Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 10160/21 INIT; ST 10160/21 ADD 1 REV 2) van 13 juli 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Italië
Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 10160/21 INIT; ST 10160/21 ADD 1 REV 2) van 13 juli 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Italië
UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD
Brussel, 29.10.2024 |
COM(2024) 509 final |
2024/0287(NLE) |
Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 10160/21 INIT; ST 10160/21 ADD 1 REV 2) van 13 juli 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Italië |
2024/0287 (NLE) |
Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 10160/21 INIT; ST 10160/21 ADD 1 REV 2) van 13 juli 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Italië |
UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD
tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 10160/21 INIT; ST 10160/21 ADD 1 REV 2) van 13 juli 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Italië
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de herstel- en veerkrachtfaciliteit 1 , en met name artikel 20, lid 1,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
Nadat Italië op 30 april 2021 zijn nationale herstel- en veerkrachtplan had ingediend, heeft de Commissie de Raad een voorstel voor een positieve beoordeling voorgelegd. De Raad heeft de positieve beoordeling goedgekeurd door middel van het uitvoeringsbesluit van 13 juli 2021 2 . Dat uitvoeringsbesluit van de Raad is gewijzigd op 19 september 2023 3 , 8 december 2023 4 en 14 mei 2024 5 .
Op 10 oktober 2024 heeft Italië overeenkomstig artikel 21, lid 1, van Verordening (EU) 2021/241 een met redenen omkleed verzoek bij de Commissie ingediend om een voorstel in te dienen tot wijziging van het uitvoeringsbesluit van de Raad van 13 juli 2021, aangezien het herstel- en veerkrachtplan vanwege objectieve omstandigheden gedeeltelijk niet langer haalbaar is. Op basis daarvan heeft Italië een gewijzigd herstel- en veerkrachtplan ingediend.
Wijzigingen op basis van artikel 21 van Verordening (EU) 2021/241
De wijzigingen van het herstel- en veerkrachtplan die Italië op grond van objectieve omstandigheden heeft ingediend, hebben betrekking op 21 maatregelen.
Italië heeft toegelicht dat 13 maatregelen zijn gewijzigd om betere alternatieven uit te voeren, om zo de oorspronkelijke ambitie van de maatregel te bereiken. Dit betreft: mijlpaal M1C1-59ter en de beschrijving van maatregel IT-C[M1C1]-R[R.1.9] Hervorming van de openbare werkgelegenheid en vereenvoudiging, in het kader van component 1 van missie 1; mijlpaal M1C1-73bis en streefdoelen M1C1-85, M1C1-97, M1C1-97bis en M1C1-99 van maatregel IT-C[M1C1]-R[R1.10] Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten, in het kader van component 1 van missie 1; mijlpalen M1C1-72bis, M1C1-72quater, M1C1-72quinquies, M1C1-72sexies van maatregel IT-C[M1C1]-R[R1.11] Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten, in het kader van component 1 van missie 1; streefdoelen M1C2-2 en M1C2-3 van maatregel IT-C[M1C2]-I[I1] Transitie 4.0, in het kader van component 2 van missie 1; streefdoel M1C3-9 van maatregel IT-C[M1C3]-I[I4] Hub voor digitaal toerisme, in het kader van component 3 van missie 1; mijlpaal M2C2-6 en de beschrijving van maatregel IT-C[M2C2]-R[R1] Vereenvoudiging van de vergunningsprocedures voor hernieuwbare onshore- en offshore-installaties en nieuw rechtskader om de productie uit hernieuwbare bronnen te ondersteunen en de termijn en subsidiabiliteit van de huidige steunregelingen te verlengen, in het kader van component 2 van missie 2; streefdoel M2C4-6 en de beschrijving van maatregel IT-C[M2C4]-I[I3.2] Digitalisering van nationale parken, in het kader van component 4 van missie 2; streefdoel M3C2-5 van maatregel IT-C[M3C2]-I[I2.1] Digitalisering van de logistieke keten, in het kader van component 2 van missie 3; mijlpaal M5C1-9 en streefdoelen M5C1-10 en M5C1-11 van maatregel IT-C[M5C1]-R[R2] Niet-aangegeven arbeid, in het kader van component 1 van missie 5; mijlpaal M5C3-12 van maatregel IT-C[M5C3]-I[I1.4] Infrastructuurinvesteringen voor de speciale economische zones, in het kader van component 3 van missie 5; mijlpaal M7-10 in het kader van maatregel IT-C[M7]-R[R5] Hervorming 5 Plan voor nieuwe vaardigheden – transities, in het kader van missie 7; M7-30 en de beschrijving van maatregel IT-C[M7]-I[I10] Proefprojecten inzake vaardigheden “Crescere Green”, in het kader van missie 7; mijlpaal M7-32, streefdoel M7-33 en mijlpaal M7-34 in het kader van maatregel IT-C[M7]-I[I12] Subsidieregeling voor de ontwikkeling van internationaal, industrieel en O&O-leiderschap op het gebied van emissievrije bussen, in het kader van missie 7. Op basis hiervan heeft Italië verzocht bovengenoemde maatregelen, met inbegrip van de relevante mijlpalen en streefdoelen, te wijzigen. Voorts heeft Italië verzocht de volgende streefdoelen toe te voegen: M1C3-9bis voor maatregel IT-C[M1C3]-I[I4] Hub voor digitaal toerisme, in het kader van component 3 van missie 1; M2C4-6bis voor maatregel IT-C[M2C4]-I[I3.2] Digitalisering van nationale parken, in het kader van component 4 van missie 2; M3C2-5bis voor maatregel C[M3C2]-I[I2.1] Digitalisering van de logistieke keten, in het kader van component 2 van missie 3. Het uitvoeringsbesluit van de Raad van 13 juli 2021 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.
Italië heeft toegelicht dat acht maatregelen zijn gewijzigd om betere en administratief minder belastende alternatieven uit te voeren, waarmee de oorspronkelijke doelstellingen van de desbetreffende maatregelen nog steeds worden behaald. Dit betreft: streefdoel M1C1-112 en de beschrijving van maatregel IT-C[M1C1]-R[R1.12] Hervorming van de belastingdienst, in het kader van component 1 van missie 1; streefdoelen M2C1-15 en M2C1-16bis van maatregel IT-C[M2C1]-R[R1.2] Nationaal programma voor afvalbeheer, in het kader van component 2 van missie 2; de beschrijving van maatregel IT-C[M2C2]-I[I4.4.3] Vernieuwing van de vloot voor de nationale brandweer, in het kader van component 2 van missie 2; streefdoel M2C3-10 van IT-C[M2C3]-I[I3.1] Bevordering van efficiënte stadsverwarming, in het kader van component 3 van missie 2; mijlpaal M4C1-8 en streefdoel M4C1-22 in het kader van maatregel IT-C[M4C1]-I[I.1.3] Plan voor de verbetering van de sportinfrastructuur van scholen, in het kader van component 1 van missie 4; mijlpaal M5C2-4 in het kader van maatregel IT-C[M4C1]-I[I.1.3] Hervorming voor niet-zelfvoorzienende ouderen, in het kader van component 3 van missie 5; maatregel IT-C[M7]-I[I15] Transizione 5.0, in het kader van missie 7. Op grond hiervan heeft Italië verzocht de overbodige achtergrondinformatie en procedurele elementen die niet bijdragen aan de doelstellingen van de maatregel te schrappen, om te verduidelijken dat bepaalde elementen betrekking hebben op de doelstellingen of de context van de maatregelen en om de beschrijving te vereenvoudigen van maatregelen of mijlpalen en streefdoelen die een ongerechtvaardigde administratieve last vormen om de doelstellingen van de maatregelen te verwezenlijken. Het uitvoeringsbesluit van de Raad van 13 juli 2021 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.
De Commissie is van oordeel dat de door Italië aangevoerde redenen de wijziging(en) op grond van artikel 21, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241 rechtvaardigen. Het uitvoeringsbesluit van de Raad van 13 juli 2021 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.
De verdeling van mijlpalen en streefdoelen in tranches moet worden aangepast om rekening te houden met de door Italië voorgestelde wijzigingen van het plan en het indicatieve tijdschema.
Correctie van schrijffouten
In de tekst van het uitvoeringsbesluit van de Raad zijn 10 schrijffouten vastgesteld die gevolgen hebben voor 3 mijlpalen en 7 streefdoelen en 10 maatregelen in het kader van 10 componenten. Het uitvoeringsbesluit van de Raad moet worden gewijzigd ter correctie van schrijffouten die niet de inhoud weerspiegelen van het op 30 april 2021 bij de Commissie ingediende en op 19 september 2023, 8 december 2023 en 14 mei 2024 gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, zoals overeengekomen tussen de Commissie en Italië. Deze schrijffouten hebben betrekking op streefdoel M1C1-15 van IT-C[M1C1]-I[I1.6.6] Digitalisering van de financiële politie, in het kader van component 1 van missie 1; mijlpaal M1C1-108 van maatregel IT-C[M1C1]-R[R1.15] Hervorming van de regels voor overheidsboekhouding, in het kader van component 1 van missie 1; streefdoel M2C1-17ter van IT-C[M2C1]-I[I1.2] Vlaggenschipprojecten op het gebied van de circulaire economie, in het kader van M2C1; streefdoelen M2C1-23 en M2C1-24 van IT-C[M2C1]-I[I3.4] Fondo Rotativo Contratti di Filiera (FCF) ter ondersteuning van contracten voor toeleveringsketens voor de sectoren agrovoeding, visserij en aquacultuur, bosbouw, bloementeelt en plantenkwekerijen, in het kader van component 1 van missie 2; streefdoel M2C2-47 van IT-C[M2C2]-I[I1.2] Bevordering van hernieuwbare energiebronnen voor energiegemeenschappen en gezamenlijk optredende zelfverbruikers van hernieuwbare energie, in het kader van M2C2; streefdoel M2C2-53 van IT-C[M2C2]-I[I5.2] Waterstof, in het kader van M2C2; streefdoel M4C2-22 van IT-C[M4C2]-I[I2.1] IPCEI, in het kader van M4C2; mijlpaal M5C2-2 van IT-C[M5C2-2]-R[R1] Kaderwet inzake handicaps, in het kader van M5C2; mijlpaal M7-35 van maatregel IT-C[M7]-I[I13] Adriatische lijn fase 1 (Sulmona-compressorstation en Sestino-Minerbio-gaspijpleiding), in het kader van missie 7, en de beschrijving van de volgende maatregelen: IT-C[M2C1]-I[I3.4] Fondo Rotativo Contratti di Filiera (FCF) ter ondersteuning van contracten voor toeleveringsketens voor de sectoren agrovoeding, visserij en aquacultuur, bosbouw, bloementeelt en plantenkwekerijen, in het kader van component 1 van missie 2; IT-C[M2C2]-I[I5.4] Steun voor start-ups en durfkapitaal dat actief is in de ecologische transitie, in het kader van component 2 van missie 2. Deze correcties hebben geen gevolgen voor de uitvoering van de betreffende maatregelen. In overweging 14 van het uitvoeringsbesluit van de Raad van 5 december 2023 6 is één schrijffout vastgesteld. Deze schrijffout houdt verband met het feit dat maatregel IT-C[M2C1-I[I.2.1] Logistiek plan voor de sectoren agrovoeding, visserij en aquacultuur, bosbouw, bloementeelt en plantenkwekerijen gewijzigd lijkt in het uitvoeringsbesluit van de Raad tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit van 13 juli 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Italië van 5 december 2023 en het bijbehorende werkdocument van de diensten van de Commissie: Analyse van het herstel- en veerkrachtplan van Italië tot wijziging van de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan van 13 juli 2021 (SWD). De maatregel is echter niet gewijzigd; de wijzigingen in verband met deze maatregel hebben betrekking op maatregel IT-C[M2C1]-I[I.2.2] Agrarisch zonnepark, die in overweging 20 is opgenomen als een van de schrijffouten in de tekst van het uitvoeringsbesluit van de Raad. Investering 2.2 “Agrarisch zonnepark” is gewijzigd als gevolg van veranderingen in de marktomstandigheden.
In overweging 14 van het uitvoeringsbesluit van de Raad van 8 december 2023 tot wijziging van het uitvoeringsbesluit van 13 juli 2021 7 is één schrijffout vastgesteld. Deze schrijffout houdt verband met het feit dat maatregel IT-C[M2C1-I[I.2.1] Logistiek plan voor de sectoren agrovoeding, visserij en aquacultuur, bosbouw, bloementeelt en plantenkwekerijen gewijzigd lijkt in het uitvoeringsbesluit van de Raad van 8 december 2023 8 . De maatregel is echter niet gewijzigd; de in overweging 14 genoemde wijzigingen in verband met deze maatregel hebben betrekking op maatregel IT-C[M2C1]-I[I.2.2] Agrarisch zonnepark. Maatregel IT-C[M2C1]-I[I.2.2] is ten onrechte als schrijffout opgenomen in overweging 20. Deze maatregel is feitelijk gewijzigd op grond van artikel 21 van Verordening (EU) 2021/241 vanwege veranderingen in de marktvraag als gevolg van veranderingen in de marktomstandigheden, waaronder hogere kosten die van invloed zijn op aanbestedingsprocedures. Deze correctie doet geen afbreuk aan de beoordeling of de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan.
Beoordeling door de Commissie
De Commissie heeft het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan beoordeeld aan de hand van de criteria van artikel 19, lid 3, van Verordening (EU) 2021/241.
Maatregelen met een grensoverschrijdende of meerlandendimensie of een soortgelijk effect
Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt d) ter, van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.13 van bijlage V daarbij, wordt verwacht dat de in het REPowerEU-hoofdstuk opgenomen maatregelen in hoge mate (score A) een grensoverschrijdende of meerlandendimensie of een soortgelijk effect zullen hebben.
Negen maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk van Italië hebben een grensoverschrijdende of meerlandendimensie of een soortgelijk effect. De investering 5.SA.CO.I.3 (“Sardinië-Corsica-Italië 3”), grensoverschrijdende elektriciteitsinterconnectieprojecten tussen Italië en de buurlanden (Oostenrijk en Slovenië), en de grensoverschrijdende infrastructuur voor de uitvoer van gas in Poggio Renatico hebben een grensoverschrijdende dimensie. Zeven andere investeringen zijn gericht op het verbeteren van de capaciteit van het net om elektriciteit of gas naar het noorden te transporteren en hebben daarom een meerlandendimensie.
De geraamde kosten van deze maatregelen bedragen in totaal 1 923 200 000 EUR, ofwel 17 % van de totale geraamde kosten van het REPowerEU-hoofdstuk. De geraamde kosten van deze maatregelen zijn weliswaar goed voor minder dan 30 % van de geraamde kosten van alle maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk, maar andere maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk beantwoorden beter aan de in artikel 21 quater, lid 3, genoemde doelstellingen. Hoewel grensoverschrijdende maatregelen, zoals die met betrekking tot elektriciteitsinterconnectieprojecten tussen Italië en de buurlanden, bijdragen tot een grotere algehele energiezekerheid van de Unie, gaat een groot deel van de financiering rechtstreeks naar maatregelen met een breder langetermijneffect op energie-efficiëntie, decarbonisatie en de uitrol van hernieuwbare energie in Italië. De maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk die op nationaal niveau in Italië worden uitgevoerd, beantwoorden aan de bredere langetermijndoelstellingen die naar verwachting bijdragen tot de doelstellingen van artikel 21 quater, lid 3, punten a), b), c), d), e) en f), van Verordening (EU) 2021/241. Het REPowerEU-hoofdstuk bevat met name maatregelen om de energie-efficiëntie en de uitrol van hernieuwbare energie te stimuleren door de waterstofproductie in brownfieldterreinen op te schalen, de vergunningsprocedures voor hernieuwbare energie te stroomlijnen en de kosten van aansluiting op het gasnet van biomethaan te verlagen, energiearmoede aan te pakken via investeringen in energierenovaties van openbare en sociale woningen, energievraagreductie te stimuleren door te investeren in slimme netwerken en kmo’s te ondersteunen bij de zelfproductie van hernieuwbare energie, en interne transmissieknelpunten aan te pakken om de integratie van hernieuwbare energiebronnen te ondersteunen en de veerkracht van het elektriciteitsnet van Italië te verbeteren. Het versterkt ook emissievrij openbaar vervoer, de omscholing van de beroepsbevolking, en toeleveringsketens voor kritieke grondstoffen om ervoor te zorgen dat Italië kan voldoen aan de vraag naar vaardigheden en grondstoffen die nodig zijn voor de groene transitie. Bovengenoemde maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk beantwoorden daarom beter aan de in artikel 21 quater, lid 3, van Verordening (EU) 2021/241 genoemde doelstellingen, aangezien zij tot de verwezenlijking van de onmiddellijke en langetermijndoelstellingen van Italië op het gebied van energietransitie bijdragen en het effect op energie-efficiëntie en decarbonisatie maximaliseren. Deze maatregelen dragen ook bij tot de ruimere doelstellingen van de Unie door Italië minder afhankelijk van externe energiebronnen te maken, de uitrol van hernieuwbare energie te versnellen en de energie-efficiëntie op nationaal niveau te verbeteren.
Kosten
Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt i), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.9 van bijlage V daarbij, is de in het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan verstrekte motivering voor het bedrag van de geraamde totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan in redelijke mate (score B) redelijk en aannemelijk, strookt het met het kostenefficiëntiebeginsel en staan de kosten in verhouding tot de verwachte nationale economische en sociale gevolgen.
De door Italië voorgestelde beperkte aanpassingen waarbij een kostenbeoordeling nodig is, veranderen niets aan de eerdere beoordeling van de geraamde totale kosten van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan. Italië heeft voor één gewijzigde maatregel voldoende informatie en bewijsmateriaal verstrekt waaruit blijkt dat het bedrag van de geraamde totale kosten niet wordt gedekt door bestaande of geplande Uniefinanciering.
Eventuele andere beoordelingscriteria
De Commissie is van oordeel dat de door Italië voorgestelde wijzigingen geen invloed hebben op de positieve beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan in uitvoeringsbesluit ST 10160/21 van de Raad van 13 juli 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Italië met betrekking tot de relevantie, doeltreffendheid, efficiëntie en samenhang van het herstel- en veerkrachtplan aan de hand van de beoordelingscriteria van artikel 19, lid 3, punten a), b), c), d), d bis), e), f), g), h), j) en k).
Positieve beoordeling
De Commissie heeft het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan positief beoordeeld en concludeert dat het plan op bevredigende wijze voldoet aan de beoordelingscriteria van Verordening (EU) 2021/241. Nu moeten, overeenkomstig artikel 20, lid 2, van en bijlage V bij die verordening, de hervormings- en investeringsprojecten die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan worden vastgelegd, alsmede de relevante mijlpalen, streefdoelen en indicatoren en het bedrag dat door de Unie ter beschikking wordt gesteld voor de uitvoering van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan in de vorm van niet-terugbetaalbare financiële steun.
Financiële bijdrage
De totale kosten van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan van Italië worden geraamd op 194 415 951 466 EUR. Aangezien het bedrag van de geraamde totale kosten van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan hoger is dan de geactualiseerde maximale financiële bijdrage die voor Italië beschikbaar is, moet de overeenkomstig artikel 20, lid 4, en artikel 21 bis, lid 6, bepaalde totale financiële bijdrage die aan het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan van Italië is toegewezen, gelijk zijn aan 71 779 623 788 EUR.
Leningen
De steun van 122 601 810 400 EUR die via leningen aan Italië ter beschikking wordt gesteld, blijft ongewijzigd.
Uitvoeringsbesluit van de Raad (ST 10160/21; ST 10160/21 ADD 1 REV 2 van 13 juli 2021) betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Italië moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd. Voor de duidelijkheid moet de bijlage bij dat uitvoeringsbesluit van de Raad volledig worden vervangen,
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Het uitvoeringsbesluit van de Raad van 13 juli 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Italië wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 1 wordt vervangen door:
“Artikel 1
Goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan
De beoordeling van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan van Italië op grond van de criteria van artikel 19, lid 3, van Verordening (EU) 2021/241 wordt goedgekeurd. De hervormingen en investeringsprojecten in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, de regelingen en het tijdschema voor de monitoring en de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan, met inbegrip van de relevante mijlpalen en streefdoelen alsmede de aanvullende mijlpalen en streefdoelen met betrekking tot de betaling van niet-terugbetaalbare financiële steun en van de lening, de relevante indicatoren voor het bereiken van de beoogde mijlpalen en streefdoelen, en de regelingen voor volledige toegang door de Commissie tot de relevante onderliggende gegevens worden vastgelegd in de bijlage bij dit besluit.”.
De bijlage wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij dit besluit.
Artikel 2
Adressaat
Dit besluit is gericht tot de Italiaanse Republiek.
Gedaan te Brussel,
BIJLAGE bij het Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 10160/21 INIT; ST 10160/21 ADD 1 REV 2) van 13 juli 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Italië
Brussel, 29.10.2024 |
COM(2024) 509 final |
BIJLAGE
As 1 — Digitalisering van het openbaar bestuur: As 1 van component M1C1 van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan bevat maatregelen om de digitalisering van het Italiaanse openbaar bestuur te bevorderen en omvat zeven investeringen en drie hervormingen. De investeringen zijn met name gericht op: I) de bestaande digitale infrastructuur van het openbaar bestuur te rationaliseren en te consolideren; II) het bevorderen van het gebruik van cloud computing, iii) met bijzondere aandacht voor de harmonisatie en interoperabiliteit van platforms en gegevensdiensten, de toepassing van het eenmaligheidsbeginsel en de toegankelijkheid van gegevens door middel van een catalogus van applicatieprogramma-interfaces (API’s); IV) het verbeteren van de beschikbaarheid, efficiëntie en toegankelijkheid van alle digitale overheidsdiensten met als doel het niveau van adoptie en de tevredenheid van de gebruikers te vergroten, v) de bescherming van Italië tegen de risico’s van cybercriminaliteit te versterken, vi) de digitale transformatie van grote centrale overheidsdiensten te bevorderen; VII) de digitale kloof aanpakken door de digitale vaardigheden van de burgers te versterken. De hervormingen in het kader van deze pijler zijn met name gericht op i) het stroomlijnen en versnellen van het aanbestedingsproces voor oplossingen op het gebied van informatie- en communicatietechnologie (ICT) door de overheid; II) het ondersteunen van de digitale transformatie van het openbaar bestuur, en iii) het wegnemen van belemmeringen voor de invoering van cloud door overheidsdiensten en het stroomlijnen van gegevensuitwisselingsprocessen tussen overheidsdiensten.
De investeringen en hervormingen in het kader van deze component dragen bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen die in 2020 en 2019 tot Italië zijn gericht over de noodzaak om “de doeltreffendheid van het openbaar bestuur te verbeteren, onder meer door te investeren in de vaardigheden van overheidspersoneel, door de digitalisering te versnellen en door de efficiëntie en kwaliteit van lokale overheidsdiensten te verbeteren” (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2019), en om “de investeringen te concentreren op de groene en de digitale transitie, met name op [...] versterkte digitale infrastructuur om de verlening van essentiële diensten te waarborgen” (landspecifieke aanbevelingen 3, 2020).
As 2 — Justitie: De prestaties van het Italiaanse rechtsstelsel wat de duur van de procedures betreft, blijven ver verwijderd van die van andere lidstaten, zoals uiteengezet in het meest recente verslag van de Europese Commissie over de efficiëntie van justitie (CEPEJ). As 2 van component M1C1 van het herstel- en veerkrachtplan bevat maatregelen om het rechtsstelsel efficiënter te maken door de duur van procedures te verkorten en Italië dichter bij de mediaan van de EU te brengen. Dit onderdeel betreft de landspecifieke aanbevelingen die in 2020 en 2019 tot Italië zijn gericht met betrekking tot het verkorten van de duur van civiele processen en het verbeteren van de doeltreffendheid van de strijd tegen corruptie (landspecifieke aanbevelingen 4, 2019 en 4, 2020). Bovendien is de digitalisering van het rechtsstelsel ook relevant voor de digitale transitie.
As 3 — Openbaar bestuur: As 3 van component M1C1 van het herstel- en veerkrachtplan bevat maatregelen om het Italiaanse openbaar bestuur te hervormen en de bestuurlijke capaciteit te verbeteren. Italië staat onder het EU-27-gemiddelde, zowel wat de doeltreffendheid van de overheid als wat het vertrouwen in de overheid betreft. De hervormingen van het Italiaanse openbaar bestuur werden beïnvloed door een ernstige kloof bij de uitvoering van top-downhervormingen en de schaarse erkenning en verspreiding van waardevolle bottom-up-innovaties. De administratieve capaciteit is zeer laag. De inspanningen om de strategische planningscapaciteit, monitoring- en evaluatiemechanismen en empirisch onderbouwde beleidsvormingsinstrumenten te versterken, moeten worden voortgezet. De belangrijkste doelstelling van dit onderdeel is de versterking van de bestuurlijke capaciteit van de Italiaanse overheidsdiensten op centraal en lokaal niveau, zowel wat betreft menselijk kapitaal (selectie, competenties en loopbanen) als wat betreft de vereenvoudiging van de administratieve procedures. In dit deel wordt de overkoepelende structurele personeelsstrategie gepresenteerd, variërend van selectieprocessen tot loopbaantrajecten. De hervorming omvat ook maatregelen om de procedures te vereenvoudigen. Investeringen in nieuwe digitale toolkits en versterkte acties op het gebied van een leven lang leren zijn opgenomen in component 1 van missie 1. Met deze component wordt ingegaan op de landspecifieke aanbevelingen die in 2020 en 2019 tot Italië zijn gericht over het verbeteren van de doeltreffendheid van het openbaar bestuur (landspecifieke aanbevelingen 3, 2019 en landspecifieke aanbevelingen 4 en 2020).
As 4 — Overheidsopdrachten en betalingen door de overheid: As 4 van component M1C1 van het herstel- en veerkrachtplan bevat maatregelen die tot doel hebben bepaalde belangrijke aspecten van het Italiaanse wetgevingskader inzake overheidsopdrachten te hervormen en achterstallige betalingen door overheidsdiensten bij centrale, regionale en lokale en regionale gezondheidsautoriteiten te verminderen. Het belangrijkste doel van de hervorming is de regels inzake overheidsopdrachten te vereenvoudigen, de rechtszekerheid voor bedrijven te vergroten en de gunning van overheidsopdrachten te versnellen, met behoud van procedurele waarborgen op het gebied van transparantie en gelijke behandeling. Deze hervormingen ondersteunen derhalve de tijdige verwezenlijking van de infrastructuur en projecten die door het plan worden gefinancierd.
As 5 — Fiscalis-structurele hervormingen (belastingen en overheidsuitgaven): As 5 van component M1C1 van het herstel en de veerkracht omvat verschillende hervormingen ter ondersteuning van de houdbaarheid van de Italiaanse overheidsfinanciën (landspecifieke aanbevelingen 1 en 2019). Aan de ontvangstenzijde zijn de hervormingen erop gericht het belastinginningsproces te verbeteren, de naleving van de belastingwetgeving aan te moedigen en belastingontduiking te bestrijden, teneinde de nalevingskosten voor de belastingbetalers te verminderen en de inkomsten voor de overheid te verhogen, en zo bij te dragen tot een verbetering van de houdbaarheid van de overheidsfinanciën. Aan de uitgavenzijde hebben de hervormingen tot doel de efficiëntie van de overheidsuitgaven te verbeteren, zowel op centraal niveau, door het bestaande kader voor jaarlijkse uitgaventoetsingen te versterken, als op subnationaal niveau, door de hervorming van de begrotingsbetrekkingen tussen de verschillende overheidsniveaus te voltooien.
A.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
As 1 — Digitalisering van het openbaar bestuur
Investering 1.1 — Digitale infrastructuur
Het doel van deze investering is ervoor te zorgen dat de systemen, datasets en toepassingen van de overheid worden gehost in zeer betrouwbare datacentra, met hoge kwaliteitsnormen op het gebied van beveiliging, prestaties, schaalbaarheid, Europese interoperabiliteit en energie-efficiëntie. Daartoe beoogt de investering de totstandbrenging van een volledig overbodige nationale cloudgebaseerde hybride infrastructuur (“Polo Strategico Nazionale”, PSN), de certificering van veilige en schaalbare openbare cloudalternatieven en de migratie van de datasets en toepassingen van de overheid naar een cloud-omgeving.
De PSN-infrastructuur zal naar verwachting worden geëxploiteerd door een technologische aanbieder die is geselecteerd via een Europese aanbesteding en moet worden ontworpen met inachtneming van de normen voor gegevensinteroperabiliteit die op Europees niveau zijn vastgesteld overeenkomstig het Gaia-X-initiatief, om de vrije uitwisseling van niet-persoonsgebonden gegevens tussen de verschillende lidstaten mogelijk te maken door hun nationale cloudmodellen met elkaar te verbinden. Soortgelijke vereisten zullen naar verwachting worden vastgesteld bij de voorkwalificatie van publieke cloudproviders.
De migratie van de datasets en toepassingen van de overheid naar het PSN of naar veilige gecertificeerde aanbieders van publieke clouddiensten zal naar verwachting afhangen van de door de verschillende overheden vastgestelde vereisten voor de prestaties, schaalbaarheid en gevoeligheid van gegevens, die naar verwachting onafhankelijk zullen blijven bij de ontwikkeling van toepassingen en het beheer van gegevens.
Investering 1.3 — Gegevens en interoperabiliteit
Het doel van deze investering is te zorgen voor de volledige interoperabiliteit van belangrijke datasets en diensten bij centrale en lokale overheidsdiensten.
De maatregel voorziet in de ontwikkeling van een nationaal digitaal gegevensplatform (“Piattaforma Digitale Nazionale Dati”) dat de interoperabiliteit van datasets waarborgt door middel van een catalogus van applicatieprogramma-interfaces (API’s) die door centrale en lokale overheden worden gedeeld (investering 1.3.1). Wanneer dit platform is opgezet, waarborgt het de interoperabiliteit van datasets door middel van een catalogus van applicatieprogramma-interfaces (API’s) die door centrale en lokale overheden worden gedeeld. Het platform moet volledig in overeenstemming zijn met het EU-recht.
Daarnaast wordt met de maatregel één digitale toegangspoort opgezet overeenkomstig Verordening (EU) 2018/1724), die wordt beheerd om centrale en overheidsdiensten te helpen bij de herstructurering van prioritaire procedures en om de naleving van het eenmaligheidsbeginsel (investering 1.3.2) mogelijk te maken.
Investering 1.5 — Cyberbeveiliging
Het doel van deze investering is de bescherming van Italië tegen de risico’s van cybercriminaliteit te versterken, met name door de invoering van een “nationale periode voor cyberbeveiliging” (PSNC), in overeenstemming met de beveiligingsvereisten van Richtlijn (EU) 2016/1148 betreffende de beveiliging van netwerk- en informatiesystemen (NIS-richtlijn), en door de nationale cyberdefensievermogens op het gebied van technische inspectie en risicobewaking te versterken.
De maatregel beoogt de ontwikkeling van een geavanceerd geïntegreerd systeem, waarbij verschillende entiteiten in het hele land nauw met elkaar worden verbonden en internationaal met partners en betrouwbare technologieleveranciers wordt verbonden. Dit is opgebouwd rond vier pijlers: I) versterken van de frontlijncapaciteiten ten aanzien van het publiek en bedrijven/entiteiten om waarschuwingen en daadwerkelijk algemeen erkende evenementen te beheren; II) de inspectie- en auditcapaciteiten van het land op het gebied van hardware en software die worden gebruikt door personen met essentiële functies om betrouwbaarheid/preventieve bedreigingen te certificeren, te versterken; III) eenheden van rechtshandhavings- en cybereenheden binnen de politiediensten die belast zijn met onderzoeken naar criminele activiteiten, versterken; IV) de cyberactiva en de personele middelen die belast zijn met de nationale veiligheid en de respons op cyberdreigingen aanzienlijk versterken.
Investering 1.7 — Digitale basisvaardigheden
Het doel van deze investering is het aandeel van de huidige bevolking dat het risico loopt op digitale uitsluiting te verminderen door de lancering van het initiatief “Digitale overheidsdiensten”, een netwerk van jonge vrijwilligers met verschillende achtergronden in Italië om personen die risico lopen op digitale uitsluiting te voorzien van faciliterings- en onderwijsdiensten voor de ontwikkeling en verbetering van digitale vaardigheden (investering 1.7.1) en door het bestaande netwerk van “centra voor digitale facilitering” (investering 1.7.2) te versterken.
Digitale facilitatiecentra zijn fysieke toegangspunten, gewoonlijk in bibliotheken, scholen en sociale centra, die burgers zowel persoonlijke als onlinetraining bieden op het gebied van digitale vaardigheden om hun digitale inclusie doeltreffend te ondersteunen. Het initiatief maakt gebruik van bestaande succesvolle ervaringen en heeft tot doel te zorgen voor een brede ontwikkeling van dergelijke centra op nationaal niveau. Hoewel 600 centra reeds actief zijn, zal hun aanwezigheid verder worden versterkt door middel van specifieke opleidingsactiviteiten en nieuwe apparatuur, met als overkoepelende doelstelling 2,400 nieuwe toegangspunten in heel Italië op te richten en meer dan 2 000 000 burgers die het risico lopen digitaal uitgesloten te worden, op te leiden. Van de 3 000 centra zijn er ten minste 1 200 geconcentreerd in het zuiden van Italië.
Het initiatief “Digitale overheidsdiensten” is onderverdeeld in drie jaar en stapsgewijs en is bedoeld om de volgende resultaten te bereiken: I) uitvoering van drie jaarlijkse oproepen tot het indienen van voorstellen voor projecten op het gebied van digitale overheidsdiensten die gericht zijn op non-profitorganisaties die zijn ingeschreven in het nationale register van organisaties voor universele overheidsdiensten; II) capaciteitsopbouw van de non-profitorganisaties die deelnemen aan de jaarlijkse oproep voor digitale overheidsdiensten en de start van projecten voor digitale facilitering en digitaal onderwijs; III) opleiding en praktijkervaring in projecten voor digitale overheidsdiensten van ten minste 8 300 vrijwilligers; het aanbieden van 700 000 initiatieven voor digitale facilitering en/of digitaal onderwijs waarbij burgers betrokken zijn en die zijn ontwikkeld in het kader van projecten voor digitale overheidsdiensten, waarbij 8 300 vrijwilligers moeten werken.
Hervorming 1.1 — ICT-aanbestedingen
Het doel van deze hervorming is ervoor te zorgen dat de overheid sneller en efficiënter oplossingen op het gebied van informatie- en communicatietechnologie (ICT) kan aanschaffen door het aanbestedingsproces voor ICT-diensten en -activa te stroomlijnen en te versnellen.
De uitvoering van de hervorming bestaat uit drie actielijnen. Ten eerste wordt één databank opgezet met een witte lijst van marktdeelnemers die gemachtigd zijn goederen en diensten aan overheidsdiensten te leveren, en wordt een specifieke technologische infrastructuur ingevoerd om de certificering van leveranciers mogelijk te maken. Ten tweede wordt een vereenvoudigde aanpak (“fast track”) vastgesteld om ICT-aankopen voor PNRR-projecten te stroomlijnen. Ten derde wordt een digitale aanbestedingsdienst opgezet, met als doel i) alleen gecertificeerde leveranciers op te nemen (ondernemers kunnen te allen tijde verzoeken te worden gecertificeerd overeenkomstig artikel 64 van Richtlijn 2014/24/EU); II) snel leveranciers kunnen identificeren die aan een specifieke behoefte voldoen (bv. via een configurator); III) een intuïtieve gebruikerservaring voor overheidsdiensten bieden (bv. een duidelijke beschrijving van de aangeboden diensten, vergelijkende evaluatie van leveranciers). Deze algemene opzet bouwt voort op de bestaande capaciteiten van CONSIP, de Italiaanse overheidsinstantie voor aanbestedingen.
Hervorming 1.2 — Ondersteuning van de transformatie
Het doel van deze hervorming is de digitale transformatie van alle centrale en lokale overheidsdiensten te ondersteunen door de oprichting van een speciaal “bureau voor de transformatie van digitale partnerschappen”. Het transformatiebureau bestaat uit een tijdelijke technologische competente middelenpool die de migratie-inspanning en de gecentraliseerde onderhandelingen over “pakketten” van gecertificeerde externe steun zal orkestreren en ondersteunen. Daarnaast voorziet de maatregel in de oprichting van een bedrijf dat zich richt op het beheer van softwareontwikkelingsoperaties ter ondersteuning van de digitale opschaling van centrale overheidsdiensten. Het transformatiebureau ondersteunt met name het openbaar bestuur bij de uitvoering van de investeringen 1.1 tot en met 1.7 in het kader van deze component en ondersteunt ook de uitvoering van investeringen en hervormingen in de digitalisering van de gezondheidszorg die zijn opgenomen in missie 6.
Hervorming 1.3 — Cloud First en interoperabiliteit
Het doel van deze hervorming is de belemmeringen voor de invoering van clouddiensten weg te nemen en de bureaucratie die de processen voor gegevensuitwisseling tussen overheidsdiensten vertraagt, te stroomlijnen door een reeks stimulansen en verplichtingen in te voeren die gericht zijn op het vergemakkelijken van de migratie naar de cloud en het wegnemen van procedurele beperkingen voor de brede invoering van digitale diensten.
De hervorming omvat drie actielijnen. Ten eerste, aangezien cloudoplossingen de kostenefficiëntie bij de uitgaven voor informatie- en communicatietechnologie (ICT) zullen stimuleren, zullen overheden die zich niet aan de cloudtransformatie hebben gehouden, na een vooraf bepaalde “respijtperiode” (bv. drie jaar na de start van de transformatie) een beperking in hun begroting voor ICT-uitgaven zien.
Ten tweede worden, als onderdeel van de stimulansen voor cloudmigratie, de huidige regels voor overheidsboekhouding voor uitgaven in verband met clouddiensten herzien. Aangezien de migratie naar de cloud momenteel gepaard gaat met een overdracht van middelen van kapitaaluitgaven naar operationele uitgaven, moeten de boekhoudregels voor uitgaven in verband met clouddiensten worden herzien om cloudmigratie voor overheidsdiensten niet te ontmoedigen.
Ten derde worden de normen met betrekking tot de regels inzake gegevensinteroperabiliteit herzien, in overeenstemming met de bepalingen inzake open gegevens en de verwerking van persoonsgegevens, en worden de huidige procedures voor gegevensuitwisseling tussen overheidsdiensten vereenvoudigd om de procedurele aspecten te stroomlijnen en de tenuitvoerlegging van de interoperabiliteit tussen overheidsdatabanken te versnellen. Voorts wordt de digitale woonplaats geëvalueerd en geïntegreerd in het nationale register van ingezetenen (ANPR) om bepaalde en veilige digitale correspondentie tussen burgers en overheidsdiensten mogelijk te maken.
As 2 — Justitie
Hervorming 1.4 — Civiel recht
Het doel van de hervorming is voornamelijk gericht op het verkorten van de duur van civiele procedures door een breed scala aan acties vast te stellen om het aantal binnenkomende rechtszaken in rechtbanken te verminderen, door bestaande procedures te vereenvoudigen, door de achterstand te verkleinen en door de productiviteit van rechtbanken te verhogen. De vermindering van het aantal binnenkomende zaken bij rechtbanken wordt bereikt door versterking van bemiddeling, alternatieve geschillenbeslechting en arbitrage en door herziening van het huidige systeem van kwantificering en invorderbaarheid van gerechtskosten. De vereenvoudiging wordt nagestreefd door de “filterprocedures” op het niveau van het beroep te versterken, de zaken waarin een alleensprekende rechter bevoegd is om uitspraak te doen, uit te breiden en de daadwerkelijke toepassing van bindende procedurele termijnen te waarborgen. Een hogere productiviteit van de rechtbanken moet worden bereikt door middel van een monitoringsysteem en stimulansen om standaardprestaties in alle rechtbanken te verwezenlijken. De hervorming heeft ook tot doel de achterstand bij civiele rechtbanken te verminderen door middel van tijdelijke indienstneming en gerichte acties, waaronder stimuleringsregelingen om het aantal aanhangige zaken terug te dringen.
Hervorming 1.5 — Strafrecht
De hervorming heeft voornamelijk tot doel de duur van strafprocedures te verkorten door een breed scala aan acties vast te stellen door de bestaande procedures te vereenvoudigen en de productiviteit van rechtbanken te verhogen. De vereenvoudiging wordt nagestreefd door de toepassing van vereenvoudigde procedures uit te breiden, het gebruik van digitale technologie uit te breiden, termijnen vast te stellen voor de duur van het vooronderzoek en het kennisgevingssysteem te herzien om het doeltreffender te maken. Een hogere productiviteit van de rechtbanken wordt bereikt door middel van een monitoringsysteem en stimulansen om standaardprestaties in alle rechtbanken te verwezenlijken.
Hervorming 1.6 — Insolventie
De hervorming is gericht op het digitaliseren en verbeteren van insolventieprocedures waarbij mechanismen voor vroegtijdige waarschuwing voorafgaand aan insolventie worden ingevoerd, de specialisatie van rechtbanken en pre-gerechtelijke instellingen om alle fasen van insolventieprocedures doeltreffender te beheren, onder meer door opleiding en specialisatie voor leden van de gerechtelijke en administratieve autoriteiten.
Hervorming 1.7 — Belastingrechtbanken
Het doel van de hervorming is de handhaving van het belastingrecht doeltreffender te maken en het hoge aantal beroepen bij het Hof van Cassatie te verminderen.
Hervorming 1.8 — Digitalisering van het rechtsstelsel
De hervorming voorziet in verplichte elektronische indiening van alle documenten en een volledige elektronische workflow voor civiele procedures. Het beoogt ook de invoering van een gratis, volledig toegankelijke en doorzoekbare databank van civielrechtelijke beslissingen overeenkomstig de wetgeving. Tot slot is het gericht op de digitalisering van de strafrechtelijke procedures in eerste aanleg.
Investering 1.8 — Aanwervingsprocedures voor civiele, strafrechtelijke en administratieve rechtbanken
De investeringen zijn erop gericht op korte termijn organisatorische factoren aan te pakken, zodat de hervormingen in ontwikkeling sneller resultaten kunnen opleveren, de synergieën worden gemaximaliseerd en een transformatieverandering tot stand wordt gebracht door middel van de buitengewone middelen die in het kader van het plan ter beschikking worden gesteld.
Het organisatie-instrument, “bureau van het proces” genoemd, bestaat uit de oprichting (of, indien reeds bestaand, de versterking) van ondersteuningsteams voor de magistraten (door middel van tijdelijke indienstneming), met als doel de achterstand en de wachttijd in Italië te verminderen.
Deze maatregel heeft tot doel de kwaliteit van de rechtspleging te verbeteren door magistraten te ondersteunen bij de normale activiteiten op het gebied van studie, juridisch onderzoek, het opstellen van handelingen en de organisatie van de dossiers, zodat de rechters zich kunnen concentreren op de complexere taken.
De investeringen omvatten ook de aanwerving van technisch en administratief personeel ter ondersteuning van de uitvoering van de doelstellingen van het herstel- en veerkrachtplan. Het personeel van het bureau van het proces en het technisch administratief personeel ondersteunen administratieve, civiele en strafrechtelijke rechtbanken en territoriale en centrale diensten van het ministerie van Justitie die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan. De contracten van de eenheid personeel hebben een looptijd van maximaal 3 jaar, die kan worden verlengd tot en met 30 juni 2026.
De investering omvat ook opleiding ter ondersteuning van de digitale transitie in het rechtsstelsel.
As 3 — Openbaar bestuur
Hervorming 1.9 — Hervorming van de werkgelegenheid in de openbare sector en hervorming van de vereenvoudiging
Bij de hervormingen van de werkgelegenheid in de overheidssector wordt een tweeledige aanpak gevolgd. Op korte termijn worden dringende maatregelen genomen om optimaal gebruik te maken van de RRF-financiering met betrekking tot de governance van het plan en de onmiddellijke bijstand aan overheidsdiensten, met een gebrek aan administratieve capaciteit. Deze strategie gaat gepaard met organisatorische hervormingen en een personeelsstrategie die gericht is op een transformatie van het openbaar bestuur als geheel. In het kader van de definitie van strategische personeelsplannen wordt een uitgebreide reeks maatregelen vastgesteld om: het actualiseren van functieprofielen (ook met het oog op de dubbele transitie); hervorming van de aanwervingsprocedures om doelgerichter en doeltreffender te zijn; hervorming van het hoger ambtenarenapparaat om de benoemingsprocedures in het openbaar bestuur te homogeniseren; versterking van de koppeling tussen een leven lang leren en beloningsmechanismen of specifieke loopbaantrajecten; het vaststellen of actualiseren van ethische beginselen van overheidsdiensten; versterking van de inzet voor genderevenwicht; en hervorming van de horizontale en verticale mobiliteit van personeel. De hervorming omvat dringende maatregelen om de administratieve procedures te vereenvoudigen ten behoeve van bedrijven en burgers, en tegelijkertijd te zorgen voor een soepele uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan.
De vereenvoudigingshervorming leidt tot afschaffing van vergunningen die niet gerechtvaardigd zijn om dwingende redenen van algemeen belang, en tot afschaffing van onnodige verplichtingen of verplichtingen die geen gebruik maken van nieuwe technologieën. Daarnaast zal zij uitvoering geven aan de vaststelling van een stilzwijgend toestemmingsmechanisme, de invoering van eenvoudige communicatie en de vaststelling van uniforme regelingen die met regio’s en gemeenten worden gedeeld.
De vereenvoudigingshervorming omvat de volgende elementen: de interoperabiliteit van bedrijfs- en bouwprocedures (SUAP ONDSUE); en de vaststelling van een reeks kernprestatie-indicatoren (KPI’s) om organisatorische veranderingen in overheidsdiensten te sturen. De publicatie van het eerste verslag over KPI’s wordt gevolgd door de publicatie van daaropvolgende verslagen om de zes maanden.
Bij de indiening van het eerste betalingsverzoek is een systeem van registers voor het monitoren van de uitvoering van de herstel- en veerkrachtfaciliteit opgezet en operationeel.
Hervorming 1.9 bis — Hervorming om de uitvoering van het cohesiebeleid te versnellen
De hervorming heeft tot doel de uitvoering en efficiëntie van het cohesiebeleid te versnellen in aanvulling op het NRRP. Het voorziet in de datum van goedkeuring van het strategisch plan van de afzonderlijke speciale economische zone.
De nationale wetgeving vereist het advies van de Geharmoniseerde Conferentie alvorens deze om te zetten in een wet, zoals bepaald in Wetsbesluit nr. 281/1997.
Overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EU) 2021/241 kan de hervorming steun ontvangen uit andere programma’s en instrumenten van de Unie, mits die steun niet dezelfde kosten dekt. De herstel- en veerkrachtfaciliteit dekt geen kosten van de hervorming.
Investering 1.9 — Technische bijstand verlenen en capaciteitsopbouw versterken voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan
De investering bestaat uit de tijdelijke aanwerving van een pool van deskundigen voor het verlenen van technische bijstand aan de overheidsdiensten en het versterken van de administratieve capaciteit, met name op lokaal niveau, voor de uitvoering van specifieke projecten in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, die op behoeftige basis moeten worden ingezet. Deze investering omvat ook de opleidingsprogramma’s voor overheidspersoneel in het kader van de versterking van de capaciteitsopbouw.
As 4 — Overheidsopdrachten en betalingen door overheidsdiensten
Hervorming 1.10 — Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten
De eerste stap van deze hervorming bestaat uit de goedkeuring van een eerste reeks dringende vereenvoudigingsmaatregelen met een wetsbesluit tegen mei 2021 om: de procedures van aankoopcentrales vereenvoudigen en digitaliseren; contracten registreren in de anticorruptiedatabank van de nationale corruptiebestrijdingsautoriteit (ANAC); speciale bureaus opzetten die belast zijn met de procedures voor overheidsopdrachten in ministeries, regio’s en grootstedelijke steden; de vaststelling van een doelstelling om het tijdsverloop tussen de publicatie en de gunning van de opdracht en tussen de gunning van de opdracht en de voltooiing van de infrastructuur te beperken; en alternatieve geschillenbeslechtingsmechanismen in de uitvoeringsfase van de contracten te stimuleren. Vóór eind 2021 beschikt de centrale coördinerende instantie voor het beleid inzake overheidsopdrachten over voldoende personeel en stelt zij een professionaliseringsstrategie vast die voorziet in opleidingen op verschillende niveaus; de dynamische aankoopsystemen worden beschikbaar gesteld, in overeenstemming met de richtlijnen inzake overheidsopdrachten; en ANAC voltooien de uitoefening van de kwalificatie van aanbestedende diensten.
De tweede stap van deze hervorming bestaat uit een reeks wijzigingen van het wetboek overheidsopdrachten die uiterlijk in het tweede kwartaal van 2023 moeten worden uitgevoerd, met maatregelen die gericht zijn op: vermindering van de versnippering van aanbestedende diensten; de invoering van een e-platform als basisvereiste voor deelname aan de landelijke evaluatie van de aanbestedingscapaciteit; en de nationale corruptiebestrijdingsautoriteit de bevoegdheid verlenen om de kwalificatie van aanbestedende diensten te herzien. De hervorming heeft ook tot doel de procedures van aankoopcentrales verder te vereenvoudigen en te digitaliseren en eisen inzake interoperabiliteit en interconnectiviteit vast te stellen. De hervorming moet ook de beperkingen op de mogelijkheid tot onderaanneming, die momenteel het wetboek overheidsopdrachten bevatten, beperken.
Deze hervorming bestaat er ook in het nationale e-aanbestedingssysteem tegen eind 2023 operationeel te maken en gerichte acties in te voeren, onder meer door de vaststelling van primaire en/of secundaire wetgeving, om de kwalificatie en professionalisering van aanbestedende diensten verder te verbeteren en de concurrentie te vergroten (bv. door de toepasselijke regels inzake projectfinanciering te wijzigen).
Hervorming 1.11 — Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten
Het doel van de hervorming is het terugdringen van betalingsachterstanden en het terugdringen van vertragingen bij betalingen, van de overheid tot het bedrijfsleven. De hervorming omvat vanaf 2024 de goedkeuring van een structureel pakket met maatregelen op zowel centraal als lokaal niveau, met inbegrip van de inwerkingtreding van wetgeving.
Deze hervorming bestaat erin ervoor te zorgen dat tegen 2025 i) overheidsdiensten op centraal, regionaal en lokaal niveau binnen 30 dagen betalen en ii) regionale gezondheidsautoriteiten binnen 60 dagen betalen. Om ervoor te zorgen dat het probleem van betalingsachterstanden structureel wordt opgelost, bestaat deze hervorming er ook in dat ervoor wordt gezorgd dat in 2026 i) overheidsdiensten op centraal, regionaal en lokaal niveau binnen 30 dagen blijven betalen en ii) regionale gezondheidsautoriteiten binnen 60 dagen blijven betalen.
As 5 — Fiscalis-structurele hervormingen (belastingen en overheidsuitgaven)
Hervorming 1.12 — Hervorming van de belastingdienst
Er worden verschillende maatregelen genomen om de naleving van de belastingwetgeving aan te moedigen en de doeltreffendheid van gerichte audits en controles te verbeteren, waaronder: I) het opzetten van de databank en de specifieke IT-infrastructuur voor de vrijgave van vooraf ingevulde btw-aangiften; II) het verbeteren van de kwaliteit van de databank die wordt gebruikt voor “nalevingsbrieven”, mede met het oog op het verminderen van het aantal fout-positieve berichten en het geleidelijk verhogen van het aantal berichten dat naar belastingplichtigen wordt gestuurd; III) hervorming van de huidige wetgeving om doeltreffende administratieve sancties te waarborgen in geval van weigering van particuliere aanbieders om elektronische betalingen te aanvaarden; IV) voltooiing van het proces van pseudonimisering van gegevens en analyse van big data, teneinde de doeltreffendheid van de risicoanalyse die ten grondslag ligt aan het selectieproces voor audits te vergroten. De operationele capaciteit van het agentschap voor inkomsten wordt versterkt in overeenstemming met de aanwervingsdoelstellingen van het “prestatieplan 2021-2023” van het Agentschap. Daarnaast voert de regering een evaluatie uit van mogelijke maatregelen om belastingontduiking door weggelaten facturering in de meest blootgestelde sectoren te verminderen, onder meer door middel van gerichte stimulansen voor consumenten, en zal zij doeltreffende maatregelen nemen op basis van de bevindingen van de evaluatie, met een ambitieuze toezegging om de neiging tot omzeiling te verminderen.
Hervorming 1.13 — Hervorming van het kader voor uitgaventoetsing
Het plan omvat een hervorming van het kader voor uitgaventoetsing om de doeltreffendheid ervan te verbeteren, onder meer door de rol van het ministerie van Financiën en het ex-postevaluatieproces te versterken en de praktijk van groene en genderbudgettering te verbeteren. Het plan omvat ook de toezegging om, op basis van het bestaande rechtskader, jaarlijkse uitgaventoetsingen in de periode 2023-2025 uit te voeren om begrotingsbesparingen te realiseren om houdbare overheidsfinanciën te ondersteunen en/of groeibevorderende hervormingen van belastingen of overheidsuitgaven te financieren.
Hervorming 1.14 — Hervorming van het subnationale begrotingskader
De hervorming bestaat uit de voltooiing van het “begrotingsfederalisme”, zoals bepaald in delegatiewet 42/2009, met als doel de fiscale betrekkingen tussen de verschillende bestuursniveaus transparanter te maken, middelen toe te wijzen aan subnationale overheden op basis van objectieve criteria en de efficiëntie van de uitgaven op subnationaal niveau aan te moedigen. In de hervorming worden met name de relevante parameters vastgesteld voor de uitvoering van het fiscaal federalisme voor regio’s met een gewone status, provincies en grootstedelijke steden.
Hervorming 1.15 — Hervorming van de regels voor overheidsboekhouding
De hervorming heeft tot doel de kloof met de Europese boekhoudnormen te dichten door één boekhoudsysteem op transactiebasis in te voeren voor de overheidssector. De hervorming leidt tot de voltooiing van het conceptuele kader als referentie voor het boekhoudsysteem op transactiebasis overeenkomstig de door Eurostat vastgestelde kwalitatieve kenmerken, de reeks standaarden voor de boekhouding op transactiebasis en het multidimensionale rekeningstelsel. De hervorming wordt aangevuld met de eerste opleidingsronde voor de overgang naar het nieuwe boekhoudsysteem op transactiebasis voor vertegenwoordigers van entiteiten uit de publieke sector die ten minste 90 % van de primaire uitgaven van de hele overheidssector dekken.
Investering 1.10 — Ondersteuning van kwalificaties en e-aanbestedingen
Met deze investering wordt, in het kader van de strategie voor de professionalisering van overheidsaankopen, een ondersteunende aanbestedingsfunctie voor aanbestedende diensten opgezet om te voldoen aan de vereisten van bijlage II.4 bij het wetboek overheidsopdrachten en om hen te ondersteunen in het e-aanbestedingsproces, door de verwerving van digitale vaardigheden te ondersteunen en technische ondersteuning te bieden bij de invoering van de digitalisering van overheidsopdrachten, met inbegrip van het gebruik van dynamische aankoopsystemen.
A.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal /Streefwaarde |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Eenheid van meten |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M1C1-1 |
Hervorming 1.1: ICT-aanbestedingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetsbesluiten voor hervorming 1.1 “ICT-aanbestedingen” |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het wetsbesluit inzake de hervorming van ICT-aanbestedingen |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
De noodzakelijke rechtshandelingen omvatten wetgevende maatregelen in het wetsbesluit vereenvoudigingen (“Decreto Legge Semplificazioni”). Daarin wordt het volgende bepaald: I) De mogelijkheid om de in artikel 48, lid 3, van het wetboek overheidsopdrachten bedoelde procedure ook te gebruiken voor opdrachten boven de in artikel 35 van het wetboek overheidsopdrachten bedoelde drempels voor aankopen met betrekking tot de aankoop van computergoederen en -diensten, met name op basis van cloudtechnologie, alsmede connectiviteitsdiensten, die geheel of gedeeltelijk worden gefinancierd met de middelen die voor de uitvoering van PNRR-projecten beschikbaar zijn; II) Interoperabiliteit tussen de verschillende databanken die worden beheerd door de verklarende instanties die betrokken zijn bij de verificatie van de eisen als bedoeld in artikel 80 van het wetboek overheidsopdrachten; III) Het opzetten van een virtueel bestand van marktdeelnemers waarin de gegevens aanwezig zijn om na te gaan of er geen redenen zijn voor uitsluiting als bedoeld in artikel 80, zodat een witte lijst kan worden opgesteld van marktdeelnemers voor wie de controle reeds is uitgevoerd. |
M1C1-2 |
Hervorming 1.3: Cloud first en interoperabiliteit |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetsbesluiten voor hervorming 1.3 “Cloud First and Interoperability” |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het wetsbesluit inzake cloud first en de hervorming van de interoperabiliteit |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
De noodzakelijke rechtshandelingen omvatten: Uitvoeringshandelingen met betrekking tot met name i) de verordening van de Agenzia per l’Italia digitale (AgID) inzake Polo Strategico Nazionale (PSN) (bedoeld in artikel 33 septies van wetsbesluit 179/212) en ii) de AgID-richtsnoeren inzake interoperabiliteit (bedoeld in de artikelen 50 en 50 ter van de Codice dell’Amministrazione Digitale (CAD)). Wijzigingen van artikel 50 van de RKR: I) afschaffing van de verplichting om kaderovereenkomsten te sluiten voor overheidsdiensten die toegang hebben tot het nationale digitale gegevensplatform; II) verduidelijkingen over de kwestie van de persoonlijke levenssfeer: de overdracht van gegevens van het ene informatiesysteem naar het andere verandert niets aan de eigendom van de gegevens en de verwerking, onverminderd de verantwoordelijkheden van de overheidsdiensten die de gegevens ontvangen en verwerken als autonome verwerkingsverantwoordelijken. Wijzigingen van Decreto del Presidente della Repubblica (DPR) 445/2000 betreffende de toegang tot gegevens: I) intrekking van de machtiging die vereist is voor rechtstreekse toegang tot gegevens; II) schrapping van de verwijzing naar kaderovereenkomsten in artikel 72. Wijzigingen van artikel 33 tot en met septies van wetsbesluit 179/2012: I) AgID de mogelijkheid te bieden om met de Centri Elaborazione Dati (CED) en de Cloud Regulations de voorwaarden en methoden vast te stellen waarmee overheidsdiensten GDB-migraties moeten uitvoeren; II) sancties in te voeren voor niet-naleving van de verplichtingen om naar de cloud te migreren. |
M1C1-3 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale infrastructuur |
Mijlpaal |
Voltooiing van de Polo Strategico Nazionale (PSN) |
Verslag over de uitrol van de cloud, door het ministerie voor Technologische Innovatie en Digitale Transitie (MITD) |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
De volledige voltooiing van het algemene project wordt bereikt wanneer alle beoogde overheidsdiensten de verplaatsing van geïdentificeerde racks naar de Polo Strategico Nazionale (PSN) hebben voltooid en de tests van vier datacentra met succes zijn afgerond, waardoor het proces van migratie van de datasets en toepassingen van de beoogde overheidsdiensten naar het PSN kan worden gestart. |
M1C1-4 |
Investering 1.3.1: Wetenschap op topniveau. Nationaal digitaal gegevensplatform |
Mijlpaal |
Nationaal digitaal gegevensplatform operationeel |
Verslag van het ministerie voor Technologische Innovatie en Digitale Transitie (MITD) waaruit de lancering van het nationale platform voor digitale gegevens blijkt |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Het platform stelt de agentschappen in staat: — hun applicatieprogramma-interfaces (API’s) publiceren in de API-catalogus van het platform; — via het platform overeenkomsten inzake digitale interoperabiliteit opstellen en ondertekenen; — authenticeren en autoriseren de toegang tot API’s met behulp van de functionaliteiten van het platform; — de naleving van het nationale interoperabiliteitskader valideren en beoordelen. |
M1C1-5 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Mijlpaal |
Oprichting van het nieuwe nationale agentschap voor cyberveiligheid |
Administratieve oprichtingsakte |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
De mijlpaal wordt bereikt met (1) de omzetting in wet van het wetsdecreet tot oprichting van het nationale agentschap voor cyberveiligheid, dat momenteel wordt afgerond; (2) de bekendmaking in het staatsblad van het decreet van de minister-president (Decreto del Presidente del Consiglio dei Ministri, DPCM) met de interne regelgeving van het nationale agentschap voor cyberbeveiliging. |
M1C1-6 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Mijlpaal |
Initiële uitrol van de nationale cyberbeveiligingsdiensten |
Verslag over de volledige architectuur van de nationale cyberbeveiligingsdiensten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
De mijlpaal wordt bereikt met de vaststelling van de gedetailleerde architectuur van het hele ecosysteem van de nationale cyberbeveiligingsarchitectuur (dat wil zeggen een nationaal centrum voor informatie-uitwisseling en -analyse (ISAC), een netwerk van computernoodresponsteams (CERT’s), een nationaal HyperSOC, de high-performance computing geïntegreerd met de instrumenten voor artificiële intelligentie/machinaal leren (AI/ML) om cyberbeveiligingsincidenten op nationaal niveau te analyseren). |
M1C1-7 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Mijlpaal |
Start van het netwerk van laboratoria voor cyberbeveiligingsscreening en -certificering |
Verstrekte documentatie waaruit blijkt dat de geïdentificeerde processen en procedures tussen laboratoria moeten worden gedeeld en de verstrekte rapportage waaruit de activering van ten minste één laboratorium blijkt |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
De mijlpaal wordt bereikt met: I) Vaststelling door het nationale agentschap voor cyberbeveiliging van de plaats waar de laboratoria en centra voor screening en certificering zullen worden opgericht, de profielen van de deskundigen die zullen worden aangeworven, de volledige omschrijving van de processen en procedures die door de laboratoria moeten worden gedeeld. II) Activering van één laboratorium. De activiteiten die worden opgezet voor de oprichting en activering van de controlelaboratoria staan onder toezicht van het Ministero dello Sviluppo Economico (MISE) samen met het CVCN (nationaal laboratorium voor screening en certificering van cyberbeveiliging) en worden geïntegreerd in het evaluatiecentrum (CV) van het ministerie van Binnenlandse Zaken en het ministerie van Defensie. |
M1C1-8 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Mijlpaal |
Activering van een centrale auditeenheid voor PSNC-NIS-beveiligingsmaatregelen |
Verstrekte rapportage waaruit de start van de centrale auditeenheid blijkt |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Binnen het nationale agentschap voor cyberbeveiliging wordt een interne eenheid benoemd die belast is met de uitvoering van de activiteiten van de centrale auditeenheid die verantwoordelijk is voor de PSNC-NIS-beveiligingsmaatregelen. De processen, logistiek en exploitatieregelingen worden geformaliseerd in adequate documentatie, met bijzondere aandacht voor de operationele processen, d.w.z. regels voor het aangaan van opdrachten, audits en verslaggevingsprocedures. De IT-instrumenten verzamelen, beheren en analyseren de auditgegevens en worden ontwikkeld en gebruikt door de auditeenheid. Er wordt documentatie verstrekt over de voltooiing van de ontwikkeling van de instrumenten. |
M1C1-9 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Doel |
Steun voor de modernisering van beveiligingsstructuren T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
5 |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Ten minste vijf versterkte interventies ter verbetering van de beveiligingsstructuren die zijn voltooid in de sectoren nationale veiligheidsperiode voor cyberveiligheid (PSNC) en netwerk- en informatiesystemen (NIS). Interventietypes omvatten upgrades van operationele beveiligingscentra (SOC’s), verbeteringen op het gebied van cybergrensverdediging en interne monitoring- en controlecapaciteiten. De interventies zijn gericht op de sectoren gezondheidszorg, energie en milieu (drinkwatervoorziening). |
M1C1-10 |
Hervorming 1.2: Ondersteuning van de transformatie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de oprichting van Transformation Team en NewCo |
Bepaling in de rechtshandeling betreffende de inwerkingtreding van een rechtshandeling tot oprichting van het transformatiebureau en de inwerkingtreding van een rechtshandeling tot oprichting van de NewCo |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Voor de oprichting van het transformatiebureau omvatten de noodzakelijke rechtshandelingen: De publicatie van het wetsdecreet “reclutamento” (reeds goedgekeurd door de ministerraad nr. 22 van 4 juni2021 en bekendgemaakt in het staatsblad (“Gazzetta Ufficiale”) op 10juni 2021); De publicatie van een oproep tot het indienen van blijken van belangstelling; De selectie en toewijzing van de opdracht aan de deskundigen (op tijdelijke basis voor de duur van de herstel- en veerkrachtfaciliteit). Voor de NewCo zijn de volgende belangrijke stappen vereist: Toestemming van de wetgever; Decreto del Presidente del Consiglio dei Ministri (DPCM) waarbij de oprichting van de vennootschap wordt toegestaan en de doelstellingen, het aandelenkapitaal, de duur en de bestuurders van de vennootschap worden vastgesteld; Instelling van de vennootschap met notariële akte; Handelingen die nodig zijn om de vennootschap operationeel te maken — statuten en diverse verordeningen. |
M1C1-11 |
Investering 1.6.6: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van de financiële politie |
Doel |
Financiële politie — Aankoop professionele gegevenswetenschappelijke diensten T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
5 |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Aankoop van professionele diensten op het gebied van gegevenswetenschappen door een contract te sluiten met een verlener van adviesdiensten met in totaal vijf personele middelen die verantwoordelijk zijn voor zowel het ontwerpen van de gegevensarchitectuur als het schrijven van de algoritmen van de eenheid voor de analyse van big data. Bekendmaking van een gegunde opdracht voor de aankoop van diensten op het gebied van datawetenschap overeenkomstig de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving, en publicatie op landelijke schaal van nieuwe instrumenten op de eerste analysemodule (IT-ruggengraat). |
M1C1-12 |
Investering 1.3.2: Eén digitale toegangspoort |
Doel |
Eén digitale toegangspoort |
N.V.T |
Aantal |
0 |
19 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
De 19 prioritaire administratieve procedures die van toepassing zijn in Italië van de 21 in Verordening (EU) 2018/1724 gedefinieerde administratieve procedures zijn volledig in overeenstemming met de vereisten van artikel 6 van Verordening (EU) 2018/1724. Meer bepaald: a) de identificatie van gebruikers, de verstrekking van informatie en ondersteunend bewijsmateriaal, de ondertekening en de definitieve indiening worden allemaal elektronisch op afstand uitgevoerd, via een dienstenkanaal dat gebruikers in staat stelt op een gebruikersvriendelijke en gestructureerde manier aan de vereisten in verband met de procedure te voldoen; b) de gebruikers ontvangen een automatische ontvangstbevestiging, tenzij de output van de procedure onmiddellijk wordt geleverd; C) de output van de procedure wordt langs elektronische weg geleverd of, indien dit nodig is om te voldoen aan het toepasselijke Unierecht of nationale recht, met fysieke middelen geleverd; (d) gebruikers ontvangen een elektronische kennisgeving van de voltooiing van de procedure. |
M1C1-13 |
Investering 1.4.6: Wetenschap op topniveau. Mobiliteit als dienst voor Italië |
Mijlpaal |
Mobiliteit als dienstoplossing M1 |
Verslag van het Ministero delle Infrastrutture e della Mobilità Sostenibili (MIMS) in samenwerking met universiteiten, waarin de uitvoering en de beoordeling van de resultaten van de drie proefprojecten worden beschreven |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Er zijn drie proefprojecten uitgevoerd om mobiliteit als dienstenoplossingen in technologisch geavanceerde metropolitane steden te testen. Elke oplossing is tijdens de proefperiode door ten minste 1 000 gebruikers gebruikt. Elk proefproject staat open voor ten minste 1 000 gebruikers, die er op vrijwillige basis en op eigen kosten toegang toe hebben en de individuele beoordeling geven, met de mogelijkheid mobiliteitsdiensten te kiezen en aan te kopen uit de op het platform beschikbare diensten. De MaaS-dienst stelt de burger/gebruiker via één enkel technologisch platform op basis van zijn behoeften de beste reisoplossing voor, waarbij de integratie van de verschillende beschikbare mobiliteitsopties (lokaal openbaar vervoer, gedeeld vervoer, cabine, autoverhuur) wordt benut om de reiservaring te optimaliseren, zowel wat betreft planning (intermodale routeplanner en realtime-informatie over tijden en afstanden) als wat betreft gebruik (boeking en betaling van diensten). |
M1C1-14bis |
Hervorming 1.9 bis: Hervorming om de uitvoering van het cohesiebeleid te versnellen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de nationale wetgeving om de uitvoering van het cohesiebeleid te versnellen |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de nationale wetgeving om de tenuitvoerlegging van het cohesiebeleid te versnellen |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Inwerkingtreding van nationale wetgeving waarin, in het kader van de partnerschapsovereenkomst en voor alle huidige programma’s, wordt bepaald welke regelingen nodig zijn om de uitvoering van het cohesiebeleid te versnellen en te verbeteren. Met het oog op de institutionele dialoog en samenwerking en een gedeeld begrip van de noodzakelijke acties richt de regering uiterlijk op 31 december 2023 een technische werkgroep op met de beheersautoriteiten van alle regionale en nationale programma’s binnen het PNRR Cabina di regia, onverminderd de nationale wetgeving inzake de gemeenschappelijke conferentie. In de wetgeving worden de regelingen vastgesteld die nodig zijn om prioriteit te geven aan interventies in de volgende strategische sectoren, in strikte samenhang met de planningsdocumenten die zijn vastgesteld voor de relevante randvoorwaarden, en om deze concreet uit te voeren, met inbegrip van maatregelen die specifiek gericht zijn op de versterking van de bestuurlijke capaciteit, in deze sectoren: - Water; - infrastructuur voor hydrogeologische risico’s en milieubescherming; - Afvalbeheer - Vervoer en duurzame mobiliteit; - Energie; - Steun voor de ontwikkeling en aantrekkelijkheid van bedrijven, ook voor de digitale en de groene transitie. |
M1C1-15 |
Investering 1.6.6: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van de financiële politie |
Doel |
Financiële politie — Aankoop professionele gegevenswetenschappelijke diensten T2 |
N.V.T |
Aantal |
5 |
10 |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Aankoop van professionele diensten op het gebied van gegevenswetenschappen door een contract te sluiten met een verlener van adviesdiensten met vijf extra personele middelen (tien in totaal) die verantwoordelijk zijn voor zowel het ontwerp van de gegevensarchitectuur als het schrijven van de algoritmen van de eenheid voor de analyse van big data. Bekendmaking van een gegunde opdracht voor de aankoop van diensten op het gebied van datawetenschap overeenkomstig de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving, en publicatie op landelijke schaal van nieuwe instrumenten op de eerste analysemodule (IT-ruggengraat). |
M1C1-17 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale infrastructuur |
Doel |
Migratie naar de Polo Strategico Nazionale T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
100 |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Ten minste 100 centrale overheidsdiensten en lokale zorginstanties (Aziende Sanitarie Locali/Aziende ospedaliere) migreren ten minste één administratieve dienst (systemen, datasets en toepassingen inbegrepen) volledig naar de infrastructuur (Polo Strategico Nazionale). Volledig gemigreerd kan voor elke instelling een mix inhouden van: not-cloud-klaar in zuivere hosting, “lift-and-shift” -migratie, upgrade naar Infrastructure-as-a-Service (IaaS), Platform-as-a-Service (Paas) of Software-as-a-Service (SaaS). De migratie naar de Polo Strategico Nazionale kan op verschillende manieren worden uitgevoerd, afhankelijk van de stand van de techniek van de IT-architectuur van de on-premise-software die eigendom is van elk migrerend openbaar bestuur. Deze strategieën kunnen variëren van zuivere hosting en “lift-and-shift” -migratie voor niet-cloud-klare software tot een migratie naar IaaS, PaaS of SaaS voor cloud-ready software. Het PSN biedt elke migrerend openbaar bestuur alle migratiestrategieën aan die in aanmerking komen voor de bereikte doelstelling “migratie naar de Polo Strategico Nazionale”. Het totale aantal overheidsdiensten dat onder het toepassingsgebied valt, omvat: • Centrale overheidsdiensten die het grootste deel van de uitgaven voor informatie- en communicatietechnologie (ICT) voor hun rekening nemen (zoals het Nationaal Instituut voor Sociale Zekerheid en het Ministerie van Justitie); • Centrale overheidsdiensten die gegevens hosten in verouderde datacentra, zoals blijkt uit de recente enquête over “cloudparaatheid”; • Lokale zorginstanties (Aziende Sanitarie Locali/Aziende Ospedaliere), die voornamelijk in Centraal- en Zuid-Italië zijn gevestigd, beschikken niet over een adequate infrastructuur om de gegevensbeveiliging te waarborgen. |
M1C1-18 |
Investering 1.3.1: Wetenschap op topniveau. Nationaal digitaal gegevensplatform |
Doel |
API’s op nationaal digitaal gegevensplatform T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
400 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Dit doel bestaat uit het bereiken van ten minste 400 applicatieprogramma-interfaces (API’s) die door de agentschappen worden uitgevoerd, in de API-catalogus worden gepubliceerd en met het nationale digitale dataplatform worden geïntegreerd. De API’s die onder het toepassingsgebied vallen, zijn al in kaart gebracht. De gepubliceerde API’s hebben betrekking op de volgende gebieden: I) Eind 31 december 2023: prioritaire socialezekerheidsdiensten en fiscale naleving, met inbegrip van de centrale nationale registers (zoals het bevolkingsregister en het register van openbaar bestuur); II) Eind 31 december 2024: overblijvende socialezekerheidsdiensten en naleving van de belastingwetgeving. Elke API-implementatie en -documentatie voldoet aan de nationale interoperabiliteitsnormen en ondersteunt het nationale kader voor digitale gegevensplatforms; het bovengenoemde platform biedt functionaliteiten om die naleving te beoordelen. |
M1C1-19 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Doel |
Steun voor de modernisering van beveiligingsstructuren T2 |
N.V.T |
Aantal |
5 |
50 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Ten minste 50 versterkende interventies voltooid in de sectoren nationale veiligheidsperiode voor cyberveiligheid (PSNC) en netwerk- en informatiesystemen (NIS). Interventietypes omvatten bijvoorbeeld operationele beveiligingscentra (Security Operating Centers — SOC’s), verbeteringen op het gebied van cybergrensverdediging en capaciteiten voor interne monitoring en controle in overeenstemming met de NIS- en PSNC-vereisten. Bij interventies in de NIB-sectoren wordt bijzondere aandacht besteed aan de sectoren gezondheidszorg, energie en milieu (drinkwatervoorziening en afvalbeheer). |
M1C1-20 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Mijlpaal |
Volledige uitrol van nationale cyberbeveiligingsdiensten |
Verslag waaruit de volledige activering van de nationale cyberbeveiligingsdiensten blijkt |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Deze mijlpaal wordt voltooid met de activering van de sectorale computernoodresponsteams (CERT’s), hun interconnectie met het Italiaanse Computer Security Incident Response Team (CSIRT) en het Information Sharing and Analysis Center (ISAC), de integratie van ten minste 5 operationele beveiligingscentra (SOC’s) met het nationale HyperSOC, de volledige werking van de diensten voor risicobeheer op het gebied van cyberbeveiliging, met inbegrip van de diensten voor analyse van toeleveringsketens en verzekeringen voor cyberrisico’s. |
M1C1-21 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Mijlpaal |
Voltooiing van het netwerk van laboratoria voor cyberbeveiligingsscreening en -certificering, evaluatiecentra |
Verstrekte rapportage, waaruit de volledige activering van ten minste 10 laboratoria en 2 evaluatiecentra (CV) blijkt |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Activering van ten minste 10 screenings- en certificeringslaboratoria en van 2 evaluatiecentra (CV). |
M1C1-22 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Mijlpaal |
Volledige werking van de centrale auditeenheid voor PSNC-NIS-beveiligingsmaatregelen met ten minste 30 inspecties |
Rapportage, inspectieverslagen |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Volledige werking van de centrale auditeenheid met ten minste 30 inspecties voltooid. |
M1C1-23 |
Investering 1.4.6: Wetenschap op topniveau. Mobiliteit als dienst voor Italië |
Mijlpaal |
Mobiliteit als dienstoplossing M2 |
Proefresultaten beoordeeld door Ministero delle Infrastrutture e della Mobilità Sostenibili (MIMS) in samenwerking met universiteiten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2025 |
De mijlpaal heeft betrekking op de uitvoering van de tweede golf van zeven proefprojecten die gericht zijn op het testen van mobiliteit als dienstoplossingen op “volgers” -gebieden. Van gemeenten wordt verwacht dat zij profiteren van de ervaring van grootstedelijke steden die klaar zijn voor digitalisering en die in het kader van de eerste golf zijn geselecteerd. 40 % van de proefprojecten wordt uitgevoerd in het zuiden. |
M1C1-24 |
Investering 1.7.1: Wetenschap op topniveau. Digitaal ambtenarenapparaat |
Doel |
Burgers die deelnemen aan initiatieven op het gebied van digitaal onderwijs en/of facilitering door organisaties die zijn ingeschreven in het nationale register van organisaties voor universele dienstverlening |
N.V.T |
Aantal |
0 |
700 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 700 000 initiatieven op het gebied van digitaal onderwijs en/of facilitering waarbij burgers betrokken zijn, die worden aangeboden door organisaties die zijn ingeschreven in het nationale register van organisaties voor universele dienstverlening. |
M1C1-25 |
Investering 1.6.6: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van de financiële politie |
Mijlpaal |
De operationele informatiesystemen ontwikkelen die worden gebruikt voor de bestrijding van economische criminaliteit |
Verbetering van IT-systemen in termen van nieuwe functionaliteiten, prestaties en gebruikerservaring |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Geleidelijke introductie (op jaarbasis) van nieuwe functionaliteiten van de operationele informatiesystemen om ervoor te zorgen dat deze actueel zijn in overeenstemming met snel veranderende wetgevingsscenario’s, ook in verband met de pandemische situatie. |
M1C1-26 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale infrastructuur |
Doel |
Migratie naar de Polo Strategico Nazionale T2 |
N.V.T |
Aantal |
100 |
280 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 280 centrale overheidsdiensten en lokale zorginstanties (Aziende Sanitarie Locali/Aziende Ospedaliere) zijn gemigreerd naar “Polo Strategico Nazionale” volgens het migratieplan dat is goedgekeurd door het departement Digitale Transformatie. De migratie naar de Polo Strategico Nazionale kan op verschillende manieren worden uitgevoerd, afhankelijk van de stand van de techniek van de IT-architectuur van de on-premise-software die eigendom is van elk migrerend openbaar bestuur. Deze strategieën kunnen variëren van zuivere hosting en “lift-and-shift” -migratie voor niet-cloud-klare software tot een migratie naar Infrastructure-as-a-Service (IaaS), Platform-as-a-Service (PaaS) of Software-as-a-Service (SaaS) voor cloud-ready software. Ten minste 40 % van de gemigreerde diensten wordt uitgevoerd via IaaS-, PaaS- of SaaS-oplossingen. Het PSN biedt elke migrerend openbaar bestuur alle migratiestrategieën aan die in aanmerking komen voor de bereikte doelstelling “migratie naar de Polo Strategico Nazionale”. Het totale aantal overheidsdiensten dat onder het toepassingsgebied valt, omvat: • Centrale overheidsdiensten die het grootste deel van de uitgaven voor informatie- en communicatietechnologie (ICT) voor hun rekening nemen (zoals het Nationaal Instituut voor Sociale Zekerheid, ministerie van Justitie); • Centrale overheidsdiensten die gegevens hosten in verouderde datacentra, zoals blijkt uit de recente enquête over “cloudparaatheid”; • Lokale zorginstanties (Aziende Sanitarie Locali/Aziende Ospedaliere), die voornamelijk in Centraal- en Zuid-Italië zijn gevestigd, beschikken niet over een adequate infrastructuur om de gegevensbeveiliging te waarborgen. |
M1C1-27 |
Investering 1.3.1: Wetenschap op topniveau. Nationaal digitaal gegevensplatform |
Doel |
API’s op nationaal digitaal gegevensplatform T2 |
N.V.T |
Aantal |
400 |
1 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Deze doelstelling bestaat uit het bereiken van ten minste 600 extra applicatieprogramma-interfaces (API’s) die in de catalogus zijn gepubliceerd (voor een totaal van 1 000). De gepubliceerde API’s hebben betrekking op de volgende gebieden: I) uiterlijk op 31 december 2025: openbare procedures zoals aanwerving, pensionering, inschrijving voor scholen en universiteiten (zoals het nationaal studentenregister en het register van autovergunningen); II) uiterlijk op 30 juni 2026: welzijn, beheer van aanbestedingsdiensten, nationaal informatiesysteem voor medische gegevens en sanitaire noodsituaties — zoals patiënten- en artsenregisters. Elke API-implementatie en -documentatie voldoet aan de nationale interoperabiliteitsnormen en ondersteunt het nationale kader voor digitale gegevensplatforms; het bovengenoemde platform biedt functionaliteiten om die naleving te beoordelen. |
M1C1-28 |
Investering 1.7.2: Wetenschap op topniveau. Netwerk van digitale faciliteringsdiensten |
Doel |
Aantal burgers dat deelneemt aan nieuwe initiatieven voor digitaal onderwijs en/of facilitering van digitale faciliteringscentra |
N.V.T |
Aantal |
0 |
2 000 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 2 000 000 burgers die deelnemen aan initiatieven voor digitaal onderwijs en/of facilitering van digitale faciliteringscentra. De opleidingsactiviteiten die in aanmerking worden genomen om de doelstelling te bereiken, zijn de volgende: gepersonaliseerde één-op-één digitale onderwijs- en/of faciliteringsinitiatieven via digitale faciliteringsmethoden, doorgaans uitgevoerd op basis van de reservering van de dienst en geregistreerd in het monitoringsysteem; initiatieven voor persoonlijk en online digitaal onderwijs en/of facilitering die gericht zijn op de ontwikkeling van de digitale vaardigheden van burgers, die synchroon door de digitale facilitatiecentra worden uitgevoerd en in het monitoringsysteem worden geregistreerd; online initiatieven op het gebied van digitaal onderwijs en/of facilitering die gericht zijn op de ontwikkeling van digitale vaardigheden van burgers, ook in zelflerende en asynchrone modus, maar noodzakelijkerwijs met registratie in het monitoringsysteem dat wordt uitgevoerd als onderdeel van de opleidingscatalogus die is opgesteld door het netwerk van digitale faciliteringsdiensten en toegankelijk is via het toegepaste kennisbeheersysteem. |
M1C1-29 |
Hervorming 1.4: Hervorming van het burgerlijk recht |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van machtigingswetgeving voor de hervorming van het burgerlijk recht |
Bepaling in de wet waarin de inwerkingtreding van de machtigingswetgeving wordt vermeld |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
De machtigingswetgeving omvat ten minste de volgende maatregelen: invoering van een vereenvoudigde procedure op het niveau van eerste aanleg/proces en versterking van de toepassing van “filterprocedures” op het niveau van het hoger beroep, met inbegrip van het uitgebreide gebruik van vereenvoudigde procedures en de reeks zaken waarin een alleensprekende rechter bevoegd is om uitspraak te doen; zorgen voor de daadwerkelijke toepassing van bindende termijnen voor procedures en een tijdschema voor bewijsgaring en elektronische indiening van alle relevante handelingen en documenten; het gebruik van bemiddeling en alternatieve geschillenbeslechting in combinatie met geassisteerde bemiddeling, arbitrage en elk ander mogelijk alternatief hervormen om deze instellingen doeltreffender te maken bij het verlichten van de druk op het civiele rechtsstelsel, onder meer door middel van stimulansen; de procedure voor gedwongen executie te hervormen om de bestaande gemiddelde termijn te verkorten, onder meer door de tenuitvoerlegging van verschuldigde bedragen sneller en goedkoper te maken; het huidige systeem van kwantificering en invorderbaarheid van gerechtskosten hervormen om lichtzinnige rechtszaken te verminderen; een toezichtsysteem op het niveau van het Hof in te voeren en de productiviteit van civiele rechtbanken te verhogen door middel van stimulansen om een redelijke duur van de procedures en uniforme prestaties in alle rechtbanken te waarborgen. |
M1C1-30 |
Hervorming 1.5: Hervorming van het strafrecht |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van machtigingswetgeving voor de hervorming van het strafrecht |
Bepaling in de wet waarin de inwerkingtreding van de machtigingswetgeving wordt vermeld |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Machtigingswetgeving die ten minste de volgende maatregelen omvat: I) een herzien kennisgevingssysteem, ii) een ruimer gebruik van vereenvoudigde procedures, iii) een ruimer gebruik van elektronische indiening van documenten, iv) vereenvoudigde regels inzake bewijsmateriaal, v) de vaststelling van termijnen voor de duur van het vooronderzoek en maatregelen om stagnatie in de onderzoeksfase te voorkomen, vi) uitbreiding van de mogelijkheid om het misdrijf te beëindigen indien schadevergoeding is terugbetaald, vii) invoering van een toezichtsysteem op het niveau van de rechter en verhoging van de productiviteit van strafrechtbanken door stimulansen om een redelijke duur van de procedures en uniforme prestaties in alle rechtbanken te waarborgen. |
M1C1-31 |
Hervorming 1.6: Hervorming van het insolventiekader |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van machtigingswetgeving voor het kader voor insolventiehervormingen |
Bepaling in de wet waarin de inwerkingtreding van de machtigingswetgeving wordt vermeld |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
De insolventiehervorming omvat ten minste de volgende maatregelen: regelingen voor buitengerechtelijke geschillenbeslechting te evalueren om vast te stellen op welke gebieden verdere verbeteringen nodig kunnen zijn om de betrokken partijen ertoe aan te zetten intensiever gebruik te maken van dergelijke procedures; mechanismen voor vroegtijdige waarschuwing en toegang tot informatie voorafgaand aan de insolventiefase in te voeren; verschuiving naar specialisatie van rechtbanken (handelsrecht, insolventiekamer/kamer) en naar pre-gerechtelijke instellingen voor het beheer van insolventieprocedures; toestaan dat bevoorrechte schuldeisers eerst worden betaald (vóór belastingvorderingen en vorderingen van werknemers); toestaan dat bedrijven een zakelijk zekerheidsrecht verlenen. In aanvulling op de hervorming van insolventie moet worden gezorgd voor opleiding en specialisatie voor leden van de rechterlijke en administratieve autoriteiten die zich bezighouden met herstructureringsprocedures, alsook voor de algemene digitalisering van herstructurerings- en insolventieprocedures en de oprichting van een onlineplatform voor de buitengerechtelijke beslechting van geschillen, met name in de pre-insolventiefase, waarvan het gebruik wordt gestimuleerd om de lasten voor de rechterlijke macht te verlichten (aanvragen voor herstructurering vóór insolventie, bevordering van multilaterale herstructureringen en de mogelijkheid van vooraf goedgekeurde geautomatiseerde herstructureringsprocedures en -resoluties voor zaken met een geringe waarde). Een dergelijk onlineplatform zorgt ook voor interoperabiliteit met de IT-systemen van banken, alsook met andere overheidsinstanties en databanken, teneinde een snelle en elektronische uitwisseling van documentatie en gegevens tussen debiteuren en schuldeisers te waarborgen. Daartoe zou de verzoeker (de schuldenaar) toestemming geven om zijn persoonsgegevens uit te wisselen in overeenstemming met de AVG en moet deze bepaling in de wet worden opgenomen. Bij de hervorming wordt een register van zekerheden opgezet. |
M1C1-32 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor civiele, strafrechtelijke en administratieve rechtbanken |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van bijzondere wetgeving inzake aanwerving in het kader van het nationale herstel- en veerkrachtplan |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de bijzondere wetgeving inzake aanwerving in het kader van het nationale herstel- en veerkrachtplan |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Goedkeuren van speciale wetgeving inzake aanwerving in het kader van het nationale herstel- en veerkrachtplan met toestemming om reclame te maken en aan te werven. |
M1C1-33 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor administratieve rechtbanken |
Doel |
Start van de aanwervingsprocedures voor administratieve rechtbanken |
N.V.T |
Aantal |
0 |
168 |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Beginnen met de aanwervingsprocedures van ten minste 168 eenheden van personeel voor het bureau voor het strafproces en de administratieve rechtbanken en voor de inbedrijfstelling. De uitgangswaarde is het aantal personeelsleden dat op 31 december 2021 in dienst was. |
M1C1-34 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor het bureau van de rechtbank voor burgerlijke en strafzaken |
Doel |
Start van de aanwervingsprocedures voor civiele en strafrechtelijke rechtbanken |
N.V.T |
Aantal |
0 |
8 764 |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Beginnen met de aanwervingsprocedures van ten minste 8 764 eenheden van personeel voor het bureau van de rechtbank voor burgerlijke en strafzaken en voor de inbedrijfstelling van eenheden. De uitgangswaarde is het aantal personeelsleden aan het einde van 2021. |
M1C1-35 |
Hervorming 1.7: Hervorming van de belastingrechtbanken |
Mijlpaal |
Uitgebreide hervorming van de belastingrechtbanken van eerste en tweede aanleg |
Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van het herziene rechtskader aangeeft |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Het herziene rechtskader moet de handhaving van het belastingrecht doeltreffender maken en het hoge aantal beroepen bij het Hof van Cassatie verminderen. |
M1C1-36 |
Hervormingen 1.4, 1.5 en 1.6: Hervorming van de civiele en strafrechtspleging en de hervorming van het insolventierecht |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van gedelegeerde handelingen voor de hervorming van het burgerlijk recht en het strafrecht en van de hervorming van het insolventierecht |
Bepaling in de gedelegeerde handelingen waarin de inwerkingtreding van de gedelegeerde handelingen wordt vermeld |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Inwerkingtreding van alle gedelegeerde handelingen waarvan de inhoud is aangegeven in de machtigingswetgeving voor de civiele en strafrechtelijke hervormingen en voor de hervorming van het insolventierecht. |
M1C1-37 |
Hervormingen 1.4 en 1.5: Hervorming van het burgerlijk recht en het strafrecht |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de hervorming van het burgerlijk recht en het strafrecht |
Bepaling in de secundaire handelingen die de inwerkingtreding van de secundaire handelingen aanduidt |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Voltooiing van de vaststelling van alle verordeningen en secundaire wetgevingsbronnen die nodig zijn voor de doeltreffende toepassing van de faciliterende wetten voor justitiële hervormingen. |
M1C1-38 |
Hervorming 1.8: Digitalisering van justitie |
Mijlpaal |
Digitalisering van het rechtsstelsel |
Bepaling in de primaire en secundaire handelingen waarin de inwerkingtreding van de overeenkomstige handelingen wordt vermeld |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
De verplichte elektronische indiening van alle documenten en de volledige elektronische workflow voor civiele procedures worden vastgesteld. Strafrechtelijke procedures in eerste aanleg gedigitaliseerd (met uitzondering van het preliminaire verhoorbureau). Opzetten van een gratis, volledig toegankelijke en doorzoekbare databank van civiele beslissingen overeenkomstig de wetgeving. |
M1C1-38bis |
Hervorming 1.8: Digitalisering van justitie |
Mijlpaal |
Digitalisering van het rechtsstelsel |
Volledige operationalisering en interoperabiliteit van het PNR, het PDP en het APP |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Volledige digitalisering van strafprocedures in eerste aanleg tot aan de slotakte via de “portale delle notizie di reato” (PNR), “portale dei depositi” (PDP) en “applicativo processo penale” (APP). De platforms zijn onderling interoperabel. |
M1C1-39 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor civiele en strafrechtelijke rechtbanken |
Doel |
Aanwervings- of uitbreidingsprocedures voor civiele en strafrechtbanken en territoriale en centrale diensten van het ministerie van Justitie die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan |
N.V.T |
Aantal |
0 |
10 000 |
KWARTAAL 2 |
2024 |
De aanwervings- of uitbreidingsprocedures voor ten minste 10 000 eenheden van personeel voor het bureau van de proef en het technisch administratief personeel voltooien en in dienst stellen. Alleen aanwervingen of verlengingsprocedures die sinds 1 januari 2022 zijn voltooid, worden voor dit streefcijfer meegeteld. |
M1C1-40 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor administratieve rechtbanken |
Doel |
Aanwervings- of uitbreidingsprocedures voor administratieve rechtbanken |
N.V.T |
Aantal |
0 |
158 |
KWARTAAL 2 |
2024 |
De aanwervings- of uitbreidingsprocedures afronden van ten minste 158 eenheden van personeel voor het bureau voor het strafproces en de administratieve rechtbanken en voor de inbedrijfstelling. Alleen aanwervingen of verlengingsprocedures die sinds 1 januari 2022 zijn voltooid, worden voor dit streefcijfer meegeteld. |
M1C1-41 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor administratieve rechtbanken |
Doel |
Vermindering van achterstallige zaken voor administratieve regionale rechtbanken |
N.V.T |
Percentage |
100 |
75 |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Vermindering met 25 % van het aantal aanhangige zaken in 2019 (109 029) bij administratieve regionale rechtbanken (administratieve rechtbanken van eerste aanleg). |
M1C1-42 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor administratieve rechtbanken |
Doel |
Vermindering van achterstallige zaken voor de Raad van State |
N.V.T |
Percentage |
100 |
65 |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Het aantal aanhangige zaken in 2019 (24 010) bij de Raad van State (tweede aanleg) met 35 % verminderen. |
M1C1-43 |
Hervorming 1.4: Hervorming van het burgerlijk recht |
Doel |
Vermindering van achterstallige zaken voor gewone civiele rechtbanken (eerste aanleg) |
N.V.T |
Percentage |
100 |
5 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Het aantal aanhangige zaken in 2019 (337 740) bij de gewone civiele rechtbanken (eerste aanleg) met 95 % verminderen. Het uitgangspunt is het aantal zaken dat gedurende meer dan drie jaar aanhangig is bij de gewone civiele rechtbanken (in 2019). |
M1C1-44 |
Hervorming 1.4: Hervorming van het burgerlijk recht |
Doel |
Vermindering van achterstallige zaken voor het civiele hof van beroep (tweede aanleg) |
N.V.T |
Percentage |
100 |
5 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Het aantal aanhangige zaken in 2019 (98 371) bij de civiele hoven van beroep (tweede aanleg) met 95 % verminderen. Het uitgangspunt is het aantal zaken dat gedurende meer dan twee jaar aanhangig is bij de civiele hoven van beroep (in 2019). |
M1C1-37bis |
Hervorming 1.4: Hervorming van het burgerlijk recht |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van maatregelen om de achterstand weg te werken |
Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van primaire en secundaire wetgeving aangeeft om de achterstand weg te werken |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Inwerkingtreding van primaire wetgeving en secundaire wetgevingsbronnen om het volgende mogelijk te maken: Versterking van de proefkantoren, onder meer door middel van stimulansen, om de eenheden personeel aan te trekken en te behouden die in dienst zijn genomen op basis van de aanwervingsregeling voor het nationale plan voor herstel en veerkracht; Het creëren van stimulansen om: (1) minder efficiënte rechtbanken te ondersteunen bij het wegwerken van de achterstand op het gebied van civiel recht; (2) rechterlijke instanties die de specifieke jaarlijkse doelstellingen van vermindering van het aantal aanhangige zaken in het burgerlijk rechtsstelsel verwezenlijken, belonen. |
|||
M1C1-45 |
Hervormingen 1.4: Hervorming van het burgerlijk recht |
Doel |
Verkorting van de duur van civiele procedures |
N.V.T |
Percentage |
100 |
60 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Verkorting van de beslissingstermijn met 40 % van alle gevallen van litigieuze burgerlijke en handelszaken ten opzichte van 2019 |
M1C1-46 |
Hervorming 1.5: Hervorming van het strafrecht |
Doel |
Verkorting van de duur van strafprocedures |
N.V.T |
Percentage |
100 |
75 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Verkorting van de beslissingstermijn met 25 % van alle gevallen van strafzaken ten opzichte van 2019 |
M1C1-47 |
Hervorming 1.4: Hervorming van het burgerlijk recht |
Doel |
Vermindering van achterstallige zaken voor de gewone civiele rechtbanken (eerste aanleg) |
N.V.T |
Percentage |
100 |
10 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het aantal aanhangige zaken dat tussen 1 januari 2017 en 31 december 2022 aanhangig was gemaakt en dat op 31 december 2022 nog aanhangig was (1 197 786) bij de gewone civiele rechtbanken (eerste aanleg), met 90 % verminderen. |
M1C1-48 |
Hervorming 1.4: Hervorming van het burgerlijk recht |
Doel |
Vermindering van achterstallige zaken voor het civiele hof van beroep (tweede aanleg) |
N.V.T |
Percentage |
100 |
10 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Vermindering met 90 % van het aantal aanhangige zaken dat tussen 1 januari 2018 en 31 december 2022 was geopend en op 31 december 2022 nog aanhangig was (179 306) bij de civiele hoven van beroep (tweede aanleg). |
M1C1-49 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor administratieve rechtbanken |
Doel |
Vermindering van achterstallige zaken voor administratieve regionale rechtbanken (eerste aanleg) |
N.V.T |
Percentage |
100 |
30 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het aantal aanhangige zaken (109 029) in 2 019 bij administratieve regionale rechtbanken (administratieve rechtbanken van eerste aanleg) met 70 % verminderen. |
M1C1-50 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor administratieve rechtbanken |
Doel |
Vermindering van achterstallige zaken voor de Raad van State |
N.V.T |
Percentage |
100 |
30 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het aantal aanhangige zaken (24 010) in de Raad van State (tweede aanleg) in 2 019 met 70 % verminderen. |
M1C1-51 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire wetgeving inzake de governance van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2021 |
De primaire wetgeving heeft ten minste betrekking op: 1) coördinatie en monitoring van de Italiaanse projecten voor herstel en veerkracht op centraal niveau; 2) vaststelling en scheiding van bevoegdheden en goedkeuring van de desbetreffende mandaten van de verschillende organen en overheden die betrokken zijn bij de coördinatie, monitoring en uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan; 3) definitie van een systeem voor de vroegtijdige opsporing van uitvoeringsproblemen; 4) vaststelling vooraf van een handhavingsmechanisme om problemen bij de uitvoering op te lossen en vertragingen te voorkomen, met name ten aanzien van de verschillende bestuursniveaus; 5) definitie van het personeel (aantal en deskundigheid) voor de coördinatie, monitoring en uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan bij de betrokken overheidsdiensten; 6) de definitie van technische bijstand aan de overheidsdiensten die betrokken zijn bij de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan, met name op lokaal niveau, om de opbouw van administratieve capaciteit binnen het openbaar bestuur te waarborgen; 7) een afbakening van “versnelde” procedures voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan en de tijdige absorptie van middelen; 8) audit- en controleorganisatie en -procedures voor het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan. |
M1C1-52 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire wetgeving inzake de vereenvoudiging van administratieve procedures voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan. |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2021 |
Deze maatregelen: 1) het wegnemen van kritieke knelpunten met betrekking tot met name de nationale en regionale milieueffectbeoordeling, de toelating van nieuwe afvalrecyclinginstallaties, de vergunningsprocedures voor hernieuwbare energie en die welke nodig zijn om de energie-efficiëntie van gebouwen te verwezenlijken (de zogenaamde Super Bonus) en stadsvernieuwing. Specifieke acties zijn gericht op de vereenvoudiging van de procedures binnen de “Conferenza di servizi” (een formele overeenkomst tussen twee of meer overheidsdiensten). |
M1C1-53 |
Investering 1.9: Wetenschap op topniveau. Verlenen van technische bijstand en versterken van de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire wetgeving om technische bijstand te verlenen en de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan te versterken |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2021 |
De maatregelen omvatten de bepaling om de tijdelijke aanwerving mogelijk te maken van: 2 800 technische cijfers ter versterking van de overheidsdiensten in het zuiden, betaald uit de nationale begroting; een pool van 1 000 deskundigen die gedurende drie jaar zullen worden ingezet om overheidsdiensten te ondersteunen bij het beheer van de nieuwe procedures voor technische bijstand. |
M1C1-54 |
Investering 1.9: Wetenschap op topniveau. Verlenen van technische bijstand en versterken van de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
Doel |
Voltooide aanwerving van deskundigen voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 000 |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Afronden van de aanwervingsprocedures van de pool van 1 000 deskundigen die gedurende drie jaar zullen worden ingezet om overheidsdiensten te ondersteunen bij het beheer van de nieuwe procedures voor technische bijstand. |
M1C1-55 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Uitbreiding van de methode die wordt toegepast op het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan tot de nationale begroting om de absorptie van investeringen te verhogen |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de uitbreiding van de methode |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Een vereenvoudigd systeem van mijlpalen en streefdoelen opzetten dat vergelijkbaar is met de herstel- en veerkrachtfaciliteit voor de planning, uitvoering en financiering van projecten in het kader van het aanvullende investeringsfonds (30.5 miljard EUR). |
M1C1-56 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de machtigingswetgeving voor de hervorming van de openbare werkgelegenheid |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
De machtigingswetgeving omvat de volgende maatregelen: — functieprofielen vaststellen die specifiek zijn voor de publieke sector om de benodigde competenties en vaardigheden aan te trekken; oprichting van één enkel aanwervingsplatform om de openbare aanwervingsprocedures voor alle centrale overheidsdiensten te centraliseren, met de toezegging om het gebruik van het platform uit te breiden tot lokale overheden; hervorming van het aanwervingsproces om: over te stappen van een louter op kennis gebaseerd systeem naar een systeem dat in de eerste plaats gebaseerd is op competenties en passende vaardigheden; beoordelen van de competenties om ambtenaren uit te oefenen; de aanwervingsprocedures te differentiëren tussen aanwerving op instapniveau, die louter op competentie is gebaseerd, en de aanwerving van gespecialiseerde profielen, die competenties moeten combineren met relevante werkervaring en zouden leiden tot toegang tot de loopbaan op een hoger niveau. Het ministerie van Openbaar Bestuur zorgt voor de consistente uitvoering van het nieuwe proces in alle overheidsdiensten; hervorming van het hoger ambtenarenapparaat om de benoemingsprocedures in het openbaar bestuur te homogeniseren, de functieprofielen en de evaluatie van hun prestaties vast te stellen; — het verband tussen een leven lang leren en opleidingsmogelijkheden voor werknemers en stimulansen voor participatie versterken, bijvoorbeeld door het overwegen van beloningsmechanismen of specifieke loopbaantrajecten, met bijzondere aandacht voor de dubbele transitie; — ethische beginselen van overheidsdiensten vaststellen of actualiseren door middel van duidelijke regels, gedragscodes en opleidingsmodules over dit onderwerp; — de inzet voor genderevenwicht versterken; — herziening van het regelgevingskader voor verticale mobiliteit, hervorming van de loopbaantrajecten voor het creëren en betreden van middenkaderfuncties (“quadri”) en toegang tot hogere civiele functies (“dirigenti di prima e seconda fascia”) vanuit de overheid. Dit omvat de hervorming van het systeem voor prestatie-evaluatie en de versterking van het verband tussen loopbaanontwikkeling en prestatie-evaluatie; — een grondige herziening van het regelgevingskader inzake horizontale mobiliteit om een efficiënte arbeidsmarkt in overheidsdiensten tot stand te brengen, met inbegrip van a) de invoering van één transparant systeem voor reclame voor alle vacatures in de centrale en lokale overheden, b) de mogelijkheid om elke beschikbare functie aan te vragen, c) de afschaffing van de mobiliteitsvergunning van de overheid van herkomst, en d) de invoering van aanzienlijke beperkingen op het gebruik van alternatieve mobiliteitsmiddelen die niet leiden tot overplaatsing (d.w.z. “comandi” en “distacchi”), om deze uitzonderlijk en strikt in de tijd te beperken. |
M1C1-57 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van administratieve procedures voor de hervorming van de vereenvoudiging met het oog op de uitvoering van de herstel- en veerkrachtfaciliteit |
Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van het afgeleide recht aangeeft |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Inwerkingtreding van alle daarmee verband houdende gedelegeerde handelingen, ministeriële besluiten, secundaire wetgeving en alle andere verordeningen die nodig zijn voor de doeltreffende tenuitvoerlegging van de vereenvoudiging, met inbegrip van overeenkomsten met regio’s in geval van exclusieve en gelijktijdige regionale bevoegdheid. |
M1C1-58 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van rechtshandelingen voor de hervorming van de werkgelegenheid bij de overheid |
Bepaling betreffende de inwerkingtreding van de rechtshandelingen voor de hervorming van de openbare werkgelegenheid |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Inwerkingtreding van alle daarmee verband houdende gedelegeerde handelingen, ministeriële besluiten, secundaire wetgeving en alle andere verordeningen die nodig zijn voor de doeltreffende uitvoering van de hervorming. |
M1C1-59 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van strategisch personeelsbeheer in het openbaar bestuur |
Bepaling betreffende de inwerkingtreding van de wetgeving voor de invoering van strategisch personeelsbeheer in het openbaar bestuur |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
De wetgeving en gedelegeerde handelingen voor de invoering van strategisch personeelsbeheer in het openbaar bestuur omvatten: de vaststelling, in het kader van het geïntegreerde activiteiten- en organisatieplan (PIAO), van strategische HR-plannen voor aanwerving, loopbaanontwikkeling en opleiding voor alle centrale en regionale overheden, ondersteund door een geïntegreerde databank met vaardigheden en profielen; oprichting van een centrale uitvoeringseenheid die het systeem voor de planning van personele middelen coördineert en ondersteunt. In een tweede fase worden de strategische plannen op het gebied van personeelsbeleid uitgebreid tot grote gemeenten, terwijl kleine en middelgrote gemeenten specifieke investeringen in capaciteitsopbouw hebben gedaan. |
M1C1-59BIS |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Uitvoering van strategisch personeelsbeheer in het openbaar bestuur |
Publicatie van het eerste halfjaarlijkse verslag over KPI’s. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Het eerste halfjaarlijkse verslag over KPI’s wordt gepubliceerd. |
M1C1-59ter |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Uitvoering van strategisch personeelsbeheer in het openbaar bestuur |
“HR-toolkit” beschikbaar, interoperabel met inPA en Syllabus en geïntegreerd met de databank van de PIAO, en verificatie van de strategische HR-plannen. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De geïntegreerde databank (“HRM-toolkit”) is beschikbaar voor alle overheidsdiensten met meer dan 50 werknemers die bij wet een PIAO moeten aannemen. De “HRM-toolkit” moet interoperabel zijn met het wervingsplatform (inPA) en het platform “Syllabus”. De “HRM-toolkit” en de PILO-databank worden geïntegreerd. Het ministerie van Openbaar Bestuur verifieert, voor ten minste een steekproef van nationale en subnationale overheden met meer dan 50 werknemers die de PIAO’s vaststellen, de inhoud van de desbetreffende strategische HR-plannen en neemt follow-upmaatregelen voor zover nodig, waarbij ook rekening wordt gehouden met de resultaten van de halfjaarlijkse KPI-verslagen. |
M1C1-60 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Volledige uitvoering (met inbegrip van alle gedelegeerde handelingen) van de vereenvoudiging en/of digitalisering van een reeks van 200 kritieke procedures die van invloed zijn op burgers en bedrijven |
Inwerkingtreding van afgeleide wetgeving |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Prioritaire gebieden die voor vereenvoudiging in aanmerking komen, zijn: Milieuvergunningen, hernieuwbare energiebronnen en groene economie Bouwvergunningen en stedelijke herindeling Digitale infrastructuur Bedrijfsprocedures Andere kritieke sectoren zijn: Arbeidswetgeving en sociale zekerheid Toerisme Agrovoedingsindustrie De geselecteerde nationale en regionale procedures kunnen worden samengevat op de volgende belangrijke gebieden: Milieu- en energievergunningen: Procedure voor de beoordeling van de milieueffecten door de staat Procedure voor de beoordeling van de regionale milieueffecten Vergunningen voor milieuherstel Strategische milieubeoordeling Geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging (IPPC) Vergunningsprocedures voor hernieuwbare energie Repowering-, vernieuwings- en blaasprocedures Vergunningsprocedures voor energie-infrastructuur Afvalgerelateerde vergunningen Bouw en herkwalificatie van steden: Procedures voor energiebesparing en rationalisering van het energieverbruik (conformiteitsprocedures enz.) Dienstenconferentie Digitale infrastructuur: Vergunningen voor communicatie-infrastructuur Bedrijfsprocedures: Procedures in de detailhandel Bedrijfs- en bouwprocedures (SUAP en SUE) Procedures voor ambachtelijke activiteiten Andere procedures: Certificering van stilzwijgende toestemming Vervangingsvermogen Brandpreventieprocedures Vergunningen voor speciale economische zones Vergunningen voor de openbare veiligheid Landschapsvergunningen Farmaceutische en gezondheidsvergunningen Seismische en hydrogeologische procedures/vergunningen |
M1C1-61 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Voltooiing van de uitvoering (met inbegrip van alle gedelegeerde handelingen) van de vereenvoudiging en/of digitalisering van een extra reeks van 50 kritieke procedures die rechtstreeks van invloed zijn op burgers |
Inwerkingtreding van afgeleide wetgeving |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Vereenvoudigde procedures hebben betrekking op de volgende gebieden: Burgerlijke stand en burgerlijke stand Identiteit, digitale woonplaats en toegang tot onlinediensten Invaliditeit |
M1C1-62 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Verhoging van de absorptie van investeringen |
Publicatie van een uitvoeringsverslag door het ministerie van Financiën |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Een uitvoeringsverslag publiceren om het effect te meten van de acties die gericht zijn op het verlenen van technische bijstand en capaciteitsopbouw, en de capaciteit te verbeteren om uit de nationale begroting gefinancierde kapitaaluitgaven te plannen, te beheren en uit te voeren, en te zorgen voor een aanzienlijke absorptie van de middelen van het aanvullende fonds dat tot 2024 is toegewezen. |
M1C1-63 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Voltooiing van de vereenvoudiging en oprichting van een register van alle vereenvoudigde procedures en bijbehorende administratieve regelingen met volledige rechtsgeldigheid op het gehele nationale grondgebied |
Publicatie van het register op de website van het betrokken ministerie |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De screening van procedurele regelingen wordt voor alle vereenvoudigde procedures voltooid. Ook de verificatie en monitoring van: De doeltreffende toepassing van de vereenvoudigde procedures; nieuwe gestandaardiseerde formulieren, en corresponderend gedigitaliseerd beheer wordt gewaarborgd. De vereenvoudiging is van toepassing op in totaal 600 kritieke procedures, met inbegrip van die welke onder de mijlpalen M1C1 60 en M1C1 61 vallen. |
M1C1-64 |
Investering 1.9: Wetenschap op topniveau. Verlenen van technische bijstand en versterken van de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
Doel |
Onderwijs en opleiding |
N.V.T |
Aantal |
0 |
350 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 350 000 overheidsmedewerkers van centrale overheidsdiensten hebben zich ingeschreven voor bij- of omscholingsinitiatieven |
M1C1-65 |
Investering 1.9: Wetenschap op topniveau. Verlenen van technische bijstand en versterken van de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
Doel |
Onderwijs en opleiding |
N.V.T |
Aantal |
0 |
400 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 400 000 overheidswerknemers van andere overheidsdiensten hebben zich ingeschreven voor bij- of omscholingsinitiatieven. |
M1C1-66 |
Investering 1.9: Wetenschap op topniveau. Verlenen van technische bijstand en versterken van de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
Doel |
Onderwijs en opleiding |
N.V.T |
Aantal |
0 |
245 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 245 000 (70 %) overheidsmedewerkers van centrale overheidsdiensten hebben met succes opleidingsinitiatieven als bedoeld in M1C1-64 (formele certificering of effectbeoordeling) afgerond. |
M1C1-67 |
Investering 1.9: Wetenschap op topniveau. Verlenen van technische bijstand en versterken van de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
Doel |
Onderwijs en opleiding |
N.V.T |
Aantal |
0 |
280 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 280 000 (70 %) overheidspersoneel van andere overheidsdiensten, met succes opleidingsinitiatieven als bedoeld in M1C1-65 (formele certificering of effectbeoordeling) hebben voltooid. |
M1C1-68 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Opslagsysteem voor audits en controles: informatie voor het monitoren van de uitvoering van de herstel- en veerkrachtfaciliteit |
Auditverslag voor bevestiging van functionaliteiten van gegevensbank |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Een gegevensbank voor monitoring van uitvoering van de RRF is ingevoerd en operationeel. Het systeem omvat ten minste de volgende functies: a) gegevens verzamelen en toezicht houden op de verwezenlijking van mijlpalen en streefdoelen; b) de bij artikel 22, lid 2, onder d), i) tot en met iii), van de RRF-verordening vereiste gegevens verzamelen en opslaan en de toegang daartoe waarborgen. |
M1C1-69 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het Besluit vereenvoudiging van het stelsel van overheidsopdrachten |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het wetsbesluit ter vereenvoudiging van het stelsel van overheidsopdrachten. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2021 |
Het wetsbesluit vereenvoudigt het stelsel van overheidsopdrachten met ten minste de volgende dringende maatregelen: I. stelt doelstellingen vast om de tijd tussen de publicatie en de gunning van de opdracht te verkorten. II. Stelt doelstellingen en een monitoringsysteem vast om de tijd tussen de gunning van de opdracht en de voltooiing van de infrastructuur te verkorten (“fase esecutiva”). III. Vereist dat de gegevens van alle contracten worden geregistreerd in de anticorruptiedatabank van de nationale corruptiebestrijdingsautoriteit (ANAC). IV. De mechanismen voor alternatieve geschillenbeslechting uitvoeren en stimuleren in de uitvoeringsfase van overheidsopdrachten. V. Opzetten van speciale bureaus die belast zijn met de procedures voor overheidsopdrachten in ministeries, regio’s en grootstedelijke steden. Verdere specificaties: — Vereenvoudiging en digitalisering van de procedures van aankoopcentrales (“centrali di committenza”); — De artikelen 41 en 44 van het huidige wetboek inzake overheidsopdrachten ten uitvoer leggen; — Te bepalen hoe de procedures voor alle overheidsopdrachten en concessies moeten worden gedigitaliseerd en eisen inzake interoperabiliteit en interconnectiviteit vast te stellen; — Uitvoering van artikel 44 van de huidige Code.0 inzake overheidsopdrachten |
M1C1-70 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de herziening van het wetboek inzake overheidsopdrachten (D.Lgs. n. 50/2016) |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de delegatiewet tot hervorming van het huidige wetboek van het systeem voor overheidsopdrachten (D.Lgs. n. 50/2016) |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Deze wet stelt alle precieze criteria en beginselen vast voor de systemische hervorming van het wetboek overheidsopdrachten. Het delegatierecht legt ten minste de volgende beginselen en criteria vast: I. De versnippering van aanbestedende diensten verminderen (1) door de basiselementen van het kwalificatiesysteem vast te stellen, (2) door de vaststelling van een e-platform als basisvereiste om deel te nemen aan de landelijke evaluatie van de aanbestedingscapaciteit (3) door de nationale corruptiebestrijdingsautoriteit (ANAC) de bevoegdheid te verlenen om de kwalificaties van aanbestedende diensten met betrekking tot de aanbestedingscapaciteit (soorten en volumes van aankopen) te herzien, (4) door stimulansen te bieden om gebruik te maken van bestaande professionele aankoopcentrales. II. Vereenvoudiging en digitalisering van de procedures van aankoopcentrales (“centrali di committenza”) III. Te bepalen hoe de procedures voor alle overheidsopdrachten en concessies moeten worden gedigitaliseerd en eisen inzake interoperabiliteit en interconnectiviteit vast te stellen. IV. De beperkingen met betrekking tot onderaanneming geleidelijk verminderen. |
M1C1-71 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle nodige wetgeving, verordeningen en uitvoeringshandelingen (met inbegrip van secundaire wetgeving) voor het systeem voor overheidsopdrachten |
Inwerkingtreding van alle nodige wetgevings- en uitvoeringshandelingen |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Alle nodige wetgeving, verordeningen en uitvoeringshandelingen (met inbegrip van afgeleide wetgeving, indien nodig) moeten de volgende resultaten opleveren: I. De gemeenschappelijke coördinatie-instantie voor het beleid inzake overheidsopdrachten beschikt over voldoende (in de operationele regeling te specificeren) personele en financiële middelen om volledig operationeel te zijn, mede dankzij de steun van een specifieke ANAC-structuur. II. De gemeenschappelijke coördinatie-instantie voor het beleid inzake overheidsopdrachten stelt de professionaliseringsstrategie vast (zie in verband met de door Italië voorgestelde hervorming 2.1.6), die de soorten opleidingen op verschillende niveaus, de speciale begeleiding en de opstelling van operationele richtsnoeren omvat, met steun van de ANAC en de Nationale Bestuursschool. III. De dynamische aankoopsystemen worden door Consip beschikbaar gesteld en zijn in overeenstemming met de richtlijnen inzake overheidsopdrachten. IV. De ANAC voltooit de uitoefening van de kwalificatie van aanbestedende diensten op het gebied van aanbestedingscapaciteit in aansluiting op de uitvoering van artikel 38 van het wetboek overheidsopdrachten. V. Het monitoringsysteem voor de periode tussen de gunning van de opdracht en de voltooiing van de infrastructuurwerken is operationeel. VI. De gegevens van alle contracten worden geregistreerd in de anticorruptiedatabank van de nationale corruptiebestrijdingsautoriteit (ANAC). VII. Alle speciale bureaus die belast zijn met de procedures voor overheidsopdrachten in ministeries, regio’s en grootstedelijke steden. |
M1C1-72 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Mijlpaal |
