Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 10 mei 2001.
Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 10 mei 2001.
1 Bij beschikking van 15 december 1998, ingekomen bij het Hof op 17 december daaraanvolgend, hebben de Appeal Commissioners krachtens artikel 177 EG-Verdrag (thans artikel 234 EG) vier prejudiciële vragen gesteld over de geldigheid van verordening (EG) nr. 1638/94 van de Commissie van 5 juli 1994 houdende indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur (PB L 172, blz. 5) en van verordening (EG) nr. 1165/95 van de Commissie van 23 mei 1995 tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur (PB L 117, blz. 15), alsook over de uitlegging van de gecombineerde nomenclatuur van het gecombineerde douanetarief, opgenomen in bijlage I bij verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 256, blz. 1), zoals gewijzigd bij verordening (EEG) nr. 2505/92 van de Commissie van 14 juli 1992 (PB L 267, blz. 1), verordening (EEG) nr. 2551/93 van de Commissie van 10 augustus 1993 (PB L 241, blz. 1), verordening (EG) nr. 3115/94 van de Commissie van 20 december 1994 (PB L 345, blz. 1), en verordening (EG) nr. 3009/95 van de Commissie van 22 december 1995 (PB L 319, blz. 1).
2 Deze vragen zijn gerezen in een geding tussen Cabletron Systems Ltd, gevestigd te Limerick (Ierland) (hierna: Cabletron"), en de Revenue Commissioners, de Ierse instantie bevoegd voor douaneaangelegenheden, inzake de tariefindeling van 58 soorten apparaten voor de controle, verwerking, formattering, routing, switching of overdracht van gegevens tussen twee eenheden van een lokaal netwerk, waarbij onder dit laatste moet worden verstaan de verbinding van een of meerdere computers of servers met randeenheden.
Juridisch kader
Gecombineerde nomenclatuur tot 31 december 1995
3 Post 8471 van de gecombineerde nomenclatuur luidt als volgt:
Automatische gegevensverwerkende machines en eenheden daarvoor; magnetische en optische lezers, machines voor het in gecodeerde vorm op dragers overzetten van gegevens en machines voor het verwerken van die gegevens, elders genoemd noch elders onder begrepen."
4 Aantekening 5 bij hoofdstuk 84 van de gecombineerde nomenclatuur, die betrekking heeft op post 8471, luidde vóór 1 januari 1996 als volgt:
A. [...]
B. Automatische gegevensverwerkende machines kunnen voorkomen als apparatuur, bestaande uit een variabel aantal zich in afzonderlijke omhullingen bevindende eenheden die deel uitmaken van het systeem. Een eenheid wordt als een deel van de complete apparatuur aangemerkt, indien zij aan alle hierna omschreven voorwaarden voldoet, te weten:
a) zij moet, hetzij rechtstreeks, hetzij door tussenschakeling van één of meer andere eenheden, op de centrale verwerkingseenheid kunnen worden aangesloten;
b) zij moet speciaal zijn ontworpen om van een dergelijk systeem deel uit te maken (zij moet, tenzij het een gestabiliseerde voedingseenheid betreft, bijvoorbeeld in staat zijn gegevens te ontvangen of te leveren in een vorm code of signalen die bruikbaar is voor het systeem).
Dergelijke afzonderlijk aangeboden eenheden worden eveneens onder post 8471 ingedeeld.
Machines die een automatische gegevensverwerkende machine bevatten of daarmede in samenhang worden gebruikt en een eigen functie vervullen, worden niet onder post 8471 ingedeeld. Dergelijke machines worden ingedeeld onder de post die overeenkomstig hun functie in aanmerking komt of, bij ontbreken daarvan, onder een sluitpost."
5 Vóór 1 januari 1996 luidde post 8517 van de gecombineerde nomenclatuur als volgt:
Elektrische toestellen voor lijntelefonie en voor lijntelegrafie, die voor het overseinen met draaggolf daaronder begrepen."
