 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder bepaalde in de bijlagen I tot en met V bij Richtlijn 2000/29/EG van de Raad vermelde schadelijke organismen, planten, plantaardige producten en andere materialen voor proefnemingen of wetenschappelijke doeleinden en voor selectiewerkzaamheden in de Gemeenschap of in bepaalde beschermde gebieden daarvan mogen worden binnengebracht of naar een andere plaats overgebracht (PB L 158 van 18.6.2008, blz. 41).

62.    32019 R 1014: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1014 van de Commissie van 12 juni 2019 tot vaststelling van nadere regels betreffende minimumvoorschriften voor grenscontroleposten, met inbegrip van inspectiecentra, en voor de vorm, de categorieën en afkortingen voor het opstellen van lijsten van grenscontroleposten en controlepunten (PB L 165 van 21.6.2019, blz. 10).


AFDELING G

AFWIJKINGEN

63.    31993 D 0359: Beschikking 93/359/EEG van de Commissie van 28 mei 1993 tot machtiging van de lidstaten afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan voor hout van Thuja L., van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika (PB L 148 van 19.6.1993, blz. 41).

64.    31993 D 0360: Beschikking 93/360/EEG van de Commissie van 28 mei 1993 tot machtiging van de lidstaten afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan voor hout van Thuja L., van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika (PB L 148 van 19.6.1993, blz. 45).

65.    31993 D 0365: Beschikking 93/365/EEG van de Commissie van 2 juni 1993 tot machtiging van de lidstaten afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan voor naaldhout dat een warmtebehandeling heeft ondergaan, van oorsprong uit Canada, en tot vaststelling van nadere bepalingen inzake het merken van dergelijk hout (PB L 151 van 23.6.1993, blz. 38).

66.    31993 D 0422: Beschikking 93/422/EEG van de Commissie van 22 juni 1993 tot machtiging van de lidstaten om afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan voor kunstmatig gedroogd naaldhout, van oorsprong uit Canada, en tot vaststelling van nadere bepalingen inzake het merken van dergelijk hout (PB L 195 van 4.8.1993, blz. 51).


67.    31993 D 0423: Beschikking 93/423/EEG van de Commissie van 22 juni 1993 tot machtiging van de lidstaten om afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan voor kunstmatig gedroogd naaldhout, van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika, en tot vaststelling van nadere bepalingen inzake het merken van dergelijk hout (PB L 195 van 4.8.1993, blz. 55).

68.    32002 D 0499: Beschikking 2002/499/EG van de Commissie van 26 juni 2002 houdende machtiging om voor op natuurlijke of kunstmatige wijze opgekweekte miniatuurplanten van Chamaecyparis Spach, Juniperus L. en Pinus L., van oorsprong uit de Republiek Korea, afwijking van sommige bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad toe te staan (PB L 168 van 27.6.2002, blz. 53), zoals gewijzigd bij:

   32005 D 0775: Besluit 2005/775/EG van de Commissie van 4 november 2005 (PB L 292 van 8.11.2005, blz. 11),

   32007 D 0432: Besluit 2007/432/EG van de Commissie van 18 juni 2007 (PB L 161 van 22.6.2007, blz. 65),

   32010 D 0646: Besluit 2010/646/EU van de Commissie van 26 oktober 2010 (PB L 281 van 27.10.2010, blz. 98).


69.    32003 D 0063: Beschikking 2003/63/EG van de Commissie van 28 januari 2003 tot machtiging van de lidstaten om voor niet voor opplant bestemde aardappelen van oorsprong uit bepaalde provincies van Cuba tijdelijk af te wijken van sommige bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad (PB L 24 van 29.1.2003, blz. 11), zoals gewijzigd bij:

   32005 D 0649: Besluit 2005/649/EG van de Commissie van 13 september 2005 (PB L 138 van 15.9.2005, blz. 18),

   32008 D 0882: Besluit 2008/882/EG van de Commissie van 21 november 2008 (PB L 316 van 26.11.2008, blz. 13).

70.    32005 D 0051: Beschikking 2005/51/EG van de Commissie van 21 januari 2005 tot machtiging van de lidstaten om met het oog op reiniging tijdelijk afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad toe te staan voor de invoer van grond verontreinigd door bestrijdingsmiddelen of persistente organische verontreinigende stoffen (PB L 21 van 25.1.2005, blz. 21), zoals gewijzigd bij:

   32007 D 0156: Besluit 2007/156/EG van de Commissie van 7 maart 2007 (PB L 68 van 8.3.2007, blz. 7),

   32009 D 0162: Besluit 2009/162/EG van de Commissie van 26 februari 2009 (PB L 55 van 27.2.2009, blz. 40),


   32012 D 0102: Uitvoeringsbesluit 2012/102/EU van de Commissie (PB L 48 van 21.2.2012, blz. 15),

   32017 D 0487: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/487 van de Commissie van 17 maart 2017 (PB L 75 van 21.3.2017, blz. 32).

71.    32011 D 0778: Uitvoeringsbesluit 2011/778/EU van de Commissie van 28 november 2011 tot machtiging van bepaalde lidstaten om voor pootaardappelen van oorsprong uit bepaalde provincies van Canada tijdelijk af te wijken van sommige bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad (PB L 317 van 30.11.2011, blz. 37), zoals gewijzigd bij:

   32014 D 0368: Uitvoeringsbesluit 2014/368/EU van de Commissie van 16 juni 2014 (PB L 178 van 18.6.2014, blz. 27).

72.    32013 D 0780: Uitvoeringsbesluit van de Commissie van 18 december 2013 houdende afwijking van artikel 13, lid 1, ii), van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad ten aanzien van gezaagd hout van Quercus L., Platanus L. en Acer saccharum Marsh. dat vrij is van bast, van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika (2013/780/EU) (PB L 346 van 20.12.2013, blz. 61), zoals gewijzigd bij:

   32016 D 2004: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2004 van de Commissie van 14 november 2016 (PB L 308 van 16.11.2016, blz. 62).


73.    32016 D 0412: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/412 van de Commissie van 17 maart 2016 tot machtiging van de lidstaten om tijdelijk af te wijken van een aantal bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad ten aanzien van essenhout van oorsprong uit of verwerkt in Canada (PB L 74 van 19.3.2016, blz. 41).

74.    32017 D 2180: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2180 van de Commissie van 16 november 2017 tot verlenging van de geldigheid van Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/412 tot machtiging van de lidstaten om tijdelijk af te wijken van een aantal bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad ten aanzien van essenhout van oorsprong uit of verwerkt in Canada (PB L 307 van 23.11.2017, blz. 57).

75.    32017 D 2187: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2187 van de Commissie van 16 november 2017 tot verlenging van de geldigheid van Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/179 tot machtiging van de lidstaten om af te wijken van een aantal bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad ten aanzien van houten verpakkingsmateriaal vervaardigd uit naaldbomen (Coniferales) in de vorm van munitiekisten van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika onder toezicht van het Amerikaanse ministerie van Defensie (PB L 309 van 24.11.2017, blz. 19).

76.    32018 D 1970: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1970 van de Commissie van 11 december 2018 tot wijziging en verlenging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/412 tot machtiging van de lidstaten om tijdelijk af te wijken van een aantal bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad ten aanzien van essenhout van oorsprong uit of verwerkt in Canada (PB L 316 van 13.12.2018, blz. 19).


77.    32019 D 1614: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1614 van de Commissie van 26 september 2019 tot machtiging van de lidstaten om voor andere dan voor opplant bestemde aardappelen uit de regio’s Akkar en Bekaa in Libanon af te wijken van sommige bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de Raad (PB L 250 van 30.9.2019, blz. 83).

78.    32020 R 0918: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/918 van de Commissie van 1 juli 2020 houdende afwijking van Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 wat betreft de voorschriften voor het binnenbrengen in de Unie van essenhout van oorsprong uit of verwerkt in Canada (PB L 209 van 2.7.2020, blz. 14).

79.    32020 R 1002: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1002 van de Commissie van 9 juli 2020 houdende afwijking van Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 wat betreft de voorschriften voor het binnenbrengen in de Unie van essenhout van oorsprong uit of verwerkt in de Verenigde Staten (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 122).

80.    32020 R 1217: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1217 van de Commissie van 25 augustus 2020 betreffende een afwijking van Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 voor het binnenbrengen in de Unie van op natuurlijke of kunstmatige wijze opgekweekte voor opplant bestemde miniatuurplanten van Chamaecyparis Spach, Juniperus L. en bepaalde soorten van Pinus L., van oorsprong uit Japan, en tot intrekking van Beschikking 2002/887/EG (PB L 277 van 26.8.2020, blz. 6).


AFDELING H

SOLIDARITEIT EN AANSPRAKELIJKHEID

81.    32002 R 1040: Verordening (EG) nr. 1040/2002 van de Commissie van 14 juni 2002 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van de regeling inzake de toekenning van een financiële bijdrage van de Gemeenschap voor fytosanitaire bestrijdingsmaatregelen en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 2051/97 (PB L 157 van 15.6.2002, blz. 38), zoals gewijzigd bij:

   32005 R 0738: Verordening (EG) nr. 738/2005 van de Commissie van 13 mei 2005 (PB L 122 van 14.5.2005, blz. 17).

82.    32006 D 0923: Beschikking 2006/923/EG van de Commissie van 13 december 2006 tot vaststelling van een financiële bijdrage van de Gemeenschap voor 2006 en 2007 tot dekking van de door Portugal gedane uitgaven ter bestrijding van Bursaphelenchus xylophilus (Steiner et Buhrer) Nickle et al. . (het dennenaaltje) (PB L 354 van 14.12.2006, blz. 42).

83.    32008 D 0327: Beschikking 2008/327/EG van de Commissie van 21 april 2008 tot afwijking van bepaalde bepalingen van Beschikking 2006/923/EG tot vaststelling van een financiële bijdrage van de Gemeenschap voor 2006 en 2007 tot dekking van de door Portugal gedane uitgaven ter bestrijding van Bursaphelenchus xylophilus (Steiner et Buhrer) Nickle et al. (het dennenaaltje) (PB L 112 van 24.4.2008, blz. 29).


84.    32009 D 0126: Beschikking 2009/126/EG van de Commissie van 13 februari 2009 inzake de bijdrage van de Gemeenschap voor 2009 in de financiering van een programma ter bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen in de Franse overzeese departementen (PB L 44 van 14.2.2009, blz. 79).

85.    32009 D 0147: Beschikking 2009/147/EG van de Commissie van 19 februari 2009 tot vaststelling van een financiële bijdrage van de Gemeenschap voor 2008 in de door Duitsland, Nederland en Slovenië gedane uitgaven ter bestrijding van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen (PB L 49 van 20.2.2009, blz. 43).

86.    32009 D 0996: Besluit 2009/996/EU van de Commissie van 17 december 2009 tot vaststelling van een financiële bijdrage van de Unie voor 2009 ter dekking van de door Duitsland, Spanje, Italië, Malta, Nederland, Portugal en Slovenië gedane uitgaven ter bestrijding van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen (PB L 339 van 22.12.2009, blz. 49), zoals gewijzigd bij:

   32011 D 0212: Besluit 2011/212/EU van de Commissie van 4 april 2011 (PB L 89 van 5.4.2011, blz. 24).

87.    32010 D 0052: Besluit 2010/52/EU van de Commissie van 27 januari 2010 inzake de bijdrage van de Gemeenschap voor 2010 in de financiering van een programma ter bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen in de Franse overzeese departementen (PB L 26 van 30.1.2010, blz. 26).

88.    32010 D 0772: Besluit 2010/772/EU van de Commissie van 14 december 2010 tot vaststelling van een financiële bijdrage van de Unie voor 2010 ter dekking van de door Duitsland, Spanje, Frankrijk, Italië, Cyprus en Portugal gedane uitgaven ter bestrijding van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen (PB L 330 van 15.12.2010, blz. 9).


89.    32011 D 0132: Besluit 2011/132/EU van de Commissie van 28 februari 2011 inzake de bijdrage van de Gemeenschap voor 2011 in de financiering van een programma ter bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen in de Franse overzeese departementen (PB L 56 van 1.3.2011, blz. 17).

90.    32011 D 0851: Uitvoeringsbesluit 2011/851/EU van de Commissie van 12 december 2011 tot vaststelling van een financiële bijdrage van de Gemeenschap voor 2006 en 2007 tot dekking van de door Portugal gedane uitgaven ter bestrijding van Bursaphelenchus xylophilus (Steiner et Buhrer) Nickle et al. (het dennenaaltje) (PB L 335 van 17.12.2011, blz. 107), gerectificeerd bij PB L 336 van 20.12.2011, blz. 85.

91.    32011 D 0868: Uitvoeringsbesluit 2011/868/EU van de Commissie van 19 december 2011 tot vaststelling van een financiële bijdrage van de Unie voor 2011 ter dekking van de door Duitsland, Spanje, Italië, Cyprus, Malta, Nederland en Portugal gedane uitgaven ter bestrijding van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen (PB L 341 van 22.12.2011, blz. 57).

92.    32012 D 0182: Uitvoeringsbesluit 2012/182/EU van de Commissie van 28 maart 2012 betreffende een bijdrage van de Unie voor 2012 in de financiering van een programma ter bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen in de Franse overzeese departementen (PB L 92 van 30.3.2012, blz. 28).

93.    32012 D 0789:    Uitvoeringsbesluit 2012/789/EU van de Commissie van 14 december 2012 tot vaststelling van een financiële bijdrage van de Unie overeenkomstig Richtlijn 2000/29/EG van de Raad voor 2012 ter dekking van de door Duitsland, Spanje, Frankrijk, Italië, Cyprus, Nederland en Portugal gedane uitgaven ter bestrijding van voor planten of plantaardige producten schadelijke organismen (PB L 348 van 18.12.2012, blz. 22).


94.    32012 D 0796: Uitvoeringsbesluit 2012/796/EU van de Commissie van 17 december 2012 tot vaststelling van een derde financiële bijdrage van de Unie overeenkomstig Richtlijn 2000/29/EG van de Raad voor 2006 en 2007 tot dekking van de door Portugal gedane uitgaven ter bestrijding van Bursaphelenchus xylophilus (Steiner et Buhrer) Nickle et al. (het dennenaaltje) (PB L 349 van 19.12.2012, blz. 66).

95.    32013 D 0175: Uitvoeringsbesluit 2013/175/EU van de Commissie van 8 april 2013 betreffende een bijdrage van de Unie voor 2013 in de financiering van een programma ter bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen in de Franse overzeese departementen, op grond van Verordening (EG) nr. 247/2006 van de Raad (PB L 101 van 10.4.2013, blz. 48).

96.    32013 D 0800: Uitvoeringsbesluit 2013/800/EU van de Commissie van 18 december 2013 betreffende een financiële bijdrage van de Unie voor 2013 ter dekking van de door Duitsland, Frankrijk, Nederland, Portugal en Spanje gedane uitgaven ter bestrijding van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen (PB L 352 van 24.12.2013, blz. 58).


HOOFDSTUK 2

GEZONDHEID VAN PLANTEN – GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN

AFDELING A

HET IN DE HANDEL BRENGEN

1.    32021 D 1102:    Besluit (EU) 2021/1102 van de Raad van 28 juni 2021 met het verzoek aan de Commissie een studie voor te leggen over de situatie en de opties van de Unie met betrekking tot de invoering, de evaluatie, de productie, het in de handel brengen en het gebruik van ongewervelde biologische bestrijdingsmiddelen op het grondgebied van de Unie, en tevens een voorstel in te dienen indien passend in het licht van de resultaten van de studie (PB L 238 van 6.7.2021, blz. 81).

ONDERAFDELING 1

REGISTRATIE

2.    32009 R 1107: Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32011 R 0541:    Uitvoeringsverordening (EU) nr. 541/2011 van de Commissie van 1 juni 2011 (PB L 1538 van 11.6.2011, blz. 187),


   32013 R 0518:    Verordening (EU) nr. 518/2013 van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 72),

   32014 R 0652: Verordening (EG) nr. 652/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 (PB L 189 van 27.6.2014, blz. 1),

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1),

   32017 R 1432: Verordening (EU) 2017/1432 van de Commissie van 7 augustus 2017 (PB L 205 van 8.8.2017, blz. 59),

   32018 R 0605: Verordening (EU) 2018/605 van de Commissie van 19 april 2018 (PB L 101 van 20.4.2018, blz. 33), gerectificeerd bij PB L 111 van 2.5.2018, blz. 10,

   32019 R 1381: Verordening (EU) 2019/1381 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 231 van 6.9.2019, blz. 1),

   32021 R 0383: Verordening (EU) 2021/383 van de Commissie van 3 maart 2021 (PB L 74 van 4.3.2021, blz. 7),

   32022 R 1438: Verordening (EU) 2022/1438 van de Commissie van 31 augustus 2022 (PB L 227 van 1.9.2022, blz. 2).


Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassingen gelezen:

a)    Andorra is niet verplicht deel te nemen aan de beoordeling van aanvragen tot goedkeuring van werkzame stoffen, beschermstoffen, synergistische middelen of co-formulanten, noch aan de beoordeling van aanvragen tot toelating van gewasbeschermingsmiddelen. In die zin erkent Andorra te allen tijde automatisch de in Frankrijk en Spanje geldende vergunningen voor het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen.

b)    Andorra kan onder de in artikel 40, lid 2, van deze verordening vastgestelde voorwaarden de procedure inleiden voor het aanvragen van wederzijdse erkenning door officiële of wetenschappelijke instanties.

c)    Andorra kan de afwijkingsprocedure inleiden in noodsituaties op het gebied van gewasbescherming als bedoeld in artikel 53 van deze verordening.

d)    Andorra kan de procedure voor onderzoek en ontwikkeling inleiden onder de in artikel 54 van deze verordening vastgestelde voorwaarden.

3.    32011 R 0188: Verordening (EU) nr. 188/2011 van de Commissie van 25 februari 2011 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad wat betreft de procedure voor de beoordeling van werkzame stoffen die twee jaar na de datum van kennisgeving van die richtlijn niet op de markt waren (PB L 53 van 26.2.2011, blz. 51).


4.    32011 R 0540: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen betreft (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 26 van 28.1.2012, blz. 38, PB L 216 van 15.8.2015, blz. 1, PB L 152 van 15.5.2020, blz. 1, PB L 313 van 6.9.2021, blz. 9 en PB L 18 van 27.1.2022, blz. 128, zoals gewijzigd bij:

   32011 R 0542:    Uitvoeringsverordening (EU) nr. 542/2011 van de Commissie van 1 juni 2011 (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 189),

   32011 R 0702: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 702/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 28),

   32011 R 0703: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 703/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 33),

   32011 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 704/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 38),

   32011 R 0705: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 705/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 43),

   32011 R 0706: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 706/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 50),

   32011 R 0736: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 736/2011 van de Commissie van 26 juli 2011 (PB L 195 van 27.7.2011, blz. 37),


   32011 R 0740: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 740/2011 van de Commissie van 27 juli 2011 (PB L 196 van 28.7.2011, blz. 6),

   32011 R 0786: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 786/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 11),

   32011 R 0787: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 787/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 16),

   32011 R 0788: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 788/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 21),

   32011 R 0797: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 797/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 3),

   32011 R 0798: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 798/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 9),

   32011 R 0800: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 800/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 22),

   32011 R 0806: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 806/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 (PB L 206 van 11.8.2011, blz. 39),

   32011 R 0807: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 807/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 (PB L 206 van 11.8.2011, blz. 44),


   32011 R 0810: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 810/2011 van de Commissie van 11 augustus 2011 (PB L 207 van 12.8.2011, blz. 7),

   32011 R 0820: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 820/2011 van 16 augustus 2011 (PB L 209 van 17.8.2011, blz. 18), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0824: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/824 van de Commissie van 21 mei 2021 (PB L 183 van 25.5.2021, blz. 35),

   32011 R 0974: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 974/2011 van de Commissie van 29 september 2011 (PB L 255 van 1.10.2011, blz. 1),

   32011 R 0993:    Uitvoeringsverordening (EU) nr. 993/2011 van de Commissie van 6 oktober 2011 (PB L 263 van 7.10.2011, blz. 1),

   32011 R 1022: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1022/2011 van de Commissie van 14 oktober 2011 (PB L 270 van 15.10.2011, blz. 20),

   32011 R 1100: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1100/2011 van de Commissie van 31 oktober 2011 (PB L 285 van 1.11.2011, blz. 10),

   32011 R 1134: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1134/2011 van de Commissie van 9 november 2011 (PB L 292 van 10.11.2011, blz. 1),

   32011 R 1143: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1143/2011 van de Commissie van 10 november 2011 (PB L 293 van 11.11.2011, blz. 26),


   32012 R 0087: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 87/2012 van de Commissie van 1 februari 2012 (PB L 30 van 2.2.2012, blz. 8),

   32012 R 0127: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 127/2012 van de Commissie van 14 februari 2012 (PB L 41 van 15.2.2012, blz. 12),

   32012 R 0287: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 287/2012 van de Commissie van 30 maart 2012 (PB L 95 van 31.3.2012, blz. 7),

   32012 R 0359: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 359/2012 van de Commissie van 25 april 2012 (PB L 114 van 26.4.2012, blz. 1),

   32012 R 0369: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 369/2012 van de Commissie van 27 april 2012 (PB L 116 van 28.4.2012, blz. 19),

   32012 R 0571: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 571/2012 van de Commissie van 28 juni 2012 (PB L 169 van 29.6.2012, blz. 46),

   32012 R 0582: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 582/2012 van de Commissie van 2 juli 2012 (PB L 173 van 3.7.2012, blz. 36),

   32012 R 0589: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 589/2012 van de Commissie van 4 juli 2012 (PB L 175 van 5.7.2012, blz. 7),

   32012 R 0595: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 595/2012 van de Commissie van 5 juli 2012 (PB L 176 van 6.7.2012, blz. 46),


   32012 R 0597: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 597/2012 van de Commissie van 5 juli 2012 (PB L 176 van 6.7.2012, blz. 54),

   32012 R 0608: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 608/2012 van de Commissie van 6 juli 2012 (PB L 177 van 7.7.2012, blz. 19),

   32012 R 0637: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 637/2012 van de Commissie van 13 juli 2012 (PB L 186 van 14.7.2012, blz. 20),

   32012 R 0735: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 735/2012 van de Commissie van 14 augustus 2012 (PB L 218 van 15.8.2012, blz. 3),

   32012 R 0746: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 746/2012 van de Commissie van 16 augustus 2012 (PB L 219 van 17.8.2012, blz. 15),

   32012 R 1043: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1043/2012 van de Commissie van 8 november 2012 (PB L 310 van 9.11.2012, blz. 24),

   32012 R 1197: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1197/2012 van de Commissie van 13 december 2012 (PB L 342 van 14.12.2012, blz. 27),

   32012 R 1237: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1237/2012 van de Commissie van 19 december 2012 (PB L 350 van 20.12.2012, blz. 55),

   32012 R 1238: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2012 van de Commissie van 19 december 2012 (PB L 350 van 20.12.2012, blz. 59),


   32013 R 0017: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 17/2013 van de Commissie van 14 januari 2013 (PB L 9 van 15.1.2013, blz. 5),

   32013 R 0022: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 22/2013 van de Commissie van 15 januari 2013 (PB L 11 van 16.1.2013, blz. 8),

   32013 R 0175: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 175/2013 van de Commissie van 27 februari 2013 (PB L 56 van 28.2.2013, blz. 4),

   32013 R 0187: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 187/2013 van de Commissie van 5 maart 2013 (PB L 62 van 6.3.2013, blz. 10),

   32013 R 0188: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 188/2013 van de Commissie van 5 maart 2013 (PB L 62 van 6.3.2013, blz. 13),

   32013 R 0190: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 190/2013 van de Commissie van 5 maart 2013 (PB L 62 van 6.3.2013, blz. 19),

   32013 R 0200: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 200/2013 van de Commissie van 8 maart 2013 (PB L 67 van 9.3.2013, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 235 van 31.8.2013, blz. 12,

   32013 R 0201: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 201/2013 van de Commissie van 8 maart 2013 (PB L 67 van 9.3.2013, blz. 6),

   32013 R 0350: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 350/2013 van de Commissie van 17 april 2013 (PB L 108 van 18.4.2013, blz. 9),


   32013 R 0355: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 355/2013 van de Commissie van 18 april 2013 (PB L 109 van 19.4.2013, blz. 14),

   32013 R 0356: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 356/2013 van de Commissie van 18 april 2013 (PB L 109 van 19.4.2013, blz. 18),

   32013 R 0365: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 365/2013 van de Commissie van 22 april 2013 (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 27),

   32013 R 0366: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 366/2013 van de Commissie van 22 april 2013 (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 30),

   32013 R 0367: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 367/2013 van de Commissie van 22 april 2013 (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 33),

   32013 R 0368: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 368/2013 van de Commissie van 22 april 2013 (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 36),

   32013 R 0369: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 369/2013 van de Commissie van 22 april 2013 (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 39),

   32013 R 0373: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 373/2013 van de Commissie van 23 april 2013 (PB L 112 van 24.4.2013, blz. 10),

   32013 R 0375: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 375/2013 van de Commissie van 23 april 2013 (PB L 112 van 24.4.2013, blz. 15),


   32013 R 0378: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 378/2013 van de Commissie van 24 april 2013 (PB L 113 van 25.4.2013, blz. 1),

   32013 R 0485: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 485/2013 van de Commissie van 24 mei 2013 (PB L 139 van 25.5.2013, blz. 12),

   32013 R 0532: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 532/2013 van de Commissie van 10 juni 2013 (PB L 159 van 11.6.2013, blz. 6),

   32013 R 0533: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 533/2013 van de Commissie van 10 juni 2013 (PB L 159 van 11.6.2013, blz. 9),

   32013 R 0546: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 546/2013 van de Commissie van 14 juni 2013 (PB L 163 van 15.6.2013, blz. 17),

   32013 R 0568: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 568/2013 van de Commissie van 18 juni 2013 (PB L 167 van 19.6.2013, blz. 33),

   32013 R 0570: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 570/2013 van de Commissie van 17 juni 2013 (PB L 168 van 20.6.2013, blz. 18),

   32013 R 0762: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 762/2013 van de Commissie van 7 augustus 2013 (PB L 213 van 8.8.2013, blz. 14),

   32013 R 0767: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 767/2013 van de Commissie van 8 augustus 2013 (PB L 214 van 9.8.2013, blz. 5),


   32013 R 0781: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 781/2013 van de Commissie van 14 augustus 2013 (PB L 219 van 15.8.2013, blz. 22),

   32013 R 0790: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 790/2013 van de Commissie van 19 augustus 2013 (PB L 222 van 20.8.2013, blz. 6),

   32013 R 0798: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 798/2013 van de Commissie van 21 augustus 2013 (PB L 224 van 22.8.2013, blz. 9),

   32013 R 0802: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 802/2013 van de Commissie van 22 augustus 2013 (PB L 225 van 23.8.2013, blz. 13),

   32013 R 0826: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 826/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 13),

   32013 R 0827: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 827/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 18),

   32013 R 0828: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 828/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 23),

   32013 R 0829: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 829/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 29),

   32013 R 0832: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 832/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 (PB L 233 van 31.8.2013, blz. 3),


   32013 R 0833: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 833/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 (PB L 233 van 31.8.2013, blz. 7),

   32013 R 1031: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1031/2013 van de Commissie van 24 oktober 2013 (PB L 283 van 25.10.2013, blz. 17),

   32013 R 1089: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1089/2013 van de Commissie van 4 november 2013 (PB L 293 van 5.11.2013, blz. 31),

   32013 R 1124: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1124/2013 van de Commissie van 8 november 2013 (PB L 299 van 9.11.2013, blz. 34),

   32013 R 1136: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1136/2013 van de Commissie van 12 november 2013 (PB L 302 van 13.11.2013, blz. 34),

   32013 R 1150: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1150/2013 van de Commissie van 14 november 2013 (PB L 305 van 15.11.2013, blz. 13),

   32013 R 1165: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1165/2013 van de Commissie van 18 november 2013 (PB L 309 van 19.11.2013, blz. 17),

   32013 R 1166: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1166/2013 van de Commissie van 18 november 2013 (PB L 309 van 19.11.2013, blz. 22),

   32013 R 1175: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1175/2013 van de Commissie van 20 november 2013 (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 18),


   32013 R 1176: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1176/2013 van de Commissie van 20 november 2013 (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 23),

   32013 R 1177: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1177/2013 van de Commissie van 20 november 2013 (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 28),

   32013 R 1178: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1178/2013 van de Commissie van 20 november 2013 (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 33),

   32013 R 1187: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1187/2013 van de Commissie van 21 november 2013 (PB L 313 van 22.11.2013, blz. 42),

   32013 R 1192: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1192/2013 van de Commissie van 22 november 2013 (PB L 314 van 23.11.2013, blz. 6),

   32013 R 1195: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1195/2013 van de Commissie van 22 november 2013 (PB L 315 van 26.11.2013, blz. 27),

   32013 R 1199: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1199/2013 van de Commissie van 25 november 2013 (PB L 315 van 26.11.2013, blz. 69),

   32014 R 0085: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 85/2014 van de Commissie van 30 januari 2014 (PB L 28 van 31.1.2014, blz. 34),

   32014 R 0140: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 140/2014 van de Commissie van 13 februari 2014 (PB L 44 van 14.2.2014, blz. 35), gerectificeerd bij PB L 277 van 22.10.2015, blz. 60,


   32014 R 0141: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 141/2014 van de Commissie van 13 februari 2014 (PB L 44 van 14.2.2014, blz. 40),

   32014 R 0143: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 143/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 1),

   32014 R 0144: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 144/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 7),

   32014 R 0145: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 145/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 12),

   32014 R 0149: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 149/2014 van de Commissie van 17 februari 2014 (PB L 46 van 18.2.2014, blz. 3),

   32014 R 0151: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 151/2014 van de Commissie van 18 februari 2014 (PB L 48 van 19.2.2014, blz. 1),

   32014 R 0154: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 154/2014 van de Commissie van 19 februari 2014 (PB L 50 van 20.2.2014, blz. 7),

   32014 R 0187: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 187/2014 van de Commissie van 26 februari 2014 (PB L 57 van 27.2.2014, blz. 4),

   32014 R 0192: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 192/2014 van de Commissie van 27 februari 2014 (PB L 59 van 28.2.2014, blz. 20),


   32014 R 0193: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 193/2014 van de Commissie van 27 februari 2014 (PB L 59 van 28.2.2014, blz. 25),

   32014 R 0462: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 462/2014 van de Commissie van 5 mei 2014 (PB L 134 van 7.5.2014, blz. 28),

   32014 R 0485: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 485/2014 van de Commissie van 12 mei 2014 (PB L 138 van 13.5.2014, blz. 65),

   32014 R 0486: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 486/2014 van de Commissie van 12 mei 2014 (PB L 138 van 13.5.2014, blz. 70),

   32014 R 0487: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 487/2014 van de Commissie van 12 mei 2014 (PB L 138 van 13.5.2014, blz. 72),

   32014 R 0496: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 496/2014 van de Commissie van 14 mei 2014 (PB L 143 van 15.5.2014, blz. 1),

   32014 R 0504: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 504/2014 van de Commissie van 15 mei 2014 (PB L 145 van 16.5.2014, blz. 28),

   32014 R 0563: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 563/2014 van de Commissie van 23 mei 2014 (PB L 156 van 24.5.2014, blz. 5),

   32014 R 0571: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 571/2014 van de Commissie van 26 mei 2014 (PB L 157 van 27.5.2014, blz. 96),


   32014 R 0629: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 629/2014 van de Commissie van 12 juni 2014 (PB L 174 van 13.6.2014, blz. 33),

   32014 R 0632: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 632/2014 van de Commissie van 13 mei 2014 (PB L 175 van 14.6.2014, blz. 1),

   32014 R 0678: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 678/2014 van de Commissie van 19 juni 2014 (PB L 180 van 20.6.2014, blz. 11),

   32014 R 0878: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 878/2014 van de Commissie van 12 augustus 2014 (PB L 240 van 13.8.2014, blz. 18),

   32014 R 0880: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 880/2014 van de Commissie van 12 augustus 2014 (PB L 240 van 13.8.2014, blz. 22),

   32014 R 0890: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 890/2014 van de Commissie van 14 augustus 2014 (PB L 243 van 15.8.2014, blz. 42),

   32014 R 0891: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 891/2014 van de Commissie van 14 augustus 2014 (PB L 243 van 15.8.2014, blz. 47),

   32014 R 0916: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 916/2014 van de Commissie van 22 augustus 2014 (PB L 251 van 23.8.2014, blz. 16),

   32014 R 0917: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 917/2014 van de Commissie van 22 augustus 2014 (PB L 251 van 23.8.2014, blz. 19),


   32014 R 0918: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 918/2014 van de Commissie van 22 augustus 2014 (PB L 251 van 23.8.2014, blz. 24),

   32014 R 0921: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 921/2014 van de Commissie van 25 augustus 2014 (PB L 252 van 26.8.2014, blz. 3),

   32014 R 0922: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 922/2014 van de Commissie van 25 augustus 2014 (PB L 252 van 26.8.2014, blz. 6),

   32014 R 1330: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1330/2014 van de Commissie van 15 december 2014 (PB L 349 van 16.12.2014, blz. 85), gerectificeerd bij PB L 18 van 27.1.2022, blz. 128,

   32014 R 1334: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1334/2014 van de Commissie van 16 december 2014 (PB L 360 van 17.12.2014, blz. 1),

   32015 R 0051: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/51 van de Commissie van 14 januari 2015 (PB L 9 van 15.1.2015, blz. 22),

   32015 R 0058: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/58 van de Commissie van 15 januari 2015 (PB L 10 van 16.1.2015, blz. 25),

   32015 R 0232: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/232 van de Commissie van 13 februari 2015 (PB L 39 van 14.2.2015, blz. 7),

   32015 R 0306: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/306 van de Commissie van 26 februari 2015 (PB L 56 van 27.2.2015, blz. 1),


   32015 R 0307: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/307 van de Commissie van 26 februari 2015 (PB L 56 van 27.2.2015, blz. 6),

   32015 R 0308: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/308 van de Commissie van 26 februari 2015 (PB L 56 van 27.2.2015, blz. 9),

   32015 R 0404: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/404 van de Commissie van 11 maart 2015 (PB L 67 van 12.3.2015, blz. 6),

   32015 R 0415: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/415 van de Commissie van 12 maart 2015 (PB L 68 van 13.3.2015, blz. 28),

   32015 R 0418: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/418 van de Commissie van 12 maart 2015 (PB L 68 van 13.3.2015, blz. 36),

   32015 R 0543: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/543 van de Commissie van 1 april 2015 (PB L 90 van 2.4.2015, blz. 7),

   32015 R 0553: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/553 van de Commissie van 7 april 2015 (PB L 92 van 8.4.2015, blz. 86),

   32015 R 0762: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/762 van de Commissie van 12 mei 2015 (PB L 120 van 13.5.2015, blz. 6),

   32015 R 1106: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1106 van de Commissie van 8 juli 2015 (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 70),


   32015 R 1107: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1107 van de Commissie van 8 juli 2015 (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 72),

   32015 R 1108: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1108 van de Commissie van 8 juli 2015 (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 75), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0149: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/149 van de Commissie van 30 januari 2019 (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 20),

   32015 R 1115: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1115 van de Commissie van 9 juli 2015 (PB L 182 van 10.7.2015, blz. 22),

   32015 R 1116: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1116 van de Commissie van 9 juli 2015 (PB L 182 van 10.7.2015, blz. 26),

   32015 R 1154: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1154 van de Commissie van 14 juli 2015 (PB L 187 van 15.7.2015, blz. 18),

   32015 R 1165: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1165 van de Commissie van 15 juli 2015 (PB L 188 van 16.7.2015, blz. 30),

   32015 R 1166: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1166 van de Commissie van 15 juli 2015 (PB L 188 van 16.7.2015, blz. 34),

   32015 R 1176: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1176 van de Commissie van 17 juli 2015 (PB L 192 van 18.7.2015, blz. 1),


   32015 R 1192: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1192 van de Commissie van 20 juli 2015 (PB L 193 van 21.7.2015, blz. 124),

   32015 R 1201: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1201 van de Commissie van 22 juli 2015 (PB L 195 van 23.7.2015, blz. 37),

   32015 R 1295: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1295 van de Commissie van 27 juli 2015 (PB L 199 van 29.7.2015, blz. 8), zoals gewijzigd bij:

   32022 R 0686: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/686 van de Commissie van 28 april 2022 (PB L 129 van 29.4.2022, blz. 18),

   32015 R 1392: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1392 van de Commissie van 13 augustus 2015 (PB L 215 van 14.8.2015, blz. 34),

   32015 R 1397: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1397 van de Commissie van 14 augustus 2015 (PB L 216 van 15.8.2015, blz. 3),

   32015 R 1885: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1885 van de Commissie van 20 oktober 2015 (PB L 276 van 21.10.2015, blz. 48),

   32015 R 2033: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2033 van de Commissie van 13 november 2015 (PB L 298 van 14.11.2015, blz. 8),

   32015 R 2047: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2047 van de Commissie van 16 november 2015 (PB L 300 van 17.11.2015, blz. 8),


   32015 R 2069: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2069 van de Commissie van 17 november 2015 (PB L 301 van 18.11.2015, blz. 42),

   32015 R 2084: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2084 van de Commissie van 18 november 2015 (PB L 302 van 19.11.2015, blz. 89),

   32015 R 2085: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2085 van de Commissie van 18 november 2015 (PB L 302 van 19.11.2015, blz. 93),

   32015 R 2105: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2105 van de Commissie van 20 november 2015 (PB L 305 van 20.11.2015, blz. 31),

   32015 R 2198: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2198 van de Commissie van 27 november 2015 (PB L 313 van 28.11.2015, blz. 35),

   32015 R 2233: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2233 van de Commissie van 2 december 2015 (PB L 317 van 3.12.2015, blz. 26),

   32016 R 0139: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/139 van de Commissie van 2 februari 2016 (PB L 27 van 3.2.2016, blz. 7),

   32016 R 0146: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/146 van de Commissie van 4 februari 2016 (PB L 30 van 5.2.2016, blz. 5),

   32016 R 0147: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/147 van de Commissie van 4 februari 2016 (PB L 30 van 5.2.2016, blz. 12),


   32016 R 0177: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/177 van de Commissie van 10 februari 2016 (PB L 35 van 11.2.2016, blz. 1),

   32016 R 0182: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/182 van de Commissie van 11 februari 2016 (PB L 37 van 12.2.2016, blz. 40),

   32016 R 0370: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/370 van de Commissie van 15 maart 2016 (PB L 70 van 16.3.2016, blz. 7),

   32016 R 0389: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/389 van de Commissie van 17 maart 2016 (PB L 73 van 18.3.2016, blz. 77),

   32016 R 0548: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/548 van de Commissie van 8 april 2016 (PB L 95 van 9.4.2016, blz. 1),

   32016 R 0549: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/549 van de Commissie van 8 april 2016 (PB L 95 van 9.4.2016, blz. 4),

   32016 R 0560: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/560 van de Commissie van 11 april 2016 (PB L 96 van 12.4.2016, blz. 23),

   32016 R 0636: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/636 van de Commissie (PB L 108 van 23.4.2016, blz. 22),

   32016 R 0638: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/638 van de Commissie van 22 april 2016 (PB L 108 van 23.4.2016, blz. 28),


   32016 R 0864: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/864 van de Commissie van 31 mei 2016 (PB L 144 van 1.6.2016, blz. 32),

   32016 R 0871: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/871 van de Commissie van 1 juni 2016 (PB L 145 van 2.6.2016, blz. 4),

   32016 R 0872: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/872 van de Commissie van 1 juni 2016 (PB L 145 van 2.6.2016, blz. 7),

   32016 R 0950: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/950 van de Commissie van 15 juni 2016 (PB L 159 van 16.6.2016, blz. 3),

   32016 R 0951: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/951 van de Commissie van 15 juni 2016 (PB L 159 van 16.6.2016, blz. 6),

   32016 R 1056: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1056 van de Commissie van 29 juni 2016 (PB L 173 van 30.6.2016, blz. 52),

   32016 R 1313: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1313 van de Commissie van 1 augustus 2016 (PB L 208 van 2.8.2016, blz. 1),

   32016 R 1414: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1414 van de Commissie van 24 augustus 2016 (PB L 230 van 25.8.2016, blz. 16),

   32016 R 1423: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1423 van de Commissie van 25 augustus 2016 (PB L 231 van 26.8.2016, blz. 20),


   32016 R 1424: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1424 van de Commissie van 25 augustus 2016 (PB L 231 van 26.8.2016, blz. 25),

   32016 R 1425: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1425 van de Commissie van 25 augustus 2016 (PB L 231 van 26.8.2016, blz. 30),

   32016 R 1426: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1426 van de Commissie van 25 augustus 2016 (PB L 231 van 26.8.2016, blz. 34),

   32016 R 1429: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1429 van de Commissie van 26 augustus 2016 (PB L 232 van 27.8.2016, blz. 1),

   32016 R 1978: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1978 van de Commissie van 11 november 2016 (PB L 305 van 12.11.2016, blz. 23),

   32016 R 2016: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2016 van de Commissie van 17 november 2016 (PB L 312 van 18.11.2016, blz. 21),

   32016 R 2035: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2035 van de Commissie van 21 november 2016 (PB L 314 van 22.11.2016, blz. 7),

   32017 R 0157: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/157 van de Commissie van 30 januari 2017 (PB L 25 van 31.1.2017, blz. 5),

   32017 R 0195: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/195 van de Commissie van 3 februari 2017 (PB L 31 van 4.2.2017, blz. 21),


   32017 R 0239: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/239 van de Commissie van 10 februari 2017 (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 39),

   32017 R 0270: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/270 van de Commissie van 16 februari 2017 (PB L 40 van 17.2.2017, blz. 48),

   32017 R 0359: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/359 van de Commissie van 28 februari 2017 (PB L 54 van 1.3.2017, blz. 8),

   32017 R 0360: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/360 van de Commissie van 28 februari 2017 (PB L 54 van 1.3.2017, blz. 11),

   32017 R 0375: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/375 van de Commissie van 2 maart 2017 (PB L 58 van 4.3.2017, blz. 3),

   32017 R 0406: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/406 van de Commissie van 8 maart 2017 (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 83),

   32017 R 0407: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/407 van de Commissie van 8 maart 2017 (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 87),

   32017 R 0408: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/408 van de Commissie van 8 maart 2017 (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 91),

   32017 R 0409: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/409 van de Commissie van 8 maart 2017 (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 95),


   32017 R 0419: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/419 van de Commissie van 9 maart 2017 (PB L 64 van 10.3.2017, blz. 4),

   32017 R 0428: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/428 van de Commissie van 10 maart 2017 (PB L 66 van 11.3.2017, blz. 1),

   32017 R 0438: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/438 van de Commissie van 13 maart 2017 (PB L 67 van 14.3.2017, blz. 67),

   32017 R 0725: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/725 van de Commissie van 24 april 2017 (PB L 107 van 25.4.2017, blz. 24),

   32017 R 0753: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/753 van de Commissie van 28 april 2017 (PB L 113 van 29.4.2017, blz. 24),

   32017 R 0755: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/755 van de Commissie van 28 april 2017 (PB L 113 van 29.4.2017, blz. 35),

   32017 R 0781: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/781 van de Commissie van 5 mei 2017 (PB L 118 van 6.5.2017, blz. 1),

   32017 R 0805: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/805 van de Commissie van 11 mei 2017 (PB L 121 van 12.5.2017, blz. 26),

   32017 R 0806: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/806 van de Commissie van 11 mei 2017 (PB L 121 van 12.5.2017, blz. 31),


   32017 R 0842: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/842 van de Commissie van 17 mei 2017 (PB L 125 van 18.5.2017, blz. 16), gerectificeerd bij PB L 2 van 2.1.2018, blz. 14,

   32017 R 0855: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/855 van de Commissie van 18 mei 2017 (PB L 128 van 19.5.2018, blz. 10),

   32017 R 0856: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/856 van de Commissie van 18 mei 2017 (PB L 128 van 19.5.2017, blz. 14),

   32017 R 1113: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1113 van de Commissie van 22 juni 2017 (PB L 162 van 23.6.2017, blz. 27),

   32017 R 1114: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1114 van de Commissie van 22 juni 2017 (PB L 162 van 23.6.2017, blz. 32),

   32017 R 1115: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1115 van de Commissie van 22 juni 2017 (PB L 162 van 23.6.2017, blz. 38),

   32017 R 1125: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1125 van de Commissie van 22 juni 2017 (PB L 163 van 24.6.2017, blz. 10),

   32017 R 1186: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1186 van de Commissie van 3 juli 2017 (PB L 171 van 4.7.2017, blz. 131),

   32017 R 1455: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1455 van de Commissie van 10 augustus 2017 (PB L 208 van 11.8.2017, blz. 28),


   32017 R 1491: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1491 van de Commissie van 21 augustus 2017 (PB L 216 van 22.8.2017, blz. 15),

   32017 R 1496: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1496 van de Commissie van 23 augustus 2017 (PB L 218 van 24.8.2017, blz. 7),

   32017 R 1506: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1506 van de Commissie van 28 augustus 2017 (PB L 222 van 29.8.2017, blz. 21),

   32017 R 1511: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1511 van de Commissie van 30 augustus 2017 (PB L 224 van 31.8.2017, blz. 115),

   32017 R 1527: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1527 van de Commissie van 6 september 2017 (PB L 231 van 7.9.2017, blz. 3),

   32017 R 1529: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1529 van de Commissie van 7 september 2017 (PB L 232 van 8.9.2017, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0556: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/556 van de Commissie van 31 maart 2021 (PB L 115 van 6.4.2021, blz. 26),

   32017 R 1530: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1530 van de Commissie van 7 september 2017 (PB L 232 van 8.9.2017, blz. 4),

   32017 R 1531: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1531 van de Commissie van 7 september 2017 (PB L 232 van 8.9.2017, blz. 6),


   32017 R 2066: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2066 van de Commissie van 13 november 2017 (PB L 295 van 14.11.2017, blz. 43),

   32017 R 2069: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2069 van de Commissie van 13 november 2017 (PB L 295 van 14.11.2017, blz. 51),

   32017 R 2090: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2090 van de Commissie van 14 november 2017 (PB L 297 van 15.11.2017, blz. 22),

   32017 R 2091: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2091 van de Commissie van 14 november 2017 (PB L 297 van 15.11.2017, blz. 25),

   32017 R 2324: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2324 van de Commissie van 12 december 2017 (PB L 333 van 15.12.2017, blz. 10),

   32018 R 0084: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/84 van de Commissie van 19 januari 2018 (PB L 16 van 20.1.2018, blz. 8),

   32018 R 0112: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/112 van de Commissie van 24 januari 2018 (PB L 20 van 25.1.2018, blz. 3),

   32018 R 0113: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/113 van de Commissie van 24 januari 2018 (PB L 20 van 25.1.2018, blz. 7),

   32018 R 0184: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/184 van de Commissie van 7 februari 2018 (PB L 34 van 8.2.2018, blz. 10),


   32018 R 0291: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/291 van de Commissie van 26 februari 2018 (PB L 55 van 27.2.2018, blz. 30),

   32018 R 0309: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/309 van de Commissie van 1 maart 2018 (PB L 60 van 2.3.2018, blz. 16),

   32018 R 0524: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/524 van de Commissie van 28 maart 2018 (PB L 88 van 4.4.2018, blz. 4),

   32018 R 0660: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/660 van de Commissie van 26 april 2018 (PB L 110 van 30.4.2018, blz. 122),

   32018 R 0670: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/670 van de Commissie van 30 april 2018 (PB L 113 van 3.5.2018, blz. 1),

   32018 R 0690: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/690 van de Commissie van 7 mei 2018 (PB L 117 van 8.5.2018, blz. 3),

   32018 R 0691: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/691 van de Commissie van 7 mei 2018 (PB L 117 van 8.5.2018, blz. 6),

   32018 R 0692: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/692 van de Commissie van 7 mei 2018 (PB L 117 van 8.5.2018, blz. 9),

   32018 R 0710: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/710 van de Commissie van 14 mei 2018 (PB L 119 van 15.5.2018, blz. 31),


   32018 R 0755: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/755 van de Commissie van 23 mei 2018 (PB L 128 van 24.5.2018, blz. 4),

   32018 R 0783: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/783 van de Commissie van 29 mei 2018 (PB L 132 van 30.5.2018, blz. 31),

   32018 R 0784: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/784 van de Commissie van 29 mei 2018 (PB L 132 van 30.5.2018, blz. 35),

   32018 R 0785: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/785 van de Commissie van 29 mei 2018 (PB L 132 van 30.5.2018, blz. 40),

   32018 R 0917: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/917 van de Commissie van 27 juni 2018 (PB L 163 van 28.6.2018, blz. 13),

   32018 R 1019: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1019 van de Commissie van 18 juli 2018 (PB L 183 van 19.7.2018, blz. 14),

   32018 R 1043: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1043 van de Commissie van 24 juli 2018 (PB L 188 van 25.7.2018, blz. 9),

   32018 R 1060: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1060 van de Commissie van 26 juli 2018 (PB L 190 van 27.7.2018, blz. 3),

   32018 R 1061: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1061 van de Commissie van 26 juli 2018 (PB L 190 van 27.7.2018, blz. 8),


   32018 R 1075: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1075 van de Commissie van 27 juli 2018 (PB L 194 van 31.7.2018, blz. 36),

   32018 R 1260: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1260 van de Commissie van 20 september 2018 (PB L 238 van 21.9.2018, blz. 30),

   32018 R 1262: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1262 van de Commissie van 20 september 2018 (PB L 238 van 21.9.2018, blz. 62),

   32018 R 1264: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1264 van de Commissie van 20 september 2018 (PB L 238 van 21.9.2018, blz. 71),

   32018 R 1265: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1265 van de Commissie van 20 september 2018 (PB L 238 van 21.9.2018, blz. 77),

   32018 R 1266: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1266 van de Commissie van 20 september 2018 (PB L 238 van 21.9.2018, blz. 81),

   32018 R 1278: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1278 van de Commissie van 21 september 2018 (PB L 239 van 24.9.2018, blz. 4),

   32018 R 1295: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1295 van de Commissie van 26 september 2018 (PB L 243 van 27.9.2018, blz. 7),

   32018 R 1495: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1495 van de Commissie van 8 oktober 2018 (PB L 253 van 9.10.2018, blz. 1),


   32018 R 1796: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1796 van de Commissie van 20 november 2018 (PB L 294 van 21.11.2018, blz. 15),

   32018 R 1913: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1913 van de Commissie van 6 december 2018 (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 13),

   32018 R 1914: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1914 van de Commissie van 6 december 2018 (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 17),

   32018 R 1915: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1915 van de Commissie van 6 december 2018 (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 20),

   32018 R 1916: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1916 van de Commissie van 6 december 2018 (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 24),

   32018 R 1917: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1917 van de Commissie van 6 december 2018 (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 27),

   32018 R 1981: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1981 van de Commissie van 13 december 2018 (PB L 317 van 14.12.2018, blz. 16),

   32019 R 0139: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/139 van de Commissie van 29 januari 2019 (PB L 26 van 30.1.2019, blz. 4),

   32019 R 0147: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/147 van de Commissie van 30 januari 2019 (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 14),


   32019 R 0149: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/149 van de Commissie van 30 januari 2019 (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 20),

   32019 R 0151: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/151 van de Commissie van 30 januari 2019 (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 26),

   32019 R 0158: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/158 van de Commissie van 31 januari 2019 (PB L 31 van 1.2.2019, blz. 21),

   32019 R 0168: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/168 van de Commissie van 31 januari 2019 (PB L 33 van 5.2.2019, blz. 1),

   32019 R 0291: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/291 van de Commissie van 19 februari 2019 (PB L 48 van 20.2.2019, blz. 17),

   32019 R 0324: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/324 van de Commissie van 25 februari 2019 (PB L 57 van 26.2.2019, blz. 1),

   32019 R 0337: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/337 van de Commissie van 27 februari 2019 (PB L 60 van 28.2.2019, blz. 12),

   32019 R 0344: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/344 van de Commissie van 28 februari 2019 (PB L 62 van 1.3.2019, blz. 7),

   32019 R 0481: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/481 van de Commissie van 22 maart 2019 (PB L 82 van 25.3.2019, blz. 19),


   32019 R 0676: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/676 van de Commissie van 29 april 2019 (PB L 114 van 30.4.2019, blz. 12),

   32019 R 0677: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/677 van de Commissie van 29 april 2019 (PB L 114 van 30.4.2019, blz. 15),

   32019 R 0706: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/706 van de Commissie van 7 mei 2019 (PB L 120 van 8.5.2019, blz. 11),

   32019 R 0707: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/707 van de Commissie van 7 mei 2019 (PB L 120 van 8.5.2019, blz. 16),

   32019 R 0716: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/716 van de Commissie van 30 april 2019 (PB L 122 van 10.5.2019, blz. 39),

   32019 R 0717: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/717 van de Commissie van 8 mei 2019 (PB L 122 van 10.5.2019, blz. 44),

   32019 R 0989: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/989 van de Commissie van 17 juni 2019 (PB L 160 van 18.6.2019, blz. 11),

   32019 R 1085: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1085 van de Commissie van 25 juni 2019 (PB L 171 van 26.6.2019, blz. 110),

   32019 R 1090: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1090 van de Commissie van 26 juni 2019 (PB L 173 van 27.6.2019, blz. 39), gerectificeerd bij PB L 235 van 12.9.2019, blz. 11,


   32019 R 1100: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1100 van de Commissie van 27 juni 2019 (PB L 175 van 28.6.2019, blz. 17),

   32019 R 1101: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1101 van de Commissie van 27 juni 2019 (PB L 175 van 28.6.2019, blz. 20),

   32019 R 1137: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1137 van de Commissie van 3 juli 2019 (PB L 180 van 4.7.2019, blz. 3),

   32019 R 1138: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1138 van de Commissie van 3 juli 2019 (PB L 180 van 4.7.2019, blz. 8),

   32019 R 1589: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1589 van de Commissie van 26 september 2019 (PB L 248 van 27.9.2019, blz. 24),

   32019 R 1605: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1605 van de Commissie van 27 september 2019 (PB L 250 van 30.9.2019, blz. 49),

   32019 R 1606: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1606 van de Commissie van 27 september 2019 (PB L 250 van 30.9.2019, blz. 53),

   32019 R 1675: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1675 van de Commissie van 4 oktober 2019 (PB L 257 van 8.10.2019, blz. 6),

   32019 R 1690: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1690 van de Commissie van 9 oktober 2019 (PB L 259 van 10.10.2019, blz. 2),


   32019 R 2094: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2094 van de Commissie van 29 november 2019 (PB L 317 van 9.12.2019, blz. 102),

   32020 R 0017: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/17 van de Commissie van 10 januari 2020 (PB L 7 van 13.1.2000, blz. 11),

   32020 R 0018: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/18 van de Commissie van 10 januari 2020 (PB L 7 van 13.1.2000, blz. 14),

   32020 R 0023: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/23 van de Commissie van 13 januari 2020 (PB L 8 van 14.1.2020, blz. 8),

   32020 R 0421: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/421 van de Commissie van 18 maart 2020 (PB L 84 van 20.3.2020, blz. 7),

   32020 R 0616: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/616 van de Commissie van 5 mei 2020 (PB L 143 van 6.5.2020, blz. 1),

   32020 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/617 van de Commissie van 5 mei 2020 (PB L 143 van 6.5.2020, blz. 6),

   32020 R 0642: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/642 van de Commissie van 12 mei 2020 (PB L 150 van 13.5.2020, blz. 134),

   32020 R 0646: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/646 van de Commissie van 13 mei 2020 (PB L 151 van 14.5.2020, blz. 3),


   32020 R 0869: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/869 van de Commissie van 24 juni 2020 (PB L 200 van 27.6.2020, blz. 1),

   32020 R 0982:    Uitvoeringsverordening (EU) 2020/892 van de Commissie van 29 juni 2020 (PB L 205 van 30.6.2020, blz. 6),

   32020 R 0968: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/968 van de Commissie van 3 juli 2020 (PB L 213 van 6.7.2020, blz. 7),

   32020 R 1003: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1003 van de Commissie van 9 juli 2020 (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 127),

   32020 R 1004: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1004 van de Commissie van 9 juli 2020 (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 133),

   32020 R 1018: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1018 van de Commissie van 13 juli 2020 (PB L 225 van 14.7.2020, blz. 9),

   32020 R 1160: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1160 van de Commissie van 5 augustus 2020 (PB L 257 van 5.8.2020, blz. 25),

   32020 R 1246: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1246 van de Commissie van 2 september 2020 (PB L 288 van 3.9.2020, blz. 18),

   32020 R 1263: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1263 van de Commissie van 10 september 2020 (PB L 297 van 11.9.2020, blz. 1),


   32020 R 1276: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1276 van de Commissie van 11 september 2020 (PB L 300 van 14.9.2020, blz. 32),

   32020 R 1280: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1280 van de Commissie van 14 september 2020 (PB L 301 van 15.9.2020, blz. 4),

   32020 R 1293: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1293 van de Commissie van 15 september 2020 (PB L 302 van 16.9.2020, blz. 24),

   32020 R 1498: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1498 van de Commissie van 15 oktober 2020 (PB L 342 van 16.10.2020, blz. 5),

   32020 R 1511: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1511 van de Commissie van 16 oktober 2020 (PB L 344 van 19.10.2020, blz. 18),

   32020 R 1643: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1643 van de Commissie van 5 november 2020 (PB L 370 van 6.11.2020, blz. 18),

   32020 R 2007: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2007 van de Commissie van 8 december 2020 (PB L 414 van 9.12.2020, blz. 10),

   32020 R 2101: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2101 van de Commissie van 15 december 2020 (PB L 425 van 16.12.2020, blz. 79),

   32020 R 2104: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2104 van de Commissie van 15 december 2020 (PB L 425 van 16.12.2020, blz. 93),


   32020 R 2105: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2105 van de Commissie van 15 december 2020 (PB L 425 van 16.12.2020, blz. 96),

   32021 R 0052: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/52 van de Commissie van 22 januari 2021 (PB L 23 van 25.1.2021, blz. 13),

   32020 R 0081: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/81 van de Commissie van 27 januari 2021 (PB L 29 van 28.1.2020, blz. 12),

   32021 R 0129: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/129 van de Commissie van 3 februari 2021 (PB L 40 van 4.2.2021, blz. 11),

   32021 R 0134: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/134 van de Commissie van 4 februari 2021 (PB L 42 van 5.2.2021, blz. 4),

   32021 R 0413: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/413 van de Commissie van 8 maart 2021 (PB L 81 van 9.3.2021, blz. 32),

   32021 R 0427: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/427 van de Commissie van 10 maart 2021 (PB L 84 van 11.3.2021, blz. 21),

   32021 R 0459: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/459 van de Commissie van 16 maart 2021 (PB L 91 van 17.3.2021, blz. 4),

   32021 R 0556: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/556 van de Commissie van 31 maart 2021 (PB L 115 van 6.4.2021, blz. 26),


   32021 R 0566: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/566 van de Commissie van 30 maart 2021 (PB L 118 van 7.4.2021, blz. 1),

   32021 R 0567: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/567 van de Commissie van 6 april 2021 (PB L 118 van 7.4.2021, blz. 6),

   32021 R 0574: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/574 van de Commissie van 30 maart 2021 (PB L 120 van 8.4.2021, blz. 9),

   32021 R 0726: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/726 van de Commissie van 4 mei 2021 (PB L 155 van 5.5.2021, blz. 20),

   32021 R 0745: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/745 van de Commissie van 6 mei 2021 (PB L 160 van 7.5.2021, blz. 89),

   32021 R 0795: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/795 van de Commissie van 17 mei 2021 (PB L 174 van 18.5.2021, blz. 2),

   32021 R 0809: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/809 van de Commissie van 20 mei 2021 (PB L 180 van 21.5.2021, blz. 110),

   32021 R 0824: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/824 van de Commissie van 21 mei 2021 (PB L 183 van 25.5.2021, blz. 35),

   32021 R 0843: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/843 van de Commissie van 26 mei 2021 (PB L 186 van 27.5.2021, blz. 20),


   32021 R 0853: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/853 van de Commissie van 27 mei 2021 (PB L 188 van 28.5.2021, blz. 56),

   32021 R 0917: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/917 van de Commissie van 7 juni 2021 (PB L 201 van 8.6.2021, blz. 19),

   32021 R 1191: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1191 van de Commissie van 19 juli 2021 (PB L 258 van 20.7.2021, blz. 37),

   32021 R 1379: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1379 van de Commissie van 19 augustus 2021 (PB L 297 van 20.8.2021, blz. 32),

   32021 R 1448: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1448 van de Commissie van 3 september 2021 (PB L 313 van 6.9.2021, blz. 15),

   32021 R 1449: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1449 van de Commissie van 3 september 2021 (PB L 313 van 6.9.2021, blz. 20),

   32021 R 1450: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1450 van de Commissie van 3 september 2021 (PB L 313 van 6.9.2021, blz. 25),

   32021 R 1452: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1452 van de Commissie van 3 september 2021 (PB L 313 van 6.9.2021, blz. 30),

   32021 R 1455: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1455 van de Commissie van 6 september 2021 (PB L 315 van 7.9.2021, blz. 1),


   32021 R 2049: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2049 van de Commissie van 24 november 2021 (PB L 420 van 25.11.2021, blz. 6),

   32021 R 2068: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2068 van de Commissie van 25 november 2021 (PB L 421 van 26.11.2021, blz. 25),

   32021 R 2081: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2081 van de Commissie van 26 november 2021 (PB L 426 van 29.11.2021, blz. 28),

   32022 R 0004: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/4 van de Commissie van 4 januari 2022 (PB L 1 van 5.1.2022, blz. 5),

   32022 R 0019: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/19 van de Commissie van 7 januari 2022 (PB L 5 van 10.1.2022, blz. 9),

   32022 R 0043: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/43 van de Commissie van 13 januari 2022 (PB L 9 van 14.1.2022, blz. 7),

   32022 R 0094: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/94 van de Commissie van 24 januari 2022 (PB L 16 van 25.1.2022, blz. 33),

   32022 R 0159: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/159 van de Commissie van 4 februari 2022 (PB L 26 van 7.2.2022, blz. 7),

   32022 R 0378: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/378 van de Commissie van 4 maart 2022 (PB L 72 van 7.3.2022, blz. 2),


   32022 R 0383: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/383 van de Commissie van 4 maart 2022 (PB L 76 van 7.3.2022, blz. 1),

   32022 R 0686: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/686 van de Commissie van 28 april 2022 (PB L 129 van 29.4.2022, blz. 18),

   32022 R 0698: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/698 van de Commissie van 3 mei 2022 (PB L 130 van 4.5.2022, blz. 3),

   32022 R 0708: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/708 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 133 van 10.5.2022, blz. 1),

   32022 R 0751: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/751 van de Commissie van 16 mei 2022 (PB L 138 van 17.5.2022, blz. 11),

   32022 R 0782: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/782 van de Commissie van 18 mei 2022 (PB L 140 van 19.5.2022, blz. 3),

   32022 R 0800: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/800 van de Commissie van 20 mei 2022 (PB L 143 van 23.5.2022, blz. 4),

   32022 R 0801: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/801 van de Commissie van 20 mei 2022 (PB L 143 van 23.5.2022, blz. 7),

   32022 R 0808: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/808 van de Commissie van 23 mei 2022 (PB L 147 van 24.5.2022, blz. 35),


   32022 R 0814: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/814 van de Commissie van 20 mei 2022 (PB L 146 van 25.5.2022, blz. 6),

   32022 R 1251: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1251 van de Commissie van 19 juli 2022 (PB L 191 van 20.7.2022, blz. 35),

   32022 R 1468: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1468 van de Commissie van 5 september 2022 (PB L 231 van 6.9.2022, blz. 101),

   32022 R 2305: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2305 van de Commissie van 24 november 2022 (PB L 306 van 25.11.2022, blz. 53),

   32022 R 2314: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2314 van de Commissie van 25 november 2022 (PB L 307 van 28.11.2022, blz. 47),

   32022 R 2315: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2315 van de Commissie van 25 november 2022 (PB L 307 van 28.11.2022, blz. 52).

5.    32011 R 0541: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 541/2011 van de Commissie van 1 juni 2011 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen betreft (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 153).


6.    32011 R 0546: Verordening (EU) nr. 546/2011 van de Commissie van 10 juni 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat uniforme beginselen voor de evaluatie en de toelating van gewasbeschermingsmiddelen betreft (PB L 155 van 11.6.2011, blz. 127), zoals gewijzigd bij:

   32022 R 1441: Verordening (EU) 2022/1441 van de Commissie van 31 augustus 2022 (PB L 227 van 1.9.2022, blz. 70), gerectificeerd bij PB L 134 van 24.11.2022, blz. 100.

7.    32011 R 0547: Verordening (EU) nr. 547/2011 van de Commissie van 8 juni 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de etiketteringsvoorschriften voor gewasbeschermingsmiddelen (PB L 155 van 11.6.2011, blz. 176), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0519: Verordening (EU) nr. 519/2013 van de Commissie van 21 februari 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 74).

8.    32011 R 0702: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 702/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof prohexadion overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 28).

9.    32011 R 0703: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 703/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof azoxystrobin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 33).


10.    32011 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 704/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof azimsulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 38).

11.    32011 R 0705: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 705/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof imazalil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 43).

12.    32011 R 0706: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 706/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof profoxydim overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 50).

13.    32011 R 0736: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 736/2011 van de Commissie van 26 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof fluroxypyr overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 195 van 27.7.2011, blz. 37).


14.    32011 R 0740: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 740/2011 van de Commissie van 27 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof bispyribac overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 196 van 28.7.2011, blz. 6).

15.    32011 R 0786: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 786/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof 1-naftylaceetamide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/941/EG van de Commissie (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 11).

16.    32011 R 0787: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 787/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof 1-naftylazijnzuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/941/EG van de Commissie (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 16).


17.    32011 R 0788: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 788/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof fluazifop-P overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 21), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0201: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 201/2013 van de Commissie van 8 maart 2013 (PB L 67 van 9.6.2013, blz. 6).

18.    32011 R 0797: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 797/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof spiroxamine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 3).

19.    32011 R 0798: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 798/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof oxyfluorfen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 9).


20.    32011 R 0800: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 800/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof tefluthrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 22).

21.    32011 R 0806: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 806/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof fluquinconazool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 206 van 11.8.2011, blz. 39).

22.    32011 R 0807: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 807/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof triazoxide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 206 van 11.8.2011, blz. 44).

23.    32011 R 0810: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 810/2011 van de Commissie van 11 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof kresoxym-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 207 van 12.8.2011, blz. 7).


24.    32011 R 0974: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 974/2011 van de Commissie van 29 september 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof acrinathrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en de bijlage bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 255 van 1.10.2011, blz. 1).

25.    32011 R 0993: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 993/2011 van de Commissie van 6 oktober 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof 8-hydroxyquinoline overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 263 van 7.10.2011, blz. 1).

26.    32011 R 1143: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1143/2011 van de Commissie van 10 november 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof prochloraz overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 293 van 11.11.2011, blz. 26).

27.    32012 R 0359: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 359/2012 van de Commissie van 25 april 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof metam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 114 van 26.4.2012, blz. 1).


28.    32012 R 0582: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 582/2012 van de Commissie van 2 juli 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof bifenthrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 173 van 3.7.2012, blz. 3).

29.    32012 R 0589: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 589/2012 van de Commissie van 4 juli 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof fluxapyroxad overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 175 van 6.7.2012, blz. 7).

30.    32012 R 0595: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 595/2012 van de Commissie van 5 juli 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof fenpyrazamine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 176 van 6.7.2012, blz. 46).

31.    32012 R 0746: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 746/2012 van de Commissie van 16 augustus 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof Adoxophyes orana granulovirus overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 219 van 17.8.2012, blz. 15).


32.    32012 R 0823: Verordening (EU) nr. 823/2012 van de Commissie van 14 september 2012 tot afwijking van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011, wat betreft de geldigheidsduur van de goedkeuring voor de werkzame stoffen 2,4-DB, benzoëzuur, beta-cyfluthrin, carfentrazone-ethyl, Coniothyrium minitans stam CON/M/91-08 (DSM 9660), cyazofamide, cyfluthrin, deltamethrin, dimethenamid-P, ethofumesaat, ethoxysulfuron, fenamidone, flazasulfuron, flufenacet, flurtamone, foramsulfuron, fosthiazaat, imazamox, iodosulfuron, iprodion, isoxaflutool, linuron, maleïnehydrazide, mecoprop, mecoprop-P, mesosulfuron, mesotrione, oxadiargyl, oxasulfuron, pendimethalin, picoxystrobin, propiconazool, propineb, propoxycarbazon, propyzamide, pyraclostrobine, silthiofam, trifloxystrobin, warfarine en zoxamide (PB L 250 van 15.9.2012, blz. 13), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 0186: Verordening (EU) nr. 186/2014 van de Commissie van 26 februari 2014 (PB L 57 van 27.2.2014, blz. 22),

   32014 R 0460: Verordening (EU) nr. 460/2014 van de Commissie van 5 mei 2014 (PB L 133 van 6.5.2014, blz. 51).

33.    32012 R 1043: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1043/2012 van de Commissie van 8 november 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof fosfaan overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 310 van 9.11.2012, blz. 24).


34.    32012 R 1237: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1237/2012 van de Commissie van 19 december 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof courgettegeelmozaïekvirus — zwakke stam, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 350 van 20.12.2012, blz. 55).

35.    32012 R 1238: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2012 van de Commissie van 19 december 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof Trichoderma asperellum (stam T34) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 350 van 20.12.2012, blz. 59).

36.    32013 R 0017: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 17/2013 van de Commissie van 14 januari 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Trichoderma atroviride stam I-1237 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 9 van 15.1.2013, blz. 5).

37.    32013 R 0022: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 22/2013 van de Commissie van 15 januari 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof cyclumetofen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 11 van 16.1.2013, blz. 8).


38.    32013 R 0188: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 188/2013 van de Commissie van 5 maart 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof mandipropamid overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 62 van 6.3.2013, blz. 13).

39.    32013 R 0200: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 200/2013 van de Commissie van 8 maart 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof ametoctradin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 67 van 9.3.2013, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 235 van 31.08.2013, blz. 12.

40.    32013 R 0283: Verordening (EU) nr. 283/2013 van de Commissie van 1 maart 2013 tot vaststelling van de gegevensvereisten voor werkzame stoffen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 93 van 3.4.2013, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 1136: Verordening (EU) nr. 1136/2014 van de Commissie van 24 oktober 2014 (PB L 307 van 28.10.2014, blz. 26),

   32022 R 1439: Verordening (EU) 2022/1439 van de Commissie van 31 augustus 2022 (PB L 227 van 1.9.2022, blz. 8).


41.    32013 R 0284: Verordening (EU) nr. 284/2013 van de Commissie van 1 maart 2013 tot vaststelling van de gegevensvereisten voor gewasbeschermingsmiddelen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 93 van 3.4.2013, blz. 85), zoals gewijzigd bij:

   32015 R 1475: Verordening (EU) 2015/1475 van de Commissie van 27 augustus 2015 (PB L 225 van 28.8.2015, blz. 10),

   32022 R 1440: Verordening (EU) 2022/1440 van de Commissie van 31 augustus 2022 (PB L 227 van 1.9.2022, blz. 38).

42.    32013 R 0350: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 350/2013 van de Commissie van 17 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof bixafen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 108 van 18.4.2013, blz. 9).

43.    32013 R 0355: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 355/2013 van de Commissie van 18 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof maltodextrine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 109 van 19.4.2013, blz. 14).

44.    32013 R 0356: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 356/2013 van de Commissie van 18 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof halosulfuron-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 109 van 19.4.2013, blz. 18).


45.    32013 R 0366: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 366/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Bacillus firmus I-1582 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 30).

46.    32013 R 0367: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 367/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Spodoptera littoralis kernpolyedervirus overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 33).

47.    32013 R 0368: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 368/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Helicoverpa armigera kernpolyedervirus overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 36).

48.    32013 R 0369: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 369/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof kaliumfosfonaten overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 39).


49.    32013 R 0373: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 373/2013 van de Commissie van 23 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Candida oleophila stam O overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 112 van 24.4.2013, blz. 10).

50.    32013 R 0375: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 375/2013 van de Commissie van 23 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof spiromesifen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 112 van 24.4.2013, blz. 15).

51.    32013 R 0378: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 378/2013 van de Commissie van 24 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Paecilomyces fumosoroseus stam FE 9901 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 113 van 25.4.2013, blz. 1).

52.    32013 R 0546: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 546/2013 van de Commissie van 14 juni 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof eugenol overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 163 van 15.6.2013, blz. 17).


53.    32013 R 0568: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 568/2013 van de Commissie van 18 juni 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof thymol, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 167 van 19.6.2013, blz. 33).

54.    32013 R 0570: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 570/2013 van de Commissie van 17 juni 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof geraniol overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 168 van 20.6.2013, blz. 18).

55.    32013 R 0767: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 767/2013 van de Commissie van 8 augustus 2013 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof bitertanol overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 214 van 9.8.2013, blz. 5).

56.    32013 R 0802: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 802/2013 van de Commissie van 22 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof fluopyram overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 225 van 23.8.2013, blz. 13).


57.    32013 R 0826: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 826/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof sedaxaan overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 13).

58.    32013 R 0827: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 827/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Aureobasidium pullulans (stammen DSM 14940 en DSM 14941) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 18).

59.    32013 R 0828: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 828/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof emamectine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 23).

60.    32013 R 0829: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 829/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Pseudomonas sp. stam DSMZ 13134 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 29).


61.    32013 R 0832: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 832/2013 van de Commissie van 30 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof dinatriumfosfonaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 233 van 31.8.2013, blz. 3).

62.    32013 R 0833: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 833/2013 van de Commissie van 30 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof pyriofenon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 233 van 31.8.2013, blz. 7).

63.    32013 R 1031: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1031/2013 van de Commissie van 24 oktober 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof penflufen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 283 van 25.10.2013, blz. 17).

64.    32013 R 1165: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1165/2013 van de Commissie van 18 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof sinaasappelolie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 309 van 19.11.2013, blz. 17).


65.    32013 R 1175: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1175/2013 van de Commissie van 20 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof benalaxyl-M overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 18).

66.    32013 R 1176: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1176/2013 van de Commissie van 20 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof pyroxsulam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 23).

67.    32013 R 1177: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1177/2013 van de Commissie van 20 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof spirotetramat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 28).

68.    32013 R 1187: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1187/2013 van de Commissie van 21 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof penthiopyrad overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 313 van 22.11.2013, blz. 42).


69.    32013 R 1192: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1192/2013 van de Commissie van 22 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof tembotrion overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 314 van 23.11.2013, blz. 6).

70.    32013 R 1195: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1195/2013 van de Commissie van 22 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof natriumzilverthiosulfaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 315 van 26.11.2013, blz. 27).

71.    32013 R 1199: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1199/2013 van de Commissie van 25 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof chlorantraniliprole overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 315 van 26.11.2013, blz. 69).

72.    32014 R 0140: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 140/2014 van de Commissie van 13 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof spinetoram overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 44 van 14.2.2014, blz. 35), gerectificeerd bij PB L 277 van 22.10.2015, blz. 60.


73.    32014 R 0143: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 143/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof pyridalyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 1).

74.    32014 R 0144: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 144/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof valifenalaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 7).

75.    32014 R 0145: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 145/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof thiencarbazon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 12).

76.    32014 R 0149: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 149/2014 van de Commissie van 17 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof L-ascorbinezuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 46 van 18.2.2014, blz. 3).


77.    32014 R 0151: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 151/2014 van de Commissie van 18 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof S-abscisinezuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 48 van 19.2.2014, blz. 1).

78.    32014 R 0192: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 192/2014 van de Commissie van 27 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof 1,4-dimethylnaftaleen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 59 van 28.2.2014, blz. 20).

79.    32014 R 0193: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 193/2014 van de Commissie van 27 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof amisulbrom overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 59 van 28.2.2014, blz. 25).

80.    32014 R 0462: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 462/2014 van de Commissie van 5 mei 2014 tot goedkeuring van de basisstof Equisetum arvense L. overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 134 van 7.5.2014, blz. 28).


81.    32014 R 0485: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 485/2014 van de Commissie van 12 mei 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof Bacillus pumilus QST 2808 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 138 van 13.5.2014, blz. 65).

82.    32014 R 0486: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 486/2014 van de Commissie van 12 mei 2014 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof fenbutatinoxide, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 138 van 13.5.2014, blz. 70).

83.    32014 R 0496: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 496/2014 van de Commissie van 14 mei 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof acequinocyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 143 van 15.5.2014, blz. 1).

84.    32014 R 0563: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 563/2014 van de Commissie van 23 mei 2014 tot goedkeuring van de basisstof chitosanhydrochloride overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 156 van 24.5.2014, blz. 5).


85.    32014 R 0571: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 571/2014 van de Commissie van 26 mei 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof ipconazool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 157 van 27.5.2014, blz. 96).

86.    32014 R 0632: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 632/2014 van de Commissie van 13 mei 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof flubendiamide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 175 van 14.6.2014, blz. 1).

87.    32014 R 0890: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 890/2014 van de Commissie van 14 augustus 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof metobromuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 243 van 15.8.2014, blz. 42).

88.    32014 R 0891: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 891/2014 van de Commissie van 14 augustus 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof aminopyralide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 243 van 15.8.2014, blz. 47).


89.    32014 R 0916: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 916/2014 van de Commissie van 22 augustus 2014 tot goedkeuring van de basisstof sacharose overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 251 van 23.8.2014, blz. 16).

90.    32014 R 0917: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 917/2014 van de Commissie van 22 augustus 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof Streptomyceslydicus stam WYEC 108 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 251 van 23.8.2014, blz. 19).

91.    32014 R 1330: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1330/2014 van de Commissie van 15 december 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof meptyldinocap overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 349 van 16.12.2014, blz. 85).

92.    32014 R 1334: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1334/2014 van de Commissie van 16 december 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof gamma-cyhalothrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 ter verlening van toestemming aan de lidstaten om de geldigheidsduur van voorlopige toelatingen voor de werkzame stof te verlengen (PB L 360 van 17.12.2014, blz. 1).


93.    32015 R 0051: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/51 van de Commissie van 14 januari 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof chromafenozide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie, en waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor die werkzame stof te verlengen (PB L 9 van 15.1.2015, blz. 22).

94.    32015 R 0408: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/408 van de Commissie van 11 maart 2015 inzake uitvoering van artikel 80, lid 7, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot vaststelling van een lijst van stoffen die in aanmerking komen om te worden vervangen (PB L 67 van 12.3.2015, blz. 18), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 2065: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2065 van de Commissie van 13 november 2017 (PB L 295 van 14.11.2017, blz. 40),

   32019 R 1085: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1085 van de Commissie van 25 juni 2019 (PB L 171 van 26.6.2019, blz. 110),

   32020 R 1295: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1295 van de Commissie van 16 september 2020 (PB L 303 van 17.9.2020, blz. 18),

   32021 R 1177: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1177 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 60),

   32022 R 0043: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/43 van de Commissie van 13 januari 2022 (PB L 9 van 14.1.2022, blz. 7),


   32022 R 1252: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1252 van de Commissie van 19 juli 2022 (PB L 191 van 20.7.2022, blz. 41).

95.    32015 R 0543: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/543 van de Commissie van 1 april 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof COS-OGA overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 90 van 2.4.2015, blz. 1).

96.    32015 R 0553: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/553 van de Commissie van 7 april 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof cerevisaan overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 92 van 8.4.2015, blz. 86).

97.    32015 R 0707: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/707 van de Commissie van 30 april 2015 tot niet-goedkeuring van wortelextract van Rheum officinale als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 113 van 1.5.2015, blz. 44).

98.    32015 R 0762: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/762 van de Commissie van 12 mei 2015 tot goedkeuring van de basisstof calciumhydroxide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 120 van 13.5.2015, blz. 6).


99.    32015 R 1107: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1107 van de Commissie van 8 juli 2015 tot goedkeuring van de basisstof Salix spp. cortex overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 72).

100.    32015 R 1108: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1108 van de Commissie van 8 juli 2015 tot goedkeuring van de basisstof azijn overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 75).

101.    32015 R 1116: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1116 van de Commissie van 9 juli 2015 tot goedkeuring van de basisstof lecithinen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 182 van 10.7.2015, blz. 26).

102.    32015 R 1165: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1165 van de Commissie van 15 juli 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof halauxifen-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 188 van 16.7.2015, blz. 30).


103.    32015 R 1176: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1176 van de Commissie van 17 juli 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof pepinomozaïekvirus, stam CH2, isolaat 1906, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 192 van 18.7.2015, blz. 1).

104.    32015 R 1192: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1192 van de Commissie van 20 juli 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof terpenoïdenmengsel QRD 460 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 193 van 21.7.2015, blz. 124).

105.    32015 R 1295: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1295 van de Commissie van 27 juli 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof sulfoxaflor overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 199 van 29.7.2015, blz. 8).

106.    32015 R 1392: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1392 van de Commissie van 13 augustus 2015 tot goedkeuring van de basisstof fructose overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 215 van 14.8.2015, blz. 34).


107.    32015 R 2069: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2069 van de Commissie van 17 november 2015 tot goedkeuring van de basisstof natriumwaterstofcarbonaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 301 van 18.11.2015, blz. 42).

108.    32015 R 2084: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2084 van de Commissie van 18 november 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof flupyradifuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 302 van 19.11.2015, blz. 89).

109.    32015 R 2085: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2085 van de Commissie van 18 november 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof mandestrobine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 302 van 19.11.2015, blz. 93).


110.    32015 R 2105: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2105 van de Commissie van 20 november 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof flumetraline als stof die in aanmerking komt om te worden vervangen, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 305 van 21.11.2015, blz. 31).

111.    32015 R 2198: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2198 van de Commissie van 27 november 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof rescalure overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 313 van 28.11.2015, blz. 35).

112.    32016 R 0177: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/177 van de Commissie van 10 februari 2016 tot goedkeuring van de voor vervanging in aanmerking komende werkzame stof benzovindiflupyr overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 35 van 11.2.2016, blz. 1).


113.    32016 R 0370: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/370 van de Commissie van 15 maart 2016 tot goedkeuring van de werkzame stof pinoxaden overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en ter verlening van toestemming aan de lidstaten om de geldigheidsduur van voorlopige toelatingen voor die werkzame stof te verlengen (PB L 70 van 16.3.2016, blz. 7).

114.    32016 R 0548: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/548 van de Commissie van 8 april 2016 tot goedkeuring van de basisstof diammoniumfosfaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 95 van 9.4.2016, blz. 1).

115.    32016 R 0560: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/560 van de Commissie van 11 april 2016 tot goedkeuring van de basisstof wei overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 96 van 12.4.2016, blz. 23).


116.    32016 R 0636: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/636 van de Commissie van 22 april 2016 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof (Z,Z,Z,Z)-7,13,16,19-docosatetraeen-1-ylisobutyraat, in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 108 van 23.4.2016, blz. 22).

117.    32016 R 0638: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/638 van de Commissie van 22 april 2016 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof Z-13-hexadeceen-11-yn-1-ylacetaat, in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 108 van 24.4.2016, blz. 28).

118.    32016 R 0951: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/951 van de Commissie van 15 juni 2016 tot goedkeuring van de werkzame stof Trichoderma atroviride stam SC1, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 159 van 16.6.2016, blz. 6).


119.    32016 R 0952: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/952 van de Commissie van 15 juni 2016 tot goedkeuring van de werkzame stof Saccharomyces cerevisiae stam LAS02, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 159 van 16.6.2016, blz. 10).

120.    32016 R 1414: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1414 van de Commissie van 24 augustus 2016 tot goedkeuring van de werkzame stof cyantraniliprole overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 230 van 25.8.2016, blz. 16).

121.    32016 R 1425: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1425 van de Commissie van 25 augustus 2016 tot goedkeuring van de werkzame stof isofetamid overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 231 van 26.8.2016, blz. 30).


122.    32016 R 1429: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1429 van de Commissie van 26 augustus 2016 tot goedkeuring van de werkzame stof Bacillus amyloliquefaciens stam MBI 600 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 232 van 27.8.2016, blz. 1).

123.    32016 R 1978: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1978 van de Commissie van 11 november 2016 tot goedkeuring van de basisstof zonnebloemolie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 305 van 12.11.2016, blz. 23).

124.    32017 R 0239: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/239 van de Commissie van 10 februari 2017 tot goedkeuring van de werkzame stof oxathiapiproline overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 39).


125.    32017 R 0358: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/358 van de Commissie van 28 februari 2017 tot bevestiging van de goedkeuringsvoorwaarden van de werkzame stof acrinathrin, zoals vermeld in Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 54 van 1.3.2017, blz. 6).

126.    32017 R 0406: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/406 van de Commissie van 8 maart 2017 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico zwak pepinomozaïekvirusisolaat VX1 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 83).

127.    32017 R 0408: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/408 van de Commissie van 8 maart 2017 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico zwak pepinomozaïekvirusisolaat VC1 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 91).

128.    32017 R 0409: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/409 van de Commissie van 8 maart 2017 tot goedkeuring van de basisstof waterstofperoxide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 95).


129.    32017 R 0419: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/419 van de Commissie van 9 maart 2017 tot goedkeuring van de basisstof Urtica spp. overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 64 van 10.3.2017, blz. 4).

130.    32017 R 0428: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/428 van de Commissie van 10 maart 2017 tot goedkeuring van de basisstof met klei gemengde houtskool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 66 van 11.3.2017, blz. 1).

131.    32017 R 0781: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/781 van de Commissie van 5 mei 2017 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof methylnonylketon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 118 van 6.5.2017, blz. 1).


132.    32017 R 0806: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/806 van de Commissie van 11 mei 2017 tot goedkeuring van de werkzame stof Bacillus amyloliquefaciens stam FZB24, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 121 van 12.5.2017, blz. 31).

133.    32017 R 0831: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/831 van de Commissie van 16 mei 2017 tot goedkeuring van de werkzame stof Beauveria bassiana stam 147 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 124 van 17.5.2017, blz. 27).

134.    32017 R 0841: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/841 van de Commissie van 17 mei 2017 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de verlenging van de geldigheidsduur voor de werkzame stoffen alfa-cypermethrin, Ampelomyces quisqualis stam AQ 10, benalaxyl, bentazon, bifenazaat, bromoxynil, carfentrazone-ethyl, chloorprofam, cyazofamide, desmedifam, diquat, DPX KE 459 (flupyrsulfuron-methyl), etoxazool, famoxadone, fenamidone, flumioxazine, foramsulfuron, Gliocladium catenulatum stam: J1446, imazamox, imazosulfuron, isoxaflutool, laminarin, metalaxyl-M, methoxyfenozide, milbemectin, oxasulfuron, pendimethalin, fenmedifam, pymetrozine, S-metolachloor en trifloxystrobin (PB L 125 van 18.5.2017, blz. 12), gerectificeerd bij PB L 2 van 5.1.2018, blz. 14.


135.    32017 R 0843: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/843 van de Commissie van 17 mei 2017 tot goedkeuring van de werkzame stof Beauveria bassiana stam NPP111B005 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 125 van 18.5.2017, blz. 21).

136.    32017 R 1125: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1125 van de Commissie van 22 juni 2017 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof op geur gebaseerde afweermiddelen van dierlijke of van plantaardige oorsprong/talloliepek overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 163 van 24.6.2017, blz. 10).

137.    32017 R 1186: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1186 van de Commissie van 3 juli 2017 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof op geur gebaseerde afweermiddelen van dierlijke of van plantaardige oorsprong/ruwe tallolie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 171 van 4.7.2017, blz. 131).


138.    32017 R 1529: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1529 van de Commissie van 7 september 2017 tot goedkeuring van de basisstof natriumchloride overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 232 van 8.9.2017, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0556: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/556 van de Commissie van 31 maart 2021 (PB L 115 van 6.4.2021, blz. 26).

139.    32017 R 2057: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2057 van de Commissie van 10 november 2017 tot niet-goedkeuring van Achillea millefolium L. als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 294 van 11.11.2017, blz. 27).

140.    32017 R 2065: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2065 van de Commissie van 13 november 2017 tot bevestiging van de goedkeuringsvoorwaarden van de werkzame stof 8-hydroxyquinoline, zoals vermeld in Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/408, wat betreft de opname van de werkzame stof 8-hydroxyquinoline in de lijst van stoffen die in aanmerking komen om te worden vervangen (PB L 295 van 14.11.2017, blz. 40).


141.    32017 R 2066: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2066 van de Commissie van 13 november 2017 betreffende de goedkeuring van mosterdzaadpoeder als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 295 van 14.11.2017, blz. 43).

142.    32017 R 2067: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2067 van de Commissie van 13 november 2017 tot niet-goedkeuring van paprika-extract (capsanthine, capsorubine E 160c) als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 295 van 14.11.2017, blz. 47).

143.    32017 R 2068: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2068 van de Commissie van 13 november 2017 tot niet-goedkeuring van kaliumsorbaat als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 295 van 14.11.2017, blz. 49).

144.    32017 R 2090: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2090 van de Commissie van 14 november 2017 betreffende de goedkeuring van bier als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 297 van 15.11.2017, blz. 22).


145.    32018 R 0691: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/691 van de Commissie van 7 mei 2018 tot goedkeuring van de basisstof talk E 553b overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 117 van 8.5.2018, blz. 6).

146.    32018 R 1265: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1265 van de Commissie van 20 september 2018 tot goedkeuring van de werkzame stof fenpicoxamid overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 238 van 21.9.2018, blz. 77).

147.    32018 R 1278: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1278 van de Commissie van 21 september 2018 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Pasteuria nishizawae Pn1 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 239 van 24.9.2018, blz. 4).

148.    32018 R 1295: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1295 van de Commissie van 26 september 2018 tot goedkeuring van de basisstof uienolie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 243 van 27.9.2018, blz. 7).


149.    32018 R 1915: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1915 van de Commissie van 6 december 2018 tot goedkeuring van de werkzame stof Metschnikowia fructicola stam NRRL Y-27328 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 20).

150.    32018 R 1981: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1981 van de Commissie van 13 december 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de voor vervanging in aanmerking komende werkzame stoffen koperverbindingen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 317 van 14.12.2018, blz. 16).

151.    32019 R 0139: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/139 van de Commissie van 29 januari 2019 tot goedkeuring van de werkzame stof Beauveria bassiana stam IMI389521 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 26 van 30.1.2019, blz. 4).

152.    32019 R 0147: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/147 van de Commissie van 30 januari 2019 tot goedkeuring van de werkzame stof Beauveria bassiana stam PPRI 5339 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 14).


153.    32019 R 0337: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/337 van de Commissie van 27 februari 2019 tot goedkeuring van de werkzame stof mefentrifluconazool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 60 van 28.2.2019, blz. 12).

154.    32019 R 0481: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/481 van de Commissie van 22 maart 2019 tot goedkeuring van de werkzame stof flutianil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 82 van 25.3.2019, blz. 19).

155.    32019 R 0676: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/676 van de Commissie van 29 april 2019 tot goedkeuring van de werkzame stof risico ABE-IT 56 (bestanddelen van het lysaat van Saccharomyces cerevisiae stam DDSF623), overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 114 van 30.4.2019, blz. 12).


156.    32019 R 1138: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1138 van de Commissie van 3 juli 2019 tot goedkeuring van de werkzame stof florpyrauxifenbenzyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 180 van 4.7.2019, blz. 8).

157.    32020 R 0029: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/29 van de Commissie van 14 januari 2020 tot niet-goedkeuring van tannines van takken van de Vitis vinifera als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 9 van 14.1.2020, blz. 1).

158.    32020 D 0152:    Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/152 van de Commissie van 3 februari 2020 betreffende een verbod voor Roemenië om op grond van artikel 53, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 opnieuw toelatingen te verlenen voor gewasbeschermingsmiddelen met de werkzame stof clothianidin of imidacloprid ter bestrijding van Phyllotreta spp. en/of Psylliodes spp. op Brassica napus (PB L 33 van 5.2.2020, blz. 16).

159.    32020 D 0153: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/153 van de Commissie van 3 februari 2020 betreffende een verbod voor Litouwen om op grond van artikel 53, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 opnieuw toelatingen te verlenen voor gewasbeschermingsmiddelen met de werkzame stof thiamethoxam ter bestrijding van Phyllotreta spp. en/of Psylliodes spp. op zomerkoolzaad (PB L 33 van 5.2.2020, blz. 19).


160.    32020 R 0640: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/640 van de Commissie van 12 mei 2020 tot niet-goedkeuring van propolisextract als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 150 van 13.5.2020, blz. 32).

161.    32020 R 0642: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/642 van de Commissie van 12 mei 2020 tot goedkeuring van de basisstof L-cysteïne overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 150 van 13.5.2020, blz. 134).

162.    32020 R 0643: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/643 van de Commissie van 12 mei 2020 tot niet-goedkeuring van wortels van Saponaria officinalis L. als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 150 van 13.5.2020, blz. 138).

163.    32020 R 0646: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/646 van de Commissie van 13 mei 2020 tot goedkeuring van de werkzame stof lavandulylsenecioaat als stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 151 van 14.5.2020, blz. 3).


164.    32020 R 1004: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1004 van de Commissie van 9 juli 2020 tot goedkeuring van de basisstof koemelk overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 133).

165.    32020 R 1018: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1018 van de Commissie van 13 juli 2020 tot goedkeuring van de stof ijzer(III)pyrofosfaat als werkzame stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 225 van 14.7.2020, blz. 9).

166.    32020 R 1263: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1263 van de Commissie van 10 september 2020 tot goedkeuring van de werkzame stof natriumwaterstofcarbonaat als stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 297 van 11.9.2020, blz. 1).

167.    32021 R 0081: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/81 van de Commissie van 27 januari 2021 tot goedkeuring van de basisstof extract van uienbollen (Allium cepa L.) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 29 van 28.1.2021, blz. 12).


168.    32021 R 0427: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/427 van de Commissie van 10 maart 2021 tot goedkeuring van de werkzame stof 24-epibrassinolide als stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 84 van 11.3.2021, blz. 21).

169.    32021 R 0428: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/428 van de Commissie van 10 maart 2021 tot vaststelling van gestandaardiseerde gegevensformaten voor de indiening van aanvragen voor de goedkeuring van werkzame stoffen of voor een wijziging van de voorwaarden van een goedkeuring, zoals bedoeld in Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 84 van 11.3.2021, blz. 25).

170.    32021 R 0567: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/567 van de Commissie van 6 april 2021 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico waterig extract van de gekiemde zaden van zoete Lupinus albus overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 118 van 7.4.2021, blz. 6).

171.    32021 R 0795: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/795 van de Commissie van 17 mei 2021 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof alfa-cypermethrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 174 van 18.5.2021, blz. 2).


172.    32021 R 0917: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/917 van de Commissie van 7 juni 2021 tot goedkeuring van de werkzame stoffen met een laag risico pepinomozaïekvirus, stam EU, zwak isolaat Abp1 en pepinomozaïekvirus, stam CH2, zwak isolaat Abp2 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 201 van 8.6.2021, blz. 19).

173.    32021 R 1455: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1455 van de Commissie van 6 september 2021 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Bacillus amyloliquefaciens stam AH2, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 315 van 7.9.2021, blz. 1).

174.    32021 R 2049: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2049 van de Commissie van 24 november 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof cypermethrin als stof die in aanmerking komt voor vervanging, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 420 van 25.11.2021, blz. 6).


175.    32022 R 0004: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/4 van de Commissie van 4 januari 2022 tot goedkeuring van de werkzame stof Purpureocillium lilacinum stam PL11 als stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 1 van 5.1.2022, blz. 5).

176.    32022 R 0043: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/43 van de Commissie van 13 januari 2022 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof flumioxazin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlagen bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/408 (PB L 9 van 14.1.2022, blz. 7).

177.    32022 R 0159: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/159 van de Commissie van 4 februari 2022 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Bacillus amyloliquefaciens stam IT-45, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 26 van 7.2.2022, blz. 7).


178.    32022 R 1251: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1251 van de Commissie van 19 juli 2022 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stoffen onvertakte vlinderferomonen (acetaten) als werkzame stoffen met een laag risico, en onvertakte vlinderferomonen (aldehyden en alcoholen) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 191 van 20.7.2022, blz. 35).

179.    32022 R 1443: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1443 van de Commissie van 31 augustus 2022 tot niet-goedkeuring van calciumpropionaat als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 227 van 1.9.2022, blz. 123).

180.    32022 R 1444: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1444 van de Commissie van 31 augustus 2022 tot niet-goedkeuring van zwarte zeep E 470a als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 227 van 1.9.2022, blz. 125).

181.    32022 R 1474: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1474 van de Commissie van 6 september 2022 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico schapenvet overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 232 van 7.9.2022, blz. 3).


182.    32022 R 1480: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1480 van de Commissie van 7 september 2022 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de verlenging van de geldigheidsduur van de goedkeuring van de werkzame stoffen 2-fenylfenol (met inbegrip van de zouten daarvan, zoals het natriumzout), 8-hydroxyquinoline, amidosulfuron, bensulfuron, bifenox, chloormequat, chloortoluron, clofentezine, clomazon, daminozide, deltamethrin, dicamba, difenoconazool, diflufenican, dimethachloor, esfenvaleraat, etofenprox, fenoxaprop-P, fenpropidin, fenpyrazamine, fludioxonil, flufenacet, flumetraline, fosthiazaat, lenacil, MCPA, MCPB, nicosulfuron, paraffineoliën, penconazool, picloram, prohexadion, propaquizafop, prosulfocarb, quizalofop-P-ethyl, quizalofop-P-tefuryl, natrium-5-nitroguajacolaat, natrium-o-nitrofenolaat, natrium-p-nitrofenolaat, zwavel, tebufenpyrad, tetraconazool, triallaat, triflusulfuron en tritosulfuron (PB L 233 van 8.9.2022, blz. 43).

183.    32022 R 2364: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2364 van de Commissie van 2 december 2022 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de verlenging van de goedkeuringsperiode van de werkzame stof glyfosaat (PB L 312 van 22.12.2022, blz. 99).

184.    32023 R 0199: Uitvoeringsverordening (EU) 2023/199 van de Commissie van 30 januari 2023 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Trichoderma atroviride AT10 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 26 van 31.1.2023, blz. 22).


185.    32023 R 0200: Uitvoeringsverordening (EU) 2023/200 van de Commissie van 30 januari 2023 tot niet-goedkeuring van etherische citroenolie (etherische olie van Citrus limon) als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 26 van 31.1.2023, blz. 26).

ONDERAFDELING 2

ERKENNING VAN DE VOLLEDIGHEID VAN HET DOSSIER

186.    32001 D 0861: Beschikking 2001/861/EG van de Commissie van 27 november 2001 houdende principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op eventuele opneming van respectievelijk clothianidin en Pseudozyma flocculosa in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, volledig zijn (PB L 321 van 6.12.2001, blz. 34), zoals gewijzigd bij:

   32012 D 0187: Uitvoeringsbesluit 2012/187/EU van de Commissie van 4 april 2012 (PB L 101 van 11.4.2012, blz. 15).

187.    32002 D 0305: Beschikking 2002/305/EG van de Commissie van 19 april 2002 houdende principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op eventuele opneming van respectievelijk clothianidin en Pseudozyma flocculosa in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, volledig zijn (PB L 104 van 20.4.2002, blz. 42).


188.    32003 D 0035: Beschikking 2003/35/EG van de Commissie van 10 januari 2003 houdende principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op eventuele opneming van benalaxyl-M, benthiavalicarb, 1-methylcyclopropeen, prothioconazool en fluoxastrobin in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, volledig zijn (PB L 11 van 16.1.2003, blz. 52).

189.    32003 D 0105: Beschikking 2003/105/EG van de Commissie van 17 februari 2003 houdende de principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van spiromesifen en metrafenon in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 43 van 18.2.2003, blz. 45).

190.    32003 D 0636: Beschikking 2003/636/EG van de Commissie van 2 september 2003 houdende principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op eventuele opneming van kaliumfosfiet, acequinocyl en cyflufenamid in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, volledig zijn (PB L 221 van 4.9.2003, blz. 42).

191.    32003 D 0850: Beschikking 2003/850/EG van de Commissie van 4 december 2003 houdende principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op eventuele opneming van BAS 670H en zilverthiosulfaat in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, volledig zijn. (PB L 322 van 9.12.2003, blz. 28).


