Zaak C-176/09: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 12 mei 2011 - Groothertogdom Luxemburg/Europees Parlement, Raad van de Europese Unie (Beroep tot nietigverklaring - Richtlijn 2009/12/EG - Luchthavengelden - Werkingssfeer - Luchthavens die jaarlijks meer dan 5 miljoen passagiersbewegingen tellen en luchthavens met meeste passagiersbewegingen per jaar in elke lidstaat - Geldigheid - Gelijkheidsbeginsel, evenredigheidsbeginsel en subsidiariteitsbeginsel)
Zaak C-176/09: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 12 mei 2011 - Groothertogdom Luxemburg/Europees Parlement, Raad van de Europese Unie (Beroep tot nietigverklaring - Richtlijn 2009/12/EG - Luchthavengelden - Werkingssfeer - Luchthavens die jaarlijks meer dan 5 miljoen passagiersbewegingen tellen en luchthavens met meeste passagiersbewegingen per jaar in elke lidstaat - Geldigheid - Gelijkheidsbeginsel, evenredigheidsbeginsel en subsidiariteitsbeginsel)
Arrest van het Hof (Derde kamer) van 12 mei 2011 - Groothertogdom Luxemburg/Europees Parlement, Raad van de Europese Unie
(Zaak C-176/09) [1]
Partijen
Verzoekende partij: Groothertogdom Luxemburg (vertegenwoordigers: C. Schiltz, gemachtigde, en P. Kinsch, advocaat)
Interveniënte aan de zijde van verzoekende partij: Slowaakse Republiek (vertegenwoordiger: B. Ricziová, gemachtigde)
Verwerende partij: Europees Parlement (vertegenwoordigers: A. Troupiotis en A. Neergaard, gemachtigden), Raad van de Europese Unie (vertegenwoordigers: E. Karlsson en M. Moore, gemachtigden)
Interveniënte aan de zijde van verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: K. Simonsson en C. Vrignon, gemachtigden)
Voorwerp
Beroep tot nietigverklaring - Nietigverklaring van artikel 1, lid 2, in fine, van richtlijn 2009/12/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 inzake luchthavengelden (PB L 70, blz. 11) - Toepassing van de richtlijn op de luchthavens met de meeste passagiersbewegingen in elke lidstaat - Luchthaven Luxembourg-Findel - Schending van gelijkheidsbeginsel, subsidiariteitsbeginsel en evenredigheidsbeginsel
Dictum
1) Het beroep wordt verworpen.
2) Het Groothertogdom Luxemburg wordt verwezen in de kosten.
3) De Slowaakse Republiek en de Europese Commissie dragen hun eigen kosten.
[1] PB C 180 van 1.8.2009.
--------------------------------------------------