Maatregelen ter vermindering van achterstallige betalingen door de overheid aan bedrijven worden goedgekeurd |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van regels ter vermindering van achterstallige betalingen door het BO aan bedrijven |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Inwerkingtreding van nieuwe regels om achterstallige betalingen door de overheid aan bedrijven te verminderen. De maatregelen omvatten ten minste de volgende essentiële elementen: I. Het systeem-InIT wordt ingezet in het centrale openbaar bestuur om de economische en financiële boekhouding en de uitvoering van overheidsuitgaven te ondersteunen. II. Betalingsachterstanden: de indicatoren op basis van de databank van het IT-systeem van het ministerie van Financiën (Commercial Credit Platform — PCC) zijn de gewogen gemiddelde betalingstermijn van overheidsinstanties aan bedrijven en de gewogen gemiddelde betalingstermijn van overheidsinstanties aan bedrijven voor elk van de volgende overheidsniveaus: centrale autoriteiten (Amministrazioni dello Stato, enti pubblici nazionali e altri enti) regionale overheden (Regioni en Provincie Autonome), lokale overheden (enti locali) volksgezondheidsautoriteiten (enti del Servizio sanitario nazionale). |
M1C1-72bis |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Mijlpaal |
Wetgevende en specifieke maatregelen om betalingsachterstanden op centraal/lokaal niveau terug te dringen |
Bepaling in de wetgeving betreffende de inwerkingtreding, vastgestelde circulaires en maatregelen ter vermindering van achterstallige betalingen door de overheid aan bedrijven |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2024 |
De volgende handelingen treden in werking: — een circulaire waarin het toepassingsgebied van commerciële en niet-commerciële transacties wordt verduidelijkt in overeenstemming met de richtlijn betalingsachterstand; — een circulaire waarin het toepassingsgebied van artikel 4, lid 6, van de richtlijn betalingsachterstand wordt verduidelijkt, in overeenstemming met laatstgenoemde richtlijn; — wetgeving om ervoor te zorgen dat de gewone regio’s en lokale overheden middelen ontvangen om hun facturen tijdig van het centrale niveau te ontvangen; — wetgeving om overheidsinstanties te verplichten jaarlijkse kasstroomplannen vast te stellen om ervoor te zorgen dat de wettelijke betalingstermijnen in acht worden genomen; — wetgeving waarbij bepalingen worden ingevoerd om de overdracht van kredieten aan derden toe te staan na 30 dagen stilte/stilzitten van de overheid. Op centraal niveau worden de volgende maatregelen genomen: — Inwerkingtreding van wetgeving die de laattijdige betalers op centraal niveau identificeert en vereist dat maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat zij binnen de termijn van 30 dagen betalen; — De driemaandelijkse publicatie van de stand van de achterstallige betalingen van de ministeries; — De oprichting van taskforces indien de wetgeving dit vereist. Op lokaal niveauworden de volgende maatregelen genomen: — Inwerkingtreding van wetgeving waarbij de achterstallige betalers op lokaal niveau worden geïdentificeerd en maatregelen moeten worden genomen om ervoor te zorgen dat zij binnen de termijn van 30 dagen betalen; — De publicatie van de stand van de achterstallige betalingen van deze autoriteiten is driemaandelijks bijgewerkt. |
M1C1-72ter |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Mijlpaal |
Meer personele middelen voor betalingsachterstanden |
Bepaling betreffende de inwerkingtreding van wetgeving ter verhoging van de personele middelen voor betalingsachterstanden |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Inwerkingtreding van rechtshandelingen die voorzien in de verhoging van de personele middelen voor betalingen in: — Ministeries en centrale overheidsdiensten, afhankelijk van de specifieke organisatorische behoeften van de betrokken centrale administratie; — lokale overheden, afhankelijk van de specifieke organisatorische behoeften van de betrokken lokale overheid. |
M1C1-72quater |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Mijlpaal |
Goedkeuring van het auditplan |
Goedkeuring van het auditplan |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Vaststelling van een auditplan, met inbegrip van een routekaart voor de uitvoering ervan, over de toereikendheid en tijdigheid van de bestaande betalingsprocessen van ten minste 130 overheidsdiensten die zijn aangemerkt als laattijdige betalers van: I) centraal niveau (met inbegrip van territoriale afdelingen van ministeries); II) lokaal niveau; en iii) volksgezondheidsautoriteiten. |
M1C1-72quinquies |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Mijlpaal |
Uitvoering van betalingen in het InIT-systeem. en horizontale maatregelen ter vermindering van te late betalingen door het BO aan bedrijven |
Operationalisering van het InIT-systeem voor de uitvoering van betalingen en van het platform dat informatie over commerciële kredieten verstrekt. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het InIT-systeem is volledig operationeel en beschikt over de volgende capaciteiten: — Het maakt de uitvoering van de betalingen mogelijk zonder te vertrouwen op de interoperabiliteit met de oude platforms voor de verwerking van betalingen. — Het waarborgt de beschikbaarheid van betalingsgegevens, met inbegrip van vertragingen, ter ondersteuning van de audit- en controleactiviteiten van de ministeries en van de Italiaanse Rekenkamer. Er moet een speciaal platform operationeel zijn dat informatie verstrekt over commerciële kredieten voor crediteurondernemingen en debiteurenadministraties. Het platform voorziet ten minste in het volgende: — informatie voor ondernemingen (schuldeisers) over het rechtskader voor kredieten aan de overheid, de rechten van een crediteurenbedrijf, de juridische stappen die kunnen worden ondernomen in geval van vertraging bij de ontvangst van een betaling, de werking van het betalingsmechanisme van de leveranciers, het contactpunt voor crediteurenbedrijven. — oprichting voor overheidsdiensten (debiteuren) inzake wettelijke vereisten voor de betaling van handelsschulden, administratieve richtsnoeren, monitoringinstrumenten waarover de overheid beschikt en mogelijke beste praktijken om de betalingsprestaties te verbeteren. — Alle websites van het ministerie hebben een link naar dit platform. |
M1C1-72sixies |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Mijlpaal |
Goedkeuring van het definitieve auditverslag van het auditplan |
Goedkeuring van het definitieve auditverslag van het auditplan |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Goedkeuring van het definitieve auditverslag van het auditplan, met inbegrip van de corrigerende maatregelen die uiterlijk op Q4/2025 zijn uitgevoerd overeenkomstig de resultaten van de auditactiviteiten. |
M1C1-73 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de hervorming van het wetboek overheidsopdrachten |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het wetsbesluit ter uitvoering van alle bepalingen van de delegatiewet inzake de hervorming van het wetboek overheidsopdrachten. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Inwerkingtreding van het wetsbesluit ter uitvoering van alle bepalingen van de delegatiewet tot hervorming van het wetboek overheidsopdrachten. |
M1C1-74 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle noodzakelijke uitvoeringsmaatregelen en secundaire wetgeving voor de hervorming van het wetboek overheidsopdrachten |
Inwerkingtreding van alle noodzakelijke uitvoeringsmaatregelen en secundaire wetgeving |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Inwerkingtreding van alle noodzakelijke uitvoeringsmaatregelen en secundaire wetgeving voor de hervorming/vereenvoudiging van het systeem voor overheidsopdrachten (ook voortvloeiend uit de herziening van het wetboek overheidsopdrachten). |
M1C1-73bis |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Vaststelling van een circulaire met richtsnoeren voor het kwalificatiesysteem voor aanbestedende diensten |
Vaststelling van een circulaire met richtsnoeren voor het kwalificatiesysteem voor aanbestedende diensten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Vaststelling, na raadpleging van de ANAC, van een circulaire met richtsnoeren over de huidige toepasselijke regels inzake kwalificatie en centralisatie, om uit te leggen dat kwalificatie en/of het gebruik van aankoopcentrales ook voor prijzen onder de drempels mogelijk en raadzaam zijn |
M1C1-73ter |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Stimulansen voor de kwalificatie en professionalisering van aanbestedende diensten. |
Vaststelling van uitvoeringsmaatregelen en -bepalingen in de wet waarin de inwerkingtreding van de wetgeving wordt aangegeven. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Beoordeling door de Cabina di Regia ex artikel 221 van het wetboek overheidsopdrachten, na raadpleging van de ANAC, van het effect van de tenuitvoerlegging van het wetboek overheidsopdrachten op: het aantal gekwalificeerde aanbestedende diensten en gecentraliseerde aankoopinstanties; het aantal en de waarde van de overheidsopdrachten die zij namens zichzelf en namens niet-gekwalificeerde instanties beheren; het effect van het systeem wat betreft de timing van de gunning van opdrachten en de voltooiing van overheidsopdrachten. Publicatie van de resultaten van het in kaart brengen van de deelname van niet-gekwalificeerde entiteiten aan activiteiten voor capaciteitsopbouw. Verdere initiatieven die gericht zijn op het stimuleren van de kwalificatie van aanbestedende diensten, de vermindering van versnippering en de professionalisering van niet-gekwalificeerde entiteiten, worden vastgesteld na raadpleging van de ANAC. Andere instrumenten voor technische/administratieve ondersteuning aan lokale of niet-gekwalificeerde aanbestedende diensten, wanneer centralisatie niet beschikbaar of haalbaar is, moeten worden vastgesteld en operationeel zijn. |
M1C1-73quater |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van richtsnoeren voor aanbestedingen onder de EU-drempel |
Inwerkingtreding van richtsnoeren voor aanbestedingen onder de EU-drempel |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Circulaire over aanbestedingen onder de EU-drempel aangenomen en gepubliceerd in het Italiaanse Publicatieblad. In de circulaire wordt verduidelijkt dat aanbestedende diensten gebruik kunnen maken van openbare en niet-openbare procedures voor aanbestedingen onder de EU-drempel. |
M1C1-73quinquies |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van nieuwe wettelijke bepalingen inzake projectfinanciering |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van nieuwe wettelijke bepalingen |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Inwerkingtreding van nieuwe wettelijke bepalingen inzake projectfinanciering om de efficiëntie en de concurrentie te verbeteren, met name om de betwistbaarheid van concessies te vergroten. |
M1C1-75 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Volledige werking van het nationale e-aanbestedingssysteem |
Beschikbaarheid van de in de haalbaarheidsstudie gedefinieerde functies (uit te werken als projecttaak 1) |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Het nationale e-aanbestedingssysteem is operationeel en volledig in overeenstemming met de EU-richtlijnen inzake overheidsopdrachten en omvat de volledige digitalisering van procedures tot aan de uitvoering van de opdracht (slimme aanbesteding), is interoperabel met de beheerssystemen van de overheid, omvat een digitale rehabilitatie van de PO, veilingsessies, machinaal leren om trends op te sporen, kritieke grondstoffen met chatbots, digitale betrokkenheid en statusketen. |
M1C1-75bis |
Investering 1.10: Wetenschap op topniveau. Ondersteuning van kwalificaties en e-aanbesteding |
Mijlpaal |
Ondersteuning van kwalificaties en e-aanbesteding |
Ingebruikneming van de aanbestedingsondersteunende functie |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
In het kader van de strategie voor vrije beroepen op het gebied van overheidsopdrachten wordt een aanbestedingsondersteunende functie opgezet. De ondersteunende functie voor aanbestedingen is bestemd voor aanbestedende diensten om te voldoen aan de vereisten van bijlage II.4 bij het wetboek overheidsopdrachten en om hen te ondersteunen in het e-aanbestedingsproces, door de verwerving van digitale vaardigheden te ondersteunen en technische ondersteuning te bieden bij de invoering van de digitalisering van overheidsopdrachten, met inbegrip van het gebruik van dynamische aankoopsystemen. |
M1C1-76 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen voor centrale overheidsdiensten om bedrijven te betalen |
N.V.T |
Gewogen gemiddelde betalingstermijn |
N.V.T |
30 |
KWARTAAL 1 |
2025 |
Op basis van het Commercial Credit Platform (PCC) bedraagt de gewogen gemiddelde betalingstermijn (“tempo di pagamento”) van centrale overheidsinstanties (Amministrazioni dello Stato, enti pubblici nazionali e altri enti) aan bedrijven ten hoogste 30 dagen. |
M1C1-77 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen voor regionale overheden om bedrijven te betalen |
N.V.T |
Gewogen gemiddelde betalingstermijn (in dagen) |
N.V.T |
30 |
KWARTAAL 1 |
2025 |
Op basis van het Commercial Credit Platform (PCC) bedraagt de gewogen gemiddelde betalingstermijn (“tempo di pagamento”) van regionale overheden (Regioni en Provincie Autonome) aan bedrijven minder dan of gelijk aan 30 dagen. |
M1C1-78 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen voor lokale overheden om bedrijven te betalen |
N.V.T |
Gewogen gemiddelde betalingstermijn (in dagen) |
N.V.T |
30 |
KWARTAAL 1 |
2025 |
Op basis van het Commercial Credit Platform (PCC) bedraagt de gewogen gemiddelde betalingstermijn (“tempo di pagamento”) van lokale overheden (enti locali) aan bedrijven minder dan of gelijk aan 30 dagen. |
M1C1-79 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen voor de openbare gezondheidszorg om bedrijven te betalen |
N.V.T |
Gewogen gemiddelde betalingstermijn (in dagen) |
N.V.T |
60 |
KWARTAAL 1 |
2025 |
Op basis van het Commercial Credit Platform (PCC) bedraagt de gewogen gemiddelde betalingstermijn (“tempo di pagamento”) van de volksgezondheidsautoriteiten (enti del Servizio sanitario nazionale) aan bedrijven minder dan of gelijk aan 60 dagen. |
M1C1-80 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen vertraging voor centrale overheidsdiensten om bedrijven te betalen |
N.V.T |
Gewogen gemiddelde betalingstermijn (in dagen) |
N.V.T |
0 |
KWARTAAL 1 |
2025 |
Op basis van het Commercial Credit Platform (PCC) bedraagt de gewogen gemiddelde betalingstermijn (“tempo di ritardo”) van de centrale autoriteiten (Amministrazioni dello Stato, enti pubblici nazionali e altri enti) aan bedrijven ten hoogste 0 dagen |
M1C1-81 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen vertraging voor regionale overheden om bedrijven te betalen |
N.V.T |
Gewogen gemiddelde betalingstermijn (in dagen) |
N.V.T |
0 |
KWARTAAL 1 |
2025 |
Op basis van het Commercial Credit Platform (PCC) bedraagt de gewogen gemiddelde betalingstermijn (“tempo di ritardo”) van regionale overheden (Regioni en Provincie Autonome) aan bedrijven ten hoogste 0 dagen. |
M1C1-82 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen vertraging voor lokale overheden om bedrijven te betalen |
N.V.T |
Gewogen gemiddelde betalingstermijn (in dagen) |
N.V.T |
0 |
KWARTAAL 1 |
2025 |
Op basis van het Commercial Credit Platform (PCC) bedraagt de gewogen gemiddelde betalingstermijn (“tempo di ritardo”) van lokale overheden (enti locali) aan bedrijven ten hoogste 0 dagen. |
M1C1-83 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen vertraging voor de overheid in de gezondheidszorg om bedrijven te betalen |
N.V.T |
Gewogen gemiddelde betalingstermijn (in dagen) |
N.V.T |
0 |
KWARTAAL 1 |
2025 |
Op basis van het Commercial Credit Platform (PCC) bedraagt de gewogen gemiddelde betalingstermijn (“tempo di ritardo”) van volksgezondheidsautoriteiten (enti del Servizio sanitario nazionale) aan bedrijven ten hoogste 0 dagen. |
M1C1-84 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Gemiddelde tijd tussen de publicatie en de gunning van de opdracht |
N.V.T |
Aantal |
139 |
100 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Op basis van de methoden die zijn vastgesteld in het Publicatieblad van de EU (TED-databank), waarbij gebruik wordt gemaakt van gegevens uit de nationale IT-databank voor overheidsopdrachten (BDNCP), beheerd door ANAC, wordt de gemiddelde tijd tussen de uiterste datum voor de indiening van inschrijvingen en de gunning van de opdracht teruggebracht tot minder dan 100 dagen voor opdrachten boven de drempels van de EU-richtlijnen inzake overheidsopdrachten. |
M1C1-84bis |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Maatregelen om de besluitvorming bij de gunning van opdrachten door aanbestedende diensten te versnellen |
Vaststelling van uitvoeringsmaatregelen |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
De Cabina di regia, ex artikel 221 van het wetboek overheidsopdrachten en na raadpleging van de ANAC, voert, na raadpleging van de ANAC, het volgende uit om de besluitvorming bij de gunning van opdrachten te versnellen en het proces dat met de hervorming van het wetboek overheidsopdrachten in gang is gezet te versnellen door middel van de digitalisering van aanbestedingen en de professionalisering van aanbestedende diensten: — analyse van het effect van e-aanbesteding op het tijdstip van de gunning van de opdracht tot de sluiting van het contract; — beoordeling van de beslissingssnelheid volgens de stand van de techniek; — toezicht op de beste praktijken van aanbestedende diensten om de duur van de gunning van de opdracht te verkorten; — de analyse van het wetgevingskader was bedoeld om kritieke kwesties in de procedures voor het plaatsen van opdrachten in kaart te brengen en, op basis van de analyse, suggesties te doen voor initiatieven die zijn afgerond om de besluitvormingstermijn te verkorten. De ANAC houdt vanaf de gegevens van 2024 jaarlijks toezicht op de gemiddelde beslissingssnelheid van de aanbestedende diensten, op basis van de bevoegdheden die haar bij artikel 222 van het wetboek overheidsopdrachten zijn toegekend. Aanbestedende diensten met een gemiddelde besluitvormingssnelheid van meer dan 160 dagen in TED zijn verplicht deel te nemen aan de kwalificatie- en professionaliseringsexercitie. |
M1C1-85 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Gemiddelde tijd tussen de gunning van de opdracht en de realisatie van de infrastructuur |
N.V.T |
Percentage |
100 |
90 |
KWARTAAL 2 |
2024 |
De gemiddelde tijd tussen de gunning van de opdracht en de realisatie van de infrastructuur (“uitvoeringsfase”) wordt met ten minste 10 % verminderd op basis van een vergelijking tussen i) de tussen 1 januari en 31 december 2019 gegunde en uiterlijk op 30 juni 2021 gesloten werken, en ii) de tussen 1 juli 2021 en 30 juni 2022 gegunde en uiterlijk op 31 december 2023 gesloten werken. |
M1C1-86 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Ambtenaren die zijn opgeleid in het kader van de strategie voor vrije beroepen op het gebied van overheidsaankopen |
N.V.T |
Aantal |
0 |
20 000 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Ten minste 20 000 ambtenaren zijn opgeleid in het kader van de strategie voor de professionalisering van overheidsaankopen. |
M1C1-87 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Aanbestedende diensten die gebruikmaken van dynamische aankoopsystemen |
N.V.T |
Percentage |
0 |
15 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Ten minste 15 % van de aanbestedende diensten maakt gebruik van dynamische aankoopsystemen overeenkomstig Richtlijn (EU) 2014/24 (observatieperiode van twee jaar en rekening houdend met het feit dat het gebruik van het dynamische aankoopsysteem in Italië voornamelijk gericht is op aankopen boven de drempel, aangezien de aankopen onder de drempel voornamelijk worden uitgevoerd met behulp van eMarketplaatsen). De doelstelling heeft betrekking op de aanbestedende diensten van de centrale overheid (250 PA zoals geregistreerd per 30 april 2021 naar het nationale e-aanbestedingssysteem dat door Consip namens het MEF wordt beheerd). |
M1C1-88 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen voor centrale overheidsdiensten om bedrijven te betalen |
N.V.T |
Gewogen gemiddelde betalingstermijn |
30 |
30 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Op basis van het Commercial Credit Platform (PCC) bedraagt de gewogen gemiddelde betalingstermijn (“tempo di pagamento”) van centrale overheidsinstanties (Amministrazioni dello Stato, enti pubblici nazionali e altri enti) aan bedrijven ten hoogste 30 dagen. |
M1C1-89 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen voor regionale overheden om bedrijven te betalen |
N.V.T |
Gewogen gemiddelde betalingstermijn |
30 |
30 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Op basis van het Commercial Credit Platform (PCC) bedraagt de gewogen gemiddelde betalingstermijn (“tempo di pagamento”) van regionale overheden (Regioni en Provincie Autonome) aan bedrijven minder dan of gelijk aan 30 dagen. |
M1C1-90 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen voor lokale overheden om bedrijven te betalen |
N.V.T |
Gewogen gemiddelde betalingstermijn |
30 |
30 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Op basis van het Commercial Credit Platform (PCC) bedraagt de gewogen gemiddelde betalingstermijn (“tempo di pagamento”) van lokale overheden (enti locali) aan bedrijven minder dan of gelijk aan 30 dagen. |
M1C1-91 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen voor de openbare gezondheidszorg om bedrijven te betalen |
N.V.T |
Gewogen gemiddelde betalingstermijn |
60 |
60 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Op basis van het Commercial Credit Platform (PCC) bedraagt de gewogen gemiddelde betalingstermijn (“tempo di pagamento”) van de volksgezondheidsautoriteiten (enti del Servizio sanitario nazionale) aan bedrijven minder dan of gelijk aan 60 dagen. |
M1C1-92 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen vertraging voor centrale overheidsdiensten om bedrijven te betalen |
N.V.T |
Gewogen gemiddelde betalingstermijn (in dagen) |
0 |
0 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Op basis van het Commercial Credit Platform (PCC) bedraagt de gewogen gemiddelde betalingstermijn (“tempo di ritardo”) van de centrale autoriteiten (Amministrazioni dello Stato, enti pubblici nazionali e altri enti) aan bedrijven ten hoogste 0 dagen. |
M1C1-93 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen vertraging voor regionale overheden om bedrijven te betalen |
N.V.T |
Gewogen gemiddelde betalingstermijn (in dagen) |
0 |
0 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Op basis van het Commercial Credit Platform (PCC) bedraagt de gewogen gemiddelde betalingstermijn (“tempo di ritardo”) van regionale overheden (Regioni and Provincie Autonome) aan bedrijven ten hoogste 0 dagen. |
M1C1-94 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen vertraging voor lokale overheden om bedrijven te betalen |
N.V.T |
Gewogen gemiddelde betalingstermijn (in dagen) |
0 |
0 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Op basis van het Commercial Credit Platform (PCC) bedraagt de gewogen gemiddelde betalingstermijn (“tempo di ritardo”) van lokale overheden (enti locali) aan bedrijven ten hoogste 0 dagen. |
M1C1-95 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen vertraging voor de overheid in de gezondheidszorg om bedrijven te betalen |
N.V.T |
Gewogen gemiddelde betalingstermijn (in dagen) |
0 |
0 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Op basis van het Commercial Credit Platform (PCC) bedraagt de gewogen gemiddelde betalingstermijn (“tempo di ritardo”) van volksgezondheidsautoriteiten (enti del Servizio sanitario nazionale) aan bedrijven ten hoogste 0 dagen. |
M1C1-96 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Gemiddelde tijd tussen de publicatie en de gunning van de opdracht |
N.V.T |
Aantal |
193 |
115 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Op basis van de gegevens van het Publicatieblad van de EU (TED-databank) wordt de gemiddelde tijd tussen de uiterste datum voor de indiening van inschrijvingen en de datum van ondertekening van het contract teruggebracht tot maximaal 115 dagen voor opdrachten boven de drempels van de EU-richtlijnen inzake overheidsopdrachten. Ervoor zorgen dat er volledige samenhang is en dat er geen tijdspanne is tussen de publicatie van gegevens over de sluiting van de overeenkomst in TED en in de BDNCP (ANAC). |
M1C1-97 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Gemiddelde tijd tussen de gunning van de opdracht en de realisatie van de infrastructuur |
N.V.T |
Percentage |
100 |
88 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
De gemiddelde tijd tussen de gunning van de opdracht en de realisatie van de infrastructuur (uitvoeringsfase) wordt met ten minste 12 % verminderd op basis van een vergelijking tussen i) de tussen 1 januari en 31 december 2019 gegunde en uiterlijk op 30 juni 2021 gesloten werken, en ii) de tussen 1 juli 2022 en 30 juni 2023 gegunde werken, die uiterlijk op 31 december 2024 zijn gesloten. |
M1C1-97bis |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Gemiddelde tijd tussen de gunning van de opdracht en de realisatie van de infrastructuur |
N.V.T |
Percentage |
100 |
85 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De gemiddelde tijd tussen de gunning van de opdracht en de realisatie van de infrastructuur (“uitvoeringsfase”) wordt met ten minste 15 % verminderd op basis van een vergelijking tussen i) de tussen 1 januari en 31 december 2019 gegunde en uiterlijk op 30 juni 2021 gesloten werken, en ii) de tussen 1 juli 2023 en 30 juni 2024 gegunde en uiterlijk op 31 december 2025 gesloten werken. |
M1C1-98 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Ambtenaren die zijn opgeleid in het kader van de strategie voor vrije beroepen op het gebied van overheidsaankopen |
N.V.T |
Percentage |
20 |
40 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Ten minste 40 % van de ambtenaren is in het kader van de strategie voor beroepsopleidingen voor overheidsaankopen opgeleid met het oog op kwalificatie. Dit percentage houdt rekening met het totale aantal ambtenaren dat actief betrokken is bij overheidsopdrachten, dat wil zeggen 100 000 overheidsinkopers die op 30 april 2021 zijn geregistreerd bij het nationale systeem voor e-aanbestedingen dat door Consip namens het MEF wordt beheerd. |
M1C1-98bis |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Ambtenaren die zijn opgeleid in het kader van de strategie voor vrije beroepen op het gebied van overheidsaankopen |
N.V.T |
Percentage |
20 |
60 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 60 % van de ambtenaren is in het kader van de strategie voor beroepsopleidingen voor overheidsaankopen opgeleid met het oog op kwalificatie. Dit percentage houdt rekening met het totale aantal ambtenaren dat actief betrokken is bij overheidsopdrachten, dat wil zeggen 100 000 overheidsinkopers die op 30 april 2021 zijn geregistreerd bij het nationale systeem voor e-aanbestedingen dat door Consip namens het MEF wordt beheerd. |
M1C1-99 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Aanbestedende diensten die gebruikmaken van dynamische aankoopsystemen |
Percentage aanbestedende diensten van de centrale overheid dat gebruikmaakt van dynamische aankoopsystemen overeenkomstig Richtlijn (EU) 2014/24 |
Percentage |
15 |
20 |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Ten minste 20 % van de aanbestedende diensten maakt gebruik van dynamische aankoopsystemen overeenkomstig Richtlijn 2014/24 (observatietermijn vanaf 1 januari 2022). De aanbestedende diensten van de centrale overheid zijn 250 overheidsdiensten (zoals geregistreerd per 30 april 2021 bij het nationale e-aanbestedingssysteem dat door Consip namens het MEF wordt beheerd). |
M1C1-99bis |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten Investering 1.10: Wetenschap op topniveau. Ondersteuning van kwalificaties en e-aanbesteding |
Doel |
Digitale competenties van aanbestedende diensten |
Percentage aanbestedende diensten van lokale overheden dat digitaal bevoegd is |
Percentage |
0 |
50 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 50 % van de lokale aanbestedende diensten beschikt over de digitale competenties die voor de kwalificatie vereist zijn. Aanbestedende diensten die door middel van gecentraliseerde aankoopinstellingen aan dezelfde eisen voldoen, worden ook meegeteld voor het bereiken van de doelstelling. |
M1C1-100 |
Hervorming 1.13: Hervorming van het kader voor uitgaventoetsing |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wettelijke bepalingen ter verbetering van de doeltreffendheid van de uitgaventoetsing — Versterking van het ministerie van Financiën |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Het herziene kader voor uitgaventoetsingen bij centrale overheidsdiensten (ministeries) verbetert de doeltreffendheid ervan door de rol van het ministerie van Economie en Financiën te versterken. Het voorziet met name in een versterkte rol van het ministerie van Economie en Financiën bij de ex-ante-evaluatie, toezichtprocessen en ex-postevaluatie, waardoor de grondige uitvoering van de evaluaties en de verwezenlijking van de beoogde doelstellingen kunnen worden afgedwongen. |
M1C1-101 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Mijlpaal |
Vaststelling van een evaluatie van mogelijke maatregelen om belastingontduiking tegen te gaan |
Publicatie van de evaluatie |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Een verslag aan te nemen ter onderbouwing van de maatregelen van de overheid om belastingontduiking door weggelaten facturering terug te dringen, met name in de sectoren die het meest aan belastingontduiking zijn blootgesteld, onder meer door middel van gerichte stimulansen voor consumenten. |
M1C1-102 |
Hervorming 1.13: Hervorming van het kader voor uitgaventoetsing |
Mijlpaal |
Goedkeuring van een verslag over de doeltreffendheid van de praktijken die door geselecteerde overheidsdiensten worden gebruikt voor het opstellen en uitvoeren van spaarplannen |
Publicatie van het verslag |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Het verslag wordt opgesteld door de afdeling Boekhouding van het ministerie van Financiën, in samenwerking met geselecteerde overheidsdiensten, om: Hun praktijken bij het opstellen en uitvoeren van spaarplannen beoordelen. Richtsnoeren vaststellen voor alle overheidsdiensten. |
M1C1-103 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire en secundaire wetgeving en regelgeving en voltooiing van administratieve processen ter bevordering van de naleving van de belastingwetgeving en ter verbetering van audits en controles |
Wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen die de inwerkingtreding aangeven |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
De bepalingen omvatten: I) volledige operationalisering van de databank en de specifieke IT-infrastructuur voor de vrijgave van voorgevulde btw-aangiften, zoals bepaald in artikel 4, lid 1, van wetsbesluit nr. 127/2015. II) de databank die wordt gebruikt voor de “nalevingsbrieven” (waarmee aan belastingplichtigen vroegtijdig wordt gecommuniceerd voor wie anomalieën worden ontdekt) wordt verbeterd om het aantal fout-positieve meldingen te verminderen en het aantal meldingen aan belastingplichtigen te verhogen. III) de inwerkingtreding van hervormde wetgeving om doeltreffende administratieve sancties te waarborgen in geval van weigering van particuliere aanbieders om elektronische betalingen te aanvaarden (oorspronkelijk artikel 23 van wetsbesluit 124/2019, dat bij omzetting in wet was ingetrokken, is een referentie). IV) Voltooiing van het proces van pseudonimisering van gegevens als bedoeld in artikel 1, leden 681 tot en met 686, van Wet n.160/2019 en opzetten van digitale infrastructuur voor de analyse van big data die worden gegenereerd door de interoperabiliteit van volledig gepseudonimiseerde databanken, teneinde de doeltreffendheid van de risicoanalyse die aan het selectieproces ten grondslag ligt, te vergroten. V) Inwerkingtreding van primaire en secundaire wetgeving ter uitvoering van aanvullende doeltreffende maatregelen op basis van de bevindingen van de evaluatie van mogelijke maatregelen om belastingontduiking door weggelaten facturering te verminderen. |
M1C1-104 |
Hervorming 1.13: Hervorming van het kader voor uitgaventoetsing |
Mijlpaal |
Vaststelling van besparingsdoelstellingen voor uitgaventoetsingen voor de jaren 2023-2025 |
Kwantitatieve besparingsdoelstelling voor de geaggregeerde centrale overheidsdiensten zoals gedefinieerd in het document Economie en Financiën — in euro |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Op basis van de decreten nrs. 90 en 93 van 2016 en wet 163/2016 in het economisch financieel document doelstellingen hebben vastgesteld voor jaarlijkse uitgaventoetsingen voor de geaggregeerde centrale overheidsdiensten voor de jaren 2023, 2024 en 2025. De besparingsdoelstellingen weerspiegelen een passend ambitieniveau. |
M1C1-105 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
Groter aantal “nalevingsbrieven” |
N.V.T |
Aantal |
2 150 908 |
2 581 090 |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Het aantal “nalevingsbrieven”, dat voorziet in vroegtijdige communicatie met belastingplichtigen waarvoor anomalieën worden ontdekt, wordt met ten minste 20 % verhoogd ten opzichte van 2019. |
M1C1-106 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
Vermindering van het aantal fout-positieve “nalevingsbrieven” |
N.V.T |
Aantal |
126 500 |
132 825 |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Het aantal fout-positieve “nalevingsbrieven” (met een vroegtijdige mededeling aan belastingplichtigen waarvoor anomalieën worden ontdekt, maar waarvoor achteraf geen fraude wordt ontdekt) wordt met ten minste 5 % verminderd ten opzichte van 2019. |
M1C1-107 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
Verhoging van de belastinginkomsten als gevolg van “nalevingsbrieven” |
N.V.T |
Euro |
2 130 000 000 |
2 449 500 000 |
KWARTAAL 4 |
2022 |
De belastinginkomsten die worden gegenereerd door “nalevingsbrieven” stijgen met 15 % ten opzichte van 2019. |
M1C1-108 |
Hervorming 1.15: Hervorming van de regels voor overheidsboekhouding |
Mijlpaal |
Goedkeuring van het conceptuele kader, de reeks standaarden voor boekhouding op transactiebasis en het multidimensionale rekeningstelsel |
Besluit van de afdeling Boekhouding van het ministerie van Financiën tot goedkeuring van de “Accrual Accounting Governance Structure” |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Voltooiing van een conceptueel kader als referentie voor het boekhoudsysteem op transactiebasis
overeenkomstig de door Eurostat (EPSAS-werkgroep) gedefinieerde kwalitatieve kenmerken;
|
M1C1-109 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
Eerste vooraf ingevulde btw-aangiften verzenden |
N.V.T |
Aantal |
0 |
2 300 000 |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Ten minste 2 300 000 belastingplichtigen ontvangen vooringevulde btw-aangiften voor het belastingjaar 2022. |
M1C1-110 |
Hervorming 1.13: Hervorming van het kader voor uitgaventoetsing |
Mijlpaal |
Herclassificatie van de algemene staatsbegroting met betrekking tot de milieu-uitgaven en de uitgaven ter bevordering van gendergelijkheid |
Opname van de herclassificatie van de algemene staatsbegroting met betrekking tot de milieu-uitgaven en de uitgaven ter bevordering van gendergelijkheid in de begrotingswet 2024 |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
De begrotingswet 2024 voorziet het parlement van een begroting voor duurzame ontwikkeling, bestaande uit de indeling van de algemene staatsbegroting naar de milieu-uitgaven en de uitgaven ter bevordering van gendergelijkheid. De indeling moet in overeenstemming zijn met de criteria die ten grondslag liggen aan de vaststelling van de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling en de doelstellingen van de Agenda 2030. |
M1C1-111 |
Hervorming 1.13: Hervorming van het kader voor uitgaventoetsing |
Mijlpaal |
Afronding van de jaarlijkse uitgaventoetsing voor 2023, met verwijzing naar de in 2022 vastgestelde besparingsdoelstelling voor 2023 |
Goedkeuring van het verslag van het ministerie van Financiën over de uitgaventoetsing in 2023, waarin de voltooiing van het proces en de verwezenlijking van de doelstelling worden gecertificeerd. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Het verslag van het ministerie van Financiën dat overeenkomstig de decreten nrs. 90 en 93 van 2016 en wet 163/2016 aan de ministerraad moet worden toegezonden: — certificeren dat het uitgaventoetsingsproces voor 2 023 is voltooid met betrekking tot de bepaling van het kader voor de toetsing van de uitgaven. — certificeren dat de in 2022 vastgestelde doelstelling is gehaald. |
M1C1-112 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
De operationele capaciteit van de belastingdienst verbeteren in overeenstemming met de aanwervingsdoelstellingen van het “prestatieplan 2021-2023” van het agentschap voor inkomsten |
N.V.T |
Aantal huurovereenkomsten |
0 |
4 113 |
KWARTAAL 2 |
2024 |
4 113 nieuwe personeelseenheden worden in dienst genomen door het Agentschap voor Ontvangsten, in overeenstemming met de aanwervingsdoelstellingen van het “prestatieplan 2021-2023”. |
M1C1-113 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
Groter aantal “nalevingsbrieven” |
N.V.T |
Aantal |
2 150 908 |
3 011 271 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Het aantal “nalevingsbrieven”, dat voorziet in vroegtijdige communicatie met belastingplichtigen waarvoor anomalieën worden ontdekt, wordt met ten minste 40 % verhoogd ten opzichte van 2019. |
M1C1-114 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
Verhoging van de belastinginkomsten als gevolg van “nalevingsbrieven” |
N.V.T |
Euro |
2 130 000 000 |
2 769 000 000 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
De belastinginkomsten die worden gegenereerd door “nalevingsbrieven” stijgen met 30 % ten opzichte van 2019. |
M1C1-115 |
Hervorming 1.13: Hervorming van het kader voor uitgaventoetsing |
Mijlpaal |
Afronding van de jaarlijkse uitgaventoetsing voor 2024, met verwijzing naar de in 2022 en 2023 vastgestelde besparingsdoelstelling voor 2024 |
Goedkeuring van het verslag van het ministerie van Financiën over de uitgaventoetsing in 2024, waarin de voltooiing van het proces en de verwezenlijking van de doelstelling worden gecertificeerd. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Het verslag van het ministerie van Financiën dat overeenkomstig de decreten nrs. 90 en 93 van 2016 en wet 163/2016 aan de ministerraad moet worden toegezonden: — certificeren dat het uitgaventoetsingsproces voor 2 024 is voltooid met betrekking tot de bepaling van het kader voor de toetsing van de uitgaven. — certificeren dat het in 2022 en 2023 vastgestelde streefcijfer is gehaald. |
M1C1-116 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
Vermindering van belastingontduiking zoals gedefinieerd door de indicator “neiging tot omzeiling” |
N.V.T |
Percentage |
0 |
— 5 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
De “neiging tot ontduiking” in alle belastingen exclusief onroerendgoedbelastingen (Imposta Municipale Unica) en accijnzen moet in 2023 met 5 % lager zijn dan in 2019 ten opzichte van 2019. De referentieraming voor 2019 wordt opgenomen in het geactualiseerde regeringsverslag over de schaduweconomie dat in november 2021 zal worden gepubliceerd overeenkomstig de bepalingen van artikel 2 van wetsbesluit nr. 160/2015. De vermindering met 5 % wordt waargenomen onder verwijzing naar de ramingen die zijn opgenomen in het geactualiseerde jaartal van hetzelfde verslag dat in november 2025 zal worden gepubliceerd op basis van gegevens voor het belastingjaar 2023. |
M1C1-117 |
Hervorming 1.15: Hervorming van de regels voor overheidsboekhouding |
Doel |
Vertegenwoordigers van overheidsinstanties die zijn opgeleid voor de overgang naar het nieuwe boekhoudsysteem op transactiebasis |
N.V.T |
Percentage |
0 |
90 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Einde van de eerste opleidingsronde voor de overgang naar het nieuwe boekhoudsysteem op transactiebasis voor vertegenwoordigers van entiteiten uit de publieke sector die ten minste 90 % van de primaire uitgaven van de hele overheidssector dekken. |
M1C1-118 |
Hervorming 1.15: Hervorming van de regels voor overheidsboekhouding |
Mijlpaal |
Opstelling van financiële overzichten en inwerkingtreding van de wetgevingshandeling waarbij entiteiten uit de publieke sector op transactiebasis voor hun rekening komen en die ten minste 90 % van de primaire uitgaven van de hele overheidssector dekken. |
Bepaling in de wetgevingshandeling waarin de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling wordt vermeld. Inwerkingtreding van alle uitvoeringsmaatregelen (met inbegrip van richtsnoeren, operationele handleidingen en opleidingsprogramma’s) voor entiteiten uit de publieke sector op transactiebasis die ten minste 90 % van de primaire uitgaven van de hele overheidssector dekken. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Als proeffase voor de wetgevingshandeling inzake regels voor overheidsboekhouding worden financiële overzichten van het openbaar bestuur afgegeven voor entiteiten uit de publieke sector die ten minste 90 % van de primaire uitgaven van de hele overheidssector bestrijken.
Voorts treedt een wetgevingshandeling in werking die voorziet in de invoering van
het nieuwe boekhoudsysteem op transactiebasis voor entiteiten uit de publieke sector
dat vanaf 2027 ten minste 90 % van de primaire uitgaven van de gehele overheidssector
dekt.
Daarnaast treden de volgende uitvoeringsmaatregelen in werking:
(1) Richtsnoer (en) en handleiding (en) voor de toepassing van boekhoudnormen, vergezeld
van voorbeelden en praktische verklaringen ter ondersteuning van marktdeelnemers;
en
|
M1C1-119 |
Hervorming 1.14: Hervorming van het subnationale begrotingskader |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire en secundaire wetgeving ter uitvoering van regionaal fiscaal federalisme |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van fiscaal federalisme voor regio’s met een gewone status. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Inwerkingtreding van het regelgevingskader van het “Fiscale federalisme” (“Federalismo fiscale”), zoals bepaald in de bestaande delegatiewet 42/2009. In het bijzonder worden in het primaire en afgeleide recht de relevante parameters vastgesteld voor de uitvoering van het fiscaal federalisme voor regio’s met een gewone status, zoals gedefinieerd in wetsbesluit 68/2011 (artikel 1-15), zoals laatstelijk gewijzigd bij Wet 176/2020 (artikel 31-sexties). |
M1C1-120 |
Hervorming 1.14: Hervorming van het subnationale begrotingskader |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire en secundaire wetgeving ter uitvoering van regionaal fiscaal federalisme |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het fiscaal federalisme voor provincies en grootstedelijke steden. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Inwerkingtreding van het regelgevingskader van het “Fiscale federalisme” (“Federalismo fiscale”), zoals bepaald in de bestaande delegatiewet 42/2009. In het bijzonder worden in het primaire en afgeleide recht de relevante parameters vastgesteld voor de uitvoering, in voorkomend geval, van het fiscaal federalisme voor provincies en grootstedelijke steden, zoals gedefinieerd in wetsbesluit 68/2011 (artikel 1-15), zoals laatstelijk gewijzigd bij Wet 178/2020 (artikel 1, lid 783). |
M1C1-121 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
Vermindering van belastingontduiking zoals gedefinieerd door de indicator “neiging tot omzeiling” |
N.V.T |
Percentage |
0 |
— 15 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De “neiging tot ontduiking” in alle belastingen exclusief onroerendgoedbelastingen (Imposta Municipale Unica) en accijnzen moet in 2024 met 15 % lager zijn dan in 2019 ten opzichte van 2019. De referentieraming voor 2019 wordt opgenomen in het geactualiseerde regeringsverslag over de schaduweconomie dat in november 2021 zal worden gepubliceerd overeenkomstig de bepalingen van artikel 2 van wetsbesluit nr. 160/2015. De vermindering met 15 % wordt in acht genomen op basis van een raming voor het belastingjaar 2024 die is opgenomen in een speciaal verslag dat uiterlijk in juni 2026 door het ministerie van Financiën moet worden opgesteld op basis van dezelfde methode als die welke wordt gebruikt voor het verslag dat vereist is op grond van artikel 2 van wetsbesluit nr. 160/2015. |
M1C1-122 |
Hervorming 1.13: Hervorming van het kader voor uitgaventoetsing |
Mijlpaal |
Afronding van de jaarlijkse uitgaventoetsing voor 2025, onder verwijzing naar de in 2022, 2024 en 2023 vastgestelde besparingsdoelstelling voor 2025. |
Goedkeuring van het verslag van het ministerie van Financiën over de uitgaventoetsing in 2025, waarin de voltooiing van het proces en de verwezenlijking van de doelstelling worden gecertificeerd. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het verslag van het ministerie van Financiën dat overeenkomstig de decreten nrs. 90 en 93 van 2016 en wet 163/2016 aan de ministerraad moet worden toegezonden: — certificeren dat het uitgaventoetsingsproces voor 2 025 is voltooid met betrekking tot de bepaling van het kader voor de toetsing van de uitgaven. — certificeren dat het in 2022, 2024 en 2023 vastgestelde streefcijfer is gehaald. |
A.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
Investering 1.2 — Cloud enablement for local PA
Het doel van deze investering is de datasets en toepassingen van een aanzienlijk deel van de lokale overheid te migreren naar een veilige cloudinfrastructuur, zodat elke overheid vrij kan kiezen binnen een reeks gecertificeerde publieke cloud-omgevingen.
De maatregel voorziet ook in een steunpakket “migratie als dienst” voor overheidsdiensten, dat het volgende omvat: I) de eerste beoordeling, ii) de procedurele/administratieve ondersteuning die nodig is om de inspanningen op gang te brengen, iii) de onderhandelingen over de nodige externe steun en iv) het algemene projectbeheer in de loop van de uitvoering. Een team onder toezicht van het ministerie van Technologische Innovatie en Digitale Transitie (MITD) zal naar verwachting een brede lijst van gekwalificeerde aanbieders vaststellen en certificeren en onderhandelen over een reeks standaardondersteuningspakketten die zijn afgestemd op de omvang van de administratie en de diensten die bij de migratie betrokken zijn.
Investering 1.4 — Digitale diensten en burgerervaring
Het doel van deze investering is een geïntegreerd en geharmoniseerd aanbod van geavanceerde, op burgers gerichte digitale diensten te ontwikkelen, ervoor te zorgen dat deze diensten breed ingang vinden in zowel centrale als lokale overheden en de ervaring van gebruikers te vergroten.
De maatregel:
de ervaring met digitale overheidsdiensten verbeteren door herbruikbare dienstverleningsmodellen vast te stellen die volledige toegankelijkheidseisen waarborgen (investering 1.4.1 — Citizen experience — Verbetering van de kwaliteit en bruikbaarheid van digitale overheidsdiensten);
de toegankelijkheid van digitale overheidsdiensten verbeteren (investering 1.4.2 — Inclusie van burgers: Verbetering van de toegankelijkheid van digitale overheidsdiensten);
de invoering van de digitale applicatie voor betalingen tussen burgers en overheidsdiensten (PagoPa) en de invoering van de “IO” -app bevorderen als het belangrijkste digitale aanspreekpunt tussen burgers en overheidsdiensten voor een breed scala aan diensten (waaronder kennisgevingen), in overeenstemming met de “one-stopshop” -logica (investering 1.4.3 — Optimalisering van PagoPA-platformdiensten en de “IO” -app);
de invoering bevorderen van nationale platforms voor digitale identiteit (Sistema Pubblico di Identità Digitale, SPID en Carta d’Identità Elettronica, CIE) en van het nationale register (Anagrafe nazionale della popolazione residente, ANPR) (investering 1.4.4 — Optimalisering van de nationale platforms voor digitale identiteit (SPID, CIE) en het nationale register (ANPR));
één enkel platform voor kennisgevingen ontwikkelen (investering 1.4.5 — Digitalisering van openbare aankondigingen);
bevorderen van de invoering van mobiliteitsparadigma’s als dienst (MaaS) in metropolitane steden om het lokale vervoer te digitaliseren en gebruikers een geïntegreerde mobiliteitservaring te bieden, van reisplanning tot betalingen voor meerdere vervoerswijzen (investering 1.4.6 — Mobiliteit als dienst voor Italië, waarbij deze laatste maatregel wordt gefinancierd op basis van niet-terugbetaalbare financiële steun).
Investering 1.6 — Digitale transformatie van grote centrale overheden
Het doel van deze investering is het herstructureren en digitaliseren van een reeks prioritaire processen, activiteiten en diensten binnen de belangrijkste centrale administraties om de efficiëntie van deze administraties te vergroten en de procedures te vereenvoudigen. Tot de betrokken centrale administraties behoren: I) het Nationaal Instituut voor Sociale Zekerheid (INPS) en het Nationaal Instituut voor arbeidsongevallenverzekering (INAIL), ii) het gerechtelijk apparaat, iii) het ministerie van Defensie, iv) het ministerie van Binnenlandse Zaken, v) de financiële politie.
Wat het ministerie van Binnenlandse Zaken betreft, beoogt het project i) de digitalisering van diensten voor burgers en de reorganisatie van de onderliggende interne processen; II) de ontwikkeling van interne toepassingen en beheersystemen voor de ontwikkeling van een intern gecentraliseerd verificatiesysteem voor de fysieke en digitale identiteit en de daarmee verband houdende attributen, zodat ambtenaren (bv. politie) de persoonlijke documenten en vergunningen (bv. een gezondheidskaart, rijbewijs enz.) die eigendom zijn van burgers en die banden hebben met CIE, in real time kunnen verifiëren; III) bijscholing van personeel om de digitale capaciteiten te versterken (1.6.1 — Digitalisering van het ministerie van Binnenlandse Zaken).
Wat het gerechtelijk systeem betreft, voorziet het project in i) de digitalisering van de afgelopen twintig jaar (01/01/2006-30/06/2026) van archieven (7 750 000 gerechtelijke dossiers) in verband met civiele procedures van lagere rechtbanken (Tribunali ordinari), de hoven van beroep en de gerechtelijke dossiers van het Hooggerechtshof, de vrederechters van districtshoofdsteden, jeugdbureaus, strafafdelingen van rechtbanken en hoven van beroep en parketten; II) het creëren van een gegevensmeer (softwarelaag) dat fungeert als enig toegangspunt tot de volledige reeks ruwe gegevens die door het gerechtelijk apparaat worden geproduceerd. De in het gegevensmeer opgeslagen informatie wordt benut door oplossingen op het gebied van artificiële intelligentie in te zetten om: I) civiel- en strafvonnissen anonimiseren; II) automatische identificatie van de relatie tussen slachtoffer en dader in wettelijke bepalingen; III) eerdere jurisprudentie beheren, analyseren en organiseren om raadpleging door civiele rechters en openbare aanklagers te vergemakkelijken; IV) geavanceerde statistische analyses uit te voeren over de efficiëntie en doeltreffendheid van het rechtsstelsel; V) beheren en monitoren van de verwerkingstijden van activiteiten van gerechtelijke diensten (Investeringen 1.6.2 — Digitalisering van het ministerie van Justitie en 1.6.5 — Digitalisering van de Raad van State, gefinancierd op basis van niet-terugbetaalbare financiële steun).
Wat het INPS en het INAIL betreft, omvat het project een grondige evaluatie van hun interne systemen en procedures en van de ontwikkeling van hun digitale aanspreekpunten met bewoners, bedrijven en andere overheidsdiensten, teneinde gebruikers een naadloze digitale ervaring te bieden (1.6.3 — Digitisation of National Social Security Institute (INPS) en Nationaal Instituut voor arbeidsongevallenverzekering (INAIL)).
Wat het ministerie van Defensie betreft, omvat het project i) de verbetering van de veiligheid van drie fundamentele reeksen informatie (personeel, administratieve documentatie, interne en externe communicatie) en ii) de migratie van alle systemen en toepassingen naar een opensourceparadigma, in overeenstemming met het veiligheidsbeleid dat is vastgesteld in het referentiekader (investering 1.6.4 — Digitalisering van het ministerie van Defensie).
Wat de financiële politie betreft, is het project met name gericht op i) het reorganiseren van databanken; invoering van gegevenswetenschap in de operationele en besluitvormingsprocessen (investering 1.6.6 — Digitalisering van de financiële politie, gefinancierd op basis van niet-terugbetaalbare financiële steun).
A.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal /Streefwaarde |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Eenheid van meten |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M1C1-14 |
Investering 1.6.5: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van de Raad van State |
Doel |
Raad van State — Voor analyse beschikbare gerechtelijke documenten in gegevensentrepot T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
800 000 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Aantal gerechtelijke documenten met betrekking tot het systeem voor administratieve bevoegdheid (zoals vonnissen, adviezen en decreten) waarvoor metagegevens volledig beschikbaar zijn in gegevensmagazijn. |
M1C1-16 |
Investering 1.6.5: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van de Raad van State |
Doel |
Raad van State — Voor analyse beschikbare gerechtelijke documenten in gegevensentrepot T2 |
N.V.T |
Aantal |
800 000 |
2 500 000 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Aantal gerechtelijke documenten met betrekking tot het systeem voor administratieve bevoegdheid (zoals uitspraken, adviezen en decreten) waarvoor metagegevens volledig beschikbaar zijn in het gegevensmagazijn. |
M1C1-123 |
Investering 1.6.3 — Digitisation of National Social Security Institute (INPS) en Nationaal Instituut voor arbeidsongevallenverzekering (INAIL) |
Doel |
INPS — “One click by design” -diensten/inhoud T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
35 |
KWARTAAL 4 |
2022 |
35 extra diensten op de institutionele website van INP’s ( Portale Inps — Home ) De diensten moeten toegankelijk zijn op de institutionele locatie door middel van passende logics voor profilering (het systeem zal diensten voorstellen die mogelijk van belang zijn op basis van leeftijd, arbeidskenmerken, waargenomen voordelen en gebruikersgeschiedenis). De diensten in 35 hebben betrekking op de volgende institutionele INPS-gebieden: • Pensioenuitkeringen • Sociale Shock Absorbers • Werkloosheidsuitkeringen • Invaliditeitsuitkeringen • Terugbetalingen • Inning van de bijdrage door de onderneming • Diensten voor werknemers in de landbouw • Diensten op het gebied van fraudebestrijding, corruptie en transparantie Op de genoemde institutionele gebieden hebben de diensten die zullen worden uitgevoerd betrekking op de digitale indiening van verzoeken om diensten, de controle van de vereisten ten gunste van de gebruikers, de monitoring van de status van de praktijk door de gebruikers, het proactieve voorstel van diensten op basis van de behoeften van de gebruiker, de automatische verlenging van voordelen zonder dat er nieuwe toepassingen nodig zijn. Tot slot moeten er monitoringdashboards zijn die zowel de monitoring door het INPS van de geboden voordelen als gegevensgestuurde ondersteuning van de besluitvorming van beleidsmakers mogelijk maken. |
M1C1-124 |
Investering 1.6.3 — Digitisation of National Social Security Institute (INPS) en Nationaal Instituut voor arbeidsongevallenverzekering (INAIL) |
Doel |
INPS — Werknemers met verbeterde vaardigheden op het gebied van informatie- en communicatietechnologie (ICT) T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
4 250 |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Ten minste 4 250 INPS-werknemers beoordeeld met betrekking tot hun informatie en met gecertificeerde verbeterde vaardigheden op de volgende gebieden van het Europees e-competentiekader: I) plan; II) Build; III) Run (iv) in staat te stellen; V) Manage. De gebieden waarop de competenties moeten worden verbeterd, zullen worden vastgesteld op basis van de doelgroep van lerenden. |
M1C1-125 |
Investering 1.2 — Cloud enablement for local PA |
Mijlpaal |
Gunning van (alle) openbare oproepen voor cloudfacilitering van aanbestedingen voor lokaal openbaar bestuur |
Kennisgeving van de gunning van (alle) overheidsopdrachten voor cloudfacilitering voor lokale overheidsopdrachten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Kennisgeving van de toekenning van (alle) openbare oproepen voor elk betrokken type openbaar bestuur (gemeenten, scholen, lokale zorginstanties) om migratieplannen te verzamelen en te beoordelen. De uitgifte van drie specifieke oproepen stelt het ministerie voor Technologische Innovatie en Digitale Transitie in staat de zeer specifieke behoeften van elk betrokken type openbaar bestuur te beoordelen. Aanbestedingen die zijn gegund (d.w.z. de bekendmaking van de lijst van overheidsdiensten die toegang hebben tot financiering) in verband met drie openbare oproepen tot het indienen van voorstellen voor gemeenten, scholen en lokale gezondheidszorginstanties, om migratieplannen te verzamelen en te beoordelen, in overeenstemming met de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M1C1-126 |
Investering 1.4.3 — Uitbreiding van PagoPA-platformdiensten en de “IO” -app |
Doel |
Invoering opschaling PagoPA-platformdiensten T1 |
N.V.T |
Aantal |
9 000 |
11 450 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Zorgen voor een toename van het aantal in het platform geïntegreerde diensten voor: — overheidsdiensten al in het basisscenario (9 000 entiteiten) — nieuwe overheidsdiensten die zich bij het platform aansluiten (2 450 nieuwe entiteiten). In beide gevallen moet het totale aantal diensten van de overheidsdiensten die zich bij het platform aansluiten met ten minste 20 % toenemen ten opzichte van het referentiescenario voor diensten van 2021 (31.3.2021). Het aantal diensten dat moet worden geïntegreerd, hangt af van het soort administratie (de uiteindelijke doelstelling voor 2026 is een gemiddelde van 35 diensten voor gemeenten, 15 diensten voor regio’s, 15 diensten voor gezondheidsautoriteiten, 8 diensten voor scholen en universiteiten). |
M1C1-127 |
Investering 1.4.3 — Uitbreiding van PagoPA-platformdiensten en de “IO” -app |
Doel |
Invoering opschaling van “IO” -app T1 |
N.V.T |
Aantal |
2 700 |
7 000 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Zorgen voor een toename van het aantal diensten dat is geïntegreerd in de “IO” -app voor: — overheidsdiensten al in het basisscenario (2 700 entiteiten) — nieuwe overheidsdiensten die zich bij het platform aansluiten (4 300 nieuwe entiteiten). In beide gevallen moet het totale aantal diensten van de overheidsdiensten die zich bij het platform aansluiten met ten minste 20 % toenemen ten opzichte van het referentiescenario voor diensten van 2021 (31.3.2021). Het aantal diensten dat moet worden geïntegreerd, hangt af van het soort administratie (de uiteindelijke doelstelling voor 2026 is een gemiddelde van 35 diensten voor gemeenten, 15 diensten voor regio’s, 15 diensten voor gezondheidsautoriteiten, 8 diensten voor scholen en universiteiten). |
M1C1-128 |
Investering 1.4.5 — Digitalisering van openbare aankondigingen |
Doel |
Invoering opschaling van digitale openbare aankondigingen T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
800 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Ten minste 800 centrale overheidsdiensten en gemeenten, met betrekking tot het Digital Notification Platform (DNP), verstrekken digitale juridisch bindende kennisgevingen aan burgers, rechtspersonen, verenigingen en andere publieke of private entiteiten. |
M1C1-129 |
Investering 1.6.1 — Digitalisering van het ministerie van Binnenlandse Zaken |
Doel |
Ministerie van Binnenlandse Zaken — Volledig geherstructureerde en gedigitaliseerde processen T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
7 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Interne procedures en processen zijn volledig geherstructureerd (in totaal 7 processen tot 31 december 2023) en die volledig online kunnen worden voltooid (zoals kantoorautomatisering, mobiliteitsdiensten en e-learning). |
M1C1-130 |
Investering 1.6.2 — Digitalisering van het ministerie van Justitie |
Doel |
Gedigitaliseerde gerechtelijke dossiers T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
3 500 000 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Digitalisering van 3 500 000 gerechtelijke dossiers met betrekking tot de afgelopen 20 jaar (01/01/2006-30/06/2026) in verband met afgeronde of lopende rechtszaken bij rechtbanken. |
M1C1-131 |
Investering 1.6.2 — Digitalisering van het ministerie van Justitie |
Mijlpaal |
Kennissystemen op het gebied van justitiële gegevens over het meer T1 |
Verslag waaruit blijkt dat met de uitvoering van het contract is begonnen |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Start van de uitvoering van het contract voor de realisatie van zes nieuwe kennissystemen op het gebied van gegevensmeren: Anonimiseringssysteem voor civielrechtelijke en strafrechtelijke sancties Geïntegreerd beheersysteem Beheers- en analysesysteem voor civiele proeven Beheers- en analysesysteem voor strafprocessen Geavanceerd statistisch systeem voor civiele en strafrechtelijke procedures Geautomatiseerd systeem voor de identificatie van de relatie tussen slachtoffer en schuld. De uitvoering van elke overheidsopdracht begint met een specifieke administratieve handeling van de verantwoordelijke van de procedure, “aanvang van de uitvoering” genoemd. |
M1C1-132 |
Investering 1.6.3 — Digitisation of National Social Security Institute (INPS) en Nationaal Instituut voor arbeidsongevallenverzekering (INAIL) |
Doel |
INPS — “One click by design” -diensten/inhoud T2 |
N.V.T |
Aantal |
35 |
70 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
35 extra diensten op de institutionele website van Inps ( Portale Inps — Home ) De diensten moeten toegankelijk zijn op de institutionele locatie door middel van passende logics voor profilering (in het systeem worden diensten voorgesteld die mogelijk van belang zijn op basis van leeftijd, arbeidskenmerken, waargenomen voordelen en gebruikersgeschiedenis). De diensten in 35 hebben betrekking op de volgende institutionele INPS-gebieden: • Pensioenuitkeringen • Sociale Shock Absorbers • Werkloosheidsuitkeringen • Invaliditeitsuitkeringen • Terugbetalingen • Inning van de bijdrage door de onderneming • Diensten voor werknemers in de landbouw • Diensten op het gebied van fraudebestrijding, corruptie en transparantie Op de genoemde institutionele gebieden hebben de diensten die worden uitgevoerd betrekking op de digitale indiening van verzoeken om diensten, de controle van de vereisten ten voordele, de monitoring van de status van de praktijk door gebruikers, het proactieve voorstel van diensten op basis van de behoeften van de gebruiker, de automatische verlenging van voordelen zonder dat er nieuwe toepassingen nodig zijn. Tot slot moeten er monitoringdashboards zijn die zowel de monitoring door het INPS van de geboden voordelen als gegevensgestuurde ondersteuning van de besluitvorming van beleidsmakers mogelijk maken. |
M1C1-133 |
Investering 1.6.3 — Digitisation of National Social Security Institute (INPS) en Nationaal Instituut voor arbeidsongevallenverzekering (INAIL) |
Doel |
INPS — Werknemers met verbeterde vaardigheden op het gebied van informatie- en communicatietechnologie (ICT) T2 |
N.V.T |
Aantal |
4 250 |
8 500 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Nog eens 4 250 INPS-werknemers beoordeeld met gecertificeerde verbeterde vaardigheden op de volgende gebieden van het Europees e-competentiekader: I) plan; II) Build; III) Run (iv) in staat te stellen; V) Manage. De gebieden waarop de competenties moeten worden verbeterd, worden vastgesteld op basis van de doelgroep van lerenden. |
M1C1-134 |
Investering 1.6.3 — Digitisation of National Social Security Institute (INPS) en Nationaal Instituut voor arbeidsongevallenverzekering (INAIL) |
Doel |
INAIL — Volledig geherstructureerde en gedigitaliseerde processen/diensten T1 |
N.V.T |
Aantal |
29 |
53 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Het doel is te komen tot 53 (52 %) aangepaste institutionele processen en diensten om deze volledig gedigitaliseerd te maken. De betrokken gebieden van het INAIL zijn: Verzekeringen, sociale en gezondheidsdiensten, preventie en veiligheid, verklaringen en verificaties. Met name de verwachte doelstelling voor elk gebied wordt hierboven vermeld: Verzekering: 8 (25 %); Sociale en gezondheidsdiensten: 18 (50 %); Preventie en veiligheid: 9 (80 %); Certificeringen en verificaties: 18 (80 %). |
M1C1-135 |
Investering 1.6.4 — Digitalisering van het ministerie van Defensie |
Doel |
Ministerie van Defensie — Digitalisering van procedures T1 |
N.V.T |
Aantal |
4 |
15 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Digitalisering, herziening en automatisering van 15 procedures in verband met het beheer van defensiemedewerkers (zoals aanwerving, werkgelegenheid en pensionering, gezondheid van werknemers), te beginnen met vier reeds gedigitaliseerde procedures. |
M1C1-136 |
Investering 1.6.4 — Digitalisering van het ministerie van Defensie |
Doel |
Ministerie van Defensie — Digitalisering van T1-certificaten |
N.V.T |
Aantal gedigitaliseerde certificaten |
190 000 |
450 000 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Aantal door het ministerie van Defensie afgegeven gedigitaliseerde identiteitscertificaten (450 000) die op de infrastructuur rijden, aangevuld met een calamiteitenherstellocatie vanaf een baseline van 190 000 reeds gedigitaliseerde certificaten. |
M1C1-137 |
Investering 1.6.4 — Digitalisering van het ministerie van Defensie |
Mijlpaal |
Ministerie van Defensie — Instelling van institutionele webportalen en intranetportalen |
Institutionele webportalen en intranetportalen volledig operationeel |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Ontwikkeling en implementatie van i) institutionele webportalen en ii) intranetportalen voor specifieke behoeften op het gebied van interne communicatie. |
M1C1-138 |
Investering 1.6.4 — Digitalisering van het ministerie van Defensie |
Doel |
Ministerie van Defensie — Migratie van niet-missiekritische toepassingen naar Solution for Complete Information Protection by Infrastructure Openness (S.C.I.P.I.O.) T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
10 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Initiële migratie en operationele beschikbaarheid van kritieke toepassingen die geen verband houden met missies naar nieuwe opensource-infrastructuur. Dit omvat de implementatie van de hardwareomgeving, de installatie van opensourcecomponenten van middleware en de herengineering van toepassingen. |
M1C1-139 |
Investering 1.2 — Cloud enablement for local PA |
Doel |
Cloudfacilitering voor lokaal openbaar bestuur T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
4 083 |
KWARTAAL 3 |
2024 |
De migratie van 4 083 lokale overheidsdiensten naar gecertificeerde cloudomgevingen wordt geacht te zijn bereikt wanneer het testen van alle systemen, datasets en toepassingsmigratie die in elk migratieplan zijn opgenomen, succesvol is. |
M1C1-140 |
Investering 1.4.1 — Burgerervaring — Verbetering van de kwaliteit en bruikbaarheid van digitale overheidsdiensten |
Doel |
Verbetering van de kwaliteit en bruikbaarheid van digitale overheidsdiensten T1 |
N.V.T |
Percentage |
0.1 |
40 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Overheden (gemeenten, lagere en secundaire onderwijsinstellingen van 1e en 2e graad en specifieke proefinstellingen op het gebied van gezondheidszorg en cultureel erfgoed) die zich houden aan een gemeenschappelijk model en een gemeenschappelijk ontwerpsysteem, waardoor de interactie tussen gebruikers wordt vereenvoudigd en het onderhoud voor de komende jaren wordt vereenvoudigd. Naleving van het gemeenschappelijk ontwerp/model van websites/dienstencomponenten bestaat uit: (1) Evaluatie van de ingediende projecten; (2) Beoordeling van de voltooiing van projecten op basis van belangrijke gebruiksmaatstaven (scores voor digitale bruikbaarheid), via een specifiek platform dat reeds beschikbaar is. |
M1C1-141 |
Investering 1.6.4 — Digitalisering van het ministerie van Defensie |
Doel |
Digitalisering van de procedures van het ministerie van Defensie T2 |
N.V.T |
Aantal |
15 |
20 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Digitalisering, herziening en automatisering van 20 procedures in verband met het beheer van defensiemedewerkers (zoals aanwerving, werkgelegenheid en pensionering, gezondheid van werknemers), te beginnen met vijftien reeds gedigitaliseerde procedures met streefdoel 1. |
M1C1-142 |
Investering 1.6.4 — Digitalisering van het ministerie van Defensie |
Doel |
Digitalisering van certificaten van het ministerie van Defensie T2 |
N.V.T |
Aantal gedigitaliseerde certificaten |
450 000 |
750 000 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Aantal door het ministerie van Defensie afgegeven gedigitaliseerde identiteitscertificaten (750 000) die op de infrastructuur rijden, aangevuld met een calamiteitenherstellocatie, te beginnen met 450 000 reeds gedigitaliseerde certificaten met streefdoel 1. |
M1C1-143 |
Investering 1.6.4 — Digitalisering van het ministerie van Defensie |
Doel |
Ministerie van Defensie — Migratie van niet-missiekritische toepassingen naar Solution for Complete Information Protection by Infrastructure Openness (S.C.I.P.I.O.) T2 |
N.V.T |
Aantal |
10 |
15 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Definitieve migratie van vier voor de missie kritieke en elf niet-missiekritische toepassingen naar nieuwe opensource-infrastructuur die de uitvoering van de hardwareomgeving, de installatie van opensourcecomponenten van middleware en de herengineering van toepassingen omvat, beginnend met een referentiescenario van tien reeds gemigreerd met streefdoel 1. |
M1C1-144 |
Investering 1.4.2 — Inclusie van burgers — Verbetering van de toegankelijkheid van digitale overheidsdiensten |
Doel |
Verbetering van de toegankelijkheid van digitale overheidsdiensten |
N.V.T |
Aantal |
0 |
55 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Tegen Q2-2025 verleent AgID steun aan 55 lokale overheidsdiensten om: — Levering van 28 technische en professionele deskundigen — Vermindering van het aantal fouten met 50 % voor ten minste 2 digitale diensten die door elke administratie worden geleverd Ten minste 3 tools verspreiden en trainen om de meest gebruikte digitale diensten die eigendom zijn van elke overheid, opnieuw te ontwerpen en te ontwikkelen; — Ervoor zorgen dat ten minste 50 % van de ondersteunende technologieën en softwarebehoeften wordt besteed aan werknemers met een handicap. |
M1C1-145 |
Investering 1.4.4 — opschaling van de nationale platforms voor digitale identiteit (SPID, CIE) en het nationale register (ANPR) |
Doel |
Nationale platforms voor digitale identiteit (SPID, CIE) en het nationale register (ANPR) |
N.V.T |
Aantal burgers met een eID |
17 500 000 |
42 300 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Aantal Italiaanse burgers met een geldige digitale identiteit op het nationale digitale identiteitsplatform. |
M1C1-146 |
Investering 1.4.4 — ONTWIKKELING van de nationale platforms voor digitale identiteit (SPID, CIE) en het nationale register (ANPR) |
Doel |
Nationale platforms voor digitale identiteit (SPID, CIE) en het nationale register (ANPR) |
N.V.T |
Aantal |
6 283 |
16 500 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Aantal overheidsdiensten (op een totaal van 16 500) dat elektronische identificatie (eID) (SPID of CIE) toepast. |
M1C1-147 |
Investering 1.2 — Cloud enablement for local PA |
Doel |
Cloudfacilitering voor lokaal openbaar bestuur T2 |
N.V.T |
Aantal |
4 083 |
12 464 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De migratie van 12 464 lokale overheidsdiensten naar gecertificeerde cloudomgevingen wordt geacht te zijn bereikt wanneer het testen van alle systemen, datasets en toepassingsmigratie die in elk migratieplan zijn opgenomen, succesvol is. |
M1C1-148 |
Investering 1.4.1 — Burgerervaring — Verbetering van de kwaliteit en bruikbaarheid van digitale overheidsdiensten |
Doel |
Verbetering van de kwaliteit en bruikbaarheid van digitale overheidsdiensten T2 |
N.V.T |
Percentage |
40 |
80 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Overheden (gemeenten, basis- en middelbaar onderwijs van 1en 2e graad en specifieke proefinstellingen op het gebied van gezondheidszorg en cultureel erfgoed) die zich houden aan een gemeenschappelijk model en een gemeenschappelijk ontwerpsysteem, waardoor de interactie tussen gebruikers wordt vereenvoudigd en het onderhoud voor de komende jaren wordt vereenvoudigd. Naleving van het gemeenschappelijk ontwerp/model van websites/dienstencomponenten bestaat uit: (1) Evaluatie van de ingediende projecten; (2) Beoordeling van de voltooiing van projecten op basis van belangrijke gebruiksmaatstaven (scores voor digitale bruikbaarheid), via een specifiek platform dat reeds beschikbaar is. Gemeenten moeten ervoor zorgen dat het gemeenschappelijk ontwerpdienstenmodel wordt nageleefd voor gemiddeld ten minste 3.5 diensten in alle gemeenten die bijdragen aan de doelstelling. |
M1C1-149 |
Investering 1.4.3 — Uitbreiding van PagoPA-platformdiensten en de “IO” -app |
Doel |
Invoering opschaling PagoPA-platformdiensten T2 |
N.V.T |
Aantal |
11 450 |
14 100 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Zorgen voor een toename van het aantal in het platform geïntegreerde diensten voor: — overheidsdiensten die zich reeds bij het platform aansluiten (11 450 entiteiten); — nieuwe overheidsdiensten die zich bij het platform aansluiten (2 650 nieuwe entiteiten). Het aantal diensten dat moet worden geïntegreerd, hangt af van het soort administratie (het uiteindelijke doel is een gemiddelde van 35 diensten voor gemeenten, 15 diensten voor regio’s, 15 diensten voor gezondheidsautoriteiten, 8 diensten voor scholen en universiteiten). |
M1C1-150 |
Investering 1.4.3 — Uitbreiding van PagoPA-platformdiensten en de “IO” -app |
Doel |
Invoering opschaling van “IO” -app T2 |
N.V.T |
Aantal |
7 000 |
14 100 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Zorgen voor een toename van het aantal diensten dat is geïntegreerd in de “IO” -app voor: — overheidsdiensten die al gebruikmaken van IO (7 000 entiteiten); — nieuwe overheidsdiensten die zich bij het platform aansluiten (ongeveer 7 100 nieuwe entiteiten). Het aantal diensten dat moet worden geïntegreerd, hangt af van het soort administratie (het uiteindelijke doel is een gemiddelde van 35 diensten voor gemeenten, 15 diensten voor regio’s, 15 diensten voor gezondheidsautoriteiten, 8 diensten voor scholen en universiteiten). |
M1C1-151 |
Investering 1.4.5 — Digitalisering van openbare aankondigingen |
Doel |
Invoering opschaling van digitale openbare aankondigingen T2 |
N.V.T |
Aantal |
800 |
6 400 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 6 400 centrale overheidsdiensten en gemeenten verstrekken, met betrekking tot het platform voor digitale kennisgeving (Digital Notification Platform — DNP), digitale juridisch bindende kennisgevingen aan burgers, rechtspersonen, verenigingen en andere publieke of private entiteiten. |
M1C1-152 |
Investering 1.6.1 — Digitalisering van het ministerie van Binnenlandse Zaken |
Doel |
Ministerie van Binnenlandse Zaken — Volledig geherstructureerde en gedigitaliseerde processen T2 |
N.V.T |
Aantal |
7 |
45 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Interne procedures en processen zijn volledig geherstructureerd (45 processen in totaal op 31 augustus 2026) en die volledig online kunnen worden voltooid (zoals kantoorautomatisering, mobiliteitsdiensten en e-learning). |
M1C1-153 |
Investering 1.6.2 — Digitalisering van het ministerie van Justitie |
Doel |
Gedigitaliseerde gerechtelijke dossiers T2 |
N.V.T |
Aantal |
3 500 000 |
7 750 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Digitalisering van 7 750 000 gerechtelijke dossiers over de afgelopen 20 jaar (01/01/206-30/06/2026) in verband met afgeronde of lopende rechtszaken bij rechtbanken. |
M1C1-154 |
Investering 1.6.2 — Digitalisering van het ministerie van Justitie |
Doel |
Kennissystemen op het gebied van justitiële gegevens over het meer T2 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
6 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Invoering van zes nieuwe kennissystemen voor gegevensmeren. Anonimiseringssysteem voor civielrechtelijke en strafrechtelijke sancties Geïntegreerd beheersysteem Beheers- en analysesysteem voor civiele proeven Beheers- en analysesysteem voor strafprocessen Geavanceerd statistisch systeem voor civiele en strafrechtelijke procedures Geautomatiseerd systeem voor de identificatie van de relatie tussen slachtoffer en schuld. De zes producten zijn afzonderlijke systemen die gebruikmaken van soortgelijke technologieën. Het kader van de systemen is hetzelfde: gegevens en documenten uit interne en externe bronnen aan elkaar te koppelen; de patronen van de systemen verschillen naargelang van de gebruikers (bv. civiele en strafrechtelijke rechters) en de doelstellingen (bv. statistieken en rechterlijke uitspraken). |
M1C1-155 |
Investering 1.6.3 — Digitisation of National Social Security Institute (INPS) en Nationaal Instituut voor arbeidsongevallenverzekering (INAIL) |
Doel |
INAIL — Volledig geherstructureerde en gedigitaliseerde processen/diensten T2 |
N.V.T |
Aantal |
53 |
82 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het doel is te komen tot 82 (80 %) aangepaste institutionele processen en diensten om deze volledig gedigitaliseerd te maken. De betrokken gebieden van het INAIL zijn: Verzekeringen, sociale en gezondheidsdiensten, preventie en veiligheid, verklaringen en verificaties. Met name de verwachte doelstelling voor elk gebied wordt hierboven vermeld: Verzekering: 26 (80 %); Sociale en gezondheidsdiensten: 29 (80 %); Preventie en veiligheid: 9 (80 %); Certificeringen en verificaties: 18 (80 %). |
B. MISSIE 1 COMPONENT 2:
As 1 — Digitalisering, innovatie en concurrentievermogen van het productiesysteem
As 1 van missie 1 component 2 van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan heeft betrekking op investeringen en hervormingen die voornamelijk gericht zijn op i) het ondersteunen van de digitale transitie en de innovatie van het productiesysteem door middel van stimulansen voor investeringen in technologieën, onderzoek, ontwikkeling en innovatie; II) de uitrol van ultrasnelle breedband- en 5G-netwerken om de digitale kloof te verkleinen, alsmede satellietconstellaties en -diensten; III) het bevorderen van de ontwikkeling van strategische waardeketens en het ondersteunen van het concurrentievermogen van bedrijven, met bijzondere aandacht voor kmo’s.
De maatregelen in het kader van deze component zijn bedoeld om lacunes aan te pakken die voortvloeien uit de index van de digitale economie en samenleving (DESI) 2020 met betrekking tot de digitale transformatie van bedrijven en de tekortkomingen op het gebied van connectiviteit, teneinde de sociale en economische veerkracht van het land te versterken.
De investeringen en hervormingen in het kader van deze component dragen bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen die in 2020 en 2019 tot Italië zijn gericht over de noodzaak om “leren op afstand en vaardigheden, met inbegrip van digitale, te versterken” (landspecifieke aanbevelingen 2 en 2020), “particuliere investeringen ter bevordering van het economisch herstel te bevorderen” (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2020), “investeringen te concentreren op de groene en de digitale transitie, met name op [...] versterkte digitale infrastructuur om de verlening van essentiële diensten te waarborgen” (landspecifieke aanbeveling 3, 2020), “bijscholing te bevorderen, onder meer door digitale vaardigheden te versterken (landspecifieke aanbevelingen 2 en 2019), het investeringsgerelateerd economisch beleid toe te spitsen op onderzoek en innovatie, en de kwaliteit van de infrastructuur, mede rekening houdend met regionale verschillen” (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2019) en, tot op zekere hoogte, “de toegang van innovatieve en kleinere ondernemingen tot financiering door niet-banken te ondersteunen” (landspecifieke aanbevelingen 5, 2019).
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het plan voor herstel en veerkracht overeenkomstig de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
As 2 — Verbetering van het ondernemingsklimaat en de concurrentie
De belangrijkste doelstelling van as 2 van afdeling 1 van missie 2 is het verbeteren van het ondernemingsklimaat om het ondernemerschap te bevorderen, en van de randvoorwaarden voor concurrentie om een efficiëntere toewijzing van middelen en productiviteitswinsten te bevorderen. Het belangrijkste instrument om deze doelstellingen te bereiken is de jaarlijkse mededingingswet, die elk jaar moet worden aangenomen.
De investeringen en hervormingen in het kader van deze component dragen bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen die in 2019 tot Italië zijn gericht over de noodzaak om “de beperkingen van de mededinging aan te pakken [...], mede door middel van een nieuwe jaarlijkse mededingingswet” (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2019).
B.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
As 1 — Digitalisering, innovatie en concurrentievermogen van het productiesysteem
Investering 1: Wetenschap op topniveau. Transitie 4.0
Het doel van de maatregel is de digitale transformatie van bedrijven te ondersteunen door particuliere investeringen in activa en activiteiten ter ondersteuning van digitalisering te stimuleren. De maatregel die in het kader van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan wordt gefinancierd, maakt deel uit van een breder plan voor transitie 4.0, dat andere steunmaatregelen omvat die op nationaal niveau worden gefinancierd om de digitale transformatie van bedrijven te stimuleren.
De maatregel bestaat uit een belastingkredietregeling en dekt uitgaven die moeten worden gedeclareerd in de belastingaangiften die in de periode van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2023 (30 november 2024 voor ondernemingen waarvan het belastingjaar niet overeenkomt met het kalenderjaar) moeten worden ingediend. De maatregel omvat ook de definitie van belastingkredietcodes, die moeten worden vastgesteld door middel van een besluit van het agentschap van de belastingdienst om begunstigden in staat te stellen gebruik te maken van de belastingkredieten met het F24-betalingsmodel.
De ondersteunde belastingkredieten hebben betrekking op de volgende activa en activiteiten:
kapitaalgoederen, bestaande uit: I) 4.0 (dat wil zeggen technologisch geavanceerde) materiële kapitaalgoederen, zoals productiemachines waarvan de werking wordt geregeld door computersystemen of sensoren/aandrijvingen, machines en systemen die worden gebruikt voor product- of procesbesturing, en interactieve systemen; zij moeten allemaal worden gekenmerkt door digitale kenmerken, zoals geautomatiseerde integratie en mens-machine-interface; II) 4.0 immateriële kapitaalgoederen zoals 3D-modellering, interne communicatiesystemen, en software, systemen, platforms en toepassingen voor artificiële intelligentie en machinaal leren; III) standaard immateriële kapitaalgoederen, zoals software voor bedrijfsbeheer. Hieronder vallen belastingkredieten die in de belastingaangiften tussen 1 januari 2021 en 31 december 2023 (30 november 2024 voor bedrijven waarvan het belastingjaar niet overeenkomt met het kalenderjaar) zijn opgenomen.
activiteiten op het gebied van onderzoek, ontwikkeling en innovatie, bestaande uit onderzoek en ontwikkeling, technologische innovatie, groene en digitale innovatie, en ontwerpactiviteiten. Hieronder vallen belastingkredieten die in de belastingaangiften tussen 1 januari 2022 en 31 december 2023 (30 november 2024 voor bedrijven waarvan het belastingjaar niet overeenkomt met het kalenderjaar) zijn opgenomen.
opleidingsactiviteiten die worden uitgevoerd om de kennis van relevante technologieën te verwerven of te consolideren, zoals big data en gegevensanalyse, mens-machine-interface, het internet der dingen, digitale integratie van bedrijfsprocessen, cyberbeveiliging. Hieronder vallen belastingkredieten die in de belastingaangiften tussen 1 januari 2022 en 31 december 2023 (30 november 2024 voor bedrijven waarvan het belastingjaar niet overeenkomt met het kalenderjaar) zijn opgenomen.
De maatregel omvat de oprichting van een wetenschappelijk comité, bestaande uit deskundigen van het ministerie van Economie en Financiën, het ministerie van Economische Ontwikkeling en de Banca d’Italia, om de economische impact van de regeling te beoordelen.
Hervorming 1: Hervorming van het stelsel van industriële eigendom
De belangrijkste doelstelling van de hervorming is het stelsel van industriële eigendom aan te passen aan moderne uitdagingen en ervoor te zorgen dat het innovatiepotentieel op doeltreffende wijze bijdraagt tot het herstel en de veerkracht van het land. Het heeft met name tot doel de volgende doelstellingen na te streven: verbetering van het systeem voor de bescherming van de industriële eigendom; bevordering van het gebruik en de verspreiding van industriële eigendom, met name door het MKB; het vergemakkelijken van de toegang tot en het delen van immateriële activa, waarbij een billijk rendement op investeringen wordt gewaarborgd; waarborging van een striktere eerbiediging van de industriële eigendom; en versterking van de rol van Italië in Europese en internationale fora inzake industriële eigendom.
De maatregel heeft betrekking op de hervorming van het Italiaanse wetboek van industriële eigendom en heeft ten minste betrekking op de volgende gebieden: I) het regelgevingskader herzien om de bescherming van industriële-eigendomsrechten te versterken en de procedures te vereenvoudigen, ii) de steun aan bedrijven en onderzoeksinstellingen versterken, iii) de ontwikkeling van vaardigheden en competenties verbeteren, iv) kennisoverdracht vergemakkelijken, en v) de bevordering van innovatieve diensten versterken.
Investering 6: Wetenschap op topniveau. Investeringen in het stelsel van industriële eigendom
Het doel van de investering is het ondersteunen van het stelsel van industriële eigendom en het begeleiden van de hervorming ervan, zoals beoogd in het kader van hervorming 1 van deze component. De maatregel omvat financiële steun voor industriële vastgoedprojecten van bedrijven en onderzoeksinstellingen, zoals octrooigerelateerde maatregelen (Brevetti +), Proof of Concept (POC) programma’s en de versterking van de bureaus voor technologieoverdracht (TTO’s).
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluiten de subsidiabiliteitscriteria in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten onderzoek en ontwikkeling met betrekking tot de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 1 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 2 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 3 en installaties voor mechanische biologische behandeling 4 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. De taakomschrijving vereist bovendien dat alleen activiteiten worden geselecteerd die voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.
As 2 — Verbetering van het ondernemingsklimaat en de concurrentie
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetten 2021, 2022, 2023 en 2024
De mededingingswet wordt elk jaar vastgesteld, waarbij de mededingingsprocedures voor de gunning van openbaredienstcontracten voor lokale openbare diensten (met name op het gebied van afval en openbaar vervoer) worden uitgebreid, de ongerechtvaardigde verlenging van concessies in havens, snelwegen, elektrische laadstations en waterkracht aan gevestigde exploitanten in vele sectoren wordt vermeden, wordt gezorgd voor een goede regulering van openbaredienstcontracten, de regels inzake aggregatie worden herzien en het algemene evenredigheidsbeginsel inzake de duur en passende compensatie van openbaredienstcontracten wordt toegepast. De mededingingswet zal regio’s ook meer stimuleren om hun openbaredienstcontracten voor regionale spoorwegdiensten aan te besteden. Er moet ook een duidelijke scheiding worden aangebracht tussen de functies regulering/controle en het beheer van de contracten.
Wat sectorspecifieke maatregelen betreft, omvatten de jaarlijkse mededingingswetten maatregelen in de sectoren energie (elektriciteit, gas en water), afvalbeheer en vervoer (havens, spoorwegen en snelwegen), die een aanvulling vormen op de investeringen en hervormingen in het kader van de missies 2 en 3. Flankerende maatregelen om het gebruik van concurrentie op de detailhandelsmarkten voor elektriciteit te waarborgen, treden uiterlijk op 31december 2022 in werking. De jaarlijkse mededingingswet 2022 stelt met name het plan voor de ontwikkeling van het elektriciteitsnet vast en bevordert de invoering van slimme elektriciteitsmeters van de2e generatie, die op 33december 31 in heel Italië 2025 miljoen eenheden zullen bereiken.
Bovendien verbeteren de wetten het ondernemingsklimaat ten minste door: I) de afstemming van de regels inzake concentratiecontrole op het EU-recht, ii) de consolidatie, digitalisering en professionalisering van markttoezichtautoriteiten en iii) het verkorten van de accreditatietijd voor het verstrekken van informatie over werknemers van zeven tot vier dagen om het aantal dagen om een bedrijf op te richten te verminderen.
Hervorming 3: Rationalisering en vereenvoudiging van de stimulansen voor ondernemingen.
De hervorming bestaat uit een systematische evaluatie van alle nationale stimulansen voor ondernemingen en de bijbehorende instrumenten.
De hervorming wordt in twee stappen uitgevoerd:
Publicatie van een verslag waarin een evaluatie van stimulansen voor ondernemingen wordt uitgevoerd. Het verslag bevat ook concrete voorstellen om de stimulansen van ondernemingen te vereenvoudigen en te rationaliseren.
Inwerkingtreding van de wetgevingshandelingen ter uitvoering van het Mandate-Law “Legge delega Incentivi”. Het toepassingsgebied van de wetgevingshandelingen is het stroomlijnen en rationaliseren van stimulansen voor ondernemingen.
De hervorming omvat de herstructurering en verdere uitvoering van twee belangrijke instrumenten die worden beheerd door het ministerie van Ondernemingen en Made in Italië (MIMIT):
a) het RNA (nationaal register van overheidssteun) en,
b) het stimulering.gov.it-platform.
B.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Meten |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M1C2-1 |
Investering 1: Wetenschap op topniveau. Transitie 4.0 |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van rechtshandelingen om belastingkredieten voor transitie 4.0 beschikbaar te stellen aan potentiële begunstigden en oprichting van het wetenschappelijk comité |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de begrotingswet op grond waarvan belastingkredieten kunnen worden toegekend en bepaling in de desbetreffende uitvoeringshandelingen met vermelding van de inwerkingtreding ervan |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
De rechtshandelingen stellen belastingkredieten voor transitie 4.0 beschikbaar voor potentiële begunstigden. Dit zijn belastingkredieten voor i) 4.0 (d.w.z. technologisch geavanceerde) materiële kapitaalgoederen, ii) 4.0 immateriële kapitaalgoederen, iii) standaard immateriële kapitaalgoederen, iv) activiteiten op het gebied van onderzoek, ontwikkeling en innovatie, en v) opleidingsactiviteiten. De belastingkredietcodes worden vastgesteld door middel van een besluit van het agentschap van de belastingdienst om de begunstigden in staat te stellen gebruik te maken van de belastingkredieten met het F24-betalingsmodel. Er wordt een wetenschappelijk comité opgericht, bestaande uit deskundigen van het ministerie van Economie en Financiën, het ministerie van Economische Ontwikkeling en de Banca d’Italia, door middel van een ministerieel besluit om de economische gevolgen van belastingkredieten voor Transitie 4.0 te beoordelen. |
M1C2-2 |
Investering 1: Wetenschap op topniveau. Transitie 4.0 |
Doel |
Overgang 4.0 belastingkredieten toegekend aan bedrijven op basis van in 2021-2022 ingediende belastingaangiften |
N.V.T |
Aantal |
0 |
69 900 |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Aan ondernemingen zijn ten minste 69 900 belastingkredieten in het kader van transitie 4.0 toegekend voor 4.0 materiële kapitaalgoederen, 4.0 immateriële kapitaalgoederen, standaard immateriële kapitaalgoederen, onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieactiviteiten of opleidingsactiviteiten. Een belastingkrediet wordt geacht te zijn toegekend bij de indiening van een belastingaangifte. Belastingaangiften worden ingediend tussen 1 januari 2021 en 31 december 2022. Voor ondernemingen waarvan het belastingjaar niet overeenstemt met het kalenderjaar, wordt het einde van de relevante periode voor de indiening van de belastingaangiften met betrekking tot alle bovengenoemde belastingkredieten verlengd van 31 december 2022 tot en met 30 november 2023. |
M1C2-3 |
Investering 1: Wetenschap op topniveau. Transitie 4.0 |
Doel |
Overgang 4.0 belastingkredieten toegekend aan bedrijven op basis van in 2021-2023 ingediende belastingaangiften |
N.V.T |
Aantal |
69 900 |
111 700 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Aan ondernemingen zijn ten minste 111 700 belastingkredieten in het kader van transitie 4.0 toegekend voor 4.0 materiële kapitaalgoederen, 4.0 immateriële kapitaalgoederen, standaard immateriële kapitaalgoederen, onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieactiviteiten of opleidingsactiviteiten. Een belastingkrediet wordt geacht te zijn toegekend bij de indiening van een belastingaangifte. Belastingaangiften worden ingediend tussen 1 januari 2021 en 31 december 2023. Voor ondernemingen waarvan het belastingjaar niet overeenstemt met het kalenderjaar, wordt het einde van de relevante periode voor de indiening van de belastingaangiften met betrekking tot alle bovengenoemde belastingkredieten verlengd van 31 december 2023 tot en met 30 november 2024. Het basisscenario heeft betrekking op het aantal belastingkredieten in het kader van transitie 4.0 die aan ondernemingen zijn toegekend op basis van belastingaangiften die tussen 1 januari 2021 en 31 december 2022 zijn ingediend voor 4.0 materiële kapitaalgoederen, 4.0 immateriële kapitaalgoederen en standaard immateriële goederen, en op basis van belastingaangiften die tussen 1 januari en 31 december 2022 zijn ingediend voor activiteiten op het gebied van onderzoek, ontwikkeling en innovatie, en opleidingsactiviteiten. Voor ondernemingen waarvan het belastingjaar niet overeenstemt met het kalenderjaar, worden ook belastingaangiften die tot en met 30 november 2023 worden ingediend, opgenomen in het basisscenario voor alle bovengenoemde belastingkredieten. |
M1C2-4 |
Hervorming 1: Hervorming van het stelsel van industriële eigendom |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wetsbesluit tot hervorming van het Italiaanse wetboek van industriële eigendom en de desbetreffende uitvoeringshandelingen |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het nieuwe wetboek inzake industriële eigendom en bepaling in de desbetreffende uitvoeringshandelingen met vermelding van de inwerkingtreding ervan |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 3 |
2023 |
Het nieuwe wetsbesluit wijzigt het Italiaanse wetboek inzake industriële eigendom (wetsbesluit nr. 30 van 10 februari 2005) en bestrijkt ten minste de volgende gebieden: I) herziening van het regelgevingskader om de bescherming van industriële-eigendomsrechten te versterken en de procedures te vereenvoudigen, ii) versterking van de steun aan bedrijven en onderzoeksinstellingen, iii) verbetering van de ontwikkeling van vaardigheden en competenties, iv) bevordering van kennisoverdracht, v) bevordering van innovatieve diensten. |
M1C2-5 |
Investering 6: Wetenschap op topniveau. Investeringen in het stelsel van industriële eigendom |
Doel |
Projecten ondersteund door financieringsmogelijkheden in verband met industriële eigendom |
N.V.T |
Aantal |
0 |
254 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 254 aanvullende projecten ondersteund door financieringsmogelijkheden voor bedrijven en onderzoeksinstellingen in verband met industriële eigendom, zoals octrooigerelateerde maatregelen (Brevetti +), Proof of Concept (POC) programma’s en bureaus voor technologieoverdracht (TTO’s), in overeenstemming met de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M1C2-6 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de jaarlijkse mededingingswet 2021 |
Bepaling betreffende de inwerkingtreding van de jaarlijkse mededingingswet 2021. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
De jaarlijkse mededingingswet omvat ten minste de volgende essentiële elementen, waarvan de uitvoeringsmaatregelen en secundaire wetgeving (indien nodig) uiterlijk op 31 december 2022 worden vastgesteld en in werking treden.
IL heeft betrekking op:
Handhaving van de antitrustregels: I. Verdere belemmeringen voor de controle op fusies wegnemen door de Italiaanse regels voor de controle op concentraties verder in overeenstemming te brengen met het EU-recht. Lokale overheidsdiensten: II. Het concurrentiebeginsel voor lokale overheidsopdrachten voor diensten, met name op het gebied van afval en lokaal openbaar vervoer, te versterken en op grotere schaal toe te passen. III. Onderhandse gunning beperken door van lokale overheden te verlangen dat zij elke afwijking van de aanbesteding van openbaredienstcontracten rechtvaardigen (overeenkomstig artikel 192 van het wetboek overheidsopdrachten). IV. Zorgen voor een goede regulering van openbaredienstcontracten door artikel 19 van Wet 124/2015 om te zetten in één tekst inzake lokale openbare diensten, met name op het gebied van afvalbeheer. V. Regels en aggregatiemechanismen stimuleren verenigingen van gemeenten om het aantal entiteiten en aanbestedende diensten te verminderen door hen te koppelen aan de optimale territoriale aggregaties (“ambiti territoriali ottimali”) en de gebieden en adequate niveaus van lokale en regionale openbaarvervoersdiensten (“bacini e livelli adeguati di servizi di trasporto pubblico locale e regionale”) van ten minste 350 000 inwoners. De rechtshandeling inzake lokale overheidsdiensten ter uitvoering van artikel 19 van Wet 124/2015 moet ten minste: — openbare diensten definiëren op basis van criteria van het EU-recht; — voorziet in algemene beginselen voor de verlening, de regulering en het beheer van lokale openbare diensten; — een algemeen beginsel van evenredigheid van de duur van openbaredienstcontracten vast te stellen; — duidelijk onderscheid te maken tussen de regelgevings- en controletaken en het beheer van openbaredienstcontracten; — ervoor te zorgen dat lokale overheden hun toename van het aandeel van de deelnemende ondernemingen voor inhousetransacties rechtvaardigen; — voorzien in een passende compensatie van openbaredienstcontracten, op basis van kostenberekening onder toezicht van onafhankelijke regelgevers (bv. ARERA voor energie of ART voor vervoer); — de gemiddelde duur van interne contracten te beperken en de standaardduur van de aanbestede opdrachten tussen de aanbestedende diensten te beperken en te harmoniseren, mits de duur het economisch en financieel evenwicht van de contracten waarborgt, mede op basis van de door de Transports Authority vastgestelde criteria. Energie: VI. De aanbesteding van concessieovereenkomsten voor waterkracht verplicht te stellen en het regelgevingskader voor concessies voor waterkracht vast te stellen. VII. De aanbesteding van concessieovereenkomsten verplicht te stellen voor gasdistributie. VIII. Transparante en niet-discriminerende eisen vaststellen voor de toewijzing van openbare ruimten voor elektrisch opladen of voor de exploitanten van geselecteerde oplaadpunten/stations. IX. Afschaffing van gereguleerde tarieven voor elektriciteitsvoorziening voor het opladen van elektrische voertuigen. Het mededingingskader voor waterkrachtconcessies moet ten minste: - Eisen dat belangrijke waterkrachtcentrales worden gereguleerd aan de hand van algemene en uniforme criteria op centraal niveau. - De regio’s verplichten de economische criteria vast te stellen die ten grondslag liggen aan de looptijd van concessieovereenkomsten. — Uitfasering van de mogelijkheid om contracten te verlengen (zoals reeds beslist door het Italiaanse Grondwettelijk Hof). - Van de regio’s eisen dat zij de criteria voor toegang tot de aanbestedingscriteria harmoniseren (om een voorspelbaar ondernemingsklimaat tot stand te brengen). Vervoer: X. Vaststellen van duidelijke, niet-discriminerende en transparante criteria voor de gunning van havenconcessies. XI. Belemmeringen voor havenconcessiehouders wegnemen om havenconcessieactiviteiten in verschillende grote en middelgrote havens samen te voegen. XII. Belemmeringen weg te nemen die de concessiehouders beletten een deel van de havendiensten zelf te verrichten en hun eigen uitrusting te gebruiken, zonder afbreuk te doen aan de veiligheid van de werknemers, mits de relevante voorwaarden voor de bescherming van de veiligheid van de werknemers noodzakelijk zijn en in verhouding staan tot de doelstelling om de veiligheid in de havengebieden te waarborgen. XIII. De herziening van de procedures voor de herziening van de havenvergunningsplannen vereenvoudigen. XIV. Uitvoering te geven aan artikel 27, lid 2, onder d), van Wetsbesluit 50/2017, dat regio’s stimuleert hun regionale spoorwegcontracten aan te besteden. Afval: XV. Vereenvoudiging van de vergunningsprocedures voor afvalverwerkingsinstallaties. Een bedrijf starten: XVI. De accreditatietermijn voor het verstrekken van informatie over werknemers verkorten van zeven tot vier dagen om het aantal dagen voor het oprichten van een bedrijf te verminderen. Markttoezicht: XVII. Consolidatie van de nationale markttoezichtautoriteiten in niet meer dan tien agentschappen in de belangrijkste regio’s van Italië, die elk betrekking hebben op alle productgroepen en rapporteren aan de verbindingsfunctionaris die is ingesteld bij Verordening (EG) nr. 2019/1020 (“goederenpakket”). XVIII. De nationale markttoezichtautoriteiten verplichten gedigitaliseerde productinspecties uit te voeren en gegevens te verzamelen, artificiële intelligentie toe te passen om gevaarlijke en illegale producten te traceren en trends en risico’s op de eengemaakte markt in kaart te brengen. XIX. De nationale markttoezichtautoriteiten verplichten opleiding en het gebruik van het informatie- en communicatiesysteem voor het pan-Europese markttoezicht op te nemen. XX. Nieuwe geaccrediteerde laboratoriaoprichten voor producttests voor alle productgroepen. Deze laboratoria voeren tests uit op elektronische handel, fysieke laboratoriumtests en gezamenlijke acties (douane/markttoezichtautoriteiten; twee of meer nationale markttoezichtautoriteiten, nationale en EU-markttoezichtautoriteiten). |
M1C2-7 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle energiegerelateerde uitvoeringsmaatregelen en secundaire wetgeving (indien nodig) |
Inwerkingtreding van alle energiegerelateerde uitvoeringsmaatregelen en secundaire wetgeving (indien nodig) |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Inwerkingtreding van alle energiegerelateerde uitvoeringsmaatregelen en secundaire wetgeving (indien nodig) om: I. de gereguleerde prijzen voor micro-ondernemingen en huishoudens vanaf 1 januari 2023 uit te faseren. II. Flankerende maatregelen nemen om het gebruik van concurrentie op de detailhandelsmarkten voor elektriciteit te ondersteunen. De begeleidende maatregelen om het gebruik van concurrentie op de detailhandelsmarkten voor elektriciteit te waarborgen, voorzien ten minste in het volgende: — De klantenbasis te veilen om een gelijk speelveld voor nieuwkomers tot stand te brengen. — Een plafond vaststellen als een maximaal marktaandeel voor elke leverancier; — Italiaanse consumenten in staat stellen hun energieleverancier te vragen hun factureringsgegevens bekend te maken aan een derde leverancier; — De transparantie van de elektriciteitsrekening te vergroten door consumenten toegang te geven tot de subcomponenten van de “spesi per oneri di sistema”; — Afschaffing van de verplichting voor leveranciers om heffingen te innen die geen verband houden met de energiesector. |
M1C2-8 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle uitvoeringsmaatregelen (met inbegrip van afgeleide wetgeving, indien nodig) voor de doeltreffende uitvoering en toepassing van de maatregelen die voortvloeien uit de jaarlijkse mededingingswet 2021 |
Inwerkingtreding van alle secundaire wetgeving, met inbegrip van alle noodzakelijke verordeningen voor maatregelen die voortvloeien uit de jaarlijkse mededingingswet 2021 |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Inwerkingtreding van alle uitvoeringsmaatregelen (met inbegrip van afgeleide wetgeving, indien nodig) voor de doeltreffende uitvoering en toepassing van de maatregelen die voortvloeien uit de jaarlijkse mededingingswet 2021. |
M1C2-9 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de jaarlijkse mededingingswet 2022 |
Bepaling betreffende de inwerkingtreding van de jaarlijkse mededingingswet 2022. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Inwerkingtreding van de jaarlijkse mededingingswet 2022
Zij wordt: een duidelijke procedurevast te stellen voor de vaststelling, binnen vooraf bepaalde termijnen en in elk geval uiterlijk op 31 december van de relevante periode (om de twee jaar) (*), van het plan voor de ontwikkeling van het elektriciteitsnet voor het volgende decennium, dat de voltooiing van de procedure en de vereenvoudiging van het goedkeuringsproces waarborgt. (*) Het ontwikkelingsplan voor elektriciteitsnetwerken 2021 wordt uiterlijk op 31 december 2023 vastgesteld. bevordering van de invoering van slimme elektriciteitsmeters van de2e generatie; Antitrust: de duurvan de beoordeling door de Italiaanse mededingingsautoriteit (Autorità Garante della Concorrenza e del Mercato) van concentraties die de daadwerkelijke mededinging op significante wijze kunnen belemmeren overeenkomstig artikel 6 van wet 287/1990, te verlengen van 45 dagen tot 90 dagen. Detailhandel: vereenvoudiging van de vergunningsprocedures voor verkoopbevordering door ondernemingen met verkooppunten in verschillende gemeenten. Geneesmiddelen zorgen voor evenredigheid van de vergunningsvereisten voor de verkoop van galenische geneesmiddelen. |
M1C2-10 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle uitvoeringsmaatregelen (met inbegrip van afgeleide wetgeving, indien nodig) voor de doeltreffende uitvoering en toepassing van de maatregelen die voortvloeien uit de jaarlijkse mededingingswet 2022 |
Inwerkingtreding van alle secundaire wetgeving, met inbegrip van alle noodzakelijke verordeningen voor maatregelen die voortvloeien uit de jaarlijkse mededingingswet 2022 |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Inwerkingtreding van alle secundaire wetgeving (indien nodig), met inbegrip van alle verordeningen die nodig zijn voor de doeltreffende uitvoering en toepassing van alle bovengenoemde maatregelen die voortvloeien uit de jaarlijkse mededingingswet 2022. |
M1C2-11 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de jaarlijkse mededingingswet 2023 |
Bepaling betreffende de inwerkingtreding van de jaarlijkse mededingingswet 2023. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Inwerkingtreding van de jaarlijkse mededingingswet 2023. De jaarlijkse mededingingswet bevat ten minste de volgende essentiële elementen, waarvan de uitvoeringsmaatregelen en het afgeleide recht (indien nodig) uiterlijk op 31 december 2024 worden vastgesteld en in werking treden. Daarbij moeten ten minste de volgende maatregelen worden genomen: Snelwegen: watde toegang tot concessies en de beëindiging van contracten betreft, moet de jaarlijkse mededingingswet ten minste: — de aanbesteding van concessieovereenkomsten voor snelwegen verplicht te stellen en de afdwingbaarheid van het regelgevingskader voor het verlenen van concessies voor snelwegen en het waarborgen van adequate dienstniveaus voor de gebruikers van de snelwegen te versterken, zonder afbreuk te doen aan de interne dienstverlening binnen de grenzen van het EU-recht (*); de efficiëntie van de administratieve besluitvormingsprocedures in verband met concessieovereenkomsten teverbeteren; — een gedetailleerde en transparante beschrijving van het voorwerp van de concessieovereenkomst eisen; — van de concessieverlenende instanties verlangen dat zij via een openbare procedure toegekende concessies voor snelweggedeelten aanwijzen, rekening houdend met de door de regelgevende instantie (Autorità di Regolazione dei Trasporti — ART) opgestelde ramingen van de schaalefficiëntie en de kosten van de concessiehouders van snelwegen; versterken van de controles door het ministerie van Infrastructuur op de kosten en de aanleg van wegeninfrastructuur; — de automatische verlenging van concessieovereenkomsten te voorkomen, mede door een aanzienlijke verbetering van de efficiëntie van het beheer van alle technische en administratieve procedures in verband met de periodieke actualisering van economische en financiële plannen en de jaarlijkse uitvoering van deze plannen, en door het verbod op het gebruik van de in artikel 193 van het wetboek overheidsopdrachten geregelde procedures als middel voor de gunning van verlopen of verlopen concessieovereenkomsten voor snelwegen; — vereenvoudiging/verduidelijking van de regulering van de beëindigings- en opzeggingsvoorwaarden, mede met het oog op het behoud van een passend niveau van betwistbaarheid van concessies voor de relevante markt (en); — het regelgevingsmodel voor toegangsheffingen tijdig en volledig ten uitvoer te leggen, rekening houdend met: I) de periodieke actualiseringen van de meerjarige economische en financiële planning van de concessiehouders (zoals goedgekeurd door de bevoegde toezichthouder), en ii) de jaarlijkse uitrol van deze plannen. — voor de beëindiging van de overeenkomst in het algemeen belang voorziet de wet ten minste in een passende compensatie om de concessiehouder in staat te stellen niet volledig afgeschreven investeringen terug te verdienen. Wat de beëindiging van de overeenkomst wegens ernstige schending betreft, voorziet de wet in een passend evenwicht tussen het herstel van de aan de concessiehouder gevraagde schadevergoeding en een redelijke vergoeding voor nog niet teruggevorderde investeringen. Gevallen van ernstige inbreuk worden uitdrukkelijk bij wet geïdentificeerd.
wathet reguleringsmodel voor heffingen betreft, moet de jaarlijkse mededingingswet ten minste: — Van concessiehouders verlangen dat zij zorgen voor de volledige en tijdige uitvoering van het regelgevingsmodel van ART voor de berekening van de toegangstarieven. — Van concessiehouders verlangen dat zij zorgen voor de volledige en tijdige uitvoering van het regelgevingsmodel van ART inzake prijsstelling en aanbestedingsregelingen voor subconcessies voor de levering van oplaad- en andere diensten voor elektrische voertuigen. — De toegangsvergoedingen stimuleren investeringen en zijn gebaseerd op een prijsplafondmethodologie die wordt geschraagd door een transparante vergelijkende analyse van de kosten van de hele economische sector, volgens duidelijke, uniforme en transparante criteria. metbetrekking tot gebruikersrechten moet de jaarlijkse mededingingswet ten minste: — zorgen voor de volledige en tijdige uitvoering van het regelgevingskader van ART met betrekking tot de bescherming van gebruikersrechten en het aanbieden van adequate dienstverleningsniveaus. met betrekking tot de uitbesteding van bouwwerken moet de jaarlijkse mededingingswet ten minste: — Volgens artikel 186, lid 2, van decreto legislativo nr. 36/2023 zijn concessiehouders voor snelwegen verplicht om via openbare bewijsprocedures tussen 50 % en 60 % van de opdrachten voor werken, diensten en leveringen toe te vertrouwen aan derden. De aandelen worden berekend op basis van de bedragen van de bij de concessiedocumenten gevoegde economische en financiële plannen en rekening houdend met de economische omvang en de kenmerken van de concessiehouder, de duur van de gunning van de concessie, de resterende looptijd, het voorwerp, de economische waarde en het bedrag van de gedane investeringen. (*) voor zover het om interne opdrachten gaat, moet de wet: — een verplichte voorafgaande verificatie van de rechtmatigheid van de interne toewijzing vereisen en de start van de aanbestedingsprocedure of de interne toevertrouwde opdrachten zonder deze verificatie verbieden; — de autoriteit voor de regulering van het vervoer (ART) belasten met passende instrumenten en bevoegdheden om de bovengenoemde verificaties uit te voeren, en met de (juridische) ondersteuning van de nationale autoriteit voor corruptiebestrijding (ANAC); — de installatie van een minimumaantal elektrische oplaadpunten, de invoering van adequate parkeer- en rustplaatsen voor exploitanten van goederenvervoer en de volledige naleving van het door ART ontworpen regelgevingskader voor de bescherming van de rechten van de gebruikers en het leveren van adequate diensten, als gunningscriteria voor nieuwe snelwegconcessies. Koudestrijken: inwerkingtredingvan regelgevende stimulansen voor het gebruik van koudestrijkdiensten in havens; Lijst van detailhandelaars in aardgas: vaststelling van de criteria en vereisten inzake de toegang tot en het permanente karakter van ondernemingen op de bij artikel 17 van wetsbesluit nr. 164/2000 vastgestelde lijst van detailhandelaars in aardgas, gericht op het vergroten van de transparantie en het ondersteunen van de keuze van consumenten op concurrerende markten; Verzekering: inwerkingtreding vande nodige handelingen om de overdraagbaarheid van gegevens voor zwarte autodozen tussen verzekeraars mogelijk te maken; Een bedrijf starten: VIII) Evaluatie en actualisering van de wetgeving inzake start-ups, innovatieve kmo’s en durfkapitaal (bv. Start Up Act 2012) om de bestaande wetgeving te rationaliseren, de definitie van startende ondernemingen te herzien en investeringen in durfkapitaal door particuliere en institutionele investeerders te bevorderen. |
M1C2-12 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle uitvoeringsmaatregelen (met inbegrip van afgeleide wetgeving, indien nodig) voor de doeltreffende uitvoering en toepassing van de maatregelen die voortvloeien uit de jaarlijkse mededingingswet 2023 |
Inwerkingtreding van alle secundaire wetgeving, met inbegrip van alle noodzakelijke verordeningen voor maatregelen die voortvloeien uit de jaarlijkse mededingingswet 2023 |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Inwerkingtreding van alle secundaire wetgeving (indien nodig), met inbegrip van alle verordeningen die nodig zijn voor de doeltreffende uitvoering en toepassing van alle maatregelen die voortvloeien uit de jaarlijkse mededingingswet 2023. |
M1C2-13 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de jaarlijkse mededingingswet 2024 |
Bepaling betreffende de inwerkingtreding van de jaarlijkse mededingingswet 2024. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Inwerkingtreding van de jaarlijkse mededingingswet 2024. Het wetsvoorstel wordt uiterlijk in juni 2024 bij het parlement ingediend. Het wordt eind 2024 door de kamers goedgekeurd. Secundaire wetgeving (indien nodig) uiterlijk 4Q2025. |
M1C2-14 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Doel |
Miljoenen slimme 2G-meters uitgerold. |
N.V.T |
Aantal |
20 |
33 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Er worden ten minste 33 miljoen slimme 2G-meters uitgerold. |
M1C2-14bis |
Hervorming 3: rationalisering en vereenvoudiging van stimulansen voor ondernemingen. |
Mijlpaal |
Publicatie van de evaluatie van het verslag alle stimulansen voor ondernemingen |
Publicatie van het verslag |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Het ministerie van Ondernemingen en Made in Italië publiceert een verslag waarin alle stimulansen en investeringen voor ondernemingen worden geëvalueerd. Het verslag bevat concrete voorstellen voor de rationalisering van nationale stimulansen. |
M1C2-14ter |
Hervorming 3: rationalisering en vereenvoudiging van stimulansen voor ondernemingen. |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire wetgeving voor de rationalisering van bedrijfsstimulansen |
Inwerkingtreding van primaire wetgeving |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Inwerkingtreding van alle wetgevingshandelingen voor de rationalisering van krachtige stimulansen. De hervorming heeft betrekking op stimulansen op nationaal niveau. De hervorming omvat de herstructurering en verdere uitvoering van twee belangrijke instrumenten die worden beheerd door het ministerie van Ondernemingen en Made in Italië (MIMIT): a) het RNA (nationaal register van staatssteun) en b) het platform voor stimulansen. .. |
B.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
Investering 2: Wetenschap op topniveau. Innovatie en technologie op het gebied van micro-elektronica
Het doel van de investering is de ontwikkeling van de strategische waardeketen van micro-elektronica te ondersteunen door te investeren in Silicon Carbide-substraten, een noodzakelijke input voor de productie van hoogwaardige energieapparatuur. De investering wordt uitgevoerd in overeenstemming met de bestaande staatssteunregels en zal naar verwachting positieve effecten hebben op de werkgelegenheid.
Investering 3: Wetenschap op topniveau. Snelle internetverbindingen (Ultra Broadband en 5G)
Het doel van de investering is de voltooiing van het nationale ultrasnelle en 5G-telecommunicatienetwerk op het gehele nationale grondgebied. Deze investering zal naar verwachting aanzienlijk bijdragen aan de doelstellingen van de digitale transitie en de digitale kloof in Italië verkleinen.
De investering omvat de gunning van concessies en omvat vijf snellere verbindingsprojecten:
“Italia a 1 Giga”, die 1 gigabit/s downloadt en 200 Mbit/s uploadconnectiviteit in grijze en zwarte toegangsgebieden van de volgende generatie (NGA). Deze gebieden worden vastgesteld na voltooiing van een inventarisatie;
“Italia 5G”, die 5G-aansluitingen aanbiedt in gebieden met marktfalen, d.w.z. gebieden waar geen mobiele netwerken zijn uitgerold; of er zijn alleen 3G-netwerken beschikbaar en er zijn in de nabije toekomst geen mobiele 4G- en/of 5G-netwerken gepland; of er sprake is van een aantoonbaar marktfalen;
“Verbonden scholen”, die schoolgebouwen voorzien van 1 gigabit/s breedbandconnectiviteit;
“Geconnecteerde gezondheidszorginstellingen”, die 1 gigabit/s breedbandconnectiviteit bieden aan openbare gezondheidszorginstellingen;
“Verbonden kleinere eilanden”, die ultrabreedbandverbindingen bieden aan geselecteerde kleinere eilanden die geen glasvezelverbindingen met het continent hebben.
Investering 4: Wetenschap op topniveau. Satelliettechnologie en ruimtevaarteconomie
De investering is gericht op de ontwikkeling van satellietverbindingen met het oog op de digitale en groene transitie en om bij te dragen aan de ontwikkeling van de ruimtevaartsector. De investering heeft ook tot doel diensten zoals beveiligde communicatie- en monitoringinfrastructuur voor verschillende sectoren van de economie mogelijk te maken en omvat daartoe zowel upstreamactiviteiten (lanceerdiensten, productie en exploitatie van satellieten en infrastructuur) als stroomafwaarts (productie van geactiveerde producten en diensten).
De investering omvat de toekenning van aanbestedingen en bestaat uit vier projecten:
Satcom, bestaande uit activiteiten voor de ontwikkeling van technologie voor duaal gebruik en systemen voor de levering van zeer innovatieve satellietcommunicatiediensten voor gebruik door de overheid.
Aardobservatie (EO), bestaande uit i) upstreamactiviteiten: met inbegrip van specificatie, ontwerp, en ontwikkeling van een constellatie voor detectie op afstand (Synthetic Aperture Radar (SAR), hyperspectraal) en de aanschaf van lanceringen gericht op het monitoren van land, zee en de atmosfeer; II) downstreamactiviteiten: de verwezenlijking van het project CyberItaly dat de totstandbrenging van een digitale replica van het land omvat.
Ruimtefabriek, bestaande uit twee subprojecten: I) Ruimtefabriek 4.0: de specificatie, het ontwerp en de bouw van digitale productie-, assemblage- en testfaciliteiten voor kleine satellieten en de invoering van een cyberfysiek productiesysteem en digitale twinning per satelliet, gericht op het tot stand brengen van een tweerichtingsverbinding tussen het digitale model en zijn fysieke tegenhanger; II) Toegang tot de ruimte: onderzoek, ontwikkeling en prototyping met het oog op de verwezenlijking van groene technologieën voor de volgende generaties stuw- en lanceerraketten, met inbegrip van de demonstratie tijdens de vlucht van geselecteerde technologieën.
In-orbit-economie, bestaande uit de invoering van een demonstratiemodel voor in orbit-dienstentechnologieën voor in orbit-interoperabiliteit; de verhoging van de nationale capaciteit voor ruimtebewaking en -monitoring (SST), met inbegrip van een netwerk van grondsensoren voor het observeren en volgen van ruimteschroot; het ontwerp, de ontwikkeling, en de inbedrijfstelling van activa voor de verwerving en het beheer van en de levering van de datadienst ter ondersteuning van ruimteverkeerbeheersactiviteiten.
De investering heeft geen beoogde militaire of defensiedoelstellingen en -gevolgen.
Investering 5: Wetenschap op topniveau. Beleid en internationalisering van de industriële toeleveringsketen
Het doel van de investering is de industriële toeleveringsketens te versterken, met name door de toegang tot financiering te vergemakkelijken, en het concurrentievermogen van ondernemingen (met name kmo’s) te bevorderen, met name door hun internationalisering te ondersteunen en hun veerkracht na de COVID-19-crisis te versterken.
De investering bestaat uit twee interventielijnen:
Herfinanciering van Fonds 394/81, beheerd door SIMEST. Het bestaat uit de herfinanciering van een bestaand fonds dat momenteel wordt beheerd door overheidsagentschap SIMEST, dat voorziet in financiële steun aan ondernemingen, met name kmo’s, om hun internationalisering te ondersteunen door middel van verschillende instrumenten, zoals programma’s voor toegang tot buitenlandse markten en de ontwikkeling van elektronische handel.
Concurrentievermogen en veerkracht van toeleveringsketens. Het bestaat uit financiële steun aan ondernemingen, via het instrument van het ontwikkelingscontract, voor projecten die verband houden met belangrijke strategische waardeketens, zoals programma’s voor industriële ontwikkeling, ontwikkelingsprogramma’s voor milieubescherming, duurzame mobiliteit en toeristische activiteiten.