De gecombineerde nomenclatuur vanaf 1 januari 1996
6 De tekst van post 8471 van de gecombineerde nomenclatuur is onveranderd gebleven, maar aantekening 5 bij hoofdstuk 84 is gewijzigd bij verordening nr. 3009/95, die in werking is getreden op 1 januari 1996. Deze aantekening is komen te luiden als volgt:
A. [...]
B. Automatische gegevensverwerkende machines kunnen voorkomen in de vorm van systemen bestaande uit een variabel aantal afzonderlijke eenheden. Met inachtneming van het bepaalde in letter E hierna, wordt een eenheid als een deel van een compleet systeem aangemerkt, indien zij aan alle hierna omschreven voorwaarden voldoet, te weten:
a) zij moet van de soort zijn die uitsluitend of hoofdzakelijk wordt gebruikt in een automatisch gegevensverwerkend systeem;
b) zij moet, hetzij rechtstreeks, hetzij door tussenschakeling van een of meer andere eenheden, op de centrale verwerkingseenheid kunnen worden aangesloten; en
c) zij moet in staat zijn gegevens te ontvangen of te leveren in een vorm codes of signalen die bruikbaar is voor het systeem.
C. Afzonderlijk aangeboden eenheden van een automatische gegevensverwerkende machine worden onder post 8471 ingedeeld.
D. [...]
E. Machines die een eigen functie, andere dan automatische gegevensverwerking, vervullen en die een automatische gegevensverwerkende machine bevatten of daarmede in samenhang worden gebruikt, worden ingedeeld onder de post die overeenkomstig hun functie in aanmerking komt of, bij ontbreken daarvan, onder een sluitpost."
7 Post 8517 van de gecombineerde nomenclatuur, zoals gewijzigd bij verordening nr. 3009/95, luidt als volgt:
Elektrische toestellen voor lijntelefonie en voor lijntelegrafie, lijntelefoontoestellen met draagbare draadloze hoorn en toestellen voor telecommunicatie met draaggolf of voor digitale telecommunicatie daaronder begrepen; videofoontoestellen."
De verordeningen nr. 1638/94 en nr. 1165/95
8 Volgens de verordeningen nr. 1638/94 en nr. 1165/95 moeten de in de punten 1 tot en met 3 van de bijlage bij verordening nr. 1638/94 genoemde adapters, verbindingseenheden en zend- en ontvangtoestellen en de in punt 4 van de bijlage bij verordening nr. 1165/95 genoemde adapterkaarten worden ingedeeld onder post 8517 82 90 (elektrische toestellen voor lijntelegrafie, andere dan faxtoestellen).
Hoofdgeding
9 In maart en april 1993 hebben de Revenue Commissioners op Cabletrons verzoek bindende tariefinlichtingen afgegeven, waarbij 43 soorten netwerkapparaten onder post 8471 99 10 van de GN (randeenheden voor automatische gegevensverwerkende machines) werden ingedeeld.
10 Na de vaststelling van de verordeningen nr. 1638/94 en nr. 1165/95 werden deze bindende tariefinlichtingen in november 1994 en in april, mei en juni 1995 door de Revenue Commissioners ingetrokken en vervangen door andere inlichtingen, waarbij de betrokken apparatuur onder post 8517 82 90 werd ingedeeld.
11 Na de wijziging van de GN bij verordening nr. 3009/95 werd de apparatuur in maart 1996 door de Revenue Commissioners onder de nieuwe post 8517 50 90 (andere toestellen voor digitale telecommunicatie per kabel) ingedeeld.
12 In april 1996 hebben de Revenue Commissioners naar aanleiding van een nieuw verzoek van Cabletron om indeling van andere soorten netwerkapparaten bindende tariefinlichtingen afgegeven, waarbij 16 soorten apparaten onder post 8517 50 90 werden ingedeeld.
13 Aangezien het douanetarief voor post 8517 op dat ogenblik aanzienlijk hoger was dan voor post 8471, stelde Cabletron beroep in bij de Appeal Commissioners tegen de indeling door de Revenue Commissioners.