192.    32004 D 0686: Beschikking 2004/686/EG van de Commissie van 29 september 2004 houdende principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op eventuele opneming van proquinazid, IKI-220 (flonicamid) en gamma-cyhalothrin in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L 313 van 12.10.2004, blz. 21).

193.    32005 D 0459: Beschikking 2005/459/EG van de Commissie van 22 juni 2005 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van pinoxaden in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L 160 van 23.6.2005, blz. 32).

194.    32005 D 0751: Beschikking 2005/751/EG van de Commissie van 21 oktober 2005 houdende principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op eventuele opneming van ascorbinezuur, kaliumjodide en kaliumthiocyanaat in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 282 van 26.10.2005, blz. 18).

195.    32005 D 0778: Beschikking 2005/778/EG van de Commissie van 28 oktober 2005 houdende de principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van aminopyralid en fluopicolide in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 293 van 9.11.2005, blz. 26).

196.    32006 D 0517: Beschikking 2006/517/EG van de Commissie van 19 juli 2006 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van metaflumizon in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L 201 van 25.7.2006, blz. 34).


197.    32006 D 0586: Beschikking 2006/586/EG van de Commissie van 25 augustus 2006 houdende principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op eventuele opneming van chromafenozide, halosulfuron, tembotrion, valifenal en courgettegeelmozaïekvirus — zwakke stam in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 236 van 31.8.2006, blz. 31).

198.    32006 D 0589: Beschikking 2006/589/EG van de Commissie van 31 augustus 2006 houdende principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op eventuele opneming van aviglycine HCl, mandipropamid en meptyldinocap in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 240 van 2.9.2006, blz. 9), zoals gewijzigd bij:

   32008 D 0278: Besluit 2008/278/EG van de Commissie van 26 maart 2008 (PB L 87 van 29.3.2008, blz. 15).

199.    32006 D 0806: Beschikking 2006/806/EG van de Commissie van 24 november 2006 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van orthosulfamuron in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L 329 van 25.11.2006, blz. 74).

200.    32006 D 0927: Beschikking 2006/927/EG van de Commissie van 13   december   2006 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van flubendiamide in bijlage   I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L   354 van 14.12.2006, blz.   54).


201.    32007 D 0277: Beschikking 2007/277/EG van de Commissie van 20 april 2007 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van pyroxsulam in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L 116 van 4.5.2007, blz. 59).

202.    32007 D 0380: Beschikking 2007/380/EG van de Commissie van 30 mei 2007 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van Candida oleophila in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L 141 van 2.6.2007, blz. 78).

203.    32007 D 0560: Beschikking 2007/560/EG van de Commissie van 2 augustus 2007 houdende de principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van chlorantraniliprole, heptamaloxyglucan, spirotetramat en Helicoverpa armigera kernpolyedervirus in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 213 van 15.8.2007, blz. 29).

204.    32007 D 0669: Beschikking 2007/669/EG van de Commissie van 15 oktober 2007 houdende de principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van Adoxophyes orana granulovirus, amisulbrom, emamectin, pyridalyl en Spodoptera litteralis kernpolyedervirus in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 274 van 18.10.2007, blz. 15).


205.    32008 D 0020: Beschikking 2008/20/EG van de Commissie van 20 december 2007 houdende de principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van ipconazool en maltodextrine in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 1 van 4.1.2008, blz. 5).

206.    32008 D 0565: Beschikking 2008/565/EG van de Commissie van 30 juni 2008 houdende de principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van Paecilomyces fumosoroseus stam Fe 9901 en Trichoderma atroviride stam I-1237 in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 181 van 10.7.2008, blz. 49).

207.    32008 D 0566: Beschikking 2008/566/EG van de Commissie van 1 juli 2008 houdende de principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van fosfine en thiencarbazon in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 181 van 10.7.2008, blz. 52).

208.    32008 D 0599: Beschikking 2008/599/EG van de Commissie van 4 juli 2008 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van Pseudomonas sp. stam DSMZ 13134 in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L 193 van 22.7.2008, blz. 14).

209.    32008 D 0740: Beschikking 2008/740/EG van de Commissie van 12 september 2008 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van spinetoram in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L 249 van 18.9.2008, blz. 21).


210.    32008 D 0953: Beschikking 2008/953/EG van de Commissie van 8 december 2008 houdende de principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van Aureobasidium pullulans en dinatriumfosfonaat in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 338 van 17.12.2008, blz. 62).

211.    32009 D 0438: Beschikking 2009/438/EG van de Commissie van 8 juni 2009 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van sinaasappelolie in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L 145 van 10.6.2009, blz. 47).

212.    32009 D 0464: Beschikking 2009/464/EG van de Commissie van 15 juni 2009 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van fluopryam in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L 151 van 16.6.2009, blz. 37).

213.    32009 D 0535: Beschikking 2009/535/EG van de Commissie van 9 juli 2009 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van BAS 650 F in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L 179 van 10.7.2009, blz. 66).

214.    32009 D 0700: Beschikking 2009/700/EG van de Commissie van 10 september 2009 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van bixafen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L 240 van 11.9.2009, blz. 32).


215.    32010 D 0132: Besluit 2010/132/EU van de Commissie van 2 maart 2010 houdende de principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van Trichoderma asperellum (stam T34) en isopyrazam in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 52 van 3.3.2010, blz. 51).

216.    32010 D 0150: Besluit 2010/150/EU van de Commissie van 10 maart 2010 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van fenpyrazamine in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L 61 van 11.3.2010, blz. 35).

217.    32010 D 0164: Besluit 2010/164/EU van de Commissie van 18 maart 2010 houdende de principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van tagetesolie en tijmolie in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 69 van 19.3.2010, blz. 18).

218.    32010 D 0244: Besluit 2010/244/EU van de Commissie van 26 april 2010 houdende de principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van 1,4-dimethylnaftaleen en cyflumetofen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 107 van 29.4.2010, blz. 22).


219.    32010 D 00466: Besluit 2010/466/EU van de Commissie van 24 augustus 2010 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van penthiopyrad in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L 224 van 26.8.2010, blz. 6).

220.    32010 D 0672: Beschikking 2010/672/EG van de Commissie van 5 november 2010 houdende de principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van penflufen en fluxapyroxad in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 290 van 6.11.2010, blz. 51).

221.    32010 D 0785: Besluit 2010/785/EU van de Commissie van 17 december 2010 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van pyriofenon in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L 335 van 18.10.2010, blz. 64).

222.    32011 D 0123: Besluit 2011/123/EU van de Commissie van 23 februari 2011 houdende de principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van sedaxaan en Bacillus firmus I-1582 in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 49 van 24.2.2011, blz. 40).


223.    32011 D 0124: Besluit 2011/124/EU van de Commissie van 23 februari 2011 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van ethametsulfuron in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig is (PB L 49 van 24.2.2011, blz. 12).

224.    32011 D 0253: Uitvoeringsbesluit 2011/253/EU van de Commissie van 26 april 2011 houdende de principiële erkenning dat het dossier dat is ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van metobromuron, S-abscisinezuur, Bacillus amyloliquefaciens subsp. plantarum D747, Bacillus pumilus QST 2808 en Streptomyces lydicus WYEC 108 in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad volledig is (PB L 106 van 27.4.2011, blz. 13).

225.    32011 D 0266: Uitvoeringsbesluit 2011/266/EU van de Commissie van 2 mei 2011 houdende de principiële erkenning dat de dossiers die zijn ingediend voor grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van bèta-cypermethrin, eugenol, geraniol en thymol in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad, volledig zijn (PB L 114 van 4.5.2011, blz. 3).

ONDERAFDELING 3

BESCHERMENDE MAATREGELEN

226.    32007 D 0322: Beschikking 2007/322/EG van de Commissie van 4 mei 2007 tot vaststelling van beschermende maatregelen betreffende toepassingen van tolylfluanide bevattende gewasbeschermingsmiddelen die leiden tot de verontreiniging van drinkwater (PB L 119 van 9.5.2007, blz. 49).


ONDERAFDELING 4

VERLENGING VAN DE OPNEMING

227.    32007 R 0737: Verordening (EC) nr. 737/2007 van de Commissie van 27 juni 2007 tot vaststelling van de procedure voor de verlenging van de opneming van een tweede groep werkzame stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en tot opstelling van de lijst van die stoffen (PB L 169 van 29.6.2007, blz. 10).

228.    32008 D 0656: Beschikking 2008/656/EG van de Commissie van 28 juli 2008 inzake de aanvaardbaarheid van de kennisgevingen betreffende de verlenging van de opneming in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van de werkzame stoffen azimsulfuron, azoxystrobin, fluroxypyr, imazalil, kresoxim-methyl, prohexadion-calcium en spiroxamine en tot vaststelling van de lijst van betrokken kennisgevers (PB L 214 van 9.8.2008, blz. 70).

229.    32010 R 1141: Verordening (EU) nr. 1141/2010 van de Commissie van 7 december 2010 tot vaststelling van de procedure voor de verlenging van de opneming van een tweede groep werkzame stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en tot opstelling van de lijst van die stoffen (PB L 322 van 8.12.2010, blz. 10), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0336: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/336 van de Commissie van 27 februari 2019 (PB L 60 van 28.2.2019, blz. 8).


230.    32011 R 1022: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1022/2011 van de Commissie van 14 oktober 2011 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof cyclanilide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 270 van 15.10.2011, blz. 20).

231.    32011 R 1134: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1134/2011 van de Commissie van 9 november 2011 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof cinidon-ethyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 292 van 10.11.2011, blz. 1).

232.    32012 R 0686: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 686/2012 van de Commissie van 26 juli 2012 waarbij de beoordeling van de werkzame stoffen waarvan de goedkeuring uiterlijk op 31 december 2018 vervalt, in het kader van de verlengingsprocedure aan de lidstaten wordt toevertrouwd (PB L 200 van 27.7.2012, blz. 5), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 0700: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 700/2014 van de Commissie van 24 juni 2014 (PB L 184 van 25.6.2014, blz. 8),

   32015 R 0052: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/52 van de Commissie van 14 januari 2015 (PB L 9 van 15.1.2015, blz. 27),

   32016 R 0183: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/183 van de Commissie van 11 februari 2016 (PB L 37 van 12.2.2016, blz. 44),


   32017 R 0243: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/243 van de Commissie van 10 februari 2017 (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 53),

   32018 R 0155: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/155 van de Commissie van 31 januari 2018 (PB L 29 van 1.2.2018, blz. 8),

   32019 R 0150: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/150 van de Commissie van 30 januari 2019 (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 23),

   32019 R 0336: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/336 van de Commissie van 27 februari 2019 (PB L 60 van 28.2.2019, blz. 8),

   32019 R 0724: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/724 van de Commissie van 10 mei 2019 (PB L 124 van 13.5.2019, blz. 32),

   32020 R 1093: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1093 van de Commissie van 24 juli 2020 (PB L 241 van 27.7.2020, blz. 13).

233.    32015 R 0306: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/306 van de Commissie van 26 februari 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof Isaria fumosorosea stam Apopka 97 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 56 van 27.2.2015, blz. 1).


234.    32015 R 1115: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1115 van de Commissie van 9 juli 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof pyridaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 182 van 10.7.2015, blz. 22).

235.    32015 R 1154: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1154 van de Commissie van 14 juli 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof sulfosulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 187 van 15.7.2015, blz. 18).

236.    32015 R 1166: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1166 van de Commissie van 15 juli 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof ijzerfosfaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 188 van 16.7.2015, blz. 34).

237.    32015 R 1201: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1201 van de Commissie van 22 juli 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof fenhexamide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 195 van 23.7.2015, blz. 37).


238.    32015 R 1397: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1397 van de Commissie van 14 augustus 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof florasulam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 216 van 15.8.2015, blz. 3).

239.    32015 R 2033: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2033 van de Commissie van 13 november 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof 2,4-D overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 298 van 14.11.2015, blz. 8).

240.    32015 R 2047: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2047 van de Commissie van 16 november 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof esfenvaleraat, die in aanmerking komt voor vervanging, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 300 van 17.11.2015, blz. 8).

241.    32016 R 0139: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/139 van de Commissie van 2 februari 2016 tot verlenging van de goedkeuring van de voor vervanging in aanmerking komende werkzame stof metsulfuron-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 27 van 3.2.2016, blz. 7).


242.    32016 R 0146: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/146 van de Commissie van 4 februari 2016 tot verlenging van de goedkeuring van de voor vervanging in aanmerking komende werkzame stof lambda-cyhalothrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 30 van 7.2.2016, blz. 1).

243.    32016 R 0147: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/147 van de Commissie van 4 februari 2016 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof iprovalicarb overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 30 van 7.2.2016, blz. 12).

244.    32016 R 0182: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/182 van de Commissie van 11 februari 2016 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof pyraflufen-ethyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 37 van 12.2.2016, blz. 40).

245.    32016 R 0389: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/389 van de Commissie van 17 maart 2016 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof acibenzolar-S-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 73 van 18.3.2016, blz. 77).


246.    32016 R 0864: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/864 van de Commissie van 31 mei 2016 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof triasulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 144 van 1.6.2016, blz. 32).

247.    32016 R 0871: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/871 van de Commissie van 1 juni 2016 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof amitrol overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 145 van 2.6.2016, blz. 4).

248.    32016 R 0872: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/872 van de Commissie van 1 juni 2016 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof isoproturon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 145 van 2.6.2016, blz. 7).

249.    32016 R 1423: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1423 van de Commissie van 25 augustus 2016 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof picolinafen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 231 van 26.8.2016, blz. 20).


250.    32016 R 1424: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1424 van de Commissie van 25 augustus 2016 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof thifensulfuron-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 231 van 26.8.2016, blz. 25).

251.    32016 R 1426: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1426 van de Commissie van 25 augustus 2016 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof ethofumesaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 231 van 26.8.2016, blz. 34).

252.    32017 R 0157: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/157 van de Commissie van 30 januari 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof thiabendazool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 25 van 31.1.2017, blz. 5).

253.    32017 R 0375: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/375 van de Commissie van 2 maart 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de voor vervanging in aanmerking komende werkzame stof prosulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 58 van 4.3.2017, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0574: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/574 van de Commissie van 30 maart 2021 (PB L 120 van 8.4.2021, blz. 9).


254.    32017 R 0407: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/407 van de Commissie van 8 maart 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof iodosulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 87).

255.    32017 R 0842: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/842 van de Commissie van 17 mei 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Coniothyrium minitans stam CON/M/91-08 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 125 van 18.5.2017, blz. 16), gerectificeerd bij PB L 2 van 5.1.2018, blz. 14.

256.    32017 R 0725: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/725 van de Commissie van 24 april 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof mesotrione overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 107 van 25.4.2017, blz. 24).

257.    32017 R 0753: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/753 van de Commissie van 28 april 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof cyhalofop-butyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 113 van 29.4.2017, blz. 24).


258.    32017 R 0755: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/755 van de Commissie van 28 april 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof mesosulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 113 van 29.4.2017, blz. 35).

259.    32017 R 0805: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/805 van de Commissie van 11 mei 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof flazasulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 121 van 12.5.2017, blz. 26).

260.    32017 R 0842: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/842 van de Commissie van 17 mei 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Coniothyrium minitans stam CON/M/91-08 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 125 van 18.5.2017, blz. 16).

261.    32017 R 1113: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1113 van de Commissie van 22 juni 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof benzoëzuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 162 van 23.6.2017, blz. 27).


262.    32017 R 1114: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1114 van de Commissie van 22 juni 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof pendimethalin, die in aanmerking komt voor vervanging, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 162 van 23.6.2017, blz. 32).

263.    32017 R 1115: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1115 van de Commissie van 22 juni 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof propoxycarbazon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 162 van 23.6.2017, blz. 38).

264.    32017 R 1455: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1455 van de Commissie van 10 augustus 2017 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof picoxystrobin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 208 van 11.8.2017, blz. 28).

265.    32017 R 1491: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1491 van de Commissie van 21 augustus 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof 2,4-D overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 216 van 22.8.2017, blz. 15).


266.    32017 R 1496: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1496 van de Commissie van 23 augustus 2017 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof DPX KE 459 (flupyrsulfuronmethyl) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 218 van 24.8.2017, blz. 7).

267.    32017 R 1506: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1506 van de Commissie van 28 augustus 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof maleïnehydrazide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 222 van 29.8.2017, blz. 21).

268.    32017 R 1531: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1531 van de Commissie van 7 september 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof imazamox, die in aanmerking komt voor vervanging, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 232 van 8.9.2017, blz. 6).

269.    32017 R 2091: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2091 van de Commissie van 14 november 2017 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof iprodion overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 297 van 15.11.2017, blz. 25).


270.    32017 R 2324: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2324 van de Commissie van 12 december 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof glyfosaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 333 van 15.12.2017, blz. 10).

271.    32018 R 0112: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/112 van de Commissie van 24 januari 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico laminarin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 20 van 25.1.2018, blz. 3).

272.    32018 R 0113: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/113 van de Commissie van 24 januari 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof acetamiprid overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 20 van 25.1.2018, blz. 7).

273.    32018 R 0660: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/660 van de Commissie van 26 april 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof bentazon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 110 van 30.4.2018, blz. 122).


274.    32018 R 0679: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/679 van de Commissie van 3 mei 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof forchlorfenuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 114 van 4.5.2018, blz. 18).

275.    32018 R 0692: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/692 van de Commissie van 7 mei 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof zoxamide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 117 van 8.5.2018, blz. 9).

276.    32018 R 0710: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/710 van de Commissie van 14 mei 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof silthiofam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 119 van 15.5.2018, blz. 31).

277.    32018 R 0755: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/755 van de Commissie van 23 mei 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof propyzamide als stof die in aanmerking komt voor vervanging, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 128 van 24.5.2018, blz. 4).


278.    32018 R 1019: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1019 van de Commissie van 18 juli 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof oxasulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 183 van 19.7.2018, blz. 14).

279.    32018 R 1043: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1043 van de Commissie van 24 juli 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof fenamidone overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 188 van 25.7.2018, blz. 9).

280.    32018 R 1060: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1060 van de Commissie van 26 juli 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof trifloxystrobin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 27.7.2018, blz. 3).

281.    32018 R 1061: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1061 van de Commissie van 26 juli 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof carfentrazone-ethyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 27.7.2018, blz. 8).


282.    32018 R 1075: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1075 van de Commissie van 27 juli 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof Ampelomyces quisqualis stam AQ10 als een werkzame stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 194 van 31.7.2018, blz. 36).

283.    32018 R 1264: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1264 van de Commissie van 20 september 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof pethoxamide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 238 van 21.9.2018, blz. 71).

284.    32018 R 1500: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1500 van de Commissie van 9 oktober 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof thiram, en houdende een verbod op het gebruik en de verkoop van zaden die zijn behandeld met gewasbeschermingsmiddelen die thiram bevatten, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 254 van 10.10.2018, blz. 1).

285.    32018 R 1501: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1501 van de Commissie van 9 oktober 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof pymetrozine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 254 van 10.10.2018, blz. 4).


286.    32018 R 1532: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1532 van de Commissie van 12 oktober 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof diquat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 257 van 15.10.2018, blz. 10).

287.    32018 R 1865: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1865 van de Commissie van 28 november 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof propiconazool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 304 van 29.11.2018, blz. 6).

288.    32018 R 1913: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1913 van de Commissie van 6 december 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof tribenuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 13).

289.    32018 R 1914: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1914 van de Commissie van 6 december 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof quinoxyfen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 17).


290.    32018 R 1917: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1917 van de Commissie van 6 december 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof flurtamone overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 27).

291.    32019 R 0151: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/151 van de Commissie van 30 januari 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof Clonostachys rosea stam J1446 als een werkzame stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 26).

292.    32019 R 0158: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/158 van de Commissie van 31 januari 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof methoxyfenozide, die in aanmerking komt voor vervanging, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 31 van 1.2.2019, blz. 21).

293.    32019 R 0344: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/344 van de Commissie van 28 februari 2019 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof ethoprofos overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 62 van 1.3.2019, blz. 7).


294.    32019 R 0677: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/677 van de Commissie van 29 april 2019 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof chloorthalonil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 114 van 30.4.2019, blz. 15).

295.    32019 R 0706: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 2019/706 van de Commissie van 7 mei 2019 tot goedkeuring van de werkzame stof carvon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 120 van 8.5.2019, blz. 11), gerectificeerd bij PB L 152 van 15.5.2020, blz. 1.

296.    32019 R 0717: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/717 van de Commissie van 8 mei 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof isoxaflutool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 122 van 10.5.2019, blz. 44).

297.    32019 R 0989: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/989 van de Commissie van 17 juni 2019 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof chloorprofam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 160 van 18.6.2019, blz. 11).


298.    32019 R 1085: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1085 van de Commissie van 25 juni 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof 1-methylcyclopropeen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/408 van de Commissie (PB L 171 van 26.6.2019, blz. 110).

299.    32019 R 1090: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1090 van de Commissie van 26 juni 2019 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof dimethoaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 173 van 27.6.2019, blz. 39).

300.    32019 R 1100: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1100 van de Commissie van 27 juni 2019 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof desmedifam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 175 van 28.6.2019, blz. 17).

301.    32019 R 1101: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1101 van de Commissie van 27 juni 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof tolclofos-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 175 van 28.6.2019, blz. 20).


302.    32019 R 1137: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1137 van de Commissie van 3 juli 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof dimethenamid-p overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 180 van 4.7.2019, blz. 3).

303.    32019 R 1605: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1605 van de Commissie van 27 september 2019 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Bacillus subtilis stam IAB/BS03, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 250 van 30.9.2019, blz. 49).

304.    32019 R 1606: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1606 van de Commissie van 27 september 2019 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof methiocarb overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 250 van 30.9.2019, blz. 53).

305.    32019 R 1675: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1675 van de Commissie van 4 oktober 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof Verticillium albo-atrum stam WCS850 als een stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 257 van 8.10.2019, blz. 6).


306.    32019 R 1690: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1690 van de Commissie van 9 oktober 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof alfa-cypermethrin, die in aanmerking komt voor vervanging, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 259 van 10.10.2019, blz. 2).

307.    32020 R 0017: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/17 van de Commissie van 10 januari 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof chloorpyrifos-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 7 van 13.1.2020, blz. 11).

308.    32020 R 0018: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/18 van de Commissie van 10 januari 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof chloorpyrifos overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 7 van 13.1.2020, blz. 14).

309.    32020 R 0023: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/23 van de Commissie van 13 januari 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof thiacloprid overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 8 van 14.1.2020, blz. 8).


310.    32020 R 0616: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/616 van de Commissie van 5 mei 2020 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof foramsulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 143 van 6.5.2020, blz. 1).

311.    32020 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/617 van de Commissie van 5 mei 2020 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof metalaxyl‐M en tot beperking van het gebruik van zaden die zijn behandeld met gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, alsmede tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 143 van 6.5.2020, blz. 6).

312.    32020 R 0892: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/892 van de Commissie van 29 juni 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof bèta-cyfluthrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 205 van 30.6.2020, blz. 6).

313.    32020 R 0968: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/968 van de Commissie van 3 juli 2020 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof pyriproxyfen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 213 van 6.7.2020, blz. 7).


314.    32020 R 1003: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1003 van de Commissie van 9 juli 2020 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stoffen Phlebiopsis gigantea stammen VRA 1835, VRA 1984 en FOC PG 410.3 als stoffen met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 127).

315.    32020 R 1246: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1246 van de Commissie van 2 september 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof fenamifos overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 288 van 3.9.2020, blz. 18).

316.    32020 R 1276: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1276 van de Commissie van 11 september 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof bromoxynil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 300 van 14.9.2020, blz. 32), gerectificeerd bij PB L 302 van 16.09.2020, blz. 27.

317.    32020 R 1280: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1280 van de Commissie van 14 september 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof benalaxyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 301 van 15.9.2020, blz. 4).


318.    32020 R 1498: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1498 van de Commissie van 15 oktober 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof thiofanaat-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 342 van 16.10.2020, blz. 5).

319.    32020 R 1740: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1740 van de Commissie van 20 november 2020 tot vaststelling van de nodige bepalingen voor de uitvoering van de verlengingsprocedure voor werkzame stoffen, als bedoeld in Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 844/2012 van de Commissie (PB L 392 van 23.11.2020, blz. 20).

320.    32020 R 2101: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2101 van de Commissie van 15 december 2020 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof kiezelgoer (diatomeeënaarde) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 425 van 16.12.2020, blz. 79).

321.    32020 R 2105: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2105 van de Commissie van 15 december 2020 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof etoxazool als stof die in aanmerking komt voor vervanging, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 425 van 16.12.2020, blz. 96).


322.    32021 R 0129: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/129 van de Commissie van 3 februari 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof knoflookextract overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 40 van 4.2.2021, blz. 11).

323.    32021 R 0134: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/134 van de Commissie van 4 februari 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Akanthomyces muscarius stam Ve6 (vroeger Lecanicillium muscarium stam Ve6) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 42 van 5.2.2021, blz. 4).

324.    32021 R 0413: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/413 van de Commissie van 8 maart 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico bloedmeel overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 81 van 9.3.2021, blz. 32).

325.    32021 R 0809: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/809 van de Commissie van 20 mei 2021 tot niet-goedkeuring van gefermenteerd extract van de bladeren van Symphytum officinale L. (smeerwortel) als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 180 van 21.5.2021, blz. 110).


326.    32021 R 0843: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/843 van de Commissie van 26 mei 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof cyazofamide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 186 van 27.5.2021, blz. 20).

327.    32021 R 0853: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/853 van de Commissie van 27 mei 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof Streptomyces stam K61 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 188 van 28.5.2021, blz. 56).

328.    32021 R 1191: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1191 van de Commissie van 19 juli 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof clopyralid overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 258 van 20.7.2021, blz. 37).

329.    32021 R 1379: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1379 van de Commissie van 19 augustus 2021 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof famoxadone overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 297 van 20.8.2021, blz. 32).


330.    32021 R 1448: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1448 van de Commissie van 3 september 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico calciumcarbonaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 313 van 6.9.2021, blz. 15).

331.    32021 R 1452: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1452 van de Commissie van 3 september 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof kaliumwaterstofcarbonaat als een stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 313 van 6.9.2021, blz. 30).

332.    32021 R 2081: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2081 van de Commissie van 26 november 2021 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof indoxacarb overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 426 van 29.11.2021, blz. 28).

333.    32022 R 0019: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/19 van de Commissie van 7 januari 2022 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof Purpureocillium lilacinum stam 251 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 5 van 10.1.2022, blz. 9).


334.    32022 R 0094: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/94 van de Commissie van 24 januari 2022 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof fosmet overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 16 van 25.1.2022, blz. 33).

335.    32022 R 0383: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/383 van de Commissie van 4 maart 2022 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Metarhizium brunneum stam Ma 43 (vroeger Metarhizium anisopliae var. anisopliae stam BIPESCO 5/F52) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 76 van 7.3.2022, blz. 1).

336.    32022 R 0698: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/698 van de Commissie van 3 mei 2022 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof bifenazaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 130 van 4.5.2022, blz. 3).

337.    32022 R 2305: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2305 van de Commissie van 24 november 2022 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico visolie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 306 van 25.11.2022, blz. 53).


338.    32022 R 2314: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2314 van de Commissie van 25 november 2022 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof Pythium oligandrum stam M1 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 307 van 28.11.2022, blz. 47).

339.    32022 R 2315: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2315 van de Commissie van 25 november 2022 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico heptamaloxyloglucan overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 307 van 28.11.2022, blz. 52).

340.    32023 R 0149: Uitvoeringsverordening (EU) 2023/149 van de Commissie van 20 januari 2023 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof benfluralin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 20 van 23.1.2023, blz. 30).



ONDERAFDELING 5

VERDER GEBRUIK

341.    32002 R 2076: Verordening (EG) nr. 2076/2002 van de Commissie van 20 november 2002 houdende verlenging van de in artikel 8, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad bedoelde termijn en betreffende de niet-opneming van bepaalde werkzame stoffen in bijlage I bij die richtlijn en de intrekking van toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten (PB L 319 van 23.11.2002, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32003 R 1336: Verordening (EG) nr. 1336/2003 van de Commissie van 25 juli 2003 (PB L 187 van 26.7.2003, blz. 21),

   32004 R 0835: Verordening (EG) nr. 835/2004 van de Commissie van 28 april 2004 (PB L 127 van 29.4.2004, blz. 43),

   32004 R 1765: Verordening (EG) nr. 1765/2004 van de Commissie van 13 oktober 2004 (PB L 315 van 14.10.2004, blz. 26),

   32005 R 1335: Verordening (EG) nr. 1335/2005 van de Commissie van 12 augustus 2005 (PB L 211 van 13.8.2005, blz. 6),

   32006 R 1980: Verordening (EG) nr. 1980/2006 van de Commissie van 20 december 2006 (PB L 368 van 23.12.2006, blz. 96),

   32006 R 2024: Verordening (EG) nr. 2024/2006 van de Commissie van 22 december 2006 (PB L 384 van 29.12.2006, blz. 79),


   32007 R 1313: Verordening (EG) nr. 1313/2007 van de Commissie van 8 november 2007 (PB L 291 van 9.11.2007, blz. 11),

   32008 R 0848: Verordening (EG) nr. 848/2008 van de Commissie van 28 augustus 2008 (PB L 231 van 29.8.2008, blz. 9),

   32014 R 0698: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 698/2014 van de Commissie van 24 juni 2014 (PB L 184 van 25.6.2014, blz. 4).

342.    32005 R 1335: Verordening (EG) nr. 1335/2005 van de Commissie van 12 augustus 2005 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2076/2002 en de Beschikkingen 2002/928/EG, 2004/129/EG, 2004/140/EG, 2004/247/EG en 2005/303/EG wat betreft de in artikel 8, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad bedoelde termijn en het voortgezette gebruik van bepaalde stoffen die niet in bijlage I daarbij zijn opgenomen (PB L 211 van 13.8.2005, blz. 6).

343.    32006 R 1980: Verordening (EG) nr. 1980/2006 van de Commissie van 20 december 2006 tot vaststelling van overgangsmaatregelen tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2076/2002 en de Beschikkingen 2001/245/EG, 2002/928/EG en 2006/797/EG met betrekking tot het voortgezette gebruik van bepaalde werkzame stoffen die niet zijn opgenomen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG, wegens de toetreding van Bulgarije (PB L 368 van 23.12.2006, blz. 96).


ONDERAFDELING 6

NIET-GOEDGEKEURDE STOFFEN

344.    31994 D 0643: Beschikking 94/643/EG van de Commissie van 12 september 1994 tot intrekking van de toelating van gewasbeschermingsmiddelen die cyhalothrin als werkzame stof bevatten (PB L 249 van 24.9.1994, blz. 18).

345.    31995 D 0276: Beschikking 95/276/EG van de Commissie van 13 juli 1995 tot intrekking van de toelating van gewasbeschermingsmiddelen die ferbam of azinfos-ethyl als werkzame stof bevatten (PB L 170 van 20.7.1995, blz. 22).

346.    31996 D 0586: Beschikking 96/586/EG van de Commissie van 9 april 1996 tot intrekking van de toelating van gewasbeschermingsmiddelen die profam als werkzame stof bevatten (PB L 257 van 10.10.1996, blz. 41).

347.    31998 D 0269: Beschikking 98/269/EG van de Commissie van 7 april 1998 tot intrekking van de toelating van gewasbeschermingsmiddelen die dinoterb als werkzame stof bevatten (PB L 117 van 21.4.1998, blz. 13).

348.    31998 D 0270: Beschikking 98/270/EG van de Commissie van 7 april 1998 tot intrekking van de toelating van gewasbeschermingsmiddelen die fenvaleraat als werkzame stof bevatten (PB L 117 van 21.4.1998, blz. 15), zoals gewijzigd bij:

   32006 R 2024: Verordening (EG) nr. 2024/2006 van de Commissie van 22 december 2006 (PB L 384 van 29.12.2006, blz. 79).


349.    31999 D 0164: Beschikking 1999/164/EG van de Commissie van 17 februari 1999 betreffende de niet-opneming van DNOC als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten (PB L 54 van 2.3.1999, blz. 21).

350.    32000 D 0233: Beschikking 2000/233/EG van de Commissie van 9 maart 2000 betreffende het niet opnemen van pyrazofos als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 73 van 22.3.2000, blz. 16).

351.    32000 D 0234: Beschikking 2000/234/EG van de Commissie van 9 maart 2000 betreffende het niet opnemen van monolinuron als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 73 van 22.3.2000, blz. 18).

352.    32000 D 0626: Beschikking 2000/626/EG van de Commissie van 13 oktober 2000 betreffende het niet opnemen van chlozolinaat als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 263 van 18.10.2000, blz. 32).

353.    32000 D 0725: Beschikking 2000/725/EG van de Commissie van 20 november 2000 betreffende het niet opnemen van tecnazeen als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 292 van 21.11.2000, blz. 30).


354.    32000 D 0801: Beschikking 2000/801/EG van de Commissie van 20 december 2000 betreffende de niet-opneming van lindaan als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 324 van 21.12.2000, blz. 42).

355.    32000 D 0816: Beschikking 2000/816/EG van de Commissie van 27 december 2000 betreffende de niet-opneming van quintozeen als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 332 van 28.12.2000, blz. 112).

356.    32000 D 0817: Beschikking 2000/817/EG van de Commissie van 27 december 2000 betreffende de niet-opneming van permethrin als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 332 van 28.12.2000, blz. 114).

357.    32001 D 0245: Beschikking 2001/245/EG van de Commissie van 22 maart 2001 betreffende de niet-opneming van zineb in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 88 van 28.3.2001, blz. 19), zoals gewijzigd bij:

   32006 R 1980: Verordening (EG) nr. 1980/2006 van de Commissie van 20 december 2006 (PB L 368 van 23.12.2006, blz. 79),

358.    32001 D 0520: Beschikking 2001/520/EG van de Commissie van 9 juli 2001 betreffende de niet-opneming van parathion als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 187 van 10.7.2001, blz. 47).


359.    32001 D 0697: Besluit 2001/697/EC van de Commissie van 5 september 2001 betreffende de niet-opneming van chloorfenapyr in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (PB L 249 van 19.9.2001, blz. 19).

360.    32002 D 0478: Beschikking 2002/478/EG van de Commissie van 20 juni 2002 betreffende de niet-opneming van fentin-acetaat als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 164 van 22.6.2002, blz. 41).

361.    32002 D 0479: Beschikking 2002/479/EG van de Commissie van 20 juni 2002 betreffende de niet-opneming van fentin-hydroxide als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 164 van 22.6.2002, blz. 43).

362.    32002 D 0928: Beschikking 2002/928/EG van de Commissie van 26 november 2002 betreffende de niet-opneming van benomyl in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 322 van 27.11.2002, blz. 53), zoals gewijzigd bij:

   32004 R 0835: Verordening (EG) nr. 835/2004 van de Commissie van 28 april 2004 (PB L 127 van 29.4.2004, blz. 43),

   32005 R 1335: Verordening (EG) nr. 1335/2005 van de Commissie van 12 augustus 2005 (PB L 211 van 13.8.2005, blz. 6),

   32006 R 1980: Verordening (EG) nr. 1980/2006 van de Commissie van 20 december 2006 (PB L 368 van 23.12.2006, blz. 79),


   32006 R 2024: Verordening (EG) nr. 2024/2006 van de Commissie van 22 december 2006 (PB L 384 van 29.12.2006, blz. 79).

363.    32002 D 0949: Besluit 2002/949/EC van de Commissie van 4 december 2002 betreffende de niet-opneming van azafenidin in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (PB L 328 van 5.12.2002, blz. 23).

364.    32003 D 0166: Beschikking 2003/166/EG van de Commissie van 10 maart 2003 betreffende de niet-opneming van parathion-methyl als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 67 van 12.3.2003, blz. 18).

365.    32003 D 0199: Beschikking 2003/199/EG van de Commissie van 18 maart 2003 betreffende de niet-opneming van aldicarb als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 76 van 22.3.2003, blz. 21).

366.    32003 D 0219: Beschikking 2003/219/EG van de Commissie van 25 maart 2003 betreffende de niet-opneming van acefaat als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 82 van 29.3.2003, blz. 40).


367.    32004 D 0129: Beschikking 2004/129/EG van de Commissie van 30 januari 2004 betreffende de niet-opneming van bepaalde werkzame stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten (PB L 37 van 10.2.2004, blz. 27), zoals gewijzigd bij:

   32004 R 0835: Verordening (EG) nr. 835/2004 van de Commissie van 28 april 2004 (PB L 127 van 29.4.2004, blz. 43),

   32006 R 2024: Verordening (EG) nr. 2024/2006 van de Commissie van 22 december 2006 (PB L 384 van 29.12.2006, blz. 79).

368.    32004 D 0140: Beschikking 2004/140/EG van de Commissie van 11 februari 2004 betreffende de niet-opneming van fenthion in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 46 van 17.2.2004, blz. 32), zoals gewijzigd bij:

   32005 R 1335: Verordening (EG) nr. 1335/2005 van de Commissie van 12 augustus 2005 (PB L 211 van 13.8.2005, blz. 6).

369.    32004 D 0141: Beschikking 2004/141/EG van de Commissie van 12 februari 2004 betreffende de niet-opneming van amitraz als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 46 van 17.2.2004, blz. 35).


370.    32004 D 0247: Beschikking 2004/247/EG van de Commissie van 10 maart 2004 betreffende de niet-opneming van simazin in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 78 van 16.3.2004, blz. 50), zoals gewijzigd bij:

   32004 R 0835: Verordening (EG) nr. 835/2004 van de Commissie van 28 april 2004 (PB L 127 van 29.4.2004, blz. 43),

   32005 R 1335: Verordening (EG) nr. 1335/2005 van de Commissie van 12 augustus 2005 (PB L 211 van 13.8.2005, blz. 6).

371.    32004 D 0248: Beschikking 2004/248/EG van de Commissie van 10 maart 2004 betreffende de niet-opneming van atrazin in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 78 van 16.3.2004, blz. 53), zoals gewijzigd bij:

   32004 R 0835: Verordening (EG) nr. 835/2004 van de Commissie van 28 april 2004 (PB L 127 van 29.4.2004, blz. 43).

372.    32004 D 0401: Beschikking 2004/401/EG van de Commissie van 26 april 2004 betreffende de niet-opneming van mefluidide als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 123 van 27.4.2004, blz. 109).


373.    32005 D 0303: Beschikking 2005/303/EG van de Commissie van 31 maart 2005 betreffende de niet-opneming van kresol, dichlorofeen, imazamethabenz, kasugamycine en polyoxin in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten (PB L 97 van 15.4.2005, blz. 38), zoals gewijzigd bij:

   32005 R 1335: Verordening (EG) nr. 1335/2005 van de Commissie van 12 augustus 2005 (PB L 211 van 13.8.2005, blz. 6).

374.    32005 D 0487: Beschikking 2005/487/EG van de Commissie van 4 juli 2005 betreffende de niet-opneming van triazamaat in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 174 van 7.7.2005, blz. 72).

375.    32005 D 0788: Beschikking 2005/788/EG van de Commissie van 11 november 2005 betreffende de niet-opneming van naled in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 296 van 12.11.2005, blz. 41).

376.    32005 D 0864: Beschikking 2005/864/EG van de Commissie van 2 december 2005 betreffende de niet-opneming van endosulfan als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 317 van 3.12.2005, blz. 25).

377.    32006 D 0302: Beschikking 2006/302/EG van de Commissie van 25 april 2006 betreffende de niet-opneming van methabenzthiazuron als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 112 van 26.4.2006, blz. 15).


378.    32006 D 0797: Beschikking 2006/797/EG van de Commissie van 22 november 2006 betreffende de niet-opneming van ammoniumsulfamaat, hexaconazool, natriumtetrathiocarbonaat en 8-hydroxyquinoline in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stoffen bevatten (PB L 324 van 23.11.2006, blz. 8), zoals gewijzigd bij:

   32006 R 1980: Verordening (EG) nr. 1980/2006 van de Commissie van 20 december 2006 (PB L 368 van 23.12.2006, blz. 79).

379.    32006 D 1009: Beschikking 2006/1009/EG van de Commissie van 22 december 2006 betreffende de niet-opneming van dimethenamid in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 379 van 28.12.2006, blz. 125).

380.    32006 D 1010: Beschikking 2006/1010/EG van de Commissie van 22 december 2006 betreffende de niet-opneming van fosalone in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 379 van 28.12.2006, blz. 127).

381.    32006 D 0966: Beschikking 2006/966/EG van de Commissie van 18 december 2006 betreffende de niet-opneming van alachloor als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en tot intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 397 van 30.12.2006, blz. 28).

382.    32007 D 0355: Beschikking 2007/355/EG van de Commissie van 21 mei 2007 betreffende de niet-opneming van carbaryl in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 133 van 25.5.2007, blz. 40).


383.    32007 D 0356: Beschikking 2007/356/EG van de Commissie van 21 mei 2007 betreffende de niet-opneming van trichloorfon in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 133 van 25.5.2007, blz. 42).

384.    32007 D 0366: Beschikking 2007/366/EG van de Commissie van 25 mei 2007 betreffende de niet-opneming van thiodicarb in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 139 van 31.5.2007, blz. 28).

385.    32007 D 0379: Beschikking 2007/379/EG van de Commissie van 25 mei 2007 betreffende de niet-opneming van fenitrothion in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 141 van 2.6.2007, blz. 76).

386.    32007 D 0387: Beschikking 2007/387/EG van de Commissie van 6 juni 2007 betreffende de niet-opneming van dichloorvos in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 145 van 7.6.2007, blz. 16).

387.    32007 D 0389: Beschikking 2007/389/EG van de Commissie van 6 juni 2007 betreffende de niet-opneming van malathion in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 146 van 8.6.2007, blz. 19).


388.    32007 D 0392: Beschikking 2007/392/EG van de Commissie van 21 mei 2007 betreffende de niet-opneming van oxydemeton-methyl in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 148 van 9.6.2007, blz. 7).

389.    32007 D 0393: Beschikking 2007/393/EG van de Commissie van 6 juni 2007 betreffende de niet-opneming van diazinon in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 148 van 9.6.2007, blz. 9).

390.    32007 D 0415: Beschikking 2007/415/EG van de Commissie van 13 juni 2007 betreffende de niet-opneming van carbosulfan in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 156 van 16.6.2007, blz. 28).

391.    32007 D 0416: Beschikking 2007/416/EG van de Commissie van 13 juni 2007 betreffende de niet-opneming van carbofuran in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 156 van 16.6.2007, blz. 30).

392.    32007 D 0417: Beschikking 2007/417/EG van de Commissie van 13 juni 2007 betreffende de niet-opneming van diuron in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 156 van 16.6.2007, blz. 32).


393.    32007 D 0428: Beschikking 2007/428/EG van de Commissie van 18 juni 2007 betreffende de niet-opneming van cadusafos in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 160 van 21.6.2007, blz. 26).

394.    32007 D 0437: Beschikking 2007/437/EG van de Commissie van 19 juni 2007 betreffende de niet-opneming van haloxyfop-R in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 163 van 23.6.2007, blz. 22).

395.    32007 D 0442: Beschikking 2007/442/EG van de Commissie van 21 juni 2007 betreffende de niet-opneming van bepaalde werkzame stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten (PB L 166 van 28.6.2007, blz. 16).

396.    32007 D 0553: Beschikking 2007/553/EG van de Commissie van 2 augustus 2007 betreffende de niet-opneming van monocarbamide-dihydrogensulfaat en dimethipin in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten (PB L 208 van 9.8.2007, blz. 10).

397.    32007 D 0615: Beschikking 2007/615/EG van de Commissie van 20 september 2007 betreffende de niet-opneming van benfuracarb in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 246 van 21.9.2007, blz. 47).


398.    32007 D 0628: Beschikking 2007/628/EG van de Commissie van 19 september 2007 betreffende de niet-opneming van methomyl in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 255 van 29.9.2007, blz. 40).

399.    32008 D 0296: Beschikking 2008/296/EG van de Commissie van 4 april 2008 betreffende de niet-opneming van azocyclotin, cyhexatin en thidiazuron in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten (PB L 101 van 11.4.2008, blz. 9).

400.    32008 D 0317: Beschikking 2008/317/EG van de Commissie van 10 april 2008 betreffende de niet-opneming van rotenon, extract van equisetum en kinine hydrochloride in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten (PB L 108 van 18.4.2008, blz. 30).

401.    32008 D 0742: Beschikking 2008/742/EG van de Commissie van 18 september 2008 betreffende de niet-opneming van propachloor in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 251 van 19.9.2008, blz. 39).

402.    32008 D 0743: Beschikking 2008/743/EG van de Commissie van 18 september 2008 betreffende de niet-opneming van diniconazool-M in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 251 van 19.9.2008, blz. 41).


403.    32008 D 0745: Beschikking 2008/745/EG van de Commissie van 18 september 2008 betreffende de niet-opneming van cyaanamide in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 251 van 19.9.2008, blz. 45).

404.    32008 D 0748: Beschikking 2008/748/EG van de Commissie van 18 september 2008 betreffende de niet-opneming van triflumizool in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 252 van 20.9.2008, blz. 37).

405.    32008 D 0764: Beschikking 2008/764/EG van de Commissie van 30 september 2008 betreffende de niet-opneming van dicofol in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 262 van 1.10.2008, blz. 40).

406.    32008 D 0768: Beschikking 2008/768/EG van de Commissie van 30 september 2008 betreffende de niet-opneming van Beauveria brongniartii en kaliumpermanganaat in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten (PB L 263 van 2.10.2008, blz. 12).

407.    32008 D 0770: Beschikking 2008/770/EG van de Commissie van 30 september 2008 betreffende de niet-opneming van tricyclazool in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 263 van 2.10.2008, blz. 16).


408.    32008 D 0771: Beschikking 2008/771/EG van de Commissie van 30 september 2008 betreffende de niet-opneming van buprofezin in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 263 van 2.10.2008, blz. 18).

409.    32008 D 0819: Beschikking 2008/819/EG van de Commissie van 20 oktober 2008 betreffende de niet-opneming van butralin in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 285 van 29.10.2008, blz. 15).

410.    32008 D 0832: Beschikking 2008/832/EG van de Commissie van 3 november 2008 betreffende de niet-opneming van bromuconazool in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 295 van 4.11.2008, blz. 53).

411.    32008 D 0865: Beschikking 2008/865/EG van de Commissie van 10 november 2008 betreffende de niet-opneming van chloraat in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 307 van 18.11.2008, blz. 7).

412.    32008 D 0902: Beschikking 2008/902/EG van de Commissie van 7 november 2008 betreffende de niet-opneming van napropamide in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 326 van 4.12.2008, blz. 35).


413.    32008 D 0934: Beschikking 2008/934/EG van de Commissie van 5 december 2008 betreffende de niet-opneming van bepaalde werkzame stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten (PB L 333 van 11.12.2008, blz. 11), zoals gewijzigd bij:

   32010 D 0455: Besluit 2010/455/EU van de Commissie van 13 augustus 2010 (PB L 216 van 17.8.2010, blz. 19),

   32010 L 0087: Richtlijn 2010/87/EU van de Commissie van 3 december 2010 (PB L 318 van 4.12.2010, blz. 32),

   32010 L 0089: Richtlijn 2010/89/EU van de Commissie van 6 november 2010 (PB L 320 van 7.12.2010, blz. 3), gerectificeerd bij PB L 322 van 8.12.2010, blz. 50,

   32010 L 0090: Richtlijn 2010/90/EU van de Commissie van 7 december 2010 (PB L 322 van 8.12.2010, blz. 38),

   32010 L 0091: Richtlijn 2010/91/EU van de Commissie van 10 december 2010 (PB L 327 van 11.12.2010, blz. 40),

   32011 L 0002: Richtlijn 2011/2/EU van de Commissie van 7 januari 2011 (PB L 1 van 4.1.2011, blz. 5),

   32011 L 0004: Richtlijn 2011/4/EU van de Commissie van 20 januari 2011 (PB L 5 van 8.1.2011, blz. 7),


   32011 L 0005: Richtlijn 2011/5/EU van de Commissie van 20 januari 2011 (PB L 18 van 21.1.2011, blz. 30),

   32011 D 0009: Richtlijn 2011/9/EU van de Commissie van 1 februari 2011 (PB L 28 van 2.2.2011, blz. 36),

   32011 L 0019: Richtlijn 2011/19/EU van de Commissie van 2 maart 2011 (PB L 58 van 1.3.2011, blz. 41),

   32011 L 0020: Richtlijn 2011/20/EU van de Commissie van 2 maart 2011 (PB L 58 van 1.3.2011, blz. 45),

   32011 L 0021: Richtlijn 2011/21/EU van de Commissie van 2 maart 2011 (PB L 58 van 1.3.2011, blz. 49),

   32011 L 0027: Richtlijn 2011/27/EU van de Commissie van 4 maart 2011 (PB L 60 van 5.3.2011, blz. 1),

   32011 L 0029: Richtlijn 2011/29/EU van de Commissie van 7 maart 2011 (PB L 61 van 8.3.2011, blz. 9),

   32011 L 0032: Richtlijn 2011/32/EU van de Commissie van 8 maart 2011 (PB L 62 van 9.3.2011, blz. 19),

   32011 L 0034: Richtlijn 2011/34/EU van de Commissie van 8 maart 2011 (PB L 62 van 9.3.2011, blz. 27),


   32011 L 0039: Uitvoeringsrichtlijn 2011/39/EU van de Commissie van 11 april 2011 (PB L 97 van 12.4.2011, blz. 30),

   32011 L 0040: Uitvoeringsrichtlijn 2011/40/EU van de Commissie van 11 april 2011 (PB L 97 van 12.4.2011, blz. 34),

   32011 L 0041: Uitvoeringsrichtlijn 2011/41/EU van de Commissie van 11 april 2011 (PB L 97 van 12.4.2011, blz. 38),

   32011 L 0042: Uitvoeringsrichtlijn 2011/42/EU van de Commissie van 11 april 2011 (PB L 97 van 12.4.2011, blz. 42),

   32011 L 0045: Uitvoeringsrichtlijn 2011/45/EU van de Commissie van 13 april 2011 (PB L 101 van 15.4.2011, blz. 20),

   32011 L 0046: Uitvoeringsrichtlijn 2011/46/EU van de Commissie van 14 april 2011 (PB L 102 van 16.4.2011, blz. 24),

   32011 L 0049: Uitvoeringsrichtlijn 2011/49/EU van de Commissie van 18 april 2011 (PB L 103 van 19.4.2011, blz. 109),

   32011 L 0050: Uitvoeringsrichtlijn 2011/50/EU van de Commissie van 19 april 2011 (PB L 104 van 20.4.2011, blz. 41),

   32011 L 0052: Uitvoeringsrichtlijn 2011/52/EU van de Commissie van 20 april 2011 (PB L 105 van 21.4.2011, blz. 19),


   32011 L 0053: Uitvoeringsrichtlijn 2011/53/EU van de Commissie van 20 april 2011 (PB L 105 van 21.4.2011, blz. 24),

   32011 L 0054: Uitvoeringsrichtlijn 2011/54/EU van de Commissie van 20 april 2011 (PB L 105 van 21.4.2011, blz. 28),

   32011 L 0055: Uitvoeringsrichtlijn 2011/55/EU van de Commissie van 26 april 2011 (PB L 106 van 27.4.2011, blz. 5),

   32011 L 0056: Uitvoeringsrichtlijn 2011/56/EU van de Commissie van 27 april 2011 (PB L 108 van 28.4.2011, blz. 30),

   32011 L 0057: Uitvoeringsrichtlijn 2011/57/EU van de Commissie van 27 april 2011 (PB L 108 van 28.4.2011, blz. 34),

   32011 L 0060: Uitvoeringsrichtlijn 2011/60/EU van de Commissie van 23 mei 2011 (PB L 136 van 24.5.2011, blz. 58),

   32011 R 0788: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 788/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 21),

   32011 R 0798: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 798/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 9),

   32011 R 0800: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 800/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 22),


   32011 R 0806: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 806/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 (PB L 206 van 11.8.2011, blz. 39),

   32011 R 0820: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 820/2011 van 16 augustus 2011 (PB L 209 van 17.8.2011, blz. 18), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0824: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/824 van de Commissie van 21 mei 2021 (PB L 183 van 25.5.2021, blz. 35),

   32011 R 0942: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 942/2011 van de Commissie van 22 september 2011 (PB L 246 van 23.9.2011, blz. 13),

   32011 R 0943: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 943/2011 van de Commissie van 22 september 2011 (PB L 246 van 23.9.2011, blz. 16),

   32011 R 0974: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 974/2011 van de Commissie van 29 september 2011 (PB L 255 van 1.10.2011, blz. 1),

   32011 R 1045: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1045/2011 van de Commissie van 19 oktober 2011 (PB L 275 van 23.10.2011, blz. 23),

   32011 R 1143: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1143/2011 van de Commissie van 10 november 2011 (PB L 293 van 11.11.2011, blz. 26),

   32011 R 1372: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1372/2011 van de Commissie van 21 december 2011 (PB L 341 van 22.12.2011, blz. 45),


   32011 R 1381: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1381/2011 van de Commissie van 22 december 2011 (PB L 343 van 23.12.2011, blz. 26).

414.    32008 D 0937: Beschikking 2008/937/EG van de Commissie van 5 december 2008 betreffende de niet-opneming van zwavelzuur in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 334 van 12.12.2008, blz. 88).

415.    32008 D 0941: Beschikking 2008/941/EG van de Commissie van 8 december 2008 betreffende de niet-opneming van bepaalde werkzame stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten (PB L 335 van 13.12.2008, blz. 91), zoals gewijzigd bij:

   32010 D 0455: Besluit 2010/455/EU van de Commissie van 13 augustus 2010 (PB L 216 van 17.8.2010, blz. 19),

   32010 R 0893: Verordening (EU) nr. 893/2010 van de Commissie van 8 oktober 2010 (PB L 266 van 9.10.2010, blz. 10),

   32011 L 0028: Richtlijn 2011/28/EU van de Commissie van 4 maart 2011 (PB L 60 van 5.3.2011, blz. 17),

   32011 L 0033: Richtlijn 2011/33/EU van de Commissie van 8 maart 2011 (PB L 62 van 9.3.2011, blz. 23),

   32011 L 0001: Richtlijn 2011/1/EU van de Commissie van 3 januari 2011 (PB L 1 van 4.1.2011, blz. 5),


   32011 L 0043: Uitvoeringsrichtlijn 2011/43/EU van de Commissie van 13 april 2011 (PB L 100 van 14.4.2011, blz. 39),

   32011 L 0044: Uitvoeringsrichtlijn 2011/44/EU van de Commissie van 13 april 2011 (PB L 100 van 14.4.2011, blz. 43),

   32011 L 0048: Uitvoeringsrichtlijn 2011/48/EU van de Commissie van 15 april 2011 (PB L 102 van 16.4.2011, blz. 28),

   32011 D 0262: Uitvoeringsbesluit 2011/262/EU van de Commissie van 27 april 2011 (PB L 111 van 30.4.2011, blz. 19),

   32011 R 0786: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 786/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 11),

   32011 R 0787: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 787/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 16).

416.    32008 D 0943: Beschikking 2008/943/EG van de Commissie van 12 december 2008 betreffende de niet-opneming van beenderolie in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 335 van 13.12.2008, blz. 97).

417.    32008 D 0967: Beschikking 2008/967/EG van de Commissie van 12 december 2008 betreffende de niet-opneming van koolstofmonoxide in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 344 van 20.12.2008, blz. 121).


418.    32008 D 0986: Beschikking 2008/986/EG van de Commissie van 15 december 2008 betreffende de niet-opneming van antrachinon in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 352 van 31.12.2008, blz. 48).

419.    32009 D 0009: Beschikking 2009/9/EG van de Commissie van 8 december 2008 betreffende de niet-opneming van nicotine in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 5 van 9.1.2009, blz. 7).

420.    32009 D 0241: Beschikking 2009/241/EG van de Commissie van 16 maart 2009 betreffende de niet-opneming van triflumuron in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 71 van 17.3.2009, blz. 59).

421.    32009 D 0616: Beschikking 2009/616/EG van de Commissie van 17 augustus 2009 betreffende de niet-opneming van petroleumolie CAS 92062-35-6 in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 213 van 18.8.2009, blz. 26).

422.    32009 D 0617: Beschikking 2009/617/EG van de Commissie van 17 augustus 2009 betreffende de niet-opneming van paraffineolie CAS 64742-54-7 in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 213 van 18.8.2009, blz. 28).


423.    32009 D 0715: Beschikking 2009/715/EG van de Commissie van 23 september 2009 betreffende de niet-opneming van chloorthal-dimethyl in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 251 van 24.9.2009, blz. 31).

424.    32009 D 0860: Beschikking 2009/860/EG van de Commissie van 30 november 2009 betreffende de niet-opneming van triazoxide in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 314 van 1.12.2009, blz. 80).

425.    32009 D 0887: Beschikking 2009/887/EG van de Commissie van 30 november 2009 betreffende de niet-opneming van bifenthrin in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten (PB L 318 van 4.12.2009, blz. 41).

426.    32010 D 355: Besluit 2010/355/EU van de Commissie van 25 juni 2010 betreffende de niet-opneming van trifluralin in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (PB L 160 van 26.6.2010, blz. 30).

427.    32011 D 0036: Besluit 2011/36/EU van de Commissie van 20 januari 2011 betreffende de niet-opneming van 1,3-dichloorpropeen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (PB L 18 van 21.1.2011, blz. 42).

428.    32011 D 0120: Besluit 2011/120/EU van de Commissie van 21 februari 2011 betreffende de niet-opneming van methylbromide in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (PB L 47 van 22.2.2011, blz. 19).


429.    32011 D 0234: Uitvoeringsbesluit 2011/234/EU van de Commissie van 11 april 2011 betreffende de niet-opneming van dichlobenil in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (PB L 98 van 13.4.2011, blz. 14).

430.    32011 D 0262: Uitvoeringsbesluit 2011/262/EU van de Commissie van 27 april 2011 betreffende de niet-opneming van propisochloor in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en tot wijziging van Beschikking 2008/941/EG van de Commissie (PB L 111 van 30.4.2011, blz. 19).

431.    32011 D 0328: Uitvoeringsbesluit 2011/328/EU van de Commissie van 1 juni 2011 betreffende de niet-opneming van flurprimidol in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 192).

432.    32011 D 0329: Uitvoeringsbesluit 2011/329/EU van de Commissie van 1 juni 2011 betreffende de niet-opneming van dichloran in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 194).

433.    32011 R 0942: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 942/2011 van de Commissie van 22 september 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof flufenoxuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 246 van 23.9.2011, blz. 13).

434.    32011 R 0943: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 943/2011 van de Commissie van 22 september 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof propargite overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 246 van 23.9.2011, blz. 16).


435.    32011 R 1045: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1045/2011 van de Commissie van 19 oktober 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof asulam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 275 van 23.10.2011, blz. 23).

436.    32011 R 1078: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1078/2011 van de Commissie van 25 oktober 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof propanil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 279 van 26.10.2011, blz. 1).

437.    32011 R 1127: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1127/2011 van de Commissie van 7 november 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof 2-naftyloxyazijnzuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 289 van 8.11.2011, blz. 26).

438.    32011 R 1372: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1372/2011 van de Commissie van 21 december 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof acetochloor, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 341 van 22.12.2011, blz. 45).


439.    32011 R 1381: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1381/2011 van de Commissie van 22 december 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof chloorpicrine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 343 van 23.12.2011, blz. 26).

440.    32012 R 0578: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 578/2012 van de Commissie van 29 juni 2012 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof difenylamine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 171 van 30.6.2012, blz. 2).

441.    32014 R 0108: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 108/2014 van de Commissie van 5 februari 2014 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof kaliumthiocyanaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 36 van 6.2.2014, blz. 9).

442.    32014 R 0116: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 116/2014 van de Commissie van 6 februari 2014 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof kaliumjodide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 38 van 7.2.2014, blz. 26).

443.    32015 R 1191: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1191 van de Commissie van 20 juli 2015 tot niet-goedkeuring van Artemisia vulgaris L. als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 193 van 21.7.2015, blz. 122).


444.    32015 R 2046: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2046 van de Commissie van 16 november 2015 tot niet-goedkeuring van Artemisia absinthium L. als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 300 van 17.11.2015, blz. 6).

445.    32015 R 2082: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2082 van de Commissie van 18 november 2015 tot niet-goedkeuring van Arctium lappa L. (bovengrondse delen) als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 302 van 19.11.2015, blz. 85).

446.    32015 R 2083: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2083 van de Commissie van 18 november 2015 tot niet-goedkeuring van Tanacetum vulgare L. als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 302 van 19.11.2015, blz. 87).

447.    32016 R 0138: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/138 van de Commissie van 2 februari 2016 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof dec-3-een-2-on overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 27 van 3.2.2016, blz. 5).

448.    32016 R 1826: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 2016/1826 van de Commissie van 14 oktober 2016 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof tricyclazool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 279 van 15.10.2016, blz. 88).


449.    32017 R 0240: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/240 van de Commissie van 10 februari 2017 tot niet-goedkeuring van Satureja montana L. als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 43).

450.    32017 R 0241: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/241 van de Commissie van 10 februari 2017 tot niet-goedkeuring van Origanum vulgare L. als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 45).

451.    32017 R 0244: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/244 van de Commissie van 10 februari 2017 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof linuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 54).

452.    32017 R 0357: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/357 van de Commissie van 28 februari 2017 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof cyclaniliprool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 54 van 1.3.2017, blz. 4).

453.    32017 R 0377: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/377 van de Commissie van 3 maart 2017 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof Pseudozyma flocculosa stam ATCC 64874 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 58 van 4.3.2017, blz. 11).


454.    32017 R 0840: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/840 van de Commissie van 17 mei 2017 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof orthosulfamuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 125 van 18.5.2017, blz. 10).

455.    32017 R 1526: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1526 van de Commissie van 6 september 2017 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof bèta-cypermethrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 231 van 7.9.2017, blz. 1).

456.    32018 R 0296: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/296 van de Commissie van 27 februari 2018 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof extract van Reynoutria sachalinensis overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 56 van 28.2.2018, blz. 31), gerectificeerd bij PB L 61 van 3.3.2018, blz. 5.

457.    32018 R 0309: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/309 van de Commissie van 1 maart 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof propineb overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 60 van 2.3.2018, blz. 16).

458.    32018 R 1294: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1294 van de Commissie van 26 september 2018 tot niet-goedkeuring van pijnboomteer uit Landes als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 243 van 27.9.2018, blz. 5).


459.    32019 R 0148: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/148 van de Commissie van 30 januari 2019 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof propanil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 18).

460.    32020 R 1281: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1281 van de Commissie van 14 september 2020 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof ethametsulfuron-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 301 van 15.9.2020, blz. 7).

461.    32021 R 0079: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/79 van de Commissie van 27 januari 2021 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof topramezone overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 29 van 28.1.2021, blz. 8).

462.    32021 R 0080: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/80 van de Commissie van 27 januari 2021 tot niet-goedkeuring van koolstofdioxide als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 29 van 28.1.2021, blz. 10).

463.    32021 R 0464: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/464 van de Commissie van 17 maart 2021 tot niet-goedkeuring van Capsicum annuum L. var. annuum, Longum Groep, cayenne-extract, als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 94 van 18.3.2021, blz. 1).


464.    32021 R 1451: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1451 van de Commissie van 3 september 2021 tot niet-goedkeuring van dimethylsulfide als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 313 van 6.9.2021, blz. 28).

465.    32022 R 0740: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/740 van de Commissie van 13 mei 2022 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof 1,3-dichloorpropeen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 137 van 16.5.2022, blz. 10).

466.    32022 R 0751: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/751 van de Commissie van 16 mei 2022 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof chloorpicrine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 138 van 17.5.2022, blz. 11).

467.    32022 R 0782: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/782 van de Commissie van 18 mei 2022 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof isopyrazam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1037/2012 (PB L 140 van 19.5.2022, blz. 3).


ONDERAFDELING 7

DUURZAAM GEBRUIK

468.    32009 L 0128: Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van een kader voor communautaire actie ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van pesticiden (PB L 309 van 24.11.2009, blz. 71), gerectificeerd bij PB L 161 van 29.6.2010, blz. 11, zoals gewijzigd bij:

   32014 R 0652: Verordening (EG) nr. 652/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 (PB L 189 van 27.6.2014, blz. 1),

   32019 L 0782: Verordening (EU) 2019/782 van de Commissie van 15 mei 2019 (PB L 127 van 16.5.2019, blz. 4).

469.    32016 D 0159: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/159 van de Commissie van 4 februari 2016 tot vaststelling van de voorwaarden voor de indiening van subsidieaanvragen en betalingsverzoeken, en de informatie hieromtrent, ten aanzien van de noodmaatregelen ter bestrijding van voor planten schadelijke organismen als bedoeld in Verordening (EU) nr. 652/2014 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 31 van 6.2.2016, blz. 51), zoals gewijzigd bij:

   32017 D 1161: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1161 van de Commissie van 23 juni 2017 (PB L 167 van 30.6.2017, blz. 39).


AFDELING B

RESIDUEN VAN BESTRIJDINGSMIDDELEN

470.    32005 R 0396: Verordening (EG) Nr. 396/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 23 februari 2005 tot vaststelling van maximumgehalten aan bestrijdingsmiddelenresiduen in of op levensmiddelen en diervoeders van plantaardige en dierlijke oorsprong en houdende wijziging van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad (PB L 70 van 16.3.2005, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 345 van 30.9.2021, blz. 39, PB L 361 van 12.10.2021, blz. 43, zoals gewijzigd bij:

   32006 R 0178: Verordening (EG) nr. 178/2006 van de Commissie van 1 februari 2006 (PB L 29 van 2.2.2006, blz. 3),

   32008 R 0149: Verordening (EG) nr. 149/2008 van de Commissie van 29 januari 2008 (PB L 58 van 1.3.2008, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 79 van 21.3.2013, blz. 33,

   32008 R 0260: Verordening (EG) nr. 260/2008 van de Commissie van 18 maart 2008 (PB L 76 van 19.3.2008, blz. 31),

   32008 R 0299: Verordening (EG) nr. 299/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2008 (PB L 97 van 9.4.2008, blz. 67),

   32008 R 0839: Verordening (EG) nr. 839/2008 van de Commissie van 31 juli 2008 (PB L 234 van 30.8.2008, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 240 van 9.9.2008, blz. 9,

   32009 R 0256: Verordening (EG) nr. 256/2009 van de Commissie van 23 maart 2009 (PB L 81 van 27.3.2009, blz. 3), gerectificeerd bij PB L 208 van 12.8.2009, blz. 39,


   32009 R 0822: Verordening (EG) nr. 822/2009 van de Commissie van 27 augustus 2009 (PB L 239 van 10.9.2009, blz. 5), gerectificeerd bij PB L 60 van 10.3.2010, blz. 26,

   32009 R 1050: Verordening (EG) nr. 1050/2009 van de Commissie van 28 oktober 2009 (PB L 290 van 6.11.2009, blz. 7), gerectificeerd bij PB L 338 van 19.12.2009, blz. 105,

   32009 R 1097: Verordening (EG) nr. 1097/2009 van de Commissie van 16 november 2009 (PB L 301 van 17.11.2009, blz. 6), gerectificeerd bij PB L 307 van 21.11.2009, blz. 9,

   32010 R 0304: Verordening (EU) nr. 304/2010 van de Commissie van 9 april 2010 (PB L 94 van 15.4.2010, blz. 1),

   32010 R 0459: Verordening (EU) nr. 459/2010 van de Commissie van 27 mei 2010 (PB L 129 van 28.5.2010, blz. 3),

   32010 R 0600: Verordening (EU) nr. 600/2010 van de Commissie van 8 juli 2010 (PB L 174 van 9.7.2010, blz. 18),

   32010 R 0750: Verordening (EU) nr. 750/2010 van de Commissie van 7 juli 2010 (PB L 220 van 21.8.2010, blz. 1),

   32010 R 0765: Verordening (EU) nr. 765/2010 van de Commissie van 25 augustus 2010 (PB L 226 van 28.8.2010, blz. 1),

   32010 R 0893: Verordening (EU) nr. 893/2010 van de Commissie van 8 oktober 2010 (PB L 266 van 9.10.2010, blz. 10),


   32011 R 0310: Verordening (EU) nr. 310/2011 van de Commissie van 28 maart 2011 (PB L 86 van 1.4.2011, blz. 1),

   32011 R 0460: Verordening (EU) nr. 460/2011 van de Commissie van 12 mei 2011 (PB L 124 van 13.5.2011, blz. 23),

   32011 R 0508: Verordening (EU) nr. 508/2011 van de Commissie van 24 mei 2011 (PB L 137 van 25.5.2011, blz. 3),

   32011 R 0520: Verordening (EU) nr. 520/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 (PB L 140 van 27.5.2011, blz. 2),

   32011 R 0524: Verordening (EU) nr. 524/2011 van de Commissie van 26 mei 2011 (PB L 142 van 28.5.2011, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 79 van 21.3.2013, blz. 34,

   32011 R 0559: Verordening (EU) nr. 559/2011 van de Commissie van 7 juni 2011 (PB L 152 van 11.6.2011, blz. 1),

   32011 R 0812: Verordening (EU) nr. 812/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 (PB L 208 van 13.8.2011, blz. 1),

   32011 R 0813: Verordening (EU) nr. 813/2011 van de Commissie van 11 augustus 2011 (PB L 208 van 13.8.2011, blz. 23),

   32011 R 0978: Verordening (EU) nr. 978/2011 van de Commissie van 3 oktober 2011 (PB L 258 van 4.10.2011, blz. 12),


   32012 R 0270: Verordening (EU) nr. 270/2012 van de Commissie van 26 maart 2012 (PB L 89 van 27.3.2012, blz. 5),

   32012 R 0322: Verordening (EU) nr. 322/2012 van de Commissie van 16 april 2012 (PB L 105 van 17.4.2012, blz. 1),

   32012 R 0441: Verordening (EU) nr. 441/2012 van de Commissie van 24 mei 2012 (PB L 135 van 25.5.2012, blz. 4),

   32012 R 0473: Verordening (EU) nr. 473/2012 van de Commissie van 4 juni 2012 (PB L 144 van 5.6.2012, blz. 25),

   32012 R 0556: Verordening (EU) nr. 556/2012 van de Commissie van 26 juni 2012 (PB L 166 van 27.6.2012, blz. 67),

   32012 R 0592: Verordening (EU) nr. 592/2012 van de Commissie van 4 juli 2012 (PB L 176 van 6.7.2012, blz. 1),

   32012 R 0897: Verordening (EU) nr. 897/2012 van de Commissie van 1 oktober 2012 (PB L 266 van 2.10.2012, blz. 1),

   32012 R 0899: Verordening (EU) nr. 899/2012 van de Commissie van 21 september 2012 (PB L 273 van 6.10.2012, blz. 1),

   32013 R 0034: Verordening (EU) nr. 34/2013 van de Commissie van 16 januari 2013 (PB L 25 van 26.1.2013, blz. 1),


   32013 R 0035: Verordening (EU) nr. 35/2013 van de Commissie van 18 januari 2013 (PB L 35 van 26.1.2013, blz. 49),

   32013 R 0212: Verordening (EU) nr. 212/2013 van de Commissie van 11 maart 2013 (PB L 68 van 12.3.2013, blz. 30),

   32013 R 0241: Verordening (EU) nr. 241/2013 van de Commissie van 14 maart 2013 (PB L 75 van 19.3.2013, blz. 1),

   32013 R 0251: Verordening (EU) nr. 251/2013 van de Commissie van 22 maart 2013 (PB L 88 van 27.3.2013, blz. 1),

   32013 R 0293: Verordening (EU) nr. 293/2013 van de Commissie van 20 maart 2013 (PB L 96 van 5.4.2013, blz. 1),

   32013 R 0500: Verordening (EU) nr. 500/2013 van de Commissie van 30 mei 2013 (PB L 151 van 4.6.2013, blz. 1),

   32013 R 0668: Verordening (EU) nr. 668/2013 van de Commissie van 12 juli 2013 (PB L 192 van 13.7.2013, blz. 39), gerectificeerd bij PB L 64 van 7.3.2015, blz. 46,

   32013 R 0772: Verordening (EU) nr. 772/2013 van de Commissie van 8 augustus 2013 (PB L 217 van 13.8.2013, blz. 1),

   32013 R 0777: Verordening (EU) nr. 777/2013 van de Commissie van 12 augustus 2013 (PB L 221 van 17.8.2013, blz. 1),


   32013 R 0834: Verordening (EU) nr. 834/2013 van de Commissie van 30 augustus 2013 (PB L 233 van 31.8.2013, blz. 11),

   32013 R 1004: Verordening (EU) nr. 1004/2013 van de Commissie van 15 oktober 2013 (PB L 279 van 19.10.2013, blz. 10),

   32013 R 1138: Verordening (EU) nr. 1138/2013 van de Commissie van 8 november 2013 (PB L 307 van 16.11.2013, blz. 1),

   32013 R 1317: Verordening (EU) nr. 1317/2013 van de Commissie van 16 december 2013 (PB L 339 van 17.12.2013, blz. 1),

   32014 R 0051: Verordening (EU) nr. 51/2014 van de Commissie van 20 januari 2014 (PB L 16 van 21.1.2014, blz. 13),

   32014 R 0036: Verordening (EU) nr. 36/2014 van de Commissie van 16 januari 2014 (PB L 17 van 21.1.2014, blz. 1),

   32014 R 0061: Verordening (EU) nr. 61/2014 van de Commissie van 24 januari 2014 (PB L 22 van 25.1.2014, blz. 1),

   32014 R 0079: Verordening (EU) nr. 79/2014 van de Commissie van 29 januari 2014 (PB L 27 van 30.1.2014, blz. 9),

   32014 R 0087: Verordening (EU) nr. 87/2014 van de Commissie van 31 januari 2014 (PB L 35 van 5.2.2014, blz. 1),


   32014 R 0289: Verordening (EU) nr. 289/2014 van de Commissie van 21 maart 2014 (PB L 87 van 22.3.2014, blz. 49),

   32014 R 0318: Verordening (EU) nr. 318/2014 van de Commissie van 27 maart 2014 (PB L 93 van 28.3.2014, blz. 28),

   32014 R 0364: Verordening (EU) nr. 364/2014 van de Commissie van 4 april 2014 (PB L 112 van 15.4.2014, blz. 1),

   32014 R 0398: Verordening (EU) nr. 398/2014 van de Commissie van 22 april 2014 (PB L 119 van 23.4.2014, blz. 3),

   32014 R 0491: Verordening (EU) nr. 491/2014 van de Commissie van 5 mei 2014 (PB L 146 van 16.5.2014, blz. 1),

   32014 R 0588: Verordening (EU) nr. 588/2014 van de Commissie van 2 juni 2014 (PB L 164 van 3.6.2014, blz. 16),

   32014 R 0617: Verordening (EU) nr. 617/2014 van de Commissie van 3 juni 2014 (PB L 171 van 11.6.2014, blz. 1),

   32014 R 0703: Verordening (EU) nr. 703/2014 van de Commissie van 19 juni 2014 (PB L 186 van 26.6.2014, blz. 1),

   32014 R 0652: Verordening (EG) nr. 652/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 (PB L 189 van 27.6.2014, blz. 1),


   32014 R 0737: Verordening (EU) nr. 737/2014 van de Commissie van 24 juni 2014 (PB L 201 van 10.7.2014, blz. 1),

   32014 R 0752: Verordening (EU) nr. 752/2014 van de Commissie van 24 juni 2014 (PB L 208 van 15.7.2014, blz. 1),

   32014 R 0991: Verordening (EU) nr. 991/2014 van de Commissie van 19 september 2014 (PB L 279 van 23.9.2014, blz. 1),

   32014 R 1096: Verordening (EU) nr. 1096/2014 van de Commissie van 15 oktober 2014 (PB L 300 van 18.10.2014, blz. 5),

   32014 R 1119: Verordening (EU) nr. 1119/2014 van de Commissie van 16 oktober 2014 (PB L 304 van 23.10.2014, blz. 43),

   32014 R 1126: Verordening (EU) nr. 1126/2014 van de Commissie van 17 oktober 2014 (PB L 305 van 24.10.2014, blz. 3),

   32014 R 1127: Verordening (EU) nr. 1127/2014 van de Commissie van 20 oktober 2014 (PB L 305 van 24.10.2014, blz. 47),

   32014 R 1146: Verordening (EU) nr. 1146/2014 van de Commissie van 23 oktober 2014 (PB L 308 van 29.10.2014, blz. 3),

   32015 R 0165: Verordening (EU) 2015/165 van de Commissie van 3 februari 2015 (PB L 28 van 4.2.2015, blz. 1),


   32015 R 0399: Verordening (EU) 2015/399 van de Commissie van 25 februari 2015 (PB L 71 van 14.3.2015, blz. 1),

   32015 R 0400: Verordening (EU) 2015/400 van de Commissie van 25 februari 2015 (PB L 71 van 14.3.2015, blz. 56),

   32015 R 0401: Verordening (EU) 2015/401 van de Commissie van 25 februari 2015 (PB L 71 van 14.3.2015, blz. 114),

   32015 R 0552: Verordening (EU) 2015/552 van de Commissie van 7 april 2015 (PB L 92 van 8.4.2015, blz. 20), gerectificeerd bij PB L 94 van 10.4.2015, blz. 8,

   32015 R 0603: Verordening (EU) 2015/603 van de Commissie van 13 april 2015 (PB L 100 van 17.4.2015, blz. 10), gerectificeerd bij PB L 234 van 8.9.2015, blz. 27,

   32015 R 0845: Verordening (EU) 2015/845 van de Commissie van 27 mei 2015 (PB L 138 van 4.6.2015, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 280 van 24.10.2015, blz. 38,

   32015 R 0846: Verordening (EU) 2015/846 van de Commissie van 28 mei 2015 (PB L 140 van 5.6.2015, blz. 1),

   32015 R 0868: Verordening (EU) 2015/868 van de Commissie van 26 mei 2015 (PB L 145 van 10.6.2015, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 174 van 3.7.2015, blz. 43,

   32015 R 0896: Verordening (EU) 2015/896 van de Commissie van 11 juni 2015 (PB L 147 van 12.6.2015, blz. 3),


   32015 R 1040: Verordening (EU) 2015/1040 van de Commissie van 30 juni 2015 (PB L 167 van 1.7.2015, blz. 10),

   32015 R 1101: Verordening (EU) 2015/1101 van de Commissie van 8 juli 2015 (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 27),

   32015 R 1200: Verordening (EU) 2015/1200 van de Commissie van 22 juli 2015 (PB L 195 van 23.7.2015, blz. 1),

   32015 R 1608: Verordening (EU) 2015/1608 van de Commissie van 24 september 2015 (PB L 249 van 25.9.2015, blz. 14),

   32015 R 1910: Verordening (EU) 2015/1910 van de Commissie van 21 oktober 2015 (PB L 280 van 24.10.2015, blz. 2),

   32015 R 2075: Verordening (EU) 2015/2075 van de Commissie van 18 november 2015 (PB L 302 van 19.11.2015, blz. 15), gerectificeerd bij PB L 314 van 1.12.2015, blz. 72,

   32016 R 0001: Verordening (EU) 2016/1 van de Commissie van 3 december 2015 (PB L 2 van 5.1.2016, blz. 1),

   32016 R 0046: Verordening (EU) 2016/46 van de Commissie van 18 januari 2016 (PB L 12 van 19.1.2016, blz. 28),

   32016 R 0053: Verordening (EU) 2016/53 van de Commissie van 19 januari 2016 (PB L 13 van 20.1.2016, blz. 12),


   32016 R 0060: Verordening (EU) 2016/60 van de Commissie van 19 januari 2016 (PB L 14 van 21.1.2016, blz. 1),

   32016 R 0067: Verordening (EU) 2016/67 van de Commissie van 19 januari 2016 (PB L 15 van 22.1.2016, blz. 2),

   32016 R 0075: Verordening (EU) 2016/75 van de Commissie van 21 januari 2016 (PB L 16 van 23.1.2016, blz. 8),

   32016 R 0071: Verordening (EU) 2016/71 van de Commissie van 26 januari 2016 (PB L 20 van 27.1.2016, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 109 van 26.4.2016, blz. 43,

   32016 R 0143: Verordening (EU) 2016/143 van de Commissie van 18 januari 2016 (PB L 28 van 4.2.2016, blz. 12),

   32016 R 0156: Verordening (EU) 2016/156 van de Commissie van 18 januari 2016 (PB L 31 van 6.2.2016, blz. 1),

   32016 R 0439: Verordening (EU) 2016/439 van de Commissie van 23 maart 2016 (PB L 78 van 24.3.2016, blz. 31),

   32016 R 0440: Verordening (EU) 2016/440 van de Commissie van 23 maart 2016 (PB L 78 van 24.3.2016, blz. 34),

   32016 R 0452: Verordening (EU) 2016/452 van de Commissie van 29 maart 2016 (PB L 79 van 30.3.2016, blz. 10),


   32016 R 0486: Verordening (EU) 2016/486 van de Commissie van 29 maart 2016 (PB L 90 van 6.4.2016, blz. 1),

   32016 R 0567: Verordening (EU) 2016/567 van de Commissie van 6 april 2016 (PB L 100 van 15.4.2016, blz. 1),

   32016 R 0805: Verordening (EU) 2016/805 van de Commissie van 20 mei 2016 (PB L 132 van 21.5.2016, blz. 95),

   32016 R 1002: Verordening (EU) 2016/1002 van de Commissie van 17 juni 2016 (PB L 167 van 24.6.2016, blz. 1),

   32016 R 1003: Verordening (EU) 2016/1003 van de Commissie van 17 juni 2016 (PB L 167 van 24.6.2016, blz. 46),

   32016 R 1015: Verordening (EU) 2016/1015 van de Commissie van 17 juni 2016 (PB L 172 van 29.6.2016, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 340 van 15.12.2016, blz. 72,

   32016 R 1016: Verordening (EU) 2016/1016 van de Commissie van 17 juni 2016 (PB L 172 van 29.6.2016, blz. 22),

   32016 R 1355: Verordening (EU) 2016/1355 van de Commissie van 9 augustus 2016 (PB L 215 van 10.8.2016, blz. 4),

   32016 R 1726: Verordening (EU) 2016/1726 van de Commissie van 27 september 2016 (PB L 261 van 28.9.2016, blz. 3),


   32016 R 1785: Verordening (EU) 2016/1785 van de Commissie van 7 oktober 2016 (PB L 273 van 8.10.2016, blz. 8),

   32016 R 1822: Verordening (EU) 2016/1822 van de Commissie van 13 oktober 2016 (PB L 281 van 18.10.2016, blz. 1),

   32016 R 1866: Verordening (EU) 2016/1866 van de Commissie van 17 oktober 2016 (PB L 286 van 21.10.2016, blz. 4),

   32016 R 1902: Verordening (EU) 2016/1902 van de Commissie van 27 oktober 2016 (PB L 298 van 4.11.2016, blz. 1),

   32017 R 0170: Verordening (EU) 2017/170 van de Commissie van 30 januari 2017 (PB L 30 van 3.2.2017, blz. 1),

   32017 R 0171: Verordening (EU) 2017/171 van de Commissie van 30 januari 2017 (PB L 30 van 3.2.2017, blz. 45),

   32017 R 0405: Verordening (EU) 2017/405 van de Commissie van 8 maart 2017 (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 71),

   32017 R 0623: Verordening (EU) 2017/623 van de Commissie van 30 maart 2017 (PB L 93 van 6.4.2017, blz. 1),

   32017 R 0624: Verordening (EU) 2017/624 van de Commissie van 30 maart 2017 (PB L 93 van 6.4.2017, blz. 30),


   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1),

   32017 R 0626: Verordening (EU) 2017/626 van de Commissie van 31 maart 2017 (PB L 96 van 7.4.2017, blz. 1),

   32017 R 0627: Verordening (EU) 2017/627 van de Commissie van 3 april 2017 (PB L 96 van 7.4.2017, blz. 44),

   32017 R 0671: Verordening (EU) 2017/671 van de Commissie van 7 april 2017 (PB L 97 van 8.4.2017, blz. 9),

   32017 R 0693: Verordening (EU) 2017/693 van de Commissie van 7 april 2017 (PB L 101 van 13.4.2017, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 131 van 20.5.2017, blz. 23,

   32017 R 0983: Verordening (EU) 2017/983 van de Commissie van 9 juni 2017 (PB L 148 van 10.6.2017, blz. 27),

   32017 R 0978: Verordening (EU) 2017/978 van de Commissie van 9 juni 2017 (PB L 151 van 14.6.2017, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 11 van 16.1.2018, blz. 7,

   32017 R 1016: Verordening (EU) 2017/1016 van de Commissie van 14 juni 2017 (PB L 159 van 21.6.2017, blz. 1),

   32017 R 1135: Verordening (EU) 2017/1135 van de Commissie van 23 juni 2017 (PB L 164 van 27.6.2017, blz. 28),


   32017 R 1164: Verordening (EU) 2017/1164 van de Commissie van 22 juni 2017 (PB L 170 van 1.7.2017, blz. 3),

   32017 R 1777: Verordening (EU) 2017/1777 van de Commissie van 29 september 2017 (PB L 253 van 30.9.2017, blz. 1),

   32018 T 0073: Verordening (EU) 2018/73 van de Commissie van 16 januari 2018 (PB L 13 van 18.1.2018, blz. 8),

   32018 T 0078: Verordening (EU) 2018/78 van de Commissie van 16 januari 2018 (PB L 14 van 19.1.2018, blz. 6),

   32018 T 0062: Verordening (EU) 2018/62 van de Commissie van 17 januari 2018 (PB L 18 van 23.1.2018, blz. 1),

   32018 T 0685: Verordening (EU) 2018/685 van de Commissie van 3 mei 2018 (PB L 121 van 16.5.2018, blz. 1),

   32018 R 0686: Verordening (EU) 2018/686 van de Commissie van 4 mei 2018 (PB L 121 van 16.5.2018, blz. 30),

   32018 R 0687: Verordening (EU) 2018/687 van de Commissie van 4 mei 2018 (PB L 121 van 16.5.2018, blz. 63),

   32018 R 0832: Verordening (EU) 2018/832 van de Commissie van 5 juni 2018 (PB L 140 van 6.6.2018, blz. 38), gerectificeerd bij PB L 247 van 3.10.2018, blz. 9,


   32018 R 0960: Verordening (EU) 2018/960 van de Commissie van 5 juli 2018 (PB L 169 van 6.7.2018, blz. 27),

   32018 R 1049: Verordening (EU) 2018/1049 van de Commissie van 25 juli 2018 (PB L 189 van 26.7.2018, blz. 9),

   32018 R 1514: Verordening (EU) 2018/1514 van de Commissie van 10 oktober 2018 (PB L 256 van 12.10.2018, blz. 8),

   32018 R 1515: Verordening (EU) 2018/1515 van de Commissie van 10 oktober 2018 (PB L 256 van 12.10.2018, blz. 33),

   32018 R 1516: Verordening (EU) 2018/1516 van de Commissie van 10 oktober 2018 (PB L 256 van 12.10.2018, blz. 45),

   32019 R 0038: Verordening (EU) 2019/38 van de Commissie van 10 januari 2019 (PB L 9 van 11.1.2019, blz. 94),

   32019 R 0050: Verordening (EU) 2019/50 van de Commissie van 11 januari 2019 (PB L 10 van 14.1.2019, blz. 8), gerectificeerd bij PB L 109 van 24.4.2019, blz. 28,

   32019 R 0058: Verordening (EU) 2019/58 van de Commissie van 14 januari 2019 (PB L 12 van 15.1.2019, blz. 1),

   32019 R 0088: Verordening (EU) 2019/88 van de Commissie van 18 januari 2019 (PB L 22 van 24.1.2019, blz. 1),


   32019 R 0089: Verordening (EU) 2019/89 van de Commissie van 18 januari 2019 (PB L 22 van 24.1.2019, blz. 13),

   32019 R 0090: Verordening (EU) 2019/90 van de Commissie van 18 januari 2019 (PB L 22 van 24.1.2019, blz. 52),

   32019 R 0091: Verordening (EU) 2019/91 van de Commissie van 18 januari 2019 (PB L 22 van 24.1.2019, blz. 74),

   32019 R 0552: Verordening (EU) 2019/552 van de Commissie van 4 april 2019 (PB L 96 van 5.4.2019, blz. 6),

   32019 R 0973: Verordening (EU) 2019/973 van de Commissie van 13 juni 2019 (PB L 157 van 14.6.2019, blz. 3),

   32019 R 977: Verordening (EU) 2019/977 van de Commissie van 13 juni 2019 (PB L 159 van 17.6.2019, blz. 1).

   32019 R 1015: Verordening (EU) 2019/1015 van de Commissie van 20 juni 2019 (PB L 165 van 21.6.2019, blz. 23),

   32019 R 1176: Verordening (EU) 2019/1176 van de Commissie van 10 juli 2019 (PB L 185 van 11.7.2019, blz. 1),

   32019 R 1559: Verordening (EU) 2019/1559 van de Commissie van 16 september 2019 (PB L 239 van 17.9.2019, blz. 1),


   32019 R 1561: Verordening (EU) 2019/1561 van de Commissie van 17 september 2019 (PB L 240 van 18.9.2019, blz. 1),

   32019 R 1582: Verordening (EU) 2019/1582 van de Commissie van 25 september 2019 (PB L 246 van 26.9.2019, blz. 1),

   32019 R 1791: Verordening (EU) 2019/1791 van de Commissie van 17 oktober 2019 (PB L 277 van 29.10.2019, blz. 1),

   32019 R 1792: Verordening (EU) 2019/1792 van de Commissie van 17 oktober 2019 (PB L 277 van 29.10.2019, blz. 66),

   32020 R 0192: Verordening (EU) 2020/192 van de Commissie van 12 februari 2020 (PB L 40 van 13.2.2020, blz. 4), gerectificeerd bij PB L 382 van 18.10.2021, blz. 58,

   32020 R 0703: Verordening (EU) 2020/703 van de Commissie van 26 mei 2020 (PB L 164 van 27.5.2020, blz. 1),

   32020 R 0749: Verordening (EU) 2020/749 van de Commissie van 4 juni 2020 (PB L 178 van 8.6.2020, blz. 7),

   32020 R 0770: Verordening (EU) 2020/770 van de Commissie van 8 juni 2020 (PB L 184 van 12.6.2020, blz. 1),

   32020 R 0785: Verordening (EU) 2020/785 van de Commissie van 9 juni 2020 (PB L 190 van 16.6.2020, blz. 1),


   32020 R 0856: Verordening (EU) 2020/856 van de Commissie van 9 juni 2020 (PB L 195 van 19.6.2020, blz. 9),

   32020 R 1085: Verordening (EU) 2020/1085 van de Commissie van 23 juli 2020 (PB L 239 van 24.7.2020, blz. 7),

   32020 R 1565: Verordening (EU) 2020/1565 van de Commissie van 27 oktober 2020 (PB L 358 van 28.10.2020, blz. 3),

   32020 R 1566: Verordening (EU) 2020/1566 van de Commissie van 27 oktober 2020 (PB L 358 van 28.10.2020, blz. 30),

   32020 R 1633: Verordening (EU) 2020/1633 van de Commissie van 27 oktober 2020 (PB L 367 van 5.11.2020, blz. 1),

   32021 R 0155: Verordening (EU) 2021/155 van de Commissie van 9 februari 2021 (PB L 46 van 10.2.2021, blz. 5),

   32021 R 0590: Verordening (EU) 2021/590 van de Commissie van 12 april 2021 (PB L 125 van 13.4.2021, blz. 15),

   32021 R 0616: Verordening (EU) 2021/616 van de Commissie van 13 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 4), gerectificeerd bij PB L 382 van 18.10.2021, blz. 57,

   32021 R 0618: Verordening (EU) 2021/618 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 55), gerectificeerd bij PB L 382 van 18.10.2021, blz. 56,


   32021 R 0644: Verordening (EU) 2021/644 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 133 van 20.4.2021, blz. 9),

   32021 R 0663: Verordening (EU) 2021/663 van de Commissie van 22 april 2021 (PB L 139 van 23.4.2021, blz. 148),

   32021 R 0976: Verordening (EU) 2021/976 van de Commissie van 4 juni 2021 (PB L 216 van 18.6.2021, blz. 1),

   32021 R 1098: Verordening (EU) 2021/1098 van de Commissie van 2 juli 2021 (PB L 238 van 6.7.2021, blz. 5),

   32021 R 1110: Verordening (EU) 2021/1110 van de Commissie van 6 juli 2021 (PB L 239 van 7.7.2021, blz. 4),

   32021 R 1247: Verordening (EU) 2021/1247 van de Commissie van 29 juli 2021 (PB L 272 van 30.7.2021, blz. 33),

   32021 R 1531: Verordening (EU) 2021/1531 van de Commissie van 17 september 2021 (PB L 330 van 20.9.2021, blz. 44),

   32021 R 1771: Verordening (EU) 2021/1771 van de Commissie van 7 oktober 2021 (PB L 356 van 8.10.2021, blz. 30),

   32021 R 1804: Verordening (EU) 2021/1804 van de Commissie van 12 oktober 2021 (PB L 364 van 13.10.2021, blz. 1),


   32021 R 1807: Verordening (EU) 2021/1807 van de Commissie van 13 oktober 2021 (PB L 365 van 14.10.2021, blz. 1),

   32021 R 1810: Verordening (EU) 2021/1810 van de Commissie van 14 oktober 2021 (PB L 366 van 15.10.2021, blz. 2),

   32021 R 1841: Verordening (EU) 2021/1841 van de Commissie van 20 oktober 2021 (PB L 373 van 21.10.2021, blz. 63),

   32021 R 1842: Verordening (EU) 2021/1842 van de Commissie van 20 oktober 2021 (PB L 373 van 21.10.2021, blz. 76),

   32021 R 1864: Verordening (EU) 2021/1864 van de Commissie van 22 oktober 2021 (PB L 377 van 25.10.2021, blz. 3),

   32021 R 1881: Verordening (EU) 2021/1881 van de Commissie van 26 oktober 2021 (PB L 380 van 27.1.2021, blz. 5),

   32021 R 1884: Verordening (EU) 2021/1884 van de Commissie van 27 oktober 2021 (PB L 382 van 28.1.2021, blz. 39),

   32021 R 2202: Verordening (EU) 2021/2202 van de Commissie van 9 december 2021 (PB L 446 van 14.12.2021, blz. 8),

   32022 R 0078: Verordening (EU) 2022/78 van de Commissie van 19 januari 2022 (PB L 13 van 20.1.2022, blz. 5),


   32022 R 0085: Verordening (EU) 2022/85 van de Commissie van 20 januari 2022 (PB L 14 van 21.1.2022, blz. 6),

   32022 R 0093: Verordening (EU) 2022/93 van de Commissie van 20 januari 2022 (PB L 16 van 25.1.2022, blz. 1),

   32022 R 0566: Verordening (EU) 2022/566 van de Commissie van 7 april 2022 (PB L 109 van 8.4.2022, blz. 35),

   32022 R 1264: Verordening (EU) 2022/1264 van de Commissie van 20 juli 2022 (PB L 192 van 21.7.2022, blz. 1),

   32022 R 1290: Verordening (EU) 2022/1290 van de Commissie van 22 juli 2022 (PB L 196 van 25.7.2022, blz. 74),

   32022 R 1321: Verordening (EU) 2022/1321 van de Commissie van 25 juli 2022 (PB L 200 van 29.7.2022, blz. 1),

   32022 R 1324: Verordening (EU) 2022/1324 van de Commissie van 28 juli 2022 (PB L 200 van 29.7.2022, blz. 68),

   32022 R 1343: Verordening (EU) 2022/1343 van de Commissie van 29 juli 2022 (PB L 202 van 2.8.2022, blz. 1),

   32022 R 1346: Verordening (EU) 2022/1346 van de Commissie van 1 augustus 2022 (PB L 202 van 2.8.2022, blz. 31),


   32022 R 1363: Verordening (EU) 2022/1363 van de Commissie van 3 augustus 2022 (PB L 205 van 5.8.2022, blz. 207),

   32022 R 1406: Verordening (EU) 2022/1406 van de Commissie van 3 augustus 2022 (PB L 215 van 18.8.2022, blz. 1),

   32022 R 1435: Verordening (EU) 2022/1435 van de Commissie van 26 augustus 2022 (PB L 224 van 30.8.2022, blz. 1).

471.    32000 R 645: Verordening (EG) nr. 645/2000 van de Commissie van 28 maart 2000 tot vaststelling van voorschriften voor de correcte uitvoering van een aantal bepalingen van artikel 7 van Richtlijn 86/362/EEG van de Raad en van artikel 4 van Richtlijn 90/642/EEG van de Raad ten aanzien van de regeling inzake de controle van de maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen respectievelijk in en op granen en in en op producten van plantaardige oorsprong, met inbegrip van groenten en fruit (PB L 78 van 29.3.2000, blz. 7).

472.    32002 L 0063: Richtlijn 2002/63/EG van de Commissie van 11 juli 2002 houdende vaststelling van communautaire bemonsteringsmethoden voor de officiële controle op residuen van bestrijdingsmiddelen in en op producten van plantaardige en van dierlijke oorsprong en tot intrekking van Richtlijn 79/700/EEG (PB L 187 van 16.7.2002, blz. 30).

473.    32022 R 0741: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/741 van de Commissie van 13 mei 2022 inzake een in 2023, 2024 en 2025 uit te voeren gecoördineerd meerjarig controleprogramma van de Unie tot naleving van de maximumgehalten aan bestrijdingsmiddelenresiduen en ter beoordeling van de blootstelling van de consument aan bestrijdingsmiddelenresiduen in en op levensmiddelen van plantaardige en dierlijke oorsprong, en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) 2021/601 (PB L 137 van 16.5.2022, blz. 12).


HOOFDSTUK 3

KWALITEIT VAN ZADEN EN TEELTMATERIAAL

1.    32019 D 1905: Besluit (EU) 2019/1905 van de Raad van 8 november 2019 met een verzoek aan de Commissie om een studie voor te leggen over de opties waarover de Unie beschikt voor de bijwerking van de bestaande wetgeving betreffende de productie en het op de markt aanbieden van teeltmateriaal, alsook een voorstel, indien passend in het licht van het resultaat van de studie (PB L 293 van 14.11.2019, blz. 105).