De bovengenoemde interventies worden uitgevoerd overeenkomstig het investeringsbeleid in overeenstemming met de doelstellingen van Verordening (EU) 2021/241, onder meer met betrekking tot de toepassing van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen”, zoals nader gespecificeerd in de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), moet de juridische overeenkomst tussen Italië en de met het financieringsinstrument belaste entiteit of financiële intermediair en het daaropvolgende investeringsbeleid van het financieringsinstrument:
te eisen dat de technische richtsnoeren van de Commissie inzake duurzaamheidstoetsing voor het InvestEU-fonds worden toegepast; en
de volgende lijst van activiteiten en activa niet in aanmerking te nemen: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 5 ; II) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 6 ; III) activiteiten en activa in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 7 en installaties voor mechanische biologische behandeling 8 ; en iv) activiteiten en activa waarbij de verwijdering van afvalstoffen op lange termijn schade kan toebrengen aan het milieu; en
eisen dat de met de uitvoering belaste entiteit of financiële intermediair voor alle transacties, met inbegrip van die welke zijn vrijgesteld van duurzaamheidstoetsing, de wettelijke naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving van de projecten controleert.
Investering 7. Steun voor het productiesysteem voor de ecologische transitie, nettonultechnologieën en het concurrentievermogen en de veerkracht van strategische toeleveringsketens:
Deze maatregel bestaat uit twee subinvesteringen.
Subinvestering 1:
Deze subinvestering bestaat uit een publieke investering in een faciliteit, “nettonultechnologieën”, om particuliere investeringen te stimuleren en de toegang tot financiering op het gebied van energie-efficiëntie, hernieuwbare opwekking voor zelfconsumptie en duurzame transformatie van het productieproces te verbeteren.
De investering dient ter ondersteuning van:
de ecologische transitie van het nationale productiesysteem op verschillende niveaus door ondersteuning van investeringen in de versterking van productieketens voor apparaten die relevant zijn voor de ecologische transitie (zoals batterijen, zonnepanelen, windturbines, warmtepompen, elektrolyse-installaties en apparatuur voor koolstofafvang en -opslag);
de energie-efficiëntie van productieprocessen (ook door de productie voor eigen verbruik van elektriciteit uit hernieuwbare bronnen, met uitzondering van biomassa);
de duurzaamheid van productieprocessen, ook met het oog op de circulaire economie en een efficiënter gebruik van hulpbronnen.
De faciliteit wordt geëxploiteerd door de particuliere sector rechtstreeks niet-terugbetaalbare subsidies, gesubsidieerde leningen en rentesubsidies te verstrekken. Op basis van de RRF-investering beoogt de faciliteit aanvankelijk ten minste 3 000 600 000 EUR aan financiering te verstrekken.
De faciliteit wordt beheerd door Invitalia S.p.A. als uitvoerende partner. De faciliteit omvat de volgende financiële instrumenten:
Ontwikkelingscontract ter ondersteuning van projecten op het gebied van nettonultechnologieën van meer dan 20 000 000 EUR door het verstrekken van subsidies, rentesubsidies en gesubsidieerde leningen.
Fonds voor de industriële transformatie, dat projecten tussen 3 000 000 EUR en 20 000 000 EUR ondersteunt door het verstrekken van subsidies, rentesubsidies en gesubsidieerde leningen.
Met het oog op de uitvoering van de investering in de faciliteit ondertekenen Italië en Invitalia S.p.A. een uitvoeringsovereenkomst die de volgende inhoud bevat:
Beschrijving van het besluitvormingsproces voor de faciliteit: De definitieve investerings- en toekenningsbesluiten van de faciliteit worden genomen door een investeringscomité of een ander relevant gelijkwaardig bestuursorgaan en goedgekeurd met een meerderheid van stemmen van leden die onafhankelijk zijn van de regering.
Essentiële vereisten van het bijbehorende beleggingsbeleid, waaronder:
De beschrijving van de financiële producten en de in aanmerking komende eindbegunstigden.
Het vereiste dat alle gesteunde investeringen economisch levensvatbaar zijn.
Het vereiste om te voldoen aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (DNSH) zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). In het bijzonder wordt in het beleggingsbeleid de volgende lijst van activiteiten en activa uitgesloten van subsidiabiliteit: I) activiteiten en activa met betrekking tot fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 9 , ii) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies bereiken die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 10 , iii) activiteiten en activa met betrekking tot stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 11 en installaties voor mechanische biologische behandeling 12 .
Het vereiste dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie ontvangen om dezelfde kosten te dekken.
Het bedrag dat onder de uitvoeringsovereenkomst valt, de vergoedingsstructuur voor de uitvoerende partner en de verplichting om terugvloeiende middelen opnieuw te investeren overeenkomstig het investeringsbeleid van de faciliteit.
Monitoring-, audit- en controlevoorschriften, met inbegrip van:
De beschrijving van het monitoringsysteem van de uitvoerende partner om verslag uit te brengen over de gemobiliseerde investeringen.
De beschrijving van de procedures van de uitvoerende partner om fraude, corruptie en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te corrigeren.
De verplichting om na te gaan of elke concrete actie in aanmerking komt overeenkomstig de in de uitvoeringsovereenkomst vastgestelde vereisten, alvorens een concrete actie te financieren.
De verplichting om risicogebaseerde controles achteraf uit te voeren overeenkomstig een auditplan van Invitalia S.p.A. Deze audits moeten het volgende verifiëren:
dat de controlesystemen doeltreffend zijn, met inbegrip van de opsporing van fraude, corruptie en belangenconflicten;
naleving van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan”, de staatssteunregels en de klimaatdoelvereisten; en
dat wordt voldaan aan het vereiste dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie hebben ontvangen om dezelfde kosten te dekken. Bij de audits wordt ook nagegaan of de verrichtingen wettig zijn en of de voorwaarden van de toepasselijke uitvoeringsovereenkomst worden nageleefd.
5. Vereisten voor door de uitvoerende partner uitgevoerde klimaatinvesteringen: ten minste 1 430 000 000 EUR van de RRF-investering in de faciliteit draagt bij aan de doelstellingen inzake klimaatverandering overeenkomstig bijlage VI bij de RRF-verordening. 13
Subinvestering 2:
Deze subinvestering bestaat uit een publieke investering in een faciliteit, “Concurrentievermogen en veerkracht van strategische toeleveringsketens”, om particuliere investeringen te stimuleren en de toegang tot financiering te verbeteren om industriële toeleveringsketens te versterken.
De investering ondersteunt projecten die verband houden met belangrijke strategische waardeketens, zoals programma’s voor industriële ontwikkeling en ontwikkelingsprogramma’s voor milieubescherming.
De faciliteit wordt geëxploiteerd door de particuliere sector rechtstreeks niet-terugbetaalbare subsidies, gesubsidieerde leningen en rentesubsidies te verstrekken. Op basis van de RRF-investeringen heeft de faciliteit tot doel ten minste 700 000 000 EUR aan financiering te activeren.
De faciliteit wordt beheerd door Invitalia S.p.A. als uitvoerende partner.
Met het oog op de uitvoering van de investering in de faciliteit ondertekenen Italië en Invitalia een uitvoeringsovereenkomst die de volgende inhoud bevat:
Beschrijving van het besluitvormingsproces voor de faciliteit: De definitieve investerings- en toekenningsbesluiten van de faciliteit worden genomen door een investeringscomité of een ander relevant gelijkwaardig bestuursorgaan en goedgekeurd met een meerderheid van stemmen van leden die onafhankelijk zijn van de regering.
Essentiële vereisten van het bijbehorende beleggingsbeleid, waaronder:
De beschrijving van het (de) financiële product (en) en de in aanmerking komende eindbegunstigden.
Het vereiste dat alle gesteunde investeringen economisch levensvatbaar zijn.
Het vereiste om te voldoen aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (DNSH) zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). In het bijzonder wordt in het beleggingsbeleid de volgende lijst van activiteiten en activa uitgesloten van subsidiabiliteit: I) activiteiten en activa met betrekking tot fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 14 , ii) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies bereiken die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 15 , iii) activiteiten en activa met betrekking tot stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 16 en installaties voor mechanische biologische behandeling 17 .
Het vereiste dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie ontvangen om dezelfde kosten te dekken.
Het bedrag dat onder de uitvoeringsovereenkomst valt, de vergoedingsstructuur voor de uitvoerende partner en de verplichting om terugvloeiende middelen opnieuw te investeren overeenkomstig het investeringsbeleid van de faciliteit.
Monitoring-, audit- en controlevoorschriften, met inbegrip van:
De beschrijving van het monitoringsysteem van de uitvoerende partner om verslag uit te brengen over de gemobiliseerde investeringen.
De beschrijving van de procedures van de uitvoerende partner om fraude, corruptie en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te corrigeren.
De verplichting om na te gaan of elke concrete actie in aanmerking komt overeenkomstig de in de uitvoeringsovereenkomst vastgestelde vereisten, alvorens een concrete actie te financieren.
De verplichting om risicogebaseerde controles achteraf uit te voeren overeenkomstig een auditplan van de SBZ Invitalia. Bij deze audits wordt nagegaan:
dat de controlesystemen doeltreffend zijn, met inbegrip van de opsporing van fraude, corruptie en belangenconflicten;
naleving van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan”, de staatssteunregels en de klimaatdoelvereisten; en
dat wordt voldaan aan het vereiste dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie hebben ontvangen om dezelfde kosten te dekken. Bij de audits wordt ook nagegaan of de verrichtingen wettig zijn en of de voorwaarden van de toepasselijke uitvoeringsovereenkomst worden nageleefd.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk 31 augustus 2026 voltooid zijn.
B.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgnummer |
Meten |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M1C2-15 |
Investering 2: Wetenschap op topniveau. Innovatie en technologie op het gebied van micro-elektronica |
Doel |
Productiecapaciteit van siliciumCarbidesubstraten |
N.V.T |
Aantal |
0 |
374 400 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Verwezenlijking van een extra productiecapaciteit van ten minste 374 400 Silicon Carbide-substraten per jaar. De bevredigende verwezenlijking van de doelstelling hangt ook af van de werkgelegenheid van ten minste 700 extra mensen die gekoppeld zijn aan de extra capaciteit. |
M1C2-16 |
Investering 3: Wetenschap op topniveau. Snelle internetverbindingen (Ultra-Broadband en 5G) |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor snellere aansluitingsprojecten |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor snellere aansluitingsprojecten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor projecten voor snellere aansluiting, die bestaan uit i) “Italia a 1 Giga”, ii) “Italia 5G”, iii) “geconnecteerde scholen”, iv) “geconnecteerde zorginstellingen”; en v) “geconnecteerde kleinere eilanden”. |
M1C2-17 |
Investering 3: Wetenschap op topniveau. Snelle internetverbindingen (Ultra-Broadband en 5G) |
Doel |
Huisnummers met 1 Gbps-connectiviteit |
N.V.T |
Aantal |
0 |
3 400 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 3 400 000 extra huisnummers (waaronder ten minste 450 000 verspreide huishoudens, d.w.z. in afgelegen gebieden) die verbonden zijn met een connectiviteit van ten minste 1 Gbps via Fiber-to-the-home/gebouw (FTTH/B), vaste draadloze toegang (FWA) |
M1C2-18 |
Investering 3: Wetenschap op topniveau. Snelle internetverbindingen (Ultra-Broadband en 5G) |
Doel |
Schoolgebouwen en gezondheidszorgfaciliteiten met een connectiviteit van 1 Gbps |
N.V.T |
Aantal |
0 |
17 700 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 9 000 extra scholen en 8 700 openbare zorginstellingen met een connectiviteit van ten minste 1 Gbps. |
M1C2-19 |
Investering 3: Wetenschap op topniveau. Snelle internetverbindingen (Ultra-Broadband en 5G) |
Doel |
Eilanden voorzien van ultrabreedbandconnectiviteit |
N.V.T |
Aantal |
0 |
18 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Ten minste 18 andere eilanden die geen glasvezelverbindingen met het continent hebben, beschikken via nieuwe optische backhaul over ultrabreedbandconnectiviteit. |
M1C2-20 |
Investering 3: Wetenschap op topniveau. Snelle internetverbindingen (Ultra-Broadband en 5G) |
Doel |
Wegen buiten de stad en corridors met 5G-dekking |
N.V.T |
Aantal |
0 |
12 600 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 12 600 km extra wegen en corridors buiten de stad met 5G-dekking. |
M1C2-21 |
Investering 3: Wetenschap op topniveau. Snelle internetverbindingen (Ultra-Broadband en 5G) |
Doel |
Gebieden met marktfalen mogelijk gemaakt met 5G-dekking |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 400 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 1 400 km extra bewoonde gebieden met marktfalen met 5G-dekking, waarvan ten minste 500 sqkm met 5G-dekking. |
M1C2-22 |
Investering 4: Wetenschap op topniveau. Satelliettechnologie en ruimtevaarteconomie |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor satelliettechnologie en ruimtevaartprojecten |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor satelliettechnologie en ruimtevaartprojecten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor satelliettechnologie en ruimtevaartprojecten, die bestaan uit i) Satcom, ii) aardobservatie, iii) ruimtefabriek en iv) In-Orbit-economie. |
M1C2-23 |
Investering 4: Wetenschap op topniveau. Satelliettechnologie en ruimtevaarteconomie |
Doel |
Grondtelescopen, operationeel SST-centrum, ruimtefabriek en demonstratiemodel voor vloeibare aandrijving |
N.V.T |
Aantal |
0 |
6 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste drie extra hoogwaardige telescopen waarmee voorwerpen in de ruimte kunnen worden geïdentificeerd, één operationeel centrum voor ruimtebewaking en -monitoring (SST) (netwerk van observatie en monitoring van ruimteschroot), één ruimtefabriek (geïntegreerde lijnen voor fabricage, assemblage, integratie en beproeving (M-AIT) van kleine satellieten) en één demonstratiemodel voor vloeibare aandrijving voor de inzet van nieuwe generatie draagraketten. |
M1C2-24 |
Investering 4: Wetenschap op topniveau. Satelliettechnologie en ruimtevaarteconomie |
Doel |
Constellaties of “proof of concept” van ingezette constellaties |
N.V.T |
Aantal |
0 |
2 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste twee extra constellaties of proof of concept van constellaties in het kader van Satcom en aardobservatie-initiatieven |
M1C2-25 |
Investering 4: Wetenschap op topniveau. Satelliettechnologie en ruimtevaarteconomie |
Doel |
Aan overheidsdiensten verleende diensten |
N.V.T |
Aantal |
0 |
8 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste acht extra diensten die aan overheidsdiensten worden verleend in het kader van ondersteunde ruimte-initiatieven, zoals kustdiensten en monitoring van de zee-kust, luchtkwaliteitsdiensten, diensten op het gebied van grondbewegingen, dekking en landgebruik van monitoringdiensten, hydrometeorologische diensten, watervoorziening, noodhulpdiensten en veiligheidsdiensten. |
M1C2-26 |
Investering 5.1: Wetenschap op topniveau. Herfinanciering en aanpassing van Fonds 394/81, beheerd door SIMEST |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de herfinanciering van Fonds 394/81 en vaststelling van het investeringsbeleid |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het (de) wetsbesluit (en) ter herfinanciering van de subsidie- en leningcomponent van Fonds 394/81 Goedkeuring van het besluit van de raad van bestuur tot vaststelling van de selectiecriteria voor de te financieren projecten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 3 |
2021 |
Het (de) wetsbesluit (en) voorziet (voorzien) in de herfinanciering van de subsidie- en leningcomponent van Fonds 394/81. De afwikkelingsraad van het Fonds keurt een besluit tot vaststelling van het beleggingsbeleid goed. In het beleggingsbeleid in verband met de herfinanciering van Fonds 394/81 wordt ten minste het volgende gedefinieerd: I) de aard en de reikwijdte van de ondersteunde projecten, die in overeenstemming moeten zijn met de doelstellingen van Verordening (EU) 2021/241; de taakomschrijving omvat subsidiabiliteitscriteria om de naleving te waarborgen van de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) van in het kader van deze maatregel ondersteunde projecten door middel van duurzaamheidstoetsing, een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving, ii) het soort ondersteunde concrete acties, iii) de beoogde begunstigden, met een prevalentie van kmo’s, en hun subsidiabiliteitscriteria, iv) bepalingen om potentiële terugvloeiende middelen voor soortgelijke beleidsdoelstellingen opnieuw te investeren, ook na 2026, indien zij niet worden hergebruikt om rentevoeten terug te betalen die voortvloeien uit leningen uit hoofde van Verordening (EU) 2021/241. De contractuele overeenkomst met de met de uitvoering belaste entiteit of financiële intermediair vereist het gebruik van de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). |
M1C2-27 |
Investering 5.1: Wetenschap op topniveau. Herfinanciering en aanpassing van Fonds 394/81, beheerd door SIMEST |
Doel |
Kmo’s die steun uit Fonds 394/81 hebben ontvangen |
N.V.T |
Aantal |
0 |
4 000 |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Met ingang van 1 januari 2021 hebben ten minste 4 000 extra kmo’s steun ontvangen uit Fonds 394/81. |
M1C2-28 |
Investering 5.2: Wetenschap op topniveau. Concurrentievermogen en veerkracht van toeleveringsketens |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een decreet dat het investeringsbeleid van de ontwikkelingscontracten omvat |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het decreet |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2022 |
Het investeringsbeleid van de ontwikkelingscontracten omvat ten minste: I) de aard en de reikwijdte van de ondersteunde projecten, die in overeenstemming moeten zijn met de doelstellingen van Verordening (EU) 2021/241; de taakomschrijving omvat subsidiabiliteitscriteria om de naleving van de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) van in het kader van deze maatregel ondersteunde projecten te waarborgen door middel van een duurzaamheidstoetsing, een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving, ii) het soort concrete acties dat wordt ondersteund, iii) de beoogde begunstigden en hun subsidiabiliteitscriteria, iv) bepalingen om potentiële terugvloeiende middelen voor soortgelijke beleidsdoelstellingen te herinvesteren, ook na 2026, indien zij niet worden hergebruikt om rentevoeten terug te betalen die voortvloeien uit leningen uit hoofde van Verordening (EU) 2021/241. De contractuele overeenkomst met de met de uitvoering belaste entiteit of financiële intermediair vereist het gebruik van de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). |
M1C2-29 |
Investering 5.2: Wetenschap op topniveau. Concurrentievermogen en veerkracht van toeleveringsketens |
Doel |
Ontwikkelingscontracten goedgekeurd |
N.V.T |
Aantal |
0 |
40 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Ten minste 40 goedgekeurde ontwikkelingscontracten, in overeenstemming met hun investeringsbeleid. De bevredigende verwezenlijking van de doelstelling hangt ook af van de activering van ten minste 1 500 miljoen EUR aan investeringen. |
M1C2-30 |
Investering 7. Steun voor het productiesysteem voor de ecologische transitie, nettonultechnologieën en het concurrentievermogen en de veerkracht van strategische toeleveringsketens |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst. |
M1C2-31 |
Investering 7 Steun voor het productiesysteem voor de ecologische transitie, nettonultechnologieën en het concurrentievermogen en de veerkracht van strategische toeleveringsketens |
Mijlpaal |
Het ministerie van Ondernemingen en Made in Italië heeft de investering voltooid |
Overdrachtscertificaat |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Italië draagt 2 500 000 000 EUR over naar Invitalia voor de faciliteit. Waarvan: 2 000 000 000 EUR voor de subinvestering 1 nettonultechnologieën; 500 000 000 EUR voor subinvestering 2 Concurrentievermogen en veerkracht van strategische toeleveringsketens. |
M1C2-32 |
Investering 7. Steun voor het productiesysteem voor de ecologische transitie, nettonultechnologieën en het concurrentievermogen en de veerkracht van strategische toeleveringsketens |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
N.V.T |
Percentage |
0 |
100 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Invitalia heeft juridische financieringsovereenkomsten gesloten met eindbegunstigden voor een bedrag dat nodig is om 100 % van de 2 500 000 000 EUR aan RRF-investering te gebruiken (rekening houdend met beheersvergoedingen). En met name: 2 000 000 000 EUR voor de subinvestering 1 nettonultechnologieën; 500 000 000 EUR voor subinvestering 2 Concurrentievermogen en veerkracht van strategische toeleveringsketens. |
C. MISSIE 1 COMPONENT 3: Toerisme en cultuur 4.0.
Dit onderdeel van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan is gericht op het weer op gang brengen van twee sectoren die zwaar door de COVID-crisis zijn getroffen: cultuur en toerisme: De maatregelen in verband met de culturele sector zijn erop gericht culturele sites zowel digitaal als fysiek toegankelijker te maken, energie-efficiënter en veiliger te maken met betrekking tot natuurrampen, het herstel van de culturele en creatieve sectoren te ondersteunen, onder meer door de aantrekkelijkheid van kleine culturele locaties en plattelandsarchitectuur te ondersteunen en ook de territoriale cohesie te versterken. Er worden drie reeksen maatregelen overwogen: maatregelen ter ontwikkeling van het cultureel erfgoed voor de volgende generatie, met inbegrip van investeringen in de digitale transitie en ter verbetering van de energie-efficiëntie van culturele voorzieningen, ii) door cultuur aangestuurde vernieuwing van kleine historische locaties, religieus en landelijk erfgoed; maatregelen voor de culturele en creatieve sector 4.0. Maatregelen in verband met toerisme zijn erop gericht het concurrentievermogen van de sector te vergroten, onder meer door de versnippering van de sector te verminderen en de schaalvoordelen te vergroten, de normen van de horecasector te verbeteren en te verbeteren, digitale innovatie en het gebruik van nieuwe technologieën door exploitanten aan te moedigen, en de groene transitie van de sector te ondersteunen. In dit verband worden maatregelen overwogen ter ondersteuning van bedrijven, met inbegrip van kmo’s, die actief zijn in de toeristische sector en toeristische exploitanten, onder meer door te investeren in digitale instrumenten.
De investeringen en hervormingen in het kader van deze component dragen bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen aan Italië, met name wat betreft de noodzaak om “particuliere investeringen te bevorderen om het economisch herstel te bevorderen en investeringen te richten op de groene en de digitale transitie” (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2020). Zij ondersteunen ook de sociale en territoriale cohesie en het concurrentievermogen van de Italiaanse economie, en bevorderen tegelijkertijd de digitalisering en duurzaamheid van de toeristische sector.
C.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Investering 1.1 Digitale strategie en platforms voor cultureel erfgoed
De maatregel omvat acties om het Italiaanse culturele erfgoed te digitaliseren en de toegang tot culturele hulpbronnen en digitale diensten te verbeteren.
De interventie creëert een nieuwe nationale digitale infrastructuur om digitale hulpbronnen te verzamelen, te integreren en te behouden en beschikbaar te stellen voor publiek gebruik via specifieke platforms. Interventies op het gebied van “fysiek” erfgoed gaan vergezeld van de digitalisering van musea, archieven, bibliotheken en culturele locaties, om burgers in staat te stellen nieuwe vormen van voordeel uit het cultureel erfgoed te verkennen.
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Verwijdering van fysieke en cognitieve barrières in musea, bibliotheken en archieven om een bredere toegang tot en deelname aan cultuur mogelijk te maken
De maatregel heeft tot doel architectonische, culturele en cognitieve belemmeringen in een aantal Italiaanse culturele instellingen weg te nemen. De interventies worden gecombineerd met opleiding voor administratief personeel en culturele actoren, bevordering van een cultuur van toegankelijkheid en ontwikkeling van deskundigheid op het gebied van juridische aspecten, ontvangst, culturele bemiddeling en promotie.
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Verbetering van de energie-efficiëntie in bioscopen, theaters en musea
De maatregel verbetert de energie-efficiëntie van gebouwen die verband houden met de culturele en creatieve sector. Zij worden vaak aangetroffen in verouderde, energie-inefficiënte installaties die hoge onderhoudskosten met betrekking tot airconditioning, verlichting, communicatie en veiligheid genereren. De investering dient ter financiering van acties ter verbetering van de energie-efficiëntie van Italiaanse musea, bioscopen en theaters (zowel publieke als particuliere).
Hervorming 3.1: Vaststelling van minimale milieucriteria voor culturele evenementen
Het doel van de hervorming is de ecologische voetafdruk van culturele evenementen (zoals tentoonstellingen, festivals, culturele evenementen en muziekevenementen) te verbeteren door sociale en milieucriteria op te nemen in overheidsopdrachten voor culturele evenementen die door de overheid worden gefinancierd, gepromoot of georganiseerd.
Investering 3.3: Wetenschap op topniveau. Capaciteitsopbouw voor culturele actoren om de digitale en groene transitie te beheren
De algemene doelstelling van de investering is het ondersteunen van het herstel van de culturele en creatieve sectoren. Dit bestaat uit twee interventies.
De eerste interventie (“Ondersteuning van het herstel van culturele activiteiten door het aanmoedigen van innovatie en het gebruik van digitale technologie in de hele waardeketen”) heeft tot doel culturele en creatieve actoren te ondersteunen bij de uitvoering van digitale strategieën en hun beheerscapaciteiten te vergroten.
De tweede interventie (“Bevordering van een groene aanpak in de hele culturele en creatieve keten”) heeft tot doel een ecologisch duurzame aanpak in de hele keten aan te moedigen, de ecologische voetafdruk te verkleinen en innovatief en inclusief ecologisch ontwerp te bevorderen, ook in de context van de circulaire economie, om het publiek in de richting van verantwoordelijker milieugedrag te leiden.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 18 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 19 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 20 en installaties voor mechanische biologische behandeling 21 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. De taakomschrijving vereist bovendien dat alleen activiteiten worden geselecteerd die voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.
Investering 4.1: Wetenschap op topniveau. Digitale-toerismehub
Het doel van de maatregel is een digitaletoerismehub op te richten die toegankelijk is via een speciaal webplatform en het hele toeristische ecosysteem in staat stelt zijn eigen aanbod te versterken, te integreren en te promoten. De investering financiert een nieuwe digitale infrastructuur en ondersteunt ondernemingen met instrumenten voor gegevensanalyse die worden verstrekt door het nationaal waarnemingscentrum voor toerisme.
Via de digitaletoerismehub worden ten minste de volgende diensten verleend:
Communicatiediensten voor toeristische exploitanten om hun aanbod te promoten;
Instrumenten voor gegevensanalyse en voorspellende modellen ter ondersteuning van datagestuurde besluitvorming;
Opleiding voor bij- en omscholing;
Oplossingen ter ondersteuning van innovatie voor kmo’s.
Tot slot moet de maatregel ook voorzien in de oprichting van een competentiecentrum ter ondersteuning van acceleratieprogramma’s.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 22 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 23 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 24 en installaties voor mechanische biologische behandeling 25 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. De taakomschrijving vereist bovendien dat alleen activiteiten kunnen worden geselecteerd die voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.
Hervorming 4.1: Verordening betreffende de beroepen van toeristengidsen
De investering in de hub voor digitaal toerisme wordt aangevuld met een hervorming om de regelgeving inzake toeristengidsen te stroomlijnen. De maatregel voorziet, met inachtneming van de plaatselijke regelgeving, in een beroepsorganisatie voor toeristengidsen en hun gebied van herkomst. De systematische en uniforme toepassing van de hervorming zou het mogelijk maken de grondbeginselen van het beroep te reguleren en het niveau van dienstverlening op het gehele nationale grondgebied te standaardiseren, met een positief effect op de markt. De hervorming omvat opleiding en bijscholing om het aanbod zo goed mogelijk te ondersteunen.
C.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Meten |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M1C3-1 |
Investering 1.1 Digitale strategie en platforms voor cultureel erfgoed |
Doel |
Gebruikers opgeleid via het e-learningplatform voor cultureel erfgoed |
N.V.T |
Aantal |
0 |
30 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
De opgeleide doelgebruikers meten de doeltreffendheid van het opleidingsaanbod dat digitaal moet worden aangeboden voor het programma voor een leven lang leren. Het interventietype omvat: ontwikkeling van opleidingscursussen, uitvoering door frontale onderwijs- en e-learningprogramma’s die zijn ontworpen op basis van een competentiebeoordeling van verschillende doelgroepen van lerenden (overeenkomend met drie cursusniveaus: fundamentele vaardigheden, specialistische vaardigheden, managementvaardigheden). De begunstigden van deze maatregel zijn: werknemers van het ministerie, werknemers van culturele instellingen van lokale overheden, freelance culturele actoren. |
M1C3-2 |
Investeringen — Digitale strategie en platforms voor cultureel erfgoed 1.1 |
Doel |
Digitale bronnen geproduceerd en gepubliceerd in de digitale bibliotheek |
N.V.T |
Aantal |
0 |
65 000 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
De beoogde digitale middelen meten de toename van de hoeveelheid gedigitaliseerde cultuurgoederen, waarvan de digitale reproducties online kunnen worden gebruikt via digitale technologieën. Het soort digitale middelen dat moet worden ingevuld, is onder meer: digitalisering van boeken en manuscripten, documenten en foto’s, kunstwerken en historische en archeologische artefacten, monumenten en archeologische sites, audiovisueel materiaal, met inbegrip van normalisatie van eerdere digitaliseringen en metagegevens Begunstigden: musea, archieven, bibliotheken en culturele instellingen |
M1C3-3 |
Investeringen — 1.2 Het wegnemen van fysieke en cognitieve belemmeringen in musea, bibliotheken en archieven om een bredere toegang tot en deelname aan cultuur mogelijk te maken |
Doel |
Maatregelen ter verbetering van de fysieke en cognitieve toegankelijkheid op plaatsen van cultuur |
N.V.T |
Aantal |
0 |
617 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
352 musea, monuments/, archeologische gebieden en parken, 129 archieven, 46 bibliotheken en 90 niet-statelijke culturele locaties. De interventies hebben betrekking op fysieke ingrepen om architectonische barrières weg te nemen en de installatie van technologische instrumenten om het gebruik mogelijk te maken voor proefpersonen met beperkte zintuiglijke capaciteiten (tactiele, geluids- en olfactorische ervaringen). 37 % van de interventies wordt uitgevoerd in zuidelijke regio’s. |
M1C3-4 |
Investeringen — 1.3 Verbetering van de energie-efficiëntie in bioscopen, theaters en musea |
Doel |
Interventies op staatsmusea en culturele locaties, theaterzalen en bioscopen afgerond (eerste reeks) |
N.V.T |
Aantal |
0 |
80 |
KWARTAAL 3 |
2023 |
De indicator heeft betrekking op het aantal interventies dat is afgesloten, zoals blijkt uit de certificering van de regelmatige uitvoering van de werkzaamheden. Het type interventies dat moet worden voltooid, omvat: - technische en economische financiële planning, energie-audits, eerste milieuanalyses, milieueffectbeoordeling, reliëf en beoordelingen om kritieke kwesties in kaart te brengen, identificatie van de daaruit voortvloeiende interventies ter verbetering van de energieprestaties; - interventies op de bouwschil; - interventies voor de vervanging/aankoop van apparatuur, instrumenten, systemen, apparaten, digitale applicatiesoftware, alsmede accessoire instrumenten voor de werking ervan, de verwerving van octrooien, licenties en knowhow; - installatie van intelligente systemen voor afstandsbediening, regulering, beheer, monitoring en optimalisering van het energieverbruik (slimme gebouwen) en verontreinigende emissies, ook door het gebruik van technologische mengsels. |
M1C3-5 |
Investeringen — 1.3 Verbetering van de energie-efficiëntie in bioscopen, theaters en musea |
Doel |
Interventies op staatsmusea en culturele locaties, theaterzalen en bioscopen worden afgerond (tweede reeks) |
N.V.T |
Aantal |
0 |
420 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
De indicator heeft betrekking op 55 interventies op staatsmusea en culturele locaties, 230 theaterzalen en 135 bioscopen die werden afgesloten met de certificering van de regelmatige uitvoering van de werken. Het type interventies dat moet worden voltooid, omvat: - technische en economische financiële planning, energie-audits, eerste milieuanalyses, milieueffectbeoordeling, reliëf en beoordelingen om kritieke kwesties in kaart te brengen, identificatie van de daaruit voortvloeiende interventies ter verbetering van de energieprestaties; - interventies op de bouwschil; - interventies voor de vervanging/aankoop van apparatuur, instrumenten, systemen, apparaten, digitale applicatiesoftware, alsmede accessoire instrumenten voor de werking ervan, de verwerving van octrooien, licenties en knowhow; - installatie van intelligente systemen voor afstandsbediening, regulering, beheer, monitoring en optimalisering van het energieverbruik (slimme gebouwen) en verontreinigende emissies, ook door het gebruik van technologische mengsels. |
M1C3-6 |
Hervorming — Minimale milieucriteria voor culturele evenementen in 3.1 |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een decreet tot vaststelling van sociale en milieucriteria bij openbare aanbestedingen voor door de overheid gefinancierde culturele evenementen |
Bepaling in het decreet betreffende de inwerkingtreding van een decreet tot vaststelling van minimale milieucriteria voor culturele evenementen |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Er worden criteria vastgesteld voor de volgende aspecten: vermindering van het gebruik van papier en afdrukken, gebruik van milieuvriendelijke materialen, fase-inrichting met gerecycleerde en hergebruikte materialen en duurzame stoffering, gadgets met een lage milieu-impact, keuze van de locatie op basis van de bescherming van de biodiversiteit, cateringdiensten met een geringe milieu-impact, vervoer om het evenement te bereiken en vervoer van materialen, energieverbruik voor de organisatie van het evenement. Sociale criteria ter bevordering van toegankelijkheid en inclusie omvatten: de bevordering van de toegankelijkheid voor personen met een handicap; de bevordering van kansen voor werkgelegenheid voor jongeren, voor langdurig werklozen, voor mensen uit kansarme groepen (zoals migrerende werknemers en etnische minderheden) en voor mensen met een handicap; te zorgen voor gelijke toegang tot aanbestedingen voor bedrijven waarvan de eigenaars of werknemers tot etnische of minderheidsgroepen behoren, zoals coöperaties, sociale ondernemingen en non-profitorganisaties; de bevordering van “fatsoenlijk werk” in de zin van het recht op productief en vrij gekozen werk, op fundamentele beginselen en rechten op het werk, op fatsoenlijke lonen, sociale bescherming en sociale dialoog. De hervorming heeft betrekking op culturele evenementen zoals tentoonstellingen, festivals en podiumkunstevenementen. |
M1C3-7 |
Investeringen — 3.3 Capaciteitsopbouw voor cultuurexploitanten om de digitale en groene transitie te beheren. |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten met de uitvoerende organisatie/begunstigden voor alle interventies om de digitale en groene transitie van culturele actoren te beheren |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de organisaties en netwerken die belast zijn met de uitvoering van de capaciteitsopbouwactiviteiten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
De geselecteerde uitvoeringsorganen zijn gespecialiseerde organisaties of netwerken die beschikken over vaardigheden en ervaring op het gebied van opleiding en culturele productie, milieu, cultureel beheer en opleiding. De kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor projecten die zijn geselecteerd in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen, moet in overeenstemming zijn met de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M1C3-8 |
Investeringen — 4.1 Digital Tourism Hub |
Mijlpaal |
Gunning van de opdrachten voor de ontwikkeling van het portaal voor digitaal toerisme |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de ontwikkeling van het portaal voor digitaal toerisme |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Kennisgeving van de gunning van (alle) overheidsopdrachten voor de ontwikkeling van het portaal voor digitaal toerisme. Het portaal voor digitaal toerisme actualiseert het huidige Italia.IT-portaal door de invoering van een cloud en open architectuur, waarbij de interconnectie met het ecosysteem sterk wordt bevorderd. Het verbeterde portaal omvat: het creëren van een nieuwe front-end interface en navigatieboom; de herziening van de lay-out, structuur en functionaliteiten van de secties, pagina’s en artikelen; de invoering van kaarten; meertalig beheer (op het moment van de overstap zal het portaal in het Italiaans en het Engels worden gepresenteerd). De integratie van de andere, momenteel ondersteunde talen wordt verwacht in de maanden die onmiddellijk volgen op de ingebruikneming. Gunning van de opdrachten aan de projecten die zijn geselecteerd in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen, in overeenstemming met de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M1C3-9 |
Investering 4.1 Digital Tourism Hub |
Doel |
Registratie van touristmische operatoren in de hub voor digitaal toerisme |
N.V.T |
Aantal |
0 |
20 000 |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Het aantal in de hub geregistreerde touroperators (met inbegrip van, maar niet beperkt tot, hotels, touroperators en bedrijven zoals gedefinieerd in ATECO-codes 55.00.00; UIT 56.00.00; 79.00.00 en andere tot de sector behorende structuren) moet ten minste 20 000 bedragen. Ten minste 7 400 toeristische exploitanten (37 % van de 20 000) moeten in het zuiden gevestigd zijn. |
M1C3-9bis |
Investering 4.1 Digital Tourism Hub |
Doel |
Registratie van toeristische exploitanten in de hub voor digitaal toerisme en toegang tot de door de hub verleende diensten |
N.V.T |
Aantal |
20 000 |
35 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het aantal in de hub geregistreerde toeristische exploitanten (met inbegrip van, maar niet beperkt tot, Hotel, touroperators en bedrijven zoals gedefinieerd in ATECO-codes 55.00.00; UIT 56.00.00; 79.00.00 en andere structuren die tot de sector behoren) moeten ten minste 35 000 bedragen. De in de beschrijving van de maatregel vermelde diensten zijn toegankelijk voor toeristische exploitanten die in de hub zijn geregistreerd. |
M1C3-10 |
Hervorming 4.1 Regelgeving betreffende de beroepen van toeristengidsen. |
Mijlpaal |
Definitie van een nationale norm voor toeristengidsen |
De vaststelling van de nationale minimumnorm houdt niet in dat een nieuw gereglementeerd beroep wordt ingesteld. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2024 |
De vaststelling van de nationale minimumnorm houdt niet in dat een nieuw gereglementeerd beroep wordt ingesteld. De hervorming voorziet ook in opleiding en bijscholing om het aanbod beter te ondersteunen. De hervorming wordt aangemerkt als een methode voor de verwerving van een unieke beroepskwalificatie die op nationaal niveau met uniforme normen is vastgesteld door middel van een nationale wet en de daaropvolgende ministeriële uitvoeringsbesluiten van staatsregio’s. |
M1C3-11 |
Investering 1.3 — Verbeteren van de energie-efficiëntie in bioscopen, theaters en musea |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het decreet van het ministerie van Cultuur voor de toewijzing van middelen: verbetering van de energie-efficiëntie op plaatsen van cultuur |
Bepaling in het decreet tot vaststelling van de inwerkingtreding van het besluit van het ministerie van Cultuur (MIC) voor de toewijzing van middelen ter verbetering van de energie-efficiëntie in plaatsen van cultuur |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Plaatsen van cultuur zijn bioscopen, theaters en musea. (INV. 1.3) voor musea en plaatsen van cultuur om de energie-efficiëntie te verbeteren, wordt de maatregel uitgevoerd door erkenning van de projectvoorstellen bij het ministerie van Cultuur van de staat (MiC) in de zaak Doelstelling 1. In andere gevallen wordt de identificatie van niet-overheidsorganen, in de gevallen van doelstelling 2 en 3, uitgevoerd door middel van aanbestedingen. De gunning van de opdrachten aan de projecten die zijn geselecteerd in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen, moet in overeenstemming zijn met de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
C3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Aantrekkelijkheid van kleine historische steden
Deze investering is geïntegreerd in de “Piano Nazionale Borghi”, een programma ter ondersteuning van de economische en sociale ontwikkeling van achterstandsgebieden op basis van de culturele vernieuwing van kleine steden en de revitalisering van het toerisme. De acties zijn opgebouwd rond geïntegreerde lokale culturele projecten.
De maatregelen zijn gericht op: herstel van historisch erfgoed, modernisering van open openbare ruimten (bv. het wegnemen van architectonische barrières, verbetering van het stedelijk meubilair), het creëren van kleine culturele diensten, ook voor toeristische doeleinden; het creëren en bevorderen van nieuwe routes (bv. thematische routes, historische routes) en rondleidingen worden aangemoedigd; de invoering van financiële steun voor culturele, creatieve, toeristische, commerciële, agrovoedings- en ambachtelijke activiteiten, met als doel lokale economieën nieuw leven in te blazen door lokale producten, kennis en technieken te verbeteren.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 26 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 27 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 28 en installaties voor mechanische biologische behandeling 29 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. In het bestek wordt bovendien bepaald dat alleen activiteiten mogen worden geselecteerd die in overeenstemming zijn met de toepasselijke Unie- en nationale milieuwetgeving.
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Bescherming en verbetering van de architectuur en het landschap van het platteland
Deze investering stimuleert een systematisch proces van modernisering van historische plattelandsgebouwen (particuliere entiteiten of entiteiten uit de derde sector) en landschapsbescherming.
Veel plattelandsgebouwen en landbouwstructuren hebben een progressief proces van verwaarlozing, degradatie en veranderingen ondergaan, waardoor hun onderscheidende kenmerken en hun relatie met hun omgeving zijn ondermijnd. Door het herstel van het plattelandsgebouwenbestand moet de maatregel de kwaliteit van het landschap van het platteland verbeteren door een onderbenut gebouwenbestand dat niet toegankelijk is voor het publiek, terug te brengen naar de gemeenschap.
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Programma’s om de identiteit van plaatsen te verbeteren: parken en historische tuinen
Deze investering heeft tot doel de achteruitgang van steden tegen te gaan en de gemeenschappelijke identiteit van plaatsen te herstellen, nieuwe kansen te creëren om de lokale economieën nieuw leven in te blazen, de gevolgen van de crisis te verzachten en de vaardigheden voor het beheer en het onderhoud van historische parken en tuinen te verbeteren.
De investering beoogt de renovatie van historische parken en tuinen en zorgt voor uitgebreide kennis en rehabilitatie van Italiaanse historische parken en tuinen met het oog op goed onderhoud, beheer en openbaar gebruik. Er worden middelen toegewezen voor de regeneratie van deze locaties en de opleiding van plaatselijk personeel dat ze in de loop van de tijd kan behandelen/behouden.
Naast de culturele en historische waarde dragen tuinen en historische parken bij tot de verbetering van milieuwaarden en spelen zij een belangrijke rol bij het behoud, de productie van zuurstof, de vermindering van milieuvervuiling en geluidshinder, en de regulering van het microklimaat.
Investering 2.4: Wetenschap op topniveau. Seismische veiligheid van gebedshuizen, restauratie van FEC-erfgoed en schuilplaatsen voor kunstwerken (“Recovery Art”)
Er wordt een preventief actieplan tegen seismische invloeden opgesteld om het risico op gebedshuizen aanzienlijk te verminderen en zo de mogelijke herstelkosten na rampen en het permanente verlies van veel middelen te voorkomen. Het actieplan omvat drie actielijnen: de bescherming van gebedshuizen tegen seismische risico’s; de restauratie van het erfgoed van het Fonds voor gebedshuizen (FEC) en de bouw van opslagplaatsen als schuilplaats voor kunstwerken in geval van rampzalige gebeurtenissen.
De investering voorziet ook in de oprichting van het Nationaal Functioneel Centrum voor de bescherming van culturele activa tegen menselijke en natuurlijke risico’s (CEFURISC), dat een synergetisch gebruik mogelijk maakt van bestaande technologieën en milieusystemen voor monitoring, bewaking en beheer van culturele voorzieningen.
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen
De maatregel is bedoeld ter ondersteuning van bedrijven die actief zijn in de toeristische sector. Het omvat een belastingkrediet voor werkzaamheden ter verbetering van huisvestingsfaciliteiten, een garantiefonds om de toegang tot krediet voor bedrijven in de sector te vergemakkelijken (via een speciaal onderdeel van het MKB-garantiefonds), de activering van het thematisch fonds voor toerisme van de EIB ter ondersteuning van innovatieve investeringen in de sector, een aandelenfonds (Nationaal Fonds voor Toerisme) voor de herontwikkeling van eigendommen met een groot toeristisch potentieel. Een aanvullend financieel instrument (FRI — Fondo Rotativo) vormt een aanvulling op de bovengenoemde maatregelen ter ondersteuning van bedrijven die actief zijn in de toeristische sector. De bovengenoemde interventies worden uitgevoerd overeenkomstig het investeringsbeleid in overeenstemming met de doelstellingen van Verordening (EU) 2021/241, onder meer met betrekking tot de toepassing van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen”, zoals nader gespecificeerd in de technische richtsnoeren voor de toepassing van “geen ernstige afbreuk doen” in het kader van de verordening betreffende de herstel- en veerkrachtfaciliteit (2021/C58/01).
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), moeten de juridische overeenkomst en het daaropvolgende investeringsbeleid van de financiële instrumenten:
te eisen dat de technische richtsnoeren van de Commissie inzake duurzaamheidstoetsing voor het InvestEU-fonds worden toegepast; en
de volgende lijst van activiteiten uitsluiten: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 30 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 31 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 32 en installaties voor mechanische biologische behandeling 33 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afvalstoffen schadelijk kan zijn voor het milieu; en
eisen dat de met de uitvoering belaste entiteit of financiële intermediair voor alle transacties, met inbegrip van die welke zijn vrijgesteld van duurzaamheidstoetsing, de wettelijke naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving van de projecten controleert.
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. Ontwikkeling van de filmindustrie (Cinecittà project)
Het doel van de investering is het concurrentievermogen van de Italiaanse film- en audiovisuele sector te vergroten. Het project heeft tot doel de sociale en economische gevolgen van de crisis te verzachten met als doel de economische groei, de werkgelegenheid en het concurrentievermogen te bevorderen, onder meer door maatregelen op het gebied van opleiding, met drie actiepunten.
Lijn A: Bouw van nieuwe studio’s en herstel van bestaande studio’s en bijlagen, met inbegrip van hightechoplossingen.
Lijn B: Innovatieve investeringen ter verbetering van de productie- en opleidingsactiviteiten van het experimenteel centrum voor cinematografie, met inbegrip van nieuwe instrumenten voor audiovisuele productie, internationalisering, culturele en educatieve uitwisselingen; ontwikkeling van infrastructuur (virtueel productielive set) voor professioneel en educatief gebruik door middel van e-learning, digitalisering en modernisering van het bouw- en plantenbestand, met name met het oog op het bevorderen van de technologische en ecologische transformatie; behoud en digitalisering van audiovisueel erfgoed
Lijn C: Versterking van beroepsvaardigheden en -competenties in de audiovisuele sector, op 3 professionele macrogebieden: bedrijfsleven/management; creatief/artistiek; technisch personeel.
Investering 4.3: Wetenschap op topniveau. Caput Mave Next Generation EU voor grote toeristische evenementen.
Het project vergroot het aantal toegankelijke toeristische locaties, creëert geldige en gekwalificeerde toeristische en culturele alternatieven met betrekking tot de bevolkte centrale gebieden, vergroot het gebruik van digitale technologieën, bevordert groene gebieden en de duurzaamheid van het toerisme. De investering omvat zes interventielijnen:
“Roman Cultural Heritage for EU-Next Generation”, dat betrekking heeft op de regeneratie en restauratie van cultureel en stedelijk erfgoed en complexen met een hoge historische en architectonische waarde van de stad Rome;
“Jubilee-paden” (van pagan tot Christian Rome), gericht op verbetering, veiligheid, anti-seismische consolidatie, herstel van plaatsen en gebouwen van historisch belang en archeologische trajecten;
#LaCittàCondivisa, dat betrekking heeft op de herontwikkeling van gebieden in perifere gebieden;
#Mitingodiverde, ingrepen op parken, historische tuinen, villas en fonteinen;
#Roma 4.0, met betrekking tot de digitalisering van culturele diensten en de ontwikkeling van apps voor toeristen;
#Amanotesa, gericht op het vergroten van het aanbod van cultureel aanbod aan periferie met het oog op sociale integratie.
C.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M1C3-12 |
Investering 2.1 — Aantrekbaarheid van kleine historische stad |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het decreet van het ministerie van Cultuur voor de toewijzing van middelen aan gemeenten voor de aantrekkelijkheid van kleine historische steden |
Bepaling in het decreet betreffende de inwerkingtreding van het decreet van het ministerie van Cultuur betreffende de toewijzing van middelen aan gemeenten voor de aantrekkelijkheid van kleine historische steden |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Het decreet van het ministerie van Cultuur wijst middelen toe aan gemeenten voor de aantrekkelijkheid van kleine historische steden. De gemeenten die betrokken zijn bij het vergroten van de aantrekkelijkheid van kleine historische steden verwijzen naar de 250 gemeenten/dorpen die de interventieprogramma’s aan het ministerie van Cultuur hebben doorgegeven. De criteria voor de selectie van de 250 dorpen (Inv. 2.1) wordt gedeeld door MiC, Regio’s, ANCI en interne gebieden; zij stellen voorlopig vast welke territoriale gebieden in aanmerking komen (Inv2.1) vanwege de complementariteit tussen de verschillende programma’s. Vervolgens worden de dorpen geselecteerd op basis van a) territoriale, economische en sociale criteria (statistische indicatoren), b) het vermogen van het project om de toeristische aantrekkingskracht te beïnvloeden en de culturele participatie te vergroten. De in aanmerking genomen statistische indicatoren zijn: demografische omvang (gemeenten met pop. „5 000 inhab.) en trend; toeristenstromen, museumbezoekers; de consistentie van het toeristisch aanbod (hotels en andere hotels, buitenwijken van B, kamers en huurwoningen); de demografische ontwikkeling van de gemeente; de mate van culturele participatie van de bevolking; de consistentie van culturele, creatieve en toeristische ondernemingen (met en zonder winstoogmerk) en verwante werknemers. De gunning van de opdrachten aan de in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen geselecteerde projecten omvat het volgende: a) subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. b) de toezegging dat de klimaatbijdrage van de investering volgens de methode in bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 ten minste 25 % van de totale kosten van de door de herstel- en veerkrachtfaciliteit ondersteunde investering uitmaakt. verbintenis om verslag uit te brengen over de uitvoering van de maatregel halverwege de looptijd van de regeling en het einde van de regeling. |
M1C3-13 |
Investering 2.2 — Bescherming en verbetering van de architectuur en het landschap van het platteland |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het decreet van het ministerie van Cultuur voor de toewijzing van middelen: voor de bescherming en verbetering van de architectuur en het landschap van het platteland |
Bepaling in het besluit tot vaststelling van de inwerkingtreding van het besluit van het ministerie van Cultuur (MIC) inzake de toewijzing van middelen voor de bescherming en verbetering van de architectuur en het landschap van het platteland |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Het besluit van het ministerie van Cultuur wijst de middelen toe. voor de bescherming en verbetering van de architectuur en het landschap van het platteland. Met het oog op de bescherming en verbetering van de architectuur en het landschap op het platteland (Inv 2.2) wordt bij de selectie van de terug te vorderen activa voorrang gegeven aan het vermogen van de investering om effecten te genereren op de instandhoudingsdoelstellingen van landschapswaarden. Er wordt voorrang gegeven aan: — op activa in territoriale gebieden met een hoge landschapswaarde (activa in gebieden van landschapsbelang of van groot openbaar belang (art.142-139 van DLgs 42/2004), op landschappen die door de Unesco worden erkend, FAO GIAHS; — op activa die reeds voor publiek gebruik beschikbaar zijn of die de eigenaar ermee instemt toegankelijk te zijn, ook binnen lokale en geïntegreerde schakelingen en netwerken; — aan “gebiedsprojecten”, gepresenteerd per geaggregeerde onderwerpen, waarmee de doelstellingen voor herontwikkeling van het landschap doeltreffender kunnen worden verwezenlijkt; — projecten in gebieden die de integratie en synergieën met andere kandidaten voor het PNRR en andere plannen/projecten van territoriale aard die worden ondersteund door de nationale programmering (ministerie van Cultuur) versterken. Voor de omschrijving van de soorten plattelandsarchitectuur waarop de interventie betrekking heeft, kan het decreet van het MiBAC van 6 oktober 2005 (ter uitvoering van wet nr. 378 van 24 december 2003 — bescherming en verbetering van de plattelandsarchitectuur) als referentie dienen. Voorlopig kunnen de criteria betrekking hebben op: de staat van instandhouding van de activa, de gebruiksniveaus en de rol die deze activa spelen in territoriale en stedelijke contexten. De gunning van de opdrachten aan de projecten die zijn geselecteerd in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen, geschiedt in overeenstemming met de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M1C3-14 |
Investering 2.3 — Programma’s ter verbetering van de identiteit van plaatsen, parken en historische tuinen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het decreet van het ministerie van Cultuur voor de toewijzing van middelen: voor projecten ter verbetering van de identiteit van plaatsen, parken en historische tuinen |
Bepaling in het decreet betreffende de inwerkingtreding van het decreet van het ministerie van Cultuur betreffende de toewijzing van middelen voor projecten ter verbetering van de identiteit van plaatsen, parken en historische tuinen |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Het decreet van het ministerie van Cultuur wijst de middelen toe aan de bevoegde administraties voor projecten ter verbetering van de identiteit van plaatsen, parken en historische tuinen. Historische parken en tuinen (Inv. 2.3) het voorwerp van interventie zijn uitsluitend beschermde culturele goederen waarvoor artistiek of historisch belang is aangegeven. Zij kunnen eigendom zijn van zowel het staatsministerie van Cultuur (MiC) als niet-overheidsactiva. De selectie geschiedt op basis van criteria die worden vastgesteld door een technisch-wetenschappelijke coördinatiegroep, bestaande uit vertegenwoordigers van MiC, Universiteit, ANCI en sectorale verenigingen. De gunning van de opdrachten aan de projecten die zijn geselecteerd in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen, geschiedt in overeenstemming met de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M1C3-15 |
Investering 2.4 — Seismische veiligheid van gebedshuizen, restauratie van FEC-erfgoed en schuilplaatsen voor kunstwerken |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het decreet van het ministerie van Cultuur voor de toewijzing van middelen: voor seismische veiligheid in plaats van eredienst en restauratie van erfgoed van het Fondo Edifici di Culto |
Bepaling in het decreet betreffende de inwerkingtreding van het decreet van het ministerie van Cultuur betreffende de toewijzing van middelen voor seismische veiligheid in plaats van eredienst en restauratie van erfgoed van het Fondo Edifici di Culto |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Het besluit van het ministerie van Cultuur bepaalt de uitvoerende instantie en de subsidiabiliteit en financiering van gebouwen die een ingreep ondergaan. en typologie. (INV 2.4) De maatregelen inzake seismische preventie en veiligheid van gebedshuizen betreffen de gebieden die getroffen zijn door verschillende aardbevingen die de Italiaanse regio’s vanaf 2009 (Abruzzo, Lazio, Marche en Umbria) hebben getroffen. De interventies van het FEC (Fondo Edifici di Culto) worden geselecteerd op basis van de staat van instandhouding van het erfgoed van het FEC (Fondo Edifici di Culto). De gunning van de opdrachten aan de projecten die zijn geselecteerd in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen, geschiedt in overeenstemming met de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M1C3-16 |
Investeringen — 2.1 Aanvankelijkheid van kleine historische steden |
Doel |
Interventies voor de verbetering van culturele of toeristische locaties |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 300 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Debevredigende verwezenlijking van de doelstelling hangt ook af van de steun van ten minste 800 kmo’s voor projecten in de kleine historische steden. Het streefcijfer meet het aantal interventies voor de verbetering van culturele en toeristische locaties, aangetoond aan de hand van individuele certificaten van regelmatige uitvoering (restauratie en herontwikkeling van cultureel erfgoed, gebouwen die bestemd zijn voor culturele en toeristische diensten, kleine toeristische infrastructuur). Deze informatie omvat: — Adaptief hergebruik en functionele, structurele en planttechnische herontwikkeling van gebouwen en openbare ruimten voor culturele diensten (zoals musea en bibliotheken), verbetering van de energie-efficiëntie, het gebruik van alternatieve en hernieuwbare energie en het wegnemen van belemmeringen die de toegang voor personen met een handicap beperken. — Instandhouding en valorisatie van cultureel erfgoed (zoals archeologisch, historisch, architectonisch, demo-etno-antropologisch); — het creëren van kennis- en informatieplatforms en geïntegreerde informatiesystemen;); — het opzetten van culturele en artistieke activiteiten, het creëren en bevorderen van culturele en thematische routes, historische routes, fiets- en/of voetgangersroutes voor de verbinding en het gebruik van plaatsen van toeristcultureel belang (zoals musea, monumenten, Unesco-sites, bibliotheken, archeologische gebieden en andere culturele, religieuze en artistieke attracties); — Steun voor culturele, toeristische, commerciële, agrovoedings- en ambachtelijke bedrijven. 37 % van de interventies wordt uitgevoerd in minder ontwikkelde regio’s. |
M1C3-17 |
Investeringen — 2.2 Bescherming en verbetering van de architectuur en het landschap van het platteland |
Doel |
Interventies ter bescherming en verbetering van de architectuur en het landschap van het platteland afgerond |
N.V.T |
Aantal |
0 |
3 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het doelwit detecteert het totale aantal activa waarop voltooide interventies van toepassing zijn (zoals blijkt uit het certificaat van regelmatige uitvoering van de werkzaamheden). De bevredigende verwezenlijking van de doelstelling hangt ook af van het begin van 900 extra werkzaamheden voor de bescherming en verbetering van plattelandsarchitectuur en landschapsbescherming (zoals blijkt uit het certificaat van start van de werkzaamheden). De te voltooien interventietypes omvatten: 1. Conservatief herstel en functioneel herstel van landbouwwoongebieden, kunstvoorwerpen en historische plattelandsgebouwen, landbouwgewassen van historisch belang en typische elementen van architectuur en plattelandslandschap. Bij de technieken voor herstel en structurele aanpassing moet de voorkeur uitgaan naar milieuvriendelijke oplossingen en het gebruik van alternatieve energiebronnen. 2. Voltooiing van de telling van het op het platteland gebouwde erfgoed en toepassing van nationale en regionale informatie-instrumenten |
M1C3-18 |
Investering 2.3, Programma’s ter verbetering van de identiteit van plaatsen: parken en historische tuinen |
Doel |
Aantal herkwalificeerde parken en historische tuinen |
N.V.T |
Aantal |
0 |
40 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
De indicator heeft betrekking op het aantal gerenoveerde historische parken en tuinen (zoals blijkt uit het certificaat van regelmatige uitvoering van de werken). Of de doelstelling op bevredigende wijze wordt gehaald, hangt ook af van de voltooiing van opleidingsactiviteiten voor ten minste 1 exploitanten. De interventietypes die moeten worden voltooid met het oog op een bevredigende herkwalificatie van parken en historische tuinen zijn onder meer: onderhoud/herstel/beheer van de ontwikkeling van de vegetatiecomponent; restauratie van de huidige architectonische en monumentale onderdelen (zoals kleine gebouwen, fonteinen en stoffering); analyse en optimalisering van de huidige methoden voor het gebruik van ruimten om een optimaal gebruik mogelijk te maken; de meest kwetsbare of waardevolle gebieden te respecteren; interventies om de toegankelijkheid voor mensen met beperkte functionaliteit te waarborgen; beveiliging van omheinde zones, toegangspoorten, videobewakingssystemen; invoering van informatiemiddelen (zoals posters en gidsen) om kennis en bewust gebruik door burgers te bevorderen; valorisatieacties ter bevordering van cultureel, educatief en recreatief gebruik. |
M1C3-19 |
Investering — 2.4 Seismische veiligheid van gebedshuizen, restauratie van erfgoed van het FEC (Fondo Edifici di Culto) en schuilplaatsen voor kunstwerken (herstelkunst) |
Doel |
Ingrepen voor seismische veiligheid in gebedshuizen, restauratie van erfgoed van het FEC (Fondo Edifici di Culto) en opvanghuizen voor kunstwerken voltooid |
N.V.T |
Aantal |
0 |
300 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het streefcijfer meet het aantal ingrepen voor de anti-seismische veiligheid van gebedshuizen, het herstel van het FEC (Fondo Edifici di Culto) en de opvang voor kunstwerken in geval van rampen (zoals blijkt uit het certificaat voor de regelmatige uitvoering van werken). De interventies omvatten:
preventieve anti-seismische ingrepen van architectonische activa om bestaande schade
te herstellen en het cultureel erfgoed veilig te stellen;
|
M1C3-20 |
Investering 3.2 — Ontwikkeling van de filmindustrie (Cinecittà project) |
Mijlpaal |
Ondertekening van de contracten tussen de uitvoerende entiteit Cinecittà SPA en de ondernemingen met betrekking tot de bouw van negen studio’s |
Ondertekening van de contracten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Ondertekening van de contracten tussen de uitvoerende instantie, Cinecittà SPA en de ondernemingen met betrekking tot de bouw van negen studio’s.
Deze steun omvat de bouw van nieuwe studio’s, het herstel van bestaande studio’s, investeringen in nieuwe digitale technologieën, systemen en diensten ter versterking van de Cinecittà filmstudio’s die door Cinecittà SpA worden beheerd. Het contract tussen het uitvoeringsorgaan Cinecittà SpA en de ondernemingen moet selectie- en subsidiabiliteitscriteria bevatten voor de naleving van de technische richtsnoeren inzake het verslechteringsverbod (2021/C58/01) van ondersteunde activa/activiteiten en/of ondernemingen. Toezegging/streefdoel om 20 % te investeren in activa/activiteiten en/of ondernemingen die voldoen aan de selectiecriteria voor digitale tagging en 70 % aan selectiecriteria voor klimaattracering. |
M1C3-21 |
Investering 3.2 — Ontwikkeling van de filmindustrie (Cinecittà project) |
Doel |
Aantal studio’s waarvan de werkzaamheden voor herkwalificatie, modernisering en bouw zijn voltooid |
N.V.T |
Aantal |
0 |
9 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De interventies hebben betrekking op de de bouw van vijf nieuwe studio’s en — de renovatie van vier bestaande studio’s. Of het streefcijfer op bevredigende wijze wordt gehaald, hangt ook af van de voltooiing van de interventies die zijn aangegeven in de lijnen B en C in de beschrijving van de maatregel. |
M1C3-22 |
Investering 4.2 Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Mijlpaal |
Investeringsbeleid voor de: het thematisch fonds van de Europese Investeringsbank; |
Vaststelling van het investeringsbeleid |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
In het beleggingsbeleid wordt ten minste het volgende gedefinieerd: de aard, de reikwijdte en de ondersteunde concrete acties, de beoogde begunstigden, de subsidiabiliteitscriteria van de financiële begunstigden en hun selectie via een openbare oproep; en bepalingen om potentiële terugvloeiende middelen opnieuw te investeren voor dezelfde beleidsdoelstellingen. In het investeringsbeleid wordt ervan uitgegaan dat 50 % van het fonds bestemd is voor energie-efficiëntiemaatregelen. Het investeringsbeleid omvat selectiecriteria om de naleving te waarborgen van de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) van in het kader van deze maatregel ondersteunde transacties door middel van een duurzaamheidstoetsing, een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M1C3-23 |
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Mijlpaal |
Investeringsbeleid voor het Nationaal Fonds voor Toerisme, |
Vaststelling van het investeringsbeleid |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Het fonds is bestemd voor de aankoop, herstructurering en herkwalificatie van Italiaanse onroerende goederen ter ondersteuning van de ontwikkeling van het toerisme in de gebieden die het zwaarst door de crisis zijn getroffen of in marginale gebieden (kustgebieden, kleine eilanden, ultraperifere gebieden en plattelands- en berggebieden). Het investeringsbeleid omvat selectiecriteria om de naleving te waarborgen van de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) van in het kader van deze maatregel ondersteunde transacties door middel van een duurzaamheidstoetsing, een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M1C3-24 |
Investering 4.2 Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Mijlpaal |
Investeringsbeleid voor de: MKB-garantiefonds, |
Vaststelling van het investeringsbeleid |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
In het investeringsbeleid wordt ervan uitgegaan dat 50 % van het fonds bestemd is voor energie-efficiëntiemaatregelen. Het investeringsbeleid omvat selectiecriteria om de naleving te waarborgen van de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) van in het kader van deze maatregel ondersteunde transacties door middel van een duurzaamheidstoetsing, een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M1C3-25 |
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Mijlpaal |
Investeringsbeleid voor het Fondo Rotativo |
Vaststelling van het investeringsbeleid |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
In het investeringsbeleid wordt ervan uitgegaan dat 50 % van het fonds bestemd is voor energie-efficiëntiemaatregelen. Het investeringsbeleid omvat selectiecriteria om de naleving te waarborgen van de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) van in het kader van deze maatregel ondersteunde transacties door middel van een duurzaamheidstoetsing, een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M1C3-26 |
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het uitvoeringsbesluit belastingkrediet voor de herontwikkeling van accommodatiefaciliteiten. |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de begrotingswet op grond waarvan belastingkredieten kunnen worden toegekend en bepaling in de desbetreffende uitvoeringshandelingen met vermelding van de inwerkingtreding ervan |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
De referentiewetgeving voor de toekenning van het belastingkrediet is Wet nr. 83 van 31 mei 2014, waarbij de erkenning van een belastingkrediet voor interventies voor de herontwikkeling van toeristische accommodaties is ingevoerd. Selectie-/subsidiabiliteitscriteria voor de naleving van de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) van ondersteunde activa/activiteiten en begunstigden, die ten minste het gebruik vereisen van een uitsluitingslijst en naleving van het relevante EU- en nationale milieuacquis van de ondersteunde activa/activiteiten en begunstigden, en het waarborgen van naleving. |
M1C3-27 |
Investering — 4.3 Caput Mundi-Next Generation EU voor grote toeristische evenementen |
Doel |
Aantal culturele en toeristische locaties waarvan de herkwalificatie gemiddeld 50 % van de Stato Avanzamento Lavori (SAL) (eerste partij) bereikte |
N.V.T |
Aantal |
0 |
100 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
De investering omvat interventies die betrekking hebben op: de regeneratie en restauratie van cultureel en stedelijk erfgoed en complexen met een hoge historische en architectonische waarde van de stad Rome voor de investeringslijn “Roman Cultural Heritage for EU-Next Generation”; de verbetering, veiligheid, anti-seismische consolidatie, herstel van plaatsen en gebouwen van historisch belang en archeologische trajecten voor de investeringslijn “Jubilee-paden”; de herontwikkeling van gebieden in perifere gebieden voor investeringslijn “#LaCittàCondivisa”; interventies op parken, historische tuinen, villas en fonteinen voor investeringslijn #Mitingodiverde; de digitalisering van culturele diensten en de ontwikkeling van apps voor toeristen of investeringslijn #Roma 4.0; Interventies om het aanbod van cultureel aanbod aan periferie voor sociale integratie te vergroten voor investeringslijn #Amanotesa. |
M1C3-28 |
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Doel |
Aantal toeristische ondernemingen dat wordt ondersteund door het belastingkrediet voor infrastructuur en/of diensten; |
N.V.T |
Aantal |
0 |
3 500 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 3 500 toeristische ondernemingen die worden ondersteund door het belastingkrediet voor infrastructuur en/of diensten; De door het belastingkrediet verleende steun verbetert de kwaliteit van de toeristische horeca door: investeren in milieuduurzaamheid (hernieuwbare bronnen minder energie-intensief) herontwikkeling en verhoging van de kwaliteitsnormen voor Italiaanse accommodaties |
M1C3-29 |
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Doel |
Aantal toerismeprojecten dat via de thematische fondsen van de Europese Investeringsbank moet worden ondersteund |
N.V.T |
Aantal |
0 |
170 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Steun voor ten minste 170 toerismeprojecten; De via de thematische fondsen van de Europese Investeringsbank verleende steun is gericht op: ondersteuning van innovatieve investeringen voor de digitale transitie uitbreiding van het aanbod van toeristische diensten bevordering van de samenvoeging van bedrijven |
M1C3-30 |
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Middelen voor het concurrentievermogen van het toerisme ondernemingen |
Doel |
Thematische fondsen van de Europese Investeringsbank: Uitbetaling aan het Fonds van in totaal 350 EUR 000 000 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
350 000 000 |
KWARTAAL 4 |
2022 |
De uitbetaling is in overeenstemming met het in de mijlpaal vastgestelde investeringsbeleid. |
M1C3-31 |
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Doel |
Nationaal Fonds voor Toerisme: Uitbetaling aan het Fonds van in totaal 150 000 000 EUR voor eigenvermogenssteun |
N.V.T |
Aantal |
0 |
150 000 000 |
KWARTAAL 4 |
2022 |
De uitbetaling is in overeenstemming met het in de mijlpaal vastgestelde investeringsbeleid. |
M1C3-32 |
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Doel |
Aantal toeristische ondernemingen dat via het MKB-garantiefonds moet worden ondersteund |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 1 000 toeristische ondernemingen ondersteund door het MKB-garantiefonds. |
M1C3-33 |
Investering 4.2 Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Doel |
Aantal via het Fondo Rotative te ondersteunen ondernemingen (eerste partij) |
N.V.T |
Aantal |
0 |
300 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 300 door Fondo Rotativo gesteunde ondernemingen; De via het Fondo Rotativo gefinancierde interventies omvatten: maatregelen voor de herkwalificatie van energie interventies met betrekking tot de bouwschil en renovatie, overeenkomstig artikel 3, lid 1, punt b), van DPR 380/2001 (enkelvoudige tekst van wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen inzake gebouwen) interventies voor het wegnemen van architectonische belemmeringen. ingrepen in de volledige of gedeeltelijke vervanging van airconditioningsystemen. aankoop van meubilair en stoffering die uitsluitend bestemd zijn voor de onder dit besluit vallende accommodatiestructuren interventies voor de vaststelling van seismische maatregelen renovatie van onderdelen voor meubilair. realisatie van thermale pools en aankoop van uitrusting en apparatuur die nodig zijn voor de uitvoering van kuuroorden, en beurzen voor de vernieuwing van de tentoonstellingsstructuren. |
M1C3-34 |
Investering 4.2 Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Doel |
Aantal onroerend goed dat door het Nationaal Fonds voor Toerisme is herontwikkeld voor toerisme |
Aantal |
0 |
12 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 12 onroerend goed dat door het nationale toerismefonds opnieuw is ontwikkeld voor toerisme en dat, gezien het hefboomeffect, 17 vastgoed zou kunnen bereiken. De steun uit het Nationaal Fonds voor Toerisme is gericht op: Investeren in innovatie op het gebied van producten, processen en beheer om de digitale transformatie van het aanbod van toeristische diensten te stimuleren; Investeren in de kwaliteit van de normen voor toeristische horeca bevordering van aggregaties en de ontwikkeling van bedrijfsnetwerken. |
|
M1C3-35 |
— Investeringen — Caput Mundi-Next Generation EU 4.3 voor grote toeristische evenementen |
Mijlpaal |
Ondertekening van elke overeenkomst voor zes projecten tussen een ministerie van Toerisme en begunstigden/uitvoeringsorganen |
Publicatie van de programmaovereenkomst tussen het ministerie van Toerisme, de gemeente Rome Capital en de andere betrokken actoren |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
De overeenkomsten worden ondertekend voor de 6 projecten:
De lijst van begunstigden/uitvoerende instanties omvat: Hoofdstad Rome; Archeologisch toezicht op cultureel, milieu- en landschapserfgoed van Rome (MIC); Archeologisch park van het Colosseum; Archeologisch park van de Appia Antica; Diocese van Rome; Ministerie van Toerisme; Regio Lazio. Vóór de aanbesteding worden de criteria voor de selectie en gunning en de specifieke kenmerken van de projecten vastgesteld aan de hand van de desbetreffende middelen. De gunning van de opdrachten aan de projecten die zijn geselecteerd in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen, geschiedt in overeenstemming met de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M1C3-36 |
— Investeringen — Caput Mundi-Next Generation EU 4.3 voor grote toeristische evenementen |
Doel |
Aantal culturele en toeristische locaties waarvan de herkwalificatie is afgerond |
N.V.T |
Aantal |
0 |
200 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De investering omvat interventies die betrekking hebben op: de regeneratie en restauratie van cultureel en stedelijk erfgoed en complexen met een hoge historische en architectonische waarde van de stad Rome voor de investeringslijn “Roman Cultural Heritage for EU-Next Generation”; de verbetering, veiligheid, anti-seismische consolidatie, herstel van plaatsen en gebouwen van historisch belang en archeologische trajecten voor de investeringslijn “Jubilee-paden”; de herontwikkeling van gebieden in perifere gebieden voor investeringslijn “#LaCittàCondivisa”; interventies op parken, historische tuinen, villas en fonteinen voor investeringslijn #Mitingodiverde; de digitalisering van culturele diensten en de ontwikkeling van apps voor toeristen of investeringslijn #Roma 4.0; interventies om het aanbod van cultureel aanbod aan periferie voor sociale integratie te vergroten voor investeringslijn #Amanotesa. De investering omvat herkwalificatie van ten minste 5 archeologische/culturele locaties voor de investeringslijn “Roman Cultural Heritage for EU-Next Generation”, ten minste 125 archeologische/culturele sites voor “Jubilee paden”; ten minste 50 archeologische/culturele locaties voor #Lacittàcondivisa; ten minste 15 archeologische/culturele sites voor #Mitingodiverde, ten minste 5 archeologische/culturele sites voor Roma 4.0 Of de doelstelling op bevredigende wijze wordt gehaald, hangt ook af van de voltooiing van alle projecten van investeringslijn “#Amanotesa” en van de beschikbaarheid voor het publiek van de app “CaputMthe — Roma4U”. |
D. MISSIE 2 COMPONENT 1: Circulaire economie, agrovoeding en groene transitie
Deze component van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan heeft betrekking op investeringen en hervormingen in afvalbeheer, de circulaire economie, steun voor waardeketens in de agrovoedingssector en de groene transitie. Deze hervormingen en investeringen worden aangevuld met hervormingen om de concurrentie op het gebied van afvalbeheer en lokale overheidsdiensten in de hervormingscomponent “ondernemingsklimaat” te vergroten en het waterverbruik voor de landbouw te verbeteren. Deze component is een antwoord op de landspecifieke aanbevelingen om investeringen te richten op de groene transitie, onder meer in de circulaire economie.
De investeringen en hervormingen in het kader van deze component dragen bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen die in 2020 en 2019 tot Italië zijn gericht over de noodzaak om “investeringen toe te spitsen op de groene en de digitale transitie, met name op [...] afval- en waterbeheer” (LSA 3, 2020) en om “het investeringsgerelateerd economisch beleid toe te spitsen op [...], en de kwaliteit van de infrastructuur, mede rekening houdend met regionale verschillen” (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2019).
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).
D.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Circulaire economie
Hervorming 1.1 — Nationale strategie voor de circulaire economie
Deze hervorming bestaat uit de goedkeuring van een brede nationale strategie voor de circulaire economie die een nieuw digitaal systeem voor de traceerbaarheid van afval omvat, fiscale stimulansen ter ondersteuning van recyclingactiviteiten en het gebruik van secundaire grondstoffen, een herziening van de milieubelasting, het recht op hergebruik en reparatie, de hervorming van de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid en het systeem van consortia, steun voor bestaande regelgevingsinstrumenten (zoals de wetgeving inzake het einde van afval en minimale milieucriteria in het kader van groene overheidsopdrachten) en steun voor industriële symbiose. Bij de hervorming van het EPR-systeem en het systeem van consortia wordt ook rekening gehouden met de noodzaak van een efficiënter gebruik van de milieubijdrage om de toepassing van transparante en niet-discriminerende criteria te waarborgen. Er wordt een specifiek toezichthoudend orgaan opgericht dat onder het voorzitterschap van het ministerie van Ecologische Transitie (MITE) toezicht houdt op de werking en de doeltreffendheid van de systemen van consortia. De maatregel heeft betrekking op alle consortia (niet alleen het CONAI-verpakkingssysteem).
Hervorming 1.3 — Technische ondersteuning van lokale overheden
Deze hervorming bestaat uit technische ondersteuning van lokale overheden door de overheid voor de tenuitvoerlegging van Europese en nationale milieuwetgeving, de ontwikkeling van plannen en projecten op het gebied van afvalbeheer en aanbestedingsprocedures. De steun voor aanbestedingsprocedures zorgt ervoor dat concessies op het gebied van afvalbeheer op transparante en niet-discriminerende wijze worden verleend, waardoor concurrentiebevorderende processen worden bevorderd om betere normen voor openbare diensten te bereiken. Deze hervorming ondersteunt derhalve de uitvoering van de hervormingen van het afvalbeheer die zijn voorgesteld in het kader van de hervorming van het ondernemingsklimaat. Technische ondersteuning heeft ook betrekking op groene overheidsopdrachten.
Investering 2.1 — Logistiek plan voor de agrovoedingssector, de visserij en de aquacultuur, de bosbouw, de bloementeelt en de kwekerijsector
Deze maatregel bestaat uit het verlenen van steun voor materiële en immateriële investeringen (zoals opslagfaciliteiten voor landbouwgrondstoffen, transformatie en behoud van grondstoffen, digitalisering van logistiek en infrastructuurinterventies op de voedselmarkten), investeringen in voedselvervoer en -logistiek om de ecologische en economische kosten te verlagen en innovatie van productieprocessen, precisielandbouw en traceerbaarheid (zoals blockchain). De selectiecriteria zijn in overeenstemming met de behoefteanalyse die in het kader van het strategisch plan voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid is ontwikkeld door het ministerie van Landbouw-, Voedsel- en Bosbouwbeleid. De maatregel heeft tot doel de vermindering van emissies in de vervoers- en logistieke fase in de agrovoedingssector aan te moedigen door middel van elektrische voertuigen en vervoerssystemen en door de digitalisering van de sector en het gebruik van hernieuwbare energie te stimuleren.
Investering 2.2 — Agri-zonnepark
Deze maatregel bestaat uit het verlenen van steun voor investeringen in productiestructuren in de landbouw-, veeteelt- en agro-industriële sector om het bestaande dak te verwijderen en te verwijderen en een nieuw geïsoleerd dak te bouwen, geautomatiseerde ventilatie- en/of koelsystemen te creëren en zonnepanelen te installeren, intelligente stromen en accu’s te beheren.
Investering 2.3 — Innovatie en mechanisatie in de landbouw- en de voedingssector
Deze maatregel bestaat uit het verlenen van steun voor investeringen in materiële en immateriële activa die gericht zijn op:
landbouwinnovatie en -mechanisatie, met name niet voor de weg bestemde machines;
innovatie in de processen van verwerking, opslag en verpakking van extra olijfolie van de eerste persing.
Terreinmachines moeten emissievrij zijn of uitsluitend rijden op biomethaan dat voldoet aan de criteria van Richtlijn 2018/2001 (RED II-richtlijn). Producenten van biobrandstoffen en biomethaangas en biobrandstof moeten certificaten (bewijs van duurzaamheid) verstrekken die zijn afgegeven door onafhankelijke beoordelaars, zoals bepaald in Richtlijn 2018/2001. De exploitant koopt certificaten van oorsprong die in verhouding staan tot het verwachte brandstofgebruik.
Investering 3.3 — Cultuur en bewustmaking inzake milieuthema’s en -uitdagingen
Deze investering bestaat uit het ontwerp en de productie van digitale inhoud om het bewustzijn over milieu- en klimaatuitdagingen te vergroten. De digitale inhoud bestaat uit podcasts, schoolvideo’s, video’s en artikelen. Er wordt een online platform zonder abonnement gecreëerd met als doel het meest uitgebreide “register” van educatief en recreatief materiaal over milieugerelateerde onderwerpen te worden. Bij de productie van digitale inhoud zullen naar verwachting belangrijke influencers betrokken zijn. Voorbeelden van onderwerpen die via verschillende kanalen aan bod komen, zijn: de regels voor de transitie, de energiemix en de rol van hernieuwbare energiebronnen, klimaatverandering, de duurzaamheid van de atmosfeer en de mondiale temperaturen, de verborgen rol van oceanen, waterreserves, individuele en organisatorische ecologische voetafdruk, circulaire economie en nieuwe landbouw.
D.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M2C1-1 |
Hervorming 1.1 — Nationale strategie voor de circulaire economie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het ministerieel besluit tot vaststelling van de nationale strategie voor de circulaire economie |
Bepaling in het ministerieel besluit betreffende de inwerkingtreding |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Het ministerieel besluit tot vaststelling van de nationale strategie voor de circulaire economie bevat ten minste de volgende maatregelen: een nieuw digitaal systeem voor de traceerbaarheid van afval dat enerzijds de ontwikkeling van de secundaire markt voor grondstoffen ondersteunt (door een duidelijk kader te bieden voor de levering van secundaire grondstoffen), anderzijds de controleautoriteiten bij het voorkomen en bestrijden van illegaal afvalbeheer. fiscale stimulansen ter ondersteuning van recyclingactiviteiten en het gebruik van secundaire grondstoffen; een herziening van het milieubelastingstelsel voor afval om recycling gemakkelijker te maken dan storten en verbranden op het gehele nationale grondgebied; het recht op hergebruik en reparatie; hervorming van het EPR-systeem (uitgebreide producentenverantwoordelijkheid) en het systeem van consortia om de verwezenlijking van de EU-doelstellingen te ondersteunen door de oprichting van een specifiek toezichthoudend orgaan, onder het voorzitterschap van MITE, met als doel toezicht te houden op de werking en de doeltreffendheid van de stelsels van consortia; ondersteuning van de bestaande regelgevingsinstrumenten: Einde van de afvalwetgeving (nationaal en regionaal), minimale milieucriteria in het kader van groene overheidsopdrachten. De ontwikkeling/actualisering van EOW en CAM heeft specifiek betrekking op bouw, textiel, kunststoffen, afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA). steun aan projecten voor industriële symbiose door middel van regelgevende en financiële instrumenten.) |
M2C1-2 |
Hervorming 1.3 — Technische ondersteuning van lokale overheden |
Mijlpaal |
Goedkeuring van de overeenkomst voor de ontwikkeling van het actieplan voor capaciteitsopbouw ter ondersteuning van lokale overheden |
Publicatie van de goedgekeurde overeenkomst op de website van het ministerie |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
De overeenkomst voor de ontwikkeling van het actieplan voor capaciteitsopbouw ter ondersteuning van lokale overheden bij de tenuitvoerlegging van de minimale milieucriteria (CAM) die zijn vastgesteld bij wet (wetsbesluit nr. 50/2016 inzake openbare aanbestedingen) in het kader van de groene overheidsopdrachten (GPP) en de start van de ondersteunende actie, wordt goedgekeurd. De technische ondersteuning van lokale overheden (regio’s, provincies en gemeenten) wordt verzorgd door de overheid (ministerie van Ecologische Transitie, Ministerie van Economische Ontwikkeling en andere relevante) via de huisondernemingen. De technische ondersteuning omvat het volgende: technische bijstand voor de uitvoering van Europese en nationale milieuwetgeving; steun voor de ontwikkeling van plannen en projecten op het gebied van afvalbeheer; steun voor aanbestedingsprocedures, ook om ervoor te zorgen dat concessies op het gebied van afvalbeheer op transparante en niet-discriminerende wijze worden verleend, waardoor concurrentiebevorderende processen worden bevorderd om betere normen voor openbare diensten te bereiken. Het ministerie voor de Ecologische Transitie ontwikkelt een specifiek actieplan voor capaciteitsopbouw om lokale overheden en professionele overheidsinkopers te ondersteunen bij het toepassen van de minimale milieucriteria die zijn vastgesteld bij wet (wetsbesluit nr. 50/2016 inzake openbare aanbestedingen) in het kader van groene overheidsopdrachten (GPP). |
M2C1-3 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Logistiek plan voor de agrovoedingssector, de visserij- en aquacultuursector, de bosbouw, de bloementeelt en de kwekerijsector |
Mijlpaal |
Bekendmaking van de definitieve rangschikking in het kader van de logistieke stimuleringsregeling |
Publicatie op de website van het ministerie of een ander ondersteunend kanaal |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
In het goedkeuringsbesluit wordt de definitieve rangschikking vastgesteld. De logistieke stimuleringsregeling omvat het volgende: a) subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. b) de toezegging dat de klimaatbijdrage van de investering volgens de methode in bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 ten minste 32 % van de totale kosten van de door de herstel- en veerkrachtfaciliteit ondersteunde investering uitmaakt. C) de toezegging dat de digitale bijdrage van de investering volgens de methode in bijlage VII bij Verordening (EU) 2021/241 ten minste 27 % van de totale kosten van de door de herstel- en veerkrachtfaciliteit ondersteunde investering uitmaakt. toezegging om verslag uit te brengen over de uitvoering van de maatregel halverwege de looptijd van de regeling en het einde van de regeling. |
M2C1-4 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Agrozonnepark |
Doel |
Toewijzing van middelen aan de begunstigden in% van de totale financiële middelen die aan de investering zijn toegewezen |
N.V.T |
Percentage |
0 |
30 |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Identificatie van de begunstigde projecten waarvan de totale waarde ten minste 30 % bedraagt van de totale financiële middelen die aan de investering zijn toegewezen. De investering wordt uitgevoerd volgens twee verschillende procedures die reeds bestaan en wordt geherfinancierd. Deze procedures voorzien in de uitbetaling van leningen aan ondernemingen die aan de vereisten voldoen en de aanvraag indienen. |
M2C1-5 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Agrozonnepark |
Doel |
Toewijzing van middelen aan de begunstigden in% van de totale financiële middelen die aan de investering zijn toegewezen |
N.V.T |
Percentage |
19 |
32 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
De begunstigde projecten waarvan de totale waarde ten minste 32 % bedraagt van de totale financiële middelen die aan de investering zijn toegewezen, worden vermeld. De toekenningsprocedure voorziet in de uitbetaling van subsidies of andere stimulansen aan ondernemingen die aan de vereisten voldoen en de aanvraag indienen. |
M2C1-6 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Agrozonnepark |
Doel |
Toewijzing van middelen aan de begunstigden in% van de totale financiële middelen die aan de investering zijn toegewezen |
N.V.T |
Percentage |
32 |
63.5 |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Identificatie van de begunstigde projecten waarvan de totale waarde ten minste 63,5 % bedraagt van de totale financiële middelen die aan de investering zijn toegewezen. De toekenningsprocedure voorziet in de uitbetaling van subsidies of andere stimulansen aan ondernemingen die aan de vereisten voldoen en de aanvraag indienen. |
M2C1-6bis |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Agrozonnepark |
Doel |
Toewijzing van middelen aan de begunstigden in% van de totale financiële middelen die aan de investering zijn toegewezen |
N.V.T |
Percentage |
63.5 |
100 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Identificatie van de begunstigde projecten waarvan de totale waarde ten minste 100 % bedraagt van de extra financiële middelen die aan de investering zijn toegewezen. De toekenningsprocedure voorziet in de uitbetaling van subsidies of andere stimulansen aan ondernemingen die aan de vereisten voldoen en de aanvraag indienen. |
M2C1-7 |
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Innovatie en mechanisatie in de landbouw- en voedingssector |
Doel |
Publicatie van de definitieve rangschikking met vermelding van de eindontvangers. |
N.V.T |
Aantal |
0 |
10 000 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Identificatie van ten minste 10 000 eindontvangers voor investeringen in innovatie in de circulaire economie en bio-economie. Bij de investeringen wordt ten minste een van de volgende aspecten in aanmerking genomen: Vervanging van meer vervuilende terreinvoertuigen Invoering van precisielandbouw en machines voor de landbouw 4.0 Vervanging van verouderde installaties voor olijvenfabrieken Om te voldoen aan Do-nr. Het beginsel “ernstige schade”: terreinvoertuigen moeten emissievrij zijn of uitsluitend op biomethaan rijden, hetgeen moet voldoen aan de criteria van Richtlijn 2018/2001 (RED II-richtlijn). Producenten van biobrandstoffen en biomethaangas en biobrandstof moeten certificaten (bewijs van duurzaamheid) verstrekken die zijn afgegeven door onafhankelijke beoordelaars, zoals bepaald in Richtlijn 2018/2001. De exploitant koopt certificaten van oorsprong die in verhouding staan tot het verwachte brandstofgebruik. |
M2C1-8 |
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Innovatie en mechanisatie in de landbouw- en voedingssector |
Doel |
Steun voor investeringen in innovatie in de circulaire economie en bio-economie |
N.V.T |
Aantal |
10 000 |
15 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 15 000 eindontvangers hebben na de voltooiing van projecten steun ontvangen voor betaalde investeringen in innovatie in de circulaire economie en de bio-economie. De ondersteunde investeringen zijn: — Vervanging van meer vervuilende terreinvoertuigen - Invoering van precisielandbouw — Vervanging van verouderde installaties voor olijvenfabrieken Om te voldoen aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” moeten terreinvoertuigen emissievrij zijn of uitsluitend op biomethaan rijden, die voldoen aan de criteria van Richtlijn 2018/2001 (RED II-richtlijn). Producenten van biobrandstoffen en biomethaangas en biobrandstof moeten certificaten (bewijs van duurzaamheid) verstrekken die zijn afgegeven door onafhankelijke beoordelaars, zoals bepaald in Richtlijn 2018/2001. De exploitant koopt certificaten van oorsprong die in verhouding staan tot het verwachte brandstofgebruik. |
M2C1-9 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Agrozonnepark |
Doel |
Agrofotovoltaïsche elektriciteitsopwekking |
N.V.T |
kW |
0 |
1 383 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 1 383 000 kW zonne-energieopwekkingscapaciteit geïnstalleerd |
M2C1-10 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Logistiek plan voor de agrovoedingssector, de visserij- en aquacultuursector, de bosbouw, de bloementeelt en de kwekerijsector |
Doel |
Interventies ter verbetering van de logistiek voor de agrovoedingssector, de visserij- en aquacultuursector, de bosbouw, de bloementeelt en de kwekerijsector |
N.V.T |
Aantal |
0 |
48 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 48 interventies ter verbetering van de logistiek voor de agrovoedingssector, de visserij en de aquacultuur, de bosbouw, de bloementeelt en de kwekerijsector. |
M2C1-11 |
Investering 3.3: Wetenschap op topniveau. Cultuur en bewustzijn over milieuthema’s en -uitdagingen |
Mijlpaal |
Lancering van een webplatform en contracten met auteurs |
Kennisgeving van de ondertekening van het contract met de producenten van inhoud |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Openbare lancering van het webplatform en ondertekening van definitieve overeenkomsten met “producenten van inhoud”. De projecten zijn gericht op de ontwikkeling van ten minste 180 podcasts, schoolspecifieke videolessen en videomateriaal die worden geproduceerd en beschikbaar zijn op het webplatform over de milieutransitie. |
M2C1-12 |
Investering 3.3: Wetenschap op topniveau. Cultuur en bewustzijn over milieuthema’s en -uitdagingen |
Doel |
Audiovisueel materiaal over milieutransitie |
N.V.T |
Aantal |
0 |
180 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 180 podcasts, schoolspecifieke videogolissen en videomateriaal geproduceerd en live op het webplatform |
D.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
Hervorming 1.2 — Nationaal programma voor afvalbeheer
Deze hervorming bestaat uit de goedkeuring van een breed nationaal programma voor afvalbeheer dat gericht is op de hoogste niveaus van voorbereiding voor hergebruik, recycling en nuttige toepassing van afval, het aanpassen van het netwerk van installaties dat nodig is voor geïntegreerd afvalbeheer, het minimaliseren van definitieve verwijdering als ultieme en restoptie, het opzetten van monitoringsystemen, het voorkomen van het inleiden van nieuwe inbreukprocedures tegen Italië, het aanpakken van de lage afvalinzameling, het ontmoedigen van storten en het waarborgen van complementariteit met regionale afvalprogramma’s, het verwezenlijken van de doelstellingen van de Europese en nationale afvalwetgeving en het aanpakken van illegale afvaldumping en verbranding in de open lucht.
Investering 1.1 — Tenuitvoerlegging van nieuwe afvalbeheerinstallaties en modernisering van bestaande installaties
Deze investering bestaat uit het verbeteren en mechaniseren van het gescheiden afvalinzamelingsnetwerk van gemeenten, de bouw van nieuwe verwerkings-/recyclinginstallaties voor organisch afval, meermateriaal-, glas- en papierverpakkingen en innovatieve verwerkings-/recyclinginstallaties voor de verwijdering van persoonlijke adsorptiemiddelen (PAD), zuiveringsslib, lederafval en textielafval.
Investering 1.2 — Circulaire economie: vlaggenschipprojecten
Deze investering bestaat uit het ondersteunen van de verbetering van het netwerk voor gescheiden inzameling, onder meer door digitalisering van de processen en/of logistiek, en verwerkings-/recyclingsinstallaties voor de volgende sectoren:
Afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA), met inbegrip van windturbinebladen en fotovoltaïsche panelen;
De papier- en kartonindustrie;
Recycling van kunststofafval (mechanische, chemische recycling, “plastichubs”), met inbegrip van marien plastic zwerfvuil (MPL). Op dit gebied moeten projecten voor industriële symbiose worden aangemoedigd in de vorm van “circulaire districten” om een volledig hergebruik van bijproducten van kunststofrecycling te waarborgen en goederen met een hoge toegevoegde waarde te produceren;
Textiel (“textielhubs”).
Voorts wordt een mondiaal monitoringsysteem ontwikkeld om het hoofd te bieden aan illegale dumping met behulp van satellieten, drones en technologieën op het gebied van artificiële intelligentie (AI) (voor een nadere beschrijving van de algemene interventie, zie investering 1.1-Uitvoering van een geavanceerd en geïntegreerd monitoring- en prognosesysteem in missie 2, component 4). Het wereldwijde monitoringsysteem moet, samen met de voorgestelde maatregelen inzake de traceerbaarheid van afval, de lokale controleautoriteiten en ordediensten ondersteunen bij het voorkomen, controleren en bestrijden van illegale dumping en georganiseerde criminele activiteiten op het gebied van afvalbeheer.
Investering 3.1 — Groene eilanden
Deze investering bestaat uit de financiering en uitvoering van projecten op het gebied van energie (zoals hernieuwbare energie, netwerk en energie-efficiëntie), water (zoals ontzilting), vervoer (zoals fietspaden, emissievrije bussen en boten) en afval (zoals afvalscheiding) op de 19 niet-onderling verbonden kleine eilanden. Biomethaan moet voldoen aan de criteria van Richtlijn 2018/2001 (RED II-richtlijn). Producenten van biobrandstoffen en biomethaangas en biobrandstof moeten certificaten (bewijs van duurzaamheid) verstrekken die zijn afgegeven door onafhankelijke beoordelaars, zoals bepaald in Richtlijn 2018/2001. De exploitant koopt certificaten van oorsprong die in verhouding staan tot het verwachte brandstofgebruik. Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 34 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 35 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 36 en installaties voor mechanische biologische behandeling 37 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. In het bestek wordt bovendien bepaald dat alleen activiteiten mogen worden geselecteerd die in overeenstemming zijn met de toepasselijke Unie- en nationale milieuwetgeving.
Investering 3.2 — Groene gemeenschappen
Deze investering bestaat uit de ondersteuning van plattelands- en berggebieden, die hun belangrijkste hulpbronnen (zogenaamde “groene gemeenschappen”) op evenwichtige wijze willen benutten door middel van investeringen, met name op de volgende gebieden:
het geïntegreerde en gecertificeerde beheer van het boslandbouwerfgoed (“ook door de uitwisseling van kredieten die voortvloeien uit de afvang van kooldioxide, het beheer van de biodiversiteit en de certificering van de toeleveringsketen van hout”);
geïntegreerd en gecertificeerd beheer van watervoorraden;
de productie van energie uit lokale hernieuwbare bronnen, zoals micro-waterkrachtcentrales, biomassa, biogas, wind, warmtekrachtkoppeling en biomethaan;
de ontwikkeling van duurzaam toerisme (“in staat om lokale producten te verbeteren”);
de bouw en het duurzame beheer van het gebouwenbestand en de infrastructuur van een moderne berg;
energie-efficiëntie en intelligente integratie van installaties en netwerken;
de duurzame ontwikkeling van productieactiviteiten (afvalvrije productie);
de integratie van mobiliteitsdiensten;
de ontwikkeling van een duurzaam landbouwmodel (“dat ook energie-onafhankelijk is door de productie en het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen in de sectoren elektriciteit, warmte en vervoer”).
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 38 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 39 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 40 en installaties voor mechanische biologische behandeling 41 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. In het bestek wordt bovendien bepaald dat alleen activiteiten mogen worden geselecteerd die in overeenstemming zijn met de toepasselijke Unie- en nationale milieuwetgeving.
Investering 3.4 — Fondo Rotativo Contratti di Filiera (FCF) ter ondersteuning van contracten voor toeleveringsketens voor de agrovoedingssector, visserij en aquacultuur, bosbouw, bloementeelt en kwekerijen
Deze maatregel bestaat uit een overheidsinvesteringen in een faciliteit, het Fondo Rotativo Contratti di Filiera (FCF), om particuliere investeringen te stimuleren en de toegang tot financiering in de Italiaanse agrovoedingssector, visserij en aquacultuur, bosbouw, bloementeelt en kwekerijen te verbeteren. De faciliteit wordt beheerd door het verstrekken van subsidies en gesubsidieerde leningen rechtstreeks via ISMEA (Istituto di Servizi per il Mercato Agricolo Alimentare). Het bedrag van de faciliteit bedraagt 2 000 000 000 EUR, met inbegrip van de aan ISMEA te betalen vergoedingen.
De faciliteit wordt beheerd door ISMEA als uitvoerende partner. De faciliteit omvat de volgende productlijnen:
Steun te verlenen aan ondernemingen, groepen van ondernemingen of verenigingen van landbouwproducenten en aan organisaties voor onderzoek en kennisverspreiding in de agrovoedingssector, de visserij- en aquacultuursector, de bosbouw, de bloementeelt en de kwekerijsector door de productieprocessen te verbeteren door een mix van activiteiten op te nemen uit de volgende sectoren:
De ecologische duurzaamheid van productieprocessen verbeteren met investeringen in materiële en immateriële activa om de efficiëntie van het energie-, water- en hulpbronnenverbruik van de beoogde productieprocessen aanzienlijk te verhogen;
Investeringen in kennis, opleiding, onderzoek en innovatie, technologieoverdracht en -ontwikkeling, die ook de reorganisatie van de betrekkingen tussen de verschillende actoren in de toeleveringsketen kunnen ondersteunen om de duurzaamheid van productieprocessen te verbeteren;
Investeringen in de digitalisering van ondernemingen, met inbegrip van e-handel en opkomende technologieën;
Installatie van fotovoltaïsche en zonnepanelen
Het doel van de maatregel is het verminderen van broeikasgasemissies, voedselverspilling en het gebruik van pesticiden en antimicrobiële stoffen, het verbeteren van de energie-efficiëntie en het verhogen van de productie en het gebruik van hernieuwbare energie.
Met het oog op de uitvoering van de investering in de faciliteit ondertekenen het ministerie en het ISMEA een uitvoeringsovereenkomst die de volgende inhoud bevat:
Beschrijving van het besluitvormingsproces voor de faciliteit: Het definitieve investeringsbesluit van de faciliteit wordt genomen door een investeringscomité of een ander relevant gelijkwaardig bestuursorgaan en goedgekeurd met een meerderheid van stemmen van leden die onafhankelijk zijn van de regering.
Essentiële vereisten van het bijbehorende beleggingsbeleid, waaronder:
De beschrijving van het (de) financiële product (en) en de in aanmerking komende eindbegunstigden.
Het vereiste dat alle gesteunde investeringen economisch levensvatbaar zijn.
Het vereiste om te voldoen aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (DNSH) zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). In het bijzonder wordt in het beleggingsbeleid de volgende lijst van activiteiten en activa uitgesloten van subsidiabiliteit: I) activiteiten en activa met betrekking tot fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 42 , ii) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies bereiken die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 43 , iii) activiteiten en activa met betrekking tot stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 44 en installaties voor mechanische biologische behandeling 45 .
Het vereiste dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie ontvangen om dezelfde kosten te dekken.
Het bedrag dat onder de uitvoeringsovereenkomst valt, de vergoedingsstructuur voor de uitvoerende partner en de verplichting om terugvloeiende middelen opnieuw te investeren overeenkomstig het investeringsbeleid van de faciliteit.
Monitoring-, audit- en controlevoorschriften, met inbegrip van:
De beschrijving van het monitoringsysteem van de uitvoerende partner om verslag uit te brengen over de gemobiliseerde investeringen.
De beschrijving van de procedures van de uitvoerende partner om fraude, corruptie en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te corrigeren.
De verplichting om na te gaan of elke concrete actie in aanmerking komt overeenkomstig de in de uitvoeringsovereenkomst vastgestelde vereisten, alvorens een concrete actie te financieren.
De verplichting om risicogebaseerde controles achteraf uit te voeren overeenkomstig een auditplan van ISMEA. Bij deze audits wordt nagegaan i) of de controlesystemen doeltreffend zijn, met inbegrip van de opsporing van fraude, corruptie en belangenconflicten; II) naleving van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan”, de staatssteunregels, de vereisten inzake klimaat- en digitale streefcijfers overeenkomstig bijlage VI bij de RRF-verordening en bijlage VII bij de RRF-verordening; en iii) dat wordt voldaan aan het vereiste dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie hebben ontvangen om dezelfde kosten te dekken. Bij de audits wordt ook nagegaan of de verrichtingen wettig zijn en of de voorwaarden van de toepasselijke uitvoeringsovereenkomst en financieringsovereenkomsten worden nageleefd.
Vereisten voor door de uitvoerende partner uitgevoerde klimaatinvesteringen: ten minste 924 000 000,00 EUR van de RRF-investering in de faciliteit draagt bij aan de doelstellingen inzake klimaatverandering overeenkomstig bijlage VI bij de RRF-verordening. 46
De uitvoering van de maatregel wordt voltooid door uiterlijk op 31 augustus 2026 het totale bedrag aan middelen voor de faciliteit over te dragen aan ISMEA.
D.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M2C1-13 |
Hervorming 1.2 — Nationaal programma voor afvalbeheer |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding ministerieel besluit Nationaal Programma Afvalbeheer |
Bepaling in de wet waarin de inwerkingtreding wordt vermeld |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Het ministerieel besluit voor het Nationaal Programma Afvalstoffenbeheer omvat ten minste de volgende doelstellingen: het bereiken van de hoogste niveaus van voorbereiding voor hergebruik, recycling en nuttige toepassing van afvalstoffen, waarbij ten minste de doelstellingen van artikel 181 van Wetsbesluit 152/06 worden verwezenlijkt en tevens rekening wordt gehouden met de regelingen voor uitgebreide producentenverantwoordelijkheid; het netwerk van installaties dat nodig is voor geïntegreerd afvalbeheer aan te passen — met het oog op de ontwikkeling van de circulaire economie — om te zorgen voor de nodige capaciteit om de onder a) genoemde doelstellingen te verwezenlijken en bijgevolg de definitieve verwijdering tot een minimum te beperken als ultieme en restoptie, overeenkomstig het nabijheidsbeginsel en rekening houdend met de preventiedoelstellingen die zijn vastgesteld in het kader van de nationale afvalpreventieplanning als bedoeld in artikel 180 van wetsbesluit 152/06; een adequaat toezicht op de uitvoering van het programma in te stellen, zodat voortdurend kan worden nagegaan of de doelstellingen ervan worden gehaald en of er eventueel corrigerende instrumenten moeten worden vastgesteld om de geplande acties te verwezenlijken; te voorkomen dat nieuwe inbreukprocedures worden ingeleid tegen de Republiek Italië wegens niet-uitvoering van de Europese regelgeving inzake de planning van afvalcycli; de lage afvalinzameling aan te pakken en het storten van afval te ontmoedigen (zie ook de nationale strategie voor de circulaire economie); de regionale afvalbeheerinstallatie vormt een aanvulling op het nationale programma voor afvalbeheer; het dichten van de leemten in het afvalbeheer en de regionale kloof met betrekking tot de capaciteit van installaties en de bestaande kwaliteitsnormen tussen de verschillende regio’s en gebieden van het nationale grondgebied, met als doel vertragingen terug te winnen; de huidige en nieuwe doelstellingen van de Europese en nationale wetgeving te verwezenlijken; om illegale afvaldumping en verbranding in de open lucht aan te pakken (bv. in Terra dei Fuochi) door middel van maatregelen, waaronder de invoering van een nieuw systeem voor de traceerbaarheid van afval, wordt een ondersteund mondiaal monitoringsysteem ontwikkeld om illegale dumping het hoofd te bieden met behulp van satellieten, drones en technologieën op het gebied van artificiële intelligentie (AI). |
M2C1-14 |
Investering 1.1 — Tenuitvoerlegging van nieuwe afvalbeheerinstallaties en modernisering van bestaande installaties; Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het ministerieel besluit. |
Vaststelling van het ministerieel besluit voor de goedkeuring van de selectiecriteria voor de door gemeenten voorgestelde projecten. |
Publicatie in de Gazzetta Ufficiale |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 3 |
2021 |
Het ministerieel besluit tot goedkeuring van de criteria voor de selectie van door gemeenten voorgestelde projecten treedt in werking. In het ministerieel besluit wordt bepaald dat de projecten worden geselecteerd uit de volgende criteria: Samenhang met EU- en nationale wetgeving en het Europees actieplan voor de circulaire economie, Verwachte verbetering van de recyclingdoelstellingen Samenhang met regionale en nationale planningsinstrumenten; Bijdrage aan het oplossen van EU-inbreuken, synergieën met andere sectorale planning (bv. PNIEC) en/of andere componenten van het plan, innovatieve technologieën op basis van grootschalige ervaringen; Technische kwaliteit van het voorstel. Samenhang en complementariteit met cohesiebeleidsprogramma’s en soortgelijke projecten die via andere EU- en nationale instrumenten worden gefinancierd De interventies omvatten geen investeringen in stortplaatsen, verwijderingsinstallaties, installaties voor mechanische biologische behandeling/mechanische behandeling of verbrandingsinstallaties, in overeenstemming met het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan”. |
M2C1-15 |
Hervorming 1.2. Nationaal programma voor afvalbeheer |
Doel |
Vermindering van onregelmatige stortplaatsen (T1) |
N.V.T |
Aantal |
33 |
11 |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Vermindering van onregelmatige stortplaatsen die zijn opgenomen in inbreukprocedure NIF 2003/2077 van 33 tot 11 (d.w.z. met ten minste 66 %). |
M2C1-15bis |
Hervorming 1.2. Nationaal programma voor afvalbeheer: |
Doel |
Vermindering van onregelmatige stortplaatsen (T2) |
N.V.T |
Aantal |
34 |
14 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Vermindering van onregelmatige stortplaatsen die zijn opgenomen in inbreukprocedure 2011/2215 van 34 tot 14 (d.w.z. met ten minste 60 %). |
M2C1-15ter |
Investering 1.1 — Tenuitvoerlegging van nieuwe afvalbeheerinstallaties en modernisering van bestaande installaties |
Doel |
Vermindering van regionale verschillen in gescheiden inzameling |
N.V.T |
Procentpunten |
22.8 |
20 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Het verschil tussen het nationale gemiddelde en de slechtst presterende regio op het gebied van gescheiden inzamelingspercentages wordt verlaagd tot 20 procentpunten. |
M2C1-15 quater |
Investering 1.1 — Tenuitvoerlegging van nieuwe afvalbeheerinstallaties en modernisering van bestaande installaties |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de verplichting tot gescheiden inzameling van bioafval |
Bepaling in de wet waarin de inwerkingtreding wordt vermeld |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
De verplichting tot gescheiden inzameling van bioafval is uiterlijk op 31 december 2023 operationeel, in overeenstemming met het EU-actieplan voor de circulaire economie. |
M2C1-16 |
Hervorming 1.2. Nationaal programma voor afvalbeheer |
Doel |
Illegale stortplaatsen |
N.V.T |
Aantal |
11 |
0 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Vermindering van onregelmatige stortplaatsen in het kader van inbreukprocedure 2003/2077 van 11 tot 0 (d.w.z. ten minste 100 %) |
M2C1-16bis |
Hervorming 1.2. Nationaal programma voor afvalbeheer |
Doel |
Illegale stortplaatsen |
N.V.T |
Aantal |
14 |
9 |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Vermindering van onregelmatige stortplaatsen in het kader van inbreukprocedure 2011/2215 van 14 tot 9 (d.w.z. ten minste 75 %) |
M2C1-16ter |
Investering 1.1 — Tenuitvoerlegging van nieuwe afvalbeheerinstallaties en modernisering van bestaande installaties |
Doel |
Regionale verschillen in percentages gescheiden inzameling |
N.V.T |
Procentpunten |
27,6 |
20 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Vermindering met 20 procentpunten van de variatie tussen de gemiddelde drie best presterende regio’s en de drie slechtst presterende regio’s wat betreft gescheiden inzamelingspercentages. |
M2C1-17 |
Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Doel |
Recyclingpercentages van stedelijk afval in het actieplan voor de circulaire economie |
N.V.T |
Recyclingpercentage |
N.V.T |
55 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het recyclingpercentage van stedelijk afval moet ten minste 55 % bedragen (zoals gedefinieerd in artikel 11, lid 2, onder c), van Richtlijn 2008/98/EG betreffende afvalstoffen, zoals gewijzigd bij Richtlijn 2018/851). |
M2C1-17bis |
Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Doel |
Recyclingpercentages van verpakkingsafval in het actieplan voor de circulaire economie |
N.V.T |
Recyclingpercentage |
N.V.T |
65 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het recyclingpercentage van verpakkingsafval in gewicht moet ten minste 65 % bedragen (zoals gedefinieerd in artikel 6, lid 1, onder g), I-VI van Richtlijn 94/62/EG betreffende verpakkingsafval (zoals gewijzigd bij Richtlijn 2018/852)). |
M2C1-17ter |
Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Doel |
Recyclingpercentages van houten verpakkingen in het actieplan voor de circulaire economie |
N.V.T |
Recyclingpercentage |
N.V.T |
25 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het recyclingpercentage van houten verpakkingen in gewicht moet ten minste 25 % bedragen (zoals gedefinieerd in artikel 6, lid 1, onder g), I-VI van Richtlijn 94/62/EG betreffende verpakkingsafval (zoals gewijzigd bij Richtlijn 2018/852)) |
M2C1-17quater |
Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Doel |
Recyclingpercentages van verpakkingen van ferrometalen in het actieplan voor de circulaire economie |
N.V.T |
Recyclingpercentage |
N.V.T |
70 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het recyclingpercentage van verpakkingen van ferrometalen in gewicht moet ten minste 70 % bedragen (zoals gedefinieerd in artikel 6, lid 1, onder g), I-VI van Richtlijn 94/62/EG betreffende verpakkingsafval (zoals gewijzigd bij Richtlijn 2018/852)). |
M2C1-17 quinquies |
Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Doel |
Recyclingpercentages van aluminiumverpakkingen het actieplan voor de circulaire economie |
N.V.T |
Recyclingpercentage |
N.V.T |
50 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het recyclingpercentage van aluminiumverpakkingen moet ten minste 50 % bedragen (zoals gedefinieerd in artikel 6, lid 1, onder g), I-VI van Richtlijn 94/62/EG betreffende verpakkingsafval (zoals gewijzigd bij Richtlijn 2018/852)). |
M2C1-17 sexies |
Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Doel |
Recyclingpercentages van glazen verpakkingen in het actieplan voor de circulaire economie |
N.V.T |
Recyclingpercentage |
N.V.T |
70 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het recyclingpercentage van glazen verpakkingen in gewicht moet ten minste 70 % bedragen (zoals gedefinieerd in artikel 6, lid 1, onder g), I-VI van Richtlijn 94/62/EG betreffende verpakkingsafval (zoals gewijzigd bij Richtlijn 2018/852)). |
M2C1-17 septies |
Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Doel |
Recyclingpercentages van papier en karton in het actieplan voor de circulaire economie |
N.V.T |
Recyclingpercentage |
N.V.T |
75 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het recyclingpercentage van papier en karton moet ten minste 75 % bedragen (zoals gedefinieerd in artikel 6, lid 1, onder g), I-VI van Richtlijn 94/62/EG betreffende verpakkingsafval (zoals gewijzigd bij Richtlijn 2018/852)). |
M2C1-17 octies |
Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Doel |
Recyclingpercentages van kunststofverpakkingen in het actieplan voor de circulaire economie |
N.V.T |
Recyclingpercentage |
N.V.T |
50 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het recyclingpercentage van kunststofverpakkingen in gewicht moet ten minste 50 % bedragen (zoals gedefinieerd in artikel 6, lid 1, onder g), I-VI van Richtlijn 94/62/EG betreffende verpakkingsafval (zoals gewijzigd bij Richtlijn 2018/852)). |
M2C1-17 nonies |
Hervorming 1.1. Nationaal programma voor de circulaire economie; Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van gescheiden inzameling voor gevaarlijke afvalfracties geproduceerd door huishoudens en textiel |
Bepaling in de wet waarin de inwerkingtreding wordt vermeld |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Inwerkingtreding van gescheiden inzameling voor gevaarlijke afvalfracties geproduceerd door huishoudens en textiel overeenkomstig het actieplan voor de circulaire economie. |
M2C1-18 |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Groene eilanden |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het directiebesluit |
Bepaling in het besluit betreffende de inwerkingtreding van de wet |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 3 |
2022 |
Het besluit van de directie keurt de rangschikking van de projecten met betrekking tot de resultaten van de openbare aankondiging goed. De selectieprocedure omvat het volgende: a) subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. b) de toezegging dat de klimaatbijdrage van de investering volgens de methode in bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 ten minste 37 % van de totale kosten van de door de herstel- en veerkrachtfaciliteit ondersteunde investering uitmaakt. verbintenis om verslag uit te brengen over de uitvoering van de maatregel halverwege de looptijd van de regeling en het einde van de regeling. De mogelijke actiegebieden zijn: het geïntegreerde en gecertificeerde beheer van het boslandbouwerfgoed (“ook door de uitwisseling van kredieten die voortvloeien uit de afvang van kooldioxide, het beheer van de biodiversiteit en de certificering van de toeleveringsketen van hout”); geïntegreerd en gecertificeerd beheer van watervoorraden; de productie van energie uit lokale hernieuwbare bronnen, zoals micro-waterkrachtcentrales, biomassa, biogas, wind, warmtekrachtkoppeling en biomethaan; de ontwikkeling van duurzaam toerisme (“in staat om lokale producten te verbeteren”); de bouw en het duurzame beheer van het gebouwenbestand en de infrastructuur van een moderne berg; energie-efficiëntie en intelligente integratie van installaties en netwerken; de duurzame ontwikkeling van productieactiviteiten (afvalvrije productie); de integratie van mobiliteitsdiensten; — de ontwikkeling van een duurzaam landbouwmodel (“dat ook energie-onafhankelijk is door de productie en het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen in de sectoren elektriciteit, warmte en vervoer”). Biomethaan voldoet aan de duurzaamheids- en broeikasgasemissiereductiecriteria van de artikelen 29 tot en met 31 en de regels inzake biobrandstoffen op basis van levensmiddelen en diervoeders van artikel 26 van Richtlijn (EU) 2018/2001 inzake hernieuwbare energie (REDII), en de bijbehorende uitvoeringshandelingen en gedelegeerde handelingen, zodat de maatregel kan voldoen aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” en aan de relevante vereisten van voetnoot 8 van bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241. |
M2C1-19 |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Groene eilanden |
Doel |
Uitvoering van geïntegreerde projecten op kleine eilanden |
N.V.T |
Aantal kleine eilanden |
0 |
19 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 19 kleine eilanden die voltooide geïntegreerde projecten uitvoeren met ten minste drie verschillende interventietypes. Over het geheel genomen vertegenwoordigt de klimaatbijdrage van de investering volgens de methode in bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 ten minste 37 % van de totale kosten van de door de herstel- en veerkrachtfaciliteit ondersteunde investering. De voor financiering in aanmerking komende interventies zijn: maatregelen op het gebied van energie-efficiëntie; ontwikkeling en/of verbetering van collectieve mobiliteitsdiensten en -infrastructuur; bussen en vaartuigen die door elektriciteit worden aangedreven; toevluchtsoorden voor openbaarvervoersdiensten; delen van auto’s, fietsen, scooterdelen; aanleg en/of aanpassing van fietsroutes, aanleg van beschuttingsplaatsen; efficiënte gescheiden inzameling met versterking van de inzamelingssystemen; bouw/modernisering van ecologische eilanden met een bijbehorend centrum voor hergebruik; ontziltingssystemen; installaties voor hernieuwbare energie voor elektriciteit, met inbegrip van fotovoltaïsche energie, offshore windenergie en hernieuwbare mariene energie, zoals golf- of getijdenenergie; energie-efficiëntiemaatregelen die gericht zijn op het verminderen van de vraag naar elektriciteit; interventies op het elektriciteitsnet en de bijbehorende infrastructuur: opslagapparatuur, integratie van het elektriciteitssysteem met het watersysteem van het eiland, slimme netwerken, innovatieve systemen voor energiebeheer en monitoring. |
M2C1-20 |
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. Groene gemeenschappen |
Mijlpaal |
Gunning van (alle) overheidsopdrachten voor de selectie van groene gemeenschappen |
Kennisgeving van de gunning van (alle) overheidsopdrachten voor de selectie van groene gemeenschappen |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 3 |
2022 |
Kennisgeving van de toekenningsprocedure voor de subsidies, die subsidiabiliteitscriteria moet omvatten die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M2C1-21 |
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. Groene gemeenschappen |
Doel |
Uitvoering van de interventies in de plannen van de Groene Gemeenschappen |
N.V.T |
Percentage van de door de Groene Gemeenschappen ingediende interventies |
0 |
90 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Voltooiing van de uitvoering van ten minste 90 % van de interventies die zijn voorzien in de plannen van de Groene Gemeenschappen (zoals gedefinieerd in artikel 72 van Wet 221/2015) |
M2C1-22 |
Investering 3.4: Wetenschap op topniveau. Fondo Contratti di Filiera (FCF) ter ondersteuning van contracten voor toeleveringsketens voor de agrovoedingssector, visserij en aquacultuur, bosbouw, bloementeelt en kwekerijen |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst. |
M2C1-23 |
Investering 3.4: Wetenschap op topniveau. Fondo Contratti di Filiera (FCF) ter ondersteuning van contracten voor toeleveringsketens voor de agrovoedingssector, visserij en aquacultuur, bosbouw, bloementeelt en kwekerijen |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
N.V.T |
Percentage |
0 |
50 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Het ISMEA heeft juridische financieringsovereenkomsten met eindbegunstigden gesloten voor een bedrag dat nodig is om ten minste 50 % van de RRF-investering in de faciliteit te gebruiken (rekening houdend met beheersvergoedingen). Het ISMEA stelt een verslag op met vermelding van het percentage van deze financiering dat bijdraagt tot de verwezenlijking van de klimaatdoelstellingen aan de hand van de methode in bijlage VI. |
M2C1-24 |
Investering 3.4: Wetenschap op topniveau. Fondo Contratti di Filiera (FCF) ter ondersteuning van contracten voor toeleveringsketens voor de agrovoedingssector, visserij en aquacultuur, bosbouw, bloementeelt en kwekerijen |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
N.V.T |
Percentage |
50 |
100 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het ISMEA heeft juridische financieringsovereenkomsten gesloten met eindbegunstigden voor een bedrag dat nodig is om 100 % van de RRF-investering in de faciliteit te gebruiken (rekening houdend met beheersvergoedingen). |
M2C1-25 |
Investering 3.4: Wetenschap op topniveau. Fondo Contratti di Filiera (FCF) ter ondersteuning van contracten voor toeleveringsketens voor de agrovoedingssector, visserij en aquacultuur, bosbouw, bloementeelt en kwekerijen |
Mijlpaal |
Het ministerie heeft het totale bedrag aan middelen overgemaakt |
Overdrachtscertificaat |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Italië draagt 1 960 000 000,00 EUR over aan ISMEA voor de faciliteit. |
E. MISSIE 2 COMPONENT 2: Energietransitie en duurzame mobiliteit
Deze component van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan heeft betrekking op investeringen en hervormingen in de energietransitie. Het omvat hervormingen om de vergunningverlening voor projecten op het gebied van hernieuwbare energiebronnen te vergemakkelijken. De component omvat investeringen in de toeleveringsketen voor hernieuwbare energie, waterstofenergie, installaties voor biomethaan en slimme netwerken. Deze hervormingen en investeringen worden aangevuld met hervormingen om de concurrentie op de elektriciteitsmarkt in het kader van de hervorming van het ondernemingsklimaat te vergroten.
