Home

Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 16 februari 1984.

Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 16 februari 1984.

1 BIJ VERZOEKSCHRIFT , NEERGELEGD TER GRIFFIE OP 29 APRIL 1983 , VORDEREN DE NAAMLOZE VENNOOTSCHAP NAAR BELGISCH RECHT USINES GUSTAVE BOEL EN DE NAAMLOZE VENNOOTSCHAP NAAR FRANS RECHT FABRIQUE DE FER DE MAUBEUGE KRACHTENS DE ARTIKELEN 33 , TWEEDE ALINEA , EN 36 , TWEEDE ALINEA , EGKS-VERDRAG , NIETIGVERKLARING VAN DE OP 30 MAART 1983 AAN USINES GUSTAVE BOEL , NAAMLOZE VENNOOTSCHAP , LA LOUVIERE , BELGIE BETEKENDE BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE VAN 24 MAART 1983 , WAARBIJ AAN DIE ONDERNEMING KRACHTENS ARTIKEL 58 EGKS-VERDRAG EEN BOETE VAN BFR 111 024 570 IS OPGELEGD , SUBSIDIAIR VERLAGING VAN DIE BOETE .

2 IN HET EERSTE ARTIKEL VAN DE BESTREDEN BESCHIKKING WORDT VASTGESTELD DAT ' ' DE ONDERNEMING BOEL ' ' HEEFT GEHANDELD IN STRIJD MET HET QUOTASTELSEL DAT BIJ BESCHIKKING NR . 1831/81/EGKS VAN DE COMMISSIE VAN 24 JUNI 1981 ( PB L 180 VAN 1981 , BLZ . 1 ) IS INGESTELD , EN WEL DOOR VOOR HET DERDE KWARTAAL VAN 1981 HET PRODUKTIEQUOTUM VOOR CATEGORIE I C MET 1 007 EN HET GEDEELTE VAN HET QUOTUM DAT OP DE GEMEENSCHAPPELIJKE MARKT MOCHT WORDEN GELEVERD , MET 3 878 TON TE OVERSCHRIJDEN , ALSOOK DOOR VOOR HET VIERDE KWARTAAL VAN 1981 HET PRODUKTIEQUOTUM VOOR CATEGORIE I C MET 14 943 TON EN DE GEDEELTEN VAN DE QUOTA VOOR DE CATEGORIEEN I A EN I C , DIE OP DE GEMEENSCHAPPELIJKE MARKT MOCHTEN WORDEN GELEVERD , MET ONDERSCHEIDENLIJK 161 EN 14 921 TON TE OVERSCHRIJDEN .

3 IN HUN EERSTE MIDDEL ALSOOK IN HUN DERDE TOT ZEVENDE MIDDEL VECHTEN VERZOEKSTERS DE BESCHIKKINGEN AAN WAARBIJ DE COMMISSIE HUN QUOTA HEEFT VASTGESTELD C.Q . HEEFT GEWEIGERD DE TE HUNNEN AANZIEN VASTGESTELDE QUOTA AAN TE PASSEN , WAARTOE ZIJ STELLEN DAT DE ALGEMENE BESCHIKKINGEN WAAROP DIE INDIVIDUELE BESCHIKKING BERUSTTE , ONWETTIG ZIJN . VOLGENS HET EERSTE MIDDEL ZOU DE COMMISSIE DE NAAMLOZE VENNOOTSCHAP FABRIQUE DE FER DE MAUBEUGE EN DE NAAMLOZE VENNOOTSCHAP USINES GUSTAVE BOEL ALS EEN GEHEEL HEBBEN BEHANDELD , TERWIJL HET TWEE ONDERSCHEIDEN VENNOOTSCHAPPEN ZIJN . HET DERDE EN HET VIERDE MIDDEL VAN VERZOEKSTERS ZIJN GERICHT TEGEN DE UITBREIDING VAN HET QUOTASTELSEL , ZOALS HET TEVOREN WAS VASTGESTELD , TOT PRODUKTEN VAN CATEGORIE I C , ONDERSCHEIDENLIJK TEGEN HET DOOR DE COMMISSIE GEHANTEERDE CRITERIUM VOOR DE VASTSTELLING VAN DE REFERENTIEPRODUKTIECIJFERS . IN HUN VIJFDE EN ZESDE MIDDEL BEKLAGEN ZIJ ZICH EROVER , DAT ER IN HET DOOR DE COMMISSIE OPGELEGDE QUOTASTELSEL GEEN ALGEMENE BILLIJKHEIDSCLAUSULE IS VOORZIEN EN DAT HET WORDT TOEGEPAST OP DE VOOR EXPORT BESTEMDE PRODUKTIE EN OP DE LEVERINGEN . MET HUN ZEVENDE MIDDEL KOMEN VERZOEKSTERS ER TENSLOTTE TEGEN OP , DAT DE COMMISSIE STILZWIJGEND ZOU HEBBEN GEWEIGERD DE REFERENTIEPRODUKTIECIJFERS OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 14 VAN BESCHIKKING NR . 1831/81/EGKS AAN TE PASSEN .