14 Aangezien de Appeal Commissioners van oordeel waren, dat het geding gemeenschapsrechtelijke vragen deed rijzen, hebben zij de behandeling van de zaak geschorst en het Hof de volgende prejudiciële vragen gesteld:
1) Is verordening (EG) nr. 1638/94 van de Commissie van 5 juli 1994 houdende indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur (PB L 172, blz. 5) geldig, voorzover daarbij de in de punten 1, 2 en 3 van de bijlage bij deze verordening beschreven goederen onder GN-code 8517 82 90 worden ingedeeld?
2) Is verordening (EG) nr. 1165/95 van de Commissie van 23 mei 1995 tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur (PB L 117, blz. 15) geldig, voorzover daarbij de in punt 4 van de bijlage bij deze verordening beschreven goederen onder GN-code 8517 82 90 worden ingedeeld?
3) Moet de gecombineerde nomenclatuur (verordening nr. 2658/87 van de Raad, zoals gewijzigd, PB 1987, L 256, blz. 1) aldus worden uitgelegd, dat de [in het hoofdgeding aan de orde zijnde] goederen als ,automatische gegevensverwerkende machines en eenheden daarvoor; magnetische en optische lezers, machines voor het in gecodeerde vorm op dragers overzetten van gegevens en machines voor het verwerken van die gegevens, elders genoemd noch elders onder begrepen i) hetzij na 1 januari 1996, ii) hetzij tussen 28 april 1993 en 31 december 1995, iii) hetzij in beide periodes onder tariefpost 8471 moeten worden ingedeeld?
4) Indien een van de onderdelen van de derde vraag voor een of meerdere [van de in het hoofdgeding aan de orde zijnde] goederen ontkennend moet worden beantwoord, moet de gecombineerde nomenclatuur dan aldus worden uitgelegd, dat deze goederen vóór 1 januari 1996 als ,elektrische toestellen voor lijntelefonie en voor lijntelegrafie, die voor het overseinen met draaggolf daaronder begrepen of na 1 januari 1996 als ,elektrische toestellen voor lijntelefonie en voor lijntelegrafie, lijntelefoontoestellen met draagbare draadloze hoorn en toestellen voor telecommunicatie met draaggolf of voor digitale telecommunicatie daaronder begrepen; videofoontoestellen onder tariefpost 8517 moeten worden ingedeeld?"
Beoordeling van de prejudiciële vragen
15 Met deze vragen wenst de nationale rechter in wezen te vernemen, of de verordeningen nr. 1638/94 en nr. 1165/95 geldig zijn, voorzover de in het hoofdgeding aan de orde zijnde soorten apparaten daarbij onder post 8517 worden ingedeeld, en onder welke post van de gecombineerde nomenclatuur deze apparaten ten tijde van de afgifte van de verschillende in het hoofdgeding betrokken tariefinlichtingen dienden te worden ingedeeld.
16 In de eerste plaats dient te worden opgemerkt, dat het Hof in het arrest van 19 oktober 2000, Peacock (C-339/98, Jurispr. blz. I-8947), heeft vastgesteld, dat netwerkkaarten die zijn bestemd om in automatische gegevensverwerkende machines te worden geïnstalleerd, tussen juli 1990 en mei 1995 als eenheden van dergelijke machines onder post 8471 moesten worden ingedeeld.
17 Het Hof heeft in het bijzonder vastgesteld, dat netwerkkaarten uitsluitend zijn bestemd voor automatische gegevensverwerkende machines, rechtstreeks daarop zijn aangesloten, en dat hun functie erin bestaat gegevens te leveren en te ontvangen in een voor die machines bruikbare vorm. Hieruit heeft het Hof afgeleid, dat netwerkkaarten vergelijkbaar zijn met ieder ander middel waarmee een automatische gegevensverwerkende machine gegevens ontvangt of levert, in die zin dat zij geen functie vervullen die zij zonder een dergelijke machine zouden kunnen uitoefenen (arrest Peacock, reeds aangehaald, punt 16). De laatste alinea van aantekening 5 B bij hoofdstuk 84 van de gecombineerde nomenclatuur, in de vóór 1 januari 1996 geldende versie, sluit de indeling van netwerkkaarten onder post 8471 dus niet uit, aangezien zij geen eigen functie vervullen (arrest Peacock, reeds aangehaald, punt 16). Bovendien voldoen zij aan alle in deze aantekening gestelde voorwaarden met betrekking tot eenheden", aangezien zij op de centrale eenheid kunnen worden aangesloten en speciaal zijn ontworpen om van een automatisch gegevensverwerkend systeem deel uit te maken (arrest Peacock, reeds aangehaald, punt 20).