Deze component omvat ook investeringen en hervormingen op het gebied van duurzame mobiliteit. Het omvat hervormingen om de vergunningverlening voor projecten voor duurzame mobiliteit te vergemakkelijken. De component omvat investeringen voor de aanleg van fietspaden en snelle doorvoerinfrastructuur voor metro/tram/bus en voor de aanschaf van emissievrije bussen, rollend materieel, brandweer en luchthavenvoertuigen. Deze hervormingen en investeringen worden aangevuld met hervormingen om gereguleerde prijzen voor elektrisch opladen af te schaffen en de concurrentie op het gebied van concessies voor oplaadpunten, regionale spoorwegen en lokaal openbaar vervoer in het kader van de hervorming van het ondernemingsklimaat te vergroten.
De investeringen en hervormingen in het kader van deze component dragen bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen die in 2020 en 2019 tot Italië zijn gericht over de noodzaak om “investeringen toe te spitsen op de groene en digitale transitie, met name op [...] schone en efficiënte productie en gebruik van energie [...] duurzaam openbaar vervoer” (LSA 3, 2020) en om “het investeringsgerelateerd economisch beleid te concentreren op [...], en de kwaliteit van de infrastructuur, mede rekening houdend met regionale verschillen” (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2019).
De component ondersteunt de richtsnoeren voor Italië voor de uitvoering van zijn nationale energie- en klimaatplan (SWD (2020) 911 final), waarin Italië werd verzocht bestaande installaties voor hernieuwbare energie, met name bestaande windenergiecentrales, te bevorderen, te vernieuwen en te repoweren en innovatieve offshore-energie in het hele Middellandse Zeegebied te verkennen.
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).
E.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Hervorming 1 — Vereenvoudiging van de vergunningsprocedures voor hernieuwbare onshore- en offshore-installaties en een nieuw rechtskader ter ondersteuning van de productie uit hernieuwbare bronnen en de verlenging van de tijd en de subsidiabiliteit van de huidige steunregelingen
Deze hervorming bestaat uit:
de inwerkingtreding van vereenvoudigingsmaatregelen voor installaties voor hernieuwbare energiebronnen en de repowering en vernieuwing van bestaande installaties, in overeenstemming met de bepalingen van wetsbesluit nr. 76 van 17 juli 2020 “het vereenvoudigingsbesluit”;
de vaststelling van een decreet, overeengekomen met de gewesten en de andere betrokken overheidsinstanties, dat tot doel heeft criteria vast te stellen voor de vaststelling van de gebieden die geschikt en niet geschikt zijn voor de installatie van installaties voor de productie van hernieuwbare energie met een extra productiecapaciteit van ten minste 73 GW voor hernieuwbare energie, in samenhang met de geactualiseerde versie van de PNIEC, met het oog op de verwezenlijking van de doelstellingen voor de ontwikkeling van hernieuwbare energiebronnen;
de voltooiing van het steunmechanisme voor hernieuwbare energiebronnen, ook voor aanvullende technologieën die niet rijp zijn of met hoge exploitatiekosten, en de verlenging van de looptijd van de veiling voor het zogeheten RES1-mechanisme, met inachtneming van het beginsel van concurrerende toegang;
bepalingen ter bevordering van investeringen in opslagsystemen, in het wetgevingsdecreet tot omzetting van Richtlijn (EU) 2019/944 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit.
Hervorming 2 — Nieuwe wetgeving ter bevordering van de productie en het verbruik van hernieuwbaar gas
Deze hervorming bestaat erin de steun voor schoon biomethaan te versterken door wetgeving vast te stellen om het toepassingsgebied van bio-methaanprojecten die voor steun in aanmerking komen, uit te breiden en de periode voor de beschikbaarheid van subsidies te verlengen. Biomethaan moet voldoen aan de criteria van Richtlijn (EU) 2018/2001 inzake hernieuwbare energie (REDII) om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” en aan de desbetreffende voorschriften van voetnoot 8 van bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241.
Hervorming 3 — Administratieve vereenvoudiging en vermindering van regelgevende belemmeringen voor de uitrol van waterstof
Deze hervorming bestaat uit de inwerkingtreding van een wetgevingskader ter bevordering van waterstof als hernieuwbare energiebron. Dit wetgevingskader omvat:
Technische veiligheidsvoorschriften voor de productie, het vervoer, (technische en regelgevingscriteria voor de introductie van waterstof in het aardgasnet), de opslag en het gebruik van waterstof;
Een versnelde vergunningsprocedure met één loket voor het verkrijgen van de vergunning voor de bouw en exploitatie van een kleinschalige waterstofproductie-installatie (voor elektrolyse-installaties van minder dan 1-5 MW; de opslagdrempel wordt vastgesteld in de bovengenoemde technische veiligheidsvoorschriften voor waterstof).
Regulering van de deelname van waterstofproductie-installaties aan netwerkdiensten. De energieregulator (ARERA) wordt belast met het uitvaardigen van een specifieke regelgevingsmaatregel na raadpleging van de belanghebbenden.
Een systeem van garanties van oorsprong voor hernieuwbare waterstof om consumenten prijssignalen te geven.
Procedures en/of criteria voor de afbakening van de geselecteerde tankgebieden langs de autosnelwegen voor de optimalisering van de locatie van de tankstations voor de aanleg van H2-corridors voor vrachtwagens, te beginnen vanaf de Noord-Italiaanse regio’s tot de Po Valley en logistieke hubs en de belangrijkste snelwegen langs het schiereiland.
De coördinatie van het 10-jarige ontwikkelingsplan van de nationale transmissiesysteembeheerder (TSB) met de plannen van andere Europese TSB’s met het oog op de ontwikkeling van gemeenschappelijke normen voor waterstoftransport door middel van bestaande gaspijpleidingen of specifieke pijpleidingen.
Hervorming 4 — Maatregelen ter bevordering van het concurrentievermogen van waterstof
Deze hervorming bestaat uit de vaststelling van belastingmaatregelen om de productie en/of het gebruik van waterstof te stimuleren, in overeenstemming met de EU-regels inzake belastingen, en de omzetting van de RED II-richtlijn. Deze maatregel ondersteunt de productie van waterstof op basis van elektrolyse met gebruikmaking van hernieuwbare energiebronnen in de zin van Richtlijn (EU) 2018/2001 (richtlijn hernieuwbare energie) of netelektriciteit.
Hervorming 5 — Slimme procedures voor de evaluatie van projecten in de sector lokaal
openbaar vervoer met vaste installaties en in de sector snel grootschalig vervoer
Deze hervorming bestaat uit de vaststelling van wetgeving waarbij duidelijk verantwoordelijkheden worden toegewezen bij de goedkeuring van projecten voor lokaal openbaar vervoer en een vereenvoudiging van de betalingsprocedure.
Investering 4.1 — Investeringen in zachte mobiliteit (nationaal plan voor het fietspad)
Deze investering bestaat uit de aanleg van ten minste 565 km fietspaden in metropolitane gebieden en ten minste 746 km aan toeristische fietspaden. De metropolitane fietspaden worden ontwikkeld in ten minste 40 metropolitane gebieden of steden waar universiteiten zijn gevestigd 47 . Fietspaden moeten woon-werkverkeer in de eerste en laatste kilometer vergemakkelijken — locaties in metropolitane gebieden of steden met universiteiten verbinden met nabijgelegen intermodale knooppunten (zoals metrostations of treinstations) of universiteiten met nabijgelegen intermodale knooppunten (zoals metrostations of treinstations). De in aanmerking komende paden voor toeristische cycli zijn gedefinieerd in Wet nr. 208 van 28 december 2015.
Investering 4.3 — Installatie van oplaadinfrastructuur
Deze investering bestaat uit de ondersteuning van de ontwikkeling van:
7 500 snelle openbare oplaadpunten op vrije routes;
13 755 snelle openbare oplaadpunten in stedelijke centra;
100 experimentele laadstations aangesloten op opslag.
Deze investering wordt aangevuld met hervormingen van de prijzen voor elektrisch opladen en concessies die zijn opgenomen in de component hervorming van het ondernemingsklimaat.
E.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M2C2-6 |
Hervorming 1 Vereenvoudiging van vergunningsprocedures voor hernieuwbare onshore- en offshore-installaties en nieuw rechtskader ter ondersteuning van de productie uit hernieuwbare bronnen en van de tijd en de verlenging van de subsidiabiliteit van de huidige steunregelingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wettelijk kader voor de vereenvoudiging van de vergunningsprocedures voor bouwstructuren voor hernieuwbare onshore- en offshore-energie |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Het rechtskader omvat de volgende doelstellingen: |
M2C2-7 |
Hervorming 2 Nieuwe wetgeving ter bevordering van de productie en het verbruik van hernieuwbaar gas |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wetsbesluit ter bevordering van het gebruik van hernieuwbaar gas voor het gebruik van biomethaan in de vervoers-, industrie- en woonsector en een uitvoeringsbesluit waarin de voorwaarden en criteria met betrekking tot het gebruik ervan en het nieuwe stimuleringssysteem worden vastgesteld. |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Het decreto legislativo omvat met name: 1-wetswijziging voor een vereenvoudigde vergunningsprocedure en wijziging van het huidige subsidiemechanisme om i) de subsidiabiliteitsperimeter uit te breiden en ii) de beschikbaarheidsperiode voor subsidies te verlengen en iii) te voorzien in het mechanisme voor input in tarieven en de garantie van oorsprong voor hernieuwbaar gas 2-De omzetting van de REDII-richtlijn bij wetgevingsdecreet 3-De algemene coördinatie zou worden uitgevoerd door het Ministero della Transizione Ecologica (MiTE), met de steun van de andere administraties met adviserende taken: Ministerie van Landbouw (MIPAAF), ministerie van Economie en Financiën (MEF) en Gestore Servizi Energetici. |
M2C2-8 |
Investering 2.1 Versterking van slimme netwerken |
Mijlpaal |
Gunning van (alle) overheidsopdrachten om de netwerkcapaciteit te vergroten |
Kennisgeving van de gunning van (alle) overheidsopdrachten voor |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Kennisgeving van de gunning van (alle) overheidsopdrachten ter vergroting van de netwerkcapaciteit voor de distributie van hernieuwbare energie en voor de elektrificatie van het energieverbruik |
M2C2-12 |
Investering 2.2 Interventies om de veerkracht van het elektriciteitsnet te vergroten |
Mijlpaal |
Toekenning van de projecten om de veerkracht van het elektriciteitsnet te vergroten |
Kennisgeving van de gunning van de projecten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
De toekenning van projecten om de veerkracht van het elektriciteitsnet met ten minste 4 000 km te vergroten, teneinde de frequentie en de duur van energiebesparingen als gevolg van extreme weersomstandigheden te verminderen. |
M2C2-14 |
Investering 3.3 Waterstoftests voor wegvervoer |
Mijlpaal |
Gunning van (alle) overheidsopdrachten voor de ontwikkeling van oplaadstations op basis van waterstof |
Kennisgeving van de gunning van (alle) overheidsopdrachten voor de ontwikkeling van ten minste 40 oplaadstations op basis van waterstof |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Kennisgeving van de gunning van (alle) overheidsopdrachten voor de ontwikkeling van ten minste 40 oplaadstations op basis van waterstof overeenkomstig Richtlijn 2014/94/EU inzake infrastructuur voor alternatieve brandstoffen. |
M2C2-16 |
Investering 3.4 — Waterstoftests voor spoormobiliteit |
Mijlpaal |
Toewijzing van middelen aan waterstoftests voor spoormobiliteit |
Kennisgeving van de toewijzing van middelen |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Toewijzing van middelen volgens de procedures en criteria voor de bouw van tien tankstations voor spoorwegen op basis van waterstof langs zes spoorlijnen. |
M2C2-18 |
Investering 3.5 Onderzoek en ontwikkeling op het gebied van waterstof |
Mijlpaal |
Gunning van alle openbare O & O-contracten voor onderzoeksprojecten op het gebied van waterstof |
Kennisgeving van de gunning van de opdrachten voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van waterstof |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Kennisgeving van de gunning van O & O-contracten, die tot doel hebben de kennis over de implementatie van de waterstofvector in de productie-, opslag- en distributiefase te verbeteren. De contracten ontwikkelen ten minste vier dimensies van onderzoek: productie van groene en schone waterstof b) Innovatieve technologieën voor de opslag, het vervoer en de omzetting van waterstof in derivaten en e-brandstoffen brandstofcellen voor stationaire toepassingen en mobiliteitstoepassingen geïntegreerde slimme beheersystemen om de veerkracht en betrouwbaarheid van intelligente op waterstof gebaseerde infrastructuren te vergroten Deze maatregel ondersteunt de productie van waterstof op basis van elektrolyse met behulp van hernieuwbare energiebronnen zoals gedefinieerd in Richtlijn (EU) 2018/2001 (richtlijn hernieuwbare energie) of netelektriciteit, of waterstofactiviteiten die voldoen aan de vereiste inzake broeikasgasemissiereductie gedurende de levenscyclus van 73,4 % voor waterstof, wat resulteert in broeikasgasemissies gedurende de levenscyclus van minder dan 3 ton CO2e/tH2 en 70 % voor op waterstof gebaseerde synthetische brandstoffen ten opzichte van een fossiele referentiebrandstof van 94 g CO2e/MJ, naar analogie van de aanpak in artikel 25, lid 2, van en bijlage V bij Richtlijn (EU) 2018/2001. |
M2C2-20 |
Hervorming 3 Administratieve vereenvoudiging en vermindering van regelgevingsbelemmeringen voor de uitrol van waterstof |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de nodige wetgevingsmaatregelen |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2023 |
De nodige wetgevingsmaatregelen omvatten i) veiligheidsbepalingen met betrekking tot de productie, het vervoer en de opslag van waterstof, ii) vereenvoudigde procedures voor de opbouw van kleine structuren voor de productie van groene waterstof en iii) maatregelen met betrekking tot de voorwaarden voor de bouw van herlaadstations op basis van waterstof. Deze maatregel ondersteunt alleen waterstofactiviteiten die voldoen aan de vereiste inzake broeikasgasemissiereducties gedurende de levenscyclus van 73,4 % voor waterstof, wat resulteert in 3 tCO2eq/tH2. |
M2C2-21 |
Hervorming 4 Maatregelen ter bevordering van het concurrentievermogen van waterstof |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van fiscale stimuleringsmaatregelen |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet |
N.V.T. |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
De wet bevat fiscale stimulansen om de productie van groene waterstof te ondersteunen en het verbruik van groene waterstof door de vervoerssector te bevorderen. Deze maatregel ondersteunt alleen waterstofactiviteiten die voldoen aan de vereiste inzake broeikasgasemissiereducties gedurende de levenscyclus van 73,4 % voor waterstof, wat resulteert in 3 tCO2eq/tH2. |
M2C2-22 |
Investering 4.1 Investeringen in zachte mobiliteit (nationaal plan voor fietspad) |
Streefdoel: |
Fietspaden T1 |
N.V.T |
Km |
0 |
200 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Voltooiing van ten minste 200 km fietspaden in grootstedelijke gebieden, zoals gedefinieerd in de beschrijving van de maatregel of steden waar universiteiten zijn gevestigd. |
M2C2-23 |
Investering 4.1 Investeringen in zachte mobiliteit (nationaal plan voor fietspad) |
Doel |
Fietspaden T2 |
N.V.T |
Km |
200 |
1 311 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Voltooiing van ten minste 365 km fietspaden in grootstedelijke gebieden (zoals gedefinieerd in de beschrijving van de maatregel) of steden waar universiteiten gevestigd zijn en ten minste 746 km aan fietspaden, zoals gedefinieerd in Wet nr. 208 van 28 december 2015. |
M2C2-27 |
Investering 4.3 — Installatie van laadinfrastructuur |
Mijlpaal |
Toekenning van alle overheidsopdrachten voor de installatie van laadinfrastructuur M1 |
Kennisgeving van de toekenning van alle overheidsopdrachten voor de installatie van laadinfrastructuur |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Kennisgeving van de toekenning van alle overheidsopdrachten voor de bouw van minstens 4 700 laadstations in stedelijke gebieden (alle gemeenten). Dit kan een proefproject voor laadstations voor de opslag van energie omvatten. |
M2C2-28 |
Investering 4.3 — Installatie van laadinfrastructuur |
Mijlpaal |
Toekenning van alle overheidsopdrachten voor de installatie van laadinfrastructuur M2 |
Kennisgeving van de toekenning van alle overheidsopdrachten voor de installatie van laadinfrastructuur |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Gunning van de opdrachten voor de aanleg van 7 500 snelle openbare oplaadpunten langs vrije weg en ten minste 9 055 in stedelijke gebieden (alle gemeenten). Het project kan ook proefoplaadstations omvatten die gericht zijn op de opslag van energie. |
M2C2-29 |
Investering 4.3 — Installatie van laadinfrastructuur |
Doel |
Aantal sneloplaadpunten langs vrije routes |
N.V.T |
Aantal |
0 |
2 500 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ingebruikneming van ten minste 2 500 snelle openbare oplaadpunten voor elektrische voertuigen langs vrije routes van ten minste 175 kW. |
M2C2-29bis |
Investering 4.3 — Installatie van laadinfrastructuur |
Doel |
Aantal sneloplaadpunten in stedelijke gebieden |
N.V.T |
Aantal |
0 |
4 700 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ingebruikneming van ten minste 4 700 snelle openbare oplaadpunten voor elektrische voertuigen van ten minste 90 kW in stedelijke gebieden (alle gemeenten). Dit kan een proefproject voor laadstations voor de opslag van energie omvatten. |
M2C2-30 |
Investering 4.3: Wetenschap op topniveau. Installatie van oplaadinfrastructuur |
Doel |
Aantal sneloplaadpunten langs vrije routes |
Aantal |
2 500 |
7 500 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ingebruikneming van ten minste 7 500 snelle openbare oplaadpunten voor elektrische voertuigen langs vrije routes van ten minste 175 kW. Het project kan ook proefoplaadstations omvatten die gericht zijn op de opslag van energie. |
|
M2C2-30bis |
Investering 4.3: Wetenschap op topniveau. Installatie van oplaadinfrastructuur |
Doel |
Aantal sneloplaadpunten in stedelijke gebieden |
Aantal |
4 700 |
13 755 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ingebruikneming van ten minste 13 755 snelle openbare oplaadpunten voor elektrische voertuigen in stedelijke gebieden met een vermogen van ten minste 90 kW. Dit kan een proefproject voor laadstations voor de opslag van energie omvatten. |
|
M2C2-30ter |
Investering 4.3: Wetenschap op topniveau. Installatie van oplaadinfrastructuur |
Doel |
Aantal sneloplaadpunten |
Aantal |
0 |
100 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Inbedrijfstelling van ten minste 100 experimentele laadstations die zijn aangesloten op opslag |
|
M2C2-33 |
Investering 4.4.2: Wetenschap op topniveau. Versterking van het regionale spoorwegwagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije treinen en universele dienstverlening |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de versterking van het regionale spoorwegwagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije treinen en universele dienst |
Kennisgeving van de toekenning van alle opdrachten voor het regionale spoorwegnet voor openbaar vervoer met emissievrije treinen en universele dienstverlening. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de aanschaf van emissievrije treinen 48 . |
M2C2-37 |
Hervorming 5: Slimmere procedures voor projectevaluatie in de sector lokale openbaarvervoerssystemen met vaste installaties en in de sector snel grootschalig vervoer |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wetsdecreet |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het wetsdecreet |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Het wetsbesluit vereenvoudigt de evaluatiecriteria voor projecten met betrekking tot lokaal openbaar vervoer en versnelt het ontwerp- en vergunningsproces. |
M2C2-38 |
Investering 5.1: Wetenschap op topniveau. Hernieuwbare energiebronnen en batterijen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een ministerieel besluit |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het ministerieel besluit |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
In het ministerieel besluit worden de beschikbare middelen, de toegangsvereisten van de begunstigden, de subsidiabiliteitsvoorwaarden voor programma’s en projecten, de in aanmerking komende uitgaven en de vorm en intensiteit van de steun voor de ontwikkeling van hoogrenderende PV-panelen en voor de ontwikkeling van batterijen vastgesteld. |
M2C2-41 |
Investering 5.3: Wetenschap op topniveau. Elektrische bussen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een ministerieel besluit waarin de hoeveelheid beschikbare middelen voor het bereiken van het doel van interventie wordt vastgesteld (toeleveringsketen bussen) |
Bepaling in het ministerieel besluit betreffende de inwerkingtreding |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
In het ministerieel besluit wordt bepaald hoeveel middelen beschikbaar zijn voor de uitvoering van ongeveer 45 projecten voor industriële transformatie door middel van “Ontwikkelingscontracten”. |
M2C2-42 |
Investering 5.4: Wetenschap op topniveau. Steun voor start-ups en durfkapitaal dat actief is in de ecologische transitie |
Mijlpaal |
Ondertekening van de financiële overeenkomst |
Kennisgeving van de ondertekening van de financiële overeenkomst |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
In de financiële overeenkomst wordt de indirecte investering vastgesteld in financieringsfondsbeheerders van durfkapitaalfondsen met investeringen en ondernemingen/start in overeenstemming met de doelstellingen van de groene transitie, om het voor onderzoekers en start-ups beschikbare kapitaal uit te breiden, om het optreden van actieve durfkapitaalfondsen te versterken en om nieuwe en innovatieve ondernemingen te ontwikkelen in partnerschap met ondernemingen. De financiële overeenkomst omvat: een investeringsbeleid, subsidiabiliteitscriteria, naleving van de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) van ondersteunde transacties in het kader van deze maatregel door middel van het gebruik van duurzaamheidstoetsing, een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
E.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
Investering 1.1 — Ontwikkeling van agro-fotovoltaïsche systemen
Deze investering bestaat uit subsidies en leningen ter ondersteuning van investeringen voor de bouw van fotovoltaïsche systemen en de installatie van meetinstrumenten om de onderliggende landbouwactiviteit te monitoren om het microklimaat, de waterbesparing, het herstel van de vruchtbaarheid van de bodem, de bestendigheid tegen klimaatverandering en de productiviteit van de landbouw voor de verschillende soorten gewassen te beoordelen.
Investering 1.2 — Bevordering van hernieuwbare energiebronnen voor energiegemeenschappen en gezamenlijk optredende zelfverbruikers van hernieuwbare energie
Deze investering bestaat uit steun voor de installatie van 1 730 MW nieuwe stroomopwekkingscapaciteit voor collectieve vormen van zelfverbruik en hernieuwbare-energiegemeenschappen, met name in gemeenten met minder dan 5 000 inwoners. De steun is gebaseerd op subsidies voor de bouw van hernieuwbare energiebronnen en productie-installaties, gekoppeld aan energieopslagsystemen.
Investering 1.4 — Ontwikkeling van biomethaan, volgens criteria ter bevordering van de circulaire economie
Deze investering bestaat in:
Steun voor de bouw van nieuwe installaties voor de productie van biomethaan
Reconversie en verbetering van de efficiëntie van bestaande biogasinstallaties voor de landbouw (met inbegrip van de organische afbraak van vast stedelijk afval — OFUSW) met het oog op de productie van biomethaan voor vervoer, industrie en verwarming. Biomethaan moet voldoen aan de criteria van Richtlijn 2018/2001 (RED II-richtlijn) zodat de maatregel kan voldoen aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” en aan de relevante voorschriften van voetnoot 8 van bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241.
Vervanging van verouderde en laagefficiënte mechanische voertuigen door voertuigen die uitsluitend rijden met biomethaan dat voldoet aan de criteria van Richtlijn 2018/2001 (RED II-richtlijn). Producenten van biobrandstoffen en biomethaangas en biobrandstof moeten certificaten (bewijs van duurzaamheid) verstrekken die zijn afgegeven door onafhankelijke beoordelaars, zoals bepaald in Richtlijn 2018/2001. De exploitant koopt certificaten van oorsprong die in verhouding staan tot het verwachte brandstofverbruik.
Diffuse ecologische praktijken in de biogasproductiefase (locaties met minimale bodemverwerking, innovatieve systemen met lage emissies voor de distributie van digestaat).
Investering 2.1 — Versterking van slimme netwerken
Deze investering bestaat uit de transformatie van de distributienetten en het beheer ervan, met interventies op zowel het elektriciteitsnet als de softwarecomponenten ervan, om nieuwe energiescenario’s mogelijk te maken waarin ook consumenten en prosumenten een rol kunnen spelen.
Investering 2.2 — Interventies om de veerkracht van het elektriciteitsnet te vergroten
Deze investering bestaat uit interventies om het elektriciteitsnet beter bestand te maken tegen extreme weersomstandigheden (wind/vallen, ijs, hittegolven, overstromingsrisico en hydrogeologische risico’s), met name op het distributienet, en om de kans op langdurige onderbrekingen van de elektriciteitsvoorziening en de negatieve sociale en economische gevolgen voor de getroffen gebieden te verminderen.
Investering 3.1 — Productie van waterstof in brownfieldterreinen (Hydrogen Valleys)
Deze investering bestaat uit het ondersteunen van de lokale productie en het lokale gebruik van groene waterstof in de industrie, kmo’s en lokaal vervoer, waardoor nieuwe waterstofvalleien worden gecreëerd, voornamelijk in het zuiden van Italië, met lokale productie uit hernieuwbare energiebronnen en lokaal gebruik. Het project heeft tot doel verlaten industriegebieden te hergebruiken voor het testen van eenheden voor de productie van waterstof uit lokale installaties voor hernieuwbare energie die zich in dezelfde industriële ruimte en installaties of in naburige gebieden bevinden. Deze maatregel ondersteunt de productie van waterstof op basis van elektrolyse met gebruikmaking van hernieuwbare energiebronnen in de zin van Richtlijn (EU) 2018/2001 (richtlijn hernieuwbare energie) of netelektriciteit.
Investering 3.2 — Waterstofgebruik in de moeilijk te verminderen industrie
Deze investering bestaat uit de ondersteuning van onderzoek, ontwikkeling en innovatie op het gebied van industriële processen om initiatieven te ontwikkelen voor het gebruik van waterstof in industriële sectoren die methaan gebruiken als energiebron voor thermische energie (cement, papierfabrieken, keramiek, glasindustrie enz.). De sector fossiele brandstoffen, zoals olieraffinaderijen, komt niet in aanmerking. Deze maatregel ondersteunt de productie van waterstof op basis van elektrolyse met gebruikmaking van hernieuwbare energiebronnen in de zin van Richtlijn (EU) 2018/2001 (richtlijn hernieuwbare energie) of netelektriciteit.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluiten de subsidiabiliteitscriteria in komende oproepen activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) uit die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks. Wanneer met de activiteit de verwachte broeikasgasemissies worden bereikt die niet significant lager, maar nog steeds lager zijn dan de relevante benchmarks, wordt een toelichting gegeven van de redenen waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
Investering 3.3 — Waterstoftests voor wegvervoer
Deze investering bestaat uit de aanleg van ten minste 40 waterstoftankstations in servicegebieden langs snelwegen, logistieke opslagplaatsen en havens overeenkomstig de vereisten van Richtlijn 2014/94 inzake infrastructuur voor alternatieve brandstoffen.
Investering 3.4 — Waterstoftesten voor spoorwegmobiliteit
Deze investering bestaat uit de bouw van ten minste tien tankstations voor op waterstof gebaseerde spoorwegen langs ten minste zes spoorlijnen. De tankstations voor de waterstoftrein worden bij voorkeur gerealiseerd in de buurt van lokale productie-eenheden van hernieuwbare waterstof en/of waterstoftankstations voor autosnelwegen.
Investering 3.5 — Onderzoek en ontwikkeling op het gebied van waterstof
Deze investering bestaat uit de ondersteuning van O & O op het gebied van waterstof in:
Productie van groene en schone waterstof
Innovatieve technologieën voor de opslag, het vervoer en de omzetting van waterstof in derivaten en e-brandstoffen
Brandstofcellen voor stationaire toepassingen en mobiliteitstoepassingen
Geïntegreerde slimme beheersystemen om de veerkracht en betrouwbaarheid van intelligente op waterstof gebaseerde infrastructuren te vergroten
Deze maatregel ondersteunt de productie van waterstof op basis van elektrolyse met behulp van hernieuwbare energiebronnen zoals gedefinieerd in Richtlijn (EU) 2018/2001 (richtlijn hernieuwbare energie) of netelektriciteit, of waterstofactiviteiten die voldoen aan de vereiste inzake broeikasgasemissiereductie gedurende de levenscyclus van 73,4 % voor waterstof, wat resulteert in broeikasgasemissies gedurende de levenscyclus van minder dan 3 ton CO2e/tH2 en 70 % voor op waterstof gebaseerde synthetische brandstoffen ten opzichte van een fossiele referentiebrandstof van 94 g CO2e/MJ, naar analogie van de aanpak in artikel 25, lid 2, van en bijlage V bij Richtlijn (EU) 2018/2001.
Investering 4.2 — Ontwikkeling van systemen voor snel vervoer
Het doel van de maatregel is een snel grootschaliger grootschalig vervoerssysteem te bevorderen, waarbij een modal shift van autovervoer naar openbaar vervoer wordt bevorderd.
Deze investering bestaat in:
De aanleg van nieuwe lijnen en de uitbreiding van bestaande lijnen van snelle massavervoerssystemen voor een afstand van ten minste 231 km. De lijst van projecten omvat ten minste 96 km metrolanes of tramwegen en ten minste 135 km trolleybus, Bus Rapid Transit (BRT) of kabelbaan.
De modernisering van de infrastructuur van snelle massavervoerssystemen, met inbegrip van de digitalisering ervan. Deze maatregelen omvatten de modernisering van metrostations en metrospoorinfrastructuur, signaleringssystemen voor spoor- of tramwegen, openbare transitopslagplaatsen.
De aankoop van emissievrij rollend materieel voor snelle massavervoerssystemen.
De in deze maatregel opgenomen interventies zijn ten minste 28 en zijn gericht 49 op ten minste Bari, Bergamo, Bologna, Catania, Firenze, Genova, Milano, Napoli, Padova, Perugia, Rimini, Roma en Taranto.
De infrastructuur die zowel voor bouw als voor modernisering in aanmerking komt (namelijk metrobanen, tramlijnen, trolleybusbanen, Bus Rapid Transit of kabelbaan) moet de exploitatie van emissievrij rollend materieel mogelijk maken. De investering mag geen betrekking hebben op de aanleg of modernisering van wegen die buiten het toepassingsgebied van de maatregel vallen, tenzij deze integraal deel uitmaken van de infrastructuur die de exploitatie van emissievrij rollend materieel mogelijk maakt.
Investering 4.4.1 — Versterking van de emissievrije busvloot van het regionale openbaar vervoer
Deze investering bestaat uit de aankoop van ten minste 3 000 emissievrije lage-vloerbussen en ten minste 1 000 laadstations voor emissievrije en emissiearme lage-vloerbussen. Bussen worden uitgerust met digitale functies. In aanmerking komende bussen zijn een lage vloer (d.w.z. behoren tot de categorieën M2 en M3 volgens de VN/ECE-normen) en zijn elektrische of waterstofbrandstofcellen.
Investering 4.4.2 — Versterking van het regionale spoorwegwagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije treinen en universele dienstverlening
Deze investering bestaat uit de aankoop en ingebruikname van ten minste 66 emissievrije passagierstreinen 50 (waarbij een trein bestaat uit minstens één locomotief en passagiersrijtuigen) en nog 100 rijtuigen voor universele dienstverlening. De algehele investering levert een totaal van minstens 523 eenheden, waarvan ten minste 66 locomotieven.
Investering 4.4.3 — Vernieuwing van de vloot voor de nationale brandweer
Deze investering bestaat uit de aanschaf van ten minste 3 800 voertuigen (waarvan er 200 worden toegewezen aan luchthavens van brandweerlieden in contingenten) voor de nationale brandweer en de installatie van 875 oplaadpunten in brandweerstations en de aanschaf van ten minste 3 000 mobiele elektrische oplaadpunten. 3 500 voertuigen moeten emissievrij zijn, terwijl de rest uitsluitend op biomethaan of op biobrandstoffen moet rijden in overeenstemming met de duurzaamheids- en broeikasgasemissiereductiecriteria van de artikelen 29 tot en met 31 en de regels inzake biobrandstoffen op basis van levensmiddelen en diervoeders van artikel 26 van Richtlijn (EU) 2018/2001 inzake hernieuwbare energie (REDII), en de daarmee verband houdende uitvoeringshandelingen en gedelegeerde handelingen. De exploitanten kopen een certificaat van garantie van oorsprong aan dat in verhouding staat tot het verwachte brandstofgebruik. Voor voertuigen die op biobrandstoffen rijden, moet typegoedkeuring worden verleend voor B100.
Investering 5.1 — Ontwikkeling van een internationaal, industrieel en O & O leiderschap op het gebied van hernieuwbare energie en batterijen
Deze maatregel bestaat uit een publieke investering in een faciliteit, de “faciliteit voor hernieuwbare energie en batterijen”, om particuliere investeringen te stimuleren en de toegang tot financiering te verbeteren om de ontwikkeling van een waardeketen op het gebied van hernieuwbare energie en batterijen te ondersteunen. De faciliteit wordt geëxploiteerd door de particuliere sector rechtstreeks niet-terugbetaalbare subsidies, gesubsidieerde leningen en rentesubsidies te verstrekken. Op basis van de RRF-investering beoogt de faciliteit aanvankelijk ten minste 1 400 000 000 EUR aan financiering te verstrekken.
De faciliteit wordt beheerd door Invitalia S.p.A. als uitvoerende partner. De faciliteit omvat de volgende productlijnen:
De eerste is gericht op de productie van fotovoltaïsche of windtechnologieën en verhoogt de productiecapaciteit van fotovoltaïsche of windtechnologieën met ten minste 2,4 GW per jaar.
De tweede is gericht op de productie van batterijen en verhoogt de productiecapaciteit van batterijen met ten minste 13 GW/jaar.
Met het oog op de uitvoering van de investering in de faciliteit ondertekenen Italië en Invitalia een uitvoeringsovereenkomst die de volgende inhoud bevat:
Beschrijving van het besluitvormingsproces voor de faciliteit: Het definitieve investeringsbesluit van de faciliteit wordt genomen door een investeringscomité of een ander relevant gelijkwaardig bestuursorgaan en goedgekeurd met een meerderheid van stemmen van leden die onafhankelijk zijn van de regering.
Essentiële vereisten van het bijbehorende beleggingsbeleid, waaronder:
De beschrijving van de financiële producten en de in aanmerking komende eindbegunstigden.
Het vereiste dat alle gesteunde investeringen economisch levensvatbaar zijn.
Het vereiste om te voldoen aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (DNSH) zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). In het bijzonder wordt in het beleggingsbeleid de volgende lijst van activiteiten en activa uitgesloten van subsidiabiliteit: I) activiteiten en activa die in aanmerking komen: I) activiteiten en activa met betrekking tot fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 51 , ii) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies bereiken die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 52 , iii) activiteiten en activa met betrekking tot stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 53 en installaties voor mechanische biologische behandeling 54 .
Het vereiste dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie ontvangen om dezelfde kosten te dekken.
Het bedrag dat onder de uitvoeringsovereenkomst valt, de vergoedingsstructuur voor de uitvoerende partner en de verplichting om terugvloeiende middelen opnieuw te investeren overeenkomstig het investeringsbeleid van de faciliteit.
Monitoring-, audit- en controlevoorschriften, met inbegrip van:
De beschrijving van het monitoringsysteem van de uitvoerende partner om verslag uit te brengen over de gemobiliseerde investeringen.
De beschrijving van de procedures van de uitvoerende partner om fraude, corruptie en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te corrigeren.
De verplichting om na te gaan of elke concrete actie in aanmerking komt overeenkomstig de in de uitvoeringsovereenkomst vastgestelde vereisten, alvorens een concrete actie te financieren.
De verplichting om risicogebaseerde controles achteraf uit te voeren overeenkomstig een auditplan van de SBZ Invitalia. Bij deze audits wordt nagegaan:
dat de controlesystemen doeltreffend zijn, met inbegrip van de opsporing van fraude, corruptie en belangenconflicten;
naleving van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan”, de staatssteunregels en de klimaatdoelvereisten;
dat wordt voldaan aan het vereiste dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie hebben ontvangen om dezelfde kosten te dekken. Bij de audits wordt ook nagegaan of de verrichtingen wettig zijn en of de voorwaarden van de toepasselijke uitvoeringsovereenkomst worden nageleefd.
Vereisten voor door de uitvoerende partner uitgevoerde klimaatinvesteringen: ten minste 1 000 000 000 EUR van de RRF-investering in de faciliteit draagt bij aan de doelstellingen inzake klimaatverandering overeenkomstig bijlage VI bij de RRF-verordening. 55
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk 31 augustus 2026 voltooid zijn.
Investering 5.2 — Ontwikkeling van een internationaal, industrieel en O & O leiderschap op het gebied van waterstof
Deze investering bestaat uit de ondersteuning van projecten voor de ontwikkeling van een waardeketen voor waterstof in Italië die ook geschikt is om deel te nemen aan potentiële belangrijke projecten van gemeenschappelijk Europees belang op het gebied van waterstof.
Investering 5.3 — Ontwikkeling van een internationaal, industrieel en O & O leiderschap in elektrische bussen
Deze investering bestaat uit de ondersteuning van ongeveer 45 projecten die de digitale en groene transformatie van de busindustrie kunnen bevorderen om elektrische en geconnecteerde bussen te produceren. Deze investering zal naar verwachting ook investeringen in de vernieuwing van het wagenpark van elektrische bussen ondersteunen (zonder hybride bussen te dekken).
Investering 5.4 — Steun voor start-ups en durfkapitaal dat actief is in de ecologische transitie
Deze maatregel bestaat uit een overheidsinvesteringen in een faciliteit, het fonds voor groene transitie, om particuliere investeringen te stimuleren, de toegang tot financiering in Italië voor start-ups die betrokken zijn bij de groene transitie te verbeteren en de durfkapitaalmarkt in deze sector te ontwikkelen. De faciliteit wordt geëxploiteerd door direct of indirect eigen vermogen of quasi-eigen-vermogenssteun te verlenen. Met name in het geval van directe investeringen moet de GTF actief zijn door steun te verlenen aan start-ups met eigen vermogen of quasi-aandelenkapitaal (zoals converteerbare notes); in het geval van indirecte investeringen is het SGR belast met de financiering van fondsen van derden (— AB’s — Alternative Investment Fund), die opereren door het verstrekken van aandelen- of quasi-eigenvermogensinstrumenten, schuldinstrumenten of quasi-schuldinstrumenten. Het GTF investeert in de volgende actiegebieden: hernieuwbare energiebronnen, circulaire economie, mobiliteit, energie-efficiëntie, afvalbeheer en energieopslag.
Op basis van de RRF-investering beoogt de faciliteit aanvankelijk ten minste 250 000 000 EUR aan financiering te verstrekken.
De faciliteit wordt beheerd door CDP Venture Capital SGR als uitvoerende partner. De GTF heeft een looptijd van 15 jaar, die overeenkomt met de duur van de geïnvesteerde middelen van derden, en investeert in de volgende productlijnen:
Aandelen- of quasi-eigenvermogenssteun voor groene start-ups (directe wijze);
Eigen vermogen, quasi-aandelensteun voor risicokapitaal-/schuldfondsen (indirecte wijze);
Steun in de vorm van aandelen- of quasi-aandelenfinanciering voor starters-/acceleratieprogramma’s (direct en indirect).
MIMIT en SGR wijzigen de huidige uitvoeringsovereenkomst (“Accordo Finanziario”) en de GTF-regels om daarin de volgende bepalingen op te nemen:
Beschrijving van het besluitvormingsproces voor de faciliteit: het definitieve investeringsbesluit van de faciliteit wordt genomen door een raad van bestuur of een ander relevant gelijkwaardig bestuursorgaan en goedgekeurd met een meerderheid van stemmen van leden die onafhankelijk zijn van de regering 56 .
Essentiële vereisten van het bijbehorende beleggingsbeleid, waaronder:
De beschrijving van de financiële producten en de in aanmerking komende eindbegunstigden.
Het vereiste dat alle gesteunde investeringen economisch levensvatbaar zijn.
Het vereiste om te voldoen aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (DNSH) zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). Met name in het geval van algemene steun voor startende ondernemingen sluit het investeringsbeleid ondernemingen uit die sterk gericht zijn 57 op de volgende sectoren: I) energieproductie op basis van fossiele brandstoffen en aanverwante activiteiten 58 ; energie-intensieve en/of CO2-uitstotende industrieën 59 ; III) productie, verhuur of verkoop van vervuilende voertuigen 60 ; IV) afvalinzameling, afvalverwerking en -verwijdering 61 , v) verwerking van splijtstof, productie van kernenergie. Voorts vereist het investeringsbeleid dat de eindbegunstigden van de faciliteit de relevante EU- en nationale milieuwetgeving naleven.
Het vereiste dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie ontvangen om dezelfde kosten te dekken.
Het bedrag dat onder de uitvoeringsovereenkomst valt, de vergoedingsstructuur voor de uitvoerende partner en de verplichting om terugvloeiende middelen opnieuw te investeren overeenkomstig het investeringsbeleid van de faciliteit.
Monitoring-, audit- en controlevoorschriften, met inbegrip van:
De beschrijving van het monitoringsysteem van de uitvoerende partner om verslag uit te brengen over de gemobiliseerde investeringen.
De beschrijving van de procedures van de uitvoerende partner om fraude, corruptie en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te corrigeren.
De verplichting om na te gaan of elke concrete actie in aanmerking komt overeenkomstig de in de uitvoeringsovereenkomst vastgestelde vereisten, alvorens een concrete actie te financieren.
De verplichting om risicogebaseerde controles achteraf uit te voeren in overeenstemming met een auditplan van het SGR. Bij deze audits wordt nagegaan i) of de controlesystemen doeltreffend zijn, met inbegrip van de opsporing van fraude, corruptie en belangenconflicten; de naleving van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan”, de staatssteunregels; en iii) dat wordt voldaan aan het vereiste dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie hebben ontvangen om dezelfde kosten te dekken. Bij de audits wordt ook nagegaan of de verrichtingen wettig zijn en of de voorwaarden van de toepasselijke uitvoeringsovereenkomst en financieringsovereenkomsten worden nageleefd.
Vereisten voor de selectie van risicokapitaal-/schuldfondsen: Het fonds voor groene transitie selecteert financiële intermediairs op een open, transparante en niet-discriminerende wijze, in overeenstemming met de huidige praktijk, onder meer door alle vereisten en aanvraagformulieren op de websites van het SGR en MIMIT te publiceren. Controles op de afwezigheid van belangenconflicten bij financiële intermediairs vinden plaats en worden vooraf uitgevoerd voor alle betrokken financiële actoren. De afwezigheid van belangenconflicten verwijst altijd naar de “eindbegunstigde” van de faciliteit.
Verplichting om financieringsovereenkomsten te ondertekenen: De GTF ondertekent financieringsovereenkomsten met de financiële intermediairs in overeenstemming met essentiële vereisten die alle vereisten omvatten waaronder de GTF actief is, met inbegrip van:
De verplichting van de financiële intermediair om zijn besluiten mutatis mutandis te nemen in overeenstemming met de hierboven gespecificeerde vereisten inzake besluitvorming en beleggingsbeleid, met inbegrip van de naleving van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan”.
De beschrijving van het kader voor toezicht, audit en controle dat de financiële intermediair moet opzetten, dat mutatis mutandis onderworpen is aan alle bovengenoemde monitoring-, audit- en controlevoorschriften.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk 31 augustus 2026 voltooid zijn.
E.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Sevenwijdig nummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M2C2-3 |
Investering 1.4 Ontwikkeling van biomethaan, volgens criteria ter bevordering van de circulaire economie |
Doel |
Vervanging van landbouwtrekkers |
N.V.T |
Aantal |
0 |
300 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Vervanging van ten minste 300 landbouwtrekkers, door mechanische trekkers die uitsluitend door biomethaan worden aangedreven en ook zijn uitgerust met precisielandbouwwerktuigen. Biomethaan moet voldoen aan de criteria van Richtlijn 2018/2001 (RED II-richtlijn) om te voldoen aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen”. Producenten van biobrandstoffen en biomethaangas en biobrandstof moeten certificaten (bewijs van duurzaamheid) verstrekken die zijn afgegeven door onafhankelijke beoordelaars, zoals bepaald in Richtlijn 2018/2001. De exploitant koopt certificaten van oorsprong die in verhouding staan tot het verwachte brandstofgebruik. |
M2C2-4 |
Investering 1.4 Ontwikkeling van biomethaan, volgens criteria ter bevordering van de circulaire economie |
Doel |
Extra productiecapaciteit voor biomethaan |
N.V.T |
1 000 000 000 |
0 |
0.6 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
De productiecapaciteit van biomethaan ontwikkelen door de conversie van de bestaande installaties (met inbegrip van de organische afbraak van vast stedelijk afval — OFUSW) en van nieuwe installaties tot ten minste 0.6 miljard m³. Biomethaan moet voldoen aan de criteria van Richtlijn 2018/2001 (RED II-richtlijn) zodat de maatregel kan voldoen aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” en aan de relevante vereisten van voetnoot 8 van bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241. Producenten van biobrandstoffen en biomethaangas en biobrandstof moeten certificaten (bewijs van duurzaamheid) verstrekken die zijn afgegeven door onafhankelijke beoordelaars, zoals bepaald in Richtlijn 2018/2001. |
M2C2-5 |
Investering 1.4 Ontwikkeling van biomethaan, volgens criteria ter bevordering van de circulaire economie |
Doel |
Extra productiecapaciteit voor biomethaan |
N.V.T |
1 000 000 000 |
0.6 |
2.3 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De productiecapaciteit van biomethaan ontwikkelen door de omschakeling van de bestaande installaties (met inbegrip van de organische afbraak van vast stedelijk afval — OFUSW) en van nieuwe installaties tot ten minste 2.3 miljard m³ eind juni 2026. Biomethaan moet voldoen aan de criteria van Richtlijn 2018/2001 (RED II-richtlijn) om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” en aan de relevante voorschriften van voetnoot 8 van bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241. Producenten van biobrandstoffen en biomethaangas en biobrandstof moeten certificaten (bewijs van duurzaamheid) verstrekken die zijn afgegeven door onafhankelijke beoordelaars, zoals bepaald in Richtlijn 2018/2001. |
M2C2-9 |
Investering 2.1 Versterking van slimme netwerken |
Doel |
Slimme netwerken — Vergroting van de netwerkcapaciteit voor de distributie van hernieuwbare energie |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 000 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Verhoging van de netwerkcapaciteit voor de distributie van hernieuwbare energie met ten minste 1 000 MW |
M2C2-10 |
Investering 2.1 Versterking van slimme netwerken |
Doel |
Slimme netwerken — Vergroting van de netwerkcapaciteit voor de distributie van hernieuwbare energie |
N.V.T |
Aantal |
1 000 |
4 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Verhoging van de netwerkcapaciteit voor de distributie van hernieuwbare energie met ten minste 4 000 MW |
M2C2-11 |
Investering 2.1 Versterking van slimme netwerken |
Doel |
Slimme griden — elektrificatie van energieverbruik |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 500 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Elektrificatie van het energieverbruik tot ten minste 1 500 000 inwoners |
M2C2-13 |
Investering 2.2 Interventies om de veerkracht van het elektriciteitsnet te vergroten |
Doel |
De veerkracht van het elektriciteitsnet vergroten |
N.V.T |
Aantal |
0 |
4 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De veerkracht van het elektriciteitsnet met ten minste 4 000 km te vergroten om de frequentie en de duur van energiebesparingen als gevolg van extreme weersomstandigheden te verminderen. |
M2C2-15 |
Investering 3.3 Waterstoftests voor wegvervoer |
Doel |
Ontwikkeling van oplaadstations op basis van waterstof |
N.V.T |
Aantal |
0 |
40 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 40 oplaadpunten op basis van waterstof ontwikkelen voor lichte en zware voertuigen overeenkomstig Richtlijn 2014/94/EU |
M2C2-17 |
Investering 3.4 — Waterstoftests voor spoormobiliteit |
Doel |
Aantal waterstoftankstations |
N.V.T |
Aantal |
0 |
10 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Op zes spoorlijnen tien tankstations op basis van waterstof bouwen, die worden gedefinieerd volgens openbare procedures die zijn vastgesteld door het ministerie van Duurzame Mobiliteit (MIMS) en het ministerie van Ecologische Transitie (MITE). |
M2C2-19 |
Investering 3.5 Onderzoek en ontwikkeling op het gebied van waterstof |
Doel |
Aantal projecten voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van waterstof |
N.V.T |
Aantal |
0 |
10 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 10 projecten op het gebied van onderzoek en ontwikkeling uitgevoerd (één voor elke hieronder vermelde O & O-dimensie) en voorzien van een testcertificaat of publicatie Er worden vier lijnen van O & O-activiteiten ontwikkeld, met betrekking tot: productie van groene en schone waterstof b) Innovatieve technologieën voor de opslag, het vervoer en de omzetting van waterstof in derivaten en e-brandstoffen brandstofcellen voor stationaire toepassingen en mobiliteitstoepassingen geïntegreerde slimme beheersystemen om de veerkracht en betrouwbaarheid van intelligente op waterstof gebaseerde infrastructuren te vergroten Deze maatregel ondersteunt de productie van waterstof op basis van elektrolyse met behulp van hernieuwbare energiebronnen zoals gedefinieerd in Richtlijn (EU) 2018/2001 (richtlijn hernieuwbare energie) of netelektriciteit, of waterstofactiviteiten die voldoen aan de vereiste inzake broeikasgasemissiereductie gedurende de levenscyclus van 73,4 % voor waterstof, wat resulteert in broeikasgasemissies gedurende de levenscyclus van minder dan 3 ton CO2e/tH2 en 70 % voor op waterstof gebaseerde synthetische brandstoffen ten opzichte van een fossiele referentiebrandstof van 94 g CO2e/MJ, naar analogie van de aanpak in artikel 25, lid 2, van en bijlage V bij Richtlijn (EU) 2018/2001. |
M2C2-24 |
Investering 4.2 Ontwikkeling van systemen voor snel vervoer |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de opbouw van infrastructuur voor snelle massavervoerssystemen |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de opbouw van infrastructuurprojecten zoals omschreven in de beschrijving van de maatregel. |
M2C2-25 |
Investering 4.2 Ontwikkeling van systemen voor snel vervoer |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de aankoop van emissievrij rollend materieel en interventies voor de modernisering van de infrastructuur van snelle massavervoerssystemen |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de aankoop van ten minste 85 eenheden rollend materieel en ten minste 5 interventies voor de modernisering van de infrastructuur van snelle massavervoerssystemen, zoals gedefinieerd in de beschrijving van de maatregel. |
M2C2-25bis |
Investering 4.2 Ontwikkeling van systemen voor snel vervoer |
Doel |
Ten minste 5 interventies voor de modernisering van de infrastructuur van systemen voor snel grootschalig vervoer |
Aantal |
0 |
5 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Voltooiing van ten minste 5 interventies voor de modernisering van de infrastructuur (zoals gedefinieerd in de beschrijving van de maatregel) van snelle massavervoerssystemen. Na voltooiing van de werkzaamheden is de beoogde infrastructuur operationeel of toegankelijk (afhankelijk van het type infrastructuur). |
|
M2C2-25ter |
Investering 4.2 Ontwikkeling van systemen voor snel vervoer |
Doel |
Aankoop van ten minste 85 eenheden rollend materieel voor massaal snel vervoer |
Aantal |
0 |
85 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Aankoop van ten minste 85 eenheden emissievrij rollend materieel voor massaal snel vervoer in grootstedelijke gebieden, zoals gedefinieerd in de beschrijving van de maatregel. |
|
M2C2-26 |
Investering 4.2 Ontwikkeling van systemen voor snel vervoer |
Doel |
Aantal km openbaarvervoersinfrastructuur |
N.V.T |
km |
0 |
231 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 231 km aan openbaarvervoersinfrastructuur aanleggen in functionele stedelijke gebieden, zoals gedefinieerd in de beschrijving van de maatregel. |
M2C2-31 |
Investering 4.4.3: Wetenschap op topniveau. Vernieuwing van de vloot voor de nationale brandweer |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de vernieuwing van de vloot van de nationale brandweer |
Kennisgeving van de gunning van alle contracten voor de vernieuwing van de vloot van de nationale brandweer |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T. |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de aanschaf van nationale brandweerwagens. |
M2C2-32 |
Investering 4.4.1: Wetenschap op topniveau. Versterking van het regionale buswagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije lage-vloerbussen |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de versterking van de regionale busvloot voor openbaar vervoer met emissievrije lage-vloerbussen |
Kennisgeving van de gunning van alle opdrachten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Kennisgeving van de gunning van overheidsopdrachten voor de aankoop van ten minste 3 000 emissievrije lage-vloerbussen. |
M2C2-34 |
Investering 4.4.1: Wetenschap op topniveau. Versterking van het regionale buswagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije lage-vloerbussen |
Doel |
Aantal emissievrije lage-vloerbussen gekocht T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
800 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Aankoop van ten minste 800 emissievrije lage-vloerbussen die zijn aangekocht in het kader van M2C2-32 voor de versterking van de respectieve vloot. |
M2C2-34 Bis |
Investering 4.4.2: Wetenschap op topniveau. Versterking van het regionale spoorwegwagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije treinen en universele dienstverlening |
Doel |
Aantal emissievrije treinen T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
25 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Verkrijging van de EG-conformiteitsverklaring overeenkomstig artikel 15 van Wetsbesluit nr. 57/2019 (d.w.z. Dichiarazione di verifica di conformità CE di cui all’art. 15 del D.Lgs 57/2019) voor ten minste 25 emissieloze treinen ter versterking van de respectieve vloot. |
M2C2-35 |
Investering 4.4.1: Wetenschap op topniveau. Versterking van het regionale buswagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije lage-vloerbussen |
Doel |
Aantal emissievrije lage-vloerbussen is in werking getreden T2 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
3 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ingebruikneming van ten minste 3 000 emissievrije lage-vloerbussen die zijn aangekocht in het kader van M2C2-32 voor de versterking van de respectieve vloot. |
M2C2-35 ter |
Investering 4.4.1: Wetenschap op topniveau. Versterking van het regionale wagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije lage-vloerbussen |
Doel |
Aantal laadstations voor emissievrije en emissiearme lage-vloerbussen |
Aantal |
0 |
1 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ingebruikneming van ten minste 1 laadstations voor emissievrije of emissiearme lage-vloerbussen. |
|
M2C2-35 bis |
Investering 4.4.2: Wetenschap op topniveau. Versterking van het regionale spoorwegwagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije treinen en universele dienstverlening |
Doel |
Aantal emissievrije treinen en aantal vervoer voor de universele dienst |
N.V.T |
Aantal |
25 |
66 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ingebruikneming en verkrijging van de EG-verklaring van overeenstemming overeenkomstig artikel 15 van wetsbesluit nr. 57/2019 (d.w.z. Dichiarazione di verifica di conformità CE di cui all’art 15 del D.Lgs 57/2019) van ten minste 53 emissievrije treinen voor de regionale spoorwegvloot, ten minste 13 bimodale treinen en 100 rijtuigen voor de universele dienst. Wat de universele dienst/intercity’s betreft, is het met middelen van de herstel- en veerkrachtfaciliteit aangekochte rollend materieel eigendom van de staat. Daarom moet dit rollend materieel na afloop van het dienstencontract van gevestigde dienstverleners ter beschikking worden gesteld van de nieuwe gegunde entiteit van het dienstencontract, met volledige inachtneming van Verordening (EU) nr. 1370/2007. |
M2C2-36 |
Investering 4.4.3: Wetenschap op topniveau. Vernieuwing van de vloot voor de nationale brandweer |
Doel |
Aantal schone voertuigen voor de vernieuwing van de nationale brandweer |
N.V.T |
Aantal |
0 |
3 800 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ingebruikneming van ten minste 3 800 schone voertuigen voor de vernieuwing van het nationale brandweerbevel. 3 500 voertuigen kunnen in aanmerking komen voor 100 % ecologische etikettering, aangezien zij voor 100 % elektrisch moeten zijn en de oplaadpunten moeten worden aangedreven door fotovoltaïsche panelen. De 300 zware voertuigen, 200 voor luchthavens en 100 voor stedelijke redding mogen alleen rijden op biomethaan of op biobrandstoffen en voldoen aan de criteria van Richtlijn 2018/2001 inzake hernieuwbare energie (RED II-richtlijn). Producenten van biobrandstoffen en biomethaangas en biobrandstof moeten certificaten (bewijs van duurzaamheid) verstrekken die zijn afgegeven door onafhankelijke beoordelaars, zoals bepaald in Richtlijn 2018/2001. De exploitant koopt certificaten van oorsprong die in verhouding staan tot het verwachte brandstofgebruik. Voor voertuigen die op biobrandstoffen rijden, moet typegoedkeuring worden verleend voor B100. |
M2C2-38bis |
Investering 5.1: Wetenschap op topniveau. Hernieuwbare energiebronnen en batterijen |
Mijlpaal |
Uitvoeringsovereenkomst |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst. |
|||
M2C2-39 |
Investering 5.1: Hernieuwbare energiebronnen en batterijen |
Mijlpaal |
Het ministerie van Ondernemingen en Made in Italië heeft de overdracht van middelen aan Invitalia S.p.A voltooid. |
Overdrachtscertificaat |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Italië draagt 1 EUR 000 000 000 over aan Invitalia S.p.A. voor de faciliteit. |
|||
M2C2-40 |
Investering 5.1: Wetenschap op topniveau. Hernieuwbare energiebronnen en batterijen |
Doel |
Met eindbegunstigden ondertekende juridische overeenkomsten die betrekking hebben op de energieproductiecapaciteit van fotovoltaïsche of windtechnologieën, en batterijen |
Percentage (%) |
0 |
100 % |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Invitalia S.p.A. heeft juridische financieringsovereenkomsten gesloten met eindbegunstigden voor een bedrag dat nodig is om 100 % van de RRF-investering in de faciliteit te gebruiken (rekening houdend met beheersvergoedingen). |
|
M2C2-42 BIS |
Investering 5.4 — Steun voor startende ondernemingen en durfkapitaal dat actief is in de ecologische transitie. |
Mijlpaal |
Het ministerie heeft de overdracht van middelen aan CDP Venture Capital SGR voltooid. |
Overdrachtscertificaat |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Italië draagt 250 EUR 000 000 over aan CDP Venture Capital SGR voor de faciliteit. Voor een bevredigende verwezenlijking van de doelstelling is ook een wijziging van de uitvoeringsovereenkomst tussen Italië en CDP Venture Capital SGR en van de statuten van de faciliteit vereist, in overeenstemming met de voorwaarden van het uitvoeringsbesluit van de Raad. |
M2C2-43 |
Investering 5.4 — Steun voor startende ondernemingen en durfkapitaal dat actief is in de ecologische transitie. |
Doel |
Juridische overeenkomsten met durfkapitaalfondsen en startende ondernemingen |
EUR |
0 |
100 % |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Cassa Depositi e Prestiti Venture Capital heeft juridische financieringsovereenkomsten gesloten met start-ups, starters-/acceleratieprogramma’s of durfkapitaalfondsen voor een bedrag dat nodig is om 100 % van de RRF-investering (250 miljoen EUR) in de faciliteit te gebruiken (met inbegrip van het gemiddelde maximum van 13 % van de beheersvergoedingen en -kosten van GTF gedurende de levenscyclus van het fonds en met inbegrip van ex-antevoorwaarden voor latere investeringsrondes, met uitzondering van overgedragen geïnteresseerde, prestatievergoedingen en alle kosten en beheersvergoedingen in verband met middelen van derden). De investering wordt opgesplitst in de volgende twee interventielijnen: — Directe investeringen. — Indirecte investeringen. Voor indirecte investeringen in durfkapitaalfondsen heeft Cassa Depositi e Prestiti Venture Capital juridische financieringsovereenkomsten gesloten met durfkapitaalfondsen voor een bedrag dat nodig is om indicatief ongeveer 60 % van de RRF-investering in de faciliteit te gebruiken (exclusief beheersvergoedingen en -kosten van GTF gedurende de levenscyclus van het fonds). Voor indirecte investeringen in start-ups bevatten de juridische financieringsovereenkomsten met durfkapitaalfondsen een bindende toezegging om een cumulatief hefboomeffect van het ingezette kapitaal te bereiken, zowel op het niveau van de fondsen als op het niveau van de startende ondernemingen van ten minste 1 x 1 gedurende de gehele looptijd van het fonds. Voor directe investeringen heeft CDP Venture Capital juridische financieringsovereenkomsten gesloten met start-ups/incubatie-/acceleratieprogramma’s voor een bedrag dat nodig is om indicatief ongeveer 40 % van de RRF-investering (250 miljoen EUR) in de faciliteit te gebruiken (met inbegrip van beheersvergoedingen en -kosten van GTF gedurende de levenscyclus van het fonds). Voor directe investeringen kan de juridische financieringsovereenkomst met start-ups ook ex-antevoorwaarden voor latere investeringsrondes bevatten (d.w.z. de voorwaarden voor het ontsluiten van financiering door Serie B of Serie C). Verbintenissen in het kader van deze maatregel die zijn aangegaan vóór de inwerkingtreding van de wijzigingen van het investeringsbeleid van de uitvoeringsovereenkomst en in overeenstemming met de overeenkomst in het kader van mijlpaal M2C2-42 vorig investeringsbeleid, worden ook meegeteld voor de verwezenlijking van het streefcijfer. Vanaf de datum van inwerkingtreding van het uitvoeringsbesluit van de Raad moeten nieuwe verbintenissen beginnen te volgen op het nieuwe investeringsbeleid overeenkomstig het nieuwe uitvoeringsbesluit van de Raad. |
|
M2C2-44 |
Investering 1.1 Ontwikkeling van agro-fotovoltaïsche systemen |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de installatie van fotovoltaïsche zonnepanelen in fotovoltaïsche systemen |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de installatie van fotovoltaïsche zonnepanelen in fotovoltaïsche systemen |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de installatie van fotovoltaïsche zonnepanelen en meetinstrumenten in agro-fotovoltaïsche systemen. De geïnstalleerde kracht van experimentele agro-fotovoltaïsche systemen zal naar verwachting de ontwikkeling bevorderen van innovatieve oplossingen voor grondinstallaties waarin meerdere vormen van grondgebruik naast elkaar kunnen bestaan, hetgeen concurrerende voordelen oplevert. De inbedrijfstelling van de installaties wordt geregistreerd in het nationale GaudÜ systeem (register van productie-installaties), dat overtuigend bewijs levert van de verwezenlijking van de doelstellingen. |
M2C2-45 |
Investering 1.1 Ontwikkeling van agro-fotovoltaïsche systemen |
Doel |
Installatie van fotovoltaïsche zonnepanelen in fotovoltaïsche systemen |
N.V.T |
MW |
0 |
900 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Fotovoltaïsche zonnepanelen installeren in agro-fotovoltaïsche systemen met een capaciteit van ten minste 900 MW. |
M2C2-46 |
Investering 1.2 Bevordering van hernieuwbare energiebronnen voor energiegemeenschappen en gezamenlijk optredende zelfverbruikers van hernieuwbare energie |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de toekenning van subsidies voor de uitvoering van de interventies ten behoeve van energiegemeenschappen |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de uitvoering van de interventies voor energiegemeenschappen |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ondertekening van de contracten voor de toekenning van subsidies voor de uitvoering van de interventies voor energiegemeenschappen. |
M2C2-47 |
Investering 1.2 Bevordering van hernieuwbare energiebronnen voor energiegemeenschappen en gezamenlijk optredende zelfverbruikers van hernieuwbare energie |
Doel |
Installatie van nieuwe capaciteit voor elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare energiebronnen in energiegemeenschappen en gezamenlijk optredende zelfverbruikers van hernieuwbare energie |
N.V.T |
MW |
0 |
1 730 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Er is een nieuwe energieopwekkingscapaciteit van ten minste 1 730 MW uit hernieuwbare bronnen geïnstalleerd in energiegemeenschappen en gezamenlijk optredende consumenten van zelfgeproduceerde hernieuwbare energie in gemeenten met minder dan 5 000 inwoners. Deze maatregel ondersteunt geen waterstofactiviteiten die leiden tot broeikasgasemissies van meer dan 3 ton CO2-eq/tH2. |
M2C2-48 |
Investering 3.1 Productie van waterstof in brownfieldterreinen (Hydrogen Valleys) |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor projecten voor de productie van waterstof in verlaten industriecentra |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de productie van waterstof in verlaten industriecentra |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Toekenning van projecten voor de productie van waterstof in verlaten industriecentra. Er wordt financiering verstrekt voor de productie van groene waterstof met minder dan 3 tCO2eq/tH2 om het beste resultaat te behalen op het gebied van decarbonisatie. Deze maatregel ondersteunt de productie van waterstof op basis van elektrolyse met behulp van hernieuwbare energiebronnen zoals gedefinieerd in Richtlijn (EU) 2018/2001 (richtlijn hernieuwbare energie) of netelektriciteit. |
M2C2-49 |
Investering 3.1 Productie van waterstof in brownfieldterreinen (Hydrogen Valleys) |
Doel |
Voltooiing van het project inzake waterstofproductie in industriegebieden |
N.V.T |
Aantal |
0 |
10 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 10 projecten voltooien voor de productie van waterstof in verlaten industriegebieden met een gemiddelde capaciteit van elk ten minste 1-5 MW. Deze maatregel ondersteunt de productie van waterstof op basis van elektrolyse met behulp van hernieuwbare energiebronnen zoals gedefinieerd in Richtlijn (EU) 2018/2001 (richtlijn hernieuwbare energie) of netelektriciteit. |
M2C2-50 |
Investering 3.2 Waterstofgebruik in moeilijk te verminderen industrie |
Mijlpaal |
Overeenkomst ter bevordering van de overgang van methaan naar groene waterstof |
Ondertekening van de overeenkomst |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Ondertekening van de overeenkomst met de geselecteerde projecteigenaren om de transitie van methaan naar groene waterstof te bevorderen. De projecten zijn gedeeltelijk bestemd voor de ontwikkeling van het O & O OI-proces en worden gedeeltelijk gewijd aan de realisatie en beproeving van een industrieel prototype met gebruikmaking van waterstof. Deze maatregel ondersteunt de productie van waterstof op basis van elektrolyse met behulp van hernieuwbare energiebronnen zoals gedefinieerd in Richtlijn (EU) 2018/2001 (richtlijn hernieuwbare energie) of netelektriciteit. |
M2C2-51 |
Investering 3.2 Waterstofgebruik in moeilijk te verminderen industrie |
Doel |
Invoering van waterstof in het industriële proces |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Waterstof invoeren in ten minste 1 industriële installaties om sectoren koolstofvrij te maken die moeilijk te verminderen zijn. Deze maatregel ondersteunt de productie van waterstof op basis van elektrolyse met gebruikmaking van hernieuwbare energiebronnen in de zin van Richtlijn (EU) 2018/2001 (richtlijn hernieuwbare energie) of netelektriciteit. Ten minste 400 000 000 EUR ondersteunt industriële ontwikkelingen die 90 % van het gebruik van methaan en fossiele brandstoffen in een industrieel proces vervangen door waterstof op basis van elektrolyse met behulp van hernieuwbare energiebronnen zoals gedefinieerd in Richtlijn (EU) 2018/2001 (richtlijn hernieuwbare energie) of netelektriciteit |
M2C2-52 |
Investering 5.2 Waterstof |
Mijlpaal |
Productie van elektrolyse-installaties |
Kennisgeving van de bekendmaking van alle overheidsopdrachten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Gunning van de opdracht voor de bouw van een industriële installatie voor de productie van elektrolyse-installaties. |
M2C2-53 |
Investering 5.2 Waterstof |
Doel |
Fabrieksinstallatie gebouwd |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Bouw van ten minste één industriële installatie voor de productie van elektrolyse-installaties met een totale capaciteit voor de gehele investering van ten minste 1 GW/jaar. |
F. MISSIE 2 COMPONENT 3 — Energie-efficiëntie en herkwalificatie van gebouwen
Energie-efficiëntie is de hoeksteen van deze component, die is opgebouwd rond drie hoofdpijlers.
De eerste pijler is de invoering van een tijdelijke stimulans voor energie- en anti-seismische renovatie van particulier onroerend goed, door middel van een belastingaftrek van de kosten voor de interventies. De in aanmerking komende interventies zijn interventies die de energieprestatie van de woning met ten minste twee categorieën van het energiecertificaat verhogen, waardoor gemiddeld een verbetering van het energieverbruik van meer dan 30 % wordt bereikt.
De tweede pijler van deze component is de verbetering van de efficiëntie en veiligheid van openbare scholen en justitiële citadels.
De derde pijler is gericht op het stimuleren van de aanleg en uitbreiding van efficiënte stadsverwarmingsnetwerken in stedelijke gebieden.
Daarnaast zijn er een aantal hervormingen om de uitvoering van projecten ter verbetering van de energie-efficiëntie van gebouwen te vereenvoudigen en te versnellen.
Deze component zal naar verwachting in hoge mate bijdragen tot de verwezenlijking van de klimaat- en energiedoelstellingen van Italië voor 2030, aangezien de civiele sector verantwoordelijk is voor bijna de helft van het totale energieverbruik in Italië. De meeste gebouwen zijn gebouwd vóór de vaststelling van de criteria voor energiebesparing en de inwerkingtreding van de desbetreffende wetgeving, zodat de behoeften op het gebied van energie-efficiëntie en aanpassing aan seismische risico’s aanzienlijk zijn.
Deze component heeft betrekking op een deel van landspecifieke aanbeveling 3 van 2020, waarin de Raad Italië heeft aanbevolen actie te ondernemen om “investeringen toe te spitsen op de groene en de digitale transitie, met name op [...] waterbeheer en versterkte digitale infrastructuur om de verlening van essentiële diensten te waarborgen”. Ook wordt ingegaan op delen van de landspecifieke aanbevelingen 3 (“Investeringgerelateerd economisch beleid toespitsen op de kwaliteit van de infrastructuur, rekening houdend met regionale verschillen”. [...] en de doeltreffendheid van het openbaar bestuur verbeteren [...] door de digitalisering te versnellen en de efficiëntie en kwaliteit van lokale overheidsdiensten te verbeteren”).
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).
F.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Versterking van de ecobonus voor energie-efficiëntie
De Superbonusmaatregel financiert de energierenovatie van woongebouwen, met inbegrip van sociale woningen, zoals gespecificeerd in artikel 119 van het zogenaamde “Decreto Rilancio” dat is vastgesteld om de negatieve economische en sociale gevolgen van de pandemie aan te pakken. Het doel is tweeledig: 1) een aanzienlijke bijdrage te leveren aan de verwezenlijking van de energiebesparings- en emissiereductiedoelstellingen die zijn vastgesteld in het geïntegreerd nationaal plan voor energie en klimaat van Italië (PNIEC) voor 2030, en 2) anticyclische steun te verlenen aan de bouwsector en aan de particuliere vraag om de gevolgen van de economische neergang te compenseren.
De steun wordt verleend in de vorm van een belastingaftrek over een periode van vijf jaar. Tot en met 16 februari 2023 is bepaald dat de ontvangers, als alternatief voor het instrument van belastingaftrek, in plaats van rechtstreeks gebruik te maken van de aftrek, ervoor kunnen kiezen gebruik te maken van financiële instrumenten (de zogenaamde “overmaking” en “factuurkorting”) om het probleem van de hoge initiële investeringskosten aan te pakken. Deze alternatieve instrumenten bepalen dat de verkregen belastingvermindering van de begunstigde voor gelijke bedragen wordt verricht in:
1. een bijdrage in de vorm van een korting op de vooruitbetalingsprijs van de leverancier (d.w.z. bouwondernemingen, ontwerpers, of meer in het algemeen de algemene aannemer) die deze korting rechtstreeks op de factuur verlaagt en wordt teruggevorderd in de vorm van een belastingkrediet dat de kosten van de initiële investering verlaagt;
2. een belastingkrediet dat moet worden overgedragen aan een financiële instelling die vooraf het nodige kapitaal betaalt. Dit mechanisme compenseert de mogelijke ontmoediging om de renovatie uit te voeren vanwege hoge initiële investeringskosten. De keuze van de hoofdaannemer of de financiële instelling wordt overgelaten aan de begunstigde.
Appartementsgebouwen, eengezinswoningen, onverdeelde woningcoöperaties, non-profitorganisaties en vrijwilligersverenigingen, amateursportverenigingen en -clubs en sociale woningen kunnen van deze fiscale prikkel gebruikmaken. Om in aanmerking te komen, moet de renovatie worden geklasseerd als “grondige renovatie” (d.w.z. een middelmatige renovatie in de zin van Aanbeveling (EU) 2019/786 van de Commissie), met een verbetering van ten minste twee energieklassen (wat overeenkomt met een gemiddelde besparing van primaire energie van 40 %). Het toepassingsgebied van de in aanmerking komende interventies die onder deze maatregel vallen, is breed, met inbegrip van bijvoorbeeld rijinterventies, gesleepte ingrepen, thermische isolatie van ondoorzichtige oppervlakken en ingrepen in airconditioningsystemen (condensatieketels; met betrekking tot warmtepompen; aansluiting op efficiënte stadsverwarmingsnetten onder specifieke voorwaarden; thermische zonne-energie; ketels op biomassa onder specifieke omstandigheden), PV-systemen met bijbehorende opslagsystemen of infrastructuur voor het opladen van elektrische voertuigen. In twee ministeriële besluiten van 6 augustus 2020 zijn reeds de technische vereisten van de maatregelen en de procedures ter certificering van de naleving van de specifieke maximale eisen en kosten vastgesteld.
De Superbonus is al actief sinds 1 juli 2020 en blijft van kracht tot en met 30 juni 2022 (voor sociale huisvesting tot en met 31 december 2022). Voor werkzaamheden in appartementsgebouwen of sociale woningen is er zes maanden langer toegang tot het voordeel, wanneer ten minste 60 % van de werkzaamheden vóór de hierboven vermelde data is uitgevoerd. Om meer tijd te geven voor complexere maatregelen is het de bedoeling de toepassing van de maatregel voor appartementsgebouwen te verlengen tot en met 31 december 2022 en voor sociale woningen tot en met 30 juni 2023, ongeacht of ten minste 60 % van de werkzaamheden is uitgevoerd.
Deze maatregel doet naar verwachting geen ernstige afbreuk aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het verslechteringsverbod (2021/C58/01). In het bijzonder maken de kosten voor de installatie van gasgestookte ketels met rookgascondensor maximaal 20 % uit van de totale kosten van het renovatieprogramma. Indien gasgestookte ketels met rookgascondensor worden geïnstalleerd ter vervanging van bestaande inefficiënte ketels op gas, kolen of olie, krijgen die een A-certificaat. Bovendien moet de installatie van aardgasketels voldoen aan de voorwaarden van de technische richtsnoeren inzake het verslechteringsverbod (2021/C58/01).
Hervorming 1.1 — Vereenvoudiging en versnelling van de procedures voor energie-efficiëntiemaatregelen
Deze hervorming heeft tot doel de procedures voor de uitvoering van maatregelen op het gebied van energie-efficiëntie te vereenvoudigen en te versnellen. Het bestaat uit vier belangrijke acties:
Lancering van het nationale portaal voor de energie-efficiëntie van gebouwen: Het portaal ondersteunt burgers en exploitanten bij het beheer van energie-efficiëntieprojecten en is een gemakkelijke bron voor de toegang tot informatie voor besluitvormers. Het bevat informatie over de energieprestatie van het nationale gebouwenbestand, die bedrijven en burgers naar verwachting zal helpen bij hun beslissingen om de energieprestatie van hun eigendom te verbeteren. Er wordt één loket opgezet om bijstand en alle nuttige informatie te verstrekken aan burgers en bedrijven met betrekking tot het in kaart brengen van de energie van gebouwen, de naleving van sectorale regelgeving, de evaluatie van het potentieel voor efficiëntie en de selectie van actieprioriteiten, met inbegrip van stapsgewijze herontwikkelingsplannen, de selectie van de meest geschikte promotie-instrumenten voor dit doel en de opleiding van beroepsvaardigheden.
Versterking van de activiteiten van het informatie- en opleidingsplan gericht op de civiele sector — In het informatie- en opleidingsplan wordt rekening gehouden met de noodzaak om zowel specifieke initiatieven te ontwikkelen die gericht zijn op het dichten van de informatiekloof van eindgebruikers in de residentiële sector, als passende opleidingsactiviteiten over stimulansen en over de meest doeltreffende interventies voor bedrijven die energiediensten aanbieden, interventies uitvoeren en voor condominiumbeheerders. Bij de ontwikkeling van het plan wordt rekening gehouden met de behoeften die voortvloeien uit de Superbonusmaatregel, teneinde de doeltreffendheid ervan te maximaliseren en de basis te leggen voor een duurzame cultuur van efficiëntie in de bouw.
Actualisering en versterking van het Nationaal Fonds voor energie-efficiëntie: Met de herziening van het reglement voor de oprichting en het beheer van het Nationaal Fonds voor energie-efficiëntie (artikel 15 van wetsbesluit 102/2014 en interministerieel besluit van 22 december 2017) treden wijzigingen in werking om de verbetering en het gebruik van de beschikbare middelen te bevorderen.
Versnelling van de uitvoeringsfase van projecten die worden gefinancierd door het EPAC-programma voor centrale publieke reontwikkeling: Er wordt een herziening van de regelgeving uitgevoerd ter bevordering van een efficiënter beheer van de middelen die specifiek zijn toegewezen aan het programma voor de herkwalificatie van gebouwen van het centrale openbaar bestuur (PREPAC).
F.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M2C3-1 |
Investering 2.1 — Versterking van de ecobonus voor energie-efficiëntie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de verlenging van de superbonus |
Bepaling in de rechtshandeling (en) waarin de inwerkingtreding wordt vermeld |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
De rechtshandeling (en): de voordelen van Ecobonus en Sismabonus verlengen tot en met 31 december 2022 voor condominiums en 30 juni 2023 voor sociale zaken huisvesting (IACP). |
M2C3-2 |
Investering 2.1 — Versterking van de ecobonus voor energie-efficiëntie |
Doel |
Superbonus voor de renovatie van gebouwen T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
17 000 000 |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Volledige renovatie van gebouwen voor (ten minste 17 000 000 vierkante meter, wat resulteert in een besparing op primaire energie van ten minste 40 % en verhoging van ten minste twee categorieën van het energie-efficiëntiecertificaat. |
M2C3-3 |
Investering 2.1 — Versterking van de ecobonus voor energie-efficiëntie |
Doel |
Superbonus voor de renovatie van gebouwen T2 |
N.V.T |
Aantal |
17 000 000 |
35 800 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Een volledige renovatie van een gebouw van ten minste 35 800 000 vierkante meter, hetgeen resulteert in een besparing op primaire energie van ten minste 40 %, waardoor ten minste twee categorieën van het energie-efficiëntiecertificaat toenemen. |
M2C3-4 |
Hervorming 1.1: Vereenvoudiging en versnelling van de procedures voor energie-efficiëntiemaatregelen |
Mijlpaal |
Vereenvoudiging en versnelling van de procedures voor energie-efficiëntiemaatregelen |
Bepaling in de rechtshandeling (en) waarin de inwerkingtreding wordt vermeld |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
De rechtshandelingen vereenvoudigen en versnellen de procedures voor energie-efficiëntiemaatregelen door: Lancering van een nationaal portaal voor de energie-efficiëntie van gebouwen Versterking van de activiteiten van het voorlichtings- en opleidingsplan voor de civiele sector Actualisering en versterking van het Nationaal Fonds voor energie-efficiëntie Versnelling van de uitvoeringsfase van door het PREPAC-programma gefinancierde projecten |
F.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Bouw van nieuwe scholen door vervanging van gebouwen
Deze maatregel is gericht op de geleidelijke vervanging van een deel van het gebouwenbestand van openbare scholen met het oog op de totstandbrenging van moderne en duurzame structuren.
De doelstellingen van de interventies zijn de vermindering van het energieverbruik, een grotere seismische veiligheid van gebouwen en de ontwikkeling van groene gebieden.
Het plan zal naar verwachting gericht zijn op 166 schoolgebouwen, met een totaal van 400 m².
Investering 1.2 — Bouw van gebouwen, herkwalificatie en versterking van vastgoedactiva van de rechtsbedeling
Deze maatregel is gericht op de renovatie en herkwalificatie van ontoereikende structuren voor de rechtsbedeling.
De interventie is gericht op het behoud van bestaande activa, waardoor de bescherming, valorisatie en restauratie van het historisch erfgoed mogelijk wordt, wat vaak kenmerkend is voor de kantoren van de overheid in het Italiaanse rechtsstelsel. Naast energie-efficiëntie heeft het programma ook tot doel de economische, ecologische en sociale duurzaamheid van interventies te waarborgen door middel van het gebruik van duurzame materialen en het gebruik van zelf opgewekte elektriciteit uit hernieuwbare bronnen. De interventies kunnen ook de structuren aanpassen om de seismische kwetsbaarheid van gebouwen te verminderen.
De indicatieve lijst van gemeenten waar de interventies plaatsvinden, is als volgt: Bari, Bergamo, Bologna, Cagliari, Florence, Genua, Latina, Messina, Milaan, Monza, Napels, Palermo, Perugia, Reggio Calabria, Rome, Rome, Trani, Turijn, Velletri en Venetië.
De interventie omvat geen aardgasketels.
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Bevordering van efficiënte stadsverwarming
Stadsverwarming speelt een belangrijke rol bij de verwezenlijking van de milieudoelstellingen van de verwarmings- en koelingssector, met name in grote stedelijke gebieden waar het probleem nog nijpender is.
In het kader van de maatregel wordt efficiënte stadsverwarming ontwikkeld, op basis van de distributie van warmte uit hernieuwbare bronnen, uit afvalwarmte of -warmtekrachtkoppeling in hoogwaardige installaties. De maatregel financiert projecten die worden geselecteerd via een in 2022 uit te schrijven aanbesteding met betrekking tot de aanleg van nieuwe netwerken of de uitbreiding van bestaande stadsverwarmingsnetten. In 2023 kan een volgende aanbesteding worden uitgeschreven. Er wordt voorrang gegeven aan projecten die de grootste besparing op niet-hernieuwbare primaire energie garanderen.
Energie — Milieuvoordelen gelijk aan 20 ktoe primaire fossiele energie per jaar en 40 kton CO2 aan broeikasgasemissies die elk jaar in de niet-ETS-sectoren worden vermeden, zullen naar verwachting worden bereikt.
Deze maatregel doet naar verwachting geen ernstige afbreuk aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het verslechteringsverbod (2021/C58/01). Met name mag bij de bouw van een efficiënt stadsverwarmingssysteem geen gebruik worden gemaakt van fossiele brandstoffen als warmtebron, maar uitsluitend van warmte die wordt opgewekt uit hernieuwbare bronnen of uit afvalwarmte of -warmtekrachtkoppeling in hoogwaardige installaties. De bijbehorende infrastructuur voor stadsverwarming volgt Richtlijn 2012/27/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende energie-efficiëntie, tot wijziging van Richtlijnen 2009/125/EG en 2010/30/EU en houdende intrekking van de Richtlijnen 2004/8/EG en 2006/32/EG (PB L 315 van 14.11.2012, blz. 1) en zal naar verwachting een vermindering van 0.04 MtCO2/year garanderen.
F.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M2C3-5 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Bouw van nieuwe scholen door vervanging van gebouwen |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de bouw van nieuwe scholen door vervanging van gebouwen om de energie in schoolgebouwen te verbeteren, na een openbare aanbestedingsprocedure |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten na een openbare aanbestedingsprocedure |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 3 |
2023 |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de vervanging van nieuwe scholen die in aanmerking komen voor financiering, geformaliseerd door lokale overheden, met een totale oppervlakte van ten minste 400 vierkante meter |
M2C3-6 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Bouw van nieuwe scholen door vervanging van gebouwen |
Doel |
Er worden ten minste 000 sqmt nieuwe scholen gebouwd door vervanging van gebouwen. |
N.V.T |
Aantal |
0 |
400 000 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Voltooiing van de bouw van ten minste 400 000 vierkante meter nieuwe scholen door vervanging van gebouwen, waardoor het primaire energieverbruik ten minste 20 % lager ligt dan de eis van bijna-energieneutrale gebouwen |
M2C3-7 |
Investering 1.2 — Bouw van gebouwen, herkwalificatie en versterking van vastgoedactiva van de rechtsbedeling |
Mijlpaal |
De gunning van alle overheidsopdrachten voor de bouw van nieuwe gebouwen, de herindeling en versterking van onroerend goed van de rechtsbedeling wordt ondertekend door de aanbestedende dienst na een openbare aanbestedingsprocedure. |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten na een openbare aanbestedingsprocedure |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de bouw van gebouwen, herkwalificatie en versterking van onroerende goederen van de rechtsbedeling. |
M2C3-8 |
Investering 1.2 — Bouw van gebouwen, herkwalificatie en versterking van vastgoedactiva van de rechtsbedeling |
Doel |
Bouw van gebouwen, herkwalificatie en versterking van onroerende goederen van de rechtsbedeling |
N.V.T |
Aantal |
0 |
289 000 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Bouw van gebouwen, herkwalificatie en versterking van onroerend goed ten behoeve van de rechtsbedeling van ten minste 289 vierkante meter |
M2C3-9 |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Bevordering van efficiënte stadsverwarming |
Mijlpaal |
Contracten ter verbetering van de verwarmingsnetten worden gegund door het ministerie van Ecologische Transitie na een openbare aanbestedingsprocedure |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten na een openbare aanbestedingsprocedure |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de bouw van nieuwe stadsverwarmingsnetten of de uitbreiding van bestaande stadsverwarmingsnetten, met inbegrip van de eis om het energieverbruik te verminderen. Gunning van de opdrachten aan de projecten die zijn geselecteerd in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen in overeenstemming met de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M2C3-10 |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Bevordering van efficiënte stadsverwarming |
Doel |
Aanleg of uitbreiding van netwerken voor stadsverwarming om het energieverbruik te verminderen |
N.V.T |
KTOE |
0 |
20 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Voltooiing van de aanleg van nieuwe netwerken voor stadsverwarming, of van de uitbreiding van bestaande netwerken, waardoor het energieverbruik met ten minste 20 KTOE per jaar kan worden verminderd. De investering voldoet aan de voorwaarden van voetnoot (9) van bijlage VI bij Verordening 241/2021/EU betreffende de herstel- en veerkrachtfaciliteit. |
G. MISSIE 2 COMPONENT 4 — Territoriale planning en watervoorraden
Het doel van deze component van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan is een aantal langdurige zwakke punten in verband met het beheer van watervoorraden en hydrogeologische risico’s in Italië aan te pakken en een aantal maatregelen vast te stellen die gericht zijn op het behoud van de biodiversiteit. Dit moet worden bereikt door middel van een aanzienlijke en evenwichtige combinatie van hervormingen en investeringen in deze verschillende dimensies.
Wat de hervormingen betreft, wordt in het onderdeel een reeks maatregelen voorgesteld die voornamelijk gericht zijn op het verbeteren van de efficiëntie van het beheer van de watervoorraden door de versnippering van de sector te verminderen, door een adequaat prijsbeleid vast te stellen en door een aantal stimulansen vast te stellen om de bestaande problemen in verband met het beheer van afvalwater aan te pakken. De hervormingen in deze component omvatten ook een reeks maatregelen om het ontwerp en de uitvoering van projecten in verband met waterinfrastructuur en het beheer en de beperking van hydrologische risico’s te vereenvoudigen.
De investeringen in verband met deze component dragen bij tot het beperken en beter beheren van het hydrogeologische risico in Italië, zowel vanuit het oogpunt van preventie als aanpassing, en hebben tot doel de waterinfrastructuur veerkrachtiger te maken. Daarnaast hebben zij tot doel het beheer van de watervoorraden aanzienlijk te verbeteren door een beter beheer van afvalwater en een aanzienlijke vermindering van waterlekken, ook in de landbouwsector. De investeringen versterken de digitalisering van die sectoren en maken ze energie-efficiënter en beter aangepast aan de klimaatverandering. Deze component omvat ook een reeks maatregelen die gericht zijn op het behoud van de biodiversiteit en groene gebieden in overeenstemming met de “biodiversiteitsstrategie” van de EU voor 2030.
Deze component betreft een deel van de landspecifieke aanbeveling 3 van 2020, waarin de Raad van de Europese Unie Italië heeft aanbevolen actie te ondernemen om “investeringen toe te spitsen op de groene en de digitale transitie, met name op [...] waterbeheer en versterkte digitale infrastructuur om de verlening van essentiële diensten te waarborgen”. Ook wordt ingegaan op delen van landspecifieke aanbeveling 2019 van 3 („het investeringsgerelateerd economisch beleid toespitsen op de kwaliteit van de infrastructuur, rekening houdend met regionale verschillen. [...] en de doeltreffendheid van het openbaar bestuur verbeteren [...] door de digitalisering te versnellen en de efficiëntie en kwaliteit van lokale overheidsdiensten te verbeteren”).
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).
G.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Hervorming 2.1 — Vereenvoudiging en versnelling van de procedures voor de uitvoering van interventies tegen hydrogeologische instabiliteit
Het doel van deze hervorming is het wegwerken van de bestaande tekortkomingen in het beheer van hydrogeologische risico’s die door de Italiaanse Rekenkamer aan de orde zijn gesteld. Het bestaat uit het vereenvoudigen en versnellen van de procedures voor de uitvoering van projecten op dit gebied, met inbegrip van de vaststelling van maximumtermijnen voor elke fase; voorrang geven aan interventies in overeenstemming met de nationale risicobeoordeling en artikel 6 van Besluit 1313/2013 EU en de beoordeling van het risicobeheersingsvermogen en het beginsel “geen ernstige afbreuk doen”; een plan opstellen om de administratieve capaciteit van de entiteiten die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van deze projecten te vergroten en de coördinatie tussen de verschillende betrokken bestuursniveaus te versterken, onder meer door de informatiestromen te stroomlijnen.
Hervorming 2 — Hervorming van het rechtskader voor een beter beheer en een duurzaam watergebruik
Deze hervorming is gericht op het aanpakken van de langdurige problemen van de watersector in Italië, die tot uiting komen in veel lopende inbreukprocedures wegens niet-naleving van Richtlijn 91/271/EEG van de Raad, in een buitensporige versnippering van de sector en bij gebrek aan adequate stimulansen en prijsbeleid. De beoogde maatregelen zullen naar verwachting de versnippering van de sector aanzienlijk verminderen door het aantal exploitanten te verminderen en schaalvoordelen aan te moedigen, stimulansen te bieden om waterlekken en overmatig waterverbruik door de landbouwsector te verminderen en een adequaat prijsbeleid voor een duurzamer waterverbruik vast te stellen.
Met de regio’s Campania, Calabrië, Molise en Sicilia wordt een reeks memoranda van overeenstemming ondertekend om de versnippering van het aantal exploitanten die waterdiensten verlenen, tegen te gaan. In het memorandum van overeenstemming worden doelstellingen vastgesteld met betrekking tot het aanwijzen van lokale overheidsinstanties, het verminderen van het aantal exploitanten en het behalen van schaalvoordelen, teneinde binnen twee jaar na de ondertekening van dat memorandum één exploitant voor ten minste elke 40 000 inwoners aan te wijzen.
Hervorming 4.2 “Maatregelen om volledige beheerscapaciteit voor geïntegreerde waterdiensten te waarborgen”
Deze hervorming heeft tot doel belangrijke problemen bij het beheer van de watervoorraden aan te pakken en het systeem efficiënter te maken.
Het systeem zal naar verwachting de bestaande versnippering van het aantal exploitanten verminderen, wat momenteel een efficiënt gebruik van watervoorraden in sommige delen van het land belemmert. De hervorming zal naar verwachting ook de juiste stimulansen bieden voor een beter gebruik van watervoorraden in de landbouwsector, een sanctieregeling voor illegale waterwinning invoeren en een prijssysteem invoeren dat beter aansluit bij het beginsel dat de vervuiler betaalt en dat de uitbreiding van bestaande irrigatiesystemen voorkomt. De maatregelen worden vastgesteld in samenwerking met de regio’s waar het beheer van de watervoorraden momenteel problematischer is.
Investering 3.2 — Digitalisering van nationale parken en beschermde mariene gebieden
Bij deze maatregel worden gestandaardiseerde en gedigitaliseerde procedures vastgesteld voor de modernisering, efficiëntie en doeltreffende werking van beschermde gebieden in hun verschillende dimensies, zoals natuurbehoud, administratieve vereenvoudiging van procedures en diensten voor bezoekers van nationale parken en beschermde mariene gebieden. Na de interventie zal de monitoring van de natuurlijke hulpbronnen naar verwachting zijn verbeterd om, indien nodig, de nodige preventieve en corrigerende maatregelen te nemen voor de bescherming van de biodiversiteit. Het zal naar verwachting ook leiden tot betere diensten en bewustzijn over biodiversiteit voor bezoekers van nationale parken en beschermde mariene gebieden met het oog op een duurzamer toerisme en een verantwoord gebruik van natuurlijke hulpbronnen.
G.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M2C4-1 |
Hervorming 2.1. Vereenvoudiging en versnelling van de procedures voor de uitvoering van interventies tegen hydrogeologische instabiliteit |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de vereenvoudiging van het rechtskader voor een beter beheer van hydrologische risico’s |
Bepaling in de desbetreffende rechtshandeling (en) waarin de inwerkingtreding wordt vermeld |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Het nieuwe rechtskader moet (ten minste): Prioriteit te geven aan preventieve interventies in overeenstemming met de nationale risicobeoordeling en artikel 6 van Besluit 1313/2013 EU en de beoordeling van het risicobeheersingsvermogen en het beginsel “geen ernstige afbreuk doen”; De procedures voor projectontwerp te versnellen en algemene beginselen vast te stellen om de uitvoering en financiering van projecten en projecten met hydrologische risico’s te vereenvoudigen; De informatiestromen harmoniseren en stroomlijnen om redundantie in de verslaglegging tussen de verschillende informatiesystemen van de staat te verminderen, en een systeem van indicatoren ontwikkelen voor een betere identificatie van hydrologische risico’s, overeenkomstig de aanbevelingen van de Italiaanse Rekenkamer. De coördinatie van interventies tussen de verschillende overheidsniveaus te versterken overeenkomstig de aanbevelingen van de Italiaanse Rekenkamer; Het opzetten van gezamenlijke databanken over incidenten (“dissesto”), overeenkomstig de aanbevelingen van de Italiaanse Rekenkamer; Voor elke fase maximale tijdschema’s vast te stellen. Een plan opstellen om de capaciteit van de betrokken entiteiten te versterken. |
M2C4-2 |
Hervorming 4.2 “Maatregelen om volledige beheerscapaciteit voor geïntegreerde waterdiensten te waarborgen” |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de hervorming om volledige beheerscapaciteit voor geïntegreerde waterdiensten te waarborgen |
Bepaling in de desbetreffende rechtshandeling (en) waarin de inwerkingtreding wordt vermeld |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 3 |
2022 |
De algemene wet/voorschriften inzake waterdiensten met het oog op het duurzame gebruik ervan en het stimuleren van investeringen in waterinfrastructuur, die ten minste: De versnippering van entiteiten verminderen door middel van regels en aggregatiemechanismen om momenteel autonome beheerders te stimuleren om te worden geïntegreerd in de unieke exploitant voor het gehele Ambito Territoriale Ottimale; Stimulansen te bieden voor een duurzaam gebruik van water in de landbouw, met name ter ondersteuning van het gebruik van het gemeenschappelijk monitoringsysteem voor watergebruik (SIGRIAN) voor collectieve en zelfvoorzienende irrigatiedoeleinden; Een systeem van gereguleerde prijzen opzetten dat voldoende rekening houdt met het gebruik van milieuhulpbronnen en verontreiniging, in overeenstemming met het beginsel dat de vervuiler betaalt |
M2C4-3 |
Hervorming 4.2 “Maatregelen om volledige beheerscapaciteit voor geïntegreerde waterdiensten te waarborgen” |
Mijlpaal |
Hervorming van het rechtskader voor een beter beheer en een duurzaam watergebruik |
Inwerkingtreding van de memoranda van overeenstemming |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Ondertekening van Memoranda of Understading (MoU) door het ministerie van Ecologische Transitie met de regio’s Campanië, Calabrië, Molise en Sicilia om de versnippering van het aantal exploitanten die waterdiensten verlenen, tegen te gaan. In het memorandum van overeenstemming moeten doelstellingen worden vastgesteld met betrekking tot het aanwijzen van lokale overheidsorganen, het verminderen van het aantal exploitanten en het realiseren van schaalvoordelen met het oog op de oprichting van één enkele exploitant voor ten minste elke 40 000 inwoners. |
M2C4-4 |
Hervorming 4.2 “Maatregelen om volledige beheerscapaciteit voor geïntegreerde waterdiensten te waarborgen” |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het nieuwe rechtskader voor irrigatiedoeleinden |
Bepaling in de relevante wetgeving waarin de inwerkingtreding wordt vermeld |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Het herziene rechtskader moet ten minste: — Invoering van een sanctieregeling voor illegale waterwinning Een effectbeoordeling als bedoeld in artikel 4, lid 7, van de kaderrichtlijn water vereisen om de (mogelijk cumulatieve) effecten op alle mogelijk getroffen waterlichamen te beoordelen. — Ervoor zorgen dat uitbreiding van het bestaande irrigatiesysteem (onder meer door een groter watergebruik, d.w.z. niet alleen fysieke uitbreiding), zelfs via efficiëntere methoden, wordt vermeden wanneer de betrokken waterlichamen (oppervlakte- of grondwater) zich (in het kader van de intensivering van de klimaatverandering) in een minder dan goede toestand of potentieel goede toestand zullen bevinden. |
M2C4-5 |
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van nationale parken |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de administratieve vereenvoudiging en ontwikkeling van digitale diensten voor bezoekers van nationale parken en beschermde mariene gebieden |
Bepaling in het ministerieel besluit betreffende de inwerkingtreding |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2022 |
Het ministerieel besluit verplicht de ontwikkeling van digitale diensten voor bezoekers van nationale parken en beschermde mariene gebieden. |
G.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
Hervorming 3.1 Vaststelling van nationale programma’s ter beheersing van de luchtverontreiniging
De hervorming heeft tot doel de nationale en regionale wetgeving op elkaar af te stemmen en daarmee samenhangende maatregelen in te voeren voor de vermindering van de emissies van luchtverontreinigende stoffen (in overeenstemming met de doelstellingen van Richtlijn 2016/2284 inzake nationale emissieplafonds en de wijziging van klimaatgassen).
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Invoering van een geavanceerd en geïntegreerd monitoring- en prognosesysteem
De investering ontwikkelt een monitoringsysteem om risico’s als gevolg van klimaatverandering en ontoereikende ruimtelijke ordening te identificeren en te voorspellen door middel van het gebruik van geavanceerde technologieën. Deze technologieën maken controle op afstand van grote territoriale banden mogelijk, waardoor de basis wordt gelegd voor de ontwikkeling van risicopreventieplannen, met inbegrip van de versterking van de bestaande infrastructuur, en de identificatie van illegale afvalverwijdering. De belangrijkste instrumenten die worden ontwikkeld om deze doelstellingen te verwezenlijken, zijn het verzamelen van ruimtelijke gegevens met behulp van satellietobservatiesystemen, drones, sensoren op afstand en de integratie van informatiesystemen; telecommunicatienetwerken met de meest geavanceerde beveiligingseisen; het opzetten van centrale en regionale controlekamers om toegang te krijgen tot de ter plaatse verzamelde informatie; en cyberveiligheidssystemen en -diensten ter bescherming tegen cyberaanvallen. De interventies vinden voornamelijk plaats in de acht zuidelijke regio’s.
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Maatregelen ter beperking van overstromings- en hydrogeologische risico’s
Het Italiaanse grondgebied wordt gekenmerkt door een aanzienlijke mate van hydrogeologische instabiliteit, die nog is verergerd door de gevolgen van de klimaatverandering. Dit risico heeft niet alleen nadelige gevolgen voor de levenskwaliteit, maar ook voor de economische activiteit van de gebieden die het meest aan dit risico zijn blootgesteld.
Deze maatregel is onderverdeeld in twee actielijnen, waarbij Protezione Civile en “Commissaris voor de wederopbouw in de gebieden Emilia-Romagna, Toscane en Marche” die zijn getroffen door de overstromingen van mei 2023 (Commissario per la ricostruzione nel territorio della regione Emilia Romagna, Toscana e Marche), respectievelijk verantwoordelijk bestuur zijn.
Wat de eerste actielijn betreft, wordt een brede en alomvattende reeks interventies uitgevoerd om beschadigde openbare structuren en infrastructuur te herstellen (interventies van type E) en om het restrisico te verminderen dat strikt verband houdt met de gebeurtenis en in de eerste plaats gericht is op de bescherming van de openbare en particuliere veiligheid (interventies van type D).
De tweede actielijn omvat interventies die zijn vastgesteld door de commissaris voor noodsituaties, met name de provincies Ascoli Piceno, Bologna, Ferrara, Fermo, Firenze, Forli-Cesena, Modena, Pesaro-Urbino, Ravenna, Reggio-Emilia, Rimini.
De interventies hebben betrekking op:
Maatregelen om waterwegen te herstellen en de bescherming tegen overstromingen en aardverschuivingen te verbeteren. De interventies omvatten zoveel mogelijk op de natuur gebaseerde oplossingen en kunnen betrekking hebben op hergebruik van materialen die door overstromingen worden vervoerd. De interventies moeten ook, voor zover mogelijk, de invoering bevorderen van duurzame bodem- en landbeheerpraktijken om de veerkracht van bodems op lange termijn te ondersteunen, bodemaantasting een halt toe te roepen en de gevolgen van klimaatverandering te verzachten;
Herstelacties van het vervoersnetwerk. De interventies kunnen aanvullende infrastructuur (met inbegrip van bruggen) omvatten die schade heeft geleden en moet worden gerepareerd;
Interventies voor het herstel van openbare gebouwen, met inbegrip van openbare huizen en gezondheidscentra.
Verwacht wordt dat deze maatregel geen ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). De investering voorziet niet in de installatie of vervanging van gasketels, noch in de aankoop van voertuigen.
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Bescherming en verbetering van stedelijke en voorstedelijke bossen
Deze maatregel heeft tot doel groene gebieden te beschermen en hun aantal te vergroten, met als doel zowel de biodiversiteit in stand te houden en te verbeteren als de levenskwaliteit van de inwoners van die gebieden te verbeteren. De acties zijn gericht op de 14 stedelijke steden van Italië, die het meest zijn blootgesteld aan milieuproblemen zoals luchtverontreiniging, biodiversiteitsverlies of de gevolgen van de klimaatverandering. Bosbouwkundig teeltmateriaal (zaden of planten) moet voor die gebieden worden aangeplant voor ten minste 4 500 000 bomen en struiken (in 4 500 hectare) en ten minste 3.5 miljoen bomen moeten op hun eindbestemming worden geplant.
De interventies volgen op de vaststelling van een plan voor stedelijke bebossing met als doel de biodiversiteit in stand te houden en te verbeteren in overeenstemming met de Europese biodiversiteitsstrategie, de luchtverontreiniging in grootstedelijke gebieden terug te dringen en het aantal inbreukprocedures inzake luchtkwaliteit terug te dringen.
Investering 3.3 — Hernaturificatie van het Po-gebied
Het Po-gebied wordt sinds 1970 gekenmerkt door een overmatige waterverontreiniging, bodemverbruik en uitgravingen in de bedding van de rivier. Al deze problemen hebben negatieve gevolgen gehad voor sommige van haar natuurlijke habitats en hebben het hydrogeologische risico doen toenemen.
Deze maatregel heeft tot doel natuurlijke processen te reactiveren en het herstel van de biodiversiteit aan te moedigen. Dit zou het herstel van de rivier en een efficiënter duurzaam en efficiënt gebruik van de watervoorraden waarborgen.
Investering 3.4: Wetenschap op topniveau. Sanering van weeslocaties
Industriële verontreiniging heeft geleid tot vele zogenaamde “weeslocaties”, die een aanzienlijk risico vormen voor de gezondheid, met ernstige gevolgen voor de levenskwaliteit van de betrokken bevolkingsgroepen.
Het doel van deze maatregel is deze gebieden te herstellen om de milieueffecten te verminderen en de circulaire economie te bevorderen. In het kader van het project worden de beste beschikbare innovatieve onderzoekstechnologieën gebruikt om de werkelijke behoeften aan sanering vast te stellen en de ontwikkeling van die gebieden, onder meer voor huisvesting, mogelijk te maken.
Deze maatregel bestaat in de eerste plaats in de vaststelling van een actieplan voor de revitalisering van weeslocaties om het ruimtebeslag te verminderen en stadsvernieuwing te bevorderen. In het plan worden de weeslocaties in alle 21 regio’s en autonome provincies geïdentificeerd en wordt aangegeven welke specifieke interventies moeten worden ondernomen.
Investering 3.5: Wetenschap op topniveau. Herstel en bescherming van de zeebodem en mariene habitats
Deze maatregel omvat grootschalige acties voor het herstel en de bescherming van de zeebodem en de mariene habitats, gericht op het omkeren van de aanhoudende achteruitgang van deze ecosystemen.
De uit te voeren specifieke acties omvatten de ontwikkeling van een adequate inventarisatie van zeehabitats en milieumonitoring. Om een adequate planning en uitvoering van grootschalige herstel- en beschermingsmaatregelen te waarborgen, wordt het nationale onderzoeks- en observatiesysteem voor mariene en kustecosystemen versterkt. Daarnaast worden mariene observatieplatforms versterkt om de technisch-wetenschappelijke capaciteit voor de monitoring van het mariene milieu te vergroten, en met name om de doeltreffendheid van beschermings- en beheersmaatregelen in het kader van het klimaatveranderingsscenario te beoordelen. Dergelijke investeringen maken vervolgens een systematische en alomvattende inventarisatie mogelijk van kwetsbare habitats in Italiaanse mariene wateren, om milieuherstel en de aanwijzing van beschermde gebieden uit te voeren, in overeenstemming met de EU-biodiversiteitsstrategie voor 2013 en de kaderrichtlijn mariene strategie.
Deze maatregel doet naar verwachting geen ernstige afbreuk aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het verslechteringsverbod (2021/C58/01). Door onderzoeksactiviteiten op het gebied van mariene ecosystemen te verrichten, kan de maatregel de aankoop van wetenschappelijke uitrusting en/of schepen omvatten. De nieuw gebouwde schepen zullen met name gebruikmaken van de meest geavanceerde beschikbare technologieën, waarbij zoveel mogelijk wordt gezorgd voor preventie en bestrijding van verontreiniging.
Hervorming 4.1 Vereenvoudiging van de wetgeving en versterking van de governance voor de uitvoering van investeringen in de watervoorzieningsinfrastructuur
Het huidige regelgevingskader en de bestaande versnippering van het beheer hebben een negatief effect op de capaciteit om investeringen in infrastructuur voor watervoorziening te plannen en uit te voeren.
Het doel van deze hervorming is het rechtskader te vereenvoudigen en doeltreffender te maken en zo nodig bijstand te verlenen aan de uitvoerende instanties die onvoldoende capaciteit hebben om deze investeringen binnen de oorspronkelijk vastgestelde termijnen uit te voeren en te voltooien.
De belangrijkste maatregelen die zijn gepland om deze doelstellingen te verwezenlijken, zijn voornamelijk i) de invoering van een centraal overheidsfinancieringsinstrument voor investeringen in de watersector, dat de momenteel vrij versnipperde hulpbronnen verenigt; II) vereenvoudiging van de procedures voor rapportage en monitoring van de gefinancierde investeringen, iii) verdere betrokkenheid van de regelgevende instantie bij de planning van de uit te voeren investeringen en bij mogelijke herzieningen van het plan.
Het ministerie van Infrastructuur en Vervoer presenteert het hervormingsvoorstel met betrekking tot de watervoorzieningssector.
Investering 4.1 Primaire waterinfrastructuur voor de zekerheid van de watervoorziening
Het doel van deze maatregel is de zekerheid van de watervoorziening voor belangrijke stedelijke gebieden en grote geïrrigeerde gebieden te waarborgen, de veiligheid en veerkracht van het netwerk te vergroten en de transportcapaciteit van water te verbeteren. De maatregelen hebben betrekking op het gehele nationale grondgebied, met bijzondere aandacht voor grotere installaties in het zuiden van het land.
Verwacht wordt dat deze maatregel geen ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). Met name moet voor elke subinvestering voor, tijdens en na de aanvang van de bouwwerkzaamheden de volledige naleving van de vereisten van het EU-recht, met inbegrip van de kaderrichtlijn water, worden gewaarborgd. Voorts zijn submaatregelen, indien van toepassing, onderworpen aan een milieueffectbeoordeling (MEB) overeenkomstig Richtlijn 2011/92/EU, alsook aan relevante beoordelingen in het kader van Richtlijn 2000/60/EG en Richtlijn 92/43/EEG, met inbegrip van de uitvoering van de vereiste risicobeperkende maatregelen. De maatregel omvat niet de bouw van nieuwe dammen, maar alleen de verbetering van bestaande dammen; bij de effecten van de geplande ingrepen op bestaande werkzaamheden wordt rekening gehouden met de scenario’s waarin de betrokken rivier in natuurlijke staat blijft zoals gewijzigd ten tijde van de bouw van het werk. Alle geplande subinterventies, met inbegrip van die met betrekking tot bestaande dammen, moeten voldoen aan de milieuvergunningsprocedure die door het nationale recht en het recht van de Unie is vereist.
Investering 4.2. Vermindering van verliezen in waterdistributienetten, met inbegrip van digitalisering en monitoring van netwerken
Het versnipperde en inefficiënte beheer van watervoorraden heeft geleid tot aanzienlijke waterlekken, met gemiddelde verliezen van meer dan 40 % en meer dan 50 % in het zuiden van het land. Het doel van dit project is de verliezen aan drinkwater aanzienlijk te verminderen door de waterdistributienetwerken te moderniseren en te moderniseren door middel van geavanceerde controlesystemen waarmee de belangrijkste knooppunten en de gevoeligste punten van het netwerk kunnen worden gemonitord.
Investering 4.3. Investeringen in de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden
Het doel van deze maatregel is de efficiëntie van irrigatiesystemen te verhogen door de ontwikkeling van innovatieve en gedigitaliseerde infrastructuur voor een duurzamere landbouwsector en beter aangepast aan de klimaatverandering. De investering bestaat voornamelijk uit de omschakeling van irrigatiesystemen naar efficiëntere systemen; de aanpassing van distributienetten om verliezen te beperken; de installatie van technologieën voor een efficiënt gebruik van watervoorraden, zoals meters en afstandsbediening. In het kader van de gesteunde investering wordt watermeting ingevoerd die het mogelijk maakt water te meten.
Verwacht wordt dat deze maatregel geen ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). Met name moet voor elke subinvestering voor, tijdens en na de aanvang van de bouwwerkzaamheden de volledige naleving van de vereisten van het EU-recht, met inbegrip van de kaderrichtlijn water, worden gewaarborgd. Voorts zijn projecten, indien van toepassing overeenkomstig het nationale recht, onderworpen aan een milieueffectbeoordeling (MEB) overeenkomstig Richtlijn 2011/92/EU, alsook aan relevante beoordelingen in het kader van Richtlijn 2000/60/EG en Richtlijn 92/43/EEG, met inbegrip van de uitvoering van de vereiste mitigerende maatregelen.
Investering 4.4. Riolering en zuivering
De watersystemen vertonen grote tekortkomingen met betrekking tot riolerings- en zuiveringssystemen, wat tot uiting komt in een groot aantal inbreukprocedures wegens niet-naleving van het Unierecht door veel agglomeraties in het land.
Het doel van deze maatregel is investeringen te doen om de zuivering van afvalwater dat in mariene en binnenwateren wordt geloosd doeltreffender te maken en, waar mogelijk, zuiveringsinstallaties om te zetten in “groene fabrieken” voor hergebruik van gezuiverd afvalwater voor irrigatie en industriële doeleinden. Deze investeringen zullen naar verwachting bijdragen tot een vermindering van het aantal agglomeraties met zwakke riolerings- en zuiveringssystemen.
G.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M2C4-6 |
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van nationale parken |
Doel |
Ontwikkeling van digitale diensten voor bezoekers van nationale parken en beschermde mariene gebieden |
N.V.T |
Percentage |
0 |
70 |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Ten minste 70 % van de nationale parken en beschermde mariene gebieden heeft digitale diensten ontwikkeld voor bezoekers van nationale parken en beschermde mariene gebieden (ten minste twee van de volgende: de verbinding met het IT-portaal Naturitalia.; een aanvraag voor administratieve procedures of een app voor duurzame mobiliteit). |
M2C4-6bis |
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van nationale parken |
Doel |
Voltooiing van de interventie |
N.V.T. |
Aantal |
0 |
4 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Voltooiing van de volgende vier interventies.
