Home

Arrest van het Hof (Zevende kamer) van 19 april 2007.

Arrest van het Hof (Zevende kamer) van 19 april 2007.

Gemeenschapsrecht - Beginselen - Gelijke behandeling - Discriminatie op grond van nationaliteit - Verbod (Toetredingsakte van 1985; verordening nr. 2287/2003 van de Raad) (cf. punten 35-38)

2. Toetreding van nieuwe lidstaten tot Gemeenschappen - Spanje - Visserij (Toetredingsakte van 1985, art. 154-166; verordening nr. 2287/2003 van de Raad (cf. punten 44-45)

3. Visserij - Instandhouding van rijkdommen van zee - Stelsel van vangstquota (cf. punt 46)

Voorwerp

Gedeeltelijke nietigverklaring van verordening (EG) nr. 2287/2003 van de Raad van 19 december 2003 tot vaststelling, voor 2004, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften (PB L 344, blz. 1), voor zover de nieuwe vangstmogelijkheden voor de Noordzee en de Oostzee ondanks het verstrijken van de overgangsregeling zijn toegewezen zonder rekening te houden met de belangen van Spanje - Discriminatie - Toepassing van artikel 20, lid 2, van verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad van 20 december 2002 inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid (PB L 358, blz. 59)

Dictum

1) Het beroep wordt verworpen.

2) Het Koninkrijk Spanje wordt verwezen in de kosten.

3) De Commissie van de Europese Gemeenschappen draagt haar eigen kosten.