18 Het reeds aangehaalde arrest Peacock heeft weliswaar slechts betrekking op één soort netwerkapparatuur, doch staat vast dat alle in het hoofdgeding aan de orde zijnde goederen voldoen aan de voorwaarden die met betrekking tot eenheden" worden genoemd in aantekening 5 B bij hoofdstuk 84 van de gecombineerde nomenclatuur, in de vóór 1 januari 1996 geldende versie. Het is op die grond dat het Hof zich in het arrest Peacock heeft uitgesproken voor indeling onder post 8471.
19 Bovendien lijken al deze goederen onder de ruime definities te vallen die in de punten 4 en 5 van aantekening I D in de toelichtingen bij het geharmoniseerde systeem worden gegeven met betrekking tot post 8471: besturings- en aanpassingseenheden zoals die welke dienen om de verbinding van de centrale verwerkingseenheid enerzijds en andere digitale gegevensverwerkende machines of groepen invoer- of uitvoereenheden anderzijds tot stand te brengen", kanaalaanpassingseenheden die dienen om twee digitale systemen met elkaar te verbinden" of signaalomzetters, die, aan de invoerzijde, ervoor zorgen dat de ingevoerde signalen door de machine worden verstaan, terwijl ze aan de uitvoerzijde de behandelde signalen omzetten in signalen die verder extern kunnen worden gebruikt".
20 Om deze en de in de punten 71 tot en met 74 van de conclusie van de advocaat-generaal genoemde redenen moesten de in het hoofdgeding aan de orde zijnde goederen vóór de vaststelling van de verordeningen nr. 1638/94 en nr. 1165/95 onder post 8471 worden ingedeeld.
21 In de tweede plaats kan het argument van de Commissie en de Revenue Commissioners, dat de verordeningen nr. 1638/94 en nr. 1165/95 toch geldig zijn omdat de door de Commissie gemaakte indelingsfout niet kennelijk" zou zijn, om de in de punten 82 tot en met 95 van de conclusie van de advocaat-generaal genoemde redenen niet worden aanvaard.
22 De Commissie had immers uit de tekst van de posten 8471 en 8517, gelezen in samenhang met de toelichtingen in de ten tijde van de vaststelling van de verordeningen nrs. 1638/94 en 1165/95 geldende versie, moeten begrijpen dat de netwerkapparaten, bedoeld in de punten 1 tot en met 3 van de bijlage bij verordening nr. 1638/94 en in punt 4 van de bijlage bij verordening nr. 1165/95 niet onder post 8517 konden worden ingedeeld. Dit is een kennelijke fout, zodat de verordeningen ongeldig zijn.
23 In de derde plaats hebben de met ingang van 1 januari 1996 geldende wijzigingen in de tekst van post 8517 om de door de advocaat-generaal in de punten 96 tot en met 102 van zijn conclusie uiteengezette redenen geen betrekking op de in het hoofdgeding aan de orde zijnde soorten netwerkapparaten.
24 Bijgevolg betekent het feit dat netwerkapparaten die de in aantekening 5 B bij hoofdstuk 84 van de gecombineerde nomenclatuur in de per 1 januari 1996 geldende versie beschreven kenmerken bezitten van eenheden van een automatische gegevensverwerkende machine in de vorm van een systeem, gebruik maken van kabels en digitale technieken, nog niet dat deze apparaten onder post 8517 vallen.
25 Ook de wijziging van aantekening 5 met ingang van 1 januari 1996 doet, wat de periode na deze datum betreft, geen afbreuk aan de uitkomst waartoe het Hof in voormeld arrest Peacock is gekomen.