2.    31966 L 0401: Richtlijn 66/401/EEG van de Raad van 14 juni 1966 betreffende het in de handel brengen van zaaizaad van groenvoedergewassen (PB L 125 van 11.7.1966, blz. 2298), gerectificeerd bij PB L 298 van 01.11.1997, blz. 70, zoals gewijzigd bij

   31969 L 0063: Richtlijn 69/63/EEG van de Raad op 18 februari 1969 (PB L 48 van 26.2.1969, blz. 8),

   31971 L 0162: Richtlijn 71/162/EEG van de Raad op 30 maart 1971 (PB L 87 van 17.4.1971, blz. 24),

   11972B/ACT: Akte van Toetreding van Denemarken, Ierland en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland (aangepast bij Besluit van de Raad van 1 januari 1973) (PB L 73 van 27.3.1972, blz. 14),

   31972 L 0274: Richtlijn 72/274/EEG van de Raad op 20 juli 1972 (PB L 171 van 29.7.1972, blz. 37),


   31972 L 0418: Richtlijn 72/418/EEG van de Raad op 6 december 1972 (PB L 287 van 26.12.1972, blz. 22),

   31973 L 0438: Richtlijn 73/438/EEG van de Raad van 11 december 1973 (PB L 356 van 27.12.1973, blz. 79), gerectificeerd bij PB L 138 van 21.5.1974, blz. 27,

   31975 L 0444: Richtlijn 75/444/EEG van de Raad op 26 juni 1975 (PB L 196 van 26.7.1975, blz. 6),

   31978 L 0055: Richtlijn 78/55/EEG van de Raad op 19 december 1977 (PB L 16 van 20.1.1978, blz. 23),

   31978 L 0386: Eerste Richtlijn 78/386/EEG van de Commissie op 18 april 1978 (PB L 113 van 25.4.1978, blz. 1),

   31978 L 0692: Richtlijn 78/692/EEG van de Raad op 25 juli 1978 (PB L 236 van 26.8.1978, blz. 13),

   31978 L 1020: Richtlijn 78/1020/EEG van de Raad op 5 december 1978 (PB L 350 van 14.12.1978, blz. 27),

   31979 L 0641: Richtlijn 79/641/EEG van de Commissie op 27 juni 1979 (PB L 183 van 19.7.1979, blz. 13),

   31979 L 0692: Richtlijn 79/692/EEG van de Raad op 24 juli 1979 (PB L 205 van 13.8.1979, blz. 1),


   11979H/ACT: Akte van toetreding van Griekenland (PB L 291 van 19.11.1979, blz. 17),

   31980 L 0754: Richtlijn 80/754/EEG van de Commissie op 17 juli 1980 (PB L 207 van 9.8.1980, blz. 36),

   31981 L 0126: Richtlijn 81/126/EEG van de Commissie op 16 februari 1981 (PB L 67 van 12.3.1981, blz. 36),

   31982 L 0287: Richtlijn 82/287/EEG van de Commissie op 13 april 1982 (PB L 131 van 13.5.1982, blz. 24),

   31985 L 0038: Richtlijn 85/38/EEG van de Commissie op 14 december 1984 (PB L 16 van 19.1.1985, blz. 41),

   31985 R 3768: Verordening (EEG) nr. 3768/85 van de Raad van 20 december 1985 (PB L 362 van 31.12.1985, blz. 8),

   31986 L 0155: Richtlijn 86/155/EEG van de Raad op 22 april 1986 (PB L 118 van 7.5.1986, blz. 23),

   31987 L 0120: Richtlijn 87/120/EEG van de Commissie op 14 januari 1987 (PB L 49 van 18.2.1987, blz. 39),

   31987 L 0480: Richtlijn 87/480/EEG van de Commissie op 9 september 1987 (PB L 273 van 26.9.1987, blz. 43),


   31988 L 0332: Richtlijn 88/332/EEG van de Raad op 13 juni 1988 (PB L 151 van 17.6.1988, blz. 82),

   31988 L 0380: Richtlijn 88/380/EEG van de Raad op 13 juni 1988 (PB L 187 van 16.7.1988, blz. 31),

   31989 L 0100: Richtlijn 89/100/EEG van de Commissie op 20 januari 1989 (PB L 38 van 10.2.1989, blz. 36),

   31992 L 0019: Richtlijn 92/19/EEG van de Commissie van 23 maart 1992 (PB L 104 van 22.4.1992, blz. 61), gerectificeerd bij PB L 128 van 21.5.1997, blz. 16,

   11994 N 003: Akte van Toetreding van Oostenrijk, Zweden en Finland (aangepast bij Besluit 95/1/EG van de Raad, Euratom, EGKS) (PB C 241 van 29.8.1994, blz. 21),

   31996 L 0018: Richtlijn 96/18/EG van de Commissie van 19 maart 1996 (PB L 76 van 26.3.1996, blz. 21),

   31996 L 0072: Richtlijn 96/72/EG van de Raad van 18 november 1996 (PB L 304 van 27.11.1996, blz. 10),

   31998 L 0095: Richtlijn 98/95/EG van de Raad van 14 december 1998 (PB L 25 van 1.2.1999, blz. 1),

   31998 L 0096: Richtlijn 98/96/EG van de Raad van 14 december 1998 (PB L 25 van 1.2.1999, blz. 27), gerectificeerd bij PB L 161 van 16.6.2001, blz. 48,


   32001 L 0064: Richtlijn 2001/64/EG van de Raad van 31 augustus 2001 (PB L 234 van 1.9.2001, blz. 60),

   32003 L 0061: Richtlijn 2003/61/EG van de Raad van 18 juni 2003 (PB L 165 van 3.7.2003, blz. 23),

   32004 L 0055: Richtlijn 2004/55/EG van de Commissie van 20 april 2004 (PB L 114 van 21.4.2004, blz. 18),

   32004 L 0117: Richtlijn 2004/117/EG van de Raad van 22 december 2004 (PB L 14 van 18.1.2005, blz. 18),

   32007 L 0072: Richtlijn 2007/72/EG van de Commissie van 13 december 2007 (PB L 329 van 14.12.2007, blz. 37), gerectificeerd bij PB L 338 van 17.12.2008, blz. 79,

   32009 L 0074: Richtlijn 2009/74/EG van de Commissie van 26 juni 2009 (PB L 166 van 27.6.2009, blz. 40), gerectificeerd bij PB L 154 van 19.6.2010, blz. 31,

   32015 L 1955: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2015/1955 van de Commissie van 29 oktober 2015 (PB L 284 van 30.10.2015, blz. 142),

   32016 L 0317: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2016/317 van de Commissie van 3 maart 2016 (PB L 60 van 5.3.2016, blz. 72),

   32016 L 2109: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2016/2109 van de Commissie van 1 december 2016 (PB L 327 van 2.12.2016, blz. 59),


   32018 L 1028: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2018/1028 van de Commissie van 19 juli 2018 (PB L 184 van 20.7.2018, blz. 7),

   32020 L 0177: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2020/177 van de Commissie van 11 februari 2020 (PB L 41 van 13.2.2020, blz. 1),

   32021 L 0415: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2021/415 van de Commissie van 8 maart 2021 (PB L 81 van 9.3.2021, blz. 65),

   32021 L 0971: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2021/971 van de Commissie van 16 juni 2021 (PB L 214 van 17.6.2021, blz. 62).

3.    31966 L 0402: Richtlijn 66/402/EEG van de Raad van 14 juni 1966 betreffende het in de handel brengen van zaaigranen (PB L 125 van 11.7.1966, blz. 2309), gerectificeerd bij PB L 199 van 26.7.1997, blz. 69, zoals gewijzigd bij:

   31969 L 0060: Richtlijn 69/60/EEG van de Raad op 18 februari 1969 (PB L 48 van 26.2.1969, blz. 1),

   31971 L 0162: Richtlijn 71/162/EEG van de Raad op 30 maart 1971 (PB L 87 van 17.4.1971, blz. 24),

   11972B/ACT: Akte van Toetreding van Denemarken, Ierland en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland (aangepast bij Besluit van de Raad van 1 januari 1973) (PB L 73 van 27.3.1972, blz. 14),


   31972 L 0274: Richtlijn 72/274/EEG van de Raad op 20 juli 1972 (PB L 171 van 29.7.1972, blz. 37),

   31972 L 0418: Richtlijn 72/418/EEG van de Raad op 6 december 1972 (PB L 287 van 26.12.1972, blz. 22),

   31973 L 0438: Richtlijn 73/438/EEG van de Raad op 11 december 1973 (PB L 356 van 27.12.1973, blz. 79),

   31975 L 0444: Richtlijn 75/444/EEG van de Raad op 26 juni 1975 (PB L 196 van 26.7.1975, blz. 6),

   31978 L 0055: Richtlijn 78/55/EEG van de Raad op 19 december 1977 (PB L 16 van 20.1.1978, blz. 23),

   31978 L 0387: Eerste Richtlijn 78/387/EEG van de Commissie op 18 april 1978 (PB L 113 van 25.4.1978, blz. 13),

   31978 L 0692: Richtlijn 78/692/EEG van de Raad op 25 juli 1978 (PB L 236 van 26.8.1978, blz. 13),

   31978 L 1020: Richtlijn 78/1020/EEG van de Raad op 5 december 1978 (PB L 350 van 14.12.1978, blz. 27),

   31979 L 0641: Richtlijn 79/641/EEG van de Commissie op 27 juni 1979 (PB L 183 van 19.7.1979, blz. 13),


   31979 L 0692: Richtlijn 79/692/EEG van de Raad op 24 juli 1979 (PB L 205 van 13.8.1979, blz. 1),

   11979H/ACT: Akte van toetreding van Griekenland (PB L 291 van 19.11.1979, blz. 17),

   31981 L 0126: Richtlijn 81/126/EEG van de Commissie op 16 februari 1981 (PB L 67 van 12.3.1981, blz. 36),

   31985 R 3768: Verordening (EEG) nr. 3768/85 van de Raad van 20 december 1985 (PB L 362 van 31.12.1985, blz. 8),

   31986 L 0155: Richtlijn 86/155/EEG van de Raad op 22 april 1986 (PB L 118 van 7.5.1986, blz. 23),

   31986 L 0320: Richtlijn 86/320/EEG van de Commissie op 20 juni 1986 (PB L 200 van 23.7.1986, blz. 38),

   31987 L 0120: Richtlijn 87/120/EEG van de Commissie op 14 januari 1987 (PB L 49 van 18.2.1987, blz. 39),

   31988 L 0332: Richtlijn 88/332/EEG van de Raad op 13 juni 1988 (PB L 151 van 17.6.1988, blz. 82),

   31988 L 0380: Richtlijn 88/380/EEG van de Raad op 13 juni 1988 (PB L 187 van 16.7.1988, blz. 31),

   31988 L 0506: Richtlijn 88/506/EEG van de Commissie op 13 september 1988 (PB L 274 van 6.10.1988, blz. 44),


   31989 L 0002: Richtlijn 89/2/EEG van de Commissie op 15 december 1988 (PB L 5 van 7.1.1989, blz. 31),

   31989 L 0100: Richtlijn 89/100/EEG van de Commissie op 20 januari 1989 (PB L 38 van 10.2.1989, blz. 36),

   31990 L 0623: Richtlijn 90/623/EEG van de Commissie op 7 november 1990 (PB L 333 van 30.11.1990, blz. 65),

   31993 L 0002: Richtlijn 93/2/EEG van de Commissie op 28 januari 1993 (PB L 54 van 5.3.1993, blz. 20),

   11994 N 003: Akte van Toetreding van Oostenrijk, Zweden en Finland (aangepast bij Besluit 95/1/EG van de Raad, Euratom, EGKS) (PB C 241 van 29.8.1994, blz. 21),

   31995 L 0006: Richtlijn 95/6/EG van de Commissie van 20 maart 1995 (PB L 67 van 25.3.1995, blz. 30),

   31996 L 0072: Richtlijn 96/72/EG van de Raad van 18 november 1996 (PB L 304 van 27.11.1996, blz. 10),

   31998 L 0095: Richtlijn 98/95/EG van de Raad van 14 december 1998 (PB L 25 van 1.2.1999, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 161 van 16.6.2001, blz. 47,

   31998 L 0096: Richtlijn 98/96/EG van de Raad van 14 december 1998 (PB L 25 van 1.2.1999, blz. 27), gerectificeerd bij PB L 161 van 16.6.2001, blz. 48,


   31999 L 0008: Richtlijn 1999/8/EG van de Commissie van 18 februari 1999 (PB L 50 van 26.2.1999, blz. 26),

   31999 L 0054: Richtlijn 1999/54/EG van de Commissie van 26 mei 1999 (PB L 142 van 5.6.1999, blz. 30),

   32001 L 0064: Richtlijn 2001/64/EG van de Raad van 31 augustus 2001 (PB L 234 van 1.9.2001, blz. 60),

   32003 L 0061: Richtlijn 2003/61/EG van de Raad van 18 juni 2003 (PB L 165 van 3.7.2003, blz. 23),

   32004 L 0055: Richtlijn 2004/55/EG van de Commissie van 20 april 2004 (PB L 114 van 21.4.2004, blz. 18),

   32004 L 0117: Richtlijn 2004/117/EG van de Raad van 22 december 2004 (PB L 14 van 18.1.2005, blz. 18),

   32006 L 0055: Richtlijn 2006/55/EG van de Commissie van 12 juni 2006 (PB L 159 van 13.6.2006, blz. 13),

   32009 L 0074: Richtlijn 2009/74/EG van de Commissie van 26 juni 2009 (PB L 166 van 27.6.2009, blz. 40), gerectificeerd bij PB L 154 van 19.6.2010, blz. 31,

   32012 L 0001: Uitvoeringsrichtlijn 2012/1/EU van de Commissie van 6 januari 2012 (PB L 4 van 7.1.2012, blz. 8),


   32012 L 0037: Uitvoeringsrichtlijn 2012/37/EU van de Commissie van 22 november 2012 (PB L 325 van 23.11.2012, blz. 13),

   32016 L 0317: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2016/317 van de Commissie van 3 maart 2016 (PB L 60 van 5.3.2016, blz. 72),

   32018 L 1027: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2018/1027 van de Commissie van 19 juli 2018 (PB L 184 van 20.7.2018, blz. 4),

   32020 L 0177: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2020/177 van de Commissie van 11 februari 2020 (PB L 41 van 13.2.2020, blz. 1),

   32021 L 0415: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2021/415 van de Commissie van 8 maart 2021 (PB L 81 van 9.3.2021, blz. 65),

   32021 L 0971: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2021/971 van de Commissie van 16 juni 2021 (PB L 214 van 17.6.2021, blz. 62),

   32021 L 1927: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2021/1927 van de Commissie van 5 november 2021 (PB L 393 van 8.11.2021, blz. 13),

   32021 L 2171: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2021/2171 van de Commissie van 7 december 2021 (PB L 438 van 8.12.2021, blz. 84),


4.    31968 L 0193: Richtlijn 68/193/EEG van de Raad van 9 april 1968 betreffende het in de handel brengen van vegetatief teeltmateriaal voor wijnstokken (PB L 93 van 17.4.1968, blz. 15), zoals gewijzigd bij:

   31971 L 0140: Richtlijn 71/140/EEG van de Raad op 22 maart 1971 (PB L 71 van 25.3.1971, blz. 16),

   11972B/ACT: Akte van Toetreding van Denemarken, Ierland en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland (aangepast bij Besluit van de Raad van 1 januari 1973) (PB L 73 van 27.3.1972, blz. 14),

   31974 L 0648: Richtlijn 74/648/EEG van de Raad op 9 december 1974 (PB L 352 van 28.12.1974, blz. 43),

   31977 L 0629: Eerste Richtlijn 77/629/EEG van de Commissie op 28 september 1977 (PB L 257 van 8.10.1977, blz. 27),

   31978 L 0055: Richtlijn 78/55/EEG van de Raad op 19 december 1977 (PB L 16 van 20.1.1978, blz. 23),

   31978 L 0692: Richtlijn 78/692/EEG van de Raad op 25 juli 1978 (PB L 236 van 26.8.1978, blz. 13),

   11979H/ACT: Akte van toetreding van Griekenland (PB L 291 van 19.11.1979, blz. 17),

   31982 L 0331: Richtlijn 82/331/EEG van de Commissie op 6 mei 1982 (PB L 148 van 27.5.1982, blz. 47),


   31985 R 3768: Verordening (EEG) nr. 3768/85 van de Raad van 20 december 1985 (PB L 362 van 31.12.1985, blz. 8),

   31986 L 0155: Richtlijn 86/155/EEG van de Raad op 22 april 1986 (PB L 118 van 7.5.1986, blz. 23),

   31988 L 0332: Richtlijn 88/332/EEG van de Raad op 13 juni 1988 (PB L 151 van 17.6.1988, blz. 82),

   11994 N 003: Akte van Toetreding van Oostenrijk, Zweden en Finland (aangepast bij Besluit 95/1/EG van de Raad, Euratom, EGKS) (PB C 241 van 29.8.1994, blz. 21),

   32002 L 0011: Richtlijn 2002/11/EG van de Raad van 14 februari 2002 (PB L 53 van 23.2.2002, blz. 20),

   32003 L 0061: Richtlijn 2003/61/EG van de Raad van 18 juni 2003 (PB L 165 van 3.7.2003, blz. 23),

   32003 R 1829: Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 (PB L 268 van 18.10.2003, blz. 1),

   32005 L 0043: Richtlijn 2005/43/EG van de Commissie van 23 juni 2005 (PB L 164 van 24.6.2005, blz. 37),

   32020 L 0177: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2020/177 van de Commissie van 11 februari 2020 (PB L 41 van 13.2.2020, blz. 1).


5.    32008 L 0072: Richtlijn 2008/72/EG van de Raad van 15 juli 2008 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van zaad (PB L 205 van 1.8.2008, blz. 28), zoals gewijzigd bij:

   32013 D 0166: Uitvoeringsbesluit 2013/166/EU van de Commissie van 2 april 2013 (PB L 94 van 4.4.2013, blz. 8),

   32013 L 0045: Uitvoeringsrichtlijn 2013/45/EU van de Commissie van 7 augustus 2013 (PB L 213 van 8.8.2013, blz. 20),

   32019 L 0990: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2019/990 van de Commissie van 17 juni 2019 (PB L 160 van 18.6.2019, blz. 14),

   32022 D 1400: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1400 van de Commissie van 11 augustus 2022 (PB L 213 van 16.8.2022, blz. 57).

6.    32008 L 0090: Richtlijn 2008/90/EG van de Raad van 29 september 2008 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsmede van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt, zoals gewijzigd bij:

   32010 D 0777: Besluit 2010/777/EU van de Commissie van 15 december 2010 (PB L 332 van 16.12.2010, blz. 40),

   32014 R 0652: Verordening (EG) nr. 652/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 (PB L 189 van 27.6.2014, blz. 1),

   32019 D 0120: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/120 van de Commissie van 24 januari 2019 (PB L 24 van 28.1.2019, blz. 27),


   32022 D 1933: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1933 van de Commissie van 12 oktober 2022 (PB L 266 van 13.10.2022, blz. 19).

7.    31998 L 0056: Richtlijn 98/56/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van siergewassen (PB L 226 van 13.8.1998, blz. 16), zoals gewijzigd bij:

   32003 R 0806: Verordening (EG) nr. 806/2003 van de Raad van 14 april 2003 (PB L 122 van 16.5.2003, blz. 1),

   32003 L 0061: Richtlijn 2003/61/EG van de Raad van 18 juni 2003 (PB L 165 van 3.7.2003, blz. 23),

   32014 R 0652: Verordening (EU) nr. 652/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 (PB L 189 van 27.6.2014, blz. 1).

8.    31999 L 0105: Richtlijn 1999/105/EG van de Raad van 22 december 1999 betreffende het in de handel brengen van bosbouwkundig teeltmateriaal (PB L 11 van 15.1.2000, blz. 17).

9.    32002 L 0053: Richtlijn 2002/53/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende de gemeenschappelijke rassenlijst van landbouwgewassen (PB L 193 van 20.7.2002, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32003 R 1829: Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 (PB L 268 van 18.10.2003, blz. 1),

   32019 L 0114: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2019/114 van de Commissie van 24 januari 2019 (PB L 23 van 25.1.2019, blz. 35).


10.    32002 L 0054: Richtlijn 2002/54/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van bietenzaad (PB L 193 van 20.7.2002, blz. 12), zoals gewijzigd bij:

   32003 L 0061: Richtlijn 2003/61/EG van de Raad van 18 juni 2003 (PB L 165 van 3.7.2003, blz. 23),

   32004 L 0117: Richtlijn 2004/117/EG van de Raad van 22 december 2004 (PB L 14 van 18.1.2005, blz. 18),

   32016 L 0317: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2016/317 van de Commissie van 3 maart 2016 (PB L 60 van 5.3.2016, blz. 72),

   32021 L 0971: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2021/971 van de Commissie van 16 juni 2021 (PB L 214 van 17.6.2021, blz. 62).

11.    32002 L 0055: Richtlijn 2002/55/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van groentezaad (PB L 193 van 20.7.2002, blz. 33), zoals gewijzigd bij:

   32003 L 0061: Richtlijn 2003/61/EG van de Raad van 18 juni 2003 (PB L 165 van 3.7.2003, blz. 23),

   32003 R 1829: Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 (PB L 268 van 18.10.2003, blz. 1),

   32004 L 0117: Richtlijn 2004/117/EG van de Raad van 22 december 2004 (PB L 14 van 18.1.2005, blz. 18),


   32006 L 0124: Richtlijn 2006/124/EG van de Commissie van 5 december 2006 (PB L 339 van 6.12.2006, blz. 12),

   32009 L 0074: Richtlijn 2009/74/EG van de Commissie van 26 juni 2009 (PB L 166 van 27.6.2009, blz. 40), gerectificeerd bij PB L 154 van 19.6.2010, blz. 31,

   32013 L 0045: Uitvoeringsrichtlijn 2013/45/EU van de Commissie van 7 augustus 2013 (PB L 213 van 8.8.2013, blz. 20),

   32016 L 0317: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2016/317 van de Commissie van 3 maart 2016 (PB L 60 van 5.3.2016, blz. 72),

   32019 L 0114: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2019/114 van de Commissie van 24 januari 2019 (PB L 23 van 25.1.2019, blz. 35),

   32019 L 0990: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2019/990 van de Commissie van 17 juni 2019 (PB L 160 van 18.6.2019, blz. 14),

   32020 L 0177: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2020/177 van de Commissie van 11 februari 2020 (PB L 41 van 13.2.2020, blz. 1),

   32020 L 0432: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2020/432 van de Commissie van 23 maart 2020 (PB L 88 van 24.3.2020, blz. 3),

   32021 L 0971: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2021/971 van de Commissie van 16 juni 2021 (PB L 214 van 17.6.2021, blz. 62).


12.    32002 L 0056: Richtlijn 2002/56/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van pootaardappelen (PB L 193 van 20.7.2002, blz. 60), zoals gewijzigd bij:

   32003 D 0066: Besluit 2003/66/EG van de Commissie van 28 januari 2003 (PB L 25 van 30.1.2003, blz. 42),

   32003 L 0061: Richtlijn 2003/61/EG van de Raad van 18 juni 2003 (PB L 165 van 3.7.2003, blz. 23),

   32005 D 0908: Besluit 2005/908/EG van de Commissie van 14 december 2005 (PB L 329 van 16.12.2005, blz. 37),

   32008 D 0973: Besluit 2008/973/EG van de Commissie van 15 december 2008 (PB L 345 van 23.12.2008, blz. 90),

   32011 D 0820: Uitvoeringsbesluit 2011/820/EU van de Commissie van 7 december 2011 (PB L 327 van 9.12.2011, blz. 66),

   32013 L 0063: Uitvoeringsrichtlijn 2013/63/EU van de Commissie van 17 december 2013 (PB L 341 van 18.12.2013, blz. 52),

   32014 D 0367: Uitvoeringsbesluit 2014/367/EU van de Commissie van 16 juni 2014 (PB L 178 van 18.6.2014, blz. 26),

   32016 L 0317: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2016/317 van de Commissie van 3 maart 2016 (PB L 60 van 5.3.2016, blz. 7),


   32019 D 0119: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/119 van de Commissie van 24 januari 2019 (PB L 24 van 28.1.2019, blz. 26),

   32020 L 0177: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2020/177 van de Commissie van 11 februari 2020 (PB L 41 van 13.2.2020, blz. 1).

13.    32002 L 0057: Richtlijn 2002/57/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen (PB L 193 van 20.7.2002, blz. 74), zoals gewijzigd bij:

   32002 L 0068: Richtlijn 2002/68/EG van de Raad van 19 juli 2002 (PB L 195 van 24.7.2002, blz. 32),

   32003 L 0045: Richtlijn 2003/45/EG van de Commissie van 28 mei 2003 (PB L 138 van 5.6.2003, blz. 40),

   32003 L 0061: Richtlijn 2003/61/EG van de Raad van 18 juni 2003 (PB L 165 van 3.7.2003, blz. 23),

   32004 L 0117: Richtlijn 2004/117/EG van de Raad van 22 december 2004 (PB L 14 van 18.1.2005, blz. 18),

   32009 L 0074: Richtlijn 2009/74/EG van de Commissie van 26 juni 2009 (PB L 166 van 27.6.2009, blz. 40), gerectificeerd bij PB L 154 van 19.6.2010, blz. 31,

   32016 L 0011: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2016/11 van de Commissie van 5 januari 2016 (PB L 3 van 6.1.2016, blz. 48),


   32016 L 0317: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2016/317 van de Commissie van 3 maart 2016 (PB L 60 van 5.3.2016, blz. 72),

   32020 L 0177: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2020/177 van de Commissie van 11 februari 2020 (PB L 41 van 13.2.2020, blz. 1),

   32021 L 0971: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2021/971 van de Commissie van 16 juni 2021 (PB L 214 van 17.6.2021, blz. 62).

14.    32007 D 0321: Beschikking 2007/321/EG van de Commissie van 2 mei 2007 tot vrijstelling van het Verenigd Koninkrijk van bepaalde verplichtingen betreffende het in de handel brengen van groentezaad krachtens Richtlijn 2002/55/EG van de Raad (PB L 119 van 9.5.2007, blz. 48).

15.    32017 D 0478: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/478 van de Commissie van 16 maart 2017 tot vrijstelling van bepaalde lidstaten van de verplichting om voor bepaalde soorten de Richtlijnen 66/401/EEG, 66/402/EEG, 68/193/EEG, 1999/105/EG, 2002/54/EG, 2002/55/EG en 2002/57/EG van de Raad betreffende het in de handel brengen van respectievelijk zaaizaad van groenvoedergewassen, zaaigranen, vegetatief teeltmateriaal voor wijnstokken, bosbouwkundig teeltmateriaal, bietenzaad, groentezaad en zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen toe te passen, en tot intrekking van Besluit 2010/680/EU van de Commissie (PB L 73 van 18.3.2017, blz. 29).

16.    31974 D 0366: Beschikking 74/366/EEG van de Commissie van 13 juni 1974 houdende voorlopige machtiging voor de Franse Republiek om zaad van stambonen van het ras “Sim” in Frankrijk niet tot de handel toe te laten (PB L 196 van 19.7.1974, blz. 24).


17.    31974 D 0367: Beschikking 74/367/EEG van de Commissie van 13 juni 1974 houdende voorlopige machtiging voor de Franse Republiek om zaad van stambonen van het ras “Dustor” in Frankrijk niet tot de handel toe te laten (PB L 196 van 19.7.1974, blz. 25).

18.    31975 D 0576: Beschikking 75/576/EEG van de Commissie van 30 juni 1975 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad en pootgoed van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 253 van 30.9.1975, blz. 36), zoals gewijzigd bij:

   31978 D 0122: Besluit 78/122/EEG van de Commissie van 28 december 1977 (PB L 41 van 11.2.1978, blz. 34),

   31986 D 0268: Besluit 86/268/EEG van de Commissie van 20 mei 1986 (PB L 169 van 26.6.1986, blz. 48),

   31992 D 0227: Besluit 92/227/EEG van de Commissie van 3 april 1992 (PB L 108 van 25.4.1992, blz. 55).

19.    31975 D 0578: Beschikking 75/578/EEG van de Commissie van 30 juni 1975 t tot machtiging van het Groothertogdom Luxemburg om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 253 van 30.9.1975, blz. 45), zoals gewijzigd bij:

   31978 D 0285: Besluit 78/285/EEG van de Commissie van 22 februari 1978 (PB L 74 van 16.3.1978, blz. 29).


20.    31976 D 0219: Beschikking 76/219/EEG van de Commissie van 30 december 1975 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 46 van 21.2.1976, blz. 30), zoals gewijzigd bij:

   31997 D 0363: Besluit 97/363/EG van de Commissie van 28 mei 1997 (PB L 152 van 11.6.1997, blz. 33).

21.    31976 D 0221: Beschikking 76/221/EEG van de Commissie van 30 december 1975 tot machtiging voor het Groothertogdom Luxemburg om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 46 van 21.2.1976, blz. 33).

22.    31976 D 0687: Beschikking 76/687/EEG van de Commissie van 30 juni 1976 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 235 van 26.8.1976, blz. 21), zoals gewijzigd bij:

   31978 D 0615: Besluit 78/615/EEG van de Commissie van 23 juni 1978 (PB L 198 van 22.7.1978, blz. 12).

23.    31976 D 0688: Beschikking 76/688/EEG van de Commissie van 30 juni 1976 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 235 van 26.8.1976, blz. 24).

24.    31976 D 0689: Beschikking 76/689/EEG van de Commissie van 30 juni 1976 t tot machtiging van het Groothertogdom Luxemburg om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 235 van 26.8.1976, blz. 27).


25.    31977 D 0147: Beschikking 77/147/EEG van de Commissie van 29 december 1976 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 47 van 18.2.1977, blz. 66), zoals gewijzigd bij:

   31992 D 0227: Besluit 92/227/EEG van de Commissie van 3 april 1992 (PB L 108 van 25.4.1992, blz. 55).

26.    31977 D 0149: Beschikking 77/149/EEG van de Commissie van 29 december 1976 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 47 van 18.2.1977, blz. 70).

27.    31977 D 0282: Beschikking 77/282/EEG van de Commissie van 30 maart 1977 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 95 van 19.4.1977, blz. 2).

28.    31977 D 0406: Beschikking 77/406/EEG van de Commissie van 1 juni 1977 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 148 van 16.6.1977, blz. 25).

29.    31978 D 0124: Beschikking 78/124/EEG van de Commissie van 28 december 1977 t tot machtiging van het Groothertogdom Luxemburg om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 41 van 11.2.1978, blz. 38).


30.    31978 D 0126: Beschikking 78/126/EEG van de Commissie van 28 december 1977 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 41 van 11.2.1978, blz. 41), zoals gewijzigd bij:

   31992 D 0227: Besluit 92/227/EEG van de Commissie van 3 april 1992 (PB L 108 van 25.4.1992, blz. 55).

31.    31978 D 0127: Beschikking 78/127/EEG van de Commissie van 28 december 1977 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 41 van 11.2.1978, blz. 43), zoals gewijzigd bij:

   31997 D 0363: Besluit 97/363/EG van de Commissie van 28 mei 1997 (PB L 152 van 11.6.1997, blz. 33).

32.    31978 D 0348: Beschikking 78/348/EEG van de Commissie van 30 maart 1978 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 99 van 12.4.1978, blz. 28).

33.    31978 D 0349: Beschikking 78/349/EEG van de Commissie van 30 maart 1978 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 99 van 12.4.1978, blz. 30).


34.    31979 D 0092: Beschikking 79/92/EEG van de Commissie van 29 december 1978 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 22 van 31.1.1979, blz. 14), zoals gewijzigd bij:

   31992 D 0227: Besluit 92/227/EEG van de Commissie van 3 april 1992 (PB L 108 van 25.4.1992, blz. 55),

35.    31979 D 0094: Beschikking 79/94/EEG van de Commissie van 29 december 1978 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 22 van 31.1.1979, blz. 19).

36.    31979 D 0347: Beschikking 79/347/EEG van de Commissie van 14 maart 1979 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 84 van 4.4.1979, blz. 10).

37.    31979 D 0348: Beschikking 79/348/EEG van de Commissie van 14 maart 1979 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 84 van 4.4.1979, blz. 12).

38.    31980 D 0126: Beschikking 80/126/EEG van de Commissie van 28 december 1979 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 29 van 6.2.1980, blz. 31), zoals gewijzigd bij:

   31992 D 0227: Besluit 92/227/EEG van de Commissie van 3 april 1992 (PB L 108 van 25.4.1992, blz. 55),


39.    31980 D 0127: Beschikking 80/127/EEG van de Commissie van 28 december 1979 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 29 van 6.2.1980, blz. 33).

40.    31980 D 1359: Beschikking 80/1359/EEG van de Commissie van 30 december 1980 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 384 van 31.12.1980, blz. 42), gerectificeerd bij PB L 122 van 6.5.1981, blz. 46, zoals gewijzigd bij:

   31992 D 0227: Besluit 92/227/EEG van de Commissie van 3 april 1992 (PB L 108 van 25.4.1992, blz. 55).

41.    31980 D 1360: Beschikking 80/1360/EEG van de Commissie van 30 december 1980 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 384 van 31.12.1980, blz. 44), zoals gewijzigd bij:

   31997 D 0363: Besluit 97/363/EG van de Commissie van 28 mei 1997 (PB L 152 van 11.6.1997, blz. 33).

42.    31981 D 0277: Beschikking 81/277/EEG van de Commissie van 31 maart 1981 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 123 van 7.5.1981, blz. 32).


43.    31982 D 0039: Beschikking 82/39/EEG van de Commissie van 29 december 1981 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 16 van 22.1.1982, blz. 46), zoals gewijzigd bij:

   31992 D 0227: Besluit 92/227/EEG van de Commissie van 3 april 1992 (PB L 108 van 25.4.1992, blz. 55).

44.    31982 D 0040: Beschikking 82/40/EEG van de Commissie van 29 december 1981 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 16 van 22.1.1982, blz. 48).

45.    31982 D 0948: Beschikking 82/948/EEG van de Commissie van 30 december 1982 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 383 van 31.12.1982, blz. 25), zoals gewijzigd bij:

   31997 D 0363: Besluit 97/363/EG van de Commissie van 28 mei 1997 (PB L 152 van 11.6.1997, blz. 33).

46.    31982 D 0949: Beschikking 82/949/EEG van de Commissie van 30 december 1982 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad en pootgoed van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (Slechts de tekst in de Duitse taal is authentiek) (PB L 383 van 31.12.1982, blz. 27), zoals gewijzigd bij:

   31992 D 0227: Besluit 92/227/EEG van de Commissie van 3 april 1992 (PB L 108 van 25.4.1992, blz. 55).


47.    31984 D 0019: Beschikking 84/19/EEG van de Commissie van 22 december 1983 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 18 van 21.1.1984, blz. 43).

48.    31984 D 0023: Beschikking 84/23/EEG van de Commissie van 22 december 1983 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 20 van 25.1.1984, blz. 19), zoals gewijzigd bij:

   31992 D 0227: Besluit 92/227/EEG van de Commissie van 3 april 1992 (PB L 108 van 25.4.1992, blz. 55).

49.    31991 D 0037: Beschikking 85/59/EEG van de Commissie van 19 december 1984 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 18 van 24.1.1991, blz. 19), zoals gewijzigd bij:

   31992 D 0227: Besluit 92/227/EEG van de Commissie van 3 april 1992 (PB L 108 van 25.4.1992, blz. 55).

50.    31985 D 0623: Beschikking 85/623/EEG van de Commissie van 16 december 1985 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 379 van 31.12.1985, blz. 18).


51.    31985 D 0624: Beschikking 85/624/EEG van de Commissie van 16 december 1985 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 379 van 31.12.1985, blz. 20), zoals gewijzigd bij:

   31992 D 0227: Besluit 92/227/EEG van de Commissie van 3 april 1992 (PB L 108 van 25.4.1992, blz. 55).

52.    31987 D 0110: Beschikking 87/110/EEG van de Commissie van 22 december 1986 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 48 van 17.2.1987, blz. 27).

53.    31987 D 0117: Beschikking 87/117/EEG van de Commissie van 29 december 1986 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 49 van 18.2.1987, blz. 34), zoals gewijzigd bij:

   31997 D 0363: Besluit 97/363/EG van de Commissie van 28 mei 1997 (PB L 152 van 11.6.1997, blz. 33).

54.    31989 D 0077: Beschikking 89/77/EEG van de Commissie van 29 december 1988 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 30 van 1.2.1989, blz. 72), zoals gewijzigd bij:

   31992 D 0227: Besluit 92/227/EEG van de Commissie van 3 april 1992 (PB L 108 van 25.4.1992, blz. 55).


55.    31989 D 0421: Beschikking 89/421/EEG van de Commissie van 22 juni 1989 tot machtiging van de Helleense Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 193 van 8.7.1989, blz. 41).

56.    31989 D 0422: Beschikking 89/422/EEC van de Commissie van 23 juni 1989 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van een bepaald ras van landbouwgewassen te beperken, en tot wijziging van Beschikking 89/77/EEG (PB L 193 van 8.7.1989, blz. 43), zoals gewijzigd bij:

   31992 D 0227: Besluit 92/227/EEG van de Commissie van 3 april 1992 (PB L 108 van 25.4.1992, blz. 55).

57.    31991 D 0037: Beschikking 91/37/EEG van de Commissie van 20 december 1990 tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland en van de Helleense Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken en tot wijziging van een aantal beschikkingen tot machtiging van de Bondsrepubliek Duitsland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (PB L 18 van 24.1.1991, blz. 19), zoals gewijzigd bij:

   31992 D 0227: Besluit 92/227/EEG van de Commissie van 3 april 1992 (PB L 108 van 25.4.1992, blz. 55).

58.    31992 D 0168: Beschikking 92/168/EEG van de Commissie van 4 maart 1992 tot machtiging van Griekenland om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van een landbouwgewas te beperken (PB L 74 van 20.3.1992, blz. 46).


59.    32006 D 0335: Beschikking 2006/335/EG van de Commissie van 8 mei 2006 waarbij de Republiek Polen wordt gemachtigd het gebruik van zestien genetisch gemodificeerde maïsrassen met de genetische modificatie MON 810 die in de gemeenschappelijke rassenlijst voor landbouwgewassen zijn opgenomen, op haar grondgebied te verbieden overeenkomstig Richtlijn 2002/53/EG (PB L 124 van 11.5.2006, blz. 26).

60.    32006 D 0338: Beschikking 2006/338/EG van de Commissie van 8 mei 2006 waarbij de Republiek Polen overeenkomstig Richtlijn 2002/53/EG van de Raad wordt gemachtigd om het gebruik van bepaalde in de gemeenschappelijke rassenlijst van landbouwgewassen vermelde maïsrassen op zijn grondgebied te verbieden (PB L 125 van 12.5.2006, blz. 31).

61.    32013 D 0404: Uitvoeringsbesluit 2013/404/EU van de Commissie van 25 juli 2013 waarbij Duitsland overeenkomstig Richtlijn 2002/53/EG van de Raad wordt gemachtigd om het gebruik van bepaalde in de gemeenschappelijke rassenlijst van landbouwgewassen vermelde henneprassen op zijn grondgebied te verbieden (PB L 202 van 27.7.2013, blz. 33).

62.    32016 D 0017: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/17 van de Commissie van 7 januari 2016 waarbij het Verenigd Koninkrijk overeenkomstig Richtlijn 2002/53/EG van de Raad wordt gemachtigd om het in de handel brengen van een in de gemeenschappelijke rassenlijst van landbouwgewassen vermeld hennepras op zijn grondgebied te verbieden (PB L 5 van 8.1.2016, blz. 7).

63.    32021 D 1214: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1214 van de Commissie van 22 juli 2021 waarbij Polen overeenkomstig Richtlijn 2002/53/EG van de Raad wordt gemachtigd om de handel in het hennepras Finola op zijn grondgebied te verbieden (PB L 265 van 26.7.2021, blz. 1).


64.    31974 D 0269: Beschikking 74/269/EEG van de Commissie van 2 mei 1974 houdende machtiging voor bepaalde lidstaten om strengere maatregelen te nemen met betrekking tot de aanwezigheid van Avena fatua in zaaizaad van groenvoedergewassen en in zaaigranen (PB L 141 van 24.5.1974, blz. 20), zoals gewijzigd bij:

   31978 D 0512: Besluit 78/512/EEG van de Commissie van 24 mei 1978 (PB L 157 van 15.6.1978, blz. 35).

65.    31974 D 0531: Beschikking 74/531/EEG van de Commissie van 16 oktober 1974 houdende machtiging voor het Koninkrijk der Nederlanden om strengere maatregelen te nemen met betrekking tot de aanwezigheid van “Avena fatua” in zaaigranen (PB L 299 van 7.11.1974, blz. 13).

66.    31995 D 0075: Beschikking 95/75/EG van de Commissie van 10 maart 1995 tot machtiging van Finland om strengere maatregelen te nemen met betrekking tot de aanwezigheid van “Avena fatua” in zaaigranen (PB L 60 van 18.3.1995, blz. 30).

67.    31996 D 0334: Beschikking 96/334/EG van de Commissie van 3 mei 1996 tot machtiging van Zweden om strengere maatregelen te nemen met betrekking tot de aanwezigheid van “Avena fatua” in zaaigranen (PB L 127 van 25.5.1996, blz. 39).

68.    32005 D 0200: Beschikking 2005/200/EG van de Commissie van 2 maart 2005 tot machtiging van Estland, Letland, Litouwen en Malta om strengere maatregelen te nemen met betrekking tot de aanwezigheid van Avena fatua in zaaigranen (PB L 70 van 16.3.2005, blz. 19).

69.    32006 L 0047: Richtlijn 2006/47/EG van de Commissie van 23 mei 2006 tot vaststelling van bijzondere voorwaarden met betrekking tot de aanwezigheid van Avena fatua in zaaigranen (PB L 136 van 24.5.2006, blz. 18).


70.    31981 D 0675: Beschikking 81/675/EEG van de Commissie van 28 juli 1981 houdende vaststelling dat bepaalde sluitingssystemen „sluitingssystemen die niet opnieuw kunnen worden gebruikt” zijn in de zin van de Richtlijnen 66/400/EEG, 66/401/EEG, 66/402/EEG, 69/208/EEG en 70/458/EEG van de Raad (PB L 246 van 29.8.1981, blz. 26), zoals gewijzigd bij:

   31986 D 0563: Besluit 86/563/EEG van de Commissie van 12 november 1986 (PB L 327 van 22.11.1986, blz. 50).

71.    32003 D 0017: Beschikking 2003/17/EG van de Raad van 16 december 2002 betreffende de gelijkwaardigheid van in derde landen verrichte veldkeuringen van gewassen voor de teelt van zaaizaad en de gelijkwaardigheid van in derde landen voortgebracht zaaizaad (PB L 8 van 14.1.2003, blz. 10), zoals gewijzigd bij:

   32003 D 0403: Beschikking 2003/403/EG van de Raad van 26 mei 2003 (PB L 141 van 7.6.2003, blz. 23),

   32005 D 0834: Beschikking 2005/834/EG van de Raad van 8 november 2005 (PB L 312 van 29.11.2005, blz. 51),

   32006 R 1791: Verordening (EG) nr. 1791/2006 van de Raad van 20 november 2006 (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 1),

   32007 D 0780: Beschikking 2007/780/EG van de Raad van 26 november 2007 (PB L 314 van 1.12.2007, blz. 20),

   32012 D 1105: Besluit nr. 1105/2012/EU van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 (PB L 328 van 28.11.2012, blz. 4),


   32018D1674: Besluit (EU) 2018/1674 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 (PB L 284 van 12.11.2018, blz. 31),

   32020 D 1544: Besluit (EU) 2020/1544 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2020 (PB L 356 van 26.10.2020, blz. 5),

   32021 D 0537: Besluit (EU) 2021/537 van het Europees Parlement en de Raad van 24 maart 2021 (PB L 108 van 29.3.2021, blz. 4),

   32022 D 0871: Besluit (EU) 2022/871 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2022 (PB L 152 van 3.6.2022, blz. 109).

72.    32005 D 0834: Beschikking 2005/834/EG van de Raad van 8 november 2005 over de gelijkwaardigheid van in bepaalde derde landen verrichte controles op de instandhouding van rassen en tot wijziging van Beschikking 2003/17/EG (PB L 312 van 29.11.2005, blz. 51), zoals gewijzigd bij:

   32006 R 1791: Verordening (EG) nr. 1791/2006 van de Raad van 20 november 2006 (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 1),

   32021 D 0537: Besluit (EU) 2021/537 van het Europees Parlement en de Raad van 24 maart 2021 (PB L 108 van 29.3.2021, blz. 4).

73.    32006 R 0217: Verordening (EG) nr. 217/2006 van de Commissie van 8 februari 2006 tot vaststelling van voorschriften voor de uitvoering van de Richtlijnen 66/401/EEG, 66/402/EEG, 2002/54/EG, 2002/55/EG en 2002/57/EG van de Raad wat betreft de machtiging van de lidstaten om tijdelijk toestemming te verlenen voor het in de handel brengen van zaad dat niet aan de eisen inzake minimumkiemkracht voldoet (PB L 38 van 9.2.2006, blz. 17).


74.    31980 D 0512: Beschikking 80/512/EEG van de Commissie van 2 mei 1980 tot machtiging van het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, het Groothertogdom Luxemburg, het Koninkrijk der Nederlanden en het Verenigd Koninkrijk om de in Richtlijn 66/401/EEG van de Raad betreffende het in de handel brengen van zaaizaad van groenvoedergewassen vervatte voorwaarden, ten aanzien van het gewicht van het monster voor het bepalen van de aanwezigheid van zaad van Cuscuta-soorten, niet toe te passen (PB L 126 van 21.5.1980, blz. 15).

75.    31985 D 0370: Beschikking 85/370/EEG van de Commissie van 8 juli 1985 houdende machtiging van Nederland om ook op basis van de uitkomsten van tests van zaaizaad en zaailingen te beoordelen of voor zaaizaad van één kloon afkomstige apomictische rassen van Poa pratensis aan de in bijlage II bij Richtlijn 66/401/EEG van de Raad vastgestelde raszuiverheidsnormen is voldaan (PB L 209 van 6.8.1985, blz. 41).

76.    32004 D 0371: Beschikking 2004/371/EG van de Commissie van 20 april 2004 betreffende voorwaarden voor het in de handel brengen van zaadmengsels bestemd voor gebruik als voedergewas (PB L 116 van 22.4.2004, blz. 39).

77.    32008 L 0124: Richtlijn 2008/124/EG van de Commissie van 18 december 2008 waarbij de handel in zaaizaad van sommige soorten groenvoedergewassen, oliehoudende planten en vezelgewassen wordt beperkt tot zaaizaad dat officieel als “basiszaad” of als “gecertificeerd zaad” is goedgekeurd (PB L 340 van 19.12.2008, blz. 73).

78.    32010 L 0060: Richtlijn 2010/60/EU van de Commissie van 30 augustus 2010 tot vaststelling van bepaalde afwijkingen voor het in de handel brengen van zaaizaadmengsels van groenvoedergewassen die bestemd zijn voor gebruik bij het behoud van de natuurlijke omgeving (PB L 228 van 31.8.2010, blz. 10).


79.    32020 D 1106: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1106 van de Commissie van 24 juli 2020 betreffende de organisatie van een tijdelijk experiment uit hoofde van de Richtlijnen 66/401/EEG, 66/402/EEG, 2002/54/EG en 2002/57/EG van de Raad wat betreft het officiële controlepercentage voor veldkeuringen onder officieel toezicht voor basiszaad, kwekerszaad van generaties die aan het basiszaad voorafgaan en gecertificeerd zaad (PB L 242 van 28.7.2020, blz. 7).

80.    32020 D 1401: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1401 van de Commissie van 2 oktober 2020 tot tijdelijke afwijking van Richtlijn 66/401/EEG van de Raad wat betreft de voorschriften voor het in de handel brengen van gecertificeerd zaad (PB L 324 van 6.10.2020, blz. 35).

81.    31980 D 0755: Beschikking 80/755/EEG van de Commissie van 17 juli 1980 houdende machtiging om de voorgeschreven gegevens op de verpakkingen van zaaigranen te vermelden (PB L 207 van 9.8.1980, blz. 37), zoals gewijzigd bij:

   31981 D 0109: Besluit 81/109/EEG van de Commissie van 10 februari 1981 (PB L 64 van 11.3.1981, blz. 13).

82.    32016 D 2242: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2242 van de Commissie van 9 december 2016 betreffende het tijdelijk in de handel brengen van zaaizaad van Hordeum vulgare L. van het ras Scrabble dat niet aan de eisen van Richtlijn 66/402/EEG van de Raad voldoet (PB L 337 van 13.12.2016, blz. 22).

83.    32020 D 1106: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1106 van de Commissie van 24 juli 2020 betreffende de organisatie van een tijdelijk experiment uit hoofde van de Richtlijnen 66/401/EEG, 66/402/EEG, 2002/54/EG en 2002/57/EG van de Raad wat betreft het officiële controlepercentage voor veldkeuringen onder officieel toezicht voor basiszaad, kwekerszaad van generaties die aan het basiszaad voorafgaan en gecertificeerd zaad (PB L 242 van 28.7.2020, blz. 7).


84.    32004 L 0029: Richtlijn 2004/29/EG van de Commissie van 4 maart 2004 de vaststelling van de kenmerken en de minimumeisen voor het onderzoek van de wijnstokrassen (PB L 71 van 10.3.2004, blz. 22).

85.    31993 L 0061: Richtlijn 93/61/EEG van de Commissie van 2 juli 1993 tot vaststelling van de schema’s met de eisen waaraan teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van zaad, overeenkomstig Richtlijn 92/33/EEG van de Raad moeten voldoen (PB L 250 van 7.10.1993, blz. 19), zoals gewijzigd bij:

   32019 L 0990: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2019/990 van de Commissie van 17 juni 2019 (PB L 160 van 18.6.2019, blz. 14),

   32020 L 0177: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2020/177 van de Commissie van 11 februari 2020 (PB L 41 van 13.2.2020, blz. 1).

86.    31993 L 0062: Richtlijn 93/62/EEG van de Commissie van 5 juli 1993 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen met betrekking tot het toezicht op en de controle van leveranciers en bedrijven overeenkomstig Richtlijn 92/33/EEG van de Raad betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van zaad (PB L 250 van 7.10.1993, blz. 29).

87.    32020 D 2219: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/2219 van de Commissie van 22 december 2020 betreffende de gelijkwaardigheid van in het Verenigd Koninkrijk geproduceerd teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van zaad, en teeltmateriaal van fruitgewassen en fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt (PB L 438 van 28.12.2020, blz. 66).


88.    32014 L 0096: Uitvoeringsrichtlijn 2014/96/EU van de Commissie van 15 oktober 2014 betreffende de voorschriften voor het etiketteren, plomberen en verpakken van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsmede van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt, die onder het toepassingsgebied van Richtlijn 2008/90/EG van de Raad vallen (PB L 298 van 16.10.2014, blz. 12), zoals gewijzigd bij:

   32019 L 1813: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2019/1813 van de Commissie van 29 oktober 2019 (PB L 278 van 30.10.2019, blz. 7).

89.    32014 L 0097: Uitvoeringsrichtlijn 2014/97/EU van de Commissie van 15 oktober 2014 tot uitvoering van Richtlijn 2008/90/EG van de Raad wat betreft de registratie van leveranciers en van rassen en de gemeenschappelijke lijst van rassen (PB L 298 van 16.10.2014, blz. 16).

90.    32014 L 0098: Uitvoeringsrichtlijn 2014/98/EU van de Commissie van 15 oktober 2014 tot uitvoering van Richtlijn 2008/90/EG van de Raad wat betreft specifieke voorschriften voor de in bijlage I bij die richtlijn bedoelde geslachten en soorten van fruitgewassen, specifieke voorschriften waaraan leveranciers moeten voldoen, en nadere voorschriften betreffende officiële inspecties (PB L 298 van 16.10.2014, blz. 22), zoals gewijzigd bij:

   32020 L 0177: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2020/177 van de Commissie van 11 februari 2020 (PB L 41 van 13.2.2020, blz. 1).

91.    32017 D 0925: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/925 van de Commissie van 29 mei 2017 tot verlening van tijdelijke toestemming aan bepaalde lidstaten voor de certificering van in het veld onder niet-insectenvrije omstandigheden geproduceerd prebasismateriaal van bepaalde soorten fruitgewassen en tot intrekking van Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/167 (PB L 140 van 31.5.2017, blz. 7).


92.    32020 D 2219: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/2219 van de Commissie van 22 december 2020 betreffende de gelijkwaardigheid van in het Verenigd Koninkrijk geproduceerd teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van zaad, en teeltmateriaal van fruitgewassen en fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt (PB L 438 van 28.12.2020, blz. 66).

93.    32022 L 2438: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2022/2438 van de Commissie van 12 december 2022 tot wijziging van Richtlijn 93/49/EEG en Uitvoeringsrichtlijn 2014/98/EU wat betreft door de EU gereguleerde niet-quarantaineorganismen op teeltmateriaal van siergewassen, teeltmateriaal van fruitgewassen en fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt (PB L 319 van 13.12.2022, blz. 54).

94.    31993 L 0049: Richtlijn 93/49/EEG van de Commissie van 23 juni 1993 tot vaststelling van het schema met de voorwaarden waaraan siergewassen en teeltmateriaal daarvan overeenkomstig Richtlijn 91/682/EEG van de Raad moeten voldoen (PB L 250 van 7.10.1993, blz. 9), zoals gewijzigd bij:

   31999 L 0067: Richtlijn 1999/67/EG van de Commissie van 28 juni 1999 (PB L 164 van 30.6.1999, blz. 78),

   32018 L 0484: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2018/484 van de Commissie van 21 maart 2018 (PB L 81 van 23.3.2018, blz. 10),

   32020 L 0177: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2020/177 van de Commissie van 11 februari 2020 (PB L 41 van 13.2.2020, blz. 1).

95.    31999 L 0066: Richtlijn 1999/66/EG van de Commissie van 28 juni 1999 houdende voorschriften voor het overeenkomstig Richtlijn 98/56/EG door de leverancier op te maken etiket of ander document (PB L 164 van 30.6.1999, blz. 76).


96.    31999 L 0068: Richtlijn 1999/68/EG van de Commissie van 28 juni 1999 tot vaststelling van aanvullende bepalingen met betrekking tot de op grond van Richtlijn 98/56/EG van de Raad door de leveranciers bij te houden rassenlijsten van siergewassen (PB L 172 van 8.7.1999, blz. 42).

97.    32022 L 2438: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2022/2438 van de Commissie van 12 december 2022 tot wijziging van Richtlijn 93/49/EEG en Uitvoeringsrichtlijn 2014/98/EU wat betreft door de EU gereguleerde niet-quarantaineorganismen op teeltmateriaal van siergewassen, teeltmateriaal van fruitgewassen en fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt (PB L 319 van 13.12.2022, blz. 54).

98.    32002 R 1597: Verordening (EG) nr. 1597/2002 van de Commissie van 6 september 2002 houdende vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Richtlijn 1999/105/EG van de Raad inzake de vorm van de nationale lijsten van uitgangsmateriaal van bosbouwkundig teeltmateriaal (PB L 240 van 7.9.2002, blz. 34), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1324: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1324 van de Commissie van 10 augustus 2021 (PB L 288 van 11.8.2021, blz. 19).

99.    32002 R 1598: Verordening (EG) nr. 1598/2002 van de Commissie van 6 september 2002 houdende vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Richtlijn 1999/105/EG van de Raad inzake de wederzijdse administratieve bijstand tussen officiële instanties (PB L 240 van 7.9.2002, blz. 39).

100.    32002 R 1602: Verordening (EG) nr. 1602/2002 van de Commissie van 9 september 2002 houdende vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Richtlijn 1999/105/EG van de Raad inzake de machtiging van lidstaten om het verkopen van gespecificeerd bosbouwkundig teeltmateriaal aan de eindgebruiker te verbieden (PB L 242 van 10.9.2002, blz. 18).


101.    32002 R 2301: Verordening (EG) nr. 2301/2002 van de Commissie van 20 december 2002 houdende vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Richtlijn 1999/105/EG van de Raad met betrekking tot de definitie van geringe hoeveelheden zaad (PB L 348 van 21.12.2002, blz. 75).

102.    32005 D 0853: Beschikking 2005/853/EG van de Commissie van 30 november 2005 waarbij Frankrijk wordt gemachtigd de verkoop aan de eindgebruiker met het oog op zaaien of planten in bepaalde gebieden van Frankrijk van teeltmateriaal van Pinus pinaster Ait. dat afkomstig is van het Iberisch Schiereiland en dat voor gebruik in die gebieden ongeschikt is, op grond van Richtlijn 1999/105/EG te verbieden (PB L 316 van 2.12.2005, blz. 14).

103.    32008 D 0971: Beschikking 2008/971/EG van de Raad van 16 december 2008 inzake de gelijkwaardigheid van in derde landen geproduceerd bosbouwkundig teeltmateriaal (PB L 345 van 23.12.2008, blz. 83), zoals gewijzigd bij:

   32012 D 1104: Besluit nr. 1104/2012/EU van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 (PB L 328 van 28.11.2012, blz. 1),

   32021 D 0536: Besluit (EU) 2021/536 van het Europees Parlement en de Raad van 24 maart 2021 (PB L 108 van 29.3.2021, blz. 1).

104.    32012 H 0090: Aanbeveling 2012/90/EU van de Commissie van 14 februari 2012 betreffende richtsnoeren voor de presentatie van de informatie voor de identificatie van partijen bosbouwkundig teeltmateriaal en de op het etiket of het document van de leverancier te verstrekken informatie (PB L 43 van 16.2.2012, blz. 38).


105.    32016 D 0771: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/771 van de Commissie van 13 mei 2016 tot verlening van een tijdelijke machtiging aan Spanje om het in de handel brengen toe te staan van uit Nieuw-Zeeland ingevoerd zaad van de soort Pinus radiata D. Don, dat niet voldoet aan de identificatie- en etiketteringsvoorschriften van Richtlijn 1999/105/EG van de Raad, alsmede van uit dat zaad geproduceerd plantgoed (PB L 127 van 18.5.2016, blz. 52).

106.    32021 D 0773: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/773 van de Commissie van 10 mei 2021 tot machtiging van de lidstaten om overeenkomstig Richtlijn 1999/105/EG van de Raad tijdelijke besluiten te nemen over de gelijkwaardigheid van in bepaalde derde landen geproduceerd bosbouwkundig teeltmateriaal van bepaalde categorieën (PB L 169 van 12.5.2021, blz. 1).

107.    32003 L 0090: Richtlijn 2003/90/EG van de Commissie van 6 oktober 2003 houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 7 van Richtlijn 2002/53/EG van de Raad met betrekking tot de kenmerken waartoe het onderzoek van bepaalde rassen van landbouwgewassen zich ten minste moet uitstrekken, en de minimumeisen voor dat onderzoek (PB L 254 van 8.10.2003, blz. 7), zoals gewijzigd bij:

   32005 L 0091: Richtlijn 2005/91/EG van de Commissie van 16 december 2005 (PB L 331 van 17.12.2005, blz. 24),

   32007 L 0048: Richtlijn 2007/48/EG van de Commissie van 26 juli 2007 (PB L 195 van 27.7.2007, blz. 29),

   32009 L 0097: Richtlijn 2009/97/EG van de Commissie van 3 augustus 2009 (PB L 202 van 4.8.2009, blz. 29),


   32010 L 0046: Richtlijn 2010/46/EU van de Commissie van 2 juli 2010 (PB L 169 van 3.7.2010, blz. 7),

   32011 L 0068: Uitvoeringsrichtlijn 2011/68/EU van de Commissie van 1 juli 2011 (PB L 175 van 2.7.2011, blz. 17),

   32012 L 0008: Uitvoeringsrichtlijn 2012/8/EU van de Commissie van 2 maart 2012 (PB L 64 van 3.3.2012, blz. 9),

   32012 L 0044: Uitvoeringsrichtlijn 2012/44/EU van de Commissie van 26 november 2012 (PB L 327 van 27.11.2012, blz. 37),

   32013 L 0057: Uitvoeringsrichtlijn 2013/57/EU van de Commissie van 20 november 2013 (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 38),

   32014 L 0105: Uitvoeringsrichtlijn 2014/105/EU van de Commissie van 4 december 2014 (PB L 349 van 5.12.2014, blz. 44),

   32015 L 1168: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2015/1168 van de Commissie van 15 juli 2015 (PB L 188 van 16.7.2015, blz. 39),

   32016 L 1914: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2016/1914 van de Commissie van 31 oktober 2016 (PB L 296 van 1.11.2016, blz. 7),

   32018 L 0100: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2018/100 van de Commissie van 22 januari 2018 (PB L 17 van 23.1.2018, blz. 34),


   32021 L 0746: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2021/746 van de Commissie van 6 mei 2021 (PB L 160 van 7.5.2021, blz. 94),

   32022 L 0905: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2022/905 van de Commissie van 9 juni 2022 (PB L 157 van 10.6.2022, blz. 1),

   32022 L 1647: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2022/1647 van de Commissie van 23 september 2022 (PB L 248 van 26.9.2022, blz. 46).

108.    32004 D 0842: Beschikking 2004/842/EG van de Commissie van 1 december 2004 tot vaststelling van uitvoeringsregels volgens welke de lidstaten toestemming kunnen geven voor het in de handel brengen van zaai- of pootgoed van rassen waarvoor de opname in de nationale rassenlijst voor landbouw- of groentegewassen is aangevraagd (PB L 362 van 9.12.2004, blz. 21), zoals gewijzigd bij:

   32016 D 0320: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/320 van de Commissie van 3 maart 2016 (PB L 60 van 5.3.2016, blz. 88),

   32021 D 0985: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/985 van de Commissie van 3 juni 2021 (PB L 216 van 18.6.2021, blz. 204).

109.    32005 D 0834: Beschikking 2005/834/EG van de Raad van 8 november 2005 over de gelijkwaardigheid van in bepaalde derde landen verrichte controles op de instandhouding van rassen en tot wijziging van Beschikking 2003/17/EG (PB L 312 van 29.11.2005, blz. 51), zoals gewijzigd bij:

   32006 R 1791: Verordening (EG) nr. 1791/2006 van de Raad van 20 november 2006 (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 1).


110.    32006 D 0010: Beschikking 2006/10/EG van de Commissie van 10 januari 2006 betreffende het voorlopige verbod in Griekenland op het in de handel brengen van zaad van maïshybriden met de genetische modificatie MON 810, opgenomen in de gemeenschappelijke rassenlijst voor landbouwgewassen, overeenkomstig Richtlijn 2002/53/EG (PB L 7 van 12.1.2006, blz. 27).

111.    32021 R 0384: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/384 van de Commissie van 3 maart 2021 betreffende de geschiktheid van rasbenamingen voor landbouw- en groentegewassen en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 637/2009 (PB L 74 van 4.3.2021, blz. 27).

112.    32020 D 1106: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1106 van de Commissie van 24 juli 2020 betreffende de organisatie van een tijdelijk experiment uit hoofde van de Richtlijnen 66/401/EEG, 66/402/EEG, 2002/54/EG en 2002/57/EG van de Raad wat betreft het officiële controlepercentage voor veldkeuringen onder officieel toezicht voor basiszaad, kwekerszaad van generaties die aan het basiszaad voorafgaan en gecertificeerd zaad (PB L 242 van 28.7.2020, blz. 7).

113.    31989 L 0014: Richtlijn 89/14/EEG van de Commissie van 15 december 1988 tot vaststelling van de rassengroepen voor snijbiet en kroten, bedoeld in de voorwaarden inzake scheiding van gewassen als aangegeven in bijlage I bij Richtlijn 70/458/EEG van de Raad betreffende het in de handel brengen van groentezaad (PB L 8 van 11.1.1989, blz. 9).


114.    32003 L 0091: Richtlijn 2003/91/EG van de Commissie van 6 oktober 2003 houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 7 van Richtlijn 2002/55/EG van de Raad wat betreft de kenmerken waartoe het onderzoek van bepaalde rassen van groentegewassen zich ten minste moet uitstrekken, en de minimumeisen voor dat onderzoek (PB L 254 van 8.10.2003, blz. 11), zoals gewijzigd bij:

   32006 L 0127: Richtlijn 2006/127/EG van de Commissie van 7 december 2006 (PB L 343 van 8.12.2006, blz. 82),

   32007 L 0049: Richtlijn 2007/49/EG van de Commissie van 26 juli 2007 (PB L 195 van 27.7.2007, blz. 33),

   32008 L 0083: Richtlijn 2008/83/EG van de Commissie van 13 augustus 2008 (PB L 219 van 14.8.2008, blz. 55),

   32009 L 0097: Richtlijn 2009/97/EG van de Commissie van 3 augustus 2009 (PB L 202 van 4.8.2009, blz. 29),

   32010 L 0046: Richtlijn 2010/46/EU van de Commissie van 2 juli 2010 (PB L 169 van 3.7.2010, blz. 7),

   32011 L 0068: Uitvoeringsrichtlijn 2011/68/EU van de Commissie van 1 juli 2011 (PB L 175 van 2.7.2011, blz. 17),

   32012 L 0044: Uitvoeringsrichtlijn 2012/44/EU van de Commissie van 26 november 2012 (PB L 327 van 27.11.2012, blz. 37),


   32013 L 0057: Uitvoeringsrichtlijn 2013/57/EU van de Commissie van 20 november 2013 (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 38),

   32014 L 0105: Uitvoeringsrichtlijn 2014/105/EU van de Commissie van 4 december 2014 (PB L 349 van 5.12.2014, blz. 44),

   32015 L 1168: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2015/1168 van de Commissie van 15 juli 2015 (PB L 188 van 16.7.2015, blz. 39),

   32016 L 1914: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2016/1914 van de Commissie van 31 oktober 2016 (PB L 296 van 1.11.2016, blz. 7),

   32018 L 0100: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2018/100 van de Commissie van 22 januari 2018 (PB L 17 van 23.1.2018, blz. 34),

   32021 L 0746: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2021/746 van de Commissie van 6 mei 2021 (PB L 160 van 7.5.2021, blz. 94),

   32022 L 0905: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2022/905 van de Commissie van 9 juni 2022 (PB L 157 van 10.6.2022, blz. 1),

   32022 L 1648: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2022/1648 van de Commissie van 23 september 2022 (PB L 248 van 26.9.2022, blz. 52).


115.    32012 D 0340: Uitvoeringsbesluit 2012/340/EU van de Commissie van 25 juni 2012 betreffende het opzetten van een tijdelijk experiment uit hoofde van de Richtlijnen 66/401/EEG, 66/402/EEG, 2002/54/EG, 2002/55/EG en 2002/57/EG van de Raad ten aanzien van veldkeuringen onder officieel toezicht voor basiszaad en kwekerszaad van generaties die aan het basiszaad voorafgaan (PB L 166 van 27.6.2012, blz. 90).

116.    32004 D 0003: Beschikking 2004/3/EG van de Commissie van 19 december 2003 tot machtiging van sommige lidstaten om, wat de handel in pootaardappelen betreft, voor hun gehele grondgebied of een gedeelte daarvan ten aanzien van bepaalde ziekten strengere maatregelen toe te passen dan op grond van de bijlagen I en II bij Richtlijn 2002/56/EG van de Raad is vereist (PB L 2 van 6.1.2004, blz. 47), zoals gewijzigd bij:

   32014 D 0105: Uitvoeringsbesluit 2014/105/EU van de Commissie van 24 februari 2014 (PB L 56 van 26.2.2014, blz. 16),

   32020 D 2113: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/2113 van de Commissie van 16 december 2020 (PB L 427 van 17.12.2020, blz. 21).

117.    32014 L 0020: Uitvoeringsrichtlijn 2014/20/EU van de Commissie van 6 februari 2014 tot vaststelling van EU-klassen voor basispootgoed en gecertificeerd pootgoed van aardappelen en van de daarvoor geldende eisen en aanduidingen (PB L 38 van 7.2.2014, blz. 32).

118.    32014 L 0021: Uitvoeringsrichtlijn 2014/21/EU van de Commissie van 6 februari 2014 tot vaststelling van minimumeisen en EU-klassen voor prebasispootgoed van aardappelen (PB L 38 van 7.2.2014, blz. 39), zoals gewijzigd bij:

   32020 L 0177: Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2020/177 van de Commissie van 11 februari 2020 (PB L 41 van 13.2.2020, blz. 1).


119.    32017 D 0547: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/547 van de Commissie van 21 maart 2017 betreffende de organisatie, uit hoofde van Richtlijn 2002/56/EG van de Raad, van een tijdelijk experiment met uit echt aardappelzaad gekweekte pootaardappelen (PB L 78 van 23.3.2017, blz. 65).

120.    31997 D 0125: Beschikking 97/125/EG van de Commissie van 24 januari 1997 houdende machtiging om de voorgeschreven gegevens onuitwisbaar aan te brengen op de verpakkingen van zaaizaad van olie- en vezelgewassen en tot wijziging van Beschikking 87/309/EEG houdende machtiging om de voorgeschreven gegevens onuitwisbaar aan te brengen op de verpakkingen van zaaizaad van bepaalde soorten van voedergewassen (PB L 48 van 19.2.1997, blz. 35).

121.    32004 D 0266: Beschikking 2004/266/EG van de Commissie van 17 maart 2004 houdende machtiging om de voorgeschreven gegevens onuitwisbaar aan te brengen op de verpakkingen van zaaizaad van voedergewassen (PB L 83 van 20.3.2004, blz. 23).

122.    32008 L 0124: Richtlijn 2008/124/EG van de Commissie van 18 december 2008 waarbij de handel in zaaizaad van sommige soorten groenvoedergewassen, oliehoudende planten en vezelgewassen wordt beperkt tot zaaizaad dat officieel als “basiszaad” of als “gecertificeerd zaad” is goedgekeurd (PB L 340 van 19.12.2008, blz. 73).

123.    32020 D 1106: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1106 van de Commissie van 24 juli 2020 betreffende de organisatie van een tijdelijk experiment uit hoofde van de Richtlijnen 66/401/EEG, 66/402/EEG, 2002/54/EG en 2002/57/EG van de Raad wat betreft het officiële controlepercentage voor veldkeuringen onder officieel toezicht voor basiszaad, kwekerszaad van generaties die aan het basiszaad voorafgaan en gecertificeerd zaad (PB L 242 van 28.7.2020, blz. 7).

124.    32008 L 0062: Richtlijn 2008/62/EG van de Commissie van 20 juni 2008 tot vaststelling van bepaalde afwijkingen voor de toelating van landrassen en rassen in de landbouw die zich op natuurlijke wijze hebben aangepast aan de lokale en regionale omstandigheden en die door genetische erosie worden bedreigd, en voor het in de handel brengen van zaaizaad en pootaardappelen van die landrassen en rassen (PB L 162 van 21.6.2008, blz. 13).


125.    32009 L 0145: Richtlijn 2009/145/EG van de Commissie van 26 november 2009 tot vaststelling van bepaalde afwijkingen voor de toelating van landrassen en rassen van groenten die van oudsher op bepaalde plaatsen en in bepaalde gebieden worden gekweekt en die door genetische erosie worden bedreigd, en van groenterassen die geen intrinsieke waarde hebben voor de commerciële productie van gewassen maar die ontwikkeld zijn voor teelt onder bijzondere omstandigheden, en voor het in de handel brengen van zaaizaad van die landrassen en rassen (PB L 312 van 27.11.2009, blz. 44), zoals gewijzigd bij:

   32013 L 0045: Uitvoeringsrichtlijn 2013/45/EU van de Commissie van 7 augustus 2013 (PB L 213 van 8.8.2013, blz. 20).


HOOFDSTUK 4

KWEKERSRECHTEN

1.    31994 R 2100: Verordening (EG) nr. 2100/94 van de Raad van 27 juli 1994 inzake het communautaire kwekersrecht (PB L 227 van 1.9.1994, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   31995 R 2506: Verordening (EG) nr. 2506/95 van de Raad van 25 oktober 1995 (PB L 258 van 28.10.1995, blz. 3),

   32003 R 0807: Verordening (EG) nr. 807/2003 van de Raad van 14 april 2003 (PB L 122 van 16.5.2003, blz. 36),

   32003 R 1650: Verordening (EG) nr. 1650/2003 van de Raad van 18 juni 2003 (PB L 245 van 29.9.2003, blz. 28),

   32004 R 0873: Verordening (EG) nr. 873/2004 van de Raad van 29 april 2004 (PB L 162 van 30.4.2004, blz. 38),

   32008 R 0015: Verordening (EG) nr. 15/2008 van de Raad van 20 december 2007 (PB L 8 van 11.1.2008, blz. 2).

2.    31996 R 2470: Verordening (EG) nr. 2470/96 van de Raad van 17 december 1996 houdende verlenging van de looptijd van een communautair kwekersrecht voor aardappelen (PB L 335 van 24.12.1996, blz. 10).


3.    31995 R 1238: Verordening (EG) nr. 1238/95 van de Commissie van 31 mei 1995 houdende toepassingsbepalingen van Verordening (EG) nr. 2100/94 van de Raad met betrekking tot de aan het Communautair Bureau voor plantenrassen te betalen rechten (PB L 121 van 1.6.1995, blz. 31), zoals gewijzigd bij:

   32000 R 0329: Verordening (EG) nr. 329/2000 van de Commissie van 11 februari 2000 (PB L 37 van 12.2.2000, blz. 19),

   32003 R 0569: Verordening (EG) nr. 569/2003 van de Commissie van 28 maart 2003 (PB L 82 van 29.3.2003, blz. 13),

   32005 R 1177: Verordening (EG) nr. 1177/2005 van de Commissie van 20 juli 2005 (PB L 189 van 21.7.2005, blz. 26),

   32005 R 2039: Verordening (EG) nr. 2039/2005 van de Commissie van 14 december 2005 (PB L 328 van 15.12.2005, blz. 33),

   32008 R 0572: Verordening (EG) nr. 572/2008 van de Commissie van 19 juni 2008 (PB L 161 van 20.6.2008, blz. 7),

   32012 R 0510: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 510/2012 van de Commissie van 15 juni 2012 (PB L 156 van 16.6.2012, blz. 38),

   32013 R 0623: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 623/2013 van de Commissie van 27 juni 2013 (PB L 177 van 28.6.2013, blz. 20),


   32014 R 1294: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1294/2014 van de Commissie van 4 december 2014 (PB L 349 van 5.12.2014, blz. 30),

   32015 R 2206: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2206 van de Commissie van 30 november 2015 (PB L 314 van 1.12.2015, blz. 22),

   32016 R 2141: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2141 van de Commissie van 6 december 2016 (PB L 332 van 7.12.2016, blz. 13),

   32019 R 1978: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1978 van de Commissie van 26 november 2019 (PB L 308 van 29.11.2019, blz. 58).

4.    31995 R 1768: Verordening (EG) nr. 1768/95 van de Commissie van 24 juli 1995 houdende vaststelling, overeenkomstig artikel 14, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2100/94 van de Raad inzake het communautaire kwekersrecht, van uitvoeringsbepalingen betreffende de afwijking ten gunste van landbouwers (PB L 173 van 25.7.1995, blz. 14), zoals gewijzigd bij:

   31998 R 2605: Verordening (EG) nr. 2605/98 van de Commissie van 3 december 1998 (PB L 328 van 4.12.1998, blz. 6).

5.    32000 Y 1223(03): Code van goed administratief gedrag voor het Communautair Bureau voor plantenrassen (PB C 371 van 23.12.2000, blz. 14).

6.    32007 D 0858: Besluit 2007/858/EG van de Raad van 17 december 2007 houdende de benoeming van de voorzitter van de Kamer van beroep van het Communautair Bureau voor Plantenrassen en van zijn plaatsvervanger (PB L 337 van 21.12.2007, blz. 105).


7.    32009 R 0874: Verordening (EG) nr. 874/2009 van de Commissie van 17 september 2009 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 2100/94 van de Raad wat betreft de procedures voor het Communautair Bureau voor plantenrassen (PB L 251 van 24.9.2009, blz. 3), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 1448: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1448 van de Commissie van 1 september 2016 (PB L 236 van 2.9.2016, blz. 1).

8.    32020 Q 0810(01): Besluit van de raad van bestuur van het Communautair Bureau voor plantenrassen van 1 april 2020 aangaande interne voorschriften betreffende beperkingen van bepaalde rechten van de betrokkenen in verband met de verwerking van persoonsgegevens in het kader van de werking van het CPVO (PB L 259 van 10.8.2020, blz. 32).

9.    32021 R 1873: Verordening (EU) 2021/1873 van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2021 betreffende de verlenging van de duur van het communautaire kwekersrecht voor rassen van de soort Asparagus officinalis L. en van de soortgroepen bloembollen, houtig kleinfruit en houtige sierplanten (PB L 378 van 26.10.2021, blz. 1).


HOOFDSTUK 5

INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN VAN DE UNIE

AFDELING A

EER-OVEREENKOMST

1.    31994 D 0001: Besluit van de Raad en de Commissie van 13 december 1993 betreffende de sluiting van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte tussen de Europese Gemeenschappen, hun lidstaten en de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland, de Republiek IJsland, het Vorstendom Liechtenstein, het Koninkrijk Noorwegen, het Koninkrijk Zweden en de Zwitserse Bondsstaat (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 1).

2.    21994 A 0103(01): Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte – Slotakte – Gemeenschappelijke verklaringen – Verklaringen van de lidstaten en de EVA-landen – Regelingen – Proces-verbaal van overeenstemming – Verklaringen van één of meerdere contracterende partijen betreffende de Europese Economische Ruimte (PB L 001 van 3.1.1994, blz. 3).

3.    21994 A 0103(74): Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte – Bijlage I – Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden – Lijst bedoeld in artikel 17 (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 220), zoals gewijzigd bij (na de vaststelling van een gecodificeerde versie):

   22002 D 0080: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 80/2002 van 25 juni 2002 (PB L 266 van 3.10.2002, blz. 26),


   22002 D 0123(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 123/2002 van 27 september 2002 (PB L 336 van 12.12.2002, blz. 19),

   22002 D 0158: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 158/2002 van 6 december 2002 (PB L 38 van 13.2.2003, blz. 8),

   22003 D 0003: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 3/2003 van 31 januari 2003 (PB L 94 van 10.4.2003, blz. 47),

   22003 D 0040: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 40/2003 van 16 mei 2003 (PB L 193 van 31.7.2003, blz. 3),

   22003 D 0070: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 70/2003 van 20 juni 2003 (PB L 257 van 9.10.2003, blz. 14),

   22003 D 0104: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 104/2003 van 26 september 2003 (PB L 331 van 18.12.2003, blz. 12),

   22003 D 0169: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 169/2003 van 5 december 2003 (PB L 88 van 25.3.2004, blz. 39),

   22004 D 0016: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 16/2004 van 19 maart 2004 (PB L 127 van 29.4.2004, blz. 116),

   22004 D 0017: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 17/2004 van 19 maart 2004 (PB L 127 van 29.4.2004, blz. 118),


   22004 D 0121: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 121/2004 van 24 september 2004 (PB L 64 van 10.3.2005, blz. 15),

   22004 D 0141: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 141/2004 van 29 oktober 2004 (PB L 102 van 21.4.2005, blz. 6),

   22004 D 0161: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 161/2004 van 3 december 2004 (PB L 133 van 26.5.2005, blz. 1),

   22005 D 0030: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 30/2005 van 11 maart 2005 (PB L 198 van 28.7.2005, blz. 18),

   22005 D 0095: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 95/2005 van 8 juli 2005 (PB L 306 van 24.11.2005, blz. 18),

   22005 D 0110: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 110/2005 van 30 september 2005 (PB L 339 van 22.12.2005, blz. 6),

   22005 D 0141(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 141/2005 van 2 december 2005 (PB L 53 van 23.2.2006, blz. 36),

   22005 D 0142: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 142/2005 van 2 december 2005 (PB L 53 van 23.2.2006, blz. 38),

   22006 D 0108: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 108/2006 van 22 september 2006 (PB L 333 van 30.11.2006, blz. 23),


   22006 D 0143: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 143/2006 van 8 december 2006 (PB L 89 van 29.3.2007, blz. 9),

   22007 D 0003: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 3/2007 van 27 april 2007 (PB L 209 van 9.8.2007, blz. 5),

   22007 D 0004: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 4/2007 van 27 april 2007 (PB L 209 van 9.8.2007, blz. 8),

   22007 D 0075: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 75/2007 van 6 juli 2007 (PB L 328 van 13.12.2007, blz. 10),

   22007 D 0097: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 97/2007 van 28 september 2007 (PB L 47 van 21.2.2008, blz. 3),

   22007 D 0153: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 153/2007 van 7 december 2007 (PB L 124 van 8.5.2008, blz. 13),

   22008 D 0002: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 2/2008 van 1 februari 2008 (PB L 154 van 12.6.2008, blz. 4),

   22008 D 0044: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 44/2008 van 25 april 2008 (PB L 223 van 21.8.2008, blz. 37),

   22008 D 0060: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 60/2008 van 7 december 2007 (PB L 257 van 25.9.2008, blz. 19),


   22009 D 0025: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 25/2009 van 17 maart 2009 (PB L 130 van 28.5.2009, blz. 15),

   22009 D 0058: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 58/2009 van 29 mei 2009 (PB L 232 van 3.9.2009, blz. 8),

   22009 D 0077: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 77/2009 van 3 juli 2009 (PB L 277 van 22.10.2009, blz. 25),

   22009 D 0122: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 122/2009 van 4 december 2009 (PB L 62 van 11.3.2010, blz. 5),

   22009 D 0123: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 123/2009 van 4 december 2009 (PB L 62 van 11.3.2010, blz. 7),

   22010 D 0003: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 3/2010 van 29 januari 2010 (PB L 101 van 22.4.2010, blz. 9),

   22010 D 0041: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 41/2010 van 30 april 2010 (PB L 181 van 15.7.2010, blz. 7),

   22010 D 0042: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 42/2010 van 30 april 2010 (PB L 181 van 15.7.2010, blz. 9).

   22010 D 0043: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 43/2010 van 30 april 2010 (PB L 181 van 15.7.2010, blz. 11),


   22010 D 0097: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 97/2010 van 1 oktober 2010 (PB L 332 van 16.12.2010, blz. 47),

   22010 D 0098: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 98/2010 van 1 oktober 2010 (PB L 332 van 16.12.2010, blz. 48),

   22010 D 0099: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 99/2010 van 1 oktober 2010 (PB L 332 van 16.12.2010, blz. 49),

   22011 D 0028: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 28/2011 van 1 april 2011 (PB L 171 van 30.6.2011, blz. 27),

   22011 D 0030: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 30/2011 van 1 april 2011 (PB L 171 van 30.6.2011, blz. 30),

   22011 D 0064: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 64/2011 van 1 juli 2011 (PB L 262 van 6.10.2011, blz. 17),

   22011 D 0065: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 65/2011 van 1 juli 2011 (PB L 262 van 6.10.2011, blz. 19).

   22011 D 0069: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 69/2011 van 1 juli 2011 (PB L 262 van 6.10.2011, blz. 24),

   22011 D 0115(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 115/2011 van 21 oktober 2011 (PB L 341 van 22.12.2011, blz. 78),


   22012 D 0004: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 4/2012 van 10 februari 2012 (PB L 161 van 21.6.2012, blz. 7),

   22012 D 0005: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 5/2012 van 10 februari 2012 (PB L 161 van 21.6.2012, blz. 8),

   22012 D 0039: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 39/2012 van 30 maart 2012 (PB L 207 van 2.8.2012, blz. 13),

   22013 D 0054: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 54/2013 van 3 mei 2013 (PB L 291 van 31.10.2013, blz. 5),

   22013 D 0107: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 107/2013 van 14 juni 2013 (PB L 318 van 28.11.2013, blz. 8),

   22013 D 0184: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 184/2013 van 8 november 2013 (PB L 92 van 27.3.2014, blz. 9),

   22013 D 0219: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 219/2013 van 13 december 2013 (PB L 154 van 22.5.2014, blz. 12),

   22013 D 0220: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 220/2013 van 13 december 2013 (PB L 154 van 22.5.2014, blz. 13),

   22013 D 0221: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 221/2013 van 13 december 2013 (PB L 154 van 22.5.2014, blz. 15),


   22014 D 0118: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 118/2014 van 27 juni 2014 (PB L 342 van 27.11.2014, blz. 10),

   22014 D 0169: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 169/2014 van 25 september 2014 (PB L 202 van 30.7.2015, blz. 15),

   22014 D 0170: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 170/2014 van 25 september 2014 (PB L 202 van 30.7.2015, blz. 17),

   22014 D 0212: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 212/2014 van 24 oktober 2014 (PB L 230 van 3.9.2015, blz. 6),

   22015 D 2122: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 255/2014 van 12 december 2014 (PB L 311 van 26.11.2015, blz. 3),

   22015 D 2124: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 257/2014 van 12 december 2014 (PB L 311 van 26.11.2015, blz. 5),

   22016 D 0495: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 7/2015 van 25 februari 2015 (PB L 93 van 7.4.2016, blz. 11),

   22016 D 0496: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 8/2015 van 25 februari 2015 (PB L 93 van 7.4.2016, blz. 13),

   22016 D 0724: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 41/2015 van 20 maart 2015 (PB L 129 van 19.5.2016, blz. 15),


   22017 D 0023: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 183/2015 van 10 juli 2015 (PB L 8 van 12.1.2017, blz. 12),

   22017 D 0511: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 204/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 14),

   22017 D 0512: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 205/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 16),

   22017 D 0513: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 206/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 18),

   22017 D 1292: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 9/2016 van 5 februari 2016 (PB L 189 van 20.7.2017, blz. 14),

   22017 D 1808: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 297/2015 van 11 december 2015 (PB L 263 van 12.10.2017, blz. 5),

   22017 D 1809: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 298/2015 van 11 december 2015 (PB L 263 van 12.10.2017, blz. 7),

   22017 D 1810: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 299/2015 van 11 december 2015 (PB L 263 van 12.10.2017, blz. 8),

   22017 D 2022: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 72/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 11),


   22017 D 2024: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 74/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 13),

   22017 D 2025: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 75/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 15),

   22017 D 2026: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 76/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 17),

   22017 D 2027: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 77/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 19),

   22017 D 2126: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 108/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 6),

   22017 D 2127: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 109/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 8),

   22017 D 2128: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 110/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 10),

   22018 D 0359: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 137/2016 van 8 juli 2016 (PB L 73 van 15.3.2018, blz. 6),

   22018 D 1163: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 225/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 15),


   22018 D 1748: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 14/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 17),

   22018 D 1749: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 15/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 18),

   22018 D 1750: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 16/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 20),

   22018 D 1751: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 17/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 21),

   22018 D 1752: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 18/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 22),

   22018 D 1753: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 19/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 24),

   22018 D 1814: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 50/2017 van 17 maart 2017 (PB L 305 van 29.11.2018, blz. 13),

   22018 D 1815: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 51/2017 van 17 maart 2017 (PB L 305 van 29.11.2018, blz. 15),

   22019 D 0190: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 78/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 20),


   22019 D 0191: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 79/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 21),

   22019 D 0192: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 80/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 22),

   22019 D 0202: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 90/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 37),

   22019 D 0203: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 91/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 39),

   22019 D 0748: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 141/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 39),

   22019 D 1068: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 180/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 49),

   22019 D 1069: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 181/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 50),

   22019 D 1070: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 182/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 52),

   22019 D 1625: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 216/2017 van 15 december 2017 (PB L 254 van 3.10.2019, blz. 19),


   22019 D 1626: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 218/2017 van 15 december 2017 (PB L 254 van 3.10.2019, blz. 21),

   22019 D 1627: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 219/2017 van 15 december 2017 (PB L 254 van 3.10.2019, blz. 23),

   22020 D 0057: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 40/2018 van 23 maart 2018 (PB L 26 van 30.1.2020, blz. 11),

   22020 D 0295: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 276/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 5),

   22020 D 0303: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 285/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 19),

   22020 D 0304: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 286/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 20),

   22020 D 0305: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 287/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 22),

   22020 D 0808: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 54/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 16),

   22020 D 0809: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 55/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 18),


   22020 D 0922: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 3/2019 van 8 februari 2019 (PB L 228 van 16.7.2020, blz. 5),

   22020 D 0924: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 5/2019 van 8 februari 2019 (PB L 228 van 16.7.2020, blz. 9),

   22020 D 0925: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 6/2019 van 8 februari 2019 (PB L 228 van 16.7.2020, blz. 11),

   22020 D 1441: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 81/2018 van 27 april 2018 (PB L 340 van 15.10.2020, blz. 11),

   22021 D 0194: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 132/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 18),

   22021 D 0195: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 133/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 20),

   22022 D 1545: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 101/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 26),

   22022 D 1546: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 102/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 28),

   22022 D 1547: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 103/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 30),


   22022 D 1550: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 106/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 35),

   22022 D 1552: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 108/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 39),

   22022 D 1553: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 109/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 41),

   22022 D 1554: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 110/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 43),

   22022 D 1555: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 111/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 45),

   22022 D 1556: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 112/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 47),

   22022 D 1588: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 144/2019 van 14 juni 2019 (PB L 291 van 10.11.2022, blz. 14),

   22022 D 1589: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 145/2019 van 14 juni 2019 (PB L 291 van 10.11.2022, blz. 16),

   22022 D 1590: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 146/2019 van 14 juni 2019 (PB L 291 van 10.11.2022, blz. 18).


Een geconsolideerde versie van bijlage I bij de EER-overeenkomst is beschikbaar op de website van de

Europese Vrijhandelsassociatie (“EVA”): https://www.efta.int/.

4.    21994 A 0103(74): Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte – Bijlage II – Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie – Lijst bedoeld in artikel 23 (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 263), zoals gewijzigd bij:

   21994 D 1231(03): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 32/94 van 15 december 1994 (PB L 372 van 31.12.1994, blz. 4),

   21994 D 1231(05): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 34/94 van 15 december 1994 (PB L 372 van 31.12.1994, blz. 7),

   21995 D 0302(09): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 9/95 van 27 januari 1995 (PB L 47 van 2.3.1995, blz. 29),

   21996 D 0523(05): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 15/96 van 4 maart 1996 (PB L 124 van 23.5.1996, blz. 17),

   21996 D 0613(10): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 46/95 van 22 juni 1995 (PB L 140 van 13.6.1996, blz. 42),

   21997 D 0123(04): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 51/96 van 4 oktober 1996 (PB L 21 van 23.1.1997, blz. 6),

   21997 D 0313(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 60/96 van 22 november 1996 (PB L 71 van 13.3.1997, blz. 27),


   21997 D 0710(13): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 14/97 van 24 maart 1997 (PB L 182 van 10.7.1997, blz. 46),

   21997 D 1120(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 51/97 van 31 juli 1997 (PB L 316 van 20.11.1997, blz. 12),

   21997 D 1120(02): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 52/97 van 31 juli 1997 (PB L 316 van 20.11.1997, blz. 14),

   21997 D 1120(08): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 58/97 van 31 juli 1997 (PB L 316 van 20.11.1997, blz. 20),

   21998 D 0507(06): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 79/97 van 12 november 1997 (PB L 134 van 7.5.1998, blz. 8),

   21999 D 0722(02): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 83/98 van 25 september 1998 (PB L 189 van 22.7.1999, blz. 54),

   21999 D 0722(07): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 88/98 van 25 september 1998 (PB L 189 van 22.7.1999, blz. 61),

   21999 D 0722(08): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 89/98 van 25 september 1998 (PB L 189 van 22.7.1999, blz. 62),

   22000 D 0210(02): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 2/1999 van 29 januari 1999 (PB L 35 van 10.2.2000, blz. 30),


   22000 D 0615(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 25/2000 van 31 maart 2000 (PB L 141 van 15.6.2000, blz. 44),

   22000 D 1109(18): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 63/1999 van 28 mei 1999 (PB L 284 van 9.11.2000, blz. 45),

   22000 D 1123(17): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 92/1999 van 16 juli 1999 (PB L 296 van 23.11.2000, blz. 56),

   22000 D 1214(08): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 78/2000 van 2 oktober 2000 (PB L 315 van 14.12.2000, blz. 18),

   21999 D 0163: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 163/1999 van 26 november 1999 (PB L 61 van 1.3.2001, blz. 14),

   22001 D 0063: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 63/2001 van 19 juni 2001 (PB L 238 van 6.9.2001, blz. 7),

   22001 D 0064: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 64/2001 van 19 juni 2001 (PB L 238 van 6.9.2001, blz. 8),

   22001 D 0070: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 70/2001 van 19 juni 2001 (PB L 238 van 6.9.2001, blz. 17),

   22001 D 0112: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 112/2001 van 28 september 2001 (PB L 322 van 6.12.2001, blz. 23),


   22001 D 0134: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 134/2001 van 23 november 2001 (PB L 22 van 24.1.2002, blz. 22),

   22001 D 0135: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 135/2001 van 23 november 2001 (PB L 22 van 24.1.2002, blz. 24),

   22002 D 0002: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 2/2002 van 1 februari 2002 (PB L 88 van 4.4.2002, blz. 3),

   22002 D 0029: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 29/2002 van 19 april 2002 (PB L 154 van 13.6.2002, blz. 8),

   22002 D 0049: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 49/2002 van 31 mei 2002 (PB L 238 van 5.9.2002, blz. 4),

   22002 D 0054: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 54/2002 van 31 mei 2002 (PB L 238 van 5.9.2002, blz. 14),

   22002 D 0101(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 101/2002 van 12 juli 2002 (PB L 298 van 31.10.2002, blz. 15),

   22002 D 0126(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 126/2002 van 27 september 2002 (PB L 336 van 12.12.2002, blz. 25),

   22002 D 0139(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 139/2002 van 8 november 2002 (PB L 19 van 23.1.2003, blz. 3),


   22003 D 0004(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 4/2003 van 31 januari 2003 (PB L 94 van 10.4.2003, blz. 49),

   22003 D 0005: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 5/2003 van 31 januari 2003 (PB L 94 van 10.4.2003, blz. 51),

   22003 D 0007: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 7/2003 van 31 januari 2003 (PB L 94 van 10.4.2003, blz. 55),

   22003 D 0042: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 42/2003 van 16 mei 2003 (PB L 193 van 31.7.2003, blz. 8),

   22003 D 0071: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 71/2003 van 20 juni 2003 (PB L 257 van 9.10.2003, blz. 16),

   22003 D 0072: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 72/2003 van 20 juni 2003 (PB L 257 van 9.10.2003, blz. 18),

   22003 D 0073: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 73/2003 van 20 juni 2003 (PB L 257 van 9.10.2003, blz. 20),

   22003 D 0077: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 77/2003 van 20 juni 2003 (PB L 257 van 9.10.2003, blz. 27),

   22003 D 0089: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 89/2003 van 11 juli 2003 (PB L 272 van 23.10.2003, blz. 24),


   22003 D 0146: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 146/2003 van 7 november 2003 (PB L 41 van 12.2.2004, blz. 31),

   22003 D 0148: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 148/2003 van 7 november 2003 (PB L 41 van 12.2.2004, blz. 35),

   22003 D 0174: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 174/2003 van 5 december 2003 (PB L 88 van 25.3.2004, blz. 49),

   22004 D 0020: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 20/2004 van 19 maart 2004 (PB L 127 van 29.4.2004, blz. 124),

   22004 D 0124: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 124/2004 van 24 september 2004 (PB L 64 van 10.3.2005, blz. 41),

   22004 D 0148: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 148/2004 van 29 oktober 2004 (PB L 102 van 21.4.2005, blz. 21),

   22004 D 0166: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 166/2004 van 3 december 2004 (PB L 133 van 26.5.2005, blz. 11),

   22005 D 0054: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 54/2005 van 29 april 2005 (PB L 239 van 15.9.2005, blz. 28),

   22005 D 0062: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 62/2005 van 29 april 2005 (PB L 239 van 15.9.2005, blz. 44),


   22005 D 0078: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 78/2005 van 10 juni 2005 (PB L 268 van 13.10.2005, blz. 8),

   22005 D 0114: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 114/2005 van 30 september 2005 (PB L 339 van 22.12.2005, blz. 14),

   22005 D 0132: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 132/2005 van 21 oktober 2005 (PB L 14 van 19.1.2006, blz. 20),

   22005 D 0143: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 143/2005 van 2 december 2005 (PB L 53 van 23.2.2006, blz. 39),

   22006 D 0045: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 45/2006 van 28 april 2006 (PB L 175 van 29.6.2006, blz. 92),

   22006 D 0056: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 56/2006 van 2 juni 2006 (PB L 245 van 7.9.2006, blz. 1),

   22006 D 0078: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 78/2006 van 7 juli 2006 (PB L 289 van 19.10.2006, blz. 8),

   22006 D 0079: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 79/2006 van 7 juli 2006 (PB L 289 van 19.10.2006, blz. 10),

   22006 D 0111(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 111/2006 van 22 september 2006 (PB L 333 van 30.11.2006, blz. 29),


   22006 D 0112(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 112/2006 van 22 september 2006 (PB L 333 van 30.11.2006, blz. 30),

   22007 D 0007: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 7/2007 van 27 april 2007 (PB L 209 van 9.8.2007, blz. 13),

   22007 D 0008: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 8/2007 van 27 april 2007 (PB L 209 van 9.8.2007, blz. 15),

   22007 D 0013: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 13/2007 van 27 april 2007 (PB L 209 van 9.8.2007, blz. 22),

   22007 D 0082: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 82/2007 van 6 juli 2007 (PB L 328 van 13.12.2007, blz. 23),

   22007 D 0103: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 103/2007 van 28 september 2007 (PB L 47 van 21.2.2008, blz. 18),

   22007 D 0154: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 154/2007 van 7 december 2007 (PB L 124 van 8.5.2008, blz. 15),

   22008 D 0005: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 5/2008 van 1 februari 2008 (PB L 154 van 12.6.2008, blz. 9),

   22008 D 0023: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 23/2008 van 14 maart 2008 (PB L 182 van 10.7.2008, blz. 7),


   22008 D 0044: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 44/2008 van 25 april 2008 (PB L 223 van 21.8.2008, blz. 37),

   22008 D 0061: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 61/2008 van 6 juni 2008 (PB L 257 van 25.9.2008, blz. 21),

   22008 D 0098: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 98/2008 van 26 september 2008 (PB L 309 van 20.11.2008, blz. 19),

   22009 D 0058: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 58/2009 van 29 mei 2009 (PB L 232 van 3.9.2009, blz. 8),

   22009 D 0122: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 122/2009 van 4 december 2009 (PB L 62 van 11.3.2010, blz. 5),

   22009 D 0127: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 127/2009 van 4 december 2009 (PB L 62 van 11.3.2010, blz. 14),

   22011 D 0030: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 30/2011 van 1 april 2011 (PB L 171 van 30.6.2011, blz. 30),

   22011 D 0069: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 69/2011 van 1 juli 2011 (PB L 262 van 6.10.2011, blz. 24),

   22011 D 0115(01): Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 115/2011 van 21 oktober 2011 (PB L 341 van 22.12.2011, blz. 78),


   22012 D 0005: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 5/2012 van 10 februari 2012 (PB L 161 van 21.6.2012, blz. 8),

   22012 D 0039: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 39/2012 van 30 maart 2012 (PB L 207 van 2.8.2012, blz. 13),

   22012 D 0151: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 151/2012 van 26 juli 2012 (PB L 309 van 8.11.2012, blz. 36),

   22013 D 0057: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 57/2013 van 3 mei 2013 (PB L 291 van 31.10.2013, blz. 9),

   22013 D 0058: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 58/2013 van 3 mei 2013 (PB L 291 van 31.10.2013, blz. 11),

   22013 D 0184: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 184/2013 van 8 november 2013 (PB L 92 van 27.3.2014, blz. 9),

   22013 D 0220: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 220/2013 van 13 december 2013 (PB L 154 van 22.5.2014, blz. 13),

   22013 D 0221: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 221/2013 van 13 december 2013 (PB L 154 van 22.5.2014, blz. 15),

   22014 D 0169: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 169/2014 van 25 september 2014 (PB L 202 van 30.7.2015, blz. 15),


   22014 D 0170: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 170/2014 van 25 september 2014 (PB L 202 van 30.7.2015, blz. 17),

   22014 D 0180: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 180/2014 van 25 september 2014 (PB L 202 van 30.7.2015, blz. 30),

   22014 D 0212: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 212/2014 van 24 oktober 2014 (PB L 230 van 3.9.2015, blz. 6),

   22014 D 0220: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 220/2014 van 24 oktober 2014 (PB L 230 van 3.9.2015, blz. 19),

   22014 D 0221: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 221/2014 van 24 oktober 2014 (PB L 230 van 3.9.2015, blz. 22),

   22015 D 2124: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 257/2014 van 12 december 2014 (PB L 311 van 26.11.2015, blz. 5),

   22015 D 2137: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 270/2014 van 12 december 2014 (PB L 311 van 26.11.2015, blz. 21),

   22015 D 2138: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 271/2014 van 12 december 2014 (PB L 311 van 26.11.2015, blz. 22),

   22015 D 2139: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 272/2014 van 12 december 2014 (PB L 311 van 26.11.2015, blz. 25),

   22015 D 2140: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 273/2014 van 12 december 2014 (PB L 311 van 26.11.2015, blz. 26),


   22015 D 2141: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 274/2014 van 12 december 2014 (PB L 311 van 26.11.2015, blz. 27),

   22016 D 0500: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 12/2015 van 25 februari 2015 (PB L 93 van 7.4.2016, blz. 20),

   22016 D 0506: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 18/2015 van 25 februari 2015 (PB L 93 van 7.4.2016, blz. 30),

   22016 D 1266: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 83/2015 van 30 april 2015 (PB L 211 van 4.8.2016, blz. 17),

   22016 D 1276: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 93/2015 van 30 april 2015 (PB L 211 van 4.8.2016, blz. 31),

   22016 D 1277: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 94/2015 van 30 april 2015 (PB L 211 van 4.8.2016, blz. 32),

   22016 D 1278: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 95/2015 van 30 april 2015 (PB L 211 van 4.8.2016, blz. 33),

   22016 D 1279: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 96/2015 van 30 april 2015 (PB L 211 van 4.8.2016, blz. 36),

   22017 D 0511: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 204/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 14),


   22017 D 0512: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 205/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 16),

   22017 D 0513: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 206/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 18),

   22017 D 0524: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 217/2015 van 25 september 2015 (PB L 85 van 30.3.2017, blz. 38),

   22017 D 1039: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 250/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 28),

   22017 D 1051: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 262/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 44),

   22017 D 1052: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 263/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 45),

   22017 D 1053: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 264/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 46),

   22017 D 1054: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 265/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 48),

   22017 D 1055: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 266/2015 van 30 oktober 2015 (PB L 161 van 22.6.2017, blz. 51),


   22017 D 1808: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 297/2015 van 11 december 2015 (PB L 263 van 12.10.2017, blz. 5),

   22017 D 1809: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 298/2015 van 11 december 2015 (PB L 263 van 12.10.2017, blz. 7),

   22017 D 1810: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 299/2015 van 11 december 2015 (PB L 263 van 12.10.2017, blz. 8),

   22017 D 1815: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 304/2015 van 11 december 2015 (PB L 263 van 12.10.2017, blz. 15),

   22017 D 1816: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 305/2015 van 11 december 2015 (PB L 263 van 12.10.2017, blz. 16),

   22017 D 1880: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 50/2016 van 18 maart 2016 (PB L 270 van 19.10.2017, blz. 17),

   22017 D 2024: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 74/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 13),

   22017 D 2025: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 75/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 15),

   22017 D 2026: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 76/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 17),


   22017 D 2027: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 77/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 19),

   22017 D 2035: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 85/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 31),

   22017 D 2036: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 86/2016 van 29 april 2016 (PB L 300 van 16.11.2017, blz. 32),

   22017 D 2126: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 108/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 6),

   22017 D 2127: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 109/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 8),

   22017 D 2128: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 110/2016 van 3 juni 2016 (PB L 308 van 23.11.2017, blz. 10),

   22018 D 0359: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 137/2016 van 8 juli 2016 (PB L 73 van 15.3.2018, blz. 6),

   22018 D 0371: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 149/2016 van 8 juli 2016 (PB L 73 van 15.3.2018, blz. 22),

   22018 D 0440: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 182/2016 van 23 september 2016 (PB L 80 van 22.3.2018, blz. 26),


   22018 D 0441: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 183/2016 van 23 september 2016 (PB L 80 van 22.3.2018, blz. 27),

   22018 D 0442: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 184/2016 van 23 september 2016 (PB L 80 van 22.3.2018, blz. 29),

   22018 D 1174: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 236/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 33),

   22018 D 1175: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 237/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 35),

   22018 D 1176: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 238/2016 van 2 december 2016 (PB L 215 van 23.8.2018, blz. 37),

   22018 D 1748: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 14/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 17),

   22018 D 1749: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 15/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 18),

   22018 D 1750: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 16/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 20),

   22018 D 1751: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 17/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 21),


   22018 D 1752: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 18/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 22),

   22018 D 1753: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 19/2017 van 3 februari 2017 (PB L 297 van 22.11.2018, blz. 24),

   22018 D 1814: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 50/2017 van 17 maart 2017 (PB L 305 van 29.11.2018, blz. 13),

   22018 D 1815: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 51/2017 van 17 maart 2017 (PB L 305 van 29.11.2018, blz. 15),

   22018 D 1819: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 55/2017 van 17 maart 2017 (PB L 305 van 29.11.2018, blz. 21),

   22018 D 1820: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 56/2017 van 17 maart 2017 (PB L 305 van 29.11.2018, blz. 23),

   22019 D 0196: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 84/2017 van 5 mei 2017 (PB L 36 van 7.2.2019, blz. 29),

   22019 D 0739: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 132/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 24),

   22019 D 0740: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 133/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 26),


   22019 D 0741: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 134/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 28),

   22019 D 0748: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 141/2017 van 7 juli 2017 (PB L 128 van 16.5.2019, blz. 39),

   22019 D 1062: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 174/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 37),

   22019 D 1063: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 175/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 41),

   22019 D 1068: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 180/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 49),

   22019 D 1069: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 181/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 50),

   22019 D 1070: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 182/2017 van 22 september 2017 (PB L 174 van 27.6.2019, blz. 52),

   22019 D 1358: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 195/2017 van 27 oktober 2017 (PB L 219 van 22.8.2019, blz. 5),

   22019 D 1626: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 218/2017 van 15 december 2017 (PB L 254 van 3.10.2019, blz. 21),


   22019 D 1627: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 219/2017 van 15 december 2017 (PB L 254 van 3.10.2019, blz. 23),

   22019 D 1630: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 222/2017 van 15 december 2017 (PB L 254 van 3.10.2019, blz. 27),

   22019 D 1636: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 228/2017 van 15 december 2017 (PB L 254 van 3.10.2019, blz. 37),

   22019 D 2052: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 16/2018 van 9 februari 2018 (PB L 323 van 12.12.2019, blz. 31),

   22020 D 0057: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 40/2018 van 23 maart 2018 (PB L 26 van 30.1.2020, blz. 11),

   22020 D 0303: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 285/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 19),

   22020 D 0304: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 286/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 20),

   22020 D 0305: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 287/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 22),

   22020 D 0315: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 297/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 35),


   22020 D 0316: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 298/2019 van 13 december 2019 (PB L 68 van 5.3.2020, blz. 38),

   22020 D 0808: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 54/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 16),

   22020 D 0809: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 55/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 18),

   22020 D 0822: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 69/2019 van 29 maart 2019 (PB L 210 van 2.7.2020, blz. 36),

   22020 D 0924: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 5/2019 van 8 februari 2019 (PB L 228 van 16.7.2020, blz. 9),

   22020 D 0925: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 6/2019 van 8 februari 2019 (PB L 228 van 16.7.2020, blz. 11),

   22020 D 0929: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 10/2019 van 8 februari 2019 (PB L 228 van 16.7.2020, blz. 18),

   22020 D 0933: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 14/2019 van 8 februari 2019 (PB L 228 van 16.7.2020, blz. 23),

   22020 D 0934: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 15/2019 van 8 februari 2019 (PB L 228 van 16.7.2020, blz. 26),


   22020 D 1449: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 89/2018 van 27 april 2018 (PB L 340 van 15.10.2020, blz. 20),

   22020 D 1450: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 90/2018 van 27 april 2018 (PB L 340 van 15.10.2020, blz. 23),

   22020 D 1612: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 108/2018 van 31 mei 2018 (PB L 368 van 5.11.2020, blz. 8),

   22021 D 0194: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 132/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 18),

   22021 D 0195: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 133/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 20),

   22021 D 0206: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 144/2018 van 6 juli 2018 (PB L 67 van 25.2.2021, blz. 35),

   22022 D 1135: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 67/2022 van 18 maart 2022 (PB L 182 van 7.7.2022, blz. 46),

   22022 D 1550: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 106/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 35),

   22022 D 1552: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 108/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 39),


   22022 D 1553: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 109/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 41),

   22022 D 1554: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 110/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 43),

   22022 D 1555: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 111/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 45),

   22022 D 1556: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 112/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 47),

   22022 D 1570: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 126/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 71),

   22022 D 1571: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 127/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 73),

   22022 D 1572: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 128/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 75),

   22022 D 1573: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 129/2022 van 29 april 2022 (PB L 246 van 22.9.2022, blz. 77),

   22022 D 2017: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 119/2019 van 8 mei 2019 (PB L 279 van 27.10.2022, blz. 17),


   22022 D 2018: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 120/2019 van 8 mei 2019 (PB L 279 van 27.10.2022, blz. 19),

   22022 D 2019: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 121/2019 van 8 mei 2019 (PB L 279 van 27.10.2022, blz. 23),

   22022 D 2020: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 122/2019 van 8 mei 2019 (PB L 279 van 27.10.2022, blz. 26),

   22022 D 2147: Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 155/2019 van 14 juni 2019 (PB L 291 van 10.11.2022, blz. 34).