4 IN DEZE REEKS MIDDELEN ONTKENNEN VERZOEKSTERS NIET DAT ZIJ DE QUOTA HEBBEN OVERSCHREDEN ; ZIJ BESTRIJDEN SLECHTS DE WETTIGHEID VAN DOOR DE COMMISSIE GEGEVEN INDIVIDUELE BESCHIKKINGEN , DIE NIET BINNEN DE IN HET VERDRAG GESTELDE TERMIJNEN ZIJN AANGEVOCHTEN EN DERHALVE DEFINITIEF ZIJN GEWORDEN . HET IS ECHTER VASTE JURISPRUDENTIE DAT EEN VERZOEKER , DE NIETIGVERKLARING VAN EEN INDIVIDUELE BESCHIKKING VORDERENDE , ZICH NIET TEN EXCEPTIEVE KAN BEROEPEN OP DE ONWETTIGHEID VAN EEN ANDERE , EVENEENS TOT HEM GERICHTE EN DEFINITIEF GEWORDEN INDIVIDUELE BESCHIKKING . VERZOEKSTERS BEROEPEN ZICH DAN OOK TEVERGEEFS OP ONWETTIGHEID VAN DE INDIVIDUELE BESCHIKKINGEN WAARBIJ HUN QUOTA C.Q . GEDEELTEN VAN QUOTA VOOR HET DERDE EN VIERDE KWARTAAL VAN 1981 ZIJN VASTGESTELD DAN WEL VERZOEKEN OM AANPASSING VAN DIE QUOTA EN GEDEELTEN VAN QUOTA ZIJN AFGEWEZEN , ZODAT HUN VOORMELDE VORDERINGEN IN ZOVERRE MOETEN WORDEN VERWORPEN .

5 VERZOEKSTERS KUNNEN ZICH VOORTS NIET TEN EXCEPTIEVE BEROEPEN OP DE ONWETTIGHEID VAN DE BEPALINGEN VAN EEN ALGEMENE BESCHIKKING DIE NIET AAN DE AANGEVOCHTEN INDIVIDUELE BESCHIKKING TEN GRONDSLAG LIGT ( ARREST VAN 28 . 10 . 1981 , GEVOEGDE ZAKEN 275/80 EN 24/81 , KRUPP , JURISPR . 1981 , BLZ . 2489 ). DE DOOR VERZOEKSTERS ONWETTIG GEACHTE BEPALINGEN VAN BESCHIKKING NR . 1831/81/EGKS NU BETREFFEN NIET DE OPLEGGING VAN EEN GELDBOETE , DOCH UITSLUITEND DE VASTSTELLING EN DE AANPASSING VAN QUOTA .

6 TEN ONRECHTE BEROEPEN VERZOEKSTERS ZICH TOT HUN VERDEDIGING OP DE OMSTANDIGHEID DAT ZIJ DE HUN TOEGEKENDE QUOTA REEDS HADDEN OVERSCHREDEN , ZODAT ZIJ ER GEEN BELANG BIJ HADDEN TIJDIG OP TE KOMEN TEGEN DE INDIVIDUELE BESCHIKKINGEN WAARBIJ HUN QUOTA WAREN VASTGESTELD C.Q . NIET AANGEPAST . NIETS STOND VERZOEKSTERS IMMERS TOE , EENZIJDIG HET HUN DOOR DE COMMISSIE VOORGESCHREVEN PRODUKTIECONTINGENT TE OVERSCHRIJDEN .