Twee interventies in verband met administratieve vereenvoudiging:
De oprichting van een IT-platform voor de vereenvoudiging van administratieve procedures met betrekking tot nationale parken en beschermde mariene gebieden; en Creëren van een backoffice toegang tot de NATURITALIA-app voor het personeel van alle nationale parken en beschermde mariene gebieden. Het backofficesysteem moet toegang bieden tot gegevens en statistieken over bezoekers en verzoeken van bezoekers behandelen. Twee interventies in verband met natuurbehoud en monitoring van natuurlijke hulpbronnen:
Aankoop en levering aan natuurparken en autoriteiten voor beschermde mariene gebieden van ten minste 12.000 uitrusting die nodig is voor de uitvoering van natuurbeschermings- en monitoringactiviteiten; en Inzet in natuurparken en beschermde mariene gebieden van ten minste 7 verschillende soorten technische diensten en opleiding voor wetenschappelijke en veldmonitoringactiviteiten, in ten minste 3 van de volgende 5 categorieën: mariene monitoring, monitoring van terrestrische habitats, monitoring van wilde fauna op het land, monitoring van aquatische ecosystemen, monitoring van de biodiversiteit op basis van DNA |
M2C4-7 |
Hervorming 3.1: Vaststelling van nationale programma’s ter beheersing van de luchtverontreiniging |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een nationaal programma ter beperking van de luchtverontreiniging |
Bepaling in de DPCM met vermelding van de inwerkingtreding |
N.V.T |
N.V.T. |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
In het besluit van de voorzitter van de ministerraad (DPCM) wordt een nationaal programma ter beheersing van de luchtverontreiniging vastgesteld, waarbij passende maatregelen worden ingevoerd om de luchtverontreiniging terug te dringen in overeenstemming met Richtlijn 2016/2284 van de EU en wetsbesluit nr. 81 van 30 mei 2018 tot omzetting van die richtlijn. |
M2C4-8 |
Investering 1.1. Invoering van een geavanceerd en geïntegreerd monitoring- en prognosemesysteem |
Mijlpaal |
Operationeel plan voor een geavanceerd en geïntegreerd monitoring- en prognosesysteem om hydrologische risico’s in kaart te brengen |
Bepaling in het ministerieel besluit betreffende de inwerkingtreding |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 3 |
2021 |
Het ministerieel besluit keurt een operationeel plan goed voor de implementatie van een geavanceerd en geïntegreerd monitoring- en prognosesysteem om hydrologische risico’s in kaart te brengen. Zij moet ten minste: Teledetectietoepassingen en sensoren voor gegevensvelden overwegen; Een communicatiesysteem ontwikkelen dat coördinator en interoperabiliteit tussen de verschillende operatoren in de controlekamers mogelijk maakt Centrale en regionale controlekamers opzetten Ontwikkeling van cyberveiligheidssystemen en -diensten |
M2C4-9 |
Investering 1.1. Invoering van een geavanceerd en geïntegreerd monitoring- en prognosemesysteem |
Doel |
Invoering van een geavanceerd en geïntegreerd monitoring- en prognosesysteem om hydrologische risico’s in kaart te brengen |
N.V.T |
Percentage |
0 |
90 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
90 % van het oppervlak van de zuidelijke regio’s wordt gedekt door het geavanceerde en geïntegreerde monitoring- en prognosesysteem om hydrologische risico’s in kaart te brengen. |
M2C4-11 |
Investering 2.1.a. Maatregelen ter beperking van overstromings- en hydrogeologische risico’s — Interventions in Emilia Romagna, Toscana en Marche |
Mijlpaal |
Identificatie van de interventies bij besluit (en) van de commissaris voor noodsituaties |
Verordening (en) van de commissaris voor noodsituaties |
KWARTAAL 3 |
2024 |
In een of meer verordeningen van de commissaris voor noodsituaties wordt de exacte lijst vastgesteld van interventies om waterwegen te herstellen en de bescherming tegen overstromingen en aardverschuivingen te verbeteren, de interventies voor het herstel van openbare gebouwen, met inbegrip van openbare huizen en gezondheidscentra, en het totale aantal kilometers van het te saneren vervoersnetwerk. De waarde van het totale aantal interventies bedraagt ten minste 1.2 miljard EUR. |
|||
M2C4-11bis |
Investering 2.1.a. Maatregelen ter beperking van overstromings- en hydrogeologische risico’s — Interventions in Emilia Romagna, Toscana en Marche |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor interventies in Emilia-Romagna, Toscana en Marche |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de interventies op het gebied van risicobeheer en beperking van hydrogeologische risico’s. De totale waarde van de oproepen waaruit deze prijzen voortvloeien, bedraagt ten minste 1.2 miljard EUR. |
M2C4-11ter |
Investering 2.1.a. Maatregelen ter beperking van overstromings- en hydrogeologische risico’s — Interventions in Emilia Romagna, Toscana en Marche |
Mijlpaal |
Voltooiing van projecten |
Certificering van de voltooiing van projecten |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Voltooiing van: ten minste 90 % van de interventies om waterwegen te herstellen en de bescherming tegen overstromingen en aardverschuivingen te verbeteren, zoals vastgesteld in de verordeningen van de commissaris voor noodsituaties, Herstelinterventies van het vervoersnetwerk, voor een aantal kilometers, zoals vastgesteld in de ordonnanties van de commissaris voor Noodzaken; Ten minste 90 % van de interventies voor het herstel van openbare gebouwen, met inbegrip van openbare huizen en gezondheidscentra, zoals vastgesteld in de statuten van de commissaris voor noodsituaties. |
|||
M2C4-12 |
Investering 2.1.b. Maatregelen ter beperking van overstromings- en hydrogeologische risico’s |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het herziene rechtskader voor interventies tegen overstromingsrisico’s en hydrogeologische risico’s |
Bepalingen in de verordeningen waarin de inwerkingtreding wordt vermeld |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
De decreten tot goedkeuring van het eerste interventie- en investeringsplan in het betrokken gebied (afgevaardigde commissaris/Regio/Autonome Provincie) voor de beperking van overstromings- en hydrogeologische risico’s hebben tot doel de oorspronkelijke omstandigheden te herstellen en ervoor te zorgen dat de gebieden bestand zijn tegen natuurrampen. |
M2C4-13 |
Investering 2.1b — Maatregelen ter beperking van overstromings- en hydrogeologische risico’s |
Doel |
Voltooiing van interventies van type D en type E |
N.V.T |
Percentage |
0 |
90 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Voltooiing van 90 % van de interventies van type E en type D gericht op het herstel van beschadigde openbare structuren, zoals vastgesteld in goedkeuringsbesluiten van de nationale dienst voor civiele bescherming. |
M2C4-18 |
Investeringen. 3.1: Bescherming en verbetering van stedelijke en voorstedelijke bossen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de herziene wetswijzigingen voor de bescherming en valorisatie van stedelijke en voorstedelijke groene gebieden |
Bepaling in de relevante wetgevingsteksten betreffende de vaststelling van het stedenbouwkundig plan |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Het bestemmingsplan is in overeenstemming met de doelstellingen van de wet van 12 december 2019, 141 (“klimaatwet”) en volgt op een planningsfase die door de grootstedelijke steden moet worden uitgevoerd. In het plan moeten ten minste de volgende doelstellingen worden vastgesteld: De diffuse biodiversiteit in stand te houden en te verbeteren in overeenstemming met de Europese biodiversiteitsstrategie; Bijdragen tot de vermindering van de luchtverontreiniging in grootstedelijke gebieden; Het verminderen van inbreukprocedures inzake luchtkwaliteit; Herstel van door de mens gecreëerde landschappen en verbetering van beschermde gebieden in de onmiddellijke nabijheid van grootstedelijke gebieden; Het bodemverbruik beteugelen en nuttige bodems herstellen. |
M2C4-19 |
Investeringen. 3.1: Bescherming en verbetering van stedelijke en voorstedelijke bossen |
Doel |
Planten voor de bescherming en valorisatie van stedelijke en voorstedelijke groene gebieden T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 650 000 |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Ten minste 1 650 000 bomen planten voor herbebossing van stedelijke en voorstedelijke gebieden overeenkomstig artikel 4 van de wet van 12 december 2019, 141 (de zogenaamde klimaatwet). |
M2C4-20 |
Investeringen. 3.1: Bescherming en verbetering van stedelijke en voorstedelijke bossen |
Doel |
Planten voor de bescherming en valorisatie van stedelijke en voorstedelijke groene gebieden T2 |
N.V.T |
Aantal |
1 650 000 |
4 500 000 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Aanplant van bosbouwkundig teeltmateriaal (zaden of planten) voor ten minste 4 500 000 bomen en struiken voor herbebossing van stedelijke en voorstedelijke gebieden overeenkomstig artikel 4 van de wet van 12 december 2019, 141 (de zogenaamde klimaatwet). |
M2C4-20bis |
Investeringen. 3.1: Bescherming en verbetering van stedelijke en voorstedelijke bossen |
Doel |
Planten voor de bescherming en valorisatie van stedelijke en voorstedelijke groene gebieden T3 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
3 500 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Transplantatie van bosbouwkundig teeltmateriaal (zaden of planten) voor ten minste 3 500 000 bomen en struiken voor herbebossing van stedelijke en voorstedelijke gebieden overeenkomstig artikel 4 van de wet van 12 december 2019, 141 (de zogenaamde klimaatwet). |
M2C4-21 |
Investering 3.3 Hernaturificatie van het Po-gebied |
Mijlpaal |
Herziening van het rechtskader voor interventies voor de hernaturificatie van het Po-gebied |
Bepaling in de relevante wetgeving waarin de inwerkingtreding wordt vermeld |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Inwerkingtreding van relevante wetgeving met het oog op het herstel van de ecologische corridor die wordt gevormd door de rivierbedding, met inbegrip van natuurlijke herbebossing en interventies voor het herstel en de reactivering van zijtakken en oxbogen. |
M2C4-22 |
Investering 3.3 Hernaturificatie van het Po-gebied |
Doel |
Vermindering van de kunstmatige rivierbedding voor de hernaturificatie van het Po-gebied T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
13 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Vermindering van de kunstmatige rivierbedding met ten minste 13 km, terug naar de as van de Po. |
M2C4-23 |
Investering 3.3 Hernaturificatie van het Po-gebied |
Doel |
Vermindering van de kunstmatige rivierbedding voor de hernaturificatie van het Po-gebied T2 |
N.V.T |
Aantal |
13 |
37 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Vermindering van de kunstmatige rivierbedding met ten minste 37 km, terug naar de as van de Po. |
M2C4-24 |
Investering 3.4. Sanering van “weesgronden” |
Mijlpaal |
Rechtskader voor de sanering van weeslocaties |
Bepaling in het desbetreffende wetgevingstekst waarin de vaststelling van het actieplan wordt aangegeven |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Het actieplan voor de revitalisering van weeslocaties moet het ruimtebeslag verminderen en stadsvernieuwing bevorderen. De brief bevat ten minste: De aanwijzing van weeslocaties in alle 21 regio’s en/of autonome provincies De specifieke maatregelen die in elke weeslocatie moeten worden genomen om het ruimtebeslag te verminderen en stadsvernieuwing te bevorderen |
M2C4-25 |
Investering 3.4. Sanering van “weesgronden” |
Doel |
Revitalisering van weeslocaties |
N.V.T |
Percentage |
0 |
70 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Ten minste 70 % van het oppervlak van “weeslocaties” nieuw leven inblazen om het ruimtebeslag te verminderen en stadsvernieuwing te bevorderen. |
M2C4-26 |
Investering 3.5. Herstel en bescherming van de zeebodem en mariene habitats |
Doel |
Herstel en bescherming van de zeebodem en mariene habitats |
N.V.T |
Aantal |
0 |
22 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Ten minste 22 grootschalige interventies voor het herstel en de bescherming van de zeebodem en mariene habitats en kustobservatiesystemen voltooien. |
M2C4-27 |
Hervorming 4.1. Vereenvoudiging van de wetgeving en versterking van de governance voor de uitvoering van investeringen in de watervoorzieningsinfrastructuur |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de vereenvoudiging van de wetgeving voor interventies in primaire waterinfrastructuur met het oog op de zekerheid van de watervoorziening |
Bepaling (en) in het (de) desbetreffende wetgevingsstuk (en) met vermelding van de inwerkingtreding |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2022 |
De herziene wetgeving versterkt de governance en vereenvoudigt de uitvoering van investeringen in watervoorzieningsinfrastructuur. Het nieuwe rechtskader moet ten minste: — Van het nationale plan voor interventies in de watersector het centrale financieringsinstrument voor investeringen in de watersector maken. — Het advies inwinnen en de Autorità di Regolazione per Energia Reti e Ambiente (“Autorità di Regolazione per Energia Reti e Ambiente”) actief betrekken bij elke wijziging of actualisering van het plan. — Voorzien in ondersteunende en begeleidende maatregelen voor uitvoerende instanties die niet in staat zijn binnen de gestelde termijn investeringen met betrekking tot primaire aanbestedingen uit te voeren. Vereenvoudiging van de procedures voor rapportage en monitoring van de gefinancierde investeringen in de watersector. |
M2C4-28 |
Investering 4.1. Investeringen in primaire waterinfrastructuur voor de zekerheid van de watervoorziening |
Mijlpaal |
Toekenning van financiering aan alle projecten voor investeringen in primaire waterinfrastructuur en voor de zekerheid van de watervoorziening |
Bekendmaking van decreet (en) |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 3 |
2023 |
Bekendmaking van het (de) toelatingsbesluit (en) met de toekenning (toewijzing) van financiering aan projecten voor investeringen in primaire waterinfrastructuur en de zekerheid van de watervoorziening. Het toepassingsgebied van de contracten is als volgt: Zekerheid van de watervoorziening in belangrijke stedelijke gebieden; Structurele werkzaamheden om de veiligheid en veerkracht van het netwerk te vergroten, met inbegrip van aanpassing aan de klimaatverandering (met uitzondering van dammen); Verhoging van de transportcapaciteit van het water. Selectiecriteria zorgen ervoor dat de investering volledig bijdraagt aan de klimaatveranderingsdoelstellingen met een klimaatcoëfficiënt van 40 %, overeenkomstig bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 betreffende de herstel- en veerkrachtfaciliteit. |
M2C4-29 |
Investering 4.1. Investeringen in primaire waterinfrastructuur voor de zekerheid van de watervoorziening |
Doel |
Investeringen in primaire waterinfrastructuur voor de zekerheid van de watervoorziening |
N.V.T |
Aantal |
0 |
50 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Vergroten van de zekerheid van de watervoorziening en de veerkracht van de waterinfrastructuur in ten minste 50 watersystemen (zowel complex als elementair), waarvan ten minste 35 complexe watersystemen |
M2C4-30 |
Investering 4.2. Vermindering van verliezen in waterdistributienetten, met inbegrip van digitalisering en monitoring van netwerken |
Mijlpaal |
Toekenning van financiering aan alle projecten voor interventies in waterdistributienetwerken, met inbegrip van digitalisering en monitoring van netwerken |
Bekendmaking van decreet (en) |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 3 |
2023 |
Bekendmaking van het (de) toelatingsbesluit (en) met de toekenning (toewijzing) van financiering aan projecten voor interventies voor de modernisering en efficiëntie van de waterdistributienetten. Het toepassingsgebied van de contracten is als volgt: Interventies ter vermindering van verliezen in drinkwaternetten; Watersystemen beter bestand maken tegen klimaatverandering; Versterken van de digitalisering van netwerken, met het oog op een optimaal beheer van watervoorraden, vermindering van afval en beperking van inefficiënties |
M2C4-31 |
Investering 4.2. Vermindering van verliezen in waterdistributienetten, met inbegrip van digitalisering en monitoring van netwerken |
Doel |
Interventies in waterdistributienetwerken, met inbegrip van digitalisering en monitoring van T1-netwerken |
N.V.T |
Aantal |
0 |
14 000 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Districten met een waternetwerk van ten minste 14 000 km |
M2C4-32 |
Investering 4.2. Vermindering van verliezen in waterdistributienetten, met inbegrip van digitalisering en monitoring van netwerken |
Doel |
Interventies in waterdistributienetwerken, met inbegrip van digitalisering en monitoring van T2-netwerken |
N.V.T |
Aantal |
14 000 |
45 000 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Districten met een waternetwerk van ten minste 45 000 km |
M2C4-33 |
Investering 4.3 Investeringen in de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden |
Mijlpaal |
Toekenning van financiering aan alle projecten voor de veerkracht van het irrigatieagrosysteem met het oog op een beter beheer van de watervoorraden |
Publicatie van (een) decreet (en). |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Publicatie van het (de) toelatingsbesluit (en) met de toekenning (toewijzing) van financiering aan projecten voor de interventies op de netwerken en irrigatiesystemen en het daarmee verband houdende digitaliserings- en monitoringsysteem. Het toepassingsgebied van de contracten is als volgt: De meting en monitoring van het gebruik op collectieve netwerken aan te moedigen (door de installatie van meters en systemen voor afstandscontrole), met inbegrip van de overgang van zelfvoorziening naar collectief gebruik als voorwaarde voor de voltooiing van de invoering van een waterprijsbeleid op basis van de watervolumes voor een efficiënt gebruik van watervoorraden in de landbouw, en bijgevolg de vermindering van illegale wateronttrekking in plattelandsgebieden te stimuleren.
Investeringen in irrigatie moeten erop gericht zijn de bestaande irrigatie efficiënter te maken, zelfs als het betrokken waterlichaam zich in een goede toestand bevindt. Verwacht wordt dat deze maatregel geen ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen”. (2021/C58/01). Met name moet voor elke subinvestering voor, tijdens en na de aanvang van de bouwwerkzaamheden de volledige naleving van de vereisten van het EU-recht, met inbegrip van de kaderrichtlijn water, worden gewaarborgd.
Voorts worden interventies, indien van toepassing overeenkomstig het nationale recht, onderworpen aan een milieueffectbeoordeling (MEB) overeenkomstig Richtlijn 2011/92/EU, alsook aan relevante beoordelingen in het kader van Richtlijn 2000/60/EG en Richtlijn 92/43/EEG, met inbegrip van de uitvoering van de vereiste mitigerende maatregelen. |
M2C4-34 |
Investering 4.3 Investeringen in de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden |
Doel |
Interventies voor de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden T1 |
N.V.T |
Percentage |
24 |
26 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Verhoging van het percentage met meters uitgeruste onttrekkingsbronnen tot ten minste 26 %. De algemene maatregelen op het gebied van netwerkefficiëntie omvatten ook de installatie van: 150 meter van het derde niveau; 7 500 meter van het vierde niveau; Digitalisering en netwerkverbeteringen. |
M2C4-34bis |
Investering 4.3 Investeringen in de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden |
Doel |
Interventies voor de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden T1 |
N.V.T |
Percentage |
26 |
29 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Verhoging van het percentage met meters uitgeruste onttrekkingsbronnen tot ten minste 29 %. De algemene maatregelen op het gebied van netwerkefficiëntie omvatten ook de installatie van: 500 meter van het derde niveau; 20 000 meter van het vierde niveau; Digitalisering en netwerkverbeteringen. |
M2C4-35 |
Investering 4.3 Investeringen in de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden |
Doel |
Interventies voor de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden T1 |
N.V.T |
Percentage |
8 |
12 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Ten minste 12 % van het geïrrigeerde areaal moet profiteren van een efficiënt gebruik van irrigatiehulpbronnen |
M2C4-35bis |
Investering 4.3 Investeringen in de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden |
Doel |
Interventies voor de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden T2 |
N.V.T |
Percentage |
12 |
24 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Ten minste 24 % van het percentage geïrrigeerd areaal dat profiteert van een efficiënt gebruik van irrigatiehulpbronnen |
M2C4-36 |
Investering 4.4 Investeringen in riolering en zuivering |
Mijlpaal |
Toekenning van financiering voor riolerings- en zuiveringsprojecten |
Bekendmaking van een decreet |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Bekendmaking van het toelatingsbesluit met de toekenning (toewijzing) van de financiering van de projectvoorstellen. De interventies: De zuivering van afvalwater dat in mariene en binnenwateren wordt geloosd doeltreffender te maken, ook door middel van technologische innovatie; Waar mogelijk sommige zuiveringsinstallaties omzetten in “groene fabrieken”, die gezuiverd afvalwater hergebruiken voor irrigatie- en industriële doeleinden. Deze maatregel mag geen ernstige afbreuk doen aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). Met name de verbranding van slib komt niet in aanmerking. |
M2C4-37 |
Investering 4.4 Investeringen in riolering en zuivering |
Doel |
Ingrepen voor riolering en zuivering T1 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
500 000 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Vermindering van het aantal equivalente inwoners in agglomeraties die niet voldoen aan Richtlijn 91/271/EEG van de Raad voor het niet adequaat opvangen en behandelen van stedelijk afvalwater met ten minste 500 000 |
M2C4-38 |
Investering 4.4 Investeringen in riolering en zuivering |
Doel |
Ingrepen voor riolering en zuivering T2 |
N.V.T |
Aantal |
500 000 |
2 250 000 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Vermindering van het aantal equivalente inwoners in agglomeraties die niet voldoen aan Richtlijn 91/271/EEG van de Raad voor het niet adequaat opvangen en behandelen van stedelijk afvalwater met ten minste 2 250 000 |
H. MISSIE 3 COMPONENT 1: Duurzame vervoersinfrastructuur
H.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
N.V.T
H.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
N.V.T
H.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
De investeringen in deze component ondersteunen de uitrol van spoorweginfrastructuur (hogesnelheidslijnen, goederenvervoer, regionale spoorwegen, Europees beheersysteem voor het spoorverkeer). Zij gaan vergezeld van hervormingen om de investeringen in spoorweginfrastructuur te versnellen en de kwaliteit van de wegeninfrastructuur te verbeteren. De component hervorming van het ondernemingsklimaat bevat een maatregel die regio’s extra stimulansen geeft om hun openbaredienstcontracten voor regionale spoorwegen aan te besteden. Dit onderdeel bevat maatregelen om het gebruik van waterstof in het spoor te ontwikkelen.
Deze component ondersteunt de uitvoering van landspecifieke aanbeveling 3 van 2020, waarin Italië wordt aangespoord om “het investeringsgerelateerde economische beleid te focussen op [...] de kwaliteit van de infrastructuur, rekening houdend met regionale verschillen”, en landspecifieke aanbeveling 3 van 2019 inzake “volgroeide openbare investeringsprojecten op de voorzijde” en “Investeringen toespitsen op de groene en digitale transitie, met name op schone en efficiënte productie en gebruik van energie, onderzoek en innovatie, duurzaam openbaar vervoer, afval- en waterbeheer en versterkte digitale infrastructuur om de verlening van essentiële diensten te waarborgen”.
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).
Hervorming 1.1 — Versnelling van het goedkeuringsproces van het contract tussen het ministerie van Infrastructuur en Vervoer (MIT) en de spoorweginfrastructuurbeheerder Rete Ferroviaria Italiana
Met deze hervorming wordt de eis geschrapt dat parlementaire commissies een advies uitbrengen over de lijst van investeringen van het Contratti di Programma (CdP) van de spoorweginfrastructuurbeheerder Rete Ferroviaria Italiana. De parlementaire commissies brengen advies uit over het strategische investeringsprogramma.
Hervorming 1.2 — Versnelling van de vergunningsprocedure voor projecten
Deze hervorming bestaat uit de vaststelling van wetgeving die het mogelijk maakt te anticiperen op de aanduiding van de plaats van de werkzaamheden ten tijde van het “project voor economische technische haalbaarheid” (PFTE), in plaats van de definitieve ontwerpfase van het project af te wachten. Aanvullende vergunningen, die niet op de PFTE kunnen worden verkregen, zouden in latere projectontwerpfasen worden verkregen, zonder de “Conferenza dei Servizi” bijeen te roepen, als uitzondering op wet nr. 241/1990. Door deze wijzigingen wordt de duur van de goedkeuring van projecten verkort van 11 tot 6 maanden.
Investering 1.1 — Hogesnelheidslijnen naar het zuiden voor passagiers en goederen
Deze investering bestaat uit de aanleg van 119 km hogesnelheidsspoorweginfrastructuur voor passagiers en goederen op de lijnen Napoli-Bari, Salerno-Reggio Calabria en Palermo-Catania.
Bij de beoordeling en goedkeuring van elk relevant project of elke relevante investering worden alle regels en procedures van de artikelen 6.3 en 6.4 van Richtlijn (EU) 92/43/CEE in acht genomen en worden de nationale richtsnoeren voor effectbeoordeling in acht genomen die zijn bekendgemaakt in het staatsblad van de Italiaanse Republiek nr. 303 van 28 december 2019.
Deze maatregel doet naar verwachting geen ernstige afbreuk aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het verslechteringsverbod (2021/C58/01).
Investering 1.2 — Hogesnelheidslijnen in het noorden die verbinding maken met de rest van Europa
Deze investering bestaat uit de aanleg van 165 km hogesnelheidsinfrastructuur voor passagiers en goederen op de lijnen Brescia-Verona-Vicenza-Padova, Liguria-Alpi. Bij de beoordeling en vergunningverlening voor elk relevant project/elke relevante investering worden alle regels en procedures van de artikelen 6.3 en 6.4 van Richtlijn 92/43/EEG in acht genomen en worden de nationale richtsnoeren voor effectbeoordeling, bekendgemaakt in het staatsblad van de Italiaanse Republiek nr. 303 van 28 december 2019, gevolgd.
Verwacht wordt dat deze maatregel geen ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen die zijn uiteengezet in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) en de mijlpalen en streefdoelen die door Italië moeten worden verwezenlijkt.
Voor het segment Rho-Parabiago zal een positieve milieueffectbeoordeling nodig zijn die volledig en inhoudelijk voldoet aan de wettelijke criteria, waarbij alle resultaten en voorwaarden van de milieueffectbeoordeling volledig worden opgenomen, indien nodig om te voldoen aan de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01). De MEB wordt gepubliceerd en voltooid overeenkomstig Richtlijn 2011/92/EU, alsook relevante beoordelingen in het kader van Richtlijn 2000/60/EG en Richtlijn 92/43/EEG, met inbegrip van de uitvoering van de vereiste risicobeperkende maatregelen. Alle in het kader van de MEB vastgestelde maatregelen die nodig zijn om de naleving van de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01) te waarborgen, moeten in het project worden geïntegreerd en in de fasen van de bouw, exploitatie en buitenbedrijfstelling van de infrastructuur worden nageleefd.
Investering 1.3 — Diagonale verbindingen
Deze investering bestaat uit de aanleg van 27 km hogesnelheidslijnen voor zowel passagiers als vracht op de lijnen Orte-Falconara e Taranto — Metaponto-Potenza-Battipaglia. Bij de beoordeling en vergunningverlening voor elk relevant project/elke relevante investering worden alle regels en procedures van de artikelen 6.3 en 6.4 van Richtlijn 92/43/EEG in acht genomen en worden de nationale richtsnoeren voor effectbeoordeling, bekendgemaakt in het staatsblad van de Italiaanse Republiek nr. 303 van 28 december 2019, gevolgd.
Investering 1.4 — Europees beheersysteem voor het spoorvervoer (ERTMS)
Deze investering bestaat uit het uitrusten van 2 785 km spoorlijnen met het Europees beheersysteem voor het spoorvervoer (ERTMS) in overeenstemming met het Europees implementatieplan voor ERTMS.
Investering 1.5 — Versterking van metropolitane knooppunten en belangrijke nationale banden
Deze investering bestaat uit de modernisering van ten minste 1,280 km spoorlijnen die zijn gebouwd op 12 metropolitane stedelijke knooppunten en de belangrijkste nationale verbindingen (Liguria-Alps, Bologna-Venice-Trieste/Udine, Bologna-Milano, Bologna-Verona-Brennero, centrale en Noord-Tyrreense verbinding, Adriatisch-Ionische verbinding, stedelijke knooppunten en regionale lijnen; Terminals voor vrachtvervoer). Bij de beoordeling en vergunningverlening voor elk relevant project of elke relevante investering worden alle regels en procedures van de artikelen 6.3 en 6.4 van Richtlijn (EU) 92/43/CEE in acht genomen en worden de nationale richtsnoeren voor effectbeoordeling gevolgd die zijn bekendgemaakt in het staatsblad van de Italiaanse Republiek nr. 303 van 28 december 2019.
Investering 1.6 — Versterking van regionale lijnen — modernisering van regionale spoorwegen (beheer RFI)
Deze investering bestaat uit de modernisering van 646 km regionale lijnen waarvan de eigendom aan Rete Ferroviaria Italiana (RFI) is overgedragen of geleidelijk aan wordt overgedragen. Bij de beoordeling en vergunningverlening voor elk relevant project of elke relevante investering worden alle regels en procedures van de artikelen 6.3 en 6.4 van Richtlijn (EU) 92/43/CEE in acht genomen en worden de nationale richtsnoeren voor effectbeoordeling gevolgd die zijn bekendgemaakt in het staatsblad van de Italiaanse Republiek nr. 303 van 28 december 2019.
Interventies zijn gepland op de volgende lijnen:
Piemonte: verbetering en modernisering van de Torino Cerese-Canavesana: verbetering van de regelmaat van de verkeersstromen;
Friuli Venezia Giulia: FuC-spoorweg: infrastructurele en technologische werkzaamheden aan de lijn Udine-Cividale: verbetering van de regelmaat van de verkeersstromen;
Umbrië: Umbriaanse centrale spoorweg (FCU): infrastructurele en technologische interventies;
Campanië (EAV): Versterking en modernisering van de lijn Cancello-Benevento: verbetering van de veiligheidsnormen voor spoorwegactiviteiten;
Apulië: Lijn Bari-Bitritto: modernisering van de infrastructuur: naleving van de technische/regelgevende normen van de nationale spoorweginfrastructuur; Ferrovie del Sud Est (FSE): infrastructurele modernisering van de lijn Bari-Taranto: de interventie maakt de aanpassing aan de prestatienormen van RFI en aan de technische specificaties van interoperabiliteit mogelijk; FSE: Voltooiing van SCMT/ERTMS-apparatuur op het netwerk: verbetering van de verkeersprestaties, optimalisering van de capaciteit, verbetering van de veiligheidsnormen; FSE: Totstandbrenging van intermodale hubs en modernisering van 20 stations: de interventie heeft tot doel de toegankelijkheid van de stations te verbeteren en gebieden te creëren voor de uitwisseling van spoor-bus-, autobus- en autobus- en treinfietsen;
Calabrië: Lijn Rosarno-S. Ferdinando: modernisering van de uitrusting van de lijnen Rosarno en San Ferdinando voor de verbinding met Gioia Tauro.
Investering 1.7 — Modernisering, elektrificatie en veerkracht van spoorwegen Zuid
Deze investering bestaat uit modernisering, elektrificatie en veerkracht van 1 162 km spoorwegen in het zuiden. Projecten die tot deze maatregel behoren, kunnen steun ontvangen uit andere Europese programma’s. Dergelijke steun wordt niet in aanmerking genomen voor de verwezenlijking van deze investering. Daarnaast kunnen projecten in het kader van deze maatregel steun ontvangen uit nationale fondsen.
Investering 1.8 — Beheer van de spoorwegstations (Rete Ferroviaria Italiana (RFI)); in het zuiden)
Deze investering bestaat uit het moderniseren en toegankelijk maken van 38 treinstations overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1300/2014 van de Commissie en de EU-regelgeving inzake spoorwegveiligheid. Bij de beoordeling en vergunningverlening voor elk relevant project of elke relevante investering worden alle regels en procedures van de artikelen 6.3 en 6.4 van Richtlijn (EU) 92/43/CEE in acht genomen en worden de nationale richtsnoeren voor effectbeoordeling gevolgd die zijn bekendgemaakt in het staatsblad van de Italiaanse Republiek nr. 303 van 28 december 2019.
Investering 1.9 — Interregionale verbindingen
Deze investering bestaat uit het versnellen van interventies van 221 km van de volgende lijnen:
Milaan — Genova
Palermo — Catania (linea storica)
Battipaglia-Potenza
Orte — Falconara.
De investering is bedoeld om de prestaties van de huidige infrastructuur te verbeteren door middel van interventies zoals:
wijzigingen van de voetafdrukplannen van de stations (PRG — Piano Regolatore Generale);
ERTMS;
configuratie en/of wijziging van het verkeerscontrolesysteem zoals ACC (Apparato Centrale Computerizzato) en ACCM (Apparato Centrale a Calcolatore Multistazione)
andere verbeteringen van fysieke infrastructuur, zoals spoorwegbedden, uitrusting en andere interventies in verband met infrastructuur.
Hervorming 2.1 — Vaststelling van “Richtsnoeren voor de classificatie en het beheer van risico’s, de evaluatie van de beveiliging en het toezicht op bestaande bruggen”
Deze hervorming bestaat uit de vaststelling van richtsnoeren voor de classificatie en het beheer van risico’s, de evaluatie van de beveiliging en het toezicht op bestaande bruggen. De vaststelling van “richtsnoeren”, die de toepassing van gemeenschappelijke normen en methoden op het gehele nationale wegennet mogelijk maken.
Hervorming 2.2 — Overdracht van de eigendom van de bruggen en viaducten van de wegen van lagere rang naar de hogere wegen
Deze hervorming bestaat uit de overdracht van de eigendom van de bruggen, viaducten en overgangen van de lagere wegen naar de hogere wegen (autosnelwegen en hoofdstedelijke wegen), waardoor de algemene veiligheid van het wegennet kan worden vergroot, aangezien de bruggen, viaducten en overgangen moeten worden onderhouden door ANAS en/of de concessiehouders van autosnelwegen, die een betere plannings- en onderhoudscapaciteit hebben dan de afzonderlijke gemeenten of provincies.
H.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M3C1-1 |
Hervorming 1.1 — Versnelling van het goedkeuringsproces van het contract tussen het MIT en het RFI |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wetswijziging betreffende het goedkeuringsproces van het Contratti di Programma (CdP) |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wetswijziging betreffende de goedkeuringsprocedure van het Contratti di Programma |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
De wetswijziging verkort de goedkeuringsprocedure van het Contratti di Programma (CdP) van de spoorweginfrastructuurbeheerder Rete Ferroviaria Italiana |
M3C1-2 |
Hervorming 1.2 — Versnelling van de vergunningsprocedure voor projecten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wijziging in de regelgeving waardoor de duur van de goedkeuring van projecten wordt verkort van 11 tot zes maanden |
Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van de wijziging van de regelgeving aangeeft, waardoor de toestemmingstermijn wordt verkort van 11 tot zes maanden. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Door de wijziging van de regelgeving wordt de duur van de goedkeuring van projecten verkort van 11 tot zes maanden. |
M3C1-3 |
Investering 1.1 — Hogesnelheidslijnen naar het zuiden voor passagiers en goederen |
Mijlpaal |
Gunning van de opdracht (en) voor de aanleg van een hogesnelheidslijn op de lijnen Napoli-Bari en Palermo-Catania |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de aanleg van hogesnelheidslijnen op de lijnen Napoli-Bari en Palermo-Catania |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de aanleg van hogesnelheidslijnen op de lijnen Napoli-Bari en Palermo-Catania, met volledige inachtneming van de regels inzake overheidsopdrachten De overeenkomst (en) moet (en) betrekking hebben op de volgende onderdelen van deze regels: Lijn Napoli-Bari: Orsara- Bovino Lijn Palermo-Catania: Catenanuova — Dittaino en Dittaino — Enna |
M3C1-4 |
Investering 1.1 — Hogesnelheidslijnen naar het zuiden voor passagiers en goederen |
Mijlpaal |
Gunning van de opdracht voor de aanleg van een hogesnelheidslijn op de lijnen Salerno Reggio Calabria |
Kennisgeving van de gunning van de multidisciplinaire overeenkomst voor de aanleg van een hogesnelheidslijn op de lijn Salerno-Reggio Calabria |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Kennisgeving van de gunning van de multidisciplinaire overeenkomst voor de aanleg van een hogesnelheidslijn op de lijn Salerno Reggio Calabria. De overeenkomst heeft betrekking op de volgende onderdelen van deze regel: Battipaglia — Romagnano |
M3C1-6 |
Investering 1.1 — Hogesnelheidslijnen naar het zuiden voor passagiers en goederen |
Doel |
Hogesnelheidstrein voor zowel passagiers als goederen op de lijnen Napoli-Bari, Salerno-Reggio Calabria, Palermo-Catania |
N.V.T |
Km |
0 |
119 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
119 km hogesnelheidstrein voor zowel passagiers als goederen op de lijnen Napoli-Bari, Salerno-Reggio Calabria, Palermo-Catania, die gereed zijn voor vergunnings- en exploitatiefasen. De indicatieve verdeling is als volgt: Lijn Napoli-Bari 49 km; waarvan: Frasso — Telese 11 Telese — Vitulano 19 km Apice — Hirpinia 19 km Salerno — Reggio Calabria 33 km waarvan Battipaglia-Romagnano 33 kmPalermo — Catania, waarvan 37 km: Catenanuova — Dittaino 22 km Dittanio — Enna 15 km |
M3C1-23 |
Investering 1.9 Interregionale verbindingen |
Doel |
Investering 1.9 Interregionale verbindingen |
N.V.T |
Aantal |
0 |
70 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
70 km interregionale verbindingen versneld De te verbeteren lijnen zijn: Milaan Genova Palermo Catania (linea storica) Battipaglia Potenza Orte Falconara |
M3C1-24 |
Investering 1.9 Interregionale verbindingen |
Doel |
Investering 1.9 Interregionale verbindingen |
N.V.T |
Aantal |
70 |
221 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
In totaal is 221 km aan interregionale verbindingen versneld. De te verbeteren lijnen zijn: Milano Genova (70 km) Palermo Catania (linea storica) (84 km) Battipaglia Potenza (60 km) Orte Falconara (7 km) |
M3C1-9 |
Investering 1.2 — Hogesnelheidslijnen in het noorden die verbinding maken met de rest van Europa |
Doel |
Hogesnelheidstrein voor zowel passagiers als goederen op de lijnen Brescia-Verona-Vicenza-Padova; Liguria-Alpi. |
N.V.T |
Aantal |
0 |
165 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
165 km hogesnelheidstrein voor zowel passagiers als goederen op de lijnen Brescia-Verona-Vicenza-Padova; Liguria-Alpi bouwde, klaar voor vergunningverlening en operationele fasen. De 165 km wordt gebouwd in de volgende segmenten: Brescia-Verona, 48 km Verona-Bivio Vicenza, 44 km Genua Node en derde Giovi kruising 53 km Rho-Parabiago 9 km Pavia-Milano-Rogoredo 11 km |
M3C1-10 |
Investering 1.3 — Diagonale verbindingen |
Mijlpaal |
Gunning van de opdracht (en) voor de aanleg van de verbindingen op de lijnen Orte-Falconara en Taranto -Metaponto-Potenza-Battipaglia |
Kennisgeving van de gunning van de multidisciplinaire opdracht voor de aanleg van een hogesnelheidslijn op de lijnen Orte-Falconara en Taranto — Metaponto-Potenza-Battipaglia |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Kennisgeving van de gunning van de multidisciplinaire overeenkomst voor de aanleg van de verbindingen op de lijnen Orte-Falconara en Taranto -Metaponto-Potenza-Battipaglia. De overeenkomst (en) moet (en) betrekking hebben op de volgende regels: Orte-Falconara Taranto -Metaponto-Potenza-Battipaglia |
M3C1-11 |
Investering 1.3 — Diagonale verbindingen |
Doel |
Hogesnelheidstrein voor zowel passagiers als goederen op de lijn Orte-Falconara en Taranto — Metaponto-Potenza-Battipaglia |
N.V.T |
Aantal |
0 |
27 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
27 km hogesnelheidstrein voor zowel passagiers als goederen op de lijnen Orte-Falconara en Taranto — Metaponto-Potenza-Battipaglia, klaar voor vergunningverlening en exploitatiefasen. De 27 km wordt als volgt verdeeld: Orte-Falconara, 13 km Taranto — Metaponto — Potenza — Battipaglia, 14 km |
M3C1-12 |
Investering 1.4 — Invoering van het Europees beheersysteem voor het spoorvervoer (ERTMS) |
Mijlpaal |
Gunning van de opdrachten voor het Europees beheersysteem voor het spoorvervoer |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de invoering van het Europees beheersysteem voor het spoorvervoer |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de invoering van het Europees beheersysteem voor het spoorvervoer (ERTMS) |
M3C1-13 |
Investering 1.4 — Invoering van het Europees beheersysteem voor het spoorvervoer (ERTMS) |
Doel |
1 400 km spoorlijnen die zijn uitgerust met het Europees beheersysteem voor spoorvervoer |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 400 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
1 400 km spoorwegen die zijn uitgerust met het Europees beheersysteem voor spoorvervoer in overeenstemming met het Europees implementatieplan, klaar voor vergunningverlening en operationele fasen. |
M3C1-14 |
Investering 1.4 — Invoering van het Europees beheersysteem voor het spoorvervoer (ERTMS) |
Doel |
2 785 km spoorlijnen die zijn uitgerust met het Europees beheersysteem voor spoorvervoer |
N.V.T |
Aantal |
1 400 |
2 785 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
2 785 km spoorwegen die zijn uitgerust met het Europees beheersysteem voor spoorvervoer in overeenstemming met het Europees implementatieplan, klaar voor vergunningverlening en operationele fasen. |
M3C1-15 |
Investering 1.5 — Versterking van metropolitane knooppunten en belangrijke nationale banden |
Doel |
700 km aangepaste baanvakken op metropolitane knooppunten en belangrijke nationale verbindingen |
N.V.T |
Aantal |
0 |
700 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Ten minste 700 km aangepaste baanvakken die zijn gebouwd op metropolitane knooppunten en belangrijke nationale verbindingen, klaar voor vergunnings- en exploitatiefasen. |
M3C1-16 |
Investering 1.5 — Versterking van metropolitane knooppunten en belangrijke nationale banden |
Doel |
1 280 km aangepaste baanvakken op metropolitane knooppunten en belangrijke nationale verbindingen |
N.V.T |
Aantal |
700 |
1 280 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 1 280 km baanvakken van verbeterde/verbeterde lijnen die zijn gebouwd op metropolitane knooppunten en belangrijke nationale verbindingen, klaar voor vergunningverlening en operationele fasen |
M3C1-17 |
Investering 1.7 — Modernisering, elektrificatie en veerkracht van de spoorwegen in het zuiden |
Doel |
172 km aan voltooide werkzaamheden in verband met de veerkracht van de spoorwegen in het zuiden, klaar voor de vergunnings- en exploitatiefasen. |
N.V.T |
Aantal |
0 |
172 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Voltooiing van de werkzaamheden voor ten minste 172 km, met betrekking tot de veerkracht van de zuidelijke spoorwegen, klaar voor de vergunnings- en exploitatiefase. De 172 km hebben betrekking op de volgende lijnen: • Paola- Reggio Calabria; • Lentini Diramazione Gela; • Messina — Catania — Siracusa; • Caserta — Battipaglia; • Roma — Napoli; en • Bari — Brindisi. Het streefcijfer wordt bereikt door middel van CLP’s (d.w.z. “Codice Locale Progetto”) die niet worden ondersteund door andere EU-fondsen dan de herstel- en veerkrachtfaciliteit. |
M3C1-17bis |
Investering 1.7 — Modernisering, elektrificatie en veerkracht van de spoorwegen in het zuiden |
Doel |
1 162 km aan voltooide werkzaamheden in verband met de modernisering, elektrificatie en veerkracht van de spoorwegen in het zuiden, klaar voor de vergunnings- en exploitatiefasen. |
N.V.T |
Aantal |
172 |
1162 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Voltooiing van de werkzaamheden voor een afstand van ten minste 1 162 km met betrekking tot de verbetering, elektrificatie en veerkracht van de zuidelijke spoorwegen, klaar voor de vergunnings- en exploitatiefasen. De werkzaamheden zijn als volgt verdeeld: — Ten minste 462 km aan interventies in verband met verbetering en elektrificatie heeft betrekking op de volgende lijnen: De regio Molise Venafro-Campobasso-Termoli; Regio Apulië Pescara-Foggia Potenza-Foggia Links Brindisi (inclusief Intermodal Hub); Verbindingen met Taranto; Taranto-Brindisi De regio Calabria Ionische lijn Sibari-Melito Porto Salvo; Catanzaro Lido — Lamezia Terme link Region Basilicata Ferrandina-Matera De regio Campania Salerno Arechi — Aeroporto Pontecagnano Regio Sicilië Agrigento — Porto Empedocle Link naar de haven van Augusta Link naar luchthaven Trapani Birgi Regio Sardegna Spoorverbinding met de luchthaven van Olbia Verdubbeling decimomannu-Villamassargia Ten minste 528 km van de interventies op het gebied van weerbaarheid hebben betrekking op de volgende lijnen: Regio Campania, Basilicata en Calabrië: • Roma — Napoli (AV, Cassino, Formia); • Omgekeerd — Caserta • Villa Literno -Napoli Gianturco; • Napoli — Salerno LMV Napoli — Salerno Storica; • Nocera Inferiore — Salerno; • Battipaglia — Paola; • Battipaglia — Potenza; • Caserta — Battipaglia; Caserta — Foggia; Catanzaro — Reggio Calabria; • Paola — Reggio Calabria; en • Paola — Cosenza — Sibari; Regio Molise: • Termoli — Campobasso. Regio Apulië: • Bari-Taranto; • Taranto — Brindisi; en • Barletta-Spinazzola. Regio Sicilië: • Fiumetorto — Agrigento; • Lercara dir. — Bicocca; • Messina — Catania — Siracusa; • Palermo — Messina; en • Caltanissetta Xirbi — CanicattÜ — Aragona; CanicattÜ — Siracusa. Het streefcijfer wordt bereikt door middel van CLP’s (d.w.z. “Codice Locale Progetto”) die niet worden ondersteund door andere EU-fondsen dan de herstel- en veerkrachtfaciliteit. |
M3C1-18 |
Investering 1.6 — Versterking van regionale lijnen — modernisering van regionale spoorwegen (beheer RFI) |
Doel |
Verbeterde regionale lijnen, klaar voor vergunningverlening en operationele fasen |
N.V.T |
Aantal |
0 |
646 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
646 km aangepaste regionale lijnen, klaar voor vergunningverlening en exploitatiefasen. |
M3C1-19 |
Investering 1.8 — Verbetering van spoorwegstations (beheer RFI; in het zuiden) |
Doel |
Verbeterde en toegankelijke spoorwegstations |
N.V.T |
Aantal |
0 |
10 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Tien spoorwegstations worden gemoderniseerd en toegankelijk gemaakt overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1300/2014 van de Commissie en de EU-regelgeving inzake spoorwegveiligheid. |
M3C1-20 |
Investering 1.8 — Verbetering van spoorwegstations (beheer RFI; in het zuiden) |
Doel |
Verbeterde en toegankelijke spoorwegstations |
N.V.T |
Aantal |
10 |
38 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
38 treinstations worden gemoderniseerd en toegankelijk gemaakt overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1300/2014 van de Commissie en de EU-regelgeving inzake spoorwegveiligheid. |
M3C1-21 |
Hervorming 2.1 — Tenuitvoerlegging van het recente “Decreet Vereenvoudiging” (omgezet in wet nr. 120 van 11 september 2020) door het uitvaardigen van een decreet betreffende de vaststelling van “Richtsnoeren voor de classificatie en het beheer van risico’s, de evaluatie van de veiligheid en het toezicht op bestaande bruggen” |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van “Richtsnoeren voor de classificatie en het beheer van risico’s, de evaluatie van de beveiliging en het toezicht op bestaande bruggen” |
Bepaling in het decreet betreffende de inwerkingtreding van het besluit tot vaststelling van de “Richtsnoeren voor de classificatie en het beheer van risico’s, de evaluatie van de beveiliging en het toezicht op bestaande bruggen” |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
In de “richtsnoeren” worden gemeenschappelijke normen en methoden voor het gehele nationale wegennet vastgesteld voor de classificatie en het beheer van risico’s, de evaluatie van de beveiliging en het toezicht op bestaande bruggen. |
M3C1-22 |
Hervorming 2.2 — Overdracht van de eigendom van de bruggen en viaducten van de wegen van lagere rang naar de hogere wegen |
Mijlpaal |
Overdracht van de eigendom van de bruggen, viaducten en overgangen van de lager gerangschikte wegen naar de hogere wegen (snelwegen en belangrijkste nationale wegen) |
Bepaling in de desbetreffende rechtshandeling die betrekking heeft op de inwerkingtreding van de eigendomsoverdracht van bruggen, viaducten en overgangen van de lagere wegen naar de hogere wegen (snelwegen en nationale hoofdwegen) |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
De overdracht van de eigendom van de kunstwerken moet plaatsvinden binnen zes maanden na de inwerkingtreding van Wet 120/20. Het zal naar verwachting worden voltooid overeenkomstig de regels van de Codice della Strada (wetsbesluit nr. 285/1992) en het bijbehorende reglement (presidentieel decreet 495/92), die bepalingen bevatten inzake de overdracht van eigendom tussen entiteiten die eigenaar zijn van de weg. |
I. MISSIE 3 COMPONENT 2 — Intermodaliteit en geïntegreerde logistiek
Deze component van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan heeft tot doel de Italiaanse havens efficiënter en concurrerender en energie-efficiënter te maken en beter te integreren in de logistieke keten. Het heeft ook tot doel het luchtverkeersbeheersysteem te digitaliseren.
Daartoe omvat het enerzijds belangrijke hervormingen om de processen te vereenvoudigen, de havenplanning te actualiseren en concessies in Italiaanse havens concurrerender te maken. Andere investeringen om intermodaliteit te waarborgen met de grote lijnen van de Europese communicatie, waarbij de banden met de handel in de oceanen en de Middellandse Zee worden ontwikkeld, de dynamiek en het concurrentievermogen van het Italiaanse havensysteem worden vergroot, ook met het oog op de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen. De investeringen in verband met deze component zullen naar verwachting het passagiers- en vrachtvolume in Italiaanse havens aanzienlijk doen toenemen, met een positief effect op de stimulerende economische activiteiten in de respectieve gebieden en op de nationale economie als geheel.
Anderzijds heeft deze component betrekking op de digitalisering van logistieke systemen, met inbegrip van luchthavensystemen. Verwacht wordt dat deze sectoren concurrerender zullen worden door gebruik te maken van innovatieve technologische oplossingen om het systeem efficiënter te maken en hun milieueffecten te verminderen.
Met deze component wordt ingegaan op landspecifieke aanbeveling 3, waarin Italië wordt opgeroepen om het investeringsgerelateerde economische beleid te focussen op de kwaliteit van de infrastructuur, en de landspecifieke aanbeveling 3 van 2019, waarin wordt aanbevolen “investeringen toe te spitsen op de groene en digitale transitie, met name op schone en efficiënte productie en gebruik van energie, onderzoek en innovatie, duurzaam openbaar vervoer, afval- en waterbeheer en versterkte digitale infrastructuur om de verlening van essentiële diensten te waarborgen”.
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).
I.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Hervorming 1.1 — Vereenvoudiging van de procedures voor het proces van strategische planning
Deze maatregel voorziet in de actualisering van de havenplanning om te zorgen voor een strategische visie op het Italiaanse havensysteem. De hervorming regelt ten minste i) de ontwikkelingsdoelstellingen van de havensysteemautoriteiten; II) de aangewezen en geschetste gebieden die uitsluitend bedoeld zijn voor haven- en achterhavenfuncties, iii) de infrastructuurverbindingen van weg- en spoorvervoer over de laatste kilometer met havens, iv) de criteria die worden gehanteerd om de inhoud van de planning vast te stellen en v) een ondubbelzinnige identificatie van de richtsnoeren, de regels en de procedures voor het opstellen van de havenregelgevingsplannen.
Hervorming 1.2 — Concurrentiële gunning van concessies in Italiaanse havens
Deze maatregel heeft tot doel voorwaarden vast te stellen met betrekking tot de duur van de concessie, de toezichts- en controlebevoegdheden van de vergunningverlenende autoriteiten, de verlengingsprocedures, de overdracht van de faciliteiten aan de nieuwe concessiehouder aan het einde van de concessie en de vaststelling van de minimumgrenzen van de vergoedingen die aan de concessiehouders in rekening worden gebracht.
Hervorming 1.3 — Vereenvoudiging van vergunningen voor procedures voor het verlenen van vergunningen voor koudestrijken in Italiaanse havens
Deze maatregel zal naar verwachting de vergunningsprocedure voor de bouw van de nationale elektriciteitstransmissienetcentrales vereenvoudigen en verminderen om de distributiesystemen voor de levering van elektriciteit aan schepen (koudestrijken) tevoeden.
Het ministerie van Infrastructuur en Vervoer doet een voorstel om de vergunningsprocedure te stroomlijnen. Met name wordt voorgesteld de koudestrijkprojecten te laten evalueren door de territoriale bureaus die verslag uitbrengen aan het ministerie van Economische Ontwikkeling, die de projecten op kortere termijn kunnen bestuderen en bijgevolg toestemming kunnen verlenen. Bovendien wordt in termen van regelgeving overwogen om één enkele vergunningsprocedure vast te stellen voor projecten met een spanning van meer dan 132 kV en de rest, teneinde de synergieën van het proces te benutten.
Hervorming 2.1: Invoering van een éénloketsysteem voor de douane (“Sportello Unico Doganale”)
Het doel is een speciaal portaal voor de centrale controledesk op te zetten, dat interoperabiliteit met nationale databanken en coördinatie van controleactiviteiten door de douane mogelijk maakt.
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van de logistieke keten
Deze investering zal naar verwachting het concurrentievermogen van de nationale logistiek vergroten door de totstandbrenging van een interoperabel digitaal systeem tussen publieke en private actoren voor vracht- en logistiek, dat procedures, processen en controles vereenvoudigt door de nadruk te leggen op het de-materialiseren van documenten en de uitwisseling van gegevens en informatie.
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van het luchtverkeersbeheer
Deze investering is gericht op de digitale modernisering van de sector, die zowel betrekking heeft op de ontwikkeling van nieuwe instrumenten voor de digitalisering van luchtvaartinformatie als op de invoering van platforms en diensten voor onbemande luchtvaartuigen.
De projecten hebben betrekking op de ontwikkeling en connectiviteit van het onbemande verkeersbeheersysteem (UTMS), de digitalisering van luchtvaartinformatie en de vaststelling van een nieuw onderhoudsmodel.
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Koudestrijken
Deze investering bestaat uit de aanleg van een netwerk voor de levering van elektriciteit in het havengebied (dokken) en de bijbehorende aansluitinfrastructuur op het nationale transmissienet. Overeenkomstig de verordening betreffende infrastructuur voor alternatieve brandstoffen moet de walstroomvoorziening ook het opladen van elektrische vaartuigen mogelijk maken.
I.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M3C2-1 |
Hervorming 1.1 — Vereenvoudiging van de procedures voor het proces van strategische planning |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen in verband met de vereenvoudiging van de procedures voor het proces van strategische planning |
Bepaling in de rechtshandeling (en) met vermelding van de inwerkingtreding van de wetswijzigingen in verband met de vereenvoudiging van de procedures voor het proces van strategische planning |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
In het herziene wetgevingskader wordt het volgende vastgesteld: — Alle havenautoriteiten stellen hun systeem van strategische planningsdocumenten (DPSS) en hun havenregelgevingsplannen (PRP) vast, waarbij ten volle rekening wordt gehouden met de hervorming van de Italiaanse havensystemen van 2016, zoals goedgekeurd bij wetsbesluit nr. 169 van 4 augustus 2016. Het DPSS reguleert ten minste de volgende elementen: — De ontwikkeling van de doelstellingen van de havensysteemautoriteiten; — De aangewezen en afgebakende gebieden die uitsluitend bedoeld zijn voor haven- en achterhavenfuncties; — De infrastructuurverbindingen tussen weg en spoor en havens, — De criteria die worden gehanteerd om de inhoud van de planning vast te stellen; — De richtsnoeren, de regels en de procedures voor het opstellen van de havenregelgevingsplannen ondubbelzinnig in kaart te brengen. |
M3C2-2 |
Hervorming 1.2 — Concurrentiële gunning van concessies in Italiaanse havens |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de verordening inzake havenconcessies |
Bepaling in de verordening betreffende de inwerkingtreding van de verordening inzake havenconcessies |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
In de nieuwe verordening worden de randvoorwaarden voor de gunning van concessies in havens vastgesteld. In de verordening wordt ten minste het volgende vastgesteld: — De voorwaarden met betrekking tot de looptijd van de concessie; — De toezicht- en controlebevoegdheden van de verlenende autoriteiten; — De vernieuwingsmethoden; — De overdracht van de installaties aan de nieuwe concessiehouder aan het einde van de concessie; — De minimumvergoedingen die de licentienemers moeten betalen. |
M3C2-3 |
Hervorming 2.1 — Tenuitvoerlegging van een éénloketsysteem voor de douane (“Sportello Unico Doganale”) |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het Besluit eengemaakte douane Desk (Sportello Unico Doganale) |
Bepaling in het besluit tot vaststelling van de inwerkingtreding van het Besluit Enig Douane Desk (Sportello Unico Doganale) |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
In het besluit worden de methoden en specificaties van de centrale douanebalie vastgesteld overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1239/2019 betreffende de tenuitvoerlegging van het Europees maritiem éénloketsysteem en Verordening (EU) 2020/1056 van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2020 inzake elektronische informatie over goederenvervoer (eFTI). |
M3C2-4 |
Hervorming 1.3 — Vereenvoudiging van de vergunningsprocedures voor koudestrijkinstallaties |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de vereenvoudiging van de vergunningsprocedures voor koude-strijkinstallaties |
Wettelijke bepaling betreffende de inwerkingtreding van de vereenvoudiging van de vergunningsprocedures voor koude-strijkinstallaties |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Stroomlijning van de vergunningsprocedure om de vergunningstermijn te verkorten tot maximaal 12 maanden voor de bouw van energie-infrastructuur die bedoeld is om schepen tijdens de aanlegfase elektriciteit van land te leveren (in het geval van interventies die niet aan een milieubeoordeling zijn onderworpen) |
M3C2-5 |
Investering 2.1 — Digitalisering van de logistieke keten |
Doel |
Digitalisering van de logistieke keten |
N.V.T |
Aantal |
0 |
12 |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Ten minste 12 van de 16 havensysteemautoriteiten worden uitgerust met havencommunautaire systemen (Port Community Systems — PCS) die interoperabel zijn met Comando Generale delle Capitanerie di Porto en/of Agenzia delle Dogane e dei Monopoli en compatibel zijn met de nieuwe PLN (Piattaforma Logistica Nazionale). Een havensysteemautoriteit wordt geacht te zijn uitgerust met havencommunautaire systemen (Port Community Systems — PCS) indien ten minste één haven van die havensysteemautoriteit met de Port Community Systems (PCS) is uitgerust. |
M3C2-5bis |
Investering 2.1 — Digitalisering van de logistieke keten |
Doel |
Digitalisering van de logistieke keten |
N.V.T |
Aantal |
0 |
3 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Voltooiing van de volgende 3 interventies in verband met de digitalisering van de logistieke keten: Inlogcentrum: Opzetten van een digitaal platform (Piattaforma Logistica Nazionale — PLN), dat actief is in een beveiligde cloud-omgeving, waarmee de interoperabiliteit tussen vervoers- en logistieke exploitanten en betrokken overheidsdiensten kan worden bevorderd, door de nadruk te leggen op het de-materialiseren van documenten en de uitwisseling van gegevens en diensten, overeenkomstig Verordening (EU) n.2020/1056, indien van toepassing. Havennetwerk en vrachtdorpen: Alle 16 havensysteemautoriteiten moeten beschikken over PCS-diensten (Port Community System) die compatibel zijn met de Piattaforma Logistica Nazionale (PLN) en, indien van toepassing, met Verordening (EU) 2020/1056. Een havensysteemautoriteit wordt geacht te zijn uitgerust met havencommunautaire systemen (Port Community Systems — PCS) indien ten minste één haven van die havensysteemautoriteit met de Port Community Systems (PCS) is uitgerust. Deze PCS-diensten zijn operationeel voor alle kernhavens als omschreven in Verordening (EU) nr. 1679/2024. Ten minste 12 nationale vrachtdorpen moeten beschikken over een Freight Village System (FVS) dat compatibel is met de PLN en, indien van toepassing, met Verordening (EU) 2020/1056. Inlogbedrijf: de voltooiing van deze interventie vereist dat ten minste 350 ondernemingen overheidssteun hebben ontvangen voor de ontwikkeling van digitale systemen ter bevordering van de interoperabiliteit van diensten en de naleving van eCMR en eFTI. |
M3C2-6 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van het luchtverkeersbeheer |
Mijlpaal |
Digitalisering van het luchtverkeersbeheer: ingebruikneming van nieuwe instrumenten |
Certificering van het TOC, de digitale luchtvaartinformatie en de UTMS |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Ingebruikneming van de volgende 3 projecten: a) Technical Operations Center (TOC) en ten minste twee systemen voor luchtverkeersbeheer gedigitaliseerde luchtvaartinformatie systeem voor onbemand verkeersbeheer en connectiviteit (UTMS). |
M3C2-7 |
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Koudestrijken |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de bouw van ten minste 15 koudestrijkinstallaties |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Bekendmaking van de aanbesteding en gunning van alle contracten voor de bouw van ten minste 15 koudestrijkinstallaties die elektriciteit leveren in ten minste 10 havens. |
M3C2-12 |
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Koudestrijken |
Doel |
Ingebruikneming van koudestrijkinfrastructuur. |
|
Aantal |
0 |
15 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Inbedrijfstelling van ten minste 15 koudestrijkinfrastructuur die elektriciteit levert in ten minste 10 havens. |
I.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Groene havens: interventies op het gebied van hernieuwbare energie en energie-efficiëntie in havens
De belangrijkste doelstelling van deze maatregel is de vermindering van de CO2-uitstoot en een verbetering van de luchtkwaliteit in havensteden door middel van maatregelen die gericht zijn op energie-efficiëntie en de bevordering van het gebruik van hernieuwbare energie in havens. Het doel is bij te dragen tot de vermindering van de totale jaarlijkse CO2-emissies in het betrokken havengebied. De projecten moeten worden geselecteerd uit de projecten die de afzonderlijke havensysteemautoriteiten hebben aangegeven in hun Port Systems Environmental Energy Planning Documents (DEASP). Het programma “Groene havens” zal naar verwachting ook leiden tot een aanzienlijke vermindering van andere verontreinigende stoffen door verbranding, die de belangrijkste oorzaak zijn van de verslechtering van de luchtkwaliteit in havensteden. Deze investering omvat de aankoop van emissievrije voertuigen en dienstboten of de omzetting van voertuigen op fossiele brandstoffen en dienstboten in emissievrije voertuigen.
Hervorming 2.2: Oprichting van een nationaal platform voor digitale logistiek om de digitalisering van goederen- en/of passagiersdiensten in te voeren
Doel van de hervorming is de havengemeenschapssystemen van afzonderlijke havensysteemautoriteiten interoperabel te maken met het nationale platform voor digitale logistiek.
I.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M3C2-8 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Groene havens: interventies op het gebied van hernieuwbare energie en energie-efficiëntie in havens |
Doel |
Groene havens: toewijzing van de werkzaamheden |
N.V.T |
Aantal |
0 |
7 |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Toewijzing van de werkzaamheden aan ten minste zeven havensysteemautoriteiten. De selectieprocedure voor de toewijzing van werken omvat het volgende: criteria om ervoor te zorgen dat de werkzaamheden voldoen aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) en aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. b) de toezegging dat de klimaatbijdrage van de investering volgens de methode in bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 ten minste 79 % van de totale kosten van de door de herstel- en veerkrachtfaciliteit ondersteunde investering uitmaakt. verbintenis om verslag uit te brengen over de uitvoering van de maatregel halverwege de looptijd van de regeling en het einde van de regeling. |
M3C2-9 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Groene havens: interventies op het gebied van hernieuwbare energie en energie-efficiëntie in havens |
Doel |
Groene havens: voltooiing van werkzaamheden |
N.V.T |
Aantal |
0 |
75 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Voltooiing van ten minste 75 projecten voor de havenautoriteiten. Ten minste 79 % van de totale door de RRF gemaakte investeringskosten gaat naar activiteiten ter ondersteuning van de klimaatdoelstelling volgens de methode in bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241. |
M3C2-10 |
Hervorming 2.2: Oprichting van een nationaal platform voor digitale logistiek om de digitalisering van goederen- en/of passagiersdiensten in te voeren |
Mijlpaal |
Nationaal platform voor digitale logistiek |
Bepaling in de rechtshandeling waarin de inwerkingtreding van de rechtshandeling wordt vermeld |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Inwerkingtreding van een rechtshandeling die de interoperabiliteit van de havengemeenschapssystemen met het nationale platform voor digitale logistiek waarborgt. Daarnaast moet in de rechtshandeling worden bepaald dat havensysteemautoriteiten zijn uitgerust met PCS-standaarddiensten (havengemeenschapssysteem) die interoperabel zijn met de betrokken overheidsdiensten en verenigbaar zijn met Verordening (EU) 1056/2020 en met het nationale platform voor digitale logistiek. |
MISSIE 4 COMPONENT 1: Versterking van het aanbod van onderwijsdiensten: van kinderdagverblijven tot universiteiten
Deze component van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan omvat vier interventiegebieden: verbetering van de kwaliteit en kwantitatieve uitbreiding van onderwijs- en opleidingsdiensten — van kleuterscholen tot universiteit; hervorming van het beroep van leraar, met name wat betreft aanwervings- en opleidingsprocessen, met als doel de vaardigheden van het onderwijzend personeel te vergroten en territoriale discrepanties aan te pakken; bij- en nascholing van infrastructuur om het onderwijs op het gebied van digitalisering, wetenschap, technologie, engineering en wiskunde (STEM) en meertaligheid te verbeteren en tegelijkertijd de veiligheid en energie-efficiëntie van schoolgebouwen te verbeteren; hervorming van de studiegroepen, die graden en doctoraatsprogramma’s mogelijk maken met als doel toegepast onderzoek te stimuleren en het aantal promotiebeurzen uit te breiden.
De maatregelen in het kader van deze component zijn erop gericht de zwakke punten van het Italiaanse onderwijs-, opleidings- en onderzoekssysteem aan te pakken met als doel het onderwijsresultaat en de inzetbaarheid van Italiaanse studenten te verbeteren.
De investeringen en hervormingen in het kader van deze component dragen bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen die in 2020 en 2019 tot Italië zijn gericht over de noodzaak om “de participatie van vrouwen op de arbeidsmarkt te ondersteunen door middel van een alomvattende strategie, onder meer door toegang tot hoogwaardige kinderopvang” (landspecifieke aanbevelingen 2 en 2019), om “de onderwijsresultaten te verbeteren, ook door adequate en gerichte investeringen, en bijscholing te bevorderen, onder meer door digitale vaardigheden te versterken” (landspecifieke aanbevelingen 2 en 2019), om “onderzoek en innovatie te bevorderen” (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2019), om “afstandsonderwijs en vaardigheden, met inbegrip van digitale vaardigheden, te versterken” (landspecifieke aanbevelingen 2 en 2020) en om “investeringen te richten op onderzoek en innovatie” (landspecifieke aanbevelingen 3, 2020).
J.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Plan voor kinderdagverblijven en kleuterscholen en voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie en opvang
Het investeringsplan voor de leeftijdsgroep van 0-6 jaar is gericht op het vergroten van het aanbod aan kinderopvang door het bouwen, renoveren en waarborgen van de veiligheid van kinderdagverblijven en kleuterscholen, met het oog op een groter onderwijsaanbod en meer beschikbare plaatsen voor de leeftijdsgroep van 0-6 jaar, en zo de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. De maatregel zal naar verwachting de participatie van vrouwen op de arbeidsmarkt stimuleren en verzorgers helpen om hun gezins- en beroepsleven te combineren.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 62 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 63 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 64 en installaties voor mechanische biologische behandeling 65 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. In het bestek wordt bovendien bepaald dat alleen activiteiten mogen worden geselecteerd die in overeenstemming zijn met de toepasselijke Unie- en nationale milieuwetgeving.
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Plan voor de verlenging van de voltijdse
Het doel van de maatregel is de financiering van de verlenging van de schooltijd om het onderwijsaanbod van scholen te vergroten en deze na de schooluren open te stellen voor het grondgebied. De maatregel voorziet in de bouw of renovatie van kantines voor ten minste 1 000 bouwwerken, zodat de schooltijd kan worden verlengd. Langere schooluren zullen naar verwachting een positief effect hebben op de strijd tegen voortijdig schoolverlaten.
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Plan voor de verbetering van de infrastructuur voor de sport van scholen
De maatregel heeft tot doel de sportinfrastructuur te versterken en sportactiviteiten aan te moedigen. Het versterken van de sportactiviteit zal naar verwachting voortijdig schoolverlaten tegengaan, de sociale inclusie verbeteren en de persoonlijke vaardigheden versterken.
De investering betreft de bouw en renovatie van sportfaciliteiten en sportscholen voor schoolgebruik. Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), zijn verwarmingssystemen op basis van fossiele brandstoffen, zoals aardgasketels, uitgesloten van de criteria om in aanmerking te komen voor oproepen tot het indienen van projecten.
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Buitengewone interventie gericht op het verkleinen van territoriale lacunes in de I- en II-cycli van de middelbare school en op het aanpakken van voortijdig schoolverlaten
De maatregel is gericht op het waarborgen van adequate basisvaardigheden voor studenten, onder meer door de ontwikkeling van één nationaal portaal voor onlineopleiding. Er wordt bijzondere aandacht besteed aan scholen die grotere prestatieproblemen hebben ondervonden door interventies aan te passen aan de behoeften van de leerlingen — waarbij de schoolmanager ondersteuning biedt met externe begeleiders en, in de meest kritieke gevallen, de beschikbaarheid van ten minste één extra eenheid per vak (Italiaans, wiskunde en Engels) en gedurende ten minste twee jaar. De investering bevordert de uitvoering van mentoractiviteiten voor ten minste 820 000 jongeren die het risico lopen voortijdig schoolverlaten te verlaten en voor jongeren die reeds zijn uitgetreden. Het voorziet in het gebruik van een onlineplatform voor mentorschaps- en opleidingsactiviteiten.
De maatregel zal naar verwachting gendergelijkheid bevorderen en bijdragen tot het wegnemen van ongelijkheden, met inbegrip van territoriale kloven, bij de toegang tot onderwijs.
Hervorming 1.1: Hervorming van technische en beroepsinstellingen
De hervorming heeft tot doel de curricula van technische en professionele instellingen af te stemmen op de competenties die het Italiaanse productiesysteem nodig heeft, ook op lokaal niveau. De hervorming moet met name het technisch en beroepsonderwijs in overeenstemming brengen met Industrie 4.0 en digitale innovatie omarmen.
Hervorming 1.2: Hervorming van de tertiaire beroepsopleiding (ITS)
De hervorming heeft tot doel het systeem voor tertiaire beroepsopleiding te versterken door de ITS-governance te vereenvoudigen teneinde het aantal instituten en inschrijvingen met het oog op het lokale grondgebied te vergroten.
De hervorming zal naar verwachting de discrepantie tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt overbruggen.
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Ontwikkeling van het systeem voor tertiaire beroepsopleiding (ITS)
De maatregel vormt een aanvulling op de hervorming 1.2 — Hervorming van de tertiaire beroepsopleiding — om het onderwijsaanbod van instellingen voor beroepsopleiding (ITS) te versterken. Het draagt bij tot het vergroten van het onderwijsaanbod van de instellingen voor beroepsopleiding en tot het vergroten van de deelname van ondernemingen aan de onderwijsprocessen met het oog op een betere verbinding met het netwerk van ondernemers. De maatregel zal naar verwachting ook de jeugdwerkloosheid verminderen door de discrepantie tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt aan te pakken.
De investering moet het aantal studenten dat is ingeschreven voor ITS-cursussen verhogen en de laboratoriumstructuren versterken (invoering van innovatieve technologieën 4.0) en tegelijkertijd investeren in de vaardigheden van leerkrachten. De activering van een nationaal digitaal platform dat studenten in staat stelt de vacatures te kennen voor degenen die een beroepskwalificatie behalen, wordt overwogen.
Hervorming 1.3: Reorganisatie van het schoolsysteem
Het doel van de hervorming is tweeledig:
Aanpassing van het aantal leerlingen per klas.
Het aantal onderwijzend personeel wordt vastgesteld op hetzelfde niveau als in het schooljaar 2020/2021, gezien de bevolkingsafname en om het aantal leerlingen per klas te verminderen en de verhouding tussen het aantal leerlingen en het aantal leerkrachten op gemeenschappelijke posities geleidelijk te verbeteren. De uitvoering van de interventie leidt niet tot een toename van het aantal beschikbare gebouwen. Het initiatief geeft individuele aandacht aan individuele leerlingen, met name aan de meest kwetsbare en zeker leerlingen met een handicap. De verbetering van de leerling-lerarenverhouding zal naar verwachting de kwaliteit van het onderwijs en de beschikbaarheid van middelen voor schoolgebouwen ten goede komen.
Herziening van de regels inzake de omvang van schoolgebouwen.
De regionale schoolpopulatie wordt gekozen als de “effectieve parameter” voor het identificeren van de onderwijsinstellingen met een hoofdmaster en een headmistress, in plaats van de bevolking van de individuele school, zoals bepaald in de huidige wetgeving.
Hervorming 1.4: Hervorming van het “Oriëntatie” -systeem
De hervorming is gericht op de invoering van oriëntatiemodules (ten minste 30 uur per jaar) voor de vierde en vijfde klasse van het hoger middelbaar onderwijs. De belangrijkste doelstelling is studenten te ondersteunen bij het maken van een geïnformeerde keuze tussen voortzetting van hun studie of voortgezette beroepsopleiding (ITS), voordat zij op de arbeidsmarkt worden geïntegreerd. De hervorming voorziet ook in de oprichting van een digitaal oriëntatieplatform voor het tertiair onderwijsaanbod van universiteiten en instellingen voor beroepsopleiding (ITS).
Investering 1.6: Wetenschap op topniveau. Actieve oriëntatie in de overgang tussen school en universiteit
De maatregel heeft tot doel de overgang van het hoger middelbaar onderwijs naar de universiteit te vergemakkelijken en te stimuleren en het aantal voortijdige schoolverlaters te verminderen, waardoor het aantal afgestudeerden toeneemt. De investering zal naar verwachting leiden tot een verhoging van de succesindicatoren (schoolbezoek, verbetering van het leerniveau, aantal leerlingen dat het volgende academisch jaar wordt toegelaten, enz.) en tot het verkleinen van de genderkloof, zowel wat betreft de arbeidsparticipatie als de deelname aan het hoger onderwijs op alle gebieden.
Dit initiatief beoogt het aanbieden van cursussen aan alle leerlingen in het hoger middelbaar onderwijs om hen te ondersteunen bij de keuze van het tertiair onderwijs, het vergemakkelijken van een betere afstemming tussen voorbereiding en beroepsopleiding en het helpen van leerlingen om zich te richten op de overgang tussen school en universiteit. Lezingen worden verzorgd door professoren in het hoger onderwijs en gegeven aan leerlingen in het hoger middelbaar onderwijs. Duurzaamheid wordt bereikt door de opleiding uit te breiden tot hoogleraren, zodat na dit driejarenprogramma oriëntatie beschikbaar is bij het interne personeel van de middelbare scholen.
Investering 1.7: Wetenschap op topniveau. Beurzen voor toegang tot universiteiten
Het doel van de maatregel is te zorgen voor gelijke toegang tot onderwijs, door de toegang tot tertiair onderwijs te vergemakkelijken voor studenten in sociaal-economische moeilijkheden en met relatief hoge alternatieve kosten van geavanceerde studies, in tegenstelling tot een vroege overgang op de arbeidsmarkt. Dit wordt met name bereikt door een verhoging van het aantal beurzen dat in het kader van de RRF-steun aan universiteitsstudenten wordt verstrekt.
Deze maatregel wordt aangevuld met React-EU, die naar verwachting 13 000 beurzen voor toegang tot universiteiten voor het jaar 2 023 in zuidelijke regio’s zal financieren.
Hervorming 1.5: Hervorming van de universitaire groepen
De hervorming voorziet in de actualisering van universitaire curricula, waardoor de bestaande starre grenzen worden verkleind, waardoor de mogelijkheid om interdisciplinaire trajecten te creëren ernstig wordt beperkt. De hervorming zal naar verwachting ook de mogelijkheid om beroepsopleidingsprogramma’s uit te voeren uitbreiden door innovatieve beroepsopleidingen in te voeren.
Hervorming 1.6: Hervorming van de universitaire opleiding mogelijk maken
De hervorming voorziet in de vereenvoudiging van de procedure voor de toegang tot beroepen waarvoor inschrijving op een beroepsopdracht door middel van een specifiek beroepsexamen vereist is. De maatregel draagt bij tot de harmonisatie van het laatste nationale examen van elke graad met het overeenkomstige examen voor de beroepsorde, waardoor algemene en duidelijke regels en vervanging worden vastgesteld.
Hervorming 2.1: Aanwerving van leerkrachten
De hervorming heeft tot doel een nieuw model voor de aanwerving van leerkrachten tot stand te brengen, gekoppeld aan een heroverweging van hun initiële opleiding en hun hele loopbaan. Deze maatregel heeft als strategisch doel de kwaliteit van het Italiaanse onderwijsstelsel aanzienlijk te verbeteren. De hervorming vereenvoudigt met name de huidige openbare mededingingsprocedures. De maatregelen voorzien in strengere eisen voor de toegang tot onderwijsberoepen, een doeltreffender mobiliteitskader voor leerkrachten, het beperken van buitensporige mobiliteit en een duidelijk verband tussen loopbaanontwikkeling en prestatie-evaluatie en permanente professionele ontwikkeling.
Hervorming 2.2: Tertiair gevorderde school en verplichte opleiding voor schoolmanagers, leerkrachten, administratief en technisch personeel
De hervorming heeft tot doel een hoogwaardig opleidingssysteem voor schoolpersoneel op te zetten met het oog op de permanente professionele en loopbaanontwikkeling. Het voorziet in de oprichting van een bevoegd orgaan dat belast is met het vrijgeven van richtsnoeren overeenkomstig de Europese normen en met de selectie en coördinatie van opleidingsinitiatieven, eventueel gekoppeld aan loopbaanontwikkeling, zoals voorzien in de hervorming van de aanwerving — de hervorming 2.1: Aanwerving van leerkrachten, opgenomen in het plan.
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Geïntegreerd digitaal onderwijs en opleiding op het gebied van de digitale transformatie voor schoolpersoneel
De maatregel is gericht op de totstandbrenging van een permanent systeem voor de ontwikkeling van digitale didactiek en digitale en onderwijsvaardigheden van het schoolpersoneel. De interventie voorziet in:
de invoering van een systeem voor de permanente opleiding van leerkrachten en schoolpersoneel met het oog op de digitale transitie;
De vaststelling van een nationaal referentiekader voor geïntegreerd digitaal onderwijs, om de invoering van digitale competentiecursussen op alle scholen te bevorderen.
De actie omvat de opleiding van ongeveer 650 000 leerkrachten en schoolpersoneel, de oprichting van ongeveer 20 000 opleidingscursussen gedurende de vijf jaar en de oprichting van lokale opleidingscentra. Alle meer dan 8 000 onderwijsinstellingen in Italië worden bij de opleidingsprojecten betrokken.
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Nieuwe vaardigheden en nieuwe talen
De interventie is gericht op het integreren in leerplannen van scholen op alle niveaus van activiteiten, methoden en inhoud die zijn ontworpen om STEM-, digitale en innovatievaardigheden te versterken. De maatregel is gericht op vrouwelijke studenten en voorziet in een volledige interdisciplinaire aanpak. De interventie is gericht op het waarborgen van gelijke kansen en gendergelijkheid in termen van methodologische aanpak en STEM-oriëntatieactiviteiten.
De maatregel zal naar verwachting de meertalige vaardigheden van studenten en leerkrachten versterken door de advies- en informatieprogramma’s over Erasmus + uit te breiden met steun van het Nationaal Instituut voor Documentatie, Innovatie en Onderwijs (INDIRE) van Erasmus + en het netwerk van ambassadeurs daarvan.
Er wordt ook een digitaal systeem ontwikkeld om de taalvaardigheden op nationaal niveau te monitoren, met de steun van de respectieve certificerentiteiten.
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. School 4.0: innovatieve scholen, bekabeling, nieuwe klaslokalen en workshops
De maatregel is gericht op het actualiseren van schoolfaciliteiten tot aanpasbare, flexibele en digitale leeromgevingen, met technologisch geavanceerde workshops en een werkplekleren. Deze maatregel zal de digitale transitie van het Italiaanse schoolsysteem versnellen met vier initiatieven:
Omvorming van ongeveer 100 000 traditionele klassen naar verbonden leeromgevingen, met de invoering van bijbehorende educatieve apparatuur
Oprichting van workshops voor digitale beroepen in de tweede cyclus
Digitalisering van schoolbesturen
Bekabeling binnenhuisbekabeling van ongeveer 40 000 schoolgebouwen en bijbehorende apparatuur
Investering 3.3: Wetenschap op topniveau. Plan voor veiligheid en structureel herstel van schoolgebouwen
De belangrijkste doelstelling van de maatregel is bij te dragen tot het herstel van het klimaat door de veiligheid en het energieverbruik van schoolgebouwen te verbeteren. De maatregel draagt met name bij tot de verbetering van de energieklassen, tot een lager verbruik en tot lagere CO2-emissies en tot een grotere structurele veiligheid van gebouwen. Bijzondere aandacht wordt besteed aan de meest achtergestelde gebieden om economische en sociale onevenwichtigheden aan te pakken en weg te werken. De investering omvat niet de aankoop van aardgasketels.
Investering 3.4: Wetenschap op topniveau. Onderwijs en geavanceerde universitaire vaardigheden
De maatregel heeft tot doel universitaire programma’s (met inbegrip van doctoraatsprogramma’s) te kwalificeren en te innoveren aan de hand van drie strategische doelstellingen: digitalisering; “innovatiecultuur”; internationalisering.
In detail worden de volgende submaatregelen uitgevoerd:
In 500 jaar (100 + 200 + 3) worden maximaal 200 promovendi ingeschreven in programma’s voor digitale en milieutransities.
Oprichting van drie digitale-onderwijshubs (DEH) om de capaciteit van het hogeronderwijsstelsel om digitaal onderwijs aan studenten en universitaire werknemers aan te bieden, te verbeteren;
Versterking van scholen voor hoger onderwijs
Uitvoering van tien transnationale onderwijsinitiatieven — TNE — in samenwerking met het ministerie van Buitenlandse Zaken en Internationale Samenwerking
Internationaliseringsactiviteiten van instellingen voor hoger onderwijs op artistiek en muziek (AFAM) door steun te verlenen aan 15 internationaliseringsprojecten van AFAM-instellingen ter bevordering van hun rol in het behoud en de bevordering van de Italiaanse cultuur in het buitenland
Hervorming 4.1: Doc.D. Hervorming van de programma’s
De hervorming heeft tot doel de verordening inzake PhD-programma’s te actualiseren, de procedures voor de betrokkenheid van bedrijven en onderzoekscentra bij PhD-programma’s te vereenvoudigen en toegepast onderzoek te versterken. De voorgestelde hervorming omvat alle investeringen met betrekking tot PhD-programma’s op het doelgebied “Onderwijs en onderzoek”.
Investering 4.1: Wetenschap op topniveau. Uitbreiding van het aantal en de carrièremogelijkheden van doctoraatsopleidingen (onderzoeksgericht, openbaar bestuur en cultureel erfgoed)
De maatregel heeft tot doel het menselijk kapitaal voor onderzoeksgerichte activiteiten, overheidsdiensten en cultureel erfgoed uit te breiden. De investering voorziet in de invoering van 1 200 extra algemene doctoraatsprogramma’s per jaar (over drie jaar), 1 000 extra doctoraatsprogramma’s voor overheidsdiensten per jaar (meer dan drie jaar) en ten minste 200 nieuwe promotiebeurzen voor cultureel erfgoed per jaar (over drie jaar).
J.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M4C1-1 |
Hervorming 1.5: Hervorming van universitaire groepen; Hervorming 1.6: Het mogelijk maken universitaire diploma’s te hervormen; Hervorming 4.1: Doc.D. Hervorming van de programma’s |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de hervormingen van het stelsel voor tertiair onderwijs om de onderwijsresultaten te verbeteren (primaire wetgeving) op het gebied van: a) universitaire graden mogelijk te maken; groepen van universitaire diploma’s; hervorming van PhD-programma’s |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de hervormingen |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Dehervormingen omvatten ten minste de volgende essentiële elementen:
|
M4C1-2 |
Investering 1.7: Wetenschap op topniveau. Beurzen voor toegang tot universiteiten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van ministeriële decreten voor de hervorming van beurzen om de toegang tot tertiair onderwijs te verbeteren |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de hervorming |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
De ministeriële decreten van het ministerie van Universiteit en Onderzoek over de hervorming van beurzen verbeteren de toegang tot tertiair onderwijs voor getalenteerde studenten in sociaal-economische moeilijkheden, verhogen het bedrag van de beurzen en het aantal begunstigden tot en met 31 december 2024. Deze studenten worden geïdentificeerd op basis van de ISEE — Indicatore della Situazione Economica Equivalente. |
M4C1-3 |
Hervorming 2.1: Aanwerving van leerkrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de hervorming inzake het beroep van leraar. |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de hervorming |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Het herziene rechtskader moet hoogwaardige leerkrachten aantrekken, aanwerven en motiveren,
met name door middel van:
|
M4C1-4 |
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. School 4.0: innovatieve scholen, bekabeling, nieuwe klaslokalen en workshops |
Mijlpaal |
Schoolplan 4.0 ter bevordering van de digitale transitie van het Italiaanse schoolsysteem wordt goedgekeurd |
Ministerie van Onderwijs — Besluit tot vaststelling van het schoolplan 4.0 |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Het door het ministerie van Onderwijs goedgekeurde “School 4.0” -plan ter bevordering van de digitale transitie van het Italiaanse schoolsysteem omvat: a) omzetting van 100 000 klaslokalen in innovatieve leeromgevingen de oprichting van laboratoria voor de nieuwe digitale beroepen op alle middelbare scholen. Actie a) zet schoolruimten die bestemd zijn voor traditionele klaslokalen om in innovatieve, adaptieve en flexibele leeromgevingen die verbonden zijn met digitale, fysieke en virtuele technologieën en geïntegreerd zijn met digitale, fysieke en virtuele technologieën. De investering in schoolfaciliteiten moet de meest innovatieve onderwijstechnologieën (codering en robotica, apparatuur voor virtual reality, geavanceerde digitale apparaten voor inclusief onderwijs enz. naar ten minste 100 000 klaslokalen van basis- en middelbare scholen die worden gebruikt voor lessen) brengen. Actie b) richt op elke middelbare school ten minste één laboratorium voor digitale beroepen op, een laboratorium dat nauw verbonden is met bedrijven en innovatieve start-ups voor het scheppen van nieuwe banen in de sector van nieuwe digitale beroepen (zoals artificiële intelligentie, robotica, big data en cyberbeveiliging, blauwe en groene economie). Ten minste 40 % van de begunstigde scholen moet in het zuiden van Italië zijn gevestigd. |
M4C1-5 |
Hervorming 1.3: Reorganisatie van het schoolsysteem; Hervorming 1.2: Hervorming van het systeem voor tertiaire beroepsopleiding (ITS); Hervorming 1.1: Hervorming van technische en beroepsinstellingen; Hervorming 1.4: Hervorming van het “Oriëntatie” -systeem |
Mijlpalen |
Inwerkingtreding van de hervormingen van het basis- en middelbaar onderwijs om de onderwijsresultaten te verbeteren |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de hervormingen |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Debasiswetgevingshervormingen van het basis- en middelbaar onderwijs om de onderwijsresultaten
te verbeteren (door middel van primaire wetgeving) omvatten ten minste de volgende
essentiële elementen:
Om de mijlpaal naar tevredenheid te halen, bevat de wetgeving verplichte termijnen voor de uitvaardiging van secundaire wetgeving, richtsnoeren en alle nodige wettelijke bepalingen (toezicht door de databank van het ministerie van Onderwijs) om een soepele uitvoering te waarborgen. |
M4C1-6 |
Hervorming 2.2: Hoger onderwijs en permanente opleiding voor schoolmanagers, leerkrachten, administratief en technisch personeel |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving die gericht is op het opzetten van een kwaliteitsopleidingssysteem voor scholen. |
Bepaling in de wet waarin de inwerkingtreding van de wetgeving wordt vermeld. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
De wetgeving omvat bepalingen die gericht zijn op het opzetten van een kwaliteitsopleidingssysteem voor schoolpersoneel dat is afgestemd op de permanente beroeps- en loopbaanontwikkeling, de oprichting van een gekwalificeerde instantie die belast is met richtsnoeren voor de opleiding van schoolpersoneel, de selectie en coördinatie van opleidingsinitiatieven, en deze aan loopbaanontwikkeling koppelt, zoals bepaald in de aanwervingshervorming. De invoering van een systeem van basis- en voortgezette opleiding moet het mogelijk maken een einde te maken aan de huidige versnippering van opleidingstrajecten, waarvoor momenteel geen uniforme nationale strategie bestaat. |
M4C1-7 |
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Buitengewone interventie gericht op het verkleinen van territoriale lacunes in de I- en II-cycli van de middelbare school en op het aanpakken van voortijdig schoolverlaten |
Doel |
Studenten of jongeren die hebben deelgenomen aan mentorschapsactiviteiten of opleidingscursussen |
Er wordt voorzien in mentorschapsactiviteiten |
Aantal |
0 |
820 000 |
KWARTAAL 3 |
2025 |
Uitvoering van mentoractiviteiten voor ten minste 820 000 jongeren die het risico lopen voortijdig schoolverlaten te verlaten en jongeren die al zijn uitgetreden. |
M4C1-8 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Plan voor de verbetering van de infrastructuur voor de sport van scholen |
Mijlpaal |
Gunning van opdrachten voor interventies voor de bouw en renovatie van sportvoorzieningen en sportscholen voor schoolgebruik |
Kennisgeving van de gunning van overheidsopdrachten voor de in aanmerking komende interventies |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Gunning van opdrachten voor interventies voor de bouw en renovatie van sportfaciliteiten en sportscholen voor schoolgebruik, na een openbare aanbestedingsprocedure. |
M4C1-9 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Plan voor kinderdagverblijven en kleuterscholen en voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie en opvang |
Mijlpaal |
Toekenning van opdrachten voor de bouw, renovatie en het waarborgen van de veiligheid van kinderdagverblijven, kleuterscholen en voor voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie en opvang |
Kennisgeving door de plaatselijke autoriteiten van de begunstigden van de financiering van de gunning van overheidsopdrachten voor de eerste reeks subsidiabele interventies |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Gunning van opdrachten en territoriale distributie voor kinderdagverblijven en kleuterscholen en voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie en opvang. De gunning geschiedt met inachtneming van het verslechteringsverbod (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de eis van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M4C1-10 |
Hervorming 2.1: Aanwerving van leerkrachten; Hervorming 1.3: Reorganisatie van het schoolsysteem; Hervorming 1.2: Hervorming van het systeem voor tertiaire beroepsopleiding (ITS); Hervorming 1.4: Hervorming van het “oriëntatiesysteem”; Hervorming 1.5: Hervorming van universitaire groepen; Hervorming 1.6: Hervorming van universitaire diploma’s mogelijk maken |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van verordeningen voor de effectieve uitvoering en toepassing van alle maatregelen met betrekking tot de hervormingen van het basis-, middelbaar en tertiair onderwijs, waar nodig |
Bepaling in de wet waarin de inwerkingtreding van de verordeningen wordt vermeld. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2023 |
De secundaire wetgeving omvat alle verordeningen die nodig zijn voor de doeltreffende uitvoering en toepassing van alle maatregelen met betrekking tot de hervormingen van het basis-, middelbaar en tertiair onderwijs: — De hervormingen van het tertiair onderwijs om de onderwijsresultaten te verbeteren (primaire wetgeving) op het gebied van: a) universitaire graden mogelijk te maken; groepen van universitaire diploma’s; hervorming van PhD-programma’s; — De ministeriële besluiten tot hervorming van beurzen om de toegang tot tertiair onderwijs te verbeteren; — De hervorming van het beroep van leraar; — De hervormingen van het basis- en middelbaar onderwijs om de onderwijsresultaten te verbeteren; — De wetgeving was gericht op het opzetten van een kwaliteitsopleidingssysteem voor scholen. |
M4C1-10 bis |
Hervorming 1.1: Hervorming van technische en beroepsinstellingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de secundaire wetgeving. |
Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van het afgeleide recht aangeeft. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
De secundaire wetgeving inzake de hervorming van technische en beroepsinstellingen is in werking getreden. |
M4C1-11 |
Investering 1.7: Wetenschap op topniveau. Beurzen voor toegang tot universiteiten |
Doel |
Toegekende universitaire beurs |
N.V.T |
Aantal |
0 |
55 000 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Aan ten minste 55 000 studenten worden beurzen toegekend die uitsluitend met middelen uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit worden gefinancierd |
M4C1-12 |
Investering 4.1: Wetenschap op topniveau. Uitbreiding van het aantal en de carrièremogelijkheden van doctoraatsopleidingen (onderzoeksgericht, openbaar bestuur en cultureel erfgoed) |
Doel |
Doctoraatsprogramma’s die per jaar worden toegekend (over drie jaar) |
N.V.T |
Aantal |
9 000 |
16 200 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Ten minste 1 200 extra doctoraatsprogramma’s per jaar over een periode van drie jaar); per jaar (meer dan drie jaar) worden ten minste 1 000 extra promotiebeurzen voor overheidsdiensten toegekend; per jaar (meer dan drie jaar) worden ten minste 200 nieuwe promotiebeurzen voor cultureel erfgoed toegekend. Het basisscenario werd vastgesteld als het huidige (afgeronde) aantal promovendi dat elk jaar in Italië met hun programma begint:
(a) PhD is ontworpen om bedrijven beter te betrekken en toegepast onderzoek te stimuleren;
|
M4C1-13 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Geïntegreerd digitaal onderwijs en digitale opleiding over de digitale transformatie voor schoolpersoneel; |
Doel |
Opleiding van schoolmanagers, leerkrachten en administratief personeel |
N.V.T |
Aantal |
0 |
650 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 650 schoolmanagers, leerkrachten en administratief personeel zijn opgeleid Geïntegreerd digitaal onderwijs en digitale opleiding van schoolpersoneel in de digitale transitie (650 000 leerkrachten, managers en administratief personeel, algemeen opgeleid). |
M4C1-14 |
Hervorming 2.1: Aanwerving van leerkrachten |
Doel |
Leerkrachten die zijn aangeworven met het hervormde aanwervingssysteem |
N.V.T |
Aantal |
0 |
20 000 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Ten minste 20 leerkrachten in dienst genomen in het kader van het hervormde aanwervingssysteem |
M4C1-14 bis |
Hervorming 2.1: Aanwerving van leerkrachten |
Doel |
Leerkrachten die zijn aangeworven met het hervormde aanwervingssysteem |
N.V.T |
Aantal |
0 |
20 000 |
KWARTAAL 3 |
2025 |
Ten minste 20 leerkrachten in dienst genomen in het kader van het hervormde aanwervingssysteem |
M4C1-14ter |
Hervorming 2.1: Aanwerving van leerkrachten |
Doel |
Kandidaten die na de hervorming van het aanwervingssysteem met succes zijn geslaagd voor het openbaar vergelijkend onderzoek om leraar te worden. |
N.V.T |
Aantal |
0 |
30 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Na de hervorming van het aanwervingssysteem hebbenten minste 000 kandidaten geslaagd voor het openbare vergelijkend onderzoek om leerkrachten te worden. Alle geslaagde kandidaten moeten het 60 ECTS van het basiskwalificatieproces hebben voltooid alvorens aan het openbare vergelijkend onderzoek deel te nemen. |
M4C1-15 |
Investering 1.7: Wetenschap op topniveau. Beurzen voor toegang tot universiteiten |
Doel |
Beurzen voor toegang tot universiteiten |
N.V.T |
Aantal |
0 |
55 000 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Aan ten minste 55 000 studenten worden beurzen toegekend die uitsluitend met middelen uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit worden gefinancierd |
M4C1-15 bis |
Investering 1.7: Wetenschap op topniveau. Beurzen voor toegang tot universiteiten |
Doel |
Beurzen voor toegang tot universiteiten |
N.V.T |
Aantal |
0 |
55 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Aan ten minste 55 000 studenten worden beurzen toegekend die uitsluitend met middelen uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit worden gefinancierd |
M4C1-16 |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Nieuwe vaardigheden en nieuwe talen |
Doel |
Scholen die STEM-begeleidingsprojecten in 2024/25 hebben geactiveerd |
N.V.T |
Aantal |
0 |
8 000 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Ten minste 8 scholen die STEM-begeleidingsprojecten hebben geactiveerd. De projecten zijn gericht op de ontwikkeling en digitalisering van het nationale digitale platform STEM, gericht op de volledige uitvoering van het programma, monitoring en verspreiding van informatie en gegevens (uitgesplitst naar geslacht), van kleuterscholen en basisscholen tot de eerste en tweede middelbare school, tot technische en beroepsinstellingen en universiteiten. |
M4C1-17 |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Nieuwe vaardigheden en nieuwe talen |
Doel |
Jaarlijkse taal- en methodologische cursussen voor leerkrachten |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 000 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Ten minste 1 000 jaarlijkse taal- en methodologische cursussen voor alle leerkrachten |
M4C1-18 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Plan voor kinderdagverblijven en kleuterscholen en voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie en opvang |
Doel |
Nieuwe plaatsen geactiveerd voor onderwijs en opvang voor jonge kinderen (van nul tot zes jaar) |
N.V.T |
Aantal |
0 |
150 480 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 150 nieuwe plaatsen voor onderwijs en opvang voor jonge kinderen (van nul tot zes jaar). Met het plan voor de bouw en herontwikkeling van kleuterscholen is het doel om de beschikbare plaatsen te verhogen en de onderwijsdienst van nul tot zes jaar te verhogen. |
M4C1-19 |
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. School 4.0: innovatieve scholen, bekabeling, nieuwe klaslokalen en workshops |
Doel |
De lessen worden omgezet in innovatieve leeromgevingen dankzij school 4.0 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
100 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Aantal klaskamers dat in innovatieve leeromgevingen is omgezet in het “School 4.0” -plan. Met de actie worden schoolruimten voor traditionele klaslokalen omgevormd tot innovatieve, adaptieve en flexibele leeromgevingen die verbonden zijn met en geïntegreerd zijn met digitale technologieën, fysiek en virtueel. De investering brengt alle meest innovatieve onderwijstechnologieën (zoals codering en robotica, virtual reality devices en geavanceerde digitale apparaten voor inclusief onderwijs) in ten minste 100 000 klaslokalen op basis- en middelbare scholen die voor het onderwijs worden gebruikt. |
M4C1-20 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Ontwikkeling van het systeem voor tertiaire beroepsopleiding (ITS) |
Doel |
Aantal studenten dat is ingeschreven in een beroepsopleidingssysteem (ITS) |
N.V.T |
Aantal |
11 000 |
22 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Jaarlijkse toename van het aantal ingeschreven studenten in het beroepsopleidingssysteem (100 %). |
M4C1-20 bis |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Ontwikkeling van het systeem voor tertiaire beroepsopleiding (ITS) |
Mijlpaal |
Uitvoering van het nieuwe nationale monitoringsysteem |
Lancering van het nieuwe ITS-monitoringsysteem |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het nieuwe nationale systeem voor de monitoring van de resultaten van de ITS-cursussen is volledig geïmplementeerd en operationeel. |
M4C1-21 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Plan voor de verlenging van de voltijdse |
Doel |
Structuren om leerlingen na de schooltijd te ontvangen |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Er worden ten minste 1 000 structuren gebouwd of gemoderniseerd om de verlenging van de schooltijd en de openstelling van scholen na de schooluren te vergemakkelijken. |
M4C1-22 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Plan voor de verbetering van de infrastructuur voor de sport van scholen |
Doel |
Gebouwde of gerenoveerde sqm worden gebruikt als sport- of sportaccommodaties |
N.V.T |
Aantal |
0 |
230 400 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 230 400 Sqm gebouwd of gerenoveerd om te worden gebruikt als sport- of sportvoorzieningen voor schoolgebruik. |
M4C1-23 |
Investering 3.4: Wetenschap op topniveau. Onderwijs en geavanceerde universitaire vaardigheden |
Doel |
Nieuwe promovendi die in drie jaar worden toegekend in programma’s voor digitale en milieutransities |
N.V.T |
Aantal |
0 |
500 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 500 nieuwe promovendi in drie jaar toegekend in programma’s voor digitale en milieutransities Het project heeft tot doel universitaire (en doctoraats-) trajecten te kwalificeren en te innoveren door middel van: digitalisering; “innovatiecultuur”; internationalisering. |
M4C1-23 bis |
Investering 3.4: Wetenschap op topniveau. Onderwijs en geavanceerde universitaire vaardigheden |
Mijlpaal |
Voltooiing van de uitvoering van submaatregelen inzake onderwijs en geavanceerde universitaire vaardigheden |
De submaatregelen met betrekking tot onderwijs en geavanceerde universitaire vaardigheden worden uitgevoerd. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De submaatregelen met betrekking tot onderwijs en geavanceerde universitaire vaardigheden worden uitgevoerd. De submaatregelen omvatten: Oprichting van drie digitale-onderwijshubs; Activering van drie netwerken van hogere universitaire scholen; Verwezenlijking van tien transnationale onderwijsinitiatieven — TNE; Uitvoering van 15 projecten voor internationalisering van instellingen voor hoger kunst- en muziekonderwijs (AFAM). |
M4C1-24 |
Investering 1.6: Wetenschap op topniveau. Actieve oriëntatie in de overgang tussen school en universiteit. |
Doel |
Studenten die overgangscursussen tussen school en universiteit hebben gevolgd |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 000 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 1 000 000 leerlingen in het hoger secundair onderwijs hebben één overgangscursus tussen school en universiteit gevolgd. |
M4C1-25 |
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Buitengewone interventie gericht op het verkleinen van territoriale lacunes in de I- en II-cycli van de middelbare school en op het aanpakken van voortijdig schoolverlaten |
Doel |
De kloof in het percentage voortijdige schoolverlaters in het middelbaar onderwijs |
N.V.T |
Percentage |
13,5 |
10,2 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De kloof in het percentage voortijdige schoolverlaters in het middelbaar onderwijs verkleinen om het EU-gemiddelde van 2019 (10,2 %) te bereiken. |
M4C1-26 |
Investering 3.3: Wetenschap op topniveau. Plan voor veiligheid en structureel herstel van schoolgebouwen |
Doel |
M² gerenoveerde schoolgebouwen |
N.V.T |
Aantal |
0 |
2 600 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 2 600 000 Sqm van schoolgebouwen worden gerenoveerd of gereconstrueerd. Met het plan voor structurele en energieherontwikkeling van schoolgebouwen zal de totale oppervlakte naar verwachting 2 600 000 Sqm bedragen. |
J.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
Hervorming 1.7: Hervorming van de regelgeving inzake studentenhuisvesting en investeringen in studentenhuisvesting
De hervorming heeft tot doel particuliere en openbare entiteiten aan te moedigen voorzieningen voor studentenaccommodatie op te zetten, waarbij het ministerie van Universiteit en Onderzoek een deel van de huurinkomsten voor de eerste drie jaar van de exploitatie van de structuren bijdraagt. Het doel is het aantal beschikbare plaatsen voor uitwonende studenten uiterlijk 2026 te verhogen.
De geplande investering is bedoeld om 60 000 slaapaccommodaties toe te voegen, waardoor de kloof tussen Italië en het EU-gemiddelde wat betreft het aandeel studenten dat huisvesting krijgt, aanzienlijk wordt verkleind. Het doel is te zorgen voor brede toegang tot huisvestingsfaciliteiten, zodat een redelijk aantal studenten zich geavanceerd onderwijs kan veroorloven op het gebied en de locatie waar zij hun voorkeur genieten, ongeacht hun sociaaleconomische achtergrond. Daartoe wordt 30 % van de nieuwe plaatsen voorbehouden aan studenten in sociaaleconomische moeilijkheden zoals gedefinieerd door de zogenaamde organisaties voor “Diritto allo Studio” (recht om organisaties te studeren).
Het huurgeld voor universiteitsstudenten wordt vastgesteld op ten minste 15 % lager dan de lokale marktprijzen.
De investering omvat niet de aankoop van aardgasketels.
Reeds voorafgaand aan deze aanbesteding voor studentenhuisvesting bestemde accommodaties mogen niet worden meegeteld voor de doelstellingen. Om de uiteindelijke doelstelling van de gecreëerde bedden te bereiken, worden tussen 2021 en 2025 oproepen tot het indienen van projecten gedaan.
J.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M4C1-27 |
Hervorming 1.7: Hervorming van de regelgeving inzake studentenhuisvesting en investeringen in studentenhuisvesting |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving tot wijziging van de huidige regels voor studentenhuisvesting. |
Bepaling in de wet waarin de inwerkingtreding van de wetgeving wordt vermeld. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
De herziene wetgeving:
(1). Bevordering van de herstructurering en renovatie van bouwwerken in plaats van nieuwe “green-field” -gebouwen (met een hoger percentage mede-oprichting, momenteel 50 %), met de hoogste milieunormen die door de voorgestelde projecten moeten worden gewaarborgd; (2). Vereenvoudiging, mede dankzij de digitalisering, van de presentatie en selectie van projecten en dus van het tijdschema voor de uitvoering; (3) bij wet voorzien in een afwijking van de criteria van wet nr. 338/2000 met betrekking tot het percentage medefinanciering dat kan worden toegekend. Er zal een hervorming worden doorgevoerd door in het Italiaanse regelgevingskader voor de financiering van studentenhuisvesting de volgende belangrijke veranderingen in te voeren: 1. De deelname aan de financiering ook open te stellen voor particuliere investeerders (overeenkomstig de in de uitvoering beschreven regeling), waarbij ook publiek-private partnerschappen worden toegestaan waarbij de universiteit gebruik zal maken van de beschikbare middelen ter ondersteuning van het financiële evenwicht bij investeringen in onroerend goed voor studentenhuisvesting; 2. De duurzaamheid van de particuliere investeringen op lange termijn waarborgen door te zorgen voor een verandering in de belastingregeling van de regeling voor hoteldiensten naar die voor sociale huisvesting, door het gebruik van de nieuwe accommodaties voor studentenhuisvesting tijdens het academisch jaar te beperken, maar door het gebruik van de structuren toe te staan wanneer deze niet nodig zijn voor de horeca van studenten. Dit zal op zijn beurt bijdragen tot de levering van een nieuw aanbod aan accommodatie tegen betaalbare huurprijzen; 3. De financiering en aanvullende belastingvoordelen (bv. gelijke behandeling met de sociale huisvesting) afhankelijk te stellen van het gebruik van de nieuwe accommodaties voor studentenwoningen tijdens de totale investeringshorizon en de naleving van de overeengekomen bovengrens in de huurgelden die aan studenten worden aangerekend, zelfs na afloop van de speciale financieringsregelingen die mijn bijdrage leveren aan de activering van de investeringen door particuliere exploitanten; 4. De normen voor studentenaccommodaties opnieuw definiëren door de wettelijke vereisten inzake de gemeenschappelijke ruimte per leerling die in de gebouwen beschikbaar is, opnieuw te bepalen in ruil voor beter uitgeruste (enkelvoudige) ruimten. |
M4C1-28 |
Hervorming 1.7: Hervorming van de regelgeving inzake studentenhuisvesting en investeringen in studentenhuisvesting |
Mijlpaal |
Toekenning van initiële opdrachten voor de bouw van extra eenheden studentenhuisvesting (bedden) |
Bekendmaking van de toekenningen op de website van het Ministerie |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Gunning van initiële opdrachten voor de oprichting van extra slaapaccommodatie-eenheden (bedden)”; |
M4C1-29 |
Hervorming 1.7: Hervorming van de regelgeving inzake studentenhuisvesting en investeringen in studentenhuisvesting |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de hervorming van de wetgeving inzake studentenhuisvesting. |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de hervorming. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
De hervorming omvat: (1) het openstellen van de deelname voor financiering ook voor particuliere investeerders, waarbij ook publiek-private partnerschappen worden toegestaan waarbij de universiteit gebruik zal maken van de beschikbare financiering om het financiële evenwicht in vastgoedinvesteringen voor studentenhuisvesting te ondersteunen; (2). De duurzaamheid van de particuliere investeringen op lange termijn te waarborgen door te zorgen voor een verandering in de belastingregeling van de regeling voor hoteldiensten naar die voor sociale huisvesting, door het gebruik van de nieuwe accommodaties voor studentenhuisvesting tijdens het academisch jaar te beperken, maar door het gebruik van de structuren toe te staan wanneer deze niet nodig zijn voor de horeca van studenten; (3). Het koppelen van de financiering en aanvullende belastingvoordelen (zoals de gelijke behandeling met de sociale huisvesting) aan het gebruik van de nieuwe accommodaties voor studentenwoningen tijdens de totale investeringshorizon en de naleving van de overeengekomen bovengrens in de huurgelden die aan studenten worden aangerekend, zelfs na afloop van de speciale financieringsregelingen die mijn bijdrage leveren aan de activering van de investering door particuliere exploitanten; (4). De normen voor studentenaccommodaties opnieuw definiëren door de wettelijke vereisten inzake de gemeenschappelijke ruimte per leerling die in de gebouwen beschikbaar is, opnieuw te bepalen in ruil voor beter uitgeruste (enkelvoudige) ruimten. |
M4C1-30 |
Hervorming 1.7: Hervorming van de regelgeving inzake studentenhuisvesting en investeringen in studentenhuisvesting |
Doel |
In overeenstemming met de toepasselijke wetgeving opgerichte studentenslaapaccommodaties |
N.V.T |
Aantal |
0 |
60 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 60 extra slaapaccommodatie-eenheden (bedden) die zijn opgericht naar aanleiding van de desbetreffende wetgeving, waaronder Wet nr. 338/2000, zoals herzien in augustus 2022, en de nieuwe wettelijke regeling die is vastgesteld in het kader van mijlpaal M4C1-29, hervorming 1.7: Hervorming van de regelgeving inzake studentenhuisvesting en investeringen in studentenhuisvesting |
K. MISSIE 4 COMPONENT 2: Van onderzoek tot bedrijf
Dit onderdeel van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan heeft tot doel investeringen in onderzoek en innovatie te ondersteunen, innovatie en verspreiding van technologie te bevorderen, vaardigheden te versterken en de overgang naar een kenniseconomie te ondersteunen. Het biedt ondersteuning voor het publieke onderzoekssysteem, de vaardigheden en mobiliteit van onderzoekers, alsook publiek-private samenwerking op nationaal en EU-niveau. Het is gebaseerd op drie hoofdpijlers: I) een verbeterde wetenschappelijke basis; sterke banden tussen bedrijfsleven en wetenschap (kennis- en technologieoverdracht; III) steun voor bedrijfsinnovatie (met name kmo’s, start-ups).
De investeringen en hervormingen in het kader van deze component dragen bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen die in 2020 en 2019 tot Italië zijn gericht over de noodzaak om “het investeringsgerelateerd economisch beleid toe te spitsen op onderzoek en innovatie, en de kwaliteit van de infrastructuur” (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2019), “particuliere investeringen te bevorderen om het economisch herstel te bevorderen” (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2020) en “investeringen toe te spitsen op de groene en de digitale transitie, met name op onderzoek en innovatie” (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2020).
K.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Financiering van projecten van jonge onderzoekers
Het doel van de investering is jonge onderzoekers nieuwe kansen te bieden om hen in Italië te houden. De maatregel ondersteunt onderzoeksactiviteiten van ten minste 850 jonge onderzoekers, naar het voorbeeld van programma’s zoals de Europese Onderzoeksraad (ERC) en Marie Skłodowska-Curie-individuele beurzen (MSCA-IF), Excellentiekeur en postdoctorale internationale onderzoekers, teneinde hen in staat te stellen een eerste ervaring op te doen op het gebied van onderzoeksverantwoordelijkheid. Een deel van de bijdrage die aan de ERC-onderzoekers wordt toegewezen, wordt bestemd voor de aanwerving van ten minste één onderzoeker die geen leercontract heeft.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 66 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 67 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 68 en installaties voor mechanische biologische behandeling 69 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. In de taakomschrijving wordt bovendien bepaald dat alleen activiteiten die in overeenstemming zijn met de relevante EU- en nationale milieuwetgeving in aanmerking komen om te worden geselecteerd.
Investering 2.2bis: Innovatieovereenkomsten
De investering is gericht op de financiering van onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieprojecten (zogenaamde “innovatieovereenkomsten”) ter ondersteuning van de creatie van nieuwe producten, processen of diensten, of de verbetering van bestaande producten, processen of diensten, door middel van de ontwikkeling van sleuteltechnologieën, op gebieden die coherent zijn met de tweede pijler van het programma Horizon Europa, overeenkomstig Verordening (EU) 2021/695.
De begunstigden van het project zijn ondernemingen, verenigingen van ondernemingen of onderzoeksorganisaties die een innovatieovereenkomst uitvoeren op een van de volgende actiegebieden:
industriële technologieën;
digitale sleuteltechnologieën, met inbegrip van kwantumtechnologieën;
opkomende ontsluitende technologieën;
geavanceerde materialen;
kunstmatige intelligentie en robotica;
circulaire industrieën;
koolstofarme en schone industrieën;
niet-overdraagbare en zeldzame ziekten;
infectieziekten, met inbegrip van armoedeziekten en verwaarloosde ziekten;
instrumenten, technologieën en digitale oplossingen voor gezondheid en zorg, met inbegrip van gepersonaliseerde geneeskunde;
industriële installaties in de energietransitie;
industrieel concurrentievermogen op het gebied van vervoer;
schoon, veilig en toegankelijk vervoer en mobiliteit;
slimme mobiliteit;
energieopslag;
voedselsystemen;
systemen voor bio-innovatie in de bio-economie van de Unie;
circulaire systemen.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluiten de geselecteerde projecten de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 70 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 71 ; III) activiteiten en activa in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 72 en installaties voor mechanische biologische behandeling 73 . De geselecteerde projecten voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.
Investering 3.3: Wetenschap op topniveau. Invoering van innovatieve doctoraten die tegemoetkomen aan de innovatiebehoeften van ondernemingen en de aanwerving van onderzoekers door bedrijven bevorderen
Het doel van de maatregel is het verbeteren van hoogwaardige vaardigheden, met name op het gebied van sleuteltechnologieën, door middel van:
Het opzetten van specifieke doctoraatsprogramma’s, met inbreng en betrokkenheid van bedrijven;
Stimulansen voor bedrijven om onderzoekers aan te werven.
De maatregel, die ten uitvoer wordt gelegd door het ministerie van Universiteit en Onderzoek (MUR), voorziet met name in de toekenning van in totaal 6 000 doctoraatsbeurzen in 3 jaar, met particuliere medefinanciering en stimulansen voor bedrijven om onderzoekers aan te werven.
Hervorming 1.1: Uitvoering van steunmaatregelen voor onderzoek en innovatie ter bevordering van vereenvoudiging en mobiliteit
De hervorming wordt ten uitvoer gelegd door het ministerie van Universiteit en Onderzoek (MUR) en het ministerie van Economische Ontwikkeling (MiSE) door de oprichting van een interministerieel stuurcomité en het uitvaardigen van twee ministeriële besluiten: de mobiliteit (door middel van stimulansen) van prominente personen (zoals: onderzoekers en managers) tussen universiteiten, onderzoeksinfrastructuren en bedrijven, en ii) het beheer van onderzoeksfondsen vereenvoudigen, iii) het loopbaantraject van onderzoekers hervormen om hun focus op onderzoeksactiviteiten te vergroten. De hervorming gaat over tot een systematischer benadering van O & O-activiteiten, die verder gaat dan de huidige logica van herverdeling van middelen door de voorkeur te geven aan een gedeelde aanpak, en is gericht op het vereenvoudigen van de bureaucratie bij het beheer van middelen voor publiek-private onderzoeksactiviteiten, waarbij een aanzienlijk effect wordt gegenereerd door het voorkomen van versnippering en versnippering van prioriteiten, ook ondersteund door de eerste component van de missie. Openbare onderzoeksinstellingen (EPR) spelen een sleutelrol, zowel als mogelijke projectleiders voor partnerschappen, nationale campagnes en territoriale ecosystemen, als als potentiële deelnemers aan oproepen tot het indienen van voorstellen in het kader van het PNR-fonds en het infrastructuurfonds.
K.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M4C2-1 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Financiering van projecten van jonge onderzoekers |
Doel |
Aantal studenten waaraan een onderzoeksbeurs is toegekend |
N.V.T |
Aantal |
50 |
300 |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Toekenning van ten minste 300 onderzoeksbeurzen aan studenten. De selectieprocedure voor de gunning omvat subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. Bij de bevredigende verwezenlijking van de doelstelling zal ook rekening worden gehouden met het feit dat ten minste 300 jonge onderzoekers worden aangeworven. |
M4C2-1 bis |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Financiering van projecten van jonge onderzoekers |
Doel |
Aantal studenten waaraan een onderzoeksbeurs is toegekend |
N.V.T |
Aantal |
300 |
850 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Toekenning van ten minste 850 onderzoeksbeurzen aan studenten. De selectieprocedure voor de toekenning van de onderzoekssubsidies omvat subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. Bij de bevredigende verwezenlijking van de doelstelling wordt er ook rekening mee gehouden dat ten minste 850 jonge onderzoekers zijn aangeworven. |
M4C2-2bis |
Investering 2.2 bis: Innovatieovereenkomsten |
Doel |
Innovatieovereenkomsten voltooid |
N.V.T |
Aantal |
0 |
32 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Voltooiing van ten minste 32 innovatieovereenkomsten. |
M4C2-3 |
Investering 3.3: Wetenschap op topniveau. Invoering van innovatieve doctoraten die tegemoetkomen aan de innovatiebehoeften van ondernemingen en de aanwerving van onderzoekers door bedrijven bevorderen |
Doel |
Aantal beurzen voor innovatieve promovendi wordt toegekend |
N.V.T |
Aantal |
0 |
6 000 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Toekenning van ten minste 6 000 doctoraatsbeurzen. Essentiële eisen voor de identificatie van innovatieve doctoraatsverklaringen zijn onder meer: a) disciplinaire en thematische gebieden bestrijken die aansluiten bij de behoeften, in termen van hooggekwalificeerde cijfers, van de arbeidsmarkt van de bij het programma betrokken regio’s; een totale duur van 3 jaar hebben; voorzien in de uitvoering van de volledige doctoraats-, opleidings-, onderzoeks- en evaluatiecursus op het administratieve en operationele hoofdkwartier van de begunstigde universiteit, gevestigd in de doelregio’s van het programma, onverminderd de studie- en onderzoeksperioden in het bedrijf en in het buitenland, die zijn gepland in overeenstemming met de opleidings- en onderzoeksactiviteiten die in de kantoren van het voorgestelde onderwerp zijn gepland; voorzien in studie- en onderzoeksperioden in de onderneming van minimaal zes (6) maanden tot maximaal achttien (18) maanden; e) studie- en onderzoeksperioden in het buitenland van minimaal zes (6) maanden tot maximaal achttien (18) maanden vast te stellen; ervoor zorgen dat de doctoraatsstudent gebruik kan maken van gekwalificeerde en specifieke operationele en wetenschappelijke structuren, overeenkomstig de wet, voor studie- en onderzoeksactiviteiten, met inbegrip van (indien relevant voor het soort cursus) wetenschappelijke laboratoria, bibliotheken, databanken enz.; g) voorzien in de uitvoering van didactische activiteiten ter verbetering van de taal en de IT, voor onderzoeksbeheer en kennis van Europese en internationale onderzoekssystemen, voor de verbetering van onderzoeksresultaten en intellectuele eigendom; te voorzien in de betrokkenheid van bedrijven bij de vaststelling van de opleidingscursus, ook in het kader van bredere samenwerking met de universiteit; zorgen voor naleving van horizontale beginselen (milieuduurzaamheid; duurzame ontwikkeling; gelijke kansen en non-discriminatie; toegankelijkheid voor gehandicapten). De selectieprocedure omvat subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M4C2-4 |
Hervorming 1.1: Uitvoering van O & O-steunmaatregelen ter bevordering van vereenvoudiging en mobiliteit |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van ministeriële besluiten inzake vereenvoudiging en mobiliteit op het gebied van onderzoek en ontwikkeling in verband met het gewone financieringsfonds. |
Bepaling in het decreet betreffende de inwerkingtreding van de wet |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
De ministeriële besluiten bevatten de volgende essentiële elementen: over te stappen op een systematischer benadering van O & O-activiteiten door middel van een nieuw vereenvoudigd model dat gericht is op het genereren van een aanzienlijk effect door versnippering en versnippering van prioriteiten te voorkomen; de wetgeving hervormen om de mobiliteit van prominente personen (zoals onderzoekers en managers) tussen universiteiten, onderzoeksinfrastructuren en bedrijven te vergroten; vereenvoudiging van het beheer van de fondsen; het loopbaantraject van onderzoekers hervormen om hun focus op onderzoeksactiviteiten te vergroten. |
K.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Onderzoeksprojecten van aanzienlijk nationaal belang (PRIN)
De maatregel bestaat uit de financiering van onderzoeksprojecten van groot nationaal belang (PRIN). De projecten hebben een looptijd van ten minste twee jaar en vereisen de medewerking van onderzoekseenheden die tot universiteiten en onderzoeksinstellingen behoren. De gefinancierde projecten worden door het ministerie van Universiteit en Onderzoek geselecteerd op basis van de kwaliteit van het wetenschappelijke profiel van de verantwoordelijken en de originaliteit, methodologische geschiktheid, impact en haalbaarheid van het onderzoeksproject. Dit soort activiteiten stimuleert de ontwikkeling van door onderzoek aangestuurde initiatieven voor grensverleggend onderzoek en een sterkere interactie tussen universiteiten en onderzoeksinstellingen.