Een geconsolideerde versie van bijlage I bij de EER-overeenkomst is beschikbaar op de website van de

Europese Vrijhandelsassociatie (“EVA”): https://www.efta.int/.

5.    31994 D 0001: Besluit van de Raad en de Commissie van 13 december 1993 betreffende de sluiting van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte tussen de Europese Gemeenschappen, hun lidstaten en de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland, de Republiek IJsland, het Vorstendom Liechtenstein, het Koninkrijk Noorwegen en het Koninkrijk Zweden (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 1).

6.    21994 A 0103(73): Protocol tot aanpassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte – Slotakte – Gemeenschappelijke verklaring – Proces-verbaal van overeenstemming – Verklaring van de regering van de Franse Republiek (PB L 1 van 3.1.1994, blz. 572).



7.    32004 D 0368: Besluit van de Raad van 30 maart 2004 betreffende de voorlopige toepassing van de overeenkomst inzake deelname van de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Hongarije, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek aan de Europese Economische Ruimte, en vier daarmee verband houdende overeenkomsten (PB L 130 van 29.4.2004, blz. 1).

8.    22004 A 0429(02): Overeenkomsten in de vorm van een briefwisseling betreffende de voorlopige toepassing van de overeenkomst inzake deelname van de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Hongarije, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek aan de Europese Economische Ruimte, en vier daarmee verband houdende overeenkomsten (PB L 130 van 29.4.2004, blz. 3).

9.    32012 D 0442: Besluit 2012/442/EU van de Raad van 24 juli 2012 over het door de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt betreffende een wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst (PB L 202 van 28.7.2012, blz. 1).

AFDELING B

OVEREENKOMST MET ZWITSERLAND

10.    32002D0309: Besluit 2002/309/EG, Euratom van de Raad en, wat betreft de overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking, van de Commissie van 4 april 2002 betreffende de sluiting van zeven overeenkomsten met de Zwitserse Bondsstaat (PB L 114 van 30.4.2002, blz. 1).


11.    22002 A 0430(04): Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten (PB L 114 van 30.4.2002, blz. 132), zoals gewijzigd bij:

   (2004/278/EG) Besluit nr. 1/2004 van het Gemengd Landbouwcomité,

   (2004/660/EG) Besluit nr. 4/2004 van het Gemengd Landbouwcomité,

22005 D 0260: Besluit nr. 2/2005 van het Gemengd Landbouwcomité (PB L 78 van 24.3.2005, blz. 50),

   22008 D 0086: Besluit nr. 1/2008 van het Gemengd Landbouwcomité (PB L 27 van 31.1.2008, blz. 21),

   32009 D 0404: Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat tot wijziging van de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten (PB L 136 van 30.5.2009, blz. 2),

   (2010/724/EU) Besluit nr. 2/2010 van het Gemengd Landbouwcomité,

   22011 D 0083: Besluit nr. 1/2010 van het Gemengd Landbouwcomité (PB L 32 van 8.2.2011, blz. 9),

   22017 D 0169: Besluit nr. 1/2015 van het Gemengd Landbouwcomité (PB L 27 van 1.2.2017, blz. 155).

12.    22002 A 0430(04): Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten - Slotakte (PB L 114 van 30.4.2002, blz. 350).

13.    22007 A 1013(01): Aanvullende Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein houdende uitbreiding tot het Vorstendom Liechtenstein van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten (PB L 270 van 13.10.2007, blz. 6).


14.    32007 D 0658: Besluit 2007/658/EG van de Raad van 26 september 2007 betreffende de sluiting van een Aanvullende Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein houdende uitbreiding tot het Vorstendom Liechtenstein van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten (PB L 270 van 13.10.2007, blz. 5).

15.    22003 D 0808: Besluit nr. 1/2003 (2003/808/EG) van het bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten opgerichte Gemengd Landbouwcomité van 21 oktober 2003 tot vaststelling van zijn reglement van orde (PB L 303 van 21.11.2003, blz. 24).

16.    22003 D 0809: Besluit nr. 2/2003 (2003/809/EG) van het bij de overeenkomst tussen de Europese gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten opgerichte Gemengd Landbouwcomité van 21 oktober 2003 tot oprichting van de werkgroepen en tot vaststelling van de mandaten van deze groepen (PB L 303 van 21 november 2003, blz. 27).

AFDELING C

OVEREENKOMST MET CHILI

17.    32002 D 0979: Besluit 2002/979/EG van de Raad van 18 november 2002 betreffende de ondertekening en de voorlopige toepassing van enkele bepalingen van de Overeenkomst tot oprichting van een associatie tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Chili, anderzijds (PB L 352 van 30.12.2002, blz. 1).


18.    22002 A 1230(01): Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Chili, anderzijds (PB L 352 van 30.12.2002, blz. 3), gerectificeerd bij PB L 333 van 19.12.2003, blz. 64.

19.    22002 A 1230(01): Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Chili, anderzijds – Slotakte (PB L 352 van 30.12.2002, blz. 1440).

20.    22003 X 0131(01): Informatie over de toepassing van bepaalde artikelen van de overeenkomst tot oprichting van een associatie tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Chili, anderzijds (PB L 26 van 31.1.2003, blz. 52).

21.    32004 D 0907: Besluit 2004/907/EG van de Commissie van 27 december 2004 betreffende de financiële bijdrage van de Gemeenschap voor de organisatie van een internationaal seminar over dierenwelzijn in de context van de Overeenkomst EG-Chili inzake sanitaire en fytosanitaire maatregelen van toepassing op de handel in dieren en dierlijke producten, planten, plantaardige producten en andere goederen alsmede dierenwelzijn (PB L 381 van 28.12.2004, blz. 80).

22.    22005 D 0168: Besluit nr. 1/2003 van het Associatiecomité van de SPS-overeenkomst EU-Chili, genoemd Gemengd Comité van beheer, van 24 oktober 2003 betreffende het reglement van orde van het Associatiecomité van de SPS-overeenkomst EU-Chili, genoemd Gemengd Comité van beheer (hierna "GCB" genoemd) (PB L 55 van 1.3.2005, blz. 93).

23.    22007 D 0177: Besluit nr. 1/2006 van het Gemengd Comité van Beheer dat is ingesteld bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Chili inzake sanitaire en fytosanitaire maatregelen van toepassing op de handel in dieren en dierlijke producten, planten, plantaardige producten en andere goederen, alsmede dierenwelzijn van 9 november 2006 tot wijziging van de aanhangsels I.C, III.A, III.B en XI van bijlage IV bij de overeenkomst (PB L 86 van 27.3.2007, blz. 20).


AFDELING D

INTERNATIONALE VERDRAGEN

24.    32004 D 0597: Besluit 2004/597/EG van de Raad van 19 juli 2004 tot goedkeuring van de toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag voor de bescherming van planten, zoals herzien en in november 1997 goedgekeurd bij Resolutie 12/97 van de negenentwintigste zitting van de FAO-conferentie (PB L 267 van 14.8.2004, blz. 39).

25.    32004 D 0869: Besluit 2004/869/EG van de Raad van 24 februari 2004 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van het Internationaal Verdrag inzake plantgenetische hulpbronnen voor voeding en landbouw (PB L 378 van 23.12.2004, blz. 1).

26.    32005 D 0523: Besluit 2005/523/EG van de Raad van 30 mei 2005 tot goedkeuring van de toetreding van de Europese Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag tot bescherming van kweekproducten, zoals herzien te Genève op 19 maart 1991 (PB L 192 van 22.7.2005, blz. 63).


DEEL VII

GENETISCH GEMODIFICEERDE ORGANISMEN

HOOFDSTUK 1

INTRODUCTIE IN HET MILIEU

1.    32001 L 0018: Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 maart 2001 inzake de doelbewuste introductie van genetisch gemodificeerde organismen in het milieu en tot intrekking van Richtlijn 90/220/EEG van de Raad (PB L 106 van 17.4.2001, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32002 D 0623: Besluit 2002/623/EG van de Commissie van 24 juli 2002 (PB L 200 van 30.7.2002, blz. 22),

   32003 R 1829: Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 (PB L 268 van 18.10.2003, blz. 1),

   32003 R 1830: Verordening (EG) nr. 1830/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 (PB L 268 van 18.10.2003, blz. 24),

   32008 L 0027: Richtlijn 2008/27/EC van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2008 (PB L 81 van 20.3.2008, blz. 45),


   32015 L 0412: Richtlijn (EU) 2015/412 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2015 (PB L 68 van 13.3.2015, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 82 van 26.3.2018, blz. 17,

   32018 L 0350: Verordening (EU) 2018/350 van de Commissie van 8 maart 2018 (PB L 67 van 9.3.2018, blz. 30),

   32019 R 1381: Verordening (EU) 2019/1381 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 231 van 6.9.2019, blz. 1).

2.    32003 R 1830: Verordening (EG) nr. 1830/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende de traceerbaarheid en etikettering van genetisch gemodificeerde organismen en de traceerbaarheid van met genetisch gemodificeerde organismen geproduceerde levensmiddelen en diervoeders en tot wijziging van Richtlijn 2001/18/EG (PB L 268 van 18.10.2003, blz. 24), zoals gewijzigd bij:

   32008 R 1137: Verordening (EG) nr. 1137/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2008 (PB L 311 van 21.11.2008, blz. 1).

3.    32009 L 0041: Richtlijn 2009/41/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 inzake het ingeperkte gebruik van genetisch gemodificeerde micro-organismen (PB L 125 van 21.5.2009, blz. 75).

4.    32000 D 0608: Beschikking 2000/608/EG van de Commissie van 27 september 2000 betreffende de richtsnoeren voor de risicoanalyse als omschreven in bijlage III bij Richtlijn 90/219/EEG inzake het ingeperkte gebruik van genetisch gemodificeerde micro-organismen (PB L 258 van 12.10.2000, blz. 43).


5.    32002 D 0811: Beschikking 2002/811/EG van de Commissie van 3 oktober 2002 tot vaststelling van richtsnoeren ter aanvulling van bijlage VII bij Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake de doelbewuste introductie van genetisch gemodificeerde organismen in het milieu en tot intrekking van Richtlijn 90/220/EEG van de Raad (PB L 280 van 18.10.2002, blz. 27).

6.    32002 D 0812: Beschikking 2002/812/EG van de Raad van 3 oktober 2002 tot vaststelling, overeenkomstig Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad, van het model voor de samenvatting van het informatiedossier voor kennisgevingen inzake het op de markt brengen van genetisch gemodificeerde organismen als of in producten (PB L 280 van 18.10.2002, blz. 37).

7.    32003 D 0653: Beschikking 2003/653/EG van de Commissie van 2 september 2003 betreffende de nationale verbodsbepalingen inzake het gebruik van genetisch gemodificeerde organismen in de regio Opper-Oostenrijk waarvan door de Republiek Oostenrijk overeenkomstig artikel 95, lid 5, van het EG-Verdrag kennis is gegeven (PB L 230 van 16.9.2003, blz. 34).

8.    32003 R 1946: Verordening (EG) nr. 1946/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2003 betreffende de grensoverschrijdende verplaatsing van genetisch gemodificeerde organismen (PB L 287 van 5.11.2003, blz. 1).

9.    32004 D 0204: Beschikking 2004/204/EG van de Commissie van 23 februari 2004 tot vaststelling van nadere voorschriften voor het functioneren van de in Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad bedoelde registers voor de vastlegging van informatie betreffende genetische modificaties in GGO's (PB L 65 van 3.3.2004, blz. 20).


10.    32004 H 0787: Aanbeveling 2004/787/EG van de Commissie van 4 oktober 2004 betreffende technische richtsnoeren inzake bemonstering en opsporing van genetisch gemodificeerde organismen en materiaal geproduceerd met genetisch gemodificeerde organismen, als of in producten aangeboden, in het kader van Verordening (EG) nr. 1830/2003 (PB L 348 van 24.11.2004, blz. 18).

11.    32005 D 0463: Besluit 2005/463/EG van de Commissie van 21 juni 2005 tot oprichting van een netwerkgroep voor de uitwisseling en coördinatie van informatie betreffende de coëxistentie van genetisch gemodificeerde, conventionele en biologische gewassen (PB L 164 van 24.6.2005, blz. 50).

12.    32005 D 0608: Beschikking 2005/608/EG van de Commissie van 8 augustus 2005 betreffende het in de handel brengen, overeenkomstig Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad, van een maisproduct (Zea mays L., lijn MON 863), genetisch gemodificeerd met het oog op resistentie tegen de maïswortelboorder (PB L 207 van 10.8.2005, blz. 17).

13.    32005 D 0635: Beschikking 2005/635/EG van de Commissie van 31 augustus 2005 betreffende het in de handel brengen van een koolzaadproduct (Brassica napus L., lijn GT73), genetisch gemodificeerd met het oog op tolerantie voor het herbicide glyfosaat, overeenkomstig Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 228 van 3.9.2005, blz. 11).

14.    32005 H 0637: Aanbeveling 2005/637/EG van de Commissie van 16 augustus 2005 betreffende de maatregelen die door de houder van de toestemming moeten worden genomen ter voorkoming van eventuele schade aan de gezondheid en het milieu bij accidentele verspreiding van koolzaad (Brassica napus L., lijn GT73 – MON-00073-7) dat genetisch is gemodificeerd met het oog op tolerantie voor het herbicide glyfosaat (PB L 228 van 3.9.2005, blz. 19).


15.    32005 D 0772: Beschikking 2005/772/EG van de Commissie van 3 november 2005 betreffende het in de handel brengen, overeenkomstig Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad, van een maisproduct (Zea mays L., lijn 1507), genetisch gemodificeerd met het oog op resistentie tegen bepaalde schadelijke lepidoptera en met het oog op tolerantie voor het herbicide glufosinaatammonium (PB L 291 van 5.11.2005, blz. 42).

16.    32007 D 0364: Beschikking 2007/364/EG van de Commissie van 23 mei 2007 betreffende het in de handel brengen van een anjer (Dianthus caryophyllus L., lijn 123.2.38), genetisch gemodificeerd met het oog op bloemkleur, overeenkomstig Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 138 van 30.5.2007, blz. 50).

17.    32008 D 0062: Beschikking 2008/62/EG van de Commissie van 12 oktober 2007 betreffende de artikelen 111 en 172 van het Poolse wetsontwerp inzake genetisch gemodificeerde organismen, aangemeld door de Republiek Polen overeenkomstig artikel 95, lid 5, van het EG-Verdrag als afwijking van het bepaalde in Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake de doelbewuste introductie van genetisch gemodificeerde organismen in het milieu (PB L 16 van 19.1.2008, blz. 17).

18.    32008 D 0470: Beschikking 2008/470/EG van de Commissie van 7 mei 2008 betreffende het voorlopige verbod op het gebruik en de verkoop in Oostenrijk van genetisch gemodificeerde maïs (Zea mays L., lijn T25) uit hoofde van Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 162 van 21.6.2008, blz. 31).

19.    32008 D 0495: Beschikking 2008/495/EG van de Commissie van 7 mei 2008 betreffende het voorlopige verbod op het gebruik en de verkoop in Oostenrijk van genetisch gemodificeerde maïs (Zea mays L., lijn MON810) uit hoofde van Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 172 van 2.7.2008, blz. 25).


20.    32009 D 0244: Beschikking 2009/244/EG van de Commissie van 16 maart 2009 betreffende het in de handel brengen van een anjer (Dianthus caryophyllus L., lijn 123.8.12), genetisch gemodificeerd met het oog op bloemkleur, overeenkomstig Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 72 van 18.3.2009, blz. 18).

21.    32009 L 0041: Richtlijn 2009/41/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 inzake het ingeperkte gebruik van genetisch gemodificeerde micro-organismen (PB L 125 van 21.5.2009, blz. 75).

22.    32009 D 0770: Beschikking 2009/770/EG van de Commissie van 13 oktober 2009 tot vaststelling van standaardrapportageformulieren voor de presentatie van de resultaten van monitoring van de doelbewuste introductie van genetisch gemodificeerde organismen in het milieu, als product of in producten en met het oog op het in de handel brengen, overeenkomstig Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 275 van 21.10.2009, blz. 9).

23.    32009 D 0828: Beschikking 2009/828/EG van de Commissie van 3 november 2009 betreffende het ontwerp voor een regionaal wetsbesluit waarbij de autonome regio Madeira wordt verklaard tot een gebied dat vrij is van genetisch gemodificeerde organismen, aangemeld door de Portugese Republiek overeenkomstig artikel 95, lid 5, van het EG-Verdrag (PB L 294 van 11.11.2009, blz. 16).

24.    32010 D 0135: Besluit 2010/135/EU van de Commissie van 2 maart 2010 betreffende het in de handel brengen, overeenkomstig Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad, van een aardappelproduct (Solanum tuberosum L. lijn EH92-527-1), genetisch gemodificeerd met het oog op een groter gehalte aan amylopectine in het zetmeel (PB L 53 van 4.3.2010, blz. 11).


25.    32010 H 0722: Aanbeveling 2010/C 200/01 van de Commissie van 13 juli 2010 inzake richtsnoeren voor de ontwikkeling van nationale coëxistentiemaatregelen om de onbedoelde aanwezigheid van ggo's in conventionele en biologische gewassen te vermijden (PB C 200 van 22.7.2010, blz. 1).

26.    32015 D 0692: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/692 van de Commissie van 24 april 2015 betreffende het in de handel brengen van een anjer (Dianthus caryophyllus L., lijn 25958), genetisch gemodificeerd met het oog op bloemkleur, overeenkomstig Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 44).

27.    32015 D 0694: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/694 van de Commissie van 24 april 2015 betreffende het in de handel brengen van een anjer (Dianthus caryophyllus L., lijn 26407), genetisch gemodificeerd met het oog op bloemkleur, overeenkomstig Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 52).

28.    32016 D 0321: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/321 van de Commissie van 3 maart 2016 tot aanpassing van het geografische toepassingsgebied van de vergunning voor de teelt van genetisch gemodificeerde mais (Zea mays L.) MON 810 (MON-ØØ81Ø-6) (PB L 60 van 5.3.2016, blz. 90).

29.    32016 D 2050: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2050 van de Commissie van 22 november 2016 betreffende het in de handel brengen van een genetisch gemodificeerde anjer (Dianthus caryophyllus L., lijn SHD-27531-4) (PB L 318 van 24.11.2016, blz. 13).

30.    32019 D 1300: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1300 van de Commissie van 26 juli 2019 betreffende het in de handel brengen van een genetisch gemodificeerde anjer (Dianthus caryophyllus L., lijn FLO-40685-2) (PB L 204 van 2.8.2019, blz. 46).


31.    32019 D 1301: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1301 van de Commissie van 26 juli 2019 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit 2013/327/EU met betrekking tot de verlenging van een vergunning voor het in de handel brengen van diervoeder dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit genetisch gemodificeerd koolzaad Ms8, Rf3 en Ms8 × Rf3, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 204 van 2.8.2019, blz. 50).


HOOFDSTUK 2

GENETISCH GEMODIFICEERDE LEVENSMIDDELEN EN DIERVOEDERS

1.    32003 R 1829: Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders (PB L 268 van 18.10.2003, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32006 R 1981: Verordening (EG) nr. 1981/2006 van de Commissie van 22 december 2006 (PB L 368 van 23.12.2006, blz. 99),

   32008 R 0298: Verordening (EG) nr. 298/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2008 (PB L 97 van 9.4.2008, blz. 64).

   32019 R 1381: Verordening (EU) 2019/1381 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 231 van 6.9.2019, blz. 1).

2.    32003 R 1830: Verordening (EG) nr. 1830/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende de traceerbaarheid en etikettering van genetisch gemodificeerde organismen en de traceerbaarheid van met genetisch gemodificeerde organismen geproduceerde levensmiddelen en diervoeders en tot wijziging van Richtlijn 2001/18/EG (PB L 268 van 18.10.2003, blz. 24).

3.    32004 R 0065: Verordening (EG) nr. 65/2004 van de Commissie van 14 januari 2004 tot vaststelling van een systeem voor de ontwikkeling en toekenning van eenduidige identificatienummers voor genetisch gemodificeerde organismen (PB L 10 van 16.1.2004, blz. 5).


4.    32004 R 0641: Verordening (EG) nr. 641/2004 van de Commissie van 6 april 2004 tot vaststelling van nadere bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft vergunningaanvragen voor nieuwe genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders, kennisgevingen van bestaande producten en de onvoorziene of technisch niet te voorkomen aanwezigheid van genetisch gemodificeerd materiaal waarvoor de risicobeoordeling tot een gunstig resultaat heeft geleid (PB L 102 van 7.4.2004, blz. 14), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0503: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 503/2013 van de Commissie van 3 april 2013 (PB L 157 van 8.6.2013, blz. 1).

5.    32013 R 0503: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 503/2013 van de Commissie van 3 april 2013 betreffende vergunningaanvragen voor genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 641/2004 van de Commissie en (EG) nr. 1981/2006 van de Commissie (PB L 157 van 8.6.2013, blz. 1).

6.    32006 D 0255: Beschikking 2006/255/EG van de Commissie van 14 maart 2006 betreffende de door Cyprus krachtens artikel 95, lid 5, van het EG-Verdrag ter kennis gebrachte nationale bepalingen waarbij supermarkten worden verplicht genetisch gemodificeerde levensmiddelen in rekken te plaatsen die gescheiden zijn van die voor niet genetisch gemodificeerde producten (PB L 92 van 30.3.2006, blz. 12).

7.    32006 R 1981: Verordening (EG) nr. 1981/2006 van de Commissie van 22 december 2006 tot vaststelling van nadere bepalingen ter uitvoering van artikel 32 van Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad wat het communautaire referentielaboratorium voor genetisch gemodificeerde organismen betreft (PB L 368 van 23.12.2006, blz. 99) zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0503: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 503/2013 van de Commissie van 3 april 2013 (PB L 157 van 8.6.2013, blz. 1),


   32014 R 0120: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 120/2014 van de Commissie van 7 februari 2014 (PB L 39 van 8.2.2014, blz. 46).

8.    32007 D 0304: Beschikking 2007/304/EG van de Commissie van 25 april 2007 betreffende het uit de handel nemen van Bt176 (SYN-EV176-9) mais en daarvan afgeleide producten (PB L 117 van 5.5.2007, blz. 14).

9.    32007 D 0305: Beschikking 2007/305/EG van de Commissie van 25 april 2007 betreffende het uit de handel nemen van hybride Ms1xRf1 (ACS-BNØØ4-7xACS-BNØØ1-4)-koolzaad en daarvan afgeleide producten (PB L 117 van 5.5.2007, blz. 17), zoals gewijzigd bij:

   32012 D 0069: Uitvoeringsbesluit 2012/69/EU van de Commissie van 3 februari 2012 (PB L 34 van 7.2.2012, blz. 12),

   32016 D 2268: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2268 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 342 van 16.12.2016, blz. 34),

   32019 D 1117: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1117 van de Commissie van 24 juni 2019 (PB L 176 van 1.7.2019, blz. 59),

   32019 D 1562: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1562 van de Commissie van 16 september 2019 (PB L 240 van 18.9.2019, blz. 13).


10.    32007 D 0306: Beschikking 2007/306/EG van de Commissie van 25 april 2007 betreffende het uit de handel nemen van hybride Ms1xRf2 (ACS-BNØØ4-7xACS-BNØØ2-5)-koolzaad en daarvan afgeleide producten (PB L 117 van 5.5.2007, blz. 20), zoals gewijzigd bij:

   32012 D 0069: Uitvoeringsbesluit 2012/69/EU van de Commissie van 3 februari 2012 (PB L 34 van 7.2.2012, blz. 12),

   32016 D 2268: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2268 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 342 van 16.12.2016, blz. 34),

   32019 D 1117: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1117 van de Commissie van 24 juni 2019 (PB L 176 van 1.7.2019, blz. 59),

   32019 D 1562: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1562 van de Commissie van 16 september 2019 (PB L 240 van 18.9.2019, blz. 13).

11.    32007 D 0307: Beschikking 2007/307/EG van de Commissie van 25 april 2007 betreffende het uit de handel nemen van Topas 19/2 (ACS-BNØØ7-1)-koolzaad en daarvan afgeleide producten (PB L 117 van 5.5.2007, blz. 23), zoals gewijzigd bij:

   32012 D 0069: Uitvoeringsbesluit 2012/69/EU van de Commissie van 3 februari 2012 (PB L 34 van 7.2.2012, blz. 12),

   32016 D 2268: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/2268 van de Commissie van 14 december 2016 (PB L 342 van 16.12.2016, blz. 34),


   32019 D 1117: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1117 van de Commissie van 24 juni 2019 (PB L 176 van 1.7.2019, blz. 59),

   32019 D 1562: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1562 van de Commissie van 16 september 2019 (PB L 240 van 18.9.2019, blz. 13).

12.    32007 D 0308: Beschikking 2007/308/EG van de Commissie van 25 april 2007 betreffende het uit de handel nemen van producten die zijn afgeleid van GA21xMON810 (MON-ØØØ21-9xMON-ØØ81Ø-6) mais (PB L 117 van 5.5.2007, blz. 25).

13.    32007 D 0701: Beschikking 2007/701/EG van de Commissie van 24 oktober 2007 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais NK603xMON810 (MON-ØØ6Ø3-6xMON-ØØ81Ø-6) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 285 van 31.10.2007, blz. 37).

14.    32007 D 0702: Beschikking 2007/702/EG van de Commissie van 24 oktober 2007 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais 59122 (DAS-59122-7) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 285 van 31.10.2007, blz. 42).


15.    32007 D 0703: Beschikking 2007/703/EG van de Commissie van 24 oktober 2007 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais 1507xNK603 (DAS-Ø15Ø7-1xMON-ØØ6Ø3-6) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 285 van 31.10.2007, blz. 47), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 0241: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/241 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 39 van 11.2.2019, blz. 14).

16.    32008 D 0730: Beschikking 2008/730/EG van de Commissie van 8 september 2008 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde sojabonen A2704-12 (ACS-GMØØ5-3) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 247 van 16.9.2008, blz. 50).

17.    32008 D 0837: Beschikking 2008/837/EG van de Commissie van 29 oktober 2008 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met het genetisch gemodificeerde LLCotton25 (ACS-GHØØ1-3) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 299 van 8.11.2008, blz. 36).

18.    32008 D 0933: Beschikking 2008/933/EG van de Commissie van 4 december 2008 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde sojabonen MON89788 (MON-89788-1) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 333 van 11.12.2008, blz. 7), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8).


19.    32009 D 0184: Beschikking 2009/184/EG van de Commissie van 10 maart 2009 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die het genetisch gemodificeerde koolzaad T45 (ACS-BNØØ8-2) bevatten of daarmee zijn geproduceerd als gevolg van commercialisering van dit koolzaad in derde landen tot 2005, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 68 van 13.3.2009, blz. 28).

20.    32009 D 0813: Beschikking 2009/813/EG van de Commissie van 30 oktober 2009 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MON 89034 (MON-89Ø34-3) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 289 van 5.11.2009, blz. 21), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

21.    32009 D 0814: Beschikking 2009/814/EG van de Commissie van 30 oktober 2009 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MON 88017 (MON-88Ø17-3) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 289 van 5.11.2009, blz. 25), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).


22.    32009 D 0866: Beschikking 2009/866/EG van de Commissie van 30 november 2009 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MIR604 (SYN-IR6Ø4-5) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 314 van 1.12.2009, blz. 102), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 0060: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/60 van de Commissie van 11 januari 2019 (PB L 12 van 15.1.2019, blz. 31).

23.    32010 D 0136: Besluit 2010/136/EU van de Commissie van 2 maart 2010 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van diervoeders die zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde aardappel EH92-527-1 (BPS-25271-9) en de onvoorziene of technisch niet te voorkomen aanwezigheid van die aardappel in levensmiddelen en andere diervoeders krachtens Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 53 van 4.3.2010, blz. 15).

24.    32010 D 0419: Besluit 2010/419/EU van de Commissie van 28 juli 2010 tot verlenging van de vergunning voor het verder in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais Bt11 (SYN-BTØ11-1), tot verlening van een vergunning voor levensmiddelen en levensmiddeleningrediënten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit veldmais Bt11 (SYN-BTØ11-1) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van Beschikking 2004/657/EG (PB L 197 van 29.7.2010, blz. 11), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 0060: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/60 van de Commissie van 11 januari 2019 (PB L 12 van 15.1.2019, blz. 31).


25.    32010 D 0429: Besluit 2010/429/EU van de Commissie van 28 juli 2010 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MON 88017 × MON 810 (MON-88Ø17-3 × MON-ØØ81Ø-6) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 201 van 3.8.2010, blz. 46), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

26.    32011 D 0354: Besluit 2011/354/EU van de Commissie van 17 juni 2011 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met het genetisch gemodificeerde katoen GHB614 (BCS-GHØØ2-5) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 160 van 18.6.2011, blz. 90).

27.    32011 D 0891: Besluit 2011/891/EU van de Commissie van 22 december 2011 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met het genetisch gemodificeerde katoen 281-24-236x3006-210-23 (DAS-24236-5xDAS-21Ø23-5) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 344 van 28.12.2011, blz. 51).

   32019 D 0239: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/239 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 39 van 11.2.2019, blz. 7),


   32021 D 1161: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1161 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 252 van 15.7.2021, blz. 1).

28.    32012 D 0081: Uitvoeringsbesluit 2012/81/EU van de Commissie van 10 februari 2012 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde soja A5547-127 (ACS-GMØØ6-4) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 40 van 14.2.2012, blz. 10).

29.    32012 D 0082: Uitvoeringsbesluit 2012/82/EU van de Commissie van 10 februari 2012 inzake de verlenging van de vergunning voor het verder in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde soja 40-3-2 (MON-Ø4Ø32-6) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 40 van 14.2.2012, blz. 14), zoals gewijzigd bij:

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

30.    32012 D 0083: Uitvoeringsbesluit 2012/83/EU van de Commissie van 10 februari 2012 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde soja MON 87701 (MON-877Ø1-2) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 40 van 14.2.2012, blz. 18), zoals gewijzigd bij:

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).


31.    32012 D 0084: Uitvoeringsbesluit 2012/84/EU van de Commissie van 10 februari 2012 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde soja 356043 (DP-356Ø43-5) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 40 van 14.2.2012, blz. 22).

32.    32012 D 0651: Uitvoeringsbesluit 2012/651/EU van de Commissie van 18 oktober 2012 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MIR162 (SYN-IR162-4) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 290 van 20.10.2012, blz. 14), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 0060: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/60 van de Commissie van 11 januari 2019 (PB L 12 van 15.1.2019, blz. 31).

33.    32013 D 0327: Uitvoeringsbesluit 2013/327/EU van de Commissie van 25 juni 2013 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van levensmiddelen die geheel of gedeeltelijk bestaan uit genetisch gemodificeerd koolzaad Ms8, Rf3 en Ms8 × Rf3 of met die genetisch gemodificeerde organismen geproduceerde levensmiddelen en diervoeders, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 175 van 27.6.2013, blz. 57), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1301: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1301 van de Commissie van 26 juli 2019 (PB L 204 van 2.8.2019, blz. 50).


34.    32013 D 0648: Uitvoeringsbesluit 2013/648/EU van de Commissie van 6 november 2013 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MON 89034 × 1507 × NK 603 (MON-89Ø34-3 × DAS-Ø15Ø7-1 × MON-ØØ6Ø3-6) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 302 van 13.11.2013, blz. 38), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 0240: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/240 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 39 van 11.2.2019, blz. 11),

   32021 D 1035: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1035 van de Commissie van 23 juni 2021 (PB L 226 van 25.6.2021, blz. 31).

35.    32013 D 0649: Uitvoeringsbesluit 2013/649/EU van de Commissie van 6 november 2013 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van stuifmeel geproduceerd met genetisch gemodificeerde mais MON 810 (MON-ØØ81Ø-6) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 302 van 13.11.2013, blz. 44), zoals gewijzigd bij:

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).


36.    32013 D 0650: Uitvoeringsbesluit 2013/650/EU van de Commissie van 6 november 2013 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MON 89034 × 1507 × MON88017 × 59122 (MON-89Ø34-3 × DAS-Ø15Ø7-1 × MON-88Ø17-3 × DAS-59122-7), vier gerelateerde genetisch gemodificeerde maissoorten die drie afzonderlijke transformatiestappen combineren (MON89034 × 1507 × MON88017 (MON-89Ø34-3 × DAS-Ø15Ø7-1 × MON-88Ø17-3), MON89034 × 1507 × 59122 (MON-89Ø34-3 × DAS-Ø15Ø7-1 × DAS-59122-7), MON89034 × MON88017 × 59122 (MON-89Ø34-3 × MON-88Ø17-3 × DAS-59122-7), 1507 × MON 88017 × 59122 (DAS-Ø15Ø7-1 × MON-88Ø17-3 × DAS-59122-7)) en vier gerelateerde genetisch gemodificeerde maissoorten die twee afzonderlijke transformatiestappen combineren (MON89034 × 1507 (MON-89Ø34-3 × DAS-Ø15Ø7-1), MON89034 × 59122 (MON-89Ø34-3 × DAS-59122-7), 1507 × MON88017 (DAS-Ø15Ø7-1 × MON-88Ø17-3), MON 88017 × 59122 (MON-88Ø17-3 × DAS-59122-7)) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 302 van 13.11.2013, blz. 47), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 0240: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/240 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 39 van 11.2.2019, blz. 11),

   32021 D 1035: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1035 van de Commissie van 23 juni 2021 (PB L 226 van 25.6.2021, blz. 31).


37.    32015 D 0683: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/683 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MON 87460 (8746Ø-4) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

38.    32015 D 0684: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/684 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van genetisch gemodificeerde mais NK 603 (MON-ØØ6Ø3-6) en tot verlenging van de bestaande vergunning voor producten op basis van de maisvariëteit NK 603 (MON-ØØ6Ø3-6), overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 6), zoals gewijzigd bij:

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

39.    32015 D 0685: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/685 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van genetisch gemodificeerde katoen MON 15985 (MON-15985-7) en tot verlenging van de vergunning voor bestaande producten uit genetisch gemodificeerde katoen MON 15985 (MON-15985-7) krachtens Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 11), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),


   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

40.    32015 D 0686: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/686 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde soja MON 87769 (MON-87769-7) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 16), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

41.    32015 D 0687: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/687 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met het genetisch gemodificeerde koolzaad MON 88302 (MON-883Ø2-9) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 22), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).


42.    32015 D 0688: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/688 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde katoen MON 88913 (MON-88913-8) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 26), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

43.    32015 D 0689: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/689 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlenging van de vergunning voor bestaande producten uit genetisch gemodificeerde katoen MON 531 (MON-ØØ531-6) krachtens Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 31), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).


44.    32015 D 0690: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/690 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde katoen GHB614xLLCotton25 (BCS-GHØØ2-5xACS-GHØØ1-3) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 35).

45.    32015 D 0691: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/691 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde soja BPS-CV127-9 (BPS-CV127-9) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 40).

46.    32015 D 0693: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/693 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlenging van de vergunning voor bestaande producten uit genetisch gemodificeerde katoen MON 1445 (MON-Ø1445-2) krachtens Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 48), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).


47.    32015 D 0695: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/695 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlenging van de vergunning voor bestaande producten uit genetisch gemodificeerde katoen MON 531 × MON 1445 (MON-ØØ531-6 × MON-Ø1445-2) en tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van katoenzaadolie uit genetisch gemodificeerde katoen MON 531 × MON 1445 (MON-ØØ531-6 × MON-Ø1445-2) krachtens Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 56), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

48.    32015 D 0696: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/696 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde soja MON 87705 (MON-877Ø5-6) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 60), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).


49.    32015 D 0697: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/697 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van genetisch gemodificeerde mais T25 (ACS-ZMØØ3-2) en tot verlenging van de bestaande vergunning voor producten op basis van de maisvariëteit T25 (ACS-ZMØØ3-2), overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 66).

50.    32015 D 0698: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/698 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde soja 305423 (DP-3Ø5423-1) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 71), zoals gewijzigd bij:

   32022 D 0325: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/325 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 55 van 28.2.2022, blz. 70).

51.    32015 D 0699: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/699 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met het genetisch gemodificeerde katoen T304-40 (BCS-GHØØ4-7) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 77).

52.    32015 D 0700: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/700 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde soja MON87708 (MON-877Ø8-9) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 81), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),


   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

53.    32015 D 0701: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/701 van de Commissie van 24 april 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van levensmiddelen die geheel of gedeeltelijk bestaan uit genetisch gemodificeerd koolzaad GT73 of met dat genetisch gemodificeerde organisme geproduceerde levensmiddelen en diervoeders, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 112 van 30.4.2015, blz. 86), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

54.    32015 D 2279: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/2279 van de Commissie van 4 december 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais NK603 × T25 (MON-ØØ6Ø3-6 × ACS-ZMØØ3-2) krachtens Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 322 van 8.12.2015, blz. 58), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).


55.    32015 D 2281: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/2281 van de Commissie van 4 december 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MON 87427 (MON-87427-7) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 322 van 8.12.2015, blz. 67), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

56.    32016 D 0087: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/87 van de Commissie van 22 januari 2016 tot het uit de handel nemen van bestaande, van MON 863 (MON-ØØ863-5) afgeleide producten en tot intrekking van de besluiten 2010/139/EU, 2010/140/EU en 2010/141/EU tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetische gemodificeerde mais MON863 × MON810 × NK603 (MON-ØØ863-5 × MON-ØØ81Ø-6 × MON-ØØ6Ø3-6), MON863 × MON810 (MON-ØØ863-5 × MON-ØØ81Ø-6) en MON863 × NK603 (MON-ØØ863-5 × MON-ØØ6Ø3-6) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 17 van 26.1.2016, blz. 14).

57.    32016 D 1215: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1215 van de Commissie van 22 juli 2016 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde soja FG72 (MST-FGØ72-2) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 199 van 26.7.2016, blz. 16).


58.    32016 D 1216: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1216 van de Commissie van 22 juli 2016 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde soja MON 87708 × MON 89788 (MON-877Ø8-9 × MON-89788-1) krachtens Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 199 van 26.7.2016, blz. 22), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

59.    32016 D 1217: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1217 van de Commissie van 22 juli 2016 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde soja MON 87705 × MON 89788 (MON-877Ø5-6 × MON-89788-1) krachtens Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 199 van 26.7.2016, blz. 28), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).


60.    32016 D 1685: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1685 van de Commissie van 16 september 2016 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais Bt11 × MIR162 × MIR604 × GA21, en genetisch gemodificeerde maissoorten die twee of drie van de transformatiestappen Bt11, MIR162, MIR604 en GA21 combineren, en tot intrekking van de Besluiten 2010/426/EU, 2011/892/EU, 2011/893/EU en 2011/894/EU (PB L 254 van 20.9.2016, blz. 22), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 0060: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/60 van de Commissie van 11 januari 2019 (PB L 12 van 15.1.2019, blz. 31).

61.    32017 D 1207: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1207 van de Commissie van 4 juli 2017 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten van genetisch gemodificeerde mais MON 810 (MON-ØØ81Ø-6) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 173 van 6.7.2017, blz. 18), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

62.    32017 D 1208: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1208 van de Commissie van 4 juli 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met het genetisch gemodificeerde katoen GHB119 (BCS-GHØØ5-8) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders (PB L 173 van 6.7.2017, blz. 23).


63.    32017 D 1209: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1209 van de Commissie van 4 juli 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais Bt11 × 59122 × MIR604 × 1507 × GA21 en genetisch gemodificeerde maisrassen die twee, drie of vier van de transformatiestappen Bt11, 59122, MIR604, 1507 en GA21 combineren, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders (PB L 173 van 6.7.2017, blz. 28).

64.    32017 D 1211: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1211 van de Commissie van 4 juli 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde katoen 281-24-236 × 3006-210-23 × MON 88913 (DAS-24236-5 × DAS-21Ø23-5 × MON-88913-8) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 173 van 6.7.2017, blz. 38), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 0239: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/239 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 39 van 11.2.2019, blz. 7),

   32021 D 1161: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1161 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 252 van 15.7.2021, blz. 1).

65.    32017 D 1212: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1212 van de Commissie van 4 juli 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais DAS-40278-9 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders (PB L 173 van 6.7.2017, blz. 43), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 0239: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/239 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 39 van 11.2.2019, blz. 7),


   32021 D 1161: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1161 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 252 van 15.7.2021, blz. 1).

66.    32017 D 2448: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2448 van de Commissie van 21 december 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde soja 305423 × 40-3-2 (DP-3Ø5423-1 × MON-Ø4Ø32-6) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders (PB L 346 van 28.12.2017, blz. 6), zoals gewijzigd bij:

   32022 D 0325: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/325 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 55 van 28.2.2022, blz. 70).

67.    32017 D 2449: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2449 van de Commissie van 21 december 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde soja DAS-68416-4 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders (PB L 346 van 28.12.2017, blz. 12), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 0239: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/239 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 39 van 11.2.2019, blz. 7),

   32021 D 1161: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1161 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 252 van 15.7.2021, blz. 1).


68.    32017 D 2450: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2450 van de Commissie van 21 december 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde soja DAS-44406-6 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders (PB L 346 van 28.12.2017, blz. 16), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 0239: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/239 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 39 van 11.2.2019, blz. 7),

   32021 D 1185: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1185 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 257 van 19.7.2021, blz. 3).

69.    32017 D 2451: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2451 van de Commissie van 21 december 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde soja FG72 × A5547-127 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders (PB L 346 van 28.12.2017, blz. 20).

70.    32017 D 2452: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2452 van de Commissie van 21 december 2017 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais 1507 (DAS-Ø15Ø7-1) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 346 van 28.12.2017, blz. 25), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 0241: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/241 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 39 van 11.2.2019, blz. 14),


   32022 D 0325: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/325 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 55 van 28.2.2022, blz. 70).

71.    32017 D 2453: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2453 van de Commissie van 21 december 2017 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met het genetisch gemodificeerd koolzaad MON 88302 × Ms8 × Rf3 (MON-883Ø2-9 × ACSBNØØ5-8 × ACS-BNØØ3-6), MON 88302 × Ms8 (MON-883Ø2-9 × ACSBNØØ5-8) en MON 88302 × Rf3 (MON-883Ø2-9 × ACS-BNØØ3-6), overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders (PB L 346 van 28.12.2017, blz. 31.), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1167: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1167 van de Commissie van 28 juni 2019 (PB L 182 van 8.7.2019, blz. 46),

   32021 D 0183: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/183 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 2).

72.    32018 D 1109: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1109 van de Commissie van 1 augustus 2018 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais 59122 (DAS-59122-7) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 203 van 10.8.2018, blz. 7), gerectificeerd bij PB L 221 van 31.8.2018, blz. 4, zoals gewijzigd bij:

   32019 D 0241: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/241 van de Commissie van 6 februari 2019 (PB L 39 van 11.2.2019, blz. 14),


   32022 D 0325: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/325 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 55 van 28.2.2022, blz. 70).

73.    32018 D 1110: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1110 van de Commissie van 3 augustus 2018 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais 1507 × 59122 × MON 810 × NK603 en genetisch gemodificeerde mais die twee of drie van de afzonderlijke transformatiestappen 1507, 59122, MON 810 en NK603 combineert, en tot intrekking van Beschikking 2009/815/EG en de Besluiten 2010/428/EU en 2010/432/EU (PB L 203 van 10.8.2018, blz. 13), gerectificeerd bij PB L 221 van 31.8.2018, blz. 4, zoals gewijzigd bij:

   32022 D 0325: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/325 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 55 van 28.2.2022, blz. 70).

74.    32018 D 1112: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1112 van de Commissie van 3 augustus 2018 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais GA21 (MON-ØØØ21-9) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 203 van 10.8.2018, blz. 26).

75.    32018 D 1113: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1113 van de Commissie van 3 augustus 2018 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van levensmiddelen en diervoeders die zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde suikerbiet H7-1 (KM-ØØØH71-4) krachtens Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 203 van 10.8.2018, blz. 32), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1166: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1166 van de Commissie van 28 juni 2019 (PB L 182 van 8.7.2019, blz. 44),


   32021 D 1036: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1036 van de Commissie van 22 juni 2021 (PB L 226 van 25.6.2021, blz. 34).

76.    32018 D 2045: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/2045 van de Commissie van 19 december 2018 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais NK603 × MON 810 (MON-ØØ6Ø3-6 × MON-ØØ81Ø-6) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 327 van 21.12.2018, blz. 65), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

77.    32018 D 2046: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/2046 van de Commissie van 19 december 2018 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MON 87427 × MON 89034 × 1507 × MON 88017 × 59122 en genetisch gemodificeerde mais die twee, drie of vier van de afzonderlijke transformatiestappen MON 87427, MON 89034, 1507, MON 88017 en 59122 combineert, en tot intrekking van Besluit 2011/366/EU (PB L 327 van 21.12.2018, blz. 70), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 1579: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1579 van de Commissie van 18 september 2019 (PB L 244 van 24.9.2019, blz. 8),

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).


78.    32019 D 1302: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1302 van de Commissie van 26 juli 2019 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde katoen GHB614 × LLCotton25 × MON 15985 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 204 van 2.8.2019, blz. 54).

79.    32019 D 1303: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1303 van de Commissie van 26 juli 2019 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais 5307 (SYN-Ø53Ø7-1) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders (PB L 204 van 2.8.2019, blz. 60).

80.    32019 D 1304: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1304 van de Commissie van 26 juli 2019 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais 4114 (DP-ØØ4114-3) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 204 van 2.8.2019, blz. 65), zoals gewijzigd bij:

   32022 D 0325: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/325 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 55 van 28.2.2022, blz. 70).

81.    32019 D 1305: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1305 van de Commissie van 26 juli 2019 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde mais Bt11 × MIR162 × 1507 × GA21 en de subcombinaties Bt11 × MIR162 × 1507, MIR162 × 1507 × GA21 en MIR162 × 1507, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 204 van 2.8.2019, blz. 69).


82.    32019 D 1306: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1306 van de Commissie van 26 juli 2019 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais 1507 × NK603 (DAS-Ø15Ø7-1 × MON-ØØ6Ø3-6) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 204 van 2.8.2019, blz. 75), zoals gewijzigd bij:

   32022 D 0325: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/325 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 55 van 28.2.2022, blz. 70).

83.    32019 D 1307: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1307 van de Commissie van 26 juli 2019 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MON 87403 (MON-874Ø3-1) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 204 van 2.8.2019, blz. 81), zoals gewijzigd bij:

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

84.    32019 D 1308: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1308 van de Commissie van 26 juli 2019 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MON 87411 (MON-87411-9) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 204 van 2.8.2019, blz. 85), zoals gewijzigd bij:

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).


85.    32019 D 1309: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1309 van de Commissie van 26 juli 2019 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde soja MON 87751 (MON-87751-7) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 204 van 2.8.2019, blz. 90), zoals gewijzigd bij:

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

86.    32019 D 2080: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/2080 van de Commissie van 28 november 2019 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MZHG0JG (SYN-ØØØJG-2) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (Slechts de teksten in de Franse en de Nederlandse taal zijn authentiek) (PB L 316 van 6.12.2019, blz. 51).

87.    32019 D 2081: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/2081 van de Commissie van 28 november 2019 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die het genetisch gemodificeerde koolzaad T45 (ACS-BNØØ8-2) bevatten of daarmee zijn geproduceerd als gevolg van de commercialisering van dit koolzaad in derde landen tot 2005, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (Slechts de tekst in de Duitse taal is authentiek) (PB L 316 van 6.12.2019, blz. 57).

88.    32019 D 2082: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/2082 van de Commissie van 28 november 2019 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met het genetisch gemodificeerde katoen LLCotton25 (ACS‐GHØØ1‐3) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (Slechts de tekst in de Duitse taal is authentiek) (PB L 316 van 6.12.2019, blz. 62).


89.    32019 D 2083: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/2083 van de Commissie van 28 november 2019 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde soja MON 89788 (MON‐89788‐1) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (Slechts de teksten in de Franse en de Nederlandse taal zijn authentiek) (PB L 316 van 6.12.2019, blz. 68), zoals gewijzigd bij:

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).

90.    32019 D 2084: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/2084 van de Commissie van 28 november 2019 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met het genetisch gemodificeerde katoen A2704-12 (ACS‐GHØØ5‐3) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (Slechts de tekst in de Duitse taal is authentiek) (PB L 316 van 6.12.2019, blz. 74).

91.    32019 D 2085: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/2085 van de Commissie van 28 november 2019 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MON 89034 × 1507 × NK603 × DAS-40278-9 en de subcombinaties MON 89034 × NK603 × DAS-40278-9, 1507 × NK603 × DAS-40278-9 en NK603 × DAS-40278-9, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (Slechts de Franse taal is authentiek) (PB L 316 van 6.12.2019, blz. 80), zoals gewijzigd bij:

   32021 D 1161: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1161 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 252 van 15.7.2021, blz. 1).


92.    32019 D 2086: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/2086 van de Commissie van 28 november 2019 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MON 89034 × 1507 × MON 88017 × 59122 × DAS-40278-9 en genetisch gemodificeerde maisrassen die twee, drie of vier van de afzonderlijke transformatiestappen MON 89034, 1507, MON 88017, 59122 en DAS-40278-9 combineren, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 316 van 6.12.2019, blz. 87), zoals gewijzigd bij:

   32021 D 1161: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1161 van de Commissie van 13 juli 2021 (PB L 252 van 15.7.2021, blz. 1).

93.    32019 D 2087: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/2087 van de Commissie van 28 november 2019 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde mais Bt11 × MIR162 × MIR604 × 1507 × 5307 × GA21 en genetisch gemodificeerde mais die tot stand is gekomen door combinatie van twee, drie, vier of vijf van de afzonderlijke transformatiestappen Bt11, MIR162, MIR604, 1507, 5307 en GA21, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (Slechts de teksten in de Franse en de Nederlandse taal zijn authentiek) (PB L 316 van 6.12.2019, blz. 94).

94.    32020 D 1360: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1360 van de Commissie van 28 september 2020 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde soja MON 87708 × MON 89788 × A5547-127 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 316 van 30.9.2020, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 D 0184: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/184 van de Commissie van 12 februari 2021 (PB L 55 van 16.2.2021, blz. 4).


95.    32021 D 0060: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/60 van de Commissie van 22 januari 2021 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MON 87427 × MON 89034 × MIR162 × NK603 en genetisch gemodificeerde maisrassen die twee of drie van de afzonderlijke transformatiestappen MON 87427, MON 89034, MIR162 en NK603 combineert, en tot intrekking van Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1111 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 26 van 26.1.2021, blz. 5).

96.    32021 D 0061: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/61 van de Commissie van 22 januari 2021 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MON 87427 × MON 87460 × MON 89034 × MIR162 × NK603 en genetisch gemodificeerde maisrassen die twee, drie of vier van de afzonderlijke transformatiestappen MON 87427, MON 87460, MON 89034, MIR162 en NK603 combineren, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 26 van 26.1.2021, blz. 12).

97.    32021 D 0062: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/62 van de Commissie van 22 januari 2021 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MIR604 (SYN-IR6Ø4-5) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 26 van 26.1.2021, blz. 19).

98.    32021 D 0063: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/63 van de Commissie van 22 januari 2021 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais 89034 (MON-89Ø34-3) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 26 van 26.1.2021, blz. 25).


99.    32021 D 0064: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/64 van de Commissie van 22 januari 2021 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais SYHT0H2 (SYN-ØØØH2-5) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 26 van 26.1.2021, blz. 31).

100.    32021 D 0065: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/65 van de Commissie van 22 januari 2021 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MON 87427 × MON 89034 × MIR162 × MON 87411 en genetisch gemodificeerde maisrassen die twee of drie van de afzonderlijke transformatiestappen MON 87427, MON 89034, MIR162 en MON 87411 combineren, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 26 van 26.1.2021, blz. 37).

101.    32021 D 0066: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/66 van de Commissie van 22 januari 2021 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde soja MON 87751 × MON 87701 × MON 87708 × MON 89788, krachtens Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 26 van 26.1.2021, blz. 44).

102.    32021 D 0067: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/67 van de Commissie van 22 januari 2021 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais 88017 (MON-88Ø17-3) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 26 van 26.1.2021, blz. 50).


103.    32021 D 1385: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1385 van de Commissie van 17 augustus 2021 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van diervoeders en van andere producten dan levensmiddelen en diervoeders die geheel of gedeeltelijk bestaan uit het genetisch gemodificeerde koolzaad GT73 (MON-ØØØ73-7), overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 300 van 24.8.2021, blz. 4).

104.    32021 D 1386: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1386 van de Commissie van 17 augustus 2021 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde soja DAS-81419-2 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 300 van 24.8.2021, blz. 10).

105.    32021 D 1387: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1387 van de Commissie van 17 augustus 2021 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde soja DAS-81419-2 × DAS-44406-6 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 300 van 24.8.2021, blz. 16).

106.    32021 D 1388: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1388 van de Commissie van 17 augustus 2021 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde mais 1507 × MIR162 × MON810 × NK603 en genetisch gemodificeerde mais die tot stand is gekomen door combinatie van twee of drie van de afzonderlijke transformatiestappen 1507, MIR162, MON810 en NK603, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 300 van 24.8.2021, blz. 22), zoals gewijzigd bij:

   32022 D 0325: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/325 van de Commissie van 24 februari 2022 (PB L 55 van 28.2.2022, blz. 70).


107.    32021 D 1389: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1389 van de Commissie van 17 augustus 2021 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met het genetisch gemodificeerde katoen GHB614 × T304-40 × GHB119 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 300 van 24.8.2021, blz. 29).

108.    32021 D 1390: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1390 van de Commissie van 17 augustus 2021 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais MZIR098 (SYN-ØØØ98-3) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 300 van 24.8.2021, blz. 35).

109.    32021 D 1391: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1391 van de Commissie van 17 augustus 2021 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met het genetisch gemodificeerde koolzaad Ms8 × Rf3 × GT73, Ms8 × GT73 en Rf3 × GT73 krachtens Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 300 van 24.8.2021, blz. 41).

110.    32021 D 1392: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1392 van de Commissie van 17 augustus 2021 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais Bt11 (SYN-BTØ11-1) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 300 van 24.8.2021, blz. 48).

111.    32021 D 1393: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1393 van de Commissie van 17 augustus 2021 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde mais MON 88017 × MON 810 (MON-88Ø17-3 × MON-ØØ81Ø-6) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 300 van 24.8.2021, blz. 54).


112.    32021 D 1394: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1394 van de Commissie van 17 augustus 2021 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde mais MON 87427 × MON 87460 × MON 89034 × 1507 × MON 87411 × 59122 en genetisch gemodificeerde maisrassen die twee, drie, vier of vijf van de afzonderlijke transformatiestappen MON 87427, MON 87460, MON 89034, 1507, MON 87411 en 59122 combineren, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 300 van 24.8.2021, blz. 60).

113.    32021 D 1999: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1999 van de Commissie van 15 november 2021 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1215 wat betreft de vergunninghouder en zijn vertegenwoordiger in de Unie voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde soja FG72 (PB L 408 van 17.11.2021, blz. 6).

114.    32022 D 0529: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/529 van de Commissie van 31 maart 2022 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met het genetisch gemodificeerde koolzaad 73496 (DP-Ø73496-4) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 105 van 4.4.2022, blz. 39).

115.    32022 D 0530: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/530 van de Commissie van 31 maart 2022 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met het genetisch gemodificeerde katoen GHB811 (BCS-GH811-4) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 105 van 4.4.2022, blz. 45).

116.    32022 D 0531: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/531 van de Commissie van 31 maart 2022 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met het genetisch gemodificeerde soja GMB151 (BCS-GM151-6) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 105 van 4.4.2022, blz. 51).


117.    32022 D 0560: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/560 van de Commissie van 31 maart 2022 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde katoen GHB614 (BCS-GHØØ2-5) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 108 van 7.4.2022, blz. 60).

118.    32022 D 0736: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/736 van de Commissie van 11 mei 2022 tot wijziging van de Beschikkingen 2007/305/EG, 2007/306/EG en 2007/307/EG wat betreft de tolerantieperiode voor sporen van hybride Ms1xRf1 (ACS-BNØØ4-7xACS-BNØØ1-4)-koolzaad, hybride Ms1xRf2 (ACS-BNØØ4-7xACS-BNØØ2-5)-koolzaad en Topas 19/2 (ACS-BNØØ7-1)-koolzaad en daarvan afgeleide producten (PB L 136 van 13.5.2022, blz. 108).

119.    32022 D 0797: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/797 van de Commissie van 19 mei 2022 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde mais NK603 × T25 × DAS-40278-9 en de subcombinatie T25 × DAS-40278-9 daarvan, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 141 van 20.5.2022, blz. 116).

120.    32022 D 0798: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/798 van de Commissie van 19 mei 2022 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met de genetisch gemodificeerde soja MON 87769 × MON 89788 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 141 van 20.5.2022, blz. 123).


121.    32022 D 1094: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1094 van de Commissie van 29 juni 2022 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan uit of zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde mais DP4114 × MON 810 × MIR604 × NK603 en genetisch gemodificeerde mais die tot stand is gekomen door combinatie van twee of drie van de afzonderlijke transformatiestappen DP4114, MON 810, MIR604 en NK603, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 176 van 1.7.2022, blz. 26).

________________

BIJLAGE bij het Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Repbuliek San Marino

Brussel, 26.4.2024

COM(2024) 191 final

BIJLAGE II – ANDORRA-PROTOCOL

TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN, NORMEN, KEURING
EN CERTIFICATIE

Lijst bedoeld in artikel 13, lid 1, punt b), van de kaderovereenkomst

INHOUDSOPGAVE

1    Motorvoertuigen    4

2    Landbouw- en bosbouwtrekkers    24

3    Hef-en verladingsapparatuur    30

4    Huishoudelijke apparaten    31

5    Gastoestellen    49

6    Drukvaten    50

7    Meetinstrumenten    52

8    Elektrische materialen    55

9    Textiel    56

10    Geneesmiddelen    57

11    Meststoffen    91

12    Gevaarlijke stoffen    94

13    Cosmetica    284

14    Milieubescherming    292

15    Informatietechnologie, telecommunicatie en gegevensverwerking    310


16    Algemene bepalingen op het gebied van technische handelsbelemmeringen    313

17    Vrij verkeer van goederen – algemeen    325

18    Voor de bouw bestemde producten    326

19    Persoonlijke beschermingsmiddelen    350

20    Speelgoed    351

21    Machines    354

22    Tabak    360

23    Gedistilleerde dranken    363

24    Cultuurgoederen    370

25    Explosieven voor civiel gebruik en pyrotechnische artikelen    371

26    Medische hulpmiddelen    373

27    Pleziervaartuigen    379

28    Uitrusting van zeeschepen    380

INLEIDING

Wanneer de in deze bijlage genoemde rechtshandelingen begrippen bevatten of betrekking hebben op procedures die specifiek zijn voor de rechtsorde van de EU, zoals:

   overwegingen;

   de adressaten van de rechtshandelingen van de EU;

   verwijzingen naar gebieden of talen van de EU;


   verwijzingen naar rechten en verplichtingen van de EU-lidstaten, hun overheidsorganen, ondernemingen of personen in relatie tot elkaar; en

   verwijzingen naar informatie- en kennisgevingsprocedures;

is Kaderprotocol nr. 1 betreffende horizontale aanpassingen van toepassing, tenzij in deze bijlage anders is bepaald.

SECTORALE AANPASSINGEN

Invoer en registratie van gebruikte voertuigen

Andorra legt voor de invoer en registratie van reeds in de EU geregistreerde voertuigen geen beperkingen of vereisten op die niet van toepassing zijn op soortgelijke voertuigen die reeds in Andorra zijn geregistreerd. Dit omvat, maar is niet beperkt tot, een maximumleeftijd van het voertuig, minimumemissieniveaus of technische inspecties.


HOOFDSTUK 1

MOTORVOERTUIGEN

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    31970 L 0157: Richtlijn 70/157/EEG van de Raad van 6 februari 1970 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten betreffende het toegestane geluidsniveau en de uitlaatinrichting van motorvoertuigen (PB L 42 van 23.2.1970, blz. 16), zoals gewijzigd bij:

   31973 L 0350: Richtlijn 73/350/EEG van de Commissie op 7 november 1973 (PB L 321 van 22.11.1973, blz. 33),

   31977 L 0212: Richtlijn 77/212/EEG van de Raad van 8 maart 1977 (PB L 66 van 12.3.1977, blz. 33),

   31981 L 0334: Richtlijn 81/334/EEG van de Commissie op 13 april 1981 (PB L 131 van 18.5.1981, blz. 6),

   31984 L 0372: Richtlijn 84/372/EEG van de Commissie op 3 juli 1984 (PB L 196 van 26.7.1984, blz. 47),

   31984 L 0424: Richtlijn 84/424/EEG van de Raad van 3 september 1984 (PB L 238 van 6.9.1984, blz. 31),

   31989 L 0491: Richtlijn 89/491/EEG van de Commissie op 17 juli 1989 (PB L 238 van 15.8.1989, blz. 43),


   31992 L 0097: Richtlijn 92/97/EEG van de Raad van 10 november 1992 (PB L 371 van 19.12.1992, blz. 1),

   31996 L 0020: Richtlijn 96/20/EG van de Commissie van 27 maart 1996 (PB L 92 van 13.4.1996, blz. 23),

   31999 L 0101: Richtlijn 1999/101/EG van de Commissie van 15 december 1999 (PB L 334 van 28.12.1999, blz. 41),

   32007 L 0034: Richtlijn 2007/34/EG van de Commissie van 14 juni 2007 (PB L 155 van 15.6.2007, blz. 49),

   32013 L 0015: Richtlijn 2013/15/EU van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 172).

2.    32014 R 0540: Verordening (EU) nr. 540/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende het geluidsniveau van motorvoertuigen en vervangende geluidsdempingssystemen, en tot wijziging van Richtlijn 2007/46/EG en tot intrekking van Richtlijn 70/157/EEG (PB L 158 van 27.5.2014, blz. 131), zoals gewijzigd bij:

   32004 D 0090: Besluit 2004/90/EG van de Commissie van 23 december 2003 (PB L 31 van 4.2.2004, blz. 21).

3.    32004 L 0104: Richtlijn 2004/104/EG van de Commissie van 14 oktober 2004 tot aanpassing aan de technische vooruitgang van Richtlijn 72/245/EEG van de Raad betreffende door voertuigen veroorzaakte radiostoring (elektromagnetische compatibiliteit) en tot wijziging van Richtlijn 70/156/EEG inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten betreffende de goedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan (PB L 337 van 13.11.2004, blz. 13), gerectificeerd bij PB L 56 van 2.3.2005, blz. 35.


4.    32005 L 0049: Richtlijn 2005/49/EG van de Commissie van 25 juli 2005 tot wijziging van Richtlijn 72/245/EEG van de Raad betreffende door voertuigen veroorzaakte radiostoring (elektromagnetische compatibiliteit) en van Richtlijn 70/156/EEG inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten betreffende de goedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan, met het oog op hun aanpassing aan de technische vooruitgang (PB L 194 van 26.7.2005, blz. 12).

5.    32005 L 0039: Richtlijn 2005/39/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 tot wijziging van Richtlijn 74/408/EEG van de Raad inzake motorvoertuigen, met betrekking tot de zitplaatsen en de bevestiging en hoofdsteunen daarvan in motorvoertuigen (PL L 255 van 30.9.2005, blz. 143).

6.    32005 L 0040: Richtlijn 2005/40/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 tot wijziging van Richtlijn 77/541/EEG van de Raad inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten betreffende veiligheidsgordels en bevestigingssystemen van motorvoertuigen (PB L 255 van 30.9.2005, blz. 146).

7.    32005 L 0041: Richtlijn 2005/41/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 tot wijziging van Richtlijn 76/115/EEG van de Raad inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten betreffende bevestigingspunten voor veiligheidsgordels van motorvoertuigen (PB L 255 van 30.9.2005, blz. 149).

8.    32005 L 0064: Richtlijn 2005/64/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende de typegoedkeuring van motorvoertuigen inzake herbruikbaarheid, recyclebaarheid en mogelijke nuttige toepassing, en tot wijziging van Richtlijn 70/156/EEG van de Raad (PB L 310 van 25.11.2005, blz. 10), zoals gewijzigd bij:

   32009 L 0001: Richtlijn 2009/1/EG van de Commissie van 7 januari 2009 (PB L 9 van 14.1.2009, blz. 31).


9.    32006 D 0368: Beschikking 2006/368/EG van de Commissie van 20 maart 2006 met betrekking tot de gedetailleerde technische voorschriften voor de uitvoering van de testen die zijn gespecificeerd in Richtlijn 2005/66/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het gebruik van beschermingsinrichtingen aan de voorzijde op motorvoertuigen (PB L 140 van 29.5.2006, blz. 33).

10.    32006 L 0040: Richtlijn 2006/40/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 betreffende emissies van klimaatregelingsapparatuur in motorvoertuigen en houdende wijziging van Richtlijn 70/156/EEG van de Raad (PB L 161 van 14.6.2006, blz. 12).

11.    32007 R 0706: Verordening (EG) nr. 706/2007 van de Commissie van 21 juni 2007 tot vaststelling, krachtens Richtlijn 2006/40/EG van het Europees Parlement en de Raad, van administratieve bepalingen voor de EG-typegoedkeuring van voertuigen, en van een geharmoniseerde test voor het meten van lekkagewaarden van bepaalde klimaatregelingsapparatuur (PB L 161 van 22.6.2007, blz. 33).

12.    32007 L 0038: Richtlijn 2007/38/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 juli 2007 betreffende de uitrusting met spiegels van in de Gemeenschap ingeschreven vrachtwagens (PB L 184 van 14.7.2007, blz. 25).

13.    32007 R 0715: Verordening (EG) nr. 715/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2007 betreffende de typegoedkeuring van motorvoertuigen met betrekking tot emissies van lichte personen- en bedrijfsvoertuigen (Euro 5 en Euro 6) (PB L 171 van 29.6.2007, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32009 R 0595: Verordening (EG) nr. 595/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 (PB L 188 van 18.7.2009, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 200 van 31.7.2009, blz. 52,


   32011 R 0566: Verordening (EU) nr. 566/2011 van de Commissie van 8 juni 2011 (PB L 158 van 16.6.2011, blz. 1),

   32012 R 0459: Verordening (EU) nr. 459/2012 van de Commissie van 29 mei 2012 (PB L 142 van 1.6.2012, blz. 16),

   32017 R 1151: Verordening (EU) nr. 2017/1151 van de Commissie van 1 juni 2017 (PB L 175 van 7.7.2017, blz. 1),

   32017 R 2400: Verordening (EU) 2017/2400 van de Commissie van 12 december 2017 (PB L 349 van 29.12.2017, blz. 1),

   32018 R 0858: Verordening (EU) 2018/858 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 (PB L 151 van 14.6.2018, blz. 1).

14.    32009 R 0595: Verordening (EG) nr. 595/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 betreffende de typegoedkeuring van motorvoertuigen en motoren met betrekking tot emissies van zware bedrijfsvoertuigen (Euro VI) en de toegang tot reparatie- en onderhoudsinformatie, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 715/2007 en Richtlijn 2007/46/EG en tot intrekking van de Richtlijnen 80/1269/EEG, 2005/55/EG en 2005/78/EG (PB L 188 van 18.7.2009, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 200 van 31.7.2009, blz. 52, zoals gewijzigd bij:

   32011 R 0582: Verordening (EU) nr. 582/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 (PB L 167 van 25.6.2011, blz. 1),

   32014 R 0133: Verordening (EU) nr. 133/2014 van de Commissie van 31 januari 2014 (PB L 47 van 18.2.2014, blz. 1),


   32018 R 0858: Verordening (EU) 2018/858 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 (PB L 151 van 14.6.2018, blz. 1).

15.    32017 R 1151: Verordening (EU) 2017/1151 van de Commissie van 1 juni 2017 tot aanvulling van Verordening (EG) nr. 715/2007 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de typegoedkeuring van motorvoertuigen met betrekking tot emissies van lichte personen- en bedrijfsvoertuigen (Euro 5 en Euro 6) en de toegang tot reparatie- en onderhoudsinformatie, tot wijziging van Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad, Verordening (EG) nr. 692/2008 van de Commissie, en van Verordening (EU) nr. 1230/2012 van de Commissie, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 692/2008 van de Commissie (PB L 175 van 7.7.2017, blz. 1 ), gerectificeerd bij PB L 56 van 28.2.2018, blz. 66, zoals gewijzigd bij:

   32017 R 1154: Verordening (EU) 2017/1154 van de Commissie van 7 juni 2017 (PB L 175 van 7.7.2017, blz. 708), gerectificeerd bij PB L 256 van 4.10.2017, blz. 11,

   32017 R 1347: Verordening (EU) 2017/1347 van de Commissie van 13 juli 2017 (PB L 192 van 24.7.2017, blz. 1),

   32018 R 1832: Verordening (EU) 2018/1832 van de Commissie van 5 november 2018 (PB L 301 van 27.11.2018, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 263 van 16.10.2019, blz. 41,

   32020 R 0049: Verordening (EU) 2020/49 van de Commissie van 21 januari 2020 (PB L 17 van 22.1.2020, blz. 1).


16.    32017 R 1152: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1152 van de Commissie van 2 juni 2017 tot vaststelling van een methode voor het bepalen van de correlatieparameters die nodig zijn om de veranderingen in de regelgevende testprocedure inzake lichte bedrijfsvoertuigen weer te geven, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 293/2012 (PB L 175 van 7.7.2017, blz. 644).

17.    32017 R 1576: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/1576 van de Commissie van 26 juni 2017 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 540/2014 van het Europees Parlement en de Raad wat de voorschriften voor akoestische voertuigwaarschuwingssystemen met het oog op de EU-typegoedkeuring van voertuigen betreft (PB L 239 van 19.9.2017, blz. 3).

18.    32011 R 0582: Verordening (EU) nr. 582/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 tot uitvoering en wijziging van Verordening (EG) nr. 595/2009 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot emissies van zware bedrijfsvoertuigen (Euro VI) en tot wijziging van de bijlagen I en III bij Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 167 van 25.6.2011, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 0064: Verordening (EU) nr. 64/2012 van de Commissie van 23 januari 2012 (PB L 28 van 31.1.2012, blz. 1),

   32014 R 0133: Verordening (EU) nr. 133/2014 van de Commissie van 31 januari 2014 (PB L 47 van 18.2.2014, blz. 1),

   32014 R 0136: Verordening (EU) nr. 136/2014 van de Commissie van 11 februari 2014 (PB L 43 van 13.2.2014, blz. 12),

   32014 R 0627: Verordening (EU) nr. 627/2014 van de Commissie van 12 juni 2014 (PB L 174 van 13.6.2014, blz. 28),


   32016 R 1718: Verordening (EU) 2016/1718 van de Commissie van 20 september 2016 (PB L 259 van 27.9.2016, blz. 1),

   32017 R 1347: Verordening (EU) 2017/1347 van de Commissie van 13 juli 2017 (PB L 192 van 24.7.2017, blz. 1),

   32017 R 2400: Verordening (EU) 2017/2400 van de Commissie van 12 december 2017 (PB L 349 van 29.12.2017, blz. 1),

   32018 R 0932: Verordening (EU) 2018/932 van de Commissie van 29 juni 2018 (PB L 165 van 2.7.2018, blz. 32),

   32019 R 1939: Verordening (EU) 2019/1939 van de Commissie van 7 november 2019 (PB L 303 van 25.11.2019, blz. 1),

   32020 R 1181: Verordening (EU) 2020/1181 van de Commissie van 7 augustus 2020 (PB L 263 van 12.8.2020, blz. 1).

19.    32017 R 2400: Verordening (EU) 2017/2400 van de Commissie van 12 december 2017 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 595/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de bepaling van de CO2-emissies en het brandstofverbruik van zware bedrijfsvoertuigen betreft, en tot wijziging van Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EU) nr. 582/2011 van de Commissie (PB L 349 van 29.12.2017, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0318: Verordening (EU) 2019/318 van de Commissie van 19 februari 2019 (PB L 58 van 26.2.2019, blz. 1),


   32020 R 1181: Verordening (EU) 2020/1181 van de Commissie van 7 augustus 2020 (PB L 263 van 12.8.2020, blz. 1).

20.    32019 R 0543: Verordening (EU) 2019/543 van de Commissie van 3 april 2019 tot wijziging van bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 661/2009 van het Europees Parlement en de Raad en van de bijlagen I, III en IV bij Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de bijwerking van de verwijzingen naar en opname van bepaalde reglementen van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties met betrekking tot de typegoedkeuring van motorvoertuigen (PB L 95 van 4.4.2019, blz. 1).

21.    32013 R 0168: Verordening (EU) nr. 168/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2013 betreffende de goedkeuring van en het markttoezicht op twee- of driewielige voertuigen en vierwielers (PB L 60 van 2.3.2013, blz. 52), gerectificeerd bij PB L 77 van 23.3.2016, blz. 65, zoals gewijzigd bij:

   32014 R 0134: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 134/2014 van de Commissie van 16 december 2013 (PB L 53 van 21.2.2014, blz. 1),

   32019 R 0129: Verordening (EU) 2019/129 van het Europees Parlement en de Raad van 16 januari 2019 (PB L 30 van 31.1.2019, blz. 106),

   32020 R 1694: Verordening (EU) 2020/1694 van het Europees Parlement en de Raad van 11 november 2020 (PB L 381 van 13.11.2020, blz. 4).


Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassingen gelezen:

Gezien het besluit van de EU om de rechten en plichten van Andorra voor het afgeven van EU-typegoedkeuringen en voor het aanwijzen van andere technische diensten van de EU dan die welke door de EU-lidstaten zijn opgericht of aangewezen, niet uit te breiden:

a)    Met betrekking tot EU-typegoedkeuring zijn de artikelen 6, 7, 11, 25 tot en met 37, 40, 41, 49, 51, 52 en 61 tot en met 71 niet van toepassing.

b)    Artikel 42, lid 9, wordt vervangen door: “De goedkeuringsinstanties van de EU-lidstaten kunnen de door Andorra afgegeven nationale typegoedkeuring aanvaarden indien zij van oordeel zijn dat de nationale technische voorschriften van Andorra volgens welke het voertuig is goedgekeurd, gelijkwaardig zijn aan hun eigen technische voorschriften. Een dergelijke goedkeuring is alleen geldig in die lidstaat die deze gelijkwaardigheid aanvaardt.”

c)    Artikel 53, lid 1, wordt vervangen door: “Elk besluit dat uit hoofde van deze verordening wordt genomen en elk besluit tot weigering van de registratie, tot het verbieden of beperken van het in de handel brengen, registreren of in het verkeer brengen van een voertuig, dan wel tot het verplicht uit de handel nemen van een voertuig, wordt uitvoerig met redenen omkleed.”

Niettegenstaande deze uitzonderingen aanvaardt Andorra voor voertuigen, systemen, onderdelen en delen die op de markt worden gebracht de EU- en VN-certificaten die door de EU-typegoedkeuringsinstanties zijn afgegeven, alsmede de bijbehorende markeringen, als bewijs van conformiteit, zonder verdere tests of markeringen (afgezien van de markeringen of etiketten die al verplicht zijn krachtens de verordeningen/richtlijnen van de EU of de VN-reglementen). Wat de VN-certificaten en -markeringen betreft, geldt dit alleen voor de VN/ECE-reglementen van 1958 die de EU toepast.


Voor de VN/ECE-reglementen van 1958 die zowel de EU als Andorra in dezelfde versies toepassen, aanvaardt de EU de geldig door Andorra afgegeven VN-certificaten.

Andorra is verplicht de bepalingen van de EU-wetgeving inzake motorvoertuigen betreffende markttoezicht toe te passen. Andorra kan die taak geheel of gedeeltelijk uitbesteden aan de markttoezichtautoriteit van een EU-lidstaat van zijn keuze.

Deze aanpassingen zijn van overeenkomstige toepassing op de bepalingen betreffende EU-typegoedkeuring in:

   32014 R 0044: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 44/2014 van de Commissie van 21 november 2013 (PB L 25 van 28.1.2014, blz. 1),

   32014 R 0134: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 134/2014 van de Commissie van 16 december 2013 (PB L 53 van 21.2.2014, blz. 1),

   32014 R 0901: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 901/2014 van de Commissie van 18 juli 2014 (PB L 249 van 22.8.2014, blz. 1).

22.    32014 R 0003: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 3/2014 van de Commissie van 24 oktober 2013 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 168/2013 van het Europees Parlement en de Raad betreffende functionele veiligheidsvoorschriften voor de goedkeuring van twee- of driewielige voertuigen en vierwielers (PB L 7 van 10.1.2014, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 1824: Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1824 van de Commissie van 14 juli 2016 (PB L 279 van 15.10.2016, blz. 1).


23.    32014 R 0044: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 44/2014 van de Commissie van 21 november 2013 ter aanvulling van Verordening (EU) nr. 168/2013 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voertuigconstructie en algemene voorschriften voor de goedkeuring van twee- of driewielige voertuigen en vierwielers (PB L 25 van 28.1.2014, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 1824: Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1824 van de Commissie van 14 juli 2016 (PB L 279 van 15.10.2016, blz. 1),

   32018 R 0295: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/295 van de Commissie van 15 december 2017 (PB L 56 van 28.2.2018, blz. 1).

24.    32014 R 0901: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 901/2014 van de Commissie van 18 juli 2014 tot uitvoering van Verordening (EU) nr. 168/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de administratieve voorschriften voor de goedkeuring van en het markttoezicht op twee- of driewielige voertuigen en vierwielers (PB L 249 van 22.8.2014, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 158 van 21.6.2017, blz. 51, zoals gewijzigd bij:

   32016 R 1825: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1825 van de Commissie van 6 september 2016 (PB L 279 van 15.10.2016, blz. 47), gerectificeerd bij PB L 23 van 28.1.2017, blz. 122,

   32020 R 0239: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/239 van de Commissie van 20 februari 2020 (PB L 48 van 21.2.2020, blz. 6).


25.    32014 R 0134: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 134/2014 van de Commissie van 16 december 2013 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 168/2013 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de voorschriften voor milieuprestaties en prestaties van de aandrijfeenheid en tot wijziging van bijlage V bij die Verordening (PB L 53 van 21.2.2014, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 1824: Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1824 van de Commissie van 14 juli 2016 (PB L 279 van 15.10.2016, blz. 1).

26.    32015 R 0758: Verordening (EU) 2015/758 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2015 inzake typegoedkeuringseisen voor de uitrol van het op de 112-dienst gebaseerde eCall-boordsysteem en houdende wijziging van Richtlijn 2007/46/EG (PB L 123 van 19.5.2015, blz. 77), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0079: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/79 van de Commissie van 12 september 2016 (PB L 12 van 17.1.2017, blz. 44).

27.    32017 R 0078: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/78 van de Commissie van 15 juli 2016 tot vaststelling van administratieve bepalingen voor de EG-typegoedkeuring van motorvoertuigen wat de op de 112-dienst gebaseerde eCall-boordsystemen daarvan betreft, en voor uniforme voorwaarden voor de tenuitvoerlegging van Verordening (EU) 2015/758 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de bescherming van de persoonlijke levenssfeer en persoonsgegevens van gebruikers van dergelijke systemen (PB L 12 van 17.1.2017, blz. 26).

28.    32017 R 0079: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/79 van de Commissie van 12 september 2016 tot vaststelling van gedetailleerde technische voorschriften en testprocedures voor de EG-typegoedkeuring van motorvoertuigen met betrekking tot op 112 gebaseerde eCall-boordsystemen, op 112 gebaseerde eCall-boordsystemen als technische eenheden, evenals onderdelen daarvan, en tot aanvulling en wijziging van Verordening (EU) 2015/758 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de vrijstellingen en de toepasselijke normen (PB L 12 van 17.1.2017, blz. 44).


29.    32019 R 0026: Verordening (EU) 2019/26 van het Europees Parlement en de Raad van 8 januari 2019 tot aanvulling van de typegoedkeuringswetgeving van de Unie in verband met de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de Unie (PB L 8I van 10.1.2019, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 11 van 14.1.2019, blz. 34.

30.    32018 R 0858: Verordening (EU) 2018/858 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 betreffende de goedkeuring van en het markttoezicht op motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan en systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn bestemd (PB L 151 van 14.06.2018, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 2144: Verordening (EU) 2019/2144 van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2019 (PB L 325 van 16.12.2019, blz. 1),

   32021 R 1244: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1244 van de Commissie van 20 mei 2021 (PB L 272 van 30.7.2021, blz. 16),

   32021 R 1445: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1445 van de Commissie van 23 juni 2021 (PB L 313 van 6.9.2021, blz. 4).

   32022 R 2236: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/2236 van de Commissie van 20 juni 2022 (PB L 296 van 16.11.2022, blz. 1).


Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassingen gelezen:

Gezien het besluit van de EU om de rechten en plichten van Andorra voor het afgeven van EU-typegoedkeuringen en voor het aanwijzen van andere technische diensten van de EU dan die welke door de EU-lidstaten zijn opgericht of aangewezen, niet uit te breiden,

a)    Met betrekking tot de EU-typegoedkeuring zijn de artikelen 6, 7, 22 tot en met 34, 37, 39, 40, 41, 44, 54, 67 tot en met 81, 84 en 89; bijlage III, bijlage IV, bijlage VII, bijlage VIII, bijlage IX en bijlage X niet van toepassing.

b)    Artikelen 43 en 46 worden vervangen door: “De goedkeuringsinstanties van de EU-lidstaten kunnen de door Andorra afgegeven nationale typegoedkeuring aanvaarden indien zij van oordeel zijn dat de nationale technische voorschriften van Andorra volgens welke het voertuig is goedgekeurd, gelijkwaardig zijn aan hun eigen technische voorschriften. Een dergelijke goedkeuring is alleen geldig in die lidstaat die deze gelijkwaardigheid aanvaardt.”

c)    Artikel 53 wordt vervangen door: “Elk besluit dat uit hoofde van deze verordening wordt genomen en elk besluit tot weigering van de registratie, tot het verbieden of beperken van het in de handel brengen, registreren of in het verkeer brengen van een voertuig, dan wel tot het verplicht uit de handel nemen van een voertuig, wordt uitvoerig met redenen omkleed.”


Niettegenstaande deze uitzonderingen aanvaardt Andorra voor voertuigen, systemen, onderdelen en delen die op de markt worden gebracht de EU- en VN-certificaten die door de EU-typegoedkeuringsinstanties zijn afgegeven, alsmede de bijbehorende markeringen, als bewijs van conformiteit, zonder verdere tests of markeringen (afgezien van de markeringen of etiketten die al verplicht zijn krachtens de verordeningen/richtlijnen van de EU of de VN-reglementen). Wat de VN-certificaten en -markeringen betreft, geldt dit alleen voor de VN/ECE-reglementen van 1958 die de EU toepast.

Voor de VN/ECE-reglementen van 1958 die zowel de EU als Andorra in dezelfde versies toepassen, aanvaardt de EU de geldig door Andorra afgegeven VN-certificaten.

Andorra past de bepalingen van de EU-wetgeving inzake motorvoertuigen toe met betrekking tot markttoezicht, met inbegrip van het minimumaantal voertuigen dat moet worden getest. Andorra kan die taak geheel of gedeeltelijk uitbesteden aan de markttoezichtautoriteit van een EU-lidstaat van zijn keuze.

31.    32022 R 1209: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/1209 van de Commissie van 5 mei 2022 tot aanvulling van Verordening (EU) 2018/858 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de procedure voor het opleggen van administratieve geldboetes en de methoden voor de berekening en de inning ervan (PB L 187 van 14.7.2022, blz. 19).

32.    32022 R 0163: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/163 van de Commissie van 7 februari 2022 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2018/858 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft functionele voorschriften voor het markttoezicht op voertuigen, systemen, onderdelen en technische eenheden (PB L 27 van 8.2.2022, blz. 1).


33.    32020 R 0683: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/683 van de Commissie van 15 april 2020 tot uitvoering van Verordening (EU) 2018/858 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de administratieve voorschriften voor de goedkeuring van en het markttoezicht op motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan en systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn bestemd (PB L 163 van 26.5.2020, blz. 1).

34.    32020 R 1812: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1812 van de Commissie van 1 december 2020 tot vaststelling van voorschriften voor de onlinegegevensuitwisseling en de kennisgeving van EU-typegoedkeuringen overeenkomstig Verordening (EU) 2018/858 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 404 van 2.12.2020, blz. 5).

35.    32021 R 0133: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/133 van de Commissie van 4 februari 2021 tot uitvoering van Verordening (EU) 2018/858 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het basisformaat, de structuur en de manier van uitwisseling van de gegevens van het certificaat van overeenstemming in elektronische vorm (PB L 42 van 5.2.2021, blz. 1).


36.    32019 R 2144: Verordening (EU) 2019/2144 van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2019 betreffende de voorschriften voor de typegoedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan en van systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn bestemd wat de algemene veiligheid ervan en de bescherming van de inzittenden van voertuigen en kwetsbare weggebruikers betreft, tot wijziging van Verordening (EU) 2018/858 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 78/2009, (EG) nr. 79/2009 en (EG) nr. 661/2009 van het Europees Parlement en de Raad en de Verordeningen (EG) nr. 631/2009, (EU) nr. 406/2010, (EU) nr. 672/2010, (EU) nr. 1003/2010, (EU) nr. 1005/2010, (EU) nr. 1008/2010, (EU) nr. 1009/2010, (EU) nr. 19/2011, (EU) nr. 109/2011, (EU) nr. 458/2011, (EU) nr. 65/2012, (EU) nr. 130/2012, (EU) nr. 347/2012, (EU) nr. 351/2012, (EU) nr. 1230/2012 en (EU) 2015/166 van de Commissie (PB L 325 van 16.12.2019, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 398 van 11.11.2021, blz. 29, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1243: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1243 van de Commissie van 19 april 2021 (PB L 272 van 30.7.2021, blz. 11),

   32021 R 1341: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1341 van de Commissie van 23 april 2021 (PB L 292 van 16.8.2021, blz. 4),

   32021 R 1958: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1958 van de Commissie van 23 juni 2021 (PB L 409 van 17.11.2021, blz. 1),

   32022 R 0545: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/545 van de Commissie van 26 januari 2022 (PB L 107 van 6.4.2022, blz. 18),

   32022 R 1398: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/1398 van de Commissie van 8 juni 2022 (PB L 213 van 16.8.2022, blz. 1).


37.    32021 R 0535: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/535 van de Commissie van 31 maart 2021 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2019/2144 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft uniforme procedures en technische specificaties voor de typegoedkeuring van voertuigen en van systemen, onderdelen en technische eenheden die voor die voertuigen zijn bestemd, wat betreft de algemene constructiekenmerken en veiligheid ervan (PB L 117 van 6.4.2021, blz. 1).

38.    32021 R 0646: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/646 van de Commissie van 19 april 2021 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2019/2144 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft uniforme procedures en technische specificaties voor de typegoedkeuring van motorvoertuigen wat de systemen voor rijstrookassistentie in noodsituaties betreft (PB L 133 van 20.4.2021, blz. 31), gerectificeerd bij PB L 145 van 28.4.2021, blz. 42.

39.    32021 R 1243: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1243 van de Commissie van 19 april 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2019/2144 van het Europees Parlement en de Raad met nadere regels voor de ondersteuning van de installatie van een alcoholslot in motorvoertuigen en tot wijziging van bijlage II bij die Verordening (PB L 272 van 30.7.2021, blz. 11).

40.    32021 R 1341: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1341 van de Commissie van 23 april 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2019/2144 van het Europees Parlement en de Raad door de nadere voorschriften vast te stellen voor specifieke testprocedures en technische voorschriften voor de typegoedkeuring van motorvoertuigen met betrekking tot systemen voor vermoeidheids- en aandachtswaarschuwing, en tot wijziging van bijlage II bij Verordening (PB L 292 van16.8.2021, blz. 4).


41.    32021 R 1958: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1958 van de Commissie van 23 juni 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2019/2144 van het Europees Parlement en de Raad met uitvoeringsbepalingen voor de specifieke testprocedures en technische voorschriften voor de typegoedkeuring van motorvoertuigen wat de systemen voor intelligente snelheidsondersteuning betreft en voor de typegoedkeuring van die systemen als technische eenheden en tot wijziging van bijlage II bij die verordening (PB L 409 van 17.11.2021, blz. 1).

42.    32022 R 1426: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1426 van de Commissie van 5 augustus 2022 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2019/2144 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft uniforme procedures en technische specificaties voor de typegoedkeuring van het systeem voor geautomatiseerd rijden van volledig geautomatiseerde voertuigen (PB L 221 van 26.8.2022, p. 1).

43.    32022 R 0545: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/545 van de Commissie van 26 januari 2022 tot aanvulling van Verordening (EU) 2019/2144 van het Europees Parlement en de Raad met uitvoeringsbepalingen voor de specifieke testprocedures en technische voorschriften voor de typegoedkeuring van motorvoertuigen wat de gegevensrecorder voor incidenten betreft en voor de typegoedkeuring van die systemen als technische eenheden en tot wijziging van bijlage II bij die verordening (PB L 107 van 6.4.2022, blz. 18).

HANDELINGEN WAARVAN DE GEASSOCIEERDE PARTIJEN NOTA NEMEN

1.    52007 SC 0169: Interpretatieve mededeling van de Commissie 2007/C 68/04 over de procedures voor de registratie van uit een andere lidstaat afkomstige motorvoertuigen (PB C 68 van 24.3.2007, blz. 15).


HOOFDSTUK 2

LANDBOUW- EN BOSBOUWTREKKERS

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32008 L 0002: Richtlijn 2008/2/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2008 betreffende het zichtveld en de ruitenwissers van landbouw- of bosbouwtrekkers op wielen (PB L 24 van 29.1.2008, blz. 30).

2.    32013 R 0167: Verordening (EU) nr. 167/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 5 februari 2013 inzake de goedkeuring van en het markttoezicht op landbouw- en bosbouwvoertuigen (PB L 60 van 2.3.2013, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 1322: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie van 19 september 2014 (PB L 364 van 18.12.2014, blz. 1),

   32016 R 1628: Verordening (EU) 2016/1628 van het Europees Parlement en de Raad van 14 september 2016 (PB L 252 van 16.9.2016, blz. 53), gerectificeerd bij PB L 231 van 6.9.2019, blz. 29,

   32016 R 1788: Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1788 van de Commissie van 14 juli 2016 (PB L 277 van 13.10.2016, blz. 1),

   32018 R 0985: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/985 van de Commissie van 12 februari 2018 (PB L 182 van 18.7.2018, blz. 1),


   32018 R 0830: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/830 van de Commissie van 9 maart 2018 (PB L 140 van 6.6.2018, blz. 15),

   32019 R 0519: Verordening (EU) 2019/519 van het Europees Parlement en de Raad van 19 maart 2019 (PB L 91 van 29.3.2019, blz. 42),

   32020 R 1564: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1564 van de Commissie van 6 augustus 2020 (PB L 358 van 28.10.2020).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassingen gelezen:

Gezien het besluit van de EU om de rechten en plichten van Andorra voor het afgeven van EU-typegoedkeuringen en voor het aanwijzen van andere technische diensten van de EU dan die welke door de EU-lidstaten zijn opgericht of aangewezen, niet uit te breiden:

a)    Met betrekking tot de EU-typegoedkeuring zijn de artikelen 5, 6, 20 tot en met 32, 35, 36 en 57 tot en met 67 niet van toepassing.

b)    Artikel 37, lid 8, wordt vervangen door: “De goedkeuringsinstanties van de EU-lidstaten kunnen de door Andorra afgegeven nationale typegoedkeuring aanvaarden indien zij van oordeel zijn dat de nationale technische voorschriften van Andorra volgens welke het voertuig is goedgekeurd, gelijkwaardig zijn aan hun eigen technische voorschriften. Een dergelijke goedkeuring is alleen geldig in die lidstaat die deze gelijkwaardigheid aanvaardt.”


c)    Artikel 48, lid 1, wordt vervangen door: “Elk besluit dat uit hoofde van deze verordening wordt genomen en elk besluit tot weigering van de registratie, tot het verbieden of beperken van het in de handel brengen, registreren of in het verkeer brengen van een voertuig, dan wel tot het verplicht uit de handel nemen van een voertuig, wordt uitvoerig met redenen omkleed.”

Niettegenstaande deze uitzonderingen aanvaardt Andorra voor voertuigen, systemen, onderdelen en delen die op de markt worden gebracht de EU- en VN-certificaten die door de EU-typegoedkeuringsinstanties zijn afgegeven, alsmede de OESO-testrapporten en certificeringen die door de aangewezen nationale instanties van de EU zijn afgegeven, en de merktekens daarvan, als bewijs van conformiteit, zonder verdere tests of merktekens (naast de merktekens of etiketten die al verplicht zijn krachtens de verordeningen/richtlijnen van de EU of de VN-reglementen). Wat de VN-certificaten en -markeringen betreft, geldt dit alleen voor de VN/ECE-reglementen van 1958 die de EU toepast.

Voor de VN/ECE-reglementen van 1958 die zowel de EU als Andorra in dezelfde versies toepassen, aanvaardt de EU de geldig door Andorra afgegeven VN-certificaten.

Andorra is verplicht de bepalingen van de EU-wetgeving inzake landbouw- en bosbouwvoertuigen met betrekking tot markttoezicht toe te passen. Andorra kan die taak geheel of gedeeltelijk uitbesteden aan de markttoezichtautoriteit van een EU-lidstaat van zijn keuze.