26 Ten slotte dient om de in de punten 111 tot en met 115 van de conclusie van de advocaat-generaal genoemde redenen het verzoek van de Revenue Commissioners om de gevolgen van een mogelijke nietigverklaring van de verordeningen nr. 1638/94 en nr. 1165/95 in de tijd te beperken, te worden verworpen.
27 Bijgevolg dienen de gestelde vragen te worden beantwoord als volgt:
Verordening nr. 1638/94 is ongeldig, voorzover daarbij de in de punten 1 tot en met 3 van de bijlage bij deze verordening beschreven adapters, verbindingseenheden en zend- en ontvangtoestellen onder post 8517 van de gecombineerde nomenclatuur worden ingedeeld.
Verordening nr. 1165/95 is ongeldig, voorzover daarbij de in punt 4 van de bijlage bij deze verordening beschreven adapterkaarten onder post 8517 van de gecombineerde nomenclatuur worden ingedeeld.
Onderdelen van computernetwerkapparatuur die hetzij rechtstreeks, hetzij door tussenschakeling van één of meer andere eenheden op de centrale verwerkingseenheid kunnen worden aangesloten, speciaal zijn ontworpen om van een dergelijk systeem deel uit te maken, in staat zijn gegevens te ontvangen of te leveren in een vorm die bruikbaar is voor het systeem, en geen functie hebben die zij zonder een automatische gegevensverwerkende machine zouden kunnen vervullen, moeten zowel vóór als na 1 januari 1996 onder post 8471 van de gecombineerde nomenclatuur worden ingedeeld.
HET HOF VAN JUSTITIE (Vijfde kamer),
uitspraak doende op de door de Appeal Commissioners bij beschikking van 15 december 1998 gestelde vraag, verklaart voor recht:
1) Verordening (EG) nr. 1638/94 van de Commissie van 5 juli 1994 houdende indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur is ongeldig, voorzover daarbij de in de punten 1 tot en met 3 van de bijlage bij deze verordening beschreven adapters, verbindingseenheden en zend- en ontvangtoestellen onder post 8517 van de gecombineerde nomenclatuur worden ingedeeld.
2) Verordening (EG) nr. 1165/95 van de Commissie van 23 mei 1995 tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur is ongeldig, voorzover daarbij de in punt 4 van de bijlage bij deze verordening beschreven adapterkaarten onder post 8517 van de gecombineerde nomenclatuur worden ingedeeld.
3) Onderdelen van computernetwerkapparatuur die hetzij rechtstreeks, hetzij door tussenschakeling van één of meer andere eenheden op de centrale verwerkingseenheid kunnen worden aangesloten, speciaal zijn ontworpen om van een dergelijk systeem deel uit te maken, in staat zijn gegevens te ontvangen of te leveren in een vorm die bruikbaar is voor het systeem, en geen functie hebben die zij zonder een automatische gegevensverwerkende machine zouden kunnen vervullen, moeten zowel vóór als na 1 januari 1996 onder post 8471 van de gecombineerde nomenclatuur worden ingedeeld.
1. De verordeningen nrs. 1638/94 en 1165/95 houdende indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur, zijn ongeldig voorzover daarbij de in de punten 1 tot en met 3 van de bijlage bij verordening nr. 1638/94 beschreven adapters, verbindingseenheden en zend- en ontvangtoestellen respectievelijk de in punt 4 van de bijlage bij verordening nr. 1165/95 beschreven adapterkaarten onder post 8517 van de gecombineerde nomenclatuur (elektrische toestellen voor lijntelefonie en voor lijntelegrafie) worden ingedeeld.
De Commissie had uit de tekst van de posten 8471 en 8517, gelezen in samenhang met de toelichtingen in de ten tijde van de vaststelling van deze twee verordeningen geldende versie, moeten begrijpen dat deze soorten netwerkapparaten niet onder post 8517 konden worden ingedeeld. Dit is een kennelijke fout, zodat de verordeningen ongeldig zijn.