7 HET HOF HERINNERT ER TENSLOTTE AAN , DAT HET IN EEN ARREST VAN 31 MAART 1965 ( ZAAK 21/64 , MACCHIORLATI DALMAS , JURISPR . 1965 , BLZ . 229 ) HEEFT UITGESPROKEN DAT MET DE HIERBEDOELDE PEREMPTOIRE BEROEPSTERMIJN IS BEOOGD TE VOORKOMEN DAT DE VRAAG NAAR DE WETTIGHEID DER GENOMEN ADMINISTRATIEVE BESCHIKKINGEN STEEDS WEER ZOU KUNNEN WORDEN OPGEWORPEN . OP GROND VAN EEN EN ANDER MOETEN ALLE VOORMELDE MIDDELEN NIET-ONTVANKELIJK WORDEN VERKLAARD .

8 OM DEZELFDE REDEN KUNNEN VERZOEKSTERS IN HUN TWEEDE MIDDEL NIET WORDEN ONTVANGEN , VOOR ZOVER ZIJ DAARIN DE COMMISSIE VERWIJTEN DE DOOR HEN GEDANE VERZOEKEN OM AANPASSING VAN DE QUOTA VOOR HET DERDE EN HET VIERDE KWARTAAL VAN 1981 , OP BEPAALDE PUNTEN ONBEANTWOORD TE HEBBEN GELATEN , DAN WEL HAAR BESCHIKKING TOT AANPASSING VAN DE QUOTA VOOR HET DERDE KWARTAAL VAN 1981 NIET GENOEGZAAM MET REDENEN TE HEBBEN OMKLEED . IN DAT MIDDEL KUNNEN ZIJ ECHTER WEL WORDEN ONTVANGEN , VOOR ZOVER DAARAAN DE STELLING TEN GRONDSLAG IS GELEGD , DAT DE AANGEVOCHTEN BESCHIKKING VAN 24 MAART 1983 NIET GENOEGZAAM MET REDENEN IS OMKLEED .

9 EVENWEL ZIJ VASTGESTELD DAT HET , VOOR ZOVER DE COMMISSIE OP DE ARGUMENTEN VAN VERZOEKSTERS NIET ZOU ZIJN INGEGAAN , IN VERUIT DE MEESTE GEVALLEN OM DE VASTSTELLING VAN QUOTA EN NIET OM DE OPLEGGING VAN DE BOETE GAAT . ER KAN DE COMMISSIE GEEN VERWIJT VAN WORDEN GEMAAKT , DAT ZIJ OP MET DE OMSTREDEN BESCHIKKING GEEN VERBAND HOUDENDE BESCHOUWINGEN NIET IS INGEGAAN . VOORTS KOMT HET DEN HOVE VOOR , DAT DE COMMISSIE IN HAAR BESCHIKKING DE WEZENLIJKE REDENEN HEEFT GENOEMD WELKE HAAR TOT OPLEGGING VAN EEN BOETE AAN HET CONCERN BOEL WEGENS OVERSCHRIJDING DER QUOTA AANLEIDING HEBBEN GEGEVEN , ZODAT OOK HET TWEEDE MIDDEL MOET WORDEN VERWORPEN .

10 IN HUN ACHTSTE MIDDEL MAKEN VERZOEKSTERS ER DE COMMISSIE EEN VERWIJT VAN , DAT ZIJ DE BRIEF VAN 28 OKTOBER 1981 ONBEANTWOORD HEEFT GELATEN , WAARIN DE NAAMLOZE VENNOOTSCHAP USINES GUSTAVE BOEL OM AANPASSING VAN HAAR PRODUKTIEQUOTA HAD VERZOCHT EN HAD LATEN WETEN DAT ZIJ , ZONDER BERICHT VAN HET TEGENDEEL , HET ERVOOR ZOU HOUDEN , DAT DE COMMISSIE MET DE DOOR HAAR , BOEL , VOORGESTELDE QUOTA AKKOORD GING . UIT HET STILZWIJGEN DER COMMISSIE , ALDUS VERZOEKSTERS , HADDEN ZIJ MOGEN AFLEIDEN DAT DE COMMISSIE DE VOORGESTELDE QUOTA HAD AANVAARD .