Deze aanpassingen zijn van overeenkomstige toepassing op de bepalingen betreffende EU-typegoedkeuring in:

   32014 R 1322: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie van 19 september 2014 (PB L 364 van 18.12.2014, blz. 1),


   32015 R 0068: Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie van 15 oktober 2014 (PB L 17 van 23.1.2015, blz. 1),

   32015 R 0208: Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie van 8 december 2014 (PB L 42 van 17.2.2015, blz. 1),

   32015 R 0504: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/504 van de Commissie van 11 maart 2015 (PB L 85 van 28.3.2015, blz. 1).

3.    32014 R 1322: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1322/2014 van de Commissie van 19 september 2014 tot aanvulling en wijziging van Verordening (EU) nr. 167/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat de voertuigconstructie en algemene voorschriften voor de goedkeuring van landbouw- en bosbouwvoertuigen betreft (PB L 364 van 18.12.2014, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 1788: Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1788 van de Commissie van 14 juli 2016 (PB L 277 van 13.10.2016, blz. 1).

4.    32015 R 0068: Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/68 van de Commissie van 15 oktober 2014 ter aanvulling van Verordening (EU) nr. 167/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft remvoorschriften voor de goedkeuring van landbouw- en bosbouwvoertuigen (PB L 17 van 23.1.2015, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 1788: Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1788 van de Commissie van 14 juli 2016 (PB L 277 van 13.10.2016, blz. 1),

   32018 R 0828: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/828 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 140 van 6.6.2018, blz. 5).


5.    32018 R 0985: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/985 van de Commissie van 12 februari 2018 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 167/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft voorschriften voor milieuprestaties en prestaties van de aandrijfeenheid voor landbouw- en bosbouwvoertuigen en de motoren daarvan en tot intrekking van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/96 van de Commissie (PB L 182 van 18.7.2018, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 1564: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1564 van de Commissie van 6 augustus 2020 (PB L 358 van 28.10.2020, blz. 1),

   32022 R 0518: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/518 van de Commissie van 13 januari 2022 (PB L 104 van 1.4.2022, blz. 56).

6.    32015 R 0504: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/504 van de Commissie van 11 maart 2015 tot uitvoering van Verordening (EU) nr. 167/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de administratieve voorschriften voor de goedkeuring van en het markttoezicht op landbouw- en bosbouwvoertuigen (PB L 85 van 28.3.2015, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 1789: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1789 van de Commissie van 7 september 2016 (PB L 277 van 13.10.2016, blz. 60),

   32018 R 0128: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/128 van de Commissie van 25 januari 2018 (PB L 22 van 26.1.2018, blz. 16),

   32018 R 0986: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/986 van de Commissie van 3 april 2018 (PB L 182 van 18.7.2018, blz. 16).


7.    32015 R 0208: Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/208 van de Commissie van 8 december 2014 ter aanvulling van Verordening (EU) nr. 167/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft functionele veiligheidsvoorschriften voor de goedkeuring van landbouw- en bosbouwvoertuigen (PB L 42 van 17.2.2015, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 1788: Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1788 van de Commissie van 14 juli 2016 (PB L 277 van 13.10.2016, blz. 1),

   32018 R 0829: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/829 van de Commissie van 15 februari 2018 (PB L 140 van 6.6.2018, blz. 8),

   32020 R 0540: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/540 van de Commissie van 21 januari 2020 (PB L 121 van 20.4.2020, blz. 1).


HOOFDSTUK 3

HEF-EN VERLADINGSAPPARATUUR

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    31973 L 0361: Richtlijn 73/361/EEG van de Raad van 19 november 1973 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der lidstaten inzake het certificaat en het kenmerken van staalkabels, kettingen en haken (PB L 335 van 5.12.1973, blz. 51).

2.    32014 L 0033: Richtlijn 2014/33/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake liften en veiligheidscomponenten voor liften (PB L 96 van 29.3.2014, blz. 251).

HANDELINGEN WAARVAN DE GEASSOCIEERDE PARTIJEN NOTA NEMEN

1.    31995 X 0216: Aanbeveling 95/216/EG van de Commissie van 8 juni 1995 betreffende een betere beveiliging van bestaande liften (PB L 137 van 20.6.1995, blz. 37).


HOOFDSTUK 4

HUISHOUDELIJKE APPARATEN

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32017 R 1369: Verordening (EU) 2017/1369 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2017 tot vaststelling van een kader voor energie-etikettering en tot intrekking van Richtlijn 2010/30/EU (PB L 198 van 28.7.2017, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 0740: Verordening (EU) 2020/740 van het Europees Parlement en de Raad van 25 mei 2020 (PB L 177 van 5.6.2020, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 241 van 27.7.2020, blz. 46 en PB L 147 van 30.4.2021, blz. 23.

2.    32012 R 0392: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 392/2012 van de Commissie van 1 maart 2012 houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van huishoudelijke droogtrommels (PB L 123 van 9.5.2012, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 124 van 11.5.2012, blz. 56, zoals gewijzigd bij:

   32014 R 0518: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 518/2014 van de Commissie van 5 maart 2014 (PB L 147 van 17.5.2014, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 244 van 19.9.2015, blz. 60,

   32017 R 0254: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/254 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 38 van 15.2.2017, blz. 1),

   32020 R 1059: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1059 van de Commissie van 27 april 2020 (PB L 232 van 20.7.2020, blz. 28).


3.    32011 R 0626: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 626/2011 van de Commissie van 4 mei 2011 houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van airconditioners (PB L 178 van 6.7.2011, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 0518: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 518/2014 van de Commissie van 5 maart 2014 (PB L 147 van 17.5.2014, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 244 van 19.9.2015, blz. 60,

   32017 R 0254: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/254 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 38 van 15.2.2017, blz. 1),

   32020 R 1059: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1059 van de Commissie van 27 april 2020 (PB L 232 van 20.7.2020, blz. 28).

4.    32014 R 1254: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1254/2014 van de Commissie van 11 juli 2014 houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van residentiële ventilatie-eenheden (PB L 337 van 25.11.2014, blz. 27), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0254: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/254 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 38 van 15.2.2017, blz. 1),

   32020 R 0987: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/987 van de Commissie van 20 januari 2020 (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 1).


5.    32015 R 1186: Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/1186 van de Commissie van 24 april 2015 houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad wat de energie-etikettering van toestellen voor lokale ruimteverwarming betreft (PB L 193 van 21.7.2015, blz. 20), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0254: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/254 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 38 van 15.2.2017, blz. 1).

6.    32015 R 1187: Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/1187 van de Commissie van 27 april 2015 houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van verwarmingsketels voor vaste brandstoffen en pakketten bestaande uit een verwarmingsketel voor vaste brandstoffen, aanvullende verwarmingstoestellen, temperatuurregelaars en zonne-energie-installaties (PB L 193 van 21.7.2015, blz. 43), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0254: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/254 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 38 van 15.2.2017, blz. 1).

7.    32015 R 1094: Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/1094 van de Commissie van 5 mei 2015 houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad wat de energie-etikettering van professionele koelbewaarkasten betreft (PB L 177 van 8.7.2015, blz. 2), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0254: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/254 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 38 van 15.2.2017, blz. 1).


8.    32013 R 0811: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 811/2013 van de Commissie van 18 februari 2013 ter aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad wat de energie-etikettering van ruimteverwarmingstoestellen, combinatieverwarmingstoestellen, pakketten van ruimteverwarmingstoestellen, temperatuurregelaars en zonne-energie-installaties en pakketten van combinatieverwarmingstoestellen, temperatuurregelaars en zonne-energie-installaties betreft (PB L 239 van 6.9.2013, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 0518: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 518/2014 van de Commissie van 5 maart 2014 (PB L 147 van 17.5.2014, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 244 van 19.9.2015, blz. 60,

   32017 R 0254: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/254 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 38 van 15.2.2017, blz. 1).

9.    32013 R 0812: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 812/2013 van de Commissie van 18 februari 2013 ter aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad wat de energie-etikettering van waterverwarmingstoestellen, warmwatertanks en pakketten van waterverwarmingstoestellen en zonne-energie-installaties betreft (PB L 239 van 6.9.2013, blz. 83), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 0518: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 518/2014 van de Commissie van 5 maart 2014 (PB L 147 van 17.5.2014, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 244 van 19.9.2015, blz. 60,

   32017 R 0254: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/254 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 38 van 15.2.2017, blz. 1),

   32018 R 0543: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/543 van de Commissie van 23 januari 2018 (PB L 90 van 6.4.2018, blz. 63).


10.    32014 R 0065: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 65/2014 van de Commissie van 1 oktober 2013 houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van huishoudelijke ovens en afzuigkappen (PB L 29 van 31.1.2014, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 61 van 5.3.2015, blz. 26, zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0254: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/254 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 38 van 15.2.2017, blz. 1).

11.    32019 R 0424: Verordening (EU) 2019/424 van de Commissie van 15 maart 2019 tot vaststelling van eisen inzake ecologisch ontwerp voor servers en gegevensopslagproducten overeenkomstig Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 617/2013 van de Commissie (PB L 74 van 18.3.2019, blz. 46), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0341: Verordening (EU) 2021/341 van de Commissie van 23 februari 2021 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 108).

12.    32019 R 1784: Verordening (EU) 2019/1784 van de Commissie van 1 oktober 2019 tot vaststelling van eisen inzake ecologisch ontwerp voor lasapparatuur krachtens Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 272 van 25.10.2019, blz. 121).


13.    32019 R 2013: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2013 van de Commissie van 11 maart 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/1369 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van elektronische beeldschermen en tot intrekking van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1062/2010 van de Commissie (PB L 315 van 5.12.2019, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 50 van 24.2.2020, blz. 18, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0340: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/340 van de Commissie van 17 december 2020 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 62).

14.    32019 R 2014: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2014 van de Commissie van 11 maart 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/1369 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van huishoudelijke wasmachines en huishoudelijke was-droogcombinaties en tot intrekking van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1061/2010 van de Commissie en Richtlijn 96/60/EG van de Commissie (PB L 315 van 5.12.2019, blz. 29), gerectificeerd bij PB L 50 van 24.2.2020, blz. 19, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0340: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/340 van de Commissie van 17 december 2020 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 62).

15.    32019 R 2015: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2015 van de Commissie van 11 maart 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/1369 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van lichtbronnen en tot intrekking van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 874/2012 van de Commissie (PB L 315 van 5.12.2019, blz. 68), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0340: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/340 van de Commissie van 17 december 2020 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 62).


16.    32019 R 2016: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2016 van de Commissie van 11 maart 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/1369 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van koelapparaten en tot intrekking van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1060/2010 van de Commissie (PB L 315 van 5.12.2019, blz. 102), gerectificeerd bij PB L 50 van 24.2.2020, blz. 21, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0340: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/340 van de Commissie van 17 december 2020 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 62).

17.    32019 R 2017: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2017 van de Commissie van 11 maart 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/1369 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van huishoudelijke afwasmachines en tot intrekking van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1059/2010 van de Commissie (PB L 315 van 5.12.2019, blz. 134), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0340: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/340 van de Commissie van 17 december 2020 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 62).

18.    32019 R 2018: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2018 van de Commissie van 11 maart 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/1369 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van koelapparaten met een directe-verkoopfunctie (PB L 315 van 5.12.2019, blz. 155), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0340: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/340 van de Commissie van 17 december 2020 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 62).


19.    32019 R 2019: Verordening (EU) 2019/2019 van de Commissie van 1 oktober 2019 tot vaststelling van eisen inzake ecologisch ontwerp voor koelapparaten overeenkomstig Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 643/2009 van de Commissie (PB L 315 van 5.12.2019, blz. 187), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0341: Verordening (EU) 2021/341 van de Commissie van 23 februari 2021 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 108).

20.    32019 R 2020: Verordening (EU) 2019/2020 van de Commissie van 1 oktober 2019 tot vaststelling van eisen inzake ecologisch ontwerp voor lichtbronnen en afzonderlijke voorschakelapparatuur overeenkomstig Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 244/2009, (EG) nr. 245/2009 en (EU) nr. 1194/2012 van de Commissie (PB L 315 van 5.12.2019, blz. 209), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0341: Verordening (EU) 2021/341 van de Commissie van 23 februari 2021 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 108).

21.    32019 R 2021: Verordening (EU) 2019/2021 van de Commissie van 1 oktober 2019 tot vaststelling van eisen inzake ecologisch ontwerp voor elektronische beeldschermen overeenkomstig Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1275/2008 van de Commissie en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 642/2009 van de Commissie (PB L 315 van 5.12.2019, blz. 241), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0341: Verordening (EU) 2021/341 van de Commissie van 23 februari 2021 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 108).


22.    32019 R 2022: Verordening (EU) 2019/2022 van de Commissie van 1 oktober 2019 tot vaststelling van eisen inzake ecologisch ontwerp voor huishoudelijke afwasmachines overeenkomstig Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1275/2008 van de Commissie en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1016/2010 van de Commissie (PB L 315 van 5.12.2019, blz. 267), gewijzigd bij:

   32021 R 0341: Verordening (EU) 2021/341 van de Commissie van 23 februari 2021 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 108).

23.    32019 R 2023: Verordening (EU) 2019/2023 van de Commissie van 1 oktober 2019 tot vaststelling van eisen inzake ecologisch ontwerp voor huishoudelijke wasmachines en huishoudelijke was-droogcombinaties overeenkomstig Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1275/2008 van de Commissie en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1015/2010 van de Commissie (PB L 315 van 5.12.2019, blz. 285), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0341: Verordening (EU) 2021/341 van de Commissie van 23 februari 2021 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 108).

24.    32019 R 2024: Verordening (EU) 2019/2024 van de Commissie van 1 oktober 2019 tot vaststelling van eisen inzake ecologisch ontwerp voor koelapparaten met een directe-verkoopfunctie overeenkomstig Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 315 van 5.12.2019, blz. 313), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0341: Verordening (EU) 2021/341 van de Commissie van 23 februari 2021 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 108).


25.    32009 L 0125: Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende de totstandbrenging van een kader voor het vaststellen van eisen inzake ecologisch ontwerp voor energiegerelateerde producten (PB L 285 van 31.10.2009, blz. 10).

26.    32013 R 0813: Verordening (EU) nr. 813/2013 van de Commissie van 2 augustus 2013 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat eisen inzake ecologisch ontwerp voor ruimteverwarmingstoestellen en combinatieverwarmingstoestellen betreft (PB L 239 van 6.9.2013, blz. 136).

27.    32013 R 0814: Verordening (EU) nr. 814/2013 van de Commissie van 2 augustus 2013 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat eisen inzake ecologisch ontwerp voor waterverwarmingstoestellen en warmwatertanks betreft (PB L 239 van 6.9.2013, blz. 162).

28.    32019 R 1781: Verordening (EU) 2019/1781 van de Commissie van 1 oktober 2019 tot vaststelling van eisen inzake ecologisch ontwerp voor elektromotoren en snelheidsvariatoren overeenkomstig Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 641/2009 betreffende eisen inzake ecologisch ontwerp voor stand-alone natloper-circulatiepompen en in producten ingebouwde natloper-circulatiepompen en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 640/2009 van de Commissie (PB L 272 van 25.10.2019, blz. 74), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0341: Verordening (EU) 2021/341 van de Commissie van 23 februari 2021 (PB L 68 van 26.2.2021, blz. 108).


29.    32019 R 1782: Verordening (EU) 2019/1782 van de Commissie van 1 oktober 2019 tot vaststelling van eisen inzake ecologisch ontwerp voor externe stroomvoorzieningen overeenkomstig Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 278/2009 van de Commissie (PB L 272 van 25.10.2019, blz. 95).

30.    32012 R 0206: Verordening (EU) nr. 206/2012 van de Commissie van 6 maart 2012 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat eisen inzake ecologisch ontwerp voor airconditioners en ventilatoren betreft (PB L 72 van 10.3.2012, blz. 7), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51).

31.    32011 R 0327: Verordening (EU) nr. 327/2011 van de Commissie van 30 maart 2011 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de eisen inzake ecologisch ontwerp voor door motoren aangedreven ventilatoren met een elektrisch ingangsvermogen tussen 125 W en 500 kW (PB L 90 van 6.4.2011, blz. 8), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0666: Verordening (EU) nr. 666/2013 van de Commissie van 8 juli 2013 (PB L 192 van 13.7.2013, blz. 24),

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51).


32.    32012 R 0932: Verordening (EU) nr. 932/2012 van de Commissie van 3 oktober 2012 houdende uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de eisen inzake ecologisch ontwerp voor huishoudelijke droogtrommels (PB L 278 van 12.10.2012, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51).

33.    32012 R 0547: Verordening (EU) nr. 547/2012 van de Commissie van 25 juni 2012 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende eisen inzake ecologisch ontwerp voor waterpompen (PB L 165 van 26.6.2012, blz. 28), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51).

34.    32014 R 0548: Verordening (EU) nr. 548/2014 van de Commissie van 21 mei 2014 betreffende de tenuitvoerlegging van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot kleine, middelgrote en grote vermogenstransformatoren (PB L 152 van 22.5.2014, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51),

   32019 R 1783: Verordening (EU) 2019/1783 van de Commissie van 1 oktober 2019 (PB L 272 van 25.10.2019, blz. 107).


35.    32013 R 0617: Verordening (EU) nr. 617/2013 van de Commissie van 26 juni 2013 houdende uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de eisen inzake ecologisch ontwerp voor computers en computerservers (PB L 175 van 27.6.2013, blz. 13), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51).

36.    32013 R 0666: Verordening (EU) nr. 666/2013 van de Commissie van 8 juli 2013 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat het vaststellen van eisen inzake ecologisch ontwerp voor stofzuigers betreft (PB L 192 van 13.7.2013, blz. 24), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51).

37.    32014 R 0066: Verordening (EU) nr. 66/2014 van de Commissie van 14 januari 2014 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat eisen inzake ecologisch ontwerp voor huishoudelijke ovens, kookplaten en afzuigkappen betreft (PB L 29 van 31.1.2014, blz. 33), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51).


38.    32014 R 1253: Verordening (EU) nr. 1253/2014 van de Commissie van 7 juli 2014 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de eisen inzake ecologisch ontwerp voor ventilatie-eenheden (PB L 337 van 25.11.2014, blz. 8), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51),

   32020 R 1000: Verordening (EU) 2020/1000 van de Commissie van 9 juli 2020 (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 105).

39.    32015 R 1185: Verordening (EU) 2015/1185 van de Commissie van 24 april 2015 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat eisen inzake ecologisch ontwerp betreft voor toestellen voor lokale ruimteverwarming die vaste brandstoffen gebruiken (PB L 193 van 21.7.2015, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51).

40.    32015 R 1189: Verordening (EU) 2015/1189 van de Commissie van 28 april 2015 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de eisen inzake ecologisch ontwerp voor verwarmingsketels voor vaste brandstoffen betreft (PB L 193 van 21.7.2015, blz. 100), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51).


41.    32015 R 1095: Verordening (EU) 2015/1095 van de Commissie van 5 mei 2015 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat eisen inzake ecologisch ontwerp voor professionele koelbewaarkasten, snelkoelers/-vriezers, condensoreenheden en proces-chillers betreft (PB L 177 van 8.7.2015, blz. 19), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51).

42.    32015 R 1188: Verordening (EU) 2015/1188 van de Commissie van 28 april 2015 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat eisen inzake ecologisch ontwerp betreft voor toestellen voor lokale ruimteverwarming die vaste brandstoffen gebruiken (PB L 193 van 21.7.2015, blz. 76), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51).

43.    32016 R 2281: Verordening (EU) 2016/2281 van de Commissie van 30 november 2016 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de totstandbrenging van een kader voor het vaststellen van eisen inzake ecologisch ontwerp voor energiegerelateerde producten, wat betreft eisen inzake ecologisch ontwerp voor luchtverwarmingsproducten, koelproducten, hogetemperatuurproces-chillers en ventilatorluchtkoelers (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51).


44.    32008 R 1275: Verordening (EG) nr. 1275/2008 van de Commissie van 17 december 2008 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Richtlijn 2005/32/EG van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft voorschriften inzake ecologisch ontwerp voor het elektriciteitsverbruik van elektrische en elektronische huishoud- en kantoorapparatuur in de stand-by-stand en de uit-stand (PB L 339 van 18.12.2008, blz. 45), zoals gewijzigd bij:

   32009 R 0642: Verordening (EC) nr. 642/2009 van de Commissie van 22 juli 2009 (PB L 191 van 23.7.2009, blz. 42),

   32013 R 0617: Verordening (EU) nr. 617/2013 van de Commissie van 26 juni 2013 (PB L 175 van 27.6.2013, blz. 13),

   32013 R 0801: Verordening (EU) nr. 801/2013 van de Commissie van 22 augustus 2013 (PB L 225 van 23.8.2013, blz. 1),

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51),

   32019 R 2021: Verordening (EU) 2019/2021 van de Commissie van 1 oktober 2019 (PB L 315 van 5.12.2019, blz. 241),

   32019 R 2022: Verordening (EU) 2019/2022 van de Commissie van 1 oktober 2019 (PB L 315 van 5.12.2019, blz. 267),

   32019 R 2023: Verordening (EU) 2019/2023 van de Commissie van 1 oktober 2019 (PB L 315 van 5.12.2019, blz. 285).


45.    32009 R 0107: Verordening (EG) nr. 107/2009 van de Commissie van 4 februari 2009 tot uitvoering van Richtlijn 2005/32/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende eisen inzake ecologisch ontwerp voor eenvoudige set-top boxes (PB L 36 van 5.2.2009, blz. 8), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51).

46.    32009 R 0640: Verordening (EG) nr. 640/2009 van de Commissie van 22 juli 2009 tot uitvoering van Richtlijn 2005/32/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende eisen inzake ecologisch ontwerp voor elektromotoren (PB L 191 van 23.7.2009, blz. 26), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 0004: Verordening (EU) nr. 4/2014 van de Commissie van 6 januari 2014 (PB L 2 van 7.1.2014, blz. 1),

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51).

47.    32009 R 0641: Verordening (EG) nr. 641/2009 van de Commissie van 22 juli 2009 tot uitvoering van Richtlijn 2005/32/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende eisen inzake ecologisch ontwerp voor stand-alone natloper-circulatiepompen en in producten ingebouwde natloper-circulatiepompen (PB L 191 van 23.7.2009, blz. 35), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 0622: Verordening (EU) nr. 622/2012 van de Commissie van 11 juli 2012 (PB L 180 van 12.7.2012, blz. 4),

   32016 R 2282: Verordening (EU) 2016/2282 van de Commissie van 30 november 2016 (PB L 346 van 20.12.2016, blz. 51),


   32019 R 1781: Verordening (EU) 2019/1781 van de Commissie van 1 oktober 2019 (PB L 272 van 25.10.2019, blz. 74).

HANDELINGEN WAARVAN DE GEASSOCIEERDE PARTIJEN NOTA NEMEN

1.    32008 D 0591: Besluit 2008/591/EG van de Commissie van 30 juni 2008 inzake het Ecodesign-overlegforum (PB L 190 van 18.7.2008, blz. 22).


HOOFDSTUK 5

GASTOESTELLEN

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    31992 L 0042: Richtlijn 92/42/EEG van de Raad van 21 mei 1992 betreffende de rendementseisen voor nieuwe olie- en gasgestookte centrale-verwarmingsketels (PB L 167 van 22.6.1992, blz. 17), zoals gewijzigd bij:

   31993 L 0068: Richtlijn 93/68/EEG van de Raad van 22 juli 1993 (PB L 220 van 30.8.1993, blz. 1),

   32005 L 0032: Richtlijn 2005/32/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2005 (PB L 191 van 22.7.2005, blz. 29).

2.    32016 R 0426: Verordening (EU) 2016/426 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 betreffende gasverbrandingstoestellen en tot intrekking van Richtlijn 2009/142/EG.


HOOFDSTUK 6

DRUKVATEN

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    31975 L 0324: Richtlijn 75/324/EEG van de Raad van 20 mei 1975 inzake onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de Lid- Staten betreffende aërosols (PB L 147 van 9.6.1975, blz. 40), zoals gewijzigd bij:

   394 L 0001: Richtlijn 94/1/EG van de Commissie van 6 januari 1994 (PB L 23 van 28.1.1994, blz. 28),

   32008 L 0047: Richtlijn 2008/47/EG van de Commissie van 8 april 2008 (PB L 96 van 9.4.2008, blz. 15),

   32013 L 0010: Richtlijn 2013/10/EG van de Commissie van 19 maart 2013 (PB L 77 van 20.3.2013, blz. 20), gerectificeerd bij PB L 91 van 3.4.2013, blz. 16,

   32016 L 2037: Verordening (EU) 2016/2037 van de Commissie van 21 november 2016 (PB L 314 van 22.11.2016, blz. 11).

2.    32003 D 0525: Beschikking 2003/525/EG van de Commissie van 18 juli 2003 betreffende uitstel van de ingangsdatum voor de toepassing van Richtlijn 1999/36/EG van de Raad voor bepaalde vervoerbare drukapparatuur (PB L 183 van 22.7.2003, blz. 45).


3.    32010 L 0035: Richtlijn 2010/35/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 juni 2010 betreffende vervoerbare drukapparatuur en houdende intrekking van Richtlijnen 76/767/EEG, 84/525/EEG, 84/526/EEG, 84/527/EEG en 1999/36/EG van de Raad (PB L 165 van 30.6.2010, blz. 1).

4.    32014 L 0068: Richtlijn 2014/68/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van drukapparatuur (PB L 189 van 27.6.2014, blz. 164), gerectificeerd bij (PB L 157 van 23.6.2015, blz. 112).

5.    32014 L 0029: Richtlijn 2014/29/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van drukvaten van eenvoudige vorm, PB L 96 van 29.3.2014, blz. 45.

HANDELINGEN WAARVAN DE GEASSOCIEERDE PARTIJEN NOTA NEMEN

1.    31989 X 0349: Aanbeveling 89/349/EEG van de Commissie van 13 april 1989 betreffende een vermindering van het gebruik van chloorfluorkoolwaterstoffen door de Europese spuitbusindustrie (PB L 144 van 27.5.1989, blz. 56).

2.    Document C1998/229/05: Mededeling van de Commissie in het kader van de uitwerking van Richtlijn 87/404/EEG van de Raad van 25 juni 1987 inzake drukvaten van eenvoudige vorm, gewijzigd bij Richtlijn 90/488/EEG van de Raad van 17 september 1990 (PB C 328 van 12.12.1992, blz. 3).


HOOFDSTUK 7

MEETINSTRUMENTEN

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32009 L 0034: Richtlijn 2009/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 betreffende voor meetmiddelen en metrologische controlemethoden geldende algemene bepalingen (herschikking) (PB L 106 van 28.4.2009, blz. 7).

2.    32019 R 1243: Verordening (EU) 2019/1243 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 tot aanpassing van een aantal rechtshandelingen die voorzien in het gebruik van de regelgevingsprocedure met toetsing, aan de artikelen 290 en 291 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (PB L 198 van 25.7.2019, blz. 241).

3.    31975 L 0107: Richtlijn 75/107/EEG van de Raad van 19 december 1974 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake flessen, gebruikt als tapmaat (PB L 42 van 15.2.1975, blz. 14).

4.    31976 L 0211: Richtlijn 76/211/EEG van de Raad van 20 januari 1976 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake het voorverpakken naar gewicht of volume van bepaalde producten in voorverpakkingen (PB L 46 van 21.2.1976, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32007 L 0045: Richtlijn 2007/45/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 247 van 21.9.2007, blz. 17).


5.    31980 L 0181: Richtlijn 80/181/EEG van de Raad van 20 december 1979 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten op het gebied van de meeteenheden, en tot intrekking van Richtlijn 71/354/EEG (PB L 39 van 15.2.1980, blz. 40), gerectificeerd bij PB L 296 van 15.10.1981, blz. 52, zoals gewijzigd bij:

   31985 L 0001: Richtlijn 85/1/EEG van de Raad van 18 december 1984 (PB L 2 van 3.1.1985, blz. 11),

   31989 L 0617: Richtlijn 89/617/EEG van de Raad van 27 november 1989 (PB L 357 van 7.12.1989, blz. 28),

   399 L 0103: Richtlijn 1999/103/EC van het Europees Parlement en de Raad van 24 januari 2000 (PB L 34 van 9.2.2000, blz. 17), gerectificeerd bij PB L 104 van 29.4.2000, blz. 89, en PB L 311 van 12.12.2000, blz. 50,

   32009 L 0003: Richtlijn 2009/3/EC van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 (PB L 114 van 7.5.2009, blz. 10),

   32019 L 1258: Verordening (EU) 2019/1258 van de Commissie van 23 juli 2019 (PB L 196 van 24.7.2019, blz. 6).

6.    31987 L 0354: Richtlijn 87/354/EEG van de Raad van 25 juni 1987 tot wijziging van bepaalde Richtlijnen van de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten voor industriële producten voor wat de aan de lidstaten toegekende kenletters betreft (PB L 192 van 11.7.1987, blz. 43).


7.    32007 L 0045: Richtlijn 2007/45/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 september 2007 tot vaststelling van regels betreffende nominale hoeveelheden voor voorverpakte producten, tot intrekking van de Richtlijnen 75/106/EEG en 80/232/EEG van de Raad en tot wijziging van Richtlijn 76/211/EEG van de Raad (PB L 247 van 21.9.2007, blz. 17).

8.    32011 L 0017: Richtlijn 2011/17/EU van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 houdende intrekking van de Richtlijnen 71/317/EEG, 71/347/EEG, 71/349/EEG, 74/148/EEG, 75/33/EEG, 76/765/EEG, 76/766/EEG en 86/217/EEG van de Raad inzake metrologie (PB L 71 van 18.3.2011, blz. 1).

9.    32014 L 0031: Richtlijn 2014/31/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van niet-automatische weegwerktuigen (PB L 96 van 29.3.2014, blz. 107), gerectificeerd bij (PB L 13 van 20.1.2016, blz. 57).

10.    32014 L 0032: Richtlijn 2014/32/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van meetinstrumenten (PB L 96 van 29.3.2014, blz. 149), zoals gewijzigd bij:

   32015 L 0013: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2015/13 van de Commissie van 31 oktober 2014 (PB L 3 van 7.1.2015, blz. 42).


HOOFDSTUK 8

Elektrische materialen

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32008 L 0013: Richtlijn 2008/13/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2008 tot intrekking van Richtlijn 84/539/EEG van de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake de elektrische apparaten die worden gebruikt bij de uitoefening van de diergeneeskunde (PB L 76 van 19.3.2008, blz. 41).

2.    32014 L 0030: Richtlijn 2014/30/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake elektromagnetische compatibiliteit (herschikking) (PB L 96 van 29.3.2014, blz. 79), zoals gewijzigd bij:

   32018 R 1139: Verordening (EU) 2018/1139 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2018 (PB L 212 van 22.8.2018, blz. 1).

3.    32014 L 0034: Richtlijn 2014/34/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake apparaten en beveiligingssystemen bedoeld voor gebruik op plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen (herschikking) (PB L 96 van 29.3.2014, blz. 309).

4.    32014 L 0035: Richtlijn 2014/35/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van elektrisch materiaal bestemd voor gebruik binnen bepaalde spanningsgrenzen (PB L 96 van 29.3.2014, blz. 357).


HOOFDSTUK 9

TEXTIEL

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32011 R 1007: Verordening (EU) nr. 1007/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 27 september 2011 betreffende textielvezelbenamingen en de desbetreffende etikettering en merking van de vezelsamenstelling van textielproducten, en houdende intrekking van Richtlijn 73/44/EEG van de Raad en Richtlijnen 96/73/EG en 2008/121/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 272 van 18.10.2011, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 243 van 18.9.2015, blz. 13, zoals gewijzigd bij:

   32012 R 0286: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 286/2012 van de Commissie van 27 januari 2012 (PB L 95 van 31.3.2012, blz. 1),

   32013 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2013 van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 1),

   32018 R 0122: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/122 van de Commissie van 20 oktober 2017 (PB L 22 van 26.1.2018, blz. 3).


HOOFDSTUK 10

Geneesmiddelen

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van de in dit hoofdstuk vermelde rechtshandelingen van de EU met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is drie jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32009 L 0035: Richtlijn 2009/35/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 betreffende stoffen die kunnen worden toegevoegd aan geneesmiddelen om deze te kleuren (PB L 109 van 30.4.2009, blz. 10).

2.    32010 L 0063: Richtlijn 2010/63/EU van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2010 betreffende de bescherming van dieren die voor wetenschappelijke doeleinden worden gebruikt (PB L 276 van 20.10.2010, blz. 33).

3.    31993 L 0041: Richtlijn 93/41/EEG van de Raad van 14 juni 1993 tot intrekking van de Richtlijn 87/22/EEG tot onderlinge aanpassing van nationale maatregelen inzake het in de handel brengen van met behulp van hoogwaardige technieken, met name biotechnieken, vervaardigde geneesmiddelen (PB L 214 van 24.8.1993, blz. 40).


4.    31989 L 0105: Richtlijn 89/105/EEG van de Raad van 21 december 1988 betreffende de doorzichtigheid van maatregelen ter regeling van de prijsstelling van geneesmiddelen voor menselijk gebruik en de opneming daarvan in de nationale stelsels van gezondheidszorg (PB L 40 van 11.2.1989, blz. 8).

5.    32009 R 0470: Verordening (EG) nr. 470/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 tot vaststelling van communautaire procedures voor het vaststellen van grenswaarden voor residuen van farmacologisch werkzame stoffen in levensmiddelen van dierlijke oorsprong, tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2377/90 van de Raad en tot wijziging van Richtlijn 2001/82/EG van het Europees Parlement en de Raad en van Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 152 van 16.6.2009, blz. 11).

6.    32017 R 0880: Verordening (EU) 2017/880 van de Commissie van 23 mei 2017 tot vaststelling van voorschriften voor het toepassen van maximumwaarden voor residuen vastgesteld voor een farmacologisch werkzame stof in een bepaald levensmiddel op een ander levensmiddel dat afkomstig is van dezelfde diersoort, en het toepassen van maximumwaarden voor residuen, vastgesteld voor een farmacologisch werkzame stof in een of meer diersoorten op andere diersoorten, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 470/2009 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 135 van 24.5.2017, blz. 1).

7.    32017 R 0012: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/12 van de Commissie van 6 januari 2017 betreffende de vorm en de inhoud van aanvragen en verzoeken voor het vaststellen van maximumwaarden voor residuen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 470/2009 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 4 van 7.1.2017, blz. 1).

8.    32018 R 0782: Verordening (EU) 2018/782 van de Commissie van 29 mei 2018 tot vaststelling van de methodologische beginselen voor de risicobeoordeling en aanbevelingen inzake risicomanagement als bedoeld in Verordening (EG) nr. 470/2009 (PB L 132 van 30.5.2018, blz. 5).


9.    32018 R 0470: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/470 van de Commissie van 21 maart 2018 betreffende nadere regels voor de maximumwaarde voor residuen die in aanmerking moet worden genomen bij de controle van levensmiddelen die afkomstig zijn van overeenkomstig artikel 11 van Richtlijn 2001/82/EG in de Unie behandelde dieren (PB L 79 van 22.3.2018, blz. 16).

10.    32019 R 1871: Verordening (EU) 2019/1871 van de Commissie van 7 november 2019 betreffende actiedrempels voor niet-toegelaten farmacologisch werkzame stoffen in levensmiddelen van dierlijke oorsprong en tot intrekking van Beschikking 2005/34/EG (PB L 289 van 8.11.2019, blz. 41).

11.    32010 R 0037: Verordening (EU) nr. 37/2010 van de Commissie van 22 december 2009 betreffende farmacologisch werkzame stoffen en de indeling daarvan op basis van maximumwaarden voor residuen in levensmiddelen van dierlijke oorsprong (PB L 15 van 20.1.2010, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 293 van 11.11.2010, blz. 72, zoals gewijzigd bij:

   32010 R 0890: Verordening (EU) nr. 890/2010 van de Commissie van 8 oktober 2010 (PB L 266 van 9.10.2010, blz. 1),

   32010 R 0914: Verordening (EU) nr. 914/2010 van de Commissie van 12 oktober 2010 (PB L 269 van 13.10.2010, blz. 5),

   32010 R 0758: Verordening (EU) nr. 758/2010 van de Commissie van 24 augustus 2010 (PB L 223 van 25.8.2010, blz. 37),

   32010 R 0759: Verordening (EU) nr. 759/2010 van de Commissie van 24 augustus 2010 (PB L 223 van 25.8.2010, blz. 39),


   32010 R 0761: Verordening (EU) nr. 761/2010 van de Commissie van 25 augustus 2010 (PB L 224 van 26.8.2010, blz. 1),

   32011 R 0362: Verordening (EU) nr. 362/2011 van de Commissie van 13 april 2011 (PB L 100 van 14.4.2011, blz. 26),

   32011 R 0363: Verordening (EU) nr. 363/2011 van de Commissie van 13 april 2011 (PB L 100 van 14.4.2011, blz. 28),

   32012 R 0084: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 84/2012 van de Commissie van 1 februari 2012 (PB L 30 van 2.2.2012, blz. 1),

   32012 R 0085: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 85/2012 van de Commissie van 1 februari 2012 (PB L 30 van 2.2.2012, blz. 4),

   32012 R 0086: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 86/2012 van de Commissie van 1 februari 2012 (PB L 30 van 2.2.2012, blz. 6),

   32012 R 0107: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 107/2012 van de Commissie van 8 februari 2012 (PB L 36 van 9.2.2012, blz. 25),

   32012 R 0122: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 122/2012 van de Commissie van 13 februari 2012 (PB L 40 van 14.2.2012, blz. 2),

   32012 R 0123: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 123/2012 van de Commissie van 13 februari 2012 (PB L 40 van 14.2.2012, blz. 4),


   32012 R 0201: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 201/2012 van de Commissie van 8 maart 2012 (PB L 71 van 9.3.2012, blz. 37),

   32012 R 0202: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 202/2012 van de Commissie van 8 maart 2012 (PB L 71 van 9.3.2012, blz. 40),

   32012 R 0221: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 221/2012 van de Commissie van 14 maart 2012 (PB L 75 van 15.3.2012, blz. 7),

   32012 R 0222: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 222/2012 van de Commissie van 14 maart 2012 (PB L 75 van 15.3.2012, blz. 10),

   32012 R 0436: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 436/2012 van de Commissie van 23 mei 2012 (PB L 134 van 24.5.2012, blz. 10),

   32012 R 0466: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 466/2012 van de Commissie van 1 juni 2012 (PB L 143 van 2.6.2012, blz. 2),

   32012 R 1161: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1161/2012 van de Commissie van 7 december 2012 (PB L 336 van 8.12.2012, blz. 14),

   32012 R 1186: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1186/2012 van de Commissie van 11 december 2012 (PB L 338 van 12.12.2012, blz. 20),

   32012 R 1191: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1191/2012 van de Commissie van 12 december 2012 (PB L 340 van 13.12.2012, blz. 35),


   32013 R 0059: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 59/2013 van de Commissie van 23 januari 2013 (PB L 21 van 24.1.2013, blz. 21),

   32013 R 0115: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 115/2013 van de Commissie van 8 februari 2013 (PB L 38 van 9.2.2013, blz. 11),

   32013 R 0116: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 116/2013 van de Commissie van 8 februari 2013 (PB L 38 van 9.2.2013, blz. 14),

   32013 R 0394: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 394/2013 van de Commissie van 29 april 2013 (PB L 118 van 30.4.2013, blz. 17),

   32013 R 0406: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 406/2013 van de Commissie van 2 mei 2013 (PB L 121 van 3.5.2013, blz. 42),

   32013 R 0489: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 489/2013 van de Commissie van 27 mei 2013 (PB L 141 van 28.5.2013, blz. 4),

   32013 R 1056: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1056/2013 van de Commissie van 29 oktober 2013 (PB L 288 van 30.10.2013, blz. 60),

   32013 R 1057: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1057/2013 van de Commissie van 29 oktober 2013 (PB L 288 van 30.10.2013, blz. 63),

   32013 R 1235: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1235/2013 van de Commissie van 2 december 2013 (PB L 322 van 3.12.2013, blz. 21),


   32014 R 0019: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 19/2014 van de Commissie van 10 januari 2014 (PB L 8 van 11.1.2014, blz. 18),

   32014 R 0020: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 20/2014 van de Commissie van 10 januari 2014 (PB L 8 van 11.1.2014, blz. 20),

   32014 R 0200: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 200/2014 van de Commissie van 3 maart 2014 (PB L 62 van 4.3.2014, blz. 8),

   32014 R 0201: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 201/2014 van de Commissie van 3 maart 2014 (PB L 62 van 4.3.2014, blz. 10),

   32014 R 0418: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 418/2014 van de Commissie van 24 april 2014 (PB L 124 van 25.4.2014, blz. 19),

   32014 R 0676: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 676/2014 van de Commissie van 19 juni 2014 (PB L 180 van 20.6.2014, blz. 5),

   32014 R 0677: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 677/2014 van de Commissie van 19 juni 2014 (PB L 180 van 20.6.2014, blz. 8),

   32014 R 0681: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 681/2014 van de Commissie van 20 juni 2014 (PB L 182 van 21.6.2014, blz. 11),

   32014 R 0682: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 682/2014 van de Commissie van 20 juni 2014 (PB L 182 van 21.6.2014, blz. 14),


   32014 R 0683: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 683/2014 van de Commissie van 20 juni 2014 (PB L 182 van 21.6.2014, blz. 17),

   32014 R 0967: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 967/2014 van de Commissie van 12 september 2014 (PB L 272 van 13.9.2014, blz. 3),

   32015 R 0149: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/149 van de Commissie van 30 januari 2015 (PB L 26 van 31.1.2015, blz. 7),

   32015 R 0150: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/150 van de Commissie van 30 januari 2015 (PB L 26 van 31.1.2015, blz. 10),

   32015 R 0151: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/151 van de Commissie van 30 januari 2015 (PB L 26 van 31.1.2015, blz. 13),

   32015 R 0152: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/152 van de Commissie van 30 januari 2015 (PB L 26 van 31.1.2015, blz. 16),

   32015 R 0394: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/394 van de Commissie van 10 maart 2015 (PB L 66 van 11.3.2015, blz. 1),

   32015 R 0446: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/446 van de Commissie van 17 maart 2015 (PB L 74 van 18.3.2015, blz. 18),

   32014 R 1277: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1277/2014 van de Commissie van 1 december 2014 (PB L 346 van 2.12.2014, blz. 23),


   32014 R 1359: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1359/2014 van de Commissie van 18 december 2014 (PB L 365 van 19.12.2014, blz. 103),

   32014 R 1390: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1390/2014 van de Commissie van 19 december 2014 (PB L 369 van 24.12.2014, blz. 65),

   32015 R 1078: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1078 van de Commissie van 3 juli 2015 (PB L 175 van 4.7.2015, blz. 5),

   32015 R 1079: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1079 van de Commissie van 3 juli 2015 (PB L 175 van 4.7.2015, blz. 8),

   32015 R 1080: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1080 van de Commissie van 3 juli 2015 (PB L 175 van 4.7.2015, blz. 11),

   32015 R 1308: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1308 van de Commissie van 29 juli 2015 (PB L 200 van 30.7.2015, blz. 11),

   32015 R 1491: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1491 van de Commissie van 3 september 2015 (PB L 231 van 4.9.2015, blz. 7),

   32015 R 1492: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1492 van de Commissie van 3 september 2015 (PB L 231 van 4.9.2015, blz. 10),

   32015 R 1820: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1820 van de Commissie van 9 oktober 2015 (PB L 265 van 10.10.2015, blz. 1),


   32015 R 2062: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2062 van de Commissie van 17 november 2015 (PB L 301 van 18.11.2015, blz. 7),

   32016 R 0129: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/129 van de Commissie van 1 februari 2016 (PB L 25 van 2.2.2016, blz. 44),

   32016 R 0305: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/305 van de Commissie van 3 maart 2016 (PB L 58 van 4.3.2016, blz. 35),

   32016 R 0312: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/312 van de Commissie van 4 maart 2016 (PB L 60 van 5.3.2016, blz. 3),

   32016 R 0576: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/576 van de Commissie van 14 april 2016 (PB L 99 van 15.4.2016, blz. 1),

   32016 R 0710: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/710 van de Commissie van 12 mei 2016 (PB L 125 van 13.5.2016, blz. 6),

   32016 R 0885: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/885 van de Commissie van 3 juni 2016 (PB L 148 van 4.6.2016, blz. 1),

   32016 R 1444: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1444 van de Commissie van 31 augustus 2016 (PB L 235 van 1.9.2016, blz. 8),

   32016 R 1834: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1834 van de Commissie van 17 oktober 2016 (PB L 280 van 18.10.2016, blz. 22),


   32016 R 2045: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2045 van de Commissie van 23 november 2016 (PB L 318 van 24.11.2016, blz. 3),

   32016 R 2074: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2074 van de Commissie van 25 november 2016 (PB L 320 van 26.11.2016, blz. 29),

   32017 R 0201: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/201 van de Commissie van 6 februari 2017 (PB L 32 van 7.2.2017, blz. 17),

   32017 R 1558: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1558 van de Commissie van 14 september 2017 (PB L 237 van 15.9.2017, blz. 67),

   32017 R 1559: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1559 van de Commissie van 14 september 2017 (PB L 237 van 15.9.2017, blz. 69),

   32018 R 0520: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/520 van de Commissie van 28 maart 2018 (PB L 87 van 3.4.2018, blz. 9),

   32018 R 0523: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/523 van de Commissie van 28 maart 2018 (PB L 88 van 4.4.2018, blz. 1),

   32018 R 0721: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/721 van de Commissie van 16 mei 2018 (PB L 122 van 17.5.2018, blz. 5),

   32018 R 0722: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/722 van de Commissie van 16 mei 2018 (PB L 122 van 17.5.2018, blz. 8),


   32018 R 1076: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1076 van de Commissie van 30 juli 2018 (PB L 194 van 31.7.2018, blz. 41),

   32018 R 1967: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1967 van de Commissie van 12 december 2018 (PB L 316 van 13.12.2018, blz. 6),

   32019 R 0238: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/238 van de Commissie van 8 februari 2019 (PB L 39 van 11.2.2019, blz. 4),

   32019 R 1881: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1881 van de Commissie van 8 november 2019 (PB L 290 van 11.11.2019, blz. 8),

   32020 R 0042: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/42 van de Commissie van 17 januari 2020 (PB L 15 van 20.1.2020, blz. 2),

   32020 R 0043: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/43 van de Commissie van 17 januari 2020 (PB L 15 van 20.1.2020, blz. 5),

   32020 R 1685: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1685 van de Commissie van 12 november 2020 (PB L 379 van 13.11.2020, blz. 44),

   32020 R 1712: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1712 van de Commissie van 16 november 2020 (PB L 384 van 17.11.2020, blz. 3),

   32021 R 0621: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/621 van de Commissie van 15 april 2021 (PB L 131 van 16.4.2021, blz. 120),


   32022 R 0634: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/634 van de Commissie van 13 april 2022 (PB L 117 van 19.4.2022, blz. 29).

12.    31991 L 0412: Richtlijn 91/412/EEG van de Commissie van 23 juli 1991 tot vastlegging van beginselen en richtsnoeren inzake goede praktijken bij het vervaardigen van geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik (PB L 228 van 17.8.1991, blz. 70).

13.    31995 R 0297: Verordening (EG) nr. 297/95 van de Raad van 10 februari 1995 inzake de vergoedingen die aan het Europees Bureau voor de geneesmiddelenbeoordeling dienen te worden betaald (PB L 35 van 15.2.1995, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   31998 R 2743: Verordening (EG) nr. 2743/98 van de Raad van 14 december 1998 (PB L 345 van 19.12.1998, blz. 3),

   32003 R 0494: Verordening (EC) nr. 494/2003 van de Commissie van 18 maart 2003 (PB L 73 van 19.3.2003, blz. 6),

   32005 R 1905: Verordening (EG) nr. 1905/2005 van de Raad van 14 november 2005 (PB L 304 van 23.11.2005, blz. 1),

   32009 R 0249: Verordening (EC) nr. 249/2009 van de Commissie van 23 maart 2009 (PB L 79 van 25.3.2009, blz. 34),

   32011 R 0301: Verordening (EU) nr. 301/2011 van de Commissie van 28 maart 2011 (PB L 81 van 29.3.2011, blz. 5),


   32012 R 0273: Verordening (EU) nr. 273/2012 van de Commissie van 27 maart 2012 (PB L 90 van 28.3.2012, blz. 11),

   32013 R 0220: Verordening (EU) nr. 220/2013 van de Commissie van 13 maart 2013 (PB L 70 van 14.3.2013, blz. 1),

   32014 R 0272: Verordening (EU) nr. 272/2014 van de Commissie van 17 maart 2014 (PB L 79 van 18.3.2014, blz. 37),

   32015 R 0490: Verordening (EU) 2015/490 van de Commissie van 23 maart 2015 (PB L 78 van 24.3.2015, blz. 9),

   32016 R 0461: Verordening (EU) 2016/461 van de Commissie van 30 maart 2016 (PB L 80 van 31.3.2016, blz. 25),

   32017 R 0612: Verordening (EU) 2017/612 van de Commissie van 30 maart 2017 (PB L 86 van 31.3.2017, blz. 7),

   32018 R 0471: Verordening (EU) 2018/471 van de Commissie van 21 maart 2018 (PB L 79 van 22.3.2018, blz. 19),

   32019 R 0480: Verordening (EU) 2019/480 van de Commissie van 22 maart 2019 (PB L 82 van 25.3.2019, blz. 15),

   32020 R 0422: Verordening (EU) 2020/422 van de Commissie van 19 maart 2020 (PB L 84 van 20.3.2020, blz. 11),


   32022 R 0510: Verordening (EU) 2022/510 van de Commissie van 29 maart 2022 (PB L 103 van 31.3.2022, blz. 3).

14.    31995 R 0540: Verordening (EG) nr. 540/95 van de Commissie van 10 maart 1995 houdende vaststelling van de regeling voor de melding van vermoedelijke onverwachte bijwerkingen die niet ernstig zijn en zich hetzij in de Gemeenschap, hetzij in een derde land voordoen, van geneesmiddelen voor menselijk of diergeneeskundig gebruik die worden gebruikt overeenkomstig de bepalingen van Verordening (EEG) nr. 2309/93 van de Raad (PB L 55 van 11.3.1995, blz. 5).

15.    31996 R 2141: Verordening (EG) nr. 2141/96 van de Commissie van 7 november 1996 betreffende de behandeling van een verzoek om overdracht van een vergunning voor het in de handel brengen van een geneesmiddel die binnen het toepassingsgebied van Verordening (EEG) nr. 2309/93 van de Raad valt (PB L 286 van 8.11.1996, blz. 6).

16.    32000 R 0141: Verordening (EG) nr. 141/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1999 inzake weesgeneesmiddelen (PB L 18 van 22.1.2000, blz. 1).

17.    32000 R 0847: Verordening (EG) nr. 847/2000 van de Commissie van 27 april 2000 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen inzake de criteria voor de aanwijzing van een geneesmiddel als weesgeneesmiddel en de definities van de begrippen “gelijkwaardig geneesmiddel” en “klinische superioriteit” (PB L 103 van 28.4.2000, blz. 5), zoals gewijzigd bij:

   32018 R 0781: Verordening (EU) 2018/781 van de Commissie van 29 mei 2018 (PB L 132 van 30.5.2018, blz. 1).


18.    32001 L 0082: Richtlijn 2001/82/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik (PB L 311 van 28.11.2001, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32004 L 0028: Richtlijn 2004/28/EC van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 (PB L 136 van 30.4.2004, blz. 58),

   32009 L 0009: Richtlijn 2009/9/EG van de Commissie van 10 februari 2009 (PB L 44 van 14.2.2009, blz. 10),

   32009 L 0053: Richtlijn 2009/53/EC van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 (PB L 168 van 30.6.2009, blz. 33),

   32009 R 0470: Verordening (EC) nr. 470/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 (PB L 152 van 16.6.2009, blz. 11).

19.    32001 L 0083: Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik (PB L 311 van 28.11.2001, blz. 67), zoals gewijzigd bij:

   32003 L 0063: Richtlijn 2003/63/EG van de Commissie van 25 juni 2003 (PB L 159 van 27.6.2003, blz. 46),

   32002 L 0098: Richtlijn 2002/98/EC van het Europees Parlement en de Raad van 27 januari 2003 (PB L 33 van 8.2.2003, blz. 30),


   32004 L 0027: Richtlijn 2004/27/EC van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 (PB L 136 van 30.4.2004, blz. 34),

   32004 L 0024: Richtlijn 2004/24/EC van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 (PB L 136 van 30.4.2004, blz. 85),

   32006 R 1901: Verordening (EC) nr. 1901/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 1).

   32007 R 1394: Verordening (EG) nr. 1394/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2007 (PB L 324 van 10.12.2007, blz. 121), gerectificeerd bij PB L 87 van 31.3.2009, blz. 174,

   32009 L 0053: Richtlijn 2009/53/EC van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 (PB L 168 van 30.6.2009, blz. 33),

   32009 L 0120: Richtlijn 2009/120/EG van de Commissie van 14 september 2009 (PB L 242 van 15.9.2009, blz. 3),

   32010 L 0084: Richtlijn 2010/84/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 december 2010 (PB L 348 van 31.12.2010, blz. 74), gerectificeerd bij PB L 21 van 25.1.2011, blz. 8, en PB L 276 van 21.10.2011, blz. 63,

   32011 L 0062: Richtlijn 2011/62/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 (PB L 174 van 1.7.2011, blz. 74),


   32012 L 0026: Richtlijn 2012/26/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 (PB L 299 van 27.10.2012, blz. 1),

   32017 R 0745: Verordening (EU) 2017/745 van het Europees Parlement en de Raad van 5 april 2017 (PB L 117 van 5.5.2017, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 117 van 3.5.2019, blz. 9 en PB L 334 van 27.12.2019, blz. 165,

   32019 R 0005: Verordening (EU) 2019/5 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 4 van 7.1.2019, blz. 24).

20.    32013 D 0051: Uitvoeringsbesluit 2013/51/EU van de Commissie van 23 januari 2013 inzake de beoordeling van het regelgevingskader van een derde land dat van toepassing is op werkzame stoffen van geneesmiddelen voor menselijk gebruik en de desbetreffende controle- en handhavingsactiviteiten krachtens artikel 111 ter van Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 21 van 24.1.2013, blz. 36).

21.    32012 D 0715: Uitvoeringsbesluit 2012/715/EU van de Commissie van 22 november 2012 tot vaststelling van een lijst van derde landen met een regelgevingskader dat van toepassing is op werkzame stoffen voor geneesmiddelen voor menselijk gebruik en de desbetreffende controle- en handhavingsactiviteiten die een niveau van bescherming van de volksgezondheid garanderen dat gelijkwaardig is aan dat in de Unie, overeenkomstig Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 325 van 23.11.2012, blz. 15), zoals gewijzigd bij:

   32013 D 0262: Uitvoeringsbesluit 2013/262/EU van de Commissie van 4 juni 2013 (PB L 152 van 5.6.2013, blz. 52),


   32013 D 0301: Uitvoeringsbesluit 2013/301/EU van de Commissie van 11 juni 2013 (PB L 196 van 21.6.2013, blz. 71),

   32013 D 0196: Uitvoeringsbesluit 2013/196/EU van de Commissie van 24 april 2013 (PB L 113 van 25.4.2013, blz. 22),

   32015 D 1057: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1057 van de Commissie van 1 juli 2015 (PB L 171 van 2.7.2015, blz. 23),

   32019 D 0769: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/769 van de Commissie van 14 mei 2019 (PB L 126 van 15.5.2019, blz. 70).

22.    32014 R 0357: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 357/2014 van de Commissie van 3 februari 2014 tot aanvulling van Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad en van Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad betreffende situaties waarin werkzaamheidsstudies na toelating kunnen worden vereist (PB L 107 van 10.4.2014, blz. 1).

23.    32014 R 1252: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1252/2014 van de Commissie van 28 mei 2014 tot aanvulling van Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de beginselen en richtsnoeren inzake goede praktijken bij de fabricage van werkzame stoffen voor geneesmiddelen voor menselijk gebruik (PB L 337 van 25.11.2014, blz. 1).

24.    32017 L 1572: Richtlijn (EU) 2017/1572 van de Commissie van 15 september 2017 tot aanvulling van Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de beginselen en richtsnoeren inzake goede praktijken bij het vervaardigen van geneesmiddelen voor menselijk gebruik betreft (PB L 238 van 16.9.2017, blz. 44).


25.    32016 R 0161: Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/161 van de Commissie van 2 oktober 2015 tot aanvulling van Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad door de vaststelling van gedetailleerde regels voor de veiligheidskenmerken op de verpakking van geneesmiddelen voor menselijk gebruik (PB L 32 van 9.2.2016, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0457: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/457 van de Commissie van 13 januari 2021 (PB L 91 van 17.3.2021, blz. 1),

   32021 R 1686: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1686 van de Commissie van 7 juli 2021 (PB L 332 van 21.9.2021, blz. 1).

26.    32002 L 0098: Richtlijn 2002/98/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 januari 2003 tot vaststelling van kwaliteits- en veiligheidsnormen voor het inzamelen, testen, bewerken, opslaan en distribueren van bloed en bloedbestanddelen van menselijke oorsprong en tot wijziging van Richtlijn 2001/83/EG van de Raad (PB L 33 van 8.2.2003, blz. 30).

27.    32004 L 0033: Richtlijn 2004/33/EG van de Commissie van 22 maart 2004 tot uitvoering van Richtlijn 2002/98/EG van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot bepaalde technische voorschriften voor bloed en bloedbestanddelen (PB L 91 van 30.3.2004, blz. 25), zoals gewijzigd bij:

   32011 L 0038: Uitvoeringsrichtlijn 2011/38/EU van de Commissie van 11 april 2011 (PB L 97 van 12.4.2011, blz. 28),

   32014 L 0110: Richtlijn 2014/110/EG van de Commissie van 17 december 2014 (PB L 366 van 20.12.2014, blz. 81).


28.    32005 L 0061: Richtlijn 2005/61/EG van de Commissie van 30 september 2005 ter uitvoering van Richtlijn 2002/98/EG van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de traceerbaarheidsvoorschriften en de melding van ernstige ongewenste bijwerkingen en voorvallen (PB L 256 van 1.10.2005, blz. 32).

29.    32005 L 0062: Richtlijn 2005/62/EG van de Commissie van 30 september 2005 ter uitvoering van Richtlijn 2002/98/EG van het Europees Parlement en de Raad wat betreft communautaire normen en specificaties inzake een kwaliteitszorgsysteem voor bloedinstellingen (PB L 256 van 1.10.2005, blz. 41), zoals gewijzigd bij:

   32016 L 1214: Verordening (EU) 2016/1214 van de Commissie van 25 juli 2016 (PB L 199 van 26.7.2016, blz. 14).

30.    32004 L 0023: Richtlijn 2004/23/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 tot vaststelling van kwaliteits- en veiligheidsnormen voor het doneren, verkrijgen, testen, bewerken, bewaren en distribueren van menselijke weefsels en cellen (PB L 102 van 7.4.2004, blz. 48).

31.    32004 R 0273: Verordening (EG) nr. 273/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 inzake drugsprecursoren (PB L 47 van 18.2.2004, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 1258: Verordening (EU) nr. 1258/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 20 november 2013 (PB L 330 van 10.12.2013, blz. 21),

   32016 R 1443: Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1443 van de Commissie van 29 juni 2016 (PB L 235 van 1.9.2016, blz. 6),


   32018 R 0729: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/729 van de Commissie van 26 februari 2018 (PB L 123 van 18.5.2018, blz. 4),

   32020 R 1737: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1737 van de Commissie van 14 juli 2020 (PB L 392 van 23.11.2020, blz. 1),

   32022 R 1518: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/1518 van de Commissie van 29 maart 2022 (PB L 236 van 13.9.2022, blz. 1).

32.    32015 R 1011: Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/1011 van de Commissie van 24 april 2015 tot aanvulling van Verordening (EG) nr. 273/2004 van het Europees Parlement en de Raad inzake drugsprecursoren en Verordening (EG) nr. 111/2005 van de Raad houdende voorschriften voor het toezicht op de handel tussen de Unie en derde landen in drugsprecursoren, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1277/2005 van de Commissie (PB L 162 van 27.6.2015, blz. 12).

33.    32015 R 1013: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1013 van de Commissie van 25 juni 2015 tot vaststelling van voorschriften met betrekking tot Verordening (EG) nr. 273/2004 van het Europees Parlement en de Raad inzake drugsprecursoren en Verordening (EG) nr. 111/2005 van de Raad houdende voorschriften voor het toezicht op de handel tussen de Unie en derde landen in drugsprecursoren (PB L 162 van 27.6.2015, blz. 33).

34.    32006 L 0017: Richtlijn 2006/17/EG van de Commissie van 8 februari 2006 ter uitvoering van Richtlijn 2004/23/EG van het Europees Parlement en de Raad wat betreft bepaalde technische voorschriften voor het doneren, verkrijgen en testen van menselijke weefsels en cellen (PB L 38 van 9.2.2006, blz. 40), zoals gewijzigd bij:

   32012 L 0039: Richtlijn 2012/39/EG van de Commissie van 26 november 2012 (PB L 327 van 27.11.2012, blz. 24).


35.    32006 L 0086: Richtlijn 2006/86/EG van de Commissie van 24 oktober 2006 ter uitvoering van Richtlijn 2004/23/EG van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de traceerbaarheidsvereisten, de melding van ernstige bijwerkingen en ernstige ongewenste voorvallen en bepaalde technische voorschriften voor het coderen, bewerken, preserveren, bewaren en distribueren van menselijke weefsels en cellen (PB L 294 van 25.10.2006, blz. 32), zoals gewijzigd bij:

   32015 L 0565: Verordening (EU) 2015/565 van de Commissie van 8 april 2015 (PB L 93 van 9.4.2015, blz. 43).

36.    32006 R 1950: Verordening (EG) nr. 1950/2006 van de Commissie van 13 december 2006 tot vaststelling, overeenkomstig Richtlijn 2001/82/EG van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik, van een lijst van stoffen die essentieel zijn voor de behandeling van paardachtigen (PB L 367 van 22.12.2006, blz. 33), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0122: Verordening (EU) nr. 122/2013 van de Commissie van 12 februari 2013 (PB L 42 van 13.2.2013, blz. 1).

37.    32004 R 0726: Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 tot vaststelling van procedures van de Unie voor het verlenen van vergunningen en het toezicht met betrekking tot geneesmiddelen voor menselijk gebruik en tot oprichting van een Europees Geneesmiddelenbureau (PB L 136 van 30.4.2004, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32007 R 1394: Verordening (EG) nr. 1394/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2007 (PB L 324 van 10.12.2007, blz. 121), gerectificeerd bij PB L 87 van 31.3.2009, blz. 174,

   32009 R 0470: Verordening (EC) nr. 470/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 (PB L 152 van 16.6.2009, blz. 11),


   32010 R 1235: Verordening (EG) nr. 1235/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 15 december 2010 (PB L 348 van 31.12.2010, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 201 van 27.7.2012, blz. 138,

   32012 R 1027: Verordening (EU) nr. 1027/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 (PB L 316 van 14.11.2012, blz. 38),

   32006 R 1901: Verordening (EC) nr. 1901/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 1),

   32018 R 1718: Verordening (EU) 2018/1718 van het Europees Parlement en de Raad van 14 november 2018 (PB L 291 van 16.11.2018, blz. 3),

   32019 R 0005: Verordening (EU) 2019/5 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 4 van 7.1.2019, blz. 24).

38.    32005 R 2049: Verordening (EG) nr. 2049/2005 van de Commissie van 15 december 2005 tot vaststelling, krachtens Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad, van voorschriften betreffende de betaling van vergoedingen aan, en het verkrijgen van administratieve bijstand van, het Europese Geneesmiddelenbureau door micro-, kleine en middelgrote ondernemingen (PB L 329 van 16.12.2005, blz. 4).

39.    32006 R 0507: Verordening (EG) nr. 507/2006 van de Commissie van 29 maart 2006 betreffende voorwaardelijke vergunningen voor het in de handel brengen van geneesmiddelen voor menselijk gebruik die binnen het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad vallen (PB L 92 van 30.3.2006, blz. 6).


40.    32005 L 0028: Richtlijn 2005/28/EG van de Commissie van 8 april 2005 tot vaststelling van beginselen en gedetailleerde richtsnoeren inzake goede klinische praktijken wat geneesmiddelen voor onderzoek voor menselijk gebruik betreft en tot vaststelling van de eisen voor vergunningen voor de vervaardiging of invoer van die geneesmiddelen (PB L 91 van 9.4.2005, blz. 13).

41.    32006 L 0130: Richtlijn 2006/130/EG van de Commissie van 11 december 2006 tot uitvoering van Richtlijn 2001/82/EG van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft de vaststelling van criteria voor de vrijstelling van het vereiste van een voorschrift van een dierenarts voor het verstrekken van bepaalde geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik ten behoeve van voor de productie van levensmiddelen bestemde dieren (PB L 349 van 12.12.2006, blz. 15).

42.    32007 R 1394: Verordening (EG) nr. 1394/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2007 betreffende geneesmiddelen voor geavanceerde therapie en tot wijziging van Richtlijn 2001/83/EG en Verordening (EG) nr. 726/2004 (PB L 324 van 10.12.2007, blz. 121), gerectificeerd bij PB L 87 van 31.3.2009, blz. 174, zoals gewijzigd bij:

   32010 R 1235: Verordening (EG) nr. 1235/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 15 december 2010 (PB L 348 van 31.12.2010, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 201 van 27.7.2012, blz. 138.

43.    32008 R 1234: Verordening (EG) nr. 1234/2008 van de Commissie van 24 november 2008 betreffende het onderzoek van wijzigingen in de voorwaarden van vergunningen voor het in de handel brengen van geneesmiddelen voor menselijk gebruik en geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik (PB L 334 van 12.12.2008, blz. 7), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 0712: Verordening (EU) nr. 712/2012 van de Commissie van 3 augustus 2012 (PB L 209 van 4.8.2012, blz. 4),


   32021 R 0756: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/756 van de Commissie van 24 maart 2021 (PB L 162 van 10.5.2021, blz. 1).

44.    32007 R 0658: Verordening (EG) nr. 658/2007 van de Commissie van 14 juni 2007 betreffende financiële sancties op de niet-nakoming van bepaalde verplichtingen in verband met vergunningen voor het in de handel brengen, verleend op grond van Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 155 van 15.6.2007, blz. 10), zoals gewijzigd bij:

   32012 R 0488: Verordening (EU) nr. 488/2012 van de Commissie van 8 juni 2012 (PB L 150 van 9.6.2012, blz. 68), gerectificeerd bij PB L 338 van 12.12.2012, blz. 44.

45.    32008 D 0911: Beschikking van de Commissie 2008/911/EG van 21 november 2008 tot vaststelling van een lijst van kruidensubstanties, kruidenpreparaten en combinaties daarvan voor gebruik in traditionele kruidengeneesmiddelen (PB L 328 van 6.12.2008, blz. 42), zoals gewijzigd bij:

   32010 D 0028: Besluit 2010/28/EC van de Commissie van 28 juli 2009 (PB L 11 van 16.1.2010, blz. 12),

   32010 D 0030: Besluit 2010/30/EU van de Commissie van 9 december 2009 (PB L 12 van 19.1.2010, blz. 14),

   32010 D 0180: Besluit 2010/180/EU van de Commissie van 25 maart 2010 (PB L 80 van 26.3.2010, blz. 52),

   32011 D 0785: Uitvoeringsbesluit 2011/785/EU van de Commissie van 28 november 2011 (PB L 319 van 2.12.2011, blz. 102),


   32012 D 0067: Uitvoeringsbesluit 2012/67/EU van de Commissie van 3 februari 2012 (PB L 34 van 7.2.2012, blz. 5),

   32012 D 0068: Uitvoeringsbesluit 2012/68/EU van de Commissie van 3 februari 2012 (PB L 34 van 7.2.2012, blz. 8),

   32016 D 1658: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1658 van de Commissie van 13 september 2016 (PB L 247 van 15.9.2016, blz. 19),

   32016 D 1659: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1659 van de Commissie van 13 september 2016 (PB L 247 van 15.9.2016, blz. 22),

   32018 D 0134: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/134 van de Commissie van 24 januari 2018 (PB L 22 van 26.1.2018, blz. 41),

   32018 D 0133: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/133 van de Commissie van 24 januari 2018 (PB L 22 van 26.1.2018, blz. 36), gerectificeerd bij PB L 38 van 10.2.2018, blz. 42,

   32022 D 1316: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1316 van de Commissie van 25 juli 2022 (PB L 198 van 27.7.2022, blz. 22).

46.    32009 R 0668: Verordening (EG) nr. 668/2009 van de Commissie van 24 juli 2009 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1394/2007 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de beoordeling en certificering van de kwalitatieve en niet-klinische gegevens in verband met geneesmiddelen voor geavanceerde therapie ontwikkeld door kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (PB L 194 van 25.7.2009, blz. 7).


47.    32010 L 0053: Richtlijn 2010/53/EU van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2010 inzake kwaliteits- en veiligheidsnormen voor menselijke organen, bestemd voor transplantatie (PB L 207 van 6.8.2010, blz. 14), gerectificeerd bij PB L 243 van 16.9.2010, blz. 68.

48.    32012 L 0025: Uitvoeringsrichtlijn 2012/25/EU van de Commissie van 9 oktober 2012 tot vaststelling van informatieprocedures voor de uitwisseling tussen lidstaten van menselijke organen bestemd voor transplantatie (PB L 275 van 10.10.2012, blz. 27).

49.    32013 R 0198: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 198/2013 van de Commissie van 7 maart 2013 inzake de keuze van een symbool ter markering van geneesmiddelen voor menselijk gebruik die onderworpen zijn aan aanvullende monitoring (PB L 65 van 8.3.2013, blz. 17).

50.    32020 D 0569: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/569 van de Commissie van 16 april 2020 tot vaststelling van een gemeenschappelijk format en gemeenschappelijke inhoud voor de indiening van de informatie die door de lidstaten moet worden gerapporteerd overeenkomstig Richtlijn 2010/63/EU van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van dieren die voor wetenschappelijke doeleinden worden gebruikt en tot intrekking van Uitvoeringsbesluit 2012/707/EU van de Commissie (PB L 129 van 24.4.2020, blz. 16).

51.    32012 R 0520: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 520/2012 van de Commissie van 19 juni 2012 betreffende de uitvoering van werkzaamheden op het gebied van geneesmiddelenbewaking als bepaald in Verordening (EG) nr. 726/2004 van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 159 van 20.6.2012, blz. 5).


52.    32006 R 1901: Verordening (EG) nr. 1901/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende geneesmiddelen voor pediatrisch gebruik en tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1768/92, Richtlijn 2001/20/EG, Richtlijn 2001/83/EG en Verordening (EG) nr. 726/2004 (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32006 R 1902: Verordening (EC) nr. 1902/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 20),

   32019 R 0005: Verordening (EU) 2019/5 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 4 van 7.1.2019, blz. 24).

53.    32014 R 0658: Verordening (EU) nr. 658/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de aan het Europees Geneesmiddelenbureau te betalen vergoedingen voor het uitvoeren van geneesmiddelenbewakingsactiviteiten inzake geneesmiddelen voor menselijk gebruik (PB L 189 van 27.6.2014, blz. 112), zoals gewijzigd bij:

   32018 R 0092: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/92 van de Commissie van 18 oktober 2017 (PB L 17 van 23.1.2018, blz. 2),

   32018 R 1298: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/1298 van de Commissie van 11 juli 2018 (PB L 244 van 28.9.2018, blz. 1),

   32020 R 1431: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1431 van de Commissie van 14 juli 2020 (PB L 331 van 12.10.2020, blz. 2).

54.    32015 L 0566: Richtlijn (EU) 2015/566 van de Commissie van 8 april 2015 tot uitvoering van Richtlijn 2004/23/EG aangaande de procedures om na te gaan of er sprake is van gelijkwaardige kwaliteits- en veiligheidsnormen voor ingevoerde weefsels en cellen (PB L 93 van 9.4.2015, blz. 56).


55.    32014 R 0536: Verordening (EU) nr. 536/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende klinische proeven met geneesmiddelen voor menselijk gebruik en tot intrekking van Richtlijn 2001/20/EG (PB L 158 van 27.5.2014, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 311 van 17.11.2016, blz. 25, zoals gewijzigd bij:

   32022 R 0641: Verordening (EU) 2022/641 van het Europees Parlement en de Raad van 12 april 2022 (PB L 118 van 20.4.2022, blz. 1),

   32022 R 2239: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/2239 van de Commissie van 6 september 2022 (PB L 294 van 15.11.2022, blz. 5).

56.    32017 R 1569: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/1569 van de Commissie van 23 mei 2017 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 536/2014 van het Europees Parlement en de Raad door specificatie van de beginselen en richtsnoeren inzake goede praktijken bij het vervaardigen van geneesmiddelen voor onderzoek voor menselijk gebruik en de regeling voor inspectie (PB L 238 van 16.9.2017, blz. 12).

57.    32021 D 1240: Besluit (EU) 2021/1240 van de Commissie van 13 juli 2021 betreffende de conformiteit van het EU-portaal en de EU-databank voor klinische proeven met geneesmiddelen voor menselijk gebruik met de vereisten van artikel 82, lid 2, van Verordening (EU) nr. 536/2014 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 275 van 31.7.2021, blz. 1).

58.    32022 R 0020: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/20 van de Commissie van 7 januari 2022 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) nr. 536/2014 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de vaststelling van voorschriften en procedures voor de samenwerking van de lidstaten bij de veiligheidsbeoordeling van klinische proeven (PB L 5 van 10.1.2022, blz. 14).


59.    32014 R 0699: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 699/2014 van de Commissie van 24 juni 2014 over het ontwerp van het gemeenschappelijke logo voor de identificatie van personen die geneesmiddelen op afstand aan de bevolking te koop aanbieden, en over de technische, elektronische en cryptografische vereisten voor de verificatie van de authenticiteit van het gemeenschappelijke logo (PB L 184 van 25.6.2014, blz. 5).

60.    32020 R 1043: Verordening (EU) 2020/1043 van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2020 betreffende de uitvoering van klinische proeven met geneesmiddelen voor menselijk gebruik die geheel of gedeeltelijk uit genetisch gemodificeerde organismen bestaan en die bestemd zijn voor de behandeling of de voorkoming van de coronavirusziekte (COVID-19), alsmede de levering van die geneesmiddelen (PB L 231 van 17.7.2020, blz. 12).

61.    32017 R 0556: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/556 van de Commissie van 24 maart 2017 houdende de nadere regeling voor de inspectieprocedures inzake goede klinische praktijken overeenkomstig Verordening (EU) nr. 536/2014 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 80 van 25.3.2017, blz. 7).

62.    32019 R 0006: Verordening (EU) 2019/6 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 betreffende diergeneesmiddelen en tot intrekking van Richtlijn 2001/82/EG (PB L 4 van 7.1.2019, blz. 43), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 0805: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/805 van de Commissie van 8 maart 2021 (PB L 180 van 21.5.2021, blz. 3).

63.    32021 R 0016: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/16 van de Commissie van 8 januari 2021 tot vaststelling van de nodige maatregelen en praktische regelingen voor de databank van de Unie inzake diergeneesmiddelen (diergeneesmiddelendatabank van de Unie) (PB L 7 van 11.1.2021, blz. 1).


64.    32021 R 0017: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/17 van de Commissie van 8 januari 2021 tot vaststelling van een lijst van wijzigingen waarvoor geen beoordeling vereist is, overeenkomstig Verordening (EU) 2019/6 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 7 van 11.1.2021, blz. 22).

65.    32021 R 0578: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/578 van de Commissie van 29 januari 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2019/6 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft voorschriften voor het verzamelen van gegevens over het verkoopvolume en het gebruik van antimicrobiële geneesmiddelen bij dieren (PB L 123 van 9.4.2021, blz. 7).

66.    32021 R 1904: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1904 van de Commissie van 29 oktober 2021 tot vaststelling van het ontwerp van een gemeenschappelijk logo voor de kleinhandel op afstand in diergeneesmiddelen (PB L 387 van 3.11.2021, blz. 133).

67.    32021 R 1248: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1248 van de Commissie van 29 juli 2021 wat betreft maatregelen voor goede praktijken voor de distributie van diergeneesmiddelen overeenkomstig Verordening (EU) 2019/6 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 272 van 30.7.2021, blz. 46).

68.    32021 R 1280: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1280 van de Commissie van 2 augustus 2021 wat betreft maatregelen voor goede praktijken voor de distributie van als grondstoffen in diergeneesmiddelen gebruikte werkzame stoffen overeenkomstig Verordening (EU) 2019/6 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 279 van 3.8.2021, blz. 1).

69.    32021 R 1760: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1760 van de Commissie van 26 mei 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2019/6 van het Europees Parlement en de Raad door vaststelling van de criteria voor de aanwijzing van antimicrobiële stoffen die moeten worden voorbehouden voor de behandeling van bepaalde infecties bij de mens (PB L 353 van 6.10.2021, blz. 1).


70.    32022 R 0209: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/209 van de Commissie van 16 februari 2022 tot vaststelling van het formaat van de te verzamelen en te rapporteren gegevens om het verkoopvolume en het gebruik van antimicrobiële geneesmiddelen bij dieren te bepalen overeenkomstig Verordening (EU) 2019/6 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 35 van 17.2.2022, blz. 7).

71.    32022 R 0839: Verordening (EU) 2022/839 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2022 tot vaststelling van overgangsbepalingen voor de verpakking en etikettering van diergeneesmiddelen waarvoor overeenkomstig Richtlijn 2001/82/EG of Verordening (EG) nr. 726/2004 een vergunning is verleend of die overeenkomstig Richtlijn 2001/82/EG of Verordening (EG) nr. 726/2004 zijn geregistreerd (PB L 148 van 31.5.2022, blz. 6).

72.    32021 R 1281: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1281 van de Commissie van 2 augustus 2021 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2019/6 van het Europees Parlement en de Raad inzake goede bewakingspraktijken voor diergeneesmiddelen, alsook inzake de vorm en de inhoud van het basisdossier diergeneesmiddelenbewakingssysteem en de samenvatting daarvan (PB L 279 van 3.8.2021, blz. 15).

73.    32022 R 1255: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1255 van de Commissie van 19 juli 2022 tot aanwijzing van antimicrobiële stoffen of groepen van antimicrobiële stoffen die zijn voorbehouden voor de behandeling van bepaalde infecties bij de mens, overeenkomstig Verordening (EU) 2019/6 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 191 van 20.7.2022, blz. 58).

HANDELINGEN WAARVAN DE GEASSOCIEERDE PARTIJEN NOTA NEMEN

1.    Mededeling van de Commissie betreffende de verenigbaarheid met artikel 30 van het EEG-Verdrag van door de lidstaten genomen maatregelen op het gebied van de prijscontrole en vergoeding voor geneesmiddelen (PB C 310 van 4.12.1986, blz. 7).


2.    Mededeling van de Commissie over de parallelimport van farmaceutische specialiteiten waarvoor reeds een vergunning voor het in de handel brengen werd afgegeven (PB C 115 van 6.5.1982, blz. 5).

3.    32010 D 0453: Besluit 2010/453/EU van de Commissie van 3 augustus 2010 tot vaststelling van richtsnoeren betreffende de voorwaarden voor inspecties en controlemaatregelen en betreffende de opleiding en kwalificaties van de functionarissen, op het gebied van menselijke weefsels en cellen, als bedoeld in Richtlijn 2004/23/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 213 van 13.8.2010, blz. 48).


HOOFDSTUK 11

MESTSTOFFEN

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van de in dit hoofdstuk vermelde rechtshandelingen van de EU met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32019 R 1009: Verordening (EU) 2019/1009 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juni 2019 tot vaststelling van voorschriften inzake het op de markt aanbieden van EU-bemestingsproducten en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 1069/2009 en (EG) nr. 1107/2009 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 2003/2003 (PB L 170 van 25.6.2019, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1768: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1768 van de Commissie van 23 juni 2021 (PB L 356 van 8.10.2021, blz. 8),

   32021 R 2086: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/2086 van de Commissie van 5 juli 2021 (PB L 427 van 30.11.2021, blz. 120),

   32021 R 2087: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/2087 van de Commissie van 6 juli 2021 (PB L 427 van 30.11.2021, blz. 130),

   32021 R 2088: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/2088 van de Commissie van 7 juli 2021 (PB L 427 van 30.11.2021, blz. 140),


   32022 R 1171: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/1171 van de Commissie van 22 maart 2022 (PB L 183 van 8.7.2022, blz. 2),

   32022 R 1519: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/1519 van de Commissie van 5 mei 2022 (PB L 236 van 13.9.2022, blz. 5).

2.    32022 R 0973: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/973 van de Commissie van 14 maart 2022 tot aanvulling van Verordening (EU) 2019/1009 van het Europees Parlement en de Raad door criteria inzake agronomische efficiëntie en veiligheid vast te leggen voor het gebruik van bijproducten in EU-bemestingsproducten (PB L 167 van 24.6.2022, blz. 29).

3.    32006 D 0347: Beschikking 2006/347/EG van de Commissie van 3 januari 2006 betreffende de kennisgeving, ingevolge artikel 95, lid 4, van het EG-Verdrag, door het Koninkrijk Zweden van de nationale bepalingen inzake het maximaal toelaatbare cadmiumgehalte van meststoffen (PB L 129 van 17.5.2006, blz. 19).

4.    32006 D 0348: Beschikking nr. 2006/348/EG van de Commissie van 3 januari 2006 betreffende de kennisgeving, ingevolge artikel 95, lid 4, van het EG-Verdrag, door de Republiek Finland van de nationale bepalingen inzake het maximaal toelaatbare cadmiumgehalte van meststoffen (PB L 129 van 17.5.2006, blz. 25).

5.    32006 D 0349: Beschikking nr. 2006/349/EG van de Commissie van 3 januari 2006 betreffende de kennisgeving, ingevolge artikel 95, lid 4, van het EG-Verdrag, door de Republiek Oostenrijk van de nationale bepalingen inzake het maximaal toelaatbare cadmiumgehalte van meststoffen (PB L 129 van 17.5.2006, blz. 31).


6.    32006 D 0390: Beschikking 2006/390/EG van de Commissie van 24 mei 2006 betreffende de kennisgeving, ingevolge artikel 95, lid 4, van het EG-Verdrag, door de Tsjechische Republiek van de nationale bepalingen inzake het maximaal toelaatbare cadmiumgehalte van meststoffen (PB L 150 van 3.6.2006, blz. 17).

7.    32020 D 1178: Besluit (EU) 2020/1178 van de Commissie van 27 juli 2020 betreffende de kennisgeving, ingevolge artikel 114, lid 4, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, door het Koninkrijk Denemarken van de nationale bepalingen met betrekking tot het cadmiumgehalte in meststoffen (PB L 259 van 10.8.2020, blz. 14).

8.    32020 D 1184: Besluit (EU) 2020/1184 van de Commissie van 17 juli 2020 betreffende de door Hongarije ingevolge artikel 114, lid 4, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie aangemelde nationale bepalingen inzake het cadmiumgehalte in fosfaatmeststoffen (PB L 261 van 11.8.2020, blz. 42).

9.    32020 D 1205: Besluit (EU) 2020/1205 van de Commissie van 6 augustus 2020 betreffende de nationale bepalingen inzake het cadmiumgehalte in fosfaatmeststoffen waarvan de Slowaakse Republiek op grond van artikel 114, lid 4, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie kennis heeft gegeven (PB L 270 van 18.8.2020, blz. 7).

HANDELINGEN WAARVAN DE GEASSOCIEERDE PARTIJEN NOTA NEMEN

1.    52021 X C0407(04): Mededeling van de Commissie over hoe het etiket als bedoeld in bijlage III bij Verordening (EU) 2019/1009 van het Europees Parlement en de Raad eruit dient te zien (PB C 119 van 7.4.2021, blz. 1).


HOOFDSTUK 12

GEVAARLIJKE STOFFEN

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32004 L 0010: Richtlijn 2004/10/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen inzake de toepassing van de beginselen van goede laboratoriumpraktijken en het toezicht op de toepassing ervan voor tests op chemische stoffen (PB L 50 van 20.2.2004, blz. 44).

2.    32004 L 0009: Richtlijn 2004/9/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 inzake de inspectie en de verificatie van de goede laboratoriumpraktijken (GLP) (PB L 50 van 20.2.2004, blz. 28).

3.    31994 D 0643: Beschikking 94/643/EG van de Commissie van 12 september 1994 tot intrekking van de toelating van gewasbeschermingsmiddelen die cyhalothrin als werkzame stof bevatten (PB L 249 van 24.9.1994, blz. 18).

4.    31997 R 0142: Verordening (EG) nr. 142/97 van de Commissie van 27 januari 1997 betreffende de verstrekking van informatie over bepaalde bestaande stoffen krachtens Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad (PB L 25 van 28.1.1997, blz. 11).

5.    31999 R 2161: Verordening (EG) nr. 2161/1999 van de Commissie van 12 oktober 1999 betreffende het opleggen van verdere eisen aan importeurs of fabrikanten van een bepaalde prioriteitsstof voor het testen van die stoffen als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad inzake de beoordeling en de beperking van de risico’s van bestaande stoffen (PB L 265 van 13.10.1999, blz. 11).


6.    32000 D 0166: Beschikking 2000/166/EG van de Commissie van 23 februari 2000 houdende vaststelling van een aanvullende termijn voor het verlenen van voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stof quinoxyfen (PB L 52 van 25.2.2000, blz. 44).

7.    32000 D 0657: Besluit 2000/657/EG van de Commissie van 16 oktober 2000 tot vaststelling van invoerbesluiten van de Gemeenschap voor bepaalde chemische stoffen krachtens Verordening (EEG) nr. 2455/92 van de Raad betreffende de in- en uitvoer van bepaalde gevaarlijke chemische stoffen (PB L 275 van 27.10.2000, blz. 44), zoals gewijzigd bij:

   32004 R 0886: Verordening (EC) nr. 886/2004 van de Commissie van 4 maart 2004 (PB L 168 van 1.5.2004, blz. 14),

   32006 R 1792: Verordening (EC) nr. 1792/2006 van de Commissie van 23 oktober 2006 (PB L 362 van 20.12.2006, blz. 1),

   32013 R 0519: Verordening (EU) nr. 519/2013 van de Commissie van 21 februari 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 74).

8.    32001 R 2592: Verordening (EG) nr. 2592/2001 van de Commissie van 28 december 2001 betreffende de nadere inlichtingen en aanvullende onderzoeken die worden verlangd van de fabrikanten of importeurs van bepaalde prioriteitstoffen overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad inzake de beoordeling en de beperking van de risico’s van bestaande stoffen (PB L 345 van 29.12.2001, blz. 25).


9.    32012 R 0528: Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2012 betreffende het op de markt aanbieden en het gebruik van biociden (PB L 167 van 27.6.2012, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0736: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 736/2013 van de Commissie van 17 mei 2013 (PB L 204 van 31.7.2013, blz. 25),

   32013 R 0837: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 837/2013 van de Commissie van 25 juni 2013 (PB L 234 van 3.9.2013, blz. 1),

   32014 R 0334: Verordening (EU) nr. 334/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2014 (PB L 103 van 5.4.2014, blz. 22),

   32019 R 1819: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1819 van de Commissie van 8 augustus 2019 (PB L 279 van 31.10.2019, blz. 1),

   32019 R 1820: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1820 van de Commissie van 8 augustus 2019 (PB L 279 van 31.10.2019, blz. 4),

   32019 R 1821: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1821 van de Commissie van 8 augustus 2019 (PB L 279 van 31.10.2019, blz. 7),

   32019 R 1822: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1822 van de Commissie van 8 augustus 2019 (PB L 279 van 31.10.2019, blz. 10),

   32019 R 1823: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1823 van de Commissie van 8 augustus 2019 (PB L 279 van 31.10.2019, blz. 13),


   32019 R 1824: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1824 van de Commissie van 8 augustus 2019 (PB L 279 van 31.10.2019, blz. 16),

   32019 R 1825: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1825 van de Commissie van 8 augustus 2019 (PB L 279 van 31.10.2019, blz. 19).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassingen gelezen:

a)    Andorra is niet verplicht deel te nemen aan de beoordeling van aanvragen tot goedkeuring van werkzame stoffen, noch aan de beoordeling van aanvragen tot toelating van biociden. In die zin erkent Andorra te allen tijde automatisch de vergunningen voor het op de markt brengen van biociden die in Spanje en Frankrijk van kracht zijn. Die vergunningen hebben betrekking op biociden die zijn toegelaten via een nationale toelating of wederzijdse erkenning, alsook op een EU-toelating en een vereenvoudigde toelatingsprocedure.

b)    Andorra kan de procedure voor het aanvragen van wederzijdse erkenning door officiële of wetenschappelijke instanties inleiden onder de in artikel 39 van deze verordening vastgestelde voorwaarden.

c)    Andorra kan de in artikel 56 van deze verordening bedoelde afwijkingsprocedure inleiden in het geval van onderzoek en ontwikkeling.

d)    Vergoedingen aan het Europees Agentschap voor chemische stoffen zijn alleen van toepassing indien Andorra de procedure van artikel 39 inleidt.


10.    32013 R 0945: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 945/2013 van de Commissie van 2 oktober 2013 tot goedkeuring van cypermethrin als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 8 (PB L 261 van 3.10.2013, blz. 23).

11.    32013 R 0955: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 955/2013 van de Commissie van 4 oktober 2013 tot goedkeuring van propiconazool als bestaande actieve stof voor gebruik in biociden voor productsoort 9 (PB L 263 van 5.10.2013, blz. 7).

12.    32013 R 1032: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1032/2013 van de Commissie van 24 oktober 2013 tot goedkeuring van broomazijnzuur als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 4 (PB L 283 van 25.10.2013, blz. 22).

13.    32013 R 1033: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1033/2013 van de Commissie van 24 oktober 2013 tot goedkeuring van kopersulfaat-pentahydraat als bestaande actieve stof voor gebruik in biociden voor productsoort 2 (PB L 283 van 25.10.2013, blz. 25).

14.    32013 R 1034: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1034/2013 van de Commissie van 24 oktober 2013 tot goedkeuring van aluminiumfosfide waaruit fosfine vrijkomt als werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 20 (PB L 283 van 25.10.2013, blz. 28).

15.    32013 R 1035: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1035/2013 van de Commissie van 24 oktober 2013 tot goedkeuring van benzoëzuur als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 3 en 4 (PB L 283 van 25.10.2013, blz. 31).

16.    32013 R 1036: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1036/2013 van de Commissie van 24 oktober 2013 tot goedkeuring van etofenprox als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 18 (PB L 283 van 25.10.2013, blz. 35).


17.    32013 R 1037: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1037/2013 van de Commissie van 24 oktober 2013 tot goedkeuring van IPBC als een bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 6 (PB L 283 van 25.10.2013, blz. 38).

18.    32013 R 1038: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1038/2013 van de Commissie van 24 oktober 2013 tot goedkeuring van tebuconazool als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 7 en 10 (PB L 283 van 25.10.2013, blz. 40).

19.    32013 R 1039: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1039/2013 van de Commissie van 24 oktober 2013 tot goedkeuring van nonaanzuur als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 2 (PB L 283 van 25.10.2013, blz. 43).

20.    32013 R 0354: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 354/2013 van de Commissie van 18 april 2013 betreffende wijzigingen in overeenkomstig Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad toegelaten biociden (PB L 109 van 19.4.2013, blz. 4).

21.    32013 R 0564: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 564/2013 van de Commissie van 18 juni 2013 betreffende de aan het Europees Agentschap voor chemische stoffen te betalen vergoedingen krachtens Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt aanbieden en het gebruik van biociden (PB L 167 van 19.6.2013, blz. 17).

22.    32014 R 0088: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 88/2014 van de Commissie van 31 januari 2014 tot vaststelling van een procedure voor de wijziging van bijlage I bij Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt aanbieden en het gebruik van biociden (PB L 32 van 1.2.2014, blz. 3).


23.    32014 R 0089: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 89/2014 van de Commissie van 31 januari 2014 tot goedkeuring van bis( N -cyclohexyldiazeniumdioxy)koper (Cu-HDO) als een bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 8 (PB L 32 van 1.2.2014, blz. 6).

24.    32014 R 0090: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 90/2014 van de Commissie van 31 januari 2014 tot goedkeuring van decaanzuur als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 4, 18 en 19 (PB L 32 van 1.2.2014, blz. 9).

25.    32014 R 0091: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 91/2014 van de Commissie van 31 januari 2014 tot goedkeuring van S-methopreen als een bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 18 (PB L 32 van 1.2.2014, blz. 13).

26.    32014 R 0092: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 92/2014 van de Commissie van 31 januari 2014 tot goedkeuring van zineb als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 21 (PB L 32 van 1.2.2014, blz. 16).

27.    32014 R 0093: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 93/2014 van de Commissie van 31 januari 2014 tot goedkeuring van octaanzuur als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 4 en 18 (PB L 32 van 1.2.2014, blz. 19).

28.    32014 R 0094: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 94/2014 van de Commissie van 31 januari 2014 tot goedkeuring van jood, met inbegrip van polyvinylpyrrolidonjood, als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 1, 3, 4 en 22 (PB L 32 van 1.2.2014, blz. 23).

29.    32014 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 405/2014 van de Commissie van 23 april 2014 tot goedkeuring van laurinezuur als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 19 (PB L 121 van 24.4.2014, blz. 8).


30.    32014 R 0406: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 406/2014 van de Commissie van 23 april 2014 tot goedkeuring van ethyl-butylacetylaminopropionaat als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 19 (PB L 121 van 24.4.2014, blz. 11).

31.    32014 R 0407: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 407/2014 van de Commissie van 23 april 2014 tot goedkeuring van transfluthrin als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 18 (PB L 121 van 24.4.2014, blz. 14).

32.    32014 R 0408: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 408/2014 van de Commissie van 23 april 2014 tot goedkeuring van synthetisch amorf siliciumdioxide als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 18 (PB L 121 van 24.4.2014, blz. 17).

33.    32014 D 0227: Uitvoeringsbesluit 2014/227/EU van de Commissie van 24 april 2014 betreffende de niet-goedkeuring van bepaalde in biociden aanwezige werkzame stoffen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 124 van 25.4.2014, blz. 27).

34.    32014 R 0437: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 437/2014 van de Commissie van 29 april 2014 tot goedkeuring van 4,5-dichloor-2-octyl-2H-isothiazool-3-on als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 21 (PB L 128 van 30.4.2014, blz. 64).

35.    32014 R 0438: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 438/2014 van de Commissie van 29 april 2014 tot goedkeuring van cyproconazool als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 8 (PB L 128 van 30.4.2014, blz. 68).


36.    32014 R 1062: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1062/2014 van de Commissie van 4 augustus 2014 over het in Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad bedoelde werkprogramma voor het systematische onderzoek van alle bestaande werkzame stoffen van biociden (PB L 294 van 10.10.2014, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 0698: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/698 van de Commissie van 3 februari 2017 (PB L 103 van 19.4.2017, blz. 1),

   32019 R 0157: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/157 van de Commissie van 6 november 2018 (PB L 31 van 1.2.2019, blz. 1),

   32019 R 0227: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/227 van de Commissie van 28 november 2018 (PB L 37 van 8.2.2019, blz. 1).

37.    32014 R 1090: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1090/2014 van de Commissie van 16 oktober 2014 tot goedkeuring van permethrine als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 8 en 18 (PB L 299 van 17.10.2014, blz. 10).

38.    32014 R 1091: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1091/2014 van de Commissie van 16 oktober 2014 tot goedkeuring van tralopyril als nieuwe werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 21 (PB L 299 van 17.10.2014, blz. 15).

39.    32014 R 0492: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 492/2014 van 7 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorschriften voor de verlenging van aan wederzijdse erkenning onderworpen toelatingen voor biociden (PB L 139 van 14.5.2014, blz. 1).


40.    32014 D 0397: Uitvoeringsbesluit 2014/397/EU van de Commissie van 25 juni 2014 tot verlenging van de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring van difethialon en difenacum voor gebruik in biociden voor productsoort 14 (PB L 186 van 26.6.2014, blz. 111).

41.    32014 D 0402: Uitvoeringsbesluit 2014/402/EU van de Commissie van 25 juni 2014 betreffende door Duitsland overeenkomstig Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad gemelde beperkingen van de toelatingen IPBC bevattende biociden te gebruiken (PB L 188 van 27.6.2014, blz. 85).

42.    32015 D 0646: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/646 van de Commissie van 23 april 2015 krachtens artikel 3, lid 3, van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot bacterieculturen die bestemd zijn voor de vermindering van organische stoffen en die voor dat doel in de handel worden gebracht (PB L 106 van 24.4.2015, blz. 79).

43.    32015 D 0655: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/655 van de Commissie van 23 april 2015 krachtens artikel 3, lid 3, van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende een op polydimethylsiloxaan gebaseerde formulering die in de handel wordt gebracht ter bestrijding van muggen (PB L 107 van 25.4.2015, blz. 75).

44.    32015 R 1609: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1609 van de Commissie van 24 september 2015 tot goedkeuring van propiconazool als een bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 7 (PB L 249 van 25.9.2015, blz. 17).

45.    32015 R 1610: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1610 van de Commissie van 24 september 2015 tot goedkeuring van Pythium oligandrum stam M1 als werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 10 (PB L 249 van 25.9.2015, blz. 20).


46.    32015 R 1726: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1726 van de Commissie van 28 september 2015 tot goedkeuring van 2-methylisothiazol-3(2H)-on als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 13 (PB L 252 van 29.9.2015, blz. 14).

47.    32015 R 1727: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1727 van de Commissie van 28 september 2015 tot goedkeuring van 5-chloor-2-(4-chloorfenoxy)fenol als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 1, 2 en 4 (PB L 252 van 29.9.2015, blz. 17).

48.    32015 R 1728: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1728 van de Commissie van 28 september 2015 tot goedkeuring van IPBC als een bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 13 (PB L 252 van 29.9.2015, blz. 21).

49.    32015 R 1729: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1729 van de Commissie van 28 september 2015 tot goedkeuring van kaliumsorbaat als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 8 (PB L 252 van 29.9.2015, blz. 24).

50.    32015 R 1730: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1730 van de Commissie van 28 september 2015 tot goedkeuring van waterstofperoxide als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 1, 2, 3, 4, 5 en 6 (PB L 252 van 29.9.2015, blz. 27).

51.    32015 R 1731: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1731 van de Commissie van 28 september 2015 tot goedkeuring van medetomidine als werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 21 (PB L 252 van 29.9.2015, blz. 33).

52.    32015 D 1736: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1736 van de Commissie van 28 september 2015 tot niet-goedkeuring van triflumuron als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 18 (PB L 252 van 29.9.2015, blz. 56).


53.    32015 D 1737: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1737 van de Commissie van 28 september 2015 tot verlenging van de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring van bromadiolon, chloorfacinon en cumatetralyl voor gebruik in biociden voor productsoort 14 (PB L 252 van 29.9.2015, blz. 58).

54.    32015 D 1751: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1751 van de Commissie van 29 september 2015 betreffende de voorwaarden van de toelating voor een bromadiolon bevattende biocide dat overeenkomstig artikel 36 van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad door het Verenigd Koninkrijk is doorverwezen (PB L 256 van 1.10.2015, blz. 15).

55.    32015 R 1757: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1757 van de Commissie van 28 september 2015 tot goedkeuring van folpet als werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 6 (PB L 257 van 2.10.2015, blz. 12).

56.    32015 R 1758: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 2015/1758 van de Commissie van 28 september 2015 tot goedkeuring van folpet als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 7 en 9 (PB L 257 van 2.10.2015, blz. 15).

57.    32015 R 1759: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1759 van de Commissie van 28 september 2015 tot goedkeuring van glutaaraldehyde als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 2, 3, 4, 6, 11 en 12 (PB L 257 van 2.10.2015, blz. 19).

58.    32015 R 1981: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1981 van de Commissie van 4 november 2015 tot goedkeuring van octaanzuur als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 6 en 13 (PB L 289 van 5.11.2015, blz. 9).


59.    32015 R 1982: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1982 van de Commissie van 4 november 2015 tot goedkeuring van hexaflumuron als een bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 18 (PB L 289 van 5.11.2015, blz. 13).