( cf. punten 22, 27, dictum 1-2 )
2. Onderdelen van computernetwerkapparatuur die hetzij rechtstreeks, hetzij door tussenschakeling van één of meer andere eenheden op de centrale verwerkingseenheid kunnen worden aangesloten, speciaal zijn ontworpen om van een dergelijk systeem deel uit te maken, in staat zijn gegevens te ontvangen of te leveren in een vorm die bruikbaar is voor het systeem, en geen functie hebben die zij zonder een automatische gegevensverwerkende machine zouden kunnen vervullen, moeten onder post 8471 van de gecombineerde nomenclatuur worden ingedeeld.
( cf. punt 27, dictum 3 )
1. Gemeenschappelijk douanetarief Tariefposten Elektrische toestellen voor lijntelefonie en voor lijntelegrafie" zoals bedoeld in post 8517 van gecombineerde nomenclatuur Indeling door Commissie van adapters, verbindingseenheden, zend- en ontvangtoestellen en adapterkaarten onder deze post Ontoelaatbaarheid Ongeldigheid van punten 1-3 van bijlage bij verordening nr. 1638/94 en punt 4 van bijlage bij verordening nr. 1165/95
(Verordeningen van de Commissie nr. 1638/94, bijlage, punten 1-3, en nr. 1165/95, bijlage, punt 4)
Kosten
28 De kosten door de Nederlandse regering en de Commissie wegens indiening van hun opmerkingen bij het Hof gemaakt, komen niet voor vergoeding in aanmerking. Ten aanzien van de partijen in het hoofdgeding is de procedure als een aldaar gerezen incident te beschouwen, zodat de nationale rechterlijke instantie over de kosten heeft te beslissen.
In zaak C-463/98,
betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag (thans artikel 234 EG) van de Appeal Commissioners (Ierland), in het aldaar aanhangig geding tussen
Cabletron Systems Ltd
en
The Revenue Commissioners,
om een prejudiciële beslissing over de geldigheid van verordening (EG) nr. 1638/94 van de Commissie van 5 juli 1994 houdende indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur (PB L 172, blz. 5) en van verordening (EG) nr. 1165/95 van de Commissie van 23 mei 1995 tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur (PB L 117, blz. 15), alsook over de uitlegging van de gecombineerde nomenclatuur van het gemeenschappelijk douanetarief, opgenomen in bijlage I bij verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 256, blz. 1), zoals gewijzigd bij verordening (EEG) nr. 2505/92 van de Commissie van 14 juli 1992 (PB L 267, blz. 1), verordening (EEG) nr. 2551/93 van de Commissie van 10 augustus 1993 (PB L 241, blz. 1), verordening (EG) nr. 3115/94 van de Commissie van 20 december 1994 (PB L 345, blz. 1), en verordening (EG) nr. 3009/95 van de Commissie van 22 december 1995 (PB L 319, blz. 1),
wijst
HET HOF VAN JUSTITIE (Vijfde kamer),
samengesteld als volgt: A. La Pergola, kamerpresident, M. Wathelet, D. A. O. Edward (rapporteur), P. Jann en L. Sevón, rechters,
advocaat-generaal: F. G. Jacobs,
griffier: H. A. Rühl, hoofdadministrateur,
gelet op de schriftelijke opmerkingen ingediend door:
Cabletron Systems Ltd, vertegenwoordigd door P. Sreenan, SC, en R. Hastings, BL, geïnstrueerd door Arthur Cox, solicitors,
de Revenue Commissioners, vertegenwoordigd door F. Cooke als gemachtigde, bijgestaan door E. Fitzsimons, SC, en B. Conway, BL,
de Nederlandse regering, vertegenwoordigd door M. A. Fierstra als gemachtigde,
de Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door R. B. Wainwright en J. C. Schieferer als gemachtigden,
gezien het rapport ter terechtzitting,
gehoord de mondelinge opmerkingen van Cabletron Systems Ltd, de Revenue Commissioners en de Commissie ter terechtzitting van 30 november 2000,
gehoord de conclusie van de advocaat-generaal ter terechtzitting van 1 februari 2001,
het navolgende
Arrest