De investering zal naar verwachting tot 2026 5 projecten financieren.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 74 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 75 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 76 en installaties voor mechanische biologische behandeling 77 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. In de taakomschrijving wordt bovendien bepaald dat alleen activiteiten die in overeenstemming zijn met de relevante EU- en nationale milieuwetgeving in aanmerking komen om te worden geselecteerd.
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Partnerschappen uitgebreid tot universiteiten, onderzoekscentra, bedrijven en financiering van projecten op het gebied van fundamenteel onderzoek
In vergelijking met andere Europese referentielanden lijkt de lage productie van octrooien en spin-offs van het Italiaanse onderzoeks- en universiteitssysteem bijzonder kritiek 78 . Dit is te wijten aan een aantal structurele uitdagingen, zoals de dominante rol van kleine en middelgrote ondernemingen in de nationale economie, de grote regionale verschillen in inkomen en productiviteit en het geringe vermogen van universiteiten om contact te leggen met bedrijven.
De investering is gericht op de financiering van ten minste 14 belangrijke programma’s voor fundamenteel onderzoek die worden uitgevoerd door wijdverbreide netwerken van publieke en private onderwerpen. De investering is afgestemd op een van de PNR-doelstellingen, namelijk het bevorderen van positieve veranderingen door middel van een hefboomeffect voor fundamenteel onderzoek. Voor elk programma worden specifieke processen voor de betrokkenheid van belanghebbenden uitgevoerd om burgers te betrekken en de overdracht van technologie en kennis naar grondgebieden, bedrijven en overheidsdiensten te vergemakkelijken.
De investering zal naar verwachting de nationale technologieketens versterken en hun deelname aan strategische Europese en mondiale waardeketens bevorderen. Mogelijke voorbeelden zijn: duurzame mobiliteit (duurzame batterijen, materialen, logistiek enz.), alternatieve energie, supergeleiders, monitoring en preventie van klimaatverandering, circulaire economie in de mode-industrie, industriële symbiose, ecologisch ontwerp en ecologisch ontwerp voor duurzaamheid, afvalbeheer, recycling en upcycling, biodiversiteit, groene productieprocessen, zelfrijdende voertuigen, vaccins, bioreactoren, nieuwe grondstoffen, waterbeheer en cultureel erfgoed voor het behoud van watervoorraden. Van elk programma wordt verwacht dat het samenvoegen van kleine en middelgrote ondernemingen rond grote particuliere spelers en publieke onderzoekscentra wordt bevorderd en dat gezamenlijke en complementaire onderzoeksactiviteiten worden aangemoedigd. O & O-projecten omvatten investeringen in zowel menselijk kapitaal als fundamenteel onderzoek voor universiteiten, onderzoekscentra en ondernemingen.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), wordt de volgende lijst van activiteiten uitgesloten van de criteria om in aanmerking te komen voor toekomstige oproepen tot het indienen van programma’s: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 79 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 80 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 81 en installaties voor mechanische biologische behandeling 82 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. In de taakomschrijving wordt bovendien bepaald dat alleen activiteiten die in overeenstemming zijn met de relevante EU- en nationale milieuwetgeving in aanmerking komen om te worden geselecteerd.
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Versterking van de onderzoeksstructuren en ondersteuning van de oprichting van “nationale O & O-leiders” voor een aantal sleuteltechnologieën
Deze maatregel is gericht op de financiering van de oprichting van ten minste vijf nationale onderzoekscentra, geselecteerd via mededingingsprocedures, die in staat zijn een kritieke drempel voor onderzoeks- en innovatiecapaciteit te bereiken door middel van samenwerking tussen universiteiten, onderzoekscentra en ondernemingen. De selectie geschiedt op basis van vergelijkende oproepen waaraan nationale consortia onder leiding van een coördinerend leider kunnen deelnemen, waarbij ook rekening wordt gehouden met de vorige inventarisatie.
De belangrijkste elementen van elk nationaal centrum zijn a) de oprichting en vernieuwing van relevante onderzoeksfaciliteiten, b) de betrokkenheid van particuliere actoren bij de uitvoering en uitvoering van onderzoeksprojecten, c) steun voor start-ups en spin-off generatie. De selectie moet worden uitgevoerd door middel van specifieke oproepen, waarvan de eerste begin 2022 van start gaat. De keuze tussen de voorstellen om deel te nemen aan de oproepen wordt gemaakt op een wijze die vergelijkbaar is met die welke door de Europese Innovatieraad is aangenomen.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 83 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 84 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 85 en installaties voor mechanische biologische behandeling 86 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. In de taakomschrijving wordt bovendien bepaald dat alleen activiteiten die in overeenstemming zijn met de relevante EU- en nationale milieuwetgeving in aanmerking komen om te worden geselecteerd.
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Totstandbrenging en versterking van “innovatie-ecosystemen voor duurzaamheid”, opbouw van “territoriale leiders op het gebied van O & O”.
De maatregel, die door het MUR wordt uitgevoerd, financiert tegen 2026 ten minste 10 “territoriale steekproeven van onderzoek en innovatie” (bestaande of nieuwe), die worden geselecteerd op basis van specifieke mededingingsprocedures, met bijzondere aandacht voor het vermogen om projecten op het gebied van sociale duurzaamheid te bevorderen. Elk project moet de volgende elementen omvatten: a) innovatieve opleidingsactiviteiten die in synergie tussen universiteiten en bedrijven worden uitgevoerd en gericht zijn op het verkleinen van de discrepantie tussen de door het bedrijfsleven vereiste vaardigheden en de vaardigheden van universiteiten en industriële doctoraten; b) onderzoeksactiviteiten en/of onderzoeksinfrastructuren die gezamenlijk worden uitgevoerd door universiteiten en ondernemingen, met name kmo’s, die op het grondgebied actief zijn; c) steun voor startende ondernemingen; d) betrokkenheid van lokale gemeenschappen bij innovatie- en duurzaamheidskwesties.
De te financieren projecten worden geselecteerd op basis van de volgende criteria: de wetenschappelijke en technische kwaliteit en de samenhang ervan met de territoriale oriëntatie; het daadwerkelijke vermogen om de innovatiecapaciteit van ondernemingen, met name kmo’s, te stimuleren; het vermogen om nationale en internationale betrekkingen tot stand te brengen met belangrijke onderzoeksinstellingen en toonaangevende ondernemingen; IV) effectieve capaciteit om lokale gemeenschappen bij het proces te betrekken.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 87 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 88 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 89 en installaties voor mechanische biologische behandeling 90 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. In de taakomschrijving wordt bovendien bepaald dat alleen activiteiten die in overeenstemming zijn met de relevante EU- en nationale milieuwetgeving in aanmerking komen om te worden geselecteerd.
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Belangrijke projecten van gemeenschappelijk Europees belang (IPCEI)
De maatregel heeft tot doel het huidige IPCEI-fonds, als bedoeld in artikel 1, lid 232, van de begrotingswet 2020, aan te vullen met extra middelen.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 91 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 92 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 93 en installaties voor mechanische biologische behandeling 94 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. In de taakomschrijving wordt bovendien bepaald dat alleen activiteiten die in overeenstemming zijn met de relevante EU- en nationale milieuwetgeving in aanmerking komen om te worden geselecteerd.
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Versterking en sectorale/territoriale uitbreiding van centra voor technologieoverdracht per industriesegment
Het doel van de maatregel, uitgevoerd door het MiMIT- ministerie van Ondernemingen en Made in Italië, is het ondersteunen, onder meer door middel van een proces van reorganisatie en rationalisering, van een netwerk van vijftig centra (kenniscentra, Europese digitale-innovatiehub, excellentiekeurmerk, test- en experimenteerfaciliteit, nationale centra voor digitale innovatie) die verantwoordelijk zijn voor projectontwikkeling, de verlening van geavanceerde technologische diensten aan bedrijven en innovatieve en in aanmerking komende diensten voor technologieoverdracht. Het doel van het proces van vereenvoudiging en rationalisering van de met de maatregel beoogde centra is het uitbreiden van geavanceerde technologische diensten voor bedrijven door de nadruk te leggen op geavanceerde productietechnologieën en specialisaties.
De door de centra verleende diensten omvatten: i) digitale beoordeling, ii) test-voor-investering, iii) opleiding; toegang tot financiering; financiële en operationele steun voor de ontwikkeling van innovatieprojecten (niveau van technologische paraatheid van meer dan 5); technologische makelaardij; en vii) bewustmaking op lokaal niveau.
De EDIH en TEF kunnen financiering ontvangen uit andere EU-fondsen, waaronder het programma Digitaal Europa, voor de uitvoering van hun activiteiten.
De investering bestaat uit twee interventielijnen:
In het kader van de eerste lijn financiert de herstel- en veerkrachtfaciliteit uitsluitend 35 centra, zonder enige steun uit andere EU-bronnen.
In het kader van de tweede lijn financiert de herstel- en veerkrachtfaciliteit een deel van 13 Europese digitale-innovatiehubs (EDIH) en twee test- en experimenteerfaciliteiten (TEF), waarbij het andere deel van de kosten afkomstig is van het programma Digitaal Europa. Met name de werking van 13 EDIH en twee TEF die door de herstel- en veerkrachtfaciliteit en het programma Digitaal Europa worden gefinancierd, wordt gestructureerd in werkpakketten 95 . De RRF-steun heeft geen betrekking op werkpakketten waarvoor EDIH en TEF steun ontvangen in het kader van het programma Digitaal Europa.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 96 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 97 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 98 en installaties voor mechanische biologische behandeling 99 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. De taakomschrijving vereist bovendien dat alleen activiteiten kunnen worden geselecteerd die voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Fonds voor de bouw van een geïntegreerd systeem van onderzoeks- en innovatie-infrastructuren
Het fonds heeft tot doel osmose tussen wetenschappelijke kennis die is gegenereerd in hoogwaardige onderzoeksinfrastructuren en de economische sector te vergemakkelijken en innovatie te bevorderen. Daartoe ondersteunt de maatregel, die wordt uitgevoerd door de MUR — ministerie van Universiteit en Onderzoek, de oprichting van onderzoeks- en innovatie-infrastructuren die het bedrijfsleven en de academische wereld met elkaar verbinden. Het Fonds voor de bouw en de onderzoeksinfrastructuur ondersteunt de oprichting of versterking, op concurrerende basis, van onderzoeksinfrastructuren van Europees belang en specifieke innovatie-infrastructuren, waarbij de combinatie van publieke en particuliere investeringen wordt bevorderd.
De maatregel financiert met name ten minste 30 (bestaande of nieuw gefinancierde) infrastructuurprojecten met een onderzoeksbeheerder voor elke infrastructuur.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 100 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 101 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 102 en installaties voor mechanische biologische behandeling 103 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. In de taakomschrijving wordt bovendien bepaald dat alleen activiteiten die in overeenstemming zijn met de relevante EU- en nationale milieuwetgeving in aanmerking komen om te worden geselecteerd.
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. Financiering van start-ups, Fonds voor digitale transitie
Deze maatregel bestaat uit een publieke investering in een faciliteit, het Fonds voor digitale transitie, om particuliere investeringen te stimuleren, de toegang tot financiering in het Italiaanse ecosysteem voor digitale start-ups te verbeteren en de durfkapitaalmarkt in deze sector te ontwikkelen. De faciliteit wordt geëxploiteerd door direct of indirect eigen vermogen of quasi-eigen-vermogenssteun te verlenen. Met name in het geval van directe investeringen moet de DTF actief zijn door steun te verlenen aan start-ups met eigen vermogen of quasi-aandelenkapitaal (zoals converteerbare notes); in het geval van indirecte investeringen is het SGR belast met de financiering van fondsen van derden (AB’s — Alternative Investment Fund — Alternative Investment Fund) die functioneren door het verstrekken van aandelen- of quasi-eigenvermogensinstrumenten, schuldinstrumenten of quasi-schuldinstrumenten. Op basis van de RRF-investering beoogt de faciliteit aanvankelijk ten minste 400 000 000 EUR aan financiering te verstrekken.
De faciliteit wordt beheerd door CDP Venture Capital SGR als uitvoerende partner. DTF heeft een looptijd van 15 jaar om de looptijd van de middelen van derden te matchen, en investeert in de volgende productlijnen:
Aandelen- of quasi-eigenvermogenssteun aan digitale start-ups (directe wijze);
Aandelen- of quasi-aandelensteun voor risicokapitaal/private-equityfondsen (indirecte wijze);
Steun in de vorm van aandelenkapitaal, quasi-aandelenfinanciering voor starters-/acceleratieprogramma’s.
MIMIT en SGR wijzigen de eigenlijke uitvoeringsovereenkomst (“Accordo Finanziario”) en de DTF-regels om daarin de volgende bepalingen op te nemen:
Beschrijving van het besluitvormingsproces voor de faciliteit: Het definitieve investeringsbesluit van de faciliteit wordt genomen door een raad van bestuur of een ander relevant gelijkwaardig bestuursorgaan en goedgekeurd met een meerderheid van stemmen van leden die onafhankelijk zijn van de regering 104 .
Essentiële vereisten van het bijbehorende beleggingsbeleid, waaronder:
De beschrijving van de financiële producten en de in aanmerking komende eindbegunstigden.
Het vereiste dat alle gesteunde investeringen economisch levensvatbaar zijn.
Het vereiste om te voldoen aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (DNSH) zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). In particular, in the case of general support to start ups, the investment policy shall exclude companies with a substantial focus 105 in the following sectors: I) energieproductie op basis van fossiele brandstoffen en aanverwante activiteiten 106 ; energie-intensieve en/of CO2-uitstotende industrieën 107 ; III) productie, verhuur of verkoop van vervuilende voertuigen 108 ; IV) afvalinzameling, afvalverwerking en -verwijdering 109 , v) verwerking van splijtstof, productie van kernenergie. Voorts vereist het investeringsbeleid dat de eindbegunstigden van de faciliteit de relevante EU- en nationale milieuwetgeving naleven.
Het vereiste dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie ontvangen om dezelfde kosten te dekken.
Het bedrag dat onder de uitvoeringsovereenkomst valt, de vergoedingsstructuur voor de uitvoerende partner en de verplichting om terugvloeiende middelen opnieuw te investeren overeenkomstig het investeringsbeleid van de faciliteit.
Monitoring-, audit- en controlevoorschriften, met inbegrip van:
De beschrijving van het monitoringsysteem van de uitvoerende partner om verslag uit te brengen over de gemobiliseerde investeringen.
De beschrijving van de procedures van de uitvoerende partner om fraude, corruptie en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te corrigeren.
De verplichting om na te gaan of elke concrete actie in aanmerking komt overeenkomstig de in de uitvoeringsovereenkomst vastgestelde vereisten, alvorens een concrete actie te financieren.
De verplichting om risicogebaseerde controles achteraf uit te voeren in overeenstemming met een auditplan van het SGR. Bij deze audits wordt nagegaan i) of de controlesystemen doeltreffend zijn, met inbegrip van de opsporing van fraude, corruptie en belangenconflicten; II) de naleving van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan”, de staatssteunregels, en iii) dat wordt voldaan aan het vereiste dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie hebben ontvangen om dezelfde kosten te dekken. Bij de audits wordt ook nagegaan of de verrichtingen wettig zijn en of de voorwaarden van de toepasselijke uitvoeringsovereenkomst en financieringsovereenkomsten worden nageleefd.
Vereisten voor de selectie van risicokapitaal-/schuldfondsen: Het Fonds voor digitale transitie selecteert financiële intermediairs op een open, transparante en niet-discriminerende wijze, in overeenstemming met de huidige praktijk, onder meer door alle vereisten en aanvraagformulieren op de websites van het SGR en MIMIT te publiceren. Controles op de afwezigheid van belangenconflicten bij financiële intermediairs vinden plaats en worden vooraf uitgevoerd voor alle betrokken financiële actoren. De afwezigheid van belangenconflicten verwijst altijd naar de “eindbegunstigde” van de faciliteit.
Verplichting om financieringsovereenkomsten te ondertekenen: Het Fonds voor digitale transitie ondertekent financieringsovereenkomsten met de financiële intermediairs in overeenstemming met essentiële vereisten die alle vereisten omvatten waaronder de DTF actief is, met inbegrip van:
De verplichting van de financiële intermediair om zijn besluiten mutatis mutandis te nemen in overeenstemming met de hierboven gespecificeerde vereisten inzake besluitvorming en beleggingsbeleid, met inbegrip van de naleving van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan”.
De beschrijving van het kader voor toezicht, audit en controle dat de financiële intermediair moet opzetten, dat mutatis mutandis onderworpen is aan alle bovengenoemde monitoring-, audit- en controlevoorschriften.
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk 31 augustus 2026 voltooid zijn.
K.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M4C2-5 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Onderzoeksprojecten van aanzienlijk nationaal belang (PRIN) |
Doel |
Aantal toegekende onderzoeksprojecten |
N.V.T |
Aantal |
0 |
3 150 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Toekenning van ten minste 150 onderzoeksprojecten Progetti di Ricerca di Interesse Nazionale. De gunning van de opdrachten aan de in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen geselecteerde projecten geschiedt in overeenstemming met de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M4C2-6 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Onderzoeksprojecten van aanzienlijk nationaal belang (PRIN) |
Doel |
Aantal toegekende onderzoeksprojecten |
N.V.T |
Aantal |
3 150 |
5 350 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Toekenning van ten minste 350 onderzoeksprojecten Progetti di Ricerca di Interesse Nazionale. De gunning van de opdrachten aan de in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen geselecteerde projecten geschiedt in overeenstemming met de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M4C2-7 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Onderzoeksprojecten van aanzienlijk nationaal belang (PRIN) |
Doel |
Aantal in dienst genomen onderzoekers met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd |
N.V.T |
Aantal |
0 |
900 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Er worden ten minste 900 nieuwe onderzoekers met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd in dienst genomen. De ingehuurde onderzoekers richten zich op de prioriteiten die in overeenstemming zijn met de zes clusters van het Europees kaderprogramma voor onderzoek en innovatie 2021-2027: gezondheid; humanistische cultuur, creativiteit, sociale veranderingen, een samenleving van inclusie; zekerheid voor de sociale stelsels; digitaal, industrie, lucht- en ruimtevaart; klimaat, energie, duurzame mobiliteit; levensmiddelen, bio-economie, biodiversiteit, landbouw, milieu. |
M4C2-8 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Partnerschappen uitgebreid tot universiteiten, onderzoekscentra, bedrijven en financiering van fundamenteel onderzoeksprojecten |
Doel |
Aantal onderzoekers met een vaste looptijd dat is aangeworven voor de beoogde partnerschappen voor fundamenteel onderzoek tussen onderzoeksinstellingen en particuliere ondernemingen |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 400 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Voor elk van de beoogde partnerschappen voor fundamenteel onderzoek tussen onderzoeksinstellingen en particuliere ondernemingen worden ten minste 100 nieuwe onderzoekers met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd aangeworven (1.3). Tussen onderzoeksinstellingen en particuliere ondernemingen worden ten minste 14 partnerschappen voor fundamenteel onderzoek gesloten. Of de doelstelling op bevredigende wijze wordt gehaald, hangt af van het aandeel arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd dat aan vrouwelijke onderzoekers wordt gegund: ten minste 40 %. De projecten worden geselecteerd op basis van concurrentiecriteria, waaronder i) naleving van de doelstellingen en prioriteiten van het PNR (Piano Nazionale di Ricerca); betrokkenheid van belanghebbenden om het niveau van technologische paraatheid (TRL) te combineren met het niveau van maatschappelijke paraatheid; Bovendien worden specifieke selectiecriteria vastgesteld om te zorgen voor i) evenwicht tussen de betrokken gebieden (door de betrokkenheid van actoren uit verschillende regio’s en zones van het land, met inbegrip van het zuiden en de eilanden) te bevorderen, ii) de betrokkenheid van zowel grote als kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s), met bijzondere aandacht voor jongeren (minder dan vijf jaar na hun oprichting) en innovatieve ondernemingen. De oproep tot het indienen van programma’s en de selectieprocedure omvatten: a) subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. b) de toezegging dat de klimaatbijdrage van de investering volgens de methode in bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 ten minste 42 % van de totale kosten van de door de herstel- en veerkrachtfaciliteit ondersteunde investering uitmaakt. verbintenis om verslag uit te brengen over de uitvoering van de maatregel halverwege de looptijd van de regeling en het einde van de regeling. |
M4C2-9 |
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Versterking van de onderzoeksstructuren en ondersteuning van de oprichting van “nationale O & O-leiders” voor een aantal sleuteltechnologieën |
Doel |
Nationale centra zijn operationeel en worden door de nationale centra uitgevoerd op het gebied van sleuteltechnologieën. |
N.V.T |
Aantal |
0 |
5 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De nationale centra waaraan contracten zijn gegund en die met mijlpaal M4C2-19 zijn beoordeeld, zijn operationeel en hebben hun activiteiten zoals gedefinieerd in de desbetreffende oproep tot het indienen van projecten voltooid. |
M4C2-10 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. IPCEI |
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van blijken van belangstelling voor de identificatie van de nationale projecten, met inbegrip van projecten op het gebied van IPCEI micro-elektronica |
De oproep tot het indienen van blijken van belangstelling wordt gepubliceerd. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2021 |
De IPCEI-projecten die zullen worden ondersteund, zullen naar verwachting worden bijgewerkt op basis van de daadwerkelijke voortgang van de lopende nationale IPCEI-procedures en de voortgang van de procedure voor de aanmelding van staatssteun. Het gekozen IPCEI houdt rekening met specifieke industriële innovatieve sectoren in overeenstemming met de reeds vastgestelde Europese waardeketens. Deze interventie omvat zowel reeds goedgekeurde IPCEI’s als toekomstige projecten van gemeenschappelijk Europees belang, zoals cloud, gezondheid, legermateriaal en cyberbeveiliging. De voorwaarden van de oproep omvatten het volgende: a) subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. b) de toezegging dat de klimaatbijdrage van de investering volgens de methode in bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 ten minste 40 % van de totale kosten van de door de herstel- en veerkrachtfaciliteit ondersteunde investering uitmaakt. C) de toezegging dat de digitale bijdrage van de investering volgens de methode in bijlage VII bij Verordening (EU) 2021/241 ten minste 60 % van de totale kosten van de door de herstel- en veerkrachtfaciliteit ondersteunde investering uitmaakt. toezegging om halverwege de looptijd van de regeling en aan het einde van de regeling verslag uit te brengen over de uitvoering van de maatregel. |
M4C2-11 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. IPCEI |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een nationale rechtshandeling waarbij de nodige financiering wordt toegewezen om projectdeelnemers te ondersteunen. |
Bepaling in de nationale wet betreffende de inwerkingtreding van de wet |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
In de nationale wet worden de procedures en termijnen voor het indienen van projecten en de toegangsvereisten van potentiële begunstigden vermeld. |
M4C2-12 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. IPCEI |
Mijlpaal |
De lijst van deelnemers aan IPCEI-projecten is afgerond tegen 30/06/2023. |
Publicatie van de deelnemerslijst |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2023 |
De lijst bevat de toegelaten onderwerpen die deelnemen aan de IPCEI-projecten, na de verificaties en evaluaties van de ingediende projecten die zullen worden uitgevoerd in overeenstemming met de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuvoorschriften. |
M4C2-13 |
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Versterking en sectorale/territoriale uitbreiding van centra voor technologieoverdracht per industriesegment |
Doel |
Aantal te creëren nieuwe hubs |
N.V.T |
Aantal |
8 |
35 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ingebruikneming van 27 nieuwe hubs in het kader van de eerste interventielijn van de maatregel. Het streefdoel heeft betrekking op drie soorten hubs: Kenniscentra Excellentiekeurmerk Netwerk van plaatselijke innovatiehubs. |
M4C2-14 |
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Versterking en sectorale/territoriale uitbreiding van centra voor technologieoverdracht per industriesegment |
Doel |
Uitbetaling van een financiële waarde van 307 000 000 EUR |
N.V.T |
EUR |
0 |
307 000 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
In het kader van de eerste interventielijn van de maatregel wordt 307 000 000 EUR uitbetaald aan centra voor technologieoverdracht om het nationale netwerk te versterken en diensten te verlenen aan ondernemingen. De te verlenen diensten omvatten: i) digitale beoordeling, ii) test-voor-investering, iii) opleiding; toegang tot financiering; financiële en operationele steun voor de ontwikkeling van innovatieprojecten (TRL meer dan 5); technologische makelaardij bewustmaking op lokaal niveau. |
M4C2-15 |
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Versterking en sectorale/territoriale uitbreiding van centra voor technologieoverdracht per industriesegment |
Doel |
Aantal ondersteunde kmo’s |
N.V.T |
Aantal |
0 |
5 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 5 kmo’s, ondersteund door nationale gefinancierde centra (kenniscentra; Zegel van excellente producten; Nationale digitale-innovatiehubs) in het kader van de eerste interventielijn van de maatregel door de verlening van diensten die het volgende omvatten: Digitale evaluatie Test-voor-investering, opleiding; toegang tot financiering; financiële en operationele steun voor de ontwikkeling van innovatieprojecten (TRL meer dan 5); technologische makelaardij bewustmaking op lokaal niveau. |
M4C2-15 bis |
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Versterking en sectorale/territoriale uitbreiding van centra voor technologieoverdracht per industriesegment |
Mijlpaal |
Voltooiing van EDIH- en TEF-werkpakketten |
Werkpakketten van de Europese digitale-innovatiehub (EDIH) en test- en experimenteerfaciliteiten (TEF) voltooid |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De voltooiing van alle werkpakketten van de 13 Europese digitale-innovatiehubs en twee test- en experimenteerfaciliteiten, in het kader van de tweede interventielijn van de maatregel, met uitzondering van de werkpakketten die door het programma Digitaal Europa worden gefinancierd. |
M4C2-16 |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Fonds voor de bouw van een geïntegreerd systeem van onderzoeks- en innovatie-infrastructuren |
Doel |
Aantal gefinancierde infrastructuur |
N.V.T |
Aantal |
0 |
30 |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Ten minste 30 infrastructuur die wordt gefinancierd voor het geïntegreerde systeem
van onderzoeks- en innovatie-infrastructuur.
De bevredigende verwezenlijking van de doelstelling hangt ook af van de aanwerving van ten minste 30 onderzoeksmanagers voor het geïntegreerde systeem van onderzoeks- en innovatie-infrastructuur. |
M4C2-16 bis |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Fonds voor de bouw van een geïntegreerd systeem van onderzoeks- en innovatie-infrastructuren |
Doel |
Aantal onderzoeks- en innovatie-infrastructuren die zijn gecreëerd of die hun activiteiten hebben voltooid |
N.V.T |
Aantal |
0 |
30 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 30 onderzoeks- en innovatie-infrastructuren gecreëerd of die hun activiteiten hebben voltooid overeenkomstig de desbetreffende oproep tot het indienen van projecten. |
M4C2-17 |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Fonds voor de bouw van een geïntegreerd systeem van onderzoeks- en innovatie-infrastructuren; Investering |
Mijlpaal |
Gunning van opdrachten voor projecten met betrekking tot: geïntegreerd systeem van onderzoeks- en innovatie-infrastructuren |
Kennisgeving van de gunning van opdrachten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Kennisgeving van de gunning van de opdrachten aan de projecten die zijn geselecteerd in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen, in overeenstemming met de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. De voorstellen worden geselecteerd op basis van de volgende criteria: leiderschap op het gebied van wetenschap/technologie/innovatie, hun innovatiepotentieel (zowel in termen van open innovatie/open data als voor door eigendomsrechten beschermde ontwikkelingen), hun naleving van de thematische gebieden of voor nieuwe disruptieve ontwikkelingen, hun translationele en innovatieplannen, de steun van de industrie als partner voor open innovatie en/of als gebruiker, de kracht van de activiteiten op het gebied van bedrijfsontwikkeling, het genereren van intellectuele eigendom, duidelijke regels voor het onderscheiden van open en beschermde output en licentieplannen, hun vermogen om industriële doctoraten te ontwikkelen en op te vangen, banden met de onderneming of andere soorten fondsen om de ontwikkeling van nieuwe start-ups te vergemakkelijken. De selectieprocedure vereist een evaluatie van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan” en, indien van toepassing, een strategische milieueffectbeoordeling (SMEB) indien van het project wordt verwacht dat het een consistent effect op het grondgebied heeft. |
M4C2-18 |
Invesment1.5: Totstandbrenging en versterking van “innovatie-ecosystemen voor duurzaamheid”, opbouw van “territoriale leiders van O & O” |
Mijlpaal |
Gunning van opdrachten voor projecten met betrekking tot innovatie-ecosystemen; |
Kennisgeving van de gunning van opdrachten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Kennisgeving van de gunning van de opdrachten aan de projecten die zijn geselecteerd in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen, in overeenstemming met de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. De selectieprocedure vereist een evaluatie van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan” en, indien van toepassing, een strategische milieueffectbeoordeling (SMEB) indien van het project wordt verwacht dat het een consistent effect op het grondgebied heeft. De nationale centra (NC’s) worden opgericht na een oproep tot mededinging door de samenvoeging van bestaande wereldwijd toonaangevende laboratoria die reeds aanwezig zijn in universiteiten en publieke en private onderzoekscentra, en door het opzetten van nieuwe infrastructuur op maat. |
M4C2-18 Bis |
Invesment1.5: Totstandbrenging en versterking van “innovatie-ecosystemen voor duurzaamheid”, opbouw van “territoriale leiders van O & O” |
Doel |
Door de innovatie-ecosystemen uitgevoerde activiteiten |
N.V.T |
Aantal |
0 |
10 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 10 innovatie-ecosystemen hebben hun activiteiten zoals gedefinieerd in de desbetreffende oproep tot het indienen van projecten voltooid. |
M4C2-19 |
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Versterking van de onderzoeksstructuren en ondersteuning van de oprichting van “nationale O & O-leiders” voor een aantal sleuteltechnologieën |
Mijlpaal |
Gunning van opdrachten voor projecten betreffende nationale O & O-leiders op het gebied van sleuteltechnologieën |
Kennisgeving van de gunning van opdrachten |
N.V.T |
N.V.T |
N |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Kennisgeving van de gunning van de opdrachten aan de projecten die zijn geselecteerd in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen, in overeenstemming met de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. De projecten worden voor 30 % van de middelen geselecteerd als interventies “onderzoeks- en innovatieprocessen, technologieoverdracht en samenwerking tussen ondernemingen die gericht zijn op de koolstofarme economie, veerkracht en aanpassing aan klimaatverandering” (IF022), en voor 15 % van de middelen als interventies “Onderzoeks- en innovatieprocessen, technologieoverdracht en samenwerking tussen ondernemingen die gericht zijn op de circulaire economie” (IF023). Bij de beoordeling van de projecten wordt rekening gehouden met hun haalbaarheid, duurzaamheid, medefinanciering uit andere bronnen (zoals regionale fondsen), de betrokkenheid van de productiesector, de kwaliteit van de partners en het effect op de sociale en ecologische duurzaamheid. De oproep om projecten te financieren als innovatie-ecosystemen. De selectieprocedure vereist een evaluatie van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan” en, indien van toepassing, een strategische milieueffectbeoordeling (SMEB) indien het project naar verwachting een consistent effect op het grondgebied zal hebben. |
M4C2-20 |
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. Financiering van startende ondernemingen |
Mijlpaal |
De overeenkomst tussen de IT-regering en de uitvoerende partner Cassa Depositi e Prestiti (CDP) tot vaststelling van het financieringsinstrument |
De overeenkomst wordt ondertekend door de Italiaanse regering en Cassa Depositi e Prestiti |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
De elementen die in het investeringsbeleid/de investeringsstrategie van het financieringsinstrument moeten worden opgenomen, zijn: - Investeringsdoelstellingen (omvang van het fonds, aantal concrete acties, in de loop van de tijd te ondersteunen bedragen, gedifferentieerd naar begunstigde zoals kmo’s en midcaps/grote ondernemingen) - Toepassingsgebied en in aanmerking komende begunstigden - In aanmerking komende financiële intermediairs en selectieprocedure - Soort verleende steun (zoals garanties, leningen, eigen vermogen en quasi-eigen vermogen) - Doelgericht risico/rendement voor elk type belegger - Risico- en AML-beleid - Governance (partners, fondsbeheerders, raad van bestuur, investeringscomité, rol en verantwoordelijkheden) - Diversificatie- en concentratiegrenzen - Aandelenbeleid, met inbegrip van exitstrategie voor aandelenbeleggingen - Beleid inzake DNSH en duurzaamheidstoetsing en uitsluitingslijst - Kredietverleningsbeleid voor schuldinvesteringen, met inbegrip van vereiste garanties en zekerheden - Tijdschema voor het aantrekken van middelen en voor de uitvoering |
M4C2-21bis |
Investering 3.2 — Financiering van startende ondernemingen |
Mijlpaal |
Het ministerie heeft de overdracht van middelen aan CDP Venture Capital SGR voltooid. |
Overdrachtscertificaat |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Italië draagt 400 000 000 EUR over naar CDP Venture Capital voor de faciliteit.
Voor een bevredigende verwezenlijking van de doelstelling is ook een wijziging nodig van de uitvoeringsovereenkomst tussen Italië en CDP Venture Capital SGR en de statuten van de faciliteit, in overeenstemming met de voorwaarden van het uitvoeringsbesluit van de Raad. |
|||
M4C2-21 |
Investering 3.2 — Financiering van startende ondernemingen. |
Doel |
Juridische overeenkomsten met start-ups of durfkapitaalfondsen |
Inwerkingtreding van wettelijke financieringsovereenkomsten |
EUR |
0 |
100 % |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Cassa Depositi e Prestiti Venture Capital heeft juridische financieringsovereenkomsten gesloten met start-ups, starters-/acceleratieprogramma’s of durfkapitaalfondsen voor een bedrag dat nodig is om 100 % van de RRF-investering (400 miljoen EUR) in de faciliteit te gebruiken (met inbegrip van het gemiddelde maximum van 13 % van de beheersvergoedingen en -kosten van DTF gedurende de levenscyclus van het fonds en met inbegrip van ex-antevoorwaarden voor latere investeringsrondes, met uitzondering van overgedragen geïnteresseerde, prestatievergoedingen en alle kosten en beheersvergoedingen in verband met middelen van derden).
— Directe investeringen. — Indirecte investeringen. Voor indirecte investeringen in durfkapitaalfondsen heeft Cassa Depositi e Prestiti Venture Capital juridische financieringsovereenkomsten gesloten met durfkapitaalfondsen voor een bedrag dat nodig is om indicatief ongeveer 60 % van de RRF-investering in de faciliteit te gebruiken (exclusief beheersvergoedingen en kosten van DTF gedurende de levenscyclus van het fonds). Voor indirecte investeringen in start-ups bevatten de juridische financieringsovereenkomsten met durfkapitaalfondsen een bindende toezegging om een cumulatief hefboomeffect van het ingezette kapitaal te bereiken, zowel op het niveau van de fondsen als op het niveau van de startende ondernemingen van ten minste 1 x 1 gedurende de gehele looptijd van het fonds. Voor directe investeringen heeft CDP Venture Capital juridische financieringsovereenkomsten gesloten met start-ups/incubatie-/acceleratieprogramma’s voor een bedrag dat nodig is om indicatief ongeveer 40 % van de RRF-investering (400 miljoen EUR) in de faciliteit te gebruiken (met inbegrip van beheersvergoedingen en -kosten van DTF gedurende de levenscyclus van het fonds). Voor directe investeringen kan de juridische financieringsovereenkomst met start-ups ook ex-antevoorwaarden voor latere investeringsrondes bevatten. (d.w.z. de voorwaarden voor het ontsluiten van financiering door Serie B of Serie C). Verbintenissen in het kader van deze maatregel die zijn aangegaan vóór de inwerkingtreding van de wijzigingen van het investeringsbeleid van de uitvoeringsovereenkomst en in overeenstemming met de overeenkomst in het kader van mijlpaal M4C2-20 vorig investeringsbeleid, worden ook meegeteld voor de verwezenlijking van het streefcijfer. Met ingang van de datum van inwerkingtreding van het uitvoeringsbesluit van de Raad volgen nieuwe verbintenissen het nieuwe investeringsbeleid overeenkomstig het nieuwe uitvoeringsbesluit van de Raad. |
M4C2-22 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. IPCEI |
Doel |
Aantal projecten dat steun heeft ontvangen |
N.V.T |
Aantal |
0 |
20 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Ten minste 20 projecten die steun ontvangen via het IPCEI-model; De raming van de streefwaarden is gebaseerd op de operationele methoden van IPCEI-projecten die in Italië worden geactiveerd (micro-elektronica 1, Batteries 1, Batteries 2). |
L. MISSIE 5 COMPONENT 1: Werkgelegenheidsbeleid
Met de maatregelen in het kader van deze component van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan wordt een alomvattende en geïntegreerde hervorming van actief arbeidsmarktbeleid en beroepsopleiding ingevoerd. Het versterken van actieve arbeidsmarktmaatregelen en het verbeteren van de capaciteitsopbouw van openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s), met inbegrip van hun integratie met aanbieders van onderwijs en opleiding en particuliere exploitanten, zullen naar verwachting de doeltreffendheid van de diensten vergroten. Daarnaast zijn de maatregelen van deze component erop gericht de sociale kwetsbaarheid voor schokken te verminderen, met name door zwartwerk in al zijn vormen en sectoren aan te pakken door effectievere sancties vast te stellen en meer stimulansen te geven om legaal te werken. Bovendien bevordert deze component gendergelijkheid (gelijke beloning) via het certificeringssysteem voor gendergelijkheid. Het investeert ook in jongeren door de kwantiteit en kwaliteit van opleidingsprogramma’s te verhogen, bijvoorbeeld door deel te nemen aan het programma voor de universele overheidsdienst.
De uitvoering van deze maatregelen zal naar verwachting bijdragen tot het aanpakken van de uitdagingen die onder landspecifieke aanbeveling 2020 inzake de arbeidsmarkt van 2 vallen, waarbij Italië wordt aangespoord om “de gevolgen van de crisis voor de werkgelegenheid te verzachten, onder meer door [...] actieve steun voor werkgelegenheid”, de landspecifieke aanbeveling nr. 2 van 2020 om vaardigheden, met inbegrip van digitale vaardigheden, te ondersteunen, en de landspecifieke aanbeveling 2019 van 2 om „de inspanningen om zwartwerk aan te pakken op te voeren en ervoor te zorgen dat actief arbeidsmarkt- en sociaal beleid (...) met name jongeren en kwetsbare groepen bereikt. De arbeidsmarktparticipatie van vrouwen ondersteunen”, en landspecifieke aanbeveling 2019 van 2 om “bijscholing te bevorderen, onder meer door de digitale vaardigheden te versterken”.
L.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Hervorming 1 — Actief arbeidsmarktbeleid en beroepsopleiding
Het doel van deze hervorming is een efficiënter actief arbeidsmarktstelsel te bevorderen door te voorzien in specifieke diensten voor arbeidsvoorziening en gepersonaliseerde activeringsplannen voor de arbeidsmarkt. De invoering van een nationaal programma voor de gegarandeerde inzetbaarheid van werknemers (GOL) maakt het mogelijk om op maat gemaakte diensten aan werklozen te verlenen, waardoor hun activeringstrajecten worden versterkt. Het GOL-programma gaat vergezeld van het nationale plan voor nieuwe vaardigheden en de vaststelling van nationale essentiële niveaus van beroepsopleidingsmaatregelen. Het systeem voorberoepsonderwijs en -opleiding in Italië wordt versterkt door een territoriaal netwerk van diensten voor onderwijs, opleiding en werkgelegenheid te bevorderen en door een inclusief systeem voor een leven lang leren en innovatieve bij- en omscholingstrajecten te ontwikkelen.
Investering 1 — Versterking van de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s)
Het doel van deze investering is een doeltreffende dienstverlening op het gebied van werkgelegenheid en opleiding mogelijk te maken. Deze maatregel omvat investeringen in infrastructuur, de ontwikkeling van regionale waarnemingsposten voor de arbeidsmarkt, de ontwikkeling van interoperabiliteit tussen regionale en nationale informatiesystemen, het ontwerp en de uitvoering van opleidingsinterventies om de vaardigheden van arbeidsadviseurs te actualiseren. De maatregel voorzag ook in het ontwerp en de uitvoering van de inhoud en communicatiekanalen van de aangeboden diensten.
Hervorming 2 — Nationaal plan tegen zwartwerk
Deze maatregel heeft tot doel de kwaliteit van het werk en de arbeidsomstandigheden van de werknemers te verbeteren. Deze maatregel omvat acties ter voorkoming en bestrijding van zwartwerk, arbeidsuitbuiting (Caporalato) en andere vormen van illegaal werk. De hervorming omvat: I) de invoering van directe en indirecte maatregelen om zwartwerk om te zetten in aangegeven werk door ervoor te zorgen dat de voordelen van activiteiten in de aangegeven economie opwegen tegen de kosten van werken in de niet-aangegeven economie; Versterking van de inspectiecapaciteit van de nationale arbeidsinspectie; III) verbetering van de productie, verzameling en tijdige verspreiding van gedetailleerde gegevens over zwartwerk; IV) ondersteuning van het proces van omzetting van zwartwerk in regulier werk, ondersteuning van de vaststelling van afschrikkende maatregelen en stimulansen voor regulier werk; (V) het uitvoeren van communicatiecampagnes, voorlichtings- en bewustmakingsactiviteiten; (V) versterking van het governancesysteem voor de bestrijding van zwartwerk op nationaal en lokaal niveau.
Investering 2 — Gendergelijkheidscertificering
Het doel van deze maatregel is te zorgen voor eengrotere participatie van vrouwen op de arbeidsmarkt en de loonkloof tussen mannen en vrouwen te verkleinen. Deze investering omvat de uitvoering en handhaving van het nationale certificeringssysteem voor gendergelijkheid om de transparantie op de arbeidsmarkt en in bedrijfsprocessen te bevorderen en op middellange tot lange termijn bij te dragen tot de verbetering van de arbeidsomstandigheden van vrouwen op het gebied van kwaliteit, beloning en empowerment.
Investering 3 — Versterking van het duale systeem
Het doel van deze maatregel is jongeren en volwassenen zonder middelbaar onderwijs te ondersteunen bij de toegang tot arbeidskansen door het aantal mensen dat deelneemt aan formeel onderwijs en beroepsonderwijs en -opleiding te verhogen via het duale stelsel, met inbegrip van het leerlingwezen. Deze investering draagt ertoe bij de onderwijs- en opleidingsstelsels meer synergetisch te maken met de arbeidsmarkt en de inzetbaarheid van jongeren te vergroten door het verwerven van nieuwe competenties, in overeenstemming met de digitale en groene transitie, met leren op de werkplek. Het draagt bij tot: I) het onderwijs- en opleidingsstelsel moderniseren door het creëren van leren op de werkplek te bevorderen en de dialoog met het bedrijfsleven te versterken; II) de financiële toewijzing voor het aanbieden van opleidingen in gemarginaliseerde gebieden te versterken; III) een robuust en inclusief bestuur tot stand brengen, met inbegrip van de economische en sociale partners.
Investering 4 —Verlenging van de universele overheidsdienst
Deze maatregel heeft tot doel de universele overheidsdienst te versterken, het aantal jongeren dat betrokken is bij niet-formeel leren te vergroten en hun kennis en vaardigheden te verbeteren. Deze investering omvat maatregelen om het bewustzijn over het belang van actief burgerschap te vergroten en de inzetbaarheid van jongeren en de sociale cohesie te bevorderen, met bijzondere aandacht voor de groene en de digitale transitie.
L.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M5C1-1 |
Hervorming 1 — AAMB en beroepsopleiding |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het interministerieel besluit tot vaststelling van een nationaal programma voor de gegarandeerde inzetbaarheid van werknemers (GOL) en een interministerieel besluit tot vaststelling van een nationaal plan voor nieuwe vaardigheden |
Bepaling in de interministeriële besluiten betreffende de inwerkingtreding van de twee interministeriële decreten, naar aanleiding van overeenkomsten op de conferentie van staatsregio’s over het programma GOL en het nationale plan voor nieuwe vaardigheden |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
De handelingen ten aanzien van de Turkse overheid hebben ten minste tot doel: I) de essentiële elementen en hun normen van openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) vast te stellen, met inbegrip van het voorspellen van vaardigheden, gepersonaliseerde opleidingsplannen, begeleiding en jobcoaching, om te zorgen voor een doeltreffende verlening van gepersonaliseerde diensten voor arbeidsvoorziening volgens gemeenschappelijke en uniforme normen op het gehele nationale grondgebied, ii) ervoor te zorgen dat de bij- en omscholingsactiviteiten van openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) volledig in overeenstemming zijn met het nationale plan voor nieuwe vaardigheden, met inbegrip van digitale vaardigheden, iii) ervoor te zorgen dat openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) gericht zijn op de behoeften van de ontvangers, iv) ervoor te zorgen dat de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) prioritair gericht zijn op de meest kwetsbaren; V) een streefcijfer vast te stellen van ten minste 25 % van de begunstigden van de programma’s voor gegarandeerde inzetbaarheid van werknemers als ontvangers van relevante opleidingen, met bijzondere aandacht voor digitale vaardigheden en met prioriteit voor de meest kwetsbaren; VI) nieuwe mechanismen vast te stellen om de samenwerking tussen openbare en particuliere systemen te versterken en structureel te maken, onder meer met betrekking tot de vaststelling van de relevante behoeften aan vaardigheden en het aanbieden van vacatures. In het besluit is bepaald dat ontvangers van sociale vangnetten binnen 4 maanden na het moment waarop zij het recht op sociale vangnetten hebben verworven, toegang hebben tot de diensten die worden verleend in het kader van het Nationaal Programma voor Inzetbaarheid van werknemers. De handelingen voor het nationale plan voor nieuwe vaardigheden moeten ten minste: I) gemeenschappelijke normen en essentiële niveaus van beroepsopleiding op het gehele nationale grondgebied vaststellen, ii) gericht zijn op zowel werkenden en werklozen als personen met als doel hun digitale vaardigheden te verbeteren en een leven lang leren aan te moedigen. III) vaardigheden en relevante normen vaststellen op basis van samenwerking tussen de openbare en particuliere systemen, iv) rekening houden met de verschillende behoeften van de betrokken doelgroepen die ten minste de meest kwetsbaren omvatten, v) alle relevante sectorale strategieën omvatten met het oog op een alomvattende aanpak, met inbegrip van het nationale strategische plan voor competenties van volwassenen; vi) de bepaling opnemen voor de ontwikkeling van een prognosesysteem voor nieuwe competenties die op de korte termijn op de arbeidsmarkt nodig zijn. |
M5C1-2 |
Hervorming 1 — AAMB en beroepsopleiding |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding op regionaal niveau van alle plannen voor de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) |
Bepaling betreffende de inwerkingtreding van de door de regio’s goedgekeurde plannen en uitgevoerde activiteiten |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
De nationale regelgeving van het programma voor gegarandeerde inzetbaarheid van werknemers (GOL) voorziet in de vaststelling op regionaal niveau van de operationele activiteiten die nodig zijn om het programma uit te voeren. Om de samenhang tussen de nationale regelgeving en de regionale uitvoering te waarborgen, worden regionale plannen voor de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) vastgesteld. Naast de vaststelling van de plannen voeren de regio’s de activiteiten uit op basis van de plannen en bereiken zij ten minste 10 % van de beoogde begunstigden van het programma (eindstreefdoel 3 000 000 personen). De inwerkingtreding van de plannen voor de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) maakt het mogelijk het programma voor gegarandeerde inzetbaarheid van werknemers (GOL) volledig uit te voeren. |
M5C1-3 |
Hervorming 1 — AAMB en beroepsopleiding |
Doel |
Personen die vallen onder het programma voor gegarandeerde inzetbaarheid van werknemers (GOL) |
N.V.T |
Aantal |
300 000 |
3 000 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 3 000 personen profiteren van het programma voor gegarandeerde inzetbaarheid van werknemers (GOL). De bevredigende verwezenlijking van de doelstelling hangt ook af van de bevredigende verwezenlijking van een secundaire doelstelling: ten minste 75 % van de begunstigden zijn vrouwen, langdurig werklozen, personen met een handicap of personen jonger dan 30 jaar of ouder dan 55 jaar. |
M5C1-4 |
Hervorming 1 — AAMB en beroepsopleiding |
Doel |
Gegarandeerde inzetbaarheid van begunstigden van werknemers hebben deelgenomen aan beroepsopleiding |
N.V.T |
Aantal |
0 |
800 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Beroepsopleiding maakt deel uit van het programma voor 800 000 van de begunstigden van actieve arbeidsmarktmaatregelen in vijf jaar. Daarom hebben ten minste 800 van de in 000 000 3 begunstigden van de gegarandeerde inzetbaarheid van werknemers (GOL) deelgenomen aan een beroepsopleiding. De bevredigende verwezenlijking van de doelstelling hangt ook af van de bevredigende verwezenlijking van een secundaire doelstelling: ten minste 300 van deze begunstigden hebben deelgenomen aan opleidingen over digitale vaardigheden. |
M5C1-5 |
Hervorming 1 — AAMB en beroepsopleiding |
Doel |
De openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) in elke regio hebben voldaan aan de criteria van het essentiële niveau van de ODA-diensten zoals gedefinieerd in het programma voor gegarandeerde inzetbaarheid van werknemers (GOL) |
N.V.T |
Percentage |
0 |
80 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Een fundamenteel onderdeel van het programma GOL is het vaststellen van een aantal essentiële diensten die moeten worden verleend aan begunstigden van ALMPS’s, te beginnen bij de meest kwetsbaren. Eind 2025 had ten minste 80 % van de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) in elke regio voldaan aan de criteria van het essentiële niveau van de ODA-diensten zoals gedefinieerd in het programma voor gegarandeerde inzetbaarheid van werknemers (GOL). |
M5C1-6 |
Investering 1 — Versterking van de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) |
Doel |
Openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) voeren de in het versterkingsplan geplande activiteiten uit gedurende de periode 2021-2023 van drie jaar |
N.V.T |
Aantal |
0 |
250 |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Ten minste 250 openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) hebben in de periode 2021-2023 ten minste 50 % van de in het “versterkingsplan” geplande activiteiten voltooid. Deze activiteiten zijn in overeenstemming met het centrale versterkingsplan en zijn nader gedefinieerd op regionaal niveau, op basis van een behoeftenanalyse en toegewezen middelen. Deze werkzaamheden omvatten: I) renovatie en renovatie van de huidige locaties van openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) en aankoop van nieuwe locaties; II) verdere implementatie van het IT-systeem, met het oog op nationale interoperabiliteit; III) beroepsopleiding van het personeel; Instelling van regionale waarnemingsposten voor lokale arbeidsmarkten; V) institutionele communicatie en voorlichting. Infrastructuuractiviteiten vallen niet onder deze doelstelling. Er wordt gezorgd voor een gelijk evenwicht bij de verwezenlijking van de doelstelling in termen van territoriale spreiding (Noord, Centre en Zuid). |
M5C1-7 |
Investering 1 — Versterking van de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) |
Doel |
De openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) hebben de in het versterkingsplan geplande activiteiten voltooid. |
N.V.T |
Aantal |
250 |
500 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 500 openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) hebben 100 % van de in de regionale plannen voor de ontwikkeling van openbare arbeidscentra (Piani regionali di potenziamento dei centri per l’impiego) geplande activiteiten voltooid. Deze activiteiten zijn in overeenstemming met het centrale versterkingsplan en zijn nader gedefinieerd op regionaal niveau, op basis van een behoeftenanalyse en toegewezen middelen.
Deze werkzaamheden omvatten: I) verdere implementatie van het IT-systeem, met het
oog op de nationale interoperabiliteit; II) beroepsopleiding van het personeel;
Infrastructuuractiviteiten vallen niet onder deze doelstelling. Bij de verwezenlijking van de doelstelling wordt een evenwichtige territoriale spreiding (Noord, Center en Zuid) gewaarborgd, ook door middel van subsidiariteitsinterventies. |
M5C1-7bis |
Investering 1 — Versterking van de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) |
Doel |
De openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) hebben de in het versterkingsplan geplande activiteiten voltooid. |
N.V.T |
Aantal |
0 |
500 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 500 openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) hebben 100 % van de activiteiten voltooid die zijn voorzien in de regionale plannen voor de ontwikkeling van openbare arbeidsbureaus (Piani regionali di potenziamento dei centri per l’impiego) met betrekking tot de renovatie en renovatie van de huidige gebouwen van openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) en regionale agentschappen, en de aankoop van nieuwe gebouwen, zoals beschreven in het decreet van de secretaris-generaal van het ministerie van Arbeid en Sociaal Beleid DSG nr. 123/2020. |
M5C1-8 |
Hervorming 2 — Onaangegeven werk |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een nationaal plan en een stappenplan voor de bestrijding van zwartwerk in alle economische sectoren. |
Bepalingen in de wet betreffende de inwerkingtreding van het nationale plan en de oprichting van de interinstitutionele werkgroep die verantwoordelijk zal zijn voor het opstellen van het nationale plan en de routekaart voor de uitvoering |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Vaststelling van een nationaal plan en een tijdgebonden (één jaar) uitvoeringsroutekaart
voor de bestrijding van zwartwerk in alle economische sectoren. Het nationale plan
bouwt voort op de algemene strategie ter bestrijding van zwartwerk en op de aanpak
waarbij meerdere instanties betrokken zijn bij de goedkeuring van het nationale plan
tegen arbeidsuitbuiting in de landbouwsector — “Piano triennale di contrasto allo
sfruttamento lavorativo in agricoltura e al caporalato (2020-2022)”. Het nationale
plan en de routekaart voor de uitvoering omvatten ten minste het volgende:
Maatregelen ter bestrijding van illegale nederzettingen ter bestrijding van arbeidsuitbuiting in de landbouw. |
M5C1-9 |
Hervorming 2 — Onaangegeven werk |
Mijlpaal |
Acties uitvoeren ter bestrijding van zwartwerk |
Uitgevoerde acties |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2024 |
De volgende acties worden uitgevoerd: I) Maatregelen in te voeren om de verzameling van gedetailleerde gegevens over zwartwerk te verbeteren; II) Maatregelen invoeren om zwartwerk om te zetten in aangegeven werk: a) afschrikkende maatregelen die onder meer, maar niet beperkt tot, verscherping van inspecties en sancties, alsmede preventieve maatregelen ter bevordering van gemeld werk kunnen omvatten, met inbegrip van, maar niet beperkt tot, gerichte financiële stimulansen; b) maatregel (en) ter versterking van de band met een actief arbeidsmarktbeleid, die onder meer, maar niet uitsluitend, de opleiding van exploitanten van arbeidscentra kan omvatten; III) Een nationale informatiecampagne op te zetten over de “onwaarde” van zwartwerk; IV) Start van de werkzaamheden van de governancestructuur ter bestrijding van zwartwerk; V) Invoering van maatregelen om arbeidsuitbuiting in de landbouw aan te pakken. |
M5C1-10 |
Hervorming 2 — Onaangegeven werk |
Doel |
Toename van het aantal arbeidsinspecties |
N.V.T |
Percentage |
0 |
30 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Hetgemiddelde aantal inspecties tussen 1 januari 2023 en 31 december 2025 neemt tussen 1 januari 2019 en 31 december 2021 met ten minste 30 % toe ten opzichte van het basisgemiddelde van de inspecties (dit referentiescenario komt overeen met gemiddeld 79 150 inspecties). |
M5C1-11 |
Hervorming 2 — Onaangegeven werk |
Mijlpaal |
Verdere maatregelen nemen om zwartwerk te bestrijden |
Uitgevoerde acties |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2026 |
De volgende acties worden uitgevoerd: — Voltooiing van de ontwikkeling van “indici Sintetici di Affidabilità Contributiva” (ISAC-indicatoren) voor 8 economische sectoren met een hoog risico op zwartwerk. — Per 1 januari 2026 ten minste 000 nalevingsbrieven sturen naar bedrijven die via de ISAC-indicatoren zijn geïdentificeerd. — Een kwantitatieve en kwalitatieve onafhankelijke effectbeoordeling van het gebruik van vouchers “Presto” en “Libretto Famiglia” over de opkomst van zwartwerk en de arbeidsomstandigheden van werknemers. - De toegang tot “rete del lavoro agricolo di quality” te vergemakkelijken, in overleg met de sociale partners in de sector. Een voorlichtingscampagne voeren waarbij de sociale partners in de sector worden betrokken. Het aantal ondernemingen dat aan het netwerk deelneemt, wordt met ingang van 10 oktober 2024 verhoogd tot ten minste 8 500 ten opzichte van het referentiescenario van 6 527. |
M5C1-12 |
Investering 2 — Certificeringssysteem voor gendergelijkheid |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het certificeringssysteem voor gendergelijkheid en de bijbehorende stimuleringsmechanismen voor bedrijven |
Bepalingen in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wetgevingshandelingen en uitvoeringsmaatregelen betreffende de vaststelling van het certificeringssysteem |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Het certificeringssysteem voor gendergelijkheid en de bijbehorende stimuleringsmechanismen voor ondernemingen hebben ten minste betrekking op de volgende dimensies: groeikansen voor vrouwen, gelijke beloning voor gelijk werk, managementbeleid voor genderdiversiteit, moederschapsbescherming. Vaststelling van de stimuleringsmechanismen voor organisaties die het certificeringsproces uitvoeren en van de technische richtsnoeren. Waaronder: I) uitwerking van de technische normen van het gendercertificeringssysteem voor bedrijven; II) identificatie van het stimuleringsmechanisme; III) de maatregel gaat vergezeld van het opzetten van een IT-systeem. |
M5C1-13 |
Investering 2 — Certificeringssysteem voor gendergelijkheid |
Doel |
Bedrijven hebben de gendergelijkheidscertificering gekregen |
N.V.T |
Aantal |
0 |
800 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 800 bedrijven (waarvan 450 kmo’s) hebben de certificering van gendergelijkheid verkregen. De ondernemingen dragen de kosten van het certificeringsproces zelf. |
M5C1-14 |
Investering 2 — Certificeringssysteem voor gendergelijkheid |
Doel |
Bedrijven die door de technische bijstand worden ondersteund, hebben de gendergelijkheidscertificering gekregen |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 1 bedrijven die via de technische bijstand werden ondersteund, hebben de certificering van gendergelijkheid verkregen. Voor de verstrekking van begeleidende maatregelen in de vorm van mentoring, ondersteuning van technisch management, maatregelen voor het evenwicht tussen werk en privéleven, wordt gebruik gemaakt van een voucherregeling voor ondernemerschapsonderwijs. |
M5C1-15 |
Investering 3 — Versterking van het duale systeem |
Doel |
Personen die in de vijfjarige periode 2021-2025 aan het duale systeem hebben deelgenomen en de desbetreffende certificering hebben verkregen |
N.V.T |
Aantal |
39 000 |
129 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Er hebben ten minste 000 extra inschrijvingen voor het duale systeem plaatsgevonden en de relevante certificeringen waaruit blijkt dat de cursus is voltooid, zijn in de vijfjarige periode 2021-2025 behaald in vergelijking met het referentiescenario. De middelen voor de versterking van het duale stelsel over de regio’s worden verdeeld op basis van het aantal studenten dat is ingeschreven voor beroepsonderwijs en -opleiding. |
M5C1-15bis |
Investering 4 — Universele overheidsdienst |
Mijlpaal |
Normatieve herziening van de huidige “Disposizioni concernenti la disciplinina dei rapporti tra enti e operatori volontari del servizio civile universale” (decreto del Presidente del Consiglio dei ministri) van 14januari 2019, ter versterking van de universele overheidsdienst |
Vaststelling van de desbetreffende handeling |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Inwerkingtreding van de herziene handeling betreffende de betrekkingen tussen entiteiten en vrijwilligers (VO’s), rekening houdend met de resultaten van het TSI-project (20IT06 — “Ondersteuning van het ontwerp en de uitvoering van het RRP-project voor de universele overheidsdienst (UCS), om kansen op werkgelegenheid voor jongeren te ontsluiten”). De herziene handeling: — de participatie van jongeren te vergroten;
- vereenvoudiging van de procedures; en
|
M5C1-16 |
Investering 4 — Universele overheidsdienst |
Doel |
Mensen hebben deelgenomen aan het programma voor universele overheidsdiensten en de desbetreffende certificering verkregen in de periode 2021-2024 |
N.V.T |
Aantal |
0 |
166 670 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
In de periode 2021-166 670 hebben ten minste 2024 mensen deelgenomen aan het programma voor universele overheidsdiensten. Het hoofddoel is het versterken van de universele overheidsdienst, het verhogen van het aantal vrijwilligers en het verhogen van de kwaliteit van de programma’s en projecten waarbij jongeren betrokken zijn. |
L.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
Investering 5 — Oprichting van ondernemingen voor vrouwen
Het doel van deze maatregel is bij te dragen tot het verhogen van het participatieniveau van vrouwen op de arbeidsmarkt en met name de deelname van vrouwen aan bedrijfsactiviteiten te ondersteunen. De investering ondersteunt de oprichting van vrouwelijke ondernemingen. De belangrijkste doelstellingen van de maatregel zijn: I) de huidige ondersteunende maatregelen ter ondersteuning van vrouwelijk ondernemerschap te systematiseren en te herzien om de doeltreffendheid ervan te vergroten; II) ondersteuning van de uitvoering van reeds opgezette en operationele innovatieve bedrijfsprojecten; III) het ondersteunen van het opstarten van ondernemersactiviteiten van vrouwen door middel van mentorschap, ondersteuning van technisch management, maatregelen voor het evenwicht tussen werk en privéleven, enz.; (IV) door middel van gerichte communicatieacties een gunstig cultureel klimaat voor vrouwelijk ondernemerschap tot stand te brengen.
L.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M5C1-17 |
Investering 5 — Oprichting van ondernemingen voor vrouwen |
Mijlpaal |
Het fonds ter ondersteuning van vrouwelijk ondernemerschap wordt goedgekeurd. |
Ministerieel besluit tot oprichting van het “Fondo Impresa Donna” wordt goedgekeurd. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 3 |
2021 |
Het fonds ter ondersteuning van vrouwelijk ondernemerschap wordt vastgesteld bij ministerieel besluit, waarin een reeks subsidiabiliteitscriteria wordt vastgesteld die in overeenstemming zijn met de doelstellingen van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, met inbegrip van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan” en de ondertekening van de financieringsovereenkomst en operationele overeenkomsten met de financiële intermediair (s). Deze fondsen vormen het “Fondo Impresa Donna”, dat uitvoering geeft aan de specifieke maatregel ter ondersteuning van vrouwelijk ondernemerschap. Uitvoeringsmaatregelen worden vooraf overeengekomen door het ministerie van Economische Ontwikkeling en het PCM-departement voor gelijke kansen, met als doel: — versterking van de bestaande maatregelen die reeds worden beheerd door interne instanties van het ministerie van Economische Ontwikkeling (zoals NITO-ON, Slimme start) door middel van een kapitaalinjectie die uitsluitend bestemd is voor vrouwenbedrijven; — voorzien in een aanvulling van het bij begrotingswet 2021 ingestelde fonds voor vrouwelijk ondernemerschap (vanaf het eerste kwartaal van 3 2022); — ontwikkeling van begeleidende maatregelen, monitoring en communicatiecampagnes. Het PCM-departement voor gelijke kansen voert een meerjarige voorlichtingscampagne uit ter bevordering van vrouwelijk ondernemerschap, voor beroepsbegeleidingsactiviteiten voor vrouwen van elke leeftijd en voor vrouwelijke studenten aan universiteiten met betrekking tot vakken en beroepen waarin vrouwen ondervertegenwoordigd zijn, en voor de oprichting van een communicatieplatform. |
M5C1-18 |
Investering 5 — Oprichting van ondernemingen voor vrouwen |
Doel |
Financiële steun aan ondernemingen is beschikbaar gesteld |
N.V.T |
Aantal |
0 |
700 |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Financiële steun is beschikbaar gesteld aan ten minste 700 extra ondernemingen ten opzichte van het basisscenario. De uitvoering van de steun voor vrouwelijk ondernemerschap vindt plaats via reeds actieve instrumenten (NITO-ON, slimme start) en het nieuwe fonds dat is opgericht bij de begrotingswet voor 2021 (vrouwelijke ondernemingen worden tot november 2020 ondersteund door bestaande financiële instrumenten als uitgangspunt). |
M5C1-19 |
Investering 5 — Oprichting van ondernemingen voor vrouwen |
Doel |
Ondernemingen zoals gedefinieerd in het desbetreffende investeringsbeleid hebben financiële steun ontvangen |
N.V.T |
Aantal |
0 |
2 400 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Er is financiële steun verleend aan ten minste 2 ondernemingen, zoals gedefinieerd in het desbetreffende investeringsbeleid. De steun voor vrouwelijk ondernemerschap wordt uitgevoerd door middel van reeds actieve instrumenten (NITO-ON, Slimme start) en het nieuwe fonds dat bij de begrotingswet voor 2021 is opgericht. |
M. MISSIE 5 COMPONENT 2: Sociale infrastructuur, gezinnen, gemeenschappen en de derde sector
De geplande hervormingen en investeringen in deze component zijn gericht op het versterken van de veerkracht door de integratie en inclusie van de meest kwetsbaren, langs individuele, familiale en sociale dimensies, te ondersteunen. Dit onderdeel voorziet in een nationale strategie voor de actieve inclusie van kwetsbare bevolkingsgroepen. De doelstellingen van deze component zijn: I) versterking van de rol van geïntegreerde sociale diensten ter ondersteuning van gezinnen, minderjarigen en adolescenten, ter ondersteuning van ouderschapsvaardigheden en ter bescherming van kwetsbare gezinnen en personen met een handicap, onder meer door de versterking van de sociale infrastructuur waarbij de derde sector betrokken is; II) de autonomie van personen met een handicap te verbeteren door gemeenschaps- en thuisgebaseerde sociale en gezondheidsdiensten te verlenen en belemmeringen voor de toegang tot huisvesting en werkgelegenheid weg te nemen; III) verbetering van de inclusie van mensen die in extreme marginalisering en woningnood verkeren (bv. daklozen) door middel van een breder aanbod van faciliteiten en diensten voor tijdelijke huisvesting, gepersonaliseerde trajecten naar autonomie en persoonlijke veerkracht; IV) het verbeteren van de beschikbaarheid van betaalbaardere openbare en particuliere huisvesting en stads- en territoriale vernieuwing; V) ontwikkeling van de weerbaarheidscapaciteit van de meest kwetsbaren door de verspreiding van de sportcultuur en het opzetten van sportinfrastructuur door de oprichting van stedelijke parken waar sportactiviteiten kunnen worden gecombineerd met amusementsactiviteiten ten behoeve van de gemeenschappen.
De uitvoering van deze maatregelen zal naar verwachting bijdragen tot het aanpakken van de uitdagingen die worden bestreken door de landspecifieke aanbevelingen 2019 inzake sociaal beleid van 2, waarbij Italië ertoe wordt aangespoord “ervoor te zorgen dat [...] sociaal beleid doeltreffend wordt geïntegreerd en met name jongeren en kwetsbare groepen bereikt” en in de landspecifieke aanbevelingen 2020 van 2 om “adequate (...) toegang tot sociale bescherming te bieden”.
M.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Hervorming 1 — Kaderwet inzake handicaps
De belangrijkste doelstelling van de hervorming is de wetgeving inzake handicaps te wijzigen en de de-institutionalisering (d.w.z. overdracht van openbare of particuliere instellingen naar hun gezin of naar gemeenschapswoningen) en de autonomie van personen met een handicap te bevorderen. Dit omvat (I) versterking van het aanbod van sociale diensten, (II) vereenvoudiging van de toegang tot sociale en gezondheidsdiensten, (III) hervorming van de beoordeling van handicaps, (IV) bevordering van projecten voor zelfstandig wonen, (V) bevordering van het werk van teams van deskundigen die personen met een handicap met multidimensionale behoeften kunnen ondersteunen.
Hervorming 2 — Hervorming voor niet-zelfvoorzienende ouderen
Het doel van deze maatregel is de sociale dienstverlening te hervormen en de levensomstandigheden van niet-zelfvoorzienende ouderen te verbeteren. Deze hervorming omvat: I) het vereenvoudigen van de toegang van ouderen tot diensten door het creëren van centrale toegangspunten voor sociale en gezondheidszorg, II) het in kaart brengen van manieren om niet-zelfvoorzienendheid te erkennen op basis van de behoefte aan bijstand, III) het verstrekken van een multidimensionale beoordeling, IV) het definiëren van geïndividualiseerde projecten die de-institutionalisering bevorderen. Op deze hervorming wordt geanticipeerd door specifieke maatregelen in het kader van het plan, zowel in het kader van de gezondheidsmissie (M6), met betrekking tot projecten ter versterking van de lokale gezondheidsdiensten en thuiszorg, als in dit onderdeel, met specifieke verwijzing naar investering 1, interventie II met het oog op de-institutionalisering.
Investering 1 — Ondersteuning van kwetsbare personen en preventie van institutionalisering
Het doel van deze maatregel is kwetsbare personen te ondersteunen en institutionalisering te voorkomen. Deze investering omvat de volgende interventies: I) het ondersteunen van ouderschapsvaardigheden en het voorkomen van kwetsbaarheid van gezinnen en kinderen; II) ondersteuning van een zelfstandig leven en de-institutionalisering van ouderen; II) het versterken van de sociale diensten in eigen land om vroegtijdig ondersteunde zorgverlening te waarborgen en ziekenhuisopname te voorkomen; Versterking van de sociale diensten en voorkoming van burn-out onder maatschappelijk werkers.
Investering 2 — Autonome patronen voor mensen met een handicap
Het doel van deze maatregel is de autonomie van personen met een handicap te vergroten. Het doel van de investering is het proces van de-institutionalisering te versnellen door gemeenschaps- en thuisgebaseerde sociale en gezondheidsdiensten te verlenen om de autonomie van personen met een handicap te verbeteren. De maatregel bevordert de toegang tot huisvesting en werkgelegenheid, met inbegrip van nieuwe mogelijkheden die de informatietechnologie biedt.
Investering 3 — Eerste huisvesting en poststations
Het doel van deze maatregel is de bescherming en ondersteuning van de inclusie van gemarginaliseerde personen door middel van huisvesting van eerste- en poststations. De invoering van de “huisvesting eerst” -benadering houdt in dat gemeenten appartementen beschikbaar moeten stellen voor individuele personen, kleine groepen of gezinnen tot 24 maanden. Daarnaast worden voor elke persoon/familie op maat gesneden projecten geactiveerd om persoonlijke groeiontwikkelingsprogramma’s uit te voeren en hen te helpen een grotere mate van autonomie te bereiken, onder meer door hun opleiding en andere diensten te bieden die gericht zijn op het verbeteren van hun inzetbaarheid op de arbeidsmarkt. Anderzijds betekent de invoering van “poststations” de oprichting van diensten- en inclusiecentra voor daklozen. Deze centra bieden, naast een beperkte nachtreceptie, belangrijke voorzieningen aan, zoals onder meer gezondheidsdiensten, catering, postdistributie, culturele bemiddeling, advisering, beroepskeuzevoorlichting, juridisch advies en distributie van goederen.
M.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
.
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M5C2-1 |
Hervorming 1 — Kaderwet inzake handicaps |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de kaderwet ter versterking van de autonomie van personen met een handicap. |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de kaderwet |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
De kaderwet, die bestaat uit een delegatiewet, versterkt de autonomie van personen met een handicap, overeenkomstig de beginselen van het UNCRPD en de Europese strategie 2021-2030 voor de rechten van personen met een handicap, die ten minste het volgende omvat: I) de alomvattende definitie en uitbreiding van het aanbod van sociale diensten voor gehandicapten in combinatie met de bevordering van de-institutionalisering en zelfstandig wonen, ii) de vereenvoudiging van de procedures voor toegang tot gezondheids- en sociale diensten, en iii) de herziening van de procedures voor de beoordeling van de toestand van personen met een handicap, met het oog op een multidimensionale evaluatie van de toestand van elke persoon. Personen met een handicap zijn personen die zijn gedefinieerd volgens de beginselen van het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap, in Wet nr. 104/1992. In Italië valt het beoordelingsproces onder de bevoegdheid van de regio’s en wordt de persoon beoordeeld door de lokale gezondheidsdiensten of door het Nationaal Instituut voor Sociale Welzijn. De wet wordt door de minister van de Gehandicapten ter goedkeuring voorgelegd aan de ministerraad, overeenkomstig de vastgestelde routekaart. De goedkeuring van de kaderwet wordt gevolgd door de reorganisatie van lokale sociale diensten, de vaststelling van kwaliteitsnormen en het aanbieden van ICT-platforms om de diensten te verbeteren en efficiënter te maken. |
M5C2-2 |
Hervorming 1 — Kaderwet inzake handicaps |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de wetgevingsbesluiten ter ontwikkeling van de bepalingen van de kaderwet ter versterking van de autonomie van personen met een handicap |
Bepalingen in de wet die de inwerkingtreding van de wetgevingsbesluiten aangeven |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2024 |
In de wetgevingsdecreten worden de bepalingen van de kaderwet ontwikkeld om de autonomie van personen met een handicap te versterken: (I) versterking van het aanbod van sociale diensten, (II) vereenvoudiging van de toegang tot sociale en gezondheidsdiensten, (III) hervormingen van de beoordeling van handicaps, (IV) bevordering van projecten voor zelfstandig wonen, (V) bevordering van het werk van teams van deskundigen die personen met een handicap met multidimensionale behoeften kunnen ondersteunen. |
M5C2-3 |
Hervorming 2 — Hervorming voor niet-zelfvoorzienende ouderen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een kaderwet ter versterking van de maatregelen ten behoeve van ouderen die niet zelfvoorzienend zijn |
Bepalingen in de wet betreffende de inwerkingtreding van de kaderwet die de acties ten gunste van ouderen die niet zelfvoorzienend zijn, versterkt |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2023 |
De door de regering voorgestelde kaderwet versterkt de maatregelen ten gunste van ouderen die niet zelfvoorzienend zijn. De wet vereenvoudigt en voorziet in één-loketten voor sociale en gezondheidsdiensten, herziet de procedures voor de beoordeling van de toestand van niet-zelfvoorzienende ouderen en vergroot de reeks sociale en gezondheidsdiensten die thuis kunnen worden verleend. In de wet worden ook de nodige financiële middelen vastgesteld. |
M5C2-4 |
Hervorming 2 — Hervorming voor niet-zelfvoorzienende ouderen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het wetgevingsdecreet ter ontwikkeling van de bepalingen van de kaderwet ter versterking van de acties ten gunste van ouderen die niet zelfvoorzienend zijn |
Bepalingen in de wet die de inwerkingtreding van het wetsbesluit aangeven |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2024 |
Het wetsbesluit concretiseert de bepalingen van de kaderwet ter versterking van de acties ten gunste van niet-zelfvoorzienende ouderen, waarbij de verschillende maatregelen ten uitvoer worden gelegd. |
M5C2-5 |
Investering 1 — Ondersteuning van kwetsbare personen en preventie van institutionalisering |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het operationele plan |
Bepalingen in de wet betreffende de inwerkingtreding van het operationeel plan van interventies |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
In het operationele plan worden de vereisten vastgesteld voor projecten die door lokale entiteiten kunnen worden ingediend en die betrekking hebben op vier dimensies: I) ondersteuning van ouders van kinderen tussen 0 en 17 jaar, ii) ondersteuning van de autonomie van ouderen, iii) thuisdiensten voor ouderen, en iv) ondersteuning van maatschappelijk werkers. De actie “Ondersteuning van ouders” bestaat ten minste in het verlenen van steun aan ontvangende gezinnen gedurende ten minste 18 maanden, met i) een voorafgaande beoordeling van de gezinsomgeving en de situatie van kinderen, ii) een beoordeling van de situatie door een multidisciplinair team van gekwalificeerde beroepsbeoefenaren en iii) het verlenen van ten minste een van de volgende diensten: thuisdiensten, deelname aan ondersteunende groepen voor ouders en kinderen; samenwerking tussen scholen, gezinnen en sociale diensten en/of gedeelde gezinszorgdiensten. De actie “autonomie van ouderen” omvat ten minste de omvorming van bejaardentehuizen in groepen autonome appartementen, die zijn uitgerust met alle nodige faciliteiten en diensten, waaronder thuisautomatisering, telegeneeskunde en monitoring op afstand. De actie “thuiszorg voor ouderen” is gericht op het aanbieden van specifieke opleidingen aan professionals voor thuiszorg voor ouderen. De actie “ondersteuning van maatschappelijk werkers” bestaat uit het ondersteunen van sociale actoren en het versterken van hun professionaliteit en het delen van competenties, voornamelijk door de invoering van instrumenten voor het delen van competenties en het verlenen van toezichtdiensten aan exploitanten ter ondersteuning van het werk van exploitanten. |
M5C2-6 |
Investering 1 — Ondersteuning van kwetsbare personen en preventie van institutionalisering |
Doel |
Sociale districten behalen ten minste een van de volgende resultaten: I) ondersteuning van ouders, ii) autonomie van ouderen, iii) thuisdiensten voor ouderen of iv) sociale werknemers om burn-out te voorkomen |
N.V.T |
Percentage |
0 |
85 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Ten minste 85 % van de sociale districten bereikt ten minste een van de volgende resultaten: I) ondersteuning van ouders van kinderen tussen 0 en 17 jaar, ii) autonomie van ouderen, iii) thuisdiensten voor ouderen of iv) sociale werkers om burn-out te voorkomen. 85 % van de Italiaanse sociale districten wordt bij het project betrokken. De acties in het kader van de vier dimensies en de relevante vereisten zijn die welke zijn vastgesteld in het operationele plan voor de actieve inclusie van kwetsbare bevolkingsgroepen, waarvan de situatie is verslechterd als gevolg van de epidemiologische noodsituatie in verband met COVID-19. De actie heeft betrekking op het gehele nationale grondgebied. Van alle sociale districten wordt verwacht dat zij deelnemen, met als strategie dat dergelijke projecten het pad effenen voor stabilisering van de dienstverlening door de formele erkenning van een essentieel niveau van sociale bijstand dat op het gehele grondgebied moet worden verleend. |
M5C2-7 |
Investering 2 — Autonome patronen voor mensen met een handicap |
Doel |
Sociale districten hebben ten minste één project uitgevoerd met betrekking tot de renovatie van woonruimten en/of de levering van ICT-apparatuur aan mensen met een handicap, vergezeld van opleidingen op het gebied van digitale vaardigheden |
N.V.T |
Aantal |
0 |
500 |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Ten minste 500 projecten in verband met de renovatie van woonruimten en/of de levering van ICT-apparatuur aan mensen met een handicap, vergezeld van opleidingen op het gebied van digitale vaardigheden, worden verzorgd door sociale districten. De bevredigende verwezenlijking van de doelstelling hangt ook af van de bevredigende verwezenlijking van een secundaire doelstelling: ten minste 500 sociale districten hebben ten minste één project uitgevoerd met betrekking tot de renovatie van woonruimten en/of de levering van ICT-apparatuur aan mensen met een handicap, vergezeld van opleidingen op het gebied van digitale vaardigheden. Uitvoering van ten minste één project uit ten minste 500 sociale districten die hebben deelgenomen aan de niet-mededingingsprocedure. |
M5C2-8 |
Investering 2 — Autonome patronen voor mensen met een handicap |
Doel |
Mensen met een handicap hebben een renovatie van de woonruimte en/of de levering van ICT-apparatuur gekregen. De diensten gaan vergezeld van opleidingen op het gebied van digitale vaardigheden. |
N.V.T |
Aantal |
1 000 |
5 000 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Ten minste 5 000 mensen met een handicap hebben een renovatie van de woonruimte en/of de levering van ICT-apparatuur gekregen. De diensten gaan vergezeld van opleidingen op het gebied van digitale vaardigheden. Dekking van ten minste 5 000 personen (1 000 bestaande plus 4 000 nieuw) met een handicap als ontvangers van de door de technische bijstand uitgevoerde interventies. De definitie van gehandicapten (op basis van het ICF) is opgenomen in het nationale plan van 2019 voor mensen die niet zelfvoorzienend zijn. In het kader van eerdere projecten zijn al richtsnoeren voor het autonomieproject voor gehandicapten ontwikkeld. De goedkeuring van een specifieke wet nr. 112/2016 en de oprichting van een specifiek nationaal fonds voor de actie hebben betrekking op het gehele nationale grondgebied. Alle sociale districten worden verzocht deel te nemen, met als strategie dat dergelijke projecten het pad effenen voor stabilisering van de dienstverlening door de formele erkenning van een essentieel niveau van sociale bijstand dat op het gehele grondgebied moet worden verleend. |
M5C2-9 |
Investering 3 — Eerste huisvesting en poststations |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het operationele plan voor projecten op het gebied van huisvesting, eerste huisvesting en poststations, waarin de vereisten worden vastgesteld voor projecten die door lokale entiteiten kunnen worden gepresenteerd, en lancering van een oproep tot het indienen van voorstellen |
Bepalingen in de wet betreffende de inwerkingtreding van het operationeel plan van interventies |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2022 |
In het operationele plan met betrekking tot projecten voor eerste huisvesting en poststations worden de vereisten vastgesteld voor projecten die door lokale entiteiten kunnen worden ingediend, en wordt een oproep tot het indienen van voorstellen gepubliceerd. Projecten op het gebied van huisvesting eerst voorzien in de terbeschikkingstelling van appartementen aan individuele personen, kleine groepen of gezinnen tot 24 maanden door lokale entiteiten, bij voorkeur door renovatie van gebouwen en renovatie van staatseigendommen. Dit wordt aangevuld met ontwikkelings- en autonomieprogramma’s. Projecten op poststations zijn gericht op de ontwikkeling van diensten- en inclusiecentra voor daklozen. Dit wordt aangevuld met programma’s voor arbeidsbemiddeling, in samenwerking met arbeidscentra. |
M5C2-10 |
Investering 3 — Eerste huisvesting en poststations |
Doel |
Mensen die in ernstige materiële deprivatie leven en die ten minste zes maanden in het kader van projecten op het gebied van “Housing First” en poststations de leiding hebben genomen |
N.V.T |
Aantal |
0 |
25 000 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Ten minste 25 mensen die in ernstige materiële deprivatie leven, voor hun rekening nemen als ontvangers van interventies op het eerste en poststation. De bevredigende verwezenlijking van de doelstelling hangt ook af van de bevredigende verwezenlijking van een secundaire doelstelling: ten minste 3 000 personen moeten gedurende ten minste 6 maanden tijdelijke huisvesting krijgen in het kader van de “Housing First” -projecten en ten minste 22 000 mensen profiteren van de diensten die worden aangeboden in het kader van de poststationprojecten die door het sociale district worden uitgevoerd. Mensen in een situatie van ernstige deprivatie worden als volgt gedefinieerd: zie Linee di indirizzo per il contrasto alla serious emarginazione in Italia, goedgekeurd door de Conferenza Unificata il 11.5.2015 en artikel 5 van het jaardecreet betreffende het armoedefonds 2018, waar (artikel 5) voor dit doel wordt aangemerkt als a) wonen in de straat of in een precaire opvang; b) gebruik te maken van een openbare slaapstand; C) worden ondergebracht in hostels voor de behoeftigen; d) zich onttrekt uit structuren (met inbegrip van gevangenissen) en geen plaats heeft om te wonen. De actie heeft betrekking op het gehele nationale grondgebied, maar gebieden waar dakloosheid en ernstige armoede urgenter zijn (grootstedelijke gebieden, maar ook bepaalde plattelandsgebieden met een groot aantal seizoenarbeiders — waarvan vele buitenlanders) moeten worden bevoordeeld. |
M.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
Investering 4 — Investeringen in stadsvernieuwingsprojecten, gericht op het verminderen van marginalisering en sociale achteruitgang
Het doel van deze maatregel is gemeenten subsidies te verlenen voor investeringen in stadsvernieuwing, marginalisering en sociale achteruitgang terug te dringen en de sociale en milieucontext van stedelijke centra te verbeteren, met volledige inachtneming van het beginsel “geen significante schade berokkenen”. De maatregel heeft tot doel het hergebruik en de herfunctionalisering van openbare ruimten en bestaande openbare bouwstructuren te ondersteunen met het oog op het algemeen belang, en het stedelijke landschap te verbeteren door de renovatie van openbare gebouwen, met bijzondere aandacht voor de ontwikkeling van sociale, culturele, educatieve en didactische diensten, met inbegrip van sportactiviteiten.
De maatregel doet geen ernstige afbreuk aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). Hieronder vallen gascondenseerketels, die niet in aanmerking komen voor de interventies in het kader van deze maatregel.
Investering 5 — Stedelijke integratieplannen (algemene projecten en het overwinnen van illegale nederzettingen ter bestrijding van arbeidsuitbuiting in de landbouw)
Het doel van deze maatregel is grote aangetaste stedelijke gebieden nieuw leven in te blazen, nieuw leven in te blazen en te verbeteren, met bijzondere aandacht voor het creëren van nieuwe diensten voor de persoon en de herkwalificatie van toegankelijkheid en intermodale infrastructuur, waardoor kwetsbare gebieden kunnen worden omgevormd tot slimme en duurzame steden. Deze investering omvat twee interventies: I) steun voor algemene projecten voor de uitvoering en uitvoering van stedelijke geïntegreerde plannen, zoals onderhoud en hergebruik van openbare ruimten en gebouwen, regeneratie en valorisatie van onderbenutte of ongebruikte stedelijke gebieden enz. (II) specifieke projecten ter bestrijding van illegale nederzettingen in de landbouw. Lokale overheden worden ondersteund bij het opstellen van actieplannen om illegale nederzettingen te boven te komen en fatsoenlijke huisvestingsoplossingen te bieden aan werknemers in de landbouwsector. Voorts wordt in het kader van deze investering in samenwerking met de EIB een thematisch fonds (Fondsfonds) opgericht dat gericht is op de ondersteuning van particuliere interventies in stadsvernieuwingsinitiatieven. Dit fonds wordt gebruikt om de klimaat- en digitale transitie van stedelijke gebieden te ondersteunen.
De maatregel doet geen ernstige afbreuk aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). Hieronder vallen gascondenseerketels, die niet in aanmerking komen voor de interventies in het kader van deze maatregel.
Investering 6 — Innovatief plan voor de kwaliteit van huisvesting
Het doel van deze maatregel is de bouw van nieuwe woningen en de herontwikkeling van aangetaste gebieden, voornamelijk gericht op groene innovatie en duurzaamheid. Met de investering wordt steun verleend aan: I) het aanbod van openbare huisvesting te herontwikkelen, te reorganiseren en uit te breiden; II) gebieden, ruimten en openbare en particuliere eigendommen te regenereren; III) de toegankelijkheid en veiligheid van stedelijke gebieden en de verlening van diensten te verbeteren; IV) participatieve en innovatieve beheersmodellen ontwikkelen om het sociale en stedelijke welzijn te ondersteunen.
Investering 7 — Sport en sociale inclusie
Het doel van deze maatregel is stedelijke gebieden nieuw leven in te blazen, met bijzondere aandacht voor sportfaciliteiten, teneinde sociale inclusie en integratie te bevorderen, met name in de meest achtergestelde gebieden van Italië. De gefinancierde projecten ondersteunen: I) bouw en regeneratie van sportfaciliteiten in achterstandsgebieden van het land, met inbegrip van grootstedelijke voorsteden; II) de distributie van sportuitrusting voor achterstandsgebieden; III) de voltooiing en aanpassing van bestaande sportfaciliteiten, zoals: functioneel herstel, herstructurering, buitengewoon onderhoud, verwijdering van architecturale barrières en energie-efficiëntie).
M.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren (voor mijlpalen) |
Kwantitatieve indicatoren (voor streefdoelen) |
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M5C2-11 |
Investering 4 — Investeringen in stadsvernieuwingsprojecten, gericht op het verminderen van marginalisering en sociale achteruitgang |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor investeringen in stadsvernieuwing om marginalisering en sociale achteruitgang te verminderen, met projecten die in overeenstemming zijn met de doelstellingen van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, met inbegrip van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” |
Kennisgeving van alle overheidsopdrachten voor investeringen in stadsvernieuwing om marginalisering en sociale achteruitgang te verminderen, met projecten die in overeenstemming zijn met de doelstellingen van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, met inbegrip van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2022 |
Kennisgeving van alle overheidsopdrachten die zijn gegund aan ten minste 300 gemeenten met meer dan 15 inwoners voor investeringen in stadsvernieuwing om marginalisering en sociale achteruitgang te verminderen, met projecten die in overeenstemming zijn met de doelstellingen van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, met inbegrip van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen”. De subsidies worden toegekend aan gemeenten met meer dan 15 inwoners die niet de provinciale hoofdsteden, de provinciale hoofdsteden of de hoofdstedelijke hoofdsteden zijn. Projecten voor stedelijke opwekking bestaan uit ten minste een van de volgende interventies: Hergebruik en herfunctionalisering van openbare ruimten en bestaande openbare bouwstructuren met het oog op het algemeen belang, met inbegrip van de sloop van onrechtmatige werken die door particulieren worden uitgevoerd bij afwezigheid of volledige discrepantie van de bouwvergunning en de inrichting van de betrokken gebieden; Verbetering van de kwaliteit van het stedelijke landschap en van het sociale en milieuweefsel, onder meer door renovatie van openbare gebouwen, met bijzondere aandacht voor de ontwikkeling van sociale en culturele, educatieve en didactische diensten; Projecten voor groen, duurzaam en slim vervoer. De maximumbedragen per gemeente zijn: 5 000 000 EUR voor gemeenten met een bevolking tussen 15 en 000 999 inwoners; 10 000 000 EUR voor gemeenten met een bevolking tussen 50 en 000 000 inwoners; 20 EUR 000 000 voor gemeenten met een bevolking van meer dan 100 000 inwoners en voor gemeenten die provinciale hoofdsteden of grootstedelijke steden zijn. |
M5C2-12 |
Investering 4 — Investeringen in stadsvernieuwingsprojecten, gericht op het verminderen van marginalisering en sociale achteruitgang |
Doel |
Projecten voor stadsvernieuwingen die gemeenten bestrijken |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 080 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 1 080 voltooide projecten, verzonden door gemeenten met meer dan 15 000 inwoners, met een oppervlakte van ten minste 1 000 000 vierkante meter. De interventies zijn die welke zijn gedefinieerd in de relevante mijlpaal voor stedelijke heropleving. |
M5C2-13 |
Investering 5 — Stads-geïntegreerde plannen — algemene projecten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het investeringsplan voor stadsvernieuwingsprojecten in grootstedelijke gebieden |
Bepaling van de wet betreffende de inwerkingtreding van het plan voor stadsvernieuwingsprojecten in grootstedelijke gebieden |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
In het investeringsplan worden een reeks criteria vastgesteld die in overeenstemming zijn met de doelstellingen van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, met inbegrip van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan”. De projecten hebben betrekking op de volgende interventietypes: onderhoud voor hergebruik en herexploitatie van openbare ruimten. verbetering van de kwaliteit van het stadsgebied en van het sociale en milieuweefsel. verbetering van de milieukwaliteit en het digitale profiel van de stedelijke gebieden. |
M5C2-14 |
Investering 5 — Stads-geïntegreerde plannen — algemene projecten |
Doel |
Voltooiing van geïntegreerde planningsprojecten in metropolitane steden |
N.V.T |
Aantal |
0 |
300 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
In alle 14 metropolitane steden zijn ten minste 300 geïntegreerde planningsprojecten voltooid in ten minste een van de volgende drie dimensies:
Onderhoud met het oog op hergebruik en herexploitatie van openbare ruimten en bestaande openbare bouwwerken;
— Verbetering van de kwaliteit van het stadsgebied en van het sociale en milieuweefsel, onder meer door renovatie van openbare gebouwen;
— Verbetering van de milieukwaliteit en het digitale profiel van de stedelijke gebieden en grondige ondersteuning van digitale technologieën en technologieën metlagere CO2-emissies.
De bevredigende verwezenlijking van de doelstelling hangt ook af van de bevredigende verwezenlijking van een secundaire doelstelling: voltooiing van geïntegreerde planningsacties over een gebied van ten minste 3 000 000 vierkante meter door alle 14 metropolitane steden. |
M5C2-15 |
Investering 5 — Stedelijke geïntegreerde plannen — Terugdringing van illegale nederzettingen ter bestrijding van arbeidsuitbuiting in de landbouw |
Mijlpaal |
De inwerkingtreding van het ministerieel besluit tot vaststelling van het in kaart brengen van illegale nederzettingen wordt aangenomen door de “Tavolo di contrasto allo sfruttamento lavorativo in agricoltura” en het ministerieel besluit tot toewijzing van middelen wordt goedgekeurd. |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het ministerieel besluit |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2022 |
Het ministerieel besluit wijst middelen toe op basis van de inventarisatie van illegale nederzettingen door de “Tavolo di contrasto allo sfruttamento lavorativo in agricoltura”. Er moet een norm voor tijdelijke en langetermijnoplossingen voor huisvesting worden vastgesteld. |
M5C2-16 |
Investering 5 — Stedelijke geïntegreerde plannen — Terugdringing van illegale nederzettingen ter bestrijding van arbeidsuitbuiting in de landbouw |
Doel |
De projectactiviteiten worden voltooid in de gebieden die in de lokale plannen als illegale nederzettingen zijn aangemerkt. |
N.V.T |
Percentage |
0 |
90 |
KWARTAAL 1 |
2025 |
Projectactiviteiten voltooid op ten minste 90 % van de gebieden die in de lokale plannen als illegale nederzettingen zijn aangemerkt. Na de toewijzing van middelen verstrekt de bevoegde administratie voor elke geconstateerde illegale nederzetting een “lokaal actieplan”. |
M5C2-17 |
Investering 5 — Stads-geïntegreerde plannen — EIB-fonds |
Mijlpaal |
De investeringsstrategie van het fonds wordt goedgekeurd door het ministerie van Financiën (MEF). |
De investeringsstrategie van het fonds wordt goedgekeurd door het ministerie van Financiën (MEF). |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 3 |
2022 |
In de beleggingsstrategie van het Fonds wordt ten minste het volgende gedefinieerd: I) de aard en de reikwijdte van de ondersteunde investeringen, die duurzame stadsvernieuwings- en ontwikkelingsprojecten bevorderen en in overeenstemming zijn met de doelstellingen van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, onder meer met betrekking tot de naleving van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen”, zoals nader gespecificeerd in de richtsnoeren van de Commissie van 12 februari 2021, ii) de ondersteunde concrete acties, iii) de beoogde begunstigden, die particuliere promotoren zijn van financieel zelfvoorzienbare projecten waarvoor overheidssteun wordt gerechtvaardigd door marktfalen of het risicoprofiel, en hun subsidiabiliteitscriteria, iv) de subsidiabiliteitscriteria van financiële begunstigden en hun selectie via een open oproep; V) de opname van een specifieke lijn voor fatsoenlijke huisvestingsoplossingen voor werknemers in de landbouw- en industriële sector, en vi) bepalingen om potentiële terugvloeiende middelen opnieuw te investeren voor dezelfde beleidsdoelstellingen, ook na 2026. De contractuele overeenkomst met de met de uitvoering belaste entiteit vereist het gebruik van de DNSH-richtsnoeren. |
M5C2-18 |
Investering 5 — Stads-geïntegreerde plannen — EIB-fonds |
Doel |
Monetaire waarde van de bijdrage aan het thematisch fonds en steun voor stedelijke projecten |
N.V.T |
EUR |
0 |
545 000 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 545 000 000 EUR bijgedragen aan het thematisch fonds. De bevredigende verwezenlijking van de doelstelling hangt ook af van de bevredigende verwezenlijking van een secundaire doelstelling: steun voor ten minste 10 stedelijke projecten. Goedkeuring door de investeringsraad van het fonds (waarvan het ministerie van Financiën deel uitmaakt) van projecten voor een bedrag van ten minste 545 000 000 EUR en goedkeuring van ten minste 10 projecten door de investeringsraad van het fonds (waarvan het ministerie van Financiën deel uitmaakt). |
M5C2-19 |
Investering 6 — Innovatieprogramma voor de kwaliteit van huisvesting |
Mijlpaal |
Regio’s en autonome provincies (met inbegrip van gemeenten en/of grootstedelijke steden in die gebieden) hebben de overeenkomsten ondertekend om sociale huisvesting te herontwikkelen en uit te breiden. |
Overeenkomsten met lokale overheden worden ondertekend |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2022 |
Ten minste 15 regio’s en autonome provincies (waaronder gemeenten en/of grootstedelijke steden in die gebieden) hebben de overeenkomsten ondertekend om de sociale huisvesting te herontwikkelen en uit te breiden.
Overeenkomsten gesloten met ten minste 15 regio’s en autonome provincies die betrokken zijn bij projecten. Gebouw: nieuwe voorzieningen voor openbare huisvesting om: — herontwikkeling, reorganisatie en uitbreiding van het vermogen dat bestemd is voor de volkshuisvesting; — gebieden, ruimten en openbare en particuliere eigendommen te herstellen, onder meer door het stedelijk en sociaal-economisch weefsel te vernieuwen; — de toegankelijkheid en veiligheid van stedelijke gebieden en de verlening van diensten en stedelijke en lokale infrastructuur verbeteren; — reeds aangelegde gebieden en ruimten te regenereren, de milieukwaliteit te verhogen en de klimaatbestendigheid tegen klimaatverandering te verbeteren, onder meer door middel van activiteiten die gevolgen hebben voor stedelijke verdichting; — innovatieve beheers- en inclusiemodellen en -instrumenten, sociaal en stedelijk welzijn en participatieprocessen in kaart brengen en gebruiken. Ondersteunde wooneenheden en openbare ruimten zijn bedoeld om te profiteren van de in de desbetreffende mijlpaal beschreven activiteiten. |
M5C2-20 |
Investering 6 — Innovatieprogramma voor de kwaliteit van huisvesting |
Doel |
Aantal ondersteunde wooneenheden (in termen van bouw en rehabilitatie) en vierkante meters van ondersteunde openbare ruimten |
N.V.T |
Aantal |
0 |
10 000 |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Steun voor ten minste 10 000 wooneenheden (zowel in termen van bouw als rehabilitatie). De bevredigende verwezenlijking van de doelstelling hangt ook af van de bevredigende verwezenlijking van een secundaire doelstelling die ten minste 800 000 vierkante meter openbare ruimte beslaat. |
M5C2-21 |
Investering 7 — Het project Sport en sociale inclusie |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor projecten op het gebied van sport en sociale inclusie na een openbare oproep tot het indienen van voorstellen |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor projecten op het gebied van sport en sociale inclusie |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 1 |
2023 |
Kennisgeving van de gunning van overheidsopdrachten, die ten minste een van de volgende elementen omvat: 1. bouw van nieuwe sportfaciliteiten in de achterstandsgebieden van het land; 2. levering van sportuitrusting, met inbegrip van de toepassing van technologie in de sport); 3. herkwalificatie en aanpassing van bestaande sportfaciliteiten (bijvoorbeeld: het wegnemen van architectonische belemmeringen, energie-efficiëntie enz.). Het project heeft tot doel de vernieuwing van stedelijke gebieden te waarborgen door de nadruk te leggen op sportfaciliteiten, teneinde sociale inclusie en integratie te bevorderen, met name in de meest achtergestelde gebieden van Italië. De selectiecriteria waarborgen dat ten minste 50 % van de investering wordt toegewezen aan nieuwe constructies die voldoen aan de desbetreffende voorschriften van voetnoot 5 van bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241. |
M5C2-22 |
Investering 7 — Het project Sport en sociale inclusie |
Doel |
Interventies in verband met de contracten met betrekking tot sportfaciliteiten |
N.V.T |
Aantal |
0 |
100 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 100 interventies in verband met de contracten met betrekking tot sportfaciliteiten. De bevredigende verwezenlijking van de doelstelling hangt ook af van de bevredigende verwezenlijking van een secundaire doelstelling: de voltooide interventies bestrijken een oppervlakte van ten minste 200 000 vierkante meter. Het project richt zich op stadsvernieuwing volgens de beginselen van duurzaamheid en veerkracht, met bijzondere aandacht voor sportfaciliteiten, teneinde sociale inclusie en integratie te bevorderen, met name in de meest achtergestelde gebieden van Italië. Ten minste 50 % van de investering wordt besteed aan nieuwe constructies die voldoen aan de desbetreffende vereisten van voetnoot 5 van bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241. |
N. MISSIE 5 COMPONENT 3: Speciale interventies voor territoriale cohesie
Deze component van het herstel- en veerkrachtplan omvat twee interventiegebieden: plan voor de veerkracht van interne, perifere en berggebieden; projecten voor de ontwikkeling van het zuiden, met inbegrip van investeringen om onderwijsarmoede aan te pakken, plattelandsapotheken te consolideren als lokale gezondheidsdiensten, de verruiming van door de georganiseerde misdaad geconfisqueerde vermogensbestanddelen en infrastructuurinvesteringen in speciale economische zones. Deze maatregelen zijn erop gericht de territoriale kloof op drie gebieden aan te pakken: demografie en diensten; ontwikkeling van vaardigheden; investeringen.
De investeringen en hervormingen in het kader van deze component dragen bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen die in 2019 en 2020 tot Italië zijn gericht over de noodzaak om “investeringsgerelateerd economisch beleid te focussen op onderzoek en innovatie, en de kwaliteit van de infrastructuur, rekening houdend met regionale verschillen” (landspecifieke aanbeveling 2019.3); “verbeteren van de onderwijsresultaten” (landspecifieke aanbeveling 2019.2); “Versterken van de veerkracht en de capaciteit van het gezondheidsstelsel [...]” (landspecifieke aanbeveling 2020.1); “zorgen voor adequate [...] toegang tot sociale bescherming” (landspecifieke aanbeveling 2020.2).
N.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Investering 1.1. Binnenzones — 1: Verbetering van maatschappelijke diensten en infrastructuur
De maatregel is erop gericht de problemen van sociale uitsluiting en marginalisering aan te pakken door de dienstverlening te intensiveren door meer middelen uit te trekken voor openbare diensten die door de lokale overheden worden verleend (het uitvoeringsmechanisme bestaat uit het verstrekken van subsidies aan de gemeenten). De gefinancierde projecten kunnen betrekking hebben op: thuiszorg voor ouderen; verpleegkundigen en verloskundigen uit de gemeenschap; versterking van kleine ziekenhuizen (ziekenhuizen zonder eerste hulp) of bepaalde basisdiensten (d.w.z. radiologie, cardiologie, gynaecologie) en poliklinieken; infrastructuur voor redding van helikopters; versterking van de centra voor gehandicapten; adviescentra, culturele diensten, sportdiensten en opvang van migranten. De interventie heeft betrekking op de totstandbrenging van nieuwe diensten en infrastructuren of op de verbetering van bestaande diensten en infrastructuren door een toename van het aantal ontvangers of van de kwaliteit van het aanbod.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: (i) activities related to fossil fuels, including downstream use 110 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 111 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 112 en installaties voor mechanische biologische behandeling 113 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. De taakomschrijving vereist bovendien dat alleen activiteiten worden geselecteerd die voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.
Investering 1.1.2: Wetenschap op topniveau. Territoriale faciliteiten voor gezondheidszorg
De interventie heeft tot doel plattelandsapotheken te consolideren als lokale gezondheidsdiensten (landelijke apotheken worden gedefinieerd op basis van L. 27 maart 1968, nr. 221. Deze maatregel verleent onmiddellijke steun aan plattelandsapotheken die tijdens de COVID-19-noodsituatie een fundamenteel referentiepunt zijn geweest voor de lokale bevolking. Door hun rol in de gezondheidszorg te consolideren, kunnen apotheken een centraal element van het gemeenschapsleven blijven en de gezondheidszorg zo dicht mogelijk bij de burgers brengen. Van deze apotheken wordt in detail verwacht dat zij hun rol versterken door: deel te nemen aan de geïntegreerde thuishulpdienst; II) het verlenen van diensten op het tweede niveau, overeenkomstig diagnostic-therapeutische trajecten die voor specifieke pathologieën worden overwogen; de verstrekking van geneesmiddelen die de patiënt nu in het ziekenhuis moet ophalen; IV) monitoring van de patiënt aan de hand van het elektronisch medisch dossier en het farmaceutische dossier.
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Gestructureerde sociaal-educatieve maatregelen ter bestrijding van onderwijsarmoede in het zuiden ter ondersteuning van de tertiaire sector;
De maatregel is gericht op de bevordering van de tertiaire sector in de zuidelijke regio’s (Abruzzo, Basilicata, Campanië, Calabrië, Molise, Apulië, Sardinië en Sicilië) en op het verstrekken van sociaal-pedagogische diensten aan minderjarigen in het kader van de partnerschapsovereenkomst voor de programmeringsperiode 2021-2027 van het Europese cohesiebeleid.
De sociaal-educatieve maatregelen ter bestrijding van onderwijsarmoede en ter ondersteuning van de tertiaire sector zullen naar verwachting op de volgende gebieden plaatsvinden:
Interventies voor kinderen van nul tot zes jaar met als doel de voorwaarden voor toegang tot kinderdagverblijven en kleuterscholen te verbeteren en ouderschap te ondersteunen;
Maatregelen voor kinderen van vijf tot tien jaar gericht op het waarborgen van doeltreffende onderwijsmogelijkheden en vroegtijdige preventie van schooluitval, pesten en andere noodsituaties;
Maatregelen voor kinderen van 11-17 jaar, gericht op het verbeteren van het onderwijsaanbod en het voorkomen van voortijdig schoolverlaten.
De interventies waarborgen de volgende essentiële elementen van de inschrijving:
Openbare aankondigingen vertegenwoordigen ten minste 50 EUR 000 000 elk
De projecten van de entiteiten in de tertiaire sector duren ten minste één jaar en ten hoogste twee jaar.
N.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M5C3-1 |
Investering 1.1.1: Wetenschap op topniveau. Binnenshuis — Verbetering van de sociale diensten en infrastructuur van de gemeenschap |
Mijlpaal |
Gunning van de aanbesteding voor de interventies ter verbetering van de sociale diensten en infrastructuur in binnengebieden en voor de ondersteuning van apotheken in gemeenten met minder dan 3 000 inwoners |
Kennisgeving van de gunning van alle overheidsopdrachten voor de interventies |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
De interventie creëert nieuwe diensten en infrastructuren of verbetert de bestaande diensten en infrastructuren door een toename van het aantal ontvangers of van de kwaliteit van het aanbod. Alle vergelijkende oproepen worden uitgeschreven met een mandaat, met inbegrip van subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. Binnenruimten zijn de zones die zijn vastgesteld in de Strategia Nazionale Aree Interne; De apotheken op het platteland worden wettelijk gedefinieerd. 27 maart 1968, nr. 221. |
M5C3-3 |
Investering 1.1.2: Wetenschap op topniveau. Gezondheidsvoorzieningen in de nabijheid van het grondgebied |
Doel |
Steun voor plattelandsapotheken in gemeenten, gehuchten of woongebieden met minder dan 5 000 inwoners (eerste reeks) |
N.V.T |
Aantal |
0 |
500 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
Ten minste 500 plattelandsapotheken in gemeenten, hamers of woongebieden met minder dan 5 000 inwoners komen in aanmerking voor de interventie. |
M5C3-4 |
Investering 1.1.2: Wetenschap op topniveau. Gezondheidsvoorzieningen in de nabijheid van het grondgebied |
Doel |
Steun voor plattelandsapotheken in gemeenten, gehuchten of woongebieden met minder dan 5 000 inwoners (tweede reeks) |
N.V.T |
Aantal |
500 |
2 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De interventie geldt voor ten minste 2 000 plattelandsapotheken in gemeenten met hamers of woongebieden met minder dan 5 000 inwoners. |
M5C3-8 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Gestructureerde sociaal-educatieve maatregelen ter bestrijding van onderwijsarmoede in het zuiden ter ondersteuning van de tertiaire sector; |
Doel |
Educatieve ondersteuning voor minderjarigen (eerste reeks) |
N.V.T |
Aantal |
0 |
20 000 |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Ten minste 20 000 minderjarigen tot 17 jaar krijgen onderwijsondersteuning. De projecten zijn gericht op de volgende gebieden: • Interventies voor kinderen van nul tot zes jaar met als doel de voorwaarden voor toegang tot kinderdagverblijven en kleuterscholen te verbeteren en ouderschap te ondersteunen; • Interventies voor kinderen van vijf tot tien jaar die gericht zijn op het waarborgen van doeltreffende onderwijsmogelijkheden en vroegtijdige preventie van schooluitval, pesten en andere vormen van nood; • Interventies voor kinderen tussen 11 en 17 jaar, die gericht zijn op het verbeteren van het onderwijsaanbod en het voorkomen van voortijdig schoolverlaten. Belangrijkste elementen van de aanbesteding:
— Openbare aankondigingen bedragenelk ten minste 50 000 000 EUR.
|
M5C3-9 |
Investering1.3: Gestructureerde sociaal-educatieve maatregelen ter bestrijding van onderwijsarmoede in het zuiden ter ondersteuning van de tertiaire sector; |
Doel |
Educatieve ondersteuning van minderjarigen (tweede reeks) |
N.V.T |
Aantal |
20 000 |
44 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
At least 44 000 minors aged from zero to 17 years are provided with educational support. |
N.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
Hervorming 1: Vereenvoudiging van de procedures en versterking van de commissaris in de speciale economische zones
De hervorming draagt bij tot de vereenvoudiging van het governancesysteem en stroomt de uitvoeringstermijn van interventies in de speciale economische zones. Bij de hervorming wordt het digitale éénloketsysteem voor de speciale economische zones opgericht en wordt de rol van het Commissariaat versterkt.
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Infrastructuurinvesteringen voor de speciale economische zones (SEZ)
Deze investeringen hebben tot doel de doeltreffendheid van de hervorming tot invoering van SBZ’s te waarborgen door verdere vertraging bij de economische ontwikkeling in zuidelijke gebieden met reeds een productieve basis te voorkomen.
De projecten in het kader van de maatregel moeten het concurrentievermogen en de economische ontwikkeling in de SBZ’s bevorderen door middel van primaire verstedelijking — zoals gedefinieerd in de Italiaanse wetgeving — en de aansluiting van deze gebieden op het weg- en spoorwegnet. De interventies hebben tot doel bedrijven en bedrijven te stimuleren hun productieactiviteiten in gebieden met speciale beschermingszones te vestigen. De investeringen in infrastructuur zullen naar verwachting verband houden met de laatste kilometerverbindingen met havens of industriegebieden; digitale logistiek, verstedelijking of energie-efficiëntiewerkzaamheden; versterking van de veerkracht van havens.
Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 114 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies opleveren die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 115 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 116 en installaties voor mechanische biologische behandeling 117 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. De taakomschrijving vereist bovendien dat alleen activiteiten worden geselecteerd die voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.
N.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M5C3-10 |
Hervormings1: Vereenvoudiging van de procedures en versterking van de commissaris in de speciale economische zones |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de verordening om eenvoudigweg de procedures te volgen en de rol van de commissaris in de speciale economische zones te versterken |
Bepaling in de verordening betreffende de inwerkingtreding van de verordening om de procedures te vereenvoudigen en de rol van de commissaris in de speciale economische zones te versterken |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
De verordening omvat: de oprichting van het digitale éénloketsysteem voor de speciale economische zones met het oog op de vereenvoudiging van de procedures; bepalingen ter versterking van de rol van de commissaris in ZES.
Speciale economische zones zijn specifieke gebieden die zijn omschreven in wetsbesluit 91/2017 (bekendgemaakt in het staatsblad 141/2017), omgezet in wet bij L. 123/2017 (gepubliceerd in het staatsblad Mezzogiorno 188/2017). |
M5C3-11 |
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Infrastructuurinvesteringen voor de speciale economische zone |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van besluiten van het ministerie tot goedkeuring van de operationele plannen voor alle acht speciale economische zones |
Bepaling in de wet van de inwerkingtreding van de decreten van het ministerie. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Het besluit wijst middelen toe aan de met de uitvoering belaste personen en stelt specifieke voorwaarden vast om milieueffecten van interventies te voorkomen. Alle vergelijkende oproepen worden uitgeschreven met een mandaat, met inbegrip van subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. |
M5C3-12 |
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Infrastructuurinvesteringen voor de speciale economische zone |
Doel |
Start van de infrastructuurinterventies in de speciale economische zones |
N.V.T |
Aantal |
0 |
41 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
De geplande interventies zijn: — “last mile” -link: doeltreffende verbindingen tot stand te brengen tussen industriegebieden en het TEN-T-spoorwegnetwerk; — Werkzaamheden op het gebied van digitale logistiek en energie- en milieuefficiëntie; — Versterking van de veerkracht en beveiliging van de infrastructuur met betrekking tot de toegang tot havens. De interventies zijn gestart (zoals blijkt uit het certificaat voor de aanvang van de werkzaamheden) voor ten minste 22 laatste kilometerverbindingen met havens of industriegebieden van de ZES; ten minste 15 interventies voor digitale logistiek, verstedelijking of energie-efficiëntiewerkzaamheden op dezelfde gebieden; vier interventies ter versterking van de veerkracht van havens. |
M5C3-13 |
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Infrastructuurinvesteringen voor de speciale economische zone |
Doel |
Voltooiing van de infrastructuurmaatregelen in de speciale economische zones. |
N.V.T |
Aantal |
0 |
41 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Voltooiing van ten minste 22 laatste kilometer verbinding met havens of industriegebieden van de ZES; ten minste 15 interventies voor digitale logistiek, verstedelijking of energie-efficiëntiewerkzaamheden op dezelfde gebieden; en ten minste 4 interventies ter versterking van de veerkracht van havens zijn voltooid. De e-lijst van interventies omvat bijvoorbeeld de volgende of gelijkwaardige maatregelen: • Voltooiing van de infrastructuur van het uitgebreide TEN-T-netwerk in de havens Vasto en Ortona en de industriegebieden Saletti en Manoppello (Abruzzo) • Infrastructuur in de haven van Salerno en de industriegebieden Ufita, Marcianise, Battipaglia en Nola (Campanië) • Verbindingen tussen de haven van Manfredonia en de stedelijke gebieden Termoli, Brindisi en Lecce (Apulië en Molise). • Verbindingen tussen de haven van Taranto en de stedelijke gebieden Taranto, Potenza en Matera (Apulië en Basilicata). • Infrastructuurmaatregelen om de haven van Gioia Tauro (Calabrië) toegankelijk te maken. • Toegankelijkheid van de infrastructuur tot de haven van Cagliari (Sardegna) • Infrastructuurmaatregelen voor de toegankelijkheid van de havens van Augusta, Riporto, Sant’Agata di Militello en Gela (Sicilië). |
MISSIE 6 COMPONENT 1: Nabijheidsnetwerken, voorzieningen en telegeneeskunde voor territoriale bijstand in de gezondheidszorg
Deze component heeft tot doel de Italiaanse nationale gezondheidsdienst (NHS) te versterken door onder meer de bescherming tegen milieu- en klimaatgerelateerde gezondheidsrisico’s te verbeteren en beter in te spelen op de behoeften van de gemeenschappen op het gebied van lokale zorg en bijstand. De lokale gezondheidszorg is versnipperd en onderhevig aan regionale verschillen die leiden tot verschillende niveaus van gezondheidszorg en gezondheidsresultaten in de verschillende regio’s. De verlening van geïntegreerde thuiszorgdiensten wordt als laag beschouwd en de verschillende aanbieders van gezondheidszorg en sociale diensten worden slechts als zwak geïntegreerd beschouwd. Bovendien is de capaciteit van de Italiaanse nationale gezondheidsdienst (NHS) om gezondheidsrisico’s in verband met blootstelling aan het milieu en klimaatverandering aan te pakken, getest door verschillende milieucrises en noodsituaties die de uitdagingen als gevolg van een gebrek aan voldoende preventieve maatregelen aan het licht hebben gebracht. Dit onderdeel van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan heeft tot doel de Italiaanse nationale gezondheidsdienst (NHS) te versterken door onder meer de bescherming tegen milieu- en klimaatgerelateerde gezondheidsrisico’s te verbeteren en beter in te spelen op de behoeften van de gemeenschappen op het gebied van lokale zorg en bijstand.
De investeringen en hervormingen van deze component dragen bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen die in 2019 en 2020 tot Italië zijn gericht over de noodzaak om “investeringsgerelateerd economisch beleid te richten op onderzoek en innovatie, en de kwaliteit van de infrastructuur, rekening houdend met regionale verschillen (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2019), de veerkracht en capaciteit van het gezondheidsstelsel te versterken op het gebied van gezondheidswerkers, kritieke medische producten en infrastructuur” (landspecifieke aanbevelingen 1 en 2020) en “de investeringen te richten op de groene en de digitale transitie, met name op [...] versterkte digitale infrastructuur om de verlening van essentiële diensten te waarborgen” (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2020).
O.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
N.V.T
O.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
N.V.T
O.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
Hervorming 1: Definitie van een nieuw organisatiemodel voor territoriaal netwerk voor gezondheidszorg.
De hervorming vormt een voorbereidend element voor de investeringen van de component. Zij stelt een nieuw model voor territoriale bijstand in de gezondheidszorg vast en creëert een nieuwe institutionele structuur voor de preventie van het milieu en het klimaat. Dit wordt bereikt door middel van:
Invoering van een nieuw organisatiemodel voor het territoriale netwerk voor gezondheidszorg door de vaststelling van een regelgevingskader waarin structurele, technologische en organisatorische normen worden vastgesteld.
Definitie van een nieuwe institutionele structuur voor de preventie van gezondheid, milieu en klimaat, volgens een geïntegreerde aanpak (“één gezondheid”) en een holistische visie (“gezondheid van de planeet”).
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Communautaire gezondheidscentra ter verbetering van de territoriale bijstand op het gebied van gezondheidszorg.
Het investeringsproject bestaat uit de oprichting en operationalisering van ten minste 1 038 communautaire gezondheidscentra, door de activering, ontwikkeling en samenvoeging van eerstelijnszorg en het opzetten van (energie-efficiënte) hulpverleningscentra voor een geïntegreerde respons op de zorgbehoeften.