60.    32015 D 1985: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1985 van de Commissie van 4 november 2015 overeenkomstig artikel 3, lid 3, van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende een met citroenzuur geïmpregneerde antivirale papieren zakdoek (PB L 289 van 5.11.2015, blz. 26).

61.    32016 D 0903: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/903 van de Commissie van 8 juni 2016 overeenkomstig artikel 3, lid 3, van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende een met permethrin geïmpregneerde deken voor paarden gebruikt voor de bestrijding van hinderlijke insecten in de omgeving van het paard (PB L 152 van 9.6.2016, blz. 43).

62.    32016 D 0904: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/904 van de Commissie van 8 juni 2016 krachtens artikel 3, lid 3, van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende propaan-2-ol bevattende producten voor handendesinfectie (PB L 152 van 9.6.2016, blz. 45).

63.    32016 D 1174: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1174 van de Commissie van 15 juli 2016 betreffende de voorwaarden van de toelating voor een difenacum bevattende biocide dat overeenkomstig artikel 36 van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad door Spanje is doorverwezen (PB L 193 van 19.7.2016, blz. 110).

64.    32016 D 1175: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1175 van de Commissie van 15 juli 2016 betreffende de voorwaarden van de toelating voor een bromadiolon bevattende biocide dat overeenkomstig artikel 36 van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad door het Verenigd Koninkrijk is doorverwezen (PB L 193 van 19.7.2016, blz. 113).


65.    32000 R 1896: Verordening (EG) nr. 1896/2000 van de Commissie van 7 september 2000 inzake de eerste fase van het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende biociden bedoelde programma (PB L 228 van 8.9.2000, blz. 6).

66.    32002 R 1687: Verordening (EG) nr. 1687/2002 van de Commissie van 25 september 2002 inzake een bijkomende periode voor de kennisgeving van bepaalde werkzame stoffen die al op de markt zijn om als biocide te worden gebruikt, zoals bepaald in artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1896/2000 (PB L 258 van 26.9.2002, blz. 15).

67.    32011 L 0065: Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 betreffende beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur (PB L 174 van 1.7.2011, blz. 88), gerectificeerd bij PB L 44 van 14.2.2014, blz. 55 en PB L 285 van 1.11.2017, blz. 32, zoals gewijzigd bij:

   32012 L 0050: Gedelegeerde Richtlijn 2012/50/EU van de Commissie van 10 oktober 2012 (PB L 348 van 18.12.2012, blz. 16),

   32012 L 0051: Gedelegeerde Richtlijn 2012/51/EU van de Commissie van 10 oktober 2012 (PB L 348 van 18.12.2013, blz. 18),

   32014 L 0001: Gedelegeerde Richtlijn 2014/1/EU van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 4 van 9.1.2014, blz. 45),

   32014 L 0002: Gedelegeerde Richtlijn 2014/2/EU van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 4 van 9.1.2014, blz. 47),


   32014 L 0003: Gedelegeerde Richtlijn 2014/3/EU van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 4 van 9.1.2014, blz. 49),

   32014 L 0004: Gedelegeerde Richtlijn 2014/4/EU van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 4 van 9.1.2014, blz. 51),

   32014 L 0005: Gedelegeerde Richtlijn 2014/5/EU van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 4 van 9.1.2014, blz. 53),

   32014 L 0006: Gedelegeerde Richtlijn 2014/6/EU van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 4 van 9.1.2014, blz. 55),

   32014 L 0007: Gedelegeerde Richtlijn 2014/7/EU van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 4 van 9.1.2014, blz. 57),

   32014 L 0008: Gedelegeerde Richtlijn 2014/8/EU van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 4 van 9.1.2014, blz. 59),

   32014 L 0009: Gedelegeerde Richtlijn 2014/9/EU van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 4 van 9.1.2014, blz. 61),

   32014 L 0010: Gedelegeerde Richtlijn 2014/10/EU van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 4 van 9.1.2014, blz. 63),

   32014 L 0011: Gedelegeerde Richtlijn 2014/11/EU van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 4 van 9.1.2014, blz. 65),


   32014 L 0012: Gedelegeerde Richtlijn 2014/12/EU van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 4 van 9.1.2014, blz. 67),

   32014 L 0013: Gedelegeerde Richtlijn 2014/13/EU van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 4 van 9.1.2014, blz. 69),

   32014 L 0014: Gedelegeerde Richtlijn 2014/14/EU van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 4 van 9.1.2014, blz. 71),

   32014 L 0015: Gedelegeerde Richtlijn 2014/15/EU van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 4 van 9.1.2014, blz. 73),

   32014 L 0016: Gedelegeerde Richtlijn 2014/16/EU van de Commissie van 18 oktober 2013 (PB L 4 van 9.1.2014, blz. 75),

   32014 L 0069: Gedelegeerde Richtlijn 2014/69/EU van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 72),

   32014 L 0070: Gedelegeerde Richtlijn 2014/70/EU van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 74),

   32014 L 0071: Gedelegeerde Richtlijn 2014/71/EU van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 76),

   32014 L 0072: Gedelegeerde Richtlijn 2014/72/EU van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 78),


   32014 L 0073: Gedelegeerde Richtlijn 2014/73/EU van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 80),

   32014 L 0074: Gedelegeerde Richtlijn 2014/74/EU van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 82),

   32014 L 0075: Gedelegeerde Richtlijn 2014/75/EU van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 84),

   32014 L 0076: Gedelegeerde Richtlijn 2014/76/EU van de Commissie van 13 maart 2014 (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 86),

   32015 L 0573: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2015/573 van de Commissie van 30 januari 2015 (PB L 94 van 10.4.2015, blz. 4),

   32015 L 0574: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2015/574 van de Commissie van 30 januari 2015 (PB L 94 van 10.4.2015, blz. 6),

   32015 L 0863: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2015/863 van de Commissie van 31 maart 2015 (PB L 137 van 4.6.2015, blz. 10),

   32016 L 0585: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2016/585 van de Commissie van 12 februari 2016 (PB L 101 van 16.4.2016, blz. 12),

   32016 L 1028: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2016/1028 van de Commissie van 19 april 2016 (PB L 168 van 25.6.2016, blz. 13),


   32016 L 1029: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2016/1029 van de Commissie van 19 april 2016 (PB L 168 van 25.6.2016, blz. 15),

   32017 L 1009: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2017/1009 van de Commissie van 13 maart 2017 (PB L 153 van 16.6.2017, blz. 21),

   32017 L 1010: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2017/1010 van de Commissie van 13 maart 2017 (PB L 153 van 16.6.2017, blz. 23),

   32017 L 1011: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2017/1011 van de Commissie van 15 maart 2017 (PB L 153 van 16.6.2017, blz. 25),

   32017 L 1975: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2017/1975 van de Commissie van 7 augustus 2017 (PB L 281 van 31.10.2017, blz. 29), gerectificeerd bij PB L 285 van 1.11.2017, blz. 32,

   32017 L 2102: Richtlijn (EU) 2017/2102 van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2017 (PB L 305 van 21.11.2017, blz. 8),

   32018 L 0736: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2018/736 van de Commissie van 27 februari 2018 (PB L 123 van 18.5.2018, blz. 94),

   32018 L 0737: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2018/737 van de Commissie van 27 februari 2018 (PB L 123 van 18.5.2018, blz. 97),

   32018 L 0738: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2018/738 van de Commissie van 27 februari 2018 (PB L 123 van 18.5.2018, blz. 100),


   32018 L 0739: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2018/739 van de Commissie van 1 maart 2018 (PB L 123 van 18.5.2018, blz. 103),

   32018 L 0740: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2018/740 van de Commissie van 1 maart 2018 (PB L 123 van 18.5.2018, blz. 106),

   32018 L 0741: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2018/741 van de Commissie van 1 maart 2018 (PB L 123 van 18.5.2018, blz. 109),

   32018 L 0742: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2018/742 van de Commissie van 1 maart 2018 (PB L 123 van 18.5.2018, blz. 112),

   32019 L 0169: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2019/169 van de Commissie van 16 november 2018 (PB L 33 van 5.2.2019, blz. 5),

   32019 L 0170: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2019/170 van de Commissie van 16 november 2018 (PB L 33 van 5.2.2019, blz. 8),

   32019 L 0171: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2019/171 van de Commissie van 16 november 2018 (PB L 33 van 5.2.2019, blz. 11),

   32019 L 0172: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2019/172 van de Commissie van 16 november 2018 (PB L 33 van 5.2.2019, blz. 14),

   32019 L 0173: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2019/173 van de Commissie van 16 november 2018 (PB L 33 van 5.2.2019, blz. 17),


   32019 L 0174: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2019/174 van de Commissie van 16 november 2018 (PB L 33 van 5.2.2019, blz. 20),

   32019 L 0175: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2019/175 van de Commissie van 16 november 2018 (PB L 33 van 5.2.2019, blz. 23),

   32019 L 0176: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2019/176 van de Commissie van 16 november 2018 (PB L 33 van 5.2.2019, blz. 26),

   32019 L 0177: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2019/177 van de Commissie van 16 november 2018 (PB L 33 van 5.2.2019, blz. 29),

   32019 L 0178: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2019/178 van de Commissie van 16 november 2018 (PB L 33 van 5.2.2019, blz. 32),

   32019 L 1845: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2019/1845 van de Commissie van 8 augustus 2019 (PB L 283 van 5.11.2019, blz. 38),

   32019 L 1846: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2019/1846 van de Commissie van 8 augustus 2019 (PB L 283 van 5.11.2019, blz. 41),

   32020 L 0360: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2020/360 van de Commissie van 17 december 2019 (PB L 67 van 5.3.2020, blz. 109),

   32020 L 0361: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2020/361 van de Commissie van 17 december 2019 (PB L 67 van 5.3.2020, blz. 112),



   32020 L 0364: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2020/364 van de Commissie van 17 december 2019 (PB L 67 van 5.3.2020, blz. 122),

   32020 L 0365: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2020/365 van de Commissie van 17 december 2019 (PB L 67 van 5.3.2020, blz. 125),

   32020 L 0366: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2020/366 van de Commissie van 17 december 2019 (PB L 67 van 5.3.2020, blz. 129).

   32021 L 0647: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2021/647 van de Commissie van 15 januari 2021 (PB L 133 van 20.4.2021, blz. 54),

   32021 L 0884: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2021/884 van de Commissie van 8 maart 2021 (PB L 194 van 2.6.2021, blz. 37),

   32021 L 1978: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2021/1978 van de Commissie van 11 augustus 2021 (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 65),

   32021 L 1979: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2021/1979 van de Commissie van 11 augustus 2021 (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 69),

   32021 L 1980: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2021/1980 van de Commissie van 11 augustus 2021 (PB L 402 van 15.11.2021, blz. 73),

   32022 L 0274: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2022/274 van de Commissie van 13 december 2021 (PB L 43 van 24.2.2022, blz. 25),


   32022 L 0275: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2022/275 van de Commissie van 13 december 2021 (PB L 43 van 24.2.2022, blz. 29),

   32022 L 0276: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2022/276 van de Commissie van 13 december 2021 (PB L 43 van 24.2.2022, blz. 32),

   32022 L 0277: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2022/277 van de Commissie van 13 december 2021 (PB L 43 van 24.2.2022, blz. 35),

   32022 L 0278: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2022/278 van de Commissie van 13 december 2021 (PB L 43 van 24.2.2022, blz. 38),

   32022 L 0279: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2022/279 van de Commissie van 13 december 2021 (PB L 43 van 24.2.2022, blz. 41),

   32022 L 0280: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2022/280 van de Commissie van 13 december 2021 (PB L 43 van 24.2.2022, blz. 44),

   32022 L 0281: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2022/281 van de Commissie van 13 december 2021 (PB L 43 van 24.2.2022, blz. 47),

   32022 L 0282: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2022/282 van de Commissie van 13 december 2021 (PB L 43 van 24.2.2022, blz. 51),

   32022 L 0283: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2022/283 van de Commissie van 13 december 2021 (PB L 43 van 24.2.2022, blz. 54),


   32022 L 0284: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2022/284 van de Commissie van 16 december 2021 (PB L 43 van 24.2.2022, blz. 57),

   32022 L 0287: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2022/287 van de Commissie van 13 december 2021 (PB L 43 van 24.2.2022, blz. 64),

   32022 L 1631: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2022/1631 van de Commissie van 12 mei 2022 (PB L 245 van 22.9.2022, blz. 45),

   32022 L 1632: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2022/1632 van de Commissie van 12 mei 2022 (PB L 245 van 22.9.2022, blz. 48).

68.    32005 R 0642: Verordening (EG) nr. 642/2005 van de Commissie van 27 april 2005 betreffende het opleggen van eisen inzake onderzoek en informatie aan de importeurs of fabrikanten van bepaalde prioriteitstoffen overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad inzake de beoordeling en de beperking van de risico's van bestaande stoffen (PB L 107 van 28.4.2005, blz. 14).

69.    32004 R 0648: Verordening (EG) nr. 648/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende detergentia (PB L 104 van 8.4.2004, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32006 R 0907: Verordening (EC) nr. 907/2006 van de Commissie van 20 juni 2006 (PB L 168 van 21.6.2006, blz. 5),

   32008 R 1336: Verordening (EC) nr. 1336/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 (PB L 354 van 31.12.2008, blz. 60),


   32009 R 0219: Verordening (EC) nr. 219/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 109),

   32009 R 0551: Verordening (EC) nr. 551/2009 van de Commissie van 25 juni 2009 (PB L 164 van 26.6.2009, blz. 3),

   32012 R 0259: Verordening (EU) nr. 259/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 14 maart 2012 (PB L 94 van 30.3.2012, blz. 16).

70.    32006 R 0565: Verordening (EG) nr. 565/2006 van de Commissie van 6 april 2006 betreffende het opleggen van eisen inzake onderzoek en informatie aan de importeurs of fabrikanten van bepaalde prioriteitstoffen overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad inzake de beoordeling en de beperking van de risico's van bestaande stoffen (PB L 99 van 7.4.2006, blz. 3).

71.    32019 R 1021: Verordening (EU) 2019/1021 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende persistente organische verontreinigende stoffen (herschikking) (PB L 169 van 25.6.2019, blz. 45), gerectificeerd bij PB L 179I van 9.6.2020, blz. 4, PB L 220 van 9.7.2020, blz. 11 en PB L 328 van 22.12.2022, blz. 169, zoals gewijzigd bij:

   32020 R 0784: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/784 van de Commissie van 8 april 2020 (PB L 188I van 15.6.2020, blz. 1),


   32020 R 1203: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1203 van de Commissie van 9 juni 2020 (PB L 270 van 18.8.2020, blz. 1),

   32020 R 1204: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1204 van de Commissie van 9 juni 2020 (PB L 270 van 18.8.2020, blz. 4),

   32021 R 0115: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/115 van de Commissie van 27 november 2020 (PB L 36 van 2.2.2021, blz. 7),

   32021 R 0277: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/277 van de Commissie van 16 december 2020 (PB L 62 van 23.2.2021, blz. 1),

   32022 R 2291: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/2291 van de Commissie van 8 september 2022 (PB L 303 van 23.11.2022, blz. 19),

   32022 R 2400: Verordening (EU) 2022/2400 van het Europees Parlement en de Raad van 23 november 2022 (PB L 317 van 9.12.2022, blz. 24).

72.    32006 L 0066: Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 september 2006 inzake batterijen en accu's, alsook afgedankte batterijen en accu's en tot intrekking van Richtlijn 91/157/EEG (PB L 266 van 29.9.2006, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 311 van 10.11.2006, blz. 58, zoals gewijzigd bij:

   32008 L 0012: Richtlijn 2008/12/EC van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2008 (PB L 76 van 19.3.2008, blz. 39),


   32008 L 0103: Richtlijn 2008/103/EC van het Europees Parlement en de Raad van 19 november 2008 (PB L 327 van 5.12.2008, blz. 7),

   32013 L 0056: Richtlijn 2013/56/EU van het Europees Parlement en de Raad van 20 november 2013 (PB L 329 van 10.12.2013, blz. 5),

   32018 L 0849: Richtlijn (EU) 2018/849 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 (PB L 150 van 14.6.2018, blz. 93).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze richtlijn met de volgende aanpassing gelezen:

Wat artikel 16 van deze richtlijn betreft, is artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

73.    32007 D 0597: Besluit 2007/597/EC van de Commissie van 27 augustus 2007 betreffende de niet-opneming van guazatinetriacetaat in bijlage I, IA of IB van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 230 van 1.9.2007, blz. 18).

74.    32007 D 0639: Beschikking 2007/639/EG van de Commissie van 2 oktober 2007 tot vaststelling van een gemeenschappelijk formaat voor het indienen van gegevens en informatie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad betreffende persistente organische verontreinigende stoffen (PB L 258 van 4.10.2007, blz. 39).


75.    32007 D 0565: Beschikking 2007/565/EG van de Commissie van 14 augustus 2007 betreffende de niet-opneming van bepaalde stoffen die moeten worden onderzocht in het kader van het tienjarige werkprogramma als bedoeld in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden, in bijlage I, IA of IB bij die richtlijn (PB L 216 van 21.8.2007, blz. 17).

76.    32006 R 1907: Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van Richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en Verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie, alsmede Richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de Richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie (PB L 396 van 30.12.2006, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 136 van 29.5.2007, blz. 3, en PB L 141 van 31.5.2008, blz. 22, zoals gewijzigd bij:

   32007 R 1354: Verordening (EG) nr. 1354/2007 van de Raad van 15 november 2007 (PB L 304 van 22.11.2007, blz. 1),

   32009 R 0134: Verordening (EC) nr. 134/2009 van de Commissie van 16 februari 2009 (PB L 46 van 17.2.2009, blz. 3),

   32008 R 0987: Verordening (EC) nr. 987/2008 van de Commissie van 8 oktober 2008 (PB L 268 van 9.10.2008, blz. 14),

   32009 R 0552: Verordening (EC) nr. 552/2009 van de Commissie van 22 juni 2009 (PB L 164 van 26.6.2009, blz. 7),


   32010 R 0276: Verordening (EU) nr. 276/2010 van de Commissie van 31 maart 2010 (PB L 86 van 1.4.2010, blz. 7),

   32011 R 0143: Verordening (EU) nr. 143/2011 van de Commissie van 17 februari 2011 (PB L 44 van 18.2.2011, blz. 2), gerectificeerd bij PB L 49 van 24.2.2011, blz. 52,

   32011 R 0207: Verordening (EU) nr. 207/2011 van de Commissie van 2 maart 2011 (PB L 58 van 3.3.2011, blz. 27),

   32011 R 0253: Verordening (EU) nr. 253/2011 van de Commissie van 15 maart 2011 (PB L 69 van 16.3.2011, blz. 7),

   32008 R 1272: Verordening (EC) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 (PB L 353 van 31.12.2008, blz. 1),

   32010 R 0453: Verordening (EU) nr. 453/2010 van de Commissie van 20 mei 2010 (PB L 133 van 31.5.2010, blz. 1),

   32011 R 0252: Verordening (EU) nr. 252/2011 van de Commissie van 15 maart 2011 (PB L 69 van 16.3.2011, blz. 3),

   32011 R 0366: Verordening (EU) nr. 366/2011 van de Commissie van 14 april 2011 (PB L 101 van 15.4.2011, blz. 12),

   32012 R 0109: Verordening (EU) nr. 109/2012 van de Commissie van 9 februari 2012 (PB L 37 van 10.2.2012, blz. 1),


   32012 R 0125: Verordening (EU) nr. 125/2012 van de Commissie van 14 februari 2012 (PB L 41 van 15.2.2012, blz. 1),

   32012 R 0412: Verordening (EU) nr. 412/2012 van de Commissie van 15 mei 2012 (PB L 128 van 16.5.2012, blz. 1),

   32011 R 0494: Verordening (EU) nr. 494/2011 van de Commissie van 20 mei 2011 (PB L 134 van 21.5.2011, blz. 2), gerectificeerd bij PB L 136 van 24.5.2011, blz. 105,

   32012 R 0835: Verordening (EU) nr. 835/2012 van de Commissie van 18 september 2012 (PB L 252 van 19.9.2012, blz. 1),

   32012 R 0836: Verordening (EU) nr. 836/2012 van de Commissie van 18 september 2012 (PB L 252 van 19.9.2012, blz. 4),

   32013 R 0126: Verordening (EU) nr. 126/2013 van de Commissie van 13 februari 2013 (PB L 43 van 14.2.2013, blz. 24),

   32013 R 0348: Verordening (EU) nr. 348/2013 van de Commissie van 17 april 2013 (PB L 108 van 18.4.2013, blz. 1),

   32012 R 0847: Verordening (EU) nr. 847/2012 van de Commissie van 19 september 2012 (PB L 253 van 20.9.2012, blz. 1),

   32013 R 1272: Verordening (EU) nr. 1272/2013 van de Commissie van 6 december 2013 (PB L 328 van 7.12.2013, blz. 69),


   32012 R 0848: Verordening (EU) nr. 848/2012 van de Commissie van 19 september 2012 (PB L 253 van 20.9.2012, blz. 5),

   32013 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2013 van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 1),

   32014 R 0301: Verordening (EU) nr. 301/2014 van de Commissie van 25 maart 2014 (PB L 90 van 26.3.2014, blz. 1),

   32014 R 0474: Verordening (EU) nr. 474/2014 van de Commissie van 8 mei 2014 (PB L 136 van 9.5.2014, blz. 19),

   32014 R 0895: Verordening (EU) nr. 895/2014 van de Commissie van 14 augustus 2014 (PB L 244 van 19.8.2014, blz. 6),

   32015 R 0282: Verordening (EU) 2015/282 van de Commissie van 20 februari 2015 (PB L 50 van 21.2.2015, blz. 1),

   32014 R 0317: Verordening (EU) nr. 317/2014 van de Commissie van 27 maart 2014 (PB L 93 van 28.3.2014, blz. 24),

   32015 R 0628: Verordening (EU) 2015/628 van de Commissie van 22 april 2015 (PB L 104 van 23.4.2015, blz. 2),

   32015 R 0326: Verordening (EU) 2015/326 van de Commissie van 2 maart 2015 (PB L 58 van 3.3.2015, blz. 43),


   32015 R 1494: Verordening (EU) 2015/1494 van de Commissie van 4 september 2015 (PB L 233 van 5.9.2015, blz. 2),

   32015 R 0830: Verordening (EU) 2015/830 van de Commissie van 28 mei 2015 (PB L 132 van 29.5.2015, blz. 8),

   32016 R 0026: Verordening (EU) 2016/26 van de Commissie van 13 januari 2016 (PB L 9 van 14.1.2016, blz. 1),

   32016 R 0217: Verordening (EU) 2016/217 van de Commissie van 16 februari 2016 (PB L 40 van 17.2.2016, blz. 5),

   32016 R 0863: Verordening (EU) 2016/863 van de Commissie van 31 mei 2016 (PB L 144 van 1.6.2016, blz. 27),

   32016 R 1005: Verordening (EU) 2016/1005 van de Commissie van 22 juni 2016 (PB L 165 van 23.6.2016, blz. 4),

   32016 R 1017: Verordening (EU) 2016/1017 van de Commissie van 23 juni 2016 (PB L 166 van 24.6.2016, blz. 1),

   32016 R 2235: Verordening (EU) 2016/2235 van de Commissie van 12 december 2016 (PB L 337 van 13.12.2016, blz. 3),

   32017 R 0227: Verordening (EU) 2017/227 van de Commissie van 9 februari 2017 (PB L 35 van 10.2.2017, blz. 6),


   32017 R 0706: Verordening (EU) 2017/706 van de Commissie van 19 april 2017 (PB L 104 van 20.4.2017, blz. 8),

   32017 R 0999: Verordening (EU) 2017/999 van de Commissie van 13 juni 2017 (PB L 150 van 14.6.2017, blz. 7),

   32017 R 1000: Verordening (EU) 2017/1000 van de Commissie van 13 juni 2017 (PB L 150 van 14.6.2017, blz. 14),

    32017 R 1510: Verordening (EU) 2017/1510 van de Commissie van 30 augustus 2017 (PB L 224 van 31.8.2017, blz. 110),

   32018 R 0035: Verordening (EU) 2018/35 van de Commissie van 10 januari 2018 (PB L 6 van 11.1.2018, blz. 45),

   32018 R 0588: Verordening (EU) 2018/588 van de Commissie van 18 april 2018 (PB L 99 van 19.4.2018, blz. 3),

   32018 R 0589: Verordening (EU) 2018/589 van de Commissie van 18 april 2018 (PB L 99 van 19.4.2018, blz. 7), gerectificeerd bij PB L 102 van 23.4.2018, blz. 99,

   32018 R 0675: Verordening (EU) 2018/675 van de Commissie van 2 mei 2018 (PB L 114 van 4.5.2018, blz. 4),

   32018 R 1513: Verordening (EU) 2018/1513 van de Commissie van 10 oktober 2018 (PB L 256 van 12.10.2018, blz. 1),


   32018 R 1881: Verordening (EU) 2018/1881 van de Commissie van 3 december 2018 (PB L 308 van 4.12.2018, blz. 1),

   32018 R 2005: Verordening (EU) 2018/2005 van de Commissie van 17 december 2018 (PB L 322 van 18.12.2018, blz. 14),

   32019 R 0957: Verordening (EU) 2019/957 van de Commissie van 11 juni 2019 (PB L 154 van 12.6.2019, blz. 37),

   32019 R 1148: Verordening (EU) 2019/1148 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 186 van 11.7.2019, blz. 1),

   32019 R 1691: Verordening (EU) 2019/1691 van de Commissie van 9 oktober 2019 (PB L 259 van 10.10.2019, blz. 9),

   32020 R 0171: Verordening (EU) 2020/171 van de Commissie van 6 februari 2020 (PB L 35 van 7.2.2020, blz. 1),

   32020 R 0507: Verordening (EU) 2020/507 van de Commissie van 7 april 2020 (PB L 110 van 8.4.2020, blz. 1),

   32020 R 0878: Verordening (EU) 2020/878 van de Commissie van 18 juni 2020 (PB L 203 van 26.6.2020, blz. 28),

   32020 R 1149: Verordening (EU) 2020/1149 van de Commissie van 3 augustus 2020 (PB L 252 van 4.8.2020, blz. 24),


   32020 R 2081: Verordening (EU) 2020/2081 van de Commissie van 14 december 2020 (PB L 423 van 15.12.2020, blz. 6),

   32020 R 2096: Verordening (EU) 2020/2096 van de Commissie van 15 december 2020 (PB L 425 van 16.12.2020, blz. 3),

   32020 R 2160: Verordening (EU) 2020/2160 van de Commissie van 18 december 2020 (PB L 431 van 21.12.2020, blz. 38),

   32021 R 0057: Verordening (EU) 2021/57 van de Commissie van 25 januari 2021 (PB L 24 van 26.1.2021, blz. 19),

   32021 R 0979: Verordening (EU) 2021/979 van de Commissie van 17 juni 2021 (PB L 216 van 18.6.2021, blz. 121),

   32021 R 1199: Verordening (EU) 2021/1199 van de Commissie van 20 juli 2021 (PB L 259 van 21.7.2021, blz. 1),

   32021 R 1297: Verordening (EU) 2021/1297 van de Commissie van 4 augustus 2021 (PB L 282 van 5.8.2021, blz. 29),

   32021 R 2030: Verordening (EU) 2021/2030 van de Commissie van 19 november 2021 (PB L 415 van 22.11.2021, blz. 16),

   32021 R 2045: Verordening (EU) 2021/2045 van de Commissie van 23 november 2021 (PB L 418 van 24.11.2021, blz. 6),


   32021 R 2204: Verordening (EU) 2021/2204 van de Commissie van 13 december 2021 (PB L 446 van 14.12.2021, blz. 34),

   32022 R 0477: Verordening (EU) 2022/477 van de Commissie van 24 maart 2022 (PB L 98 van 25.3.2022, blz. 38),

   32022 R 0586: Verordening (EU) 2022/586 van de Commissie van 8 april 2022 (PB L 112 van 11.4.2022, blz. 6).

77.    32007 R 1238: Verordening (EG) nr. 1238/2007 van de Commissie van 23 oktober 2007 tot vaststelling van regels voor de kwalificaties van de leden van de kamer van beroep van het Europees Agentschap voor chemische stoffen (PB L 280 van 24.10.2007, blz. 10).

78.    32007 D 0794: Beschikking 2007/794/EG van de Commissie van 29 november 2007 tot vaststelling van een nieuwe termijn voor de indiening van dossiers voor bepaalde stoffen die in het kader van het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG bedoelde tienjarige werkprogramma dienen te worden beoordeeld (PB L 320 van 6.12.2007, blz. 35).

79.    32008 R 0340: Verordening (EG) nr. 340/2008 van de Commissie van 16 april 2008 betreffende de aan het Europees Agentschap voor chemische stoffen te betalen vergoedingen krachtens Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH) (PB L 107 van 17.4.2008, blz. 6), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0254: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 254/2013 van de Commissie van 20 maart 2013 (PB L 79 van 21.3.2013, blz. 7),


   32015 R 0864: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/864 van de Commissie van 4 juni 2015 (PB L 139 van 5.6.2015, blz. 1),

   32018 R 0895: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/895 van de Commissie van 22 juni 2018 (PB L 160 van 25.6.2018, blz. 1).

80.    32008 D 0423: Beschikking 2008/423/EG van de Commissie van 8 mei 2008 tot vaststelling van een nieuwe termijn voor de indiening van dossiers voor bepaalde stoffen die in het kader van het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad bedoelde tienjarige werkprogramma dienen te worden beoordeeld (PB L 149 van 7.6.2008, blz. 79).

81.    32008 D 0763: Beschikking 2008/763/EG van de Commissie van 29 september 2008 tot vaststelling, overeenkomstig Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en de Raad, van een gemeenschappelijke methode voor de berekening van de jaarlijkse verkoop van draagbare batterijen en accu’s aan eindgebruikers (PB L 262 van 1.10.2008, blz. 39).

82.    32008 D 0809: Besluit 2008/809/EC van de Commissie van 14 oktober 2008 betreffende de niet-opneming van bepaalde stoffen in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 281 van 24.10.2008, blz. 16).

83.    32008 D 0831: Beschikking 2008/831/EG van de Commissie van 31 oktober 2008 tot vaststelling van een nieuwe termijn voor de indiening van dossiers voor bepaalde stoffen die in het kader van het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG bedoelde tienjarige werkprogramma dienen te worden beoordeeld (PB L 295 van 4.11.2008, blz. 50).


84.    32008 D 0681: Besluit 2008/681/EC van de Commissie van 28 juli 2008 betreffende de niet-opneming van bepaalde stoffen in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 222 van 20.8.2008, blz. 7).

85.    32007 R 0506: Verordening (EG) nr. 506/2007 van de Commissie van 8 mei 2007 betreffende het opleggen van eisen inzake onderzoek en informatie aan de importeurs of fabrikanten van bepaalde prioriteitstoffen overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad inzake de beoordeling en de beperking van de risico's van bestaande stoffen (PB L 119 van 9.5.2007, blz. 24).

86.    32008 R 0465: Verordening (EG) nr. 465/2008 van de Commissie van 28 mei 2008 betreffende het opleggen van eisen inzake onderzoek en informatie aan de importeurs en fabrikanten van bepaalde stoffen die persistent, bioaccumulerend en toxisch kunnen zijn en in de Europese Inventaris van bestaande chemische handelsstoffen worden vermeld, overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad (PB L 139 van 29.5.2008, blz. 8).

87.    32008 R 0466: Verordening (EG) nr. 466/2008 van de Commissie van 28 mei 2008 betreffende het opleggen van eisen inzake onderzoek en informatie aan de importeurs en fabrikanten van bepaalde prioriteitstoffen overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad inzake de beoordeling en de beperking van de risico's van bestaande stoffen (PB L 139 van 29.5.2008, blz. 10).

88.    32009 D 0063: Beschikking 2009/63/EG van de Commissie van 20 november 2008 tot vaststelling van een formaat voor de indiening van de informatie door de lidstaten overeenkomstig artikel 7, lid 4, onder b), punt iii), van Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 23 van 27.1.2009, blz. 30).


89.    32009 D 0321: Beschikking 2009/321/EG van de Commissie van 8 april 2009 tot vaststelling van een nieuwe termijn voor de indiening van dossiers voor bepaalde stoffen die in het kader van het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad bedoelde tienjarige werkprogramma dienen te worden beoordeeld (PB L 95 van 9.4.2009, blz. 42).

90.    32009 D 0322: Besluit 2009/322/EC van de Commissie van 8 april 2009 betreffende de niet-opneming van bepaalde stoffen in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 95 van 9.4.2009, blz. 44).

91.    32009 D 0324: Besluit 2009/324/EC van de Commissie van 14 april 2009 betreffende de niet-opneming van bepaalde stoffen in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 96 van 15.4.2009, blz. 37).

92.    32008 R 0771: Verordening (EG) nr. 771/2008 van de Commissie van 1 augustus 2008 tot vaststelling van de regels inzake de organisatie en de procesvoering van de kamer van beroep van het Europees Agentschap voor chemische stoffen (PB L 206 van 2.8.2008, blz. 5), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 0823: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/823 van de Commissie van 25 mei 2016 (PB L 137 van 26.5.2016, blz. 4).

93.    32010 D 0071: Besluit 2010/71/EU van de Commissie van 8 februari 2010 betreffende de niet-opneming van diazinon in bijlage I, IA of IB van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 36 van 9.2.2010, blz. 34).


94.    32010 D 0072: Besluit 2010/72/EU van de Commissie van 8 februari 2010 betreffende de niet-opneming van bepaalde stoffen in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 36 van 9.2.2010, blz. 36).

95.    32010 D 0084: Besluit 2010/84/EU van de Commissie van 9 februari 2010 tot vaststelling van een nieuwe termijn voor de indiening van dossiers voor bepaalde stoffen die in het kader van het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad bedoelde tienjarige werkprogramma dienen te worden beoordeeld (PB L 38 van 11.2.2010, blz. 15).

96.    32010 D 0226: Besluit 2010/226/EU van de Commissie van 20 april 2010 betreffende de heroverweging van de beperking met betrekking tot de in bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad vermelde gechloreerde paraffines met een korte keten (SCCP’s) (PB L 100 van 22.4.2010, blz. 15).

97.    32010 D 0675: Besluit 2010/675/EU van de Commissie van 8 november 2010 betreffende de niet-opneming van bepaalde stoffen in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 291 van 9.11.2010, blz. 47).

98.    32010 D 0296: Besluit 2010/296/EU van de Commissie van 21 mei 2010 tot instelling van een register voor biociden (PB L 126 van 22.5.2010, blz. 26).


99.    32008 R 0440: Verordening (EG) nr. 440/2008 van de Commissie van 30 mei 2008 houdende vaststelling van testmethoden uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH) (PB L 142 van 31.5.2008, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 143 van 3.6.2008, blz. 55, zoals gewijzigd bij:

   32009 R 0761: Verordening (EC) nr. 761/2009 van de Commissie van 23 juli 2009 (PB L 220 van 24.8.2009, blz. 1),

   32010 R 1152: Verordening (EU) nr. 1152/2010 van de Commissie van 8 december 2010 (PB L 234 van 9.12.2010, blz. 13),

   32012 R 0640: Verordening (EU) nr. 640/2012 van de Commissie van 6 juli 2012 (PB L 193 van 20.7.2012, blz. 1),

   32014 R 0260: Verordening (EU) nr. 260/2014 van de Commissie van 24 januari 2014 (PB L 81 van 19.3.2014, blz. 1),

   32014 R 0900: Verordening (EU) nr. 900/2014 van de Commissie van 15 juli 2014 (PB L 247 van 21.8.2014, blz. 1),

   32016 R 0266: Verordening (EU) 2016/266 van de Commissie van 7 december 2015 (PB L 54 van 1.3.2016, blz. 1),

   32017 R 0735: Verordening (EU) 2017/735 van de Commissie van 14 februari 2017 (PB L 112 van 28.4.2017, blz. 1),


   32019 R 1390: Verordening (EU) 2019/1390 van de Commissie van 31 juli 2019 (PB L 247 van 26.9.2019, blz. 1).

100.    32009 D 0851: Beschikking 2009/851/EG van de Commissie van 25 november 2009 tot vaststelling van een vragenlijst voor de verslagen van de lidstaten over de uitvoering van Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake batterijen en accu’s, alsook afgedankte batterijen en accu’s (PB L 312 van 27.11.2009, blz. 56).

101.    32011 D 0391: Besluit 2011/391/EU van de Commissie van 1 juli 2011 betreffende de niet-opneming van bepaalde stoffen in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 175 van 2.7.2011, blz. 28).

102.    32010 R 1103: Verordening (EU) nr. 1103/2010 van de Commissie van 29 november 2010 tot vaststelling, overeenkomstig Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en de Raad, van voorschriften voor de vermelding van de capaciteit op draagbare secundaire (oplaadbare) batterijen en accu's en autobatterijen en -accu's (PB L 313 van 30.11.2010, blz. 3).

103.    32008 R 1272: Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels, tot wijziging en intrekking van de Richtlijnen 67/548/EEG en 1999/45/EG en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 (PB L 353 van 31.12.2008, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 16 van 20.1.2011, blz. 1; PB L 138 van 26.5.2011, blz. 66; PB L 349 van 21.12.2016, blz. 1; PB L 117 van 3.5.2019, blz. 8; PB L 51 van 25.2.2020, blz. 13; en PB L 214 van 17.6.2021, blz. 72; zoals gewijzigd bij:

   32009 R 0790: Verordening (EC) nr. 790/2009 van de Commissie van 10 augustus 2009 (PB L 235 van 5.9.2009, blz. 1),


   32011 R 0286: Verordening (EU) nr. 286/2011 van de Commissie van 10 maart 2011 (PB L 83 van 30.3.2011, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 138 van 26.5.2011, blz. 66,

   32012 R 0618: Verordening (EU) nr. 618/2012 van de Commissie van 10 juli 2012 (PB L 179 van 11.7.2012, blz. 3),

   32013 R 0758: Verordening (EU) nr. 758/2013 van de Commissie van 7 augustus 2013 (PB L 216 van 10.8.2013, blz. 1),

   32013 R 0944: Verordening (EU) nr. 944/2013 van de Commissie van 2 oktober 2013 (PB L 261 van 3.10.2013, blz. 5),

   32013 R 0487: Verordening (EU) nr. 487/2013 van de Commissie van 8 mei 2013 (PB L 149 van 1.6.2013, blz. 1),

   32013 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2013 van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 1),

   32013 R 0519: Verordening (EU) nr. 519/2013 van de Commissie van 21 februari 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 74),

   32014 R 0605: Verordening (EU) nr. 605/2014 van de Commissie van 5 juni 2014 (PB L 167 van 6.6.2014, blz. 36),

   32014 R 1297: Verordening (EU) nr. 1297/2014 van de Commissie van 5 december 2014 (PB L 350 van 6.12.2014, blz. 1),


   32015 R 0491: Verordening (EU) 2015/491 van de Commissie van 23 maart 2015 (PB L 78 van 24.3.2015, blz. 12),

   32015 R 1221: Verordening (EU) 2015/1221 van de Commissie van 24 juli 2015 (PB L 197 van 25.7.2015, blz. 10),

   32016 R 1179: Verordening (EU) 2016/1179 van de Commissie van 19 juli 2016 (PB L 195 van 20.7.2016, blz. 11),

   32016 R 0918: Verordening (EU) 2016/918 van de Commissie van 19 mei 2016 (PB L 156 van 14.6.2016, blz. 1),

   32017 R 0542: Verordening (EU) 2017/542 van de Commissie van 22 maart 2017 (PB L 78 van 23.3.2017, blz. 1),

   32017 R 0776: Verordening (EU) 2017/776 van de Commissie van 4 mei 2017 (PB L 116 van 5.5.2017, blz. 1),

   32018 R 0669: Verordening (EU) 2018/669 van de Commissie van 16 april 2018 (PB L 115 van 4.5.2018, blz. 1),

   52018XC0709(01): Bericht betreffende de indeling van pek, koolteer, hoge temperatuur als Aquatic Acute 1 en Aquatic Chronic 1 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad (PB C 239 van 9.7.2018, blz. 3),


   32018 R 1480: Verordening (EU) 2018/1480 van de Commissie van 4 oktober 2018 (PB L 251 van 5.10.2018, blz. 1),

   32019 R 0521: Verordening (EU) 2019/521 van de Commissie van 27 maart 2019 (PB L 86 van 28.3.2019, blz. 1),

   32019 R 1243: Verordening (EU) 2019/1243 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 198 van 25.7.2019, blz. 241),

   32019 R 0011: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/11 van de Commissie van 29 oktober 2019 (PB L 6 van 10.1.2020, blz. 8),

   32019 R 0217: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/217 van de Commissie van 4 oktober 2019 (PB L 44 van 18.2.2020, blz. 1),

   32020 R 1182: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1182 van de Commissie van 19 mei 2020 (PB L 261 van 11.8.2020, blz. 2),

   32020 R 1413: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1413 van de Commissie van 29 juni 2020 (PB L 326 van 8.10.2020, blz. 1),

   32020 R 1676: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1676 van de Commissie van 31 augustus 2020 (PB L 379 van 13.11.2020, blz. 1),

   32020 R 1677: Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1677 van de Commissie van 31 augustus 2020 (PB L 379 van 13.11.2020, blz. 3),


   32021 R 643: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/643 van de Commissie van 3 februari 2021 (PB L 133 van 20.4.2021, blz. 5),

   32021 R 797: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/797 van de Commissie van 8 maart 2021 (PB L 176 van 19.5.2021, blz. 1),

   32021 R 849: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/849 van de Commissie van 11 maart 2021 (PB L 188 van 28.5.2021, blz. 27),

   32021 R 1962: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1962 van de Commissie van 12 augustus 2021 (PB L 400 van 12.11.2021, blz. 16),

   32022 R 0692: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/692 van de Commissie van 16 februari 2022 (PB L 129 van 3.5.2022, blz. 1),

   32023 R 0707: Gedelegeerde Verordening (EU) 2023/707 van de Commissie van 19 december 2022 (PB L 93 van 31.3.2023, blz. 7).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassingen gelezen:

a)    Andorra is niet verplicht deel te nemen aan de procedure voor de harmonisatie van de indeling en etikettering van stoffen als bedoeld in artikel 37 van de verordening.

b)    Andorra richt een nationale helpdesk op voor het verstrekken van advies aan importeurs, zoals bedoeld in artikel 44 van de verordening.


c)    Andorra kan organen aanwijzen die verantwoordelijk zijn voor het ontvangen van informatie over de respons die moet worden gegeven in geval van een noodsituatie op gezondheidsgebied als bedoeld in artikel 45 van de verordening (gifcentra) van andere EU-lidstaten. Andorra sluit daartoe de nodige administratieve overeenkomst.

104.    32010 R 0440: Verordening (EU) nr. 440/2010 van de Commissie van 21 mei 2010 betreffende de aan het Europees Agentschap voor chemische stoffen te betalen vergoedingen krachtens Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels (PB L 126 van 22.5.2010, blz. 1).

105.    32012 D 0077: Besluit 2012/77/EU van de Commissie van 9 februari 2012 betreffende de niet-opneming van flufenoxuron voor productsoort 18 in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 38 van 11.2.2012, blz. 47).

106.    32012 D 0078: Besluit 2012/78/EU van de Commissie van 9 februari 2012 betreffende de niet-opneming van bepaalde stoffen in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 38 van 11.2.2012, blz. 48).

107.    32012 R 0493: Verordening (EU) nr. 493/2012 van de Commissie van 11 juni 2012 houdende nadere bepalingen voor de berekening van de recyclingrendementen van de recyclingprocessen van afgedankte batterijen en accu’s, overeenkomstig Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 151 van 12.6.2012, blz. 9).


Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor de inbedrijfstelling van recyclingprocessen van afgedankte batterijen en accu’s op zijn grondgebied.

108.    32012 D 0254: Besluit 2012/254/EU van de Commissie van 10 mei 2012 betreffende de niet-opneming van dichloorvos voor productsoort 18 in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 125 van 12.5.2012, blz. 53).

109.    32012 D 0257: Besluit 2012/257/EU van de Commissie van 11 mei 2012 betreffende de niet-opneming van naled voor productsoort 18 in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 126 van 15.5.2012, blz. 12).

110.    32012 D 0728: Besluit 2012/728/EU van de Commissie van 23 november 2012 betreffende de niet-opneming van naled voor productsoort 18 in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 327 van 27.11.2012, blz. 55).

111.    32013 D 0085: Besluit 2013/85/EU van de Commissie van 14 februari 2013 betreffende de niet-opneming van bepaalde stoffen in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 45 van 16.2.2013, blz. 30).


112.    32013 D 0204: Besluit 2013/204/EU van de Commissie van 25 april 2013 betreffende de niet-opneming van formaldehyde voor productsoort 20 in bijlage I, IA of IB bij Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden (PB L 117 van 27.4.2013, blz. 18).

113.    32013 R 0414: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 414/2013 van de Commissie van 6 mei 2013 tot vaststelling van de procedure voor de toelating van dezelfde biociden overeenkomstig Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 125 van 7.5.2013, blz. 4), zoals gewijzigd bij:

   32016 R 1802: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1802 van de Commissie van 11 oktober 2016 (PB L 275 van 12.10.2016, blz. 34).

114.    32015 R 0292: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/292 van de Commissie van 24 februari 2015 tot goedkeuring van koolstofdioxide als werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 15 (PB L 53 van 25.2.2015, blz. 3).

115.    32015 R 0405: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/405 van de Commissie van 11 maart 2015 tot goedkeuring van alfa-cypermethrin als werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 18 (PB L 67 van 12.3.2015, blz. 9).

116.    32015 R 0406: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/406 van de Commissie van 11 maart 2015 tot goedkeuring van Bacillus thuringiensis subsp. israelensis serotype H14, stam SA3A als werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 18 (PB L 67 van 12.3.2015, blz. 12).


117.    32015 R 0407: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/407 van de Commissie van 11 maart 2015 tot goedkeuring van propaan-2-ol als werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 1, 2 en 4 (PB L 67 van 12.3.2015, blz. 15).

118.    32015 D 0411: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/411 van de Commissie van 11 maart 2015 uit hoofde van artikel 3, lid 3, van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende kationische polymeerbindmiddelen met quaternaire ammoniumverbindingen in verf en coatings (PB L 67 van 12.3.2015, blz. 30).

119.    32015 R 0416: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/416 van de Commissie van 12 maart 2015 tot goedkeuring van dinotefuran als een werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 18 (PB L 68 van 13.3.2015, blz. 30).

120.    32015 R 0417: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/417 van de Commissie van 12 maart 2015 tot goedkeuring van Bacillus sphaericus 2362 serotype H5a5b, stam ABTS1743 als werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 18 (PB L 68 van 13.3.2015, blz. 33).

121.    32015 R 0419: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/419 van de Commissie van 12 maart 2015 tot goedkeuring van tolylfluanide als werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 21 (PB L 68 van 13.3.2015, blz. 39).

122.    32015 D 0744: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/744 van de Commissie van 8 mei 2015 tot goedkeuring van de door Nederland overeenkomstig artikel 52 van Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad genomen voorlopige maatregel wat aanvullende verpakkings- en etiketteringsvoorschriften voor nicotinehoudende elektronische sigaretten en navulverpakkingen betreft (PB L 118 van 9.5.2015, blz. 8).


123.    32015 R 0984: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/984 van de Commissie van 24 juni 2015 tot goedkeuring van koperpyrithion als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 21 (PB L 159 van 25.6.2015, blz. 43).

124.    32015 R 0985: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/985 van de Commissie van 24 juni 2015 tot goedkeuring van clothianidine als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 18 (PB L 159 van 25.6.2015, blz. 46).

125.    32016 R 0105: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/105 van de Commissie van 27 januari 2016 tot goedkeuring van bifenyl-2-ol als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 1, 2, 4, 6 en 13 (PB L 21 van 28.1.2016, blz. 74).

126.    32016 D 0107: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/107 van de Commissie van 27 januari 2016 tot niet-goedkeuring van cybutrine als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 21 (PB L 21 van 28.1.2016, blz. 81).

127.    32016 D 0108: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/108 van de Commissie van 27 januari 2016 tot niet-goedkeuring van 2-butanon, peroxide als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 1 en 2 (PB L 21 van 28.1.2016, blz. 83).

128.    32016 D 0109: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/109 van de Commissie van 27 januari 2016 tot niet-goedkeuring van PHMB (1600; 1.8) als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 1, 6 en 9 (PB L 21 van 28.1.2016, blz. 84).

129.    32016 D 0110: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/110 van de Commissie van 27 januari 2016 tot niet-goedkeuring van triclosan als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 1 (PB L 21 van 28.1.2016, blz. 86).


130.    32016 R 0124: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/124 van de Commissie van 29 januari 2016 tot goedkeuring van PHMB (1600; 1.8) als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 4 (PB L 24 van 30.1.2016, blz. 1).

131.    32016 R 0125: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/125 van de Commissie van 29 januari 2016 tot goedkeuring van PHMB (1600; 1.8) als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 2, 3 en 11 (PB L 24 van 30.1.2016, blz. 6).

132.    32016 R 0131: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/131 van de Commissie van 1 februari 2016 tot goedkeuring van C(M)IT/MIT (3:1) als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 2, 4, 6, 11, 12 en 13 (PB L 25 van 2.2.2016, blz. 48).

133.    32016 D 0135: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/135 van de Commissie van 29 januari 2016 tot verlenging van de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring van flocumafen, brodifacoum en warfarine voor gebruik in biociden van productsoort 14 (PB L 25 van 2.2.2016, blz. 65).

134.    32016 R 1068: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1068 van de Commissie van 1 juli 2016 tot goedkeuring van N-cyclopropyl-1,3,5-triazine-2,4,6-triamine (cyromazine) als een bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 18 (PB L 178 van 2.7.2016, blz. 13).

135.    32016 R 1083: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1083 van de Commissie van 5 juli 2016 tot goedkeuring van aminen, N-C10-16-alkyltrimethyleendi-, reactieproducten met chloorazijnzuur als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 2, 3 en 4 (PB L 180 van 6.7.2016, blz. 4).


136.    32016 R 1084: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1084 van de Commissie van 5 juli 2016 tot goedkeuring van bifenyl-2-ol als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 3 (PB L 180 van 6.7.2016, blz. 9).

137.    32016 R 1085: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1085 van de Commissie van 5 juli 2016 tot goedkeuring van Bacillus amyloliquefaciens stam ISB06 als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 3 (PB L 180 van 6.7.2016, blz. 12).

138.    32016 R 1086: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1086 van de Commissie van 5 juli 2016 tot goedkeuring van 2-broom-2-(broommethyl)pentaandinitril (DBDCB) als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 6 (PB L 180 van 6.7.2016, blz. 15).

139.    32016 R 1087: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1087 van de Commissie van 5 juli 2016 tot goedkeuring van tolylfluanide als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 7 (PB L 180 van 6.7.2016, blz. 18).

140.    32016 R 1088: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1088 van de Commissie van 5 juli 2016 tot goedkeuring van koperschilfers (gecoat met alifatisch zuur) als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoorten 21 (PB L 180 van 6.7.2016, blz. 21).

141.    32016 R 1089: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1089 van de Commissie van 5 juli 2016 tot goedkeuring van dikoperoxide als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 21 (PB L 180 van 6.7.2016, blz. 25).

142.    32016 R 1090: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1090 van de Commissie van 5 juli 2016 tot goedkeuring van koperthiocyanaat als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 21 (PB L 180 van 6.7.2016, blz. 29).


143.    32016 R 1093: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1093 van de Commissie van 6 juli 2016 tot goedkeuring van didecylmethylpoly(oxyethyl)ammoniumpropionaat als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 8 (PB L 182 van 7.7.2016, blz. 1).

144.    32016 R 1094: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1094 van de Commissie van 6 juli 2016 tot goedkeuring van gegranuleerd koper als werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 8 (PB L 182 van 7.7.2016, blz. 4).

145.    32016 R 1929: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1929 van de Commissie van 4 november 2016 tot goedkeuring van Bacillus thuringiensis subsp. kurstaki, serotype 3a3b, stam ABTS-351 als werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 18 (PB L 299 van 5.11.2016, blz. 26).

146.    32016 R 1930: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1930 van de Commissie van 4 november 2016 tot goedkeuring van chloorkresol als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 1, 2, 3, 6 en 9 (PB L 299 van 5.11.2016, blz. 29).

147.    32016 R 1931: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1931 van de Commissie van 4 november 2016 tot goedkeuring van chloorkresol als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 13 (PB L 299 van 5.11.2016, blz. 33).

148.    32016 R 1932: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1932 van de Commissie van 4 november 2016 tot goedkeuring van calciummagnesiumoxide (ongebluste dolomitische kalk) als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 2 en 3 (PB L 299 van 5.11.2016, blz. 36).

149.    32016 R 1933: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1933 van de Commissie van 4 november 2016 tot goedkeuring van calciummagnesiumtetrahydroxide (dolomitisch kalkhydraat) als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 2 en 3 (PB L 299 van 5.11.2016, blz. 39).


150.    32016 R 1934: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1934 van de Commissie van 4 november 2016 tot goedkeuring van kokosalkyltrimethylammoniumchloride (ATMAC/TMAC) als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 8 (PB L 299 van 5.11.2016, blz. 42).

151.    32016 R 1935: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1935 van de Commissie van 4 november 2016 tot goedkeuring van calciumdihydroxide (kalkhydraat) als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 2 en 3 (PB L 299 van 5.11.2016, blz. 45).

152.    32016 R 1937: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1937 van de Commissie van 4 november 2016 tot goedkeuring van cyfluthrin als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 18 (PB L 299 van 5.11.2016, blz. 51).

153.    32016 R 1938: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1938 van de Commissie van 4 november 2016 tot goedkeuring van citroenzuur als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 2 (PB L 299 van 5.11.2016, blz. 54).

154.    32016 D 1943: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1943 van de Commissie van 4 november 2016 overeenkomstig artikel 3, lid 3, van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het gebruik van paraffineolie voor het behandelen van eieren teneinde de omvang van de populatie van nestelende vogels te beheersen (PB L 299 van 5.11.2016, blz. 90).

155.    32016 D 1950: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1950 van de Commissie van 4 november 2016 betreffende de niet-goedkeuring van bepaalde in biociden aanwezige werkzame stoffen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 300 van 8.11.2016, blz. 14).


156.    32016 R 1936: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1936 van de Commissie van 4 november 2016 tot goedkeuring van calciumoxide (ongebluste kalk) als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 2 en 3 (PB L 299 van 5.11.2016, blz. 48).

157.    32016 R 2288: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2288 van de Commissie van 16 december 2016 tot goedkeuring van piperonylbutoxide als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 18 (PB L 344 van 17.12.2016, blz. 65).

158.    32016 R 2289: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2289 van de Commissie van 16 december 2016 tot goedkeuring van epsilon-Momfluorothrine als werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 18 (PB L 344 van 17.12.2016, blz. 68).

159.    32016 R 2290: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2290 van de Commissie van 16 december 2016 tot goedkeuring van perazijnzuur als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 11 en 12 (PB L 344 van 17.12.2016, blz. 71).

160.    32016 R 2291: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2291 van de Commissie van 16 december 2016 tot goedkeuring van L(+)-melkzuur als werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 1 (PB L 344 van 17.12.2016, blz. 74).

161.    32017 R 0794: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/794 van de Commissie van 10 mei 2017 tot goedkeuring van siliciumdioxide/kiezelgoer als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 18 (PB L 120 van 11.5.2017, blz. 7).

162.    32017 R 0795: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/795 van de Commissie van 10 mei 2017 tot goedkeuring van pyrogeen, synthetisch amorf, nano siliciumdioxide met behandeld oppervlak als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 18 (PB L 120 van 11.5.2017, blz. 10).


163.    32017 R 0796: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/796 van de Commissie van 10 mei 2017 tot goedkeuring van dichlofluanide als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 21 (PB L 120 van 11.5.2017, blz. 13).

164.    32017 D 0802: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/802 van de Commissie van 10 mei 2017 tot goedkeuring van PHMB (1600; 1.8) als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor productsoort 5 (PB L 120 van 11.5.2017, blz. 29).

165.    32017 D 1210: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1210 van de Commissie van 4 juli 2017 betreffende de indeling van bis(2-ethylhexyl)ftalaat (DEHP), dibutylftalaat (DBP), benzylbutylftalaat (BBP) en diisobutylftalaat (DIBP) als zeer zorgwekkende stof overeenkomstig artikel 57, onder f), van Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 173 van 6.7.2017, blz. 35).

166.     32017 R 1273: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1273 van de Commissie van 14 juli 2017 tot goedkeuring van uit natriumhypochloriet vrijgekomen actief chloor als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 1, 2, 3, 4 en 5 (PB L 184 van 15.7.2017, blz. 13).

167.    32017 R 1274: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1274 van de Commissie van 14 juli 2017 tot goedkeuring van uit calciumhypochloriet vrijgekomen actief chloor als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 2, 3, 4 en 5 (PB L 184 van 15.7.2017, blz. 17).

168.    32017 R 1275: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1275 van de Commissie van 14 juli 2017 tot goedkeuring van uit chloor vrijgekomen actief chloor als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 2 en 5 (PB L 184 van 15.7.2017, blz. 21).


169.    32017 R 1276: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1276 van de Commissie van 14 juli 2017 tot goedkeuring van perazijnzuur verkregen uit tetraäcetylethyleendiamine en natriumpercarbonaat als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 2, 3 en 4 (PB L 184 van 15.7.2017, blz. 24).

170.    32017 R 1277: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1277 van de Commissie van 14 juli 2017 tot goedkeuring van 2-octylisothiazol-3(2H)-one als werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 8 (PB L 184 van 15.7.2017, blz. 27).

171.    32017 R 1278: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1278 van de Commissie van 14 juli 2017 tot goedkeuring van 2-methylisothiazol-3(2H)-on als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 11 (PB L 184 van 15.7.2017, blz. 30).

172.    32017 D 1282: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1282 van de Commissie van 14 juli 2017 tot niet-goedkeuring van 2-methyl-1,2-benzisothiazol-3(2H)-one als werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 13 (PB L 184 van 15.7.2017, blz. 69).

173.    32017 R 1376: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1376 van de Commissie van 25 juli 2017 tot verlenging van de goedkeuring van warfarine als werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 14 (PB L 194 van 26.7.2017, blz. 9).

174.    32017 R 1377: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1377 van de Commissie van 25 juli 2017 tot verlenging van de goedkeuring van chloorfacinon als werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 14 (PB L 194 van 26.7.2017, blz. 15).

175.    32017 R 1378: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1378 van de Commissie van 25 juli 2017 tot verlenging van de goedkeuring van cumatetralyl als werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 14 (PB L 194 van 26.7.2017, blz. 21).


176.    32017 R 1379: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1379 van de Commissie van 25 juli 2017 tot verlenging van de goedkeuring van difenacum als werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 14 (PB L 194 van 26.7.2017, blz. 27).

177.    32017 R 1380: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1380 van de Commissie van 25 juli 2017 tot verlenging van de goedkeuring van bromadiolon als werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 14 (PB L 194 van 26.7.2017, blz. 33).

178.    32017 R 1381: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1381 van de Commissie van 25 juli 2017 tot verlenging van de goedkeuring van brodifacoum als werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 14 (PB L 194 van 26.7.2017, blz. 39).

179.    32017 R 1382: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1382 van de Commissie van 25 juli 2017 tot verlenging van de goedkeuring van difethialon als werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 14 (PB L 194 van 26.7.2017, blz. 45).

180.    32017 R 1383: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1383 van de Commissie van 25 juli 2017 tot verlenging van de goedkeuring van flocumafen als werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 14 (PB L 194 van 26.7.2017, blz. 51).

181.    32017 R 2326: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2326 van de Commissie van 14 december 2017 tot goedkeuring van imiprothrine als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 18 (PB L 333 van 15.12.2017, blz. 22).

182.    32017 R 2327: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2327 van de Commissie van 14 december 2017 tot goedkeuring van 2-methyl-1,2-benzisothiazool-3(2H)-on als werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 6 (PB L 333 van 15.12.2017, blz. 25).


183.    32017 D 2334: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/2334 van de Commissie van 14 december 2017 tot verlenging van de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring van creosoot voor gebruik in biociden van productsoort 8 (PB L 333 van 15.12.2017, blz. 64).

184.    32018 D 0594: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/594 van de Commissie van 13 april 2018 betreffende de indeling van benzeen-1,2,4-tricarbonzuur-1,2-anhydride (trimellietzuuranhydride) (TMA) als zeer zorgwekkende stof overeenkomstig artikel 57, onder f), van Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 99 van 19.4.2018, blz. 16).

185.    32018 D 0622: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/622 van de Commissie van 20 april 2018 tot niet-goedkeuring van empenthrin als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 3 (PB L 102 van 23.4.2018, blz. 80).

186.    32018 R 0613: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/613 van de Commissie van 20 april 2018 tot goedkeuring van PHMB (1415; 4.7) als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 2 en 4 (PB L 102 van 23.4.2018, blz. 1).

187.    32018 R 0614: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/614 van de Commissie van 20 april 2018 tot goedkeuring van azoxystrobin als werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 7, 9 en 10 (PB L 102 van 23.4.2018, blz. 5).

188.    32018 D 0619: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/619 van de Commissie van 20 april 2018 tot niet-goedkeuring van PHMB (1415; 4.7) als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 1, 5 en 6 (PB L 102 van 23.4.2018, blz. 21).


189.    32018 R 1129: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1129 van de Commissie van 13 augustus 2018 tot goedkeuring van acetamiprid als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 18 (PB L 205 van 14.8.2018, blz. 4).

190.    32018 R 1130: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1130 van de Commissie van 13 augustus 2018 tot goedkeuring van cypermethrin als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 18 (PB L 205 van 14.8.2018, blz. 8).

191.     32018 R 1131: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1131 van de Commissie van 13 augustus 2018 tot goedkeuring van penflufen als werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 8 (PB L 205 van 14.8.2018, blz. 12).

192.    32018 D 1477: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1477 van de Commissie van 2 oktober 2018 betreffende de voorwaarden van de toelatingen voor ethyl-butylacetylaminopropionaat bevattende biociden die overeenkomstig artikel 36 van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad door België zijn doorverwezen (PB L 249 van 4.10.2018, blz. 3).

193.    32018 D 1479: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1479 van de Commissie van 3 oktober 2018 tot verlenging van de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring van sulfurylfluoride voor gebruik in biociden van productsoort 8 (PB L 249 van 4.10.2018, blz. 16).

194.    32018 D 1622: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1622 van de Commissie van 29 oktober 2018 betreffende de niet-goedkeuring van bepaalde in biociden aanwezige werkzame stoffen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 271 van 30.10.2018, blz. 26), gerectificeerd bij PB L 34 van 6.2.2019, blz. 10.


195.    32018 D 1623: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1623 van de Commissie van 29 oktober 2018 op grond van artikel 3, lid 3, van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake op niet-natuurlijke wijze met Wolbachia geïnfecteerde muggen die voor vectorbestrijding worden gebruikt (PB L 271 van 30.10.2018, blz. 30).

196.    32018 R 1292: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1292 van de Commissie van 25 september 2018 tot goedkeuring van cyfenothrin als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 18 (PB L 241 van 26.9.2018, blz. 11).

197.    32018 D 1305: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1305 van de Commissie van 26 september 2018 betreffende de voorwaarden van de toelating voor een deltamethrin bevattende biocidefamilie die overeenkomstig artikel 36 van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad door Zweden is doorverwezen (PB L 244 van 28.9.2018, blz. 109).

198.    32018 D 1985: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1985 van de Commissie van 13 december 2018 tot niet-goedkeuring van Willaertia magna c2c maky als werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 11 (PB L 317 van 14.12.2018, blz. 27).

199.    32018 D 2013: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/2013 van de Commissie van 14 december 2018 betreffende de identificatie van 1,7,7-trimethyl-3-(fenylmethyleen)bicyclo[2.2.1]heptaan-2-on (3-benzylideenkamfer) als zeer zorgwekkende stof overeenkomstig artikel 57, onder f), van Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 322 van 18.12.2018, blz. 53).

200.    32018 D 1251: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1251 van de Commissie van 18 september 2018 tot niet-goedkeuring van empenthrin als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 18 (PB L 235 van 19.9.2018, blz. 24).


201.    32019 R 0637: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/637 van de Commissie van 23 april 2019 tot goedkeuring van cholecalciferol als werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 14 (PB L 109 van 24.4.2019, blz. 13).

202.    32019 D 0641: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/641 van de Commissie van 17 april 2019 betreffende de voorwaarden van de toelating voor een 1R-trans-fenothrin bevattende biocidefamilie die overeenkomstig artikel 36 van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad door Ierland is doorverwezen (PB L 109 van 24.4.2019, blz. 26).

203.    32019 D 0994: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/994 van de Commissie van 17 juni 2019 tot verlenging van de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring van etofenprox voor gebruik in biociden van productsoort 8 (PB L 160 van 18.6.2019, blz. 26).

204.    32019 D 1030: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1030 van de Commissie van 21 juni 2019 tot verlenging van de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring van indoxacarb voor gebruik in biociden van productsoort 18 (PB L 167 van 24.6.2019, blz. 32).

205.    32019 D 1194: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1194 van de Commissie van 5 juli 2019 betreffende de identificatie van 4-tert-butylfenol (PTBP) als zeer zorgwekkende stof overeenkomstig artikel 57, onder f), van Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 187 van 12.7.2019, blz. 41),

206.    32019 D 1331: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1331 van de Commissie van 5 augustus 2019 betreffende de voorwaarden voor de toelating van een pepermuntolie en citronellal bevattend biocide dat overeenkomstig artikel 36, lid 1, van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad door het Verenigd Koninkrijk is doorverwezen (PB L 207 van 7.8.2019, blz. 37).


207.    32019 R 1692: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1692 van de Commissie van 9 oktober 2019 betreffende de toepassing van bepaalde bepalingen inzake de registratie en het gezamenlijk gebruik van gegevens van Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad na het verstrijken van de uiterste registratietermijn voor geleidelijk geïntegreerde stoffen (PB L 259 van 10.10.2019, blz. 12).

208.    32019 D 1942: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1942 van de Commissie van 22 november 2019 tot niet-goedkeuring van carbendazim als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoort 9 (PB L 303 van 25.11.2019, blz. 29).

209.    32019 D 1950: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1950 van de Commissie van 25 november 2019 tot verlenging van de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring van K-HDO voor gebruik in biociden van productsoort 8 (PB L 304 van 26.11.2019, blz. 19).

210.    32019 D 1951: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1951 van de Commissie van 25 november 2019 tot verlenging van de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring van tebuconazool voor gebruik in biociden van productsoort 8 (PB L 304 van 26.11.2019, blz. 21).

211.    32019 D 1959: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1959 van de Commissie van 26 november 2019 tot niet-goedkeuring van zilvernatriumwaterstofzirkoniumfosfaat als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 2 en 7 (PB L 306 van 27.11.2019, blz. 40).

212.    32019 D 1960: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1960 van de Commissie van 26 november 2019 tot niet-goedkeuring van zilverzeoliet als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 2 en 7 (PB L 306 van 27.11.2019, blz. 42).

213.    32019 D 1969: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1969 van de Commissie van 26 november 2019 tot verlenging van de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring van IPBC voor gebruik in biociden van productsoort 8 (PB L 307 van 28.11.2019, blz. 45).


214.    32019 D 1973: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1973 van de Commissie van 27 november 2019 tot niet-goedkeuring van zilverkoperzeoliet als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 2 en 7 (PB L 307 van 28.11.2019, blz. 58).

215.    32020 D 0027: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/27 van de Commissie van 13 januari 2020 tot verlenging van de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring van propiconazool voor gebruik in biociden van productsoort 8 (PB L 8 van 14.1.2020, blz. 39).

216.    32020 R 1435: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1435 van de Commissie van 9 oktober 2020 betreffende de verplichtingen van registranten om hun registraties uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (Reach) aan te passen (PB L 331 van 12.10.2020, blz. 24).

217.    32020 D 1036: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1036 van de Commissie van 15 juli 2020 betreffende de niet-goedkeuring van bepaalde in biociden aanwezige werkzame stoffen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 227 van 16.7.2020, blz. 68).

218.    32020 D 1037: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1037 van de Commissie van 15 juli 2020 tot verlenging van de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring van acroleïne voor gebruik in biociden van productsoort 12 (PB L 227 van 16.7.2020, blz. 72).

219.    32020 D 1038: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1038 van de Commissie van 15 juli 2020 tot verlenging van de termijn voor het verstrijken van de goedkeuring van creosoot voor gebruik in biociden van productsoort 8 (PB L 227 van 16.7.2020, blz. 74).


220.    32009 R 1107: Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0518: Verordening (EU) nr. 518/2013 van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 72),

   32017 R 1432: Verordening (EU) 2017/1432 van de Commissie van 7 augustus 2017 (PB L 205 van 8.8.2017, blz. 59).

   32018 R 0605: Verordening (EU) 2018/605 van de Commissie van 19 april 2018 (PB L 101 van 20.4.2018, blz. 33), gerectificeerd bij PB L 111 van 2.5.2018, blz. 10,

   32017 R 0625: Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassingen gelezen:

a)    Andorra is niet verplicht deel te nemen aan de beoordeling van aanvragen tot goedkeuring van werkzame stoffen, beschermstoffen, synergistische middelen of co-formulanten, noch aan de beoordeling van aanvragen tot toelating van gewasbeschermingsmiddelen. In die zin erkent Andorra te allen tijde automatisch de in Frankrijk en Spanje geldende vergunningen voor het in de handel brengen van gewasbeschermingsmiddelen.

b)    Andorra kan de procedure voor het aanvragen van wederzijdse erkenning door officiële of wetenschappelijke instanties inleiden onder de in artikel 40, lid 2, van deze verordening vastgestelde voorwaarden.


c)    Andorra kan de afwijkingsprocedure inleiden in noodsituaties op het gebied van gewasbescherming als bedoeld in artikel 53 van deze verordening.

d)    Andorra kan de procedure voor onderzoek en ontwikkeling inleiden onder de in artikel 54 van deze verordening vastgestelde voorwaarden.

221.    32011 R 0540: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie van 25 mei 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen betreft (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 1, gerectificeerd bij PB L 26 van 28.1.2012, blz. 38), zoals gewijzigd bij:

   32011 R 0541: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 541/2011 van de Commissie van 1 juni 2011 (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 187),

   32011 R 0542: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 542/2011 van de Commissie van 1 juni 2011 (PB L 153 van 11.6.2011, blz. 189),

   32011 R 0702: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 702/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 28),

   32011 R 0703: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 703/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 33),

   32011 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 704/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 38),


   32011 R 0705: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 705/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 43),

   32011 R 0706: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 706/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 50),

   32011 R 0736: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 736/2011 van de Commissie van 26 juli 2011 (PB L 195 van 27.7.2011, blz. 37),

   32011 R 0740: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 740/2011 van de Commissie van 27 juli 2011 (PB L 196 van 28.7.2011, blz. 6),

   32011 R 0786: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 786/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 11),

   32011 R 0787: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 787/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 16),

   32011 R 0788: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 788/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 21),

   32011 R 0797: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 797/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 3),

   32011 R 0798: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 798/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 9),


   32011 R 0800: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 800/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 22),

   32011 R 0806: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 806/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 (PB L 206 van 11.8.2011, blz. 39),

   32011 R 0807: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 807/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 (PB L 206 van 11.8.2011, blz. 44),

   32011 R 0810: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 810/2011 van de Commissie van 11 augustus 2011 (PB L 207 van 12.8.2011, blz. 7),

   32011 R 0820: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 820/2011 van de Commissie van 16 augustus 2011 (PB L 209 van 17.8.2011, blz. 18),

   32011 R 0974: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 974/2011 van de Commissie van 29 september 2011 (PB L 255 van 1.10.2011, blz. 1),

   32011 R 0993: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 993/2011 van de Commissie van 6 oktober 2011 (PB L 263 van 7.10.2011, blz. 1),

   32011 R 1022: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1022/2011 van de Commissie van 14 oktober 2011 (PB L 270 van 15.10.2011, blz. 20),

   32011 R 1100: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1100/2011 van de Commissie van 31 oktober 2011 (PB L 285 van 1.11.2011, blz. 10),


   32011 R 1134: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1134/2011 van de Commissie van 9 november 2011 (PB L 292 van 10.11.2011, blz. 1),

   32011 R 1143: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1143/2011 van de Commissie van 10 november 2011 (PB L 293 van 11.11.2011, blz. 26),

   32012 R 0735: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 735/2012 van de Commissie van 14 augustus 2012 (PB L 218 van 15.8.2012, blz. 3),

   32012 R 0746: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 746/2012 van de Commissie van 16 augustus 2012 (PB L 219 van 17.8.2012, blz. 15),

   32012 R 0087: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 87/2012 van de Commissie van 1 februari 2012 (PB L 30 van 2.2.2012, blz. 8),

   32012 R 0127: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 127/2012 van de Commissie van 14 februari 2012 (PB L 41 van 15.2.2012, blz. 12),

   32012 R 0287: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 287/2012 van de Commissie van 30 maart 2012 (PB L 95 van 31.3.2012, blz. 7),

   32012 R 0359: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 359/2012 van de Commissie van 25 april 2012 (PB L 114 van 26.4.2012, blz. 1),

   32012 R 0369: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 369/2012 van de Commissie van 27 april 2012 (PB L 116 van 28.4.2012, blz. 19),


   32012 R 0571: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 571/2012 van de Commissie van 28 juni 2012 (PB L 169 van 29.6.2012, blz. 46),

   32012 R 0582: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 582/2012 van de Commissie van 2 juli 2012 (PB L 173 van 3.7.2012, blz. 3),

   32012 R 0589: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 589/2012 van de Commissie van 4 juli 2012 (PB L 175 van 5.7.2012, blz. 7),

   32012 R 0595: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 595/2012 van de Commissie van 5 juli 2012 (PB L 176 van 6.7.2012, blz. 46),

   32012 R 0597: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 597/2012 van de Commissie van 5 juli 2012 (PB L 176 van 6.7.2012, blz. 54),

   32012 R 0608: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 608/2012 van de Commissie van 6 juli 2012 (PB L 177 van 7.7.2012, blz. 19),

   32012 R 0637: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 637/2012 van de Commissie van 13 juli 2012 (PB L 186 van 14.7.2012, blz. 20),

   32012 R 1037: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1037/2012 van de Commissie van 7 november 2012 (PB L 308 van 8.11.2012, blz. 15),

   32012 R 1043: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1043/2012 van de Commissie van 8 november 2012 (PB L 310 van 9.11.2012, blz. 24),


   32012 R 1197: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1197/2012 van de Commissie van 13 december 2012 (PB L 342 van 14.12.2012, blz. 27),

   32012 R 1237: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1237/2012 van de Commissie van 19 december 2012 (PB L 350 van 20.12.2012, blz. 55),

   32012 R 1238: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2012 van de Commissie van 19 december 2012 (PB L 350 van 20.12.2012, blz. 59),

   32013 R 0017: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 17/2013 van de Commissie van 14 januari 2013 (PB L 9 van 15.1.2013, blz. 5),

   32013 R 0022: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 22/2013 van de Commissie van 15 januari 2013 (PB L 11 van 16.1.2013, blz. 8),

   32013 R 0175: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 175/2013 van de Commissie van 27 februari 2013 (PB L 56 van 28.2.2013, blz. 4),

   32013 R 0188: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 188/2013 van de Commissie van 5 maart 2013 (PB L 62 van 6.3.2013, blz. 13),

   32013 R 0200: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 200/2013 van de Commissie van 8 maart 2013 (PB L 67 van 9.3.2013, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 235 van 4.9.2013, blz. 12,

   32013 R 0201: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 201/2013 van de Commissie van 8 maart 2013 (PB L 67 van 9.3.2013, blz. 6),


   32013 R 0350: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 350/2013 van de Commissie van 17 april 2013 (PB L 108 van 18.4.2013, blz. 9),

   32013 R 0355: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 355/2013 van de Commissie van 18 april 2013 (PB L 109 van 19.4.2013, blz. 14),

   32013 R 0356: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 356/2013 van de Commissie van 18 april 2013 (PB L 109 van 19.4.2013, blz. 18),

   32013 R 0366: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 366/2013 van de Commissie van 22 april 2013 (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 30),

   32013 R 0367: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 367/2013 van de Commissie van 22 april 2013 (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 33),

   32013 R 0368: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 368/2013 van de Commissie van 22 april 2013 (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 36),

   32013 R 0373: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 373/2013 van de Commissie van 23 april 2013 (PB L 112 van 24.4.2013, blz. 10),

   32013 R 0375: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 375/2013 van de Commissie van 23 april 2013 (PB L 112 van 24.4.2013, blz. 15),

   32013 R 0378: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 378/2013 van de Commissie van 24 april 2013 (PB L 113 van 25.4.2013, blz. 5),


   32013 R 0533: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 533/2013 van de Commissie van 10 juni 2013 (PB L 159 van 11.6.2013, blz. 9),

   32013 R 0546: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 546/2013 van de Commissie van 14 juni 2013 (PB L 163 van 15.6.2013, blz. 17),

   32013 R 0568: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 568/2013 van de Commissie van 18 juni 2013 (PB L 167 van 19.6.2013, blz. 33),

   32013 R 0570: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 570/2013 van de Commissie van 17 juni 2013 (PB L 168 van 20.6.2013, blz. 18),

   32013 R 0762: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 762/2013 van de Commissie van 7 augustus 2013 (PB L 213 van 8.8.2013, blz. 14),

   32013 R 0767: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 767/2013 van de Commissie van 8 augustus 2013 (PB L 214 van 9.8.2013, blz. 5),

   32013 R 0802: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 802/2013 van de Commissie van 22 augustus 2013 (PB L 225 van 23.8.2013, blz. 13),

   32013 R 0826: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 826/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 13),

   32013 R 0827: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 827/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 18),


   32013 R 0828: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 828/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 23),

   32013 R 0829: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 829/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 29),

   32013 R 0832: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 832/2013 van de Commissie van 30 augustus 2013 (PB L 233 van 31.8.2013, blz. 3),

   32013 R 0833: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 833/2013 van de Commissie van 30 augustus 2013 (PB L 233 van 31.8.2013, blz. 7),

   32013 R 1031: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1031/2013 van de Commissie van 24 oktober 2013 (PB L 283 van 25.10.2013, blz. 17),

   32013 R 1136: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1136/2013 van de Commissie van 12 november 2013 (PB L 302 van 13.11.2013, blz. 34),

   32013 R 1175: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1175/2013 van de Commissie van 20 november 2013 (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 18),

   32013 R 1176: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1176/2013 van de Commissie van 20 november 2013 (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 23),

   32013 R 1177: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1177/2013 van de Commissie van 20 november 2013 (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 28),


   32013 R 1187: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1187/2013 van de Commissie van 21 november 2013 (PB L 313 van 22.11.2013, blz. 42),

   32013 R 1192: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1192/2013 van de Commissie van 22 november 2013 (PB L 314 van 23.11.2013, blz. 6),

   32013 R 1195: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1195/2013 van de Commissie van 22 november 2013 (PB L 315 van 26.11.2013, blz. 27),

   32013 R 1199: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1199/2013 van de Commissie van 25 november 2013 (PB L 315 van 26.11.2013, blz. 69),

   32013 R 0187: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 187/2013 van de Commissie van 5 maart 2013 (PB L 65 van 6.3.2013, blz. 10),

   32013 R 0190: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 190/2013 van de Commissie van 5 maart 2013 (PB L 62 van 6.3.2013, blz. 19),

   32013 R 0365: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 365/2013 van de Commissie van 22 april 2013 (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 27),

   32013 R 0369: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 369/2013 van de Commissie van 22 april 2013 (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 39),

   32013 R 0485: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 485/2013 van de Commissie van 24 mei 2013 (PB L 139 van 25.5.2013, blz. 12),


   32013 R 0532: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 532/2013 van de Commissie van 10 juni 2013 (PB L 159 van 11.6.2013, blz. 6),

   32013 R 0781: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 781/2013 van de Commissie van 14 augustus 2013 (PB L 219 van 15.8.2013, blz. 22),

   32013 R 0790: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 790/2013 van de Commissie van 19 augustus 2013 (PB L 222 van 20.8.2013, blz. 6),

   32013 R 0798: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 798/2013 van de Commissie van 21 augustus 2013 (PB L 224 van 22.8.2013, blz. 9),

   32013 R 1089: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1089/2013 van de Commissie van 4 november 2013 (PB L 293 van 5.11.2013, blz. 31),

   32013 R 1124: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1124/2013 van de Commissie van 8 november 2013 (PB L 299 van 9.11.2013, blz. 34),

   32013 R 1150: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1150/2013 van de Commissie van 14 november 2013 (PB L 305 van 15.11.2013, blz. 13),

   32013 R 1165: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1165/2013 van de Commissie van 18 november 2013 (PB L 309 van 19.11.2013, blz. 17),

   32013 R 1166: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1166/2013 van de Commissie van 18 november 2013 (PB L 309 van 19.11.2013, blz. 22),


   32013 R 1178: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1178/2013 van de Commissie van 20 november 2013 (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 33),

   32014 R 0085: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 85/2014 van de Commissie van 30 januari 2014 (PB L 28 van 31.1.2014, blz. 34),

   32014 R 0140: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 140/2014 van de Commissie van 13 februari 2014 (PB L 44 van 14.2.2014, blz. 35), gerectificeerd bij PB L 277 van 22.10.2015, blz. 60,

   32014 R 0141: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 141/2014 van de Commissie van 13 februari 2014 (PB L 44 van 14.2.2014, blz. 40),

   32014 R 0143: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 143/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 1),

   32014 R 0144: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 144/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 7),

   32014 R 0145: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 145/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 12),

   32014 R 0149: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 149/2014 van de Commissie van 17 februari 2014 (PB L 46 van 18.2.2014, blz. 3),

   32014 R 0151: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 151/2014 van de Commissie van 18 februari 2014 (PB L 48 van 19.2.2014, blz. 1),


   32014 R 0154: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 154/2014 van de Commissie van 19 februari 2014 (PB L 50 van 20.2.2014, blz. 7),

   32014 R 0192: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 192/2014 van de Commissie van 27 februari 2014 (PB L 59 van 28.2.2014, blz. 20),

   32014 R 0193: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 193/2014 van de Commissie van 27 februari 2014 (PB L 59 van 28.2.2014, blz. 25),

   32014 R 0187: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 187/2014 van de Commissie van 26 februari 2014 (PB L 57 van 27.2.2014, blz. 24),

   32014 R 0462: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 462/2014 van de Commissie van 5 mei 2014 (PB L 134 van 7.5.2014, blz. 28),

   32014 R 0485: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 485/2014 van de Commissie van 12 mei 2014 (PB L 138 van 13.5.2014, blz. 65),

   32014 R 0486: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 486/2014 van de Commissie van 12 mei 2014 (PB L 138 van 13.5.2014, blz. 70),

   32014 R 0487: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 487/2014 van de Commissie van 12 mei 2014 (PB L 138 van 13.5.2014, blz. 72),

   32014 R 0496: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 496/2014 van de Commissie van 14 mei 2014 (PB L 143 van 15.5.2014, blz. 1),


   32014 R 0504: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 504/2014 van de Commissie van 15 mei 2014 (PB L 145 van 16.5.2014, blz. 28),

   32014 R 0563: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 563/2014 van de Commissie van 23 mei 2014 (PB L 156 van 24.5.2014, blz. 5),

   32014 R 0571: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 571/2014 van de Commissie van 26 mei 2014 (PB L 157 van 27.5.2014, blz. 96),

   32014 R 0629: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 629/2014 van de Commissie van 12 juni 2014 (PB L 174 van 13.6.2014, blz. 33),

   32014 R 0632: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 632/2014 van de Commissie van 13 mei 2014 (PB L 175 van 14.6.2014, blz. 1),

   32014 R 0678: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 678/2014 van de Commissie van 19 juni 2014 (PB L 180 van 20.6.2014, blz. 11),

   32014 R 0878: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 878/2014 van de Commissie van 12 augustus 2014 (PB L 240 van 13.8.2014, blz. 18),

   32014 R 0880: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 880/2014 van de Commissie van 12 augustus 2014 (PB L 240 van 13.8.2014, blz. 22),

   32014 R 0890: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 890/2014 van de Commissie van 14 augustus 2014 (PB L 243 van 15.8.2014, blz. 42),


   32014 R 0891: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 891/2014 van de Commissie van 14 augustus 2014 (PB L 243 van 15.8.2014, blz. 47),

   32014 R 0916: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 916/2014 van de Commissie van 22 augustus 2014 (PB L 251 van 23.8.2014, blz. 16),

   32014 R 0917: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 917/2014 van de Commissie van 22 augustus 2014 (PB L 251 van 23.8.2014, blz. 19),

   32014 R 0918: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 918/2014 van de Commissie van 22 augustus 2014 (PB L 251 van 23.8.2014, blz. 24),

   32014 R 0921: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 921/2014 van de Commissie van 25 augustus 2014 (PB L 252 van 26.8.2014, blz. 3),

   32014 R 0922: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 922/2014 van de Commissie van 25 augustus 2014 (PB L 252 van 26.8.2014, blz. 6),

   32015 R 0415: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/415 van de Commissie van 12 maart 2015 (PB L 68 van 13.3.2015, blz. 28),

   32015 R 0232: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/232 van de Commissie van 13 februari 2015 (PB L 39 van 14.2.2015, blz. 7),

   32014 R 1316: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1316/2014 van de Commissie van 11 december 2014 (PB L 355 van 12.12.2014, blz. 1),


   32014 R 1330: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1330/2014 van de Commissie van 15 december 2014 (PB L 359 van 16.12.2014, blz. 85),

   32014 R 1334: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1334/2014 van de Commissie van 16 december 2014 (PB L 360 van 17.12.2014, blz. 1),

   32015 R 0051: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/51 van de Commissie van 14 januari 2015 (PB L 9 van 15.1.2015, blz. 22),

   32015 R 0058: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/58 van de Commissie van 15 januari 2015 (PB L 10 van 16.1.2015, blz. 25),

   32015 R 0306: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/306 van de Commissie van 26 februari 2015 (PB L 56 van 27.2.2015, blz. 1),

   32015 R 0307: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/307 van de Commissie van 26 februari 2015 (PB L 56 van 27.2.2015, blz. 6),

   32015 R 0308: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/308 van de Commissie van 26 februari 2015 (PB L 56 van 27.2.2015, blz. 9),

   32015 R 0404: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/404 van de Commissie van 11 maart 2015 (PB L 67 van 12.3.2015, blz. 6),

   32015 R 0418: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/418 van de Commissie van 12 maart 2015 (PB L 68 van 13.3.2015, blz. 36),


   32015 R 0543: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/543 van de Commissie van 1 april 2015 (PB L 90 van 2.4.2015, blz. 1),

   32015 R 0553: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/553 van de Commissie van 7 april 2015 (PB L 92 van 8.4.2015, blz. 86),

   32015 R 0762: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/762 van de Commissie van 12 mei 2015 (PB L 120 van 13.5.2015, blz. 6),

   32015 R 1106: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1106 van de Commissie van 8 juli 2015 (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 70),

   32015 R 1115: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1115 van de Commissie van 9 juli 2015 (PB L 182 van 10.7.2015, blz. 22),

   32015 R 1154: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1154 van de Commissie van 14 juli 2015 (PB L 187 van 15.7.2015, blz. 18),

   32015 R 1166: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1166 van de Commissie van 15 juli 2015 (PB L 188 van 16.7.2015, blz. 34),

   32015 R 1201: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1201 van de Commissie van 22 juli 2015 (PB L 195 van 23.7.2015, blz. 37),

   32015 R 1107: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1107 van de Commissie van 8 juli 2015 (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 72),


   32015 R 1108: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1108 van de Commissie van 8 juli 2015 (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 75),

   32015 R 1116: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1116 van de Commissie van 9 juli 2015 (PB L 182 van 10.7.2015, blz. 26),

   32015 R 1165: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1165 van de Commissie van 15 juli 2015 (PB L 188 van 16.7.2015, blz. 30),

   32015 R 1176: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1176 van de Commissie van 17 juli 2015 (PB L 192 van 18.7.2015, blz. 1),

   32015 R 1192: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1192 van de Commissie van 20 juli 2015 (PB L 193 van 21.7.2015, blz. 124),

   32015 R 1295: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1295 van de Commissie van 27 juli 2015 (PB L 199 van 29.7.2015, blz. 8),

   32015 R 1392: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1392 van de Commissie van 13 augustus 2015 (PB L 215 van 14.8.2015, blz. 34),

   32015 R 1396: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1396 van de Commissie van 14 augustus 2015 (PB L 216 van 15.8.2015, blz. 1),

   32015 R 1397: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1397 van de Commissie van 14 augustus 2015 (PB L 216 van 15.8.2015, blz. 3),


   32015 R 2069: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2069 van de Commissie van 17 november 2015 (PB L 301 van 18.11.2015, blz. 42),

   32015 R 2085: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2085 van de Commissie van 18 november 2015 (PB L 302 van 19.11.2015, blz. 93),

   32015 R 2233: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2233 van de Commissie van 2 december 2015 (PB L 317 van 3.12.2015, blz. 26),

   32015 R 1885: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1885 van de Commissie van 20 oktober 2015 (PB L 276 van 21.10.2015, blz. 48),

   32015 R 2033: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2033 van de Commissie van 13 november 2015 (PB L 298 van 14.11.2015, blz. 8),

   32015 R 2047: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2047 van de Commissie van 16 november 2015 (PB L 300 van 17.11.2015, blz. 8),

   32015 R 2084: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2084 van de Commissie van 18 november 2015 (PB L 302 van 19.11.2015, blz. 89),

   32015 R 2105: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2105 van de Commissie van 20 november 2015 (PB L 305 van 21.11.2015, blz. 31),

   32015 R 2198: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2198 van de Commissie van 27 november 2015 (PB L 313 van 28.11.2015, blz. 35),


   32016 R 0138: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/138 van de Commissie van 2 februari 2016 (PB L 27 van 3.2.2016, blz. 5),

   32016 R 0139: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/139 van de Commissie van 2 februari 2016 (PB L 27 van 3.2.2016, blz. 7),

   32016 R 0146: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/146 van de Commissie van 4 februari 2016 (PB L 30 van 5.2.2016, blz. 7),

   32016 R 0147: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/147 van de Commissie van 4 februari 2016 (PB L 30 van 5.2.2016, blz. 12),

   32016 R 0177: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/177 van de Commissie van 10 februari 2016 (PB L 35 van 11.2.2016, blz. 1),

   32016 R 0182: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/182 van de Commissie van 11 februari 2016 (PB L 37 van 12.2.2016, blz. 40),

   32016 R 0370: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/370 van de Commissie van 15 maart 2016 (PB L 70 van 16.3.2016, blz. 7),

   32016 R 0389: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/389 van de Commissie van 17 maart 2016 (PB L 73 van 18.3.2016, blz. 77),

   32016 R 0636: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/636 van de Commissie van 22 april 2016 (PB L 108 van 23.4.2016, blz. 22),


   32016 R 0638: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/638 van de Commissie van 22 april 2016 (PB L 108 van 23.4.2016, blz. 28),

   32016 R 0548: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/548 van de Commissie van 8 april 2016 (PB L 95 van 9.4.2016, blz. 1),

   32016 R 0549: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/549 van de Commissie van 8 april 2016 (PB L 95 van 9.4.2016, blz. 4),

   32016 R 0560: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/560 van de Commissie van 11 april 2016 (PB L 96 van 12.4.2016, blz. 23),

   32016 R 0864: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/864 van de Commissie van 31 mei 2016 (PB L 144 van 1.6.2016, blz. 32),

   32016 R 0871: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/871 van de Commissie van 1 juni 2016 (PB L 145 van 2.6.2016, blz. 4),

   32016 R 0872: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/872 van de Commissie van 1 juni 2016 (PB L 145 van 2.6.2016, blz. 7),

   32016 R 0951: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/951 van de Commissie van 15 juni 2016 (PB L 159 van 16.6.2016, blz. 6),

   32016 R 1056: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1056 van de Commissie van 29 juni 2016 (PB L 173 van 30.6.2016, blz. 52),


   32016 R 1313: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1313 van de Commissie van 1 augustus 2016 (PB L 208 van 2.8.2016, blz. 1),

   32016 R 1414: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1414 van de Commissie van 24 augustus 2016 (PB L 230 van 25.8.2016, blz. 16),

   32016 R 1423: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1423 van de Commissie van 25 augustus 2016 (PB L 231 van 26.8.2016, blz. 20),

   32016 R 1425: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1425 van de Commissie van 25 augustus 2016 (PB L 231 van 26.8.2016, blz. 30),

   32016 R 1426: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1426 van de Commissie van 25 augustus 2016 (PB L 231 van 26.8.2016, blz. 34),

   32016 R 0950: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/950 van de Commissie van 15 juni 2016 (PB L 159 van 16.6.2016, blz. 3),

   32016 R 0952: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/952 van de Commissie van 15 juni 2016 (PB L 159 van 16.6.2016, blz. 10),

   32016 R 1424: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1424 van de Commissie van 25 augustus 2016 (PB L 231 van 26.8.2016, blz. 25),

   32016 R 1429: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1429 van de Commissie van 26 augustus 2016 (PB L 232 van 27.8.2016, blz. 1),


   32016 R 1978: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1978 van de Commissie van 11 november 2016 (PB L 305 van 12.11.2016, blz. 23),

   32016 R 2016: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2016 van de Commissie van 17 november 2016 (PB L 312 van 18.11.2016, blz. 21),

   32016 R 2035: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2035 van de Commissie van 21 november 2016 (PB L 314 van 22.11.2016, blz. 7),

   32017 R 0157: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/157 van de Commissie van 30 januari 2017 (PB L 25 van 31.1.2017, blz. 5),

   32017 R 0239: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/239 van de Commissie van 10 februari 2017 (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 39),

   32017 R 0244: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/244 van de Commissie van 10 februari 2017 (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 54),

   32017 R 0195: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/195 van de Commissie van 3 februari 2017 (PB L 31 van 4.2.2017, blz. 21),

   32017 R 0407: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/407 van de Commissie van 8 maart 2017 (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 87),

   32017 R 0270: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/270 van de Commissie van 16 februari 2017 (PB L 40 van 17.2.2017, blz. 48),


   32017 R 0359: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/359 van de Commissie van 28 februari 2017 (PB L 54 van 1.3.2017, blz. 8),

   32017 R 0360: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/360 van de Commissie van 28 februari 2017 (PB L 54 van 1.3.2017, blz. 11),

   32017 R 0375: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/375 van de Commissie van 2 maart 2017 (PB L 58 van 4.3.2017, blz. 3),

   32017 R 0406: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/406 van de Commissie van 8 maart 2017 (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 83),

   32017 R 0408: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/408 van de Commissie van 8 maart 2017 (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 91),

   32017 R 0409: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/409 van de Commissie van 8 maart 2017 (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 95),

   32017 R 0419: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/419 van de Commissie van 9 maart 2017 (PB L 64 van 10.3.2017, blz. 4),

   32017 R 0428: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/428 van de Commissie van 10 maart 2017 (PB L 66 van 11.3.2017, blz. 1),

   32017 R 0438: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/438 van de Commissie van 13 maart 2017 (PB L 67 van 14.3.2017, blz. 67),


   32017 R 0555: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/555 van de Commissie van 24 maart 2017 (PB L 80 van 25.3.2017, blz. 1),

   32017 R 0725: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/725 van de Commissie van 24 april 2017 (PB L 107 van 25.4.2017, blz. 24),

   32017 R 0753: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/753 van de Commissie van 28 april 2017 (PB L 113 van 29.4.2017, blz. 24),

   32017 R 0755: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/755 van de Commissie van 28 april 2017 (PB L 113 van 29.4.2017, blz. 35),

   32017 R 0781: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/781 van de Commissie van 5 mei 2017 (PB L 118 van 6.5.2017, blz. 1),

   32017 R 0805: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/805 van de Commissie van 11 mei 2017 (PB L 121 van 12.5.2017, blz. 26),

   32017 R 0806: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/806 van de Commissie van 11 mei 2017 (PB L 121 van 12.5.2017, blz. 31),

   32017 R 0831: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/831 van de Commissie van 16 mei 2017 (PB L 124 van 17.5.2017, blz. 27),

   32017 R 0841: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/841 van de Commissie van 17 mei 2017 (PB L 125 van 18.5.2017, blz. 12),


   32017 R 0842: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/842 van de Commissie van 17 mei 2017 (PB L 125 van 18.5.2017, blz. 16),

   32017 R 0843: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/843 van de Commissie van 17 mei 2017 (PB L 125 van 18.5.2017, blz. 21),

   32017 R 0855: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/855 van de Commissie van 18 mei 2017 (PB L 128 van 19.5.2017, blz. 10),

   32017 R 0856: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/856 van de Commissie van 18 mei 2017 (PB L 128 van 19.5.2017, blz. 14).