11 IN DIT VERBAND ZIJ VASTGESTELD DAT HET OP BEPERKING VAN DE PRODUKTIE DER IJZER- EN STAALINDUSTRIEEN GERICHTE STELSEL SLECHTS IN UITZONDERLIJKE GEVALLEN EEN AANPASSING VAN DE AAN BEPAALDE ONDERNEMINGEN TOEGEKENDE INDIVIDUELE QUOTA GEDOOGT EN DAARTOE EEN POSITIEF BESLUIT TOT TOEKENNING VAN AANVULLENDE QUOTA VERLANGT . ALS DE COMMISSIE - HOE BETREURENSWAARDIG OOK - NIET REAGEERT , KAN HAAR STILZWIJGEN SLECHTS WORDEN BESCHOUWD ALS EEN STILZWIJGEND GENOMEN AFWIJZENDE BESCHIKKING EN NIET ALS EEN STILZWIJGENDE TOESTEMMING . OOK HET ACHTSTE MIDDEL DIENT DERHALVE TE WORDEN VERWORPEN .

12 IN HUN NEGENDE MIDDEL KLAGEN VERZOEKSTERS EROVER , DAT DE COMMISSIE POST FACTUM - BUITEN RAADGEVEND COMITE EN RAAD OM - VOOR DE VASTSTELLING VAN BOETEN NIEUWE , IN ARTIKEL 12 DER ALGEMENE BESCHIKKING NIET VERMELDE MODALITEITEN HEEFT INGEVOERD , WELKE VERBAND HOUDEN MET HET FEIT DAT DE ONDERNEMING EEN POSITIEVE BALANS HAD . OVERIGENS ZOU DE BALANS VAN DE NAAMLOZE VENNOOTSCHAP FABRIQUE DE FER DE MAUBEUGE NEGATIEF ZIJN GEWEEST , MET WELKE OMSTANDIGHEID DE COMMISSIE GEEN REKENING ZOU HEBBEN GEHOUDEN .

13 ER ZIJ AAN HERINNERD , DAT HET HOF EEN AANPASSING VAN HET BOETEBEDRAG AAN DE FINANCIELE POSITIE VAN EEN ONDERNEMING REEDS HEEFT AANVAARD ( ARREST VAN 18 . 3 . 1980 , GEVOEGDE ZAKEN 154 , 205 , 206 , 226-228 , 263 EN 264/78 , 39 , 83 EN 85/79 , SPA FERRIERA VALSABBIA , JURISPR . 1980 , BLZ . 1026 ). BOVENDIEN BEHOEVEN , ANDERS DAN VERZOEKSTERS MENEN , HET RAADGEVEND COMITE EN DE RAAD NIET TE WORDEN GEHOORD WANNEER DE COMMISSIE , IN HET KADER VAN DE DISCRETIONAIRE BEVOEGDHEDEN WELKE ARTIKEL 12 VAN BESCHIKKING NR . 1831/81/EGKS HAAR VERLEENT , EENVOUDIG DE ALDAAR VOORZIENE MODALITEITEN TOEPAST . OOK BEHOEFDE DE COMMISSIE GEEN ACHT TE SLAAN OP DE FINANCIELE POSITIE VAN ELK VAN BOELS DOCHTERONDERNEMINGEN ; VOLGENS ARTIKEL 2 , LID 4 , VAN BESCHIKKING NR . 1831/81/EGKS IMMERS IS EEN CONCENTRATIE VAN ONDERNEMINGEN ALS BEDOELD IN ARTIKEL 66 VAN HET VERDRAG , ALS EEN ENKELE ONDERNEMING IN DE ZIN VAN DIE BESCHIKKING TE BESCHOUWEN , ZELFS WANNEER DIE ONDERNEMINGEN IN VERSCHILLENDE LID-STATEN ZIJN GEVESTIGD .

14 HET BEROEP MOET DERHALVE IN ZIJN GEHEEL WORDEN VERWORPEN .

HET HOF VAN JUSTITIE ( EERSTE KAMER ),

RECHTDOENDE :

1 . VERWERPT HET BEROEP .