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Thuis als eerste plaats van zorg en telegeneeskunde
De investering bestaat uit de grootschalige invoering van telegeneeskundige oplossingen en de ondersteuning van innovatie in de gezondheidszorg, door middel van de volgende maatregelen:
Thuiszorg als eerste steunpunt (investering 1.2.1) — Het doel is het aantal mensen dat in de thuiszorg wordt behandeld, te verhogen tot 10 % van de bevolking boven de 65 jaar door te investeren in hardware en meer dienstverlening.
Territoriale coördinatiecentra (investering 1.2.2) — De geplande investering heeft betrekking op de oprichting van ten minste 480 territoriale coördinatiecentra (“Centrali litioriali”) die bedoeld zijn om verschillende territoriale diensten, sociale gezondheidszorg en ziekenhuisdiensten, alsook het netwerk voor noodsituaties, met elkaar te verbinden en te coördineren. De territoriale coördinatiecentra moeten zorgen voor controle op afstand van de hulpmiddelen die aan patiënten worden verstrekt, de uitwisseling van informatie tussen gezondheidswerkers ondersteunen en een referentiepunt vormen voor zorgverleners en patiënten.
Telegeneeskunde om patiënten met chronische ziekten beter te ondersteunen (investering 1.2.3) — De investering heeft tot doel (1) projecten te financieren die interacties tussen arts en patiënt op afstand mogelijk maken, met name diagnostiek en monitoring, (2) een nationaal platform op te zetten voor de screening van telegeneeskundeprojecten (gekoppeld aan missie 6, component 2, investering 1.3) en (3) ad-hoconderzoeksinitiatieven op het gebied van digitale gezondheids- en zorgtechnologieën te financieren.
Aanvullende interventies die verband houden met thuiszorg zijn opgenomen in missie 5, afdeling 2, met name hervormingen 1 en 2 en investeringen 1 en 2.
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Versterking van de intermediaire gezondheidszorg en de bijbehorende faciliteiten (gemeenschapsziekenhuizen)
De investering creëert ten minste 307 gemeenschapsziekenhuizen, dat wil zeggen gezondheidszorgfaciliteiten voor patiënten die na een episode van lichte gezichtsscherpte of het terugvallen van chronische pathologieën klinische interventies van geringe intensiteit en korte duur vereisen.
O.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M6C1-1 |
Hervorming 1: Definitie van een nieuw organisatiemodel voor territoriaal netwerk voor gezondheidszorg |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de secundaire wetgeving (ministerieel besluit) betreffende de hervorming van de organisatie van de gezondheidszorg. |
Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van de wetgeving aangeeft |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Inwerkingtreding van het afgeleide recht (ministerieel besluit) dat voorziet in: — Vaststelling van een nieuw organisatiemodel van het territoriale netwerk voor bijstand aan de gezondheidszorg, door de vaststelling van een regelgevingskader waarin structurele, technologische en organisatorische normen voor alle regio’s worden vastgesteld; definitie van een nieuwe institutionele structuur voor de preventie van het milieu en het klimaat, volgens de “één gezondheid” -benadering. |
M6C1-2 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Communautaire gezondheidscentra ter verbetering van de territoriale bijstand op het gebied van gezondheidszorg |
Mijlpaal |
Goedkeuring van een institutioneel ontwikkelingscontract |
Kennisgeving van de goedkeuring door het ministerie van Volksgezondheid en de regio’s |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Goedkeuring van een Institutional Development Contract (Contratto Istituzionale di Sviluppo), met het Italiaanse ministerie van Volksgezondheid als verantwoordelijke en uitvoerende autoriteit, en de deelname van regionale overheden samen met de andere betrokken instanties voor gezondheidsinstellingen in de Gemeenschap: Het Institutional Development Contract is een governance-instrument dat een lijst bevat van alle geschikte partijen die zijn aangewezen voor de tenuitvoerlegging van het communautair gezondheidscentrum ter verbetering van de territoriale bijstand op gezondheidsgebied. In het contract worden ook de verplichtingen vermeld die elke Italiaanse regio op zich zal nemen om de verwezenlijking van de verwachte resultaten met betrekking tot het communautair gezondheidscentrum te garanderen. Het contract was bedoeld om territoriale cohesie, ontwikkeling en economische groei te ondersteunen en de uitvoering van complexe maatregelen te versnellen. Het contract voor institutionele ontwikkeling is met name nuttig voor grote projecten of investeringen in afzonderlijke interventies die functioneel met elkaar verbonden zijn, waarvoor een geïntegreerde aanpak nodig is en het gebruik van Europese investeringsstructuurfondsen en nationale fondsen die ook zijn opgenomen in plannen en operationele programma’s die uit nationale en Europese middelen worden gefinancierd. |
M6C1-3 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Communautaire gezondheidscentra ter verbetering van de territoriale bijstand op het gebied van gezondheidszorg |
Doel |
Beschikbaar gestelde en technologisch uitgeruste communautaire gezondheidshuizen (eerste partij) |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 038 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Er worden ten minste 1 038 communautaire gezondheidscentra beschikbaar gesteld en technologisch uitgerust om gelijke toegang, territoriale nabijheid en kwaliteit van de zorg te waarborgen voor mensen, ongeacht hun leeftijd en hun klinische beeld (chronisch zieke patiënten, mensen die langdurige zorg nodig hebben, mensen met een handicap, geestelijk leed, armoede), door de activering, ontwikkeling en samenvoeging van eerstelijnszorgdiensten, en het opzetten van centra voor hulpverlening (energie-efficiënt) voor een multiprofessionele respons. Ten minste 50 % van de RRF-steun voor de investeringskosten wordt besteed aan de bouw van nieuwe gebouwen (interventieveld 025 ter) die voldoen aan de vereisten van voetnoot 5 van bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 of aan de renovatie van gebouwen (interventiegebied 026). |
M6C1-4 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Thuis als eerste plaats van zorg en telegeneeskunde |
Mijlpaal |
Goedkeuring van de richtsnoeren met het digitale model voor de uitvoering van thuiszorg |
Richtsnoeren goedgekeurd door het ministerie van Volksgezondheid |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
De richtsnoeren stroomlijnen de processen die nodig zijn om de thuiszorg te verbeteren door de ontwikkeling van technieken voor monitoring op afstand en thuisautomatisering. |
M6C1-5 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Thuis als eerste plaats van zorg en telegeneeskunde |
Mijlpaal |
Contract voor institutionele ontwikkeling goedgekeurd door het ministerie van Volksgezondheid en Regio’s |
Kennisgeving van het goedgekeurde contract |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Goedkeuring van een institutioneel ontwikkelingscontract (Contratto Istituzionale di Sviluppo), met het Italiaanse ministerie van Volksgezondheid als verantwoordelijke en uitvoerende autoriteit, en de deelname van regionale overheden samen met de andere betrokken instanties voor thuiszorg. In het institutionele ontwikkelingscontract worden voor elke interventie of categorie interventies het tijdschema, de verantwoordelijkheden van de contractanten, de evaluatie- en toezichtcriteria en de sancties bij niet-naleving vastgesteld. Het bepaalt ook de voorwaarden voor mogelijke gedeeltelijke definanciering van interventies of de toewijzing van de desbetreffende middelen aan een ander overheidsniveau, in overeenstemming met het subsidiariteitsbeginsel. |
M6C1-6 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Thuis als eerste plaats van zorg en telegeneeskunde |
Doel |
Extra mensen die in de thuiszorg worden behandeld (eerste batch) |
N.V.T |
Aantal |
0 |
842 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het aantal mensen dat in de thuiszorg wordt behandeld, verhogen tot 10 % van de bevolking boven de 65 (naar schatting 1.5 miljoen mensen in 2026). Om deze doelstelling te bereiken, moet het aantal personen boven de 65 dat in thuiszorg wordt behandeld, binnen 842 000 met ten minste 2026 worden verhoogd. Geïntegreerde thuiszorg is een dienst voor mensen van alle leeftijden met een of meer chronische ziekten of een terminale klinische aandoening die permanente en zeer gespecialiseerde professionele gezondheids- en sociale zorg vereist. |
M6C1-7 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Thuis als eerste plaats van zorg en telegeneeskunde |
Doel |
Coördinatiecentra volledig operationeel (tweede reeks) |
N.V.T |
Aantal |
0 |
480 |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Het cruciale punt van deze interventie is de ingebruikneming van ten minste 480 territoriale coördinatiecentra (“Centrali Executive Territoriali”), die tot taak hebben de verschillende territoriale, sociale en ziekenhuisgezondheidsdiensten en het noodnetwerk te coördineren en met elkaar te verbinden, teneinde de continuïteit, toegankelijkheid en integratie van de zorg te waarborgen. |
M6C1-8 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Thuis als eerste plaats van zorg en telegeneeskunde |
Doel |
Ten minste één project voor telegeneeskunde dat aan elke regio is toegewezen (rekening houdend met zowel projecten die in de afzonderlijke regio zullen worden uitgevoerd als projecten die kunnen worden ontwikkeld als onderdeel van consortia tussen regio’s) |
N.V.T |
Aantal |
0 |
20 |
KWARTAAL 4 |
2023 |
De nationale strategie voor telegeneeskunde bevordert en financiert de ontwikkeling en opschaling van nieuwe projecten en oplossingen op het gebied van telegeneeskunde binnen regionale gezondheidszorgstelsels, en vormt als zodanig een belangrijke (technologische) facilitator voor de uitvoering van de verbeterde benadering van gezondheidszorg op afstand, met bijzondere aandacht voor chronische patiënten. |
M6C1-9 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Thuis als eerste plaats van zorg en telegeneeskunde |
Doel |
Aantal mensen dat wordt bijgestaan door telegeneeskundehulpmiddelen (derde reeks) |
N.V.T |
Aantal |
0 |
300 000 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Ten minste 300 000 mensen met behulp van telegeneeskunde. De interventie omvat de financiering van ad-hoconderzoeksinitiatieven op het gebied van digitale gezondheids- en zorgtechnologieën. |
M6C1-10 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Versterking van de intermediaire gezondheidszorg en de bijbehorende faciliteiten (gemeenschapsziekenhuizen) |
Mijlpaal |
Goedkeuring van een institutioneel ontwikkelingscontract (Contratto Istituzionale di Sviluppo) |
Kennisgeving van de goedkeuring van het contract voor institutionele ontwikkeling |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Goedkeuring van een Institutional Development Contract (Contratto Istituzionale di Sviluppo), met het Italiaanse ministerie van Volksgezondheid als verantwoordelijke en uitvoerende autoriteit, en de deelname van regionale overheden samen met de andere betrokken entiteiten voor communautaire ziekenhuizen. In het contract voor institutionele ontwikkeling worden alle voor de investeringen geschikte locaties vermeld, alsmede de verplichtingen die elke regio moet aangaan om de verwezenlijking van het beoogde resultaat te garanderen. In geval van overtreding door een regio doet het ministerie van Volksgezondheid zich tot de commissaris “ad acta”. Met betrekking tot het technologiepark van de faciliteiten, d.w.z. alle instrumenten, licenties en interconnecties, wordt de voorkeur gegeven aan geaggregeerde aankoopmethoden. |
M6C1-11 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Versterking van de intermediaire gezondheidszorg en de bijbehorende faciliteiten (gemeenschapsziekenhuizen) |
Doel |
Gerenoveerde, onderling verbonden en technologisch uitgeruste communautaire ziekenhuizen (eerste reeks) |
N.V.T |
Aantal |
0 |
307 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 307 communautaire ziekenhuizen gerenoveerd, onderling verbonden en technologisch uitgerust Gemeenschapsziekenhuizen zijn zorginstellingen voor patiënten die na een episode van lichte gezichtsscherpte of het terugvallen van chronische pathologieën weinig intensieve klinische interventies op korte termijn nodig hebben die mogelijk thuis kunnen worden verstrekt, maar die tot deze faciliteiten worden toegelaten vanwege het gebrek aan geschiktheid van het huis zelf (structureel en/of gezin). |
P. MISSIE 6 COMPONENT 2: Innovatie, onderzoek en digitalisering van de nationale gezondheidszorg
Dit onderdeel van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan heeft tot doel de nodige randvoorwaarden te scheppen voor een grotere veerkracht van de nationale gezondheidszorg door: I) vervanging van verouderde gezondheidstechnologieën in ziekenhuizen; II) de ontwikkeling van een aanzienlijke structurele verbetering van de veiligheid van ziekenhuisgebouwen; III) de verbetering van de gezondheidsinformatiesystemen en digitale instrumenten; IV) de bevordering en versterking van de sector wetenschappelijk onderzoek; de uitbreiding van de personele middelen.
De investeringen en hervormingen in het kader van deze component dragen bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen die in 2020 en 2019 tot Italië zijn gericht over de noodzaak om “de veerkracht en capaciteit van het gezondheidsstelsel op het gebied van gezondheidswerkers, kritieke medische producten en infrastructuur te versterken” (landspecifieke aanbevelingen 1 en 2020), “investeringen te concentreren op de groene en de digitale transitie, met name op [...] versterkte digitale infrastructuur om de verlening van essentiële diensten te waarborgen” (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2020), en “investeringsgerelateerd economisch beleid te richten op onderzoek en innovatie, en de kwaliteit van de infrastructuur, mede rekening houdend met regionale verschillen” (landspecifieke aanbevelingen 3, 2019).
P.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Hervorming 1: Herziening en actualisering van het huidige rechtskader van de wetenschappelijke instituten voor horeca en zorg (IRCCS)
De hervorming heeft tot doel het netwerk van wetenschappelijke instituten voor Hospitalisatie en Care (IRCCS) te reorganiseren om i) de kwaliteit van het nationale gezondheidsstelsel (NHS) te verbeteren, ii) de relatie tussen gezondheid en onderzoek te verbeteren en iii) het rechtskader van de IRCCS en het onderzoeksbeleid dat onder de bevoegdheid van het Italiaanse ministerie van Volksgezondheid valt, te herzien.
De hervorming verbetert het bestuur van de publieke IRCCS door i) het strategisch beheer te verbeteren, ii) de bevoegdheden en bevoegdheidsgebieden beter te omschrijven en iii) de regels inzake de status van de wetenschappelijke directeur van de publieke IRCCS en van het onderzoekspersoneel uitvoerig vast te stellen.
Ten slotte is er een specifieke submaatregel die de IRCCS differentieert op basis van hun activiteit (één specialist of generalist), een geïntegreerd netwerk van IRCCS’en tot stand brengt en de uitwisseling van expertise tussen de IRCCS zelf en de andere structuren van de Italiaanse NHS vergemakkelijkt.
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Versterking en verbetering van het biomedisch onderzoek van de NHS
Deze investering bestaat uit de versterking van het biomedisch onderzoekssysteem door middel van twee interventielijnen: a) de erkenningvan Proof of Concept (PoC) -projecten ter ondersteuning van de ontwikkeling van technologieën met een geringe technologische rijpheid en ter bevordering van de overdracht van technologie naar de industrie; b) de financiering van onderzoeksprogramma’s/projecten op het gebied van zeldzame ziekten en zeldzame vormen van kanker en andere ziekten met een grote impact op de gezondheid.
P.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M6C2-1 |
Hervorming 1: Herziening en actualisering van het huidige rechtskader van de wetenschappelijke instituten voor horeca en zorg (IRCCS) en het onderzoeksbeleid van het ministerie van Volksgezondheid om de koppeling tussen onderzoek, innovatie en gezondheidszorg te versterken |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het wetsbesluit tot reorganisatie van het reglement betreffende de wetenschappelijke instellingen voor ziekenhuisopname en -verzorging (IRCSS) |
Bepaling in het decreet betreffende de inwerkingtreding |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Met de hervorming wordt het IRCCS-netwerk gereorganiseerd om de kwaliteit en excellentie van de NHS te verbeteren, de relatie tussen gezondheid en onderzoek te verbeteren, de wettelijke regeling van de IRCCS en het onderzoeksbeleid dat onder de bevoegdheid van het Italiaanse ministerie van Volksgezondheid valt, te herzien. De hervorming omvat maatregelen om: het verband tussen onderzoek, innovatie en gezondheidszorg versterken; de governance van de publieke IRCCS verbeteren door het strategische beheer te verbeteren en de bevoegdheden en bevoegdheidsgebieden beter te definiëren. |
M6C2-2 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Versterking en verbetering van het biomedisch onderzoek van de NHS |
Doel |
Gefinancierde onderzoeksprojecten op het gebied van zeldzame vormen van kanker en ziekten |
N.V.T |
Aantal |
0 |
100 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Toekenning van financiering aan onderzoeksprogramma’s/projecten op het gebied van
zeldzame ziekten en zeldzame vormen van kanker. Deze pathologieën, van grote biomedische
complexiteit en vaak van multiorgaanexpressie, vereisen een mix van hoge klinische
competentie en geavanceerde diagnostische en onderzoeksactiviteiten en vereisen toptechnologieën
en de coördinatie van samenwerkingsnetwerken op nationaal en Europees niveau.
Ten minste 100 onderzoeksprojecten hebben een eerste financieringstranche ontvangen. |
M6C2-3 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Versterking en verbetering van het biomedisch onderzoek van de NHS |
Doel |
Gefinancierde onderzoeksprojecten op het gebied van ziekten met een grote impact op de gezondheid |
N.V.T |
Aantal |
0 |
324 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Toekenning van financiering aan onderzoeksprogramma’s/projecten op het gebied van
ziekten met een grote impact op de gezondheid.
Ten minste 324 onderzoeksprojecten hebben een eerste financieringstranche ontvangen. |
P.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale update van de technologische apparatuur van ziekenhuizen
Deze investering bestaat uit de verbetering van de digitalisering van de gezondheidszorg om de productiviteit van het personeel te verhogen, de kwaliteit van processen te verbeteren, de patiëntveiligheid en hoogwaardige dienstverlening te waarborgen. De investering bestaat uit drie interventielijnen:
Modernisering van grote apparatuur voor gezondheidszorg door verouderde modellen te vervangen door geavanceerde technologische modellen. Vervangende apparatuur kan worden verwijderd of toegewezen aan andere locaties van de nationale gezondheidsdienst.
Informatisering van de processen van ziekenhuizen met een eerste en tweede afdeling voor noodsituaties (“Dipartimenti Emergenza e Accettazione”, DEA).
Toename van het aantal bedden in eenheden voor intensieve en semi-intensieve zorg in ziekenhuizen van de nationale gezondheidsdienst.
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Naar een veilig en duurzaam ziekenhuis
Deze investering bestaat erin ziekenhuizen af te stemmen op de anti-seismische regelgeving. Daartoe zijn twee verschillende investeringslijnen gepland:
Seismische verbetering en verbetering van ziekenhuisfaciliteiten die zijn vastgesteld op basis van het onderzoek naar de behoeften die door de regio’s naar voren zijn gebracht.
Meerjarige interventie gericht op de renovatie en modernisering van het fysieke en technologische kader van het onroerend goed voor de volksgezondheid.
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Versterking van de technologische infrastructuur en van de instrumenten voor gegevensverzameling, -verwerking, -analyse en -simulatie
Deze investering bestaat uit een aanzienlijke verbetering van de technologische infrastructuur die ten grondslag ligt aan de zorgverlening, de analyse van de gezondheidszorg en de voorspellende capaciteit van de Italiaanse NHS. De investering bestaat uit twee verschillende projecten:
De infrastructuur en het gebruik van de bestaande elektronische patiëntendossiers (EPD’s) versterken. Dit wordt bereikt door van deze gegevensomgeving een volledig digitale omgeving te maken, die dus homogeen, consistent en overdraagbaar is op het gehele nationale grondgebied. Het EPD vervult drie kerntaken: in de eerste plaats moeten gezondheidswerkers in staat worden gesteld te rekenen op dezelfde bron van klinische informatie over de volledige medische geschiedenis van een patiënt; ten tweede wordt het het toegangspunt voor burgers en patiënten tot de fundamentele diensten van de nationale en regionale gezondheidszorgstelsels; ten derde moeten de zorginstanties de bevoegdheid krijgen om de klinische gegevens te gebruiken om gezondheidsanalyses uit te voeren en de verstrekking van gezondheidszorg te verbeteren.
Versterken van de infrastructuur en de technologische en analytische instrumenten van het ministerie van Volksgezondheid om toezicht te houden op de essentiële niveaus van bijstand (LEA, d.w.z. de diensten die in het hele land door de NHS worden gegarandeerd) en plannen voor bijstand en diensten op het gebied van gezondheidszorg in overeenstemming met de behoeften van de bevolking en de ontwikkeling van demografische, innovatie- en epidemiologische trends. Deze hoofddoelstelling van het Italiaanse ministerie van Volksgezondheid wordt verwezenlijkt door de verwezenlijking van de volgende subdoelstellingen en de integratie van 4 subdoelstellingen: I) versterking van de infrastructuur van het Italiaanse ministerie van Volksgezondheid, waarbij klinische EPD-gegevens worden geïntegreerd in klinische, administratieve en kostengegevens van het nieuwe gezondheidsinformatiesysteem (NSIS) en met de andere informatie en gegevens met betrekking tot gezondheid in het kader van de “één gezondheid” -benadering om toezicht te houden op de “LEA” en te zorgen voor medische bewaking en waakzaamheidsactiviteiten; II) verbetering van het verzamelen, verwerken en genereren van NSIS-gegevens op lokaal niveau, herengineering en standaardisering van het regionale en lokale proces voor het genereren van gegevens, teneinde het NSIS-instrument voor het meten van de kwaliteit, efficiëntie en geschiktheid van de NHS te verbeteren; III) ontwikkeling van geavanceerde analyse-instrumenten voor de beoordeling van complexe verschijnselen en scenariovoorspellingen om de centrale capaciteit voor het plannen van gezondheidsdiensten en het opsporen van nieuwe ziekten te verbeteren; IV) oprichting van een nationaal platform waar vraag en aanbod van telegeneeskundediensten van erkende aanbieders bijeen kunnen komen.
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Ontwikkeling van technisch-professionele, digitale en managementvaardigheden van beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg
Deze investering bestaat uit het verhogen van de beurzen voor de specifieke opleiding in de algemene geneeskunde; het opzetten van een opleidingsplan over de veiligheid van ziekenhuisinfecties voor al het NHS-personeel; het activeren van een opleidingstraject voor personeel met topfuncties binnen NHS-organen op het gebied van management- en digitale vaardigheden en het financieren van gespecialiseerde medische opleidingscontracten.
P.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M6C2-4 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale update van de technologische apparatuur van ziekenhuizen |
Mijlpaal |
Reorganisatieplan goedgekeurd door het ministerie van Volksgezondheid/Italiaanse regio’s |
Kennisgeving van de goedkeuring |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2021 |
Goedkeuring van het reorganisatieplan ter versterking van de capaciteit van de NHS-ziekenhuizen om pandemische noodsituaties adequaat aan te pakken door het aantal bedden in intensieve en subintensieve zorgafdelingen te verhogen. Het reorganisatieplan voor ziekenhuizen verhoogt het aantal bedden dat beschikbaar is in de eenheden voor intensieve en semi-intensieve zorg in NHS-ziekenhuizen. |
M6C2-5 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale update van de technologische apparatuur van ziekenhuizen |
Mijlpaal |
Goedkeuring van het contract voor institutionele ontwikkeling |
Kennisgeving van de ondertekening van het contract voor institutionele ontwikkeling door het ministerie van Volksgezondheid en de Italiaanse regio’s |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2022 |
Goedkeuring van een institutioneel ontwikkelingscontract (Contratto Istituzionale di Sviluppo), met het Italiaanse ministerie van Volksgezondheid als verantwoordelijke en uitvoerende autoriteit en de deelname van regionale overheden en andere belangrijke belanghebbenden. Het institutionele ontwikkelingscontract is het instrument dat in de huidige nationale wetgeving (gecombineerde bepalingen van artikel 1 en artikel 88 van wetsbesluit nr. 6 van 31 mei 2011, en artikel 7 van wetsbesluit nr. 91 van 20 juni 2017, bij wet nr. 123 van 3 augustus 2017) wordt genoemd om de uitvoering van functioneel met elkaar verbonden strategische projecten te versnellen. In het contract voor institutionele ontwikkeling worden alle voor de investeringen geschikte locaties vermeld, alsmede de verplichtingen die elke regio moet aangaan om de verwezenlijking van het verwachte resultaat te garanderen. In geval van overtreding door een regio doet het ministerie van Volksgezondheid zich tot de commissaris “ad acta”. |
M6C2-6 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale update van de technologische apparatuur van ziekenhuizen |
Doel |
Grote sanitaire uitrusting operationeel |
N.V.T |
Aantal |
0 |
3100 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het aantal en de typologieën van de te vervangen apparatuur zijn: 333 CT (computertomografie) met 128 of meer plakken, 178 NMR (kernmagnetische resonantie) bij 1.5 T of meer, 78 lineaire versnellers, 932 vaste röntgensystemen, 193 Angiografie, 78 Gammacamera’s, 51 Gammacamera’s/CT-scans (computertomografie), 34 PET (positronemissiemografie) CT (computertomografie), 295 Mammografie, 928 Ultrasound). Vervangende apparatuur kan worden verwijderd of hergebruikt op andere locaties van de NHS. |
M6C2-7 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale update van de technologische apparatuur van ziekenhuizen |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten |
Kennisgeving van alle gegunde overheidsopdrachten. |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2022 |
Bekendmaking van aanbestedingsprocedures (raamovereenkomst Consip) en sluiting van contracten met dienstverleners en digitalisering van ziekenhuizen van niveau DEA I en II) De contracten omvatten de aankoop van: a) Centrum voor gegevensverwerking (DPC), met inbegrip van ICT en alle aanvullende werkzaamheden die nodig zijn voor de automatisering van de gehele ziekenhuisstructuur; b) aankoop van hardware en/of software, informatietechnologie, elektromedische technologieën, alsmede aanvullende technologieën en eventuele aanvullende werkzaamheden die nodig zijn voor de automatisering van ziekenhuisafdelingen. De beoordeling van het huidige digitaliseringsniveau, voorafgaand aan de uitvoering van de interventie, maakt het mogelijk deze evaluatie af te stemmen op de werkelijke behoeften van elke regio/elk ziekenhuis. |
M6C2-8 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale update van de technologische apparatuur van ziekenhuizen |
Doel |
Ziekenhuizen worden gedigitaliseerd (DEA — departementen voor noodgevallen en toelating — niveau I en II) |
N.V.T |
Aantal |
0 |
280 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Elk gedigitaliseerd ziekenhuis beschikt over een centrum voor gegevensverwerking (DPC) dat nodig is voor de automatisering van de gehele ziekenhuisstructuur en over voldoende hardware en/of software, informatietechnologie, elektromedische technologieën en aanvullende technologieën die nodig zijn voor de automatisering van elke ziekenhuisafdeling. Aanbestedingsinstrumenten die door Consip (“Concessionaria Servizi Informativi Pubblici”) ter beschikking worden gesteld — naast de instrumenten die zijn afgesloten tegen 31/12/2022 — zijn toegestaan, evenals de elektronische markt voor openbaar bestuur (Mepa) of het dynamische aankoopsysteem voor overheidsdiensten (SDAPA) voor nevenaankopen. |
M6C2-9 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale update van de technologische apparatuur van ziekenhuizen |
Doel |
Extra bedden in ICU’s en subintensieve zorg |
N.V.T |
Aantal |
0 |
5 922 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De terbeschikkingstelling van ten minste 2 692 bedden voor intensieve zorg en 3 230 bedden in de semi-intensieve zone met bijbehorende ventilatie-uitrusting moet structureel zijn (wat overeenkomt met een toename van het aantal bedden met ongeveer 60 % van het aantal bedden dat reeds tijdens de pandemie bestond). |
M6C2-10 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Naar een veilig en duurzaam ziekenhuis |
Doel |
De anti-seismische interventies in ziekenhuizen zijn voltooid |
N.V.T |
Aantal |
0 |
84 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 84 anti-seismische interventies in ziekenhuizen zijn voltooid om ze in overeenstemming te brengen met de anti-seismische regelgeving. |
M6C2-10 bis |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Naar een veilig en duurzaam ziekenhuis |
Doel |
Uitbetaling van middelen uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit voor projecten in het kader van artikel 20 van de financiële wet 67/88 Gezondheidszorgopbouw |
N.V.T |
Percentage |
0 |
90 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 90 % van 250 000 000 EUR wordt uitbetaald voor projecten voor de herstructurering en modernisering van ziekenhuizen in verband met programmaovereenkomsten uit hoofde van artikel 20 terdecies, lid 67/88, en uitgevoerd door het ministerie van Volksgezondheid met de respectieve regio of autonome provincies. |
M6C2-11 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Versterking van de technologische infrastructuur en van de instrumenten voor gegevensverzameling, -verwerking, -analyse en -simulatie |
Doel |
Huisartsen die het elektronisch gezondheidsdossier voeden. |
N.V.T |
Percentage |
0 |
85 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Dit doel wordt bereikt door een toename van het aantal soorten digitale documenten die in het EPD worden gedigitaliseerd en door gespecialiseerde ondersteuning en opleiding om de digitale bijscholing van huisartsen in het hele land af te dwingen. |
M6C2-12 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Versterking van de technologische infrastructuur en van de instrumenten voor gegevensverzameling, -verwerking, -analyse en -simulatie |
Mijlpaal |
Het systeem van de ziekteverzekeringskaart en de infrastructuur voor de interoperabiliteit van het elektronische patiëntendossier zijn volledig operationeel. |
Ingebruikneming van het systeem van ziekteverzekeringskaarten
|
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ingebruikneming van het systeem van de ziekteverzekeringskaart en van de infrastructuur voor de interoperabiliteit van het elektronische patiëntendossier: Invoering van een centraal register, interoperabiliteit en dienstenplatform, overeenkomstig de norm voor interoperabiliteitsmiddelen voor snelle gezondheidszorg, waarbij de reeds bestaande ervaringen op dit gebied worden benut en de opslag-, veiligheids- en interoperabiliteitsnormen worden gewaarborgd. |
M6C2-13 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Versterking van de technologische infrastructuur en van de instrumenten voor gegevensverzameling, -verwerking, -analyse en -simulatie |
Doel |
Alle regio’s hebben het EPD goedgekeurd en maken er gebruik van |
N.V.T |
Aantal |
0 |
21 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Alle regio’s creëren, gebruiken en uploaden digitaal inheemse documenten op het EPD. De doelstelling omvat met name: — De digitale documenten worden geüpload op het EPD als bedoeld in het decreet van 18 mei 2022 en latere besluiten betreffende de inhoud van het EPD. — Financiële steun voor zorgaanbieders om hun apparatuur bij te werken en ervoor te zorgen dat gezondheidszorggegevens, metagegevens en documentatie digitaal worden gegenereerd. — Financiële steun voor zorgaanbieders die bereid zijn het nationale platform, de interoperabiliteit en de UI/UX-normen toe te passen. — Competentieondersteuning (menselijk kapitaal) voor zorgaanbieders en regionale gezondheidsautoriteiten om infrastructuur- en gegevenswijzigingen door te voeren met het oog op de goedkeuring van het nationale elektronische gezondheidsdossier. |
M6C2-14 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Ontwikkeling van technisch-professionele, digitale en managementvaardigheden van beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg |
Doel |
Beurzen voor specifieke opleidingen in de huisartsgeneeskunde worden toegekend. |
N.V.T |
Aantal |
0 |
1 800 |
KWARTAAL 2 |
2023 |
Deze investering verhoogt de beurzen voor de specifieke opleiding in de algemene geneeskunde, waardoor de voltooiing van 3 driejarige opleidingscycli wordt gewaarborgd; |
M6C2-15 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Ontwikkeling van technisch-professionele, digitale en managementvaardigheden van beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg |
Doel |
Er worden aanvullende beurzen toegekend voor specifieke opleidingen in de huisartsgeneeskunde. |
N.V.T |
Aantal |
1 800 |
2 700 |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Deze investering verhoogt de beurzen voor de specifieke opleiding in de algemene geneeskunde, waardoor de voltooiing van 3 driejarige opleidingscycli wordt gewaarborgd. |
M6C2-16 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Ontwikkeling van technisch-professionele, digitale en managementvaardigheden van beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg |
Doel |
Opleiding over management- en digitale vaardigheden voor werknemers van de nationale gezondheidsdienst |
N.V.T |
Aantal |
0 |
4 500 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
4 500 werknemers van de nationale gezondheidsdienst krijgen opleidingen op het gebied van management- en digitale vaardigheden. Deze investering stimuleert een opleidingstraject voor personeel met een topfunctie binnen NHS-organen, zodat het de nodige management- en digitale vaardigheden en capaciteiten kan verwerven om de huidige en toekomstige uitdagingen op gezondheidsgebied aan te pakken in een geïntegreerd, duurzaam, innovatief, flexibel en resultaatgericht perspectief. |
M6C2-17 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Ontwikkeling van technisch-professionele, digitale en managementvaardigheden van beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg |
Doel |
Aantal gefinancierde contracten voor medische opleiding — specialisten |
N.V.T |
Aantal |
0 |
4 200 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Deze investering voorziet in de financiering van contracten voor gespecialiseerde medische opleidingen die de financiering mogelijk maken van 200 extra opleidingscontracten voor een volledige studiecyclus (5 jaar). |
Het REPowerEU-hoofdstuk is gericht op het versterken van distributietransmissie- en distributienetwerken, met inbegrip van die met betrekking tot gas; het versnellen van de productie van hernieuwbare energie, het verminderen van de vraag naar energie, het verhogen van de energie-efficiëntie en het creëren van vaardigheden in de publieke en particuliere sector voor de groene transitie; het bevorderen van waardeketens voor hernieuwbare energie en waterstof door middel van maatregelen die de toegang tot krediet en belastingkredieten vergemakkelijken.
De component betreft de landspecifieke aanbevelingen die in 2022 en 2023 tot Italië zijn gericht. Het heeft met name tot doel de uitrol van extra capaciteit voor hernieuwbare energie te versnellen door te investeren in grote elektriciteitsinterconnectieprojecten (namelijk twee interconnectoren die Sardinië en Sicilië met het vasteland verbinden en drie interconnectoren tussen Oostenrijk, Slovenië en Italië), het nationale transmissienet te moderniseren en de vergunningsprocedures te stroomlijnen. Het draagt bij tot het vergroten van de capaciteit voor de interne gastransmissie om knelpunten weg te werken, de invoer van energie te diversifiëren en de voorzieningszekerheid te versterken. Het bevordert duurzame mobiliteit door subsidies die schadelijk zijn voor het milieu te verminderen en het spoorwegwagenpark te versterken. Het helpt de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te verminderen door het verbruik van huishoudens te elektrificeren en de veerkracht van het netwerk te vergroten. Het draagt bij tot het verhogen van de energie-efficiëntie in de woon- en bedrijfssector, onder meer door middel van gerichte stimuleringsregelingen en financiële instrumenten. Tot slot omvat het hervormingen en investeringen om het aanbod en de verwerving van de vaardigheden die nodig zijn voor de groene transitie te verbeteren — zowel in de particuliere als in de publieke sector.
Negen projecten hebben een grensoverschrijdende dimensie. Drie daarvan hebben een rechtstreeks grensoverschrijdend effect: 1) een investering ter verhoging van de nominale capaciteit van bestaande elektriciteitsinterconnecties tussen Italië, Oostenrijk en Slovenië; 2) een investering die bijdraagt tot de aanleg van een elektrische verbinding tussen Sardinië, Corsica en Toscane; 3) een investering in een compressorstation die de gasuitvoer naar Midden-Europa verhoogt. Andere projecten komen indirect ten goede aan grensoverschrijdende lidstaten doordat zij interne knelpunten in de transmissie en distributie van energie aanpakken en de efficiëntie en veerkracht van het net vergroten.
Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren “geen ernstige afbreuk doen” (C (2023) 6454 final), terwijl het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” niet van toepassing is op investering 13 — Adriatische lijn fase 1 (Sulmona compressor station en Sestino-Minerbio-gaspijpleiding) en investering 14 — Grensoverschrijdende gasexportinfrastructuur, overeenkomstig artikel 21 quater, lid 6, onder f), van Verordening (EU) 2021/241.
VRAAG 1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Hervorming 1. Stroomlijning van de vergunningsprocedures voor hernieuwbare energie op centraal en lokaal niveau
Het doel van deze hervorming is de bestaande wetgeving en bepalingen betreffende de uitrol van hernieuwbare energiebronnen te consolideren en te stroomlijnen.
De hervorming bestaat uit de vaststelling en inwerkingtreding van één enkele primaire wetgevingshandeling (ook bekend als Testo Unico) voor het verzamelen, opstellen en consolideren van alle normen voor de uitrol van hernieuwbare energie, en vervangt alle relevante wetgeving uit het verleden. In de wetgevingshandeling worden ook beginselen vastgesteld voor het stroomlijnen en harmoniseren van vergunningsprocedures voor hernieuwbare energiebronnen op subnationaal niveau.
De Testo Unico heeft de volgende kernprioriteiten:
“Gebieden voor de versnelde uitrol van hernieuwbare energie” in kaart brengen in overeenstemming met de herziene richtlijn hernieuwbare energie. Dergelijke gebieden worden ook aangewezen in samenhang met maritieme ruimtelijkeordeningsplannen om de uitrol van offshore-windenergie te versnellen.
Vaststelling van beginselen voor het stroomlijnen en harmoniseren van subnationale vergunningsprocedures voor hernieuwbare energiebronnen. De Testo Unico stelt met name “plafondregels” vast, dat wil zeggen dat regio’s geen strengere vergunningsregels kunnen toepassen dan die welke in de nationale wetgeving zijn vastgesteld.
Zorgen voor de oprichting en operationalisering van één digitaal platform voor het verkrijgen van alle vergunningen op nationaal en regionaal niveau die nodig zijn voor de installatie en uitrol van hernieuwbare energiebronnen. De Testo Unico zorgt er met name voor dat het platform is opgebouwd rond het eenmaligheidsbeginsel, op grond waarvan aanvragers dezelfde informatie of documenten slechts eenmaal aan openbare instellingen moeten verstrekken.
Hervorming 2. Vermindering van milieuschadelijke subsidies
Het doel van deze hervorming is te leiden tot een vermindering van de milieuschadelijke subsidies (EHS), op basis van de jaarlijkse Catalogus van milieuschadelijke subsidies die door MASE is gepubliceerd.
Hervorming 3. Verlaging van de kosten van de aansluiting op het gasnet van biomethaan
Het doel van de hervorming is de opname van biomethaan in het energiesysteem en de energiemarkt te vergemakkelijken en nieuwe duurzame biomethaanproductiecapaciteit te creëren overeenkomstig Richtlijn (EU) 2018/2001 (richtlijn hernieuwbare energie) en de bijbehorende gedelegeerde handelingen. Het doel is de flexibiliteit en efficiëntie van het aardgasnet te bevorderen door de omschakeling naar biomethaan te vergemakkelijken. Meer flexibiliteit en efficiëntie zullen naar verwachting bijdragen tot het koolstofvrij maken van het energiesysteem en tot energieonafhankelijkheid.
De uitvoering van de hervorming moet (1) de verbindingskosten van installaties voor de productie van duurzaam biomethaan verlagen en (2) investeringen aanmoedigen die uitsluitend gericht zijn op het gebruik van duurzaam biomethaan in aardgasnetwerken. De hervorming is gericht op: betere integratie tussen transmissie- en distributienetwerken; de invoering van mechanismen voor het delen van de kosten van investeringen in aansluiting op het net. Deze mechanismen verschuiven de kosten van de producent van biomethaan naar de gehele gemeenschap die profiteert van duurzaam biomethaan.
Hervorming 4. Beperking van financiële risico’s verbonden aan hernieuwbare-stroomafnameovereenkomsten (stroomafnameovereenkomsten)
Het doel van de hervorming is de invoering van een systeem van garanties ter beperking van het financiële risico dat verbonden is aan hernieuwbare-stroomafnameovereenkomsten met een looptijd van ten minste drie jaar.
De hervorming:
eisen dat elke exploitant een gedeeltelijke dekking van de tegenwaarde van de stroomafnameovereenkomsten garandeert door middel van garantie-instrumenten die op de elektriciteitsmarkt worden aangeboden;
maatregelen invoeren om het risico van wanbetaling te beperken, met inbegrip van vereisten en beperkingen voor de bieder en regelgevende sancties in geval van wanbetaling door de producent;
een institutionele entiteit aanwijzen die de rol van verkoper/koper in laatste instantie op zich neemt, die van de falende tegenpartij overgaat en ervoor zorgt dat de tegenover de uitvoerende tegenpartij aangegane verplichtingen worden nagekomen.
Hervorming 5. Plan voor nieuwe vaardigheden — Overgang
Het doel van de hervorming is het regelgevingskader voor opleiding te actualiseren en de instrumenten ter bestrijding van discrepanties tussen gevraagde en aangeboden vaardigheden operationeel te maken. De hervorming actualiseert het nieuwe vaardighedenplan dat is aangenomen bij decreet van 14 december 2021 en gepubliceerd in Gazzetta Ufficiale n.307 van 28 december 2021. Het doel is de mechanismen te versterken die de planning van opleidingscursussen koppelen aan de behoeften van de arbeidsmarkt, met als specifiek doel de groene en de digitale transitie beter te begeleiden door relevante actoren te betrekken bij specifieke vaardighedenpacten. Het doel van de hervorming is de rol van de particuliere sector op het gebied van opleiding te versterken en de erkenning van vaardigheden, met inbegrip van vaardigheden die op de werkplek en via korte opleidingsmodules zijn verworven, te verbeteren.
Investering 1. Opgeschaalde maatregel: Versterking van slimme netwerken
Het doel van deze investering is om investering 2.1 (Versterking van slimme netwerken) in het kader van missie 2, afdeling 2, op te schalen. De opschalingsinvestering bestaat uit interventies op midden- en laagspanningsnetgedeelten, waardoor het energieverbruik van ten minste 230 000 meer inwoners wordt geëlektrificeerd dan reeds in de bestaande maatregel is voorzien. De bestaande investering en het opgeschaalde deel moeten samen het verbruik van ten minste 1 730 000 inwoners elektrificeren.
Investering 2. Opgeschaalde maatregel: Interventies om de veerkracht van het elektriciteitsnet te vergroten
Deze investering verhoogt investering 2.2 in afdeling 2 van missie 2. De opgeschaalde investering bestaat uit interventies om de veerkracht van ten minste 648 km van het elektriciteitsnet meer te verbeteren dan wat reeds met de bestaande maatregel wordt beoogd. Dezelfde voorwaarden waarin de bestaande maatregel reeds voorziet, zijn van toepassing. De bestaande investering en de opschalingsinvestering samen verbeteren de veerkracht van ten minste 4 648 km.
Investering 3. Opgeschaalde maatregel: Productie van waterstof op brownfieldterreinen (Hydrogen Valleys)
Deze investering is een opschaling van investering 3.1 in missie 2, component 2, van het herstel- en veerkrachtplan van Italië. De opschalingsinvestering bestaat uit de voltooiing van 2 meer projecten voor de productie van waterstof in verlaten industriegebieden dan wat reeds met de bestaande maatregel wordt beoogd. De bestaande investering en de opschalingsinvestering ondersteunen samen de voltooiing van ten minste 12 projecten.
De maatregel ondersteunt alleen de productie van hernieuwbare waterstof op basis van elektrolyse overeenkomstig Richtlijn (EU) 2018/2001 (richtlijn hernieuwbare energie) en de bijbehorende gedelegeerde handelingen. Alle andere voorwaarden waarin de bestaande maatregel reeds voorziet, zijn van toepassing.
Investering 4. Tyrreense verbinding
Het doel van deze investering is de elektriciteitstransmissie-infrastructuur uit te breiden om het verzamelen van capaciteit uit hernieuwbare energiebronnen in het zuiden van Italië en de integratie ervan in het nationale transmissienet mogelijk te maken.
Deze investering ondersteunt de aanleg van de “Tyrreense verbinding”, en met name van de “oostelijke interconnectielijn” tussen Sicilië en Campanië. De investering financiert de installatie van 514 km van de punt-tot-punt-gelijkstroomkabels (HVDC) tussen Eboli en Caracoli. De investering moet uiterlijk 31 augustus 2026 voltooid zijn.
Investering 5. SA.CO.I.3
Het doel van deze investering is de modernisering van de elektriciteitstransmissie-infrastructuur die Sardinië via Corsica met de rest van Italië verbindt, zodat capaciteit uit hernieuwbare energiebronnen op Sardinië kan worden ingezameld en kan worden geïntegreerd in het nationale transmissienet.
Dit doel van de investering is de bouw van het interconnectieproject “Sardinië-Corsica — Italië 3” te ondersteunen. Het omvat de voltooiing van de bouw van de schalen van de conversiestations in Codrongianos, Sardinië, en in Suvereto, Toscane. “Schelpen”: de externe infrastructuur van de conversiestations, met uitzondering van machines of andere apparatuur die in die stations moeten worden geïnstalleerd nadat deze investering is voltooid. De investering moet uiterlijk 31 augustus 2026 voltooid zijn.
Investering 6. Grensoverschrijdende elektriciteitsinterconnectieprojecten tussen Italië en buurlanden
Het doel van deze investering is de uitbreiding en modernisering van de elektriciteitstransmissie-infrastructuur tussen Italië, Oostenrijk en Slovenië. De investering bestaat met name uit de voltooiing van de volgende grensoverschrijdende interconnectoren:
„Somplago (Italië) -Würmlach (Oostenrijk), waarbij de nominale capaciteit van de bestaande interconnectoren met 300 MW wordt verhoogd;
“Zaule (Italië) -Dekani (Slovenië)”
“Redipuglia (Italië) — Vrtojba (Slovenië)”
Na voltooiing van de werkzaamheden voor de interconnectoren Zaule-Dekani en Redipuglia-Vrtojba wordt de cumulatieve nominale capaciteit van de interconnectoren tussen Italië en Slovenië verhoogd met 250 MW.
De investering heeft alleen betrekking op de voltooiing van het gedeelte van de interconnector aan Italiaanse zijde tegen 31 augustus 2026. Na voltooiing van de werkzaamheden is de infrastructuur klaar om operationeel te worden na voltooiing en operationalisering van de rest van de infrastructuur aan de kant van Oostenrijk en Slovenië.
Om het risico van overcompensatie te voorkomen, dient Italië uiterlijk op 31 augustus 2026 een verslag in bij de Commissie. In het verslag wordt aangetoond dat vrijstellingen van de regels voor de energiemarkt die aan de drie interconnectoren zijn verleend, nog steeds gerechtvaardigd zijn. Voorts beoordeelt zij of er passende waarborgen zijn ingevoerd om ervoor te zorgen dat nog steeds aan de voorwaarden van artikel 63, lid 1, van de elektriciteitsverordening (Verordening (EU) 2019/943) wordt voldaan. Bij de beoordeling wordt nagegaan in hoeverre de relevante EU- en publieke middelen van invloed zijn op de voorwaarden met betrekking tot de risicogevoeligheid van de projecten.
Investering 7. Slim nationaal transmissienet
Het doel van de investering is het nationale transmissienet (NTG) te digitaliseren en het door de transmissiesysteembeheerder beheerde beheers- en controlesysteem te verbeteren. De investering is gericht op zowel het transmissienet als de softwarecomponenten ervan en vergemakkelijkt de integratie van consumenten en prosumenten in de energiemarkt, versnelt het gebruik van hernieuwbare energiebronnen en vergroot de veerkracht van het net.
De investering omvat het volgende:
installatie van beveiligd protocol 104 in ten minste 250 elektrische stations. Bij installatie en in synergie met de ICT-architectuur worden alle gegevens via het centrale beheers- en controlesysteem doorgegeven.
Installatie van 5G-apparatuur of ICT-architectuur in ten minste 40 elektrische stations.
Installatie van een industrieel IoT-monitoringsysteem op ten minste 1 500 elektriciteitspylen om gegevens te verzamelen die in het beheersysteem kunnen worden verwerkt.
De in het kader van deze investering geïnstalleerde apparatuur moet, indien nodig, voldoen aan de energiegerelateerde eisen die zijn vastgesteld overeenkomstig Richtlijn 2009/125/EG voor servers en gegevensopslag, of computers en computerservers of elektronische beeldschermen. De investering moet aantonen dat alles in het werk wordt gesteld om de relevante praktijken toe te passen, zoals IT-apparatuur en -diensten die in de meest recente versie van de Europese gedragscode inzake energie-efficiëntie in datacentra of in CEN-CENELEC-document CLC TR50600-99-1 "Data centre facilities and infrastructure — Part 99-1: Aanbevolen praktijken voor energiebeheer”.
Investering 8. Duurzame, circulaire en veilige voorziening van kritieke grondstoffen
Het doel van deze investering is de terugwinning en recycling van kritieke grondstoffen en daarmee de waardeketens van kritieke grondstoffen en technologieën in verband met de groene transitie te ondersteunen.
De investering omvat vier grote actielijnen:
Ecologisch ontwerp: het doel van deze interventielijn is inzicht te krijgen in de behoeften aan kritieke grondstoffen en het potentieel van ecologisch ontwerp om de vraag naar kritieke grondstoffen te verminderen, waarbij een circulaire benadering van industriële toeleveringsketens in verband met de energietransitie wordt bevorderd.
De verwachte output van deze activiteit is een verslag waarin de toekomstige behoeften aan kritieke grondstoffen worden geanalyseerd. In het verslag wordt het potentieel van ecologisch ontwerp beoordeeld om de vraag naar kritieke grondstoffen te verminderen en de recyclebaarheid ervan te bevorderen.
O & O-projecten die gericht zijn op ecologisch ontwerp en de verbetering van de inzameling, logistiek en recycling van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur — met inbegrip van windturbinebladen en fotovoltaïsche panelen. De projecten zijn gericht op de volgende 3 onderzoek-, ontwikkelings- en innovatielijnen:
Nieuwe of verbeterde technologieën, informatiesystemen en bedrijfsmethoden voor de terugwinning, recycling en verwerking van afval van kritieke en strategische grondstoffen;
Integratie van ecologisch ontwerp bij de vervaardiging van complexe producten en systemen en in de markt- en consumptieprocessen;
Optimalisering van de inzameling en sortering van stedelijk afval en sortering om te zorgen voor een consistent en hoogwaardig aanbod van kritieke grondstoffen voor stedelijke mijnbouwactiviteiten.
Stedelijke mijnbouw: het doel van deze interventielijn is een inschatting te maken van het potentieel van stedelijke mijnbouwactiviteiten en van reeds bestaand afval van beëindigde mijnbouwactiviteiten.
De verwachte output voor deze activiteitenlijn is een openbare databank (geografisch informatiesysteem) die de geolokalisatie en visualisatie mogelijk maakt van de distributie van recyclebare hulpbronnen of materialen die zich over stedelijke omgevingen (stedelijke mijnen) verspreiden, alsook van bestaand afval in verlaten mijnen.
De oprichting of uitrusting van een technologisch knooppunt voor stedelijke mijnbouw en ecologisch ontwerp. De hub is een netwerk van laboratoria dat de interactie tussen particuliere bedrijven en onderzoeksinstellingen bevordert om de terugwinning en recycling uit de toeleveringsketen van complexe producten en grondstoffen aan het einde van de levensduur te verbeteren met een laag recyclingpercentage (Eol-RIR) in verband met de groene transitie (met inbegrip van Lithium, Neodymium en Silicon metaal).
Het verwachte resultaat voor deze activiteit is de uitrusting van deze laboratoria.
Investering 9. Opgeschaalde maatregel: verlenen van technische bijstand en versterken van de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan
Deze investering verhoogt investering 1.9 in missie 1, component 1, van het herstel- en veerkrachtplan van Italië.
Deze maatregel verhoogt de bestaande investeringen door het bestaande opleidingsprogramma op het leerplatform www.syllabus.gov.it aan te vullen met opleidingsmodules die lokale ambtenaren voorbereiden op de groene transitie.
De opleidingsmodules hebben ten minste betrekking op de volgende onderwerpen: vergunningsprocedures voor installaties uit hernieuwbare bronnen; bevordering van hernieuwbare-energiegemeenschappen; ondersteuning en organisatie van energiebesparingen van de overheid; groene e-aanbestedingen op het gebied van energie en producten met een geringere milieu-impact; aanbestedingen voor de energie-efficiëntie van gebouwen; leiderschap van de overheid op het gebied van energie-efficiëntie en duurzaam gedrag op energiegebied: beste praktijken en verspreiding van de duurzaamheidscultuur; modellen voor de bevordering van duurzame mobiliteit met het oog op energiebesparing.
Investering 10. Proefproject inzake vaardigheden “Crescere Green”
Het doel van deze investering is de ontwikkeling van groene vaardigheden op supranationaal niveau, met betrokkenheid van het bedrijfsleven en de particuliere sector en met een sectorale focus.
Korte opleidingsinterventies zijn gericht op de beroepsvaardigheden die het meest nodig zijn voor de groene transitie op de arbeidsmarkt. De betrokken beroepen worden geïdentificeerd in de pacten voor vaardigheden in het kader van "Hervorming 5: Plan voor nieuwe vaardigheden — Overgang”. De ontvangers worden geïdentificeerd onder de deelnemers aan het nationaal programma voor de gegarandeerde inzetbaarheid van werknemers (in het kader van „missie 5: Component 1 — Hervorming 1”) die, na een beoordelingsproces, een traject volgt met een specifieke opleidingscomponent. De investering is ook gericht op het vergroten van de capaciteit van overheidsdiensten, instellingen en partners die betrokken zijn bij de planning van opleidingsactiviteiten.
De investering ondersteunt opleidingsactiviteiten op het gebied van groene vaardigheden zoals gedefinieerd in de ESCO-databank. Alle activiteiten in verband met voertuigen hebben alleen betrekking op emissievrije voertuigen. Geen enkele opleidingsactiviteit kan verband houden met: I) fossiele brandstoffen, met inbegrip van gas, ii) afvalverbrandingsinstallaties (met uitzondering van activiteiten in verband met de verbranding van niet-recyclebaar gevaarlijk afval).
Investering 11. Versterking van het regionale spoorwegwagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije treinen en universele dienstverlening
Deze investering bestaat uit de aankoop en ingebruikname van ten minste 69 emissievrije passagierstreinen (waarbij een trein bestaat uit minstens één locomotief en passagiersrijtuigen) en nog 30 rijtuigen voor universele dienstverlening. De algehele investering levert een totaal van minstens 342 eenheden, waarvan ten minste 69 locomotieven. Alleen elektrische of waterstofbrandstofcellen komen in aanmerking. Bimodale treinen komen niet in aanmerking.
Investering 12: Wetenschap op topniveau. Financieel instrument voor de ontwikkeling van internationaal, industrieel en O & O leiderschap op het gebied van emissievrije bussen
Deze maatregel bestaat uit een publieke investering in een faciliteit “Ontwikkeling van een internationaal, industrieel en O & O leiderschap in emissievrije bussen” om particuliere investeringen te stimuleren en de toegang tot financiering in Italië te verbeteren ter ondersteuning van investeringen in de toeleveringsketen van de productie van emissievrije bussen (batterij-, waterstofbrandstofcellen of interne waterstofverbranding). De faciliteit functioneert door subsidies en/of gesubsidieerde leningen rechtstreeks aan de particuliere sector te verstrekken. Op basis van de RRF-investering beoogt de faciliteit aanvankelijk ten minste 100 000 000 EUR aan financiering te verstrekken.
De faciliteit wordt beheerd door Invitalia S.p.A. als uitvoerende partner. De faciliteit omvat de volgende productlijn:
Subsidies, rentesubsidies en gesubsidieerde leningen aan ondernemingen in de toeleveringsketen voor de productie van emissievrije bussen. Hybride bussen komen niet in aanmerking voor steun.
Met het oog op de uitvoering van de investering in de faciliteit ondertekenen Italië en Invitalia S.p.A. een uitvoeringsovereenkomst die de volgende inhoud bevat:
Beschrijving van het besluitvormingsproces voor de faciliteit: Het definitieve investeringsbesluit van de faciliteit wordt genomen door een investeringscomité of een ander relevant gelijkwaardig bestuursorgaan en goedgekeurd met een meerderheid van stemmen van leden die onafhankelijk zijn van de regering.
Essentiële vereisten van het bijbehorende beleggingsbeleid, waaronder:
De beschrijving van de verstrekte financiële producten en de in aanmerking komende eindbegunstigden.
Het vereiste dat alle gesteunde investeringen economisch levensvatbaar zijn.
Het vereiste om te voldoen aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (DNSH) zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). In het bijzonder wordt in het beleggingsbeleid de volgende lijst van activiteiten en activa uitgesloten van subsidiabiliteit: I) activiteiten en activa met betrekking tot fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 118 , ii) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies bereiken die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 119 , iii) activiteiten en activa met betrekking tot stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 120 en installaties voor mechanische biologische behandeling 121 .
Het vereiste dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie ontvangen om dezelfde kosten te dekken.
Het bedrag dat onder de uitvoeringsovereenkomst valt, de vergoedingsstructuur voor de uitvoerende partner en de verplichting om ongebruikte opbrengsten van de faciliteit, ook na 2026, voor dezelfde beleidsdoeleinden te gebruiken.
Monitoring-, audit- en controlevoorschriften, met inbegrip van:
De beschrijving van het monitoringsysteem van de uitvoerende partner om verslag uit te brengen over de gemobiliseerde subsidies.
De beschrijving van de procedures van de uitvoerende partner om fraude, corruptie en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te corrigeren.
Deverplichting om na te gaan of elke concrete actie in aanmerking komt overeenkomstig de in de uitvoeringsovereenkomst vastgestelde vereisten, alvorens een concrete actie te financieren.
Deverplichting om risicogebaseerde controles achteraf uit te voeren overeenkomstig een auditplan van Invitalia S.p.A. Deze audits gaan na of i) de controlesystemen doeltreffend zijn, met inbegrip van de opsporing van fraude, corruptie en belangenconflicten; naleving van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan”, de staatssteunregels, de vereisten inzake klimaatdoelen; en iii) dat wordt voldaan aan het vereiste dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie hebben ontvangen om dezelfde kosten te dekken. Bij de audits wordt ook nagegaan of de verrichtingen wettig zijn en of de voorwaarden van de toepasselijke uitvoeringsovereenkomst worden nageleefd.
Vereisten voor door de uitvoerende partner uitgevoerde klimaatinvesteringen: ten minste 100 000 000 EUR van de RRF-investering in de faciliteit draagt bij aan de doelstellingen inzake klimaatverandering overeenkomstig bijlage VI bij de RRF-verordening. 122
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk 31 augustus 2026 voltooid zijn.
VRAAG 2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal /Streefwaarde |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M7-1 |
Hervorming 1: Stroomlijning van de vergunningsprocedures voor hernieuwbare energie |
Mijlpaal |
Identificatie van “gebieden voor de versnelde uitrol van hernieuwbare energie” |
Bepaling in de wetgevingshandeling betreffende de inwerkingtreding van de primaire wetgeving voor de identificatie van gebieden voor de versnelde uitrol van hernieuwbare energie |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Inwerkingtreding van primaire wetgeving die “gebieden voor de versnelde uitrol van hernieuwbare energie” in subnationale bestuurlijke eenheden identificeert. |
|||
M7-2 |
Hervorming 1: Stroomlijning van de vergunningsprocedures voor hernieuwbare energie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire wetgeving (Testo Unico) |
Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van het primaire recht aangeeft |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Inwerkingtreding van de Testo Unico (primaire wetgeving) voor het verzamelen, opstellen en consolideren van alle normen voor de uitrol van hernieuwbare energie, en vervangt alle relevante wetgeving uit het verleden. |
|||
M7-3 |
Hervorming 1: Stroomlijning van de vergunningsprocedures voor hernieuwbare energie |
Mijlpaal |
Oprichting en operationalisering van het digitale centrale platform voor vergunningen met betrekking tot hernieuwbare energie |
Oprichting en operationalisering van het digitale centrale platform voor vergunningen met betrekking tot hernieuwbare energie |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Het digitale centrale platform voor het verkrijgen van alle vergunningen met betrekking tot de installatie en uitrol van hernieuwbare energiebronnen op nationaal en regionaal niveau wordt opgericht en operationeel gemaakt. Het “eenmaligheidsbeginsel” is van kracht. |
|||
M7-4 |
Hervorming 2: Vermindering van milieuschadelijke subsidies |
Mijlpaal |
Goedkeuring van een regeringsverslag, dat voortbouwt op de resultaten van de raadpleging van de overheid met belanghebbenden om het stappenplan vast te stellen om subsidies die schadelijk zijn voor het milieu tegen 2030 te verminderen. |
Goedkeuring van het regeringsverslag |
KWARTAAL 4 |
2024 |
De hervorming voorziet in de vermindering van subsidies die schadelijk zijn voor het milieu en die zijn opgenomen in de “Catalogus van milieuschadelijke subsidies van 2022”. In een verslag worden de maatregelen uiteengezet die zijn genomen om de relevante belanghebbenden te raadplegen over de bovengenoemde hervorming van subsidies die schadelijk zijn voor het milieu, met inbegrip van de input die de belanghebbenden hebben ontvangen. De geraadpleegde belanghebbenden omvatten relevante overheidsinstanties en particuliere belanghebbenden. |
|||
M7-5 |
Hervorming 2: Vermindering van milieuschadelijke subsidies |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primair en afgeleid recht. |
Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van het primaire en het afgeleide recht aangeeft. |
KWARTAAL 4 |
2025 |
De uitvoering van de hervorming van subsidies die schadelijk zijn voor het milieu begint, met een vermindering van de subsidies die schadelijk zijn voor het milieu met ten minste 2 miljard EUR in 2026. Daarnaast wordt in de wetgeving het tijdschema vastgesteld voor een verdere verlaging van milieuschadelijke subsidies met ten minste 3.5 miljard EUR tegen 2030. |
|||
M7-6 |
Hervorming 3: Verlaging van de kosten van de aansluiting op het gasnet van biomethaan |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving ter vermindering van de kosten van de aansluiting op het gasnet van biomethaanproductie-installaties |
Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van het primaire en het afgeleide recht aangeeft. |
KWARTAAL 3 |
2025 |
De wetgeving: De kosten van de aansluiting op het gasnet van biomethaanproductie-installaties voor de producent verlagen. Regelgevende stimulansen bieden om te investeren in het gasnet voor de ontwikkeling van hernieuwbare gassen. |
|||
M7-7 |
Hervorming 4: Beperking van financiële risico’s verbonden aan hernieuwbare-stroomafnameovereenkomsten (stroomafnameovereenkomsten) |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire wetgeving |
Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Inwerkingtreding van primaire wetgeving. De primaire wetgeving: eisen dat elke exploitant een gedeeltelijke dekking van de tegenwaarde van de stroomafnameovereenkomsten garandeert door middel van garantie-instrumenten die op de elektriciteitsmarkt worden aangeboden; maatregelen invoeren om het risico op wanbetaling te beperken, met inbegrip van vereisten en beperkingen voor de inschrijver en regelgevende sancties in geval van wanbetaling door de producent een institutionele entiteit aanwijzen die de rol van verkoper/koper in laatste instantie op zich neemt, die van de falende tegenpartij overgaat en ervoor zorgt dat de tegenover de uitvoerende tegenpartij aangegane verplichtingen worden nagekomen. |
|||
M7-8 |
Hervorming 4: Beperking van financiële risico’s verbonden aan hernieuwbare-stroomafnameovereenkomsten (stroomafnameovereenkomsten) |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van afgeleide wetgeving |
Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van het afgeleide recht aangeeft |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Inwerkingtreding van alle secundaire wetgeving die de uitvoering van de primaire wetgeving waarborgt. |
|||
M7-9 |
Hervorming 5: Plan voor nieuwe vaardigheden — Overgang |
Mijlpaal |
Goedkeuring en publicatie van het nieuwe vaardighedenplan — transities en van de routekaart voor de uitvoering |
Goedkeuring van het plan en de routekaart |
KWARTAAL 1 |
2024 |
De “Piano Nuove Competenze”, aangenomen bij decreet van 14 december 2021 en gepubliceerd in Gazzetta ufficiale nr. 307 van 28 december 2021, wordt gewijzigd en het nieuwe plan voor overgangsvaardigheden treedt in werking. Het plan bevat de algemene beginselen die nader moeten worden uitgewerkt in regionale wetten, waaronder: grotere betrokkenheid van de particuliere sector bij het aanbieden van opleidingen; betere erkenning van opleidingen op de werkplek en microcredentials; grondigere analyse van de arbeidsmarkt vooraf en monitoring van de gevolgen van opleiding op het werk. Er wordt ook een routekaart voor de uitvoering aangenomen. |
|||
M7-10 |
Hervorming 5: Plan voor nieuwe vaardigheden — Overgang |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van regionale wetten |
Bepaling in de wetten waarin de inwerkingtreding van de regionale wetten wordt vermeld |
KWARTAAL 3 |
2025 |
Inwerkingtreding van regionale wetten. De wetten hebben betrekking op alle regio’s en autonome provincies en omvatten: mechanismen om ervoor te zorgen dat opleidingsactiviteiten worden gepland op basis van de behoeften van de arbeidsmarkt, waarbij prioriteit wordt gegeven aan opleidingsactiviteiten op gebieden waar de discrepantie tussen gevraagde en aangeboden vaardigheden het grootst is, en met name aan sectorale vaardigheden voor de groene transitie, via goedgekeurde vaardighedenpacten; de verplichting om de geraamde werkgelegenheid te vermelden in aankondigingen en aankondigingen van opleidingen; de erkenning van bedrijfsinterne opleidingen, in overeenstemming met een gemeenschappelijk transparantiekader voor de erkenning en overdraagbaarheid van vaardigheden; de erkenning van verworven vaardigheden en korte opleidingscursussen (de zogenaamde microcredentials), in overeenstemming met een gemeenschappelijk transparantiekader voor de erkenning en overdraagbaarheid van vaardigheden; Mechanismen om particuliere medefinanciering aan te moedigen. Bij het ontwerp en de uitvoering van de regionale wetgeving wordt rekening gehouden met de resultaten van het proefproject in het kader van investering 10. |
|||
M7-11 |
Investering 1: Wetenschap op topniveau. Opgeschaalde maatregel: Versterking van slimme netwerken |
Doel |
Slimme grids-elektrificatie van energieverbruik |
Aantal |
1 500 000 |
1 730 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Elektrificatie van het energieverbruik tot ten minste 1 730 000 inwoners. |
|
M7-12 |
Investering 2: Wetenschap op topniveau. Opgeschaalde maatregel: Interventies om de veerkracht van het elektriciteitsnet te vergroten |
Doel |
De veerkracht van het elektriciteitsnet vergroten |
Aantal |
4 000 |
4 648 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De veerkracht van het elektriciteitsnet met ten minste 4 648 km te vergroten. |
|
M7-13 |
Investering 3: Wetenschap op topniveau. Opgeschaalde maatregel: Productie van waterstof op brownfieldterreinen (Hydrogen Valleys) |
Doel |
Voltooiing van het project inzake waterstofproductie in industriegebieden |
Aantal |
10 |
12 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 12 projecten voltooien voor de productie van waterstof in verlaten industriegebieden met een gemiddelde capaciteit van elk ten minste 1-5 MW. |
|
M7-14 |
Investering 4: Wetenschap op topniveau. Tyrreense verbinding |
Mijlpaal |
Gunning van de opdrachten |
Kennisgeving van de gunning van opdrachten |
KWARTAAL 3 |
2024 |
Kennisgeving van de gunning van alle opdrachten voor de aanleg van 514 km kabels tussen Caracoli en Eboli. |
|||
M7-15 |
Investering 4: Wetenschap op topniveau. Tyrreense verbinding |
Doel |
514 km vast te leggen kabel |
Km |
0 |
514 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
514 km kabel die Caracoli (Palermo) met Eboli (Salerno) verbindt en een capaciteit van 500 MW waarborgt. |
|
M7-16 |
Investering 5: Wetenschap op topniveau. SA.CO.I.3 |
Mijlpaal |
Gunning van de opdrachten |
Kennisgeving van de gunning van opdrachten |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Kennisgeving van de gunning van alle opdrachten voor de werkzaamheden die nodig zijn voor de voltooiing van de schalen van de conversiestations op Sardinië en Toscane. |
|||
M7-17 |
Investering 5: Wetenschap op topniveau. SA.CO.I.3 |
Mijlpaal |
Voltooiing van de schelpen van conversiestations op Sardinië (Codrongianos) en Toscane (Suvereto) |
Kennisgeving van de voltooiing van de werkzaamheden |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Kennisgeving van de voltooiing van de schelpen van de omschakelingsstations van Sardinië en Toscane. |
|||
M7-18 |
Investering 6: Wetenschap op topniveau. Grensoverschrijdende elektriciteitsinterconnectieprojecten tussen Italië en buurlanden |
Mijlpaal |
Gunning van opdrachten voor de bouw van de interconnector Italië — Oostenrijk “Somplago — Würmlach” |
Kennisgeving van de gunning van opdrachten |
KWARTAAL 3 |
2025 |
Kennisgeving van de gunning van alle opdrachten die nodig zijn om te beginnen met de bouw van de interconnector Italië-Oostenrijk “Somplago — Würmlach”. |
|||
M7-19 |
Investering 6: Wetenschap op topniveau. Grensoverschrijdende elektriciteitsinterconnectieprojecten tussen Italië en buurlanden |
Doel |
Toename van de nominale interconnectiecapaciteit tussen Italië en Oostenrijk als gevolg van de voltooiing van de interconnector |
MW |
0 |
300 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Voltooiing van de interconnector Italië — Oostenrijk: “Somplago — Würmlach”. Na voltooiing van de werkzaamheden aan Italiaanse zijde wordt de nominale capaciteit van de interconnectie tussen Italië en Oostenrijk met 300 MW verhoogd. |
|
M7-20 |
Investering 6: Wetenschap op topniveau. Grensoverschrijdende elektriciteitsinterconnectieprojecten tussen Italië en buurlanden |
Mijlpaal |
Gunning van opdrachten voor de bouw van twee interconnectoren tussen Italië en Slovenië: “Zaule — Dekani” en “Redipuglia — Vrtojba” |
Kennisgeving van de gunning van opdrachten |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Kennisgeving van de gunning van alle contracten die nodig zijn om te beginnen met de bouw van twee interconnectoren tussen Italië en Slovenië: “Zaule-Dekani” en “Redipuglia-Vrtojba”. |
|||
M7-21 |
Investering 6: Wetenschap op topniveau. Grensoverschrijdende elektriciteitsinterconnectieprojecten tussen Italië en buurlanden |
Doel |
Verhoging van de nominale interconnectiecapaciteit tussen Italië en Slovenië na voltooiing van de werkzaamheden |
MW |
0 |
250 |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Voltooiing van interconnectoren Italië-Slovenië: “Zaule — Dekani” en “Redipuglia — Vrtojba”. Na voltooiing van de werkzaamheden aan Italiaanse zijde wordt de cumulatieve nominale capaciteit van de twee interconnectoren tussen Italië en Slovenië met 250 MW verhoogd. |
|
M7-22 |
Investering 7: Wetenschap op topniveau. Slim nationaal transmissienet |
Doel |
Installatie van 5G-apparatuur of ICT-architectuur in stations |
Aantal stations |
0 |
40 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De nieuwe 5G-apparatuur of ICT-architectuur wordt geïnstalleerd en geïmplementeerd in ten minste 40 stations. |
|
M7-23 |
Investering 7: Wetenschap op topniveau. Slim nationaal transmissienet |
Doel |
Nieuw systeem voor netwerkbeheer en -controle |
Aantal |
0 |
250 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Installatie van beveiligd protocol 104 (IEC 62351-protocol) in ten minste 250 elektrische stations. |
|
M7-24 |
Investering 7: Wetenschap op topniveau. Slim nationaal transmissienet |
Doel |
Internet der dingen voor de industrie |
Aantal |
0 |
1 500 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Industriële IoT-monitoringsystemen geïnstalleerd in ten minste 1 500 elektriciteitspylen om gegevens te verzamelen die in het beheersysteem kunnen worden verwerkt. |
|
M7-25 |
Investering 8: Wetenschap op topniveau. Duurzame, circulaire en veilige voorziening van kritieke grondstoffen |
Mijlpaal |
Publicatie van het verslag over de toekomstige behoeften aan kritieke grondstoffen en het potentieel van ecologisch ontwerp om de vraag naar kritieke grondstoffen te verminderen |
Publicatie van het verslag |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2025 |
In het verslag worden de toekomstige behoeften aan kritieke grondstoffen en het potentieel van ecologisch ontwerp om de vraag naar kritieke grondstoffen te verminderen, geanalyseerd. |
M7-26 |
Investering 8: Wetenschap op topniveau. Duurzame, circulaire en veilige voorziening van kritieke grondstoffen |
Mijlpaal |
Geografisch informatiesysteem (GIS) over winningsafval voor de duurzame, circulaire en veilige voorziening van kritieke grondstoffen |
Publicatie van de databank |
N.V.T |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 4 |
2025 |
Openbare databank (geografisch informatiesysteem) die de geolokalisatie en visualisering van recyclebare hulpbronnen of materialen in stedelijke omgevingen (stedelijke mijnen) en bestaand afval in verlaten mijnen mogelijk maakt. |
M7-27 |
Investering 8: Wetenschap op topniveau. Duurzame, circulaire en veilige voorziening van kritieke grondstoffen |
Doel |
Voltooiing van O & O-projecten op het gebied van ecologisch ontwerp en stedelijke mijnbouw, voor de duurzame, circulaire en veilige voorziening van kritieke grondstoffen |
Aantal |
0 |
10 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Voltooiing van ten minste 10 O & O-projecten die gericht zijn op ecologisch ontwerp en de verbetering van de inzameling, logistiek en recycling van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur — met inbegrip van windturbinebladen en fotovoltaïsche panelen. |
|
M7-28 |
Investering 8: Wetenschap op topniveau. Duurzame, circulaire en veilige voorziening van kritieke grondstoffen |
Doel |
Uitrusting van laboratoria die behoren tot de technologische hub voor stedelijke mijnbouw en ecologisch ontwerp |
Aantal |
0 |
6 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Uitrusting van ten minste 6 laboratoria die behoren tot de technologische hub voor stedelijke mijnbouw en ecologisch ontwerp. De laboratoria maken samenwerking tussen particuliere ondernemingen en onderzoeksinstellingen mogelijk bij het zoeken naar oplossingen die gericht zijn op het vergroten van de terugwinning en recycling van kritieke grondstoffen in verband met de groene transitie. |
|
M7-29 |
Investering 9: Wetenschap op topniveau. Opgeschaalde maatregel: Verlenen van technische bijstand en versterken van de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
Doel |
Onderwijs en opleiding |
Aantal |
280 000 |
281 750 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ten minste 281 750 overheidsmedewerkers van andere overheidsdiensten hebben met succes opleidingsinitiatieven afgerond (formele certificering of effectbeoordeling). Ten minste 1 van deze overheidswerknemers moeten in dienst zijn bij lokale overheden en moeten opleidingsinitiatieven over de groene transitie hebben voltooid, zoals uiteengezet in de beschrijving van de maatregel. |
|
M7-30 |
Investering 10: Wetenschap op topniveau. Proefproject inzake vaardigheden “Crescere Green” |
Doel |
Begunstigden die opleidingsmodules voltooien |
Aantal |
0 |
20 000 |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Het proefproject wordt georganiseerd in alle regio’s, met betrokkenheid van bedrijven uit de particuliere sector. De aanbieders van opleidingen zijn landelijk gecertificeerd (“accreditati”), overeenkomstig de regionale wetgeving. De opleidingsmodules zijn gericht op sectorale vaardigheden voor de groene transitie, in overeenstemming met de beroepen die in de pacten voor vaardigheden zijn vastgesteld, en worden op nationaal niveau gemonitord. Ten minste 20 000 begunstigden van het programma voor gegarandeerde inzetbaarheid van werknemers (GOL) hebben de opleidingsmodules voltooid. De activiteiten in verband met de versterking van de bestuurlijke capaciteit worden voltooid. Maximaal 4 % van de middelen wordt besteed aan de versterking van de administratieve capaciteit van actoren die betrokken zijn bij de planning en het verstrekken van opleidingen. |
|
M7-31 |
Investering 11: Wetenschap op topniveau. Versterking van het regionale spoorwegwagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije treinen en universele dienstverlening |
Doel |
Aantal emissievrije treinen en aantal vervoer voor de universele dienst |
N.V.T |
Aantal |
0 |
69 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Ingebruikneming en verkrijging van de EG-conformiteitsverklaring overeenkomstig artikel 15 van wetsbesluit nr. 57/2019 (d.w.z. Dichiarazione di verifica di conformità CE di cui all’art 15 del D.Lgs 57/2019) van ten minste 69 emissievrije treinen (elektrische of waterstofbrandstofcellen) en 30 rijtuigen voor de universele dienst bovenop het rollend materieel als bedoeld in investering 4.4.2 van missie 2, component 2 Wat de universele dienst/intercity’s betreft, is het met middelen van de herstel- en veerkrachtfaciliteit aangekochte rollend materieel eigendom van de staat. Daarom moet dit rollend materieel na afloop van het dienstencontract van gevestigde dienstverleners ter beschikking worden gesteld van de nieuwe gegunde entiteit van het dienstencontract, met volledige inachtneming van Verordening (EU) nr. 1370/2007. |
M7-32 |
Investering 12 Financieringsinstrument voor de ontwikkeling van een internationaal, industrieel en O & O leiderschap in emissievrije bussen |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst |
|
|
KWARTAAL 1 |
2024 |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst. |
|
M7-33 |
Investering 12 Financieringsinstrument voor de ontwikkeling van een internationaal, industrieel en O & O leiderschap in emissievrije bussen |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
|
Percentage (%) |
0 % |
100 % |
KWARTAAL 1 |
2026 |
Invitalia S.p.A. heeft juridische financieringsovereenkomsten gesloten met eindbegunstigden voor een bedrag dat nodig is om 100 % van de RRF-investering in de faciliteit te gebruiken (rekening houdend met beheersvergoedingen). Invitalia S.p.A. stelt een verslag op met een gedetailleerde beschrijving van het percentage van deze financiering dat bijdraagt aan de klimaatdoelstellingen aan de hand van de methode in bijlage VI bij de RRF-verordening. |
M7-34 |
Investering 12 Financieringsinstrument voor de ontwikkeling van een internationaal, industrieel en O & O leiderschap in emissievrije bussen |
Mijlpaal |
Ministerie heeft de investering voltooid |
Overdrachtscertificaat |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Italië draagt 100 000 000 EUR over aan Invitalia S.p.A. voor de faciliteit. |
VRAAG 3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening
Investering 13. Adriatische lijn fase 1 (Sulmona-compressorstation en Sestino-Minerbio-gasleiding)
Het doel van deze investering is de energie-infrastructuur en -installaties te verbeteren om te voldoen aan de onmiddellijke behoeften inzake voorzieningszekerheid voor gas, met inbegrip van vloeibaar aardgas, met name om diversificatie van de voorziening mogelijk te maken in het belang van de Unie als geheel.
Het doel van de investering is steun te verlenen voor de bouw van een compressorstation in Sulmona en een gaspijpleiding die de knooppunten Sestino en Minerbio met elkaar verbindt, als onderdeel van de Adriatische lijn. De nieuw aangelegde infrastructuur zal naar verwachting de gastransportcapaciteit met 14 mcm/d verhogen.
Italië stelt de status van specifieke instandhoudingsdoelstellingen vast en herziet zo nodig de milieueffectbeoordelingen (Valutazione Incidenza Ambientale) vóór de aanvang van de werkzaamheden in de betrokken gebieden.
Het Sulmona-compressorstation en de Sestino-Minerbio-pijpleiding worden uiterlijk op 31 augustus 2026 gebouwd.
Investering 14. Grensoverschrijdende infrastructuur voor de uitvoer van gas
Het doel van deze investering is de energie-infrastructuur en -installaties te verbeteren om te voldoen aan de onmiddellijke behoeften inzake voorzieningszekerheid voor gas, met inbegrip van vloeibaar aardgas, met name om diversificatie van de voorziening mogelijk te maken in het belang van de Unie als geheel.
Deze investering bestaat uit de modernisering van de bestaande gasinfrastructuur die de uitvoer van aardgas via het exitpunt Tarvisio mogelijk maakt. De investering bestaat met name uit de bouw van een nieuwe elektrische compressie-eenheid in het compressorstation van Poggio Renatico. Verwacht wordt dat de nieuw aangelegde infrastructuur de capaciteit voor de uitvoer van gas via het Tarvisio Exit Point met 8 miljard kubieke meter per jaar zal verhogen.
De compressie-eenheid in het compressorstation van Poggio Renatico wordt uiterlijk op 31 augustus 2026 gebouwd.
Investering 15. Overgangsmaatregel 5.0
Deze maatregel ondersteunt de energietransitie van productieprocessen naar een energie-efficiënt, duurzaam en op hernieuwbare energie gebaseerd productiemodel. Bijgevolg moet de maatregel leiden tot een energiebesparing van 0.4 Mtoe in het eindenergieverbruik in de periode 2024-2026.
Aan ondernemingen wordt een belastingkrediet toegekend dat evenredig is aan de tussen 1 januari 2024 en 31 december 2025 gemaakte kosten, indien zij investeren in:
digitale activa (4.0 materiële investeringsgoederen, 4.0 immateriële investeringsgoederen 123 )
activa die nodig zijn voor zelfproductie en zelfconsumptie uit hernieuwbare bronnen (met uitzondering van biomassa)
opleiding van personeel in vaardigheden voor de groene transitie.
Het belastingvoordeel moet, volgens ten minste drie incrementele drempels, in verhouding staan tot de vermindering van het eindenergieverbruik (met ten minste 3 %) of tot de energiebesparingen in de beoogde processen (van ten minste 5 % ten opzichte van het eerdere verbruik voor dergelijke processen) in verband met investeringen in de in punt a) bedoelde activa 124 .
Daarom moet de intensiteit van het belastingvoordeel toenemen in overeenstemming met de gecertificeerde verbeteringen van de energie-efficiëntie en de gerealiseerde energiebesparingen.
Om in aanmerking te komen, moet het project worden gecertificeerd door een onafhankelijke beoordelaar die certificeert dat het innovatieproject vooraf voldoet aan de subsidiabiliteitscriteria met betrekking tot de vermindering van het totale energieverbruik. Bovendien wordt in een certificering achteraf de daadwerkelijke verwezenlijking van de investeringen gecertificeerd overeenkomstig de bepalingen van de certificering vooraf.
Ten minste 4 032 000 000 EUR van de investering draagt bij aan de doelstellingen inzake klimaatverandering overeenkomstig bijlage VI bij de RRF-verordening.
Maximaal 1 % van het streefcijfer wordt toegewezen aan de ontwikkeling van een IT-platform en aanverwante activiteiten voor: de door de begunstigden ingediende certificeringen beheren; de beoordeling, de uitwisseling en het beheer van de voor de analyse gebruikte gegevens vergemakkelijken; en iii) de monitoring- en controleactiviteiten.
Daarnaast breidt de maatregel het toepassingsgebied van het in mijlpaal M1C2-1 (Transizione 4.0) ingestelde wetenschappelijk comité uit om uiterlijk op 31 augustus 2026 een verslag op te stellen waarin de doeltreffendheid wordt beoordeeld van de investeringen in het NRRP die onder de bevoegdheid van het ministerie van Ondernemingen en Made in Italië vallen (MIMIT) en de mogelijke synergieën met andere EU-financieringsbronnen in sectoren die van strategisch belang zijn voor het concurrentievermogen en de autonomie van de EU en de lidstaten.
Investering 16. Steun aan kmo’s voor zelfproductie uit hernieuwbare energiebronnen
Deze maatregel bestaat uit een overheidsinvesteringen in een subsidieregeling “Steun aan kmo’s voor zelfproductie uit hernieuwbare energiebronnen” om particuliere investeringen te stimuleren en de toegang tot financiering voor de eigen productie van energie uit hernieuwbare bronnen in Italië te verbeteren.
De regeling heeft tot doel micro-, kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s) te ondersteunen bij de uitvoering van investeringsprogramma’s die gericht zijn op de zelfproductie van energie uit hernieuwbare bronnen.
De regeling wordt uitgevoerd door rechtstreekse subsidies aan de particuliere sector te verstrekken. Op basis van de RRF-investering is de regeling bedoeld om aanvankelijk ten minste 320 000 EUR aan subsidies te verstrekken.
De regeling wordt beheerd door Invitalia SpA als uitvoerende partner. De regeling omvat de volgende productlijnen:
niet-terugbetaalbare bijdragen — gemiddeld ongeveer 50 % van de totale investering — voor de aankoop van systemen en aanverwante digitale technologieën, die de directe productie van energie uit hernieuwbare bronnen voor onmiddellijke zelfconsumptie of via accumulatie- of opslagsystemen mogelijk maken.
Met het oog op de uitvoering van de investering in de regeling ondertekenen Italië en Invitalia SpA een uitvoeringsovereenkomst die de volgende inhoud bevat:
Beschrijving van het besluitvormingsproces van de regeling: Het definitieve investeringsbesluit van de regeling wordt genomen door een investeringscomité of een ander relevant gelijkwaardig bestuursorgaan en goedgekeurd met een meerderheid van stemmen van leden die onafhankelijk zijn van de regering.
Essentiële vereisten van het bijbehorende beleggingsbeleid, waaronder:
De beschrijving van het soort verleende steun en de in aanmerking komende eindbegunstigden.
Het vereiste dat alle gesteunde investeringen economisch levensvatbaar zijn.
Het vereiste om te voldoen aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (DNSH) zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). Met name in het geval van algemene steun aan ondernemingen sluit het investeringsbeleid ondernemingen uit die sterk gericht zijn 125 op de volgende sectoren: I) energieproductie op basis van fossiele brandstoffen en aanverwante activiteiten 126 ; energie-intensieve en/of CO2-uitstotende industrieën 127 ; III) productie, verhuur of verkoop van vervuilende voertuigen 128 ; IV) afvalinzameling, afvalverwerking en -verwijdering 129 , v) verwerking van splijtstof, productie van kernenergie. Voorts vereist het investeringsbeleid dat de eindbegunstigden van de regeling de relevante EU- en nationale milieuwetgeving naleven.
De eis dat eindbegunstigden van de regeling geen steun uit andere instrumenten van de Unie ontvangen om dezelfde kosten te dekken.
Het bedrag dat onder de uitvoeringsovereenkomst valt, de vergoedingsstructuur voor de uitvoerende partner en de verplichting om ongebruikte opbrengsten van de regeling, ook na 2026, voor dezelfde beleidsdoeleinden te investeren.
Monitoring-, audit- en controlevoorschriften, met inbegrip van:
De beschrijving van het monitoringsysteem van de uitvoerende partner om verslag uit te brengen over de gemobiliseerde investeringen.
De beschrijving van de procedures van de uitvoerende partner om fraude, corruptie en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te corrigeren.
De verplichting om na te gaan of elke concrete actie in aanmerking komt overeenkomstig de in de uitvoeringsovereenkomst vastgestelde vereisten, alvorens een concrete actie te financieren.
De verplichting om risicogebaseerde controles achteraf uit te voeren overeenkomstig een auditplan van Invitalia SpA. Bij deze audits wordt nagegaan i) of de controlesystemen doeltreffend zijn, met inbegrip van de opsporing van fraude, corruptie en belangenconflicten; naleving van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan”, de staatssteunregels, de vereisten inzake klimaatdoelen; en iii) dat wordt voldaan aan het vereiste dat eindbegunstigden van de regeling geen steun uit andere instrumenten van de Unie hebben ontvangen om dezelfde kosten te dekken. Bij de audits wordt ook nagegaan of de verrichtingen wettig zijn en of de voorwaarden van de toepasselijke uitvoeringsovereenkomst worden nageleefd.
Vereisten voor door de uitvoerende partner uitgevoerde klimaatinvesteringen: 320 000 000 EUR van de RRF-investering in de faciliteit draagt bij aan de doelstellingen inzake klimaatverandering overeenkomstig bijlage VI bij de RRF-verordening 130 .
De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk 31 augustus 2026 voltooid zijn.
Investering 17. Financieel instrument voor energierenovaties van openbare en sociale woningen, en huishoudens met een laag inkomen en kwetsbare huishoudens
Het doel van de maatregel is de renovatie van huishoudens met een laag inkomen en kwetsbare huishoudens te ondersteunen en energiearmoede te verminderen. Deze maatregel bestaat uit een publieke investering in een faciliteit, het “Financieel instrument om energiearmoede te verminderen”, om particuliere investeringen te stimuleren en de toegang tot financiering van energierenovaties in sociale en openbare woningen te verbeteren om de energie-efficiëntie ten minste 30 % te verbeteren.
De faciliteit wordt beheerd door de uitvoerende partner. Dit kan Cassa Depositi e Prestiti of de Europese Investeringsbank zijn. Cassa Depositi e Prestiti en de Europese Investeringsbank kunnen ook samen met uitvoerende partners optreden. De uitvoerende partner wordt verduidelijkt in de nadere specificaties van de operationele regelingen. De faciliteit wordt geëxploiteerd door subsidies en/of gesubsidieerde leningen te verstrekken aan energiedienstenbedrijven voor de renovatie van woningen op het gebied van energie-efficiëntie.
Op basis van de investering in de herstel- en veerkrachtfaciliteit beoogt de faciliteit aanvankelijk ten minste 1 381 000 EUR aan financiële steun te verlenen.
De faciliteit omvat de volgende productlijnen:
Volkshuisvesting:
Deze productlijn verleent financiële steun in de vorm van subsidies, rentesubsidies, gesubsidieerde leningen, marktleningen aan energiedienstenbedrijven (ESCO’s) voor de energierenovatie van openbare woningen.
Sociale huisvesting:
Deze productlijn verstrekt financiële steun in de vorm van subsidies, rentesubsidies, gesubsidieerde leningen, marktleningen aan energiedienstenbedrijven (ESCO’s) voor de energierenovatie van sociale woningen.
Energierenovaties in huishoudens met een laag inkomen in appartementsgebouwen:
Deze productlijn verstrekt financiële steun in de vorm van subsidies, rentesubsidies, gesubsidieerde leningen, marktleningen aan energiedienstenbedrijven (ESCO’s) voor energierenovaties in huishoudens met een laag inkomen en kwetsbare huishoudens in appartementengebouwen.
Twee derde van de faciliteit is bestemd voor energierenovaties van openbare woningen en sociale woningen; een derde is bestemd voor energierenovaties in huishoudens met een laag inkomen in appartementengebouwen
Met het oog op de uitvoering van de investering in de faciliteit ondertekenen Italië en de uitvoerende partner een uitvoeringsovereenkomst die de volgende inhoud bevat:
Beschrijving van het besluitvormingsproces voor de faciliteit: Het definitieve investeringsbesluit van de faciliteit wordt genomen door een investeringscomité of een ander relevant gelijkwaardig bestuursorgaan en goedgekeurd met een meerderheid van stemmen van leden die onafhankelijk zijn van de regering.
Essentiële vereisten van het bijbehorende beleggingsbeleid, waaronder:
De beschrijving van het (de) financiële product (en) en de in aanmerking komende eindbegunstigden 131 .
Het vereiste dat alle gesteunde investeringen economisch levensvatbaar zijn.
Het vereiste om te voldoen aan het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (DNSH) zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren inzake het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). In het bijzonder wordt in het beleggingsbeleid de volgende lijst van activiteiten en activa uitgesloten van subsidiabiliteit: I) activiteiten en activa met betrekking tot fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 132 , ii) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die verwachte broeikasgasemissies bereiken die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 133 , iii) activiteiten en activa met betrekking tot stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 134 en installaties voor mechanische biologische behandeling 135 .
Het vereiste dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie ontvangen om dezelfde kosten te dekken.
Het bedrag dat onder de uitvoeringsovereenkomst valt, de vergoedingsstructuur voor de uitvoerende partner en de verplichting om terugvloeiende middelen opnieuw te investeren overeenkomstig het investeringsbeleid van de faciliteit, tenzij deze worden gebruikt voor de aflossing van leningen in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit.
Monitoring-, audit- en controlevoorschriften, met inbegrip van:
De beschrijving van het monitoringsysteem van de uitvoerende partner om verslag uit te brengen over de gemobiliseerde investeringen.
De beschrijving van de procedures van de uitvoerende partner om fraude, corruptie en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te corrigeren.
De verplichting om na te gaan of elke concrete actie in aanmerking komt overeenkomstig de in de uitvoeringsovereenkomst vastgestelde vereisten, alvorens een concrete actie te financieren.
De verplichting om risicogebaseerde controles achteraf uit te voeren overeenkomstig een auditplan van de Cassa Depositi e Prestiti en/of de Europese Investeringsbank. Bij deze audits wordt nagegaan i) of de controlesystemen doeltreffend zijn, met inbegrip van de opsporing van fraude, corruptie en belangenconflicten; naleving van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan”, de staatssteunregels, de vereisten inzake klimaatdoelen; en iii) dat wordt voldaan aan het vereiste dat eindbegunstigden van de faciliteit geen steun uit andere instrumenten van de Unie hebben ontvangen om dezelfde kosten te dekken. Bij de audits wordt ook nagegaan of de verrichtingen wettig zijn en of de voorwaarden van de toepasselijke uitvoeringsovereenkomst worden nageleefd.
Vereisten voor door de uitvoerende partner uitgevoerde klimaatinvesteringen: 1 381 000 000 EUR van de RRF-investering in de faciliteit draagt bij aan de doelstellingen inzake klimaatverandering overeenkomstig bijlage VI bij de RRF-verordening. 136
VRAAG 4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal /Streefwaarde |
Naam |
Kwalitatieve indicatoren
|
Kwantitatieve indicatoren
|
Indicatieve termijn voor voltooiing |
Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling |
|||
Meeteenheid |
Basislijn |
Doelpunt |
Kwartaal |
Jaar |
||||||
M7-35 |
Investering 13: Wetenschap op topniveau. Adriatische lijn fase 1 (Sulmona-compressorstation en Sestino-Minerbio-gasleiding) |
Mijlpaal |
Vaststelling en actualisering van relevante milieueffectbeoordelingen (VIncA) |
Aangewezen SSCO’s en VincA herzien en aangenomen |
KWARTAAL 1 |
2024 |
De Italiaanse autoriteiten: De gebiedsspecifieke instandhoudingsdoelstellingen vaststellen voor de Natura 2000-gebieden die door het project worden getroffen, overeenkomstig de methode die het ministerie van Milieu en Energiezekerheid in 2021 en 2023 heeft vastgesteld. De passende beoordelingen die reeds zijn uitgevoerd in het kader van de habitatrichtlijn (VINCA’s) te verifiëren in het licht van de nieuw opgerichte SSCO’s. Actualisering (indien nodig) van de passende beoordelingen (VINBA’s) die reeds in het kader van de habitatrichtlijn zijn uitgevoerd in overeenstemming met de nationale richtsnoeren van 28 december 2019, en ervoor zorgen dat deze worden geïntegreerd in de algemene milieueffectbeoordelingsprocedure. |
|||
M7-36 |
Investering 13: Wetenschap op topniveau. Adriatische lijn fase 1 (Sulmona-compressorstation en Sestino-Minerbio-gasleiding) |
Mijlpaal |
Gunning van de opdrachten |
Kennisgeving van de gunning van opdrachten |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Kennisgeving van de gunning van alle opdrachten voor de werkzaamheden die nodig zijn voor de voltooiing van het compressorstation van Sulmona en de gaspijpleiding van Sestino-Minerbio. |
|||
M7-37 |
Investering 13: Wetenschap op topniveau. Adriatische lijn fase 1 (Sulmona-compressorstation en Sestino-Minerbio-gasleiding) |
Mijlpaal |
Voltooiing van werkzaamheden |
Kennisgeving van de voltooiing van de werkzaamheden |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Het Sulmona-compressorstation en de Sestino-Minerbio-pijpleiding worden voltooid. |
|||
M7-38 |
Investering 14: Wetenschap op topniveau. Grensoverschrijdende infrastructuur voor de uitvoer van gas |
Mijlpaal |
Gunning van de opdrachten |
Kennisgeving van de gunning van opdrachten |
KWARTAAL 2 |
2024 |
Kennisgeving van de gunning van alle opdrachten voor de werkzaamheden die nodig zijn voor de voltooiing van het compressorstation van Poggio Renatico |
|||
M7-39 |
Investering 14: Wetenschap op topniveau. Grensoverschrijdende infrastructuur voor de uitvoer van gas |
Mijlpaal |
Voltooiing van werkzaamheden |
Kennisgeving van de voltooiing van de werkzaamheden |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De compressie-eenheid in het compressorstation van Poggio Renatico moet worden voltooid. |
|||
M7-40 |
Investering 15: Wetenschap op topniveau. Transizione 5.0 Groen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de rechtshandeling tot vaststelling van de criteria voor subsidiabele interventies |
Bepaling in de wetgeving met vermelding van: de inreis in rechtskracht |
KWARTAAL 1 |
2024 |
De rechtshandeling stelt belastingkredieten voor transitie 5.0 beschikbaar voor potentiële ontvangers, waarbij de subsidiabiliteitscriteria, ook in termen van minimale energiebesparingen, en het maximale uitgavenplafond voor de maatregel worden bepaald. |
|||
M7-41 |
Investering 15: Wetenschap op topniveau. Transizione 5.0 Groen |
Doel |
Toekenning van middelen uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit |
Bedrag van de toegekende middelen (EUR) |
0 |
6 300 000 000 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Kennisgeving van de toekenning van alle RRF-middelen die voor deze investering zijn bestemd. De bevredigende verwezenlijking van de doelstelling hangt ook af van de publicatie van het verslag over de beoordeling van de RRF-investeringen onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van Ondernemingen en Made in Italië. |
|
M7-42 |
Investering 15: Wetenschap op topniveau. Transizione 5.0 Groen |
Doel |
0.4 Mtoe energiebesparing in het eindenergieverbruik in de periode 2024-2026 |
Mtoe |
0 |
0.4 |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De investering genereert 0.4 MTOE aan energiebesparingen in het eindenergieverbruik in de periode 2024-2026. |
|
M7-43 |
Investering 16: Wetenschap op topniveau. Steun aan kmo’s voor zelfproductie uit hernieuwbare energiebronnen |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst. |
|||
M7-44 |
Investering 16: Wetenschap op topniveau. Steun aan kmo’s voor zelfproductie uit hernieuwbare energiebronnen |
Mijlpaal |
Het ministerie van Ondernemingen en Made in Italië heeft de overdracht van middelen aan Invitalia voltooid. |
Overdrachtscertificaat |
KWARTAAL 4 |
2024 |
Italië draagt 320 000 000 EUR over naar Invitalia voor de faciliteit. |
|||
M7-45 |
Investering 16: Wetenschap op topniveau. Steun aan kmo’s voor zelfproductie uit hernieuwbare energiebronnen |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
N.V.T |
Percentage (%) |
0 |
100 % |
KWARTAAL 2 |
2026 |
Invitalia S.p.A. heeft juridische overeenkomsten met eindbegunstigden gesloten voor een bedrag dat nodig is om 100 % van de RRF-investering in de regeling te gebruiken (rekening houdend met beheersvergoedingen). Invitalia S.p.A. stelt een verslag op met een gedetailleerde beschrijving van het percentage van deze financiering dat bijdraagt aan de klimaatdoelstellingen aan de hand van de methode in bijlage VI bij de RRF-verordening. |
M7-46 |
Investering 17: Wetenschap op topniveau. Financieel instrument voor energierenovaties van openbare en sociale woningen |
Mijlpaal |
Definitie van de doelstelling van de taakomschrijving |
Inwerkingtreding van de handeling met de definitie van het mandaat van het financieringsinstrument |
KWARTAAL 3 |
2024 |
De taakomschrijving van het financieringsinstrument vaststellen, dat gericht is op openbare en sociale woningen en energierenovaties in huishoudens met een laag inkomen en kwetsbare huishoudens in appartementengebouwen. |
|||
M7-47 |
Investering 17: Wetenschap op topniveau. Financieel instrument voor energierenovaties van openbare en sociale woningen |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst overeenkomstig de in de beschrijving van de maatregel gespecificeerde vereisten. De uitvoeringsovereenkomst bevat met name subsidiabiliteitscriteria met betrekking tot de minimale verbetering van de energie-efficiëntie die het instrument moet bereiken (ten minste 30 % vermindering van de vraag naar primaire energie) en de in aanmerking komende huishoudens (indien de subsidiabiliteit wordt bepaald op basis van hun kwetsbaarheid). |
|||
M7-48 |
Investering 17: Wetenschap op topniveau. Financieel instrument voor energierenovaties van openbare en sociale woningen |
Mijlpaal |
Ministerie heeft de investering voltooid |
Overdrachtscertificaat |
N.V.T |
N.V.T |
KWARTAAL 2 |
2025 |
Italië draagt 1 381 000 000 EUR over aan de uitvoerende partner voor de faciliteit. |
|
M7-49 |
Investering 17: Wetenschap op topniveau. Financieel instrument voor energierenovaties van openbare en sociale woningen |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
Percentage (%) |
0 % |
100 % |
KWARTAAL 2 |
2026 |
De uitvoerende partner heeft juridische financieringsovereenkomsten gesloten met energiedienstenbedrijven (ESCO’s) voor een bedrag dat nodig is om 100 % van de RRF-investering in de faciliteit te gebruiken (rekening houdend met beheersvergoedingen). In de financieringsovereenkomst met energiedienstenbedrijven (ESCO’s) wordt gespecificeerd welke activa zullen worden gerenoveerd op het gebied van energie-efficiëntie. 100 % van deze financiering draagt bij aan de klimaatdoelstellingen aan de hand van de methode in bijlage VI bij de RRF-verordening. |
Geraamde totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan
De totale kosten van het plan voor herstel en veerkracht van Italië worden geraamd op 194 415 951 466 EUR.