   32017 R 1113: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1113 van de Commissie van 22 juni 2017 (PB L 162 van 23.6.2017, blz. 27),

   32017 R 1114: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1114 van de Commissie van 22 juni 2017 (PB L 162 van 23.6.2017, blz. 32),

   32017 R 1115: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1115 van de Commissie van 22 juni 2017 (PB L 162 van 23.6.2017, blz. 38),

   32017 R 1125: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1125 van de Commissie van 22 juni 2017 (PB L 132 van 24.6.2017, blz. 10),

   32017 R 1186: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1186 van de Commissie van 3 juli 2017 (PB L 171 van 4.7.2017, blz. 131),


   32017 R 1491: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1491 van de Commissie van 21 augustus 2017 (PB L 216 van 22.8.2017, blz. 15),

   32017 R 1506: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1506 van de Commissie van 28 augustus 2017 (PB L 222 van 29.8.2017, blz. 21),

   32017 R 1455: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1455 van de Commissie van 10 augustus 2017 (PB L 208 van 11.8.2017, blz. 28),

   32017 R 1496: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1496 van de Commissie van 23 augustus 2017 (PB L 218 van 24.8.2017, blz. 7),

   32017 R 1511: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1511 van de Commissie van 30 augustus 2017 (PB L 224 van 31.8.2017, blz. 115),

   32017 R 1527: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1527 van de Commissie van 6 september 2017 (PB L 231 van 7.9.2017, blz. 3),

   32017 R 1529: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1529 van de Commissie van 7 september 2017 (PB L 232 van 8.9.2017, blz. 1),

   32017 R 1530: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1530 van de Commissie van 7 september 2017 (PB L 232 van 8.9.2017, blz. 4),

   32017 R 1531: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1531 van de Commissie van 7 september 2017 (PB L 232 van 8.9.2017, blz. 6),


   32017 R 2066: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2066 van de Commissie van 13 november 2017 (PB L 295 van 14.11.2017, blz. 43),

   32017 R 2069: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2069 van de Commissie van 13 november 2017 (PB L 295 van 14.11.2017, blz. 51),

   32017 R 2090: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2090 van de Commissie van 14 november 2017 (PB L 297 van 15.11.2017, blz. 22),

   32017 R 2091: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2091 van de Commissie van 14 november 2017 (PB L 297 van 15.11.2017, blz. 25),

   32017 R 2324: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2324 van de Commissie van 12 december 2017 (PB L 333 van 15.12.2017, blz. 10),

   32018 R 0084: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/84 van de Commissie van 19 januari 2018 (PB L 16 van 20.1.2018, blz. 8),

   32018 R 0112: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/112 van de Commissie van 24 januari 2018 (PB L 20 van 25.1.2018, blz. 3),

   32018 R 0113: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/113 van de Commissie van 24 januari 2018 (PB L 20 van 25.1.2018, blz. 7),

   32018 R 0184: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/184 van de Commissie van 7 februari 2018 (PB L 34 van 8.2.2018, blz. 10),


   32018 R 0185: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/185 van de Commissie van 7 februari 2018 (PB L 34 van 8.2.2018, blz. 13),

   32018 R 0291: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/291 van de Commissie van 26 februari 2018 (PB L 55 van 27.2.2018, blz. 30),

   32018 R 0309: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/309 van de Commissie van 1 maart 2018 (PB L 60 van 2.3.2018, blz. 16),

   32018 R 0524: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/524 van de Commissie van 28 maart 2018 (PB L 88 van 4.4.2018, blz. 4),

   32018 R 0660: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/660 van de Commissie van 26 april 2018 (PB L 110 van 30.4.2018, blz. 122),

   32018 R 0670: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/670 van de Commissie van 30 april 2018 (PB L 113 van 3.5.2018, blz. 1),

   32018 R 0679: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/679 van de Commissie van 3 mei 2018 (PB L 114 van 4.5.2018, blz. 18),

   32018 R 0690: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/690 van de Commissie van 7 mei 2018 (PB L 117 van 8.5.2018, blz. 3),

   32018 R 0691: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/691 van de Commissie van 7 mei 2018 (PB L 117 van 8.5.2018, blz. 6),


   32018 R 0692: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/692 van de Commissie van 7 mei 2018 (PB L 117 van 8.5.2018, blz. 9),

   32018 R 0710: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/710 van de Commissie van 14 mei 2018 (PB L 119 van 15.5.2018, blz. 31),

   32018 R 0755: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/755 van de Commissie van 23 mei 2018 (PB L 128 van 24.5.2018, blz. 4),

   32018 R 0783: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/783 van de Commissie van 29 mei 2018 (PB L 132 van 30.5.2018, blz. 31),

   32018 R 0785: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/785 van de Commissie van 29 mei 2018 (PB L 132 van 30.5.2018, blz. 40),

   32018 R 1060: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1060 van de Commissie van 26 juli 2018 (PB L 190 van 27.7.2018, blz. 3),

   32018 R 0917: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/917 van de Commissie van 27 juni 2018 (PB L 163 van 28.6.2018, blz. 13),

   32018 R 1019: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1019 van de Commissie van 18 juli 2018 (PB L 183 van 19.7.2018, blz. 14),

   32018 R 1043: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1043 van de Commissie van 24 juli 2018 (PB L 188 van 25.7.2018, blz. 9),


   32018 R 1061: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1061 van de Commissie van 26 juli 2018 (PB L 190 van 27.7.2018, blz. 8),

   32018 R 1075: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1075 van de Commissie van 27 juli 2018 (PB L 194 van 31.7.2018, blz. 36),

   32018 R 1260: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1260 van de Commissie van 20 september 2018 (PB L 238 van 21.9.2018, blz. 30),

   32018 R 1278: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1278 van de Commissie van 21 september 2018 (PB L 239 van 24.9.2018, blz. 4),

   32018 R 0784: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/784 van de Commissie van 29 mei 2018 (PB L 132 van 30.5.2018, blz. 35),

   32018 R 1262: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1262 van de Commissie van 20 september 2018 (PB L 238 van 21.9.2018, blz. 62),

   32018 R 1264: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1264 van de Commissie van 20 september 2018 (PB L 238 van 21.9.2018, blz. 71),

   32018 R 1265: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1265 van de Commissie van 20 september 2018 (PB L 238 van 21.9.2018, blz. 77),

   32018 R 1266: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1266 van de Commissie van 20 september 2018 (PB L 238 van 21.9.2018, blz. 81),


   32018 R 1295: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1295 van de Commissie van 26 september 2018 (PB L 243 van 27.9.2018, blz. 7),

   32018 R 1495: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1495 van de Commissie van 8 oktober 2018 (PB L 253 van 9.10.2018, blz. 1),

   32018 R 1500: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1500 van de Commissie van 9 oktober 2018 (PB L 254 van 10.10.2018, blz. 1),

   32018 R 1501: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1501 van de Commissie van 9 oktober 2018 (PB L 254 van 10.10.2018, blz. 4),

   32018 R 1532: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1532 van de Commissie van 12 oktober 2018 (PB L 257 van 15.10.2018, blz. 10),

   32018 R 1796: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1796 van de Commissie van 20 november 2018 (PB L 294 van 21.11.2018, blz. 15),

   32018 R 1913: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1913 van de Commissie van 6 december 2018 (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 13),

   32018 R 1914: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1914 van de Commissie van 6 december 2018 (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 17),

   32018 R 1915: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1915 van de Commissie van 6 december 2018 (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 20),


   32018 R 1916: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1916 van de Commissie van 6 december 2018 (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 24),

   32018 R 1917: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1917 van de Commissie van 6 december 2018 (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 27),

   32018 R 1865: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1865 van de Commissie van 28 november 2018 (PB L 304 van 29.11.2018, blz. 6),

   32018 R 1981: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1981 van de Commissie van 13 december 2018 (PB L 317 van 14.12.2018, blz. 16),

   32019 R 0139: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/139 van de Commissie van 29 januari 2019 (PB L 26 van 30.1.2019, blz. 4),

   32019 R 0147: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/147 van de Commissie van 30 januari 2019 (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 14),

   32019 R 0149: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/149 van de Commissie van 30 januari 2019 (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 20),

   32019 R 0151: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/151 van de Commissie van 30 januari 2019 (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 26),

   32019 R 0158: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/158 van de Commissie van 31 januari 2019 (PB L 31 van 1.2.2019, blz. 21),


   32019 R 0168: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/168 van de Commissie van 31 januari 2019 (PB L 33 van 5.2.2019, blz. 1),

   32019 R 0291: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/291 van de Commissie van 19 februari 2019 (PB L 48 van 20.2.2019, blz. 17),

   32019 R 0324: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/324 van de Commissie van 25 februari 2019 (PB L 57 van 26.2.2019, blz. 1),

   32019 R 0337: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/337 van de Commissie van 27 februari 2019 (PB L 60 van 28.2.2019, blz. 12),

   32019 R 0344: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/344 van de Commissie van 28 februari 2019 (PB L 62 van 1.3.2019, blz. 7),

   32019 R 0481: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/481 van de Commissie van 22 maart 2019 (PB L 82 van 25.3.2019, blz. 19).

   32019 R 0677: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/677 van de Commissie van 29 april 2019 (PB L 114 van 30.4.2019, blz. 15),

   32019 R 0706: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/706 van de Commissie van 7 mei 2019 (PB L 120 van 8.5.2019, blz. 11),

   32019 R 0707: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/707 van de Commissie van 7 mei 2019 (PB L 120 van 8.5.2019, blz. 16),


   32019 R 0717: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/717 van de Commissie van 8 mei 2019 (PB L 122 van 10.5.2019, blz. 44),

   32019 R 0676: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/676 van de Commissie van 29 april 2019 (PB L 114 van 30.4.2019, blz. 12),

   32019 R 1606: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1606 van de Commissie van 27 september 2019 (PB L 250 van 30.9.2019, blz. 53),

   32019 R 1085: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1085 van de Commissie van 25 juni 2019 (PB L 171 van 26.6.2019, blz. 110),

   32019 R 1090: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1090 van de Commissie van 26 juni 2019 (PB L 173 van 27.6.2019, blz. 39),

   32019 R 1100: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1100 van de Commissie van 27 juni 2019 (PB L 175 van 28.6.2019, blz. 17),

   32019 R 1101: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1101 van de Commissie van 27 juni 2019 (PB L 175 van 28.6.2019, blz. 20),

   32019 R 1137: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1137 van de Commissie van 3 juli 2019 (PB L 180 van 4.7.2019, blz. 3),

   32019 R 1138: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1138 van de Commissie van 3 juli 2019 (PB L 180 van 4.7.2019, blz. 8),


   32019 R 0716: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/716 van de Commissie van 30 april 2019 (PB L 122 van 10.5.2019, blz. 39),

   32019 R 1589: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1589 van de Commissie van 26 september 2019 (PB L 248 van 27.9.2019, blz. 24),

   32019 R 1605: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1605 van de Commissie van 27 september 2019 (PB L 250 van 30.9.2019, blz. 49),

   32019 R 1690: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1690 van de Commissie van 9 oktober 2019 (PB L 259 van 10.10.2019, blz. 2),

   32019 R 0989: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/989 van de Commissie van 17 juni 2019 (PB L 160 van 18.6.2019, blz. 11),

   32019 R 2094: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2094 van de Commissie van 29 november 2019 (PB L 317 van 9.12.2019, blz. 102),

   32020 R 0023: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/23 van de Commissie van 13 januari 2020 (PB L 8 van 14.1.2020, blz. 8),

   32019 R 1675: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1675 van de Commissie van 4 oktober 2019 (PB L 257 van 8.10.2019, blz. 6),

   32020 R 0017: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/17 van de Commissie van 10 januari 2020 (PB L 7 van 13.1.2020, blz. 11),


   32020 R 0018: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/18 van de Commissie van 10 januari 2020 (PB L 7 van 13.1.2020, blz. 14),

   32020 R 0421: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/421 van de Commissie van 18 maart 2020 (PB L 84 van 20.3.2020, blz. 7),

   32020 R 0616: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/616 van de Commissie van 5 mei 2020 (PB L 143 van 6.5.2020, blz. 1),

   32020 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/617 van de Commissie van 5 mei 2020 (PB L 143 van 6.5.2020, blz. 6),

   32020 R 0642: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/642 van de Commissie van 12 mei 2020 (PB L 150 van 13.5.2020, blz. 134),

   32020 R 0646: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/646 van de Commissie van 13 mei 2020 (PB L 151 van 14.5.2020, blz. 3),

   32020 R 0653: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/653 van de Commissie van 14 mei 2020 (PB L 152 van 15.5.2020, blz. 1),

   32020 R 0869: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/869 van de Commissie van 24 juni 2020 (PB L 201 van 25.6.2020, blz. 7),

   32020 R 0892: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/892 van de Commissie van 29 juni 2020 (PB L 206 van 30.6.2020, blz. 5),


   32020 R 0968: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/968 van de Commissie van 3 juli 2020 (PB L 213 van 6.7.2020, blz. 7),

   32020 R 1003: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1003 van de Commissie van 9 juli 2020 (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 127),

   32020 R 1004: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1004 van de Commissie van 9 juli 2020 (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 133),

   32020 R 1018: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1018 van de Commissie van 13 juli 2020 (PB L 225 van 14.7.2020, blz. 9),

   32020 R 1160: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1160 van de Commissie van 5 augustus 2020 (PB L 257 van 6.8.2020, blz. 29),

   32020 R 1246: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1246 van de Commissie van 2 september 2020 (PB L 288 van 3.9.2020, blz. 18),

   32020 R 1263: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1263 van de Commissie van 10 september 2020 (PB L 297 van 11.9.2020, blz. 1),

   32020 R 1276: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1276 van de Commissie van 11 september 2020 (PB L 300 van 14.9.2020, blz. 32), gerectificeerd bij PB L 302 van 16.9.2020, blz. 27,

   32020 R 1280: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1280 van de Commissie van 14 september 2020 (PB L 301 van 15.9.2020, blz. 4),


   32020 R 1293: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1293 van de Commissie van 15 september 2020 (PB L 302 van 16.9.2020, blz. 24).

222.    32012 R 0823: Verordening (EU) nr. 823/2012 van de Commissie van 14 september 2012 tot afwijking van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011, wat betreft de geldigheidsduur van de goedkeuring voor de werkzame stoffen 2,4-DB, benzoëzuur, beta-cyfluthrin, carfentrazone-ethyl, Coniothyrium minitans stam CON/M/91-08 (DSM 9660), cyazofamide, cyfluthrin, deltamethrin, dimethenamid-P, ethofumesaat, ethoxysulfuron, fenamidone, flazasulfuron, flufenacet, flurtamone, foramsulfuron, fosthiazaat, imazamox, iodosulfuron, iprodion, isoxaflutool, linuron, maleïnehydrazide, mecoprop, mecoprop-P, mesosulfuron, mesotrione, oxadiargyl, oxasulfuron, pendimethalin, picoxystrobin, propiconazool, propineb, propoxycarbazon, propyzamide, pyraclostrobine, silthiofam, trifloxystrobin, warfarine en zoxamide (PB L 250 van 15.9.2012, blz. 13), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 0460: Verordening (EU) nr. 460/2014 van de Commissie van 5 mei 2014 (PB L 133 van 6.5.2014, blz. 51),

   32014 R 0186: Verordening (EU) nr. 186/2014 van de Commissie van 26 februari 2014 (PB L 57 van 27.2.2014, blz. 22).

223.    32013 R 0283: Verordening (EU) nr. 283/2013 van de Commissie van 1 maart 2013 tot vaststelling van de gegevensvereisten voor gewasbeschermingsmiddelen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 93 van 3.4.2013, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 1136: Verordening (EU) nr. 1136/2014 van de Commissie van 24 oktober 2014 (PB L 307 van 28.10.2014, blz. 26).


224.    32013 R 0284: Verordening (EU) nr. 284/2013 van de Commissie van 1 maart 2013 tot vaststelling van de gegevensvereisten voor gewasbeschermingsmiddelen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 93 van 3.4.2013, blz. 85), zoals gewijzigd bij:

   32015 R 1475: Verordening (EU) 2015/1475 van de Commissie van 27 augustus 2015 (PB L 225 van 28.8.2015, blz. 10).

225.    32011 R 0546: Verordening (EU) nr. 546/2011 van de Commissie van 10 juni 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat uniforme beginselen voor de evaluatie en de toelating van gewasbeschermingsmiddelen betreft (PB L 155 van 11.6.2011, blz. 127).

226.    32011 R 0547: Verordening (EU) nr. 547/2011 van de Commissie van 8 juni 2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de etiketteringsvoorschriften voor gewasbeschermingsmiddelen (PB L 155 van 11.6.2011, blz. 176).

227.    32012 R 0844: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 844/2012 van de Commissie van 18 september 2012 tot vaststelling van de nodige bepalingen voor de uitvoering van de verlengingsprocedure voor werkzame stoffen, als bedoeld in Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 252 van 19.9.2012, blz. 26), zoals gewijzigd bij:

   32018 R 1659: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1659 van de Commissie van 7 november 2018 (PB L 278 van 8.11.2018, blz. 3),


   32019 R 0724: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/724 van de Commissie van 10 mei 2019 (PB L 124 van 13.5.2019, blz. 32),

   32020 R 0103: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/103 van de Commissie van 17 januari 2020 (PB L 19 van 24.1.2020, blz. 1).

228.    32011 R 0702: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 702/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof prohexadion overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 28).

229.    32011 R 0703: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 703/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof azoxystrobin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 33).

230.    32011 R 0704: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 704/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof azimsulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 38).


231.    32011 R 0705: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 705/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof imazalil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 43).

232.    32011 R 0706: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 706/2011 van de Commissie van 20 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof profoxydim overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 21.7.2011, blz. 50).

233.    32011 R 0736: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 736/2011 van de Commissie van 26 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof fluroxypyr overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 195 van 27.7.2011, blz. 37).

234.    32011 R 0740: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 740/2011 van de Commissie van 27 juli 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof bispyribac overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 196 van 28.7.2011, blz. 6).


235.    32011 R 0786: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 786/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof 1-naftylaceetamide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/941/EG van de Commissie (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 11).

236.    32011 R 0787: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 787/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof 1-naftylazijnzuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/941/EG van de Commissie (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 16).

237.    32011 R 0788: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 788/2011 van de Commissie van 5 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof fluazifop-P overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 203 van 6.8.2011, blz. 21), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0201: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 201/2013 van de Commissie van 8 maart 2013 (PB L 67 van 9.3.2013, blz. 6).


238.    32011 R 0797: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 797/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof spiroxamine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 3).

239.    32011 R 0798: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 798/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof oxyfluorfen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 9).

240.    32011 R 0800: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 800/2011 van de Commissie van 9 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof tefluthrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 205 van 10.8.2011, blz. 22).

241.    32011 R 0806: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 806/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof fluquinconazool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 206 van 11.8.2011, blz. 39).


242.    32011 R 0807: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 807/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof triazoxide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 206 van 11.8.2011, blz. 44).

243.    32011 R 0810: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 810/2011 van de Commissie van 11 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof kresoxym-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 207 van 12.8.2011, blz. 7).

244.    32011 R 0820: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 820/2011 van de Commissie van 16 augustus 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof terbutylazine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 209 van 17.8.2011, blz. 18).

245.    32011 R 0942: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 942/2011 van de Commissie van 22 september 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof flufenoxuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 246 van 23.9.2011, blz. 13).


246.    32011 R 0943: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 943/2011 van de Commissie van 22 september 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof propargite overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 246 van 23.9.2011, blz. 16).

247.    32011 R 0974: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 974/2011 van de Commissie van 29 september 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof acrinathrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en de bijlage bij Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 255 van 1.10.2011, blz. 1).

248.    32011 R 0993: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 993/2011 van de Commissie van 6 oktober 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof 8-hydroxyquinoline overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 263 van 7.10.2011, blz. 1).

249.    32011 R 1022: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1022/2011 van de Commissie van 14 oktober 2011 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof cyclanilide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 270 van 15.10.2011, blz. 20).


250.    32011 R 1045: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1045/2011 van de Commissie van 19 oktober 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof asulam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 275 van 20.10.2011, blz. 23).

251.    32011 R 1078: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1078/2011 van de Commissie van 25 oktober 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof propanil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 279 van 26.10.2011, blz. 1).

252.    32011 R 1127: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1127/2011 van de Commissie van 7 november 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof 2-naftyloxyazijnzuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 289 van 8.11.2011, blz. 26).

253.    32011 R 1134: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1134/2011 van de Commissie van 9 november 2011 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof cinidon-ethyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 292 van 10.11.2011, blz. 1).


254.    32011 R 1143: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1143/2011 van de Commissie van 10 november 2011 tot goedkeuring van de werkzame stof prochloraz overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 293 van 11.11.2011, blz. 26).

255.    32011 R 1372: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1372/2011 van de Commissie van 21 december 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof acetochloor, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 341 van 22.12.2011, blz. 45).

256.    32011 R 1381: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1381/2011 van de Commissie van 22 december 2011 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof chloorpicrine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Beschikking 2008/934/EG van de Commissie (PB L 343 van 23.12.2011, blz. 26).

257.    32012 R 0746: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 746/2012 van de Commissie van 16 augustus 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof Adoxophyes orana granulovirus overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 219 van 17.8.2012, blz. 15).


258.    32012 R 0359: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 359/2012 van de Commissie van 25 april 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof metam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 114 van 26.4.2012, blz. 1).

259.    32012 R 0578: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 578/2012 van de Commissie van 29 juni 2012 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof difenylamine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 171 van 30.6.2012, blz. 2).

260.    32012 R 0582: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 582/2012 van de Commissie van 2 juli 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof bifenthrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 173 van 3.7.2012, blz. 3).

261.    32012 R 0589: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 589/2012 van de Commissie van 4 juli 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof fluxapyroxad overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 175 van 5.7.2012, blz. 7).

262.    32012 R 0595: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 595/2012 van de Commissie van 5 juli 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof fenpyrazamine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 176 van 6.7.2012, blz. 46).


263.    32012 D 0480: Uitvoeringsbesluit 2012/480/EU van de Commissie van 16 augustus 2012 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stof Aureobasidium pullulans te verlengen (PB L 222 van 18.8.2012, blz. 13).

264.    32012 D 0677: Uitvoeringsbesluit 2012/677/EU van de Commissie van 30 oktober 2012 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen ametoctradine (oorspronkelijk aangevraagd onder de ontwikkelingscode BAS 650 F) en dinatriumfosfonaat te verlengen (PB L 305 van 1.11.2012, blz. 27).

265.    32012 R 1037: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1037/2012 van de Commissie van 7 november 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof isopyrazam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 308 van 8.11.2012, blz. 15), zoals gewijzigd bij:

   32015 R 1106: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1106 van de Commissie van 8 juli 2015 (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 70).

266.    32012 R 1043: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1043/2012 van de Commissie van 8 november 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof fosfaan overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 310 van 9.11.2012, blz. 24).


267.    32012 R 1237: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1237/2012 van de Commissie van 19 december 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof courgettegeelmozaïekvirus — zwakke stam, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 350 van 20.12.2012, blz. 55).

268.    32012 R 1238: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1238/2012 van de Commissie van 19 december 2012 tot goedkeuring van de werkzame stof Trichoderma asperellum (stam T34) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 350 van 20.12.2012, blz. 59).

269.    32013 R 0017: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 17/2013 van de Commissie van 14 januari 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Trichoderma atroviride stam I-1237 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 9 van 15.1.2013, blz. 5).

270.    32013 R 0022: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 22/2013 van de Commissie van 15 januari 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof cyclumetofen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 11 van 16.1.2013, blz. 8).


271.    32013 R 0188: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 188/2013 van de Commissie van 5 maart 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof mandipropamid overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 62 van 6.3.2013, blz. 13).

272.    32013 R 0200: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 200/2013 van de Commissie van 8 maart 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof ametoctradin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 67 van 9.3.2013, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 235 van 4.9.2013, blz. 12.

273.    32013 R 0350: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 350/2013 van de Commissie van 17 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof bixafen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 108 van 18.4.2013, blz. 9).

274.    32013 R 0355: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 355/2013 van de Commissie van 18 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof maltodextrine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 109 van 19.4.2013, blz. 14).


275.    32013 R 0356: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 356/2013 van de Commissie van 18 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof halosulfuron-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 109 van 19.4.2013, blz. 18).

276.    32013 R 0366: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 366/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Bacillus firmus I-1582 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 30).

277.    32013 R 0367: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 367/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Spodoptera littoralis kernpolyedervirus overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 33).

278.    32013 R 0368: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 368/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Helicoverpa armigera kernpolyedervirus overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 36).


279.    32013 R 0373: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 373/2013 van de Commissie van 23 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Candida oleophila stam O overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 112 van 24.4.2013, blz. 10).

280.    32013 R 0375: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 375/2013 van de Commissie van 23 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof spiromesifen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 112 van 24.4.2013, blz. 15).

281.    32013 R 0378: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 378/2013 van de Commissie van 24 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Paecilomyces fumosoroseus stam FE 9901 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 113 van 25.4.2013, blz. 5).

282.    32013 R 0546: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 546/2013 van de Commissie van 14 juni 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof eugenol overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 163 van 15.6.2013, blz. 17).


283.    32013 R 0568: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 568/2013 van de Commissie van 18 juni 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof thymol, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 167 van 19.6.2013, blz. 33).

284.    32013 R 0570: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 570/2013 van de Commissie van 17 juni 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof geraniol overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 168 van 20.6.2013, blz. 18).

285.    32013 R 0767: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 767/2013 van de Commissie van 8 augustus 2013 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof bitertanol overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 214 van 9.8.2013, blz. 5).

286.    32013 R 0802: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 802/2013 van de Commissie van 22 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof fluopyram overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 225 van 23.8.2013, blz. 13).


287.    32013 R 0826: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 826/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof sedaxaan overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 13).

288.    32013 R 0827: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 827/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Aureobasidium pullulans (stammen DSM 14940 en DSM 14941) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 18).

289.    32013 R 0828: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 828/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof emamectine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 23).

290.    32013 R 0829: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 829/2013 van de Commissie van 29 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof Pseudomonas sp. stam DSMZ 13134 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 232 van 30.8.2013, blz. 29).


291.    32013 R 0832: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 832/2013 van de Commissie van 30 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof dinatriumfosfonaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 233 van 31.8.2013, blz. 3).

292.    32013 R 0833: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 833/2013 van de Commissie van 30 augustus 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof pyriofenon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 233 van 31.8.2013, blz. 7).

293.    32013 R 1031: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1031/2013 van de Commissie van 24 oktober 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof penflufen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 283 van 25.10.2013, blz. 17).

294.    32013 R 1175: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1175/2013 van de Commissie van 20 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof benalaxyl-M overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 18).


295.    32013 R 1176: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1176/2013 van de Commissie van 20 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof pyroxsulam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 23).

296.    32013 R 1177: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1177/2013 van de Commissie van 20 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof spirotetramat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 312 van 21.11.2013, blz. 28).

297.    32013 R 1187: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1187/2013 van de Commissie van 21 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof penthiopyrad overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 313 van 22.11.2013, blz. 42).

298.    32013 R 1192: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1192/2013 van de Commissie van 22 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof tembotrion overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 314 van 23.11.2013, blz. 6).


299.    32013 R 1195: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1195/2013 van de Commissie van 22 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof natriumzilverthiosulfaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 315 van 26.11.2013, blz. 27).

300.    32013 R 1199: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1199/2013 van de Commissie van 25 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof chlorantraniliprole overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 315 van 26.11.2013, blz. 69).

301.    32012 D 0191: Uitvoeringsbesluit 2012/191/EU van de Commissie van 10 april 2012 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen amisulbrom, chlorantraniliprole, meptyldinocap, pinoxaden, zilverthiosulfaat en tembotrion te verlengen (PB L 102 van 12.4.2012, blz. 15).

302.    32012 D 0363: Uitvoeringsbesluit 2012/363/EU van de Commissie van 4 juli 2012 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen bixafen, Candida oleophila stam O, fluopyram, halosulfuron, kaliumjodide, kaliumthiocyanaat en spirotetramat te verlengen (PB L 176 van 6.7.2012, blz. 70).


303.    32012 R 0686: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 686/2012 van de Commissie van 26 juli 2012 waarbij de beoordeling van de werkzame stoffen, waarvan de goedkeuring uiterlijk op 31 december 2018 vervalt, in het kader van de verlengingsprocedure aan de lidstaten is toevertrouwd (PB L 200 van 27.7.2012, blz. 5), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 0700: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 700/2014 van de Commissie van 24 juni 2014 (PB L 184 van 25.6.2014, blz. 8),

   32015 R 0052: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/52 van de Commissie van 14 januari 2015 (PB L 9 van 15.1.2015, blz. 27),

   32016 R 0138: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/138 van de Commissie van 2 februari 2016 (PB L 27 van 3.2.2016, blz. 5),

   32017 R 0243: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/243 van de Commissie van 10 februari 2017 (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 53).

   32018 R 0155: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/155 van de Commissie van 31 januari 2018 (PB L 29 van 1.2.2018, blz. 8),

   32019 R 0150: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/150 van de Commissie van 30 januari 2019 (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 23),

   32019 R 0336: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/336 van de Commissie van 27 februari 2019 (PB L 60 van 28.2.2019, blz. 8),

   32019 R 0724: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/724 van de Commissie van 10 mei 2019 (PB L 124 van 13.5.2019, blz. 32).


304.    32013 D 0038: Uitvoeringsbesluit 2013/38/EU van de Commissie van 18 januari 2013 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen emamectin en maltodextrine te verlengen (PB L 18 van 22.1.2013, blz. 17).

305.    32013 R 0369: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 369/2013 van de Commissie van 22 april 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof kaliumfosfonaten overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 111 van 23.4.2013, blz. 39).

306.    32013 D 0205: Uitvoeringsbesluit 2013/205/EU van de Commissie van 25 april 2013 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de nieuwe werkzame stoffen acequinocyl, aminopyralid, ascorbinezuur, flubendiamide, gamma-cyhalothrin, ipconazool, metaflumizon, orthosulfamuron, Pseudomonas sp. stam DSMZ 13134, pyridalil, pyroxsulam, spiromesifen, thiencarbazon en topramezone te verlengen (PB L 117 van 27.4.2013, blz. 20).

307.    32013 R 0485: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 485/2013 van de Commissie van 24 mei 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011, wat de voorwaarden voor goedkeuring van de werkzame stoffen clothianidine, thiamethoxam en imidacloprid betreft, en houdende een verbod op het gebruik en de verkoop van zaden die zijn behandeld met gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stoffen bevatten (PB L 139 van 25.5.2013, blz. 12), zoals gewijzigd bij:

   32018 R 0783: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/783 van de Commissie van 29 mei 2018 (PB L 132 van 30.5.2018, blz. 31),

   32018 R 0784: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/784 van de Commissie van 29 mei 2018 (PB L 132 van 30.5.2018, blz. 35),


   32018 R 0785: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/785 van de Commissie van 29 mei 2018 (PB L 132 van 30.5.2018, blz. 40).

308.    32013 D 0431: Uitvoeringsbesluit 2013/431/EU van de Commissie van 12 augustus 2013 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de werkzame stoffen benalaxyl-M en valifenalaat te verlengen (PB L 218 van 14.8.2013, blz. 28).

309.    32013 R 0781: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 781/2013 van de Commissie van 14 augustus 2013 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011, wat de voorwaarden voor goedkeuring van de werkzame stof fipronil betreft, en houdende een verbod op het gebruik en de verkoop van zaden die zijn behandeld met gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten (PB L 219 van 15.8.2013, blz. 22).

310.    32013 R 1165: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1165/2013 van de Commissie van 18 november 2013 tot goedkeuring van de werkzame stof sinaasappelolie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 309 van 19.11.2013, blz. 17).

311.    32014 R 0108: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 108/2014 van de Commissie van 5 februari 2014 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof kaliumthiocyanaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 36 van 6.2.2014, blz. 9).

312.    32014 R 0116: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 116/2014 van de Commissie van 6 februari 2014 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof kaliumjodide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 38 van 7.2.2014, blz. 26).


313.    32014 R 0140: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 140/2014 van de Commissie van 13 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof spinetoram overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 44 van 14.2.2014, blz. 35), gerectificeerd bij PB L 277 van 22.10.2015, blz. 60.

314.    32014 R 0143: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 143/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof pyridalyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 1).

315.    32014 R 0144: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 144/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof valifenalaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 7).

316.    32014 R 0145: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 145/2014 van de Commissie van 14 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof thiencarbazon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 45 van 15.2.2014, blz. 12).


317.    32014 R 0149: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 149/2014 van de Commissie van 17 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof L-ascorbinezuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 46 van 18.2.2014, blz. 3).

318.    32014 R 0151: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 151/2014 van de Commissie van 18 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof S-abscisinezuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 48 van 19.2.2014, blz. 1).

319.    32014 R 0192: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 192/2014 van de Commissie van 27 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof 1,4-dimethylnaftaleen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 59 van 28.2.2014, blz. 20).

320.    32014 R 0193: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 193/2014 van de Commissie van 27 februari 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof amisulbrom overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 59 van 28.2.2014, blz. 25).

321.    32014 R 0187: Uitvoeringsverordening (EU) 187/2014 van de Commissie van 26 februari 2014 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof methocarb (PB L 57 van 27.2.2014, blz. 24).


322.    32014 R 0462: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 462/2014 van de Commissie van 5 mei 2014 tot goedkeuring van de basisstof Equisetum arvense L. overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 134 van 7.5.2014, blz. 28).

323.    32014 R 0485: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 485/2014 van de Commissie van 12 mei 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof Bacillus pumilus QST 2808 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 138 van 13.5.2014, blz. 65).

324.    32014 R 0486: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 486/2014 van de Commissie van 12 mei 2014 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof fenbutatinoxide, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 138 van 13.5.2014, blz. 70).

325.    32014 R 0496: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 496/2014 van de Commissie van 14 mei 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof acequinocyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 143 van 15.5.2014, blz. 1).

326.    32014 R 0504: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 504/2014 van de Commissie van 15 mei 2014 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof plantaardige oliën/citronellaolie (PB L 145 van 16.5.2014, blz. 28).


327.    32014 R 0563: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 563/2014 van de Commissie van 23 mei 2014 tot goedkeuring van de basisstof chitosanhydrochloride overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 156 van 24.5.2014, blz. 5).

328.    32014 R 0517: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 571/2014 van de Commissie van 26 mei 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof ipconazool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 157 van 27.5.2014, blz. 96).

329.    32014 R 0629: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 629/2014 van de Commissie van 12 juni 2014 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof methylnonylketon (PB L 174 van 13.6.2014, blz. 33).

330.    32014 R 0632: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 632/2014 van de Commissie van 13 mei 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof ipconazool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 175 van 14.6.2014, blz. 1).

331.    32014 R 0890: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 890/2014 van de Commissie van 14 augustus 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof metobromuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 243 van 15.8.2014, blz. 42).


332.    32014 R 0891: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 891/2014 van de Commissie van 14 augustus 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof aminopyralide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 243 van 15.8.2014, blz. 47).

333.    32014 R 0916: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 916/2014 van de Commissie van 22 augustus 2014 tot goedkeuring van de basisstof sacharose overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 251 van 23.8.2014, blz. 16).

334.    32014 R 0917: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 917/2014 van de Commissie van 22 augustus 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof Streptomyceslydicus stam WYEC 108 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 251 van 23.8.2014, blz. 19).

335.    32014 R 0922: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 922/2014 van de Commissie van 25 augustus 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof metaflumizon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 252 van 26.8.2014, blz. 6).

336.    32014 D 0289: Uitvoeringsbesluit 2014/289/EU van de Commissie van 15 mei 2014 waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor de werkzame stoffen pinoxaden en meptyldinocap te verlengen(PB L 147 van 17.5.2014, blz. 114).


337.    32014 R 1316: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1316/2014 van de Commissie van 11 december 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof Bacillus amyloliquefaciens subsp. plantarum stam D747, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en ter verlening van toestemming aan de lidstaten om de geldigheidsduur van voorlopige toelatingen voor de werkzame stof te verlengen (PB L 355 van 12.12.2014, blz. 1).

338.    32014 R 1330: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1330/2014 van de Commissie van 15 december 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof meptyldinocap overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 359 van 16.12.2014, blz. 85).

339.    32014 R 1334: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1334/2014 van de Commissie van 16 december 2014 tot goedkeuring van de werkzame stof gamma-cyhalothrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 ter verlening van toestemming aan de lidstaten om de geldigheidsduur van voorlopige toelatingen voor de werkzame stof te verlengen (PB L 360 van 17.12.2014, blz. 1).

340.    32015 R 0051: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/51 van de Commissie van 14 januari 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof chromafenozide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie, en waarbij aan de lidstaten toestemming wordt verleend om de geldigheidsduur van de voorlopige toelatingen voor die werkzame stof te verlengen (PB L 9 van 15.1.2015, blz. 22).


341.    32015 R 0306: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/306 van de Commissie van 26 februari 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof Isaria fumosorosea stam Apopka 97 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 56 van 27.2.2015, blz. 1).

342.    32015 R 0543: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/543 van de Commissie van 1 april 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof COS-OGA overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 90 van 2.4.2015, blz. 1).

343.    32015 R 0553: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/553 van de Commissie van 7 april 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof cerevisaan overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 92 van 8.4.2015, blz. 86).

344.    32015 R 0408: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/408 van de Commissie van 11 maart 2015 inzake uitvoering van artikel 80, lid 7, van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot vaststelling van een lijst van stoffen die in aanmerking komen om te worden vervangen (PB L 67 van 12.3.2015, blz. 18), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 2065: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2065 van de Commissie van 13 november 2017 (PB L 295 van 14.11.2017, blz. 40),


   32019 R 1085: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1085 van de Commissie van 25 juni 2019 (PB L 171 van 26.6.2019, blz. 110),

   32020 R 1295: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1295 van de Commissie van 16 september 2020 (PB L 303 van 17.9.2020, blz. 18).

345.    32015 R 0707: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/707 van de Commissie van 30 april 2015 tot niet-goedkeuring van wortelextract van Rheum officinale als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 113 van 1.5.2015, blz. 44).

346.    32015 R 0762: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/762 van de Commissie van 12 mei 2015 tot goedkeuring van de basisstof calciumhydroxide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 120 van 13.5.2015, blz. 6).

347.    32015 R 1115: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1115 van de Commissie van 9 juli 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof pyridaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 182 van 10.7.2015, blz. 22).


348.    32015 R 1154: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1154 van de Commissie van 14 juli 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof sulfosulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 187 van 15.7.2015, blz. 18).

349.    32015 R 1166: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1166 van de Commissie van 15 juli 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof ijzerfosfaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 188 van 16.7.2015, blz. 34).

350.    32015 R 1201: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1201 van de Commissie van 22 juli 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof fenhexamide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 195 van 23.7.2015, blz. 37).”.

351.    32015 R 1107: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1107 van de Commissie van 8 juli 2015 tot goedkeuring van de basisstof Salix spp. cortex overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 72).


352.    32015 R 1108: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1108 van de Commissie van 8 juli 2015 tot goedkeuring van de basisstof azijn overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 181 van 9.7.2015, blz. 75), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 0149: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/149 van de Commissie van 30 januari 2019 (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 20).

353.    32015 R 1116: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1116 van de Commissie van 9 juli 2015 tot goedkeuring van de basisstof lecithinen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 182 van 10.7.2015, blz. 26).

354.    32015 R 1165: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 2015/1165 van de Commissie van 15 juli 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof halauxifen-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 188 van 16.7.2015, blz. 30).

355.    32015 R 1176: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1176 van de Commissie van 17 juli 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof pepinomozaïekvirus, stam CH2, isolaat 1906, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 192 van 18.7.2015, blz. 1).


356.    32015 R 1191: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1191 van de Commissie van 20 juli 2015 tot niet-goedkeuring van Artemisia vulgaris L. als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 193 van 21.7.2015, blz. 122).

357.    32015 R 1192: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1192 van de Commissie van 20 juli 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof terpenoïdenmengsel QRD 460 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 193 van 21.7.2015, blz. 124).

358.    32015 R 1295: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1295 van de Commissie van 27 juli 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof sulfoxaflor overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 199 van 29.7.2015, blz. 8).

359.    32015 R 1392: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1392 van de Commissie van 13 augustus 2015 tot goedkeuring van de basisstof fructose overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 215 van 14.8.2015, blz. 34).

360.    32015 R 1397: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1397 van de Commissie van 14 augustus 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof florasulam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 216 van 15.8.2015, blz. 3).


361.    32015 R 2046: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2046 van de Commissie van 16 november 2015 tot niet-goedkeuring van Artemisia absinthium L. als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 300 van 17.11.2015, blz. 6).

362.    32015 R 2069: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2069 van de Commissie van 17 november 2015 tot goedkeuring van de basisstof natriumwaterstofcarbonaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 301 van 18.11.2015, blz. 42).

363.    32015 R 2082: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2082 van de Commissie van 18 november 2015 tot niet-goedkeuring van Arctium lappa L. (bovengrondse delen) als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 302 van 19.11.2015, blz. 85).

364.    32015 R 2083: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2083 van de Commissie van 18 november 2015 tot niet-goedkeuring van Tanacetum vulgare L. als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 302 van 19.11.2015, blz. 87).

365.    32015 R 2085: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2085 van de Commissie van 18 november 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof mandestrobine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 302 van 19.11.2015, blz. 93).


366.    32015 R 2033: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2033 van de Commissie van 13 november 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof 2,4-D overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 298 van 14.11.2015, blz. 8).

367.    32015 R 2047: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2047 van de Commissie van 16 november 2015 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof esfenvaleraat, die in aanmerking komt voor vervanging, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 300 van 17.11.2015, blz. 8).

368.    32015 R 2084: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2084 van de Commissie van 18 november 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof flupyradifuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 302 van 19.11.2015, blz. 89).

369.    32015 R 2105: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2105 van de Commissie van 20 november 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof flumetraline als stof die in aanmerking komt om te worden vervangen, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 305 van 21.11.2015, blz. 31).


370.    32015 R 2198: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2198 van de Commissie van 27 november 2015 tot goedkeuring van de werkzame stof rescalure overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 313 van 28.11.2015, blz. 35).

371.    32016 R 0138: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/138 van de Commissie van 2 februari 2016 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof dec-3-een-2-on overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 27 van 3.2.2016, blz. 5).

372.    32016 R 0139: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/139 van de Commissie van 2 februari 2016 tot verlenging van de goedkeuring van de voor vervanging in aanmerking komende werkzame stof metsulfuron-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 27 van 3.2.2016, blz. 7).

373.    32016 R 0146: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/146 van de Commissie van 4 februari 2016 tot verlenging van de goedkeuring van de voor vervanging in aanmerking komende werkzame stof lambda-cyhalothrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 30 van 5.2.2016, blz. 7).


374.    32016 R 0147: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/147 van de Commissie van 4 februari 2016 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof iprovalicarb overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 30 van 5.2.2016, blz. 12).

375.    32016 R 0177: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/177 van de Commissie van 10 februari 2016 tot goedkeuring van de voor vervanging in aanmerking komende werkzame stof benzovindiflupyr overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 35 van 11.2.2016, blz. 1).

376.    32016 R 0182: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/182 van de Commissie van 11 februari 2016 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof pyraflufen-ethyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 37 van 12.2.2016, blz. 40).

377.    32016 R 0370: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/370 van de Commissie van 15 maart 2016 tot goedkeuring van de werkzame stof pinoxaden overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en ter verlening van toestemming aan de lidstaten om de geldigheidsduur van voorlopige toelatingen voor die werkzame stof te verlengen (PB L 70 van 16.3.2016, blz. 7).


378.    32016 R 0389: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/389 van de Commissie van 17 maart 2016 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof acibenzolar-S-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 73 van 18.3.2016, blz. 77).

379.    32016 R 0636: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/636 van de Commissie van 22 april 2016 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof (Z,Z,Z,Z)-7,13,16,19-docosatetraeen-1-ylisobutyraat, in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 108 van 23.4.2016, blz. 22).

380.    32016 R 0638: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/638 van de Commissie van 22 april 2016 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof Z-13-hexadeceen-11-yn-1-ylacetaat, in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 108 van 23.4.2016, blz. 28).

381.    32016 R 0548: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/548 van de Commissie van 8 april 2016 tot goedkeuring van de basisstof diammoniumfosfaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 95 van 9.4.2016, blz. 1).


382.    32016 R 0560: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/560 van de Commissie van 11 april 2016 tot goedkeuring van de basisstof wei overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 96 van 12.4.2016, blz. 23).

383.    32016 R 0864: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/864 van de Commissie van 31 mei 2016 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof triasulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 144 van 1.6.2016, blz. 32).

384.    32016 R 0871: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/871 van de Commissie van 1 juni 2016 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof amitrol overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 145 van 2.6.2016, blz. 4).

385.    32016 R 0872: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/872 van de Commissie van 1 juni 2016 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof isoproturon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 145 van 2.6.2016, blz. 7).


386.    32016 R 0951: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/951 van de Commissie van 15 juni 2016 tot goedkeuring van de werkzame stof Trichoderma atroviride stam SC1, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 159 van 16.6.2016, blz. 6).

387.    32016 R 1414: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1414 van de Commissie van 24 augustus 2016 tot goedkeuring van de werkzame stof cyantraniliprole overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 230 van 25.8.2016, blz. 16).

388.    32016 R 1423: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1423 van de Commissie van 25 augustus 2016 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof picolinafen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 231 van 26.8.2016, blz. 20).

389.    32016 R 1425: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1425 van de Commissie van 25 augustus 2016 tot goedkeuring van de werkzame stof isofetamid overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 231 van 26.8.2016, blz. 30).


390.    32016 R 1426: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1426 van de Commissie van 25 augustus 2016 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof ethofumesaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 231 van 26.8.2016, blz. 34).

391.    32016 R 0952: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/952 van de Commissie van 15 juni 2016 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Saccharomyces cerevisiae stam LAS02 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 159 van 16.6.2016, blz. 10).

392.    32016 R 1424: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1424 van de Commissie van 25 augustus 2016 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof thifensulfuron-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 231 van 26.8.2016, blz. 25).

393.    32016 R 1429: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1429 van de Commissie van 26 augustus 2016 tot goedkeuring van de werkzame stof Bacillus amyloliquefaciens stam MBI 600 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 232 van 27.8.2016, blz. 1).


394.    32016 R 1978: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1978 van de Commissie van 11 november 2016 tot goedkeuring van de basisstof zonnebloemolie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 305 van 12.11.2016, blz. 23).

395.    32016 R 1826: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 2016/1826 van de Commissie van 14 oktober 2016 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof tricyclazool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 279 van 15.10.2016, blz. 88).

396.    32017 R 0157: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/157 van de Commissie van 30 januari 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof thiabendazool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 25 van 31.1.2017, blz. 5).

397.    32017 R 0239: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/239 van de Commissie van 10 februari 2017 tot goedkeuring van de werkzame stof oxathiapiproline overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 39).

398.    32017 R 0244: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/244 van de Commissie van 10 februari 2017 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof linuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 54).


399.    32017 R 0240: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/240 van de Commissie van 10 februari 2017 tot niet-goedkeuring van etherische olie van Satureja montana L. als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 43).

400.    32017 R 0241: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/241 van de Commissie van 10 februari 2017 tot niet-goedkeuring van etherische olie van Origanum vulgare L. als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 45).

401.    32017 R 0407: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/407 van de Commissie van 8 maart 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof iodosulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 87).

402.    32017 R 0357: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/357 van de Commissie van 28 februari 2017 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof cyclaniliprool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 54 van 1.3.2017, blz. 4).

403.    32017 R 0358: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/358 van de Commissie van 28 februari 2017 tot bevestiging van de goedkeuringsvoorwaarden van de werkzame stof acrinathrin, zoals vermeld in Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 54 van 1.3.2017, blz. 6).


404.    32017 R 0375: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/375 van de Commissie van 2 maart 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de voor vervanging in aanmerking komende werkzame stof prosulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 58 van 4.3.2017, blz. 3).

405.    32017 R 0377: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/377 van de Commissie van 3 maart 2017 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof Pseudozyma flocculosa stam ATCC 64874 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 58 van 4.3.2017, blz. 11).

406.    32017 R 0406: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/406 van de Commissie van 8 maart 2017 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico zwak pepinomozaïekvirusisolaat VX1 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 83).

407.    32017 R 0408: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/408 van de Commissie van 8 maart 2017 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico zwak pepinomozaïekvirusisolaat VC1 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 91).


408.    32017 R 0409: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/409 van de Commissie van 8 maart 2017 tot goedkeuring van de basisstof waterstofperoxide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 63 van 9.3.2017, blz. 95).

409.    32017 R 0419: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/419 van de Commissie van 9 maart 2017 tot goedkeuring van de basisstof Urtica spp. overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 64 van 10.3.2017, blz. 4).

410.    32017 R 0428: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/428 van de Commissie van 10 maart 2017 tot goedkeuring van de basisstof met klei gemengde houtskool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 66 van 11.3.2017, blz. 1).

411.    32017 R 0725: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/725 van de Commissie van 24 april 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof mesotrione overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 107 van 25.4.2017, blz. 24).


412.    32017 R 0753: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/753 van de Commissie van 28 april 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof cyhalofop-butyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 113 van 29.4.2017, blz. 24).

413.    32017 R 0755: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/755 van de Commissie van 28 april 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof mesosulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 113 van 29.4.2017, blz. 35).

414.    32017 R 0781: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/781 van de Commissie van 5 mei 2017 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof methylnonylketone overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 118 van 6.5.2017, blz. 1).

415.    32017 R 0805: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/805 van de Commissie van 11 mei 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof flazasulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 121 van 12.5.2017, blz. 26).


416.    32017 R 0806: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/806 van de Commissie van 11 mei 2017 tot goedkeuring van de werkzame stof Bacillus amyloliquefaciens stam FZB24, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 121 van 12.5.2017, blz. 31).

417.    32017 R 0831: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/831 van de Commissie van 16 mei 2017 tot goedkeuring van de werkzame stof Beauveria bassiana stam 147 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 124 van 17.5.2017, blz. 27).

418.    32017 R 0840: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/840 van de Commissie van 17 mei 2017 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof orthosulfamuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 125 van 18.5.2017, blz. 10).

419.    32017 R 0842: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/842 van de Commissie van 17 mei 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Coniothyrium minitans stam CON/M/91-08 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 125 van 18.5.2017, blz. 16).


420.    32017 R 0843: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/843 van de Commissie van 17 mei 2017 tot goedkeuring van de werkzame stof Beauveria bassiana stam NPP111B005 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 125 van 18.5.2017, blz. 21).

421.    32017 R 1113: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1113 van de Commissie van 22 juni 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof benzoëzuur overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 162 van 23.6.2017, blz. 27).

422.    32017 R 1114: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1114 van de Commissie van 22 juni 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof pendimethalin, die in aanmerking komt voor vervanging, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 162 van 23.6.2017, blz. 32).”

423.    32017 R 1115: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1115 van de Commissie van 22 juni 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof propoxycarbazon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 162 van 23.6.2017, blz. 38).


424.    32017 R 1125: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1125 van de Commissie van 22 juni 2017 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof op geur gebaseerde afweermiddelen van dierlijke of van plantaardige oorsprong/talloliepek overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 163 van 24.6.2017, blz. 10).

425.    32017 R 1186: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1186 van de Commissie van 3 juli 2017 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof op geur gebaseerde afweermiddelen van dierlijke of van plantaardige oorsprong/ruwe tallolie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 171 van 4.7.2017, blz. 131).

426.    32017 R 1491: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1491 van de Commissie van 21 augustus 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof 2,4-DB overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 216 van 22.8.2017, blz. 15).

427.    32017 R 1506: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1506 van de Commissie van 28 augustus 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof maleïnehydrazide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 222 van 29.8.2017, blz. 21).


428.    32017 R 1455: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1455 van de Commissie van 10 augustus 2017 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof picoxystrobin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 208 van 11.8.2017, blz. 28).

429.    32017 R 1496: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1496 van de Commissie van 23 augustus 2017 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof DPX KE 459 (flupyrsulfuron-methyl) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 218 van 24.8.2017, blz. 7).

430.    32017 R 1526: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1526 van de Commissie van 6 september 2017 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof bèta-cypermethrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 231 van 7.9.2017, blz. 1).

431.    32017 R 1529: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1529 van de Commissie van 7 september 2017 tot goedkeuring van de basisstof natriumchloride overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 232 van 8.9.2017, blz. 1).


432.    32017 R 1531: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1531 van de Commissie van 7 september 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof imazamox, die in aanmerking komt voor vervanging, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 232 van 8.9.2017, blz. 6).

433.    32017 R 2057: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2057 van de Commissie van 10 november 2017 tot niet-goedkeuring van Achillea millefolium L. als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 294 van 11.11.2017, blz. 27).

434.    32017 R 2065: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2065 van de Commissie van 13 november 2017 tot bevestiging van de goedkeuringsvoorwaarden van de werkzame stof 8-hydroxyquinoline, zoals vermeld in Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/408, wat betreft de opname van de werkzame stof 8-hydroxyquinoline in de lijst van stoffen die in aanmerking komen om te worden vervangen (PB L 295 van 14.11.2017, blz. 40).

435.    32017 R 2066: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2066 van de Commissie van 13 november 2017 betreffende de goedkeuring van mosterdzaadpoeder als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 295 van 14.11.2017, blz. 43).


436.    32017 R 2067: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2067 van de Commissie van 13 november 2017 tot niet-goedkeuring van paprika-extract (capsanthine, capsorubine E 160c) als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 295 van 14.11.2017, blz. 47).

437.    32017 R 2068: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2068 van de Commissie van 13 november 2017 tot niet-goedkeuring van kaliumsorbaat als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 295 van 14.11.2017, blz. 49).

438.    32017 R 2090: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2090 van de Commissie van 14 november 2017 betreffende de goedkeuring van bier als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 297 van 15.11.2017, blz. 22).

439.    32017 R 2091: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2091 van de Commissie van 14 november 2017 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof iprodion overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 297 van 15.11.2017, blz. 25).


440.    32017 R 2324: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2324 van de Commissie van 12 december 2017 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof glyfosaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 333 van 15.12.2017, blz. 10).

441.    32018 R 0112: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/112 van de Commissie van 24 januari 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico laminarin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 20 van 25.1.2018, blz. 3).

442.    32018 R 0113: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/113 van de Commissie van 24 januari 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof acetamiprid overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 20 van 25.1.2018, blz. 7).

443.    32018 R 0296: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/296 van de Commissie van 27 februari 2018 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof extract van Reynoutria sachalinensis overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 56 van 28.2.2018, blz. 31).


444.    32018 R 0309: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/309 van de Commissie van 1 maart 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof propineb overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 60 van 2.3.2018, blz. 16).

445.    32018 R 0660: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/660 van de Commissie van 26 april 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof bentazon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 110 van 30.4.2018, blz. 122).

446.    32018 R 0679: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/679 van de Commissie van 3 mei 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof forchlorfenuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 114 van 4.5.2018, blz. 18).

447.    32018 R 0691: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/691 van de Commissie van 7 mei 2018 tot goedkeuring van de basisstof talk E 553b overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 117 van 8.5.2018, blz. 6).


448.    32018 R 0692: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/692 van de Commissie van 7 mei 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof zoxamide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 117 van 8.5.2018, blz. 9).

449.    32018 R 0710: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/710 van de Commissie van 14 mei 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof silthiofam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 119 van 15.5.2018, blz. 31).

450.    32018 R 0755: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/755 van de Commissie van 23 mei 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof propyzamide als stof die in aanmerking komt voor vervanging, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 128 van 24.5.2018, blz. 4).

451.    32018 R 1060: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1060 van de Commissie van 26 juli 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof trifloxystrobin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 27.7.2018, blz. 3).


452.    32018 R 1019: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1019 van de Commissie van 18 juli 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof oxasulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 183 van 19.7.2018, blz. 14).

453.    32018 R 1043: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1043 van de Commissie van 24 juli 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof fenamidone overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 188 van 25.7.2018, blz. 9).

454.    32018 R 1061: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1061 van de Commissie van 26 juli 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof carfentrazone-ethyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 190 van 27.7.2018, blz. 8).

455.    32018 R 1075: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1075 van de Commissie van 27 juli 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof Ampelomyces uisqualis stam AQ10 als een werkzame stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 194 van 31.7.2018, blz. 36).


456.    32018 R 1278: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1278 van de Commissie van 21 september 2018 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Pasteuria nishizawae Pn1 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 239 van 24.9.2018, blz. 4).

457.    32018 R 1264: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1264 van de Commissie van 20 september 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof pethoxamide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 238 van 21.9.2018, blz. 71).

458.    32018 R 1265: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1265 van de Commissie van 20 september 2018 tot goedkeuring van de werkzame stof fenpicoxamid overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 238 van 21.9.2018, blz. 77).

459.    32018 R 1294: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1294 van de Commissie van 26 september 2018 tot niet-goedkeuring van pijnboomteer uit Landes als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 243 van 27.9.2018, blz. 5).

460.    32018 R 1295: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1295 van de Commissie van 26 september 2018 tot goedkeuring van de basisstof uienolie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 243 van 27.9.2018, blz. 7).


461.    32018 R 1500: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1500 van de Commissie van 9 oktober 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof thiram, en houdende een verbod op het gebruik en de verkoop van zaden die zijn behandeld met gewasbeschermingsmiddelen die thiram bevatten, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 254 van 10.10.2018, blz. 1).

462.    32018 R 1501: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1501 van de Commissie van 9 oktober 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof pymetrozine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 254 van 10.10.2018, blz. 4).

463.    32018 R 1532: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1532 van de Commissie van 12 oktober 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof diquat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 257 van 15.10.2018, blz. 10).

464.    32018 R 1913: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1913 van de Commissie van 6 december 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof tribenuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 294 van 21.11.2018, blz. 15).


465.    32018 R 1914: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1914 van de Commissie van 6 december 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof quinoxyfen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 17).

466.    32018 R 1915: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1915 van de Commissie van 6 december 2018 tot goedkeuring van de werkzame stof Metschnikowia fructicola stam NRRL Y-27328 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 20).

467.    32018 R 1917: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1917 van de Commissie van 6 december 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof flurtamone overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 311 van 7.12.2018, blz. 27).

468.    32018 R 1865: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1865 van de Commissie van 28 november 2018 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof propiconazool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 304 van 29.11.2018, blz. 6).


469.    32018 R 1981: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1981 van de Commissie van 13 december 2018 tot verlenging van de goedkeuring van de voor vervanging in aanmerking komende werkzame stoffen koperverbindingen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 317 van 14.12.2018, blz. 16).

470.    32019 R 0139: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/139 van de Commissie van 29 januari 2019 tot goedkeuring van de werkzame stof Beauveria bassiana stam IMI389521 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 26 van 30.1.2019, blz. 4).

471.    32019 R 0147: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/147 van de Commissie van 30 januari 2019 tot goedkeuring van de werkzame stof Beauveria bassiana stam PPRI 5339 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 14).

472.    32019 R 0148: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/148 van de Commissie van 30 januari 2019 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof propanil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 18).


473.    32019 R 0151: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/151 van de Commissie van 30 januari 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof Clonostachys rosea stam J1446 als een werkzame stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 27 van 31.1.2019, blz. 26).

474.    32019 R 0158: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/158 van de Commissie van 31 januari 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof methoxyfenozide, die in aanmerking komt voor vervanging, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 31 van 1.2.2019, blz. 21).

475.    32019 R 0337: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/337 van de Commissie van 27 februari 2019 tot goedkeuring van de werkzame stof mefentrifluconazool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 60 van 28.2.2019, blz. 12).

476.    32019 R 0344: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/344 van de Commissie van 28 februari 2019 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof ethoprofos overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 62 van 1.3.2019, blz. 7).


477.    32019 R 0481: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/481 van de Commissie van 22 maart 2019 tot goedkeuring van de werkzame stof flutianil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 82 van 25.3.2019, blz. 19).

478.    32019 R 0677: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/677 van de Commissie van 29 april 2019 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof chloorthalonil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 114 van 30.4.2019, blz. 15).

479.    32019 R 0706: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/706 van de Commissie van 7 mei 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof carvon overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 120 van 8.5.2019, blz. 11), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 0653: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/653 van de Commissie van 14 mei 2020 (PB L 152 van 15.5.2020, blz. 1).

480.    32019 R 0717: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/717 van de Commissie van 8 mei 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof isoxaflutool overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 122 van 10.5.2019, blz. 44).


481.    32019 R 0676: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/676 van de Commissie van 29 april 2019 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico ABE-IT 56 (bestanddelen van het lysaat van Saccharomyces cerevisiae stam DDSF623) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 114 van 30.4.2019, blz. 12).

482.    32019 R 1606: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1606 van de Commissie van 27 september 2019 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof methiocarb overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 250 van 30.9.2019, blz. 53).

483.    32019 R 1085: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1085 van de Commissie van 25 juni 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof 1-methylcyclopropeen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/408 van de Commissie (PB L 171 van 26.6.2019, blz. 110).

484.    32019 R 1090: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1090 van de Commissie van 26 juni 2019 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof dimethoaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 173 van 27.6.2019, blz. 39).


485.    32019 R 1100: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1100 van de Commissie van 27 juni 2019 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof desmedifam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 175 van 28.6.2019, blz. 17).

486.    32019 R 1101: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1101 van de Commissie van 27 juni 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof tolclofos-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 175 van 28.6.2019, blz. 20).

487.    32019 R 1137: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1137 van de Commissie van 3 juli 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof dimethenamid-p overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 180 van 4.7.2019, blz. 3).

488.    32019 R 1138: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1138 van de Commissie van 3 juli 2019 tot goedkeuring van de werkzame stof florpyrauxifenbenzyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 180 van 4.7.2019, blz. 8).


489.    32019 R 1605: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1605 van de Commissie van 27 september 2019 tot goedkeuring van de werkzame stof Bacillus subtilis stam BS03, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 250 van 30.9.2019, blz. 49).

490.    32019 R 1690: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1690 van de Commissie van 9 oktober 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof alfa-cypermethrin, die in aanmerking komt voor vervanging, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 259 van 10.10.2019, blz. 2).

491.    32019 R 0989: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/989 van de Commissie van 17 juni 2019 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof chloorprofam overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 160 van 18.6.2019, blz. 11).

492.    32020 R 0023: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/23 van de Commissie van 13 januari 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof thiacloprid overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 8 van 14.1.2020, blz. 8).


493.    32020 R 0029: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/29 van de Commissie van 14 januari 2020 tot niet-goedkeuring van tannines van takken van de Vitis vinifera als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 9 van 15.1.2020, blz. 1).

494.    32019 R 1675: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1675 van de Commissie van 4 oktober 2019 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof Verticillium albo-atrum stam WCS850 als een stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 257 van 8.10.2019, blz. 6).

495.    32020 R 0017: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/17 van de Commissie van 10 januari 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof chloorpyrifos-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 7 van 13.1.2020, blz. 11).

496.    32020 R 0018: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/18 van de Commissie van 10 januari 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof chloorpyrifos overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 7 van 13.1.2020, blz. 14).


497.    32020 R 0616: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/616 van de Commissie van 5 mei 2020 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof foramsulfuron overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 143 van 6.5.2020, blz. 1).

498.    32020 R 0617: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/617 van de Commissie van 5 mei 2020 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof metalaxyl‐M en tot beperking van het gebruik van zaden die zijn behandeld met gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, alsmede tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 143 van 6.5.2020, blz. 6).

499.    32020 R 0640: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/640 van de Commissie van 12 mei 2020 tot niet-goedkeuring van propolisextract als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 150 van 13.5.2020, blz. 32).

500.    32020 R 0642: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/642 van de Commissie van 12 mei 2020 tot goedkeuring van de basisstof L-cysteïne overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 150 van 13.5.2020, blz. 134).


501.    32020 R 0643: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/643 van de Commissie van 12 mei 2020 tot niet-goedkeuring van wortels van Saponaria officinalis L. als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 150 van 13.5.2020, blz. 138).

502.    32020 R 0646: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/646 van de Commissie van 13 mei 2020 tot goedkeuring van de werkzame stof lavandulylsenecioaat als stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 151 van 14.5.2020, blz. 3).

503.    32020 R 0892: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/892 van de Commissie van 29 juni 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof bèta-cyfluthrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 206 van 30.6.2020, blz. 5).

504.    32020 R 0968: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/968 van de Commissie van 3 juli 2020 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof pyriproxyfen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 213 van 6.7.2020, blz. 7).


505.    32020 R 1003: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1003 van de Commissie van 9 juli 2020 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stoffen Phlebiopsis gigantea stammen VRA 1835, VRA 1984 en FOC PG 410.3 als stoffen met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 127).

506.    32020 R 1004: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1004 van de Commissie van 9 juli 2020 tot goedkeuring van de basisstof koemelk overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 221 van 10.7.2020, blz. 133).

507.    32020 R 1018: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1018 van de Commissie van 13 juli 2020 tot goedkeuring van de stof ijzer(III)pyrofosfaat als werkzame stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 225 van 14.7.2020, blz. 9).

508.    32020 R 1246: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1246 van de Commissie van 2 september 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof fenamifos overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 288 van 3.9.2020, blz. 18).


509.    32020 R 1263: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1263 van de Commissie van 10 september 2020 tot goedkeuring van de werkzame stof natriumwaterstofcarbonaat als stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 297 van 11.9.2020, blz. 1).

510.    32020 R 1276: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1276 van de Commissie van 11 september 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof bromoxynil overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 300 van 14.9.2020, blz. 32), gerectificeerd bij PB L 302 van 16.9.2020, blz. 27.

511.    32020 R 1280: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1280 van de Commissie van 14 september 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof benalaxyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 301 van 15.9.2020, blz. 4).

512.    32020 R 1281: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1281 van de Commissie van 14 september 2020 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof ethametsulfuron-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 301 van 15.9.2020, blz. 7).


513.    32020 R 1498: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1498 van de Commissie van 15 oktober 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof thiofanaat-methyl overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 342 van 16.10.2020, blz. 5).

514.    32020 R 2087: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2087 van de Commissie van 14 december 2020 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof mancozeb overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 423 van 15.12.2020, blz. 50).

515.    32020 R 2101: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2101 van de Commissie van 15 december 2020 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof kiezelgoer (diatomeeënaarde) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 425 van 16.12.2020, blz. 79).

516.    32020 R 2105: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2105 van de Commissie van 15 december 2020 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof etoxazool als stof die in aanmerking komt voor vervanging, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 425 van 16.12.2020, blz. 96).


517.    32021 R 0079: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/79 van de Commissie van 27 januari 2021 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof topramezone overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 29 van 28.1.2021, blz. 8).

518.    32021 R 0080: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/80 van de Commissie van 27 januari 2021 tot niet-goedkeuring van koolstofdioxide als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 29 van 28.1.2021, blz. 10).

519.    32021 R 0081: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/81 van de Commissie van 27 januari 2021 tot goedkeuring van de basisstof extract van uienbollen (Allium cepa L.) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 29 van 28.1.2021, blz. 12).

520.    32021 R 0129: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/129 van de Commissie van 3 februari 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof knoflookextract overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 40 van 4.2.2021, blz. 11).

521.    32021 R 0134: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/134 van de Commissie van 4 februari 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Akanthomyces muscarius stam Ve6 (vroeger Lecanicillium muscarium stam Ve6) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 42 van 5.2.2021, blz. 4).


522.    32021 R 0413: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/413 van de Commissie van 8 maart 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico bloedmeel overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 81 van 9.3.2021, blz. 32).

523.    32021 R 0427: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/427 van de Commissie van 10 maart 2021 tot goedkeuring van de werkzame stof 24-epibrassinolide als stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 84 van 11.3.2021, blz. 21).

524.    32021 R 0464: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/464 van de Commissie van 17 maart 2021 tot niet-goedkeuring van Capsicum annuum L. var. annuum, Longum Groep, cayenne-extract, als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 94 van 18.3.2021, blz. 1).

525.    32021 R 0567: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/567 van de Commissie van 6 april 2021 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico waterig extract van de gekiemde zaden van zoete Lupinus albus overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 118 van 7.4.2021, blz. 6).


526.    32021 R 0795: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/795 van de Commissie van 17 mei 2021 tot intrekking van de goedkeuring van de werkzame stof alfa-cypermethrin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 174 van 18.5.2021, blz. 2).

527.    32021 R 0809: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/809 van de Commissie van 20 mei 2021 tot niet-goedkeuring van gefermenteerd extract van de bladeren van Symphytum officinale L. (smeerwortel) als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 180 van 21.5.2021, blz. 110).

528.    32021 R 0824: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/824 van de Commissie van 21 mei 2021 tot wijziging van Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 540/2011 en (EU) nr. 820/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame stof terbutylazine (PB L 183 van 25.5.2021, blz. 35).

529.    32021 R 0843: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/843 van de Commissie van 26 mei 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof cyazofamide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 186 van 27.5.2021, blz. 20).

530.    32021 R 0853: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/853 van de Commissie van 27 mei 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof Streptomyces stam K61 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 188 van 28.5.2021, blz. 56).


531.    32021 R 0917: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/917 van de Commissie van 7 juni 2021 tot goedkeuring van de werkzame stoffen met een laag risico pepinomozaïekvirus, stam EU, zwak isolaat Abp1 en pepinomozaïekvirus, stam CH2, zwak isolaat Abp2 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 201 van 8.6.2021, blz. 19).

532.    32021 R 1191: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1191 van de Commissie van 19 juli 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof clopyralid overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 258 van 20.7.2021, blz. 37).

533.    32021 R 0428: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/428 van de Commissie van 10 maart 2021 tot vaststelling van gestandaardiseerde gegevensformaten voor de indiening van aanvragen voor de goedkeuring van werkzame stoffen of voor een wijziging van de voorwaarden van een goedkeuring, zoals bedoeld in Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 84 van 11.3.2021, blz. 25).

534.    32021 R 1448: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1448 van de Commissie van 3 september 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico calciumcarbonaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 313 van 6.9.2021, blz. 15).


535.    32021 R 1379: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1379 van de Commissie van 19 augustus 2021 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof famoxadone overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 297 van 20.8.2021, blz. 32).

536.    32021 R 1452: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1452 van de Commissie van 3 september 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof kaliumwaterstofcarbonaat als een stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 313 van 6.9.2021, blz. 30).

537.    32021 R 1455: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1455 van de Commissie van 6 september 2021 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Bacillus amyloliquefaciens stam AH2, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 315 van 7.9.2021, blz. 1).

538.    32021 R 1451: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1451 van de Commissie van 3 september 2021 tot niet-goedkeuring van dimethylsulfide als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 313 van 6.9.2021, blz. 28).


539.    32021 R 2049: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2049 van de Commissie van 24 november 2021 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof cypermethrin als stof die in aanmerking komt voor vervanging, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 420 van 25.11.2021, blz. 6).

540.    32021 R 2081: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2081 van de Commissie van 26 november 2021 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof indoxacarb overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 426 van 29.11.2021, blz. 28).

541.    32022 R 0004: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/4 van de Commissie van 4 januari 2022 tot goedkeuring van de werkzame stof Purpureocillium lilacinum stam PL11 als stof met een laag risico overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 1 van 5.1.2022, blz. 5).

542.    32022 R 0019: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/19 van de Commissie van 7 januari 2022 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof Purpureocillium lilacinum stam 251 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 5 van 10.1.2022, blz. 9).


543.    32022 R 0043: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/43 van de Commissie van 13 januari 2022 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof flumioxazin overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlagen bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie en bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/408 (PB L 9 van 14.1.2022, blz. 7).

544.    32022 R 0159: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/159 van de Commissie van 4 februari 2022 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Bacillus amyloliquefaciens stam IT-45, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 26 van 7.2.2022, blz. 7).

545.    32022 R 0094: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/94 van de Commissie van 24 januari 2022 tot niet-verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof fosmet overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 16 van 25.1.2022, blz. 33).

546.    32022 R 0698: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/698 van de Commissie van 3 mei 2022 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof bifenazaat overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 130 van 4.5.2022, blz. 3).


547.    32022 R 0740: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/740 van de Commissie van 13 mei 2022 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof 1,3-dichloorpropeen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 137 van 16.5.2022, blz. 10).

548.    32022 R 0751: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/751 van de Commissie van 16 mei 2022 tot niet-goedkeuring van de werkzame stof chloorpicrine overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 138 van 17.5.2022, blz. 11).

549.    32022 R 1443: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1443 van de Commissie van 31 augustus 2022 tot niet-goedkeuring van dimethylsulfide als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 227 van 1.9.2022, blz. 123).

550.    32022 R 1444: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1444 van de Commissie van 31 augustus 2022 tot niet-goedkeuring van zwarte zeep E 470a als basisstof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PB L 227 van 1.9.2022, blz. 125).

551.    32022 R 1474: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1474 van de Commissie van 6 september 2022 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico schapenvet overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 232 van 7.9.2022, blz. 3).


552.    32022 R 0383: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/383 van de Commissie van 4 maart 2022 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Metarhizium brunneum stam Ma 43 (vroeger Metarhizium anisopliae var. anisopliae stam BIPESCO 5/F52) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 76 van 7.3.2022, blz. 1).

553.    32022 R 0437: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/437 van de Commissie van 16 maart 2022 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stof kooldioxide overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 89 van 17.3.2022, blz. 3).

554.    32022 R 0501: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/501 van de Commissie van 25 maart 2022 tot goedkeuring van de werkzame stof Beauveria bassiana stam 203 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 102 van 30.3.2022, blz. 1).

555.    32022 R 0456: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/456 van de Commissie van 21 maart 2022 tot goedkeuring van de basisstof chitosan overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 (PB L 93 van 22.3.2022, blz. 138).


556.    32022 R 0496: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/496 van de Commissie van 28 maart 2022 tot goedkeuring van de werkzame stof met een laag risico Spodoptera exigua multicapsid nucleopolyhedrovirus (SeMNPV), isolaat BV-0004, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 101 van 29.3.2022, blz. 1).

557.    32022 R 1251: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1251 van de Commissie van 19 juli 2022 tot verlenging van de goedkeuring van de werkzame stoffen onvertakte vlinderferomonen (acetaten) als werkzame stoffen met een laag risico, en onvertakte vlinderferomonen (aldehyden en alcoholen) overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad, en tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 van de Commissie (PB L 191 van 20.7.2022, blz. 35).

558.    32014 D 0756: Uitvoeringsbesluit 2014/756/EU van de Commissie van 29 oktober 2014 betreffende door Duitsland overeenkomstig Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad aangemelde beperkingen van de toelatingen voor het gebruik van IPBC en propiconazool bevattende biociden (PB L 311 van 31.10.2014, blz. 69).

559.    32014 D 0757: Uitvoeringsbesluit 2014/757/EU van de Commissie van 29 oktober 2014 betreffende door Duitsland overeenkomstig Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad gemelde beperkingen van de toelating voor een IPBC bevattend biocide (PB L 311 van 31.10.2014, blz. 72).


560.    32014 D 0758: Uitvoeringsbesluit 2014/758/EU van de Commissie van 29 oktober 2014 tot afwijzing van de door Duitsland overeenkomstig Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad voorgestelde weigering een biocide toe te laten (PB L 311 van 31.10.2014, blz. 75).

561.    32016 R 0009: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/9 van de Commissie van 5 januari 2016 betreffende het gezamenlijk indienen en het uitwisselen van gegevens overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (Reach) (PB L 3 van 6.1.2016, blz. 41).

562.    32016 R 0672: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/672 van de Commissie van 29 april 2016 tot goedkeuring van perazijnzuur als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 1, 2, 3, 4, 5 en 6 (PB L 116 van 30.4.2016, blz. 3).

563.    32016 D 0678: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/678 van de Commissie van 29 april 2016 ingevolge artikel 3, lid 3, van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende een in de handel gebracht mottenwerend product bestaande uit gedroogde lavendelbloesems in een kussentje (PB L 116, 30.4.2016, blz. 37).

564.    32017 D 1532: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1532 van de Commissie van 7 september 2017 tot behandeling van kwesties met betrekking tot de vergelijkende evaluatie van bloedstollingsremmende rodenticiden, overeenkomstig artikel 23, lid 5, van Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 232 van 8.9.2017, blz. 11).

565.    32017 R 2001: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2001 van de Commissie van 8 november 2017 tot goedkeuring van propaan-1-ol als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden voor de productsoorten 1, 2 en 4 (PB L 290 van 9.11.2017, blz. 1).


566.    32017 R 2002: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2002 van de Commissie van 8 november 2017 tot goedkeuring van L(+)-melkzuur als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 2, 3 en 4 (PB L 290 van 9.11.2017, blz. 4).

567.    2017 R 2003: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2003 van de Commissie van 8 november 2017 tot goedkeuring van fludioxonil als werkzame stof voor gebruik in biociden van de productsoorten 7, 9 en 10 (PB L 290 van 9.11.2017, blz. 7).

568.    32017 R 2004: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2004 van de Commissie van 8 november 2017 tot goedkeuring van 2-methylisothiazol-3(2H)-on als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 12 (PB L 290 van 9.11.2017, blz. 11).

569.    32017 R 2005: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2005 van de Commissie van 8 november 2017 tot goedkeuring van margosa-extract, koudgeperste olie van zaden van Azadirachta indica zonder dop, geëxtraheerd met superkritisch koolstofdioxide, als bestaande werkzame stof voor gebruik in biociden van productsoort 19 (PB L 290 van 9.11.2017, blz. 14).

570.    32017 R 2100: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/2100 van de Commissie van 4 september 2017 tot vaststelling van wetenschappelijke criteria voor het bepalen van hormoonontregelende eigenschappen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 301 van 17.11.2017, blz. 1).

HANDELINGEN WAARVAN DE GEASSOCIEERDE PARTIJEN NOTA NEMEN

1.    Mededeling betreffende Beschikking 81/437/EEG van de Commissie van 11 mei 1981 tot vaststelling van de criteria volgens welke de gegevens inzake de inventaris van chemische stoffen door de lidstaten en de Commissie worden verstrekt (PB L 79 van 31.3.1982, blz. 3).


2.    Publicatie van de EINECS-inventaris (PB C 146 van 15.6.1990, blz. 4).

3.    Het Europees Bureau voor chemische stoffen. Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement (PB C 1 van 5.1.1993, blz. 3).

4.    Mededeling – Derde publicatie van de Europese lijst van stoffen waarvan kennisgeving is gedaan (Elincs) (PB C 130 van 10.5.1993, blz. 1).

5.    Mededeling overeenkomstig artikel 2 van Besluit 85/71/EEG van de Commissie van 21 december 1984 inzake de lijst van chemische stoffen waarvan kennisgeving is gedaan krachtens Richtlijn 67/548/EEG van de Raad betreffende de aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke stoffen (PB C 130 van 10.5.1993, blz. 2).

6.    31999 X 0721: Aanbeveling 1999/721/EG van de Commissie van 12 oktober 1999 inzake de resultaten van de risicobeoordeling en inzake de strategieën voor de beperking van de risico's voor de stoffen 2-(2-butoxyethoxy)ethanol; 2-(2-methoxyethoxy)ethanol; alkanen; C10-13-, chloor-, benzeen, C10-13-alkylderivaten. (PB L 292 van 13.11.1999, blz. 42).

7.    32001 H 0194: Aanbeveling 2001/194/EG van de Commissie van 5 maart 2001 inzake de resultaten van de risicobeoordeling en inzake de risicobeperkingsstrategieën voor de stoffen: difenylether, pentabroomderivaat; cumeen (PB L 69 van 10.3.2001, blz. 30).

8.    32001 H 0838: Aanbeveling 2001/838/EG van de Commissie van 7 november 2001 inzake de resultaten van de risicobeoordeling en inzake de strategieën voor de beperking van de risico's voor de stoffen: acrylaldehyd; dimethylsulfaat; nonylfenol; fenol, 4-nonyl-, vertakt; tert-butylmethylether (PB L 319 van 4.12.2001, blz. 30).


9.    32002 H 0755: Aanbeveling 2002/755/EG van de Commissie van 16 september 2002 inzake de resultaten van de risicobeoordeling en de strategie voor de beperking van de risico’s voor de stof difenylether, octabroomderivaat (PB L 249 van 17.9.2002, blz. 27).

10.    32002 H 0575: Aanbeveling 2002/575/EG van de Commissie van 4 juli 2002 inzake de resultaten van de risicobeoordeling en inzake de strategieën voor de beperking van de risico's voor de stoffen: o-anisidine en 1,4-dioxaan (PB L 181 van 11.7.2002, blz. 29).

11.    32002 H 0576: Aanbeveling 2002/576/EG van de Commissie van 4 juli 2002 inzake de resultaten van de risicobeoordeling van de stoffen: ethylacetoacetaat, 4-chloor-o-kresol en dimethyldioctadecylammoniumchloride (PB L 181 van 11.7.2002, blz. 35).

12.    32004 H 0394: Aanbeveling 2004/394/EG van de Commissie van 29 april 2004 inzake de resultaten van de risicobeoordeling en inzake de strategieën voor de beperking van de risico's voor de stoffen: acetonitril; acrylamide; acrylonitril; acrylzuur; butadieen; waterstoffluoride; waterstofperoxide; methacrylzuur; methylmethacrylaat; tolueen; trichlorobenzeen (PB L 144 van 30.4.2004, blz. 72), gerectificeerd bij PB L 199 van 7.6.2004, blz. 41.

13.    32006 H 0283: Aanbeveling van de Commissie van 11 april 2006 betreffende risicoreductiemaatregelen voor de stoffen: dibutylftalaat; 3,4-dichlooraniline; di„isodecyl”ftalaat; 1,2-benzeendicarbonzuur, di-C 9-11-vertakte alkylesters, C10 -rijk; di„isononyl”-ftalaat; 1,2-benzeendicarbonzuur, di-C8-10-vertakte alkylesters, C9-rijk; ethyleendiaminetetraacetaat; methylacetaat; monochloorazijnzuur; n-pentaan; tetranatriumethyleendiaminetetraacetaat (PB L 104 van 13.4.2006, blz. 45).


HOOFDSTUK 13

COSMETICA

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van de in dit hoofdstuk vermelde rechtshandelingen van de EU met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is drie jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32009 R 1223: Verordening (EG) nr. 1223/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2009 betreffende cosmetische producten (herschikking) (PB L 342 van 22.12.2009, blz. 59), zoals gewijzigd bij:

   32013 R 0344: Verordening (EU) nr. 344/2013 van de Commissie van 4 april 2013 (PB L 114 van 25.4.2013, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 142 van 29.5.2013, blz. 10,

   32013 R 0483: Verordening (EU) nr. 483/2013 van de Commissie van 24 mei 2013 (PB L 139 van 25.5.2013, blz. 8),

   32013 R 0658: Verordening (EU) nr. 658/2013 van de Commissie van 10 juli 2013 (PB L 190 van 11.7.2013, blz. 38),

   32013 R 1197: Verordening (EU) nr. 1197/2013 van de Commissie van 25 november 2013 (PB L 315 van 26.11.2013, blz. 34),


   32014 R 0358: Verordening (EU) nr. 358/2014 van de Commissie van 9 april 2014 (PB L 107 van 10.4.2014, blz. 5),

   32014 R 0866: Verordening (EU) nr. 866/2014 van de Commissie van 8 augustus 2014 (PB L 238 van 9.8.2014, blz. 3), gerectificeerd bij PB L 254 van 28.8.2014, blz. 39,

   32014 R 1003: Verordening (EU) nr. 1003/2014 van de Commissie van 18 september 2014 (PB L 282 van 26.9.2014, blz. 1),

   32014 R 1004: Verordening (EU) nr. 1004/2014 van de Commissie van 18 september 2014 (PB L 282 van 26.9.2014, blz. 5),

   32015 R 1190: Verordening (EU) 2015/1190 van de Commissie van 20 juli 2015 (PB L 193 van 21.7.2015, blz. 115),

   32015 R 1298: Verordening (EU) 2015/1298 van de Commissie van 28 juli 2015 (PB L 199 van 29.7.2015, blz. 22),

   32016 R 0314: Verordening (EU) 2016/314 van de Commissie van 4 maart 2016 (PB L 60 van 5.3.2016, blz. 59), gerectificeerd bij PB L 17 van 21.1.2017, blz. 52.

   32016 R 0621: Verordening (EU) 2016/621 van de Commissie van 21 april 2016 (PB L 106 van 22.4.2016, blz. 4),

   32016 R 0622: Verordening (EU) 2016/622 van de Commissie van 21 april 2016 (PB L 106 van 22.4.2016, blz. 7),


   32016 R 1120: Verordening (EU) 2016/1120 van de Commissie van 11 juli 2016 (PB L 187 van 12.7.2016, blz. 1),

   32016 R 1121: Verordening (EU) 2016/1121 van de Commissie van 11 juli 2016 (PB L 187 van 12.7.2016, blz. 4),

   32016 R 1143: Verordening (EU) 2016/1143 van de Commissie van 13 juli 2016 (PB L 189 van 14.7.2016, blz. 40),

   32016 R 1198: Verordening (EU) 2016/1198 van de Commissie van 22 juli 2016 (PB L 198 van 23.7.2016, blz. 10),

   32017 R 0237: Verordening (EU) 2017/237 van de Commissie van 10 februari 2017 (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 12),

   32017 R 0238: Verordening (EU) 2017/238 van de Commissie van 10 februari 2017 (PB L 36 van 11.2.2017, blz. 37),

   32017 R 1224: Verordening (EU) 2017/1224 van de Commissie van 6 juli 2017 (PB L 174 van 7.7.2017, blz. 16),

   32017 R 1410: Verordening (EU) 2017/1410 van de Commissie van 2 augustus 2017 (PB L 202 van 3.8.2017, blz. 1),

   32017 R 1413: Verordening (EU) 2017/1413 van de Commissie van 3 augustus 2017 (PB L 203 van 4.8.2017, blz. 1),


   32017 R 2228: Verordening (EU) 2017/2228 van de Commissie van 4 december 2017 (PB L 319 van 5.12.2017, blz. 2), gerectificeerd bij PB L 326 van 9.12.2017, blz. 55,

   32018 R 0885: Verordening (EU) 2018/885 van de Commissie van 20 juni 2018 (PB L 158 van 21.6.2018, blz. 1),

   32018 R 0978: Verordening (EU) 2018/978 van de Commissie van 9 juli 2018 (PB L 176 van 12.7.2018, blz. 3), gerectificeerd bij PB L 183 van 19.7.2018, blz. 27,

   32018 R 1847: Verordening (EU) 2018/1847 van de Commissie van 26 november 2018 (PB L 300 van 27.11.2018, blz. 1),

   32019 R 0680: Verordening (EU) 2019/680 van de Commissie van 30 april 2019 (PB L 115 van 2.5.2019, blz. 3),

   32019 R 0681: Verordening (EU) 2019/681 van de Commissie van 30 april 2019 (PB L 115 van 2.5.2019, blz. 5),

   32019 R 0698: Verordening (EU) 2019/698 van de Commissie van 30 april 2019 (PB L 119 van 7.5.2019, blz. 66),

   32019 R 0831: Verordening (EU) 2019/831 van de Commissie van 22 mei 2019 (PB L 137 van 23.5.2019, blz. 29),

   32017 R 0745: Verordening (EU) 2017/745 van het Europees Parlement en de Raad van 5 april 2017 (PB L 117 van 5.5.2017, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 117 van 3.5.2019, blz. 9,


   32019 R 1257: Verordening (EU) 2019/1257 van de Commissie van 23 juli 2019 (PB L 196 van 24.7.2019, blz. 5),

   32019 R 1857: Verordening (EU) 2019/1857 van de Commissie van 6 november 2019 (PB L 286 van 7.11.2019, blz. 3),

   32019 R 1858: Verordening (EU) 2019/1858 van de Commissie van 6 november 2019 (PB L 286 van 7.11.2019, blz. 7),

   32019 R 1966: Verordening (EU) 2019/1966 van de Commissie van 27 november 2019 (PB L 307 van 28.11.2019, blz. 15),

   32020 R 1682: Verordening (EU) 2020/1682 van de Commissie van 12 november 2020 (PB L 379 van 13.11.2020, blz. 31),

   32020 R 1683: Verordening (EU) 2020/1683 van de Commissie van 12 november 2020 (PB L 379 van 13.11.2020, blz. 34), gerectificeerd bij PB L 397 van 26.11.2020, blz. 30,

   32020 R 1684: Verordening (EU) 2020/1684 van de Commissie van 12 november 2020 (PB L 379 van 13.11.2020, blz. 42),

   32021 R 0850: Verordening (EU) 2021/850 van de Commissie van 26 mei 2021 (PB L 188 van 28.5.2021, blz. 44), gerectificeerd bij PB L 214 van 17.6.2021, blz. 68,

   32021 R 1099: Verordening (EU) 2021/1099 van de Commissie van 5 juli 2021 (PB L 238 van 6.7.2021, blz. 29), gerectificeerd bij PB L 365 van 14.10.2021, blz. 46,


   32021 R 1902: Verordening (EU) 2021/1902 van de Commissie van 29 oktober 2021 (PB L 387 van 3.11.2021, blz. 120),

   32022 R 0135: Verordening (EU) 2022/135 van de Commissie van 31 januari 2022 (PB L 22 van 1.2.2022, blz. 2),

   32022 R 1176: Verordening (EU) 2022/1176 van de Commissie van 7 juli 2022 (PB L 183 van 8.7.2022, blz. 51),

   32022 R 1181: Verordening (EU) 2022/1181 van de Commissie van 8 juli 2022 (PB L 184 van 11.7.2022, blz. 3),

   32022 R 1531: Verordening (EU) 2022/1531 van de Commissie van 15 september 2022 (PB L 240 van 16.9.2022, blz. 3),

   32022 R 2195: Verordening (EU) 2022/2195 van de Commissie van 10 november 2022 (PB L 292 van 11.11.2022, blz. 32).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van de verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Andorra krijgt geen toegang tot het Europese kennisgevingsportaal voor cosmetische producten tijdens de overgangsperiode van drie jaar die op dit hoofdstuk van toepassing is.

2.    32013 D 0674: Uitvoeringsbesluit 2013/674/EU van de Commissie van 25 november 2013 inzake richtsnoeren met betrekking tot bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1223/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende cosmetische producten (PB L 315 van 26.11.2013, blz. 82).


3.    32013 R 0655: Verordening (EU) nr. 655/2013 van de Commissie van 10 juli 2013 tot vaststelling van gemeenschappelijke criteria voor de rechtvaardiging van beweringen over cosmetische producten (PB L 190 van 11.7.2013, blz. 31).

4.    380 L 1335: Eerste Richtlijn 80/1335/EEG van de Commissie van 22 december 1980 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake analysemethoden die moeten worden toegepast om de samenstelling van cosmetische producten te controleren (PB L 383 van 31.12.1980, blz. 27), zoals gewijzigd bij:

   387 L 0143: Richtlijn 87/143/EEG van 10 februari 1987 (PB L 57 van 27.2.1987, blz. 56).

5.    382 L 0434: Tweede Richtlijn 82/434/EEG van de Commissie van 14 mei 1982 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake analysemethoden die moeten worden toegepast om de samenstelling van cosmetische producten te controleren (PB L 185 van 30.6.1982, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   390 L 0207: Richtlijn 90/207/EEG van 4 april 1990 (PB L 108 van 28.4.1990, blz. 92).

6.    383 L 0514: Derde Richtlijn 83/514/EEG van de Commissie van 27 september 1983 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake analysemethoden die moeten worden toegepast om de samenstelling van cosmetische producten te controleren (PB L 291 van 24.10.1983, blz. 9).

7.    385 L 0490: Vierde Richtlijn 85/490/EEG van de Commissie van 11 oktober betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake analysemethoden die moeten worden toegepast om de samenstelling van cosmetische producten te controleren (PB L 295 van 7.11.1985, blz. 30).


8.    393 L 0073: Vijfde Richtlijn 93/73/EEG van de Commissie van 9 september 1993 inzake analysemethoden die moeten worden toegepast om de samenstelling van cosmetische producten te controleren (PB L 231 van 14.9.1993, blz. 34).

9.    395 L 0032: Zesde Richtlijn 95/32/EG van de Commissie van 7 juli 1995 inzake voor de controle op de samenstelling van cosmetische producten toe te passen analysemethoden (PB L 178 van 28.7.1995, blz. 20).

10.    396 L 0045: Zevende Richtlijn 96/45/EG van de Commissie van 2 juli 1996 inzake voor de controle op de samenstelling van cosmetische producten toe te passen analysemethoden (PB L 213 van 22.8.1996, blz. 8).

11.    32022 D 0677: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/677 van de Commissie van 31 maart 2022 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 1223/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de woordenlijst van gemeenschappelijke benamingen van ingrediënten voor gebruik bij de etikettering van cosmetische producten (PB L 127 van 29.4.2022, blz. 1).

HANDELINGEN WAARVAN DE GEASSOCIEERDE PARTIJEN NOTA NEMEN

1.    32006 H 0406: Aanbeveling 2006/406/EG van de Commissie van 7 juni 2006 tot vaststelling van richtsnoeren voor het gebruik van vermeldingen dat er geen dierproeven zijn uitgevoerd overeenkomstig Richtlijn 76/768/EEG van de Raad (PB L 158 van 10.6.2006, blz. 18).

2.    32006 H 0647: Aanbeveling 2006/647/EG van de Commissie van 22 september 2006 inzake de doeltreffendheid van zonnebrandmiddelen en de vermeldingen dienaangaande (PB L 265 van 26.9.2006, blz. 39).


HOOFDSTUK 14

MILIEUBESCHERMING

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    31998 L 0070: Richtlijn 98/70/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 oktober 1998 betreffende de kwaliteit van benzine en van dieselbrandstof en tot wijziging van Richtlijn 93/12/EG van de Raad (PB L 350 van 28.12.1998, blz. 58), zoals gewijzigd bij:

   32000 L 0071: Richtlijn 2000/71/EG van de Commissie van 7 november 2000 (PB L 287 van 14.11.2000, blz. 46),

   32003 L 0017: Richtlijn 2003/17/EC van het Europees Parlement en de Raad van 3 maart 2003 (PB L 76 van 22.3.2003, blz. 10),

   32009 L 0030: Richtlijn 2009/30/EC van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 (PB L 140 van 5.6.2009, blz. 88),

   32011 L 0063: Richtlijn 2011/63/EG van de Commissie van 1 juni 2011 (PB L 147 van 2.6.2011, blz. 15),

   32014 L 0077: Richtlijn 2014/77/EG van de Commissie van 10 juni 2014 (PB L 170 van 11.6.2014, blz. 62),

   32015 L 1513: Richtlijn (EU) 2015/1513 van het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 (PB L 239 van 15.9.2015, blz. 1),


   32018 R 1999: Verordening (EU) 2018/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 (PB L 328 van 21.12.2018, blz. 1).

Voor de toepassingen van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze richtlijn met de volgende aanpassingen gelezen:

a)    Artikel 7, punten a) tot en met e), is niet van toepassing.

b)    Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing op artikel 8 van de richtlijn. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is een jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

2.    32016 L 0802: Richtlijn (EU) 2016/802 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 betreffende een vermindering van het zwavelgehalte van bepaalde vloeibare brandstoffen (PB L 132 van 21.5.2016, blz. 58).

3.    32015 D 0887: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/887 van de Commissie van 9 juni 2015 inzake de erkenning van de regeling “Scottish Quality Farm Assured Combinable Crops Limited” voor het aantonen van de naleving van de duurzaamheidscriteria overeenkomstig de Richtlijnen 98/70/EG en 2009/28/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Uitvoeringsbesluit 2012/427/EU van de Commissie (PB L 144 van 10.6.2015, blz. 17).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van het besluit met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor de inbedrijfstelling van productieprocessen voor biobrandstoffen en vloeibare biomassa op zijn grondgebied.


4.    32002 D 0159: Beschikking 2002/159/EG van de Commissie van 18 februari 2002 betreffende een gemeenschappelijk model voor de indiening van samenvattingen van nationale gegevens over de brandstofkwaliteit (PB L 53 van 23.2.2002, blz. 30).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van dit besluit met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is een jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

5.    32011 D 0013: Besluit 2011/13/EU van de Commissie van 12 januari 2011 inzake door marktdeelnemers aan de lidstaten mee te delen informatie betreffende biobrandstoffen en biovloeistoffen (PB L 9 van 13.1.2011, blz. 11).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van dit besluit met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor de inbedrijfstelling van productieprocessen voor biobrandstoffen en vloeibare biomassa op zijn grondgebied.

6.    32014 R 1307: Verordening (EU) nr. 1307/2014 van de Commissie van 8 december 2014 houdende vaststelling van de criteria en geografische grenzen van graslanden met grote biodiversiteit voor de doeleinden van artikel 7 ter, lid 3, onder c), van Richtlijn 98/70/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de kwaliteit van benzine en van dieselbrandstof en artikel 17, lid 3, punt c), van Richtlijn 2009/28/EG van het Europees Parlement en de Raad ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen (PB L 351 van 9.12.2014, blz. 3).


Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor de inbedrijfstelling van productieprocessen voor benzine en dieselbrandstof op zijn grondgebied.

7.    32015 L 0652: Richtlijn (EU) 2015/652 van de Raad van 20 april 2015 tot vaststelling van berekeningsmethoden en rapportageverplichtingen overeenkomstig Richtlijn 98/70/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de kwaliteit van benzine en van dieselbrandstof (PB L 107 van 25.4.2015, blz. 26), gerectificeerd bij PB L 129 van 27.5.2015, blz. 53, zoals gewijzigd bij:

   32018 R 1999: Verordening (EU) 2018/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 (PB L 328 van 21.12.2018, blz. 1).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze richtlijn met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor de inbedrijfstelling van productieprocessen voor benzine en dieselbrandstof op zijn grondgebied.

8.    31994 L 0062: Richtlijn 94/62/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 1994 betreffende verpakking en verpakkingsafval (PB L 365 van 31.12.1994, blz. 10), zoals gewijzigd bij:

   32004 L 0012: Richtlijn 2004/12/EC van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 (PB L 47 van 18.2.2004, blz. 26),


   32005 L 0020: Richtlijn 2005/20/EC van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2005 (PB L 70 van 16.3.2005, blz. 17),

   32013 L 0002: Richtlijn 2013/2/EG van de Commissie van 7 februari 2013 (PB L 37 van 8.2.2013, blz. 10).

   32015 L 0720: Richtlijn (EU) 2015/720 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2015 (PB L 115 van 6.5.2015, blz. 11),

   32018 L 0852: Richtlijn (EU) 2018/852 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 tot wijziging van Richtlijn 94/62/EG betreffende verpakking en verpakkingsafval (PB L 150 van 14.6.2018, blz. 141).

Voor de toepassingen van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze richtlijn met de volgende aanpassingen gelezen:

a)    Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing op artikel 6, lid 1, punten f) en g), van de richtlijn. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is vijf jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

b)    Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing op artikelen 7 en 12 van de richtlijn. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

c)    Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing op artikel 11 van de richtlijn. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor de inbedrijfstelling van productieprocessen voor verpakking of verpakkingscomponenten die zware metalen bevatten op zijn grondgebied.


9.    397 D 0129: Beschikking 97/129/EG van de Commissie van 28 januari 1997 tot vaststelling van het identificatiesysteem voor verpakkingsmaterialen overeenkomstig Richtlijn 94/62/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende verpakking en verpakkingsafval (PB L 50 van 20.2.1997, blz. 28).

10.    32001 D 0171: Beschikking 2001/171/EG van de Commissie van 19 februari 2001 tot vaststelling van de voorwaarden voor een afwijking voor glazen verpakkingen van de bij Richtlijn 94/62/EG betreffende verpakking en verpakkingsafval vastgestelde grenswaarden voor de concentratie van zware metalen (PB L 62 van 2.3.2001, blz. 20), zoals gewijzigd bij:

   32006 D 0340: Besluit 2006/340/EG van de Commissie van 8 mei 2006 (PB L 125 van 12.5.2006, blz. 43).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van dit besluit met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor de inbedrijfstelling van productieprocessen voor verpakking of verpakkingscomponenten die zware metalen bevatten op zijn grondgebied.

11.    32005 D 0270: Beschikking 2005/270/EG van de Commissie van 22 maart 2005 tot vaststelling van de tabellen voor het databanksysteem overeenkomstig Richtlijn 94/62/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende verpakking en verpakkingsafval (PB L 86 van 5.4.2005, blz. 6), zoals gewijzigd bij:

   32018 D 0896: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/896 van de Commissie van 19 juni 2018 (PB L 160 van 25.6.2018, blz. 6),


   32019 D 0665: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/665 van de Commissie van 17 april 2019 (PB L 112 van 26.4.2019, blz. 26).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van dit besluit met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

12.    32009 D 0292: Beschikking 2009/292/EG van de Commissie van 24 maart 2009 tot vaststelling van de voorwaarden voor een afwijking ten aanzien van de bij Richtlijn 94/62/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende verpakking en verpakkingsafval vastgestelde concentraties van zware metalen in kunststof kratten en kunststof paletten (PB L 79 van 25.3.2009, blz. 44).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van dit besluit met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor de inbedrijfstelling van productieprocessen voor kunststof kratten en kunststof paletten die zware metalen bevatten op zijn grondgebied.


13.    31994 L 0063: Richtlijn 94/63/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 1994 betreffende de beheersing van de uitstoot van vluchtige organische stoffen (VOS) als gevolg van de opslag van benzine en de distributie van benzine vanaf terminals naar benzinestations (PB L 365 van 31.12.1994, blz. 24), zoals gewijzigd bij:

   32018 D 0853: Besluit (EU) 2018/853 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 (PB L 150 van 14.6.2018, blz. 155).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze richtlijn met de volgende aanpassing gelezen:

Met betrekking tot de artikelen 3 en 4 van deze richtlijn is artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst van toepassing. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor de opslag van benzine en de distributie daarvan vanaf terminals naar benzinestations op zijn grondgebied.

14.    32004 L 0042: Richtlijn 2004/42/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 inzake de beperking van emissies van vluchtige organische stoffen ten gevolge van het gebruik van organische oplosmiddelen in bepaalde verven en vernissen en producten voor het overspuiten van voertuigen, en tot wijziging van Richtlijn 1999/13/EG (PB L 143 van 30.4.2004, blz. 87), zoals gewijzigd bij:

   32010 L 0079: Richtlijn 2010/79/EG van de Commissie van 19 november 2010 (PB L 304 van 20.11.2010, blz. 18),

   32008 L 0112: Richtlijn 2008/112/EC van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 (PB L 345 van 23.12.2008, blz. 68),


   32019 R 1020: Verordening (EU) 2019/1020 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 169 van 25.6.2019, blz. 1).

15.    32014 R 0517: Verordening (EU) nr. 517/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende gefluoreerde broeikasgassen en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 842/2006 (PB L 150 van 20.5.2014, blz. 195).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassingen gelezen:

a)    Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

b)    De artikelen 14 tot en met 19, en artikel 25, lid 2, zijn niet van toepassing.

16.    32015 R 2065: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2065 van de Commissie van 17 november 2015 tot vaststelling, ingevolge Verordening (EU) nr. 517/2014 van het Europees Parlement en de Raad, van het model voor de kennisgeving van opleidings- en certificeringsprogramma’s van de lidstaten (PB L 301 van 18.11.2015, blz. 14).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.


17.    32015 R 2066: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2066 van de Commissie van 17 november 2015 tot vaststelling, ingevolge Verordening (EU) nr. 517/2014 van het Europees Parlement en de Raad, van minimumeisen en de voorwaarden voor wederzijdse erkenning voor de certificering van natuurlijke personen die gefluoreerde broeikasgassen bevattende elektrische schakelinrichtingen installeren, servicen, onderhouden, repareren of buiten dienst stellen of gefluoreerde broeikasgassen terugwinnen uit stationaire elektrische schakelinrichtingen (PB L 301 van 18.11.2015, blz. 22).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

18.    32015 R 2067: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2067 van de Commissie van 17 november 2015 tot vaststelling, ingevolge Verordening (EU) nr. 517/2014 van het Europees Parlement en de Raad, van minimumeisen en de voorwaarden voor wederzijdse erkenning voor de certificering van natuurlijke personen betreffende stationaire koel-, klimaatregelings- en warmtepompapparatuur en koeleenheden op koelwagens en koelaanhangwagens die gefluoreerde broeikasgassen bevatten, en voor de certificering van bedrijven betreffende stationaire koel-, klimaatregelings- en warmtepompapparatuur die gefluoreerde broeikasgassen bevat (PB L 301 van 18.11.2015, blz. 28).


Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

19.    32015 R 2068: Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2068 van de Commissie van 17 november 2015 tot vaststelling, ingevolge Verordening (EU) nr. 517/2014 van het Europees Parlement en de Raad, van het format van etiketten voor producten en apparatuur die gefluoreerde broeikasgassen bevatten (PB L 301 van 18.11.2015, blz. 39).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

20.    32007 R 1497: Verordening (EG) nr. 1497/2007 van de Commissie van 18 december 2007 tot vaststelling, ingevolge Verordening (EG) nr. 842/2006 van het Europees Parlement en de Raad, van basisvoorschriften inzake controle op lekkage van stationaire brandbeveiligingssystemen die bepaalde gefluoreerde broeikasgassen bevatten (PB L 333 van 19.12.2007, blz. 4).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.


21.    32007 R 1516: Verordening (EG) nr. 1516/2007 van de Commissie van 19 december 2007 tot vaststelling, ingevolge Verordening (EG) nr. 842/2006 van het Europees Parlement en de Raad, van basisvoorschriften inzake controle op lekkage van stationaire koel-, klimaatregelings- en warmtepompapparatuur die bepaalde gefluoreerde broeikasgassen bevat (PB L 335 van 20.12.2007, blz. 10).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

22.    32008 R 0304: Verordening (EG) nr. 304/2008 van de Commissie van 2 april 2008 tot vaststelling, ingevolge Verordening (EG) nr. 842/2006 van het Europees Parlement en de Raad, van minimumeisen en de voorwaarden voor wederzijdse erkenning van de certificering van bedrijven en personeel op het gebied van stationaire brandbeveiligingssystemen en brandblusapparaten die bepaalde gefluoreerde broeikasgassen bevatten (PB L 92 van 3.4.2008, blz. 12).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.


23.    32008 R 0306: Verordening (EG) nr. 306/2008 van de Commissie van 2 april 2008 tot vaststelling, ingevolge Verordening (EG) nr. 842/2006 van het Europees Parlement en de Raad, van minimumeisen en de voorwaarden voor wederzijdse erkenning van de certificering van personeel voor de terugwinning van bepaalde oplosmiddelen op basis van gefluoreerde broeikasgassen uit apparatuur (PB L 92 van 3.4.2008, blz. 21), gerectificeerd bij PB L 280 van 23.10.2008, blz. 38.

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

24.    32008 R 0307: Verordening (EG) nr. 307/2008 van de Commissie van 2 april 2008 tot vaststelling, ingevolge Verordening (EG) nr. 842/2006 van het Europees Parlement en de Raad, van minimumeisen voor opleidingsprogramma’s en de voorwaarden voor wederzijdse erkenning van opleidingsgetuigschriften voor personeel op het gebied van bepaalde gefluoreerde broeikasgassen bevattende klimaatregelingssystemen in bepaalde motorvoertuigen (PB L 92 van 3.4.2008, blz. 25).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

25.    32010 R 0995: Verordening (EU) nr. 995/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 tot vaststelling van de verplichtingen van marktdeelnemers die hout en houtproducten op de markt brengen (PB L 295 van 12.11.2010, blz. 23).


26.    32019 R 1010: Verordening (EU) 2019/1010 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juni 2019 betreffende de onderlinge afstemming van de verslagleggingsverplichtingen op het gebied van de milieuwetgeving, en tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 166/2006 en (EU) nr. 995/2010 van het Europees Parlement en de Raad, Richtlijnen 2002/49/EG, 2004/35/EG, 2007/2/EG, 2009/147/EG en 2010/63/EU van het Europees Parlement en de Raad, Verordeningen (EG) nr. 338/97 en (EG) nr. 2173/2005 van de Raad, en Richtlijn 86/278/EEG van de Raad (PB L 170 van 25.6.2019, blz. 115).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassingen gelezen:

a)    Wat de rapportageverplichtingen uit hoofde van Verordening (EG) nr. 166/2006 betreft, verstrekken de bevoegde autoriteiten van Andorra de in Verordening (EG) nr. 166/2006 bedoelde gegevens rechtstreeks aan de Europese Commissie 1 .

b)    Wat de rapportageverplichtingen uit hoofde van Richtlijn 2007/2/EG betreft, is artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is vier jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst 2 .

c)    Wat de rapportageverplichtingen uit hoofde van Richtlijn 86/278/EEG van de Raad betreft, is artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 van toepassing. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor het gebruik van zuiveringsslib in de landbouw op zijn grondgebied 3 .


27.    32012 R 0363: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 363/2012 van de Commissie van 23 februari 2012 inzake de procedures voor de erkenning en de intrekking van de erkenning van de toezichthoudende organisaties als bedoeld in Verordening (EU) nr. 995/2010 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van de verplichtingen van marktdeelnemers die hout en houtproducten op de markt brengen (PB L 115 van 27.4.2012, blz. 12).

28.    32012 R 0607: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 607/2012 van de Commissie van 6 juli 2012 houdende gedetailleerde voorschriften betreffende het stelsel van zorgvuldigheidseisen en de frequentie en de aard van de controles op de toezichthoudende organisaties overeenkomstig Verordening (EU) nr. 995/2010 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van de verplichtingen van marktdeelnemers die hout en houtproducten op de markt brengen (PB L 177 van 7.7.2012, blz. 16).

29.    32019 L 0904: Richtlijn (EU) 2019/904 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juni 2019 betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu (PB L 155 van 12.6.2019, blz. 1).

Voor de toepassingen van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze richtlijn met de volgende aanpassingen gelezen:

a)    Wat artikel 4, lid 1, betreft, wordt “ten opzichte van 2022” vervangen door “ten opzichte van 2022, op basis van een raming van de kunststofconsumptie voor eenmalig gebruik op basis van gegevens die in 2024 en 2025 zijn verzameld”.

b)    Wat artikel 8 betreft, is artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.


c)    In artikel 9, lid 1, punt a), wordt “tegen 2025” vervangen door “tegen 2029”.

d)    Wat artikel 13 betreft, is artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

e)    Verplichtingen met betrekking tot “vistuig” en “afval van vistuig” als omschreven in artikel 3, leden 4 en 5, zijn niet van toepassing.

30.    32021 D 0958: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/958 van de Commissie van 31 mei 2021 tot vaststelling van het format voor de rapportage van gegevens en informatie over vistuig dat in de handel is gebracht en over het in de lidstaten ingezameld vistuigafval, en tot vaststelling van het format voor het kwaliteitscontroleverslag overeenkomstig artikel 13, lid 1, punt d), en artikel 13, lid 2, van Richtlijn (EU) 2019/904 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 211, 15.6.2021, blz. 51), gerectificeerd bij PB L 34 van 16.2.2022, blz. 52.

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van dit besluit gelezen overeenkomstig de aanpassingen voor Richtlijn (EU) 2019/904.

31.    32021 D 1752: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1752 van de Commissie van 1 oktober 2021 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Richtlijn (EU) 2019/904 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de berekening, verificatie en rapportage van gegevens over de gescheiden inzameling van afval van kunststoffen drankflessen voor eenmalig gebruik (PB L 349 van 4.10.2021, blz. 19).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van dit besluit gelezen overeenkomstig de aanpassingen voor Richtlijn (EU) 2019/904.


32.    32021 D 2267: Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/2267 van de Commissie van 17 december 2021 tot vaststelling van het format voor de rapportage van gegevens en informatie over het ingezamelde afval na consumptie van tabaksproducten met filters en van filters die verkocht worden voor gebruik in combinatie met tabaksproducten (PB L 455 van 20.12.2021, blz. 32).

33.    32022 D 0162: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/162 van de Commissie van 4 februari 2022 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Richtlijn (EU) 2019/904 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de berekening, verificatie en rapportage van de consumptievermindering van bepaalde kunststofproducten voor eenmalig gebruik en van de daartoe door de lidstaten getroffen maatregelen (PB L 26 van 7.2.2022, blz. 19).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van dit besluit gelezen overeenkomstig de aanpassingen voor Richtlijn (EU) 2019/904.

34.    32012 L 0019: Richtlijn 2012/19/EU van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) (PB L 197 van 24.7.2012, blz. 38), zoals gewijzigd bij:

   32018 L 0849: Richtlijn (EU) 2018/849 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 (PB L 150 van 14.6.2018, blz. 93).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze richtlijn met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.


35.    32017 R 0699: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/699 van de Commissie van 18 april 2017 tot vaststelling van een gemeenschappelijke methode voor de berekening van het gewicht van de in elke lidstaat in de handel gebrachte elektrische en elektronische apparatuur (EEA) en van een gemeenschappelijke methode voor de berekening van de hoeveelheid gegenereerde afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) in gewicht in elke lidstaat (PB L 103 van 19.4.2017, blz. 17).

36.    32019 R 0290: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/290 van de Commissie van 19 februari 2019 tot vaststelling van het formaat voor registratie en rapportage van producenten van elektrische en elektronische apparatuur aan het register (PB L 48 van 20.2.2019, blz. 6).

HANDELINGEN WAARVAN DE GEASSOCIEERDE PARTIJEN NOTA NEMEN

1.    32005 H 0027: Aanbeveling 2005/27/EG van de Commissie van 12 januari 2005 betreffende de inhoud van het begrip „beschikbaarheid van ongelode benzine en diesel met een maximaal zwavelgehalte op een verantwoord evenwichtig gespreide geografische basis” in het kader van Richtlijn 98/70/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende benzine en dieselbrandstof (PB L 15 van 19.1.2005, blz. 26).


HOOFDSTUK 15

INFORMATIETECHNOLOGIE, TELECOMMUNICATIE
EN GEGEVENSVERWERKING

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32008 L 0063: Richtlijn 2008/63/EG van de Commissie van 20 juni 2008 betreffende de mededinging op de markten van telecommunicatie-eindapparatuur (gecodificeerde versie) (PB L 162 van 21.6.2008, blz. 20).

Hier alleen ter informatie vermeld; voor toepassing zie bijlage XIV over Mededinging.

2.    32014 L 0053: Richtlijn 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van radioapparatuur en tot intrekking van Richtlijn 1999/5/EG (PB L 153 van 22.5.2014, blz. 62), zoals gewijzigd bij:

   32018 R 1139: Verordening (EU) 2018/1139 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2018 (PB L 212 van 22.8.2018, blz. 1),

   32022 L 2380: Richtlijn (EU) 2022/2380 van het Europees Parlement en de Raad van 23 november 2022 (PB L 315 van 7.12.2022, blz. 30).

3.    32019 R 0320: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/320 van de Commissie van 12 december 2018 tot aanvulling van Richtlijn 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de toepassing van de in artikel 3, lid 3, onder g), van die richtlijn bedoelde essentiële eisen ter waarborging van de bepaling van de locatie van de beller bij noodcommunicatie via mobiele toestellen (PB L 55 van 25.2.2019, blz. 1).


4.    32022 R 0030: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/30 van de Commissie van 29 oktober 2021 tot aanvulling van Richtlijn 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de toepassing van de essentiële eisen als bedoeld in artikel 3, lid 3, punten d), e) en f), van die richtlijn (PB L 7 van 12.1.2022, blz. 6).

5.    32017 R 1354: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1354 van de Commissie van 20 juli 2017 tot specificatie van de wijze van presentatie van de informatie bedoeld in artikel 10, lid 10, van Richtlijn 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad (PB L 190 van 21.7.2017, blz. 7).

6.    32000 D 0637: Beschikking 2000/637/EG van de Commissie van 22 september 2000 over de toepassing van artikel 3, lid 3, punt e), van Richtlijn 1999/5/EG van het Europees Parlement en de Raad op radioapparatuur die onder de regionale regeling betreffende de radiotelefoondienst op binnenwateren valt (PB L 269 van 21.10.2000, blz. 50).

7.    32001 D 0148: Beschikking 2001/148/EG van de Commissie van 21 februari 2001 betreffende de toepassing van artikel 3, lid 3, onder e), van Richtlijn 1999/5/EG op lawinebakens (PB L 55 van 24.2.2001, blz. 65)

8.    32005 D 0053: Beschikking 2005/53/EG van de Commissie van 25 januari 2005 betreffende de toepassing van artikel 3, lid 3, onder e), van Richtlijn 1999/5/EG van het Europees Parlement en de Raad op radioapparatuur die bedoeld is om deel te nemen aan het automatische identificatiesysteem (AIS) (PB L 22 van 26.1.2005, blz. 14)

9.    32005 D 0631: Beschikking 2005/631/EG van de Commissie van 29 augustus 2005 betreffende essentiële eisen zoals bedoeld in Richtlijn 1999/5/EG van het Europees Parlement en de Raad om de toegang tot alarmdiensten via de Cospas-Sarsat-noodbakens te waarborgen (PB L 225 van 31.8.2005, blz. 28).


10.    32013 D 0638: Beschikking 2013/638/EU van de Commissie van 12 augustus 2013 betreffende essentiële eisen ten aanzien van radioapparatuur die bedoeld is om op niet-SOLAS-schepen te worden gebruikt voor deelname aan het wereldwijde maritieme nood- en veiligheidssysteem (GMDSS) (PB L 296 van 7.11.2013, blz. 22).

11.    32000 D 0299: Beschikking 2000/299/EG van de Commissie van 6 april 2000 houdende vaststelling van de eerste indeling van radioapparatuur en telecommunicatie-eindapparatuur en de overeenkomstige merktekens (PB L 97 van 19.04.2000, blz. 13).

HANDELINGEN WAARVAN DE GEASSOCIEERDE PARTIJEN NOTA NEMEN

1.    31984 X 0549: Aanbeveling 84/549/EEG van de Raad van 12 november 1984 inzake de tenuitvoerlegging van de harmonisatie op telecommunicatiegebied (PB L 298 van 16.11.1984, blz. 49).

2.    31989 Y 0511(01): Resolutie 89/C 117/01 van de Raad van 27 april 1989 betreffende de normalisatie op het gebied van informatie- en telecommunicatietechnologieën (PB C 117 van 11.5.1989, blz. 1).


HOOFDSTUK 16

ALGEMENE BEPALINGEN OP HET GEBIED VAN TECHNISCHE HANDELSBELEMMERINGEN

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32015 L 1535: Richtlijn (EU) 2015/1535 van het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 betreffende een informatieprocedure op het gebied van technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (PB L 241 van 17.9.2015, blz. 1).

2.    32012 R 1025: Verordening (EU) nr. 1025/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende Europese normalisatie, tot wijziging van de Richtlijnen 89/686/EEG en 93/15/EEG van de Raad alsmede de Richtlijnen 94/9/EG, 94/25/EG, 95/16/EG, 97/23/EG, 98/34/EG, 2004/22/EG, 2007/23/EG, 2009/23/EG en 2009/105/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Beschikking 87/95/EEG van de Raad en Besluit nr. 1673/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 316 van 14.11.2012, blz. 12).

3.    32008 R 0765: Verordening (EG) nr. 765/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 tot vaststelling van de eisen inzake accreditatie en markttoezicht betreffende het verhandelen van producten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 339/93 (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 30).


4.    31993 L 0068: Richtlijn 93/68/EEG van de Raad van 22 juli 1993 tot wijziging van de Richtlijnen 87/404/EEG (drukvaten van eenvoudige vorm), 2009/48/EEG van 18 juni 2009 (veiligheid van speelgoed), 89/106/EEG (voor de bouw bestemde producten), 89/336/EEG (elektromagnetische compatibiliteit), 89/392/EEG (machines), 89/686/EEG (persoonlijke beschermingsmiddelen), 90/384/EEG (niet-automatische weegwerktuigen), 90/385/EEG (actieve implanteerbare medische hulpmiddelen), 90/396/EEG (gastoestellen), 91/263/EEG (eindapparatuur voor telecommunicatie), 92/42/EEG (nieuwe olie- en gasgestookte centrale- verwarmingsketels) en 73/23/EEG (elektrisch materiaal bestemd voor gebruik binnen bepaalde spanningsgrenzen) (PB L 220 van 30.8.1993, blz. 1).

5.    32008 D 0768: Besluit nr. 768/2008/EG van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende een gemeenschappelijk kader voor het verhandelen van producten en tot intrekking van Besluit 93/465/EEG van de Raad (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 82).

6.    31994 L 0011: Richtlijn 94/11/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 maart 1994 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de etikettering van de in de belangrijkste onderdelen van voor de verbruiker bestemd schoeisel gebruikte materialen (PB L 100 van 19.4.1994, blz. 37), gerectificeerd bij PB L 47 van 24.2.1996, blz. 35, zoals gewijzigd bij:

   32006 L 0096: Richtlijn 2006/96/EG van de Raad van 20 november 2006 (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 81),

   32013 L 0015: Richtlijn 2013/15/EU van de Raad van 13 mei 2013 (PB L 158 van 10.6.2013, blz. 172).


7.    32019 R 0515: Verordening (EU) 2019/515 van het Europees Parlement en de Raad van 19 maart 2019 betreffende de wederzijdse erkenning van goederen die in een andere lidstaat rechtmatig in de handel zijn gebracht en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 764/2008 (PB L 91 van 29.3.2019, blz. 1).

8.    369 L 0493: Richtlijn 69/493/EEG van 15 december 1969 van de Raad voor de onderlinge aanpassing der wetgevingen van de Lid-Staten inzake kristalglas (PB L 326 van 29.12.1969, blz. 36).

9.    32001 L 0095: Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad van 3 december 2001 inzake algemene productveiligheid (PB L 11 van 15.1.2002, blz. 4), zoals gewijzigd bij:

   32008 R 0765: Verordening (EG) nr. 765/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 30), zoals gewijzigd bij:

   32019 R 1020: Verordening (EU) 2019/1020 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 169 van 25.6.2019, blz. 1).

10.    32005 D 0323: Beschikking 2005/323/EG van de Commissie van 21 april 2005 inzake de veiligheidseisen waaraan de in Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad bedoelde Europese normen met betrekking tot drijvende vrijetijdsartikelen voor gebruik op of in het water moeten voldoen (PB L 104 van 23.4.2005, blz. 39).

11.    32005 D 0718: Beschikking 2005/718/EG van de Commissie van 13 oktober 2005 betreffende de overeenstemming van bepaalde normen met het algemene veiligheidsvereiste van Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad en de bekendmaking van de referenties ervan in het Publicatieblad (PB L 271 van 15.10.2005, blz. 51).


12.    32008 D 0264: Besluit 2008/264/EG van de Commissie van 25 maart 2008 inzake de brandveiligheidseisen waaraan Europese normen voor sigaretten overeenkomstig Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad moeten voldoen (PB L 83 van 26.3.2008, blz. 35).

13.    32008 D 0357: Besluit 2008/357/EG van de Commissie van 23 april 2008 inzake specifieke kinderveiligheidseisen waaraan de in Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad bedoelde Europese normen voor aanstekers moeten voldoen (PB L 120 van 7.5.2008, blz. 11).

14.    32009 D 0490: Besluit 2009/490/EU van de Commissie van 23 juni 2009 inzake de veiligheidseisen waaraan Europese normen voor vast opgestelde trainingsapparatuur krachtens Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad moeten voldoen (PB L 161 van 24.6.2009, blz. 38).

15.    32010 D 0009: Besluit 2010/9/EU van de Commissie van 6 januari 2010 inzake de veiligheidseisen waaraan Europese normen met betrekking tot badringen, badhulpmiddelen, badjes en badstandaarden overeenkomstig Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad moeten voldoen (PB L 3 van 7.1.2010, blz. 23).

16.    32010 D 0011: Besluit 2010/11/EU van de Commissie van 7 januari 2010 inzake de veiligheidseisen waaraan Europese normen voor door de consument gemonteerde kinderveilige vergrendelingen voor ramen en balkondeuren krachtens Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad moeten voldoen (PB L 4 van 8.1.2010, blz. 91).

17.    32010 D 0376: Besluit 2010/376/EU van de Commissie van 2 juli 2010 inzake de veiligheidseisen waaraan de in Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad bedoelde Europese normen voor bepaalde producten voor de slaapomgeving van kinderen moeten voldoen (PB L 170 van 6.7.2010, blz. 39).


18.    32011 D 0476: Besluit 2011/476/EU van de Commissie van 27 juli 2011 inzake de veiligheidseisen waaraan Europese normen voor vast opgestelde trainingsapparatuur krachtens Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad moeten voldoen (PB L 196 van 28.7.2011, blz. 16).

19.    32009 L 0043: Richtlijn 2009/43/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 betreffende de vereenvoudiging van de voorwaarden voor de overdracht van defensiegerelateerde producten binnen de Gemeenschap (PB L 146 van 10.6.2009, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32010 L 0080: Richtlijn 2010/80/EG van de Commissie van 22 november 2010 (PB L 308 van 24.11.2010, blz. 11),

   32012 L 0010: Richtlijn 2012/10/EG van de Commissie van 22 maart 2012 (PB L 85 van 24.3.2012, blz. 3),

   32012 L 0047: Richtlijn 2012/47/EG van de Commissie van 14 december 2012 (PB L 31 van 31.1.2013, blz. 43),

   32014 L 0108: Richtlijn 2014/108/EG van de Commissie van 12 december 2014 (PB L 359 van 16.12.2014, blz. 117),

   32016 L 0970: Verordening (EU) 2016/970 van de Commissie van 27 mei 2016 (PB L 163 van 21.6.2016, blz. 1),

   32017 L 0433: Verordening (EU) 2017/433 van de Commissie van 7 maart 2017 (PB L 70 van 15.3.2017, blz. 1),


   32019 L 0514: Verordening (EU) 2019/514 van de Commissie van 14 maart 2019 (PB L 89 van 29.3.2019, blz. 1).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze richtlijn met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor de productie op of overdracht vanaf zijn grondgebied van defensiegerelateerde producten.

20.    32011 D 0477: Besluit 2011/477/EU van de Commissie van 27 juli 2011 inzake de veiligheidseisen waaraan Europese normen moeten voldoen om bepaalde gevaren voor kinderen als gevolg van aan de binnenzijde geplaatste zonwering, raambekleding met koorden en beveiligingssystemen te voorkomen overeenkomstig Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 196 van 28.7.2011, blz. 21).

21.    32011 D 0479: Besluit 2011/479/EU van de Commissie van 27 juli 2011 inzake de veiligheidseisen waaraan Europese normen voor turntoestellen krachtens Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad moeten voldoen (PB L 197 van 29.7.2011, blz. 13).

22.    32011 D 0786: Besluit 2011/786/EU van de Commissie van 29 november 2011 inzake de veiligheidseisen waaraan Europese normen voor fietsen, kinderfietsen en bagagedragers voor fietsen krachtens Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad moeten voldoen (PB L 319 van 2.12.2011, blz. 106).

23.    32013 D 0121: Besluit 2013/121/EU van de Commissie van 7 maart 2013 inzake de veiligheidseisen waaraan Europese normen voor bepaalde kinderzitjes krachtens Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake algemene productveiligheid moeten voldoen (PB L 65 van 8.3.2013, blz. 23).


24.    32014 D 0059: Besluit 2014/59/EU van de Commissie van 5 februari 2014 inzake de veiligheidseisen waaraan Europese normen voor laserproducten voor consumenten krachtens Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake algemene productveiligheid moeten voldoen (PB L 36 van 6.2.2014, blz. 20).

25.    32015 D 0547: Besluit (EU) 2015/547 van de Commissie van 1 april 2015 inzake de veiligheidseisen waaraan Europese normen voor afvoerloze haarden op alcohol krachtens Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake algemene productveiligheid moeten voldoen (PB L 90 van 2.4.2015, blz. 14).

26.    32006 D 0514: Beschikking 2006/514/EG van de Commissie van 20 juli 2006 betreffende de overeenstemming van bepaalde normen met het algemene veiligheidsvereiste van Richtlijn 2001/95/EG en de bekendmaking van de referenties ervan in het Publicatieblad (PB L 200 van 22.7.2006, blz. 35).

27.    32009 D 0018: Beschikking 2009/18/EC van de Commissie van 22 december 2008 over de overeenstemming van de norm EN 1273:2005 over loopstoeltjes met het algemene veiligheidsvereiste van Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad en de bekendmaking van de referentie van de norm in het Publicatieblad (PB L 8 van 13.1.2009, blz. 29).

28.    32011 D 0196: Besluit 2011/196/EU van de Commissie van 29 maart 2011 betreffende de overeenstemming van norm EN 14682:2007 inzake koorden en treksluitingen van kinderkleding met de algemene veiligheidsvereiste van Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad en de bekendmaking van de referentie van de norm in het Publicatieblad (PB L 82 van 30.3.2011, blz. 8).


29.    32019 D 1698: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1698 van de Commissie van 9 oktober 2019 betreffende Europese productnormen die zijn opgesteld ter ondersteuning van Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake algemene productveiligheid (PB L 259 van 10.10.2019, blz. 65), zoals gewijzigd bij:

   32020 D 1808: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1808 van de Commissie van 30 november 2020 (PB L 402 van 1.12.2020, blz. 140),

   32022 D 1401: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1401 van de Commissie van 12 augustus 2022 (PB L 213 van 16.8.2022, blz. 59).

30.    32015 D 1320: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1320 van de Commissie van 30 juli 2015 betreffende het schrappen van de referenties van de normen inzake zuigspeenhouders, fopspenen, zwemvesten voor zwemles en barbecues uit het Publicatieblad van de Europese Unie overeenkomstig Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 203 van 31.7.2015, blz. 29).

31.    32015 D 1345: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1345 van de Commissie van 31 juli 2015 betreffende de bekendmaking van de referenties van de normen inzake koorden en treksluitingen van kinderkleding, reiswiegen en standaards, veiligheidshekjes en verschoontafels voor huishoudelijk gebruik in het Publicatieblad van de Europese Unie overeenkomstig Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 207 van 4.8.2015, blz. 73).

32.    32020 R 1668: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1668 van de Commissie van 10 november 2020 tot nadere bepaling van de bijzonderheden en functies van het informatie- en communicatiesysteem dat moet worden gebruikt voor de toepassing van Verordening (EU) 2019/515 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de wederzijdse erkenning van goederen die in een andere lidstaat rechtmatig in de handel zijn gebracht (PB L 377 van 11.11.2020, blz. 7).


33.    32021 L 0555: Richtlijn (EU) 2021/555 van het Europees Parlement en de Raad van 24 maart 2021 inzake de controle op de verwerving en het voorhanden hebben van wapens (codificatie) (PB L 115 van 6.4.2021, blz. 1).

HANDELINGEN WAARVAN DE GEASSOCIEERDE PARTIJEN NOTA NEMEN

1.    Conclusies over normalisatie, goedgekeurd door de Raad op 16 juli 1984 (PB C 136 van 4.6.1985, blz. 2).

2.    31985 Y 0604(01): Resolutie 85/C 136/01 van de Raad van 7 mei 1985 betreffende een nieuwe aanpak op het gebied van de technische harmonisatie en normalisatie (PB C 136 van 4.6.1985, blz. 1).

3.    31990 Y 0116(01): Resolutie van de Raad van 21 december 1989 betreffende een globale aanpak van de conformiteitsbeoordeling (PB C 10 van 16.1.1990, blz. 1).

4.    31992 Y 0709(01): Resolutie van de Raad van 18 juni 1992 betreffende de rol van de Europese normalisatie in de Europese economie (PB C 173 van 9.7.1992, blz. 1).

5.    32011 H 0024: Aanbeveling 2011/24/EU van de Commissie van 11 januari 2011 betreffende de certificering van defensieondernemingen uit hoofde van artikel 9 van Richtlijn 2009/43/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de vereenvoudiging van de voorwaarden voor de overdracht van defensiegerelateerde producten binnen de Gemeenschap (PB L 11 van 15.1.2011, blz. 62).


Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze aanbeveling met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor de productie op of overdracht vanaf zijn grondgebied van defensiegerelateerde producten.

6.    32016 H 2123: Aanbeveling (EU) 2016/2123 van de Commissie van 30 november 2016 inzake de harmonisatie van het toepassingsgebied van en de voorwaarden voor algemene overdrachtsvergunningen voor strijdkrachten en aanbestedende diensten als bedoeld in artikel 5, lid 2, onder a), van Richtlijn 2009/43/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 329 van 3.12.2016, blz. 101).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze aanbeveling met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor de productie op of overdracht vanaf zijn grondgebied van defensiegerelateerde producten.

7.    32016 H 2124: Aanbeveling (EU) 2016/2124 van de Commissie van 30 november 2016 inzake de harmonisatie van het toepassingsgebied van en de voorwaarden voor algemene overdrachtsvergunningen voor gecertificeerde afnemers als bedoeld in artikel 9 van Richtlijn 2009/43/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 329 van 3.12.2016, blz. 105).


Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze aanbeveling met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor de productie op of overdracht vanaf zijn grondgebied van defensiegerelateerde producten.

8.    32018 H 2050: Aanbeveling van de Commissie (EU) 2018/2050 van 19 december 2018 inzake het op elkaar afstemmen van het toepassingsgebied van en de voorwaarden voor algemene overdrachtsvergunningen voor demonstratie en evaluatie als bedoeld in artikel 5, lid 2, onder c), van Richtlijn 2009/43/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 327 van 21.12.2018, blz. 89).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze aanbeveling met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor de productie op of overdracht vanaf zijn grondgebied van defensiegerelateerde producten.

9.    32018 H 2051: Aanbeveling (EU) 2018/2051 van de Commissie van 19 december 2018 inzake het op elkaar afstemmen van het toepassingsgebied van en de voorwaarden voor algemene overdrachtsvergunningen voor herstelling en onderhoud als bedoeld in artikel 5, lid 2, onder d), van Richtlijn 2009/43/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 327 van 21.12.2018, blz. 94).


Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze aanbeveling met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor de productie op of overdracht vanaf zijn grondgebied van defensiegerelateerde producten.

10.    32018 H 2052: Aanbeveling van de Commissie (EU) 2018/2052 van 19 december 2018 inzake het op elkaar afstemmen van het toepassingsgebied van en de voorwaarden voor algemene overdrachtsvergunningen voor expositie als bedoeld in artikel 5, lid 2, onder c), van Richtlijn 2009/43/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 327 van 21.12.2018, blz. 98).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze aanbeveling met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 4 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. Tijdens de in artikel 4, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde opschorting verleent Andorra geen toestemming voor de productie op of overdracht vanaf zijn grondgebied van defensiegerelateerde producten.


HOOFDSTUK 17

VRIJ VERKEER VAN GOEDEREN – ALGEMEEN

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    31998 R 2679: Verordening (EG) nr. 2679/98 van de Raad van 7 december 1998 inzake de werking van de interne markt wat het vrije verkeer van goederen tussen de lidstaten betreft (PB L 337 van 12.12.1998, blz. 8).

HANDELINGEN WAARVAN DE GEASSOCIEERDE PARTIJEN NOTA NEMEN

1.    31980 Y 1003(01): Mededeling van de Commissie over de gevolgen die uit het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen van 20 februari 1979 in de zaak 120/78 zijn te trekken (“Cassis de Dijon”) (PB C 256 van 3.10.1980, blz. 2).

2.    32000 Y 0519(2): Resolutie 2000/C 141/02 van de Raad van 28 oktober 1999 inzake wederzijdse erkenning (PB C 141 van 19.5.2000, blz. 5).

3.    41998 X 1212(01): Resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, van 7 december 1998 betreffende het vrije verkeer van goederen (PB L 337 van 12.12.1998, blz. 10).

4.    32009 H 0524: Aanbeveling 2009/524/EG van de Commissie van 29 juni 2009 over maatregelen ter verbetering van de werking van de interne markt (PB L 176 van 7.7.2009, blz. 17).


HOOFDSTUK 18

VOOR DE BOUW BESTEMDE PRODUCTEN

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32011 R 0305: Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 tot vaststelling van geharmoniseerde voorwaarden voor het verhandelen van bouwproducten en tot intrekking van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad (PB L 88 van 4.4.2011, blz. 5), zoals gewijzigd bij:

   32014 R 0574: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 574/2014 van de Commissie van 21 februari 2014 (PB L 159 van 28.5.2014, blz. 41),

   32014 R 0568: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 568/2014 van de Commissie van 18 februari 2014 (PB L 157 van 27.5.2014, blz. 76),

   32019 R 1020: Verordening (EU) 2019/1020 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 169 van 25.6.2019, blz. 1).

2.    31995 D 0467: Beschikking 95/467/EG van de Commissie van 24 oktober 1995 tot uitvoering van artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad inzake voor de bouw bestemde producten (PB L 268 van 10.11.1995, blz. 29), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EC van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33),


   32002 D 0592: Besluit 2002/592/EC van de Commissie van 15 juli 2002 (PB L 192 van 20.7.2002, blz. 57),

   32010 D 0679: Besluit 2010/679/EU van de Commissie van 8 november 2010 (PB L 292 van 10.11.2010, blz. 55).

3.    31996 D 0577: Beschikking 96/577/EG van de Commissie van 24 juni 1996 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor vaste brandbestrijdingssystemen (PB L 254 van 8.10.1996, blz. 44).

4.    31996 D 0578: Beschikking 96/578/EG van de Commissie van 24 juni 1996 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor sanitair (PB L 254 van 8.10.1996, blz. 49), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

5.    31996 D 0579: Beschikking 96/579/EG van de Commissie van 24 juni 1996 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor verkeersinrichtingen (PB L 254 van 8.10.1996, blz. 52), zoals gewijzigd bij:

   31999 D 0453: Besluit 1999/453/EG van de Commissie van 18 juni 1999 (PB L 178 van 14.7.1999, blz. 50).


6.    31996 D 0580: Beschikking 96/580/EG van de Commissie van 24 juni 1996 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor vliesgevels (PB L 254 van 8.10.1996, blz. 56), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

7.    31996 D 0582: Beschikking 96/582/EG van de Commissie van 24 juni 1996 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor verlijmde beglazingssystemen en metalen ankers voor gebruik in beton (PB L 254 van 8.10.1996, blz. 62).

8.    31996 D 0603: Beschikking 96/603/EG van de Commissie van 4 oktober 1996 tot vaststelling van de lijst van producten die behoren tot de klassen A “geen bijdrage tot de brand” van Beschikking 94/611/EG ter uitvoering van artikel 20 van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad inzake voor de bouw bestemde producten (PB L 267 van 19.10.1996, blz. 23).

9.    31997 D 0161: Beschikking 97/161/EG van de Commissie van 17 februari 1997 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor in beton te gebruiken metalen ankers voor bevestiging van lichte elementen (PB L 62 van 4.3.1997, blz. 41).


10.    31997 D 0176: Beschikking 97/176/EG van de Commissie van 17 februari 1997 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor houtproducten voor de bouw en toebehoren (PB L 73 van 14.3.1997, blz. 19), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

11.    31997 D 0177: Beschikking 97/177/EG van de Commissie van 17 februari 1997 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor metalen injectieankers voor gebruik in metselwerk (PB L 73 van 14.3.1997, blz. 24).

12.    31997 D 0462: Beschikking 97/462/EG van de Commissie van 27 juni 1997 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor plaatmaterialen op houtbasis (PB L 198 van 25.7.1997, blz. 27), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

13.    31997 D 0463: Beschikking 97/463/EG van de Commissie van 27 juni 1997 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor kunststofankers voor gebruik in beton en metselwerk (PB L 198 van 25.7.1997, blz. 31).


14.    31997 D 0555: Beschikking 97/555/EG van de Commissie van 14 juli 1997 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor cement, bouwkalk en andere hydraulische bindmiddelen (PB L 229 van 20.8.1997, blz. 9), zoals gewijzigd bij:

   32010 D 0683: Besluit 2010/683/EU van de Commissie van 9 november 2010 (PB L 293 van 11.11.2010, blz. 60).

15.    31997 D 0556: Beschikking 97/556/EG van de Commissie van 14 juli 1997 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor samengestelde systemen/kits voor externe thermische isolatie met bepleistering (PB L 229 van 20.8.1997, blz. 14), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EC van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33),

   32011 D 0014: Besluit 2011/14/EU van de Commissie van 13 januari 2011 (PB L 10 van 14.1.2011, blz. 5).

16.    31997 D 0638: Beschikking 97/638/EG van de Commissie van 19 september 1997 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor verbindingen voor houtproducten voor de bouw (PB L 268 van 1.10.1997, blz. 36).


17.    31997 D 0740: Beschikking 97/740/EG van de Commissie van 14 oktober 1997 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor metselwerk en bijbehorende producten (PB L 299 van 4.11.1997, blz. 42), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

18.    31997 D 0808: Beschikking 97/808/EG van de Commissie van 20 november 1997 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor bestratingsproducten en vloerafwerkingen (PB L 331 van 3.12.1997, blz. 18), zoals gewijzigd bij:

   31999 D 0453: Besluit 1999/453/EC van de Commissie van 18 juni 1999 (PB L 178 van 14.7.1999, blz. 50),

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EC van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33),

   32006 D 0190: Besluit 2006/190/EG van de Commissie van 1 maart 2006 (PB L 66 van 8.3.2006, blz. 47).

19.    31998 D 0143: Beschikking 98/143/EG van de Commissie van 3 februari 1998 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor mechanisch bevestigde flexibele afdichtingssystemen voor daken (PB L 42 van 14.2.1998, blz. 58).


20.    31998 D 0213: Beschikking 98/213/EG van de Commissie van 9 maart 1998 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor kits voor scheidingswanden (PB L 80 van 18.3.1998, blz. 41), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EC van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33),

   32012 D 0201: Uitvoeringsbesluit 2012/201/EU van de Commissie van 26 maart 2012 (PB L 109 van 21.4.2012, blz. 20).

21.    31998 D 0214: Beschikking 98/214/EG van de Commissie van 9 maart 1998 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor metaalconstructieproducten en hulpproducten (PB L 80 van 18.3.1998, blz. 46), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

22.    31998 D 0279: Beschikking 98/279/EG van de Commissie van 5 december 1997 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor niet-dragende blijvende bekistingssystemen/-kits bestaande uit holle blokken of panelen van isolatiemateriaal en in sommige gevallen beton (PB L 127 van 29.4.1998, blz. 26), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).


23.    31998 D 0436: Beschikking 98/436/EG van de Commissie van 22 juni 1998 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor dakbedekkingen, daklichten, dakramen en toebehoren (PB L 194 van 10.7.1998, blz. 30), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

24.    31998 D 0437: Beschikking 98/437/EG van de Commissie van 30 juni 1998 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor in- en uitwendige afwerkingen voor wanden en plafonds (PB L 194 van 10.7.1998, blz. 39), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

25.    31998 D 0456: Beschikking 98/456/EG van de Commissie van 3 juli 1998 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor voorspansystemen (kits) (PB L 201 van 17.7.1998, blz. 112).

26.    31998 D 0457: Beschikking 98/457/EG van de Commissie van 3 juli 1998 betreffende de „Single Burning Item” (SBI)-test bedoeld in Beschikking 94/611/EG ter uitvoering van artikel 20 van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad inzake voor de bouw bestemde producten (PB L 201 van 17.7.1998, blz. 114).


27.    31998 D 0598: Beschikking 98/598/EG van de Commissie van 9 oktober 1998 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor toeslagstoffen (PB L 287 van 24.10.1998, blz. 25).

28.    31998 D 0599: Beschikking 98/599/EG van de Commissie van 12 oktober 1998 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor vloeibaar aangebrachte producten voor het waterdicht maken van daken (kits) (PB L 287 van 24.10.1998, blz. 30), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

29.    31998 D 0600: Beschikking 98/600/EG van de Commissie van 12 oktober 1998 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor bouwpakketten voor zelfdragende doorschijnende daken (met uitzondering van bouwpakketten met glazen elementen) (PB L 287 van 24.10.1998, blz. 35), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

30.    31998 D 0601: Beschikking 98/601/EG van de Commissie van 13 oktober 1998 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor producten van de wegenbouw (PB L 287 van 24.10.1998, blz. 41), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).


31.    31999 D 0089: Beschikking 1999/89/EG van de Commissie van 25 januari 1999 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad met betrekking tot bouwpakketten voor geprefabriceerde trappen (PB L 29 van 3.2.1999, blz. 34), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

32.    31999 D 0090: Beschikking 1999/90/EG van de Commissie van 25 januari 1999 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad met betrekking tot membranen (PB L 29 van 3.2.1999, blz. 38), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

33.    31999 D 0091: Beschikking 1999/91/EG van de Commissie van 25 januari 1999 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor warmte-isolatieproducten (PB L 29 van 3.2.1999, blz. 44), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

34.    31999 D 0092: Beschikking 1999/92/EG van de Commissie van 25 januari 1999 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor lichte samengestelde balken en pilaren op houtbasis (PB L 29 van 3.2.1999, blz. 49).


35.    31999 D 0093: Beschikking 1999/93/EG van de Commissie van 25 januari 1999 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor deuren, ramen, luiken, blinden, poorten en bijbehorend hang- en sluitwerk (PB L 29 van 3.2.1999, blz. 51), zoals gewijzigd bij:

   32011 D 0246: Besluit 2011/246/EU van de Commissie van 18 april 2011 (PB L 103 van 19.4.2011, blz. 114).

36.    31999 D 0094: Beschikking 1999/94/EG van de Commissie van 25 januari 1999 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor bouwpakketten voor geprefabriceerde normale/lichte/autoclaafgeharde celbetonnen producten (PB L 29 van 3.2.1999, blz. 55), zoals gewijzigd bij:

   32012 D 0202: Uitvoeringsbesluit 2012/202/EU van de Commissie van 29 maart 2012 (PB L 109 van 21.4.2012, blz. 22).

37.    31999 D 0454: Beschikking 1999/454/EG van de Commissie van 22 juni 1999 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor producten met brandvertragende, brandwerende en tegen brand afdichtende eigenschappen (PB L 178 van 14.7.1999, blz. 52), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

38.    31999 D 0455: Beschikking 1999/455/EG van de Commissie van 22 juni 1999 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor geprefabriceerde bouwpakketten voor houtskeletbouw of voor gebouwen in rondhout (PB L 178 van 14.7.1999, blz. 56).


39.    31999 D 0469: Beschikking 1999/469/EG van de Commissie van 25 juni 1999 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad met betrekking tot producten voor beton, mortel en injectiespecie (PB L 184 van 17.7.1999, blz. 27), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

40.    31999 D 0470: Beschikking 1999/470/EG van de Commissie van 29 juni 1999 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad met betrekking tot bouwlijm (PB L 184 van 17.7.1999, blz. 32), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

41.    31999 D 0471: Beschikking 1999/471/EG van de Commissie van 29 juni 1999 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad met betrekking tot voorzieningen voor ruimteverwarming (PB L 184 van 17.7.1999, blz. 37), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

42.    31999 D 0472: Beschikking 1999/472/EG van de Commissie van 1 juli 1999 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad met betrekking tot buizen, reservoirs en toebehoren die niet met voor menselijke consumptie bestemd water in contact komen (PB L 184 van 17.7.1999, blz. 42), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).


43.    32000 D 0245: Beschikking 2000/245/EG van de Commissie van 2 februari 2000 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 4, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor vlakglas, geprofileerd glas en glasblokken (PB L 77 van 28.3.2000, blz. 13), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

44.    32000 D 0273: Beschikking 2000/273/EG van de Commissie van 27 maart 2000 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor zeven producten voor Europese technische goedkeuring zonder richtsnoeren (PB L 86 van 7.4.2000, blz. 15), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

45.    32000 D 0367: Beschikking 2000/367/EG van de Commissie van 3 mei 2000 ter uitvoering van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad inzake de indeling van voor de bouw bestemde producten, bouwwerken en delen daarvan in klassen van materiaalgedrag bij brand (PB L 133 van 6.6.2000, blz. 26), zoals gewijzigd bij:

   32011 D 0232: Besluit 2011/232/EU van de Commissie van 11 april 2011 (PB L 97 van 12.4.2011, blz. 49).


46.    32000 D 0447: Beschikking 2000/447/EG van de Commissie van 13 juni 2000 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor geprefabriceerde houtachtige dragende panelen en zelfdragende samengestelde lichte panelen (PB L 180 van 19.7.2000, blz. 40), zoals gewijzigd bij:

   32001 D 0596: Besluit 2001/596/EG van de Commissie van 8 januari 2001 (PB L 209 van 2.8.2001, blz. 33).

47.    32000 D 0553: Beschikking 2000/553/EG van de Commissie van 6 september 2000 tot uitvoering van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad met betrekking tot het brandgedrag aan de buitenzijde van dakbedekkingen (PB L 235 van 19.9.2000, blz. 19).

48.    32000 D 0606: Beschikking 2000/606/EG van de Commissie van 26 september 2000 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor zes producten voor Europese technische goedkeuring zonder richtsnoeren (PB L 258 van 12.10.2000, blz. 38).

49.    32001 D 0019: Beschikking 2001/19/EG van de Commissie van 20 december 2000 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad met betrekking tot voegovergangen voor verkeersbruggen (PB L 5 van 10.1.2001, blz. 6).

50.    32001 D 0308: Beschikking 2001/308/EG van de Commissie van 31 januari 2001 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad met betrekking tot gevelbekledingsplaten (vetures) (PB L 107 van 18.4.2001, blz. 25).


51.    32001 D 0671: Beschikking 2001/671/EG van de Commissie van 21 augustus 2001 tot uitvoering van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad met betrekking tot de indeling van het gedrag van daken en dakbedekkingen bij een brand vanaf de buitenzijde (PB L 235 van 4.9.2001, blz. 20), zoals gewijzigd bij:

   32005 D 0823: Besluit 2005/823/EG van de Commissie van 22 november 2005 (PB L 307 van 25.11.2005, blz. 53).

52.    32002 D 0359: Beschikking 2002/359/EG van de Commissie van 13 mei 2002 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten die met voor menselijke consumptie bestemd water in contact komen, overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad (PB L 127 van 14.5.2002, blz. 16).

53.    32003 D 0639: Beschikking 2003/639/EG van de Commissie van 4 september 2003 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad met betrekking tot constructieve penverbindingen (PB L 226 van 10.9.2003, blz. 18).

54.    32003 D 0640: Beschikking 2003/640/EG van de Commissie van 4 september 2003 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad met betrekking tot kits voor gevelbekleding (PB L 226 van 10.9.2003, blz. 21).

55.    32003 D 0655: Beschikking 2003/655/EG van de Commissie van 12 september 2003 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad met betrekking tot kits voor waterdichte vloer- en wandbekleding van natte ruimten (PB L 231 van 17.9.2003, blz. 12).


56.    32003 D 0656: Beschikking 2003/656/EG van de Commissie van 12 september 2003 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad met betrekking tot zeven producten voor Europese technische goedkeuring zonder richtsnoeren (PB L 231 van 17.9.2003, blz. 15).

57.    32015 D 1936: Gedelegeerd Besluit (EU) 2015/1936 van de Commissie van 8 juli 2015 betreffende de toepasselijke systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid van leidingen en buizen voor luchtventilatie op grond van Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 282 van 28.10.2015, blz. 34).

58.    32015 D 1958: Gedelegeerd Besluit (EU) 2015/1958 van de Commissie van 1 juli 2015 betreffende de toepasselijke systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid van leidingen en buizen voor luchtventilatie op grond van Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 284 van 30.10.2015, blz. 181).

59.    32015 D 1959: Gedelegeerd Besluit (EU) 2015/1959 van de Commissie van 1 juli 2015 betreffende de toepasselijke systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid van leidingen en buizen voor luchtventilatie op grond van Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 284 van 30.10.2015, blz. 184).

60.    32016 R 0364: Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/364 van de Commissie van 1 juli 2015 betreffende de indeling van bouwproducten in klassen van materiaalgedrag bij brand overeenkomstig Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 68 van 15.3.2016, blz. 4).


61.    32016 D 1610: Besluit (EU) 2016/1610 van de Commissie van 7 september 2016 betreffende de bekendmaking, met een beperking, in het Publicatieblad van de Europese Unie van de referentie van geharmoniseerde norm EN 13383-1:2002 “Waterbouwsteen — Deel 1: Specificatie” overeenkomstig Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 240 van 8.9.2016, blz. 6).

62.    32017 R 0959: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/959 van de Commissie van 24 februari 2017 betreffende de indeling in prestatieklassen met betrekking tot horizontale zetting en kortstondige wateropname van thermische isolatieproducten — in-situ gevormde los gestorte celluloseproducten (LFCI) — die onder EN 15101-1 vallen, overeenkomstig Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 145 van 8.6.2017, blz. 1).

63.    32017 R 1475: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/1475 van de Commissie van 26 januari 2017 betreffende de indeling in prestatieklassen met betrekking tot vorstresistentie van keramische pannen die onder EN 1304 vallen, overeenkomstig Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 211 van 17.8.2017, blz. 1).

64.    32018 D 0779: Gedelegeerd Besluit (EU) 2018/779 van de Commissie van 19 februari 2018 betreffende de toepasselijke systemen voor de beoordeling en verificatie van de bestendigheid van de prestaties van metalen sandwichpanelen voor dragend gebruik op grond van Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 131 van 29.5.2018, blz. 23).

65.    32018 D 0771: Gedelegeerd besluit (EU) 2018/771 van de Commissie van 25 januari 2018 betreffende het toepasselijke systeem voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid van verankeringsvoorzieningen die in bouwwerken worden gebruikt en zijn bedoeld om te voorkomen dat personen van een hoogte vallen, of om een val van een hoogte te stoppen op grond van Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 129 van 25.5.2018, blz. 82).


66.    32019 D 1764: Gedelegeerd Besluit (EU) 2019/1764 van de Commissie van 14 maart 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de toepasselijke systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid van balustradekits en relingkits die bedoeld zijn om bij bouwwerken uitsluitend te worden gebruikt om vallen te voorkomen, en die geen verticale belasting ondergaan vanwege de constructie (PB L 270 van 24.10.2019, blz. 81).

67.    32019 D 0450: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/450 van de Commissie van 19 maart 2019 inzake de bekendmaking van de Europese beoordelingsdocumenten (EBD’s) voor bouwproducten die zijn opgesteld ter ondersteuning van Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 77 van 20.3.2019, blz. 78), zoals gewijzigd bij:

   32019 D 0896: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/896 van de Commissie van 28 mei 2019 (PB L 142 van 29.5.2019, blz. 69),

   32022 D 0962: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/962 van de Commissie van 2 juli 2020 (PB L 211 van 3.7.2020, blz. 19),

   32020 D 1574: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1574 van de Commissie van 28 oktober 2020 (PB L 359 van 29.10.2020, blz. 10),

   32022 D 1183 Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1183 van de Commissie van 16 juli 2021 (PB L 256 van 19.7.2021, blz. 103),

   32022 D 1789 Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1789 van de Commissie van 8 oktober 2021 (PB L 359 van 11.10.2021, blz. 117),


   32022 D 0381: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/381 van de Commissie van 4 maart 2022 (PB L 75 van 7.3.2022, blz. 1),

   32022 D 1517: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1517 van de Commissie van 9 september 2022 (PB L 235 van 12.9.2022, blz. 65).

68.    32019 R 1188 Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1188 van de Commissie van 14 maart 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad door de vaststelling van prestatieklassen met betrekking tot de weerstand tegen windbelasting van buitenzonnewering en luifels (PB L 187 van 12.7.2019, blz. 11).

69.    32019 R 1342: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1342 van de Commissie van 14 maart 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad door de vaststelling van prestatieklassen met betrekking tot luchtdoorlatendheid voor lichtkoepels van kunststof en glas en dakluiken (PB L 211 van 12.8.2019, blz. 1).

70.    31994 D 0023: Besluit 94/23/EG van de Commissie van 17 januari 1994 betreffende de gemeenschappelijke procedureregels voor Europese technische goedkeuringen (PB L 17 van 20.1.1994, blz. 34).

71.    31997 D 0571: Besluit 97/571/EG van de Commissie van 22 juli 1997 betreffende het algemeen model van de Europese technische goedkeuring voor voor de bouw bestemde producten (PB L 236 van 27.8.1997, blz. 7).

72.    32005 D 0403: Beschikking 2005/403/EG van de Commissie van 25 mei 2005 tot vaststelling van de klassen van gedrag van daken en dakbedekkingen bij een brand vanaf de buitenzijde voor bepaalde in Richtlijn 89/106/EEG van de Raad bedoelde voor de bouw bestemde producten (PB L 135 van 28.5.2005, blz. 37).


73.    32005 D 0484: Beschikking 2005/484/EG van de Commissie van 4 juli 2005 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor bouwpakketten voor koelgebouwen en bouwpakketten voor schillen van koelgebouwen (PB L 173 van 6.7.2005, blz. 15).

74.    32005 D 0610: Beschikking 2005/610/EG van de Commissie van 9 augustus 2005 tot vaststelling van klassen van materiaalgedrag bij brand voor bepaalde voor de bouw bestemde producten (PB L 208 van 11.8.2005, blz. 21), zoals gewijzigd bij:

   32017 R 1227: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/1227 van de Commissie van 20 maart 2017 (PB L 177 van 8.7.2017, blz. 1).

75.    32003 D 0043: Beschikking 2003/43/EG van de Commissie van 17 januari 2003 tot vaststelling van klassen van materiaalgedrag bij brand voor bepaalde voor de bouw bestemde producten (PB L 13 van 18.1.2003, blz. 35), gerectificeerd bij PB L 33 van 8.2.2003, blz. 44, zoals gewijzigd bij:

   32003 D 0593: Besluit 2003/593/EC van de Commissie van 7 augustus 2003 (PB L 201 van 8.8.2003, blz. 25),

   32006 D 0673: Besluit 2006/673/EC van de Commissie van 5 oktober 2006 (PB L 276 van 7.10.2006, blz. 77),

   32007 D 0348: Besluit 2007/348/EG van de Commissie van 15 mei 2007 (PB L 131 van 23.5.2007, blz. 21).


76.    32006 D 0213: Beschikking 2006/213/EG van de Commissie van 6 maart 2006 tot vaststelling van klassen van materiaalgedrag bij brand voor bepaalde voor de bouw bestemde producten voor houten vloeren en massief houten lambrisering en bekleding (PB L 79 van 16.3.2006, blz. 27).

77.    32006 D 0600: Beschikking 2006/600/EG van de Commissie van 4 september 2006 tot vaststelling van de klassen van gedrag bij een brand vanaf de buitenzijde voor bepaalde voor de bouw bestemde producten wat betreft dubbelwandige metalen sandwichpanelen voor daken (PB L 244 van 7.9.2006, blz. 24).

78.    32010 D 0081: Besluit 2010/81/EU van de Commissie van 9 februari 2010 tot vaststelling van klassen van materiaalgedrag bij brand voor bepaalde voor de bouw bestemde producten wat lijmen voor keramische tegels betreft (PB L 38 van 11.2.2010, blz. 9).

79.    32010 D 0082: Besluit 2010/82/EU van de Commissie van 9 februari 2010 tot vaststelling van klassen van materiaalgedrag bij brand voor bepaalde voor de bouw bestemde producten wat decoratieve wandbekleding in de vorm van rollen of panelen betreft (PB L 38 van 11.2.2010, blz. 11).

80.    32010 D 0083: Besluit 2010/83/EU van de Commissie van 9 februari 2010 tot vaststelling van klassen van materiaalgedrag bij brand voor bepaalde voor de bouw bestemde producten wat aan de lucht drogende voegvulmaterialen betreft (PB L 38 van 11.2.2010, blz. 13).

81.    32010 D 0085: Besluit 2010/85/EU van de Commissie van 9 februari 2010 tot vaststelling van klassen van materiaalgedrag bij brand voor bepaalde voor de bouw bestemde producten wat dekvloeren van cement, calciumsulfaat en kunsthars betreft (PB L 38 van 11.2.2010, blz. 17).

82.    32010 D 0737: Besluit 2010/737/EU van de Commissie van 2 december 2010 tot vaststelling van klassen van materiaalgedrag bij brand voor bepaalde voor de bouw bestemde producten wat staalplaten met polyestercoating en plastisolcoating betreft (PB L 317 van 3.12.2010, blz. 39).


83.    32010 D 0738: Besluit 2010/738/EU van de Commissie van 2 december 2010 tot vaststelling van klassen van materiaalgedrag bij brand voor bepaalde voor de bouw bestemde producten wat vezelversterkte gipsproducten betreft (PB L 317 van 3.12.2010, blz. 42).

84.    32011 D 0019: Besluit 2011/19/EU van de Commissie van 14 januari 2011 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten, overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor voegkitten in bouwconstructies en voor afdichtingen in vloeren (voetgangers) (PB L 11 van 15.1.2011, blz. 49).

85.    32011 D 0284: Besluit 2011/284/EU van de Commissie van 12 mei 2011 betreffende de procedure voor de conformiteitsverklaring van voor de bouw bestemde producten overeenkomstig artikel 20, lid 2, van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad voor stroom-, besturings- en communicatiekabels (PB L 131 van 18.5.2011, blz. 22).

86.    32014 R 0157: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 157/2014 van de Commissie van 30 oktober 2013 betreffende de voorwaarden voor het beschikbaar stellen van prestatieverklaringen van bouwproducten op een website (PB L 52 van 21.2.2014, blz. 1).

87.    32013 R 1062: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1062/2013 van de Commissie van 30 oktober 2013 betreffende het formaat van de Europese technische beoordeling voor bouwproducten (PB L 289 van 31.10.2013, blz. 42).

88.    32014 R 1291: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1291/2014 van de Commissie van 16 juli 2014 betreffende de voorwaarden voor de indeling in klassen zonder tests van plaatmaterialen op houtbasis die vallen onder EN 13986, en massief houten lambrisering die valt onder EN 14915, met betrekking tot hun beschermingsvermogen tegen brand wanneer zij worden gebruikt als bekleding voor wanden en plafonds (PB L 349 van 5.12.2014, blz. 25).


89.    32014 R 1292: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1292/2014 van de Commissie van 17 juli 2014 betreffende de voorwaarden voor de indeling in klassen zonder tests van bepaalde houten vloeren zonder coating conform EN 14342 met betrekking tot het materiaalgedrag bij brand (PB L 349 van 5.12.2014, blz. 27).

90.    32014 R 1293: Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1293/2014 van de Commissie van 17 juli 2014 betreffende de voorwaarden voor de indeling in klassen zonder tests van metalen regelwerk en hoekprofielen voor binnenpleisterwerk die vallen onder de geharmoniseerde norm EN 13658-1, metalen regelwerk en hoekprofielen voor buitenpleisterwerk die vallen onder de geharmoniseerde norm EN 13658-2, en metalen profielen die vallen onder de geharmoniseerde norm EN 14353 met betrekking tot hun materiaalgedrag bij brand (PB L 349 van 5.12.2014, blz. 29).

91.    32017 R 1228: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/1228 van de Commissie van 20 maart 2017 betreffende de voorwaarden voor de indeling in klassen zonder tests van onder de geharmoniseerde norm EN 15824 vallende mortels met binnen- en buitentoepassingen voor organische bindmiddelen en onder de geharmoniseerde norm EN 998-1 vallende stukadoormortel voor binnen- en buitentoepassingen met betrekking tot hun materiaalgedrag bij brand (PB L 177 van 8.7.2017, blz. 4).

92.    32017 R 2293: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/2293 van de Commissie van 3 augustus 2017 betreffende de voorwaarden voor de indeling in klassen zonder tests van kruiselings gelamelleerde houtproducten die vallen onder de geharmoniseerde norm EN 16351, en gelamelleerde fineerhoutproducten die vallen onder de geharmoniseerde norm EN 14374, met betrekking tot hun materiaalgedrag bij brand (PB L 329 van 13.12.2017, blz. 1).


93.    32022 D 0451 Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/451 van de Commissie van 19 maart 2019 inzake de geharmoniseerde normen voor bouwproducten die zijn opgesteld ter ondersteuning van Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 77 van 20.3.2019, blz. 80), zoals gewijzigd bij:

   32022 D 2357 Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/2357 van de Commissie van 1 december 2022 (PB L 311 van 2.12.2022, blz. 165).

HANDELINGEN WAARVAN DE GEASSOCIEERDE PARTIJEN NOTA NEMEN

1.    32003 H 0887: Aanbeveling 2003/887/EG van de Commissie van 11 december 2003 betreffende de invoering en het gebruik van Eurocodes voor bouwwerken en bouwproducten met een dragende functie (PB L 332 van 19.12.2003, blz. 62).


HOOFDSTUK 19

PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32016 R 0425: Verordening (EU) 2016/425 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 betreffende persoonlijke beschermingsmiddelen en tot intrekking van Richtlijn 89/686/EEG van de Raad


HOOFDSTUK 20

SPEELGOED

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32009 L 0048: Richtlijn 2009/48/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 betreffende de veiligheid van speelgoed (PB L 170 van 30.6.2009, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32012 L 0007: Richtlijn 2012/7/EG van de Commissie van 2 maart 2012 (PB L 64 van 3.3.2012, blz. 7),

   32013 R 0681: Verordening (EU) nr. 681/2013 van de Commissie van 17 juli 2013 (PB L 195 van 18.7.2013, blz. 16),

   32014 L 0079: Richtlijn 2014/79/EG van de Commissie van 20 juni 2014 (PB L 182 van 21.6.2014, blz. 49),

   32014 L 0081: Richtlijn 2014/81/EG van de Commissie van 23 juni 2014 (PB L 183 van 24.6.2014, blz. 49),

   32014 L 0084: Richtlijn 2014/84/EG van de Commissie van 30 juni 2014 (PB L 192 van 1.7.2014, blz. 49),

   32015 L 2115: Verordening (EU) 2015/2115 van de Commissie van 23 november 2015 (PB L 306 van 24.11.2015, blz. 17),


   32015 L 2116: Verordening (EU) 2015/2116 van de Commissie van 23 november 2015 (PB L 306 van 24.11.2015, blz. 20),

   32015 L 2117: Verordening (EU) 2015/2117 van de Commissie van 23 november 2015 (PB L 306 van 24.11.2015, blz. 23),

   32017 L 0738: Richtlijn (EU) 2017/738 van de Raad van 27 maart 2017 (PB L 110 van 27.4.2017, blz. 6),

   32017 L 0774: Verordening (EU) 2017/774 van de Commissie van 3 mei 2017 (PB L 115 van 4.5.2017, blz. 47),

   32017 L 0898: Verordening (EU) 2017/898 van de Commissie van 24 mei 2017 (PB L 138 van 25.5.2017, blz. 128),

   32018 L 0725: Verordening (EU) 2018/725 van de Commissie van 16 mei 2018 (PB L 122 van 17.5.2018, blz. 29),

   32019 L 1922: Richtlijn (EU) 2019/1922 van de Commissie van 18 november 2019 (PB L 298 van 19.11.2019, blz. 5),

   32019 L 1929: Richtlijn (EU) 2019/1929 van de Commissie van 19 november 2019 (PB L 299 van 20.11.2019, blz. 51),

   32020 L 2089: Verordening (EU) 2020/2089 van de Commissie van 11 december 2020 (PB L 423 van 15.12.2020, blz. 58),


   32020 L 2088: Verordening (EU) 2020/2088 van de Commissie van 11 december 2020 (PB L 423 van 15.12.2020, blz. 53),

   32021 L 0903: Verordening (EU) 2021/903 van de Commissie van 3 juni 2021 (PB L 197 van 4.6.2021, blz. 110).


HOOFDSTUK 21

MACHINES EN TOESTELLEN

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32000 L 0014: Richtlijn 2000/14/EG van het Europees Parlement en de Raad van 8 mei 2000 inzake de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten betreffende de geluidsemissie in het milieu door materieel voor gebruik buitenshuis (PB L 162 van 3.7.2000, blz. 1), gerectificeerd bij (PB L 165 van 17.6.2006, blz. 35, zoals gewijzigd bij:

   32005 L 0088: Richtlijn 2005/88/EG van het Europees Parlement en de Raad van 14 december 2005 (PB L 344 van 27.12.2005, blz. 44), gerectificeerd bij PB L 165 van 17.6.2006, blz. 35,

   32009 R 0219: Verordening (EC) nr. 219/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 109),

   32019 R 1243: Verordening (EU) 2019/1243 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 198 van 25.7.2019, blz. 241).

2.    32006 L 0042: Richtlijn 2006/42/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 betreffende machines en tot wijziging van Richtlijn 95/16/EG (herschikking) (PB L 157 van 9.6.2006, blz. 24), gerectificeerd bij PB L 76 van 16.3.2007, blz. 35, zoals gewijzigd bij:

   32009 L 0127: Richtlijn 2009/127/EC van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 (PB L 310 van 25.11.2009, blz. 29),


   32013 R 0167: Verordening (EU) nr. 167/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 5 februari 2013 (PB L 60 van 2.3.2013, blz. 1),

   32014 L 0033: Richtlijn 2014/33/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 (PB L 96 van 29.3.2014, blz. 251),

   32019 R 1243: Verordening (EU) 2019/1243 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 (PB L 198 van 25.7.2019, blz. 241).

3.    32012 D 0032: Besluit 2012/32/EU van de Commissie van 19 januari 2012 inzake het door de lidstaten laten verbieden van het in de handel brengen van op klepelmaaiers gelijkende hulpstukken voor draagbare, met de hand geleide bosmaaiers (PB L 18 van 21.1.2012, blz. 5).

4.    32016 R 0424: Verordening (EU) 2016/424 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 betreffende kabelbaaninstallaties en tot intrekking van Richtlijn 2000/9/EG (PB L 81 van 31.3.2016, blz. 1).

5.    32016 R 1628: Verordening (EU) 2016/1628 van het Europees Parlement en de Raad van 14 september 2016 inzake voorschriften met betrekking tot emissiegrenswaarden voor verontreinigende gassen en deeltjes en typegoedkeuring voor in niet voor de weg bestemde mobiele machines gemonteerde interne verbrandingsmotoren, tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1024/2012 en (EU) nr. 167/2013, en tot wijziging en intrekking van Richtlijn 97/68/EG (PB L 252 van 16.9.2016, blz. 53), gerectificeerd bij PB L 231 van 6.9.2019, blz. 29, zoals gewijzigd bij:

   32020 R 1040: Verordening (EU) 2020/1040 van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2020 (PB L 231 van 17.7.2020, blz. 1),


   32021 R 1068: Verordening (EU) 2021/1068 van het Europees Parlement en de Raad van 24 juni 2021 (PB L 230 van 30.6.2021, blz. 1),

   32022 R 0992: Verordening (EU) 2022/992 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2022 (PB L 169 van 27.6.2022, blz. 43).

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze verordening met de volgende aanpassingen gelezen:

Gezien het besluit van de EU om de rechten en plichten van Andorra voor het afgeven van EU-typegoedkeuringen en voor het aanwijzen van andere technische diensten van de EU dan die welke door de EU-lidstaten zijn opgericht of aangewezen, niet uit te breiden,

a)    De artikelen 5, 6, 20 tot en met 30, 34, 35, 36, 38, 39, 40, 45 tot en met 54 en artikel 61 zijn niet van toepassing.

b)    Artikel 41 wordt vervangen door: “Elk besluit dat uit hoofde van deze verordening wordt genomen en elk besluit tot weigering van de registratie, tot het verbieden of beperken van het in de handel brengen, registreren of in het verkeer brengen van een voertuig, dan wel tot het verplicht uit de handel nemen van een voertuig, wordt uitvoerig met redenen omkleed.”

Niettegenstaande deze uitzonderingen aanvaardt Andorra voor motoren die in de handel worden gebracht de EU- en VN-certificaten die zijn afgegeven door de EU-typegoedkeuringsinstanties en de merktekens daarop als bewijs van conformiteit, zonder verdere tests of merktekens (afgezien van de merktekens of etiketten die al verplicht zijn krachtens de verordeningen/richtlijnen van de EU of de VN-voorschriften). Wat de VN-certificaten en -markeringen betreft, geldt dit alleen voor de VN/ECE-reglementen van 1958 die de EU toepast.


Voor de VN/ECE-reglementen van 1958 die zowel de EU als Andorra in dezelfde versies toepassen, aanvaardt de EU de geldig door Andorra afgegeven VN-certificaten.

Andorra is verplicht de bepalingen in de EU-wetgeving inzake niet voor de weg bestemde mobiele machines, voor wat betreft emissies, met betrekking tot markttoezicht toe te passen. Andorra kan die taak geheel of gedeeltelijk uitbesteden aan de markttoezichtautoriteit van een EU-lidstaat van zijn keuze.

Deze aanpassingen zijn van overeenkomstige toepassing op de bepalingen betreffende EU-typegoedkeuring in:

   32017 R 0654: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/654 van de Commissie van 19 december 2016 (PB L 102 van 13.4.2017, blz. 1),

   32017 R 0655: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/655 van de Commissie van 19 december 2016 (PB L 102 van 13.4.2017, blz. 334),

   32017 R 0656: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/656 van de Commissie van 19 december 2016 (PB L 102 van 13.4.2017, blz. 364).


6.    32017 R 0654: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/654 van de Commissie van 19 december 2016 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1628 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de technische en algemene voorschriften betreffende de emissiegrenswaarden en de typegoedkeuring voor interne verbrandingsmotoren voor niet voor de weg bestemde mobiele machines (PB L 102 van 13.4.2017, blz. 1), zoals gewijzigd bij:

   32018 R 0989: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/989 van de Commissie van 18 mei 2018 (PB L 182 van 18.7.2018, blz. 61),

   32021 R 1398: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1398 van de Commissie van 4 juni 2021 (PB L 299 van 24.8.2021, blz. 1).

7.    32017 R 0655: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/655 van de Commissie van 19 december 2016 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1628 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de monitoring van de uitstoot van verontreinigende gassen door in gebruik zijnde interne verbrandingsmotoren die gemonteerd zijn in niet voor de weg bestemde mobiele machines (PB L 102 van 13.4.2017, blz. 334), zoals gewijzigd bij:

   32018 R 0987: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/987 van de Commissie van 27 april 2018 (PB L 182 van 18.7.2018, blz. 40),

   32022 R 2387: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/2387 van de Commissie van 30 augustus 2022 (PB L 316 van 8.12.2022, blz. 1).


8.    32017 R 0656: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/656 van de Commissie van 19 december 2016 tot vaststelling van de administratieve voorschriften met betrekking tot emissiegrenswaarden en typegoedkeuring voor interne verbrandingsmotoren voor niet voor de weg bestemde mobiele machines overeenkomstig Verordening (EU) 2016/1628 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 102 van 13.4.2017, blz. 364), zoals gewijzigd bij:

   32018 R 0988: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/988 van de Commissie van 27 april 2018 (PB L 182 van 18.7.2018, blz. 46).


HOOFDSTUK 22

TABAK

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32003 L 0033: Richtlijn 2003/33/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 mei 2003 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de reclame en sponsoring voor tabaksproducten (PB L 152 van 20.6.2003, blz. 16, gerectificeerd bij PB L 67 van 5.3.2004, blz. 34.

2.    32003 D 0641: Beschikking 2003/641/EG van de Commissie van 5 september 2003 betreffende het gebruik van kleurenfoto’s of andere illustraties als gezondheidswaarschuwingen op verpakkingseenheden van tabaksproducten (PB L 226 van 10.9.2003, blz. 24).

3.    32014 L 0040: Richtlijn 2014/40/EU van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaks- en aanverwante producten en tot intrekking van Richtlijn 2001/37/EG (PB L 127 van 29.4.2014, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 150 van 17.6.2015, blz. 24, PB L 40 van 17.2.2016, blz. 16, PB L 295 van 29.10.2016, blz.84 en PB L 123 van 16.5.2017, blz. 135, zoals gewijzigd bij:

   32014 L 0109 Gedelegeerde Richtlijn 2014/109/EU van de Commissie van 10 oktober 2014 (PB L 360 van 17.12.2014, blz. 22).


4.    32015 D 1735: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1735 van de Commissie van 24 september 2015 betreffende de exacte positie van de algemene waarschuwing en de informatieve boodschap op shagtabak die in buidels wordt verkocht (PB L 252 van 29.9.2015, blz. 49).

5.    32015 D 1842: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/1842 van de Commissie van 9 oktober 2015 betreffende de technische specificaties voor de opmaak, het ontwerp en de vorm van de gecombineerde gezondheidswaarschuwingen op voor roken bestemde tabaksproducten (PB L 267 van 14.10.2015, blz. 5).

6.    32015 D 2183: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/2183 van de Commissie van 24 november 2015 tot vaststelling van een gemeenschappelijk format voor de kennisgeving van elektronische sigaretten en navulverpakkingen (PB L 309 van 26.11.2015, blz. 15).

7.    32015 D 2816: Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/2186 van de Commissie van 25 november 2015 tot vaststelling van een format voor het indienen en voor het publiek toegankelijk maken van informatie over tabaksproducten (PB L 312 van 27.11.2015, blz. 5).

8.    32016 D 0586: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/586 van de Commissie van 14 april 2016 betreffende technische normen voor het navulmechanisme van elektronische sigaretten (PB L 101 van 16.4.2016, blz. 15), gerectificeerd bij PB L 238 van 6.9.2016, blz. 9.

9.    32016 D 0786: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/0786 van de Commissie van 18 mei 2016 tot vaststelling van de procedure voor de instelling en de werking van een onafhankelijke adviescommissie ter ondersteuning van de lidstaten en de Commissie bij het bepalen of tabaksproducten een kenmerkend aroma hebben (PB L 131 van 20.5.2016, blz. 79).


10.    32016 D 0787: Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/787 van de Commissie van 18 mei 2016 tot vaststelling van een prioriteitenlijst van additieven in sigaretten en shagtabak waarvoor aangescherpte rapportageverplichtingen gelden (PB L 131 van 20.5.2016, blz. 88).

11.    32016 R 0779: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/779 van de Commissie van 18 mei 2016 tot vaststelling van uniforme regels voor de procedures om te bepalen of een tabaksproduct een kenmerkend aroma heeft (PB L 131 van 20.5.2016, blz. 48).

12.    32018 R 0573: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/573 van de Commissie van 15 december 2017 betreffende de centrale elementen van de gegevensopslagcontracten die als onderdeel van een traceringssysteem voor tabaksproducten moeten worden gesloten (PB L 96 van 16.4.2018, blz. 1).

13.    32018 R 0574: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/574 van de Commissie van 15 december 2017 inzake de technische normen voor de instelling en werking van een traceringssysteem voor tabaksproducten (PB L 96 van 16.4.2018, blz. 55).

14.    32018 D 0576: Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/576 van de Commissie van 15 december 2017 inzake de technische normen voor op tabaksproducten aangebrachte veiligheidskenmerken (PB L 96 van 16.4.2018, blz. 57).


HOOFDSTUK 23

GEDISTILLEERDE DRANKEN

BEDOELDE HANDELINGEN:

1.    31992 R 2009: Verordening (EEG) Nr. 2009/92 van de Commissie van 20 juli 1992 tot vaststelling van de communautaire methoden voor de analyse van ethylalcohol uit landbouwproducten die wordt gebruikt voor de bereiding van gedistilleerde dranken, gearomatiseerde wijnen, gearomatiseerde dranken op basis van wijn en gearomatiseerde cocktails van wijnbouwproducten (PB L 203 van 21.7.1992, blz. 10).

2.    31996 R 2215: Verordening (EG) nr. 2215/96 van de Commissie van 20 november 1996 tot vaststelling van afwijkende maatregelen voor “Glühwein” (PB L 296 van 21.11.1996, blz. 30).

3.    32000 R 2870: Verordening (EG) nr. 2870/2000 van de Commissie van 19 december 2000 tot vaststelling van communautaire referentiemethoden voor de analyse van gedistilleerde dranken (PB L 333 van 29.12.2000, blz. 20), zoals gewijzigd bij:

   32002 R 2091: Verordening (EC) nr. 2091/2002 van de Commissie van 26 november 2002 (PB L 322 van 27.11.2002, blz. 11),

   32016 R 0635: Uitvoeringsverordening (EU) 2016/635 van de Commissie van 22 april 2016 (PB L 108 van 23.4.2016, blz. 1).

4.    32010 R 0976: Verordening (EU) nr. 976/2010 van de Commissie van 29 oktober 2010 houdende inschrijving van een benaming in het register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen (Hessischer Apfelwein (BGA)) (PB L 285 van 30.10.2010, blz. 13).


5.    32013 R 0716: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 716/2013 van de Commissie van 25 juli 2013 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 110/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de definitie, de aanduiding, de presentatie, de etikettering en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken (PB L 201 van 26.7.2013, blz. 21).

6.    32014 R 0251: Verordening (EU) nr. 251/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 inzake de definitie, de aanduiding, de aanbiedingsvorm, de etikettering en de bescherming van geografische aanduidingen van gearomatiseerde wijnbouwproducten en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 1601/91 van de Raad (PB L 84 van 20.3.2014, blz. 14).

7.    32016 H 0022: Aanbeveling (EU) 2016/22 van de Commissie van 7 januari 2016 betreffende de voorkoming en beperking van verontreiniging van eau de vie van steenvruchten en vruchtendraf-eau-de-vie van steenvruchten met ethylcarbamaat en tot intrekking van Aanbeveling 2010/133/EU (PB L 6 van 9.1.2016, blz. 8).

8.    32017 R 0670: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/670 van de Commissie van 31 januari 2017 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 251/2014 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de toegestane productieprocessen voor de bereiding van gearomatiseerde wijnbouwproducten (PB L 97 van 8.4.2017, blz. 5).

9.    32018 R 1793: Verordening (EU) 2018/1793 van de Commissie van 20 november 2018 tot goedkeuring van een wijziging van het technisch dossier van een in bijlage III bij Verordening (EG) nr. 110/2008 geregistreerde geografische aanduiding van een gedistilleerde drank waarbij de belangrijkste specificaties van dat dossier worden gewijzigd (“Ron de Guatemala” (GA)) (PB L 294 van 21.11.2018, blz. 1).


10.    32019 R 0787: Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 betreffende de definitie, omschrijving, presentatie en etikettering van gedistilleerde dranken, het gebruik van de namen van gedistilleerde dranken in de presentatie en etikettering van andere levensmiddelen en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken, het gebruik van ethylalcohol en distillaten uit landbouwproducten in alcoholhoudende dranken, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 110/2008 (PB L 130 van 17.5.2019, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 316I van 6.12.2019, blz. 3 en PB L 178 van 20.5.2021, blz. 4, zoals gewijzigd bij:

   32021 R 1096: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1096 van de Commissie van 21 april 2021 (PB L 238 van 6.7.2021, blz. 1),

   32021 R 1334: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1334 van de Commissie van 27 mei 2021 (PB L 289 van 12.8.2021, blz. 1),

   32021 R 1335: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1335 van de Commissie van 27 mei 2021 (PB L 289 van 12.8.2021, blz. 4),

   32021 R 1465: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1465 van de Commissie van 6 juli 2021 (PB L 321 van 13.9.2021, blz. 12),

   32022 R 1303: Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/1303 van de Commissie van 25 april 2022 (PB L 197 van 26.7.2022, blz. 71).

11.    32019 R 1350: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1350 van de Commissie van 12 augustus 2019 tot registratie van een geografische aanduiding van een gedistilleerde drank op grond van artikel 30, lid 2, van Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad (“Absinthe de Pontarlier”) (PB L 215 van 19.8.2019, blz. 1).


12.    32019 R 1682: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1682 Van De Commissie van 2 oktober 2019 tot registratie van een geografische aanduiding van een gedistilleerde drank op grond van artikel 30, lid 2, van Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad “Ямболска гроздова ракия/Гроздова ракия от Ямбол/Yambolska grozdova rakya/Grozdova rakya ot Yambol” (PB L 258 van 9.10.2019, blz. 6).

13.    32020 R 0154: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/154 van de Commissie van 23 januari 2020 tot registratie van een geografische aanduiding van een gedistilleerde drank op grond van artikel 30, lid 2, van Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad “Norsk Vodka”/”Norwegian Vodka” (PB L 34 van 6.2.2020, blz. 1).

14.    32020 R 0156: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/156 van de Commissie van 23 januari 2020 tot registratie van een geografische aanduiding van een gedistilleerde drank op grond van artikel 30, lid 2, van Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad “Norsk Akevitt”/“Norsk Aquavit”/“Norsk Akvavit”/“Norwegian Aquavit” (PB L 34 van 6.2.2020, blz. 13).

15.    32020 R 0179: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/179 van de Commissie van 3 februari 2020 tot goedkeuring van een wijziging van het productdossier van een geregistreerde geografische aanduiding van een gedistilleerde drank (Berliner Kümmel) (PB L 37 van 10.2.2020, blz. 4).

16.    32020 R 0198: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/198 van de Commissie van 13 februari 2020 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) nr. 251/2014 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het opzetten van het register van geografische aanduidingen die in de sector gearomatiseerde wijnbouwproducten zijn beschermd, en de opname van bestaande geografische benamingen in dat register (PB L 42 van 14.2.2020, blz. 8).


17.    32020 R 0623: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/623 van de Commissie van 30 april 2020 tot goedkeuring van een wijziging van het productdossier van een geregistreerde geografische aanduiding van een gedistilleerde drank (Ratafia de Champagne) (PB L 144 van 7.5.2020, blz. 10).

18.    32020 R 1286: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1286 van de Commissie van 9 september 2020 tot goedkeuring van een wijziging van het productdossier van een geregistreerde geografische aanduiding van een gedistilleerde drank (Scotch Whisky) (PB L 302 van 16.9.2020, blz. 4).

19.    32020 R 1287: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1287 van de Commissie van 9 september 2020 tot goedkeuring van een wijziging van het productdossier van een geregistreerde geografische aanduiding van een gedistilleerde drank [Hierbas de Mallorca] (PB L 302 van 16.9.2020, blz. 6).

20.    32020 R 2079: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/2079 van de Commissie van 8 december 2020 tot goedkeuring van een wijziging van het productdossier van een geregistreerde geografische aanduiding van een gedistilleerde drank (Münchener Kümmel) (PB L 423 van 15.12.2020, blz. 1).

21.    32021 R 0518: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/518 van de Commissie van 18 maart 2021 tot registratie van een geografische aanduiding van een gedistilleerde drank op grond van artikel 30, lid 2, van Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad “Vasi vadkörte pálinka” (PB L 104 van 25.3.2021, blz. 34).

22.    32021 R 0717: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/717 van de Commissie van 26 april 2021 tot registratie van een geografische aanduiding van een gedistilleerde drank op grond van artikel 30, lid 2, van Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad “Nagykunsági szilvapálinka” (PB L 151 van 3.5.2021, blz. 8).


23.    32021 R 0723: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/723 van de Commissie van 26 februari 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het aanleggen van een openbaar register met de instanties die door elke lidstaat zijn aangewezen om toezicht te houden op de rijpingsprocessen van gedistilleerde dranken (PB L 155 van 5.5.2021, blz. 1).

24.    32021 R 0724: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/724 van de Commissie van 3 maart 2021 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de mededelingen die de lidstaten aan de Commissie moeten doen met betrekking tot de instanties die zijn aangewezen om toezicht te houden op de rijpingsprocessen van gedistilleerde dranken en met betrekking tot de bevoegde autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor het doen naleven van die verordening (PB L 155 van 5.5.2021, blz. 3).

25.    32021 R 1235: Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1235 van de Commissie van 12 mei 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad met regels betreffende aanvragen tot registratie van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken, wijzigingen van productdossiers, annulering van de registratie en het register (PB L 270 van 29.7.2021, blz. 1).

26.    32021 R 1236: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1236 van de Commissie van 12 mei 2021 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad betreffende aanvragen tot registratie van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken, de bezwaarprocedure, wijzigingen van productdossiers, annulering van de registratie, het gebruik van symbolen en de controle (PB L 270 van 29.7.2021, blz. 10).

27.    32021 R 1265: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1265 van de Commissie van 26 juli 2021 tot registratie van een geografische aanduiding van een gedistilleerde drank op grond van artikel 30, lid 2, van Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad (“Bayerischer Bärwurz”) (PB L 277 van 2.8.2021, blz. 32).


28.    32021 R 1291: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1291 van de Commissie van 28 juli 2021 tot registratie van een geografische aanduiding van een gedistilleerde drank op grond van artikel 30, lid 2, van Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad (“Demerara Rum”) (PB L 281 van 4.8.2021, blz. 1).

29.    32021 R 1343: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1343 van de Commissie van 10 augustus 2021 tot goedkeuring van een wijziging van het productdossier van een geregistreerde geografische aanduiding van een gedistilleerde drank (Újfehértói meggypálinka) (PB L 292 van 16.8.2021, blz. 25).

30.    32021 R 1419: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1419 van de Commissie van 24 augustus 2021 tot registratie van een geografische aanduiding van een gedistilleerde drank op grond van artikel 30, lid 2, van Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad “Nagykunsági birspálinka” (PB L 305 van 31.8.2021, blz. 8).

31.    32021 R 1687: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1687 van de Commissie van 14 september 2021 tot registratie van een geografische aanduiding van een gedistilleerde drank op grond van artikel 30, lid 2, van Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad (“Madarasi birspálinka”) (PB L 332 van 21.9.2021, blz. 4).

32.    32021 R 2262: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2262 van de Commissie van 13 december 2021 tot registratie van een geografische aanduiding van een gedistilleerde drank op grond van artikel 30, lid 2, van Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad (“Bayerischer Blutwurz”) (PB L 455 van 20.12.2021, blz. 18).

33.    32022 R 0888: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/888 van de Commissie van 31 mei 2022 tot registratie van een geografische aanduiding van een gedistilleerde drank op grond van artikel 30, lid 2, van Verordening (EU) 2019/787 van het Europees Parlement en de Raad (“Hohenloher Birnenbrand/Hohenloher Birnenwasser”) (PB L 154 van 7.6.2022, blz. 35).


HOOFDSTUK 24

CULTUURGOEDEREN

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32014 L 0060: Richtlijn 2014/60/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de teruggave van cultuurgoederen die op onrechtmatige wijze buiten het grondgebied van een lidstaat zijn gebracht en houdende wijziging van Verordening (EU) nr. 1024/2012 (PB L 159 van 28.5.2014, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 147 van 12.6.2015, blz. 24.

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze richtlijn met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is drie jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.


HOOFDSTUK 25

EXPLOSIEVEN VOOR CIVIEL GEBRUIK EN PYROTECHNISCHE ARTIKELEN

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32014 L 0028: Richtlijn 2014/28/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van en de controle op explosieven voor civiel gebruik (herschikking) (PB L 96 van 29.3.2014, blz. 1)

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van deze richtlijn met de volgende aanpassing gelezen:

Andorra mag het huidige systeem van eenmalige, gecentraliseerde en veilige opslag en vervoer van explosieven voor civiele doeleinden handhaven, dat wordt beheerd door één centrale entiteit die gemachtigd is explosieven voor civiele doeleinden in te voeren, op te slaan en in de handel te brengen.

2.    32004 D 0388: Beschikking 2004/388/EG van de Commissie van 15 april 2004 betreffende een document voor de overbrenging van explosieven binnen de Gemeenschap (PB L 120 van 24.4.2004, blz. 43), zoals gewijzigd bij:

   32010 D 0347: Besluit 2010/347/EU van de Commissie van 19 juni 2010 (PB L 155 van 22.6.2010, blz. 54).


3.    32013 L 0029: Richtlijn 2013/29/EU van het Europees Parlement en de Raad van 12 juni 2013 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van pyrotechnische artikelen (herschikking) (PB L 178 van 28.6.2013, blz. 27).

4.    32014 L 0058: Uitvoeringsrichtlijn 2014/58/EU van de Commissie van 16 april 2014 voor het opzetten van een traceerbaarheidssysteem voor pyrotechnische artikelen overeenkomstig Richtlijn 2007/23/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 115 van 17.4.2014, blz. 28).

5.    32008 L 0043: Richtlijn 2008/43/EG van de Commissie van 4 april 2008 tot instelling van een systeem voor de identificatie en de traceerbaarheid van explosieven voor civiel gebruik overeenkomstig Richtlijn 93/15/EEG van de Raad (PB L 94 van 5.4.2008, blz. 8), zoals gewijzigd bij:

   32012 L 0004: Richtlijn 2012/4/EG van de Commissie van 22 februari 2012 (PB L 50 van 23.2.2012, blz. 18).

6.    32019 R 1148: Verordening (EU) 2019/1148 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 over het op de markt brengen en het gebruik van precursoren voor explosieven, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 98/2013 (PB L186 van 11.7.2019, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 231 van 6.9.2019, blz. 30.

HANDELINGEN WAARVAN DE GEASSOCIEERDE PARTIJEN NOTA NEMEN

1.    32017 H 1936: Aanbeveling (EU) 2017/1936 van de Commissie van 18 oktober 2017 inzake onmiddellijke actie ter voorkoming van misbruik van precursoren voor explosieven (PB L 273 van 24.10.2017, blz. 12).


HOOFDSTUK 26

MEDISCHE HULPMIDDELEN

Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de bepalingen van de in dit hoofdstuk vermelde rechtshandelingen van de EU met de volgende aanpassing gelezen:

Artikel 3 van Kaderprotocol nr. 1 bij deze overeenkomst is van toepassing. De in artikel 3, lid 2, van Kaderprotocol nr. 1 bedoelde periode is drie jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    31998 L 0079: Richtlijn 98/79/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 oktober 1998 betreffende medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek (PB L 331 van 7.12.1998, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 22 van 29.1.1999, blz. 75, zoals gewijzigd bij:

   32011 L 0100: Richtlijn 2011/100/EG van de Commissie van 20 december 2011 (PB L 341 van 22.12.2011, blz. 50).

2.    32002 D 0364: Beschikking 2002/364/EG van de Commissie van 7 mei 2002 betreffende gemeenschappelijke technische specificaties voor medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek (PB L 131 van 16.5.2002, blz. 17), zoals gewijzigd bij:

   32009 D 0886: Beschikking 2009/886/EG van de Commissie van 27 november 2009 (PB L 318 van 4.12.2009, blz. 25), gerectificeerd bij PB L 348 van 29.12.2009, blz. 94,

   32011 D 0869: Besluit 2011/869/EU van de Commissie van 20 december 2011 (PB L 341 van 22.12.2011, blz. 63),


   32019 D 1244: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1244 van de Commissie van 1 juli 2019 (PB L 193 van 19.7.2019, blz. 1),

   32020 D 0350: Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/350 van de Commissie van 28 februari 2020 (PB L 63 van 3.3.2020, blz. 3).

3.    32003 L 0012: Richtlijn 2003/12/EG van de Commissie van 3 februari 2003 betreffende de herclassificatie van borstimplantaten in het kader van Richtlijn 93/42/EEG betreffende medische hulpmiddelen (PB L 28 van 4.2.2003, blz. 43).

4.    32012 R 0722: Verordening (EU) nr. 722/2012 van de Commissie van 8 augustus 2012 betreffende bijzondere vereisten voor de in de Richtlijnen 90/385/EEG en 93/42/EEG van de Raad vastgelegde eisen betreffende actieve implanteerbare medische hulpmiddelen en medische hulpmiddelen die zijn vervaardigd met gebruikmaking van weefsel van dierlijke oorsprong (PB L 212 van 9.8.2012, blz. 3).

5.    32005 L 0050: Richtlijn 2005/50/EG van de Commissie van 11 augustus 2005 betreffende de herindeling van heup-, knie- en schouderprothesen in het kader van Richtlijn 93/42/EEG van de Raad betreffende medische hulpmiddelen (PB L 210 van 12.8.2005, blz. 41).

6.    32010 D 0227: Besluit 2010/227/EU van de Commissie van 19 april 2010 over de Europese databank voor medische hulpmiddelen (Eudamed) (PB L 102 van 23.4.2010, blz. 45).

7.    32012 R 0207: Verordening (EU) nr. 207/2012 van de Commissie van 9 maart 2012 betreffende elektronische gebruiksaanwijzingen voor medische hulpmiddelen (PB L 72 van 10.3.2012, blz. 28).


8.    32013 R 0920: Uitvoeringsverordening (EU) nr. 920/2013 van de Commissie van 24 september 2013 inzake de aanwijzing van en het toezicht op aangemelde instanties overeenkomstig Richtlijn 90/385/EEG van de Raad betreffende actieve implanteerbare medische hulpmiddelen en Richtlijn 93/42/EEG van de Raad betreffende medische hulpmiddelen (PB L 253 van 25.9.2013, blz. 8), zoals gewijzigd bij:

   32020 R 0666: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/666 van de Commissie van 18 mei 2020 (PB L 156 van 19.5.2020, blz. 2).

9.    32017 R 0745: Verordening (EU) 2017/745 van het Europees Parlement en de Raad van 5 april 2017 betreffende medische hulpmiddelen, tot wijziging van Richtlijn 2001/83/EG, Verordening (EG) nr. 178/2002 en Verordening (EG) nr. 1223/2009, en tot intrekking van Richtlijnen 90/385/EEG en 93/42/EEG van de Raad (PB L 117 van 5.5.2017, blz. 1), gerectificeerd bij PB L 117 van 3.5.2019, blz. 9, zoals gewijzigd bij:

   32020 R 0561: Verordening (EU) 2020/561 van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2020 (PB L 130 van 24.4.2020, blz. 18).

10.    32019 D 1396: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1396 van de Commissie van 10 september 2019 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen van Verordening (EU) 2017/745 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de aanwijzing van deskundigenpanels voor medische hulpmiddelen (PB L 234 van 11.9.2019, blz. 23).

11.    32021 R 2226: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2226 van de Commissie van 14 december 2021 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2017/745 van het Europees Parlement en de Raad wat elektronische gebruiksaanwijzingen voor medische hulpmiddelen betreft (PB L 448 van 15.12.2021, blz. 32).


12.    32021 R 2078: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2078 van de Commissie van 26 november 2021 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2017/745 van het Europees Parlement en de Raad wat de Europese databank voor medische hulpmiddelen (Eudamed) betreft (PB L 426 van 29.11.2021, blz. 9).

13.    32022 R 2346: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2346 van de Commissie van 1 december 2022 tot vaststelling van gemeenschappelijke specificaties voor de groepen producten zonder een beoogd medisch doeleind die zijn vermeld in bijlage XVI bij Verordening (EU) 2017/745 van het Europees Parlement en de Raad betreffende medische hulpmiddelen (PB L 311 van 2.12.2022, blz. 60).

14.    32022 R 2347: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/2347 van de Commissie van 1 december 2022 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2017/745 van het Europees Parlement en de Raad wat de herclassificatie van groepen van bepaalde actieve producten zonder beoogd medisch doeleind betreft (PB L 311 van 2.12.2022, blz. 94).

15.    32017 R 0746: Verordening (EU) 2017/746 van het Europees Parlement en de Raad van 5 april 2017 betreffende medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek en tot intrekking van Richtlijn 98/79/EG en Besluit 2010/227/EU van de Commissie (PB L 117 van 5.5.2017, blz. 176), gerectificeerd bij PB L 117 van 3.5.2019, blz. 11, zoals gewijzigd bij:

   32022 R 0112: Verordening (EU) 2022/112 van het Europees Parlement en de Raad van 25 januari 2022 (PB L 19 van 28.1.2022, blz. 3).

16.    32022 R 1107: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1107 van de Commissie van 4 juli 2022 tot vaststelling van gemeenschappelijke specificaties voor bepaalde medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek van klasse D overeenkomstig Verordening (EU) 2017/746 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 178 van 5.7.2022, blz. 3).


17.    32022 R 0944: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/944 van de Commissie van 17 juni 2022 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2017/746 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de taken van en de criteria voor referentielaboratoria van de Europese Unie op het gebied van medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek (PB L 164 van 20.6.2022, blz. 7).

18.    32022 R 0945: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/945 van de Commissie van 17 juni 2022 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2017/746 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de vergoedingen die EU-referentielaboratoria op het gebied van medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek in rekening mogen brengen (PB L 164 van 20.6.2022, blz. 20).

19.    32019 D 0939: Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/939 van de Commissie van 6 juni 2019 tot aanwijzing van toekennende entiteiten voor het beheer van een systeem voor de toekenning van unieke codes voor hulpmiddelidentificatie (UDI’s) op het gebied van medische hulpmiddelen (PB L 149 van 7.6.2019, blz. 73).

20.    32017 R 2185: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2185 van de Commissie van 23 november 2017 betreffende de lijst met codes en overeenkomstige soorten hulpmiddelen ter omschrijving van de reikwijdte van de aanwijzing van de aangemelde instanties op het gebied van medische hulpmiddelen ingevolge Verordening (EU) 2017/745 van het Europees Parlement en de Raad en op het gebied van medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek ingevolge Verordening (EU) 2017/746 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 309 van 24.11.2017, blz. 7).

21.    32020 R 1207: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1207 van de Commissie van 19 augustus 2020 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EU) 2017/745 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft gemeenschappelijke specificaties voor de herverwerking van hulpmiddelen voor eenmalig gebruik (PB L 273 van 20.8.2020, blz. 3).


22.    32017 D 1445: Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1445 van de Commissie van 8 augustus 2017 betreffende de groep producten waarvan de belangrijkste beoogde werking is cystitis te voorkomen of te behandelen, op basis van proanthocyanidines die aanwezig zijn in grote veenbessen (cranberry/Vaccinium macrocarpon) (PB L 149 van 7.6.2019, blz. 73).

HANDELINGEN WAARVAN DE GEASSOCIEERDE PARTIJEN NOTA NEMEN

1.    32013 H 0172: Aanbeveling 2013/172/EU van de Commissie van 5 april 2013 betreffende een gemeenschappelijk kader voor een systeem van unieke hulpmiddelenidentificatie voor medische hulpmiddelen in de Unie (PB L 99 van 9.4.2013, blz. 17).

2.    32013 H 0473: Aanbeveling 2013/473/EU van de Commissie van 24 september 2013 betreffende de audits en beoordelingen die door aangemelde instanties op het gebied van medische hulpmiddelen worden uitgevoerd (PB L 253 van 25.9.2013, blz. 27).


HOOFDSTUK 27

PLEZIERVAARTUIGEN

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32013 L 0053: Richtlijn 2013/53/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 november 2013 betreffende pleziervaartuigen en waterscooters en tot intrekking van Richtlijn 94/25/EG (PB L 354 van 28.12.2013, blz. 90), gerectificeerd bij PB L 297 van 13.11.2015, blz. 9, zoals gewijzigd bij:

   32022 D 1954: Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1954 van de Commissie van 12 oktober 2022 (PB L 269 van 17.10.2022, blz. 20).

2.    32017 R 0001: Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1 van de Commissie van 3 januari 2017 betreffende procedures voor vaartuigidentificatie in het kader van Richtlijn 2013/53/EU van het Europees Parlement en de Raad betreffende pleziervaartuigen en waterscooters (PB L 1 van 4.1.2017, blz. 1).


HOOFDSTUK 28

UITRUSTING VAN ZEESCHEPEN

BEDOELDE HANDELINGEN

1.    32014 L 0090: Richtlijn 2014/90/EU van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 2014 inzake uitrusting van zeeschepen en tot intrekking van Richtlijn 96/98/EG van de Raad (PB L 257 van 28.8.2014, blz. 146), zoals gewijzigd bij:

   32021 L 1206: Gedelegeerde Richtlijn (EU) 2021/1206 van de Commissie van 30 april 2021 (PB L 261 van 22.7.2021, blz. 45).

2.    32022 R 1157: Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1157 van de Commissie van 4 juli 2022 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Richtlijn 2014/90/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de eisen met betrekking tot het ontwerp, de constructie en de prestaties van en de beproevingsnormen voor de uitrusting van zeeschepen en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1158 van de Commissie (PB L 180 van 6.7.2022, blz. 1).

3.    32018 R 0414: Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/414 van de Commissie van 9 januari 2018 ter aanvulling van Richtlijn 2014/90/EU van het Europees Parlement en de Raad voor wat betreft de identificatie van specifieke artikelen van de uitrusting van zeeschepen die in aanmerking komen voor elektronische labels (PB L 75 van 19.3.2018, blz. 3).

4.    32018 R 0608: Uitvoeringsverordening (EU) 2018/608 van de Commissie van 19 april 2018 tot vaststelling van technische criteria voor elektronische labels voor uitrusting van zeeschepen (PB L 101 van 20.4.2018, blz. 64).

________________

BIJLAGE bij het Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

BIJLAGE bij het Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

BIJLAGE bij het Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

BIJLAGE bij het Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

BIJLAGE bij het Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

BIJLAGE bij het Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

BIJLAGE bij het Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

BIJLAGE bij het Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

BIJLAGE bij het Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino

BIJLAGE bij het Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en respectievelijk het Vorstendom Andorra en de Republiek San Marino