Home

Zaak C-436/06: Arrest van het Hof Tweede kamer) van 18 december 2007 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Finanzgericht Hamburg — Duitsland) — Per Grønfeldt, Tatiana Grønfeldt/Finanzamt Hamburg-Am Tierpark (Vrij verkeer van kapitaal — Fiscale bepalingen — Inkomstenbelasting — Nationale regeling inzake belasting over winst uit verkoop van deelnemingen (aandelen) in kapitaalvennootschappen)

Zaak C-436/06: Arrest van het Hof Tweede kamer) van 18 december 2007 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Finanzgericht Hamburg — Duitsland) — Per Grønfeldt, Tatiana Grønfeldt/Finanzamt Hamburg-Am Tierpark (Vrij verkeer van kapitaal — Fiscale bepalingen — Inkomstenbelasting — Nationale regeling inzake belasting over winst uit verkoop van deelnemingen (aandelen) in kapitaalvennootschappen)

23.2.2008

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 51/23


Arrest van het Hof Tweede kamer) van 18 december 2007 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Finanzgericht Hamburg — Duitsland) — Per Grønfeldt, Tatiana Grønfeldt/Finanzamt Hamburg-Am Tierpark

(Zaak C-436/06)(1)

(Vrij verkeer van kapitaal - Fiscale bepalingen - Inkomstenbelasting - Nationale regeling inzake belasting over winst uit verkoop van deelnemingen (aandelen) in kapitaalvennootschappen)

(2008/C 51/36)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Finanzgericht Hamburg

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: Per Grønfeldt, Tatiana Grønfeldt

Verwerende partij: Finanzamt Hamburg-Am Tierpark

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing — Finanzgericht Hamburg — Uitlegging van artikel 56 EG — Belasting over de winst uit de verkoop van deelnemingen in kapitaalvennootschappen — Nationale regeling die de belastbaarstelling afhankelijk stelt van de voorwaarde dat de deelneming ten minste 10 % bedraagt indien de betrokken vennootschap in de lidstaat in de vennootschapsbelasting onbeperkt belastingplichtig is, doch ten minste 1 % bedraagt indien de betrokken vennootschap in een andere lidstaat is gevestigd

Dictum

Artikel 56 EG dient aldus te worden uitgelegd dat het zich verzet tegen een regeling van een lidstaat als die in het hoofdgeding, waarbij de winst uit de verkoop van aandelen in een in een andere lidstaat gevestigde kapitaalvennootschap in 2001 reeds belastbaar was wanneer de verkoper tijdens de laatste vijf jaar rechtstreeks of indirect een deelneming van ten minste 1 % in het kapitaal van de vennootschap bezat, terwijl de winst uit de verkoop, onder gelijke omstandigheden, van aandelen in een in eerstgenoemde lidstaat gevestigde en in de vennootschapsbelasting onbeperkt belastingplichtige kapitaalvennootschap in 2001 slechts belastbaar was in geval van een aanmerkelijke deelneming van ten minste 10 %.