DEEL 2: FINANCIËLE ONDERSTEUNING
Financiële tegenprestatie
De in artikel 2, lid 2, bedoelde tranches worden als volgt georganiseerd:
Eerste tranche (niet-terugbetaalbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M1C1-51 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire wetgeving inzake de governance van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
|
M1C1-52 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire wetgeving inzake de vereenvoudiging van administratieve procedures voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan. |
|
M1C1-53 |
Investering 1.9: Wetenschap op topniveau. Verlenen van technische bijstand en versterken van de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire wetgeving om technische bijstand te verlenen en de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan te versterken |
|
M1C1-69 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het Besluit vereenvoudiging van het stelsel van overheidsopdrachten |
|
M1C1-1 |
Hervorming 1.1: ICT-aanbestedingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetsbesluiten voor hervorming 1.1 “ICT-aanbestedingen” |
|
M1C1-2 |
Hervorming 1.3: Cloud first en interoperabiliteit |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetsbesluiten voor hervorming 1.3 “Cloud First and Interoperability” |
|
M1C1-29 |
Hervorming 1.4: Hervorming van het burgerlijk recht |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van machtigingswetgeving voor de hervorming van het burgerlijk recht |
|
M1C1-30 |
Hervorming 1.5: Hervorming van het strafrecht |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van machtigingswetgeving voor de hervorming van het strafrecht |
|
M1C1-31 |
Hervorming 1.6: Hervorming van het insolventiekader |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van machtigingswetgeving voor het kader voor insolventiehervormingen |
|
M1C1-32 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor civiele, strafrechtelijke en administratieve rechtbanken |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van bijzondere wetgeving inzake aanwerving in het kader van het nationale herstel- en veerkrachtplan |
|
M1C1-54 |
Investering 1.9: Wetenschap op topniveau. Verlenen van technische bijstand en versterken van de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
Doel |
Voltooide aanwerving van deskundigen voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
|
M1C1-55 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Uitbreiding van de methode die wordt toegepast op het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan tot de nationale begroting om de absorptie van investeringen te verhogen |
|
M1C1-68 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Opslagsysteem voor audits en controles: informatie voor het monitoren van de uitvoering van de herstel- en veerkrachtfaciliteit |
|
M1C1-71 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle nodige wetgeving, verordeningen en uitvoeringshandelingen (met inbegrip van secundaire wetgeving) voor het systeem voor overheidsopdrachten |
|
M1C1-100 |
Hervorming 1.13: Hervorming van het kader voor uitgaventoetsing |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wettelijke bepalingen ter verbetering van de doeltreffendheid van de uitgaventoetsing — Versterking van het ministerie van Financiën |
|
M1C1-101 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Mijlpaal |
Vaststelling van een evaluatie van mogelijke maatregelen om belastingontduiking tegen te gaan |
|
M1C2-1 |
Investering 1: Wetenschap op topniveau. Transitie 4.0 |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van rechtshandelingen om belastingkredieten voor transitie 4.0 beschikbaar te stellen aan potentiële begunstigden en oprichting van het wetenschappelijk comité |
|
M1C3-8 |
Investeringen — 4.1 Digital Tourism Hub |
Mijlpaal |
Gunning van de opdrachten voor de ontwikkeling van het portaal voor digitaal toerisme |
|
M2C2-7 |
Hervorming 2 Nieuwe wetgeving ter bevordering van de productie en het verbruik van hernieuwbaar gas |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wetsbesluit ter bevordering van het gebruik van hernieuwbaar gas voor het gebruik van biomethaan in de vervoers-, industrie- en woonsector en een uitvoeringsbesluit waarin de voorwaarden en criteria met betrekking tot het gebruik ervan en het nieuwe stimuleringssysteem worden vastgesteld. |
|
M2C2-37 |
Hervorming 5: Slimmere procedures voor projectevaluatie in de sector lokale openbaarvervoerssystemen met vaste installaties en in de sector snel grootschalig vervoer |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wetsdecreet |
|
M2C2-41 |
Investering 5.3: Wetenschap op topniveau. Elektrische bussen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een ministerieel besluit waarin de hoeveelheid beschikbare middelen voor het bereiken van het doel van interventie wordt vastgesteld (toeleveringsketen bussen) |
|
M2C3-1 |
Investering 2.1 — Versterking van de ecobonus voor energie-efficiëntie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de verlenging van de superbonus |
|
M2C4-3 |
Hervorming 4.2 “Maatregelen om volledige beheerscapaciteit voor geïntegreerde waterdiensten te waarborgen” |
Mijlpaal |
Hervorming van het rechtskader voor een beter beheer en een duurzaam watergebruik |
|
M3C2-3 |
Hervorming 2.1 — Tenuitvoerlegging van een éénloketsysteem voor de douane (“Sportello Unico Doganale”) |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het Besluit Enig Douane Desk (Sportello Unico Doganale) |
|
M4C1-1 |
Hervorming 1.5: Hervorming van universitaire groepen; Hervorming 1.6: Het mogelijk maken universitaire diploma’s te hervormen; Hervorming 4.1: Doc.D. Hervorming van de programma’s |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de hervormingen van het stelsel voor tertiair onderwijs om de onderwijsresultaten te verbeteren (primaire wetgeving) op het gebied van: a) universitaire graden mogelijk te maken; groepen van universitaire diploma’s; hervorming van PhD-programma’s |
|
M4C1-2 |
Investering 1.7: Wetenschap op topniveau. Beurzen voor toegang tot universiteiten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van ministeriële decreten voor de hervorming van beurzen om de toegang tot tertiair onderwijs te verbeteren |
|
M5C1-1 |
Hervorming 1 — AAMB en beroepsopleiding |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het interministerieel besluit tot vaststelling van een nationaal programma voor de gegarandeerde inzetbaarheid van werknemers (GOL) en een interministerieel besluit tot vaststelling van een nationaal plan voor nieuwe vaardigheden |
|
M5C2-1 |
Hervorming 1 — Kaderwet inzake handicaps |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de kaderwet ter versterking van de autonomie van personen met een handicap. |
|
M5C2-5 |
Investering 1 — Ondersteuning van kwetsbare personen en preventie van institutionalisering |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het operationele plan |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 11 494 252 874 |
Tweede tranche (niet-terugbetaalbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M2C4-5 |
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van nationale parken |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de administratieve vereenvoudiging en ontwikkeling van digitale diensten voor bezoekers van nationale parken en beschermde mariene gebieden |
|
M5C2-9 |
Investering 3 — Eerste huisvesting en poststations |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het operationele plan voor projecten op het gebied van huisvesting, eerste huisvesting en poststations, waarin de vereisten worden vastgesteld voor projecten die door lokale entiteiten kunnen worden gepresenteerd, en lancering van een oproep tot het indienen van voorstellen |
|
M1C1-33 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor administratieve rechtbanken |
Doel |
Start van de aanwervingsprocedures voor administratieve rechtbanken |
|
M1C1-56 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de machtigingswetgeving voor de hervorming van de openbare werkgelegenheid |
|
M1C1-70 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de herziening van het wetboek inzake overheidsopdrachten (D.Lgs. n. 50/2016) |
|
M1C1-103 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire en secundaire wetgeving en regelgeving en voltooiing van administratieve processen ter bevordering van de naleving van de belastingwetgeving en ter verbetering van audits en controles |
|
M1C1-104 |
Hervorming 1.13: Hervorming van het kader voor uitgaventoetsing |
Mijlpaal |
Vaststelling van besparingsdoelstellingen voor uitgaventoetsingen voor de jaren 2023-2025 |
|
M1C3-11 |
Investering 1.3 — Verbeteren van de energie-efficiëntie in bioscopen, theaters en musea |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het decreet van het ministerie van Cultuur voor de toewijzing van middelen: verbetering van de energie-efficiëntie op plaatsen van cultuur |
|
M2C1-1 |
Hervorming 1.1 — Nationale strategie voor de circulaire economie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het ministerieel besluit tot vaststelling van de nationale strategie voor de circulaire economie |
|
M2C1-2 |
Hervorming 1.3 — Technische ondersteuning van lokale overheden |
Mijlpaal |
Goedkeuring van de overeenkomst voor de ontwikkeling van het actieplan voor capaciteitsopbouw ter ondersteuning van lokale overheden |
|
M2C1-11 |
Investering 3.3: Wetenschap op topniveau. Cultuur en bewustzijn over milieuthema’s en -uitdagingen |
Mijlpaal |
Lancering van een webplatform en contracten met auteurs |
|
M2C2-18 |
Investering 3.5 Onderzoek en ontwikkeling op het gebied van waterstof |
Mijlpaal |
Gunning van alle openbare O & O-contracten voor onderzoeksprojecten op het gebied van waterstof |
|
M2C2-21 |
Hervorming 4 Maatregelen ter bevordering van het concurrentievermogen van waterstof |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van fiscale stimuleringsmaatregelen |
|
M2C2-38 |
Investering 5.1: Wetenschap op topniveau. Hernieuwbare energiebronnen en batterijen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een ministerieel besluit |
|
M2C2-42 |
Investering 5.4: Wetenschap op topniveau. Steun voor start-ups en durfkapitaal dat actief is in de ecologische transitie |
Mijlpaal |
Ondertekening van de financiële overeenkomst |
|
M2C3-4 |
Hervorming 1.1: Vereenvoudiging en versnelling van de procedures voor energie-efficiëntiemaatregelen |
Mijlpaal |
Vereenvoudiging en versnelling van de procedures voor energie-efficiëntiemaatregelen |
|
M2C4-1 |
Hervorming 2.1. Vereenvoudiging en versnelling van de procedures voor de uitvoering van interventies tegen hydrogeologische instabiliteit |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de vereenvoudiging van het rechtskader voor een beter beheer van hydrologische risico’s |
|
M2C4-4 |
Hervorming 4.2 “Maatregelen om volledige beheerscapaciteit voor geïntegreerde waterdiensten te waarborgen” |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het nieuwe rechtskader voor irrigatiedoeleinden |
|
M4C1-3 |
Hervorming 2.1: Aanwerving van leerkrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de hervorming inzake het beroep van leraar. |
|
M4C1-4 |
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. School 4.0: innovatieve scholen, bekabeling, nieuwe klaslokalen en workshops |
Mijlpaal |
Schoolplan 4.0 ter bevordering van de digitale transitie van het Italiaanse schoolsysteem wordt goedgekeurd |
|
M4C2-4 |
Hervorming 1.1: Uitvoering van O & O-steunmaatregelen ter bevordering van vereenvoudiging en mobiliteit |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van ministeriële besluiten inzake vereenvoudiging en mobiliteit op het gebied van onderzoek en ontwikkeling in verband met het gewone financieringsfonds. |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 11 494 252 874 |
Derde tranche (niet-terugbetaalbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M2C4-2 |
Hervorming 4.2 “Maatregelen om volledige beheerscapaciteit voor geïntegreerde waterdiensten te waarborgen” |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de hervorming om volledige beheerscapaciteit voor geïntegreerde waterdiensten te waarborgen |
|
M1C1-3 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale infrastructuur |
Mijlpaal |
Voltooiing van de Polo Strategico Nazionale (PSN) |
|
M1C1-4 |
Investering 1.3.1: Wetenschap op topniveau. Nationaal digitaal gegevensplatform |
Mijlpaal |
Nationaal digitaal gegevensplatform operationeel |
|
M1C1-5 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Mijlpaal |
Oprichting van het nieuwe nationale agentschap voor cyberveiligheid |
|
M1C1-6 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Mijlpaal |
Initiële uitrol van de nationale cyberbeveiligingsdiensten |
|
M1C1-7 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Mijlpaal |
Start van het netwerk van laboratoria voor cyberbeveiligingsscreening en -certificering |
|
M1C1-8 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Mijlpaal |
Activering van een centrale auditeenheid voor PSNC-NIS-beveiligingsmaatregelen |
|
M1C1-9 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Doel |
Steun voor de modernisering van beveiligingsstructuren T1 |
|
M1C1-10 |
Hervorming 1.2: Ondersteuning van de transformatie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de oprichting van Transformation Team en NewCo |
|
M1C1-34 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor het bureau van de rechtbank voor burgerlijke en strafzaken |
Doel |
Start van de aanwervingsprocedures voor civiele en strafrechtelijke rechtbanken |
|
M1C1-35 |
Hervorming 1.7: Hervorming van de belastingrechtbanken |
Mijlpaal |
Uitgebreide hervorming van de belastingrechtbanken van eerste en tweede aanleg |
|
M1C1-36 |
Hervormingen 1.4, 1.5 en 1.6: Hervorming van de civiele en strafrechtspleging en de hervorming van het insolventierecht |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van gedelegeerde handelingen voor de hervorming van het burgerlijk recht en het strafrecht en van de hervorming van het insolventierecht |
|
M1C1-57 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van administratieve procedures voor de hervorming van de vereenvoudiging met het oog op de uitvoering van de herstel- en veerkrachtfaciliteit |
|
M1C1-102 |
Hervorming 1.13: Hervorming van het kader voor uitgaventoetsing |
Mijlpaal |
Goedkeuring van een verslag over de doeltreffendheid van de praktijken die door geselecteerde overheidsdiensten worden gebruikt voor het opstellen en uitvoeren van spaarplannen |
|
M1C1-105 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
Groter aantal “nalevingsbrieven” |
|
M1C1-106 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
Vermindering van het aantal fout-positieve “nalevingsbrieven” |
|
M1C1-107 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
Verhoging van de belastinginkomsten als gevolg van “nalevingsbrieven” |
|
M1C2-6 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de jaarlijkse mededingingswet 2021 |
|
M1C2-7 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle energiegerelateerde uitvoeringsmaatregelen en secundaire wetgeving (indien nodig) |
|
M1C2-8 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle uitvoeringsmaatregelen (met inbegrip van afgeleide wetgeving, indien nodig) voor de doeltreffende uitvoering en toepassing van de maatregelen die voortvloeien uit de jaarlijkse mededingingswet 2021 |
|
M1C3-6 |
Hervorming — Minimale milieucriteria voor culturele evenementen in 3.1 |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een decreet tot vaststelling van sociale en milieucriteria bij openbare aanbestedingen voor door de overheid gefinancierde culturele evenementen |
|
M2C1-3 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Logistiek plan voor de agrovoedingssector, de visserij- en aquacultuursector, de bosbouw, de bloementeelt en de kwekerijsector |
Mijlpaal |
Bekendmaking van de definitieve rangschikking in het kader van de logistieke stimuleringsregeling |
|
M2C1-4 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Agrozonnepark |
Doel |
Toewijzing van middelen aan de begunstigden in% van de totale financiële middelen die aan de investering zijn toegewezen |
|
M2C2-8 |
Investering 2.1 Versterking van slimme netwerken |
Mijlpaal |
Gunning van (alle) overheidsopdrachten om de netwerkcapaciteit te vergroten |
|
M2C2-12 |
Investering 2.2 Interventies om de veerkracht van het elektriciteitsnet te vergroten |
Mijlpaal |
Toekenning van de projecten om de veerkracht van het elektriciteitsnet te vergroten |
|
M3C2-1 |
Hervorming 1.1 — Vereenvoudiging van de procedures voor het proces van strategische planning |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetswijzigingen in verband met de vereenvoudiging van de procedures voor het proces van strategische planning |
|
M3C2-2 |
Hervorming 1.2 — Concurrentiële gunning van concessies in Italiaanse havens |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de verordening inzake havenconcessies |
|
M3C2-4 |
Hervorming 1.3 — Vereenvoudiging van de vergunningsprocedures voor koudestrijkinstallaties |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de vereenvoudiging van de vergunningsprocedures voor koude-strijkinstallaties |
|
M4C1-5 |
Hervorming 1.3: Reorganisatie van het schoolsysteem; Hervorming 1.2: Hervorming van het systeem voor tertiaire beroepsopleiding (ITS); Hervorming 1.1: Hervorming van technische en beroepsinstellingen; Hervorming 1.4: Hervorming van het “Oriëntatie” -systeem |
Mijlpalen |
Inwerkingtreding van de hervormingen van het basis- en middelbaar onderwijs om de onderwijsresultaten te verbeteren |
|
M4C1-6 |
Hervorming 2.2: Hoger onderwijs en permanente opleiding voor schoolmanagers, leerkrachten, administratief en technisch personeel |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving die gericht is op het opzetten van een kwaliteitsopleidingssysteem voor scholen. |
|
M4C2-1 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Financiering van projecten van jonge onderzoekers |
Doel |
Aantal studenten waaraan een onderzoeksbeurs is toegekend |
|
M5C1-2 |
Hervorming 1 — AAMB en beroepsopleiding |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding op regionaal niveau van alle plannen voor de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) |
|
M5C1-6 |
Investering 1 — Versterking van de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) |
Doel |
Openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) voeren de in het versterkingsplan geplande activiteiten uit gedurende de periode 2021-2023 van drie jaar |
|
M5C1-8 |
Hervorming 2 — Onaangegeven werk |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een nationaal plan en een stappenplan voor de bestrijding van zwartwerk in alle economische sectoren. |
|
M5C1-12 |
Investering 2 — Certificeringssysteem voor gendergelijkheid |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het certificeringssysteem voor gendergelijkheid en de bijbehorende stimuleringsmechanismen voor bedrijven |
|
M5C2-7 |
Investering 2 — Autonome patronen voor mensen met een handicap |
Doel |
Sociale districten hebben ten minste één project uitgevoerd met betrekking tot de renovatie van woonruimten en/of de levering van ICT-apparatuur aan mensen met een handicap, vergezeld van opleidingen op het gebied van digitale vaardigheden |
|
M5C3-1 |
Investering 1.1.1: Wetenschap op topniveau. Binnenshuis — Verbetering van de sociale diensten en infrastructuur van de gemeenschap |
Mijlpaal |
Award of the tender for the interventions to improve social services and infrastructures in Inner Areas and for the support to pharmacies in municipalities of less than 3 000 inhabitants |
|
M6C2-1 |
Hervorming 1: Herziening en actualisering van het huidige rechtskader van de wetenschappelijke instituten voor horeca en zorg (IRCCS) en het onderzoeksbeleid van het ministerie van Volksgezondheid om de koppeling tussen onderzoek, innovatie en gezondheidszorg te versterken |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het wetsbesluit tot reorganisatie van het reglement betreffende de wetenschappelijke instellingen voor ziekenhuisopname en -verzorging (IRCSS) |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 11 494 252 874 |
Vierde tranche (niet-terugvorderbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M1C1-11 |
Investering 1.6.6: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van de financiële politie |
Doel |
Financiële politie — Aankoop professionele gegevenswetenschappelijke diensten T1 |
|
M1C1-72 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Mijlpaal |
Maatregelen ter vermindering van achterstallige betalingen door de overheid aan bedrijven worden goedgekeurd |
|
M1C1-73 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de hervorming van het wetboek overheidsopdrachten |
|
M2C2-14 |
Investering 3.3 Waterstoftests voor wegvervoer |
Mijlpaal |
Gunning van (alle) overheidsopdrachten voor de ontwikkeling van oplaadstations op basis van waterstof |
|
M2C2-16 |
Investering 3.4 — Waterstoftests voor spoormobiliteit |
Mijlpaal |
Toewijzing van middelen aan waterstoftests voor spoormobiliteit |
|
M2C2-20 |
Hervorming 3 Administratieve vereenvoudiging en vermindering van regelgevingsbelemmeringen voor de uitrol van waterstof |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de nodige wetgevingsmaatregelen |
|
M5C2-3 |
Hervorming 2 — Hervorming voor niet-zelfvoorzienende ouderen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een kaderwet ter versterking van de maatregelen ten behoeve van ouderen die niet zelfvoorzienend zijn |
|
M1C1-37 |
Hervormingen 1.4 en 1.5: Hervorming van het burgerlijk recht en het strafrecht |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de hervorming van het burgerlijk recht en het strafrecht |
|
M1C1-58 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van rechtshandelingen voor de hervorming van de werkgelegenheid bij de overheid |
|
M1C1-74 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle noodzakelijke uitvoeringsmaatregelen en secundaire wetgeving voor de hervorming van het wetboek overheidsopdrachten |
|
M1C1-109 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
Eerste vooraf ingevulde btw-aangiften verzenden |
|
M2C2-27 |
Investering 4.3 — Installatie van laadinfrastructuur |
Mijlpaal |
Toekenning van alle overheidsopdrachten voor de installatie van laadinfrastructuur M1 |
|
M2C2-33 |
Investering 4.4.2: Wetenschap op topniveau. Versterking van het regionale spoorwegwagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije treinen en universele dienstverlening |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de versterking van het regionale spoorwegwagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije treinen en universele dienst |
|
M2C3-2 |
Investering 2.1 — Versterking van de ecobonus voor energie-efficiëntie |
Doel |
Superbonus voor de renovatie van gebouwen T1 |
|
M4C1-9 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Plan voor kinderdagverblijven en kleuterscholen en voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie en opvang |
Mijlpaal |
Toekenning van opdrachten voor de bouw, renovatie en het waarborgen van de veiligheid van kinderdagverblijven, kleuterscholen en voor voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie en opvang |
|
M5C3-8 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Gestructureerde sociaal-educatieve maatregelen ter bestrijding van onderwijsarmoede in het zuiden ter ondersteuning van de tertiaire sector; |
Doel |
Educatieve ondersteuning voor minderjarigen (eerste reeks) |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 2 315 646 882 |
Vijfde tranche (niet-terugvorderbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
M1C2-4 |
Hervorming 1: Hervorming van het stelsel van industriële eigendom |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wetsbesluit tot hervorming van het Italiaanse wetboek van industriële eigendom en de desbetreffende uitvoeringshandelingen |
M1C3-4 |
Investeringen — 1.3 Verbetering van de energie-efficiëntie in bioscopen, theaters en musea |
Doel |
Interventies op staatsmusea en culturele locaties, theaterzalen en bioscopen afgerond (eerste reeks) |
M1C1-12 |
Investering 1.3.2: Eén digitale toegangspoort |
Doel |
Eén digitale toegangspoort |
M1C1-13 |
Investering 1.4.6: Wetenschap op topniveau. Mobiliteit als dienst voor Italië |
Mijlpaal |
Mobiliteit als dienstoplossing M1 |
M1C1-38 |
Hervorming 1.8: Digitalisering van justitie |
Mijlpaal |
Digitalisering van het rechtsstelsel |
M1C1-59 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van strategisch personeelsbeheer in het openbaar bestuur |
M1C1-73quater |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van richtsnoeren voor aanbestedingen onder de EU-drempel |
M1C1-75 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Volledige werking van het nationale e-aanbestedingssysteem |
M1C1-84 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Gemiddelde tijd tussen de publicatie en de gunning van de opdracht |
M1C1-86 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Ambtenaren die zijn opgeleid in het kader van de strategie voor vrije beroepen op het gebied van overheidsaankopen |
M1C1-87 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Aanbestedende diensten die gebruikmaken van dynamische aankoopsystemen |
M1C1-110 |
Hervorming 1.13: Hervorming van het kader voor uitgaventoetsing |
Mijlpaal |
Herclassificatie van de algemene staatsbegroting met betrekking tot de milieu-uitgaven en de uitgaven ter bevordering van gendergelijkheid |
M1C2-9 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de jaarlijkse mededingingswet 2022 |
M1C2-10 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle uitvoeringsmaatregelen (met inbegrip van afgeleide wetgeving, indien nodig) voor de doeltreffende uitvoering en toepassing van de maatregelen die voortvloeien uit de jaarlijkse mededingingswet 2022 |
M1C3-7 |
Investeringen — 3.3 Capaciteitsopbouw voor cultuurexploitanten om de digitale en groene transitie te beheren. |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten met de uitvoerende organisatie/begunstigden voor alle interventies om de digitale en groene transitie van culturele actoren te beheren |
M2C1-5 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Agrozonnepark |
Doel |
Toewijzing van middelen aan de begunstigden in% van de totale financiële middelen die aan de investering zijn toegewezen |
M2C2-22 |
Investering 4.1 Investeringen in zachte mobiliteit (nationaal plan voor fietspad) |
Streefdoel: |
Fietspaden T1 |
M4C1-10 |
Hervorming 2.1: Aanwerving van leerkrachten; Hervorming 1.3: Reorganisatie van het schoolsysteem; Hervorming 1.2: Hervorming van het systeem voor tertiaire beroepsopleiding (ITS); Hervorming 1.4: Hervorming van het “oriëntatiesysteem”; Hervorming 1.5: Hervorming van universitaire groepen; Hervorming 1.6: Hervorming van universitaire diploma’s mogelijk maken |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van verordeningen voor de effectieve uitvoering en toepassing van alle maatregelen met betrekking tot de hervormingen van het basis-, middelbaar en tertiair onderwijs, waar nodig |
M4C1-11 |
Investering 1.7: Wetenschap op topniveau. Beurzen voor toegang tot universiteiten |
Doel |
Toegekende universitaire beurs |
M5C3-3 |
Investering 2: Wetenschap op topniveau. Gezondheidsvoorzieningen in de nabijheid van het grondgebied |
Doel |
Steun voor plattelandsapotheken in gemeenten, gehuchten of woongebieden met minder dan 5 000 inwoners (eerste reeks) |
M1C1-113 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
Groter aantal “nalevingsbrieven” |
M1C1-114 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
Verhoging van de belastinginkomsten als gevolg van “nalevingsbrieven” |
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 3 621 492 701 |
Zesde Instalment (niet-terugvorderbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M1C1-14bis |
Hervorming 1.9 bis: Hervorming om de uitvoering van het cohesiebeleid te versnellen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de nationale wetgeving om de uitvoering van het cohesiebeleid te versnellen |
|
M1C1-15 |
Investering 1.6.6: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van de financiële politie |
Doel |
Financiële politie — Aankoop professionele gegevenswetenschappelijke diensten T2 |
|
M1C1-37bis |
Hervorming 1.4: Hervorming van het burgerlijk recht |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van maatregelen om de achterstand weg te werken |
|
M1C1-72bis |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Mijlpaal |
Wetgevende en specifieke maatregelen om betalingsachterstanden op centraal/lokaal niveau terug te dringen |
|
M1C1-85 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Gemiddelde tijd tussen de gunning van de opdracht en de realisatie van de infrastructuur |
|
M1C1-99 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Aanbestedende diensten die gebruikmaken van dynamische aankoopsystemen |
|
M2C2-6 |
Hervorming 1 Vereenvoudiging van vergunningsprocedures voor hernieuwbare onshore- en offshore-installaties en nieuw rechtskader ter ondersteuning van de productie uit hernieuwbare bronnen en van de tijd en de verlenging van de subsidiabiliteit van de huidige steunregelingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wettelijk kader voor de vereenvoudiging van de vergunningsprocedures voor bouwstructuren voor hernieuwbare onshore- en offshore-energie |
|
M4C1-8 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Plan voor de verbetering van de infrastructuur voor de sport van scholen |
Mijlpaal |
Gunning van opdrachten voor interventies voor de bouw en renovatie van sportvoorzieningen en sportscholen voor schoolgebruik |
|
M5C1-9 |
Hervorming 2 — Onaangegeven werk |
Mijlpaal |
Acties uitvoeren ter bestrijding van zwartwerk |
|
M5C2-4 |
Hervorming 2 — Hervorming voor niet-zelfvoorzienende ouderen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de wetgevingsbesluiten ter ontwikkeling van de bepalingen van de kaderwet ter versterking van de acties ten gunste van ouderen die niet zelfvoorzienend zijn |
|
M7-9 |
Hervorming 5: Plan voor nieuwe vaardigheden — Overgang |
Mijlpaal |
Goedkeuring en publicatie van het nieuwe vaardighedenplan — transities en van de routekaart voor de uitvoering |
|
M7-32 |
Investering 12 Financieringsinstrument voor de ontwikkeling van een internationaal, industrieel en O & O leiderschap in emissievrije bussen |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
|
M1C1-39 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor civiele en strafrechtelijke rechtbanken |
Doel |
Afronding van de aanwervingsprocedures voor civiele en strafrechtbanken en voor territoriale en centrale diensten van het ministerie van Justitie die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan |
|
M1C1-40 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor administratieve rechtbanken |
Doel |
Afronding van aanwervingsprocedures voor administratieve rechtbanken |
|
M1C1-41 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor administratieve rechtbanken |
Doel |
Vermindering van achterstallige zaken voor administratieve regionale rechtbanken |
|
M1C1-42 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor administratieve rechtbanken |
Doel |
Vermindering van achterstallige zaken voor de Raad van State |
|
M1C1-59 BIS |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Uitvoering van strategisch personeelsbeheer in het openbaar bestuur |
|
M1C1-73bis |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Vaststelling van een circulaire met richtsnoeren voor het kwalificatiesysteem voor aanbestedende diensten |
|
M1C1-108 |
Hervorming 1.15: Hervorming van de regels voor overheidsboekhouding |
Mijlpaal |
Goedkeuring van het conceptuele kader, de reeks standaarden voor boekhouding op transactiebasis en het multidimensionale rekeningstelsel |
|
M1C1-111 |
Hervorming 1.13: Hervorming van het kader voor uitgaventoetsing |
Mijlpaal |
Afronding van de jaarlijkse uitgaventoetsing voor 2023, met verwijzing naar de in 2022 vastgestelde besparingsdoelstelling voor 2023 |
|
M1C1-112 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
De operationele capaciteit van de belastingdienst verbeteren in overeenstemming met de aanwervingsdoelstellingen van het “prestatieplan 2021-2023” van het agentschap voor inkomsten |
|
M1C2-2 |
Investering 1: Wetenschap op topniveau. Transitie 4.0 |
Doel |
Overgang 4.0 belastingkredieten toegekend aan bedrijven op basis van in 2021-2022 ingediende belastingaangiften |
|
M1C3-9 |
Investering 4.1 Digital Tourism Hub |
Doel |
Betrokkenheid van toeristische actoren bij de hub voor digitaal toerisme |
|
M1C3-10 |
Hervorming 4.1 Regelgeving betreffende de beroepen van toeristengidsen. |
Mijlpaal |
Definitie van een nationale norm voor toeristengidsen |
|
M2C1-6 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Agrozonnepark |
Doel |
Toewijzing van middelen aan de begunstigden in% van de totale financiële middelen die aan de investering zijn toegewezen |
|
M3C2-5 |
Investering 2.1 — Digitalisering van de logistieke keten |
Doel |
Digitalisering van de logistieke keten |
|
M5C2-2 |
Hervorming 1 — Kaderwet inzake handicaps |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de wetgevingsbesluiten ter ontwikkeling van de bepalingen van de kaderwet ter versterking van de autonomie van personen met een handicap |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 2 053 579 667 |
Zevende tranche (niet-terugvorderbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M1C1-17 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale infrastructuur |
Doel |
Migratie naar de Polo Strategico Nazionale T1 |
|
M7-7 |
Hervorming 4: Beperking van financiële risico’s verbonden aan hernieuwbare-stroomafnameovereenkomsten (stroomafnameovereenkomsten) |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire wetgeving |
|
M7-14 |
Investering 4: Wetenschap op topniveau. Tyrreense verbinding |
Mijlpaal |
Gunning van de opdrachten |
|
M3C2-7 |
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Koudestrijken |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten |
|
M1C1-18 |
Investering 1.3.1: Wetenschap op topniveau. Nationaal digitaal gegevensplatform |
Doel |
API’s op nationaal digitaal gegevensplatform T1 |
|
M1C1-19 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Doel |
Steun voor de modernisering van beveiligingsstructuren T2 |
|
M1C1-20 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Mijlpaal |
Volledige uitrol van nationale cyberbeveiligingsdiensten |
|
M1C1-21 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Mijlpaal |
Voltooiing van het netwerk van laboratoria voor cyberbeveiligingsscreening en -certificering, evaluatiecentra |
|
M1C1-22 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Cyberveiligheid |
Mijlpaal |
Volledige werking van de centrale auditeenheid voor PSNC-NIS-beveiligingsmaatregelen met ten minste 30 inspecties |
|
M1C1-43 |
Hervorming 1.4: Hervorming van het burgerlijk recht |
Doel |
Vermindering van achterstallige zaken voor gewone civiele rechtbanken (eerste aanleg) |
|
M1C1-44 |
Hervorming 1.4: Hervorming van het burgerlijk recht |
Doel |
Vermindering van achterstallige zaken voor het civiele hof van beroep (tweede aanleg) |
|
M1C1-60 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Volledige uitvoering (met inbegrip van alle gedelegeerde handelingen) van de vereenvoudiging en/of digitalisering van een reeks van 200 kritieke procedures die van invloed zijn op burgers en bedrijven |
|
M1C1-72ter |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Mijlpaal |
Meer personele middelen voor betalingsachterstanden |
|
M1C1-72quater |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Mijlpaal |
Goedkeuring van het actieplan |
|
M1C1-73ter |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Stimulansen voor de kwalificatie en professionalisering van aanbestedende diensten. |
|
M1C1-73quinquies |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van nieuwe wettelijke bepalingen inzake projectfinanciering |
|
M1C1-75bis |
Investering 1.10: Wetenschap op topniveau. Ondersteuning van kwalificaties en e-aanbesteding |
Mijlpaal |
Ondersteuning van kwalificaties en e-aanbesteding |
|
M1C1-84bis |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Mijlpaal |
Maatregelen om de besluitvorming bij de gunning van opdrachten door aanbestedende diensten te versnellen |
|
M1C1-98 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Ambtenaren die zijn opgeleid in het kader van de strategie voor vrije beroepen op het gebied van overheidsaankopen |
|
M1C2-11 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de jaarlijkse mededingingswet 2023 |
|
M1C2-12 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van alle uitvoeringsmaatregelen (met inbegrip van afgeleide wetgeving, indien nodig) voor de doeltreffende uitvoering en toepassing van de maatregelen die voortvloeien uit de jaarlijkse mededingingswet 2023 |
|
M2C1-6bis |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Agrozonnepark |
Doel |
Toewijzing van middelen aan de begunstigden in% van de totale financiële middelen die aan de investering zijn toegewezen |
|
M2C1-7 |
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Innovatie en mechanisatie in de landbouw- en voedingssector |
Doel |
Publicatie van de definitieve rangschikking met vermelding van de eindontvangers. |
|
M2C2-28 |
Investering 4.3 — Installatie van laadinfrastructuur |
Mijlpaal |
Toekenning van alle overheidsopdrachten voor de installatie van laadinfrastructuur M2 |
|
M4C1-12 |
Investering 4.1: Wetenschap op topniveau. Uitbreiding van het aantal en de carrièremogelijkheden van doctoraatsopleidingen (onderzoeksgericht, openbaar bestuur en cultureel erfgoed) |
Doel |
Doctoraatsprogramma’s die per jaar worden toegekend (over drie jaar) |
|
M4C1-14 |
Hervorming 2.1: Aanwerving van leerkrachten |
Doel |
Leerkrachten die zijn aangeworven met het hervormde aanwervingssysteem |
|
M4C1-15 |
Investering 1.7: Wetenschap op topniveau. Beurzen voor toegang tot universiteiten |
Doel |
Beurzen voor toegang tot universiteiten |
|
M4C2-3 |
Investering 3.3: Wetenschap op topniveau. Invoering van innovatieve doctoraten die tegemoetkomen aan de innovatiebehoeften van ondernemingen en de aanwerving van onderzoekers door bedrijven bevorderen |
Doel |
Aantal beurzen voor innovatieve promovendi wordt toegekend |
|
M5C1-15bis |
Investering 4 — Universele overheidsdienst |
Mijlpaal |
Normatieve herziening van de huidige “Disposizioni concernenti la disciplinina dei rapporti tra enti e operatori volontari del servizio civile universale” (decreto del Presidente del Consiglio dei ministri) van 14januari 2019, ter versterking van de universele overheidsdienst |
|
M7-1 |
Hervorming 1: Stroomlijning van de vergunningsprocedures voor hernieuwbare energie |
Mijlpaal |
Identificatie van “gebieden voor de versnelde uitrol van hernieuwbare energie” |
|
M7-4 |
Hervorming 2: Vermindering van milieuschadelijke subsidies |
Mijlpaal |
Goedkeuring van een regeringsverslag, dat voortbouwt op de resultaten van de raadpleging van de overheid met belanghebbenden om het stappenplan vast te stellen om subsidies die schadelijk zijn voor het milieu tegen 2030 te verminderen. |
|
M7-8 |
Hervorming 4: Beperking van financiële risico’s verbonden aan hernieuwbare-stroomafnameovereenkomsten (stroomafnameovereenkomsten) |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van afgeleide wetgeving |
|
M7-16 |
Investering 5: Wetenschap op topniveau. SA.CO.I.3 |
Mijlpaal |
Gunning van de opdrachten |
|
M4C1-10 bis |
Hervorming 1.1: Hervorming van technische en beroepsinstellingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de secundaire wetgeving. |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 5 294 563 760 |
Achtste tranche (niet-terugvorderbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M1C1-23 |
Investering 1.4.6: Wetenschap op topniveau. Mobiliteit als dienst voor Italië |
Mijlpaal |
Mobiliteit als dienstoplossing M2 |
|
M1C1-76 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen voor centrale overheidsdiensten om bedrijven te betalen |
|
M1C1-77 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen voor regionale overheden om bedrijven te betalen |
|
M1C1-78 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen voor lokale overheden om bedrijven te betalen |
|
M1C1-79 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen voor de openbare gezondheidszorg om bedrijven te betalen |
|
M1C1-80 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen vertraging voor centrale overheidsdiensten om bedrijven te betalen |
|
M1C1-81 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen vertraging voor regionale overheden om bedrijven te betalen |
|
M1C1-82 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen vertraging voor lokale overheden om bedrijven te betalen |
|
M1C1-83 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen vertraging voor de overheid in de gezondheidszorg om bedrijven te betalen |
|
M1C1-25 |
Investering 1.6.6: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van de financiële politie |
Mijlpaal |
De operationele informatiesystemen ontwikkelen die worden gebruikt voor de bestrijding van economische criminaliteit |
|
M1C1-61 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Voltooiing van de uitvoering (met inbegrip van alle gedelegeerde handelingen) van de vereenvoudiging en/of digitalisering van een extra reeks van 50 kritieke procedures die rechtstreeks van invloed zijn op burgers |
|
M1C1-62 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Verhoging van de absorptie van investeringen |
|
M1C1-97 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Gemiddelde tijd tussen de gunning van de opdracht en de realisatie van de infrastructuur |
|
M1C1-115 |
Hervorming 1.13: Hervorming van het kader voor uitgaventoetsing |
Mijlpaal |
Afronding van de jaarlijkse uitgaventoetsing voor 2024, met verwijzing naar de in 2022 en 2023 vastgestelde besparingsdoelstelling voor 2024 |
|
M1C2-3 |
Investering 1: Wetenschap op topniveau. Transitie 4.0 |
Doel |
Overgang 4.0 belastingkredieten toegekend aan bedrijven op basis van in 2021-2023 ingediende belastingaangiften |
|
M4C1-16 |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Nieuwe vaardigheden en nieuwe talen |
Doel |
Scholen die STEM-begeleidingsprojecten in 2024/25 hebben geactiveerd |
|
M4C1-17 |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Nieuwe vaardigheden en nieuwe talen |
Doel |
Jaarlijkse taal- en methodologische cursussen voor leerkrachten |
|
M4C2-1 bis |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Financiering van projecten van jonge onderzoekers |
Doel |
Aantal studenten waaraan een onderzoeksbeurs is toegekend |
|
M7-2 |
Hervorming 1: Stroomlijning van de vergunningsprocedures voor hernieuwbare energie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire wetgeving (Testo Unico) |
|
M7-20 |
Investering 6: Wetenschap op topniveau. Grensoverschrijdende elektriciteitsinterconnectieprojecten tussen Italië en buurlanden |
Mijlpaal |
Gunning van opdrachten voor de bouw van twee interconnectoren tussen Italië en Slovenië: “Zaule — Dekani” en “Redipuglia — Vrtojba” |
|
M7-25 |
Investering 8: Wetenschap op topniveau. Duurzame, circulaire en veilige voorziening van kritieke grondstoffen |
Mijlpaal |
Publicatie van het verslag over de toekomstige behoeften aan kritieke grondstoffen en het potentieel van ecologisch ontwerp om de vraag naar kritieke grondstoffen te verminderen |
|
M7-30 |
Investering 10: Wetenschap op topniveau. Proefproject inzake vaardigheden “Crescere Green” |
Doel |
Begunstigden die opleidingsmodules voltooien |
|
M7-34 |
Investering 12 Financieringsinstrument voor de ontwikkeling van een internationaal, industrieel en O & O leiderschap in emissievrije bussen |
Mijlpaal |
Ministerie heeft de investering voltooid |
|
M1C2-14bis |
Hervorming 3: Rationalisering en vereenvoudiging van stimulansen voor ondernemingen. |
Mijlpaal |
Publicatie van de evaluatie van het verslag alle stimulansen voor ondernemingen |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 3 541 589 877 |
Negende tranche (niet-terugvorderbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
M4C1-7 |
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Buitengewone interventie gericht op het verkleinen van territoriale lacunes in de I- en II-cycli van de middelbare school en op het aanpakken van voortijdig schoolverlaten |
Doel |
Studenten of jongeren die hebben deelgenomen aan mentorschapsactiviteiten of opleidingscursussen |
M4C1-14 bis |
Hervorming 2.1: Aanwerving van leerkrachten |
Doel |
Leerkrachten die zijn aangeworven met het hervormde aanwervingssysteem |
M7-6 |
Hervorming 3: Verlaging van de kosten van de aansluiting op het gasnet van biomethaan |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving ter vermindering van de kosten van de aansluiting op het gasnet van biomethaanproductie-installaties |
M7-10 |
Hervorming 5: Plan voor nieuwe vaardigheden — Overgang |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van regionale wetten |
M7-18 |
Investering 6: Wetenschap op topniveau. Grensoverschrijdende elektriciteitsinterconnectieprojecten tussen Italië en buurlanden |
Mijlpaal |
Gunning van opdrachten voor de bouw van de interconnector Italië — Oostenrijk “Somplago — Würmlach” |
M1C1-24 |
Investering 1.7.1: Wetenschap op topniveau. Digitaal ambtenarenapparaat |
Doel |
Burgers die deelnemen aan initiatieven op het gebied van digitaal onderwijs en/of facilitering door organisaties die zijn ingeschreven in het nationale register van organisaties voor universele dienstverlening |
M1C1-96 |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Gemiddelde tijd tussen de publicatie en de gunning van de opdracht |
M1C1-98bis |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Ambtenaren die zijn opgeleid in het kader van de strategie voor vrije beroepen op het gebied van overheidsaankopen |
M1C1-99bis |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten Investeringen 1.10: Ondersteuning van kwalificaties en e-aanbesteding |
Doel |
Digitale competenties van aanbestedende diensten |
M1C1-116 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
Vermindering van belastingontduiking zoals gedefinieerd door de indicator “neiging tot omzeiling” |
M1C2-5 |
Investering 6: Wetenschap op topniveau. Investeringen in het stelsel van industriële eigendom |
Doel |
Projecten ondersteund door financieringsmogelijkheden in verband met industriële eigendom |
M1C2-13 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de jaarlijkse mededingingswet 2024 |
M1C2-14 |
Hervorming 2: Jaarlijkse mededingingswetgeving |
Doel |
Miljoenen slimme 2G-meters uitgerold. |
M1C3-1 |
Investering 1.1 Digitale strategie en platforms voor cultureel erfgoed |
Doel |
Gebruikers opgeleid via het e-learningplatform voor cultureel erfgoed |
M1C3-2 |
Investeringen — Digitale strategie en platforms voor cultureel erfgoed 1.1 |
Doel |
Digitale bronnen geproduceerd en gepubliceerd in de digitale bibliotheek |
M1C3-5 |
Investeringen — 1.3 Verbetering van de energie-efficiëntie in bioscopen, theaters en musea |
Doel |
Interventies op staatsmusea en culturele locaties, theaterzalen en bioscopen worden afgerond (tweede reeks) |
M2C2-29 |
Investering 4.3 — Installatie van laadinfrastructuur |
Doel |
Aantal sneloplaadpunten langs vrije routes |
M2C2-29bis |
Investering 4.3 — Installatie van laadinfrastructuur |
Doel |
Aantal sneloplaadpunten in stedelijke gebieden |
M2C2-30 |
Investering 4.3: Wetenschap op topniveau. Installatie van oplaadinfrastructuur |
Doel |
Aantal sneloplaadpunten langs vrije routes |
M2C2-30bis |
Investering 4.3: Wetenschap op topniveau. Installatie van oplaadinfrastructuur |
Doel |
Aantal sneloplaadpunten in stedelijke gebieden |
M2C2-30ter |
Investering 4.3: Wetenschap op topniveau. Installatie van oplaadinfrastructuur |
Doel |
Aantal sneloplaadpunten |
M2C3-3 |
Investering 2.1 — Versterking van de ecobonus voor energie-efficiëntie |
Doel |
Superbonus voor de renovatie van gebouwen T2 |
M4C1-13 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Geïntegreerd digitaal onderwijs en digitale opleiding over de digitale transformatie voor schoolpersoneel; |
Doel |
Opleiding van schoolmanagers, leerkrachten en administratief personeel |
M4C1-15 bis |
Investering 1.7: Wetenschap op topniveau. Beurzen voor toegang tot universiteiten |
Doel |
Beurzen voor toegang tot universiteiten |
M4C1-19 |
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. School 4.0: innovatieve scholen, bekabeling, nieuwe klaslokalen en workshops |
Doel |
De lessen worden omgezet in innovatieve leeromgevingen dankzij school 4.0 |
M4C1-20 |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Ontwikkeling van het systeem voor tertiaire beroepsopleiding (ITS) |
Doel |
Aantal studenten dat is ingeschreven in een beroepsopleidingssysteem (ITS) |
M4C1-20 bis |
Investering 1.5: Wetenschap op topniveau. Ontwikkeling van het systeem voor tertiaire beroepsopleiding (ITS) |
Mijlpaal |
Uitvoering van het nieuwe nationale monitoringsysteem |
M4C2-2bis |
Investering 2.2 bis: Innovatieovereenkomsten |
Doel |
Innovatieovereenkomsten voltooid |
M5C1-3 |
Hervorming 1 — AAMB en beroepsopleiding |
Doel |
Personen die vallen onder het programma voor gegarandeerde inzetbaarheid van werknemers (GOL) |
M5C1-4 |
Hervorming 1 — AAMB en beroepsopleiding |
Doel |
Gegarandeerde inzetbaarheid van begunstigden van werknemers hebben deelgenomen aan beroepsopleiding |
M5C1-5 |
Hervorming 1 — AAMB en beroepsopleiding |
Doel |
De openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) in elke regio hebben voldaan aan de criteria van het essentiële niveau van de ODA-diensten zoals gedefinieerd in het programma voor gegarandeerde inzetbaarheid van werknemers (GOL) |
M5C1-7 |
Investering 1 — Versterking van de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) |
Doel |
De openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) hebben de in het versterkingsplan geplande activiteiten voltooid. |
M5C1-10 |
Hervorming 2 — Onaangegeven werk |
Doel |
Toename van het aantal arbeidsinspecties |
M5C1-15 |
Investering 3 — Versterking van het duale systeem |
Doel |
Personen die in de vijfjarige periode 2021-2025 aan het duale systeem hebben deelgenomen en de desbetreffende certificering hebben verkregen |
M6C2-2 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Versterking en verbetering van het biomedisch onderzoek van de NHS |
Doel |
Gefinancierde onderzoeksprojecten op het gebied van zeldzame vormen van kanker en ziekten |
M6C2-3 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Versterking en verbetering van het biomedisch onderzoek van de NHS |
Doel |
Gefinancierde onderzoeksprojecten op het gebied van ziekten met een grote impact op de gezondheid |
M7-3 |
Hervorming 1: Stroomlijning van de vergunningsprocedures voor hernieuwbare energie |
Mijlpaal |
Oprichting en operationalisering van het digitale centrale platform voor vergunningen met betrekking tot hernieuwbare energie |
M7-5 |
Hervorming 2: Vermindering van milieuschadelijke subsidies |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primair en afgeleid recht. |
M7-21 |
Investering 6: Wetenschap op topniveau. Grensoverschrijdende elektriciteitsinterconnectieprojecten tussen Italië en buurlanden |
Doel |
Verhoging van de nominale interconnectiecapaciteit tussen Italië en Slovenië na voltooiing van de werkzaamheden |
M7-26 |
Investering 8: Wetenschap op topniveau. Duurzame, circulaire en veilige voorziening van kritieke grondstoffen |
Doel |
Geografisch informatiesysteem (GIS) over winningsafval voor de duurzame, circulaire en veilige voorziening van kritieke grondstoffen |
M1C1-38bis |
Hervorming 1.8: Digitalisering van justitie |
Mijlpaal |
Digitalisering van het rechtsstelsel |
M1C1-72quinquies |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Mijlpaal |
Uitvoering van betalingen in het IT-systeem en horizontale maatregelen om achterstallige betalingen door het BO aan bedrijven te verminderen |
M1C1-72sixies |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Mijlpaal |
Goedkeuring van het definitieve auditverslag van het auditplan |
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 7 670 089 282 |
Tiende tranche (niet-terugbetaalbare steun):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M1C1-88 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen voor centrale overheidsdiensten om bedrijven te betalen |
|
M1C1-89 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen voor regionale overheden om bedrijven te betalen |
|
M1C1-90 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen voor lokale overheden om bedrijven te betalen |
|
M1C1-91 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen voor de openbare gezondheidszorg om bedrijven te betalen |
|
M1C1-92 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen vertraging voor centrale overheidsdiensten om bedrijven te betalen |
|
M1C1-93 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen vertraging voor regionale overheden om bedrijven te betalen |
|
M1C1-94 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen vertraging voor lokale overheden om bedrijven te betalen |
|
M1C1-95 |
Hervorming 1.11: Vermindering van betalingsachterstanden door overheidsdiensten en gezondheidsautoriteiten |
Doel |
Gemiddeld aantal dagen vertraging voor de overheid in de gezondheidszorg om bedrijven te betalen |
|
M1C1-97bis |
Hervorming 1.10: Hervorming van het wetgevingskader inzake overheidsopdrachten |
Doel |
Gemiddelde tijd tussen de gunning van de opdracht en de realisatie van de infrastructuur |
|
M1C1-117 |
Hervorming 1.15: Hervorming van de regels voor overheidsboekhouding |
Doel |
Overheidsinstanties die zijn opgeleid voor de overgang naar het nieuwe boekhoudsysteem op transactiebasis |
|
M1C1-119 |
Hervorming 1.14: Hervorming van het subnationale begrotingskader |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire en secundaire wetgeving ter uitvoering van regionaal fiscaal federalisme |
|
M1C1-120 |
Hervorming 1.14: Hervorming van het subnationale begrotingskader |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire en secundaire wetgeving ter uitvoering van regionaal fiscaal federalisme |
|
M3C2-6 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van het luchtverkeersbeheer |
Mijlpaal |
Digitalisering van het luchtverkeersbeheer: ingebruikneming van nieuwe instrumenten |
|
M5C1-11 |
Hervorming 2 — Onaangegeven werk |
Doel |
Verdere maatregelen nemen om zwartwerk te bestrijden |
|
M5C2-6 |
Investering 1 — Ondersteuning van kwetsbare personen en preventie van institutionalisering |
Doel |
Sociale districten behalen ten minste een van de volgende resultaten: I) ondersteuning van ouders, ii) autonomie van ouderen, iii) thuisdiensten voor ouderen of iv) sociale werknemers om burn-out te voorkomen |
|
M5C2-8 |
Investering 2 — Autonome patronen voor mensen met een handicap |
Doel |
Mensen met een handicap hebben een renovatie van de woonruimte en/of de levering van ICT-apparatuur gekregen. De diensten gaan vergezeld van opleidingen op het gebied van digitale vaardigheden. |
|
M5C2-10 |
Investering 3 — Eerste huisvesting en poststations |
Doel |
Mensen die in ernstige materiële deprivatie leven en die ten minste zes maanden in het kader van projecten op het gebied van “Housing First” en poststations de leiding hebben genomen |
|
M7-33 |
Investering 12 Financieringsinstrument voor de ontwikkeling van een internationaal, industrieel en O & O leiderschap in emissievrije bussen |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
|
M3C2-12 |
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Koudestrijken |
Doel |
Ingebruikneming van koudestrijkinfrastructuur. |
|
M1C1-26 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale infrastructuur |
Doel |
Migratie naar de Polo Strategico Nazionale T2 |
|
M1C1-27 |
Investering 1.3.1: Wetenschap op topniveau. Nationaal digitaal gegevensplatform |
Doel |
API’s op nationaal digitaal gegevensplatform T2 |
|
M1C1-28 |
Investering 1.7.2: Wetenschap op topniveau. Netwerk van digitale faciliteringsdiensten |
Doel |
Aantal burgers dat deelneemt aan nieuwe initiatieven voor digitaal onderwijs en/of facilitering van digitale faciliteringscentra |
|
M1C1-45 |
Hervorming 1.4: Hervorming van het burgerlijk recht |
Doel |
Verkorting van de duur van civiele procedures |
|
M1C1-46 |
Hervormings1.5: Hervorming van het strafrecht |
Doel |
Verkorting van de duur van strafprocedures |
|
M1C1-47 |
Hervorming 1.4: Hervorming van het burgerlijk recht |
Doel |
Vermindering van achterstallige zaken voor de gewone civiele rechtbanken (eerste aanleg) |
|
M1C1-48 |
Hervorming 1.4: Hervorming van het burgerlijk recht |
Doel |
Vermindering van achterstallige zaken voor het civiele hof van beroep (tweede aanleg) |
|
M1C1-49 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor administratieve rechtbanken |
Doel |
Vermindering van achterstallige zaken voor administratieve regionale rechtbanken (eerste aanleg) |
|
M1C1-50 |
Investering 1.8: Wetenschap op topniveau. Aanwervingsprocedures voor administratieve rechtbanken |
Doel |
Vermindering van achterstallige zaken voor de Raad van State |
|
M1C1-59ter |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Uitvoering van strategisch personeelsbeheer in het openbaar bestuur |
|
M1C1-63 |
Hervorming 1.9: Hervorming van het openbaar bestuur |
Mijlpaal |
Voltooiing van de vereenvoudiging en oprichting van een register van alle vereenvoudigde procedures en bijbehorende administratieve regelingen met volledige rechtsgeldigheid op het gehele nationale grondgebied |
|
M1C1-64 |
Investering 1.9: Wetenschap op topniveau. Verlenen van technische bijstand en versterken van de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
Doel |
Onderwijs en opleiding |
|
M1C1-65 |
Investering 1.9: Wetenschap op topniveau. Verlenen van technische bijstand en versterken van de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
Doel |
Onderwijs en opleiding |
|
M1C1-66 |
Investering 1.9: Wetenschap op topniveau. Verlenen van technische bijstand en versterken van de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
Doel |
Onderwijs en opleiding |
|
M1C1-67 |
Investering 1.9: Wetenschap op topniveau. Verlenen van technische bijstand en versterken van de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
Doel |
Onderwijs en opleiding |
|
M1C1-118 |
Hervorming 1.15: Hervorming van de regels voor overheidsboekhouding |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de hervorming van de transactiestructuur, die goed is voor ten minste 90 % van de gehele overheidssector. |
|
M1C1-121 |
Hervorming 1.12: Hervorming van de belastingdienst |
Doel |
Vermindering van belastingontduiking zoals gedefinieerd door de indicator “neiging tot omzeiling” |
|
M1C1-122 |
Hervorming 1.13: Hervorming van het kader voor uitgaventoetsing |
Mijlpaal |
Afronding van de jaarlijkse uitgaventoetsing voor 2025, onder verwijzing naar de in 2022, 2024 en 2023 vastgestelde besparingsdoelstelling voor 2025. |
|
M1C3-3 |
Investeringen — 1.2 Het wegnemen van fysieke en cognitieve belemmeringen in musea, bibliotheken en archieven om een bredere toegang tot en deelname aan cultuur mogelijk te maken |
Doel |
Maatregelen ter verbetering van de fysieke en cognitieve toegankelijkheid op plaatsen van cultuur |
|
M1C3-9bis |
Investering 4.1 Digital Tourism Hub |
Doel |
Registratie van toeristische exploitanten in de hub voor digitaal toerisme en toegang tot de door de hub verleende diensten |
|
M2C1-8 |
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Innovatie en mechanisatie in de landbouw- en voedingssector |
Doel |
Steun voor investeringen in innovatie in de circulaire economie en bio-economie |
|
M2C1-9 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Agrozonnepark |
Doel |
Agrofotovoltaïsche elektriciteitsopwekking |
|
M2C1-10 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. Logistiek plan voor de agrovoedingssector, de visserij- en aquacultuursector, de bosbouw, de bloementeelt en de kwekerijsector |
Doel |
Interventies ter verbetering van de logistiek voor de agrovoedingssector, de visserij- en aquacultuursector, de bosbouw, de bloementeelt en de kwekerijsector |
|
M2C1-12 |
Investering 3.3: Wetenschap op topniveau. Cultuur en bewustzijn over milieuthema’s en -uitdagingen |
Doel |
Audiovisueel materiaal over milieutransitie |
|
M2C2-23 |
Investering 4.1 Investeringen in zachte mobiliteit (nationaal plan voor fietspad) |
Doel |
Fietspaden T2 |
|
M3C2-5bis |
Investering 2.1 — Digitalisering van de logistieke keten |
Doel |
Digitalisering van de logistieke keten |
|
M4C1-18 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Plan voor kinderdagverblijven en kleuterscholen en voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie en opvang |
Doel |
Nieuwe plaatsen geactiveerd voor onderwijs en opvang voor jonge kinderen (van nul tot zes jaar) |
|
M4C1-21 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Plan voor de verlenging van de voltijdse |
Doel |
Structuren om leerlingen na de schooltijd te ontvangen |
|
M4C1-22 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Plan voor de verbetering van de infrastructuur voor de sport van scholen |
Doel |
Gebouwde of gerenoveerde sqm worden gebruikt als sport- of sportaccommodaties |
|
M4C1-23 |
Investering 3.4: Wetenschap op topniveau. Onderwijs en geavanceerde universitaire vaardigheden |
Doel |
Nieuwe promovendi die voor drie jaar worden toegekend in programma’s voor digitale en milieutransities |
|
M4C1-23 bis |
Investering 3.4: Wetenschap op topniveau. Onderwijs en geavanceerde universitaire vaardigheden |
Mijlpaal |
Voltooiing van de uitvoering van submaatregelen inzake onderwijs en geavanceerde universitaire vaardigheden |
|
M4C1-24 |
Investering 1.6: Wetenschap op topniveau. Actieve oriëntatie in de overgang tussen school en universiteit. |
Doel |
Studenten die overgangscursussen tussen school en universiteit hebben gevolgd |
|
M4C1-25 |
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Buitengewone interventie gericht op het verkleinen van territoriale lacunes in de I- en II-cycli van de middelbare school en op het aanpakken van voortijdig schoolverlaten |
Doel |
De kloof in het percentage voortijdige schoolverlaters in het middelbaar onderwijs |
|
M4C1-26 |
Investering 3.3: Wetenschap op topniveau. Plan voor veiligheid en structureel herstel van schoolgebouwen |
Doel |
M² gerenoveerde schoolgebouwen |
|
M5C1-7bis |
Investering 1 — Versterking van de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) |
Doel |
De openbare diensten voor arbeidsvoorziening (ODA’s) hebben de in het versterkingsplan geplande activiteiten voltooid. |
|
M5C1-13 |
Investering 2 — Certificeringssysteem voor gendergelijkheid |
Doel |
Bedrijven hebben de gendergelijkheidscertificering gekregen |
|
M5C1-14 |
Investering 2 — Certificeringssysteem voor gendergelijkheid |
Doel |
Bedrijven die door de technische bijstand worden ondersteund, hebben de gendergelijkheidscertificering gekregen |
|
M5C1-16 |
Investering 4 — Universele overheidsdienst |
Doel |
Mensen hebben deelgenomen aan het programma voor universele overheidsdiensten en de desbetreffende certificering verkregen in de periode 2021-2024 |
|
M5C3-4 |
Investering 2: Wetenschap op topniveau. Gezondheidsvoorzieningen in de nabijheid van het grondgebied |
Doel |
Steun voor plattelandsapotheken in gemeenten, gehuchten of woongebieden met minder dan 5 000 inwoners (tweede reeks) |
|
M5C3-9 |
Investering1.3: Gestructureerde sociaal-educatieve maatregelen ter bestrijding van onderwijsarmoede in het zuiden ter ondersteuning van de tertiaire sector; |
Doel |
Educatieve ondersteuning van minderjarigen (tweede reeks) |
|
M7-11 |
Investering 1: Wetenschap op topniveau. Opgeschaalde maatregel: Versterking van slimme netwerken |
Doel |
Slimme grids-elektrificatie van energieverbruik |
|
M7-12 |
Investering 2: Wetenschap op topniveau. Opgeschaalde maatregel: Interventies om de veerkracht van het elektriciteitsnet te vergroten |
Doel |
De veerkracht van het elektriciteitsnet vergroten |
|
M7-13 |
Investering 3: Wetenschap op topniveau. Opgeschaalde maatregel: Productie van waterstof op brownfieldterreinen (Hydrogen Valleys) |
Doel |
Voltooiing van het project inzake waterstofproductie in industriegebieden |
|
M7-15 |
Investering 4: Wetenschap op topniveau. Tyrreense verbinding |
Doel |
514 km vast te leggen kabel |
|
M7-17 |
Investering 5: Wetenschap op topniveau. SA.CO.I.3 |
Mijlpaal |
Voltooiing van de schelpen van conversiestations op Sardinië (Codrongianos) en Toscane (Suvereto) |
|
M7-19 |
Investering 6: Wetenschap op topniveau. Grensoverschrijdende elektriciteitsinterconnectieprojecten tussen Italië en buurlanden |
Doel |
Toename van de nominale interconnectiecapaciteit tussen Italië en Oostenrijk als gevolg van de voltooiing van de interconnector |
|
M7-22 |
Investering 7: Wetenschap op topniveau. Slim nationaal transmissienet |
Doel |
Installatie van 5G-apparatuur of ICT-architectuur in stations |
|
M7-23 |
Investering 7: Wetenschap op topniveau. Slim nationaal transmissienet |
Doel |
Nieuw systeem voor netwerkbeheer en -controle |
|
M7-24 |
Investering 7: Wetenschap op topniveau. Slim nationaal transmissienet |
Doel |
Internet der dingen voor de industrie |
|
M7-27 |
Investering 8: Wetenschap op topniveau. Duurzame, circulaire en veilige voorziening van kritieke grondstoffen |
Doel |
Voltooiing van O & O-projecten op het gebied van ecologisch ontwerp en stedelijke mijnbouw, voor de duurzame, circulaire en veilige voorziening van kritieke grondstoffen |
|
M7-28 |
Investering 8: Wetenschap op topniveau. Duurzame, circulaire en veilige voorziening van kritieke grondstoffen |
Doel |
Uitrusting van laboratoria die behoren tot de technologische hub voor stedelijke mijnbouw en ecologisch ontwerp |
|
M7-29 |
Investering 9: Wetenschap op topniveau. Opgeschaalde maatregel: Verlenen van technische bijstand en versterken van de capaciteitsopbouw voor de uitvoering van het Italiaanse herstel- en veerkrachtplan |
Doel |
Onderwijs en opleiding |
|
M7-31 |
Investering 11: Wetenschap op topniveau. Versterking van het regionale spoorwegwagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije treinen en universele dienstverlening |
Doel |
Aantal emissievrije treinen en aantal vervoer voor de universele dienst |
|
M1C2-14ter |
Hervorming 3: rationalisering en vereenvoudiging van stimulansen voor ondernemingen. |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van primaire wetgeving voor de rationalisering van bedrijfsstimulansen |
|
M4C1-14ter |
Hervorming 2.1: Aanwerving van leerkrachten |
Doel |
Kandidaten die na de hervorming van het aanwervingssysteem met succes zijn geslaagd voor het openbaar vergelijkend onderzoek om leraar te worden. |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 12 799 902 997 |
Steun via leningen
De in artikel 3, lid 2, bedoelde tranches worden als volgt georganiseerd:
Eerste tranche (steun via leningen):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M4C2-10 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. IPCEI |
Mijlpaal |
Lancering van de oproep tot het indienen van blijken van belangstelling voor de identificatie van de nationale projecten, met inbegrip van projecten op het gebied van IPCEI micro-elektronica |
|
M1C2-26 |
Investering 5.1: Wetenschap op topniveau. Herfinanciering en aanpassing van Fonds 394/81, beheerd door SIMEST |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de herfinanciering van Fonds 394/81 en vaststelling van het investeringsbeleid |
|
M2C1-14 |
Investering 1.1 — Tenuitvoerlegging van nieuwe afvalbeheerinstallaties en modernisering van bestaande installaties; Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het ministerieel besluit. |
|
M2C4-8 |
Investering 1.1. Invoering van een geavanceerd en geïntegreerd monitoring- en prognosemesysteem |
Mijlpaal |
Operationeel plan voor een geavanceerd en geïntegreerd monitoring- en prognosesysteem om hydrologische risico’s in kaart te brengen |
|
M5C1-17 |
Investering 5 — Oprichting van ondernemingen voor vrouwen |
Mijlpaal |
Het fonds ter ondersteuning van vrouwelijk ondernemerschap wordt goedgekeurd. |
|
M1C2-27 |
Investering 5.1: Wetenschap op topniveau. Herfinanciering en aanpassing van Fonds 394/81, beheerd door SIMEST |
Doel |
Kmo’s die steun uit Fonds 394/81 hebben ontvangen |
|
M1C3-22 |
Investering 4.2 Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Mijlpaal |
Investeringsbeleid voor de: het thematisch fonds van de Europese Investeringsbank; |
|
M1C3-23 |
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Mijlpaal |
Investeringsbeleid voor het Nationaal Fonds voor Toerisme, |
|
M1C3-24 |
Investering 4.2 Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Mijlpaal |
Investeringsbeleid voor de: MKB-garantiefonds, |
|
M1C3-25 |
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Mijlpaal |
Investeringsbeleid voor het Fondo Rotativo |
|
M1C3-26 |
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het uitvoeringsbesluit belastingkrediet voor de herontwikkeling van accommodatiefaciliteiten. |
|
M2C4-7 |
Hervorming 3.1: Vaststelling van nationale programma’s ter beheersing van de luchtverontreiniging |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een nationaal programma ter beperking van de luchtverontreiniging |
|
M2C4-12 |
Investering 2.1.b. Maatregelen ter beperking van overstromings- en hydrogeologische risico’s |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het herziene rechtskader voor interventies tegen overstromingsrisico’s en hydrogeologische risico’s |
|
M2C4-18 |
Investeringen. 3.1: Bescherming en verbetering van stedelijke en voorstedelijke bossen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de herziene wetswijzigingen voor de bescherming en valorisatie van stedelijke en voorstedelijke groene gebieden |
|
M3C1-1 |
Hervorming 1.1 — Versnelling van het goedkeuringsproces van het contract tussen het MIT en het RFI |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wetswijziging betreffende het goedkeuringsproces van het Contratti di Programma (CdP) |
|
M3C1-2 |
Hervorming 1.2 — Versnelling van de vergunningsprocedure voor projecten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een wijziging in de regelgeving waardoor de duur van de goedkeuring van projecten wordt verkort van 11 tot zes maanden |
|
M3C1-21 |
Hervorming 2.1 — Tenuitvoerlegging van het recente “Decreet Vereenvoudiging” (omgezet in wet nr. 120 van 11 september 2020) door het uitvaardigen van een decreet betreffende de vaststelling van “Richtsnoeren voor de classificatie en het beheer van risico’s, de evaluatie van de veiligheid en het toezicht op bestaande bruggen” |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van “Richtsnoeren voor de classificatie en het beheer van risico’s, de evaluatie van de beveiliging en het toezicht op bestaande bruggen” |
|
M3C1-22 |
Hervorming 2.2 — Overdracht van de eigendom van de bruggen en viaducten van de wegen van lagere rang naar de hogere wegen |
Mijlpaal |
Overdracht van de eigendom van de bruggen, viaducten en overgangen van de lager gerangschikte wegen naar de hogere wegen (snelwegen en belangrijkste nationale wegen) |
|
M4C1-27 |
Hervorming 1.7: Hervorming van de regelgeving inzake studentenhuisvesting en investeringen in studentenhuisvesting |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van wetgeving tot wijziging van de huidige regels voor studentenhuisvesting. |
|
M5C3-10 |
Hervormings1: Vereenvoudiging van de procedures en versterking van de commissaris in de speciale economische zones |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de verordening om eenvoudigweg de procedures te volgen en de rol van de commissaris in de speciale economische zones te versterken |
|
M5C3-11 |
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Infrastructuurinvesteringen voor de speciale economische zone |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van besluiten van het ministerie tot goedkeuring van de operationele plannen voor alle acht speciale economische zones |
|
M6C2-4 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale update van de technologische apparatuur van ziekenhuizen |
Mijlpaal |
Reorganisatieplan goedgekeurd door het ministerie van Volksgezondheid/Italiaanse regio’s |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 12 643 678 161 |
Tweede tranche (steun via leningen):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M1C2-28 |
Investering 5.2: Wetenschap op topniveau. Concurrentievermogen en veerkracht van toeleveringsketens |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een decreet dat het investeringsbeleid van de ontwikkelingscontracten omvat |
|
M2C4-27 |
Hervorming 4.1. Vereenvoudiging van de wetgeving en versterking van de governance voor de uitvoering van investeringen in de watervoorzieningsinfrastructuur |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de vereenvoudiging van de wetgeving voor interventies in primaire waterinfrastructuur met het oog op de zekerheid van de watervoorziening |
|
M5C2-11 |
Investering 4 — Investeringen in stadsvernieuwingsprojecten, gericht op het verminderen van marginalisering en sociale achteruitgang |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor investeringen in stadsvernieuwing om marginalisering en sociale achteruitgang te verminderen, met projecten die in overeenstemming zijn met de doelstellingen van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, met inbegrip van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” |
|
M5C2-15 |
Investering 5 — Stedelijke geïntegreerde plannen — Terugdringing van illegale nederzettingen ter bestrijding van arbeidsuitbuiting in de landbouw |
Mijlpaal |
De inwerkingtreding van het ministerieel besluit tot vaststelling van het in kaart brengen van illegale nederzettingen wordt aangenomen door de “Tavolo di contrasto allo sfruttamento lavorativo in agricoltura” en het ministerieel besluit tot toewijzing van middelen wordt goedgekeurd. |
|
M5C2-19 |
Investering 6 — Innovatieprogramma voor de kwaliteit van huisvesting |
Mijlpaal |
Regio’s en autonome provincies (met inbegrip van gemeenten en/of grootstedelijke steden in die gebieden) hebben de overeenkomsten ondertekend om sociale huisvesting te herontwikkelen en uit te breiden. |
|
M1C2-16 |
Investering 3: Wetenschap op topniveau. Snelle internetverbindingen (Ultra-Broadband en 5G) |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor snellere aansluitingsprojecten |
|
M1C3-12 |
Investering 2.1 — Aantrekbaarheid van kleine historische stad |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het decreet van het ministerie van Cultuur voor de toewijzing van middelen aan gemeenten voor de aantrekkelijkheid van kleine historische steden |
|
M1C3-13 |
Investering 2.2 — Bescherming en verbetering van de architectuur en het landschap van het platteland |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het decreet van het ministerie van Cultuur voor de toewijzing van middelen: voor de bescherming en verbetering van de architectuur en het landschap van het platteland |
|
M1C3-14 |
Investering 2.3 — Programma’s ter verbetering van de identiteit van plaatsen, parken en historische tuinen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het decreet van het ministerie van Cultuur voor de toewijzing van middelen: voor projecten ter verbetering van de identiteit van plaatsen, parken en historische tuinen |
|
M1C3-15 |
Investering 2.4 — Seismische veiligheid van gebedshuizen, restauratie van FEC-erfgoed en schuilplaatsen voor kunstwerken |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het decreet van het ministerie van Cultuur voor de toewijzing van middelen: voor seismische veiligheid in plaats van eredienst en restauratie van erfgoed van het Fondo Edifici di Culto |
|
M1C3-35 |
— Investeringen — Caput Mundi-Next Generation EU 4.3 voor grote toeristische evenementen |
Mijlpaal |
Ondertekening van elke overeenkomst voor zes projecten tussen een ministerie van Toerisme en begunstigden/uitvoeringsorganen |
|
M2C1-13 |
Hervorming 1.2 — Nationaal programma voor afvalbeheer |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding ministerieel besluit Nationaal Programma Afvalbeheer |
|
M2C2-52 |
Investering 5.2 Waterstof |
Mijlpaal |
Productie van elektrolyse-installaties |
|
M4C2-11 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. IPCEI |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van een nationale rechtshandeling waarbij de nodige financiering wordt toegewezen om projectdeelnemers te ondersteunen. |
|
M4C2-17 |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Fonds voor de bouw van een geïntegreerd systeem van onderzoeks- en innovatie-infrastructuren; Investering |
Mijlpaal |
Gunning van opdrachten voor projecten met betrekking tot: geïntegreerd systeem van onderzoeks- en innovatie-infrastructuren |
|
M4C2-18 |
Invesment1.5: Totstandbrenging en versterking van “innovatie-ecosystemen voor duurzaamheid”, opbouw van “territoriale leiders van O & O” |
Mijlpaal |
Gunning van opdrachten voor projecten met betrekking tot innovatie-ecosystemen; |
|
M4C2-19 |
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Versterking van de onderzoeksstructuren en ondersteuning van de oprichting van “nationale O & O-leiders” voor een aantal sleuteltechnologieën |
Mijlpaal |
Gunning van opdrachten voor projecten betreffende nationale O & O-leiders op het gebied van sleuteltechnologieën |
|
M4C2-20 |
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. Financiering van startende ondernemingen |
Mijlpaal |
De overeenkomst tussen de IT-regering en de uitvoerende partner Cassa Depositi e Prestiti (CDP) tot vaststelling van het financieringsinstrument |
|
M6C1-1 |
Hervorming 1: Definitie van een nieuw organisatiemodel voor territoriaal netwerk voor gezondheidszorg |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de secundaire wetgeving (ministerieel besluit) betreffende de hervorming van de organisatie van de gezondheidszorg. |
|
M6C1-2 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Communautaire gezondheidscentra ter verbetering van de territoriale bijstand op het gebied van gezondheidszorg |
Mijlpaal |
Goedkeuring van een institutioneel ontwikkelingscontract |
|
M6C1-4 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Thuis als eerste plaats van zorg en telegeneeskunde |
Mijlpaal |
Goedkeuring van de richtsnoeren met het digitale model voor de uitvoering van thuiszorg |
|
M6C1-5 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Thuis als eerste plaats van zorg en telegeneeskunde |
Mijlpaal |
Contract voor institutionele ontwikkeling goedgekeurd door het ministerie van Volksgezondheid en Regio’s |
|
M6C1-10 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Versterking van de intermediaire gezondheidszorg en de bijbehorende faciliteiten (gemeenschapsziekenhuizen) |
Mijlpaal |
Goedkeuring van een institutioneel ontwikkelingscontract (Contratto Istituzionale di Sviluppo) |
|
M6C2-5 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale update van de technologische apparatuur van ziekenhuizen |
Mijlpaal |
Goedkeuring van het contract voor institutionele ontwikkeling |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 12 643 678 161 |
Derde tranche (steun via leningen):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M2C1-18 |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Groene eilanden |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het directiebesluit |
|
M2C1-20 |
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. Groene gemeenschappen |
Mijlpaal |
Gunning van (alle) overheidsopdrachten voor de selectie van groene gemeenschappen |
|
M5C2-17 |
Investering 5 — Stads-geïntegreerde plannen — EIB-fonds |
Mijlpaal |
De investeringsstrategie van het fonds wordt goedgekeurd door het ministerie van Financiën (MEF). |
|
M1C1-123 |
Investering 1.6.3 — Digitisation of National Social Security Institute (INPS) en Nationaal Instituut voor arbeidsongevallenverzekering (INAIL) |
Doel |
INPS — “One click by design” -diensten/inhoud T1 |
|
M1C1-124 |
Investering 1.6.3 — Digitisation of National Social Security Institute (INPS) en Nationaal Instituut voor arbeidsongevallenverzekering (INAIL) |
Doel |
INPS — Werknemers met verbeterde vaardigheden op het gebied van informatie- en communicatietechnologie (ICT) T1 |
|
M1C3-30 |
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Doel |
Thematische fondsen van deEuropese Investeringsbank: Uitbetaling aan het Fonds van in totaal 350 EUR 000 000. |
|
M1C3-31 |
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Doel |
Nationaal Fonds voor Toerisme: Uitbetaling aan het Fonds van in totaal 150 000 000 EUR voor eigenvermogenssteun. |
|
M2C3-9 |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Bevordering van efficiënte stadsverwarming |
Mijlpaal |
Contracten ter verbetering van de verwarmingsnetten worden gegund door het ministerie van Ecologische Transitie na een openbare aanbestedingsprocedure |
|
M2C4-19 |
Investeringen. 3.1: Bescherming en verbetering van stedelijke en voorstedelijke bossen |
Doel |
Planten voor de bescherming en valorisatie van stedelijke en voorstedelijke groene gebieden T1 |
|
M2C4-24 |
Investering 3.4. Sanering van “weesgronden” |
Mijlpaal |
Rechtskader voor de sanering van weeslocaties |
|
M3C1-3 |
Investering 1.1 — Hogesnelheidslijnen naar het zuiden voor passagiers en goederen |
Mijlpaal |
Gunning van de opdracht (en) voor de aanleg van een hogesnelheidslijn op de lijnen Napoli-Bari en Palermo-Catania |
|
M3C1-12 |
Investering 1.4 — Invoering van het Europees beheersysteem voor het spoorvervoer (ERTMS) |
Mijlpaal |
Gunning van de opdrachten voor het Europees beheersysteem voor het spoorvervoer |
|
M3C2-8 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Groene havens: interventies op het gebied van hernieuwbare energie en energie-efficiëntie in havens |
Doel |
Groene havens: toewijzing van de werkzaamheden |
|
M4C1-29 |
Hervorming 1.7: Hervorming van de regelgeving inzake studentenhuisvesting en investeringen in studentenhuisvesting |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de hervorming van de wetgeving inzake studentenhuisvesting. |
|
M5C2-13 |
Investering 5 — Stads-geïntegreerde plannen — algemene projecten |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van het investeringsplan voor stadsvernieuwingsprojecten in grootstedelijke gebieden |
|
M6C2-7 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale update van de technologische apparatuur van ziekenhuizen |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 9 825 328 389 |
Vierde tranche (steun via leningen):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M1C1-125 |
Investering 1.2 — Cloud enablement for local PA |
Mijlpaal |
Gunning van (alle) openbare oproepen voor cloudfacilitering van aanbestedingen voor lokaal openbaar bestuur |
|
M1C2-22 |
Investering 4: Wetenschap op topniveau. Satelliettechnologie en ruimtevaarteconomie |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor satelliettechnologie en ruimtevaartprojecten |
|
M2C2-48 |
Investering 3.1 Productie van waterstof in brownfieldterreinen (Hydrogen Valleys) |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor projecten voor de productie van waterstof in verlaten industriecentra |
|
M2C2-50 |
Investering 3.2 Waterstofgebruik in moeilijk te verminderen industrie |
Mijlpaal |
Overeenkomst ter bevordering van de overgang van methaan naar groene waterstof |
|
M5C2-21 |
Investering 7 — Het project Sport en sociale inclusie |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor projecten op het gebied van sport en sociale inclusie na een openbare oproep tot het indienen van voorstellen |
|
M1C3-20 |
Investering 3.2 — Ontwikkeling van de filmindustrie (Cinecittà project) |
Mijlpaal |
Ondertekening van de contracten tussen de uitvoerende entiteit Cinecittà SPA en de ondernemingen met betrekking tot de bouw van negen studio’s |
|
M2C4-21 |
Investering 3.3 Hernaturificatie van het Po-gebied |
Mijlpaal |
Herziening van het rechtskader voor interventies voor de hernaturificatie van het Po-gebied |
|
M4C1-28 |
Hervorming 1.7: Hervorming van de regelgeving inzake studentenhuisvesting en investeringen in studentenhuisvesting |
Mijlpaal |
Toekenning van initiële opdrachten voor de bouw van extra eenheden studentenhuisvesting (bedden) |
|
M4C2-12 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. IPCEI |
Mijlpaal |
De lijst van deelnemers aan IPCEI-projecten is afgerond tegen 30/06/2023. |
|
M4C2-16 |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Fonds voor de bouw van een geïntegreerd systeem van onderzoeks- en innovatie-infrastructuren |
Doel |
Aantal gefinancierde infrastructuur |
|
M5C1-18 |
Investering 5 — Oprichting van ondernemingen voor vrouwen |
Doel |
Financiële steun aan ondernemingen is beschikbaar gesteld |
|
M6C2-14 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Ontwikkeling van technisch-professionele, digitale en managementvaardigheden van beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg |
Doel |
Beurzen voor specifieke opleidingen in de huisartsgeneeskunde worden toegekend. |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 16 611 453 220 |
Vijfde tranche (steun via leningen):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M2C3-5 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Bouw van nieuwe scholen door vervanging van gebouwen |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de bouw van nieuwe scholen door vervanging van gebouwen om de energie in schoolgebouwen te verbeteren, na een openbare aanbestedingsprocedure |
|
M2C4-28 |
Investering 4.1. Investeringen in primaire waterinfrastructuur voor de zekerheid van de watervoorziening |
Mijlpaal |
Toekenning van financiering aan alle projecten (voor investeringen in primaire waterinfrastructuur en voor de continuïteit van de watervoorziening |
|
M2C4-30 |
Investering 4.2. Vermindering van verliezen in waterdistributienetten, met inbegrip van digitalisering en monitoring van netwerken |
Mijlpaal |
Toekenning van financiering aan alle projecten voor interventies in waterdistributienetwerken, met inbegrip van digitalisering en monitoring van netwerken |
|
M1C1-14 |
Investering 1.6.5: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van de Raad van State |
Doel |
Raad van State — Voor analyse beschikbare gerechtelijke documenten in gegevensentrepot T1 |
|
M1C1-16 |
Investering 1.6.5: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van de Raad van State |
Doel |
Raad van State — Voor analyse beschikbare gerechtelijke documenten in gegevensentrepot T2 |
|
M1C1-126 |
Investering 1.4.3 — Uitbreiding van PagoPA-platformdiensten en de “IO” -app |
Doel |
Invoering opschaling PagoPA-platformdiensten T1 |
|
M1C1-127 |
Investering 1.4.3 — Uitbreiding van PagoPA-platformdiensten en de “IO” -app |
Doel |
Invoering opschaling van “IO” -app T1 |
|
M1C1-128 |
Investering 1.4.5 — Digitalisering van openbare aankondigingen |
Doel |
Invoering opschaling van digitale openbare aankondigingen T1 |
|
M1C1-129 |
Investering 1.6.1 — Digitalisering van het ministerie van Binnenlandse Zaken |
Doel |
Ministerie van Binnenlandse Zaken — Volledig geherstructureerde en gedigitaliseerde processen T1 |
|
M1C1-130 |
Investering 1.6.2 — Digitalisering van het ministerie van Justitie |
Doel |
Gedigitaliseerde gerechtelijke dossiers T1 |
|
M1C1-131 |
Investering 1.6.2 — Digitalisering van het ministerie van Justitie |
Mijlpaal |
Kennissystemen op het gebied van justitiële gegevens over het meer T1 |
|
M1C1-132 |
Investering 1.6.3 — Digitisation of National Social Security Institute (INPS) en Nationaal Instituut voor arbeidsongevallenverzekering (INAIL) |
Doel |
INPS — “One click by design” -diensten/inhoud T2 |
|
M1C1-133 |
Investering 1.6.3 — Digitisation of National Social Security Institute (INPS) en Nationaal Instituut voor arbeidsongevallenverzekering (INAIL) |
Doel |
INPS — Werknemers met verbeterde vaardigheden op het gebied van informatie- en communicatietechnologie (ICT) T2 |
|
M1C1-134 |
Investering 1.6.3 — Digitisation of National Social Security Institute (INPS) en Nationaal Instituut voor arbeidsongevallenverzekering (INAIL) |
Doel |
INAIL — Volledig geherstructureerde en gedigitaliseerde processen/diensten T1 |
|
M1C1-135 |
Investering 1.6.4 — Digitalisering van het ministerie van Defensie |
Doel |
Ministerie van Defensie — Digitalisering van procedures T1 |
|
M1C1-136 |
Investering 1.6.4 — Digitalisering van het ministerie van Defensie |
Doel |
Ministerie van Defensie — Digitalisering van T1-certificaten |
|
M1C1-137 |
Investering 1.6.4 — Digitalisering van het ministerie van Defensie |
Mijlpaal |
Ministerie van Defensie — Instelling van institutionele webportalen en intranetportalen |
|
M1C1-138 |
Investering 1.6.4 — Digitalisering van het ministerie van Defensie |
Doel |
Ministerie van Defensie — Migratie van niet-missiekritische toepassingen naar Solution for Complete Information Protection by Infrastructure Openness (S.C.I.P.I.O.) T1 |
|
M1C2-29 |
Investering 5.2: Wetenschap op topniveau. Concurrentievermogen en veerkracht van toeleveringsketens |
Doel |
Ontwikkelingscontracten goedgekeurd |
|
M2C1-15bis |
Hervorming 1.2 Nationaal programma voor afvalbeheer: Investering 1.1 — Tenuitvoerlegging van nieuwe afvalbeheerinstallaties en modernisering van bestaande installaties |
Doel |
Vermindering van onregelmatige stortplaatsen (T2) |
|
M2C1-15ter |
Hervorming 1.2 Nationaal programma voor afvalbeheer: Investering 1.1 — Tenuitvoerlegging van nieuwe afvalbeheerinstallaties en modernisering van bestaande installaties |
Doel |
Regionale verschillen in gescheiden inzameling |
|
M2C1-15 quater |
Investering 1.1 — Tenuitvoerlegging van nieuwe afvalbeheerinstallaties en modernisering van bestaande installaties |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de verplichting tot gescheiden inzameling van bioafval |
|
M2C2-24 |
Investering 4.2 Ontwikkeling van systemen voor snel vervoer |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de aanleg van metro-, tram-, trolleybus- en kabelbaanmetropolitane gebieden |
|
M2C2-32 |
Investering 4.4.1: Wetenschap op topniveau. Versterking van het regionale buswagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije lage-vloerbussen |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de versterking van de regionale busvloot voor openbaar vervoer met emissievrije lage-vloerbussen |
|
M2C3-7 |
Investering 1.2 — Bouw van gebouwen, herkwalificatie en versterking van vastgoedactiva van de rechtsbedeling |
Mijlpaal |
De gunning van alle overheidsopdrachten voor de bouw van nieuwe gebouwen, de herindeling en versterking van onroerend goed van de rechtsbedeling wordt ondertekend door de aanbestedende dienst na een openbare aanbestedingsprocedure. |
|
M2C4-33 |
Investering 4.3 Investeringen in de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden |
Mijlpaal |
Toekenning van financiering aan alle projecten voor de veerkracht van het irrigatieagrosysteem met het oog op een beter beheer van de watervoorraden |
|
M2C4-36 |
Investering 4.4 Investeringen in riolering en zuivering |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor riolering en zuivering |
|
M3C1-4 |
Investering 1.1 — Hogesnelheidslijnen naar het zuiden voor passagiers en goederen |
Mijlpaal |
Gunning van de opdracht voor de aanleg van een hogesnelheidslijn op de lijnen Salerno Reggio Calabria |
|
M3C1-17 |
Investering 1.7 — Modernisering, elektrificatie en veerkracht van de spoorwegen in het zuiden |
Doel |
150 km aan voltooide werkzaamheden in verband met de modernisering, elektrificatie en veerkracht van de spoorwegen in het zuiden, klaar voor de vergunnings- en exploitatiefasen. |
|
M4C2-5 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Onderzoeksprojecten van aanzienlijk nationaal belang (PRIN) |
Doel |
Aantal toegekende onderzoeksprojecten |
|
M6C1-8 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Thuis als eerste plaats van zorg en telegeneeskunde |
Doel |
Ten minste één project voor telegeneeskunde dat aan elke regio is toegewezen (rekening houdend met zowel projecten die in de afzonderlijke regio zullen worden uitgevoerd als projecten die kunnen worden ontwikkeld als onderdeel van consortia tussen regio’s) |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 9 030 593 086 |
Zesde tranche (steun via leningen):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M3C1-10 |
Investering 1.3 — Diagonale verbindingen |
Mijlpaal |
Gunning van de opdracht (en) voor de aanleg van de verbindingen op de lijnen Orte-Falconara en Taranto -Metaponto-Potenza-Battipaglia |
|
M7-35 |
Investering 13: Wetenschap op topniveau. Adriatische lijn fase 1 (Sulmona-compressorstation en Sestino-Minerbio-gasleiding) |
Mijlpaal |
Vaststelling en actualisering van relevante milieueffectbeoordelingen (VIncA) |
|
M7-40 |
Investering 15: Wetenschap op topniveau. Transizione 5.0 Groen |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van de rechtshandeling tot vaststelling van de criteria voor subsidiabele interventies |
|
M2C1-15 |
Hervorming 1.2 Nationaal programma voor afvalbeheer |
Doel |
Vermindering van onregelmatige stortplaatsen (T1) |
|
M2C1-16bis |
Hervorming 1.2 Nationaal programma voor afvalbeheer |
Doel |
Illegale stortplaatsen |
|
M2C1-22 |
Investering 3.4: Wetenschap op topniveau. Fondo Contratti di Filiera (FCF) ter ondersteuning van contracten voor toeleveringsketens voor de agrovoedingssector, visserij en aquacultuur, bosbouw, bloementeelt en kwekerijen |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
|
M2C2-31 |
Investering 4.4.3: Wetenschap op topniveau. Vernieuwing van de vloot voor de nationale brandweer |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de vernieuwing van de vloot van de nationale brandweer |
|
M2C4-6 |
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van nationale parken |
Doel |
Administratieve vereenvoudiging en ontwikkeling van digitale diensten voor bezoekers van nationale parken en beschermde mariene gebieden |
|
M3C2-10 |
Hervorming 2.2: Oprichting van een nationaal platform voor digitale logistiek om de digitalisering van goederen- en/of passagiersdiensten in te voeren |
Mijlpaal |
Nationaal platform voor digitale logistiek |
|
M6C2-15 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Ontwikkeling van technisch-professionele, digitale en managementvaardigheden van beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg |
Doel |
Er worden aanvullende beurzen toegekend voor specifieke opleidingen in de huisartsgeneeskunde. |
|
M7-36 |
Investering 13: Wetenschap op topniveau. Adriatische lijn fase 1 (Sulmona-compressorstation en Sestino-Minerbio-gasleiding) |
Mijlpaal |
Gunning van de opdrachten |
|
M7-38 |
Investering 14: Wetenschap op topniveau. Grensoverschrijdende infrastructuur voor de uitvoer van gas |
Mijlpaal |
Gunning van de opdrachten |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 7 908 481 227 |
Zevende tranche (steun via leningen):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M1C1-139 |
Investering 1.2 — Cloud enablement for local PA |
Doel |
Cloudfacilitering voor lokaal openbaar bestuur T1 |
|
M2C2-25 |
Investering 4.2 Ontwikkeling van systemen voor snel vervoer |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de aankoop van emissievrij rollend materieel en interventies voor de modernisering van de infrastructuur van snelle massavervoerssystemen |
|
M2C4-11 |
Investering 2.1.a. Maatregelen ter beperking van overstromings- en hydrogeologische risico’s — Interventions in Emilia Romagna, Toscana en Marche |
Mijlpaal |
Identificatie van de interventies bij besluit (en) van de commissaris voor noodsituaties |
|
M7-46 |
Investering 17: Wetenschap op topniveau. Financieel instrument voor energierenovaties van openbare en sociale woningen |
Mijlpaal |
Definitie van de doelstelling van de taakomschrijving |
|
M1C1-140 |
Investering 1.4.1 — Burgerervaring — Verbetering van de kwaliteit en bruikbaarheid van digitale overheidsdiensten |
Doel |
Verbetering van de kwaliteit en bruikbaarheid van digitale overheidsdiensten T1 |
|
M1C1-141 |
Investering 1.6.4 — Digitalisering van het ministerie van Defensie |
Doel |
Digitalisering van de procedures van het ministerie van Defensie T2 |
|
M1C1-142 |
Investering 1.6.4 — Digitalisering van het ministerie van Defensie |
Doel |
Digitalisering van certificaten van het ministerie van Defensie T2 |
|
M1C1-143 |
Investering 1.6.4 — Digitalisering van het ministerie van Defensie |
Doel |
Ministerie van Defensie — Migratie van niet-missiekritische toepassingen naar Solution for Complete Information Protection by Infrastructure Openness (S.C.I.P.I.O.) T2 |
|
M1C2-19 |
Investering 3: Wetenschap op topniveau. Snelle internetverbindingen (Ultra-Broadband en 5G) |
Doel |
Eilanden voorzien van ultrabreedbandconnectiviteit |
|
M1C2-30 |
Investering 7. Steun voor het productiesysteem voor de ecologische transitie, nettonultechnologieën en het concurrentievermogen en de veerkracht van strategische toeleveringsketens |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
|
M1C2-31 |
Investering 7 Steun voor het productiesysteem voor de ecologische transitie, nettonultechnologieën en het concurrentievermogen en de veerkracht van strategische toeleveringsketens |
Mijlpaal |
Het ministerie van Ondernemingen en Made in Italië heeft de investering voltooid |
|
M1C3-27 |
Investering — 4.3 Caput Mundi-Next Generation EU voor grote toeristische evenementen |
Doel |
Aantal culturele en toeristische locaties waarvan de herkwalificatie gemiddeld 50 % van de Stato Avanzamento Lavori (SAL) (eerste partij) bereikte |
|
M2C1-16ter |
Investering 1.1 — Tenuitvoerlegging van nieuwe afvalbeheerinstallaties en modernisering van bestaande installaties |
Doel |
Regionale verschillen in percentages gescheiden inzameling |
|
M2C1-25 |
Investering 3.4: Wetenschap op topniveau. Fondo Contratti di Filiera (FCF) ter ondersteuning van contracten voor toeleveringsketens voor de agrovoedingssector, visserij en aquacultuur, bosbouw, bloementeelt en kwekerijen |
Mijlpaal |
Het ministerie heeft het totale bedrag aan middelen overgemaakt |
|
M2C2-9 |
Investering 2.1 Versterking van slimme netwerken |
Doel |
Slimme netwerken — Vergroting van de netwerkcapaciteit voor de distributie van hernieuwbare energie |
|
M2C2-34 |
Investering 4.4.1: Wetenschap op topniveau. Versterking van het regionale buswagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije lage-vloerbussen |
Doel |
Aantal emissievrije lage-vloerbussen gekocht T1 |
|
M2C2-34 Bis |
Investering 4.4.2: Wetenschap op topniveau. Versterking van het regionale spoorwegwagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije treinen en universele dienstverlening |
Doel |
Aantal emissievrije treinen T1 |
|
M2C2-38bis |
Investering 5.1: Wetenschap op topniveau. Hernieuwbare energiebronnen en batterijen |
Mijlpaal |
Uitvoeringsovereenkomst |
|
M2C2-39 |
Investering 5.1.Hernieuwbare energie en batterijen |
Mijlpaal |
Het ministerie van Ondernemingen en Made in Italië heeft de overdracht van middelen aan Invitalia S.p.A voltooid. |
|
M2C2-42 BIS |
Investering 5.4 — Steun voor startende ondernemingen en durfkapitaal dat actief is in de ecologische transitie. |
Mijlpaal |
Het ministerie heeft de overdracht van middelen aan CDP Venture Capital SGR voltooid. |
|
M2C2-44 |
Investering 1.1 Ontwikkeling van agro-fotovoltaïsche systemen |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de installatie van fotovoltaïsche zonnepanelen in fotovoltaïsche systemen |
|
M2C4-22 |
Investering 3.3 Hernaturificatie van het Po-gebied |
Doel |
Vermindering van de kunstmatige rivierbedding voor de hernaturificatie van het Po-gebied T1 |
|
M2C4-31 |
Investering 4.2. Vermindering van verliezen in waterdistributienetten, met inbegrip van digitalisering en monitoring van netwerken |
Doel |
Interventies in waterdistributienetwerken, met inbegrip van digitalisering en monitoring van T1-netwerken |
|
M2C4-34 |
Investering 4.3 Investeringen in de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden |
Doel |
Interventies voor de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden T1 |
|
M2C4-35 |
Investering 4.3 Investeringen in de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden |
Doel |
Interventies voor de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden T1 |
|
M3C1-15 |
Investering 1.5 — Versterking van metropolitane knooppunten en belangrijke nationale banden |
Doel |
700 km aangepaste baanvakken op metropolitane knooppunten en belangrijke nationale verbindingen |
|
M3C1-19 |
Investering 1.8 — Verbetering van spoorwegstations (beheer RFI; in het zuiden) |
Doel |
Verbeterde en toegankelijke spoorwegstations |
|
M4C2-21bis |
Investering 3.2 — Financiering van startende ondernemingen |
Mijlpaal |
Het ministerie heeft de overdracht van middelen aan CDP Venture Capital SGR voltooid. |
|
M5C3-12 |
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Infrastructuurinvesteringen voor de speciale economische zone |
Doel |
Start van de infrastructuurinterventies in de speciale economische zones |
|
M6C1-7 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Thuis als eerste plaats van zorg en telegeneeskunde |
Doel |
Coördinatiecentra volledig operationeel (tweede reeks) |
|
M7-43 |
Investering 16: Wetenschap op topniveau. Steun aan kmo’s voor zelfproductie uit hernieuwbare energiebronnen |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
|
M7-44 |
Investering 16: Wetenschap op topniveau. Steun aan kmo’s voor zelfproductie uit hernieuwbare energiebronnen |
Mijlpaal |
Het ministerie van Ondernemingen en Made in Italië heeft de overdracht van middelen aan Invitalia voltooid. |
|
M2C4-20 |
Investeringen. 3.1: Bescherming en verbetering van stedelijke en voorstedelijke bossen |
Doel |
Planten voor de bescherming en valorisatie van stedelijke en voorstedelijke groene gebieden T2 |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 15 715 972 025 |
Achtste tranche (steun via leningen):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M5C2-16 |
Investering 5 — Stedelijke geïntegreerde plannen — Terugdringing van illegale nederzettingen ter bestrijding van arbeidsuitbuiting in de landbouw |
Doel |
De projectactiviteiten worden voltooid in de gebieden die in de lokale plannen als illegale nederzettingen zijn aangemerkt. |
|
M7-47 |
Investering 17: Wetenschap op topniveau. Financieel instrument voor energierenovaties van openbare en sociale woningen |
Mijlpaal |
Uitwerkingsovereenkomst |
|
M7-48 |
Investering 17: Wetenschap op topniveau. Financieel instrument voor energierenovaties van openbare en sociale woningen |
Mijlpaal |
Ministerie heeft de investering voltooid |
|
M1C1-144 |
Investering 1.4.2 — Inclusie van burgers — Verbetering van de toegankelijkheid van digitale overheidsdiensten |
Doel |
Verbetering van de toegankelijkheid van digitale overheidsdiensten |
|
M1C3-16 |
Investeringen — 2.1 Aanvankelijkheid van kleine historische steden |
Doel |
Interventies voor de verbetering van culturele of toeristische locaties |
|
M2C1-23 |
Investering 3.4: Wetenschap op topniveau. Fondo Contratti di Filiera (FCF) ter ondersteuning van contracten voor toeleveringsketens voor de agrovoedingssector, visserij en aquacultuur, bosbouw, bloementeelt en kwekerijen |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
|
M2C2-4 |
Investering 1.4 Ontwikkeling van biomethaan, volgens criteria ter bevordering van de circulaire economie |
Doel |
Extra productiecapaciteit voor biomethaan |
|
M2C4-9 |
Investering 1.1. Invoering van een geavanceerd en geïntegreerd monitoring- en prognosemesysteem |
Doel |
Invoering van een geavanceerd en geïntegreerd monitoring- en prognosesysteem om hydrologische risico’s in kaart te brengen |
|
M2C4-11bis |
Investering 2.1.a. Maatregelen ter beperking van overstromings- en hydrogeologische risico’s — Interventions in Emilia Romagna, Toscana en Marche |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor interventies in Emilia-Romagna, Toscana en Marche |
|
M2C4-26 |
Investering 3.5. Herstel en bescherming van de zeebodem en mariene habitats |
Doel |
Herstel en bescherming van de zeebodem en mariene habitats |
|
M3C1-13 |
Investering 1.4 — Invoering van het Europees beheersysteem voor het spoorvervoer (ERTMS) |
Doel |
1 km spoorlijnen die zijn uitgerust met het Europees beheersysteem voor spoorvervoer |
|
M4C2-6 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Onderzoeksprojecten van aanzienlijk nationaal belang (PRIN) |
Doel |
Aantal toegekende onderzoeksprojecten |
|
M4C2-7 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Onderzoeksprojecten van aanzienlijk nationaal belang (PRIN) |
Doel |
Aantal in dienst genomen onderzoekers met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd |
|
M4C2-8 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Partnerschappen uitgebreid tot universiteiten, onderzoekscentra, bedrijven en financiering van fundamenteel onderzoeksprojecten |
Doel |
Aantal onderzoekers met een vaste looptijd dat is aangeworven voor de beoogde partnerschappen voor fundamenteel onderzoek tussen onderzoeksinstellingen en particuliere ondernemingen |
|
M4C2-22 |
Investering 2.1: Wetenschap op topniveau. IPCEI |
Doel |
Aantal projecten dat steun heeft ontvangen |
|
M2C4-37 |
Investering 4.4 Investeringen in riolering en zuivering |
Doel |
Ingrepen voor riolering en zuivering T1 |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 11 184 566 013 |
Negende tranche (steun via leningen):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M1C1-145 |
Investering 1.4.4 — opschaling van de nationale platforms voor digitale identiteit (SPID, CIE) en het nationale register (ANPR) |
Doel |
Nationale platforms voor digitale identiteit (SPID, CIE) en het nationale register (ANPR) |
|
M1C3-17 |
Investeringen — 2.2 Bescherming en verbetering van de architectuur en het landschap van het platteland |
Doel |
Interventies ter bescherming en verbetering van de architectuur en het landschap van het platteland afgerond |
|
M1C3-18 |
Investering 2.3, Programma’s ter verbetering van de identiteit van plaatsen: parken en historische tuinen |
Doel |
Aantal herkwalificeerde parken en historische tuinen |
|
M1C3-19 |
Investering — 2.4 Seismische veiligheid van gebedshuizen, restauratie van erfgoed van het FEC (Fondo Edifici di Culto) en schuilplaatsen voor kunstwerken (herstelkunst) |
Doel |
Ingrepen voor seismische veiligheid in gebedshuizen, restauratie van erfgoed van het FEC (Fondo Edifici di Culto) en opvanghuizen voor kunstwerken voltooid |
|
M1C3-28 |
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Doel |
Aantal toeristische ondernemingen dat wordt ondersteund door het belastingkrediet voor infrastructuur en/of diensten; |
|
M1C3-32 |
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Doel |
Aantal toeristische ondernemingen dat via het MKB-garantiefonds moet worden ondersteund |
|
M1C3-34 |
Investering 4.2 Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Doel |
Aantal onroerend goed dat door het Nationaal Fonds voor Toerisme is herontwikkeld voor toerisme |
|
M2C1-17 |
Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Doel |
Recyclingpercentages van stedelijk afval in het actieplan voor de circulaire economie |
|
M2C1-17bis |
Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Doel |
Recyclingpercentages van verpakkingsafval in het actieplan voor de circulaire economie |
|
M2C1-17ter |
Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Doel |
Recyclingpercentages van houten verpakkingen in het actieplan voor de circulaire economie |
|
M2C1-17quater |
Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Doel |
Recyclingpercentages van verpakkingen van ferrometalen in het actieplan voor de circulaire economie |
|
M2C1-17 quinquies |
Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Doel |
Recyclingpercentages van aluminiumverpakkingen het actieplan voor de circulaire economie |
|
M2C1-17 sexies |
Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Doel |
Recyclingpercentages van glazen verpakkingen in het actieplan voor de circulaire economie |
|
M2C1-17 septies |
Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Doel |
Recyclingpercentages van papier en karton in het actieplan voor de circulaire economie |
|
M2C1-17 octies |
Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Doel |
Recyclingpercentages van kunststofverpakkingen in het actieplan voor de circulaire economie |
|
M2C1-17 nonies |
Hervorming 1.1 nationaal programma voor de circulaire economie; Investering 1.2 — vlaggenschipprojecten voor de circulaire economie |
Mijlpaal |
Inwerkingtreding van gescheiden inzameling voor gevaarlijke afvalfracties geproduceerd door huishoudens en textiel |
|
M2C2-40 |
Investering 5.1: Wetenschap op topniveau. Hernieuwbare energiebronnen en batterijen |
Doel |
Met eindbegunstigden ondertekende juridische overeenkomsten die betrekking hebben op de energieproductiecapaciteit van fotovoltaïsche of windtechnologieën en batterijen |
|
M2C2-46 |
Investering 1.2 Bevordering van hernieuwbare energiebronnen voor energiegemeenschappen en gezamenlijk optredende zelfverbruikers van hernieuwbare energie |
Mijlpaal |
Gunning van alle overheidsopdrachten voor de toekenning van subsidies voor de uitvoering van de interventies ten behoeve van energiegemeenschappen |
|
M3C1-23 |
Investering 1.9 Interregionale verbindingen |
Doel |
Investering 1.9 Interregionale verbindingen |
|
M4C2-13 |
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Versterking en sectorale/territoriale uitbreiding van centra voor technologieoverdracht per industriesegment |
Doel |
Aantal te creëren nieuwe hubs |
|
M6C1-9 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Thuis als eerste plaats van zorg en telegeneeskunde |
Doel |
Aantal mensen dat wordt bijgestaan door telegeneeskundehulpmiddelen (derde reeks) |
|
M6C2-8 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale update van de technologische apparatuur van ziekenhuizen |
Doel |
Ziekenhuizen worden gedigitaliseerd (DEA — departementen voor noodgevallen en toelating — niveau I en II) |
|
M6C2-11 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Versterking van de technologische infrastructuur en van de instrumenten voor gegevensverzameling, -verwerking, -analyse en -simulatie |
Doel |
Huisartsen die het elektronisch gezondheidsdossier voeden. |
|
M1C3-33 |
Investering 4.2 Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Doel |
Aantal via het Fondo Rotative te ondersteunen ondernemingen (eerste partij) |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 7 118 464 154 |
Tiende tranche (steun via leningen):
Volgnummer |
Gerelateerde maatregel (hervorming of investering) |
Mijlpaal/Doelstelling |
Naam |
|
M1C1-146 |
Investering 1.4.4 — ONTWIKKELING van de nationale platforms voor digitale identiteit (SPID, CIE) en het nationale register (ANPR) |
Doel |
Nationale platforms voor digitale identiteit (SPID, CIE) en het nationale register (ANPR) |
|
M2C3-6 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Bouw van nieuwe scholen door vervanging van gebouwen |
Doel |
Er worden ten minste 000 sqmt nieuwe scholen gebouwd door vervanging van gebouwen. |
|
M2C3-8 |
Investering 1.2 — Bouw van gebouwen, herkwalificatie en versterking van vastgoedactiva van de rechtsbedeling |
Doel |
Bouw van gebouwen, herkwalificatie en versterking van onroerende goederen van de rechtsbedeling |
|
M2C3-10 |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Bevordering van efficiënte stadsverwarming |
Doel |
Aanleg of uitbreiding van netwerken voor stadsverwarming om het energieverbruik te verminderen |
|
M2C4-23 |
Investering 3.3 Hernaturificatie van het Po-gebied |
Doel |
Vermindering van de kunstmatige rivierbedding voor de hernaturificatie van het Po-gebied T2 |
|
M2C4-25 |
Investering 3.4. Sanering van “weesgronden” |
Doel |
Revitalisering van weeslocaties |
|
M2C4-29 |
Investering 4.1. Investeringen in primaire waterinfrastructuur voor de zekerheid van de watervoorziening |
Doel |
Investeringen in primaire waterinfrastructuur voor de zekerheid van de watervoorziening |
|
M2C4-32 |
Investering 4.2. Vermindering van verliezen in waterdistributienetten, met inbegrip van digitalisering en monitoring van netwerken |
Doel |
Interventies in waterdistributienetwerken, met inbegrip van digitalisering en monitoring van T2-netwerken |
|
M2C4-35bis |
Investering 4.3 Investeringen in de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden |
Doel |
Interventies voor de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden T2 |
|
M2C4-38 |
Investering 4.4 Investeringen in riolering en zuivering |
Doel |
Ingrepen voor riolering en zuivering T2 |
|
M5C2-20 |
Investering 6 — Innovatieprogramma voor de kwaliteit van huisvesting |
Doel |
Aantal ondersteunde wooneenheden (in termen van bouw en rehabilitatie) en vierkante meters van ondersteunde openbare ruimten |
|
M1C1-147 |
Investering 1.2 — Cloud enablement for local PA |
Doel |
Cloudfacilitering voor lokaal openbaar bestuur T2 |
|
M1C1-148 |
Investering 1.4.1 — Burgerervaring — Verbetering van de kwaliteit en bruikbaarheid van digitale overheidsdiensten |
Doel |
Verbetering van de kwaliteit en bruikbaarheid van digitale overheidsdiensten T2 |
|
M1C1-149 |
Investering 1.4.3 — Uitbreiding van PagoPA-platformdiensten en de “IO” -app |
Doel |
Invoering opschaling PagoPA-platformdiensten T2 |
|
M1C1-150 |
Investering 1.4.3 — Uitbreiding van PagoPA-platformdiensten en de “IO” -app |
Doel |
Invoering opschaling van “IO” -app T2 |
|
M1C1-151 |
Investering 1.4.5 — Digitalisering van openbare aankondigingen |
Doel |
Invoering opschaling van digitale openbare aankondigingen T2 |
|
M1C1-152 |
Investering 1.6.1 — Digitalisering van het ministerie van Binnenlandse Zaken |
Doel |
Ministerie van Binnenlandse Zaken — Volledig geherstructureerde en gedigitaliseerde processen T2 |
|
M1C1-153 |
Investering 1.6.2 — Digitalisering van het ministerie van Justitie |
Doel |
Gedigitaliseerde gerechtelijke dossiers T2 |
|
M1C1-154 |
Investering 1.6.2 — Digitalisering van het ministerie van Justitie |
Doel |
Kennissystemen op het gebied van justitiële gegevens over het meer T2 |
|
M1C1-155 |
Investering 1.6.3 — Digitisation of National Social Security Institute (INPS) en Nationaal Instituut voor arbeidsongevallenverzekering (INAIL) |
Doel |
INAIL — Volledig geherstructureerde en gedigitaliseerde processen/diensten T2 |
|
M1C2-15 |
Investering 2: Wetenschap op topniveau. Innovatie en technologie op het gebied van micro-elektronica |
Doel |
Productiecapaciteit van siliciumCarbidesubstraten |
|
M1C2-17 |
Investering 3: Wetenschap op topniveau. Snelle internetverbindingen (Ultra-Broadband en 5G) |
Doel |
Huisnummers met 1 Gbps-connectiviteit |
|
M1C2-18 |
Investering 3: Wetenschap op topniveau. Snelle internetverbindingen (Ultra-Broadband en 5G) |
Doel |
Schoolgebouwen en gezondheidszorgfaciliteiten met een connectiviteit van 1 Gbps |
|
M1C2-20 |
Investering 3: Wetenschap op topniveau. Snelle internetverbindingen (Ultra-Broadband en 5G) |
Doel |
Wegen buiten de stad en corridors met 5G-dekking |
|
M1C2-21 |
Investering 3: Wetenschap op topniveau. Snelle internetverbindingen (Ultra-Broadband en 5G) |
Doel |
Gebieden met marktfalen mogelijk gemaakt met 5G-dekking |
|
M1C2-23 |
Investering 4: Wetenschap op topniveau. Satelliettechnologie en ruimtevaarteconomie |
Doel |
Grondtelescopen, operationeel SST-centrum, ruimtefabriek en demonstratiemodel voor vloeibare aandrijving |
|
M1C2-24 |
Investering 4: Wetenschap op topniveau. Satelliettechnologie en ruimtevaarteconomie |
Doel |
Constellaties of “proof of concept” van ingezette constellaties |
|
M1C2-25 |
Investering 4: Wetenschap op topniveau. Satelliettechnologie en ruimtevaarteconomie |
Doel |
Aan overheidsdiensten verleende diensten |
|
M1C2-32 |
Investering 7. Steun voor het productiesysteem voor de ecologische transitie, nettonultechnologieën en het concurrentievermogen en de veerkracht van strategische toeleveringsketens |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
|
M1C3-21 |
Investering 3.2 — Ontwikkeling van de filmindustrie (Cinecittà project) |
Doel |
Aantal studio’s waarvan de werkzaamheden voor herkwalificatie, modernisering en bouw zijn voltooid |
|
M1C3-36 |
— Investeringen — Caput Mundi-Next Generation EU 4.3 voor grote toeristische evenementen |
Doel |
Aantal culturele en toeristische locaties waarvan de herkwalificatie is afgerond |
|
M2C1-16 |
Investering 1.1 — Tenuitvoerlegging van nieuwe afvalbeheerinstallaties en modernisering van bestaande installaties |
Doel |
Illegale stortplaatsen |
|
M2C1-19 |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Groene eilanden |
Doel |
Uitvoering van geïntegreerde projecten op kleine eilanden |
|
M2C1-21 |
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. Groene gemeenschappen |
Doel |
Uitvoering van de interventies in de plannen van de Groene Gemeenschappen |
|
M2C1-24 |
Investering 3.4: Wetenschap op topniveau. Fondo Contratti di Filiera (FCF) ter ondersteuning van contracten voor toeleveringsketens voor de agrovoedingssector, visserij en aquacultuur, bosbouw, bloementeelt en kwekerijen |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
|
M2C2-3 |
Investering 1.4 Ontwikkeling van biomethaan, volgens criteria ter bevordering van de circulaire economie |
Doel |
Vervanging van landbouwtrekkers |
|
M2C2-5 |
Investering 1.4 Ontwikkeling van biomethaan, volgens criteria ter bevordering van de circulaire economie |
Doel |
Aanvullende productie van biomethaan |
|
M2C2-10 |
Investering 2.1 Versterking van slimme netwerken |
Doel |
Slimme netwerken — Vergroting van de netwerkcapaciteit voor de distributie van hernieuwbare energie |
|
M2C2-11 |
Investering 2.1 Versterking van slimme netwerken |
Doel |
Slimme griden — elektrificatie van energieverbruik |
|
M2C2-13 |
Investering 2.2 Interventies om de veerkracht van het elektriciteitsnet te vergroten |
Doel |
De veerkracht van het elektriciteitsnet vergroten |
|
M2C2-15 |
Investering 3.3 Waterstoftests voor wegvervoer |
Doel |
Ontwikkeling van oplaadstations op basis van waterstof |
|
M2C2-17 |
Investering 3.4 — Waterstoftests voor spoormobiliteit |
Doel |
Aantal waterstoftankstations |
|
M2C2-19 |
Investering 3.5 Onderzoek en ontwikkeling op het gebied van waterstof |
Doel |
Aantal projecten voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van waterstof |
|
M2C2-25bis |
Investering 4.2 Ontwikkeling van systemen voor snel vervoer |
Doel |
Ten minste 5 interventies voor de modernisering van de infrastructuur van systemen voor snel grootschalig vervoer |
|
M2C2-25ter |
Investering 4.2 Ontwikkeling van systemen voor snel vervoer |
Doel |
Aankoop van ten minste 85 eenheden rollend materieel voor massaal snel vervoer |
|
M2C2-26 |
Investering 4.2 Ontwikkeling van systemen voor snel vervoer |
Doel |
Aantal km openbaarvervoersinfrastructuur |
|
M2C2-35 |
Investering 4.4.1: Wetenschap op topniveau. Versterking van het wagenpark van regionale bussen voor openbaar vervoer met emissievrije lage-vloerbussen — |
Doel |
Aantal emissievrije lage-vloerbussen is in werking getreden T2 |
|
M2C2-35 ter |
Investering 4.4.1: Wetenschap op topniveau. Versterking van het regionale buswagenpark voor openbaar vervoer met voertuigen op schone brandstoffen |
Doel |
Aantal laadstations voor emissievrije en emissiearme lage-vloerbussen |
|
M2C2-35 bis |
Investering 4.4.2: Wetenschap op topniveau. Versterking van het regionale spoorwegwagenpark voor openbaar vervoer met emissievrije treinen en universele dienstverlening |
Doel |
Aantal emissievrije treinen en aantal vervoer voor de universele dienst |
|
M2C2-36 |
Investering 4.4.3: Wetenschap op topniveau. Vernieuwing van de vloot voor de nationale brandweer |
Doel |
Aantal schone voertuigen voor de vernieuwing van de nationale brandweer |
|
M2C2-43 |
Investering 5.4 — Steun voor startende ondernemingen en durfkapitaal dat actief is in de ecologische transitie. |
Doel |
Juridische overeenkomsten met durfkapitaalfondsen en startende ondernemingen |
|
M2C2-45 |
Investering 1.1 Ontwikkeling van agro-fotovoltaïsche systemen |
Doel |
Installatie van fotovoltaïsche zonnepanelen in fotovoltaïsche systemen |
|
M2C2-47 |
Investering 1.2 Bevordering van hernieuwbare energiebronnen voor energiegemeenschappen en gezamenlijk optredende zelfverbruikers van hernieuwbare energie |
Doel |
Installatie van nieuwe capaciteit voor elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare energiebronnen in energiegemeenschappen en gezamenlijk optredende zelfverbruikers van hernieuwbare energie |
|
M2C2-49 |
Investering 3.1 Productie van waterstof in brownfieldterreinen (Hydrogen Valleys) |
Doel |
Voltooiing van het project inzake waterstofproductie in industriegebieden |
|
M2C2-51 |
Investering 3.2 Waterstofgebruik in moeilijk te verminderen industrie |
Doel |
Invoering van waterstof in het industriële proces |
|
M2C2-53 |
Investering 5.2 Waterstof |
Doel |
Fabrieksinstallatie gebouwd |
|
M2C4-6bis |
Investering 3.2: Wetenschap op topniveau. Digitalisering van nationale parken |
Doel |
Voltooiing van de interventie |
|
M2C4-11ter |
Investering 2.1.a. Maatregelen ter beperking van overstromings- en hydrogeologische risico’s — Interventions in Emilia Romagna, Toscana en Marche |
Mijlpaal |
Voltooiing van projecten |
|
M2C4-13 |
Investering 2.1b — Maatregelen ter beperking van overstromings- en hydrogeologische risico’s |
Doel |
Voltooiing van interventies van type D en type E |
|
M2C4-20bis |
Investeringen. 3.1: Bescherming en verbetering van stedelijke en voorstedelijke bossen |
Doel |
Planten voor de bescherming en valorisatie van stedelijke en voorstedelijke groene gebieden T3 |
|
M2C4-34bis |
Investering 4.3 Investeringen in de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden |
Doel |
Interventies voor de veerkracht van het irrigatieagrosysteem voor een beter beheer van watervoorraden T1 |
|
M3C1-6 |
Investering 1.1 — Hogesnelheidslijnen naar het zuiden voor passagiers en goederen |
Doel |
Hogesnelheidstrein voor zowel passagiers als goederen op de lijnen Napoli-Bari, Salerno-Reggio Calabria, Palermo-Catania |
|
M3C1-24 |
Investering 1.9 Interregionale verbindingen |
Doel |
Investering 1.9 Interregionale verbindingen |
|
M3C1-9 |
Investering 1.2 — Hogesnelheidslijnen in het noorden die verbinding maken met de rest van Europa |
Doel |
Hogesnelheidstrein voor zowel passagiers als goederen op de lijnen Brescia-Verona-Vicenza-Padova; Liguria-Alpi. |
|
M3C1-11 |
Investering 1.3 — Diagonale verbindingen |
Doel |
Hogesnelheidstrein voor zowel passagiers als goederen op de lijn Orte-Falconara en Taranto — Metaponto-Potenza-Battipaglia |
|
M3C1-14 |
Investering 1.4 — Invoering van het Europees beheersysteem voor het spoorvervoer (ERTMS) |
Doel |
2 785 km spoorlijnen die zijn uitgerust met het Europees beheersysteem voor het spoorvervoer |
|
M3C1-16 |
Investering 1.5 — Versterking van metropolitane knooppunten en belangrijke nationale banden |
Doel |
1 280 km aangepaste baanvakken gebouwd op metropolitane knooppunten en belangrijke nationale verbindingen |
|
M3C1-17bis |
Investering 1.7 — Modernisering, elektrificatie en veerkracht van de spoorwegen in het zuiden |
Doel |
650 km aan voltooide werkzaamheden in verband met de modernisering, elektrificatie en veerkracht van de spoorwegen in het zuiden, klaar voor de vergunnings- en exploitatiefasen. |
|
M3C1-18 |
Investering 1.6 — Versterking van regionale lijnen — modernisering van regionale spoorwegen (beheer RFI) |
Doel |
Verbeterde regionale lijnen, klaar voor vergunningverlening en operationele fasen |
|
M3C1-20 |
Investering 1.8 — Verbetering van spoorwegstations (beheer RFI; in het zuiden) |
Doel |
Verbeterde en toegankelijke spoorwegstations |
|
M4C1-30 |
Hervorming 1.7: Hervorming van de regelgeving inzake studentenhuisvesting en investeringen in studentenhuisvesting |
Doel |
In overeenstemming met de toepasselijke wetgeving opgerichte studentenslaapaccommodaties |
|
M4C2-9 |
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Versterking van de onderzoeksstructuren en ondersteuning van de oprichting van “nationale O & O-leiders” voor een aantal sleuteltechnologieën |
Doel |
Nationale centra zijn operationeel en worden door de nationale centra uitgevoerd op het gebied van sleuteltechnologieën. |
|
M4C2-14 |
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Versterking en sectorale/territoriale uitbreiding van centra voor technologieoverdracht per industriesegment |
Doel |
Uitbetaling van een financiële waarde van 307 EUR 000 000. |
|
M4C2-15 |
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Versterking en sectorale/territoriale uitbreiding van centra voor technologieoverdracht per industriesegment |
Doel |
Aantal ondersteunde kmo’s |
|
M4C2-15 bis |
Investering 2.3: Wetenschap op topniveau. Versterking en sectorale/territoriale uitbreiding van centra voor technologieoverdracht per industriesegment |
Mijlpaal |
Voltooiing van EDIH- en TEF-werkpakketten |
|
M4C2-16 bis |
Investering 3.1: Wetenschap op topniveau. Fonds voor de bouw van een geïntegreerd systeem van onderzoeks- en innovatie-infrastructuren |
Doel |
Aantal onderzoeks- en innovatie-infrastructuren die zijn gecreëerd of die hun activiteiten hebben voltooid |
|
M4C2-18 Bis |
Invesment1.5: Totstandbrenging en versterking van “innovatie-ecosystemen voor duurzaamheid”, opbouw van “territoriale leiders van O & O” |
Doel |
Door de innovatie-ecosystemen uitgevoerde activiteiten |
|
M4C2-21 |
Investering 3.2 — Financiering van startende ondernemingen. |
Doel |
Juridische overeenkomsten met start-ups of durfkapitaalfondsen |
|
M5C1-19 |
Investering 5 — Oprichting van ondernemingen voor vrouwen |
Doel |
Ondernemingen zoals gedefinieerd in het desbetreffende investeringsbeleid hebben financiële steun ontvangen |
|
M5C2-12 |
Investering 4 — Investeringen in stadsvernieuwingsprojecten, gericht op het verminderen van marginalisering en sociale achteruitgang |
Doel |
Projecten voor stadsvernieuwingen die gemeenten bestrijken |
|
M5C2-14 |
Investering 5 — Stads-geïntegreerde plannen — algemene projecten |
Doel |
Voltooiing van geïntegreerde planningsprojecten in metropolitane steden |
|
M5C2-18 |
Investering 5 — Stads-geïntegreerde plannen — EIB-fonds |
Doel |
Monetaire waarde van de bijdrage aan het thematisch fonds en steun voor stedelijke projecten |
|
M5C2-22 |
Investering 7 — Het project Sport en sociale inclusie |
Doel |
Interventies in verband met de contracten met betrekking tot sportfaciliteiten |
|
M5C3-13 |
Investering 1.4: Wetenschap op topniveau. Infrastructuurinvesteringen voor de speciale economische zone |
Doel |
Voltooiing van de infrastructuurmaatregelen in de speciale economische zones. |
|
M6C1-3 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Communautaire gezondheidscentra ter verbetering van de territoriale bijstand op het gebied van gezondheidszorg |
Doel |
Beschikbaar gestelde en technologisch uitgeruste communautaire gezondheidshuizen (eerste partij) |
|
M6C1-6 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Thuis als eerste plaats van zorg en telegeneeskunde |
Doel |
Extra mensen die in de thuiszorg worden behandeld (eerste batch) |
|
M6C1-11 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Versterking van de intermediaire gezondheidszorg en de bijbehorende faciliteiten (gemeenschapsziekenhuizen) |
Doel |
Gerenoveerde, onderling verbonden en technologisch uitgeruste communautaire ziekenhuizen (eerste reeks) |
|
M6C2-6 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale update van de technologische apparatuur van ziekenhuizen |
Doel |
Grote sanitaire uitrusting operationeel |
|
M6C2-9 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Digitale update van de technologische apparatuur van ziekenhuizen |
Doel |
Extra bedden in ICU’s en subintensieve zorg |
|
M6C2-10 |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Naar een veilig en duurzaam ziekenhuis |
Doel |
De anti-seismische interventies in ziekenhuizen zijn voltooid |
|
M6C2-10 bis |
Investering 1.2: Wetenschap op topniveau. Naar een veilig en duurzaam ziekenhuis |
Doel |
Uitbetaling van middelen uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit voor projecten in het kader van artikel 20 van de financiële wet 67/88 Gezondheidszorgopbouw |
|
M6C2-12 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Versterking van de technologische infrastructuur en van de instrumenten voor gegevensverzameling, -verwerking, -analyse en -simulatie |
Mijlpaal |
Het systeem van de ziekteverzekeringskaart en de infrastructuur voor de interoperabiliteit van het elektronische patiëntendossier zijn volledig operationeel. |
|
M6C2-13 |
Investering 1.3: Wetenschap op topniveau. Versterking van de technologische infrastructuur en van de instrumenten voor gegevensverzameling, -verwerking, -analyse en -simulatie |
Doel |
Alle regio’s hebben het EPD goedgekeurd en maken er gebruik van |
|
M6C2-16 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Ontwikkeling van technisch-professionele, digitale en managementvaardigheden van beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg |
Doel |
Opleiding over management- en digitale vaardigheden voor werknemers van de nationale gezondheidsdienst |
|
M6C2-17 |
Investering 2.2: Wetenschap op topniveau. Ontwikkeling van technisch-professionele, digitale en managementvaardigheden van beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg |
Doel |
Aantal gefinancierde contracten voor medische opleiding — specialisten |
|
M7-37 |
Investering 13: Wetenschap op topniveau. Adriatische lijn fase 1 (Sulmona-compressorstation en Sestino-Minerbio-gasleiding) |
Mijlpaal |
Voltooiing van werkzaamheden |
|
M7-39 |
Investering 14: Wetenschap op topniveau. Grensoverschrijdende infrastructuur voor de uitvoer van gas |
Mijlpaal |
Voltooiing van werkzaamheden |
|
M7-41 |
Investering 15: Wetenschap op topniveau. Transizione 5.0 Groen |
Doel |
Toekenning van middelen uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit |
|
M7-42 |
Investering 15: Wetenschap op topniveau. Transizione 5.0 Groen |
Doel |
0.4 Mtoe energiebesparing in het eindenergieverbruik in de periode 2024-2026 |
|
M7-45 |
Investering 16: Wetenschap op topniveau. Steun aan kmo’s voor zelfproductie uit hernieuwbare energiebronnen |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
|
M7-49 |
Investering 17: Wetenschap op topniveau. Financieel instrument voor energierenovaties van openbare en sociale woningen |
Doel |
Juridische overeenkomsten met eindbegunstigden |
|
M1C3-29 |
Investering 4.2: Wetenschap op topniveau. Fondsen voor het concurrentievermogen van toeristische ondernemingen |
Doel |
Aantal toerismeprojecten dat via de thematische fondsen van de Europese Investeringsbank moet worden ondersteund |
|
M3C2-9 |
Investering 1.1: Wetenschap op topniveau. Groene havens: interventies op het gebied van hernieuwbare energie en energie-efficiëntie in havens |
Doel |
Groene havens: voltooiing van werkzaamheden |
|
|
|
Bedrag van de termijn |
EUR 19 919 595 964 |
DEEL 3: AANVULLENDE REGELINGEN
Regelingen voor monitoring en uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan
De monitoring en uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan van Italië vinden plaats overeenkomstig de volgende regelingen.
Overeenkomstig wetsontwerp nr. 77 van 31 mei 2021 als gewijzigd bij wetsontwerp nr. 13 van 24 februari 2023 is een aantal coördinatiestructuren opgezet voor de monitoring en de uitvoering van het plan. Het gaat met name om: I) een stuurgroep op hoog niveau (“cabina di regia”), opgericht bij het voorzitterschap van de Raad van Ministers, met als voornaamste taak de uitvoering van het plan te sturen en te coördineren; II) een missiestructuur die bij het voorzitterschap van de Raad van Ministers is opgericht, ten minste voor de duur van het plan, en die gemachtigd is op te treden als centrale coördinatiestructuur voor de uitvoering van en het toezicht op het plan; III) een technische structuur bij het ministerie van Economische Zaken en Financiën, die operationeel toezicht houdt op de uitvoering van het plan, de controle op de regelmatigheid van de procedures en uitgaven en de verslaglegging, en de technische en operationele ondersteuning van de uitvoeringsfase. De missiestructuur onder het voorzitterschap van de Raad van Ministers fungeert als enig contactpunt op nationaal niveau voor de Europese Commissie. Het Ministerie van Economische Zaken en Financiën zorgt ook voor de evaluatie van de resultaten van het plan. Sociale partners en andere belanghebbenden nemen deel aan de bijeenkomsten van de “cabina di regia” met het oog op hun betrokkenheid bij de uitvoering van het plan. Verder worden er op het niveau van iedere bevoegde centrale entiteit coördinatiestructuren opgezet, belast met het beheer, de monitoring, de verslaglegging en de controle van de maatregelen, onder meer met betrekking tot het toezicht op de uitvoering en de voortgang bij het bereiken van mijlpalen en doelstellingen. Tot slot worden in geval van problemen bij de uitvoering handhavingsmechanismen voorzien, onder meer door het activeren van substitutiebevoegdheden ten aanzien van de overheidsdiensten die verantwoordelijk zijn voor de maatregelen van het plan, teneinde een tijdige en doeltreffende uitvoering van projecten te waarborgen en ex-antemechanismen voor de oplossing van conflicten in te voeren.
Om de administratieve capaciteit voor de monitoring en de uitvoering te versterken, wordt voorzien in de aanwerving van tijdelijk personeel, onder meer voor de centrale overheidsdiensten die verantwoordelijk zijn voor de maatregelen van het plan en voor het Ministerie van Economie en Financiën (waaronder voor de centrale coördinatiestructuur en de Contabile del Portafoglio dello Stato), conform wet nr. 80 van 9 juni 2021, en voor de overheidsdiensten in het zuiden van Italië, die naar verwachting dienen ter versterking van de personele middelen die bij de planning en de besteding van de EU-middelen betrokken is, krachtens wet nr. 178 uit 2020. Daarnaast worden middelen toegewezen aan de door het voorzitterschap van de Raad van Ministers opgerichte missiestructuur met het oog op de doeltreffende werking ervan, krachtens wet nr. 13 van 24 februari 2023. Tot slot wordt voorzien in technische en operationele ondersteuning van centrale en lokale overheden bij de uitvoering van projecten, onder meer via een beroep op met publiek geld gefinancierde instanties, een pool van deskundigen voor technische bijstand en de mogelijkheid om een beroep te doen op externe expertise. Deze acties gaan gepaard met de uitvoering van maatregelen ter vermindering van de bureaucratie en ter vereenvoudiging van de administratieve procedures, krachtens wet nr. 77 van 31 mei 2021 en wet nr. 13 van 24 februari 2023.
De regelingen bepalen ook dat een nieuw geïntegreerd IT-systeem (“ReGis”) wordt opgezet. De bestaande auditdienst Inspectie-Generaal voor financiële betrekkingen met de Europese Unie (IGRUE), binnen het Ministerie van Economische Zaken en Financiën, wordt belast met de coördinatie van de auditsystemen en de uitvoering van de controles met de steun van de Ragionerie Territoriali dello Stato (RTS). Verbeterde regelingen met de Guardia di Finanza en de bevoegde onafhankelijke autoriteiten, zoals het nationale anti-corruptieagentschap ANAC, blijven van kracht om zo de rol te versterken die het Italiaanse rechtsstelsel al aan die autoriteiten toekent ter bescherming van de overheidsfinanciën, met inbegrip van die van de EU.
Regelingen voor volledige toegang door de Commissie tot de onderliggende gegevens
Om de Commissie volledige toegang te verlenen tot de relevante onderliggende gegevens, beschikt Italië over de volgende regelingen:
Het Ministerie van Economische Zaken en Financiën treedt op als technische structuur voor de monitoring, met inbegrip van de voortgang betreffende mijlpalen en doelstellingen, en, in voorkomend geval, de uitvoering van controle- en auditactiviteiten, en voor het verstrekken van verslagen en het doen van verzoeken tot betaling. Het coördineert de rapportage van mijlpalen en streefdoelen, relevante indicatoren, maar ook kwalitatieve financiële informatie en andere gegevens, zoals over eindontvangers. De gegevenscodering vindt plaats op het niveau van de voor de maatregelen van het plan verantwoordelijke centrale overheidsdiensten, die de vereiste gegevens aan het Ministerie van Economische Zaken en Financiën rapporteren. Overeenkomstig artikel 24, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241 dient Italië na het bereiken van de desbetreffende overeengekomen mijlpalen en doelstellingen die zijn vermeld in Deel 2.1 van deze bijlage, bij de Commissie een naar behoren gemotiveerd verzoek tot betaling van de financiële bijdrage en, waar van toepassing, van de lening in. Italië zorgt ervoor dat de Commissie op verzoek volledige toegang heeft tot de onderliggende relevante gegevens ter staving van het betalingsverzoek, zowel voor de beoordeling van het betalingsverzoek overeenkomstig artikel 24, lid 3, van Verordening (EU) 2021/241 als voor audit- en controledoeleinden.