2 . VERWIJST VERZOEKSTERS IN DE KOSTEN .

1 . DE NIETIGVERKLARING VAN EEN INDIVIDUEEL BESLUIT VORDERENDE , KAN BETROKKENE ZICH NIET TEN EXCEPTIEVE BEROEPEN OP DE ONRECHTMATIGHEID VAN EEN ANDER , EVENEENS TOT HEM GERICHT EN DEFINITIEF GEWORDEN BESLUIT .

2.HET OP BEPERKING VAN DE PRODUKTIE DER IJZER- EN STAALVERWERKENDE ONDERNEMINGEN GERICHTE STELSEL GEDOOGT SLECHTS BIJ WEGE VAN UITZONDERING EEN AANPASSING VAN AAN BEPAALDE ONDERNEMINGEN TOEGEKENDE INDIVIDUELE QUOTA EN VERLANGT DAN EEN POSITIEF BESLUIT TOT TOEKENNING VAN AANVULLENDE QUOTA . ALS DE COMMISSIE OP EEN DAARTOE STREKKEND VERZOEK NIET REAGEERT , IS ZODANIG STILZWIJGEN SLECHTS MET EEN STILZWIJGEND GENOMEN AFWIJZENDE BESCHIKKING EN NIET MET EEN STILZWIJGENDE TOESTEMMING GELIJK TE STELLEN .

1 . EXCEPTIE VAN ONWETTIGHEID - HANDELINGEN TEN AANZIEN WAARVAN EXCEPTIE VAN ONWETTIGHEID MOGELIJK IS - INDIVIDUELE BESCHIKKINGEN - UITSLUITING

( EGKS-VERDRAG , ARTIKEL 36 , DERDE ALINEA )

2.EGKS - PRODUKTIE - STELSEL PRODUKTIEQUOTA STAAL - VERZOEK OM AANPASSING QUOTA - STILZWIJGEN VAN COMMISSIE - GEEN STILZWIJGENDE TOESTEMMING

( EGKS-VERDRAG , ARTIKEL 58 ; ALGEMENE BESCHIKKING NR . 1831/81 , ARTIKEL 14 )

KOSTEN

15 VOLGENS ARTIKEL 69 , LID 2 , VAN HET REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING MOET DE IN HET ONGELIJK GESTELDE PARTIJ IN DE KOSTEN WORDEN VERWEZEN . AANGEZIEN VERZOEKSTERS IN HET ONGELIJK GESTELD ZIJN , MOETEN ZIJ IN DE KOSTEN WORDEN VERWEZEN .

IN ZAAK 76/83 ,

USINES GUSTAVE BOEL , NAAMLOZE VENNOOTSCHAP NAAR BELGISCH RECHT , GEVESTIGD TE BRUSSEL ,

EN , VOOR ZOVER NODIG ,

FABRIQUE DE FER DE MAUBEUGE , NAAMLOZE VENNOOTSCHAP NAAR FRANS RECHT , GEVESTIGD TE LOUVROIL ( NORD ) FRANKRIJK , BEIDE VERTEGENWOORDIGD DOOR E . GUTT , ADVOCAAT TE BRUSSEL , DOMICILIE GEKOZEN HEBBENDE TE LUXEMBURG TEN KANTORE VAN J . LOESCH , ADVOCAAT ALDAAR , RUE GOETHE 2 ,

VERZOEKSTERS ,

TEGEN

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN , VERTEGENWORDIGD DOOR HAAR JURIDISCH ADVISEUR E . LASNET , DOMICILIE GEKOZEN HEBBENDE TE LUXEMBURG BIJ O . MONTALTO , LID VAN DE JURIDISCHE DIENST , BATIMENT JEAN MONNET , KIRCHBERG ,

VERWEERSTER ,

BETREFFENDE EEN BEROEP TOT NIETIGVERKLARING VAN DE BIJ BRIEF VAN 30 MAART 1983 BETEKENDE BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE D.D . 24 MAART 1983 , WAARBIJ AAN USINES GUSTAVE BOEL TE LA LOUVIERE KRACHTENS ARTIKEL 58 EGKS-VERDRAG EEN GELDBOETE IS OPGELEGD ,