Home

Zaak C-108/13: Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 6 november 2014 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Conseil d’État — Frankrijk) — Mac GmbH/Ministère de l’agriculture, de l’agroalimentaire et de la forêt (Vrij verkeer van goederen — Kwantitatieve beperkingen — Maatregelen van gelijke werking — Gewasbeschermingsmiddelen — Vergunning voor het in de handel brengen — Parallelimport — Vereiste van een in de lidstaat van uitvoer conform richtlijn 91/414/EEG verleende vergunning voor het in de handel brengen)

Zaak C-108/13: Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 6 november 2014 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Conseil d’État — Frankrijk) — Mac GmbH/Ministère de l’agriculture, de l’agroalimentaire et de la forêt (Vrij verkeer van goederen — Kwantitatieve beperkingen — Maatregelen van gelijke werking — Gewasbeschermingsmiddelen — Vergunning voor het in de handel brengen — Parallelimport — Vereiste van een in de lidstaat van uitvoer conform richtlijn 91/414/EEG verleende vergunning voor het in de handel brengen)

12.1.2015

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 7/5


Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 6 november 2014 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Conseil d’État — Frankrijk) — Mac GmbH/Ministère de l’agriculture, de l’agroalimentaire et de la forêt

(Zaak C-108/13)(1)

((Vrij verkeer van goederen - Kwantitatieve beperkingen - Maatregelen van gelijke werking - Gewasbeschermingsmiddelen - Vergunning voor het in de handel brengen - Parallelimport - Vereiste van een in de lidstaat van uitvoer conform richtlijn 91/414/EEG verleende vergunning voor het in de handel brengen))

(2015/C 007/06)

Procestaal: Frans

Verwijzende rechter

Conseil d’État

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Mac GmbH

Verwerende partij: Ministère de l’agriculture, de l’agroalimentaire et de la forêt

Dictum

De artikelen 34 VWEU en 36 VWEU moeten aldus worden uitgelegd dat zij zich verzetten tegen een nationale regeling die uitsluit dat een vergunning tot parallelimport kan worden verleend voor een gewasbeschermingsmiddel dat in de lidstaat van uitvoer niet beschikt over een vergunning voor het in de handel brengen die is afgegeven conform richtlijn 91/414 van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, maar waar voor dit product een vergunning tot parallelimport is afgegeven, en dat als identiek kan worden beschouwd aan een product dat in de lidstaat van invoer is vergund.